DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE...

27
HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986 HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986 30 DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912- 1920. Walter Van den Branden, Lic.hist. Eeuwen lang, tot zelfs het einde van de jaren zestig van deze eeuw, was de kerk het centrum van het dorpsleven in on ze Kempen. De plattelandsbewoners voelden zich goed in de kerk, waarrond haast gans het maatschappelijk en sociaal leven was opgebouwd: hier begon voor hen het echte leven - werd men dus gedoopt -, hier huw- de men en hier nam men werkelijk afscheid van het aardse leven. De kerk spreidde haar hoede van zekerheid en geborgenheid over de dorpsbewoners. Niet toevallig torende de stevige, hemelwaartswijzende kerktoren hoog boven het dorp en haar omgeving uit als symbolische heerser over leven en dood... (1). De sociale welvaart van het dorp - meestal van de hoogste klasse - straalde dan ook af op het kerkgebouw. Het is tijdens perioden van meer welvaart in het dorp, althans wanneer de hoogste klasse ervan genoot, dat ook de rijkdom van de kerk aanzienlijk vergrootte door schenkingen of door aankoop van kunstig meubilair of andere voorwerpen, bruikbaar voor de eredienst. Veel hiervan hing af van het persoonlijk initiatief en smaak van de pastoor die zich liet leiden door de stijl en noden van zijn tijd. Vooral in d e parochiale kerk van Lille kunnen we nog de opeenvolging van stijlen in meubilair en religieuze voorwerpen volgen met telkens een hoogtepunt in de aankoop ervan: Tijdens het laatste kwart van de zeventiende eeuw, onder pastoor Robert Van Rijs- wijck (1664-1696) werd vooral barok meubilair aangekocht: altaren, koorgestoelte, beelden en schilderijen. Een ander hoogtepunt volgde cen eeuw later, vooral onder pastoor Jacob Ignatius Vinck (1761-1779) toen hier nog de gratieuze, haast frivole stijl (rococco, Lodew ijk XV-stijl) in volle smaak viel: het orgel, biechtstoelen, zilversmeedwerk en marmeren doopvont verrijkten toen het patrimonium van de Lilse kerk.

Transcript of DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE...

Page 1: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

30

DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK.

De godsvrede gestoord te Lille 1912-1920.

Walter Van den Branden, Lic.hist.

Eeuwen lang, tot zelfs het einde van de jaren zestig van deze eeuw, was de kerk het centrum van het dorpsleven in onze Kempen. De plattelandsbewoners voelden zich goed in de kerk, waarrond haast gans het maatschappelijk en sociaal leven was opgebouwd: hier begon voor hen het echte leven - werd men dus gedoopt -, hier huw-de men en hier nam men werkelijk afscheid van het aardse leven. De kerk spreidde haar hoede van zekerheid en geborgenheid over de dorpsbewoners. Niet toevallig torende de stevige, hemelwaartswijzende kerktoren hoog boven het dorp en haar omgeving uit als symbolische heerser over leven en dood... (1).

De sociale welvaart van het dorp - meestal van de hoogste klasse - straalde dan ook af op het kerkgebouw. Het is tijdens perioden van meer welvaart in het dorp, althans wanneer de hoogste klasse ervan genoot, dat ook de rijkdom van de kerk aanzienlijk vergrootte door schenkingen of door aankoop van kunstig meubilair of andere voorwerpen, bruikbaar voor de eredienst.

Veel hiervan hing af van het persoonlijk initiatief en smaak van de pastoor die zich liet leiden door de stijl en noden van zijn tijd.

Vooral in de parochiale kerk van Lille kunnen we nog de opeenvolging van stijlen in meubilair en religieuze voorwerpen volgen met telkens een hoogtepunt in de aankoop ervan:

Tijdens het laatste kwart van de zeventiende eeuw, onder pastoor Robert Van Rijs-wijck (1664-1696) werd vooral barok meubilair aangekocht: altaren, koorgestoelte, beelden en schilderijen.

Een ander hoogtepunt volgde cen eeuw later, vooral onder pastoor Jacob Ignatius Vinck (1761-1779) toen hier nog de gratieuze, haast frivole stijl (rococco, Lodewijk XV-stijl) in volle smaak viel: het orgel, biechtstoelen, zilversmeedwerk en marmeren doopvont verrijkten toen het patrimonium van de Lilse kerk.

Page 2: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Het was tenslotte pastoor Frans Segers (1891-1921) die zich erg aangetrokken

voelde tot de neogothische stijl: hij schrok er niet voor terug zelfs de gehele kerk in deze stijl te laten ombouwen en ze te bemeubelen met neogothische biechtstoelen, bidbanken, en preekstoel. Het was deze pastoor, een sterke persoonlijkheid trouwens, die bijna de oorzaak was van de vernietiging en verdwijning van al de oudere kunst-werken die zich tot dan toe in de Lilse kerk bevonden hadden. Gelukkig is het niet zo ver gekomen!

Heel dikwijls werden deze kunstschatten door de eeuwen heen bedreigd, bescha-digd of in het ergste en veel voorkomend geval vernietigd. De oorzaken: oorlogsge-weld met plundering, brand, maar ook onkunde, onbegrip en kleinzieligheid van diegenen die verantwoordelijk waren voor het patrimonium van de kerk.

Pastoor te Lille van 1891 tot 1921. Uit de verzameling van August Vissers-Jacobs.

31

Page 3: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Wel gekend is de beruchte Beeldenstorm in het "wonderjaar" 1566, waarvan ook de

Kempense dorpen niet gespaard bleven. De Beeldenstorm verspreidde zich op 23 augustus vanuit Turnhout naar de omliggende kerken. Ook de Lilse parochiekerk werd niet gespaard, zoals een kerkrekening ons doet besluiten: "Item alsmen met behulp vande goede luyde de kercke ruymde ten tijde de beeltstormerije geschiede en tselve wederom in de kercke te stellen alsdoen vertert tsamen 32 stuyvers... " (2). Volgens de overlevering werd slechts één beeld, dat van Sinte-Catherina van Alexandrië en dat dateert van de vijftiende eeuw, weliswaar gehavend, gespaard.

In 1584 werd de ganse kerk door soldaten uit de garnizoenstad Herentals afgestookt, enkel de toren bleek aan de brand ontsnapt. Pas in 1632 zou de Lilse kerk terug heringericht zijn (3).

Een volgende rampperiode voor de kerk en haar patrimonium begon op 4 oktober 1797, toen de kerk voorgoed door de Franse overheid werd gesloten omdat de toenmalige pastoor van Lille, Willibrord Janssens, de eed aan de republiek en de haat aan het koningschap weigerde af te leggen. Het volgende jaar werd het ganse meubilair van de kerk verkocht, maar de toenmalige kerkmeester, Jan Baptist Baeyens, kon in opdracht van de ondergedoken pastoor alles kopen en zodoende de kunstwerken voor wegvoering behoeden. Pas op de tweede zondag van mei in 1802 kon men terug de Lilse kerk in gebruik nemen (4).

In 1844 werden vergrotingswerken aan het kerkgebouw uitgevoerd, meerbepaald de bouw van een kruisbeuk, en in de periode 1847-1850 was de bouw van een doopkapel en een magazijn aan beide zijden van de toren voltrokken. Tijdens de verbouwingswerken werd aan de inboedel niet geraakt, integendeel kreeg de kerk van Lille een fraai uitzicht, zowel langs binnen als langs buiten (5).

Tenslotte zou in 1912-1913 het ganse kerkgebouw afgebroken worden en vervangen door het huidige. De toren, die vermoedelijk dateert van de vijftiende eeuw, zou bewaard blijven.

De herbouwing van de kerk in 1912-1913 zou, door onenigheid en naijver tussen verscheidene betrokkenen, heel wat opschudding teweegbrengen in het Lilse dorpsle-ven. Bedreigingen en laster waren niet uit de lucht, maar waren anderzijds dan ge-lukkig ook er de oorzaak van dat de kerk van Lille zich mag roemen over waardevolle kunstwerken.

Over de perikelen en ruzie rond de herbouwingswerken en het patrimonium van de Lilse kerk bleven heel wat documenten bewaard en beschikten wij over cen boeiende mondelinge bron, namelijk wijlen ereburgemeester Leopold Diels († 1976), die heel wat menselijke achtergronden over de affaire kon blootleggen.

Aldus kregen wij een uitstekende gelegenheid om de schijnwerpers te richten op een boeiend stuk geschiedenis van het notabele Lille, ongeveer zeventig jaar geleden.

Laten wij even kennis maken met de hoofdrolspelers van deze "vaudeville". De laatste twintig jaren van de negentiende eeuw en de aanvang van de twintigste

eeuw waren de tijd dat de rijkere burgerij van de stad zich geregeld terugtrok naar

32

Page 4: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

33

Page 5: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

“Het Kasteeltje” van Philip Ghyselse te Lille. Uit de verzameling van Marcel Van Den Bosch

34

Page 6: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

"de buiten" in hun voor het platteland indrukwekkende villa's, ook wel "kasteeltjes" geheten. Deze mensen werden al vlug in het dorp als beschermheren voor ver-enigingen en kerk aangesproken: zij waren in het dorp mensen met aanzien en voel-den zich dan ook verplicht deze status hoog te houden. Er zijn in de omgeving nog genoeg voorbeelden te vinden: te Wechelderzande kunstschilder A. J. Heymans die eigenlijk te Schaarbeek (Brussel) woonde; te Poederlee Jean Joseph Ghislain Tricot die te Antwerpen woonde. En zo kocht Philip Ghysels-Quaeyaert, een Antwerpse handelaar die met zijn koffiebranderij enig fortuin had verworven, van zijn goede kennis E.H. Lodewijk Diels (6), bestuurder van de zusters Apostelinnen op de Sint-Jacobsmarkt te Antwerpen en afkomstig van Lille, een stuk grond in "De Hoek" te Lille en liet er zich een riant "kasteeltje", in de volksmond weldra "Flippes Hof" geheten, optrekken iets voor 1900 (1898?) (7). Hier ontmoette Philip Ghysels een andere bekende, namelijk E.H. Frans Segers, die in 1891 tot pastoor van Lille be-noemd werd (8).

E.H. Segers was geboortig van Herentals (° 1841) en vervulde voor zijn pastoor-schap te Lille het ambt van onderpastoor in de Sint-Andriesparochie te Antwerpen, waar hij E.H. Lodewijk Diels was opgevolgd in 1889 (9).

De kerk van Lille in 1905 (west- en noordzijde). Foto: Provinciearchief Antwerpen

35

Page 7: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

De kerk van Lille in 1905 (noord- en oostzijde). Het koor zou naar verluid de oorspronkelijke kapel geweest zijn. Foto: Provinciearchief Ant-werpen.

Een ander zicht op de Lilse kerk in 1905. Foto: Provinciearchief Antwerpen.

36

Page 8: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

De kerk van Lille omstreeks 1910 (zuidzijde).

Uit de verzameling van Jozef Aerts.

Uit de verzameling van Jozef Aerts.

Naar verluid zou E.H. Frans Segers in Antwerpen koffiebrander Philip Ghysels nog behulpzaam geweest zijn in de koffiebranderij, zodat beiden te Lille uitstekende vriendschapsbanden aanknoopten (10).

Toen Frans Segers van de stad Antwerpen te Lille terechtkwam als pastoor in 1891 maakte hij kennis met een uitgesproken afgesloten Kempense landbouwgemeenschap welke volgens oude geplogenheden leefde in simpele Kempense boerderijen.

Zijn eerste grote bekommernis was zich een gedegen woonst, waardig voor een pastoor met aanzien van die tijd, aan te laten schaffen.

Reeds op 7 augustus 1891 besliste de gemeenteraad tot opbouw van een nieuwe pastorij daar de oude, die dateerde van de zeventiende eeuw, "te bouwvallig" werd bevonden. Het werd een ruime woning welke in 1894 volledig opgebouwd was en welke thans als huisvesting voor de 0. C. M. W. dienst doet (11).

Ook de eeuwenoude kapel van "Onze-Lieve-Vrouw van Ackere" in de "Akker" vond geen genade in de ogen van de pastoor: hij liet deze in 1894 afbreken en een honderd meter zuidwaarts in neogothische "rots"stijl als de Sint-Annakapel terug opbouwen (12).

37

Page 9: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Plafond in de oude kerk van Lille (1911). Volgens wijlen pastoor Segers was de oude kerk geheel zonder kunstzinnige waarde... . Dit mooie, zeldzame gewelf zou uitgevoerd geweest zijn door Italiaanse ambachtslieden. Let ook op het orgel dat, zoals het hoort, toen nog naar het koor gericht stond. De bekroning van het orgel, dat dateert van 1760, werd in 1927 afgezaagd! Foto: Provinciearchief Antwerpen.

38

Page 10: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Het hoofddoel van Pastoor Frans Segers was blijkbaar de Lillenaren een nieuwe,

ruime neo-gothische (de populaire kerkstijl van die tijd) kerk te bezorgen. Niet minder dan zestig procent van de Vlaamse kerken werden die tijd afgebroken en vervangen door gebedstempels in neogotiek; wat dat betreft, volgde pastoor Segers de trend van die tijd. Bovendien noopte de aangroei van de Lilse bevolking tot uitbreiding van de oude kerk en op een buitengewone zitting van 22 mei 1911 wist de pastoor de leden van het kerkfabriek te bewegen tot het volgende besluit: .

"Gezien de sedert jaren algemeen erkende ontoereikendheid de kerk in verhouding met de bevolking.

Gezien het aenhoudend gemor der parochianen, om het gebrek aen plaetsruimteonder de goddelijke diensten.

Gezien de bevolking gestadig neigt aen te groeijen. Gezien van den anderen kant den slechten toestand waerin het kerkgebouw ver

keerd, en vooral de bevloering en het dak, welk laetste niet tegenstaende de zorg-vuldigste jaerlijksche herstellingen gansch sleet is.

Gezien het huidige gebouw zonder eenige kunstweerde is; Gezien de verschillige herbouwingen en bijvoeggingen hetzelve nog kunstloozer

gemaekt hebben. Gezien eene doelmatige vergrooting onmogelijk is, en eene volledige herbouwing

zich opdringt, Besluit de kerkenraed de bevoegde overheid de noodige machtigging te vragen

om: Over te gaan tot den afbraek der huidige Kerk Goed te keuren he tplan opgemaekt doorden heer Dieltjens, Bouwmeester te Ant-

werpen, waervan de onkosten geschat worden op ongeveer honderd en tien duizend franken.

Den toren te behouden, die als een waer monument mag beschouwd worden. .......

De gemeenteraad keurde de zienswijze van de kerkeraad goed op 27 mei 1911 en stuurde de aanvraag door naar het provinciebestuur (13).

Opmerkelijk is wel de zienswijze van het kerkfabriek (lees: de pastoor) over de kunstwaarde van het af te breken kerkgebouw. Nochtans hielden Fernand Donnet en Frans Van Leemputten, leden van de Koninklijke Commissie van Monumenten en Landschappen, er een geheel andere mening op na toen zij op last van deze com-missie op 24 oktober 1911 een controlebezoek brachten aan de kerk van Lille. Vooral het gewelf van het zogenaamde "gebouw zonder eenige kunstweerde" droeg hun bijzondere aandacht weg:

"Het volbogig gewelf is met paneelwerk van zeer schoonen vorm en waarvan nog weinige voorbeelden te vinden zijn, overdekt. Het is gevormd van caissons, nevens elkander gerangschikt in het midden, tusschen twee reeksen regelmatige vakken, die langs de afhelling loopen; voorts ziet men hier en daar lijst- en loofwerk in stroeven stijl ... ... Het koor van de oude kerk bestempelden de deskundigen als mogelijk de

39

Page 11: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Rechts de noord- en oostzijde van de oude kerk van Lille Uit de verzameling van Marcel Van Den Bosch.

Links de zuid- en oostzijde van dezelfde kerk als hierboven. Uit de verzameling van Marcel Van Den Bosch.

40

Page 12: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

oorspronkelijke kapel waaruit later de kerk gegroeid zou zijn en daterend van ten laatste de vijftiende eeuw (14)! Het bisdom van Mechelen, waaronder Lille toen sinds 1802 hoorde, had echter haar goedkeuring aan de afbraak- en opbouwplannen gehecht op 15 mei 1911.

De plannen waren van de bouwmeester-architect Ernest Dieltiens van Antwerpen, trouwens de schoonbroer van de toenmalige burgemeester Emiel Goetschalckx. Ernest Dieltiens was niet de eerste de beste architect want hij was destijds winnaar van de gegeerde Prijs van Rome voor Architectuur en hij had talrijke kerken en standbeelden ontworpen. Gekende voorbeelden zijn de Sint-Norbertuskerk te Antwerpen en het Boerenkrijgstandbeeld te Herentals. Deze gevierde architect dweepte trouwens met de neogothiek (15).

De provinciale bouwmeester Taeymans van Turnhout had wel opmerkingen bij de plannen van de architect: De nieuwe kerk zou wel een honderdtal vierkante meters groter zijn dan de bestaande, maar hij vroeg zich af of de vergroting wel lange tijd aan de immer groeiende bevolking zou volstaan: er zou dan tenminste toch een mogelijkheid moeten voorzien worden opdat het nieuwe kerkgebouw met een mi-nimum van kosten verder kan uitgebouwd worden. Bovendien, zo vond de bouw-meester: "Er bestaat geen samenhang van bouwtrant tusschen kerk en toren: niets verraadt hierin zijn stijl, die stijl de landstreek eigen!" (16). Ook de Koninklijke Com-missie voor Monumenten, wiens advies ook gevraagd was door de Gouverneur, vond dat de nieuw ontworpen kerk niet paste bij de kerktoren: "Nous regrettons vivement que, pour 1’eboration de son projet, l'architecte ne soit pas inspiré du style de la tour. " (17).

Met deze opmerkingen werd echter geen rekening gehouden... Na de aanbesteding werden de werken op 28 maart 1912 toegewezen aan aannemer

Constant Van den Bosch van Turnhout en zijn zoon Henri. Ook de minimumlonen en de daguren (11 uur per dag zonder rust!) voor de arbeiders werden in de overeenkomst vastgelegd. De aanneming geschiedde mits de som van 115.000 frank, waarvan de staat en de provincie elk 12.500 frank zouden dragen. De rest van de bouwkosten zouden worden gedragen door giften, eigen geldelijke middelen en toelagen van de gemeente. Gelukkig had de pastoor twee geldschieters gevonden: namelijk Philip Ghysels, die met zijn zuster trouwens borg zou staan voor de uitbetalingen van de onkosten, en E. H. Lodewijk Diels, die zelfs 60.000 frank had weten te verzamelen voor de opbouw van de kerk (18).

Achttien maanden na de aanvang van de werken zou de heropbouw voltooid moeten zijn. De nieuwe kerk zou in twee gedeelten gebouwd worden. Het tweede gedeelte van de bestaande kerk zou maar afgebroken worden als het eerste nieuwe gedeelte gans afgewerkt was en als gebedshuis kon dienst doen. Het nieuwe gedeelte zou men dan ook tijdelijk afsluiten met een muur, welke langs de zijde van de noodkerk in het wit zou bezet worden. De tijdelijke sacristij werd in hout opgetrokken (19). Toch werd er nog voorbehoud gemaakt door de Bestendige Deputatie van de provincie over de soort

41

Page 13: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

steen die zou aangewend worden voor de nieuwbouw. De Lilse burgemeester wist hun echter te overtuigen de donkere Boomse steen te gebruiken in plaats van de rode Kempense steen: " Wij denken dat de Boomsche steen grooter en dikker zijnde, een ernstiger uitzicht geeft en beter voor eene kerk past; dat de vuurrode kleur van Kempische steen goed is voor gemeentehuizen, villa's, lichter gebouwen, maar minder past aan Kerken... De hernieuwing der Kerk van Gierle en van Poederlee gebeurde ook in Boomschen steen. ... Bovendien: de E.H. Diels, die ruim zestig duizendfrank voor de Kerk verzamelde verlangt uitdrukkelijk Boomschen steen... "! (20).

Op 24 oktober 1912 vroeg de burgemeester vanwege de gemeenteraad van Lille aan de Gouverneur om de overblijvende toren te laten erkennen als openbaar mo-nument, wat op 17 februari 1913 ook gebeurde door het ministerie van Justitie.

Ondertussen schoten de afbraakwerken en heropbouw van de nieuwe kerk al flink op. Op 22 januari 1913 berichtte de provinciale bouwmeester de Gouverneur dat het koor, de kruisbeuk en "de aanhoorigheden " klaar waren en de welfsels voor het schip (het tweede gedeelte) bijna gestoken waren. Alles ging dus naar wens...

In het voorjaar van 1913 kwam de pastoor van Lille in open conflict met de aan-nemer, Constant Van den Bosch. Oorzaak was wel dat de pastoor, E. H. Frans Segers het toezicht en zijn zeggingschap over de werken wilde beklemtonen. Aanleiding tot het conflict waren drie klachtenbrieven aan de Gouverneur en de arrondissements-commissaris:

Zo schrijft de pastoor: "M. Van den Bosch, aannemer der herbouwing der kerk van St. Pieters Lille, gaat voort met de conditiën van het lastcohier te overtreden. Te-genstrijdig aan de voorschriften heeft hij nu reeds de derde maal ouden steen gebruikt in het opbouwen van de muren boven den grond. Hij lacht met alle onze opmerkingen en het kerkfabriek... ". Reeds de volgende dag, op 1 mei 1913 schrijft E.H. Segers naar de arrondissementscommissaris:

"Het Kerkfabriek denkt zich genoodzaakt Ued(ele) het volgende ter kennis te bren-gen: De Heer Van den Bosch, aannemer der te herbouwen Kerk, niettegenstaande de dringendste vermaningen van den Z. E. H. Pastoor, het Kerkfabriek en zelfs vanden Heer Burgemeester, heeft het Kerkhof in eenen afzichtelijken, walgelijken warboel herschapen.

Hoe dikwijls ook er toe aanzocht de opgedolvene gebeenderen der lijken zorgvul-dig te vergaderen en opnieuw onder te delven, houdt hij hiervan geen de minste re-kening, en blijven dagen en dagen aan den bovengrond uitgesprijd liggen. Blootgesteld aan sneeuw, regen en zonneschijn, worden zij daarenboven door de werklieden verschopt en aan stukken getreden. Onmachtig van den Heer Aannemer iets te bekomen, wenden wij ons tot Ued., opdat er aan deze walgelijke tonneelen een einde mogen komen ...... De voorzitter en de secretaris van het kerkfabriek ondertekenden deze klachtenbrief (21).

De arrondissementscommissaris gelastte zich met een onderzoek en raadpleegde

42

Page 14: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

burgemeester Goetschalckx over de wrijving tussen pastoor en aannemer, te meer daar er al langer onenigheid en wanverhouding tussen beiden zou bestaan. Bovendien was de pastoor ook in een ernstig conflict geraakt met zijn vroegere vriend, Philip (Ghysels, waarin E.H. Lodewijk Diels willens nillens werd betrokken, en hierin zou -zoals later zal blijken - de diepe oorzaak liggen van de perikelen rond de heropbouw van de kerk...

De burgemeester van Lille gaf in een uitgebreide vertrouwelijke brief een uiteen-zetting van de juiste feiten en zijn visie hierover:

"... Twee voorbereidende opmerkingen: ten 1° Onze eerw. Heer Pastoor zendt Ued. zijne brieven en grieven als of zij van de Kerkeraad kwamen: zij komen in feite van hem alleen; ten 2de de familie Gysels en de E.H. Diels, geboren Lillenaar en Bestuurder der Apostolinnen van Antwerpen zijn de bijzonderste geldverzamelaars en weldoeners der Kerk; de jonge heer Gysels neemt het ambt van opzichter der werken waar, zon-der iets bezoldiging, uit spaarzaamheid voor de kerk. Nu sedert zekeren tijd bestaat er eene veete tusschen den E.H. Pastoor en de familie Gysels, den eerweerden heer Diels denkelijk daarin begrepen. Uit dien veete ontstaat wrevel, lastigheid, verbit-tering, misschien naijver, die allengs overslaan op den bouwmeester, dezes werkop-zichter, den aannemer, enz. en dit alles maakt, het karakter denkelijk iets helpende, dat overal "la petite bête " - zoo als dat heet - wordt opgezocht... ".

De materialen die door de aannemer gebruikt werden waren zeer goed, aldus de burgemeester, die zelf alles persoonlijk gecontroleerd had: "De uitslag der vroegere werken vernietigde van lieverlede de vroegere klachten van Mr. Pastoor, die aan-leiding gegeven hebben aan besprekingen, die eerder bedroevend waren. ".

Er was altijd goede steen gebruikt door de aannemer die zelfs leveringen gewei-gerd en teruggestuurd had omdat ze volgens deze niet goed genoeg waren:

"De aanklacht (door Mr. Pastoor) is zoo algemeen als duister, evenals de opmer-kingen van 't Kerkfabriek en de overtredingen en de verkrachting der Conditiën. ".

Volgens de burgemeester was de pastoor afleen maar niet goed gezind omdat de aannemer het voetpaadje rond de kerk had opgebroken en de steen, zoals in het lastencohier was toegestaan, in het binnenste van de muur van de nieuwe kerk had verwerkt. De pastoor had vroeger echter dat "stoepje" zelf gelegd en vond dat de stenen hem toekwamen, ten onrechte volgens de burgemeester. Er werd dan ook wegens tekort aan juiste steen, een weinig andere steen gebruikt, maar dat was in overleg met alle betrokken partijen, dus ook de pastoor en de arrondissementscom-missaris!

Anderzijds brachten "...de uitgravingen voor fondamenten en keldering op het kerkhof zeker beenderen bloot, wij hebben altijd er de hand aan helpen houden, dat deze aanstonds hergraven werden. Ik moet nochtans bekennen dat het moeilijk van de werklieden kan verkregen worden dat uit eigen beweging het minste beentje aanstonds wordt ondergestopt, doch heb van hun nooit een oneerbiedig woord ge-hoord of den minsten onwil ontmoet bij mijn verzoek... ".

43

Page 15: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Eerst werden het koor en de kruisbeuk afgebroken en terug gebouwd, zodat de misvieringen steeds inde kerk konden blijven doorgaan (1912). Foto: Provinciearchief Antwerpen.

44

Page 16: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Tot slot schreef burgemeester Emiel Goetschalckx: "Ik mag mijn verslag niet slui-

ten, zonder te zeggen dat de heer Bouwmeester mijn schoonbroeder is. Ik denk dat de kieschheid mij dit oplegt. " (22).

Uit onze geciteerde mondelinge bron vernamen wij dat het conflict, dat ontstaan was tussen Philip Ghysels en de pastoor waarvan sprake in bovengeschreven brief, een wel zeer banale oorzaak had. De knecht van pastoor Frans Segers had namelijk zijn diensten bij de familie Ghysels aangeboden omdat hij daar meer verdiende. De pastoor vermoedde hierachter naijver van de familie Ghysels om te laten zien dat zij meer aanzien hadden dan de pastoor in het dorp. En zoals de burgemeester ook vertrouwelijk stelde: de pastoor had wat dat betreft een niet zo gemakkelijk karakter want hij vermoedde achter alles dat men hem dwars wou zitten, met ander woorden zocht hij overal "la petite, bête"...

Pastoor Frans Segers gaf zich echter niet gewonnen en bracht de gouverneur op de hoogte van zijn vermoedens. Deze laatste stuurde de provinciale bouwmeester, die het verslag van de burgerneester op 2 juni 1913 bevestigde en opmerkte: "Men hoort klachten te Lille Welke niet rechtstreeks in verband zijn te stellen met de bou-wingswerken der kerk. Er wordt daar te v eel individueel gemoeid zonder reden en zonder voldoende kennis van zaken... ". Het is duidelijk dat architekt Taeymans hiermee de pastoor bedoelde.

Om alles dan toch in der minne te regelen stelde de bouwmeester voor om het ver-schil tussen de prijs van de vooropgestelde steen en de prijs van de gebruikte steen die thans in de nieuwbouw verwerkt werd, te laten vergoeden door de aannemer. Deze ging hier dadelijk mee akkoord (23). Hiermee scheen alles weer in orde te zijn...

In mei 1914 waren de werken reeds voleindigd, maar bleek op een of andere ma-nier de gouverneur vernomen te hebben dat de oude meubelen niet teruggeplaatst werden in de nieuwe kerk. Dit was nochtans een van de voorwaarden om te mogen overgaan tot de afbraak van de oude en opbouw van de nieuwe kerk. Zo werden het koorgestoelte, de predikstoel en het orgel niet in het nieuwe gebouw geplaatst. Per brief van 20 mei 1914 antwoordde het kerkfabriek dat men de lijst van de te herstellen en te herplaatsen meubelen blijkbaar niet volledig had gemaakt zodat men later nog een duizend frank te kort kwam om de genoemde meubelen te kunnen te-rugplaatsen. Deze som geld was wel ingeschreven in het lastenboek en de begroting, maar, zo berichtte het kerkfabriek, deze werden nog altijd niet door de beheerder van de gelden, met name Philip Ghysels, overgemaakt aan de schatbewaarder van het kerkfabriek, "hoemenigmaal hij deze ook aan de familie Ghijsels gevraagd heeft. Aangezien de familie Ghijsels zich borg heeft gesteld voor de kerkfabriek bij deszelfs herbouwen, en dat het de familie voorzegd is, die de toelagen van Gemeente, Staat en Provincie van den schatbewaarder afgeëischt en ook uit dezes handen opgetrokken heeft, denken wij dat zij het is die den schatbewaarder in bezit der 1000 frank moet stellen. ".

45

Page 17: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Bovendien stelde het kerkfabriek in haar schrijven dat "...de werklieden bij den

afbraak der meubelen, over twee jaar gebezigd, nog niet zijn kunnen betaald worden ter oorzake dezer betwisting en het herstellen of herplaatsen moet gestaakt worden. Enkel de altaren en de biechtstoelen hebben wij, op bevel des Z.E. H. Pastoors hersteld als totaal onmisbaar... ". Dat de meubels niet herplaatst waren (buiten altaren en biechtstoelen), werd dus verweten aan Philip Ghysels, die zou geweigerd hebben de herstellingen en herplaatsing uit te betalen. Het kerkfabriek vroeg dan ook een kopie van de overeenkomst tussen haar en de familie Ghysels over het beheer en de borg over en voor de herbouwingsonkosten (24).

Reeds 10 dagen later vergaderde het kerkfabriek, want nu had zij het gevraagde contract in handen gekregen. Daar stond inderdaad expliciet in vermeld dat de familie Ghysels al de geldelijke middelen die nodig waren, zouden bezorgen zo er een tekort was. Nu had Philip Ghysels 12.000 frank geleend bij partikulieren, volgens de kerkmeesters en eiste hij van het kerkfabriek dat zij die schuld zouden erkennen en de intrest van 3 en 3,60 ten honderd zouden betalen. Welnu, het kerkfabriek "... weigert deze schuldbekentenis daar zij geene toelating gegeven heeft tot geldleening ...... Bovendien, verklaarden de leden van het kerkfabriek dat... "noch lastcohier, noch plan der te herbouwen kerk, haar ooit zijn voorgelegd geworden; maar dat de heer Ghijsels Philiep, bij wien dit alles berust, verklaard heeft dat hij alleen Meester en Baas was, zoo als hij dit ook werkelijk tot op den dag van heden 9 juni 1914, getoond heeft. Nooit heeft hij aan de kerkfabriek iets gevraagd of iets getoond, zelfs niet voor het plaatsen der glasramen, waarvoor nogthans de kerkfabriek verantwoordelijk gesteld wordt, naar alle kerkelijke en burgerlijke wetten en voorschriften. "

Bovendien zou Philip Ghysels al de toelagen van gemeente, staat en provincie ... tot den laatsten penning toe van den schatbewaarder afgeeischt " hebben en daar door was het dat "...dat deze niet beter wetende en door de bedreigingen hem gedaan overmeesterd, alles tot den laatsten cent aan hem overhandigd heeft!" (25).

Een zeer bezwarende brief dus voor de familie Ghysels met op zijn minst zware beschuldigingen ... Voorwaar ook een merkwaardige brief, want hierin beweert het kerkfabriek dat zij nooit geweten heeft hoe de nieuwe kerk er ging uitzien, wat ze zou gaan kosten en wat er moest gedaan worden... want het kerkfabriek zou nooit plannen of lastcohier voorgelegd gekregen hebben!!!

Ook de Gouverneur vond deze aantijgingen op zijn minst merkwaardig, stelde een grondig onderzoek in en raadpleegde burgemeester Goetschalckx van Lille. Deze wijdde een gedetailleerde brief aan het hele potsierlijke geval:

"...De E.H. Pastoor accordeert niet met de familie Ghysels, alle de moeilijkheden vloeien daar uit alléén voort. Zoek nergens ànders, dààr ligt alles gebonden. De achtbare familie Ghysels, aan wier opoffering en vrijgevigheid, wij onzen schoonen tempel te danken hebben, heeft alles gedaan met de intentie om goed te doen en zeker meenende alles te doen zoo als het moest zijn, daar ben ik innig van overtuigd, even zoo onze besturen.

46

Page 18: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

….

Denk niet, hooggeachte Heer Gouverneur, dat nevengaande stuk het werk is van den kerkeraad, doch enkel en alléén van mijnheer Pastoor.- Ued. kent toch ook wel de zelfstandigheid der dorpskerkeraden, die hier nog minder is dan nul. "

Volgens de burgemeester had de kerkeraad wet degelijk alle nodige plans en lastencohiers doorgenomen, maar verzuimd in schrift een kopie te vragen, en dat werd zelf door de gemeenteraad goedgemaakt daar deze opdracht had gegeven aan de gemeentesecretaris, tevens secretaris van het kerkfabriek, alles te kopiëren en in het dossier te steken, wat ook gebeurd was.

Wat de zogenaamde lening van 12.000 frank betrof, dit waren slechts giften, waar-voor de pastoor zelf beloofde dat men aan de gever intrest zou betalen. "Mr. Pastoor beloofde hem (= de schenker van het geld) nog zwaarderen intrest, indien deze nog duizend frank meer gaf. De intresten konden nu goed betaald worden, zegde Mr. Pastoor, nu het stoelgeld verdubbeld was. Van dit feit zal ik desnoods verschillige hoogst geloovenswaardige getuigenissen voorbrengen. Hier is dus onzen E.,H. Pastoor wettelijk in fout door de verwaarloozing die mondelings aangenomen giften niet wettelijk te doen hebben aannemen door den Raad en hooger overheid. ".

De klacht als zou niemand de stukken betreffende de bouw van de kerk mogen inzien hebben, was volgens de burgemeester te meer ongegrond, daar zij altijd op het gemeentehuis hadden gelegen, waar de heer pastoor ze zelf was komen kopiëren. De heer secretaris heeft ze tenslotte aan de heer Ghysels overhandigd ter nazicht, iets wat de pastoor later had vernomen van de secretaris.

Wat de glasramen betrof, het was de pastoor zelf die de glasramen te Antwerpen was gaan kiezen met de deken van Hoogstraten die van Lille afkomstig was.

Wat de beschuldiging betreft als zou Philip Ghysels de gelden door dreigingen in handen zou gekregen hebben, die was volgens de burgemeester een grove leugen en laster. De pastoor had deze, toen hij nog goed bevriend was met Philip Ghysels, zelf overhandigd. De schatbewaarder van de kerk had insgelijks zo gedaan door Philip Ghysels de opdracht te geven de toelagen van provincie en staat in de bank te Turnhout te gaan ophalen. Bovendien, zo suggereerde de burgemeester, zou de schat-bewaarder - moest hij de gelden onder dreiging afgegeven hebben - strafbaar zijnwegens het laten ontvreemden van kerkelijk eigendom!

En de burgemeester besloot als volgt "Wij hebben eene groote, zeer schoon enieuwe kerk, die wij nooit zonderde vrij-

gevige tusschenkomst van de achtbare familie Ghysels zouden verkregen hebben. De familie Ghysels zondigde door ter goeder trouw doch onwettig, zoo als 't nu schijnt, de leiding der werkzaamheden op zich te nemen en zoo de rechten te krenken van 't kerkfabriek, dat niet beters vroeg, doch ook van Mr. Pastoor. .... Hooggeachte,Heer Gouverneur, mag ik Ued. eerbiedig verzoeken de zaken zoo haastmogelijk in regel te doen stellen en ons den vrede, den zoeten vrede wederom te be

47

Page 19: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

zorgen, die op 't punt is in onze gemeente verloren tegaan.... Vraag aan de familie Ghysels hare betaalde rekeningen over verplaatsing en beplaatsing der meubelen, verzoek haar het verschil tot 1000fr. in den trésor der Kerk te storten en alles zal uit zijn. " (26).

De gouverneur kapittelde het kerkfabriek per brief van 30 juli 1914 in scherpe bewoordingen en verklaarde dat eigenlijk het kerkfabriek onwettelijke handelingen verrichtte. Inderdaad volgde hij de raad van de burgemeester op en voegde er aan toe:

"Ik hoop, Mijne Heren, aldus een einde te zien stellen aan de opgerezen onenigheid tusschen uw bestuur en de familie Ghysels zonder wier vrijgevige tusschenkomst gij voorzeker de groote schoone nieuwe kerk niet zoudt bezitten over wier welgeslaagde uitvoering gij zelven U tevreden verklaart. Handelde de familie Ghysels onwettig doch ter goeder trouw met de leiding der werkzaamheden op zich te nemen, Uw bestuur van zijnen kant heeft de bestuurlijke wetten insgelijks overtreden met te ver-waarloozen de aanvraag tot aanvaarding der giften te doen en de gelden der Kerk en openbare besturen in vreemde handen le laten overgaan.

Ik ben overtuigd dat gij U naar bovenstaande zult willen schikken om aldus den vrede tusschen Kerk- en gemeentebestuur hersteld le zien. De Gouverneur. " (27).

Wie dacht dat hiermee alle moeilijkheden rondom de herbouw van de parochiekerk van Lille voorgoed van de baan waren, zit op een wel erg verkeerd spoor.

Eerst dient hier als randbemerking wel gezegd te worden dat in 1914 de Eerste Wereldoorlog losgebroken was en ons land onder Duits bestuur kwam. De gouver-neur heette voortaan "Präsident der Zivilverwaltung für die Provinz Antwerpen".

Deze werd er attent op gemaakt dat in juli 1916 nog steeds de oude meubelen van de afgebroken kerk niet in de nieuwe kerk geplaatst werden. In zijn brief van 27 juli 1916 wees hij het kerkbestuur van Lille op dat "de altaars, gestoeltens, biechtstoelen, predikstoel, communiebank, muurbekleedingen, enz. " door de zorgen van het kerkfabriek volgens het lastenboek terug dienden geplaatst te worden in de nieuwe kerk en dat hij zelfs vernomen had dat de wandbeschotten waren gebruikt om deuren van te maken voor een aanpalend gebouwtje. "Het schijnt niet ongelegen U te herinneren dat geen voorwerp onder geen voorwendsel ook uit de kerk mag verdwij-nen en dat geen nieuw meubel mag ingebracht worden zonder daartoe voorafgaan-delijk van wege de bevoegde overheid de vereischte toelating le bekomen ". (28).

De klachten hieromtrent, zelfs van verkoop, vervreemding van kerkmeubelen en -gebruiksvoorwerpen, bleven bij het "Zivilverwaltung" (provinciebestuur) toekomen, waarop het College van Bestendige Afgevaardigden dan telkens een vermaning stuurde naar de pastoor en zijn kerkbestuur.

Deze antwoordden dat deze klachten vals waren en dat de leden van het kerk-bestuur, sommigen reeds meer dan dertig jaar "(telkens door hunnen medeleden herkozen) "... "een te onberispelijk verleden hadden om zich door den eersten den besten valschberichter le laten beschuldigen en bezwalken... Daarom, voortgaande als in 't verleden de belangen der Kerkfabriek te behertigen, hebben wij het besluit

48

Page 20: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

genomen, op alle die dwaze opmerkingen en valsche beschuldigingen niet meer te antwoorden, dan nadat Ued(edele) met naam en toenaam ons zult doen hebben ken-nen den valschen berichtgever, onzen beschuldiger en den bezwalker onzer eer. Het kan immers toch niet dat aan naamlooze beschuldigers, zooveel en zoolang gehoor gegeven worde!" (29). Per brief van 27 augustus 1916 eiste het kerkbestuur de na-men bekend te maken van de "valsche betichtigers".

De Präsident der Zivilverwaltung gaf echter de provinciale bouwmeester J. Taeymans opdracht een onderzoek in te richten naar de waarheid van de bovenge-noemde aantijgingen en deze liet op 27 September weten dat inderdaad verscheidene meubelen zoals de oude predikstoel, de houten wandbekleding en de mooie, monumentale keizersluchter niet waren terug geplaatst. "De verschillige fragmenten van den predikstoel en van de houten muurbekleedingen berusten gedeeltelijk in eene schuur achter de pastorij en gedeeltelijk in de bergplaats en doopvont der kerk...De deur komende voort van het oud sacristij hangt nog altijd aan de ketelplaats van de acetyleenverlichling. ".

De pastoor van,Lille had hem verteld dat men de komst van de bouwmeester Er- nest Dieltiens, die wegens de oorlogstijd in het buitenland verbleef, afwachtte om de plaatsing van het meubilair te regelen (30).

Per brief van 5 oktober 1916 liet de Präsident der Zivilverwaltung (gouverneur) zich dan ook in niet mis te verstane bewoordingen uit: "Het is alzoo vastgesteld, dat de feiten waartegen gij U zoo hevig verzette, wezenlijk bestaan en dat zij ten volle de aanmerkingen en aanbevelingen wettigen... ". Bovendien diende volgens hem het kerkbestuur niet te wachten op bouwmeester Dieltiens om over te gaan tot de plaatsing van de kerkmeubelen (3 1).

Nu vertrouwde de pastoor van Lille, naar hij zegde in naam van het kerkbestuur, de provinciale bouwmeester toe dat in werkelijkheid Philip Ghysels niet over de brug kwam met het geld om de oude meubelen te herstellen en terug te plaatsen. De bouwmeester liet de bediende van bouwmeester Ernest Dieltiens navraag doen bij de familie Ghysels. De bediende bracht op I juni 1917 verslag uit:

"De familie Ghysels heeft mij verklaard en met bewijzen gestaafd dat zij reeds meer dan duizend franken (bedrag der voorziene som) betaald heeft, voor wegne-men, herstellen, verplaatsen en terugplaatsen van de meubelen der Kerk van St. Pie-ters Lille, en dat zij niet genegen is nog meer uitgaven hiervoor te doen, gezien de som, waarvoor zij borg gebleven waren, reeds overschreden is, en dat zij voor hun goedheid, in plaats van medewerking slechts tegenwerking ontmoeten van wegens het Kerkfabriek (Den Heer Pastoor). Het is spijtig dat de zaken zoo eene wending genomen hebben, doch in geval de Commissie van Monumenten er op aandringt dat de overige kerkmeubelen hersteld en teruggeplaatst worden, zou zij zich moeten wenden tot het Kerkfabriek (Den Heer Pastoor) en eischen dat deze werken uit-gevoerd worden ...... Toch stelde de bediende voor om te wachten tot Ernest Dieltiens na de oorlog zou thuis zijn: deze zou waarschijnlijk wel de twee partijen

49

Page 21: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Binnenzicht hoogkoor en rechter zijbeuk (1905). Hier merken we nog het volledig barok-koorgestoelte van 1673, dat op last van pastoor F. Segers in drie delen werd gezaagd, waardoor fragmenten van de kunstvolle fries zijn te loor gegaan. Let nogmaals op het mooie gewelf. Foto: Provinciearchief Antwerpen.

kunnen verzoenen en ook zijn gezag als bouwmeester kunnen laten gelden om de meubelen terug te laten plaatsen naar ieders wens. Daarnaast had de bediende vernomen dat de houten wandbekleding toch niet zulke grote kunstwaarde bezat. “… Wat de predikstoet betreft, deze heeft waarlijk kunstwaarde en zou verdienen terug geplaatst te worden, mits de noodige veranderingen en herstellingen er aan te doen, doch deze zullen nogal hoog in kosten beloopen vermits hij vroeger tegen den muur geplaatst was en hij nu moet vrij staan en langs alle kanten zichtbaar zijn. Nu Mijnheer Taey- mans, dit zijn zaken die dienen rijpelijk overwogen te worden en gezien Mijnheer Ern. Dieltiens nog altijd afwezig is en ik de noodige macht met bezit om invloed op het Kerkfabriek (Den Heer Pastoor) uit te oefenen en om over die zaak te beslissen, hoop ik dat deze nog een weinig zal uitgesteld worden. " (32).

J. Taeymans lichtte het provinciebestuur in over de zienswijze van de bediende van de bouwmeester Ernest Dieltiens en verklaarde dat: "De verwarde toestand die er tusschen de familie Ghysels en de kerkfabriek heerscht, schijnt de oorzaak te zijn dat er tot de herplaatsing dier meubelen nog niet is overgegaan. " (33).

De Präsident der Zivilverwaltung drong bij het Lilse kerkbestuur toch aan op on-middellijke plaatsing van de oude kerkmeubelen.

50

Page 22: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

De provinciale bouwmeester zou dan wel raad geven, indien dit nodig mocht zijn.

Het geschil tussen het kerkbestuur (de pastoor) en de familie Ghysels mocht geen voorwendsel zijn om zich te onttrekken aan de verplichting van de kerk "in het zorg-zaam bewaren en herstellen der bemeubeling. Ik vestig nogmaals Uwe aandacht op Uwe verantwoordelijkheid en noodig U herhaaldelijk uit een einde te maken aan het verzet dat noodzakelijkerwijze ten nadeele van de belangen der kerkfabriek moet keeren."(34).

Op 6 augustus 1917 mengde zich de Koninklijke Commissie voor Monumenten en Landschappen, gevestigd te Brussel, in de zaak. Zij deed een controlebezoek te Lille en schreef een vernietigend rapport over de pastoor:

"Mijnheer Pastoor heeft, zo blijkt het, het koorgestoelte en de houten muurbe-kleding in drie delen laten stuk zagen om er drie verschillende banken van te maken. Ondanks de tegenkanting van het kerkbestuur heeft hij tegen de kerkmuren een hok laten optrekken om er apparaten voor acethyleenverlichting in op te bergen. De twee deuren van dit hok zijn gemaakt met fragmenten van de wandbekleding van het koor.,Daarenboven wil mijnheer Pastoor zonder t oelating de preekstoel verkopen en heeft hij een nieuwe besteld bij de beeldhouwer Maes van Vorselaar. Als onze inlichtingen juist zijn, wil hij ook het oude hoofdaltaar vernietigen. Wij zijn van oordeel dat enkel nog de tussenkomst van Zijne Eminentie de Kardinaal de koppigheid van Mijnheer Pastoor of die van het kerkfabriek om zich niet te schikken naar de aanbevelingen van het burgerlijk bestuur, te breken! " (35). (vertaald uit het Frans).

Op 20 September 1917 bracht Louis Stroobant, lid van de Koninklijke Commissie voor Monumenten, een bezoek aan de kerk en aan de pastoor van Lille om er zich van te vergewissen dat het oude kerkelijk meubilair nu eindelijk zou geplaatst zijn. Zijn verslag (in het Frans): "M. Pastoor heeft mij in een koetshuis die aan de pastorij paalt, het houtwerk getoond dat afkomstig is van een deel van het hoogaltaar, van de wandbekleding van het koor, enz. dat hier al meer dan vier jaar ligt opgestapeld.

Het houtwerk van het koor bestaat uit mooi renaissancehoutsnijwerk. M. Pastoor verklaarde dit niet meer te kunnen plaatsen omdat het huidige koor geheel andere afmetingen bezit dan het oude. Dezelfde opmerkingen maakte hij over het achttiende eeuwse houtwerk dat de zijbeuken versierde.

De oude preekstoet, in Lodewijk XIV-stijl, wordt gedragen dooreen Sint-Cornelius en is mooi handwerk. Deze bevindt zich ontmanteld in de doopvont. Hij is vervangen (ik geloof zonder gewettigde toestemming) door een preekstoet in banale, mid-delmatige gotische stijl.

Geen enkele van de oude schilderijen werd terug in de nieuwe kerk gehangen. Ze bevinden zich in een zijkamer. Verscheidene zijn in zeer slechte staat en M. Pastoor verklaarde dat hij geen subsidies kreeg voor restauratie omdat deze schilderwerken niet gesigneerd waren. (???).

51

Page 23: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Deze foto zou genomen zijn in 1913 bij het 50-jarig priesterjubileum van pastoor-deken Felix Karel An- toon Wuyts. Het hoofdaltaar staat er hier nog maar half heropgesteld bij. De bedoeling van pastoor Se- gers was een nieuw neogotisch altaar te laten maken, dat de glasramen van het koor niet zou bedekken. Gelukkig kon het oude barok-hoogaltaar van 1676 nog voor vernietiging behoed worden... . Uit de ver- zameling van Jozef Aerts.

52

Page 24: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

De twee zijaltaren (achttiende eeuws) werden teruggeplaatst, maar de schilderijen

die er normaal inzitten, ontbreken en zijn nu, naar het blijkt, in flarden gescheurd.Het hoogaltaar werd teruggeplaatst, maar werd "geamputeerd" van haar bekro-

ning vanaf de altaartombe, wat een ellendig effect geeft. Dit werd gedaan om de nieu-we glasramen niet te bedekken, waarvan, wat mij betreft, ik vind dat ze geen enkele kunstzinnige verdienste hebben.

In één woord, niets of bijna niets van het oude, kunstvolle, meubilair van de kerk van Sint-Pieters-Lille vinden we teruggeplaatst en het is wenselijk dat een nieuwe inventarisatie van de kerk, eerder gedaan door de heren Donnet en Van Leemputten, wordt opgemaakt.

Persoonlijk vind ik de afbraak en de verdwijning van de oude "tempel" van Lille zeer betreurenswaardig. Weldra vindt men in de Kempen geen enkele landelijke kerk meer, alleen maar minder geslaagde architecturale werken in gothische stijl, waartegen misschien nog een oude toren staat die aan de vernietiging is ontsnapt! (vertaald uit het Frans) (36).

Wat het laatste betreft, bleek de heer Stroobant een vooruitziende blik te hebben... Pastoor Frans Segers had dus het oude meubilair vervangen door (neo)gothische meubelen. De zogezegde weigering van Philip Ghysels om de herplaatsing en her-stelling van de oude meubelen te bekostigen was voor de ambitieuse pastoor slechts een schijnreden om zijn visie over kerkelijke kunst door te drijven.

Op de meubelen die hij nieuw liet maken, liet hij goed zichtbaar zijn naam of die van zijn naaste verwanten plaatsen. Dat had ook een merkwaardige reden, aldus onzemondelinge bron, wijlen Leopold Diels.

Toen pastoor Frans Segers met deken Wuyts van Hoogstraten de glasramen liet ontwerpen had men van verscheidene zijden aangedrongen dat Philip Ghysels en familie de grote glasramen zou bekostigen en dat hij dan ook er zijn naam mocht op vermelden. Philip Ghysels was trouwens ook de enige die kapitaalkrachtig genoeg was om deze glasramen te kunnen betalen. De pastoor mocht dan een glasraam in het koor met zijn naam vereren. E.H. Frans Segers vond dat beneden zijn waardigheid dat hij moest onderdoen voor de man waarmee hij in twist lag en zei: "Als ik mijn naam niet kan vermelden op een groot glasraam, dan zal ik er wel voor zorgen dat iedereen in de kerk mijn naam als schenker ziet staan", wat dus ook werkelijk gebeurde...

Pastoor Frans Segers overleed op 18 maart 1921. Zijn droom was nog een gothisch hoogaltaar te plaatsen, maar deze wens heeft hij niet in vervulling zien gaan.

Zijn opvolger, E.H. Joseph Arnauts, liet het oude, kunstvolle hoogaltaar terug opbouwen en bracht ook de oude schilderijen en beelden terug in de kerk.

Jammer genoeg liet hij op zijn beurt de hoogzaal, dat dateerde van 1755 en in mooie Lodewijk XIV-stijl was uitgevoerd, afbreken en hierbij werd het orgel, dat naar de kerk gekeerd stond, tegen de muur geplaatst, waarbij het medaillon van Sint-Cecilia dat het orgel bekroonde, werd afgezaagd!

53

Page 25: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Na de laatste oorlog verdween ook de waardevolle keizersluchter uit de kerk en

werden enkele eeuwenoude en waardevolle schilderijen onherstelbaar beschadigd bij het aanleggen van de centrale verwarming in de kerk.

Vernietiging van kunstwerken is van alle tijden, maar kan voorkomen worden door te wijzen op de waarde van ons kunstbezit en degelijk toezicht...

Het is een feit dat pastoor Frans Segers in deze uiteenzetting niet een al te fraai beeld krijgt toebedeeld. Hij was ongetwijfeld een zeer koppig man met een strikt eigen visie waarvan hij niet wilde afwijken, al kwam hij daarmee in conflict met zijn eigen vrienden en de hoogste overheid.

Toch had hij zijn goede kwaliteiten. Mensen, die hem nog gekend hebben herin-neren hem als een gewetensvol priester, dag en nacht paraat voor zijn parochianen, ongeacht rijkdom of afkomst.

Hij was een uitstekend administrator en het was ook nog zijn wens om de geschie-denis over Lille en in het bijzonder de parochie te schrijven. Honderden aanteke-ningen had hij al gemaakt over dit onderwerp. Het is hem niet gelukt, maar nu werd over hem geschiedenis geschreven...

De feiten, hierboven verhaald, zijn niet uniek: ze zijn van alle plaatsen en alle tij-den. Ze kenmerken de verhouding tussen mensen, en vooral in die zin is. Geschiede-nis boeiend... en leerzaam!

Een kunstwerk verdwenen uit de kerk van Lille: de achttiende eeuwse keizerluchter was een mooi voor- beeld van ambachtelijk kopersmeedwerk. Dit beschermd patrimonium zou kort na de Tweede Wereld- oorlog verdwenen zijn ... A.C.L.-Brussel.

54

Page 26: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

Binnenzicht van de kerk van Poederlee (1905). Ook Poederlee ontsnapte niet aan de door de overheid opgezette of goedgekeurde "beeldenstorm van de neogothiek" van het begin van de twintigste eeuw. Van het prachtige barokinterieur van de Poederleese kerk bleef na de her(op)bouw van 1908 echter niets meer bewaard. Buiten een deel van de preekstoel werd alles vernietigd of verkwanseld! Foto: Provinciearchief Antwerpen.

De kerk van Poederlee (1905). In tegenstelling tot de kerk van Lille, was de kerk van Poederlee erg gehavend en bleek toen sloping de haast enige oplossing in 1908. Nu zou men echter over gaan tot een deskundige restauratie! Foto: Pro-vinciearchief Antwerpen.

55

Page 27: DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT … · DE BEELDENSTORM VAN DE NEOGOTHIEK IN DE SINT-PIETERSKERK. De godsvrede gestoord te Lille 1912 -1920. Walter Van den Branden, Lic.hist.

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

HEEMKUNDIGE KRING - NORBERT DE VRIJTER - LILLE - JAARBOEK 1986

(1) Zie over onze dorpen van de negentiende en begin twintigste eeuw: K. VAN ISACKER, Mijn land in de kering 1830-1980, Deel 1: Een Ouderwetse wereld, Antwerpen, Amsterdam, 1978, 283 blz.

(2) Pastorij Lille-K.A.L. nr. 246. (3) B.A.A.-Bundel "Lille", E. VAN AUTENBOER, Uit de geschiedenis van Turnhout in de 16e eeuw:

voorbereiding, uitbarsting en gevolgen van de Beeldenstorm (1566), in Taxandria, Turnhout, (1967), jg. XLI, blz. 3 - 165. B.A.A.-Dekenale Visitatiën 1632.

(4) Pastorij Lille-K.A.L. nr. 332 j): Manuale Pastoris de Lille 1791. (5) J. AERTS en J. WILLEMS, Lille het Croatendorp, Lille, 1981, blz. 107-108.

Pastorij Lille-K.A.L. nr. 232 en 233. (6) Lodewijk Diels werd te Lille geboren op 26 juli 1855 en werd op 4 maart 1880 onderpastoor te Rij-

menam, daarna onderpastoor in de Sint-Andriesparochie te Antwerpen. Op 5 februari 1889 werd hij bestuurder van de Zusters Apostelinnen te Antwerpen, Sint-Jacobsmarkt. Het klooster was naast de woning van Philip Ghysels gelegen. E.H. Diels overleed te Lille op 20-9-1924. J. AERTS en J. WILLEMS, o.c., blz. 463. E.h. Lodewijk Diels was de oom van onze mondelinge bron, Leopold Diels.

(7) In 1900 vroeg en verkreeg Philip Ghysels van het gemeentebestuur van Lille de toelating om zijn villa met een haag en een poort te mogen omsluiten. Ibid., blz. 269.

(8) Ibid. blz. 161-162. (9) In de Sint-Andrieskerk vinden wij nog een gedenksteen met de naam van E.h. Frans Segers, juist

boven het wijwatervat aan de hoofdingang. (10) Dixit onze mondelinge bron L. Diels. (I 1) J. AERTS en J. WILLEMS, o.c., biz. 169-170.

De nieuwe pastorij werd ontworpen door architect J. Taeymans, provinciaal bouwmeester, die we nog verder in deze uiteenzetting zullen ontmoeten.

(12) Pastorij Lille-K.A.L. nr. 322. De oude kapel van "Onze-Lieve-Vrouw van Ackere" was een ruime kapel die de vorm had van de kapel van Heerle (gehucht van Poederlee). Zij was omringd door 14 eeuwenoude lindebomen die tijdens de Tweede Wereldoorlog werden omgehakt als brandhout.

(13) P.A.A.-Bundel "Kerk-Lille Sint-Pieter". (14) Pastorij Lille-K.A.L. nr. 245: "Bezoek gebracht te Lille, den 24 ok(ober 1911 door de heeren Frans

Van Leemputten en Fernand Donnet (15) J.M. GORIS, Herentals goed bekeken. Cultuurhistorische Gids voor Groot-Herentals.- Herentals,

Noorderwijk en Morkhoven, Herentals, 1981, blz. 23. (16) tot en met (18): P.A.A.-Bundel "Kerk Lille Sint-Pieter". (19) Ibid.

J. AERTS en J. WILLEMS, o.c., blz. 110. (20) tot en met (36) P.A.A.-Bundel "Kerk Lille Sint-Pieter".

56