Coachinfo vv IJmuiden september 2010

Coachinfo jeugdvoetbal v.v. IJmuiden

Jeugdcommissie / Hoofd Jeugdopleiding September 2010

Coachinfo jeugdvoetbal v.v.IJmuiden, versie september 2010

1

Inhoud 1. Coachinfo ........................................................................................................................... 3 2. Doelstelling jeugdvoetbal IJmuiden ................................................................................... 4 3. Begin seizoen ..................................................................................................................... 5 4. Praktische zaken rondom de wedstrijd ............................................................................... 6 5. Fair play en positief coachen............................................................................................ 10 6. Voor de wedstrijd ............................................................................................................. 11 7. Tijdens de wedstrijd en in de rust .................................................................................... 13 8. Na de wedstrijd ................................................................................................................ 15 9. Andere activiteiten ........................................................................................................... 16 10. Leeftijdsgerichte benadering ............................................................................................ 17 Bijlage 1: instructie invullen wedstrijdformulier ..................................................................... 22 Bijlage 2: lijst met coachtermen ............................................................................................... 25


2


3

1. Coachinfo Als coach van een jeugdelftal komt er veel op je af en moet je nogal wat regelen. De v.v. IJmuiden (“IJmuiden”) wil mede met dit document ondersteuning bieden. Het bevat informatie en tips rondom de zaken die bij het coachen en begeleiden van jeugdteams komen kijken. Hierbij is aansluiting gezocht bij het algemeen jeugdplan en het voetbaltechnisch jeugdplan. In deze plannen is het beleid van IJmuiden uitgewerkt. Dit document bevat dan ook voor een deel informatie die ook in beide jeugdplannen is terug te vinden. Daarnaast wordt specifieker ingegaan op de taken van de coach. IJmuiden streeft ernaar om op elk team twee coaches te hebben staan. De taken die bij het coachen horen kunnen dan over meer personen verdeeld worden. Verder kun je samen gemakkelijker eventuele problemen te lijf en is bij de eventuele afwezigheid van één van de coaches altijd de andere nog aanwezig. Naast de “coachinfo” wil IJmuiden de coaches ook ondersteunen door drie keer per jaar een bijeenkomst te organiseren waar alle trainers, coaches, jeugdcoördinatoren, het hoofd jeugdopleiding en de jeugdcommissie samen om tafel zitten. De club grijpt deze bijeenkomsten aan om iedereen te informeren over bepaalde zaken. Iedereen kan hierbij ook vragen of eventuele problemen naar voren brengen. De jeugdcommissie laat iedereen weten wanneer de vergadering is en stelt een agenda samen. Verder dient de jeugdcoördinator als aanspreekpunt en klankbord voor de coach. De coach kan met vragen, opmerkingen of problemen bij hem terecht. Indien gewenst kan ook de jeugdcommissie, het hoofd jeugdopleiding of de trainer hier bij betrokken worden. Leeswijzer Opgemerkt moet worden dat de coachinfo voor zowel beginnende als ervaren coaches is opgesteld, voor zowel prestatieve teams als recreatieve teams, in alle leeftijdscategorieën. Dit kan er toe leiden dat de hoeveelheid info wat veel kan worden. Met behulp van de leeswijzer en de inhoudsopgave kan hopelijk snel de gewenste info gevonden worden. Voor coaches die al wat langer meelopen zal de inhoud waarschijnlijk grotendeels bekend zijn. Beginnende coaches zien waarschijnlijk meer nieuwe zaken terug in het document. Voor deze laatste groep is vooral hoofdstuk 3 en 4 van belang. Hierin zijn de meer praktische zaken rondom de begeleiding van een team opgenomen. Natuurlijk staat in de andere hoofdstukken ook interessante info. Hoofdstuk 5 gaat over sportief gedrag en positief coachen. De hoofdstukken 6 t/m 8 bevatten een beschrijving en tips van waar je je als coach voorafgaand aan, tijdens en na de wedstrijd op kunt richten. In hoofdstuk 9 wordt aandacht geschonken aan de nevenactiviteiten voor de jeugd. Tot slot geeft hoofdstuk 10 een overzicht van de kenmerken per leeftijdscategorie. Hierin zijn ook de wedstrijdduur en eventuele afwijkende of speciale regels per categorie opgenomen. Overige informatie is te vinden op de website www.vvijmuiden.nl. Hier staan onder meer de namen van de personen die je kunt benaderen voor bepaalde zaken.


4

2. Doelstelling jeugdvoetbal IJmuiden In het jeugdplan is de doelstelling voor het jeugdvoetbal als volgt neergezet: “IJmuiden wil haar jeugd de mogelijkheid bieden om prestatiegericht of recreatief te voetballen bij een zaterdagvereniging. Bij de prestatieteams worden de beste spelers binnen een jeugdgroep geselecteerd en wordt nagestreefd zowel resultaten te behalen als spelers zichzelf te laten ontwikkelen, zodat zij betere voetballers kunnen worden en als senior mogelijk voor het eerste elftal in aanmerking kunnen komen. Zowel bij de selectie- als de recreatieteams staan spelplezier en onderlinge betrokkenheid voorop en wil de IJmuiden de sfeer versterken door activiteiten rondom het voetbal te organiseren. Ook bij de jeugd gaat aandacht uit naar fair play: een sportieve instelling, een respectvolle omgang met elkaar en anderen en het naleven van de normen en waarden die door de club worden gedragen.” In het voetbaltechnisch jeugdplan is dit met de 6 onderstaande doelstellingen uitgewerkt:

� De jeugdvoetballer laten spelen en trainen met maximaal speelplezier. � De jeugdvoetballer opleiden tot een voor hem zo optimaal mogelijk niveau. � De jeugdvoetballer laten spelen en trainen op een voor hem zo optimaal

mogelijk niveau. � De jeugdvoetballer laten spelen en trainen als teamspeler � De talentvolle jeugdspelers opleiden voor het eerste elftal van v.v. IJmuiden. � Het behouden van alle jeugdspelers voor v.v. IJmuiden.

Het motto hierbij is:

WINST BOEKEN GAAT VOOR WINNEN

Hiermee bedoelen we dat het belangrijker is dat spelers en teams leren, zich kunnen ontwikkelen en tot een hoger niveau groeien (“winst boeken”) dan dat zij elke wedstrijd of het kampioenschap “winnen”.


5

3. Begin seizoen In de aanloop van het seizoen zijn de teamindelingen meestal grotendeels bekend. De selectietrainer maakt na ongeveer twee tot drie weken nadat hij begonnen is zijn selectie bekend. Eventuele nieuwe aanmeldingen of opzeggingen worden in deze periode vaak ook definitief duidelijk. Bij de selectieteams is de trainer meestal ook als coach bij de wedstrijden aanwezig. IJmuiden wil bij deze teams ook een hulptrainer of leider plaatsen om de selectietrainer te ondersteunen en werk uit handen te nemen. Bij de jongste jeugd (mini’s en F-pupillen) en de recreatieve teams zal de jeugdcoördinator voor de begeleiding in de meeste gevallen een beroep doen op twee van de ouders. Uiterlijk voor de eerste competitiewedstrijd begint, wil IJmuiden de begeleiding rond hebben. Het is prettig om voor het begin van de competitie een paar oefenwedstrijden te hebben gespeeld. In principe heeft de jeugdcoördinator al één of meerdere wedstrijden of toernooien gepland. Als coach kun je zelf eventueel ook nog een wedstrijd regelen (in geval van thuiswedstrijden in overleg met de wedstrijdsecretaris). Ook kun je de jeugdcoördinator verzoeken een extra wedstrijd te organiseren. Plaats het verzoek in ieder geval ruim op tijd. Om de spelers en ouders te informeren over de begeleiding van het team voor het aankomende seizoen, heeft de club een “voorbeeldbrief “ opgesteld. Deze is op de website www.vvijmuiden.nl beschikbaar bij “Documenten” en kun je als coach naar eigen inzicht aanpassen en toespitsen op je team. Na verspreiding is het nuttig een keer met de spelers en ouders bij elkaar te zitten om de brief toe te lichten en iedereen hun vragen te kunnen laten stellen. Dit kan bijvoorbeeld een keer voor of na een wedstrijd. De situatie kan mogelijk meteen aangegrepen worden om wat bijkomende taken te verdelen over de ouders. De jeugdcoördinator is bij voorkeur ook bij dit overleg aanwezig. Via de jeugdcommissie worden ook kleding en materialen beschikbaar gesteld. Als coach draag je hier tijdens het seizoen zorg voor. Hoewel de jeugdcommissie al geïnventariseerd heeft voor welk team welke kleding beschikbaar is, is het nuttig om even af te stemmen wat er precies nog nodig is.


6

4. Praktische zaken rondom de wedstrijd Hieronder zijn kort een aantal onderwerpen toegelicht die je als coach tegen kunt komen rondom de voetbalwedstrijden. Wedstrijdprogramma Het wedstrijdsecretariaat verstuurt het wedstrijdprogramma voor de aankomende zaterdag aan het begin van de week via e-mail. Wie zich heeft opgegeven om het clubblad “De Spil” digitaal te ontvangen, krijgt op deze wijze het programma toegestuurd. Verder publiceert IJmuiden het wedstrijdprogramma op de website www.vvijmuiden.nl. In het wedstrijdprogramma staat aangegeven:

- aanvangstijd van de wedstrijd - het speelveld - de kleedkamers - de scheidsrechter

Als coach geef je de aanwezigheids- of vertrektijden door aan je team doorgeven (bijvoorbeeld per e-mail). Via de knvb is ook toegang te krijgen tot het programma (maar ook de uitslagen en standen). Hiervoor heeft zij de website www.voetbal.nl in de lucht. Na registratie kun je inloggen en toegang krijgen tot je team. Ook voor ouders en spelers is deze website toegankelijk. Afberichten Jeugdspelers komen graag voetballen, maar ziektes, vakanties, dagjes weg e.d. kunnen er toch voor zorgen dat zij niet mee kunnen doen. Zorg er als coach voor dat de spelers tijdig afberichten (uiterlijk donderdag), zodat je weet of je voldoende spelers voor de wedstrijd hebt. Via de jeugdcoördinator of de coach van een ander team kun je wellicht een speler extra regelen om de afwezigheid op te vangen. Probeer omgekeerd ook een ander team te helpen door het afstaan van een speler wanneer dat nodig is. Zijn er teveel afmeldingen en is dit niet via andere teams op te vangen, neem dan contact op met de jeugdcoördinator of de secretaris van de jeugdcommissie om de wedstrijd te kunnen verplaatsen. Doe dit dan zo snel mogelijk. Afgelastingen Bij slecht weer, of beter gezegd: bij slechte velden, kan het voorkomen dat de wedstrijd afgelast wordt. Vaak geldt dit voor een hele categorie. Op teletekstpagina 603 is dit dan zichtbaar. IJmuiden voetbalt in afdeling West I en bijna alle teams zijn categorie B. Het kan voorkomen dat niet de hele afdeling eruit ligt maar dat dit verschilt per vereniging. Spelers van het team kunnen dan het beste vanaf 8 uur met de kantine bellen of de wedstrijd doorgaat. Ook op de website proberen we hier info over te verschaffen. Gebruik kleedkamer Bij IJmuiden hebben we 8 kleedkamers. Het zal geregeld voorkomen dat de kleedkamer wegens ruimtegebrek (voor een deel van de tijd) met een ander team gedeeld zal moeten worden. Probeer met je team na afloop van de wedstrijd zo snel mogelijk plaats te maken voor het nieuwe team. Met twee teams in een kleedkamer is het aan te raden zoveel mogelijk de kleding in de tassen op te bergen en aan één kant van de kleedkamer


7

te plaatsen. Zowel bij een uitclub als bij IJmuiden dien je de kleedkamer netjes achter te laten: rommel van de grond, trekker er doorheen halen, licht uit en douches uit. Wedstrijdformulier Op het wedstrijdformulier (vanaf D-pupillen) moeten de twee teams, de klasse waarin gespeeld wordt, de clubcode, de naam van de scheidsrechter en alle deelnemende spelers met lidmaatschapnummer van de KNVB (terug te vinden op de spelerspassen) ingevuld worden. Ook de uitslag komt op het wedstrijdformulier te staan. Het formulier moet door de aanvoerder ondertekend worden. In bijlage 1 is een instructie opgenomen voor het invullen van het formulier. Een niet of foutief ingevuld formulier kan de club een boete opleveren. Spelerspassen Van de D-pupillen hebben de spelers een pasje met het lidmaatschapnummer en de geboortedatum. Hiermee kan de tegenpartij controleren of er een speelgerechtigde speler meedoet (en omgekeerd). In de praktijk komt het nauwelijks voor dat er daadwerkelijke controle plaatsvindt. Als de tegenstander het hard speelt kan het niet kunnen overleggen van de passen echter wel tot gevolg hebben dat de wedstrijd in een reglementaire nederlaag eindigt. Het verdient de voorkeur de spelerspassen bij elkaar in een mapje in bezit te houden. Wanneer een speler met een ander team mee wil doen, kan hij de pas meenemen maar zorgt er dan zelf voor dat deze weer bij je terug komt. Dispensatiespeler Wanneer een speler met dispensatie speelt, heeft de KNVB hier een goedkeurende brief voor verstuurd. Deze moet overlegd kunnen worden bij het controleren van de spelerspassen. Aanwezigheid scheidsrechter Bij thuiswedstrijden controleer je als coach of er een scheidsrechter is ingevuld in het wedstrijdprogramma. Als het vakje leeg is, heeft de wedstrijdsecretaris (nog) geen scheidsrechter van binnen de vereniging kunnen vinden. Je moet dan zelf een scheidsrechter zien te regelen (bijvoorbeeld een van de ouders). Op de wedstrijddag zelf informeert de coach vooraf in de bestuurskamer ook nog even of de toegewezen scheidsrechter er is. Grensrechter Vanaf de D-pupillen wordt er op een groot veld gespeeld en geldt de buitenspelregel. Om dit in de gaten te houden zul je voor een grensrechter moeten zorgen (bijvoorbeeld beurtelings met de andere coach of een andere ouder). Het verdient niet de voorkeur een speler te laten vlaggen (zeker niet in de jongste jeugd), maar soms kun je niet anders. Klaarzetten en opruimen speelveld (thuiswedstrijden) Mini’s spelen op een klein veldje van ongeveer 20m bij 40m met kleine goals. Dit veldje moet van te voren klaargezet worden. De jeugdcommissie wil proberen een “stadionnetje” te realiseren. De F-jes en E-tjes spelen overdwars op een half veld, dus met de goals op de zijlijnen van het grote veld. Deze goals moeten bij thuiswedstrijden door het team (ouders) zelf klaargezet worden en na de wedstrijd en het penaltyschieten weer opgeruimd (soms kunnen ze blijven staan als er nog een F- of E-wedstrijd na gespeeld wordt). De ervaring leert dat het loont hier van te voren al afspraken over te maken. Ouders komen op het vroege uur dikwijls zo laat mogelijk en willen na de wedstrijd vaak het liefst zo snel


8

mogelijk een bak koffie scoren. Vanaf de D-tjes wordt op een groot veld gespeeld. Het bestuurslid van dienst zal meestal de cornervlaggen al klaarzetten en de netten hebben laten zakken. Meestal zullen deze zaken na de wedstrijd zo achtergelaten kunnen worden i.v.m. wedstrijden in de middag (senioren). Kleding en materialen Zoals aangegeven verstrekt de club kleding en materialen (watertas, bidons, ballen, verzorgingssetje) aan het begin van het seizoen. Het is aan te raden de kleding bij elkaar te houden in een tas. Dus voorafgaand aan de wedstrijd uitdelen en na de wedstrijd weer innemen. De kleding kan dan gezamenlijk gewassen worden. De tas kan per toerbeurt meegegeven worden aan een speler, maar het komt ook wel voor dat een ouder het gehele seizoen door wil wassen (en daar dan wel een geringe door de spelers af te dragen wasvergoeding voor ontvangt). Verder valt op te merken dat je bijna niets zo gemakkelijk kwijtraakt op een voetbalcomplex als een voetbal. Ook is het voorgekomen dat een complete tas met voetbaltenues spoorloos (gestolen) is geraakt. Houd de materialen dus goed in het oog. Gele en rode kaarten In de jongste groepen zal het niet veel voorkomen, maar vanaf de D-tjes kan het voorkomen dat spelers een tijdstraf van 5 minuten krijgen. Dit is vervelend maar heeft verder niet zoveel gevolgen. Bij de oudere jeugd kan dit als boeking (“gele kaart”) worden geregistreerd en terug te vinden zijn op het wedstrijdformulier. Ook een verwijdering voor de rest van de wedstrijd (“rode kaart”) kan op het formulier vermeld worden. Deze straffen leiden ook tot een geldboete voor de betreffende speler (acceptgiro wordt thuis gestuurd). Probeer eerst met de scheidsrechter tot een akkoord te komen dat de gele of rode kaart niet op het wedstrijdformulier terecht komt. Niet alle scheidsrechters gaan hierin mee, maar sommigen zijn na de wedstrijd milder gestemd. Bij een rode kaart van je eigen team of tegenstander dient een verweerschrift opgesteld te worden. Neem bij een rode kaart ook contact op met de secretaris van de jeugdcommissie Gestaakte wedstrijden Wedstrijden kunnen gestaakt worden als het veld tijdens de wedstrijd sterk verslechterd. Vaker zal er echter een ruzie of opstootje aan ten grondslag liggen. Zeer vervelend, maar het kan voorkomen. Na afloop moet je als coach dan even een kort verslagje maken en contact opnemen met de secretaris van de jeugdcommissie, ook als de oorzaak van de gestaakte wedstrijd uitsluitend bij de tegenstander ligt. Ouders Idealiter tref je als coach een groep ouders aan, die zich zeer betrokken voelen bij het team, op een gezellige wijze aanwezig zijn en zich voor allerlei werkzaamheden aanbieden om te helpen. De werkelijkheid is vaak iets weerbarstiger. Zoonlief speelt op de verkeerde positie, of staat “al weer” wissel en van “vlaggen” snappen ze niets, maar ze hebben wel continu een overduidelijke mening over de foutieve beslissingen van de scheidsrechter. Gelukkig is dit ook niet alleen maar wat je als coach tegenkomt. Het kost vaak echter vaak wel wat overredingskracht om andere ouders mee te laten bewegen in het belang van het team. In de brief aan de start van het seizoen kun je alvast om hulp vragen en aangeven welk gedrag langs de lijn IJmuiden gewenst vindt. Ook een “startbijeenkomst” aan het begin van het seizoen kan hier aan bijdragen. Eventueel kan de jeugdcoördinator of iemand van de jeugdcommissie een


9

ondersteunende rol verlenen. Naar uitwedstrijden Afhankelijk van de indeling spelen de jeugdteams van IJmuiden hun uitwedstrijden mogelijk in de gemeente Velsen, maar in de meeste gevallen bevinden de tegenstanders zich buiten de gemeentegrenzen. Het vervoer naar uitwedstrijden zal dus overwegend per auto gaan. Het verzamelen voor gezamenlijk vertrek gebeurt meestal op de grote parkeerplaats (naast het tankstation). Bij clubs in de directe omgeving is het vaak handiger dat iedereen rechtstreeks naar die club zelf gaat. Als coach moet je dit natuurlijk wel even aangeven. De ervaring leert dat er in de meeste gevallen ouders genoeg zijn die sowieso meegaan naar de uitwedstrijden en het vervoer geen probleem oplevert. Het kan natuurlijk voorkomen dat het vervoer wel problematisch is. Hier zul je dan nadere afspraken over moeten maken met ouders, bijvoorbeeld door het opstellen van een “rijschema”, waarin de ouders beurtelings voor vervoer zorgen. Overigens is het bij IJmuiden niet gebruikelijk vervoersvergoedingen te betalen. Ook hier kun je natuurlijk afspraken over maken, bijvoorbeeld wanneer het vervoer altijd min of meer gedwongen op de schouders van dezelfde ouders terecht komt. Voor vertrek controleert de coach of de iedereen er is, of de wedstrijdkleding, spelerspassen (vanaf D-pupillen) en de nodige materialen er zijn en informeert of alle ouders weten waar de uitclub zich bevindt. Het kan handig zijn om het adres vooraf te noteren voor de tomtom of een paar routebeschrijvingen uit te printen. Aangekomen bij de uitclub meldt je je in de bestuurskamer. Hier vul je het wedstrijdformulier in (vanaf D-pupillen), overhandig je de spelerspassen en vraag je naar de (sleutel van) de kleedkamer, het speelveld en de limonade. Houdt er rekening mee dat ze bij een aantal verenigingen een borg van € 5 of € 10 voor de sleutel van de kleedkamer vragen. Na afloop van de wedstrijd kijk je of de kleedkamer netjes is achtergelaten, of alle spullen mee zijn, of alle spelertjes vervoer terug hebben, je levert de sleutel weer in en ondertekent samen met de aanvoerder het wedstrijdformulier met de juiste uitslag. Neem een ondervel van het wedstrijdformulier mee en lever deze in bij de bestuurskamer van IJmuiden. Vergeet ook het setje met spelerspassen niet mee te nemen!


10

5. Fair play en positief coachen IJmuiden hecht veel belang aan sportiviteit bij de jeugd, zowel binnen als buiten het veld. IJmuiden wil dan ook bekend staan als fatsoenlijke vereniging waarbij de jeugdspelers, trainers, ouders en andere betrokkenen respectvol met elkaar omgaan en zo ook de tegenstanders, bezoekers en scheidsrechters tegemoet treden. Bij het coachen van de spelers is IJmuiden van mening dat een positieve grondhouding niet alleen het prettigste werkt, maar uiteindelijk ook het meest effectief is. De hieronder gepresenteerde info komt in de jeugdplannen uitgebreider aan bod. Uitgangspunten voor een prettige omgang met elkaar:

- Behandel een ander zoals je zelf ook behandeld wilt worden; - Plezier staat voorop; - Sportief gedrag; - Maak geen nare opmerkingen naar elkaar, tegenstander of scheidsrechter; - Accepteer beslissingen van scheidsrechters en coaches; - Maak geen grove overtredingen; - Zeg even sorry na een overtreding (handje, op de been helpen); - Bedank de scheidsrechter en tegenstanders na afloop van de wedstrijd; - Ouderen (trainers, coaches en ouders) hebben een voorbeeldfunctie; - Maak duidelijke afspraken en kom ze na; - Uit onvrede op een respectvolle manier (hoe moeilijk dit soms ook kan zijn).

Voor coaches willen we nog specifiek ingaan op het “positief coachen”. In het technisch jeugdplan is hierop de onderstaande toelichting gegeven. Het valt als coach niet altijd mee je eraan te houden, streef het wel na:

- Voetbal is een teamsport. Binnen het team moet iedereen alles doen om elkaar te helpen. Als hier nadrukkelijk op wordt gecoacht ontstaat na verloop van tijd ook de cultuur van: als ik iemand help, helpen de volgende keer anderen mij.

- Leer de spelers dat coachen helpen betekent en niet bekritiseren. Spelers zullen coachen makkelijker accepteren als deze hen daadwerkelijk helpt in plaats van onzeker maakt.

- De “toon” van het coachen is zeer belangrijk. Van coachen moet altijd een positieve werking uitgaan.

- Coach niet alleen op wat fout gaat maar benoem juist wat wel goed gaat. - Geef aan hoe iets moet in plaats van aangeven hoe het niet moet. - Negatief coachen breekt meestal eerder af dan dat het opbouwt; - Beloon spelers oprecht. Weeg zorgvuldig waarom hij een compliment(je)

verdient. Het toejuichen van de één is vaak het uitjouwen van de ander. - Coach actiever als resultaten tegenvallen. Het team heeft recht op hulp. Ook

voor de coach geldt voetbal is een teamsport en je moet elkaar helpen. - Geef het team de “credits” als de resultaten goed zijn.

In het technisch jeugdplan heeft IJmuiden een aantal coachtermen (korte commando’s) opgenomen die bij wedstrijden gebruikt kunnen worden (vooral bij de iets oudere jeugd). Voor de lijst zie bijlage 2. Verder willen we nog verwijzen naar het huishoudelijk reglement (opgenomen bij de “Documenten” op de website).


11

6. Voor de wedstrijd Op te merken valt dat de wedstrijdbenadering bij prestatieve teams en in de hogere leeftijdscategorieën aanmerkelijk serieuzer zal zijn dan bij de recreatieve teams en de jongste jeugd. Als coach dien je datgene dat in de volgende hoofdstukken (6, 7 en 8) vermeld staat dan ook overeenkomstig de situatie van je team toe te passen. De coach van een recreatief team kan dus veel van de onderstaande zaken achterwege laten. Als coach probeer je voorafgaand aan de wedstrijd je team voor te bereiden. Je deelt de kleding uit, geeft de opstelling, probeert nog aanwijzingen te geven hoe te spelen en laat de spelers een warming up doen. Bij elkaar duurt de wedstrijdvoorbereiding ongeveer 30 tot 45 minuten (bij de jongste jeugd is dit aanmerkelijk korter). Opstelling en wissels Het bekendmaken van de opstelling is vaak een spannend moment. Er wordt dan ook duidelijk wie als wissel begint. De opstelling maakt duidelijk wie vanuit welke veldpositie start en dus welke taken moet uitvoeren. Daarnaast is de opstelling nog wel eens onderdeel van kritiek. Als coach kun je rekening houden met de verschillende wensen van de spelers (en vaker nog de ouders), maar als coach heb je uiteindelijk het recht de opstelling te bepalen. En je moet hier nu eenmaal keuzes bij maken, want om met 10 spitsen en een keeper te spelen is ook geen optie. Ook het kiezen van een aanvoerder is de verantwoordelijkheid van de coach. Bij de jongste teams is het wel leuk het aanvoerderschap te rouleren. Bij de oudere jeugd zul je meestal een vaste aanvoerder hebben. Eventueel kun je deze laten kiezen door het team zelf. Onder het motto ”winst boeken gaat voor winst” kan het zinvol zijn om je spits bijvoorbeeld een maandje achter elkaar in de verdediging te laten spelen, om hem te laten ervaren hoe het is om een aanvaller af te moeten stoppen. De basis spelconcepten bij zeventallen (1:3:3 bij F en E) en elftallen (1:4:3:3 vanaf D) zijn bij de leeftijdsspecifieke aandachtspunten kort vermeld. Taken per positie komen terug in het technisch jeugdplan. Een terugkerend punt van discussie zijn de wisselbeurten. In beginsel huldigen we bij IJmuiden het principe dat iedereen ongeveer even veel speeltijd toekomt. Als coach houd je bij hoeveel elke speler wissel heeft gestaan, zodat je er zicht op houdt wie als volgende aan de beurt is. Er kunnen zich echter situaties voordoen die er toe leiden dat bepaalde speler toch wissel staat hoewel het eigenlijk nog niet zijn beurt is. Bijvoorbeeld een speler van een selectieteam die de hele week niet getraind heeft. Of iemand die zich op de training of in een vorige wedstrijd dermate misdragen heeft dat een sanctie op z’n plaats is. Iemand die zich tijdens de wedstrijd misdraagt komt natuurlijk ook in aanmerking om uit het veld gehaald te worden. Wedstrijdbespreking Heeft het zin om een wedstrijdbespreking te houden? In z’n algemeenheid denken we van wel, maar, het is erg afhankelijk van de leeftijd, de motivatie van de spelers en ook de manier waarop de bespreking gehouden wordt. Bij de jongste groepen (mini’s en F-jes) kun je vrijwel volstaan met het noemen van de opstelling en de wissels (zie ook hoofdstuk 10). Vooral de allerjongste spelertjes zullen


12

echter de neiging hebben door elkaar te lopen. Verder kun je ze stimuleren hun best te doen en ze plezier toewensen. Tactische zaken laat je bij deze groepen nog achterwege. Bij de E-tjes kun je hier voorzichtig al een beetje mee beginnen. Bijvoorbeeld door ze aan te moedigen naar elkaar over te spelen of proberen niet op een kluitje te spelen. Als je in de aanval bent kun je ook de verdedigers aanzetten om aan te sluiten bij de aanvallers. Vanaf de D-tjes wordt op een groot veld gespeeld en komt in de wedstrijdbespreking bij het ouder worden van de groepen steeds meer tactiek om de hoek kijken. Verderop in de coachinfo wordt nader ingegaan op de leeftijdsspecifieke aandachtspunten. In de wedstrijdbespreking kun je je richten op het team als geheel, een linie van het team of op één van de elf veldposities. Een andere kapstok kan bestaan uit de situaties van balbezit (opbouw en aanval), verdedigen en omschakeling (zowel veroveren als kwijtraken van de bal). Situaties uit voorgaande wedstrijden waarin zaken fout gingen, maar vooral ook waar ze goed gingen kunnen mooi als voorbeeld dienen. Idealiter is er een opbouw aanwezig die begint bij het van tevoren formuleren van één tot maximaal vier voetbaldoelstellingen, het trainen hierop, om vervolgens bij de wedstrijdbespreking terug te laten komen. Ook tijdens de wedstrijd als in de rust kun je op de specifieke doelstelling terugkomen. Hier komt duidelijk onze visie naar voren dat het meer zin heeft op slechts een paar aspecten goed te coachen. De wedstrijdbespreking kan dan ook beknopt gehouden worden; een must want de spelers zullen maar een korte tijd geconcentreerd naar je luisteren en onthouden maar een paar dingen. In de regel zal een bespreking van 5 tot maximaal 10 minuten voldoende zijn. En zoals in het vorige hoofdstuk aangegeven: coach positief. Warming up Ook voor de warming up geldt dat er grote verschillen zijn tussen de verschillende leeftijdsgroepen. De F-jes kun je zo laten spelen, een A-junior loopt serieus kans op blessures wanneer hij zonder warming up direct aan een wedstrijd begint. Het neemt niet weg dat het voor alle categorieën prettig is om voorafgaand aan de wedstrijd het “balletje te voelen”. Vanaf de D-pupillen is de warming up erop gericht om eerst zonder bal het lichaam op te warmen en gereed te maken voor de wedstrijd die komen gaat. Laat dit deel van de warming up leiden door je aanvoerder. Hierna kan overgegaan worden op de onderdelen met de bal (passen, aannemen, dribbelen eventueel tot en met een positiespelletje). De keeper wordt na het onderdeel zonder bal door (één van) de wissels ingeschoten. Na de warming up kom je bij voorkeur nog kort in de kleedkamer voor de laatste plichtplegingen. Daarna ga je met z’n allen naar het veld (kleedkamerdeur op slot). Houd er rekening mee dat een goede warming up zo’n 20 tot 30 minuten in beslag kan nemen. Het maakt hierbij niet uit of het warm of koud weer is.


13

7. Tijdens de wedstrijd en in de rust En dan begint de wedstrijd. De aanvoerder heeft de scheidsrechter en aanvoerder van de tegenpartij een hand gegeven en de toss gewonnen of verloren. De wedstrijd begint. Wees niet verbaasd of kwaad als je de zaken die je zo zorgvuldig in de wedstrijdbespreking hebt benoemd gelijk mis ziet gaan. Dit hoort bij het coachschap. Zie het niet als een persoonlijk falen; je spelers komen om lekker te voetballen en zitten vaak nu eenmaal niet zo te wachten op allerlei opdrachten of tactische bespiegelingen. Het is wel zaak in de coaching zoveel mogelijk vast te houden aan de onderdelen van het spel die in de wedstrijdbespreking naar voren zijn gekomen. Er gaan soms wel duizend dingen fout, maar je kunt niet op ze allemaal gaan coachen: de spelers krijgen dan een continue stroom aan informatie, worden “suf gecoacht”, met als gevolg dat je niet meer gehoord wordt. Coach dus gedoseerd. En belangrijk: zo ontstaat er ook ruimte voor de spelers om elkaar te coachen. En voor jou als coach heb je dan ook meer tijd om waar te nemen en te analyseren welke zaken goed gaan (en wellicht zie je ook nog waar de fouten liggen). Als enthousiaste coach kun je de neiging hebben de wedstrijd vooral als supporter te bekijken. Hiermee bedoelen we het continu volgen van de bal en je laten meeslepen door de emoties van de wedstrijd. Op zich niets mis mee, want hier schuilt natuurlijk ook een belangrijk deel van de charme in van het bekijken van een voetbalwedstrijd. Een gevaar is echter wel dat dit ten koste kan gaan van de kwaliteit van het waarnemen en het coachen van het team. Als coach kan het bijvoorbeeld zinvol zijn om te kijken wat je spitsen doen als de tegenstander in de aanval is. Zoeken zij bijvoorbeeld al een goede positie voor als we de bal veroveren of blijven ze uit positie staan na een verloren bal? Je volgt in dit geval dus niet de bal, maar kijkt hoe je aanvallers zich opstellen. Ander voorbeeld: kijkt jouw laatste man hoe je andere verdedigers in positie staan bij een aanval van je eigen team en coacht hij deze verdedigers? Afhankelijk van de doelstellingen van de wedstrijd kun je dus een bredere blik op het speelveld werpen dan uitsluitend die van de baan van de bal. Net als je eigen spelers moet je ook zelf niet de doelstellingen van je wedstrijd vergeten (dit is gemakkelijker gezegd dan gedaan) en hierop coachen. Vooral complimenten uitdelen waar het goed gaat (beter dan bestraffend de fouten te benoemen) en aangeven hoe je het wel hebben wilt (in plaats van wat ze niet moeten doen). Telkens met een positieve grondhouding (dus liever “probeer die bal zo en zo in te spelen” in plaats van “je moet die bal niet zo en zo inspelen”). Bij de “supporter” willen de emoties ook nog wel eens in negatieve zin oplaaien. Dikwijls is een (in jouw ogen) foute beslissing van de scheidsrechter de oorzaak. Probeer deze emotie even opzij te zetten en ook de emoties van de spelers in toom te houden. Als je je als coach in negatieve zin verbaal laat gaan richting de leidsman, heeft dit meestal een negatief effect op het team. De aandacht verschuift dan van het voetbal (en de doelstellingen die je daarmee had) naar de beslissingen van de man in het zwart. Wisselen gedurende een wedstrijd komt voor, maar teveel wissels komt het spel niet


14

altijd ten goede. Indien het goed uitkomt met het aantal spelers kun je het wisselen het beste in de rust doen. Bij de jongste groepen is het continu doorwisselen doorgaans de te prefereren optie. Bij erg koud weer kun je dit bij de oudere groepen ook doen (als dat reglementair is toegestaan; dit hangt af van de klasse waarin je team speelt). Zorg er in de rust voor dat iedereen eerst iets te drinken heeft (bij thuiswedstrijden ook de tegenstander van limonade of thee voorzien) voordat je je aanwijzingen gaat geven voor de tweede helft. Ook hier geldt weer: spits het toe op de vooraf bepaalde doelstellingen en houd het zo positief mogelijk (als alle tactische aanwijzingen de mist in zijn gegaan kan de werklust bijvoorbeeld nog zeer goed zijn). Geef eventueel ook ruimte aan de spelers om aan te geven hoe zij het vinden gaan (vooral over datgene waar vooraf afspraken over zijn gemaakt).


15

8. Na de wedstrijd Bij de jongste jeugd (tot E) mag elk spelertje na afloop van de wedstrijd nog een strafschop nemen. Zorg ervoor dat de jongens de tegenstander hier niet bij hinderen. Let erop dat na afloop van de wedstrijd je spelers de tegenstander en scheidsrechter bedanken en eventueel feliciteren. Zelf geef je ook de scheidsrechter, grensrechters en coach van de tegenpartij een hand. Idealiter doet je team na afloop een cooling down. Deze zorgt ervoor dat het lichaam geleidelijk aan weer went aan het rustiger aandoen. Het helpt vooral de “afvalstoffen” beter te verwijderen en kan hierdoor ook blessures voorkomen. In het amateurvoetbal kom je niet veel teams tegen die een serieuze cooling down doen. Het zit niet in de cultuur opgesloten en voor de spelers voelt het vaak aan als nutteloos. Zeker na een nederlaag is het nog verschrikkelijk vervelend ook om te doen. IJmuiden heeft vooralsnog geen beleid ten aanzien van dit onderwerp: m.a.w. vanuit de club is er geen verplichting of wat dan ook om een cooling down te doen. Na de wedstrijd heeft het meestal geen zin om gelijk met het gehele team een nabespreking te houden. De spelers zijn er dan met hun hoofd niet bij en je zult de kleedkamer niet stil krijgen voor je praatje. Natuurlijk kun je wel de nodige complimentjes uitdelen (juist belangrijk na een verloren wedstrijd).


16

9. Andere activiteiten Naast de wedstrijden organiseert IJmuiden zelf ook nog andere activiteiten. Te denken valt aan de Sinterklaasviering, het zaalvoetbaltoernooi in de kerstvakantie, het panna KO toernooi en de familiedag. Sommige activiteiten zijn voor alle leeftijdsgroepen, andere weer uitsluitend voor een specifieke leeftijdsgroep. Je kunt als coach ook zelf iets voor je team organiseren (of vragen of één van de ouders dit voor z’n rekening wil nemen), bijvoorbeeld een keertje bowlen, naar de film, of een BBQ-avond. Voor elke leeftijdsgroep is vanuit de vereniging een klein budget beschikbaar om bij te dragen in de kosten. Misschien kun je hier ook nog een sponsor voor vinden. Eventuele overige kosten dienen door het team zelf gedragen te worden. Voor alle activiteiten geldt: probeer je spelers er enthousiast voor te maken. Een leuke activiteit naast de reguliere wedstrijden en trainingen draagt vaak bij aan de goede sfeer in het team en versterkt de onderlinge vriendschap. Probeer ook tijdig een beeld te krijgen wie er allemaal mee willen doen.


17

10. Leeftijdsgerichte benadering De organisatie van de wedstrijden is afgestemd op de leeftijd van de spelers, zowel voor wat betreft de omvang van het veld als de speeltijden. Ook heeft elke leeftijdsgroep vanuit de ontwikkeling en groei van de jeugd haar eigen kenmerken. Te denken valt aan de ontwikkeling op het gebied van fysieke kracht, concentratievermogen, mondigheid, zelfstandigheid, technische vaardigheden, motivatie en gedrag. Als coach heb je hier mee te maken. In het voetbaltechnisch jeugdplan wordt uitgebreid ingegaan op de kenmerken, doelstellingen en aanpak per jeugdgroep. Hieronder gaan we kort in op de verschillende leeftijdsgroepen. Mini-pupillen Speelveld: afmetingen variëren, ongeveer 20 meter bij 30 meter. Speeltijd: 2 x 15 minuten Aantal spelers: 7 tegen 7 Speciale regels: kleiner doel Spelen, spelen, spelen, dat is wat de mini-pupil wil en laat hem dat ook vooral doen. Het kenmerk van de mini-pupil is dat hij snel is afgeleid, individueel gericht is, nog weinig samen doet en vaak nog veel te speels is om met een opdracht te voetballen. Stel nieuwe spelertjes op hun gemak. Leef met de kinderen mee en probeer je te verplaatsen in de wereld van de spelertjes. Straf zelden of nooit. F-pupillen Speelveld: half voetbalveld (overdwars) Speeltijd: 2 x 20 minuten Aantal spelers: 7 tegen 7 Speciale regels: achterballen worden door keeper uitgegooid of geschoten

geen strafschopgebied kleiner doel geen buitenspel strafschoppen na afloop (op 9 meter)

Het verschil tussen F-pupillen kan onderling groot zijn. Een deel van hen kenmerkt zich nog door wat ook geldt voor mini-pupillen (snel afgeleid en vaak individueel gericht), een ander deel ontwikkelt zich al in de richting van de E-pupil (balgevoel is al wat ontwikkeld en men krijgt behoefte om te kijken wat allemaal met bal kan worden gedaan).


18

Speelsysteem 1:3:3 bij 7 tegen 7

Doelverdediger (1)

Centrale verdediger (3) Rechter verdediger (2) Linker verdediger (5)

Centrale middenvelder/ aanvaller (4)

Rechter aanvaller (6) Linker aanvaller (7) Met een 8-tal speelt nog een spits tussen (6) en (7). Voor de E-pupillen gelden dezelfde formaties. E-pupillen Speelveld: half voetbalveld (overdwars) Speeltijd: 2 x 25 minuten Aantal spelers: 7 tegen 7 Speciale regels: idem F-pupillen Bij de E-pupil is het balgevoel al veel beter. Ook voor hen geldt dat ze vooral veel zullen moeten voetballen om het voetballen onder de knie te krijgen. De E-speler is meer geneigd om zelf op avontuur te gaan, zelf te ontdekken wat ze allemaal met een bal kunnen doen. Stel ze daartoe in de gelegenheid. Deze leeftijd leent zich bij uitstekend om de technische basis vaardigheden van het voetbal onder de knie te krijgen. Probeer de spelertjes op verschillende plaatsen laten spelen en stimuleer het overspelen. D-pupillen Speelveld: voetbalveld Speeltijd: 2 x 30 minuten Aantal spelers: 11 tegen 11 Speciale regels: achterballen vanaf rand strafschopgebied

korte corners (net buiten strafschopgebied) buitenspel van toepassing strafschoppen vanaf 11 meter geen strafschoppen meer na afloop

De D-speler is in staat om het beheersen van de bal in diverse situaties onder de knie te krijgen. Ook is er een relatie te leggen tussen het moment in de wedstrijd en de training. Ze zijn leergierig, ze willen “voetballen” en ze zijn in staat om het ook uit te voeren. Deze ontwikkeling gaat vaak gepaard met het zoeken naar een idool. Stimuleer het meeverdedigen. Let op voldoende beleving en voetbalplezier en voorkom overdreven prestatiezucht.


19

Spelsysteem 1: 4: 3: 3 bij 11 tegen 11

Doelverdediger (1)

Centrale verdediger (3) Rechter verdediger (2) Linker verdediger (5)

Centrale verdediger (4)

Rechter middenvelder (6) Linker middenvelder (8)

Centrale middenvelder (7)

Rechter aanvaller (9) Linker aanvaller (11)

Centrale aanvaller (10) Voor de C-, B- en A-junioren geldt in principe dezelfde formatie. C-junioren Speelveld: voetbalveld Speeltijd: 2 x 35 minuten Aantal spelers: 11 tegen 11 Speciale regels: achterballen vanaf 5 meter gebied

lange corners (vanaf de hoek) (verder zie D-pupillen)

Voor sommige spelers gaat de pubertijd beginnen. De C-speler is hierdoor vaak erg met zichzelf bezig en er ontstaat ook interesse voor andere zaken. De C-speler kent soms een snelle lichaamsgroei en er ontstaat enige disharmonie in het lichaam. De speler kan zich daardoor enigszins stuntelig en slungelachtig gaan bewegen. Hierdoor is de speler soms maar beperkt “belastbaar” en is tevens blessuregevoelig. Dit geldt speciaal voor de aanhechtingen van de spieren. De leergierigheid die de D-pupil nog zo kenmerkt kan soms (tijdelijk) ontbreken, ook de stemming van de C-speler kan aan schommelingen onderhevig zijn. In enkele gevallen kan de C-speler zich beginnen af te zetten tegen gezag en gaat groepjes vormen. In prestatief opzicht kan sprake zijn van tijdelijke achteruitgang doordat de coördinatie ontbreekt.


20

B-junioren Speelveld: voetbalveld Speeltijd: 2 x 40 minuten Aantal spelers: 11 tegen 11 Speciale regels: idem C-junioren Vaak het begin van een harmonische lichaamsgroei. Er kunnen ook hier nog wel puberteitsproblemen aanwezig zijn (zie tevens C-junioren). Er is sprake van toenemende zelfkritiek en de speler wordt langzamerhand geschikt voor prestatief denken en doen. Er is sprake van een betere verhouding met het gezag, ook emoties passen zich aan. B-spelers willen graag individuele- en teamverantwoording hebben. Er kan al sprake zijn van opofferingsgezindheid voor het team(belang). Stimuleer het onderling coachen. Betrek de spelers nadrukkelijk bij de wedstrijdbespreking. De spelers leren zodoende verantwoordelijkheid te nemen en hier mee om te gaan. A-junioren Speelveld: voetbalveld Speeltijd: 2 x 45 minuten Aantal spelers: 11 tegen 11 Speciale regels: idem C- en B-junioren De A-speler is zowel lichamelijk als geestelijk op weg naar “evenwicht”. Fysieke groei in de breedte en een “wat zakelijkere benadering” van gebeurtenissen zijn kenmerkend. In deze leeftijdsfase wordt meestal een keuze gemaakt tussen prestatieve- of recreatieve sport.


21

Bijlagen


Bijlage 1: instructie invullen wedstrijdformulier Vanaf de D-pupillen dient een wedstrijdformulier ingevuld te worden. Hieronder is een voorbeeld ervan weergegeven. Veel vakjes spreken voor zich en vaak is ook een wedstrijdsecretaris of bestuurslid aanwezig om Aan de hand van de nummering nog een korte toelichting.


instructie invullen wedstrijdformulier

pupillen dient een wedstrijdformulier ingevuld te worden. Hieronder is een voorbeeld ervan weergegeven. Veel vakjes spreken voor zich en vaak is ook een wedstrijdsecretaris of bestuurslid aanwezig om ondersteuning te bieden bij het invullen. Aan de hand van de nummering nog een korte toelichting.

22

instructie invullen wedstrijdformulier

pupillen dient een wedstrijdformulier ingevuld te worden. Hieronder is een voorbeeld ervan weergegeven. Veel vakjes spreken voor zich en vaak is ook een

ondersteuning te bieden bij het invullen.


23

1. De scheidsrechter moet hier na afloop van de wedstrijd, of wanneer een wedstrijd definitief gestaakt is, de stand invullen.

2. Indien de leider optreedt als scheidsrechter, dan moeten de gegevens van de leider ingevuld worden bij scheidsrechter. De gegevens van de andere leider worden dan ingevuld bij assistent-scheidsrechter. Ook een leider van de tegenpartij moet zijn/haar gegevens invullen bij assistent-scheidsrechter.

3. Vul hier vv IJmuiden in en als relatienummer bbcz39o (indien thuisspelend bij thuisclub, indien uitspelen bij bezoekers)

4. - Bij elftallen moet in het bovenste gedeelte alle spelers ingevuld worden die starten in de basisopstelling. De wisselspelers hoeven pas op het wedstrijdformulier te worden ingevuld indien ze ingevallen zijn (de speler die het veld verlaten heeft dient te worden aangekruist in de kolom *). - Bij zeventallen moeten alle spelers ingevuld worden. Wissels hoeven niet te worden aangegeven. - Indien een elftal rugnummers draagt, dan moeten de spelers ingevuld worden op volgorde van rugnummer. - Indien u thuis speelt, vult u de spelers aan de linkerkant in. Indien u een uitwedstrijd speelt, vult u de spelers aan de rechterkant in. - Bij dispensatiespelers dient met een D aangegeven te worden dat het om een dispensatiespeler gaat. Ook moet een (kopie van de) brief waarin dispensatie is verleend, overlegd kunnen worden (bewaren bij spelerspassen).

5. De leider of aanvoerder van het team moet hier voor de wedstrijd een handtekening plaatsen samen met zijn relatienummer. Hiermee geeft men aan te verklaren dat de ingevulde gegevens correct zijn. Na afloop van de wedstrijd dient de aanvoerder een paraaf te zetten, waarmee hij aangeeft dat het wedstrijdformulier akkoord is bevonden.

6. Na afloop moet de scheidsrechter het formulier controleren en indien het formulier correct is bevonden een handtekening plaatsen.

NB: Bij uitwedstrijden het laatste onderliggende blad meenemen en inleveren bij de bestuurskamer van IJmuiden. Vergeet ook de spelerspassen niet mee te nemen!


24


25

Bijlage 2: lijst met coachtermen (Om)schakelen Bij balverlies direct achter de bal komen en verdedigende positie

innemen zodat een snelle opbouw van de tegenstander wordt verhinderd.

Zakken Zie: (Om)schakelen Niet happen Duel met de tegenstander NIET aangaan en tegenstander voor je

houden Hou voor je Zie: Niet happen Winnen Duel met de tegenstander WEL aangaan en bal veroveren Zet druk Man met bal “aanpakken” en overige tegenstanders kort dekken Pressie Idem als Zet druk Kort Geen ruimte geven Sluiten Alle linies in voorwaartse beweging Vast In balbezit: vasthouden van de bal en rust brengen Zet vast Bij balverlies: kort blijven dekken van directe tegenstander (vaak

bij spelhervattingen) Kom in de bal Loopactie naar de bal toe Knijpen Naar binnen komen om rugdekking te geven Kantelen Speler aan de NIET balkant komt naar binnen op speelveld te

verkleinen Tijd Tijd om bal aan te nemen, geen tegenstander in de buurt Man Tegenstander staat direct in de rug In je rug Tegenstander staat “kort” op speler die bal ontvangt 1 meter / 2 meter Tegenstander staat op 1 meter / tegenstander staat op 2 meter Speel Direct vrije medespeler aanspelen Breed Speelveld breed maken of bal breed spelen Maak groot Speelveld groot maken Maak klein Speelveld klein maken Stappen Tegenstander in buitenspelpositie zetten Openen Verplaatsen van het spel naar de andere kant van het veld Kaats Direct terugleggen van de bal op aangever of andere medespeler Draai open Wegdraaien van tegenstander Draai in Wegdraaien van tegenstander in de richting van het doel van het

doel van de tegenstander. Achterlangs Achter de rug van de balbezittende medespeler de ruimte in

sprinten Aanbieden Bewust uit de dekking van de tegenstander komen Opsluiten Speelruimte rond de bal verkleinen Doordekken Vanuit eigen man doorschuiven naar volgende tegenstander om

daar druk op de bal te gaan zetten. Zuinig Niet te snel balverlies leiden. Simpel De makkelijkst in te spelen bal spelen. Binnenkant De kortste lijn tussen de tegenstander en het eigen doel afdekken. Gaan Medespeler aansporen tot individuele actie bij 1 op 1 actie Enkele extra termen voor de keeper zijn nog (z.o.z.)


26

Los Bal altijd voor de keeper Jij Bal altijd voor de speler Tijd Speler heeft tijd Weg Speler moet bal wegtrappen Terug Speler kan bal op keeper kaatsen Niet terug Speler kan bal niet op keeper spelen Sluiten Laatste linie van het doel af laten lopen

Coachinfo vv IJmuiden september 2010

Documents

Transcript of Coachinfo vv IJmuiden september 2010