Het vakblad voor Informatiemanagers • Uitgave van ......volgen voor wat betreft de...

MagazineHet vakblad voor Informatiemanagers • Uitgave van DocumentWereld

Editie najaar 2015

Gemeente Emmenvernieuwend opelk terrein

En verder: ‘War for Talent’ in informatiemarkt; Ambtelijke fusies uit angst?

Nieuwe Selectielijst:Top 3 vragen en antwoorden

ABR-bijeenkomsten: hoog gewaardeerd

Doxis Magazine • najaar 2015

Gemeente Emmen op weg 4 naar zaakgericht werkenIn één keer invoeren met de juiste begeleiding

Workshops Selectielijst 9 goed bezochtVeel vragen en antwoorden tijdens bijeenkomsten

Zaaksysteem regelmatig 10controleren is noodzaak Zaaksysteem implementeren is iets anders dan zaakgericht werken

Regionale ABR-bijeenkomsten 14 hoog gewaardeerdKennisbijeenkomsten bewijzen juist nu hun bestaansrecht

Column: 19Ambtelijke fusies uit angst voor totale fusie?

War for Talent in informatiemarkt 20Informatiespecialisten in de spotlights tijdens KNVI-jaarcongres

Adresgegevens DoxisLoire 1262491 AJ DEN [email protected]

Twitter@DoxisInformatie Volg Doxis ook op LinkedIn en Facebook

RedactieJohn de Waard, Tekstschrijven als Passie Eindredactie Max Beekhuis (Doxis)Geraldine Scholten (Doxis)

Opmaak en beeldredactieKaijer Vormgeving,Schermerhorn

Realisatie VakwereldPostbus 1011260 AC Blaricum087 -8742062

ColofonProductieDeze uitgave is geproduceerd op papier, digitaal gepubliceerd voor e-readers en de artikelen zijn te vinden op www.documentwereld.nl en www.doxis.nl.

Auteursrechten Vakwereld

INHOUD

4

9

14 20

10

19

4 Doxis Magazine • najaar 2015

Niet dat de invoering van zaakgericht werken de eerste stap op het terrein van digitalisering betekende voor Emmen. Verre van dat. ‘Emmen is al een flink aantal jaren heel actief op het gebied van automatisering en digitalisering’, aldus Begeman. ‘Er is destijds gekozen om een bepaalde lijn te volgen voor wat betreft de informatievoorziening en die lijn volgen we nu al een aantal jaar. Dat werpt zijn vruchten af,

want het werk verloopt steeds efficiënter, we kunnen steeds meer profiteren van de voortgang in dat beleid. We gaan straks meer doen tegen lagere kosten, met een beter resul-taat. Dat beleid is erop gericht de dienstverlening naar de burger optimaal te krijgen. Dat gebeurt onder meer door de inzet van digitalisering en zaakgericht werken. Vooral in het kader van de bezuinigingen – waar meer moet wor-

‘Big bang’ kan ook prima werken, mits met de juiste begeleiding

Gemeente Emmen neemtvoortouw in digitaliseringen zaakgericht werkenMet ruim 100.000 inwoners vervult de gemeente Emmen een belangrijke rol in de regio Zuidwest-Drenthe. ‘Met een aantal buurgemeenten werken we al intensief samen, maar Emmen loopt toch wel voorop’, aldus programmamanager Dienstverlening & Informatiemanagement, Eddie Begeman. Samen met de projectleider zaakgericht werken Debby Gillet, het projectteam, waaronder consultant Peter Hazelaar (sinds kort werkzaam voor Doxis Informatiemanagers) heeft Begeman het zaakgericht werken in Emmen geïntroduceerd.

Zaakgericht werken bij Emmen

Eddie Begeman (rechts): ‘Sturen op kwaliteit van dienstverlening.’

5najaar 2015 • Doxis Magazine

den gedaan tegen lagere budgetten - werpt die aanpak zijn vruchten af. Sommige zaken kunnen daarbij in een geza-menlijk verband met omliggende gemeenten worden opge-pakt, terwijl andere zaken door de diverse gemeenten ver-schillend worden aangevlogen. Vaak liggen politieke keuzes ten grondslag aan wat je samen doet en wat specifiek voor je eigen burgers.’

Zaakgericht werken

Digitalisering en zaakgericht werken zijn dus het gevolg van de keuze die zo’n vijf jaar geleden al is ingezet. Em-men is aangesloten bij Dimpact, een landelijk samenwer-kingsverband van gemeenten. ‘Vanuit strategisch perspec-tief verbindt Dimpact de gemeentelijke ambities door standaardisatie, kennisdeling, innovatie, vraagbundeling en inkoopvoordeel’, zo staat op de site van Dimpact te lezen. Maar wat betekent het concreet? Hazelaar: ‘Het betekent dat je bepaalde keuzes maakt in bijvoorbeeld de aanpak van procesautomatisering en digitalisering en producten en diensten op dat gebied, gebaseerd op gemeenschappelijke ervaring en kennis die binnen Dimpact aanwezig is. Daar-door hoef je als eenling niet alles zelf uit te zoeken en kun je profiteren van schaalvoordeel. Zo heeft Emmen bijvoor-beeld de keuze gemaakt voor de Atos e-Suite als het gaat om zaakgericht werken, een suite die uit de samenwerking met Dimpact voortkomt.’

‘Dat beleid is erop gericht de dienstverlening naar

de burger optimaalte krijgen.’

(Eddie Begeman)

‘Het betekent dat je bepaalde keuzes maakt inbijvoorbeeld de aanpak van procesautomatisering

en digitalisering.’ (Peter Hazelaar)

Peter Hazelaar: ‘Menselijke factor vaak onderschat.’


Optimaliseren van dienstverlening

Zaakgericht werken heeft hoe dan ook een grote impact op de organisatie en de manier van werken. Begeman: ‘Het heeft impact op de dienstverlening naar de burgers, op je informatiemanagement en je gegevensbeheer, op het ap-plicatielandschap en op de aanpak van digitalisering. Wij hebben ervoor gekozen om die digitaliseringsslag en het zaakgericht werken min of meer als een ‘big bang’ in te voe-ren. Wel eerst een pilot, maar dan vervolgens meteen grote stappen zetten. Daarom is de keuze op een generiek sys-teem gevallen. Niet te veel details meteen, dan verzand je al snel in een eindeloze discussie waar je misschien niet meer uit komt. De belangen van de invulling van zo’n toepas-sing lopen namelijk sterk uiteen binnen de organisatie. Dan

kun je naar mijn idee beter instappen met een wat globa-lere aanpak, waar de hele organisatie mee uit de voeten kan. Vervolgens ga je van daaruit het systeem verder verfijnen. Dat werkt beter dan vanaf de start het hele systeem tot in de kleinste details uitwerken en dan pas uitrollen. Een big bang is niet altijd verkeerd …’

Integraal klantbeeld centraal

Begeman licht nog toe: ‘We zijn begonnen het Klant Con-tact Center (KCC) en de WABO-procedures volgens de principes van het zaakgericht werken in te richten, inclusief de inkomende post die gedigitaliseerd en verwerkt wordt. Toen werd al heel snel duidelijk dat het volledig uitwer-ken van alle processen en procedures in een gedetailleerde workflow, zoals bij de WABO, niet zou werken voor de hele organisatie. Het zou dan veel te lang gaan duren voor über-haupt iets kon worden gestart. Daarom hebben we gekozen

voor een generiekere aanpak en een ‘big bang’-invoering. Het gaat in dit geval om het integraal klantbeeld wat je wilt creëren. Ondersteuning met relevante informatie, de juiste processen en stappen op het juiste moment, maken dat me-dewerkers een beter inzicht krijgen in wat er is, wat er nog niet is en wat er nog moet gebeuren. Daarmee kunnen ze de burgers weer beter van dienst zijn.’Hazelaar: ‘De digitalisering en het verwerken van inko-mende post past helemaal in dat straatje. Maar dat kun je wel op een slimme manier doen. ‘Slim scannen’ noemen we die applicatie. Vooraf nadenken over hoe documenten moeten worden uitgestuurd om ze dan, als ze terugkomen met informatie van de burgers, makkelijker te kunnen ver-werken. Vooraf bedenken wat het resultaat zou moeten zijn, werkt vaak heel verhelderend om een proces efficiënt te kunnen aanpakken. De voorkant en achterkant van het pro-ces, de inkomende en uitgaande documenten en informatie, zijn vervolgens direct gekoppeld aan het zaaksysteem en de backoffice applicaties. Daardoor heb je als medewerker altijd een volledig overzicht van de meest actuele situatie.’

Van generiek naar specifiek

Nu is het zaak om het ‘generieke systeem’ verder uit te bou-wen naar meer producten en diensten van de gemeente. Begeman: ‘En om het meer in detail af te stemmen op af-delingsniveau. Het grote voordeel is wel dat door de hele organisatie nu een uniforme manier van werken wordt toe-gepast. Er is zicht op de processen en hun verloop, het sys-teem is transparant voor de medewerkers, er is een integraal beeld van de klant en het management kan eenvoudiger en directer sturen op (de dynamiek van) weten regelgeving, zonder zich zorgen te hoeven maken of het allemaal wel in het systeem past en of iedereen dan wel over de juiste informatie beschikt. Uit de managementinformatie is di-rect te herleiden waar knelpunten in de organisatie zitten: bij welke afdelingen of zelfs op medewerkersniveau, als je dat zou willen. Kortom, we kunnen sturen op kwaliteit van onze dienstverlening.’

Hazelaar heeft zich in het begin van het project vooral be-zig gehouden met documenten informatiestromen, dos-sieropbouw en digitalisering, met de vraag wat nodig is om

‘Daarom hebben we gekozen voor een

generiekere aanpaken de big bang.’

(Eddie Begeman)


effectief zaakgericht te kunnen werken. ‘Door die goede voorbereiding en de keuze van de aanpak, is het een zeer succesvol project geworden. Het vervolg is nu het slim scan-nen, maar daarmee zijn we nog niet aan het eind. We gaan nog verdere stappen nemen door bijvoorbeeld het digitaal ondertekenen van documenten in te voeren en het archief verder te digitaliseren. Bovendien moet het gaan aansluiten op het zaaksysteem. Daardoor kunnen we het selfservice-niveau voor de burgers verder opkrikken. Op termijn ten-slotte, blijft dan het aansluiten op een e-depot een wens die we nog hebben. Na al die vervolgtrajecten zou de cirkel dan aardig rond zijn, schat ik in.’

Op uitvoeringsniveau mensen goed begeleiden

Als je het snel zegt, lijkt het in Emmen allemaal soepel en succesvol te zijn verlopen. ‘Het eindresultaat is inderdaad goed, maar er zijn echt wel obstakels geweest. Net als bij zoveel andere organisaties die dit traject doorlopen’, aldus Hazelaar: ‘De overstap naar het zaakgericht en volledig digitaal werken, heeft intern bij een aantal mensen best moeite gekost. Het hoger en midden management omar-men zo’n project, omdat ze de strategische voordelen wel (h)erkennen, maar op uitvoeringsniveau is het soms best lastig in de praktijk. Dat moet je goed begeleiden. Ik ben ervan overtuigd dat in veel organisaties de menselijke factor wordt onderschat, waardoor veel projecten blijven hangen in goede bedoelingen. De kwaliteitsbewaking op elk niveau staat aan de basis voor succes.’

‘Door die goede voorbereiding en de

keuze van deaanpak is het een

zeer succesvol project geworden.’ (Peter Hazelaar)

Vernieuwend door zaakgericht werken


Vaststellingstraject moet nog starten

‘Klinkt leuk, zo’n workshop over de implementatie van de selectielijst’, hoor ik u denken, ‘maar de nieuwe selectie-lijst is toch nog niet vastgesteld?’ Nee, dat klopt. Omdat het vaststellingstraject nog moet starten, is het niet waar-

schijnlijk dat de lijst op 1 januari 2016 definitief is vastge-steld. Voordat het vaststellingsproces start, zal de VNG ook nog de vele reacties vanuit de gemeenten willen verwerken. Waarschijnlijk wordt er wel gekozen voor toepassing met terugwerkende kracht, dus er is toch sprake van enige tijds-druk bij de implementatie van de nieuwe selectielijst.

De VNG zal ongetwijfeld blijven vasthouden aan de huidi-ge opzet op basis van werkprocessen. Zelfs als een gemeen-te al zaakgericht werkt, zal implementatie meer inhouden dan bewaartermijnen aanpassen, omdat de processen ver-taald moeten worden naar de eigen werkprocessen. Verder vraagt de aanpak met de systeem-, trend- en risicoanalyse vooraf om strategische keuzes van de organisatie. Je komt er als organisatie niet mee weg om alleen de vernietigingster-mijnen aan te passen. Het is dus nu al gewenst om over de invoering van de concept selectielijst na te denken.

Veel vragen tijdens workshops

Waar moet je dan als organisatie rekening mee houden? Tijdens de workshops werden door de deelnemers veel vra-gen gesteld. De meest voorkomende vragen van de deelne-mers van workshops zijn hier op een rijtje gezet.

Workshops Selectielijst

Concept Selectielijst 2016, wat nu?

Vragen, antwoorden eneen plan van aanpak nagoedbezochte workshops

Afgelopen maart introduceerde de VNG de nieuwe concept selectielijst voor (inter)gemeentelijke archiefbescheiden. De nieuwe conceptlijst is compleet anders opgebouwd dan de huidige lijst (de actualisatie van 2012). De huidige selectie-lijst gaat uit van documenttypes. De nieuwe concept selectielijst is procesgericht en gebaseerd op de procesarchitectuur GEMMA. De processen van GEMMA zijn echter niet één op één als basis gebruikt. Daarnaast is aangehaakt bij de nieuwe selectiemethodiek van het Nationaal Archief; er is een systeem-, een trend- en een risicoanalyse uitgevoerd.

Jantine Ploeg

Door: Jantine Ploeg, professional bij Doxis Informatiemanagers


1. Welke analyses wil ik als organisatie lokaal uitvoeren?

Landelijk zijn er analyses uitgevoerd. De VNG raadt

aan om daarnaast zelf op lokaal niveau een aanvullende trend- en systeemanalyse uit te voeren. Wat is de meer-waarde van het lokaal uitvoeren van de bovengenoemde analyses? Een terechte vraag die vaak gesteld werd tijdens de workshops. De landelijke analyses zijn erg algemeen en daardoor maar beperkt van waarde voor de eigen or-ganisatie. De trendanalyse beschrijft bijvoorbeeld ‘pros-pectief ’ landelijke en algemene trends als ‘vergrijzing’. Trends als aardbevingen door gaswinning of het incident met de Julianabrug komen hier niet in voor, terwijl die lokaal erg belangrijk zijn. En wat een klein risico is voor de ene gemeente, kan in een andere gemeente een enor-me impact hebben. Over het uitvoeren van een risico-analyse geeft de VNG geen duidelijk advies. Het kan dus zeker toegevoegde waarde hebben om één of meerdere analyses lokaal uit te voeren. In de praktijk worden die analyses op dit moment vaak al gedaan. De trendanalyse is een uitgebreide vorm van de uitzonderingscriteria. En in welke organisatie wordt nooit gesproken over het lan-ger bewaren van documenten in verband met verwachte risico’s? Met het uitvoeren van analyses op lokaal niveau is het een goed moment om dit te formaliseren.

2. Past de concept selectielijst bij de werkwijze binnen onze organisatie?

Werkt de organisatie al (deels) zaakgericht of wordt

zaakgericht werken ingevoerd? Dan kan er een vertaal-slag gemaakt worden naar de processen uit de selectie-lijst. Daarbij is de keuze: past u het zaaksysteem aan de selectielijst aan, of omgekeerd? Omdat de lijst niet één op één de GEMMA-processen gebruikt, zal er altijd een vertaalslag nodig zijn. Heeft de organisatie geen zaaksys-teem? Dan zullen de werkprocessen geplot moeten wor-den naar de eigen ordeningsstructuur. Vanuit de VNG is beloofd om een concordans (dus een lijst met verwijzin-gen) met de oude lijst op te stellen. Dit zal de vertaalslag gemakkelijker maken.

3. Wie moet ik bij de implementatie van de nieuwe selectielijst betrekken?

Leg verantwoordelijkheden neer waar ze horen. Ga langs de proceseigenaren om samen de processen door te lichten voor de systeem- of risicoanalyse. Of kies er-voor om proceseigenaren bijvoorbeeld de risicoanalyse te laten uitvoeren. Betrek bij het opstellen van de trendanalyse de (gemeente)archivaris en/of een Strategisch Informatieoverleg.

Haalbaarheid

Het kan goed zijn, dat het niet realistisch of niet de keuze van de organisatie is om de invoering van de selectielijst vóór 1 januari 2016 rond te hebben. Het is wel belang-rijk om na te denken over die haalbaarheid. Stel kritische vragen over hoe je als organisatie met de invoering van de selectielijst omgaat. Zoals eerder beschreven, zal de nieuwe selectielijst totaal anders zijn dan de huidige selectielijst. Bij de juiste invoering van de selectielijst kan het selectieproces meer worden geautomatiseerd en heeft de medewerker, die nu belast is met de selectie, een controlerende en advise-rende functie.

Mocht u vragen hebben naar aanleiding van dit artikel vragen of heeft u interesse om de workshop binnen uw ei-gen organisatie volgen? Neem dan contact op met Doxis.T 070-317 71 72, M [email protected]


Jelger Postma, senior consultant bij Somio, heeft veel erva-ring in het werken bij en met overheden. Hij ziet het met regelmaat voorkomen dat zaaksystemen langzaam wat in ‘onbruik’ raken. Postma: ‘De optimale inzet van een systeem – dus ook een zaaksysteem - heeft voor een belangrijk deel te maken met de discipline van het juist uitvoeren van af-spraken en het goed invoeren van gegevens. In de praktijk merk ik dat na een tijdje er toch vaak wat onregelmatig-

heden insluipen. Dat is niet meteen desastreus, maar als je daar niet op tijd bij bent, kan het wel verstrekkende ge-volgen hebben. Zie het maar als een gezondheidscontrole bij de huisarts. Je denkt dat je gezondheid goed is, maar je weet het eigenlijk niet zeker, want je hebt geen gegevens om het te onderbouwen. Die huisarts controleert een aantal basisgegevens zoals gewicht, bloeddruk, hartslag voor en na inspanning en nog wat elementaire zaken. Zijn die waardes

Check uw zaaksysteem

Zaakgericht werken maakt een snelle opmars. Veel overheden zijn er mee begonnen, ande-ren staan op het punt van beginnen. En er is inmiddels ook al een hele generatie gebrui-kers die al een wat langere tijd het zaakgericht werken hebben toegepast. Maar wordt het zaaksysteem daar nog wel gebruikt zoals des-tijds bedoeld? Zijn er bijvoorbeeld niet te veel zaaktypen in gebruik? Verloopt de afhandeling van de zaken wel volgens protocol? Werkt elke afdeling wel even enthousiast met het systeem? Om daar inzicht in te krijgen is het goed om af en toe eens een ‘gezondheidscontrole’ uit te (laten) voeren. Om te voorkomen dat allerlei onderhuidse kwaaltjes straks zorgen voor een algehele conditievermindering en een vergrote kans op ‘infarcten’ in de organisatie.

Gezondheidscontrole voor De Gezonde Zaak

Onderhuidse kwaaltjesopsporen om échtsuccesvol zaakgerichtte werken


goed, dan is er geen reden om dieper te graven. Zijn ze af-wijkend, dan is het wellicht verstandig om dat wel te doen. Met een zaaksysteem werkt het net zo. Na een tijdje slui-pen er in de dagelijkse praktijk gemakkelijk wat afwijkende ‘gewoontes’ in. Klopt alles nog wel met de doelstellingen en afspraken? Worden de gegevens goed ingevoerd en de zaken volgens procedure afgehandeld? Hoeveel zaaktypen zijn er eigenlijk in gebruik en hoeveel zaken zijn er van elk

type? Komt een zaaktype nauwelijks voor, dan kun je die er beter uitlaten. Wordt een documentsoort vrijwel nooit gebruikt, idem dito. Hoe eenvoudiger het systeem werkt voor de gebruikers, hoe groter de kans dat het goed wordt gebruikt. Of de keuze in documentsoorten nu 150 of 50 is; dat maakt het voor een gebruiker een stuk overzichtelijker. Heel vaak zie je dat mensen anders snel kiezen voor ‘overig’. Dan zijn ze er maar van af om door al die documentsoorten te scrollen en de juiste keuze te maken.’

De Somio Zaaksysteem Check-up

Om erachter te komen of een zaaksysteem inderdaad vol-gens verwachting en doelstelling wordt gebruikt, is het mogelijk met een aantal relatief eenvoudige middelen een controle uit te voeren. Postma: ‘Na enkele jaren van gebruik, vervuilt een zaaksysteem langzaam maar zeker. Lang niet alle zaken worden daadwerkelijk gebruikt of afgehandeld, documenten worden niet gekoppeld of gegevens worden niet of niet correct gevuld bij registratie of uitvoering van behandelstappen. Geen halszaken. In het begin … Maar als dat een tijdje voortsluimert, wordt het steeds moeilijker om nog bij te sturen. Ook komt het voor dat een bepaalde afde-ling gewoon wat minder affiniteit heeft met het zaakgericht werken. Misschien doordat ze het minder vaak nodig heb-ben en daardoor er nooit echt bedreven in raken. Of omdat de mensen die er werken gewoon nog wat minder met di-gitaal werken hebben. Dat is echt de praktijk! Niet iedereen

staat meteen te springen bij zo’n overgang naar digitaal en zaakgericht werken. Het is een behoorlijke cultuurschok en de een gaat daar wat soepeler mee om dan de ander.’

Postma gaat verder: ‘Om nu te voorkomen dat de zaak uit de hand loopt voor je er erg in hebt, hebben we de Somio Zaaksysteem Check-up zeg maar: De Gezonde Zaak-test, ontwikkeld. Die geeft inzicht in de kwaliteit van de infor-

matie in een zaaksysteem. In overleg met de opdrachtgever bepalen we waar de thermometer in moet. Bijvoorbeeld welke velden zijn niet (correct) gevuld, hoeveel zaken zijn geregistreerd per zaaktype, of hoeveel documenten per soort? Hoeveel versies van documenten worden gemid-

Jelger Postma: ‘Een zaaksysteemimplementeren is niet hetzelfde alszaakgericht werken…’

‘Klopt alles nog wel met de doelstellingen en afspraken?’


deld vastgelegd? Met de test is het ook mogelijk om za-ken en documenten in kaart te brengen die aan bepaalde ‘voorwaarden’ voldoen. Denk aan zaken die al meer dan 12 maanden in behandeling zijn, openstaande zaken per afde-ling of documenten bij bepaalde zaken die de status van ‘concept’ hebben.’

Inzichten

Al die metingen geven waardevolle inzichten. Postma: ‘Zijn de getallen die er uit komen niet verontrustend, dan is de test klaar. Is er echter sprake van serieuze afwijkingen dan kunnen we die afwijkingen verhelpen. Het gaat echter niet alleen om het signaleren van afwijkingen. We kunnen uit al die gegevens ook precies zien welke inspanning er nodig is om een bepaalde achterstand weg te werken. Ook dat geeft de opdrachtgever nuttige inzichten. De Zaaksysteem Check-up is een soort schouw om de status van (het ge-bruik van) je zaaksysteem te toetsen. Voorkomen is beter dan genezen, maar als je niet weet dat je ziek bent, is het

lastig om maatregelen te treffen. Na die schouw zijn we, als de situatie daarom vraagt, in staat om samen met de klant een vervolgtraject te bespreken en uit te stippelen. Van het opschonen, verrijken en selecteren, tot het indelen, structu-reren en uiteindelijk migreren en veiligstellen van gegevens. Dan is ‘de zaak’ weer helemaal actueel, volledig en klaar voor optimaal gebruik.’

Standaard analysemethode

‘De Zaaksysteem Check-up voeren we uit volgens onze standaard analysemethode en inzet van gespecialiseerde

‘De uitkomsten van detest zeggen iets overde eigen organisatie.’


software’, aldus Postma. ‘Wij verbinden onze software met het zaaksysteem van de klant. Dat gebeurt via de zo-genaamde StuF-koppelvlakken. Standaardprotocollen die ons in staat stellen met alle gangbare zaaksystemen te communiceren. Daarna halen we de gegevens van alle ge-registreerde zaken en documenten uit het systeem. Al deze gegevens nemen wij op in onze database en verwerken die tot de gewenste statistieken en overzichten.’

‘De opdrachtgever (lees: de patiënt) ontvangt van ons een rapport of presentatie met inzichten in de gezondheid van het zaaksysteem. Daarin zijn duidelijk de opvallende zaken aangegeven. Het is geen waardeoordeel, begrijp me goed, het is een constatering van de status. Daarbij krijgt hij van ons, in een persoonlijk gesprek, aanbevelingen over moge-lijke vervolgstappen, zodat vervuiling van het zaaksysteem

in de toekomst kan worden voorkomen en het systeem op-timaal ingezet kan worden.’

Vinger aan de pols

Postma hoopt dat hij op deze manier veel organisaties kan helpen de vinger aan de pols te houden met betrekking tot het gebruik van het zaaksysteem. ‘Een zaaksysteem im-plementeren is niet hetzelfde als zaakgericht werken. Dat blijkt in de praktijk maar al te vaak. Het is geen kwestie van een stukje software installeren en denken dat daarmee de organisatie zaakgericht werkt. Het vereist een strakke disci-pline in de werkwijze van de medewerkers, een ‘mindshift’ ten opzichte van wat ze vaak gewend waren. De uitkom-sten van de test zeggen iets over de eigen organisatie: hoe gaan we om met informatie? Hoe gedisciplineerd werken we? Zijn we bereid de procedures te volgen en informatie te delen? Bereik je dat punt niet, dan kun je ook geen resul-taat verwachten. Niet voor de medewerkers, maar evenmin voor het management. Uit zo’n ‘misbruikt’ systeem kun je geen nuttige managementinformatie meer halen en blijft het kwakkelen. Dat willen wij voorkomen met deze Ge-zonde Zaak-test, de Zaaksysteem Check-up. Het is daarbij belangrijk dat alle betrokkenen het nut ervan inzien en be-reid zijn om te werken aan de gezondheid. Anders staan we volgend jaar weer op de stoep voor een volgende gezond-heidscheck…’

‘Dan zijn ze er maar van af om door al die documentsoorten te scrollen en exact de

juiste keuze te maken.’

Check-up


ABR-kennisbijeenkomsten

Ervaringen delen, kennis uitwisselen en netwerken met vakgenoten:

Regionale ABR-kennisbijeen-komsten bewijzen juist nuhun bestaansrechtZe bestaan al heel lang, maar de formule blijkt nog altijd goed te werken: de ABR-kennisbijeenkomsten worden hoog gewaardeerd. Veranderingen in weten regelgeving zijn aan de orde van de dag. De complexiteit van ondersteunende ICT neemt sterk toe. En dan is de behoefte aan een serieuze sparringpartner groot. De ABR-kennisbijeenkomsten vormen een ideaal ontmoetingsplatform voor lokale en regionale overheden. Een ‘rondje langs de velden’ onderschrijft al jaren-lang het belang, maar ook het onderlinge plezier van constructief kennisdelen en ervaringen uitwisselen met collega’s.

De redactie van Doxis Magazine sprak met een zestal frequente bezoekers bij die bijeenkomsten: Marijke de Vreede (gemeente Pijnacker-Nootdorp), Ben Barendse (gemeente Almere), Piera Cherchi (gemeente Rijswijk), Gert Zomer (gemeente Stadskanaal), Patricia Schalken

(gemeente Lisse) en Henry van der Zwan (gemeente Cas-tricum). Allemaal zijn ze bijzonder positief over de bijeen-komsten.

De ABR-formule is niet zo zeer wereldschokkend als wel bijzonder effectief. Per jaar vinden zo’n 18 regionale kennis-bijeenkomsten plaats op locaties door het hele land. Tijdens die sessies worden actuele thema’s behandeld en besproken met de aanwezigen in relatie tot de impact op hun werk en organisatie. Ook kunnen de deelnemers zelf onderwerpen aandragen die dan worden behandeld.

De Vreede zit weliswaar al wat langer in het vak maar heeft zeker nog baat bij de bijeenkomsten: ‘Pijnacker is heel actief met digitalisering, zaakgericht werken en alles wat daarbij komt kijken. Dan is het heel prettig als je een paar keer per jaar – georganiseerd - met collega’s uit de regio

‘Waarom in mijn eentje worstelen als ik met

collega’s kan sparren?’ (Piera Cherchi)

Piera Cherchi: ‘Professionals bij Doxis.’


kunt spreken over hoe zij bepaalde zaken oplossen of er-varen. Het werk en de -omgeving zijn al complex genoeg, ook zonder al die veranderingen die steeds weer plaatsvin-den.’ Piera Cherchi onderschrijft vooral het belang van het contact met collega’s. ‘Onder leiding van professionals van Doxis worden actuele thema’s aangehaald. We kunnen ook zelf een onderwerp aandragen. Dat gaat altijd in goed over-

leg. Ook bij de gemeente Rijswijk zitten we volop in een transitie met het ontwikkelingstraject ‘Op weg naar 2020’. Dit traject krijgt vorm volgens het principe van ‘opgaven gestuurd werken’. De focus ligt vooral bij de maatschappe-lijke opgaven die voortvloeien uit het collegewerkprogram-ma maar het principe van opgaven gestuurd werken, wordt ook op besturings-, bedrijfsmatige-, facilitaire en transfor-matieopgaven toegepast. Deze nieuwe wijze van werken brengt professionele uitdagingen met zich mee. Omdat de organisatie steeds meer in ketens (samen)werkt, zijn de vraagstukken die ik als adviseur krijg, complexer en meer strategisch van aard. Bijvoorbeeld over risicomanagement, stuurinformatie, interoperabiliteit, digitale duurzaamheid,

‘Het werk en de -omgeving zijn al complex genoeg,

ook zonder al die veranderingen die steeds

weer plaatsvinden.’ (Marijke de Vreede)

Patricia Schalken: ‘Commitment van het bestuur.’

Marijke de Vreede: ‘Prettige contacten tijdens bijeenkomsten.’

‘Die inhoud, gekoppeld aan het delen van kennis, maken die bijeenkomsten

voor mij toch wel heel waardevol.’

(Patricia Schalken)


standaardisatie, kwaliteitszorg etc. Dan is het heerlijk als je in een ontspannen sfeer met andere professionals kunt brainstormen over die ontwikkelingen.’

Alle geïnterviewden prijzen vooral de inhoudelijke kwali-teit van de bijeenkomsten. ‘Die inhoud, gekoppeld aan het delen van kennis, maken die bijeenkomsten voor mij toch wel heel waardevol’, aldus Patricia Schalken. ‘Veel van de huidige ontwikkelingen op zowel ICT-gebied, als op het gebied van beleid, hebben grote invloed op ons werk. De ene gemeente is al wat verder met het verwerken van die ontwikkelingen dan de andere. Lisse is een ambitieuze ge-meente met veel commitment van het bestuur. Daardoor hebben we al grote stappen gezet in bijvoorbeeld zaak- en procesgericht werken. Die ervaringen willen we graag de-

len. Aan de andere kant zie ik dat wij ook nog steeds kun-nen leren van de kennis van anderen.’

Ondersteuning bij ambtelijke fusie

Van der Zwan van de gemeente Castricum, zit midden in een fusie van het ambtelijk apparaat van de gemeenten Ber-gen, Castricum, Heiloo en Uitgeest (zie ook Doxis Special

‘Voor ons is datzo’n heftig en

ingrijpend proces,dat we hebben gevraagd

of daar een separate bijeenkomst voor kan worden ingeruimd.’

(Henry van der Zwan)

‘Dergelijke valkuilenkun je door de

kennisuitwisseling tijdens die bijeenkomst ondervangen of juist

inbrengen.’ (Gert Zomer)

Henry van der Zwan: ‘Flexibiliteit van de initiatiefnemers…’

Gert Zomer: ‘Burgers vragen steeds meer digitaal.’


winter 2014): ‘Die ambtelijke samensmelting moet per 1 januari 2017 gestalte krijgen, zo hebben de gemeenteraden besloten. Voor ons is dat zo’n heftig en ingrijpend proces, dat we hebben gevraagd of daar een separate bijeenkomst voor kan worden ingeruimd. En dat kon. Dat geeft meteen de flexibiliteit van de initiatiefnemers aan. Je draagt wat aan en als het enigszins mogelijk is, spelen ze daarop in. Daar zijn wij heel blij mee.’

Ondanks dat de meesten een volle agenda hebben, nemen ze nog altijd de tijd om toch de regiobijeenkomsten te be-zoeken. Gert Zomer: ‘Als je dat niet doet, raak je snel ach-terop. Je gaat mee in de waan en hectiek van de dag en

dan is de verleiding erg groot om maar helemaal niet meer te gaan. Daar is de ABR wat mij betreft veel te waardevol voor. Onderwerpen als een nieuw Klant Contact Center, het Nieuwe Werken, het inrichten van Omgevingsdiensten en de decentralisatie, verdienen alle aandacht. Je kunt het je niet veroorloven daarin achterop te raken. De ABR-bijeenkomsten dwingen je als het ware af en toe even een stapje achteruit te doen en te kijken naar wat je doet, wat het resultaat is, hoe zich dat verhoudt tot de anderen en meer van die bespiegelingen. Dat werkt echt heel goed!’ De Vreede ziet dat met name op het gebied van weten regel-geving, sparren met een deskundige partij echt noodzake-lijk is. ‘Dat is toch wel een van de doelstellingen voor mij van de bijeenkomsten. Je wordt in korte tijd bijgepraat en je leert ook wel prioriteiten te stellen. Je kunt nu eenmaal niet alles tegelijk aanpakken, maar onder meer door deze sessies word je gewezen op welke zaken nú het belangrijkst zijn. Het grote Doxis seminar leent zich daar minder voor. Daar gaat het meer over de lange(re) termijn en de visie op het grote geheel. De workshop-achtige insteek van de ABR-bijeenkomsten spreekt mij ook erg aan.’

Handvatten en houvast

Het concrete van de bijeenkomsten en de directe handvat-ten, spreken ook Schalken het meest aan. ‘Zo heb ik bij-voorbeeld mijn handboek ‘Vervanging’, tot een mooi resul-taat kunnen afronden. Daar gaan we binnenkort mee aan de slag. Zonder die ABR was het een stuk lastiger gewor-den. Dan was het ook wel gelukt, maar had het zeker meer tijd gekost en waren er misschien zaken geweest die ik niet had opgemerkt of niet direct had meegenomen.’

Zomer ziet in de praktijk dat burgers steeds meer om di-gitaal vragen. ‘Alle kanalen worden tegenwoordig ingezet om te communiceren met de overheid. Daar moet je als

Ben Barendse: ‘Wat gaan we straks met al die lege dozen doen…?’

‘Ik spreek anderen erzelfs op aan als zeniet zijn geweest.’

(Ben Barendse)


organisatie mee leren omgaan. Dat heeft ook met mensen te maken. Die moeten leren op een andere manier te den-ken en te werken. De steun van hogerhand en een goede begeleiding van de mensen in een organisatie zijn daarin onontbeerlijk. Dergelijke valkuilen kun je door de kennis-uitwisseling tijdens die bijeenkomst ondervangen of juist inbrengen.’ Ben Barendse onderschrijft dat van harte. ‘Di-gitaal is toch anders. Kennis delen is dan een grote pré. Per saldo doen we als gemeenten allemaal hetzelfde. Dan zou het gek zijn als je niet van elkaar kunt leren, de een is nu eenmaal al wat verder in het traject is dan de ander.’

Barendse brengt nog iets in dat direct door de anderen wordt erkend; ‘Het zou mooi zijn als we af en toe op de-zelfde manier zouden kunnen sparren met een ‘grote broer’, bijvoorbeeld Utrecht of Erfgoedcentrum Flevoland. Ik weet, dat kunnen we ook zelf initiëren, maar als het wordt gedaan door bijvoorbeeld de ABR-mensen en ook op die manier wordt begeleid, werkt het toch nét even beter en meer gestructureerd.’

Het juiste richtingsgevoel

Voor alle deelnemers geldt dat de ABR-bijeenkomsten ze het juiste richtingsgevoel geeft. ‘Weten binnen welke kaders en mogelijkheden je kunt werken en dit vergelijken met de ervaringen en kennis van collega’s stuurt je de goede kant op ’, aldus Van der Zwan. ‘Bovendien word je als DIV’er ge-acht je kennis op peil te houden. Zonder die kennis word je niet serieus genomen, terwijl het vak nu juist op weg is een belangrijke pijler voor de organisatie te worden. Informatie is belangrijk, geïnformeerd worden cruciaal.’

Cherchi tot slot: ‘Op die manier hebben de bijeenkomsten echt bijgedragen aan het uitbreiden van mijn professionele netwerk en aan het ontstaan van duurzame relaties met col-lega’s. Waarom in mijn eentje worstelen als ik met die col-lega’s kan sparren? Waarom het wiel opnieuw uitvinden als andere professionals het al hebben gedaan? Het is meteen een goede check: is mijn kennis nog actueel, mijn organi-satie compliant of lopen we achter op de ontwikkelingen?’ De ABR-bijeenkomsten zijn een mooi voorbeeld van hoe

waardevol dit soort bijeenkomsten (nog steeds) zijn, door vooral goed in te spelen op de interesses en belangen van de deelnemers.

‘Ik spreek anderen er zelfs op aan als ze niet zijn geweest’, vult Barendse nog snel aan…

Regiobijeenkomsten weer van start!

Begin oktober gaan de Regionale ABR-Kennisbijeen-komsten weer van start. Centraal staat dit keer ‘Samen-werking in keteninformatisering’.

Overstijgende (digitale) samenwerking komt steeds vaker voor bij overheidsorganisaties. Dit zijn geen incidenten, er is structureel iets aan de hand.

Doxis staat voor thema’s als de betrouwbare overheid. Hebben we met elkaar nagedacht over hoe we dit in de (nieuwe) samenwerkingsverbanden hebben vormgegeven of vorm gaan geven? De ervaring leert dat in het infor-matiebeleid de component keteninformatisering nog vaak ontbreekt.

Gemeenten stellen ons de vraag: hoe kan ik in een keten mijn verantwoordelijkheden als gemeente zo beleggen dat ik mijn informatie-/verantwoordingsrisico’s minimaliseer? De decentralisaties zijn een illustratie van dit vraagstuk. Vragen die tijdens de bijeenkomst aan de orde komen, zijn: hoe stuur je hier op als gemeente? Wat betekent dit voor je organisatie? Wat moet er allemaal worden geregeld?

Meld u vandaag nog aanMeld u online aan via www.doxis.nl/regiobijeen- komst. U ontvangt uiterlijk 1 week voor aan-vang van de bijeenkomst een bevestiging per e-mail. Regionale ABR-Kennisbijeenkomsten zijn exclusief voor ABR-leden. Meer weten over de ABR? Kijk op www.doxis.nl/abr


Column

Op de site van Binnenlands Bestuur staat een discussie over nut en noodzaak van ambtelijke fusies. Voorstanders zien er uiteraard de voordelen van in (onder meer efficiencyverbetering en kostenbesparing), tegenstanders vanzelf-sprekend vooral de nadelen (onder meer verkeerde motivatie). Maar is zo’n ambtelijke fusie nu daadwerkelijk zo slecht? Of zo wenselijk? Waarom schieten veel mensen direct in de ‘verdedigingsmodus’?

Je zou denken dat het bundelen van de krachten tot (grote) operationele voordelen gaat leiden. Immers in plaats van één ambtenaar op een bepaalde afdeling kunnen de gezamenlijke gemeentes beschikken over bijvoorbeeld vier amb-tenaren. Weliswaar voor een grotere organisatie en op een groter gebied, maar toch. Als je de mensen en middelen adequaat inzet kun je met vier meer bereiken dan in je eentje. Al was het maar dat wanneer die ene ziek of afwezig is er even helemaal niets gebeurt.

In deze hele discussie wordt evenwel voorbij gegaan aan het feit dat je, wil je een dergelijke fusie tot een succes ma-ken, over de juiste middelen moet kunnen beschikken. Eén van de belangrijkste bedrijfsmiddelen is informatie. Als meerdere mensen aan één zaak werken kan dat alleen tot een goed einde worden gebracht als ze allemaal over de volledige en actuele informatie kunnen beschikken, waar ze ook zijn. Nu zijn veel gemeentes wel heel erg druk met zaakgericht werken en alles wat daarmee samenhangt, maar in evenzoveel gemeentes is het op zijn minst niet erg duidelijk wat de status van de aanwezige informatie is. Wat is er? Wat moet of mag ik er mee doen? Wie gaat dat dan doen? Wie hebben er nog meer belang bij die informatie? Wanneer moet deze informatie echt worden vernietigd en wanneer moet welke informatie worden overgedragen? Die laatste twee opties zijn dan weliswaar pas aan de orde als de zaak is afgerond, maar toch. Hoe gaat dat worden geregeld als er wel sprake is van een ambtelijke fusie, maar de gemeentes bestuurlijk autonoom blijven?

Een ambtelijke fusie zonder bestuurlijke fusie in het verschiet klinkt derhalve als hinken op twee gedachten: we weten dat het (op termijn) beter is om samen te gaan, maar we moeten nog wel wennen aan het idee. Daarom doen we het een beetje.

En dat werkt dus níet.

Max Beekhuis

Ambtelijke fusies


War for Talent

‘Het vak verandert, er zijn talloze nieuwe uitdagingen rond alles wat met informatie te maken heeft. Er is veel dyna-miek in het vakgebied, maar we zien er nog te weinig van terug. Het is blijkbaar allemaal niet sexy (genoeg). Zeker de nieuwe generatie informatieprofessionals, die er ongetwij-feld is en heel actief is, laat zich (nog) te weinig zien. Infor-matie is echter een key asset voor eigenlijk elke organisatie. “Money makes the world go round, but only because you can buy the right information.” Er zit handel in informatie, dus waar zijn nu die handelaren?’

Van Eck Poppe is docent Media, Informatie en Communi-catie aan de Hogeschool van Amsterdam en ziet het aantal studenten teruglopen. ‘Dat is eigenlijk onbegrijpelijk, want als toch iets de essentie van een bedrijf of organisatie be-paalt, is het informatie en de manier hoe je daarmee om-gaat. Daar liggen zo veel kansen en mogelijkheden. Tijdens het jaarcongres van de KNVI, Koninklijke Nederlandse Vereniging van Informatieprofessionals, worden de ont-wikkelingen in het vakgebied voor het voetlicht gebracht. De wereld rondom (het creëren, beheren en exploiteren

Jonge informatieprofessionals in de spotlights tijdens Young Talent Track

‘War for talent’ in de wereldvan informatiespecialistenduidelijk merkbaarNiet alleen bij Betaald Voetbal Organisaties (BVO) als het Alkmaarse AZ, waar we haar spreken, is een War for Talent gaande, constateert Margriet van Eck Poppe. ‘Informatie is een van de belangrijkste bedrijfsmiddelen tegenwoordig. Juist in dat vak-gebied is veel behoefte aan specialisten. Mensen die kunnen vernieuwen, verrassen en innoveren. Er is vraag naar jonge mensen die voor die nood-zakelijke vernieuwing van het vakgebied kunnen zorgen met verfrissende ideeën en andere aanpak. Dat moet straks op het KNVI-jaarcongres op 12 november in het NBC in Nieuwegein tot uiting komen. Daar krijgen die specialisten de bühne ter beschikking om zich te tonen. Te laten zien waar-toe zij in staat zijn. En dat is heel veel.’

Margriet van Eck Poppe bij AZ


van) informatie is veel digitaler en dynamischer geworden door onder meer de opkomst van nieuwe media, social me-dia, digitalisering, Big Data, individualisering en persoon-lijke communicatie. Dat zijn nog maar een paar van de trends. Alles draait toch om informatie tegenwoordig? En dus draait ook alles om mensen die in staat zijn iets met die informatie te doen, er nieuwe ideeën uit te genereren, in-zichten te verschaffen en overzicht te creëren. Nieuwe apps, business intelligence, customer journey insights, noem maar op. Alles draait om de beschikbare informatie: wat weet je van je klant, van het product, van het bedrijf, van de markt? Hoe je daarmee omgaat vandaag de dag willen we op het jaarcongres laten zien.’

Young Talent

KNVI Young Talent is het speciale talentprogramma van de beroepsvereniging voor informatiespecialisten. Dat wordt mede gesteund door Doxis Informatiemanagers. Van Eck Poppe: ‘Goede informatieprofessionals zijn goud waard in een bedrijf of instelling. Zoeken naar informatie kost wel-iswaar geld, maar het vinden van de juiste informatie levert veel geld op. De nieuwe generatie informatieprofessionals houdt zich op een steeds innovatievere manier bezig met (het benutten van) die informatie. Daar kunnen anderen weer veel van leren. Het gaat uiteindelijk om het delen van kennis en ervaring en informatie en daar draait het op het jaarcongres ook om: contacten leggen met vakgenoten, in-spiratie opdoen en ervaringen uitwisselen.’

Naast het reguliere programma is het voor het publiek op het KNVI-jaarcongres interessant om de speciaal in het le-ven geroepen ‘Young Talent Track’ te bezoeken, vindt Van Eck Poppe: ‘Op dit podium presenteren zich zes jonge, inspirerende talenten. Nieuwe inzichten die zij met lef en durf hebben bedacht en uitgewerkt, worden kort en krach-tig gepresenteerd aan de aanwezigen. Die worden dan be-oordeeld door mensen uit het vak en de winnaar mag zich een jaar lang laven aan het zoet der overwinning. Onder meer door publicatie van het verhaal in het branchevakblad InformatieProfessional, en je wordt begeleid naar (eventu-eel) een internationale publicatie. Enerzijds komen de ef-fecten van allerlei vernieuwingen in een organisatie op die

manier aan de orde. Anderzijds laat het een andere kant van het werk van de hedendaagse informatieprofessional zien. We hopen daarmee dat het vakgebied op een posi-tieve manier voor het voetlicht wordt gebracht, dat het de kansen en uitdagingen laat zien waar we voor staan en hoe je daar je voordeel uit kunt halen als organisatie. Het is de bedoeling dat de congresbezoekers zich laten uitdagen en inspireren door deze jonge talenten en wat zij teweeg bren-gen in een organisatie. In deze Young Talent Track wordt een verbinding gelegd tussen wat oud geleerd is en nieuw gedaan wordt. We moeten trots zijn op ons vak, op de ver-nieuwing die gaande is en de kansen en mogelijkheden die deze vernieuwingen bieden. En dat ook uitdragen.’

Kijk voor meer informatie en aanmelden op http://knvi.net/2015/

Doxis steunt Young Talent Track

Doxis is als informatiespecialist dagelijks betrokken bij trajecten binnen bedrijven en organisaties. Max Beek-huis, directeur: ‘We zien graag dat er meer aandacht komt voor de mooie kanten van het vakgebied. Het gaat allang niet meer over het opschonen en archiveren van (papieren) informatie. Dat is er ook, want dat hoort er wel bij, maar er is veel meer. Alles wat met infor-matie te maken heeft, van creatie tot archivering, van analyse tot migratie, van papier tot digitalisering tot social media en alles wat daar tussen zit, hoort bij ons vak van informatiespecialist. Het is door alle ontwik-kelingen zoveel breder geworden. Er is een heel breed vakgebied met uiteenlopende beroepen ontstaan: vari-erend van informatiemanagers, contentmanagers, ken-nismanagers, communitymanagers, bibliothecarissen, archivarissen, DIV-medewerkers, documentalisten, da-tabasebeheerders, records managers tot deskresearchers en onderzoeksjournalisten. Daarom steunen we graag deze Young Talent Track die er is om jonge talenten uit die beroepsgroepen het podium te geven met hun nieuwe en vernieuwende ideeën.’


Relevante nieuwsberichten volgen? Weten wat er speelt?

Doxis Updates als bronvoor informatie Op de website doxisupdates.nl staat veel informatie over trends en ontwikkelingen in de markt. Dat gebeurt onder meer door het vermelden van headlines, berichten die wor-den gedeeld van bijvoorbeeld iBestuur, digitaleoverheid.nl, binnenlandsbestuur.nl, eBurg, de KNVI of InformatiePro-fessional. Daarnaast zijn er blogs, video’s en animaties te zien. De informatie is gecategoriseerd per vakgebied: zorg, wetenschap, onderwijs, technologie, omgeving, decentrali-saties, etc.

Kortom veel interessante en relevante bronnen die net als Doxis de dynamiek van onze markt bijhouden. Doxis verzamelt een deel van die berichten, voegt daar zelf informatie aan toe of geeft en deelt commentaren, discussies etc. De berichten lin-ken in veel gevallen door naar (grotere) artikelen die verder in-gaan op de aangehaalde problematiek of het commentaar. Het scheelt tijd, u blijft helemaal op de hoogte en u kunt bepaalde nieuwsberichten beter in hun context plaatsen. Het is daarom

Met de officiële start van haar website heeft i-Beez daadwer-kelijk een ‘gezicht’ naar buiten gekregen. i-Beez richt zich op goed ingerichte digitale werkprocessen en informatiebeheer en timmert hard aan de weg. In de praktijk blijkt namelijk maar al te vaak dat bedrijven en organisaties niet het maxi-male uit hun werkomgeving, -processen en de bijbehorende informatie halen. Ze lopen echter vast omdat de capaciteit, de expertise en/of de middelen niet voorhanden zijn. I-Beez speelt in op die latent aanwezige behoefte aan expertise van buitenaf. Met als doel: digitale werkprocessen en informatie-beheer top geregeld en zonder gedoe.

Sturen op resultaat is de norm tegenwoordig. Maar als niet voor iedereen helder is wat dat resultaat zou moeten zijn en hoe daar te komen wordt het lastig. I-Beez is een nieuw label onder de vleugels van Doxis Informatiemanagers die daar wel raad op weet. Dat vertrouwen is gebaseerd op de kennis en expertise van de mensen van i-Beez. Zij hebben al veel van dergelijke projec-ten succesvol begeleid. Titia Beuker, een van de experts: ‘Met i-Beez proberen we meer strategisch mee te denken met de op-drachtgever en samen te bepalen waar de grote voordelen liggen. Hoe kun je een bepaald resultaat realiseren? Dat resultaat kun je

alleszins de moeite waard om u aan te melden voor de weke-lijkse nieuwsbrief die vanuit Doxis Updates wordt verstuurd aan geabonneerden. Aanmelden voor de nieuwsbrief is gratis.

Kijk op www.doxisupdates.nl voor meer informatie en aan-melden voor de nieuwsbrief.

vervolgens koppelen aan specifieke werkzaamheden en meetbare KPI’s. In andere markten is deze manier van werken bepaald geen vreemde aanpak, maar binnen de informatiebranche nog wel wat ongebruikelijk. Daar willen wij verandering in brengen.’

Op de website van i-Beez die nu online is staat meer informatie over de methodologie en strategie van i-Beez te lezen. Boven-dien is in een verhelderd filmpje duidelijk gemaakt wat dat bete-kent voor een organisatie en waar vooral de winst ligt.

Kijk voor meer informatie op www.i-beez.nl.

Nieuws

Blije kenniswerkers en het maximale uit uw ICT?

I-Beez biedt soelaas voor organisaties die vastlopen


DocumentWereld

DocumentWereld

Ontmoetingsplaats voor professionals

DocumentWereld.nl

DocumentWereld.nl

Ontmoetingsplaats voor professionalsDocumentWereld.nlDocumentWereld

- Nieuws- Achtergronden- Agenda- Bedrijvengids- Video- Magazines

Maximaal resultaat door onze strategie aanpak te combineren

met pragmatische adviezen

Lees meer op www.strategy-partners.nl

Strategy Partners Nederland B.V.Willem van Abcoudelaan 113971 AA [email protected]

De strategische partner voor uw volledige digitale informatievoorzieningUw resultaat, onze kennis

VALUe for moNey door

leveranciersonafhankelijke

kennisinbreng

en bewustwording

WAArDeVASte strategie-

en leveranciersadvisering

vanuit gedegen sectorkennis

LAgere VerWerViNgSkoSteN door

brede kennis van de markt, de

aanwezige spelers en

hun oplossingen, diensten en

referenties

SNeL SchAkeLeN via onze

contacten met vele product-en

dienstenleveranciers

ALtijD ActUeeL advies vanuit

permanent en gedegen

marktonderzoek

PrAgmAtiSche ontwerp- en

realisatieoplossingen door

jarenlange praktijkervaring

miNDer riSico door validatie

en kwaliteitsaudits van

strategieën, offertes,

projectplannen en

implementatieverrichtingen

SNeL reSULtAAt door klantgericht

regiemanagement of

projectbegeleiding

AANVULLeND door het aanbieden

van bewezen methodes/diensten

die u kunt gebruiken bij het

aanbieden van uw product in de

eindgebruikersmarkt.

Doxis5_omslag.indd 2 16-04-14 01:27


00274_CorporateAdvert_A4_OL_FA.indd 1 22/06/15 9:47 PM

Het vakblad voor Informatiemanagers • Uitgave van ......volgen voor wat betreft de...

Documents

Transcript of Het vakblad voor Informatiemanagers • Uitgave van ......volgen voor wat betreft de...