Homepage | De ontmoetingskerk · Web viewVorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week...

7
Zondag 8 december 2019 Advent II ‘Namen’ ds. Hans van Walsum Orde van dienst Samenkomen Orgelspel Welkom door de ouderling van dienst Lied: ‘Halleluja! laat opgetogen’ – Psalm 149 Liedboek 149: 1en 3 Stil gebed – Bemoediging en groet De adventskaarsen worden aangestoken Marit en Nathan Post Lied: ‘Wij wachten op de koning’ Liedboek 461 Kyrië - gebed om ontferming Lied: ‘Verwachten’ Hemelhoog 153 (muziekgroep) Dienst van het Woord Gebed bij de opening van het Woord Kindermoment rond adventsproject Projectlied: Advent II Kinderen gaan naar hun nevendienst Schriftlezing: Ruth 4:9-22 Lied: ‘Er is een roos ontloken’ Sela / Liedboek 473: 1 en 2 (solo muziekgroep), 3 (allen, orgelbegeleiding)

Transcript of Homepage | De ontmoetingskerk · Web viewVorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week...

Page 1: Homepage | De ontmoetingskerk · Web viewVorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week Obed, de zoon van Boaz en Ruth. Maar het lijkt eerder of hij de zoon van Naomi is. Obed,

Zondag 8 december 2019 Advent II ‘Namen’

ds. Hans van Walsum

Orde van dienst

Samenkomen

Orgelspel

Welkom door de ouderling van dienst

Lied: ‘Halleluja! laat opgetogen’ – Psalm 149Liedboek 149: 1en 3

Stil gebed – Bemoediging en groet

De adventskaarsen worden aangestoken Marit en Nathan Post

Lied: ‘Wij wachten op de koning’Liedboek 461

Kyrië - gebed om ontferming

Lied: ‘Verwachten’Hemelhoog 153 (muziekgroep)

Dienst van het Woord

Gebed bij de opening van het Woord

Kindermoment rond adventsproject

Projectlied: Advent II

Kinderen gaan naar hun nevendienst

Schriftlezing: Ruth 4:9-22

Lied: ‘Er is een roos ontloken’Sela / Liedboek 473: 1 en 2 (solo muziekgroep), 3 (allen, orgelbegeleiding)

Preek

Luisterlied: ‘My life is an offering’Sovereign Grace (muziekgroep)

Kinderen komen terug uit de nevendienst

Page 2: Homepage | De ontmoetingskerk · Web viewVorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week Obed, de zoon van Boaz en Ruth. Maar het lijkt eerder of hij de zoon van Naomi is. Obed,

Lied: ‘Jij hebt een naam’Met andere woorden 28

Uiteengaan

Gebeden

Inzameling van de gaven

Lied: ‘Ga met God en Hij zal met je zijn’Liedboek 416

Zegen

Preek

Gemeente van onze Heer Jezus Christus

Het is een mooi plaatje, vind je niet? Een echt kersttafereel: moeder Maria met het kindje Jezus… Een beetje vroeg misschien. Het is pas 8 december. Het is nog maar de tweede zondag van Advent. (…) De personen die je hier ziet zijn dan ook helemaal Maria en Jezus niet. Het zijn Naomi en Obed. Je vindt de afbeelding in de Sixtijnse Kapel in het Vaticaan. De grote Michelangelo heeft dit fresco gemaakt. Het is de linkerhelft van één van de lunetten – de bogen boven de vensters – in de kapel. Op al die lunetten zijn bijbelse figuren te zien. De figuur aan de rechterkant van dit lunet zou Boaz moeten zijn. Nu ja, dat weet ik niet. Zo had ik me deze rechtvaardige, integere toekomstige echtgenoot van Ruth niet echt voorgesteld… Maar goed (…)

Naomi en Obed – grootmoeder en kleinzoon. Het lijkt hier eerder moeder en zoon. Zij heeft het kind aan haar borst. Die borst is ook zichtbaar. Alsof ze de kleine Boaz net gevoed heeft. Dat kan natuurlijk helemaal niet. Maar het gebeurt wel. Het staat ook min of meer in het verhaal: ‘Naomi nam de jongen op haar schoot en bleef hem vanaf dat moment verzorgen’. Het uitgebluste leven van Naomi wordt verbonden met nieuw leven, een nieuwgeboren kind. Toekomst wordt geopend. Die toekomst zat potdicht

Page 3: Homepage | De ontmoetingskerk · Web viewVorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week Obed, de zoon van Boaz en Ruth. Maar het lijkt eerder of hij de zoon van Naomi is. Obed,

voor Naomi. Verbitterd was ze uit haar zelfgekozen ballingschap teruggekeerd in Bethlehem. Samen met haar schoondochter Ruth. Ze had geen man meer – hij was gestorven. Ze had geen zonen meer – ze waren gestorven. Ze had geen kleinzonen. Ze had helemaal niets. Een zoon stond in de bijbelse tijd voor toekomst, voor perspectief, hoop. Naomi had geen zoon, geen toekomst, perspectief, hoop. Maar nu is Obed er. Het uitgebluste, afgesloten leven van Naomi wordt verbonden met nieuw leven. Er is weer nieuwe hoop. De toekomst is geopend. Dat is het. Dat is waar het bijbelse verhaal telkens weer over gaat. Dat is Advent. Het is het verhaal van een God die een weg baant waar geen weg is, die licht ontsteekt in het donker, die leven geeft waar alleen maar dood is. Het is Advent.

Obed is de tweede naam in die lange lijst met namen aan het begin van Matteüs’ evangelieverhaal, waar we deze Advent de aandacht op richten. Vorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week Obed, de zoon van Boaz en Ruth. Maar het lijkt eerder of hij de zoon van Naomi is. Obed, het jongetje dat alles goed moet maken. Ik dacht even: nou, dat is een zware verantwoordelijkheid voor zo’n kind. De vrouwen roepen Naomi toe: ‘De Heer heeft jou vandaag iemand gegeven die voor je zorgen zal. Hij zal je je levensvreugde teruggeven en je onderhouden als je oud bent…’ Ga er maar aan staan, kind. Je weet wat je te doen staat. Het zijn natuurlijk verwachtingen waarmee je een kind nooit mag opzadelen. Een kind dat vooral zijn ouders, zijn grootmoeder in dit geval, gelukkig moet maken. Lastig. Niet zuiver. Het gebeurt te vaak, denk ik. Nog altijd. Uitgesproken, niet uitgesproken verwachtingen (…) Maar ja, dan lees je zo’n verhaal wel heel erg vanuit 21ste eeuws perspectief. Dat is niet eerlijk. Aan de andere kant, zo zit je hier natuurlijk wel, als mens van deze tijd. Jij hoort zo’n geschiedenis met jouw oren, vanuit je eigen levensverhaal. En dat is ook de bedoeling. Misschien vind je het sowieso wel lastig, al die bijbelse verhalen over kinderen die geboren worden, toekomst openen. Geschenken van de goede God. Jij hebt daar niet zoveel mee. Een God die door de geslachten, de generaties heen werkt. Het staat ver van je af. Het doet zelfs pijn. Omdat je zo teleurgesteld bent. Er kwamen nooit kinderen. Er was ook geen Boaz die ineens opdook. Het is zo gruwelijk misgegaan tussen jou en je kinderen. Of je hebt nog altijd last van al die verwachtingen die ze van jou hadden, je ouders. En je hebt ze niet waargemaakt. Ik benoem het maar een keer. Want het zijn allemaal gedachten die op kunnen poppen bij het luisteren naar een bijbelverhaal, het kan het luisteren in de weg staan. (…)

Misschien is het dan wel zaak om extra goed op te letten. Zo’n namenlijst bij Matteüs bijvoorbeeld, stamboom. Helemaal niet vanzelfsprekend. Geen keurig lijstje. Maar rare namen erin als die van Tamar, van Juda, de vierde zoon nota bene, van de buitenlandse Ruth, zijpaadjes. Bloedbanden die uiteindelijk niet leidend zijn. Ruth was tenslotte een schoondochter. Via haar gaat het verder. En een heleboel van die namen zeggen ons helemaal niets. Maar God wel! Daar kom ik zo nog op terug.

Het verhaal van Ruth. Het is in de bijbel meer dan een kleine familiegeschiedenis die zich afspeelt in het gewone leven op het platteland van Israël. Iets van een drama, iets van idylle. Het is meer, dit verhaal. Dat zie je aan de naam waarmee het boekje eindigt. Het laatste woord, de laatste naam: David! Uiteindelijk wil dit een verhaal zijn van een God die door alles heen trouw blijft aan zijn belofte, voor zijn volk, zijn wereld. Het is het verhaal van een God die een weg baant waar geen weg is, die licht ontsteekt in het donker, die leven geeft waar alleen maar dood is. David, beloofde koning. Het laatste

Page 4: Homepage | De ontmoetingskerk · Web viewVorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week Obed, de zoon van Boaz en Ruth. Maar het lijkt eerder of hij de zoon van Naomi is. Obed,

woord, de laatste naam van dit boekje. Advent. Ook het boekje Ruth is onderdeel van dat grote bijbelse verhaal, dat bericht dat je vooral vast moet houden in het gewone leven, dat soms zo uitzichtloos, zo donker kan zijn. Natuurlijk, ook licht, dat weet ik wel. En jij hopelijk ook!

Ruth is meer dan een kleine familiegeschiedenis. Maar dat is het ook. Ik weet niet of het je is opgevallen bij de schriftlezing. Al die namen aan het slot van dit kleine boekje. Het eindigt ook met een namenlijstje, waarvan die van David dan de laatste is. Matteüs neemt dit lijstje uit Ruth integraal over in zijn stamboom van Jezus. Namen, bekend en onbekend, verwacht en niet verwacht. Namen. Er zijn heel veel van die namenlijsten in de bijbel, geslachtsregisters. Die je bij het lezen het liefst maar overslaat. Saai. Soms namen erbij die nauwelijks uit te spreken zijn. Waarom eindigt de schrijver van het boekje Ruth niet gewoon met dat kleine gezin, dat nieuwe kindje? ‘Ze noemden hem Obed. Hij is de vader van Isaï, die de vader is van David’. Klaar. Nee, niet klaar. Er volgt nog zo’n lijstje namen… Dat is niet zomaar. Ik ben er blij mee. Ik ben blij dat al die namenlijsten in de bijbel staan. Al die verschillende namen, bekend en onbekend, verwacht en niet verwacht, staan voor mensen, voor mensenlevens, voor mensen waar God oog voor heeft, die Hij kent, die ertoe doen.

Ik hoorde iemand eens zeggen, en ik zeg het hem graag na: het gaat in de bijbelse verhalen niet zozeer om allerlei abstracte waarheden waar we in moeten geloven, die we moeten slikken. Het gaat niet zozeer om levensbeschouwing, christelijke levensbeschouwing. Het gaat ook niet in de eerste plaats om normen en waarden, waar we ons aan moeten houden, onze christelijke normen en waarden, die je toch vooral je kinderen wil meegeven. Wat die normen en waarden dan ook precies mogen zijn. Want daar zijn we het dan weer niet over eens. Nee, het gaat in de bijbel over mensen, mensen met een naam, een verhaal, een geschiedenis. Mensen zoals jij en ik. Mensen die geroepen zijn om te leven. Mensen die dat soms maar bar ingewikkeld vinden. Hoe doe je dat, leven, op je werk, in je pensioen, met de kinderen, zonder kinderen, met je ouders, in allerlei verschillende omstandigheden….? Daar gaat het in de bijbel over, over mensen, concrete mensen. En het gaat vooral ook over een God die met al die verschillende mensen onderweg is, die meegaat, die een weg baant waar geen weg is, maar die er ook is op al die doodlopende paadjes, waar jij je nu misschien op bevindt. Die licht geeft in de duisternis, maar die in het donker ook naast je blijft staan. Een God die je bij name kent. ‘Ik heb je bij naam geroepen, je bent van mij!’ Eén van de meest ontroerende bijbelwoorden. Namen. Namen in de bijbel. Van Peres en Chesron, van Nachson en Salmon, van Boaz en Obed… Namen. Wie wil er nu niet bij zijn naam worden geroepen, bij name worden gekend. Ik moet denken aan die onvergetelijke dichtregels van Neeltje Maria Min:

Mijn moeder is mijn naam vergeten. / Mijn kind weet nog niet hoe ik heet. / Hoe moet ik mij geborgen weten? // Noem mij, bevestig mijn bestaan, / Laat mijn naam zijn als een keten. / Noem mij, noem mij, spreek mij aan, / o, noem mij bij mijn diepste naam. // Voor wie ik liefheb, wil ik heten.

Een God die je bij name kent. Die je liefheeft. Die je aanvaardt. Bij de doop wordt Gods naam uitgeroepen over, verbonden met die van een kind. Doopnaam. Op de laatste zondag van het kerkelijk jaar klinken de namen van de mensen die gestorven zijn, de

Page 5: Homepage | De ontmoetingskerk · Web viewVorige week Juda, de zoon van Jakob en Lea. Deze week Obed, de zoon van Boaz en Ruth. Maar het lijkt eerder of hij de zoon van Naomi is. Obed,

mensen van voorbij. Hun namen blijven klinken. Dat is zo belangrijk. Namen. Al die namenlijsten in de bijbel Ze staan er niet voor niets. Daar gaat het onze God om, om toekomst voor al die namen, om toekomst voor jou en mij. Om niet vergeten. Advent.

‘En ze noemden hem Obed. Hij is de vader van Isaï, die de vader is van David.’ Kijk, daar ligt hij aan de borst van Naomi. Dat kan natuurlijk helemaal niet. Maar het gebeurt wel. Hij staat in voor haar leven, haar toekomst. Hij, Obed, zoon van Boaz, zoon van Ruth, de Moabitische. ‘Je schoondochter’, zeggen de vrouwen tegen Naomi, ‘die je liefheeft en die meer waard is dan zeven zonen…’ Nee, gelukkig wordt ze niet vergeten, Ruth. In dat laatste namenlijstje aan het eind van het boekje komt ze niet voor. Maar Matteüs zet haar er wel weer bij, in zijn lijst. Niet vergeten, de ongedachte wegen die God gaat, buiten de gebaande paden om, bloedbanden zijn niet heilig… Een vreemdeling in Israël wordt de aartsmoeder van David.

Obed, zijn naam staat centraal vandaag, zijn ster. We weten verder helemaal niets van hem, van zijn leven. We weten wel wat zijn naam betekent. Obed komt van het Hebreeuwse woordje Ebed. En dat betekent knecht, dienaar. Obed zal zijn naam waar maken. Hij zal de zorg op zich nemen voor Naomi, voor Ruth. Hij zal als een dienaar zijn. Mooi als dat van je gezegd kan worden. Iemand zei: ‘Als mensen van hun eigen belang afzien en dienen, is de Messias niet ver weg’. Dat moet je natuurlijk niet te absoluut nemen, alsof je nooit voor eigen belang mag gaan, opkomen voor jezelf. Natuurlijk mag je dat wel. Dat moet je soms ook! Maar het is ook heel heilzaam als mensen van hun eigen belang leren afzien, oefenen in het eerst rekening houden met het belang van anderen…. Dan is de Messias niet ver.

Obed – Ebed. Dat is een belangrijk woord in de bijbel. Bij de profeet Jesaja vinden we de liederen over de ‘Ebed JHWH’, de ‘Knecht des HEREN’, dienaar van de Heer. Die liederen worden vaak verbonden met Jezus Christus, dé dienaar van de Heer bij uitstek. ‘Hij die niet gekomen is om zich te laten dienen maar om te dienen en zijn leven te geven als losgeld voor velen.’ Naar zijn komst zien we uit. Hij die de toekomst heeft geopend. Hij die instaat voor jouw leven, voor jouw naam. Hij die niet loslaat wat zijn hand begon. Hem mogen wij aanbidden.

AMEN

Reageren? Mail [email protected]