Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN...

105
UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig wonen Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van Master in de bedrijfseconomie Leen Deburghgraeve onder leiding van Prof. Koen Schoors

Transcript of Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN...

Page 1: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

UNIVERSITEIT GENT

FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE

ACADEMIEJAAR 2007 – 2008

Het rendement van een investering in energiezuinig wonen

Masterproef voorgedragen tot het bekomen van de graad van

Master in de bedrijfseconomie

Leen Deburghgraeve

onder leiding van

Prof. Koen Schoors

Page 2: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

PERMISSION

Ondergetekende verklaart dat de inhoud van deze masterproef mag geraadpleegd en/of gereproduceerd worden , mits bronvermelding.

Deburghgraeve Leen

Page 3: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

I

WOORD VOORAF

In het kader van mijn opleiding Master Bedrijfseconomie heb ik voor mijn thesis het onderwerp

energiezuinig wonen gekozen. Deze keuze is in samenhang met mijn vorige opleiding als Industrieel

Ingenieur Bouwkunde.

Vermits de samenleving tegenwoordig geconfronteerd wordt met tekorten aan o.a. fossiele

brandstoffen, dienen huishoudens hun verantwoordelijkheid op te nemen. Mijn thesis heeft de

bedoeling om een beter inzicht te krijgen in het overvloedig aanbod van energiebesparende

maatregelen en welke nu precies de financieel interessantste is.

De realisatie van deze thesis, is natuurlijk niet enkel mijn eigen verdienste. Bij deze wil ik mijn dank

betuigen aan al diegenen die hebben bijgedragen tot het verwezenlijken van deze thesis.

de eerste plaats dank ik mijn promotor Prof. Koen Schoors voor zijn begeleiding en advies. Verder

zou ik een woord van dank willen richten tot de personen die mij de nodige informatie hebben

bezorgd: bouwkantoor kantoor Danneels, Commercieel adviseur Hans Pauwelyn van Waeyaeart

Vermeersch isolatie, Kurt De Buck van warmtepompen Masser, Jan Huyghe directeur KBC-bank

Woumen.

Laatst maar niet in het minst dank ik mijn ouders, schoonouders, zussen, broer, vriend voor hun

geduld en morele steun tijdens het hele proces van deze thesis.

Bron: URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 4: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

II

INHOUDSOPGAVE

WOORD VOORAF I

INHOUDSOPGAVE II

LIJST MET FIGUREN VII

LIJST MET GRAFIEKEN VIII

LIJST MET TABELLEN IX

LIJST MET AFKORTINGEN XI

LIJST MET EENHEDEN XII

HOOFDSTUK 1: INLEIDING 1

1.1. Probleemstelling 1

1.2. Onderzoeksvraag 1

1.3. Methodologie 1

HOOFDSTUK 2: ENERGIEPROBLEMATIEK 2

2.1. Energieprijzen 2

2.2. Broeikaseffect 4

2.3. Kyoto Protocol 5

2.4. Fossiele brandstofreserves 5

HOOFDSTUK 3: OPLOSSINGEN 6

3.1. REG 6

3.2. Hernieuwbare energie 6

HOOFDSTUK 4: INVESTERINGSANALYSE 7

4.1. Terugverdientijd of Pay-back methode (PB) 7

4.2. Netto Contante waarde (NCW) of Net Present Value (NPV) 7

4.3. Verdisconteerde Terugverdientijd 8

4.4. Interne Opbrengstvoet, (IOV), Interne Rendementsgraad (IRG) 8

Page 5: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

III

4.5. Kost van de kWh bespaarde energie (KBE) 8

HOOFDSTUK 5: REGELGEVING DUURZAAM BOUWEN 9

5.1. Energieprestatieregelgeving 9

5.1.1. Europese richtlijn 9

5.1.2. Vlaamse Energieprestatieregelgeving 9

5.1.3. Energiebegrippen 10

5.1.3.1. Karakteristiek jaarlijks primair energieverbruik 10

5.1.3.2. E-peil 10

5.1.4. EPB-eisen 11

5.1.5. Energieprestatiecertificaat 12

5.1.6. Boetes en Controles 12

5.2. Vergunningen 13

5.2.1. Bouwvergunning 13

5.2.2. Milieuvergunning 13

5.3. Financiële steunmaatregelen 14

5.3.1. Federale overheid 14

5.3.1.1. Belastingsvermindering 14

5.3.1.2. 6 % BTW tarief 15

5.3.2. Vlaamse overheid 15

5.3.2.1. Groenstroomcertificaten 15

5.3.2.2. Terugdraaiende kilowattuurmeter 15

5.3.2.3. Verbeterings- en aanpassingspremie 15

5.3.2.4. Renovatiepremie 16

5.3.3. Netbeheerder 16

5.3.4. Gemeente- of provinciebestuur 16

5.3.4.1. Premies 16

5.3.4.2. Vermindering gemeentebelasting 17

5.3.5. Leningen 17

5.3.5.1. Belastingsaftrek voor hypothecaire leningen 17

5.3.5.2. Groene lening 17

Page 6: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

IV

HOOFDSTUK 6: DUURZAAM BOUWEN 19

6.1. Compactheid 19

6.2. Oriëntatie 19

6.3. Isolatie 20

6.3.1. Parameters voor de isolatiekwaliteit 20

6.3.1.1. λ-waarde 20

6.3.1.2. R-waarde 21

6.3.1.3. U-waarde 21

6.3.1.4. K-peil 22

6.3.2. Thermische isolatie 22

6.3.2.1. Vloerisolatie 23

6.3.2.2. Muurisolatie 23

6.3.2.3. Dakisolatie 23

6.3.2.4. Raamprofielen en beglazing 23

6.3.2.5. Koudebruggen 24

6.4. Ventilatie 24

6.4.1. Waarom ventileren? 24

6.4.2. Hoe ventileren? 25

6.4.2.1. Ventilatiesysteem A 25

6.4.2.2. Ventilatiesysteem B 25

6.4.2.3. Ventilatiesysteem C 25

6.4.2.4. Ventilatiesysteem D 26

6.5. Verwarmingsinstallaties 27

6.5.1. Energiebron 27

6.5.1.1. Elektrische verwarming 28

6.5.1.2. Aardgas en stookolie 28

6.5.2. Verwarmingssysteem 28

6.5.3. Verwarmingstoestel 28

6.5.3.1. Hoogrendementsketel (HR) 28

6.5.3.2. Condensatieketel 29

6.5.3.3. Open versus gesloten toestellen 29

6.5.3.4. CV-ketels op pellets 29

6.5.3.5. Plaatselijke verwarmingstoestellen 30

Page 7: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

V

6.6. Hernieuwbare energie 30

6.6.1. Zonneboiler 30

6.6.1.1. Werking 31

6.6.2. Fotovoltaïsche zonne-energie 32

6.6.2.1. Werking 33

6.6.3. Warmtepomp 34

6.6.3.1. Werking 34

6.6.4. Windmolen 35

HOOFDSTUK 7: INVESTERINGSMOGELIJKHEDEN 36

7.1. Isolatie en ventilatie 36

7.1.1. Plaatsing dakisolatie 36

7.1.1.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 37

7.1.1.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen 38

7.1.2. Plaatsing 8 cm muurisolatie i.p.v. 5 cm 39

7.1.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 40

7.1.3. Plaatsing vloerisolatie 42

7.1.3.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 43

7.1.3.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen 43

7.1.4. Plaatsing hoogrendementsglas 45

7.1.4.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 46

7.1.4.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen 47

7.1.5. Ventilatie met warmteterugwinning 49

7.2. Verwarming 50

7.2.1. Vervanging van stookketel door condensatieketel 50

7.2.1.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 51

7.2.1.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen 51

7.3. Fotovoltaïsche zonne-energie 53

7.3.1. Opbrengsten 53

7.3.2. Investeringsanalyse 53

7.3.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 54

7.3.2.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen 55

7.3.2.3. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen en prijsdaling

materialen van 3% 57

Page 8: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

VI

7.4. Zonneboiler 58

7.4.1. Opbrengsten 58

7.4.2. Investeringsanalyse 59

7.4.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 60

7.4.2.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen 60

7.5. Warmtepomp 62

7.5.1. Opbrengsten 62

7.5.2. Investeringsanalyse 63

7.5.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen 64

7.5.2.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen 64

7.6. Samenvatting 66

HOOFDSTUK 8: BESLUIT 67

LIJST VAN DE GERAAADPLEEGDE WERKEN XIII

BIJLAGEN XVIII

Page 9: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

VII

LIJST MET FIGUREN

Figuur 1: het broeikaseffect ..................................................................................................................... 5

Figuur 2: warmteverliezen met infrarood............................................................................................... 20

Figuur 3: procentuele warmteverliezen ................................................................................................. 22

Figuur 4: ventilatiesystemen.................................................................................................................. 26

Figuur 5: werking condensatieketel ....................................................................................................... 29

Figuur 6: diffuse lichtstraling.................................................................................................................. 31

Figuur 7: werking zonneboiler ............................................................................................................... 32

Figuur 8: werking van een kristallijn silicium zonnecel .......................................................................... 33

Figuur 9: werking warmtepomp ............................................................................................................. 35

Figuur 10: totale kosten van zes CV-installaties ................................................................................... 62

Page 10: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

VIII

LIJST MET GRAFIEKEN

Grafiek 1: evolutie elektriciteitsprijzen €/100 kWh/ 1januari/ zonder BTW.............................................. 2

Grafiek 2: prijsstijging elektriciteit 2007-2008.......................................................................................... 3

Grafiek 3: evolutie aardgasprijzen €/GJ/1 januari/ taksen inbegrepen ................................................... 3

Grafiek 4: prijsstijging gas 2007-2008 ..................................................................................................... 4

Grafiek 5: evolutie van de groenstroomproductie.................................................................................... 6

Grafiek 6: invloed oriëntatie op E-peil ................................................................................................... 19

Grafiek 7: invloed van WTW op E-peil .................................................................................................. 27

Grafiek 8: NCW voor plaatsing dakisolatie............................................................................................ 39

Grafiek 9: NCW voor plaatsing extra gevelisolatie ................................................................................ 41

Grafiek 10: NCW voor plaatsing vloerisolatie........................................................................................ 44

Grafiek 11: NCW voor hoogrendementsglas......................................................................................... 48

Grafiek 12: NCW voor condenserende ketel......................................................................................... 52

Grafiek 13: NCW voor PV-installatie ..................................................................................................... 56

Grafiek 14: NCW PV-panelen met prijsdaling materialen 3% ............................................................... 57

Grafiek 15: invloed van de dakhelling op de opbrengst ........................................................................ 58

Grafiek 16: NCW voor zonneboiler........................................................................................................ 61

Grafiek 17: NCW voor zonneboiler........................................................................................................ 65

Page 11: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

IX

LIJST MET TABELLEN

Tabel 1: stijging energieverbruik in Vlaanderen in 2008 ......................................................................... 2

Tabel 2: boetes voor aangifteplichtige en verslaggever........................................................................ 12

Tabel 3: belastingsvermindering............................................................................................................ 14

Tabel 4: landa-waarde isolatiemateriaal................................................................................................ 21

Tabel 5: U-waarde constructiedelen...................................................................................................... 24

Tabel 6: soorten energiebronnen .......................................................................................................... 27

Tabel 7: rendement afhankelijk van type silicium.................................................................................. 33

Tabel 8: rendement dakisolatie ............................................................................................................. 37

Tabel 9: energiewaarden dakisolatie..................................................................................................... 37

Tabel 10: NCW en IRG voor de plaatsing van dakisolatie zonder financiële steun............................. 37

Tabel 11: terugverdientijden voor de plaatsing van dakisolatie zonder financiële steun ...................... 38

Tabel 12: NCW en IRG voor plaatsing dakisolatie met financiële steun............................................... 38

Tabel 13: terugverdientijden van plaatsing dakisolatie met financiële steun ........................................ 39

Tabel 14: rendement extra gevelisolatie ............................................................................................... 40

Tabel 15: energiewaarden extra gevelisolatie....................................................................................... 40

Tabel 16: NCW en IRG voor plaatsing van extra gevelisolatie ............................................................. 41

Tabel 17: terugverdientijden voor de plaatsing van extra gevelisolatie ................................................ 41

Tabel 18: rendement vloerisolatie ......................................................................................................... 42

Tabel 19: energiewaarden vloerisolatie................................................................................................. 42

Tabel 20: NCW en IRG voor vloerisolatie zonder financiële steun ....................................................... 43

Tabel 21: terugverdientijden voor vloerisolatie zonder financiële steun ............................................... 43

Tabel 22: NCW en IRG voor vloerisolatie met financiële steun ............................................................ 44

Tabel 23: terugverdientijden voor vloerisolatie met financiële steun..................................................... 44

Tabel 24: rendement hoogrendementsbeglazing.................................................................................. 45

Tabel 25: energiewaarden hoogrendementbeglazing........................................................................... 46

Tabel 26: NCW en IRG voor hoogrendemetsglas zonder financiële steun .......................................... 46

Tabel 27: terugverdientijden voor hoogrendementsglas zonder financiële steun................................. 47

Tabel 28: NCW en IRG voor hoogrendementsglas met financiële steun ............................................. 47

Tabel 29: terugverdientijden van hoogrendementsglas met financiële steun ....................................... 48

Tabel 30: rendement ventilatiesysteem D met warmteterugwinning..................................................... 49

Tabel 31: energiewaarden ventilatiesysteem D met warmteterugwinning ............................................ 49

Tabel 32: rendement condenserende ketel........................................................................................... 50

Tabel 33: energiewaarden condenserende ketel .................................................................................. 50

Tabel 34: NCW en IRG van een condenserende ketel zonder financiële steun................................... 51

Tabel 35: terugverdientijden van een condenserende ketel met financiële steun ................................ 51

Tabel 36: NCW en IRG voor een condenserende ketel met financiële steun....................................... 52

Tabel 37: terugverdientijden van een condenserende ketel met financiële steun ................................ 52

Tabel 38: rendement van een PV-installatie ......................................................................................... 54

Tabel 39: energiewaarden PV-systeem ................................................................................................ 54

Page 12: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

X

Tabel 40: NCW en IRG van een PV-installatie zonder financiële steun ............................................... 55

Tabel 41: terugverdientijden van PV-installatie zonder financiële steun............................................... 55

Tabel 42: NCW en IRG voor PV- installatie met financiële steun ......................................................... 56

Tabel 43: terugverdientijden van PV-installatie met financiële steun................................................... 56

Tabel 44: NCW en IRG voor PV-installatie met prijsdaling van 3% en energiestijging van 5% ........... 57

Tabel 45: terugverdientijden van PV-installatie met financiële steunmaatregelen............................... 57

Tabel 46: rendement van een zonneboiler............................................................................................ 59

Tabel 47: energiewaarden zonneboiler ................................................................................................. 59

Tabel 48: NCW en IRG van zonneboiler zonder financiële steun......................................................... 60

Tabel 49: NCW en IRG van zonneboiler met financiële steun.............................................................. 61

Tabel 50: terugverdientijden van zonneboiler met financiële steun ...................................................... 61

Tabel 51: rendement van een warmtepomp.......................................................................................... 63

Tabel 52: energiewaarden warmtepomp............................................................................................... 63

Tabel 53: NCW en IRG van warmtepomp zonder financiële steun...................................................... 64

Tabel 54: terugverdientijden warmtepomp zonder financiële steun...................................................... 64

Tabel 55: NCW en IRG voor warmtepomp met financiële steun .......................................................... 65

Tabel 56: terugverdientijden van zonneboiler met financiële steunmaatregelen .................................. 65

Tabel 57: samenvatting investeringen bij nieuwbouw........................................................................... 66

Tabel 58: samenvatting investeringen bij renovatie .............................................................................. 66

Page 13: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XI

LIJST MET AFKORTINGEN

ANRE Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie ( van het Ministerie van de

Vlaamse Gemeenschap) nu omgevormd tot Vlaams Energieagentschap

(VEA)

At Warmteverliesoppervlakte

BBL Bond Beter Leefmilieu

COP Coefficient of Performance

EEA European Environment Agency

Emis Energie en Milieu Informatiesysteem voor het Vlaamse gewest

EPB Energieprestatie- en binnenklimaateisen

FOD financiën Federale Overheidsdienst Financiën

GREG Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas

GSC Groen stroom certificaat

HR Hoog Rendement

ODE-Vlaanderen Organisatie voor Duurzame Energie Vlaanderen

REG Rationeel Energie Gebruik

V Beschermt volume

VEA Vlaams Energie Agentschap

VREG de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en Gasmarkt

WTW Warmte Terugwinning

WWK Warmte Kracht Koppeling

TRDE Technisch Reglement Distributie Elektriciteit

LOA Lening Op Afbetaling

VVGS vzw Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten

OCMW Openbaar Centrum voor Maatschappelijk Welzijn

RO Ruimtelijke Ordening

VIBE Vlaams instituut voor Bio-Ecologisch Bouwen en Wonen

PUR Polyurethaan

EPS geëxpandeerd polystyreen

XPS geëxtrudeerd polystyreen

Page 14: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XII

LIJST MET EENHEDEN

°C graden Celsius

J Joule (= N*m)

K Kelvin

KWh Kilowattuur ( 1 kWh = 3600000 J = 3.6 MJ)

L liter

m meter

m² vierkante meter

m³ kubieke meter

N Newton

S seconde

W Watt (= J/s)

V Volt

A Ampère

P vermogen (U x I) (W)

Ps schijnbaar vermogen (U x I x cos phi) (VA)

Cos cosinus

m (10-3) milli

c (10-2) centi

k (103) kilo

M (106) mega

G (106) giga

Page 15: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

1

HOOFDSTUK 1: INLEIDING

1.1. Probleemstelling

Steeds.vaker heeft België te kampen met extreme weersomstandigheden met klimatologische en

economische gevolgen. Het broeikaseffect en het gerelateerde Kyoto-protocol zijn niet meer uit de

nieuwsberichten weg te slaan. Bovendien dreigen de fossiele brandstoffen, die aan de bron van deze

problemen liggen, in de nabije toekomst ook uitgeput te geraken. Hierdoor verhoogt de druk op de

energieprijzen. Grote vervuilers, zoals de industrie en de transportsector, nemen al verschillende

initiatieven om de uitstoot te reduceren. Om de broeikasgasemissies nog sterker terug te dringen,

moeten ook de Vlaamse huishoudens een aanzienlijke inspanning leveren.

Door deze bovenstaande problemen wordt het concept duurzaam bouwen steeds meer op de

voorgrond gebracht. Een wijziging van de traditionele bouwcultuur lijkt onvermijdelijk. Heel wat

gezinnen zijn reeds bereid om hun steentje bij te dragen, indien deze bijdrage voor hen ook wat

opbrengt.

1.2. Onderzoeksvraag Het succes van duurzaam bouwen hangt echter in eerste instantie af van de rendabiliteit ervan voor

de eigenaars. Een particulier investeert immers doorgaans slechts indien hij de garantie heeft dat het

op termijn winst oplevert. Vandaar de onderzoeksvraag van mijn thesis:

“Hoe rendabel is een investering in duurzaam bouwen .”

1.3. Methodologie

Het onderzoek vangt aan met een literatuurstudie. Op basis hiervan gaat hoofdstuk 2 dieper in op de

geformuleerde probleemstelling. Vervolgens worden een aantal oplossingen voor deze problematiek

beschreven in hoofdstuk 3. Voor de analyse van een investering worden een aantal

evaluatiemethoden aangehaald in hoofdstuk 4. Gebaseerd op een juridische literatuurstudie, biedt

hoofdstuk 5 een overzicht van de wettelijke bepalingen voor de duurzaamheid van een bouwproject.

Vooral de energieprestatieregelgeving staat hier centraal. Verder gaat dit hoofdstuk in op de

beschikbare financiële steunmaatregelen voor duurzame bouwtechnieken. In hoofdstuk 6 worden de

verschillende aandachtspunten opgesomd om duurzaam te bouwen. Ook worden de mogelijkheden

voor het gebruik van hernieuwbare energie aangehaald. Hoe rendabel deze toepassingen nu precies

zijn berekenen we in de investeringsanalyse van hoofdstuk 7. De verschillende

investeringsmogelijkheden worden aangehaald. We bepalen de uitsparing van de energiefactuur met

het EPB-programma toegepast op een standaardwoning en berekenen daarmee de NCW en de IRG.

Met deze waarden bepalen we welke investering nu het meeste opbrengt zowel voor nieuwbouw als

renovatie. Tot slot vat hoofdstuk 8 de conclusies van dit onderzoek samen.

Page 16: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

2

Bron: FOD economie, 2007, de elektriciteitsprijzen voor huishoudelijk gebruik, URL:< http://mineco.fgov.be/energy/energy_statistics/Statistics_nl_020.htmb > , (25/02/08)

Bron : Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas, 2008, Zelfs met hoge energieprijzen op de

internationale markten kan de stijging van de eindfactuur van de Belgische verbruiker worden ongedaan gemaakt, Brussel

HOOFDSTUK 2: ENERGIEPROBLEMATIEK

2.1. Energieprijzen Iedereen heeft het wel al gemerkt aan zijn energiefactuur, de prijzen stijgen de laatste tijd de lucht in

en de toekomst ziet er niet rooskleurig uit. In vergelijking met 2007 zal een gemiddeld Vlaams

huisgezin in 2008 € 300 meer betalen voor zijn energiefactuur. Voor elektriciteitsverbruik zal dit € 100

toenemen en voor gasverbruik € 200. De reden is de gevoelige stijging van de distributienettarieven

(CREG, 2008).

Hieronder vind je een tabel met de energiestijging in 2008 met uitgangspunt:

Elektriciteit: 2.696 kWh dag, 1.695 kWh nacht, totaal 4.391 kWh/ jaar

Aardgas: 15.462 kWh/jaar

Tabel 1: stijging energieverbruik in Vlaanderen in 2008

De huishoudens staan in voor ongeveer 30% van het eindenergieverbruik in Vlaanderen. Hierna volgt

het gemiddeld verbruik van een gezinshuishouden. (Vreg, 2007)

• Elektriciteit:

2200 kWh/j overdag

1300 kWh ‘s nachts =€ 560

• Verwarming (+ sanitair warm water):

23260 kWh/j

2300 m² gas =€ 1020

Grafiek 1: evolutie elektriciteitsprijzen €/100 kWh / 1januari/ zonder BTW

Page 17: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

3

Bron: FOD economie, 2007, de aardgasprijzen voor huishoudelijk gebruik, URL: < http://mineco.fgov.be/energy/energy_statistics/Statistics_nl_022.htm >, (25/02/08)

Bron: Creg, 2008b, Vergelijking van de prijzen op de vrijgemaakte elektriciteitsmarkten met die welke voor de vrijmaking

werden toegepast, URL:< http://www.creg.be/pdf/Tarifs/EvolutionPrix/E/032008nl.pdf >, (09/02/08)

Categorieën:

Da: 3 kW; 600 kWh/jaar dagtarief

Db: 3-4 kW; 1200 kWh/jaar dagtarief

Dc: 4-9 kW; 3500 kWh/jaar waarvan 2.200 dagtarief en 1.300 nachttarief

Dd: 6-9 kW; 7500 kWh/jaar waarvan 5.000 dagtarief en 2.500 nachttarief

De: 9 kW; 20.000 kWh/jaar waarvan 5.000 dagtarief en 15.000 nachttarief

Grafiek 2: prijsstijging elektriciteit 2007-2008

Grafiek 3: evolutie aardgasprijzen €/GJ/1 januari/ taksen inbegrepen

Categorieën:

D1: 2326 kWh/jaar

D2: 4653 kWh/jaar

D3: 23560 kWh/jaar

D3b: 34890 kWh/jaar

D4: 290750 kWh/jaar

Page 18: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

4

Bron: Creg, 2008, Evolutie van de gasprijzen op de reisidentiële markt – maart 2008, URL:<

http://www.creg.be/pdf/Tarifs/EvolutionPrix/G/032008nl.pdf > (09/04/08)

Grafiek 4: prijsstijging gas 2007-2008

Je ziet dus dat de prijzen gevoelig stijgen en met een niet al te positief vooruitzicht is het van groot

belang dat we de mogelijkheden om energie te besparen eens nader bekijken.

2.2. Broeikaseffect In de atmosfeer zijn er broeikasgassen aanwezig die invallende zonnestralen doorlaten maar de

teruggekaatste straling van het opgewarmde aardoppervlak gedeeltelijk absorberen. Een aantal

atmosferische gassen zorgen zo voor het natuurlijke broeikaseffect waarvan het leven op aarde zijn

bestaan dankt. Als dit natuurlijke effect niet zou bestaan zou de gemiddelde temperatuur op aarde

slechts -18°C bedragen. Door de grote additionele h oeveelheden geloosde broeikasgassen (CO2,

CH4, N2O) in de atmosfeer stijgt de gemiddelde aardtemperatuur. Dit heeft een gevolg van het smelten

van de ijskappen waardoor de zeespiegel stijgt. En dit zorgt op zijn beurt voor het stijgende aantal

overstromingen. Door de hogere temperatuur worden ook steeds meer warmtegerelateerde ziektes

zoals o.a. malaria en gele koorts vastgesteld. Het is dus niet enkel voor onze portefeuille dat we

energie moeten besparen, maar ook om de uitstoot van onder andere CO2 te verminderen. Zodat we

ook onze nakomelingen een leefbaar klimaat kunnen geven.

Page 19: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

5

Bron: Emis, 2007, het Broeikaseffect, URL:<http://www.Emis.vito.be> , (25/02/08)

Figuur 1: het broeikaseffect

2.3. Kyoto Protocol Het protocol heeft tot doel dat geïndustrialiseerde landen hun CO2- equivalente emissies tegen de

periode 2008-2012 terugdringen tot 5.2% onder het niveau van 1990. De reductiestellingen variëren

van land tot land. Het EEA verklaart dat de Europese Unie zich heeft verbonden tot een totale reductie

van 8%. België verbindt zich meer bepaald tot een emissievermindering van 7.5%.

2.4. Fossiele brandstofreserves De oneindige beschikbaarheid van energie en energiebronnen is niet langer vanzelfsprekend. De

oliecrisissen van 1973 en 1979 waren daarin wellicht een keerpunt. Toekomstige generaties zullen

geconfronteerd worden met de eindigheid van de reserves: steenkool, aardolie en aardgas raken ooit

op. En terwijl de voorraad slinkt, neemt de vraag toe. De wereldbevolking groeit aan en het

energievergebruik per hoofd stijgt. Deze energiebronnen zijn dus begrensd, in tegenstelling tot de

energie van natuurlijke verschijnselen zoals zon, wind, water die we als oneindig kunnen beschouwen.

Page 20: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

6

Bron: Organisatie voor Duurzame energie Vlaanderen, ODE-Vlaanderen 2007d, Duurzame

Energie, Wegwijzer 2007, kessel-Lo.

HOOFDSTUK 3: OPLOSSINGEN

3.1. REG Rationeel energiegebruik (REG) is spaarzaam en efficiënt omgaan met energie. Met ander woorden

door wat te letten op je levenswijze, kan je al heel wat energie besparen. Denk maar aan het gebruik

van spaarlampen,…

3.2. Hernieuwbare energie Een tweede belangrijk punt is het aanwenden van hernieuwbare energiebronnen. De laatste decennia

werden doeltreffende technologieën ontwikkeld voor het gebruik van hernieuwbare energiebronnen in

huishouden, industrie en transport. Windenergie, waterkracht en alle vormen van zonne-energie en

biomassa putten hun energie-inhoud rechtstreeks of onrechtstreeks uit de zon. Men noemt ze

‘hernieuwbaar’ omdat ze zich telkens hernieuwen. Ze worden beschouwd als onuitputtelijk, want het

gaat niet om een bepaalde eindige voorraad zoals die van olie of steenkool. De lijst van hernieuwbare

energiebronnen kan in drie groepen worden ingedeeld.

� Alle stromingsbronnen: getijden-, golf-, en oceaanstromingsenergie, waterkracht, windenergie,

actieve zonne-energie en passieve zonne-energie (thermische, fotovoltaïsche) en passieve

zonne-energie worden als hernieuwbare energiebron beschouwd.

� Benutting van omgevings- en aardwarmte

Warmtepompen en warmte/koude (seizoens)opslag zijn energiebesparingopties die men

echter dikwijls ook bij de hernieuwbare energiebronnen rekent.

� Energie uit afval en biomassa. (ODE-Vlaanderen, 2007d)

Grafiek 5: evolutie van de groenstroomproductie

Page 21: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

7

HOOFDSTUK 4: INVESTERINGSANALYSE

Een investeringsproject is het uitgeven van een belangrijke som geld en het is in vele gevallen

helemaal niet zeker welke financiële consequenties zullen zijn van dit nieuw project. Daarom is het

nuttig de financiële kant van de investering zo goed mogelijk in te schatten. In de financiële wereld

werden hiervoor enkele interessante werkinstrumenten ontwikkeld.

In ons geval is het dus van belang een aantal methoden te bepalen voor het rendement van

investering in energiezuinig wonen. Als je een groot bedrag spendeert aan een dergelijke investering

wil je natuurlijk weten wat het je dan opbrengt.

4.1. Terugverdientijd of Pay-back methode (PB)

De terugverdien- of paybackmethode is het aantal jaren dat noodzakelijk is om de begininvestering

terug te verdienen. Hoe lager investeringsprojecten scoren op dit criterium, hoe beter aangezien de

kosten dan sneller vereffend worden. De terugverdientijd houdt echter geen rekening met de

tijdswaarde van geld. De methode van de terugverdientijd kan daarom beter gebruikt worden als een

randbeperking waaraan voldaan moet worden.

nontvangsteJaarlijkse

teringBegininvesenperiodeterugverdi =

4.2. Netto Contante waarde (NCW) of Net Present Val ue (NPV)

Een meer geschikte maatstaf voor de beoordeling van investeringen die rekening houdt met de

tijdswaarde van geld vormt de netto contante waarde. Hierin worden alle toekomstige inkomsten en

uitgaven teruggerekend naar huidige waarden met een discontopercentage (verdisconteerde waarden

of netto contante waarden1). Deze discontovoet is ongeveer gelijk aan kapitaalsrente op een rekening

min de inflatie. Het is het netto rendement van vastgezet kapitaal. Indien de netto contante waarde

groter is dan of gelijk is aan 0, wordt het project aanvaard. Zo niet, wordt het verworpen. Investeringen

met de hoogste NCW genieten normaliter de voorkeur.

inkomstenetoekomstigA

teringbegininvesA

entimumrendemvereistek

waardeteconnettoNCWmet

k

A

k

A

k

A

k

AANCW

t

n

tt

tn

n

==

==

+=

+++

++

++= ∑

=

0

02

21

10

min

tan

)1()1(...

)1()1(

1 Netto contante waarde: de waarde in jaar X van een geldbedrag in jaar Y. Als jaar Y ten opzichte van jaar X in de toekomst ligt, welk bedrag dient dan uit te worden gereserveerd (rekenend met een bepaalde rente en inflatie) om in jaar Y over eenzelfde bedrag te beschikken.

Page 22: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

8

4.3. Verdisconteerde Terugverdientijd

In tegenstelling tot de conventionele terugverdientijd houdt deze maatstaf wel rekening met de

tijdswaarde van geld. De verdisconteerde terugverdientijd geeft namelijk weer hoeveel tijd nodig is om

de contante waarde van de kasstromen van negatief naar positief te brengen. Dit criterium combineert

de positieve aspecten van de netto contante waarde en van de traditionele terugverdientijd.

4.4. Interne Opbrengstvoet, (IOV), Interne Rendemen tsgraad (IRG) of Internal Rate of Return (IRR)

inkomstenetoekomstigA

teringbegininvesA

graadrendementsernermet

r

A

r

A

r

A

r

AA

t

n

tt

tn

n

==

−=

=+

=+

+++

++

+ ∑=

0

02

21

10

int

0)1()1(

...)1()1(

Zoals de formule aangeeft, is de interne rendementsgraad een maat voor het rendement waarbij de

netto contante waarde exact gelijk aan nul gesteld wordt. Hier staat de parameter r voor de IRG. Een

hoge r-waarde levert een aanzienlijk rendement op. Indien de interne-rendementsgraad groter is dan

het a priori vooropgestelde vereiste rendement op het investeringsproject, dan wordt het project

aanvaard. Zo niet wordt het verworpen.

4.5. Kost van de kWh bespaarde energie (KBE)

Kost van de kWh bespaarde energie (KBE)

Als de exploitatiekost bijna nul is, dan is het investeringsbedrag gelijk aan de totale kost om een

zekere hoeveelheid brandstof te besparen.

teringbegininvesA

projecthetvanlevensduurn

energiebespaardedhoeveelheijaarlijkseQmet

nQ

AKBE

kWh

kWh

==

=

/0

0

Page 23: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

9

HOOFDSTUK 5: REGELGEVING DUURZAAM BOUWEN

Er zijn in het verleden al onnoemlijk veel richtlijnen, wetten, decreten en besluiten verschenen

aangaande de verschillende aspecten van duurzaam bouwen. Dit hoofdstuk beperkt zich echter tot de

belangrijkste en meest recente wijzigingen in de wetgeving en de financiële steunmaatregelen voor

investeringen in duurzaam bouwen.

5.1. Energieprestatieregelgeving

5.1.1. Europese richtlijn

Opdat de uitstoot van CO2 door gebouwen effectief zou verminderen en de afspraken van het Protocol

van Kyoto zouden worden nageleefd, waren er dwingendere en specifiekere maatregelen nodig voor

de bouwsector. Deze maatregelen zijn vastgelegd in de Europese richtlijn betreffende de

energieprestaties van gebouwen2, goedgekeurd op 16 december 2002. Deze richtlijn wil het

verbeteren van de energieprestaties van gebouwen in de Europese Unie stimuleren.

De richtlijn bevat vijf verplichtingen voor de EU-lidstaten:

1. ze moeten beschikken over een methode om de energieprestaties van gebouwen te

berekenen.

2. ze moeten minimumeisen formuleren voor de energieprestaties van nieuwe gebouwen.

3. ze moeten ook minimumeisen formuleren voor de energieprestatie van grote gebouwen die

ingrijpende renovatie ondergaan.

4. de richtlijn verplicht de lidstaten ertoe een energieprestatiecertificaat in te voeren dat

beschikbaar moet zijn bij de bouw, de verkoop of de verhuur van gebouwen.

5. de richtlijn verplicht de lidstaten ertoe een regelmatige keuring in te voeren van centrale

verwarmingsketels met een vermogen van minstens 20 kW die werken op vloeibare of vaste,

niet-hernieuwbare brandstof.

Op 4 januari 2003 is deze richtlijn in het Publicatieblad van de Europese Unie verschenen.(ANRE,

2005)

5.1.2. Vlaamse Energieprestatieregelgeving

Het energieprestatiedecreet3 is bekrachtigd door de Vlaamse Regering op 7 mei 2004 en op 30 juli

2004 is het gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad.

Het besluit van de Vlaamse Regering tot vaststelling van de eisen op het vlak van de

energieprestaties en het binnenklimaat van gebouwen die daaruit volgde, werd op 11 maart 2005

goedgekeurd door de Vlaamse Regering. Het geeft de uitvoering aan de volgende decretaal

vastgelegde zaken:(ANRE, 2005)

• Het opleggen van de methode waarmee de energieprestatie van gebouwen wordt

berekend.

2 DPBD of Energy Performance of Buildings Directive 3 Decreet houdende eisen en handhavingmaatregelen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat voor gebouwen en tot invoering van een energieprestatiecertificaat

Page 24: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

10

• Het vastleggen van de eisen op het vlak van de energieprestaties en het binnenklimaat

van gebouwen.

• Het bepalen van de gebouwen of het werk waarvoor uitzondering of afwijking op de EPB-

eisen of vrijstelling van een of meer eisen kan worden verkregen.

• Het vastleggen van de effectieve invoeringsdatum van de energieprestatieregelgeving;

5.1.3. Energiebegrippen

5.1.3.1. Karakteristiek jaarlijks primair energieverbruik

De term karakteristiek betekent dat er wordt uitgegaan van een aantal veronderstellingen, zoals een

bepaald klimaat, een vaste binnentemperatuur van 18°C en forfaitaire interne warmtewinsten.

Hierdoor wordt het mogelijk verschillende gebouwen met elkaar te vergelijken. Er wordt dus geen

werkelijk energieverbruik berekend. Dat is te veel afhankelijk van factoren die niet te voorspellen zijn,

zoals het instellen van de binnentemperatuur voor de gebruikers, het aantal gebruikers en het aantal

uren dat het gebouw gebruikt wordt. Die verschillen creëren een moeilijke vergelijkingsbasis.(ANRE,

2005)

Zie ook bijlage 5

Karakteristiek jaarlijks primair energieverbruik=

1. Primair energieverbruik voor ruimteverwarming

+

2. Primair energieverbruik voor warm tapwater

+

3. Primair energieverbruik door helpfuncties en ventilatoren

+

4. Primair energieverbruik voor koeling

+

5. Primaire energiewinst door PV-panelen en WKK

5.1.3.2. E-peil

Het E-peil vormt een maatstaf voor de energetische prestatie van een woning. Des te lager de waarde

van deze parameter is, des te energiezuiniger is het gebouw.

100100≤×bruikenergieverprimairjaarlijkstiekkarakterisvanwaardereferentie

bruikenergieverprimairjaarlijkstiekkarakteris

Het linkerlid wordt het E-peil of ‘peil van primair energieverbruik’ genoemd. De

energieprestatieregelgeving bepaalt (voor elke bouwvergunning na 12/2005) een maximaal E-peil van

100. Zie bijlage 5

Page 25: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

11

debietventilatiealumebeschermvoaakiesoppervlwarmteverlawaarderefernetie ×+×+×= 321

Om het niveau van het geëiste maximale E-peil 100 vast te leggen is de overheid uitgegaan van een

referentiepakket met concrete technieken en prestaties van materialen en installaties. De constanten

a1, a2 en a3 zij zo bepaald dat het referentiepakket maatregelen, toegepast op tweehonderd

geometrieaspecten van woongebouwen, gemiddeld in een E-peil 100 resulteert. (ANRE, 2005)

(a1=115, a2=70, a3=105)

5.1.4. EPB-eisen

Het besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2005 voert EPB-eisen in voor alle nieuwe

gebouwen en voor alle bestaande gebouwen die verbouwd, uitgebreid, … worden. De eisen zijn van

toepassing als het gebouw verwarmd of gekoeld wordt voor mensen die er wonen, werken, winkelen,

sporten,.. en als er na 1 januari 2006 een stedenbouwkundige vergunning voor de uitvoering van het

werk aangevraagd wordt. Er zijn EPB-eisen te onderscheiden op het vlak van: thermische isolatie,

energieprestatie, binnenklimaat.(ANRE, 2005)

• Thermische isolatie-eisen

Er zijn twee eisen op het vlak van thermische isolatie: de maximale eis van de globale warmte-isolatie

K van het gebouw en de maximale warmtedoorgangscoëfficiënten of U-waarden van de

scheidingsconstructies. Zie bijlage 8.

• Energieprestatie-eis

De belangrijkste nieuwe eis in de energieprestatieregelgeving is het maximale E-peil. (voor bepaling

zie energiebegrippen)

• Binnenklimaateisen voor de ventilatie

Een eerste is de minimumeisen voor ventilatievoorzieningen voor woongebouwen die moeten voldoen

aan de bepalingen van de Belgische norm NBN D50-001 van 1991 en de bepaling van bijlage V van

het besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2005.

Een tweede is de beperking van het risico op oververhitting in de zomer. Gebouwen met een grote

beglazingsoppervlakte in verhouding tot het beschermde volume kunnen in de zomer oververhit raken.

Een doordachte oriëntatie, voldoende zonnewering, het gebruik van beglazing met een hoge

zonnetoetredingsfactor (g-waarde), … beperken dat risico aanzienlijk. Zodat geen onnodige energie

verspild wordt aan koelinstallaties. Deze wordt bepaald door een oververhittingsindicator die berekend

wordt aan de hand van overtollige warmtewinsten.

De EPB-eisen die van toepassing zijn op een bepaald gebouw zijn afhankelijk van:

• De ‘aard van het werk’ (nieuwbouw, verbouwing, functiewijziging,..)

• De bestemming van het gebouw (wonen, kantoor, school, industrie,…)

Zie bijlage 7

Page 26: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

12

5.1.5. Energieprestatiecertificaat

De Europese richtlijn legt niet enkel energieprestatie-eisen op, ze stelt ook een

energieprestatiecertificaat verplicht bij de bouw, de verkoop en de verhuur van gebouwen, en voor

publieke gebouwen.

Dit energieprestatiecertificaat bevat informatie over de energetische kwaliteit of energieprestatie van

het gebouw. Een goede energieprestatie leidt immers tot een laag energieverbruik en dus een lage

energiefactuur. Daarnaast informeert het enrgieprestatiecertificaat over de energiebesparende

investeringen die op korte termijn terugverdienbaar zijn. Met dit document kunnen potentiële kopers

en huurders de energetische kwaliteit van gebouwen op de markt vergelijken en afwegen. Vanaf 2008

is het energieprestatiecertificaat bij de verkoop van woongebouwen verplicht, en in 2009 bij de

verhuur van woongebouwen.

5.1.6. Boetes en Controles

Om de energieprestatieregelgeving op een efficiënte manier te handhaven, geven overtredingen

aanleiding tot administratieve boetes. Volgens de energieprestatieregelgeving is de aangifteplichtige4

verantwoordelijk voor het tijdig aanleveren van de nodige documenten en voor het naleven van de

EPB-eisen in het gerealiseerde gebouw. De architect staat de aangifteplichtige bij voor het vervullen

van deze taken. De verslaggever5 is verantwoordelijk voor het correct rapporteren van de

werkzaamheden in de EPB-aangifte.

Tabel 2: boetes voor aangifteplichtige en verslagge ver

aangifteplichtge

het niet naleven van de vormvereisten en termijnen voor het indienen van de EPB-aangifte

€ 250 + €1,00 per m³ nieuw beschermd volume6

niet voldoen aan EPB-eisen thermische isolatie-eisen

energieprestatie eisen

ventilatie-eisen

eisen op vlak van oververhitting

€ 60,00 per W/K x afwijking7

€ 0,24 per MJ/jaar x afwijking

€ 40 per m²/h x afwijking

€ 0,48 per 1000 Khm³ x afwijking

niet indienen van de EPB-aangifte en niet voldoen aan de eisen na controle

(€ 250 + €1,00 per m³ nieuw beschermd volume) + 2 x (boete voor afwijking tussen vaststelling ter plaatse en EPB-eis)

Verslaggever

werkelijke toestand van het gebouw niet correct beschreven

thermische isolatie-eisen

energieprestatie eisen

ventilatie-eisen

eisen op vlak van oververhitting

€ 60,00 per W/K x afwijking

€ 0,24 per MJ/jaar x afwijking

€ 40 per m²/h x afwijking

€ 0,48 per 1000 Khm³ x afwijking

4 De aangifteplichtige is de houder van de stedenbouwkundige vergunning, meestal de bouwheer. 5 De verslaggever is niet noodzakelijk een extra persoon in het bouwproces. De enige vereiste die gesteld wordt aan de verslaggever is dat deze beschikt over een diploma van architect, burgerlijk ingenieur- architect, burgerlijk ingenieur of industrieel ingenieur. 6 Nieuw beschermd volume= beschermd volume na de werkzaamheden – beschermd volume voor de werkzaamheden 7 Telkens het verschil in aangegeven waarde en de geëiste waarde. Hier: afwijking = (Uaangifte - Ueis) x Aaangrifte

Bron: zelfgemaakte excel-tabel met gegevens van Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen

en Energie, ANRE 2005, Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

Page 27: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

13

Als vastgesteld wordt dat een waarde in de EBP-aangifte niet overeenstemt met de werkelijkheid,

geeft die foutief opgegeven waarde slechts aanleiding tot één boete, ook al heeft de waarde invloed

op verschillende eindresultaten. Bv: een foutieve U-waarde heeft zowel invloed op het K-peil als op

het E-peil, toch wordt enkel een boete aangerekend voor de foutieve U-waarde. Men kan over het

algemeen aan de opgelegde energieprestatie- en binnenklimaateisen voldoen door middel van een

aantal kosteneffectieve investeringen die binnen acht jaar terug te verdienen zijn door de

gerealiseerde energiebesparingen.

In bijlage 6 bevindt zich een schema met bouwproces en EPB-verplichtingen.

5.2. Vergunningen

5.2.1. Bouwvergunning

Voor fotovoltaïsche zonnepanelen is volgens het decreet over de ruimtelijke ordening van mei 2000

niet altijd een stedenbouwkundige vergunning nodig. Artikel 3 stelt de volgende werken vrij van

bouwvergunning:

a) dakvlakvensters en/of fotovoltaïsche zonnepanelen en/of zonneboilers in het dakvlak, tot

een maximum van 20% van de oppervlakte van het dakvlak in kwestie beslaat;

b) fotovoltaïsche zonnepanelen en/of zonneboilers op een plat dak;

De bovengrens van 20% van het dakvlak is geldig in verhouding tot de oppervlakte van het zuidgericht

dakvlak, niet voor het totale dakoppervlak van alle dakhellingen samen. In de meeste gevallen zal dus

een bouwvergunning nodig zijn.(RO, 2000)

5.2.2. Milieuvergunning

Warmtepompen:

• indien een voor huishoudelijke doeleinden zeer grote warmtepomp wordt toegepast (met een

totale geïnstalleerde drijfkracht van de warmtepomp van meer dan 200 kW);

• indien grondwater (met pomp- en retourput) als warmtebron wordt toegepast;

• indien een verticale bodemwarmtewisselaar als bron wordt toegepast waarbij tot op een diepte

van meer dan 50 meter onder het maaiveld wordt geboord;

• indien een horizontale of verticale bodemwarmtewisselaar wordt toegepast met daarin een

warmtedragend medium met gevaarlijke stoffen zoals bedoeld in bijlage 2B van Vlarem I. (Ode

Vlaanderen, 2008)

Page 28: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

14

Bron: Vlaams Energieagentschap, VEA 2008, Energie besparen bij u thuis, premies in

Vlaanderen, Brussel.

5.3. Financiële steunmaatregelen

5.3.1. Federale overheid

5.3.1.1. Belastingsvermindering

Sinds 2003 kunnen belastingplichtigen voor een aantal energiebesparende investeringen een

belastingvermindering krijgen van 40% op de investering. Als je in 2008 energiebesparende

investeringen laat uitvoeren door een geregistreerde aannemer kan je die in 2009 inbrengen in je

belastingsaangifte in het kader van de personenbelasting. Deze moeten worden bewezen met

facturen van de werkzaamheden en uitgevoerd worden door een geregistreerde aannemer. De

betalingsdatum van de factuur bepaalt het inkomstenjaar voor de fiscale aangifte ( bv. alle betaalde

facturen in het jaar 2008 kan je inbrengen in je betalingsaangifte voor uw inkomsten van 2008). De

belastingvermindering voor energiebesparende investeringen is van toepassing voor eigenaars,

huurders, erfpachters, vruchtgebruikers op voorwaarde dat u de investeringen in een woning kunt

bewijzen met een factuur op uw naam. (VEA, 2008)

Tabel 3 geeft aan voor welke investeringen u aanspraak kunt maken op belastingvermindering.

Tabel 3: belastingsvermindering

Page 29: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

15

5.3.1.2. 6 % BTW tarief

Woningen ouder dan 5 jaar (i.p.v. 15 jaar) kunnen genieten van een voordelig BTW-tarief van 6% i.p.v.

21% bij renovatie.

5.3.2. Vlaamse overheid

5.3.2.1. Groenstroomcertificaten

Door de productie van groene stroom en dus ook elektriciteit met fotovoltaïsche panelen kan je

groenstroomcertificaten verkrijgen. De groenestroomproducent ontvangt van de VREG één

groenstoomcertificaat per 1000 kWh geproduceerde elektriciteit. Deze worden gegarandeerd over 20

jaar. U kunt uw certificaten verkopen aan uw distributiebeheerder voor € 450 per certificaat. U kunt

beroep doen op de administratieve afspraak tussen de VREG en de netbeheerders. U hoeft dan niet

zelf contact op te nemen met uw netbeheerder en de verkoop meedelen aan de VREG. De VREG

geeft uw rekeningnummer door aan de netbeheerder zodat die € 450 per certificaat kan storten op uw

rekening.

Iedere elektriciteitsleverancier is verplicht om, vanaf 1 januari 2002, een minimumaandeel van zijn

verkoop aan eindafnemers te betrekken uit hernieuwbare energiebronnen. Dit minimumaandeel loopt

op tot 2% in 2004 en 6% in 2010. Een leverancier kan aan deze verplichting voldoen door zelf groene

stroom te produceren of door groenestroomcertificaten aan te kopen op de markt. Indien de

elektriciteitsleveranciers niet voldoende certificaten kunnen voorleggen, wordt per groene kWh

waarvoor certificaten ontbreken een boete aangerekend van € 125 per ontbrekend certificaat.( Ode

Vlaanderen, 2006)

5.3.2.2. Terugdraaiende kilowattuurmeter

Bij netgekoppelde fotovoltaïsche zonnepanelen bepaalt het VREG dat de particulier een compensatie

krijgt voor de geleverde energieproductie door het terugdraaien van de elektriciteitsverbruikmeter. Dit

gebeurt als u op een bepaald ogenblik meer elektriciteit produceert dan zelf verbruikt, en u dus netto

elektriciteit injecteert in het net. Achteruitdraaiende kWh-meters zijn echter enkel toegelaten als het

totaal geïnstalleerd vermogen voor eigen elektriciteitsproductie niet groter is dan 10 kilowatt van de

omvormer. Als het vermogen groter is, moet de afname van elektriciteit uit het net, en de injectie van

elektriciteit in het net, apart worden gemeten. De bijhorende terugleververgoeding is afhankelijk van

de elektriciteitsleverancier en varieert doorgaans tussen de 0.15 en 0.17 €/kWh. Wel is de

terugvergoeding beperkt tot het volledige eigen jaarlijkse verbruik, m.a.w. netto teruggeleverde

energie “onder 0” op jaarbasis wordt niet automatisch vergoed.(Ode Vlaanderen, 2006)

5.3.2.3. Verbeterings- en aanpassingspremie

De Vlaamse renovatiepremie ondersteunt eigenaars, huurders die een eigen woning willen aanpassen

of verbeteren. De verbeterings- en aanpassingpremie is ondermeer van toepassing voor

Page 30: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

16

dakwerkzaamheden, buitenschrijnwerk, behandelen van optrekkend vocht, plaatsen van sanitaire

installaties,… voor elk werk is er een vast premiebedrag voorzien.

Om in aanmerking te komen voor de premie, moet u aan een aantal voorwaarden voldoen, onder

andere een bepaald maximuminkomen, de woning moet minstens 20 jaar oud zijn, KI van woning is

kleiner dan of gelijk aan € 1200, eigenaar-bewoner, huurder of verhuurder aan een sociaal

verhuurkantoor zijn. De investering moet minstens het dubbele zijn van de premie. (wonen

Vlaanderen, 2007)

5.3.2.4. Renovatiepremie

De Vlaamse renovatiepremie ondersteunt eigenaars die een eigen woning willen renoveren. Zo

krijgen ze de kans om de kwaliteit van hun woning aanzienlijk te verbeteren. De renovatiepremie is

ondermeer van toepassing voor dakisolatie, vloerisolatie, muurisolatie, vervanging van ramen met

enkele beglazing door ramen met hoogrendementsbeglazing, plaatsing van condensatieketel,

zonneboiler en warmtepomp. De premie bedraagt 30% van de aanvaarde kostprijs, exclusief BTW,

met een maximum van € 10000.

Om in aanmerking te komen voor de premie, moet u aan een aantal voorwaarden voldoen, onder

andere een bepaald maximuminkomen, de woning minstens 25 jaar oud zijn, U moet eigenaar-

bewoner zijn of verhuurder aan een sociaal verhuurkantoor. De investering moet minstens 10.000

euro bedragen (exclusief BTW) U mag ook geen andere woning hebben of gehad hebben tot drie jaar

terug.

U kunt de renovatiepremie echter niet cumuleren met de verbeteringspremie, zodat u een keuze

tussen beide zal moeten maken.( wonen Vlaanderen, 2007)

5.3.3. Netbeheerder

De Vlaamse netbeheerders zijn verplicht om bij hun afnemers energiebesparing te stimuleren, onder

andere door een aantal energiebesparende maatregelen financieel te ondersteunen. Iedere

netbeheerder mag zelf kiezen welke acties hij uitvoert. De premie wordt rechtstreeks aangevraagd bij

de netbeheerder. Hij heeft de precieze informatie over de grootte van de premie en over de

toekenningsvoorwaarden. Een aanvraagformulier wordt eveneens bij de netbeheerder aangevraagd.

Deze zijn ook beschikbaar op de websites van de netbeheerder.

Onder Eandis vallen: Gasselwest, Imea, Imewo,Intergem, Intermosane, Iveka, Iverlek en Sibelgas

Onder Infrax vallen: Interelectra, Iveg en WVEM.

In bijlage 9 vindt u een lijst met de premies voor alle investeringen per netwerkbeheerder.

5.3.4. Gemeente- of provinciebestuur

5.3.4.1. Premies

Sommige gemeenten en provincies geven aanvullende premies voor een aantal energiebesparende

investeringen. De grootte van de premies en de specifieke voorwaarden kunnen sterk variëren van

Page 31: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

17

gemeente tot gemeente. Meestal is het een percentage van de investeringskost met een bovengrens

van 250 tot € 1000. Ruim de helft van de Vlaamse gemeenten geeft een aanvullende premie voor wie

investeert in zonne-energie (zonneboiler of fotovoltaïsche zonnepanelen). Daarnaast geven enkele

gemeenten ook nog een premie voor dakisolatie, hoogrendementsbeglazing, de plaatsing van een

condensatieketel, de investering in een warmtepomp…

Voor eventuele energiepremies kan je steeds bij uw gemeente- of provinciebestuur informeren.

5.3.4.2. Vermindering gemeentebelasting

Door de belastingvermindering betaalt u ook minder gemeentebelasting. Bv. bij een

belastingvermindering van 3440 euro, aan 7,5 % gemeentebelastingen komt het totale uitgespaarde

bedrag door belastingvermindering op 3440 + 7,5 % = 3698 euro.

5.3.5. Leningen

5.3.5.1. Belastingsaftrek voor hypothecaire leningen

Sinds januari 2005 is voor de fiscale aftrek van hypotheekleningen een nieuw systeem ingevoerd (de

vroegere regeling blijft voor oudere leningen). Alle kosten van een hypothecaire lening mogen

afgetrokken worden van de personenbelasting tot aan een bovengrens, die afhangt van de

gezinssituatie. Voor 2008 bedraagt deze € 1990 en een toeslag voor de eerste 10 jaar van € 660 + €

70 vanaf 3 kinderen. De voorwaarde voor de lening is een looptijd van minstens 10 jaar en aangegaan

voor het verwerven van een eigen en enige woning. (dus aankoop, nieuwbouw of renovatie).

Indien er een hypothecaire lening is aangegaan voor de woning en deze is bv. al voor € 20.000

afbetaald kan er voor hetzelfde bedrag terug bijgeleend worden bv. voor zonnepanelen bij dezelfde

hypotheek (maximum ongeveer 30j). Zodat de hypotheekkosten niet opnieuw betaald moeten worden.

Voor aflossingstabel van een hypotheeklening van € 10000 zie bijlage 2.(kbc, Woumen) In dit

voorbeeld betaal je maandelijks € 103,41 of over 10 jaar.

Totale rente € 2512,61

Hypotheek kosten € 919,00

Dossierkosten € 250,00

Totaal € 3681,61

Aftrekbaar per jaar 103,41 x 12 x 33% = € 409.50 /j (ong 33% belasting op je loon)

Aftrekbaar over volledige periode van 10 jaar € 4095.04

€ 4095,04 – € 3681,61 = € 413,43

Je kan dus alle kosten van je lening terugvorderen, plus nog € 413,43 van je geleende bedrag.

5.3.5.2. Groene lening

Een aantal banken geven een groene energielening voor energiebesparende maatregelen aan een

voordeliger tarief.

Page 32: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

18

De financiering is meestal van toepassing op aanpassingswerkzaamheden in de woning die voor

minstens 50% bestaan uit volgende voornaamste investeringen:

• vervanging van een oude stookketel

• installatie van een zonneboiler

• plaatsing van zonnecelpanelen

• plaatsing van een warmtepomp of andere systemen voor geothermische

energieopwekking

• plaatsing van thermostatische kranen of kamerthermostaat met tijdschakelklok

• plaatsing van hoogrendementsbeglazing

• isolatie van daken

• uitvoeren van een energieaudit van de woning

Deze lening op afbetaling wordt verleend aan een rentevoet tussen de 5 en de 6% afhankelijk van de

bank. Toch blijkt het nog steeds voordeliger om een hypothecaire lening aan te gaan. De kosten zijn

wel een pak groter maar de fiscale voordelen en de rentevoet zijn veel beter. Op het einde van de

lening heeft men een stuk minder betaald dan bij een groene lening.(Immotheker, 2008)

Voor aflossingstabel van lening op afbetaling voor een bedrag van € 10000 met gelijke

terugbetalingen zie bijlage 3. (kbc, Woumen). Deze lening wordt afbetaald op 4 jaar met een

maandelijks bedrag van € 238,64.

Groene lening Totale rentekosten ( 5.48 %) € 1129,76 Lening op afbetaling Totale rentekosten (7,00 %) € 1454,72 Zoals je kan zien is een groene lening wel een stuk goedkoper dan een gewone lening op afbetaling,

maar heel wat duurder dan een hypothecaire lening.

Page 33: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

19

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2005,

Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

HOOFDSTUK 6: DUURZAAM BOUWEN

6.1. Compactheid De compactheid van een gebouw is de verhouding tussen het beschermde volume (V)8 en het

verliesoppervlak (At)9. Een bol stelt de meest ultieme compacte vorm. Een kubus benadert deze vorm

vervolgens het beste voor een huis. Een compact gebouw heeft een groot beschermd volume en een

klein verliesoppervlak. Een gebouw wet twee gevels is compacter dan een gebouw met hetzelfde

beschermde volume maar met drie gevels of vier gevels. Als in beide gebouwen dezelfde

isolatiemaatregelen, installaties, enz., toegepast worden, is het compacte gebouw energiezuiniger.

6.2. Oriëntatie Een goede oriëntatie van de woning zorgt ervoor dat de energie die de zon levert maximaal kan benut

worden. Weinig gebruikte ruimtes, zoals o.a. garage, toilet en bergruimte, zijn best op het noorden

gericht. Zo kunnen deze kamers een buffer vormen tussen de koude buitenlucht en het noorden en de

te verwarmen leefruimtes, welke bij voorkeur zuidelijk georiënteerd zijn. Anderzijds moet er ook

rekening gehouden worden dat teveel glas het risico op oververhitting in de zomer doet stijgen.

Zongericht ontwerpen mag niet leiden tot het noodgedwongen installeren van een koelsysteem. Een

goede zonnewering minimaliseert dit probleem. Een bijkomende vuistregel is om de totale beglazing

te begrenzen tot 1/5 à 1/6 van de volledige vloeroppervlakte van de woning.

Grafiek 6: invloed oriëntatie op E-peil

8 “Het beschermd volume (V in m³) van een gebouw is het volume van alle kamers en ruimten van het gebouw die men thermisch wil beschermen tegen warmteverliezen naar de omgeving, naar de grond en naburige ruimten die niet tot beschermd volume behoren.” 9 “Het warmteverliesoppervlakte (At in m²) van een gebouw is de som der oppervlakten van alle wanden of wanddelen die het beschermd volume van het gebouw scheiden van de buitenomgeving, van de grond, van naburige ruimten die niet tot het beschermd volume behoren.”

Page 34: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

20

Bron: Livios, 2007, spoor de zwakke plekken van je huis op met infrarood, URL:<http://www.livois.be> , (17/02/08)

6.3. Isolatie Isoleren is veruit de belangrijkste ingreep die je kan treffen om energie (en tegelijk veel geld) te

besparen. Bij een gemiddelde Vlaamse woning staat de verwarming in voor de helft van de totale

energiefactuur.

Het overgrote deel van deze verwarmde lucht gaat bovendien al snel verloren door dak, ramen,

vloeren en muren. Een goede isolatie is dus onontbeerlijk voor elke woning. Het verhoogt trouwens

het thermische comfort van de woning en verlaagt de energiekosten. Door een lagere

energiebehoefte, daalt uiteindelijk de luchtverontreiniging en de uitputting van de fossiele

brandstofreserves.

Figuur 2: warmteverliezen met infrarood

6.3.1. Parameters voor de isolatiekwaliteit

Isoleren betekent in principe het verminderen van geleidings- of transmissieverliezen10. De beste

isolatie bestaat trouwens uit droge, stilstaande lucht. Om de kwaliteit van andere isolatiemethodes te

beoordelen, maakt men gebruik van een aantal parameters. Meer uitleg hierover volgt in

onderstaande paragrafen.

6.3.1.1. λ-waarde

De λ-waarde, uitgedrukt in W/mK, duid aan in welke mate een bepaald materiaal de warmte geleidt.

Deze warmtegeleidingcoëfficiënt meet de hoeveelheid warmte die per tijdseenheid door een

oppervlakte van één vierkante meter met een dikte van één meter verloren gaat bij een

temperatuurverschil van één graad Celsius. Hoe lager de waarde van deze parameter, des te beter

isoleert het betreffende materiaal en houdt het warmteverliezen tegen. Materialen die een λ-waarde

kleiner dan 0.065 W/mK bezitten, worden officieel erkend als isolerende materialen. .(ANRE, 2005)

10 Dit zijn warmteverliezen die verloren gaan doorheen het buitenoppervlak van de woning.

Page 35: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

21

Bron: Vlaams Energieagentschap, VAE 2006, Praktische gids voor als u binnenkort

gaat bouwen of verbouwen, Brussel.

Tabel 4: landa-waarde isolatiemateriaal

6.3.1.2. R-waarde

Deze maatstaf, uitgedrukt in m²K/W, geeft de warmteweerstand weer van een volledig constructie-

onderdeel. Aangezien bijvoorbeeld een muur bestaat uit verschillende materialen met diverse diktes,

dient de architect hierbij voor elke substantie apart te bepalen in welke mate het de warmte

tegenhoudt. Tenslotte kan hij op basis van de bekomen afzonderlijke waardes de totale R-waarde van

het constructie-onderdeel berekenen. Een hogere warmteweerstand wijst hierbij op een betere

isolatiewaarde.(ANRE, 2005)

vingbinnenomgeeenenwandeentussendgangsweerswarmteover

materiaalhetvandikted

ficiëntidingscoëfwarmtegele

vingbuitenomgeeenenwandeentussendgangsweerswarmteover

dR

i

e

ie

tan1

tan1

11

===

=

++=

α

λα

αλα

6.3.1.3. U-waarde

De U-waarde (of k-waarde) wordt uitgedrukt in W/m²K. De U-waarde van een constructiedeel geeft

aan hoeveel warmte er per tijdseenheid en per vierkante meter verloren gaat als er tussen “binnen” en

“buiten” een temperatuursverschil is van 1°C. Deze warmtedoorgangscoëfficiënt is best zo klein

mogelijk.(ANRE, 2005)

Page 36: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

22

Bron:Cedubo, 2007, Gooi geen energie door ramen en deuren, URL:<http://www.cedubo.be> , (18/02/08)

ingrsverandertemperatuuT

ailmetervierkanteperverliesetwarmtedebiq

TUq

=∆=

∆×=det)(

RU

1=

Vb. Rotswol: λ = 0,042 W/mK

Dikte van uitvoering: 7cm

WKm

dR

ietot

/²835.123

1

042.0

07.0

8

1

11

=

++=

++=αλα

6.3.1.4. K-peil

Het K-peil staat voor het globale isolatieniveau van een woning. Deze maatstaf houdt rekening met de

afzonderlijke warmteverliezen van alle wanden en met de compactheid van het totale huis. Hoe lager

een woning scoort op deze parameter, hoe beter.

6.3.2. Thermische isolatie

Figuur 3: procentuele warmteverliezen

KmW

RU

²/54.0835.1

1

1

=

=

=

Page 37: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

23

6.3.2.1. Vloerisolatie

Gemiddeld bedraagt de verliesoppervlakte van de vloer ongeveer 15% van de totale

verliesoppervlakte van een woning. Het warmteverlies door een vloer is verschillend bij een vloer op

volle grond, bij een vloer boven een kruipruimte of kelder (al dan niet sterk verlucht) of bij een vloer

boven buitenomgeving. De nodige dikte van de vloerisolatie is hierdoor verschillend voor de

verschillende soorten vloeren. U kunt isoleren aan de onderzijde van de draagvloer of tussen de

draagvloer en de gewapende dekvloer. U hebt de keuze tussen een isolatiemateriaal (voorbeeld

drukvaste isolatieplaten of een gespoten isolatiemateriaal) of een isolerende uitvullingslaag

(bijvoorbeeld een isolerende chape).

Dikte: 4 => 10 cm (traditioneel =>energiezuinig)

6.3.2.2. Muurisolatie

De meest traditionele manier om een muur te bouwen in België is de geïsoleerde spouwmuur.

Gewoonlijk bevat deze spouwmuur vijf lagen namelijk de gevelsteen, de luchtspouw, de thermische

isolatie, de binnenmuur en de binnenbepleistering. Als isolatiemateriaal opteert de particulier hierbij

meestal voor zacht of halfstijve isolatiematten in minerale wol of voor stijve kunstofplaten in

polyurethaanschuim (PUR), geëxpandeerd polystyreenschuim (EPS) of geëxtrudeerd

polystyreenschuim (XPS). De warmteverliezen van een woning zijn groter bij woningen met veel

buitenwanden. Het is daarom belangrijk om de buitenwanden goed te isoleren. Volgens de nieuwe

energieprestatieregelgeving mag de U-waarde van een buitenmuur maximaal 0,6W/m²K bedragen.

Dikte: 5=>10 cm (traditioneel=>energiezuinig)

6.3.2.3. Dakisolatie

Dakisolatie mag in geen enkele woning ontbreken. Een slecht geïsoleerd dak kan namelijk

verantwoordelijk zijn voor 26% van de totale energieverliezen van een woning. Het isoleren van een

dak zal dus een grote energiebesparing opleveren, zeker als de zolder verwarmd wordt. Het plaatsen

van dakisolatie vermindert tocht en koude-uitstraling en zal het comfort van de woning dus verhogen.

Volgens de nieuwe energieprestatieregelgeving moet de isolatiewaarde van een dak verbeterd

worden tot 0,4 W/m²K .

Dikte: 10=>20 cm (traditioneel=>energiezuinig)

6.3.2.4. Raamprofielen en beglazing

De vensters zijn vanuit het oogpunt van verwarming steeds ‘koudegaten’ in de woning. Ze laten meer

warmte door dan geïsoleerde muren, daken en vloeren. Een gewone dubbele beglazing beperkt te

weinig die grote warmteverliezen. Daarom is het nodig te kiezen voor een hoogrendementsbeglazing:

het zogenaamde 1,3- of 1,1-glas. Hoogrendementsglas isoleert twee tot drie keer beter dan gewoon

dubbel glas.

Page 38: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

24

Bron: Vlaams Energieagentschap, VAE 2006, Praktische gids voor als u binnenkort gaat bouwen

of verbouwen, Brussel.

6.3.2.5. Koudebruggen

Een koudebrug is een plaats in het constructiedeel waar de thermische isolatie tussen “binnen” en

“buiten” onderbroken is. Op de plaatsen waar de thermische isolatie dus niet doorloopt of het

isolatiemateriaal niet op elkaar aansluit, gaat veel warmte verloren en dringt koude naar binnen. Als

warme binnenlucht afkoelt, bijvoorbeeld in contact met een koud oppervlak waar isolatie ontbreekt,

kan condensatie ontstaan. Condensatie betekent vocht op het oppervlak en kan aanleiding geven tot

geurhinder, schimmelvorming…

Delicate plaatsen om contact tussen binnen en buiten te vermijden zijn de balken boven vensters en

deuren, de dorpels, de funderingsaansluiting of balkons die doorlopen tussen binnen en buiten.

Tabel 5: U-waarde constructiedelen

6.4. Ventilatie

6.4.1. Waarom ventileren?

Een gezond binnenklimaat is zeer belangrijk voor iedere bewoner van de woning. Minimaal en

voldoende ventileren is noodzakelijk voor de gezondheid van de bewoners en voor een hoog

wooncomfort.

Er zijn drie goede redenen waarom voldoende ventileren zo belangrijk is:

� door te ademen gebruiken mensen zuurstof, terwijl ze koolstofdioxide en waterdamp afgeven.

Onvoldoende zuurstoftoevoer door ventilatie maakt de lucht muf. Voldoende aanvoer van

zuurstof is belangrijk voor de gezondheid van mensen en huisdieren.

� elk gezin produceert per dag 10 à 20 liter woonvocht door te koken, te wassen, te douchen…

Die vochtige vervuilde lucht naar buiten afvoeren en voldoende verse lucht in de woning

binnenbrengen geeft de bewoners ademruimte. Ventileren vermindert de kans op geuren,

allergieën en het vermijdt condensatie en schimmelvorming op de muren.

� door te ventileren voorkomt u dat hinderlijke of schadelijke stoffen die in de woning vrijkomen

daar blijven en zich opstapelen.

Page 39: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

25

De Belgische ventilatienorm (NBN D50-001) streeft na dat 3.6 m² lucht per uur en per vierkante meter

vloeroppervlakte van de ruimte kan toe- en afgevoerd worden

6.4.2. Hoe ventileren?

6.4.2.1. Ventilatiesysteem A

Systeem A houdt een natuurlijke toevoer van verse lucht in de droge ruimtes in. Deze aanvoer vindt

meestal plaats via zelfregelende roosters in de ramen. Verder zorgen roosters in de binnenmuren of

–deuren doorgaans voor de doorstroming van de lucht. Hiervoor zijn spleten onder de binnendeuren

van ongeveer een centimeter ook voldoende. Verticale afvoerkanalen met afsluitbare roosters zijn

vervolgens verantwoordelijk voor de natuurlijke afvoer van vervuilde lucht in de vochtige ruimtes.

Dit ventilatiesysteem kost uiteraard het minst van de vier beschikbare systemen. Bovendien vergt het

heel weinig onderhoud, verbruikt het geen elektriciteit en is het zeer eenvoudig te plaatsen. Een

nadelig aspect van systeem A bestaat uit de beperkte regelbaarheid ervan. Op esthetisch vlak scoren

hoog uitstekende afvoerkanalen bovendien niet zo goed. Daarenboven kunnen grote warmteverliezen

optreden bij veel wind. Het koudegevoel dat soms optreedt bij de roosters vormt een laatste nadeel

van systeem A.(VAE, 2006)

6.4.2.2. Ventilatiesysteem B

Systeem B is veeleer een theoretisch ventilatiesysteem en kent uiterst weinig toepassingen in de

praktijk. Hierbij voeren elektrische ventilatoren verse lucht toe en zorgen verticale afvoerkanalen voor

de natuurlijke afvoer van de vervuilde lucht. Dit systeem behaalt beter de ventilatienorm dan systeem

A. Bovendien heeft de eigenaar bij een ventilator meer opties voor de plaats van de

toevoeropeningen. Ook bestaat de mogelijkheid voor korte intensieve ventilatie door het debiet van de

ventilatoren tijdelijk te verhogen. Systeem B vereist uiteraard wel meer energie dan systeem A.

Zelfregelende roosters zorgen voor een continue hoeveelheid verse lucht, onafhankelijk van de

windsnelheid. Hierdoor kan er nooit een tochtgevoel optreden. (VAE, 2006)

6.4.2.3. Ventilatiesysteem C

Ventilatiesysteem C omvat een natuurlijke aanvoer van verse lucht via toevoerroosters in ramen of

muren. Naderhand regelen elektrische ventilatoren de mechanische afvoer van de vervuilde lucht.

Systeem C biedt aan de consument dezelfde voordelen als systeem B. Ook verbruikt het meer

energie dan systeem A. Bovendien moeten de bewoners hierbij opletten dat ze geen onderdruk

creëren. Wanneer de particulier systeem C gebruikt in combinatie met de werking van de dampkap,

bestaat immers de kans dat het de rookgassen van kachel of open haard naar binnenzuigt. (VAE,

2006)

Page 40: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

26

Vlaams Energieagentschap, VAE 2006, Praktische gids voor als u binnenkort gaat bouwen of

verbouwen, Brussel.

6.4.2.4. Ventilatiesysteem D

Elektrische ventilatoren zijn bij dit systeem zowel verantwoordelijk voor de toevoer van verse lucht als

voor de afvoer van de vervuilde lucht. Ook systeem D biedt de particulier meer mogelijkheden

betreffende de plaatsing van de toevoeropeningen en inzake het uitvoeren van een korte intensieve

ventilatie. Bovendien heeft het systeem minder problemen met onderdruk. Vanzelfsprekend verbruikt

dit systeem het meeste energie van de vier ventilatiemogelijkheden. Indien de particulier opteert voor

volledige mechanische ventilatie en een zeer luchtdichte woning bezit, investeert hij ook best in een

systeem met warmterecuperatie. De uitgaande lucht warmt hierbij de aangevoerde verse lucht op.

(VEA, 2006)

Figuur 4: ventilatiesystemen

In het WTW systeem worden toe- en afvoerlucht door een warmteterugwinunit geleidt. De afvoerlucht

geeft in de unit, via de warmtewisselaar, warmte af aan de toevoerlucht, welke op die wijze

voorverwarmd de woning binnentreedt. Afhankelijk van het type unit en wisselaar worden

rendementen bereikt tussen 65 en 95%. Hierdoor kan een aanzienlijke besparing worden bereikt op

de toe te voeren energie voor het verwarmen van de woning. Units met een rendement van 95% en

voorzien van gelijkstroommotoren, maken het mede mogelijk de EPN11 norm van 1 te behalen. Met

het WTW systeem wordt gerealiseerd dat er altijd verse (voorverwarmde) buitenlucht in de ruimten

wordt toegevoerd.

11 De ventilatievoorzieningen moeten voldoen aan minimumeisen, deze worden beschreven in bijlage VI van het besluit van de Vlaamse Regering van 11 maart 2005.

Page 41: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

27

Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2005,

Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

Bron: <livios, 2007, vergelijking energiebronnen, URL:< http://www.livios.be/nl/_build/_guid/_ener/_comp/index.asp?content=Vergelijking%20energiebron

nen.be> , (19/02/08)

Grafiek 7: invloed van WTW op E-peil

6.5. Verwarmingsinstallaties

6.5.1. Energiebron

Tabel 6: soorten energiebronnen

Page 42: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

28

6.5.1.1. Elektrische verwarming

• Zeer goedkoop in installatie (goedkope toestellen, geen ketel, stookkamer, schoorsteen

nodig), maar zeer duur in verbruik.

• Gemakkelijk te installeren (geen ketel, geen verbinding tussen toestellen onderling, ...)

• Directe elektrische verwarming is het goedkoopst en comfortabelst, maar is af te raden,

omwille van het hoge verbruik.

• Indirecte elektrische verwarming: goedkoper, maar minder comfortabel omdat je warmte niet

meer kan sturen overdag. (livios, 2007d)

6.5.1.2. Aardgas en stookolie

• Aardgas is duurder in verbruik, maar installatiekosten zijn lager (geen opslagvat, ketel is

goedkoper, geen stookkamer nodig, ketel kan op zolder, schoorsteen niet verplicht).

• Op termijn: weinig prijsverschil.

• Stookolieketel moet jaarlijks gecontroleerd worden; niet verplicht maar wel aan te raden voor

aardgas.

• Aardgas is iets beter voor milieu, maar het verschil is zeer miniem. (livios, 2007d)

6.5.2. Verwarmingssysteem

Een woning kan op heel wat manieren opgewarmd worden. Algemeen wordt aangenomen dat een

ketel bij een lagere temperatuur energiezuiniger kan stoken. Het energieverbruik van wand- en

vloerverwarming ligt lager dan bij radiatoren. Dit omdat hier een minder hoge koelwatertemperatuur

vereist is om hetzelfde binnenklimaat te creëren. Verder kan ook heel wat energie bespaard worden

door de verwarmingsleidingen te isoleren. Het is ook altijd nuttig om een aparte temperatuurregeling

per kamer te hebben. Dit kan eenvoudig verwezenlijkt worden door het plaatsen van thermostatische

kranen of door het gebruik van een kamerthermostaat. Er moet wel op gelet worden dat er geen

thermostatische kranen geplaatst worden in dezelfde ruimte als een kamerthermostaat. Ze kunnen

elkaar namelijk tegenwerken. Verder is het ook goed om een buitenvoeler te plaatsen. Zo wordt de

ketelwatertemperatuur automatisch aangepast aan de weersomstandigheden.

6.5.3. Verwarmingstoestel

6.5.3.1. Hoogrendementsketel (HR)

Een hoogrendementsketel of HR-ketel is een verwarmingsketel op gas die ten opzichte van een

conventionele gasketel een hoger rendement heeft, waardoor het gasverbruik lager is.

Deze stookinstallaties hebben een rendement dat gemiddeld 20% hoger ligt dan bij gewone ketels.

Hoogrendementsketels kunnen werken op aardgas of op stookolie. Wanneer ze op stookolie werken

zijn ze herkenbaar aan het optimazlabel, terwijl ze een HR+-label dragen als ze op aardgas werken.

Page 43: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

29

Bron: eandis, 2007, De condensatieketel op aardgas, de absolute presatiekampioen, URL:<http://www.eandis.be> , (19/02/08)

6.5.3.2. Condensatieketel

Een ander systeem is een condensatieketel op aardgas. Deze ketels zijn zo ontworpen dat er

permanent een belangrijk deel van de waterdamp in de verbrandingsgassen gecondenseerd wordt in

een warmtewisselaar12. Op deze manier wordt nog meer nuttige warmte vrijgemaakt. Bij een klassieke

installatie gaat die warmte verloren door de schoorsteen. In vergelijking met een hoogrendementsketel

kan met een condensatieketel nog een extra energiebesparing van meer dan 10% gehaald worden.

Condensatieketels op aardgas zijn herkenbaar aan het HR-toplabel. Er zijn op de markt ook al zeer

energiezuinige stookolieketels verkrijgbaar die voorzien zijn van de condensatietechniek.

Figuur 5: werking condensatieketel

6.5.3.3. Open versus gesloten toestellen

Een andere vernieuwing dat het rendement van de ketels ten goede komst, is het systeem van de

gestuwde afvoer. Ketels die uitgerust zijn met deze techniek noemt men ook gesloten ketels in

tegenstelling tot de traditionele atmosferische of open toestellen. Via een ventilator worden zowel de

rookgassen weggeblazen als de verbrandingslucht aangezogen. Omwille van de nauwkeurige

dosering van de aangevoerde lucht halen de ketels meestal een hoger rendement. Bovendien hebben

deze ketels geen traditionele schoorsteen nodig. Een afvoerpijp door de gevel of het dak volstaat.

Meestal worden deze toestellen verbonden met een speciale concentrische dubbelwandige buis.

Langs de buitenste opening wordt lucht via een ventilator aangezogen, langs de binnenste buis

worden de verbrande gassen afgevoerd.(livios, 2007e)

6.5.3.4. CV-ketels op pellets

12 Een warmtewisselaar is een apparaat dat warmte van het ene medium (vloeistof, gas) overbrengt naar het andere.

Page 44: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

30

Pellets, kleine korrels op basis van houtafval, zijn al langer bekend als brandstof voor kachels, maar

doen nu ook hun intrede als energiebron voor cv-ketels. En pelletsinstallatie vergt een grotere

investering dan een traditionele ketel op gas of stookolie. De ketel kost 2.5 à 3 keer zoveel als een

ketel op gas of stookolie. Qua verbruik ben je echter veel goedkoper af dan met een traditionele cv-

ketel. De importeurs van deze ketels spreken over een besparing van 40% op de stookkosten

waardoor je de meerprijs op termijn terugverdient. (livios, 2007e)

6.5.3.5. Plaatselijke verwarmingstoestellen

Ook plaatselijke kachels moeten een hoog rendement hebben. Daarom is het af te raden om te

werken met de klassieke individuele gas-, kolen- of stookoliekachels. Deze hebben namelijk maar een

rendement van 50 tot 70%. Bovendien halen deze kachels hun zuurstof uit de binnenruimten. Dit kan

leiden tot CO-vergiftiging, vocht en tocht in de woning. Een type van plaatselijke

verwarmingstoestellen dat wel geplaatst kan worden zijn de gesloten gevelkachels. Deze kachels

hebben een rendement dat hoger ligt dan 85%. Gesloten gevelkachels worden dwars door de

buitenmuur op de buitenlucht aangesloten. Op deze manier zuigen ze hun verbrandingslucht zelf van

buiten aan. Gesloten gevelkachels moeten altijd aangesloten zijn met een dubbelwandige buis. Het

middelste deel van deze buis dient dan als schoorsteen, terwijl door het buitenste deel de verse lucht

aangezogen wordt.(VAE, 2006)

6.6. Hernieuwbare energie

6.6.1. Zonneboiler

De zon levert gemiddeld over het hele jaar, gratis de helft van de energie die we nodig hebben om ons

sanitair water op de gewenste temperatuur te brengen. Per jaar en per m² aardoppervlak betekent dit

gemiddeld iets minder dan 2.000Kwh/m² jaar in de Benelux ontvangen wij ongeveer 1.000 kWh/m²

jaar. Door de hogere breedtegraad (52° noorderbreed te) levert de zoninstraling minder energie per

m², en door de vaak voorkomende daglicht bij volledig bewolkte hemel. Maar ook bij heldere hemel is

een klein deel van de lichtstraling diffuus – vandaar de helderblauwe kleur van de hemel. Over een

heel jaar bereikt ongeveer 60% van de totale zoninstraling ons hier in de vorm van diffuus licht, dat

ook in nuttige energie wordt omgezet door zonne-energiesystemen.

Een zonneboiler zet zonnestraling om in warmte en slaat die warmte op in een voorraadvat met water.

Geeft de zon niet voldoende warmte, dan zorgt de naverwarming ervoor dat we altijd voldoende warm

water beschikbaar hebben. De hoofdonderdelen van een zonneboiler zijn de zonnecollector, de

leidingen, het voorraadvat, de regeling en de naverwarming. (ANRE, 2007b)

Page 45: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

31

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2007b, Warmte uit zonlicht, Brussel

Figuur 6: diffuse lichtstraling

6.6.1.1. Werking

1. De zonnecollector vangt het invallende zonlicht op en zet het, via de absorber, om in warmte.

De absorber geeft de warmte door aan de warmtetransporterende vloeistof die door de absorber

stroomt. De warmtetransporterende vloeistof brengt de zonnewarmte van de collector naar de

warmteopslag.

2. In de primaire kringloop circuleert de warmtetransporterende vloeistof tussen de collector en de

warmtewisselaar van de warmteopslag. De vloeistof neemt warmte op in de collector en geeft

die af aan de warmteopslag, daarna keert ze terug naar de collector om zich weer op te laden.

3. De warmteopslag zorgt ervoor dat de door de zon geproduceerde warmte gestockeerd wordt tot

wanneer we ze kunnen gebruiken. Gedurende zes maanden per jaar kan in de warmteopslag

een temperatuur van meer dan 40°C bereikt worden. D e resterende periode varieert die

temperatuur tussen 15 en 40°C.

Page 46: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

32

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2007b, Warmte uit zonlicht, Brussel

Figuur 7: werking zonneboiler

4. De randapparatuur: eventueel zorgt een circulatiepomp voor het rondpompen van de

warmtetransporterende vloeistof in de primaire kringloop. Het regelsysteem zorgt ervoor dat de

opgeslagen warmte niet opnieuw verloren gaat wanneer de zon niet schijnt. Het beschermt

eveneens tegen bevriezing en oververhitting.

5. De naverwarming: aangezien in Vlaanderen de temperatuur in de warmteopslag van een

zonneboiler niet altijd volstaat voor direct gebruik, wordt de warmteopslag bijna altijd gekoppeld

aan een naverwarming. Die brengt het door de zon voorverwarmde water op de gevraagde

temperatuur. Zo krijgt het gebruikswater, onafhankelijk van het afnamepatroon, steeds de

gewenste temperatuur. De warmtebron van de naverwarming is meestal aardgas, stookolie of

elektriciteit. (ANRE, 2007b)

6.6.2. Fotovoltaïsche zonne-energie

In een zonnecel wordt licht rechtstreeks omgezet in elektriciteit. Ze worden geschakeld in modules, die

op hun beurt stroom leveren via omvormers aan het stroomnet. Het geheel van modules en

randapparatuur vormt een fotovoltaïsch systeem of PV-systeem.

Page 47: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

33

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE

2007c, Elektriciteit uit zonlicht, Brussel.

Bron: <ODE-Vlaanderen, 2007, Elektriciteit uit zonlicht URL:<http://www.ODE.be> , (21/02/08)

6.6.2.1. Werking

Een zonnecel bestaat uit een dun plaatje met aan de bovenzijde een negatieve lading en aan de

onderzijden een positieve lading.

Figuur 8: werking van een kristallijn silicium zonn ecel

Dit plaatje is gemaakt van halfgeleidend materiaal, meestal silicium, dat alleen maar goed geleidt als

er licht op valt. De energie van het invallende licht brengt dan een elektrische stroom op gang van

dunne metalen vingers op de voorkant van de cel via de elektrische toepassing terug naar de metalen

achterkant van de zonnecel. Afhankelijk van het type silicium zal de cel een groter of kleiner aandeel

van het zonlicht omzetten in elektriciteit.

Tabel 7: rendement afhankelijk van type silicium

Een standaardzonnecel van 10 bij 10 cm levert ongeveer 1,3 W. Met losse zonnecellen kan men dus

in de praktijk niet aan de slag. Ze wekken niet alleen weinig elektriciteit op, maar ze zijn ook breekbaar

en vochtgevoelig. Daarom worden zonnecellen onderling verbonden en samen in een zogenaamd PV-

Page 48: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

34

paneel13 geplaatst. De voorkant van de PV-panelen is een glasplaat, de achterkant wordt afgewerkt

met een waterdichte folie. Bestaat de achterkant ook uit een glasplaat, dan spreken we van semi-

transparante panelen. Die laten licht door tussen de cellen. Bij woningbouw worden de PV-panelen

meestal netgekoppeld, daarbij wordt de gelijkspanning van de fotovoltaïsche panelen omgevormd tot

normale wisselspanning die rechtstreeks aan het elektriciteitsnet geleverd kan worden. Dat gebeurt

via een invertor of omvormer. (ANRE, 2007c)

6.6.3. Warmtepomp

Een warmtepomp kan warmte op relatief lage temperatuur benutten voor toepassingen op hogere

temperatuur. Ze kan warmte uit de omgeving (lucht, water of bodem, voor voor- en nadelen zie bijlage

4) op voldoende hoge temperatuur brengen voor de toepassing van verwarming en sanitair warm

water. Warmtepompen hebben een goede winstfactor wanneer ze toegepast worden in combinatie

met een verwarmingssysteem op lage temperatuur (vloerverwarming, wandverwarming). Deze

verwarmingssystemen kunnen enkel toegepast worden in gebouwen met een lage warmtebehoefte.

Het is dus van groot belang dat je woning voldoende geïsoleerd is. (ANRE 2007a)

6.6.3.1. Werking

De aandrijfenergie voor een warmtepomp in de woningbouw bestaat meestal uit mechanische energie

(compressiewarmtepomp). Om een warmtepompcyclus te doorlopen, heeft men een compressor, een

condensor, een verdamper en een ontspanner nodig. Aan de warmtebron wordt warmte onttrokken,

aan het warmteafgiftesysteem wordt warmte afgegeven. Een warmtedragend medium stroomt tussen

de warmtebron en het warmteafgiftesysteem. Het warmtedragend medium verdampt op lage druk in

de verdamper en neemt hierbij warmte (Q1) op vanuit de warmtebron. De compressor zuigt de gassen

uit de verdamper en drukt deze samen waardoor de temperatuur en het kookpunt verhogen. De

compressor levert hierbij arbeid (W). Deze gassen onder hoge druk en op hogere temperatuur

stromen door de condensor waardoor ze afkoelen en van gasvormige toestand terug vloeibaar

worden. Hierbij staan ze warmte (Q2) af aan het warmteafgiftesysteem. In de ontspanner keren ze

terug naar hun oorspronkelijke druk. De afgegeven warmte is de opgenomen warmte + de arbeid die

door de compressor geleverd wordt: Q2=Q1+W.(ANRE, 2007a)

13 PV-paneel is afkomstig van het Engels: photovoltaic

Page 49: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

35

Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2007a,

Warmtepompen voor woningverwarming, Brussel.

Figuur 9: werking warmtepomp

6.6.4. Windmolen

Daar een windmolen voor particulieren niet rendabel is, doordat er te weinig wind is in Vlaanderen en

het trouwens heel moeilijk is hiervoor een vergunning te verkrijgen ga ik niet verder in op dit

onderdeel.

Page 50: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

36

HOOFDSTUK 7: INVESTERINGSMOGELIJKHEDEN

De eeuwige discussie blijft, is het nu voordeliger te investeren in energiebesparende maatregelen of

brengen aandelen je meer op. De meningen verschillen, mensen zijn namelijk vaak nog meer bezorgd

over de inhoud van hun portefeuille dan over de inhoud van de omgevingslucht. In dit hoofdstuk wordt

bepaald hoe rendabel je investering nu juist is. Er komen een aantal investeringsmogelijkheden aan

bod die telkens toegepast worden op een standaardwoning (zie bijlage 1). We berekenen de

uitgespaarde energie en kosten aan de hand van het EPB-programma die de energiewaarde van een

woning bepaalt. Voor de energiekosten wordt gerekend met de waarden van Vreg in december 2007,

deze zijn voor de gasprijs 4.83 eurocent/kWh en voor elektriciteitsprijs € 0.17/kWh. In februari 2008

was de aardgasprijs al gestegen tot 5.94 eurocent/kWh. Toch wordt er gerekend met de laagste prijs

daar in het persbericht van januari 2008 eventuele maatregelen worden vermeld om in de toekomst de

prijzen terug te laten dalen. Je kan ook de waarden voor energieprijs van februari bekijken door de

energieprijsstijging van 18% te volgen

7.1. Isolatie en ventilatie

7.1.1. Plaatsing dakisolatie

heel wat oude huizen zijn gebouwd zonder dakisolatie, wat een heel groot verlies aan warmte

betekent. Indien de standaardwoning geen dakisolatie heeft, heb je een verlies van 43355.7 MJ/jaar.

De kostprijs bedraagt € 8.3/m² voor de materialen en 13/m² voor de plaatsing. De berekening wordt

enkel gedaan voor een woning die meer dan 5 jaar oud is met een BTW % van 6. Een nieuwbouw

wordt namelijk standaard gebouwd met dakisolatie.

jkWhcjkWh

jkWhMJ

jMJ

kWhcvregbrondecjsaardgasprigem

MJJkWh

/€69.581/83.4/25.12043

/25.120436.3

/7.43355

/83.4)(2007

6.336000001

=

===

Page 51: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

37

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>, Waeyaert-Vermeers

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Tabel 8: rendement dakisolatie

Tabel 9: energiewaarden dakisolatie

Woning met dakisolatie

woning zonder dakisolatie

E-peil E90 E145

K-peil K41 K86

energiebesparing 43355,70 MJ/j

12043,25 kWh/j

daling energiefactuur € 581,69

vermindering CO2 uitstoot 4014,29 kg/j

vermindering CO2 uitstoot in % 36,76%

7.1.1.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Voor de berekeningen van de netto contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de

analyse een termijn van 20 jaar, om de vergelijking te kunnen maken met de andere

investeringsmogelijkheden die een levensduur van 20 jaar hebben. Tabel 10 laat zien dat de plaatsing

van dakisolatie bij een bestaande woning een heel interessante investering is.

Tabel 10: NCW en IRG voor de plaatsing van dakisol atie zonder financiële steun NCW Energie-

Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 9.989,92 € 13.986,28 € 19.753,76 € 28.115,14 € 40.267,78 € 57.945,70 € 83.646,88

plaatsen dakisolatie met λ-waarde= 0,04 eenheid

>5 jaar (BTW 6%)

<5jaar (BTW 21%)

prijs per m² opp x 21.3 €/m² € 1643,68 oppervlakte dak m² 72,80 opbrengst MJ/jaar 43355,70 kWh/j 12043,25 aftrek premies € 997,98

Federale overheid 40% belastingsvermindering max 2650 € 657,47

7,5% gemeentebelasting € 49,31 netbeheerder 4 €/m² voor bestaande woning € 291,20 Gemeente € - % van het investeringsbedrag % 60,72% investeringsbedrag € 645,70 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 energiekostenbesparing per jaar €/j 581,69 terugverdientijd j 1,11

Page 52: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

38

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

3,00% € 7.010,25 € 9.651,08 € 13.396,88 € 18.744,46 € 26.412,16 € 37.434,33 € 53.293,51

6,00% € 5.028,14 € 6.826,47 € 9.331,41 € 12.849,49 € 17.820,88 € 24.875,52 € 34.911,41

10,00% € 3.308,49 € 4.435,15 € 5.965,85 € 8.066,89 € 10.974,70 € 15.024,73 € 20.691,38

IRG 35,31% 38,29% 41,28% 44,26% 47,24% 50,22% 53,20%

Tabel 11: terugverdientijden voor de plaatsing van dakisolatie zonder financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 3 3 3 3 3 3 3

3,00% 3 3 3 3 3 3 3

6,00% 4 4 3 3 3 3 3

10,00% 4 4 4 4 4 3 3

7.1.1.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen

Ook hier gebruikt men voor de berekening van de netto contante waarde een termijn 20 jaar. Zoals je

ziet in tabel 9 wordt het investeringsbedrag teruggebracht op € 581.69 door financiële

steunmaatregelen. De terugverdientijd is in elke situatie minder dan 2 jaar. De interne

rendementsvoeten verdubbelen door de financiële steunmaatregelen. Dit komt door dat het

investeringsbedrag gehalveerd wordt.

Tabel 12: NCW en IRG voor plaatsing dakisolatie met financiële steun NCW Energie-

Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 10.978,90 € 14.975,26 € 20.742,74 € 29.104,12 € 41.256,76 € 58.934,68 € 84.635,86

3,00% € 7.999,23 € 10.640,06 € 14.385,86 € 19.733,44 € 27.401,14 € 38.423,31 € 54.282,49

6,00% € 6.017,12 € 7.815,45 € 10.320,39 € 13.838,47 € 18.809,86 € 25.864,50 € 35.900,39

10,00% € 4.297,47 € 5.424,13 € 6.954,83 € 9.055,87 € 11.963,68 € 16.013,71 € 21.680,36

IRG 88,85% 91,85% 94,85% 97,85% 100,85% 103,85% 106,85%

Page 53: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

39

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Grafiek 8: NCW voor plaatsing dakisolatie

€ 0,00

€ 10.000,00

€ 20.000,00

€ 30.000,00

€ 40.000,00

€ 50.000,00

€ 60.000,00

€ 70.000,00

€ 80.000,00

€ 90.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Tabel 13: terugverdientijden van plaatsing dakisola tie met financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 2 2 2 2 2 2 2

3,00% 2 2 2 2 2 2 2

6,00% 2 2 2 2 2 2 2

10,00% 2 2 2 2 2 2 2

7.1.2. Plaatsing 8 cm muurisolatie i.p.v. 5 cm

De standaardwoning heeft een gevelisolatie van 5 cm Mupan Facade, deze heeft een kostprijs van

€ 18.60/m² geleverd en geplaatst exclusief BTW. Indien je een gevelisolatie van 8 cm plaatst van

€ 21.70/m² bespaar je hierbij jaarlijks 5575 MJ/j. De geveloppervlakte bedraagt 157.52 m². Deze

analyse wordt enkel bij nieuwbouw berekend, daar het te ingewikkeld is om bij een bestaande woning

de gevelisolatie te vervangen.

Page 54: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

40

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>, Waeyaert-Vermeers

31.488€²52.157²)/60.18€²/70.21(€

/80.74€/83.4/61.1548

/61.15486.3

/00.5575

/83.4)(2007..

6.336000001

=×−=×

=

===

mmm

jkWheurocentjkWh

jkWhMJ

jMJ

kWheurocentvregbrondecjsaardgasprigem

MJJkWh

Tabel 14: rendement extra gevelisolatie

Tabel 15: energiewaarden extra gevelisolatie

woning met 5 cm muurisolatie

woning met 8 cm muurisolatie

E-peil E90 E86 K-peil K41 K37 energiebesparing 5575,00 MJ/j 1548,61 kWh/j daling energiefactuur € 74,80 vermindering CO2 uitstoot 307,57 kg/j vermindering CO2 uitstoot in % 4,66%

7.1.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Hier wordt enkel een financiële analyse gemaakt voor investering zonder financiële maatregelen daar

er voor deze investering geen steun is voor een nieuwbouw. Voor de berekeningen van de netto

contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de analyse een termijn van 20 jaar, om de

vergelijking te kunnen maken met de andere investeringsmogelijkheden die een levensduur van 20

jaar hebben. De levensduur van de gevelisolatie is natuurlijk langer, namelijk de levensduur van de

woning geschat op 40 jaar.

8cm muurisolatie in plaats van 5 cm muurisolatie met λ-

waarde= 0,023 W/mK eenheid >5 jaar (BTW

6%) <5jaar (BTW

21%) prijsverschil 5-8 cm incl. btw en installatiekosten opp x € 3,10 /m² € 590,79 oppervlakte geveloppervlak m² 157,52 opbrengst MJ/jaar 5575,00 kWh/j 1548,61 aftrek premies € 0,00 Federale overheid € 0,00 € 0,00 netbeheerder € 0,00 Gemeente € 0,00 % van het investeringsbedrag % 0,00% investeringsbedrag € 590,79 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 energiekostenbesparing per jaar €/j 74,80 terugverdientijd j 7,90

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 55: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

41

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Tabel 16: NCW en IRG voor plaatsing van extra gevel isolatie

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 905,21 € 1.419,11 € 2.160,77 € 3.235,99 € 4.798,73 € 7.071,99 € 10.376,98

3,00% € 522,05 € 861,64 € 1.343,32 € 2.030,98 € 3.017,00 € 4.434,37 € 6.473,75

6,00% € 267,16 € 498,41 € 820,53 € 1.272,93 € 1.912,22 € 2.819,39 € 4.109,94

10,00% € 46,02 € 190,91 € 387,74 € 657,92 € 1.031,85 € 1.552,65 € 2.281,34

IRG 11,13% 14,00% 16,86% 19,72% 22,58% 25,43% 28,28%

Tabel 17: terugverdientijden voor de plaatsing van extra gevelisolatie

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 4,00% 8,00% 12,00% 16,00% 20,00% 24,00%

0,00% 8 7 7 6 6 6 5

3,00% 10 8 8 7 6 6 6

6,00% 12 10 8 8 7 7 6

10,00% 17 12 10 9 8 7 7

Grafiek 9: NCW voor plaatsing extra gevelisolatie

€ 0,00

€ 2.000,00

€ 4.000,00

€ 6.000,00

€ 8.000,00

€ 10.000,00

€ 12.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Page 56: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

42

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>, Waeyaert-Vermeers

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

7.1.3. Plaatsing vloerisolatie

Bij de plaatsing van de vloer op volle grond worden de nieuwbouw of bij renovatie de leidingen in

schuimbeton gelegd als isolatie. Dit kan ook gebeuren met gespoten PUR die een veel groter

isolatiewaarde heeft. Het prijsverschil is € 6.8 (exclusief BTW). Er wordt enkel een vergoeding

gekregen van de netbeheerder en dit enkel voor bestaande huizen. De besparing bedraagt 8112 MJ/j.

jkWhcjkWh

jkWhMJ

jMJ

kWheurocentvregbrondecjsaardgasprigem

MJJkWh

/83.108€/83.4/2553

/22536.3

/8112

/83.4)(2007..

6.336000001

=

===

Tabel 18: rendement vloerisolatie

Tabel 19: energiewaarden vloerisolatie

woning zonder vloerisolatie

woning met vloerisolatie

E-peil E96 E90

K-peil K45 K41

energiebesparing 5575,00 MJ/j

1548,61 kWh/j

daling energiefactuur € 108,83

vermindering CO2 uitstoot 431,18 kg/j

vermindering CO2 uitstoot in % 5,88%

7cm PUR met λ-waarde= 0,026 W/mK in plaats van 7 cm

schuimbeton (standaard) met λ-waarde= 0,093 W/mK eenheid

>5 jaar (BTW 6%)

<5jaar (BTW 21%)

prijsverschil incl. btw en installatiekosten opp x € 6,8/m² excl BTW € 1030,74 1176,60 oppervlakte geveloppervlak m² 143,00 143,00 opbrengst MJ/jaar 8112,00 8112,00 kWh/j 2253,00 2253,00 aftrek premies € 572,00 0,00 Federale overheid € 0,00 0,00 € 0,00 0,00 netbeheerder € 4/ m² € 572,00 0,00 Gemeente € 0,00 0,00 % van het investeringsbedrag % 55,49% 0,00% investeringsbedrag € 458,74 1176,60 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 4,83 energiekostenbesparing per jaar €/j 108,83 108,83 terugverdientijd j 4,22 10,81

Page 57: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

43

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

7.1.3.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Voor de berekeningen van de netto contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de

analyse een termijn van 20 jaar, om de vergelijking te kunnen maken met de andere

investeringsmogelijkheden die een levensduur van 20 jaar hebben. De analyse wordt doorgevoerd

voor een bestaande woning daar deze de interessantste is door lagere BTW % en steunmaatregelen.

Tabel 20: NCW en IRG voor vloerisolatie zonder fina nciële steun NCW Energie-

Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 1.145,86 € 1.893,56 € 2.972,64 € 4.537,02 € 6.810,73 € 10.118,20 € 14.926,78

3,00% € 588,38 € 1.082,46 € 1.783,29 € 2.783,80 € 4.218,40 € 6.280,60 € 9.247,79

6,00% € 217,53 € 553,99 € 1.022,66 € 1.680,87 € 2.611,00 € 3.930,90 € 5.808,57

10,00% -€ 104,21 € 106,58 € 392,97 € 786,07 € 1.330,11 € 2.087,85 € 3.148,06

IRG 8,49% 11,33% 14,16% 17,00% 19,82% 22,64% 25,46%

Tabel 21: terugverdientijden voor vloerisolatie zon der financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 10 9 8 8 7 7 7

3,00% 12 10 9 8 8 7 7

6,00% 15 12 11 9 9 8 8

10,00% 21 17 13 11 10 9 9

7.1.3.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen

Ook hier gebruikt men voor de berekening van de netto contante waarde 20 jaar. Zoals je ziet in tabel

18 wordt het investeringsbedrag teruggebracht op € 458.74 door financiële steunmaatregelen. De

terugverdientijd is in elke situatie verminderd met ongeveer 4 jaar. De interne rendementsvoeten

nemen met meer den 10% toe door de financiële steunmaatregelen.

Page 58: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

44

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Tabel 22: NCW en IRG voor vloerisolatie met financi ële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 1.717,86 € 2.465,56 € 3.544,64 € 5.109,02 € 7.382,73 € 10.690,20 € 15.498,78

3,00% € 1.160,38 € 1.654,46 € 2.355,29 € 3.355,80 € 4.790,40 € 6.852,60 € 9.819,79

6,00% € 789,53 € 1.125,99 € 1.594,66 € 2.252,87 € 3.183,00 € 4.502,90 € 6.380,57

10,00% € 467,79 € 678,58 € 964,97 € 1.358,07 € 1.902,11 € 2.659,85 € 3.720,06

IRG 23,37% 26,32% 29,28% 32,23% 35,17% 38,12% 41,06%

Grafiek 10: NCW voor plaatsing vloerisolatie

€ 0,00

€ 2.000,00

€ 4.000,00

€ 6.000,00

€ 8.000,00

€ 10.000,00

€ 12.000,00

€ 14.000,00

€ 16.000,00

€ 18.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Tabel 23: terugverdientijden voor vloerisolatie met financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 5 5 4 4 4 4 4

3,00% 5 5 5 4 4 4 4

6,00% 6 5 5 5 5 4 4

10,00% 6 6 5 5 5 5 5

Page 59: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

45

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

7.1.4. Plaatsing hoogrendementsglas

Stel dat er in de woning van bijlage 1 gewoon dubbel glas geplaatst is met een U-waarde van 3,1

W/m²K (wat nog in heel wat bestaande woningen het geval is). Dan zouden we deze vervangen door

een hoogrendementsbeglazing met een U-waarde van 1.1 W/m²K. Uiteraard zullen we dit enkel

bepalen voor een bestaande woning daar de nieuwbouwwoningen rechtstreeks met

hoogrendementsbeglazing geplaatst worden. Het is namelijk onmogelijk om aan de EPB-voorwaarden

te voldoen met gewone dubbele beglazing. Bij deze investering wordt enkel rekening gehouden met

de vervanging van het glas. In veel gevallen zal bij vervanging van glas ook het raam vervangen

worden. De belastingsvermindering geldt voor de investering van glas en van ramen.

De energiebesparing van de plaatsing van dubbel glas bedraagt 12755 MJ/j.

jkWhcjkWh

jkWhMJ

jMJ

kWheurocentvregbrondecjsaardgasprigem

MJJkWh

/13.171€/83.4/06.3543

/06.35436.3

/00.12755

/83.4)(2007..

6.336000001

=

===

Tabel 24: rendement hoogrendementsbeglazing

vervanging gewoon dubbel glas door glas met U-waarde= 1,1 W/m²K eenheid

>5 jaar (BTW 6%)

<5jaar (BTW 21%)

aankoopprijs incl. btw en installatiekosten opp x € 140/m² € 2614,81 oppervlakte m² 17,62 opbrengst MJ/jaar 12755,00 kWh/j 3543,06 aftrek premies € 1124,37

Federale overheid 40% belastingsvermindering max 2650 € 1045,92

7,5% gemeentebelasting € 78,45 netbeheerder enkel van Eandis, PBE, en GHA € - Gemeente € - van het investeringsbedrag % 43,00% investeringsbedrag € 1490,44 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 energiekostenbesparing per jaar €/j 171,13 terugverdientijd j 8,71

Page 60: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

46

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Tabel 25: energiewaarden hoogrendementbeglazing

woning standaard met gewoon dubbel glas

woning met glas U-waarde 1,1 W/m²K

E-peil E99 E90

K-peil K49 K41

energiebesparing 12755 MJ/j

3543,06 kWh/j

daling energiefactuur € 171,13

vermindering CO2 uitstoot 494,75 kg/j

vermindering CO2 uitstoot in % 6,69%

Door de vervanging van het dubbel glas verbeteren zowel de het E-peil als de K-waarde aanzienlijk.

7.1.4.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Voor de berekeningen van de netto contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de

analyse een termijn van 20 jaar, om de vergelijking te kunnen maken met de andere

investeringsmogelijkheden die een levensduur van 20 jaar hebben. Tabel 26 verduidelijkt dat de

vervanging van glas wat de netto contante waarde betreft voor bijna alle scenario’s een positieve

waarde bekomt.

Tabel 26: NCW en IRG voor hoogrendementsglas zonder financiële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 807,79 € 1.983,52 € 3.680,31 € 6.140,22 € 9.715,52 € 14.916,36 € 22.477,63

3,00% -€ 68,83 € 708,10 € 1.810,12 € 3.383,37 € 5.639,21 € 8.881,92 € 13.547,69

6,00% -€ 651,96 -€ 122,89 € 614,06 € 1.649,08 € 3.111,66 € 5.187,13 € 8.139,68

10,00% -€ 1.157,88 -€ 826,42 -€ 376,09 € 242,04 € 1.097,51 € 2.289,03 € 3.956,15

IRG 2,71% 5,47% 8,22% 10,97% 13,72% 16,46% 19,19%

Page 61: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

47

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Tabel 27: terugverdientijden voor hoogrendementsgla s zonder financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 16 13 12 11 10 9 8

3,00% 21 16 14 12 11 10 9

6,00% 21 21 17 14 12 11 10

10,00% 21 21 21 19 15 13 12

7.1.4.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen

Ook hier gebruikt men voor de berekening van de netto contante waarde een termijn van 20 jaar.

Zoals je ziet in tabel 10 wordt het investeringsbedrag teruggebracht tot € 1490.44 door de financiële

steunmaatregelen bij een BTW-% van 6 %. De terugverdientijd komt hierdoor op ongeveer 9 jaar

zonder energieprijsstijging en zonder rekening te houden met de tijdswaarde van geld. De interne

rendementsvoeten nemen zo’n 8% toe door de financiële steunmaatregelen. Alle interne

rendementsgraden overstijgen hier de rente van een spaarboekje. Zoals je kan zien op grafiek 7 levert

het hoogrendementsglas je met een energieprijsstijging van 3% en een discontovoet van 3 % je na 20

jaar ongeveer € 1800.

Tabel 28: NCW en IRG voor hoogrendementsglas met fi nanciële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 1.932,16 € 3.107,89 € 4.804,68 € 7.264,59 € 10.839,89 € 16.040,73 € 23.602,00

3,00% € 1.055,54 € 1.832,47 € 2.934,49 € 4.507,74 € 6.763,58 € 10.006,29 € 14.672,06

6,00% € 472,41 € 1.001,48 € 1.738,43 € 2.773,45 € 4.236,03 € 6.311,50 € 9.264,05

10,00% -€ 33,51 € 297,95 € 748,28 € 1.366,41 € 2.221,88 € 3.413,40 € 5.080,52

IRG 9,67% 12,52% 15,37% 18,22% 21,06% 23,89% 26,73%

Page 62: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

48

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Grafiek 11: NCW voor hoogrendementsglas

-€ 5.000,00

€ 0,00

€ 5.000,00

€ 10.000,00

€ 15.000,00

€ 20.000,00

€ 25.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

discontovoet

NC

W

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Tabel 29: terugverdientijden van hoogrendementsglas met financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 9 8 8 7 7 6 6

3,00% 11 9 9 8 7 7 7

6,00% 13 11 10 9 8 8 7

10,00% 21 15 12 10 9 9 8

Page 63: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

49

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

7.1.5. Ventilatie met warmteterugwinning

Stel dat de woning van bijlage 1 voorzien is van een ventilatiesysteem D met warmteterugwinning.

Deze investering heeft een aangenaam binnenklimaat. Er zijn extra kosten voor de elektriciteit van de

ventilatoren, zo’n 695 kWh/j, maar de verwarmingskosten liggen heel wat lager door de

warmteterugwinning van de binnenlucht het voordeel is 5361.11 kWh/j.

79.140€

15.118€/17.0€/695

94.258€/83.4/11.5361

/17.0€)(2007..

/83.4)(2007..

=×−=×

==

kWhjkWh

kWheurocentjkWh

kWhvregbrondecitsprijselekticitegem

kWheurocentvregbrondecjsaardgasprigem

Tabel 30: rendement ventilatiesysteem D met warmtet erugwinning

Tabel 31: energiewaarden ventilatiesysteem D met wa rmteterugwinning

woning standaard woning met ventilatiesysteem D

E-peil E90 E81

K-peil K41 K41

energiebesparing 12952,00 MJ/j

3597,78 kWh/j

daling energiefactuur € 140,90

vermindering CO2 uitstoot 477,73 kg/j

vermindering CO2 uitstoot in % 6,92%

Bij de analyse van ventilatiesysteem D zie je dat de terugverdientijd veel hoger ligt dan deze van

andere investeringsprojecten. De meerwaarde van deze investering bevindt zich ook hoofdzakelijk in

het extra comfort wat je dus niet in geldwaarde kan uitdrukken, daarom laat ik voor de analyse deze

investering achterwege.

ventilatiesysteem D met warmteterugwinning eenheid

>5 jaar (BTW 6%)

<5jaar (BTW 21%)

prijs opp x 9,75 €/m² € 4770,00 5445 oppervlakte m² 286,00 286,00 opbrengst MJ/jaar 12952,00 12952,00 kWh/j 3597,78 3597,78 aftrek premies € 150,00 150,00 Federale overheid - € 0,00 0,00 - € 0,00 0,00 netbeheerder 150 € € 150,00 150,00 Gemeente € - - % van het investeringsbedrag % 3,14% 2,75% investeringsbedrag € 4620,00 5295,00 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 4,83 energiekostenbesparing per jaar €/j 140,79 140,79 terugverdientijd j 32,81 37,61

Page 64: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

50

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

7.2. Verwarming

7.2.1. Vervanging van stookketel door condensatieketel

Stel dat in de standaardwoning van bijlage 1 wordt verwarmd met een stookketel met een rendement

van 70% en we vervangen deze door een condenserende ketel met een rendement van 104%.

Hierdoor krijgt men een energiewinst van 39047 MJ/j. Deze is natuurlijk ook afhankelijk van hoe de

woning is geïsoleerd, hier wordt gerekend met de waarden van de standaardwoning.

jkWheurocentjkWh

jkWhMJ

jMJ

kWheurocentvregbrondecjsaardgasprigem

MJJkWh

/88,523€/83.4/39.10849

/39.108496.3

/39047

/83.4)(2007..

6.336000001

=

===

Tabel 32: rendement condenserende ketel

Tabel 33: energiewaarden condenserende ketel

woning met oude stookketel

woning met nieuwe condenserende ketel

E-peil E117 E90

K-peil K41 K41

energiebesparing 39047 MJ

10846,39 kWh/j

daling energiefactuur € 523,88 /j

vermindering CO2 uitstoot 1967,96 kg/j

vermindering CO2 uitstoot i % 22,18%

vervanging oude stookketel met rendement van 70% door

nieuwe condensatieketel rendement 104% eenheid

>5 jaar (BTW 6%)

<5jaar (BTW 21%)

aankoopprijs incl. btw en installatiekosten € 3816,00 opbrengst MJ/jaar 39047,00 kWh/j 10846,39 aftrek premies € 1765,88

Federale overheid 40% belastingsvermindering max 2650 € 1526,40

7,5% gemeentebelasting € 114,48 netbeheerder € 125 € 125,00 Gemeente € - van het investeringsbedrag % 46,28% investeringsbedrag € 2050,12 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 energiekostenbesparing per jaar €/j 523,88 terugverdientijd j 3,91

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 65: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

51

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Het vervangen van een verwarmingsketel gebeurt pas na een aantal jaar vandaar dat de berekening

met een BTW percentage van 21% niet bepaald is. Met een stookketel met rendement 70% kan de

woning niet voldoen aan de EPB-voorwaarden. Het E-peil is maar liefst 17 te hoog. Ook de CO2-

uitstoot wordt verminderd met een vierde.

7.2.1.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Voor de berekeningen van de netto contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de

analyse een termijn van 20 jaar, deze is ongeveer de levensduur van de ketel. Deze kan ook vroeger

vernieuwd worden maar om een vergelijking te kunnen maken met andere investeringen wordt er 20

jaar gebruikt. Tabel 34 toont aan dat de vervanging van de ketel een interessante investering is, zelfs

zonder financiële steunmaatregelen leidt deze tot aanzienlijke interne rendementsgraden.

Tabel 34: NCW en IRG van een condenserende ketel zo nder financiële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 6.661,60 € 10.260,85 € 15.455,24 € 22.985,76 € 33.930,83 € 49.852,14 € 72.999,46

3,00% € 3.978,01 € 6.356,43 € 9.730,02 € 14.546,22 € 21.452,00 € 31.378,93 € 45.662,23

6,00% € 2.192,86 € 3.812,50 € 6.068,53 € 9.237,02 € 13.714,42 € 20.068,06 € 29.106,70

10,00% € 644,09 € 1.658,79 € 3.037,39 € 4.929,66 € 7.548,53 € 11.196,11 € 16.299,68

IRG 12,40% 15,29% 18,17% 21,04% 23,91% 26,77% 29,64%

Tabel 35: terugverdientijden van een condenserende ketel met financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 8 7 7 6 6 6 6 3,00% 9 8 7 7 7 6 6 6,00% 10 9 8 8 7 7 6

10,00% 14 11 10 9 8 7 7

7.2.1.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen

Ook hier gebruikt men voor de termijn van de netto contante waarde de levensduur van de ketel,

namelijk 20 jaar. Zoals je ziet in tabel 32 wordt het investeringsbedrag teruggebracht tot € 2050.12

Page 66: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

52

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

door de financiële steunmaatregelen bij een BTW-% van 6 %. De terugverdientijd komt hierdoor op

ongeveer 4 jaar zonder energieprijsstijging en zonder rekening te houden met de tijdswaarde van

geld. De interne rendementsvoeten nemen zo’n 12% toe door de financiële steunmaatregelen. Alle

interne rendementsgraden overstijgen hier de rente van een spaarboekje.

Tabel 36: NCW en IRG voor een condenserende ketel m et financiële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 8.427,48 € 12.026,73 € 17.221,12 € 24.751,64 € 35.696,71 € 51.618,02 € 74.765,34

3,00% € 5.743,89 € 8.122,31 € 11.495,90 € 16.312,10 € 23.217,88 € 33.144,81 € 47.428,11

6,00% € 3.958,74 € 5.578,38 € 7.834,41 € 11.002,90 € 15.480,30 € 21.833,94 € 30.872,58

10,00% € 2.409,97 € 3.424,67 € 4.803,27 € 6.695,54 € 9.314,41 € 12.961,99 € 18.065,56

IRG 25,27% 28,23% 31,19% 34,15% 37,11% 40,06% 43,01%

Grafiek 12: NCW voor condenserende ketel

€ 0,00

€ 10.000,00

€ 20.000,00

€ 30.000,00

€ 40.000,00

€ 50.000,00

€ 60.000,00

€ 70.000,00

€ 80.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Tabel 37: terugverdientijden van een condenserende ketel met financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 4 4 4 4 4 4 4

3,00% 5 5 4 4 4 4 4 6,00% 5 5 5 4 4 4 4

10,00% 6 5 5 5 5 5 4

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 67: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

53

7.3. Fotovoltaïsche zonne-energie

7.3.1. Opbrengsten

De bepaling van de opbrengst is van verschillende factoren afhankelijk:

� oriëntatie en hellingshoek van de PV-panelen

� beschaduwingen: de schaduw van andere gebouwen, bomen, lantaarnpalen, dakvensters,

schouwen, enzovoort op het PV-paneel vermindert de opbrengst aanzienlijk.

� ventilatie van PV-panelen: bij hogere temperatuur van een kristallijn-silicium zonnecel daalt

het elektrisch rendement relatief met ongeveer 0.5% per graad boven 25°C. Als ventilatie

mogelijk is achter de panelen om de warmte af te voeren, blijft het verlies beperkt.

� soort PV-panelen

Referentiewaarden:

� systeemrendement: 5-15% afhankelijk van type zonnecel.

� het vermogen van een PV-systeem wordt uitgedrukt in Wp. De jaarlijkse opbrengst van een

optimaal hellend PV-systeem met een vermogen van 1000Wp (1kWp) bedraagt onder de

Belgische zon gemiddeld 840 kWp

� een PV-systeem van 1 kWp heeft ong. een oppervlakte van 6 tot 7.4 m². De gemiddelde

jaarlijkse opbrengst van een PV-systeem is dus iets meer dan 100 kWh/m².

7.3.2. Investeringsanalyse

Indien in de standaardwoning van bijlage 1 een PV-installatie geplaatst wordt van 3 kWp heeft dit een

kostprijs van ongeveer € 19080 (inclusief 6 % BTW) . Met het EPB programma wordt het verschil in

energieverbruik berekend, namelijk 2581.40 kWh/j.

84.438€/17.0€/40.2581

/17.0)(2007..

1/850.

=

kWhjkWh

kWheurocentvregbrondeceitsprijselectricitgem

kWpkWhgemVlaanderenzonnewinst

Page 68: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

54

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Tabel 38: rendement van een PV-installatie

Tabel 39: energiewaarden PV-systeem

woning standaard met zonneboiler

E-peil E90 E74

K-peil K41 K41

energiebesparing 2581,4 kWh/j

daling energiefactuur € 438,84

vermindering CO2 uitstoot 1840,02 kg/j

vermindering CO2 uitstoot in % 26,65%

Het is interessanter om een PV-installatie te plaatsen in een bestaande woning dan in een

nieuwbouw, door het verschil in BTW % krijg je toch een terugverdientijd die 2 jaar langer duurt. Zowel

de standaardwoning als de woning met PV-installatie voldoen aan de EPB-voorwaarden ( <K45 –

<E100). Door de plaatsing van zonnepanelen verbetert het E-peil met 16, ook wordt er heel wat

minder CO2 uitgestoten, namelijk een vierde van de totale uitstoot.

7.3.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Voor de berekeningen van de netto contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de

analyse een termijn van 20 jaar, daar deze de levensduur is van de PV-installatie. Tabel 40

verduidelijkt dat de PV-installatie wat de netto contante waarde betreft in weinig situaties in een

zonnepanelen 3kWp eenheid

>5 jaar (BTW 6%)

<5jaar (BTW 21%)

aankoopprijs incl. btw en installatiekosten € 19080,00 21780 vermogen kWp 3,00 3,00 opbrengst 840 kWh wisselstroom/kWp kWh/j 2581,40 2581,40 aftrek premies € 3998,00 3998,00

Federale overheid 40% belastingsvermindering max 3440 € 3440,00 3440,00

7,5% gemeentebelasting € 258,00 258,00 Gemeente 15% van de kostprijs, max 300€ € 300,00 300,00 van het investeringsbedrag % 20,95% 18,36% investeringsbedrag € 15082,00 17782,00

Vlaamse overheid groenstroomcertificaten 450€/1000 kWh € 1147,50 1147,50

kostprijs elektriciteit €/kWh 0,17 0,17 energiekostenbesparing per jaar €/j 438,84 438,84 besparing per jaar €/j 1586,34 1586,34 terugverdientijd j 9,51 11,21

Page 69: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

55

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

aantrekkelijke investering resulteert. De terugverdientijden liggen veel te hoog. Zeker als je weet dat er

aan deze installatie ook risico’s op schade en dergelijke bestaat.

Tabel 40: NCW en IRG van een PV-installatie zonder financiële steun NCW Energie-

Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% -€ 10.303,20 -€ 7.288,20 -€ 2.937,01 € 3.371,11 € 12.539,49 € 25.876,34 € 45.266,22

3,00% -€ 12.551,17 -€ 10.558,83 -€ 7.732,87 -€ 3.698,47 € 2.086,32 € 10.401,84 € 22.366,56

6,00% -€ 14.046,54 -€ 12.689,82

-€ 10.800,00

-€ 8.145,84 -€ 4.395,24 € 927,03 € 8.498,45

10,00% -€ 15.343,91 -€ 14.493,91

-€ 13.339,10

-€ 11.754,00 -€ 9.560,24 -€ 6.504,76 -€ 2.229,64

IRG - -3,89% -1,32% 1,25% 3,82% 6,39% 8,95%

Tabel 41: terugverdientijden van PV-installatie zon der financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 21 21 21 19 17 15 14

3,00% 21 21 21 21 20 17 15

6,00% 21 21 21 21 21 20 18

10,00% 21 21 21 21 21 21 21

7.3.2.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen

Hier gebruikt men voor de berekening van de netto contante waarde een levensduur van de

zonnepanelen, namelijk 20 jaar. Zoals je ziet in tabel 38 wordt het investeringsbedrag teruggebracht

tot € 15082.00 door de financiële steunmaatregelen bij een BTW-% van 6 %. De terugverdientijd komt

hierdoor op ongeveer 10 jaar zonder energieprijsstijging en zonder rekening te houden met de

tijdswaarde van geld. De interne rendementsvoeten nemen zo’n 16% toe door de financiële

steunmaatregelen. Alle interne rendementsgraden overstijgen hier de rente van een spaarboekje.

Zoals je kan zien op grafiek 7 levert de PV-installatie met een energieprijsstijging van 3 % en een

discontovoet van 3 % na 20 jaar ongeveer € 15.500 op een terugverdientijd van 10 jaar .

Page 70: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

56

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Tabel 42: NCW en IRG voor PV- installatie met finan ciële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 16.386,80 € 27.285,55 € 43.014,45 € 65.817,34 € 98.959,67 € 147.170,35

€ 217.261,81

3,00% € 8.260,73 € 15.462,72 € 25.678,16 € 40.261,91 € 61.173,03 € 91.232,37 € 134.483,04

6,00% € 2.855,19 € 7.759,54 € 14.590,94 € 24.185,34 € 37.743,16 € 56.982,36 € 84.351,92

10,00% -€ 1.834,59 € 1.238,00 € 5.412,49 € 11.142,37 € 19.072,47 € 30.117,57 € 45.571,49

IRG 8,21% 11,04% 13,87% 16,70% 19,52% 22,34% 25,16%

Grafiek 13: NCW voor PV-installatie

-€ 50.000,00

€ 0,00

€ 50.000,00

€ 100.000,00

€ 150.000,00

€ 200.000,00

€ 250.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00% IOV

discontovoet

NC

W

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Tabel 43: terugverdientijden van PV-installatie me t financiële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 10 9 8 8 7 7 7

3,00% 12 10 9 9 8 7 7

6,00% 15 12 11 10 9 8 8

10,00% 21 18 14 12 10 9 9

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 71: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

57

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

7.3.2.3. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen en prijsdaling materialen van 3%

Veronderstellen we nu een prijsdaling van de PV-panelen van 3% per jaar en een stijging van de

energieprijzen van 5 % per jaar dan bekomen we volgende resultaten. Indien je dan bijvoorbeeld

binnen 20 jaar investeert, zal je NCW 20 jaar later € 7000 meer bedragen dan indien je nu investeert.

Tabel 44: NCW en IRG voor PV-installatie met prijsd aling van 3% en energiestijging van 5%

NCW Investering Disconto- voet

nu binnen 5 jaar

binnen 10 jaar

binnen 15 jaar

binnen 20 jaar

binnen 25 jaar

binnen 30 jaar

0,00% € 37.113,85 € 39.414,85 € 41.370,70 € 43.033,17 € 44.446,27 € 45.647,41 € 46.668,37

3,00% € 21.394,76 € 23.695,76 € 25.651,61 € 27.314,09 € 28.727,19 € 29.928,33 € 30.949,29

6,00% € 12.093,15 € 14.394,15 € 16.350,00 € 18.012,47 € 19.425,58 € 20.626,71 € 21.647,68

10,00% € 4.733,04 € 7.034,04 € 8.989,89 € 10.652,37 € 12.065,47 € 13.266,61 € 14.287,57

IRG 12,93% 15,29% 17,90% 20,82% 24,11% 27,85% 32,14%

Grafiek 14: NCW PV-panelen met prijsdaling material en 3%

€ 0,00

€ 5.000,00

€ 10.000,00

€ 15.000,00

€ 20.000,00

€ 25.000,00

€ 30.000,00

€ 35.000,00

€ 40.000,00

€ 45.000,00

€ 50.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

discontovoet

NC

W

nu

binnen 5 jaar

binnen 10 jaar

binnen 15 jaar

binnen 20 jaar

binnen 25 jaar

binnen 30 jaar

Tabel 45: terugverdientijden van PV-installatie me t financiële steunmaatregelen

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Investering Disconto- voet

nu binnen 5 jaar

binnen 10 jaar

binnen 15 jaar

binnen 20 jaar

binnen 25 jaar

binnen 30 jaar

0,00% 9 8 7 6 5 4 4

3,00% 10 8 7 6 6 5 4

6,00% 11 10 8 7 6 5 4

10,00% 15 12 10 8 7 6 5

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 72: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

58

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2007b, Warmte uit zonlicht, Brussel

7.4. Zonneboiler

7.4.1. Opbrengsten

De bepaling van de opbrengst van een zonneboiler is niet van zelfsprekend, die is namelijk van

verschillende factoren afhankelijk:

� karakteristieken van de collector (eigenschappen van de zwarte laag, isolatiekwaliteit)

� rendement van de naverwarming

� opbouw van het systeem (bv. de lengte van primaire kringloop)

� de aftaphoeveelheid en het aftappatroon (gespreid over de dag of alleen ’s avonds)

� klimaatzone

� dakhelling waarop de zonnecollector gesplaatst is

Grafiek 15: invloed van de dakhelling op de opbreng st

Referentiewaarden:

� dekkingsgraad: dit is het deel dat bespaard wordt op warmwaterbereiding. Een dekkingsgraad

van 60% betekend dat 60 % wordt bespaard op de energiekosten voor warm water, 60 %

minder CO²

� systeemrendement: verhouding tussen nuttige energie en invallende zonne-energie, meestal

20% - 40%, afhankelijk van de watertemperatuur en dus van de dekkingsgraad.

� opbrengst uitgedrukt in Gj/jaar tussen 30-45

� per m² collector neemt men een voorraadvat van 40 tot 60l. Voor een gezin van 3 tot 8

personen neemt men bijvoorbeeld een collectoroppervlakte van 3 tot 8 m² en een voorraadvat

met een inhoud van 100 tot 500 liter.

� kostprijs: 2.000 tot € 5.000 (exclusief BTW en installatiekost). De installatiekosten komen neer

op ongeveer € 800.

Page 73: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

59

7.4.2. Investeringsanalyse

Indien in de standaardwoning een zonneboiler geplaatst wordt van 300 l met een collector oppervlakte

van 4.2 m² heeft dit een kostprijs van ongeveer € 4240,00 (inclusief 6% BTW). Met het EPB

programma wordt het verschil in energieverbruik berekend, namelijk 6895,00 MJ/j.

Tabel 46: rendement van een zonneboiler

Tabel 47: energiewaarden zonneboiler woning standaard met zonneboiler

E-peil E90 E85

K-peil K41 K41

energiebesparing 6895 MJ/j

1915,28 kWh/j

daling energiefactuur € 128,48

vermindering CO2 uitstoot 347,48 kg/j

vermindering CO2 uitstoot in % 5,10%

Het is interessanter om een zonneboiler te plaatsen in een bestaande woning dan in een nieuwbouw,

door het verschil in BTW % krijg je toch een terugverdientijd die 3 jaar langer duurt. Zowel de

zonneboiler eenheid >5 jaar (BTW 6%)

<5jaar (BTW 21%)

aankoopprijs incl. btw en installatiekosten

€ 4240,00 4840

oppervlakte m² 4,20 4,20 opbrengst MJ/jaar 6895,00 6895,00 kWh/j 1915,28 1915,28 aftrek premies € 2648,20 2906,20 Federale overheid 40% belastingsvermindering

max. € 3440 € 1696,00 1936,00

7,5% gemeentebelasting € 127,20 145,20 netbeheerder 75€/m² min. 525, max. € 1500 € 525,00 525,00 Gemeente 15% van de kostprijs, max. € 300 € 300,00 300,00 % van het investeringsbedrag % 62,46% 60,05% investeringsbedrag € 1591,80 1933,80 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 4,83 energiekostenbesparing per jaar

€/j 128,48 128,48

terugverdientijd j 12,39 15,05

jkWhjkWh

jkWhMJ

jMJ

kWheurocentvregbrondecjsaardgasprigem

vantnsrendemenjaarseizoenetto

MJJkWh

/48.128€72.0

/0483.0€/28.1915

/27.19156.3

/00.6895

/83.4)(2007..

%72

6.336000001

=

=

==

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 74: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

60

standaardwoning als de woning met zonneboiler voldoen aan de EPB-voorwaarden ( <K45 – <E100).

Door de plaatsing van de zonneboiler verbetert het E-peil met 5, ook wordt er heel wat minder CO2

uitgestoten.

7.4.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Voor de berekeningen van de netto contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de

analyse een termijn van 20 jaar, daar deze de levensduur is van de zonneboiler. Tabel 18 verduidelijkt

dat de zonneboiler wat de netto contante waarde betreft slechts bij heel hoge prijsstijgingen in een

aantrekkelijke investering resulteert. Zelfs dan zijn alle terugverdientijden groter dan 20 jaar, slechts bij

enkele scenario’s slaagt de installatie er dus in om zichzelf terug te verdienen voor het einde van haar

levensduur.

Tabel 48: NCW en IRG van zonneboiler zonder financi ële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% -€ 1.670,40 -€ 787,69 € 486,21 € 2.333,05 € 5.017,30 € 8.921,95 € 14.598,76

3,00% -€ 2.328,54 -€ 1.745,24 -€ 917,88 € 263,28 € 1.956,90 € 4.391,45 € 7.894,39

6,00% -€ 2.766,34 -€ 2.369,13 -€ 1.815,85 -€ 1.038,78 € 59,28 € 1.617,49 € 3.834,19

10,00% -€ 3.146,18 -€ 2.897,32 -€ 2.559,23 -€ 2.095,15 -€ 1.452,88 -€ 558,32 € 693,31

IRG -4,36% -1,73% 0,89% 3,51% 6,12% 8,73% 11,33%

7.4.2.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen

Ook hier gebruikt men voor de termijn van de netto contante waarde de levensduur van de

zonneboiler namelijk 20 jaar. Zoals je ziet in tabel 46 wordt het investeringsbedrag teruggebracht tot

€ 1591.8 door de financiële steunmaatregelen. De terugverdientijd komt hierdoor op ongeveer 13 jaar

zonder energieprijsstijging en zonder rekening te houden met de tijdswaarde van geld. De interne

rendementsvoeten nemen zo’n 10% toe door de financiële steunmaatregelen. Alle interne

rendementsgraden overstijgen hier de rente van een spaarboekje. Zoals je kan zien op grafiek 7 levert

de zonneboiler met een energieprijsstijging van 3% en een discontovoet van 3 % na 20 jaar ongeveer

€ 900 op met een terugverdientijd van 16 jaar . 16 jaar is toch nog een lange periode, er hangen

namelijk ook wat risico’s aan de installatie vast.

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 75: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

61

Tabel 49: NCW en IRG van zonneboiler met financiële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 978,60 € 1.861,31 € 3.135,21 € 4.982,05 € 7.666,30 € 11.570,95 € 17.247,76

3,00% € 320,46 € 903,76 € 1.731,12 € 2.912,28 € 4.605,90 € 7.040,45 € 10.543,39

6,00% -€ 117,34 € 279,87 € 833,15 € 1.610,22 € 2.708,28 € 4.266,49 € 6.483,19

10,00% -€ 497,18 -€ 248,32 € 89,77 € 553,85 € 1.196,12 € 2.090,68 € 3.342,31

IRG 5,08% 7,87% 10,66% 13,44% 16,22% 19,00% 21,77%

Grafiek 16: NCW voor zonneboiler

-€ 2.000,00

€ 0,00

€ 2.000,00

€ 4.000,00

€ 6.000,00

€ 8.000,00

€ 10.000,00

€ 12.000,00

€ 14.000,00

€ 16.000,00

€ 18.000,00

€ 20.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

discontovoeten

NC

W

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Tabel 50: terugverdientijden van zonneboiler met fi nanciële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 13 11 10 9 9 8 8

3,00% 16 13 12 10 9 9 8

6,00% 21 17 14 12 11 10 9

10,00% 21 21 19 15 13 11 10

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 76: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

62

7.5. Warmtepomp

7.5.1. Opbrengsten

Ook hier is de bepaling van de opbrengst van verschillende factoren afhankelijk:

� warmtemedium (grond, water of lucht)

� type verwarmingssysteem

� soort pomp

� warmtebehoefte van de woning

Referentiewaarden:

� rendement bepaald door nuttige afgifte14/ geleverde energie aan de motor van de compressor.

Deze verhouding heet men Coëfficiënt Of Performance (COP), deze situeert zich gewoonlijk

rond 4. Dus voor 1 eenheid verbruikte elektrische energie om de werking van de compressor

te verzekeren zal de warmtepomp in de buiten omgeving ongeveer 3 eenheden kosteloze

energie opnemen. Resultaat: een globaal calorisch vermogen van 4 eenheden, hetzij een

winstfactor van 3.

� prijs: € 75 à € 100 /m², voor een woning van 200m² zal die dus € 17.400,00 (exclusief BTW)

bedragen.

� verbruik voor een verwarmingsseizoen: 30kWh/verwarmde m², voor een woning van 200m²

zal het elektrisch verbruik dus 6.000tot 6.500 kWh bedragen.

� de captatieoppervlakte in de tuin dient overeen te komen met 1.3 maal de oppervlakte van de

verwarmingsvloer bij medium grond.

Figuur 10: totale kosten van zes CV-installaties

14 De som van de twee energiehoeveelheden die afgegeven worden aan de condensor, t.t.z. de gratis energie opgenomen door de verdamper + de elektrische energie die opgeslorpt wordt door de motor van de compressor.

• Bron: Hogeschool voor wetenschap en kunst, De Nayer Instituut, 2001, Rapport: Randvoorwaarden van de

economische analyse van verwarmingssystemen, Waver.

Page 77: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

63

7.5.2. Investeringsanalyse

Bij deze analyse zullen we werken met het medium grond. De prijs is in functie van de omvang van de

woning, het isolatieniveau,…Hier werken we met een prijs van € 80/m² te verwarmen oppervlak. En

€ 500 voor het ingraven van het captatienet. Daarbij kom je aan een prijs van € 23380. Indien je deze

toepast op een nieuwbouw moet je eigenlijk enkel rekening houden met de meerprijs van een

aardgasinstallatie, die bedraagt zo’n € 8380. De warmtepomp heeft een vermogen van 9kW.

Tabel 51: rendement van een warmtepomp

Tabel 52: energiewaarden warmtepomp

woning standaard woning met warmtepomp

E-peil E90 E86

K-peil K41 K37

energiebesparing 5575,00 MJ/j

1548,61 kWh/j

daling energiefactuur € 74,80

vermindering CO2 uitstoot 307,57 kg/j

warmtepomp eenheid >5 jaar (BTW

6%) <5jaar (BTW

21%)

prijs € 80,00/m² x € 80 + € 500 € 8882,80 10139,80 oppervlakte m² 286,00 286,00 opbrengst MJ/jaar 32138,00 32138,00 kWh/j 8927,23 8927,23 aftrek premies € 4360,75 4360,75

Federale overheid 40% belastingsvermindering max. € 2650 € 2650,00 2650,00

7,5% gemeentebelasting € 198,75 198,75

netbeheerder € 210 per kVA, min € 850, max. € 1680 € 1512,00 1512,00

Gemeente € 0,00 0,00 % van het investeringsbedrag % 49,09% 43,01% investeringsbedrag € 4522,05 5779,05 kostprijs aardgas c/kWh 4,83 5,83 energiekostenbesparing per jaar €/j 431,19 520,46 terugverdientijd j 10,49 11,10

jkWhjkWh

jkWhMJ

jMJ

kWheurocentvregbrondecjsaardgasprigem

MJJkWh

kVAkW

VAIUvermogenschijnbaarP

WIUvermogenwerkelijkP

s

/19.431€/0483.0€/23.8927

/23.89276.3

/32138

/83.4)(2007..

6.336000001

2.79

)()85.0(cos

)(

=

===

=±××==

×==ϕ

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 78: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

64

7.5.2.1. Financiële analyse zonder financiële steunmaatregelen

Voor de berekeningen van de netto contante waarde en de interne opbrengstvoet beschouwt de

analyse een termijn van 20 jaar, de levensduur van een warmtepomp is wel langer, maar we nemen

20 jaar om de vergelijking te maken met andere investeringsprojecten. Zoals we kunnen zien in tabel

51 is bij een energieprijsstijging van 3% en disconto van 3% de investering niet rendabel.

Tabel 53: NCW en IRG van warmtepomp zonder financi ële steun NCW Energie-

Prijs- stijging Disconto- voet 0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% -€ 259,00 € 2.703,44 € 6.978,78 € 13.176,93 € 22.185,49 € 35.289,85 € 54.341,71

3,00% -€ 2.467,78 -€ 510,18 € 2.266,53 € 6.230,60 € 11.914,54 € 20.085,10 € 31.841,25

6,00% -€ 3.937,08 -€ 2.604,01 -€ 747,14 € 1.860,76 € 5.545,97 € 10.775,46 € 18.214,90

10,00% -€ 5.211,84 -€ 4.376,66 -€ 3.241,98 -€ 1.684,51 € 471,00 € 3.473,22 € 7.673,82

IRG -0,28% 2,43% 5,13% 7,82% 10,52% 13,20% 15,89%

Tabel 54: terugverdientijden warmtepomp zonder fina nciële steun

Verdisconteerde terugverdientijd in jaren

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 21 17 14 13 11 11 10

3,00% 21 21 17 15 13 12 11

6,00% 21 21 21 18 15 13 12

10,00% 21 21 21 21 20 16 14

7.5.2.2. Financiële analyse met financiële steunmaatregelen

Ook hier gebruikt men voor de berekening van de netto contante waarde een termijn van 20 jaar.

Zoals je ziet in tabel 51 wordt het investeringsbedrag teruggebracht tot € 4522.05 door de financiële

steunmaatregelen. De terugverdientijd komt hierdoor op ongeveer 11 jaar zonder energieprijsstijging

en zonder rekening te houden met de tijdswaarde van geld. De interne rendementsvoeten nemen zo’n

7% toe door de financiële steunmaatregelen. Zoals je kan zien op grafiek 17 levert de warmtepomp

met een energieprijsstijging van 3% en een discontovoet van 3 % na 20 jaar ongeveer € 3800 op en

deze is terugverdiend na 13 jaar .

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 79: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

65

Tabel 55: NCW en IRG voor warmtepomp met financiële steun

NCW Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% € 4.101,75 € 7.064,19 € 11.339,53 € 17.537,68 € 26.546,24 € 39.650,60 € 58.702,46

3,00% € 1.892,97 € 3.850,57 € 6.627,28 € 10.591,35 € 16.275,29 € 24.445,85 € 36.202,00

6,00% € 423,67 € 1.756,74 € 3.613,61 € 6.221,51 € 9.906,72 € 15.136,21 € 22.575,65

10,00% -€ 851,09 -€ 15,91 € 1.118,77 € 2.676,24 € 4.831,75 € 7.833,97 € 12.034,57

IRG 7,13% 9,95% 12,77% 15,59% 18,39% 21,20% 24,00%

Grafiek 17: NCW voor zonneboiler

-€ 10.000,00

€ 0,00

€ 10.000,00

€ 20.000,00

€ 30.000,00

€ 40.000,00

€ 50.000,00

€ 60.000,00

€ 70.000,00

0,00% 3,00% 6,00% 10,00%

0,00%

3,00%

6,00%

9,00%

12,00%

15,00%

18,00%

Tabel 56: terugverdientijden van zonneboiler met fi nanciële steunmaatregelen

Verdisconteerde terugverdientijd

Energie- Prijs- stijging Disconto- voet

0,00% 3,00% 6,00% 9,00% 12,00% 15,00% 18,00%

0,00% 13 11 10 9 9 8 8

3,00% 16 13 12 10 9 9 8

6,00% 21 17 14 12 11 10 9

10,00% 21 21 19 15 13 11 10

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen grafiek: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 80: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

66

7.6. Samenvatting

Tabel 57: samenvatting investeringen bij nieuwbouw

nieuwbouw

investering terugverdientijd begininvestering

met steun

NCW na 20 jaar bij 3% disconto en 3% energieprijsstijging

IRG bij 3% energieprijs-

stijging

8 cm muurisolatie ipv 5 cm 7,9 € 590,79 € 861,64 14,00% vloerisolatie PUR 10,81 € 1.176,60 € 1.654,46 26,32% warmtepomp 11,1 € 5.779,05 € 2.593,57 6,94% zonnepanelen 11,21 € 17.782,00 € 13.020,72 9,10% zonneboiler 18,42 € 1.933,80 € 561,76 5,64%

Tabel 58: samenvatting investeringen bij renovatie

renovatie: woning > 5 jaar

investering terugverdientijd begininvestering

met steun

NCW na 20 jaar bij 3% disconto en 3% energieprijsstijging

IRG bij 3% energieprijs-

stijging

dakisolatie plaatsen 1,11 € 645,70 € 10.640,06 91,85% vervangen ketel 3,91 € 2.050,44 € 8.122,31 28,23% vloerisolatie PUR 4,22 € 458,74 € 1.682,46 11,33% extra isolerend glas 8,71 € 1.490,44 € 1.832,47 12,52% zonnepanelen 9,51 € 15.082,00 € 15.462,72 11,04% warmtepomp 10,49 € 4.522,05 € 3.850,57 9,95% zonneboiler 15,16 € 1.591,80 € 903,76 7,87%

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Bron: eigen tabellen: zelf berekend met gegevens van URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 81: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

67

HOOFDSTUK 8: BESLUIT

Deze thesis beoogde het “begrip duurzaam” bouwen te doorgronden en vooral meer inzicht te

verschaffen in de rendabiliteit ervan. De verhandeling ging van start met een literatuurstudie. Daarna

volgde een eigen onderzoek waarbij de financiële haalbaarheid van een aantal investeringen werd

bepaald op basis van een vergelijking met een standaard gebouwde woning. De 2 variabelen bij de

investeringsanalyse zijn de energieprijzen en de discontovoeten. Uit dit onderzoek kwam ik tot een

aantal conclusies.

Eerst en vooral kan ik besluiten dat het heel vaak voordeliger is om je huis beter te isoleren dan

meteen te kiezen voor systemen op zonne-energie die grote investeringsbedragen vragen. Het is toch

de bedoeling om de meeste energie te besparen met de minste kost. Zoals je kan zien in de tabellen

op pagina 66 zijn de investeringen met de hoogste interne rendementsgraden vaak de investeringen

in verband met isolatie. Verder is het ook interessant, als je nog met een oudere verwarmingsketel

verwarmt, deze te vervangen door een condensatieketel.

Indien er in systemen met hernieuwbare energie geïnvesteerd wordt, dient het te worden aangehaald

dat de financiële steunmaatregelen noodzakelijk zijn voor het voldoende renderen van deze

investeringen. Nemen we bijvoorbeeld de zonnepanelen of zonneboiler, dan zien we dat geen van

beide investeringen zichzelf terugverdient binnen zijn levensduur zonder financiële steun.

Het is altijd interessanter om de hernieuwbare energie toe te passen bij renovatie van een woning dan

bij een nieuwbouw, dit is vooral te wijten aan het verschil in BTW percentage namelijk 6% bij renovatie

ten opzichte van 21% bij nieuwbouw. Ook wordt voor een aantal energiebesparende maatregelen

enkel premies gegeven bij renovatie.

Een ander belangrijk aspect waarmee we rekening moeten houden is de daling van de

materiaalprijzen. Zonnepanelen bijvoorbeeld zijn nu in volle opmars. Dit wil ook zeggen dat er steeds

verbeterde en goedkopere versies op de markt komen.

Indien er geen voldoende eigen middelen aanwezig zijn om de investering te bekostigen kan je ook

beroep doen op een lening. Bij een aantal banken worden de groene leningen gepromoot. Nochtans is

het veel voordeliger om met een hypothecaire lening of een uitbreiding van de bestaande

hypothecaire lening te financieren. Daar met deze een belastingvoordeelkan bekomen worden.

Als algemene conclusie geldt dat “duurzaam bouwen” rendabel kan zijn, mits de juiste maatregelen de

voorkeur krijgen. Om de winstgevendheid voor de particulier te garanderen, moeten de overheden

echter hun financiële ondersteuning op zijn minst behouden. De rendabiliteit van “duurzaam bouwen”

zal naar alle waarschijnlijkheid zelfs geleidelijk aan toenemen.

Page 82: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XIII

LIJST VAN DE GERAAADPLEEGDE WERKEN

Artikels

• De zon aftappen hoe doe je dat?, 2007, Infrazine, herfst 2007, p. 8-9.

• Een energieaudit kan je energiefactuur halveren, Gerard Kaiser, 2008, Beter bouwen en

verbouwen, jg. 27, nr. 236, februari 2008, p. 110-113

• Haal energie uit de natuur, Jean-Luc Hoste en Léa Bierlin, 2007, Ik ga bouwen, Cassas, jg. 36, nr.

303, september 2007, p. 97-106

Bezoeken

• Bouwbeurs Roeselare, 15/02/08

• Bouwbeurs Batibouw, 08/03/08.

• KBC Bank Kantoor Wouwen, 03/04/08

Boeken

• Ooghe H., Deloof M. en Manigart S., 2003, handboek bedrijfsfinanciering, 2de druk, Antwerpen.

Brochures

• Bond Beter Leefmilieu Vlaanderen vzw, 2007, Open huizendagen, meer comfort met minder

energie, Brussel.

• Hogeschool voor wetenschap en kunst, De Nayer Instituut, 2001, Rapport: Randvoorwaarden van

de economische analyse van verwarmingssystemen, Waver.

• Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE

2007a, Warmtepompen voor woningverwarming, Brussel.

• Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE

2007b, Warmte uit zonlicht, Brussel.

• Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE

2007c, Elektriciteit uit zonlicht, Brussel.

• Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE

2005, Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

• Organisatie voor Duurzame energie Vlaanderen, ODE-Vlaanderen 2005, Bouwen met

fotovoltaïsche zonne-energie, Kessel-Lo.

• Organisatie voor Duurzame energie Vlaanderen, ODE-Vlaanderen 2007a, Fotovoltaïsche zonne-

energie, elektriciteit uit de zon, Kessel-Lo.

• Organisatie voor Duurzame energie Vlaanderen, ODE-Vlaanderen 2007b, zonneboilers, Warm

water met de zon,Kessel-Lo.

• Organisatie voor Duurzame energie Vlaanderen, ODE-Vlaanderen 2007c, Warmtepompen, de

natuur als bron van verwarming, Kessel-Lo.

Page 83: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XIV

• Organisatie voor Duurzame energie Vlaanderen, ODE-Vlaanderen 2007d, Duurzame Energie,

Wegwijzer 2007, Kessel-Lo.

• PV Domsys Project, 2002, kosten-batenanalyse van PV-systemen, steunprogramma voor

netgekoppelde PV-systemen in België, Brussel.

• Vlaams Energieagentschap, VAE 2006a, Praktische gids voor als u binnenkort gaat bouwen of

verbouwen, Brussel.

• Vlaams Energieagentschap, VAE 2006b, Warmtepompen voor woningverwarming, Brussel.

• Vlaams Energieagentschap, VAE 2007a, Ideeën voor energiezuinig wonen, Brussel.

• Vlaams Energieagentschap, VAE 2007b, energie besparen bij U thuis, Premies van uw

netbeheerder in 2007, Brussel.

• Vlaams Energieagentschap, VAE 2007c, Duurzame energiebronnen, Windenergie winstgevend,

Brussel.

• Vlaams Energieagentschap, VEA 2008, Energie besparen bij u thuis, premies in Vlaanderen,

Brussel.

• Vlaams Instituut voor Bio-Ecologisch Bouwen en Wonen, 2004, Energiezuinig (ver)bouwen: Dik

isoleren of een dure installatie?

Folders

• Masser, 2007, warmtepomp, Brussel.

• Natex, 2008,fotovoltaïsche zonne-energie, Ravels.

• Sanisolar, 2007, zonlichtenergie, Gavere

• Velux, 2008, Milieuvriendelijk, goedkoop en toch zeer mooi, Waver.

Internetbronnen

• BDO Atrio, 2007, Investeringsanalyse- algemene beginselen, URL: <

http://www.bdo.be/user_docs/11investeringsanalyse.doc >. (25/10/07)

• Bond Beter Leefmilieu Vlaanderen vzw, 2007, Verklarende woordenlijst, URL: <

http://www.bblv.be/jklimaatnet.laagernergeiwoningen/index.php/240 >. (25/10/07)

• Brussels instituut voor milieubeheer, 2006, Energiebesparingen synthese, Hoe 30% besparen

voor constructie of renovatie zonder meer geld uit te geven, URL: <

http://www.ibgebim.be/Templates/Home.aspx?langtype=2067>. (03/11/07)

• Cedubo, 2007, Gooi geen energie door ramen en deuren, URL:<http://www.cedubo.be>,

(18/02/08)

• Creg, 2000, De berekening van de tarieven handicap door het beheerscomité van de

elektriciteitsonderneming in nota BCEO 3945 van 20 november 2000, URL:<

http://www.creg.be/pdf/Studies/F089NL.pdf>, (26/02/08)

• Creg, 2008a, Evolutie van de gasprijzen op de residentiële markt – maart 2008, URL:<

http://www.creg.be/pdf/Tarifs/EvolutionPrix/G/032008nl.pdf > (09/04/08)

Page 84: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XV

• Creg, 2008b, Vergelijking van de prijzen op de vrijgemaakte elektriciteitsmarkten met die welke

voor de vrijmaking werden toegepast, URL:<

http://www.creg.be/pdf/Tarifs/EvolutionPrix/E/032008nl.pdf >, (09/02/08)

• Dirk Sabbe, 2006, Renoveren en restaureren, krediet energiebesparende investeringen,

URL:<http://www.renoveren-restaureren.be/2006/02/kredeit-energiebesparende.html >, (8/11/07)

• Eandis, 2007, De condensatieketel op aardgas, de absolute prestatiekampioen,

URL:<http://www.eandis.be>, (19/02/08)

• Ecoline, 2007, De financiële balans, URL: < http://

www.ecoline.org/verde/puplicatie/energie/energiezuinigewoning.shtml >. (25/10/07)

• Emis, 2007, het Broeikaseffect, URL:<http://www.Emis.vito.be>, (25/02/08)

• Eurostat, Environment and energy, URL: <

http://epp.eurostat.ec.europa.eu/portal/page?_pageid=1996,45323734&_dad=portal&_schema=P

ORTAL&screen=welcomeref&open=/H/H2/H21&language=en&product=Yearlies_new_environme

nt_energy&root=Yearlies_new_environment_energy&scrollto=0 >. (25/02/08)

• FOD economie, 2007, de elektriciteitsprijzen voor huishoudelijk gebruik, URL: <

http://mineco.fgov.be/energy/energy_statistics/Statistics_nl_020.htmb >, (25/02/08)

• Fortis,2008, U wilt energie besparen,

URL:<www.fortisbanking.be/pics/BE/F/nl/aono/priv/living/needs/energie_besparende.html >

(8/11/07)

• Immotheker, 2008, Een groene lening voor verbouwingswerken is veel duurder dan een

hypothecaire lening, URL: <

http://www.immotheker.be/Immotheker3/Site/Default.asp?WPID=38&L=N&MIID=7&ItemID=936 >,

(12/03/08)

• Livios, 2007a, Fiscale aftrek voor energiezuinige investeringen, URL:<

http://www.livios.be/nl/_build/_guid/_buyg/_ perm/1823.asp >. (25/10/07)

• Livios, 2007b, Investeren in een energiezuinige cv-ketel, URL: <

http://www.livios.be/nl/_build/_guid/_ener/_poss/2504.asp >. (25/10/07)

• Livios, 2007c, spoor de zwakke plekken van je huis op met infrarood, URL:<http://www.livois.be>,

(17/02/08)

• Livios, 2007d, Vergelijking energiebronnen, URL:<

http://www.livios.be/nl/_build/_guid/_ener/_comp/index.asp?content=Vergelijking%20energiebronn

en.be>, (19/02/08)

• Livios, 2007e, Welke verwarmingsketel kiezen?, URL:<

http://www.livios.be/nl/_build/_guid/_ener/_prop/1798.asp?content=Welke%20verwarmingsketel%

20kiezen?>, (19/02/08)

• Livios, 2008c, De zon als bondgenoot, URL:<http://www.livois.be>, (17/02/08)

• Masser, 2008, behandeling van warmtepompen met directe verdamping en directe condensatie in

de EPB-regelgeving, URL: <

http://www.masser.be/images/Behandeling%20van%20warmtepompen%20met%20directverdamp

Page 85: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XVI

ing%20en%20directcondensatie%20in%20de%20EPB-regelgeving_draft_20061215.pdf >,

(04/04/08)

• Ode Vlaanderen, 2004,Technisch Reglement Distributie Elektriciteit Vlaams Gewest, URL: <

http://www.vreg.be/vreg/documenten/technische%20reglementen/TRDE30112004.pdf >,

(12/03/08)

• Ode Vlaanderen, 2006, Zonnepanelen in 10 stappen, schema voor het installeren van een PV-

systeem < 10 kW op een woning, URL: <

http://www.groenstroom.be/pdf/ZPV_PV_stappenplan_particulier_060907%5B1%5D.pdf >

(12/03/08)

• Ode Vlaanderen, 2007, Fotovoltaïsche zonne-energie voor particulieren voerzicht subsidies 2007,

URL: < http://ode.be/uploads/images/ZPV_subs2008_particulier_0802.pdf >, (12/03/08)

• Ode Vlaanderen, 2007, thermische zonne-energie voor particulieren overzicht subsidies mei 2007,

URL:< http://ode.be/images/stories/ZonWarmte/001_02c_doorklik1.pdf >, (12/03/08)

• Ode Vlaanderen, 2007, warmtepompen voor particulieren overzicht subsidies mei 2007, URL: <

http://ode.be/images/stories/Warmtepompen/001_04d_subsidies%20voor%20particulieren_07022

7.pdf >, (12/03/08)

• Ode Vlaanderen, 2008, vergunning warmtepomp, URL:<

http://ode.be/index.php?page=waterpomp-beleid-vergunning >, (13/02/08)

• Premiezoeker, 2008, Alle premies voor uw woning op een rijtje, URL: <

http://www1.premiezoeker.be/premiejager.cgi > (12/03/08)

• Rehau, 2007, Meerwaarde realiseren – kosten sparen, oplossingen voor energie-efficiënt bouwen

en moderniseren, URL: <http://www.rehau.be/files/ENERGIE_EFFICIENTIE_BE.pdf.>. (03/11/07)

• Ruimtelijke ordening,2000, Besluit van de Vlaamse regering van 14 april tot de bepaling van de

vergunningspichtige functiewijzigingen en van de werken, handelingen en wijzigingen waarvoor

geen stedenbouwkundige vergunning nodig is, URL: <

http://www2.vlaanderen.be/ruimtelijk/Nwetgeving/uitvoeringsbesluiten/vrijstelling-vergunning.html

>, (12/03/08)

• Vlaams energie agentschap, 2008, energieprestatie van gebouwen, URL: <

http://www.energiesparen.be/energieprestatie/index.php > (12/011/07)

• Vlaams energie agentschap, 2008, subsidies en calculators, URL: <

http://www.energiesparen.be/subsidies/index.php > (12/011/07)

• Vreg, 2007, Groene stroom certificaten voor zonnepanelen in dienst genomen na 1 januari 2006,

URL: <www.vreg.be/nl/04_prive/03 groenestoom.asp.>. (19/11/07)

• Vreg, 2007, Marktmonitor 2007, URL: < http://www.vreg.be/vreg/documenten/rapporten/RAPP-

2007-7.pdf .>. (01/04/08)

• Vreg, 2007, Marktrapport: De Vlaamse energiemarkt in 2006, URL: <

http://www.vreg.be/vreg/documenten/rapporten/RAPP-2007-2.pdf .>. (01/04/08)

• Vreg, 2007, Mededeling van de Vlaamse Reguleringsinstantie voor de Elektriciteits- en gasmarkt

met betrekking tot het al dan niet gebruiken van een compenserende kWh-meter voor de

Page 86: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XVII

compensatie van de in het distributienet geïnjecteerde elektriciteit, URL: <

http://www.vreg.be/vreg/documenten/mededelingen/MEDE-2007-2.pdf >, (12/03/08)

• VVGS voor gemeenten en OCMW, 2006, nieuw energieprestatiedecreet, stand van zaken, URL: <

http://www.vvsg.be/cmsmedia/SVdms11476%20stand%20van%20zaken%20energieprestatiedecr

eet%20(website).pdf?uri=ff8080810ae96222010af6058e140092&action=viewAttachement >,

(13/03/08)

• Wikipedia, 2007, U-waarde , URL: < http://nl.wikipedia.org/wiki/U-waarde >. (25/10/07)

• Wikipedia, 2007, warmtepomp, URL: < http://nl.wikipedia.org/wiki/Warmtepomp >. (25/10/07)

• Wonen Vlaanderen, 2007, De verbeterings- en aanpassingspremie, URL: <

http://www.bouwenenwonen.be/uploads/b2250_vaptoelichtingsfolder_west-

vlaanderen144722.pdf> (12/03/08)

Persberichten

• Commissie voor de Regulering van de Elektriciteit en het Gas, 2008, Zelfs met hoge

energieprijzen op de internationale markten kan de stijging van de eindfactuur van de Belgische

verbruiker worden ongedaan gemaakt, Brussel

Offertes

• Earth wind & solar energy, 2008, voorstel: fotovoltaïsche elektriciteitscentrale 3 kilowattpiek, Aalst.

• Ese ultimate solar heat, 2008, prijslijst excl. BTW maart 2008, Rochefort.

• Natec, 2008, Somulator fotovoltaïsch systeem, Ravels.

• Solar energy systems, 2008, netgekoppeld PV-systeem van 3.42 kWp, Gavere.

• SunTechnics, 2008, prijsindicatie VOLTA (PV inbouw), Lille.

Page 87: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XVIII

BIJLAGEN

Bijlage 1: standaardhuis ...................................................................................................................... XIX

Bijlage 2: aflossingsplan Lening op afbetaling ................................................................................. XXVII

Bijlage 3: aflossingplan KBC-woningkrediet..................................................................................... XXVII

Bijlage 4: voor- en nadelen warmtebronnen warmtepomp.............................................................. XXVIII

Bijlage 5: berekening jaarlijks primair energieverbruik en E-peil....................................................... XXIX

Bijlage 6: schema EPB-verplichtingen in bouwproces ....................................................................... XXX

Bijlage 7: algemeen overzicht van de eisen op het vlak van energieprestatie en binnenklimaat ..... XXXI

Bijlage 8: maximale U-waarden of minimale R-waarden ................................................................. XXXII

Bijlage 9: subsidies netbeheerders ................................................................................................. XXXIII

Bijlage 10: E-peil en K-peil van de woning met zonnepanelen .......................................................XXXIV

Page 88: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XIX

Bijlage 1: standaardhuis

Grondplan

Page 89: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XX

Verdiepingsplan

Page 90: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXI

Doorsnede A-A’

Page 91: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXII

Gevels

Page 92: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXIII

Page 93: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXIV

Page 94: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXV

Page 95: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXVI

Bron: URL:<http://www.energiesparen.be>

Page 96: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXVII

Bijlage 2: aflossingsplan lening op afbetaling

Bijlage 3: aflossingplan KBC-woningkrediet

Page 97: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXVIII

Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2007a,

Warmtepompen voor woningverwarming, Brussel.

Bijlage 4: voor- en nadelen warmtebronnen warmtepom p

Page 98: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXIX

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2005,

Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

Bijlage 5: berekening jaarlijks primair energieverb ruik en E-peil

Page 99: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXX

Bron: zelfgemaakte excel-tabel met gegevens van Ministerie van de Vlaamse gemeenschap,Afdeling Natuurlijke Rijkdommen

en Energie, ANRE 2005, Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

Bijlage 6: schema EPB-verplichtingen in bouwproces

Bouwvergunningaanvraag en EPB-voorstel

Bouwvergunning verleend

Begin van de werken

< 6 maand: EPB-aangifte aan ANRE

Controle ontvankelijkheid inbreng in energiedatabak

Controle ontvankelijkelijkheid inbreng in RO-databank

Aanstellen EPB-verslaggever

< 8 dagen ervoor: startverklaring aan ANRE

Controleontvankelijkheid inbreng in energiedatabank

door ANRE

Niet of laattijdig: na aanmaning: boete € 250

Niet of laattijdig: na aanmaning: boete € 250 + € 1/m³

EPB-aangifte onvolledig: na aanmaning boete € 250 + € 1/m³

EPB-aangifte volledig

Conclusie EPB- verslaggever positief

Conclusie EPB- verslaggever negatief

ANRE: boete Contole ter plaatse door ANRE ( ongeveer 2% van de gevallen)

Indien EPB-aangifte onjuist: boete aan verslaggever

Ingebruikname

Page 100: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXXI

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2005,

Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

Bijlage 7: algemeen overzicht van de eisen op het v lak van energieprestatie en

binnenklimaat

Page 101: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXXII

Bron: Ministerie van de Vlaamse gemeenschap, Afdeling Natuurlijke Rijkdommen en Energie, ANRE 2005,

Energieprestatieregelgeving, module 1: algemeen kader, Brussel.

Bijlage 8: maximale U-waarden of minimale R-waarden

Page 102: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXXIII

Bron: Vlaams Energieagentschap, VEA 2008, Energie besparen bij u thuis, premies in

Vlaanderen, Brussel.

Bijlage 9: subsidies netbeheerders

Page 103: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXXIV

Bron: formulier aangemaakt met de EPB-software versie 1.1

Bijlage 10: E-peil en K-peil van de woning met zonn epanelen

Page 104: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXXV

Page 105: Het rendement van een investering in energiezuinig wonen · UNIVERSITEIT GENT FACULTEIT ECONOMIE EN BEDRIJFSKUNDE ACADEMIEJAAR 2007 – 2008 Het rendement van een investering in energiezuinig

XXXVI