CDJA Interruptie nr. 1 2010

16
32 33 InterruptIe 2010 - nr. 1 NR. 1 JAARGANG: 22 2010 Van Velzens Visie Balans De val van het kabinet kwam voor velen niet onverwacht. De coalitie van CDA, PvdA en Christenunie hield elkaar al te lang in de houdgreep. Als CDJA hebben we het kabinet en de Tweede Kamerfractie daarom de afgelopen jaren kritisch ge- volgd. De kritiek spitste zich toe op het onvermogen van de coalitie om heldere keuzes te maken op bijvoorbeeld het ge- bied van integratie en sociaaleconomische hervormingen. Toch moeten we niet uitvlakken wat er tijdens dit kabinet wel is bereikt. Laten we daarnaast inzien dat er met de ver- kiezingsuitslag van november 2006 weinig keus was. Balke- nende, Bos en rouvoet hebben een moedige poging gedaan om – na de verkiezingsuitslag van 2006 waar de meer extre- me partijen wonnen – de stabiliteit van het land te bewaren en een coalitie van het midden te vormen. Met de val van het kabinet kunnen we stellen dat deze poging is mislukt. De vraag is: wat nu? Ik merk bij veel leden van het CDA en CDJA dat zij ongerust zijn over de toekomst van onze partij. We hebben verschillende coalities versleten. Het CDA-pro- fiel is mager geworden en het christendemocratische gezicht wat bleek. En een bleek gezicht, daar moet weer kleur op komen. Door de economische crisis en het begrotingstekort wordt het CDA gedwongen om aan te geven waarop het wil gaan bezuinigen. Voordat we daarover echter beslissen, moeten we eerst onze maatschappijvisie helder voor ogen hebben. richting de Tweede Kamerverkiezingen van 9 juni moeten we als Christendemocraten aangeven hoe we de verstoorde verhouding tussen overheid, markt en maatschappelijk mid- denveld willen herstellen. We zien dat maatschappelijke organisaties zijn gecommercialiseerd en het marktdenken dominant is geworden. Aan de andere kant zien we een overheid die veel te veel taken op zich neemt en met een gi- gantisch subsidiebeleid het initiatief uit burgers wegzuigt. Als christendemocraten moeten we een nieuwe balans zien te vinden tussen de overheid, de markt en het maatschap- pelijk middenveld, waarbij deze drie zich toespitsen op hun eigen kerntaken. Dit betekent een eerlijk maar helder verhaal naar de kiezer. Geen hoge verwachtingen meer van een overheid die alles kan oplossen, maar een mentaliteit waarin burgers worden uitgedaagd om zelf dingen te berei- ken. De Kamerverkiezingen gaan dus niet alleen over bezui- nigen. Ze gaan ook over de vraag welke balans we in onze maatschappij willen. www.cdja.nl www.cdja.nl LEONARD GELUK OVER HET MAASMEI SJE GESSICA DE OVERHEID I S GEEN PAPA OF MAMA KRACHT VAN DE CHRISTENDEMOCRATIE OVERHEID ROL VAN DE Jeroen van Velzen Voorzitter CDJA

description

In dit eerste nummer van Interruptie in het jaar 2010 wordt er teruggeblikt op de gemeenteraadsverkizingen en praten wij met Leonard Geluk over de rol van de overheid. Tevens bespreken we de persoonlijke drijfveren van politici en de rol van de christendemocratie.

Transcript of CDJA Interruptie nr. 1 2010

Page 1: CDJA Interruptie nr. 1 2010

32 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 33CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

NR. 1

JAAR

GANG: 2

2

2010

Van Velzens Visie

BalansDe val van het kabinet kwam voor velen niet onverwacht. De coalitie van CDA, PvdA en Christenunie hield elkaar al te lang in de houdgreep. Als CDJA hebben we het kabinet en de Tweede Kamerfractie daarom de afgelopen jaren kritisch ge-volgd. De kritiek spitste zich toe op het onvermogen van de coalitie om heldere keuzes te maken op bijvoorbeeld het ge-bied van integratie en sociaaleconomische hervormingen.

Toch moeten we niet uitvlakken wat er tijdens dit kabinet wel is bereikt. Laten we daarnaast inzien dat er met de ver-kiezingsuitslag van november 2006 weinig keus was. Balke-nende, Bos en rouvoet hebben een moedige poging gedaan om – na de verkiezingsuitslag van 2006 waar de meer extre-me partijen wonnen – de stabiliteit van het land te bewaren en een coalitie van het midden te vormen. Met de val van het kabinet kunnen we stellen dat deze poging is mislukt.

De vraag is: wat nu? Ik merk bij veel leden van het CDA en CDJA dat zij ongerust zijn over de toekomst van onze partij. We hebben verschillende coalities versleten. Het CDA-pro-fiel is mager geworden en het christendemocratische gezicht wat bleek. En een bleek gezicht, daar moet weer kleur op komen.

Door de economische crisis en het begrotingstekort wordt het CDA gedwongen om aan te geven waarop het wil gaan bezuinigen. Voordat we daarover echter beslissen, moeten we eerst onze maatschappijvisie helder voor ogen hebben. richting de Tweede Kamerverkiezingen van 9 juni moeten we als Christendemocraten aangeven hoe we de verstoorde verhouding tussen overheid, markt en maatschappelijk mid-denveld willen herstellen. We zien dat maatschappelijke organisaties zijn gecommercialiseerd en het marktdenken dominant is geworden. Aan de andere kant zien we een overheid die veel te veel taken op zich neemt en met een gi-gantisch subsidiebeleid het initiatief uit burgers wegzuigt.

Als christendemocraten moeten we een nieuwe balans zien te vinden tussen de overheid, de markt en het maatschap-pelijk middenveld, waarbij deze drie zich toespitsen op hun eigen kerntaken. Dit betekent een eerlijk maar helder verhaal naar de kiezer. Geen hoge verwachtingen meer van een overheid die alles kan oplossen, maar een mentaliteit waarin burgers worden uitgedaagd om zelf dingen te berei-ken. De Kamerverkiezingen gaan dus niet alleen over bezui-nigen. Ze gaan ook over de vraag welke balans we in onze maatschappij willen.

ww

w.cd

ja.nl

ww

w.cdja.nl

LEONARD GELUK OVER HET MAASMEISJE GESSICA

DE OVERHEID IS GEEN pApA OF MAMA

KRACHT VAN DE CHRISTENDEMOCRATIE

OVERHEID

ROL VAN DE

Jeroen van VelzenVoorzitter CDJA

Page 2: CDJA Interruptie nr. 1 2010

2 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 3CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

RUTTE EN REAGAN

Volgens Mark rutte heeft het CDA geen eigen op-vattingen. De partij voert volgens hem uit wat de PvdA of de VVD wil, naargelang met welke partij geregeerd wordt. Dat eerste is niet waar. Het CDA heeft wel degelijk eigen opvattingen, en goede ook. Het punt is alleen dat er in de politieke prak-tijk soms weinig van terechtkomt.

Zo moesten CDA-politici er de afgelopen jaren meermalen door PvdA-collega’s op gewezen worden dat niet alles vanuit de overheid geregeld kan worden en dat sommige vraagstukken beter overgelaten kunnen worden aan het zelforganiserend vermogen van de samenleving. Merk-waardig. Als PvdA’ers beter weten dan wij wat goed is voor de samenle-ving en daarmee terechtkomen bij onze politieke visie, dan zijn wij in elk geval van onze fundamenten afgedwaald.

nu zijn er in lijn met rutte’s opmerking ook wel voorbeelden te bedenken waarin CDA-politici de koers kwijt waren en daarbij niet terechtgewezen, maar verder misleid werden door hun PvdA-collega’s. Zo vond het CDA vroeger nog dat de overheid alleen daar moest zijn, waar problemen niet door de samenlevenden zelf opgelost konden worden. Daaruit vloeide de kerntaak van de overheid voort, namelijk het waarborgen van de veilig-heid van haar onderdanen. Maar dat vinden we kennelijk niet meer: on-der het kabinet met de PvdA is fors bezuinigd op politie en op gevange-nissen. En dat, terwijl een grote groep veroordeelden nog vrij rondloopt, het aantal overvallen toeneemt en er een fikse achterstand bestaat in het afhandelen van strafzaken. Alleen maar met omfloerste ogen kunnen we de berichten tot ons nemen dat sommige gemeenten nu particuliere be-veiligers inhuren om het tekort aan politiemensen te compenseren.

Met het irriteren van burgers gaat het beter. Zo zijn er gemeenteambte-naren die slechts af en toe hun plaats bij het raam verlaten om een brief te schrijven, waarin staat dat een burger geen dakkapel op zijn huis mag plaatsen. Ze vinden daarnaast de tijd om zich bezig te houden met zoge-naamde werkonderbrekingen, omdat ze ontevreden zijn over hun loon.

Je zou geneigd zijn ronald reagan onmiddellijk gelijk te geven in zijn uitspraak dat de overheid niet de oplossing is, maar het probleem. Het probleem van onze topzware overheid mag echter niet blijven bestaan. Laat het CDA maar in de praktijk brengen dat niet een topzware overheid, maar een krachtige samenleving haar voorkeur heeft. In zo’n samenle-ving draagt een compacte overheid zorg voor datgene wat burgers niet zelf kunnen oplossen, en moedigt zij de veerkracht van de samenleving aan. Daarmee ontkrachten we niet alleen reagans uitspraak, waarmee deze zijn doel bereikt, maar bewijzen we tegelijk rutte’s ongelijk. Dan verkeert die ook weer in goed gezelschap.

De volgende aflevering gaat over de vraag welke staatsmannen neder-land nodig heeft, over de toestand van het CDA, over de opiniepeilingen en over ontevreden, van de politiek walgende, burgers. Kortom: over de toestand van Onze Democratie. Betoon je een betrokken burger en be-stijg je toetsenbord!

Gerard Adelaar - [email protected]

‘Conservatieve’ zelfbevrediging op Internet

‘Het conservatisme is in verkeerde handen gevallen’, sprak CDA-Kamerlid Jan Schinkelshoek in maart 2008 op een symposium ter ere van de negentigste verjaardag van J. L. Heldring. Misschien wel neerlands eerste en bekendste openlijk belijdende conservatief. ‘Ja, het conservatisme heeft van de appel gegeten’, aldus Schinkels-hoek in zijn lezing getiteld Zondeval van het conservatisme.

Om te zien dat de woorden van Schinkelshoek nog altijd actueel zijn, hoeft u slechts even de digitale blogcultuur op het internet in te duiken. Het conservatisme is daar in de afgelopen jaren gekaapt door een nieuwe generatie zelfbenoemde intellectuelen, waarvan een aantal afkomstig is van CDJA-huize. De ‘conservatieve’ blogs schieten er als paddenstoelen uit de grond; van bitterlemon-nucle-us tot Conservatisme Web, van de Dagelijkse Standaard tot Conser-vative Forever, of, archaïsch en klassiek van naam, van Anathema tot κάτέχον.

Internet biedt iedereen een podium; enige vorm van censuur of se-lectie blijkt in de praktijk amper mogelijk. Dat is een vervelend ne-veneffect van dit relatief nieuwe medium. Zeker gezien de zo mas-saal opgeëiste vrijheid van meningsuiting en het feit dat het een wezenskenmerk van de mens is om zijn eigen visie enorm de moeite waard te vinden. Je zou deze neiging van de mens, om zijn eigen vaak zo onbeduidende mening overal en voortdurend te willen la-ten horen, ook wel intellectuele zelfbevrediging kunnen noemen.

Ook de hedendaagse conservatieve bloggers proberen op deze wij-ze aan hun trekken te komen en doen de oorspronkelijk zo nobele conservatieve gezindheid daarmee ernstig tekort. Geschiedverval-singen, simplificaties en radicaal geleuter worden op deze blogs aan de lopende band gecultiveerd. Een kleine greep uit het vaak zo pretentieuze geneuzel: alle malaise in nederland zou uiteindelijk de schuld van het links-liberalisme zijn, in bepaalde situaties zou het gerechtvaardigd zijn een abortusarts te vermoorden, én homo’s (waarvan we allemaal natuurlijk weten dat ze ‘per definitie abnor-maal zijn’) die zo nodig kinderen willen, ‘moeten gewoon weer he-tero’s worden.’

Het CDJA wordt steeds vaker geassocieerd met dit type ‘conserva-tisme’, en de bloggers zouden woordvoerders zijn van een ‘nieuwe conservatieve opleving’. Wie ze representeren, behalve zichzelf, blijft echter onduidelijk. Veel meer dan een schreeuwende min-derheid is het in feite niet. Maar wel één die het beeld van het conservatisme in nederland (en binnen het CDJA) ernstig schade berokkent, terwijl juist het conservatisme zich traditioneel van an-dere visies heeft weten te onderscheiden door recht te doen aan de complexiteit van mens en maatschappij.

[email protected]

UN

DE

RC

OV

ER

Interruptie 2 - 2010Inleverdatum: 5 mei 2010Thema: Onze democratie

De auteursinstructies vind je op www.interruptie.nl

DEADLINE

REDACTIONEEL

2

3

4

5

6

8

10

11

12

13

14

15

16

18

20

22

23

24

26

27

28

30

31

32

Undercover

Redactioneel

Gemeenteraadsverkiezingen

Mijn mening

CDA Gedachtegoed

Interview

Essay

Moraalridder

Uit het veld

Onze democratie

Onze democratie

Wisselcolumn

CDA Gedachtegoed

Fotopagina

De inspiratie

Recensie

De Klaagmuur

Ingezonden

De Mens

Recensie

Van de Werkgroep

Ingezonden

Colofon

Van Velzens Visie

w w w. I n t e r r u p t I e . n l

unDErCOVEr / DEADLInE rEDACTIOnEEL / InHOuD

INHOUD

Page 3: CDJA Interruptie nr. 1 2010

4 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 5CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

Wie-o-wie wil de verantwoordelijkheid?

Daar moet de komende jaren echt in geïnvesteerd worden. Het CDA moet in de grote steden gezamenlijk op-trekken. Ieder voor zich redden we het niet. Ook dit zijstraatje betreed ik omwille van de ruimte maar niet, maar graag kom ik daar in ander ver-band graag op terug.

Volgende week is al de beëdiging. Daarmee wordt mijn overstap van de Tweede Kamer naar de Gemeenteraad concreet. niet dat ik halsoverkop uit de Kamer stap, maar de termijn dat ik beide functies naast elkaar moet ver-vullen, is met de val van het kabinet aanzienlijk verkort. Ik besef dat de stap van de Kamer naar de Gemeenteraad geen voor-de-hand-liggende is, maar toen me vo-rige zomer al werd gevraagd om me kandidaat te stellen voor de gemeen-teraadsverkiezingen, hoefde ik niet lang na te denken. Wat een kans! Een geweldige ervaring om me ook in lo-kale politiek te mogen onderdompe-len, het ‘poten-in-de-modder’-gevoel.

En voor het CDA Den Haag is het een pre dat ik mijn ervaringen van het Binnenhof meeneem.

natuurlijk zal ik straks na 17 juni - als mijn Kamerlidmaatschap definitief klaar is - even met weemoed op mijn twaalf Binnenhofse jaren terugkijken. ruim vier jaar als medewerker, daar-na acht jaar als Kamerlid. Het was een bijzondere tijd, een prachtige klus. Ik zal mijn woordvoerderschappen, jus-titie en cultuur, missen. Maar het is niet goed om te lang te blijven han-gen. Ik heb het Kamerwerk ook altijd een beetje gezien als het Senaatsjaar van de studentenvereniging: het is een prachtige en onvergetelijke tijd, maar de periode is nauwkeurig afge-bakend en je moet er in die jaren al-les uithalen wat er inzit. Dat heeft me gedwongen intensief te werken en te leven. En dat maakt dat ik met een voldaan gevoel kan afsluiten.

nu vol frisheid weer naar een nieuwe klus!

nicolien van Vroonhoven-Kok

De teleurstelling over de uitkomst van de verkiezingen is vooral zo groot, omdat er zo enthousiast campagne is gevoerd. Vanaf begin januari zijn we hier in Den Haag zaterdag aan zater-dag de wijken ingegaan. We hadden CDA-fietsen en -scooters, een cam-pagnepand, voerden ludieke acties, twitterden eindeloos en plaatsten geestige filmpjes op YouTube. Boven-dien hadden we een hecht team vrij-willigers. We stonden daar in regen en sneeuw, in wind en kou. Als we verkleumd waren, klaagden we niet. Mijn groene CDA-fleece draait nu in de wasmachine, ik kan ‘m ook even niet meer zien. Ik heb de afgelopen jaren toch heel wat campagnes mee-gemaakt, maar nog nooit ben ik zo overdonderd door dat warme clubge-voel… En toch hebben we verloren.

We kunnen er lang en kort over pra-ten, ik doe dat in kader van deze co-lumn maar even heel kort, maar feit is wel dat het staartje van de campagne zwaar is overschaduwd door de ontwik-kelingen op landelijk niveau. Balen.

Hier in Den Haag hebben we twee ze-tels verloren, dan houden we er nog drie over. In de grote steden is de po-sitie van het CDA nu ronduit penibel.

GEMEEnTErAADSVErKIEZInGEn

Interview met Camiel Eurlings

De privatisering van het publieke be-stel is gevaarlijk en onverantwoorde-lijk. Politici en ambtenaren schijnen namelijk moeite te hebben met het nemen van verantwoordelijkheid. De hoop dat de burger dermate dom is dat hij niet doorheeft dat niemand wil bekennen dat er foute beslissin-gen zijn gemaakt lijkt daarbij een rol te spelen. Maar de staat bestaat toch voor de burger?! Chavannes bepleit een grondige bezinning op de ver-markting van het openbaar bestuur.

Overhaaste omhelzingVoor wie nu denkt: waar gáát dit over? In ons mooie landje heeft de Kamer ingestemd met de zogenaamde Split-singswet. Die schrijft voor dat ener-giebedrijven worden gesplitst in een netwerkbedrijf (kabels en buizen) en een ‘productie- en leveringsbedrijf’. De verkoop van energiebedrijven als Essent en nuon is een direct gevolg van deze wet die volgend jaar uitge-voerd moet zijn. Is het logisch dat het de nederlandse consument ten goede komt als private instellingen uit Duitsland, rusland en Amerika onze gas- en lichtknoppen aandraaien? nee, want energiebe-drijven onder toezicht van de over-heid hebben al moeite zich op de be-langen van de burger te richten.

5

MIJn MEnInG

Het staartje Van de campagne Is zwaar OVerscHaduwd dOOr de OntwIKKelIngen Op lande-lIjK nIVeau. Balen.

De Europese unie (Eu) lijkt er achter te zitten. Een Europees idee - dat geen verplichting is geworden - spoorde de nederlandse overheid aan een Split-singwet te vervaardigen. nederland wilde het braafste jongetje van de klas te zijn en minister Van der Hoe-ven kreeg in rap tempo de splitsings-wet door onze Tweede Kamer. Echter, Essent-opkoper rWE uit Duitsland is ongesplitst en de Zweedse nuon-eigenaar Vattenfall is een staatsbe-drijf. Andere landen kunnen blijkbaar genuanceerd omgaan met Eu-afspra-ken. nu zelfs is gebleken dat splitsen niet verplicht is, lijkt de gang van zaken in nederland een overhaaste omhelzing van het dogma dat de vrije markt de burger het beste brengt.

OerstomEnergie is voor nederlanders een basisbehoefte. En daarom voelen gewone burgers stelselmatige veran-deringen in hun portemonnee. Mijn lieve oma uit noord Groningen be-gon spontaan over de privatisering van de energiebedrijven: ‘Zelfs ik met m’n boerenverstand kan nog beden-ken dat dit oerstom is’. Deze verkoop snijdt uiteindelijk in zowel het aantal banen (hoofdkantoor en vestigings-plaatsen verdwijnen - nu al - gelei-delijk uit nederland) als in de porte-

monnee van mensen: energieprijzen gaan omhoog. De ‘investeringen’ vanuit Duitsland en Zweden zullen door de investeerders ruimschoots terugverdiend moeten worden. De nederlandse duurzaamheiddoelstel-lingen worden niet gehaald; de ver-antwoordelijkheid ligt nu bij een bui-tenlands bedrijf, wat betekent dat de staat er vanaf is. Omcirkel het juiste antwoord: waar / niet waar

Ook al was het de laatste tijd niet echt aan de orde, nederland moet waarlijk geregeerd worden. Belangrijke zaken mogen niet worden genegeerd en politici moeten verantwoordelijkheid durven nemen en meer rekening gaan houden met de werkelijkheid. Wat zijn overheidstaken? De markt is te lang als universeel wondermiddel be-schouwd. Marc Chavannes pleit voor democratische politiek waarin men goed nadenkt en de markt tegenwicht geeft. De vrije markt mag niet heilig worden verklaard op basis van neoli-berale theorieën. Wat verwachten we nog van de overheid? Het is tijd dat wordt vastgesteld waar vermarkting van publieke taken wel en waar het niet thuishoort.

martine Oldhoff

Vanmorgenvroeg bij de groenteboer - zeker twee-en-een-half uur geslapen - lees ik met een schuin oog de chocoladeletters in de Telegraaf: ‘Doffe dreun voor CDA’. Zo voelt niet alleen mijn hoofd, zo voelt mijn hele lijf.

Kleur de pagina rood en haal de rotte tomaten uit de kast: dit stuk gaat over de negatieve kanten van marktwerking en privatisering. NRC columnist Marc Chavannes schreef er een scherp boek over: Nie-mand regeert. De Nederlandse politiek wordt meer en meer gepri-vatiseerd. Vooral in de energiekwestie wordt duidelijk dat we niet meer begrijpen wat nu de taak van de overheid is en wat niet.

Nicolien van Vroonhoven blikt terug op de gemeenteraads- verkiezingen

Privatisering energiebedrijven is gevaarlijk

The day after…

Page 4: CDJA Interruptie nr. 1 2010

6 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 7CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

lidariteit moet ontstaan ‘als een zaak van sociale menselijke verhoudingen’. Met deze waarden in het achterhoofd wil het WI oplossingen zoeken om de financiën van nederland weer op orde te krijgen.

Financieel kaderDaartoe schetst het rapport eerst een financieel kader. Er moet ongeveer acht á negen procent van het Bruto Binnenlands Product (BBP) bezui-nigd worden. Het BBP van nederland over 2009 bedroeg 594 miljard euro. Onze staatsschuld is in 2010 65,8 % van het BBP. (In 2006 was dit nog 46 %.) Het kabinet heeft de AOW-leeftijd al verhoogd van 65 naar 67, maar dan nog zal er ongeveer 35 miljard bezui-nigd moeten worden. uitgangspunt is dan wel dat in 2011 licht economisch herstel optreedt. In een inktzwart sce-nario zal zelfs 50 miljard bezuinigd

moeten worden. Het CDA wil dit doen zonder belastingverhogingen. Een eerste voorstel wordt gelijk gedaan: loonmatiging. Dit zal dan ongeveer 6 miljard euro opleveren.

meer productiviteit Maar dat is dan nog maar het topje van de ijsberg. Het WI wil ook de productiviteit verhogen, minder over-heidsbureaucratie, het profijtbeginsel meer toepassen (burgers betalen de overheid naarmate zij meer profite-ren van voorzieningen), een hogere arbeidsparticipatie en een efficiën-tere gezondheidszorg. Verhoging van de productiviteit zou moeten geschieden door meer te in-vesteren in research & Development. nederland investeert ongeveer 2% van het BBP in innovatie, dat moet 3% worden. Wil men de positie van ‘nederland kennisland’ vasthouden, dan moet er meer samenwerking ko-men tussen het bedrijfsleven en de kennisinstellingen, en tussen depar-tementen en decentrale overheden. Ook moet meer uniformiteit en trans-parantie ontstaan bij de subsidierege-lingen. En er moeten meer Europese subsidies worden binnengehaald. Ten slotte moeten we ook veel meer de schooluitval in met name het (v)mbo tegengaan. niet alleen beter onderwijs kan tot meer productiviteit leiden, ook een nog beter geïntegreerde Europese

Traditiegetrouw brengt het Weten-schappelijk Instituut (WI) vooraf-gaand aan het verkiezingsprogramma de financieel-economische kaders voor het regeringsbeleid in beeld. Het schrijft een rapport over hoe de financiën er op dat moment uitzien en wat in de komende kabinetsperi-ode gedaan moet worden om ’s lands schatkist op orde te krijgen. Zeker in deze crisistijd is zo’n gedegen studie geen overbodige luxe.

solidariteitHet rapport ‘Op weg naar houdbare overheidsfinanciën’ begint met de constatering dat we ons in een stevige financiële crisis bevinden, een crisis die nauw samenhangt met andere crises: de voedsel-, energie-, grond-stoffen-, en ecologische crisis. Bij het bestrijden van deze crises moeten we vasthouden aan de christendemocra-tische beginselen: persoonlijke en gespreide verantwoordelijkheid, zelf-beperking, rentmeesterschap en soli-dariteit. Daarbij moet solidariteit ‘niet georganiseerd worden door publieke structuren die als anoniem worden ervaren’, maar, stelt het rapport, so-

CDA GEDACHTEGOED

Interview met Camiel Eurlings

markt. Verder moeten belangrijke mainports en centra van financiële en zakelijke dienstverlening goed be-reikbaar blijven.

De woningmarkt moet nodig ver-anderd worden: er moeten meer en betere bouwlocaties komen. Het ver-kopen van corporatiewoningen kan meer beweging in de woningmarkt zetten. Met de opbrengsten hiervan kunnen nieuwe woningen gebouwd worden en kan worden geïnvesteerd in wijken. Al deze maatregelen om de productiviteit te verhogen zullen ook 6 miljard opbrengen.

slagvaardige overheidDaarnaast breekt het rapport een lans voor meer bestuurlijke bescheiden-heid. ‘Dit betekent dat de overheid op een aantal terreinen een stap terug zal moeten doen en daarmee ruimte geeft aan de samenleving.’ De depar-tementen moeten anders ingedeeld en de rol van provincies en water-schappen opnieuw bekeken worden. Ook houdt het rapport een pleidooi voor een bundeling van provincies rondom de randstad. Ofwel, het hele openbare bestuur moet herzien wor-den! Deze herziening gaat vanzelf-sprekend gepaard met minder ambte-naren en bureaucratie.Waar de overheid kleiner moet wor-den, moet de samenleving juist een grotere rol gaan spelen. Het profijtbe-ginsel moet worden toegepast op het hoger onderwijs en het openbaar ver-voer. Daarnaast moet de huurmarkt nodig op de schop worden genomen. Delen van de woningmarkt dienen geliberaliseerd te worden en huur-stijgingen boven de inflatie moeten mogelijk zijn.

7

CDA GEDACHTEGOED

VOOr Ons Is Het zaaK Om als één man acHter BalKenende te gaan staan en te KnOKKen VOOr een gOede VerKIezIngsuItslag Op 9 junI.

eén Van de meest OpVallende VOOrstellen dIe Het wI dOet, Is Het InVOeren Van de zOge-naamde VlaKtaKs.

Eén van de meest opvallende voor-stellen die het WI doet, is het invoe-ren van de zogenaamde vlaktaks. Er moet één belastingtarief komen van 33,25 %. De progressiviteit van ons belastingsstelsel moet ‘worden ge-waarborgd via een gericht systeem van heffingskortingen en toeslagen.’ Vlaktaks leidt tot een grote trans-parantie van het fiscale systeem en minder regeldruk. Ook moeten de vennootschapsbelasting en de onder-nemingswinstbelasting dalen. Deze voorstellen voor een slagvaardige overheid leveren 12 miljard op.

Vergroten arbeidsparticipatienu is de werkloosheid nog hoog, maar door vergrijzing zal er krapte op de arbeidsmarkt ontstaan. Ouderen, vrouwen, laagopgeleiden en etni-sche minderheden moeten meer gaan werken. Ook moet de Werkloosheids-wet hervormd worden. De rapport-schrijvers stellen voor een ‘werkver-zekering’ in te stellen. De eerste zes maanden heeft de voormalige werk-gever de plicht de werkloze werkne-mer door te betalen. Daarna krijgt men zes maanden lang 70% van het laatstverdiende loon. In de derde fase loopt het inkomen nog twee jaar door, maar het loopt wel af tot op het mi-nimumniveau. Ook de Wajong moet hervormd worden. Meer mensen aan het werk zorgt voor 6 miljard extra in-komsten voor de overheid.

gezondheidszorgDe kosten voor gezondheidszorg stij-gen te hard. Er moet worden ingezet op arbeidsbesparende innovaties, gerichte inzet van personeel, ver-mindering van regeltjes en ‘slimmer bouwen’. Ook in deze sector mag het profijtbeginsel meer toegepast wor-den. Daarnaast is inperking van de AWBZ, verlaging van de geneesmid-delenprijs en verhoging van de eigen bijdrage nodig. Dit bespaart 6 miljard. Ook introduceert het WI wederom het

concept van ‘maatschappelijke onder-nemers’: zorgaanbieders die wel in een marktomgeving opereren, maar niet streven naar zo veel mogelijk winst.

jargonAls je het rapport wilt lezen, moet je rekening houden met veel econo-misch jargon. Ik vraag me daarnaast af: zal het allemaal zo gemakkelijk gaan als hier wordt voorgespiegeld? De ervaring leert dat bijvoorbeeld het bezuinigen op ambtenaren en het verminderen van departementen bijna onmogelijk is. De financiële voordelen van bezuinigingen dienen zich pas op langere termijn aan. Daar-naast: meer mensen aan het werk is nodig. Maar laten we het belang van bijvoorbeeld vrijwilligerswerk en het opvoeden van kinderen niet vergeten! Die notie mag je toch wel verwachten in een christendemocratisch rapport. Deze kanttekeningen vallen gelukkig in het niet bij het feit dat het rapport een gedegen blauwdruk geeft voor nederland in de toekomst.

appèl Ten slotte. Dit rapport liegt er niet om, er moet hard gesneden worden in de overheid en veel worden bezuinigd. Er liggen voor de toekomst veel uit-dagingen. Het CDA wil verantwoorde-lijkheden niet ontlopen. Voor ons is het zaak om als één man achter Bal-kenende te gaan staan en te knokken voor een goede verkiezingsuitslag op 9 juni. Want alleen met een groot CDA, in een coalitie met liefst VVD en D66, partijen die ook de noodzaak van hervormingen zien, kan nederland werkelijk toekomstbestendig worden gemaakt!

geurt Henk spruyt

‘Wie het kabinetsbeleid over vijf jaar wil weten, moet de rapporten van het Wetenschappelijk Instituut van het CDA lezen.’ Het is een be-kende uitspraak binnen de politieke wereld. Als deze uitspraak waar is, staat ons de komende tijd veel te wachten. Het WI stelt namelijk een miljardenbezuiniging voor.

‘Kleine overheid, krachtige samenlevingWI levert gedegen financiële blauwdruk voor Nederland

Page 5: CDJA Interruptie nr. 1 2010

8 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 9CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

André Rouvoet over de rol van de overheid

verdwijnt door de globalisering. ‘Door de globalisering raken staten meer on-derling afhankelijk, maar verdwijnen zullen ze nooit. Wel is het zo dat staten kunnen veranderen. De geschiedenis van ons eigen land is daar een voor-beeld van, evenals de Balkan.’

Het onderscheid tussen staat en over-heid is gemaakt, wat is dan de taak van de nederlandse overheid? In hoeverre is moet zij zorgend zijn? ‘De overheid heeft een zorgende taak’, stelt rouvoet. ‘Publieke gerechtigheid’ moet het kernbegrip zijn. De overheid bestaat om publieke gerechtigheid te bevorderen. Daar hoort ook bij dat zij een schild moet vormen voor de zwakkeren. ‘Dit komt prachtig naar voren in bijvoorbeeld Psalm 72, waar-in eerst de gerechtigheid centraal wordt gesteld, maar daaropvolgend

de zorg voor weduwen en armen aan de orde komt. Overigens zijn daar wel grenzen aan verbonden. De burgers hebben natuurlijk ook hun eigen ver-antwoordelijkheid. Zo is bijvoorbeeld de opvoeding van kinderen primair de verantwoordelijkheid van de ou-ders. Verwaarlozen de ouders echter die verantwoordelijkheid, zoals het geval is bij kindermishandeling, dan is het de taak van de overheid om in te grijpen.’

KindermishandelingIngrijpen gebeurt alleen als de jon-gere zelf in gevaar is, bijvoorbeeld in het geval van kindermishandeling. rouvoet benadrukt dat het Elektro-nisch Kind Dossier niet bedoeld is als instrument voor de overheid om toe-zicht te houden op eventuele gevaren. ‘Het is een medisch dossier, en het is er alleen voor het consultatiebureau en de schoolarts. Bestuurders krijgen daar helemaal geen toegang toe.’

staat en overheidDat André rouvoet politicologie en staatsinrichting heeft gedoceerd blijkt direct als hem wordt gevraagd wat hij verstaat onder de overheid en haar taak. ‘Daar heb ik nog college over gegeven’, laat hij vergenoegd weten. ‘Allereerst moeten we een scherp on-derscheid maken tussen de staat en de overheid. Die worden vaak door elkaar gehaald. De staat is het maat-schappelijke verband waarbinnen de overheid functioneert’, zo steekt rouvoet van wal. ‘De staat is de pu-blieke rechtsgemeenschap waarbin-nen de overheid het gezag, ook wel het zwaard genoemd, heeft. En wel een rechtsgemeenschap omdat de es-sentie van de staat op het gebied van recht ligt. Die rechtsgemeenschap is er voor allen die er wonen.’ Desgevraagd stelt rouvoet dat de overheid in es-sentie door God is ingesteld, maar dat de vorm varieert naar tijd en plaats. rouvoet verwacht niet dat de staat

InTErVIEW

Interview met Camiel Eurlings

Wat is de bijvoorbeeld verantwoor-delijkheid van de burgemeester als hij overlast door jongeren in een achterstandswijk wil oplossen? Mag de voordeur worden ingetrapt? rou-voet: ‘De burgemeester kan de ouders uiteraard aanspreken op hun verant-woordelijkheid als opvoeders. Zijn voornaamste taak is echter ervoor te zorgen dat de boel niet uit de klauwen loopt. Wat mij betreft wordt er dan ook hard opgetreden op straat om de openbare orde te handhaven. Maar we moeten opletten dat verantwoor-delijkheden niet door elkaar gaan lo-pen. De burgemeester moet zich dus niet gaan bemoeien met de opvoe-ding in gezinnen. Ingrijpen in de op-voeding mag alleen door de rechter, als de jongere zelf in gevaar is.’

christus navolgenDe minister heeft veel met concepten uit de reformatorische wijsbegeerte en zegt gevormd te zijn door de filo-sofie van Dooyeweerd. Daarom is het tijd om het over soevereiniteit in eigen kring, een kern van de reformatori-sche wijsbegeerte, te hebben. Strookt de politiek van de Christenunie daar wel mee? ‘Zeker wel. We gaan uit van onderscheiden verantwoordelijkhe-den. Maar ik denk ook dat de term ‘soevereiniteit in eigen kring’ soms tot misvattingen kan leiden. Deze kan het beeld oproepen van water-

9

InTErVIEW

‘VanaF nu ga IK weer VOOr Het FractIeVOOrzItterscHap.’

‘IK wIl cHrIstus naVOlgen In de pOlItIeK.’

dichte schotten tussen verschillende kringen. Maar verschillende kringen kunnen niet aan elkaar voorbijgaan. neem bijvoorbeeld het huwelijk; dat wordt gesloten door de burgerlijke stand, dus door tussenkomst van de overheid. Ik spreek liever van onder-scheiden ambten en verantwoorde-lijkheden. De staat moet bepaalde randvoorwaarden stellen. Buiten het feit dat de gedachte van waterdichte schotten geen realiteit is, is deze ook nog eens gevaarlijk. De overheid kan zich niet totaal onttrekken aan die kringen. Dat kan situaties opleveren van extreme ongerechtigheid.’

In hoeverre is zoiets als christelijke politiek mogelijk? ‘Christelijke poli-tiek moet geen pretentie maar een intentie zijn. Een christen politicus moet zichtbaar en aanspreekbaar zijn. Ik wil Christus navolgen in de po-litiek. Dat neemt niet weg dat binnen een christelijke partij verschillende standpunten mogelijk zijn. Je moet heel voorzichtig zijn om te zeggen dat je eigen standpunt Bijbels is en het andere standpunt on-Bijbels. Waar het om gaat is: zoeken naar politieke wijsheid in de Bijbel en daaruit lijnen trekken naar vandaag.’

BehelpenToch leven we in een land waar het merendeel van de bevolking geen christen is. Is christelijke politiek te combineren met de realiteit? ‘Poli-tiek is maar behelpen’, vindt rouvoet. ‘De politiek kan geen ideale wereld vormgeven, het is slechts een manier van ordenen. En wat is nu vier jaar. Je moet er rekening mee houden dat je in die periode niet helemaal opnieuw kunt beginnen. Dat houdt uiteraard niet in dat je geen ambities mag heb-ben. Integendeel. Een verkiezings-programma is een vertaling van je idealen in datgene wat je in vier jaar denkt te kunnen bereiken. Er zijn veel dingen die een streep kunnen zetten door het verkiezingsprogramma. Tij-dens het laatste kabinet was dit de economische crisis. Overigens doet de crisis geen afbreuk aan het beginsel-programma. Daarin blijven de idealen gewoon overeind staan. De praktische uitwerking van je programma kan er wel onder te lijden hebben.’

Maar gelooft de Cu stiekem toch niet een beetje in utopieën? ‘Alle partijen schetsen een ideale maatschappij. Elke partij heeft denkbeelden over de verwezenlijking van ‘het goede leven’, al verschilt de inhoud van die denk-beelden nogal per partij. Dat is hele-maal niet vreemd. Als het goed is, is dat zelfs je drijfveer als politicus. Ten-

André Rouvoet staat ‘s ochtends om 7 uur op en slaapt de laatste tijd vaak pas rond tweeën. Drukke weken zijn achter de rug en nog meer hectische liggen in het vooruitzicht. Toch wilde de demissionaire vice-premier en minister voor Jeugd en Gezin en sinds kort ook Onderwijs, Cultuur en Wetenschap nog tijd vrijmaken voor een interview. Rou-voet blijkt pap te lusten van de filosofie van Herman Dooyeweerd en spreekt over staat, overheid, jeugd- en gezinsbeleid en natuurlijk over de toekomst.

‘Publieke gerechtigheid moet het kernbegrip zijn.’

Page 6: CDJA Interruptie nr. 1 2010

10 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 11CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1InTErVIEW

Interview met Camiel Eurlings 11

MOrAALrIDDEr

‘BeleId zOals dat nu VOOr jeugd en gezIn staat zOu zOnder de cu In dIt KaBInet nOOIt geVOerd zIjn.’

Niet doen: de overheid

als papa en mama

Je hebt het beste met je kind voor. Als dit indruist tegen de overheidsvoorschriften moet je stevig in je schoenen staan. ‘Ik heb het uiteindelijk toch gedaan’, vertelt een geëmoti-oneerde moeder. In dit geval ging het om een vaccinatie-prik waarmee ze eigenlijk nog even wilde wachten. Het con-sultatiebureau was het hier niet mee eens, praatte op haar in en na veel discussie gaf ze toe. Typisch een probleem van ouders anno 2010. De overheid neemt steeds vaker de taak van de ouders over.

‘IK HeB Het uIteIndelIjK tOcH gedaan’, Vertelt een geëmOtIO-neerde mOeder.

Beslissingen over gezondheid en opvoeding worden door de overheid streng in de gaten gehouden en, als ze het nodig acht, overgenomen. Een zeer kwalijke ontwikkeling, want ta-ken overnemen is niet de oplossing. Het opvoeden van de ouders wel.

VoorschoolHet elektronisch kinddossier is een voorbeeld van een vraagstuk waar de overheid de verantwoordelijkheid overneemt. Medici die in aanraking komen met een kind, houden het in een dossier bij. Elke hulpverlener heeft hierdoor dezelfde informatie om problemen te kunnen signaleren. Maar op wiens initiatief en verant-woordelijkheid de hulpverlening op gang moet komen blijft onduidelijk. Ook het kinddossier biedt hierin geen uitkomst. Ondertussen wordt elke ou-der nauwgezet in de gaten gehouden, schuldig totdat het tegendeel bewe-zen is. Terwijl er juist een boodschap moet zijn van vertrouwen.

Blijkt een kind ‘kansarm’ te zijn, dan neemt de overheid zo snel mogelijk taken van de ouders over. Illustratief is het onderwijsbeleid in de kracht-wijken. Vanaf drie jaar gaan kinderen naar de voorschool, zodat de ‘achter-stand’ van kinderen ingelopen kan worden. Ander beleid in de krachtwij-ken is de verlengde schooldag. Vanaf groep 5 hebben kinderen van 3 tot half 5 les in ‘algemeen vormende vakken’ zoals muziek, cultuur en computer-vaardigheden. De verantwoordelijk-heid wordt weggehaald bij de ouders en neergelegd op de basisscholen. Bizar maar waar is, dat de verlengde schooldag verplicht is gesteld door de overheid. Ja, je leest het goed, de schooldag duurt dus voor deze kinde-ren tot half 5. Men gaat volledig voor-bij aan het feit dat ouders gestimu-leerd kunnen worden meer met hun kind te doen. Bijvoorbeeld door op-voedcursussen, uitstapjes voor kind en ouder of begeleiding in huis.

Kopje theeDe overheid moet stoppen het over-nemen van de opvoeding van de ou-ders. Zij, en geen enkele overheidsin-stantie, zijn verantwoordelijk totdat een rechter heeft ingegrepen. En nu komen we tot het echte probleem: de ouders. Die moeten het goede voorbeeld geven. Maar wat als ze dat niet doen? Tja, dan is toch echt een sociale vaardigheidstraining of cur-sus nederlands nodig. En intensieve begeleiding van één hulpverlener die coacht en stuurt. Juist daar schort het aan in nederland, want de jeugdzorg verzuipt in de hulpvraag.

Als reactie is de overheid willekeurige verantwoordelijkheden aan het over-nemen. Echter, met de overheid als papa en mama gaat het helemaal mis, want de verantwoordelijkheid moet op één plek neergelegd worden. Dat schept duidelijkheid voor het kind, de ouders en de maatschappij. Dele-geren naar de naschoolse opvang, of toch je kind lekker thuis opwachten met een kopje thee? Het is aan iedere ouder om daarin keuzes te maken. Juist die keuzevrijheid voor gezinnen moeten we koesteren. Op deze ma-nier blijft ook in de moderne tijd het gezin de hoeksteen van de samenle-ving. Problemen zijn er om opgelost te worden, maar daarvoor moeten we de verantwoordelijkheid wel houden waar deze hoort: bij de ouders!

leontien wagenaar

zij je in de Kamer zit om even een paar jaar een mooi salaris op te strijken of al die aandacht op TV wel leuk vind.’

nieuwe windEn hoe komt minister rouvoet dan tot rust? ‘Slapen! Ik ben een goede slaper; als ik naar bed ga slaap ik ook gelijk.’ Daarnaast hecht hij er grote waarde aan de zondag ‘schoon te houden’. Dat houdt in dat de tassen gesloten blijven en er zo min mogelijk wordt gecommuniceerd met partijge-noten en andere collega’s. Gezien zijn verantwoordelijkheid als vicepremier is het wel van belang dat hij altijd bereikbaar is. ‘Als ik de premier moet vervangen staat de Blackberry ook tij-dens de kerkdienst aan.’

Was het de drukte waard? ‘Jazeker, de Cu heeft volgens rouvoet gezorgd voor een ‘nieuwe wind’, beleid zoals dat nu voor jeugd en gezin staat zou

zonder de Cu in dit kabinet nooit ge-voerd zijn. De vraag na 9 juni is niet welke partijen met elkaar meer dan vijfenzeventig zetels krijgen, maar welke partijen met elkaar in staat zijn om de uitdagingen die liggen te wach-ten op te pakken. In mijn ogen zijn dat het integratievraagstuk en de econo-mische crisis.’

Over deelname aan een nieuw kabi-net wil rouvoet weinig kwijt. ‘De per-spectieven zijn goed, maar het hangt nog volledig af van de verkiezingen. De regeerbaarheid van het land is daarbij de eerste vraag. Het landsbe-lang staat bij ons hoog, maar we wil-len ook vasthouden aan onze chris-telijke uitgangspunten. Dat houdt in dat we niet onder ieder willekeurig coalitieakkoord onze handtekening zetten.’ Wel is rouvoet van mening dat de politieke leider eigenlijk in de Tweede Kamer thuis hoort. ‘In 2007 heb ik daar heel bewust van af gezien, om alles wat er toen al bereikt was met het CDA en de PvdA. Het leek ons alledrie verstandig om ons persoon-lijk te verbinden aan de uitvoering van het akkoord van Beetsterzwaag. Maar vanaf nu ga ik weer voor het fractie-voorzitterschap. Al sluit ik niets uit.’

johannes ten Hoor en martine Oldhoff

‘Het landsBelang staat BIj Ons HOOg, maar we wIllen OOK VastHOuden aan Onze cHrIste-lIjKe uItgangspunten.’

Page 7: CDJA Interruptie nr. 1 2010

12 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 13CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

On tour met de wijkagent nieuwe stijl

ons met 50 kilometer per uur naar Veenendaal. Vermissing van een be-jaarde man is de reden. Met die zware sneeuwval en kou ziet het er slecht uit. We maken ons dan ook gereed voor een massale zoektocht met col-lega’s uit de regio. In Veenendaal aangekomen liggen de zoekplannen klaar. Iedereen staat in de startblok-ken. Dan de onverwachte melding. ‘Er is een man gesignaleerd die met zijn fiets langs de A12 loopt. Dat moet hem zijn.’ En inderdaad, meneer wordt snel gevonden, verzorgd en thuis ge-bracht. Zo ervaar ik de realiteit van de zinsnede uit de Politiewet ‘Hulp verlenen aan hen die dat behoeven’. Dat heeft napoleon overigens niet verzonnen.

Hete breiOp de terugweg moeten we meldingen van huiselijk geweld en aanrijdingen overlaten aan collega’s. De sneeuw vertraagt namelijk onze gang. Dan maar eens vragen naar situaties van trots en frustratie in het politiewerk. ‘Laatst hadden we hier een groep pro-bleemjongeren van een jaar of veer-

tien. Door goede informatiedeling zijn ze strafrechtelijk aangepakt. Daar-naast heb ik oudergesprekken ge-voerd. nou, dat sloeg in als een bom. Ouders fietsen nu door de wijk om te kijken waar hun kroost uithangt. Bij oudergesprekken is interculturele ge-spreksvoering van wezenlijk belang. Kort gezegd komt het hier op neer: bij nederlanders kom je eerst ter zake en drink je daarna thee. Bij Marok-kaanse ouders drink je eerst thee, draai je om de hete brei heen en kom je daarna ter zake. In beide gevallen bereik je je doel.’

Bezuinigingen‘Mijn frustratie is de frustratie van velen. Je hebt je best gedaan iemand achter de tralies te krijgen. En een paar weken later zie je hem of haar al-weer op straat! Wat de bezuinigingen betreft: We ondergaan het. Het is al besloten. Maar je hebt het zelf gezien. Eén politieauto in zo’n uitgestrekt gebied, eigenlijk kan het niet! En dan ook nog eens zonder winterbanden en met slechte ruitenwissers…’Ze heeft gelijk. Ik wens in stilte dat het Kabinet niet op de remmen heeft bezuinigd.

martijn simons

Informatiegestuurde politiezorgOmdat er de laatste tijd veel overlast is van jeugdgroepen, glibberen we langs verschillende ‘hotspots’. Direct valt op dat Kim jongeren vlot aan-spreekt. Ze oogst tegelijk duidelijk respect. Ook 12-plussers die verveeld hun eerste peuk opsteken, krijgen haar aandacht. ‘Door te vragen hoe ze heten, wat ze doen op school en of ze hier hun plek hebben gevonden, laat je weten dat ze niet langer onbekend zijn. En ik heb gelijk weer informatie.’ Kim staat model voor de ‘wijkagent nieuwe stijl’. Actieve netwerkers en teamspelers die uitstekend informatie bundelen, koppelen en delen met col-lega’s en functionarissen van justitie, gemeente, scholen, maatschappelijk werk, moskeeën, jongerenwerk, etc. Maar het zijn ook agenten die even-goed meedraaien in de surveillance tijdens avonddiensten. Leuk detail: de werkopdrachten die Kim meekrijgt zijn geformuleerd uit informatie die ze zelf heeft aangeleverd. ultiem voorbeeld van informatiegestuurde politiezorg.

VermissingDat niet alles vooraf gestuurd kan worden blijkt wel. Om 20.30h laten we Driebergen achter ons en begeven

uIT HET VELD

Interview met Camiel Eurlings

HoudbaarheidsdatumLaten we vooropstellen dat veel Twee-de Kamerleden op hun beleidsterrein inhoudelijk sterk zijn. Toch is er na de opkomst van Pim Fortuyn veel veran-derd. Parlementaire middelen, zoals het houden van spoeddebatten en het stellen van schriftelijke vragen, worden massaal gebruikt. Hierdoor worden scherpe wapens bot. De ‘houdbaarheidsdatum’ van Tweede Kamerleden is korter dan vroeger. Daarnaast is de gemiddelde leef-tijd van parlementariërs lager dan voorheen.

Een goed politicus heeft kennis van drie zaken: van zijn eigen dossier, van de praktijk en van meer algemene za-ken: staats- en bestuursrecht, geschie-denis, economie en politieke ideolo-gieën. Met de dossierkennis van veel Kamerleden zit het wel goed. Zeker in grote fracties zijn velen vooral specia-list. Ze houden de ontwikkelingen op hun beleidsterrein goed in de gaten; kranten worden nagespeurd en dos-siers uitgespit.

13

OnZE DEMOCrATIE

IK wens In stIlte dat Het KaBI-net nIet Op de remmen HeeFt BezuInIgd.

laat een OnderwIjswOOrd-VOerder maar eens een dag In de weeK leraar zIjn.

geen praktijkkennisMaar met de praktijkkennis is het veelal anders gesteld. Oud-Shelltop-man en CDA-Eerste Kamerlid rein Willems heeft dat in een interview al eerder gesignaleerd. ‘Tegenwoordig starten jongeren die net uit de col-legebanken komen, na een periode politiek assistent te zijn geweest, een Haagse carrière. Dit is de dood in de pot voor de politiek.’ Hij ziet het liever anders: zijn ideale politicus is rond de veertig, vijftig jaar, en komt regelrecht uit een functie in de samenleving om een poosje het landsbelang te die-nen. Je moet als politicus rechtstreeks van de werkvloer komen om te weten waar je het over hebt. Zo iemand laat zich niet leiden door plannen van ministers die grote ver-anderingen van bovenaf willen invoe-ren. Hij wil goed op de winkel passen en tegelijkertijd noodzakelijke veran-deringen signaleren en doorvoeren: conserveren en corrigeren.

maatschappelijke ervaringMaar om tal van redenen zijn die po-litici er te weinig. Hoe kunnen we dat veranderen? Om te beginnen: mensen op de lijst zetten die al wat ouder zijn en maatschappelijke ervaring hebben. Daarnaast moet gestimuleerd worden

dat mensen naast hun Kamerlidmaat-schap ook een andere functie blijven uitoefenen. Zeker in de grote CDA-fractie moet dat mogelijk zijn. Laat een onderwijswoordvoerder maar eens een dag in de week leraar zijn. Maak het mogelijk dat een landbouw-woordvoerder ook boer blijft. Tweede Kamerleden moeten veel langer in functie blijven dan de ge-middelde vijf jaar dat ze nu een Ka-merzetel bezetten! Zo bouwen ze ervaring op, waardoor ze de regering scherp kunnen controleren. Ook moet gestimuleerd worden dat volksverte-genwoordigers zo veel mogelijk voor-keursstemmen veroveren, zodat ze een eigen machtsbasis krijgen. Ten slotte de ‘boekenkennis’. Moe-ten alle Tweede Kamerleden ver-strooide professoren zijn? Helemaal niet, maar met kennis van staats- en bestuursrecht en geschiedenis kun je ontwikkelingen wel meer in per-spectief zien en wat relativeren. Dan besef je ook dat de Tweede Kamer er niet is om mee te regeren, maar om kritisch te controleren. Mogelijk zou dat het debat ook meer inhoud en beschaafdheid geven. Kortom: minder mensen als Geert Wilders en Tofik Dibi, en meer mensen van het kaliber Jan Schinkelshoek en Frits Bolkestein. Mensen die het Kamerlidmaatschap niet als een tijdelijk en profijtelijk baantje zien, maar als een ambt.

geurt Henk spruyt

Napoleon heeft ons meer gebracht dan achternamen en rechts rijden. Omstreeks 1810 introduceerde de kleine maarschalk hier een politieorganisatie, gestoeld op beproefde Franse struc-turen. Wat wil je met al die revoluties. Ik maak op 10 februari 2010 dankbaar gebruik van die erfenis en stap in de auto bij Kim Stomps uit Driebergen. Een jonge representatieve wijkagente van eind twintig. We zijn klaar voor een avonddienst in win-terse omstandigheden.

De afgelopen weken waren nogal onrustig: eerst viel het kabinet Bal-kenende-IV en daarna volgden de gemeenteraadsverkiezingen, die voor het CDA slecht verliepen. Wat vooral ook opviel was het ontluis-terende niveau van de debatten in de Tweede Kamer. Rita Verdonk noemde Wouter Bos een leugenaar. Nestor Bas van der Vlies moest vervolgens de Tweede Kamer vermanend toespreken. Het valt al lan-ger op: het gebrek aan visie en de zucht naar hypes in de Tweede Ka-mer. Wat kun je er tegen doen?

Klein verslag van een koude avonddienst

Kamerlidmaatschap: een ambt

Page 8: CDJA Interruptie nr. 1 2010

14 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 15CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

Het gezicht van het Maasmeisje Gessica

wrichten. De vraag hoe te voorkomen dat macht misbruikt wordt blijft dan ook actueel. Wie bewaakt onze bewa-kers van de samenleving: de politie, de regering, en natuurlijk de wetge-ver? Macht corrumpeert immers; niet zelden wordt zij misbruikt.

VrijheidOm misbruik te voorkomen, zo leert Montesquieu ons, mogen de drie taken van de overheid niet door de-zelfde personen worden uitgevoerd. Een strikte machtenscheiding tussen de staatsman, de wetgever, en de rechter is de meest zuivere toepas-sing hiervan. Ook in nederland is de trias politica toegepast, alhoewel het hier eerder om een ‘machtsevenwicht’ gaat dan om een strikte scheiding. De regering is als uitvoerende macht immers samen met het parlement verantwoordelijk voor de wetgeving. Alleen de rechterlijke macht is in ons land strikt gescheiden. Zij is dan ook de meest kwetsbare van de drie machten.

Een te grote machtsconcentratie in de overheid leidt tot willekeur en tiran-nie. Om dit te voorkomen moet het recht de vrijheid van de onderdanen waarborgen tegen de overheid. Deze vrijheid houdt in dat de burgers het recht hebben om vrij te kunnen den-ken, spreken, schrijven en handelen. niet omdat het gewoon fijn is om vrij en ongebonden te zijn, maar juist op-dat de burger in alle waardigheid zijn eigen verantwoordelijkheid kan ne-men in de samenleving.

KoordendansEnerzijds hebben we dus te maken met een overheid die recht en orde be-paalt, anderzijds beschermt het recht ons ook tegen de overheid. Beide ide-alen komen samen in de rechtsstaat die beoogt beide visies op het recht en de overheid in evenwicht te hou-den. Het vinden van dit evenwicht is niet gemakkelijk, maar wel zeer be-langrijk. Het gaat om het evenwicht tussen de macht van de staat om orde te handhaven enerzijds, en de rechten van de burger om in vrijheid te leven anderzijds. Dit is een delicate koor-dendans die van onze leiders en wet-gevers alle inzet en wijsheid vraagt.

carel Kauffmann en aline van Veen

BeestIn iedere discussie over de rolverde-ling binnen de overheid wordt de naam van Montesquieu genoemd. Deze Franse filosoof schreef het in 1748 gepubliceerde boek ‘Over de Geest der Wetten’. Hierin zet Mon-tesquieu zijn leer van de trias politica uiteen, waarin hij de drie functies van de staat - wetgevende macht, uitvoe-rende macht en rechterlijke macht - benoemt. Zijn theorie kwam als antwoord op de vraag hoe kon wor-den voorkomen dat de macht van de overheid zou leiden tot misbruik en tirannie. Geen samenleving overleeft namelijk, zonder dat er een bestuur is dat orde aanbrengt. De situatie in Haïti is daarvan een schrijnend voor-beeld. Wanneer er geen gezag is dat de orde bewaard, kan de mens maar al te gauw verworden tot een beest. Een overheid is daarom onontbeerlijk.

De overheid kan echter wel de bur-gers in het gareel houden, maar wie houdt dan de overheid in het gareel? In feite is dit de taak van de wetge-vers. uitoefening van de wetgevende macht heeft diepe invloed op de sa-menleving en op de mens in de sa-menleving. Willekeurige rechtsgang of draconische straffen kunnen een samenleving diep en langdurig ont-

OnZE DEMOCrATIE

Interview met Camiel Eurlings 15

WISSELCOLuMn

Toch heb ik als wethouder gepleit voor een grotere rol achter de voordeur. En ik sta daar, ook nu ik al enkele maan-den uit de politiek vertrokken ben, en heb kunnen reflecteren op mijn vorige job, nog altijd van harte achter.

Centrale vraag bij het debat over in-grijpen door de overheid is, of we als samenleving bepaalde risico’s aan-vaardbaar vinden. Ik was juist een blauwe maandag wethouder Jeugd, toen een meisje van 12 door haar va-der werd vermoord. Een rotterdams meisje dat door tal van hulpverleners werd geholpen, maar na haar dood enkele maanden toch door niemand werd gemist… Was dit te voorkomen geweest? We wisten dat de vader behoorlijk ziek was en dat velen zich zorgen maakten om dit meisje Ges-sica. Als we alle bij hulpverleners bekende informatie bij elkaar hadden gelegd, dan zouden we voldoende re-den hebben gevonden om Gessica uit huis te plaatsen. Ofwel, bij een goed functionerend systeem van informa-tiedeling tussen professionals had het met Gessica anders kunnen lopen. Als wethouder kreeg ik nogal wat over me heen toen het treurige verhaal van dit meisje openbaar werd. Had Jeugdzorg dit niet kunnen voorkomen? De in-stellingen hadden gefaald, de politiek had eerder moeten optreden…

Als samenleving accepteren we geen risico’s. We willen dat juist de meest kwetsbare kinderen worden be-schermd tegen alle mogelijke geva-ren. We accepteren niet dat kinderen

de dupe worden van geweld. Terecht wordt de politiek ter verantwoording geroepen als er door fouten van in-stanties kinderen te grote risico’s lo-pen. Als we risico’s willen beperken zullen we dan ook de keuze moeten maken om achter de voordeur in te grijpen. Om kinderen eerder uit huis te halen. Om gezinnen te helpen door middel van een gezinscoach.

Ik realiseer me wel dat de grenzen van wat de overheid kan en mag in zicht zijn. We zullen ermee moeten leren leven dat risico’s altijd blijven bestaan. Dat kinderen tussen wal en schip terechtkomen. Het is erg ver-drietig, maar het is niet uit te sluiten dat er dingen mis gaan. Maar voor kwetsbare kinderen geldt dat de overheid er alles aan moet doen om de risico’s tot een minimum te beperken. En op dat punt hebben we het voor Gessica niet goed gedaan. We hadden eerder achter de voordeur moeten ingrijpen. Dat we Gessica niet beter konden helpen, dat doet nog altijd veel pijn, ook vier jaar na dato. En vanuit het perspectief van een veel te jong overleden meisje van 12 is het hele debat over ingrijpen achter de voordeur nogal academisch, evenals alle intellectuele bezwaren die tegen een dergelijk ingrijpen worden geuit. Het pleiten voor meer privacy en minder ingrijpen achter de voordeur kent zijn prijs. En die prijs heeft voor mij een gezicht. Het gezicht van het Maasmeisje Gessica.

leonard geluk

De vraag naar de rol van de overheid speelt al eeuwen. Al in de vijfde eeuw voor Christus hielden filosofen zich met dit vraagstuk bezig. Charles Montesquieu legde uiteindelijk de basis voor de scheiding der machten, de trias politica. Na de aanname van zijn theorie in (voornamelijk) westerse staten, is het evenwicht tussen de rol van de overheid en de rechten van de burger echter nog altijd een delicate koordendans.

Hoe ver mag de overheid gaan? Mag je achter de voordeur ko-men? Dat is mij als Rotterdams wethouder vaak gevraagd. En te-recht. Want het voelt ongemak-kelijk. Dat het private domein, het gezin, de woonkamer onder de invloedsfeer van de overheid terechtkomen. Ieder met een ge-zond verstand heeft grote moeite met een te vergaande bemoeie-nis van de overheid achter de voordeur.

Het fragiele evenwicht van onze trias politica

De Koordendans van de Wetgever

VanuIt Het perspectIeF Van een Veel te jOng OVerleden meIsje Van 12 zIjn de Bezwaren tegen IngrIjpen acHter de VOOrdeur nOgal academIscH.

Page 9: CDJA Interruptie nr. 1 2010

16 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 17CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

ontkennen. Tegelijkertijd leert een evenwichtige blik op de geschiedenis ons dat het christendom wel degelijk besef heeft van een bepaalde afstand tussen God en mens, tussen het hei-lige en het wereldlijke, tussen eeu-wigheid en tijd, tussen de kerk en de staat. Volgens de oudtestamentische profeet Jesaja zijn Gods gedachten nu eenmaal niet onze gedachten en zijn onze wegen niet Zijn wegen.

Christus zelf zegt in het evangelie als Hij gevangen genomen is en Pilatus vraagt waarom hij terechtstaat: ‘Mijn Koninkrijk is niet van deze wereld; in-dien mijn Koninkrijk van deze wereld geweest was, zouden mijn dienaars gestreden hebben […]’. Volgens Au-gustinus leven christenen gedurende hun tijd op aarde in twee rijken, de

aardse stad en de hemelse stad, waar-tegenover zij verschillende plichten hebben. Deze twee steden begrenzen over en weer elkaars macht.

De historicus Govert Buijs heeft laten zien dat zowel in het klassieke Grie-kenland als in het Jodendom en juist in het christelijk geloof het vereenzel-vigen van goddelijke ordeningen en politieke stelsels doorbroken wordt. Er voltrok zich een verinnerlijking van het geloof, waarvan de Belijdenissen van Augustinus een hoogtepunt is. Dat klinkt allemaal heel wat minder theocratisch dan het eenzijdige beeld dat hedendaagse critici - zoals Paul Cliteur, Afshin Ellian, Herman Phi-lipse, richard Dawkins, Daniel Den-net en Christopher Hitchens - graag oproepen van het christendom. Al hun conceptueel gegoochel met zo’n begrip als de theocratie is misschien voer voor academici, maar leidt niet zelden tot abstracties die de werke-lijkheid en de geschiedenis geweld aandoen. Het geldt tegenwoordig als een weerbarstige gedachte, maar kan

In de vorige Interruptie stond een ar-tikel - Het ongemak van de christen-democratie - van de hand van Ardin Mourik. Hierin stelt hij dat de com-binatie van ‘christen’ en ‘democratie’ niet zo voor de hand liggend is. Dit omdat het christendom op gespan-nen voet zou staan met de pluraliteit van de democratie. De auteur verwijst hierbij naar de eeuwenlange afwij-zing van de volksoevereiniteit door katholieken en protestanten. Een af-wijzing die gemotiveerd werd vanuit principiële filosofische en theologi-sche overwegingen (zoals de theocra-tie). Hoewel dit geen impopulaire ge-dachte is, behoeft dit punt de nodige nuancering. Juist de politieke filosofie van de christendemocratie en het christelijk geloof zijn heel belangrijk voor de waarden waarop onze demo-cratische rechtsstaat berust.

conceptueel gegoochel Als de auteur naar voren wilde bren-gen dat de geschiedenis van het chris-tendom niet vrij is van theocratische aspiraties, dan kunnen we dat niet

CDA GEDACHTEGOED

Interview met Camiel Eurlings

de christelijke oriëntatie op een hoge-re macht de democratie niet juist ook tegen ontsporingen beschermen?

democratische rechtsstaatDe bakermat van de democratie vin-den we in het oude Griekenland, terwijl ons democratisch model van moderne verkiezingsprocedures doet denken aan verkiezingen in de mid-deleeuwse kloosterordes. Deze kloos-terordes groeiden na de val van het romeinse rijk uit tot een belangrijke beschavende kracht in heel Europa. De Belgische rechtsgeleerde Prof. r.C. van Caenegem wijst er op dat de monniken hun abt verkozen onder de regel van Benedictus. Dit hield in dat de morele keus van de enkeling werd verbonden met diens geweten, waarin iets van Gods stem doorklinkt. Die verbinding van het geweten met een hogere, goddelijke, ordening werd ook in de klassieke oudheid ge-legd. Men vergeet het tegenwoordig graag, maar de Grieken namen hun religieuze praktijken zeer serieus. In tegenstelling tot veel hedendaagse filosofen zagen de meesten van hen geen essentieel conflict tussen het re-ligieuze en het rationele.

Opvallend in het artikel van Ardin is dat hij wel de democratie noemt, maar

17

CDA GEDACHTEGOED

Kan de cHrIstelIjKe OrIëntatIe Op een HOgere macHt de demO-cratIe nIet juIst tegen OntspO-rIngen BescHermen?

In tegenstellIng tOt Veel He-dendaagse FIlOsOFen zagen de meeste grIeKen geen essentIeel cOnFlIct tussen Het relIgIeuze en Het ratIOnele.

zOals Het geestelIjKe nIet OVer Het aardse mOet Heersen, mag Het aardse nIet OVer Het gees-telIjKe Heersen.

aan het wezenlijke idee van de demo-cratische rechtsstaat voorbijgaat. In een democratische rechtsstaat wordt de wil van de meerderheid beperkt, omdat er waarden, rechten en vrijhe-den zijn die belangrijker worden ge-acht dan de volkswil op een bepaald moment. Van Caenegem laat zien dat het idee van de rechtsstaat niet uit de lucht is komen vallen. Omstreeks 1200 n. Chr. ontstond in West-Europa een reeks van documenten die de rechten en plichten van de vorst tegenover an-dere machtshebbers en onderdanen specificeerde. De Magna Carta (1215) van Engeland is hiervan het meest bekende voorbeeld en mag worden beschouwd als een voorloper van de moderne mensenrechtenverdragen. Dit weerspreekt het beeld van don-kere en achterlijke Middeleeuwen, waarin het christendom zogenaamd een sta-in-de-weg voor de ontwik-keling van de rechtsstaat was. Toege-geven moet worden dat het moderne vorstenabsolutisme vanaf de zestien-de eeuw - door een samenloop van de heropleving van het romeinse recht en het canonieke recht - het Mid-deleeuwse constitutionalisme heeft beknot. Daartegenover staat echter de ontwikkeling van het Protestantse staatsrecht, dat hiertegen in opstand kwam en zich daarbij beriep op de ge-schiedenis van het gewoonterecht en de Bijbel. Dat gebeurde uitgerekend in nederland tijdens de Opstand van 1568 en tijdens de Engelse Glorious revolution van 1688.

secularisme als ‘cyclopisme’In onze tijd kan de christendemocra-tie vanuit haar geworteldheid in het

christendom de fundamenten van de democratische rechtsstaat bewaken. De christelijke notie van twee werke-lijkheden vormt een blijvende waar-schuwing tegen zowel het moderne geloof in de maakbare samenleving als het politieke secularisme dat het geloof in de privésfeer wil terugdrin-gen en het vrije domein van de geest wil inperken. Het politiek secularisme bekijkt de wereld maar met één oog en onderscheidt maar één werkelijk-heid. Men lijkt een beetje op de cyclo-pen uit de Griekse mythologie; woeste reuzen met maar één oog, die ver weg van de beschaafde wereld de hellin-gen van de vulkaan Etna op Sicilië be-volkten. Alsof het een hoogtepunt van pluraliteit is als politici bijvoorbeeld de zogenaamde ‘hostierel’ aangrijpen om het seculiere gelijkheidsdenken in te zetten tegen de vrijheid van gods-dienst voor katholieken, waarmee ze ook nog eens de scheiding van kerk en staat niet respecteren. Zoals het geestelijke niet over het aardse moet heersen (theocratie), mag het aardse niet over het geestelijke heersen (‘se-culiere theocratie’). De rechten en vrijheden van mensen lopen namelijk gevaar als ze alleen afhankelijk zijn van de menselijke wil. Misschien is het een kwestie van werkelijkheids-zin en het verstaan van de tijd waarin je leeft, maar het lijkt mij nu waarlijk niet het moment om als christende-mocraten mee te doen met het post-moderne gezelschapsspel van secu-liere liberalen en socialisten in het problematiseren van het christendom binnen de democratie. De christende-mocratische beginselen van subsidia-riteit en soevereiniteit in eigen kring zijn niet alleen een lesje in beschei-denheid voor onszelf, maar ook voor het politiek secularisme.

maarten neuteboom

Op 9 juni worden in Nederland Tweede Kamerverkiezingen gehouden. De inzet is misschien wel ho-ger dan ze in jaren is geweest, want de uitslag is van groot belang voor de politieke, economische en maatschappelijke stabiliteit van ons land. Het stabiele politieke midden is in de opiniepeilingen fors geërodeerd en populistische politici lijken zelfs de grenzen van de rechtsstaat niet meer te schuwen. In tijden van economische tegenslag waarin we miljarden moeten bezuinigen en de sociale cohesie in de samenleving onder druk staat, is dat geen geruststellend vooruitzicht. Onwillekeurig komen de woorden van de Ierse dichter William B. Yeats (1865 - 1939) uit zijn gedicht The Second Coming bij ons op: ‘Things fall apart; the centre cannot hold; Mere anarchy is loosed upon the world.’ Maar dit is geen pleidooi voor pessimisme, want zover hoeft het niet te komen. Yeats bedoelde met dat centrum name-lijk het christendom, de bron en het bestaansrecht van de christendemocratie.

De kracht van de christendemocratie

Page 10: CDJA Interruptie nr. 1 2010

18 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 19CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1FOTOPAGInA CDJA - nIEuWJAArSBIJEEnKOMST Bekijk: www.cdja.nl/fotos FOTOPAGInA CDJA - OPEnInG JOnGErEnCAMPAGnE GEMEEnTErAADVErKIEZInGEn - DEn HAAG Bekijk: www.cdja.

nl/fotos

Page 11: CDJA Interruptie nr. 1 2010

20 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 21CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

Bilder ontvangt ons in zijn knus inge-richte werkkamer. Aan de wand hangt een schilderij van een oud Veluws landschap, op tafel liggen stapels dos-siers, en vanuit het raam hebben we een prachtig uitzicht op het Plein. nog enigszins vermoeid van het uruzgan-debat, wat naar zijn mening ‘weinig verheffend’, ‘op de persoon gericht’ en ‘schadelijk voor het aanzien van de politiek’ is. na een stevige bak koffie volgt een dynamisch gesprek over wat Bilder drijft als politicus en als mens.

andere wereldnaast zijn Kamerlidmaatschap is Bil-der ook ondernemer en ouderling van de Hervormde gemeente in Ermelo. Is dat niet te druk?, vraag je jezelf onmiddellijk af. Bilder: ‘Mijn neven-functies buiten de Tweede Kamer zijn onmisbaar. Door buiten met mensen te praten en naar ze te luisteren, krij-gen problemen een gezicht. Dat geeft mij kracht en inspiratie.’ Een duidelijk statement dat Bilder gedreven wordt vanuit zijn wortels. Eerder was hij

ook wethouder en locoburgemeester van Ermelo en voorzitter van diverse stichtingen. Over zijn functie als ou-derling vertelt hij, ‘Ik haal kracht uit mijn geloof en mijn werk als ouder-ling. Het maakt mij ervan bewust dat er ook een ‘andere wereld’ is die ver-der reikt dan Den Haag.’

Verfijnde organisatiegraadHoe is Eddy Bilder dan in de ‘Haagse wereld’ terechtgekomen? Bilder gaat terug in de tijd. ‘In 1985 werd een brede maatschappelijke discussie ge-voerd over kruisraketten. Een aantal predikanten riep op tot het onder-tekenen van een volkspetitie tegen de plaatsing van kruisraketten. Henk Hagoort (toentertijd directeur van de Evangelische Omroep) en ik hebben toen een tegenactie opgezet. We wil-den het argument ontkrachten dat al-les met rede en dialoog opgelost zou kunnen worden. Dat bleef niet onop-gemerkt bij het CDA. Een week later, oktober 1985, was de CDJA-afdeling Ermelo een feit.’ Over waarom Bilder voor het CDA koos en niet voor een andere christelijke politieke partij als de SGP zegt hij: ‘Het was voor mij uit-eindelijk een keuze tussen getuigen en vertellen hoe het zou moeten zijn

‘een Van de Kernelementen Van mIjn gelOOF Is aFHanKelIjKHeIds-BeseF. IK Kan Veel dOen, maar uIteIndelIjK regeert gOd.’

In deze nieuwe rubriek ‘De inspira-tie van...’ gaat de redactie op zoek naar de drijfveren van politici. Wie of wat inspireert hen? Hoe zijn ze in de politiek beland? En, wat willen ze bereiken? Eddy Bilder, CDA Tweede Kamerlid, bijt de spits af.

DE InSPIrATIE DE InSPIrATIE

Geloof en mensen als drijfveren De inspiratie van Kamerlid Eddy Bilder

enerzijds, of handen en voeten geven aan een christelijke visie op de orde-ning van de samenleving anderzijds. Voor mij viel de keuze op het laatste. En door de verfijnde organisatiegraad van het CDA en CDJA kreeg ik daar-voor alle ruimte.’

afhankelijkheidsbesefGeloof inspireert Bilder, zo blijkt. ‘Het geloof vormt de basis voor alle keuzes die ik maak. Waar ik kan, wil ik poli-tiek bedrijven vanuit mijn geloof. Ge-zien de diversiteit binnen het CDA is dat soms lastig. Anderzijds ligt daar ook de kracht van het CDA. Door onze diversiteit weten we verbindingen te leggen en toch één boodschap uit te dragen. Een van de kernelementen van mijn geloof is afhankelijkheids-besef. Ik kan veel doen, maar uitein-delijk regeert God. Als ik dat naar ma-croniveau til, denk ik aan de val van de Muur. Maar bijvoorbeeld ook aan de plotselinge omslag van de bevol-king tegen Ceauşescu, de herleving

‘neem een VOOrBeeld aan de jOnge VOlgelIngen Van jezus.’

van het CDA, de onverwachte intrede van de crisis etc. Hoewel achteraf te beredeneren, was het niet vooraf door mensen georganiseerd. Het ge-beurde, het ontstond. Daarin zie ik iets van een God die regeert.’

jozefAfhankelijk zijn van God, maar toch door Hem geïnspireerd worden? Dat lijkt tegenstrijdig. Volgens Bilder heeft het echter vooral te maken met eigen verantwoordelijkheid nemen voor jezelf en anderen. Hij licht dit als volgt toe: ‘We kunnen blijkbaar in deze tijd niet meer accepteren dat het leven risico’s heeft en onvolmaakt is. Alles wat fout gaat, wordt op het conto van de overheid geschreven.

De reactie hierop is meer debatteren, meer regels vaststellen, meer controle uitoefenen en daarvoor zijn uiteraard meer ambtenaren nodig. Het CDA wil dit ombuigen door een samenleving te creëren waarin de verantwoorde-lijkheid gedeeld wordt. Dat moet je als overheid natuurlijk wel facilite-

ren.’ En dit inspireert Bilder zijn eigen steentje bij te dragen. ‘Het geeft een leven toch meer waarde als je verant-woordelijkheid draagt en van beteke-nis mag zijn? Als voorbeeld noemt Bilder overheidsfinanciën, ‘Ik ben ervan overtuigd dat je Bijbelse wijs-heden moet integreren in beleid. Ik ben van mening dat ons uitgangspunt moet zijn om in jaren van voorspoed rekening te houden met jaren van te-genspoed. Dit naar voorbeeld van de Bijbelse figuur Jozef. Hij spaarde in goede tijden een deel van de inkom-sten, om het volk door een periode van tegenspoed te loodsen.’

jonge volgelingenAl met al is Bilder al ruim twintig jaar politiek actief, nu zelfs als lid van de Tweede Kamer. Waarom is hij nog al-tijd politiek actief? Bilder: ‘Het mooie van politiek is dat het over alles gaat. Als politicus kun je echt invloed uit-oefenen op de inrichting van de sa-menleving.’ Bilder is zijn politieke loopbaan dus begonnen bij het CDJA. Enthousiast vertelt hij waarom het CDJA zo belangrijk is. ‘Blijf als CDJA krachtig zoals nu en wees kritisch op ons als CDA. neem een voorbeeld aan de jonge volgelingen van Jezus. Het zijn in de geschiedenis vaak jonge mensen die grote verandering in de wereld gebracht hebben.’ Deze laat-ste woorden zijn een inspirerende afsluiting van de nieuwe rubriek ‘de inspiratie van…’.

leontien wagenaar en martijn simons

Ben je benieuwd naar de inspiratie van een bepaalde politicus? De redactie hoort graag welke, en ook waarom je juist zo benieuwd bent naar de inspiratie van deze politicus. Je kunt je voorstel doen via [email protected].

‘dOOr BuIten met mensen te praten en naar ze te luIste-ren, KrIjgen prOBlemen een ge-zIcHt.’

‘Het geeFt een leVen tOcH meer waarde als je VerantwOOrde-lIjKHeId draagt en Van BeteKe-nIs mag zIjn?’

Page 12: CDJA Interruptie nr. 1 2010

22 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 23CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

duidelijk dat dit spanningen oplevert, doordat er geen strikte scheiding te trekken valt tussen beide posities. Kok, Melkert, Bos: ze hebben allemaal liever zelf de touwtjes in handen en willen het liefst een in politiek op-zicht zwak partijbestuur. Koole be-schrijft dat hij keer op keer nauwe-lijks wordt gehoord bij het maken van plannen waar hij wel bij betrokken hoort te worden. Een voorbeeld is de campagne van de Kamerverkiezin-gen van 2001. In het campagneteam, waar Koole als partijvoorzitter ook zitting in heeft, wordt hij geïsoleerd. Een treffende illustratie hiervan is het moment waarop hij onverwacht zijn eigen werkkamer op het partijbureau binnenstapt en daar het campagne-team zonder hem ziet vergaderen. “Ik ben er maar bij gaan zitten; het was tenslotte mijn kamer.”

rechterflank cdaVoor christen-democraten is het inte-ressant wat Koole te zeggen heeft over de relatie van zijn partij met het CDA. Hij gaat uitgebreid in op de mislukte formatiepoging tussen beide partijen na de verkiezingen in 2002. Koole redeneert dat Balkenende zich door de verkiezingsuitslag gedwongen voelde om een coalitie met de PvdA aan te gaan. Balkenende had daarbij echter veel weerzin bij hemzelf en bij het CDA te overwinnen. naarmate de

besprekingen vorderden merkte de rechtervleugel binnen het CDA dat de resultaten op een aantal belangrijke punten verschilden met het strate-gisch akkoord van het vorige, meer rechtse, kabinet. Bovendien baalde Verhagen van het feit dat het niet gelukt was de PvdA achter de verkla-ring van politieke steun aan de inval in Irak te krijgen. Dat wakkerde het verzet van de rechtervleugel aan. De rechterflank binnen het CDA probeer-de Balkenende daarom van forma-teur Donner te isoleren. Een nerveuze Balkenende werd door deze groep be-werkt, waardoor de as tussen hem en Donner brak. De formatie liep volgens Koole op die manier uiteindelijk spaak doordat een interne machtsstrijd in het CDA voor de PvdA verkeerd uit-pakte. Deze argumentatie laten we graag voor rekening van Koole. Koole neemt geen blad voor de mond als het aankomt op interne problemen binnen zijn partij. Met name het eer-ste deel van het boek leest prettig en is interessant. Halverwege gaat de vaart er helaas uit. De zoveelste fricties tus-sen het partijbestuur en de PvdA’ers rondom het Binnenhof beginnen dan te vervelen, zodat de lezer het gevoel bekruipt dat de uitgever het boek wel wat had mogen inkorten.

elias van der plicht

Ruud Koole, ‘Mensenwerk. Herinneringen van een partijvoorzitter, 2001-2007’Bert Bakker, 412 pagina’s € 24,95

Van maart 2001 tot december 2005 was Koole partijvoorzitter van de PvdA. Tussen april en oktober 2007 bekleedde hij nogmaals deze post, ditmaal als interim-voorzitter. In Mensenwerk blikt hij terug op het voorzitterschap. Koole voert enkele redenen aan waarmee hij het opteke-nen van zijn memoires rechtvaardigt. Allereerst gaat het om een bijzondere periode in de nederlandse politiek. Daarnaast wilde hij een bijdrage leve-ren aan de geschiedschrijving van de nederlandse sociaal-democratie. Ook hoopte hij inzicht te geven in hoe de functie van partijvoorzitter eruit ziet. Verder heeft hij getracht duidelijk te maken hoe complex politieke besluit-vorming vaak is. Bovenal wilde hij aantonen dat politiek mensenwerk is.

campagneteamDat laatste is gelukt. Koole laat zien dat het voorzitterschap bij de PvdA een zeer politieke functie is. De Haagse politici zijn verantwoordelijk voor de actuele politieke zaken en het partijbestuur is belast met de taak om zorg te dragen voor de lange termijn van de programmatische ontwikke-ling van de partij. Mensenwerk maakt

KOK, melKert, BOs: ze wIllen Het lIeFst een In pOlItIeK OpzIcHt zwaK partIjBestuur.

Boerenkool. Ten tijde van Paars II werd deze stamppot na lange verga-deringen regelmatig in het Catshuis geserveerd. Door het lezen van Ruud Koole’s herinneringen als partijvoor-zitter van de PvdA kom je nog eens wat te weten!

rECEnSIE DE KLAAGMuur

Politiek is mensenwerk Herinneringen van PvdA-voorzitter Koole

Hoogmoedig BeleidBeleidstaal 3D-aanpak te abstractIn deze rubriek stopt een cdja-lid een briefje in de Klaagmuur. dit keer houdt carel Kauff-mann een klaagzang op onze missie in afghanistan.

misleidingIn de berichtgeving over Afghanistan worden vaak twee beelden geschetst. Het ene beeld is een Afghanistan waar alles verkeerd en vreselijk is. De Afghaanse regering is corrupt en de economie wordt ondermijnd door de teelt van drugs. We worstelen om het land uit handen van de Taliban te houden, anders zal het een vrijplaats worden voor internationaal terroris-me. Wanneer ons niet een dergelijke nachtmerrie gepresenteerd wordt, worden we aangemoedigd tot een

ongeloofwaardig optimisme. Door de inzet van ‘onze jongens’ zal er een ‘democrati-sche en stabiele Afghaan-se staat’ tot stand komen waar ‘de au-toriteiten zelfstandig kunnen zorgen voor veiligheid en wederopbouw.’Het probleem met dergelijke be-leidstaal is de misleiding. Het is een soort hypnotiserend woordgebruik waarin je wel moet geloven. Het kan eenvoudig zowel op Jemen en So-malië als op Afghanistan toegepast worden. Het probleem is echter dat een omschrijving van wat je wilt, niet betekent dat het ook gerealiseerd kan worden. Veel beleid is gewoon een omschrij-ving van wat er niet is. Cor-ruptie moet dan aangepakt worden door ‘transparante en verantwoor-delijke financiële procedures.’ Maar is het probleem niet veeleer dat die procedu-res er niet zijn? Hebben we geen plan nodig in plaats van een om-schrijving?

abstractEen voorbeeld is de 3D-aanpak van Development, Diplomacy, en Defence dat de droom be-looft van een ‘sta-biele democratische staat.’ De aanpak is te abstract om gedefinieerd, laat staan weersproken te worden. Wie is er nu tegen ontwikkeling? En we moeten toch altijd di-plomatie ge-bruiken? En dan ook nog een beetje verdediging waar nodig. Het concept is breed genoeg om humanistische ontwikkelingswerkers naast een ba-taljon mariniers te herbergen. Het verhult echter de zwakheid van de in-ternationale gemeenschap: onze ge-

brekkige kennis, beperkte capaciteit en twijfelachtige legitimiteit.

Beleidsmakers denken echter dat Afghanistan prima te voorspellen is. Zij zien Afghanistan door de bril van contraterrorisme, counter-insurgency, staatsopbouw en economische ont-wik-keling. Volgens de 3D-aanpak zijn deze zo nauw met elkaar verbonden dat je ze in elke willekeurige volgor-de kunt husselen. Je moet de Taliban verslaan om een staat te bouwen en je moet een staat bouwen om de Ta-liban te verslaan. Veiligheid leidt tot stabiliteit, waardoor wederopbouw mogelijk is. Maar voor wederopbouw moeten we veiligheid creëren, anders is geen ontwikkeling mogelijk, en ontwikkeling is nodig voor stabiliteit, enzovoorts.

HoogmoedGedeeltelijk is de beleidstaal na-tuurlijk geruststellend nevelachtig. We gebruiken gespeciali-seerde taal vanuit ontwikkelingsstudies en het management. Wat we verhullen is de onderliggende aanname dat wanneer we een staat willen opbouwen, we dat ook gelijk kunnen. Moderne be-leidstaal helpt ons niet om onze gren-zen te erkennen en toe te geven. De grenzen van ons kennen en kunnen; dat we heel weinig van Afghanistan afweten en haar toekomst niet kun-nen voorspellen; dat ‘onze jongens’ in uruzgan wel eens niet zo welkom zijn, en zaken erger kunnen maken in plaats van beter.

Misschien is onze hele operatie in Afghanistan wel een teken van hoog-moed. Wat we dan nodig hebben is bedachtzaam en degelijk taalgebruik dat de werkelijkheid niet verhult. Een taal die de beperkingen aan ons ken-nen en kunnen stelt.

carel Kauffmann

De naam Uruzgan klonk ons negen jaar geleden nog exotisch in de oren. Vandaag de dag wordt het onmiddellijk in verband gebracht met Afghanistan, ‘onze jongens’ al-daar, en, recentelijk, de val van het kabinet. Een legioen beleidsmakers heeft plannen ontwikkeld om dit voormalig exotisch klinkende oord tot stabiel zelfbestuur te brengen. De zo geroemde 3D-aanpak van De-velopment, Diplomacy, en Defence kan al deze plannen herbergen, van humanitaire wederopbouw tot militaire veiligheidsoffensie-ven. Amerika staat op het punt dit concept van ons over te nemen voor geheel Afghanistan. Wat zijn echter de aannames achter deze aanpak? Is het bedachtzaamheid of hoogmoed?

Page 13: CDJA Interruptie nr. 1 2010

24 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 25CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

je. Ook hebben de financiële toezicht-houders steken laten vallen. Het is al-leen de vraag of enkel het bijschaven van wet- en regelgeving de economie weer gezond zal maken.

De voormalige rabobanktopman Her-man Wijffels stelde dat: ‘de oorzaken van de economische crisis moet wor-den gezocht in een waardencrisis in de samenleving’. Als dat het geval is, dan dienen we de grondslagen van onze economische orde kritisch tegen het licht te houden. Een belangrijk onderdeel van die grondslag is het do-minante mensbeeld van deze tijd. Dat beeld wordt, mede door het wegebben van de zeggingskracht van het religi-euze, meer en meer bepaald door de moderne wetenschappen.

aangeklede aapHet grote probleem van de moderne wetenschap is dat ze alle fenomenen reduceert tot meetbare proporties. De cabaretier Herman Finkers vatte dit denken in zijn laatste show ‘na de pauze’ cynisch samen als, ‘het dogma van, ‘iets is in wezen niets anders dan…’’. Vanuit de biologie is een boom in wezen niets anders dan een zuur-stoffabriek en vanuit de economie is de mens ten diepste niets anders dan een aangeklede aap met een reken-machine, de homo economicus. Bere-deneerd vanuit de ‘wet van Finkers’ is zelfs iets moois als verliefdheid en liefde gereduceerd tot niets meer dan een chemisch proces in de hersenen. Deze discussie over de invloed van de wetenschap op het mensbeeld lijkt op het eerste gezicht erg theoretisch en abstract, maar de consequenties van dit denken manifesteren zich onmis-kenbaar in de dagelijkse praktijk.

De afgelopen decennia was het mens-beeld van de homo economicus domi-nant. nederland was een consumptie-maatschappij geworden, de welvaart steeg naar ongekende hoogten en de hoogste vorm van menselijke ont-plooiing lag in een snelle carrière. Het motto van Paars II was niet voor niets ‘Werk, werk en nog eens werk’. De Paarse samenwerking tussen socialis-ten en liberalen doet velen nog altijd de wenkbrauwen fronsen. Toch is het maar de vraag of de verschillen tussen deze politieke stromingen werkelijk zo

Toch is het een goede zaak dat het neoliberalisme wordt bekritiseerd. Het zou namelijk wel eens het geval kunnen zijn dat de weeffout van het socialisme tot op zekere hoogte ver-gelijkbaar is met die van het neoli-beralisme. Beide zijn materialistische ideologieën die maatschappelijke vraagstukken primair vanuit een eco-nomisch perspectief benaderen. Met als gevolg dat de aandacht voor de im-materiële kanten van het menselijke bestaan wordt verwaarloosd.

waardencrisisDit betekent geenszins dat in reactie op de financiële crisis economische maatregelen niet noodzakelijk zijn. Architectonische hervormingen kun-nen tot veel verbeteringen leiden. Het economische systeem is immers in on-balans geraakt, aandeelhoudersbelan-gen staan niet in de juiste verhouding tot die van werknemers, de bonus-structuur is pervers en duurzaamheid is vaak nog een ondergeschoven kind-

InGEZOnDEn

Interview met Camiel Eurlings

groot zijn als wij vaak denken. Beide politieke filosofieën zijn namelijk ge-worteld in het wetenschappelijke den-ken over de mens en de maatschappij en zijn materialistisch van aard. De Braziliaanse filosoof Olavo de Carval-ho verwoordde dit scherpzinnig: ‘The capitalists proclaim that the only good is wealth, the socialists answer back that the only evil is poverty’. De chris-tendemocratie zal hier tegenover het belang van de economie nooit veron-achtzamen, maar wel nuanceren met de constatering dat de mens niet leeft van brood alleen.

economische ‘hoogten’De dominantie van het economische denken is in vele domeinen van de samenleving doorgedrongen. Zo is de laatste decennia het onderwijs op een ongezonde wijze gericht op het versterken van de ‘kenniseconomie’ en wordt een studie vooral gezien als een startbewijs voor de arbeidsmarkt. ‘Het diploma verhoogt je economische kansen’, heet het dan. Ook bij de ver-houding tussen burger en overheid zien we een ongezonde ontwikkeling: de overheid levert producten, de bur-ger wordt een klant en politici spreken niet langer over burgers maar over consumenten. Ten slotte zie je bij de recente discussies over de aanpak van de economische crisis de dominantie

25

InGEZOnDEn

de gezOndHeId Van Burgers wOrdt nIet enKel Bepaald dOOr materIële VOOrspOed.

Het Is nu nOOdzaKelIjKer dan OOIt Om Ons nIet BlInd te staren Op ‘ecOnOmIscHe VOOruItgang’.

van de homo economicus terugkeren. De arbeidsproductiviteit moet om-hoog en elke zondag moeten de win-kels open.

Voor een paar procentpunten extra groei jagen we elkaar op tot ongeken-de economische ‘hoogten’, maar tege-lijkertijd negeren we belangrijke on-derdelen van het menselijke bestaan. Zo wordt de morele vorming van jonge mensen verdrongen door directe eco-nomische belangen, hebben we steeds minder aandacht voor elkaar, wordt het stichten van een gezin om carriè-retechnische redenen uitgesteld en blijft er weinig tijd en energie over om actief te zijn binnen maatschappelijke organisaties. Het zou een zegen zijn als bij beschouwingen over onze eco-nomie er meer aandacht is voor derge-lijke niet-economische onderwerpen.

Onkwantificeerbare kantenDit brengt ons terug bij de grondslag van de economie. Het is namelijk maar de vraag of een sterke economie ont-staat door het nauwkeurig doorvoeren van abstracte theorieën uit de econo-mische wetenschap. Ook de economie kan men niet los zien van de cultuur. Een gezonde economie rust namelijk op een gezonde cultuur, die weer rust op ‘gezonde’ burgers die niet te redu-ceren zijn tot een homo economicus.

De gezondheid van burgers wordt niet enkel bepaald door materiële voor-spoed. Daarom is het van belang het onderwijs niet te verengen tot een in-strument van economische groei, maar kennis en persoonlijke vorming weer centraal te stellen. Ook is het noodza-kelijk dat mensen de tijd en de ruimte krijgen om een gezin te stichten, om kinderen op te voeden en dat er een dag in de week is waarin men meer is dan een arbeider of consument.

Een christendemocratische visie op de economie kan de dominantie van het economische denken doorbreken, omdat ze nog oog heeft voor immate-riële waarden. Indien men geen oog meer heeft voor deze waardevolle, maar onkwantificeerbare kanten van het menselijke bestaan, dan zal er een moment komen dat de wortels van onze economie verdorren en deze in een nog diepere crisis vervalt. Het is nu noodzakelijker dan ooit om ons niet blind te staren op ‘economische vooruitgang’. Immers, de paradox kan wel eens zijn dat een te grote aandacht voor het economische de economie op de lange termijn kan beschadigen.

Bart-jan Heine

De financiële crisis die in 2008 begon, heeft het denken over onze eco-nomische orde in een stroomversnelling gebracht. Vooral ter linker-zijde zijn met veel enthousiasme het kapitalisme en bovenal het neoli-beralisme bij de mestvaalt van de geschiedenis gegooid. De critici ter linkerzijde vergeten echter vaak de zegeningen van het kapitalisme. Zo is de vrije markteconomie een belangrijke hoeksteen van onze wel-vaart, ze beloont creativiteit en persoonlijk initiatief. Daarmee levert ze een essentiële bijdrage aan de persoonlijke bloei van mensen en van onze gehele samenleving.

De mens is geen consumerende aap

de arBeIdsprOductIVIteIt mOet OmHOOg en elKe zOndag mOe-ten de wInKels Open.

Page 14: CDJA Interruptie nr. 1 2010

26 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 27CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1DE MEnS rECEnSIE

naamSarath Hamstra

leeftijd23 jaar

Opleiding of werkIk volg het schakeljaar Economics & Business aan de Erasmus, met als major Marketing. Daarnaast ben ik bezig met het opzetten van een Mar-keting Adviesbureau.

wat zijn je voornaamste activiteiten binnen het cdja?Penningmeester van CDJA rotterdam en lid van de werkgroep SEZ

Beoefen je een sport?Voetbal en hardlopen en, als ik er tijd voor kan vinden, fitness

Belangrijkste politieke themaDe AOW-leeftijd naar 67 jaar, maar hierbij mogen werklozen die graag willen en kunnen werken niet verge-ten worden, zodat de gezamenlijke lasten dragelijker kunnen worden. Samen de schouders eronder!

Omschrijf je karakter eensAmbitieus, geïnteresseerd, eigenzin-nig, betrokken en oprecht.

christendemocratie betekent voor jou:Een democratie waarin zowel het volk als de overheid verantwoordelijkheid neemt, zich als goede rentmeester ge-draagt, en solidair en betrouwbaar is, met de Bijbel als uitgangspunt.

grootste voorbeeld:nelson Mandela, om zijn volhardend-heid in de strijd voor rechtvaardig-heid.

churchill of Obama?Ondanks dat ik me bewust ben wat Churchill heeft betekend in zijn tijd, kies ik voor Obama, omdat hij me meer raakt en ik daadwerkelijk zie wat hij heeft teweeggebracht en -brengt.

je bent minister-president, welke actie onderneem je als eerste?Het vertrouwen in de politiek herstel-len door meer de focus te leggen op de inhoud van het debat en tevens uitdragen naar het volk wat de rege-ring voor hen doet.

wat betekent god voor jou?Hij is voor mij een Vader waarop ik altijd terug kan vallen.

wat grijpt jou aan?Onrechtvaardigheid

welk boek heb je voor het laatst gelezen?De Wij Economie - Willem Vermeend met 1000 euro ga je:Investeren in mijn bedrijf.

levensmotto:“Learning without thought is labor lost, thought without learning is peri-lous.” -Confucius-

De mens:

Sa

rath H

am

stra

De prijs van een slecht geweten

gemeenIn het voorjaar van 2006 stond hij voor de keuze: na twintig jaar univer-sitair docent eindelijk promoveren, of de Tweede Kamer in namens de VVD. Boekestijn koos voor het laatste. Ja-renlang hadden zijn hoorcolleges een van de hoogste opkomstpercentages bij het utrechtse Instituut Geschiede-nis. Bijna iedereen wilde horen wat Boekestijn te melden had. niet alleen vanwege zijn uitmuntende presenta-tie en heldere uiteenzettingen, maar ook vanwege zijn scherpe opmerkin-gen over actuele politieke ontwik-kelingen. Zo was hij voorstander van de inval in Irak en verkondigde hij regelmatig dat de PvdA sinds 1989 geen bestaansrecht meer had. Bo-vendien ‘verklapte’ hij nogal eens dat hij onlangs ‘geheim overleg’ met de toenmalige minister Henk Kamp had gehad. Ten slotte liet hij - zelf luid lachend - de hele collegezaal zijn vernietigende column over Kamerlid Koenders lezen, die op bezoek was geweest bij Arafat. Hij sloot af met de opmerking ‘Gemeen ben ik soms hè? Dat mogen jullie nooit doen hoor!’

slechte regimesHet werd dus de politiek. Binnen de VVD-fractie werd hij woordvoerder Ontwikkelingssamenwerking en ge-durende zijn Kamerlidmaatschap zette hij een duidelijke lijn uit. Deze heeft hij uitgewerkt in zijn boek. niet

verrassend voor een historicus be-gint Boekestijn zijn verhaal met een chronologisch overzicht van verschil-lende benaderingen van ontwikke-lingshulp. Bovendien bespreekt hij diverse onderzoeken over de vraag of hulp daadwerkelijk tot economische groei leidt. Want daar draait het wat Boekestijn om: hulp heeft alleen zin, wanneer die leidt tot aantoonbare economische groei in een land. Cy-nisch kun je vaststellen dat de meeste onderzoeken afwijkende conclusies hebben. Boekestijn concludeert ech-ter dat dit meestal niet het geval is. Er zijn in zijn ogen zelfs zeer sterke aanwijzingen dat ontwikkelingshulp slechte regimes in de hand werkt en in staat stelt hun macht te bestendigen.

Voorts rekent het voormalig VVD-ka-merlid af met het verlenen van begro-tingssteun. Veel machthebbers zijn niet bezig met de ontwikkeling van hun land, maar met het verdelen van de inkomsten onder de groepen die hen welgevallig zijn. Bovendien staat begrotingssteun volgens Boekestijn de ontwikkeling van democratie in de weg: als regimes deze steun zouden ontberen zouden zij meer belasting moeten gaan heffen. Onder het motto van ‘no taxation without represen-tation’ zou de belastingbetaler daar inspraak voor terugkrijgen: ziehier de ontwikkeling van een democratisch systeem. KontInteressant is Boekestijns beschrij-ving van de nauwe banden tussen nGO’s en de politiek. Zo doet hij kont van een geheim overleg tussen PvdA-prominenten en verschillende toonaangevende nGO’s waarin wordt afgesproken dat Minister Koenders meer steun moet krijgen vanuit de PvdA-fractie. Ook het CDA, de Christe-nunie, D66 en GroenLinks onderhou-den wat Boekestijn betreft te nauwe banden met de nGO’s, waardoor van

objectieve besluitvorming geen spra-ke meer kan zijn. Ten slotte vindt hij dat zij momenteel veel te veel subsi-die krijgen: 75% van hun budget mag gefinancierd worden met publieke gelden. Dat mag in zijn ogen maxi-maal een kwart zijn.

Kritiek op Boekestijns is echter ook mogelijk. Zo zou je kunnen zeggen dat hij hulpprojecten te veel over één kam scheert. Hoewel hij toegeeft dat ontwikkelingshulp heel erg moeilijk is, lijkt hij niet te willen erkennen dat het voorspellen van effectiviteit zeer problematisch is. Ontwikkelingshulp is altijd maatwerk is en kan niet on-der een lang proces van ‘trial and er-ror’ uit.

Desalniettemin is ‘De prijs van een slecht geweten’ een zeer verhelde-rende studie die alle betrokkenen op dit dossier aan het denken zou moe-ten zetten.

geert meijering

Arend-Jan Boekestijn, ‘De prijs van een slecht geweten’Aspekt 340 pagina’s € 17,95

‘Historici zijn geen goede politici. Zij blijven altijd hangen in een wetenschappelijk debat en dur-ven nooit keuzes te maken’, aldus Arend-Jan Boekestijn tijdens een college aan de Universiteit Utrecht in 2005. Of hij geschikt was voor de politicus blijft de vraag, maar poli-tieke keuzes durfde Boekestijn wel te maken.

Page 15: CDJA Interruptie nr. 1 2010

28 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 29CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

Europa is meer CD(J)A dan veel CD(J)A’ers denken

Gezien de reikwijdte van het begrip Eu, zal in dit artikel een bescheiden poging worden ondernomen om Eu-ropa langs de lat van onze uitgangs-punten rechtvaardigheid, gespreide verantwoordelijkheid, solidariteit en rentmeesterschap te leggen. Het zal blijken, dat Europa meer CD(J)A is dan veel CD(J)A’ers denken.

europese rechtvaardigheidrechtvaardigheid is een waarde die voor iedere Europeaan vanzelfspre-kend zou moeten zijn. De allesver-woestende Tweede Wereldoorlog heeft de nederlandse en Europese bevol-king zwaar getroffen. Met de gedachte ‘dat nooit meer’ was de keuze voor een Europese aanpak snel gemaakt, en zo begon de Europese samenwer-king als een zoektocht naar vrede en rechtvaardigheid. Het CD(J)A, dat van rechtvaardigheid een speerpunt heeft gemaakt, wordt niet teleurgesteld aangaande het streven van de Eu voor een rechtvaardige samenleving.

Een goed voorbeeld hiervan is het opschorten van het Tacis bijstandpro-gramma (een hulpprogramma voor het opzetten van de vrije markt) dat samen met Wit rusland is opgezet. Kan het opschorten van een bijstand-programma als een goed voorbeeld worden beschouwd? Jazeker, deze op-schorting was namelijk een reactie op het ontbreken van de elementen die

onontbeerlijk zijn voor de voortzet-ting van de democratische beginselen en mensenrechten in Wit rusland. Het besluit heeft een duidelijk signaal aan de rest van de Oost-Europese landen gegeven en dat is nog steeds merkbaar bij onderhandelingen voor toetreding tot de Eu. Men was zich er nu terdege van bewust dat het niet nakomen van Eu-voorwaarden ern-stige gevolgen kan hebben.

In onze optiek is de Europese gerech-tigheid ook van toepassing op pro-blemen die grensoverschrijdend zijn. Bekende voorbeelden hiervan zijn de integratie van Oost- Europa in de Europese unie, en de Internationale Samenwerking. Hiermee is Europa zondermeer een gids geworden op het gebied van rechtvaardigheid.

europese gespreide verantwoorde-lijkheidHet beginsel van gespreide verant-woordelijkheid heeft primair te ma-ken met machts- en verantwoordelijk-heidsverdeling. Het is dan ook zeker een waarde die in Europa prevalent zou moeten zijn: alles regelen op dat niveau waarop dit het beste geregeld kan worden.

Heb je wel eens bij een groot project een bord zien staan dat trots verkon-digt dat dit project wordt verwezenlijkt met steun van de Europese unie? Dan heb ook jij als individu te maken met het subsidiariteitsbeginsel, een be-grip waaruit ons begrip van gespreide verantwoordelijkheid voortkomt. Bij dit soort projecten is de nationale

VAn DE WErKGrOEP

Interview met Camiel Eurlings 29

VAn DE WErKGrOEP

wIj zIjn met z’n allen met el-Kaar VerBOnden.

De Europese verkiezingen liggen alweer een tijdje achter ons. De opkomst was wederom dramatisch laag. Dat is jammer, want Europa speelt een steeds grotere rol in ons dagelijks leven. In dit artikel betogen wij dat wij als christendemocraten de Eu-ropese Unie positief moeten inschatten, zelfs als de burger dat niet lijkt te doen. Daartoe gaan wij op zoek naar onze CD(J)A-uitgangspunten binnen de EU.

eurOpa staat VOOr een waar-dengemeenscHap waarIn Veel cd(j)a’ers zIcH mOeten Kunnen VInden.

regering hoofdverantwoordelijk - zij kent namelijk de situatie het beste -, maar de unie speelt met haar steun ook een grote rol.

Het blijft niet alleen bij infrastruc-turele projecten, want op zeer veel beleidsterreinen speelt het subsidia-riteitsbeginsel een belangrijke rol. In de financiële sector bijvoorbeeld, liet men eerst de lidstaten zelf beleid voe-ren. De economische crisis deed de regeringsleiders echter inzien dat een Europees toezicht nodig was: een sterk staaltje van gespreide verantwoorde-lijkheid. Toen bleek dat de lidstaten, die tot dan toe zelf verantwoordelijk waren, het niet aankonden, nam de Eu zijn verantwoordelijkheid.

Gespreide verantwoordelijkheid mag dan wel het meest zichtbaar van toe-passing zijn op de interne aangele-genheden van de Eu, ook buiten de Europese unie verlopen zaken zeker in overeenstemming met ons idee van gespreide verantwoordelijkheid als een systeem met een betrokken maatschappelijk middenveld. Zo heeft de Eu meer dan dertig ambassades in Afrika, waar het maatschappelijk middenveld wordt geholpen om actief deel te nemen aan de samenleving. Zeker in ontwikkelingslanden is dit hard nodig.

europese solidariteitSolidariteit (saamhorigheid) is een grondbeginsel van het CD(J)A. Wij zijn met z’n allen met elkaar verbon-den. Dit is gebaseerd op de gedachte dat de mens alleen in gemeenschap-pen kan leven. Solidariteit is een mo-reel beginsel; we hebben een morele plicht naar elkaar om te zien. Dit geldt ook voor de overheid en deze dient daarom ook te voorzien in een basis van sociale zekerheid (gezondheids-zorg, onderwijs en inkomen), ook voor mensen die door beperkingen dit anders niet konden regelen. Ook in Europa is het solidariteitsbeginsel

een kernwaarde. Dit dringt door op individueel niveau, tussen lidstaten onderling en zelfs tot ver buiten de Europese grenzen.

Denk hierbij aan het feit dat elke Eu-ropees staatsburger grondrechten wordt toegekend in het Verdrag van Lissabon. In de Europese grondrech-tencatalogus is een apart hoofdstuk gewijd aan solidariteit, waarin be-langrijke sociale grondrechten zijn opgesomd zoals het recht op sociale zekerheid en rechtsbijstand. Ook tus-sen lidstaten onderling is solidariteit een kernwaarde. Dit blijkt onder meer uit het Europees Solidariteitsfonds. uit dit fonds kan steun worden ver-leend aan lidstaten waar een grote ramp heeft plaatsgevonden met in-grijpende gevolgen voor de levens-omstandigheden, het milieu of de economie. De Europese unie draagt het beginsel van solidaiteit uit over de hele wereld door het bieden van hu-manitaire hulp. Zo heeft de Eu meer dan 420 miljoen euro beschikbaar ge-steld voor Haïti en wordt op vele ter-reinen hulp geboden.

europees rentmeesterschapHet rentmeesterschap zoals we dat binnen het CD(J)A kennen staat voor: De aarde is niet van ons en we zullen de aarde dus in goede staat moeten achterlaten voor de volgende genera-ties. Hierin is de rol van de overheid tweezijdig: Het stimuleren van men-sen om zich te gedragen als een goed rentmeester en het zelf zijn van een goed rentmeester.

Dit laatste onderdeel komt bijvoor-beeld terug bij het begrotingstekort van Griekenland. Hiervoor is Grieken-land in eerste instantie zelf verant-woordelijk. Door de Economische en Monetaire unie (EMu) heeft dit tekort echter ook invloed op de stabiliteit

van de Euro. Het is dan ook van essen-tieel belang dat Europa toezicht houdt en eventueel ingrijpt, zodat weer kan worden voldaan aan het groei- en stabiliteitspact. Door Griekenland het probleem op deze manier te laten op-lossen wordt voorkomen dat de Euro-pese burgers moeten opdraaien voor het Griekse begrotingstekort .

Een ander vraagstuk dat lidstaten nooit alleen kunnen oplossen, maar wel beter in Europees verband, is het klimaatvraagstuk. Dit vraagstuk kan alleen worden opgelost als er afge-stapt wordt van een eenzijdige focus op de nationale economische belan-gen. Ondanks het feit dat de klimaat-top in Kopenhagen niet het gewenste resultaat heeft opgeleverd, heeft deze er wel in grote mate toe bijgedragen dat burgers en overheden zich bewust werden van de noodzaak om efficiën-ter met energie om te gaan.

Kortom, Europa staat voor een waar-dengemeenschap waarin veel CD(J)A’ers zich moeten kunnen vinden. Deze Europese waardengemeenschap, waarbinnen ook onze uitgangspunten te vinden zijn, wordt sterk door de Eu gepromoot. Daarom is het van belang om niet aan de noodrem te trekken van de rijdende trein die de Europese unie heet. Want Europa is meer CDA dan veel CD(J)A’ers denken!

namens de werkgroep Europa,

martijn van nijnantenmezekir semere paul claassens rene Hebly wieteke van der meer

Page 16: CDJA Interruptie nr. 1 2010

30 CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1 31CDJA - InterruptIe 2010 - nr. 1

Essay: Normen en Waarden Interview met Hilbrand Visser

COLOFONInterruptie is een uitgave van het CDJA en verschijnt vier keer per jaar onder verantwoorde-lijkheid van de CDJA-redactie-commissie, bestaande uit:

Hoofdredacteur:Gerard Adelaar

Aline van VeenCarel KauffmannElias van der PlichtGeurt Henk SpruytJohannes ten HoorLeontien WagenaarMaarten neuteboomMartijn SimonsMartine Oldhoff

adviserend lid:Arrie Vis (DB)

Foto’s:Dirk Hol

Ontwerp en lay-out:Studio Piraat (bno)Den Haag

druk:DeltaHage bv - Den Haag

redactie-adres:Pelikaanhof 27d2312 EB Leidentel. +31 (0)6 48 37 22 [email protected]

abonnement:12,50 euro (4 nrs.) Leden van het CDJA ontvangen Interruptie gratis. Advertentiemogelijk-heden op aanvraag.

Dit ledenblad is gedrukt op milieuvriendelijk papier. De redactie behoudt zich het recht voor stukken te weigeren, te redigeren of in te korten. Inzending geeft de redactie het recht een bijdrage ook via internet, databank of anders-zins openbaar te maken. Eventuele auteursrechten blijven berusten bij de schrijver.

www.cdja.nl

cdja secRetaRiaat

bezoekadresBuitenom 182512 XA Den Haag

postadresPostbus 304532500 GL Den Haag

tel. +31 (0)70 34 24 851fax +31 (0)70 36 43 [email protected]

officemanagerBert Platelltel. +31 (0)70 34 24 [email protected]

daGelijks BestUUR

VoorzitterJeroen van Velzen+31 (0)6 427 99 [email protected]

secretarisJennifer Pees+31 (0)6 230 02 [email protected]

penningmeesterHerman van de Bent+31 (0)6 380 89 [email protected]

communicatie Arrie Vis+31 (0)6 141 58 [email protected]

politiekMarijse Klink+31 (0)6 427 53 [email protected]

Organisatie en VormingFrank Visser+31 (0)6 217 08 [email protected]

ledenbeleidWilke van Beest+31 (0)6 452 57 059

www.cdja.nl

alGeMeen BestUUR

drentheJoske [email protected]

FlevolandWytze [email protected]

FryslânFoppe Harmen [email protected]

gelderlandThijs [email protected]

groningenWolter [email protected]

limburgMichiel [email protected]

noord-BrabantStephan van der [email protected]

noord-HollandJitske [email protected]

OverijsselJerry [email protected]

utrechtBart-Jan [email protected]

zeelandJeffrey [email protected]

zuid-Hollandruben [email protected]

weRkGRoePen

Oc&wJordi [email protected]

jBBJoram [email protected]

BuitenlandJozef [email protected]

europaWieteke van der [email protected]

sezBerend van der [email protected]

VwsArjen [email protected]

mIrniels van der [email protected]

landbouwMarco de [email protected]

coMMissies

commissie ledenwervingWilke van [email protected]

VormingscommissieBart-Jan [email protected]

redactiecommissieGerard [email protected]

OrganisatiecommissieJohn [email protected]

Internationaal secretarisFrank [email protected]

LEDEN WERVEN

LEDEN

Standplaats.de

InGEZOnDEn

De laatste ademtochten van de privacy

len. Een fout van alle tijden, met als enig verschil dat de crimineel vroeger in de kaartenbak moest graaien en zo hooguit honderd gegevens kon krij-gen. nu vindt hij in de computer een usb-stick met tienduizenden dossiers.

Er hoeft niet eens misdaad gepleegd te worden om gegevens op straat te krijgen. neem het Elektronisch Pa-tiëntendossier (EPD). Dat is een di-gitale kaartenbak, waar zo ongeveer iedereen die in een ziekenhuis of huisartsenpraktijk werkt een kijkje in kan nemen. Zo kreeg schrijvers dezes van een kennis te horen dat zij, doktersassistente, in zijn dossier had gekeken. Gelukkig blaakt hij van gezondheid, maar de gedachte dat zo-iets persoonlijks als fysieke en men-tale gesteldheid voor ongeveer al het medisch personeel van nederland beschikbaar is, liet rillingen over zijn rug lopen.

tiranDan maar alles op alles zetten om ge-zond te blijven. Privacy wordt echter ook aangetast daar waar je geen in-vloed op hebt. Zo hebben ambtenaren

sinds enkele maanden het recht om, indien zij dat nodig achten, zich toe-gang te verschaffen tot een woning. Toestemming van de Officier van Jus-titie is niet meer nodig; de gemeente, uWV en Sociale Verzekeringsbank mogen zelf bepalen wanneer zij con-trole nodig achten. De regering hoopt dat deze maatregel de steun van ‘het draagvlak van sociale voorzieningen’ vergroot. Koester weinig hoop, want als wij een recent rapport van de om-budsman in rotterdam mogen gelo-ven, hebben nederlandse ambtenaren bar weinig respect voor de persoon-lijke levenssfeer van de mensen die zij dienen te controleren. Ach, die mensen hebben toch niets te verbergen?

De teugels die steeds strakker getrok-ken worden, de nederlander voelt het niet. Hij kan in de kroeg zeggen wat hij wil. Het zal mij een worst wezen, zo zal hij reageren met een biertje in de hand. Tot het prudente leiderschap van Jan Peter Balkenende verwisseld wordt voor de heerschappij van een demagoog. Dan ontwaakt de neder-lander, met duizenden touwtjes vast-gebonden aan bed. Met een modern instrumentarium waar een Lenin al-leen van had kunnen dromen, wordt hij nu beheerst door een tiran. Is een ergere nachtmerrie mogelijk?

rutger schimmel

niets van dit alles bij de antirevolutio-naire erfgenamen. Zij hebben weinig moeite met een overheid die verre-gaand intervenieert in de levens van mensen, getuige het stemgedrag van de Tweede Kamer. Alleen D66 stemt regelmatig tegen wetgeving voor bijvoorbeeld cameratoezicht. Op het gebied van privacy voorbij gestreefd worden door links-liberalen, daar-van krijg je als christendemocraat het rood op je kaken naïviteitVanwaar deze verontwaardiging? Je hebt toch niets te verbergen? Derge-lijke vragen volgen altijd op kritiek op huidig privacybeleid. niets getuigt van grotere naïviteit. De geschiede-nis van de twintigste eeuw kennende, zouden wij als geen ander moeten weten welk een gevaar verbonden is aan een overheid die rücksichtlos de samenleving binnendringt om wat scheefgeraakt is recht te zetten. De negentiende-eeuwers wisten dat be-ter dan wij - nog iets om beschaamd over te zijn.

Maar onze overheid is toch moreel neutraal, fair en efficiënt? Was het maar waar. Efficiënt is zij allerminst. Dat is begrijpelijk, want de overheid is een enorm lichaam, waarin gemak-kelijk storing komt. De beveiliging van een ministerie laat het afweten, waar-door de deur naar de fiscale gegevens van burgers openstaat voor crimine-

Op Het geBIed Van prIVacy VOOr-BIj gestreeFd wOrden dOOr lInKs-lIBeralen, daarVan KrIjg je als cHrIstendemOcraat Het rOOd Op je KaKen

Wie zich verdiept in de vroege negentiende eeuw, valt één ding op: de allesoverheersende afkeer van overheidsingrijpen. Voor-al de antirevolutionairen schreeuwden moord en brand als de overheid de soevereiniteit van eigen kring schond. Niets hield de gereformeerden langer wakker dan de goddeloze overheid, die bijvoorbeeld via onderwijs liberale denkbeelden in de oor-tjes van Nederlands toekomst fluisterde.

Maak je vrienden lid van het CDJA!Jullie ontvangen allebei een (welkomst-)cadeau!na je aanmelding nemen we contact met je op en sturen we een lidmaatschapformulier.

NIEUWLID:

LID:

Het cdja is een politieke jongerenorganisatie speci-aal voor jongeren die zich naast hun studie of baan willen met politiek bezig willen houden. jij bent natuurlijk al lid, maar je kent vast wel mensen in jouw eigen omgeving die zich net als jij willen inzet-ten voor de toekomst van jongeren. als je dit kaartje opstuurt ontvangen jullie allebei een cadeau. sta je te discussiëren over wat er om je heen gebeurt, wacht dan niet langer en maak ook je vrienden lid van het cdja. Kijk voor meer infor-matie over deze actie op www.cdja.nl

NAAM:

ADRES:

WOONPlAATS:

TEl:

EMAIl- ADRES:

NAAM:

ADRES:

WOONPlAATS:

TEl:

EMAIl- ADRES: