GEBRUIKSAANWIJZING DYNAMISCHE · PDF fileopgelet - attention klem 1(dag) en klem 3(nacht)...
Click here to load reader
Transcript of GEBRUIKSAANWIJZING DYNAMISCHE · PDF fileopgelet - attention klem 1(dag) en klem 3(nacht)...
GEBRUIKSAANWIJZING DYNAMISCHE ACCUMULATIEKACHELS
TYPES ADBS-ADBL-ADBX-ADBH-ADBBC MD017\001
De accumulatiekachels laden ‘s nachts hun warmte op tijdens het goedkopere stille uren tarief. Voor het type « ADBB 3-voudig uurtarief » is overdag bijladen mogelijk. De oplading wordt manueel of automatisch geregeld volgens keuze van de installatie. De ontlading wordt geregeld met een kamerthermostaat op de muur of eventueel ingebouwd in de accumulatiekachel (types ADBST – ADBBT). OPLADING Manueel
De hoeveelheid op te laden warmte wordt gekozen volgens de weersomstandigheden. Deze keuze gebeurt door het regelen van de oplaadthermostaat, waarvan de regelknop zich rechts bovenaan op het rechter zijpaneel bevindt. Het is een traploze regeling van 1 tot 6. Men stelt de standen in volgens behoefte en in functie van de weersomstandigheden. Stand 1 bij fris weer (gedeeltelijke oplading), stand 6 bij strenge koude (volledige oplading). De tussenstand kiest men proefondervindelijk. Automatisch
De installatie kan worden uitgerust met een automatisch oplaadregelsysteem, waarbij deze in functie van de buitentemperatuur en restwarmte de oplading doseert. De gebruikelijke oplaadsystemen voor ADBS-ADBL-ADBX zijn AS6180 (globale regeling van alle kachels te samen) of AS611 (regeling van elke kachel individueel). Voor de types ADBB wordt de regeling AS611(individueel) aanbevolen. ONTLADING
De temperatuurregeling in het lokaal gebeurt door het instellen van de gewenste temperatuur op de kamerthermostaat. De ingebouwde ventilatoren, gestuurd door de kamerthermostaat verzekeren een vlugge warmteafgifte en een gelijkmatige warmtespreiding. De gebruikelijke thermostaat is van het type RTR 7712. Deze kan door middel van een volgcontact twee
ventilatorsnelheden regelen. Bij temperatuurverschillen groter dan 2°C tussen bereikte en gewenste temperatuur in het lokaal zullen de ventilatoren op grote snelheid werken. Zodra dit verschil minder dan 2°C wordt schakelt hij automatisch over op de normale gebruikssnelheid. De thermostaat RTR 7712 is uitgerust met 2 schakelaars. De linkse schakelaar schakelt alle functies aan of uit. Deze kan bv. ‘s nachts worden afgezet wanneer geen warmteafgifte vereist is. De ventilatoren zullen niet werken en de statische warmteafgifte van de opgeladen accu’s is voldoende om de lokalen op een basistemperatuur te houden. Op de temperatuurschaal stelt men de gewenste temperatuur in . De dagweerstand (NIET BIJ ADBB-2 UREN) wordt bediend door de rechtse schakelaar. Deze
dagweerstand zal echter alleen werken wanneer de kachel minder dan 30% opgeladen is. De regeling van de dagweerstand gebeurt thermostatisch met dezelfde temperatuurschaal als deze voor de regeling van de ventilatoren. ONDERHOUD
Het onderhoud van de buitenmantel beperkt zich tot het reinigen ervan eventueel met een niet bijtend reinigingsproduct. De eerst dagen na het in gebruik nemen eventuele aanslag op voorpaneel verwijderen om inbranding in de verf te vermijden. LET WEL : TOESTELLEN NOOIT REINIGEN IN HETE TOESTAND. OPGELET : Bedek de accumulatiekachel niet. Geen enkel voorwerp mag rechtstreeks in contact komen met het toestel (overgordijnen e.d…) . Een zone van minimum 50 cm voor het uitblaasrooster moet steeds worden vrijgehouden. Links, rechts en boven het toestel steeds een zone van 10 cm vrijhouden.
Ontvlambare materialen zoals sprays, was, kunststof, papier, stoffen, kledingstukken, e.d. mogen niet op of
tegen het toestel worden gelegd. Bij gebruik in de kamer van bepaalde producten als verf, boenwas, …ed. kunnen er zich onaangename geuren ontwikkelen bij het op- en ontladen van de accu’s. De accumulatiekachel is uitgerust met een veiligheidsthermostaat die het toestel buiten gebruik stelt in geval van accidentele oververhitting. Raadpleeg in dergelijk geval uw installateur. Na een bepaalde tijd zal er zich stof neerzetten op de schoepen van de ventilatoren. Dit kan de goede werking verstoren en tot een defect van de ventilatoren leiden. Wij adviseren dit stof eens per jaar te laten verwijderen. In geval het toestel verplaatst wordt en bijgevolg een nieuwe montage en aansluiting vergt, moet het gedurende de eerste oplaadperiode in werking gebracht worden onder toezicht van een installateur. BEWAAR DEZE GEBRUIKSAANWIJZING EN DE MONTAGE INSTRUCTIES ZORGVULDIG EN GEEF ZE BIJ VERANDERING VAN EIGENAAR OF GEBRUIKER DOOR.
ELEKTRISCHE AANSLUITING « DAG » Voor de afgifte van de opgeslagen warmte is het gebruik van een kamerthermostaat nodig. (Ingebouwd in de toestellen type ADBTS-ADBBT). Het type RTR7712 is geschikt voor de werking met de dynamische
accumulatiekachels met dagstroomelement en 2 snelheden van de ventilatoren (meevolgcontact). Plaats de kamerthermostaat steeds op een hoogte van ongeveer 1.5 m en zodanig dat hij niet rechtstreeks beïnvloed wordt door koude of warmtebronnen en de kamerlucht er vrij kan circuleren. De voeding gebeurt vanuit de gewone dagteller. Spanning 230 Volt mono. Het dagstroomelement is standaard in de kachel ingebouwd en de bedrading is voorzien. (Niet bij ADBB klemmen P3 en P worden niet aangesloten). De aansluitingen
dienen te worden gemaakt volgens schema. IN BEDRIJFSTELLEN
Gedurende de stockage kunnen de stenen een bepaalde hoeveelheid vocht opgenomen hebben. Bij de eerste ingebruikname moet de kachel gedurende 8 uur opgeladen worden op de maximum stand. Zet hierbij de kamerthermostaat op het maximum, zodat de ventilatoren constant in werking zijn. Zodoende kunnen het vocht en de beschermingsvetten ontsnappen. Verlucht gelijktijdig het lokaal want hierbij kunnen onaangename en scherpe geuren ontstaan. Reinig na enkele dagen het voorpaneel van eventuele dampaanslag en afgezet stof. ONDERHOUD EN SERVICE Vooraleer aan het toestel of thermostaat te werken alle elektrische kringen uitschakelen. Ventilatoren
Afhankelijk van de gebruiksomstandigheden zal er zich na een bepaalde tijd stof neerzetten op de schoepen van de ventilatoren. Om dit stof, dat de goede werking kan verstoren, weg te nemen dient de ventilator uitgenomen te worden. De werkwijze is als volgt : Rooster en sierlat afnemen Beschermplaatje afnemen De schroef van de ventilatorbevestiging losschroeven De elektrische verbindingen losmaken (schuifklemmen) De ventilator met de slede naar voor trekken en uitnemen Na het reinigen in omgekeerde volgorde terug monteren. Let er op de schoepen bij het reinigen niet te beschadigen of te vervormen ! ! ! Weerstanden
In geval een weerstand defect zou raken kan deze, zonder het toestel te moeten ontladen, vervangen worden. Voor de werkwijze zie « montage » en « elektrische aansluiting nacht » Veiligheidsthermostaat
Bij accidentele oververhitting stelt de veiligheidsthermostaat het toestel buiten dienst. Deze bevindt zich
achter het rechtse zijpaneel. RECYCLAGE VAN HET TOESTEL De betekenis van de doorkruiste afvalcontainer: Het symbool voor gescheiden inzameling van elektrische en elektronische apparatuur. Verwijder het toestel aan het einde van de levensduur in geen geval als gewoon huisvuil. Informeer naar de mogelijkheden voor een milieuvriendelijke en adequate afvoer als afval.
MONTAGE INSTRUCTIES VOOR DYNAMISCHE ACCUMULATIEKACHELS
Types – ADBS-ADBL-ADBX-ADBH-ADBBC(3 voudig uurtarief) MD017\002
ALGEMEEN Bij de plaatsbepaling dient rekening te worden gehouden met enkele veiligheidsvoorzorgen. Ten einde de nodige luchttoevoer naar het toestel te verzekeren en om het contact met eventueel brandbare materialen te vermijden, moet er een ruimte van minstens 10 cm rondom het toestel vrijblijven. (Achteraan 7.5 cm). Voor het uitblaasrooster dient er een vrije ruimte van minimum 50 cm te bestaan. Indien het toestel op tapijt of andere niet-warmte bestendige vloerbekleding geplaatst wordt is het aan te bevelen onder het toestel een warmteisolerende of marmeren plaat te leggen. Ontvlambare materialen zoals sprays, was, kunststof, papier, stoffen, kledingstukken, e.d. mogen niet op of tegen het toestel gelegd worden. Accumulatoren mogen niet in werking, noch opgeladen worden indien er ontplofbare gassen of agressieve zuren zouden kunnen gevormd worden. Het gegevensplaatje bevindt zich vooraan links onder het uitblaasrooster. MONTAGE De accumulatoren worden volledig gemonteerd geleverd met uitzondering van de stenen omwille van het gewicht. De montage instructies dienen stipt te worden gevolgd, zoniet vervalt de garantie. De volgorde is als volgt : Het uitblaasrooster afnemen – 2 schroeven links en rechts. De zijpanelen afnemen – 2 schroeven onderaan. De 2 schroeven onderaan het voorpaneel verwijderen en het paneel. Onderaan voorwaarts en naar boven trekken en afnemen. (isolatiemat niet beschadigen). Afstandsbeugels achteraan in de hoeken plaatsen. Bodemisolatie en luchtmengas reinigen. De weerstanden links losschroeven en ongeveer 10 cm naar links schuiven. Onderste rij stenen (model ADBS met 6 gaten) met langsgleuf naar boven plaatsen. De onderste weerstand terug op zijn plaats monteren en goed vastschroeven zoals oorspronkelijk. Tweede en volgende rijen stenen (model ADBS met 6 gaten) plaatsen tezamen met weerstanden. Type ADBS en ADBB - 7 rijen stenen Type ADBL - 4 rijen stenen Type ADBX - 3 rijen stenen Type ADBH - 9 rijen stenen
De afdekstenen type ADBX plaatsen met behulp van de leidplaat met de holle kant naar beneden behalve bij type ADBB (met holle kant naar boven). Eens de stenen op hun plaats de leidplaat verwijderen. De afdekstenen plaatsen met holle kant naar beneden
Stenen zorgvuldig plaatsen zodat de luchtkanalen mooi over elkaar komen. ELEKTRISCHE AANSLUITING « NACHT » De inwendige elektrische aansluiting in de accu is voorgecableerd in de fabriek voor 3x400Volt.(Bij ADBX 230V mono). Bij herschakeling voor andere spanning zorgvuldig de schakelschema’s volgen. De verwarmingselementen aan de linkerzijde vastklemmen met de bevestigingsschroeven op de mantel van de weerstand. De schroeven niet op het porselein aanspannen. Zorgvuldig de frontplaat hermonteren met de 2 schroeven. De kabeldoorgangen in de rugwand plaatsen en de voedingskabels door de rugwand leiden. Aansluitdraden aansluiten op het klemmenbord. AARDING AANSLUITEN OP DE DAARVOOR VOORZIENE KLEM. Na inbedrijfstelling van het toestel de vermogenafname meten van de nachtweerstanden en van het dagelement afzonderlijk (Kwh teller). De zijwanden en het rooster terug monteren. In de installatie moet een stroomonderbreker voorzien zijn met contractopeningen van min. 3 mm.
CABLERING ACCU 400Volt/Tri –230Volt/Tri – 230Volt/Mono MD017\003
Vanuit de fabriek zijn de kachels voorbedraad op 3*400 VOLT + N. Bij omschakeling op 3*230 VOLT – te wijzigen op de aansluitklem. De zwarte draad van klem « N » versteken bij de rode draad op klem « L3-T ». De blauwe draad van klem « N » versteken bij de zwarte draad op klem « L1-R ». De rode draad van klem « N » versteken bij de blauwe draad op klem « L2-S ». Bij omschakeling op 230 VOLT MONO – te wijzigen op de aansluitklem. De zwarte, blauwe en rode draad van klemmen « L1-R », « L2-S » en « L3-T » tesamen Steken op klem « L1-R ». De zwarte, blauwe en rode draad van klem « N » versteken naar klem « L3-T ». De voeding aansluiten op klem « L1-R » en « L3-T ». Sortant d’usine les accus sont précablés 3*400 VOLT + N. Raccordement sur 3*230 VOLT – changer sur les bornes de raccordement « NUIT ». Placer le fil noir de la borne « N » sur la borne « L3-T » chez le fil rouge. Placer le fil bleu de la borne « N » sur la borne « L1-R » chez le fil noir. Placer le fil rouge de la borne « N » sur la borne « L2-S » chez le fil bleu. Raccordement sur 230 VOLT MONO – changer sur les bornes de raccordement « NUIT ». Placer le fil noir, bleu et rouge des bornes « L1-R », « L2-S » et « L3-T » sur la borne « L1-R ». Placer le fil noir, bleu et rouge de la borne « N » sur la borne « L3-T ». Faire le raccordement 230 VOLT MONO sur les bornes « L1-R » et « L3-T ».
OPGELET - ATTENTIONKLEM 1(dag) EN KLEM 3(nacht) MOETEN DEZELFDE FASE HEBBEN.BORNE 1(jour) ET BORNE 3(nuit) DOIVENT ETRE DU MEME PHASE.
AANSLUITING ACCUMULATIEKACHEL METDAGVERMOGEN MINDER DAN 2000 Watt.
RACCORDEMENT D'UN ACCUMULATEUR AVECCHAUFFAGE D'APPOINT EN DESSOUS DE 2000 Watt.
(N)
L2
NACHTNUIT
L1
L2
L3
L2 L1
L1L2
L3
230 VOLT
DAGJOUR
oplaadreduktie
systeem met hulprelais 1/10A
CES SCHEMAS.DIFFERENTIELS NE SONT PAS DANSATTENTION : LES SECURITES ET WEERGEGEVEN.GEEN ZEKERINGEN EN DIFFERENTIELS OPGELET : IN DEZE SCHEMAS WERDEN
JOURDAG
L1
RF
SupplF
AS6180 OPLAADREGULATOR
REGULATEUR DE CHARGE
gewenst.
Enkel wanneer
OF OP KACHELS ZONDER PILOOTLEIDING a1/a2ENKEL NOODZAKELIJK BIJ AS6180
a
bb
a
L1 NACHT
REDUCTION
FW
OPLAADREGULATORDIGITAL(E)REGULATEUR DE CHARGE
101 91817161514131211987654321
P2NP3L
TE-522 11
1234
THERMOSTA(A)TELECTRONIQUE
NP2P3L
TE DRe 522 11ELECTRONIQUETHERMOSTA(A)T
84251
P1P3
P2 NP3P1 L
321
HORLOGETHERMOSTA(A)T KLOK
RTR 7712THERMOSTA(A)T
2 1 56 7
ACCU DYN. AKKU
Bij ADBX geen weerstand 2 en 5 - Chez ADBX ne pas de resist. 2 et 5
Sec. Charge
ResistancesWeerstanden
635241
THERMOSTAT3*400V 3*230V 230V MONO
N
L3
L2
L1 L1
L2
L3
N
TT
r
r
R T
T
NUIT
NACHT
JOUR
DAG
N
L3
L2
L1
p3p2p1a2a1op
VENTresist. ventilregelweerst
Charge autom. opladingKLIXON
WEERSTANDDIRECTERESISTANCE
KLIXON
S0140044MD017/006
AS611
L
RANTYPE:
N
R
6 97 13 611 11512 18 121 8309 141 5 1 74
AANSLUITING ACCUMULATIEKACHELS MET GEZAMENLIJK DAGVERMOGEN MEER DAN 2000 Watt.
RACCORDEMENT DES ACCUMULATEURS AVEC CHAUFFAGED'APPOINT CUMULES AU DESSUS DE 2000 Watt.
OPGELET - ATTENTIONKLEM 1(dag) EN KLEM 3(nacht) MOETEN DEZELFDE FASE HEBBEN.BORNE 1(jour) ET BORNE 3(nuit) DOIVENT ETRE DU MEME PHASE.
S0140045MD017/007
Bij ADBX geen weerstand 2 en 5 - Chez ADBX ne pas de resist. 2 et 5
systeem met hulprelais 1/10A
L1 NACHT
DAGJOUR
L2 L1
OF OP KACHELS ZONDER PILOOTLEIDING a1/a2ENKEL NOODZAKELIJK BIJ AS6180
bb
OPLAADREGULATOR
REGULATEUR DE CHARGE
OPLAADREGULATOR
REGULATEUR DE CHARGE
23
a
1 2
AS078AS611
4 5 6 7
RF
DIGITAL(E)
18 9 10 11
AS6180
gewenst.
W FREDUCTION
131 41 51 61
oplaadreduktie
Enkel wanneer
917 18
a
SupplR F
RESISTANCEDIRECTEWEERSTAND
WeerstandenResistancesBij ADBX geen weerstand 2 en 5 - Chez ADBX ne pas de resist. 2 et 5
ResistancesWeerstanden
WEERSTANDDIRECTERESISTANCE
635241
T
6
14253
T
L2 L1
Charge autom. oplading
3*400V 3*230V 230V MONO
3*400V 3*230V 230V MONO
Charge autom. oplading
ACCU DYN. AKKU
Sec. Charge
THERMOSTAT
T T
R
KLIXON
VENT
KLIXONT
N
L3
L2
L1
N
L3
L1
L2
resist. ventilregelweerst
r
r
T T
THERMOSTAT
Sec. Charge
R
KLIXON
KLIXONT
VENT
L3
N
L2
L1
L3
N
L2
L1
regelweerstresist. ventil
r
r
NUIT
NACHT
N
L3
L2
L1
JOUR
DAGa2
p3p2p1
p
a1o
L3
N
L2
L1
NACHT
NUIT
p2p3
a1a2p1
po
DAG
JOUR
ACCU DYN. AKKU
NUITNACHT
L3
L2
L1
TYPE:
L
RANHORLOGE
P2
TE-522 11ELECTRONIQUETHERMOSTA(A)T
34
P3L
2 1
N
1
THERMOSTA(A)T KLOK
TE DRe 522 11
1
P3
P2
ELECTRONIQUETHERMOSTA(A)T
5 2
P3L
84
N
2 3
P1
OPGELET : IN DEZE SCHEMAS WERDENGEEN ZEKERINGEN EN DIFFERENTIELS
ATTENTION : LES SECURITES ET DIFFERENTIELS NE SONT PAS DANS
WEERGEGEVEN.
CES SCHEMAS.
230 Volt
N
b
a
L3
L2
JOURDAG
L1
(N)
THERMOSTA(A)T2
P2
RTR 7712
1 6 7
P1 L
5
P3 N
1 181 6 912 91 5 7 1 123 4 143 510 18 76 1 1