DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door...

25
DEEL I Bijlage X Aanbeveling d.d. 23 juli 1962 van de Commissie van de Europese Economische Gemeenschap aan de Lid-Staten betreffende de vaststelling van een Europese lijst van beroepsziekten. Bijlagen I en II (Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming, art. l47 ter; besluit van de Regent van 25 september 1947, art. 64 ter). Bijlage I Europese lijst van beroepsziekten A. Beroepsziekten veroorzaakt door de volgende chemische agentia: 1. Arsenicum en -verbindingen; 2. Beryllium en -verbindingen; 3. Koolmonoxyde - koolstofoxychloride - cyaanwaterstofzuur, cyaniden en cyanogeenverbindingen; 4. Cadmium en -verbindingen; 5. Chroom en -verbindingen; 6. Kwik en -verbindingen; 7. Mangaan en -verbindingen; 8. Salpeterzuur - stikstofoxyden - ammoniak; 9. Nikkel en -verbindingen; 10. Fosfor en -verbindingen; 11. Lood en -verbindingen; 12. Zwaveligzuur, zwavelzuur, zwavelwaterstof, zwavelkoolstof; 13. Thallium en -verbindingen; 14. Vanadium en -verbindingen; 15. Chloor, broom en jodium en anorganische verbindingen daarvan - fluor en-verbindingen; 16. Verzadigde of onverzadigde, cyclische of niet-cyclische alifatische koolwaterstoffen uit petroleumether en benzine;

Transcript of DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door...

Page 1: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

DEEL I

Bijlage X

Aanbeveling d.d. 23 juli 1962 van de Commissie van de Europese EconomischeGemeenschap aan de Lid-Staten betreffende de vaststelling van een Europese lijst vanberoepsziekten.

Bijlagen I en II

(Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming, art. l47 ter;

besluit van de Regent van 25 september 1947, art. 64 ter).

Bijlage I

Europese lijst van beroepsziekten

A. Beroepsziekten veroorzaakt door de volgende chemische agentia:

1. Arsenicum en -verbindingen;2. Beryllium en -verbindingen;3. Koolmonoxyde - koolstofoxychloride - cyaanwaterstofzuur, cyaniden encyanogeenverbindingen;4. Cadmium en -verbindingen;5. Chroom en -verbindingen;6. Kwik en -verbindingen;7. Mangaan en -verbindingen;8. Salpeterzuur - stikstofoxyden - ammoniak;9. Nikkel en -verbindingen;

10. Fosfor en -verbindingen;11. Lood en -verbindingen;12. Zwaveligzuur, zwavelzuur, zwavelwaterstof, zwavelkoolstof;13. Thallium en -verbindingen;14. Vanadium en -verbindingen;15. Chloor, broom en jodium en anorganische verbindingen daarvan - fluor en-verbindingen;16. Verzadigde of onverzadigde, cyclische of niet-cyclische alifatische koolwaterstoffen uit

petroleumether en benzine;

Page 2: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

17. Halogeenderivaten van verzadigde of onverzadigde, cyclische of niet-cyclische alifatischekoolwaterstoffen;

18. Alcoholen, glycolen, ethers, ketonen, organische esters en halogeenderivaten daarvan;19. Organische zuren, aldehyden;20. Alifatische nitroderivaten, salpeterzure esters;21. Benzeen, tolueen, xylenen en andere homologen van benzeen, naftalenen en homologen (het

homoloog van een aromatische koolwaterstof wordt aangeduid met de formule CnH2n-G voorbenzeenhomologen en met de formule CnH2n- 12 voor naftaleenhomologen);

22. Halogeenderivaten van aromatische koolwaterstoffen;23. Fenolen en homologen, thiofenolen en homologen, naftolen en homologen en

halogeenderivaten daarvan; halogeenderivaten van alkyla-ryloxyden en van alkalylsulfiden;benzochinon;

24. Aromatische aminen (primaire, secundaire, tertiaire en heterocyclische) en hydrazinen en dehalogeen-, fenol-, nitroso-, nitro- en sulfonderivaten ervan;

25. Nitroderivaten van aromatische koolwaterstoffen en fenolen.

B. Beroepshuidziekten veroorzaakt door stoffen en agentia die niet onder andere postenzijn opgenomen :

1. Huidkanker en precancereuze huidaandoeningen welke veroorzaakt worden door roet, teer,bitumen, pek, antraceen, minerale oliën, ruwe paraffine en door de verbindingen, produkten enafval daarvan;2. Dermatites en dermatosen in het arbeidsmilieu veroorzaakt door stoffen welke niet onderandere posten zijn opgenomen.

C. Beroepsziekten welke ontstaan door het inademen van stoffen en agentia welke nietonder andere posten zijn opgenomen :1. Pneumoconiosen :

a) Silicose, al dan niet met longtuberculose;b) Asbestose, al dan niet met longtuberculose of longkanker;c) Pneumoconiose veroorzaakt door stof van silicaten;

2. Aandoeningen van de bronchiën veroorzaakt door stof of rook van aluminium en -verbindingen;3. Aandoeningen van de bronchiën veroorzaakt door stof van harde metalen;4. Aandoeningen van de bronchiën veroorzaakt door stof van Thomasslakken;5. Astma in het arbeidsmilieu veroorzaakt door stoffen welke niet onder andere posten zijnopgenomen.

D. Infectieziekten en door parasieten verwekte ziekten welke verband houden met deuitoefening van bepaalde beroepen :

1. Beroeps-helminthiasis, mijnworm in de twaalfvingerige darm, andere ingewandswormen;

2. Tropische beroepsziekten, waaronder malaria, amoebendysenterie, slaapziekte,knokkelkoorts, muskietenkoorts, Maltzenkoorts, derdedaagse koorts, gele koorts, pest,leishmaniose, framboesia, lepra, vlektyphus en andere rickettsiosen;

Page 3: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten opmensen worden overgebracht;Tetanus ontstaan bij werkzaamheden in riolen (Publicatieblad van de EuropeseGemeenschappen, d.d. 25 augustus 1964 - Rectificaties);4. Infectieziekten van leden van het personeel werkzaam op het gebied van de preventievegeneeskunde, geneeskundige verzorging, verpleging aan huis en wetenschappelijk onderzoek.

E. Deficiëntieziekten welke verband houden met de uitoefening van het beroep :

1. Scheurbuik.

F. Door fysische agentia veroorzaakte ziekten :

1. Ziekten veroorzaakt door ioniserende stralen;2. Staar veroorzaakt door stralingsenergie;3. Hardhorendheid of doofheid ten gevolge van lawaai;4. Caissonziekten;5. Been- en gewrichtsziekten en angioneurotische ziekten veroorzaakt door vibrerendeinstrumenten;6. a) Ontstekingen van de slijmbeurzen over de strekzijde van sommige gewrichten als

gevolg van druk; onderhuidse cellulitis;b) Ontsteking door overmatige inspanning van peesscheden, van het weefsel van peesschede en van de inplantingen van spieren en pezen;c) Beschadigingen van de meniscus bij mijnwerkers;d) Afscheuring door overmatige inspanning van doornvormige beenuitsteeksels;e) Zenuwverlamming door druk;

7. Mijnwerkersnystagmus.

Page 4: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

Bijlage II

Toegevoegde lijst van ziekten waarvan aangifte dient te worden geëist methet oog op eventuele opneming daarvan in de Europese lijst.

A. Ziekten veroorzaakt door chemische agentia :

1. Ozon;2. Zwavelzure esters;3. Mercaptenen en thioethers;4. Zinkoxyde;5. Boranen;6. Organische verbindingen van chloor, broom en jodium;7. Alifatische koolwaterstoffen behalve die onder nr. A. I 6, van de Europese lijst;8. Alifatische aminen en halogeenderivaten daarvan;9. Nitrillen en isocyanaten;

10. Vinylbenzeen en divinylbenzeen, difenyl, decaline, tetraline;11. Aromatische zuren, aromatische anhydriden en halogeenderivaten daarvan;12. Difenyloxyde, dioxaan, tetrahydrofuraan;13. Thiofeen;14. Furfurol.

A. a. Ziekten veroorzaakt door verschillende agentia :

1. Ziekten veroorzaakt door het inademen van stof van paarlemoer;2. Ziekten veroorzaakt door hormoonstoffen.

B. Beroepsziekten veroorzaakt door het inademen van stoffen die niet onder andereposten zijn opgenomen :

1. Pneumoconiosen veroorzaakt door stof van steenkool en kool, grafiet, bariumsulfaat,tinoxyden;2. Longfibrosis veroorzaakt door metalen welke niet op de Europese lijst voorkomen;3. Longziekten veroorzaakt door het inademen van stof van katoen, vlas, hennep, jute, sisal enbagasse;4. Astma en astmatische bronchitis veroorzaakt door het inademen van stof van dierlijk haar,arabische gom, antibiotica, tropisch hout en andereallergene stoffen.C. Beroepsziekten veroorzaakt door fysische agentia :

1. Beroepskrampen.

Page 5: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

DEEL I Bijlage XIJaarverslag van de arbeidsgeneeskundige dienst.

Dat verslag wordt opgesteld door dienst 54 van de Directie P.S.

Page 6: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

DEEL II.

REGLEMENT VOOR DE ARBEIDSGENEESKUNDE.

Titel A. — Toepassing van het A.R.A.B. op de N.M.B.S.

Titel B. — Bepalingen die eigen zijn aan de Maatschappij.

Page 7: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

DEEL II

REGLEMENT VOOR DE ARBEIDSGENEESKUNDE (R.A.G.)

TITEL A. — Toepassing van het A.R.A.B. op de N.M.B.S.

I. ARBEIDSGENEESKUNDIGE DIENST.

Art. A 104 § 1. Terminologie.

De termen “ maatschappij)) en “ bedienden” stemmen overeen met de in

het A.R.A.B. gebruikte termen “onderneming” en “werknemers”.De in het A.R.A.B. gebruikte term “werkgever” bedoelt de NMBS, vertegenwoordigd,volgens het geval, binnen de perken van hun bevoegdheden en machten, door de leiders ofafgevaardigden van de betrokken directies, diensten, bureaus of administratieve eenheden.

Met de zonder nadere omschrijving gebruikte term “bediende” wordt ieder statutair (vast ofstagedoend) bediende of niet-statutair bediende (tijdelijke bediende of dagloner) van deMaatschappij bedoeld, Wanneer het stelsel dat van toepassing is, verschilt naar gelang van dehoedanigheid van de bediende, dan wordt die hoedanigheid nader omschreven.

De term “veiligheidsposten” verwijst naar de veiligheidsposten waarvan er sprake is in artikel124, 30 van het A.R.A.B, en artikel A 124, 3°(par. 7) van het R.A.G., en die in bijlage I tot hetR.A.G. zijn opgenomen.

Met de term “wettelijk(e)” worden de voorschriften van het A.R.A.B. bedoeld.

De term ((reglement)) verwijst naar de voorschriften die door de Maatschappij in het Statuutvan het Personeel, de reglementen en de berichten uitgevaardigd werden.

Art. A 104, § 4. Erkenning.

2 De arbeidsgeneeskundige dienst van de Maatschappij wordt als bedrijfs-geneeskundige dienst erkend. (Koninklijk Besluit van 2 augustus I 9 G 8, ter aanvulling vanart. 104 § 4).

Art. A 108. Tussenkomst van het Comité voor veiligheid en gezondheid.

Art. 108 van het A.R.A.B, bepaalt dat het Comité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiingder werkplaatsen van de onderneming moet betrokken worden bij het beheer en bij dewerkzaamheden van de geneeskundige dienst.

Page 8: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

De Nationale Paritaire Commissie van de Maatschappij is, krachtens artikel 13 van de wet van23 juli 1926 tot oprichting van de N.M.B.S., belast met het onderzoek van alle kwestiesbetreffende de veiligheid en de hygiëne; overeenkomstig de bij de wet van 17 juli 1957gewijzigde wet van 10 juni 1952 en artikel 830 van het A.R.A.B. neemt de N.P.C, de aan hetComité voor de veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen toegewezen functieswaar.

Een paritaire werkgroep, het Comité voor Arbeidsgeneeskunde, is belast met de voorbereidingvan kwesties betreffende het in toepassing brengen van onderwerpen die onder het A.R.A.B,en het R.A.G. vallen.

Art. A 110. Organisatie.

De geneeskundige diensten van de Maatschappij omvatten een arbeidsgeneeskundige dienst,onder leiding van een arbeidsgeneesheer met de administratieve betiteling vanhoofdgeneesheer.

De arbeidsgeneeskundige dienst omvat :

- een centrale dienst, met :- een Medisch Wervingscentrum;- een Commissie van Beroep voor Arbeidsgeneeskunde (C.B.A.G.);- een Centrum voor Arbeidsgeneeskundig Toezicht;

- gewestelijke centra voor arbeidsgeneeskunde (G.C.A.G.).

Art. A 112.

5 In afwijking van artikel 1 12 van het A.R.A.B, en bij toepassing van artikel 104 § 4 is hetadvies van het Comité voor Arbeidsgeneeskunde vereist voor de dienstaanwijzing van de doorde Maatschappij aangestelde geneesheren voor de arbeidsgeneeskundige dienst.

Indien men in het bedoelde Comité niet tot een vergelijk komt, moet de Nationale ParitaireCommissie uiteindelijk over het geval beslissen.

Art. A 123.

Aan de bedienden die zich moeten verplaatsen om een der geneeskundige onderzoekingen teondergaan waarvan er in onderhavig reglement sprake is, worden de nodige verkeersvoordelenverleend.

II. MEDISCH TOEZICHT OVER DE WERKNEMERS.

A. GENEESKUNDIGE ONDERZOEKINGEN.

1. Onderzoek bij indienstneming. Art. A 124.

Moeten krachtens art. 124 van het A.R.A.B. een geneeskundig onderzoek bijindienstneming ondergaan :1° de jongeren die geen 2 1 jaar oud zijn;2° de personen die zullen worden blootgesteld aan risico’s voor beroepsziekten;de lijst met die risico’s is opgenomen in bijlage II tot het A.R.A.B.;

Page 9: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

3° de personen die zullen worden tewerkgesteld in een veiligheidspost “zoals het bedienenvan motorvoertuigen, kranen, rolbruggen, machines waarmee gevaarlijke installaties oftoestellen aan de gang worden gebracht, voor zover het bedienen van die tuigen de veiligheidvan werkgezellen in gevaar kan brengen”: de lijst met die posten, in onderhavig reglement“veiligheidsposten” genoemd, komt voor in bijlage 1 tot het R.A.G.;4° de personen die moeten worden ingeënt tegen pokken of tegen tuberculose; op het huidigeogenblik bestaat die categorie niet bij de Maatschappij;5° de minder-validen die in dienst genomen zijn ter uitvoering van de wet van16 april 1963, betreffende de sociale reclassering van de minder-validen; ophet huidige ogenblik bestaat die categorie niet bij, de Maatschappij;6° de personen die, ingevolge hun beroepswerkzaamheid, rechtstreeks met voedingswaren of -stoffen in aanraking komen : die categorie omvat het personeel van messes” en kantines envan het tehuis van Noisy. (De geneeskundige onderzoekingen van het personeel van buffettenen restaurants die in eigen beheer worden geëxploiteerd, worden aan eeninterbedrijfsgeneeskundige dienst toevertrouwd).

In de bij art. 124 vastgestelde gevallen is een nieuw geneeskundig onderzoek vereist voor:

1° de kandidaten voor een betrekking van statutair of niet-statutair bediende die niet kondenaangeworven worden binnen een termijn van 90 dagen te rekenen vanaf het onderzoek bijindienstneming, behalve indien de laattijdige indienstneming uitsluitend voortvloeit uit hetnaleven van de wettelijke bepalingen inzake opzeggingstermijn;2° de kandidaten voor een betrekking van statutair of niet-statutair bediende die tevoren alsniet-statutair bediende werkzaam waren en sedert meer dan 90 dagen afgedankt waren.

Het geneeskundig onderzoek bij indienstneming wordt uitgevoerd op verzoek van hetaanwervingsbureau van de directie of de groep.

Het heeft, in beginsel, plaats :

- in het Medisch Wervingscentrum, voor de kandidaten voor een betrekking van statutairbediende,- in het Gewestelijk Centrum voor Arbeidsgeneeskunde, voor de kandidaten voor eenbetrekking van niet-statutair bediende.

Art. A 125.

Bij de personen die kandidaat zijn voor een betrekking, waarbij zij zullen blootgesteld wordenaan het risico voor pneumoconiosis, wordt het radiologisch onderzoek van de borstorganenonder toezicht van de Centrale Radiologische Dienst (I.A.B. - normen) uitgevoerd, Destatutaire kandidaat die tevoren een beroep uitgeoefend heeft die een risico voorpneumoconiosis teweegbracht, is eveneens verplicht zich aan dat onderzoek te onderwerpen.

Behalve indien geneeskundige redenen zulks wettigen, mag, in geval van een nieuwgeneeskundig onderzoek, het radiologisch onderzoek slechts plaatshebben indien hetonderzoek dat eraan voorafging meer dan een jaar tevoren uitgevoerd werd.

Page 10: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

1 bis. Geneeskundige onderzoekingen bij verandering inzake dienstaanwijzing.

Art. A 127.

Krachtens art. 127 van het A.R.A.B, zijn de werknemers bij verandering inzakedienstaanwijzing verplicht zich aan een geneeskundig onderzoek te onderwerpen.

Die maatregel geldt voor :

1° de bediende die geschikt is verklaard voor een werk waarbij hij niet blootgesteld wordt aaneen risico voor beroepsziekten en die tijdens zijn loopbaan wordt tewerkgesteld in anderefuncties waarbij hij wel aan dat risico blootgesteld is :2° de bediende, die reeds aan een risico voor beroepsziekte blootgesteld is en die in eenfunctie met een ander of zwaarder risico tewerkgesteld wordt;3° de bediende, die een functie uitgeoefend heeft waarbij hij blootgesteld was” aan een risicovoor beroepsziekte, en wiens werkzaamheden in die functie, wegens dienstredenen,onderbroken werden gedurende een langere periode dan de tussentijd tussen de periodischegeneeskundige onderzoekingen, alvorens opnieuw in die functie te worden tewerkgesteld:4° de bediende die geschikt verklaard is voor een betrekking die niet als veiligheidsposterkend is en die, gedurende zijn loopbaan in een dergelijke post tewerkgesteld wordt;5° de bediende die reeds in een veiligheidspost is tewerkgesteld en aan wie voorgesteld wordteen andere te bekleden;6° de bediende, die een veiligheidsfunctie uitgeoefend heeft en wiens werkzaamheden wegensdienstredenen gedurende een termijn van meer dan één jaar onderbroken werden, alvorensopnieuw in die functie te worden tewerkgesteld.

Het geneeskundig onderzoek bij verandering inzake dienstaanwijzing wordt gelijkgesteld meteen onderzoek bij indienstneming en omvat, naast eventuele bijzondere onderzoekingen, dekrachtens artikel I 25 van het A.R.A.B, vastgestelde nasporingen.

In de in paragraaf 10, 1°, 2° en 3° vermelde gevallen is dat onderzoek niet vereist indien metvermoedt dat de bediende slechts sporadisch en/of kortstondig in die functie zal tewerkgesteldworden (zie Bijlage II tot hetA.R.A.B.).

Voor de bedienden die functies zullen moeten uitoefenen, waarbij zij blootgesteld zijn aan hetrisico voor pneumoconiosis (I.A.B.-normen) moet het radiologisch onderzoek van grootformaat van de borstorganen verricht worden onder toezicht van de Centrale RadiologischeDienst.

Het geneeskundig onderzoek wordt aangevraagd :

- in geval van wijziging in de administratieve betiteling, door het bevoegd bureau P.S. van dedirectie of van de groep,- in de andere gevallen, door de onmiddellijke chef’.

Het onderzoek wordt verricht:

- in het Medisch Wervingscentrum, indien het een statutair bediende betreft, in de in paragraaf10, 4°, 5° en 6° vermelde gevallen;

- in het Gewestelijk Centrum voor Arbeidsgeneeskunde, als het gaat om een statutair bediendein de in paragraaf’ 10, 1°, 2°, en 3° vermelde gevallen, of om een niet-statutair bediende.

Page 11: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

2. Periodieke onderzoekingen.

Art. A 128.

Krachtens art. 128 van het A.R.A.B. zijn periodieke geneeskundige onderzoekingen verplichtvoor :

1° de bedienden van minder dan 21 jaar;2° de aan het risico voor beroepsziekten blootgestelde bedienden;3° de bedienden die een veiligheidspost bekleden;4° en 5° (zijn op het huidig ogenblik niet van toepassing op de Maatschappij) :6° de bedienden die met voedingswaren en -stoffen in aanraking komen.

Een nieuw geneeskundig onderzoek is verplicht voor :

1° de bediende die tot een van de hiervoren genoemde categorieën behoort en een verlofzonder bezoldiging van meer dan 90 dagen genoten heeft;

2° de bediende die tot één van de hiervoren genoemde categorieën behoort en die uit het legerterugkeert.

Art. A l28 bis. Modaliteiten.

Bedienden van minder dan 2l jaar.

De bedienden van minder dan 2 1 jaar worden aan jaarlijkse periodieke onderzoekingenonderworpen : indien zij geen 18 jaar oud zijn, gebeurt zulks twee maal per jaar.

Die geneeskundige onderzoekingen worden verricht door de Gewestelijke Centra voorArbeidsgeneeskunde en omvatten, behoudens de krachtens art. 125 van het A.R.A.B,vastgestelde onderzoekingen, éénmaal per jaar een radiologische nasporing van deborstorganen.

Aan beroepsziekten blootgestelde werknemers.

De lijst van de “schadelijke agentia die de werknemers blootstellen aan een risico voorberoepsziekten” is opgenomen in bijlage II van het A.R.A.B., waarin voor iedere categorie vanstoffen het volgende opgegeven is :

onder a), een exemplatieve lijst van de bijzondere onderzoekingen, onder b), de frequentie vanhet periodiek geneeskundig onderzoek, onder c), de minimumduur van de blootstelling aan hetrisico waarvoor het medisch toezicht vereist is”.

De periodieke onderzoekingen worden verricht door de Gewestelijke Centra voorArbeidsgeneeskunde.

Het radiologisch onderzoek van de aan het risico voor pneumoconiosis blootgesteldebedienden wordt verricht onder toezicht van de Centrale Radiologische Dienst (I.A.B. -normen).

Page 12: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

Er zijn aanvullende bepalingen vastgesteld voor:

- de aan ioniserende stralingen blootgestelde werknemers (zie art. 132. van het A.R.A.B, enart. A 132):

- sommige werknemers die aan besmettelijke ziekten blootgesteld zijn en tegen tetanusmoeten ingeënt worden (zie art. A 140).

Bedienden die “veiligheidsposten” bekleden.

De lijst van de veiligheidsposten is opgenomen in bijlage 1, waarin de aard en de periodiciteitvan de geneeskundige onderzoekingen worden aangegeven.

De periodieke onderzoekingen worden verricht door de Gewestelijke Centra voorArbeidsgeneeskunde.

Sommige bestuurders van voor personenvervoer gebruikte autovoertuigen moetendaarenboven, de geneeskundige onderzoekingen ondergaan die vereist zijn voor het verkrijgenvan het bewijs van geneeskundige schifting (de zogenaamde “blauwe kaart” (zie bijlage I).

Bedienden die met voedingswaren in aanraking komen.

Met die bepaling zijn bedoeld de bedienden van de kantines en messen en van het tehuis vanNoisy die uit hoofde van hun werkzaamheden rechtstreeks met voedingswaren of - stoffen inaanraking komen,

Het jaarlijks onderzoek, dat door de Gewestelijke Centra voor Arbeidsgeneeskunde uitgevoerdwordt, omvat, behoudens de krachtens art. 125 van het A.R.A.B, vastgestelde nasporingen,een radiologisch onderzoek van de borstorganen.

Bij het geneeskundig onderzoek moet bovendien nagegaan worden of de betrokken bediendenniet aangetast zijn door een van de aandoeningen, opgesomd in het koninklijk besluit van 17maart 197 I (zie bijlage II).

Gemeenschappelijke bepalingen voor de periodieke onderzoekingen.

In geval van overplaatsing van een bediende die aan de periodieke geneeskundigeonderzoekingen onderworpen is, moet het Gewestelijk Centrum voor Arbeidsgeneeskundedaarover ingelicht worden door de onmiddellijke chef,

Het Gewestelijke Centrum moet worden ingelicht over elk feit dat zou leiden tot de wijzigingof de afschaffing van de periodieke onderzoekingen, met name :

a) wijziging in de aard van het risico (gebruik van andere schadelijke produkten), voor debedienden die aan het risico voor beroepsziekten blootgesteld zijn;b) verandering van functie of van administratieve betiteling, waardoor de periodiekeonderzoekingen wegvallen;c) toekenning van verlof zonder bezoldiging voor meer dan 90 dagen; diensthervatting na eendergelijk verlof;d) oproep onder de wapens : diensthervatting na de legerdienst;e) overlijden, opruststelling, afzetting, afdanking, ontslag.

Page 13: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

3. Onderzoekingen bij werkhervatting.

Art. A 131.Na een afwezigheid van ten minste 4 weken (d.w.z. een ononderbrokenperiode van 28 kalenderdagen), te wijten aan om het even welke ziekte ofongeval, of om reden van een bevalling, is een geneeskundig onderzoek bijwerkhervatting verplichtend voor de bij artikel 128 van het A.R.A.B, bedoeldebedienden, inzonderheid :1° bedienden van minder dan 21 jaar;2° aan een risico voor beroepsziekten blootgestelde bedienden;3° bedienden die een veiligheidspost bekleden;4° en 5° (zijn op het huidig ogenblik niet van toepassing op de Maatschappij;6° bedienden die met voedingswaren of stoffen in aanraking komen.

Bedoeld onderzoek wordt verricht door de arbeidsgeneesheer van het gewestelijk centrumvoor arbeidsgeneeskunde.

3 bis Aanvullende onderzoekingen.

Krachtens het A.R.A.B, worden aanvullende onderzoekingen verricht wanneer :

1° de arbeidsgeneesheer zulks nuttig acht, hetzij wegens de gezondheidstoestand van debetrokkene, hetzij wegens hun bijzondere werkvoorwaarden, hetzij wegens incidenten vanmedische aard die zich in het bedrijf’ voordeden (art. 129);2° de werknemer klaagt over een ongemak of over pathologische tekens welke aan dewerkvoorwaarden zouden kunnen te wijten zijn (art. 13 1 bis, 1 37 en 148 ter);3° de werknemer door een ernstige besmettelijke ziekte is aangetast (art. l46 ter, § 2);4° de zwangere werkneemster, in verband met haar toestand, klaagt over een ziekte of eengevaar dat aan haar werk zou kunnen toegeschreven worden (art. 147 bis).

Bedoelde onderzoekingen worden door de bediende of de onmiddellijke chef gevraagd of doorde arbeidsgeneesheer voorgeschreven, ze worden uitgevoerd in het gewestelijk centrum voorarbeidsgeneeskunde.

4. Bijzondere bepalingen betreffende de aan ioniserende stralingen blootgesteldepersonen.

Art. A 132.

Voor de aan ioniserende stralingen blootgestelde bedienden gelden de bepalingen inzakeberoepsziekten (A.R.A.B., art. 124 en 128, en bijlage II; R.A.G., art. A 128), de bijzonderebepalingen van het A.R.A.B., art. [32 en volgende, en het koninklijk besluit van 28 februari1963 houdende het algemeen reglement op de bescherming van de bevolking en van dewerknemers tegen het gevaar van de ioniserende stralingen.

De aan ioniserende stralingen blootgestelde bedienden zijn de geneesheren-radiologen, hetpersoneel van de radiologische diensten en de bedienden die verrichtingen op het gebied vande industriële radiografie moeten uitvoeren.

Page 14: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

Art. A 133.

Bedoelde bedienden krijgen een dosimeter waarop de ontvangen doses worden getotaliseerden waarvan een maandstaat wordt opgemaakt.

De arbeidsgeneesheer bewaart in het dossier van, de betrokkenen de bestralingskaart diekrachtens art. 126 van het A.R.A.B. voorgeschreven is en die door het Centrum voorArbeidsgeneeskundig Toezicht verstrekt wordt. Op bedoelde kaart vermeldt dearbeidsgeneesheer :

a) de doses in rem die hem elke maand door de centrale dienst worden verstrekt;b) de geneeskundige onderzoekingen of behandelingen door middel van ioniserende stralingendie de belanghebbenden ondergaan.De arbeidsgeneesheer mag een uitzonderlijk medisch toezicht uitoefenen op bedienden die eenbelangrijke bestraling met ioniserende stralingen hebben ondergaan, of door radioactievestoffen werden gecontamineerd.

De maximaal toelaatbare dosis voor de totale bestraling van het lichaam mag niet hoger zijndan de waarde bepaald door de formule D = 5 (N - 18) waarin D de in rem uitgedrukte dosis isen N de in jaren uitgedrukte leeftijd.

De individuele dosis mag niet meer bedragen dan 3 rem per dertien weken. De opstapelingtegen dat ritme mag geduld worden zolang de volgens de basisformule bepaalde gecumuleerdedosis (d.i. 5 rem per jaar) niet bereikt werd, Indien de gecumuleerde doses de volgens debasisformule bepaalde waarde overschrijden, moet de blootgestelde persoon tegen het risicovoor bestraling worden beveiligd tijdens de periode die nodig is om elke mogelijkheid vanoverschrijding van de basiswaarde door een normale beroepsbestraling uit te schakelen.

Wanneer een bediende doelbewust een uitzonderlijke uitwendige bestraling die niet meer dan12 rem mag bedragen, of niet doelbewust een uitzonderlijke bestraling heeft ondergaan,moeten de bestralingen nadien beperkt worden tot de gecumuleerde dosis overeenkomt met debasisformule.

Bovendien moet op iedere bediende die niet doelbewust een uitzonderlijke uitwendigebestraling van meer dan 25 rem ondergaan heeft, een uitzonderlijk medisch .toezicht wordenuitgeoefend.

Onder een doelbewuste uitzonderlijke bestraling verstaat men een bestraling waarbij demaximaal toelaatbare dosis overschreden wordt en waarvan het risico van te voren bestudeerden als zodanig aangenomen werd.

Er is sprake van een niet doelbewuste uitzonderlijke bestraling, wanneer die bestraling eentoevallig karakter heeft.

B. INENTINGEN.

Art. A 140. Inenting tegen tetanus.Een inenting tegen tetanus is verplicht voor de bedienden die met de hierna vermeldewerkzaamheden belast zijn :a) bestraten en reinigen van wegen (overwegen, toegangswegen enz.);b) laden, lossen, storten, uitspreiden en schiften van vuilnis;c) ledigen van rioolkolken, beer- of gierputten;d) onderhouden en reinigen van riolen;e) ontsmetten van veewagens;f) aanleggen en bewerken van tuinen.

Page 15: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

Art. A 144.

De inenting tegen tetanus van bedoelde bedienden wordt op verzoek van de onmiddellijkechef door de arbeidsgeneesheer van het gewestelijk centrum voor arbeidsgeneeskundeverricht.

Indien de bediende zulks wenst, mag hij zich evenwel wenden tot een geneesheer van zijnkeuze, In dat geval moet hij zelf de kosten van die tussenkomsten dragen en de tijd die hij ergedurende de werkdag aan besteedt, kan van zijn werkelijke arbeidstijd worden afgetrokken.

E. MOEDERSCHAPSBESCHERMING.

Art. A 147.

In art. 147 van het A.R.A.B, wordt verwezen naar artikel 39 van de arbeidswet van 16 maart197 1. Bedoeld artikel is opgenomen in bijlage III tot onderhavig reglement.

De onmiddellijke chef die een zwangerschapscertificaat ontvangt, zendt het origineel aan hetbureau P.S. dat de betrokkene beheert, en dat bureau. stuurt het door aan dearbeidsgeneesheer.

Een afschrift ervan wordt door de onmiddellijke chef in het persoonlijk dossier van devrouwelijke bediende bewaard.

Art. A l47 bis.

In art. l47 bis van het A.R.A.B, wordt verwezen naar de artikels 42 en 45 van de arbeidswetvan 16 maart 197 1, Die artikels zijn opgenomen in bijlage m tot onderhavig reglement.

F. AANGIFTE DER BEROEPSZIEKTEN.

Art. l47t er.

De aangifte van vastgestelde of vermoede gevallen van beroepsziekten dient zo spoedigmogelijk te geschieden door middel van het formulier dat voorkomt in bijlage IX tot hetA.R.A.B,

In elk der gevallen wordt het forrnulier door de arbeidsgeneesheer in drievoud ingevuld. Eenexemplaar is bestemd voor de geneesheer-arbeidsinspecteur, een tweede voor het Centrumvoor Arbeidsgeneeskundig Toezicht en een derde wordt in het geneeskundig dossier van debediende bewaard.

Page 16: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

DEEL II

REGLEMENT VOOR DE ARBEIDSGENEESKUNDE (R.A.G.)

TITEL B. — Bepalingen die eigen zijn aan de Maatschappij.

1. Art. B l46 bis, § 3. Overlegprocedure.

De overlegprocedure tussen de arbeidsgeneesheer en de door de werknemer gekozengeneesheer wordt bij art. 146 bis, § 3, van het A.R.A.B. geregeld.

Behalve in geval van een geneeskundig onderzoek bij indienstneming mag de werknemer indienst die een bij het A.R.A.B. (art. 127, 128, 129, 131, 131 bis, 137, l46 ter, l47 bis, l48 tervan het A.R.A.B.; paragrafen [0, 13, 19, 20 van het R.A.G.) bepaald onderzoek, dus, eenonderzoek bij verandering inzake dienstaanwijzing, een periodiek onderzoek, een aanvullendonderzoek of een onderzoek bij werkhervatting ondergaan heeft, en die door de geneesheerongeschikt bevonden wordt of voor wie volgens de geneesheer een verandering van werknoodzakelijk is, van bedoelde procedure gebruikmaken.

De Maatschappij voorziet in de mogelijkheid van een overlegprocedure voor de bedoeldegeneeskundige onderzoekingen (bij verandering inzake dienstaanwijzing, periodiekonderzoek, aanvullend onderzoek, onderzoek bij werkhervatting) zowel wanneer de betrokkenbediende daarbij geschikt als wanneer hij daarbij ongeschikt is verklaard.

De procedure stemt overeen met die van het A.R.A.B. (termijn van5 werkdagen te rekenen vanaf de dag waarop de betrokkene door de arbeidsgeneesheer werdingelicht).

Ingeval de arbeidsgeneesheer beslist dat de betrokkene ongeschikt is, schort het overleg diebeslissing op, behalve, indien het een bediende betreft met een veiligheidsfunctie of met eenfunctie die risico voor blootstelling aan ioniserende stralingen biedt, of wanneer de betrokkenedoor een ernstige besmettelijke ziekte is aangetast.

Wanneer de arbeidsgeneesheer beslist dat de betrokkene geschikt is, schort het overleg diebeslissing niet op.

Page 17: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

2. Art. B l46 quater. Beroep.

2.1. BEROEP BIJ DE GENEESHEER-ARBEIDSTNSPECTEUR.

Krachtens het A.R.A.B., art. l46 quater, mag beroep aangetekend worden in de hiernavermelde gevallen en mits voldaan is aan de hierna gestelde voorwaarden, om het even of’ dewerknemer al dan niet van de overlegprocedure gebruik gemaakt heeft.

Gevallen :

Werknemer in dienst aan wie de arbeidsgeneesheer de betrekking die hij bekleedt weigert of’het verder uitoefenen verbiedt van de door hem beklede veiligheidsfunctie of functie die risicobiedt voor blootstelling aan ioniserende stralingen of voor wie hij aan de werkgever de raadverstrekt hem met een ander werk te belasten.

Procedure :

Het beroep moet door de werknemer, onder aangetekende omslag, naar de bevoegdegeneesheer-arbeidsinspecteur opgestuurd worden binnen de 7 werkdagen die volgen op dedatum van de verzending of de overhandiging van de kaart van medisch onderzoek,

De geneesheer-arbeidsinspecteur, de arbeidsgeneesheer van de werkgever en de geneesheergekozen door de werknemer beslissen bij meerderheid van stemmen.

2.2.COMMISSIE VAN BEROEP VOOR DE ARBEIDSGENEESKUNDE.

De Maatschappij voorziet bovendien in de mogelijkheid dat, in de hierna vermelde gevallenen mits voldaan is aan de hierna gestelde voorwaarden, een Commissie van Beroep voor deArbeidsgeneeskunde tussenbeide komt.

Samenstelling :

De Commissie van Beroep voor de Arbeidsgeneeskunde (C.B.A.G.) is samengesteld uit eengeneesheer van de Maatschappij door haar aangewezen, een geneesheer aangewezen door deerkende organisaties en een geneesheer van de Maatschappij die het voorzitterschapwaarneemt en gezamenlijk door de Maatschappij en de erkende organisaties aangewezenwordt.

Voor iedere geneesheer is er ten minste één plaatsvervanger.

De geneesheer-voorzitter en zijn plaatsvervanger moeten ten minste de administratievebetiteling van eerste geneesheer bezitten.

De Commissie beslist bij meerderheid van stemmen ; haar adviezen en beslissingen wordengemotiveerd en vermeld in verslagen die door de drie geneesheren ondertekend worden.

Bevoegdheid :

De Commissie van Beroep voor de Arbeidsgeneeskunde heeft een dubbele taak : zij kan,volgens het hierna uiteengezet onderscheid ofwel advies uitbrengen, ofwel beslissingennemen:

Page 18: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

A. ADVIES.

In de gevallen waarin krachtens het A.R.A.B. (art. l46 quater van het A.R.A.B., paragraaf’ 32hiervoren), bij de geneesheer- arbeidsinspecteur beroep kan aangetekend worden, is bij deMaatschappij de voorafgaande en facultatieve tussenkomst mogelijk van de Commissie vanBeroep voor de Arbeidsgeneeskunde, die als raadgevend orgaan optreedt.

Gevallen :

Werknemer in dienst aan wie de arbeidsgeneesheer’ de betrekking die hij bekleedt weigert ofhet verder uitoefenen verbiedt, van de door hem beklede veiligheidsfunctie of’ functie dierisico biedt voor blootstelling aan ioniserende stralingen of voor wie hij aan de werkgever deraad verstrekt hem met een ander werk te belasten.

Procedure :

Voordat hij de kaart van medisch onderzoek invult, laat de arbeidsgeneesheer aan de bediendeweten dat hij, alvorens in beroep te gaan bij de geneesheer-arbeidsinspecteur, het advies vande Commissie van Beroep voor de Arbeidsgeneeskunde kan inwinnen.

Bedoelde aanvraag moet ingediend worden binnen een termijn van 7 werkdagen te rekenenvanaf de dag waarop hij daarover ingelicht werd.

De aanvraag moet geformuleerd worden, ofwel op de keerzijde van de kaart van medischonderzoek (nog niet ingevuld door de arbeidsgeneesheer), ofwel in een aangetekende briefgericht aan de arbeidsgeneesheer.

De opmerkingen en besluiten van de door de bediende gekozen geneesheer moeten binnendezelfde termijn aan de arbeidsgeneesheer gestuurd worden.

De arbeidsgeneesheer zendt de aanvraag, alsmede het geneeskundig dossier, door aan deCommissie die bijkomende onderzoekingen of raadplegingen mag vragen, De bediende dieverzocht wordt voor de Commissie te verschijnen, mag vergezeld zijn van zijn geneesheer.Het origineel van het advies van de Commissie wordt aan de arbeidsgeneesheer gezonden enin het geneeskundig dossier van de betrokkene geklasseerd; een afschrift blijft bewaard in dearchieven van de Commissie.

Nadat hij het advies van de C.B.A.G. ontvangen heeft vult de arbeidsgeneesheer de kaart vanmedisch onderzoek in en vermeldt dat advies in vak E. Opmerkingen. De kaart wordt ondergesloten omslag aan de bediende gestuurd of wordt hem persoonlijk overhandigd; eenafschrift wordt aan het bevoegd bureau P.S. en aan de onmiddellijke chef gezonden.

De termijn van 7 werkdagen om krachtens art. 146 beroep aan te tekenen, vangt aan op dedatum waarop de kaart van medisch onderzoek verstuurd of’ overhandigd werd.

B. BESLISSING.

Wanneer het A.R.A.B. niet voorziet in de mogelijkheid om beroep aan te tekenen bij dearbeidsgeneesheer-inspecteur, is het bij de Maatschappij mogelijk beroep aan te tekenen bij deCommissie van Beroep voor de Arbeidsgeneeskunde die beslissingsbevoegdheid heeft, in dehierna vermelde gevallen en mits voldaan is aan de hierna gestelde voorwaarden.

Page 19: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

Gevallen :

Betwiste beslissing van ongeschiktheid bij indienstnemingsonderzoek. Betwistegeschiktheidsbeslissing als het gaat ovei’ onderzoekingen bij verandering inzakedienstaanwijzing, periodieke onderzoekingen, aanvullende onderzoekingen of onderzoekingenbij werkhervatting.

Procedure :

Het beroep moet aangetekend worden binnen een termijn van 7 werkdagen te rekenen vanaf’de datum waarop de kaart van medisch onderzoek aan de betrokkene gestuurd of’ overhandigdwerd.

De aanvraag wordt geformuleerd ofwel op de keerzijde van de kaart. van medisch onderzoek,ofwel in een aangetekende brief gericht aan de arbeidsgeneesheer.

De opmerkingen en besluiten van de door de bediende gekozen geneesheer moeten binnendezelfde termijn aan de arbeidsgeneesheer gestuurd worden.

De arbeidsgeneesheer zendt de aanvraag, alsmede het geneeskundig dossier, door aan deCommissie die bevel kan geven tot bijkomende onderzoekingen of raadplegingen.

De bediende die verzocht wordt voor de Commissie te verschijnen, mag vergezeld zijn vanzijn geneesheer.

Het origineel van de beslissing van de Commissie wordt aan de arbeidsgeneesheer gezondenen in het geneeskundig dossier van de betrokkene geklasseerd, een afschrift blijft bewaard inde archieven van de Commissie en een uittreksel (besluiten) wordt aan de betrokkene, aan hetbevoegd Bureau P.S. en aan de onmiddellijke chef gezonden.

Ingeval de arbeidsgeneesheer beslist dat de betrokkene ongeschikt is, schorten de bij par. 32tot 35 vastgestelde vormen van beroep die beslissing op, behalve, wanneer het gaat om eenveiligheidspost of een post die risico voor blootstelling aan ioniserende stralingen biedt. ofwanneer de betrokkene door een ernstige besmettelijke ziekte is aangetast.

Ingeval de arbeidsgeneesheer beslist dat de betrokkene geschikt is, schort het bij par. 35vastgestelde beroep die beslissing niet op.

Page 20: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

BEDIENDEN DIE VEILIGHEIDSFUNCTIES UITOEFENEN.

OPMERKINGEN.

1. In het Algemeen Reglement voor de arbeidsbescherming (art. 124) wordt het begripveiligheidsfuncties omschreven als volgt : ((de personen die zullen worden tewerkgesteld ineen veiligheidsfunctie zoals het bedienen van motorvoertuigen, kranen, rolbruggen, machineswaarmee gevaarlijke installaties of toestellen aan de gang worden gebracht, voor zover hetbedienen van die tuigen de veiligheid van werkgezellen in gevaar kan brengen ; in elkeonderneming stelt de werkgever op advies van het Comité voor veiligheid, gezondheid enverfraaiing der werkplaatsen of, bij ontstentenis van dat comité, van de vakbondsafvaardiging,met de medewerking van de arbeidsgeneesheer, de lijst van de veiligheidsfuncties op”

Bijgevoegde lijst werd goedgekeurd door de Nationale Paritaire Commisie, die zetelt alsComité voor veiligheid, gezondheid en verfraaiing der werkplaatsen.

2. De geneeskundige onderzoekingen bij indienstneming en bij verandering inzakedienstaanwijzing worden verricht door het Medisch Wervingscentrum, wat de statutairebedienden betreft, en door de gewestelijke centra voor arbeidsgeneeskunde wat de niet-statutaire bedienden aangaat.

De jaarlijkse periodieke onderzoekingen en de onderzoekingen bij werkhervatting wordenverricht door de gewestelijke centra voor arbeidsgeneeskunde.

3. De geneeskundige onderzoekingen bij indienstneming en bij verandering inzakedienstaanwijzing en de periodieke onderzoekingen omvatten de in artikel 125 van hetA.R.A.B. vermelde nasporingen, die vervolledigd worden met elk aanvullend geneeskundigonderzoek dat de onderzoekende geneesheer nodig acht.

4. Bedienden die toevallig veiligheidsfuncties uitoefenen, moeten een geneeskundigonderzoek van geschiktheid ondergaan, alvorens zij voor die functies worden aangewezen.

Zij moeten de jaarlijkse geneeskundige onderzoekingen enkel ondergaan in de gevallen waarinhun toevallige tewerkstelling in een veiligheidsfunctie zich, met geregelde tussenpozen,herhaaldelijk voordoet. Bij iedere onderbreking van de bedoelde functies tijdens een duur vanmeer dan één jaar, is er een nieuw geneeskundig onderzoek voorgeschreven, indien debediende opnieuw in die functies zal tewerkgesteld worden.

5. Bijzondere bepalingen betreffende sommige bestuurders van voor personenvervoergebruikte autovoertuigen.

Sommige, hierna vermelde bestuurders van voor personenvervoer gebruikte autovoertuigen,moeten twee soorten van geneeskundige onderzoekingen ondergaan:

a) Krachtens het Regentsbesluit van 15 mei 1947, gewijzigd bij het Koninklijk Besluit van 15juni 1959, is een bewijs van geneeskundige schifting (ook blauwe kaart geheten) vereist voorde autobestuurders die geregeld of toevallig een autovoertuig besturen dat wordt gebruikt voorpersonenvervoer, namelijk voor de vervoerdiensten dooreen werkgever met eigen materieel en op eigen verantwoordelijkheid georganiseerd engeëxploiteerd, met het oog op het vervoer van zijn personeel naar de zetel van het bedrijf of deplaats van het werk, en omgekeerd, met uitsluiting van het vervoer van het personeel tijdenszijn dienstprestaties.

Krachtens die bepalingen is een bewijs van geneeskundige schifting slechts vereist voor debedienden van de Maatschappij die ertoe gebracht worden een autovoertuig te besturen ompersoneel te vervoeren buiten zijn dienstprestaties, namelijk:

- de bestuurders van autovoertuigen (personenwagens) (Directie E) ;

Page 21: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

- de bedienden die voor personenvervoer ingerichte lichte vrachtauto’s besturen welke voor deploegen van de Baan bestemd zijn (2houders van een bewijs van geneeskundige schifting per lichtevrachtauto) ;

- de bankwerkers-bestuurders van spoor- en wegvoertuigen die voor personenvervoeringerichte lichte vrachtauto’s besturen welke voor de groepen E.S, bestemd zijn.

Dat bewijs van geneeskundige schifting wordt door het Ministerie van Verkeerswezen(Bestuur van het vervoer, Kantersteen 12, 1000 Brussel) na een geneeskundig onderzoekuitgereikt; de auto-bestuurders moeten om de drie jaar een nieuw geneeskundig onderzoekondergaan; indien bijzondere omstandigheden zulks wettigen, kan die termijn van drie jaaringekort worden.

Die geneeskundige onderzoekingen worden verricht door de Sociaal-Medische Rijksdienst,waarvan de zetels gevestigd zijn te Antwerpen — Brugge — Brussel (2) — Charleroi —Doornik — Gent —Hasselt — Kortrijk — Leuven — Libramont — Luik en Namen,

b) De bestuurders van autovoertuigen die onder letter a) hiervoren vermeldzijn moeten bovendien de op het gebied van de arbeidsgeneeskunde voorgeschrevengeneeskundige onderzoekingen ondergaan (nrs 1 tot 4 hiervoren),

De bestuurders van autovoertuigen die niet onder letter a) hiervoren vermeld zijn, moetenalleen de geneeskundige onderzoekingen ondergaan die bij onderhavige Bijlage I - nrs, I tot 4voorgeschreven zijn voor de bedienden die veiligheidsfuncties uitoefenen.

VEILIGHEIDSFUNCTIES.

ADMINISTRATIEVE BETITELINGEN (UITGEOEFENDE FUNCTIES OFSPECIALIlTEIT).

1. Directie E.

Autobestuurder (1)KraandrijverLader (tewerkgesteld bij de portaalkraan)Lader (tewerkgesteld voor het besturen van tractoren E)LocotractorbestuurderPlanningman-voorman autovervoerTractorbestuurder (E)

(1) Zie opmerking nr. 5.

Page 22: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

2. Directie M.

AutobestuurderBestuurder behandelingstuigenBestuurder dieseltractieBestuurder elektrische tractieBestuurder rangeringenKraandrijverLocotractorbestuurderRolbrugdrijver (en transbordeurbestuurder)Tractorbestuurder

3. Directie B.Adjunct-drijver zware werktuigen(Bediende die een autovoertuig bestuurt) (i)(Bediende tewerkgesteld bij takels en handtrucks)Bestuurder behandelingstuigenBestuurder tractievoertuigen BDrijver zware werktuigenKraandrijverPlanningman-voorman (tractoren, draisines en motorwerktuigen)RolbrugdrijverTractorbestuurder B

4. Directie E.S.Bankwerker-bestuurder van spoor- en wegvoertuig (i)(Bediende die toevallig een autovoertuig bestuurt)Bestuurder behandelingstuigenKraandrijverRolbrugdrijver

(1) Zie opmerking nr. 5.

Page 23: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

Koninklijk besluit van 17 maart 1971 tot onderwerping aan medisch toezicht van al depersonen die door hun werkzaamheid rechtstreeks met voedingswaren ofvoedingsstoffen in aanraking komen en die deze waren kunnen verontreinigen ofbesmetten.

Artikel 1. Het bewerken en verhandelen van voor handelsdoeleinden bestemdevoedingswaren of voedingsstoffen is verboden aan personen die deze waren kunnenbezoedelen of besmetten, onder meer aan personen:1. aangetast of mogelijk aangetast door typhus, paratyphus of anderesalmonellose, dysenterie, staphylococcie of streptococcie ;2. dragers van de kiemen die deze ziekten kunnen v’erwekken;3. die klinisch aantoonbare symptomen van besmettelijke hepatitis vertonen;4. aangetast of’ mogelijk aangetast door besmettelijke tuberculose;5. aangetast of mogelijk aangetast door een besmettelijke huidziekte.

Artikel 2. Alle personen die in de produktie of in de distributie van voor handelsdoeleindenbestemde voedingswaren of voedingsstoffen deel hebben en door hun werkzaamheid ermederechtstreeks in aanraking komen moeten jaarlijks doen vaststellen dat zij vrij zijn vanbesmettelijke tuberculose. Dit onderzoek zal worden gedaan in een antituberculosedispensarium of door een geneesheer van zijn keuze, en, in geval van nood, zal dit onderzoekzijn gestaafd door een radiofotografisch of radiografisch document van groot formaat.

Artikel 3. Wanneer ernstige redenen de in artikel 5 bedoelde ambtenaren kunnen doengeloven dat de in artikel 2 genoemde personen zich in een van de gevallen als bedoeld inartikel I bevinden of wanneer het onderzoek van door voornoemde personen bewerkte ofbehandelde voedingswaren of voedingsstoffen het bestaan heeft aangetoond van kiemen dieeen van de in artikel opgesomde ziekten kunnen verwekken, zijn gezegde ambtenarengehouden de gezondheidsinspecteur van het ambtsgebied te verwittigen opdat de Minister debetrokken personen kan bevelen zich aan een geneeskundig onderzoek te onderwerpen.

Artikel 4. De personen die een geneeskundig onderzoek ondergaan hebben waarvan sprakein artikel 3, zijn verplicht aan de gezondheidsinspecteur een protocol van het geneeskundigonderzoek te verstrekken, waarbij aangetoond wordt, hetzij dat zij zich niet of niet meer in éénvan de onder artikel 1, bedoelde gevallen bevinden, hetzij dat zij geen dragers zijn van deziekteverwekkende kiemen die in de voedingswaren of’ voedingsstoffen geïdentificeerdwerden.

Dit protocol wordt samen met de opmerking van de gezondheidsinspecteur aan de Ministerbezorgd.

Artikel 5. De gezondheidsinspecteurs, de inspecteurs en controleurs der eetwaren en deinspecteurs en controleurs van de vleeshandel zijn bijzonder aangewezen toezicht te houdenop de naleving van de bepalingen van dit besluit en de inbreuken vast te stellen.

Page 24: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

ARBEIDSWET VAN 16 MAART 1971.

UITTREKSEL.

HOOFD STUK IV. — Moederschapsbescherming.

Art. 39. Op verzoek van de werkneemster moet de werkgever haar verlof geven ten vroegstevanaf de zesde week vóór de vermoedelijke datum van de bevalling. De werkneemster bezorgthem daartoe een geneeskundig getuigschrift waaruit blijkt dat de bevalling normaal zalplaatshebben op het einde van de periode waarvoor zij verlof vraagt. Zo de bevalling eerstplaatsheef’t na de door de geneesheer voorziene datum, wordt het verlof tot de werkelijkedatum van de bevalling verlengd.

Gedurende de acht weken na de bevalling mag de werkneemster geen arbeid verrichten,

Op haar verzoek wordt de arbeidsonderbreking na de achtste week verlengd met een duurgelijk aan die waarin zij verder gearbeid heeft vanaf de zesde week voor de werkelijke datumvan de bevalling.

Art. 40. De werkgever die een zwangere werkneemster tewerkstelt, mag geen handelingstellen die ertoe strekt eenzijdig een einde te maken aan de dienstbetrekking vanaf hetogenblik waarop hij werd ingelicht omtrent de zwangerschap tot een maand na het einde vande postnatale rustperiode, behalve om redenen die vreemd zijn aan de lichamelijke toestandals gevolg van de zwangerschap of van de bevalling.

De werkgever dient te bewijzen dat zulke redenen voorhanden zijn.

Zo de ingeroepen reden tot staving van het ontslag niet beantwoordt aan het bepaalde in heteerste lid of bij ontstentenis van reden, zal de werkgever aan de werkneemster een forfaitairevergoeding betalen welke gelijk is aan het brutoloon voor drie maanden, onverminderd devergoedingen aan de werkneemster verschuldigd in geval van verbreking van dearbeidsovereenkomst.

Art. 41. Het verrichten van arbeid die wordt aangezien als uiteraard gevaarlijk voor hungezondheid of voor die van het kind, is aan zwangere werkneemsters verboden.

De Koning stelt de lijst van die gevaarlijke arbeid vast.

Art. 42. De zwangere werkneemster mag geen arbeid verrichten welke voor haar gezondheidof voor die van haar kind gevaarlijk kan zijn wegens de bijzondere omstandigheden waarin dearbeid wordt verricht en die eigen zijn aan het bedrijf en aan de gezondheidstoestand van dewerkneemster.

In de bedrijven waar een beroep kan worden gedaan op een arbeidsgeneesheer, schrijft deze demaatregelen voor die ter vrijwaring van de gezondheid van de zwangere werkneemster en vanhaar kind nodig zijn. Te dien einde kan hij onder meer bepalen welke arbeid met toepassingvan het eerste lid niet mag worden verricht. Eveneens onderzoekt hij zo vlug mogelijk iederezwangere werkneemster die een gevaar of’ ziekte aanvoert, welke met haar toestand verbandhoudt en aan het verrichten van haar arbeid kan te wijten zijn.

Kan geen beroep op een arbeidsgeneesheer worden gedaan, dan belast de werkgever op zijnkosten een andere geneesheer met de in het tweede lid omschreven opdracht.

Page 25: DEEL I Bijlage X - acodspoor.be CD/Bundels/577/B577 bijlage.pdf · 3. Infectieziekten of door parasieten verwekte ziekten welke door dieren of dierlijke resten op mensen worden overgebracht;

Art. 43. Iedere zwangere werkneemster die haar arbeid bij toepassing van artikels 41 of 42,geheel of gedurende een bepaald aantal uren moet onderbreken, heeft het recht om, voor zoverhet mogelijk is, andere in haar toestand toelaatbare arbeid te verrichten,

Zodra de periode gedurende welke de werkneemster geen arbeid mag verrichten, met beperktewerktijd moet arbeiden of andere arbeid verricht, een einde neemt, moet zij opnieuw onderdezelfde voorwaarden als tevoren worden tewerkgesteld.

Art. 44. Zwangere werkneemsters mogen geen overwerk in de zin van artikel 29, § 2,verrichten,

De Koning kan de bepalingen van hoof’dstuk III, afdeling II die de arbeidsduur betreffen,toepasselijk verklaren op de zwangere werkneemsters die niet onder die bepalingen vallen.

Art. 45. De artikelen 41 tot 44 vinden overeenkomstige toepassing op de werkneemsters diehun klnd zogen.