Handleiding bij les: Circus V2 Circus V2.pdf · Kern 5: Zie kern 1,2, en 3. Vergeet niet de tekst...

3
Handleiding bij les: Circus V2 www.musicoach.nl Welkom: De vernieuwde les over het Circus. Als basis het lied; Welkom in het circus. Een lied met vier coupletten. Er komt ritme aan bod. Inleiding 1: Een promotieclip van Circus Knie geeft een aardig beeld van wat er in een groot circus aan bod kan komen. Vraag: Wat heb je in deze film niet gezien wat wel in elk circus is? (De clown(s)) Benoem elke vorm van circusact: Trapeze, acrobatiek, dierennummer, enz. Wie is de man met de microfoon? (De spreekstalmeester) Hoe noemen ze de dierentemmer? (Dompteur) Inleiding 2: In deze clip zie je John Gilkey, uit Cirque du Soleil. Clowns horen in elk circus. Je hebt ze in verschillende types. De beroemdste zijn De August en de Pierrot (Witte clown). Opdracht: Kijk en luister; wat doet de muziek tijdens deze act? Kern 1: De introductie van het refrein. Laat ze het een paar keer horen. Ondersteun de tekst met duidelijke gebaren van de spreekstalmeester. Leer ze eerst de gebaren aan, dan pas de tekst. Oefen de tekst ook declamerend. Dan pas op de melodie gaan letten. Het refrein een paar keer oefenen voordat je verder gaat. Kern 2: Het refrein komt weer aan bod, nu met het 1e couplet. Laat een keer horen en stel vragen. Beeld de olifant uit die vlak langs de voeten van de kinderen loopt. Ze moeten hun benen optrekken. Bespreek de tekst. Rijmt er iets? Dan een paar keer zingen. De kinderen mogen staan bij het zingen, maar zitten weer op hun stoel als de muziek is gestopt. Kern 3: zie kern 2. Wijs ook op de vorm van het lied onderaan: De gekleurde blokjes. Paars is voorspel (intro), groen het refrein, oranje de coupletten. Hoeveel coupletten zijn er? Kern 4: zie kern 1 en 2. Oefen even het sissen en ratelen van de slang. Lang, in stootjes, ritmisch, rollende r, tongpunt-r, ssss, shhh. Welke muziekinstrumenten hoor je eigenlijk? (Trompet, bugel, klarinet, fluit, piccolo, tuba. fagot, drums)

Transcript of Handleiding bij les: Circus V2 Circus V2.pdf · Kern 5: Zie kern 1,2, en 3. Vergeet niet de tekst...

Handleiding bij les: Circus V2 Ⓒ www.musicoach.nl

Welkom: De vernieuwde les over het Circus. Als basis het lied; Welkom in het circus. Een lied met vier coupletten. Er komt ritme aan bod.

Inleiding 1: Een promotieclip van Circus Knie geeft een aardig beeld van wat er in een groot circus aan bod kan komen. Vraag: Wat heb je in deze film niet gezien wat wel in elk circus is? (De clown(s)) Benoem elke vorm van circusact: Trapeze, acrobatiek, dierennummer, enz. Wie is de man met de microfoon? (De spreekstalmeester) Hoe noemen ze de dierentemmer? (Dompteur)

Inleiding 2: In deze clip zie je John Gilkey, uit Cirque du Soleil. Clowns horen in elk circus. Je hebt ze in verschillende types. De beroemdste zijn De August en de Pierrot (Witte clown). Opdracht: Kijk en luister; wat doet de muziek tijdens deze act?

Kern 1: De introductie van het refrein. Laat ze het een paar keer horen. Ondersteun de tekst met duidelijke gebaren van de spreekstalmeester. Leer ze eerst de gebaren aan, dan pas de tekst. Oefen de tekst ook declamerend. Dan pas op de melodie gaan letten. Het refrein een paar keer oefenen voordat je verder gaat.

Kern 2: Het refrein komt weer aan bod, nu met het 1e couplet. Laat een keer horen en stel vragen. Beeld de olifant uit die vlak langs de voeten van de kinderen loopt. Ze moeten hun benen optrekken. Bespreek de tekst. Rijmt er iets? Dan een paar keer zingen. De kinderen mogen staan bij het zingen, maar zitten weer op hun stoel als de muziek is gestopt.

Kern 3: zie kern 2. Wijs ook op de vorm van het lied onderaan: De gekleurde blokjes. Paars is voorspel (intro), groen het refrein, oranje de coupletten. Hoeveel coupletten zijn er?

Kern 4: zie kern 1 en 2. Oefen even het sissen en ratelen van de slang. Lang, in stootjes, ritmisch, rollende r, tongpunt-r, ssss, shhh. Welke muziekinstrumenten hoor je eigenlijk? (Trompet, bugel, klarinet, fluit, piccolo, tuba. fagot, drums)

Kern 5: Zie kern 1,2, en 3. Vergeet niet de tekst met gebaren te ondersteunen.

Afsluiting 1: We gaan nu het hele lied zingen. Denk aan de gebaren. Wijs telkens het dier aan waar we aan gaan beginnen. Kennen ze het lied al goed, gebruik dan de onderste speler: Meezingversie.

Wat hebben we gedaan? Gekeken en geluisterd. Tekst geleerd. Melodie geleerd. Gezongen. Ritmes gespeeld vanaf grafische notatie. Lied begeleid met ritmes en metrum. De vorm van het muziekstuk bekeken en gebruikt. Gepraat en gezocht naar andere mogelijkheden.

Kern 6: Voor groep ½: De eerste 3 ritmes: Laat ze horen en telkens meetikken of -klappen. Laat ze tellen hoe vaak de trom slaat. (16x). En de triangel? (8 x) En kun je ook nog de claves tellen? (32x)Dan pas instrumenten gaan inzetten. Bij het oefenen van de triangel zeggen de kinderen: Ting!

Kern 7: Uitbreiding van de ritmes uit kern 6: Voor groep ¾. Zie werkwijze kern 6. Combineer R2 met R3. Enz. Combineer 3 ritmes met elkaar. Klap zelf een ritme en laat een kind vertellen of aanwijzen welk ritme jij doet. Bij het oefenen van de bekkens zeggen de kinderen : Djeng!

Afsluiting 2: Je maakt een orkestje en de rest is koor. zing het lied. Tijdens de refreinen maag het hele orkest meespelen. (Later kun je afspreken dat tijdens de coupletten de trom zachtjes mag meedoen.)

Kern 8: Klik op een zeepbel: Je hoort een toon (van een klokkenspel). Is die hoog? Is die laag? Klik op een andere bel. Dezelfde vragen! Zijn er ook bellen met dezelfde toon? (Ja!) Kun je ook zien welke bellen dezelfde toon zullen hebben? (Ja, die staan op dezelfde hoogte getekend.) Groep 3/4: Laat kinderen op een klokkenspel/metalofoon/xylofoon ook tonen spelen die jij aanwijst op het digibord. Let nu alleen maar hoog. laag en midden…

Circus

Dames en heren, hooggeëerd publiek Stilte in het circus, even geen muziek Wij gaan beginnen, fijn dat u er bent Want er staan nog mensen, buiten voor de tent.

U ziet een grijze olifant Hij loop gevaarlijk langs de kant Daar doet hij trucjes op zijn rug Dus trek uw benen even terug

refrein

U ziet een bruine dikke beer Hij heeft een jas als die meneer Wilt u hem uitdoen alstublieft? Want anders wordt die beer verliefd

refrein

U ziet een gele ratelslang Hij is wel zeven meter lang Heeft u een glibberig gevoel? Dan zit hij vast onder uw stoel

refrein

U ziet een kleine chimpansee Hij gooit steeds water naar benee Dus mocht u daar toevallig staan Trek dan uw regenjas maar aan

refrein