Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1 ...

7
totaalconcept Relaxing outdoor spaces Relaxing outdoor spaces to lighten your heart to lighten your heart Space Space Harmony Harmony Rest Rest Stunning Stunning Exclusive Exclusive Inspiring Inspiring advice design presentation implementation Akkerflora- en faunarand project: New Creative Nature Rofra

description

FLORERA, buitenruimtebeleving nieuwe natuur met buitenruimteactiviteiten. Florera buitenruimteontwerp fase 1 met bloemrijke graslanden, stinzenlaantje, notenhof, paddepoelen, natuurbelevingspad, amphiteater, roofvogel demonstratieruimte, dierenweide, labyrinth.

Transcript of Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1 ...

Page 1: Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1   natuur-buitenspelen-natuurontmoeten-

ruimte

rust

harmonie

oogstrelend

exclusief

inspirerend

tuinadvies ontwerp realisatie totaalconcept

Relaxing outdoor spacesRelaxing outdoor spacesto lighten your heartto lighten your heart

SpaceSpace

HarmonyHarmony

RestRest

StunningStunning

ExclusiveExclusive

InspiringInspiring

advice design presentation implementation

Randenpakket R4: Akkerflora- en faunarand Wat is een akkerflora- en faunarand?

� Een akkerflora- en faunarand is een rand met een breedte van 6-12 meter en een minimale lengte van 50 meter met permanente graanteelt

Akkerflora- en faunarand

Patrijs

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� De rand bestaat uit bouwland; � De rand wordt jaarlijks ingezaaid met een zomergraan (zomergerst, zomertarwe, zomerrogge

of haver) , een speciaal samengesteld akkermengsel of met een wintergraan (wintertarwe, winterrogge, triticale, wintergerst). De hoeveelheid zaaizaad is maximaal 50% van wat normaal bij een agrarische bedrijfsvoering wordt gehanteerd;

� Het gewas wordt niet geoogst. Een akkerranden met zomergraan of een akkerrandenmengsel blijft in de winter staan en wordt pas in het daaropvolgende voorjaar ondergeploegd;

� Mechanische onkruidbestrijding en het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruidkruid;

� De rand mag om het jaar licht bemest worden (50% van toegestane bemestingsnorm) � Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen in de rand is niet toegestaan.

project: New Creative Nature Rofra

Page 2: Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1   natuur-buitenspelen-natuurontmoeten-

ONTWERP:

Het geheel is opgedeeld in verschillende deelgebieden die elk hun eigen uitstraling en specifieke kwaliteiten bezitten. Elk deelgebied kent een eigen verrassingscomponent waarbij een landmark, c.q. kunstwerk t.b.v. kinderen leren omgaan met nieuwe natuur, kan worden geplaatst. Het lintvormige ontwerp en de type beplantingen per deelgebiedje dragen er zorg voor dat het één geheel wordt.

Rondom de boerderij en het ontvangstgebouw is een mooie erfbeplanting aangebracht, met een besloten tot half open landschapsstructuur. Gedeeltelijk bestaat deze beplanting uit lange linten (wolken) van plantmateriaal.

Het totale gebied is afgeschermd vanaf de weg d.m.v. een beukenhaag, welke eindigt en daar aansluit op de ontsluiting van het gebied, namelijk de schanskorven en de houten poort. Aan weerszijden staan 2 hogere smalle zuilbomen en liggen velden van siergrassen. Siergrassen behoren van nature thuis op de Nederladse heide gronden, maar ook langs beken en sloten. En natuurlijk valt hier ook te denken aan onze Nederlands duinen gebieden.

ONTWERP uitgangspunten zijn:1) Inbreng van nieuwe natuur met educatief karakter op speelse manier. 2) Laankarakter en de lintstructuur. 3) Duurzamen loofbomen, vruchtbomen. 4) Karakteristieke landschappelijke beplantingsstructuren in samenhang met de natte grond, de watergangen en omgevende weidegebieden. 5) Het visueel vrij maken van het parkeergedeelte nr. 10 d.m.v een talud me beplanting.6) Het kleinschalige beeklandschap met weiden, hooilanden en houtwallen. 7) Bloemrijke graslanden.8) Hagen op de erfafscheidingen. 9) Het verrijken van de gebieden met de levensgemeenschap: natuurlijke poel. Ter bevordering van beplantingen, struweelvogels, padden, amfibieën en andere diersoorten.

DE BEPLANTING: past volledig in het bestaande landschap en zal een meerwaarde zijn aan de historische geografie van het totale gebied.

De beplanting zal in een beplantingsplan specifiek worden uitgewerkt.

Beplantingen die meegenomen worden zijn: Salix typen (o.a Knotwilgen), Fraxinus (Es), Alnus (Els), Quercus (Eik), Acer campestre (Spaanse Aak), Crataegus (Meidoorn), Prunus spinosa (Sleedoorn), Carpinus (Haagbeuk), Sorbus (Lijsterbes), Corylus avellana (Hazelaar), Ligustrum (Liguster), Amelanchier (Krent), Euonymus (Kardinaalsmuts), Prunus padus (Vogelkers), Cornus (Kornoelje), Rosa canina (Hondsroos), Rosa Rubiginosa (Eglantier), Rhamnus frangula (Gewone vuilboom), Frangula alnus (Sporkehout), Viburnum opulus (Gelderse roos) Sambucus nigra (Gewone vlier) , Ribes nigrum e.a. ( Zwarte bes), Rubus fruticosus (Braam), Hydrangea (Hortensia’s), Clematis (bosrank), Lonicera (kamperfoelie), Syringa (Sering) en Fruitbomen.

Maar ook: Stinzenplanten, Carex elongata (Elzenzegge), Pennisetum alopecuroides ((lampepoetsergras), Molinia caerulea (pijpestrootje), Lythrum salicaria (Grote kattestaart), Iris pseudacorus (Gele lis), Anemone nemorosa (bos anemoon), Veronica montana (Bosereprijs), Caltha palustris ( Dotterbloem), Chamerion angustifolium (knikkend wilgenroosje), Fritillaria meleagris (kievitsbloem), Leucanthemum vulgare (Margriet), Centaurea jacea (Knoopkruid), Lychnis flos-cuculi (koekoeksbloem), Ranunculus aquatilis (waterranonkel), Myriophyllum alterniflorum (Vederkkruid), Hottonia palustris (Waterviolier) E.a.

POELEN:

Hiervoor zijn er twee poelen ingebracht, met elk hun eigen zones. De bodem van de poelen wordt verdicht d.m.v. Trisoplast.

Er is rekening gehouden met: 1) Optimale afmetingen: tussen de 100 en 250m2. 2) Ligging: Bij een watergang, gunstig m.b.t de zonnestand op het gehele gebied.3) Onderhoud: ligging, zodat men er gemakkelijk bij kan komen, om onderhoud te plegen4) Met diepe en ondiepe zones ter bevordering van soorten, tegen gaan opwarming, 5) Lange oeverlengtes: positief voor ontwikkeling van de eieren en larven van de gewone pad, bruine kikker , heikikker e.a. 6) Glooiende deels ingetrapte oevers en inhammen: aantrekkelijk voor amfibieën zoals de groene kikker en insecten, zoals libellen, kokerjuffers, maar ook voor vlindersoorten. 5) Braamstruweel voor boomkikkers6) Beplanting waar kikkers en amfibieën hun eieren en larven in kunnen afzetten. 7) gebruik van houten bruggetjes.

Page 3: Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1   natuur-buitenspelen-natuurontmoeten-

TRISOPLAST:

Trisoplast bestaat voor meer dan 99% uit natuurlijke materialen, is zo flexibel als kauwgom, heeft een hechtingscapaciteit vergelijkbaar met de beste kwaliteit klei en is bijzonder duurzaam. Het gebruik van Trisoplast biedt u de mogelijkheid om elke gewenste vorm toe te passen. Onderzoeken door diverse instituten hebben uitgewezen dat het materiaal zeer goed bestand is tegen klimaatwisselingen (nat/droog en vorst/dooi cycli), wat Trisoplast geschikt maakt voor gebruik in de meeste klimaattypen.

VERHARDINGEN EN HALFVERHARDINGEN:

Rondom de boederij (kantoorpand) is gebruik gemaakt van Oud Hollandse gebakken straatstenen i.c.m een halfverhardiing van spilt. Ook de entree laan van het gebied wordt hiermee verhard.

Rondom het ontvangstgebouw komt een rand te liggen van natuurlijke verharding (natuursteen).

Om tegemoed te komen aan het landschap op verdere plaasten zoveel mogelijk gewerkt met o.a. NobreCál, grasroosters en graspaden.

NOBRECÁL:

NobreCál is in dit geval geschikt voor het parkeerterrein, de wandelpaden, het bospad e.a paden.

NobreCál is onderhoudsarm, milieuvriendelijk, kostenbesparend, aanleg op bestaande paden mogelijk, 100% natuurlijk, geen onkruid, heeft een natuurlijke zachte kleur en heeft een zeer hoge verharding.

Technische specificaties: Gemiddelde samenstelling:Calciumcarbonaat (CaCO³) 98.1%Magnesiumcarbonaat (MgCO³) 0.8%Vochtgehalte 0.7%

VERLICHTINGEN:

Staan aangegeven op de ontwerp plattegrond. Het is een voorstel van mogelijkheden. Gericht op veiligheid, aanduiding richting en sfeer. Type verlichtingen dienen nog verder uitgewerkt te worden, tevens de schakelingen.

Page 4: Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1   natuur-buitenspelen-natuurontmoeten-

01 Kantoor in nieuwe boerderij met parkeer gelegenheid voor fietsen en kano’s.02 Entree gebouw met ontvangstruimtes en tuinkamer.03 Entree Nieuwe Creatieve Natuur d.m.v. een houten poort en schanskorven aan beide zijdes. 04 Laan naar andere gedeeltes d.m.v. gebakken klinkerverharding. 04a Smal pad waar men kan wachten om in de bussen te stappen. 05 Dierenweide omgeven door een natuurlijk houten hek. 06 ROFRA vlaggen, die in een groot veld met siergrassen zijn geplaatst. 07 Grasrand met stinzenplanten. 08 Ritmische linten van plantmateriaal. 09 Terras voor de gasten, gedeeltelijk natuurlijk beschaduwd door grote boom. 10 Parkeren voor gasten met aan de rechterzijde een pad naar andere gedeeltes. 11 Ruimtes om te even te zitten d.m.v. natuurlijke houten zitelementen. 12 Multifunctioneel graszone met heuvels waar iedereen de nieuwe natuur kan ontmoeten. 13 Uitkijk ruimte nieuwe natuur en struweelvogels. 14 Hogere haag naast de sloot. 15 Amphit theatre. 16 Talud met inheemse beplanting en fruitbomen. 17 Singel met beplanting en hoogstam bomen in lint. 18 Noten laantje met bloemen in gras en een paar natuurlijke zitelementen. 19 Vegetatie langs sloot voor struweelvogels. 20 Labyrinth: ontdek nieuwe natuur en ervaar de verrassing. 21 Smalle paden naar 2 poelen. 22 Nieuwe natuur. 23 Natuurlijke Padden en amfibieën poelen. 24 Houten bruggen. 25 Droge en natte zone’s. 26 Knotwilgen groepjes. 27 Klein bosje met drie zeer oude kromme bomen. 28 Verlichtingselementen voor veiligheid en sfeer.

Page 5: Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1   natuur-buitenspelen-natuurontmoeten-

LEGENDA:

01 Kantoor in nieuwe boerderij: de verharding rondom bestaat uit Oud Nederlandse gebakken klinkers en halfverharding d.m.v. split. 02 Entree gebouw: met ontvangstruimtes en tuinkamer. Het geheel is verhard d.m.v. grote natuurstenen platen. 03 Entree Nieuwe Creatieve Natuur: d.m.v. een houten poort en schanskorven aan beide zijdes. De schanskorven worden gevuld met materiaal dat in regio waar het deelgebied ligt, van nature voorkomt, c.q. gebakken verhardingsmaterialen. De openbare weg en het plangebied worden gescheiden d.m.v. een stoere beukenhaag, welke verder door lopen tot aan de wangen van de entrée poort. Aan weerszijden van de poort bevinden zich 4 zuilbomen die het geheel cachet geven, volledig passend bij de bebouwing

04 Verbindingslaan: ruim baan naar andere gedeeltes d.m.v. Oud Nederlandse gebakken klinkers. Aan de rechterzijde is een lint gelegd met bloeiende heesters. Aan linkerzijde ligt een 4 meter brede singel, volledig aangeplant met beplanting aansluitend bij het landschap. Deze singel is tevens de erfgrens beplanting.

04a Smal pad voor veiligheid: waar men kan wachten om in de bus te stappen. Dit pad is met een andere kleur verhardingsmateriaal gerealiseerd, c.q. NobreCál.

05 Dierenweide: omgeven door een natuurlijk houten kastanje afrastering.

06 ROFRA vlaggen: geplaatst in een groot veld van siergrassen. Siergrassen behoren van nature thuis op de Nederlandse heide gronden, maar ook langs beken en sloten. En natuurlijk valt hier ook te denken aan onze Nederlands duinen gebieden.. Het veld wordt herhaald aan de linkerzijde van de poort. 07 Grasrand met stinzenplanten: de stinzenplanten worden in het beplantingsplan uitgewerkt. De stinzenplanten behoeven geen of nauwelijks onderhoud, breiden zich vanzelf door de loop van de jaren uit. Van nature veel voorkomend in Brabant aan randen van sloten en bermen.

08 Ritmische linten van plantmateriaal: De gehele verharde oppervlakte in het entree gebied wordt verzacht en in balans gebracht door halfhoge rond geschoren linten van beplanting die langszij liggen. De strakke vorm en eenheid van de beplanting brengt rust, die de bebouwing nog beter tot recht laat komen. De rondingen en de lintvorm sluiten volledig aan bij het landschap.

09 Terras voor de gasten: gedeeltelijk natuurlijk beschaduwd door grote boom in het aansluitende zacht glooiende gazon. Van het terras loopt een breed pad naar achter gelegen pad langs parkeergedeelte (10). Het pad is rolstoel vriendelijk.

10 Parkeren voor gasten: met halfhoge stoere afgeronde hagen. In het midden ligt het rijpad, aan weerszijden kan men parkeren. Geheel rechts ervan ligt een pad, door middel van NobreCal, voor voetgangers van en naar andere gebieden.

11 Uitrusten: ruimtes om te even te zitten d.m.v. natuurlijke houten zitelementen.

12 Multifunctioneel graszone: zacht glooiende en enkele heuveltjes. Waar iedereen kennis kan maken met de nieuwe natuur. Tevens bevindt zich er een luierheuvel/ langwerpige heuvel waar men op kan liggen/ zitten/ zonnen etc. Evt. aangeplant met een Amelanchier (krent). 13 Uitkijkruimte: nieuwe natuur en struweelvogels.

14 Hogere haag naast de sloot. 15 Amphit theatre. gras gedeelte oplopend naar beplant talud, waar halfronde banken in geplaatst zijn.

16 Talud: met inheemse beplanting en fruitbomen om het parkeergedeelte uit het oog te ontrekken.

17 Singel met laanbomen: en lintbeplanting. De singel is tevens de erfafscheiding. Ze is besloten tot half open. Singels temperen mede de wind.

18 Notenhof: Noten struiken in een lintbeplanting met een paar natuurlijke zitplaatsen om tijdens de wandeling uit te kunnen rusten. Onder de struiken zijn in het gras wilde bloemen aangeplant.

19 Stuweel vogels: Vegetatie langs sloot voor struweelvogels.

20 Labyrinth: ontdek nieuwe natuur en ervaar de verrassing. 21 Smalle paden naar 2 poelen.

22 Nieuwe natuur: vegetatie gericht naar de poelen. (bramenstruweel).

23 Poelen: natuurlijke poelen waar een nieuw leefmilieu zal ontstaan door de vormgeving, inhammen en diverse ondiepe/ diepere zones.

24 Houten bruggen. passend in het landschap.

25 Droge en natte zone’s. tussen de poelen is een natte/ droge zone, welke bijzonder leerzaam kunnen zijn. 26 Knotwilgen groepjes.

27 Bosgebiedje met 3 oude bomen: 3 oude scheve bomen zijn als groepje in het centrum gesitueerd van een “bos” gebiedje. De bomen staan in oud plaveisel en er zijn zit mogelijkheden bij geplaatst. Dit gedeelte is gekaderd door middel van een haag, die aan de zijkanten rond loopt, maar aan de bovenkant plat geschoren is.

28 Verlichtingselementen: voor veiligheid, routing en sfeer.

Page 6: Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1   natuur-buitenspelen-natuurontmoeten-
Page 7: Florera, tuinen ea. buitenruimtes, buitenruimte ontwerp fase 1   natuur-buitenspelen-natuurontmoeten-

Landschapspakket L10: Hoogstamfruitboomgaard Wat is een hoogstamfruitboomgaard?

� Een boomgaard met minimaal 10 hoogstamfruitbomen ( appel, peer, pruim ,kers of noot), waarvan de kroon op een hoogte van minimaal 150 centimeter boven de stamvoet begint en die op 130 cm boven maaiveld een stamdiameter hebben van minimaal 20 cm.

Hoogstamfruitbomen in berm

Hoogstamfruitboomgaard

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in of in de directe omgeving van het element;

� Schade door vraat en betreding wordt voorkomen; � Indien het appel of peer betreft wordt de boom tenminste eenmaal per 2 jaar gesnoeid.

* Qua vergoeding vallen kersen- , pruimen en notenbomen onder het pakket landschapsboom

Landschapspakket L9: Knotboom Wat is een knotboom?

� Inheemse loofboom, waarvan de stam periodiek op een hoogte van minimaal 1,5 meter boven maaiveld wordt afgezet (geknot) en als solitair, in een groep of rij voorkomt op of langs landbouwgronden.

Oude knotwilgen

Steenuil

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in het element; � Bij grondbewerking van de aanliggende gronden wordt een minimale afstand van 1 meter vanaf

de buitenkant van het element in acht genomen; � Bij beweiding van de aanliggende gronden is een raster aanwezig dat zich bevindt op zodanige

afstand van het landschapselement, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen; � De boom wordt periodiek- gemiddeld éénmaal per 5 jaar- geknot; � Werkzaamheden worden alleen verricht in de periode tussen 1 november en 1 april.

Landschapspakket L11: Amfibieënpoel Wat is een amfibieënpoel?

� Een amfibieënpoel is een vlakvormig gegraven natuurelement dat gedurende het grootste deel van het jaar water houdt en gevoed wordt door grond- en/of regenwater.

Poel

Groene kikkers

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken in het element; � Bij grondbewerking van de aanliggende gronden wordt een minimale afstand van 1 meter vanaf

de buitenkant van het element in acht genomen; � Geen water onttrekken aan het element anders dan voor het drenken van vee; � Schoningswerkzaamheden verrichten in de periode tussen 1 september en 15 oktober; � De waterdiepte is in de diepste delen in de periode van 1 oktober tot 1 april tenminste 0,7 meter; � Tenminste 80% van de oppervlakte bestaat uit open water; � Maximaal 10% van de oever is begroeid met houtige gewassen; � In het element mag geen vis uitgezet worden en er mogen geen eenden/ganzen in gehouden of

gelokt worden; � Het element wordt éénmaal in de 6-8 jaar uitgebaggerd

Landschapspakket L14: Natuuroever nat grasland (drasberm en flauw talud)

Wat is een natuuroever nat grasland?

� Een natuurvriendelijk ingerichte oever langs een waterloop, in de vorm van een drasberm of flauwe oever, met een breedte van 3- 12 meter waarvan de vegetatie bestaat uit plantensoorten van natte graslanden en ruigten.

Waterloop met flauw talud

Bloemrijke oever

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� De oever heeft een breedte van 3-6 meter; m.u.v. oevers langs ecologische verbindingszones. Langs een ecologische verbindingszones kan de natuuroever maximaal 12 meter breed zijn.

� Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen in het element is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze en bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruiskruid;

� De oever wordt niet bemest en er wordt geen slootveegsel en/of – bagger opgebracht; � De oever wordt niet beweid; � De oever wordt 1 maal per jaar gemaaid en het maaisel wordt afgevoerd; de eerste maaibeurt

vindt plaats na 16 juni.

Randenpakket R1: Bloemrijke hooirand Wat bloemrijke hooirand?

� Een bloemrijke hooirand is een 3-12 meter brede rand die als onbemest hooiland wordt beheerd.

Droge bloemrijke hooirand

Landkaartje

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� De rand bestaat uit grasland en is gelegen langs een element dat voldoet aan de eisen van een van de landschapspakketten of in een gebied waar de realisatie specifiek is aangegeven;

� De rand heeft een breedte van 3-6 meter; m.u.v. randen langs ecologische verbindingszones. Langs een ecologische verbindingszones kan de rand maximaal 12 meter breed zijn;

� Indien bij aanvang in de rand minder dan 10 inheemse plantensoorten in een vlak van 25 m2 aanwezig zijn wordt de rand ingezaaid met een daarvoor specifiek samengesteld kruidenmengsel;

� Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen in de rand is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruiskruid;

� De rand wordt niet bemest en er wordt geen slootveegsel en/of – bagger opgebracht; � De rand wordt niet beweid; � De rand wordt maximaal 2 en minimaal 1 maal per jaar gemaaid en het maaisel wordt

afgevoerd; de eerste maaibeurt vindt plaats na 16 juni. De periode tussen twee maaibeurten is minimaal 3 maanden;

� De rand wordt niet gebruikt als pad behoudens het incidenteel gebruik als onderhoudspad voor het schouwen van de aanliggende sloot.

Randenpakket R1: Bloemrijke hooirand Wat bloemrijke hooirand?

� Een bloemrijke hooirand is een 3-12 meter brede rand die als onbemest hooiland wordt beheerd.

Droge bloemrijke hooirand

Landkaartje

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� De rand bestaat uit grasland en is gelegen langs een element dat voldoet aan de eisen van een van de landschapspakketten of in een gebied waar de realisatie specifiek is aangegeven;

� De rand heeft een breedte van 3-6 meter; m.u.v. randen langs ecologische verbindingszones. Langs een ecologische verbindingszones kan de rand maximaal 12 meter breed zijn;

� Indien bij aanvang in de rand minder dan 10 inheemse plantensoorten in een vlak van 25 m2 aanwezig zijn wordt de rand ingezaaid met een daarvoor specifiek samengesteld kruidenmengsel;

� Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen in de rand is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruiskruid;

� De rand wordt niet bemest en er wordt geen slootveegsel en/of – bagger opgebracht; � De rand wordt niet beweid; � De rand wordt maximaal 2 en minimaal 1 maal per jaar gemaaid en het maaisel wordt

afgevoerd; de eerste maaibeurt vindt plaats na 16 juni. De periode tussen twee maaibeurten is minimaal 3 maanden;

� De rand wordt niet gebruikt als pad behoudens het incidenteel gebruik als onderhoudspad voor het schouwen van de aanliggende sloot.

Randenpakket R4: Akkerflora- en faunarand Wat is een akkerflora- en faunarand?

� Een akkerflora- en faunarand is een rand met een breedte van 6-12 meter en een minimale lengte van 50 meter met permanente graanteelt

Akkerflora- en faunarand

Patrijs

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� De rand bestaat uit bouwland; � De rand wordt jaarlijks ingezaaid met een zomergraan (zomergerst, zomertarwe, zomerrogge

of haver) , een speciaal samengesteld akkermengsel of met een wintergraan (wintertarwe, winterrogge, triticale, wintergerst). De hoeveelheid zaaizaad is maximaal 50% van wat normaal bij een agrarische bedrijfsvoering wordt gehanteerd;

� Het gewas wordt niet geoogst. Een akkerranden met zomergraan of een akkerrandenmengsel blijft in de winter staan en wordt pas in het daaropvolgende voorjaar ondergeploegd;

� Mechanische onkruidbestrijding en het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruidkruid;

� De rand mag om het jaar licht bemest worden (50% van toegestane bemestingsnorm) � Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen in de rand is niet toegestaan.

Randenpakket R4: Akkerflora- en faunarand Wat is een akkerflora- en faunarand?

� Een akkerflora- en faunarand is een rand met een breedte van 6-12 meter en een minimale lengte van 50 meter met permanente graanteelt

Akkerflora- en faunarand

Patrijs

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� De rand bestaat uit bouwland; � De rand wordt jaarlijks ingezaaid met een zomergraan (zomergerst, zomertarwe, zomerrogge

of haver) , een speciaal samengesteld akkermengsel of met een wintergraan (wintertarwe, winterrogge, triticale, wintergerst). De hoeveelheid zaaizaad is maximaal 50% van wat normaal bij een agrarische bedrijfsvoering wordt gehanteerd;

� Het gewas wordt niet geoogst. Een akkerranden met zomergraan of een akkerrandenmengsel blijft in de winter staan en wordt pas in het daaropvolgende voorjaar ondergeploegd;

� Mechanische onkruidbestrijding en het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen is niet toegestaan m.u.v. pleksgewijze bestrijding van akkerdistel, ridderzuring, kleefkruid of Jacobskruidkruid;

� De rand mag om het jaar licht bemest worden (50% van toegestane bemestingsnorm) � Het gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen in de rand is niet toegestaan.

Landschapspakket L9: Knotboom Wat is een knotboom?

� Inheemse loofboom, waarvan de stam periodiek op een hoogte van minimaal 1,5 meter boven maaiveld wordt afgezet (geknot) en als solitair, in een groep of rij voorkomt op of langs landbouwgronden.

Oude knotwilgen

Steenuil

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in het element; � Bij grondbewerking van de aanliggende gronden wordt een minimale afstand van 1 meter vanaf

de buitenkant van het element in acht genomen; � Bij beweiding van de aanliggende gronden is een raster aanwezig dat zich bevindt op zodanige

afstand van het landschapselement, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen; � De boom wordt periodiek- gemiddeld éénmaal per 5 jaar- geknot; � Werkzaamheden worden alleen verricht in de periode tussen 1 november en 1 april.

Landschapspakket L6: Struweelhaag Wat is een struweelhaag ?

� Het is een lijnvormig landschapselement met inheemse, overwegend doornachtige struiken met een minimale lengte van 25 meter en een maximale breedte van 5 meter.

Struweelhagen met meidoorn

Struweelhaag met sleedoorn

Algemene eisen ten aanzien van beheer

� Geen chemische bestrijdingsmiddelen of meststoffen gebruiken en niet branden in het element; � Bij grondbewerking van de aanliggende gronden wordt een minimale afstand van 1 meter vanaf

de buitenkant van het element in acht genomen; � Bij beweiding van de aanliggende gronden is een raster aanwezig dat zich bevindt op zodanige

afstand van het element, dat schade door vraat en betreding wordt voorkomen; � Het element kan vrij uitgroeien en wordt maximaal 1 maal per 10 jaar op tenminste 1 meter

hoogte gesnoeid; overhangende takken aan de zijkanten mogen maximaal 1 maal per 3 jaar worden teruggesnoeid;

� Bij versnipperen van het takhout mogen de snippers niet in het element worden verwerkt; � Werkzaamheden worden alleen verricht in de periode tussen 1 november en 1 april.