BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een...

138

Transcript of BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een...

Page 1: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat
Page 2: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Deze huishoudnaaimachine voldoet aan de eisen van IEC/EN 60335-2-28 en UL1594.

BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIESWanneer u een elektrisch apparaat gebruikt, moet u altijd de elementaire veiligheidsvoorschriftenin acht nemen, inclusief het volgende:Lees alle instructies door voordat u deze huishoudnaaimachine in gebruik neemt. Bewaar deinstructies op een geschikte plaats, dicht bij de naaimachine. Lever de instructies bij de naaimachineals deze van eigenaar verwisselt.

GEVAAR - U BEPERKTALS VOLGT HET RISICO VAN EENELEKTRISCHE SCHOK:• Naaimachines mogen nooit onbewaakt blijven wanneer de stekker in het stopcontact zit. Het

stopcontact waar de machine mee is verbonden, moet makkelijk toegangbaar zijn. Haal destekker van deze naaimachine altijd meteen uit het stopcontact na het gebruik en voordat u demachine gaat reinigen, afdekpanelen ervan verwijdert, voordat u de machine smeert of wanneeru andere onderhoudswerkzaamheden uitvoert die in de gebruiksaanwijzing staan.

WAARSCHUWING - U BEPERKTALS VOLGT HET RISICO VANBRANDWONDEN, BRAND, EEN ELEKTRISCHE SCHOK OFLICHAMELIJK LETSEL:• Laat kinderen niet spelen met de naaimachine. Let goed op wanneer deze naaimachine wordt

gebruikt door of in de buurt van kinderen.• Gebruik deze naaimachine alleen voor de werkzaamheden waarvoor de naaimachine bedoeld is

en zoals die worden beschreven in deze handleiding. Gebruik alleen hulpstukken die door deproducent zijn aanbevolen, zoals in deze handleiding wordt beschreven.

• Gebruik deze naaimachine nooit wanneer het netsnoer of de stekker beschadigd is, als denaaimachine niet goed werkt, als de naaimachine gevallen of beschadigd is of in het water heeftgelegen. Breng de naaimachine in dat geval naar de dichtstbijzijnde bevoegde dealer of eenonderhoudscentrum voor onderzoek, reparatie en elektrische of mechanische bijstelling.

• Gebruik de naaimachine nooit wanneer de ventilatieopeningen geblokkeerd zijn. Houd deventilatieopeningen van de naaimachine en het voetpedaal vrij van opgehoopt stof, pluisjes enloshangende lappen stof.

• Houd uw vingers uit de buurt van alle bewegende delen. Wees vooral voorzichtig in de buurtvan de naaimachinenaald.

• Gebruik altijd de juiste steekplaat. Wanneer u de verkeerde steekplaat gebruikt, kan de naaldbreken.

• Gebruik geen gebogen naalden.• Trek of duw tijdens het naaien niet aan de stof. Hierdoor kunt u namelijk de naald buigen,

waardoor deze kan breken.• Draag een veiligheidsbril.• Schakel de naaimachine uit (“0”) wanneer u iets wilt veranderen in de omgeving van de naald,

zoals een draad door de naald halen, een andere naald plaatsen, de spoel plaatsen, een anderenaaivoet plaatsen en dergelijke.

• Laat geen voorwerpen in een opening vallen en steek geen voorwerpen in openingen in denaaimachine.

• Gebruik de naaimachine niet buiten.

Page 3: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

• Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waarzuurstof wordt toegediend.

• Voordat u de stekker uit het stopcontact haalt, moet u eerst alle knoppen op de uit-stand zetten(“0”).

• Trek de stekker niet aan het netsnoer uit het stopcontact. Pak de stekker vast, niet het snoer.• Het voetpedaal wordt gebruikt om de naaimachine te bedienen. Plaats geen andere voorwerpen

op het voetpedaal.• Gebruik de machine niet als hij nat is.• Als het LED-lampje beschadigd of kapot is, moet het worden vervangen door de fabrikant of

diens service-agent of een persoon met dezelfde kwalificaties, om gevaar te voorkomen.• Als het snoer van het voetpedaal is beschadigd, moet het worden vervangen door de fabrikant of

diens service-agent of een persoon met dezelfde kwalificaties om gevaar te voorkomen.• Deze naaimachine heeft dubbele isolatie. Gebruik alleen originele reserveonderdelen. Raadpleeg

de instructies voor het repareren van dubbel geïsoleerde apparaten.

BEWAAR DEZE INSTRUCTIESUITSLUITEND VOOR CENELEC-LANDEN:Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen vanaf 8 jaar en door personen met verminderdefysieke, sensorische of mentale capaciteiten of met een gebrek aan ervaring en kennis als zesupervisie of instructies hebben gekregen om het apparaat op een veilige manier te kunnengebruiken en als ze begrijpen welke gevaren eraan verbonden zijn. Kinderen mogen niet met hetapparaat spelen. Reiniging en gebruikersonderhoud mogen niet zonder supervisie door kinderenworden uitgevoerd.Bij normale gebruiksomstandigheden is het geluidsniveau minder dan 80dB(A).De machine mag alleen worden gebruikt met een voetpedaal van het type FR5 dat is vervaardigddoor Shanghai Binao Precision Mould Co., Ltd.

VOOR NIET-CENELEC-LANDENDeze naaimachine is niet bedoeld om te worden gebruikt door personen (inclusief kinderen) metverminderde fysieke, sensorische of mentale capaciteiten, of met een gebrek aan ervaring en kennis,als ze geen supervisie of instructie voor het gebruik van de naaimachine hebben gekregen van eenpersoon die verantwoordelijk is voor hun veiligheid. Kinderen moeten in de gaten wordengehouden om te zorgen dat ze niet met de naaimachine spelen.Bij normale gebruiksomstandigheden is het geluidsniveau minder dan 80dB(A).De machine mag alleen worden gebruikt met een voetpedaal van het type FR5 dat is vervaardigddoor Shanghai Binao Precision Mould Co., Ltd.

SERVICE UITVOEREN AAN DUBBEL GEÏSOLEERDE APPARATENIn een dubbel geïsoleerd product zitten twee isolatiesystemen in plaats van aarding. Dubbelgeïsoleerde apparaten hebben geen aardingsvoorziening en die mag ook niet aan het apparaatworden toegevoegd. Het repareren van een dubbel geïsoleerd product vereist de hoogstenauwkeurigheid en een grondige kennis van het systeem en mag alleen worden uitgevoerd doordeskundige technici. De reserveonderdelen voor dubbel geïsoleerde producten moeten identiek zijnaan de onderdelen in het product. Een dubbel geïsoleerd product is gemarkeerd met de woorden‘DUBBELE ISOLATIE’ OF ‘DUBBEL GEÏSOLEERD’.

Page 4: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

INHOUDSOPGAVE1 Inleiding.......................................................7

Welkom bij de ingebouwdegebruikershandleiding!...................................7

Een onderwerp zoeken ..................................7Door de gebruikershandleiding navigeren ......7

Machineoverzicht............................................8Voorkant.......................................................8Naaldgebied..................................................9Rechterkant...................................................9Achterkant ....................................................9Bovenaan .................................................... 10Accessoiredoos............................................ 10Opbergen van een steekplaat........................ 11

Functietoetsen ...............................................12Naaivoet omhoog en extra hoog ................... 12Naaivoet omlaag en draaistand .................... 12Automatische draadinsteker......................... 12Afsnijfunctie................................................ 13Onmiddellijk afhechten................................ 13Steek opnieuw starten.................................. 13Naaldstop boven/onder............................... 13Start/Stop ................................................... 13Achter- ....................................................... 13

Basisbewegingen voor het multi-touchscreen ...................................................14Accessoires....................................................15

Bijgeleverde accessoires ............................... 15Naaivoeten ....................................................16Stekenoverzicht.............................................18

Nuttige steken............................................. 18Stekenmenu Overzicht ................................. 21Alfabetten ................................................... 21

2 Voorbereidingen.................................... 22De machine uitpakken ..................................22Sluit het snoer en het voetpedaal aan ...........22Opbergen van de machine............................23USB-poorten..................................................23

Een USB-apparaat gebruiken........................ 23Aan de slag met WiFi en mySewnet™Cloud.............................................................24LED-lampjes..................................................24Vrije arm .......................................................24Handmatige draadafsnijder..........................25Kniehevel ......................................................25Snelheidsregelaar..........................................26Draadsensor ..................................................26Uitschuifbare draadgeleider .........................26Garenpennen.................................................27Garenschijven ...............................................27Draden ..........................................................28Naalden.........................................................29

Belangrijke informatie over de naald............. 29De naald verwisselen....................................30

Draad inrijgen ...............................................31De bovendraad inrijgen................................ 31Automatische draadinsteker......................... 33Inrijgen - Tips en hints ................................. 36Een tweelingnaald inrijgen ........................... 37

Spoelen..........................................................39Spoelen door de naald.................................. 40

Spoel plaatsen ...............................................41Het spoelhuis vervangen ..............................42IDT™ systeem (Ingebouwd DubbelTransport) .....................................................43

Het IDT™ systeem inschakelen..................... 43Het IDT™ systeem uitschakelen ................... 43

Naaivoet verwisselen....................................44Naaivoet verwijderen .................................. 44Naaivoet bevestigen..................................... 44

Sensormatic-knoopsgatvoet vastklikken......44Overgaan naar de steekplaat voor rechtesteken. ...........................................................45

3 Het multi-touchscreen ........................ 46Multi-touchscreen .........................................46

Bewegingen ................................................ 46Startpagina ....................................................47

Beginnen met naaien.................................... 47Laden van mySewnet™................................. 47Open Help Center........................................ 47

mySewnet™ Blog..........................................47Belangrijkste functies ....................................48

Opslaan ...................................................... 48Home ......................................................... 48Modusschakelaar......................................... 48

Algemene functies ........................................48OK.............................................................. 48Annuleren................................................... 48Lang drukken.............................................. 48Instellingen met afwisselfunctie.................... 49

Help Center...................................................50Gebruikershandleiding ................................ 50Starten ........................................................ 50Technieken en tutorials ................................ 50Naai-instructies ........................................... 50Handleiding versteviging............................. 50

Instellingen....................................................51Naai-instellingen ......................................... 51Machine-instellingen ................................... 55WiFi-instellingen ......................................... 56mySewnet™ Instellingen ............................... 56Machine-informatie ..................................... 56

Smart Toolbox...............................................57Bovenste balk ................................................57

Help Center................................................. 57Quick Help ................................................. 58Hoofdmenu................................................. 58

Informatiegedeelte ........................................59

Page 5: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

WiFi ........................................................... 59mySewnet™ ................................................. 59Aanbevelingen ............................................ 60Informatie ................................................... 60Actieve functies ........................................... 60

Menupaneel ..................................................61Geselecteerde opties uit het menupaneel ....... 61

Werkbalk.......................................................62Uw werkgebied aanpassen........................... 62

Volledig scherm ............................................62Basisbalk .......................................................62

4 WiFi &mySewnet™ Services .............. 63WiFi Introductie............................................63

Aan de slag met WiFi................................... 63Verborgen netwerk ...................................... 63

Firmware update met WiFi...........................63Firmware-update met een USB-apparaat .....63mySewnet™ Services .....................................64

mySewnet™Account .................................... 64mySewnet™Cloud ....................................... 64Gebruikte ruimte in de mySewnet™Cloud..... 65Installatie van mySewnet™ cloud SyncTool for Computer ....................................... 65mySewnet™ Portal........................................ 66

Problemen met de verbinding oplossen.......66

5 Naaien....................................................... 68Naaimodus – Inleiding .................................68

Naaimodus – Overzicht ............................... 68Starten met naaien ........................................71

Een steek laden uit het menupaneel .............. 71Een steek selecteren uit het selectiemenu....... 72Een steek laden uit File Manager .................. 72

Aanbevelingen - naaien ................................73Instellingen in de naaimodus .......................74

ActivStitch™ Technology ............................ 74Automatische naaivoetlichter ....................... 75Automatische draadafsnijder........................ 75Opties voor naaien uit de vrije hand ............. 75Steekbeperkende opties................................ 76Naaldstoppositie ......................................... 77Naaivoetdruk .............................................. 77Opties voor de transporteur ......................... 77Afhechtopties .............................................. 77

Steek bewerken .............................................78Steekbreedte................................................ 78Steekpositie ................................................. 78Steeklengte.................................................. 78Steekdichtheid............................................. 79Spiegelen .................................................... 79Lengte opening knoopsgat ........................... 79Toets Steek herhalen .................................... 79ActivStitch™ Technology ............................ 80

Opties voor naaien uit de vrije hand ............81Dynamisch verende free-motionvoet 6D ....... 81Verende free-motionvoet.............................. 81Sensormatic free-motion .............................. 82

Afhechtopties ................................................82Steek herhalen...............................................83Steek opslaan ................................................84Balans ............................................................84Naaiprogramma's .........................................85

Taperingsteken............................................ 85Oefening met tapse cordonsteek ................... 85Steek herhalen ............................................. 86Patchworkprogramma ................................. 86Enkelmotiefprogramma ............................... 86Programma's combineren............................. 86

Naaitechnieken .............................................87Knoopsgaten ............................................... 87Knoop aannaaien......................................... 89Naaien in vier richtingen.............................. 89

Speciale naaitechnieken ................................90Lintsteken ................................................... 90Stapelsteken ................................................ 90Zwevende steken......................................... 91Straalsteken................................................. 92Kanten randsteken....................................... 92Steken voor optionele naaivoeten ................. 92

Pop-upberichten in naaien............................93

6 Sequence Creator ................................. 95Sequence Creator — Inleiding ......................95

Sequence Creator – Overzicht ....................... 96Starten met Sequence Creator.......................98

Een steek laden............................................ 98Een lettertype laden ..................................... 98Tekst en steken aanpassen............................ 99Een steek of letter verwijderen...................... 99Een steek of letter dupliceren........................ 99Een steek of letter vervangen........................ 99

Richtingssteken ........................................... 100Reeksopdrachten......................................... 101Ware grootte ............................................... 101Reeks opslaan.............................................. 102Naai uw reeks ............................................. 102De hele reeks aanpassen ............................. 103Sequence Creator gebruiken in deNaaimodus.................................................. 103Pop-upberichten in Sequence Creator ........ 104

7 Stitch Creator™ Functie................... 105Stitch Creator™ Functie – Inleiding........... 105

Stitch Creator™ Functie – Overzicht............106Starten met Stitch Creator™ ...................... 107

Definitie van een steekpunt .........................107Steken/steekpunten selecteren ....................107Horizontaal voorbeeld ................................108

Stitch Creator™Bewerkgereedschappen.............................. 109

Zoomen .....................................................109Verplaatsen ................................................109Steek of steekpunt toevoegen ......................109

Page 6: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Geselecteerd steekpunt dupliceren...............109Drievoudige steek.......................................109Spiegelen ...................................................110Geselecteerd steekpunt verwijderen.............110

Een steek bewerken die is gemaakt inStitch Creator™ .......................................... 111Een steek laden en naaien........................... 111Een steek opslaan........................................ 111Gemaakte steken gebruiken in SequenceCreator ........................................................ 111Pop-upberichten in de Stitch Creator™-functie ......................................................... 111

8 Help Center .......................................... 113Help Center – Inleiding .............................. 113Help Center – Overzicht ............................. 113Gebruikershandleiding............................... 114Starten ......................................................... 115Technieken en tutorials............................... 116

Kledingtechnieken......................................116Naaitechnieken...........................................117Quilttechnieken ..........................................117

Handleiding versteviging........................... 117Projecten...................................................... 118

Project Viewer ............................................118Videoplayer ...............................................119

9 File Manager ........................................ 120File Manager – Inleiding............................. 120Bestandsbeheer – Overzicht........................ 121Bestandsformaten ....................................... 123Door File Manager bladeren....................... 123Een bestand of een map openen ................. 123Meerdere selecteren .................................... 123mySewnet™Cloud-map .............................. 123USB-apparaat .............................................. 124

Lijst-/Miniatuurweergave...........................124Eén mapniveau omhoog .............................124

Organiseren................................................. 124Nieuwe map maken....................................124Hernoem bestand of map ............................124Een bestand of map verplaatsen ..................125Een bestand of map kopiëren ......................126Verwijder een bestand of map .....................126

Pop-upberichten in File Manager ............... 126

10 Onderhoud ........................................... 128De buitenkant van de naaimachinereinigen ....................................................... 128De steekplaat verwijderen en hetspoelhuis reinigen....................................... 128Schoonmaken onder het spoelhuis. ............ 128De steekplaat vervangen............................. 129Problemen oplossen.................................... 129

Reparaties ..................................................133Niet-originele onderdelen en accessoires ......133

Technische specificaties .............................. 133

11 BELANGRIJKE ..................................... 134BELANGRIJKEVEILIGHEIDSINSTRUCTIES ..................... 134

GEVAAR - U BEPERKT ALS VOLGT HETRISICO VAN EEN ELEKTRISCHESCHOK:.....................................................134WAARSCHUWING - U BEPERKT ALSVOLGT HET RISICO VANBRANDWONDEN, BRAND, EENELEKTRISCHE SCHOK OFLICHAMELIJK LETSEL: .............................134BEWAAR DEZE INSTRUCTIES ..................134SERVICE UITVOEREN AAN DUBBELGEÏSOLEERDE APPARATEN.....................135

Licenses ....................................................... 135

Page 7: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

1 Inleiding

Welkom bij de ingebouwdegebruikershandleiding!In de ingebouwde gebruikershandleiding staat alleinformatie die ook in de afgedruktegebruikershandleiding staat die bij uw performanceicon™ naaimachine is geleverd, plus informatie overalle functies en kenmerken die kunnen worden geopendvia het multi-touchscreen.

De ingebouwde gebruikershandleiding bevat altijd delaatste kenmerken, omdat hij automatisch wordtbijgewerkt steeds wanneer uw machine wordtbijgewerkt.

Een onderwerp zoekenOm een onderwerp te zoeken op alfabetische volgorde,drukt u op de index-toets.

Om een onderwerp te zoeken door in de hoofdstukkenvan de gebruikershandleiding te bladeren, drukt u opde toets van de inhoudsopgave.

Let op: De index en de inhoudsopgave worden geopend alsuitklapmenu's aan de rechterkant van het scherm en bedekkeneventuele afbeeldingen aan die kant. Om het uitklapmenu metde index of inhoudsopgave te sluiten, drukt u opnieuw op detoets.

Door de gebruikershandleiding navigerenIn de gebruikershandleiding kunt u omhoog/omlaagvegen om door een pagina te bladeren, uitrekken/samenknijpen om in/uit te zoomen op de tekst en deafbeeldingen en op een onderstreepte link drukken omnaar dat gedeelte van de gebruikershandleiding tespringen.

Lees meer over navigeren op het multi-touchscreen inhet gedeelte bewegingen.

Als u door de gebruikershandleiding bladert door oplinks te drukken, kunt u gemakkelijk met denavigatiepijlen heen en weer bewegen tussen depagina's die u heeft bezocht. Vlak onder denavigatiepijlen vindt u de titel van het hoofdstuk van dehandleiding dat u op dat moment bekijkt.

7

Page 8: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Machineoverzicht

Voorkant

1. Bovenklep2. Draadspanningsplaatjes3. Draadhevel4. Draadinvoergleuf5. Draadafsnijder6. LED-licht7. Steekplaat8. Spoelhuisdeksel9. Knop om het spoelhuisdeksel te openen10. Bodemplaat

11. Functietoetsen, zie Functietoetsen, pagina 12 vooreen gedetailleerde beschrijving

12. Kniehevel-aansluiting13. Opslaan14. Modusschakelaar15. Home16. Multi-touchscreen17. Draadgleuf voor opspoelen18. Extra garenpen19. Hoofdgarenpen20. Uitschuifbare draadgeleider

1

23

4

56

78

9

10

6

11 6

12

13

14

15

16

17

18

19

20

8

Page 9: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

InleidingNaaldgebied1. Automatische draadinsteker, zie De automatische

draadinsteker gebruiken, pagina 342. Naaldstang met naaldklemschroef3. Bovendraadgeleider4. Naaivoetstang5. IDT™6. Naaivoethouder7. Naaivoet

Rechterkant1. Handwiel2. Luidspreker3. Ingebouwde USB-poorten4. Snelheidsregelaar5. AAN/UIT-schakelaar, aansluitingen voor snoer en

voetpedaal. Zie Sluit het snoer en het voetpedaal aan,pagina 22.

Achterkant1. Handvat2. Accessoire-aansluiting3. Vrije arm

1

2

3

4

5

6

7

1

5

4

3

2

1

2

3

9

Page 10: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Bovenaan

1. Draadhevel2. Draadspanningsplaten3. Draadafsnijder4. Spoelgeleider5. Spoelwinder

6. Voorspanningsdraadgeleider7. Hoofdgarenpen8. Extra garenpen9. Spoelgeleider voor opspoelen10. Draadspanningsgeleider voor spoelen

Let op: De machine wordt geleverd met twee rodeveiligheidsvergrendelingen; één op de naaivoetstang en één inde accessoiredoos. Deze moeten allemaal worden verwijderdvoordat u begint te naaien.

AccessoiredoosIn de accessoiredoos zitten speciale vakjes voornaaivoeten en spoeltjes, en er is ook ruimte voornaalden en andere accessoires. Berg de accessoires op inde doos zodat u ze altijd binnen handbereik heeft.

1. Ruimte voor accessoires2. Ruimte voor steekplaat3. Ruimtes voor naaivoeten4. Ruimte voor spoeltjes5. Ruimte met opening voor 5M Handmatige

knoopsgatvoet6. Veiligheidsvergrendeling (verwijderen voor het

naaien)

2 3 4

5

67

8

10

9

1

2

3

4

5

1

6

10

Page 11: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

InleidingOpbergen van een steekplaatBerg de steekplaat, wanneer deze niet gebruikt wordt,op in de bodem van uw accessoiredoos.

1. Steek de rechterkant van de plaat in de veer aan derechterkant (A), druk licht aan. Leg de plaat neer (B)zodat de steekplaat op zijn plaats klikt.

2. Om de plaat te verwijderen, steekt u een vinger inhet gat aan de linkerkant van de plaat, duw de plaatnaar rechts en til hem op.

B

A

11

Page 12: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Functietoetsen

1. Naaivoet omhoog en extra hoog2. Naaivoet omlaag en draaistand3. Automatische draadinsteker4. Afsnijfunctie

5. Onmiddellijk afhechten6. Steek opnieuw beginnen7. Naaldstop boven/onder8. Start/stop

9. Achter-10. Indicatielampje

Naaivoet omhoog en extra hoogDruk eenmaal op de toets naaivoet omhoog om denaaivoet omhoog te brengen. Als u nog een keer op detoets drukt, gaat de naaivoet naar de extra hoge positieen wordt de transporteur automatisch verzonken omdikke stof makkelijker onder de naaivoet te kunnenbrengen.

Naaivoet omlaag en draaistandDe naaivoet wordt automatisch omlaag gebrachtwanneer u met naaien begint. Om de naaivoet omlaag tebrengen voordat u begint te naaien, drukt u op de toetsnaaivoet omlaag en draaistand. De naaivoet wordthelemaal omlaag gebracht en de machine houdt de stof

stevig vast. Druk opnieuw op naaivoet omlaag voor dedraaipositie.

Automatische draadinstekerZie De automatische draadinsteker gebruiken, pagina 34om te leren hoe u de draad moet plaatsen voorautomatisch inrijgen. Als de draad op zijn plaats ligt,drukt u op deze toets om de draad automatisch in denaald te rijgen.

Om schade aan de automatische draadinsteker, denaald, naaivoet of andere bevestigde accessoires tevoorkomen, leest u aandachtig de instructies over hetgebruik van de automatische draadinsteker voordat udeze gebruikt.

2

3 4 5 6

8

9

71

10

12

Page 13: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

InleidingAfsnijfunctieAls u op de afsnijfunctietoets drukt, snijdt uwnaaimachine de boven- en onderdraad af en brengt denaaivoet en de naald omhoog.

Om draden aan het einde van een steek of stekenreeksaf te snijden, drukt u op de afsnijfunctietoets tijdens hetnaaien. Het indicatielampje gaat sterker branden om aante geven dat de draden moeten worden afgesneden.Wanneer de steek of stekenreeks klaar is, snijdt uwnaaimachine de boven- en onderdraad af en brengt denaaivoet en de naald omhoog.

Let op: Als de automatische persvoetlichter is gedeselecteerdin de tijdelijke naai-instellingen, wordt de naaivoet nietomhoog gebracht bij gebruik van de afsnijfunctie.

Sommige optionele accessoires worden bevestigd inde twee ronde gaatjes in de steekplaat vlak boven hetspoelhuisdeksel. Gebruik de afsnijfunctie niet als ereen accessoire in deze gaatjes is bevestigd, omdat ditde automatische draadafsnijder die onder desteekplaat zit in de weg kan zitten.

Onmiddellijk afhechtenDruk op onmiddellijk afhechten tijdens het naaien. Uwmachine naait dan enkele afhechtsteken en stoptautomatisch. Door de afhechttoets nogmaals aan teraken terwijl de actie-indicator brandt, kan de functieworden uitgeschakeld.

Steek opnieuw startenWanneer u stopt met naaien in het midden van een steek,drukt u op steek opnieuw starten om te beginnen metnaaien aan het begin van de steek. De steek of destekenreeks onthoudt eventuele speciale instellingen dieu hebt gemaakt.

Naaldstop boven/onderDruk op naaldstop boven/onder om de positie van denaald in te stellen wanneer u stopt met naaien. De naaldgaat omhoog of omlaag als u op de knop drukt. Hetindicatielampje gaat sterker branden als naaldstop onderis ingesteld.

Tip: Natuurlijk kunt u ook het voetpedaal gebruiken om denaald omhoog of omlaag te brengen wanneer u stopt metnaaien. Het gebruik van het voetpedaal verandert de ingesteldestoppositie niet.

Start/StopDruk op de start/stop-toets om de machine te latenstarten en stoppen met naaien zonder het voetpedaal tegebruiken. Druk op start/stop om te beginnen en druknog een keer om te stoppen.

Achter-Als achteruitnaaien is ingeschakeld, gaat deachteruitnaai-indicator sterker branden. Druk eenmaalop de achteruitnaaitoets voordat u begint te naaien als upermanent achteruit wilt naaien. De achteruitnaai-indicator gaat sterker branden en de machine naaitachteruit totdat u opnieuw op de toets drukt. Als utijdens het naaien op de achteruitnaaitoets drukt, naaitde machine achteruit zolang u de toets ingedrukt houdt.

Achteruitnaaien wordt ook gebruikt bij het naaien vanhandmatige knoopsgaten, stopsteken en taperingstekenom tussen delen van de steken heen en weer te gaan.

13

Page 14: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Basisbewegingen voor het multi-touchscreenU navigeert gemakkelijk over het multi-touchscreen metde hieronder beschreven bewegingen. Zie voor meergedetailleerde informatie Multi-touchscreenhet gedeelteover het multi-touchscreen in de ingebouwdegebruiksaanwijzing.

DrukDruk eenmaal op een toets of instelling op het schermom deze te selecteren.

Lang drukkenDruk eenmaal en blijf enkele seconden vasthouden omlang te drukken. Dit wordt bij sommige toetsen enschermgedeelten gebruikt om meer opties te openen.

Samenknijpen/UitrekkenRaak tegelijkertijd met twee vingers het scherm aan envergroot/verklein zonder los te laten de afstand tussende vingers om uit te rekken (in te zoomen) of samen teknijpen (uit te zoomen).

Druk/sleepfunctie - VerplaatsenDruk eenmaal op bijvoorbeeld een venster op uwscherm en breng, zonder los te laten, uw vinger naar eenandere positie op het scherm.

VegenDruk, verplaats en laat uw vinger los met een snellebeweging om te vegen. Vegen van links naar rechts/vanrechts naar links wordt gebruikt om door stekenmenu'ste bladeren. Vegen van boven naar beneden/vanbeneden naar boven wordt gebruikt om in eenstekenmenu te bladeren.

14

Page 15: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Accessoires

Bijgeleverde accessoires

1 2 3 4

6

5

79

8

10

1112

13

14 15

2 3

8

6

1. Garennetje (4)2. Schroevendraaier3. Tornmesje4. Borsteltje5. Spoelen (6)6. Rand-/quiltgeleider (wordt aan de persvoethouder

bevestigd)7. Garenkloshouder (2)8. Garenschijf, groot (2)9. Garenschijf, medium (2)10. Garenschijf, klein (2)11. Grote garenpen12. Spoelhuis voor rechte steek links (zwart)13. Kniehevel14. Steekplaat voor rechte steek15. Multifunctioneel gereedschap/Knopenhulpstuk

Niet afgebeelde bijgeleverde accessoires

• Zachte hoes voor de machine• Voetpedaal• Netsnoer• Naalden

15

Page 16: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

NaaivoetenLet op: Gebruik voor de beste naairesultaten alleen naaivoeten die ontworpen voor en compatibel met uw performance icon™machine zijn.

OA - Standaard naaivoet voor IDT™ systeem(is bij levering op de machine bevestigd)

Deze voet wordt hoofdzakelijk gebruikt voor rechte steken en zigzagsteken meteen steeklengte van meer dan 1,0 mm.

1A - Siersteekvoet voor IDT™ systeemDeze voet wordt gebruikt voor het maken van decoratieve steken. De groef inde onderkant van de naaivoet is bedoeld voor een soepel transport over desteken.

2A - SiersteekvoetGebruik deze voet bij het naaien van decoratieve steken of zigzagsteken enandere nuttige steken van minder dan 1,0mm lang. De groef in de onderkantvan de naaivoet is bedoeld voor een soepel transport over de steken.

3 - Blindzoomvoet met IDT™ systeemDeze voet wordt gebruikt voor blindzoomsteken. De teen op de naaivoet geleidtde stof. De rode geleider op de naaivoet moet langs de vouw van de zoomrandlopen.

4 - Ritsvoet met IDT™ systeemDeze naaivoet kan rechts of links van de naald op de machine worden geklikt,waardoor het eenvoudiger is om dicht bij de beide kanten van de tandjes van derits te naaien. Verplaats de naaldpositie naar rechts of naar links om dichterlangs de tandjes te naaien.

5A - Sensormatic knoopsgatvoetWanneer deze voet op de machine is aangesloten, wordt het knoopsgat genaaidmet de lengte die in de machine is ingevoerd.

5M - Handmatige knoopsgatvoetDeze naaivoet wordt gebruikt voor het naaien van handmatige knoopsgaten.Gebruik de markeringen op de voet om de rand van het kledingstuk te plaatsen.Het hieltje aan de achterkant van de voet houdt de draad vast bij knoopsgatenmet inlegdraad.

6A – Borduur-/Sensormatic free-motionvoetDeze naaivoet wordt gebruikt voor free-motion naaien. Deze naaivoet kan ookworden gebruikt voor stopwerk.

¼″ quiltvoet voor IDT™ systeemDeze naaivoet is perfect voor het aan elkaar zetten van lapjes en voor patchwork,vooral in combinatie met de steekplaat voor rechte steken. De afstand vanaf denaald tot de buitenste rand van de rechterkant van de naaivoet is 6 mm. Deafstand vanaf de naald tot de buitenste rand van de rechterkant van de naaivoetis 3 mm.

16

Page 17: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

8 – Maxi steekvoetDeze voet wordt gebruikt voor zijwaartse steken.

Doorstikvoet met geleider midden met IDT™ systeemDoorstikvoet met geleider midden is speciaal geschikt voor het naaien vanexclusieve steektechnieken zoals randsteken en zwevende steken. De onderkantvan de naaivoet is zo ontworpen dat de rechterkant hoger is en er een geleiderin het midden zit, waardoor de naaivoet langs een gevouwen rand kan glijden.

17

Page 18: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Stekenoverzicht

Nuttige stekenSteek № Naam Beschrijving

1.1.1 Rechte steek Voor aan elkaar naaien en doorstikken.

1.1.2 Elastische drievoudigerechte steek

Voor versterkte naden en doorstikken.

1.1.3 Elastische tricotsteek Voor het naaien van naden in elastische stoffen.

1.1.4 Rijgsteek Voor alle soorten naaiwerk.

1.1.5 Zigzagsteek Voor versterkte naden, afwerken en elastisch naaien.

1.1.6 Drievoudige zigzagstretchsteek

Elastische steek voor decoratieve zomen of doorstikken.

1.1.7 Genaaide zigzagsteek Voor elastische naden, stopwerk, verstellen, afwerken van randen endecoratief naaiwerk.

1.1.8 Elastische steek Voor elastische naden, stopwerk, verstellen en kant inzetten.

1.1.9 Drievoudige elastischesteek

Voor elastische naden, stopwerk, verstellen, afwerken van randen endecoratief naaiwerk.

1.1.10 Z-zigzagsteek Voor het vastnaaien van applicaties.

1-1-2011

Honingraatsteek Decoratieve steek voor elastische stoffen en zomen. Ook gebruikt metelastisch garen op de spoel.

1-1-2012

Fagotsteek Stoffen en quiltvoering aan elkaar naaien, decoratieve steek voorquilten, ajoursteken.

1-1-2013

Elastische decoratievefagotsteek

Verbindingssteek voor ondergoed, badstof, leer, dikke lagen stof bijoverlappende naden.

1-1-2014

Flanelsteek Elastische decoratieve zoom voor elastische stoffen. Ook geschikt omstoffen aan elkaar te naaien en quiltvoering.

1-1-2015

Blindzoomsteek Voor het naaien van blinde zomen in geweven stoffen.

1.1.16 Elastischeblindzoomsteek

Voor het naaien van blinde zomen in stretchstoffen.

1.2.1 Gesloten overlocksteek Elastische stoffen in één stap naaien en afwerken.

1.2.2 Elastischeoverlocksteek

Elastische stoffen in één stap naaien en afwerken.

1.2.3 Overlocksteek Elastische stoffen in één stap naaien en afwerken.

18

Page 19: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Steek № Naam Beschrijving

1.2.4 Patchwork voor dunnegebreide stoffen

Voor het verstellen en zomen van elastische stoffen.

1.2.5 Gesloten overlocksteek Voor het verstellen, zomen, naaien van naden en afwerken.

1.2.6 Gesloten overlocksteekvoor elastische stoffen

Voor het verstellen, zomen, naaien van naden en afwerken vanelastische stoffen.

1.2.7 Valse dekzoom Maak een overlockzoom in elastische stoffen die eruit ziet als eenlockmachine-deksteekzoom.

1.2.8 Valse dekzoom Maak een overlockzoom in elastische stoffen die eruit ziet als eenlockmachine-deksteekzoom.

1.2.9 Open overlockblindzoom

Maak een decoratieve overlock blindzoom in geweven stoffen.

1-2-2010

Gesloten overlockblindzoom

Maak een decoratieve overlock blindzoom in elastische stoffen.

1.3.1 Standaardknoopsgat Basisknoopsgat voor blouses, overhemden en jasjes. Ook voorkussenslopen.

1.3.2 Afgerond knoopsgatmet dwarstrens

Knoopsgat voor kleding.

1.3.3 Mantelknoopsgat metpuntvormige trens

Kleermakersknoopsgat of sierknoopsgat.

1.3.4 Afgerond knoopsgat Knoopsgat voor dunne kleding of jasjes.

1.3.5 Elastisch knoopsgat Knoopsgat voor elastische stoffen.

1.3.6 Sier-mantelknoopsgat Sierknoopsgat voor jasjes.

1.3.7 Sier-mantelknoopsgat Sierknoopsgat voor jasjes.

1.3.8 Sier-mantelknoopsgat Nostalgisch sierknoopsgat.

1.3.9 Rond sierknoopsgat Nostalgisch sierknoopsgat.

1-3-2010

Knopen aannaaien Voor het aannaaien van knopen of rijgen.

1-3-2011

Knoopsgat met koord Fagotsteek voor paspelknoopsgat.

1.4.1 Oogje Voor ceinturen, koordjes, nostalgisch naaien enz.

1.4.2 Sieroogje Voor ceinturen, koordjes, nostalgisch naaien enz.

1.4.3 Sieroogje Voor ceinturen, koordjes, nostalgisch naaien enz.

19

Page 20: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Inleiding

Steek № Naam Beschrijving

1.4.4 Sieroogje Voor ceinturen, koordjes, nostalgisch naaien enz.

1.4.5 Programmeerbarestopsteek

Stoppen en repareren van kleine gaatjes. Begin met naaien over het gat,druk op achteruit naaien voor doorlopend stoppen en stop.

1.4.6 Programmeerbareversterkte stopsteek

Stop en repareer werkkleding, jeans, tafelkleden en linnen handdoeken.Naai over het gat heen, druk op de achteruitnaaitoets voor doorlopendstopwerk en een automatische stop.

1.4.7 Trens Verstevig zakken, openingen van shirts, riemlusjes en het onderstedeel van ritssluitingen.

1.4.8 Jeanstrens Verstevig zakken, openingen van shirts, riemlusjes en het onderstedeel van ritssluitingen.

1.4.9 Siertrens Verstevig zakken, openingen van shirts, riemlusjes en het onderstedeel van ritssluitingen.

1-4-2010

Kruistrens Verstevig zakken, openingen van shirts en riemlusjes.

20

Page 21: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

InleidingStekenmenu OverzichtEr zijn verschillende stekenmenu's met steken voor alle doeleinden. Gebruik de quick help-functie voor eengedetailleerde beschrijving van een steek, zie Quick Helpquick help in de ingebouwde gebruiksaanwijzing.

Naam stekenmenu Submenu's1 — Nuttige steken

Zie ook stekentabel voorgedetailleerde beschrijvingen.

1. Essentiële steken2. Overlocksteken3. Knoopsgaten4. Oogjes en stopsteken

2 — Quiltsteken 1. Handgemaakte Quiltsteken2. Meandersteken3. Crazy-patchworksteken

3 — Naaldkunststeken 1. Kruissteken2. Naaisteken3. Nostalgische borduursteken

4 — Cordonsteken 1. Schulpranden2. Cordonelementen3. Omrandingen

5 — Decoratieve steken 1. Bladeren en bloemen2. Kunststeken3. Siersteken4. Maxi kunststeken

6 — Diverse steken 1. Strikken en harten2. Dieren3. Fantasiesteken

7 —Monogramsteken 1. Monogram 12. Monogram 2

8 — Steektechnieken 1. Enkele lintsteken2. Dubbele lintsteken3. Drievoudige lintsteken4. Stapelsteken5. Zwevende steken6. Straalsteken7. Kanten randsteken

9 — Aanvullende steken 1. Steken voor optionele naaivoeten2. Steken in vier richtingen.

AlfabettenDe lettertypes zijn beschikbaar in de alfabetten block,comic, Cyrillic, grand, outline en script.

21

Page 22: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

2 Voorbereidingen

De machine uitpakkenNadat u de machine uit de doos heeft gehaald en al hetverpakkingsmateriaal en de plastic zak heeft verwijderd,moet u de machine eerst schoonvegen, met namerondom de naald en de steekplaat, om eventuele olie teverwijderen voordat u gaat naaien.

Let op: Uw performance icon™ naaimachine is erop gebouwdom de beste resultaten te leveren bij normalekamertemperatuur. Extreem warme en koude temperaturenkunnen de naairesultaten nadelig beïnvloeden.

Sluit het snoer en het voetpedaalaanBij de accessoires vindt u ook de voedingskabel en hetvoetpedaal.

Let op: Controleer voordat u het voetpedaal aansluit of het vanhet type "FR5" is (zie de onderkant van het voetpedaal).

1. Trek het snoer uit het voetpedaal. Sluit het snoer vanhet voetpedaal aan op het voorste contact rechtsonder aan de machine.

2. Sluit het netsnoer aan op het achterste contact, rechtsonder aan de machine. Steek de stekker in hetstopcontact.

3. Zet de AAN/UIT-schakelaar op "I" om devoedingsspanning en het licht in te schakelen.

Voor de VS en Canada

Deze overlockmachine heeft een gepolariseerdestekker (waarbij het ene blad breder is dan hetandere). Om het risico van een elektrische schok tebeperken kunt u deze stekker slechts op één manier ineen gepolariseerd stopcontact steken. Als de stekkerniet volledig in het contact past, draait u de stekkerom. Als de stekker nog steeds niet past, neem dancontact op met een erkende monteur om een geschiktstopcontact te laten plaatsen. Breng geen wijzigingenaan in de stekker!

123

22

Page 23: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Opbergen van de machine1. Zet de AAN/UIT-schakelaar op "O".2. Haal de stekker van het netsnoer eerst uit het

stopcontact en vervolgens uit de naaimachine.3. Haal de stekker van het voetpedaalsnoer uit de

machine. Trek zachtjes aan het snoer en laat het los.Het snoer wordt opgerold in het voetpedaal.

4. Berg alle accessoires op in de accessoiredoos. Schuifde doos op de naaimachine om de vrije arm heen.

5. Plaats het voetpedaal in de ruimte boven de vrijearm.

6. Plaats de beschermhoes op de naaimachine.

Tip: De gebruiksaanwijzing en het snoer kunnen wordenopgeborgen in de zak op de achterkant van de beschermhoes.

USB-poortenUwmachine heeft twee USB-poorten voor hetaansluiten van USB-apparaten zoals een memory stick.USB-stekkers kunnen slechts op één manier wordenaangesloten – steek ze niet met kracht in de poorten!Om het USB-apparaat te verwijderen, trekt u het ervoorzichtig recht uit.

Let op: Controleer of de USB-stick die u gebruikt de indelingFAT32 heeft.

Een USB-apparaat gebruikenDe toets extern apparaat in file manager is alleen actiefwanneer er een apparaat op een USB-poort van demachine is aangesloten.

Let op: Verwijder het USB-apparaat niet wanneer de laad-animatie op het scherm staat of wanneer de file manager tezien is. Als u het apparaat dan verwijdert, kunnen debestanden die op uw USB-apparaat staan beschadigen.

23

Page 24: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Aan de slag met WiFi enmySewnet™CloudVolg de onderstaande stappen om uw machine teverbinden.

Verbinding maken met een netwerk met WiFi

WiFi-pictogram

Druk op de WiFi-toets in de linker bovenhoek van hetscherm. Maak een selectie van de lijst met beschikbarenetwerken. Als uw netwerk is beveiligd met eenwachtwoord, wordt u gevraagd het wachtwoord in tevoeren om verbinding te maken.

Zie voor meer informatie WiFi Introductiedeingebouwde gebruiksaanwijzing.

Verbinding maken met demySewnet™Cloud

mySewnet™ cloud-pictogram

Wanneer u een WiFi-verbinding heeft, drukt u op de tabmySewnet™ en dan op de knop inloggen. Er wordt eenwebweergave geopend waarin u kunt inloggen. Als ugeen gebruikersnaam en wachtwoord heeft, selecteert uRegistreren om een account aan te maken.

Zie voor meer informatie mySewnet™Clouddeingebouwde gebruiksaanwijzing.

LED-lampjesOp uw machine zitten LED-lampjes die het licht zonderschaduw gelijkmatig over het werkgebied verdelen. Ukunt de helderheid van het licht aanpassen in hetinstellingenmenu, zie Machine-instellingen helderheidLED-werklicht in de ingebouwde gebruiksaanwijzing.

Vrije armOm de vrije arm te gebruiken moet u de accessoiredoosverwijderen. Wanneer de doos is bevestigd, houdt eenhaak de accessoiredoos vast aan de machine. Schuif dedoos naar links om hem te verwijderen.

24

Page 25: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Handmatige draadafsnijderEr zitten drie handmatige draadafsnijders op uwmachine. De eerste zit bij de spoelas en kan de draad nahet spoelen afsnijden. De draad van vanaf de zijkantworden afgesneden.

De tweede zit naast het spoelhuis om de spoeldraad afte snijden nadat u die in de machine hebt geplaatst.

De derde zit op de linkerkant van de machine. U kunt erhandmatig de boven- en onderdraad mee afsnijden.Trek beide draden van achteren naar voren in dedraadafsnijder en trek ze snel omlaag.

KniehevelUw naaimachine wordt geleverd met een elektronischekniehevel waarmee u de naaivoet met uw knie kuntoptillen. De kniehevel is zeer handig tijdens het naaien,omdat u de stof met uw beide handen kunt hanteren,terwijl uw knie de naaivoet naar de gewenste hoogte tilt.

Laat de ribbels op de kniehevel overeenkomen met deuitsparingen in de kniehevelaansluiting. Stel derechthoekige stang van de kniehevel af totdat deze vooru een comfortabele hoogte heeft (A).

Beweeg uw kniehevel met uw knie en de naaivoet zalomhoog gaan. U kunt de naaivoet naar drie positiesbrengen met uw kniehevel; draaihoogte, omhoog enextra hoog. Wanneer u de naaivoet naar de extra hogepositie wilt brengen, laat de machine de tanden van detransporteur zakken, zodat u gemakkelijk dikke stoffenonder de naaivoet kunt leggen. De tanden van detransporteur gaan automatisch omhoog wanneer ubegint met naaien.

Als u de kniehevel wilt verwijderen, trekt u deze rechtuit de opening.

A

25

Page 26: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

SnelheidsregelaarMet de snelheidsregelhendel kunt u de maximalenaaisnelheid instellen. Om de naaisnelheid te verhogenschuift u de hendel omhoog, om de naaisnelheid teverlagen schuift u de hendel omlaag.

Wanneer u de hendel aanpast, verschijnt op het schermeen pop-upbericht waarin wordt aangegeven welkesnelheid is ingesteld. De snelheidsinstelling verschijntook in het informatiegebied.

DraadsensorAls de bovendraad breekt of de onderdraad bijna op is,stopt de machine en verschijnt er een pop-up op hetscherm.

Als de bovendraad breekt: Verwijder het garen helemaal,rijg de machine opnieuw in en druk op OK in de pop-up.

Als de onderdraad bijna op is: U kunt doorgaan metnaaien zonder de pop-up te sluiten totdat deonderdraad helemaal opraakt. Dit geeft u demogelijkheid te plannen waar u gaat stoppen om despoel te vervangen. Wanneer de spoel is vervangendoor een volle, drukt u op OK in de pop-up.

Uitschuifbare draadgeleiderDe uitschuifbare draadgeleider wordt altijd gebruikt bijhet inrijgen van uw machine voor naaien en bijopspoelen. De uitschuifbare draadgeleider helpt dedraad recht te houden, zodat hij niet in de war raakt ofbreekt. De draadgeleider en de verticale garenpennenmaken het mogelijk om zeer grote garenklossen tegebruiken.

De uitschuifbare draadgeleider uit- en inschuivenHoud de uitschuifbare draadgeleider vast zoals op deafbeelding te zien is, trek hem recht omhoog en draaihem totdat hij op zijn plaats klikt.

Om de draadgeleider in te schuiven, houdt u hem vasten drukt u hem recht omlaag.

26

Page 27: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Garenpennen

Hoofdgarenpen (A) en extra garenpen (B)

Uw naaimachine heeft twee garenpennen: eenhoofdgarenpen en een extra garenpen. De garenpennenzijn geschikt voor alle soorten garen.

Gebruik de hoofdgarenpen (A) bij het opspoelen van debovendraad en voor spoelen door de naald. Gebruikvoor normaal naai- en borduurgaren de hoofdgarenpenin de verticale positie. Plaats de garenpen in dehorizontale positie als u de machine ingeregen wilthouden wanneer u het deksel sluit na het naaien.Vergeet niet om de garenpen weer verticaal te zetten alsu weer gaat naaien.

Let op: De garenpennen kunnen niet worden gekanteld metgrote garenklossen.

U kunt betere resultaten krijgen als u de garenpen in dehorizontale positie kantelt wanneer u kleine klosjes ofspeciaal garen gebruikt. Zie Inrijgen - Tips en hints,pagina 36.

De extra garenpen (B) wordt gebruikt wanneer u eenspoel wilt opwinden vanaf een tweede garenklos ofvoor een tweede klos wanneer u met een tweelingnaaldnaait.

GarenschijvenBij uw machine worden drie garenschijven metverschillende grootten geleverd. Voor de meeste soortengarenklosjes is er geen garenschijf nodig, behalve als hetgaren op het klosje bijna op is. Als de draad vastlooptaan de bovenkant van het garenklosje, plaats er dan eengarenschijfje op. Gebruik altijd een garenschijfje dat ietsgroter is dan het garenklosje om te voorkomen dat dedraad vastloopt. De platte zijde van de garenschijf moetstevig tegen het klosje worden gedrukt. Er mag geenruimte tussen de garenschijf en de klos zitten.

BA

27

Page 28: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

DradenEr zijn tegenwoordig veel garens te koop die zijnontwikkeld voor verschillende doeleinden.

Uw performance icon™-machine is ontworpen voor allesoorten garens en garenklosjes van alle grootten. ZieInrijgen - Tips en hints, pagina 36 voor informatie overhet behalen van optimale resultaten met verschillendetypes garen en verschillende grootten/stijlengarenklosjes.

Universeel naaigarenUniverseel naaigaren is gemaakt van synthetischmateriaal, katoen of katoen met een polyesterlaagje. Dittype garen wordt gebruikt voor de meeste naaiprojecten,zoals kleding, woonaccessoires en quilten.

Decoratief garenDecoratief garen is gemaakt van verschillende vezels:rayon, polyester, acryl of metallic. Deze garens gevendecoratief naaiwerk een glad en glanzend effect.

Decoratief garen wordt gewoonlijk niet gebruikt op despoel, tenzij beide kanten van het werkstuk zichtbaarzullen zijn. Vaak wordt er een dun onderdraad gebruiktop de spoel. Het dunnere garen maakt de onderkant vande steken niet dikker.

Let op: Als u metallic of ander speciaal garen gebruikt, heeft uwaarschijnlijk een naald met een groter oog nodig en moet ude snelheid verlagen.

Transparant garenTransparant garen, ook wel monofilament-garengenoemd, is enkeldradig doorzichtig synthetisch garen.Het wordt gebruikt voor quilten en andernaaitechnieken. Als u een spoel opwindt, spoel dan methalve snelheid en spoel tot de spoel halfvol is.

28

Page 29: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

NaaldenDe naaimachinenaald speelt een belangrijke rol bijsuccesvol naaien. Gebruik alleen naalden van goedekwaliteit. Wij raden naalden van systeem 130/705H aan.In het naaldendoosje dat bij uw machine wordt geleverd,vindt u naalden in de meest gebruikte maten.

Zorg ervoor dat u een naald aanbrengt die geschiktis voor het garen dat u gebruikt. Voor dikkere garensis een naald met een groter oog nodig. Als het oogvan de naald te klein is voor het garen, kan het zijndat de automatische draadinsteker niet goed werkt.

Universele naaldUniversele naalden hebben een iets afgeronde punt enzijn verkrijgbaar in veel verschillende maten. Vooralgemeen naaien in veel verschillende stoftypen en-dikten.

StretchnaaldStretchnaalden hebben een speciale las om overgeslagensteken te voorkomen wanneer er rek in de stof zit. Voorbreisels, zwemkleding, fleece en synthetische suède enleer.

BorduurnaaldBorduurnaalden hebben een speciale las, een ietsafgeronde punt en een iets groter oog om schade aan hetgaren en de materialen te voorkomen. Gebruik dezenaalden met metallic en andere speciale garens voordecoratief naaien.

DenimnaaldDenimnaalden hebben een scherpe punt die door dichtgeweven stoffen kan prikken zonder dat de naaldverbuigt. Voor canvas, denim, microfibers.

ZwaardnaaldZwaardnaalden hebben brede "vleugels" aan dezijkanten van de naald om gaten in de stof te prikken bijhet naaien van entredeux en andere ajoursteken opnatuurlijke stoffen.

Belangrijke informatie over de naaldVervang de naald regelmatig. Gebruik altijd een rechtenaald met een scherpe punt (A).

Een beschadigde naald (B) kan ervoor zorgen dat ersteken worden overgeslagen, dat de naald breekt of datde draad afbreekt. Een kapotte naald kan ook desteekplaat beschadigen.

Gebruik geen asymmetrische tweelingnaalden (C); uwnaaimachine kan erdoor beschadigen.

29

Page 30: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

De naald verwisselen1. Gebruik het gat in het multifunctionele gereedschap

om de naald vast te houden.2. Draai de naaldschroef los.3. Verwijder de naald.4. Plaats de nieuwe naald met het gereedschap. Duw

de nieuwe naald omhoog met de platte kant van u aftotdat hij niet verder kan.

Het is zeer belangrijk dat de naald helemaalwordt ingebracht, anders werkt de automatischedraadinsteker niet goed.

5. Draai de naaldschroef zorgvuldig aan.

A

30

Page 31: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Draad inrijgenZorg ervoor dat de naaivoet en de naald zich in dehoogste stand bevinden.

De bovendraad inrijgenVoor de meeste soorten normale garens engarenklosafmetingen wordt het aanbevolen om debovendraad in te rijgen vanaf de hoofdgarenpen (links)in de verticale positie voor optimale naairesultaten.

Als u problemen ondervindt met het garen of denaairesultaten, zijn er andere manieren om hetgarenklosje te plaatsen. Zie Inrijgen - Tips en hints,pagina 36.

1. Pak de uitschuifbare draadgeleider vast en trekhem recht omhoog totdat hij op zijn plaats klikt.

2. Breng de beide garenpennen in verticale positie.Schuif het garenklosje op de hoofdgarenpen (links).Breng met beide handen het garen achter de linkerklem op de uitschuifbare draadgeleider (A). Dedraad moet van rechts naar links lopen.

Let op: Als u taps toelopende garenklossen gebruikt, plaatsdan een garenkloshouder op de garenpen voordat u degarenklos plaatst. Dit voorkomt dat de garenklos gaatwiebelen.

Tip: Als u de garenklos van de garenpen af haalt, kan degarenkloshouder vast komen te zitten in de garenklos. Duwhem voorzichtig van bovenaf los.

A

31

Page 32: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

3. Houd de draad vast met twee handen zoals op deafbeelding te zien is. Haal de draad van voren naarachteren onder de draadgeleider (A) door. Trek dedraad terug in de draadinvoergleuf (B) en erdoorheen.

Let op: Blijf de draad lichtjes vasthouden naast dedraadgeleider (A) tijdens de hele inrijgprocedure.Daardoor komt er een beetje spanning op de draad testaan, wat ervoor zorgt dat de draad goed in deinrijgroute komt te zitten.

4. Trek de draad tussen de spanningsschijven (C). Rijgde draad omlaag door de rechter inrijggleuf en danomhoog door de linker inrijggleuf. Breng de draadvanaf de rechterkant in de draadhefboom (D) totdathij op zijn plaats klikt (E) en omlaag in de linkerinrijggleuf in de laatste draadgeleider (F) vlakboven de naald.

5. Steek de draad met de automatische draadinstekerof met de hand in de naald.

Lees voordat u de automatische draadinstekergebruikt eerst goed de instructies en deaanbevelingen door, zie De automatischedraadinsteker gebruiken, pagina 34.

B

A

CD

E

F

32

Page 33: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

VoorbereidingenAutomatische draadinsteker

De juiste combinatie van draad/naald selecterenDe combinatie van de garendikte en de naaldgrootte is uiterst belangrijk bij het gebruik van de automatischedraadinsteker. Ongeschikte combinaties, zoals dik garen met een dunne naald, kunnen de draadinsteker beschadigen.

Gebruik geen dunne naalden met dikke stoffen om het risico dat de naald verbuigt te voorkomen. Als u de automatischedraadinsteker gebruikt met een gebogen naald, kan dit de draadinsteker beschadigen.

Stof Garen NaaldGewevendun

Chiffon, organza,batist, dunne wollenstoffen, crêpe dechine, etc.

Dunne garens:

• dun katoenen, polyester of zijden naaigaren• rayon borduurgaren

Universeel 130/705H

70/10-80/12

Gewevennormaal

Calicot, quiltstoffen,crêpe, laken, fluweel,enz.

Normale garens:

• dun/normaal katoenen of polyester naaigaren• rayon borduurgaren

Universeel 130/705H

80/12-90/14

Gewevendik

Denim, tweed,canvas, badstof, enz.

Normale/dikke garens:

• normaal katoenen of polyester naaigaren• doorstikgaren• rayon borduurgaren

Universeel 130/705H

90/14-110/18

Elastischdun

Tricot, enkelvoudiggebreide jerseys, enz.

Dunne garens:

• dun katoenen of polyester naaigaren• rayon borduurgaren

Stretch 130/705H-S

75/11

Elastischnormaal

Sweaterstof, dubbelgebreide stof,velours,zwemkleding, enz.

Normale garens:

• normaal katoenen of polyester naaigaren• rayon borduurgaren

Stretch 130/705H-S

90/14

Elastischdik

Sweaterstof, fleece,enz.

Normale garens:

• normaal katoenen of polyester naaigaren• rayon borduurgaren

Stretch 130/705H-S

90/14

Leer Suède en leer Normale garens:

• normaal katoenen of polyester naaigaren• rayon borduurgaren

Stretch 130/705H-S

90/14

Vinyl Vinyl, kunstleer ensuède

Normale garens:

• normaal katoenen of polyester naaigaren• rayon borduurgaren

Universeel 130/705H

80/12

Let op: Voor speciale stoffen en garens kan een speciale naald nodig zijn voor de beste naairesultaten. Vraag uw PFAFF®-dealerom meer informatie over naaldtypes en -grootten die nodig kunt hebben voor uw naaiwerk.

33

Page 34: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

De automatische draadinsteker gebruikenMet de draadinsteker kunt u de draad automatisch in denaald steken door gewoon op een toets te drukken.

Controleer of de naald goed is aangebracht enhelemaal omhoog is geduwd in de naaldklem voordatu de automatische draadinsteker gebruikt.Controleer of de naald niet is beschadigd of verbogenen zorg ervoor dat de dikte van de draad en degrootte van de naald bij elkaar passen volgens onzeaanbevelingen in De juiste combinatie van draad/naald selecteren, pagina 33.

1. Leg de draad onder het haakje (A) en trek hemtussen de schijven (B) totdat hij op zijn plaats "klikt".

2. Trek de draad omhoog naar de draadafsnijder bij denaaikop en snijd de overtollige draad af door dezevan achteren naar voren in de draadinsteker (C) tetrekken.

3. Druk op de toets van de automatische draadinsteker.De naaivoet wordt automatisch omlaag gebrachttijdens het inrijgen en gaat weer omhoog wanneerhet inrijgen is voltooid.

A

B

C

34

Page 35: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

De draadinsteker is ontworpen voor naalddikte nr. 70-120. U kunt de draadinsteker niet gebruiken bij naalddikte 65of kleiner, zwaardnaalden, tweelingnaalden of drielingnaalden.

Speciale garens, zoals onzichtbaar en ander elastisch garen, metallic of platte metallic garens en sommige dikke garensworden mogelijk niet goed gegrepen door het haakje van de automatische draadinsteker. Als dat gebeurt, wordt dedraad niet in de naald gestoken. Probeer de automatische draadinsteker opnieuw of steek de draad met de hand in denaald.

Wanneer u de draad handmatig in de naald steekt, zorg er dan voor dat de draad van voren naar achteren door denaald wordt gestoken.

De automatische draadinsteker kan niet met alle optionele accessoires worden gebruikt die verkrijgbaar zijn voor uwperformance icon™-machine. Om schade aan de draadinsteker en/of het optionele accessoire te voorkomen, raden weaan om de automatische draadinsteker te gebruiken voordat u het accessoire bevestigt of om de draad met de hand inde naald te steken.

35

Page 36: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Inrijgen - Tips en hintsEr zijn tegenwoordig veel garens te koop die zijn ontwikkeld voor verschillende doeleinden. De kwaliteit en destructuur van het garen, maar ook de vorm en de grootte van het garenklosje kunnen het gedrag van de draadbeïnvloeden. Garens kunnen zich ook anders gedragen als het garenklosje vol of bijna leeg is.

Als u problemen ondervindt, probeer dan de onderstaande tips en hints.

Let op: Maak altijd eerst een proeflapje om het naairesultaat te controleren.

Als het garenklosje omhoog wordt getrokken op de garenpenAls het garen op het klosje bijna op is, kan de draad vastblijven zitten op de rand van het garenklosje en hetklosje omhoog trekken op de garenpen. Plaats eengarenschijfje op het garenklosje om dit op zijn plaats tehouden. Gebruik altijd een garenschijfje dat iets groter isdan het garenklosje om te voorkomen dat de draadvastloopt. De platte zijde van de garenschijf moet stevigtegen het klosje worden gedrukt. Er mag geen ruimtetussen de garenschijf en de klos zitten.

Als het garen omlaag schuift op het staande garenklosjeAls het garen van een kwaliteit is die makkelijk afrolt enomlaag glijdt op het staande garenklosje, kan het onderhet garenklosje vast komen te zitten om de garenpen enafbreken. Plaats het grote garenschijfje op de garenpenmet de platte kant omhoog voordat u het garenklosjeplaatst.

Als het garenklosje dezelfde diameter heeft als het grotegarenschijfje, plaats dan een garennetje van onderafzoals op de afbeelding te zien is over het klosje voordatu het op de garenpen plaatst.

Let op: Om vastlopen of een verhoogde draadspanning op hetgaren te voorkomen, moet het garennetje alleen het onderstedeel van het garenklosje bedekken en niet de bovenkant waarhet garenklosje smaller wordt.

36

Page 37: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

VoorbereidingenAls het garen in de war raakt of opkrult bij het afwinden van het garenklosje.Voor kleinere klosjes met speciaal garen, kan dehoofdgarenpen worden gebruikt in gekantelde positieom het garen van het klosje af te laten rollen.

Schuif het garenklosje op de garenpen. Plaats geengarenschijfje bovenop het klosje omdat het klosje danniet meer kan draaien. Trek de draad omhoog naar deuitschuifbare draadgeleider en rijg in zoals staatbeschreven onder De bovendraad inrijgen, pagina 31.

Een tweelingnaald inrijgenVervang de normale naald door een tweelingnaald.Zorg ervoor dat de naaivoet en de naald zich in dehoogste stand bevinden.

1. Breng de beide garenpennen in verticale positie.Schuif een klosje garen op iedere garenpen.Plaats met beide handen de draad vanaf dehoofdgarenpen achter de linker klem op deuitschuifbare draadgeleider (A), van rechts naarlinks, en plaats de draad dan vanaf de extragarenpen achter de rechter klem op deuitschuifbare draadgeleider (B), van rechts naarlinks.

Let op: Plaats de draad vanaf de extra garenpen nietachter beide klemmen op de uitschuifbare draadgeleider,omdat dit te veel draadspanning oplevert.

Let op: Als u grote taps toelopende garenklossen gebruikt opde extra garenpen, plaats dan het grote garenschijfje met deplatte kant omhoog en een garenkloshouder op de garenpenvoordat u de garenklos plaatst.

2. Houd de beide draden vast met twee handen zoalsop de afbeelding te zien is. Haal de draden vanvoren naar achteren onder de draadgeleider (A)door. Trek de draden samen terug in dedraadinvoergleuf (B) en er doorheen.

Let op: Blijf de draden lichtjes vasthouden naast dedraadgeleider ( A) tijdens de hele inrijgprocedure.Daardoor komt er een beetje spanning op de draden testaan, wat ervoor zorgt dat de draden goed in deinrijgroute komen te zitten.

BA

B

A

37

Page 38: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

3. Trek de draden tussen de spanningsschijven (C).Zorg ervoor dat u de ene draad langs de linkerkanten de andere draad langs de rechterkant vanspanningsschijven leidt.Rijg de draden omlaag door de rechter inrijggleufen dan omhoog door de linker inrijggleuf. Breng dedraden vanaf de rechterkant in de draadhefboom(D) totdat ze op hun plaats klikken (E) en omlaag inde linker inrijggleuf. De ene draad moet in debovendraadgeleider (E) lopen en de andere draadaan de buitenkant daarvan. Zorg er ook voor dat dedraden niet in elkaar draaien.

4. Rijg de tweelingnaald met de hand in.Gebruik de automatische draadinrijger niet bijeen tweelingnaald!

Let op: De dikte en het onregelmatige oppervlak vanspeciale garens, zoals metallic garens, verhoogt de matevan wrijving op de draad. Door de spanning te verlagen,bestaat er minder gevaar dat de naald en de draad breken.

CD

E

F

38

Page 39: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

SpoelenAlle types garen, ook speciale garens zoals onzichtbareof andere elastische garens, metallic of platte metallicgarens, moeten direct vanaf de extra garenpen wordenopgespoeld zonder door de naald en de naaivoet te gaan.

Let op: Spoel speciaal garen altijd bij een lagere snelheid op.

1. Schuif een klosje garen op de extra garenpen.Breng met beide handen de draad achter de rechterklem op de uitschuifbare draadgeleider (A). Dedraad moet van rechts naar links lopen.

2. Breng de draad van achteren naar voren en naarlinks door de draadspanningsschijven (B).Breng de draad door de spoeldraadgeleider (C)heen zoals op de afbeelding te zien is.

Bij sommige speciale garens wordt de spoel testrak opgespoeld als u de normale inrijgroutevolgt. Als dit gebeurt, vermijd dan dedraadgeleider (B) om de spanning op de draadte verlagen. Trek de draad in plaats daarvanvanaf de draadgeleider (A) direct naar de spoel.

3. Haal de draad van binnen naar buiten door degleuf in de spoel (D).Zet de spoel op de spoelas (C). De spoel past slechtsop één manier, met het logo naar de buitenkant.

De bijgeleverde spoelen zijn speciaal ontworpenvoor uw performance icon™-machine. Gebruikgeen spoelen van andere machinemodellen.

4. Duw de spoelgeleider (E) naar de spoel toe. Erverschijnt een pop-up menu op het scherm.Versleep de schuif om de spoelsnelheid in te stellen.Houd het draadeinde goed vast wanneer hetspoelen begint. Druk op de knop afspelen in hetpop-upvenster en laat de draad enkele wikkelingenmaken. Druk op het pictogram pauze en knip hetlosse draadeinde dicht bij de spoel af. Drukopnieuw op afspelen.

5. De spoelgeleider gaat terug wanneer het spoeltjevol is en het opspoelen wordt automatisch gestopt.Het pop-upbericht wordt gesloten. Verwijder despoel en snijd de draad af met behulp van despoeldraadafsnijder (F).

A

BC

F E

D

39

Page 40: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Spoelen door de naaldAls u hetzelfde garen gebruikt als boven- en onderdraad,is het handig om een nieuwe spoel direct door de naaldop te spoelen zonder dat u de draad uit de machinehoeft te verwijderen en opnieuw in te rijgen.

Het opspoelen via de naald van speciaal garen zoalstransparant of ander stretchgaren, metaaldraad ofplat metaaldraad raden wij af. Ook zeer dikke enstugge garens moeten niet door de naald wordenopgespoeld omdat de draadspanning dan te hoog kanworden, waardoor de naald breekt. Spoel specialegarens op zoals wordt beschreven onder Spoelen,pagina 39.

1. Zorg ervoor dat de naaivoet en de naald zich in dehoogste stand bevinden.

2. Rijg de machine in zoals beschreven onder Debovendraad inrijgen, pagina 31.

3. Trek de draad vanaf de naald onder de naaivoetdoor en omhoog naar rechts.

Let op: Gebruik wanneer u garen opspoelt vanaf de naaldaltijd een metalen naaivoet.

4. Gebruik uw beide handen om de draad omhoog tebrengen door de spoeldraadgeleider (A), omhoogdoor de inrijggleuf en van links naar rechts door dedraadgeleider (B).

5. Haal de draad van binnen naar buiten door degleuf in de spoel (D).Zet de spoel op de spoelas. De spoel past slechts opéén manier, met het logo naar de buitenkant.

De bijgeleverde spoelen zijn speciaal ontworpenvoor uw performance icon™-machine. Gebruikgeen spoelen van andere machinemodellen.

6. Duw de spoelgeleider (E) naar de spoel toe. Erverschijnt een pop-up menu op het scherm.Versleep de schuif om de spoelsnelheid in te stellen.Houd het draadeinde goed vast wanneer hetspoelen begint. Druk op de knop afspelen in hetpop-upvenster en laat de draad enkele wikkelingenmaken. Druk op het pictogram pauze en knip hetlosse draadeinde dicht bij de spoel af. Drukopnieuw op afspelen.

Let op: Gebruik altijd een metalen naaivoet.

7. De spoelgeleider gaat terug wanneer het spoeltjevol is en het opspoelen wordt automatisch gestopt.Het pop-upbericht wordt gesloten. Verwijder despoel en snijd de draad af met behulp van despoeldraadafsnijder (F). Knip het loshangendedraaduiteinde dicht bij de spoel af.

A

B

CF E

D

40

Page 41: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Spoel plaatsenGebruik alleen de spoelen die zijn ontworpen vooruw performance icon™-machine.

1. Open het spoelhuis met het ontgrendelknopje (A)rechts. Verwijder het deksel.

2. Plaats de spoel in het spoelhuis. De spoel past erslechts op één manier in, met het logo omhoog. Despoel draait dan linksom wanneer u aan de draadtrekt.

3. Plaats uw vinger op het spoeltje om te voorkomendat het kan draaien als u de draad stevig naar rechtstrekt en vervolgens naar links in hetspanningsveertje (B) totdat het op zijn plaats “klikt”.Ga verder met het inrijgen om (C) heen en naarrechts van de draadafsnijder (D).

4. Plaats het deksel weer op het spoelhuis. Trek dedraad naar links om hem af te snijden.

1 2

3

4

A

B

C

D

41

Page 42: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Het spoelhuis vervangenDe performance icon™ wordt geleverd met tweeverschillende spoelhuizen. Het spoelhuis (1) is bijaflevering op de naaimachine geplaatst en wordtgebruikt voor bijna al het naaiwerk. Het tweedespoelhuis (2) is het Rechte-steekspoelhuis. Wij raden aanom dit spoelhuis te gebruiken wanneer u een rechtesteek naait met een naaldpositie die naar links isverplaatst. Er verschijnt een symbool in hetinformatievenster op uw scherm wanneer wij hetgebruik van het Rechte steek spoelhuis aanbevelen.

1. Verwijder de naaivoet. Open het spoelhuis met hetontgrendelknopje (A) rechts. Verwijder het deksel.

2. Plaats een schroevendraaier onder de steekplaatzoals te zien is en draai de schroevendraaiervoorzichtig om de steekplaat los te wrikken.

3. Til de spoelhuishouder (B) die het voorste deel vanhet spoelhuis afdekt op en verwijder de houder.Verwijder het spoelhuis (C) door dit op te tillen.

4. Vervang het spoelhuis (D) en plaats despoelhuishouder (E) weer terug. Bevestig desteekplaat.

21

B

C

D

3

4

E

42

Page 43: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

IDT™ systeem (Ingebouwd DubbelTransport)Om alle stoffen nauwkeurig te kunnen naaien, biedt dePFAFF® performance icon™naaimachine de idealeoplossing: het ingebouwde dubbele transport, het IDT™systeem. Net als bij industriële machines zorgt hetIDT™ systeem voor een gelijktijdig stoftransport zowelvan onder als van boven. Het materiaal wordtnauwkeurig getransporteerd, zodat naden in dunnestoffen zoals zijde en rayon niet meer rimpelen. Hetdubbele transport van het IDT™ systeem zorgt dat delagen niet verschuiven tijdens het naaien, zodat dequiltlagen goed op elkaar blijven liggen en zodat stoffenmet ruiten of strepen perfect op elkaar aansluiten.

Het IDT™ systeem inschakelen.Belangrijk: Gebruik voor al uw naaiwerk met het IDT™systeem naaivoeten met een uitsparing aan deachterzijde (A).

Breng de naaivoet naar de extra hoge positie. Druk hetIDT™ systeem omlaag totdat het vastklikt.

Let op: Uw naaimachine is uitgerust met een IDT™-sensor,die u waarschuwt wanneer u het IDT™ moet inschakelen.

Het IDT™ systeem uitschakelenBreng de naaivoet omhoog. Houd het IDT™ systeemmet twee vingers bij de geribbelde greep vast. Trek hetIDT™ systeem omlaag en duw het vervolgens van u afen laat het IDT™ systeem langzaam omhoog komen.

A

43

Page 44: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Naaivoet verwisselenNaaivoet verwijderenDuw de naaivoet omlaag totdat hij loskomt van denaaivoethouder.

Naaivoet bevestigenPlaats de pennetjes op de voet op één lijn met deopening onder de naaivoethouder. Druk omhoog totdatde voet vastklikt.

U kunt ook de toetsen voor het omhoog/omlaagbrengen van de naaivoet gebruiken om denaaivoethouder omhoog of omlaag te brengen. Zet denaaivoet zodanig onder de naaivoethouder dat bij hetomlaag brengen de pennetjes van de voet op denaaivoethouder klikken.

Sensormatic-knoopsgatvoetvastklikken1. Klik de Sensormatic-knoopsgatvoet vast.2. Steek de stekker, met de drie puntjes naar buiten

gericht, in de extra aansluiting op de achterkant vande naaikop.

44

Page 45: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Voorbereidingen

Overgaan naar de steekplaat voorrechte steken.De rechtstiksteekplaat wordt gebruikt voor bepaaldetechnieken in de naaimodus, zoals patchwork. Hetkleinste gat in de steekplaat voor rechte stekenondersteunt de stof dichter bij de naald en helpt tevoorkomen dat de stof omlaag wordt getrokken in hetspoelgebied, vooral aan het begin en/of het einde vaneen naad.

1. Verwijder de naaivoet. Open het spoelhuis met hetontgrendelknopje (A) rechts. Verwijder het deksel.

2. Controleer of de transporteur is verzonken. Plaatseen schroevendraaier onder de steekplaat zoals tezien is en draai de schroevendraaier voorzichtig omde steekplaat los te wrikken.

Let op: Breng de transporteur omlaag door op de toets'naaivoet omhoog en extra hoog' te drukken.

Let op: Als u de steekplaat vervangt, verwijder daneventueel stof en draden uit het spoelhuisgedeelte.

3. Plaats de steekplaat voor rechte steken met detransporteur omlaag zodat de steekplaat in degleuven aan de achterkant past. Duw de steekplaatvoor rechte steken omlaag (B) totdat hij op zijnplaats klikt. Plaats het deksel weer op het spoelhuis.

Verwijder alle accessoires die niet compatibel zijnmet de steekplaat voor rechte steken, zoals eentweelingnaald, om te voorkomen dat de naald breektof de steekplaat beschadigd raakt.

45

Page 46: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

3 Het multi-touchscreen

Multi-touchscreenUw performance icon™ machine heeft een multi-touchscreen dat zeer eenvoudig te gebruiken is. U heeft alleen eenpaar simpele bewegingen nodig, drukken, lang drukken, samenknijpen/uitrekken, drukken en verplaatsen en vegen,om het multi-touchscreen te kunnen gebruiken.

Bewegingen

DrukDruk eenmaal op een pictogram of instelling op hetscherm om deze te selecteren.

Lang drukkenDruk eenmaal en blijf enkele seconden vasthouden omlang te drukken. Dit wordt bij sommige toetsen enschermgedeelten gebruikt om meer opties te openen.

Samenknijpen/UitrekkenRaak tegelijkertijd met twee vingers het scherm aan envergroot/verklein zonder los te laten de afstand tussende vingers om uit te rekken (in te zoomen) of samen teknijpen (uit te zoomen).

Deze functie is zeer handig wanneer u in degebruikershandleiding op teksten en afbeeldingen wiltinzoomen.

Drukken en verplaatsenDruk eenmaal op het scherm en beweeg uw vingerzonder los te laten naar een andere plaats op het schermom te drukken en te verplaatsen.

46

Page 47: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreenVegenDruk, verplaats en laat uw vinger los met een snellebeweging om te vegen. Vegen van links naar rechts/vanrechts naar links wordt bijvoorbeeld gebruikt om doorstekenmenu's te bladeren. Vegen van boven naarbeneden/van beneden naar boven wordt bijvoorbeeldgebruikt om in een stekenmenu te bladeren.

Startpagina

Home-toets

U kunt direct vanaf de startpagina naar de naaimodusgaan. De startpagina wordt iedere keer dat u uwperformance icon™ naaimachine start weergegeven. Destartpagina is altijd toegankelijk via de Home-toets.

Beginnen met naaienDruk hierop om de Naaimodus te openen. U kunt ooklang drukken om het Selectiemenu te openen en eensteek te selecteren.

Lees over hoe u kunt beginnen met naaien in hethoofdstuk Naaien.

Laden vanmySewnet™Druk op Laden van mySewnet™ om File Manager en demySewnet™ cloud-map te openen.

Lees meer over de mySewnet™ cloud-map in hethoofdstuk File Manager.

Open Help CenterDruk hierop om het Help Center te openen. Hier vindt ude ingebouwde Gebruikshandleiding, Starten,Technieken en Instructies, Naai-instructies enHandleiding versteviging.

Lees meer over het Help Center in het hoofdstuk HelpCenter.

mySewnet™ BlogDruk op deze toets om de mySewnet™Blog te openenvoor het laatste productnieuws, naai-instructies en ominspiratie op te doen!

Druk op een post voor meer informatie over datspecifieke project.

De machine moet verbonden zijn met internet om defeed te kunnen bekijken.

47

Page 48: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

Belangrijkste functiesDe belangrijkste functies: Opslaan, Home enModusschakelaar vindt u direct onder het multi-touchscreen en zijn altijd toegankelijk.

OpslaanDruk hierop om uw steek of reeks wanneer u maar wiltop te slaan.

HomeDruk hierop om terug te keren naar de startpagina.

ModusschakelaarDruk hierop om af te wisselen tussen de Naaimodus enhet starten van een nieuwe naaisessie.

Algemene functiesDe volgende functies op het scherm worden vaakgebruikt.

OKBevestigt veranderingen en pop-upberichten en keertterug naar het vorige venster.

AnnulerenAnnuleert veranderingen en pop-upberichten en keertterug naar het vorige venster.

Lang drukkenSommige pictogrammen hebben extra functies,gemarkeerd met een pijl in de rechter onderhoek. Houdhet pictogram enkele seconden ingedrukt om dezefuncties te openen.

48

Page 49: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreenInstellingen met afwisselfunctieBij sommige instellingen zijn er twee groene stippenzichtbaar onder het instellingenpictogram. Dit betekentdat u in dezelfde bediening kunt afwisselen tussen tweeinstellingen.

49

Page 50: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

Help CenterHet Help Center is altijd onder handbereik. Druk op hetpictogram van het Help Center om deGebruikshandleiding, Starten, Technieken en Instructies,Naai-instructies en Handleiding versteviging te openen.

GebruikershandleidingDruk hierop om de complete gebruikshandleiding vande machine te openen. De gebruikshandleiding bevatalle informatie over uw performance icon™naaimachine.

StartenDruk erop voor de Snelle referentiehandleiding. Eenaantal van de handleidingen bevatten animaties.

Technieken en tutorialsDruk hierop om projecten te bekijken met stap-voor-stap aanwijzingen voor specifieke naaitechnieken.

Naai-instructiesDruk hierop om complete naai-instructieprojecten tebekijken.

Handleiding verstevigingDruk erop om instructies te lezen over het gebruik vanverschillende verstevigingen.

50

Page 51: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreen

InstellingenHier vindt u tabs voor naai-instellingen, machine-instellingen enz. Veeg tussen de tabs om instellingen temaken voor uw performance icon™ machine.

Naai-instellingen

1. Standaardinstellingen in witte keuzevakjes2. Tijdelijke instellingen in oranje keuzevakjes

Er zijn twee manieren om uw instellingen teveranderen;

1. Standaardinstellingen:

De instellingen die worden gemaakt instandaardinstellingen worden opgeslagen, ook als uuw machine uitzet. De standaardinstellingenworden actief wanneer u een nieuwe sessie start ofwanneer u uw machine opnieuw start.

2. Tijdelijke instellingen:

De instellingen in Tijdelijke instellingen worden bijde start van een nieuwe project in het Help Center ofbij de start van een nieuwe naaisessie gereset.Wanneer u uw machine uitzet, gaan alle wijzigingenin de tijdelijke instellingen terug naar standaard.

ActivStitch™ TechnologyWanneer de ActivStitch™ -technologiefunctie isgeselecteerd, gebruikt uw machine automatisch de bestemanier om de bovendraad te regelen, door middel vandraadhoeveelheid of draadspanning, op basis van dedoor u geselecteerde steek en instellingen.Draadhoeveelheid meet automatisch en doorlopend dedikte van de stof om de juiste hoeveelheid garen voorde geselecteerde steek af te geven. Als u draadspanninggebruikt, houden de draadspanningsschijven de juistehoeveelheid spanning op de bovendraad.

Voor de beste resultaten raden we u aan om dezeinstelling geselecteerd te houden, wanneer u specifiekeaccessoires of speciale technieken gebruikt, diedraadhoeveelheid niet ondersteunen.

Schakel de ActivStitch™ -technologiefunctie uit in detijdelijke instellingen om over te gaan naardraadspanning. De regelaar voor het aanpassen vandraadhoeveelheid/draadspanning verandertafhankelijk van de actieve steek en het feit of deActivStitch™ -technologiefunctie al dan niet isgeselecteerd in tijdelijke instellingen.

In het hoofdstuk Naaien kunt u meer lezen over deActivStitch™ -technologie.

51

Page 52: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

Automatische naaivoetlichterIndien geselecteerd, zal de machine automatisch denaaivoet omhoog brengen in de volgende situaties:

• Wanneer u stopt met de naald in de laagste positie,zal de naaivoet automatisch omhooggaan naardraaistand.

• Na het afsnijden van een draad gaat de naaivoet naarde hoge stand.

Wanneer de functie is gedeselecteerd, blijft de naaivoetin de lage stand, ook als de machine stopt met de naaldomlaag.

Automatische draadafsnijderIndien geselecteerd wordt het garen automatischafgesneden in de volgende situaties:

• Bij snij-opdrachten in steken en programma's.• Na het naaien van één enkele steek, bijv. een

monogram of een oogje.

Indien uitgeschakeld, worden de draden nietautomatisch afgesneden.

Let op: Schakel uit wanneer u optionele accessoires gebruiktdie bevestigd zijn aan de twee gaten in de steekplaat net bovenhet spoeldeksel, om te voorkomen dat de automatischedraadafsnijder, die net onder de steekplaat zit, beschadigdraakt.

Opties voor naaien uit de vrije hand

Opties voor naaien uit de vrije hand

U kunt kiezen uit drie opties voor Free-motion:Dynamisch verende voet 6D, Verende Free-motionvoeten Sensormatic Free-motion. Wanneer één van de freemotion-opties is geselecteerd, wordt deovereenkomstige free motion-modus automatischgeselecteerd in de tijdelijke instellingen voor alle nieuweprojecten of naaisessies.

Het wordt aanbevolen om geen optie in te stellen voorfree-motion in de standaardinstellingen; druk op hetFree-motion-pictogram in de naaimodus om in plaatsdaarvan een tijdelijke optie te kiezen.

Raadpleeg voor meer informatie de beschrijving in deFree-motionopties in de naaimodus.

Steekbeperkende opties

Steekbeperkende opties

Zet de machine op steekbreedtebeveiliging of selecteerde breedte van de tweelingnaald om de steekbreedte ensteekpositie te beperken. Dit verkleint het risico op hetbreken van een naald als u naait met accessoireswaarmee niet de gehele steekbreedte gebruikt kanworden.

52

Page 53: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreenNaaldstoppositie

Naaldstoppositie

Wanneer Omhoog is geselecteerd, stopt uw machinemet de naald omhoog. Wanneer Omlaag is geselecteerd,stopt uw machine met de naald omlaag.

Deze instelling kan ook worden ingesteld door de knopNaald omhoog/omlaag op de voorkant van de machinein te drukken.

Naaivoetdruk

Naaivoetdruk

In de meeste gevallen hoeft u de naaivoetdruk niet aante passen. Voor speciale technieken kan een aanpassingnodig zijn. Hoe hoger het cijfer, hoe meer druk op destof.

53

Page 54: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

Opties voor de transporteur

1. Transporteur omlaag

2. Transporteur omhoog

Wanneer auto is geselecteerd (aanbevolen) verhoogt ofverlaagt uw machine automatisch de transporteur,afhankelijk van de steek en andere geselecteerdeinstellingen. De transporteur wordt bijvoorbeeldverzonken bij het aanzetten van knopen of bij het naaienuit de vrije hand.

Selecteer omhoog en de transporteur wordt omhooggebracht voor al het naaiwerk. Selecteer omlaag en detransporteur wordt omlaag gebracht voor al hetnaaiwerk.

Let op: De machine brengt altijd automatisch de transporteuromlaag als de naaivoet omhoog wordt gebracht in de extrahoge positie.

Let op: De transporteur-opties worden automatisch geresetaan het begin van een nieuw project uit het Help Center.

Afhechtopties

Afhechtopties

Met deze opties kunt u afhechtingen programmeren aanhet begin en het einde van een steek. Het is ook mogelijkom te programmeren dat de draad wordt afgesnedenaan het einde van een steek.

Let op: Voor onmiddellijk afhechten moet u de afhechttoets opde voorkant van de machine gebruiken.

54

Page 55: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreenMachine-instellingenAlle instellingen die worden gemaakt in de standaardmachine-instellingen worden opgeslagen, ook als u uwmachine uitzet.

TaalSelecteer de gewenste taal. Alle teksten in de machineworden gewijzigd na het herstarten.

Volume geluidWijzig het geluidsvolume met de schuifbalk. Allegeluiden in uw machine worden aangepast wanneer hetgeluidsvolume wordt gewijzigd. Wanneer de schuifhelemaal links staat, is het geluid helemaal uit.

Geluid herhalenWanneer dit is ingeschakeld, wordt het signaal voorsommige waarschuwings- of 'let op'-pop-ups metintervallen herhaald totdat de pop-up wordt gesloten.

MachinenaamDruk hierop om uw machine een naam te geven. Ditkan handig zijn wanneer u meer dan één machine heeftom de machines uit elkaar te houden, wanneer u werktmet mySewnet™. De naam verschijnt op deschermbeveiliging.

Scherm vergrendelenIndien geselecteerd, wordt het scherm automatischvergrendeld, nadat het tien seconden inactief is . Erverschijnt een pop-up op het scherm dat geblokkeerdblijft totdat u op OK in het pop-up bericht drukt.

EenhedenDruk op millimeter of inch om de meeteenheid van uwvoorkeur in te stellen.

Helderheid LED-werklampjePas de helderheid van de led-lampjes aan delichtomstandigheden in uw naaikamer aan. Breng deschuif gewoon naar rechts om de led-lampjes helderderte maken of naar rechts om ze minder helder te maken.

AchtergrondafbeeldingMaak uw performance icon™ machine persoonlijk doorde achtergrondafbeelding-opties te selecteren.

55

Page 56: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

WiFi-instellingenIn Wifi-instellingen kunt u WiFi op uw machineinschakelen/uitschakelen, naar beschikbare netwerkenzoeken en verbinding maken. Wanneer u met eennetwerk met internetverbinding bent verbonden, zalaltijd de nieuwste firmware update beschikbaar zijn.Wanneer er een WiFi-verbinding is en u bent ingelogdin de mySewnet™ cloud, worden alle opgeslagenbestanden in de machine gesynchroniseerd met demySewnet™ cloud.

Lees meer over de WiFi-verbinding in uw machine inhet hoofdstuk WiFi.

mySewnet™ InstellingenIn de mySewnet™-instellingen kunt u inloggen bij demySewnet™ cloud of de gebruiker wijzigen. U kunt hierook een nieuwe gebruiker aanmaken. Met eenmySewnet™ account heeft u toegang tot alle mySewnet™services.

Lees meer over mySewnet™-services.

Machine-informatieDe machine-informatie bevat technische machine-informatie zoals: het serienummer van de machine, hetMAC-adres van de machine en de huidige firmware. Inmachine-informatie kunt u een gebruikersaccountwissen en bestanden verwijderen.

56

Page 57: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreen

Smart ToolboxDe Smart Toolbox is beschikbaar in het naaigebied.Druk lang ergens in het werkgebied om de SmartToolbox te openen en selecteer de gewenste optie.

De opties in de smart toolbox variëren afhankelijk vanwaar ze worden gebruikt.

Bovenste balkDe bovenste balk laat zien in welke modus u bent. Dezebalk bevat het Help Center, Quick Help en hetHoofdmenu.

1. Help Center2. Quick Help3. Hoofdmenu

Help CenterDruk op het Help Center-pictogram om het Help Centerte openen. Hier vindt u de ingebouwdeGebruikshandleiding, Starten, Technieken en Instructies,Naai-instructies en Handleiding versteviging. Lees meerin het hoofdstuk Help Center.

57

Page 58: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

Quick HelpDruk op het vraagteken om Quick Help te openen. Hetpictogram wordt groen gemarkeerd en begint teknipperen, wat aangeeft dat de Quick Help actief is.Druk op een pictogram of een deel van het schermwaarover u informatie wenst. Er verschijnt een pop-upmet een korte tekst over het pictogram of schermdeel.Druk op OK om de pop-up te sluiten en de Quick Helpte verlaten.

Sommige Quick Helps verwijzen naar de ingebouwdegebruikshandleiding voor meer informatie. Druk op detekst om het hoofdstuk in de Gebruikshandleiding teopenen.

HoofdmenuDruk op het Hoofdmenu en selecteer een van de tabs:Selectiemenu of File Manager.

SelectiemenuDruk op de tab van het selectiemenu om Steekselecteren, Borduurmotief selecteren of Lettertypeselecteren te openen.

File ManagerDruk op de File Manager-tab om lettertypebestanden ensteekbestanden te openen. Bewaar uw opgeslagenbestanden in de mySewnet™ cloud-map of op een USB-apparaat dat met uw machine is verbonden.

Lees meer over het laden en organiseren van uwopgeslagen steken en lettertypes in het hoofdstuk FileManager.

58

Page 59: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreen

Informatiegedeelte

1. WiFi-signaalsterkte2. mySewnet™ cloud3. Aanbevelingen

4. Informatie5. Actieve functies

Het Informatiegedeelte geeft u informatie over uw Wifi,aanbevelingen voor uw steek, geselecteerde steek engeactiveerde functies gemaakt in de Tijdelijkeinstellingen.

Ieder menu in het Informatiegedeelte kan worden in- enuitgeklapt door op de pijl aan te drukken.

U kunt het hele Informatiegedeelte verbergen door naarlinks te vegen. Druk op het informatiepictogram om hetInformatiegedeelte weer te zien.

WiFi

1. Geeft de WiFi-status aan2. WiFi3. WiFi-signaalsterkte4. Firmware-update wacht

op installatie

5. Firmware-updatebeschikbaar

6. Geeft de mySewnet™-status aan

7. mySewnet™ cloud

Druk op het WiFi-pictogram om de WiFi-instellingen teopenen. Selecteer een net werk uit de lijst metbeschikbare netwerken. Als uw netwerk is beveiligdmet een wachtwoord, wordt u gevraagd hetwachtwoord in te voeren.

Als u geen signaal krijgt of een lage signaalsterkte heeft,raadpleeg dan Problemen oplossen.

Lees meer over WiFi in uw machine in het hoofdstukWiFi.

mySewnet™Druk nadat u verbinding met WiFi heeft gemaakt op demySewnet™ Instellingen, of druk op het mySewnet™cloud-pictogram in het Informatiegedeelte. Log in bijuw mySewnet™ account of maak een nieuw mySewnet™account aan.

Wanneer u bent ingelogd, ziet u hoe veel beschikbareruimte er is in de mySewnet™ cloud.

De synchronisatiestatus wordt weergegeven met eengroen knipperende stip in het Informatiegedeelte.

Als uw machine geen verbinding kan maken met demySewnet™ cloud of niet kan synchroniseren, raadpleegdan Problemen oplossen.

Lees meer over de mySewnet™ cloud in het mySewnet™hoofdstuk.

59

Page 60: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

AanbevelingenAanbevelingen zijn alleen beschikbaar in de naaimodus.Er worden aanbevelingen getoond voor degeselecteerde steek met betrekking tot de naaivoet, IDT™-systeem, steekplaat, spoelhuis en/of het gebruik vanversteviging gewenst is. Er wordt ook weergegeven of uhet spoelhuis moet vervangen. Het Aanbevelingenmenukan worden uit- en ingeklapt door op de pijl te drukken.Het is ook mogelijk om het hele Informatie gedeelte teverbergen door naar links te vegen.

Let op: Druk op het informatiepictogram om hetInformatiegedeelte weer te zien.

InformatieToont het geselecteerde steeknummer en desnelheidsinstelling voor de geselecteerde steek. HetInformatiemenu kan worden uit- en ingeklapt door opde pijl te drukken. Het is ook mogelijk om het heleInformatiegedeelte te verbergen door te vegen.

Let op: Druk op het informatiepictogram om hetInformatiegedeelte weer te zien.

Actieve functiesIn dit gedeelte worden geactiveerde functies getoond,zoals Afhechtopties, naald omlaag of veranderingen dieu heeft aangebracht in de Tijdelijke instellingen. HetActieve-functiemenu kan worden uit- en ingeklapt doorop de pijl te drukken. Het is ook mogelijk om het heleInformatiegedeelte te verbergen door te vegen.

Let op: Druk op het informatiepictogram om hetInformatiegedeelte weer te zien.

60

Page 61: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetm

ulti-touchscreen

MenupaneelHet menupaneel verschilt afhankelijk van de moduswaarin u bent. Het menupaneel kan op het schermworden verplaatst. Druk lang op de gekleurdebovenkant van het paneel om het paneel te verplaatsennaar waar u het wilt hebben. Druk op een pictogram inhet paneel om een menu te openen.

Geselecteerde opties uit het menupaneelSommige menu's bevatten meer dan aanvankelijk wordtweergegeven. Veeg om door categorieën in het vensterte bladeren en/of het venster uit te breiden tot eengrootte van uw keuze door op de gekleurde driehoek inde onderste hoek van het venster te drukken en deze teverslepen.

61

Page 62: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Hetmulti-touchscreen

WerkbalkDe onderste werkbalk verschilt afhankelijk van demodus waarin u bent. Druk op een van depictogrammen om het te openen.

Als u een functie heeft geactiveerd, zoals Afhechten,wordt het pictogram op de werkbalk gemarkeerd enwordt de actieve functie getoond onder Actieve functies.

Uw werkgebied aanpassen

1. Loskoppelen2. Verplaatsen

Met de performance icon™ kunt u de functies openendie u het vaakst gebruikt door ze naar wens op hetscherm te rangschikken. Druk op het pictogramLoskoppelen om te zien welke regelaars verplaatstkunnen worden. Druk lang op het pictogramVerplaatsen in het midden totdat de regelaar verschijnt.Sleep hem naar de gewenste plaats en zet hem neer. Uwmachine onthoudt uw veranderingen wanneer u demachine uitschakelt. Druk op de x om de regelaar tesluiten. Om de werkbalk op de standaardinstelling teresetten, gebruikt u Smart Toolbox en selecteert uWerkbalk resetten.

Volledig schermDruk hierop om te wisselen tussen volledig schermaan/uit.

Basisbalk

Functies die vensters op volledig scherm openen, staan helemaal onderaan het scherm.

62

Page 63: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

WiFi&

mySew

net™Services

4 WiFi &mySewnet™ Services

WiFi IntroductieUw performance icon™ machine heeft WiFi, waardoorhet mogelijk is om uw machine draadloos te verbindenmet de mySewnet™ services.

Aan de slag met WiFiDruk op het WiFi-pictogram in het informatiegedeelteomWiFi te activeren. Selecteer een net werk uit de lijstmet beschikbare netwerken. Als uw netwerk is beveiligdmet een wachtwoord, wordt u gevraagd hetwachtwoord in te voeren in de pop-up om verbinding temaken.

Druk op het informatiepictogram om een pop-up metinformatie over het netwerk te openen. U kunt hier ookde signaalsterkte bekijken en of het netwerk met eenwachtwoord beveiligd is. Dat wordt aangegeven met eendicht hangslot.

U kunt ook verbinding maken met een netwerk via WiFiin WiFi-instellingen.

Als u geen signaal krijgt of een lage signaalsterkte heeft,raadpleeg dan Problemen oplossen.

Verborgen netwerkDruk op Verborgen netwerk om verbinding te makenmet een verborgen netwerk. Er verschijnt een pop-up ophet scherm waar u de naam van het verborgen netwerkkunt invoeren.

Firmware update met WiFi

1. Firmware wacht op download. Alleen zichtbaar als uervoor heeft gekozen om het later te downloaden.

2. Nieuwe firmware-update beschikbaar.

Uw performance icon™ is een moderne naaimachine,die geupdate kan worden. Wij raden altijd aan om denieuwste firmware in uw machine te installeren.Firmware updates zijn altijd ten gunste van de gebruikeren het product.

Om de nieuwste firmware te kunnen binnenhalen, moetu verbinding maken met een netwerk door WiFi tegebruiken. Eenmaal verbonden, zoekt uw machineautomatisch naar een beschikbare firmware-update. Als

de machine detecteert dat er nieuwere firmwarebeschikbaar is, wordt de toets firmware-updatezichtbaar in het informatiegedeelte. Druk op hetpictogram om een pop-up te openen om de nieuwstefirmware te downloaden en te installeren. De installatievan de nieuwe firmware wordt weergegeven met eengroen knipperende stip in het Informatiegedeelte.

Als u ervoor kiest om de firmware later te installeren,ziet u een gele stip in het informatiegedeelte die u eraanherinnert dat de nieuwste firmware klaar is voorinstallatie.

Wanneer de update is voltooid, start de machineautomatisch opnieuw. Controleer hetfirmwareversienummer bij Instellingen, Machine-informatie.

Firmware-update met een USB-apparaatBezoek de PFAFF® website vanaf uw computer op www.pfaff.com en zoek uw machine op. Hier vindt u debeschikbare updates.

U kunt ook inloggen op het mySewnet™ portal om tezoeken naar de firmware update.

1. Download het update firmware zip-bestand. Pak hetbestand uit en kopieer het bestand (.clo) naar eenUSB-apparaat.

Let op: Wijzig de naam van het bestand niet en kopieer hetbestand niet in een bestaande map op het USB-apparaat.

Let op: Zorg dat er geen oud firmware update-bestand (.clo) op het USB-apparaat staat wanneer u het nieuwefirmware update-bestand (.clo) er naartoe kopieert. Debestandsnaam is niet uniek.

2. Zorg dat de machine uit staat. Sluit het USB-apparaatmet de nieuwe firmwareversie aan op de USB-poortvan uw machine.

3. Druk lang op de achteruittoets, die op de voorkantvan de machine zit, en zet uw machine aan met deAAN/UIT-schakelaar. Laat de achteruittoets loswanneer er op het scherm een update-pictogramverschijnt.

4. De firmware update wordt gecontroleerd engeïnstalleerd. Tijdens het updateproces kan demachine meerdere malen opnieuw opstarten. Zet demachine niet uit.

5. Wanneer de update is voltooid, start de machineautomatisch opnieuw. Controleer het softwareversienummer in Instellingen, Machine-informatie.

63

Page 64: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

WiFi&

mySewnet™Services

mySewnet™ ServicesUw performance icon™ machine heeft de mySewnet™-services, die het volgende inhouden:

• mySewnet™ account – Een persoonlijk accountwaarop moet worden ingelogd voor toegang tot deverschillende mySewnet™ services.

• mySewnet™ cloud – Een cloud-gebaseerde servicewaarin u uw persoonlijke bestanden kunt opslaan enopenen op drie verschillende plaatsen: de mySewnet™

cloud-map op de machine, de mySewnet™ cloud synctool op uw computer en het mySewnet™ portal.Vanuit de mySewnet™ cloud kunt u de huidigemachinestatus bekijken via de SewNotice-app.

• mySewnet™ portaal – Een website met verschillendemySewnet™ services zoals het registreren vanmachines, het persoonlijk gebruikersprofiel bewerkenen bestanden beheren in de mySewnet™ cloud.

mySewnet™ AccountBegin met het registeren van een mySewnet™ accountom de mySewnet™ services te kunnen gebruiken. U kuntuw account creëren met het mySewnet™-pictogram of inmySewnet™-instellingen.

Druk op inloggen en er verschijnt een pop-up, waar ueventueel een nieuw mySewnet™ account kuntregisteren.

U kunt ook een mySewnet™ account aanmaken via hetmySewnet™ portal op pfaff.mysewnet.com.

mySewnet™ CloudDe mySewnet™ cloud is een service die bestanden in decloud bewaart en die toegankelijk is voor alle bezittersen gebruikers van een mySewnet™machine met cloud-functie zoals uw performance icon™ machine. DemySewnet™ cloud biedt een eenvoudige manier ompersoonlijke bestanden te beheren en te openen vanafdrie verschillende plaatsen: de mySewnet™ cloud-mapop de machine, de mySewnet™ cloud sync tool op uwcomputer en het mySewnet™ portaal.

• mySewnet™ cloud-map op de performance icon™machine – In File Manager vindt u de mySewnet™cloud-map waar u uw bestanden kunt opslaan ensynchroniseren met de mySewnet™ cloud.

• mySewnet™ cloud sync tool op uw PC – Installeer demySewnet™ cloud sync tool op uw computer om eenlokale map op uw PC gesynchroniseerd te houdenmet de mySewnet™ cloud.

• mySewnet™ portal – Beheer de bestanden in demySewnet™ cloud met een gewone internetbrowser.

De synchronisatiestatus wordt weergegeven met eengroen knipperende stip in het Informatiegedeelte.

Als uw machine geen verbinding kan maken met demySewnet™ cloud of niet kan synchroniseren, raadpleegdan Problemen oplossen.

64

Page 65: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

WiFi&

mySew

net™Services

Gebruikte ruimte in demySewnet™ CloudDe mySewnet™ cloud slaat lettertypes, steken en anderebestanden van uw machine op.

Druk op mySewnet™ op de bovenbalk of ga naarmySewnet™ instellingen. Wanneer er nog maar een kleingedeelte van de ruimte over is, meldt uw machine u dateenmaal. Als u de ruimte blijft vullen, geeft de machinegeen herinnering meer totdat de ruimte helemaal vol is.Verwijder bestanden of verplaats ze naar een USB-apparaat om ruimte vrij te maken.

Let op: De mySewnet™ cloudruimte wordt geactiveerdwanneer u voor de eerste keer inlogt bij uw mySewnet™account vanaf uw machine.

Installatie vanmySewnet™ cloud SyncTool for ComputerInstalleer de mySewnet™ cloud sync tool om desynchronisatie van een lokale map op uw computer metde inhoud in de mySewnet™ cloud te ondersteunen.

1. Download de synchronisatietool naar uw computervanaf het mySewnet™ portaal op pfaff.mysewnet.com.

2. Dubbelklik op uw computer op het bestandmySewnetCloudSyncSetup.exe om de setup wizardte starten. Volg de stappen in de setup wizard om teinstalleren.

3. Wanneer het is geïnstalleerd, ziet u een mySewnet™cloud sync map op uw harde schijf. U kunt inhoudtoevoegen, wijzigen of verwijderen in uwmySewnet™map op uw computer om inhoud in demySewnet™ cloud-map op uw performance icon™machine toe te voegen, te wijzigen of te verwijderen.

Ingelogd bij de mySewnet™ cloud.

Bezig bestanden te synchroniseren met demySewnet™ cloud.

Niet ingelogd bij het mySewnet™ cloudsync tool.

Kan niet synchroniseren met demySewnet™ cloud sync tool. Controleer degebruikte ruimte in de mySewnet™ cloud.

65

Page 66: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

WiFi&

mySewnet™Services

Een bestand synchroniserenZorg dat u bent ingelogd bij het mySewnet™ account op uw machine. Zorg er ook voor dat de mySewnet™ cloud synctool is geïnstalleerd en werkt op uw computer.

1. Sleep het bestand in de mySewnet™ cloud-map opuw computer.

2. Het pictogram wordt weergegeven zolang desynchronisatie bezig is.

3. Het pictogram betekent dat uw bestand klaar is metsynchroniseren en nu beschikbaar is in demySewnet™ cloud-map in file manager op uwperformance icon™ machine en ook in hetmySewnet™ portal.

mySewnet™ PortalHet mySewnet™ portal is een persoonlijke internetpaginamet toegang tot de verschillende mySewnet™ services.Log in bij het mySewnet™ portal met uw mySewnet™account. U kunt het mySewnet™ portal bereiken oppfaff.mysewnet.com om de volgende services tegebruiken:

• Mijn machines – Overzicht van het aan uw machinegerelateerde materiaal zoals een gebruikshandleiding,inspiratie voor naaiprojecten, informatie overoptionele accessoires enz.

• My profile – Overzicht van uw persoonlijke profiel,met contactgegevens, e-mail-abonnementen,

informatie over belangstelling en accountgegevensenz.

• mySewnet™ cloud – De mogelijkheid om uwpersoonlijke bestanden te beheren. De bestandenworden automatisch gesynchroniseerd met demySewnet™ cloud-map in de performance icon™machine en het mySewnet™ cloud sync tool.

Problemen met de verbindingoplossen

De machine maakt geen verbinding met een WiFi-netwerkDe machine maakt geen verbinding met een WiFi-netwerk

Zorg dat WiFi geactiveerd is op uw machine. Druk ophet WiFi-pictogram in het informatiegedeelte omWiFi-instellingen te openen.

Controleer of de machine een signaal van uwWiFi-netwerk detecteert. Als er geen signaal is, kunt u demachine dichter bij de WiFi-router zetten.

Zorg dat u uwWifi-netwerk heeft geselecteerd.

De machine heeft geen internetverbinding Zorg dat uwWiFi-router toegang tot internet heeft.

Het Wifi-netwerk is beveiligd met een wachtwoord Controleer of u uwWiFi-netwerk heeft geselecteerd enhet juiste wachtwoord heeft ingevoerd. Wanneer u hetwachtwoord niet kent, kunt u contact opnemen met uwnetwerkbeheerder.

66

Page 67: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

WiFi&

mySew

net™Services

De machine kan niet synchroniseren met demySewnet™ cloudDe machine kan geen bestanden synchroniseren met demySewnet™ cloud

Controleer of u een werkende WiFi-verbinding heeft.

Controleer of u bent ingelogd bij uw mySewnet™account. Nieuwe mySewnet™ accounts worden in demachine bijgehouden of op pfaff.mysewnet.com

Controleer of er voldoende ruimte is in de mySewnet™cloud.

Indien de mySewnet™ cloud niet toegankelijk isalhoewel u de WiFi-aansluiting heeft gecontroleerd, kande server tijdelijk onbereikbaar zijn. Probeert u het lateropnieuw.

67

Page 68: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

5 Naaien

Naaimodus – InleidingIn de naaimodus kunt u steken selecteren, aanpassen en naaien. Gebruik de Stitch Creator™-functie en SequenceCreator om uw eigen steken en reeksen te maken. De geselecteerde steek wordt in ware grootte weergegeven in hetsteekgebied.

Naaimodus – OverzichtAanbevelingen, informatie en actieve functies worden weergegeven onder de uitklapbare koppen van hetInformatiegedeelte.

68

Page 69: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

1. Help Center2. mySewnet™ cloud3. WiFi-signaalsterkte4. Aanbevelingen - naaien

5. Informatie6. Actieve functies7. Steek herhalen8. Steek bewerken

69

Page 70: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

9. Instellingen10. Stitch Creator™ functie11. Sequence Creator12. Balans aanpassen13. Full Screen View14. Afhechtopties15. Opties voor naaien uit de vrije hand

16. Tapering17. mySewnet™ cloud-map18. Steek laden19. Menupaneel20. Quick Help21. Hoofdmenu

70

Page 71: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Starten met naaienDruk op Starten met naaien om de naaimodus te openen.Er wordt standaard een rechte steek geladen. Als u datwilt, kunt u een andere steek instellen alsstandaardsteek. Druk op Stekenmenu in hetMenupaneel om een nieuwe steek te laden. Het is ookmogelijk om het Hoofdmenu te openen om een steek teladen uit de tab Selectiemenu.

Een steek laden uit het menupaneelDruk op Steek laden en selecteer de gewenste steek. Debeschikbare naaicategorieën staan in een horizontale lijst,veeg voor meer categorieën. Selecteer een categorie doorerop te drukken en druk dan op een subcategorie om debeschikbare steken te bekijken. Druk op een steek omdeze in de naaimodus te laden. Het venster steekselecteren kan worden uitgebreid als u op de driehoekin de onderste hoek drukt en deze versleept. Het helemenupaneel kan over het scherm worden verplaatst:druk lang op de gekleurde bovenkant van het paneelom het te verplaatsen naar waar u het wilt hebben.

71

Page 72: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Een steek selecteren uit het selectiemenuDruk op Hoofdmenu om de selectiemenutab te openen.De beschikbare naaicategorieën staan in een horizontalelijst, veeg voor meer categorieën. Selecteer een categoriedoor erop te drukken en druk dan op een subcategorieom de beschikbare steken te bekijken. Druk op een steekom een voorbeeld te zien van de steek met eenbeschrijving van de steek. Gebruik de pijlen in devoorbeeldweergave om tussen de steken in degeselecteerde subcategorie te stappen. Druk op LADENom de geselecteerde steek te openen in de naaimodus.Druk lang op een steek om deze direct naar denaaimodus te laden zonder het voorbeeld.

Een steek laden uit File ManagerDruk op Hoofdmenu en selecteer de File Manager-tabom steken te openen die u heeft opgeslagen in uwmySewnet™ cloud-map of op een USB-apparaat. Druklang op de steek om deze te laden.

Let op: De mySewnet™ cloud-map is ook toegankelijk in hetmenupaneel.

72

Page 73: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Aanbevelingen - naaien

1. Aanbevolen naaivoet2. Aanbevolen IDT™3. Aanbevolen versteviging4. Steekplaat voor rechte steek5. Spoelhuis rechte steken

Aanbevelingen worden weergegeven in hetinformatiegedeelte Uw machine geeft automatischaanbevelingen afhankelijk van de geselecteerde steek ende huidige instelling.

De volgende aanbevelingen kunnen verschijnen:

Naaivoet, IDT™ systeem en versteviging. Deaanbeveling voor de rechtstiksteekplaat wordtweergegeven als er een optie voor naaien of bordurenuit de vrije hand wordt geselecteerd met een rechtesteek. Het spoelhuis rechte steken wordt weergegevenals u uw rechte steek naar links verplaatst.

We raden u aan om de Handleiding versteviging in hetHelp Center te gebruiken voor gedetailleerde informatieover de verschillende verstevigingen.

73

Page 74: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Instellingen in de naaimodus

1. Standaardinstellingen in witte keuzevakjes2. Tijdelijke instellingen in oranje keuzevakjes

Er zijn twee manieren om uw instellingen te veranderen.

1. Standaardinstellingen – De instellingen die wordengemaakt in standaardinstellingen worden opgeslagen,ook als u uw machine uitzet.

2. Tijdelijke instellingen – De instellingen in Tijdelijkeinstellingen worden bij de start van een nieuw project inhet Help Center of bij de start van een nieuwe naaisessiegereset. Wanneer u uw machine uitzet, gaan allewijzigingen in de tijdelijke instellingen terug naarstandaard.

Veranderingen die in de Tijdelijke instellingen wordengemaakt, worden weergegeven onder Actieve functiesin het informatiegedeelte.

ActivStitch™ Technology

1. Draadspanning2. Draadhoeveelheid

Wanneer de ActivStitch™ -technologiefunctie isgeselecteerd, gebruikt uw machine automatisch de bestemanier om de bovendraad te regelen, door middel vandraadhoeveelheid of draadspanning, op basis van dedoor u geselecteerde steek en instellingen.Draadhoeveelheid meet automatisch en doorlopend dedikte van de stof om de juiste hoeveelheid garen voorde geselecteerde steek af te geven. Als u draadspanninggebruikt, houden de draadspanningsschijven de juistehoeveelheid spanning op de bovendraad.

We raden u aan om deze instelling geselecteerd tehouden, behalve wanneer u speciale technieken ofaccessoires gebruikt die draadhoeveelheid nietondersteunen.

Schakel de ActivStitch™ technologiefunctie uit in detijdelijke instellingen om over te gaan naardraadspanning. De regelaar voor het aanpassen vandraadhoeveelheid/draadspanning verandertafhankelijk van de actieve steek en het feit of de

74

Page 75: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

ActivStitch™ technologiefunctie al dan niet isgeselecteerd in tijdelijke instellingen.

Automatische naaivoetlichterIndien geselecteerd, zal de machine automatisch denaaivoet omhoog brengen in de volgende situaties:

• Wanneer u stopt met de naald in de laagste positie,zal de naaivoet automatisch omhooggaan naardraaistand.

• Na het afsnijden van een draad gaat de naaivoet naarde hoge stand.

Wanneer de functie is gedeselecteerd, blijft de naaivoetin de lage stand, ook als de machine stopt met de naaldomlaag.

Automatische draadafsnijderIndien geselecteerd wordt het garen automatischafgesneden in de volgende situaties:

• Bij snij-opdrachten in steken en programma's.• Na het naaien van één enkele steek, bijv. een

monogram of een oogje.

Indien uitgeschakeld, worden de draden nietautomatisch afgesneden.

Let op: Schakel uit wanneer u optionele accessoires gebruiktdie bevestigd zijn aan de twee gaten in de steekplaat net bovenhet spoeldeksel, om te voorkomen dat de automatischedraadafsnijder, die net onder de steekplaat zit, beschadigdraakt.

Opties voor naaien uit de vrije hand

Opties voor naaien uit de vrije hand

Alle steken op uw machine kunnen in de free-motionmodus worden genaaid voor fantastischeeffecten. U kunt kiezen uit drie verschillende Free-motion opties. Voor al het naaien uit de vrije handwordt de transporteur automatisch omlaag gebracht enmoet de stof met de hand worden bewogen.

Free-motion opties zijn toegankelijk in Instellingen enals u op het Free-motion pictogram drukt in denaaimodus. Uw tijdelijke instellingen wordenweergegeven onder Actieve functies in hetinformatiegedeelte.

Let op: Controleer of het IDT™ systeem is uitgeschakeld.

75

Page 76: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Steekbeperkende optiesZet de machine op steekbreedtebeveiliging of selecteerde breedte van de tweelingnaald om de steekbreedte ensteekpositie te beperken. Dit verkleint het risico op hetbreken van een naald als u naait met accessoireswaarmee niet de gehele steekbreedte gebruikt kanworden.

Steekbreedtebeveiliging

Steekbreedtebeveiliging

Indien geselecteerd zal de machine alleen eengecentreerde rechte steek toestaan om schade aan naald,naaivoet en steekplaat te voorkomen. Selecteersteekbreedtebeveiliging wanneer u een accessoiregebruikt dat alleen een gecentreerde naaldpositieondersteunt, bijv. de rechte steek naaivoet. Desteekbreedtebeveiliging wordt automatisch geselecteerdwanneer de rechtstiksteekplaat op de machine wordtbevestigd en kan niet worden uitgeschakeld zolang derechtstiksteekplaat bevestigd blijft.

Wanneer de rechtstiksteekplaat wordt verwijderd, krijgtu de optie om de steekbreedtebeveiliging te behoudenof uit te schakelen. Wanneer steekbreedtebeveiliging isgeactiveerd, worden alle tweelingnaaldafmetingenuitgeschakeld, omdat ze niet met desteekbreedtebeveiliging gebruikt kunnen worden.

Let op: De instelling wordt gereset bij de start van een nieuwproject in Starten of bij een nieuwe naaisessie. Zorg er altijdvoor dat u een accessoire waarvoor deze instelling nodig isverwijdert of selecteer de instelling opnieuw na het startenvan een nieuw project of een nieuwe sessie.

Tweelingnaald

Tweelingnaald

Wanneer een tweelingnaald breedte is geselecteerd,worden de steekbreedte en steekpositie van alle stekenbeperkt volgens de afmeting van de geselecteerdetweelingnaald om schade aan naald, naaivoet ensteekplaat te voorkomen. In de naaimodus geeft Actievefuncties aan dat een tweelingnaald is geselecteerd.Wanneer een tweelingnaald is geselecteerd, wordt desteekbreedtebeveiliging uitgeschakeld omdat deze nietmet een tweelingnaald gebruikt kan worden.

Let op: De instelling wordt gereset bij de start van een nieuwproject in Starten of bij een nieuwe naaisessie. Zorg er altijdvoor dat u een accessoire waarvoor deze instelling nodig isverwijdert of selecteer de instelling opnieuw na het startenvan een nieuw project.

76

Page 77: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Naaldstoppositie

Naaldstoppositie

Wanneer Omhoog is geselecteerd, stopt uw machinemet de naald omhoog. Wanneer Omlaag is geselecteerd,stopt uw machine met de naald omlaag. Deze instellingkan ook worden gemaakt door op de toets Naaldomhoog/omlaag op de voorkant van de machine tedrukken.

Naaivoetdruk

Naaivoetdruk

In de meeste gevallen hoeft u de naaivoetdruk niet aante passen. Voor speciale technieken kan een aanpassingnodig zijn. Hoe hoger het cijfer, hoe meer druk op destof.

Opties voor de transporteur

1. Transporteur omlaag

2. Transporteur omhoog

Wanneer Auto is geselecteerd (aanbevolen) verhoogt ofverlaagt uw machine automatisch de transporteur,afhankelijk van de steek en andere geselecteerdeinstellingen. De transporteur wordt bijvoorbeeldverzonken bij het aanzetten van knopen of bij het naaienuit de vrije hand.

Selecteer omhoog en de transporteur wordt omhooggebracht voor al het naaiwerk. Selecteer omlaag en detransporteur wordt omlaag gebracht voor al hetnaaiwerk.

Let op: De machine brengt altijd automatisch de transporteuromlaag als de naaivoet omhoog wordt gebracht in de extrahoge positie.

Let op: De transporteur-opties worden automatisch geresetaan het begin van een nieuw project vanuit het Help Center.

Afhechtopties

Afhechtopties

Met deze opties kunt u afhechtingen programmeren aanhet begin en het einde van een steek. Het is ook mogelijkom te programmeren dat de draad wordt afgesnedenaan het einde van een steek.

Wanneer u op het afhechtpictogram drukt, gaan er drieopties open waarmee u verschillende functies kuntselecteren: afhechten begin, afhechten einde en dradenafsnijden.

Druk op afhechten om het venster afhechtopties tesluiten. Uw instellingen worden weergegeven onderActieve functies in het informatiegedeelte.

Let op: Voor onmiddellijk afhechten moet u de afhechttoets opde voorkant van de machine gebruiken.

77

Page 78: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Steek bewerkenDruk op Steek bewerken om het bedieningsvenster voorhet aanpassen van de geselecteerde steek te openen.

Druk op Steek bewerken om het bedieningsvenster tesluiten.

Let op: De standaardinstelling wordt altijd in witte getallenweergegeven.

Met de performance icon™ kunt u de functies openendie u het vaakst gebruikt door ze naar wens op hetnaaigebied te rangschikken. Druk op het pictogramLoskoppelen om te zien welke regelaars verplaatstkunnen worden. Druk lang op het pictogramVerplaatsen in het midden totdat de regelaar verschijnt.Sleep hem naar de gewenste plaats en zet hem neer. Uwmachine onthoudt uw veranderingen wanneer u demachine uitschakelt. Druk op de x om de regelaar tesluiten. Om de werkbalk op de standaardinstelling teresetten, gebruikt u Smart Toolbox en selecteert uWerkbalk resetten.

SteekbreedteVergroot of verklein de steekbreedte met de toetsen + en- op de regelaar. Het nummer boven de regelaar geeftde steekbreedte aan in mm.

Een veranderde steekpositie kan ook de steekbreedte-aanpassingen beperken.

SteekpositieOp bepaalde steken met een breedte van minder dan 9mm, is het mogelijk om de steekpositie te wijzigen.Gebruik – om de steek naar links te verplaatsen en + omde steek naar rechts te verplaatsen. Het getal boven deregelaar geeft de naaldpositie weer in mm ten opzichtevan de middelste naaldpositie. De machine heeft eenmaximum van 37 naaldposities (voor een rechte steek).

De steekpositie kan niet verder worden veranderd dantot de limiet van de maximum-steekbreedte. Hetveranderen van de steekpositie beperkt ook demogelijkheid om de steekbreedte aan te passen.

SteeklengteVergroot of verklein de steeklengte met de – en + op deregelaar. Het getal boven de regelaar geeft desteeklengte weer in mm. Als u een zigzagsteek of eendecoratieve steek verlengt, wordt de hele steek langer.Als u een steek verlengt waarvan de dichtheid kanworden aangepast, wordt de hele steek langer, maarblijft de dichtheid hetzelfde.

78

Page 79: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

SteekdichtheidMet de steekdichtheidscontrole wordt de dichtheidaangepast (de afstand tussen de afzonderlijkecordonsteken die de hele steek vormen). De dichtheidheeft geen invloed op de werkelijke lengte van de helesteek.

Druk op – om de dichtheid te vergroten. Druk op + omde dichtheid te verkleinen. Het nummer boven deregelaar geeft de afstand tussen cordonsteken weer inmm.

Tip: Verlaag de dichtheid voor andere visuele effecten, bijv.wanneer u speciaal garen gebruikt.

Spiegelen

1. Horizontaal spiegelen

2. Verticaal spiegelen

Druk op de toets horizontaal spiegelen voor hetspiegelen van een steek of stekenreeks naar de zijkant.Druk op de toets verticaal spiegelen voor het spiegelenvan een steek of stekenreeks in de lengte.

Tip: Gebruik de Smart Toolbox voor een sneltoets voorspiegelen.

Let op: Sommige steken, zoals knoopsgaten, kunnen nietworden gespiegeld.

Lengte opening knoopsgatStel de lengte van de opening van het knoopsgat in:korter met – en langer met + wanneer u een knoopsgatnaait met de Sensormatic-knoopsgatvoet.

U kunt ook een handmatig knoopsgat naaien. Lees overhet naaien en het herhalen van een handmatigknoopsgat in het hoofdstuk Naaitechnieken.

Toets Steek herhalenBij het aannaaien van een knoop kunt u het aantalsteekherhalingen instellen. Druk op de – of de + in deregelaar om het aantal steekherhalingen te verlagen of teverhogen.

79

Page 80: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

ActivStitch™ Technology

1. Draadspanning2. Draadhoeveelheid

De ActivStitch™ -technologiefunctie kan op tweemanieren de bovendraad regelen: metdraadhoeveelheid en draadspanning. Voor het bestenaairesultaat gebruikt het waar mogelijk deautomatische draadhoeveelheid. Draadhoeveelheidmeet automatisch en doorlopend de dikte van de stofom de juiste hoeveelheid garen voor de geselecteerdesteek af te geven.

Als u draadspanning gebruikt, houden dedraadspanningsschijven de juiste hoeveelheid spanningop de bovendraad. Voor sommige speciale technieken ishet gebruik van draadspanning nodig. Schakel deActivStitch™ -technologiefunctie uit in Tijdelijkeinstellingen om ervoor te zorgen dat draadspanningingeschakeld is. Wanneer de ActivStitch™-technologiefunctie is geselecteerd wisselt de regelaardie zichtbaar is in naaimodus tussen draadhoeveelheiden draadspanning, afhankelijk van de huidigeinstellingen en de geladen steek.

Gebruik de regelaar voor draadhoeveelheid/draadspanning om de balans tussen de boven- enonderdraad aan te passen. Dat wil zeggen verlagenwanneer u metallic garen gebruikt en verhogenwanneer u dik garen gebruikt. Voer enkele testen metverschillende instellingen uit op een proeflapje van destof die u wilt gebruiken en controleer de balans tussende boven- en onderdraad.

Let op: Wanneer u de waarde van de draadhoeveelheid/draadspanning-instellingen wijzigt, hebben de wijzigingenalleen invloed op de geselecteerde steek. Uw veranderdeinstellingen worden teruggezet op standaard wanneer u eenandere steek selecteert.

Tip: Verhoog de draadhoeveelheid/draadspanning-instellingvoor de beste resultaten wanneer u op spijkerstof naait met dikgaren.

Draadspanning/draadhoeveelheid aanpassen

De juiste spanning

Om de steken zo mooi en duurzaam mogelijk te maken,zorg ervoor dat de garens op gelijke afstand tussen detwee stoflagen verknopen.

Spanning te hoog

Als de onderdraad zichtbaar is op de bovenkant van destof, is de draadspanning/draadhoeveelheid te hoog.Verlaag de draadspanning/draadhoeveelheid.

Spanning te laag

Als de bovendraad zichtbaar is op de onderkant van destof, is de draadspanning/draadhoeveelheid te laag.Verhoog de draadspanning/draadhoeveelheid.

Voor decoratieve steken en knoopsgaten moet debovendraad zichtbaar zijn op de onderkant van de stof.

Voer een paar testen uit op een proeflapje van de stofdie u gaat gebruiken en controleer de spanning.

80

Page 81: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Opties voor naaien uit de vrije handAlle steken op uw machine kunnen in free-motionworden genaaid voor fantastische effecten. Druk opFree-motion om een venster te openen waarin u kuntkiezen uit drie verschillende free-motion-opties. Voor alhet naaien uit de vrije hand wordt de transporteurautomatisch omlaag gebracht en moet de stof met dehand worden bewogen.

Druk op Free-motion om het venster met free-motionopties te sluiten. Uw instellingen worden weergegevenonder Actieve functies in het informatiegedeelte.

Let op: Controleer of het IDT™ systeem is uitgeschakeld.

Dynamisch verende free-motionvoet 6D

Dynamisch verende free-motionvoet 6D

Activeer dit om de machine in te stellen op deDynamisch verende voet Free-motion-modus voor deDynamisch verende voet 6D. De Dynamisch verendevoet meet de dikte van de stof en gaat met iedere steekomhoog en omlaag om de stof vast te houden op desteekplaat terwijl de steek wordt gevormd.

Let op: De Dynamisch verende voet 6D wordt aanbevolenvoor gebruik met rechte steken. ActiveerSteekbreedtebeveiliging in Instellingen.

Verende free-motionvoetSchakel dit in om de machine in de free-motionmodusverend te zetten voor optionele verende naaivoeten. Een"verende" naaivoet gaat bij elke steek omhoog enomlaag om de stof op de steekplaat te houden terwijl desteek wordt gemaakt.

Let op: Optionele verende naaivoeten kunt u aanschaffen bijuw plaatselijke erkende PFAFF®-dealer.

Gebruik geen verende naaivoet als Sensormatic free-motion is ingeschakeld omdat de naald de naaivoetkan beschadigen.

81

Page 82: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Sensormatic free-motion

Sensormatic free-motionvoet 6A

Activeer dit om de machine in de Sensormatic free-motionmodus te zetten voor naaivoet 6A of een anderesensormatic-naaivoet, zoals garendecoratie.

Bij free-motion naaien met lage snelheid, gaat denaaivoet bij elke steek omhoog en omlaag om de stof opde steekplaat te houden terwijl de steek wordt gemaakt.Bij een hogere snelheid zweeft de naaivoet tijdens hetnaaien over de stof.

Er kunnen steken worden overgeslagen als uw stof metde naald mee omhoog en omlaag beweegt tijdens hetnaaien. Door de naaivoethoogte omlaag te brengen,wordt de ruimte tussen de naaivoet en de stofverminderd en de overgeslagen steken opgeheven.

Om de naaivoethoogte aan te passen in de Sensormaticfree-motionmodus, opent u het venster Free-motion-opties en verandert u de naaivoethoogte door op + of op– te drukken om de naaivoethoogte te verkleinen of tevergroten.

Let op: Wees voorzichtig dat u de naaivoethoogte niet te veelvermindert. De stof moet vrij onder de naaivoet blijvenbewegen.

AfhechtoptiesMet deze opties kunt u afhechtingen programmeren aanhet begin en het einde van een steek. Het is ook mogelijkom te programmeren dat de draad wordt afgesnedenaan het einde van een steek.

Wanneer u op het afhechtpictogram drukt, gaan er drieopties open waarmee u verschillende functies kuntselecteren: afhechten begin, afhechten einde en dradenafsnijden.

Druk op afhechten om het venster afhechtopties tesluiten. Uw instellingen worden weergegeven onderActieve functies in het informatiegedeelte.

Let op: Voor onmiddellijk afhechten moet u de afhechttoets opde voorkant van de machine gebruiken.

82

Page 83: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Naaien met afhechtopties geselecteerd

Afhechttoets

Achteruitnaaitoets

• Afhechten aan het begin wordt uitgevoerd zodra ubegint te naaien.

• Druk op de achteruitnaaitoets om afhechten aan heteinde uit te voeren. Het actie-indicatorlampje gaatbranden om aan te geven dat de machine de steekafmaakt en daarna afhecht.

• Wanneer draad afsnijden is geprogrammeerd, snijdtde machine automatisch de draden af na hetuitvoeren van een steek. De naald en de naaivoetgaan omhoog.

Let op: Stop met naaien en druk tweemaal op deachteruitnaaitoets om achteruitnaaien te activeren. Deachteruitnaai-indicator gaat branden. Er wordt geenafhechting gemaakt.

Druk op de achteruitnaaitoets tijdens het achteruit naaien omafhechten aan het einde te activeren. Het actie-indicatorlampjegaat branden.

Om weer vooruit te naaien, stopt u met achteruitnaaien endrukt u op de achteruitnaaitoets. Er wordt geen afhechtinggemaakt.

Steek herhalenMet Steek herhalen kunt u een exacte steeklengteprogrammeren en kunt u ook beslissen hoeveelherhalingen van een steek u wilt naaien.

U kunt meer lezen over Steek herhalen,Patchworkprogramma en Enkele steek in het hoofdstukSteek herhalen.

83

Page 84: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Steek opslaan

Toets opslaan

1. Opslaan in mySewnet™cloud-map

2. Opslaan op USB-apparaat

3. Selectiegebied4. Bestandsnaam5. Huidige status opslaan

6. OK7. Sluiten8. Nieuwe map maken9. Lijst- en

miniatuurweergave

Druk op de toets opslaan, onder het multi-touchscreen,om uw bestand op te slaan en er verschijnt een pop-upop het scherm. In de pop-up opslaan kunt u kiezen of uhet bestand opslaat in de mySewnet™ cloud-map of opeen USB-apparaat. Eerder opgeslagen steken, reeksenen/of lettertypes worden weergegeven. Geef uwbestand een naam via het toetsenbord en druk op OKom te bevestigen.

Als u wilt opslaan in een map, drukt u lang op de mapom deze te openen, geeft u het bestand vervolgens eennaam via het toetsenbord en drukt u op OK in de pop-up om te bevestigen. Om een nieuwe map te maken,drukt u lang op nieuwe map maken, geeft u de map eennaam via het toetsenbord en drukt u op OK. Druk danlang op de map om deze te openen en op te slaan in denieuwe map.

Druk op de toets Lijst- en Miniatuurweergave om af tewisselen tussen weergave van de bestanden als lijst ofals miniaturen. In Lijstweergave wordt elk bestand metbestandsnaam en bestandstype weergegeven. InMiniatuurweergave wordt elk bestand weergegevenmet de bestandsnaam en een miniatuurafbeelding vanhet bestand.

Om het opslagproces te annuleren, sluit u het pop-upvenster door op Sluiten te drukken. De pop-up vooropslaan wordt gesloten en u keert terug naar denaaimodus.

Lees meer over het organiseren van uw opgeslagensteken in File Manager.

BalansBij het naaien op speciale stoffen of bij het uitvoeren vaneen speciale techniek moet u soms de balans aanpassen.

Naai de steek eerst op een proeflapje. Druk op Balans opde Basisbalk om het venster Balans aanpassen te openen.Wijzig de voorbeeldweergave op het scherm zo, datdeze overeenkomt met uw genaaide voorbeeld doorgebruik te maken van de + en - toetsen in de regelaars.Wanneer u opnieuw gaat naaien, wordt de balansgecorrigeerd.

84

Page 85: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Naaiprogramma'sVoor deze technieken kunnen speciale naaivoeten enaccessoires nodig zijn.

TaperingstekenDe taperingopdrachten worden zichtbaar wanneer eensteek wordt geselecteerd die getaperd kan worden.Druk op het taperingmenu voor een overzicht van dehoeken voor het beginnen en eindigen van tapering.Selecteer een hoek door erop te drukken in hetselectiegebied. De machine naait de getaperde punt aanhet begin en gaat dan door met de geselecteerde steek.Wanneer de gewenste lengte genaaid is, drukt u op deachteruittoets. De steek wordt getaperd naar het eindetoe. Selecteer tapering Uit als u geen tapering wilt aanhet begin of het einde van de steek. Als u tapering Uitselecteert aan het begin en aan het einde, wordt het eengewone steek zonder tapering.

Let op: De taperingopdrachten zijn niet zichtbaar als ubijvoorbeeld een knoopsgat selecteert.

Oefening met tapse cordonsteek

De tapse steek past automatisch tapering toe op decordonsteek voor hoeken en punten. De steek kanworden gebruikt voor tekst in cordonsteek. Oefen metde cordonsteek en naai een hoek van de getaperdecordonsteek op een stuk stof met versteviging.

1. Selecteer steek 4.3.6 in menu 4 - cordonsteken.

2. Open tapering en selecteer 45 graden voor zowel hetbegin als het einde.

3. Activeer naaldstop omhoog/omlaag op uw machineen begin met naaien. De machine naait de getaperdepunt en gaat dan door met een cordonsteek met degeselecteerde breedte.

4. Wanneer de cordonsteek zo lang is als gewenst, druktu op de achteruitnaaitoets. Dit start de tapering van heteinde.

5. Draai de stof om verder te gaan met de volgendegetaperde cordonsteek.

85

Page 86: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Steek herhalenMet Steek herhalen kunt u een exacte naadlengteprogrammeren en kunt u ook beslissen hoeveelherhalingen van een steek u wilt naaien.

PatchworkprogrammaMet het patchworkprogramma kunt u een exactesteeklengte programmeren die herhaaldelijk genaaidkan worden. Dit is erg handig voor het quilten.

Om een steeklengte te programmeren, houdt u Steekherhalen op de werkbalk ingedrukt en selecteert u hetPatchworkprogramma. Naai uw gewenste steeklengteen druk op de achteruitnaaitoets terwijl u naait. Deachteruitnaai-indicator op de machine brandt totdat delaatste herhaling van de steek is voltooid. Hiermeewordt de lengte van de steek ingesteld.

Zodra u de lengte van een steek heeft ingesteld, is hetPatchworkprogramma niet meer actief. HetEnkelmotiefprogramma wordt in plaats daarvaningeschakeld. De geprogrammeerde lengte van uwpatchworknaad wordt weergegeven in millimetersboven de +/- regelaar. Pas de lengte aan met deregelaars +/-.

EnkelmotiefprogrammaMet het Enkelmotiefprogramma kunt u beslissenhoeveel herhalingen van de steek u wilt naaien. Druk opSteek herhalen en selecteer Enkelmotiefprogramma. Stelhet aantal herhalingen in met +/-. Het aantalherhalingen wordt weergegeven boven +/- en degeschatte lengte van de herhalingen wordt weergegevenin het werkgebied. De machine stopt automatischwanneer de herhalingen zijn genaaid.

Programma's combinerenDoor tapering en patchworkprogramma's te combineren,is het mogelijk een getaperde naad te herhalen metdezelfde lengte.

Activeer tapering zoals beschreven in Tapering. Naaiuw gewenste lengte. Wanneer de achteruitnaaitoetswordt ingedrukt, gaat de actie-indicator steeds sterkerbranden totdat tapering aan het einde en de laatsteherhaling van de steek is voltooid.

De naad is nu geprogrammeerd en hetenkelmotiefprogramma is geactiveerd. Wanneer u weergaat naaien, wordt de naad automatisch herhaald metdezelfde lengte.

Het aantal herhalingen en de geschatte lengte inmillimeters worden weergegeven boven de +/-. Pas delengte aan met de +/-.

Let op: De tapering is inbegrepen in de herhalingen die op hetscherm staan.

86

Page 87: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

NaaitechniekenVoor deze technieken kunnen speciale naaivoeten enaccessoires nodig zijn.

Knoopsgaten

Sensormatic-knoopsgat

Sensormatic-knoopsgatvoet

Wanneer u een knoopsgat naait met de Sensormatic-knoopsgatvoet, pas de lengte van de opening dan aantot iets groter dan de maat van de knoop. U kunt uwknoop meten met de knoopmeter op het deksel.

Stel de lengte van de opening in en zorg ervoor dat derode pijl gelijk loopt met de markering op de naaivoet.Begin te naaien door het voetpedaal in te drukken ofdoor op de start/stoptoets te drukken. Het knoopsgatwordt automatisch afgemaakt en de draden wordenafgesneden. U kunt het knoopsgat zo vaak herhalen alsu maar wilt.

Handmatig knoopsgat

Naaivoet 5M

Gebruik naaivoet 5M om een handmatig knoopsgat tenaaien.

Naai de eerste rups zo lang als u het knoopsgat wiltmaken.

Druk op de achteruitnaaitoets.

De machine naait de trens en de tweede rups.

Wanneer de rupsen even lang zijn, drukt u op deachteruitnaaitoets om de tweede trens te naaien.

Een handmatig knoopsgat herhalen

1. Knoopsgat herhalen

2. Startpositie knoopsgat

3. Achter-

Wanneer u uw knoopsgat heeft aangepast, kunt u hetpictogram Knoopsgat herhalen gebruiken om identiekekopieën te naaien. Zo lang dat pictogram is geselecteerd,herhaalt de machine het knoopsgat steeds opnieuw. Hetpictogram Knoopsgat herhalen is alleen zichtbaar bij hethandmatig naaien van een knoopsgat. Om deze functiete annuleren, deselecteert u het pictogram.

87

Page 88: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Knoopsgat met inlegdraadKnoopsgaten met inlegdraad die worden genaaid metcontourdraden zijn stabieler, duurzamer en zien erprofessioneel uit. Gebruik perlé-garen of normaalcontourdraad.

1. Leg het midden van een stuk contourdraad over hetmetalen stangetje dat aan de achterkant van dehandmatige-knoopsgatvoet 5M uitsteekt. Leid dedraaduiteinden onder de naaivoet door naar devoorkant van de naaivoet.

2. Klik de handmatige-knoopsgatvoet 5M vast.

3. Als u klaar bent met het knoopsgat, trekt u aan deuiteinden van de contourdraad totdat de draadlusverborgen is onder de trens van het knoopsgat.

4. Rijg de contourdraden in een naald en trek ze naar deverkeerde kant van het kledingstuk. Knoop deuiteinden aan elkaar vast en knip het overtollige draadaf.

88

Page 89: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Knoop aannaaienOm een knoop aan te naaien, verwijdert u de naaivoeten selecteert u Knoop aanzetten. De transporteur wordtautomatisch omlaag gebracht.

Leg de knoop onder de naaivoethouder. Gebruik hetspiegelpictogram om ervoor te zorgen dat de naaldprecies in de gaten van de knoop komt en dat debreedte geschikt is voor de gebruikte knoop. Als datnodig is, verandert u de breedte tussen de gaten met debreedte-pictogrammen.

Vergroot of verklein indien nodig het aantal stekenwaarmee de knoop op de stof wordt bevestigd met hetpictogram Steek herhalen. Begin met naaien. Denaaimachine zal het programma voor u naaien.

Naaien in vier richtingenGebruik de vierrichtingssteken voor het opnaaien vanlapjes zonder dat u de stof hoeft te draaien en voordecoratieve steekmotieven. Als u een steek selecteert incategorie 9 en subcategorie 2, wordt devierrichtingssteek in de naaimodus geladen.

Het startpunt wordt met een x gemarkeerd in hetsteekgebied. Om van richting te veranderen, drukt u opeen van de vier steken. Wanneer de gewenste lengte inéén richting is genaaid, selecteert u de nieuwe richtingdoor op één van de vier richtingen te drukken.

89

Page 90: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Speciale naaitechniekenBij de steken van de speciale naaitechnieken in uwperformance icon™-machine zitten steken als delintsteek, stapelsteek, zwevende steek, straalsteek enkanten randsteek.

LintstekenVoeg dimensionale elementen toe aan uw decoratievenaaiwerk met de prachtige enkele, dubbele endrievoudige lintsteken op uw machine. Terwijl u naaitworden er smalle linten in deze speciale steken geweven.Voor enkele en dubbele lintsteken worden linten van 2-5mm breed aangeraden. Voor drievoudige lintsteken 2-10mm. De beste resultaten krijgt u met een verstevigingdie geschikt is voor het type en de dikte van uw stof, dieu onder de stof legt ter ondersteuning van de steken.

Wij raden u aan om het Help Center te gebruiken en deprojecten met lintsteken op te zoeken voor instructiesvoor het naaien en automatisch verkrijgen van de juisteinstellingen.

StapelstekenNaai prachtige decoraties in twee kleuren met destapelsteken. De stapelsteken bestaan uit paren bijelkaar horende steken die zijn ontworpen om op elkaarte worden genaaid.

Naai de eerste steek en naai dan de tweede, die de eersteoverlapt. Gebruik voor beide steken hetzelfde startpunt.

Druk op Quick Help en op één van de stapelsteken omeen voorbeeld te zien van hoe de steken eruit zullenzien als ze worden gecombineerd/gestapeld.

90

Page 91: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Zwevende stekenZwevende steken geven een speciaal effect waarbij deverbindingssteken onzichtbaar zijn. Er zijn tweeverschillende manieren om deze techniek te gebruiken.De eerste techniek is om te naaien met de doorstikvoetmet geleider midden, een stukje versteviging en eenstukje dubbelgevouwen stof. De tweede techniek is omtwee stukjes stof aan elkaar te naaien.

Genaaid met de Doorstikvoet met geleider midden:

1. Vouw de stof met de goede kanten op elkaar en leger versteviging onder, die u laat uitsteken buiten degevouwen rand.

2. Bevestig de doorstikvoet met geleider midden enschakel het IDT™ in. Laat de gevouwen rand met degeleider op de naaivoet volgen.

3. Trek de stof naar de andere kant wanneer u klaarbent.

Genaaid met naaivoet 1A:

1. Leg twee stukken stof met de goede kanten opelkaar en leg er een versteviging onder.

2. Bevestig naaivoet 1A en schakel het IDT™ in. Beginte naaien met de gewenste naadtoeslag.

3. Trek de stof plat wanneer u klaar bent.

91

Page 92: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

StraalstekenStraalsteken zijn een exclusieve PFAFF®-naaitechniek.Deze steken hebben een ingebouwde stop waarmee ueen lijn steken kunt naaien in iedere gewenste vorm.Maak prachtige halslijnen of zaklijnen opkledingstukken.

1. Trek met een markeerstift een lijn op uw stof waar uwilt dat de steek wordt geplaatst. Klik naaivoet 2Avast.

2. Leg de stof en de versteviging onder de naaivoet.3. Activeer de functie naald omlaag.4. Plaats de middelste markering van de naaivoet op

de getekende lijn.5. Druk op Start/Stop en naai totdat de machine stopt.

De volgende keer dat u op start/stop drukt, naait demachine achteruit.

6. Draai de stof zodat de twee zijmarkeringen op denaaivoet gelijk liggen met de getekende lijn. Druk opStart/Stop en naai totdat de machine stopt.

7. Herhaal stap 4-6 totdat u de gewenste lengte heeftbereikt.

Kanten randstekenNaai prachtige kanten randsteken op uw projecten metde doorstikvoet met geleider midden en wateroplosbareversteviging.

1. Bevestig de Doorstikvoet met geleider midden enschakel het IDT™ in.

2. Vouw de stof en leg er wateroplosbare verstevigingonder, die u laat uitsteken buiten de gevouwenstofrand.

3. Laat de gevouwen rand de geleider op de naaivoetvolgen. Naai zo lang als u het kant wilt hebben enverwijder het dan van de naaimachine.

4. Los de wateroplosbare versteviging op in lauwwater.

Steken voor optionele naaivoeten

Pictogram optionele naaivoeten

Deze subcategorie bevat speciale steken voor het naaienvan technieken als de bolletjessteek, parelsteken enrandsteken. Voor deze technieken zijn specialenaaivoeten en accessoires nodig.

Let op: Druk op Quick help en druk dan op de geselecteerdesteek in het stekenselectiegebied om te zien welke specialenaaivoet nodig is voor die steek.

92

Page 93: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Pop-upberichten in naaien

Onderdraad bijna opWanneer de onderdraad bijna op is, verschijnt er eenpop-up bericht dat u erop wijst dat de spoel binnenkortzal moeten worden vervangen. Als u door wilt gaan metnaaien zonder de spoel te vervangen, drukt u hetvoetpedaal in zonder de pop-up te sluiten.

Wanneer de spoel is vervangen door een volle, drukt uop OK in de pop-up.

Controleer bovendraadDe machine stopt automatisch als de bovendraad op isof breekt. Rijg de bovendraad opnieuw in, sluit het pop-up bericht en ga verder met naaien.

De Sensormatic-knoopsgatvoet verwijderenDe Sensormatic-knoopsgatvoet moet wordenverwijderd voordat u een van de volgende zakenuitvoert:

• Een steek naaien die geen knoopsgat is.• Een knoopsgat naaien dat niet met de Sensormatic-

knoopsgatvoet kan worden genaaid.• Een aangepast knoopsgat naaien dat zonder de

Sensormatic-knoopsgatvoet is opgeslagen in demySewnet™-cloud-map.

93

Page 94: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Naaien

Kan automatische draadinsteker niet gebruikenDruk op OK wanneer u een tweelingnaald gebruikt enrijg met de hand in. Wanneer u een gewone naaldgebruikt - druk op OK en schakel de tweelingnaald uitbij de instellingen. Druk opnieuw op de toets van deautomatische draadinsteker.

TweelingnaaldHet volgende pop-upbericht verschijnt wanneer u eensteek kiest die niet geschikt is voor een tweelingnaald.

SteekbreedtebeveiligingWanneer steekbreedtebeveiliging is ingeschakeld,verschijnt het volgende pop-upbericht wanneer eensteek kiest die niet geschikt is voorsteekbreedtebeveiliging.

Let op!Als de machine stopt en deze pop-up op het schermverschijnt, moet u stoppen met naaien. Wacht even endruk op OK wanneer dat mogelijk is. Controleer denaalddikte en de staat van de naald. Controleer of demachine goed is ingeregen.

94

Page 95: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

6 Sequence Creator

Sequence Creator — InleidingIn Sequence Creator kunt u een reeks steken maken en aanpassen. Combineer verschillende 9 mm-steken, zijwaartsesteken en steeklettertypes van de machine, de mySewnet™-cloud of van een USB-apparaat. Ook steken die in defunctie Stitch Creator™ zijn gemaakt kunnen in een reeks worden ingevoegd. U kunt reeksen maken tot maximaalongeveer 500 mm (20") lang. In het informatiegedeelte kunt u zien hoe lang uw werkelijke reeks is.

95

Page 96: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

Sequence Creator – Overzicht

1. Log in bij de mySewnet™ cloud.2. WiFi-signaalsterkte3. Lengte van de reeks

4. Door steken lopen5. Venster Steekinstellingen6. Steekbreedte

96

Page 97: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

7. Steeklengte8. Steekinstellingen9. Toetsenbord10. Annuleren11. OK12. Full Screen View13. Ware grootte14. Dupliceren15. Verwijderen

16. Verticaal spiegelen17. Horizontaal spiegelen18. Richtingssteken19. Reeksopdrachten20. Laden uit de mySewnet™-cloud-map21. Lettertype laden22. Steek laden23. Menupaneel

97

Page 98: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

Starten met Sequence CreatorOm te beginnen met het maken van een reeks, selecteertu een gewenste steek in het menupaneel en voegt u dezetoe aan de reeks. Om een reeks van letters te maken,selecteert u een gewenst lettertype in het menupaneel envoegt u dit toe aan de reeks. De actieve positie wordtgemarkeerd door een cursor en de geselecteerde steek ofletter wordt met groen gemarkeerd. Alleen degeselecteerde steek/steken kunnen worden aangepast.Ingevoegde steken worden op de plaats van de cursorgezet. Beweeg de cursor door de reeks met de pijlen.Het nummer van de geselecteerde steek en het totaleaantal steken in de reeks worden weergegeven tussende pijlen. Wanneer u een reeks naait kunt u overal in dereeks beginnen met naaien. Gebruik de pijlen om doorde reeks te stappen.

Een steek ladenBreng de cursor naar de plaats waar u een steek wilttoevoegen. Druk op Steek laden en selecteer degewenste steek. De beschikbare naaicategorieën staan ineen horizontale lijst, veeg voor meer categorieën.Selecteer een categorie door erop te drukken en drukdan op een subcategorie om de beschikbare steken tebekijken. Druk op een steek om deze in de naaimodus teladen. Het venster steek selecteren kan wordenuitgebreid als u op de driehoek in de onderste hoekdrukt en deze versleept. Het hele menupaneel kan overhet scherm worden verplaatst: druk lang op degekleurde bovenkant van het paneel om het teverplaatsen naar waar u het wilt hebben. De steek wordtop de plaats van de cursor gezet.

Een lettertype ladenBreng de cursor naar de plaats waar u een letter wilttoevoegen en druk op Lettertype laden om een gewenstlettertype te selecteren. De beschikbare lettertypes staanin een verticale lijst, veeg om er meer te zien. Druk opeen lettertype om een toetsenbord te openen en druk opde letters die u wilt toevoegen.

98

Page 99: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

Tekst en steken aanpassen

1. Horizontaal spiegelen

2. Verticaal spiegelen

3. Steeklengte

4. Steekbreedte

U kunt de geselecteerde steek spiegelen, de lengte enbreedte ervan aanpassen of de dichtheid of positie ervanveranderen. De aanpassingen werken hetzelfde als in denaaimodus.

Een steek of letter verwijderen

Verwijderen

Als u een steek of letter wilt verwijderen, drukt u op desteek om de cursor naar de steek of letter te brengen dieu wilt verwijderen en drukt u op Verwijderen. Druklang om de hele reeks te verwijderen.

Een steek of letter dupliceren

Dupliceren

Om een steek te kopiëren brengt u de cursor naar diesteek. Druk op het symbool voor dupliceren om degeselecteerde steek te kopiëren.

Let op: Als u eerst de steek aanpast en dan kopieert, zitten deaanpassingen ook in de gekopieerde steek.

Druk lang om een pop-up te openen waarin u het exacteaantal kopieën dat u wilt invoegen kunt invoeren.

Een steek of letter vervangenOm een steek te vervangen, selecteert u de steek, druktu op Verwijderen en voegt u de nieuwe steek in.

De steek wordt op de plaats van de cursor gezet.

99

Page 100: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

Richtingssteken

Richtingssteken

Richtingssteken toevoegen tussen steken in een reeks.Deze steken maken het mogelijk om steken inverschillende richtingen te verplaatsen en u kuntnieuwe vormen maken en bredere borders voor grotegebieden.

Richtingssteken zijn rechte steken met een lengte vanongeveer 1 mm. Ze kunnen in 16 verschillenderichtingen worden gemaakt.

Druk op Richtingssteken om het Menupaneel te openenen bij de verschillende hoeken te komen.

Druk op het richtingsgebied om te selecteren met welkehoek u een steek wilt invoegen.

Wanneer de gewenste hoek is geselecteerd, drukt u ophet pictogram voor invoegen. Er wordt één steek op decursorpositie in de reeks ingevoegd.

De richtingssteek kan worden verwijderd, gedupliceerdof gespiegeld zonder het pop-upvenster van derichtingssteken te sluiten.

100

Page 101: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

Reeksopdrachten

1. Bewerkbare steek in groen2. Afhechten einde3. Afsnij-opdracht4. Reeksopdrachten5. Afhechten begin

U kunt afhechtingen, stops en opdrachten voor hetafsnijden van de draad in de reeks programmeren. Dezeopdrachten worden in de reeks opgenomen en wordenaltijd uitgevoerd tijdens het naaien.

Gebruik de afhechtopdracht als u een stevige afhechtingwilt. U kunt op iedere gewenste plaats in de reeksafhechtopdrachten invoegen.

Voeg een stopopdracht in als u wilt dat de machinestopt. Dit is bijvoorbeeld handig aan het einde van dereeks als u de reeks maar één keer wilt naaien of als ueen reeks wilt naaien over verschillende rijen.

Voeg de opdracht voor het afsnijden van de draden inals u wilt dat de machine afhecht, de draden afsnijdt ende naaivoet omhoog brengt.

Breng de cursor naar de plaats waar u een opdracht wilttoevoegen. Selecteer de plaats; er wordt een pictogramtoegevoegd in de reeks. Het pictogram geeft aan dat deopdracht is ingevoegd en laat ook zien waar deopdracht in de reeks wordt uitgevoerd.

Let op: De opdrachten verschijnen op het scherm in devolgorde waarin u ze programmeert.

Ware grootteDruk op Ware grootte als u wilt dat de reeks teruggaatnaar de originele afmeting.

101

Page 102: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

Reeks opslaan

1. Toets opslaan

1. Opslaan in mySewnet™2. Opslaan op een USB-

apparaat3. Selectiegebied4. Bestandsnaam5. Huidige status opslaan

6. OK7. Sluiten8. Nieuwe map maken9. Wisselen tussen de

weergave als lijst of alsminiatuur

Druk op de toets Opslaan om uw bestand op te slaan ener verschijnt een pop-up op het scherm. In de pop-upopslaan kunt u kiezen of u het bestand opslaat in demySewnet™ cloud-map of op een USB-apparaat. Eerderopgeslagen steken, reeksen en/of lettertypes wordenweergegeven. Geef uw bestand een naam via hettoetsenbord en druk op de toets OK.

Als u een bestand in een map wilt opslaan, drukt u langop de map om deze te openen. Geef het bestandvervolgens een naam via het toetsenbord en druk op OKin de pop-up om op te slaan. Voor het maken van eennieuwe map, drukt u lang op de toets nieuwe mapmaken, geeft u de map een naam via het toetsenbord endrukt u op OK. Druk dan lang op de map om deze teopenen en op te slaan in de nieuwe map.

Druk op de toets Lijst- en miniatuurweergave om af tewisselen tussen de weergave van de bestanden als lijstof als miniaturen. In Lijstweergave wordt elk bestandmet bestandsnaam en bestandstype weergegeven. InMiniatuurweergave wordt elk bestand weergegevenmet de bestandsnaam en een miniatuurafbeelding vanhet bestand.

Om het opslagproces te annuleren, sluit u het pop-upvenster door op Sluiten te drukken. De pop-up vooropslaan wordt gesloten en u keert terug naar SequenceCreator.

Leer hoe u uw opgeslagen bestanden kunt organiserenin File Manager.

Naai uw reeksVoor het naaien van uw stekenreeks, laadt u deze in denaaimodus door op OK te drukken in Sequence Creator.

102

Page 103: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

De hele reeks aanpassenOm de hele reeks aan te passen, opent u de naaimodusdoor op OK te drukken. Aanpassingen die in denaaimodus worden gemaakt, hebben invloed op de helereeks. Lees meer over Steek bewerken in het hoofdstukNaaien.

Sequence Creator gebruiken in deNaaimodusIn de naaimodus kunt u overal in de reeks beginnen metnaaien. Gebruik de pijlen om door de reeks te stappen.In de naaimodus kunt u uw hele reeks bewerken.

Als u iedere steek wilt bewerken in de reeks die in denaaimodus is geladen, drukt u op de reeks en Reeksbewerken wordt gemarkeerd. Druk om SequenceCreator opnieuw te openen. Maak uw aanpassingen endruk op OK om deze naar de naaimodus te laden. Drukop annuleren om het ongedaan te maken.

Let op: Druk lang in het stekengebied om de Smart Toolbox teopenen en Bewerken in Sequence Creator te openen.

103

Page 104: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

SequenceCreator

Pop-upberichten in SequenceCreator

Steek kan niet aan een reeks worden toegevoegdSommige steken kunnen niet in een stekenreeks wordeningevoegd, bijvoorbeeld knoopsgaten en speciale stekenzoals 4-richtingssteken.

Het maximale aantal steken is bereiktDe steek die u probeert toe te voegen maakt destekenreeks te lang. Uw stekenreeks kan maximaalongeveer 500 mm (20") lang zijn en tot 199 steken enopdrachten bevatten. Als de stekenreeks demaximumlengte overschrijdt, verschijnt dit pop-upbericht.

104

Page 105: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie

7 Stitch Creator™ Functie

Stitch Creator™ Functie – InleidingIn de Stitch Creator™-functie kunt u compleet nieuwe steken maken en ieder afzonderlijk steekpunt aanpassen. Ukunt helemaal zelf een steek maken of ingebouwde steken of letters veranderen.

De breedte van het steekgebied is 9 mm en de maximale steeklengte is 5mm. Het raster en de verticale middellijnhelpen u de steek te maken. Uw steek kan worden opgeslagen in de mySewnet™-cloud-map of op een USB-apparaat.

Om de functie Stitch Creator™ te openen, drukt u op het pictogram van de Stitch Creator™-functie.

105

Page 106: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie

Stitch Creator™ Functie – Overzicht

1. WiFi-verbinding2. mySewnet™ cloud3. Meerdere selecteren

4. Alles selecteren5. Pijlen (toont huidige steek)6. Horizontaal voorbeeld

106

Page 107: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie7. Verplaatsingswiel met steekpositie (X=naaldpositie

steek, Y=transportlengte)8. Zoombalk9. Bewerken10. Toetsenbord11. Annuleren12. OK13. Volledig scherm14. Nieuw steekpunt15. Drievoudige steek

16. Ware grootte17. Dupliceren18. Verwijderen19. Horizontaal spiegelen20. Verticaal spiegelen21. Lettertype laden22. Steek laden23. Stekengebied

Starten met Stitch Creator™

Definitie van een steekpuntEen steekpunt is het punt waarop de naald door de stofgaat. Steken zijn verbonden door steekpunten.

Ieder steekpunt wordt aangegeven met een punt. Eengeselecteerd steekpunt wordt aangegeven met een openvierkantje (A). Een gemarkeerd steekpunt wordtaangegeven met een opgevuld vierkantje (B).

Steken/steekpunten selecterenOm een steekpunt te selecteren, drukt u er op hetscherm op. Als u meer dan één steekpunt selecteert,worden de steken daartussen automatisch ookgeselecteerd.

Om het vorige of volgende steekpunt in uw steek temarkeren, drukt u op het pictogram Meerdereselecteren en gebruikt u de pijlen. De huidigesteekpositie wordt weergegeven tussen de pijlen. Heteerste getal is het gemarkeerde steekpunt. Het tweedegetal is het totale aantal steekpunten.

Om alle steekpunten tegelijkertijd te selecteren, drukt uop het pictogram Alle selecteren.

Als het pictogram groen is, betekent dit dat het isgeactiveerd. Als het wit is, is het gedeactiveerd.

107

Page 108: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie

Meerdere selecteren

Meerdere selecteren

Om de steekpunten naast het gemarkeerde steekpunt teselecteren, drukt u op Meerdere selecteren en dan op depijlen om het volgende steekpunt te selecteren.

Gebruik de pijl omhoog om steekpunten voor hetgemarkeerde steekpunt te selecteren en de pijl omlaagom de steekpunten na het gemarkeerde steekpunt teselecteren.

Let op: Bij het selecteren van steekpunten met de pijl omhoogkunt u steekpunten deselecteren door op de pijl omlaag tedrukken.

Als het pictogram groen is, betekent dit dat het isgeactiveerd. Als het wit is, is het gedeactiveerd.

Alles selecteren

Alles selecteren

Om alle steekpunten tegelijkertijd te selecteren, drukt uop het pictogram Alle selecteren. Om alles tedeselecteren, drukt u opnieuw op het pictogram.

Als het pictogram groen is, betekent dit dat het isgeactiveerd. Als het wit is, is het gedeactiveerd.

Horizontaal voorbeeldAls u een steek maakt in Stitch Creator™, verschijnt ereen voorbeeldweergave van uw gemaakte steek. Dathelpt u te zien hoe de steek eruit zal zien als er meerdereherhalingen van worden gemaakt.

108

Page 109: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie

Stitch Creator™Bewerkgereedschappen

ZoomenWanneer u de zoombalk gebruikt, blijft de focus op hetgemarkeerde steekpunt.

De afstand tussen de rasterlijnen bij 100% zoom is gelijkaan 1 mm op de stof. Als u inzoomt op het stekengebied,verandert de afstand tussen de rasterlijnen. Als uuitzoomt, zijn alleen de randlijnen van het stekengebiedzichtbaar.

U kunt ook in-/uitzoomen door samen te knijpen en uitte rekken.

VerplaatsenOm uw steek of steekpunt te verplaatsen, kunt usteekpunten direct op het multi-touchscreen selecterenmet uw vingers of door op de pijlen in het wiel tedrukken.

Het getal boven het wiel (X) laat de huidige naaldpositievanaf de middellijn zien voor het gemarkeerdesteekpunt.

Het getal boven het wiel (Y) laat de huidigetransportlengte zien vanaf het vorige steekpunt.

Steek of steekpunt toevoegen

Nieuwe steek

U kunt ook een bestaande steek toevoegen uit destekenselectiesneltoets op de menubalk of uit hetselectiemenu.

Druk op het pictogram om één enkel steekpunt in tevoegen. De twee steekpunten vormen een nieuwe steek.

Geselecteerd steekpunt dupliceren

Dupliceren

Als u een steekpunt wilt dupliceren, selecteert u hetsteekpunt en gebruikt u Dupliceren om een kopie temaken.

Als diverse steekpunten zijn geselecteerd, worden dieallemaal gekopieerd en na het gemarkeerde steekpuntingevoegd.

Druk lang op het pictogram Dupliceren om een pop-upop te roepen waarin u het exacte aantal kopieën dat uwilt invoegen kunt aangeven.

Drievoudige steek

Drievoudige steek

Druk op het pictogram Drievoudige steek en degeselecteerde steek/steken worden verdriedubbeld.

Let op: Alleen mogelijk als er meer dan één steekpunt isgeselecteerd.

109

Page 110: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie

Spiegelen

1. Horizontaal spiegelen

2. Verticaal spiegelen

De geselecteerde steekpunt(en) worden horizontaal en/of verticaal gespiegeld.

Let op: Alleen mogelijk als er meer dan één steekpunt isgeselecteerd.

Geselecteerd steekpunt verwijderen

Verwijderen

Als u één steekpunt wilt verwijderen, selecteert u het endrukt u op het pictogram Verwijderen. Als meer danéén steekpunt is geselecteerd, worden die allemaalverwijderd als u op het pictogram drukt.

Druk lang op het pictogram Verwijderen om allesteekpunten uit het stekengebied te verwijderen.

110

Page 111: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie

Een steek bewerken die is gemaaktin Stitch Creator™Als u in de naaimodus bent en een steek wilt bewerkendie is gemaakt in Stitch Creator™, drukt u lang op hetwerkgebied om de Smart Toolbox op te roepen. SelecteerBewerken in Stitch Creator™ en de steek wordtgeopend in Stitch Creator™.

Een steek laden en naaienOm de gemaakte steek te naaien, drukt u op OK in derechter onderhoek van het scherm. Uw steek wordt in deNaaimodus geladen en is klaar om te worden genaaid.

Als u op Annuleren drukt in Stitch Creator™, keert uterug naar de naaimodus zonder de steek die u heeftgemaakt in Stitch Creator™.

Als u een andere steek selecteert in de naaimodus en dande Stitch Creator™-functie opnieuw opent, blijft uwgemaakte steek niet in Stitch Creator™.

Een steek opslaanOm een steek op te slaan die is gemaakt in StitchCreator, drukt u op de toets Opslaan buiten het scherm.Er verschijnt een pop-up waarmee u de steek een naamkunt geven en kunt beslissen waar u hem wilt opslaan.Uw steek kan worden opgeslagen in de mySewnet™-cloud-map of op een USB-apparaat. Zie Steek opslaanvoor meer informatie. Klik op OK om te bevestigen.

Gemaakte steken gebruiken inSequence CreatorEen steek die is gemaakt in de Stitch Creator™-functiekan worden gebruikt als onderdeel van een reeks. InSequence Creator opent u het selectiemenu en zoekt uuw opgeslagen steek op. De steek wordt ingevoegd opde cursorpositie in de reeks.

Pop-upberichten in de StitchCreator™-functie

Geen bewerkbare steek.Sommige steken kunnen niet worden bewerkt in deStitch Creator™-functie. Knoopsgaten, steken diebreder zijn dan 9 mm en vierrichtingssteken kunnenniet worden geopend in de Stitch Creator™-functie.

111

Page 112: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

StitchCreator™

Functie

Reeks buiten bereikUw stekenreeks mag tot maximaal ongeveer 500 mm(20″) lang zijn. Als de steek de maximumlengteoverschrijdt, laat deze pop-up u weten dat de steek ofhet steekpunt dat u probeert toe te voegen de reeks telang maakt.

112

Page 113: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Help

Center

8 Help Center

Help Center – InleidingIn het Help Center vindt u informatie over het gebruik van uw performance icon™-machine en kunt u meer lezenover de functies van de machine.

Help Center – Overzicht

1. Help Center-venster2. Gebruikershandleiding3. Starten4. Technieken en tutorials5. Naai-instructies

6. Handleiding versteviging7. mySewnet™8. WiFi-instellingen9. Quick Help10. Terug naar het vorige venster

113

Page 114: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

HelpCenter

Gebruikershandleiding

1. Navigatiepijlen2. Index3. Categorie4. mySewnet™

5. WiFi-instellingen6. Quick Help7. Terug naar het vorige

venster

Druk op Gebruikshandleiding om de ingebouwdegebruikshandleiding te openen. Hierin vindt uinformatie over hoe u uw performance icon™-machinemoet bedienen en wat de verschillende functies van uwmachine zijn.

U kunt de Gebruikshandleiding bekijken per Index ofdoor in de Categorie te kijken. De categorie-optie geeftde helponderwerpen verdeeld in categorieën weer dieovereenkomen met de structuur in deGebruikshandleiding. De index-optie toontonderwerpen in alfabetische volgorde.

114

Page 115: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Help

Center

Starten

1. Snelle referentiehandleidingen2. mySewnet™3. WiFi-instellingen4. Quick Help5. Terug naar het vorige venster

In dit gedeelte vindt u hulp die te maken heeft met hetbasisgebruik van de machine, zoals het inrijgen van demachine, het IDT™ in- en uitschakelen en dergelijke.

Een aantal van de handleidingen bevatten animaties.

Selecteer het onderwerp dat u interesseert door erop tedrukken. Er wordt een Project Viewer geopend metstap-voor-stap-instructies en animaties.

• De bovendraad inrijgen• Automatische draadinsteker• Het IDT™ systeem inschakelen/uitschakelen• Spoelen• Opspoelen via de naald• Spoel plaatsen

115

Page 116: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

HelpCenter

Technieken en tutorials

1. Tutorials2. mySewnet™3. WiFi-instellingen4. Quick Help5. Terug naar het vorige venster

Druk hierop om Technieken en tutorials te openen Erzijn verschillende categorieën waar u uit kunt kiezen,zoals Kleding-, Naai- en Quilttechnieken. Selecteer eentechniekencategorie en selecteer dan een technieken-subcategorie om de beschikbare projecten te zien. Drukop een project om het te openen.

KledingtechniekenIn dit gedeelte vindt u tutorials over het naaien vanverschillende technieken voor kledingstukken, zoalskragen, ritsen, zakken, enz.

In elk project vindt u stap-voor-stap-instructies metafbeeldingen en/of animaties. De steken die nodig zijnvoor de gekozen techniek worden voor u uitgefilterd enzijn beschikbaar in de tab Inhoud. Het kan echter nodigzijn om de instelling van de steken aan te passen (lengte,breedte, enz.) afhankelijk van welk stoftype u voor uwproject gebruikt. De steken zijn altijd ingesteld voornaaien met geweven, normale stof.

116

Page 117: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Help

CenterNaaitechniekenIn dit gedeelte vindt u tutorials over het naaien vanverschillende technieken zoals de exclusievenaaitechnieken, enz.

In elk project vindt u een instructie met afbeeldingenen/of animaties. De steken die nodig zijn voor degekozen techniek worden voor u uitgefilterd. Het kanechter nodig zijn om de instelling van de steken aan tepassen (lengte, breedte, enz.) afhankelijk van welkstoftype u voor uw project gebruikt. Als u een steekselecteert uit de projectviewer, worden alle benodigdeinstellingen voor de specifieke techniek voor u ingesteld.

QuilttechniekenIn dit gedeelte vindt u tutorials over het naaien vanverschillende quilttechnieken zoals patchwork,afwerken, enz.

In elk project vindt u stap-voor-stap-instructies metafbeeldingen en/of animaties. De steken die nodig zijnvoor de gekozen techniek worden voor u uitgefilterd.Het kan echter nodig zijn om de instelling van de stekenaan te passen (lengte, breedte, enz.) afhankelijk vanwelk stoftype u voor uw project gebruikt.

Handleiding versteviging

1. Handleidingen versteviging2. mySewnet™3. WiFi-instellingen4. Quick Help5. Terug naar het vorige venster

Druk erop om de versteviging-gids te openen. Selecteereen verstevigingsgroep om de verschillendeverstevigingen binnen de groep te bekijken. Druk opeen versteviging om meer informatie over het gebruik tezien. De informatie over de versteviging wordtweergegeven in een viewer. Sluit de viewer om eenandere versteviging in de groep te selecteren.

• Speciaal: In deze categorie vindt u versteviging voorspeciale toepassingen.

• Scheurversteviging: Tear-a-way versteviging is eentijdelijke versteviging. Na het naaien is hetgemakkelijk te verwijderen.

• Tussenvulling: Gebruik tussenvulling tussen uwbovenkant- en achterkantstof om uw project meervolume te geven.

117

Page 118: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

HelpCenter

Projecten

1. Pictogram Project Viewer in het menupaneel

Wanneer u een project laadt van het Help Center, wordthet weergegeven in de Project Viewer, die altijdtoegankelijk is op het scherm. Druk, wanneer de ProjectViewer geminimaliseerd is, op het pictogram ProjectViewer om de viewer uit te breiden.

Project Viewer

1. Project Viewer2. Instructies3. Actieve stap4. Minimaliseren5. Stappen tussen de

projectstappen6. Tekstgrootte verkleinen

7. Tekstgrootte vergroten8. Venster uitbreiden9. Afspelen10. Inhoud11. Sluiten12. Huidige stap

Als u een project heeft geselecteerd, wordt er een ProjectViewer geopend. De Viewer kan wordengeminimaliseerd of gesloten door op het pictogramSluiten of Minimaliseren te drukken. De Viewer kan ookworden verplaatst over uw scherm, zodat u bijpictogrammen kunt komen die verborgen kunnen zijnals u de instructies volgt.

U kunt de tekst in de Viewer verkleinen of vergrotendoor op een van de A-pictogrammen te drukken.

Er zijn twee tabs waartussen u kunt afwisselen:Instructie en Inhoud. De Instructie-tab bevat alleinstructies, afbeeldingen en animaties die u moet zienom het project te kunnen doen.

In de inhoud-tab vindt u de steken die u nodig heeftvoor het specifieke project.

Gebruik de pijlen of veeg verticaal om naar de volgendestap te gaan. De stap met een groene omranding is deactieve stap.

Alle afbeeldingen kunnen worden vergroot door erop tedrukken. Dit kan zeer handig zijn als u naar de lijst metmaterialen kijkt.

Als u op het pictogram Afspelen drukt, wordt er eenvideoplayer geopend die u laat zien hoe u dat specifiekegedeelte moet maken.

Sommige projecten bevatten een pictogram Steek. Als uerop drukt, laadt u de steek die nodig is voor die stap.

118

Page 119: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Help

CenterVideoplayer

1. Pictogram hoofdstuk/gedeelte

2. Schuif3. Terugspoelen4. Afspelen/pauzeren

5. Snel vooruit6. Herhalen7. Volledig scherm

Druk op het afspeel-pictogram om de animatie tebekijken. In de videospeler die wordt geopend, kunt uafspelen/pauzeren, terugspoelen, snel vooruit spoelen,de animatie op herhalen zetten en de volledige scherm-weergave aan/uit zetten. U kunt de schuif ook slepenom vooruit of achteruit te bewegen in de animatie.

Druk lang op terugspoelen om de animatie vanaf hetbegin te starten.

Druk op het pictogram hoofdstuk/gedeelte om af tewisselen tussen de hele video of het huidige hoofdstukbekijken.

Sluit de animatie door op de X te drukken. U kunt ookbuiten het videoplayervenster drukken om het te sluiten.

119

Page 120: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

9 File Manager

File Manager – InleidingDruk op Hoofdmenu en selecteer de tap File Manager om de File Manager te openen.

De File Manager wordt gebruikt voor het openen van lettertypebestanden en steekbestanden. Bewaar uw opgeslagenbestanden in de mySewnet™ cloud-map of op een USB-apparaat dat met uw performance icon™-machine isverbonden.

120

Page 121: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

Bestandsbeheer – Overzicht

1. Terug naar het vorige venster

121

Page 122: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

2. Quick Help3. WiFi-signaalsterkte4. mySewnet™ cloud-map5. Selectiegebied6. Bestandsinformatie7. Knippen8. Kopiëren9. Plakken

10. Naam van bestand of map veranderen11. Nieuwe map maken12. Verwijderen13. Lijst-/Miniatuurweergave14. Meerdere selecteren15. Eén map omhoog16. USB-apparaat17. mySewnet™ cloud-map

122

Page 123: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

BestandsformatenUw performance icon™-machine kan de volgendebestandsformaten laden:

• .SPX (steekbestand)• .JOS (projectbestanden)

Let op: Als het bestandstype of de bestandsversie niet wordtondersteund door uw machine of als het bestand is beschadigd,wordt het weergegeven in het selectiegebied als niet-herkendbestand.

Door File Manager bladeren

Bewaar uw lettertypes en steken in de mySewnet™cloud-map of op een USB-apparaat dat is aangesloten opde USB-poorten. Het pictogram USB-apparaat is alleen

beschikbaar wanneer er een USB-apparaat op uwmachine is aangesloten.

Om de inhoud weer te geven, drukt u op de mySewnet™-cloud-map of op het USB-apparaat. Veeg met uw vingeromhoog en omlaag om te bladeren en de inhoud tebekijken. Lettertypebestanden worden weergegeven alsminiatuur of met een pictogram afhankelijk van of uLijstweergave of Miniatuurweergave heeft geselecteerd.

Een bestand of een map openenDruk op een bestand om informatie over het bestand telezen in de bestandsinformatie. Druk lang op hetbestand om het te laden.

Als u een steeklettertypebestand laadt, wordt hetgeladen in Sequence Creator.

Druk lang op een map om deze te openen. De inhoudvan de map verschijnt in het selectiegebied. De plaatsvan een open map staat in het huidige mapgebied.

Meerdere selecterenAls u meerdere steken of lettertypes tegelijkertijd wiltselecteren, drukt u op het pictogram Meerdereselecteren. Wanneer Meerdere selecteren is ingeschakeld,drukt u op de bestanden die u wilt gebruiken. Kopieeren plak de geselecteerde bestanden bijv. in een anderemap in File Manager.

Let op: Als u probeert een combinatie van bestanden/mappente laden, die niet naar dezelfde bestemming geladen kanworden, verschijnt een pop-upbericht.

mySewnet™ Cloud-mapSla steken en lettertypes op in de mySewnet™ cloud-mapop de machine. Wanneer u bent ingelogd bij eenmySewnet™ account en verbonden met mySewnet™worden uw opgeslagen bestanden automatischgesynchroniseerd met de mySewnet™ cloud. Lees meerover de mySewnet™-cloud.

123

Page 124: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

USB-apparaatHet pictogram USB-apparaat is alleen actief wanneer ereen USB-apparaat op de machine is aangesloten. Drukop het pictogram USB-apparaat om alle aangeslotenapparaten weer te geven. Druk op een USB-apparaat omhet te bekijken.

Lijst-/Miniatuurweergave

Lijst-/Miniatuurweergave

Druk op het pictogram Lijst-/Miniatuurweergave om afte wisselen tussen de weergave van de bestanden in eenlijst of als miniatuurpictogrammen. In lijstweergavewordt elk bestand met bestandsnaam en bestandstypeweergegeven. In miniatuurweergave wordt elk bestandweergegeven met een miniatuurafbeelding van hetbestand.

In de lijstweergave zijn alle bestanden gesorteerd incategorieën met aparte koppen; Map, Steek,Borduurmotief en Overige. Dit maakt het eenvoudigerom een specifiek bestand te vinden als u veelverschillende bestandstypes in dezelfde map heeft staan.

Eén mapniveau omhoog

Eén mapniveau omhoog

Gebruik het pictogram Eén mapniveau omhoog omdoor de niveaus van mappen te lopen. U kunt helemaalomhoog gaan naar het eerste niveau. In hetselectievenster kunt u de bestanden en mappen zienvoor ieder niveau. Druk lang op een map om deze teopenen.

OrganiserenHieronder vindt u instructies hoe u uw bestanden kuntorganiseren in File Manager.

Nieuwe map maken

Nieuwe map maken

Druk op het pictogram Nieuwe map aanmaken om eennieuwe map op de huidige plaats te maken. Erverschijnt een pop-upbericht waarin u een naam vooruw map kunt invoeren.

Hernoem bestand of map

Naam veranderen

Om de naam van een bestand of map te veranderen,drukt u erop om te selecteren en daarna drukt u op hetpictogram Naam bestand of map veranderen. Er gaateen pop-upbericht open waarin u de nieuwe naam vooreen bestand of map kunt invoeren.

124

Page 125: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

Een bestand of map verplaatsen

Knippen

Plakken

Gebruik knippen en plakken om een bestand(en) of map(pen) ergens anders op te slaan.

Selecteer de bestanden of mappen en druk dan op hetpictogram knippen. Open de map waarin u de selectiewilt plaatsen. Druk op het pictogram plakken. Debestanden of mappen worden verwijderd op hunoorspronkelijke locatie en opgeslagen in de nieuwe map.

Let op: Activeer Meerdere selecteren om in één keer meer danéén bestand en/of map te kunnen selecteren en verplaatsen.

125

Page 126: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

Een bestand of map kopiëren

Kopiëren

Plakken

Gebruik kopiëren en plakken om bestand(en) of map(pen) ergens anders op te slaan.

Selecteer de bestanden of folders en druk dan op hetpictogram kopiëren. Open de map waarin u de selectiewilt plaatsen. Druk op het pictogram Plakken. Debestanden of mappen zijn nu opgeslagen in de nieuwemap en de oorspronkelijke bestanden of mappenbestaan nog steeds in de vorige map.

Let op: Activeer Meerdere selecteren om tegelijkertijd meerdan één bestand en/of map te kunnen selecteren enverplaatsen.

Verwijder een bestand of map

Verwijderen

Om een bestand of map te verwijderen, selecteert u dezeen drukt u op het pictogram verwijderen. Er verschijnteen pop-up bericht zodat u het verwijderen kuntbevestigen. Als een map wordt verwijderd, worden ookalle bestanden die in de map staan verwijderd.

Om alle bestanden en mappen in de actieve map teverwijderen, houdt u het pictogram Verwijderen enkeleseconden ingedrukt. Er verschijnt een pop-up berichtzodat u het verwijderen van alle inhoud kunt bevestigen.

Pop-upberichten in File Manager

Bestand of map verwijderenWanneer u een bestand of een map verwijdert, moet uhet verwijderen bevestigen in het pop-upbericht dat ophet scherm verschijnt. Dit voorkomt dat u onbedoelddingen verwijdert.

Map bestaat alU kunt geen nieuwe map aanmaken met dezelfde naamals een andere map op hetzelfde niveau. Maak uw mapaan op een ander niveau of voer een andere naam invoor de map.

126

Page 127: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

FileManager

Niet voldoende geheugen beschikbaarWanneer er nog maar weinig ruimte over is, meldt uwmachine u dat eenmaal. Als u de ruimte blijft vullen,geeft de machine geen herinnering meer totdat deruimte helemaal vol is. Verplaats bestanden naar eenUSB-apparaat met de knippen en plakken functies omruimte te maken.

De combinatie van geselecteerde bestandstypes kan niet worden geladenSommige bestandscombinaties kunnen niet naardezelfde bestemming worden geladen met Meerdereselecteren.

127

Page 128: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Onderhoud

10 Onderhoud

De buitenkant van de naaimachinereinigenMaak uw naaimachine regelmatig schoon om ervoor tezorgen dat uw machine goed blijft werken. De machinehoeft niet te worden gesmeerd (geolied).

Neem de buitenkant van uw naaimachine af met eenzachte doek om eventueel opgehoopt stof oftextielresten te verwijderen.

Neem het scherm af met een schone, iets vochtigemicrovezeldoek.

De steekplaat verwijderen en hetspoelhuis reinigen

Zet de naaimachine uit.

Verwijder de naaivoet. Open het spoelhuis met hetontgrendelknopje (A) rechts. Verwijder het deksel.Plaats de meegeleverde schroevendraaier onder desteekplaat zoals te zien is en draai de schroevendraaiervoorzichtig om de steekplaat los te wrikken. Maak detransporteur schoon met het borsteltje dat bij deaccessoires zit.

Schoonmaken onder het spoelhuis.Maak het gedeelte onder het spoelhuis schoon nadiverse naaiprojecten of wanneer u merkt dat zichtextielresten in het spoelhuisgedeelte hebben opgehoopt.

Til de spoelhuishouder (A) die het voorste deel van hetspoelhuis afdekt op en verwijder de houder. Verwijderhet spoelhuis (B) door dit op te tillen. Reinig met hetborsteltje.

Wees voorzichtig wanneer u het gebied rondom hetmes van de draadafsnijder (C) schoonmaakt.

Plaats het spoelhuis en de spoelhuishouder weer terug.

Let op: Blaas geen lucht in het spoelhuisgedeelte. Het stof ende pluisjes worden dan in uw machine geblazen.

Let op: Verwijder regelmatig stof en draden uit hetspoelhuisgedeelte. Controleer het spoelhuisgedeelte als u desteekplaat vervangt.

A

B

C

128

Page 129: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Onderhoud

De steekplaat vervangenPlaats de steekplaat zo, dat de steekplaat in de gleuf aande achterkant (D) past. Duw de steekplaat omlaag totdathij op zijn plaats klikt. Plaats het deksel weer op hetspoelhuis.

Problemen oplossenIn deze gids voor het oplossen van problemen vindt uoplossingen voor problemen die u kunt ondervindenmet uw machine. Neem voor meer informatie contact opmet uw plaatselijke officiële PFAFF®-dealer, die u graagzal helpen.

Let op: Raadpleeg bij problemen met de firmware, zoals WiFi-verbinding en my Sewnet™-diensten het gedeelte Problemenoplossen in de ingebouwde gebruiksaanwijzing.

Algemene problemenSpoelsignaal werkt niet Verwijder de textielresten uit het spoelhuis en gebruik

alleen de originele PFAFF®-spoelen die speciaal voor ditmodel zijn ontworpen.

De draadafsnijder snijdt de draad niet af Verwijder de steekplaat en verwijder textielresten uit hetspoelgedeelte.

Schakel de automatisch draadafsnijder in in hetinstellingenmenu.

De stof wordt niet getransporteerd Controleer of de machine niet is ingesteld op naaien uitde vrije hand.

Controleer of de transporteur niet is ingesteld opverzonken in het instellingenmenu.

Verkeerde steek, onregelmatige of smalle steek Schakel tweelingnaald of steekbreedtebeveiliging uit inhet instellingenmenu.

De naald breekt Breng de naald op de juiste manier aan volgens debeschrijving, zie De naald verwisselen, pagina 30.

Gebruik een geschikte naald voor de geselecteerde stof.Zie De juiste combinatie van draad/naald selecteren,pagina 33.

De machine naait niet Controleer of alle stekkers goed in de machine en in hetstopcontact zitten.

Slecht naairesultaat Gebruik alleen accessoires die zijn ontworpen voor uwperformance icon™-machine.

Volg de aanbevelingen op het scherm op.

D D

129

Page 130: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Onderhoud

Het scherm van de naaimachine en/of de functietoetsenreageren niet op aanrakingen

De contacten en functietoetsen van de machine kunnengevoelig zijn voor statische elektriciteit. Als het schermniet op aanrakingen reageert, zet u de machine UIT enweer AAN. Neem contact op met uw erkende PFAFF®-dealer als het probleem blijft bestaan.

Bij het naaien op dikke en/of dichte stoffen maakt demachine een duidelijk te horen geluid dat anders is danhet geluid dat u gewoonlijk hoort tijdens het naaien.

Dit geluid betekent niet dat er een storing is. De machineheeft een pulserende naaldkrachtfunctie die de naaldhelpt om door dikke en/of dichte stoffen te prikken. Hetgeluid is te horen als de naaivoet en de stof samen metde naald omhoog komen. Verhoog de naaivoetdruk omte voorkomen dat de naaivoet omhoog komt.

Als het geluid niets met de pulserendenaaldkrachtfunctie te maken lijkt te hebben, neem dancontact op met uw erkende PFAFF®-dealer om uwnaaimachine na te laten kijken.

De automatische draadinsteker werkt niet goedHet oog van de naald is te klein voor de draad Gebruik een grotere naald of dunner garen. Zie De juiste

combinatie van draad/naald selecteren, pagina 33

Gebruikt u speciaal garen, zoals "onzichtbaar" of anderrekbaar garen, metallic of plat metallic garen of dikgaren?

Speciale garens worden niet altijd goed gegrepen doorhet haakje van de automatische draadinsteker. Als datgebeurt, wordt de draad niet in de naald gestoken.Probeer de automatische draadinsteker opnieuw of steekde draad met de hand in de naald.

Pop-upbericht: De automatische draadinsteker staat nietin de beginstand. Druk op OK om te kalibreren

De draadinsteker is uit de beginstand geraakt mogelijkdoordat er iets tegenaan is gestoten tijdens het naaien.Druk op OK om de draadinsteker te kalibreren en gaweer door met naaien.

Pop-upbericht: De kalibratie van de automatischedraadinsteker is mislukt. Druk op OK om opnieuw tekalibreren. Neem contact op met uw plaatselijkeerkende servicecentrum als de automatischedraadinsteker dan nog steeds niet goed wordtgekalibreerd.

Wordt weergegeven als de machine de draadinstekerniet kan kalibreren wanneer u de machine aanzet.Verwijder alles wat de draadinsteker zou kunnenblokkeren en druk op OK.

Pop-upbericht: De automatische draadinsteker lijktgeblokkeerd te zijn en kan niet terugkeren naar debeginstand. Druk op OK om de automatischedraadinsteker naar de stand voor handmatigschoonmaken te brengen.

Als u garen gebruikt dat te dik is voor de naald, kan deautomatische draadinsteker mogelijk de draad niet doorhet oog van de naald trekken. Druk op OK om naarhandmatig schoonmaken te gaan. Er verschijnt eennieuw pop-upbericht met verdere instructies.

Als u het probleem niet kunt vinden of als u de draadniet kunt verwijderen, drukt u op annuleren.

Pop-upbericht: Verwijder voorzichtig alle draden dievastzitten in de automatische draadinsteker of in het oogvan de naald. Druk op OK om de automatischedraadinsteker terug te brengen naar de startpositie.

Als u garen gebruikt dat te dik is voor de naald, kan deautomatische draadinsteker mogelijk de draad niet doorhet oog van de naald trekken. Verwijder de draadvoorzichtig om het haakje dat door het oog van de naaldgaat niet te beschadigen. Druk op OK wanneer de draadis verwijderd.

130

Page 131: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Onderhoud

Pop-upbericht: De automatische draadinsteker staat nietin de beginstand. U kunt niet verder naaien om schadeaan de machine te voorkomen. Druk na het sluiten vandeze pop-up op de toets van de automatischedraadinsteker op uw machine om een nieuwe poging totinrijgen te doen of neem contact op met uw plaatselijkeerkende servicecentrum.

Neem contact op met uw erkende PFAFF®-dealer om demachine na te laten kijken.

Pop-upbericht: De automatische draadinsteker kan nietterugkeren naar de beginstand. U kunt niet verdernaaien om schade aan de machine te voorkomen. Neemcontact op met uw plaatselijke erkende servicecentrum.

Neem contact op met uw erkende PFAFF®-dealer om demachine na te laten kijken.

De naaimachine slaat steken overHeeft u de naald op de juiste wijze geplaatst? Breng de naald op de juiste manier aan volgens de

beschrijving, zie De naald verwisselen, pagina 30.

Heeft u een verkeerde naald ingezet? Gebruik naaldsysteem 130/705 H.

Gebruik een geschikte naald voor de geselecteerde stofen garen. Zie De juiste combinatie van draad/naaldselecteren, pagina 33.

Is de naald krom of bot? Plaats een nieuwe naald.Heeft u de naaimachine op de juiste wijze ingeregen? Verwijder de draad helemaal en rijg de machine

opnieuw in, zie De bovendraad inrijgen, pagina 31.

Wordt de juiste naaivoet gebruikt? Bevestig de juiste naaivoet.

Is de naald te dun voor de draad? Vervang de naald.

Beweegt de stof omhoog en omlaag met de naald tijdenshet naaien uit de vrije hand?

Als u de 6A Borduur-/Sensormatic free-motionvoetgebruikt, verlaag dan in het instellingenmenu dedraaihoogte met kleine stapjes totdat het probleem isopgelost.

De bovendraad breekt.Heeft u de naald op de juiste wijze geplaatst? Breng de naald op de juiste manier aan, zie De naald

verwisselen, pagina 30.

Heeft u een verkeerde naald ingezet? Gebruik naaldsysteem 130/705 H.

Gebruik een geschikte naald voor de geselecteerde stofen garen. Zie De juiste combinatie van draad/naaldselecteren, pagina 33.

Is de naald krom of bot? Plaats een nieuwe naald.Heeft u de naaimachine op de juiste wijze ingeregen? Verwijder de draad helemaal en rijg de machine

opnieuw in, zie De bovendraad inrijgen, pagina 31.

Schuift de draad omlaag en komt deze vast te zittenonder het garenklosje?

Plaats het grote garenschijfje met de platte kant omhoogonder het klosje op de garenpen, of gebruik voor grotegarenklosjes een garennetjes over het klosje. Zie Inrijgen- Tips en hints, pagina 36.

Is de naald te dun voor de draad? Plaats een naald die groot genoeg is voor de draad.

Gebruikt u garen van slechte kwaliteit of garen dat isuitgedroogd?

Neem nieuw garen van hoge kwaliteit dat u heeftgekocht bij een erkende PFAFF®-dealer.

Is het garenschijfje dat u op het garenklosje gebruikt teklein, zodat de draad vastloopt bovenaan het klosje?

Plaats een garenschijfje dat iets breder is dan het klosje.

Staat de garenpen in de beste positie? Gebruik een andere garenpenpositie (verticaal ofhorizontaal)

131

Page 132: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Onderhoud

Is het gat in de steekplaat beschadigd? Vervang de steekplaat.

Is de draadspanning te hoog voor het geselecteerdegaren?

Verlaag de draadspanning in kleine stappen totdat hetprobleem is opgelost.

Onderdraad breektGebruikt u de juiste spoel? Gebruik alleen spoelen die speciaal zijn ontworpen voor

uw performance icon™-machine.

Heeft u de spoel op de juiste wijze geplaatst? Controleer de onderdraad.

Is het gat in de steekplaat beschadigd? Vervang de steekplaat.

Zitten er veel textielresten in het spoelhuisgedeelte? Verwijder de textielresten uit het spoelhuis en gebruikalleen de originele spoelen die voor dit model zijngoedgekeurd.

Is de spoel goed opgewonden? Spoel garen op een ander spoeltje.

De naad heeft ongelijke stekenIs de draadspanning goed afgesteld? Controleer de bovendraadspanning.

Verwijder de draad helemaal en rijg de machineopnieuw in, zie De bovendraad inrijgen, pagina 31.

Is het garen dat u gebruikt dik of of van slechtekwaliteit?

Vervang het garen.

Is de onderdraad gelijkmatig opgewonden? Controleer het opwinden van de spoel.

Wordt er een correcte naald gebruikt? Breng een geschikte naald aan op de juiste maniervolgens de beschrijving, zie De naald verwisselen,pagina 30.

Gebruik een geschikte naald voor de geselecteerde stof.Zie De juiste combinatie van draad/naald selecteren,pagina 33.

De naaimachine transporteert niet of onregelmatigHeeft u de naaimachine op de juiste wijze ingeregen? Verwijder de draad helemaal en rijg de machine

opnieuw in, zie De bovendraad inrijgen, pagina 31.

Zijn er pluisjes opgehoopt tussen de tanden van detransporteur?

Verwijder de steekplaat en maak de transporteur methet borsteltje schoon.

Is de instelling free motion ingeschakeld? Schakel de instelling free motion uit in de naaimodus.

Staat de transporteur ingesteld op verzonken? Controleer of de transporteur niet is ingesteld opverzonken in het instellingenmenu.

Wordt de juiste naaivoet gebruikt? Bevestig de juiste naaivoet.

132

Page 133: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

Onderhoud

Reparaties

Laat uw naaimachine regelmatig door uw plaatselijke officiële dealer controleren en onderhouden!Als u deze aanwijzingen voor het oplossen vanproblemen heeft opgevolgd en nog steeds problemenheeft, neem dan contact op met uw dealer. Het kannuttig zijn om de stof, het garen en de versteviging die ugebruikt mee te nemen. Als u een proeflapje heeftwaarop het probleem te zien is, neemt u dat dan ookmee. Een proeflapje geeft vaak betere informatie danwoorden en helpt uw technicus om vast te stellen wathet probleem is.

Niet-originele onderdelen en accessoiresDe garantie geldt niet voor storingen of schade alsgevolg van het gebruik van niet-originele accessoires ofonderdelen.

Technische specificaties

performance icon™ MachineAansluitspanning 100–120V/200–240V, 50–60Hz

Nominaal verbruik <100WVerlichting LED-lampjes

Naaisnelheid 1050 steken/minuut maximaal

Model voetpedaal FR5

Veiligheidsklasse II

WiFi-module:

Frequentie

Zendvermogen

Gevoeligheid ontvanger

2.4GHz band 802.11 b/g/n

+17dBm

-97dBm

Nettogewicht (kg), alleen machine 14,5

Afmetingen naaimachine:

Lengte (mm)

Breedte (mm)

Hoogte (mm)

590

220

400

• De technische specificaties en dezegebruikershandleiding kunnen zonder kennisgevingvooraf worden gewijzigd.

133

Page 134: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

BELAN

GRIJKE

11 BELANGRIJKE

BELANGRIJKEVEILIGHEIDSINSTRUCTIESDeze huishoudnaaimachine voldoet aan de eisen vanIEC/EN 60335-2-28 en UL1594.

Wanneer u een elektrisch apparaat gebruikt, moet ualtijd de elementaire veiligheidsvoorschriften in achtnemen, inclusief het volgende:

Lees alle instructies door voordat u dezehuishoudnaaimachine in gebruik neemt. Bewaar deinstructies op een geschikte plaats, dicht bij denaaimachine. Lever de instructies bij de naaimachine alsdeze van eigenaar verwisselt.

GEVAAR - U BEPERKTALS VOLGT HETRISICO VAN EEN ELEKTRISCHE SCHOK:• Naaimachines mogen nooit onbewaakt blijven

wanneer de stekker in het stopcontact zit. Haal destekker van deze naaimachine altijd meteen uit hetstopcontact na het gebruik en voordat u de machinegaat reinigen, afdekpanelen ervan verwijdert, voordatu de machine smeert of wanneer u andereonderhoudswerkzaamheden uitvoert die in degebruiksaanwijzing staan.

WAARSCHUWING - U BEPERKTALSVOLGT HET RISICO VAN BRANDWONDEN,BRAND, EEN ELEKTRISCHE SCHOK OFLICHAMELIJK LETSEL:• Laat kinderen niet spelen met de naaimachine. Let

goed op wanneer deze naaimachine wordt gebruiktdoor of in de buurt van kinderen.

• Gebruik de naaimachine alleen voor dewerkzaamheden waarvoor deze bedoeld is, zoalsbeschreven in deze handleiding. Gebruik alleenhulpstukken die door de producent zijn aanbevolen,zoals in deze handleiding wordt beschreven.

• Gebruik deze naaimachine nooit wanneer hetnetsnoer of de stekker beschadigd is, als denaaimachine niet goed werkt, als de naaimachinegevallen of beschadigd is of in het water heeft gelegen.Breng de naaimachine in dat geval naar dedichtstbijzijnde bevoegde dealer of eenonderhoudscentrum voor onderzoek, reparatie enelektrische of mechanische bijstelling.

• Gebruik de naaimachine nooit wanneer deventilatieopeningen geblokkeerd zijn. Houd deventilatieopeningen van de naaimachine en hetvoetpedaal vrij van opgehoopt stof, pluisjes enloshangende lappen stof.

• Houd uw vingers uit de buurt van alle bewegendedelen. Wees vooral voorzichtig in de buurt van denaaimachinenaald.

• Gebruik altijd de juiste steekplaat. Wanneer u deverkeerde steekplaat gebruikt, kan de naald breken.

• Gebruik geen gebogen naalden.• Trek of duw tijdens het naaien niet aan de stof.

Hierdoor kunt u namelijk de naald buigen, waardoordeze kan breken.

• Draag een veiligheidsbril.• Schakel de naaimachine uit (“0”) wanneer u iets wilt

veranderen in de omgeving van de naald, zoals eendraad door de naald halen, een andere naald plaatsen,de spoel plaatsen, een andere naaivoet plaatsen endergelijke.

• Laat geen voorwerpen in een opening vallen en steekgeen voorwerpen in openingen van de naaimachine.

• Gebruik de naaimachine niet buiten.• Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar

spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordttoegediend.

• Voordat u de stekker uit het stopcontact haalt, moet ueerst alle knoppen uitschakelen (“0”).

• Trek de stekker niet aan het netsnoer uit hetstopcontact. Pak de stekker vast, niet het snoer.

• Het voetpedaal wordt gebruikt om de naaimachine tebedienen. Plaats geen andere voorwerpen op hetvoetpedaal.

• Gebruik de machine niet als hij nat is.• Als het LED-lampje beschadigd of kapot is, moet het

worden vervangen door de fabrikant of diens service-agent of een persoon met dezelfde kwalificaties, omgevaar te voorkomen.

• Als het snoer van het voetpedaal is beschadigd, moethet worden vervangen door de fabrikant of diensservice-agent of een persoon met dezelfdekwalificaties om gevaar te voorkomen.

• Deze naaimachine heeft dubbele isolatie. Gebruikalleen originele reserveonderdelen. Raadpleeg deinstructies voor het repareren van dubbel geïsoleerdeapparaten.

BEWAAR DEZE INSTRUCTIES

ALLEEN VOOR EUROPA:Dit apparaat mag worden gebruikt door kinderen vanaf8 jaar en door personen met verminderde fysieke,sensorische of mentale capaciteiten of met een gebrekaan ervaring en kennis als ze supervisie of instructieshebben gekregen om het apparaat op een veilige manierte kunnen gebruiken en als ze begrijpen welke gevareneraan verbonden zijn. Kinderen mogen niet met hetapparaat spelen. Reiniging en gebruikersonderhoud

134

Page 135: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

BELAN

GRIJKE

mogen niet zonder supervisie door kinderen wordenuitgevoerd.

Bij normale gebruiksomstandigheden is hetgeluidsniveau minder dan 80dB(A).

De machine mag alleen worden gebruikt met eenvoetpedaal van het type FR5, gefabriceerd doorShanghai Binao Precision Mould Co., Ltd.

VOOR BUITEN EUROPA:Deze naaimachine is niet bedoeld om te worden gebruiktdoor personen (inclusief kinderen) met verminderdefysieke, sensorische of mentale capaciteiten, of met eengebrek aan ervaring en kennis, als ze geen supervisie ofinstructie voor het gebruik van de naaimachine hebbengekregen van een persoon die verantwoordelijk is voorhun veiligheid. Kinderen moeten in de gaten wordengehouden om te zorgen dat ze niet met de naaimachinespelen.

Bij normale gebruiksomstandigheden is hetgeluidsniveau minder dan 80dB(A).

De machine mag alleen worden gebruikt met eenvoetpedaal van het type FR5, gefabriceerd doorShanghai Binao Precision Mould Co., Ltd.

SERVICE UITVOEREN AAN DUBBELGEÏSOLEERDE APPARATENIn een dubbel geïsoleerd product zitten tweeisolatiesystemen in plaats van aarding. Dubbelgeïsoleerde apparaten hebben geen aardingsvoorzieningen die mag ook niet aan het apparaat wordentoegevoegd. Het repareren van een dubbel geïsoleerdproduct vereist de hoogste nauwkeurigheid en eengrondige kennis van het systeem en mag alleen wordenuitgevoerd door deskundige technici. Dereserveonderdelen voor dubbel geïsoleerde productenmoeten identiek zijn aan de onderdelen in het product.Een dubbel geïsoleerd product is gemarkeerd met dewoorden ‘DUBBELE ISOLATIE’ OF ‘DUBBELGEÏSOLEERD’.

LicensesPlaceholder for links to licence documents.

135

Page 136: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat
Page 137: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

INTELLECTUEEL EIGENDOMDe octrooien die op dit product rusten staan vermeld op een etiket op de onderkantvan de naaimachine.ICON, IDT, IDT™ in, MYSEWNET, PERFORMANCE, PFAFF, en PERFECTIONSTARTS HERE zijn handelsmerken van Singer Sourcing Limited LLC.

U heeft een moderne naaimachine gekocht waarvan de software kan wordenbijgewerkt. Aangezien we regelmatig firmware-updates uitgeven, is het mogelijk dater verschillen zijn tussen de machine-firmware en de firmware die staat beschreven inde gebruiksaanwijzing. Raadpleeg uw plaatselijke erkende PFAFF® dealer en bezoekregelmatig onze website op www.pfaff.com voor de nieuwste updates van defirmware en de gebruiksaanwijzing.

Wij behouden ons het recht voor zonder aankondiging vooraf veranderingen aan tebrengen in de machine en het assortiment accessoires, of aanpassingen te doen infuncties of ontwerp. Dergelijke veranderingen zijn echter altijd ten gunste van degebruiker van het product.

Bij het afvoeren van dit product moet u erop letten dat het op de juistewijze wordt gerecycled volgens de nationale richtlijnen voorelektrische/elektronische producten. Gooi elektrische apparaten nietweg als ongesorteerd afval, maar maak gebruik van gescheidenafvalinzameling. Neem contact op met de gemeente voor informatieover de aanwezige inzamelpunten. Als u oude apparaten vervangtdoor nieuwe, kan de verkoper wettelijk verplicht zijn om uw oudeapparaat gratis terug te nemen om het af te voeren.

Als elektrische apparaten worden weggegooid op stortplaatsen ofvuilnisbelten kunnen er gevaarlijke stoffen in het grondwater lekken, inde voedselketen terechtkomen en schade aanrichten aan uwgezondheid en welzijn.

Manufacturer

VSM GROUP AB, SVP Worldwide

Drottninggatan 2, SE-56184, Huskvarna, SWEDEN

Page 138: BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES · 2019-09-18 · • Gebruik de naaimachine niet in een omgeving waar spuitbussen worden gebruikt of waar zuurstof wordt toegediend. • Voordat

4710467-36C·©

2018

SingerSourcing

LimitedLLC·Allrightsreserved

www.pfaff.com