Bij Tessel Thuis

Bij Tessel ThuisVerhaaltje en Tekeningen van TESSEL

Zie je daar die stad, daar in de verte? Het is een grote stad met veel hoge huizen. Daar gaan we naartoe, naar het huis van Tessel

Hier, we zijn er. Dit is het huis waar Tessel geboren is. Het is aan een drukke straat met veel auto’s, fietsen en trams. Pas je op met oversteken?

Kijk daar is Tessel, ze zet net haar fiets op slot. “Kom maar even mee dan laat ik je het huis zien!” Roept ze.

“Loop maar achter mij aan. En niets stuk maken hoor, want dan word Karin boos.” Eerst twee trappen op, ze kraken een beetje en ze zijn wel erg steil, “Houd je maar goed vast.”

In de woonkamer hangen allemaal medailles aan het dressoir. “Die zijn van Daan,” legt Tessel uit. “Hij kan heel erg goed roeien en hij wint allemaal wedstrijden.”

Dit zal wel de keuken zijn zo te ruiken. Er word iets lekkers gebakken in de oven. “Over een uur is het klaar”, zegt John.

“Dit is mijn kamer” zegt Tessel, “Hier mag ik zoveel troep maken als ik zelf wil.” Het is een zooitje, overal ligt van alles.

Kleren op de grond en op het bed. Overal stapeltjes boeken. Onder het bed ligt nog meer en zelfs aan het plafond hangen spullen.

“Kijk, zie je dat bed daarboven? Dat heeft Martin gemaakt. En zie je die kast? Die heeft Karin geschilderd. We maken van alles zelf in ons huis.” vertelt ze.

Karin is er nu even niet, ze is een kado kopen voor Opa’s verjaardag. Die is morgen al, en tegelijk met de verjaardag van Sam, dus dat is lastig. Eerst naar Sam en dan naar Opa of andersom?

Maar vandaag blijft de rest lekker thuis hangen. Martin zit op de bank TV te kijken maar is ondertussen in slaap gevallen. Hij snurkt zelfs een beetje.

Daan is net terug van training en zit achter de computer te msn-en met zijn vrienden. Hij gaat vanavond misschien nog even naar een vriend toe.

John wacht in de keuken tot de taart klaar is en repeteert ondertussen zijn muziekstuk dat hij binnenkort opvoert in het concertgebouw.

Karin komt nu ook thuis, precies op tijd want de taart is klaar. Martin word wakker gemaakt, Daan achter de computer vandaag getrokken en Tessel trekt haar jurkje nog even recht.

Als je goed om je heen kijkt zie je dat alles gekleurd is.

Dit boekje gaat over hoe het voelt om ergens thuis te zijn. Welke ingrediënten je daarvoor nodig hebt. De plek is belangrijk maar voornamelijk de mensen er omheen creëren het thuisgevoel. Wat die mensen doen, wat ze voor je betekenen, hoe je relatie tot die mensen is. Thuis zijn bestaat uit mensen, objecten en rituelen. Maar behalve over thuis zijn gaat dit boekje bovenal over persoonlijke kleuren. Wat zijn je sterke kanten waar ben je minder goed in, wat zijn je interesses en hoe pak je dingen aan. Dit zijn allemaal dingen die kleur geven aan jou identiteit. Maar door te veel te focussen op een van die kleuren zoals een huidskleur vervagen alle andere aspecten er omheen en krijg je een eentonig beeld. Mensen hebben meer dan één kleur. Kijk om je heen en je zal zien dat alles gekleurd is.