Elektriciteit

11
havo: hoofdstuk 6 (stevin deel 1) vwo : hoofdstuk 6 (stevin deel 1)

description

Elektriciteit. havo: hoofdstuk 6 (stevin deel 1) vwo : hoofdstuk 6 (stevin deel 1). Lading en stroom(sterkte). Stroomsterkte in een punt heeft te maken met het aantal elektronen dat in één seconde passeert richting van elektronen en stroom is tegengesteld - PowerPoint PPT Presentation

Transcript of Elektriciteit

Page 1: Elektriciteit

havo: hoofdstuk 6 (stevin deel 1)vwo : hoofdstuk 6 (stevin deel 1)

Page 2: Elektriciteit

Lading en stroom(sterkte)Stroomsterkte in een punt heeft te maken met het

aantal elektronen dat in één seconde passeertrichting van elektronen en stroom is tegengesteldlading Q van één elektron is (-)1,6 x 10-19 Coulomb

(C)

stroomsterkte is het aantal Coulomb dat in één seconde passeert

A) Ampère C/s (eenheidtijd

lading stroom

tQ

I

Page 3: Elektriciteit

Spanning U in VoltElektronen stromen niet vanzelfEr is een spanningsverschil (=drukverschil)

nodig om elektronen te laten stromenStroom loopt van hoge naar lage spanning

(elektronen dus andersom!)

Page 4: Elektriciteit

Weerstand R in Ohm Weerstand geeft aan hoe gemakkelijk (lage

weerstand) of moeilijk (hoge weerstand) iets kan passeren.

De wet van Ohm: U = I x RWet van Ohm geldt alleen voor “constante”

weerstanden!PTC = weerstand neemt toe met temperatuur

(metalen, dus ook een lampje)NTC = weerstand neemt af met temperatuur

(half-geleiders)

Page 5: Elektriciteit

Soortelijke weerstand De weerstand van een draad hangt af van:

de lengte l (l 2x R 2x)de doorsnede ( diameter) (A 2x R ½x)materiaal soortelijke weerstand in m

NB dichtheid en soortelijke weerstand zijn verschillende dingen!

Al

R

Page 6: Elektriciteit

SerieschakelingStroom overal gelijk

I = I1 = I2 = I3

Spanning wordt verdeeldUb = U1 + U2 + U3

VervangingsweerstandRv = R1 + R2 + R3

Page 7: Elektriciteit

ParallelschakelingStroom wordt verdeeld

I = I1 + I2 + I3

Spanning overal gelijkU = U1 = U2 = U3

Vervangingsweerstand

321

1111RRRRv

Page 8: Elektriciteit

Diode en LED (light emitting diode)

Page 9: Elektriciteit

Diode-karakteristiek

Page 10: Elektriciteit

Elektrisch vermogen PHet vermogen van een apparaat hangt af van:

het aantal elektronen dat per seconde passeert I

de spanning die ze in het apparaat doorlopen U

P = U x I

In combinatie met U = I x R

RIRU

P 22

Page 11: Elektriciteit

Elektrische energieEnergie = vermogen x tijd E = P x

t

Eenheden van energie: J, kJ, Wh en kWhE(J) = P(W) x t(s) (1 J = 1 Ws)E (kJ) = P(kW) x t(s)E(Wh) = P(W) x t(h)E(kWh) = P(kW) x t(h)