Grondstoffen

4
34 safe GRONDSTOFFEN, EEN GOUDMIJN Beeld Getty Images finance grondstoffen Tekst Jacqueline van Vollenhoven

description

Artikel Grondstoffen uit Safe Magazine.

Transcript of Grondstoffen

34 safe

Grondstoffen, een Goudmijn

Beeld Getty images

finance grondstoffen

Tekst jacqueline van Vollenhoven

safe 35

Het zit onder de grond en stijgt in prijs. olie, gas, ijzer, koper en staal zijn het goud van de toekomst. manager Peter Csöregh van het robecofonds natural resources graaft naar diepe inzichten in de wereld van de grondstoffen.

grondstoffen finance

Wat zijn ‘natural resources’precies?‘Bij Robeco wordt onderscheid gemaakt tussen energie – dat zijn olie, kolen en gas – en meta-len, zoals koper, en edelmetalen, zoals platina. Natural Resources belegt selectief in die twee sectoren. We zitten niet in de grondstoffen zelf, maar in bedrijven die er iets mee te maken heb-ben. We beleggen bijvoorbeeld wel in een boor-platform, maar niet in een partij olie.’

Grondstoffen raken op, horen we al jaren. ‘Het probleem is – nog – niet dat de grondstof-fen opraken, wel dat het laaghangende fruit allemaal is weggeplukt. Je moet steeds meer moeite doen om erbij te komen. Het is best leerzaam om te kijken waadoor de schaarste is ontstaan. De wederopbouwperiode in Europa na de Tweede Wereldoorlog was een gouden tijd om in grondstoffen te gaan. Mijnbouw flo-reerde, staal was booming, olie spoot zo de grond uit en dat was nodig ook. Na het Westen waren Japan en Korea aan de beurt. Wéér een grondstoffen-boom. Maar eind jaren zestig was het feest voorbij. Het Westen ging zich richten op dienstverlening; een conversie die zo’n dertig jaar duurde en die grondstoffenprij-zen deed kelderen. Kapitaal stroomt naar de plekken waar de zaken worden gedaan. Dat was niet in de staalindustrie of kolenwinning. Dus: mijnen gingen dicht, investeringen in technologie voor bijvoorbeeld diepe boringen werden teruggeschroefd.’

Inmiddels pieken grondstoffen weer.‘De slapte op de markten sloeg om door de urbanisatie in China. De maakindustrie zit zo langzamerhand vrijwel volledig in Azië. De belangen van de geïndustrialiseerde wereld en die van de opkomende landen zijn in hoog tempo naar elkaar toe gegroeid. Globalisering is daarmee een feit, of je het wilt of niet. De inkomens in arme landen zijn in korte tijd sterk gestegen met een explosie van industrialisatie en urbanisatie als gevolg. Als je meer gaat ver-dienen dan zesduizend dollar, komt er namelijk een omslag in je consumptiepatroon, mede door een gelijktijdige verhuizing vanuit je geboortedorp naar de stad. Dat gegeven blijkt een aardverschuiving op te leveren: per week verhuizen in de opkomende economieën drie miljoen mensen van het platteland naar stede-lijke gebieden. We hebben het niet alleen meer over China, maar ook over India, Indonesië, Rusland, de Filippijnen, Vietnam. Zodra je niet meer in een hutje woont, wil je elektrisch licht, een fornuis, stalen pannen, elektrische appara-ten. Maar alles moet nog gebouwd worden: huizen, infrastructuur, fabrieken. Echt álles. En dat leidt tot een duizelingwekkend snel stijgen-de vraag naar grondstoffen. Stel je een s-vormige curve voor. De bewoners van hutjes zitten in de onderste krul. Tijdens de opbouw gaan die mensen vijf keer zo veel grondstoffen gebruiken, tot ze uiteindelijk in de bovenste krul van de s zitten, net als de geïndu-

strialiseerde landen, waarna de groei afvlakt. Na jarenlange onderinvestering in de winning en verwerking van grondstoffen, schieten de grondstoffenprijzen nu omhoog, dat hoeft niet te verbazen. De vraag is alleen wanneer de balans tussen vraag en aanbod zal zijn bereikt.’

Waar zitten de grootste tekorten?‘In metalen, ijzer en koper. En in energie: in olie en kolen.’

Als er geld te verdienen valt, zou je ver-wachten dat die tekorten snel worden opgelost.‘Een kopermijn is geen snoepfabriek die je wat harder kunt laten draaien als de feestdagen eraan komen. Tussen vraag en aanbod zit bij grondstoffen een enorm tijdsverschil. Tussen het vinden van een koperafzetting en de eerste koperproductie zit minstens zeven jaar. In de VS duurt het al zeven jaar voor je überhaupt een vergunning hebt. In China of Afrika gaat dat sneller. In 2001 trad China toe tot de Wereld-handelsorganisatie. En exact zeven jaar later, toen allerlei initiatieven op stoom waren en ook de banken doorkregen dat de grondstoffenprij-zen gingen stijgen, sloeg de financiële crisis toe. Het krediet droogde op, de prijzen kelderden met zeventig tot zelfs negentig procent. Ik heb kopermijnen in Kongo bezocht waar ze negen-tig procent van hun mensen moesten ontslaan. 130 projecten werden geschrapt, een >

36 safe

Voor koper geldt een vergelijkbare dynamiek. De twee grootste kopermijnen ter wereld, in Chili en in Indonesië, verwachten dat hun productie in 2011 met zo’n vijftien procent zal dalen. Nieuwe mijnen worden ontwikkeld in politiek minder stabiele gebieden als Rusland, Mongolië en op de grens tussen Iran en Pakistan, waar een onaf-hankelijkheidsoorlog woedt. En: het is geen rijke koperader, je moet tónnen grond omhoog halen. Hoe nijpend moet de toestand worden voordat iemand vier miljard dollar in Pakistan gaat investeren? In Kongo worden wel rijke koper-aders ontwikkeld, maar daar schieten ze op je helikopter met kalasjnikovs. Er is geen “gemak-kelijk koper” meer.’

En het derde hoofdthema is...‘Structureel inefficiënt investeringsgedrag. Het geld gaat waar het gemakkelijk naartoe kan, niet waar het naartoe zou moeten. Het gevolg is overcapaciteit op één gebied gecom-bineerd met groeiende achterstanden elders. Zuid-Afrika was jarenlang vooral bezig de levensstandaard van de zwarte bevolking te verbeteren, zonder tegelijkertijd in het elektri-citeitsnet te investeren. Nu is de elektriciteit op de bon, terwijl ze juist heel belangrijk is voor de winning van grondstoffen. Tijdens de crisis was er geen probleem. Nu wel: de platinaprijs kan stijgen wat-ie wil, maar de productie kan niet zomaar worden verhoogd, vanwege het tekort aan elektriciteit. Bedenk ook dat je op twee-duizend meter diepte tonnen keiharde rotsen uit de grond moet halen om platina te winnen, dat doe je niet zomaar. De aanbodcurve is vol-ledig onelastisch. En dat zie je overal. Wij zoe-ken naar plekken waar de oplossingen liggen. Zuid-Afrika kan ook niet genoeg ferrochroom winnen als gevolg van zijn energieprobleem. Maar in Kazachstan staat ook een leverancier. Daar hebben ze enorme waterkrachtcentrales, nog uit de sovjettijd, die leveren nu vrijwel gratis stroom. Dit soort bedrijven zijn de “free riders” die verdienen aan problemen in andere regio’s. En die zoeken we op. Een ander voorbeeld: La Niña, de koude golf-stroom die wereldwijd de regenval beïnvloedt, veroorzaakt dit jaar uitzonderlijk ernstige over-stromingen, en wel in die landen waar negentig procent van de wereldkolenproductie vandaan komt. Wie zich in dit soort klimatologische ver-schijnselen verdiept, belegt bijvoorbeeld in kolenproducenten in Canada. In poolgebieden valt gegarandeerd geen regen. Normaal gesproken zijn kolen daar duur, vanwege de kou en dergelijke, maar nu kun je profiteren van het feit dat er op een inefficiënte manier wordt gereageerd op de toch heus onvermijde-lijke klimaatverandering.’

finance grondstoffen

Peter Csöregh : Wij beleggen wel in een boorplatform, maar niet in een partij olie.’

kapitaal- vernietiging van tweehonderd miljard dollar. En de projecten die wel zijn doorgegaan, hebben drie jaar vertraging opgelopen.’

Wat zijn de hoofdthema’s bij Natural Resources?‘Het begint met globalisering. Daarbinnen onderscheiden we drie hoofdthema’s. Nummer één: de elektrificatie van de wereld. Veel ver-brandingsmotoren worden vervangen door elektromotoren, dat is duurzamer en efficiënter. Ruim zestig procent van de vraag naar koper is voor de spoelen die daarin zitten. In elektrische en hybride auto’s zit vier tot tien keer zoveel koper als in conventionele auto’s. Meer openbaar vervoer? In één trein zit tien ton koper. Elke kilo-meter spoor vergt tien ton koper. Windenergie? Daarvoor zijn gigantische elektromotoren nodig. En de windmolens staan niet waar we wonen, dus leggen we kilometers hoogspanningskabel aan. Alternatieve energie vreet koper, maar ook lood, lithium en uranium. En daar komt de enor-me vraag uit de opkomende landen nog eens bij. Reken maar uit wat dat doet met de prijzen.Thema nummer twee: the end of cheap oil. Olie-winning wordt steeds duurder. In Brazilië moet je nu tien kilometer diep boren op volle zee om olie te vinden. Grote vondsten zijn schaars. Het ver-haal was altijd dat de Arabische landen nog op gigantische voorraden zaten, maar de productie gaat al jaren omlaag. Desondanks geven ze elk jaar exact dezelfde getallen voor hun voorraden. OPEC rekent eveneens moeilijk te winnen voor-raden mee die nog lang niet beschikbaar zijn. En deze zitten ook nog eens vooral in Irak. De eerst-komende jaren staan in het teken van krapte en riskante, dus dure winning.

safe 37

grondstoffen finance

Maakt het zoveel verschil of de Arabieren de waarheid spreken over hun voorraden?‘Wanneer de Arabische landen transparanter zouden zijn over hun olievoorraden, zou de wereld misschien eindelijk gaan beseffen dat er weer een oliecrisis aankomt. Dan zou alter-natieve energie een normale investering wor-den en zou er structureel subsidie gegeven gaan worden. Maar kennelijk ziet de OPEC dat als een bedreiging, is mijn conclusie.’

Hebben we al die olie echt zo hard nodig? Gaat er in China niet een enorme vastgoed-bubbel barsten?‘ Zelfs in The New York Times wordt China als eco-nomische macht in één adem genoemd met de Verenigde Staten. De Chinezen zijn onderweg naar de top. De urbanisatie zal niet stoppen, zij blijven hun spoorwegen, fabrieken, huizen en energiecentrales bouwen, wat er ook gebeurt. Geld genoeg. Dus bubbel of niet, de vraag naar koper, olie en staal zal niet afnemen tot ze klaar zijn. Ook al stijgt de koperprijs met vijftig pro-cent, wat best zou kunnen.’

Wat doet het Natural Resources fonds met de stijgende olieprijs, als u niet in olie zelf kunt beleggen?‘We kiezen niet voor de grote oliemaatschap-pijen, maar eerder voor de servicebedrijven die de olie boven de grond kunnen krijgen, zoals Transocean, dat is gespecialiseerd in diepzee-boringen. Als gevolg van de krapte zullen investeringen de komende jaren sterk toe-nemen. De grote oliemaatschappijen profite-ren daar pas van als er daadwerkelijk olie uit de grond komt: de servicebedrijven, die over de noodzakelijke technologie beschikken, profite-ren daarentegen direct. Technologie is veel meer een knelpunt dan vroeger, toen olie dich-ter onder de oppervlakte lag. Stel, je woont in de woestijn en je hebt niks, behalve die natuur-lijke grondstof. In het verleden zei, bijvoor-beeld, oliemaatschappij BP: wij exploiteren die voor je en geven je dertig procent. Nu is de macht echter verschoven naar die landen zelf en de technologie zit nu bij de servicebedrijven voor de olie-industrie. Dit betekent dat de grote oliemaatschappijen veel minder winstgevend zijn dan vroeger.’

Transocean raakte betrokken bij de grote ‘Deepwater’ olieramp. Hebt u spijt van die belegging?‘Integendeel, ik heb bijgekocht na de ramp. Sindsdien is het aandeel vijftig procent geste-gen. Zodra zoiets gebeurt, worden de toe-komstverwachtingen binnen drie seconden in de prijs verdisconteerd, maar wel met een

belachelijk ruime marge. Een snel sommetje op de achterkant van een envelop was genoeg. Pas als ik mijn zwartste scenario met vier ver-menigvuldigde, kwam ik op de bodemprijs van dat moment. Er zit toch zeker een grens aan het risico dat zo’n dienstverlener loopt. Anders zouden ze het bedrijf al lang hebben dichtge-gooid. Soms moet je juist naar binnen als ieder-een naar de nooduitgang rent. Maar ik geef toe: it takes some guts.’

Hoe zit het met die zeldzame aardmetalen die nodig zijn voor de digitale revolutie?‘Chinese fabrieken hoefden geen winst te maken, dus dat land produceerde lustig door in de tijd dat de grondstoffenprijzen daalden. Waarom China nu niet wil leveren, weten we niet, maar de komende vijf tot zeven jaar blij-ven de prijzen hoog. Die aardmetalen zijn niet zeldzaam, maar door de inefficiënties in de markt zijn ze nu wel schaars. Daarom zit het fonds in bedrijven als Linus in Australië en Molycorp in de VS. Er komen waarschijnlijk meer van die bedrijven – die houden we in de gaten.’

Hoe ziet de toekomst er uit?‘Voor de korte en middellange termijn wijst alles erop dat de vraag-aanbodverhoudingen krap blijven – daar zorgen de eerder genoemde thema’s wel voor. Wat niet betekent dat er geen hobbels in de curve kunnen zitten. Maar ook al is koper morgen om welke reden ook ineens twintig procent goedkoper, overmor-gen gaat de prijs weer omhoog. Het duurt nog jaren voor China de Verenigde Staten heeft ingehaald, zodat onze aandeelhouders nog jaren van hoge rendementen tegemoet kunnen zien.’ ■

ook het aanbod van ijzererts kan de vraag amper bijhouden.