Handleiding Archis 3 Zoeken & Vinden versie 0...Handleiding Archis 3 Zoeken & Vinden versie 0.9 Ter...
Transcript of Handleiding Archis 3 Zoeken & Vinden versie 0...Handleiding Archis 3 Zoeken & Vinden versie 0.9 Ter...
1
Handleiding Archis 3 Zoeken & Vinden versie 0.9 Ter introductie
Deze handleiding voor het Zoeken & Vinden deel van Archis 3 is een voorlopige versie. Zoeken & Vinden zal op een aantal momenten in de toekomst nog
deels worden aangepast en verbeterd. Vanzelfsprekend zal deze handleiding dan, indien nodig, worden geüpdatet. De handleiding krijgt dan een hoger
versie nummer.
Het eerste deel van de handleiding bestaat uit tekst, en in die tekst worden de verschillen tussen Archis 2 en Archis 3 uitgelegd en beschreven. Na dit
tekstuele gedeelte volgt in schermafbeeldingen een aantal voorbeelden hoe men stapsgewijs zaken kan raadplegen in Archis 3 Zoeken & Vinden.
2
Archis 3
Inleiding
Er zijn veel veranderingen doorgevoerd bij de overgang naar het nieuwe Archis 3. Het datamodel van Archis is aangepast aan een ander werkmodel: ‘het
zaakgericht werken’, en het is onderdeel geworden van een veel meer omvattend documentatiesysteem van CultuurHistorische Objecten Informatie (CHOI).
Archis is niet meer een specifieke database en GIS toolkit voor de archeologen, het is nu veel breder van opzet. Dat betekent dat de structuur van de
achterliggende database ingrijpend is veranderd, er zijn allemaal andere tabellen met andere variabelen. Ook de inhoud (de waarde) van variabelen is
anders geworden. Veel referentielijsten die in het oorspronkelijke Archeologisch Basis Register (ABR; 1992) stonden, zijn inmiddels opgenomen in de
erfgoedthesaurus (abr.erfgoedthesaurus.nl) en, in samenspraak met de SIKB, herzien. In de nieuwe opzet is het bijvoorbeeld ook mogelijk om de classificatie
van een voorwerp te koppelen aan een bepaalde persoon, waardoor er in principe twee “meningen” naast elkaar kunnen worden vastgelegd.
Het conceptuele model, de eenheden waarmee archeologen hun werk en bevindingen vastleggen, zijn natuurlijk niet of nauwelijks veranderd. We denken in
termen als een onderzoeksgebied, waarbinnen op één of meerdere locaties archeologische vondsten en/of grondsporen zijn aangetroffen (een vindplaats of
archeologische site). Begrippen als vindplaats en site werden en worden echter in verschillende betekenissen gebruikt en zijn toentertijd bij het ontwerp van
Archis 2 bewust zo veel mogelijk vermeden. Daarin was sprake van bijvoorbeeld vondstmeldingen, waarnemingen, complexen en onderzoeksmeldingen.
Deze concepten hebben deels in Archis 3 een nieuwe definitie of terminologie gekregen, volgend op de bredere inkadering.
Zaken en cultuurhistorische objecten
Binnen de overheid geldt momenteel een benadering van “zaakgericht werken”. Een zaak bestaat uit een serie samenhangende activiteiten die in de tijd
een duidelijk begin en eind kennen.
Bij een zaak kunnen zowel interne als externe personen en organisaties betrokken zijn en een zaak zal resulteren in een aantal (on)gestructureerde
gegevens en documenten.
Een goed voorbeeld van een zaak in de archeologie is een onderzoeksproject, zoals een opgraving inclusief de uitwerking tot een rapportage en deponering.
Een dergelijke zaak doorloopt een vast traject van enkele jaren van de eerste onderzoeksmelding (waarbij een uniek zaaknummer wordt verkregen), via de
melding eerste bevindingen tot aan de afmelding (waarbij het rapport wordt ge-upload en de vondsten en interpretatie (vondstcomplexen) worden
beschreven en de deponering plaatsvindt.
3
Elke zaak heeft een tiencijferige zaakidentificatie (waarvan de laatste drie cijfer altijd “100” zijn, hetgeen intern gebruikt wordt als registratie volgnummer).
In het verleden gebruikten archeologen een Archis 2 onderzoeksmeldingsnummer als unieke sleutel, waarmee allerlei gerelateerde documenten en bij verschillende organisaties, tot op de
dozen in een depot toe, konden worden teruggevonden. De zaakidentificatie neemt deze rol in Archis3 over. Een concordantielijst tussen de oude onderzoeksmeldingsnummers en de nieuwe
zaaknummers kan uit de downloadbare bestanden worden afgeleid.
Voorheen waren er in Archis 2 veel verschillende identifiers, unieke nummers, waarmee verschillende aspecten kunnen worden teruggevonden. Denk
bijvoorbeeld aan het vondstmeldingsnummer, waarnemingsnummer, onderzoeksmeldingsnummer, onderzoeksnummer of het rapportmeldingsnummer.
Ook intern gebruikte Archis 2 nog tal van unieke identifiers, die in principe niet meer terugkomen in het nieuwe Archis.
Of het nu gaat om een toevalsvondst bij een bouwproject, een vondstmelding van een amateurarcheoloog die op een akker verscheidene vondsten had
gedaan of KNA conform archeologisch onderzoek, in het nieuwe Archis worden al deze gevallen als een zaak geregistreerd, met de bijbehorende unieke
zaakidentificatie.
Zowel de oude vondstmelding (waarneming nadat ze waren opgewerkt), als de onderzoeksmelding zijn dus in het nieuwe Archis als het ware een
zaakmelding geworden. Ook de rapportmelding is een integraal onderdeel van de zaakmelding geworden.
Een zaak in de archeologie is binnen Archis 3 van één van drie volgende specialisaties:
Registratie rapportplichtige onderzoeksmelding (destructief onderzoek, booronderzoek, veldverkenning, archeologische begeleiding)
Registratie niet-rapportplichtige onderzoeksmelding (geofysisch onderzoek, bureau onderzoeken)
Registratie archeologische vondst(melding)
Bij een zaak hoort een grote variatie aan eigenschappen, welke dat precies zijn is afhankelijk van het type. Bij een zaak zijn personen en organisaties
betrokken, elk in verschillende rollen. Aan een zaak kunnen enkelvoudige of meervoudige (digitale) documenten worden gekoppeld. Bij een zaak horen dus
ook gegevens over zaakbetrokkenen, zaakeigenschappen en zaakdocumenten.
Naast het concept Zaak neemt het concept Cultuurhistorische objecten (CHO) een belangrijke plaats in in het nieuwe Archis. CH-objecten horen bij een zaak
en worden als zodanig als zaakobjecten betiteld.
4
CultuurHistorisch Objecten zijn er in een aantal verschillende specialisaties, waarvan de belangrijkste voor de archeologie zijn:
Archeologische vondstlocatie: voor geografisch begrensde gebieden, waar binnen min of meer aaneensluitend archeologisch sporen en/of vondsten
zijn aangetroffen, eventueel van verschillende ouderdom. Lees: de vindplaats, als onderdeel van een vondst- of onderzoeksmelding.
Vondst, als onderdeel van een Archeologische vondstlocatie: mobiele voorwerpen of mobiel geraakte onderdelen van archeologische resten
Grondspoor, als onderdeel van een Archeologische vondstlocatie: grondsporen en structuren
Archeologisch complex, als onderdeel van een Archeologische vondstlocatie, een interpretatie naar activiteit en datering
Rijksmonument, de wettelijk beschermde archeologisch terreinen
Complex, vondstcomplex binnen een (archeologisch) rijksmonument
Cultuurhistorische objecten hebben ook een unieke identificatie (variabele: cho_id). CH-objecten zijn op basis van de zaakidentificatie onderdeel van een
zaak. Vanzelfsprekend is in Archis 3 ook de onderlinge samenhang tussen CH-objecten vastgelegd, bijvoorbeeld welke vondsten horen bij een vondstlocatie.
Aan een CH-object wordt een locatie gekoppeld, soms simpelweg in de vorm van een adres, gemeente-plaats-toponiem en/of als een kaartobject
(geometrie). Voor onderzoeksgebieden is de geometrie een polygoon (vlak, area) en voor vondstlocaties is dat een (X-,Y-coördinaat) puntlocatie.
Er zijn momenteel 4 specialisaties van de CH-objecten relevant voor de archeologie. Daarvan zijn alle samenhangende gegevens en de locatie informatie
bijeengebracht. Het betreft de afzonderlijke eenheden, die terugkomen in de presentatie en downloadbare tabellen, voor:
Vondstlocaties (geometrie in de vorm van een puntlocatie)
Vondsten (objecten)
Grondsporen (grondsporen en structuren)
Archeologische complexen
Hiermee is een eenvoudig conceptueel model gedefinieerd, dat vermoedelijk goed aansluit bij de werkwijze in het werkveld en nog veel van de bekende
elementen uit het oude Archis bevat. Het is een eenvoudige weergave van gegevens uit een veel meer omvattend CultuurHistorische Objecten Informatie
systeem, waarin gegevens uit tal van disciplines een samenhangend geheel vormen.
5
De veranderingen ten opzichte van Archis 2
Het is waarschijnlijk goed om, naast de hierboven beschreven nieuwe concepten en het nieuwe databaseontwerp, de concrete verschillen tussen Archis 2
en 3 op een rijtje te zetten.
Waar zijn de rapportmeldingen gebleven?
In Archis 2 bestond de registratie van een onderzoeksproject uit een groot aantal verschillende meldingen, te weten (in een min-of-meer chronologische
volgorde):
- Onderzoeksmelding (inclusief eventuele (deel)onderzoeken, de upload van PvA/PvE, de melding eerste bevindingen en de afmelding)
- één of meerdere vondstmelding(en), waarin de eventuele resultaten van een onderzoek werden vastgelegd. Na goedkeuring door de RCE werden
deze opgewerkt tot de waarneming(en)
- de rapportmelding (incl. de upload van het eindrapport)
Vergunninghouders moesten hiervoor afzonderlijke handelingen verrichten. Bovendien golden voor al deze registraties dat er aparte, unieke
identificatienumemrs werden uitgegeven. Nu zijn deze activiteiten allemaal samengebracht in één procesgang: de registratie van één zaak (van de
specialisatie onderzoeksmelding), met de daarbij (eventueel) aangetroffen vondstlocaties en vondsten/sporen/complexen. Het geheel heeft één unieke
zaakidentificatie.
Waar zijn de waarnemingen?
In Archis 2 bestond de registratie van een toevalsvondst uitsluitend uit de registratie van een vondstmelding (na de controle/opwerking: de waarneming).
Binnen de vondstmelding waren er zowel kenmerken die betrekking hadden op de ontdekking (de gebeurtenis), als kenmerken van de vondsten en sporen
(de resultaten). Die twee elementen zijn conceptueel in het nieuwe Archis losgekoppeld in één zaak van de specialisatie vondstmelding en de (enige) daarbij
horende vondstlocatie. Vondstmeldingen worden niet meer door de RCE omgezet naar een nieuwe gegevenstabel. De waarnemingen zijn komen te
vervallen. De vondstlocatie is datgene dat conceptueel het dichtbij het oude begrip waarneming komt. Binnen één vondstlocatie zijn één of meerdere
vondsten, sporen en/of complexen aangetroffen.
6
Vondsten en sporen zijn gesplitst
In Archis 2 werden bij de beschrijving van de resultaten de vondsten en grondsporen niet van elkaar gescheiden. In het ABR stonden de grondsporen (zoals
paalkuil) tussen de vondsten (zoals bijl). In Archis 3 zijn deze twee type archeologische objecten wel van elkaar gescheiden (incl. een opsplitsing van de
termen uit het ABR). Tevens wordt bij de invoer nog een nader onderscheid gemaakt in grondsporen en structuren (samenhangend geheel van meerdere
grondsporen).
Archis 2 Archis 3
Onderzoeksmelding Onderzoeksmelding met eventuele vondstlocatie(s)
Onderzoek deelgebied binnen een onderzoeksgebied
Rapportmelding
Vondstmelding Vondstmelding met één vondstlocatie Waarneming gecontroleerde en ‘opgewerkte’
vondstmelding
Vondsten en sporen
met vaste datering en voorlopige complexen Vondsten
Sporen en structuren
Complexen
De hiërarchie van de terminologie
De ingevulde waarden van variabelen in diverse tabellen van Archis 3 zijn niet meer hetzelfde als in Archis 2. Het omzetten van het, inmiddels verouderde,
ABR naar de erfgoedthesaurus heeft geleid tot een aantal correcties en aanvullingen. Om even een voorbeeld te noemen, bij de periodes zijn de coderingen
voor de Middeleeuwen en Nieuwe tijd aangepast aan de systematiek van alle overige coderingen. Dat wil zeggen dat bijvoorbeeld VMEB nu MEVB
(Middeleeuwen Vroeg B) is en NTA vervangen is door NTV (Nieuwe Tijd Vroeg). De (nog niet vastgestelde) periodes ‘Metaaltijden’, ‘Volle Middeleeuwen’ en
‘Tweede Wereldoorlog’ zijn in de versie van augustus 2016 geconverteerd naar wel vastgestelde periodes (resp. NEOLB-IJZ, MEVD-MELA en NTL).
De complextypes (de functionele interpretatie van een groep vondsten en/of grondsporen) zijn in 2008 herzien, gedocumenteerd (De Wit G. & Sloos A.
2008, De interpretatie van archeologische waarnemingen in Archis. Een concept voor een nieuwe set complextypen) en in het nieuwe Archis opgenomen.
Een andere ingrijpende verandering betreft de beschrijving van het type vondsten en grondsporen. Het oude Archis kende twee, hiërarchisch aan elkaar
gerelateerde variabelen: code algemeen en code specifiek. In de erfgoedthesaurus en daarmee ook in Archis 3 is dat één variabele geworden, met een
waarde die uit twee delen bestaat, gescheiden door een punt, bijv. PSTG.PINGSDRF (lees: “proto-steengoed.pingsdorf”). Een dergelijk type vondst is nu in de
7
thesaurus onderdeel van een uitgebreidere classificatie (/artefacten/technieken/aardewerk/proto-steengoed/pingsdorf) geworden en is bovendien de
strikte, vaste datering bij de invoer losgelaten.
De (voorlopige) complextypes
In Archis 3 is ook de strikte koppeling tussen vondsten/sporen en de interpretatie in de zin van bepaalde activiteiten uit een bepaalde fase (het
vondstcomplex, voorlopig complextype) verlaten. In de nieuwe opzet wordt vastgelegd welke vondstcomplexen er op een vondstlocatie voorkomen,
vanzelfsprekend op basis van de aangetroffen vondsten, sporen en structuren. Maar welke vondsten precies tot welke interpretatie hebben geleid wordt
niet meer gedocumenteerd, ten voorkoming van eindeloze herhalingen van hetzelfde voorlopige complextype bij elke vondst.
8
Nadat men de webpagina
https://zoeken.cultureelerfgoed.nl heeft geopend en
vervolgens heeft ingelogd, verschijnt het hier getoonde
scherm. Het tabblad ‘Archeologische gebeurtenissen’ is
het voorliggende tabblad.
9
Op het tabblad ‘Archeologische gebeurtenissen’ kan
gezocht worden op ‘Alle velden’ of een keuze worden
gemaakt uit de onderdelen in de hier getoonde
‘scrollijst’. Vervolgens kan men op de plek waar hier de
tekst ‘Zoek’ staat datgene invullen wat men wil
opzoeken, daarna moet op het ‘vergrootglas’ naast dit
veld worden geklikt om de zoekopdracht uit te voeren.
10
In dit voorbeeld is gezocht op een bekend ‘Archis 2
Onderzoeksmeldingsnummer’ 49955. Dit zoekresultaat wordt nu
beknopt getoond in één regel.
Hier is nu o.a. te zien dat het een onderzoek van RAAP uit 2012 in
Vlaardingen betreft. Voor deze regel staat een zwart driehoekje. Er
wordt meer informatie getoond als op dit driehoekje wordt geklikt,
zoals (deels) op de volgende pagina is te zien.
11
Na uitklappen van het zwarte driehoekje wordt nu veel
meer informatie getoond. Tevens is te zien dat er bij deze
opgraving ‘Vondstlocaties’ horen en ‘Zaakdocumenten’.
Op de volgende twee pagina’s worden de hier zichtbare
onderdelen duidelijker getoond.
Nadere informatie over de ‘Zaak’, wordt nu overzichtelijk weergegeven.
12
Door op het zwarte driehoekje onder ‘Vondstlocaties’ te
klikken, zal nadere informatie (o.a. vondsten, sporen en
structuren en complexen) zichtbaar worden. Omdat het in
dit voorbeeld veel informatie en ook veel tekst betreft, en
dit niet allemaal op één pagina past, wordt op de
volgende twee pagina’s slechts een deel van deze
informatie afgebeeld.
13
Er is nu een uitgebreide ‘Toelichting’ over de vondstlocatie te zien.
14
Na verder naar beneden scrollen,
worden de diverse aangetroffen
vondstcategorieën getoond, inclusief
aantallen en datering. Door op het
zwarte driehoekje te klikken, kan de
(eventuele) toelichting bij de betreffende
vondstcategorie worden bekeken, zoals
op de volgende pagina is te zien.
15
De omschrijving horend bij deze
vondstcategorie wordt nu getoond na op het
zwarte driehoekje te hebben geklikt.
16
Door verder naar beneden te scrollen
kunnen de ‘Sporen en structuren’ en
‘Complexen’ worden bekeken van deze
opgraving. Ook hier zijn weer zwarte
driehoekjes te zien. Door op deze
driehoekjes te klikken kan weer de
(eventuele) nadere informatie worden
bekeken van bijvoorbeeld de
desbetreffende sporen en structuren.
17
Door helemaal naar beneden te scrollen kan
informatie over de ‘Zaakdocumenten’ worden
geraadpleegd. Hier is het zwarte driehoekje
weer aanwezig. Door erop te klikken kan de
(eventuele) ‘link’ naar (o.a.) het digitale rapport
van deze opgraving worden gevonden. Dit is
op de volgende pagina te zien.
18
Dit is de ‘link’ naar het rapport. Klik op deze
link of kopieer deze link en plak deze in je
browser. Je komt dan op de locatie waar het
digitale rapport is te vinden en te raadplegen
en/of te downloaden.
19
Nu wordt opnieuw via het tabblad
‘Archeologische Gebeurtenissen’ ‘Archis 2
Onderzoeksmeldingsnummer’ 49955
opgezocht. Vervolgens klikken we op het
tabblad ‘Cultuurhistorische objecten’. Op de
volgende pagina is het resultaat te zien.
20
In totaal levert dit 40 resultaten op. Dit is een andere
weergave van de vondsten, sporen en complexen
zoals in het eerste voorbeeld is laten zien.
De 40 resultaten zijn verdeeld over 20 complexen, 14
vondstcategorieën, en 6 grondsporen/structuren.
Een deel van de 14 vondstcategorieën is hier te zien.
Bij verder naar beneden scrollen komen we de
sporen en de complexen tegen, zoals op de volgende
pagina is te zien.
21
Hier wordt een deel van de
sporen en complexen
horend bij ‘Archis 2
Onderzoeksmelding’ 49955
getoond.
22
Wederom wordt opnieuw via het tabblad
‘Archeologische Gebeurtenissen’ ‘Archis 2
Onderzoeksmeldingsnummer’ 49955
opgezocht. Vervolgens klikken we op de
button ‘TOON OP KAART’. Op de volgende
pagina is het resultaat weergegeven.
23
Het ‘lila’ vierkant geeft het
gebied weer dat is onderzocht.
24
De legenda van de kaart kan d.m.v. de grijze pijl open en dicht worden geklapt. Is de
legenda opengeklapt dan kan door het plaatsen van een ‘bullit’ voor de betreffende
kaart de kaart worden ‘aangezet’. In het voorbeeld op de volgende pagina is de kaart
‘Archeologische vondstlocaties’ en ‘Archeologische onderzoeksgebieden‘ aangezet.
Als deze pijl wordt aangeklikt verschijnt er
een legenda, waarop is aangegeven welke
kaarten er op dat moment zijn ‘aangezet’.
25
Na het ‘aanzetten’ van de ‘Archeologische vondstlocaties’ en
‘Archeologische onderzoeksgebieden‘ zijn er een aantal
onderzoeksgebieden en vondstlocaties verschenen op de kaart.
26
We starten nu opnieuw, en doen we of we net zijn
ingelogd op https://zoeken.cultureelerfgoed.nl
zoals ook op pagina 8 is te zien. Vervolgens klikken
we op het tabblad ‘Cultuurhistorische objecten’.
Op de volgende pagina is het resultaat zichtbaar.
27
Na het klikken op het tabblad
‘Cultuurhistorische objecten’ ziet het scherm
er nu uit, zoals hier wordt getoond.
28
Klik op de pijl achter ‘Alle velden’ en maak
een keuze uit de geboden mogelijkheden. In
dit geval wordt gekozen voor ‘Type’ en in het
veld ‘Zoek…”wordt ‘Vuistbijl’ ingevoerd,
vervolgens wordt op het vergrootglas geklikt
om de zoekvraag of query uit te voeren.
29
De zoekvraag of query levert in dit voorbeeld
94 resultaten op. Klikt men nu bijvoorbeeld
op het zwarte driehoekje voor
‘Objectnummer’ 723754 dan verschijnt er
nadere informatie over deze vondst, zoals
op de volgende pagina wordt weergegeven.
30
Na openklappen wordt er meer informatie getoond voor zover deze aanwezig is. Tevens is de ‘Vondstlocatie’ (waar de vuistbijl is aangetroffen) zichtbaar
geworden. Eventueel kan de informatie van deze vondstlocatie worden geraadpleegd door op het zwarte driehoekje bij deze vondstlocatie te klikken. Klikken
we vervolgens op de button ‘TOON OP KAART’ dan wordt er een verspreidingskaart getoond van de ‘Vondstlocaties’, zoals op de volgende pagina is te zien.
31
De verspreiding van de vondstlocaties.
Sluit de kaart door op het kruisje rechts
bovenin de kaart te klikken. Het
zoekscherm wordt nu weer zichtbaar.
Zie pagina hieronder.
32
Klik nu op het tabblad archeologische
gebeurtenissen. Het scherm
‘Archeologische gebeurtenissen’ wordt
nu getoond. Zie de afbeelding op de
volgende pagina.
33
Bij 92 ‘Archeologische gebeurtenissen’
zijn dus 94 vuistbijlen aangetroffen.
D.w.z. dat er bij één of meer
‘Archeologische gebeurtenissen’ één of
meer vuistbijlen zijn gevonden.
34
We starten nu opnieuw, en doen we of we net zijn
ingelogd op https://zoeken.cultureelerfgoed.nl zoals
ook op pagina 8 is te zien. Vervolgens klikken we op
het tabblad ‘Kaart’. Op de volgende pagina is het
resultaat te zien.
35
We gaan nu een locatie opzoeken m.b.v. de
zoekfunctie op de kaart. Met een muisklik op
‘Zoeken’ wordt het zoekvenster ‘Zoeken’ geopend.
Zie volgende de pagina.
De kaart kan maximaal 1000 resultaten
tonen. In dit voorbeeld zijn er 117913
resultaten, vandaar dat er niets met de kaart
gebeurd.
36
Er worden nu een aantal opties gegeven waarop men
kan zoeken. Op de volgende pagina wordt een
voorbeeld gegeven van een zoekopdracht.
37
Bij het invullen van bijvoorbeeld ‘Besjeslaan’, geeft
het systeem één of meer keuze mogelijkheden. In dit
geval is het er één, en deze mogelijkheid wordt
gekozen, en er wordt vervolgens op ‘Zoek’ geklikt. De
kaart zal nu inzoomen naar de betreffende locatie
die wordt aangegeven met een rood rondje. Tevens
worden de onderzoeksgebieden en de vondstlocaties
getoond, zoals weergegeven op de volgende pagina.
38
We gaan nu informatie vanaf de kaart halen. Klik op
‘Selecteer features’ . We trekken nu een selectie box
rond het cluster Archeologische objecten in de buurt
van de Kerklaan. Zoals weergegeven op de volgende
pagina.
39
Het vierkante kader is hier op de kaart getrokken rond
de betreffende ‘Archeologische objecten’. Zodra de
linkermuisknop, na het trekken van het kader, wordt
losgelaten wordt de selectie gemaakt en in blauw
weergegeven, zoals op de volgende pagina is te zien.
40
In blauw worden de geselecteerde Archeologische objecten getoond. Meerdere in het
donkerblauwe gebied, en één grote aangegeven door het lichtblauwe gebied. Klik nu op
het tabblad Archeologische Gebeurtenissen. Op de volgende pagina zien we het resultaat.
41
In totaal dus 6 resultaten, die hier ‘administratief’
worden weergegeven. Via een muisklik op het
zwarte driehoekje voor het ‘Zaakidentificatie’
nummer wordt meer informatie getoond. Zoals deels
op de volgende pagina is te zien.
42
43
We starten nu opnieuw, en doen we of we net zijn
ingelogd op https://zoeken.cultureelerfgoed.nl
zoals ook op pagina 8 is te zien. Vervolgens klikken
we op het tabblad ‘Cultuurhistorische objecten’.
Op de volgende pagina is het resultaat te zien.
44
Via het facet zoeken in de linker kolom gaan we nu
een query uit laten voeren. We kiezen voor ‘Abr
Artefacten’ in dit voorbeeld, en klappen dit open
m.b.v. het zwarte driehoekje dat voor deze optie
staat. Het resultaat is te zien op de volgende
pagina.
45
Nu zijn de hoofdgroepen van de ‘Abr Artefacten’ te
zien. Klik nu op het zwarte driehoekje dat voor
‘Gebruiksvoorwerp’ staat en daarna op het zwarte
driehoekje dat voor ‘Gereedschap’ staat. Zie voor
het resultaat de volgende pagina.
46
47
Zet nu een vinkje bij ‘Beitel’. Op de volgende
pagina is het resultaat hiervan te zien.
48
Nu zijn de beitels nog nader onderverdeeld in subgroepen.
49
Er zijn dus 191 Beitels gevonden. Klik nu op het
tabblad ‘Archeologische gebeurtenissen’. Zie voor
het resultaat de volgende pagina.
50
Blijkbaar zijn de 191 beitels bij 183 ‘Archeologische
gebeurtenissen’ aangetroffen. Met andere woorden bij
één of meer archeologische gebeurtenissen is meer dan
één beitel aangetroffen. Klikken we nu op op de button
‘TOON OP KAART’ dan zien we een verspreidingskaart
van 183 ‘Archeologische Gebeurtenissen’. Zoals getoond
op de volgende pagina.
51