’s Ochtends met zijn alluh knalluh!En het was a hell of a job om al dat zand erin te krijgen met...

3
www.greenkeeper.nl 22 Arie de Jong klinkt een klein beetje teleurgesteld als hij verneemt dat niet mijn collega Karlijn Raats maar ik hem kom interviewen. Arie heeft zich namelijk op basis van Karlijn haar vriendelijke stem al verheugd op een professioneel vrouwelijk vragen(v)uurtje. Arie neemt geen blad voor zijn mond: “Ik doe het liever met vrouwen….…”. En dat is natuurlijk een inkopper voor mij! Hoe goed kan Arie eigenlijk met vrouwelijke managers in dit wereldje overweg? Is hij al zijn tweede vrouwe- lijke leidinggevende gewend? Arie de Jong: “Ik kon met de vorige manager, Femke Tolsma en nu met Ingrid de Kleuver, uitstekend overweg. Sterker nog, ik denk dat ik liever samenwerk met een vrouwelijke manager dan met een mannelijke leidinggevende. Vrouwen zijn veel directer in de communicatie en dat spreekt mij aan. Maar het fijne is hier, dat de manager zitting heeft in het de Exploitatie BV Amelisweerd. Daardoor zijn de lij- nen zeer kort. Ingrid de Kleuver en ik kunnen za- ken direct met elkaar overleggen en afstemmen. Dat vind ik als hoofdgreenkeeper zeer waardevol. Zij is als het ware de baas ‘daarginds’, maar ik krijg alle vrijheid van haar en heb het op de baan voor het zeggen. Tussen ons klikte het direct en dat doet het nog steeds. Men hecht hier gelukkig veel waarde aan een goede samenwerking tussen baanmanager en de hoofdgreenkeeper. Bij de keuze van een opvolger voor de vorige manager, Tieneke dus, werd ook ik betrokken bij de keuze voor de nieuwe manager uit de circa honderd sol- licitanten. En dat heb ik bijzonder gewaardeerd.” Leven voor gras De holes in een topconditie houden, blijkt een behoorlijke drive in het leven van deze hoofd- greenkeeper te zijn. Voordat Arie hier elf jaar geleden hoofdgreenkeeper werd, werkte hij 26 jaar als uitvoerder bij aannemersbedrijven als De Ridder en Groenewoud. Arie de Jong leeft voor gras. Hij praat gras. Hij eet gras en hij drinkt het. Je zou zeggen dat hij zelfs gras rookt, maar het doosje cigarillo’s in het dashboard van de clubcar doet toch anders vermoeden. Nooit zou Arie zijn baan willen ruilen voor een baan als groundsman bij een betaald-voetbalorganisatie. “Het gras zoals dat op de golfbaan groeit, dat is mijn leven”, wil hij desgevraagd kwijt. “Met bomen heb ik niet zoveel en hoewel ik wel degelijk een natuurman ben, loop ik ’s ochtend niet zwijmelend over een baan als ik de roedel reeën spot die hier via een wildtunnel onder de snelweg door onze baan bezoeken. Ik ga echt alle dagen met plezier naar mijn werk, dat komt ook omdat ik de bevoegd- heid en de vrijheid heb het materieel aan te schaffen dat ik nodig acht om de baan naar mijn goeddunken te onderhouden.” Bestedingsbudget “Elk jaar heb ik een vast budget te besteden aan nieuw materieel”, vertelt Arie. “Dat werkt sterk kwaliteitsverhogend op de baan. Ik zit dus niet in de situatie, zoals veel collega’s, dat het manage- ment sterk inzet op beheersing van de afschrij- vingkosten. Dan loop je namelijk het risico dat, terwijl jij je best doet om zuinig met het materieel om te gaan, er nog verder gesneden wordt in de aanschaf van nieuw up-to-date materieel. Hier gaat dat heel anders. Als voorbeeld geef ik dat we onlangs een extra fairwaymaaier aangeschaft hebben. Niet uit oogpunt van een ontoereikende capaciteit, maar juist om de golfers tegemoet te komen. We zitten thans op het maximum van duizend leden. Met circa vijftigduizend tot zestig- duizend ronden per jaar wordt er zeer intensief “Ik werk liever samen met een vrouwelijke manager dan met een mannelijke leidinggevende” ‘Samen de schouders eronder zetten’, dat is de insteek bij het zes man sterke green- keepersteam op Amelisweerd. Met zijn allen ’s ochtends knallen als dat nodig is, maar samen ook de ‘makkies’ doen. The Dutch Open of een golfbaan in de buurt bezoeken en daarna een hapje doen. Maar bovenal samen het werk afmaken en samen overwerken. Ik bezoek hoofdgreenkeeper Arie de Jong op het moment dat ze op Amelisweerd met groot onderhoud bezig zijn. Auteur: Broer de Boer ’s Ochtends met zijn alluh knalluh! Teamgeest geeft zes paar extra ogen en oren

Transcript of ’s Ochtends met zijn alluh knalluh!En het was a hell of a job om al dat zand erin te krijgen met...

Page 1: ’s Ochtends met zijn alluh knalluh!En het was a hell of a job om al dat zand erin te krijgen met slepen, vegen en kriebeleggen. Toen de gaten bijna vol waren maar de baan er nog

23www.greenkeeper.nl22 www.greenkeeper.nl 23www.greenkeeper.nl22 www.greenkeeper.nl

Arie de Jong klinkt een klein beetje teleurgesteld

als hij verneemt dat niet mijn collega Karlijn Raats

maar ik hem kom interviewen. Arie heeft zich

namelijk op basis van Karlijn haar vriendelijke

stem al verheugd op een professioneel vrouwelijk

vragen(v)uurtje. Arie neemt geen blad voor zijn

mond: “Ik doe het liever met vrouwen….…”. En

dat is natuurlijk een inkopper voor mij! Hoe goed

kan Arie eigenlijk met vrouwelijke managers in dit

wereldje overweg? Is hij al zijn tweede vrouwe-

lijke leidinggevende gewend? Arie de Jong: “Ik

kon met de vorige manager, Femke Tolsma en

nu met Ingrid de Kleuver, uitstekend overweg.

Sterker nog, ik denk dat ik liever samenwerk met

een vrouwelijke manager dan met een mannelijke

leidinggevende. Vrouwen zijn veel directer in de

communicatie en dat spreekt mij aan. Maar het

fijne is hier, dat de manager zitting heeft in het de

Exploitatie BV Amelisweerd. Daardoor zijn de lij-

nen zeer kort. Ingrid de Kleuver en ik kunnen za-

ken direct met elkaar overleggen en afstemmen.

Dat vind ik als hoofdgreenkeeper zeer waardevol.

Zij is als het ware de baas ‘daarginds’, maar ik

krijg alle vrijheid van haar en heb het op de baan

voor het zeggen. Tussen ons klikte het direct en

dat doet het nog steeds. Men hecht hier gelukkig

veel waarde aan een goede samenwerking tussen

baanmanager en de hoofdgreenkeeper. Bij de

keuze van een opvolger voor de vorige manager,

Tieneke dus, werd ook ik betrokken bij de keuze

voor de nieuwe manager uit de circa honderd sol-

licitanten. En dat heb ik bijzonder gewaardeerd.”

Leven voor gras

De holes in een topconditie houden, blijkt een

behoorlijke drive in het leven van deze hoofd-

greenkeeper te zijn. Voordat Arie hier elf jaar

geleden hoofdgreenkeeper werd, werkte hij 26

jaar als uitvoerder bij aannemersbedrijven als De

Ridder en Groenewoud. Arie de Jong leeft voor

gras. Hij praat gras. Hij eet gras en hij drinkt het.

Je zou zeggen dat hij zelfs gras rookt, maar het

doosje cigarillo’s in het dashboard van de clubcar

doet toch anders vermoeden. Nooit zou Arie zijn

baan willen ruilen voor een baan als groundsman

bij een betaald-voetbalorganisatie. “Het gras zoals

dat op de golfbaan groeit, dat is mijn leven”, wil

hij desgevraagd kwijt. “Met bomen heb ik niet

zoveel en hoewel ik wel degelijk een natuurman

ben, loop ik ’s ochtend niet zwijmelend over een

baan als ik de roedel reeën spot die hier via een

wildtunnel onder de snelweg door onze baan

bezoeken. Ik ga echt alle dagen met plezier naar

mijn werk, dat komt ook omdat ik de bevoegd-

heid en de vrijheid heb het materieel aan te

schaffen dat ik nodig acht om de baan naar mijn

goeddunken te onderhouden.”

Bestedingsbudget

“Elk jaar heb ik een vast budget te besteden aan

nieuw materieel”, vertelt Arie. “Dat werkt sterk

kwaliteitsverhogend op de baan. Ik zit dus niet in

de situatie, zoals veel collega’s, dat het manage-

ment sterk inzet op beheersing van de afschrij-

vingkosten. Dan loop je namelijk het risico dat,

terwijl jij je best doet om zuinig met het materieel

om te gaan, er nog verder gesneden wordt in de

aanschaf van nieuw up-to-date materieel. Hier

gaat dat heel anders. Als voorbeeld geef ik dat

we onlangs een extra fairwaymaaier aangeschaft

hebben. Niet uit oogpunt van een ontoereikende

capaciteit, maar juist om de golfers tegemoet te

komen. We zitten thans op het maximum van

duizend leden. Met circa vijftigduizend tot zestig-

duizend ronden per jaar wordt er zeer intensief

“Ik werk liever samen met

een vrouwelijke manager

dan met een mannelijke

leidinggevende”

‘Samen de schouders eronder zetten’, dat

is de insteek bij het zes man sterke green-

keepersteam op Amelisweerd. Met zijn

allen ’s ochtends knallen als dat nodig is,

maar samen ook de ‘makkies’ doen. The

Dutch Open of een golfbaan in de buurt

bezoeken en daarna een hapje doen. Maar

bovenal samen het werk afmaken en samen

overwerken. Ik bezoek hoofdgreenkeeper

Arie de Jong op het moment dat ze op

Amelisweerd met groot onderhoud bezig

zijn.

Auteur: Broer de Boer

’s Ochtends met zijn alluh knalluh!Teamgeest geeft zes paar extra ogen en oren

Page 2: ’s Ochtends met zijn alluh knalluh!En het was a hell of a job om al dat zand erin te krijgen met slepen, vegen en kriebeleggen. Toen de gaten bijna vol waren maar de baan er nog

23www.greenkeeper.nl22 www.greenkeeper.nl 23www.greenkeeper.nl22 www.greenkeeper.nl

gespeeld op onze 18-holes baan. De gemiddelde

leeftijd van onze leden ligt op 44 jaar en dat is de

reden dat er ook zeer vroege vogels bij zijn! Als

we met fairway-maaien om zeven uur ‘s ochtends

starten, lopen de eerste golfers al rond en krijgen

we het werk voor de hausse niet gereed. Daarom

hebben we een extra fairwaymaaier aangeschaft,

zodat we nu ook tegelijk op hole 1 en 9 kunnen

starten zonder dat we oponthoud hebben door

golfers op de baan. Onvoldoende capaciteit was

bij de aanschaf dus niet direct het oogmerk, maar

ik bezit nu wel twee dezelfde machines, waaraan

ik nog lang plezier kan beleven omdat ze in feite

onvolledig benut worden. En zo hebben we ei-

genlijk alle materieel in twee of drievoud om vlot

te kunnen werken. En dat er veel machines zijn

blijkt uit het overzicht.”

Groot onderhoud

Tijdens de prachtige nazomerdagen in september

is veel van dat materieel van stal gehaald om

groot onderhoud aan de baan te verrichten. Arie

de Jong: “We doen dat hier consequent driemaal

per jaar, waarbij de baan de gehele onderhouds-

week geopend blijft. We hebben hier bereikt dat

de vaste golfers daar alle begrip voor hebben en

er rekening mee houden. Heel nadrukkelijk en

bewust gebruik ik ook ons ledenmagazine om

als greenkeepersteam met de leden hierover te

communiceren. Eigenlijk hebben we hier op dit

voormalige landgoed dichtbij de Kromme Rijn een

kleibaan. De vochtige kleigrond kan op deze baan

een fors probleem zijn, maar sedert de aanleg in

1997 is er al veel verbeterd. In mei dit jaar werden

de fairways bezand met circa 800 kubieke meter

zand. Nog geen twee jaar geleden hebben we de

grootste en tevens natste fairway van circa 7000

vierkante meter echter voorzien van circa 200

kubieke meter verschralingszand. We hebben er

gewerkt met ijscodrainage. En het was a hell of

a job om al dat zand erin te krijgen met slepen,

vegen en kriebeleggen. Toen de gaten bijna vol

waren maar de baan er nog niet uitzag, heb-

ben we op advies van Gerard Schoenaker van

IPC Groene Ruimte geprikt met vaste pennen en

daarna opnieuw geveegd om het laatste dres-

singzand in de gaten te krijgen. En ik ben nu echt

trots op de mooie, droge fairway die dit me heeft

opgeleverd.”

Uitvoering

Arie de Jong vervolgt: “Het groot onderhoud van

de meest vochtige fairways in september dit jaar

bestond uit het prikken met vaste pennen, met

een diameter van 24 millimeter tot een diepte

van 30 centimeter. De drogere holes hebben we

echter geprikt met holle pennen van 16 millimeter

diameter tot een diepte van 3 tot 4 centimeter,

de onderkant van de viltlaag. Doordat het mooi

droog was, konden we de viltproppen met een

grote blazer in de rough blazen en die hebben

we pas later verwijderd. Dit gedeelte van de klus

is uitgevoerd door De Ridder. Daarna zijn we er

zelf met de Verti Knife overheen gegaan. En dat is

natuurlijk merkwaardig: je snijdt daarmee tot een

diepte van 4 centimeter de zode los en vervolgens

druk je de zode direct weer aan. Maar dat is het

merkwaardige in onze branche: je bent met uiter-

sten bezig: zaken die vaak haaks op elkaar staan:

beluchten en verdichten, je gras kort afsnijden

terwijl je wilt dat je gras diep wortelt.” Hoe ziet

het groot onderhoud van Arie’s greens eruit? “In

mei dit jaar zijn ze geprikt met holle pennen, 12

Interview

Arie bekijkt het werk van de Graden op de green

Gebruik Verti Knife op de fairways van Amelisweerd

Page 3: ’s Ochtends met zijn alluh knalluh!En het was a hell of a job om al dat zand erin te krijgen met slepen, vegen en kriebeleggen. Toen de gaten bijna vol waren maar de baan er nog

25www.greenkeeper.nl24 www.greenkeeper.nl 25www.greenkeeper.nl24 www.greenkeeper.nl

millimeter en hebben we ze elk bezand met circa

2 kubieke meter greenzand. In september hebben

we ze geverticuteerd met de Graden en daarna

zijn ze er met de Vibra Roll overheen geweest.”

Over het laatste apparaat is Adrie zeer tevreden:

“Bij goed gebruik door de week heen worden je

greens veel vlakker en bovendien kun je soms een

maaibeurt overslaan, zonder dat je in snelheid

inboet.

Teamgeest

Als ik vraag wat voor soort leider of Arie is voor

zijn greenkeeperploeg van zes man, hoeft hij niet

lang na te denken: “Vooraan lopen bij het werk.

Ik ben geen kantoortijger en zal me niet achter

papierwerk verschuilen tijdens slecht weer. We

starten tegelijkertijd en maken samen het werk

af. In de zomer vraagt dat meer inzet van ons dan

winterdag. Vaste pauzes kennen we hier tijdens

het seizoen ook nauwelijks.” Op dat moment is

het 12.45 uur en menig greenkeeper zal op dat

moment richting greenkeepershonk rijden. Maar

hier niet. Arie wijst op een rijdende trekker en

zegt: “De chauffeur is nog niet klaar met zijn be-

werking met de Graden, ik zie dat hij nu nog naar

de volgende green rijdt om de klus te klaren. Een

goed onderling contact vind ik zeer belangrijk.

Dat betekent ook dat we als greenkeepers samen

met de medewerkers van De Ridder tijdens groot

onderhoud na afloop van een lange, drukke dag

gezamenlijk een hapje eten in ons restaurant. Dat

versterkt de teamgeest. Zo’n gezamenlijk etentje

hoort er ook bij als we gezamenlijk een beurs

bezoeken, of bij een collega-golfbaan op bezoek

gaan. Een goede teamgeest geeft mij in elk geval

zes paar oren en ogen extra, want ik kom echt

niet overal op de baan.”

Tuinwerk

We bewonderen een green en Arie maakt

duidelijk dat greens bestaan uit een mengsel van

struisgras en roodzwenk. Het doorzaaien gebeurt

met een mix van struisgras en roodzwenk, maar

gezien de intensiviteit van bespelen is het lastig

de roodzwenk op de greens te handhaven.

“En dat vind ik wel jammer”, vertelt Arie. “We

maaien de greens niet onder de 4 millimeter. De

beworteling zit momenteel op een diepte van 10

tot12 centimeter, maar dat zou ik graag op 20

centimeter zien.” Met het zicht op het prachtige

clubhuis en de fraaie borders en tuin verraadt

Arie dat hij een bloedhekel heeft aan tuinwerk:

“Maar als greenkeepers hebben we besloten als

team deze klus van de tuinman over te nemen.

Tegenwoordig staan we meestal na een gunshot

van bedrijfstoernooien gezamenlijk in de tuin om

deze te onderhouden. Zo kunnen we deze loze

uren nuttig besteden, ten slotte zit niet voor niets

een aantal hoveniers in onze greenkeeperploeg.”

Zelfverzekerd

Waarin moet een hoofdgreenkeeper oersterk zijn?

Arie: “Een hoofdgreenkeeper moet verbaal sterk

zijn en zelfverzekerd zijn in wat hij doet. Jij bent

de deskundige en dus verantwoordelijk. Je moet

een publiek dat bestaat uit academici met goede

dienstbetrekkingen maar eens duidelijk maken dat

je tweehonderd bomen gaat kappen om uitein-

delijk zes prachtige volwassen exemplaren over te

houden. Zo sputterde men ook toen we een deel

van de grote meidoornhaag drie jaar geleden bij

de grond afgezet hebben. ‘Daar gaat het karakter

van de baan mee verloren’ klaagt men dan. Maar

soms is zoiets noodzakelijk en we hebben gezien

dat de haag dit jaar alweer prachtig en uitbundig

bloeide. Je moet je visie dus duidelijk maken en

goed onderbouwen en mede laten verdedigen

door bijvoorbeeld je golfbaanarchitect, zoals bij

die meidoornheg. Goede communicatie is uiterst

belangrijk voor een greenkeeper. Op een baan

als deze moet je richting de golfers niet autoritair

optreden, maar wel laten zien dat je een autoriteit

bent op jouw vakgebied. En kennis hebben. Waar

ik me regelmatig nijdig over maak, is dat een

(hoofd)greenkeeper die voor een aannemer werkt

geen liefde zou hebben voor het vak, alsof hij een

soort tweederangs greenkeeper is. Zo ervaar ik

dat niet! Een greenkeeper leert in twee jaar tijd

bij een aannemer in deze sector meer over grond,

materieel en de groeiomstandigheden dan in vijf

jaar in dienst van een golfbaan!

Pluggen uit de fairway; gelaagdheid is duidelijk te zien

Groot onderhoud: gevulde gaten en dichtgerolde sleuven

Interview