Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

8
ll o Erik Kooper Moeders en meerlingen in de mi d del e euw s e I ett erkun de ie tegenwoordig verblijd wordt met de komst van een baby, zal niet verrast opkijken als hartelijke bezoekers opmerken dat het kind precies op de moeder of op de vader lijkt. Ook in middeleeuwse verhalen komen we deze opmerking tegen, bijvoor- beeld ín de Míddelengelse ridderroman Sir Torrent of Portyngale, ge- schreven rond 1400: Thus the lady dwelleth therel Until she delivered were Of male children two; En zo woonde de dame daar tot ze bevallen was van twee jongens. ln all points they were gent [=noble] ln alle opzichten waren het edele kinderen, And like they were to Sir Torrent en ze leken precies op Sir Torrent. (1807-11) Deze opmerking blijkt echter bij nader inzíen helemaal niet zo onschul- dig te zijn als zij op het eerste gezicht líjkt. o Twijfel aan het ztaderschap Werden voor- en buitenechtelijke relaties van de mannen nog wel door de vingers gezien (denk aan Willem de Veroveraar, bijgenaamd 'de Bastaard'), bij vrouwen was daar geen sprake van. Vererving van de bezittingen liep im- mers via de mannelijke lijn en de heren echtgenoten moesten er dus zeker van kunnen zljndat het kind dat geboren werd ook werkelijk van hun was. Op deze manier bezien krijgt de opmerking over de tweeling van Sir Torrent natuurlijk een heel andere lading: de schrijver wijst het publiek erop dat er geen twijfel over hoefde te bestaan of beide kinderen wel zoons van Torrent waren. In een andere Middelengelse roman, de zogenaamde zuidelijke Octaoian (cir- ca 1350), wordt ook een tweeling geboren, andermaal twee jongetjes. Het zijn de eerste kinderen van de keizer van Rome en zijn vrouw Florence. Over de kinde- ren zegt de schrijver dat z7j "Iwercl fair of cheer f=facef ,/ And white as swan". Dit commentaar lijkt niet meer dan een clichématig compliment over het uiter- lijk van de twee, tot het verhaal een onverwachte wending neemt. In middel- eeuwse ridderromans speelt de schoonmoeder van de bruid vaak dezelfde rol als de boze stiefmoeder in een sprookje, en ook hier is dat het geval. De keizerin- 228

Transcript of Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

Page 1: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

ll

o Erik Kooper

Moeders en meerlingen in demi d del e euw s e I ett erkun de

ie tegenwoordig verblijd wordt met de komst van een baby,

zal niet verrast opkijken als hartelijke bezoekers opmerken

dat het kind precies op de moeder of op de vader lijkt. Ook

in middeleeuwse verhalen komen we deze opmerking tegen, bijvoor-

beeld ín de Míddelengelse ridderroman Sir Torrent of Portyngale, ge-

schreven rond 1400:

Thus the lady dwelleth therelUntil she delivered wereOf male children two;

En zo woonde de dame daartot ze bevallen wasvan twee jongens.

ln all points they were gent [=noble] ln alle opzichten waren het edele kinderen,And like they were to Sir Torrent en ze leken precies op Sir Torrent.(1807-11)

Deze opmerking blijkt echter bij nader inzíen helemaal niet zo onschul-

dig te zijn als zij op het eerste gezicht líjkt.

o Twijfel aan het ztaderschapWerden voor- en buitenechtelijke relaties van de mannen nog wel door

de vingers gezien (denk aan Willem de Veroveraar, bijgenaamd 'de Bastaard'),bij vrouwen was daar geen sprake van. Vererving van de bezittingen liep im-mers via de mannelijke lijn en de heren echtgenoten moesten er dus zeker vankunnen zljndat het kind dat geboren werd ook werkelijk van hun was. Op dezemanier bezien krijgt de opmerking over de tweeling van Sir Torrent natuurlijkeen heel andere lading: de schrijver wijst het publiek erop dat er geen twijfelover hoefde te bestaan of beide kinderen wel zoons van Torrent waren.

In een andere Middelengelse roman, de zogenaamde zuidelijke Octaoian (cir-ca 1350), wordt ook een tweeling geboren, andermaal twee jongetjes. Het zijn deeerste kinderen van de keizer van Rome en zijn vrouw Florence. Over de kinde-ren zegt de schrijver dat z7j "Iwercl fair of cheer f=facef ,/ And white as swan".Dit commentaar lijkt niet meer dan een clichématig compliment over het uiter-lijk van de twee, tot het verhaal een onverwachte wending neemt. In middel-eeuwse ridderromans speelt de schoonmoeder van de bruid vaak dezelfde rolals de boze stiefmoeder in een sprookje, en ook hier is dat het geval. De keizerin-

228

Page 2: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

Moeders en meerlingen in de middeleeuwse letterkunde

moeder neemt haar zoon terzljde enzegthem dat hij er verkeerd aan doet zovar:.zijn vrouw te houden, want zijheeft een minnaar, de koksmaat "die aan het spitdraaít" , en hij is de vader van een van de twee kinderen. "Want," zo vervolgt ze,

"Sinds de wereld begon is er nog nooit een vrouw geweest die in verwachtingkon raken van een tweeling zonder dat er een minnaar in het spel was - datweet iedereen!" Om haar gelijk te bewijzen legt ze een foeilelijke keukenhulp,die ze van te voren een groot bedrag aan geld in het vooruitzicht had gesteld, bijde slapende keizerin in bed, en waarschuwt vervolgens haar zoon. Als deze hettweetal ziet, doodt hij onmiddellijk de vermeende minnaar en laat zijn echtge-note in een kerker werpen.

De hierboven geschetste verwikkelingen zorger. ervoor dat de opmerkingvan de dichter over de schoonheid van de kinderen opeens een heel andere la-ding krijgt: doordat de twee jongetjes zo mooi van gelaat en blank van huid wa-ren (een teken van adellijke afkomst), konden ze onmogetijk verwekt zijn doorde lelijke knecht. Het publiek wist dus direct wie het wel en wie het niet moestgeloven, toen de boze schoonmoeder met haar beschuldiging van overspel meteen koksmaat op de proppen kwam.

Wat de moderne lezer echter het meest opvalt in de woorden van de keizerin-moeder is wat ze zegt over de verwekking van een tweeling: dit zou alleen d,oor

twee verschillende mannen kunnen gebeuren. De vraag dringt zich dan op ofdit een algemeen aanvaard principe was of dat ze dit zegt om haar schoondoch-ter in diskrediet te brengen. Om dezevraagte kunnen beantwoorden zalikhier-onder een aantal andere middeleeuwse verhalen bespreken waarin twee-, drie-en andere meerlingen voorkomen, en daarnaast bezien wat de middeleeuwsemedische handboeken over dit onderwerp te melden hebben.

o Roddel en bakerpraatWaarschijnlijk het bekendste gedicht over een tweeling en tevens een

van de oudste, is de Lai Ie Fresne van Marie de France (7770-7180). Hierin be-schuldigt een dame haar buurvrouw, die net van een tweeling is bevallen, omdie reden van overspel. Een jaar later krijgt ze zelf twee meisjes. Ze weet nu uiteigen ervaring dat haar beschuldiging op niets anders dan bakerpraatjes was ge-baseerd, en in haar wanhoop besluit ze één van de kinderen weg te doen. Hetmeisje wordt te vondeling gelegd in een es (vandaar haar naam, fresne), gevon-den en opgevoed in een klooster, en hoewel het er eerst niet naar uitziet, looptalles uiteindelijk goed af. Ondanks de extra complicaties is de gedachtegang vande vrouwelijke hoofdpersoon hier niet anders dan in het vorige verhaal, met ditverschil dat de dame onmiddellijk nadat ze haar beschuldiging heeft geuit,wordt terechtgewezen door haar echtgenoot, die haar voorhoudt dat de buur-vrouw in kwestie altijd een persoon van onbesproken gedrag is geweest.In eenlatere versie van het verhaal van Marie de France, Galeran de Bretagne, roept deechtgenoot zijn kwaadaardige vrouw tot de orde met het argument dat ze nietweet waar ze over praat, dat ze niets weet van wat de geleerden zeggen, die degeheimen der vrouwen beter kennen dan zljzelf .

Tot nu toe hebben we steeds te maken gehad met min of meer dezelfde ver-

229

Page 3: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

Erik Kooper l

riÈ{ffi

1. Geboorte van een

vierling; drie borelin-gen zijn al ingeba-kerd. Detail van eenDuits schilderij vanrond'1450. Uit: Harold

Speert, IconographiaGyniatrica. A Pictoriaj

History of Gynecology

and Obstetrics (Phila-

delphia 1973) 3BB, afb.

1 5-1 9.

haalstof. Het kan echter ook heel anders lopen. In de Latijnse oerversie van dezwaanrrdderroman, Cygni (eind twaalfde eeuw), vertaald en bewerkt in hetOudfrans door Herbert le Clerc rond 7225, vervangt de schoonmoeder de pas-geboren zevenling, zes jongens en een meisje, door jonge hondjes, terwijl eendienaar de kinderen in het bos achterlaat, waaÍ ze worden gevonden door eenkluizenaar. Door niet nader aangeduide oorzaak veranderen ze soms Ln zwa-nen, wat de titel van de roman verklaart. Na vele verwikkelingen is het gelukkigook hier weer'eind goed, al goed'.

a " Alsoe r)eel kinderen alser dage int iaer siin"Het sterkste verhaal van allemaal komt echter uit Nederland. Het is de

geschiedenis van de Loosduinse kindertjes. Op een dag in het jaar 1276 klopteeen arme vrouw met een tweeling in het dorp Loosduinen aan bij de gravinMargareta van Holland en vroeg haar om een aalmoes. "Geen sprake van," ant-

230

Page 4: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

Moeders en meerlingen in de middeleeuwse letterkunde

woordde deze, "wartt wie een tweeling krijgt heeft overspel gepleegd." De be-

delares ontstak in woede en sprak de volgende vervloeking uit over de hooghar-tige gravin: "Moge u op een dag bevallen van evenveel kinderen als er dagen

zijn in het jaar!" En inderdaad in de kroniek van de Clerc (1349-7356) lezen wijdat zij beviel van "alsoe veel kinderen alser dage int iaer siin, dat(s) te weten365."1 In andere versies zijn het er 364, omdat er evenveel jongetjes als meisjes

waren geboren; alle jongetjes heetten Jan, alle meisjes Betje. Deze namen kregen

zijbtjhun doop, die in aller ijl plaats vond; kort daarna overleden zowel moeder

als kinderen. Th. D. Enklaar verklaart deze merkwaardige meergeboorte als

volgt. Het is bekend dat de gravin beviel op Goede Vrijdag. Omdat het nieuwejaar in de Middeleeuwen in het algemeen begon op Paaszondag, waren er nog

twee dagen van het jaar over, en mag men dus aannemen dat z|j, evenals de be-

delares, beviel van een tweeling. In Holland en enkele andere gebieden in de La-

ge Landen bestond in de veertiende eeuw echter het gebruik om het nieuwe jaar

te laten beginnen op Goede Vrijdag, en in dat geval was er dus nog een heel jaar

van 365 dagen over, of anders tenminste 364 dagen Het verhaal baarde zoveel

opzien dat het vereeuwigd werd in een tekst die in het Nederlands en het Latijnwerd neergeschreven op een houten bord dat, naar het schijnt, nog steeds te be-

zichtigen is in de Loosduinse kerk. Ook in de doopvont stond het verhaal, en ditwas eeuwenlang een van de grootste toeristische attracties van Nederland.2

o Meergeboorten in soorten en matenWanneer we nu proberen om de verschillende soorten verhalen met

meerlingen die we in de middeleeuwse letterkunde tegenkomen te rubricerenin categorieën van oplopende complexiteit, dan resulteert dit in het volgendeoverzicht:3

Tweelingen worden geboren zonder dat er sprake is van echtbreuk of enig

ander negatief commentaar.Oudste tekst: Oudfranse Aiol (twaalfde eeuw).Een vrouw die een tweeling heeft gekregen, wordt beschuldigd van kin-dermoord.Oudste tekst: een niet overgeleverde Oudfranse voorganger van de Mid-delnederlandse Valentijn en Nameloos (veertiende eeuw).Een vrouw die een tweeling heeft gekregen, wordt ervan beschuldigd datze dieren heeft gebaard;a. De schoonmoeder stuurt een onwaar verslag aan de afwezige vader; de

kinderen en de moeder worden overgegeven aan de elementen (meestal ineen bootje op zee).

Oudste tekst: Labelle HéIène de Constnntinople (Oudfrans; veertiende eeuw).

b. De schoonmoeder vervangt de kinderen door dieren; de kinderen wor-den te vondeling gelegd.Oudste tekst: Cygni (twaalfde eeuw; zevenling).Een vrouw die een tweeling heeft gekregen, wordt ervan beschuldigd datze dieren heeft gebaard en echtbreuk heeft gepleegd.

I.

II.

III.

237

IV.

Page 5: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

Erik Kooper N

Oudste tekst: La naissance du Cheaalier au Cygne, hoewel de beschuldigingvan echtbreuk hier niet expliciet is (oudfrans; twaalfde eeuw).

V. Een vrouw die een tweeling heeft gekregen is bang dat ze beschuldi gd zalworden van echtbreuk.(Een onzekere categorie, de voorbeelden zijn van na de Middeleeuwen.)

VI. Een wouw die een tweeling heeft gekregen wordt beschuldigd van echtbreuk.a. De schoonmoeder levert het bewijs door een man om te kopen die zenaast de beschuldigde vrouw laat liggen; de kinderen en de moeder wor-den weggestuurd.Oudste tekst: Octaaian (Oudfrans; vroege veertiende eeuw).b. Een aÍgewezen minnaar beschuldigt de vrouw al voor de geboorte vanechtbreuk; de kinderen en de moeder worden weggestuurd.oudste tekst: valànfine et oursson (oudfrans; veertiende eeuw).

VII. Een vrouw die een tweeling heeft gekregen wordt beschuldigd van echt-breuk door een andere vrouw; spoedig daarna krijgt deze zelf een meer-ling.oudste tekst: het verhaal van gravin Margareta van Holland.

VIII. Een vrouw die een tweeling heeft gekregen wordt beschuldigd van echt-breuk door een andere vrouw. Spoedig daarna krijgt deze zelf een twee-ling; uit angst legt ze een van de kinderen te vondeling.oudste tekst: Laile Fresne door Marie de France (1170 -1180).

IX. Een vrouw die een tweeling heeft gekregen wordt beschuldigd van echt-breuk door een andere vrouw. Spoedig daarna krijgt deze zelf een twee-ling en wordt er vervolgens zelf van beschuldigd dat ze dieren heeft ge-baard en echtbreuk heeft gepleegd (de tweede beschuldiging komt van deschoonmoeder; de kinderen worden te vondeling gelegd).Oudste tekst: Le cheaalier au Cygne et Godefroid de Bouillon (Oudfrans; eindtwaalfde eeuw; zevenling).

Opmerkelijk in dit overzicht is dat het aantal kinderen weliswaar kan variëren,maar zeker in de oudste teksten beperkt is tot twee of zeven. Zou dat op toevalberusten? Het wordt tijd dat we de medische handboeken eens nader onder deloep nemen.

o Medische kennis orer tzneelingenToen de klassieke Griekse handboeken in de twaalfde eeuw, verrijkt

met het commentaar van Perzische en Arabische geleerden als Rhazes (tiendeeeuw) en Avicenna (circa 1000), in Latijnse vertaling voor de Europese geleer-den beschikbaar kwamen, betekende dat een enorme verrijking van de op velegebieden tamelijk povere medische kennis in West-Europa. Bij de Grieken heer-ste er geen taboe op het snijden in het menselijk lichaam; hun kennis van de lig-ging en werking van de menselijke organen was dan ook in hoge mate superieuraan die van hun middeleeuwse collega's, zoalsblijkt uit de praktisch geheel juis-te beschrijving van de mannelijke en vrouwelijke geslachtsorganen en van debaarmoeder die Aristoteles geeft in zijn Historia animalium.a Over de werking

232

Page 6: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

, Moeders en meerlingen in de middeleeuwse letterkunde

2. Doorsnede van de baarmoe-der met zeven kamers (zie de cij-

fers) in heï Anthropologium vanMagnus Hundt (Leipzig 1501).

Uit Harold Speert, lconographiaGyniatrica. A Pictorial History ofGynecology and Obstetrics (Pht-

ladelphia 1973) 10, afb. 1 -1 8.

{dtÍruhs

llrfr fcrunrlrl

{onur

(í,/.>

h'

Êerrntnvan die organen wist ook hij echter zo goed als niets, omdat die zich tenslotteaan de waarneming met het oog onttrok, en het ontstaan van een tweeling (omons daartoe te beperken) kon derhalve leiden tot allerlei oncontroleerbare ver-onderstellingen.

Voor we hier nader op ingaan, is het wellicht goed om erop te wijzen dat, an-ders dan hun klassieke en middeleeuwse voorgangers, gynaecologen tegenwoor-dig onderscheid maken tussen monozychotische en dizychotische tweelingen; deeerste zijn de zogenaamde identieke of eeneiige tweelingen. Over deze identieketweeling maakte men in het verleden niet zoveel ophef, maar er werden natuur-lijk ook ongelijke tweelingen geboren, die al dan niet levensvatbaar bleken. Omdat verschijnsel te verklaren, werden in onze ogen soms nogal ongeloofwaardigehypothesen opgesteld. De twee belangrijkste daarvan luiden als volgt:1. Wanneer zích, geruime tijd nadat een vrouw zwanger is geworden, een

tweede vrucht ontwikkelt, komt deze niet tot volle wasdom, maar veroor-zaakt pijn en uiteindelijk de afstoting van beide embryo's.

2. Indien de tweede bevruchting binnen enkele dagen na de eerste plaatsvindt, baart de moeder beide vruchten alsof ze een echte tweeling waren.

Met behulp van het onderscheid tussen mono- en dizychotische tweelingenkan de merkwaardige ontwikkeling van de embryo's uit de eerste hypotheseverklaard worden. Het gaat hier om de verwekking van een twee-eiige tweelingop twee tamelijk ver uit elkaar liggende tijdstippen; dit is wat in moderne medi-sche terminologie superfoetatie heet. Er is van dit verschijnsel geen enkele be-trouwbare casus geregistreerd., en het lijkt er dan ook meer op dat Aristotelesprobeert te verklaren hoe het kan dat er tegelijkertijd twee kinderen geborenworden van duidelijk ongelijke ontwikkeling. Tegenwoordig weten we dattwee-eiige tweelingen zich heel verschillend kunnen ontwikkelen en dat er eengroot verschil in het geboortegewicht kanzljn, maar dat valt onder de pas recentverworven kennis. Aristoteles heeft het alleen over gevallen waarbij de zwan-gerschap eindigde met een miskraam of vroeggeboorte; toch zal het ook in zljntijd, evenals nu, vaak goed zijngegaan en werden er twee zeer verschillende kin-

ZJJ

Page 7: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

Erik Koopertv

deren geboren - en voor die verschillen moest een verklaring gevonden worden.De medische term voor het andere geval, een tweede bevruchting direct na,

maar onafhankelijk van de eerste, staat bekend als superfecundatie. Hoewel de

kans erop niet groot is, komt dit wel degelijk voor, zoals onlangs nog door mid-del van een DNA-analyse bij twee kinderen is vastgesteld.5 In de Oudheid hadmen dit inzicht echter nog niet. Hippocrates (vijfde eeuw voor Christus) be-weerde met grote stelligheid dat de baarmoeder zich onmiddellijk na de be-vruchting sluit, en wel zodaníg, zo voegde de Perzische geleerde Rhazes daaraan toe, dat er zelfs geen speld meer door heen kan dringen.

Deze bewering van Rhazes vindt men in alle middeleeuwse medische hand-boeken terug. Dit is ongetwijfeld waarop door de echtgenoot in de boven geci-teerde tekst Galeran de.Bretagne op doelt, als hij zijn vrouw gebrek aan medischekennis verwijt, wanneer ze haar buurvrouw beschuldigt van echtbreuk omdatze een tweeling heeft gekregen. Aangezien het alleen vrouwen zljn die zichschuldig maken aan deze verdachtmaking, krijg je de indruk dat het hier een

oud bakerpraatje betreft, dat in kringen van vrouwen een praktisch onuitroei-baar bestaan leidde. De angst die eraan ten grondslag ligt, klinkt nog door in de

opmerking in het citaat uit de Middelengelse ridderroman Sir Torrent of Portyn-gale aan het begin van dit artikel: beide kinderen lijken precies op hun vader -niets aan de hand dus.

o ZeoenlingenTot slot keren we nog even terug naar de constatering aan het eind van

het overzicht van de verschillende tweeling-verhalen dat er bij de oudste versiesalleen tweelingen of zevenlingen voorkomen. Ook hiervoor kan de verklaringgevonden worden in de middeleeuwse medische handboeken. Klassieke schrij-vers als Galenus (tweede eeuw na Christus), daarin gevolgd door de Arabischegeleerden, waren van mening dat de vrouwelijke voortplantingsorganen be-stonden uit twee componenten, de vagina en de uterus. In de twaalfde en der-tiende eeuw vatten gezaghebbende geleerden als Albertus Magnus (7206-7280)

dit op alsof de baarmoeder bestond uit twee compartimenten. In diezelfde pe-riode ontwikkelde zich aan de medische school van Salerno, de beroemdste vanEuropa in die tijd, een geheel andere opvatting, namelijk dat de uterus bestonduit zeven zogenaamde 'kamertjes', drie rechts (voor de jongetjes), drie links(voor de meisjes) en één in het midden (daar ontstonden d,e hermafrodieten).Het is waarschijnlijk dat deze mening afkomstig is uit het Midden-Oosten en Sa-

lerno bereikte via Byzantium.6Wanneer we nu deze gegevens leggen naast wat we weten over de oudste

teksten, dan zien we dat zowel de theorie van de zeven-kamerige uterus, als de

verhalen met een zevenling het westen bereikten via Byzantrum, terwijl de'klassieke' theorie van de baarmoeder met twee compartimenten binnenkwamlangs de Arabisch-Spaanse route. De conclusie lijkt gerechtvaardigd dat het be-staan van twee scholen met betrekking tot de twee- dan wel zevenvoudige in-richting van de baarmoeder in een directe relatie staat tot de twee soorten ver-halen over meerlingen in de middeleeuwen.

234

Page 8: Dr. Erik Kooper schreef een mooi stuk in Madoc, Tijdschrift over de ...

Moeders en meerlíngen in de middeleeuwse letterkunde

noten1. Het citaat is afkomstig uit D. Th. Enklaars "De Loosduinse kindertjes", in zijn bun-

del Herfstticht op velden van cultuur (Assen 1961) 65-71'

Z. Zie: C. D. van Strien, British Travellers in Hotland during the Stuart Period (Leiden 1993).

3. Voor een uitgebreidere versie van dit overzicht, zie: E.S. Kooper, 'Multiple births

and multiple disaster:twins in medieval literature,' in Coniunctures: Medieval stu-

dies in honor of Douglas Ke//y, Keith Busby en Norman J. Lacy (ed.) (Amsterdam

1994) 2s3-69.

4.

5.

6.

Vergelijk bijvoorbeeld: Ihe Works of Aristotle. lV. Historia animalium, vertaald

door D'Arcy Wentworth Thompson (Oxford 1956) lll, '1, 510b.

Zie: Kooper 1994 (noot 3) noot 34.

Zie bijvoorbeeld: Robert Reisert, Der Siebenkammerige tJterus. Studien zur mittel-

alterlichen Wirkungsgeschichte und Entfaltung eines embryologischen Gebármut-

termodells (Wurzburger medizinhistorische Forschungen 39) (Hannover 1986)7-40'

235