De religiometer
description
Transcript of De religiometer
De religiometerDe religiometer
Hoe zie ik het universum, en Hoe zie ik het universum, en wat is mijn plaats erin?wat is mijn plaats erin?
Graad 1: Graad 1: AtheïsmeAtheïsme
““Ik ben.”Ik ben.”
Graad 2: Graad 2: Spiritueel atheïsmeSpiritueel atheïsme
““Ik ben...” Ik ben...”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel.” deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel.” ((aweawe))
Graad 3: Graad 3: AgnosticismeAgnosticisme
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…” deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… en ik kan niet weten of dat geheel natuurlijk of boven-natuurlijk en ik kan niet weten of dat geheel natuurlijk of boven-natuurlijk is.” is.”
Graad 4: Graad 4: IetsismeIetsisme
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… dat boven-natuurlijk is… ” dat boven-natuurlijk is… ”
“… “… maar dat ik niet benoem.” (Er moet toch maar dat ik niet benoem.” (Er moet toch ietsiets zijn) zijn)
Graad 5: Graad 5: Deïsme, de onkenbare GodDeïsme, de onkenbare God
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… dat boven-natuurlijk is… ” dat boven-natuurlijk is… ”
“… “… en dat ik God noem…”en dat ik God noem…”
“… “… maar waar ik verder niets van weet.”maar waar ik verder niets van weet.”
Graad 6: Graad 6: Theïsme, de verpersoonlijkte GodTheïsme, de verpersoonlijkte God
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… dat boven-natuurlijk is, … ” dat boven-natuurlijk is, … ”
“… “… dat ik God noem, …”dat ik God noem, …”
“… “… en waar ik een aantal eigenschappen van ken…”en waar ik een aantal eigenschappen van ken…”
“… “… bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”
Graad 7: Graad 7: De God met het plan De God met het plan
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…” deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… dat boven-natuurlijk is… ” dat boven-natuurlijk is… ”
“… “… dat ik God noem, …”dat ik God noem, …”
“… “… en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”
“… “… bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”
“… “… en dat het een project heeft.”en dat het een project heeft.”
Graad 8: Graad 8: De God met het planDe God met het plan
voor allesvoor alles
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… dat boven-natuurlijk is… ” dat boven-natuurlijk is… ”
“… “… dat ik God noem, …”dat ik God noem, …”
“… “… en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”
“… “… bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”
“… “… en dat het een project heeft.”en dat het een project heeft.”
“… “… een project dat de een project dat de helehele mensheid betreft, dus ook de niet- mensheid betreft, dus ook de niet-gelovigen.”gelovigen.”
Graad 9: Graad 9: De God met regels en wettenDe God met regels en wetten
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… dat boven-natuurlijk is… ” dat boven-natuurlijk is… ”
“… “… dat ik God noem…”dat ik God noem…”
“… “… en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”
“… “… bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”
“… “… en dat het een project heeft…”en dat het een project heeft…”
“… “… een project dat de een project dat de helehele mensheid betreft, dus ook de niet- mensheid betreft, dus ook de niet-gelovigen…”gelovigen…”
“… “… kenbaar gemaakt in regels en wetten.”kenbaar gemaakt in regels en wetten.”
Graad 10:Graad 10:De mens als instrumentDe mens als instrument
““Ik ben….” Ik ben….”
“… “… deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…” deel van een groter, ondoorgrondelijk geheel…”
“… “… dat boven-natuurlijk is… ” dat boven-natuurlijk is… ”
“… “… en dat ik God noem, …”en dat ik God noem, …”
“… “… en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”en waar ik een aantal eigenschappen van ken, …”
“… “… bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”bijvoorbeeld dat het liefde kan voelen, hoop, teleurstelling, …”
“… “… en dat het een project heeft…”en dat het een project heeft…”
“… “… een project dat de een project dat de helehele mensheid betreft, dus ook de niet- mensheid betreft, dus ook de niet-gelovigen… ”gelovigen… ”
“… “… kenbaar gemaakt in regels en wetten…”kenbaar gemaakt in regels en wetten…”
““... en mij vraagt om die regels en wetten na te leven, toe te lichten, ... en mij vraagt om die regels en wetten na te leven, toe te lichten, te openbaren, af te dwingen.”te openbaren, af te dwingen.”
10 graden van (on-)gelovigheid10 graden van (on-)gelovigheid
1.1. AtheïsmeAtheïsme
2.2. + Spiritualiteit = spiritueel atheïsme+ Spiritualiteit = spiritueel atheïsme
3.3. + Supra-materiële = agnosticisme+ Supra-materiële = agnosticisme
4.4. + Benoeming = ietsisme+ Benoeming = ietsisme
5.5. + Ongeschapen ‘God’ = deïsme+ Ongeschapen ‘God’ = deïsme
6.6. + Persoonsbeschrijving (menselijke eigenschappen) = theïsme+ Persoonsbeschrijving (menselijke eigenschappen) = theïsme
7.7. + Openbaring van het project = theïsme+ Openbaring van het project = theïsme
8.8. + Inclusie (betreft alles en iedereen) = theïsme+ Inclusie (betreft alles en iedereen) = theïsme
9.9. + Regels en wetten (sharia’s, theorema’s, dogma’s, mantra’s, + Regels en wetten (sharia’s, theorema’s, dogma’s, mantra’s, postulaten, leerstellingen) = theïsmepostulaten, leerstellingen) = theïsme
10.10. + Mens als goddelijk instrument = theïsme + Mens als goddelijk instrument = theïsme