gebed biddag

57
Welkom bij de dienst op biddag voor gewas en arbeid. Voorganger ds Kuiper organist Joh de Vries

Transcript of gebed biddag

Welkom bij de dienst op

biddag voor

gewas en arbeid.

Voorganger ds Kuiper

organist Joh de Vries

VDD G 351

Zie ons heden voor u treden

Zie ons heden voor U treden (LvdK 351) v. A.C. den Besten; m. W.R. Talsma

Zie ons heden voor U treden (LvdK 351) v. A.C. den Besten; m. W.R. Talsma

Zie ons heden voor U treden (LvdK 351) v. A.C. den Besten; m. W.R. Talsma

Zie ons heden voor U treden (LvdK 351) v. A.C. den Besten; m. W.R. Talsma

Welkom bij de dienst op

biddag voor

gewas en arbeid.

Voorganger ds Kuiper

organist Joh de Vries

G 312 – 1, 2, 3

Behoed uw kerk

allen:

Behoed uw kerk (LvdK 312) t. K.G. Withuys; m. J.G. Bastiaans

Behoed uw kerk (LvdK 312) t. K.G. Withuys; m. J.G. Bastiaans

Behoed uw kerk (LvdK 312) t. K.G. Withuys; m. J.G. Bastiaans

Behoed uw kerk (LvdK 312) t. K.G. Withuys; m. J.G. Bastiaans

Behoed uw kerk (LvdK 312) t. K.G. Withuys; m. J.G. Bastiaans

Behoed uw kerk (LvdK 312) t. K.G. Withuys; m. J.G. Bastiaans

Stil gebed

Votum en groet

Lofpsalm P 67 – 1, 2, 3

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Psalm 67 (LvdK) t. M. Nijhoff; m. 1543 / Genève 1551

Wet des Heren

Antwoordlied: P 5 – 1, 3, 7

Laat mij, mijn Koning

Psalm 5 (LvdK) t. K. Heeroma, J. Wit; m. Genève 1542

Psalm 5 (LvdK) t. K. Heeroma, J. Wit; m. Genève 1542

Psalm 5 (LvdK) t. K. Heeroma, J. Wit; m. Genève 1542

Gebed om Gods Geest,

daarna lezen Spreuken 30 : 1 t/m 9 en

Lukas 12 : 13 t/m 21

1 De woorden van Agur, de zoon van Jake: de last. De man spreekt tot Ithiël, tot Ithiëlen Uchal. 2 Voorzeker, ik ben onverstandiger dan iemand anders, ik heb geen menselijk inzicht. 3 Ik heb geen wijsheid geleerd en de kennis van heiligen niet bezeten. 4 Wie is er naar de hemel opgestegen en vandaar neergedaald? Wie heeft de wind in zijn handen verzameld? Wie heeft de wateren in een kleed gebonden?

Wie heeft alle einden der aarde

vastgesteld? Hoe is Zijn Naam en hoe

is de Naam van Zijn Zoon, u weet het

immers?

5 Ieder woord van God is gelouterd,

Hij is een schild voor hen die tot Hem

de toevlucht nemen. 6 Voeg niets toe

aan Zijn woorden, anders zal Hij u

straffen, omdat u een leugenaar zou

blijken te zijn.

7 Twee dingen heb ik van U gevraagd, onthoud ze mij niet, voordat ik sterf: 8 Houd valsheid en leugentaal ver van mij. En: geef mij geen armoede of rijkdom, voorzie mij van mijn toegewezen deel aan brood. 9 Anders zou ik, verzadigd, U verloochenen en zeggen: Wie is de HEERE? of anders zou ik, arm geworden, stelen, en de Naam van mijn God aantasten.

De rijke dwaas

13 En iemand uit de menigte zei

tegen Hem: Meester, zeg tegen mijn

broer dat hij de erfenis met mij moet

delen.

14 Maar Hij zei tegen hem: Mens, wie

heeft Mij tot rechter of verdeler van

een erfenis over u aangesteld?

15 En Hij zei tegen hen: Kijk uit en

wees op uw hoede voor de hebzucht.

Immers, al heeft iemand overvloed,

zijn leven behoort niet tot zijn bezit.

16 En Hij zei tot hen een gelijkenis en

sprak: Het land van een rijke man had

veel opgebracht.

17 En hij overlegde bij zichzelf en zei:

Wat zal ik doen? Want ik heb geen

ruimte om mijn vruchten op te slaan.

18 En hij zei: Dit zal ik doen: ik zal

mijn schuren afbreken en grotere

bouwen en ik zal daarin al mijn koren

en al mijn goederen opslaan.

19 En ik zal tegen mijn ziel zeggen:

Ziel, u hebt veel goederen liggen voor

veel jaren. Neem rust, eet, drink en

wees vrolijk.

20 Maar God zei tegen hem: Dwaas!

In deze nacht zal men uw ziel van u

opeisen; en wat u gereedgemaakt

hebt, voor wie zal het zijn?

21 Zo is het met hem die voor zichzelf

schatten verzamelt en niet rijk is in

God.

Tekstlezing:

En: geef mij geen armoede of rijkdom, voorzie mij van mijn toegewezen deel aan

brood.

G 48 – 1, 5, 9

O, onze Vader, trouwe Heer

O onze Vader (LvdK 48) t. M. Luther; v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. Leipzig 1539

O onze Vader (LvdK 48) t. M. Luther; v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. Leipzig 1539

O onze Vader (LvdK 48) t. M. Luther; v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. Leipzig 1539

O onze Vader (LvdK 48) t. M. Luther; v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. Leipzig 1539

O onze Vader (LvdK 48) t. M. Luther; v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. Leipzig 1539

O onze Vader (LvdK 48) t. M. Luther; v. J. Wit, J.W. Schulte Nordholt; m. Leipzig 1539

En: geef mij geen armoede of rijkdom, voorzie mij van mijn toegewezen deel aan

brood.

P 85 – 3, 4

Bij wie Hem vrezen is Zijn heil

geplant

Psalm 85 (LvdK) t. W.J. van der Molen; m. Genève 1562

Psalm 85 (LvdK) t. W.J. van der Molen; m. Genève 1562

Psalm 85 (LvdK) t. W.J. van der Molen; m. Genève 1562

Dienst der gebeden

Inzameling van de gaven

1ste Diaconie

2de eigen gemeente

Opdragen van de gaven

aan de Heer.

Slotzang P 85 – 1

Gij waard goedgunstig voor Uw land

o Heer.

Psalm 85 (LvdK) t. W.J. van der Molen; m. Genève 1562

Psalm 85 (LvdK) t. W.J. van der Molen; m. Genève 1562

Zegen

3 x amen