BMW K1200LT Reparatiehandleiding NLD

BMW AG Divisie MotorfietsenAfter Sales

K 1200 LT

Reparatiehandleiding

Uitgever BMW AG Divisie MotorfietsenAfter SalesUX-VS-2

Alle rechten voorbehouden. Nadruk, vertaling of vermenigvuldiging, ook gedeeltelijk, alleen met schriftelijke toestemming.Technische wijzigingen en vergissingen voorbehouden.

Produced in Germany 6/99

VoorwoordDeze reparatiehandleiding draagt bij tot een vakkundige uitvoering van alle belangrijke onderhouds- en re-paratiewerkzaamheden. Het voortdurend gebruik door het werkplaatspersoneel vormt een aanvulling op de praktische en theoretische kennis die in het trainingscentrum is opgedaan. Het gevolg hiervan is een nog betere service.

Bij noodzakelijk wordende wijzigingen, resp. aanvullingen volgt een nieuwe druk.

Alle teksten, ook bij de afbeeldingen, hebben betrekking op standaardmotorfietsen, resp. op motorfietsen voorzien van originele BMW accessoires en niet op motorfietsen die op de een of andere wijze zijn omge-bouwd.

• De opbouw van de reparatiehandleiding komt overeen met de logische volgorde van de werkzaamhe-den die moeten worden uitgevoerd: uitbouwen, demonteren, repareren, monteren, inbouwen.

• De totale inhoud is in afzonderlijke hoofdstukken ingedeeld overeenkomstig de indeling van de con-structiegroepen.

11 . 10

Hoofd- Doorlopend bladzijdenummer stuk van het hoofdstuk

Voor de verwijzing naar een ander hoofdstuk staat de verwijzingspijl met het hoofdstuknummer, b.v. Ób ..............................................Zie groep 46

• De bij een inspectie behorende werkzaamheden staan beschreven in de groep „00”. De verschillende inspectie-/onderhoudswerkzaamheden zijn met I, II, III, of IV gecodeerd. Deze codering wordt ook ge-hanteerd bij de hierop volgende beschrijvingen van de werkzaamheden, zodat een continue werkpro-cedure gegarandeerd is.

• Het gebruik van het benodigde BMW speciaal gereedschap wordt in de beschrijvingen toegelicht.

Zo nodig worden de reparatievoorschriften ook door service informaties bekendgemaakt. Deze worden vanzelfsprekend in de eerstvolgende oplage van de reparatiehandleiding verwerkt. Bovendien adviseren wij, als extra informatiebron gebruik te maken van de duidelijk geïllustreerde elektronische onderdelenca-talogus (ETK).

Indien de handelingen slechts op een bepaalde uitrustingsvariant betrekking hebben, wordt dit aan het be-gin van de regel tussen vierkante haken aangegeven, b.v. [met handvatverwarming].

Lees de volgende bladzijden met de toelichting op de gebruikte symbolen en het gebruik.

BMW AG Divisie MotorfietsenAfter Sales

Uitgever BMW AG Sparte MotorradAfter SalesUX-VS-2D - 80788 München

Alle rechten voorbehouden. Nadruk, vertaling of vermenigvuldiging, ook gedeeltelijk, alleen met schriftelijke toestemming.Technische wijzigingen en vergissingen voorbehouden.

Produced in Germany

Gebruik

Elk hoofdstuk begint met een inhoudsopgave

Na de inhoudsopgave komt de tabel met technische gegevens.

In het hoofdstuk 00 Onderhoud en algemene richtlijnen staan de afleveringscontrole, alle aanhaalmomen-ten alsmede de bedrijfsmiddelen vermeld.

Toelichting op symbolen

In de onderhavige reparatiehandleiding voor het model K 1200 LT worden de volgende symbolen gebruikt. De betekenis hiervan staat in de tabel.

Speciale aanwijzingen voor groter gebruiksgemak

L Opmerking:Bijzondere aanwijzingen voor een betere bediening en controle-, afstel- en onderhoudswerkzaamheden.

e Attentie:Bijzondere aanwijzingen en voorzorgsmaatregelen om beschadiging van de motorfiets te voorkomen. Het niet in acht nemen van deze aanwijzingen kan leiden tot uitsluiting van garantie.

d Attentie:Veiligheidsvoorschriften en voorzorgsmaatregelen ter bescherming van de berijder of andere personen te-gen letsel of levensgevaar.

Inhoudsopgave

De bovenschriften van de in dit hoofdstuk beschreven werkzaamheden................................... onder vermelding van het bladzijdenummer

Handelingen

• Handelingen

• Punt betekent dat handelingen onder een bovenschrift worden beschreven

– Voorafgegane werkzaamheden– Streep betekent dat handelingen onder een ander bovenschrift of in een ander hoofdstuk nauwkeuriger

worden beschreven

Losdraaien betekent:Een bevestiging (b.v. bout) geheel losdraaienofEen onderdeel (b.v. inspuitringleiding) zo ver demonteren dat de daarachterliggende constructiegroepen (b.v. gaskleppenblok) bereikbaar worden.

Iets losdraaien betekent:Een bevestiging (b.v. bout) niet geheel losdraaien

X Aanhaalmomenten:Indien het aanhaalmoment afwijkt van DIN EN 24 014, resp. DIN 912 ISO, wordt dit vermeld.

00 Onderhoud en algemene richtlijnen 00.1

11 Motor 11.1

12 Elektrische installatie van de motor 12.1

13 Brandstofsysteem 13.1

16 Benzinetank en -leidingen 16.1

17 Radiateur 17.1

18 Uitlaatsysteem 18.1

21 Koppeling 21.1

23 Versnellingsbak 23.1

31 Voorvork 31.1

32 Besturing 32.1

InhoudsopgaveGroep / Hoofdstuk

33 Cardan 33.1

34 Remmen 34.1

36 Wielen en banden 36.1

46 Frame 46.1

51 Uitrusting 51.1

52 Buddyzit 52.1

61 Elektrische installatie, algemeen 61.1

62 Instrumenten 62.1

63 Verlichting 63.1

65 Radio en accessoires 65.1

Groep / Hoofdstuk

Bestelnr. 01 76 9 799 297 UX-VS-2, 01/99 Printed in Germany

Klant Kenteken

Opdrachtnr. Handtekening monteur

BM

W I

nsp

ec

tie

b

ij 10

00 k

m

BM

W k

lein

e

insp

ec

tie

elk

e 1

000

0 km

BM

W I

nsp

ec

tie

elk

e 2

000

0 k

m

BM

W

Jaa

rlijk

s o

nd

erh

ou

d

Storingsgeheugen met MoDiTeC uitlezen

Gaskabelspeling controleren, zo nodig afstellen

Motorolie in bedrijfswarme staat verversen, oliefilter vervangenIndien uitsluitend korte afstanden worden gereden, of bij buitentemperaturen beneden 0 °C elke 3 maanden, uiterlijk elke 3.000 km *)

Versnellingsbakolie in bedrijfswarme toestand verversenuiterlijk om de twee jaar *) elke

2 jaar

Olie in cardan in bedrijfswarme toestand verversenuiterlijk om de twee jaar *) elke

2 jaar

Remblokken en -schijven op slijtage controleren, zo nodig vervangen *)

Remvloeistofniveau voor/achter controleren

Remsysteem op werking en lekkage controleren, evt. repareren/vervangen *)

Remvloeistof uiterlijk na één jaar verversen

Koppelingsvloeistofniveau controleren

Remvloeistof koppelingssysteem verversenelke 40.000 km of uiterlijk om de 2 jaar *) 40 000

elke 2 jaar

Benzinefilter vervangen *)

In de regel om de 40.000 km; bij gebruik van een lagere kwaliteit benzine om de 20.000 km

40 000

Koelvloeistofpeil en antivriesconcentratie controleren, zo nodig koelvloeistof bijvullen

Koelvloeistof uiterlijk om de twee jaar verversen *) elke 2 jaar

Elektrolytniveau van de accu controleren, evt. gedestilleerd water bijvullenAccupolen zo nodig reinigen en invetten

Luchtfilter vervangenBij sterke vervuiling en stofoverlast het luchtfilter elke 10.000 km vervangen, zo nodig zelfs vaker *)

Werking schakelaar zijstandaard controleren

Draaipunten zijstandaard smeren, middenstandaard controleren, zo nodig doorsmeren *)

Stuurdemper controleren

Achterwielbouten op vastzitten controleren

Achterwiel op kantelspeling controleren

Achtervorklagering controleren (spelingvrij), zo nodig afstellen *)

Inductieve zender bij achterwiel reinigenelke 40.000 km of uiterlijk om de 2 jaar *) 40 000

elke 2 jaar

Klepspeling controleren, zo nodig afstellen

Voering van kettingspanrail en kettinggeleiderail elke 60.000 km vervangen *)60 000

Bougies vervangen

Eindcontrole met controle op verkeersveiligheid en juiste werking:– staat van de banden, velgen en bandenspanning– koppeling, schakeling, voor- en achterrem, ABS, besturing– verlichting en claxon, controlelampen, instrumenten– achteruitrijhulp, radio met afstandsbediening, zo nodig opties– maak zo nodig een proefrit

*) Tegen extra berekening

BMW AG Divisie MotorfietsenOnderhoudsschemaK 1200 LT

Bestelnr. 01 76 9 799 297 UX-VS-2, 01/99 Printed in Germany

Klant Kenteken

Opdrachtnr. Handtekening monteur

BMW Afleveringscontrole

Transportkrat op beschadigingen controleren

Motorfiets uitpakken

– uitkratten– op beschadigingen controleren– Leveringsomvang controleren:

SleutelsSlotcilinder voor topcaseBoordgereedschap en helmslotDocumentatieTopcase (apart verpakt)Aantal opties

Motorfiets completeren

– Voorwiel en spatbord inbouwen– Spiegel inbouwen– Voetsteun, rechts en schetsplaat duovoetsteun inbouwen– Motorspoiler, achteruitrijhulpbediening, stootstrips inbouwen– Topcase inbouwen

Accu vullen en laden (laaddatum aantekenen)

Remvloeistofniveau voor/achter controleren

Koppelingsvloeistofniveau controleren

Bandenspanning controleren

Achterwielbouten op vastzitten controleren (let op het aanhaalmoment!)

Antenne, windscherm inbouwen

Motorfiets controleren /afstellen– Werking van schakelaar zijstandaard controleren– Zadel– Topcase– Koplamp, veerelement

Tanken

Functiecontrole als eindcontrole

– Motorolie in koude staat controleren– Koppeling, schakelmechanisme, achteruitrijhulp– Verlichting en claxon, controlelampen, instrumenten– Werking radio controleren– Voor- en achterrem, ABS– Werking opties controleren

c.d.-speler, boordcomputer, snelheidsregeling– Maak zo nodig een proefrit

Afleveringsinspectie in het „Onderhoudsboekje” bevestigen

Afsluitende schoonmaakbeurt

Aflevering motorfiets op:

BMW AG Divisie MotorfietsenAfleveringscontroleK 1200 LT

00.1

Inhoud Blz.

00

Aanhaalmoment ............................................................................................................................7

Bedrijfsstoffentabel ...................................................................................................................19

00 Onderhoud en algemene richtlijnenAanhaalmoment en BedrijfsstoffentabelAfleveringscontroleOnderhoud

00.2

Inhoud - afleveringscontrole Blz.

Overzicht verpakking K 1200 LT ........................................................................................21

Krat op beschadiging controleren ....................................................................................22

Bij schade in Duitsland ...............................................................................................................22

Bij schade in landen waar BMW door een importeur is vertegenwoordigd ........22

Motorfiets uitpakken ................................................................................................................23

Voorwiel monteren ....................................................................................................................24

Algemene aanwijzingen ..........................................................................................................26

Motorfiets op een heftafel .........................................................................................................26

Motorfiets op beschadigingen controleren .................................................................26

Zending op volledigheid controleren ..............................................................................26

Motorfiets completeren ..........................................................................................................27

Voorspatbord inbouwen ............................................................................................................27

Spiegel inbouwen .........................................................................................................................27

Voetsteunen inbouwen ...............................................................................................................28Schetsplaat voetsteun, linksachter inbouwen ....................................................................................28Schetsplaat voor voetsteun en voetsteun, rechtsachter inbouwen ....................................................28

Motorspoiler inbouwen ...............................................................................................................29

Achteruitrijhulpbediening inbouwen .....................................................................................29

Stootstrips inbouwen ..................................................................................................................29

Topcase inbouwen .......................................................................................................................30Extra werkzaamheden voor het omzetten van de rugleuning .............................................................30

Accu vullen en opladen ...........................................................................................................31

Remvloeistofpeil controleren ..............................................................................................32

Voorrem .............................................................................................................................................32

Achterrem .........................................................................................................................................33

Peil koppelingsvloeistof controleren ...............................................................................34

Bandenspanning controleren ..............................................................................................34

Achterwielbouten op vastzitten controleren ..............................................................34

Antenne inbouwen .....................................................................................................................34

Windscherm inbouwen ............................................................................................................35

Afleveringscontrole

00.3

Inhoud - afleveringscontrole Blz.

Windschermafdekplaat inbouwen .........................................................................................35

Motorfiets controleren, afstellen .......................................................................................35

Werking van schakelaar zijstandaard controleren ..........................................................35

Zadel instellen .................................................................................................................................35

Topcase instellen ..........................................................................................................................35

Koplampafstelling controleren, zo nodig corrigeren .....................................................36Hoogte-instelling ...............................................................................................................................36Zijdelingse afstelling ..........................................................................................................................36

Functiecontrole als eindcontrole ......................................................................................37

Afsluitende schoonmaakbeurt ............................................................................................37

00.4

Inhoud - service Blz.

Codering van de onderhoudsintervallen .......................................................................38

Algemene aanwijzingen ..........................................................................................................39

Motorfiets op een heftafel .........................................................................................................39

Verhoogd stationair toerental ..................................................................................................39

Antenne demonteren ...................................................................................................................39

Storingsgeheugen met MoDiTeC uitlezen ...................................................................40(inspectie I, II, III, IV) ..........................................................................................................................40

Speling gaskabel controleren, zo nodig afstellen ....................................................40(inspectie I, III) ...................................................................................................................................40

Uitvoering zonder snelheidsregeling ....................................................................................40

Uitvoering met snelheidsregeling ...........................................................................................40Gaskabel om gasklep te openen, gaskabel om gasklep te sluiten .....................................................40Gaskabel snelheidsregeling ...............................................................................................................41

Gashendel t.o.v. de gasklepas verdraaien ........................................................................41Snelheidsregeling schakelt niet uit ....................................................................................................41Snelheidsregeling kan niet worden ingeschakeld, resp. schakelt continu uit .....................................41

Motorolie verversen, oliefilter vervangen .....................................................................42(inspectie I, II, III, IV) ..........................................................................................................................42

Versnellingsbakolie verversen ............................................................................................43Ververs de versnellingsbakolie uiterlijk om de 2 jaar ..........................................................................43(inspectie III) ......................................................................................................................................43

Olie in cardan verversen .........................................................................................................44Olie in cardan uiterlijk om de 2 jaar verversen ...................................................................................44(inspectie I, III) ...................................................................................................................................44

Remblokken/remschijven ......................................................................................................45Remblokken en remschijven op slijtage controleren, zo nodig vervangen .........................................45(inspectie II, III) ..................................................................................................................................45

Remblokken op slijtage controleren .....................................................................................45Remblokken voor ..............................................................................................................................45Remblokken achter ...........................................................................................................................45

Remblokken vervangen ..............................................................................................................46Voorrem ............................................................................................................................................46Achterrem .........................................................................................................................................47

Remschijven controleren ...........................................................................................................48

Remvloeistofniveau voor/achter controleren .............................................................48(inspectie I, II, III) ...............................................................................................................................48

Remvloeistofniveau voor controleren ...................................................................................48Remvloeistofniveau bij een geopend remvloeistofreservoir controleren ......................................................................................................49

Remvloeistofniveau achter controleren ...............................................................................50(inspectie I, II, III) ...............................................................................................................................50

Onderhoud

00.5


Remsysteem op werking en lekkage controleren, zo nodig repareren/vervangen ................................................................................................50

(inspectie III) ......................................................................................................................................50

Remvloeistof verversen en remsysteem ontluchten ..............................................51Remvloeistof uiterlijk na één jaar verversen .......................................................................................51(inspectie IV) ......................................................................................................................................51

Voorrem .............................................................................................................................................51Remzuiger terugdrukken ...................................................................................................................51Maak het remvloeistofreservoir open .................................................................................................51Drukmodulator voorrem ontluchten ...................................................................................................52Remklauw, links ontluchten ...............................................................................................................52Remklauw, rechtsvoor ontluchten .....................................................................................................53

Achterrem .........................................................................................................................................54Drukmodulator achterrem ontluchten ................................................................................................54Remzuiger terugdrukken ...................................................................................................................54Remklauw ontluchten ........................................................................................................................55

Peil koppelingsvloeistof controleren ...............................................................................55(inspectie I, II, III) ...............................................................................................................................55

Remvloeistof koppelingssysteem verversen (elke 40 000 km) ..........................56Remvloeistof koppelingssysteem uiterlijk om de twee jaar verversen ................................................56(inspectie III) ......................................................................................................................................56

Benzinefilter vervangen (elke 40 000 km) ......................................................................58(inspectie III) ......................................................................................................................................58

Benzinepompeenheid uitbouwen ..........................................................................................58

Benzinefilter uit-/inbouwen .......................................................................................................59

Benzinepompeenheid inbouwen ............................................................................................59

Koelvloeistofpeil en antivriesconcentratie controleren, zo nodig koelvloeistof bijvullen ..........................................................................................60

(inspectie I, III) ...................................................................................................................................60

Koelvloeistof verversen ..........................................................................................................61(inspectie IV) ......................................................................................................................................61

Koelvloeistof aftappen ................................................................................................................61

Koelvloeistof bijvullen ..................................................................................................................62

Accu ...................................................................................................................................................63(inspectie III, IV) .................................................................................................................................63Elektrolytpeil van de accu controleren, zo nodig gedestilleerd water bijvullen; accupolen controleren, zo nodig reinigen en invetten .............................................................................................................63

Elektrolytniveau controleren .....................................................................................................63

Gedestilleerd water bijvullen ....................................................................................................63

Accu inbouwen ..............................................................................................................................63

00.6


Luchtfilter vervangen ...............................................................................................................64(inspectie III) ......................................................................................................................................64

Werking van schakelaar zijstandaard controleren ..................................................64(inspectie I, II, III) ...............................................................................................................................64

Zijstandaard doorsmeren .......................................................................................................65(inspectie II, III, IV) .............................................................................................................................65

Middenstandaard controleren, zo nodig doorsmeren ...........................................65(inspectie II, III, IV) .............................................................................................................................65

Middenstandaard controleren .................................................................................................65

Middenstandaard doorsmeren ................................................................................................65

Stuurdemper controleren ......................................................................................................67(inspectie II, III) ..................................................................................................................................67

Achterwielbouten op vastzitten controleren ...............................................................67(inspectie I) ........................................................................................................................................67

Achterwiel op kantelspeling controleren ......................................................................67(inspectie III) ......................................................................................................................................67

Achtervorklagering controleren, zo nodig afstellen ................................................67(inspectie I, III) ...................................................................................................................................67

Inductiesensor op achterwiel reinigen (elke 40 000 km) ......................................67Inductiesensor op achterwiel uiterlijk om de twee jaar reinigen .........................................................67(inspectie III) ......................................................................................................................................67

Klepspeling controleren, zo nodig afstellen ...............................................................68(inspectie III) ......................................................................................................................................68

Klepspeling controleren .............................................................................................................68

Klepspeling afstellen ....................................................................................................................68

Voering van kettingspanrail en kettinggeleiderail vervangen ...........................70(elke 60 000 km) ................................................................................................................................70

Bougies vervangen ....................................................................................................................71(inspectie III) ......................................................................................................................................71

Eindcontrole met controle op verkeersveiligheid/bedrijfszekerheid ............71(inspectie I, II, III, IV) ..........................................................................................................................71

00.7

00

Aanhaalmoment

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

11 Motor

Cilinderkop

Cilinderkopbouten

Aanhaalmoment 20 met olie gemonteerd

Verdraaiingshoek 90°

Kleppendeksel 9

Hitteschild op kleppendeksel 5

Koelvloeistofaansluitmond 9

Inlaatkelk 9

Drijfstang

Drijfstanglager 20

Verdraaiingshoek 80°

Krukas

Rotorflens 50

Hoofdlager 50

Carterdeksel 9

Vrijloop

Afdekplaat 10

Motorblok

Taatslager hoofdas 40

Naaldlager hoofdas 20

Carter 10

Carterpan 10

Olieaftapplug 30

Oliefilterdeksel 10

Oliefilter 11

Oliezeef 10

00.8

11 Motor

Nokkenas

Lagerkapbouten 10

Bouten kettingtandwielen 56

Tussenflens

Aanloopplaat meenemer op tussenflens 9 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Meenemer aan tussenas 50

Tussenflens aan motorblok 9

Distributiekast

Kettingspanner aan distributiedeksel 9

Afsluitplug voor kettingspanner 9

Distributiedeksel 9

Olie-/waterpomp

Schoepenwiel waterpomp op pompas 33

Temperatuursensor waterpomp 9

Oliedrukschakelaar 35

Afsluitplug overdrukklep oliedruk 35

Pomphuis aan motorblok 10

Deksel pomphuis 10

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.9

12 Elektrische installatie van de motor

Bougie 20

Bobine

Bobine op grondplaat 8

Grondplaat op tussenflens 9

Deksel isolatorhuis 5

Impulsgever

Rotor 4

Magneetslagboom 6

Deksel impulsgever 9

Dynamo

Bevestiging op tussenflens 20

Meenemerhuis op dynamoas 50

Bevestiging B+ kabel 10

Bevestiging D+ kabel 2

Startmotor

Startmotor aan versnellingsbak 6

Spanbout startmotorhuis 6

Pluskabel aan startmotor 6

Massadraad aan dwarspijp 6

13 Brandstofsysteem

Inlaatkelk aan cilinderkop 9

Slangklemmen handvast

Benzineslang aan motor 9

Inspuitventielstrip op cilinderkop 9

Montageplaat snelheidsregelaar aan kuipsteun 8

Gaskleplichter op gaskleppenblok 5 (schroefdraad reinigen + Loctite 270)

Gaskleppotentiometer aan gaskleppenblok 2

Temperatuursensor aan aanzuiggeruisdemper 15

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.10

16 Benzinetank en -leidingen

Wartelmoer benzinepompunit 30

Roll-overklep 3

Tankvlotterelement 6

Benzinetank aan frame M8 21

Steun aan frame M8 21

Steun aan frame M6 9

17 Radiateur

Slangklemmen handvast

Ventilator aan radiateur 2 (schroefdraad reinigen + Loctite 2701)

Temperatuursensor waterpomp 9

Koelvloeistofaansluitmond op cilinderkop 9

18 Uitlaatsysteem

Lambdasonde aan uitlaat 45

Uitlaatbochten aan cilinderkop 22

Uitlaatsteun

Montageplaat aan lagerbok 41

Bevestigingsbeugel aan montageplaat 30 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Bevestigingsbeugel aan uitlaatdemper 21

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.11

21 Koppeling

Koppelingshendel aan stuur 5

Tapeind in vulaansluiting 10

Vulaansluiting op ontluchtingsleiding 18 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Koppelingshuis aan hoofdaseerste fase1 slag losdraaientweede fase

verdraaiingshoek 60°

140

50

Deksel aan koppelingshuis 18

Leidingen aan koppelingswerkcilinder 7

Koppelingswerkcilinder aan versnellingsbak 9

Drukleiding aan koppelingshendel 18

Leidingkoppeling drukleiding 10

23 Versnellingsbak

Olieaftapplug 55

Olievulplug 30

Snelheidssensor achteruitrijhulp op versnellingsbakhuis 6

Deksel aan cardanhuis 9

Schakelstang

Schakelarm op schakelas 9

Omkeerarm aan dwarspijp 9

Kogelkop op schakelpedaal 8 (schroefdraad reinigen + Loctite 2701)

Versnellingsbakophanging

Versnellingsbak aan tussenflens 24

Klembout rubberlager 9

Versnellingsbak aan frame 70

Achteruitrijhulp

Strip van bediening achteruitrijhulp aan tussenflens 24 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Bediening achteruitrijhulp aan strip 24 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Achteruitversnellingsschakelaar op schakelas 9

Schakelaarunit achteruitrijhulp aan versnellingsbak 9

Bedieningshandgreep achteruitrijhulp 6 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Deksel achteruitrijhulp aan versnellingsbakhuis 10

Afdekplaat achteruitrijhulp 10 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Tapeind M6 op deksel achteruitrijhulp 5 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.12

31 Voorvork

Vorkbovenplaat aan frame(zelfborgende moer)

130 (schroefdraad reinigen, nieuwe moer of Loctite 2701 gebruiken)

Binnenpoot aan vorkbrug 45

Stuurdemper aan vorkbrug(bout zelfborgend)

21 (schroefdraad reinigen, nieuwe bout of Loctite 243 gebruiken)

Stuurdemper aan triangel 21 (schroefdraad reinigen, nieuwe bout of Loctite 243 gebruiken)

Triangel aan vorkbrug(zelfborgende moer) 130 (schroefdraad reinigen + Loctite 2701)

Kogelgewricht aan vorkbrug 230

Triangel aan vorkbrug 130 (schroefdraad reinigen + Loctite 2701)

Triangel aan frame 107 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Bevestigingsbouten triangel M8 21

Veerelement aan triangel 43

Veerelement aan frame 43

Vorkbovenplaat aan buitenpoot 21 (schroefdraad reinigen, nieuwe bout of Loctite 243 gebruiken)

Remverdeelblok aan steun buitenpoot, rechts 9

Olieaftapplug buitenpoot 12

Ontluchtingsplug binnenpoot 3

32 Besturing

Remhendel aan stuur 5

Koppelingshendel aan stuur 5

Stuur aan vorkbovenplaat 21

Scharnierbout rem-/koppelingsgreep 5 (schroefdraad reinigen + Loctite 2701)

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.13

33 Cardan

Olieaftapplug 23

Olievulplug 23

Bout inductieve zender 5

Draadbus 118 (schroefdraad reinigen + Hylomar SQ 32)

Moer pignon 200 (schroefdraad reinigen + Loctite 270)

Deksel aan cardanhuis 35

Cardan aan achtervork

Reactiestang aan cardan 43

Reactiestang aan frame 43

Zelfinstellend lager 7

Tapvastlager 160

Contramoer 160

Achtervork aan frame

Tapvastlager 160

Contraring 160

Schroefdraadbus rechts 200

Schroefdraadbus links 10

Veerelement

Knop op achterframe 21

Veerelement aan achtervork 50

Veerelement aan frame 43

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.14

34 Remmen

Voorrem

Remklauw aan vorkpoot 40

Remschijf aan voorwiel 21 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

ABS-sensor 4

Tapeind in vulaansluiting 10

Vulaansluiting op remklauw 18 (schroefdraad reinigen + nieuwe vulaansluiting of Loctite 243 gebruiken)

Ontluchtingsnippel op remklauw 10

Remhendel aan stuur 5

Borgplaat voor remleiding aan buitenpoot 4 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Remleidingen aan frame/buitenpoot M6 9

Banjobouten voor remleidingen 18

Achterrem

Remklauw op cardan 40

Remschijf aan cardan 21 (schroefdraad reinigen + nieuwe bouten)

ABS-sensorring op remschijfhouder 4 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

ABS-sensor 4

Ontluchtingsnippel op remklauw 10

Rempedaal aan schetsplaat voetsteun 41 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Borgplaat remlichtschakelaar op schetsplaat voetsteun 5 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Contramoer voor aanslag rempedaal 7

Contramoer op zuigerstang 9

Remleiding aan remcilinder 18

Remcilinder aan schetsplaat voetsteunen 9 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Banjobouten voor remleidingen 18

Remleiding aan frame M5 4

Borgplaat remleiding aan accuhouder 4

ABS-drukmodulator

Ontluchtingsnippel op ABS-drukmodulator 10

Remleiding aan ABS-drukmodulator 18

ABS II-regeleenheid aan accuhouder M5 4

ABS II-regeleenheid aan accuhouder M6 9

Accuhouder op frame M6 9

Accuhouder op frame M8 21

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.15

36 Wielen en banden

Bevestiging achterwielEerste faseEindfase

50105

Steekas voorwielEerste faseEindfase

1930

Klembout steekas 21

46 Frame

Frame

Motorsteun aan hoofdframe 74

Motorsteun aan motor 41

Dwarspijp aan hoofdframe 41

Borging tegen verdraaiing achtervorklagerbussen

zo ver in de schroefdraad gedraaid dat deze gelijkligt met de bus (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Stootstripsteun M8 21

Valbeugel aan stootstripsteun 9

Handgreep op achterframe M6 9

Achterframe aan hoofdframe, boven 41

Achterframe aan hoofdframe, onder 41 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Radiateursteun aan frame/motorsteun M6 10

Radiateursteun aan kuipsteun/stootstripsteun M8 21

Kuipsteun

Kuipsteun aan hoofdframe M8 21

Windschermverstelling aan kuipsteun, opzij 9

Windschermverstelling op kuipsteun, midden 3

Bouten borgplaat M5 4



Boutverbinding spiegelplaat M6 9

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.16

46 Frame

Voetsteunen

Schetsplaat voetsteun, voor aan frame 21

Schetsplaat voetsteun, achter aan frame 21

Rubber aan voetsteun 4

Schakelpedaal aan schetsplaat voor voetsteun 41 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Rempedaal aan schetsplaat voetsteun 41 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Rempedaalaanslag 7

Aanslagbout terugstelveer rempedaal 5

Achterzijde, koffer en topcase

Achterdrager aan achterframe 9

Deksel achterdrager aan achterframe 9

Deksel achterdrager aan koffer 1

Koffer op achterframe 9

Spanriem aan kofferdeksel 2 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Kofferafsluitdeel aan achterframe 5

Kofferafsluitdeel aan koffer 2

Topcase op achterframe 9

Armleuning aan topcase 1

Middenstandaard

Console aan versnellingsbak 41

Middenstandaard aan console 41 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Zijstandaard aan console 41 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Kuip

Kuipschroeven 2

Windscherm aan windschermverstelling 2 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Afdekplaat vorkbovenplaat 2

Voorspatscherm voor aan vorkbrug M6 4

Voorspatbord, voorstuk aan buitenpoot M6 6

Voorspatbord, achter aan vorkbrug M6 3 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Overige

Luchtinlaatkoker aan kuipsteun 10

Luchtinlaatkoker op radiateursteun 10

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.17

51 Uitrusting

Borgbout contact-/stuurslot 21

Slot tankcover aan montagebrug 5

Vergrendeling berijderszadel aan achterframe 5

52 Buddyzit

Steun buddyzit aan frame M6 9

Steun buddyzit aan frame M8 21

Scharnier zadel, voor aan steun 9

Zadel, voor aan borgplaat 5

Gasdrukveer aan borgplaat voor zadel, voor 21

Zadel, achter op achterframe 9

Rugleuning, achter op topcase 5

61 Elektrische installatie, algemeen

Montageplaat claxon aan kuipsteun 21

Contactslot op vorkbovenplaat 21

Kabelboom aan hoofdframe 6

Elektronicabox op hoofdframe 9

Borgplaat voor stekkerverbinding achter accuafdekplaat, links 9

Bevestiging schakelaar zijstandaard 7 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Borgplaat remlichtschakelaar op schetsplaat voetsteun 5 (schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Contramoer voor aanslag rempedaal 7

Temperatuursensor cilinderkop 30

Bevestiging accubevestigingsplaat 4

Inductiezender achterwiel 4

Contactdoos op motorspoiler 4

Contactdoos op topcase 4

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.18

62 Instrumenten

Instrumentencombinatie kuipsteun 6

63 Verlichting

Koplamp aan kuipbovenstuk 2

Achterlichtunit aan afsluitdeel kofferdeksel 5

65 Radio en accessoires

Klemmoer staafantenne 3

Antennesteun op frame 9

Montageplaat snelheidsregelaar aan kuipsteun 8

Houder temperatuursensor aan bovenste kuipdeel 2

Model K 1200 LT

Verbinding Nm

00.19

Bedrijfsstoffentabel

Benaming Toepassing Bestelnummer Hoeveelheid

Smeermiddel

Staburags NBU 30 PTM HP-smeerpasta 07 55 9 056 992 75 gr.-tube

Optimoly MP 3 HP-smeerpasta 07 55 9 062 476 100 gr.-tube

Optimoly TA Hittebestendige montagepasta 18 21 9 062 599 100 gr.-tube

Siliconenvet 300 zwaar Dempingsvet 07 58 9 058 193 10 gr.-tube

Retinax EP 2 Wiellager-, balhoofdlager-, kogella-gervet 83 22 9 407 845 100 gr.-tube

Contactspray Contactspray 81 22 9 400 208 300 ml-spuitbus

Kettingspray Aandrijfketting 72 60 2 316 67672 60 2 316 667

50 ml-spuitbus300 ml-spuitbus

Pakkingvloeistof

3-Bond 1110 B Vloeibare pakking 07 58 9 056 998 5 gr.-tube

3-Bond 1209 Vloeibare pakking 07 58 9 062 376 30 gr.-tube

Omni VISC 1002 Vloeibare pakking (tot 200 °C) 07 58 1 465 170 90 gr.-tube

Loctite 574 Vloeibare pakking 81 22 9 407 301 50 ml-tube

Curil K 2 Warmtegeleidende kit 81 22 9 400 243 250 gr.-spuitbus

Hylomar SQ 32 M Permanent elastische kit 81 22 9 400 339 100 gr.-tube

Lijm en borgvloeistof

Loctite 648 Lijm bij kleinere speling 07 58 9 067 732 5 gr.-flesje

Loctite 638 Lijm bij grotere speling 07 58 9 056 030 10 ml-flesje

Loctite 243 Borgvloeistof middelvast 07 58 9 056 031 10 ml-flesje

Loctite 270 Borgvloeistof sterk 81 22 9 400 086 10 ml-flesje

Loctite 2701 Borgvloeistof sterk 33 17 2 331 095 10 ml-flesje

Loctite 454 Cyanoacrylaatlijm (gel) 07 58 9 062 157 20 gr.-tube

Reinigingsmiddel

Remmenreiniger Remmenreiniger 83 11 9 407 848 600 ml-spuitbus

Metal Polish Poetsmiddel voor verchroomde de-len 82 14 9 400 890 100 gr.-tube

Testmiddel

Penetrant MR 68 Scheurdetectievloeistof voor alumi-nium behuizingen 83 19 9 407 855 500 ml-spuitbus

Ontwikkelaar MR 70 Scheurdetectievloeistof voor alumi-nium behuizingen 81 22 9 407 495 500 ml-spuitbus

Montagehulpmiddel

BMW koudspray Afkoelen van onderdelen voor het in-bouwen 83 19 9 407 762 300 ml-spuitbus

00.21

Overzicht verpakking K 1200 LT

00.22

Krat op beschadiging controleren

• Controleer de krat bij aanlevering van de motor-fiets direct op beschadigingen en controleer zo nodig de inhoud op gevolgschade.

Bij schade in Duitsland

• Noteer de schade op de pakbon.• Lees het informatieblad „Transportschade”.• Breng de leverancier (b.v. de transportonderne-

ming) enBavaria Wirtschaftsagentur GmbHAbteilung ZW - 1280788 MünchenTel. 089/14327-632Fax. 089/14327-709onmiddellijk op de hoogte.

Bij schade in landen waar BMW door een importeur is vertegenwoordigd

• Noteer de schade op de pakbon.• Er gelden per land specifieke regelingen. Neem

bij twijfel contact op met:Bavaria Wirtschaftsagentur GmbHAbteilung ZW - 12D - 80788 MünchenTel. 089/14327-632Fax. 089/14327-709

• Breng de leverancier (b.v. transportonderne-ming) onmiddellijk op de hoogte.

00.23

Motorfiets uitpakken

• Wip het deksel los.• Snijd de folie open en trek deze los.• Verwijder de inhoud:– Windscherm, stootstrip, motorspoiler,

midden - C– Motorspoiler, links - D• Wip de dwarsbalken los met een breekijzer.

e Attentie:Sla de dwarsbalken niet los, omdat anders kans op beschadiging van de motorfiets bestaat.

• Verwijder de kopschotten.• Verwijder de zijschotten.• Verwijder de inhoud:– Motorspoiler, rechts - A– Voorwiel - B– Spiegel, voorspatbord, kuip stootstrip - E– Boordgereedschap, helmhouder, motorolievul-

trechters blijven bij de motorfiets - E– Schetsplaten voetsteunen duopassagier, boord-

gereedschap, schetsplaat voetsteun berijder, rechts - F

– Bevestiging voorwiel, windschermafdekkap, be-diening achteruitrijhulp, klein materiaal/bevestigingsmateriaal - F

– Slotcilinder, topcase, sleutel - G– Topcase - H– Antenne - I.• Trek het beschermingsmateriaal, b.v. bescherm-

folie (groen) over de verlichtingsrail en het radio-bedieningspaneel op de motorfiets weg.

e Attentie:Verwijder eventueel spijkers die uit de bodem van het krat steken of op de bodem liggen.

• Voer de verpakking milieuvriendelijk af overeen-komstig de memo nr. 23/91 - verkoop.

KLPD9001

00.24

Voorwiel monteren

e Attentie:Bescherm de kuipdelen tegen beschadiging door riemen en de takel, b.v. met schuimstof.

e Attentie:Beveilig de motorfiets zodat deze niet kan omvallen. Breng de riemen bij de stuuruiteinden aan.Gebruik de spanriem uit het krat niet voor het opta-kelen van de motorfiets.Controleer de bevestiging van de valbeugel bij de stootstriphouder op vastzitten, zet deze zo nodig vast.

X Aanhaalmomenten:Valbeugel aan stootstripsteun ........................ 9 Nm

• Bevestig de riem van de traverse, BMW-nr. 46 5 650, zo dicht mogelijk bij de mo-torfiets aan de valbeugel (pijl).

• Houd de motorfiets m.b.v. de montagekraan, BMW-nr. 46 5 640, en de traverse, BMW-nr. 46 5 650, vast.

• Draai de klembouten van de steekas, voordat de motorfiets wordt opgetakeld, een slag los.

• Maak de bevestigingspunten van het krat aan de voorzijde geheel en aan de achterzijde gedeelte-lijk los.

• Takel de motorfiets m.b.v. de montagekraan, BMW-nr. 46 5 640, en de traverse, BMW-nr. 46 5 650, iets op.

e Attentie:Voorkom dat er krassen op de velg komen, plak deze zo nodig af.Kantel de remklauwen niet.De remblokken kunnen hierdoor worden bescha-digd!

L Opmerking:Trek bij uitgebouwde remklauwen/uitgebouwd voor-wiel de remgreep niet aan!

• Verwijder de remklauw links en rechts.• Verwijder het hout voor de steekasdrager.

KLPD0011

46 5 650

46 5 640

KLPD0050

00.25

• Trek de steekas (1) los.• Smeer de steekas (1) en de lagerafdekring (3) en

de afstandsbussen (4) dun in met Shell Retinax EP2.

• Bouw het voorwiel met de lagerafdekring (3) en de afstandsbussen (4) in.

• Draai de bevestigingsbout (6) vast.• Remschijven reinigen.• Bouw de remklauwen in.• Controleer de ABS-sensorafstand en stel deze

zo nodig in.

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans: ...........................0,45...0,55 mm

X Aanhaalmoment:Bout steekas ................................................ 30 NmKlembouten steekas..................................... 21 NmRemklauw aan buitenpoot............................ 40 Nm

• Laat de motorfiets zakken.• Beveilig de motorfiets zodat deze niet kan omval-

len.• Maak de spanriemen van de motorfiets los.• Motorfiets van de pallet.• Veer de voorvork meerdere malen krachtig in.• Plaats de motorfiets voor de overige montage-

werkzaamheden op de middenstandaard.• Draai de klembouten (2, 5) vast.

KR360010

12

5

4

3

6

00.26

Algemene aanwijzingen

Motorfiets op een heftafel

d Waarschuwing:Bij het op de heftafel schuiven van de motorfiets kan de bevestiging voor de veren van de zijstandaard uitklappen. Dit kan tot beschadiging van de motor-fiets en de heftafel leiden en onder bepaalde om-standigheden kan de motorfiets in tegengestelde richting omvallen.

• Buddyzit, voor opklappen.

• Noteer de veervoorspanning op de draaiknop (pijl).

• Stel de veervoorspanning in op high.• Schuif de motorfiets, waarbij deze zo recht mo-

gelijk moet worden gehouden, voorzichtig op de heftafel.

• Ga op dezelfde wijze te werk bij het van de hef-tafel afschuiven.

• Stel de oorspronkelijke veervoorspanning weer in.

Motorfiets op beschadigingen controleren

• Controleer of de motorfiets gebreken vertoont.• „Expressbrief” aan

BMW AG Sparte Motorrad, UX-VS-1Fax-nummer 089-382-33220

• Repareer defecten.• Bestel zo nodig onderdelen via de elektronische

onderdelencatalogus.• Eventuele kosten worden verrekend via het ga-

rantiesysteem (fase 4). Diagnosenummers:– Onderdelen ontbreken 10 01 00 00 00– Onderdelen beschadigd 10 02 00 00 00– Verkeerde onderdelen geleverd 10 03 00 00 00• Als de delen niet in de elektronische onderdelen-

catalogus vermeld staan, neem dan contact op met de onderdelendienst.

Zending op volledigheid controleren

– Bijartikelen– Omvang van de speciale uitvoering– Topcase– Boordgereedschap, helmhouder, motorolievul-

trechter– Documentatie

KL000270

00.27

Motorfiets completeren

Voorspatbord inbouwen

• Draai de bout (2) los.• Breng de bussen (3) aan.• Monteer het voorspatbord.• Monteer de bout (2).• Draai de bout (1) vast.• Draai de bout (2) vast.

X Aanhaalmoment:Voorspatbord aan vorkbrug M6...................... 9 NmVoorspatbord aan buitenpoot M6................... 9 Nm

Spiegel inbouwen

L Opmerking:De luchtspleet bij de spiegel kan door ringen bij de voorste bouten (3) worden gecompenseerd.1 mm-ring (1) op de motorfiets gemonteerd.

• Houd het spiegelhuis met een hand vast en mon-teer het door er met de andere hand voorzichtig op te slaan/drukken.

• Controleer de parallelliteit van de luchtspleet bij de spiegel.

• Corrigeer zo nodig de luchtspleet m.b.v. ringen (0,5 mm/1 mm-ringen in de verpakking).

KL460100

1

2

3

KL460180

1 2 3

00.28

Voetsteunen inbouwen

Schetsplaat voetsteun, linksachter inbouwen

L Opmerking:De voorste bevestigingsbout (1) (lange bout met centerpunt) van de linker schetsplaat voor de voet-steun is gelijktijdig een bevestigingspunt voor de ac-cudrager.

• Draai de bout (1), voor los.• Monteer de linker schetsplaat voor de voetsteun

met 3 bevestigingsbouten.

X Aanhaalmoment:Schetsplaat aan frame.................................. 21 Nm

Schetsplaat voor voetsteun en voetsteun, rechtsachter inbouwen

• Bouw de rechter voetsteun voor de berijder met de haarspeldveer (4) en de scharnierpen (2) met Optimoly MP3 in.

• Monteer de borgveer (3).• Monteer de rechter schetsplaat voor de duo-

voetsteun met 3 bevestigingsbouten.

X Aanhaalmoment:Schetsplaat aan frame ................................. 21 Nm

KL460072

1

KLPD0060

4

2

3

00.29

Motorspoiler inbouwen

• Monteer de contactdoos (3) met de moer in de linker motorspoiler.

• Schuif de rubbersteekmoer (1) aan de achterzij-de in de beide motorspoilers.

• Schuif de 3 steekmoeren (6) in de motorspoilerdelen (5, 9).

• Schuif 4 steekmoeren (7) in het middelste deel van de motorspoiler (8).

• Bouw de linker motorspoiler (5) in.• Steek de stekker (2) voor de contactdoos (3) in

de linker motorspoiler.• Bouw de rechter motorspoiler (9) in.• Bouw de middelste motorspoiler (8) in, let op de

hoek (pijl).

X Aanhaalmoment:Kuipdelen....................................................... 2 Nm

Achteruitrijhulpbediening inbouwen

• Breng de hendel (4) voor de achteruitrijhulpbe-diening in de motorspoiler, links gezien vanuit de rijrichting, naar boven uitgelijnd aan.

• Zet de hendel voor de achteruitrijhulpbediening m.b.v. de torxbout (T 25) vast.

X Aanhaalmoment:Schakelhendel achteruitrijhulp...............................................6 Nm (+ Loctite 243)

Stootstrips inbouwen

• Schuif 2 steekmoeren (12) op de stootstrip (10).• Monteer de stootstrip op de stootstriphouder.• Draai de 3 bevestigingsbouten (11, 14) vast.• Bouw het dekstuk voor de stootstrip (13) in.

X Aanhaalmoment:Kuip ............................................................... 2 Nm

KL460110789 56

4

32

1

KL460200

10

1112

14

13

00.30

Topcase inbouwen

• Slotcilinder inbouwen.• Buddyzit openen.• Duozadel verwijderen.• Topcase openen.• Gekartelde bout (7) losdraaien.

d Waarschuwing:Voorzichtig, borg het deksel zodat deze niet kan te-rugklappen, kans op klemmen!

• Ondersteun het deksel (1).• Haak de kabel onderop de koffer los.• Clip de bekleding bij het slot m.b.v. een schroe-

vendraaier in de richting van de pijl los.• Maak het klittenband (6) op de achterwand los.• Bouw de bekleding uit.• Zet de topcase met de vier

bevestigingsbouten (3) in de gewenste stand vast.

L Opmerking:De rugleuning kan door het omzetten van de topca-se in twee standen naar voren/achteren worden in-gesteld.De instelling wordt verzorgd door het verwisselen van de bevestigingsbouten voor het deksel van de achterdrager (5) en de topcase.Voor de bevestiging van de topcase worden altijd de lange bevestigingsbouten gebruikt.

Extra werkzaamheden voor het omzetten van de rugleuning• Draai de vier bouten (4) voor het deksel van de

achterdrager (5) los.• Verplaats de vier bouten (4) voor het deksel van

de achterdrager naar voren.• Monteer de topcase in een nieuwe stand met de

langere bevestigingsbouten.

KL460250

3

7

1

5

6

2

4

00.31

• Clip de kabels voor de radioafstandsbediening en de luidsprekers vast in de klemmen (1).

• Sluit de stekkers in de topcase voor de radioafstandsbediening (3) en de luidspreker (2) aan.

• Breng de bekleding aan en druk deze in de ver-grendeling.

• Monteer de gekartelde bout met de kabel.• Sluit zo nodig de stekker voor de

duozadelverwarming (4) aan.• Monteer het duozadel.

X Aanhaalmoment:Topcase op achterframe ................................ 9 NmAchterdrager aan frame.................................. 9 NmDuozadel aan frame ....................................... 9 Nm

Accu vullen en opladen

d Waarschuwing:Accuzuur is zeer agressief!Bescherm ogen, gezicht, handen, lak en kleding!

• Maak de linker koffer open.• Ontgrendel het voorste zadel en maak dit open.

• Draai de bouten (6) van de accubevestigings-plaat (7) los en verwijder de accubevestigings-plaat.

• Til de accu met de accuontluchtingsslang uit de houder.

• Zet de accu horizontaal neer.

Elektrolyt ..............................soortelijk gewicht 1,28

• Vul elektrolyt bij tot aan het MAX-merkteken.• Laat de accu minstens 1 uur met rust.• Schud de accu iets, opdat de resterende lucht-

bellen kunnen ontsnappen.• Vul evt. elektrolyt bij tot aan het MAX-merkteken.• Laad de accu op, resp. laat deze 24 uur met rust.

Laadstroom (A)...................... 10% van de nominale capaciteit (Ah)

• Controleer het elektrolytniveau, vul zo nodig ge-destilleerd water bij tot aan de MAX-markering.

• Draai de accuceldoppen goed vast.• Noteer de oplaaddatum op de accu.

e Attentie:Maak de accukabels alleen bij uitgezet contact los, om kortsluiting te voorkomen!Sluit eerst de accupluskabel (+) aan, klap de be-schermkap voor de accupluspool dicht en sluit dan de massakabel (—) aan! Let erop dat de ontluchtingsslang van de accu zon-der knikken is gemonteerd en niet verstopt is!Elektrolyt (accuzuur) is zeer agressief, laat de even-tueel naar buiten komende zuurdampen niet met delen van de motorfiets in aanraking komen.

• Smeer de accupolen in met accupoolvet.

Accupoolvet ...........................b.v. Bosch Ft 40 V1

• Accu inbouwen• Sluit de beide accupluskabels (5) aan.

KLPD0070

4

32

1

6KL610010

57

00.32

e Attentie:

De motorfiets mag alleen in gebruik worden geno-men als de afdekkap voor de accupluspool is dicht-geklapt.

• Klap de afdekkap op de accupluskabel dicht.• Sluit de accumassakabel aan.• Zet de accubevestigingsplaat vast.• Schuif de ontluchtingsslang door het oog (pijl) op

de accuhouder naar buiten.

L Opmerking:Het losmaken van de accukabels wist alle gegevens (b.v. storingen, adaptaties) in het geheugen van de motronic-regeleenheid.Het verlies van de adaptaties kan onder bepaalde omstandigheden tijdelijk leiden tot een ander motor-gedrag bij het weer in gebruik nemen.De motronic detecteert de verloren gegane adapta-ties automatisch tijdens de eerstvolgende draai-uren.

• Zet het contact aan.• Draai de gashendel bij stilstaande motor een- tot

tweemaal geheel open. De motronic detecteert de gasklepstand.

X Aanhaalmoment:Accumontageplaat aan accuhouder............... 4 Nm

Remvloeistofpeil controleren

e Attentie:Laat de remvloeistof niet met gelakte delen in aan-raking komen: remvloeistof beschadigt de lak.

Voorrem

– Plaats de motorfiets horizontaal op de midden-standaard.

• Draai de bevestigingsschroef (4) los en verwijder de bovenste stuurafdekplaat (2).

• Draai de bevestigingsschroef (1) los en verwijder de onderste stuurafdekplaat (3).

• Schroef de combischakelaar los.• Draai het stuur tegen de linkeraanslag.

L Opmerking:De centerpunt (5) op de stuurpijp markeert de in-bouwstand.

• Draai de klembout (6) een slag los.• Verdraai het remvloeistofreservoir zo ver dat het

pakkingvlak van het deksel vanaf de zijkant ge-zien horizontaal staat.

• Draai de klembout (6) vast.

KL000340

KL460221

1

4

2

3

KL000120

6

5

00.33

• Verwijder het deksel van het remvloeistofreser-voir met het rubbermembraan.

• Controleer het remvloeistofpeil.• Als bij nieuwe remblokken het remvloeistofni-

veau onder de MAX-markering staat, moet rem-vloeistof worden bijgevuld, resp. moet het remsysteem op lekkage worden gecontroleerd.

Richtpeil:........................................................ MAX

• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde plaats, let daarbij speciaal op de volgende pun-ten.

L Opmerking:Verwijder remvloeistof van de rand van het reservoir, van de rubberbalg en van het deksel. Monteer de onderdelen zorgvuldig na elkaar.

• Draai de bouten van het deksel handvast.• Draai het remvloeistofniveau weer in de gemar-

keerde stand.

L Opmerking:Let bij de montage van de stuurafdekplaten op de montage van de leidingen en kabels.

X Aanhaalmoment:Klembout ....................................................... 5 NmStuurafdekplaten ............................................ 2 Nm

Achterrem

– Plaats de motorfiets op de middenstandaard.• Maak de koffer, rechts open.

e Attentie:Bij nieuwe remblokken moet het vloeistofpeil in het remvloeistofreservoir op de MAX-markering staan.

Controleer via het inspectieglas in de koffer het rem-vloeistofniveau in het reservoir, schijn zo nodig m.b.v. een zaklamp vanaf de achterkant door het re-servoir.

Richtpeil:........................................................ MAX

KL000110

MAX

KL000170

MAX

00.34

Peil koppelingsvloeistof controleren


• Draai het stuur tegen de rechteraanslag.

L Opmerking:Met toenemende slijtage van de koppelingsvoering stijgt het remvloeistofniveau in het reservoir.

• Koppelingsvloeistofniveau via inspectieglas con-troleren.

d Waarschuwing:Een correcte werking van de koppeling is, als het vloeistofniveau onder het midden van het inspectie-glas staat, niet meer gewaarborgd.

• Het vloeistofniveau mag niet lager liggen dan het oorspronkelijke niveau (pijl), controleer zo nodig het koppelingssysteem op lekkage.

Richtniveau bij nieuwe koppelingsvoering:..........................................bovenste ringmarkering

Bandenspanning controleren

• Controleer/corrigeer de bandenspanning.

Bandenspanning:solo......................................................voor 2,5 barsolo...................................................achter 2,9 bar

met duopassagier ................................voor 2,5 barmet duopassagier .............................achter 2,9 bar

met duopassagier en bagage...............voor 2,5 barmet duopassagier en bagage............achter 3,2 bar

Achterwielbouten op vastzitten controleren

X Aanhaalmoment:Achterwielbouten ....................................... 105 Nm

Antenne inbouwen

• Plaats de kap (3) op de antenne.• Schroef de antennestaaf (2) vast op de

antennehouder (1).• Zet de bajonetsluiting van de kap (3) door deze

1/8 slag te draaien vast.

X Aanhaalmomenten:Klemmoer staafantenne ................................. 3 Nm

KL000280

KL510011

3

2

1

00.35

Windscherm inbouwen

• Schuif de stangen van het windscherm iets naar boven.

• Bouw het windscherm en de borgplaat (3) in.• Draai de vier bevestigingsschroeven (1) (zelf-

borgend) vast.

L Opmerking:Om de borgfunctie van de plaat te garanderen, kan het nodig zijn de binnenste klemmen (2) iets te ver-buigen.

Windschermafdekplaat inbouwen

• Clip de windschermafdekplaat (2) van buiten (pijl) naar binnen toe vast.

X Aanhaalmoment:Windscherm aan windschermverstelling......... 2 Nm

Motorfiets controleren, afstellen

Werking van schakelaar zijstandaard controleren

• Zet de motor af.• Plaats de motorfiets op de middenstandaard.• Schakel een versnelling in en zet het contact

aan.– Controlelamp koelvloeistoftemperatuurmeter

brandt.• Zijstandaard uitklappen, let hierbij op de controle

van de temperatuurmeter.– Controlelamp temperatuurmeter gaat uit (motor-

regeleenheid schakelt uit).

Zadel instellen

• Maak de linker koffer open.• Zadel openen en opklappen.• Zitpositie berijder m.b.v. de beugel instellen.

Topcase instellen

a ...................................... Zie Topcase inbouwen

KL460140

1

3

2

00.36

Koplampafstelling controleren, zo nodig corrigeren

Hoogte-instelling• Draai de knop voor de veerpootvoorspanning tot

aan de aanslag naar links in de stand „LOW”.

L Opmerking:De knop op de afdekkap voor het instrumentenpa-neel moet geheel in de stand „UP” op de linkeraan-slag staan.

• Draai zo nodig de knop op de afdekkap van het instrumentenpaneel tegen de aanslag naar links.

• Corrigeer de instelling van de lichtbundel m.b.v. een afstelapparaat door met de hand de stelbout (1) onder het kuipbovendeel te ver-draaien.

Instelmaat voor koplampafstelapparaat........................................ .-10 cm op 10 m afstand

Draairichting links................................verder/hogerDraairichting rechts ...............................korter/lager

• Voorspanning veerelement instellen.

Zijdelingse afstelling

• De zijdelingse afstelling m.b.v. een kruiskop-schroevendraaier op de stelbout (2) linksboven op de koplamp zo nodig verstellen.

KL630010

1

KLPD0080

KR630060

2

00.37

Functiecontrole als eindcontrole

• Benzine bijvullen.• Motorolie in koude staat controleren, zo nodig

olie bijvullen.• Koppeling controleren.• Controleer of de versnellingsbak soepel scha-

kelt.• Achteruitrijhulp controleren.• Voor- en achterrem controleren.• Controleer de verlichting en signalering:– Stadslicht voor en achter– Dimlicht, grootlicht en lichtsignaal– Remlicht (bediening voor-/achterrem)– Knipperlichten links/rechts– Waarschuwingsknipperlichtinstallatie– Claxon– Controlelampen– Instrumentenverlichting– Instrumenten– Verlichting cockpit– Kofferverlichting.• Voer een ABS-wegrijtest uit. Bij een hogere snel-

heid dan 5 km/h moeten beide ABS-controle-lampen uitgaan.

• Radio en afstandsbediening voor/achter• Controleer de werking van eventuele opties:– Snelheidsregelaar– Boordcomputer– Cd-wisselaar– Zadelverwarming• Maak zo nodig een proefrit

• Leg de boordliteratuur en de motorolievultrech-ters in het vak van het topcase-deksel.

• Bij gebreken, zie „Motorfiets op beschadigingen controleren”.

• Stempel de afleveringscontrole af in het onder-houdsboekje.

Afsluitende schoonmaakbeurt

• Reinig de motorfiets.

L Opmerking:Gebruik geen stoomcleaner of een hogedrukreini-ger. De hoge waterdruk kan schade aan keerringen, het hydraulische systeem of de elektrische installa-tie veroorzaken.

00.38

Codering van de onderhoudsintervallen

De onderhoudswerkzaamheden zijn onderverdeeld in Eerste inspectie (na de eerste 1000 km), BMW kleine inspectie, BMW Inspectie en jaarlijks onder-houd.

1000 km inspectieBMW inrijcontrole na de eerste 1000 km.

BMW kleine inspectieNa de eerste 10 000 km en vervolgens om de 20000 km (30000 km ... 50 000 km ... 70 000 km).

BMW InspectieNa de eerste 20 000 km en vervolgens om de 20000 km (40000 km ... 60 000 km ... 80 000 km).

Jaarlijks onderhoudEnkele onderhoudswerkzaamheden zijn niet alleen van de afgelegde afstand afhankelijk, maar ook van de tijd. Ze moeten daarom ten minste eenmaal per jaar worden uitgevoerd (b.v. remvloeistof verversen).Als deze werkzaamheden niet in combinatie met een kleine inspectie of een inspectie kunnen worden uitgevoerd, moet een jaarlijks onderhoud worden verricht.

In deze reparatiehandleiding zijn de diverse onder-houdsintervallen als volgt gecodeerd:

— 1000 km inspectie...............................................I— BMW kleine inspectie bij 10 000 km ..................II— BMW Inspectie bij 20 000 km .......................... III— Jaarlijks onderhoud.......................................... IV

00.39

Algemene aanwijzingen

Motorfiets op een heftafel

d Waarschuwing:Bij het op de heftafel schuiven van de motorfiets kan de bevestiging voor de veren van de zijstandaard uitklappen. Dit kan tot beschadiging van de motor-fiets en de heftafel leiden en onder bepaalde om-standigheden kan de motorfiets in tegengestelde richting omvallen.


• Noteer de veervoorspanning op de draaiknop (pijl).

• Stel de veervoorspanning in op high.• Schuif de motorfiets, waarbij deze zo recht mo-

gelijk moet worden gehouden, voorzichtig op de heftafel.

• Ga op dezelfde wijze te werk bij het van de hef-tafel afschuiven.

• Stel de oorspronkelijke veervoorspanning weer in.

Verhoogd stationair toerental

L Opmerking:In de werkplaats kan het stationair toerental niet worden afgesteld. De regeling van het stationair toe-rental wordt verzorgd door de motronic.

– Normaal stationair toerental 950 min-1.

– Verhoging toerental tot 1500 min-1 door motro-nic bij het inschakelen van de achteruitrijhulp.

– Verhoging van het toerental tot ca. 1150 min-1 door de motronic bij een te lage accuspanning (accuspanning lager dan 11,5 volt).

Antenne demonteren

e Attentie:De kap kan bij de poging om deze los te schroeven, worden beschadigd.

• Maak de bajonetsluiting van de kap (2) door deze 1/8 slag te verdraaien los en trek de kap los.

• Draai de klemmoer (1) los.• Verwijder de antennestaaf (3).

X Aanhaalmomenten:Klemmoer staafantenne ................................. 3 NmKL000270

KL510010

3

21

00.40

Storingsgeheugen met MoDiTeC uitlezen(inspectie I, II, III, IV)

L Opmerking:Spanningsverlies op de motronic-regeleenheid, b.v. door het losmaken van de accukabels, wist alle re-gistraties (b.v. storingen, adaptaties) in het geheu-gen.


• Diagnosestekker (pijl) lostrekken.• Sluit het diagnoseapparaat (tester) aan op de

diagnosestekker (pijl).• Lees het storingsgeheugen uit.• Voer zo nodig de aangegeven reparatiewerk-

zaamheden uit.

Speling gaskabel controleren, zo nodig afstellen

(inspectie I, III)

• Draai de gashendel terwijl het stuur in verschil-lende standen staat geheel open en laat deze aansluitend los.

• Draai het stuur tegen de linkeraanslag.

Uitvoering zonder snelheidsregeling

• Stel de speling van de gaskabel bij koude motor aanvankelijk in op 1,5 mm.

d Waarschuwing:Let op de aanwijzingen met betrekking tot de geva-ren voor het laten draaien van verbrandingsmotoren in afgesloten ruimtes.

• Laat de motor warmdraaien tot op bedrijfstem-peratuur (ventilator voor radiateur begint te draaien).

• Stel de gaskabelspeling in op 0,5 mm.

Instelwaarde:Voorinstelling gaskabelspeling (koude motor)..............................................1,5 mmGaskabelspeling (warme motor) ..................0,5 mm

Uitvoering met snelheidsregeling

Gaskabel om gasklep te openen, gaskabel om gasklep te sluiten

L Opmerking:In de stationaire stand mag de gashendel niet tegen de aanslag van de stuurhendel liggen. Deze moet ca. 10° verder gedraaid worden in de richting Slui-ten, waarbij een lichte veerkracht moet worden overwonnen. Hierbij wordt de snelheidsregelings-schakelaar op de gasklep in-, resp. uitgeschakeld.Als dit niet mogelijk is, moet de gashendel t.o.v. de gasklepas worden verdraaid.

• Verwijder het kuipzijdeel links.

e Attentie:De gaskabels mogen bij de voorinstelling niet uit de stelbouten glijden, om beschadiging van de kabels te voorkomen.

• Stel de speling bij koude motor van beide kabels bij de gashendel in op 4 ... 5 mm.

KL000040

00.41

d Waarschuwing:

Let op de aanwijzingen met betrekking tot de geva-ren voor het laten draaien van verbrandingsmotoren in afgesloten ruimtes.

• Laat de motor warmdraaien tot op bedrijfstem-peratuur (ventilator voor radiateur begint te draaien).

• Verklein de speling bij de kabel voor het open-draaien van het gas (1) tot 3 mm ... 4 mm.

• Verdraai de gashendel zo ver dat de speling bij de kabel voor het opendraaien van de gashendel net gecompenseerd is en stel daarna de speling van de kabel (2) voor het dichtdraaien van de gashendel in op 1 mm.

Afstelgegevens:Voorinstelling (koude motor) .............4 mm ... 5 mmTotale speling van de beide gaskabels op de gashendel (warme motor) ....1 mm ... 1,5 mm

Gaskabel snelheidsregeling

• Stel de speling van de kabel van de snelheidsre-geling m.b.v. de stelschroef van de spanhuls (pijl) in op 2 ... 3 mm.

• Controleer of de gashendel soepel draait. De gashendel moet vanuit elke stand automatisch en duidelijk hoorbaar terugkeren in de basis-stand.

• Als de gashendel niet terugdraait of moeilijk te-ruggaat, moet de montage van de kabels worden gecontroleerd.

• Bij een zwaar draaiende gashendel kan ook de speling van de beide kabels worden vergroot. Hierbij mag echter de totale speling van 1,5 mm bij de gashendel niet worden overschreden.

Afstelgegevens:Gaskabel snelheidsregeling ....................2 ... 3 mm

Gashendel t.o.v. de gasklepas verdraaien

L Opmerking:Bij niet goed functioneren van de schakelaar voor de snelheidsregeling op de gasklep moet de gashendel t.o.v. de gasklepas worden verdraaid.

Snelheidsregeling schakelt niet uit• Speling openingskabel vergroten.• De speling voor de sluitkabel met dezelfde waar-

de verkleinen.• Werking van de gashendel controleren. De

gashendel moet vanuit elke stand automatisch en duidelijk hoorbaar terugkeren in de basis-stand.

Snelheidsregeling kan niet worden ingescha-keld, resp. schakelt continu uit• Speling van kabel voor het gas opendraaien tot

max. 1,5 mm vergroten.• Zo nodig de speling verder vergroten, om de

werking van de microschakelaar en het bedie-ningsmechanisme bij het gaskleppenblok te controleren.

KL000250

1

2

KL000420

00.42

Motorolie verversen, oliefilter vervangen

(inspectie I, II, III, IV)

L Opmerking:De olie en het oliefilter minimaal eenmaal per jaar verversen/vervangen. Indien uitsluitend korte af-standen worden gereden of bij buitentemperaturen onder de 0 °C elke 3 maanden, uiterlijk om de 3000 km.

d Waarschuwing:Let op de aanwijzingen met betrekking tot de geva-ren voor het laten draaien van verbrandingsmotoren in afgesloten ruimtes.

– Tap de motorolie alleen af wanneer deze op be-drijfstemperatuur is.


• Draai de olievulplug los.• Draai de olieaftapplug op de motor los.• Tap alle olie af.• Draai de bouten in het oliefilterdeksel los.• Draai het oliefilter m.b.v. de speciale sleutel,

BMW-nr. 11 4 650, los.• Draai het oliefilter los.

e Attentie:Voer de oude olie volgens de milieuvoorschriften af.

• Monteer de olieaftapplug met een nieuwe pak-kingring en draai deze vast.

• Smeer de O-ring van het nieuwe oliefilter in met olie.

• Schroef het oliefilter vast, let op de aanwijzingen op het filter.

• Vervang zo nodig de pakking in het oliefilterdek-sel.

• De montage geschiedt in omgekeerde volgorde.• Vul olie bij via de boring van de olievulplug.• Breng de olievulplug aan en draai deze vast.

e Attentie:Vul nooit motorolie bij tot boven de MAX-markering op het oliepeilglas.

• Controleer het oliepeil op zijn vroegst 10 minuten na het proefdraaien/de proefrit, plaats de motor-fiets op de middenstandaard en controleer het oliepeil, vul zo nodig olie bij.

Bovenste ringmarkering ................................ MAXOnderste ringmarkering ................................. MIN

L Opmerking:Als de motorfiets op de zijstandaard staat, komt het midden van het inspectieglas overeen met de MAX-stand.

Bedrijfsstoffen:Merk-HD-olie van de API-classificatie SF, SG of SH; uitbreidingen met CD of CE zijn toegestaan; of merk-HD-olie van de CCMC-classificatie G4 of G5; uitbreiding met PD2 toegestaan.Voeg geen dopes toe en gebruik geen long-lifemo-torolie.

Hoeveelheid motorolie:met vervanging filter ......................................... 3,6 lHoeveelheid olie tussenMIN- en MAX-merkteken................................ 0,80 l

X Aanhaalmomenten:Olieaftapplug ............................................... 30 NmBevestiging oliefilterdeksel ........................... 10 NmOliefilter........................................................ 11 Nm

KL000020

11 4 650

00.43

Versnellingsbakolie verversen

Ververs de versnellingsbakolie uiterlijk om de 2 jaar(inspectie III)

L Opmerking:Om er zeker van te zijn dat bij het olie verversen ver-ontreinigingen en metalen slijtdeeltjes uit de ver-snellingsbak worden afgevoerd, moet de versnellingsbakolie alleen bij een op bedrijfstempe-ratuur zijnde versnellingsbak worden afgetapt.

– Knip de olieaftapflap a.d.h.v. bovenstaande te-kening uit een rubbermat.


– Verwijder de motorspoiler.a ......................................................Zie groep 46• Bouw de schetsplaats met de voetsteun voor de

berijder, rechts uit.• Bouw de uitlaatsteun bij de lagerbok voor de

middenstandaard uit.a .....................................................Zie groep 18,

Uitlaat uitbouwen

• Draai de olievulplug (1) los.

• Plaats de olieopvangbak onder de versnellings-bak. Klem de olieaftapflap (pijl) tussen de beves-tiging voor de middenstandaard onder de olieaftapplug (2).

• Draai de olieaftapplug (2) los en laat de olie via de aftapflap in de olieopvangbak stromen.

• Tap alle olie af.

KL000220

KL000240

1

2

KL000210

2

00.44

• Draai de olieaftapplug vast.• Vul de versnellingsbak met olie.• Monteer de olievulplug met een nieuwe pak-

kingring en draai deze vast.• Bouw de uitlaatsteun in.


X Aanhaalmomenten:Olieaftapplug................................................ 55 NmOlievulplug ................................................... 30 NmBevestigingsbouten schetsplaat voetsteun .. 21 NmBevestigingsbout uitlaatsteun aan lagerbok ................................................ 41 NmUitlaatsteun, midden(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 30 NmBevestigingsbout uitlaatsteun aan uitlaat...... 21 Nm

Hoeveelheden:Nieuwe vulling ............................................ ca. 0,6 lOlie verversen ............ tot aan onderrand vulboring

Soort versnellingsbakolie:Merk-hypoïdolie SAE 90 API klasse GL 5

Olie in cardan verversen

Olie in cardan uiterlijk om de 2 jaar verversen(inspectie I, III)

L Opmerking:Om er zeker van te zijn dat bij het olie verversen ver-ontreinigingen en metalen slijtdeeltjes uit de cardan worden afgevoerd, moet de cardanolie alleen bij een op bedrijfstemperatuur zijnde cardan worden afge-tapt.

• Plaats de motorfiets horizontaal op de midden-standaard.

• Draai de olievulplug (1) los.• Draai de olieaftapplug (2) los.• Tap alle olie af.• Monteer de olieaftapplug (2) met een nieuwe

pakkingring en draai deze vast.• Vul cardanolie bij.• Monteer de olievulplug (1) met een nieuwe pak-

kingring en draai deze vast.


X Aanhaalmomenten:Olieaftapplug................................................ 23 NmOlievulplug ................................................... 23 Nm

Hoeveelheden:Nieuwe vulling ................................................ 0,25 lOlie verversen ................................................ 0,23 l

Soort cardanolie:Merk-hypoïdolie van de SAE 90 API-klasse GL 5.

KL000030

1

2

00.45

Remblokken/remschijven

Remblokken en remschijven op slijtage controleren, zo nodig vervangen(inspectie II, III)

Remblokken op slijtage controleren

d Waarschuwing:De minimale remblokdikte mag niet worden over-schreden!Vervang remblokken alleen paarsgewijs!

Remblokken voor

e Attentie:Voorkom dat er krassen op de velg komen, plak deze zo nodig af.

– Verwijder de remklauw.

• Meet de remblokdikte (pijlen).

Minimale remblokdikte..............................1,0 mm

X Aanhaalmomenten:Remklauw aan vorkpoot............................... 40 Nm

Remblokken achter

• Maak de remleiding los van de klemmen (pijlen) op het cardan.

• Draai de bouten (1, 2) los en verwijder de rem-klauw.

• Meet de remblokdikte (pijlen).

Minimale remblokdikte .............................1,0 mm

X Aanhaalmomenten:Remklauw aan cardan.................................. 40 Nm

KR340240

KL000060

1

2

KL000160

00.46

Remblokken vervangen

Voorrem

e Attentie:De remklauw zelf mag niet worden gedemonteerd.Voorkom dat er krassen op de velg komen, plak deze zo nodig af.

– Verwijder de remklauw.

• Trek de splitpen (1) uit de borgpen (2).• Verwijder de borgpen (2).• Trek de remblokken naar onderen toe uit de rem-

klauw.


• Druk de remzuigers geheel terug met het remzui-gerblok, BMW-nr. 34 1 500, alvorens de rem-klauw te monteren.

• Controleer de werking van het remsysteem.

e Attentie:Na het vervangen van de remblokken moet het vloeistofpeil in het remvloeistofreservoir gelijkliggen met de MAX-markering. Een controle van het maxi-male peil via het controleglas is niet mogelijk. Proce-dure, zie Remvloeistofniveau, voor controleren.

X Aanhaalmoment:Remklauw aan vorkpoot............................... 40 Nm

KR340270

12

KL000080

34 1 500

00.47

Achterrem

e Attentie:De remklauw zelf mag niet worden gedemonteerd.

– Verwijder de remklauw.• Trek de splitpennen (2) uit de borgpennen (3).• Bouw de borgpennen (3) uit en verwijder de

borgplaat (1).• Verwijder de remblokken.



KL000200

3

3

22

1

34 1 500

KL000090

00.48

• Let op de montagestand van de borgplaat (1).• Controleer de werking van het remsysteem.

e Attentie:Na het vervangen van de remblokken moet het vloeistofpeil in het remvloeistofreservoir gelijkliggen met de MAX-markering.

X Aanhaalmoment:Remklauw aan cardan.................................. 40 Nm

Remschijven controleren

• Controleer de remschijven zorgvuldig op scheur-tjes, beschadigingen, vervorming en groeven.

• Meet de dikte van de remschijven op meerdere punten m.b.v. een schroefmicrometer.

Slijtagelimiet remschijfRemschijven voor....................................... 4,5 mmRemschijf achter ........................................ 6,5 mm

Remvloeistofniveau voor/achter controleren(inspectie I, II, III)

Remvloeistofniveau voor controleren

e Attentie:Bij nieuwe remblokken moet het vloeistofpeil in het remvloeistofreservoir op de MAX-markering staan. Een controle van het maximale peil via het controle-glas is niet mogelijk. Het remvloeistofniveau moet bij een geopend remvloeistofreservoir worden gecon-troleerd.

– Plaats de motorfiets op de middenstandaard.• Draai het stuur tegen de linkeraanslag.

L Opmerking:De hoeveelheid remvloeistof (MIN/MAX) is voldoen-de om het slijtagetraject van de remblokken van nieuw tot de slijtagelimiet te dekken. Bijvullen bij remblokslijtage is normaal gesproken niet nodig.Als het vloeistofniveau onder de MIN-markering staat, duidt dit op een ander defect.

• Remvloeistofniveau via inspectieglas controle-ren.

Midden inspectieglas (pijl) ................................ MINbij slijtage van de remblokken tot aan de slijtageli-miet

d Waarschuwing:Het remvloeistofniveau mag nooit lager liggen dan het minimumniveau, midden inspectieglas (pijl). An-ders bestaat de kans dat er bij gebruik van de rem lucht in het remsysteem wordt aangezogen.

KL000160

1

KL000070

KL000290

00.49

Remvloeistofniveau bij een geopend remvloeistofreservoir controleren



• Stuurafdekplaat boven/onder, rechts uitbouwen.• Schroef de combischakelaar los.• Draai het stuur tegen de linkeraanslag.

• Draai de klembout (2) een slag los.• Verdraai de remhendel zo dat het pakkingvlak

van het deksel van het reservoir vanaf de zijkant gezien horizontaal staat.

• Draai de klembout (2) vast.• Verwijder het deksel van het remvloeistofreser-

voir met het rubbermembraan.

Richtstand bij nieuwe remblokken................................... MAX-markering in reservoir

• Als bij nieuwe remblokken het remvloeistofni-veau onder de MAX-markering staat, moet rem-vloeistof worden bijgevuld, resp. moet het remsysteem op lekkage worden gecontroleerd.



• Draai de bouten van het deksel handvast.• Draai het remvloeistofreservoir in de vooraf afge-

tekende stand (1).


Soort remvloeistof .......................................DOT 4

X Aanhaalmoment:Klembout ....................................................... 5 Nm

KL000120

2

1

KL000110

MAX

00.50

Remvloeistofniveau achter controleren

(inspectie I, II, III)

L Opmerking:De hoeveelheid remvloeistof (MIN/MAX) is voldoen-de om het slijtagetraject van de remblokken van nieuw tot de slijtagelimiet te dekken.Normaal gesproken hoeft bij remblokslijtage geen remvloeistof te worden bijgevuld.Als het vloeistofniveau onder de MIN-markering staat, duidt dit op een ander defect.

– Plaats de motorfiets op de middenstandaard.• Maak de koffer, rechts open.

e Attentie:Bij nieuwe remblokken moet het vloeistofpeil in het remvloeistofreservoir op de MAX-markering staan.

• Lees het remvloeistofniveau in het reservoir af, schijn zo nodig m.b.v. een zaklamp vanaf de achterzijde door het reservoir.

• Het remvloeistofniveau mag niet lager liggen dan de minimum-markering.

• Als bij nieuwe remblokken het remvloeistofni-veau onder de MAX-markering ligt, moet het remsysteem op lekkage worden gecontroleerd.

Richtpeil......................................................... MAX


Remsysteem op werking en lekkage controleren, zo nodig repareren/vervangen

(inspectie III)

• Controleer alle remleidingen op beschadigingen en juiste montagestand.

• Veeg alle schroefkoppelingen van de remleidin-gen schoon en controleer deze.

• Trek, resp. trap de remgreep, resp. het rempe-daal met kracht in en houd beide korte tijd vast.

• Controleer de remleidingen vervolgens op lekka-ge.

d Waarschuwing:Bij beschadigingen moeten alle leidingen en koppe-lingen van het remsysteem onmiddellijk worden ver-vangen.

KL000170

MAX

MIN

00.51

Remvloeistof verversen en remsysteem ontluchtenRemvloeistof uiterlijk na één jaar verversen(inspectie IV)

L Opmerking:De beschrijving geldt voor het remmenvul- en -ont-luchtingsapparaat voor remsystemen incl. het aftap-pen van de remvloeistof onder vacuüm bij de remklauw.Volg bij gebruik van andere apparatuur de voor-schriften van de fabrikant.

Voorrem


Remzuiger terugdrukken


– Verwijder de remklauw.– Bouw de remblokken uit.

• Druk de remzuigers geheel terug met het remzui-gerblok, BMW-nr. 34 1 500.

• Verwijder het remzuigerblok en monteer in plaats daarvan de afstandhouder, BMW-nr. 34 1 520.

• Druk in de tweede remklauw de remzuigers te-rug. Verwijder hier het remzuigerblok niet.

• Vul en ontlucht het remsysteem van de voorrem.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Remklauw aan vorkpoot............................... 40 Nm

Maak het remvloeistofreservoir open


• Stuurafdekplaat boven/onder, rechts uitbouwen.• Maak de combischakelaar los.• Draai het stuur tegen de linkeraanslag.

• Draai de klembout (1) een slag los.

KL000180

34 1 500

KR340340

34 1 500

KL000120

1

00.52

• Verdraai de remhendel zo dat het pakkingvlak van het deksel van het reservoir vanaf de zijkant gezien horizontaal staat.

• Draai de klembout vast.• Verwijder het deksel van het remvloeistofreser-


e Attentie:Giet geen remvloeistof in de bevestigingsboringen voor het deksel.

• Vul remvloeistof bij tot aan de MAX-markering (pijl)

Drukmodulator voorrem ontluchten

L Opmerking:De ontluchting van de drukmodulator is alleen nodig als het remsysteem opengemaakt of afgetapt werd.

– Accuafdekplaat, links uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46

• Sluit het remontluchtingsapparaat aan op de ontluchtingsnippel van de drukmodulator voor de voorrem (pijl).

e Attentie:

Het remvloeistofpeil mag tijdens het ontluchten niet onder het MIN-merkteken dalen, daar er anders lucht in het remsysteem wordt gezogen. In dat geval moet de ontluchtingsprocedure worden herhaald.

• Draai de ontluchtingsnippel een halve slag open.• Zuig remvloeistof uit het systeem totdat deze

helder is en geen luchtbellen meer bevat.• Draai de ontluchtingsnippel dicht.


X Aanhaalmomenten:Ontluchtingsnippel ....................................... 10 Nm

Remklauw, links ontluchten• Sluit het remontluchtingsapparaat aan op de

ontluchtingsnippel van de linker remklauw.• Draai de ontluchtingsnippel een halve slag open.

e Attentie:Het remvloeistofpeil mag tijdens het ontluchten niet onder het MIN-merkteken dalen, daar er anders lucht in het koppelingssysteem wordt gezogen. In dat geval moet de ontluchtingsprocedure worden herhaald.

• Zuig remvloeistof uit het systeem totdat deze helder is en geen luchtbellen meer bevat.

• Draai de ontluchtingsnippel dicht.


X Aanhaalmomenten:Ontluchtingsnippel ....................................... 10 Nm

KL000110

MAX

KL000140

00.53

Remklauw, rechtsvoor ontluchten

L Opmerking:Voor het ontluchten bij de vulaansluiting moet de in-busafsluitplug in de vulaansluiting door de ontluch-tingsnippel worden vervangen.

• Wikkel om de vulaansluiting (2) op de rechter remklauw lappen.

• Draai de inbusafsluitplug (1) uit de vulaansluiting (2).

e Attentie:Door de ontluchtingsnippel in de vulaansluiting (2) te draaien gaat de klep in de vulaansluiting open, er stroomt direct remvloeistof naar buiten. Sluit het remontluchtingsapparaat dan ook aan op de ont-luchtingsnippel voordat deze in de vulaansluiting wordt gedraaid.

• Sluit de aansluiting van het remontluchtingsap-paraat aan op de ontluchtingsnippel.

• Schroef de ontluchtingsnippel met het aangeslo-ten remontluchtingsapparaat tot aan de aanslag in de vulaansluiting (2) (klep in vulaansluiting ge-sloten).

• Draai de ontluchtingsnippel een halve slag los (klep open).

e Attentie:Giet geen remvloeistof in de bevestigingsboringen voor het deksel. Het remvloeistofpeil mag tijdens het ontluchten niet onder het MIN-merkteken dalen, daar er anders lucht in het remsysteem wordt gezo-gen. In dat geval moet de ontluchtingsprocedure worden herhaald.


d Waarschuwing:

Met de motorfiets mag zonder gemonteerde stel-schroef in de vulaansluiting niet worden gereden.Bij vervanging van de ontluchtingsnippel door de in-busafsluitplug mag de weglekkende remvloeistof in geen geval met de remblokken of andere motorfiets-delen in aanraking komen.

• Draai de ontluchtingsnippel los.• Maak het remontluchtingsapparaat los van de

ontluchtingsnippel.• Draai de inbusafsluitplug (1) in de vulaansluiting

en draai deze vast.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde

plaats, let daarbij speciaal op de volgende pun-ten.



X Aanhaalmoment:Stelschroef................................................... 10 Nm

• Draai het remvloeistofreservoir in de vooraf afge-tekende stand (pijl).



X Aanhaalmomenten:Klembout ....................................................... 5 Nm

KL000190

21

KL000120

00.54

Achterrem


– Accuafdekplaat, rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Zadel, achter uitbouwen.


• Draai de dop van het remvloeistofreservoir.• Vul remvloeistof bij tot aan het MAX-merkteken.

Drukmodulator achterrem ontluchten

L Opmerking:De ontluchting van de drukmodulator is alleen nodig als het remsysteem opengemaakt of afgetapt werd.

– Accuafdekplaat, links uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46

• Sluit het remontluchtingsapparaat aan op de ontluchtingsnippel van de drukmodulator voor de achterrem (pijl).

• Draai de ontluchtingsnippel een halve slag open.

e Attentie:

Het remvloeistofpeil mag tijdens het ontluchten niet onder het MIN-merkteken dalen, daar er anders lucht in het koppelingssysteem wordt gezogen. In dat geval moet de ontluchtingsprocedure worden herhaald.




X Aanhaalmoment:Ontluchtingsnippel ....................................... 10 Nm

Remzuiger terugdrukken


– Verwijder de remklauw.– Bouw de remblokken uit.

• Druk de remzuigers geheel terug met het remzui-gerblok, BMW-nr. 34 1 500.

• Achterremsysteem vullen en ontluchten.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Remklauw aan cardan.................................. 40 Nm

KL000140

KL000900

34 1 500

00.55

Remklauw ontluchten

• Sluit het remontluchtingsapparaat aan op de ontluchtingsnippel van de remklauw aan de velgzijde (pijl).

• Draai de ontluchtingsnippel een halve slag open.

e Attentie:Het remvloeistofpeil mag tijdens het ontluchten niet onder het MIN-merkteken dalen, daar er anders lucht in het koppelingssysteem wordt gezogen. In dat geval moet de ontluchtingsprocedure worden herhaald.



• Remklauw aan de cardanzijde ontluchten, ge-bruik zo nodig een verlengslang (pijl).

• Schroef de dop van het remvloeistofreservoir met de hand vast.


e Attentie:

Voer de oude remvloeistof op milieuverantwoorde wijze af.


X Aanhaalmoment:Ontluchtingsnippel ....................................... 10 Nm

Peil koppelingsvloeistof controleren

(inspectie I, II, III)– Plaats de motorfiets horizontaal op de midden-

standaard.• Draai het stuur tegen de rechteraanslag.

L Opmerking:Met toenemende slijtage van de koppelingsvoering stijgt het remvloeistofniveau in het reservoir.

• Koppelingsvloeistofniveau via inspectieglas con-troleren.

d Waarschuwing:Een correcte werking van de koppeling is, als het vloeistofniveau onder het midden van het inspectie-glas staat, niet meer gewaarborgd.

• Het vloeistofniveau mag niet lager liggen dan het oorspronkelijke niveau (pijl), controleer zo nodig het koppelingssysteem op lekkage.

Richtniveau bij nieuwe koppelingsvoering:.......................................... bovenste ringmarkering

KL000300

KL000230

KL000280

00.56

Remvloeistof koppelingssysteem verversen (elke 40 000 km)Remvloeistof koppelingssysteem uiterlijk om de twee jaar verversen(inspectie III)



– Stootstrip, rechts uitbouwen.


• Stuurafdekplaat linksboven/-onder uitbouwen.• Schroef de combischakelaar en de radioaf-

standsbediening los.• Draai het stuur tegen de rechteraanslag.

• Draai de klembout (1) een slag los.• Verdraai het koppelingsarmatuur zo dat het pak-

kingvlak van het deksel van het reservoir vanaf de zijkant gezien horizontaal staat.




• Maak de ontluchtingsslang voor de koppeling bij de stootstriphouder, rechts los.

• Trek de beschermkous van de vulaansluiting.

• Draai de inbusafsluitplug uit de vulaansluiting (pijl).

• Draai de ontluchtingsnippel in de vulaansluiting.• Sluit het remontluchtingsapparaat aan op de

ontluchtingsnippel van de remklauw.• Draai de ontluchtingsnippel een halve slag open.KL000260

1

KL000150

KL210060

00.57

e Attentie:



e Attentie:Voer de oude remvloeistof op milieuverantwoorde wijze af.

• Zuig de remvloeistof tot aan de MIN-markering (pijl) uit het reservoir.


d Waarschuwing:Met de motorfiets mag zonder gemonteerde stel-schroef in de vulaansluiting niet worden gereden.

• Draai de ontluchtingsnippel los, veeg bij het uit-bouwen van de adapter de eventueel weglek-kende remvloeistof direct op.

• Draai de inbusafsluitplug in de vulaansluiting en draai deze vast.

• Trek de beschermkous over de vulaansluiting.• Zet de ontluchtingsslang m.b.v. een kabelbandje

vast aan de rechter stootstrip.

• Draai het koppelingsarmatuur weer in de gemar-keerde stand (pijl).



X Aanhaalmoment:Stelschroef................................................... 10 NmKlembout ....................................................... 5 Nm

KL000151

KL000260

00.58

Benzinefilter vervangen (elke 40 000 km)

(inspectie III)

L Opmerking:Vervang het benzinefilter elke 20 000 km bij benzine van mindere kwaliteit.

– Verwijder de benzinetank. a ......................................................Zie groep 16

d Waarschuwing:Neem bij werkzaamheden met brandstof de veilig-heidsvoorschriften in acht.

• Tap de benzine uit de benzinetank af.

Benzinepompeenheid uitbouwen

• Draai de wartelmoer (3) m.b.v. de sleutel, BMW-nr. 16 1 710, los.

• Bouw de benzinepompeenheid (1) met de pak-kingring (2) uit.

KL160021

1

3

2

00.59

Benzinefilter uit-/inbouwen

• Maak de slangklemmen (4) los.• Trek de benzineslangen (1, 3) los van het

benzinefilter (2).

e Attentie:Let op de doorstroomrichting van het benzinefilter.

• Sluit de benzineslangen (1, 3) aan op het nieuwe benzinefilter (2).

• Knijp de slangklemmen (4) dicht met de tang, BMW-nr. 13 1 500.

Benzinepompeenheid inbouwen

• Plaats de benzinepompunit met de pakkingring in de benzinetank.

L Opmerking:De pijl aan de onderzijde van de benzinetank moet in lijn liggen met de pijl op de benzinepompunit.

• Draai de wartelmoer m.b.v. de sleutel, BMW-nr. 16 1 710, vast.

• Monteer de benzinetank.

X Aanhaalmomenten:Wartelmoer .................................................. 30 NmBenzinetank aan frame M8........................... 21 NmSteun aan frame M8..................................... 21 NmSteun aan frame M6....................................... 9 Nm

KL160022

1

2

3

4

4

KL160024

00.60

Koelvloeistofpeil en antivriesconcentratie controleren, zo nodig koelvloeistof bijvullen

(inspectie I, III)

L Opmerking:Corrigeer het koelvloeistofniveau alleen bij koude motor.


• Maak de linker koffer open.

e Attentie:De koelvloeistof moet tot minimaal -30 °C beveiligd zijn tegen bevriezing. Gebruik uitsluitend een nitriet-vrij antivries- en anticorrosiemiddel voor het gehele jaar!Vul het expansiereservoir niet boven de MAX-mar-kering (pijl).

• Draai de dop op het expansiereservoir (1) los.• Controleer de antivriesconcentratie in het expan-

siereservoir en vul zo nodig antivries bij.

L Opmerking:Vul de koelvloeistof met de mengverhouding 50 % antivries, 50 % water bij.

• Controleer het koelvloeistofniveau in het expan-siereservoir en vul zo nodig koelvloeistof bij.

KL170010

1

KL000360

00.61

Koelvloeistof verversen

(inspectie IV)

L Opmerking:Ververs de koelvloeistof ten minste elke 2 jaar

Koelvloeistof aftappen

– Bouw de kuipzijdelen links, de accuafdekplaat, links en de middelste motorspoiler uit.

a ......................................................Zie groep 46– Bouw de tankcover uit.a ......................................................Zie groep 46• Draai de radiateurdop van de linker radiateur los.• Plaats een opvangbak onder de olie-/water-

pomp.

• Trek de kabel (pijl) voor de temperatuursensor van de waterpomp (1) los.

• Schroef de temperatuursensor voor de waterpomp (1) los en tap de koelvloeistof af.

• Knijp de koelvloeistofslang tussen de aansluit-mond en de linker radiateur (pijl) in, om de overi-ge koelvloeistof uit het systeem te drukken.

• Maak de slangklem (pijl) voor de ontluchtings-slang los en trek de ontluchtingsslang los.

• Plaats een opvangbak onder het expansiereser-voir voor de koelvloeistof.

• Draai de bouten (pijlen) los.

L Opmerking:Bij het uitbouwen van het expansiereservoir kan er koelvloeistof weglopen, knijp de nippel op de dop dicht.

• Bouw het expansiereservoir uit en tap dit geheel af

• Tap de ontluchtingsslang geheel af.

e Attentie:Sla de oude koelvloeistof op milieuverantwoorde wijze op.

KL000370

1

KL000380

KR170010

kl000390

00.62

Koelvloeistof bijvullen

• Expansiereservoir inbouwen, draai de bevesti-gingsbouten vast.

e Attentie:Let erop dat de ontluchtingsslang zonder knikken wordt gemonteerd.

• Monteer de ontluchtingsslang weer, zorg dat de schroefworm van de slangklem naar voren ge-richt is en draai deze vast.

• Monteer de temperatuursensor voor de water-pomp en draai deze vast.

• Vul koelvloeistof bij tot aan de onderrand van de vulpijp (pijl). Draai de dop weer vast.

• Vul het expansiereservoir tot aan het MAX-merk-teken.

Inhoud..............................................................2,5 lin expansiereservoir ......................................+ 0,6 l

AntivriesGebruik uitsluitend een nitrietvrij antivries- en anti-corrosiemiddel voor het gehele jaar!

ConcentratieAntivries ..........................................................50 %Water ..............................................................50 %

• Draai de motor m.b.v. de startmotor rond, knijp daarbij in de koelvloeistofslangen die naar de aansluitmond en naar de waterpomp lopen (pij-len).

• Vul zo nodig koelvloeistof bij tot aan de MAX-markering.

• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-de.

X Aanhaalmomenten:Temperatuursensor waterpomp ..................... 9 NmBevestigingsbouten schetsplaat voetsteunen .............................. 21 Nm

KR170010

KL000400

00.63

Accu

(inspectie III, IV)

Elektrolytpeil van de accu controleren, zo nodig gedestilleerd water bijvullen; accupolen contro-leren, zo nodig reinigen en invetten

d Waarschuwing:Accuzuur is zeer agressief! Bescherm ogen, ge-zicht, handen, lak en kleding!

Elektrolytniveau controleren

L Opmerking:Voor het controleren van het elektrolytniveau moet de accu worden uitgebouwd.

• Plaats de motorfiets op de middenstandaard.• Open de voorste buddyzit.

e Attentie:Beschadig de benzinetank, kabels en slangen bij het uitbouwen niet! Maak de accukabels alleen los als het contact is afgezet. Om kortsluiting te voorkomen: Maak eerst de mas-sakabel (—) en daarna de accupluskabel (+) los!

• Maak de massakabel (3) los van de accu en iso-leer deze.

• Druk het afdekkapje op de accupluspool open, maak de accupluskabel op de accu los en iso-leer deze.

• Draai de bouten (1) van de accumontageplaat (2) los. Verwijder de accumontageplaat.

• Trek de accu met de accuontluchtingsslang uit de accuhouder, zet de accu recht neer.

• Reinig de accupolen en smeer deze in met accu-poolvet.

• Elektrolytniveau controleren.

Gedestilleerd water bijvullen

– Bouw de accu uit.– Zet de accu horizontaal neer.• Draai de zes celdoppen m.b.v. een schroeven-

draaier los.

e Attentie:Gebruik voor het corrigeren van het elektrolytniveau alleen gedestilleerd water. Er mag in geen geval ver-dund zwavelzuur worden bijgevuld.

• Vul gedestilleerd water bij tot aan de MAX-mar-kering.

• Draai de accuceldoppen goed vast.

Accu inbouwen

e Attentie:Maak de accukabels alleen bij uitgezet contact los, om kortsluiting te voorkomen! Sluit eerst de accu-pluskabel (+) aan, druk de kap op de accupluskabel dicht, en sluit daarna de accumassakabel (—) aan! Let erop dat de ontluchtingsslang van de accu zon-der knikken is gemonteerd en niet verstopt is!Elektrolyt (accuzuur) is zeer agressief, laat de even-tueel naar buiten komende zuurdampen niet met delen van de motorfiets in aanraking komen.


e Attentie:De motorfiets mag alleen in gebruik worden geno-men als de afdekkap voor de accupluspool is dicht-geklapt.

1KL610010

3

2

00.64

• Schuif de ontluchtingsslang door het oog (pijl) op de accuhouder naar buiten.

L Opmerking:Het losmaken van de accukabels wist alle gegevens (b.v. storingen, adaptaties) in het geheugen van de motronic-regeleenheid.Het verlies van de adaptaties kan onder bepaalde omstandigheden tijdelijk leiden tot een ander motor-gedrag bij het weer in gebruik nemen.De motronic detecteert de verloren gegane adapta-ties automatisch tijdens de eerstvolgende draai-uren.

• Zet het contact aan.• Draai de gashendel bij stilstaande motor een- tot

tweemaal geheel open. De motronic detecteert de gasklepstand.

X Aanhaalmoment:Accumontageplaat aan accuhouder............... 4 Nm

Luchtfilter vervangen

(inspectie III)

L Opmerking:Vervang bij sterke vervuiling en grote stofoverlast het luchtfilter elke 10 000 km en zo nodig vaker.

d Waarschuwing:Neem bij werkzaamheden met brandstof de veilig-heidsvoorschriften in acht; de benzineleidingen staan onder druk.

– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16

• Maak de bevestigingen (pijlen) los en verwijder het deksel.

• Verwijder het luchtfilterelement.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Benzinetank aan frame M8........................... 21 NmSteun aan frame M8..................................... 21 NmSteun aan frame M6....................................... 9 Nm

Werking van schakelaar zijstandaard controleren

(inspectie I, II, III)






KL000340 KR130010

KR130201

00.65

Zijstandaard doorsmeren

(inspectie II, III, IV)

• Controleer de gangbaarheid van de zijstandaard en smeer deze zo nodig door.

• Smeer de lagerbus (pijl) m.b.v. een vetspuit net zo lang door tot bij de smeervlakken schoon vet naar buiten komt.

Smeermiddel:voor lagerbus ............................. Shell Retinax EP2

Middenstandaard controleren, zo nodig doorsmeren

(inspectie II, III, IV)

Middenstandaard controleren

– Verwijder de motorspoiler.a ......................................................Zie groep 46• Bouw de hefinrichting, BMW-nr. 00 1 510, in.

e Attentie:

Beveilig de motorfiets zodat deze niet kan omvallen, bijvoorbeeld m.b.v. de kraan, BMW-nr. 46 5 640, en de traverse, BMW-nr. 46 5 650.

• Takel de motorfiets met de hefinrichting, BMW-nr. 00 1 510, voorzichtig zo ver op dat de middenstandaard vrij in- en uitgeklapt kan wor-den.

• Controleer of de middenstandaard automatisch terugklapt.

– Als de middenstandaard niet automatisch terug-klapt, moet deze worden doorgesmeerd.

L Opmerking:Om de middenstandaard te kunnen smeren, moet deze worden uitgebouwd.

Middenstandaard doorsmeren

• Middenstandaard inklappen.• Span de trekveren zo ver met de veerspanner,

BMW-nr. 46 5 710, voor, dat deze van de console (pijl) kunnen worden losgehaakt.

• Ontspan de veerspanner en verwijder de strip met de veren.

KL000410

KL00031000 1 510

46 5 640

46 5 650

KL000320

46 5 710

00.66

e Attentie:De bevestigingsbouten (1) zijn m.b.v. een borgvloei-stof geborgd. Zorg ervoor dat de O-ringen (3) bij het warmstoken om de borging op te heffen, niet wor-den oververhit.

• Maak het borgmiddel voor de bevestigingsbouten (1) links/rechts m.b.v. een föhn vanaf de binnenzijde voorzichtig zacht.

• Draai de bevestigingsbouten (1) links/rechts los.• Maak de borgveer (2) links los.• Druk de bus (4) links/rechts los.• Controleer de O-ringen (3) en vervang deze zo

nodig.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Gebruik bij de montage nieuwe bouten of reinig de schroefdraad en de boringen en monteer de bouten met Loctite 243.

Smeermiddel:voor bussen............................... Shell Retinax EP 2

X Aanhaalmomenten:Middenstandaard aan console(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 41 Nm

KR460270

1

1

24

4

3

3

w

00.67


(inspectie II, III)

• Draai het stuur tegen de linkeraanslag.• Druk het voorste uiteinde van het huis van de

stuurdemper in radiale richting heen en weer, controleer hierbij of de zuigerstang en de kogel-cup speling hebben.

Achterwielbouten op vastzitten controleren(inspectie I)

• Trek de bevestigingsbouten van het achterwiel met een momentsleutel na.

X Aanhaalmoment:Bevestigingsbouten achterwiel................... 105 Nm

Achterwiel op kantelspeling controleren(inspectie III)

• Kantel het achterwiel over de wielas heen en weer.

Achtervorklagering controleren, zo nodig afstellen(inspectie I, III)

• Pak het achterwiel aan de achterzijde bij de band vast en probeer het in zijdelingse richting te be-wegen, houd hierbij de handgreep op het frame vast.

• Als er speling voelbaar is, moeten de achtervork-lagers worden nagetrokken.

a .....................................................Zie groep 33,Achtervork inbouwen

Inductiesensor op achterwiel reinigen (elke 40 000 km)

Inductiesensor op achterwiel uiterlijk om de twee jaar reinigen(inspectie III)

• Draai de bout (pijl) los.• Wip de inductieve zender los en reinig deze met

een doek.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X AanhaalmomentBout inductieve zender ................................ 5 Nm

KR000020

00.68

Klepspeling controleren, zo nodig afstellen

(inspectie III)

Klepspeling controleren

e Attentie:Draai de bougies nooit los voor het meten van de klepspeling. Hierdoor zou er eventueel koolaanslag achter een uitlaatklepschotel terecht kunnen komen en het meetresultaat vervalsen.De motortemperatuur mag bij het controleren van de klepspeling maximaal 35 °C bedragen.

– Bouw het kuipzijdeel, de motorspoiler en de stootstripsteun aan de linkerzijde uit.

a ......................................................Zie groep 46• Verwijder het kleppendeksel.• Draai de motor via het achterwiel rond.• Meet de klepspeling m.b.v. de voelermaatjes en

noteer de waarde.• Bepaal via de vergelijking tussen de richt- en de

actuele waarde zo nodig de vervangingsstoter.

Klepspeling:Inlaat ...............................................0,15…0,20 mmUitlaat..............................................0,25…0,30 mm

Klepspeling afstellen

L Opmerking:Om de komstoters te kunnen vervangen, moeten de nokkenassen worden uitgebouwd.

– Bouw het kuipzijdeel, de motorspoiler en de stootstripsteun aan de linkerzijde uit.

– Verwijder het kleppendeksel.

• Draai de afsluitplug (pijl) voor de spanner in het distributiedeksel los.

L Opmerking:

Draai, resp. druk de nokkenas net zo lang in de draairichting tot de olie uit de kettingspanner is ge-perst en de pen voor de kettingspanner tot aan de aanslag naar binnen kan worden gedrukt.

• Fixeer de kettingspanner in het distributiedeksel met de pen voor de kettingspanner, BMW-nr. 11 6 740.

e Attentie:Plaats de zuiger in het midden van de cilinder (cilinder 1 ca. 90° voor het BDP) om beschadiging van de kleppen en zuigers te voorkomen.

• Maak de glijrail (2) los.• Maak het kettingtandwiel (1) los, bij het zeskant

op de nokkenas tegenhouden.

L Opmerking:De distributieketting mag niet loskomen van het krukastandwiel, fixeer deze met een kabelbandje op de kettingtandwielen.

• Verwijder de nokkenastandwielen en de geleide-rail.

KR110930

KR110250

21

1

00.69

• Verdraai de nokkenassen zo dat de nokpunten vrij zijn.

• Bouw eerst de lagerkappen (2) van de drukla-gers uit om kantelen te voorkomen.

• Draai de bouten van de lagerkappen (3) van de radiaallagers gelijkmatig los en bouw de lager-kappen uit.

• Bouw de nokkenassen uit.• Trek met een zuignap, BMW-nr. 11 3 251, de

betreffende komstoter uit de cilinderkop.• Smeer de vervangingsstoter dun in met olie en

monteer deze.• Smeer de nokkenassen bij de lagertappen in met

olie.

Codering nokkenassenInlaat ................. twee groeven achter het druklagerUitlaat...................... eén groef achter het druklager

Codering lagerkapInlaatzijde ....................................... oneven getallenUitlaatzijde ......................................... even getallenDe volgorde loopt op van voren (distributiezijde) naar achteren.

• Bouw de nokkenassen zo in dat de nokpunten vrij zijn.

• Breng eerst de binnenste lagerkappen aan.• Breng het druklager (distributiezijde) met de ge-

leiderail als laatste aan. Draai de bouten daarvan pas vast nadat de nokkenastandwielen zijn inge-bouwd.

• Draai de lagerkapbouten van binnen naar buiten gelijkmatig vast.

X Aanhaalmoment:Lagerkapbouten ........................................... 10 Nm

• Verdraai de nokkenassen zo dat de groeven aan de achterzijde (tegenover de distributiezijde) haaks t.o.v. de cilinderkop staan.

• De groeven aan de distributiezijde moeten naar de krukas zijn gericht.

• Breng het afstelkaliber, BMW-nr. 11 3 700, aan en zet het vast op de lagerkappen van de nok-kenassen.

e Attentie:Let er bij het verdraaien van de krukas op dat de dis-tributieketting niet van het krukastandwiel loopt.

• Draai de krukas 90° door, let op de draairichting, de zuiger van cilinder 1 moet in het BDP staan.

• Monteer het kettingtandwiel van de inlaatnok-kenas zo dat de distributieketting naar de gelei-derail strakstaat.

• Breng de bout aan en draai deze aan tot deze aanligt.

• Monteer het kettingtandwiel van de uitlaatnok-kenas zo dat de distributieketting tussen de nok-kenastandwielen (in de geleiderail) zo strak mogelijk staat.

• Breng de bout aan en draai deze aan tot deze aanligt.

• Verwijder het afstelkaliber, BMW-nr. 11 3 700.• Druk de nokkenas voorzichtig tegen het drukla-

ger en zet de lagerkap met de glijrail vast.• Houd de nokkenassen bij het zeskant tegen en

draai de bouten van de nokkenastandwielen vast.

• Verwijder de spanner voor de kettingspanner en draai de afsluitplug vast.

X Aanhaalmomenten:Lagerkapbouten........................................... 10 NmBouten kettingtandwielen............................. 56 NmDistributiedeksel ............................................ 9 NmAfsluitplug voor kettingspanner ...................... 9 Nm

KR110270

41 2 3

KL110120

11 3 700

00.70

Draai de motor rond en controleer de stand van de nokkenastandwielen onderling en ten opzichte van de krukas (bij BDP).

• Monteer de pakking van het kleppendeksel met de halve manen als eerste. De merktekens op de pakking en het kleppendeksel moeten voor en achter corresponderen.

• Smeer de pakkingvlakken bij de stootranden tus-sen de cilinderkop, het distributiedeksel en het kleppendeksel en bij de halve manen (pijlen) dun in met Three Bond 1209.

L Opmerking:Vergeet de contactveer niet.

• Breng het kleppendeksel aan. Breng de bout voor in het midden (distributiezijde, pijl) en beide bouten achter (pijlen) aan om de pakking te fixe-ren.

• Draai alle bouten aan tot deze aanliggen.• Draai de bouten van binnen naar buiten kruise-

lings vast.• Monteer de isolatieplaat.

X Aanhaalmomenten:Kleppendeksel ............................................... 9 NmBougies........................................................ 20 NmBevestigingsbouten isolatieplaat .................... 5 Nm

• Stootstriphouder, motorspoiler en kuipzijdeel, links inbouwen.

X Aanhaalmomenten:Bevestigingsbouten stootstriphouder........... 21 Nm

Voering van kettingspanrail en kettinggeleiderail vervangen

(elke 60 000 km)

a ......................................................Zie groep 11

KR110840

KR110730

00.71

Bougies vervangen

(inspectie III)

– Motorspoiler, links uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Isolatieplaat (1) uitbouwen.• Trek de bougiestekers (2) los met een platbek-

tang.• Draai de bougies (3) los met de bougiesleutel,

BMW-nr. 12 3 500.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Bougies........................................................ 20 NmBevestigingsbouten isolatieplaat .................... 5 Nm

Eindcontrole met controle op ver-keersveiligheid/bedrijfszekerheid(inspectie I, II, III, IV)

Staat controleren• Controleer de velgen en banden.• Controleer de bandenspanning en corrigeer

deze zo nodig.• Controleer, resp. corrigeer het oliepeil op zijn

vroegst na 10 minuten proefdraaien/proefrijden.

Bandenspanningsolo......................................................voor 2,5 barsolo...................................................achter 2,9 bar

met duopassagier ................................voor 2,5 barmet duopassagier .............................achter 2,9 bar

met duopassagier en bagage...............voor 2,5 barmet duopassagier en bagage............achter 3,2 bar

Werking controleren van• Koppeling• Schakelmechanisme• Besturing• Remgreep en rempedaal, ABS• Verlichting en claxon • Controlelampen• Instrumenten• Claxon• Radio• Speciale uitrusting• Zo nodig proefrit maken

KL000010

32

1

11.1

Inhoud Blz.

11

Technische gegevens ................................................................................................................ 5

Motor-doorsnedetekening K 1200 LT .............................................................................11

Voorbereidende werkzaamheden bij ingebouwde motor ...................................13

…voor gecombineerde olie-/waterpomp uitbouwen .....................................................13

…voor het verwijderen van het distributiedeksel, en de distributieketting ..........13

...voor uitbouwen cilinderkop ..................................................................................................14

Motor uitbouwen/inbouwen .................................................................................................14

Motor uitbouwen ...........................................................................................................................14Constructiegroep frame ....................................................................................................................14Constructiegroep radiateur, benzinetank en -leidingen .....................................................................14Constructiegroep uitlaatsysteem .......................................................................................................14Constructiegroep cardan, wielen en banden .....................................................................................15Constructiegroep frame en koppeling ...............................................................................................15Constructiegroep elektrische installatie motor en elektrische installatie, algemeen ...........................15Constructiegroep frame en versnellingsbak .......................................................................................15

Motor inbouwen .............................................................................................................................16Constructiegroep frame en versnellingsbak .......................................................................................16Constructiegroep koppeling ..............................................................................................................16Constructiegroep elektrische installatie motor en elektrische installatie, algemeen ...........................16Constructiegroep frame, cardan, wielen en banden ..............................................................................................................................................16Constructiegroep uitlaatsysteem .......................................................................................................16Constructiegroep radiateur, benzinetank en -leidingen .....................................................................16Constructie frame ..............................................................................................................................16

Motor demonteren .....................................................................................................................17

Waterpomp uitbouwen, demonteren/monteren ..............................................................17Olie-/waterpomp uitbouwen ..............................................................................................................17Olie-/waterpomp demonteren ...........................................................................................................17Schraapring en keerring uitbouwen ...................................................................................................17Olieoverdrukklep uitbouwen ..............................................................................................................18Olieoverdrukklep inbouwen ...............................................................................................................18Oliedrukschakelaar, temperatuursensor waterpomp .........................................................................18Pompas met keerring en schraapring inbouwen. ...............................................................................18Schoepenwiel van waterpomp inbouwen ..........................................................................................18

Distributiedeksel verwijderen ...................................................................................................19Kleppendeksel verwijderen ................................................................................................................19Impulsgever uitbouwen .....................................................................................................................19Distributiedeksel verwijderen .............................................................................................................19Keerring in distributiedeksel uit-/inbouwen. .......................................................................................20

11 Motor

11.2

Inhoud Blz.

Distributieketting uitbouwen .....................................................................................................21Nokkenastandwielen uitbouwen ........................................................................................................21Kettingspanrail uitbouwen .................................................................................................................21Kettinggeleiderail uitbouwen .............................................................................................................21Spanband van de kettingspanrail vervangen .....................................................................................22

Cilinderkop uitbouwen, demonteren en monteren ........................................................22Nokkenassen uitbouwen ...................................................................................................................22Komstoters uitbouwen ......................................................................................................................22Cilinderkop uitbouwen .......................................................................................................................22Kleppen uitbouwen ...........................................................................................................................22Klepzetelring bewerken .....................................................................................................................23Klep en klepsteelcup inbouwen .........................................................................................................24

Krukastandwiel en rotorflens uit-/inbouwen .....................................................................24

Krukas uitbouwen .........................................................................................................................25Drijfstanglagers uitbouwen ................................................................................................................25Hoofdlagers uitbouwen (motor ingebouwd) .......................................................................................25Hoofdlagers uitbouwen (motor uitgebouwd) ......................................................................................25

Zuiger met drijfstang uitbouwen, demonteren/monteren ............................................25Zuiger met drijfstang uitbouwen ........................................................................................................25Zuiger demonteren ............................................................................................................................25Zuiger opmeten .................................................................................................................................26Zuiger monteren ................................................................................................................................26Cilinder opmeten ...............................................................................................................................26Drijfstangboringen op parallelliteit controleren ...................................................................................26Zuiger en drijfstang monteren ............................................................................................................27

Tandflankspeling van tussenas bepalen .............................................................................28

Tussenflens uitbouwen ...............................................................................................................28Meenemer uitbouwen ........................................................................................................................28Koppelingshuis uitbouwen ................................................................................................................29Tussenflens uitbouwen ......................................................................................................................29

Tussenflens demonteren/monteren ......................................................................................30Lager van meenemer uitbouwen .......................................................................................................30Lager van meenemer inbouwen ........................................................................................................30Keerring voor meenemer uit-/inbouwen ............................................................................................31

Secundaire en tussenas met vrijloop uitbouwen ............................................................31

Vrijloop demonteren/monteren ...............................................................................................32Vrijloop demonteren ..........................................................................................................................32Vrijloop monteren ..............................................................................................................................33

Naaldlager voor tussenas en keerring in motorblok uit-/inbouwen ........................33Lager uitbouwen ...............................................................................................................................33Keerring uitbouwen ...........................................................................................................................33Keerring inbouwen ............................................................................................................................33Lager inbouwen ................................................................................................................................33

Hoofdas uitbouwen ......................................................................................................................34Carterpan verwijderen .......................................................................................................................34Oliezeef en oliefilter uitbouwen ..........................................................................................................34Carter verwijderen .............................................................................................................................34Oliepeilglas uit-/inbouwen .................................................................................................................34

11.3

Inhoud Blz.

Hoofdas demonteren/monteren .............................................................................................35Hoofdas demonteren ........................................................................................................................35Spantandwiel demonteren .................................................................................................................35Spantandwiel monteren .....................................................................................................................36Demper monteren .............................................................................................................................37

Motor monteren ...........................................................................................................................37

Hoofdas inbouwen .......................................................................................................................37Carter monteren ................................................................................................................................37Oliezeef inbouwen .............................................................................................................................38Oliefilter inbouwen .............................................................................................................................38Carterpan monteren ..........................................................................................................................38

Tussenflens inbouwen ................................................................................................................39Vrijloop inbouwen ..............................................................................................................................39Secundaire as inbouwen ...................................................................................................................39Tussenflens inbouwen .......................................................................................................................39Hoofdaskeerring inbouwen ................................................................................................................39Koppelingshuis inbouwen .................................................................................................................40Meenemer inbouwen .........................................................................................................................40

Krukas inbouwen ..........................................................................................................................40

Krukasspeling meten ...................................................................................................................41Radiale speling meten .......................................................................................................................41Axiale speling meten .........................................................................................................................41

Zuiger met drijfstang inbouwen ..............................................................................................42

Drijfstanglagers inbouwen .........................................................................................................42

Drijfstanglagerspeling meten ...................................................................................................42

Krukas opmeten ............................................................................................................................43

Cilinderkop inbouwen .................................................................................................................44

Nokkenassen inbouwen .............................................................................................................45

Distributieketting inbouwen ......................................................................................................45

Distributiedeksel monteren .......................................................................................................47

Klepspeling controleren .............................................................................................................47

Klepspeling afstellen ....................................................................................................................47

Impulsgever inbouwen ................................................................................................................48Deksel van impulsgever monteren .....................................................................................................48

Gecombineerde olie-/waterpomp inbouwen ....................................................................49

Motordeksel monteren ...............................................................................................................49

Kleppendeksel monteren ..........................................................................................................50

11.5

11

Technische gegevens K 1200 LT

Motor, algemeen

Motorconstructie In lengterichting geplaatste viertakt-, vierkleps-motor in lijn met twee bovenliggende nokkenas-sen, vloeistofkoeling en elektronische benzine-inspuiting.

Plaats van het motornummer Carter rechtsachter

Cilinderboring mm 70,5

Slag mm 75

Aantal cilinders 4

Effectieve cilinderinhoud cm3 1171

Compressieverhouding 10,8 : 1

Nominaal vermogen kW 72

Max. koppel Nm 115

Max. toelaatbaar toerental min-1 8500

Stationair toerental min-1 950

Draairichting Op ontstekingssysteem gezien linksom

Compressiedruk

goed bar meer dan 10,0

normaal bar 8,5…10,0

slecht bar minder dan 8,5

Smeersysteem

Motorsmering Drukcirculatiesmering

Oliefilter In de hoofdstroom

Drukverschil voor opening van bypassklep bar 1,5

Oliedruk-controlelamp gaat branden onder bar 0,2…0,5

Overdrukklep gaat open bij bar 5,4

Olie-inhoud

met vervanging filter l 3,6

min/max l 0,8

Toelaatbaar olieverbruik l/1000 km 1,0

11.6

Oliepomp

Oliepomp Tandwielpomp

Distributieketting

Uitvoering Voorgerekte eindeloze enkele rollenketting met 128 schakels

Kleppen

Klephoek

Inlaat ° 20,5

Uitlaat ° 19,5

Klepspeling, bij koude motor (max. 35 °C)

Inlaatklep mm 0,15…0,20

Uitlaatklep mm 0,25…0,30

Kleptiming gebaseerd op 3 mm kleplichthoogte en klepspe-ling 0

Inlaatklep opent 19° na BDP

Inlaatklep sluit 13° na ODP

Uitlaatklep opent 7° voor ODP

Uitlaatklep sluit 25° voor BDP

Klepschotel-Ø

Inlaat mm 26,5

Uitlaat mm 23

Klepsteel-Ø

Inlaat mm 4,966…4,980

Slijtagelimiet mm 4,946

Uitlaat mm 4,956…4,970


Max. slingering van de klepschotel op de klepzitting

Inlaat, uitlaat mm 0,02


11.7

Klepzetelring

Klepzittinghoek

Inlaat ° 45

Uitlaat ° 45

Klepzittingbreedte

Inlaat mm 0,95…1,25




Buiten-Ø klepzetelring (maat voor frezen klepzetelring)

Inlaat mm 25,60…26,00


Klepzetelring-Ø (overmaat +0,2 mm)

Inlaat mm 27,59…27,72


Zitting-Ø in cilinderkop (overmaat +0,2 mm)

Inlaat mm 27,70…27,91


Klepgeleider

Lengte klepgeleider

Inlaat mm 45

Uitlaat mm 57,5

Klepgeleider Buiten-Ø mm 11,533…11,544

Boring in cilinderkop mm 11,500…11,518

Passing mm 0,015…0,044

Overmaat

Overmaat-klepgeleider Buiten-Ø mm 11,700…11,718

Klepgeleider

Binnen-Ø mm 5,000…5,012


Klepveer

Buiten-Ø mm 21,3

Draad-Ø mm 3,05

Vrije veerlengte mm 42,6



11.8

Nokkenas

Inlaatnokkenas ° 244

Uitlaatnokkenas ° 232

Flenslager-Ø mm 29,970…30,000


Boring flenslager mm 30,020…30,041

Boring nokkenaslager mm 24,020…24,041

Radiale speling

Flenslager mm 0,020…0,071

Nokkenaslager mm 0,020…0,071

Nokgrondcirkel-Ø mm 30

Nokhoogte, inlaat mm 37,989 ... 38,033


Nokhoogte, uitlaat mm 37,619 ... 37,681


Stoters

Buiten-Ø mm 25,980…25,993


Boring-Ø in cilinderkop mm 26,065…26,086


Radiale speling mm 0,072…0,106


Krukas

Codering van hoofdlager en hoofdlagertap

zonder verfstip Ondermaat 0

met verfstip Ondermaat 1 (-0,25 mm)

Hoofdlager-Ø

Ondermaat 0 mm 44,976…45,000

Ondermaat 1 mm 44,726…44,750

Radiale hoofdlagerspeling mm 0,020…0,056


Breedte flenslager mm 23,020…23,053

Axiale speling mm 0,080…0,173


Hoofdlagertap-Ø

Ondermaat 0 mm 37,976…38,000

Ondermaat 1 mm 37,726…37,750


11.9

Drijfstang

Drijfstanglager met lagerschaal

Radiale speling mm 0,030…0,066


Boring-Ø zuigerpen met bus mm 17,006…17,017

Lengte hart op hart mm 130,9…131,1

Toegestaan gewichtsverschil g ±4

Cilinder

Boring-Ø

A mm 70,495…70,505

Slijtagelimiet mm +0,05

B mm 70,505…70,515

Slijtagelimiet mm +0,05

Max. zuigerspeling mm 0,130

Toelaatbare ovaliteit van de cilinder

20 mm van de bovenzijde mm 0,05

Zuiger

Zuiger-Ø Merk: KS (Meetvlak A: zie Zuigers en cilinders controleren)

A mm 70,466…70,480


B mm 70,476…70,490


Inbouwspeling mm 0,015…0,039


Gewichtsklassen

Codering van de gewichtsgroep 2 klassen, + of - inslaan

Gewichtsverschil binnen één klasse g 6

Inbouwrichting Pijl op de zuigerbodem in de rijrichting


11.10

Zuigerveren

1e groef Rechthoekige veer

Hoogte mm 0,975…0,990


Slotspeling mm 0,10…0,30


Flankspeling mm 0,030…0,065


2e groef Neusveer

Hoogte mm 1,195 ... 1,170


Slotspeling mm 0,10…0,30




3e groef U-flexveer met veer

Hoogte mm 1,960…1,990




Inbouwrichting van de zuigerveren Aanduiding Top naar boven gericht

Zuigerpen

Zuigerpen-Ø mm 16,995…17,000


Radiale speling in drijfstang mm 0,006…0,022



11.11

Motor-doorsnedetekening K 1200 LT

KL119000

11.13

Voorbereidende werkzaamheden bij ingebouwde motor

…voor gecombineerde olie-/waterpomp uitbouwen

• Verwijder de motorspoiler.a ......................................................Zie groep 46• Tap de koelvloeistof af.a ......................................................Zie groep 17• Tap de motorolie af.a ......................................................Zie groep 00

…voor het verwijderen van het distributiedeksel, en de distributieketting

e Attentie:Maak de massakabel los van de accu en isoleer hem.

• Bouw de kuipzijdelen en de motorspoiler, links en rechts uit.

a ......................................................Zie groep 46• Stootstripsteun, links/rechts uitbouwen.


• Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16• Bouw de radiateur met ventilator links/rechts uit.a ......................................................Zie groep 17• Bouw de koelvloeistofaansluitnippels en de ko-

elvloeistofslangen naar de radiateurs en naar de olie-/waterpomp uit.

• Radiateursteun, links (pijl) uitbouwen.

KL460031

11.14

...voor uitbouwen cilinderkop


• Bouw de kuipzijdelen en de motorspoiler, links en rechts uit.

a ......................................................Zie groep 46• Stootstripsteun, links uitbouwen.


• Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16• Bouw de radiateur met ventilator links/rechts uit.a ......................................................Zie groep 17• Koelvloeistofnippels met koelvloeistofslangen

naar de radiateurs uitbouwen.• Radiateursteun, links uitbouwen.• Bouw de uitlaat uit.a ......................................................Zie groep 18• Verwijder de inspuitventielenstrip.a ......................................................Zie groep 13• Bouw de gaskleppen samen met de aanzuigge-

ruisdemper uit.a ......................................................Zie groep 17

• Maak de motor bij de console, linksvoor (pijl) los.• Bouw de temperatuursensor cilinderkop uit.a ......................................................Zie groep 61• Distributiedeksel uitbouwen.• Distributieketting uitbouwen.

Motor uitbouwen/inbouwen

Motor uitbouwen

L Opmerking:Motor uitbouwen nodig voor:- uitbouwen tussenflens- uitbouwen hoofdas- uitbouwen tussenas.

e Attentie:Maak eerst de massakabel en vervolgens de plus-kabel los van de accu.

• Bouw de accu uit.• Tap de motorolie af.

Constructiegroep frame• Schetsplaat voor voetsteunen, achter uitbou-

wen.• Bouw de kuipzijdelen, de motorspoiler, de accu-

sierplaat, links/rechts uit.• Stootstripsteun, links/rechts uitbouwen.

Constructiegroep radiateur, benzinetank en -lei-dingen


• Verwijder de benzinetank.• Koelvloeistof aftappen.• Bouw de radiateur met ventilator links/rechts uit.• Koelvloeistofaansluitnippels en koelvloeistofs-

lang naar waterpomp uitbouwen.• Radiateursteun, links uitbouwen.• Verwijder de inspuitventielenstrip.• Bouw de gaskleppen samen met de aanzuigge-

ruisdemper uit.• Maak de benzineleidingen en de carteront-

luchting op de motor los.

Constructiegroep uitlaatsysteem• Trek de stekker van de lambdasonde los.• Bouw de uitlaat uit.

KL110050

11.15

Constructiegroep cardan, wielen en banden• Inductiezender achterwiel uitbouwen.• Remklauw, achterwiel uitbouwen.• Remklauw en inductiezender met behulp van

een kabelbandje vastzetten aan het frame.• Bouw het achterwiel uit.

d Waarschuwing:Let op het hoge losdraaimoment.

• Bouw de achtervork uit.

Constructiegroep frame en koppeling• Dwarspijp uitbouwen • Trek de stekkers voor de motor en de versnel-

lingsbak los.• Maak de schakelaar voor de versnellingsindica-

tie los, trek de kabel naar achteren toe weg.• Maak de ontluchtingsleiding voor de koppeling

op het frame los en trek hem naar achteren toe weg.

• Bouw de koppelingswerkcilinder uit en zet deze m.b.v. een kabelbandje vast aan het frame.

• Trek de koppelingsdrukstang los.

Constructiegroep elektrische installatie motor en elektrische installatie, algemeen• Bouw de temperatuursensor cilinderkop uit.• Maak de massakabel op de cilinderkop los.• Wip de kabel voor de zijstandaardschakelaar en

de inductiezender voor de achteruitrijhulp los en trek de kabel naar beneden toe weg.

• Maak de kabels voor de oliedrukcontrolelamp, de temperatuursensor waterpomp en de ma-gneetslagboom in de elektronicabox los en trek deze naar voren toe weg.

• Maak de bedrading op de dynamo los.• Maak de bedrading op de startmotor los.

Constructiegroep frame en versnellingsbak• Schakelaarunit achteruitrijhulp uitbouwen.• Bouw de schetsplaat voor de voetsteun voor de

berijder, links uit.• Maak de schetsplaat voor de voetsteun voor de

berijder, rechts los en zet deze met een kabel-bandje vast aan het frame.

• Maak de schakelstang bij het schakelpedaal los.• Maak de krik, BMW-nr. 00 1 510, vast aan de

carterpan.

L Opmerking:Fixeer het voorwiel.

• Maak de console, links-/rechtsvoor op de motor los.

• Maak de versnellingsbakophanging op het frame los.

e Attentie:Let er bij het opkrikken van het frame en bij het on-der het frame uit schuiven van de motor op dat er geen leidingen of kabels worden beschadigd.Let op de afstand tussen het frame en de versnel-lingsbak alsmede tussen de dwarspijp, boven en de dynamo, voorkom krassen.

• Krik m.b.v. de takel, BMW-nr. 46 5 640, het fra-me aan de achterzijde zo ver op dat de versnel-lingsbakophanging niet meer onder spanning staat.

• Maak de versnellingsbakophanging los.• Takel het frame met de takel, BMW-nr. 46 5 640,

zo ver op dat de versnellingsbak en de startmo-tor bereikbaar zijn.

• Bouw de versnellingsbak samen met de startmo-tor uit.

• Krik de motor met de krik, BMW-nr. 00 1 510, zo ver op dat de bevestigingen van de consoles ontlast zijn.

• Laat de krik, BMW-nr. 00 1 510, zakken en trek de motor onder de motorfiets weg.

• Zet de motorsteun, BMW-nr. 11 0 610, vast op het motorblok.

• Bevestig de motor op de montagebok, BMW-nr. 00 1 490.

• Bouw de hefinrichting (krik), BMW-nr. 00 1 510, uit.

• Dynamo uitbouwen.• Bouw de koppeling uit.

11.16

Motor inbouwen

• Bouw de koppeling in.• Plaats de motor vanaf de montagebok,

BMW-nr. 00 1 510, op de hefinrichting, BMW-nr. 00 1 490.

Constructiegroep frame en versnellingsbak

e Attentie:Bij het onder het frame rijden van de motor, alsmede bij het laten zakken en optakelen van het frame erop letten dat er geen onderdelen van de motorfiets worden beschadigd of worden gekrast.

• Dynamo inbouwen.• Smeer de vertanding van de as in met

Optimoly MP 3.• Schroef de geleidepennen, BMW-nr. 23 1 820,

op de tussenflens.• Plaats de versnellingsbak met de startmotor via

de geleidepennen, BMW-nr. 23 1 820, op de tussenflens.

• Bouw de arm voor de achteruitrijhulp in, draai de bevestigingsbouten voor de arm en de versnel-lingsbak bij de tussenflens vast.

• Bouw de geleidepennen uit.• Motor met krik, BMW-nr. 00 1 510, iets optillen

en het frame voorzichtig zo ver laten zakken tot de kabels op de startmotor en de dynamo aan-gesloten kunnen worden, kabels aansluiten.

• Het frame zo ver laten zakken tot de versnellings-ophanging kan worden gemonteerd, zet de ver-snellingsophanging vast.

• Draai de bevestigingsbouten bij de console links/rechts vast.

• Klap de middenstandaard uit.• Laat de krik, BMW-nr. 00 1 510, zakken en

bouw deze uit.• Laat het frame geheel zakken.• Verwijder de takel, BMW-nr. 46 5 640.• Sluit de inductiezender voor de achteruitrijhulp

aan.• Bevestig het schakelpedaal op de schakelstang.• Bedieningseenheid achteruitrijhulp inbouwen.

Constructiegroep koppeling• Schakelaar versnellingsindicatie aansluiten.• Bouw de koppelingsdrukstang in.• Monteer de koppelingswerkcilinder met een

nieuwe papieren pakking.• Trek de ontluchtingsslang van de koppeling naar

voren toe.

Constructiegroep elektrische installatie motor en elektrische installatie, algemeen• Kabel zijstandaardschakelaar aansluiten.• Massakabel op de cilinderkop aansluiten.• Draai de temperatuursensor op de cilinderkop

vast, sluit de stroomdraad aan.• Sluit de stroomdraden voor de temperatuursen-

sor van de waterpomp, de oliedrukcontrolelamp en de magneetslagboom aan en zet deze vast met kabelbandjes.

• Bouw de bougies en de bougiekabels in.• Monteer de beschermplaat op de cilinderkop.

Constructiegroep frame, cardan, wielen en banden• Bouw de dwarspijp in.• Bouw de achtervork in.• Bouw de cardan in.• Monteer het achterwiel.• Bouw de achterrem en de inductiezender in.

Constructiegroep uitlaatsysteem• Bouw de lambdasonde in, sluit de stroomdraad

in.• Monteer de uitlaat.• Monteer de uitlaatsierplaat.

Constructiegroep radiateur, benzinetank en -lei-dingen

e Attentie:Let op de juiste montage van de bedrading en de leidingen.

• Monteer de benzineleidingen op de motor.• Bouw het gaskleppenblok samen met de

luchtaanzuiggeluidsdemper in.• Bouw de inspuitventielenstrip in.• Sluit de leidingen aan op de inspuitventielen en

op de aanzuiggeluiddemper.• Sluit de carterontluchtingsslang aan.• Bouw de radiateursteun, links in.• Bouw de radiateur links/rechts en de koelvloei-

stofslangen in.• Bouw de luchtaanzuigbuis voor het luchtfilter in.• Benzinetank monteren, bedrading en benzines-

langen aansluiten.

Constructie frame• Schetsplaat voetsteun, berijder, links/rechts in-

bouwen.• Buddyzit berijder inbouwen.• Tankcover inbouwen.• Stootstripsteun, links/rechts inbouwen.• Zet de ontluchtingsslang voor de koppeling

m.b.v. een kabelbandje vast aan de stootstrip-steun, rechts.

• Kuipdelen en motorspoiler inbouwen• Schetsplaat voetsteunen, achter links/rechts in-

bouwen.• Stootstrips inbouwen

11.17

Motor demonteren

Waterpomp uitbouwen, demonteren/monterenOlie-/waterpomp uitbouwen• Trek de draden voor de oliedrukcontrole en de

koelvloeistoftemperatuursensor bij de schakela-ar los.

• Trek de draden door de boring uit het pomphuis.• Verwijder het pomphuisdeksel (1) en tik de pak-

king voorzichtig los met een kunststof hamer.• Bouw het huis uit en tik de pakking voorzichtig

los met een kunststof hamer.• Trek het oliepomptandwiel (7) los.

Olie-/waterpomp demonteren• Span het pomphuis bij de pakkingvlakken in een

bankschroef met aluminium spanplaten.• Houd de pompas (2) tegen en bouw het

schoepenwiel (6) van de waterpomp uit.• Verwijder het schoepenwiel (2) met de

afstandsbus (3).• Pers de pompas (6) los.• Controleer het pomphuis op beschadigingen.

Schraapring en keerring uitbouwen• Tik de waterpompkeerring (4) m.b.v. het stem-

pel, BMW-nr. 11 6 721, los.• Druk de keerring (5) m.b.v. het stempel,

BMW-nr. 11 6 721, los.

KL110060

12

3 4 5

6

7

11.18

Olieoverdrukklep uitbouwen• Draai de sluitplug (1) los en trek de veer (3) naar

buiten.• Trek de klepplunjer (4) met de magneet naar bui-

ten en controleer hem op beschadigingen.

Olieoverdrukklep inbouwen• Smeer de klepplunjer (4) dun in met olie en bouw

hem in.• Monteer de veer (3) en draai de afsluitplug (1)

met een nieuwe pakkingring (2) vast.

X Aanhaalmoment:Afsluitplug overdrukklep oliedruk.................. 35 Nm

Oliedrukschakelaar, temperatuursensor water-pomp

X Aanhaalmoment:Oliedrukschakelaar (6) ................................. 35 NmTemperatuursensor waterpomp (7)................. 9 Nm

Pompas met keerring en schraapring inbouwen.

L Opmerking:Reinig de zitting van de keerring en schraapring.

• Smeer de pompas (5) dun in met olie en schuif hem in het pomphuis.

• Plaats de glijhuls, BMW-nr. 11 6 722, op de pompas.

• Plaats de keerring (8) in de leihuls van de stem-pel, BMW-nr. 11 6 723, en pers hem in het pomphuis met de open zijde naar binnen gericht.

• Verwijder de glijhuls.• Monteer de vetvrije schraapring (9) met het

drukstuk, BMW-nr. 11 6 724.

Schoepenwiel van waterpomp inbouwen• Breng het schoepenwiel (11) met de

afstandhouder (10) aan. Houd onder het vast-draaien de pompas tegen.

X Aanhaalmoment:Schoepenwiel waterpomp............................ 33 Nm

KL110071

5

1110

98

12

3

4

6

7

11.19

Distributiedeksel verwijderen

Kleppendeksel verwijderen

• Bouw de beschermplaat (7) uit.• Trek de bougiestekers (6) los met een platbek-

tang.• Bouw het kleppendeksel (8) uit.

Impulsgever uitbouwen• Verwijder het deksel (5).• Verwijder de pakking (4).

L Opmerking:Teken de inbouwstand van de magneetslagboom af op het carter of bouw hem in de BDP-stand uit.

• Bouw de magneetslagboom (1) uit; let op de hal-ve onderlegringen.

• Bouw de rotor (2) uit en verwijder de stelring (3).

Distributiedeksel verwijderen• Draai de sluitplug (pijl) voor de pen in het distri-

butiedeksel los.

KR110200

54

12 3

KL000010

8

6

7

11.20

• Fixeer de kettingspanner (1) met de pen, BMW-nr. 11 6740.

L Opmerking:Draai de nokkenas in de draairichting zo ver door tot de olie uit de kettingspanner is gedrukt en de pen tot aan de aanslag in de boring kan worden gesto-ken.

• Trek de stroomdraden voor de oliedrukschakela-ar en de temperatuurschakelaar los. Trek de stroomdraden uit de kabelgoot van het distribu-tiedeksel.

• Draai de bouten los, tik het distributiedeksel voorzichtig los met een kunststof hamer en ver-wijder het.

• Ontspan de kettingspanner en verwijder hem uit het distributiedeksel.

Keerring in distributiedeksel uit-/inbouwen.• Tik de keerring m.b.v. het stempel van binnenuit

los.

L Opmerking:Verwijder de lakresten en reinig de zitting voor de keerring.

• Pers de keerring van binnenuit in het distributie-deksel met de stempel, BMW-nr. 11 1 610, en de handgreep, BMW-nr. 00 5 500.

KL110020

1

11.21

Distributieketting uitbouwen

e Attentie:Plaats de zuiger in het midden van de cilinder (cilinder 1 ca. 90° voor het BDP) om beschadiging van de kleppen en zuigers te voorkomen. Draai de krukas alleen linksom.

Nokkenastandwielen uitbouwen

• Draai de moer op de geleiderail (7) los.

• Houd de nokkenas bij het zeskant tegen en maak de nokkenastandwielen los.

• Verwijder de nokkenastandwielen en de gelei-derail.

Kettingspanrail uitbouwen• Bouw de borgveer (5) en de ring (6) uit.• Verwijder de spanrail (4).

Kettinggeleiderail uitbouwen• Verwijder de borgveer (1) en de ring (2) van de la-

gerpennen.• Verwijder de geleiderail (3) met de bus en de dis-

tributieketting.

KL110030

12

6

5

3

4

KL110040

7

11.22

Spanband van de kettingspanrail vervangen

• Klik de spanband los van de spanrail.

Cilinderkop uitbouwen, demonteren en monteren

Nokkenassen uitbouwen• Verdraai de nokkenassen zo dat de nokpunten

vrij zijn.

• Bouw eerst de lagerkappen (2) van de drukla-gers uit om kantelen te voorkomen.

• Draai de bouten van de lagerkappen (3) van de radiaallagers gelijkmatig los en bouw de lager-kappen uit.

• Bouw de nokkenassen uit.

Komstoters uitbouwen

L Opmerking:Noteer welke komstoter bij welke klep hoort.

• Trek met een zuignap, BMW-nr. 11 3 251, de komstoters (1) uit de cilinderkop.

Cilinderkop uitbouwen• Bouw de bougies en de bougiekabels uit.a ......................................................Zie groep 12

L Opmerking:Plaats een opvangbak onder de motor, om de rest-erende koelvloeistof op te vangen.

• Draai de cilinderkopbouten (4) met de torx-sleutel T 50, BMW-nr. 00 2 630, los.

• Trek de cilinderkop van het blok, tik zo nodig de pakking voorzichtig met een kunststof hamer los.

Kleppen uitbouwen

• Monteer de steunplaat, BMW-nr. 11 1 749, voor de klepveerspanner aan de achterzijde op de ci-linderkop (tegenover de distributiezijde).

KL110080

KL110320

1 2 3 4

11 1 749

KR110280

11.23

• Monteer de klepveerspanner, BMW-nr. 11 1 740.

• Gebruik de drukkorf, BMW-nr. 11 1 748.

e Attentie:Centreer de drukkorf om beschadiging van de kom-stoterboringen te voorkomen.

• Leg de cilinderkop op een geschikte ondergrond (pijlen) om voldoende vrije ruimte voor de klep-pen te creëren.

• Tik de klepspieën (1) los door met een hamer op de klepschotel te tikken.

• Span de klepveer (3) m.b.v. de drukkorf, BMW-nr. 11 1 748, voor.

• Verwijder de klepspieën (1) met een magneti-sche schroevendraaier.

• Ontspan de klepveer (3) en verwijder de boven-ste veerschotel (2), de klepveer en de onderste veerschotel (4).

• Verwijder de klepsteelcup met de speciale tang, BMW-nr. 11 1 250.

Klepzetelring bewerken

D = klepdiameterB = klepzittingbreedte

• Bewerk de klepzetelring met de frees, BMW-nr. 00 3 530.

• De klepzittingbreedte moet bij het bewerken beslist worden aangehouden.

L Opmerking:Als de klepzitting werd bewerkt, monteer dan een nieuwe klep en slijp deze in.

11 1 740

KR110290

11 1 748

KR110300

2

3

1

4

D

B

KR110310

11.24

Klep en klepsteelcup inbouwen

L Opmerking:Als er een klep werd uitgebouwd, moet de kleps-teelcup worden vervangen.

• Druk de klep met de ingeoliede klepsteel in de klepgeleider.

• Monteer de onderste veerschotel.

• Schuif een krimpkous (pijl) van ca. 20 mm lengte op de klepsteel en verwarm hem.

• Tik de klepsteelcup (1) met het montagegereed-schap, BMW-nr. 11 5 602, zo ver naar binnen dat er een weerstand merkbaar is.

e Attentie:Verwijder de krimpkous weer van de klepsteel!

•• Monteer de klepveer.• Breng de bovenste veerschotel aan.

e Attentie:Centreer de drukkorf om beschadiging van de kom-stoterboringen te voorkomen.

• Smeer de klepspieën dun in met vet, span de klepveer, monteer de klepspieën en ontspan de veer weer.

• Reinig en olie de komstoters en bouw ze in.

Krukastandwiel en rotorflens uit-/inbouwen

• Bouw de blokkeersleutel, BMW-nr. 11 2 821, in de afgebeelde stand op het koppelingshuis.

• Draai de bout (3) voor het krukastandwiel en de rotorflens los.

• Trek de rotorflens (2) los, tik deze zo nodig m.b.v. een hamer los, verwijder het tandwiel.


X Aanhaalmoment:Rotorflens .................................................... 50 Nm

KR110320

1

KL110230

11 2 821

KR110410

2

3

11.25

Krukas uitbouwen

L Opmerking:Bouw eerst de meenemer uit als na de krukas ook de tussenflens moet worden uitgebouwd.

Drijfstanglagers uitbouwen• Plaats de zuiger van cilinder 1 en 4 in de ODP-

stand.

• Draai de drijfstangbouten (pijlen) los.• Maak de drijfstanglagerkappen voorzichtig los

en bouw deze uit.

e Attentie:Noteer bij welke drijfstang de lagerkap hoort en te-ken de montagestand af.

• Herhaal deze procedure bij cilinder 2 en 3.

Hoofdlagers uitbouwen (motor ingebouwd)

• Draai de bouten van de hoofdlagerkappen op één na (pijl) los.

L Opmerking:

Noteer bij welke drijfstang de lagerkappen horen en teken de montagestand af. De lagerkappen 1 - 3 zijn gemerkt. De lagers 4 (druklager) en 5 zijn niet gemerkt. Cilinder 1 = distributiezijde.

• Verwijder de hoofdlagerkappen.• Draai de laatste bout los.• Verwijder de laatste lagerkap en druk de krukas

daarbij in het motorblok.

Hoofdlagers uitbouwen (motor uitgebouwd)• Draai alle bouten van de hoofdlagerkappen los

en verwijder de lagerkappen en de krukas.

Zuiger met drijfstang uitbouwen, demonteren/monterenZuiger met drijfstang uitbouwen

L Opmerking:Noteer bij welke zuiger de drijfstang hoort en teken de montagestand af.

• Druk de zuiger met de drijfstang vanaf de krukas-zijde uit de cilinder.

Zuiger demonteren

• Bouw de borgveer (2) aan één zijde uit.• Druk de zuigerpen (1) uit de zuiger met de doorn,

BMW-nr. 11 6 710.• Neem de zuigerveren voorzichtig met een zui-

gerverentang van de zuiger.

L Opmerking:Noteer de montagestand.

• Reinig de zuiger.

KL110210

KL110220

KL110090

1

2

11.26

Zuiger opmeten

• Meet de zuigerdiameter m.b.v. een schroef-micrometer ter hoogte van „A”.

Maat „A” .......................................................10 mm

• Meet de flankspeling van de zuigerveren met een voelermaat.

• Meet de slotspeling van de zuigerveren in de ci-linder.

– Flankspeling en slotspeling, zie Technische ge-gevens.

Zuiger monteren

• Monteer de zuigerveren met de zuigerverentang.

L Opmerking:Opschrift Top naar boven, resp. volgens afgeteken-de inbouwstand.

1e groef: Rechthoekige veer.2e groef: Neusveer, let op de pen voor het zuiger-veerslot.3e groef: U-flexveer met veer.

L Opmerking:Het slot van de veer moet 180° verplaatst zijn ten opzichte van dat van de flexveer.

Cilinder opmeten

• Meet de cilinderboringen m.b.v. een binnen-micrometer.

• Meet de cilinderboringen kruiselings in drie vlak-ken: in rijrichting en haaks daarop.

Drijfstangboringen op parallelliteit controleren

– Over de controlelengte „P” mag het meetverschil niet meer dan 0,06 mm bedragen.

Controlelengte „P”......................................150 mm

KL110190

KL110300

1

2

3

KR110380P

P

150

0,06

KR110400

11.27

Zuiger en drijfstang monteren• Let bij vervanging van een drijfstang op de ge-

wichtstolerantie van de drijfstang, monteer alleen drijfstangen van dezelfde gewichtsklasse.

Gewichtstolerantie ..........................................± 4 g

• Bepaal de gewichtsklasse door middel van weging.

• Schuif de zuigerpen met een lichte druk door het drijfstangoog.

L Opmerking:De olieboring in het drijfstangoog bevindt zich in de inbouwstand aan de bovenzijde. De pijl op de zui-gerbodem moet in de rijrichting staan.

• Bouw uitsluitend zuigers van dezelfde gewichts-klasse in.

• Bepaal de gewichtsklasse aan de hand van de markeringen op de zuigerbodem (pijl).

e Attentie:Vervang de borgveer voor de zuigerpen na elke de-montage.

• Monteer de zuiger op de drijfstang.

Indeling gewichtsklasse

Klasse Gewicht in g0 413 ... 416,91 417 ... 420,92 421 ... 424,93 425 ... 428,94 429 ... 432,95 433 ... 436,96 437 ... 440,97 441 ... 444,9

Gewichtsklassen zuigers

Zuigergewicht in g 189 ... 195 195 ... 210Codering - +

KL110310

11.28

Tandflankspeling van tussenas bepalen

L Opmerking:Storende geluiden, speciaal bij lage toerentallen, kunnen te wijten zijn aan een grote tandflankspeling tussen krukas/tussenas.

e Attentie:Voer de meting alleen bij koude motor uit.

– Bouw de dynamo uit.a ......................................................Zie groep 12

• Bevestig de meetklokhouder, BMW-nr. 00 2 500, op de tussenflens van de versnellingsbak.

• Bevestig de klem, BMW-nr. 11 5 510, op de ver-ticaal naar boven staande meenemer m.b.v. de klembout.

• Stel de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, zo af dat het meetvlak van de meetklok op de markering van het gereedschap (3 mm vanaf de buitenrand) valt.

• Beweeg de meenemer met de hand, noteer de uitslag van de meetklok.

• Verwijder de klem, BMW-nr. 11 5 510.• Verdraai de meenemer t.o.v. de krukas 120°.• Bevestig de klem op de tweede meenemer en

bepaal de speling m.b.v. de meetklok.• Voer de derde meting uit.• Bereken de gemiddelde waarde van de drie me-

tingen.• Als de gemiddelde meetwaarde minimaal

0,03 mm bedraagt, moet de tussenas worden vervangen.

Tussenflens uitbouwen

• Bouw de bobine uit.a ......................................................Zie groep 12• Bouw de koppeling uit.a ......................................................Zie groep 21

Meenemer uitbouwen

L Opmerking:Het uitbouwen van de meenemer is alleen bij een in-gebouwde krukas mogelijk.

• Bouw de blokkeersleutel, BMW-nr. 11 2 821, in de afgebeelde stand (pijl) in.

• Draai de bout (pijl) los.• Trek de meenemer met de hand los.• Gebruik zo nodig de trekker, BMW-nr. 00 8 400.

Bepaling van de tussenas

gemiddelde waarde verfstip ondermaat0,03 mm ... 0,06 mm groen - 0,040 mmmeer dan 0,06 mm geel - 0,080 mm

KR111100

11 5 510

00 2 500 KL110230

11 2 821

KR110080

11.29

Koppelingshuis uitbouwen

e Attentie:Tik niet op de hoofdas en torn de motor niet nadat de moer (1) is losgedraaid, om te voorkomen dat door de axiale speling van de hoofdas het carter of het pomphuis beschadigd raakt.

• Draai de moer (1) los en verwijder de drukring (2).• Druk het koppelingshuis zo ver naar voren en

naar achteren tot de O-ring (3) bereikbaar is, bouw de O-ring uit.

e Attentie:Steun niet met de trekker op de astap.

• Trek het koppelingshuis (4) los. Let op de aanloopring (5).

Tussenflens uitbouwen• Draai de bouten met de torx-dop T 30,

BMW-nr. 00 2 600, los.• Bouw de tussenflens uit, tik de pakking m.b.v.

een kunststof hamer voorzichtig los.

KR110090

5

1 2 3

4

11.30

Tussenflens demonteren/monteren

Lager van meenemer uitbouwen• Verwijder de aanloopplaat (1).• Verwijder de schotelveer (2).• Trek het kogellager (3) los met de trekker,

BMW-nr. 00 8 570, en de binnentrekker 21/3, BMW-nr. 00 8 574.

• Verwijder de borgveer (4).

Lager van meenemer inbouwen• Bouw de borgveer (4) in.

L Opmerking:De temperatuur kan m.b.v. de thermometer, BMW-nr. 00 1 900, worden gecontroleerd.

• Verwarm de tussenflens bij de lagerzitting tot ca. 120 °C.

• Pers het kogellager tot aan de borgveer in de tussenflens.

• Monteer de schotelveer met de grote diameter naar het lager.

• Monteer de aanloopplaat met het grote venster naar boven.

X Aanhaalmoment:Aanloopplaat(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ............. 9 Nm

KR110120

12

3 4

KR110130

11.31

Keerring voor meenemer uit-/inbouwen• Wip bij uitgebouwde tussenflens de keerring los.

• Trek bij een ingebouwde tussenflens de keerring m.b.v. de binnentrekker, BMW-nr. 00 5 010, los.

L Opmerking:Reinig de zitting van de keerring.

• Vorm de keerring voor met de duimen en mon-teer hem droog met de stempel, BMW-nr. 11 1 620, en de handgreep,BMW-nr. 00 5 500.

Secundaire en tussenas met vrijloop uitbouwen

• Trek de tussenas en de tussenas gezamenlijk uit het carter.

• Let op de spiraalveer (pijl).

KR110140

00 5 010

KR110690

11.32

Vrijloop demonteren/monteren

Vrijloop demonteren• Trek de ring (6) en het vrijlooptandwiel (5) van de

tussenas (1).• Span de tussenas in een bankschroef met alumi-

nium spanplaten (gladde zijde onder).• Verwijder de afdekring (4).• Trek de vrijloopkooi (3) los.• Verwijder de schotelveer (2).• Pers het naaldlager los.

KR110160

1

23

45

6

11.33

Vrijloop monteren

• Opschrift van de naaldlagers naar buiten.• Pers de naaldlagers zo ver in het vrijlooptandwiel

dat de afstand t.o.v. de rand (X) aan beide zijden gelijk is.

Maat „X” ..............................................0,2…0,6 mm

• Breng de schotelveer aan met de grote diameter naar de tussenas gericht.

• Monteer de vrijloop (met motorolie ingesmeerd) in de buitenring.

• Plaats de buitenring met de vrijloop op de tusse-nas (klemsysteem gericht naar de afdekring), de schotelveer moet vastklikken in de buitenring.

• Monteer de afdekring.

X Aanhaalmoment:Afdekplaat .................................................... 10 Nm

• Schuif het vrijlooptandwiel op de tussenas door hem rechtsom te draaien.

• Schuif de aanloopring op de tussenas.

Naaldlager voor tussenas en keerring in motorblok uit-/inbouwen Lager uitbouwen

• Breng de steunring, BMW-nr. 11 6 731, aan en trek het lager los met de trekker, BMW-nr. 00 8 570, en de binnentrekker 21/3, BMW-nr. 00 8 574.

• Als een defect lager niet kan worden losgetrok-ken, slijp dan de kooi voorzichtig open.

Keerring uitbouwen• Wip de keerring los.

Keerring inbouwen• Reinig de zitting voor de keerring.• Monteer de nieuwe keerring met de stempel,

BMW-nr. 11 6 732.

Lager inbouwen– Opschrift van de naaldlager naar buiten.• Monteer het lager met de stempel,

BMW-nr. 11 6 733.

XX KR110180

KR111000

00 8 574

11 6 731

00 8 570

11.34

Hoofdas uitbouwen

Carterpan verwijderen• Draai de bouten los.• Tik de pakking voorzichtig los met een kunststof

hamer en verwijder de carterpan.

Oliezeef en oliefilter uitbouwen• Draai de bout los en trek de oliezeef (1) los.• Verwijder de O-ring voor de oliezeef (pijl) in het

carter.• Draai het oliefilter (2) los met de oliefiltersleutel,

BMW-nr. 11 4 650.

Carter verwijderen• Draai de bouten van het carter los.• Draai de bouten (4) van het flens- en de

bouten (3) van het naaldlager los.• Tik de pakking voorzichtig los met een kunststof

hamer en verwijder het carter. Let op de O-rin-gen voor het water- en oliekanaal.

• Til de hoofdas voorzichtig op; het naaldlager en de borgveer zitten los op de as.

Oliepeilglas uit-/inbouwen• Steek een grote schroevedraaier door de kunst-

stof ring en wip het oliepeilglas los.

L Opmerking:Reinig het pakkingvlak.

• Smeer de buitenomtrek van het oliepeilglas in met motorolie.

• Monteer het oliepeilglas met de stempel, BMW-nr. 00 5 550.

KR110440

12

4

3

11.35

Hoofdas demonteren/monteren

Hoofdas demonteren• Verwijder het naaldlager (1) en de borgveer (2).• Trek de hoofdas (3) uit het demperhuis (9), ver-

wijder het demperrubber (11).• Tik de hoofdas met een kunststof hamer uit het

binnenwerk van de demper (10).

Spantandwiel demonteren

• Span het demperhuis in een bankschroef met aluminium spanplaten om de borgveer (4) te ont-lasten.

• Bouw de borgveer (4) m.b.v. een borgverentang uit.

• Plaats de trekker, BMW-nr. 00 8 400, in het te-genoverliggende venster in het tandwiel inclusief het drukstuk, BMW-nr. 33 1 307, en trek het kogellager (5) los.

• Verwijder de vulring (6), draai het spantandwiel (7) met de tegenhouder, BMW-nr. 12 4 600, rechtsom en trek het naar boven.

• Verwijder de spanveer (8).

L Opmerking:Controleer alle onderdelen op beschadigingen en slijtage.

KR110450

4

11

98

7

6

5

321

10

KR110460

4

11.36

Spantandwiel monteren• Monteer de spanveer.• Haak de spanveer vast in de pen van het span-

tandwiel, draai hem met de tegenhouder, BMW-nr. 12 4 600, rechtsom tot de pen van het spantandwiel in de boring ervan aangrijpt.

• Span het spantandwiel met het demperhuis in een bankschroef met aluminium spanplaten.

• Meet de afstand „a” van de bodem van de kogel-lagerzitting tot aan het spantandwiel.

e Attentie:De vulring mag niet dikker zijn dan de gemeten af-stand!

• Leg een passende vulring (pijl) op het spantand-wiel.

L Opmerking:

De temperatuur kan m.b.v. de thermometer, BMW-nr. 00 1 900, worden gecontroleerd.

• Verwarm het kogellager tot ca. 80 °C en monteer het (kraag naar boven).

• Span het demperhuis en het kogellager geza-menlijk in een bankschroef met aluminium span-platen.

• Plaats de borgveer (pijl) m.b.v. een borg-verentang in de groef voor het lager.

• De borgveer moet geheel in de groef vallen.

a

KR110470

KR110480

KR110460

11.37

Demper monteren• Plaats het demperrubber (7) in het

demperhuis (6).

L Opmerking:Nieuwe onderdelen moeten dun met olie worden in-gesmeerd.

• Schuif de borgplaat (4) op de hoofdas (3), ver-warm het binnenwerk van de demper (5) iets en pers hem op de as.

• Schuif het demperhuis op de hoofdas.

Motor monteren

Hoofdas inbouwen

• Schuif de borgveer (2) en het naaldlager (1) op de hoofdas.

• Leg de hoofdas in het carter.

L Opmerking:Slot van de borgveer (pijl) in het motorblok is naar beneden gericht.

• Monteer de O-ringen (8, 9) voor het water- en oliekanaal.

Carter monteren

• Smeer de pakkingvlakken (olie- en vetvrij) dun in met Omni VISC 1002, zie de lijn op het grijs ge-kleurde pakkingvlak.

• Vul de compensatiegroef(ven) (pijlen) met pak-kingvloeistof.

L Opmerking:Verwijder uitstekende pakkingvloeistof met een spatel.

KR110451

6

54

91

2

7

3

KR110521

8

9

2KL110250

11.38

• Voeg de carterhelften samen.• Breng de bouten (4) voor het flens- en de

bouten (3) voor het naaldlager aan en draai ze beurtelings aan tot ze vastzitten.

• Draai de bouten van het carter vast.

X Aanhaalmoment:Flenslager..................................................... 40 NmNaaldlager.................................................... 20 NmCarter........................................................... 10 Nm

Oliezeef inbouwen• Monteer een nieuwe O-ring (pijl) en bouw de

oliezeef (1) in.

Oliefilter inbouwen• Smeer de pakkingring van het oliefilter dun in

met olie.• Monteer het oliefilter (2) m.b.v. de oliefiltersleutel,

BMW-nr. 11 4 650.

X Aanhaalmoment:Oliezeef ........................................................ 10 NmOliefilter........................................................ 11 Nm

Carterpan monteren


• Bouw de carterpan en zo nodig het deksel voor het oliefilter in.

X Aanhaalmoment:Carterpan..................................................... 10 NmDeksel van oliefilter ...................................... 10 NmOlieaftapplug................................................ 30 Nm

KR110440

1

2

4

3

KL110260

11.39

Tussenflens inbouwen

Vrijloop inbouwen• Smeer de naaldlagers royaal in met olie.• Plaats de vrijloop met het schuinvertande tand-

wiel eerst in het carter.

Secundaire as inbouwen

e Attentie:Monteer de veer zo dat de grote buitendiameter (pijl) naar boven uitsteekt en onder spanning tegen het vrijlooptandwiel ligt.

• Plaats de secundaire as in het carter met het kleine tandwiel omlaag gericht.

Tussenflens inbouwen


• Vul de compensatiegroef (pijl) met pakkingvloei-stof.

L Opmerking:Verwijder uitstekende pakkingvloeistof met een spa-tel.

• Breng de tussenflens (met pasbussen) aan.• Draai de bouten m.b.v. de torxsleutel T 30,

BMW-nr. 00 2 600, vast.

X Aanhaalmoment:Tussenflens.................................................... 9 Nm

Hoofdaskeerring inbouwen

L Opmerking:Reinig de zitting van de keerring. Smeer de keerring in met olie en schuif deze eerst op de geleider van het slagstempel.

• Monteer de keerring met de stempel, BMW-nr. 11 1 630, en de handgreep, BMW-nr. 00 5 500.

KR110690

KL110270

11.40

Koppelingshuis inbouwen• Olie de binnenvertanding in het koppelingshuis

in.• Schuif de aanloopring op de hoofdas en de tus-

senflens en plak hem zo nodig met vet vast.

• Koppelingshuis aanbrengen.• Monteer de blokkeersleutel, BMW-nr. 11 2 821,

in de afgebeelde stand op het koppelingshuis.

e Attentie:Gebruik een nieuwe moer. Vervang de O-ring altijd.

• Breng de O-ring en de drukring aan.• Breng de moer met de kraag naar buiten gericht

aan en draai hem vast (140 Nm), de demper wordt in elkaar getrokken.

• Draai de moeren een slag los en draai ze daarna opnieuw vast (50 Nm).

• Trek de moer m.b.v. een hoekverdraaiingsmeter, BMW-nr. 11 2 500, na.

X Aanhaalmoment:1. Moer van koppelingshuis........................ 140 Nm2. Losdraaien ..........................................................3. Weer vastdraaien ..................................... 50 Nm4. Verdraaiingshoek .......................................... 60°

Meenemer inbouwen

L Opmerking:Het inbouwen van de meenemer is alleen bij inge-bouwde krukas mogelijk.

• Schuif de meenemer op de tussenas.• Draai de bevestigingsbouten vast.

X Aanhaalmoment:Meenemer.................................................... 50 Nm

• Verwijder de blokkeersleutel, BMW-nr. 11 2 821.• Bouw de koppeling in.a ......................................................Zie groep 21

Krukas inbouwen

• Krukaslagers reinigen en dun insmeren met olie.

L Opmerking:De lagerkappen 1 - 3 zijn gemerkt, de lagers 4 (druklager) en 5 niet.

• Plaats de krukas in het motorblok en druk de lagerkappen in de groeven.

• Draai de lagerkapbouten van binnen naar buiten in de getoonde volgorde vast.

X Aanhaalmoment:Hoofdlagers ................................................. 50 Nm

KL110240

11 2 821

11 2 500

KR110540

4 2 1 3 5

11.41

Krukasspeling meten

Radiale speling meten• Draai de krukas bij het op te meten lager in het

onderste dode punt.• Draai de lagerkapbouten los.• Veeg de olie van de lagertap en de lagerschaal.• Meet de lagerspeling met plastigage,

BMW-nr. 00 2 590.

• Breng het strookje plastigage (pijl) over de gehe-le lagerbreedte, 6 tot 8 mm vanuit het midden aan.

• Breng de lagerkap aan en draai de lagerkapbou-ten vast.

X Aanhaalmoment:Hoofdlagers.................................................. 50 Nm

L Opmerking:Verdraai de krukas niet meer!

• Verwijder de lagerkap.

• Stel m.b.v. de vergelijkingsschaal (pijl) de breed-te van het strookje vast en bepaal op basis daar-van de lagerspeling.

• Reinig de lagertappen en de lagerschalen zodat er geen resten plastigage achterblijven.

Radiale speling............................0,020…0,056 mmSlijtagelimiet............................................0,130 mm

Axiale speling meten• Bouw de krukas in.

• Schroef de meetklokhouder, BMW-nr. 00 2 500, met de meetklok in de schroefdraadboring van het distributiedeksel.

• Draai de krukas van aanslag tot aanslag heen en weer en lees de waarde op de meetklok af.

Axiale speling..............................0,080…0,173 mmSlijtagelimiet............................................0,250 mm

KL110130

KL110140

KL110160

00 2 500

11.42

Zuiger met drijfstang inbouwen

• Draai de respectievelijke drijfstanglagertap van de krukas in het onderste dode punt.

• Let erop dat de zuigers van dezelfde gewichts-klasse zijn.

e Attentie:Let op de pen voor het slot van de neusveer in de 2e groef.

• De sloten van de zuigerveren moeten onder een hoek van ca. 120° t.o.v. elkaar staan.

• Smeer de zuigerveren, het zuigerhemd en de ci-linder royaal in met olie.

• Schuif de zuiger in de glijhuls, BMW-nr. 11 6 700.• De pijl op de zuigerbodem moet naar de distribu-

tiezijde (cilinder 1) staan.• Schuif de zuiger met de drijfstang in de cilinder

tot de glijhuls tegen het motorblok ligt.• Schuif de zuiger met de hand voorzichtig uit de

glijhuls de cilinder in.

Drijfstanglagers inbouwen

e Attentie:Verwissel de drijfstangen en lagerschalen niet. Let beslist op de afgetekende montagestand van delagerschalen. Vervang de drijfstangbouten altijd.

• Draai de drijfstanglagertap van de respectievelij-ke cilinder in het onderste dode punt.

• Smeer de drijfstanglagertap met olie en breng de drijfstang erop aan.

• Breng de lagerkappen aan en draai deze vast met 20 Nm.

• M.b.v. de hoekverdraaiingsmeter, BMW-nr. 11 2 500, de bouten van de drijfstangla-gerkap 80° natrekken.

X Aanhaalmoment:Drijfstanglagers ............................................ 20 NmVerdraaiingshoek .............................................. 80°

Drijfstanglagerspeling meten

• Draai de lagerkapbouten los, verwijder de lager-kappen en verwijder olie van de drijfstanglager-tappen en de lagerkappen.

• Meet de lagerspeling met plastigage, BMW-nr. 00 2 590.

• Breng het strookje plastigage (pijl) over de gehe-le lagerbreedte aan op 6 tot 8 mm uit het midden van de drijfstanglagertap.

KL110170

11 2 500

KL110180

11.43

• Breng de lagerkappen aan en draai deze vast met 20 Nm.

L Opmerking:De krukas mag niet meer worden verdraaid.

• M.b.v. de hoekverdraaiingsmeter, BMW-nr. 11 2 500, de bouten van de drijfstang-lagerkap 80° natrekken.

X Aanhaalmoment:Drijfstanglagers ............................................ 20 NmVerdraaiingshoek .............................................. 80°

• Draai de lagerkapbouten weer los en verwijder de lagerkap.

• Bepaal de lagerspeling aan de hand van de ver-gelijkingsschaal (pijl).

Lagerspeling ...............................0,030...0,066 mmSlijtagelimiet ............................................0,130 mm

Krukas opmeten

• Als bij het meten van de lagerspeling een te grote speling wordt geconstateerd, moet de krukas worden gemeten.

– Zo bestaan de ondermaten „0” en „1”. De krukas is bij de lagertap gemerkt met het respectievelij-ke aantal verfstippen.

Kleurcodering op de krukas aan de distributiezijde:Eerste ondermaat bij krukaslager (1).Eerste ondermaat bij drijfstanglagertap (2).Geen verfstip betekent ondermaat „0”.

L Opmerking:De krukas kan alleen nog tot ondermaat „0” worden geslepen.

Krukasmaten................... zie Technische gegevens

– Na het slijpen van de krukas moet deze opnieuw een warmtebehandeling ondergaan, terwijl te-vens het finishen noodzakelijk is.

• Let bij het vervangen van de lagerschalen op dat de drijfstanglagertap en de drijfstanglagers de-zelfde kleurcode hebben.

KR110630

KL110290

21

11.44

Cilinderkop inbouwen

L Opmerking:Verwijder voor het inbouwen van de cilinderkop de komstoters. Noteer eerst de relatie stoter en klep.

• Reinig de cilinderkopbouten en de schroefdraad in het motorblok.

• Reinig de pakkingvlakken en controleer ze op oneffenheden en beschadigingen.

e Attentie:Bij het inbouwen van een nieuwe cilinderkop de pakkingvlakken vooral bij de halve manen op het ontbreken van bramen controleren, zo nodig nabe-werken.

• Plaats de zuiger van cilinder 1 ca. 90° voor het bovenste dode punt (cilinder 1 = distributiezijde).

• Reinig de cilinderkopbouten en de schroefdraad in het cilinderblok.

L Opmerking:De bouten moeten zonder gereedschap gemakke-lijk in de schroefdraadboringen kunnen worden ge-draaid, zo nodig de schroefdraad opsnijden.

• Breng de cilinderkoppakking aan; er mag geen kanaal afgedekt zijn.

• Breng de cilinderkop aan - let op de pasbussen.

• Smeer de bouten (1) en de ringen (2) in met olie en draai de bouten aan tot ze dragen.

• Controleer of het motorblok gelijkligt met de ci-linderkoppakking, slijp zo nodig de uitstekende pakking m.b.v. een oliesteen af.

• Draai de cilinderkopbouten in de weergegeven volgorde met 20 Nm vast.

• Monteer de hoekverdraaiingsmeter, BMW-nr. 11 2 500, gebruik daarvoor twee torxsleutels T 50, BMW-nr. 00 2 630.

• Draai de cilinderkopbouten m.b.v. de hoekver-draaiing in de voorgeschreven volgorde steeds 90° na.

• Komstoters aanbrengen.• Nokkenassen inbouwen.a ................................................ Zie onderstaand• Bouw de temperatuursensor in.a ......................................................Zie groep 61

X Aanhaalmoment:CilinderkopboutenEerste maal vastdraaien ............................... 20 NmVerdraaiingshoek .............................................. 90°Lagerkap nokkenas...................................... 10 NmTemperatuursensor...................................... 30 Nm

KR110270

1

2

KR110650

8

10 4 2 5 7

6 1 3 9

11.45

Nokkenassen inbouwen

Codering nokkenassenInlaat ................. twee groeven achter het druklagerUitlaat........................ 1e groef achter het druklager

Codering lagerkapInlaatzijde ....................................... oneven getallenUitlaatzijde ......................................... even getallenDe volgorde loopt op van voren (distributiezijde) naar achteren.

e Attentie:Plaats de zuiger in het midden van de cilinder (cilinder 1 ca. 90° voor het BDP) om beschadiging van de kleppen en zuigers te voorkomen.

• Smeer de nokkenassen bij de lagertappen in met olie.

• Bouw de nokkenassen zo in dat de nokpunten vrij zijn.

• Breng eerst de binnenste lagerkappen aan.• Breng het druklager (distributiezijde) met de ge-

leiderail als laatste aan. Draai de bouten daarvan pas vast nadat de nokkenastandwielen zijn inge-bouwd.

• Draai de lagerkapbouten van binnen naar buiten gelijkmatig vast.

X Aanhaalmoment:Lagerkapbouten ........................................... 10 Nm

Distributieketting inbouwen

• Verdraai de nokkenassen zo dat de groeven aan de distributiezijde (pijlen) naar de krukas zijn ge-richt.

• Breng het afstelkaliber, BMW-nr. 11 3 700, aan en zet het vast op de lagerkappen van de nokken-assen.

• Draai de krukas 90° door, let op de draairichting. De zuiger van cilinder 1 moet in het bovenste dode punt staan. De pen (1) op de krukas moet in lijn liggen met het merkteken (pijl) op het mo-torblok.

• Leg de distributieketting in de geleiderail (2).• Schuif de bus (pijl) tussen de sleufgaten van de

geleiderail.

KL110100

11 3 700

KL110120

kL110110

1

KR110800

2

11.46

• Druk de geleiderail (3) met de distributieketting en de bus op de lagerpen.

• Monteer de borgveer (1) en de ring (2) voor de geleiderail op de beide lagerpennen.

• Haak de ketting op het krukastandwiel.

• Bouw het kettingtandwiel van de inlaatnokkenas zo in dat de distributieketting die naar het kruka-standwiel loopt, praktisch strak staat.

• Draai de bout (7) zo ver in de schroefdraad dat deze aanligt.

• Monteer de glijrail (8).• Druk de spanrail (4) op de scharnierpen, monteer

de ring (6) en de borgveer (5).• Monteer het kettingtandwiel van de uitlaatnok-

kenas zo dat de distributieketting tussen de bei-de kettingtandwielen indien mogelijk strak staat.

• Draai de bout (9) tot aan de aanslag in de boring.• Zet de lagerkap met de geleiderail (8) vast.• Verwijder het afstelkaliber, BMW-nr. 11 3 700.• Houd de nokkenassen bij het zeskant tegen en

draai de bouten van de nokkenastandwielen vast.

X Aanhaalmoment:Lagerkapbouten........................................... 10 NmBouten kettingtandwielen............................. 56 Nm

KL110030

12

6

5

3

4

KL110040

7

8

9

11.47

Distributiedeksel monteren

• Monteer de O-ring (1) voor de kettingspanner in het distributiedeksel.

• Monteer de kettingspanner in het distributiedek-sel.

• Fixeer de kettingspanner met de stift, BMW- nr. 11 6 740.

• Smeer de pakkingvlakkingen (olie- en vetvrij) dun in met Omni VISC 1002, ook bij de boven aan-gegeven boringen (2), zie lijn op grijs gekleurd pakkingvlak.

• Vul de compensatiegroeven (pijlen) met pak-kingvloeistof.

L Opmerking:Verwijder uitstekende pakkingvloeistof met een spatel.

• Plaats de bedrading voor de oliedrukschakelaar en de temperatuurmeter in de kabelgoot.

• Breng het distributiedeksel aan en draai de be-vestigingsbouten vast. Let op de montagestand (pijlen) van de lange bouten.

• Verwijder de pen voor de kettingspanner en draai de sluitplug vast.

• Torn de motor en controleer de stand van de nokkenastandwielen onderling en ten opzichte van het krukastandwiel.

X Aanhaalmoment:Kettingspanner aan distributiedeksel ............. 9 NmDistributiedeksel ............................................ 9 NmAfsluitplug voor pen: ...................................... 9 Nm

Klepspeling controleren

• Torn de motor aan de krukas (linksom draaien).• Meet de klepspeling met een voelermaat.

Klepspeling:Inlaat ...............................................0,15…0,20 mmUitlaat..............................................0,25…0,30 mm

• Bouw de nokkenas(sen) nogmaals uit als de klepspeling moet worden gecorrigeerd.

• Vervang de respectievelijke komstoters.

Klepspeling afstellen

a ......................................................Zie groep 00

KR110810

1

KL110150

2

KR110930

11.48

Impulsgever inbouwen

• Plaats de stelring en de rotor op de krukas en zet ze vast.

• Monteer de magneetslagboom (1) in de afgete-kende inbouwstand.

• Draai de bouten (pijlen) met ring en de uit twee delen bestaande onderlegring vast.

X Aanhaalmoment:Rotor.............................................................. 4 NmMagneetslagboom ......................................... 6 Nm

e Attentie:Stel het ontstekingstijdstip af.

Deksel van impulsgever monteren• Druk de draad van de impulsgever met een rub-

bertule in het distributiedeksel.• Zet de draden voor de oliedrukcontrole en de ko-

elvloeistoftemperatuursensor vast met een clip (2).

• Monteer het deksel met een pakkingring.

X Aanhaalmoment:Deksel van impulsgever ................................. 9 Nm

KR110710

1

2

11.49

Gecombineerde olie-/waterpomp inbouwen

e Attentie:Zet het koppelingshuis vast voordat de olie-/water-pomp wordt ingebouwd, om te voorkomen dat de hoofdas het pomphuis beschadigt.

• Smeer de pakkingvlakken (olie- en vetvrij) op het pomphuis dun in met Omni VISC 1002, zie de lijn op het grijs gekleurde pakkingvlak.

• Monteer de O-ring op het waterkanaal.• Monteer het aandrijftandwiel op de hoofdas.• Breng het pomphuis aan, draai de bouten hand-

vast.

L Opmerking:Draai de krukas door om de tandwielen te centre-ren. Draai daarbij de bouten voorzichtig aan.

• Draai de bouten vast.• Controleer of het schoepenwiel van de water-

pomp in elke stand merkbaar speling heeft.

X Aanhaalmoment:Pomphuis aan motorblok ............................. 10 Nm

• Trek de bedrading voor de oliedrukcontrole en de koelvloeistoftemperatuursensor door de bo-ring in het pomphuis en sluit haar aan.

• Smeer de pakkingvlakken (olie- en vetvrij) op het pomphuis dun in met Omni VISC 1002, zie de lijn op het grijs gekleurde pakkingvlak.

• Breng het pomphuisdeksel aan en draai de bou-ten ervan vast.

X Aanhaalmoment:Pomphuisdeksel........................................... 10 Nm

Motordeksel monteren

• Smeer de pakkingvlakken bij de stootranden tussen het motorblok, de tussenflens en het mo-tordeksel en tussen het motorblok, het distribu-tiedeksel en het motordeksel dun in met Three Bond 1209.

• Breng het motordeksel aan met een pakking.• Draai alle bouten aan tot ze aanliggen.• Draai de bouten van binnen naar buiten kruise-

lings vast.

X Aanhaalmoment:Carterdeksel .................................................. 9 Nm

KL110010

KR110891

11.50

Kleppendeksel monteren

• Bouw de bougies en de bougiekabels in.a ......................................................Zie groep 12

X Aanhaalmoment:Bougie ......................................................... 20 Nm

• Monteer de pakking van het kleppendeksel met de halve manen als eerste. De merktekens op de pakking en het kleppendeksel moeten voor en achter corresponderen.

• Smeer de pakkingvlakken bij de stootranden tus-sen de cilinderkop, het distributiedeksel en het kleppendeksel en bij de halve manen (pijlen) dun in met Three Bond 1209.

L Opmerking:

Vergeet de contactveer niet.

• Breng het kleppendeksel aan. Breng de bout voor in het midden (distributiezijde, pijl) en beide bouten achter (pijlen) aan om de pakking te fixe-ren.

• Draai alle bouten aan tot ze aanliggen.• Draai de bouten van binnen naar buiten kruise-

lings vast.• Monteer de beschermplaat op het kleppendek-

sel.

X Aanhaalmoment:Kleppendeksel ............................................... 9 NmBevestigingsbouten isolatieplaat .................... 5 Nm

KR110840

KR110730

12.1

Inhoud Blz.

12


Hallvoeler uit-/inbouwen ..........................................................................................................5

Voorbereidende werkzaamheden ............................................................................................5

Deksel hallvoeler verwijderen ....................................................................................................5

Magneetslagboom uitbouwen ...................................................................................................5

Magneetslagboom inbouwen ....................................................................................................6

Deksel hallvoeler monteren ........................................................................................................6

Bougies/bougiekabels vervangen .......................................................................................7

Bougies uit-/inbouwen ..................................................................................................................7

Bougiekabels uit-/inbouwen ......................................................................................................7

Bobine uit-/inbouwen .................................................................................................................8

Motorfietsen zonder isolatorhuis ..............................................................................................8

Motorfietsen met isolatorhuis ....................................................................................................9

Ontstekingstijdstip afstellen ..................................................................................................9


Instelling met Motronic ...............................................................................................................10

Instelling zonder Motronic .........................................................................................................10

Dynamo vervangen ....................................................................................................................11

Wisselstroomdynamo uit-/inbouwen ....................................................................................11

Dynamo demonteren ...................................................................................................................11Meenemerhuis uit-/inbouwen ............................................................................................................11Spanningsregelaar uit-/inbouwen ......................................................................................................12

Startmotor vervangen ..............................................................................................................12

Startmotor uit-/inbouwen ..........................................................................................................12

Startmotor demonteren/monteren ........................................................................................13Koolborstels vervangen .....................................................................................................................13

12 Elektrische installatie van de motor

12.3

12


Startmotor

Constructie Motor met permanente magneet

Overbrengingsverhouding 27 : 1

Vermogen kW 0,7

Dynamo

Constructie Driepolige wisselstroomdynamo

Overbrengingsverhouding 1 : 1,5

Aandrijving direct

Max. vermogen W/V 840/14

Max. stroomsterkte A 60

Laadbegin dynamotoerental min-1 1000 (24 A laadstroom)

Max. toerental min-1 18000

Bougie

Bosch XR 7 LDC

Schroefdraad metrisch M 12 x 1,25

Elektrodenafstand niet corrigeerbaar

Ontsteking

Ontstekingssysteem Motronic (referentieveldregeling)

Impulsgevers Twee door de krukas aangestuurde magneet-slagbomen (hallvoelers)

Ontstekingstijdstip, statisch ° krukas 6° = 0,24 mm v. BDP

Toerentalbegrenzing min-1 8500

Bobine

Dubbele bobine

Weerstand: primair Ω 0,5 ± 0,05

secundair kΩ 13,3 ± 1,3

12.5

Hallvoeler uit-/inbouwen

Voorbereidende werkzaamheden– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Motorspoiler midden, rechts uitbouwen. – Stootstripsteun, rechts losmaken.

e Attentie:Zet het contact uit, maak de massakabel op de accu los en isoleer de massakabel!

– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Bouw de ventilateurmantel, rechts uit.a ......................................................Zie groep 17– Druk de rechter radiateur naar voren toe uit de

houder.

Deksel hallvoeler verwijderen

• Bouw het deksel (5) uit, en verwijder de pakking (4).

Magneetslagboom uitbouwen

L Opmerking:Teken de inbouwstand van de magneetslagboom af op het carter of bouw hem in de BDP-stand uit.

• Bouw de magneetslagboom (1) uit; let op de hal-ve onderlegringen (pijl).

• Bouw de rotor (2) uit en verwijder de stelring (3).• Open het deksel van de E-box.• Trek de stekker (6) in de E-box los.

KR110200

1

23

45

KL120020

6

12.6

Magneetslagboom inbouwen

• Plaats de stelring (4) en de rotor (3) op de krukas en zet ze vast.

• Bouw magneetslagboom (2) weer in de oor-spronkelijke montagestand in.

• Draai de bouten (1) met de ring en de uit twee delen bestaande onderlegring vast.

• Sluit de stekker in de E-box aan.• Monteer de oorspronkelijke kabelgeleider op-

nieuw en zet hem vast met kabelbandjes.• Monteer het deksel van de E-box.

X Aanhaalmomenten:Rotor.............................................................. 4 NmMagneetslagboom ......................................... 6 Nm

e Attentie:Stel het ontstekingstijdstip af.

Deksel hallvoeler monteren

• Monteer de stroomdraad van de magneetslag-boom met de rubbertule (7) in het distributiedek-sel.

• Zet de draden voor de oliedrukcontrole en de temperatuurmeter vast met een clip (8).

• Monteer het deksel (6) met een pakking (5).• De verdere montage geschiedt in omgekeerde

volgorde.

X Aanhaalmoment:Deksel hallvoeler ............................................ 9 Nm

KR110200

2

34

56

1

KR6102808

7

1

12.7

Bougies/bougiekabels vervangen

– Motorspoiler, links uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Isolatieplaat (3) uitbouwen.• Trek de bougiestekers los met een platbektang.

Bougies uit-/inbouwen

• Draai de bougies los met de bougiesleutel, BMW-nr. 12 3 500.


X Aanhaalmomenten:Bougies........................................................ 20 Nm

Bougiekabels uit-/inbouwen

• [isolatorhuis] Bouten (1) losdraaien, deksel (2) isolator uitbouwen.

• Maak de bougiekabel bij de bobine los.• Bouw de bougiekabels uit.

L Opmerking:Let bij het inbouwen op de juiste montage van de bougiekabels.


X Aanhaalmomenten:Deksel isolatorhuis ......................................... 5 Nm

KL1200303

12

KR120160

4

32

14321

12.8

Bobine uit-/inbouwen

Motorfietsen zonder isolatorhuis

e Attentie:Zet het contact af, maak de massakabel op de accu los en isoleer hem.

– Bouw het kuipzijdeel en de motorspoiler, links uit.

a ......................................................Zie groep 46• Stootstripsteun, links uitbouwen.• Trek de bougiekabels (4) op de bobine los.• Druk bij de primaire aansluiting (2) de borgklem

in en trek de stekker los. • Draai de bouten (3) los en bouw de bobine uit.• Draai zo nodig de bouten (1) los, bouw de grond-

plaat uit.

e Attentie:Let op de aansluiting van de bougiekabels op de bo-bine.


X Aanhaalmomenten:Bobine op grondplaat .................................... 8 NmGrondplaat op tussenflens ............................. 9 Nm

KL120040

4 2

3

1

KR120040

4

32

1

12.9

Motorfietsen met isolatorhuis

e Attentie:Zet het contact af, maak de massakabel op de accu los en isoleer hem.

– Bouw het kuipzijdeel en de motorspoiler, links uit.

a ......................................................Zie groep 46• Stootstripsteun, links uitbouwen.• Draai de bouten (1) los en bouw het deksel (2)

voor de isolator uit.• Trek de bougiekabels (3) op de bobine los.• Druk bij de primaire aansluiting (7) de borgklem

in en trek de stekker los.• Draai de tapeinden (4) en de torxbout (5) los, ver-

wijder de bobine (9) en het huis (8).• Draai zo nodig de bouten (6) los, bouw de grond-

plaat uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Grondplaat op tussenflens ............................. 9 NmBobine op grondplaat/tapeinden.................... 8 NmDeksel op tapeinden ...................................... 5 Nm

Ontstekingstijdstip afstellen

Voorbereidende werkzaamheden– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Motorspoiler links/rechts uitbouwen.– Stootstripsteun, rechts losmaken.– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Bouw de ventilateurmantel, rechts uit.a ......................................................Zie groep 17– Druk de rechter radiateur naar voren toe uit de

houder.• Bouw de bougies uit

• Bouw het deksel (10) voor de hallvoeler uit.

KL120050

12

3

7

45

9 8

6

KL120100

10

12.10

• Schroef de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, met het verlengstuk, BMW-nr. 00 2 580, in cilinder 1.

• Plaats de zuiger in het BDP.• Zet de schaalverdeling van de meetklok op „0”.

Instelling met Motronic

• Sluit de BMW MoDiTeC aan op de diagnose-stekker.

• Menu TOOLBOX op diagnosetester oproepen en menupunt HALLGEBER EINSTELLUNG (HALL-VOELERINSTELLING) kiezen.

• Draai de motor zo ver rond dat de zuiger voor de eerste cilinder op het ontstekingstijdstip staat.

Instelwaarde:Ontstekingstijdstip..........................6° voor BDP = 0,24 mm voor BDP

• Instructies van de MoDiTeC uitvoeren.

• Draai de schroeven van de magneetslagboom (2, 3) een slag los en draai deze zo ver naar links of naar rechts dat op de BMW MoDiTeC de juiste instelling van het ont-stekingstijdstip wordt aangegeven.

Instelling ontstekingstijdstip:Linksom draaien.........................................verlatingRechtsom draaien ................................ vervroeging

• Zet de magneetslagboom (2, 3) vast.• Controleer het ontstekingstijdstip.• Draai de motor in de draairichting door. Bij de

zuigerstand 0,24 mm voor BDP moet de BMW MoDiTeC het juiste ontstekingstijdstip aangeven.


Instelling zonder Motronic

• Open het deksel van de E-box.• Sluit de BMW MoDiTeC aan op de stekker (4)

van de hallvoeler.• HALLGEBER EINSTELLUNG (HALLVOELERIN-

STELLING) met behulp van de MoDiTeC uitvoe-ren.

X Aanhaalmomenten:Magneetslagboom ......................................... 6 NmDeksel impulsgever ........................................ 9 NmBougies........................................................ 20 Nm

01020

30 4050

6070

8090

KR120020

00 2 580

00 2 510

KR120060

2

3

KL120020

4

12.11

Dynamo vervangen

Wisselstroomdynamo uit-/inbouwen

L Opmerking:Het uitbouwen van de schakelstangen, versnellings-bak en koppelingswerkcilinder is niet nodig.

– Krik het frame op.a .....................................................Zie groep 23,

Versnellingsbak uitbouwen

• Draai de drie moeren (1) los.• Trek de dynamo van de tussenflens.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Smeer de rubberdemper bijvoorbeeld in met ban-denmontagepasta, gebruik geen vet of olie. Draai de onderste bout (pijl) met behulp van een zeskante kogelkopdopsleutel vast, verhoog het aanhaalmoment met ca.10 %.

X Aanhaalmoment:Dynamo aan tussenflens .............................. 20 NmBevestiging kabel B+ ................................... 10 NmBevestiging kabel D+ ..................................... 2 Nm

Dynamo demonteren

Meenemerhuis uit-/inbouwen

• Verwijder de rubberdemper (2).

• Blokkeer het meenemerhuis (4) met de blokkeer-sleutel, BMW-nr. 12 4 600. Draai de bout (3) los en verwijder deze samen met de veerring.

• Verwijder het meenemerhuis (4).• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Meenemerhuis ............................................. 50 NmBevestiging kabel B+ ................................... 10 NmBevestiging kabel D+ ..................................... 2 Nm

KL120010

1KR120030

22

KR12012012 4 600

34

12.12

Spanningsregelaar uit-/inbouwen

• Draai de bouten (2) los.• Buig de borgklemmen (1, 3, 4) voorzichtig open

en verwijder het huisdeksel.

• Draai de bouten (pijl) los.• Bouw de spanningsregelaar (5) met de koolbor-

stels uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Startmotor vervangen

Startmotor uit-/inbouwen– Versnellingsbak met startmotor uitbouwen.a ......................................................Zie groep 23

• Draai de bouten (6) los en verwijder de startmo-tor.

• Plaats bij het inbouwen eerst de startmotor in de tussenflens, bouw daarna de versnellingsbak in en draai de bouten (6) vast.

X Aanhaalmomenten:Startmotor aan versnellingsbak ...................... 6 NmPluskabel aan startmotor................................ 6 NmMassadraad aan dwarspijp ............................ 6 Nm

KR120130

2 3

4

1

KR120140

5

KL120080

6

12.13

Startmotor demonteren/monteren

• Span de startmotor met behulp van spanplaten op in de bankschroef.

• Draai de ankerbouten (1) los.

e Attentie:Schuif voor het uit-/inbouwen van het deksel een krimpkous over de vertanding van het anker.

• Bouw het startmotorhuisdeksel (12) aan de ver-snellingsbakzijde uit.

• Bouw het deksel (11) aan de motorzijde uit.• Trek het anker (10) naar buiten.• Trek de 2 koolborstels (5) uit de

borstelhouder (2).• Verwijder de borstelhouder (2).• Draai de moer (7) op het startmotorhuis los en

bouw de rubberring (9) en de isolator aan de buitenzijde (8) uit.

• Bouw de isolator aan de binnenzijde (3) met de koolborstelhouder uit.

• Bouw de kunststof houder (6) uit.

Koolborstels vervangen• Vervang de borstelhouder (2) en de

2 koolborstels (5).• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Lijn de kunststof houder (6), de borstelhouder (4) en de isolator aan de binnenzijde (3) t.o.v. de nok (pijl) in het huis uit.

• Plaats de kunststof houder met de isolator, de koolborstelhouder en de bout in het huis.

• Draai de moer (7) handvast.• Bouw de borstelhouder (2) uitgelijnd t.o.v. de

nok van de isolator (3) in.

L Opmerking:Monteer de koolborstels zo, dat de afgeschuinde zijde naar de veer is gericht. Beschadig de borstels bij het inbouwen niet.

• Druk de borstels voorzichtig terug en breng het anker aan.

• Monteer het deksel aan de versnellingsbakzijde met een spanbout en de O-ring in het huis.

• Bouw het huis aan de motorzijde in.

X Aanhaalmomenten:Spanbout startmotorhuis................................ 6 NmMoer aan huis ................................................ 6 Nm

KL120090

1

12

10

11

52

7 8 96

43

13.1

Inhoud Blz.

13


Motronic-regeleenheid uit-/inbouwen .............................................................................5

Luchtfilter vervangen .................................................................................................................5Zie groep 00 ........................................................................................................................................5

Luchttemperatuursensor vervangen .................................................................................5

Inlaatgeluiddemper uit-/inbouwen .....................................................................................6

Inspuitringleiding uit- en inbouwen ...................................................................................7

Inspuitventielen uit- en inbouwen ............................................................................................7

Drukregelaar uit- en inbouwen .............................................................................................8

Gaskleppenblok uit- en inbouwen ......................................................................................8

Gasklepservomotor uit- en inbouwen .............................................................................10

Gaskleppotentiometer vervangen en instellen ..........................................................10

Inlaatbuis uit- en inbouwen ..................................................................................................11

Benzineslangen vervangen ...................................................................................................11

Gaskabel uit-/inbouwen ..........................................................................................................12

Voorbereidende werkzaamheden voor alle gaskabels .................................................12

Gaskabel voor openen en sluiten van de gasklep uit-/inbouwen ...........................12

Gaskabel snelheidsregeling uit-/inbouwen .......................................................................14

Benzinepompdruk controleren ...........................................................................................15

Regeleenheid snelheidsregeling uit-/inbouwen ...............................................................................................................................15

Zie groep 65 ......................................................................................................................................15

Speling gaskabel controleren, zo nodig afstellen ....................................................15Zie groep 00 ......................................................................................................................................15

13 Brandstofsysteem

13.3

13


Soort brandstof Super loodvrij 95 RON

Brandstofsysteem Motronic MA 2.4

Benzinedruk bar 3,5

Binnendiameter gasklephuis mm 34

Luchtfilter Papieren lamellenfilter

Inlaatbuis Met resonantiedemper

Gaskabelspeling (warme motor)

[zonder snelheidsregeling] mm 0,5

[met snelheidsregeling]Totale speling gasklepopener- en gasklepsluitkabel mm 1 ... 1,5

Kabel snelheidsregeling mm 2 ... 3

13.5

Motronic-regeleenheid uit-/inbouwen


• Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16


• Maak de bevestigingen (pijlen) los.• Maak de Motronic-regeleenheid los van de cen-

trale stekker.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

L Opmerking:Let erop dat de afdichting op de centrale stekker correct is aangebracht.

Luchtfilter vervangen

Zie groep 00

Luchttemperatuursensor vervangen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw de voorste buddyzit met de houder uit.a ......................................................Zie groep 52• Maak de bevestigingsbouten van de benzinetank

op het frame los.• Trek de benzinetank naar achteren uit de hou-

der.

• Trek de stekker (1) voor de temperatuursensor los.

• Bouw de temperatuursensor (2) uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Temperatuursensor in inlaatdemper............. 15 Nm

KL130020KR130120

1

2

13.6

Inlaatgeluiddemper uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46



• Draai de bevestigingsbout (pijl) van het inlaatka-naal los.

• Verwijder de ventilateurmantel van de radiateur links.

• Trek de stekker (1) voor de temperatuursensor los.

• Maak de wegwerpslangklemmen (2, 3) en de schroefslangklem (4, 5) op het gasklephuis los.

• [actiefkoolstoffilter] Trek de magneetklep los van de steun.


• Knijp de wegwerpslangklemmen (2, 3) m.b.v. de tang, BMW-nr. 13 1 510, dicht.

• Lijn de schroef van de slangklem (4) op de derde cilinder precies in de rijrichting uit.

e Attentie:Controleer na het inbouwen of de gaskabelpoelies (pijlen) op het gasklephuis vrij kun-nen draaien.

KR130240

KR130120

1

KL130070

2 3 4 5

13.7

Inspuitringleiding uit- en inbouwen



– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16• Verwijder de ventilateurmantel van de radiateur

links.

• Klem de benzineslang (4) m.b.v. de slangklem-men, BMW-nr. 13 3 010, af.

• Maak de slangklemmen los en trek de benzine-slangen los.

• Haak de vacuümslang uit de kabelbandjes (1, 3), maak de kabelbandjes los.

• Trek de vier stekkers van de inspuitventielen (2) los.

• Draai de bouten los en verwijder de bevesti-gingsmaterialen.

• Trek de inspuitringleiding met de inspuitventielen uit de inlaatbuizen.


L Opmerking:Let erop dat de O-ringen juist op de inspuitventielen zitten. Smeer de O-ringen dun in met olie.

X Aanhaalmomenten:Inspuitringleiding op cilinderkop..................... 9 Nm

Inspuitventielen uit- en inbouwen

L Opmerking:De kabelbandjes (1, 3) hoeven niet te worden losge-maakt.

– Maak de inspuitringleiding los.• Maak de borgklem (5) op het inspuitventiel los,

trek het inspuitventiel uit de ringleiding.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Let erop dat de O-ringen juist op de inspuitventielen zitten. Let op de inbouwstand van de inspuitventie-len.

KR13021113 3 010

13 3 010

4

1 32

KR130220

KR130051

1 3

5

13.8

Drukregelaar uit- en inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.


– Verwijder de benzinetank. a ......................................................Zie groep 16• Klem de benzineslangen op de inspuitringleiding

m.b.v. de slangklemmen, BMW-nr. 13 3 010, af.

• Wip de klembeugel (1) op de inspuitringleiding los.

• Trek de drukregelaar (2) m.b.v. een tang los.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Smeer de pakkingringen in met schone, siliconen-vrije motorolie, resp. met vaseline, alvorens ze te monteren.

Gaskleppenblok uit- en inbouwen

e Attentie:De bouten van de gasklephuizen op het gasklep-penblok mogen niet worden losgemaakt.



– Verwijder de benzinetank. a ......................................................Zie groep 16– Ventilateurmantel, links uitbouwen.

• Maak de slang (pijl) voor de carterventilatie los.• Bouw de aanzuiggeruisdemper uit.

L Opmerking:De benzineslangen en de kabelbandjes op de in-spuitringleiding mogen niet worden losgemaakt.

• Maak de inspuitringleiding los.

KR130130

1

2

KR130260

13.9

• Trek de stekker (4) voor de schakelaar voor de snelheidsregeling los.

• Maak de massadraad (3) bij het gaskleppenblok los.

• Trek de stekker voor de gaskleppotentiometer (2) los.

• Trek de stekker voor de gasklepservomotor (1) los.

• [actiefkoolstoffilter] Trek de ontluchtingsslang naar de elektromagnetische klep bij de aftakking los.

• Maak de schroef-slangklemmen op de inlaatbui-zen los.

• Trek het gaskleppenblok uit de inlaatbuizen.

e Attentie:De montageplaat (6) mag niet worden uitgebouwd, de bevestigingsbouten fixeren de gasklephuizen.

• Haak de gasklepopeningskabel (7) uit de kabel-schijf op het gaskleppenblok.

• Bouw de borgveer (8) uit.• Haak de gaskabel (5) voor het sluiten van de gas-

klep uit de kabelschijf op het gaskleppenblok en verwijder de gaskabel (5).

• Haak de gaskabel van de snelheidsregeling los.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Let op de montagestand van de slangklemmen (pijlen).

e Attentie:Controleer na het inbouwen of de gaskabelpoelies op het gasklephuis vrij kunnen draaien.

• Gaskabelspeling controleren, zo nodig afstellen.a ......................................................Zie groep 00


KL130040

4 3

21

KL1300507

6

5

KL130030

8

5

6

KL130090

13.10

Gasklepservomotor uit- en inbouwen



– Verwijder de benzinetank. a ......................................................Zie groep 16– Maak de inspuitringleiding los.

• Trek de stekker op de gasklepservomotor (pijl) los.

e Attentie:Verbuig bij het losdraaien niet het hoekprofiel van de gasklepservomotor!De bouten (1) zijn met borgvloeistof Loctite 270 ge-borgd.

• Draai de bouten (1) los.• Bouw de gasklepservomotor uit.

e Attentie:De gasklepservomotor werkt met 5 V spanning van de regeleenheid. Hij mag niet op de boordnetspan-ning (12 V) worden aangesloten.

• Bouw de gasklepservomotor in. Monteer de bouten met Loctite 270 en draai ze vast.

• Controleer de werking m.b.v. de BMW MoDiTeC, menupunt DROSSELKLAP-PEN-POTENTIOMETER, RESP. DROSSEL-KLAPPENANSTELLER.

XAanhaalmoment:Bouten gasklepservomotor ............................ 5 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 270)

Gaskleppotentiometer vervangen en instellen

– Bouw het gaskleppenblok uit.

• Maak de bevestigingen (pijlen) los. Bouw de gas-kleppotentiometer uit.

• Bouw een nieuwe gaskleppotentiometer in.

L Opmerking:De gasklepservomotor moet ingebouwd en aange-sloten zijn. De gaskleppotentiometer moet aange-sloten zijn.

• BMW MoDiTeC aansluiten op de diagnosestek-ker onder de buddyzit voor de berijder.

• Menu TOOLBOX op de tester opvragen en me-nupunt DROSSELKLAPPEN-POTENTIOME-TER, RESP. DROSSELKLAPPENANSTELLER kiezen.

• De aanwijzingen van de BMW MoDiTeC uitvoe-ren.

• Draai de bouten van de gaskleppotentiometer vast.

• Controleer de werking m.b.v. de BMW MoDiTeC, menupunt DROSSELKLAP-PEN-POTENTIOMETER, RESP. DROSSEL-KLAPPENANSTELLER.

• Markeer de bevestigingsbouten met borglak.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Bouten gaskleppotentiometer ........................ 2 Nm

KL130100

1

KR13016

13.11

Inlaatbuis uit- en inbouwen

• Bouw het gaskleppenblok uit.

• Draai de bevestigingsbouten (pijlen) los, verwij-der de inlaatbuizen met de O-ring.

L Opmerking:Vergeet bij het inbouwen van de achterste inlaatbuis de borgclip voor de benzineslang niet!

X Aanhaalmoment:Inlaatbuis aan cilinderkop............................... 9 Nm

Benzineslangen vervangen

• Bouw het gaskleppenblok uit.

• Open de borgclip (pijl).

• Maak de borgclip (pijl) voor de benzinetoevoerslang (1), resp. de retour (2) los.



e Attentie:Let op de juiste montage van de benzinetoevoerslang (1), resp. retourslang (2) en de beschermmantel (pijl) tussen het frame en de motor!

• Monteer de benzineslangen zo, dat de kleurmar-keringen zich bij de borgclips bevinden.

Kleurmarkeringenblauw ............................................................ retourwit ............................................................... toevoer

X Aanhaalmoment:Borgclip op motor .......................................... 9 Nm

KR130090

KR130100

KR130080

1 2

KL130080

2

1

13.12

Gaskabel uit-/inbouwen

Voorbereidende werkzaamheden voor alle gaskabels

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw de tankcover uit.


– Verwijder de benzinetank. a ......................................................Zie groep 16– Ventilateurmantel, links uitbouwen.

• Trek de stekkers (1) op de inspuitventielen los.• Maak de inspuitringleiding los.• [actiefkoolstoffilter] Trek de magneetklep los

van de steun.• Bouw de aanzuiggeruisdemper uit.

Gaskabel voor openen en sluiten van de gasklep uit-/inbouwen– Stuurbeplating links/rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Beplating vorkbrug uitbouwen.

• Draai de schroef (5) los, verwijder de kap (4).• Wip de stelbout (7) voor de gaskabel (3) om de

gasklep te sluiten, los.• Schroef de stelbout (8) voor de gaskabel voor

het openen van de gasklep (2), los.• Verwijder de kabelgeleider (6).• Haak de gaskabel (2) voor het openen van de

gasklep, uit de gashendel en verwijder de kabel.• Haak de gaskabel (3) voor het sluiten van de gas-

klep, uit de gashendel.• [verchroomde gashendel] Draai de gashendel

rechtsom tot aan de aanslag en verwijder de gaskabel (3) voor het sluiten van de gasklep.

• Maak het kabelbandje bij de kuipsteun los en trek de gaskabels naar beneden naar de inspuit-ringleiding.

• Haak de gaskabel (2) voor het openen van de gasklep, uit de kabelschijf van de gasklepstrip.

KL130040

1

KL320042

42

3

65

8

7

KL1300502

13.13

e Attentie:De montageplaat (5) mag niet worden uitgebouwd, de bevestigingsbouten fixeren de gasklephuizen.

• Haak de gaskabel (3) voor het sluiten van de gas-klep, uit de kabelschijf (2) op het gaskleppen-blok.

• Bouw de borgveer (4) uit, verwijder de gaskabel voor het sluiten van de gasklep.


e Attentie:Monteer de gaskabels zo, dat deze niet kunnen knikken of ergens vastlopen, voorkom nauwe boch-ten.

• Leg de beide kabels parallel t.o.v. elkaar, de gaskabel (1) voor het openen van de gasklep, met de groene markering moet steeds naar bui-ten wijzen.

• Haak de gaskabels bij de kleurmarkering in de houder (pijl) op de radiateurafvoerluchtgeleider vast.

• Controleer of de kabelschijven op de gasklephui-zen vrij draaien.


Afstelgegevens[zonder snelheidsregeling] gaskabelspeling bij warme motor ................0,5 mm[met snelheidsregeling] gezamenlijke speling van de gaskabels bij de gashendel bij warme motor ........... 1 mm ... 1,5 mm


KL130010

1

3

1

3

2

KL1300305

4

13.14

Gaskabel snelheidsregeling uit-/inbouwen

• Trek de montagehuls (4) en de onderste kabel (pijl) voorzichtig uit elkaar, bouw het inlegdeel (3) uit.

• Haak de kabel (2) uit de kabelschijf bij het gas-kleppenblok.

• Maak de bajonetsluiting (1) op de regeleenheid van de snelheidsregeling los.

• Haak de nippel (5) los, verwijder de kabel.


e Attentie:Controleer na het inbouwen of de gaskabelpoelies op het gasklephuis vrij kunnen draaien.

• Stel de kabelspeling m.b.v. de maat „A” op de stelbout bij het gaskleppenblok vooraf in.


AfstelgegevensMaat „A” .........................................................9 mmGaskabelspeling bij warme motor .... 2 mm ... 3 mm

KL1300102

1

34

KL130060

15

KL130130

A

13.15

Benzinepompdruk controleren

– Verwijder het kuipzijdeel rechts.a ......................................................Zie groep 46


• Sluit de testmanometer, BMW-nr. 16 1 500, aan op de toevoerzijde (binnenste leiding met witte markering).

• Laat de motor stationair draaien.

Benzinepompdruk:Richtwaarde .................................................3,5 bar

L Opmerking:Controleer de benzinepomp, het benzinefilter, de drukregelaar en de leidingen als de benzinepomp-druk lager is.

Regeleenheid snelheidsregeling uit-/inbouwen

Zie groep 65

Speling gaskabel controleren, zo nodig afstellen

Zie groep 00

KL130110

16.1

Inhoud Blz.

16


Benzinetank uit-/inbouwen .....................................................................................................5

Benzinefilter vervangen ............................................................................................................6

Benzinepompeenheid uitbouwen ............................................................................................6

Benzinefilter uit-/inbouwen .........................................................................................................7

Benzinepomp uit-/inbouwen ......................................................................................................7

Benzinepompeenheid inbouwen ..............................................................................................7

Tankvlotterelement uit-/inbouwen .....................................................................................8

Tankvlotterelement kalibreren ...................................................................................................8

Roll-overklep uit-/inbouwen ...................................................................................................8

16 Benzinetank en -leidingen

16.3

16


TankinhoudMotorfiets op zijstandaardMotorfiets op middenstandaard

ll

ca. 23,5ca. 22

Waarvan reserve l 4

Soort benzine Super loodvrij 95 RON

Benzinepomp

Constructie Rollenpomp

Werkspanning V 12

Benzinedruk bar 3,5

Opbrengst l/h 110

16.5

Benzinetank uit-/inbouwen

L Opmerking:Na het vervangen van de benzinetank of het tankv-lotterelement moet het tankvlotterelement opnieuw worden gekalibreerd.


– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Bouw de tankcover uit.a ......................................................Zie groep 46• Bouw de houder voor de buddyzit, voor uit.a ......................................................Zie groep 52


• Trek de slang voor de tankontluchting en de roll-overklep bij de aansluitingen los.

• Trek de stekker voor de benzinepomp los.• Trek de stekker voor het tankvlotterelement (pijl)

los.

• Klem de benzineslangen achter de wegwerp-slangklem (pijlen) m.b.v. de slangklem, BMW-nr. 13 3 010, af.

• Maak de slangklemmen los en trek de benzines-langen los.

• Draai de bevestigingsbout (1) op de benzinetank, links los en trek de benzinetank naar achteren toe van het rubberlager.


X Aanhaalmomenten:Benzinetank aan frame M 8.......................... 21 NmSteun aan frame M 8.................................... 21 NmSteun aan frame M 6...................................... 9 Nm

KL160011

1

KL160040

13 3 010

13 3 010

16.6

Benzinefilter vervangen

– Verwijder de benzinetank.


• Tap de benzine uit de benzinetank af.

Benzinepompeenheid uitbouwen

• Draai de wartelmoer (3) m.b.v. de sleutel, BMW-nr. 16 1 710, los.

• Bouw de benzinepompeenheid (1) met de pak-kingring (2) uit.

KL160020

2

1

3

16.7

Benzinefilter uit-/inbouwen

• Maak de slangklemmen (4, 7) los met een tang.• Trek de benzineslangen (3, 8) los van het

benzinefilter (5).

e Attentie:Let op de doorstroomrichting van het benzinefilter.

• Sluit de benzineslangen (3, 8) aan op het nieuwe benzinefilter (5).

• Knijp de slangklemmen (4, 7) dicht met de tang, BMW-nr. 13 1 500.

Benzinepomp uit-/inbouwen

• Maak de bedrading (1, 2) los van de benzine-pomp.

• Maak de slangklem (9) open en trek de slang (8) los.

• Maak de steun (13) los.• Trek de trillingsdemper op de pompuitlaat (14)

los.• Trek de benzinepomp (12) incl. de trillingsdem-

per op de pompinlaat (11) los van de steun (6).• Trek de trillingsdemper op de pompinlaat (11) los

van de benzinepomp (12).• Wip zo nodig het aanzuigfilter (10) los.• Het contact-/stuurslot wordt in omgekeerde

volgorde ingebouwd. Let daarbij in het bijzonder op de volgende handelingen.

e Attentie:Let op de montagestand van het aanzuigfilter (10), beschadig dit niet.

Benzinepompeenheid inbouwen

• Plaats de benzinepompunit met de pakkingring in de benzinetank.

L Opmerking:De pijl aan de onderzijde van de benzinetank moet in lijn liggen met de pijl op de benzinepompunit.

• Draai de wartelmoer m.b.v. de sleutel, BMW-nr. 16 1 710, vast.

• Monteer de benzinetank.

X Aanhaalmomenten:Wartelmoer .................................................. 30 NmBenzinetank aan frame M 8.......................... 21 NmSteun aan frame M 8.................................... 21 NmSteun aan frame M 6...................................... 9 Nm

KL160023

7

1

10

4

8

2

3

6

129

13

14

5

11

KL160024

16.8

Tankvlotterelement uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Bouw de tankcover uit.a ......................................................Zie groep 46



• Trek de stekker van het tankvlotterelement (1) los.

• Draai de bouten (pijlen) los.• Verwijder het tankvlotterelement met de pakkin-

gring.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde

volgorde.

X Aanhaalmoment:Tankvlotterelement aan benzinetank .............. 6 Nm

Tankvlotterelement kalibreren

L Opmerking:Na het vervangen van de benzinetank of het tankv-lotterelement moet het tankvlotterelement opnieuw worden gekalibreerd.Bij de kalibrering kan de reservehoeveelheid in de benzinetank worden aangepast aan de wens van de cliënt.

• 4 liter benzine of de door de cliënt gewenste hoeveelheid, in de lege benzinetank bijvullen.

• MoDiTeC aansluiten op diagnosestekker onder de buddyzit voor de berijder.

• Menu TOOLBOX op diagnosetester oproepen en menupunt TANKRESERVE PROGRAMMEREN kiezen.

• Instructies van de MoDiTeC uitvoeren.

Roll-overklep uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Bouw de tankcover uit.a ......................................................Zie groep 46• Trek de afvoerslang los.

• Draai de bouten (pijlen) los.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde

volgorde.

X Aanhaalmoment:Roll-overklep aan benzinetank ....................... 3 Nm

KR160030

1

KL160050

17.1

Inhoud Blz.

17


Koelvloeistofcircuit .....................................................................................................................5

Koelvloeistofslangen uit- en inbouwen ............................................................................7

Verbindingsslang tussen linker en rechter radiateur .......................................................7

Slangen tussen radiateur en aansluitnippels ......................................................................7

Slang tussen de aansluitnippels ...............................................................................................7

Slang voor waterpomp .................................................................................................................7

Ontluchtingsslang uitbouwen ....................................................................................................7

Condensatieslang ...........................................................................................................................7

Koelvloeistof verversen ............................................................................................................8Zie groep 00 ........................................................................................................................................8

Koelsysteem op lekkage controleren ...............................................................................8

Radiateur met ventilateur uit- en inbouwen ..................................................................8

Radiateur links uit- en inbouwen ..............................................................................................8

Radiateur rechts uit- en inbouwen ........................................................................................10

Koelvloeistofaansluitnippels op de motor uit- en inbouwen .............................11

Thermostaat uit- en inbouwen ............................................................................................11

Storingstabel .................................................................................................................................12

17 Radiateur

17.3

17


Inhoud koelsysteem

Totale inhoud l 3,1

Koelvloeistofcircuit l 2,5

Expansiereservoir l 0,6

Koelvloeistof Uitsluitend nitrietvrij antivries- en anticorrosiemid-del voor het gehele jaar gebruiken

Openingstemperatuur thermostaat °C 85

Inschakeltemperatuur ventilateur °C 105

Inschakeltemperatuur waarschuwingslamp koelvloeistoftemperatuur °C 115

Overdrukklep in radiateurdop gaat open bij bar 1,5 +0,2

17.5

Koelvloeistofcircuit

KL179000

17.7

Koelvloeistofslangen uit- en inbouwen

– Tap de koelvloeistof af.a ......................................................Zie groep 00

Verbindingsslang tussen linker en rechter radiateur

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.• Verbindingsslang (1) tussen linker en rechter ra-

diateur uitbouwen.

Slangen tussen radiateur en aansluitnippels

• Betreffende koelvloeistofslang naar de aansluitnippels (5) uitbouwen.

Slang tussen de aansluitnippels

– Linker radiateur uitbouwen.• Slang tussen de aansluitnippels (4, 5) uitbou-

wen.

Slang voor waterpomp

– Motorspoiler rechts uitbouwen.• Koelvloeistofslang (6) naar de olie-/waterpomp

uitbouwen.

Ontluchtingsslang uitbouwen


– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Druk de linker radiateur uit de houder.• Bouw de ontluchtingsslang (2) uit.

Condensatieslang

– Bouw het zijkuipdeel, links uit.– Accusierplaat, links uitbouwen.• Bouw de condensatieslang (3) naar het expan-

siereservoir uit.


X Aanhaalmoment:Slangklemmen koelvloeistofslang..............handvast

KL170010

12

3

56 4

17.8

Koelvloeistof verversen

Zie groep 00

Koelsysteem op lekkage controleren



– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Draai de radiateurdop van de linker radiateur los.

• Maak de slangklem van de condensatieslang los en schuif deze naar links (pijl).

• Bevestig de radiateurtester, BMW-nr. 17 0 500, met het tussenstuk en de schroefdop, BMW-nr. 17 5 520, op de vulpijp.

• Pers het koelsysteem af; de druk moet ten min-ste 5 minuten ongewijzigd blijven.

Instelwaarde:Testdruk.......................................................1,5 bar


Radiateur met ventilateur uit- en inbouwen

Radiateur links uit- en inbouwen


L Opmerking:Trek de moeren van de motorspoiler links/rechts los, om verwonding van de handen voorkomen.

– Bouw de middelste motorspoiler uit.– Tap de koelvloeistof af.a ......................................................Zie groep 00



L Opmerking:Trek zo nodig de stekker (1) voor de temperatuur-sensor los.

• Bouw de borgclips (2) met de ringen uit.

L Opmerking:Druk de radiateur boven uit de houder.

• Draai de 2 bevestigingsbouten (pijlen) voor de ventilateurmantel los, trek de ventilateurmantel van de ventilateur.

17 0 500

KL170080

17 5 520

KL170040

1

2

17.9

• Trek de stekker (pijl) voor de ventilateur los, bouw de ventilateurmantel uit.

• Maak de verbindingsslang (3) naar de rechter ra-diateur, de condensatieslang (5) en de ontluchtingsslang (4) bovenop de radiateur los.

• Maak de koelvloeistofslang (6) onder bij de radia-teur los.

• Trek de radiateur met ventilateur uit de onderste houder (pijl).


L Opmerking:Geleid de bowdenkabel (pijl) voor de rijsnelheidsre-gelaar om de ventilateurmantel.Trek voor de montage van de ventilateurmantel de kabel voor de ventilateur door de boring in de venti-lateurmantel en sluit de stekker aan.

• Haak de gaskabel (8) voor het openen van de gasklep en de gaskabel (7) voor het sluiten van de gasklep, in de steun (pijl) op de ventilateur-mantel, links.

X Aanhaalmoment:Slangklemmen ..........................................handvast

KL170050

KR170040

3

4

5

KL000380

6

KL170040

KL130120

8

7

17.10

Radiateur rechts uit- en inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Motorspoiler midden/ rechts uitbouwen.– Tap de koelvloeistof af.a ......................................................Zie groep 00


– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16• Bouw de luchtinlaat uit.

• Bevestigingsbout stootstripsteun, voor (3) los-maken.

• Bevestigingsbout stootstripsteun, achter (1) een slag losdraaien.

• Bouw de borgclips (pijlen) met de ringen uit.• Kantel de stootstripsteun naar beneden.

• Draai de 2 bevestigingsbouten (2) los, bouw de ventilateurmantel uit.

• Trek de stekker van de ventilateur los.

• Maak de koelvloeistofslang (5) onder op de de radiateur, de verbindingsslang (4) naar de linker radiateur en naar de waterpomp (6) los.

• Trek de radiateur met de ventilateur uit de hou-ders en verwijder deze.


X Aanhaalmoment:Slangklemmen ..........................................handvast

KL1700603

1

2

KL170070

4

6

5

17.11

Koelvloeistofaansluitnippels op de motor uit- en inbouwen

– Tap de koelvloeistof af.a ......................................................Zie groep 00– Motorsteun, links uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46

• Maak de slangklemmen (1, 2) los en trek de slangen (pijlen) los.

• Draai de bouten (3) los en verwijder de aansluit-nippel met de pakking.


X Aanhaalmomenten:Koelvloeistofaansluitmond op cilinderkop....... 9 Nm

Thermostaat uit- en inbouwen

– Tap de koelvloeistof af.a ......................................................Zie groep 00• Koelvloeistofslang op thermostaat losmaken.

• Verwijder de borgbeugel (7).• Wip het deksel (5) bij de nok op.• Bouw het thermo-element (4) uit.• Controleer de O-ring (6) op beschadiging.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Koel het deksel (5) voor het inbouwen af, b.v. in een koelkast/diepvriesvak.

KL170030

1

2

3

Kr170100

56

7

4

17.12

Storingstabel

Waarschuwingslamp koelvloeistoftempera-tuur gaat branden.

Koelvloeistofpeil in expansiereservoir controle-ren. Koelvloeistofpeil te laag?

jaKoelvloeistof bijvullen.

neeThermostaat controleren. Thermostaat gaat niet open. Is de linker radiateur warmer dan de rechter en is de koelvloeistofslang naar de wa-terpomp heet?

jaThermostaat vervangen.

nee

Waterpomp controleren. Waterpomp defect?ja

Waterpomp repareren/vervangen.

Ventilateurmotor wordt niet ingeschakeld.

Controleer de betreffende zekeringen. Zeke-ring defect?

jaZekering vervangen

nee

Ventilateurrelais controleren. Ventilateurrelais defect?

jaVentilateurrelais vervangen.

nee

Stroomkring controleren. Slecht contact/on-derbreking?

jaContact herstellen/onderbreking repareren.

nee

Ventilateurmotor controleren. Ventilateurmotor defect?

jaVentilateurmotor repareren/vervangen.

neeThermostaat controleren. Thermostaat gaat niet open. Is de linker radiateur warmer dan de rechter en is de koelvloeistofslang naar de wa-terpomp heet?


17.13

Overmatig koelvloeistofverlies.

Koelvloeistofcircuit controleren.Koelvloeistofcircuit onderbroken/lek?

jaOnderbreking opheffen/lekkage opheffen.

Motor komt niet of slechts langzaam op temperatuur.

Thermostaat controleren. Thermostaat gaat niet dicht. Zijn beide radiateurs even warm en is de koelvloeistofslang naar de waterpomp koud?


18.1

Inhoud Blz.

18


Uitlaatbeschermer uit-/inbouwen .......................................................................................5

Uitlaatsysteem uit-/inbouwen ...............................................................................................5

Lambdasonde uitbouwen ............................................................................................................6

18 Uitlaatsysteem

18.3

18


Uitlaatsysteem

Uitlaatgasreiniging Geregelde 3-weg-katalysator

Uitlaatdemper Reflectie-/absorptie-uitlaatdemper van roestvrij edelstaal

18.5

Uitlaatbeschermer uit-/inbouwen

• Schetsplaat voetsteunen berijder, links losma-ken.

• Draai de 2 bouten (pijl) los.

e Attentie:Beschadig bij het lostrekken van de uitlaatbescher-mer de zijkoffer niet, plak deze zo nodig af.

• Neem de uitlaatbeschermer naar achteren toe weg.


• Haak de lip voor in de boring (pijl) van het hoofd-frame.

X Aanhaalmoment:Schetsplaat aan frame.................................. 21 Nm

Uitlaatsysteem uit-/inbouwen

– Motorspoiler, links uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46

L Opmerking:De onderste bevestigingsbout van de schetsplaat voor de voetsteun van de duopassagier dient tevens voor de bevestiging van de accudrager. Draai de bout voor het uitbouwen van de accusierplaat slechts één slag los, niet geheel losdraaien.

– Maak de schetsplaat voor de voetsteunen van de duopassagier, links los.

– Bouw het kuipzijdeel en de accusierplaat, links uit.

– Schetsplaat voetsteunen berijder uitbouwen.

• Maak het kabelbandje voor de lambdasonde (pijl) los.

• Trek de stekker voor de lambdasonde (1) los en trek de kabel naar beneden toe weg.

• Bouw de uitlaatbeschermer uit.

• Draai de bouten (pijlen) voor de uitlaatsteun los en bouw de uitlaatsteun uit.

KL180010KL180010

KL180040

KL610070

1

KL180030

18.6

• Draai de acht moeren (pijl) van het uitlaatsysteem bij de cilinderkop los.

• Klap de zijstandaard uit.

L Opmerking:Let erop dat de lambdasonde voldoende speling heeft t.o.v. het schakelpedaal.

• Trek de uitlaat naar beneden van de tapeinden en naar voren toe uit de steun.

• Verwijder de uitlaat in neerwaartse richting.

Lambdasonde uitbouwen

• Draai de lambdasonde aan het zeskant (pijl) los.


• Smeer de schroefdraad van de lambdasonde dun in met Never Seez Compound.

• Draai de lambdasonde op het zeskant m.b.v. de dopsleutel, BMW-nr. 11 7 020, vast.

• Vervang de O-ringen bij de cilinderkop.• Reinig de schroefdraad in de bevestigingsbeugel

voor de uitlaatsteun, monteer de bout met Loctite 243 en zet hem vast.

• Let bij het inbouwen op de ligging en bevestiging van de kabel van de lambdasonde.

• Laat de motor warmdraaien tot de bedrijfstempe-ratuur en laat hem hierna weer afkoelen.

• Draai de bevestigingsmoeren voor het uitlaatsys-teem op de cilinderkop vast.

X Aanhaalmoment:Lambdasonde .............................................. 45 NmUitlaatbochten aan cilinderkop ..................... 22 NmBevestigingsbeugel aan uitlaatdemper......... 21 NmBevestigingsbeugel aan montageplaat......... 30 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Montageplaat aan lagerbok.......................... 41 Nm

KL180020

KR180100

11 7 020

21.1

Inhoud Blz.

21


Koppeling uit-/inbouwen ..........................................................................................................5


Koppeling uitbouwen ....................................................................................................................5

Koppelingshuis uitbouwen ..........................................................................................................6

Koppelingshuis inbouwen ...........................................................................................................7

Koppeling inbouwen ......................................................................................................................8

Remvloeistof koppelingssysteem verversen/koppelingssysteem ontluchten ........................................................................................................................................9

Koppelingsleidingen uit-/inbouwen .................................................................................10

Ontluchtingsleiding uit-/inbouwen .........................................................................................11

Koppelingsdrukleiding uit-/inbouwen ..................................................................................12

Koppelingswerkcilinder uit-/inbouwen ..........................................................................13

Koppelingsdrukstang uit-/inbouwen ...............................................................................14

21 Koppeling

21.3

21


Koppeling

Constructie Enkelvoudige drogeplaatkoppeling (asbestvrij)

Bediening Hydraulisch

Koppelingsvloeistof Remvloeistof DOT 4

Koppelingsplaat-Ø mm 180

Slijtagelimiet:Minimumdikte van de koppelingsplaat mm 4,6

(m.b.v. een schuifmaat op de klinknagels van de koppelingsplaat meten, meetpen met de hand samendrukken)

21.5

Koppeling uit-/inbouwen

Voorbereidende werkzaamheden– Kuipdelen en motorspoiler uitbouwen.– Bouw de accu uit.– Uitlaatsysteem losmaken.– Inductiezender achterwiel uitbouwen.– Bouw de remklauw voor het achterwiel uit en

bind deze samen met de inductiezender m.b.v. een kabelbandje vast aan het achterframe.

– Bouw het achterwiel uit.– Bouw het cardan uit.– Achtervork uitbouwen.– Dwarspijp uitbouwen.– Bouw de koppelingswerkcilinder uit.– Trek de koppelingsdrukstang los.– Bouw de schakelaar voor de achteruitrijhulp uit.– Maak de bedrading op de startmotor en de ver-

snellingsbak los.– Bouw de versnellingsbak uit.

Koppeling uitbouwen

• Draai de zes bouten (7) los.• Neem het deksel van het koppelingshuis (6), de

koppelingsplaat (5), de drukplaat (4), de diafragmaveer (3) en de draadring (2) uit het koppelingshuis (1).

KL210011

76

4

31

5

2

21.6

Koppelingshuis uitbouwen

• Monteer de blokkeersleutel, BMW-nr. 11 2 821, zoals afgebeeld.

• Draai de zeskante moer (5) los.• Verwijder de drukring (4).• Trek of druk het koppelingshuis (2) zo ver naar

voren of achteren dat de O-ring (3) zichtbaar is.• Verwijder de O-ring (3).• Trek het koppelingshuis (2) los.• Verwijder de aanloopring (1).

KL210020

1

23 4

5

11 2 821

KR210030

21.7

Koppelingshuis inbouwen

• Smeer de binnenvertanding in het koppelingshuis (2) dun in met olie.

• Schuif de aanloopring (1) op de uitgaande as in de tussenflens en fixeer deze zo nodig met wat vet.

• Breng het koppelingshuis (2) aan.

• Monteer de blokkeersleutel, BMW-nr. 11 2 821, in de afgebeelde stand op het koppelingshuis.

e Attentie:Monteer de nieuwe moer (5).

• Breng de nieuwe O-ring (3) en de drukring (4) aan.

• Draai de moer (5) met de kraag naar buiten ge-richt vast (140 Nm).

• Draai de moer iets los en draai hem daarna weer vast (50 Nm).

• Draai de moer met de hoekverdraaiingsmeter, BMW-nr. 11 2 500, na.

• Verwijder de blokkeersleutel, BMW-nr. 11 2 821.

X Aanhaalmoment:1. Moer van koppelingshuis ....................... 140 Nm2. Losdraaien ..........................................................3. Weer vastdraaien ..................................... 50 Nm4. Verdraaiingshoek .......................................... 60°

KL210020

1

23 4

5

KL110240

11 2 821

11 2 500

2

21.8

Koppeling inbouwen

e Attentie:Gebruik altijd nieuwe bouten.

• Alle smeerpunten met Optimoly MP 3 invetten.

Smeerpunten:Spiebaanvertanding koppelingsplaat en prise-as.Draagvlak van diafragmaveer op koppelingshuis.Draagvlak van diafragmaveer op drukplaat.

e Attentie:Kleurmarkering voor resterende onbalans geel bij koppelingshuis (1), wit bij drukplaat (4) en deksel koppelingshuis (6) 120° verdraaien.

• Plaats de draadring (2) in het koppelingshuis (1).• Plaats de diafragmaveer (3) met de bolling naar

de drukplaat (4) gericht in het koppelingshuis (1).• Breng de diafragmaveer (5), de drukplaat (4), de

koppelingsplaat (6) en het deksel van het koppelingshuis (1) aan in het koppelingshuis.

• Zet de koppeling vast met de bouten (7).

• Centreer de koppelingsplaat (5) m.b.v. de cen-treerdoorn, BMW-nr. 21 2 673, en de centreer-brug, BMW-nr. 21 2 672.

• Draai de bouten (7) beurtelings kruiselings vast.

X Aanhaalmoment:Deksel aan koppelingsdrager ....................... 18 Nm

KL210011

76

4

31

5

2

21 2 672

KL210040

21 2 673

21.9

Remvloeistof koppelingssysteem verversen/koppelingssysteem ontluchten



– Kuipdeel stootstrip rechts uitbouwen.


• Stuurafdekplaat linksboven/-onder uitbouwen.• Schroef de combischakelaar en de radioaf-

standsbediening los.• Draai het stuur tegen de rechter aanslag.

• Draai de klembout (1) een slag los.• Verdraai het remvloeistofniveau zo ver dat het

pakkingvlak van het deksel vanaf de zijkant ge-zien horizontaal staat.




• Maak de ontluchtingsslang voor de koppeling bij de stootstriphouder, rechts los.

• Trek de beschermkous van de vulaansluiting.

• Draai de inbusafsluitplug uit de vulaansluiting (pijl).

• Draai de ontluchtingsnippel in de vulaansluiting.• Sluit het remmenontluchtingsapparaat aan op de

ontluchtingsnippel van de remklauw.• Draai de ontluchtingsnippel een halve slag open.

KL000260

1

KL000150

KL210060

21.10

e Attentie:



e Attentie:Voer de oude remvloeistof op milieuverantwoorde wijze af.

• Zuig de remvloeistof tot aan de MIN-markering (pijl) uit het reservoir.

• De montage vindt in omgekeerde volgorde plaats. Let daarbij speciaal op de volgende pun-ten.

d Waarschuwing:Met de motorfiets mag zonder gemonteerde stel-schroef in de vulaansluiting niet worden gereden.

• Draai de ontluchtingsnippel los. Veeg eventueel weglekkende remvloeistof direct op.

• Draai de inbusafsluitplug in de vulaansluiting en draai hem vast.

• Trek de beschermkous over de vulaansluiting.• Zet de ontluchtingsslang m.b.v. een kabelbandje

vast aan de rechter stootstrip.

• Draai het koppelingsarmatuur weer in de gemar-keerde stand (pijl).



X Aanhaalmoment:Stelschroef................................................... 10 NmKlembout ....................................................... 5 Nm

Koppelingsleidingen uit-/inbouwen

– Plaats de motorfiets op de middenstandaard.– Verwijder het kuipzijdeel rechts.– Motorspoiler, links uitbouwen.– Uitlaatsysteem losmaken.– Bouw het achterwiel uit.– Bouw het cardan uit.– Achtervork uitbouwen.• Tap het hydraulische koppelingssysteem af.

KL000151

KL000260

21.11

Ontluchtingsleiding uit-/inbouwen

• Draai de banjobout (1) op de koppelingswerkci-linder los.

• Verwijder de pakkingringen (3) en de ontluchtingsleiding (2).


e Attentie:Monteer de ontluchtingsleiding zonder knikken zo-danig dat contact met het veerelement bij elke rijsi-tuatie uitgesloten is.Monteer altijd nieuwe pakkingringen (3).

• Vul het koppelingssysteem met remvloeistof.• Koppeling ontluchten.• Bevestig de ontluchtingsleiding met kabelband-

jes aan de stootstriphouder, rechts (pijl).

• Draai het koppelingsarmatuur weer in de gemar-keerde stand (4).


X Aanhaalmoment:Stelschroef................................................... 10 NmBanjobout ...................................................... 7 Nm

KL210230

1

3

2

KL000260

4

21.12

Koppelingsdrukleiding uit-/inbouwen

– Bouw het zijkuipdeel, links uit.– Verwijder de benzinetank.• Knip de kabelbandjes bij de inspuitringleiding en

het frame door.• Maak de koppeling voor de

koppelingsleiding (pijl) los.• Draai de banjobout (5) op de koppelingswerkci-

linder los.• Verwijder de pakkingring (6). Trek de leiding (4)

los en trek hem naar achteren toe weg.• Verdraai het koppelingsarmatuur zo dat de

banjobout (2) voor de koppelingsleiding bereik-baar is.

• Draai de banjobout voor de koppelingsleiding op het koppelingsarmatuur los en verwijder de pakkingringen (1).

• Trek het voorste deel (3) van de leiding naar be-neden toe weg.


• Monteer altijd nieuwe pakkingringen (1, 6).

e Attentie:Let erop dat de drukleiding zo wordt gemonteerd dat deze niet kan knikken of worden afgeklemd.

• Monteer de koppelingsdrukleiding zoals ge-toond.

• Sluit de drukleiding bij de leidingkoppeling (pijl) aan en draai de koppelingsnippel vast, fixeer de leiding met kabelbandjes aan de inspuitleiding en het frame.

• Vul het koppelingssysteem met remvloeistof.• Koppeling ontluchten.• Draai de ontluchtingsnippel los, veeg bij het uit-

bouwen van de adapter de eventueel weglek-kende remvloeistof direct op.

• Bevestig de ontluchtingsleiding met kabelband-jes aan de stootstriphouder, rechts (pijl).

• Plaats het koppelingsarmatuur weer in de oor-spronkelijke montagestand.


X Aanhaalmoment:Stelschroef................................................... 10 NmBanjobout koppelingswerkcilinder.................. 7 NmBanjobout koppelingsarmatuur .................... 18 NmKoppeling drukleiding .................................. 10 Nm

KL210220

1 2 3

45 6

21.13

Koppelingswerkcilinder uit-/inbouwen

– Bouw het kuipzijdeel, de accusierplaat en de lin-ker motorspoiler uit.

a ......................................................Zie groep 46– Schetsplaat voetsteunen berijder/duopassagier

links/rechts losmaken.– Uitlaatsysteem losmaken.a ......................................................Zie groep 18– Inductiezender achterwiel losmaken.– Maak de remklauw voor het achterwiel los, bind

deze samen met de inductiezender m.b.v. een kabelbandje vast aan het achterframe.

– Bouw het achterwiel uit.– Bouw het cardan uit.a ......................................................Zie groep 33– Achtervork uitbouwen.• Zuig de remvloeistof uit het koppelingsreservoir.

e Attentie:Draai, om te voorkomen dat de koppelingswerkcilinder (6) kantelt, de bouten (5, 7, 8) beurtelings gelijkmatig los.

• Draai de bouten (5, 7, 8) los.• Trek de koppelingswerkcilinder (6) van de ver-

snellingsbak.• Verwijder de papieren pakking.

L Opmerking:Let op de pakkingringen.

• Draai de banjobouten (2, 3) los en verwijder de drukleiding (1) en de ontluchtingsleiding (4).


e Attentie:Draai de bouten (6) beurtelings gelijkmatig vast om te voorkomen dat de koppelingswerkcilinder (5, 7, 8) kantelt.

• Reinig de pakkingvlakken op het versnellings-bakhuis en de koppelingswerkcilinder, monteer een nieuwe papieren pakking (pijl).

• Monteer de banjobouten (2, 3) met nieuwe pak-kingringen.

• Vul het koppelingssysteem met remvloeistof.• Koppeling ontluchten.

X Aanhaalmomenten:Koppelingscilinder aan versnellingsbak.......... 9 NmBanjobouten aan koppelingscilinder............... 7 Nm

KL210070

7

5

6

4

32

1

8

KL210080

21.14

Koppelingsdrukstang uit-/inbouwen

– Bouw het kuipzijdeel, de accusierplaat en de lin-ker motorspoiler uit.

a ......................................................Zie groep 46– Schetsplaat voetsteunen berijder/duopassagier

links/rechts losmaken.– Uitlaatsysteem losmaken.a ......................................................Zie groep 18– Inductiezender achterwiel losmaken.– Maak de remklauw voor het achterwiel los, bind

deze samen met de inductiezender m.b.v. een kabelbandje vast aan het achterframe.

– Bouw het achterwiel uit.– Bouw het cardan uit.a ......................................................Zie groep 33– Achtervork uitbouwen.

e Attentie:Draai, om te voorkomen dat de koppelingswerkcilinder (6) kantelt, de bouten (5, 7, 8) beurtelings gelijkmatig los.

• Draai de bouten (5, 7, 8) los.

L Opmerking:De leidingen (1, 4) blijven verbonden met de koppelingswerkcilinder (6).

• Trek de koppelingswerkcilinder (6) van de ver-snellingsbak.

• Verwijder de papieren pakking (9).• Trek de koppelingsdrukstang (10) in achter-

waartse richting los.• De montage vindt in omgekeerde volgorde

plaats. Let daarbij speciaal op de volgende pun-ten.

• Reinig de pakkingvlakken op het versnellings-bakhuis en de koppelingswerkcilinder, monteer een nieuwe papieren pakking.

e Attentie:Draai de bouten (6) beurtelings gelijkmatig vast om te voorkomen dat de koppelingswerkcilinder (5, 7, 8) kantelt.

X Aanhaalmoment:Koppelingscilinder aan versnellingsbak.......... 9 Nm

KL210070

7

5

6

4

32

1

8

KL210080

10

9

23.1

Inhoud Blz.

23


Doorsnedetekening versnellingsbak .................................................................................5

Keerringen in versnellingsbakhuis en versnellingsbakdeksel vervangen ....7

Prise-askeerring aan ingaande zijde vervangen ................................................................7

Hoofdaskeerring vervangen .......................................................................................................7

Keerring voor schakelas van de achteruitrijhulp vervangen ........................................7

Prise-askeerring aan uitgaande zijde vervangen ..............................................................8

Keerring van schakelwals vervangen .....................................................................................8

Keerring van schakelas vervangen .........................................................................................8

Schakelunit achteruitrijhulp uit-/inbouwen ...................................................................9

Schakelarm achteruitrijhulp uit-/inbouwen ..........................................................................9

Schakelunit achteruitrijhulp uit-/inbouwen ..........................................................................9

Dubbele schakelaar achteruitversnelling demonteren /monteren ..........................10

Versnellingsbak uitbouwen ..................................................................................................10

Versnellingsbak demonteren ...............................................................................................13

Voorbereidende werkzaamheden ..........................................................................................13

Tandwieloverbrenging achteruitrijhulp demonteren ......................................................14

Versnellingsbakhuis uitbouwen .........................................................................................16

Schakelwals uitbouwen ..............................................................................................................17

Schakelas demonteren/monteren .........................................................................................17

Versnellingsbakassen uitbouwen ..........................................................................................18

Groefkogellagers van de secundaire as vervangen ......................................................18

Prise-as demonteren/monteren ..............................................................................................19Prise-as demonteren .........................................................................................................................19Prise-as monteren .............................................................................................................................20Axiale speling veersegment op prise-as controleren .........................................................................20

Hoofdas demonteren/monteren .............................................................................................21Hoofdas demonteren ........................................................................................................................21Hoofdas monteren ............................................................................................................................22

23 Versnellingsbak

23.2

Inhoud Blz.

Axiale speling controleren .........................................................................................................23

Blokmaten van de versnellingsbakassen controleren/instellen ...............................24Blokmaat van de secundaire as controleren/afstellen ........................................................................24Blokmaat van de hoofdas controleren/instellen .................................................................................25Blokmaat van de prise-as controleren/instellen .................................................................................26Blokmaat van de schakelwals controleren/instellen ...........................................................................27Schakelas afstellen ...........................................................................................................................28

Versnellingsbak monteren ....................................................................................................29

Versnellingsbakassen inbouwen ............................................................................................29Prise-as, hoofdas en secundaire as inbouwen ..................................................................................29Schakelas inbouwen .........................................................................................................................29Schakelwals inbouwen ......................................................................................................................30

Versnellingsbakhuis inbouwen ................................................................................................31

Achteruitrijhulp inbouwen ..........................................................................................................32Werking controleren ..........................................................................................................................34Deksel achteruitrijhulp inbouwen .......................................................................................................34Schakelmechanisme achteruitrijhulp inbouwen .................................................................................35

Versnellingsbak completeren ..................................................................................................36

Versnellingsbak inbouwen ....................................................................................................37

Schakelpedaal en -stang uit-/inbouwen .......................................................................40

Schakelpedaal uit-/inbouwen ..............................................................................................40

Rubberlager uitlijnen ................................................................................................................41

Rubberlager links uitlijnen .........................................................................................................41

Rubberlager rechts uitlijnen .....................................................................................................41

23.3

23


Type versnellingsbak 5-versnellingsbak (4 + overdrive) met geïnte-greerde achteruitrijhulp, klauwschakeling en schokdemper.Schakeling achteruitrijhulp met spermechanisme voor de vooruitversnellingen en elektrische veilig-heidselementen zoals hallvoeler voor RFH-snel-heidsregeling via RFH-regeleenheid.

Schakelmechanisme Via schakelpedaal en schakelwals met schakel-beveiliging.

Bediening achteruitrijhulp Via centrale schakelas met schakelhoek van ca. 42°.

Overbrengingsverhouding 1e versnelling2e versnelling3e versnelling4e versnelling5e versnelling

RFH-versnelling

(achteruitrij-hulp)

3,8643,0222,3931,8191,316

115,7

Totale overbrengingsverhouding van de versnellingsbak 2,936

Soort multigrade olie Merk-hypoïdolie SAE 90 API klasse GL 5

Inhoudolie tot aan onderrand vulboring bijvullen cm3 600 … 750

Blokmaat secundaire as mm 198,95 ... 199,00

Blokmaat hoofdas mm 192,95 ... 193,00

Blokmaat prise-as mm 138,60 ... 138,55

Blokmaat schakelwals mm 111,80 … 111,90

Axiale speling schakelas mm 0,1 … 0,3

Axiale speling hoofdas

1e-versnellingstandwiel mm 0,1 … 0,33



Axiale speling secundaire as



Slag veersegment op prise-as mm 0,4 … 0,6

23.5

Doorsnedetekening versnellingsbak

BMW Grafik Design MT-1

KL239000

23.7

Keerringen in versnellingsbakhuis en versnellingsbakdeksel vervangen

L Opmerking:Alle keerringen, behalve de prise-askeerring aan de ingaande zijde, kunnen bij ingebouwde versnellings-bak worden vervangen.Als de versnellingsbak geheel wordt gedemonteerd, moeten alle keerringen worden vervangen.Smeer de afdichtlippen dun in met olie, alvorens de keerringen te monteren.

Prise-askeerring aan ingaande zijde vervangen

• Wip de keerring los met een schroevendraaier.• Monteer de nieuwe keerring met de afdichtlippen

naar binnen gericht m.b.v. de geleidehuls, BMW-nr. 23 4 712, en de stempel, BMW-nr. 23 4 711.

Hoofdaskeerring vervangen

e Attentie:De afdichtring voor het kogellager bevindt zich di-rect achter de keerring, bij het uitbouwen niet be-schadigen!

• Wip de keerring voorzichtig los met een schroe-vendraaier.

• Monteer de nieuwe keerring met de afdichtlippen naar binnen gericht m.b.v. de geleidehuls, BMW-nr. 23 4 732, en de stempel, BMW-nr. 23 4 731.

Keerring voor schakelas van de achteruitrijhulp vervangen

• Bouw het schakelpedaal uit.• Wip de keerring los met een schroevendraaier.• Monteer de nieuwe keerring met de afdichtlippen


• Schakelpedaal inbouwen

23 4 711

KL230110

23 4 771

23 4 732

23 4 731

23 4 772

23 4 712

23.8

Prise-askeerring aan uitgaande zijde vervangen

• Stoot de keerring met de doorn, BMW-nr. 00 8 583, door.

• Schroef de drukstang, BMW-nr. 00 8 581, in doorgestoten keerring en trek de keerring m.b.v. het slaggewicht, BMW-nr. 00 8 582, uit de bo-ring.

• Monteer de nieuwe keerring met de afdichtlippen naar binnen gericht m.b.v. de geleidehuls, BMW-nr. 23 4 722, en de stempel, BMW-nr. 23 4 721.

Keerring van schakelwals vervangen

• Wip de keerring los met een schroevendraaier.• Monteer de nieuwe keerring met de afdichtlippen

naar binnen gericht m.b.v. de stempel, BMW-nr. 23 4 750.

Keerring van schakelas vervangen

• Wip de keerring los met een schroevendraaier. • Monteer de nieuwe keerring met de afdichtlippen


KL230120

23 4 61223 4 740

23 4 750

00 8 583

23 4 721

23 4 722

00 8 58100 8 582

23.9

Schakelunit achteruitrijhulp uit-/inbouwen

Schakelarm achteruitrijhulp uit-/inbouwen

• Draai de bout (1) los.• Bouw de knop (2) voor de achteruitrijhulp uit.• Reinig de schroefdraad van de bout (1) en mon-

teer deze met Loctite 243.

Schakelunit achteruitrijhulp uit-/inbouwen

– Stootstrip uitbouwen.• Motorspoiler, links uitbouwen.• Draai de bouten (3, 4) los.• Bouw de schakelunit achteruitrijhulp (5) uit.• Draai de moer (6) los.• Verwijder de schakelarm voor

de achteruitrijhulp (7) met de schakelaarunit (8).• Bouw zo nodig de schakelaar uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Plaats de schakelaarunit voor de achteruitrijhulp met de uitsparing op de nok van de versnellingsbak.

L Opmerking:Bouw de schakelarm (2) met de nok naar boven ge-richt in. Let op de montage van de bedrading, de bedrading mag niet worden afgekneld.

• Monteer de bedrading voor zijstandaardschake-laar, de schakelaar voor de achteruitrijhulp en de versnellingsbakschakelaar achter de bedie-ningsunit voor de achteruitrijhulp (pijl).

• Reinig de schroefdraad van de bevestigingsbout (3) en monteer deze met Loctite 243.

• Clip de kabel voor de lambdasonde in de borg-clip op de bedieningsunit voor de achteruitrij-hulp.

X Aanhaalmomenten:Schakelaarunit achteruitrijhulp op versnellingsbak ......................................... 9 NmSchakelknop achteruitrijhulp(schroefdraad reinigen en Loctite 243) ........... 6 NmSchakelmechanisme achteruitrijhulp aan verbindingsstuk M8(schroefdraad reinigen en Loctite 243 ) ........ 24 NmVerbindingsstuk schakelmechanisme achteruitrijhulp aan tussenflens M8(schroefdraad reinigen en Loctite 243 ) ........ 24 Nm

KL230040

78

6

21

5

3 4

23.10

Dubbele schakelaar achteruitversnelling demonteren /monteren

• Draai de bedieningsarm (3) rechtsom tot de glijbanen (pijlen) naar de contacten (1) zijn ge-richt.

• Bouw de bedieningsarm uit.

e Attentie:Beschadig de borgpennen (2) van de dubbele scha-kelaar niet!

• Trek zo nodig de dubbele schakelaar voor de achteruitversnellingsindicatie van de schakel-arm.

• De montage geschiedt in omgekeerde volgorde.

Versnellingsbak uitbouwen


• Maak de accukabels los. • Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.• Bouw de knop voor de achteruitrijhulp uit.• Verwijder de motorspoiler.• Stootstripsteun, links/rechts uitbouwen.• Bouw de tankcover met het radiobedieningspa-

neel uit.• Verwijder de benzinetank.• Bouw de luchtinlaat uit.• Ventilateurmantel links/rechts uitbouwen.• Druk de radiateur met ventilateur links/rechts uit

de houders.• Maak de inspuitringleiding los.• Maak het gaskleppenblok met de luchtfilterkast

los. • Maak de benzineslangen op de motor los.

• Maak de slangklem (pijl) voor de carterventilatie los.

• Maak de schetsplaat voor de voetsteunen van de berijder, links los.

• Maak de schetsplaat voor de voetsteunen van de berijder, rechts los.

• Bouw de schetsplaten voor de voetsteunen van de duopassagier links/rechts uit.

• Accuafdekplaat links/rechts uitbouwen. • Trek de stekkers voor de lambdasonde, de zij-

standaard, de koelvloeistoftemperatuursensor en de versnellingsindicatie achter de accuafdek-plaat, links los.

• Maak de primaire aansluiting op de bobine los.

KL2301403

1

2

KR130260

23.11

• Bouw de uitlaat uit.• Bouw de krik, BMW-nr 00 1 510, in.• Bouw het achterwiel uit.• Inductiezender cardan uitbouwen.• Bouw de remklauw uit en bind deze samen met

de inductiesensor m.b.v. een kabelbandje vast aan het achterframe.

d Waarschuwing:Let op het hoge losdraaimoment!

• Bouw het cardan uit.• Achtervork uitbouwen.• Bouw de voorste cardanas uit. • Haak de schakelstang bij het kogelgewricht (2)

los.• Dwarspijp uitbouwen.

• Bouw de schakelunit voor de achteruitrijhulp met de schakelaarunit uit.

• Bouw bij gehele demontage van de versnellings-bak de middenstandaard uit.Knip het kabelbandje (pijl) door en trek de stroomdraad voor de schakelaar van de zijstan-daard weg.

e Attentie:Maak de klembevestiging van het linker rubberlager (1), torxbouten met lakmarkering, niet los.

KL230010

1

2

23.12

• Trek de stekker voor de snelheidssensor (5) ach-teruitrijhulp bij de rechter stootstripsteun los.

• Maak de motorsteun links/rechts op de motor los.

• Bouw de koppelingswerkcilinder (8) uit.• Trek de koppelingsdrukstang (7) uit de versnel-

lingsbak.• Fixeer het voorwiel.• Krik m.b.v. de takel, BMW-nr. 46 5 640, het fra-

me aan de achterzijde zo ver op dat de versnel-lingsbakophanging niet meer onder spanning staat.

• Draai de bevestigingsbouten (6) van de versnel-lingsbak los.

e Attentie:Let er bij het opkrikken van het frame op dat er vol-doende ruimte is tussen de versnellingsbak en het frame aan de rechterzijde, alsmede tussen de dwarspijp aan de bovenzijde en de dynamo, let erop dat de onderdelen geen krassen oplopen.

• Takel het frame met de takel, BMW-nr. 46 5 640, zo ver op dat de versnellingsbak en de startmo-tor bereikbaar zijn.

L Opmerking:Maak de voedingskabel voor de startmotor bij het plusaansluitpunt op het achterframe los.

• Maak de bedrading voor de dynamo en de startmotor (4) los.

• Druk de veer samen en verwijder de schakelaar voor de versnellingsindicatie (9).

L Opmerking:Als deze niet is uitgebouwd, moet de middenstan-daard zijn ingeklapt als de versnellingsbak wordt uit-gebouwd!De bout (1) is met Loctite 243 gemonteerd.

• Draai de zeven bevestigingsbouten (1) waarmee de versnellingsbak aan de tussenflens is beves-tigd, los.

• Bouw het verbindingsstuk voor de achteruitrijhulp (2) uit.

• Trek de versnellingsbak zo ver uit de tussenflens dat de tap van de prise-as vrij is en verwijder de versnellingsbak met de startmotor.

• Draai bij het geheel demonteren van de versnel-lingsbak de bevestigingsbouten (3) voor de start-motor los en bouw de startmotor uit.

KL230010

12

4

3

9

7

5

6

8

23.13

Versnellingsbak demonteren

Voorbereidende werkzaamheden

• Draai de bout (1) los en trek de startmotor (2) los van het versnellingsbakhuis.

• Draai de olievul-/controleplug (5) los.• Draai de olieaftapplug (6) los en vang de versnel-

lingsbakolie op in een opvangbak.• Bouw de ontluchter (3) uit.• Bouw de snelheidssensor achteruitrijhulp (4) uit.• Bouw de schakelarm (7) uit.• Draai de moer (10) los en verwijder de

schakelarm (9) met de dubbele schakelaar (8) voor de achteruitversnellingsindicatie.

KL230130

6

5

1

2

3

109

8

4

7

23.14

Tandwieloverbrenging achteruitrijhulp demonteren

• Draai de acht bouten (1) los.

L Opmerking:Noteer de montagestand van de bevestigingsbou-ten van het deksel van de achteruitrijhulp.

e Attentie:Beschadig de twee pasbussen (deksel (2) en ver-snellingsbakhuis) niet.

• Trek het deksel (2) voor de achteruitrijhulp m.b.v. de adapter M6, BMW-nr. 00 8 585, en de trek-ker, BMW-nr. 00 8 580, los en neem deze van het versnellingsbakhuis.

• Draai de bout (7) los en bouw de borgplaat (6) uit.• M.b.v. de adapter, BMW-nr. 00 8 584, de druk-

stang, BMW-nr. 00 8 581, en het slaggewicht, BMW-nr. 00 8 582, de lagerpen (10) voor het tandwiel, 2e trap (5) uitbouwen.

• Tandwiel 2e trap verwijderen.

• M.b.v. de adapter, BMW-nr. 00 8 584, de druk-stang, BMW-nr. 00 8 581, en het slaggewicht, BMW-nr. 00 8 582, de lagerpen (9) voor het tandwiel, 3e trap (3) uitbouwen.

• Tandwiel 3e trap verwijderen.• M.b.v. de adapter, BMW-nr. 00 8 584, de druk-

stang, BMW-nr. 00 8 581, en het slaggewicht, BMW-nr. 00 8 582, de lagerpen (8) voor het tandwiel, 4e trap (4) uitbouwen.

• Tandwiel 4e trap verwijderen.

3

KL230150

2

1

00 8 581 00 8 582

00 8 584

7 6

8 9 10

5

4

00 8 585

00 8 584

KL230160

00 8 582

00 8 581

23.15

• De keerring (1) op de schakelas m.b.v. een-schroevendraaier loswippen.

• Neem de borgveer (2) uit het huis.

e Attentie:Let erop dat de borgveer (4) voor het blokkeerschoentje (5) en de meenemer (6) bij het uitbouwen niet in de versnellingsbak valt.

• Trek de borgveer (4) van de schakelas.• Stel de schakelas zo af, dat het blokkeerschoen-

tje niet aangrijpt in de schakelwals. • Trek de schakelas m.b.v. de adapter M6,

BMW-nr. 00 8 585, en de trekker, BMW-nr. 00 8 580, zo ver uit het versnellings-bakhuis dat de afstandsbus (3) vrijkomt.

• Verwijder de afstandsbus (3). • Trek de schakelas uit de versnellingsbak en

neem daarbij de meenemer (6) en het blokkeerschoentje (5) van de schakelas.

KL230170

536

21 4

00 8 58500 8 581 00 8 582

23.16

Versnellingsbakhuis uitbouwen

L Opmerking:De centreerpennen (2, 3) mogen niet worden terug-geslagen.

• Draai de negen bouten (1) los waarmee het dek-sel aan het huis is bevestigd.

• Plaats de versnellingsbak in de versnellingsbak-steun, BMW-nr. 23 4 700.

• Bevestig het losdrukgereedschap, BMW-nr. 23 4 780, op de bevestigingsflens voor de koppelingswerkcilinder.

e Beschadig het versnellingsbakdeksel en de lak niet!

• Verwarm de lagerzittingen in het huis tot 80 °C... 100 °C.

• Druk het versnellingsbakhuis m.b.v. het losdruk-gereedschap, BMW-nr. 23 4 780, los van het deksel.

KL230180

1 2

3

23 4 780

KL230100

h80 … 100w

23 4 700

23 4 780

23.17

Schakelwals uitbouwen

• Trek de schakelassen (1) uit de schakelvorken.• Draai de schakelvorken (2, 8, 9) naar de rand van

het deksel.• Bouw de arrêteerpen (5) uit.• Druk de glijplaat (4) tegen de druk van de veer

(pijl) naar buiten.• Draai de arrêteerarm (6) naar de rand van het

deksel, houd hem vast en trek de schakelwals (7) voorzichtig met een draaiende beweging los.

• Verwijder de steunringen en de vulring.• Ontspan de arrêteerarm (6) weer.• Bouw de schakelas (3) met de vulring (14)

uit.• Bouw de schakelvorken (2, 8, 9) uit.

Schakelas demonteren/monteren

• Bouw de haarspeldveer (13) uit en trek hem sa-men met de arrêteerarm (12) van de schakelas (11).

• Bouw de haarspeldveer (10) uit.• De montage geschiedt in omgekeerde volgorde.

KL230190

1

4

2

5

3

8

9

1

7

6

KL230200

10

11

12

1413

23.18

Versnellingsbakassen uitbouwen

• Verwarm de lagerzittingen in het versnellings-bakdeksel tot 80 °C … 100 °C.

• Trek de prise-as (2), de hoofdas (3) en de secun-daire as (1) gezamenlijk uit het deksel.

Groefkogellagers van de secundaire as vervangen

e Attentie:Met uitzondering van het groefkogellager mag de secundaire as alleen compleet worden vervangen. Bij vervanging van de groefkogellagers moet de blokmaat opnieuw worden afgesteld. • Trek de beide groefkogellagers los met de uni-

versele trekker, BMW-nr. 00 7 500.• Pers het groefkogellager aan de uitgaande zijde

op de secundaire as.

– Blokmaat van de secundaire as controleren/af-stellen

a ................................................ Zie onderstaand• Breng een vulring met de vereiste dikte aan en

monteer het groefkogellager aan de ingaande zij-de.

KL230300

1

2

3

h80 … 100

w

00 7 500

KR230070

23.19

Prise-as demonteren/monteren

Prise-as demonteren

• Span de prise-as met aluminium spanplaten op in de bankschroef.

• Trek het groefkogellager (9) los met de universele trekker, BMW-nr. 00 7 500, en de druktaats (pijl) en verwijder het samen met de vulring (8).

• Noteer de dikte van de vulring.

• Bouw de geleidering (7) uit.• Druk het veerpakket (4) samen en verwijder de

gedeelde segmentring (6).• Bouw de steunring (5), het veerpakket (4), de an-

tiratelring (3), het drukstuk (2) en het constant aangedreven tandwiel (1) uit.

• Span de prise-as (10) omgekeerd in de bank-schroef.

• Trek het groefkogellager (11) los met de univer-sele trekker, BMW-nr. 00 7 500, en de druktaats (pijl).

KR230081

11

98

7

65

4

3

2

1

10

00 7 500

KR230090

9

23.20

Prise-as monteren• Smeer het lagervlak voor het tandwiel (1) op de

prise-as (10) dun in met olie en monteer het tand-wiel.

• Smeer de vertanding in het drukstuk (2) dun in met olie en monteer het drukstuk.

• Plaats de antiratelring (3) op het drukstuk (2).• Plaats het veerpakket (4), de borgring (pijl) naar

boven gericht, op de antiratelring (3).• Monteer een steunring (5) met dezelfde dikte als

die werd uitgebouwd.• Druk het veerpakket (4) samen en plaats de ge-

deelde segmentring (6) in de groef.• Monteer de borghuls (7) met de kraag over de

segmentring (6).• Controleer de blokmaat en stel deze zo nodig af a ................................................ Zie onderstaand• Breng een vulring (8) met de vereiste dikte aan en

pers het groefkogellager (9) op de prise-as.

Axiale speling veersegment op prise-as controleren

• Axiale speling van het veerpakket (4) controleren.

e Attentie:Als de axiale speling buiten de tolerantie ligt, moet de steunring (5) worden vervangen.

Axiale speling:Veerpakket op as .............................0,4 … 0,6 mm

11

98

7

65

43

2

1

10

KR230081

KL230360

23.21

Hoofdas demonteren/monteren

Hoofdas demonteren

e Attentie:Om te voorkomen dat de naaldlagers door de spie-baanvertanding worden beschadigd, moet bij het uitbouwen het naaldlager bij het slot voorzichtig uit elkaar worden gedrukt!

• Trek met de universele trekker, BMW-nr. 00 7 500, het groefkogellager (19) sa-men met het 1e-versnellingstandwiel (17) en de vulring (18) van de as.

• Bouw het naaldlager (16) uit. • Trek het 4e-versnellingstandwiel (7) van de as.• Trek de borgveer (8), de steunring (9), het

3e-versnellingstandwiel (10) en het naaldlager (11) van de as.

• Bouw het tandwiel voor de 5e trap (12) van de achteruitrijhulp uit.

• Trek de borgveer (13) en het 5e-versnellingstandwiel (14) van de as.

• Keer de hoofdas (6) om en span hem in een bankschroef met aluminium spanplaten.

• Trek het groefkogellager (1) los met de universele trekker, BMW-nr. 00 7 500.

• Trek de vulring (2), het naaldlager (3), het 2e-versnellingstandwiel (4), en de steunring (5) van de as.

KL230210

13

4

5

6

78

10

9

11

1213

14

1516

17

1819

2

00 7 500

KR230110

1917

23.22

Hoofdas monteren

L Opmerking:De montage begint met het tandwiel voor de 5e trap (12) van de achteruitrijhulp. Smeer alle draagvlakken dun in met versnellings-bakolie, alvorens alle onderdelen te monteren!

• Span de hoofdas in een bankschroef met alumi-nium spanplaten met de spiebaanvertanding naar boven gericht.

• Monteer de borgveer (13/pijl).

e Attentie:Om te voorkomen dat de naaldlagers door de spie-baanvertanding worden beschadigd, moet bij het in-bouwen het naaldlager bij het slot voorzichtig uit elkaar worden gedrukt!

• Bouw het tandwiel voor de 5e trap (12), met de smalle kraag gericht naar de borgveer, in.

• Monteer het naaldlager (11).• Bouw het schakeltandwiel voor de

3e versnelling (10) met de uitsparingen naar de andere kant gericht t.o.v. het tandwiel voor de 5e trap (12) in.

• Monteer de steunring (9) en de borgveer (8).• Meet na het inbouwen van het 3e-versnellings-

tandwiel de axiale speling. • Monteer het 4e-versnellingstandwiel (7) met de

sleuf voor de schakelvork naar het 3e-versnel-lingstandwiel (10) gericht.

• Monteer de steunring (15) en het naaldlager (16).• Monteer het 1e-versnellingstandwiel (17) met de

uitsparingen naar het 4e-versnellingstandwiel (7) gericht.

• Monteer de vulring (18) en het groefkogellager (19).

– Controleer de axiale speling van het 1e-versnellingstandwiel nadat dit is gemonteerd.

a .......................................................... Zie hierna

KL230220

1817

1615

1312

1110

98

76

1

24

35 14

19

KR230130

13

6

23.23

• Span de hoofdas (6) omgekeerd in de bank-schroef.

• Monteer het 5e versnellingstandwiel (14) met de sleuf voor de schakelvork naar het 2e-versnel-lingstandwiel (4) gericht.

• Monteer de steunring (5) en het naaldlager (3).• Monteer het 2e-versnellingstandwiel (4) met de

klauwen naar het 5e versnellingstandwiel (14) gericht.

• Controleer de blokmaat en stel deze zo nodig in.a ................................................ Zie onderstaand• Breng een vulring (2) met de vereiste dikte aan en

pers het groefkogellager (1) op de prise-as.• Controleer de axiale speling van het 2e-versnel-

lingstandwiel.

Axiale speling controleren

• Bevestig de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, aan de meetklokstandaard.

• Plaats de meetklok op de rand van het betreffen-de tandwiel en controleer de axiale speling.

e Attentie:Indien de axiale speling buiten de toegestane tole-ranties ligt, duidt dit op hetzij een montagefout hetzij op slijtage van de naaldlagers, de steun- of vulrin-gen en het versnellingstandwiel.Controleer de respectievelijke onderdelen en ver-vang ze zo nodig.

Axiale speling:Axiale speling 1e-versnellingstandwiel ...................0,1 … 0,33 mmAxiale speling 2e-versnellingstandwiel ...................0,1 … 0,33 mmAxiale speling 3e-versnellingstandwiel ...................0,1 … 0,57 mm

KL230230

6 01020

3040 50 60

70

8090

100

KL230240

00 2 510

23.24

Blokmaten van de versnellingsbakassen controleren/instellen

Blokmaat van de secundaire as controleren/afstellen

e Attentie:Voor de afstelling en de controle van de blokmaat moet de nulafwijking zoals hierna beschreven is worden gemeten en m.b.v. vulringen worden afge-steld.Voor elke meetprocedure, ook als er geen assen zijn gemonteerd, moet worden gecontroleerd of het groefkogellager tegen de aanslag is geperst.

• Trek het groefkogellager aan de ingaande zijde los met de universele trekker, BMW-nr. 00 7 500.

• Neem de vulring van de as.• Meetklok, BMW-nr. 23 4 762, in de achterste

bevestigingsboring op de meetbok, BMW-nr. 23 4 761, plaatsen en de klok instellen op 0,2 mm voorspanning.

• Voer m.b.v. de meetklok de nulijking op de maat „A” van het kaliber, BMW-nr. 23 4 763, uit.

• Plaats de meetring, BMW-nr. 23 4 765, op de secundaire as.

• Plaats het groefkogellager op de meetring.• Plaats de secundaire as in de meetbok.

• Meet m.b.v. de meetklok de nulafwijking van de maat „B” op de lagerbinnenring.

De nulafwijking bepaalt de dikte van de „C” van de vulring (1).• Breng de vulring (1) met de vastgestelde dikte

aan op de lagerbinnenring en controleer de nul-afwijking.

A = B + C

e Attentie:De maximale nulafwijking mag niet worden over-schreden.

• Neem de secundaire as uit de meetinstallatie.• Verwijder de vulring, het groefkogellager en de

meetring.• Plaats de vulring (1) met de vereiste dikte op de

secundaire as en pers het groefkogellager hier-op.

Instelmaat secundaire as:Maximale nulafwijking ................ -0,05 … 0,00 mmBlokmaat.............................. 198,95 … 199,00 mm

090

10 2030

4050

6070

80

090

10 2030

4050

6070

80

090

10 2030

4050

6070

80

23 4 763

KL230250

23 4 761

23 4 762

23 4 765

0,2

1 32

1 C

BA

23.25

Blokmaat van de hoofdas controleren/instellen



• Neem de vulring van de as.• Meetklok, BMW-nr. 23 4 762, in de achterste

bevestigingsboring op de meetbok, BMW-nr. 23 4 761, plaatsen en de klok instellen op 0,2 mm voorspanning.


• Plaats de meetring, BMW-nr. 23 4 766, op de hoofdas.

• Plaats het groefkogellager op de meetring.• Plaats de hoofdas in de meetbok.




A = B + C


• Verwijder de vulring, het groefkogellager en de meetring.

• Plaats de vulring (1) met de vereiste dikte op de secundaire as en pers het groefkogellager hierop.

Instelmaten hoofdas:Maximale nulafwijking ................ -0,05 … 0,00 mmBlokmaat.............................. 192,95 … 193,00 mm

090

10 2030

4050

6070

80

090

10 2030

4050

6070

80

090

10 2030

4050

6070

80

23 4 763

KL230270

23 4 761

23 4 762

23 4 766

0,2

1 32

1C

BA

23.26

Blokmaat van de prise-as controleren/instellen



• Neem de vulring van de as.• Meetklok, BMW-nr. 23 4 762, in de voorste be-

vestigingsboring op de meetbok, BMW-nr. 23 4 761, plaatsen en de klok instellen op 0,2 mm voorspanning.


• Plaats de meetring, BMW-nr. 23 4 764, op de prise-as.

• Plaats het groefkogellager op de meetring.• Plaats de prise-as met de adapterring,

BMW-nr. 23 4 767, in de meetbok.




A = B + C


• Neem de prise-as uit de meetinrichting.• Verwijder de adapterring, de vulring, het groefko-

gellager en de meetring.•• Breng de vulring (1) met de vereiste dikte aan en

pers het groefkogellager op de prise-as.

Instelmaten hoofdas:Maximale nulafwijking ................ -0,05 … 0,00 mmBlokmaat.............................. 138,55 … 138,60 mm

090

10 2030

4050

6070

80

090

10 2030

4050

6070

80

090

10 2030

4050

6070

80

23 4 762

KL230260

23 4 767

23 4 764

0,2

1 2 3

23 4 763

23 4 761

1C

BA

23.27

Blokmaat van de schakelwals controleren/instellen

• Breng de vulring en beide steunringen aan op de schakelwals.

• Bepaal de blokmaat „A” met een schuifmaat.• Stel zo nodig de blokmaat „A” m.b.v. een

vulring (pijl) af.

Blokmaat:Schakelwals .........................111,80 … 111,90 mm

KR230190

A

23.28

Schakelas afstellen

e Attentie:Bij vervanging van het versnellingsbakhuis of van de complete schakelas moet de schakelas worden uit-gelijnd.

• Meet afstand „A” vanaf de kraagbus tot het pak-kingvlak van het deksel.

• Meet afstand „B” vanaf de kraagbus tot het pak-kingvlak van het huis.

• Meet afstand „C” vanaf de borst van de schakel-as tot de achterzijde van de huls.

• Bereken de axiale speling als volgt:

Maat „A” + maat „B” = maat „D”Maat „D” - maat „C” = „E”Maat „E” - dikte van de vulring = axiale speling.

Axiale speling:Schakelas ........................................0,1 … 0,3 mm

KR230200

A

KR230210

B

KL230380

C

23.29

Versnellingsbak monteren

Versnellingsbakassen inbouwenPrise-as, hoofdas en secundaire as inbouwen

e Attentie:Voordat de versnellingsbakassen worden inge-bouwd, moeten deze, het huis en het deksel gron-dig worden gereinigd en op beschadigingen worden gecontroleerd. Alle keerringen moeten worden ver-vangen.Let erop dat de versnellingsbakassen correct wor-den ingebouwd.

• Plaats het deksel in de versnellingsbaksteun, BMW-nr. 23 4 700.

• Lijn de prise-as, de hoofdas en de secundaire as zo uit t.o.v. elkaar, dat de tandwielen in elkaar aangrijpen.

• Plaats de geleidehuls, BMW-nr. 23 4 712, voor de prise-as in het deksel.

• Verwarm de lagerzittingen in het deksel tot 80...100 °C.

• Plaats de prise-as (2), de hoofdas (3) en de se-cundaire as (1) tegelijkertijd en gezamenlijk in het deksel.

• Bouw de schakelvorken in.

Schakelas inbouwen

• Breng een vulring met de vereiste dikte op het huis aan en bouw de schakelas (4) in.

• Laat de haarspeldveer (5) aangrijpen.

KL230300

1

2

3

h80 … 100

w

23 4 712

KR230230

4

5

23.30

Schakelwals inbouwen

• Leg een vulring met de vereiste dikte en de steunring aan ingaande zijde op de schakelwals (7) en plak ze met wat vet vast.

• Draai de arrêteerarm (6) naar de rand van het deksel en bouw de schakelwals in.

• Draai de arrêteerarm (6) naar de schakelwals (7) en laat hem samen met de glijplaat (4) aangrij-pen.

• Plaats de schakelvorken (2, 8, 9) in de sleuven.• Bouw de schakelassen (1) in.• Bouw de arrêteerpen (5) in.• Plaats de aanloopring op de schakelwals.

KL230280

1

4

2

5

6

3

8

9

1

7

23.31

Versnellingsbakhuis inbouwen

• Monteer de paspen (pijl) in het deksel.

e Attentie:De pakkingvlakken moeten vet- en olievrij zijn!De vloeibare pakking hecht na 30 minuten niet meer. Binnen deze tijd moet het huis worden aange-bracht en vastgezet!

• Breng de vloeibare pakking Loctite 574 met een kitspuit aan op het pakkingvlak van het deksel.

• Plaats de geleidehuls, BMW-nr. 23 4 732, op de hoofdas.

• Plaats de geleidehuls, BMW-nr. 23 4 712, op de prise-as.

• Plaats de geleidehuls, BMW-nr. 23 4 612, op de schakelas.

• Verwarm de lagerzitting in het huis tot 80 … 100 °C en plaats het huis op het deksel.

• Breng de bevestigingsbouten voor het versnel-lingsbakhuis aan en draai deze kruiselings vast.

X Aanhaalmoment:Deksel op huis ............................................... 9 Nm

KL230310

23 4 612

23 4 712

23 4 732

KL230101

h80 … 100w

23 4 700

23.32

Achteruitrijhulp inbouwen

– Schakel de versnellingsbak in de vrijstand. L Opmerking:Monteer altijd een nieuwe borgveer (2).

• Schuif de schakelas in het versnellingsbakhuis, schuif hierbij het blokkeerschoentje (3) met de lange nok gericht naar de kraag en de meenemer (4) met de afgevlakte zijde gericht naar het 5e-traps tandwiel op de schakelas.

– Het blokkeerschoentje moet kunnen aangrijpen in de schakelwals.

e Attentie:Laat de borgveer niet in de versnellingsbak vallen en let erop dat deze na de montage goed in de groef zit.

• Bouw de borgveer (2) in.• Schuif de afstandsbus (1) tot aan de aanslag in

het huis.

KL230290

3

2

4

1

KL230330

423

23.33

• Breng de nieuwe borgveer (6) aan in de groef van het huis.

e Attentie:De schakelas moet voor het monteren van de keer-ring (7) iets axiale speling hebben.

• Monteer de nieuwe keerring (7) m.b.v. de gelei-debus, BMW-nr. 23 4 771, en de stempel, BMW-nr. 23 4 772.

e Attentie:Controleer voor het inbouwen de O-ringen op de la-gerpennen (8, 9, 10) op beschadigingen en olie ze voor het inbouwen in.

• Plaats het tandwiel voor de 4e trap (4) van boven-af in de meenemer.

• Breng de lagerpen (10) aan.• Tik m.b.v. de adapter, BMW-nr. 00 8 584, en de

trekstang, BMW-nr. 00 8 581, de lagerpen tot aan de aanslag in de boring.

• Breng het tandwiel voor de 3e trap (3) van boven-af aan.



• Breng het tandwiel voor de 2e trap (5) van boven-af aan.



L Opmerking:Borg de bevestigingsbout (11) voor de borgplaat (12) met Loctite 243.

• Druk de borgplaat (12) aan de zijde van het tand-wiel voor de 2e trap naar beneden en monteer de bevestigingsbout (11).

e Attentie:Na de inbouw moet de tandwielset gemakkelijk draaien en een meetbare axiale en radiale speling hebben.

X Aanhaalmoment:Borgplaat achteruitrijhulp op versnellingsbak (schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 10 Nm

KL230151

2

1

00 8 581

00 8 584

23 4 772 23 4 771

3

1112

8 9 10

5 4

67

23.34

Werking controleren• Plaats de schakelarm op de schakelas en scha-

kel de versnellingsbak in de vrijstand.• Plaats de schakelarm op de schakelas van de

achteruitrijhulp.– De achteruitrijhulp moet als de versnellingsbak in

de vrijstand staat kunnen worden ingeschakeld. Verdraai daarbij zo nodig de versnellingsbakas-sen via de hoofdas iets. Als schakeling niet mo-gelijk is, de achteruitrijhulp nog eenmaal uitbouwen en opnieuw monteren.

• Schakelarm achteruitrijhulp verwijderen.

Deksel achteruitrijhulp inbouwen

L Opmerking:Het tandwiel (14) en het veerelement (13) in het dek-sel (2) van de achteruitrijhulp moeten gemakkelijk draaien/kunnen worden ingedrukt. Vertanding van het tandwiel op beschadiging controleren. Bij be-schadiging het deksel (2) compleet vervangen.

e Attentie:Bij het inbouwen van het deksel (2) erop letten dat:- de achteruitrijhulp niet ingeschakeld mag zijn- breng de 6 BMW plattekopbouten aan, (vrije ruimte voor dynamo).

• Monteer de bouten voor het deksel van de ach-teruitrijhulp in de vooraf afgetekende stand.

• Smeer de pakkingvlakken van het deksel (2) voor de achteruitrijhulp in met Loctite 574 en breng de 8 bouten (1) aan.

• Draai de bouten gelijkmatig en kruiselings vast.

X Aanhaalmoment:Deksel achteruitrijhulp op versnellingsbak.... 10 Nm

KL230151

2

1

3

1112

8 9 10

5 4

67

KL230320

2

13

14

23.35

Schakelmechanisme achteruitrijhulp inbouwen• Bouw de schakelarm (2) met de glijbanen (pijl)

naar de contacten (5) gericht in de houder (4). Verdraai de schakelarm zo ver, dat de achteruit-versnellingsschakelaar goed in de banen loopt.

– De uitsparing (6) moet naar het huis zijn gericht. • Schuif de complete achteruitversnellingsschake-

laar op de schakelas en laat daarbij de uitsparing (6) van de borgplaat over de vergrendelpen (3) vallen.

e Attentie:Let er bij het inbouwen van de achteruitversnellings-schakelaar op dat de achterste borgplaat niet tus-sen het versnellingsbakhuis en de schakelarm glijdt. De schakelarm (2) moet tegen de borst van de as liggen.

• Breng een nieuwe zelfborgende moer (1) aan en draai deze vast.

X Aanhaalmoment:Achteruitversnellingsschakelaar op schakelas.................................................. 9 Nm

KL2301402

54

6

KL230340

12

3

23.36

Versnellingsbak completeren

e Attentie:Let erop dat de ontluchter (1) correct in de groef van de boring in het huis valt.

• Druk de ontluchter (1) in de boring.

e Attentie:Reinig de magneet op de aftapplug (5)!

• Monteer de olieaftapplug (5).• Monteer de oliecontroleplug (4) met de nieuwe

pakkingring. • Controleer de O-ring op de snelheidssensor (2)

op beschadiging en vervang de O-ring zo nodig. • Snelheidssensor (2) inbouwen.• Versnellingsindicatie (3) inbouwen.

X Aanhaalmomenten:Olieaftapplug in versnellingsbak ................... 55 NmOlievulplug in versnellingsbak....................... 30 NmSnelheidssensor achteruitrijhulp op versnellingsbak ......................................... 6 Nm

• Schakelpedaal (6) inbouwen.

L Opmerking:Plaats de markering op het schakelpedaal in lijn met de markering op de schakelas.Controleer, voordat de versnellingsbak wordt inge-bouwd, nog eenmaal de werking.

X Aanhaalmoment:Klembout schakelpedaal ................................ 9 Nm

6

1

3

KL230350

2

4

5

KL230370

6

6

23.37

Versnellingsbak inbouwen

L Opmerking:Vervang de O-ringen voor de startmotor aan de mo-tor- en versnellingsbakzijde altijd. Druk de geprofileerde pakkingring voor de startmo-tor aan de versnellingsbakzijde met de hand in het midden van de groef.

• Breng de pakkingringen (O-ringen) aan. • Monteer de startmotor (5) in het motorblok.

L Opmerking:Als deze niet is uitgebouwd, moet de middenstand-aard voor het inbouwen van de versnellingsbak wor-den ingeklapt! • Schroef de geleidepennen, BMW-nr. 23 1 820,

op de tussenflens.• Smeer de vertanding van de as in met

Optimoly MP 3.• Schuif de versnellingsbak via de geleidepennen,

BMW-nr. 23 1 820, op de pasbussen van de tussenflens.

e Attentie:Let erop dat het rondsel van de startmotor aangrijpt in de achteruitrijhulp.

• Bouw de geleidepennen, BMW-nr. 23 1 820, uit.

KL230010

5

2

34

1

7

6

23 1 821

KL210041

23 1 822

23.38

L Opmerking:Bout (3) met Loctite 243.

• Plaats het verbindingsstuk (4) voor de achteruit-rijhulp tegen het versnellingsbakhuis.

• Monteer de bout (3) met Loctite 243.• Draai de zeven bevestigingsbouten van de ver-

snellingsbak op de tussenflens vast.

e Attentie:Draai de bouten afwisselend en gelijkmatig vast, om te voorkomen dat de koppelingswerkcilinder kan-telt.

• Bouw de koppelingsdrukstang in. • Reinig de pakkingvlakken op het versnellings-

bakhuis en de koppelingswerkcilinder, monteer een nieuwe papieren pakking.

• Bouw de koppelingswerkcilinder in.• Laat het frame zo ver zakken dat de bedrading

op de startmotor en de dynamo kan worden aan-gesloten, sluit de bedrading aan.

• Sluit de pluskabel van de startmotor aan op het aansluitpunt, zet de kabels met kabelbandjes vast aan het frame.

• Laat het frame verder zakken.

• Monteer de versnellingsbaksteunen, draai de bout (6) vast.

• Breng de koppelingsdrukstang (7) aan in de ver-snellingsbak. Let op de inbouwstand.

• Bevestig het schakelpedaal (2) op de schakel-stang.

• Monteer zo nodig de bouten (1) voor de console op de middenstandaard.

• Maak de draad voor de schakelaar van de zij-standaard met een kabelbandje (pijl) vast aan de versnellingsbak.

e Attentie:Het linker rubberlager is af fabriek t.o.v. het frame uitgelijnd, maak de klemverbinding niet los!Alleen als het linker rubberlager moet worden ver-vangen, moeten de rubberlagers opnieuw worden uitgelijnd.

L Opmerking:Let bij het laten zakken van het frame op dat er vol-doende ruimte is tussen de versnellingsbak en het frame aan de rechterzijde, beschadig de onderdelen niet.

• Zet de motorsteunen links/rechts op de traverse vast.

KL230010

5

2

34

1

7

6

23.39

• Laat het frame geheel zakken.• Verwijder de takel, BMW-nr. 46 5 640.• Bouw de stootstripssteun in. • Sluit de stekker voor de zijstandaard, de lamb-

dasonde en de sensor voor de koelvloeistoftem-peratuur aan.

• Bouw de schakelunit voor de achteruitrijhulp met de schakelaarunit in.

• Monteer de radiateur met de ventilator links/rechts in de houder.

• Sluit de stekkers en bedrading voor de motor en versnellingsbak aan.

• Bouw de dwarspijp in.• Bouw de voorste cardanas in.• Bouw de achtervork in.• Bouw de cardan in.• Monteer de remklauw• Bouw de inductiezender op het cardan in.• Monteer het achterwiel.• Bouw het uitlaatsysteem in.• Bouw de accuafdekplaat rechts/links in.• Schetsplaat voor duovoetsteunen links/rechts

inbouwen. • Vul versnellingsbakolie bij.• Schetsplaat voor voetsteunen berijder links/

rechts inbouwen.• Gaskleppenblok met luchtfilterkast inbouwen.• Bouw de inspuitventielenstrip in.• Bouw de luchtinlaat uit.• Monteer de benzinetank.• Tankcover met radiobedieningspaneel inbou-

wen. • Krik, BMW-nr. 00 1 510, uitbouwen.

• Monteer de motorspoiler.• Knop voor achteruitrijhulp inbouwen.• Kuipzijdelen, links/rechts inbouwen.

e Attentie:Sluit eerst de pluskabel en vervolgens de massaka-bel aan op de accu.

• Accu inbouwen.

Hoeveelheden:Nieuwe vulling ................................. ca. 0,6 ...0,75 lOlie verversen ......tot onderrand vulboring bijvullen

X Aanhaalmomenten:Olieaftapplug................................................ 55 NmOlievul-/controleplug.................................... 23 NmSchakelarm aan schakelas............................. 9 NmSchakelarm achteruitrijhulp aan versnellingsbak........................................ 9 NmVersnellingsbak aan tussenflens M8 ............ 24 NmVerbindingsstuk schakelmechanisme achteruitrijhulp aan tussenflens M8(schroefdraad reinigen en Loctite 243) ......... 24 NmStartmotor aan versnellingsbak ...................... 6 NmVersnellingsbak aan frame ........................... 70 NmKlemverbinding rubberlager ........................... 9 NmSnelheidssensor voor achteruitrijhulp............. 6 NmKoppelingswerkcilinder op tussenflens .......... 9 NmDwarssteun aan motor ................................. 41 NmConsole aan versnellingsbak........................ 41 NmSchakelknop achteruitrijhulp(schroefdraad reinigen en Loctite 243) ........... 6 NmSchetsplaat voetsteunen aan frame ............. 21 NmBorgplaat achteruitrijhulp aan versnellingsbak(schroefdraad reinigen en Loctite 243) ......... 10 NmDeksel achteruitrijhulp op versnellingsbak.... 10 Nm

23.40

Schakelpedaal en -stang uit-/inbouwen

• Maak de schetsplaat voor de voetsteunen van de berijder los.

• Maak de borgbeugel (2) los.• Haak de schakelstang bij het kogelgewricht (1)

los.• Verwijder de voetsteun voor de berijder.• Draai de bout (8) los.• Maak de borgbeugel (5) los.• Haak de schakelstang bij het kogelgewricht (6)

los.• Bouw de omkeerarm (3) uit.• Bouw de schakelarm (7) uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Let op de markering (pijl) op het schakelpedaal.

• Smeer de lagerbus (4) b.v. in met Staburags NBU 30 PTM.

L Opmerking:Het kogelgewricht (1) op het schakelpedaal is ge-borgd met lijm. Reinig na het uitbouwen van het kogelgewricht (1) de schroefdraad en monteer deze m.b.v. een kleine onderlegring en Loctite 2701.

X Aanhaalmomenten:Omkeerarm aan dwarsbuis ............................ 9 NmKlembout aan schakelpedaal (7)..................... 9 NmKogelkop (1) aan schakelpedaal(schroefdraad reinigen + Loctite 2701............ 8 Nm

Schakelpedaal uit-/inbouwen

• Draai de bout (10) los.• Schakelpedaal met lagerbus (9) uitbouwen.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Smeer de lagerbus (9) b.v. in met Staburags NBU 30 PTM.

• Reinig de schroefdraad van de bout (10) en mon-teer deze met Loctite 243.

X Aanhaalmomenten:Schakelpedaal aan schetsplaat(schroefdraad reinigen en Loctite 243) ......... 41 Nm

KL230030

1 2

5

3 4

68

10

9 7

23.41

Rubberlager uitlijnen

Rubberlager links uitlijnen

e Attentie:Het linker rubberlager is af fabriek afgesteld. Maak de klemverbinding, de torxbouten (1) met kleurmarkering alleen los als het rubberlager moet worden vervangen.

– Maak het afstelkaliber a.d.h.v. de tekening.• Pas het afstelkaliber (2) tussen de lageropnames

links/rechts in, druk hem rechts bij het bewerkte vlak (pijl) aan.

• Schuif de lagerbus links in de boring voor het la-ger.

• Druk de lagerbus voorzichtig tegen het afstelka-liber, draai de bouten (1) gelijkmatig vast.

Rubberlager rechts uitlijnen

e Attentie:Alleen als de versnellingsbak, het frame of het linker rubberlager werd vervangen, moet het rechter rub-berlager opnieuw worden uitgelijnd.

• Monteer de rechter lagerbus los voor.• Plaats de versnellingsbak op de tussenflens en

zet hem vast. • Laat het frame zakken.• Zet de motorsteunen links/rechts op de traverse

vast.• Breng de bouten voor de bevestiging van de ver-

snellingsbak aan het frame aan en draai deze vast.

e Attentie:Draai, om de vulplaat in de klemsleuf niet te bescha-digen, de bouten links/rechts van de klemverbinding gelijkmatig vast.

• Draai de bouten (3) van het rubberlager, rechts gelijkmatig vast.

X Aanhaalmomenten:Klembouten rubberlager................................. 9 Nm

KL230050

1

2

3

KL230060

31.1

Inhoud Blz.

31


Voorvork en vorkbovenplaat uit-/inbouwen ..................................................................5

Voorvork uitbouwen .......................................................................................................................5

Bouw de vorkbovenplaat uit .......................................................................................................7

Demonteer de vorkbovenplaat ..................................................................................................8Topgewricht uit-/inbouwen ..................................................................................................................8Bouw het hoekcontactlager met de schroeftap uit ..............................................................................8Bouw de schroeftap uit .......................................................................................................................9Bouw de schroeftap in ........................................................................................................................9Bouw het hoekcontactlager met de schroeftap in ...............................................................................9

Bouw de vorkbovenplaat in ........................................................................................................9

Voorvork inbouwen ......................................................................................................................10

Montagevoorschrift voorvork: ..................................................................................................12

Voorvork demonteren/monteren .......................................................................................13

Voorvork demonteren .................................................................................................................13

Voorvork monteren .......................................................................................................................13

Opmeten van de voorvork .....................................................................................................14Vorkbrug en vorkbovenplaat controleren ...........................................................................................14Binnenpoot op slingering controleren ................................................................................................14Buitenpoot op slingering controleren .................................................................................................14

Vorkbovenplaat uit-/inbouwen ............................................................................................15

Kogelgewricht uit-/inbouwen ...................................................................................................16

Veerelement, voor uit-/inbouwen ......................................................................................17

Bouw het veerelement voor uit ...............................................................................................17

Veerelement inbouwen ...............................................................................................................18

Stuurdemper uit-/inbouwen .....................................................................................................19

Stuurdemper controleren ..........................................................................................................19Zie groep 00 ......................................................................................................................................19

Triangel uit-/inbouwen ............................................................................................................20

Triangel uitbouwen .......................................................................................................................20

Linker hoekcontactlager voor triangel uitbouwen ..........................................................21

31 Voorvork

31.2

Inhoud Blz.

Linker hoekcontactlager voor triangel inbouwen ............................................................21

Triangel inbouwen ........................................................................................................................22

Triangel controleren (meten) ...............................................................................................23

31.3

31


Voorwielophanging

Constructie Telelever, geen kantelmomenten, triangel cen-traal bevestigd in het hoofdframe.

Televorkpoot

Oppervlakte vorkbinnenpoot Hardverchroomd

Vorkbinnenpoot-buitendiameter mm 35

Max. toelaatbare slingering van de vorkbinnenpoot mm 0,4

Voorvorkolie

Voorvorkolie – vrijgegeven oliesoorten BMW voorvorkolie, SHOWA ATF

Inhoud per vorkpoot SHOWA l 0,47

Gegevens rijwielgedeelte

Naloop bij normale belasting mm 108,7

Stuuruitslag bij ledig gewicht ° 63,96

Totale veerweg bij wielbij veerelement

mmmm

10255

Veerelement

Constructie Veerelement met schroefveer en enkelwerkende gasdrukdemper zonder verstelmogelijkheden

31.5

Voorvork en vorkbovenplaat uit-/inbouwen

– Bouw de kuipzijdelen links/rechts, de tankcover en de motorspoiler uit.

– Bouw de afdekkap voor de vorkbovenplaat uit.a ......................................................Zie groep 46– Maak de krik, BMW-nr. 00 1 510, vast aan de

carterpan.

Voorvork uitbouwen

e Attentie:Raak de remgreep bij uitgebouwde remklauwen niet aan!Pas op voor krassen op gespoten onderdelen, plak ze indien nodig af.

– Bouw het voorste/achterste deel van het voor-spatbord uit.

a ......................................................Zie groep 46– Bouw het voorwiel uit.a ......................................................Zie groep 36• Maak de ABS-sensor en de stroomdraad los van

de voorvork.• Draai de vier bouten (1) van de klemblokken voor

de stuurpijp los.• Verwijder de stuurpijp.• Verwijder de beschermkappen (2).• Draai de twee bevestigingsbouten (3) voor de

bevestiging van de vorkpoot aan de vorkbrug bo-ven los, hierbij het zeskant slw 22 (pijl) van de vorkpoot tegenhouden.

KL310020

3

1

2

31.6

e Attentie:

De bouten (1, 2) voor de borgplaat (5, 4) zijn met borgvloeistof geborgd. Verwarm de bouten (1, 2) voorzichtig, beschadig bij het losdraaien het binnen-zeskant niet!

• Draai de bout (1) voor de steun (5) van de linker remleiding op de voorvork los.

• Draai de bout (3) van de remverdeler voor de rechter remleiding bij de steun (4) los.

• Maak zo nodig de bout (2) steun (4) voor de rem-verdeler op de voorvork los.

• Draai de bout (pijl) voor de stuurdemper (7) bij de triangel los.

• Verwijder de beschermkap (6).

e Attentie:

De bout is geborgd met borgvloeistof, zo nodig tot max. 120 °C verwarmen.

• Draai de moer voor de bevestiging van de trian-gel aan de vorkbrug m.b.v. een dopsleutel en een inbussleutel, BMW-nr. 31 5 600, los.

• Trek de voorvork naar beneden toe weg.

KR340200

4

3

5

1

2

w

w

KR310060

6

w

7

31 5 600

KL310111

31.7

Bouw de vorkbovenplaat uit

e Attentie:Raak de remgreep bij uitgebouwde remklauwen niet aan!Pas op voor krassen op gespoten onderdelen, plak ze indien nodig af.

• Draai de bout (1) van de klembok voor het stuur op de vorkbovenplaat los.

• Verwijder de beschermkappen (pijl).• Draai de twee bevestigingsbouten (2) voor de

bevestiging van de vorkpoot aan de vorkbrug bo-ven los, hierbij het zeskant slw 22 van de vork-poot tegenhouden.

e Attentie:De bout is met een borgvloeistof geborgd, zo nodig verwarmen, beschadig hierbij de leidingen en be-drading niet.

• Draai de schroefverbinding (4) van de vorkbrug op het frame m.b.v. een dopsleutel en inbussleu-tel, BMW-nr. 31 5 600, los.

L Opmerking:De schroeftap is met een perspassing in het hoek-contactlager ingebouwd. Bouw hem daarom com-pleet uit.De binnenkuip kan iets worden beschadigd, be-scherm deze door hem af te plakken of zo nodig uit te bouwen.

• Verwijder de vorkbovenplaat.• Bouw de stekker voor het contact-/stuurslot (3)

uit.

KL310020

1

2

4

3

31 5 600

KL310040

4

31.8

Demonteer de vorkbovenplaat

Topgewricht uit-/inbouwen

• Bouw de stofmanchet (1) uit.• Bouw de borgveer (2) uit.• Pers het topgewricht (3) met het stofmanchet (4)

m.b.v. de doorn, BMW-nr. 31 5 661, en de bus, BMW-nr. 31 5 662, uit de vorkbovenplaat.

L Opmerking:Vervang de onderste stofmanchet (4) altijd en ver-vang zo nodig de bovenste stofmanchet (1).

• Monteer de stofmanchet (4).• Pers het topgewricht (3) m.b.v. de stempel,

BMW-nr. 31 5 661, in de boring.• Monteer de borgveer (2).• Monteer de stofmanchet (1).

Bouw het hoekcontactlager met de schroeftap uit


L Opmerking:Monteer altijd een nieuw hoekcontactlager.

• Verwijder de borgveer (5).• Verwarm de vorkbovenplaat tot 100 °C.

d Waarschuwing:Draag bij werkzaamheden met heet gemaakte on-derdelen leren veiligheidshandschoenen om brand-wonden te voorkomen.

• Bouw het hoekcontactlager m.b.v. de stempel, BMW-nr. 31 5 651, door hier eventueel met een kunststof hamer voorzichtig op te tikken, uit.

31 5 661

31 5 662

4

2

1

3

KL310120

31 5 661

KL310130

12

3

4

KL310140

631 5 6515

wh

100

31.9

Bouw de schroeftap uit

L Opmerking:Beschadig de schroefdraad (pijl) niet.

• Pers de schroeftap m.b.v. de stempel, BMW-nr. 31 5 651, los.

Bouw de schroeftap in

L Opmerking:Monteer altijd een nieuw lager.

• Pers de schroeftap (1) m.b.v. de stempel, BMW-nr. 31 5 651, als ondersteuning, in het hoekcontactlager (2).

Bouw het hoekcontactlager met de schroeftap in

L Opmerking:De temperatuur kan m.b.v. de temperatuurmeter, BMW-nr. 00 1 900, worden gecontroleerd.

• Verwarm de vorkbovenplaat tot 100 °C.• Plaats het hoekcontactlager in de vorkboven-

plaat.• Monteer de borgveer.• Bouw de stofkappen in.

Bouw de vorkbovenplaat in


.

e Attentie:Gebruik bij het inbouwen nieuwe zelfborgende moe-ren!

• Draai de moer voor de bevestiging van de vork-bovenplaat aan het frame m.b.v. een dopsleutel en een inbussleutel, BMW-nr. 31 5 600, vast.

X Aanhaalmomenten:Vorkbovenplaat aan frame(schroefdraad reinigen, nieuwe zelfborgende moeren of Loctite 2701 gebruiken)............. 130 NmBinnenpoot aan vorkbrug............................. 45 Nm

KL310051

31 5 651

KL310160

31 5 651

1

2

31 5 600

KL310040

31.10

Voorvork inbouwen

e Attentie:

Gebruik bij het inbouwen nieuwe zelfborgende moe-ren!

• Draai de moer voor de bevestiging van de trian-gel aan de vorkbrug m.b.v. een dopsleutel en een inbussleutel, BMW-nr 31 5 600, vast.

e Attentie:Monteer de voorvork eerst spanningsvrij en draai daarna de moer met het voorgeschreven aanhaal-moment vast.

• Schuif de vorkbinnenpoot (2) links/rechts in de vorkbovenplaat (1).

• Veer de voorvork in.

L Opmerking:Vul olie bij als de voorvork werd gedemonteerd.

Inhoud per vorkpoot........................ 0,47 +/-0,01 l

Voorvorkolie ............................. BMW voorvorkolie

X Aanhaalmoment:Olieaftapplug................................................ 12 NmKL310020

1

2

KL310110

31 5 600

31.11

• Het verdere inbouwen geschiedt in omgekeerde volgorde, let hierbij speciaal op de volgende han-delingen.

e Attentie:Gebruik bij de montage van de steun voor de rem-leiding nieuwe bouten of reinig de schroefdraad en monteer de bouten met Loctite 243.

• Zet de steunen voor de remleidingen vast.• Controleer of de voorvork soepel in- en uitveert

in de rechtuitstand en bij de linker en rechter stuuraanslag.

e Attentie:De steekas moet bij het opnieuw monteren zicht-baar in lijn liggen en met een lichte draaiende bewe-ging te monteren zijn.

• Controleer/corrigeer de afstand tussen de ABS-sensor en de impulstandkrans.

a ......................................................Zie groep 46

Afstand ABS-sensor voor..............0,45…0,55 mm

X Aanhaalmomenten:Triangel aan vorkbrug(monteer een nieuwe moer ofreinig de schroefdraad + Loctite 2701)....... 130 NmStuurdemper aan triangel(schroefdraad reinigen, Loctite 243of een nieuwe bout monteren) ...................... 21 NmStuurdemper aan vorkbrug(schroefdraad reinigen, Loctite 243of een nieuwe bout monteren) ...................... 21 NmBorgplaat voor remleiding aan buitenpoot(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ............. 4 NmBinnenpoot aan vorkbrug ............................. 45 NmRemverdeelstuk aan steun/buitenpoot rechts .......................... 9 NmStuur aan vorkbovenplaat............................. 21 Nm

31.12

Montagevoorschrift voorvork:

e Attentie:Houd onderstaande werkprocedure en de voorge-schreven volgorde exact aan om te garanderen dat de voorvork niet onder spanning wordt gemonteerd.

• Het voorveerelement moet zijn uitgebouwd.

e Attentie:Pas op voor krassen op gespoten onderdelen, plak ze indien nodig af.

• Maak de vorkbovenplaat vast aan het frame.

X Aanhaalmoment:Schroeftap aan frame(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ......... 130 Nm

• Monteer de vorkpoten met de steekas voor/stel maat „A” in.

Maat „A”: ............................................165 ± 0,5 mm

X Aanhaalmoment:Klembouten steekas..................................... 21 Nm

• Draai de bevestigingsbouten van het kroonstuk aan, maar draai ze nog niet met het voorgeschre-ven aanhaalmoment vast.

• Maak het kroonstuk vast aan de triangel.

X Aanhaalmoment:Triangel aan kogelgewricht (schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ....... 130 Nm

• Trek de voorvork b.v. met een spanriem zo ver tegen het frame, dat de geheel ingeschoven bin-nenpoten slechts minimaal hoeven te worden uitgetrokken om ze in de vorkbovenplaat te kun-nen bevestigen.

• Maak de binnenpoten vast aan de vorkboven-plaat.

X Aanhaalmoment:Boutverbinding buitenpoot aan vorkbovenplaat (olie-/vetvrij) ................. 45 Nm

• Draai de bouten van het kroonstuk vast.

X Aanhaalmoment:Vorkbrug aan buitenpoten (schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 21 Nm

• Controleer het systeem op gangbaarheid door het in de rechtuitstand en met het stuur tegen de linker- en rechteraanslag uit- en in te laten veren (zonder veerelement)

• Bouw de steekas uit.

e Attentie:De steekas moet zichtbaar goed in lijn liggen als hij opnieuw wordt gemonteerd en met een licht draaiende beweging te monteren zijn.

• Bouw het veerelement in.

X Aanhaalmoment:Veerelement aan frame ................................ 43 NmVeerelement aan triangel.............................. 43 Nm

A

GS310140

31.13

Voorvork demonteren/monteren

– Voorvork uitbouwen.

Voorvork demonteren

e Attentie:De schroefdop (1) is in de binnenpoot geperst, niet losdraaien!

L Opmerking:Trek de met olie gevulde binnenpoot met de oliebo-ring (pijl) niet door de keerring.De olie verzamelt zich onder de stofmanchet (3).

• Draai de beluchtingsplug (2) los.• Draai de olieaftapplug (7) los, tap de olie af.

• Trek de binnenpoot uit de buitenpoot.• Wip de stofmanchet (3) los.• Verwijder de borgveer (4).• Wip de keerring (5) los.• Verwijder de ring (6).

Voorvork monteren

• Verwijder de olie onder de stofmanchet (3).

L Opmerking:Olieresten kunnen duiden op lekkage.

• Monteer de olieaftapplug (7) met een O-ring.• Vul de vork met olie.

Inhoud per vorkpoot..................................... 0,47 l

Voorvorkolie ............................. BMW voorvorkolie

L Opmerking:Bij de inspectie is olie verversen niet nodig, aange-zien de voorvork onderhoudsvrij is.

• Bouw de binnenpoten in.• Monteer de ring (6).

• Schuif de dun ingeoliede keerring (5) tot aan de aanslag/buitenpoot op de binnenpoot en pers hem m.b.v. de slagstempel, BMW-nr. 31 5 610, en het verloopstuk, BMW-nr. 31 5 613, en de bus, BMW-nr. 31 5 614, door het eigen gewicht van het gereedschap in de buitenpoot.

• Breng de borgveer (4) en de stofmanchet (3) aan.• Belucht de voorvork in ontlaste staat.• Monteer de ontluchtingsplug (2) met een O-ring.

X Aanhaalmoment:Olieaftapplug................................................ 12 NmOntluchtingsplug binnenpoot ......................... 3 NmDe schroefstop is in de binnenpoot geperst, niet losdraaien!

KL310090

3

6

4

5

2

7

1

KL310010

31 5 610

31 5 613

31 5 614

31.14

Opmeten van de voorvork

e Attentie:Na een ongeval moet de voorvork op scheuren en beschadigingen worden gecontroleerd.

Vorkbrug en vorkbovenplaat controleren• Vorkbrug en vorkbovenplaat op vervorming con-

troleren.

e Attentie:Vervormde vorkbrug/vorkbovenplaat vervangen.

Binnenpoot op slingering controleren

• Leg de binnenpoot met de beide uiteinden in een prisma.

• Draai de binnenpoot langzaam rond en contro-leer daarbij m.b.v. de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, de slingering.

e Attentie:Kromme binnenpoten mogen niet worden gericht, maar moeten worden vervangen!

Toelaatbare slingering: .............................0,4 mm

Buitenpoot op slingering controleren• De nieuwe binnenpoot moet zonder weerstand

in de buitenpoot kunnen worden geschoven.

KL310030

00 2 510

31.15

Vorkbovenplaat uit-/inbouwen

– Bouw de kuipzijdelen links/rechts en de motor-spoiler uit.

a ......................................................Zie groep 46– Maak de krik, BMW-nr. 00 1 510, vast aan de

carterpan.

e Attentie:Raak de remgreep bij uitgebouwde remklauwen niet aan!Bescherm de velg tegen krassen, plak deze zo nodig af.


a ......................................................Zie groep 46– Bouw het voorwiel uit.a ......................................................Zie groep 36

e Attentie:De bout onder de beschermkap (1) is met borgvloei-stof geborgd.

• Verwijder de stoppen voor de bevestigingsbout (pijl) van de stuurdemper aan de vorkbrug.

• Draai de bevestigingsbout (pijl) van de stuurdem-per op de vorkbrug los.


e Attentie:Let bij het uitveren van de voorvork op de remleiding en de voorste ABS-sensorkabel!Ondersteun de buitenpoot.

e Attentie:De bout is geborgd met borgvloeistof, zo nodig tot max. 120 °C verwarmen.


e Attentie:De bevestigingsbouten (2) zijn m.b.v. een borgvloei-stof geborgd.

• De bevestigingsbouten (2) voor de vorkbrug bij de buitenpoten verwarmen en losdraaien.

• De vorkbrug uitbouwen.

KR310060

1

w

KL310111

31 5 600

KL310060

w

w

2

31.16


L Opmerking:De binnenpoten moeten in de vorkbovenplaat zijn geplaatst.

• Schuif de steekas in de vorkbuitenpoten.• Breng de vorkbrug aan, maar draai de bouten

nog niet vast.

e Attentie:Reinig bij de montage de schroefdraad, monteer nieuwe moeren of smeer de schroefdraad in met Loctite 2701.

• Draai de moer voor de bevestiging van de trian-gel aan de vorkbrug m.b.v. een dopsleutel en een inbussleutel, BMW-nr. 31 5 600, vast.

e Attentie:Reinig bij de montage de schroefdraad, monteer nieuwe bouten of smeer de schroefdraad in met Loctite 243.

• Draai de bouten voor de bevestiging van de vork-brug aan de buitenpoten vast.

e Attentie:De steekas moet zichtbaar goed in lijn liggen als hij opnieuw wordt gemonteerd en met een licht draaiende beweging te monteren zijn.


a ......................................................Zie groep 34


X Aanhaalmomenten:Klembout steekas ........................................ 21 NmTriangel aan vorkbrug(schroefdraad reinigen + Loctite 2701of een nieuwe moer monteren) ................... 130 NmStuurdemper aan vorkbrug(schroefdraad reinigen, Loctite 243of een nieuwe bout monteren) ...................... 21 NmVorkbrug aan buitenpoot(schroefdraad reinigen, Loctite 243of een nieuwe bouten monteren) .................. 21 NmRemverdeelstuk aan steun/buitenpoot rechts .......................... 9 NmSteekas voorwielEerste fase ................................................... 19 NmEindfase ....................................................... 30 Nm

Kogelgewricht uit-/inbouwen

• Plaats de vorkbrug (1) in de blokkeersleutel, BMW-nr. 31 5 620.

d Waarschuwing:De moer voor het kogelgewricht heeft een hoog los-draaimoment.

• Draai de moer voor het kogelgewricht m.b.v. de dopsleutel slw 46, BMW-nr. 31 5 630, los.

• Smeer de moer van het kogelgewricht in met Optimoly TA en zet hem m.b.v. de dopsleutel slw 46, BMW-nr. 31 5 630, vast aan de vorkbrug (1).

X Aanhaalmomenten:Kogelgewricht aan vorkbrug....................... 230 Nm

KR310080

31 5 630

31 5 620

1

31.17

Veerelement, voor uit-/inbouwen

Bouw het veerelement voor uit– Verwijder de motorspoiler.– Kuipzijdeel uitbouwen.– Bovenstuk kuip uitbouwen.– Bouw de afdekkap voor de vorkbovenplaat uit.a ......................................................Zie groep 46

• Maak de krik, BMW-nr. 00 1 510, vast aan de carterpan.

• Draai de bevestigingsmoer (5) van het veerele-ment bij het frame los.

• Verwijder de moer (1), de ring (2), de rubberring (3) en de huls (4).

• Bescherm de koelribben van de linker radiateur, b.v. met karton.

• Draai de bevestigingsbout (7) van het veerele-ment op de triangel los.

• Draai de bevestigingsbout (6) voor de stuurdem-per op de triangel los.

e Attentie:De moer voor de bevestiging van de triangel aan de vorkbrug is met borgvloeistof geborgd, verwarm deze zo nodig tot max. 120°C.

• Verwarm de moer van de triangel op de vorkbrug en draai deze m.b.v. een dopsleutel, BMW-nr. 31 5 601, en inbussleutel, BMW-nr. 31 5 603, los.

• Maak de remleiding los van de kuipsteun.

e Attentie:Krik de motorfiets slechts zo ver op dat deze nog goed op de middenstandaard staat en de bedrading niet onder spanning staat.

• Krik de motorfiets m.b.v. de krik op.

• Plak de schroefdraad van het kogelgewricht (pijl) af.

• Trek de triangel naar boven toe los, trek het ko-gelgewricht uit de triangel.

KL310080

123

4

5

KR310010

6

7

KL310111

31 5 603

31 5 601

KL310260

31.18

• Draai het veerelement 90° en trek hem naar be-neden, verwijder de rubberring (1).

• Schuif het veerelement naar boven, trek hem uit de triangel en bouw het veerelement uit.

Veerelement inbouwen

• Plaats het veerelement zonder rubberring in het frame en de triangel.

• Leg de rubberring (1) op het veerelement.• Draai het veerelement in de montagestand.

• Reinig de schroefdraad van de moeren/bouten voor de bevestiging van de triangel aan de vork-brug en van de stuurdemper aan de triangel.

• Smeer de schroefdraad in met Loctite 2701, draai de moer voor de bevestiging van de trian-gel aan de vorkbrug m.b.v. de dopsleutel en de inbussleutel, BMW-nr. 36 5 500, vast.

• Smeer de schroefdraad in met Loctite 243, draai de bout voor de bevestiging van de stuurdemper op de triangel vast.

• Clip de steun (2) voor de remleiding op de kuipsteun (pijl).

• Smeer de scharnierpen in, en draai de bout voor de bevestiging van het veerelement aan de trian-gel vast.

• Lijn de onderste rubberring (1) t.o.v. het frame uit.

• Monteer de bout voor de bevestiging van het veerelement aan het frame met de bus, rubber-ring en ring, hierbij de bout tegenhouden.

• De verdere montage geschiedt in omgekeerde volgorde.

X Aanhaalmomenten:Triangel aan vorkbrug (schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ....... 130 NmStuurdemper aan triangel (schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 21 NmVeerelement aan triangel.............................. 43 NmVeerelement aan frame ................................ 43 Nm

KL310080

1

KL310270

2

31 5 600

KL310280

KL310290

31.19

Stuurdemper uit-/inbouwen


a ......................................................Zie groep 46– Bouw het voorwiel uit.a ......................................................Zie groep 36

• Trek de afsluitpluggen (pijl) aan de onderzijde van de vorkbrug los.

• Draai de bout (2) voor de bevestiging van de stuurdemper aan de triangel een slag los.

e Attentie:De bout (1) voor de bevestiging van de stuurdemper aan de vorkbrug (TORX) is met borgvloeistof ge-borgd!

• Draai de bout voor de bevestiging van de stuur-demper aan de vorkbrug los.

• Bouw de stuurdemper uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Let op de boutlengte!Monteer alleen originele bouten, daar anders de stuurdemper kan worden beschadigd.

X Aanhaalmoment:Stuurdemper aan triangel(nieuwe bout monteren ofschroefdraad reinigen + Loctite 243)............ 21 NmStuurdemper aan vorkbrug(nieuwe bout monteren ofschroefdraad reinigen + Loctite 243)............ 21 Nm


Zie groep 00

KL310230

2

1

KL310060

1

2

31.20

Triangel uit-/inbouwen

Triangel uitbouwen

• Maak de massakabel los van de accu en isoleer hem.

e Attentie:Neem de veiligheidsvoorschriften in acht; de benzi-neleidingen staan onder druk.

– Beplatingszijpanelen verwijderen.– Verwijder de motorspoiler.a ......................................................Zie groep 46– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16• Maak de krik, BMW-nr. 00 1 510, vast aan de

carterpan.• Bouw de luchtinlaat uit.• Stootstripsteun, rechts uitbouwen.• Maak de rechter radiateur los van de steun en

druk hem naar voren.

• Maak de steun (1) voor de remleidingen rechts-voor op het frame los.

• Maak de clip (2) voor de remleiding voor op de kuipsteun los.

• Maak de remleidingen op de vorkbrug los.• Maak de stuurdemper op de triangel los.• Draai de moer van het veerelement aan de bo-

venzijde een slag los en maak het veerelement aan de onderzijde los.

• Maak de triangel los van de vorkbrug.• Bouw de beide deksels voor de elektronicabox

uit.• Bouw de Motronic-regeleenheid uit.a ......................................................Zie groep 13• Maak de elektronicabox en de kabelboom bij het

frame los.

e Attentie:Vervang het hoekcontactlager en het kogellager al-tijd gezamenlijk.

• Maak de triangel bij de klembus (pijl) los.• Maak de ophanging van de triangel bij het frame

los.• Verwarm het frame bij de lagerzitting rechts tot

ca. 100 °C.

• Trek het groefkogellager en de klembus m.b.v. de trekspil M14, BMW-nr. 31 5 693, moer M14 met lager, BMW-nr. 31 5 694, en de trekker-brug, BMW-nr. 31 5 696, los.

• Schuif de triangel naar links en neem hem naar voren toe weg.

L Opmerking:Veer de voorvork uit, druk het veerelement naar vo-ren.

KL310250

1

2

KL310100

KR460350

31 5 696 31 5 694

31 5 693w h

100

31.21

Linker hoekcontactlager voor triangel uitbouwen

– Triangel uitbouwen.• Verwijder de luchtafvoerplaat van de radiateur

links.• Stootstripsteun, links uitbouwen.• Maak de linker radiateur los van de steun en druk

hem naar voren.• Radiateursteun, links uitbouwen.• Maak de inspuitventielenstrip los, en bind deze

m.b.v. de kabelboom vast aan het frame.• Maak het gaskleppenblok samen met de lucht-

aanzuiggeluiddemper los.• Bouw de borgveer (pijl) voor het hoekcontactla-

ger uit.

• Verwarm het frame bij de lagerzitting links tot ca. 100 °C.

L Opmerking:De uitsparing in de trekkerbus, BMW-nr. 31 5 697, is gericht naar de afstandsbus.

• Trek het hoekcontactlager en de afstandsbus m.b.v. de draadstang M12, BMW-nr. 31 5 691, moer M12 met lager, BMW-nr. 31 5 692, af-standsbus, BMW-nr. 31 5 695, trekkerbrug, BMW-nr. 31 5 696, trekkerbus, BMW-nr. 31 5 697, en de M12-moer los.

• Pers de afstandsbus uit het hoekcontactlager.

Linker hoekcontactlager voor triangel inbouwen

• Pers de afstandsbus tot aan de kraag in het hoekcontactlager.

• Koel de afstandshuls met het kogellager tot mi-nimaal -10 °C af.

• Verwarm het frame bij de lagerzitting links tot ca. 100 °C.

• Smeer de buitendiameter van het hoekcontactla-ger in met montagevet.

• Trek het hoekcontactlager en de afstandsbus m.b.v. M12-draadstang, BMW-nr. 31 5 691, M12-moer met lager, BMW-nr. 31 5 692, af-standsbus, BMW-nr. 31 5 695, trekkerbus, BMW-nr. 31 5 697, trekkerbrug, BMW-nr. 31 5 696, en M12-moer in het frame.

• Bouw de borgveer in.• Bouw het gaskleppenblok samen met de lucht-

aanzuiggeluiddemper in.• Bouw de inspuitventielenstrip in.• Bouw de radiateursteun, links in.• Bouw de linker radiateur in.• Stootstripsteun, links inbouwen.• Bouw de luchtgeleider voor de linker radiateur in.• Bouw de triangel in.

KR460460

KR460360

31 5 69531 5 696

31 5 697

31 5 69231 5 691

h100

w

KR460380

31 5 69731 5 696

31 5 695

31 5 69231 5 691

w

h100

31.22

Triangel inbouwen

• Pers de klembus (3) zo ver in het kogellager dat deze aan de buitenzijde hiermee gelijkligt.

• Laat de klemhuls met het kogellager (4) tot mini-maal -10 °C afkoelen.

• Schuif de triangel op de borst van de afstandsbus (2).

L Opmerking:Veer de voorvork uit, druk het veerelement naar vo-ren.

• Verwarm het frame bij de lagerzitting rechts tot ca. 100 °C.

• Smeer het kogellager op de buitenomtrek in met montagevet.

L Opmerking:De uitsparing in de trekkerbus, BMW-nr. 31 5 697, is naar buiten gericht.

• Trek het kogellager en de klemhuls m.b.v. M12-draadstang, BMW-nr. 31 5 691, M12-moer met lager, BMW-nr. 31 5 692, en de trekkerbus, BMW-nr. 31 5 697, in het frame, draai daarvoor de M12-draadstang links in de triangel.

L Opmerking:Trek de klemhuls en de afstandsbus tegen elkaar zodat er geen speling is (pijl).

• Draai de bout (5) voor de bevestiging van de la-gers voor de triangel op het frame vast.

L Opmerking:Draai de bout voor het veerelement vanaf de voorzij-de in het oog.

• Triangel bij klembus (pijl) vastzetten.• Sluit de kabelboom aan in de elektronicabox.• Zet de elektronicabox en de kabelboom vast op

het frame.– Bouw de Motronic-regeleenheid in.a ......................................................Zie groep 13• Beide deksels voor de elektronicabox inbouwen.a ......................................................Zie groep 61• Zet de triangel vast aan de vorkbrug.• Zet het veerelement vast.• Zet de stuurdemper vast op de triangel.• Zet de remleiding vast aan de kuipsteun en aan

de vorkbrug.• Zet de steun voor de remleidingen rechtsvoor op

het frame vast.• Bouw de rechter radiateur in.– Bouw de luchtinlaat uit.a ......................................................Zie groep 46• Maak de krik, BMW-nr. 00 1 510, los van de car-

terpan.– Bouw de stootstripsteun, rechts in.

KR460460

1 2 3 4

5

KR460390

31 5 697

31 5 691

31 5 692 w

h100

KL310100

31.23

– Monteer de motorspoiler.a ......................................................Zie groep 46– Monteer de benzinetank.a .....................................................Zie groep 16,

Massakabel op accu aansluiten.– Kuip monteren.

X Aanhaalmomenten:Triangel aan frame (schroefdraad reinigen + Loctite 243) ......... 107 NmTriangel aan klembus ................................... 21 NmTriangel aan vorkbrug (schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ....... 130 NmVeerelement aan triangel.............................. 43 NmVeerelement aan frame ................................ 43 NmStuurdemper aan triangel (schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 21 Nm

Triangel controleren (meten)

d Waarschuwing:Na een ongeval moet de triangel worden opgeme-ten.

– Verwijder het rechter kuipzijdeel.a ......................................................Zie groep 46

• Draai de bout (2) voor de stuurdemper op de triangel los.

• Verwijder de beschermkap (1) voor de bevesti-gingsmoer van de triangel.

e Attentie:De moer is met borgvloeistof geborgd.


e Attentie:

Let bij het uitveren van de voorvork op de remleiding en de voorste sensorkabel!

– Laat de vork uitveren.

• Plaats de controledoorn, BMW-nr. 31 5 681, met het kaliber, BMW-nr. 31 5 682, op de trian-gel.

• De meetpunt van het kaliber, BMW-nr. 31 5 682, moet in de centerpunt (pijl) van de triangel aan de rechterzijde liggen.


e Attentie:Gebruik bij het inbouwen een nieuwe moer!

• Draai de moer voor de bevestiging van de trian-gel aan de vorkbrug m.b.v. een dopsleutel en een inbussleutel, BMW-nr. 31 5 600, vast.

X Aanhaalmomenten:Triangel aan vorkbrug ................................ 130 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 2701)Stuurdemper aan triangel............................. 21 Nm(schroefdraad reinigen+ Loctite 243)Vorkbrug aan buitenpoot.............................. 21 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)

KL310060

1

2

KR310160

31 5 68131 5 682

32.1

Inhoud Blz.

32


Stuurhelft links uit-/inbouwen ...............................................................................................5

Handvat rechts uit-/inbouwen ...............................................................................................6

Koppelingshendel uit-/inbouwen ........................................................................................7

Remhendel uit-/inbouwen .......................................................................................................8

Stuur uit-/inbouwen ....................................................................................................................9

Montagevoorschrift instelling stuurpijp ...............................................................................10Stel het stuurwiel horizontaal af .........................................................................................................10Stel de stuurhoogte in .......................................................................................................................10

Remzuiger in remhendel uit-/inbouwen ........................................................................11

Snuffelspeling van voorrem/koppeling instellen ..............................................................12Voorrem ............................................................................................................................................12Koppeling ..........................................................................................................................................12

Koppelings-/remgreep links en rechts uit-/inbouwen ..........................................12

Gaskabel uit-/inbouwen ..........................................................................................................12Zie groep 13 ......................................................................................................................................12

32 Besturing

32.3

32


Constructie Eendelige dubbelwandige stuurpijp, zonder balansgewichten

Stuurpijpdiameter binnenpijp mm 22

Stuurpijpdiameter buitenpijp mm 28

Stuuruitslag ° 32

Stuurbreedte met stuurhelften mm 826

32.5

Stuurhelft links uit-/inbouwen

– [met handvatverwarming] Kuipzijdeel links/rechts uitbouwen.

a ......................................................Zie groep 46– [met handvatverwarming] Tankcover uitbou-

wen.– [met handvatverwarming] Stuurafdekplaat uit-

bouwen.– [met handvatverwarming] Afdekplaat vorkbo-

venplaat uitbouwen.• [met handvatverwarming] Trek de stekker (4)

voor de handvatverwarming los.• [met handvatverwarming] Trek het

kabelschoentje (3) uit de stekker.• Draai de schroeven (1) voor het handvat los.• [met handvatverwarming] Trek het handvat met

de stroomdraad (2) van het stuur, trek hierbij de stroomdraad door de boring (pijl).

• Trek het handvat van het stuur.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Let op de correcte montage van de stroomdraden.

KL320050

4

3

1

2

32.6

Handvat rechts uit-/inbouwen

– [met handvatverwarming] Kuipzijdeel links/rechts uitbouwen.

a ......................................................Zie groep 46– [met handvatverwarming] Tankcover uitbou-

wen.– [met handvatverwarming] Stuurafdekplaat uit-

bouwen.– [met handvatverwarming] Afdekplaat vorkbo-

venplaat uitbouwen.• [met handvatverwarming] Trek de stekker (9)


kabelschoentje (8) uit de stekker.• Bouw de kap (3) voor de gashendel uit.• Bouw de onderste kap (5) uit.• Draai de schroeven (1, 7) los en trek de

combischakelaar (6) van de remhendel.• Haak de gaskabels uit de gashendel (2).• Verwijder de gaskabelgeleider (4).• [met handvatverwarming] Draai de gashendel

naar voren tot aan de aanslag en trek hem van de stuurpijp, schuif hierbij de stroomdraad door de boring (pijl).

• Draai de gashendel naar voren tot aan de aan-slag en trek hem los van het stuur.


e Attentie:Let op de juiste montage van de stroomdraden en de gaskabels, zet de stroomdraden met kabelbandjes (pijlen) vast.

• Speling gaskabel controleren, zo nodig afstellena ......................................................Zie groep 00

Afstelgegevens[zonder snelheidsregeling] Gaskabelspeling bij warme motor ...............0,5 mm[met snelheidsregeling] Totale speling bij gashendel bij warme motor ............................ 1 mm ... 1,5 mm

KL3200419 8

35

6

2

4

1

7

KL320110

32.7

Koppelingshendel uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Bouw de tankcover uit.– Verwijder de stuurafdekplaat.– Beplating vorkbrug uitbouwen.


• Tap het hydraulische koppelingssysteem af.• Maak de koppelingsleiding (4) los van de koppe-

lingshendel.• [met handvatverwarming] Trek de stekker (6)

voor de handvatverwarming los.• [met handvatverwarming] Trek de

kabelschoentjes (5) voor de handvatverwarming, links uit de stekker.

• Draai de schroef (8) los en klap het radiobedieningspaneel (11) weg.

• Draai de schroeven (15) los en bouw de houder (14) uit.

• Draai de schroef (9) los en verwijder het radiobedieningspaneel (11) met de achterplaat (10).

• Draai de schroef (16) los en verwijder de onder-ste afdekkap (13).

• Draai de schroef (2) los en verwijder de combischakelaar (7).

• Trek de koppelingsschakelaar (1) los.• Draai de schroeven (17) voor het handvat los.• [met handvatverwarming] Trek het handvat met

de stroomdraad (12) van het stuur, trek hierbij de stroomdraad door de boring (pijl).

• Trek het handvat van het stuur.• Draai de klembout (3) voor de koppelingshendel

een slag los.• Trek de koppelingshendel van het stuur.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Aansluiting koppelingsleiding (4) bij montage te-gen de aanslag op de koppelingshendel houden.

e Attentie:Let op de correcte montage van de stroomdraden.

X Aanhaalmomenten:Koppelingshendel aan stuur........................... 5 NmKoppelingsleiding aan koppelingshendel ..... 18 Nm

KL320050

6

5

17

12

8

1514

10

11

9

16 13

71

3 4

2

32.8

Remhendel uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw de tankcover uit.– Verwijder de stuurafdekplaat.– Beplating vorkbrug uitbouwen.


• Tap het remsysteem af.• Maak de remleiding los van de remhendel.• [met handvatverwarming] Trek de stekker (11)


kabelschoentje (10) voor de handvatverwarming, rechts uit de stekker.

• Bouw de kap (4) voor de gashendel uit.

• Bouw de onderste kap (6) uit.• Draai de schroeven (1, 8) los en trek de

combischakelaar (9) van de remhendel.• Trek de remlichtschakelaar (2) los.• Haak de gaskabels uit de gashendel (3).• Verwijder de gaskabelgeleider (5).• [met handvatverwarming] Draai de gashendel

naar voren tot aan de aanslag en trek hem van de stuurpijp, schuif hierbij de stroomdraad door de boring (pijl).

• Draai de gashendel naar voren tot aan de aan-slag en trek hem los van het stuur.

• Draai de klembout (7) voor de remhendel een slag los.

• Trek de remhendel van het stuur.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Aansluiting remleiding bij montage tegen de aan-slag op de remhendel houden.

KL320040

11

10

46

9

3

5

2

7

1

8

32.9

e Attentie:

Let op de juiste montage van de stroomdraden en de gaskabels, zet de stroomdraden met kabelbandjes (pijlen) vast.

• Speling gaskabel controleren, zo nodig afstellen.a ......................................................Zie groep 00

Afstelgegevens[zonder snelheidsregeling] Gaskabelspeling bij warme motor ...............0,5 mm[met snelheidsregeling] Totale speling bij gashendel bij warme motor ............................1 mm ... 1,5 mm

X Aanhaalmomenten:Remhendel aan stuur ..................................... 5 NmRemleiding aan remhendel........................... 18 Nm

Stuur uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw de tankcover uit.– Verwijder de stuurafdekplaat.– Beplating vorkbrug uitbouwen.• Maak de kabelbandjes op het stuur los.• Bouw het linker handvat uit.• Bouw het rechter handvat uit.

• Draai de klembout (pijl) links/rechts op de hen-dels een slag los.

• Draai de klembouten (pijlen) los, verwijder de klemblokken.

• Trek de hendels links/rechts van het stuur en verwijder het stuur.


• Plaats de rem- en koppelingshendel weer in de-zelfde montagestand (1) als voorheen.

KL320110

KL000260

1

KL320010

32.10

e Attentie:

Let op de juiste montage van de stroomdraden en de gaskabels, zet de stroomdraden met kabelbandjes (pijlen) vast.

• Stuurpijp afstellen, let op het montagevoor-schrift.

Montagevoorschrift instelling stuurpijp

L Opmerking:Het monteren van de stuurafdekplaat is zonder zorgvuldige afstelling van het stuur niet mogelijk.

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw de tankcover uit.– Bouw de bovenste stuurafdekplaat uit.– Beplating vorkbrug uitbouwen.– Plaats het voorwiel in de rechtuitstand.• Draai de klembouten (pijlen) een slag los.

Stel het stuurwiel horizontaal af

L Opmerking:

De inbussleutel slw 5 kan als afstelkaliber worden gebruikt.

• Maat „A” instellen.

Instelwaarde:Maat „A” .........................................................5 mm

• Draai de klembouten iets aan.

Stel de stuurhoogte in

• Stel de maat „B” tussen de rand van de boring in de zijkant op het hoofdframe en het hart van het stuuruiteinde in.

Instelwaarde:Maat „B”...............................................695 ± 5 mm

• Controleer maat „B” aan tegenoverliggende zijde en herhaal de instelling zo nodig.

d Waarschuwing:Let erop dat de klemblokken parallel t.o.v. elkaar staan (gelijke luchtspleet).

• Draai de klembouten gelijkmatig vast.

X Aanhaalmoment:Klembouten.................................................. 21 Nm

KL320110

KL320010

A

KL320080

B

32.11

Remzuiger in remhendel uit-/inbouwen


• Bouw de stuurafdekplaat, rechts uit.• Maak de combischakelaar los.• Draai het stuur tegen de linker aanslag.

• Draai de klembout (1) een slag los.• Verdraai de remhendel zo, dat het pakkingvlak

van het deksel van het remvloeistofreservoir van-af de zijkant gezien horizontaal staat.


voir met het rubbermembraan.• Zuig ca. 10 cm3 remvloeistof uit het reservoir,

b.v. via de remklauw.• Bouw de onderste kunststof afdekkap van de

remhendel uit.• Bouw de afdekkap voor de gaskabelgeleider uit.

L Opmerking:De schroefdraad is met Loctite geborgd, zo nodig voor het uitbouwen iets verwarmen.

• Draai de stelbout (2) met de drukpen los.

• Draai de scharnierbout (3) van de remgreep los, verwijder de remgreep.

• Reinig de schroefdraad op de stelschroef, de scharnierbout en de remhendel.

• Trek het rubber manchet uit de remhendel.

• Druk de zuiger (5) voorzichtig terug, verwijder de borgveer (4).

• Neem de zuiger uit de cilinder.• Controleer de cilinder op groeven, vervang zo

nodig de remhendel.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Stel de snuffelspeling m.b.v. de stelbout (2) in.• Rem vullen en ontluchten.

X Aanhaalmomenten:Scharnierbout remgreep(schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ......... 11 NmKlembout op remhendel................................. 5 NmOntluchtingsnippel ....................................... 10 Nm

KL000120

1

Kl320070

2 3

KL320100

4

5

32.12

Snuffelspeling van voorrem/koppeling instellenVoorrem– Bouw de onderste kunststof afdekkap van de

remhendel uit.– Bouw de afdekkap voor de gaskabelgeleider uit.

L Opmerking:De schroefdraad is met Loctite geborgd, zo nodig voor het uitbouwen iets verwarmen.

• Draai de stelbout (1) met de drukpen los.• Draai de scharnierbout (2) van de remgreep los,

verwijder de remgreep.• Reinig de schroefdraad op de stelschroef, de

scharnierbout en de remhendel.• Smeer de schroefdraad van de stelbout in met

Loctite 270 en draai deze een paar windingen in de remgreep.

• Bouw de remgreep in.• Draai de stelbout in de boring tot bij de remgreep

geen speling meer voelbaar is.• Draai de stelschroef een slag verder.• Verzegel de stelschroef met lak.• Completeer de remhendel.

X Aanhaalmomenten:Scharnierbout remgreep(schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ......... 11 Nm

Koppeling– Maak het radiobedieningspaneel los.– Bouw de onderste kunststof afdekkap uit.– [zonder handvatverwarming] Bouw het hand-

vat uit.– [met handvatverwarming] Maak het handvat

los.– Maak de kunststof afdekkap aan de zijkant van

de koppelingshendel los.• Draai de stelbout (1) met de drukpen los.• Draai de scharnierbout (2) van de remgreep los,

verwijder de remgreep.• Reinig de schroefdraad op de stelschroef, de

scharnierbout en de remhendel.• Smeer de schroefdraad van de stelbout in met

Loctite 270 en draai deze een paar windingen in de remgreep.

• Bouw de koppelingsgreep in.• Draai de stelbout in de boring tot bij de koppe-

lingsgreep geen speling meer voelbaar is.

• Draai de stelschroef een slag verder.• Verzegel de stelschroef met lak.• Completeer de koppelingshendel.

X Aanhaalmomenten:Scharnierbout remgreep(schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ......... 11 Nm

Koppelings-/remgreep links en rechts uit-/inbouwen

e Attentie:De scharnierbout (3) voor de koppelingsgreep is met borgvloeistof geborgd.

L Opmerking:Let op de veren (4).

• Draai de bout (3) van de koppelingsgreep los en verwijder de koppelingsgreep.

• Monteer bij de montage de bout (3) met Loctite 2701.

X Aanhaalmomenten:Bout greepgewricht(schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ........... 5 Nm

Gaskabel uit-/inbouwen

Zie groep 13

Kl320070

1 2

KL320060

43

33.1

Inhoud Blz.

33


Cardan doorsnedetekening ....................................................................................................5

Cardan uitbouwen, demonteren, monteren en inbouwen .....................................7

Cardan uitbouwen ..........................................................................................................................7

Conisch naaldlager in cardan vervangen .............................................................................8

Pignon uitbouwen ...........................................................................................................................8

Pignon demonteren ......................................................................................................................10Pignonlager uitbouwen ......................................................................................................................11Pignonlager inbouwen .......................................................................................................................11

Pignon monteren ...........................................................................................................................11

Pignon inbouwen ...........................................................................................................................12

Kroonwiel uitbouwen ...................................................................................................................14

Kroonwiel inbouwen ....................................................................................................................15

Tandflankspeling controleren/instellen ................................................................................16

Tandcontactbeeld controleren ................................................................................................17

Cardanhuisdeksel uitlijnen ........................................................................................................18

Cardanhuisdeksel monteren ....................................................................................................18

Achterste cardanas inbouwen ................................................................................................18

Cardan inbouwen ..........................................................................................................................19

Achtervork uitbouwen, demonteren, monteren en inbouwen ..........................20

Achtervork uitbouwen .................................................................................................................20

Stofhoes uit-/inbouwen ..............................................................................................................21

Lager in schroefdraadbus uit-/inbouwen ...........................................................................21Lager van schroefdraadbus links/rechts uitbouwen ...........................................................................21Lager in schroefdraadbus links/rechts inbouwen ..............................................................................21

Cardanas uitbouwen ...................................................................................................................22Kruiskoppeling op slijtage controleren ...............................................................................................22

Cardanas inbouwen .....................................................................................................................22

33 Cardan

33.2

Inhoud Blz.

Achtervork inbouwen ..................................................................................................................23

Veerelement uit-/inbouwen ......................................................................................................25

33.3

33


Cardan

Type vertanding Klingelnberg-palloïd-spiraalvertanding

Overbrengingsverhouding 2,75 : 1

Aantal tanden 33 : 12

Tandflankspeling mm 0,07...0,016

Voorspanning conisch rollager mm 0,05...0,1

Oliesoort Hypoïdolie SAE 90 API-GL-5

InhoudNieuwe vullingOlie verversen

cm3

cm3240...250230, resp. tot onderkant vulopening

Cardanas

Ophanging 2-delige dubbele cardanas met geïntegreerde torsiedemper in holle achtervork (BMW PARALE-VER), aan beide zijden kruiskoppelingen, aan zij-de wielaandrijving met schuifstuk.

Achtervork

Type Paralever, nieuwe achtervork met gedecentreerd aan de achtervork bevestigd veerelement; pro-gressieve veerkarakteristiek.

Achtervorklengte mm 552

Achterwielvering

Veerelement Gasdrukveerelement met hydraulische veervoor-spanningverstelling via knop

Veerweg mmmm

130 bij wiel45 bij veerelement

33.5

Cardan doorsnedetekening

KL339000

33.7

Cardan uitbouwen, demonteren, monteren en inbouwen

– Bouw het achterwiel uit.a ......................................................Zie groep 36– Bouw de inductieve zender uit.a ......................................................Zie groep 61– Bouw de remklauw uit.a ......................................................Zie groep 34– Bevestig de remklauw samen met de inductie-

sensor m.b.v. kabelbandjes aan het achterframe.– Remschijf uitbouwen.a ......................................................Zie groep 34

Cardan uitbouwen

e Attentie:Leg een met olie gevulde cardan nooit op de zijkant voordat hij wordt ingebouwd; olielekkage onder het rijden (zuigwerking)!

• Draai de olievulplug (1) los.• Draai de olieaftapplug (2) los en vang de olie op

in een bak.• Maak de reactiestang (3) bij de cardan los.• Maak de klemband (5) los.

d Waarschuwing:

Hoog losdraaimoment voor contramoer en vaste la-gertap.

• Draai de tap van het zelfstellende lager (6) en de contramoer (7) iets los.

• Draai de vaste lagertap (4) iets los.• Draai de tap van het zelfstellende lager (6) met de

contramoer (7) en de vaste lagertap (4) los.

L Opmerking:Let op de lagerbinnenringen van de naaldlagers.

• Maak de reactiestang (3) los van de cardan.• Trek de cardan van de cardanas.

KL3300102 3

5

1

4

KL330020

6

7

33.8

Conisch naaldlager in cardan vervangen

e Attentie:Beschadig de draagvlakken op het huis niet.

• Trek het naaldlager (1) los met de trekkerbrug, BMW-nr. 00 8 572, en de binnentrekker, BMW-nr. 00 8 573.


• Verwarm de hals van het cardanhuis tot 120 °C.• Monteer het naaldlager (1) met de lagerbinnen-

ring op de stempel, BMW-nr. 36 3 700.

Pignon uitbouwen

• Druk de achterste cardanas (3) los met een ban-denlichter.

• Maak de klemband (2) los en trek de stofhoes los.

L Opmerking:

Let op de borgveer (4) op de achterste cardanas!

• Vervang de borgveer (4) zo nodig.

• Zet de cardan gecentreerd vast op de houder, BMW-nr. 33 1 510, met de vaste lagertap (8).

• Zet de arrêteerarm (9) vast.• Draai de schroefbussen (6) in de cardan tot ze

dragen.• Zet ze vast met de wielbouten (7).

e Attentie:De tapeinden (10) mogen hier niet uitsteken, omdat anders de hals van het cardanhuis kan worden be-schadigd!

• Draai de tapeinden (10) zo ver aan dat ze niet uit-steken.

KL330030

00 8 572

00 8 573 w j120

1

LT 33.043

2

KR330030

3

KR330390

4

KL330040

7

8

5

10

6

33 1 510 9

33.9

e Attentie:Gebruik bij het losdraaien van de pignonmoer (5) nooit een hamer, omdat anders de spiebanen be-schadigd kunnen raken.

d Waarschuwing:Hoog losdraaimoment bij de pignonmoer (5)!


• Verwarm de pignonmoer (5) op de pignon (6) tot 100 °C en draai hem los met de dop slw 36 en het verloopstuk, BMW-nr. 33 1 720.

d Waarschuwing:Hoog losdraaimoment voor de schroefdraadbus (3).

• Verwarm de hals van het cardanhuis tot 120 °C en draai de schroefdraadbus (3) los met de nok-kensleutel, BMW-nr. 33 1 700.

• Neem de drukring (4) en de lagerbuitenring (1) uit het huis.

• Draai de bouten (8) een slag los. • Breng de blokkeerarm van de blokkeersleutel,

BMW-nr. 33 1 510, aan.• Draai de bouten (8) los. • Verwijder het cardanhuisdeksel (7).• Tik zo nodig de keerring (2) m.b.v. een stempel

uit het cardanhuis.

KL330050

8

1

7 6

3 4 52

KL330060

33 1 700h120

33 1 720

w

h100

w

33.10

• Plaats het cardan m.b.v. de houder, BMW-nr. 33 1 510, in de verticale stand.

e Attentie:Gebruik, om te voorkomen dat de pignon (1) wordt beschadigd als hij uit de cardan valt, een zachte on-derlegger.

• Verwarm de lagerzitting tot 120 °C.• Bouw de pignon (1) uit.

L Opmerking:Tik de pignon (1) zo nodig voorzichtig m.b.v. een ha-mer los.

• Neem de vulring (2) uit het huis.

Pignon demonteren

• Span de pignon (1) in een bankschroef met alu-minium spanplaten (spiebanen boven).

• Trek beide lagers gelijktijdig los met de trekker, BMW-nr. 00 7 500.

• Verwijder het hoekcontactlager (6), de rollenkooi (5), de lagerbuitenring (4) en de lagerbinnenring (3).

KR330070

w

33 1 510

1

j120

2

KR330400

KR330100

00 7 500

KR330130

4 53

6

33.11

Pignonlager uitbouwen• Verwarm het cardanhuis tot 100 °C.

• Trek de lagerbuitenring van het pignonlager los met de trekker, BMW-nr. 00 8 573, het verleng-stuk, BMW-nr. 00 8 575, en de trekkerbrug, BMW-nr. 00 8 570.

Pignonlager inbouwen

• Verwarm de lagerzitting van het pignonlager tot 100 °C.

• Pers het pignonlager m.b.v. een geschikte stem-pel of de pignon in het huis.

Pignon monteren

L Opmerking:Reinig de schroefdraad van de pignon voor de mon-tage.

• Verwarm de lagerbinnenring (2) tot 100 °C en schuif hem tot aan de aanslag op de pignon (1).

• Schuif de lagerbuitenring (3) samen met de rollenkooi (4) op de lagerbinnenring (2).

L Opmerking:Voorkom oververhitting van de kogelkooi.

• Verwarm het radiaal-/axiaallager (5) tot 100 °C en schuif deze tot aan de aanslag op de pignon (1).

• Laat de pignon afkoelen.

LT 33.006

00 8 570

00 8 575

KR330120

00 8 573

KR330110

h100

w5

1

4

KR330130

32

33.12

Pignon inbouwen

L Opmerking:Reinig de schroefdraad in de hals van het huis voor de montage.

• Zet het cardanhuis gecentreerd vast op de hou-der, BMW-nr. 33 1 510, met de vaste lagertap (3).

e Attentie:De tapeinden mogen hier niet uitsteken, omdat an-ders de hals van het cardanhuis kan worden be-schadigd!

• Draai de tapeinden in de houder BMW-nr. 33 1 510, zo ver dat deze aanliggen.

• Span het cardanhuis zoals afgebeeld in de verti-cale stand m.b.v. de houder, BMW-nr. 33 1 510, op.

• Breng de vulring (2) aan in de hals van het car-danhuis.

• Laat het pignon afkoelen, bijvoorbeeld in de koelkast/diepvriesvak.

• Verwarm de lagerzitting tot 120 °C.

L Opmerking:Let er bij het inbouwen van de pignon (1) op dat deze niet scheef in de boring wordt gedrukt.

• Breng de pignon (1) aan in het cardanhuis.• Monteer het cardanhuisdeksel (5).• Draai de bouten (4) kruiselings vast.

X Aanhaalmomenten:Deksel aan cardanhuis ................................. 35 Nm

• Schroefdraad op schroefdraadbus (7) reinigen.

e Attentie:Monteer de keerring (6) met de afdichtlippen naar de pignon gericht.

• Smeer de keerring (6) dun in met olie en monteer hem in de schroefdraadbus (7) met de stempel, BMW-nr. 33 1 760, en de handgreep, BMW-nr. 00 5 500.

KR330160

33 1 510

1

2

3

j120

w

KL3300705

12

4

00 5 500

KR330150

33 1 760

6

7

33.13

• Monteer de arrêteerarm (1).

• Monteer de lagerbuitenring (2).• Smeer de schroefdraadbus (3) in met

Hylomar SQ 32 M.• Draai de schroefdraadbus (3) vast met de nok-

kensleutel, BMW-nr. 33 1 700.• Smeer de drukring (4) dun in met olie en monteer

hem.

L Controleer of de afdichtlip van de keerring goed tegen de drukring ligt.

• Reinig de schroefdraadwindingen in de zeskantmoer (5).

• Smeer de schroefdraad van de pignonmoer (5) in met Loctite 270.

e Attentie:De moer mag de keerring niet beschadigen!Let erop dat de borgvloeistof niet op de vertanding komt, zo nodig direct afvegen.

• Draai de pignonmoer (5) vast met de dop slw 36 en het verloopstuk, BMW-nr. 33 1 720.

X Aanhaalmomenten:Schroefdraadbus (schroefdraad reinigen + Hylomar SQ 32)... 118 NmPignonmoer (schroefdraad reinigen + Loctite 270) ......... 200 NmKoppelingshuisdeksel .................................. 35 Nm

33 1 720

KL330060

33 1 700

1

KR330370

2

34 5

33.14

Kroonwiel uitbouwen

– Verwijder het cardanhuisdeksel (2).• Bouw de vulring (1) uit.• Verwarm het cardanhuisdeksel (2) tot maximaal

80 °C en trek deze los van het kroonwiel (5).• Tik de keerring (3) met een doorn naar binnen uit

het cardanhuisdeksel (2).

• Span het kroonwiel (5) in een bankschroef met aluminium spanplaten.

• Breng de druktaats (pijl), BMW-nr. 33 1 307, aan.

• Trek het kogellager (4) los met de trekker, BMW-nr. 33 1 830.

• Trek het conische rollager (7) los van het kroonwiel (5) met de trekker, BMW-nr. 00 7 500.

• Verwijder de vulring (6).

KR330170

2

7

5

4

16

h80

w 3

33 1 830

KR330180

33 1 307

4

KR330190

00 7 500

5

7

33.15

• Trek de lagerbuitenring m.b.v. de binnentrekker, BMW-nr. 00 8 560, los.

Kroonwiel inbouwen

• Verwarm het cardanhuis tot 80 °C.• Monteer de lagerbuitenring (1) met de stempel,

BMW-nr. 23 4 670, en de handgreep, BMW-nr. 00 5 500, in de lagerzitting.

• Controleer met een tik van de hamer of de lager-buitenring goed draagt.

L Opmerking:Als er nieuwe onderdelen werden ingebouwd (b.v. conische rollagers) moet de tandflankspeling wor-den gecontroleerd en zo nodig opnieuw worden af-gesteld.

• Plak de bestaande vulring (4) met vet aan het kroonwiel (3).

• Verwarm het conische rollager (5) tot 80 °C en schuif het op het kroonwiel.

• Plaats het kroonwiel (3) in het cardanhuis.• Verwarm het kogellager (2) tot 80 °C en plaats

het op het kroonwiel.

KR330200

00 8 560

00 5 500

KR330210

23 4 670

1

wh

80

KR330220

w

h80

w

h80

2

345

33.16

Tandflankspeling controleren/instellen

• Plaats de meetring (3), BMW-nr. 33 2 600, met de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, op het kroonwiel (4) en zet deze met de bout (1) vast op het cardanhuis.

• Zet de meetarm (2), BMW-nr. 33 2 604, in het midden vast op het kroonwiel (4).

L Opmerking:Controleer de tandflankspeling op drie punten, om de 120° en verdraai het kroonwiel via de pignon.

• Druk het kroonwiel (4) met de muis van de hand in het cardanhuis en controleer de tandflankspe-ling door het kroonwiel heen en weer te draaien.

Tandflankspeling:(instelling zonder olie) ......................0,07...0,16 mm

• Compenseer een te grote tandflankspeling door een dunnere vulring te monteren, en een te klei-ne tandflankspeling door een dikkere vulring (4) te monteren.

33 2 604

KR330230

33 2 600

2

3

1

4

00 2 510

90°

KR330240

4

KR330220

5

33.17

Tandcontactbeeld controleren

L Opmerking:

Controleer het tandcontactbeeld als de pignon-/kroonwielset, het cardanhuis of het pignonlager werd vervangen.Het tandcontactbeeld wordt ingesteld met de vulring (1) op de pignon.

• Centreer m.b.v. het meetgereedschap, BMW-nr. 33 2 600, het kroonwiel.

• Ontvet de tandflanken van het kroonwiel en de pignon en smeer ze in met Pruisisch blauw.

• Breng het kroonwiel aan en druk het met de muis van de hand aan terwijl het gelijktijdig enige ma-len heen en weer wordt gedraaid.

e Attentie:Tandcontact bij de kleine diameter is nooit toege-staan!

– Wanneer de juiste vulring is gemonteerd, wordt het volgende tandcontactbeeld in onbelaste toe-stand zichtbaar.

L Opmerking:

Aan de drukzijde „V” bevindt het tandcontactbeeld zich in het midden.Aan de lijzijde „R” bevindt het tandcontactbeeld zich dichter bij de grote diameter.

– Als dit tandcontactbeeld zichtbaar is, moet een dunnere vulring worden gemonteerd.

– Als dit tandcontactbeeld zichtbaar is, moet een dikkere vulring worden gemonteerd.

KL330080

1

KR330260

V

R

KR330270

KR330280

33.18

Cardanhuisdeksel uitlijnen

• Om de juiste voorspanning van het pignonlager te verkrijgen, moet het cardanhuisdeksel worden uitgelijnd.

• Meet m.b.v. de dieptemaat de maat „a”.

• Breng de meetring, BMW-nr. 33 2 601, aan en zet hem vast.

• Meet de maat „b” via het venster in de meetring vanaf de bovenzijde van het kogellager tot het pasvlak van het cardanhuis.

– Maat „a” – maat „b” = dikte van de vulring zonder voorspanning.

• Smeer de vulring met de berekende dikte dun in met vet en plaats hem op het kroonwiel.

Voorspanning:..................................0,05...0,1 mm

Cardanhuisdeksel monteren

• Smeer de keerring (1) dun in met olie.• Tik met de stempel, BMW-nr. 33 1 860, en de

handgreep, BMW-nr. 00 5 500, de keerring in het deksel. Monteer de keerring (1).

e Attentie:Zorg ervoor dat de keerring en de O-ring niet wor-den oververhit.

• Smeer de O-ring dun in met olie/vet en monteer hem.

• Verwarm het cardanhuisdeksel tot 60 °C en plaats het op het kroonwiel.

• Draai de bevestigingsbouten kruiselings vast.

X Aanhaalmoment:Deksel aan cardanhuis ................................. 35 Nm

Achterste cardanas inbouwen

• Smeer de vertanding van de pignon in met Optimoly MP 3.

• Breng de achterste cardanas aan op de pignon.

e Attentie:Let erop dat de borgveer in de cardanas correct is aangebracht!

• Laat de borgveer aangrijpen door voorzichtig met een kunststof hamer op de achterste car-danas te tikken.

a

KR330290

b

KR330300

33 2 601

KR330310

00 5 500

33 1 8601

w

h60

33.19

Cardan inbouwen

• Smeer de vertanding van de achterste cardanas (1) in met Optimoly MP 3.

e Attentie:De lagerbinnenring mag nooit tegen de voorzijde van de naalden drukken!

• Monteer de lagerbinnenringen (pijlen) van het lin-ker/rechter naaldlager met wat vet.

• Schuif de stofhoes op de hals van het cardanhuis en zet hem vast met de klemband.

• Breng de cardan aan met de stofhoes en schuif de achterste cardanas (1) op de tap van de voor-ste.

e Attentie:Ondersteun de cardan!

• Breng de vaste lagertap (3) aan.

• Schroef het zelfstellende lager (7) in de boring.• Draai de vaste lagertap (3) vast.• Draai het zelfstellende lager (7) vast.• Houd de tap van het zelfstellende lager (7) met

de steeksleutel, BMW-nr. 33 5 642, tegen en draai de contramoer (8) m.b.v. de dopsleutel, BMW-nr. 33 6 641, vast.

• Zet de losse reactiestang (4) vast.• Maak de klemband (2) van de stofhoes vast.• Monteer de olieaftapplug (5) met een nieuwe

pakkingring en draai hem vast.• Vul de versnellingsbak met olie.• Breng de olievulplug (6) aan met een nieuwe

pakkingring en draai hem vast.

X Aanhaalmomenten:Tapvastlager .............................................. 160 NmZelfinstellend lager ........................................ 7 NmContramoer................................................ 160 NmReactiestang aan cardan ............................. 43 NmReactiestang aan frame ............................... 43 NmOlievul-/olieaftapplug ................................... 23 Nm

Olie-inhoud:Nieuwe vulling ................................................ 0,25 lOlie verversen ......0,23 l, resp. onderrand vulboring

Soort cardanolie:Merk-hypoïdolie van de SAE 90 API-klasse GL 5

– Monteer de remschijf.a ......................................................Zie groep 34– Monteer de remklauw.a ......................................................Zie groep 34– Inductiezender inbouwen.a ......................................................Zie groep 61– Monteer het achterwiel.a ......................................................Zie groep 36

KR330030

1

KL3300105 4

2

6

3

KL330020

7

8

33.20

Achtervork uitbouwen, demonteren, monteren en inbouwen

Achtervork uitbouwen

– Schetsplaat voetsteun links/rechts voor en ach-ter uitbouwen.

a ......................................................Zie groep 46– Zijkuipdeel en accusierplaat links, uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw de uitlaat uit.a ......................................................Zie groep 18– Bouw het achterwiel uit.a ......................................................Zie groep 36– Bouw de inductieve zender uit.a ......................................................Zie groep 61– Bouw de remklauw uit.a ......................................................Zie groep 34– Bevestig de remklauw samen met de inductie-

sensor m.b.v. kabelbandjes aan het achterframe.– Bouw het cardan uit.a .......................................................... Zie boven

e Attentie:Hoog losdraaimoment voor de borgring alsmede voor de schroefdraadbussen en de lagertappen links/rechts.

• Verwijder de borgveren (1, 9).• Draai de schroefdraadbus, rechts (8) los.• Draai de borgring (2) los.• Schroef de schroefdraadbus links (3) los.• Draai de lagertappen (4, 7) links/rechts m.b.v. de

dopsleutel, BMW-nr. 33 6 643, een slag los.• Draai de bout met moer (5, 6) voor de schok-

demper los.• Druk de schokdemper naar boven, en zet hem

m.b.v. een kabelbandje vast aan het achterfra-me.

• Draai de lagertap (4, 7) links/rechts los.• Trek de achtervork van de cardanas.

KR330330

987

65

4321

33.21

Stofhoes uit-/inbouwen

• Verwijder de borgveer (pijl) aan de binnenzijde en trek de stofhoes (1) uit de achtervork.

• Smeer bij het inbouwen de afdichtlip aan de bin-nen- en buitenzijde (pijlen) in met Staburags NBU 30 PTM.

Lager in schroefdraadbus uit-/inbouwen

Lager van schroefdraadbus links/rechts uitbouwen• Plaats de pennen (pijlen) van de persstempel,

BMW-nr. 33 6 644, in de boringen van de schroefdraadbus.

• Pers het lager links/rechts uit de schroefdraad-bus.

Lager in schroefdraadbus links/rechts inbouwen

e Attentie:Bouw de lagers in met de open zijde naar de schroefdraadbus gericht!

• Vet het lager in.• Pers de lagers in de schroefdraadbus links/

rechts.

KR330340

1

KR330700

33 6 644

33.22

Cardanas uitbouwen

• Druk de voorste cardanas (1) los met een ban-denlichter.

e Attentie:Pas op voor krassen op gespoten delen, gebruik eventueel een rubbermat o.i.d.

L Opmerking:Verwijder/monteer de borgveer in de kruiskoppeling zo nodig.

Kruiskoppeling op slijtage controleren

• Bepaal de axiale en radiale speling (pijlen).– De kruiskoppeling mag geen voelbare speling

hebben.

Cardanas inbouwen

• Smeer de spiebanen van de hoofdas in met Optimoly MP 3.

• Schuif de voorste cardanas op de hoofdas.• Laat de borgveer aangrijpen door voorzichtig

met een kunststof hamer op de cardanas te tik-ken.

KR3303501

KR330360

33.23

Achtervork inbouwen

• Schuif de achtervork over de cardanas, druk hem zo ver mogelijk naar voren tot de stofhoes in de rand van het versnellingsbakhuis valt.

• Breng de lagertap (1, 4) rechts/links aan.• Monteer het veerelement met de bout en

moer (2, 3) op de achtervork.

• Draai m.b.v. de dopsleutel, BMW-nr. 33 6 643, de lagertappen (1, 4) rechts/links vast.

KR330330

4

32

1

KL330090

33 6 643

33.24

• Draai de schroefdraadbus rechts (4) vast.• Draai de schroefdraadbus links (3) vast.• Houd de schroefdraadbus, links (3) m.b.v. de

steeksleutel, BMW-nr. 33 5 642, tegen en draai de borgring (2) m.b.v. de dopsleutel, BMW-nr. 33 6 641, vast.

• Monteer de borgveren (1, 5) links/rechts zo, dat de haak naar buiten is gericht.

X Aanhaalmomenten:Achtervork aan frameLagertappen links/rechts............................ 160 NmSchroefdraadbus rechts............................. 200 NmSchroefdraadbus links.................................. 10 NmContraring .................................................. 160 NmVeerelement aan achtervork......................... 50 Nm

• Bouw de cardan in.a .......................................................... Zie boven• Monteer de remklauw.a ......................................................Zie groep 34• Inductiezender inbouwen.a ......................................................Zie groep 61• Monteer het achterwiel.a ......................................................Zie groep 36• Bouw het uitlaatsysteem in.a ......................................................Zie groep 18• Breng de accusierplaat en het zijkuipdeel, links,

aan.a ......................................................Zie groep 46• Schetsplaat voetsteunen links/rechts voor en

achter inbouwen.a ......................................................Zie groep 46

KR330330

54

321

KL330100

33 6 641

33 6 642

33.25

Veerelement uit-/inbouwen

• Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Schetsplaat voetsteunen, links-/rechtsachter

uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Accusierplaat, rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16

• Draai de schroef (2) voor de knop voor de ver-stelling van het veerelement los.

• Maak de leiding voor de verstelling van het veer-element bij de steunen (1, 3) los, en trek de knop naar beneden toe weg.

• Verwijder de beschermkap voor de boutverbin-ding voor het veerelement, aan de bovenzijde.

• Til het achterwiel iets op/ontlast het iets.

• Draai de bout (5) onder op het veerelement los.• Draai de bout (4) aan de bovenzijde van het veer-

element los en verwijder het veerelement.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Druk de leiding voor de knop voor de verstelling van het veerelement in de klemmen (1, 3).

X Aanhaalmomenten:Veerelement aan achtervork......................... 50 NmVeerelement aan frame ................................ 43 NmKnop aan achterframe.................................. 21 Nm

KL330110

2 3

1

KL330120

4

5

34.1

Inhoud Blz.

34


Remklauw voor ..............................................................................................................................5

Remklauw uit-/inbouwen .............................................................................................................5

Vulaansluiting uit-/inbouwen ......................................................................................................6

Remzuiger voorrem uit-/inbouwen ..........................................................................................7

Remklauw achter .........................................................................................................................7

Remklauw achter uit-/inbouwen ...............................................................................................7

Remzuiger achterrem uit-/inbouwen ......................................................................................8

Remschijf voor uit-/inbouwen ...............................................................................................9

Remschijf achter uit-/inbouwen ..........................................................................................9

ABS-sensor voor uit-/inbouwen .........................................................................................10

ABS-impulstandkrans, voor uitbouwen .........................................................................10

ABS-sensor voor instellen .....................................................................................................11

ABS-impulstandkrans aftekenen ...........................................................................................11

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren/instellen ..................................11Afstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren ..........................................................................11Afstand ABS-sensor - impulstandkrans instellen ...............................................................................11

ABS-sensor achter uit-/inbouwen ....................................................................................12

ABS-sensor achter instellen ................................................................................................12

ABS-impulstandkrans aftekenen ...........................................................................................12

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren/instellen ..................................13Afstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren ..........................................................................13Afstand ABS-sensor - impulstandkrans instellen ...............................................................................13

Hoofdremcilinder achter uit-/inbouwen ........................................................................13

Speling van de zuigerstang controleren/instellen ...................................................14Speling van de zuigerstang controleren ............................................................................................14Speling van de zuigerstang instellen .................................................................................................14

ABS-regeleenheid uit-/inbouwen ......................................................................................15

ABS-relais uit-/inbouwen ...........................................................................................................17

34 Remmen

34.2

Inhoud Blz.

Remleidingen/-slangen voor uit-/inbouwen ................................................................19

Remleidingen/-slangen voor uitbouwen .............................................................................19Voorbereidende werkzaamheden ......................................................................................................19Remleidingen onder benzinetank ......................................................................................................20Remleiding/-slang aan voorvork ........................................................................................................20Remslang aan stuur ..........................................................................................................................21

Remleidingen/-slangen voor inbouwen ..............................................................................21

Remleidingen/-slangen achter uit-/inbouwen ...........................................................22

Remleidingen/-slangen uitbouwen ........................................................................................22Voorbereidende werkzaamheden ......................................................................................................22Remslang aan remklauw ...................................................................................................................22Remslang naar hoofdremcilinder .......................................................................................................23Remvloeistofreservoir met naloopslang .............................................................................................23Remleiding naar remklauw ................................................................................................................23

Remleidingen/-slangen inbouwen .........................................................................................25

Remblokken op slijtage controleren/vervangen .......................................................25Zie groep 00 ......................................................................................................................................25

Remvloeistofpeil controleren ...............................................................................................25Zie groep 00 ......................................................................................................................................25

Remvloeistof verversen en remsysteem ontluchten ..............................................25Zie groep 00 ......................................................................................................................................25

34.3

34


Remvloeistof DOT 4

Rembediening hydraulisch

Voorwiel

Voorrem vaste remklauw met 4zuigers en zwevende schij-ven

Remschijf-Ø mm 305

Remschijfdikte mm 5,0

Minimale dikte mm 4,5

Remblokdraagvlak mm2 2460

Minimale remblokdikte mm 1,0

Zuiger-Ø remklauw mm 32/34

Remcilinder-Ø mm 16

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans voor mm 0,45...0,55

Remblokken sintermetaal

Achterwiel

Achterrem vaste remklauw met 4 zuigers en zwevende schijf

Remschijf-Ø mm 285

Remschijfdikte mm 7,0

Minimale dikte mm 6,5

Remblokdraagvlak mm2 2460

Minimale remblokdikte mm 1,0

Zuiger-Ø remklauw mm 32/34

Remcilinder-Ø mm 14

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans achter mm 0,45...0,55

Remblokken organisch

34.5

Remklauw voor

Remklauw uit-/inbouwen

d Waarschuwing:De remklauw zelf mag niet worden gedemonteerd.

e Attentie:Laat de remvloeistof niet met gelakte delen of de remblokken in aanraking komen.

– Tap het remsysteem af.

e Attentie:Maak geen krassen op de velg, plak zo nodig de remklauwen af.

• Draai de bouten (3) van de remklauw los.• Verwijder de remklauw voorzichtig, zo nodig de

remklauw tegen de remschijf drukken en trek-ken, om de remblokken/zuigers terug te druk-ken.

• Bouw de remblokken uit.a ......................................................Zie groep 00

e Attentie:Trek de remgreep niet in als de remblokken zijn uit-gebouwd!

• De banjobout (1) voor de remslang losdraaien, verwijder de remslang.


e Attentie:Beschadig de remblokken niet bij het inbouwen.

• Vervang de pakkingringen op de banjobout (1).

• Druk de remblokken/remzuigers zo nodig terug met het remzuigerblok, BMW-nr. 34 1 500.

• Vul/ontlucht het remsysteem.a ......................................................Zie groep 00• Controleer/corrigeer de afstand tussen de ABS-

sensor en de impulstandkrans.

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans ............................0,45...0,55 mm

X Aanhaalmomenten:Remklauw aan buitenpoot............................ 40 NmRemslang aan remklauw .............................. 18 NmTapeind in vulaansluiting .............................. 10 NmOntluchtingsnippel ....................................... 10 Nm

KL340150

3

1

2

KL000080

34 1 500

34.6

Vulaansluiting uit-/inbouwen

– Remklauw, rechts uitbouwen.– Bouw de remblokken uit.

e Attentie:Zorg ervoor dat er geen borgvloeistof in de rem-klauw kan komen!

• Remklauw inspannen. De vulaansluiting (1) moet naar onderen zijn gericht, zodat bij het losdraaien geen borgmiddelresten in de remklauw kunnen komen.

• Verwarm de vulaansluiting (1) tot ca. 80 °C en draai deze met een steeksleutel los.

• Sluit de boring in de remklauw af, b.v. met een papieren zakdoek (pijl).

• Reinig de schroefdraad, maak zo nodig met een krasnaald de borgmiddelresten los en blaas de schroefdraad met een lage druk uit.

• Fixeer de remblokken m.b.v. het speciaal ge-reedschap, BMW-nr. 34 1 500.

• Blaas de borgmiddelresten die in de remklauw zijn gevallen, m.b.v. perslucht via de aansluitboring (pijl) uit de remklauw.

• Verwijder eventuele remvloeistofresten op de schroefdraad.


X Aanhaalmomenten:Vulaansluiting op remklauw.......................... 18 Nm(schroefdraad reinigen + nieuwe vulaansluiting of Loctite 243 gebruiken)Remslang aan remklauw .............................. 18 NmRemklauw aan buitenpoot............................ 40 NmTapeind in vulaansluiting .............................. 10 NmOntluchtingsnippel ....................................... 10 Nm

KL340230

w

h80

1

KL340240

34 1 500

KL340250

34.7

Remzuiger voorrem uit-/inbouwen

– Bouw de remklauw uit.• Fixeer de 2 tegenoverliggende remzuigers m.b.v.

het speciaal gereedschap, BMW-nr. 34 1 500.• Leg de doeken tussen de niet-gefixeerde rem-

zuigers.

d Waarschuwing:Houd de vingers niet tussen de remzuigers, kans op verwondingen!

• Druk één remzuiger m.b.v. het persluchtpistool bij de aansluiting voor de remslang voorzichtig uit de remklauw.

• Sluit de lege boring voor de remzuiger m.b.v. lappen indien mogelijk luchtdicht af.

• Druk m.b.v. het persluchtpistool de tegenoverlig-gende remzuiger voorzichtig uit de remklauw.

• Controleer de remzuiger op scheurtjes, groeven en beschadigingen.

• Trek de O-ring uit de cilinder in de remklauw.• Smeer de nieuwe O-ringen in met remvloeistof

en monteer deze.

e Attentie:Remzuigers worden gemakkelijk scheef gedrukt, voorzichtig inbouwen.

• Smeer de remzuigers in met remvloeistof en druk deze met gevoel in de boring.

• Bouw op dezelfde wijze de overige 2 remzuigers uit/in.



Remklauw achter

Remklauw achter uit-/inbouwen



e Attentie:De remklauw zelf mag niet worden gedemonteerd.

• Maak de remslang los van de klemmen (pijlen) op het cardan.

• Draai de bouten (1, 3) los en verwijder de rem-klauw.

• Bouw de remblokken uit.a ......................................................Zie groep 00• Draai de banjobout (2) voor de remslang op de

remklauw los, verwijder de remslang.

KL000060

1

32

34.8

L Opmerking:

Reinig de ABS-sensor en de boring voor het uit-/in-bouwen.

• Draai de bevestigingsbouten (1, 2) los en verwij-der de ABS-sensor met de vulplaat (3).


• Vervang de pakkingringen op de banjobout voor de remslang.

e Attentie:Beschadig de remblokken niet bij het inbouwen.

• Druk de remblokken/remzuigers zo nodig terug met het remzuigerblok, BMW-nr. 34 1 500.



X Aanhaalmomenten:Remklauw aan cardan.................................. 40 NmRemslang aan remklauw .............................. 18 NmOntluchtingsnippel op remklauw .................. 10 NmABS-sensor op remklauw............................... 4 Nm

Remzuiger achterrem uit-/inbouwen

– Remklauw, achter uitbouwen.– Bouw de remblokken uit.a ......................................................Zie groep 00• Trek de drukstukken uit de remzuiger.• Fixeer de 2 tegenoverliggende remzuigers m.b.v.

het speciaal gereedschap, BMW-nr. 34 1 500.• Leg de doeken tussen de niet-gefixeerde rem-

zuigers.

d Waarschuwing:Houd de vingers niet tussen de remzuigers, kans op verwondingen!

• Druk één remzuiger m.b.v. het persluchtpistool bij de aansluiting voor de remslang voorzichtig uit de remklauw.

• Sluit de lege boring voor de remzuiger m.b.v. doeken en tape (pijl) zo luchtdicht mogelijk af.

• Druk m.b.v. het persluchtpistool de tegenoverlig-gende remzuiger voorzichtig uit de remklauw.

• Controleer de remzuiger op scheurtjes, groeven en beschadigingen.

• Trek de O-ring uit de cilinder in de remklauw.• Smeer de nieuwe O-ringen in met remvloeistof

en monteer deze.

e Attentie:Remzuigers worden gemakkelijk scheef gedrukt, voorzichtig inbouwen.

• Smeer de remzuigers in met remvloeistof en druk deze met gevoel in de boring.

• Bouw op dezelfde wijze de overige 2 remzuigers uit/in.



KL340110

2

1

3

KL34008034 1 500

34.9

Remschijf voor uit-/inbouwen

– Bouw het voorwiel uit.a ...................................................... Zie groep 36

e Attentie:De bevestigingsbouten zijn geborgd met borgvloei-stof, zo nodig voor het losdraaien verwarmen.

• Draai de vijf bouten (1) voor de remschijf los.• Bouw de remschijf uit, verwijder aan de linkerzij-

de bovendien de impulstandkrans (2).• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Ontvet de remschijf voor het inbouwen.Let op het boringspatroon van de remschijven, de pijl geeft de rijrichting aan.Bij een nieuwe remschijf moet de impulstandkrans opnieuw worden afgetekend.


Afstand ABS-sensor - impulstandkrans............................ 0,45...0,55 mm

X Aanhaalmomenten:Remschijf op voorwiel(schroefdraad reinigen + Loctite 243)............21 Nm

Remschijf achter uit-/inbouwen

– Bouw het achterwiel uit.a ...................................................... Zie groep 36– Maak de remklauw los.

L Opmerking:Teken de montagestand van de remschijf op het cardan af, zodat de hoogteslingering van de impuls-tandkrans niet wordt gewijzigd.

e Attentie:Bevestigingsbouten zijn met borgvloeistof geborgd.

• Verwarm de bevestigingsbouten (pijlen) voor de remschijf tot ca. 100 °C en draai deze los, bouw de remschijf uit.


e Attentie:Ontvet de remschijf voor het inbouwen.Gebruik bij de montage nieuwe bouten!Bij een nieuwe remschijf moet de impulstandkrans opnieuw worden afgetekend.


Afstand ABS-sensor - impulstandkrans ........................... 0,45...0,55 mm

X Aanhaalmomenten:Remschijf aan cardan(schroefdraad reinigen + nieuwe bouten) ......21 NmRemklauw aan cardan ..................................40 Nm

KR340190

2

1

KR340100

wh

100

34.10

ABS-sensor voor uit-/inbouwen

– Verwijder het kuipzijdeel rechts.

e Attentie:Maak de massakabel los van de accu en isoleer de-ze.

• Remklauw, links losmaken.

• Maak de kabelbandjes op de ABS-sensorkabel (2) los.

• Maak de ABS-sensorkabel (2) los van de klemmen (3) op de voorvork.

• Trek de stekker (1) los.

L Opmerking:Reinig de ABS-sensor en de boring voor het uit-/in-bouwen.

• Draai de bouten (pijlen) van de ABS-sensor (5) los.

• Verwijder de ABS-sensor (5) incl. de vulplaat (4).• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Monteer de ABS-sensorkabel zorgvuldig met kabel-bandjes.



X Aanhaalmoment:Bouten ABS-sensor ...................................... 4 Nm

ABS-impulstandkrans, voor uitbouwen

• Remschijf, linksvoor uitbouwen.

X Aanhaalmoment:Remschijf op voorwiel(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 21 Nm

KL340011

1

3

2

KR340040

5

4

34.11

ABS-sensor voor instellen

ABS-impulstandkrans aftekenen– Ontlast het voorwiel, vrij van de grond.

• Draai de klembout op de linkervoorpoot los.• Monteer de meetklokhouder,

BMW-nr. 00 2 500, met de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, en de meetschoen, BMW-nr. 34 2 510, op de vorkbuitenpoot.

• Stel de micrometerklok in op nul.• Meet de axiale slingering over de gehele omtrek

van de impulstandkrans.

e Attentie:Bij vervanging van onderdelen moet de impulstand-krans opnieuw worden afgetekend. Verwijder daar-bij de oude markering.

• Markeer het punt met de grootste afstand tussen de impulstandkrans en de ABS-sensor blijvend met een lakstift.

• Maak de meetklokhouder, BMW-nr. 00 2 500, met de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, los van de buitenpoot.

• Draai de klembout op de vorkpoot vast.• Controleer/corrigeer de afstand tussen de ABS-

sensor en de impulstandkrans.

X Aanhaalmoment:Klembout van voorvork................................. 21 Nm

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren/instellen– Ontlast het voorwiel, vrij van de grond.

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren

• Plaats het gemarkeerde punt op de impulstandkrans (3) tegenover de ABS-sensor (1).

• Meet met de ABS-voelermaat (2) de afstand tus-sen de ABS-sensor (1) en de impulstandkrans (3).

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans instellen• Maak de ABS-sensor (1) los.

e Attentie:Controleer na de instelling de vrije ruimte tussen de ABS-sensor en de impulstandkrans over de gehele omtrek daarvan.

• ABS-sensorafstand met vulplaat (4) afstellen en opnieuw controleren.


X Aanhaalmoment:Bouten ABS-sensor ....................................... 4 Nm

KL34012000 2 510

34 2 510

00 2 500

KR3401303

12

4

KR340350

34.12

ABS-sensor achter uit-/inbouwen


– Reinig de ABS-sensor (1) en de boring voor het uit- en inbouwen.

• Maak de ABS-sensor (1) los van de remklauw.• Verwijder de ABS-sensor (1) incl. de vulplaat (2).

• Maak de kabelbandjes van de ABS-sensorkabel (3) los.

• Trek de stekker (pijl) los.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Monteer de ABS-sensorkabel zorgvuldig met kabel-bandjes.



X Aanhaalmoment:Bouten ABS-sensor ....................................... 4 Nm

ABS-sensor achter instellen

ABS-impulstandkrans aftekenen– Bouw het achterwiel uit.– Bouw de ABS-sensor uit.

• Schroef de meetklok, BMW-nr. 00 2 500, met de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, het verlengstuk, BMW-nr. 00 2 661, en de meetschoen, BMW-nr. 34 2 510, in de schroefdraad voor de bevestiging van de ABS-sensor.

• Stel de micrometerklok in op nul.• Meet de axiale slingering over de gehele omtrek

van de ABS-impulstandkrans.

e Attentie:Bij vervanging van onderdelen moet de impulstand-krans opnieuw worden afgetekend. Verwijder daar-bij de oude markering.

• Markeer het punt met de grootste afstand tussen de impulstandkrans en de ABS-sensor blijvend met een lakstift.



X Aanhaalmoment:ABS-sensor.................................................... 4 Nm

KL340070

2

1

KL340020

3

KL340090

00 2 510

00 2 500

34 2 510 00 2 661

34.13

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren/instellenAfstand ABS-sensor - impulstandkrans controleren

• Plaats het gemarkeerde punt op de impulstandkrans (1) tegenover de ABS-sensor (2).

• Controleer m.b.v. een ABS-voelermaat (pijl) de afstand tussen de ABS-sensor en de impuls-tandkrans.

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans instellen• Maak de ABS-sensor los.

e Attentie:Controleer na de instelling de vrije ruimte tussen de ABS-sensor en de impulstandkrans over de gehele omtrek daarvan.

• ABS-sensorafstand met vulplaat (3) afstellen en opnieuw controleren.


X Aanhaalmoment:Bouten ABS-sensor ...................................... 4 Nm

Hoofdremcilinder achter uit-/inbouwen


– Tap het remsysteem af.– Voetsteun rechts losmaken.

L Opmerking:Teken de montagestand van de remslang (5) t.o.v. de hoofdremcilinder af.

• Draai de bouten (6) los, bouw de hoofdremcilin-der uit.

• Maak de wegwerpslang (7) los en trek de naloopslang (4) los.

• Op de afgeslepen plaats (pijl) met een steeksleu-tel tegenhouden, maak de remslang (5) los.


• Monteer de wegwerpslang (7) m.b.v. de tang, BMW-nr. 13 1 500.

• Snuifspeling (speling van zuigerstang) controle-ren, zo nodig afstellen.

X Aanhaalmomenten:Hoofdremcilinder aan schetsplaatvoetsteun... 9 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Remslang aan hoofdremcilinder ................... 18 NmSchetsplaat aan frame ................................. 21 Nm

KL340100

2

1

3

KR340350

KL610100

67

4 5

34.14

Speling van de zuigerstang controleren/instellen

d Waarschuwing:Afstelwerkzaamheden mogen uitsluitend door een BMW dealer worden uitgevoerd.

Speling van de zuigerstang controleren

• Speling tussen remlichtschakelaarplaat en stelbout (1) m.b.v. een voelermaat (pijl) meten.

Maat voelermaat........................................0,5 mm

Speling van de zuigerstang instellen

d Waarschuwing:Stel eerst de remlichtschakelaar van het rempedaal in.

• Voetsteun rechts losmaken.

• Draai de contramoer (2) op de zuigerstang (3) los.

• Breng een voelermaatje aan tussen de stelbout en de plaat van de remlichtschakelaar.

• Draai de zuigerstang zo ver rechtsom dat er spe-ling aanwezig is.

• Draai de zuigerstang met gevoel zo ver naar links dat er geen speling meer is.

• Draai de contramoer vast.• Controleer de speling van de zuigerstang, stel

deze zo nodig af.

Maat voelermaat........................................0,5 mm

X Aanhaalmomenten:Contramoer.................................................... 9 NmSchetsplaat aan frame ................................. 21 Nm

KL340130

1KL340140

32

34.15

ABS-regeleenheid uit-/inbouwen

d Waarschuwing:Werkzaamheden aan de ABS-unit mogen alleen door een geautoriseerde BMW motorfietsdealer worden uitgevoerd.


– Bouw de accu uit.a ............................................Zie groep 00, Accu– Remsysteem, voor/achter aftappen.– Schetsplaat voetsteunen, links-/rechtsachter

uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Accuafdekplaat links/rechts uitbouwen.



• Draai de bevestigingsbouten (pijlen) los, bouw de borgplaat voor de stekkers uit.

• Koelvloeistofexpansiereservoir losmaken.

• Trek de stekker (2) op de ABS-regeleenheid los.• Regeleenheid voor achteruitrijhulp uitbouwen.a ......................................................Zie groep 61

• Maak de steun (pijl) voor de remleidingen van de voorrem op het hoofdframe los.

e Attentie:Laat de remvloeistof niet met gelakte delen in aan-raking komen: remvloeistof beschadigt de lak. Om-wikkel de open leidingen met doeken, zodat er geen remvloeistof uit kan lopen.

• Maak de remleidingen op de ABS-drukmodula-tor los.

• Draai de bouten (1) van de accuhouder op het frame los.

KL610070

KL340050

2

1

KL340180

34.16

• Maak de borgplaat (1) voor de remleiding bij de accuhouder los.

• Til de ABS-regeleenheid (2) samen met de accuhouder (3) iets op en trek deze naar achte-ren.

• Draai de bouten (pijlen) los.

e Attentie:Let erop dat het frame bij het uitbouwen van de ABS-drukmodulator niet wordt bekrast, plak dit zo nodig af.

• ABS-regeleenheid (2) uitbouwen.

• Bouw zo nodig de accuhouder (3) uit.

• Druk de beschermkap (5) van het ABS-relaishuis (4) met een kleine schroevendraaier in (pijl) en trek daarbij de kap (5) naar boven toe los.

• Vernietig de beschermkap (5).

• Draai de moeren (pijlen) voor de kabel en de stekker (7) op de ABS-relaissokkel (6) los.

KL340170

1

KL340060

2

3

KL340220

2

KL340210

3

KR340390

4

5

KR340030

6

7

34.17


• Bouw de nieuwe beschermkap voor het ABS-re-laishuis in.

• Let op juiste montage van de bedrading, en zet deze met kabelbandjes vast.

L Opmerking:De voorste bevestigingsbout (lange bout met cen-terpunt) van de linker schetsplaat voor de voetsteun van de duopassagier is gelijktijdig het bevestigings-punt voor de accuhouder.

X Aanhaalmomenten:ABS-regeleenheid aan accuhouder M5.......... 4 NmABS-regeleenheid aan accuhouder M6.......... 9 NmAccuhouder op frame M6............................... 9 NmBorgplaat remleiding aan accuhouder............ 4 NmRemleidingen op frame M5 ............................ 4 NmRemleiding aan ABS-regeleenheid............... 18 NmOntluchtingsnippel remklauw/ABS-drukmodulator ..................................... 10 NmTapeind in vulaansluiting .............................. 10 NmBorgplaat voor stekkers op frame .................. 9 NmSchetsplaat voor voetsteun op frame/accuhouder........................................ 21 NmHandgreep aan achterframe........................... 9 NmZadel, achter op achterframe ......................... 9 Nm

ABS-relais uit-/inbouwen


– Bouw de accu uit.a ............................................Zie groep 00, Accu– Schetsplaat voetsteunen, links-/rechtsachter

uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Accuafdekplaat links/rechts uitbouwen.• Regeleenheid voor achteruitrijhulp uitbouwen.a ......................................................Zie groep 61

• Maak de borgplaat (1) voor de remleiding bij de accuhouder los.

• Draai de bouten (2) van de accuhouder op het frame los.

KL340170

1

KL340050

2

34.18

• Druk de beschermkap (2) van het ABS-relaishuis (1) met een kleine schroevendraaier in (pijl) en trek daarbij de kap (2) naar boven toe los.

• Vernietig de beschermkap (2).

• Draai de moeren (pijlen) voor de kabel en de stekker (3) op de ABS-relaissokkel los.

• Til de ABS-regeleenheid (4) samen met de accuhouder (5) iets op en trek deze naar achte-ren.

• Trek het ABS-relais (6) en de ABS-relaissokkel (7) uit het huis.

• Draai de bouten (pijlen) een slag los.• Trek het ABS-relais (6) naar boven toe los van de

ABS-relaissokkel (7).• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Let er bij de montage van het ABS-relais (6) en de ABS-relaissokkel (6) op dat alle draden zich in de betreffende geleiders bevinden.

• Bouw de nieuwe beschermkap voor het ABS-re-laishuis in.

X Aanhaalmomenten:Accuhouder op frame M6............................... 9 NmBorgplaat remleiding aan accuhouder............ 4 NmBorgplaat voor stekkers op frame .................. 9 NmSchetsplaat voor voetsteun op frame/accuhouder........................................ 21 NmHandgreep aan achterframe........................... 9 NmZadel, achter op achterframe ......................... 9 Nm

KR340390

1

2

KR340030

3

KL340050

4

5

KL340160

6

7

34.19

Remleidingen/-slangen voor uit-/inbouwen

Remleidingen/-slangen voor uitbouwen

Voorbereidende werkzaamheden– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Accuafdekplaat, links uitbouwen.



– Draai de bevestigingsbouten (pijlen) los, bouw de borgplaat voor de stekkers uit.

KL340030

KL610070

34.20

e Attentie:

Laat de remvloeistof niet met gelakte delen in aan-raking komen: remvloeistof beschadigt de lak. Om-wikkel de open leidingen met doeken, zodat er geen remvloeistof uit kan lopen.

• Tap het remsysteem af.• Maak zo nodig de kabelbandjes op de remslan-

gen los.

• Maak de remleidingen (pijlen) op de ABS-druk-modulator los.

Remleidingen onder benzinetank

• Maak de steun (pijl) voor de remleidingen op het hoofdframe los.

• Maak de borgplaat (3) voor de remleidingen op het hoofdframe, voor los.

• Remleidingen (1) losmaken en uitbouwen.

Remleiding/-slang aan voorvork• Bouw de remklauw uit.• Maak de remslangen op de remklauwen los.

e Attentie:De bevestigingsbouten (pijlen) voor de borgplaat zijn met borgvloeistof geborgd. Verwarm de bouten voorzichtig, beschadig bij het losdraaien het binnen-zeskant niet!

• Draai de bout voor de borgplaat (5) van de linker remleiding/-slang op de vorkpoot los.

• Draai de bout (4) op de borgplaat voor de rem-verdeler los.

• Bouw zo nodig de borgplaat voor de remverdeler uit.

• Draai de banjobout (2) op de borgplaat (3) los, verwijder de remleiding/-slang.

KL000140

KL340180

KL310170

3

1 2

4

5

w

KR340200

34.21

Remslang aan stuur– Stuurbeplating links/rechts uitbouwena ......................................................Zie groep 46– Bouw de afdekkap voor de vorkbovenplaat uit.• Verdraai het remarmatuur zo, dat de banjobout

op het remvloeistofreservoir bereikbaar is.• Maak de remslang op het remvloeistofreservoir

los.

• Maak de remleidingen (1) op de borgplaat (3) los.• Draai de banjobout (2) los.• Trek de remslang voorzichtig naar beneden toe

weg.• Draai de bevestigingsbout voor de borgplaat (3)

op het hoofdframe los, en verwijder deze samen met de remslang.

Remleidingen/-slangen voor inbouwen


e Attentie:Monteer de remslang altijd met de aanslag op de buitenpoot.

e Attentie:Vervang de pakkingringen van de remleiding/-slang.Zet de remslang zo vast op de hoofdremcilinder, dat deze niet schuurt of knikt als het stuur wordt ver-draaid.

• Houd de remslang bij de montage aan de hoofd-remcilinder tegen de aanslag (pijl).

• Fixeer de remslang onderop het stuur met kabel-bandjes, om zo de vrije ruimte van de gaskabels te garanderen.

– Remsysteem vullen en ontluchten.a ......................................................Zie groep 00


X Aanhaalmomenten:Remslang aan remhendel............................. 18 NmKoppeling remslang/-leiding......................... 18 NmRemleiding aan ABS-drukmodulator ............ 18 NmRemleiding aan frame M5............................... 4 NmRemleiding aan frame M6............................... 9 NmRemverdeler aan steun .................................. 9 NmBorgplaat aan vorkbuitenpoot ........................ 4 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Remklauw aan buitenpoot............................ 40 NmOntluchtingsnippel ....................................... 10 NmTapeind in vulaansluiting .............................. 10 Nm

KL310170

3

1 2

KL340190

34.22

Remleidingen/-slangen achter uit-/inbouwen

Remleidingen/-slangen uitbouwen

Voorbereidende werkzaamheden– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Accuafdekplaat links/rechts uitbouwen.

e Attentie:Laat de remvloeistof niet met gelakte delen in aan-raking komen: remvloeistof beschadigt de lak. Om-wikkel de open leidingen met doeken, zodat er geen remvloeistof uit kan lopen.


Remslang aan remklauw• Maak de kabelbandjes los.• Maak de remslang op de remklauw los.• Maak de remslang bij de koppeling (1) los.• Bouw de remslang uit.

KL340040

1

34.23

Remslang naar hoofdremcilinder– Motorspoiler rechts uitbouwen.• Schetsplaat voor voetsteun berijder, rechts los-

maken

• Draai de bouten (3) los, bouw de hoofdremcilin-der uit.

• Op het platte vlak (pijl) met een steeksleutel te-genhouden, de bout (2) voor de remslang los-draaien.

• Borgplaat (5) voor remleiding bij accuhouder los-maken.

• Draai de banjobout (6) los, bouw de remslang (pijl) uit.

Remvloeistofreservoir met naloopslang• Schetsplaat voor voetsteun berijder, rechts los-

maken• Maak de wegwerpslang (4) los en trek de

naloopslang (1) los.• Remvloeistofreservoir met naloopslang uitbou-

wen.

Remleiding naar remklauw


– Bouw de accu uit.


– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Bouw het veerelement achter uit.a ......................................................Zie groep 33• Borgplaat/koppeling (5) remleiding aan accu-

houder losmaken.

• Trek de stekkers op de ABS-drukmodulator los, maak de kabelbandjes (pijl) los.

KL610100

34

1 2

KL340170

5

6

KL610070

34.24

• Maak de remleidingen op de ABS-drukmodula-tor los.

• Maak de kabelbandjes van de kabelboom op het achterframe los.

• Maak zo nodig de stekkers voor de buddyzitver-warming op het achterframe los.

• Maak het plus- en massa-aansluitpunt op het frame los.

• Maak de remslang naar de remklauw bij de borg-plaat/koppeling los.

• Draai de bout (pijl) van de borgplaat/koppeling op het achterframe los.

• Draai de bevestigingsbouten (1) van de accu-houder op het hoofdframe los.

• Maak de houder (2) voor de remleidingen voor de voorrem op het hoofdframe los.

• Haak het achterframe aan de takel, BMW-nr. 46 5 640.

• Draai de bevestigingsbouten van het achterfra-me op het hoofdframe los.

e Attentie:Let er bij het optakelen van het achterframe op, dat er geen bedrading beschadigd wordt.

• Takel het achterframe iets op en trek het naar achteren.

• Bouw de remleidingen uit.

KL340200

KL340050

1

KL340180

2

46 5 640

KL460330

34.25

Remleidingen/-slangen inbouwen


• Borg de onderste bevestigingsbouten van het achterframe aan het hoofdframe met Loctite 243.

• Monteer de bedrading weer in zijn oorspronkelij-ke stand en zet deze vast met kabelbandjes.

e Attentie:Vervang de pakkingringen voor de remleidingen/-slangen.Monteer de remslang altijd met aanslagplaat.

• Vervang de wegwerpslangklemmen altijd, knijp deze dicht met de tang, BMW-nr. 13 1 500.

• Speling zuigerstang van hoofdremcilinder con-troleren, zo nodig afstellen.


X Aanhaalmomenten:Achterframe aan hoofdframe, boven ............ 41 NmAchterframe aan hoofdframe, onder ............. 41 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Accuhouder op frame M6............................... 9 NmBorgplaat remleiding aan accuhouder............ 4 NmRemleiding aan frame M5............................... 4 NmKoppeling remslang/-leiding......................... 18 NmRemleiding aan ABS-drukmodulator ............ 18 NmRemslang aan remklauw .............................. 18 NmRemleiding aan hoofdremcilinder ................. 18 NmHoofdremcilinder aan schetsplaatvoetsteun... 9 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Ontluchtingsnippel aan remklauw/ABS-drukmodulator ..................................... 10 NmBenzinetank aan frame, M8.......................... 21 NmBenzinetank aan frame, M6............................ 9 NmHandgreep aan achterframe........................... 9 NmZadel, achter op achterframe ......................... 9 NmVeerelement aan achtervork......................... 50 NmVeerelement aan frame ................................ 43 NmKnop verstelling veerelement aan frame....... 21 NmSchetsplaat aan frame.................................. 21 Nm

Remblokken op slijtage controleren/vervangen

Zie groep 00

Remvloeistofpeil controleren

Zie groep 00

Remvloeistof verversen en remsysteem ontluchten

Zie groep 00

36.1

Inhoud Blz.

36


Voorwiel uit-/inbouwen .............................................................................................................5

Wiellagers uit-/inbouwen .........................................................................................................6

Wiellager links/rechts uitbouwen .............................................................................................6

Wiellager links/rechts inbouwen ...............................................................................................7Wiellager links inbouwen .....................................................................................................................7Wiellager rechts inbouwen ..................................................................................................................7

Achterwiel uit-/inbouwen ........................................................................................................8

Achterwiel uitbouwen ....................................................................................................................8

Achterwiel inbouwen .....................................................................................................................8

Voorwiel en achterwiel statisch balanceren .................................................................9

Voorwiel statisch balanceren .....................................................................................................9

Achterwiel statisch balanceren .................................................................................................9

Voor- of achtervelg op slingering controleren ...........................................................10

Voorvelg op slingering controleren .......................................................................................10

Achtervelg op slingering controleren ...................................................................................11

36 Wielen en banden

36.3

36


Velgmaat voorachter

3,50“x17“ MT H 25,00“x17“ MT H 2

Hoogteslingeringvoorachter

mmmm

0,50,3

Zijwaartse slingeringvoorachter

mmmm

0,50,3

Bandenmaat voorachter

mmmm

120/70 R17 58 V Tubeless160/70 R17 79 V Tubeless

Bandenspanning bij koude banden

Solo/duopassagier voorachter

Met duopassagier + bepakkingvoorachter

barbar

barbar

2,52,9

2,53,2

Wiellagersmering Merkrollagervet,werktemperatuur -30…+140 °C,druppelpunt 150…230 °C,sterk corrosiewerend,goede water- en oxidatiebestendigheid,b.v. Shell Retinax EP2

36.5

Voorwiel uit-/inbouwen

– Verwijder het voorspatbord.a ......................................................Zie groep 46

e Attentie:Maak geen krassen op de velg, plak zo nodig de remklauwen af. Kantel de remklauwen niet.

L Opmerking:Trek bij uitgebouwde remklauwen/uitgebouwd voor-wiel de remgreep niet aan!

• Ondersteun de motorfiets zo onder het motor-blok dat het voorwiel vrij kan ronddraaien en de motorfiets niet kan omvallen.

• Verwijder de remklauw links en rechts.• Draai de zeskante bout (6) los.• Draai de klembouten (2, 5) op de voorvork een

slag los.• Trek de steekas (1) los, let hierbij op de

lagerafdekring (3) en de afstandsbus (4).• Verwijder het voorwiel.

• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde pla-ats. Let daarbij speciaal op de volgende hande-lingen.

• Smeer de steekas (1) en de lagerafdekring (3) dun in met Shell Retinax EP2.

L Opmerking:Zet eerst de steekas (1) vast. Veer de voorvork en-kele malen in en draai daarna de klembouten (2, 5) vast.

– Controleer/corrigeer de afstand tussen de ABS-sensor en de impulstandkrans.

a ......................................................Zie groep 34


X Aanhaalmomenten:Steekas........................................................ 30 NmKlembouten steekas .................................... 21 NmRemklauw aan buitenpoot............................ 40 Nm

KL360010

1

2 36

5

4

36.6

Wiellagers uit-/inbouwen

• Leg de voorvelg op twee houtblokken; de rem-schijf moet vrij zijn.

Wiellager links/rechts uitbouwen

L Opmerking:Het rechter wiellager heeft geen borgveer.

• Wip de keerring (1) los.• Verwijder de borgveer (2) met een borg-

verentang.

• Leg de steunring, BMW-nr. 36 6 640, op de wie-lnaaf.


• Verwarm de lagerzitting tot 100 °C.• Trek de wiellagers (3) uit het voorwiel met de

trekkerbrug, BMW-nr. 00 8 570, en de binnentrekker 21/3, BMW-nr. 00 8 574.

• Verwijder de afstandhouder (4).

KR360020

3

4

2

1

KR360060

00 8 570

00 8 574

36 6 640 w h100

36.7

Wiellager links/rechts inbouwen

e Attentie:Begin bij het inbouwen altijd met de linkerzijde.

Wiellager links inbouwen

• Koel de wiellagers af, b.v. in de koelkast/ijsvak.• Verwarm de lagerzitting tot 100 °C.• Tik de wiellagers m.b.v. de handgreep voor het

slagstempel, BMW-nr. 00 5 500, en het slag-stempel, BMW-nr. 36 5 512, tot aan de aanslag in de lagerzitting.

L Opmerking:De bolle zijde van de borgveer is naar het wiellager gericht.

• Monteer de borgveer m.b.v. de borgverentang.• Smeer de keerring dun in met Shell Retinax EP2

en tik de keerring m.b.v. de handgreep voor het stempel, BMW-nr. 00 5 500, en het stempel, BMW-nr. 36 5 512, zo ver in de wielnaaf dat hij hiermee gelijkligt.

Wiellager rechts inbouwen• Monteer de afstandsbus.

e Attentie:Let er bij het monteren van het rechter wiellager op dat het linker wiellager niet loskomt van de aanslag in de lagerzitting!

• Koel het wiellager af.• Verwarm de lagerzitting tot 100 °C.• Pers het wiellager met de handgreep,

BMW-nr. 00 5 500, en het slagstempel, BMW-nr. 36 5 512, tegen de binnenring op de afstandsbus.

KR360070

00 5 500

36 5 512w

h100

36.8

Achterwiel uit-/inbouwen

Achterwiel uitbouwen– Schakel de 1e versnelling in.• Bouw de kentekenplaathouder uit.

• Draai de wielbouten (pijl) los.• Neem het achterwiel met de vulring naar achte-

ren onder de motorfiets vandaan.

Achterwiel inbouwen

– De draagvlakken van de vulring, de cardan en de naaf moeten vetvrij en schoon zijn.

e Attentie:Monteer alleen wielbouten met de lengtecode 55 (pijl).

• Plaats het achterwiel met de vulring op het car-dan en draai alle wielbouten handvast.

• Draai de buitenste wielbouten kruiselings met 50 Nm vast.

• Draai de wielbout in het midden vast.• Draai de buitenste wielbouten kruiselings vast.• Controleer/corrigeer de afstand tussen de

ABS-sensor en de impulstandkrans.a ......................................................Zie groep 34

Afstand ABS-sensor - impulstandkrans achter.............................................0,45…0,55 mm

X Aanhaalmoment:Wielbouteneerste fase ................................................... 50 Nmlaatste fase................................................. 105 Nm

KL360020

KL460040

36.9

Voorwiel en achterwiel statisch balanceren

Voorwiel statisch balanceren

– Plaats het balanceerapparaat, BMW-nr. 36 3 600, m.b.v. de kartelbouten (2) en de waterpas (1) waterpas.

• Steek de balanceeras, BMW-nr. 36 3 621, door het voorwiel.

• Zet met de kartelmoer, BMW-nr. 36 3 622, de balanceeras handvast.

• Plaats het voorwiel op het balanceerapparaat, BMW-nr. 36 3 600.

• Laat het voorwiel uitdraaien.• Reinig de plekken waar balanceergewichten

worden aangebracht.

e Attentie:Maximaal balanceergewicht is 60 g!

• Breng de plakbalanceergewichten (pijl) tegeno-ver het zwaarste punt gelijkmatig verdeeld op de beide velgzijden links/rechts aan.

• Herhaal de balanceerprocedure ter controle.

Achterwiel statisch balanceren

L Opmerking:Het achterwiel kan ook dynamisch worden gebalan-ceerd.

– Plaats het balanceerapparaat, BMW-nr. 36 3 600, m.b.v. de kartelbouten (2) en de waterpas (1) waterpas.

• Monteer de balanceerflens, BMW-nr. 36 3 618, op de centreerkraag van het achterwiel.

• Steek de balanceeras, BMW-nr. 36 3 607, door het achterwiel.


• Plaats het achterwiel op het balanceerapparaat, BMW-nr. 36 3 600.

• Laat het achterwiel uitdraaien.• Reinig de plekken waar balanceergewichten

worden aangebracht.

e Attentie:Maximaal balanceergewicht is 60 g!

• Breng de plakbalanceergewichten (pijlen) tege-nover het zwaarste punt gelijkmatig verdeeld op de beide velgzijden links/rechts aan.

• Herhaal de balanceerprocedure ter controle.

S360050

36 3 618

36 3 600

36 3 607

36 3 62136 3 619

36 3 622

1

2

36.10

Voor- of achtervelg op slingering controleren

Voorvelg op slingering controleren

– Verwijder de band.– Plaats het balanceerapparaat,

BMW-nr. 36 3 600, m.b.v. de kartelbouten (2) en de waterpas (1) waterpas.

• Steek de balanceeras, BMW-nr. 36 3 621, door de naaf van de voorvelg.


• Plaats de voorvelg op het balanceerapparaat, BMW-nr. 36 3 600.

• Blokkeer de balanceeras met de pen (pijl) zodat hij niet kan meedraaien.

• Monteer de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, in de meetklokhouder van het balanceerapparaat en stel hem in op de respectievelijke meetprocedure.

L Opmerking:Plaats de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, alleen op het bewerkte binnenvlak van de velg.

• Meet de hoogteslingering en de zijwaartse slin-gering.

Maximale velgslingering:Hoogeteslingering .......................................0,5 mmZijwaartse slingering....................................0,5 mm

KR360080

36 3 600

00 2 510

1

2

36 3 621 36 3 622

36.11

Achtervelg op slingering controleren

– Verwijder de band.– Plaats het balanceerapparaat,

BMW-nr. 36 3 600, m.b.v. de kartelbouten (2) en de waterpas (1) waterpas.

• Monteer de balanceerflens, BMW-nr. 36 3 618, op de centreerkraag van het achterwiel.

• Steek de balanceeras, BMW-nr. 36 3 607, door de naaf van de achtervelg.


• Plaats de achtervelg op het balanceerapparaat, BMW-nr. 36 3 600.

• Blokkeer de balanceeras met de pen (pijl) zodat hij niet kan meedraaien.

• Monteer de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, in de meetklokhouder van het balanceerapparaat en stel hem in op de respectievelijke meetprocedu-re.

L Opmerking:Plaats de meetklok, BMW-nr. 00 2 510, alleen op het bewerkte binnenvlak van de velg.

• Meet de hoogteslingering, resp. zijwaartse slin-gering.

Maximale velgslingering:Hoogeteslingering .......................................0,3 mmZijwaartse slingering....................................0,3 mm

KR360050

36 3 600

00 2 510

1

2

36 3 618

36 3 607 36 3 619

46.1

Inhoud Blz.

46


Overzicht kuipdelen K 1200 LT .............................................................................................7

Kuipzijdeel uit-/inbouwen ........................................................................................................8

Spiegel uit-/inbouwen ...................................................................................................................8

Luchtgeleider uit-/inbouwen ......................................................................................................8

Richtingaanwijzer voor uit-/inbouwen ....................................................................................8

Tankcover, onderste deel uit-/inbouwen ..............................................................................9

Beplating stootstrip uit-/inbouwen ..........................................................................................9

Stootstrip uitbouwen .....................................................................................................................9

Kuipzijdeel uit-/inbouwen ..........................................................................................................10

Tankcover uit-/inbouwen .......................................................................................................11

Klep voor het radiovak uitbouwen .........................................................................................11

Motorspoiler verwijderen/monteren ................................................................................12

Aanbouwdelen van de kuipzijdelen uit-/inbouwen .................................................13

Ventilatormantel uitbouwen ......................................................................................................13

Kniebeschermer uitbouwen .....................................................................................................13

Rooster uitbouwen .......................................................................................................................13

Embleem uitbouwen ....................................................................................................................13

Aanslagrubber deksel radiovak uitbouwen .......................................................................13

Accuafdekplaat uit-/inbouwen ...........................................................................................14

Windscherm uitbouwen ..........................................................................................................15

Windschermafdekplaat uitbouwen ........................................................................................15

Windscherm uitbouwen ..............................................................................................................15

Windschermverstelling uit-/inbouwen ..................................................................................16

Afdekkap instrumenten uit-/inbouwen ...........................................................................17

Kuipbovenstuk uit-/inbouwen .............................................................................................18

46 Frame

46.2

Inhoud Blz.

Stuurafdekplaat rechts/links uit-/inbouwen ................................................................19

Afdekplaat vorkbrug uit-/inbouwen .................................................................................19

Binnenkuipdeel uit-/inbouwen ............................................................................................20

Winddeflector rechts/links uit-/inbouwen ....................................................................20

Voorspatbord verwijderen/aanbrengen .........................................................................21

Voorspatbord, voorste deel uit-/inbouwen ........................................................................21

Voorspatbord, achterste deel uit-/inbouwen ....................................................................21

Voetsteunen, voor uit-/inbouwen ......................................................................................22

Schetsplaat voetsteun, rechtsvoor uit-/inbouwen ..................................................22

Schetsplaat voetsteun, linksvoor uit-/inbouwen ......................................................23

Schakelpedaal uitbouwen .........................................................................................................23

Schetsplaat voetsteun duopassagier, links/rechts uit-/inbouwen .................23

Voetsteunen, achter uit-/inbouwen ..................................................................................24

Voetsteunen, achter demonteren ..........................................................................................24

Zijstandaard demonteren/monteren ...............................................................................25

Middenstandaard uit-/inbouwen .......................................................................................25Zie groep 00, Middenstandaard doorsmeren ....................................................................................25

Luchtinlaatkoker uit-/inbouwen .........................................................................................25

Stootstripsteun uit-/inbouwen ............................................................................................26

Motorvalbeugel uit-/inbouwen ................................................................................................26

Radiateursteun uit-/inbouwen ............................................................................................27

Aanbouwdelen achterkant uit-/inbouwen ....................................................................27

Kentekenplaathouder verwijderen/monteren ...................................................................27

Topcase uit-/inbouwen ...............................................................................................................28Extra werkzaamheden voor het omzetten van de rugleuning .............................................................28

Topcase demonteren ..................................................................................................................29Binnenverlichting uit-/inbouwen ........................................................................................................29Spiegel en het opbergvak uitbouwen ................................................................................................29Deksel topcase uitbouwen ................................................................................................................29Onderstuk topcase uitbouwen ..........................................................................................................30

Deksel achterdrager uit-/inbouwen ......................................................................................30

Koffereinddeel in-/uitbouwen ..................................................................................................31

46.3

Inhoud Blz.

Koffer uit-/inbouwen ....................................................................................................................32

Kofferdeksel uit-/inbouwen .......................................................................................................33

Stootstrip, achter uit-/inbouwen ............................................................................................33

Achterdrager uit-/inbouwen .....................................................................................................34

Achterspatbord uitbouwen .......................................................................................................34

Kuipsteun, voor uit-/inbouwen ...........................................................................................35

Spiegelplaten uitbouwen ...........................................................................................................36Spiegelplaat, boven uitbouwen .........................................................................................................36Onderste spiegelplaat uitbouwen ......................................................................................................36

Montageplaat voor vorkbrug uit-/inbouwen ......................................................................36

Controle rijwielgedeelte .........................................................................................................37

Sporingsverschil meten ..............................................................................................................37Voorbeeld .........................................................................................................................................38

Vervorming van de triangel controleren ..............................................................................38Zie groep 31 ......................................................................................................................................38

Frame uit-/inbouwen ................................................................................................................39

Achterframe uit-/inbouwen .......................................................................................................40

Dwarspijp uit-/inbouwen ............................................................................................................42Voorbereidende werkzaamheden ......................................................................................................42Extra voorbereidende werkzaamheden voor het uitbouwen van de motor, versnellingsbak of hoofdf-rame ..................................................................................................................................................42Dwarspijp uit-/inbouwen ....................................................................................................................42

Motorsteun links/rechts uit-/inbouwen ...............................................................................43

Hoofdframe uitbouwen ...............................................................................................................44

Hoofdframe inbouwen .................................................................................................................45

46.5

46


Plaatsing van het typeplaatje/framenummer onder het berijderszadelplaat aan de rechterzijde van het achterframe

Rijwielafmetingen

Totale lengte mm 2508

Grootste hoogte ECE/US (windscherm in de laagste stand) mm 1395/1475

Grootste hoogte (antenne) mm 1915

Grootste breedte, gemeten via de spiegels mm 1080

Zithoogte bij ledig gewicht mm 770/800

Inhoud topcase l 50

Inhoud koffer l 34

Gewicht

Ledig gewicht rijklaar volgetankt (zonder opties) kg 378,5

Toel. totaalgewicht kg 600

Max. belading kg 221,5

Toelaatbare wielbelasting voor/achter kg 204/402

Max. belasting per koffer rechts/links (zonder cd-wisselaar) kg 10

Max. belasting in topcase kg 10

Gegevens rijwielgedeelte

Wielbasis in normale toestand mm 1632

Wielbasis bij ledig gewicht (378 kg) mm 1630

Max. sporingsverschil (achterwiel naar rechts)

Voorgeschreven spoorverschilMax. toelaatbare afwijking sporingsverschil

mmmm

4,5-5…14

Naloop in normale toestand mm 109

Balhoofdhoek in normale toestand ° 63,2

Stuuruitslag ° 32

Max. hellingshoek in bocht met berijder 85 kg ° 38,5

Statische asbelastingsverdeling zonder berijder (v/a) bij ledig gewicht % 47/53

Grondspeling in normale toestand mm 104,5

Componenten

Hoofdframe aluminiumgiet-/lasconstructie

Achterframe constructie uit stalen buis

46.7

Overzicht kuipdelen K 1200 LT

KL4

69

00

0

46.8

Kuipzijdeel uit-/inbouwen

Spiegel uit-/inbouwen

L Opmerking:De luchtspleet bij de spiegel kan door ringen (4, 5) bij de voorste bouten worden gecompenseerd.

• Houd het spiegelhuis met een hand vast en maak de spiegel los door er met de andere hand voorzichtig tegen te slaan/drukken.

• Houd het spiegelhuis met een hand vast en mon-teer het door er met de andere hand voorzichtig op te slaan/drukken.

• Controleer de parallelliteit van de luchtspleet bij de spiegel.

• Corrigeer zo nodig de luchtspleet m.b.v. de ringen (4, 5).

Luchtgeleider uit-/inbouwen

• Draai de 3 bouten (2) los.• Bouw de luchtgeleider (1) uit.

Richtingaanwijzer voor uit-/inbouwen

• Draai de schroeven (3), voor los.• Haak het richtingaanwijzerhuis aan de voorzijde

los.• Draai de gloeilamp los.• Verwijder het richtingaanwijzerhuis.

KL460010

2

3

1

KL460180

4 5 6

46.9

Tankcover, onderste deel uit-/inbouwen– Open de buddyzit voor de berijder.– Zet de klep voor het radiobedieningspaneel

open.• Draai de 2 bouten (1) los.• Haak het tankcoveronderstuk (2) naar beneden

toe los en verwijder dit.

Beplating stootstrip uit-/inbouwen

• Draai de 2 bouten (6) los.• Beplating voor stootstrip (3) losmaken van de

stootstrip (5).• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Stootstrip uitbouwen

• Draai de 3 bouten (4) los.• Stootstrip (5) uitbouwen.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Alle drie de haken (pijl) van de beplating voor de stootstrip (5) moeten worden vastgehaakt in het kuipzijdeel.

KL4600104

5

1

2

3

KL4602006

3

5

46.10

Kuipzijdeel uit-/inbouwen

• Draai de 10 bouten (2) los.

• Trek de pen (3) uit de rubbertule (4) op de accu-afdekplaat.

• Haak het kuipzijdeel naar boven toe uit het radio-bedieningspaneel.

• Verwijder het kuipzijdeel.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:Draai de kuipschroeven eerst handvast en draai deze daarna pas vast.

• Monteer de bouten (1).

L Opmerking:Let bij de montage op de stand van de voorste hoek (pijl) op het kuipzijdeel t.o.v. de motorspoiler.

• [rechts] Monteer de negen schroeven rechtsom.• [links] Monteer de negen schroeven linksom.

X Aanhaalmomenten:Kuipschroeven ............................................... 2 Nm

KL460010

2

1

KL460390

3 4

46.11

Tankcover uit-/inbouwen

– Beplatingszijpanelen verwijderen.• Draai de 6 bouten (1) los.

• Haak de bedrading uit de steun (5).• Trek de stekker (3) op de bevestigingsplaat on-

der het binnenste kuipdeel los.• Trek de stekkers (4) op de tankcover los.• Bouw het radiobedieningspaneel uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.• Let op de juiste montage van de

tankzijpanelen (2) en op de bewegingsvrijheid van de tankdopklep.

Klep voor het radiovak uitbouwen

• Draai de 2 bouten (9) los.• Bouw de klep (7) voor het radiovak uit.• Bouw de pen (8) uit.• Bouw de veer (6) uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.• Monteer bij een klep voor het radiovak met ver-

sterkingsplaat altijd een verzwaarde veer.

KL460190

21

KL610380

543

KL460400

8

96

7

46.12

Motorspoiler verwijderen/monteren

• Schakelarm achteruitrijhulp (3) uitbouwen.• [links] Trek de stekker (1) voor de

boordcontactdoos (2) los.• Draai de drie bouten (4) op het motorspoilerzij-

deel los.

L Opmerking:Het middenstuk van de motorspoiler kan samen met een zijdeel van de motorspoiler worden uitgebouwd.

• Draai daarvoor de vijf bevestigingsbouten op de middelste motorspoiler (7) los.

• Draai de drie bouten (5) op de stootstrip los.• Motorspoiler (6, 7, 8) uitbouwen.


X Aanhaalmomenten:Kuipschroeven ............................................... 2 NmSchakelknop achteruitrijhulp(schroefdraad reinigen en Loctite 243) ........... 6 Nm

KL460110

4

5

2

1

3

67

8

46.13

Aanbouwdelen van de kuipzijdelen uit-/inbouwen

Ventilatormantel uitbouwen

• Draai de 4 bouten (1) los.• Ventilatormantel (2) uitbouwen.

Kniebeschermer uitbouwen

• Draai de 7 bouten (4) los.• Verwijder de kniebeschermer (5).

Rooster uitbouwen

• Draai de drie bouten los.• Bouw het rooster (3) uit.

Embleem uitbouwen

• Draai de drie bouten los.• Haak het embleem (7) los (pijl) en verwijder het.

Aanslagrubber deksel radiovak uitbouwen

• Bouw het rubber (6) uit.


KL4600804

1

3

2

7

65

46.14

Accuafdekplaat uit-/inbouwen

– Kuipzijdeel uitbouwen.

L Opmerking:Onderste bevestigingsbout van de schetsplaat voor de voetsteun van de duopassagier dient tevens voor de bevestiging van de accuhouder. Draai de bout voor het uitbouwen van de accuafdekplaat slechts één slag los, niet geheel losdraaien.

– Maak de schetsplaat voor de voetsteun van de duopassagier los.

• Maak de koffer open.• Open de buddyzit voor de berijder.• Draai de schroef (pijl) bij de afdekplaat los.• [links] Achterste buddyzitdeel uitbouwen.• [links] Draai de bouten (1, 3) van de

handgreep (4) los.• [links] Bouw de handgreep uit.• Draai de vier bouten (2, 6) voor de

accuafdekplaat (4) los.• Bouw de accuafdekplaat (5) uit.


X Aanhaalmomenten:Handgreep op achterframe M6 ...................... 9 NmKuipdelen....................................................... 2 NmAchterste buddyzit aan achterframe............... 9 Nm

KL4602104

2

6

5

3

1

46.15

Windscherm uitbouwen

Windschermafdekplaat uitbouwen

• Schuif het windscherm iets naar boven.• Clip de windschermafdekplaat (2) uit de

houder (3) aan de binnenzijde (pijl).

Windscherm uitbouwen

• Draai de vier bevestigingsschroeven (1) (zelf-borgend) los.

• Bouw het windscherm en de montageplaat (4) uit.


L Opmerking:Om de houdfunctie van de windschermafdekplaat (2) te waarborgen, kan het nodig zijn de binnenste houder (3) te verbuigen.

X Aanhaalmomenten:Windscherm aan windschermverstelling(schroefdraad reinigen en nieuwe bouten of Loctite 243 gebruiken)................................ 2 Nm

KL460140

1

3

2

4

46.16

Windschermverstelling uit-/inbouwen

– Bovenstuk kuip uitbouwen.

e Attentie:Haak de elektrische aandrijving voor de verstelling van het windscherm niet los van de steun.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Trek de stekker (3) los.• Maak de stekker (3) en het relais (4) los van de

kuipsteun.• Draai de twee bouten (1) van het binnenste kuip-

deel bij de verstelling voor het windscherm los.• Maak de vijf bouten (2, 5) voor de windscherm-

verstelling op de kuipsteun los.• Windschermverstelling uitbouwen.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Bouten aan de zijkant (2) voor dewindschermverstelling aan kuipsteun ............. 9 NmMiddelste bevestigingsbouten (5) windschermverstelling aan kuipsteun ............. 3 Nm

KL460360

2

4

5

3

1

46.17

Afdekkap instrumenten uit-/inbouwen

• Clip de verlichting, vanaf de linkerzijde (pijl) uit het binnenste kuipdeel.

• Draai de schroef (5) achter de verlichting los.• Maak de twee lange bevestigingsschroeven (1)

bij de windschermverstelling los.• Draai de twee lange bevestigingsschroeven (3),

en de twee korte bevestigingsschroeven (6) on-derop de afdekkap los.

• Verwijder de afdekkap voor de instrumenten (2) met de winddeflector (4).

• Maak zo nodig de winddeflector los.


KL460230

5

1 3

2

4

6

46.18

Kuipbovenstuk uit-/inbouwen

– Kuipzijdeel, links/rechts uitbouwen.– Verwijder het windscherm.– Bouw de afdekkap voor de instrumenten uit.• Koplampverstelmechanisme (1) losmaken.• Trek de temperatuursensor (5) en de gloeilamp

voor het stadslicht (6) los.• Trek de koplampstekker (7) los.• Draai de 4 bouten (3) los.• Vijf bevestigingsbouten (2, 4) op de kuipsteun

losdraaien.• Kuipbovendeel uitbouwen


L Opmerking:Let op de montage van het koplampverstelmecha-nisme door de kuipsteun (pijl).

L Opmerking:Draai als het kuipbovendeel onder spanning staat de schroeven van de spiegelplaat aan de bovenzijde (8) los, en monteer deze weer nadat de spanning is opgeheven.

X Aanhaalmomenten:Kuipschroeven ............................................... 2 Nm

2

KL460130

5673

4

8

1

46.19

Stuurafdekplaat rechts/links uit-/inbouwen

• Draai de bouten (8) los.• Stuurafdekplaat boven (3) uitbouwen.• Draai de bouten (6) los.• Stuurafdekplaat onder (7) uitbouwen.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Afdekplaat vorkbrug uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen uitbouwen.– Tankcover uitbouwen• Bouw de bovenste stuurafdekplaat uit.• Draai de bouten (1) los.• Draai de bout (4) van de afdichting (5) los.• Bouw de afdekplaat voor de vorkbrug (2) en de

afdichting (5) uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Haak de afdichting (5) met de uitsparing (pijl) over de borgnokken (9).

• Plaats de vorkbrugafdekplaat in de afdichting.• Controleer de vrije ruimte van de vorkbrugafdek-

plaat t.o.v. de afdichting door het stuur van aan-slag tot aanslag te draaien.

X Aanhaalmomenten:Vorkbrugafdekplaat ........................................ 2 Nm

KL460220

2

7

5

4

3

6

1

8

KL460410

9

5

46.20

Binnenkuipdeel uit-/inbouwen

– Bouw de tankcover uit.– Verwijder het windscherm.– Afdekkap (1) uitbouwen.– Stuurbekleding uitbouwen.– Vorkbrugafdekplaat uitbouwen.• Wip de verlichting (2) vanaf de linkerzijde los.• Trek de stekker (4) voor de verlichting los.• Maak het koplampverstelmechanisme (5) los.• Draai de bouten (3, 6) los.

L Opmerking:Bescherm het binnenste kuipdeel tegen krassen.

• Plak de lippen (pijlen) op het stuur en het binnen-ste kuipdeel af.

• Verwijder het binnenste kuipdeel voorzichtig.• Trek de stekker voor de boordcomputer los.• Bouw zo nodig de boordcomputer uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Sluit de stekker (4) voor de verlichting in de on-derste positie aan.

Winddeflector rechts/links uit-/inbouwen

– Afdekkap instrumenten (1) uitbouwen.• Draai de twee bevestigingsschroeven voor de af-

dekkap van de instrumenten los.• Verwijder de winddeflector (7).

KL460240

6

13

2

57

4

KL460420

46.21

Voorspatbord verwijderen/aanbrengen

Voorspatbord, voorste deel uit-/inbouwen

• Draai de bouten (3) los.• Draai de bouten (1) los.• Voorspatbord, voorste deel uitbouwen.• Bouw de bussen (4) uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Monteer de bouten (3).• Draai de bouten (1) vast.• Lijn het voorspatbord uit en draai de bout (3)

vast.

X Aanhaalmomenten:Voorspatbord aan vorkbrug (1) M6................. 4 NmSpatbord voor/achter aan buitenpoot (3) M6.. 6 Nm

Voorspatbord, achterste deel uit-/inbouwen

• Draai de bout (2) los.• Bouw het achterste deel van het voorspatbord

uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Achterste deel voorspatbord aan vorkbrug (2) M6(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ............. 3 Nm

KL460100

1

3

2

4

46.22

Voetsteunen, voor uit-/inbouwen

• Bouw de borgveer (6) en de pen (5) uit.• Bouw de voetsteun (8) uit.• Smeer de pen (5) in met Optimoly MP3, span de

haarspeldveer voor en bouw de voetsteun in.

Schetsplaat voetsteun, rechtsvoor uit-/inbouwen

e Attentie:Rek de remleidingen en de kabels niet uit.Bekras de motorspoiler niet.

• Draai de bouten (7, 9) los.• Trek de schetsplaat voor de voetsteun voorzich-

tig uit de verankering en draai deze om.• Draai de bouten (2) los, maak de hoofdremcilin-

der los van de schetsplaat voor de voetsteun.• Schroef de remlichtschakelaar (1) op de schets-

plaat voor de voetsteun los.• Verwijder de schetsplaat voor de voetsteun.• Draai zo nodig de bouten (3, 4) los en bouw het

rempedaal met de zuigerstang (10) uit.


• Remlichtschakelaar, achterrem controleren/af-stellen

a ......................................................Zie groep 61• Speling van de zuigerstang controleren/instellen.a ......................................................Zie groep 34

X Aanhaalmomenten:Remlichtschakelaar aan schetsplaat .............. 5 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Hoofdremcilinder aan schetsplaatvoetsteun... 9 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Rempedaal aan schetsplaat voetsteun(schroefdraad reinigen+Loctite 243) ............. 41 NmBorgbout haarspeldveer................................. 5 NmSchetsplaat aan frame ................................. 21 Nm

KL460060

2

1

4

6

9

8

57

3

10

46.23

Schetsplaat voetsteun, linksvoor uit-/inbouwen

• Draai de 3 bouten (4) los.• Haak het kogelgewricht (5) bij het schakelpedaal

los.• Bouw de schetsplaat voor de voetsteun (1) met

het schakelpedaal uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Schetsplaat voetsteun, voor aan frame ........ 21 Nm

Schakelpedaal uitbouwen

– Bouw de schetsplaat voor de voetsteun uit.

e Attentie:De bout (6) is geborgd met een borgvloeistof. Let erop dat de kunststofbus (pijl) in het schakelpedaal bij het verwarmen van het borgmiddel niet wordt oververhit.

• Verwarm de bout (6) voorzichtig.• Draai de bout (6) los, bouw het schakelpedaal

uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgorde.

X Aanhaalmoment:Schakelpedaal aan schetsplaat voor voetsteun .......................... 41 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Schetsplaat voetsteun duopassagier, links/rechts uit-/inbouwen

• Draai de 3 bouten (2) los.• Schetsplaat duovoetsteun uit-/inbouwen.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:De voorste bevestigingsbout (3) (lange bout met centerpunt) van de linker schetsplaat voor de voet-steun is gelijktijdig een bevestigingspunt voor de ac-cudrager.

X Aanhaalmoment:Schetsplaat aan frame ................................. 21 Nm

KL460070

4

5

2

3

6

1

46.24

Voetsteunen, achter uit-/inbouwen

• Maak de borgveer (3) los.

L Opmerking:Let bij het uitbouwen van de pen op de veer en de kogel op de aanslagplaat (1).

• Bouw de pen (2) met de afstandsplaat (1) en de kogel en de veer uit.


• Smeer de pen (2) in met Optimoly MP3.

Voetsteunen, achter demonteren

• Draai de drie bevestigingsbouten van het voetsteunrubber (4) los.

• Bouw het voetsteunrubber en de borgplaat uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Rubber aan voetsteun .................................... 4 Nm

KL460270

3

4

1

2

46.25

Zijstandaard demonteren/monteren

• Haak de trekveren los en verwijder de strip met de veren.

• Bouw de schakelaar voor de zijstandaard (pijl) uit.

a .....................................................Zie groep 61,Schakelaar zijstandaard vervangen

• Maak de zijstandaard los en bouw deze uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

e Attentie:Monteer de bout en moer met Loctite 243.

Smeermiddel:voor lagerbus .............................Shell Retinax EP 2

X Aanhaalmoment:Zijstandaard aan console(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 41 NmSchakelaar aan zijstandaard(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ............. 7 Nm

Middenstandaard uit-/inbouwen

Zie groep 00, Middenstandaard doorsmeren

Luchtinlaatkoker uit-/inbouwen


• Verwijder de benzinetank.a .....................................................Zie groep 16.

• Maak de luchtinlaatkoker bij de kuipsteun (2) en bij de radiateursteun (1) rechts los.

• Draai de bout (3) op de inlaatdemper los.• Bouw de luchtinlaat uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Luchtinlaatkoker aan kuipsteun.................... 10 NmLuchtinlaatkoker aan radiateursteun............. 10 Nm

KR460260

KL4603501

2

KR130240

3

46.26

Stootstripsteun uit-/inbouwen

– Zijkuipdeel en motorspoiler links, resp. rechts uitbouwen.

• Maak de kabelbandjes op de stootstripsteun (1) los.

• [rechts] Trek de stekker (6) achter op de stootstripsteun los.

• [rechts] Bouw de borgclip (7) met de ring uit.• Draai de bouten (2, 5) los, bouw de stootstrip-

steun uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Stootstripsteun M8....................................... 21 Nm

Motorvalbeugel uit-/inbouwen

• Draai de bouten (10) los, verwijder de beplating voor de stootstrip (9).

• Draai de bouten (8, 11) los, bouw de stootstrip (12) uit.

• Draai de bouten (4) los, bouw de valbeugel (3) uit.

X Aanhaalmoment:Valbeugel aan stootstripsteun ........................ 9 Nm

KL4600305

4

2

3

1

KL170060

6

7

KL460200

10

9

8

1112

46.27

Radiateursteun uit-/inbouwen

– Kuipzijdeel links/rechts en tankcover uitbouwen.


– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Radiateur links, resp. rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 17

• Draai de bouten (pijlen) los, bouw de radiateur-steun uit.


X Aanhaalmomenten:Radiateursteun aan kuipsteun M8 ................ 21 NmRadiateursteun aan frame/motorsteun M6............................................. 10 Nm

Aanbouwdelen achterkant uit-/inbouwen

Kentekenplaathouder verwijderen/monteren

• Bouw zo nodig de kentekenplaat uit.• Draai de twee bouten (1) op de kentekenplaat-

houder los.• Kantel de kentekenplaathouder en haak deze

los.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


KL460031

KL403206

1

46.28

Topcase uit-/inbouwen

– Buddyzit, achter uitbouwen.• Trek de stekkers (7) los, trek de bedrading uit de

steun (9).• Topcase openen.

d Waarschuwing:Voorzichtig, borg het deksel zodat deze niet kan te-rugklappen, kans op klemmen!

• Ondersteun het deksel (1).• Gekartelde bout (6) losdraaien.• Haak de riem in het onderste deel van de topca-

se los.• Wip de bekleding (5) bij het slot m.b.v. een

schroevendraaier in de richting van de pijl los.• Maak het klittenband (4) op de achterwand los.• Bouw de bekleding uit.• Draai de bouten (2) los, bouw de topcase uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


L Opmerking:De rugleuning kan door het omzetten van de topca-se in twee standen naar voren/achteren worden in-gesteld.De instelling wordt verzorgd door het verwisselen van de bevestigingsbouten voor het deksel van de achterdrager (8) en de topcase.Voor de bevestiging van de topcase worden altijd de langere bevestigingsbouten (2) gebruikt.

Extra werkzaamheden voor het omzetten van de rugleuning• Draai de vier bouten (3) voor het deksel van de

achterdrager (8) los.• Verplaats de vier bouten (3) voor het deksel van

de achterdrager naar voren.• Monteer de topcase in een nieuwe stand met de

langere bevestigingsbouten (2).

X Aanhaalmoment:Topcase op achterframe ................................ 9 NmAchterdrager aan frame ................................. 9 NmDuozadel aan frame ....................................... 9 Nm

KL460250

94

2

5

3

1

6

7

8

46.29

Topcase demonteren

Binnenverlichting uit-/inbouwen• Wip de lamp vanaf de linkerzijde (pijl) los.• Trek de stekker los.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Spiegel en het opbergvak uitbouwen• Draai de vijf schroeven (4) los, verwijder het

opbergvak (5) samen met de spiegel (3).• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Deksel topcase uitbouwen– Topcase uitbouwen.– Bouw de rugleuning uit.– Bouw de armleuning (1) links/rechts uit.a .....................................................Zie groep 65,

Luidsprekers, achter uitbouwen• Bouw de binnenverlichting uit.• Trek de stroomdraad voor de binnenverlichting

uit het deksel van de topcase.• Boor de klinknagelkoppen (6) uit.• Verwijder het deksel van de topcase.• Verwijder de resten van de klinknagels en de

boorspanen.

KL46016045

3

1

6

2

46.30

L Opmerking:

Monteer de geperforeerde plaat (1) als tegenhouder voor de popnagelkoppen.Bouw de borgklem (2) voor de kabel zoals afgebeeld samen met de geperforeerde plaat (1) in.

• Bevestig het deksel van de topcase m.b.v. de popnagels A4,0x12 aan het scharnier.


X Aanhaalmoment:Armleuning aan topcase................................. 1 Nm

Onderstuk topcase uitbouwen

– Topcase uitbouwen.– Afstandsbediening radio, achter (6) uitbouwen.a ......................................................Zie groep 65– Bouw de contactdoos van de topcase samen

met de houder (5) uit, trek de kabel uit de topca-se.

a ......................................................Zie groep 61• Boor de kop van de popnagel in het onderste

deel van de topcase uit.• Verwijder het onderste deel van de topcase.• Verwijder de popnagelresten en de boorspanen.• Bevestig het onderste deel van de topcase

m.b.v. de popnagels (4), A4,0X12, aan de scharnieren (3).


Deksel achterdrager uit-/inbouwen

– Topcase uitbouwen.

• Draai de bouten (7, 8) los.• Deksel achterdrager uitbouwen.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Deksel achterdrager aan achterframe, boven ........................................ 9 Nmdeksel achterdrager aan koffer....................... 1 Nm

KL460370

21

KL4601626 5

4

3

KL460122

7

8

46.31

Koffereinddeel in-/uitbouwen

– Topcase uitbouwen.– Deksel achterdrager (8) uitbouwen.– Kentekenplaathouder (7) uitbouwen.• Draai de bouten (6) los, verwijder het

achterlicht (4).• Trek de stekker (1) los.• Trek de kabel met de rubbertule (9) uit het koffer-

einddeel.• Draai de bouten (2, 5) los, verwijder het koffer-

einddeel.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Koffereinddeel aan achterframe (2) ................. 5 NmKoffereinddeel aan koffer (5)........................... 2 NmDeksel achterframe aan achterframe, boven ........................................ 9 NmDeksel achterframe aan koffer........................ 1 NmTopcase op achterframe ................................ 9 NmDuozadel aan frame ....................................... 9 NmAchterlichtunit aan koffereinddeel .................. 5 Nm

KL460120

5

1 2 3

9

4

6

7

8

46.32

Koffer uit-/inbouwen

– Bouw de kentekenplaathouder uit.– Topcase uitbouwen.– Deksel achterdrager uitbouwen.– Koffereinddeel uitbouwen.• [links] Knop voor buddyzitontgrendeling demon-

teren.• [rechts] Zo nodig cd-speler uitbouwen.

• Schetsplaat voetsteunen duopassagier links, resp. rechts losmaken.

• Schroeven accuafdekplaat (1) links, resp. rechts bij de koffer losmaken, accuafdekplaat losma-ken.

• De schroeven (2) voor de koffer op het achterfra-me aan de onderzijde losdraaien.

• De schroeven (3) voor de koffer aan het achter-frame aan de bovenzijde losdraaien.

• Koffer uitbouwen.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Koffer aan achterframe M6............................. 9 NmSchroeven kuipdelen/beplatingsdelen............ 2 Nm

KL460121

1

KL180010

2

KL460380

3

46.33

Kofferdeksel uit-/inbouwen

• Boor de popnagelkoppen uit.

d Waarschuwing:De riem wordt door de kracht van de veer opgerold, kans op letsel door een naar boven schietende montageplaat (2).

• Maak de bout (1) op de riem op het kofferdeksel los.

• Verwijder het kofferdeksel.• Verwijder de popnagels.• Bevestig het kofferdeksel met popnagels,

A4,8X16, aan de scharnieren (3).• Bevestig de spanriem aan het kofferdeksel.

X Aanhaalmoment:Spanriem aan kofferdeksel (1) ........................ 2 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Stootstrip, achter uit-/inbouwen

e Attentie:Let erop dat de kunststofdelen en de lak niet over-verhit worden.

• Verwarm de stootstrip voorzichtig met een föhn.• Druk de borglippen van de stootstrip (pijl) vanaf

de binnenzijde uit het kofferdeksel.• Wip de stootstrip m.b.v. een stomp gereedschap

voorzichtig op.• Verwijder de lijmresten op de koffer, reinig de

lijmvlakken.• Plak een nieuwe stootstrip op de koffer.

KL460170

21

3

46.34

Achterdrager uit-/inbouwen

– Koffer links/rechts uitbouwen.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Trek de stekker (7) los.• Trek de ronde stekker en de bedrading uit de

steunen.• [actiefkoolstoffilter] Actiefkoolstoffilter (6) uit-

bouwen.• Draai de vier bouten (1, 2, 3) los en verwijder de

achterdrager (4).• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Achterspatbord uitbouwen

– Koffer links/rechts uitbouwen.• Draai de 3 bouten (1, 2, 5) los.• Trek het spatbord voorzichtig naar achteren en

bouw het uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Vervang de kit op de bout (5).

KL460090

2

1

5

3

4

KL4603806 7

46.35

Kuipsteun, voor uit-/inbouwen

– Bouw het kuipbovendeel uit.– Bouw het binnenste kuipdeel uit.– Instrumentenpaneel uitbouwen.– Stootstripsteun, links/rechts uitbouwen.• Bouw de luchtafvoerplaten voor de radiateurs

uit.• Maak de rechter radiateur los.• Bouw de elektrische windschermverstelling uit.• Snelheidsregelaar met montageplaat uitbouwen.• Kabelbandjes en stekkerverbindingen op de

kuipsteun losmaken.• Claxon links/rechts uitbouwen.• Bouw de luchtinlaat uit.• Bouw de onderste spiegelplaten (3) uit.– Bouw de luidspreker met de luidsprekerboxen

uit.a ......................................................Zie groep 65• Draai de bouten (1) van de kuipsteun op de mon-

tageplaat los.

• Maak de steun (pijl) voor de remleiding, boven op de kuipsteun los.

• Draai de bout (4) op het frame los.• Draai de bout (2) boven op het frame los.• Verwijder de kuipsteun.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Draai de bout (2) eerst los in het frame.

X Aanhaalmomenten:Kuipsteun aan hoofdframe M8 ..................... 21 NmBouten spiegelplaat M6 ................................. 9 NmMontageplaat snelheidsregelaar..................... 8 Nm

KL460050

1 2

34

46.36

Spiegelplaten uitbouwen

– Kuipbovendeel uitbouwen.

Spiegelplaat, boven uitbouwen• Draai de vier bevestigingsbouten (1, 3) los, bouw

de bovenste spiegelplaat (2) uit.

Onderste spiegelplaat uitbouwen• Draai de drie bouten (3, 4) los, verwijder de on-

derste spiegelplaat (5).• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Bouten spiegelplaat M6 ................................. 9 Nm

Montageplaat voor vorkbrug uit-/inbouwen– Kuipbovendeel uitbouwen.– Bouw het binnenste kuipdeel uit.


– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Bouw de stuurafdekplaat en de vorkbrugafdek-

plaat uit.

• Draai de bout (9) los.• Draai zo nodig de bout (11) los en verwijder de

steun voor de steekverbinding (10).• Draai de bout (8) los en verwijder de afdichting.• Wip de steun voor de kabel van het tankvlotter-

element bij de montageplaat, rechts los.• Draai de bouten (6, 12) los, verwijder de

montageplaat (7).

X Aanhaalmomenten:Bouten M5 ..................................................... 4 NmBouten M6 ................................................... 11 NmBouten M8 ................................................... 21 Nm

KL46005243

1

5

2

KL460051

6

7

12

89

10

11

46.37

Controle rijwielgedeelte

Sporingsverschil meten

L Opmerking:Het sporingsverschil „S” is de afstand waarmee de hartas van het voorwiel t.o.v. het achterwiel naar links of naar rechts verplaatst is.

• Plaats de motorfiets op een vlakke ondergrond op de middenstandaard.

• Meet de velgbreedte voor/achter en noteer de maten.

• Plaats de sporingscontrolemal, BMW-nr. 36 3 920, tegen de linker- of rechterzij-de van de motorfiets.

L Opmerking:Om met de sporingscontrolemal zowel vanaf de lin-ker- als vanaf de rechterzijde te kunnen meten, hoe-ven alleen maar de steunen (1) van de ene naar de andere kant te worden overgezet.

• Stel de steunen (1) zo af, dat het meetvlak zich zo dicht mogelijk bij het hart van het wiel bevindt. De mal moet vrij onder de motorfiets doorgescho-ven worden.

• Stel de meetaanslagen (pijlen) zo af dat deze al-leen de velg en niet de band raken.

• Haak de trekhaak (2) vast aan een spaak en trek de controlemal daarmee strak tegen het wiel.

• Lijn het voorwiel zo uit dat dit evenwijdig met de controlemal staat.

• Ontspan de sporingscontrolemal. Til deze daar-toe aan de voorzijde ca. 5 mm op en laat hem weer zakken.

• Meet de afstand met een dieptemaat (3) vanaf de buitenkant van de mal tot de voorvelg, voor/ach-ter en noteer de maten.

• Trek de breedte van de sporingscontrolemal van de gemeten waarde af.

L Opmerking:De gemiddelde waarde uit deze beide maten is de maat „B”.

• Bereken de gemiddelde waarde.

KL460260

36 3 920

1

2

KL460261

3

46.38

• Meet/bereken overeenkomstig de lengte van de meetaanslagen (maat „A”).

• Meet de velgbreedte, voor (Fv) en achter (Fh), no-teer de meetwaarden.

• Sporingsverschil „S” berekenen:

Formule: S = –

Toegestaan sporingsverschil:„S”................................................... – 5 … +14 mm

L Opmerking:Betekenis van het meetresultaat:Plus = sporingsverschil naar linksMin = sporingsverschil naar rechts

Voorbeeld

Vervorming van de triangel controleren

Zie groep 31

B

B

A

A

Fv

S

Fh

KR460480

AFh2-----+ B

Fv2----+

Formule: S = –

Vaste waarde „A”(lengte van de meetaanslagen)

A = 50,0 mm

halve velgbreedte achter

= 72,5 mm

Meetwaarde „B”(gemiddelde waarde)

B = 68,4 mm

halve velgbreedte vóór

= 55,8 mm

Sporingsverschil „S”

S = –

S = 50,0 mm + 72,5 mm - (68,4 mm + 55,8 mm)

S = 122,5 mm – 124,2 mm

S = – 1,7mm

Het sporingsverschil bedraagt 1,7 mm naar rechts, maar ligt nog binnen de tolerantie.

AFh2-----+ B

Fv2----+

Fh2-----

Fv2----

AFh2-----+ B

Fv2----+

46.39

Frame uit-/inbouwen

KL4

69

02

1

46.40

Achterframe uit-/inbouwen

L Opmerking:Als het hoofdframe moet worden uitgebouwd, moet het windscherm in de onderste stand worden ge-plaatst.

– Maak de accumassakabel los en isoleer deze.– Kuipzijdelen, links/rechts uitbouwen.– Accuafdekplaat links/rechts uitbouwen.– Schetsplaat voetsteunen, links-/rechtsachter

uitbouwen.– Buddyzit voor/achter uitbouwen– Aanbouwdelen achterframe uitbouwen.• Maak de stekkers van de achterste kabelboom

los.• Maak de zekeringhouder los van de steun voor

de buddyzitontgrendeling.• Maak de knop voor de instelling van het veerele-

ment van de steun los.• Remvloeistofreservoir, achter uitbouwen.• Koelvloeistofexpansiereservoir uitbouwen.• Maak de antennekabel los van het radiobedie-

ningspaneel.• Bouw de antennesteun uit.• Maak het plusaansluitpunt op de achteruitrijhulp-

montageplaat los.• Trek de ABS-stekker op de ABS-regeleenheid

los.• Draai de bouten voor de steun van de stekker

links op het achterframe los.• Draai de bouten voor de regeleenheid achteruit-

rijhulp bij de steun los.• Regeleenheid voor achteruitrijhulp uitbouwen.

a ......................................................Zie groep 00• Trek de stekker voor de kabelboom bij de steun

voor de regeleenheid van de achteruitrijhulp los.• Steun voor achteruitrijhulpregeleenheid uitbou-

wen.• Maak de kabelboom los van het achterframe.• Draai de drie bevestigingsbouten voor de be-

schermplaat van de achteruitrijhulpregeleenheid los.

• Beschermplaat voor regeleenheid achteruitrij-hulp uitbouwen.

• Zet het achterframe m.b.v. spanriemen vast aan de takel, BMW-nr. 46 5 640.

• Draai de bouten van de uitlaat op het achterfra-me los.

• Maak de bout voor de accuhouder, rechts op het achterframe los.

KL460021

46 5 640

46.41

• Draai de bouten (2) van het achterframe op het hoofdframe aan de onderzijde los.

• Verwijder de kap voor de bevestiging van het achterframe aan de bovenzijde.

• Maak de bouten (1) voor het achterframe bij het hoofdframe aan de bovenzijde los.

• Bouw het achterframe m.b.v. de takel, BMW-nr. 46 5 640, uit.


L Opmerking:Vervang het typeplaatje bij vervanging van het ach-terframe.

• Zet de bout (2) voor bevestiging aan het achter-frame aan het hoofdframe, onder vast.

• Zet de bout (1) voor bevestiging van het achter-frame aan het hoofdframe, boven vast.

• Monteer de kabelboom.• Zet het koelvloeistofexpansiereservoir vast.• Bouw de steun voor de regeleenheid van de ach-

teruitrijhulp in.• Bouw de regeleenheid voor de achteruitrijhulp in.• Trek de ABS-kabel onder de regeleenheid voor

de achteruitrijhulp door en monteer de twee Ω stekkers, bouw de ABS-stekker in.

• Koelvloeistofexpansiereservoir inbouwen.• Schuif het plusaansluitpunt in de steun voor de

regeleenheid van de achteruitrijhulp.• Schuif het massasteunpunt rechts op het achter-

frame.

• Bouw de knop voor de verstelling van het veer-element in.

• Draai de bevestigingsbouten voor het achterfra-me op het hoofdframe vast.

• Monteer de beschermplaat voor de regeleenheid van de achteruitrijhulp.

X Aanhaalmomenten:Achterframe aan hoofdframe, boven ............ 41 NmAchterframe aan hoofdframe, onder(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 41 NmSchetsplaat voetsteunen, achter op frame............................................ 21 NmKnop op achterframe ................................... 21 NmAntennesteun op frame.................................. 9 Nm

KL460020

1

2

46.42

Dwarspijp uit-/inbouwen

Voorbereidende werkzaamheden• Motorspoiler, links uitbouwen.• Schetsplaat voetsteun, berijder links/rechts los-

maken (het rem- en schakelpedaal hoeven niet te worden uitgebouwd).

• Maak de uitlaat los (de stekker voor de lambda-sonde hoeft niet te worden losgemaakt).

Extra voorbereidende werkzaamheden voor het uitbouwen van de motor, versnellingsbak of hoofdframe• Bouw de uitlaat uit.• Bouw het achterwiel uit.• Cardanolie aftappen

d Waarschuwing:Hoog losdraaimoment bij de contraring en bij de draadbussen en lagertappen links/rechts.

• Trek de stekker voor de ABS-sensor achter los en knip de kabelbandjes door.

• Bouw het cardan uit.• Achtervork uitbouwen.

Dwarspijp uit-/inbouwen

• Draai de bout (2) los, trek de schakelstang (1) van de dwarspijp.

• Til het achterwiel iets op/ontlast het, maak de reactiestang (pijl) voor het cardan op de dwars-pijp los.

• Draai de drie bevestigingsbouten (3) links/rechts los, bouw de dwarspijp uit.


X Aanhaalmomenten:Dwarspijp aan hoofdframe............................ 41 NmReactiestang aan dwarspijp ......................... 43 NmSchakelstang aan dwarspijp........................... 9 NmSchetsplaten voor voetsteunen aan frame ... 21 Nm

KL460300

21

KL460290

3

46.43

Motorsteun links/rechts uit-/inbouwen


– Verwijder de benzinetank.– Motorspoiler links/rechts uitbouwen• [rechts] Bouw de luchtinlaatkoker uit.• Stootstripsteun, links/rechts uitbouwen.

L Opmerking:Als het hoofdframe moet worden uitgebouwd, radia-teur links/rechts uitbouwen:

• Ventilatormantel links/rechts uitbouwen.• Radiateur met ventilator links/rechts naar voren

toe uit de steun drukken.• Radiateursteun links/rechts uitbouwen.

• Maak de slangklem voor de carterontluchting (pijl) los.

• Maak de inspuitringleiding los.

L Opmerking:De volgende werkzaamheden moeten bovendien worden uitgevoerd als het hoofdframe moet worden uitgebouwd:Gaskabels bij gashendel loshaken.Kabel van snelheidsregeling bij gaskleppenblok los-haken.Bedrading ter hoogte van de inspuitringleiding/gas-kleppenblok losmaken.

• Maak het gaskleppenblok samen met de lucht-aanzuiggeluiddemper los.

• Maak de krik, BMW-nr. 00 1 510, vast aan de carterpan.

L Opmerking:De schroefdraad voor de bevestiging van de motor-steun, rechts op de motor bevindt zich in het carter.Bij het in-/uitbouwen de motorsteun links bij de moer (5) tegenhouden.

• De bouten (2, 3, 4) losdraaien, de motorsteun (1) uitbouwen.


• Monteer eerst de bouten (2, 3, 4) links/rechts, draai deze handvast en draai ze daarna pas de-finitief vast.

X Aanhaalmomenten:Motorsteun links/rechts aan frame ............... 74 NmMotorsteun aan motor links/rechts............... 41 NmRadiateursteun aan frame/motorsteun M6 ... 10 NmRadiateursteun aan kuipsteun/stootstripsteun M8 ....................................... 21 Nm

KR130260

KL460150

4

321

5

46.44

Hoofdframe uitbouwen

– Achterframe uitbouwen.– Dwarspijp uitbouwen.– Motorsteun links/rechts uitbouwen.– Bouw de accu uit.• Stuurafdekplaat links/rechts en afdekplaat vork-

brug uitbouwen.• Koppelings- en remsysteem aftappen.• Windscherm, kuipbovendeel en binnenkuip uit-

bouwen.

• Montageplaat (2) voor stekkerverbindingen uit-bouwen.

• Montageplaat (1) uitbouwen.• Bouw het veerelement achter uit.• Regeleenheid voor achteruitrijhulp uitbouwen.

• Accuhouder met ABS-regeleenheid uitbouwen.• Verwijder het deksel voor het ABS-relais.• Maak de kabelboom los van het ABS-relais.• Bouw de remleidingen uit.• Bouw de koppelingsleiding uit.• Trek de ontluchtingsslang voor de koppeling

naar achteren toe.• Trek de stekkers voor de schakelaar van de ver-

snellingsindicator, de temperatuursensor op de cilinderkop en de schakelaar voor de zijstan-daard los, trek de kabel naar beneden toe weg.

• Maak de massakabel bij de bovenste dwarspijp, de massakabels (3, 4) op de dynamo en op de startmotor, en de pluskabel (5) op de dynamo los.

• Maak de pluskabel voor de startmotor bij het aansluitpunt op het achterframe los, knip de ka-belbandjes door.

• Trek de stekker van de gaskleppotentiometer los.

• Trek zo nodig de stekker voor de handvatverwar-ming los.

• Maak de rem-/koppelingsleiding bij het rem- en koppelingsarmatuur los en trek deze naar boven weg.

• Bouw het stuur samen met het rem- en koppe-lingsarmatuur uit.

• Maak de stuurdemper los van de triangel.• Maak de triangel los van de vorkbrug.• Maak de boutverbinding voor de bevestiging van

de binnenpoot aan de vorkbrug los.• Bouw de voorvork met het voorwiel uit.

• Trek de stekkers voor de hallimpulsgever (6), de oliedruk (8), de koelvloeistoftemperatuur (7) en het contactslot (9) in de elektronicabox los.

• Bevestig de kuipsteun aan de takel, BMW-nr. 46 5 640.

• Maak de kuipsteun op het frame los.• Maak de elektronicabox op het frame los.• Maak de kabelboom op het frame los.• Bouw de kuipsteun samen met de elektronica-

box en de kabelboom uit en maak deze los van de takel, BMW-nr. 46 5 640.

KL460051

2

1

KL340050

KL120040

3 4 5

KL610240

67

8

9

46.45

• Bevestig de takel, BMW-nr. 46 5 640, aan het hoofdframe.

• Bouw de vorkplaat uit.• Bouw het veerelement voor uit.• Triangel uitbouwen.• Bouw het lager voor de triangel uit.• Maak de versnellingsbakophanging op het frame

los.

e Attentie:Let op de afstand tussen het frame en de versnel-lingsbak alsmede tussen de dwarspijp, boven en de dynamo, voorkom krassen.

• Krik m.b.v. de takel, BMW-nr. 46 5 640, het fra-me aan de achterzijde zo ver op dat de versnel-lingsbakophanging niet meer onder spanning staat.

• Maak de versnellingsbakophanging los.• Til het frame m.b.v. de takel, BMW-nr. 46 5 640,

van de motor.

Hoofdframe inbouwen

L Opmerking:Zie voor de inbouwvolgorde onderstaande tabel.

X Aanhaalmomenten:Motorsteun links/rechts aan frame ............... 74 NmMotorsteun aan motor links/rechts............... 41 NmVersnellingsbak aan frame ........................... 70 Nm

Triangel aan frame (schroefdraad reinigen + Loctite 243) ......... 107 NmTriangel aan klembus ................................... 21 Nm

Vorkbrug aan frame(schroefdraad reinigen, nieuwe moeren of Loctite 2701 gebruiken) ............................. 130 NmBinnenpoot aan vorkbrug ............................. 45 Nm

Veerelement voor aan triangel/frame ............ 43 Nm

Elektronicabox aan hoofdframe...................... 9 NmKabelboom aan hoofdframe ........................... 6 NmKuipsteun aan hoofdframe M8 ..................... 21 NmTriangel aan vorkbrug (schroefdraad reinigen + Loctite 2701) ....... 130 NmStuurdemper aan triangel (schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 21 Nm

Slangklemmen gaskleppenblok................ handvastInspuitventielstrip op cilinderkop .................... 9 Nm

Radiateursteun aan frame/motorsteun M6 ... 10 NmKoppelingswerkcilinder aan versnellingsbak... 9 NmDwarspijp onder aan frame .......................... 41 NmStroomdraad aan startmotor .......................... 6 NmMassakabel aan bovenste framedwarspijp ..... 6 NmB+-kabel op dynamo.................................... 10 NmD+-kabel op dynamo...................................... 2 Nm

Accuhouder op frame M6............................... 9 Nm

Borgplaat remleiding aan accuhouder............ 4 NmRemleiding aan frame M5............................... 4 NmKoppeling remslang/-leiding......................... 18 NmRemleiding aan ABS-drukmodulator ............ 18 NmRemslang aan remklauw .............................. 18 NmRemleiding aan hoofdremcilinder ................. 18 NmHoofdremcilinder aan schetsplaatvoetsteun(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ............. 9 NmOntluchtingsnippel aan remklauw/ABS-drukmodulator............... 10 Nm

Borgplaat voor stekkers op frame, links ............................................... 9 Nm

Veerelement, achter aan frame .................... 43 NmAchtervork aan frame:Lagertappen links/rechts............................ 160 NmSchroefdraadbus rechts............................. 200 NmSchroefdraadbus links ................................. 10 NmContraring.................................................. 160 NmVeerelement, achter aan achtervork............. 50 NmKnop veerelement aan achterframe.............. 21 Nm

e Attentie:Leg een met olie gevulde cardan nooit op de zijkant voordat deze wordt ingebouwd; olielekkage onder het rijden (zuigwerking)!

Cardanhuis:Tapvastlager .............................................. 160 NmZelfinstellend lager ........................................ 7 NmContramoer................................................ 160 NmReactiestang aan cardan ............................. 43 NmReactiestang aan frame ............................... 43 NmAchterwiel .................................................. 105 Nm

Schetsplaat voetsteun, voor aan frame ........ 21 Nm

Montageplaat voor vorkbrugBouten M5 ..................................................... 4 NmBouten M6 ................................................... 11 NmBouten M8 ................................................... 21 NmCombi-instrument aan kuipsteun ................... 6 NmBinnenkuip instrumentencombinatiestuur aan vorkbrug, (montagevoorschrift afstelling stuur in acht nemen!) ..................... 21 NmSteun snelheidsregelaar aankuipsteun ....................................................... 8 NmLuchtinlaatkoker aan kuipsteun.................... 10 NmLuchtinlaatkoker op radiateursteun .............. 10 NmWindscherm aan windschermverstelmechanisme(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ............. 2 Nm

Achterframe aan hoofdframe, boven ............ 41 NmAchterframe aan hoofdframe, onder(schroefdraad reinigen + Loctite 243) ........... 41 Nm

Uitlaatbochten aan cilinderkop..................... 22 NmMontageplaat uitlaat aan console................. 41 NmBevestigingsbeugel aan montageplaat uitlaat(schroefdraad reinigen en Loctite 243) ......... 30 NmBevestigingsbeugel aan uitlaatdemper......... 21 Nm

Benzinetank aan frame M8........................... 21 NmSteun aan frame M8..................................... 21 NmSteun aan frame M6....................................... 9 Nm

46.46

Temperatuursensor aan aanzuiggeruisdemper ............................ 15 Nm

Handgreep op achterframe M6 ...................... 9 NmZadel, achter op achterframe ......................... 9 NmStootstripsteun M8....................................... 21 NmSchetsplaat voetsteun, achter aan frame ..... 21 NmAfdekkap vorkbrug aan steun......................... 2 NmKuipdelen....................................................... 2 Nm

51.1

Inhoud Blz.

51

Contact-/stuurslot uit-/inbouwen ........................................................................................3

Slotcilinder uit-/inbouwen ...........................................................................................................3Slotcilinder uitbouwen .........................................................................................................................3Slotcilinder bij afgebroken contactsleutel uitbouwen ...........................................................................3Slotcilinder inbouwen ..........................................................................................................................3

Tankdop demonteren/monteren ..........................................................................................4

Tankdopklep uit-/inbouwen ........................................................................................................4

Druksluiting tankdopklep uit-/inbouwen ...............................................................................4

Slotcilinder van tankdop uit-/inbouwen ................................................................................4

Slotcilinder tankcover uit-/inbouwen ................................................................................5

Vergrendelingssysteem berijdersbuddy uit-/inbouwen ..........................................6

Vergrendelingssysteem uitbouwen .........................................................................................6

Bowdenkabel voor ontgrendelingsmechanisme uit-/inbouwen .................................6

Slotcilinder zijkoffer uit-/inbouwen ....................................................................................7

Slotcilinder topcase uit-/inbouwen ....................................................................................7

51 Uitrusting

51.3

51

Contact-/stuurslot uit-/inbouwen

– Bouw de vorkbovenplaat uit.a ......................................................Zie groep 31

• Span de vorkbovenplaat in de bankschroef.• Boor m.b.v. een Ø 4 mm-boor de borgschroeven

ca. 5 mm diep in.• Boor m.b.v. een Ø 8 mm-boor de borgbouten uit.• Verwijder het contact-/stuurslot.• Draai de tapeinden los met een tapeindsleutel.• Draai de borgbouten m.b.v. de dopsleutel voor

het contact-/stuurslot, BMW-nr. 51 0 531, vast.

X Aanhaalmoment:Borgbout...................................................... 21 Nm

Slotcilinder uit-/inbouwen

Slotcilinder uitbouwen

L Opmerking:De slotcilinder kan ook bij ingebouwde vorkplaat worden uitgebouwd.

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Stuurbeplating links/rechts uitbouwen.– Bouw de tankcover uit.– Bouw de afdekkap voor de vorkbovenplaat uit.– Draai de contactsleutel in stand ON.

• Druk de vergrendeling via de opening (pijl) in met een geschikt stuk gereedschap, b.v. een stuk draad.

• Trek de slotcilinder met de contactsleutel uit de boring.

Slotcilinder bij afgebroken contactsleutel uitbouwen

e Attentie:Als bij een ingebouwde vorkbovenplaat wordt ge-boord, vang dan de boorspanen op.

• Boor met een 4-5 mm-boor de slotcilinder over de gehele lengte uit.

• Vergroot de boor-Ø, totdat de slotcilinder uit de boring kan worden genomen.

Slotcilinder inbouwen• Smeer de nieuwe slotcilinder in met

Shell Retinax EP2.• Breng de slotcilinder samen met de veer en de

sleutel in de ON-stand aan.• Druk de slotcilinder met de sleutel zo ver naar

beneden dat de borgpen aangrijpt.• Boring voor borgpen m.b.v. Shell Retinax EP2

dun invetten/afsluiten.

KL510130

KL510030

51.4

Tankdop demonteren/monteren

Tankdopklep uit-/inbouwen– Bouw de tankcover uit.

• Verwijder de borgveren (1) links/rechts.• Verwijder de pennen (2) links/rechts.• Verwijder de tankdopklep• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Druksluiting tankdopklep uit-/inbouwen

– Open de tankdopklep.

L Opmerking:Noteer de montagestand van de druksluitingen in de tankcover.

• Druk aan de zijkant de veren (pijlen) met een ge-bogen punttang samen en trek de druksluitingen naar boven toe los.


Slotcilinder van tankdop uit-/inbouwen

– Schroef de tankdop los.• Buig de 4 nokken aan de onderzijde van de

greep achtereenvolgens iets open en maak de hendel los van de greep.

• Trek de slotcilinder (3) samen met het huis (4) hieruit.

• Breng de sleutel aan en draai deze in de OFFEN-stand.

• Druk de borging m.b.v. een hiertoe geschikt ge-reedschap, bijvoorbeeld, draad, in.

• Trek de slotcilinder (3) m.b.v. de contactsleutel uit het huis (4).

• Vet de slotcilinder (3) in met Retinax EP 2.• Druk de borgpen (6), met de groef naar boven

gericht en de veer (5) in het huis (2).• Plaats de slotcilinder (3) in het huis (4), de

tap (pijl) moet in de groef van de borgpen (6) val-len.


KL510110

1

2

KL510080

KL510020

3 4

5

6

51.5

Slotcilinder tankcover uit-/inbouwen– Bouw de voorste buddyzit met de houder uit.a ......................................................Zie groep 52

• Draai de bouten (pijlen) los, bouw het slot uit.


• Druk de borg via de boring (pijl) met een hiertoe geschikt gereedschap, bijvoorbeeld draad, in.


• Vet de slotcilinder in met Retinax EP 2.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

KL510120

KL510160

51.6

Vergrendelingssysteem berijdersbuddy uit-/inbouwen– Bouw het kuipzijdeel en de accusierplaat, links

uit.a ......................................................Zie groep 46– Buddyzit, achter uitbouwen.a ......................................................Zie groep 52

Vergrendelingssysteem uitbouwen

• Clip de zekeringenbox (5) los en neem deze naar voren toe weg.

• [buddyzitverwarming] Wip de stekker (6) los.• Draai de bouten (7) los en verwijder de slothaken

in combinatie met de houder.• Demonteer de ontgrendelingsknop (8), bouw het

vergrendelingssysteem uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Borg de knop (10) met de moer (9).• Vermijd bij de montage van de kabel scherpe

bochten.

Bowdenkabel voor ontgrendelings-mechanisme uit-/inbouwen

– Maak de linker koffer open.• Ontgrendelingsknop (8) demonteren.• Bouw de borgveer (3) en de ring (2) uit, haak de

kabel los.


• Borg de knop (10) met de moer (9).• Vermijd bij de montage van de kabel scherpe

bochten.• Span de veer voor het vasthaken van de kabel

voor, en let op de juiste montagestand t.o.v. de plaatstalen strip (pijl).

KL510060

7

7

5

8

13

2

4

6

KL510070

9

10

51.7

Slotcilinder zijkoffer uit-/inbouwen

– Maak de koffer open.

L Opmerking:Noteer de montagestand van de borgplaten (4, 5).

• Bouw de borgplaten (4, 5) uit.

d Waarschuwing:De riem wordt door de kracht van de veer opgerold, kans op letsel door een naar boven schietende montageplaat (2).

• Maak de bout (1) op de riem op het kofferdeksel los.

• Verwijder de afdekplaat (3).• Verwijder de handgreep met het slot.• Breng de sleutel aan en draai deze in de OFFEN-

stand.• Druk de borg met een hiertoe geschikt gereed-

schap, bijvoorbeeld draad (pijl), in.• Trek de slotcilinder met de contactsleutel uit de

boring.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Smeer de slotcilinder voor de inbouw in met Retinax EP 2.

Slotcilinder topcase uit-/inbouwen


• Druk de borg met een hiertoe geschikt gereed-schap, bijvoorbeeld draad (pijl), in.



• Smeer de slotcilinder voor de inbouw in met Retinax EP 2.

KL510040

45

3

1

2

KL510050

52.1

Inhoud Blz.

52

Buddyzit uit-/inbouwen .............................................................................................................3

Buddyzit met houder voor uit-/inbouwen .............................................................................3

Buddyzit achter uit-/inbouwen ..................................................................................................3

Rugleuning achter uit-/inbouwen .............................................................................................3

Buddyzit, voor, demonteren/monteren ............................................................................4

Buddyzit voor uit-/inbouwen ......................................................................................................4

Gasveer uit-/inbouwen .................................................................................................................4

52 Buddyzit

52.3

52

Buddyzit uit-/inbouwen

Buddyzit met houder voor uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Bouw de tankcover uit.• [buddyzitverwarming] Stekker voor buddyzit-

verwarming lostrekken.• Draai de 5 bouten (pijlen) los en verwijder de

buddyzit met de houder.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Let op de rubberring (1) en de doorvoertule (2).

X Aanhaalmomenten:Houder buddyzit aan frame M6 ...................... 9 NmHouder buddyzit aan frame M8 .................... 21 Nm

Buddyzit achter uit-/inbouwen

– Buddyzit, voor opklappen.• Draai de 2 bouten los en verwijder de buddyzit.• [buddyzitverwarming] Stekker voor buddyzit-

verwarming lostrekken.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Buddyzit aan achterframe .............................. 9 Nm

Rugleuning achter uit-/inbouwen

– Topcase openen.• Draai de 4 bouten los, verwijder de rugleuning.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmomenten:Rugleuning aan topcase................................. 5 Nm

KL460040

1

2

52.4

Buddyzit, voor, demonteren/monteren

Buddyzit voor uit-/inbouwen

– Buddyzit opklappen

• Draai de bevestingsbouten (2) los, verwijder de buddyzit.


X Aanhaalmomenten:Buddyzit aan borgplaat .................................. 5 Nm

Gasveer uit-/inbouwen

– Buddyzit, voor uitbouwen.• Trek de borgveer (1) los, haak de gasveer los.

• Wip de klem (pijl) met een schroevendraaier iets op, trek de gasveer van het kogelgewricht (3).


KL460042

2

1

3

KL460280

3

61.1

Inhoud Blz.

61


Montage kabelboom ...................................................................................................................5

Rechter zijaanzicht .........................................................................................................................5

Linker zijaanzicht .............................................................................................................................6

Kabelboommontage achterframe ............................................................................................7

Montage bedrading topcase ......................................................................................................8

Tankcover met radiocassetterecorder ..................................................................................9

Stekkerverbinding naast ABS-regeleenheid .......................................................................9

Stekkerverbindingen op kuipsteun .......................................................................................10

Relaisplaatsing E-box .................................................................................................................11

Stekkerverbindingen elektronicabox ....................................................................................11

Montage bedrading stuur ..........................................................................................................12

Zekeringen vervangen .............................................................................................................13

Zekeringen .......................................................................................................................................13

Aansluiting zekeringen ................................................................................................................13

Zekering radiocassetterecorder .............................................................................................13

Huis elektronicabox uit-/inbouwen ..................................................................................14

Combischakelaar, links demonteren ...............................................................................15

Voorbereidende werkzaamheden ..........................................................................................15

Radiobedieningspaneel uit-/inbouwen ................................................................................15

Koppelingsschakelaar uit-/inbouwen ...................................................................................15

Combischakelaar links uitbouwen .........................................................................................16

Combischakelaar, rechts demonteren ...........................................................................16

Combischakelaar rechts uit-/inbouwen ..............................................................................16

Remlichtschakelaar uitbouwen ...............................................................................................17

Regeleenheid voor achteruitrijhulp uit-/inbouwen ..................................................18

61 Elektrische installatie, algemeen

61.2

Inhoud Blz.

Inductiezender voor snelheidsmeter uit-/inbouwen ..............................................19

Koelvloeistoftemperatuursensor uit-/inbouwen .......................................................19

Schakelaar zijstandaard vervangen .................................................................................20

Schakelaar zijstandaard uit-/inbouwen ...............................................................................20

Werking schakelaar zijstandaard controleren ..................................................................20

Remlichtschakelaar van rempedaal vervangen/instellen ....................................21

Remlichtschakelaar uit-/inbouwen ........................................................................................21

Remlichtschakelaar afstellen ...................................................................................................21

Kabel contact-/stuurslot uit-/inbouwen ........................................................................22

Claxon uit-/inbouwen ...............................................................................................................22

Schakelaar versnellingsindicatie uit-/inbouwen .......................................................23

Contactdoos uit-/inbouwen ..................................................................................................23

Contactdoos motorspoiler ........................................................................................................23

Contactdoos topcase .................................................................................................................23

Stroomdraad oliedrukschakelaar/stroomdraad temperatuursensor waterpomp uit-/inbouwen .....................................................................................................24

Stroomdrad uitbouwen ...............................................................................................................24

Stroomdrad inbouwen ................................................................................................................24

Accu in-/uitbouwen ...................................................................................................................24Zie groep 00, Accu ............................................................................................................................24

Accuhouder uit-/inbouwen ...................................................................................................24Zie groep 34, ABS-regeleenheid uitbouwen ......................................................................................24

ABS-sensor voor/achter uit-/inbouwen .........................................................................24Zie groep 34 ......................................................................................................................................24

61.3

61


Boordnetspanning V 12

Accu Ah 19

Contactdoos (standaarduitvoering) 2

61.5

Montage kabelboom

Rechter zijaanzicht

KL619010

61.6

Linker zijaanzicht

KL619020

61.7

Kabelboommontage achterframe

KL619030

61.8

Montage bedrading topcase

KL610050

61.9

Tankcover met radiocassetterecorder

Stekkerverbinding naast ABS-regeleenheid

KL610040

KL610200

61.10

Stekkerverbindingen op kuipsteun

1 Relais windschermverstelling, zakken2 Remlichtschakelaar voorrem3 Schakelaar snelheidsregeling4 Schakelaar handvatverwarming5 Temperatuursensor6 Koppelingsschakelaar voor snelheidsregeling7 Koppelingsschakelaar voor startmotor8 ABS-sensor voorrem9 Boordcomputer10 Relais windschermverstelling, naar boven

KL610060

1

34

2

67

8

5

9

10

61.11

Relaisplaatsing E-box

1 Startmotorrelais2 ABS-waarschuwingsrelais3 Ontlastrelais4 Benzinepomprelais5 Regeleenheid voor benzinewaarschuwingslamp6 Richtingaanwijzerrelais7 Motronic-relais8 Claxonrelais9 Ventilatorrelais

Stekkerverbindingen elektronicabox

10 Hallimpulsgever11 Combischakelaar, rechts12 Contactslot13 Combi-instrument14 Combi-instrument 215 Combischakelaar, links16 Temperatuursensor waterpomp17 Oliedrukschakelaar18 Combischakelaar, rechts 219 Remlichtrelais20 Noodstoprelais

KR610080

61

8

9

7

5

2

34

KL610240

10

11

12

13

14

15

16

18

19

20

17

61.12

Montage bedrading stuur

KL320020

KL320030

61.13

Zekeringen vervangen

Zekeringen– Buddyzit, voor opklappen• Deksel zekeringbox openen.• Betreffende zekering vervangen.

Aansluiting zekeringen

1 Remlichtschakelaar, benzinereservelamp, venti-latorrelais, combi-instrument, schakelaar windschermverstelling 4 A

2 Parkeerlicht voor/achter 4 A3 Claxon, remlicht, zo nodig

diefstalbeveiligingsinstallatie 15 A4 Motronic, benzinepomp, diagnose 15 A5 Combi-instrument, boordcomputer 4 A6 Handvatverwarming 4 A7 Windschermverstelling, contactdoos 1

en 2 15 A8 Radio, leeslampje, binnenverlichting topcase,

contactdoos topcase 15 A9 Ventilator, rechts 4 A10 Ventilator, links 4 A11 Buddyzitverwarming voor/achter 15 A12 Snelheidsregelaar 15 A

Zekering radiocassetterecorder

– Radiocassetterecorder uitbouwen.a ......................................................Zie groep 65

• Wip de borging voor de stekker m.b.v. een schroevendraaier los, vervang de zekering (pijl).

KL610020

910

11124

32

1

56

78

KL610370

61.14

Huis elektronicabox uit-/inbouwen




– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Bouw de motronic-regeleenheid uit.a ......................................................Zie groep 13– Bouw de luchtinlaatkoker rechts uit.– Verwijder de luchtafvoerplaat van de radiateur

rechts.– Druk de rechter radiateur naar voren toe uit de

houder.

• Draai de negen schroeven (pijlen) los. Verwijder beide deksels.

• Trek de relaishouder (1) en de stekkerhouder (2) los.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.

• Maak de massakabel (4) los.• Draai de bout (3) voor de multistekker van de

motronic-regeleenheid los.• Verwijder de pakking aan de achterzijde en druk

de stekkerstrip naar binnen toe door het huis.

• Draai de bouten (5, 6, 7) los.• Neem de remleidingen uit de steun op het huis.• Bouw het huis uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


e Attentie:Let op een correcte montage van de pakking in het deksel van de elektronicabox.

X Aanhaalmomenten:Elektronicabox op hoofdframe........................ 9 Nm

KL610140

KL610130

1

2

KR610040

34

KL610120

6

7

5

61.15

Combischakelaar, links demonteren

Voorbereidende werkzaamheden


– Bouw de stuurafdekplaat, links uit.a ......................................................Zie groep 46– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.– Beplating vorkbrug uitbouwen.• Maak de kabelbandjes op het stuur los.• Draai de schroef (2) los en klap het

radiobedieningspaneel (5) weg.• Draai de schroeven (9) los en bouw de houder (8)

uit.• Draai de schroef (3) los en verwijder het

radiobedieningspaneel (5) met de achterplaat (4).

• Draai de schroef (10) los en verwijder de onder-ste afdekkap (7).

Radiobedieningspaneel uit-/inbouwen


• Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16• Verwijder de luchtafvoerplaat van de radiateur

links.

• Druk de radiateur uit de houder.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Maak de stekker (12) op de montageplaat los.• Trek de stroomdraad door naar het stuur, bouw

het radiobedieningspaneel uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Koppelingsschakelaar uit-/inbouwen

• Verwijder de combischakelaar (1).• Trek de koppelingsschakelaar (11) los.

KL320051

6

98

4

5

10 7

1

2

3

11

KL460210

12

61.16

• Maak de stekkers (1) bij de kuipsteun los.• Maak de kabelbandjes los.• Trek de kabel uit het stuur, verwijder de schake-

laar.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Combischakelaar links uitbouwen


• Verwijder de benzinetank.• Bouw de luchtinlaat uit.• Verwijder de luchtafvoerplaat van de radiateur

rechts.• Druk de rechter radiateur uit de steun.• Draai de schroef voor de combischakelaar op de

stuurhendel los en verwijder de combischake-laar.

• Maak de koppelingsschakelaar bij de koppe-lingshendel los.

• Bouw het onderste deksel van de elektronicabox uit.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Trek de stekkers (2, 3) los.• Trek de stroomdraden door het stuur en verwij-

der de combischakelaar.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Combischakelaar, rechts demonteren


– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw de stuurafdekplaat, rechts uit.– Beplating vorkbrug uitbouwen.

Combischakelaar rechts uit-/inbouwen


– Verwijder de benzinetank.– Bouw de luchtinlaat uit.– Verwijder de luchtafvoerplaat van de radiateur

rechts.– Druk de radiateur uit de houder.

• Draai de schroeven (pijlen) los en verwijder het onderste deksel van de elektronicabox.

KL6101701

KL610150

3

2KL610140

61.17

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Trek de stekkers (8) in de elektronicabox los.• Trek de stekker (7) op de kuipsteun los.• Trek de kabel door het stuur.• Draai de bouten (3) los en verwijder het deksel

onder (4).• Draai de schroeven (5, 6) los en bouw de combi-

schakelaar uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Let op een correcte montage van de pakking in het deksel van de elektronicabox.

Remlichtschakelaar uitbouwen

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Trek de stekker (9) los, trek de kabel uit het

stuur.• Draai de bouten (3) los en verwijder het deksel

onder (4).• Draai de schroef (2) los, bouw de

remlichtschakelaar (1) uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Let op een correcte montage van de pakking in het deksel van de elektronicabox.

KL610150

8

7

KL320041

4 35

12

6

KL610150

9

61.18

Regeleenheid voor achteruitrijhulp uit-/inbouwen

– Bouw het zijkuipdeel, links uit.a ......................................................Zie groep 46– Schetsplaat voetsteun, linksachter inbouwen.– Accuafdekplaat, links uitbouwen.– Zadel, achter uitbouwen.

e Attentie:Om kortsluiting te voorkomen: Maak eerst de mas-sakabel (—) en daarna de accupluskabel (+) los!

– Bouw de accu uit.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Maak de stekkers (1, 2) los.• Maak het aansluitpunt voor de startmotor (3) en

voor de massa (4) op het frame los.• Maak de bedrading van de regeleenheid op het

aansluitpunt voor de startmotor en de massa los.• Trek de stekker van de ABS-regeleenheid los.• Koelvloeistofexpansiereservoir losmaken.• Trek de bedrading naar de regeleenheid.

• Draai de bout (5) los.• Bouw de regeleenheid uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

KL610220

x

4

23

1

KL610230

5

61.19

Inductiezender voor snelheidsmeter uit-/inbouwen

– Bouw het zijkuipdeel en de accuafdekplaat, rechts uit.

a ......................................................Zie groep 46– Zadel, achter uitbouwen.

• Draai de bout (1) los.• Trek de stekker (2) los.• Maak de kabelbandjes los.• Bouw de inductiezender voor de snelheidsmeter

met de kabel uit.

e Attentie:Let er bij het inbouwen op dat de O-ring intact is.


X Aanhaalmoment:Inductiezender aan cardan............................. 4 Nm

Koelvloeistoftemperatuursensor uit-/inbouwen

– Bouw het kuipzijdeel en de accuafdekplaat, links uit.

a ......................................................Zie groep 46– Motorspoiler links/midden uitbouwen.– Tap de koelvloeistof af.a ......................................................Zie groep 17– Bouw de bobine uit.a ......................................................Zie groep 12

• Trek de stekker (4) los.• Maak het kabelbandje (pijlen) los, trek de kabel

door naar de cilinderkop.• Draai de temperatuursensor (3) met de ring los.• De temperatuursensor wordt in omgekeerde

volgorde ingebouwd. Let daarbij in het bijzonder op de volgende handelingen.

• Draai de temperatuursensor (3) vast met de spe-ciale sleutel, BMW-nr. 00 2 800.

X Aanhaalmomenten:Temperatuursensor aan cilinderkop ............. 30 NmStootstripsteun aan frame ............................ 21 Nm

KL610340

1

2

KL610360

3 4

00 2 800

KR610220

3

61.20

Schakelaar zijstandaard vervangen

Schakelaar zijstandaard uit-/inbouwen

• Trek de stekker (pijl) los.• Maak de kabelbandjes los.

e Attentie:De bout is met borgvloeistof geborgd.

• Draai de bout (pijl) los.• Bouw de schakelaar van de zijstandaard met de

kabel uit.


e Attentie:Monteer de bout en moer met Loctite 243.

L Opmerking:Let bij het inbouwen op de positie van de kabel-bandjes.

X Aanhaalmoment:Bevestiging schakelaar zijstandaard............... 7 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)

Werking schakelaar zijstandaard controleren






KL610080

KR610360

61.21

Remlichtschakelaar van rempedaal vervangen/instellen

Remlichtschakelaar uit-/inbouwen

– Motorspoiler, rechts uitbouwen.a .....................................................Zie groep 46.– Maak de schetsplaat voor de voetsteun, rechts

los.

• Maak de kabelbandjes los.• Trek de stekker (pijl) los.

• Draai de bout (pijl) los.• Bevestigingsplaat en remlichtschakelaar met

stroomdraad uitbouwen.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Let op juiste montage van de bedrading, zet deze met kabelbandjes vast.

• Remlichtschakelaar achterrem controleren, zo nodig afstellen.

X Aanhaalmoment:Remlichtschakelaar aan schetsplaat .............. 5 Nm(schroefdraad reinigen + Loctite 243)Schetsplaat aan frame.................................. 21 Nm

Remlichtschakelaar afstellen

• Draai de contramoer (1) een slag los.• Stel de aanslag voor het rempedaal in op maat

„A”.• Draai de contramoer vast.• Controleer de werking van het remlicht.

d Waarschuwing:Controleer de speling van de zuigerstang.

Instelwaarde:Maat „A” .......................................................14 mm

X Aanhaalmomenten:Rempedaalaanslag......................................... 7 Nm

KL610090

KL340140

KL610160

1

A

61.22

Kabel contact-/stuurslot uit-/inbouwen



– Verwijder de benzinetank.

• Verwijder voorzichtig de borglak uit de schroef-draadboring voor de stiftschroef (1).

• Draai de stiftschroef los.• Trek het huis van het contactslot/de

lichtschakelaar (2) met de stroomdraad naar be-neden toe los.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Open het deksel van de elektronicabox.• Trek de stekker (3) los.• Contactslot/lichtschakelaar met stroomdraad

uitbouwen.


• Sluit de boring van de stiftschroef af met borglak.• Monteer de stroomdraad correct, fixeer deze

met een kabelbandje.• Let op een correcte montage van de pakking in

het deksel van de elektronicabox.

Claxon uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bovenstuk kuip uitbouwen.

• Trek de stekker (4, 6) los.

L Opmerking:Draai de bout van de claxon op de montageplaat (8, 9) niet los.

• Draai de bouten (5, 7) los, verwijder de claxon met de montageplaat (8, 9).


X Aanhaalmomenten:Montageplaat claxon aan kuipsteun ............. 21 Nm

KR610340

1

2

KL610150

3

KL610321

4

6

9

75

8

61.23

Schakelaar versnellingsindicatie uit-/inbouwen

– Bouw het zijkuipdeel, links uit.a ......................................................Zie groep 46– Accuafdekplaat, links uitbouwen.– Dwarspijp uitbouwen.

• Trek de stekker (1) los.• Maak het kabelbandje (pijlen) los, trek de kabel

naar beneden toe weg.

e Attentie:Een wegspringende klem kan het schakelhuis be-schadigen, ontspan de samengedrukte klemmen langzaam.

• Druk de klem (pijlen) samen en trek de versnel-lingsindicator naar achteren toe los.


Contactdoos uit-/inbouwen

Contactdoos motorspoiler– Motorspoiler, links uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46

• Draai de moer (2) los en verwijder de contact-doos.


Contactdoos topcase

– Topcase uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46

• Draai de twee bevestigingsschroeven (pijlen) los, bouw de afdekkap (4) uit.

• Trek de stekker (3) los.• Draai de moer (5) los en verwijder de contact-

doos.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

X Aanhaalmoment:Topcase op achterframe ................................ 9 Nm

KL610201

1

KR610190

KL610280

2

KL610290

34

5

61.24

Stroomdraad oliedrukschakelaar/stroomdraad temperatuursensor waterpomp uit-/inbouwen

– Verwijder het deksel van de hallimpulsgever.a ......................................................Zie groep 12– Open het deksel van de elektronicabox.

Stroomdrad uitbouwen

• Trek de beschermkap en de stekker op de oliedrukschakelaar (1) / temperatuursensor waterpomp (2) los.

• Trek de stroomdraad via de boring in het pomp-huis voorzichtig los.

• Trek de stekker voor de oliedrukschakelaar (4) / temperatuursensor waterpomp (3) in de elektro-nicabox los.

• Maak de kabelbandjes los.• Verwijder de stroomdraad.

Stroomdrad inbouwen

• Trek de stroomdraad door de boring in het pomphuis.

• Trek de kabel van de hallimpulsgever zoals afge-beeld.


X Aanhaalmoment:Deksel hallimpulsgever................................... 9 Nm

Accu in-/uitbouwen

Zie groep 00, Accu

Accuhouder uit-/inbouwen

Zie groep 34, ABS-regeleenheid uitbouwen

ABS-sensor voor/achter uit-/inbouwen

Zie groep 34

KL610270

1

2

KL610240

3

4

KR610280

62.1

Inhoud Blz.

62


Draadkleuren ..................................................................................................................................5

Combi-instrument uit-/inbouwen ........................................................................................6

Controlelamp vervangen ..........................................................................................................7

Bezetting controlelampen ...........................................................................................................7

Combi-instrument demonteren ............................................................................................8Snelheidsmeter, toerenteller, temperatuurmeter en benzinemeter uitbouwen .....................................8Klok uitbouwen ...................................................................................................................................8

Kabelboom uit-/inbouwen .......................................................................................................9

62 Instrumenten

62.3

62


Instrumentenpaneel (standaard) Snelheidsmeter, toerenteller, benzinemeter, klok, versnellingsindicatie, koelvloeistoftemperatuur-meter

Richtingaanwijzercontrolelampen 12 V 1,7 WDIN 72 601

Overige controlelampen, instrumentenverlichting 12 V 1,7 WDIN 72 601

62.5

Draadkleuren

1 zwart2 groen/zwart3 grijs/blauw, bruin/blauw4 bruin, bruin/rood5 blauw/groen6 geel7 grijs/blauw, bruin/blauw8 grijs/blauw, bruin/blauw9 geel/paars10 groen/zwart11 bruin12 bruin/zwart, groen/zwart13 groen/zwart, blauw14 bruin/blauw, wit15 groen/zwart, bruin/groen16 wit/groen, groen/zwart17 blauw/zwart, bruin/blauw18 groen/zwart, bruin/geel19 paars/geel, groen/zwart20 groen/zwart, bruin/violet21 zwart/wit, zwart/groen22 bruin/blauw, groen/geel23 bruin/blauw, blauw/rood24 bruin/blauw, grijs/blauw25 groen/zwart26 bruin27 violet/wit28 grijs/blauw, bruin/blauw29 bruin

KL620060141516 13 12

11

10

26 2425

27

928

29

8

7

6

212019 22 231817

432

1 5

62.6

Combi-instrument uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen links/rechts uitbouwena ......................................................Zie groep 46– Stuurafdekplaat links/rechts uitbouwen.– Beplating vorkbrug uitbouwen.– Bovenstuk kuip uitbouwen.– Instrumentenafdekkap uitbouwen.• Draai de bouten (6) los.• Trek de stekker (3) voor de klok los.• Trek het combi-instrument uit de steun (2).• Trek de controlelampen (5) los.

L Opmerking:Met de schroeven (4) zijn de instrumenten aan het huis (1) bevestigd. De lengte van de schroeven en de borging is verschillend. Let op de montagestand!

• Draai de schroeven (4) los, verwijder de contac-ten, draai de schroeven (4) handvast in de bo-ring.


• Bouw de contacten en de controlelampen aan de hand van de stroomdraadkleuren in in het combi-instrument.

X Aanhaalmoment:Combi-instrument kuipsteun .......................... 6 Nm

KL620020

2

6

34

5

1

62.7

Controlelamp vervangen

L Opmerking:Voor het uitbouwen van de controlelampen mag ook voorzichtig aan de stroomdraad worden getrokken.

– Bouw de afdekkap voor de instrumenten uit.a ......................................................Zie groep 46• Trek het respectievelijke huis inclusief de contro-

lelamp los. • Vervang de controlelamp.• Druk de controlelamp met het huis tot aan de

aanslag in het combi-instrument.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Bezetting controlelampen

1 Verlichting snelheidsmeter, toerenteller2 Verlichting snelheidsmeter3 Verlichting benzinemeter4 Waarschuwingslampje temperatuurmeter5 Waarschuwingslampje laadstroomcontrolelamp6 Grootlichtcontrolelampje7 Waarschuwingslampje motoroliedruk8 Waarschuwingslampje tankinhoud9 Controlelamp richtingaanwijzer, rechts10 Controlelamp achteruitrijhulp11 Controlelamp SET12 Controlelamp versnellingsbak vrijstand13 ABS-controlelamp rood14 ABS-controlelamp rood15 Controlelamp richtingaanwijzer, links16 Verlichting klokje17 Verlichting toerenteller, temperatuurmeter

KL620060678 5 416

17

3

2

131211 14 15109

1

62.8

Combi-instrument demonteren

– Combi-instrument uitbouwen.• Draai de schroeven (1) los, verwijder het

paneel (4) met het voorzetglas (6).

Snelheidsmeter, toerenteller, temperatuurmeter en benzinemeter uitbouwen

L Opmerking:De bevestigingsschroeven voor de instrumenten hebben verschillende lengtes en borgingen. Let op de montagestand!

• Draai de schroeven voor de contacten aan de achterzijde van het huis los, bouw het betreffen-de instrument uit.

Klok uitbouwen• Draai de schroef (10) los en verwijder het

deksel (9).• Draai de schroeven (3) los, bouw het klokje (2)

uit.


e Attentie:Let op een correcte montage van de O-ringpakking (8).

KL620010

1

2

3

4

6

5

7

8

109

62.9

Kabelboom uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen links/rechts uitbouwena ......................................................Zie groep 46– Bovenstuk kuip uitbouwen.


– Verwijder de benzinetank.a ......................................................Zie groep 16– Bouw de luchtinlaat uit.– Verwijder de luchtafvoerplaat van de radiateur

rechts.a ......................................................Zie groep 17– Druk de radiateur uit de houder.

• Draai de schroeven (pijlen) los en verwijder het deksel voor de elektronicabox.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.

• Trek de stekkers (1, 2) in de elektronicabox los.

L Opmerking:M.b.v. de schroeven (4) zijn de instrumenten in het huis bevestigd, na het losdraaien van de contacten (3) de schroeven weer handvast vast-draaien. Let op de montagestand!Voor het uitbouwen van de controlelampjes (5) mag ook voorzichtig aan de stroomdraad worden getrok-ken.

• Bouw de controlelampen (5) en de contacten (3) uit het combi-instrument uit.

• Trek de stekker voor de klok los.• Verwijder de kabelboom.• Monteer een nieuwe kabelboom.• Bouw de contacten en de controlelampen over-

eenkomstig de stroomdraadkleuren in.• De verdere montage geschiedt in omgekeerde

volgorde.

KR620010

KL610150

KL610240

1

2

KL62002154

3

63.1

Inhoud Blz.

63


Koplamp uit- en inbouwen ......................................................................................................5

Gloeilamp vervangen ..................................................................................................................5

Gloeilamp dimlicht/grootlicht .....................................................................................................5Dimlicht ...............................................................................................................................................5Grootlicht ............................................................................................................................................6

Gloeilamp stadslicht ......................................................................................................................6

Richtingaanwijzer, voor ................................................................................................................6

Achterlicht ..........................................................................................................................................6

Koplampafstelling controleren, zo nodig corrigeren ...............................................7

Hoogte-instelling .............................................................................................................................7

Zijdelingse afstelling .......................................................................................................................7

63 Verlichting

63.3

63


Verlichting

Koplamp H7-tandemkoplamp in vrije-vormreflectortech-niek met handbediende koplampverstelling

Gloeilampen

Grootlicht H3-halogeenlamp 12 V 55 W, asymmetrisch

Dimlicht H7-halogeenlamp 12 V 55 W, asymmetrisch

Parkeerlicht 12 V 5 WDIN 72 601Normcode W 10/5

Remlicht/achterlicht 12 V 21/5 WDIN 72 601Normcode P 25-2

Richtingaanwijzers 12 V 21 WDIN 72 601Normcode P 25-1

Kentekenplaatverlichting 12 V 21/5 WDIN 72 601Normcode P 25-2

63.5

Koplamp uit- en inbouwen

– Bouw het bovenste kuipdeel met de koplamp uit.a ......................................................Zie groep 46• Draai de schroeven (pijlen) van de koplamp in het

bovenste kuipdeel los.• Verwijder de koplamp.

L Opmerking:Raak de voorzijde van de reflector en het glas van de gloeilampen niet met blote handen aan.

• Het contact-/stuurslot wordt in omgekeerde volgorde ingebouwd. Let daarbij in het bijzonder op de volgende handelingen.

• Bevestig de temperatuursensor (2) in de oor-spronkelijke montagestand in het kuipbo-venstuk.

X Aanhaalmoment:Koplamp aan kuipbovenstuk .......................... 2 Nm

Gloeilamp vervangen

L Opmerking:Raak de voorzijde van de reflector en het glas van de gloeilampen niet met blote handen aan.

Gloeilamp dimlicht/grootlicht

• Druk de borgbeugel (3) naar beneden, verwijder de kap (1).

Dimlicht• Trek het stekkerhuis op de gloeilamp voor het

dimlicht (4) los.• Maak de veerbeugel boven/beneden los uit de

vergrendeling, verwijder de H7-gloeilamp.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

KL630020

1

2

3

KL630030

4

63.6

Grootlicht

• Trek de stekker (1) los.• Buig de massabeugel (2) op het grootlicht open

en trek de lampfitting los.• Druk met een schroevendraaier de borgnokken

links/rechts in en demonteer de lampfitting.• Trek de H3-gloeilamp uit de lampenring.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Gloeilamp stadslicht

• Trek de lampfitting (pijl) van voren naar beneden toe uit het koplamphuis, vervang de gloeilamp.

• Schuif de lampfitting tot aan de aanslag in de houder terug.

Richtingaanwijzer, voor

• Draai de bevestigingsschroeven los en bouw het richtingaanwijzerhuis uit.

• Vervang de gloeilamp.

Achterlicht

• Maak de koffer links/rechts open.

• Draai de bevestigingsschroef (pijl) los en verwij-der de achterlichtunit.

• Vervang de betreffende gloeilamp.• De montage vindt in omgekeerde volgorde pla-

ats. Let daarbij in het bijzonder op de volgende handelingen.

e Attentie:Verwissel bij het vervangen niet de contacten van de gloeilamp voor het achteren remlicht.

Stroomdraadkleuren op de fitting achter-/remlichtgrijs-geel (3)bruin (4)grijs-blauw (5)

L Opmerking:Let erop dat de luchtspleet tussen het achterlicht en de koffer links/rechts gelijk is.

KL630030

2

1

KL630040

KL630050

KR630070

43

5

63.7

Koplampafstelling controleren, zo nodig corrigeren

Hoogte-instelling

• Draai de knop voor de veerpootvoorspanning tot aan de aanslag naar links in de stand „LOW”.

L Opmerking:De knop op de afdekkap voor het instrumentenpa-neel moet geheel in de stand „UP” op de linker aans-lag staan.

• Draai zo nodig de knop op de afdekkap van het instrumentenpaneel tegen de aanslag naar links.

• Corrigeer de instelling van de lichtbundel m.b.v. een afstelapparaat door met de hand de stelbout (1) onder het kuipbovendeel te verdraai-en.

Instelmaat voor koplampafstelapparaat........................................ .-10 cm op 10 m afstand

Draairichting links................................verder/hoger

Draairichting rechts ...............................korter/lager

• Voorspanning veerelement instellen.

Zijdelingse afstelling

• De zijdelingse afstelling m.b.v. een kruiskop-schroevendraaier op de stelbout (2) linksboven op de koplamp zo nodig verstellen.

KL630010

1

KLPD0080

KR630060

2

65.1

Inhoud Blz.

65

Luidspreker uit-/inbouwen ......................................................................................................3

Luidspreker, voor ............................................................................................................................3Voorbereidende werkzaamheden ........................................................................................................3Hogetonenluidspreker .........................................................................................................................3Lagetonenluidspreker ..........................................................................................................................3Luidsprekerbox ...................................................................................................................................3

Luidspreker, achter ........................................................................................................................4

Cassetteradio uit-/inbouwen .................................................................................................4


Radiobedieningspaneel uitbouwen .........................................................................................5

Cassetteradio en kabelboom uitbouwen ..............................................................................5

Afstandsbediening radio uit-/inbouwen ..........................................................................6

Afstandsbediening, voor uit-/inbouwen ................................................................................6Zie groep 61, Radiobedieningspaneel uit-/inbouwen ...........................................................................6

Afstandsbediening, achter uit-/inbouwen ............................................................................6

Antennesteun uit-/inbouwen .................................................................................................6

Boordcomputer uit-/inbouwen .............................................................................................7

Temperatuursensor op bovenste kuipdeel uit-/inbouwen ....................................7

Regeleenheid snelheidsregeling uit-/inbouwen .........................................................8

65 Radio en accessoires

65.3

65

Luidspreker uit-/inbouwen

Luidspreker, voor

Voorbereidende werkzaamheden– Bovenstuk kuip uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bouw het binnenste kuipdeel uit.

• Knip de kabelbandjes (pijlen) door.• Trek de stekker (9) los.• Draai de schroeven (3) los en bouw het

luidsprekerpaneel (4) samen met de hogetonen-luidspreker uit.

Hogetonenluidspreker• Buig de borgnokken (pijl) op het

luidsprekerpaneel (4) voorzichtig open en bouw de hogetonenluidspreker (2) uit.

Lagetonenluidspreker• Wip de lagetonenluidspreker (5) voorzichtig van

de bevestigingsplaat (1).• Trek de stekker (6) los, verwijder de luidspreker.

Luidsprekerbox• Wip de lagetonenluidspreker (5) voorzichtig van

de bevestigingsplaat (1).• Trek de stroomdraad (7) door de

doorvoertule (8).• Bouw de onderste spiegelplaat (10) uit.a ......................................................Zie groep 46• [links] Regeleenheid snelheidsregelaar losma-

ken.a ......................................................Zie groep 65• [rechts] Luchtaanzuigbuis uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Luidsprekerbox uitbouwen.


X Aanhaalmomenten:Spiegelplaat aan kuipsteun ............................ 9 NmBorgplaat snelheidsregelaar aan kuipsteun.... 8 Nm

KL620030

3

4

2

5

1

6

8

7

KL650030

9

10

65.4

Luidspreker, achter

– Haak de spanriem (6) op het onderste deel van de topcase los.

• Draai de schroeven (pijlen) los, trek de armleuning (1) met de luidspreker van de top-case.

• Maak de contacten op de luidspreker (2) los.• Draai de schroeven (4) los en verwijder de

bevestigingsklemmen (3).• Bouw zo nodig de hogetonenluidspreker (5) uit.• Het inbouwen vindt in omgekeerde volgorde


• Plaats de hogetonenluidspreker op de kleine bo-ring op de armleuning (1).

X Aanhaalmoment:Armleuning aan topcase................................. 1 Nm

Cassetteradio uit-/inbouwen

Voorbereidende werkzaamheden– Bouw de tankcover met het radiobedieningspa-

neel uit.a ......................................................Zie groep 46

• Draai de bouten (pijlen) los, verwijder de afdekkap (6) voor de kabelboom.

• Draai de bouten (pijlen) los, verwijder het onder-ste stuk van de tankcover (7) met de cassettera-dio.

KL460161

1 2 34

5

KL650060

KL650070

6

KL650080

7

65.5

• Trek de stekker (2) op het radiobedieningspaneel los.

Radiobedieningspaneel uitbouwen

• Draai de bouten (1) los en neem het radiobedie-ningspaneel van de tankcover.

Cassetteradio en kabelboom uitbouwen

L Opmerking:Buig voor het losmaken van de ronde stekker (4) de borgnokken (pijl) open.

• Maak de stekkers (3, 4) los van de steun.• Draai de bouten (5, 7) los, bouw het paneel (6)

uit.

• Trek de cassetteradio naar voren uit de houder (9) en trek deze dan naar boven toe weg.

• Trek het afdichtrubber ter hoogte van de tule (8) uit de groef, bouw de radiocassetterecorder sa-men met kabelboom uit.

• Wip de borg (10) voor de stekker m.b.v. een schroevendraaier los.

• Trek de stekkers op de radiocassetterecorder los, verwijder de kabelboom.


KL650090

X1

2

4

3

7

6

5

KL650100

8

9

10

65.6

Afstandsbediening radio uit-/inbouwen

Afstandsbediening, voor uit-/inbouwenZie groep 61, Radiobedieningspaneel uit-/inbouwen

Afstandsbediening, achter uit-/inbouwen

• Zadel, achter uitbouwen.a ......................................................Zie groep 52

• Trek de stekker (pijl) los.

• Draai de bouten (2) los.• Verwijder de afstandsbediening (1), trek de

stroomdraad met de stekker door de rubbertule (pijl).


X Aanhaalmoment:Buddyzit achter op achterframe ..................... 9 Nm

Antennesteun uit-/inbouwen

e Attentie:De kap (4) kan bij de poging om deze los te schroe-ven, worden beschadigd.

• Maak de bajonetsluiting van de kap (4) door deze 1/8 slag te verdraaien los en trek de kap (4) los.

• Draai de klemmoer (3) los.• Verwijder de antennestaaf (5).• Zadel, achter uitbouwen.a ......................................................Zie groep 52• Topcase uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46• Deksel achterdrager uitbouwen.• Bouw het zijkuipdeel, links uit.• Accusierplaat, links uitbouwen.

• Trek de stekker (pijl) op het radiobedieningspa-neel los.

• Maak de kabelbandjes los, trek de stroomdraad naar achteren toe los.

KL610390

KL650130

2

1

KL510010

5

43

KL510140

65.7

• Draai de bouten (pijlen) los, verwijder de anten-nesteun.


• Reinig voor het inbouwen de contactvlakken op de antennesteun en het achterframe.

X Aanhaalmomenten:Antennesteun aan frame ................................ 9 NmKlemmoer staafantenne ................................. 3 Nm

Boordcomputer uit-/inbouwen

– Kuipzijdelen, links en rechts uitbouwen.a ......................................................Zie groep 46– Bovenstuk kuip uitbouwen.

• Trek de stekker (pijl) los.• Druk de klemmen (1) boven/onder samen, bouw

de boordcomputer uit.• Het inbouwen geschiedt in omgekeerde volgor-

de.

Temperatuursensor op bovenste kuipdeel uit-/inbouwen

L Opmerking:De temperatuursensor op het bovenste kuipdeel meet de buitentemperatuur voor het display van de boordcomputer.

• Trek de stekker (pijl) los.• Draai de bout (2) los, bouw de temperatuursen-

sor met de steun uit.

• Druk de nokken (pijlen) samen, trek de borgplaat (3) los.

• Maak de montagebus (4) voor de temperatuursensor (5) los.


X Aanhaalmoment:Houder aan bovenste kuipdeel....................... 2 Nm

KL510150

KL650030

1

KL650040

2

KL650050

3

4

5

65.8

Regeleenheid snelheidsregeling uit-/inbouwen

– Bouw het zijkuipdeel, links uit.a ......................................................Zie groep 46– Bovenstuk kuip uitbouwen.

• Trek de bowdenkabel voorzichtig tegen de montagehuls (1), verwijder het inlegdeel (2).

• Maak de bajonetsluiting (pijl) op de regeleenheid los.

• Trek de bowdenkabel zo ver weg van de regel-eenheid dat ca. 1 cm kabel zichtbaar wordt, fixeer de kabel m.b.v. een spantang (pijl).

• Haak de nippel (3) los, leg de kabel met de span-tang opzij.

• Trek de stekker (pijl) los.• Draai de bouten (4) van de borgplaat op de kuip-

steun los.• Bouw de kuipsteun met de regeleenheid voor de

snelheidsregeling uit.

• Draai de bouten (5) los, verwijder de regeleenheid.


X Aanhaalmomenten:Borgplaat aan kuipsteun ................................ 8 Nm

KL130011

1

2

KL650120

3

KL650010

4

KL650020

5

BMW K1200LT Reparatiehandleiding NLD

Documents

Transcript of BMW K1200LT Reparatiehandleiding NLD