“Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI....

88
“Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” Generale Synode van de Gereformeerde Kerken Zwolle-Zuid 2008

Transcript of “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI....

Page 1: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

“Een nieuw lied voor de Heer,in uw mond, in uw taal”

Generale Synode van de Gereformeerde Kerken Zwolle-Zuid 2008

Page 2: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 2

Het auteursrecht van deze tekst berust hetzij bij de auteur, hetzij bij de Gereformeerde Kerken inNederland. Voor alle zaken het auteursrecht betreffend kan contact opgenomen worden met hetdeputaatschap generaal-synodale publicaties via: [email protected] uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerdgegevensbestand, of openbaar gemaakt, in wat voor vorm of op wat voor manier dan ook, zondervoorafgaande schriftelijke toestemming van de rechthebbende, behoudens de uitzonderingen bij dewet gesteld.

Page 3: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 3

INLEIDING

Deze inleiding bedoelt u voor te bereiden op wat u gaat lezen. We geven u graag een voorproefjevan het verslag van onze werkzaamheden, de werkwijze en het resultaat.

“Een nieuw lied voor de Heer in uw mond, in uw taal…”

Met deze woorden van Michel van der Plas werden we in de afgelopen periode uitgenodigd vooreen vergadering of aangezet tot een terugblik erop en het uitvoeren van de actielijst. Ze stondenboven onze agenda’s en onze notulen.En zo herinnerden deze woorden ons telkens aan het doel van ons werk: dat we nieuwe liederenselecteren die u, leden van onze kerken, op de lippen kunt nemen. Alles wat u in de komendepagina’s gaat lezen is erop gericht dat u nieuwe liederen kunt zingen voor de Heer.

“… want wie geeft u de liederen dan Hij?”

Voor ons als kerken en voor ons werk als deputaten blijft dit een heerlijk punt om van uit te gaan:de Heer zelf geeft ons spraak, muziek, taal en teken. Ook waar de vernieuwing van onzegezangenbundel voor onrust zorgde, bleef dit een basis om op terug te komen: onze liederen voorHem krijgen we te zingen van Hem.Niet altijd zijn wij daarvan doordrongen, ook niet bij dit meerjarentraject. Maar bij de presentatie vanons rapport spreken we uit dat we zoveel liederen, zoveel taal, zoveel toon, zoveel creativiteit enGeestdrift zien als geschenk van God aan ons. We hopen dat ons rapport u helpt om devoorgestelde liederen ook zo in ontvangst te nemen en te beoordelen.

“Wie kan u… loven in de dood?”

Het was onze secretaris Henk Kisteman die ons vanaf het begin de woorden van Michel van derPlas meegaf. Om zijn liefde voor het lied en onze kerken en om zijn enorme ervaring in enoverzicht over dit werk, had de synode hem voor een vierde periode benoemd. Maar voor het eindevan die periode is Henk gestorven. Dat hij niet meer bij ons is ervaren wij dan ook als een grootgemis bij de voorbereiding en de presentatie van dit rapport.Daarom maken we ons al in de inleiding van dit rapport de woorden van Psalm 6:3 in onzeberijming eigen. Wij zijn maar tijdelijke mensen, en ons werk aan zo’n groot project als devernieuwing van onze gezangenbundel is dus maar bescheiden. Wie kan God loven van diemensen die midden in dit leven door de dood zijn omgeven?

“Ik zal niet sterven, ik zal leven en zingen…”

Omdat de dood niet het laatste woord heeft voor ieder die gelooft in Jezus Christus, gingen weverder na het sterven van Henk. Zo kwamen we tot een afronding van ons werk in deze periode entot de verwoording van dit rapport aan u die ons werk moet beoordelen.Veel zal er van te zeggen zijn. Wij spreken de wens uit dat ons rapport en de liederen die wepresenteren, ons als kerken stimuleert om waar te maken wat we in Psalm 118:6 zeggen: “… ik zalzingen van des Heren werk”.

Page 4: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 4

INHOUDSOPGAVE

1. Samenvatting 52. Samenstelling deputaatschap 53. Opdracht van de synode 64. Beleid 6

4.1 Doelstelling en werkplan 64.2 Selectie liederen 84.3 Toekomstige bundel 94.4 Overige opdrachten 104.5 Conclusies 11

5. Uitvoering 115.1 Werkwijze 115.2 Selectie liederen 125.3 Toekomstige bundel 155.4 Overige opdrachten 17

6. Conceptbesluiten 22

Bijlagen

I. De tekst van het synodebesluit t.a.v. het rapport deputaten kerkmuziek 25II. Een overzicht van de selectie en goedkeuring van liederen in de afgelopen jaren 29III. De lijst van 69 liederen uit het Liedboek voor de Kerken 33IV. Toelichtingen bij de liederen uit het Liedboek voor de Kerken 33V. De lijst van 20 liederen uit eigen kring + 5 reserve 58VI. Toelichtingen op de liederen uit eigen kring 60VII. De lijst van 51 liederen uit andere bronnen + 11 reserve 68VIII. Toelichtingen op de liederen uit andere bronnen 69IX. Lijst van voorstellen t.a.v. de 41 gezangen uit het oude Gereformeerd Kerkboek 78X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80XII. Brief van het team ‘Psalmen voor Nu’ 86XIII. Tekst en melodie van de liederen uit eigen kring 88XIV. Tekst en melodie van de liederen uit andere bronnen 88XV. Adressenlijst deputaten 88

Page 5: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 5

1. SAMENVATTING

De kern van ons werk en van dit rapport is de selectie en presentatie van een laatste selectie van120 liederen. De synode zal deze liederen moeten beoordelen.

De liederen uit het Liedboek hebben we geselecteerd uit eerder aan de GS Leusden 1999gepresenteerde liederen en liederen die nog niet door eerdere deputaatschappen warenbeoordeeld.De liederen uit eigen kring zijn geselecteerd uit de tot nu toe ingezonden liederen. Maar nog steedsworden liederen ingezonden. En voor het evenwicht in de nieuwe bundel kunnen we in dekomende periode dichters en musici vragen nieuwe liederen te schrijven.De liederen uit andere bronnen vormen ook een afronding van ons selectiewerk, zonder dat wekunnen zeggen dat we nu alle bronnen hebben beoordeeld.

Wij zijn tot de conclusie gekomen dat ook evangelicale liederen in onze diensten gezongen kunnenworden, maar dat ze met de werkwijze die we tot nu toe als kerken hebben gehanteerd, niet goedkunnen worden geselecteerd, beoordeeld en opgenomen in de bundel. Wij stellen daarom voor datde synode criteria vaststelt aan de hand waarvan de kerken liederen zoals uit de bundels‘Opwekking’ kunnen gebruiken in de eredienst.

Samen met de huidige goedgekeurde gezangen vormen de nu door ons voorgestelde liederen eenlange lijst. Wij stellen voor om die hele lijst te zien als concept nieuwe bundel. Mee op grond vanreacties uit de kerken kunnen we dan in de komende laatste periode deze bundel aanpassen,aanvullen en afronden.

De Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied (ISK) gaat een nieuw Liedboek voor de Kerkensamenstellen. Het plan daarvoor en ons gesprek daarover met de ISK bieden goede mogelijkhedenen perspectieven. We stellen de synode dan ook voor om aan de ISK een verzoek tot deelnameaan dit project in te dienen.

Verder stellen we voor om de deputaatschappen eredienst en kerkmuziek nog niet samen tevoegen, omdat elk deputaatschap het beste in de huidige samenstelling de resterende taken kanuitvoeren en afronden.Het ‘steunpunt liturgie’ moet ook t.b.v. de kerkmuziek z’n ondersteunende werk in onze kerkenblijven doen.

Het was enerverend om zo aan de afronding van dit grote project ‘samenstelling nieuwegezangenbundel’ te werken. Dit mensenwerk ging echter gepaard met de moeite van grotepersonele wisselingen en met name het sterven van onze secretaris Henk Kisteman. We vragen desynode daarom om het huidige deputaatschap in z’n geheel te herbenoemen, zodat we in dezesamenstelling het werk kunnen afronden.

2. SAMENSTELLING DEPUTAATSCHAP

De GS Amersfoort-Centrum 2005 benoemde acht deputaten: musicologen, neerlandici entheologen, te weten (voor de adressen zie Bijlage XV):

primi aftredend secundi

P. Bareman, Zwolle 2014 P. van den Berg, Veendam

D.J. Boer, Hoevelaken 2011 Mevr. M.J.G. Douma, Amersfoort

B.G. Droogsma, Almelo 2011H. Kisteman, Hardenberg 2008

M.A. de Niet, Groningen 2014

H. Ophoff, Dalfsen 2011

Joh. A. Schelling (s), Venlo 2008H. van Veen, Neede 2011

Page 6: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 6

Br. Henk Kisteman verzorgde het complete secretariaat van ons deputaatschap totdat in het najaarvan 2006 aan het licht kwam dat hij opnieuw ernstig ziek was. Wij gedenken hem met heel veelrespect voor zijn gelovige inzet en grote overzicht over het werk aan de nieuwe gezangenbundel.Zr. Mary Douma was bereid actief mee te gaan werken toen br. Henk Kisteman was overleden.Mary nam ook een deel van het secretariaatswerk op zich.Ds. Henk van Veen werd secretaris in de plaats van br. Henk Kisteman. Br. Daan Boer ispenningmeester, ds. Johan Schelling is voorzitter en rapporteur van het deputaatschap.Ds. Martin de Niet moest zich vanwege het vele werk in zijn gemeente laten vervangen door ds.Pieter van den Berg, maar kwam wel naar de vergaderingen en werkte mee in de subcommissievoor de selectie van liederen uit eigen kring.

3. OPDRACHT VAN DE SYNODE

De GS Amersfoort-Centrum 2005 droeg de deputaten kerkmuziek het volgende op.

1. De selectie van liederen af te rondena. uit het Liedboek voor de Kerken, namelijk uit de eerder geselecteerde 134 liederen en

de zogenoemde b-categorie;b. uit de eigen kring, nl. liederen die reeds zijn of nog worden ingezonden;c. uit andere bronnen.

2. Een antwoord te formuleren op de vraag hoe zogenoemde ‘Opwekkingsliederen’ kunnenworden goedgekeurd voor gebruik in onze erediensten; en aan de hand van dat antwoordeen voorstel te doen over het al of niet op de lijst zetten van liederen uit dit genre.

3. De toelichtingen bij alle aan te bieden liederen het karakter te geven van een pleidooi.4. Te komen tot een voorstel voor de toekomstige gezangenbundel, waarvoor liederen worden

gekozen die door de afgelopen synodes zijn goedgekeurd en waarbij rekening wordtgehouden met de contouren voor de bundel die door de GS Leusden 1999 zijn vastgesteld,en met de ingang die de nieuwe liederen hebben gekregen in de kerken.

5. De kerken te helpen bij de introductie van de vrijgegeven liederen.6. Het rapport ‘Regeling Kerkmuziek’ onder de aandacht van de kerken blijven brengen.7. Met deputaten Eredienst te overleggen en een samenvoeging van beide deputaatschappen

door de komende generale synode voor te bereiden.8. Bij selectie van gezangen uit het Liedboek voor de Kerken de selectie die goedgekeurd is in

de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Nederlands Gereformeerde Kerken, mee telaten wegen.

9. Overleg te plegen met de Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied over de mogelijkeopname van Liedboekliederen in de nieuwe gezangenbundel.

10. Kerken en kerkleden te vragen welke gezangen/ liederen men opgenomen zou willen zien inde nieuwe gezangenbundel. En te zoeken naar mogelijkheden om de betrokkenheid van dekerken bij het project zo veel mogelijk te bevorderen.

11. De ontwikkelingen van het project ‘Liedboek 2000’ te blijven volgen.

De volledige tekst van de synodebesluiten t.a.v. het rapport deputaten kerkmuziek is opgenomen inBijlage I.

4. BELEID

In dit hoofdstuk leest u in grote lijnen wat het beleid is van de synodes om te komen tot een nieuwegezangenbundel. En we laten u zien hoe dat beleid kan worden gehandhaafd of moet wordenbijgesteld op grond van onze werkzaamheden en ervaren knelpunten. Deze laatste punten wordenin hoofdstuk 7 uitvoeriger beschreven.

4.1 Doelstelling en werkplan

Als kerken willen we een nieuwe gezangenbundel samenstellen. Via selectie door deputaten engoedkeuring door synodes ontstaat een lijst van gezangen die in de erediensten mogen wordengezongen. Die lijst is afgerond als de GS Zwolle-Zuid 2008 de laatste selectie van deputatenbeoordeeld heeft en als de synode van 2011 de vrijgegeven liederen in 2e lezing heeft

Page 7: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 7

goedgekeurd. Deze liederen vormen samen met de 41 gezangen van ons oude GereformeerdKerkboek het ‘fonds’ waaruit een evenwichtige gezangenbundel zal worden samengesteld.Liederen die wel zijn goedgekeurd, maar niet in de gezangenbundel worden opgenomen, vormensamen een ‘lijst eveneens goedgekeurde liederen’: liederen die dus ook nog in de eredienstgezongen kunnen worden, maar waarvan de tekst dan moet worden opgenomen in eenliturgieboekje of gepresenteerd via de beamer. Deze lijst van liederen kan in de loop van de jarenworden aangevuld met nieuwe liederen die door synodes worden goedgekeurd.

4.1.1 Geschiedenis

Nadat de GS Berkel en Rodenrijs 1996 een deputaatschap had benoemd met de opdracht om tekomen tot een ‘royale bundel’ liederen voor de eredienst, heeft het deputaatschap eerst hetLiedboek voor de Kerken doorgenomen en 255 liederen daaruit gepresenteerd aan de kerken omte gebruiken in de eredienst.De GS Leusden 1999 keurde van deze 255 liederen 121 goed en besloot dat de resterende 134liederen die niet door de synode waren beoordeeld, ‘met terughoudendheid’ gezongen mochtenblijven worden in de diensten. Tegelijk werd de werkwijze en de opzet van het hele project scherperafgebakend.De door Berkel vastgestelde selectiecriteria dat de liederen geschikt moeten zijn om te functionerenin een liturgische context, dat ze inhoudelijk in overeenstemming moeten zijn met de Schrift en datze een goede woord-toon verhouding moeten hebben, werden aangevuld met het criterium dat zebruikbaar moeten zijn voor mensen uit de huidige tijd en cultuur.Leusden besloot ook dat het selectiewerk in 2008 afgerond diende te zijn. De synode gaf deputatenopdracht de selectie van liederen uit het Liedboek voor de Kerken af te ronden. Dat betekende dat134 niet door Leusden beoordeelde liederen opnieuw moesten worden gepresenteerd aan devolgende synode met een toelichting, en dat de liederen die niet bij de eerste selectie van 255liederen zaten, door deputaten moesten worden beoordeeld en na goedkeuring aan de volgendesynode gepresenteerd. Verder besloot Leusden dat nu ook voortvarend werk gemaakt moestworden van de selectie van liederen uit eigen kring en liederen uit andere bronnen.De deputaten stelden van de 134 Liedboekliederen die niet door Leusden waren beoordeeld, nu131 liederen met een toelichting ter goedkeuring aan de Generale Synode van Zuidhorn 2002-2003voor. Ze hadden ook nog 67 Liedboekliederen geselecteerd uit de liederen die in de periode 1996-1999 niet direct door deputaten waren goedgekeurd, maar hielden die ‘in portefeuille’ voor eenvolgende periode. Verder presenteerden ze aan de synode ruim 100 liederen van dichters enmusici uit onze kerken en liederen uit andere bronnen.De GS Zuidhorn 2002-2003 keurde na weging van de ingebrachte kritiek, 117 van de door Leusdenvrijgegeven 121 Liedboekliederen in tweede lezing goed voor gebruik in de eredienst. Zuidhornbeoordeelde de 131 voorgestelde liederen echter niet, maar handhaafde het advies van Leusden:‘met terughoudendheid’ zingen. Van de voorgestelde liederen uit eigen kring en andere bronnenwerden 90 liederen goedgekeurd.Zuidhorn besloot verder het tijdpad tot 2011 te verruimen en de selectie van liederen te beperkentot 120 per periode. Deze selectie diende elke keer 60 liederen te bevatten uit het Liedboek voor deKerken en 60 uit eigen kring en andere bronnen.In 2003 kwam de ‘Bundel 90 gezangen’ uit zodat de kerken ook de liederen uit eigen kring en uitanderen bronnen konden gaan zingen in de eredienst.De GS Amersfoort-Centrum 2005 keurde uit de door deputaten gepresenteerde lijst van 60Liedboekliederen (+ 15 reserve) 55 liederen goed in eerste lezing. Van de gepresenteerde liederenuit eigen kring en andere bronnen keurde de synode 49 liederen goed. Verder besloot de GSAmersfoort-Centrum 2005 deputaten op te dragen nogmaals 120 liederen te presenteren; weer 60uit Liedboek voor de Kerken en 60 uit eigen kring en andere bronnen.Voor een overzicht van deze geschiedenis, zie Bijlage II van dit rapport.

4.1.2 Criteria

Sinds de GS Leusden 1999 werken we met de volgende criteria:1. Een goed kerklied is geschikt om te functioneren in een liturgische context, waarbinnen Gods

woorden en daden het centrum vormen.2. Een goed kerklied is inhoudelijk in overeenstemming met de Schrift.

Page 8: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 8

3. Een goed kerklied wordt wat betreft de taalkundige en muzikale vorm gekenmerkt door stijlen kwaliteit. Het kent een goede woord-toon-verhouding. Het is bruikbaar en toegankelijkvoor mensen uit de huidige tijd en cultuur.

4.2 Selectie liederen

Als deputaten selecteren we liederen door ze te beoordelen en te bespreken aan de hand van decriteria die de synode heeft vastgesteld.

4.2.1 Criteria

De huidige criteria zijn vooral geschikt om liederen te beoordelen uit onze kerkmuzikale traditie ennieuwe liederen die zich bij die traditie aansluiten. Opnieuw hebben we ervaren dat evangelicaleliederen wel zijn te beoordelen aan de hand van criterium 1 en 2, maar moeilijk aan de hand vancriterium 3. Stijl en kwaliteit zijn bij die liederen vaak nogal anders (niet beter of slechter!) danliederen zoals in onze Psalmberijming en het Liedboek. Ook de woord-toon-verhouding moet bij dieliederen nogal anders worden beoordeeld (zie hierover uitvoeriger in het rapport van het vorigedeputaatschap, pag. 15).De opdracht van de synode om bij het selecteren van liederen rekening te houden met de lijsten enbundels uit de Christelijke Gereformeerde Kerken, de Nederlands Gereformeerde Kerken en deGereformeerde Bond functioneert min of meer als extra criterium. Maar dat criterium blijkt moeilijkte hanteren door gebrek aan informatie en omdat de praktijk in die kerken nogal afwijkt van deonze. Sinds de laatste Generale Synode van de CGK is er in de landelijke regel ruimte gegevenvoor de zeer diverse plaatselijke praktijk, door af te stappen van selectielijsten en alle liederen uitalle bundels vrij te geven met het criterium dat het in overeenstemming moet zijn met Schrift enbelijdenis.

4.2.2 Liedboek voor de kerken

In de opzet van het project om te komen tot een nieuwe gezangenbundel had de GS Leusden 1999besloten dat alle liederen uit het Liedboek voor de Kerken door deputaten moesten wordenbeoordeeld en na goedkeuring aan de synode moesten worden voorgelegd. Zo zou duidelijkworden welke liederen uit het Liedboek wel en welke niet in de eredienst gezongen mochtenworden.Sindsdien hebben deputaten liederen geselecteerd en gepresenteerd, en hebben synodes hunbesluiten genomen over welke liederen gezongen mogen worden. In het nieuwe GereformeerdKerkboek staat daarvan een duidelijk overzicht. In Bijlage II kunt u lezen langs welke weg we tot ditaantal goedgekeurde Liedboekliederen zijn gekomen.Maar hoewel de getallen ook ons regelmatig duizelen, maakt de eenvoudige rekensom duidelijk dathier een knelpunt zit. Van de 134 liederen die we sinds 1999 ‘met terughoudendheid’ in onzekerken zingen, zijn niet alle liederen door een synode goedgekeurd. De 236 liederen die niet gelijkmet de 255 werden gepresenteerd aan de kerken (de zogenaamde b- en c-categorie), zijn nietallemaal door deputaten beoordeeld. En wij constateren dat door de oorspronkelijke opzet van hetproject, er in 1999 liederen zijn goedgekeurd die we zouden kunnen missen, terwijl nu liederen nietworden beoordeeld die we graag in de bundel zouden willen opnemen.We stellen de synode dan ook voor om deputaten opdracht te geven aan de volgende synodevoorstel te doen welke Liedboekliederen nog door de synode beoordeeld moeten worden om voorde kerken definitief duidelijk te maken welke Liedboekliederen wel en welke niet (meer) in dediensten gezongen mogen worden.

4.2.3 Liederen uit eigen kring

Nadrukkelijk hebben de afgelopen synodes opdracht gegeven om dichters en musici uit onzekerken te vragen liederen in te sturen t.b.v. de bundel. Opdracht was telkens om uit die ingezondenliederen een evenredig deel te selecteren voor de nieuwe bundel.Langs die weg zijn in de laatste uitgave van het Gereformeerd Kerkboek een flink aantal ‘liederenuit eigen kring’ opgenomen.Om ook in deze periode zulke liederen te selecteren, is een lijst gemaakt van ingezonden en nogniet door ons beoordeelde liederen. De liederen hebben we in eerste instantie op hun eigenkwaliteit beoordeeld. Toch hielden we wel min of meer rekening met de samenstelling van de

Page 9: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 9

bundel. Gaandeweg noteerden we ideeën voor welke rubrieken of over welke thema’s in de bundelnog liederen moeten worden gezocht of geschreven en gecomponeerd. Doordat het aantal tepresenteren (luab- én luek-) liederen aan een maximum van zestig gebonden was, hebben we eenkeuze moeten maken uit onze geselecteerde liederen.Juist in de volgende periode, als de bundel tot een evenwichtig geheel moet worden afgerond,kunnen we dichters en musici uit onze kerken vragen om nieuwe liederen te schrijven t.b.v.rubrieken die in onze bundel onderbelicht zijn.

4.2.4 Liederen uit andere bronnen

De synodes gaven ook steeds opdracht om een evenredig deel van de 120 te presenteren nieuweliederen te selecteren uit andere bronnen dan het Liedboek en de inzendingen uit eigen kring. Hetwerk van vorige deputaatschappen is nu voortgezet. Een subcommissie heeft liederengeselecteerd uit bundels die nog niet of nog niet helemaal waren bekeken.De kerken hebben besloten om het werk aan de nieuwe gezangenbundel af te ronden in 2011. Datbetekent dat we niet verder kunnen zoeken naar nieuwe liederen voor de bundel. Gaandeweg onswerk werd helder dat we daarmee andere bronnen en stijlen buiten beeld laten voor de bundel diewe samenstellen. Het besluit om een lijst samen te stellen van liederen die zijn goedgekeurd maarniet opgenomen in de bundel, geeft ruimte om in de komende jaren verder kennis te nemen vanandere stijlen en bundels kerkmuziek en te besluiten ook daaruit liederen vrij te geven voor gebruikin onze erediensten.

4.2.5 Liederen uit het ‘evangelisch repertoire’

De vorige synode constateerde een discrepantie in het rapport van het vorige deputaatschap. Oppagina 15 schreven we n.a.v. onze discussie over deze liederen aan de hand van de criteria:“Vragen te over, waarop we antwoorden zullen moeten vinden”. En op pagina 16: “Let wel: wat onsbetreft is de vraag niet of, maar hoe het evangelicale lied een plaats kan krijgen”. Dus gaf desynode opdracht om op die vragen antwoord te geven en vanuit dat antwoord ook een voorstel tedoen over het al of niet selecteren van deze liederen voor opname in onze bundel of op een lijstgoedgekeurde liederen.Wij constateren dat het huidige Gereformeerd Kerkboek bevestigt dat de vraag niet meer is ofevangelicale liederen in onze diensten gezongen mogen worden: we zingen ze al! Want we hebbengeen reden, ook niet in de vastgestelde criteria, om ze ‘als categorie’ niet te zingen. Ook onder de(meestal wat oudere) zogenoemde ‘opwekkingsliederen’, de eerste 200 nummers uit de bundelsOpwekking, treffen we veel liederen aan die we prima kunnen zingen in onze bestaandekerkmuzikale praktijk.Maar we constateerden ook dat dus niet precies is vast te stellen wat ‘evangelicale liederen’ zijn enwat niet. En dat als er geen principiële reden is om de latere nummers uit de bundels Opwekkingniet in onze diensten te zingen, daarmee het antwoord nog niet is gegeven of ze dus in onzediensten gezongen mogen worden.We zitten als kerken op de lijn, en werken als deputaten ook in die lijn, dat we samen vaststellenwelke liederen wel en niet gezongen worden in onze diensten. In veel gevallen waar de vraag naarOpwekkingsliederen zich met name voordoet gaat het om bijzondere diensten, zoalsevangelisatiediensten, laagdrempelige diensten etc. Maar voor de stijl en de kwaliteit van dekerkmuziek in onze kerken is het goed dat we als kerken samen, in generale synode bijeen, ookhieraan leiding geven.Gaandeweg onze discussies over deze liederen in het algemeen en bespreking van concreteliederen ontstond er een aantal aandachtspunten en ‘criteria’ voor het gebruik van deze liederen inonze erediensten. Wij stellen de synode voor om die aanbevelingen aan de kerken te geven. Wanthet is o.i. niet goed mogelijk, gezien het grote aantal en de snelle ‘omlooptijd’ van deOpwekkingsliederen, om deze liederen net zo te beoordelen als de liederen uit anderen bronnen enper lied te besluiten of het wel of niet gezongen mag worden. Maar met de aanbevelingen die wijdoen kan o.i. goed plaatselijk worden beoordeeld of ze in de bijzondere diensten gezongen kunnenworden.

4.3 Toekomstige bundel

Tot nu toe konden deputaten zich vooral bezig houden met het selecteren en presenteren vangeschikte liederen. Maar de afgelopen periode moesten we, in opdracht van de synode volgens hetuitgezette tijdspad, ook werken aan de concrete samenstelling van de nieuwe gezangenbundel.

Page 10: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 10

Daarbij liepen we aan tegen knelpunten in het beleid van de synodes:a. De beslissing om per periode tussen synodes 120 liederen vrij te geven, waarvan ongeveer

30 uit eigen kring, heeft ervoor gezorgd dat geschikte liederen niet door ons zijngepresenteerd vanwege ‘het aantal’, terwijl ze bijv. al wel een ingang hebben gevonden inonze kerken.

b. De manier waarop synodes onze selecties hebben behandeld, heeft ervoor gezorgd datliederen soms zijn afgekeurd zonder dat goed is besproken of duidelijk geworden om welkeredenen (denk bijv. aan het lied ‘Looft God om zijn uitbundigheid’).

Dit heeft ertoe geleid dat deputaten afgelopen periode vragen kregen waarom concrete liederenniet zijn gepresenteerd of goedgekeurd.Nu lijkt het ons niet nodig en onbegonnen werk om in de komende periode de liederen die in hettraject zijn afgevallen nog eens te beoordelen. Maar het lijkt ons voor de samenstelling van denieuwe bundel en de ontvangst van de liederen goed dat kerken de ruimte krijgen om liederenonder de aandacht van deputaten te brengen met verzoek ze opnieuw of alsnog aan de synode tepresenteren.

Verder werken synodes en deputaten sinds de GS Leusden 1999 met de gedachte dat liederen dieniet in de bundel komen, op een lijst worden gezet van liederen die wel zijn goedgekeurd om in deeredienst gezongen te worden. We maken dus al enige tijd onderscheid tussen de ‘bundel’ en de‘lijst’, omdat mogelijk niet alle liederen in de bundel komen (zie Bijlage II: in het schema, dekolommen en de grafiek en in de toelichtende tekst is sprake van een bundel en een lijst).Maar inmiddels vragen we ons af of dit werkbaar is. Met zo’n lijst achterin de bundel houdt jeliederen wel ‘in beeld’, maar praktisch zal het moeilijker worden om over de tekst en de melodievan die liederen te beschikken – en hoe moet dat auteursrechtelijk worden geregeld?Bovendien heeft het gesprek met de ISK ons duidelijk gemaakt dat onze selectie van liederen uithet Liedboek voor de Kerken niet in een eigen bundel opgenomen mag worden. Om onze bundelook zonder die Liedboekliederen enigszins ‘evenwichtig’ te laten zijn, lijkt het ons nodig dat allegeselecteerden liederen erin worden opgenomen.

Zo komen we ertoe om voor te stellen dat alle liederen die tot en met de komende synode zijnvrijgegeven voor de eredienst, de conceptbundel vormen die aan de kerken wordt gepresenteerd.En we vragen de synode om opdracht te gevena. kerken en kerkleden uit te nodigen reacties te geven op de voorgestelde bundel;b. rekening te houden met die reacties bij het beoordelen of de bundel voldoet aan de

vastgestelde ‘contouren’;c. de volgende synode voorstellen te doen over a. het goedkeuren van liederen die nodig zijn

om de bundel aan te vullen; b. het vaststellen van de definitieve bundel.

4.4 Overige opdrachten

4.4.1 Overleg en contact

In het overleg met deputaten eredienst constateerden we dat de opdrachten van beidedeputaatschappen nog niet zijn afgerond. Ze kunnen het beste afgerond worden als dedeputaatschappen in de huidige samenstelling met de opgedane expertise eraan verder kunnenwerken. Daarom stellen we voor de deputaatschappen nog niet samen te voegen.Met de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Nederlands Gereformeerde Kerken hebben weniet meer contact gehad dan in de afgelopen periodes, vooral informeel contact. De redenendaarvoor zijn al genoemd in par. 4.2.1.

4.4.2 Betrokkenheid van de kerken

Het ‘Steunpunt Liturgie’ speelt een belangrijke rol in het betrekken van kerken en kerkleden op deontwikkelingen t.a.v. eredienst en kerkmuziek. Het is daarin ook een grote steun voor ons werk. Westellen dan ook met deputaten eredienst voor dat het steunpunt gehandhaafd blijft.Voor de afronding van de bundel in de komende periode is het goed dat de opdracht gehandhaafdblijft om kerken en kerkleden te vragen daar hun inbreng bij te geven.

Page 11: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 11

4.4.3 ISK en LIEDBOEK 2000

De afgelopen drie synodes formuleerden t.a.v. ons contact met de ISK steeds dezelfde opdracht.Over het project dat werd aangeduid als ‘Liedboek 2000’ droegen de synodes op:a. onderzoeken of er mogelijkheden komen om betrokken te zijn bij het project;b. een voorlopige positie innemen als we worden uitgenodigd deel te nemen;c. rapporteren aan de volgende synode wat de doelstellingen, de mogelijkheden, de kaders en

het te verwachten resultaat zijn.Onze houding t.o.v. de ISK is de afgelopen jaren dubbel geweest. Aan de ene kant hebben we eenduidelijke eigen koers: de samenstelling van een eigen gezangenbundel. Daarin willen we indienmogelijk liederen uit het Liedboek voor de Kerken opnemen. Aan de andere kant hebben we ooksteeds gelet op de ontwikkeling van het project ‘Liedboek 2000’. Deelname aan dat project zoubetekenen dat we (ook) een compleet nieuw Liedboek in gebruik gaan nemen.Inmiddels heeft de Protestantse Kerk in Nederland besloten een nieuw Liedboek samen te latenstellen door de ISK. Wij hebben daarover contact gehad op 5 september en kunnen nu daaroverrapporteren. We stellen voor om bij de ISK het verzoek in te dienen als kerken deel te mogennemen aan dit project.T.a.v. het beleid betekent dat: lid worden van de ISK en door het deputaatschap kerkmuziek dewerkwijze en de resultaten laten volgen.

4.5 Conclusies

De belangrijkste beleidsvoorstellen die we u doen zijn dus:1. Geef het huidige deputaatschap opdracht om met inbreng vanuit de kerken een eindvoorstel

te doen over de samenstelling van de bundel.2. Laat het aan de plaatselijke kerken over om liederen uit de bundel ‘Opwekking’ te laten

zingen in de eredienst, waarbij we als kerken samen afspreken dat we ons bij het gebruikvan die liederen houden aan de criteria die deputaten hebben opgesteld.

3. Geef deputaten opdracht ons aan te melden bij de ISK als kerken die willen deelnemen aande samenstelling van het nieuwe Liedboek voor de Kerken.

4. Handhaaf de overige opdrachten zoals t.a.v. de samenvoeging van de deputaatschappeneredienst en kerkmuziek.

5. UITVOERING

Aansluitend bij hoofdstuk 4 beschrijven we in dit hoofdstuk hoe we onze opdracht hebbenuitgevoerd en tegen welke knelpunten we daarbij zijn aangelopen. Dit hoofdstuk kunt u dus lezenals nadere uitwerking van wat we hiervoor al hebben geschreven.

5.1 Werkwijze

We hebben tot de afronding van ons rapport 14 keer vergaderd. En net als in eerdere periodeswerd in subcommissies voorwerk gedaan voor onze besprekingen van liederen.Voor onze eerste vergadering nodigden we de commissie van de synode uit om onze evaluatie vande synode en interpretatie van de synodebesluiten mee te maken. Helaas moesten we dievergadering vanwege hevige sneeuwval afblazen. En op de voorgestelde vervangende datumgaven de broeders voorrang aan een overleg n.a.v. de synodebesluiten over kerkelijke eenheid.

Opnieuw hebben we ervaren hoezeer het werk aan dit zo’n project dat door verschillende synodeswordt beoordeeld en gestuurd, wordt gehinderd door de personele wijzigingen van hetdeputaatschap. Vooral het inpraten van de nieuwe deputaten in de besluitvorming en resultaten totnu toe, kost telkens veel tijd.Br. Peter Bareman is namens ons twee keer aanwezig geweest bij het overleg van deTheologische Universiteit met deputaatschappen uit onze kerken.De voorzitter was de contactpersoon met de ISK en aanspreekpunt voor contact met deputateneredienst en met de CGK en de NGK.Oud-deputaten hebben ons geholpen bij het schrijven van toelichtingen bij de gepresenteerdeliederen.Na het afronden van ons rapport willen we onze tijd besteden aan het bekendmaken van de inhoudervan via internet en kerkelijke media, en aan de voorbereiding van de synode.

Page 12: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 12

5.2 Selectie liederen

5.2.1 Liedboek voor de kerkenIn eerste instantie dachten we dat het maken van een selectie van 60 Liedboekliederen vrijeenvoudig zou zijn. Het vorige deputaatschap had immers al twee keer 60 liederen gekozen die o.i.in elk geval geselecteerd zouden moeten worden.Maar bij nader inzien bleek het toch minder eenvoudig. Opnieuw moest verder in kaart wordengebracht welke liederen al eerder aan synodes waren gepresenteerd, welke liederen warenafgekeurd of teruggewezen, welke liederen al eerder door deputaten waren beoordeeld, en welkenog niet.

AanpakEerst heeft een subcommissie overzicht gecreëerd van de stand van zaken t.a.v. deLiedboekliederen. Vervolgens hebben ze uit de resterende ooit voorgestelde 134 liederen opnieuw51 geselecteerd en bovendien hieraan 9 liederen toegevoegd die nog niet eerder zijn voorgesteld.Vervolgens hebben we bij het werk aan ons voorstel t.a.v. de definitieve bundel geconstateerd datenkele liederen een doublure of net iets andere versie zijn van gezangen in het GereformeerdKerkboek. Bij de beoordeling van de 41 gezangen uit het oude Gereformeerd Kerkboek hebben wesoms voorgesteld te kiezen voor de versie uit het Liedboek.We hebben in ons overleg met de ISK ook gevraagd of de door onze synodes goedgekeurdeLiedboekliederen mogen worden opgenomen in onze eigen bundel. Het antwoord daarop was openen duidelijk: nee, want voor de ISK is het Liedboek voor de Kerken één geheel dat niet verkniptmoet worden in diverse bundels. Lidkerken van de ISK zullen daarvoor dan ook geen toestemminggeven. Wel is het zo dat ook in andere bundels Liedboekliederen staan, maar dat zijn dan a. vrijbeschikbare liederen, en b. een klein aantal liederen.

ResultaatOp voorstel van de subcommissie stelden we eerst 60 Liedboekliederen ter goedkeuring aan desynode voor. Ons werk aan de conceptbundel konden we pas afronden na de eerste verschijningvan ons rapport. Door onze keuzes om sommige van de oude 41 gezangen te laten vervangen ofaanvullen door de Liedboekversie (zie paragraaf 5.3), voegen we nog 9 liederen aan de selectie uithet Liedboek toe (zie Bijlage III). Alle liederen behalve de toegevoegde 9 zijn ook voorzien van degevraagde toelichting (zie bijlage IV).

VoortgangTot nu toe zijn 117 liederen definitief en 55 in eerste lezing goedgekeurd. Daarbij worden nu weer60 nieuwe liederen voorgesteld aan de GS van Zwolle-Zuid. Zo komen we op ongeveer 230liederen uit het Liedboek voor de Kerken die gezongen mogen worden in de eredienst.Maar zoals beschreven in par. 4.2.2 hebben we daarmee nog niet alle liederen uit het Liedboekvoor de Kerken beoordeeld. Deputaten betreuren dat, temeer omdat het tijdpad van selectie vooreen liedbundel nu ten einde is. Want in de eerste plaats is nu van een aantal oorspronkelijkeliederen niet duidelijk of ze nog wel of niet gezongen mogen worden. In de tweede plaats zien wedat we nu door de limiet van 120 liederen sinds GS Zuidhorn 2002-2003 nog niet alle goede enwaardevolle liederen uit het Liedboek voor de Kerken hebben kunnen selecteren.Hoewel we begrip hebben voor de beslissingen die synodes hebben genomen, is naar ons oordeelhet Liedboek voor de Kerken niet afdoende beoordeeld en zal de vraag blijven wat te doen metliederen die nu terughoudend gezongen worden. Nu we van de ISK geen toestemming krijgen omgeselecteerde liederen in onze bundel op te nemen, dient het de kerken als van alle liederen in hetLiedboek voor de Kerken duidelijk is of ze wel of niet gezongen mogen worden.Vandaar ons voorstel om opdracht te geven dat in de volgende periode de resterende liederenworden beoordeeld en dat de selectie van geschikte liederen door deputaten aan de synode wordtgepresenteerd.

5.2.2 Liederen uit eigen kring

AanpakNa het voltooien van het rapport voor de GS Amersfoort-Centrum 2005 lagen in totaal ongeveer200 liederen van dichters en musici uit onze kerken te wachten op bespreking, en ook in deafgelopen periode werden er nog enkele nieuwe liederen ingediend. Na de vorige synode zijn weeerst aan het werk gegaan met de liedboekliederen en de liederen uit andere bronnen (luab),

Page 13: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 13

vervolgens met de liederen uit eigen kring (luek). We inventariseerden de nog niet besprokenliederen en hebben in totaal ongeveer 200 liederen bekeken.Al gauw bleek dat onze selectie van geschikte luab en luek het aantal van 60 liederen ver zoukunnen overschrijden. Daarom hebben we ervan afgezien om van bepaalde goede liederen die o.i.op bepaalde punten om een herbewerking vroegen, te vragen de tekst aan te passen. Er warengenoeg andere mooie liederen. We hebben dus in onze selectie moeten selecteren om ons tehouden aan het door de synode aangegeven maximum van 60 liederen (voor luab én luek).Pas aan het eind van onze periode, aan het eind van het selectiewerk van de liederen uit dediverse bronnen, begonnen we overzicht te krijgen over de contouren van en lacunes in de bundel.Omdat we de luek aan het eind van de periode behandelden hebben we bij onze selectie ookgekeken naar de rubrieken. Aan het slot van de periode vroegen we een enkele keer Ria Borkentom een lied op een bepaald thema (voor de rubriek ‘gebed voor de overheid’ b.v.).Verder noteerden we werkende weg dat het mooi zou zijn als er liederen zouden komen over, b.v.Zondag 1 van de Heidelbergse Catechismus, kerkelijke eenheid (verdeeldheid), de bevestiging vanambtsdragers, over de vrouwen en zusters.

Resultaat en knelpuntenAls resultaat van ons selectiewerk presenteren we u 20 liederen + 5 als reserve (Bijlage V),voorzien van toelichtingen per lied (Bijlage VI).

VoortgangLacunes in de liederenschat werden pas aan het einde duidelijk. We verwachten ook dat hetduidelijk wordt wanneer we de rubriek ‘andere liederen’ van een nadere indeling gaan voorzien.Zodoende konden deputaten slechts in beperkte mate lieddichters en musici benaderen om eenlied te schrijven over een door ons aangegeven onderwerp. We vragen de synode in een nieuweopdracht daarvoor ruimte te geven.

5.2.3 Liederen uit andere bronnen

De ontwikkeling van het nieuwe kerklied heeft, na het tot stand komen van het Liedboek voor deKerken in 1973, niet stilgestaan. Diverse bronnen van verschillende (theologische) tradities geveneen rijkdom aan liederen.Al voor de GS Zuidhorn 2002-2003 heeft het toenmalige deputaatschap een lijst opgesteld metliedbundels uit de diverse kerkelijke tradities. Binnen de tijd die beschikbaar was, kon men slechtseen begin maken met de zoektocht naar geschikte liederen daarin.

AanpakWe hebben gekozen om de lijn van het vorige deputaatschap door te trekken en ons te richten opde volgende liedbundels: “Tussentijds” – uitgegeven onder verantwoordelijkheid van de Interkerkelijke Stichting voor

het Kerklied (ISK) “Gezangen voor Liturgie” – uitgegeven in opdracht van de Stichting Liedbundel “Zingend Geloven” – uitgegeven in opdracht van de Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied

(I-VI).De rondgang door de delen I t/m VI van “Zingend Geloven” is nu afgerond met een verzamelinggezangen uit de delen I en II, zoals ze nu worden voorgesteld. In de voorgaande periode zijnliederen gepresenteerd uit de delen III t/m VI.Een andere bron die is bekeken is de bundel “Tussentijds”. Dit is een aanvullend liedboek bij het“Liedboek voor de Kerken”. Het is een verzamelbundel van liederen uit verschillende bronnen, o.a.“Alles wordt nieuw”, “Evangelische Liedbundel”, “Gezangen voor Liturgie” en “Zingend Geloven”.Bij de selectie van de liederen voor deze bundel is in de eerste plaats uitgegaan van verzoeken vanplaatselijke kerken aan de Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied. Het geeft een beeld van de(soorten) liederen die men in het “Liedboek voor de Kerken” mist.

ResultaatWij selecteerden eerst 48 liederen uit deze categorie, met 11 reserve. Ons voorwerk voor en onzebespreking van die liederen hebben we verwerkt in toelichtingen (Bijlage VIII). Bij ons werk aan deconceptbundel kozen we nog 3 liederen uit andere bronnen als varianten naast de ons bekendelofzangen van Maria, Zacharias en Simeon. We presenteren dus 51 liederen uit andere bronnen(Bijlage VII). Samen met de liederen uit eigen kring zijn dat in totaal 71 liederen, 11 boven hetgestelde maximum van 60. Maar we menen dat deze liederen in een evenwichtige bundelopgenomen moeten worden.

Page 14: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 14

Onberijmde PsalmenWe vragen de aandacht voor het vijftal onberijmde Psalmen in deze selectie. In de Gereformeerdekerken kennen we een rijke traditie ten aanzien van het zingen van de Psalmen. Deze hebben dezogenaamde strofische vorm. Ze zijn geliefd bij veel kerkmensen en worden al eeuwen gezongen.We hopen dat dit tot in lengte van jaren zo mag blijven.Hoewel het Geneefse psalter van onschatbare waarde is, kent het echter ook zijn beperkingen.Omdat elke Psalm zich moet voegen binnen het keurslijf van eindrijm en strofen met vastgesteldritme, doet het de oorspronkelijke structuur in veelgevallen geweld aan. Voor de verschillendeaffecten in de psalm wordt één en dezelfde melodie gebruikt. Vanwege de lengte wordt een psalmzelden in zijn geheel gezongen.Hierdoor en door de liturgische vernieuwingen zijn in de 20e eeuw andere vormen van psalmzingenontstaan, namelijk de onberijmde Psalmen. Een deel van de gemeente, bijv. een cantorij, een(kinder)koor en/of solist voert de onberijmde psalmteksten uit en de gemeente antwoordt zingendmet een refrein. Wij vinden het waardevol om naast het Geneefse psalter ook deze wijze vanpsalmzingen uit te breiden in de erediensten. We stellen daarom weer 5 onberijmde Psalmen vooruit “Gezangen voor Liturgie”. Deze zijn ook opgenomen in de bundel “Tussentijds”.

VoortgangDoor de jaren heen hebben we een goed beeld gekregen van de diverse bronnen. Ter afrondingvan het definitieve kerkboek weten we in de komende periode de weg in die bundels omaanvullingen te zoeken waar dat voor de bundel nodig is.

5.2.4 Liederen uit het ‘evangelisch repertoire’

AanpakDe synode gaf opdracht om antwoord te geven op de vragen die deputaten zelf hadden gesteldt.a.v. de kwaliteit en de bruikbaarheid van evangelicale liederen in onze diensten. En omvervolgens vanuit dat antwoord een voorstel te doen over het al of niet selecteren van dezeliederen voor opname in onze bundel of op een lijst goedgekeurde liederen.Om tot een gezamenlijk antwoord te komen op de vragen, schreven de deputaten Peter Baremanen wijlen Henk Kisteman beide een stuk waarin ze hun gedachten over deze problematiekordenden. Henk Kisteman had de discussies in de vorige deputaatschappen meegemaakt, PeterBareman niet. Toch kwamen hun stukken behoorlijk overeen, namelijk:a. we vinden dat evangelicale liederen een goede plek in onze gereformeerde erediensten

kunnen krijgen, omdat ze bruikbaar en toegankelijk zijn voor mensen uit de huidige tijd encultuur (criterium 3c);

b. we vinden ook dat het gebruik van die liederen aan bepaalde voorwaarden moet voldoenvanwege onze criteria voor de liturgische context, schriftuurlijkheid, stijl en kwaliteit;

c. in principe kunnen alle liederen die zijn opgenomen in de bundels ‘Opwekking’ volgens diecriteria worden beoordeeld, al blijft het voor ons moeilijk om de kwaliteit van die liederen tebeoordelen;

d. de snelle ‘looptijd’ van deze liederen en het gegeven dat er jaarlijks veel nieuwe liederenverschijnen, maakt dat de werkwijze voor het vrijgeven van liederen voor de eredienst nietgoed toepasbaar is op deze liederen: wat bij het begin van een periode naar een synode toenog een ‘gangbaar of populair lied’ is, kan bij het vrijgeven van dat lied door de volgendesynode al ‘verouderd’ zijn.

Met alle waardering voor deze stukken werden onze gesprekken erover ‘oeverloos’, net zoals in devorige deputaatschappen. Daarom kozen we voor een praktische aanpak: concrete liederenbespreken en aan de hand daarvan ontdekken wat voor ons criteria zijn om die liederen te latenzingen in de erediensten.We spraken af dat elke deputaat een lijstje maakte van 10 geschikte liederen uit 200Opwekkingsnummers. Zo kwamen we tot 3 lijstjes van zo’n 15 liederen die door meer dan ééndeputaat waren uitgekozen. En bij bespreking van die liederen noteerden we of we het betreffendelied voldoende kwaliteit vonden hebben (met name tekstueel en muzikaal), en zo ja, op welkezaken dan gelet moest worden bij het gebruik van deze liederen in de eredienst.

ResultaatIn de bespreking van deze liederen kwamen we tot een aantal slotsommen:a. enkele liederen uit de bundels ‘Opwekking’ zijn al goedgekeurd door de synodes om te

zingen in onze diensten;

Page 15: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 15

b. het blijft moeilijk om deze liederen goed te ‘typeren’ en te beoordelen;c. we zien geen inhoudelijke of muzikale reden om deze liederen op zich te weren uit onze

erediensten;d. we zien wel het probleem dat we deze liederen moeilijk kunnen beoordelen t.b.v. opname in

onze gezangenbundel en gebruik in de erediensten.Al deze bevindingen werden verder verwerkt in één document dat uiteindelijk werd afgerond doorPeter Bareman. Omdat het meer overzicht geeft van de discussie en onze visie verwoordt alsondersteuning van onze werkwijze en voorstellen, hebben we het in z’n geheel als bijlage bij dezeparagraaf opgenomen (Bijlage XI).Verder leidden onze besprekingen tot een lijst van liederen die we na bespreking kunnenvoorleggen aan de kerken. Van deze liederen vinden we dat ze goed voorbeeld zijn vanOpwekkingsliederen die in de diensten gezongen kunnen worden (onderaan Bijlage XI).

VoortgangWe bevelen de synode aan te besluiten dat:a. het zingen van zogenoemde ‘Opwekkingsliederen’ in de diensten wordt overgelaten aan de

verantwoordelijkheid van de plaatselijke kerk, waarbijb. de kerkenraden zich verantwoorden naar de gemeente dat en hoe ze rekening houden met

de aanbevelingen die deputaten in dit rapport hebben gedaan voor het gebruik van dezeliederen in de erediensten.

Daarbij doet de synode aan de kerken de volgende aanbevelingen:1. Zoals bij alle zaken van liturgie en kerkmuziek wordt rekening gehouden met de

samenstelling van de gemeente en met binnen de gemeente levende wensen t.a.v. hetgebruik van liederen uit de bundels ‘Opwekking’. In overleg met de gemeente wordenhierover duidelijke afspraken gemaakt.

2. Uit de totale invulling van de ‘psalmbriefjes’ voor de erediensten (niet elke eredienstafzonderlijk) wordt voor leden en gasten van de gemeente duidelijka. dat de 150 Psalmen de belangrijkste bron blijven voor onze gezongen omgang met

God;b. dat we een eigen Gereformeerd Kerkboek hebben en gebruiken om samen vorm te

geven aan de eredienst;c. dat de liederen uit de bundels ‘Opwekking’ naast de Psalmen en Gezangen gebruikt

worden in bijzondere diensten of op momenten in de gewone liturgie waarop ze wattaal en toon betreft goed passen.

3. Wat de keuze van deze liederen betreft is het vanwege de eenheid van stijl beter om tevariëren tussen diensten dan te variëren binnen diensten: beter zo nu en dan een dienst metoverwegend opwekkingsliederen, dan in één dienst wisselen tussen Geneefse Psalmen,eigentijdse kerkmuziek en populaire opwekkingsnummers.

4. Wanneer deze liederen niet goed begeleid kunnen worden, is het beter om ze niet tegebruiken.

5.3 Toekomstige bundel

AanpakBij het begin van ons werk aan de opdracht waren we ons ervan bewust dat het ‘eindresultaat’ ookeen conceptbundel moest zijn. We moesten, ook om personele redenen, voorrang geven aan deafronding van de selectie van nieuwe liederen. Tussen die bedrijven door spraken we met elkaarover de samenstelling van de nieuwe bundel.

Om een evenwichtige bundel samen te stellen, hebben we via e-mail predikanten gevraagd aan tegeven voor welke thema’s, liturgische momenten of kerkelijke feestdagen en gebeurtenissen zeliederen missen in de bundels. Hun reacties zijn samengevoegd in een lijst aanbevelingen enaantekeningen. Daarmee hebben we rekening gehouden bij het kiezen van liederen uit Liedboek,eigen kring en andere bronnen.

Ook het Gereformeerd Kerkboek dat in de jaren 1986 tot 2006 in onze kerken heeft gefunctioneerd,is één van de ‘bronnen’ waaruit de nieuwe bundel moet worden samengesteld. We hebben die 41gezangen daarom opnieuw bekeken en beoordeeld op grond van de bestaande criteria. Daarbijhebben we rekening gehouden met een aantal aspecten:

Page 16: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 16

1. “veel van deze gezangen worden breed gewaardeerd” (Besluit 4 van de vorige synode);2. het is mooi van de veel gezongen lofzangen van Maria, Zacharias en Simeon meerdere

versies te hebben;3. waar mogelijk verdient het de voorkeur om een versie van een lied te kiezen dat ook buiten

onze kerken gezongen wordt – vaak is dat de versie uit het Liedboek voor de kerken.Zo kwamen we tot een beoordeling per lied: handhaven, vervangen door een betere versie, ofzoeken naar een beter alternatief, vragen om een herdichting. Voor het overzicht van onze keuzeszie Bijlage IX.

Toen we vervolgens tot een besluit moesten komen over de samenstelling van de nieuwe bundel,liepen we tegen de volgende knelpunten aan:1. tussen de liederen waaruit we nu de bundel zouden samenstellen, zitten ook liederen die in

principe nog door de komende synode kunnen worden afgekeurd of door de volgendesynode in tweede lezing;

2. hoe moeten we “in rekening brengen welke liederen met name instemming, ingang engebruik hebben gevonden” (Besluit 4)? In de eerste plaats zullen bijvoorbeeld liederen dieslechts bij een enkele gelegenheid gezongen worden, minder snel ingang vinden danliederen die veel vaker door het jaar heen een plek krijgen op het ‘psalmbriefje’. Toch horenook minder vaak gezongen dus minder bekende liederen een plaats in een “evenwichtigebundel” te krijgen. En in de tweede plaats: op deze manier bepaalt de smaak van de‘gemiddelde kerkganger’ welke liederen wel en welke niet in de bundel komen. Criteria zijnjuist dichterlijke en muzikale kwaliteit van de liederen, en dat zijn wel eens andere liederendan ‘we’ graag zingen. En één van de contouren van de bundel is de brede samenstellingmet liederen ‘uit de schat van de kerk der eeuwen’ en nieuwe en eigentijdse liederen: ookdaarom kiezen we ook liederen die niet (zomaar) ingang en gebruik vinden.

ResultaatGezien genoemde knelpunten kozen we er uiteindelijk voor om alle goedgekeurde en nog goed tekeuren liederen aan de synode te presenteren als de ‘conceptbundel’. We denken dat dit een mooiaantal liederen uit eigen kring en andere bronnen is. Deze liederen komen voort uit het traject datwe in 1996 hebben ingezet en in 1999 nader hebben afgebakend. En gezien de praktische ‘hakenen ogen’ die er aan het blijven onderscheiden van een ‘bundel’ en een ‘lijst’ zitten (zie par. 4.3),komen we volgens ons zo ook tot een goede afronding van het project.

Overigens moeten we ‘resultaat’ hier nog wel tussen hoge komma’s zetten. In de eerste plaatskunnen we dus helaas niet een bundel samenstellen inclusief de door ons goedgekeurdeLiedboekliederen. En in de tweede plaats stellen we in onze paragrafen over de ISK voor om demet de afronding van onze bundel te wachten op de ontwikkelingen van het Nieuwe Liedboek.

Wezenlijk onderdeel van de liederenschat van de kerk vormen de drie ‘cantica’, de lofzangen vanMaria, Zacharias en Simeon. Naast de berijmingen in ons huidige Gereformeerd Kerkboek zijn erdiverse alternatieven voorhanden.Naast de bekende versie van de Lofzang van Maria (huidige GK 47 = LvdK-lied 66) stellen we nuvoor ook de versie van Muus Jacobse (in Tussentijds, 68). Voor wat de Lofzang van Zachariasbetreft (huidige GK 48) stellen we voor om ook Liedboek-lied 67 vrij te geven. De berijming van deLofzang van Simeon (huidige GK 52 = LvdK-lied 68) vinden we qua taalkleed verouderd(“henengaan”, “verbeid”, vooral “’t blind gezicht van ’t heidendom’). We stellen voor ook deberijming van Tom Naastepad (in Tussentijds, 71) vrij te geven. Minpunt daarin is wel dat het‘heengaan in vrede’ is geworden tot ‘vrijgekocht in vrede’. Vandaar dat we de huidige versiehandhaven en als derde versie voorstellen de berijming van Kurt Rose in vertaling van Jap Zijlstra(in Zingend Geloven, deel 8, 10). Zo krijgen we meerdere versies beschikbaar van liederen dievaak en graag gezongen worden, vooral in de periode van advent en Kerst.

We kwamen pas aan het eind van ons werk aan de selectie van nieuwe liederen en ons rapportdaarover, tot deze voorstellen over de bundel en de 3 cantica. Praktisch betekent dit dat devoorgestelde berijmingen wel in de lijst voorgestelde liederen staan (Bijlage III en VII) en in debijlage met tekst en melodie van de liederen (Bijlage XIV), maar niet meer van een toelichting zijnvoorzien. Wat hierboven is geschreven is o.i. ook voldoende toelichting.

Page 17: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 17

VoortgangWe vragen de synode om aan deputaten opdracht te geven aan de kerken reacties te vragen op deconceptbundel. Met die reacties zullen we dan rekening houden bij ons eigen ‘oordeel’ over deevenwichtigheid van de huidige totaallijst aan liederen. We denken dat die lijst op sommige puntennog wel aangevuld moet worden, en dat we nog goed moeten kijken naar de indeling ervan. Omleemtes in de bundel aan te vullen, denken we goed te kunnen putten uit de bronnen die we tot nutoe hebben onderzocht. Bovendien kunnen we ook dichters en musici vragen om voor eenonderbelicht thema een nieuw lied te maken.

5.4 Overige opdrachten

5.4.1 Overleg en contact

We hebben in deze periode twee keer vergaderd met deputaten eredienst. Er bleken minderraakvlakken te zijn tussen onze opdrachten dan in vorige periodes. Wel is te verwachten dat in dekomende periode meer overleg nodig zal zijn. Dan zullen immers zowel deputaten eredienst alsdeputaten kerkmuziek werken aan eindvoorstellen t.b.v. een definitieve uitgave van een nieuwkerkboek.In ons overleg werd duidelijk dat de afronding van die opdrachten t.a.v. eredienst en kerkmuzieknog de nodige tijd vergen. En met name ook de nodige kennis van en ervaring met het werk tot nutoe. Het lijkt ons dan ook niet handig om beide deputaatschappen nu al in elkaar te schuiven.Met de CGK en de NGK hebben we geen officieel contact gehad over kerkmuziek. Wel hebben wekennis genomen van het besluit van de Generale Synode van de Christelijke Gereformeerdekerken te Utrecht/Nunspeet 2004. Die synode constateerde dat het niet gelukt was de impasse inde kerken rond de te zingen liederen te doorbreken. Ze bevestigde het zingen van Psalmen envastgestelde berijmingen van Schriftgedeelten, en gaf een aantal criteria voor andere liederen.Deputaten kregen de opdracht om voor de volgende synode (2007) de criteria nader teconcretiseren als handreiking voor de beoordeling van liederen.Met name door het besluit van de PKN om de ISK opdracht te geven een nieuw Liedboek te gaansamenstellen, kwam er informeel weer wat contact met NGK en CGK. Die kerken hebben namelijkook gesproken met de ISK over het project Liedboek 2000. Om goed af te stemmen of en hoe weals kleine gereformeerde kerken indien mogelijk samenwerken bij de samenstelling van dat nieuweLiedboek is het goed contact met CGK en NGK te blijven houden.

5.4.2 Betrokkenheid van de kerken

Door een persbericht hebben we kerken en kerkleden uitgenodigd te reageren op ons werk. En viae-mail hebben we predikanten gevraagd te reageren op het huidige aanbod van liederen voor deeredienst. En met name op dat laatste verzoek hebben we veel reacties gekregen. Verder hebbenwe met informatie over ons werk gewacht tot de afronding van de diverse deelopdrachten endiscussies, zoals we nu beschrijven in dit rapport. Na afronding van het rapport hopen we aan decommunicatie over onze werkzaamheden en voorstellen te werken.Aan betrokkenheid van de kerken en kerkleden is vooral gewerkt door het ‘steunpunt liturgie’. Mevr.Anje de Heer heeft opnieuw veel werk verzet bij de totstandkoming en presentatie van het nieuweGereformeerd Kerkboek. Door middel van nieuwsbrieven en antwoorden op vragen stimuleert zijhet gebruik en de begeleiding van de nieuwe gezangen in de erediensten en brengt zij de“Regeling Kerkmuziek’ onder de aandacht.Het lijkt ons voor de betrokkenheid van de kerken bij de afronding van de nieuwe gezangenbundelén t.z.t. de introductie ervan zeer belangrijk dat het steunpunt liturgie deze werkzaamheden in onzekerken kan voortzetten.

5.4.3 ISK en Liedboek 2000

De Protestantse Kerk in Nederland besloot op 20 april 2007 een nieuw Liedboek samen te latenstellen door de ISK. De basis van dat besluit was de nota ‘Een nieuw liedboek’, vastgesteld door deISK in juli 2006. In die nota staan o.a. een stappenplan met tijdspad en een paragraaf over hetcontact met andere kerken (zie separate Bijlage X Een nieuw Liedboek).Dit besluit gaf ons de mogelijkheid daadwerkelijk te onderzoeken of er voor onze kerkenmogelijkheden zijn om aan dit project deel te nemen (opdracht 1). En na een gesprek daarover metde ISK op 5 september 2007 kunnen we nu rapporteren wat de doelstellingen, mogelijkheden,kaders en het te verwachten resultaat van dit project zijn (opdracht 3).

Page 18: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 18

Aanpak1. Via berichtgeving in de pers waren we als deputaten op de hoogte van de plannen van de

ISK. Via ons steunpunt liturgie konden we ook kennisnemen van genoemde nota.a. We zijn onder de indruk van de opzet van het project en het voorgestelde stappenplan en

tijdpad. In een gedegen nota wordt systematisch beschreven waarom en hoe een nieuwliedboek moet worden samengesteld. Vervolgens wordt de nodige achtergrondinformatiegegeven. Bijlagen completeren het geheel.

b. We herkennen in het eerste deel van de nota, met name punt 3 in par. IV, veel van wat in deafgelopen jaren door deputaten in onze kerken is geschreven en met name door de GSLeusden 1999 is vastgesteld aan redenen en criteria voor de samenstelling van een nieuwkerkboek.

c. De nota beschrijft ook vier stromingen binnen de PKN: oecumenisch-protestant en klassiek-gereformeerd in het centrum, basisbeweging en evangelisch aan de ‘randen’. We waarderende inzet van de nota om voor zo’n pluriforme kerk één liedboek samen te stellen.Ook onze inzet is het om één nieuwe gezangenbundel samen te stellen, al merken we datonze kerken niet meer zo uniform zijn als voorheen. We herkennen dan ook de in de notagesignaleerde spanningsvelden om één liedboek samen te stellen. Niet ieder lid en niet elkebij de ISK aangesloten kerk(gemeenschap) zal alle liederen waarderen en gebruiken. Maarwe denken dat een breed liedboek dat wordt samengesteld voor kerken met dezestromingen, ook in onze kerken goed bruikbaar zal zijn. Nu al immers zien we in onze kerkengebruik van Liedboek, liederen uit eigen klassiek-gereformeerde kring, én uit hetevangelische repertoire.

d. Belangrijk voor de bruikbaarheid van de bundel in onze kerken vinden we vooral deparagraaf ‘Kerklied en pluriformiteit’ (B-3). De ISK vindt het belangrijk een‘gemeenschappelijk midden’ aan te duiden, dat kan dienen als uitgangspunt en ijkpunt voorkeuzen die worden gedaan. Dat ‘gemeenschappelijke midden’ zal gaan om de omschrijvingvan wat een lied tot kerklied maakt. Want het lied moet vooral beschikken “over kwaliteitendie het voor gebruik in de eredienst geschikt maken”.

e. De nieuwe bundel zal op zon- en feestdagen, maar o.a. ook in gemeentevieringen en voorpastoraat en meditatie bruikbaar zijn. De liederen daarvoor zullen worden geselecteerd uitverschillende bronnen, zoals andere liedtradities en kinder- en jongerenliederen (par. III).Ook daardoor valt te verwachten dat de samenstelling van het nieuwe liedboek breed endivers zal zijn. Toch denken wij niet dat dat zal leiden tot een ‘allegaartje’. De‘uitgangspunten voor de selectie van liederen’ moeten nog wel gaandeweg hetredactieproces nader worden ontwikkeld (IV,3). Maar aan de liederen worden dus wel eisenvan kwaliteit gesteld.

f. We begrijpen de mening van de ISK dat participatie van kerken uit de zg. gereformeerdeoecumene “niet vanzelfsprekend en wellicht niet wenselijk is, vanwege de duidelijke afwijzingvan veel liederen uit het Liedboek in die kerken” (Nota ‘Een nieuw Liedboek’, B-4, punt 2).Wij menen echter dat rapporten van onze deputaten en besluiten van onze synodes (mn.aan en van de GS Leusden 1999) én de selectie en het gebruik van veel liederen uit hetLiedboek, duidelijk maken dat en waarom we die liederen veel minder afwijzen dan we in hetverleden wel hebben gedaan.

g. We meenden dan ook dat er goede redenen waren om op grond van deze nota in gesprek tegaan met de ISK over participatie van onze kerken aan dit project.

2. Op 5 september 2007 hebben twee leden van ons deputaatschap en zr. Anje de Heer vanhet steunpunt liturgie, een gesprek gevoerd met een delegatie van het ISK-bestuur. Van datgesprek kunnen we het volgende rapporteren.

a. Op uitnodiging van de ISK legden we onze inzet voor het gesprek op tafel: dat we graagwillen participeren in het toekomstige liedboek. Onze belangrijkste redenen daarvoor zijn:1. als kleine kerken hebben we behoefte aan samenwerking op dit grote terrein;2. de afgelopen jaren is in onze kerken het gebruik van en de waardering voor de

liederen in het Liedboek voor de Kerken toegenomen;3. in de afgelopen jaren hebben we zelf ervaring opgedaan met het selecteren van

nieuwe liederen. We hebben ons geconfronteerd met de diversiteit aan toon en taal ophet gebied van kerkmuziek, én met de diversiteit aan ‘behoeftes’ binnen onze kerken.Met name hebben we ons uitvoerig bezig gehouden met de behoefte om meeropwekkingsliederen in de diensten te kunnen zingen, o.a. onder invloed van deevangelische beweging.

Page 19: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 19

b. Namens de ISK reageert met name ds. Pieter Endedijk, coördinator van het project.Hoofdpunten daaruit:1. het project is een open proces. Iedereen kan meekijken bij organisatie en t.z.t. de

redactie van de bundel. Zo wordt gewerkt aan een bundel die mee kan werken aan deeenheid van de kerk. De bundel wordt vastgesteld door de ISK, niet door synodes.Aan deelnemende kerken is het om de bundel in gebruik te nemen zoals bij die kerkenpast – zoals dat nu ook al het geval is met het Liedboek voor de Kerken;

2. deelnemen kan als de GKv net zo achter het project gaan staan als de lidkerken vande ISK hebben gedaan. Zo is de nota ‘Een nieuw Liedboek’ unaniem aanvaard doorde synode van de PKN inclusief de Gereformeerde Bond. De ISK beslist over diedeelname;

3. deelnemen betekent dat een deskundige uit de GKv wordt uitgenodigd zitting tenemen in de redactie, en dat ook uit de GKv een klankbordgroep kan wordensamengesteld;

4. voor deelname aan dit project is lidmaatschap van de ISK vereist.c. Ook de vraag of we als GKv liederen uit het Liedboek mogen opnemen in onze eigen

gezangenbundel, kwam aan de orde. Vanuit de ISK is het antwoord:1. er staan Liedboekliederen in andere bundels, maar dat zijn dan a. algemeen

beschikbare liederen; b. een klein aantal;2. als een zo groot aantal (meer dan de helft) door de GKv geselecteerd wordt, zal door

de lidkerken van de ISK niet worden geaccepteerd dat die liederen in de GKv-bundelworden opgenomen.

De aanwezige ISK-bestuursleden en deputaten deelden de conclusie dat er goedemogelijkheden zijn voor deelname van de GKv aan de samenstelling van een nieuwLiedboek voor de Kerken. Het is aan de deputaten kerkmuziek om aan kerken en generalesynode voor te stellen waarom en hoe.

3. Vervolgens hebben we als deputaten het verslag van dit gesprek besproken en eenafweging gemaakt van de verschillende aspecten die aan deelname aan dit projectverbonden zijn.

a. Onze eerste reactie is natuurlijk: a. we zijn al bijna klaar met onze eigen bundel; b. je weetniet hoe het nieuwe Liedboek eruit ziet; c. als het project al gaande is, welke inbreng kunnenwij dan nog hebben? Dus waarom zouden we meedoen?

b. Vervolgens: wat is de waarde van die nieuwe bundel? Zal die beter zijn dan onze huidigeselectie? We krijgen waarschijnlijk nog meer andere liederen in beeld dan we nu al hadden.En praktisch zal het dus betekenen dat we toch nog met twee bundels naar de kerk moetengaan: ons eigen gereformeerd kerkboek met onze eigen formulieren etc., en het nieuweliedboek?

c. Maar dat laatste is steeds een duidelijk ‘scharnierpunt’ in onze overwegingen. Want wat weal jaren weten, is bevestigd: voor de ISK is het huidige Liedboek voor de Kerken niet eenbundel die ‘verknipt’ mag worden doordat selecties eruit in andere bundels wordenopgenomen. Wie Liedboekliederen wil zingen, moet daarvoor de bundel gebruiken – zonderverplicht te zijn alle liederen daaruit te zingen.

d. Nu vinden we, als kerken in de afgelopen synodes, en als deputaten kerkmuziek, dat de‘evenwichtige gezangenbundel’ die we voor ogen hebben niet zonder de Liedboekliederenkan. Een Gereformeerd Kerkboek zonder daarin Liedboekliederen en nieuwe liederen uit‘Zingend Geloven’ etc., is .o.i. niet evenwichtig.

Zo komen we in onze overwegingen vanuit de ‘negatieve’ gedachten en gevoelens tot eenpraktisch punt: ja, we zullen naast ons Gereformeerd Kerkboek het Liedboek voor de Kerkenblijven gebruiken. Waarom dan niet meewerken aan de vernieuwing daarvan?Nu hebben we ook ‘geschiedenis’ in onze omgang met de ISK en het Liedboek voor de Kerken. Dielaten we zo meewegen in onze overwegingen.e. Het had duidelijke redenen waarom destijds het Liedboek voor de Kerken integraal werd

afgewezen. We hebben er in onze kerken dan ook veel over gesproken waarom we in 1998toch zoveel liederen uit het Liedboek konden gaan zingen. Belangrijkste argumenten warena. dat we de bundel niet meer integraal wilden afwijzen vanwege door ons af te wijzenliederen daarin; en b. dat we liederen op hun tekst, en niet op (ooit verwoorde) visies van dedichter wilden beoordelen.

f. Naar ons oordeel is sindsdien de waardering voor de Liedboekliederen toegenomen, enonze houding t.o.v. de bundel én de achtergrond ervan veranderd. Bovendien werken we alskerken waar dat nodig en mogelijk is, samen met christenen uit andere kerken. Wij denken

Page 20: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 20

dat die samenwerking ook mogelijk én erg nuttig is op het gebied van kerkmuziek en desamenstelling van een goede Liedbundel.

g. We realiseren ons dat er in die bundel opnieuw liederen en teksten zullen staan, die wij omschriftuurlijke redenen niet zullen kunnen gebruiken in onze diensten. Maar we hebbendaarin als kerken inmiddels ervaring opgedaan: net als kerken die zijn aangesloten bij deISK, maken we niet gebruik van alle liederen die zijn opgenomen in het Liedboek. Vooralervaren we hoe goed het is om net als andere kerken en christenen gebruik te kunnenmaken van liederen uit de schat der eeuwen, en daarvoor uit eenzelfde bundel te zingen.

We zien dus een praktische reden en goede mogelijkheden om als kerken lid te worden van de ISKen mee te gaan werken aan de samenstelling van een nieuw Liedboek voor de Kerken. Maarwaarom zouden we dat doen?h. We hebben in de discussies in de kerken en ons werk als deputaten in de afgelopen jaren

gemerkt hoeveel deskundigheid er nodig is om een goede gezangenbundel samen te stellenen goede leiding te geven aan de ontwikkeling van de kerkmuziek in de kerken. Wij vindendat het voor zo’n belangrijk maar complex terrein van ons kerkelijk leven, vanbescheidenheid en realiteitszin getuigt dat we samenwerking zoeken met andere kerken enhun geconcentreerde deskundigheid in de ISK.

i. Wij denken, en merkten in de reactie van het ISK-bestuur, dat we met onze ervaring van deafgelopen jaren, goede inbreng kunnen hebben in de samenstelling van het nieuweLiedboek. Te denken valt aan Psalmberijmingen die wij gebruiken, liederen uit eigen kringdie we hebben geselecteerd, omgang met de opwekkingsliederen, ervaring met liederen uitZingend Geloven, etc. Als vrijgemaakte kerken zijn we bovendien actieve gebruikers vangezangenbundels en de afgelopen jaren vrijwel alleen zo actief geweest op het terrein vande kerkmuziek.

j. Wij vinden dat de nota goede redenen geeft waarom er een nieuw liedboek door de ISKmoet worden samengesteld. En de visie op dit liedboek is o.i. vrijwel identiek aan watdestijds door de Studiedeputaten Eredienst werd geschreven, door de GS Berkel enRodenrijs 1996 werd besloten en door de GS Leusden 1999 werd vastgesteld in decontouren voor onze bundel. Meewerken aan een dusdanig grondig opgezet project aan desamenstelling van een breed bruikbare bundel, zal o.i. ook voor onze kerken een goed nieuwLiedboek opleveren.

Tenslotte: zal het praktisch ook haalbaar zijn?k. We hebben gemerkt dat een bewust verzoek vanuit onze kerken om lidmaatschap van de

ISK en samenwerking bij de vernieuwing van het Liedboek, door de ISK zeer welwillend zalworden ontvangen.

l. We begrepen dat het project in het voorjaar van 2008 in de beginfase zal zijn, zodat we goedkunnen gaan meewerken. Meedenken over opzet is niet meer nodig, we kunnen direct gaanmeedenken in de redactie van de bundel.

m. We weten ook dat we in onze kerken deskundigen hebben die gevraagd kunnen worden omnamens onze kerken deel te nemen aan de ISK, aan de redactie van het nieuwe Liedboek,aan mogelijke klankbordgroepen.

n. We vinden dat de contributie die we moeten betalen voor het lidmaatschap, past bij hetbelang dat we in onze kerken (weer meer zijn gaan) hechten aan kwalitatief goedekerkmuziek, en bij het resultaat dat we van het project mogen verwachten.

ResultaatKortom: onze overwegingen waren en zijn vele. We merkten in onze discussies dat de argumentenvan het verleden, van onze eigen bundel, van de samenstelling van de ISK en het huidigeLiedboek, niet zomaar ‘omgaan’ voor de argumenten van het heden, van het feit dat we metdubbele bundels blijven werken, en van de kansen die samenwerking bij het nieuwe Liedboekbiedt.Toch menen we dat we er goed aan doen om mee te werken aan de samenstelling van een nieuwLiedboek. We stellen dus aan de kerken en de generale synode van die kerken voor om deel tegaan nemen aan het project ‘Nieuw Liedboek’ van de ISK. We realiseren ons dat dat een ingrijpendvoorstel is. We realiseren ons ook dat we gaan samenwerken aan een bundel die niet integraaldoor onze kerken gebruikt zal kunnen worden. Maar op basis van onze beschreven overwegingenstellen we van harte voor om deze keus te maken.

VoortgangWanneer de synode instemt met dit voorstel en een verzoek tot lidmaatschap bij de ISK indient,moet de synode vervolgens besluiten nemen over opdrachten aan deputaten t.a.v.:

Page 21: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 21

a. overleg met de ISK over invulling van ons lidmaatschap;b. deelname aan het project ‘Nieuw Liedboek’We denken dat we in de huidige samenstelling van ons deputaatschap, met inschakeling van deervaring en deskundigheid in onze kerken, deze nieuwe taken kunnen oppakken.In schema zien we nu het volgende traject voor ons:2008: GS stelt lijst vast van alle liederen die zijn goedgekeurd

GS besluit om de nieuwe goedgekeurde liederen nog niet uit te geven in bundeltje, maar dekerken voorlopig te laten werken met het huidige nieuwe Gereformeerd KerkboekGS geeft opdracht aan deputaten om met inbreng van de kerken de bundel aan te passen toteen evenwichtige bundel zoals beoogd op de GS Leusden 1999GS geeft opdracht om deel te gaan nemen aan de vernieuwing van het Liedboek

2011: deputaten stellen definitief Gereformeerd Kerkboek voordeputaten rapporteren over het werk aan het nieuwe Liedboek, over de verwachtingen diewe daarvan kunnen hebben en wat dat betekent voor ons eigen Kerkboekdeputaten doen afhankelijk daarvan voorstel om te wachten op nieuwe Liedboek of te komentot definitieve uitgaven van Gereformeerd KerkboekGS neemt hierover besluiten

2014: deputaten doen voorstellen m.b.t. ingebruikname van nieuwe LiedboekGS neemt hierover besluiten en in verband daarmee ook over de uitgave van het nieuweGereformeerd Kerkboek

Concreet betekent dat dat we de synode adviseren om nu pas op de plaats te maken t.a.v.uitgaven van nieuwe liederen en nieuw Kerkboek en daarover pas op z’n vroegst in 2011 eenbeslissing te nemen. Dat zal voor eerst ook een stuk rust in de kerken geven en ruimte om van hethuidige Kerkboek goed gebruik te gaan maken.

5.4.4 Psalmen voor Nu

Tijdens de besprekingen op de vorige synode kwamen ze wel ter sprake: de Psalmen voor Nu.Maar de synode gaf deputaten geen opdracht te onderzoeken en aan de synode voor te stellen ofen hoe die nieuwe berijmingen van de Psalmen op popmelodieën in onze erediensten gezongenkunnen worden.Door een brief van het team ‘Psalmen voor Nu’ kregen we dit project wel onder ogen (zie bijlage X).Maar gezien onze opdracht konden we er niet meer werk van maken dan een korte bespreking eneen advies aan de synode.Onze indruk is dat door deze Psalmen wordt opgevangen wat door velen wordt ervaren als eenleemte in of zelfs een gevaar van de enorme hoeveelheid Opwekkingsliederen. In taal en toon vanen voor mensen in de huidige tijd en cultuur (criterium 3) worden alle 150 eeuwenoude bijbelsePsalmen integraal en zeer zorgvuldig berijmd en op muziek gezet. Wat het team schrijft over dewaarde van de Psalmen én de zorgvuldigheid van een vernieuwingsproces onderschrijven wij. Enhet is o.i. terecht dat het team wijst op de ingang die een aantal van deze Psalmen nu al hebben inonze kerken en kerkdiensten, omdat ze goed te zingen zijn, ook met begeleiding door piano enorgel.Het team beveelt in de brief met redenen omkleed een aantal Psalmen aan. Daarmee laten ze ziendat en welke Psalmen voor Nu direct in gebruik genomen zouden kunnen worden. We hebben alskerken echter afgesproken dat we in de erediensten alleen zingen die liederen die door de synodezijn goedgekeurd. Dat zou betekenen dat we als kerken ook de Psalmen voor Nu moeten gaanbeoordelen voordat ze gezongen kunnen gaan worden.Dat lijkt ons echter niet verstandig. Het vergt waarschijnlijk opnieuw een heel traject om tot goedebeoordeling en besluitvorming te komen, waaraan in onze kerken na het huidige grote project‘nieuwe gezangenbundel’ weinig behoefte zal zijn.Het lijkt ons ook niet nodig: het project is duidelijk omschreven in z’n doelstellingen en werkwijze,en daarom volgens ons als geheel te beoordelen. Als duidelijk wordt dat de opzet van het projectnieuwe Psalmen oplevert die goed aansluiten bij de oorspronkelijke Psalmen én bij de huidige taalen cultuur, kunnen o.i. alle Psalmen voor Nu worden vrijgegeven voor gebruik in onze erediensten.

Daarom adviseren wij de synode om over de Psalmen voor Nu te besluiten:1. deputaten opdracht te geven nader onderzoek te doen naar dit project en aan de volgende

synode te rapporteren of de Psalmen voor Nu in de erediensten gezongen kunnen worden;2. dat kerken die dat willen, nu al gebruik kunnen maken van de Psalmen voor Nu. In lijn met

de goedgekeurde onberijmde Psalmen zingen de Psalmen voor Nu ook de hele tekst van de

Page 22: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 22

Psalm in één lied. Om deze Psalmen verantwoord te gebruiken in de dienst kan gebruikworden gemaakt van de aanbevelingen die de synode doet t.a.v. het gebruik van de zgn.Opwekkingsliederen.

6. CONCEPTBESLUITEN

Op grond van het voorgaande formuleren we de volgende conceptbesluiten.

Besluit 1:

deputaten kerkmuziek decharge te verlenen en hen te danken voor het vele werk dat zijverricht hebben.

Besluit 2:

a. de 69 liederen uit het Liedboek voor de Kerken die conform de opdracht van de GSAmersfoort-Centrum 2005 aan de kerken zijn gepresenteerd, in eerste lezing goed te keuren;

b. eveneens in eerste lezing goed te keuren de 20 liederen uit eigen kring en de 51 liederen uitandere bronnen die conform diezelfde opdracht aan de kerken zijn aangeboden;

c. de 55 liederen uit het Liedboek voor de Kerken die door de GS Amersfoort-Centrum 2005 ineerste lezing zijn goedgekeurd, in tweede lezing goed te keuren;

d. de 49 liederen uit eigen kring en uit andere bronnen die in eerste lezing zijn goedgekeurddoor de GS Amersfoort-Centrum 2005 en zijn uitgegeven in het nieuwe GereformeerdKerkboek, in tweede lezing goed te keuren en vrij te geven voor gebruik in de eredienst.

Besluit 3:

a. het in de eredienst zingen van liederen uit de bundels ‘Opwekking’ over te laten aan deverantwoordelijkheid van de plaatselijke kerken;

b. voor de invulling van die verantwoordelijkheid aan de kerken de volgende aanbevelingen tedoen:1. zoals bij alle zaken van liturgie en kerkmuziek wordt rekening gehouden met de

samenstelling van de gemeente en met binnen de gemeente levende wensen t.a.v.het gebruik van liederen uit de bundels ‘Opwekking’. In overleg met de gemeenteworden hierover duidelijke afspraken gemaakt;

2. uit de totale invulling van de ‘psalmbriefjes’ voor de erediensten (niet elke eredienstafzonderlijk) wordt voor leden en gasten van de gemeente duidelijk:a. dat de 150 Psalmen de belangrijkste bron blijven voor onze gezongen omgang

met God;b. dat we een eigen Gereformeerd Kerkboek hebben en gebruiken om samen

vorm te geven aan de eredienst;c. dat de liederen uit de bundels ‘Opwekking’ naast de Psalmen en Gezangen

gebruikt worden in bijzondere diensten of op momenten in de gewone liturgiewaarop ze wat taal en toon betreft goed passen;

3. wat de keuze van deze liederen betreft is het vanwege de eenheid van stijl beter om tevariëren tussen diensten dan te variëren binnen diensten: beter zo nu en dan eendienst met overwegend opwekkingsliederen, dan in één dienst wisselen tussenGeneefse Psalmen, eigentijdse kerkmuziek en populaire opwekkingsnummers;

4. wanneer deze liederen niet goed begeleid kunnen worden, is het beter om ze niet tegebruiken.

Gronden:

1. deputaten hebben in rapport en bijlage t.a.v. de zgn. Opwekkingsliederen duidelijk gemaaktwaarom het bij deze liederen past om af te wijken van de regel van art. 67 KO;

2. de bedoeling van art. 67 KO wordt gehandhaafd door het doen van aanbevelingen die hetgoede gebruik van deze liederen bevorderen;

3. uit de aanbevelingen wordt duidelijka. dat de liturgie een zaak van de gemeente als geheel is;

Page 23: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 23

b. dat de gemeente uit verschillende mensen bestaat, die op verschillende manierenuiting geven aan hun omgang met God (1 Kor. 14);

c. dat de gemeente niet alleen in de ‘moderne’ taal van ‘opwekking’, maar ook in de taalvan het voorgeslacht en in de taal van de Psalmen uiting geeft aan haar geloof in enomgang met God;

d. dat het criterium ‘stijl en kwaliteit’ voor de liederen in de nieuwe gezangenbundel ookmoet blijven gelden voor het gebruik van die liederen in de eredienst.

Besluit 4:

opnieuw deputaten kerkmuziek te benoemen en hun op te dragen de resterende liederenvan het Liedboek voor de Kerken die nog niet door deputaten zijn gepresenteerd (de zgn. b-categorie) of door de synode beoordeeld (de zgn. a-categorie die door de GS Leusden 1999en de GS Zuidhorn 2002-2003 werden ‘geparkeerd’) te beoordelen en aan de volgendesynode te presenteren; daarbij rekening te houden met de samenstelling van de definitievebundel.

Gronden:

1. het is zaak van zorgvuldig beleid dat bij de afronding van het project duidelijk wordt welkeliederen uit het Liedboek voor de Kerken wel en niet in onze erediensten gebruikt kunnenworden;

2. omdat er geen toestemming komt om die liederen in onze eigen bundel op te nemen, zullenwe een uitgave van het Liedboek blijven gebruiken met daarin een totaallijst van liederen dieeruit gezongen kunnen worden.

Besluit 5:

a. bij de ISK het verzoek in te dienen om als kerken lid te mogen worden en zo ook deelkunnen nemen aan de samenstelling van het nieuwe liedboek

b. deputaten kerkmuziek opdracht te geven om met de ISK te overleggen over alles watlidmaatschap en deelname aan het project betreft en aan de volgende GS te rapporteren1. hoe het lidmaatschap en de deelname aan het project vorm heeft gekregen2. hoe we als kerken op de hoogte blijven van de ontwikkelingen3. op welke termijn we welk resultaat kunnen verwachten4. wat dat betekent voor de samenstelling en de uitgave van ons eigen Gereformeerd

Kerkboek

Gronden:

1. we maken als kerken gebruik van een groot deel van het huidige Liedboek voor de Kerkenen constateren dat die bundel vervangen gaat worden;

2. we zijn al enige jaren actief om een nieuwe gezangenbundel samen te stellen. Daarbijhebben we ervaren hoezeer we als kleine kerken zijn aangewezen op dichterlijke enmuzikale gaven en kerkmuzikale deskundigheid in andere kerken. En we hebben eigendeskundigheid en ervaring opgebouwd in het samenstellen van een nieuwe gezangenbundelvoor mensen in deze tijd en cultuur. Met die eigen ervaring én afhankelijkheid van anderenwillen we werken aan de samenstelling van een nieuw Liedboek voor de Kerken;

3. dit project van de ISK gaat lopen terwijl ons eigen project om een nieuwe gezangenbundelsamen te stellen bijna is afgerond. En zoals we niet van alle liederen in het Liedboek gebruikmaken, zullen we naar verwachting ook niet alle liederen uit het nieuwe Liedboek kunnengebruiken. Daarom is het goed dat deputaten kerkmuziek de kerken goed op de hoogtehouden van de ontwikkeling van het project ‘Een nieuw liedboek’ en de consequentiesdaarvan voor onze eigen bundel.

Besluit 6:

a. de lijst van liederen die door voorgaande en deze synode zijn goedgekeurd, vast te stellenals conceptgezangenbundel;

b. deputaten op te dragen deze uit te werken tot een definitieve gezangenbundel, en daarbij

Page 24: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 24

1. te werken conform de contouren voor die bundel die door de GS Leusden 1999 zijnvastgesteld;

2. rekening te houden met de reacties die door de synode en de kerken zijn gegeven ennog gegeven worden op de huidige lijst goedgekeurde liederen en op het voorstelt.a.v. de 41 gezangen uit het oude Gereformeerd Kerkboek;

3. wanneer dat voor de samenstelling van de bundel gewenst is, liederen te selecterenuit het depot van nog ingezonden liederen of uit andere bronnen;

4. indien nodig dichters en musici uit eigen kring te vragen om nieuwe liederen teschrijven voor rubrieken of thema’s die in het geheel van de bundel onderbelichtblijven;

5. de aan de bundel toe te voegen liederen met redenen omkleed aan de volgendesynode te presenteren;

6. duidelijk te maken dat en waarom bepaalde liederen niet in de definitieve bundelworden opgenomen.

Besluit 7:

deputaten verder op te dragen:a. de kerken te ondersteunen bij het in gebruik nemen van de nieuwe liederen;b. het rapport ‘Regeling Kerkmuziek’ dat deputaten aan de kerken hebben aangeboden als

handreiking bij aanstelling van en omgang met hen die de muzikale onderdelen van deeredienst verzorgen, onder de aandacht van de kerken te blijven brengen;

c. in overleg met de sectie communicatie van deputaten GSP te zoeken naar mogelijkhedenom de betrokkenheid van de kerken bij de afronding van het project zo veel mogelijk tebevorderen.

Besluit 8:

deputaten ook op te dragen:a. met deputaten eredienst van tijd tot tijd te overleggen over het werk en met hen samen te

werken aan opdrachten die daarvoor in aanmerking komen;b. met deputaten eredienst te overleggen over samenvoeging van de beide deputaatschappen

na de volgende synode;c. de contacten die gelegd zijn met de Christelijke Gereformeerde Kerken en de Nederlands

Gereformeerde Kerken te onderhouden;

Besluit 9:

ten aanzien van de ‘Psalmen voor Nu’a. deputaten op te dragen onderzoek te doen naar de opzet, doelstellingen en uitwerking van

het project ‘Psalmen voor Nu’ om te beoordelen of deze Psalmen gezongen kunnen wordenin de erediensten, en hierover aan de volgende synode een voorstel te doen;

b. kerken die deze Psalmen al (willen) gebruiken in bijzondere erediensten, te wijzen op deaanbevelingen die de synode heeft gedaan t.a.v. het gebruik van liederen uit de bundels‘Opwekking’ (zie Besluit 3).

Page 25: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 25

BIJLAGEN

BIJLAGE I

Tekst van het synodebesluit t.a.v. het rapport deputaten kerkmuziek

De GS Amersfoort-Centrum 2005 besloot t.a.v. het rapport deputaten kerkmuziek (Acta art. 91):

Besluit 1:

deputaten kerkmuziek decharge te verlenen en hen te danken voor het werk dat zij verrichthebben.

Besluit 2:

verder te werken aan de uitgave van een gezamenlijke gezangenbundel. Deze zal de bundelvan 41 gezangen die is vastgesteld door de Generale Synode van Heemse 1984-1985,vervangen. In dit project worden de contouren en de werkwijze gevolgd die door de GeneraleSynode van Leusden 1999 zijn vastgesteld; met als tijdpad, vastgesteld door de GeneraleSynode van Zuidhorn 2002-2003:2005-2008: deputaten ronden hun selectie van liederen af door nogmaals 120 liederen tepresenteren uit het Liedboek voor de kerken, liederen uit eigen kring en liederen uit anderenbronnen, en doen voorstellen over de samenstelling van een evenwichtige en afgerondegezangenbundel;2008: de generale synode stelt de door deputaten voorgestelde liederen in eerste lezing vasten tevens in tweede lezing de liederen die door de Generale Synode van Amersfoort-Centrum 2005 in eerste lezing zijn vrijgegeven. Ook stelt de generale synode de bundel ineerste lezing vast;2011: de generale synode stelt de bundel in tweede lezing vast;2011 en daarna: deputaten blijven in dienst aan de kerken faciliterend bezig door geschiktenieuwe liederen één keer per zes jaar aan de synode te presenteren als aanvulling op delijst; over de daarbij te volgen procedure wordt te zijner tijd een besluit genomen;

Gronden:

1. weliswaar was slechts door één Particuliere Synode gevraagd om onderzoek naar dewenselijkheid en mogelijkheid van uitbreiding van de gezangenbundel, maar de GeneraleSynode van Ommen 1993 (Acta, art. 46, besluit 1, grond 2.4) zag voor haar besluit o.a. ookgoede redenen in wat al was opgemerkt bij de laatste herziening van de gezangenbundel.En mee op grond van “de overtuigende wijze” waarop studiedeputaten eredienst “studiehebben gemaakt van en gerapporteerd over de wenselijkheid van uitbreiding van degezangenbundel” (Acta Generale Synode van Berkel en Rodenrijs 1996, art. 64, grond 1)besloten de kerken tot dit project;

2. nu het project in de eindfase komt en deputaten daarmee ook rekening hebben gehouden bijde presentatie van hun selectie, dient het de voortgang en de afronding ervan om hetafgesproken tijdpad te blijven volgen;

3. de nog resterende tijd is nodig om tot een goed eindresultaat te komen;4. de verzoeken om niet meer liederen te laten selecteren, zijn veelal gebaseerd op onjuiste

informatie:a. het grote aantal vrijgegeven liederen is gevolg van de keuze om eerst te selecteren

wat geschikt is voor de eredienst en daarna uit die geschikte liederen een bundelsamen te stellen. In dat selectieproces hebben deputaten een enorme voorraadgeschikte liederen aangetroffen uit de schat der eeuwen en van hedendaagse dichtersen musici; het project heeft daarom vanaf het begin ook het karakter van eeninhaalslag;

b. de liederen die door de synode zijn vrijgegeven, hoeven niet meer door de kerken teworden getoetst: dat zou inderdaad per periode tussen synodes teveel zijn gevraagd;

c. niet alle vrijgegeven liederen moeten in alle kerken en door alle kerkleden geoefend,gekend en gewaardeerd worden: de kerken geven samen een gezangenbundel uitwaarvan gebruik gemaakt moet kunnen worden door verschillende kerken, bij

Page 26: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 26

verschillende gelegenheden, rekening houdend met verschillen tussen kerkleden (vgl.de contouren van de bundel, beschreven in Acta GS Leusden, art. 58, besluit 2);

d. de synode weet, evenals voorgaande synodes, via brieven van gevoelens van onrusten van de pijn van scheiding mee als gevolg van dit proces. Bekend is echter ook datkerken en kerkleden dankbaar van de beschikbaar gekomen schat aan liederengebruik maken en daarbij zorgvuldig omgaan met de gevoelens die binnen degemeente leven;

5. het project heeft een ‘open einde’ na 2011, “om niet voorbij te gaan aan hetgeen als vruchtvan het werk van de Heilige Geest op het terrein van het kerklied ook in later tijd tot standkomen kan (vergelijk Acta GS Berkel en Rodenrijs, art. 64, grond 4.3.1)”. Daarom “moet erook na uitgave van een nieuwe bundel ruimte blijven voor het goedkeuren van nieuweliederen en het vrijgeven daarvan voor gebruik in de eredienst” (Acta GS Leusden, art. 60,grond 10).

Besluit 3:

opnieuw deputaten kerkmuziek te benoemen en hun op te dragen verder te werken aan deselectie van liederen door:

a. uit de rest van de reeds eerder geselecteerde 134 liederen en de geselecteerde liederen uitde b-categorie als bedoeld in art. 61, besluit 1, Acta GS Leusden, uit het Liedboek voor deKerken 60 liederen aan de synode te presenteren;

b. als adres te fungeren voor inzendingen van nieuwe liederen, de ontvangst van die liederen tebevestigen en het maken van nieuwe liedteksten en -melodieën te stimuleren; waar nodigvoor de evenwichtige samenstelling van de bundel ook dichters en musici uit te nodigen overeen specifiek thema een nieuw lied in te dienen;

c. de selectie van liederen uit eigen kring die reeds zijn of nog worden ingezonden, af teronden;

d. de selectie van liederen uit andere bronnen af te ronden. T.a.v. liederen uit het evangelicalerepertoire, in het bijzonder de liederen uit de bundels 'Opwekking', een antwoord teformuleren op de vragen gesteld op pag. 15 van het rapport, en aan de hand van datantwoord een voorstel te doen over het al of niet op de lijst zetten van liederen uit dit genre;

e. met de in aanmerking komende liederen uit de opdrachten c. en d. te handelen conform deaangenomen werkwijze 1-3 (Acta GS Leusden, art. 60);

f. de toelichtingen bij alle aan te bieden liederen het karakter te geven van een pleidooi; daarbijook de eventuele zwakke of discutabele trekken van een lied onder ogen te zien.

Gronden:

1. gegevena. de afspraak dat we als kerken samen vaststellen welke liederen we zingen in de

eredienst;b. de koersbepaling waarin we hebben afgesproken dat daarvan bij uitzondering mag

worden afgeweken;c. de groeiende praktijk van het zingen van Opwekkingsliederen in onze kerken;is het van belang dat antwoord wordt gegeven of en zo ja, hoe en welke Opwekkingsliederengeschikt zijn om in onze erediensten gezongen te worden;

2. nu het project z’n afronding nadert en uit de vrijgegeven en nog te selecteren liederen eenbundel moet worden samengesteld, zijn de kerken gebaat bij een toelichting waarom dezeliederen zijn geselecteerd en/ of moeten worden opgenomen in de bundel.

Besluit 4:

deputaten op te dragen te komen tot een voorstel voor de toekomstige gezangenbundel,gelet op de complete lijst van gezangen die door de generale synoden zijn of nog wordengoedgekeurd; daarbij in rekening te brengen welke liederen met name instemming, ingangen gebruik hebben gevonden.

De contouren voor de bundel zien eruit als volgt:1. een indeling in de rubrieken (17) van het Liedboek voor de Kerken;

Page 27: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 27

2. per rubriek een aantal liederen dat de mogelijkheid biedt om zoveel te variëren als perrubriek nodig geacht kan worden (meer liederen voor de Kersttijd dan voor Hemelvaart, meervoor doop en avondmaal dan voor de jaarwisseling);

3. een introductie en registers die het gebruik van de bundel bevorderen.

De liederen voor deze bundel zullen worden geselecteerd uit:1. de huidige 41 gezangen in het Gereformeerd Kerkboek, waarbij in rekening wordt gebracht

dat veel van deze gezangen breed gewaardeerd worden;2. de liederen in het Liedboek voor de Kerken en in de bundel 90 gezangen die in 2e lezing voor

gebruik zijn vrijgegeven;3. de liederen die door deze en de komende synode worden vrijgegeven.

In de bundel komt ook een lijst te staan van liederen die wel door synodes zijn vrijgegevenvoor gebruik, maar die niet in de bundel zijn opgenomen. Van de liederen op deze lijst geldtdat ze ook in erediensten gezongen mogen worden (bijv. gepresenteerd via beamer ofgekopieerd in een liturgieboekje).

Gronden:

1. deze contouren voor de bundel zijn (meer gedetailleerd) vastgesteld door de GS Leusden,Acta art. 58, besluit 2;

2. dat het aantal liederen in deze bundel het aantal psalmen mogelijk zal overtreffen, is niet integenspraak met de uitspraak “dat het onze bedoeling niet is dat de gezangen de psalmen inde erediensten en in het hart van de gelovigen verdringen” , Acta GS Zuidhorn, art. 89,besluit 11. De psalmen behouden hun plaats in de erediensten en in het hart van gelovigenomdat voorgangers ze opnemen in de liturgie en kerkenraden daarop toezien.

Besluit 5:

deputaten verder op te dragen:a. de liederen uit te laten geven in een bundel en te presenteren via internet en/ of cd-rom; de

kerken te dienen met informatie over de wijze waarop de liederen die de synode nu vrijgeeft,kunnen worden geïntroduceerd;

b. het rapport ‘Regeling Kerkmuziek’ dat deputaten aan de kerken hebben aangeboden alshandreiking bij aanstelling van en omgang met hen die de muzikale onderdelen van deeredienst verzorgen, onder de aandacht van de kerken te blijven brengen.

Gronden:

1. terecht is gewezen op het belang van de uitgave van een bundel voor de introductie van devrijgegeven liederen en het gebruik ervan in de huiselijke eredienst;

2. deputaten zijn niet verantwoordelijk voor het uitgeven van begeleidingsmateriaal, maarkunnen kerken wel dienen met informatie daarover en erop letten of goedbegeleidingsmateriaal beschikbaar is of komt en blijft;

3. voor een goede kennismaking met en gebruik van de nieuwe liederen is o.a. goedebegeleiding van de gemeentezang noodzakelijk. Daarom is het van belang de aandacht vande kerken te blijven vragen voor het rapport ‘Regeling Kerkmuziek’.

Besluit 6:

deputaten op te dragen:a. met deputaten eredienst een samenvoeging van beide deputaatschappen door de komende

generale synode voor te bereiden; in elk geval jaarlijks overleg te voeren over dezesamenvoeging en over andere opdrachten die daarvoor in aanmerking komen;

b. de contacten die gelegd zijn met de Christelijke Gereformeerde Kerken en de NederlandsGereformeerde Kerken te onderhouden;

c. bij eventuele voortgaande selectie van meer gezangen uit het Liedboek voor de Kerken deselectie die goedgekeurd is in de CGK en de NGK, mee te laten wegen;

Page 28: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 28

d. overleg te plegen met de Interkerkelijke Stichting voor het Kerklied over het Liedboek voor deKerken, zodat op de volgende generale synode kan worden gerapporteerd of een selectie uithet Liedboek voor de Kerken mag worden opgenomen in de nieuwe gezangenbundel.

Gronden:

1. in de komende jaren wordt de nieuwe liedbundel afgerond. Ook op het terrein van eredienstzijn de afgelopen jaren veel taken afgerond. In 2008 kunnen de deputaatschappen erediensten kerkmuziek worden samengevoegd;

2. o.a. voor opname in de bundel van liturgische gezangen (gezongen elementen in de liturgie),is overleg met deputaten eredienst nodig;

3. contacten met de CGK en de NGK zijn o.a. van belang in het overleg over mogelijkebetrokkenheid bij het project Liedboek 2000 (zie besluit 7);

4. hoewel de kerkmuzikale afspraken en praktijk in genoemde kerken sterk verschillen van diein onze kerken, is steeds gevraagd aan synodes en aan deputaten opgedragen om bij deselectie van liederen en de samenstelling van de bundel rekening te houden met de selectiesdie in deze kerken zijn goedgekeurd;

5. het is van belang nu het laatste traject op de weg naar de definitieve gezangenbundel begint,duidelijkheid te krijgen over eventuele toestemming om een selectie uit Liedboek voor deKerken op te nemen in het Gereformeerd Kerkboek.

Besluit 7:

deputaten op te dragen om door middel van gerichte vragen aan de kerkenraden, de meningen visie van kerken en kerkleden te inventariseren over de liederen die tot nu toe zijnvrijgegeven en te vragen welke gezangen/ liederen men opgenomen zou willen zien in denieuwe gezangenbundel; daarbij ook na te gaan welke eventuele hiaten enonevenwichtigheden in het totaal van deze liederen worden aangetroffen; en verder inoverleg met de sectie communicatie van deputaten GSP te zoeken naar mogelijkheden omde betrokkenheid van de kerken bij het project zo veel mogelijk te bevorderen.

Grond:

wat door briefschrijvers aan de synode is voorgelegd, maakt duidelijka. dat de kerken gebaat zijn bij helderheid over het project en het gebruik van de liederen;b. dat het eindresultaat erbij gebaat zal zijn dat deputaten goed te horen krijgen wat kerken en

kerkleden van de nieuwe bundel verwachten.

Besluit 8

ten aanzien van Liedboek 2000 deputaten op te dragen:a. te blijven onderzoeken of er mogelijkheden komen voor onze kerken om betrokken te zijn bij

het project Liedboek 2000;b. als de kerken uitgenodigd worden om aan dit project deel te nemen, in eerste instantie niet

meer dan een voorlopige positie in te nemen;c. aan de volgende synode te rapporteren wat de uiteindelijke doelstellingen van dit project

worden, en of er mogelijkheden zijn om eraan deel te nemen en binnen welke kaders en metwelk te verwachten resultaat we dat kunnen doen.

Gronden:

a. in het tijdpad hebben we afgesproken ook na 2011 met het werk aan kerkmuziek verder tegaan;

b. als kleine kerken in dit land zijn we erbij gebaat in zo’n veelomvattend werk als kerkmuziekmee te kunnen profiteren van en mee te kunnen werken aan wat er door andere kerken,dichters en musici wordt gedaan.

Page 29: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 29

BIJLAGE II

Overzicht van de selectie en besluitvorming over liederen in de GK sinds 1985

De GS Berkel en Rodenrijs 1996 gaf deputaten kerkmuziek opdracht om zo spoedig mogelijk meteen royale bundel te komen. En de werkafspraak was dat deze door deputaten gepresenteerdeliederen in de diensten mochten worden gezongen om ze te ‘beproeven’, vanuit de gedachte: ‘theproof of the pudding is in the eating’.Deputaten startten bij het Liedboek, gaven per persoon een eerste oordeel per lied (nl.: a = goed; b= nog bespreken; c = afgekeurd), bespraken die oordelen in 3 subcommissies en brachten dieuiteindelijk samen, zodat aan elk Liedboeklied een ‘code’ hing van 3 letters: a, b en c. Alle liederendie 3 maal ‘a’ hadden, waren dus goedgekeurd en konden aan de kerken worden gepresenteerd.Dat waren er 255 van de 491. En in overleg met de ISK werd daarom besloten om een proefbundelvan het Liedboek uit te geven, waarin met toelichting door deputaten een lijst van die 255 liederenwas opgenomen.

De GS Leusden 1999 besloot echter, gehoord vele bezwaren vanuit de kerken tegen dezeprocedure, om toch als synode alle liederen te gaan beoordelen. Ze vroeg daarom aan deputatenom een keus uit de 255 liederen te maken en die liederen van een toelichting te voorzien, zodat desynode ze kon beoordelen. Deputaten kozen 131 liederen en presenteerden die met toelichting aande synode. Van die 131 keurde de synode er 121 goed, gaf de andere 10 terug om nog eens tebeoordelen, en besloot dat die 10 samen met de 124 niet gepresenteerde liederen, “metterughoudendheid” gezongen mochten blijven worden in de kerken. Opdracht voor de nieuwedeputaten was om die 134 opnieuw te bekijken en met toelichting aan de volgende synode voor teleggen.Deputaten hebben die opdracht uitgevoerd. 3 van de 134 liederen vielen af gezien de ingebrachtebezwaren ertegen, de overige 131 werden van een toelichting voorzien en aan de GS tergoedkeuring voorgelegd. Ondertussen begonnen deputaten ook aan de beoordeling van dezogenaamde liederen uit de b-categorie: alle liederen die bij de eerste beoordeling 1 of meer ‘b-tjes’ hadden gekregen (of mogelijk 1 ‘c-tje’; liederen met vooral ‘c-tjes’ behoren tot de c-categorie).Maar deputaten besloten om de door hen goedgekeurde liederen uit deze categorie nog niet aande synode te presenteren, gezien a. het grote aantal al te presenteren Liedboekliederen (131), enb. de eerste liederen uit eigen kring en andere bronnen die ook aan de synode gepresenteerdzouden worden.

De GS Zuidhorn 2002-2003 beoordeelde bezwaren tegen de 121 in eerste lezing goedgekeurdeliederen, en keurde er 117 definitief goed. De synode besloot vervolgens om de opnieuwgepresenteerde 131 liederen uit de a-categorie niet te beoordelen. Het besluit om ze door dekerken “met terughoudendheid” te laten zingen, werd gehandhaafd. Verder besloot de synode datper periode tussen de twee volgende synodes 60 liederen uit het Liedboek gepresenteerd mochtenworden. In totaal zouden er dus tot 2008 nog 120 liederen bij komen, terwijl er sinds Leusden al134 liederen nog niet goedgekeurde liederen uit het Liedboek worden gezongen in de kerken, zijhet “met terughoudendheid”.

Door de GS Amersfoort-C 2005 zijn vervolgens 55 liederen goedgekeurd, aan de GS Zwolle-Zuidworden door ons zo’n 60 liederen gepresenteerd. Blijft over dat een aantal liederen die“terughoudend worden gezongen” en een flink aantal liederen die nog niet door deputaten zijngepresenteerd, nog niet door een synode zijn beoordeeld.Vandaar dat we in ons rapport voorstellen dat deputaten in de komende periode het hele Liedboeknog eens doornemen aan de hand van de selectiegeschiedenis tot nu toe. Vervolgens kunnen zede nog niet beoordeelde liederen alsnog beoordelen en aan de volgend synode een definitiefvoorstel doen welke Liedboekliederen wel en welke niet in onze kerkdiensten gezongen mogenworden.

Page 30: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 30

SELECTIEGESCHIEDENIS IN SCHEMA:

Jaar Actie ‘Bron’ Totaal

LvdK luek luab

1985 GS Heemse stelt Gezangenbundel vast 41

1993 GS Ommen geeft opdracht tot onderzoek

1995 Rapport studiedeputaten: bundel uitbreiden

1996 GS Berkel: deputaatschap, criteria, werkwijze, en:draagt op z.s.m. te komen met “royale bundel”

1996v Deputaten beoordelen alle Liedboekliederen:a = akkoord: 255;b = bespreken: 182;c = afgewezen: 54

1998 Uitgave proefbundel 255 296

1999 GS Leusden wil temporiserenDeputaten selecteren 131 uit 255 – met toelichtingenGS Leusden- geeft 121 LvdK vrij- laat 134 LvdK “met terughoudendheid” zingen- vernieuwt werkwijze en stelt criteria bij- draagt op: voortgaan met LvdK, ook b-categorie- draagt op: prioriteit bij luek en luab

121 162(+134)

1999v Deputaten- presenteren 3 LvdK-liederen niet opnieuw- presenteren 131 overige met toelichting- selecteren 67 LvdK-liederen uit b-categorie, maar

presenteren die nog niet- maken selectie van 90 uit zo’n 450 luek- presenteren 36 luek- oriënteren zich op vele luab, m.n. E&R-bundels- presenteren 67 luab

2002 GS Zuidhorn- wijst 4 van 121 LvdK af, stelt 117 vast- beoordeelt 131 LvdK niet- handhaaft: 131 LvdK “met terughoudendheid”- keurt 35 luek goed- keurt 55 luab goed- verruimt tijdpad tot 2011 en besluit:

nog 2 periodes 120 liederen selecterenin evenredige verdeling: 60 LvdK, 60 luek/ luab

117

3555

158

(+131)193248

2003 Uitgave bundel Negentig Gezangen

2003v Deputaten- selecteren 2 x 60 LvdK uit a- en b-categorie- presenteren 60 LvdK- presenteren 20 luek- selecteren en presenteren 40 luab

2005 GS Amersfoort- keurt 90 luek/ luab in tweede lezing goed- keurt 55 LvdK in eerste lezing goed- keurt 13 luek goed- keurt 36 luab goed

+ 55+ 13

+ 36

303316352

2006 Uitgave nieuw Gereformeerd Kerkboek

Page 31: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 31

2007 Deputaten- presenteren 60 LvdK uit a- en b-categorie- presenteren 20 luek- selecteren en presenteren 48 luab- doen voorstel over opwekkingsliederen- doen voorstel over samenstelling bundel

2008 GS Zwolle-Zuid- keurt nieuwe 55 + 13 + 36 in tweede lezing goed- geeft +/- 120 liederen in eerste lezing vrij- stelt bundel in eerste lezing vast

+ 60 + 30 + 30 +/-472

2011 GS ? stelt bundel in tweede lezing vast: rest op lijst B ? L ?

IN KOLOMMEN:

GK Selectie uit bronnen: Goedkeuring door synodes:

LvdK Luek Luab 1984 1996 1999 2002 2005 2008 2011

Heemse Paar 41

Berkel Royaal

Depp 255

Leusden 121

Depp 131 36 67

Zuidhorn 117+90

Depp 60 20 40

Amersfoort + 104

Depp 60 20 48

GS Zwolle + 120

Bundel ?

Lijst ?

Totaal 41 ? 162 248 368 488 ?

Page 32: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 32

IN GRAFIEK

NB: in deze grafiek zijn de getallen van 2008 en 2011 getallen ‘bij benadering’. De synode moet in2008 nog beslissen hoeveel liederen erbij komen. En de synode van 2011 stelt vast welke van dieliederen in de uiteindelijke bundel komen en welke dus op de lijst. De kolommen van 2011 zijn dusvooral erg onzeker: mogen er wel Liedboekliederen in onze bundel, en hoeveel van de oude 41gezangen komen in de bundel en hoeveel op de lijst?

Geschiedenis gezangenbundel

41 41 41 41 41 4121 20

255

121 117

172

232

116 116

35

48

78

39 39

55

91

121

61 60

0

50

100

150

200

250

300

350

400

450

500

1984 1998 1999 2002 2005 2008 2011 B 2001 L

Luab

Luek

LvdK

Gezangen

Page 33: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 33

BIJLAGE III

Lijst van 69 liederen uit het Liedboek voor de Kerken

22 De wijsheid van voor alle tijden33 O alle gij dorstigen35 Scheur, Heer, de heemlen, scheur ze wijd37 Zo sprak de Heer der legerscharen41 De Here, de heerser der aarde67 God zij geloofd uit alle macht71 Jezus, wandlend langs de wegen85 De hemel is opgesprongen86 De wereld is van Hem vervuld88 Mijn God, gewapend tot de tanden

100 Er heeft een stem gesproken105 Christus heeft voor ons geleden108 Wees niet verbaasd als u de wereld haat112 Als koning opgetreden121 God lof! Nu is gekomen129 Geen kracht meer om te leven147 Looft God, gij christnen, maakt Hem ..150 In den beginne was het woord156 Van ’t vroeglicht van de dageraad158 Christus met eer gekroonde168 O Jezus Christus, licht ze bij182 Jezus leven van ons leven187 Daar gaat een lam en draagt de schuld193 O wereld, zie uw leven194 Dag zo bitter en zo goed196 De Heer wil ik prijzen197 De dag rijst rood in het verschiet200 Heerlijk verschenen is de dag216 Laat groot en klein218 Ik zeg het allen, dat Hij leeft224 Kondigt het jubelend aan226 Gij die der sterren schepper zijt235 In bidden en in smeken236 De jaarkring brengt ons in zijn keer237 Kom Schepper, Geest, daal tot ons ..

242 Komt laat ons deze dag met heilig vuur244 Christus stoot de hemel open246 Gods adem die van boven kwam249 Wij leven van de wind258 Halleluja, lof zij de Heer286 Geef aan de wereld vrede, Heer301 Wij moeten Gode zingen303 De ware kerk des Heeren304 God is getrouw, zijn plannen falen niet306 Heer, stuur zelf het schip der kerk326 Een rijke schat van wijsheid330 Heb dank, o God van alle leven331 Wij geloven allen in één God334 Here Jezus, wij zijn nu …349 O Vader, trek het lot U aan364 Laat ons als Jezus’ jongren nooit …375 De trouw en goedheid van de Heer383 O Christus die de zonne zijt390 ‘k Wil U, o God, mijn dank betalen399 Wij loven U, o God, belijden u als Heer401 Een vaste Burcht is onze God406 U heb ik lief, mijn God en Heer410 Zingen wij van harte zeer426 Zou ik niet van harte zingen?428 Jezus, mijn verblijden431 Lof zij de Heer, ons hoogste goed443 Liefde Gods, die elk beminnen445 God heeft mij zijn Zoon gegeven449 God enkel licht451 Alle roem is uitgesloten453 Ik weet waar mijn geloven455 Als Hij maar van mij is462 Ontwaak, gij die slaapt484 Waarom moest ik uw stem verstaan?488b Zolang er mensen zijn op aarde

BIJLAGE IV

Toelichtingen bij de liederen uit het Liedboek voor de Kerken

Inleiding op de toelichtingen

De eerste stap in het selectieproces is: voldoet dit lied aan de criteria? De volgende stap is: stellenwe dit lied ook voor? We hebben immers het maximum afgesproken van 60!Bij dit ‘presenteren’ van liederen hebben we een aantal overwegingen. Omdat die overwegingen bijalle liederen een rol spelen, beschrijven we ze hier eerst in het algemeen, ter inleiding op deconcrete toelichtingen, zodat we die ook kort kunnen houden.

Page 34: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 34

1. Heel bepalend voor de keus om een lied te kiezen was de vraag of we het ‘nodig’ hebbenvoor het ‘evenwicht’ in onze nieuwe bundel. Met dat ‘evenwicht’ duiden we aan wat we op deGS Leusden 1999 afspraken: een ‘evenwichtige bundel’. En daarbij denken we aan nieuweén oude liederen, moeilijke én makkelijke melodieën, liederen voor volwassenen énkinderen, meer liederen voor bij het avondmaal dan voor bij de jaarwisseling, etc. Het zoekennaar dat ‘evenwicht’ stuurt onze keuzes. Bijvoorbeeld:1. Misschien hebben we al wel meer liederen die over een thema zingen, maar omdat we

veel momenten in het kerkelijk jaar of in de liturgie hebben waarbij we over dat themazingen, presenteren we dit lied om te zorgen dat we binnen de bundel ruime keushebben.

2. Punt 1 is meestal ook behoorlijk bepalend bij de overweging t.a.v. de taal van het lied.Wij kennen uiteraard de bezwaren tegen ‘veel oude taal in het Liedboek’, ensignaleren dat zelf ook. Eerder werden ‘oud liederen’ gekozen met het argument datwe onze nieuwe bundel samenstellen in lijn met de geschiedenis van het kerklied. Omnaast alle al vrijgegeven liederen nog een lied te presenteren met een oud taalkleed,is nu meer ingegeven door de overweging dat ‘dit lied’ of ‘deze thematiek’ goed pastin het geheel van de bundel die we voor ogen hebben.

2. Een belangrijke vraag die we stellen voor een lied voorstellen is ook: past het bij ‘onze’spiritualiteit? Iedereen weet dat niemand weet wie die ‘onze’ zijn en wat met ‘spiritualiteit’gezegd wordt. En als we al denken het ongeveer wel te weten, is nog de vraag: wat pastdaar dan bij? En vervolgens: past het om een lied aan ‘onze spiritualiteit’ toe te voegen datmisschien op het eerste gezicht niet ‘past’? Bijvoorbeeld Lied 455:1. We zijn niet zo gewend zo innig over Jezus te spreken. Gezang 14 (Jezus leven van

mijn leven) geeft ons soms de toon ervoor aan. Maar dan nog bezingen we zorgvuldigzijn werk voor ons. En het doel ervan is rationeel: “opdat ‘k weten zou in ’t sterven”…Novalis wilde graag wat meer zingen met soul, feeling… En het is waar: als je dat nietwilt, zegt dit lied van hem je niks en ‘kun je er ook niks mee’.

2. Ons zingen is wel eens wat zwart of wit: Himmelhoch jauchzend (Psalm 138) of ZumTode betrübt (Psalm 141). Zodat de een het ene, de ander het andere niet goed“meemaakt”. En als de toon al wat gematigder is, voert de taal van “zo zit het” of “Goddoet” zo de boventoon, dat het gauw strijdbaar, actief en zo klinkt. Wanneer nou eenstot rust komen, zien en zingen: dit ben ik als Hij maar van mij is?

Zo voegen we dus soms een lied aan de selectie toe, waarvan we misschien op het eerstegezicht zeggen: ‘Ach, zo zingen we toch nooit!’ of ‘Daar kan ik niks mee’, maar waarvan wijdenken dat dat lied ons repertoire qua taal of toon terecht verbreedt.

Bij het schrijven van deze toelichtingen is veel gebruik gemaakt van Een Compendium vanachtergrondinformatie bij de 491 gezangen uit het Liedboek voor de Kerken. Amsterdam 1977 (inhet vervolg ‘het Compendium genoemd).

LvdK 22 De wijsheid van voor alle tijden

TyperingEen bijbellied naar Spreuken 8 en 9

AfwegingMooi om een lied te hebben waarin iets uit het Spreukenboek is berijmd. Die zijn er niet zoveel. Ditlied is een lied naar Spreuken 8 en 9, over de wijsheid. Strofe 1 hoort bij Spreuken 8, 1-3; in destrofen 2, 3,en 4 is de wijsheid zelf aan het woord. Deze strofen zijn een soort samenvatting, eenvrije en persoonlijke parafrase van de dichterlijke tekst van Spreuken 8, 4-36; de eerste 6 verzenvan Spreuken 9 horen we terug in de strofen 5 en 6.Het is niet een lied dat te pas en te onpas in eredienst gezongen zal worden, maar een preek overdit bijbelgedeelte is voldoende aanleiding om dan ook dit lied te zingen.

De melodie, een beetje ‘statige, marsachtige melodie’, zoals de componist het zegt, moet niet echtvlug gezongen worden, dan wordt het rommelig. Regel 3 en 4 zijn duidelijk verwant aan de eerstetwee regels, en de regels 5 en 6 zijn helemaal gelijk aan elkaar. Dus het aanleren van deze voorons onbekende melodie zal geen problemen opleveren.

ConclusieEen mooi bijbellied, mits op de goede plek in de liturgie gezongen.

Page 35: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 35

LvdK 33 O alle dorstigen, komt tot de stromen

TyperingEen avondmaalslied gebaseerd op de bekende tekst van Jesaja 55.

AfwegingIn dit lied van 3 coupletten wordt de tekst van Jesaja 55 toegepast op het avondmaal. De dichter,Jan Wit geeft zelf aan dat strofe 1 vooral vers 1 weergeeft, vers 2 en 3a vinden we terug in strofe 2en vers 6 en 7 in strofe 3.De verbinding van Jesaja 55 met het avondmaal is al heel oud en ligt ook erg voor de hand. Hetlied bevat geen uitgebreide uitleg van het avondmaal en de dichterlijke taal van Jesaja over heteten en drinken dat de Here schenkt om niet wordt zonder uitleg betrokken op het avondmaal. Datmaakt echter de tekst van Jesaja op een verrassende manier Nieuwtestamentisch.De regels van het lied zijn wat lang, maar de melodie, met het stralende ritme dat in iedere regelherhaald wordt, maakt het toch goed zingbaar.De taal is soms wat gedateerd: moogt gij …. Gods domeinen … spijs en drank die voor eeuwiggedijt…. Gezegende stonde … smetten .... Dat behoeft echter geen beletsel te zijn voor degemeente om dit lied voor of tijdens de Avondmaalsviering te zingen.

Nog een element dat de aandacht verdient: strofe 1 eindigt met –voor al zijn genodigden, groten enkleinen. Dat zou kunnen betekenen dat dit lied het onderscheid tussen wel en niet genodigden aanhet avondmaal negeert. Toch hoeft deze zinsnede geen bezwaar te zijn. Hoewel jonge niet-belijdende leden het avondmaal niet meevieren, zijn ze wel genodigden als het gaat om bij de Herete ‘kopen’ dat wat hij gratis schenkt: de genade door het bloed van Christus.

ConclusieMooi, misschien iets gedateerd avondmaalslied. We hebben natuurlijk al heel watavondmaalsliederen, maar dit lied biedt een mooie aanvulling vanwege de (aloude) verbinding metJesaja 55.

LvdK 35 Scheur, Heer, de heemlen, scheur ze wijd

TyperingEen bijbellied, tevens adventslied

AfwegingDe tekst uit Jesaja 64: ‘Scheurde u de hemel maar open om af te dalen’ is gebruikt als adventslied.Zie bijv lied 128. Maar hier is het echt een bijbellied. Ad den Besten heeft nauwkeurig de eersteverzen uit Jesaja 64 gevolgd, zoals hij zelf zegt. Boven het lied staat: naar Jesaja 64:1-5. Beterzou wellicht zijn: naar Jesaja 64:1-4a, want de verzen 4b en 5 zijn niet berijmd. Dat zal niet bewust‘wegberijmd’ zijn omdat het over Gods toorn spreekt, want in strofe 2 wordt ook gebeden of God wilkomen om de machtigen der aarde ‘als rijshout zonder waarde’ te verteren. Dan zou er zo’n zin ookniet in staan.Is dit ook een adventslied? Ja, als we niet alleen bij het lieflijke van kerst blijven, maar ook verderdoordenken: Christus, mens geworden, om uiteindelijk te komen tot de jongste dag, dag vangenade, dag van oordeel.

De melodie is die van een oud Duits kerklied, voor het eerst gepubliceerd in 1608.Het is vijfregelig, de eerste regels drie horen bij elkaar en de laatste twee. De eerste twee regelszijn, op één noot na, aan elkaar gelijk. Melodie en tekst passen heel goed bij elkaar. Het zal geenproblemen opleveren deze melodie aan de gemeente aan te leren.

Conclusiegoed om deze bekende en vanouds veel gebruikte tekst uit Jesaja 64 in een lied beschikbaar tehebben

LvdK 37 Zo sprak de Heer der legerscharen

TyperingEen Schriftlied naar Jeremia 29,4-14over de ballingschap dat ons in het leven nu bemoedigt met dehoop op Gods bevrijding.

Page 36: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 36

AfwegingDe profetie in Jeremia 29 is een brief aan de ballingen in Babel. Er komt een eind aan het oordeelvan de ballingschap, en ook daar in het verre Babel zal God zijn volk niet vergeten. Leef in Babel,bidt voor de stad; God komt jullie bevrijden.Dit bemoedigende Godswoord gaat de contouren van de ballingschap te boven; het heeftzeggingskracht voor de kerk van Christus in de tijd na Pinksteren. Ook voor ons geldt dat wijmoeten en mogen leven in deze wereld (couplet 6), maar er niet in mogen opgaan en deverwachting van de Gods bevrijding niet mogen vergeten. Zo is dit lied ook missionair van aard:‘zoek de vrede voor dit Babel’, ‘bidt voor de stad’ (couplet 2). En ook: ‘overal vandaan zal Ik uvoorgaan, u geleiden naar huis’ (couplet 4).

De melodie van Psalm 72, die past bij het verkondigende karakter van deze profetie, komt het besttot z’n recht in een niet te langzaam, hoopvol, tempo.

ConclusieEen aanwinst, dit bijbellied, in de heldere taal van W. Barnard.

LvdK 41 De Here, de heerser der aarde

TyperingDit lied is gemaakt op Zacharia 8 : 20 – 23. ‘Alle volken (…), komen en buigen zich, Heer, voor uen prijzen uw naam’. Vergelijk Psalm 86: 9.

Afweging:Psalm 87 spreekt van de Gods liefde voor Sion dat vele volken binnen haar muren herbergt.‘Het heil is uit de Joden’, zegt Christus tegen de Samaritaanse vrouw (Joh 4:22). We zien dat ookdoor Christus toegepast in de geschiedenis van de Syrofenische vrouw (Marcus 4: 24 – 30): hetheil gaat van Jeruzalem uit naar de volken.We leren van Jezus zelf dat Gods boodschap niet exclusief voor één volk is. Het begint wel inIsraël en het wordt haar ook voortdurend aangeboden, maar het gaat ook over haar grenzen.Heil, welzijn is er voor de volken alleen vanuit dat ene door Godverkoren volk. Maar het is bewerktdoor die éne Jood, Jezus. Dat zegt Paulus in Efez. 2: 11 – 13.Door de geschiedenis heen hebben de joden veel moeten lijden, en ook nu nog is Jeruzalem eentwistappel van de volkeren! Toch is Jeruzalem - stad van vrede – het beeld van de Gods toekomst.Een toekomst die heel deze aarde, alle volkeren omvat. Onvoorstelbaar. Jeruzalem als stad vanvrede, hét beeld van de belofte van God en het verlangen van mensen. Psalm 122 bidt dat diebelofte van Zacharia 8 werkelijkheid wordt. Openbaring 21 voorziet dit Jeruzalem.

ConclusieMet deze mooie bewerking naar Zacharia 8 wordt eschatologisch perspectief op het Messiaansevrederijk verwoord. Met dit thema is dit lied een bruikbare bijdrage.

LvdK 71 Jezus wandelend langs de wegen

Typeringwonderen vragen om verwonderde verwerking.

AfwegingWij zijn geroepen om het evangelie van Jezus’ werken en woorden te verkondigen. Dat doen we inpreken en gesprekken, maar ook in een lied als dit. En binnen drie strofen nemen we woorden opde lippen waarmee we dit wonder beginnen te verwerken. Zo wordt het lied bruikbaar in een dienstwaarin over deze of een andere wonderlijke daad of boodschap van Jezus wordt gepreekt, maarook als ‘gezongen evangelie’ in een dienst met catechismuspreek of sacrament.

ConclusieEen sterk lied bij een confronterende gelijkenis, op een melodie die ons meeneemt op weg met deHere Jezus.

Page 37: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 37

LvdK 85 De hemel is opengesprongen

TyperingEen sterk en bemoedigend lied over getuige zijn van de Heer waar mensen hun leven voor overhadden, met het uitzicht van de krans die voor wie volhouden klaar ligt.

AfwegingEr staat bij dit lied dat het is gedicht ‘bij Handelingen 7’, de geschiedenis van Stefanus (zijn naambetekent ‘krans’) die geldt als de eerste bloedgetuige van de kerk. Het is heel mooi ook een lied alsdit in gereformeerde diensten te zingen; we hebben weinig liederen waarin het gaat over getuigezijn, en waarin onze voorgangers in het geloof met eer genoemd worden zonder aanheiligenverering te doen. Er is met die lied nog meer aan de hand, wat blijkt uit de toelichting dieBarnard zelf gegeven heeft. Vanouds heeft de kerk Stefanus herdacht op 26 december. Het klinktdoor als het opengaan van de hemel wordt verbonden met de geboorte van Christus (‘de Naamwerd vlees en bloed’). In couplet 2 worden in vier versregels het sterven en de opstanding van deHeer aangeduid. En de coupletten 3 en 4 gaan dan over de getuigen die volhielden, en die de prijsontvangen. De hoofdprijs die bestaat uit de ontmoeting met de Koning, en leven tot in eeuwigheid.God aanduiden met ‘de Naam’ kan vragen oproepen, het sterke ervan is dat het doet denken aande uitleg die God zelf van zijn naam geeft (Ik ben die Ik ben, de Getrouwe), vlees en bloedgeworden in Jezus Christus. In dit lied klinken ook andere bijbelgedeelten door als Heb. 11 e.v., en2 Tim 2: 5; 4: 8.

ConclusieEen lied dat een plek in de bundel verdient, vanwege de inhoud en ook demelodie.

LvdK 86 De wereld is van Hem vervuld

TyperingEen lied naar Handeling 17:22-32. Een berijmde weergave van Paulus’ toespraak op de Areopagus(Athene).

AfwegingHet lied geeft niet de geschiedenis op de Areopagus weer, maar Paulus’ rede. De inzet ligt dan ookbij vs. 24 en elk couplet is aan een tekstvers gewijd. Het lied sluit af met een oproep die nietletterlijk in de bijbeltekst te vinden is, maar die de dragende gedachte is achter Paulus’ toespraak.In het Compendium wijst de dichter, Ad den Besten, er op dat de toon van de rede heel poëtisch is,‘verhoogd’ van toon. Lees de tekst hardop en je proeft díe toon. Ook hierin wordt Paulus deGrieken, met niet alleen hun grootste filosofische tradities maar ook hun literaire, een Griek. Eengezongen versie van deze rede, indrukwekkend van inhoud én van vorm, is een prachtige manierom je deze tekst eigen te maken.

Er is één element uit de bijbeltekst waar in het lied de spot op is gezet, en dat is vs. 27 – hetzoeken en tastende vinden van God. Gods heerlijkheid is verhuld (maar: in vonken licht – dus waarte nemen) (str. 1), Hij wil gevonden worden (str. 4), wij kunnen niet anders (str. 5). Deze gedachtevormt de rode draad, toe leidend naar de strofen 7 t/m 9 waar het gaat over Christus. In de eerstevan die coupletten wordt al gezegd ‘de eeuwen der onwetenheid zijn om’ en dat is dan ook het slotvan het lied: Hoort dan de stem van Christus!

De melodie van het lied is afkomstig uit de late 17de eeuw en weerspiegelt het kenmerkendemelodietype van die tijd: aangenaam klinkend. In dit geval: een goede drager van de tekst die dezeniet extra benadrukt maar evenmin tegenwerkt.

ConclusieEen waardevol lied omdat het de mooie mogelijkheid biedt Paulus toespraak zingend in de mond tenemen (en toe te eigenen) én omdat het lied ook van zichzelf (literaire) kwaliteiten heeft.

Te zingen als het gaat over het zoeken van God, over het vinden van God, én over (als) de oproepom God daadwerkelijk te zoeken. En ook als het erover gaat dat God niet gezocht, gevonden endus aanbeden wil worden in beelden.

Page 38: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 38

LvdK 88 Mijn God, gewapend tot de tanden

TyperingEen lied over de strijd tussen de oude mens die nog hecht aan de zonde en de nieuwe mens diegraag God wil liefhebben en dienen, en een bede om heling van die verscheurdheid in het levenvan de gelovige.AfwegingEen lied van de Franse toneeldichter Jean Racine (1639-1699), die de invloed heeft ondergaan vande jansenistische vroomheid. In zijn eigen leven was er de strijd tussen eigen ambitie en hetverlangen naar vroomheid.Racine was niet een berijmer maar een dichter. Dit lied is een dichterlijke verwerking vanRomeinen 7. Racine gebruikt er het beeld voor van twee gewapende mannen die op het scherpstvan de snede met elkaar in gevecht zijn. Dat het nieuwe leven door de Heilige Geest wordt bewerktkrijgt ook z’n plek: de ene man (“vol van geest en genade”) daalde uit de hemel neer. Terwijl deandere de afgezant van het kwade is. Duidelijk dus de strijd tussen het vlees en de Geest zoalsPaulus erover schrijft. Mooi is het verlangen en het gebed om de overwinning van die tweestrijd, alseen bewijs van Gods genade.

ConclusieEr zijn niet zoveel liederen die de tweestrijd in het christelijk leven bezingen. Er is vanuit de kerkende wens geuit naar liederen die de thematiek als in Rom. 7 verwoord, stem geven. Dit lied komtaan die wens tegemoet. Een aanwinst voor gereformeerde erediensten.

LvdK 97 Naam van Jezus die ten dode

TyperingEen lied naar Filippenzen 2,5-11. Een Schriftlied bij Paulus’ lofzang op de vernedering enverhoging van Christus.

AfwegingBij deze prachtige lofzang hebben we reeds een lied van Ria Borkent (Gereformeerd Kerkboek lied67 / Negentig Gezangen 39). Het is mooi om dit gedeelte op meer manieren te kunnen bezingen.Juist omdat Paulus in deze verzen mogelijk een belijdenis-hymne uit de liturgie van de eerstegemeente heeft verwerkt.

Waar bij Ria Borkent de kruisdood van Christus niet expliciet genoemd wordt, krijgt dit element uitFil.2,8 in de tekst van Willem Barnard juist een sterk accent in strofe 1, terwijl strofe 2 er nog aantoevoegt dat Christus is gestorven ‘voor ons aller zaligheid’. Dit komt omdat Filippenzen 2,5-11vanouds gelezen werd op de Palmzondag, waarbij men ook het lijdensevangelie naar Matteüs las.Zo zijn in dit lied ingevlochten de elementen ‘Koning van de Joden’ en ‘Zoon van David’.

De melodie is van G.H. de Marez Oyens.

ConclusieEen belijdenislied, in verbondenheid met de kerk van alle tijden, over de vernedering van Christusen zijn verhoging door God: naam boven alle namen uit.

LvdK 100 Er heeft een stem gesproken

TyperingEen aansporing en bemoediging tot het ambt van alle gelovigen. De krans van overwinning ligtgereed.

AfwegingDit lied is gemaakt bij Paulus’ brieven aan Timotheus. Dat zijn pastorale brieven: ze dragen eenvermanend en bemoedigend karakter. Ze roepen op tot trouwe dienst, waakzaamheid en overgave.Die elementen vinden we in dit lied terug. Treffend is strofe 3: voelde Timotheus zich te jong, datPaulus hem bemoedigt? (1 Tim. 4:12; vgl Jeremia 1:6)Het aansporen van Timotheus wordt in dit lied in beeld gebracht door de korte, krachtigestrofevorm en de bevelende toon door meermalen gebruik van de gebiedende wijs. Meermalen

Page 39: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 39

wordt gewezen op het woord van God als kracht voor het leven in Zijn dienst. Dat is meteen ook debemoediging in de strijd om in te gaan en de loop te volbrengen. De krans van de overwinningwacht ons.Bevel en belofte zijn de dragende thema’s in dit lied.Het rijmschema, de strofevorm en de melodie zijn alle eenvoudig gehouden. In overeenstemmingmet het pastorale vermaan van Paulus aan ‘zijn waar kind in het geloof’.ConclusieEen bruikbaar lied bij bevestiging van ambtsdragers, maar ook als vermaning van alle gelovigenom de dienst aan de Heer trouw te volbrengen.

LvdK 105 Christus heeft voor ons geleden

TyperingEen bijbellied bij 1 Petrus 2:19-25. Een lied dat ingehouden is van toon, maar ondertussen overgrote kracht gaat, nl. de kracht van Christus’ lijden.

AfwegingDe bijbeltekst zet in bij de notie dat het een blijk van genade is als iemand in staat is onverdiendleed te verdragen doordat hij zijn blik op God richt (vs. 19-20). Die passage eindig zelfs met destelling: ‘dat is uw roeping’. Ogenschijnlijk slaat dit lied dit deel over, en zet het in bij vs. 21b ‘…ookChristus heeft geleden…’. Echter: lees/zing strofe 1 en deze eerste verzen zijn daarin kernachtigsamengevat (r. 2-4).Het lied vormt een mooi geheel. Het zet in bij Christus’ lijden (‘als een beeld van ons bestaan’,Christus die geen zonde bedreef (str. 2), die zijn mond niet opendeed (str. 3), die de zonden droeg(str. 4), door wiens striemen wij zijn genezen (str. 5). Driemaal ‘die’, eenmaal ‘door’, als naderebepaling van Christus’ lijden (str. 1), als gedachtenis. En dan volgt de spits van het lied, gericht opons voor wie Christus’ weg een roeping is: ‘Als eertijds verdoolde schapen / thans de Herdertoegewijd, / die U in de waarheid weidt. Uw Bewaarder zal niet slapen’. In het de laatste tweeregels van het slotcouplet wordt Christus’ lijden mooi ingekaderd: ‘die voor u op aarde kwam’ (Kerst– van de hemel naar de aarde) en ‘die voor u is opgevaren’ (Hemelvaart – van de aarde naar dehemel). Let er op dat het lijden van Christus voor ons in str. 1 r. 1 hier terug komt: ‘die voor u opaarde kwam’ en ‘die voor u is opgevaren’. Dit slotcouplet is dichterlijke vrijheid, maar die is hiergeheel en al bijbels van aard.

De melodie is dorisch. Spreekt misschien niet meteen op het eerste gehoor aan, maar wanneer jehet hele lied doorzingt, wordt de kracht ervan duidelijk: meditatief, ervoor zorgend dat je de tekstproeft, doordenkend zingt.

ConclusieEen bijzonder waardevol lied, dat het mogelijk maakt samen zingend dieper door te dringen in debetekenis van Christus’ lijden; niet op triomferende toon, maar gericht op de betekenis voor eigenleven(stijl).

LvdK 108 Weest niet verbaasd als u de wereld haat

TyperingEen rijmbrief over 1 Johannes 3: 11-18 waarin de band van de liefde centraal staat.

AfwegingEen lied waarin de letterlijke bijbeltekst op veel plaatsen is te herkennen. In de eerste strofe zijn deverzen 13 en 14 terug te vinden. Ook andere verzen zijn duidelijk te herkennen in de verschillendestrofen van dit lied.Dit bijbelgedeelte gaat over de liefde voor je naaste. Een lied over de samenleving. In “De TaleKanaäns” staat dit lied aangegeven bij de tweede zondag na Pinksteren onder de titel “Van desamenleving”.De melodie is van Tera de Marez Oyens. Opvallend is het ritme op hetzelfde moment in de tweedeen de vierde regel. Het tempo is in rustige halven gedacht. Na een aantal keer zingen zal dezemelodie geen problemen opleveren.De dichter W. Barnard had bij het schrijven van dit lied de melodie van Psalm 116 in zijngedachten. Voor deze combinatie is dus niet gekozen.

Page 40: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 40

ConclusieDit lied zal aanspreken in een tijd waarin veel wordt gesproken over normen en waarden.

LvdK 112 Als Koning opgetreden

Typering‘De bruiloft des Lams’ (Openb. 19: 6 - 10) wordt bezongen. Het is een bruiloftslied; het gaat over devreugde van de bruid.

AfwegingDe Bruid begint met haar Koning te bezingen. De aankleding van de bruiloft wordt aangegeven: hetlicht, het linnen (geweven van de daden der heiligen) , de tafel is gedekt. Het gericht is voorbij.De Bruidegom geeft Zich als het ware brood en de ware drank. De straf is gedragen, Zijnoverwinning wordt gevierd. Laat het feest beginnen.De coupletten zijn te verdelen in twee helften en de eenvoudige, makkelijk in het gehoorliggendemelodie past zich daarbij aan.

ConclusieDit feestelijke lied is een waardevolle aanvulling op onze liedthematiek.

LvdK 121 God lof! Nu is gekomen

TyperingEen adventslied over de komst van de beloofde Koning die als de rechter van de wereld de dingenrecht zal zetten. Machtigen worden onttroond, verdrukten verlost.

AfwegingMooi is hoe de Heer der heerlijkheid komt in de nederige gestalte van een knecht, zonder pracht enpraal, om juist zo de duivel en zijn macht te overwinnen. Dat blijkt uit zijn nederige geboorte maarook uit zijn latere leven, en b.v. uit de manier waarop hij op een ezel intocht doet in de stad vanGod. Zo voert Hij de wil van God uit.Een tegenwerping kan zijn dat het kruis niet wordt genoemd ende opstanding ook niet, maar impliciet klinkt dat wel door in dit lied. De nadruk ligt op hetbemoedigende voor wie hier nog lijden onder armoede en verdrukking: houdt moed, de Koningnadert al.

ConclusieEen mooi en vertroostend adventslied dat de actuele betekenis van het evangelie van Godskoninkrijk stem geeft. Bovendien een schitterende melodie.

LvdK 129 Geen kracht meer om te leven

TyperingEen indringend, emotioneel adventslied.

AfwegingWil je dit lied goed zingen dan moet je ‘m echt zingen vanuit dat gevoel van advent, vanverwachting. Niet vanuit het weten dat Christus al gekomen is. Je moet a.h.w. nog een keer weermeebeleven hoe het was in het duister van de tijd te verkeren en te hopen op de vervulling van debelofte. ‘De dood is overal, het licht is uitgestorven, de nacht is zonder morgen’ (strofe 2), ‘Uw licht,uw aangezicht hebt Gij voor ons verduisterd’ (strofe 3). Als je dit lied zo zingt is het een gezang vaninkeer en een smeekbede om uitkomst. De laatste strofe herinnert aan Jesaja 45,8 ‘Hemel, laatgerechtigheid neerregenen, laat haar neerstromen uit de wolken en laat de aarde zich openen’, hetvanouds bekende Rorate coeli. De vierde adventszondag ontleent er zijn naam bijaam Rorate aan.De melodie is van Johann Crüger. Van hem kennen we veel melodieën op liederen uit deReformatietijd. Het is in klassieke vorm geschreven: de eerste twee regels worden herhaald inregel 3 en 4 en dan volgen er nog vier. Let op de laatste twee regels: de één na laatste eindigt optwee lange noten, en dan begint de laatste met een korte rust. Als we niet oppassen laten we dierust zomaar weg.

Page 41: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 41

ConclusieEen lied dat goed gebruikt kan worden als we ons in de adventstijd voorbereiden op kerst.

LvdK 147 Looft God, gij christnen maakt Hem groot

TyperingEen kerstlied waarin de komst van Jezus en daarin zijn werk voor ons zijn kinderen wordtbezongen. Met een mooie feestelijke melodie van Nikolaus Hermans.

AfwegingIn dit kerstlied zijn Lucas 2 en Johannes 1 (ook Genesis 3, couplet 6) met elkaar verbonden, maarook 2 Cor. 8: 9 (couplet 4) en Filipp. 2: 7-8 (couplet 5) worden aangehaald.De woorden ‘uit Vaders schoot’ kunnen vreemd overkomen, maar vergelijk het Nicaenum: “geborenuit de Vader voor alle eeuwen”, en Joh. 1: 18: “die aan de boezem van de Vader is” (vert. 1951).Dat Christus (ook) Schepper is, is voluit bijbels. De ‘vreemde ruil’ is mogelijk een wat ongewonebeeldspraak maar wel in de lijn van de Schrift die ons leert dat de Zoon van God een slaaf isgeworden (Fil. 2) opdat wij samen met Hem mogen gaan regeren en mogen delen in zijnheerlijkheid. Denk bij couplet 5 ook eens aan de voetwassing.Bezwaren als zou dit lied ongepaste uitdrukkingen en onbijbelse beelden gebruiken, zijn dan ookdoor de GS Zuidhorn 2002-2003 niet toegestemd. Toch heeft dit lied het bij de stemming tersynode (net) niet gehaald, omdat nogal wat afgevaardigden een afstand ervoeren tussen degebruikte taal en de gekozen beelden en “de cultuur van vandaag”. Dat is echter meer eensubjectief argument (hoe je een liedtekst ervaart) dan een principieel onaanvaardbaar.Er is ook bezwaar aangetekend tegen het woord ‘verzaken’, dat een onjuiste weergave zou zijn vanhet in Fil. 2 bedoelde afleggen van zijn macht en glorie door de Zoon van God. Er zit in het huidigespraakgebruik een negatieve klank in dit woord (je plicht verzaken) maar oorspronkelijk kan hetwoord ook betekenen dat je afstand doet van dingen, afziet van je rechten. En ieder die dit liedleest of zingt, zeker in het licht van Fil. 2, begrijpt wat hier is bedoeld. Er staat trouwens bij:verzakende zijn macht en recht. Helder dus.Zoals de taal en de beelden ook voor mensen van de 21e eeuw goed duidelijk te maken zijn.

ConclusieDit klassieke kerklied verdient een plek tussen de kerstliederen waarmee in een gereformeerdekerkdienst de geweldige rijkdom van de komst van de Zoon van Godin onze wereld en in ons vlees bezongen kan en mag worden. De eerder aangevoerdebezwaren zijn niet van die aard dat op grond daarvan dit lied uit de kerk geweerd kan worden.

LvK 150 In den beginne was het woord

TyperingEen lied uit de rubriek kersttijd

AfwegingAanvankelijk droeg dit lied een titel, namelijk ‘Een lied van het woord in den beginne’. De eersteregel laat zien waar die titel vandaan kwam, namelijk de inzet van het evangelie naar Johannes.Het lied bestaat uit vijf coupletten en elk couplet begint met de slotregel van het voorgaandecouplet. (Voor couplet 1 is dat de slotregel van couplet 5). Het lied heeft een hechte structuur. Elkestrofe heeft een eigen ‘focus’, verwoord in de eerste drie regels. De vierde regel verwoord eensoort conclusie van het voorgaande, maar als het volgende couplet met diezelfde regel inzet, krijgtze een nieuwe spits, uitgewerkt in het volgende couplet. Zo zijn de strofen als de kralen van kettingaan elkaar geregen: het Woord van het begin geboren in de nacht (1) – de pasgeborene is Heer (2)- de Heer werd knecht, aan ons gelijk (3) – hij is het licht der wereld (4) – hij is het woord van hetbegin. (5).Bij de overgang van couplet 4 naar 5 treedt er een wijziging op. Het slot van 4 - ‘dit Licht dat zoveelluister schiep’ – wordt in de eerste regel van 5 ‘Dit Licht dat in het duister sliep’. Het is een mooievorm van binnenrijm, maar kun je dat hier wel zeggen, in het duister slapen?Ja, je kunt het met een gerust hart zingen, maar wel met een luisterend hart. In 4 gaat het over

Page 42: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 42

‘onze lage staat’ (hoor de weerklank van de lofzang van Maria), waar ‘al wat leeft verloren gaat’,waar ‘niemand naar Hem riep’. In die situatie, die ultieme duisternis (vergelijk Jes. 9 vs. 1), komt hetLicht ‘dat zoveel luister schiep’. Een kind, een pasgeborene, een slapende baby. Maar dít Licht, alsbaby slapend in de duistere wereld, ís God, die ons bij name riep. De manier waarop r. 1 van str. 5rijmt op r. 4 van str. 4 is niet alleen een kwestie van literair binnenrijm, maar ook van inhoudelijkbinnenrijm. Het Licht dat zoveel luister schiep ís het kind van kerstnacht, slapend te midden vaneen volk in diepe duisternis. Dat is het wonderlijke weg van Gods verlossing.De melodie is die van psalm 134

ConclusieEen kerstlied dat ingaat op de betekenis van Christus’ geboorte.

LvdK 156 Van ’t vroeglicht van de dageraad

TyperingChristus in Zijn lage staat (het evangelie van kerst en Zijn optreden) en ook de verhoogde Christusworden in dit lied in alle eenvoud bezongen.

AfwegingEen gedeeltelijke vertaling van een hymne van de dichter Sedelius (± 450). Enkele gedeelten diezijn toegespitst op Kerstmis en het eerste optreden van onze Heer zijn in dit lied opgenomen.Strofe 1 bezingt Zijn lof. Strofe 2 – 7 geven enkele voorstellingen rond Christus’ geboorte: deannunciatie, Christus als baby, het engelenkoor, Herodes, de wijzen, de kindermoord. 8 – 10 gevenenkele momenten van Christus’ eerste optreden: de doop in de Jordaan, Zijn wonderen, Kana. Deelfde strofe is weer een lofzang.De tekst vertelt heel eenvoudig en vol overgave.

ConclusieDoor zijn eenvoud is dit lied heel geschikt het evangelie van kerst en eerste optreden van Christuste bezingen.

LvdK 158 Christus, met eer gekroonde

TyperingEen gezongen gebed, waarin Christus wordt geëerd en om hulp en genade wordt gevraagd.

AfwegingIn de eerste strofe wordt Christus’ komst in de wereld verheerlijkt als een licht voor de volken. Instrofe 2 wordt Zijn verdienstelijk werk bezongen, terwijl strofe 3 bidt om de vrucht daarvan voor ons.Strofe 4: Hij heeft alle macht, daarom vragen wij Hem ook of Hij ons op Hem wil richten.Het is een van de vroegste liederen van de Reformatie, in 1524 verschenen als ‘Lofgezang’ .De melodie is eenvoudig, en opgewekt zoals bij een loflied past.

ConclusieEen lied met een heldere integere tekst. Altijd geschikt bij de prediking van Christus’ verdienstevoor wie Zijn heil zoeken.

LvdK 168 O Christus, licht ze bij

TyperingEen gebed om bekering voor hen die in het duister dwalen.

AfwegingHet lied werd gepubliceerd in 1630. De dichter Johann Heermann in de tijd van de DertigjarigeOorlog, in een tijd waarin godsdienstverschillen fel werden uitgevochten.Uit het werk van Heermann spreekt sterk de afstand tussen God en de verdoolde mens, en ook hetlijden van de gevallen mens.Dit lied is gemaakt als gebed voor ‘dwalende broeders’, leden van andere kerkgenootschappen dieechter ‘dwalen’. Bijv. gebed om bekering van Roomsen.Er wordt in dit lied geen enkele dwaling genoemd; het is een gebed om zicht voor de blinden, opdatzij zich met Gods kudde verenigen.

Page 43: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 43

ConclusieEr zijn niet veel liederen die bidden om zegen op zending en evangelisatie. Dit lied is ook daaromeen waardevolle bijdrage.

LvdK 187 Daar gaat een lam en draagt de schuld

TyperingHet verzoenend lijden van Christus wordt getypeerd. De dichter-zanger dankt Hem daarvoor, belijdtzijn afhankelijkheid en wil Hem dienen.

AfwegingVan de dichter Paul Gerhardt was het lijden van Christus het hart van het christelijk geloof.Het lied beschrijft eerst het lijden van onze Heiland, waarna overvloedig dankbaarheid wordt geuit.Blijmoedig wordt belofte van dienstbaarheid en overgave aan de Redder gedaan.De melodie is de bekende van onze Lofzang van Zacharias .

ConclusieEen heel geschikt lied voor in de lijdenstijd, maar ook bij andere gelegenheden als uiting van danken overgave.

LvdK 193: O wereld, zie het leven

TyperingEen passielied van Christus’ verzoenend lijden en belijdenis van schuld aan dat lijden.

AfwegingWeer een lied van Paul Gerhardt, waarvan Bach twee strofen opnam als koralen in deMattheuspassion. (Wer hat Dich so geschlagen, Ich bins, Ich sollte büszen). Als zodanig zijn deteksten voldoende bekend.Van Christus, Die zonder zonden was, wordt Zijn plaatsvervangend en verzoenend lijden beleden.De ‘ik-figuur’ wijst zichzelf aan als de oorzaak. Zoals ook in het Revius’ bekende Hy droech onsesmerten: ‘Ick bent, ô Heer’ (…).De melodie is snel aan te leren. Niet afkomstig uit Bachs Mattheuspassie, maar van Paul Crüger.

ConclusieEen geschikt lied voor in de lijdenstijd en mogelijk ook voor na de lezing van de wet als uiting vanzondebesef.

LvdK 194 Dag zo bitter en zo goed

TyperingEen belijdenis van het evangelie van Goede Vrijdag.

AfwegingDe tekst belijdt eenvoudig en verwonderd het evangelie van Christus’ verzoenend lijden enverkondigt hoe zinvol dit voor ons is.Elke strofe is opgebouwd uit de tegenstelling tussen het bittere en zinvolle van dit leiden.Het lied eindigt zoals het scheppingsverhaal: ‘(…) het was zeer goed’.De Dorische melodie in rustig gaand tempo past goed bij de tekst. De tweede regel eindigt op denoten g – f en heeft zo steeds een verdrietig karakter, terwijl de volgende regels weer wat vrolijkerluiden en de slotregel echt ‘voltooid’ klinkt.

ConclusieDit lied beaamt op integere wijze de benaming ‘Goede Vrijdag’ en verklaart hoe zinvol deze dag is.

LvdK 196 Den Heer wil ik prijzen

TyperingDe Heer die verlossing heeft gegeven uit de hand van de vijanden. De vijand is verslagen. Zijn volkkan bevrijd, veilig wonen en looft zijn Verlosser hierom.

Page 44: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 44

AfwegingJacobus Revius schreef een Dancliet over de bevrijding van Bergen op Zoom. ‘Nagebootst op denLofsanck Mosis ende Miriams, Exod. 15.’De Nederlandse calvinisten vergeleken hun eigen vrijheidsstrijd met de verlossing van Godsuitverkoren volk uit de macht van de farao. Zo vermengt Revius gegevens uit Ex. 15 vrijmoedig metde actuele militaire gebeurtenissen in zijn eigen dagen. Hij actualiseert dus Exodus 15.Willem Barnard heeft op zijn beurt Revius nagebootst, maar wel diens actualisering weggewerkt.Het resultaat is een loflied op bevrijding, waarbij het eerste vers sterk verwijst naar de eersteverzen van het lied van Mozes (‘ruiter en wagen (…) verslagen’) en het vierde vers aansluit bij hetslot van Mozes’ loflied (’Maar ons zult Gij planten …’).In vers 2 wordt God gedankt voor het leven dat Hij geeft in het verbond met Zijn volk. Vers 3verwijst naar Degene die dat heeft verworven: onze Heer Jezus Christus.De ‘drijver’ kennen we uit de eerste hoofdstukken van Exodus, maar o.a. ook uit Jesaja 9:3: ‘Deroede van de drijver hebt Gij verbroken.’ (NBG 1951)Christus heeft overwonnen en Zijn koningschap is eeuwig (Vers 4, verwijzing naar Jacobs zegenaan Juda Gen. 49:10). Hij zij geprezen, de overwinning wordt geproclameerd, waarbij wie hetaanhoren worden gewaarschuwd vast te houden aan Christus verdienstelijk werk.Dit lied doet ook denken aan het lied aan de glazen zee (Openb 15) en op de val van Babylon(Openb. 19).Het taalgebruik toont op een enkele plaats nog restanten van het klassieke taalkleed van Revius(verzen 3 en 6), maar dat eiste het respect voor deze calvinistische voorganger en verbindt onsmet de kerk van alle tijden.De melodie van Matthäus Apelles von Löwenstein is vlot en opgewekt dankzij het dactylus-ritme,ook wel ‘stralende figuur’ genoemd. Natuurlijk past een blijde stemming bij het vieren van deoverwinning. De wijs ligt makkelijk in het gehoor.

ConclusieIn dit lied vinden we de bekende trits van ellende, verlossing en dankbaarheid verwerkt. Daaromzal het bruikbaar zijn voor veel erediensten en ook in diensten met bijzonder karakter, zoals bijdoop en avondmaal.

LvdK 197 De dag rijst rood in het verschiet

TyperingQua tekst en melodie een eenvoudig lied, dat de overwinning uit de dood en de opstanding vanChristus bezingt.

AfwegingEen paaslied uit de 12e eeuw; sterk door zijn eenvoud. Het belijdt het hart van de blijde boodschap:de overwinning op de dood. De eerste strofe bejubelt de paasmorgen. De tweede verwijst naar deneerdaling in de hel en de bevrijding van de gevangenen. ‘Toen Hij opsteeg naar omhoog, voerdeHij gevangenen mee en schonk Hij gaven aan de mensen. (…) – wat betekent dat anders dan datHij ook is afgedaald naar wat lager ligt, naar de aarde?’ (Ef. 4:8,9).Het ritme is jambisch ( V — ) wat een opgewekt karakter geeft aan de melodie, die ooitinternationaal verbreid was.

ConclusieDoor zijn eenvoudige integere tekst en het mooie samenspel van tekst en melodie een heel mooien bruikbaar paaslied.

LvdK 200 Heerlijk verschenen is de dag

TyperingEen blij lied van de overwinning van het leven op de dood (Pasen, maar ook herontwaken van denatuur)

AfwegingDe vijf coupletten in ons liedboek zijn een deel van de uit 14 coupletten bestaandeSonntagsevangelia van ‘meistersinger’ Nikolaus Herman, waarin voorafschaduwingen vanChristus’ opstanding in het OT bezongen worden: uittocht uit Egypte, Simson die de poortdeurenvan Gaza wegdraagt, Jona in de vis.

Page 45: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 45

De eerste regels hebben hun grond in het graduale van Pasen: Ps. 118: 24 “Dit is de dag die deHEER heeft gemaakt, laten wij juichen en ons verheugen”Vrolijkheid is ook te horen in het ‘kloppend’ begin van 3 d’s in deze dorische melodie met jambischritme. Dit ritme staat borg voor een blijde verkondiging van de paasjubel!De vertaler is W.J. van der Molen, die maar kort lid is geweest van de club van Liedboekdichters.

ConclusiePaasjubellied

LvdK 216 Laat groot en klein

TyperingLof- en danklied over Pasen op de opgestane HEER, die wie bij Hem hoort, voorgaat door de poortnaar het leven, waarvan wij weer met woord en daad mogen getuigen.

AfwegingDe inhoud van dit lof- en danklied wijkt niet af van andere Paasliederen die we al hebben. De tekstis geschreven door Georg Vetter, een dichter uit de Boheems-Moravische broeders, geboren in1536. Hij schreef niet alleen gedichten, maar vertaalde ook alle psalmen in het Tsjechisch.De vertaling is van Ad den Besten en de melodie doet denken aan die van psalm 138 en deafwijkingen van deze melodie vragen wel enige aandacht, maar dat doet niets af van de blijdepaasjubel.Er wordt in couplet 3 aandacht gegeven aan de opdracht die wij als gelovigen hebben, dePaasoverwinning te belijden en door te geven. Dat maakt dit lied wel weer opvallend ten opzichtevan andere paasliederen.

ConclusieMooi missionair lied

LvdK 218 Ik zeg het allen, dat Hij leeft

TyperingEen blij lied over de realiteit dat we een levende Heer hebben en dat daarom wat we hier op aardedoen voor de Heer, niet vergeefs is door en voor Hem (vgl. 1 Cor. 15,58)

AfwegingTerecht is van dit lied gezegd dat het “van een sterke, edele blijdschap is”. We horen hierbijbelgedeelten als 1 Cor. 15 en Rom. 8 doorklinken: ondanks gebrokenheid, dood en rouw is deopstanding van Christus garantie dat ons leven zin en uitzicht heeft. Dat mag je dan ook in woorden daad uitstralen en uitdragen: ik zeg het allen dat Hij leeft. Door zijn Geest is de levende Heerdichtbij ons. En we zijn onderweg naar zijn toekomst.Hier en daar zijn de gekozen woorden en beelden wel wat verheven en doen ze af en toe watarchaïsch aan (het is dan ook een lied dat is ontstaan in 1800), maar dat aan de waarde van dit liedniet echt veel af. Het mooie is te zingen van wat de opstanding betekent voor een gelovige die nogonderweg is en te lijden heeft maar met een geweldig perspectief.De melodie die we al kennen van LB 63 en 319, versterkt de zeggingskracht ervan extra

ConclusieEen waardevolle aanvulling van de paasliederen in onze bundel, bovendien een lied dat geschikt isals gepreekt wordt over de opstanding van Christus en van de gelovigen, over het leven door hetgeloof en over het komende koninkrijk (b.v. uit de HC).

LvdK 224 Kondigt het jubelend aan

TyperingEen vrolijk paaslied met veel symboliek er in.

AfwegingToen de componist Juul Ouwehand de tekst van dit lied onder ogen kreeg om daar een melodie bijte maken kreeg hij direct het idee ‘van een heraut die zijn boodschap aankondigt met

Page 46: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 46

trompetgeschal’. En zo heeft hij zijn melodie ook gemaakt, lekker pittig met die drie korte(trompet)stootjes aan het begin van de tweede regel. De melodie zingt heerlijk weg. Alleen omdenken: het moet niet te vlug gaan.De tekst heeft inderdaad iets weg van een proclamatie. Het is een lied waarbij de dichter Jesaja48,20-21 in gedachten had. Het is geen bijbellied, daarvoor heeft hij die tekst teveel uitgebreid,gevarieerd en omspeeld, zoals hij zelf zegt. Maar wat in die verzen uit Jesaja staat, vinden we tochduidelijk terug in dit lied. ‘Water uit de rots’ ,een herinnering aan de woestijntocht, komt inbeeldspraak bij profeten en apostelen terug. Het is leven brengend water. Denk aan Ezechiël enook Openbaringen. Maar het wordt ook in verband gebracht met Christus’ wond aan het kruis:‘bloed uit de flank van de rots’. ‘Daaruit ontspringt ons bestaan, zo zijn wij wedergeboren! Kondigthet jubelend aan, laat heel de wereld het horen!’

ConclusieHet is heerlijk zingen, dit lied.

LvdK 226 Gij die der sterren schepper zijt

TyperingEen hemelvaartslied uit de kerk van alle tijden

AfwegingDe tekst komt uit de 5e eeuw. Dat is op zich al prachtig: Hoe veel gelovige kinderen van Godhebben dit lied al gezongen en nu zingen wij dit lied ook. Dat geeft verbondenheid met de kerk vanalle tijden en plaatsen. In dit lied wordt het wonder bezongen van Christus die de Schepper is (zieook Kolossenzen 1,15-20) en tegelijk de Verlosser, de Redder. In kort bestek wordt in dit lied deschepping (strofe 1), de verlossing (strofe 3) en het laatste oordeel (strofe 5) naast elkaar gezet.Strofe 4 doet denken aan Filippenzen 2,10. En strofe 6 is een doxologie; er zijn veel liederen diemet een dergelijke doxologie eindigen (zie bijv. Gereformeerd Kerkboek gezang 92: 3, 103:7).

De melodie is voor ons wel wat bekend. Het is van de heel oude hymne ‘Creator alme siderum’, ende melodie van psalm 141, zoals we die in ons kerkboek hebben, gaat terug op deze melodie. Ookdat geeft iets van verbondenheid met heel vroeger. Het ritme is alleen anders dan in de psalm,maar dat zal geen problemen opleveren.

ConclusieAlleen al dat dit lied gezongen is door zoveel christenen vóór ons is reden om het ook nu weer inde dienst te zingen

LvdK 235 In bidden en in smeken

TyperingEen smeekgebed om bemoediging, waarbij de Geest wordt bezongen.

AfwegingEen lied op de melodie “Valet will ich dir geben” van Melchior Teschner. Bij velen zal deze melodiebekend zijn als het lied “Hoe zal ik U ontvangen”. In het Liedboek voor de Kerken is het lied “Hoezal ik U ontvangen” echter gecombineerd met de melodie “Wie soll ich dich empfangen” (LvdK117). De melodie van Melchior Teschner is veel als leenmelodie gebruikt, zo ook voor gezang 235.Het lied maakt een verwijzing naar Johannes 14:18. Jezus laat ons niet als wezen achter. Degemeente bidt om een teken en om de Geest. Jezus is er ook in zware tijden.

ConclusieEen lied uit de rubriek Hemelvaart, maar kan veel vaker gezongen worden.

LvdK 236 De jaarkring brengt ons in zijn keer

TyperingEen lied waarin het Pinkstergebeuren wordt beschreven.

Page 47: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 47

AfwegingDit lied is vroeger toegeschreven aan Hilarius van Poitiers. Hij was een vroegchristelijk dichter uitde vierde eeuw. Maar het is van veel later datum. In de Middeleeuwen is het gebruikt in de liturgievan Pinksteren. In de eerste vier strofen wordt het Pinkstergebeuren beschreven en uitgelegd.Vervolgens twee strofen wat dit voor ons betekent. Het lied wordt beëindigd met de latertoegevoegde doxologie. Dit is de Lofprijzing Gods: het klein gloria, waarin de Vader, de Zoon en deHeilige Geest worden bezongen.In de vierde strofe wordt verwezen naar het heilige getal zeven maal zeven. Pinksteren is vijftigdagen na Pasen.De melodie stamt uit de Middeleeuwen, op zijn laatst de 12e eeuw. De middeleeuwse melodieënhebben als kenmerk dat er veel melismen in voorkomen. Meerdere tonen op één en dezelfdelettergreep. Deze melodieën stammen uit de kloosterlijke sfeer. Dat betekent niet dat ze niet doorgrote groepen gezongen kunnen worden. Een voorbeeld van een populair Gezang met melismen is“De dag, door uwe gunst ontvangen” (Gezang 393).

ConclusieDit onbekende lied bezingt het wonder van Pinksteren. De praktijk zal leren of dit lied aanpopulariteit zal winnen.

LvdK 237 Kom Schepper, Geest, daal tot ons neer

Typering“Veni Creator Spiritus”, het Pinksterlied bij uitstek.

AfwegingLegendarische personen zijn aan dit lied toegeschreven. Karel de Grote zelf zou het gedichthebben. Of Gregorius de Grote. Of Ambrosius, de vader van het kerklied. Dit kan niet waar zijn,want dan was dit lied veel eerder bekend geworden. In de 10e eeuw beginnen de eerstehandschriften de tekst te vermelden. Het wordt dan populair en dat is het gebleven. Het was hetkernlied bij de viering van Pinksteren, maar het werd ook gebruikt bij bijzondere plechtigheden,zoals de wijding van priesters en de zalving van koningen. Het indrukwekkende van dit lied is hetdirect aanspreken van de Schepper Geest.De melodie die bij deze tekst werd gebruikt is hoogstwaarschijnlijk gelijktijdig ontstaan. Hetoorspronkelijke ritme is zoals het in het “Liedboek voor de Kerken” is opgenomen. De reeksmelismen, meerdere tonen op één en dezelfde lettergreep, in de derde regel van “Veni CreatorSpiritus” accentueert het kernwoord “gratia” van de originele tekst “imple superna gratia”.

ConclusieEen populair en indrukwekkend Pinksterlied waarin de Schepper Geest wordt aangesproken.

LvdK 242 Komt laat ons deze dag met heilig vuur bezingen

TyperingLied over Gods daden door de Geest (Pinksteren), bede om zegen en vrede aan Gods tafel(Avondmaal) en bezieling door zijn Geest.

AfwegingDe geleerde Victor E. Löscher is de dichter van dit lied. Hij werd geboren in 1673 in Thüringen.Veel van zijn publicaties zijn gericht tegen het piëtisme: zijn tegenstand tegen het piëtisme komt indit lied zelfs naar voren (c4 regel 8, c5 regel 5-8)Het woord Eens in het eerste couplet (r4) verwijst naar Handelingen 2, de heldere fontein uitcouplet 2 is aangehaald uit Ezechiël 47. De eerstelingen in couplet 7 doen denken aan de eerstechristelijke gemeente in Handelingen 2, maar ook aan het Joodse oogstfeest dat het Pinksterfeestin oorsprong was.Dit lied komt het best uit, als het in zijn geheel gezongen wordt. Het leent zich uitstekend voorsolo-, koor- en wisselzang.

ConclusieEen aanwinst. Prachtig lied (combinatie Pinksteren/Avondmaal is bijzonder) op een heerlijke Bach-melodie!

Page 48: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 48

LvdK 244 Christus stoot de hemel open

TyperingPinksterlied op de wijs van Wachet auf, ruft uns die Stimme.Een pinksterlied gericht tot ‘Jeruzalem’ als de pasgeboren kerk van Christus. Zij wordt herinnerdaan Jezus’ woorden om de wereld in te gaan en de boodschap van het heil uit te dragen. Eenopwekking, bemoediging daartoe.

AfwegingIn dit lied wordt het ene deel van de gemeente door het andere deel (over-en-weer) toegezongenen opgewekt de woorden van Jezus uit Joh 14: 16-18 en 16: 13-14 in herinnering te brengen.Daarbij wordt verwezen naar de val van Jericho’s muren (in couplet 3 eigenlijk het omgekeerde: demuren die de blijde boodschap hebben gebarricadeerd, bezwijken nu onder het geluid van debazuinen!) en de gemeente wordt opgeroepen als Gods kinderen de wereld in te gaan. Heelbewust eindigt dit lied dan ook met het woord ‘vergezicht’.We vinden een krachtige inzet met de aankondiging: ‘Christus stoot de hemel open’ en ook hettrompetgeschal, waarnaar in het derde couplet verwezen wordt, is al gelijk in de eerste drie notente horen!“Er is in dit lied een redelijk-gelukkige synthese bereikt tussen woord en toon”, aldus BernardSteinvoort in het Compendium.De melodie wordt beschouwd als de koning der evangelische kerkliederen (Wachet auf, LvdK 262)

ConclusieMooi Pinksterlied

LvdK 246 Gods adem die van boven kwam

TyperingEen pinksterlied waarin de woorden ‘geest’ en ‘adem’ door elkaar heen gebruikt worden

AfwegingEen pinksterlied dat W.Barnard maakte naar een lied van Ludwig Helmbold uit de 16e eeuw. Het isgeen nauwkeurige vertaling van het lied, meer een vrije bewerking. Barnard speelt in dit lied met dewoorden ‘adem’ en ‘geest’. Het eerste woord komt er drie keer in voor, het tweede slechts éénkeer. Maar in het Grieks sprake is dat hetzelfde woord. Dat geeft de dichter de mogelijkheid omalles wat dichterbij te brengen: Gods adem komt van boven en ‘opent ons de oren’, ‘het loopt dooralle landen en opent mond en handen’.Zo worden ook in strofe 4 die woorden door elkaar gebruikt, maar wel heel mooi: ‘Luister, datademend geluid, God zaait de wind des Geestes uit’.

De melodie van dit vierregelige lied lijkt op het eerste gezicht gemakkelijk te zijn: de eerste tweeregels worden herhaald in regel 3 en 4, alleen zijn er een paar ritmische ongelijkheden. Maar diedoen het nu juist, die maken dat het toch wat lastig zingen is. Het zou heel goed zijn regel 3 en 4als één geheel te voelen en te zingen. En als dit lied in de kerkdienst gezongen wordt moet heteerst zingend worden aangeleerd. En dan zal het zeker lukken.

ConclusieAls het lied in de dienst op een goede manier aangekondigd en ook aangeleerd wordt is het eengoed lied om te zingen

LvdK 249 Wij leven van de wind

TyperingWij mogen vrolijk delen in wat de Geest van Pinksteren bewerkte en tegelijk meedelen aananderen het woord dat een nieuw leven geeft

AfwegingEen lied op de melodie van ‘Nun danket alle Gott’ moet wel vrolijk overkomen. Groots enindrukkenwekkend was God toen de Geest werd uitgestort. ‘Wij‘ zijn allereerst de mensen die dattoen meemaakten. Dat gebeuren staat zó dicht bij ons dat ook voor ons de tegenwoordige tijd past.

Page 49: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 49

De drie coupletten zijn gebaseerd op drie woorden: wind, vuur en woord; alle drie waren van grootbelang op de eerste pinksterdag en dat geldt nu nog steeds. In alle coupletten is niet alleen maarsprake van ontvangen, maar ook van doorgeven: uitbreken, overspringen en mededelen. Zingt enzegt het voort!- Waarom wordt de Heilige Geest niet genoemd?- Wat een serie beelden, zeg!Opvallend is dat in heel het lied de Heilige Geest nergens rechtstreeks wordt genoemd; is dit eenminpunt? Nee, want in de kerkdienst met Pinksteren staat in lied, lezing, gebed en verkondiging deGeest centraal. Er worden tal van beelden voor Hem gebruikt; ze rollen haast over elkaar heen, zois de dichter onder de indruk van de Geest van alle tijden: schepping [vuurvogel van de vloed],woestijntocht [manna voor elk hart], doop van Jezus [duif boven de Jordaan]. Belangrijk is dat in ditlied wind en woord –Geest en Woord dus- duidelijk verbonden zijn: zij horen bij elkaar.

ConclusieEen aanwinst vinden we dit frisse lied, dat aandacht vraagt voor Geest en Woord, voor ontvangenen doorgeven.

LvdK 258 Halleluja, lof zij de Heer

TyperingEen trinitarisch lied over de Heer die door ‘al het schepsel’ moet worden bezongen.

AfwegingAls achtergrondteksten kunnen worden genoemd: Openbaring 19:1-10; voor strofe 2: Joh. 6:51 enRom. 6: 4-11; voor strofe 3 1 Cor. 6: 19, Ef. 2:21 en Joh. 16: 7, 8, 13; voor strofe 4: Jes. 6: 1-4.Mooi is de terugkerende slotregel van elk couplet dat als een soort refrein kan worden beschouwd.De melodie is afkomstig uit de gezangenbundel (1803) van de Waalse gemeenschap in ons land.Qua structuur zien we overeenkomsten met de Geneefse psalmmelodieën.

ConclusieEen goed kerklied.

LvdK 286 Geef aan de wereld vrede, Heer

TyperingEen klassiek gebed om vrede.

AfwegingLuther maakte een bewerking van de oude gregoriaanse antifoon ‘Da pacem, Domine, in diebusnostris’ - Geef vrede, Heer, in onze dagen, want er is geen ander, die voor ons zou strijden dan Gij,onze God’. Veel componisten hebben deze tekst van Luther gebruikt in hun werk. Vaak ook opdeze melodie, al dan niet bewerkt.

Luther heeft in dit lied bepaald ook aan politieke vrede gedacht; hij schreef het lied toen Karel Vover Frankrijk had getriomfeerd, terwijl ondertussen de Turken hun aanval op Wenenvoorbereidden.Christenen moeten vredestichters zijn. In het lied van Ad den Besten werkt hij dat ook uit: ‘dat wij indit uur de strijd voor het rijk aanvaarden, dat niet rust op ’t scherp van zwaarden. Geef ons uwvrede in het hart en liefde, Heer, voor allen die door de groten zijn verward’. Mooi is hoe de dichterin strofe 2 en 3 twee soorten vuur tegenover elkaar zet: het onheilige vuur van de wereld en hetvuur ‘dat niet rust op ’t scherp van zwaarden.

ConclusieHet is heel fijn als wij deze oude melodie in onze kerkdiensten zouden kunnen zingen. En de tekstvan Den Besten kunnen we goed meezingen.

LvdK 301 Wij moeten Gode zingen

TyperingEen lied dat oproept God te loven ondanks dat de gelovigen nog als vreemdelingen in deze wereldleven, om alle goede dingen die God nu al geeft.

Page 50: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 50

AfwegingHet motief van de vreemdelingschap is een bekende bijbelse typering van ons leven als christenonderweg. In dit lied wordt de link gelegd naar Israël in ballingschap, en klinkt overduidelijk Psalm137 door (vooral coupletten 1 en 3).Boven alles uit gaat dat God ‘de Heer van alle dingen’ is. Daarom zijn christenen tegelijk ‘gasten envreemdelingen’ en ‘kinderen en erfgenamen’. In deze wereld lijden we nog ‘schade en schande’ (erzit ook eigen schuld bij) en worden Gods zaak en Gods volk vaak aan de kant geschoven(‘verschoven’). Het lijkt alsof de hemel dicht is en God zwijgt, maar als wij God aanbidden, is Hijdichtbij ons.Daarmee is dit lied mensen van deze tijd op het lijf geschreven. En verdient dit prachtige lied metzijn indrukwekkende melodie een plaats in ons kerkboek.De eerlijkheid gebiedt te melden dat dit lied het in tweede lezing tijdens de GS Zuidhorn 2002-2003(net) niet gehaald heeft. Hoewel het verwijt van alverzoening werd afgewezen, werd de tekst werdondoorzichtig geoordeeld, met name het 5e couplet. Dat zou de gedachte aan alverzoening kunnenoproepen. Daar speelt een misverstand een rol als zou “met alle stervelingen” terugslaan op devorige twee regels: de Heer die leeft in gloria met alle stervelingen. Maar de bedoeling is dat wijmet alle stervelingen de levende God moeten bezingen, en dat is bijbels (vele psalmen roepen allevolken en heel de schepping op om God te loven). Ook het begin van couplet 3 werd alsondoorzichtig aangemerkt: “al leeft uw volk verschoven in het land van vuur en oven. Maar het istoch duidelijk dat hier de toestand van Gods volk in de wereld met die van Israël in Babel wordtvergeleken, zoals ook in het NT meer dan eens (Paulus: ver van de Heer in een vreemd land;Petrus: vreemdelingen in de verstrooiing, en Johannes in de Openbaring, waar Babel staat voor deGodvijandige wereldmacht).Uiteindelijk is dit lied op het nippertje gesneuveld vanwege “wel erg veel latijnse woorden”. Maar ishet terecht kerken die dit lied graag willen zingen, dit lied te onthouden vanwege halleluja(hebreeuws!), kyrie eleison (grieks! wat in veel andere liederen ook al staat), misericordia(inderdaad latijn, maar in een noot vertaald en toch niet totaal onbekend), en gloria (zelfs dekinderen zingen al: gloria in excelsis Deo).

ConclusieDit lied is indertijd op ondeugdelijke gronden niet in tweede lezing aanvaard en verdient ombovenstaande redenen een nieuwe kans. Het is bovendien vrij algemeen bekend en geliefd. Deeerste c.d. ter introductie van liedboekliederen in onze kerken heette niet voor niets ‘Wij moetenGode zingen’. Het zou mooi zijn als in gereformeerde kerkdiensten ook met dit lied Gods lofgezongen zou kunnen worden.

LvdK 306 Heer, stuur zelf het schip der kerk

TyperingEen beroep op God zijn kerk te leiden, te beschermen en bijeen te houden, tegen bedreigingen vanbuitenaf en van binnentuit. Een echt reformatorisch lied.

AfwegingHet enige lied in het Liedboek van de reformator Huldrych Zwingli in Zürich. Een dichterlijk enmuzikaal man, die toch (helaas) muziek en zang in de eredienst afwees. Een man ook die alsgevolg van zijn strijd voor de bijbelse leer en tegen dwaalleer geleden heeft. Dit lied is daarvan ookeen persoonlijk getuigenis: als de Heer zijn kerk niet stuurt en beschermt, is er geen redden aan.Een mooie eenvoudige vertolking en verklanking van wat we in Art. 27 van de NGNB belijden overde Heer die zijn kerk vergadert, beschermt en onderhoudt tegen ‘het woeden van de hele wereld’.Misschien komt het taalgebruik wat verheven en archaïsch over (“schoon”, “snood”, “lijdt ons naarde ander heen”), maar als geheel is dit lied sterk door zijn eenvoud en heldere beeldspraak. Aardigis te vermelden dat in het origineel het beeld gehanteerd werd van een wagen die van de bergwegdreigde af te raken (“Herr, nun heb den Wagen selb”), begrijpelijk voor wie vertrouwd is met rijdenin de bergen, maar dat in de Nederlands herdichting dat is omgewerkt voor de lage landen bij dezee: “Heer, stuur zelf het schip der kerk”. Het derde couplet bidt om de hulp van de Heer om deeenheid te zoeken en te dienen.

ConclusieEen eeuwenoud kerklied dat nog altijd actueel is en het verdient een plaats te krijgen in eengereformeerd kerkboek. Mooi dat ook Zwingli daarin stem krijgt!

Page 51: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 51

LvdK 326 Een rijke schat van wijsheid

TyperingEen prachtig lied over het luisteren naar en overdenken van en in praktijk brengen van GodsWoord.

AfwegingDe eerste twee regels zetten meteen de toon voor het geheel: Een rijke schat van wijsheid schonkGod ons in zijn Woord. Hier klinkt de apostolische typering van het Woorddoor de gelovige lezerwijsheid kan geven zodat hij door geloof in Christus Jezus gered wordt. Trouwens, heel veelbijbelwoorden over Gods Woord klinken door in dit lied: Gods Woord als lamp en licht op ons pad(Ps. 119); je kruis dragen en het smalle pad gaan (Matt. 7; Matt. 16), bouwen op zand of op de rots(Matt. 7), zitten aan Jezus’ voeten en naar Hem luisteren (Luc. 10: Maria en Martha); het Woord datniet leeg bij God terugkomt (Jes.55). Het lied is misschien wat beschouwend en uitvoerig maarzeker niet langdradig.Elk couplet overdenkt een aspect van Gods Woord, wat in het 5e en laatste couplet uitloopt op debede of God zelf zijn Woord kracht wil verlenen in ons leven en vruchten wil laten dragen. Het isook wel mooi een lied uit de Boheemse liedtraditie in ons kerkboek te hebben.

ConclusieLiederen over het Woord van God zelf hebben we niet zo veel in ons kerkboek. Daarom en door dewijze waarop over Gods Woord gezongen wordt, is dit lied een aanwinst.

LvdK 330 Heb dank, o God van alle leven

TyperingHet woord dat leven geeft en bestaat in eeuwigheid wordt aan de gemeente toevertrouwd om het‘voort te dragen’ naar alle landen.

AfwegingHet lied opent met het uitspreken van dank aan God voor het woord dat Hij gegeven heeft enwaarmee Hij zichzelf bekend maakt en zijn licht en liefde laat zien. Een krachtige begin van eenlied.Vervolgens bezingt het de uitwerking van het woord: de verloren mens wordt herboren, uit het grafopgericht en mag weer leven in vrijheid. Gods woord moet voortgaan. Menselijke woordenverwaaien maar dit Woord blijft. Een lied dat zowel het individu als de gemeente aanspreekt.Sterk zijn de bijbelse citaten aan het einde van alle coupletten: strofe 1: Matth 11:25; strofe 2: ps56: strofe 3: Jes. 40:6-8.Tekst en melodie zijn door toeval aan elkaar gekoppeld. Bij het samenstellen van het Liedboekvoor de Kerken dreigde deze waardevolle melodie van Bastiaans weg te vallen. De tekst Heb dank,o god van alle leven van Schurer werd aanvankelijk gezongen op de melodie van ps 98 of op demelodie van ‘k Wil U, o God, mijn dank betalen. Maar deze melodieën komen al veelvuldig voor inhet Liedboek. De combinatie van Schürers tekst en deze melodie van Bastiaans bleek zeerbruikbaar.

ConclusieEen mooi lied met een krachtige en goed zingbare melodie voor de gemeente.

LvdK 331 Wij geloven allen in één God

TyperingEen lied van Luther bij de geloofsbelijdenis (van Nicea).

AfwegingLuther maakte op deze melodie een bewerking van het Credo en sloot aan bij de geloofsbelijdenisvan Nicea. De Lutherse kerken, ook in Nederland, zongen het als Credo en zo is het in een nieuwevertaling opgenomen in het Liedboek-1973.Het is compact, drie coupletten, en mooi trinitarisch van opzet. En zo goed door de gemeente alsGeloofsbelijdenis te zingen. (Op een aanwijzing van Luther - ook in beurtzang).Als je let op de accenten krijgt het lied ook meer kleur. Luther accentueerde dat Gods

Page 52: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 52

scheppingsmacht dóórgaat in zijn zorg voor zijn kinderen (couplet 1). In couplet 2 wordt Jezus deware mens genoemd én de ‘door de Heilge Geest beloofde’. Ook wordt de opstanding beleden alsdaad van God: ‘opgewekt door God’. De gaven van de Geest én de onderlinge gemeenschapkomen in couplet 3 naar voren: ‘verrijkend met zijn gaven’ en ‘wie van Christus zijn op aarde doetHij als één lichaam leven’. Deze elementen voegen echt wat toe aan dit geloofsbelijdenislied enkomt de band met de Reformator Luther uit.Een breed en melodieus amen besluit dit lied dat teruggaat op een voorreformatorische melodie.

ConclusieEen mooi geloofsbelijdenislied.

LvdK 334 Here Jezus, wij zijn nu

TyperingEen lied bij de kinderdoop.

AfwegingDit lied is een gebed. Een gebed van de ouders én van de gemeente. De ouders komen met hunkindje in het midden van de gemeente (strofe 1).Het besef van eigen kleinheid, het vertrouwen op Gods erbarmen klinken hierin door. Ook hetgebed tot God of Hij geloof wil geven: ‘dat het vroeg U in dit leven ja voorgoed zijn hart mag geven’.In dit lied worden niet expliciet de verbondstonen aangeslagen; ze klinken er wel in door: ‘laat dekind’ren tot Mij komen’. Aansluitend bij de beloften en gelijkenissen van de Heer Jezus (o.a.Joh.3,5 Mc.10,15-16 Joh.15,5) wordt tot Hém gebeden om geloof, bekering en eeuwig heil van hetkind.De prachtige melodie kennen we al van Liedboek 328 (‘Here Jezus, om uw woord’).

ConclusieEen warm lied dat ons bij de doop van de kinderen in de gemeente richt op God van wie we voorhet Leven afhankelijk zijn.

LvdK 349 O Vader, trek het lot U aan

TyperingAvondmaalslied dat onze blik richt op onze medemensen.

AfwegingEr zijn al meer avondmaalsliederen goedgekeurd. Maar (zie inleiding op deze toelichtingen) t.b.v.het ‘evenwicht’ in de bundel, presenteren we ook dit lied omdat het ook woorden geeft aan hetmissionaire aspect van onze kerken.De openingsregel klinkt misschien in het eerste gehoor wat ‘te menselijk gezegd’ voor God, maar isletterlijk zo gezegd door Petrus in zijn ‘eerste evangelisatietoespraak tot heidenen’ (Hand. 10,35).In het Compendium noemt Ad den Beste zelf de taal “poëtisch armelijk” (in beide couplettenprecies dezelfde rijmwoorden) en de inhoud “niet bijzonder rijk”. Maar juist zo zingt het waar het omgaat: dat door mensen van God zichtbaar wordt gemaakt dat God boodschap heeft aan mensen.

ConclusieEen kort en krachtig lied dat goed past in onze diensten die vaak vol rijke woorden zijn, met namebij de viering van het avondmaal.

LvdK 364 Laat ons als Jezus’ jongren nooit vergeten

TyperingEen avondmaalslied.

AfwegingMooi wordt hier uitgewerkt dat we sámen delen in het heilsgeheim van Christus’ sterven voor ons.In Christus zijn we tot één verbonden (strofe 1). Het diaconale en het pastorale meeleven voegtzich hier bij en wordt verbonden met ‘de laatste wil’ van Christus (strofe 2). Het eindigt met hetgebed om liefde en eenheid, waarbij Christus’ liefde de bron en Hij de goede Herder is (strofe 3).

Page 53: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 53

ConclusieEen kort en krachtig, treffend avondmaalslied.

LvdK 375 De trouw en goedheid van de Heer

TyperingIndringend morgenlied dat ons met beide voeten op de grond zet voor God.

AfwegingNog een morgenlied in ons kerkboek? We werken aan een bundel die we kunnen gebruiken in dekerkdiensten én thuis, op school, op het werk! En als!! je elke morgen een lied zingt, is ons aantalmorgenliederen eerder te weinig dan te veel voor 365 dagen in een jaar. Overigens is dit lied ookheel goed te gebruiken als start van een morgendienst: vers 1 – votum – vers 2-4 – zegengroet –vers 5 – lezing van de wet – vers 6 en 7 – gebed.Er is zorg dat het Liedboek de leer van de alverzoening ‘leert’. Een lied als dit, en de toelichtingerbij in het Compendium, maakt duidelijk dat Gods zon wel opgaat over bozen, maar dat dat elkeheiden wel verantwoordelijk stelt (Rom. 1), en dat het werk van de Geest nodig is (vers 5: zoalseen “morgenster opgaat in ons hart”, 1 Pet. 1,19) om ons te doen “wandelen als bij dag”.

ConclusieWie wil wandelen met God staat met dit morgenlied goed op.

LvdK 383 O Christus die de zonne zijt

TyperingEen prachtig lied met eeuwenoude wortels. Een lied dat moderne christenen verbindt met de kerkvan vroeger.

AfwegingHet motief waar het lied mee begint, kennen we al van het gezang ‘O grote Christus eeuwig licht’.De tweede regel sluit echter uitdrukkelijk aan bij Maleachi 4,2: voor u zal de zon der gerechtigheidopgaan. In de christelijke iconologie altijd betrokken op Christus zelf: Hij is de Zon dergerechtigheid.Het lied is een ochtendlied of een gebed om de komst van de morgen en Gods bescherming tijdensde nacht. Aan de nacht wordt nog een tweede betekenis toegekend: de hele christenheid moetlijden en is in zekere zin nog verborgen. Pas als de Zon der gerechtigheid werkelijk opgaat, zal aanhet licht komen wie kinderen Gods zijn!Het lied heeft hele oude papieren. Sommigen zeggen dat het door Ambrosius zelf geschreven zouzijn, maar dat lijkt toch niet het geval. Wel staat het in de traditie van Ambrosius. Het is een zgn.Ambrosianum.De muzieknotatie volgt een handschrift uit de elfde eeuw gevonden in Verona en is in verschillendevariaties bekend. De berijming van het Onze Vader heeft veel weg van deze melodie.Het lied eindigt met een gebed en een doxologie voor God drie-enig.

ConclusieEen mooi lied dat ons verenigt met de kerk van alle tijden en plaatsen.

LvdK 406 U heb ik lief, mijn God en Heer

TyperingIn dit lied zingt de gemeente over de diepste reden om de Heer lief te hebben: om wie Hij zelf is.

AfwegingHet eerste couplet begint met een intrigerende uitspraak: U heb ik lief mijn God en Heer / nietomdat ik mijn heil begeer. Het vervolg van het lied bevat de uitleg van deze verrassende uitspraak.Christus’ sterven is zo overweldigend dat Hij zelf als Heer onze liefde waard is. Of, niet zozeerChristus, maar God zelf. Christus’ zoendood voor de zondaar (couplet 2) laat zien wie God zelf is.En daarom is Hij alle liefde waard. Niet om in de hemel te komen of om de hel te ontlopen heeft degelovige zijn God en Heer lief, maar om Wie God zelf is.

Page 54: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 54

Couplet 2 herinnert aan een aria uit de Mattheuspassion: Gij hebt mij gans en al omvat, terwijl menU gekruisigd had; deze zinsnede verraadt wel het oude taalkleed van dit lied.De inzet van het lied is misschien wat vreemd, maar in de volgende strofen wordt de intrigerendeeerste strofe uitgewerkt en wordt de diepte van de liefde voor God mooi ontvouwd. Het kan danook nooit zo zijn dat het eerste couplet als enig couplet in de dienst gezongen wordt.

ConclusieEen lied met een intrigerende eerste strofe die erom vraagt om het vervolg te zingen. Als degemeente dat doet, bezingt het de diepte van de liefde voor God. Hijzelf is de reden van onze liefdevoor Hem.

LvdK 410 Zingen wij van harte zeer

TyperingEerst wordt God gedankt voor Zijn goede zorgen voor het nodige naar het lichaam. Vervolgenswordt ook gebeden om Gods geestelijke gaven: Zijn Woord en de leiding van Zijn Geest.

AfwegingIn het eerste couplet wordt gedankt voor het ontvangen voedsel. Het laatste deel van dit coupletdoet denken aan Matt. 6:26: God voedt ook de vogels; ‘zijn jullie niet meer waard dan zij?”Het tweede couplet doet ons uitstijgen boven onze zorgen voor eten en drinken. ‘Een mens leeftniet van brood alleen’. Of, zoals een oud tafelgebed ooit zei: “Doe ons het hemelse betrachten,sterk onze zielen door Uw Woord’.Het is een lied uit de 16e eeuw. De melodie is vrij eenvoudig en opgewekt.

ConclusieEen tafelzang, bedoeld als dankgebed na de maaltijd. Eventueel ook bij andere gelegenheden tegebruiken.

LvdK 426 Zou ik niet van harte zingen

TyperingEen jubellied met een even jubelende melodie op God die ons leven leidt.

AfwegingIn het leven kun je allerlei moeiten meemaken en tegen vragen aanlopen. De blik kan beperktworden tot het hier en nu. Juist ook dan krijgen we van onze God steeds weer een brederperspectief: Hij leidt ons in heel ons leven door zijn liefde. Ook in duistere tijden geeft zijn Woordzicht op de eeuwigheid.Het lied is in de Liedboekversie sterk ingekort van 12 naar 4 coupletten; het was in zijnopsommerigheid ook wel erg breed. De keuze voor deze 4 coupletten lijkt wat willekeurig. Demelodie kennen we ook in deze oorspronkelijke versie in andere liederen; juist deze versie pastgoed bij de geloofsjubel van de inhoud.- ‘innerlijk gezicht’ [3,7]: deze wat wonderlijke uitdrukking wijst erop dat ons geloof weliswaar doorGod is gegeven, maar dat het dankzij Hem nu ook iets van onszelf, iets innerlijks is geworden.– ‘tijd en eeuwigheid’ [refrein]: je kunst stellen dat het eeuwige leven nú al is begonnen en dat tijden eeuwigheid geen tegenstelling vormen. Toch worden deze in de bijbel ook regelmatigonderscheiden.

ConclusieEen fijn lied op de trouw en de liefde van de voorzienige God in heel dit leven met uitzicht op degrote toekomst.

LvdK 428 Jezus mijn verblijden

TyperingWij hebben niets boven onze Heiland. Mijn liefde gaat naar Hem uit, Gij is mijn Beschermer, nietskan me van Hem scheiden.

Page 55: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 55

AfwegingDit lied staat sterk in de traditie van het geloof. Het is ook een bekend lied uit traditie van dekerkmuziek. Het verscheen voor het eerst in 1653 en bleef door de eeuwen heen een geliefd enpopulair kerklied. De thematiek van psalm 73: ‘Wie heb ik nevens U in de hemel? Nevens U begeerik niets op aarde’, is in dit lied terug te vinden. Het zingt van verlangen naar de geliefde Bruidegom.Wat je ook overkomt, niets kan ons scheiden van Zijn liefde.De melodie is een van de bekendste uit de kerkmuziekliteratuur. Bij Bach vinden we het terug inzijn bekende motet: Jesu meine Freude, waarin ook de thematiek van Romeinen 8 is verwerkt.Niets kan ons scheiden van de liefde van God.

ConclusieEen lied dat door de eeuwen heen zijn waarde heeft bewezen. Het bezingt de blijdschap in deliefde tot de Heiland.

Lvdk 431 Lof zij de Heer, ons hoogste goed

TyperingDit lied is wel een nieuwtestamentische psalm genoemd, vanwege de verwerking van psalmregelsdoor Johann Jakob Schütz, en ook door de thematiek die herinnert aan vele psalmen: God die doorde diepten heen zijn kinderen redt en beschermt.

AfwegingIn dit lied klinken inderdaad thema’s uit de psalmen door, maar wordt ook verwezen naar o.m.Deut. 32: 3 (de refreinregel: Geeft onze God de ere). De trouw van God aan zijn schepping is eenrode draad door dit lied. Wie bij God wonen hebben het goed, wat verwijst naar Psalm 36. Mensenzonder troost en hoop worden opgewekt moed te houden en op God te vertrouwen. Dus geensprake van iets als algemene verzoening maar de oproep God te eren, dwars tegen allezogenaamde goden in. Vs. 7 richt zich met name tot wie van Christus zijn en het merk dragen vanzijn majesteit (die gedoopt zijn). De melodie is van de bekende componist Johann Crüger.

ConclusieEen schitterend lied vol troost en tot eer van onze goede God.

LvdK 443 Liefde Gods die elk beminnen

TyperingEen mooi lied uit de engelse traditie over Gods liefde die om wederliefde vraagt.

AfwegingCharles Wesley was één van de allergrootsten in het domein van de gemeentezang. Van de 6000hymns die hij geschreven heeft is dit wel een heel bekende: Love divine, all loves excelling.Weliswaar stond een ‘Song of Venus’ model voor dit lied, maar het werd toch een heel eigen lied.Bij Wesley staat steeds centraal: God is liefde in Jezus. De tekst spreekt voor zichzelf: Gods liefde,zo groot, vraagt om wederliefde van ons: ‘Laat ons in de kerk U prijzen, met uw heiligen omhoog,tot in ’s hemels paradijzen wij U zien van oog tot oog’. (str.2)

De melodie is op het eerste gezicht op het saaie af: regel 1 en 2 worden herhaald in r. 3 en 4 enook nog in r.7 en 8 en r. 5 en 6 lijken daar ook nog weer op. Maar ga het maar zingen, dan merk jewat een kracht die melodie toch heeft. Heerlijk zingen is dat.

ConclusieEen hymn die in ons kerkboek zeker een plek zou moeten hebben.

LvdK 445 God heeft mij zijn Zoon gegeven

TyperingWie door het geloof Christus heeft aangenomen vindt bij hem een veilig geleide en tenslotte eeuwigleven.

Page 56: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 56

AfwegingDit is een graag gezongen en overbekend lied. Het spreekt van een groot gevoel van veiligheid bijChristus, ondanks ‘ruwe stormen’. De tekst sluit dan ook nauw aan bij Romeinen 8:32-34: Godheeft zelfs Zijn eigen Zoon niet gespaard; met Hem zal Hij ons alles schenken. Wie zal Godsuitverkorenen aanklagen?Met deze parafrase van de Romeinentekst zingt de dichter zijn geloof en vertrouwen uit.Het lied kent ook veel bijbelse noties: ‘door het geloof aannemen’, ‘gekend van vóór de geboorte’,‘God als Schepper’, ‘Christus’ verdienstelijk werk’, Christus als pleiter’, ‘eeuwig leven’.Door dit lied zijn al zeer velen getroost en bemoedigd.

ConclusieEen heel schriftuurlijk lied, waaruit een groot geloof en vertrouwen in Gods goede zorgen spreekt.

LvdK 453 Ik weet waar mijn geloven

TyperingChristus is de rots van mijn heil. Op Hem rust mijn vertrouwen; als alles wankelt blijft het zicht opeen eeuwig bestaan.

AfwegingDe dichter leefde in een tijd vol romantisch gevoel: eind 18e en eerste helft 19e eeuw.Wat er ook om je heen ‘vliedt of bezwijkt’, het geloof is hecht gefundeerd op de Rots van het heil.Het lied spreekt verder van uitzicht op ‘de gouden stad’, waarvan de poorten open zullen gaan.Want deze wereld is slechts tijdelijk, maar de dichter weet wat niet zal vergaan en eeuwig is.Het lied doet denken aan het bekende lied ‘Ik weet aan Wie ik mij vertrouwe’.

ConclusieVanuit een grote geloofszekerheid, levend In deze wereld waarin alles vergankelijk is, wordt met ditmooie getuigende lied vanuit een grote geloofszekerheid het vaste vertrouwen in de ‘vaste Rots’uitgezongen.

LvdK 455 Als Hij maar van mij is

Typering“Jezus is alles voor mij. Of, nou ja: hoe zeg ik dat?” Nou, als je dat niet zeggen kunt, zing het danmet dit lied.

Afweging: Dit lied heeft een wat andere toon dan ‘we gewend zijn’ (zie inleiding op de toelichtingen). Volgensons zou dit lied goed passen in de liturgie als amenlied op de geloofsbelijdenis. Na twaalf krachtigeteksten: “zo is Hij”, “dat geloof ik”, zingen we de rustige overweging: “Mij is om het even…”“Hij van mij” is natuurlijk wel spannend gezegd. ‘Van’ mij? Zodat jij voor jezelf mag bepalen wie enhoe Hij is…? Van ‘mij’? Klinkt als modern individualistisch geloven: ik mijn Jezus, jij de jouwe. Maarmet “luister naar zijn trouwe stem”, “volgen” en “gaven van zijn hand” maakt het lied heel concreethoe je Hem kennen en geloven kunt. En met “wie aan Hem behoren” staat de zanger in de kringvan gelovigen.Nog spannender is het ‘vertrouwen’ dat eruit spreekt: “heb ik niets te lijden”, “wil ik enkel zijn waarHij is”, “broeders lang verloren vind ik weer”. Was dat maar zo, denk je dan… maar hoe kom jedaaraan? Nou, zingt het lied, “als Hij maar van mij is”.

ConclusieWij vinden het eerder ‘passend om ook zo te zingen’ dan ‘bij ons passend’. Maar wie van Hem is,wil zijn “lichte, luide, aardse leven” daarop aanpassen…

LvdK 462 Ontwaakt, gij die slaapt, en sta op uit de doôn

TyperingGeen schriftberijming van Ef. 5:14 maar een uitwerking daarvan.

Page 57: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 57

AfwegingEen oud en geliefd lied, mede doordat tekst en melodie zo goed op elkaar aansluiten. Een lied datheel dicht bij de woorden uit de Schrift blijft.Naast de reeds genoemde tekst klinkt er ook meer uit de omgeving van dit bijbelgedeelte mee.Bijvoorbeeld in couplet 4 zijn woorden uit Ef. 5:8 te vinden “Want gij waart vroeger duisternis, thanszijt gij licht in de Here”.Het lied ademt, zowel qua tekst als melodie, weliswaar een 19e eeuwse sfeer en wordt misschienzelfs als oud ervaren maar niet als te ouderwets.

ConclusieDe roep tot ‘opwekking’ in deze toonzetting zal de moderne gelovige nog zeker aanspreken.

LvdK 484 Waarom moest ik uw stem verstaan?

TyperingDit lied gaat over vreemdelingschap. Zo heette het ook in Den Bestens bundel Loflied voortegenstem: ‘Lied van de vreemdelingschap’.

AfwegingWie in Christus’ spoor gaat heeft niet vanzelfsprekend een aangenaam leven. Met psalm 73 ingedachten weten we dat. Maar als het dan geen vrede in materieel opzicht is, dan mag je toch inieder geval op vrede en rust in geestelijke opzicht rekenen? Dit lied verwoord een anderewerkelijkheid: ‘Waarom bracht Gij / die onrust mij / in ’t bloed – is dat genade?’. Dit zelfstoenemende gevoel van ontheemd zijn in deze wereld, wordt in het lied scherp onder wordengebracht, drie van de vier strofen zijn er aan gewijd. Zijn dit terecht vragen?Het lied staat tegen de achtergrond van bijbelpassages als Hebr. 11,16 (… ze keken reikhalzenduit naar een beter vaderland …) en Lukas 9,57-62 (Terwijl ze hun weg vervolgden, zei iemandtegen hem: ‘Ik zal u volgen waarheen u ook gaat.’ Jezus zei tegen hem: ‘De vossen hebben holenen de vogels hebben nesten, maar de Mensenzoon kan zijn hoofd nergens te ruste leggen.’ Tegeneen ander zei hij: ‘Volg mij!’ Maar deze zei: ‘Heer, sta me toe eerst terug te gaan om mijn vader tebegraven.’ Jezus zei tegen hem: ‘Laat de doden hun doden begraven, maar ga jij op weg om hetkoninkrijk van God te verkondigen.’ Weer een ander zei: ‘Ik zal u volgen, Heer, maar sta me toe datik eerst afscheid neem van mijn huisgenoten.’ Jezus zei tegen hem: ‘Wie de hand aan de ploegslaat en achterom blijft kijken, is niet geschikt voor het koninkrijk van God.’)Het lied mondt dan ook uit in een gebed. Géén gebed om vrede en rust, maar een gebed datvraagt om het besef dat dit de weg van Christus is én dat het de weg van het komen van GodsKoninkrijk is.

ConclusieEen mooi lied over gezonde onrust.

LvdK 488b Zolang er mensen zijn op aarde

TyperingHet allereerste kerklied dat Huub Oosterhuis maakte, geschreven op de weg van Winsum naarGroningen, fietsend tegen de wind in. Het gaat over het vaderschap van God en over zijnscheppingswerk. Couplet 3 met daarin de weerklank van Mat. 6 is dat opzicht kenmerkend

AfwegingDe eerste twee coupletten zetten in met ‘zolang’. Zolang er mensen zijn op aarde, zolang de aardevruchten geeft, zolang zijt Gij ons aller Vader… (1), Zolang de mensen woorden spreken, zolangwij voor elkaar bestaan, zolang zult Gij ons niet ontbreken …(2).Kan dat maar zo? Stopt Gods vaderschap dan als er geen mensen meer zijn? Is God er niet meerals mensen niet langer voor elkaar bestaan? Klinkt hier de gedachte van het beperkt-zijn van Goddoor, of van een God die zich uitsluitend in medemenselijkheid openbaart?Het valt wel mee. Dit lied doorloopt namelijk een proces. Al zingend begin je op een bepaald punt,maar vervolgens kom je gaandeweg bij een diepere werkelijkheid uit:

Page 58: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 58

1: Mensen, oogst → dat toont Gods vaderschap, Hij is de bron van al wat leeft. ↓

2: Menselijke communicatie, zorg en aandacht voor elkaar → hierin spreekt God, ín Jezus. ↓

3: God zorgt! Voor vogels en bloemen, vóór mij!↓

4: Gods zorg gaat verder dan vogels en bloemen. Hij is ons licht, ons eeuwig leven, Hij gafzijn Zoon.

↓5. En dus: alles moet U aanbidden. Gods liefde heeft ons voortgebracht. Wij zijn nietzomaar ‘mensen’, maar Gods kinderen (Hand. 17,28).

De melodie van Tera de Marez Oyens is een sterke melodie, levendig en met swing.

ConclusieEen prachtig lied dat o.a. gezongen kan worden als het gaat over Gods voorzienigheid. Verder ishet ook een mooi lied voor dankdag (en waarom ook niet op biddag?)

BIJLAGE V

De lijst van 20 liederen uit eigen kring + 5 reserve

1. Wij zijn als korrels in de voren (Anka Brands)2. (Prediker 3,13-14 en 7,14): Geniet Gods gave, eet en drink (Ria Borkent)3. (Jesaja 9 en 11): Als alles dor en donker lijkt (Ria Borkent).4. (Jesaja 60): Sta op, ga het licht tegemoet (Ria Borkent)5. (Matteüs 2,1-12): Aan de hemel stijgt een ster (Ria Borkent)6. (Matteüs 3): Toen Jezus de Jordaan inliep (Ria Borkent)7. Hoor de woorden (Ria Borkent)8. Iedereen telt mee (Ria Borkent)9. (Lukas 24,13-35). Wij hadden het niet verwacht (titel: ´Blijf bij ons Heer´)(Ria Borkent)10. Jezus roept hier mensen samen (Ria Borkent)11. Boek over Jezus (Ria Borkent)12. Heer wij loven en aanbidden U (Ria Borkent)13. Wonderwereld vol geheimen (Ria Borkent)14. Ontferm U over kinderen (Ria Borkent )15. Is dit uw wereld Heer? (Ria Borkent)16. Het lied van de ark (Sander Israëls)17. (Ruth): Uit een vreemde stal (Johan Klein)18. Here God, uw schepping zucht (Johan Klein)19. (1Kon.18-19 2Kon.4): De Heer is God (Johan Klein).20. Geloofsbelijdenis (Casper Koolsbergen)

Reserve1. (Psalm 2): Waarom zijn de volken opstandig (Ria Borkent)2. (Johannes 6,68): Meester, tot wie zouden wij gaan? (Johan Klein)3. (Filippenzen 4,4-9): Wees blij te allen tijde (luek; Johan Klein)4. Als ’t gebergte wordt verbrijzeld (Johan Klein)5. Mijn God, Gij hebt uw wonderen verricht (Johan Klein).

Nr Tekst Titel Rubriek

1 Anka Brands Wij zijn als korrels in de voren Pasen2 Ria Borkent Geniet Gods gave, eet en drink.

Melodie Dirk Zwart.Bijbel: Prediker 3,13-147,14 / Dankdag

3 Ria Borkent Als alles dor en donker lijktOpnieuw aan GS voorstellen

Bijbel: Jesaja 9 en 11 /Advent

Page 59: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 59

4 Ria Borkent Sta op, ga het licht tegemoet.Melodie Dirk Zwart.

Bijbel: Jesaja 60

5 Ria Borkent Aan de hemel stijgt een sterMelodie Willem Vogel.

Bijbel: Mt.2,1-12(Op.21,24b)

6 Ria Borkent Toen Jezus de Jordaan inliep.Melodie Lb.165. Bij: doop, en: ambtsaanvaarding.

Bijbel: Mt.3 DoopBevestiging

7 Ria Borkent Hoor de woorden.Melodie Dirk Zwart

Tijd voor Pasen

8 Ria Borkent Iedereen telt meeMelodie Leo Lommers

Tijd voor Pasen

9 Ria Borkent Blijf bij ons HeerMelodie Leo Lommers Tussen Pasen en hemelvaart

Paastijd

10 Ria Borkent Jezus roept hier mensen samen Kerk11 Ria Borkent Boek over Jezus Andere liederen: bijbel12 Ria Borkent Heer wij loven en aanbidden U

Melodie Peter SneepAndere liederen: TeDeum

13 Ria Borkent Wonderwereld vol geheimen Andere liederen:schepping

14 Ria Borkent Ontferm u over kinderen Andere liederen:diaconaal?

15 Ria Borkent Is dit uw wereld Heer?Melodie Peter Sneep

Andere liederen: ?

16 SanderIsraëls

Het lied van de arkIn couplet 7: is het ‘blaas’ of ‘blaast’?

Kerk

17 Johan Klein Uit een vreemde stalOp de melodie van Wittenberg.

Bijbel: Ruth

18 Johan Klein Here God, uw schepping zucht Andere liederen:schepping

19 Johan Klein De Heer is God Bijbel: 1Kon.18-19 2Kon.4

20 CasperKoolsbergen

GeloofsbelijdenisMelodie Lb.114.

Geloofsbelijdenis

Vijf reserve-liederen:

1 Ria Borkent Waarom zijn de volken opstandig? Mel. Dirk Zwart Psalm 22 Johan Klein Mijn God, Gij hebt uw wonderen verricht

Strofe 1: moet zijn ‘ijz’ren’.Andere liederen: ?

3 Johan Klein Als ’t gebergte wordt verbrijzeldOp de syncopische melodie

Pasen

4 Johan Klein Wees blij te allen tijde Bijbel: Fil.4,4-95 Johan Klein Meester, tot wie zouden wij gaan? Bijbel: Joh.6,68

Ingedeeld in rubrieken:

Bijbelliederen1. Ruth: Uit een vreemde stal (Johan Klein)2. Prediker 3,13-14 en 7,14: Geniet Gods gave, eet en drink (Ria Borkent)3. 1Kon.18-19 2Kon.4: De Heer is God (Johan Klein).4. Jesaja 9 en 11: Als alles dor en donker lijkt (Ria Borkent).5. Jesaja 60: Sta op, ga het licht tegemoet (Ria Borkent)

Page 60: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 60

6. Matteüs 2,1-12: Aan de hemel stijgt een ster (Ria Borkent)7. Matteüs 3: Toen Jezus de Jordaan inliep (Ria Borkent)8. Lukas 24,13-35. Wij hadden het niet verwacht (titel: ´Blijf bij ons Heer´)(Ria Borkent)

Tijd voor Pasen9. Hoor de woorden (Ria Borkent)10. Iedereen telt mee (Ria Borkent)

Koninkrijk Gods11. Wij zijn als korrels in de voren (Anka Brands)

Kerk12. Jezus roept hier mensen samen (Ria Borkent)13. Het lied van de ark (Sander Israëls)

Belijdenis, doop en avondmaal14. Geloofsbelijdenis (Casper Koolsbergen)

Andere liederen15. Wonderwereld vol geheimen (Ria Borkent)16. Here God, uw schepping zucht (Johan Klein)17. Boek over Jezus (Ria Borkent)18. Heer wij loven en aanbidden U (Ria Borkent)19. Ontferm U over kinderen (Ria Borkent )20. Is dit uw wereld Heer? (Ria Borkent)

Reserve1. Bijbel: Psalm 2: Waarom zijn de volken opstandig (Ria Borkent)2. Bijbel: Johannes 6,68: Meester, tot wie zouden wij gaan? (Johan Klein)3. Bijbel: Filippenzen 4,4-9: Wees blij te allen tijde (luek; Johan Klein)4. Koninkrijk Gods. Als ’t gebergte wordt verbrijzeld (Johan Klein)5. Andere Liederen: Mijn God, Gij hebt uw wonderen verricht (Johan Klein).

BIJLAGE VI

Toelichtingen op de 20 + 5 liederen uit eigen kring

1. ‘Wij zijn als korrels in de voren’ van Anka Brands

TyperingEen lied over het evangelie van de opstanding

AfwegingDe vergelijking tussen het graan dat gezaaid wordt (en eerst afsterft) en ons lichaam dat eerststerven moet, wordt in vier coupletten beschreven.Dit lied is te zingen in Paastijd (Jezus is als eerste opgestaan uit de dood), maar ook alsbegrafenislied (couplet 3: er klinken bij ons graf reeds tonen van ’t levenslicht, van ’t nieuw begin)Het doet recht aan het zaaien in oneer, aan de ‘tussentoestand’ (we wonen tijdelijk bij de Vader in)en het perspectief van het nieuwe lichaamHet lied is op muziek gezet door Luit Doornbos en draagt de titel Sterven en opstaan, in de bundel‘Een lied voor Jeruzalem’ (1971)

ConclusieMooi lied over ons sterven en doorgaan naar het eeuwige leven.

2. ‘Geniet Gods gave, eet en drink’ van Ria Borkent

TyperingBijbellied bij Prediker 3:13-14 en 7:14.

Page 61: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 61

AfwegingEen lied, dat past bij de belijdenis van onze afhankelijkheid, van Gods goede zorg. Zoals dezegebeurt op Dankdag. Maar in feite geldt dit voor elke dag van ons leven. Zelf kun je je toekomstniet overzien, maar God zorgt, en daardoor kun je van dag tot dag leven. Door alles heen, op dedag van voorspoed en tegenspoed, houdt Hij je vast, en neemt Hij je mee, de toekomst tegemoet.In zijn hand ligt deze veilig en vast. Dat stemt je dankbaar en geduldig.

ConclusieEen prachtig en aansprekend lied ter gelegenheid van Dankdag en passend bij de prediking vanZondag 10 H.C., over ‘Gods Voorzienigheid’.

3. ‘Als alles dor en donker lijkt’ van Ria Borkent*

TyperingEen adventlied voor kinderen

AfwegingDit lied is als kinder-adventlied een aanwinst, op een passende melodie van Dirk Zwart. Het is eenrefreinlied, waarbij het refrein eerst door kinderen gezongen dient te worden en dan herhaald wordtdoor allen.De melodie van het couplet is aansprekend voor kinderen (eerst b-klein, dan overgaand naar D-groot)) en de tekst is zonder meer duidelijk: Gods Zoon maakt alles anders (…dan speel ik met eenpanter, Hij maakt een eind aan alle pijn)

ConclusieEen prachtig (kinder)lied in adventstijd en in die categorie een aanwinst.

* Dit lied werd eerder door de GS niet aangenomen, maar in portefeuille gehouden in verband met hetontbreken van de naam Sterke God (door de verwijzing naar Jes 9, 11). Maar een ander lied bij ditBijbelgedeelte (Er is uit ’s werelds duis’tre wolken) is wel goedgekeurd, terwijl daar twee namenontbreken. Daarom opnieuw voorgedragen.

4. ‘Sta op, ga het licht tegemoet’ van Ria Borkent

TyperingBijbellied naar Jesaja 60.

AfwegingMooi lied bij vs 1-10 (strofe 1,2,3) en vs 19-20 (strofe 4). De bijbeltekst staat tegen de achtergrondvan de ballingschap, en bevat de belofte: volkeren komen op het licht af, dat vanuit Sion zal stralen.De lichtbron is Israëls God, de HEER der wereld.Het krijgt een diepere dimensie en vervulling in Jezus Christus, het Licht der wereld.Dat Licht gaat stralen, na Pinksteren, als zijn Evangelie de wereld in gaat. Uiteindelijk is hetgewone natuurlijke licht van zon en maan overbodig, terwijl ook de tempel niet meer nodig is. ZieOpenbaring 21: 22-24, dat aansluit bij Jesaja 60, en daar tegelijk bovenuit gaat.

ConclusieEen prachtig en bemoedigend lied over een bijbelgedeelte (Jes.60), dat in N.T.isch perspectiefstaat: een toekomst, waarin je altijd in het licht mag leven van de HEER der wereld. De duisternisvan het leven zonder God is voorgoed voorbij.

5. ‘Aan de hemel stijgt een ster’ van Ria Borkent

TyperingEen kerstlied over de wijzen uit het oosten, met uitzicht op Christus’ wederkomst.

AfwegingEen mooi lied bij deze geschiedenis uit Matteüs 2,1-12. In de tekst weet Ria Borkent prachtig weerte geven: Gods majesteit in de verschijning van de ster, het ongeloof van Jeruzalem en de eer voor

Page 62: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 62

de Heer. De tekst wordt de ‘wijzen’ in de mond gelegd, waardoor het een directheid krijgt. En hetvinden en aanbidden van de Heer Jezus dichtbij komt.In de slotstrofe richt zich het perspectief op de jongste dag: “Eeuwig morgenlicht breekt aan: uit hetOosten, uit het Westen brengen vorsten voor U mee’ geschenken. Hier is Openbaring 21,24bverwerkt. Vandaar ook de juiste tekstredactie in de slotregel: “Koning, bij uw defilé” (mooier dan “bijuw grote feest”).Dit lied is eerder op de synode voorgesteld, toen niet afgewezen, maar in portefeuille gehouden. Ditlied zien we als een aanwinst vanwege de verbinding tussen de wijzen die Christus eer komenbewijzen bij zijn eerste komst en de eer die Christus zal krijgen bij zijn tweede komst.De melodie is van Willem Vogel (deputaten kozen niet voor de melodie van Dirk Zwart).

ConclusieHet is mooi om het lied te hebben bij de wijzen uit het oosten, dat ook uitkijkt naar de eer voorJezus Christus bij zijn komst in volle glorie.

6. ‘Toen Jezus de Jordaan inliep’ van Ria Borkent

TyperingBijbellied bij Matteus 3: 13-17.

AfwegingLied over de doop van Jezus in de Jordaan, bij de aanvaarding van zijn Messiaanse taak.Hierin wordt mooi verwoord, hoe bij zijn doop Vader, Zoon en Heilige Geest samengaan, en wat ditvoor Hem en voor ons betekent. De lijn wordt doorgetrokken naar onze eigen doop: ‘nu is bij onsgeen twijfel meer: in deze drie personen zijn wij gedoopt,…’

ConclusieDit lied is te gebruiken, zowel in de categorie van Bijbelliederen, als ook in die van Doopliederen.

7. ‘Hoor de woorden’ van Ria Borkent

TyperingBijbellied, geschikt voor de tijd vóór Pasen

AfwegingIn dit lied klinken de 7 kruiswoorden van Jezus. Elk kruiswoord bevat het troostvolle Evangelie vanJezus’ lijden in compacte vorm. Dat is ook terug te zien in woordkeus in dit lied. Daardoor krijgt hetlied grote zeggingkracht in elk van de 7 strofen, en past het bij de korte kreten van Jezus aan hetkruis.

ConclusieEen waardevolle aanvulling op de liederen voor de lijdenstijd.

8. ‘Iedereen telt mee’ van Ria Borkent

TyperingEen lied voor de lijdenstijd, tot op Pasen.

AfwegingIn dit lied is in elk couplet één van de kruiswoorden verwerkt. Telkens komt ook één van depersonen in beeld die bij het lijden van de Here Jezus betrokken waren: b.v. Simon van Cyrene(strofe 1), de boevenkoning (strofe 3) enz. Daarbij trekt Ria Borkent ook de lijnen door naar ons:‘wie de wil doen van mijn Vader zijn mijn zussen en mijn broers (strofe 2), ‘mensen kunnen zichverkijken bij de poorten van de dood, …’ (strofe 3), ‘uw onschuldig bloed voor mij’ (strofe 7). Het iszo een bijzonder lied geworden waarbij we de lijdensweg van Christus bezingen, bepaald wordenbij zíjn kruiswoorden en er ook zelf bij in betrokken worden.We hebben de versie met een refrein en de namen van de zondagen van het kerkelijk jaaropgenomen, zodat het ook in een project van de veertig-dagen-tijd voor Pasen door de gemeentegebruikt kan worden. Het eindigt dan ook met een strofe over Pasen: ‘wij geloven wat gezien is:onze Heer is opgestaan’.De ingetogen melodie is van Leo Lommers.

Page 63: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 63

Opmerking: In strofe 1 is de juiste tekst van regel 4: “waar hij Jezus heeft ontmoet”.

ConclusieEen mooi gemeentelied voor de lijdenstijd; echt een aanwinst.

9. ‘We hadden het niet verwacht´ (titel ´Blijf bij ons Heer´) van Ria Borkent

TyperingBijbellied, dat nauw aansluit bij Lukas 24:13-35, de geschiedenis van de zgn. Emmaüsgangers.

AfwegingGoede weergave van dit bijbelgedeelte vanuit het perspectief van de Emmaüsgangers. Alles komtaan de orde: hun teleurstelling, vertwijfeling, ongeloof, maar ook hun ommekeer. Als het resultaatvan de bijbelles door Jezus dat Hij de Messias der Schriften is. Door het gebruik van korte enkrachtige zinnen, krijgt dit lied extra zeggingskracht. Dat wordt ook nog versterkt na het herhaalde‘Blijf bij ons Heer’ aan het eind van elke strofe (6x). Het onderstreept dat ons geloof in hem rust ophele zijn werk van lijden, sterven en opstanding, zoals in de Schriften over Hem staataangekondigd.

ConclusieDit mooie en krachtige lied vormt een waardevolle bijdrage aan de liederen in de paastijd.

10. ‘Jezus roept hier mensen samen’ van Ria Borkent

TyperingEen lied over de kerk.

AfwegingOok dit is een lied uit de IONA-bundel (net als ‘Wonderwereld vol geheimen’).In dit lied komt sterk naar voren dat het om Jezus Christus gaat in de kerk. Door de roep van Jezusvoorop te plaatsen in elk couplet. In de kerk mogen we de drieënige God ontmoeten naar zijnbelofte (strofe 1).Het is heel sterk hoe in dit lied het katholieke en missionaire karakter van de kerk uitkomt uit.Missionair. Het is uitnodigend: Jezus roept. En tegelijk is daarmee ook duidelijk dat ons geloofs-antwoord wordt gevraagd: in samenkomen, belijden, en leven. Missionair: zeg het uit (strofe 2), gamet mensen in de straat (strofe 3).Katholiek: zo verschillend als we zijn, Jezus trekt geen scheidingslijn (strofe 3). En: deavondmaalstafel wordt ‘breed en wereldwijd gedekt’ (strofe 4). Om een term van prof. K. Schilder tegebruiken het ‘dynamische kerkvergaderend werk van Christus’ wordt bezongen: het is inbewéging, Christus roept ons Hém te volgen.Een blijde melodie in 3/4-s maat waardoor er beweging in zit en past mooi bij de inhoud:samenkómen op Jezus’ roep en het weer uitgezonden worden.

Eén opmerking nog: het ‘heilige verhaal’ (strofe 2) is duidelijk niet bedoeld als een ontkenning vanhet historisch karakter van Gods werk, maar een omschrijving van ‘het evangelie’: de blijdeboodschap dat Gods glorie echt is neergedaald op aarde.

ConclusieEen mooi lied voor en over de kerk, die katholiek en missionair is, de kerk waar het geheim van is:Jezus die ons roept om God te ontmoeten.

11. ‘Boek over Jezus’ van Ria Borkent

TyperingEen kinderlied over de bijbelse boodschap.

AfwegingDit lied weet in vier korte strofes veel te zeggen in duidelijke taal over de kern van de bijbelseboodschap. Het is duidelijk maar niet simpel; het is treffend. Heldere formuleringen brengen debijbelse boodschap dicht bij kinderen: ‘gave verhalen, ik luister ernaar’ (strofe 2), ‘hij was als ik,

Page 64: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 64

want hij was ook een kind, en hij begrijpt me, hij houdt zó van mij (strofe 3). En: ‘tot ik hem eenmaalzal zien in het echt’ (strofe 4). Kortom een soort belijdenislied voor kinderen, waarin hetenthousiasme en blijdschap over Gods liefde en zorg doorklinkt.Dit lied is een vertaling van een lied uit een Scandinavische bundel, en dito melodie.

ConclusieEen prachtig duidelijk kinderlied over de bijbelse boodschap, dat ook volwassenen zal aanspreken.

12. ‘Heer, wij loven en aanbidden U’ van Ria Borkent

TyperingEen eigentijdse bewerking van het bekende Te Deum, ‘Wij loven U, o God’.

AfwegingHet bekende en prachtige ‘Te Deum’ kennen we als het ‘Wij loven U, o God, wij prijzen uwennaam’ (op de melodie van Psalm 89, het oude Gezang 30, het nieuwe ….). Ria Borkent maakte ereen eigentijdse bewerking van (zonder de vele afkortingsapostrofs). Dit eeuwenoude lied verdienthet om door de gemeente vandaag als nieuw gezongen te kunnen worden. Het geeft prachtig weerhoe de eeuwige God de eeuwen door de lof waard is van de kerk daarboven en hier beneden. Meteen gebed om Gods bewaring tot de jongste dag.De melodie is van Peter Sneep en past prima bij dit loflied.

ConclusieEen prachtig aanbiddingslied, een oud lied in een nieuwe vorm.

13. ‘Wonderwereld vol geheimen’ van Ria Borkent

TyperingEen eigentijds lied over de pracht ván en het leven ín Gods wereld.

AfwegingJe kunt dit lied zien in de lijn van Psalm 8 en 104: wat er in de wereld aan pracht is komt van God(strofe 1). Op eigentijdse wijze krijgt ook het unieke van de mens aandacht (strofe 2). Mocht jedenken dat dit lied te algemeen en universalistisch wordt, let er dan op dat een leven los van Godaandacht krijgt: ‘bouwt de hoogste toren’ (strofe 2), evenals de vraag hoe we juist Góds hartkunnen behagen (strofe 3). De laatste strofe (strofe 4) die best pittig is, bezingt mooi hoe Godsliefde tegen de klippen op gaat. En legt het verband met Jezus Christus: Gods liefde ligt in dekribbe.Let ook op de mooi opbouw van het lied: in elk couplet keert de tweede regel terug in de laatste,waardoor elk couplet een eigen accent krijgt.Dit lied is een vertaling van een Engels lied en verschenen in de Nederlandse versie van eenbundel liederen van de IONA-gemeenschap in Schotland. Op een mooie en bekende melodie uitde Engelse traditie.

ConclusieEen prachtig scheppingslied, met waardevolle eigentijdse accenten over het leven in Gods wereld.

14.‘Ontferm u over kinderen’ van Ria Borkent

TyperingEen roep om ontferming over kinderen in de wereld die lijden.

AfwegingOntferm u over kinderen in heel de wereld, Heer’ – zo begint elke strofe. Daarmee is het ook echteen kyrië eleison-lied, een roep om ontferming tot God. Het leed dat telkens opnieuw juist zwakkekinderen treft brengt de gemeente met dit lied bij God. Het gebeurt ook telkens dat kinderen (enmoeders) ‘rondtasten tussen doden’ (strofe 1) op zoek naar hun vaders (en mannen). Het is goedom met zo’n diaconaal lied elkaar op te roepen om ‘met brood en liefde beide’ betrokken te zijn(strofe 1) en tegelijk het te verwachten van Góds daden (strofe 3).Opnieuw een bewerking / vertaling van een lied uit de Scandinavische bundel; daaruit komt ook demelodie.

Page 65: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 65

ConclusieEen welkome aanvulling dit diaconaal lied: ‘ontferm u over kinderen’.

15. ‘Is dit uw wereld Heer’ van Ria Borkent

TyperingEen bede om bekering en Gods sparende geduld over ons in de verdorven wereld waarin wij leven.

AfwegingDit lied, dat uit vier coupletten bestaat, afgewisseld met een drie-regelig refrein, wordt door dedichteres getypeerd als een Kyrië-lied bij Lucas 13:2-5 en Openbaring 8:6 e.v.Het is een hedendaags lied met actuele en eigentijdse woorden, waarin wereldwijde ellende enmilieuproblemen gekoppeld worden aan onze schuld en verantwoordelijkheid.Peter Sneep heeft er een voor hem zo karakteristieke melodie bij gemaakt.

ConclusieEen aanwinst! Een prachtig lied over ellende in de door God geschapen wereld en onzeverantwoordelijkheid daarin.

16. ‘Het lied van de ark’ van Sander Israëls

TyperingEen lied dat uitnodigt de ark (vergeleken met de kerk) binnen te komen.

AfwegingIn dit lied wordt de ark vergeleken met de kerk: watervloed-vuurzee, Jezus die bij beiden de loodsis, de kerk die op zoek is naar ankerplaats, de Geest die ons met kracht de toekomst tegemoetblaast. Het lied eindigt met de bede aan de Vader om ons voorgoed thuis te brengen.

ConclusieEen lied onder het kopje Kerk, over Gods reddend werk

17. ‘Uit een vreemde stal’ van Johan Klein

TyperingEen lied naar aanleiding van Ruth, over Gods vergaderend werk: …dan zal er één kudde zijn, metéén herder (Joh 10: 16).

AfwegingEen lied over Ruth en haar keuze voor God hebben we nog niet. Dit lied bezingt de keuze van Ruthvoor de God van Israël en de lijn van Abraham via Ruth naar Jezus. Gods kerkvergaderend werk(slot couplet drie) begint bij het kind in Bethlehem geboren en dat vriendelijk zal regeren. Verwijzingnaar Obed (= knecht), David (= vriend, beminde)Peter Sneep heeft er een melodie bij gemaakt, die de voorkeur verdient boven de melodie uitWittenberg (Der Tag der ist so freundenreich uit 1533)

ConclusieEen mooi lied over Ruth en Gods herderswerk op een mooie eigentijdse melodie.

18. ‘Here God, uw schepping zucht’ van Johan Klein

TyperingEen lied rond het lijden en zuchten van de schepping door toedoen van de mens, onderweg naarGods grote dag.

AfwegingIn dit lied wordt het leed bezongen dat de schepping ondervindt door onze zonden. Maar deschepping is onderweg naar Gods Koninkrijk, terwijl het dodenrijk zijn macht ontnomen wordt.Een lied over de realiteit van elke dag!Het lied is gemaakt op de melodie van Liedboek 483, een devote 17-eeuwse melodie uit Dresden,die nog steeds niet aan kracht heeft ingeboet

Page 66: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 66

ConclusieSterk lied op een prachtige melodie. Een aanwinst.

19. ‘De Heer is God’ van Johan Klein

TyperingEen lied naar 1 Kon 18 en 19 (Elia op de Karmel met de Baälspriesters) en 2 Kon 4:1-7(overvloeiende oliekruikje van de weduwe).

AfwegingEen lied waarin opgeroepen wordt te letten op de tekenen van Gods rijk en de dingen die Hij doet,dit naar aanleiding van de geschiedenis op de Karmel en Gods almacht daarbij getoond. De krachtvan het woord dat gesproken wordt in zijn naam en de daden die verricht worden op Gods bevelverbreekt de macht van satan en zo komt Gods rijk in zicht. We worden opgeroepen God te volgenen te letten op de dingen die Hij doet.

ConclusieEen verhalend lied over Gods almacht. De moeite waard!

20. ‘Geloofsbelijdenis’ van Caspar Koolsbergen

TyperingBelijdenislied.

AfwegingEen nieuwe berijming van het Apostolicum, die een welkome variant biedt op de gezongenbelijdenissen. De berijming blijft dichtbij de oorspronkelijke tekst, zodat ook deze gezongenbelijdenis i.p.v. de onberijmde kan functioneren in de eredienst.

ConclusieEen goede aanvulling op de belijdenisliederen, ook wat betreft de mooie melodie van LB 114, diehier wordt gebruikt.

r1. ‘Waarom zijn de volken opstandig’ van Ria Borkent

TyperingEen lied naar psalm 2, maar ook als introïtus voor de kerstnacht (Dirk Zwart)

AfwegingDeze psalm is in hedendaags Nederlands ‘hertaald’ en heeft daardoor grote zeggingskracht: zoalsin vers 4:...regeringen, wees dan gewaarschuwd…, maar ook als in couplet 2: …de Heer lacht henuit, de brutalen, en spot met hun grote verhalen…De melodie van Dirk Zwart past heel goed bij de toon van de tekst (je hoort de soldaten marcheren)

ConclusieEen aanwinst, naast de bestaande psalm 2

r2. ‘Meester, tot wie zouden wij gaan?’ van Johan Klein

TyperingEen lied op het unieke werk van Christus, in schril contrast met de falende machten om ons heen.

AfwegingDit lied (ook opgenomen in E&R-bundel 2: Lied 278) bestaande uit vijf coupletten, draait om dewoorden van leven, die bij Christus te vinden zijn: elke strofe eindigt met de zin: Bij U zijn woordenvan leven. Couplet 1 beschrijft het werk van Jezus, die ons opzocht en aansprak. Waar wevergeefs aankloppen voor hulp, wordt in de coupletten 2, 3 en 4 beschreven: het Westen, hetOosten, mensen? Het laatste couplet is een bede om de uitstorting van Gods liefde in ons, zodatwe zijn liefde gaan uitdragen en zijn woorden van leven leren spreken.Dit lied van Johan Klein is een mooi missionair lied op de wijs van Liedboek 170, een zangerige

Page 67: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 67

melodie van de Noor L.M. Lindeman, die zijn sporen verdiende in het schrijven van een paarhonderd koraalmelodieën en grote invloed had op de kunstmuziek van zijn tijd (o.a. Grieg).

ConclusieEen mooi (missionair) lied over het unieke reddende werk van Christus

r3. ‘Wees blij te allen tijde’ van Johan Klein

TyperingEen lied naar Filippenzen 4:4-9 dat oproept om de Heer onze vreugde te laten zijn.

AfwegingDe vier coupletten van dit lied roepen op om Gods vriendelijkheid in ons te laten wonen (couplet 1),niet bezorgd of bang te zijn (couplet 2), God altijd te danken (vers 3) en monden uit in couplet 4waar Filippenzen 4:9 aangehaald wordt: doe het goede en Gods vrede zal met je zijn.Johan Klein dichtte het lied op een beroemde Engelse volkswijs, voor het eerst gezongen in 1590in Londen bij de inhuldiging van een oorlogsheld na de overwinning op de Spanjaarden.

ConclusieEen mooi bijbels lied, dat via E&R 285 al aardig bekend is onder ons.

r4. ‘Als ’t gebergte wordt verbrijzeld’ van Johan Klein

TyperingEen lied over de jongste dag en het eeuwige leven dat ons wacht.

AfwegingDit lied van Johan Klein bestaat uit 6 coupletten en eindigt als het begonnen is: ik zal uit het stofherrijzen als de Heiland (vers 1, in vers 6 de Koning) tot mij spreekt. Ondanks dat mijn lichaam aande grond gelijk zal worden bij het sterven, zal ik de aarde erven en ’alles wat verteerd is, zal op ’twoord van die mijn Heer is, stralend voor de Schepper staan’.De melodie is geschreven door J.L. Geluk (die twee versies bij de tekst componeerde; voor degemeente is gekozen voor de niet-syncopische versie).

ConclusieEen verwachtingsvol lied over het leven na de dood en de toekomst die ons wacht.

r5. ‘Mijn God, Gij hebt uw wonderen verricht’ van Johan Klein

TyperingEen loflied op Gods reddende werk in de wereld (naar aanleiding van de Wende geschreven)

AfwegingDit lied van Johan Klein heeft 7 coupletten en bezingt op de melodie van ps. 116 Gods kracht diever uitstijgt boven de machten van de wereld van dictators en dictaturen en die de eenvoudigenreden tot roemen geeft en hen tot zijn boden maakt.Halverwege het lied klinkt het gebed om kracht en het ‘tegen de stroom in God belijden’.Het lied eindigt met Gods zorg voor zijn ‘kleinen’ en de vrede die bloeit, de liefde die zich kan uiten,zodat wij ongeremd zingen tot Vaders lof!

ConclusieEen mooi psalmachtig lied over uitredding uit onderdrukking.

Page 68: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 68

BIJLAGE VII

De lijst van 51 liederen uit andere bronnen + 11 reserve

Uit Tussentijds (TT)1. Hier is de plaats waar God ons wil ontmoeten (TT-3)2. Wij zoeken hier uw aangezicht (TT-9)3. Die de morgen ontbood (TT-11)4. Wie in de schaduw Gods mag wonen (TT-36)5. Zingt een nieuw lied, alle landen (TT-37)6. Liefde, eenmaal uitgesproken (TT-48)7. De steppe zal bloeien (TT-49)8. Zo dor en doods (TT-54)9. Heel de schepping, prijs de Heer! (TT-56)10. Jezus, diep in de woestijn (TT-58)11. Klim in de hoogste bomen (TT-61)12. Toen Jezus was gekomen (TT-63)13. Aan de oever van het meer (TT-65)14. Mijn ziel maakt groot de Heer (TT-6815. Nu is het Woord gezegd (TT-71)16. De Geest des Heren is op hem (TT-72)17. Wil je wel geloven dat het groeien gaat (TT-74)18. Maak ons uw liefde, God (TT-79)19. Die rechtens God gelijk (TT-86)20. Wie is die God die eeuwig leeft (TT-95)21. Wij geloven één voor één (TT-96)22. O God die uit het water (TT-100)23. Als wij weer het brood gaan breken (TT-102)24. Zoals ik ben, kom ik nabij (TT-109)25. Geef ons genadig, Here God (TT-112)26. Licht dat ons aanstoot in de morgen (TT-118)27. Een stad van vrede zoeken wij (TT-126)28. Hij ging van stad tot stad, Hij sprak (TT-144)29. Weest blijde nu, in ’t midden van het lijden (TT-151)30. Neemt Gods Woord met hart en mond (TT-161)31. Voor mensen die naamloos (TT-168)32. Dit is de dag die de Heer heeft gemaakt (TT-170)33. Zolang wij adem halen (TT-175)34. Ik sta voor U in leegte en gemis (TT-205)35. Door de wereld gaat een woord (TT-208)36. In Christus is noch oost noch west (TT-209)37. Voor hen die ons regeren (TT-214)

Uit Zingend Geloven (ZG)38. O God en Heer almachtig (ZG1-16)39. Vannacht zal het wonder gebeuren (ZG1-35)40. Ik zing van de wijngaard (ZG1-60)41. Dit huis dat God gevestigd heeft (ZG1-61)42. Eens aten de vaderen in de woestijn (ZG2-79)43. God laat ons volop leven (ZG2-92)44. Wij danken U, o God (ZG2-111)45. Here Jezus, na dit leven (ZG2-122)46. Nu laat hij, Heer, mij gaan (ZG8–10)

Uit Gezangen voor Liturgie (GvL)47. Want mijn Herder is de Heer (GvL-23III/TT-31)48. Houd mij in leven, wees Gij mijn redding (GvL-25III/TT-32)49. God, mijn God, naar U blijf ik zoeken (GvL-63I/TT-33)50. Heel de aarde jubelt en juicht voor de Heer (GvL-67I/TT-34)51. Barmhartige Heer, genadige God (GvL-103II/TT-39)

Page 69: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 69

Reserve1. Hier wordt een huis voor God gebouwd (TT-4)2. Alle eer en glorie (TT-17)3. Hij nam de Schrift, Hij las en zei (TT-106)4. Mijn ogen zijn gevestigd (TT 150)5. Wij danken U, God, voor het lieve licht (TT-184)6. Al wie in de renbaan loopt (ZG1-4)7. Lof zij den Here (ZG1-24)8. Zingender wijze wilt uw Heiland prijzen (ZG1-51)9. Jeruzalem, zo zegt de Heer (ZG2-107)10. Laat ons dank bewijzen (ZG2-148)11. Wees, lieve Heer, geprezen (ZG2-154)

BIJLAGE VIII

Toelichting op 51 + 11 liederen uit andere bronnen

1. Hier is de plaats waar God ons wil ontmoetentekst: J.W. Schulte Nordholt

melodie: Rijk Jansen

Een mooie lied voor de morgendienst. De gemeente komt samen om God te ontmoeten en hetWoord te openen. De zondag, de dag van Christus is de dag om samen ons te wijden aan Hem, telezen uit zijn woord (Couplet 2), te dopen (couplet 3), onze gaven te geven (couplet 4) en onzeliederen te zingen (couplet 5). Met deze opsomming typeert de gemeente de samenkomst en wordthet niveau van de omgang met God ingezet, aan het begin van de dienst.

2. Wij zoeken hier uw aangezichttekst: Sytze de Vries

melodie: Bertram Luard-Selby ‘Whitsun

Ook dit lied vinden we een mooi en eenvoudig lied. Het bevat veel coupletten, maar opverschillende momenten gedurende het jaar kan een selectie gezongen worden.Wel moeten we uitzoeken of de GS Zuidhorn 2002-2003 dit lied nog niet heeft geselecteerd. Hetkomt ook voor in Zingend Geloven 6 nr. 49.

3. Die de morgen ontboodtekst: Sietze de Vries

melodie: Willem Vogel

Mooi lied om gezongen te worden door de gemeente en een cantorij als eerste lied in eenmorgendienst. In dit lied wordt gespeeld met de eerste morgen uit Genesis 1 en de morgen vaniedere dag in het geval van de zondagse samenkomst ook die van de zondag. De nacht is voorbij,de morgen is gekomen. Het lied kan mooi afwisselend gezongen worden door mannen envrouwen.

4. Wie in de schaduw Gods mag wonentekst: Jan Duin (bij psalm 91)

melodie: Antoine Oomen(zelfde melodie als licht dat ons aanstoot in de morgen) kan ook op de melodie van psalm 118

Een mooie bewerking van de bekende psalm 91. Opmerkelijk is de verwijzing (?) naar psalm 23:rust aan een koele waterbeek vers 2 en de belofte verwoord in de laatste regels van vers 3: Hij zaleen nieuwe hemel bouwen: een nieuwtestamentische toevoeging aan de psalm.Dit lied stellen we voor aan de komende synode.

Page 70: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 70

5. Zingt een nieuw lied, alle landentekst: Maurits van Vossole (bij psalm 96)

melodie: Ignace de Sutter

Mooie bewerking van psalm 96: Zing een nieuw lied want God is Koning.

6. Liefde, eenmaal uitgesprokentekst: Sytze de Vries (bij Hooglied)

melodie: John Stainer

Een mooi lied bij het Hooglied. Een loflied op de liefde. Het slot laat duidelijk zien wie de bron vande liefde is: God zelf die liefde is. Naast het Hooglied is ook duidelijk een verwijzing naar 1 Cor. 13te horen. De liefde is het laatste woord dat vrede maakt (couplet 2). Wat zal blijven is de liefde.Ondertussen is het niet de liefde die we aanbidden. God wil ons bouwen op en door de liefde,couplet 4.

7. De steppe zal bloeientekst: Huub Oosterhuis

melodie: Antoine Oomen

Dit lied is al eens voorgesteld en vervolgens afgewezen. Toch willen we het nog eens aan desynode voorstellen. Dit lied is nr. 1 bij de NCRV. Natuurlijk is het niet zo dat dit een doorslaggevendargument is. Toch vinden we dat als er in andere kerken een traditie aan het ontstaan is, dat wedan sterke argumenten moeten hebben om buiten die traditie te blijven staan. En die hebben weniet. Integendeel: we vinden dit een mooi lied.

Dit lied is een bewerking van Jesaja 35 en ook psalm 126. Een lied dat nieuwtestamentisch zingtvan de hoop op de opstanding.In deze bewerking van Jesaja wordt de Naam van de Here niet zo uitdrukkelijk genoemd. Zekerniet zo uitdrukkelijk als in Jesaja 35. Toch lezen we duidelijk dat de opstanding niet uit eigen krachtis: er is een stem die roept: Ik open hemel en aarde en afgrond. De gemeente kent die stem ….

8. Zo dor des doodstekst: Sytze de Vries

melodie: Himmlische Harmony

Mooi lied bij Ezechiël 37:1-14. Ook vanwege de bede waarmee de tekst van Ezechiël actueelgemaakt wordt in de verzen 4,5 en 6. Bij couplet 2 stellen we de vraag: kunnen we zingen dat wedor en doods zijn. en couplet 1: we zijn zonder hoop in deze wereld. Want wij zijn niet als demensen in de wereld die geen hoop hebben (Paulus).Aan de andere kant: het is een mooi lied bij zondag 2,3 en 4. Ook in de psalmen zien we eenaantal liederen waarin de psalmist vrijwel zonder troost is. En dit lied is niet zonder troost: couplet4,5 en 6.

9. Heel de schepping, prijs de Heertekst: Wim van der Zee

melodie: psalm 136

Voor de Paaswake: diensten die toch steeds meer in gereformeerde kring worden gehouden.Mooie tekst op melodie van psalm 136. De opsomming –enumeratie- is mooi en vervang het refreinvan de originele psalm: want zijn goedertierenheid ….Voor de gemeente is het mooi om een lied op een bekende wijs te zingen. Ook Zingend gelovenlied 57.

10. Jezus diep in de woestijntekst: Hanna Lam

melodie: Wim ter Burg

Een mooi lied voor de Veertig Dagentijd. Een kinderlied voor de zondag van Invocabit. OokZingend geloven lied 15

Page 71: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 71

11. Klim in de hoogste bomentekst: Hanna Lam

melodie: Wim ter Burg

Mooi lied bij Palmpasen. Mattheus 21. Ook Zingend geloven lied 28.

12. Toen Jezus was gekomentekst: Huub Oosterhuis

melodie: Frits Mehrtens

Een lied dat inzet bij de doop in de Jordaan en Johannes’ uitspraak: Hij is het Lam Gods! Hetvervolg van het lied geeft de kern van Jezus’ prediking en leven weer: Zijn dood is ons leven enbetekent verlossing van het kwaad.

13. Aan de oever van het meertekst: Hanna Lam

melodie: Wim ter Burg

Eenvoudig lied bij het verhaal van de broodvermenigvuldiging

14. De Geest des Heren is op hemtekst: J.W. Schulte Nordholt

melodie: Paul Schollaert

Lied bij het eerste optreden van Jezus in Nazaret. Het jubeljaar wordt door de Heer aangekondigd.Het slot is ook mooi. Jezus heeft het zicht op Jeruzalem en wij op het nieuwe Jeruzalem.

15. Wil je wel geloven dat het groeien gaattekst: Hanna Lam

melodie: Wim ter Burg

Mooi kinderlied bij Lucas 13, 18 en 19: Jezus vergelijkt het geloof met een mosterdzaad. Deze keereen spannend ritme.

16. Maak ons uw liefde, Godtekst: Sytze de Vries

melodie: Wim ter Burg

Mooi lied over de liefde in de christelijke gemeente, gebaseerd op Romeinen 12.

17. Die rechtens God gelijktekst: Huub Oosterhuis

melodie: Bernard Huijbers

Lied bij Filippenzen 2,6-11. Christus die de gestalte van God had, heeft die gelijkheid afgelegd en iseen mens geworden.Hij werd een mens als wij, Hij werd ons aller knecht (couplet 2), maar Godheeft Hem naam boven alle naam gegeven (couplet 3). Couplet 4 en 5 heeft een oproep om Hemte eren. Couplet 1 kan de vraag oproepen: wat betekent rechtens God gelijk. In het verband vanhet hele gezang is het hier niet nodig te denken dat dit lied de goddelijkheid van Christus terdiscussie stelt. De tekst sluit aan bij de tekst van Filippenzen en verwijst juist naar het element datChristus recht had op goddelijke aanbidding, maar die luister heeft afgelegd om ons mensen. Dat ishet punt van dit gezang, in navolging van Paulus’ woorden. We vinden dit een mooi lied.

18. Wie is die God die eeuwig leefttekst: Henk Jongerius

melodie: Herr Jesu Christ, dich zu uns wend

Mooi trinitarisch lied. Dit lied kan heel mooi in beurtzang gezongen worden:couplet 1 vraag - couplet 2 antwoord; couplet 3 vraag - couplet 4 antwoord;couplet 5 vraag - couplet 6 antwoord

Page 72: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 72

19. Wij geloven één voor ééntekst: Joke Ribbers

melodie: Bernard Smilde

Eenvoudig maar toch mooi lied, geschikt om gezongen te worden bij en na het lezen van degeloofsbelijdenis.

20. O God die uit het watertekst: Wim van der Zee

melodie: Arie Eikelboom

Mooi lied waarin door het refrein de verhalen uit het Oude Testament en ook het NieuweTestament die zo sterk betrekking hebben op de doop actueel worden gemaakt als de gemeentehet lied op de lippen neemt. De schepping, de zondvloed, de doortocht, Naäman, Jona enz.worden betrokken op de doop. Het lied past dus heel goed in een doopdienst, maar ook in anderediensten. Het lied kan afwisselend gezongen worden: in beurtzang, maar ook met een koor of in z’ngeheel door de gemeente.

21. Als wij weer het brood gaan brekentekst: Wim van der Zee

melodie: Arie Eikelboom

Een lied voor de avondmaalsviering. Het lied is mooi refreinmatig opgebouwd. De verschillendeliturgische handelingen worden bezongen, waarbij een gebed wordt verwoord om daar ook eenactuele daad op te laten volgen. De gemeente moet juist ook van het avondmaal leren om te delenen te gedenken.

22. Zoals ik ben, kom ik nabijtekst: Charlotte Elliott

melodie: Arthur Henry Brown

Mooi lied waarin de gelovige vanuit het moeitevolle leven bij God komt om van Hem troost enverlossing te ontvangen.De herhaling is mooi: zoals ik ben …. Kom ik nabij; met al mijn strijd, verdoofd en verblind …Het lied is een innig persoonlijk lied en dat waarderen we.

23. Geef ons genadig, Here Godtekst: naar Maarten Luther

melodie: bewerking Wonno Bleij

Een mooi lied bij het uitgaan van de dienst.

24. Licht dat ons aanstoot in de morgentekst: Huub Oostehuis

melodie: Antoine Oomen

Een moeilijker, hier en daar zwaar, niet zomaar grijpbaar lied. Toch populair, om de melodie, maartoch zeker ook om de tekst: taal die ook iets van het geheim van het geloof, het mysterie van hetevangelie in zich heeft. Dat de tekst de inhoud niet zomaar prijsgeeft, past daar goed bij.We stellen graag voor dat we dit lied ook kunnen gaan zingen in onze diensten. Het bezingt hetlicht, die bijzondere en levensnoodzakelijke eerste schepping van God. Maar al in strofe 1 moetenwe zingen dat we niet zomaar meer in dat licht leven. Toch overwint het licht (de duisternis “grijpthet niet”, Joh. 1), zodat we in strofe 2 kunnen zingen dat onze ogen uitzicht hebben op een nieuwewereld en zoeken of die wereld al daagt. Van levensbelang blijft het dus om in het licht te leven (1Joh. 1), nl. in Hem die het licht van de wereld is… zoals het lied in de laatste regels laat horen Wiehet geheim ervan is.We kunnen ons voorstellen dat het uitleg nodig heeft en voor velen iets ongrijpbaars houdt. Maarzo verdient het een plek in de evenwichtige bundel liederen die we samenstellen om in diensten tekunnen afwisselen tussen eenvoudige en wat meer diepzinnige liederen.

Page 73: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 73

25. Een stad van vrede zoeken wijtekst: Wim Pendrecht

melodie: Wim ter Burg

Een lied om tijdens Advent gezongen te worden. Verschillende bijbelteksten worden in het liedverwerkt. Het lied wordt gezongen in beurtzang of antwoordlied.In de antwoordliederen wordt de profetie van Jesaja 60 en Lucas 3, de oproep van Johannes deDoper en de zegen van Elizabeth genoemd.

26. Hij ging van stad tot stad, Hij spraktekst: Huub Oosterhuis

melodie: Henk in ’t Veld

Een mooi leid waarin verschillende gebeurtenissen en uitspraken uit het leven van Jezus op eenmooie manier met elkaar verbonden worden. Jezus zegt: ik ben gekomen om zieken te genezen.Hij heeft blinden het gezicht gegeven en doden opgewekt. Vervolgens wordt verwezen naar deviering van het laatste avondmaal. Het lied eindigt met een actuele oproep om Christus’ naam tebelijden met de belofte dat hij/zij een licht mag zijn in deze wereld.Een mooi lied.

27. Weest blijde, nu in ’t midden van het lijdentekst: W. Barnard

melodie: Willem Vogel

Heel mooi lied. Weinig extra argumentatie: lied spreekt voor zich. Het lied verwijst ook naar deeerste brief van Petrus waarin hij de christenen op het hart drukt om blij te lijn ook al moeten zelijden.

28. Neemt Gods woord met hart en mondtekst: Huub Oosterhuis

melodie: Bernard Huijbers

Mooi lied bij de viering van het avondmaal. Lied met refrein en voorzang. Naast elementen vanbrood en wijn wordt verwezen naar Zijn wederkomst, het gemeente-zijn, nieuwe mens zijn.

29. Voor mensen die naamloostekst: Henk Jongerius

melodie: Jan Raas

Mooi lied over kwetsbare en naamloze mensen. Aan hen wordt verkondigd dat God hen krachtgeeft omdat Hij zijn Naam aan hen verbindt.

30. Dit is de dag die de Heer heeft gemaakttekst: Huub Oosterhuis

melodie: Lobe den Herren, den mächtigen König der Ehren

Bekende melodie. Het is de moeite waard om die te behouden.Mooi lied over Gods verlossing in Christus.

31. Zolang wij adem halentekst: Sytze de Vries

melodie: Hymnau a Thonau

Mooi lied over de kracht van het zingen. Zingen van de vergezichten die God ons geeft, sleept onsdoor de nacht!

Page 74: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 74

32. Ik sta voor U in leegte en gemistekst: Huub Oosterhuis

melodie: Bernard Huijbers

Zelfde melodie als nr. 113. Het lied verwoordt veel twijfel, kenmerkend voor het mensenleven. Maarde laatste couplet spreekt van bevrijding en vrede. De melodie van dit lied is hetzelfde als gezang90 van de Negentig Gezangen.

33. Door de wereld gaat een woordtekst: Jan Wit

melodie: Wim ter Burg

Een mooi uitzendingslied of pelgrimslied. Mooie tekst. Hetzelfde lied als Tussentijds 208Opvallend is dat er 3 melodieën zijn: een in Zingend Geloven en 1 in Tussentijds, beide van Wimter Burg. Daarnaast ook de melodie van het Israëlisch volkslied.Wij kiezen voor de melodie in Tussentijds. We kiezen ervoor om geen verwijzing naar het Israëlischvolkslied op te nemen. Als de gemeente het op die manier wil zingen, dan wordt dat wel ontdekt.

34. In Christus is noch west noch oosttekst: John Oxenham (vert. J.W. Schulte Nordholt)

melodie: Alexander Robert Reinagle

Mooi lied over de verbroedering van mensen die het geloof in één Heiland geeft.

35. Voor hen die ons regerentekst:Tom Naastepad

melodie: Heinrich Schutz: ‘Wohl denen, die da wandeln’.

We vinden het belangrijk dat dit lied een plek krijgt in de bundel. We bespraken dat er best wel watop aan te merken is (van kleinigheden als: ‘bidden’ in str. 1 r. 3 verkeerd accent, tot grotere vragenals ‘wat wordt bedoeld met de getuigenissen die ons zijn aangezegd?’) Toch presenteren we het,omdat het goed is om zingend te kunnen bidden voor de overheid. En daarvoor heeft het helesterke teksten: “… dragen de zwakken in de poort”; “wij dienen vele heren tot schade van het land”.

36. O God en Heer almachtigtekst: W. Barnard

melodie: Melchior Vulpius

Wij vinden dit een mooi lied. Een roep om ontferming tot de Heer. Hij heeft zich steeds ontfermdover zijn volk en zijn schepping. Daarom roept de gemeente nu de Heer aan. De diepste nood is dezonde, de dood, strofe 2. De verschrikking van het bloedvergieten wordt m.n. genoemd in strofe 3en 4. vredestichters zijn nauwelijks in tel. Het moorden dat plaatsvindt op deze wereld, dat al begonmet Abel, roept om de verschijning van de Here Jezus. Dan zal er echt vrede zijn.

37. Vannacht zal het wonder gebeurentekst: Hanna Lam

melodie: Wim ter Burg

Mooi, bekend kinderlied.

38. Ik zing van de wijngaardtekst: Muus Jacobse

melodie: Willem Vogel

Lied bij Jesaja 5: het lied van de wijngaard. Dit lied kan mooi gezongen worden bij de predikingover deze bijbeltekst en verder ook de gelijkenissen over de wijngaard en de uitspraak vanChristus: ik ben de ware wijnstok.Het lied verhaalt in couplet 1 het lied van de wijngaard van Jesaja 5. Het slot van dat lied in Jesajaontbreekt hier echter. Dat is jammer. Verder valt op dat het lied de (aloude) persoonlijkeinterpretatie geeft: de wijngaard is het hart van de ‘ik’ en Christus is de landman die werkt in de zielvan de ‘ik’.

Page 75: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 75

39. Dit huis dat God gevestigd heefttekst:Tom Naastenpadmelodie:Philipp Nicolai

Lied voor de gemeente: het huis van God, de gemeente, is de woning waarin we leven, waarinvrede is (couplet 1 ,2) waar feest wordt gevierd (couplet2) vanwege de Christus’ aanwezigheid:couplet 2 en 3.Dit lied is ook mooi te zingen bij het avondmaal of de voorbereiding daarvan. Prachtige melodie.

40. Eens aten de vaderen in de woestijntekst: Oda Swagemakers

melodie: Willem Vogel

Dit lied kan mooi gezongen worden bij de avondmaalsviering. In het lied komen de bijbelselementen van het manna, de verwijzing daarnaar door Christus zelf in Johannes 6 en ook 1 Kor.10 mooi terug. Het lied is bruikbaar voor, tijdens en ook na de viering. De melodie is mooi en teherkennen als een typische Willem Vogel-melodie.

41. God laat ons volop leventekst: Hans Bouma

melodie: Willem Mesdag

Dit lied verwoordt de dienstbaarheid aan elkaar. Het stichten van vrede, vrede in de gemeente endaarbuiten. De vrede ontstaat door de bevrijding van God, volgens Gods regel (orde, couplet 2)van barmhartigheid.

42. Wij danken U, o Godtekst: Evert Hoogerwerfmelodie: Johann Crüger

Lied voor een bevestigingsdienst van een huwelijk. Soms wat cliché, maar toch is het wel goed tezingen. Herhaling van de eerste twee regels in de volgende 2 coupletten.Let op couplet 3: …. wij zijn nu met elkaar …. Dit zou eigenlijk door het bruidspaar gezongenmoeten worden, maar de gemeente kan wel meezingen, in aanmerking genomen dat, terwijl hetbruidspaar dat in bijzondere zin beleeft, de gemeente ook deze woorden op de lippen kan nemen.Voor deze categorie hebben we niet veel liederen. Dat is een goede reden om dit lied op te nemen.Melodie: Dankt, dankt nu allen God.

43. Here Jezus, na dit leventekst: A.F. Troost

melodie: Johann Georg Ebeling

Een mooi lied, vooral ook vanwege de melodie.Dit lied kan gezongen worden bij de behandeling van zondag 22. Het kan ook gezongen wordenvoor het sterven. De zieke –de ik in het lied – kan de woorden op de lippen nemen en ook degemeente die belijdt dat Christus, Heer van de opstanding (couplet 3) eens de doden ‘wakker zalroepen’ (couplet 5).

44. Want mijn herder is de Heertekst: psalm 23 vertaling NBG 1951

melodie: Joseph Gelineau

De berijmingen van de psalmen zijn door een vorige synode goedgekeurd. Het heeft ietswillekeurigs om een aantal psalmen op deze melodieën op te nemen. Daarom pleiten we ervoorom niet te selectief te werk te gaan met het kiezen van deze berijmingen.De toonzettingen zijn vooral geschikt voor koren. Het zijn vaak heel mooie melodieën, maar tecomplex om in z’n geheel door de gemeente te zingen. Daarom is er vaak sprake van voorzangdoor een voorzanger, een kwartet of een koor, waarna de gemeente antwoordt in een refrein.De bewerkingen pretenderen niet complete berijmingen te zijn: het is niet zo dat de hele psalmtekstterug te vinden is in deze teksten. Veelal zijn het (grote) gedeelten. Dat geldt ook voor dit lied, eenberijming van psalm 23.

Page 76: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 76

45. Houd mij in leven, wees Gij mijn reddingtekst: Huub Oosterhuis (bij psalm 25)

melodie: Bernard Huijbers

Ook hier is weer sprake van een lied met een voorzang en een refrein. Met name de eerste regelsvan psalm 25 kun je terugvinden in deze berijming. Opmerkelijk is dat de tweede voorzang eencitaat is van Johannes de Doper; zijt Gij het Heer, die komen zal of moeten we een andereverwachten. Het antwoord dat de voorzanger (de gelovige) geeft is duidelijk: Heer mijn God ik benzeker van U.

46. God, mijn God, naar U blijf ik zoekentekst: Ida Gerhardt en Marie van der Zeyde

melodie: Willem Vogel

Met name de eerste verzen van de psalm worden hier berijmd. Een mooie melodie en een mooietekst. Weer: voorzang waarin de verzen van de psalm worden weergegeven. De gemeenteantwoordt met het refrein: vers 2 van de psalm.

47. Heel de aarde jubelt en juicht voor de Heertekst: Liturgisch apostolaat Kapucijnen, bij psalm 67

melodie: Lucien Deiss

We vinden dit een heel mooi lied. Opmerkelijk is dat de aanvoegende wijs is vervangen voor deindicatief: God is goed, Hij schenkt ons zijn zegen, vers 2.

48. Barmhartige Heer, genadige Godtekst: vertaling uit ‘Vijftig psalmen’.

melodie: Bernard Huijbers

Mooi lied. Een aantal verzen uit psalm 103 wordt hier berijmd.

r1. Hier wordt een huis voor God gebouwdtekst Henk Jongerius

melodie John Bacchus Dykes Dominus regit me

We waarderen dit lied vanwege het eenvoudige en directe taalgebruik. Bij ‘het bouwen van eenhuis’ kun je denken aan de bouw van een kerkgebouw, maar al gauw blijkt in dit lied dat het gaatom een levend, geestelijk huis: de gemeente. De tafel is tafel van de gedachtenis: het avondmaal.Aan de tafel des Heren delen we het brood, heerst de vrede van Christus en zien we uit naar devrede die de hele aarde eens zal vervullen en waar we al zo lang naar uitzien (laatste couplet).

r2. Alle eer en alle glorietekst: Sietze de Vries

melodie: Willem Vogel

Een prachtig lied waarin God drie-enig geloofd wordt. Let op: in couplet 2 ontbreekt het woordje[naar]: als genade die naar ons toekomt.Let op de verwijzing naar de belijdenis van Nicea in couplet 2

r3. Hij nam de Schrift, Hij las en zeitekst: Huub Oosterhuismelodie: Jan Pasveer

Een lied bij de avondmaalsviering. De instellingswoorden worden min of meer letterlijk aangehaald(couplet 3 en 4). Verder herkennen we Jesaja 61 en Lucas 4: bijbelgedeelten waarin Christus zichpresenteert als de Heiland op wie de Geest des Heren rust.Let wel op couplet 3: en wat Hij deed? …. Dit had fraaier gekund. Aan de andere kant: het verwijstnaar Christus activiteit: zijn spreken is doen. Hij gaf zijn gebroken lichaam: deze couplet citeertChristus’ instellingswoorden.

Page 77: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 77

Mooi lied dat ook weer met een refrein gezongen kan worden met cantorij of in wisselzang. Ook inZingend geloven II leid 85.

r4. Mijn ogen zijn gevestigdtekst: W. Barnard

melodie: psalm 130

Mooi lied op de melodie van psalm 130. er zijn twee versies van. In de bundel Zingend gelovenkomt dit lied ook voor: Zingend geloven nr. 19. We kiezen voor de versie van Tussentijds. In dit liedroept de ik tot God. Vanuit de onrust van het hart zoekt de ik rust in God (Augustinus). Door Godsgenade kan de ik weer verder, hopend op Gods redding. Minder mooi is het woord ’s levensloop.Maar toch kiezen we voor deze versie vanwege de herhaling van de zinsnede ‘mijn hart hoezeeronrustig, heb ik op u gezet.

r5. Wij danken u,God, voor het lieve lichttekst:Harriet Laurey

melodie: Marijke Bleij-Pel

Een mooi morgenlied. Het licht is door God gegeven. Dit lied is een danklied voor wat God geeft inde nieuwe dag, voor het licht en het leven. Het lied is concreet en dat waarderen we:Water dat stroomt (2) de planten die groeien (3 en 4) en de overvloed van deze aarde die doetdenken aan het paradijs. Het licht verjaagt de duisternis. Dat herinnert ons aan wat in de bijbelstaat: God is licht en in Hem is geen duisternis.De melodie is wat spannender dan andere, wat meer bekende melodieën. Ook in Zingend geloven:lied 147.

r6. Al wie in de renbaan loopttekst: Huub Oosterhuis

melodie: Bernard Huijbers

We vinden dit een mooi lied. Over deze thematiek hebben we nog weinig liederen. De renbaan: 1Cor. 9,24 e.v. en Hebreeën 12. Een hele mooie melodie.Let op de laatste regel van couplet 1: om de gunst van God de Zoon moet Gij allen strijden. Hierlijkt het alsof we de om de gunst van Christus moeten strijden, maar couplet 5 maakt duidelijk datwe uit genade in de gunst van Christus leven. Overigens zegt Christus ook: strijd om in te gaan ….Opmerking bij couplet 2: Al wie ijdel hoopt omdat God u heeft gedoopt …. Het lijkt er hier op dat jehoop voor niets is, ook al ben je gedoopt. Wij leggen deze zinsnede als volgt uit. De doop op zichgeeft geen reden tot hoop. Als dat zo is, dan kom je bij verbondsautomatisme. Niet de doopgeïsoleerd geeft hoop. Dit gezang geeft juist aan dat er gestreden moet worden. Deze zinsnedekeert zich tegen het verbondsautomatisme. Je bent er niet als je ‘alleen maar’ lid van het volk bent,vgl. ook couplet 3.

Dit lied is een lied waarin God met ‘Gij’ wordt aangesproken. De vraag is geregeld gesteld: moetenwe niet van Gij af? Echter, in het aanvullende rapport van deputaten kerkmuziek van 1998 isgezegd dat U een stotende klank is. Gij is een mooiere klank, aldus het rapport.Een laatste opmerking over Couplet 5:God, uw goed en bloed, /omdat zo de liefde doet, /God, ons aller overvloed, /schenkt om niet zijnleven./Uw goed en bloed is een bijstelling bij God: God is het goed en bloed, d.w.z. het leven van degemeente. Omdat….doet is een redegevend bijzinnnetje bij de laatste zin: God schenkt om niet zijnleven. Dat is typerend voor zijn liefde. Dat laatste zinnetje is een mooi zinnetje.

Over deze thematiek hebben we nog maar weinig liederen. Het oordeel wordt niet vergeten in ditlied: couplet 3 en 4. Het lied is een mooie typering van het christelijk leven.

Page 78: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 78

r7. Lof zij de Heretekst: Ad den Besten

melodie: Johann Crüger

Mooi lied en mooie melodie.Een paar enclises: vrede-en; we-U. die lijken niet fraai, maar bij het zingen valt dat wel mee.

r8. Zingender wijze wilt uw Heiland prijzentekst: Huub Oosterhuis

melodie: In Jesu name; Het Prieel …..

Een mooi eenvoudig lied voor Goede Vrijdag, of voor de lijdenstijd. Het lied eindigt met een vraag:Leidsman ten leven, zult gij ons geven, nu uit de doden op te staan? Deze vraag wil niet deonzekerheid benadrukken, maar wel dat het opstaan uit Christus’ kracht niet een normale,vanzelfsprekende zaak is. En er is ook verwachting: God heeft Hem met onze dood beladen. Hetlied strekt zich uit naar de opstanding, die immers nog gevierd moet worden.Het lied heeft ook als thema Jesaja 53: het niet-menselijke van de knecht des Heren (couplet 4,misschien een wat vreemde pek voor deze regel). En toch geeft God hem na de strijd een grotebuit.Mooie, eenvoudige melodie uit het Antwerps liedboek.

r9. Jeruzalem, zo zegt de Heertekst: A.F. Troost

melodie: psalm 122

Toch nog een lied van A.F.Troost. De tekst past mooi bij de thematiek van Zacharia 8, met eennieuwtestamentisch slot: couplet 3, slot.

r10. Laat ons dank bewijzentekst: Ad den Besten (vertaling)

melodie: Michael Weisse

Een mooi lied, dat Gods grootheid in de schepping bezingt. Gods zorg voor het land, voor zijn volk,voor zijn hele schepping wordt bezongen.

r11. Wees, lieve Heer, geprezentekst: Ad den Besten

melodie: Melchior Vulpius

We vinden dit een mooi lied. Kan goed gezongen worden bij de aanvang van het nieuwe jaar(couplet 1). In het lied beveelt de gemeente zich voor het nieuwe jaar aan bij de Heer van de kerk:het zal een jaar des Heren worden. Dat is het vertrouwen van de kerk

BIJLAGE IX

Lijst van voorstellen t.a.v. de 41 gezangen uit het oude Gereformeerd Kerkboek

In onderstaand schema ziet u hoe we de oude 41 gezangen hebben beoordeeld (kolom ‘Nieuwnummer en voorstel’) , en wat we besloten hebben daarover aan de synode voor te stellen (kolom‘Besluit’).

Gezangnr oud GK

Nieuw nummer en voorstel Besluit

1 176a; alternatief 176b Beide handhaven

2 123 Opnemen bundel3 179a (niet vervangen door nieuwere versie DZ) Handhaven

4 179b Opnemen bundel

Page 79: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 79

5 36; alternatief in LB 48, Gez 37, Gez 181 Vervalt

6 177 Opnemen bundel7, 8, 9 Zie paragraaf 5.3 van rapport --

10 78; tekst 78 op melodie LB 117 (oorspr. versie) Herdichting tekst 78

11 50; zoeken naar andere versie ernaast Opnemen bundel + alternatiefzoeken

12 81; = LB 146 Opnemen bundel

13 79; = bewerking LB 117 Opnemen bundel

14 89; laten vervallen en opnemen LB 182 LB 182 opnemen15 90; Opnemen bundel

16 91 Opnemen bundel

17 155; laten vervallen, opnemen LB 449 LB 449 opnemen

18 69; betere liederen LB 110, Gez 70, 71 NIET opnemen19 109; vervangen door LB 259 Opnemen bundel

20 94 Opnemen bundel

21 92; kiezen voor LB 205 Vervalt

22 114; tekst met melodie LB 217 Opnemen met melodie LB217

23 100; dichter vragen herdichting te maken Voorlopig opnemen;herdichting

24 101 Opnemen bundel

25 68; handhaven, niet kiezen voor LB-versie Handhaven

26 102; laten vervallen Herdichting!27 103;cp 1: o vervangen door Kom Opnemen bundel met

aanpassing

28 106 Opnemen bundel29 107 Opnemen bundel

30 139; LB versie 399 heeft voorkeur Vervalt; LB 399 opnemen

31 118; kiezen voor versie LB 304 Vervalt; LB 304 opnemen

32 119; LB 303 versie Barnard kiezen Vervalt; LB 303 opnemen33/34 142/143; kiezen voor LB 401 én Gez 33 34 Vervalt; 33 en LB 401

opnemen

35 141 Opnemen bundel36 140; als LB 451 Vervalt, LB 451 opnemen

37 115; (ook als LB 291) Opnemen bundel

38 131; Opnemen bundel

39 134; tekst LB 383 heeft voorkeur Tekst LB op melodie 13440 137; LB 390 (3 coupletten) Opnemen LB 390

41 108; = LB 257 Opnemen bundel

BIJLAGE X

Nota ISK Een nieuw liedboek

Separaat te raadplegen via http://www.gkv.nl/main.asp?intTreeviewID=287

Page 80: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 80

BIJLAGE XI

Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire

9.1 Inleiding

In Besluit 3 ad. d. geeft de Generale Synode van Amersfoort-Centrum 2005 deputaten kerkmuziekde opdracht om een antwoord te formuleren op de vraag of in de nieuwe bundel liederen ookliederen uit het evangelicale genre, de zgn. opwekkingsliederen, opgenomen moeten worden. Alsgrond formuleert de synode dat het wenselijk is om samen vast te stellen welke liederen we in deerediensten zingen. Daarnaast constateert de GS van Amersfoort-Centrum 2005 de toenemendepraktijk van het zingen van opwekkingsliederen in onze kerken.Graag voldoen deputaten aan deze opdracht. We stellen uiteindelijk voor om meeropwekkingsliederen op te nemen in de nieuwe bundel. In het recent verschenen gereformeerdkerkboek is al een aantal opwekkingsliederen opgenomen. De gegroeide praktijk in veelgemeentes is dat er veel opwekkingsliederen gezongen worden. Het is ondoenlijk om al dieliederen te beoordelen en eventueel te selecteren. Daarom is een tweede voorstel van deputatenom het zingen van opwekkingsliederen min of meer vrij te geven aan plaatselijke gemeenten, methet duidelijke advies om binnen de gemeente tot weloverwogen keuzes te komen.Terwijl er dus al een aantal liederen opgenomen was, ontbrak in het rapport aan de synode vanAmersfoort-Centrum een verantwoording waarom en hoe deze liederen een plaats kunnen ofmoeten ontvangen in de gereformeerde liturgie. Ook op de synode werd die verantwoordinggemist, door de synode zelf en door deputaten. In deze bijlage bij ons rapport leest u nu dezeverantwoording, die dus ten dele ook het karakter van verantwoording achteraf draagt.

9.2 Een rondblik

De laatste 20 jaar is er veel veranderd als het gaat om de zangcultuur in onze kerken. We noemeneen aantal verschijnselen zonder een oordeel te formuleren. Naast de psalmen worden veel andereliederen gezongen. De gitaar heeft zeker buiten de eredienst het orgel als begeleidingsinstrumentverdrongen. Op bijeenkomsten, sing-ins en E&R-projecten worden door velen opwekkingliederengezongen. De opwekkingsliederen vormen een aanvulling op de psalmen. Veel (jonge) broeders enzusters kunnen door het zingen van een opwekkingslied hun geloof uiten en hebben daar ook meer‘gelovige emotie’ bij dan bij het zingen van psalmen of aloude gezangen. In bepaalde gemeentendeden opwekkingsliederen hun intrede in de erediensten, al of niet begeleid met gitaar of een band.Terwijl dus de praktijk van het zingen van het evangelicale lied zich steeds meer verspreidde, bleefbij velen het gevoel en ook de overtuiging dat deze liederen geen plaats in de gereformeerdezangcultuur en eredienst kunnen krijgen. Er ontwikkelde zich steeds meer een discrepantie tussende gegroeide praktijk en de verantwoording daarvan. Deze discrepantie was en is voelbaar inverschillende gemeentes en ook bij belangrijke opiniemakers op dit gebied (citaat Jan Smelik).

Op de synode van Amersfoort-Centrum 2005 is het rapport ‘Looft God om zijn uitbundigheid’besproken. Vorige deputaten hebben de bovengenoemde discrepantie ook benoemd. Op pagina15 van het voornoemde rapport schrijven deputaten: willen we als kerken dat evangelicale liederengaan functioneren in onze liturgische context? […] passen liederen uit het evangelicale repertoire inelke kerkdienst of is het beter ze te reserveren voor bijzondere diensten, bijvoorbeeld‘jongerendiensten’ of andere categoriale diensten?In dit rapport werd ook de twijfel van de deputaten verwoord: is een lied dat ongeveer 3 jaar ‘in’ isen dan weer verdwijnt, een goed kerklied?

9.3 Bezinning

Tegen de achtergrond van de beschreven ontwikkeling en met de opdracht van de synode vanAmersfoort-C, hebben de deputaten zich nogmaals bezonnen op de vraag naar de legitieme plaatsvan het evangelicale lied in de gereformeerde eredienst.De bezinning is allereerst een principiële en daarna een praktische. Kan het evangelicale lied eenplaats ontvangen in de gereformeerde eredienst en zo ja welke plaats? Ten tweede was diebezinning ook een concrete: moeten deputaten komen tot een lijst met opwekkingsliederen diedoor het deputaatschap aan de synode ter goedkeuring wordt voorgesteld? Over beide elementenvan die bezinning willen we hierna kort het een en ander schrijven.

Page 81: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 81

9.3.1 Past het evangelicale lied in de gereformeerde eredienst?Verschillende auteurs hebben zich in de afgelopen twee tot drie jaar met deze vraagbeziggehouden.1 Als we de verschillende standpunten kort willen omschrijven, komen die op hetvolgende neer.

Verschillende standpuntena. In de loop van 400 jaar hebben de gereformeerde kerken een eigen liturgie ontwikkeld,

gebaseerd op het Geneefse psalter, aangevuld met gezangen die in de tijd van de reformatieen later in de 19e eeuw een ruim gebruik kregen in de kerken. Naast het psalter heeft zich eengenre gezangen ontwikkeld, gedicht en gecomponeerd door dichters en componisten diegarant stonden en staan voor hoge literaire en muzikale kwaliteit. Dit liturgisch ‘idioom’ vindenwe vooral terug in de gezangen van het liedboek die we als kerken op dit moment ruimschootszingen en die ook goede ingang vinden in de kerken omdat die goed aansluiten bij deliturgische sfeer en betekenissen binnen de gereformeerde liturgie. De liederen bezingen Godswerk, Gods genade in Christus, het werk van zijn Geest, vooral in verkondigende zin, in eendichterlijke taal.Als we zoeken naar nieuwe liederen, moeten we dichterlijke en muzikale kwaliteit vooropplaatsen. De eredienst is niet zo maar een bijeenkomst: het is een ontmoeting van God met zijnvolk en in een dergelijke ontmoeting past alleen kwaliteit.

b. Parallel aan de liturgische ontwikkeling die met name bepaald werd door het zingen van deGeneefse psalmen en de gereformeerde liturgieën, gecondenseerd in de bekende orden vandienst van b.v. Middelburg (1933), ontwikkelde zich een andere traditie. Al in de 17e eeuwverschenen allerhande liedboekjes met liederen die juist buiten de erediensten heel populairwerden. Het verschijnsel van liedboeken en boekjes die een eigen populariteit verwierven,zette zich de eeuwen daarna voort. De liederen deden veelal een beroep op de individuelevrome ziel en werden geweerd uit de reguliere gereformeerde eredienst, zodat er zich parallelaan die erediensten een nieuwe niet-gestuurde traditie ontwikkelde. Deze piëtistischegezangen werden gezongen in samenkomsten naast de gewone kerkdiensten b.v. inhuissamenkomsten en werden geliefd bij vele soms eenvoudige gelovigen. In de zgn.gezangenkwestie, direct na de Afscheiding werden deze gezangen geweerd, juist vanwege datpiëtistische karakter. Het is echter opvallend dat, terwijl de Afgescheiden broeders degezangen weerden vanwege piëtisme, dat er ondertussen toch vrij veel piëtistische tendensenzijn terug te vinden in hun preken. In het kader van dit rapport willen we daar niet verder opingaan, maar het is duidelijk dat het verschijnsel van het evangelicale lied in een oude traditiestaat.In de laatste 40 jaar heeft zich binnen dit aloude genre een bijzonder subgenre ontwikkeld. Ditgenre, het opwekkingslied, sluit veel meer aan bij persoonlijk geloof van met name jongeren.Echter ook oudere mensen zingen deze liederen met veel instemming. Het genre heeft veelminder een verkondigend karakter, maar een sterk appellerend karakter. In het lied wordtvooral ook het eigen ik, de gelovige ziel aangesproken. Daarnaast hebben de liederen hetkarakter van een lofprijzing. Soms met delen van psalmen, soms in nieuwe teksten, wordt deNaam van God grootgemaakt.De muziek staat in de jonge traditie van de popmuziek. Daarom worden de liederen vaakbegeleid door een combo, hoewel dat niet noodzakelijk is. De liederen kenmerken zich doorherhalingen en bestaan niet uit strak gecomponeerde strofes, maar hebben een vrijer en‘doorlopender’ karakter.Deze liederen worden de laatste jaren zeer gewaardeerd en in bijzondere diensten enjongerenbijeenkomsten worden ze door velen, jong en oud met enthousiasme gezongen. Dezgn. hoogkerkelijke cultuur spreekt sommigen niet aan, of men heeft behoefte aan een

1 Een niet volledige opsomming:H.J.C.C.J. Wilschut, Liturgie na Zuidhorn. In: Nader bekeken. Jrg. 13 nr. 9 sept. 2006.B. Luiten, ‘Glorie of Kruis’. In: De Reformatie. Jrg. 82 nr. 3 oktober 2006, pag 33- 35.J. Smelik, Opwekkingsliederen ter discussie 1 en 2. In: De Reformatie jrg. 82 nr. 8 en 9 november 2006. Enhet antwoord van B. Luiten: Hoe het geestelijk lied glorieus kan zijn. In: De Reformatie jrg. 82. december2006.J. Smelik, Gods lof op de lippen. Aspecten van liturgie en kerkmuziek. Zoetermeer, 2005.Dirk Zwart, Kogels in de kerk en andere beschouwingen over (kerk)muziek. Kampen 2006. En recensie van J.Smelik in: De Reformatie jrg. 82. nr 32. mei 2007.

Page 82: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 82

muzikaal en verbaal ander idioom om het geloof uit te zingen. Een genre dat aansluit bij decultuur waarin mensen leven, waarin ze toch kunnen getuigen van de keuze die mensenmaken, juist ook tègen de cultuur van de tijd, in het muzikale idioom van de tijd.

Beide visies zijn moeilijk te verenigen. We hebben ons verschillende elementen gerealiseerd:1. de vorige synodes hebben al een aantal liederen uit het evangelicale liedrepertoire

geselecteerd en vrijgegeven voor gebruik in de kerken;2. in veel gemeenten worden deze liederen al gezongen. Dat gebeurt soms in bijzondere

diensten, waarin meer keuzevrijheid bestaat, maar soms gebeurt het ook in gewonediensten. Er begint zich een grote diversiteit af te tekenen in het gebruik van het evangelicalelied;

3. het selecteren van een corpus evangelicale liederen is een hachelijke zaak. Ieder jaarverschijnt er met Pinksteren (!) een flinke hoeveelheid nieuwe opwekkingsliederen, terwijl de‘gebruiksduur’ van deze liederen over het algemeen kort is;

4. het negeren van dit opkomende genre van liederen versterkt een opkomend gevoel vanontheemd zijn bij de (oudere) jongeren in veel gemeenten.

Hoewel het kerklied een eigen klank en kleur mag hebben, moeten er toch duidelijke enovertuigende schriftbewijzen zijn die een principiële afwijzing van deze liederen rechtvaardigen. Dieschriftbewijzen konden deputaten niet vinden. Integendeel. Op veel plaatsen roept de bijbel ons opom de Here lof te zingen met nieuwe liederen. Ook nieuwe instrumenten zijn per definitie nietverkeerd. De Here leert ons in zijn woord dat het kwaad niet in de uiterlijke dingen zit, maar in demens. Als we als nieuwe mensen de lof van God verkondigen, dan is een gitaar of drum principieelniet af te wijzen.

Nieuwe benadering naast de gebruikelijkeDe vraag blijft: kan het evangelicale lied een plaats ontvangen in de gereformeerde eredienst? Omuit de impasse te komen stellen deputaten voor een nieuw gezichtspunt te introduceren, naast debestaande benaderingswijzen zoals die bij de vorige selecties hebben gefunctioneerd: debenaderingswijze van de receptiegeschiedenis.Deze wijze van kijken naar een (literaire) tekst is afkomstig uit de literatuurwetenschap. Nog tot naWO II werd een literaire tekst beoordeeld op basis van een waardering van vorm- enbetekenisaspecten van de tekst. De receptie-esthetica wilde ook het functioneren van de teksthonoreren. En niet alleen het functioneren, de reacties die de tekst opriep, maar ook deontwikkelingen daarin.Deze nieuwe benadering had dan ook binnen de literaire kritiek het oogmerk de status quo tedoorbreken die er was binnen de literaire kritiek, namelijk een sterke focus op de canon, degeaccepteerde, elitaire, literaire kritiek en de sterke vormgerichtheid. Een bedoeld en somsonbedoeld neveneffect was dat veel minder makkelijk vast te stellen was, wat nu een goedeliteraire tekst is. Werd dat bepaald door recensenten of verkoopcijfers? Het maakte de literairewetenschap minder helder omschreven: de ondefinieerbare waardering en smaak van ‘het’ publiekwerd een nieuw veld van onderzoek.2

In de kerken zijn we niet bezig met wetenschappelijke bestudering en theorievorming t.a.v. literaireteksten. Echter, we kunnen dit criterium, deze benadering wel toepassen op de ontwikkelingen inde waardering van de psalmen, het kerklied en het opwekkingslied. Naast de psalmen, die quavorm en betekenis onovertroffen zijn, heeft zich al eeuwen een nevenstroom ontwikkeld. Dat is destroom van het lied, de gezangen. Ook wat betreft de gezangen geldt dat er liederen zijn die watvorm en betekenis betreft heel krachtig zijn. Misschien voldoen niet alle opwekkingsliederen aandie krachtige vorm, maar vanwege de grote waardering die die liederen ondervinden, willendeputaten dit nieuwe genre niet negeren, maar een plaats geven in de zich ontwikkelendezangcultuur van onze kerken.

2 Voor een verdere studie naar deze nieuwe benadering verwijzen we naar:Fokkema, Douwe en Elrud Ibsch. 1992. Literatuurwetenschap & cultuuroverdracht. Muiderberg.Ibsch, Elrud en Dick H. Schram (red.). 1987. Rezeptionsforschung zwischen Hermeneutik und Empirik.Amsterdam.Luxemburg, Jan van, Mieke Bal en Willem G. Weststeijn, Inleiding in de literatuurwetenschap. Muiderberg1992.Bel, Jacqueline. 1993. Nederlandse literatuur in het fin de siècle. Een receptie-historisch overzicht van hetproza tussen 1885 en 1900. Amsterdam.

Page 83: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 83

Met de benadering van de receptie doet het criterium smaak z´n intrede.3 Dat lijkt ´gevaarlijk´ wantsubjectief. Toch moeten we daar ook niet voor terugschrikken. Ook deze liederen moetenschriftuurlijk zijn en voldoen aan het criterium ´is dit een mooi lied´, zij het dat het misschien minderstreng wordt beoordeeld. Toch kan de inbreng van de waardering van onze gelovige broeders enzusters die kennelijk met veel instemming opwekkingsliederen zingen, een dynamischerbenadering bieden van het moderne kerklied. Het is niet onbelangrijk hoe liederen een weg vindenin de gemeente.De Here geeft ons allen een eigen, legitieme plaats in de gemeente. Al te lang hebben mensen inde gemeente zich bij het uitzingen van hun geloof zich moeten beperken tot een vaststaand idioomvan liederen en muziek, hoe divers de beleving van het geloof ook was.

Als we deze ruw geschetste literaire ontwikkeling toepassen op de ontwikkeling en beoordeling vanhet kerklied, dan presenteren deputaten dit als een bruikbare benadering als de vraag zichaandient: moeten we en kunnen we het opwekkingslied zingen in de erediensten? Dezebenadering blijft uitgaan van een zekere ‘literaire’ kwaliteit, maar honoreert daarnaast ook de sterkgegroeide waardering in de gemeente. De kracht van een lied kan door deskundigen wordenvastgesteld, maar als er naast die professionele waardering ook een andere waardering isgegroeid, dan kan die niet blijvend genegeerd worden. Een blijvend negeren van hetopwekkingslied kan onbegrip uitlokken, boosheid en arrogantie van de ene partij naar de andere. Inde kerk van Christus passen dergelijke gevoelens niet, hoe begrijpelijk zij misschien ook kunnenzijn, juist als het om het gevoelige onderwerp als het kerklied gaat. Het kerklied zelf roept op totveelkleurigheid en enthousiasme. Door ook de gemeente een plek te geven in dewaarderingsontwikkeling van het lied kan het lied zijn gewaardeerde plaats In de gemeenteontvangen. Dat dit ook een bepaalde diversiteit met zich meebrengt, is duidelijk. Wij komen daaropterug.

Geregeld wordt de vraag gesteld of opwekkingsliederen wel Schriftuurlijk zijn. Het kan zijn datbepaalde heilsfeiten sterker worden benadrukt, of dat misschien in een bepaald lied het werk vande Geest een sterke nadruk krijgt, of de zgn. lofprijzing, maar dat kan binnen een bepaaldeliturgische context een goede reden hebben. Het kan echter niet zo zijn dat het lied b.v. een zogrote nadruk legt op de geloofskeuze van de mens dat Gods werk in het schenken van het geloofaan mensen uit het beeld verdwijnt. Soms zijn daarin de marges smal en zal fijngevoeligheid vanpredikanten en liturgiecommissies gevraagd worden.Een andere vraag geldt de muzikale kwaliteit. Veel opwekkingsliederen hebben veel herhalingenen een zwakke strofische structuur. Zonder goede begeleiding van orgel of band kan de inzetonduidelijk worden en geregeld moet de gemeente zoeken naar de muzikale structuur van een lied.Aan de andere kant: als een lied onbekend is, kun je het ook heel snel leren. De melodieën zijnmeestal niet zo moeilijk. Dat illustreert ook een beetje de muzikale zwakte.Deputaten stemmen toe dat opwekkingsliederen muzikaal niet altijd even krachtig en fraai zijn. Datkan ook zeker een reden zijn om liederen niet te zingen in de dienst. Maar er zijn ook mooieliederen en het zou jammer en onverantwoord die liederen te negeren. Onverantwoord omdat hetdeputaten ongewenst lijkt om in deze tijd de nieuwe ontwikkeling te negeren en de kerken geenruimte te geven de liederen te zingen.

De benadering van de waarderingsgeschiedenis of receptiegeschiedenis geeft een belangrijkeplaats aan de gemeente en maakt de praktijk van de gemeentezang dynamischer maar ookonoverzichtelijker. Deputaten stemmen dat toe. Het veroorzaakt ook een worsteling: moeten we ditlied nu wel of niet selecteren? Toch moeten we ons in die onoverzichtelijkheid een paar dingenrealiseren:1. Het is winst als velen het geloof in de Heiland willen bezingen en uitzingen in een modern

idioom;2. de verschillende ontwikkelingen op het gebied van kerkmuziek en inrichting van diensten in

de kerken tonen de veelkleurigheid van de kerk aan;3. het lijkt deputaten een illusie en ook ongewenst om deze ontwikkeling door landelijke,

synodale voorgeschreven lijsten van voorgeselecteerde liederen exact te beregelen.4. Dit alles wil niet zeggen dat deputaten de kerken willen adviseren om ‘alles maar vrij te

laten’. Daarop willen we in vervolg ingaan.

3 Smelik wijst op het eenzijdige criterium van smaak. Daarin heeft hij gelijk. Deputaten willen dan ook datopwekking een plaats krijgt binnen de gereformeerde liturgie en niet dat het de gereformeerde liturgieoverneemt. Daarbij vervullen predikanten en liturgiecommissies een voorname rol.

Page 84: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 84

9.3.2 Moeten we een selectie maken uit de ‘Opwekkingsliederen?Als er een nieuw gezichtspunt geïntroduceerd wordt, dan moeten we dat ook honoreren:receptiegeschiedenis veronderstelt dat er iets van een geschiedenis moet zijn. Een opwekkingsliedmoet zich eerst een aantal jaren ‘hebben bewezen’. De ‘omloopsnelheid’ van deze liederen is vrijgroot. Dat betekent dat er veel liederen nog maar weinig ´geschiedenis´ hebben. Deputaten gaanervan uit dat er altijd een traditie naast de erediensten zal bestaan. Dat is op zichzelf geenbezwaar. Binnen die traditie kunnen nieuwe liederen zich bewijzen. Deputaten stellen zich voor datin de erediensten opwekkingsliederen gezongen worden die al een bepaalde geschiedenis hebbendoorgemaakt, die zich ´bewezen´ hebben.

Dat betekent ondertussen ook dat deputaten geen vaste lijst van opwekkingsliederen presenteren.Het jaarlijks verschijnen van ongeveer 20 nieuwe opwekkingsliederen, de geschiedenis die zij eerstmoeten doormaken en de problematische traditionele werkwijze van het goedkeuren van eenbeperkte lijst van liederen door een deputaatschap, maakt het onmogelijk kom adequaat tereageren op het verschijnen van de opwekkingsliederen.Onze manier van werken (selecteren van liederen door deputaatschappen, voorstellen enaanvaarden van een beperkte aantal door de synode) is niet toegesneden op de modernewaardering en gebruik van opwekkingsliederen.

De psalmen, de gezangen en de opwekkingsliederen vormen heel verschillende liedgenres.Vanwege de grote hoeveelheid opwekkingsliederen en vanwege het andere karakter van hetopwekkingslied is het niet goed mogelijk deze liederen op een zelfde manier te behandelen als deandere gezangen.Tegelijk werd in onze besprekingen duidelijk dat er wel een aantal criteria is te formuleren waaraanhet gebruik van de Opwekkingsliederen in onze erediensten zou moeten voldoen. In de volgendeparagraaf beschrijven we die criteria die leiden tot een aantal aanbevelingen die we de synode aande kerken willen laten doen.

9.4 Aanbevelingen

9.4.1 CriteriaGaandeweg onze besprekingen van de liederen uit de bundels ‘Opwekking’ werd duidelijk hoe wedeze liederen beoordelen. We formuleerden de volgende criteria:

SCHRIFTUURLIJKOpwekkingsliederen moeten ook aan het criterium ‘schriftuurlijkheid’ voldoen. Dit criterium is somsduidelijk en niet moeilijk vast te stellen. Veel opwekkingsliederen zijn in zijn geheel of gedeeltelijkberijmde bijbelgedeelten. Soms zijn het gedeeltelijk berijmde bijbelgedeelten en soms volkomenvrije teksten. Bij die laatste twee soorten is het vaak opmerkelijk dat de gelovige ‘ík’ een groteraccent krijgt dan de verkondiging.Deputaten pleiten ervoor om dit element dat eigen is aan de opwekkingsliederen met een zekereruimhartigheid te benaderen. Juist het feit dat deze liederen populair zijn geworden, illustreert dater een behoefte is om liederen te zingen waarin de eigen (geloofs)beleving een grotere plaatsheeft. Dat is niet per definitie verkeerd. Ook de psalmen spreken over de band, de relatie tussenmens en God.Het is o.i. alleen zaak een goed evenwicht te zoeken binnen de liturgie van een dienst tussenverkondigende liederen en liederen waarin de persoonlijke gelovige aan het woord komt. Hieroverzou de synode dus een aanbeveling aan de kerken moeten doen.

LITURGISCHE EENHEIDAls in een dienst opwekkingsliederen gezongen worden, naast psalmen en gezangen, krijgt eendienst al gauw een wat vreemd karakter. Verschillende stijlen van kerkmuziek worden zonder enigprobleem, zo lijkt het, zonder aankondiging of toelichting opgenomen in de liturgie, waardoor dedienst het karakter krijgt van ´voor elk wat wils´. Ook als het gaat om de (kerk)muziek is hetbelangrijk dat er goed nagedacht wordt over de eenheid in de dienst. Opwekkingsliederen kunnenbegeleid worden door het orgel, maar vaak vraagt het lied om een combo, juist omdat deopwekkingsliederen uit de popcultuur komen.Het verdient daarom aanbeveling om bij ieder lied goed na te denken over de begeleiding. Eengemeente die opwekking gaat zingen, zou juist ook voor de liturgie meer professionaliteit moetennastreven. In ieder geval hebben predikant, liturgiecommissie en organist een belangrijke taak omeen verantwoorde liturgie samen te stellen.

Page 85: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 85

VERKONDIGEN, LEREN, VIERENEen overweging die tot nu toe onderbelicht is gebleven, is dat er in de gereformeerde eredienst eennieuw element zijn intrede heeft gedaan: het samen vieren van de bevrijding door Jezus Christus.Vanouds heeft de morgendienst het karakter van de verkondiging van het evangelie en demiddagdienst heeft een leerkarakter. Natuurlijk is het zo dat in de loop der tijd de middagdienst ookeen verkondigend karakter had, en de ochtenddienst leerelementen bevatte. Maar dat is in ditkader van minder belang.Van belang voor de vraag naar de legitieme plaats van het opwekkingslied is de nieuwe ervaringvan de dienst als een viering. Samen als gemeente én samen met haar Heiland viert de gemeenteChristus’ verzoening en overwinning op de dood, de hoop op een nieuwe wereld. Terwijl bij deaspecten verkondiging en lering de gemeente en de individuele gelovige meer als objectfunctioneren, hebben zij juist bij het aspect viering veel meer een subjectieve betekenis: dan is degelovige of de gemeente als subject actief bezig om God te prijzen om alles wat Hij heeft gedaan.Dit nieuwe element heeft ook liturgische betekenis: liederen met een meer subjectief karakterkunnen daarin een plaats ontvangen. Maar het is goed als de synode in aanbevelingen aan dekerken ook voor dit punt goed aandacht vraagt.

9.4.2 AanbevelingenOp grond van bovenstaande bezinning en formulering van criteria, stellen deputaten voor dat desynode besluit om1. het gebruik van opwekkingsliederen over te laten aan de verantwoordelijkheid van de

plaatselijke kerken;2. aan de kerken aanbevelingen te doen voor het gebruik van die liederen in de eredienst.

De volgende aanbevelingen kunnen de kerken helpen om verantwoord met de opwekkingsliederenom te gaan:1. bij het besluit om opwekkingsliederen te laten zingen in de eredienst moet de kerkenraad

rekening houden met de samenstelling van de gemeente en binnen de gemeente levendewensen t.a.v. gebruik van liederen; en de kerkenraad moet daarover dan ook in overleg metde gemeente voor ieder duidelijke afspraken maken;

2. uit de totale invulling van de ‘psalmbriefjes’ voor de erediensten (niet elke eredienstafzonderlijk) moet voor leden en gasten van de gemeente duidelijk zijn data. de Psalmen in ere blijven;b. de gemeente uit verschillende mensen bestaat, die op verschil lende manieren uiting

geven aan hun omgang met God (1 Kor. 14);c. de gemeente niet alleen in de taal van ‘opwekking’, maar ook in de taal van het

voorgeslacht en in de taal van de Psalmen uiting geeft aan haar geloof in en omgangmet God;

3. het is beter om te variëren tussen diensten dan te variëren binnen diensten: dat levert al sneleen rommelige lappendeken van muziek- en taalstijlen op;

4. het is beter om opwekkingsliederen (net als Psalmen en gezangen met onbekendemelodieën) niet op te geven in een eredienst, dan ze wel op te geven terwijl ze niet goedgezongen of begeleid worden. De eredienst aan God vraagt om kwaliteit: dat liederen goedworden begeleid en indien nodig eerst door de gemeente worden geoefend;

5. er zijn liederen die vragen om begeleiding door een band en voorzangers. Als die gaven nietin de gemeente beschikbaar zijn, moeten betreffende liederen niet gebruikt worden in deeredienst.

Zoals beschreven in ons rapport, kwamen we tot bovenstaande criteria en aanbevelingen in deloop van onze besprekingen van concrete liederen. Die besprekingen leidden ook tot de volgendelijst van nummers uit de bundels Opwekking. Die lijst moet dus niet worden gezien als een selectiezoals onze selecties uit het Liedboek, eigen kring en andere bronnen. De hier genoemde liederenzijn naar het oordeel van deputaten goede voorbeelden van liederen die in onze eredienstengezongen kunnen worden.

Nr Titel

27 Leid mij Heer, o machtig Heiland32 Dit is de dag46 Vader, ik aanbid U

Page 86: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 86

51 Dit is mijn gebod70 Heer, onze God181 Groot is zijn majesteit189 Zegen ons Heer207 Mijn God, ik zal U verhogen242 Rots van mijn verlossing244 Welzalig de man, die niet wandelt268 Hij kwam bij ons heel gewoon278 Juich de Here, gij ganse aarde300 De aard´ is van God305 Wees stil en weet313 In een donker graf gevangen334 Heer, uw licht en uw liefde schijnen354 Glorie aan God369 Door uw genade, Vader372 U verzadigt mij met uw liefde411 Geprezen zij de Here428 Genade, zo oneindig groot430 Heer, ik prijs uw grote naam436 Tot zijn eer461 Onze Vader462 Aan uw voeten Heer488 De kracht van uw liefde518 Heer, U bent altijd bij mij580 Ik ben zo dankbaar602 Vrede van God625 Wat een liefde640 Mijn hulp is van U, Heer641 U heeft mij voor Uzelf gemaakt

BIJLAGE XII

Brief van het team ‘Psalmen voor Nu’ aan deputaten kerkmuziek

Geachte deputaten kerkmuziek,

U bent bezig met de afronding van de selectie van de nieuwe muziekbundel van de gereformeerdekerken (vrijgemaakt). Het project Psalmen voor Nu zou aan die bundel graag een bescheidenbijdrage leveren. Nieuwe bundels als de uwe zijn bedoeld als aanvullingen op het zingen van depsalmen, maar veel nieuwe liedtradities blijken in de kerken het zingen van psalmen te verdringen.Ons project is erop gericht de psalmen in een nieuwe muziektraditie beschikbaar te maken, zodatde gemeenten de psalmen kunnen blijven zingen, ook als ze een dienst muzikaal zo invullen dateen Geneefse versie dan gemakkelijk buitenboord zou vallen. Steeds meer kerken beleggen metregelmaat jeugddiensten, waarin een band speelt. Dat perkt de muziekkeuze in, en die valt dan alsnel in het nadeel van de psalmen uit.

Psalmen voor Nu werkt vanuit de overtuiging dat een kerk die de psalmen verliest, iets kwijtraaktdat met geen andere liedtraditie goed te maken is. We realiseren ons echter ook, dat vernieuwingvan de liturgie een proces is waar zorgvuldigheid bij geboden is. Zowel traagheid als haast kunnende geloofsgemeenschap schade doen. Uw kerken hebben daarin een lijn uitgezet die met zichbrengt dat u uit de psalmen van Psalmen voor Nu een gerichte keus moet maken, van psalmen diepassen bij de fase waarin uw kerken zich momenteel bevinden. In rond Nederlands: een band is invrijgemaakt Nederland geen gemeengoed, en sommige psalmen in onze versie vergen niet alleeneen goede gemeenteband, maar ook een gemeente met veel ervaring in het zingen met een band.We zoeken met deze brief dan ook niet allereerst ons eigenbelang, we vragen van u niet dat u eenrepresentatieve keus maakt uit Psalmen voor Nu. We bevelen u enkele psalmen aan waarvan wijdenken dat ze in uw kerken zullen passen. Ze zijn heel goed speelbaar met een piano, en enkeleervan worden zelfs regelmatig bij een orgel gezongen.We hebben in het algemeen bij deze selectie twee criteria gehanteerd. De psalmen hieronder

Page 87: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 87

kunnen uitgroeien tot 1) belangrijke aanvullingen op lacunes in de huidige psalmenpraktijk of 2)behoren nu al tot de meest gezongen psalmen uit ons project. Met andere woorden: de geblekengeschiktheid is een criterium, maar we willen onze psalmen ook graag neerzetten als eenaanvulling op het bestaande psalmboek, niet als concurrentie. We willen dus graag de psalmennaar voren brengen die iets toevoegen.De basisregel van Psalmen voor Nu betekent overigens al een belangrijke toevoeging aan hetgangbare psalmenzingen: we proberen psalmen zo te berijmen, dat ze in hun geheel zingbaar zijn.Onze psalmen zijn minder makkelijk te knippen, wat voor een dominee ook een lastige opgave kanzijn, maar door een psalm in zijn geheel te zingen, ontstaat er ook een grote winst. In nuance,contrast en diepgang.

In de gangbare muziekcultuur in de kerken passen:

PvN 8 Een aanbeveling waar we eigenlijk over twijfelen. Een heel mooie psalm, die op de cdstaat als een rocknummer, maar die oorspronkelijk geschreven werd als een prachtigepianomelodie, door een van onze meest liturgisch ervaren componisten. Een psalm die zich zeergoed voegen zal naar de gangbare liedcultuur in de kerken. Onze aarzeling zit in het feit dat in uwhuidige selectie al een alternatief voor de Geneefse psalm 8 is opgenomen (GK16), en dat detoegevoegde waarde van het opnemen van deze psalm daarom geringer is.

PvN13 Een psalm die in de Geneefse versie nooit gezongen wordt, en inhoudelijk dat weldegelijk waard is. Een psalm ook die getuigt van de waarde van de psalmen boven veel moderneliederen. Het verwoordt indringend het gevoel van Godverlatenheid, en vindt uiteindelijk eenuitweg.

PvN15 Een psalm die duidelijk maakt wat er gebeurt als je psalmen in hun geheel berijmt.Psalm vijftien bestaat uit allemaal voorbeelden bij een grondstelling. Door die grondstelling teherhalen in het tweede couplet, komt een prachtige eenheid naar voren. Een psalm over ethischhandelen in het leven van alledag, met als doel: te kunnen wonen bij God.

PvN16 Een prachtige ingetogen psalm die uitzicht biedt over het sterven heen. Bij hetoverlijden van een jong gemeentelid?

PvN22 We hopen op een nieuwe goedevrijdagtraditie. In een aantal kerken is het al gedaan:op Goede Vrijdag een kwartier uittrekken voor het zingen van psalm 22 in zijn geheel. Kerkgangersreageerden onverdeeld positief op die ervaring. We stellen ons deze psalm voor na de preek(collecte voor de preek). De dienst eindigt dan met een preek, het zingen van psalm 22, bidden engezegend worden.

PvN57 Een topper van de allereerste cd van Psalmen voor Nu. Een psalm die vaak en graaggezongen wordt.

PvN84 De meest populaire PvN-psalm van allemaal. Een heerlijke variant op een toch alveelgezongen psalm.

PvN121 Een psalm waar wij om een bijzondere reden waarde aan hechten: de componist lietde melodielijn van de eerste anderhalve regel exact naast de Geneefse melodie lopen, als onseerbetoon aan onze grote voorgangers.

PvN130 Na 84 de meest gezongen PvN-psalm. Hier blijkt bij uitstek wat er gebeurt als jepsalmen in hun geheel zingt. Van de Geneefse psalm 130 zingen we vaak alleen het eerste vers.Terwijl juist het geheel de psalm zo waardevol maakt voor de nieuwtestamentische kerk. Eenideale psalm om te zingen bij de voorlezing van de Tien Geboden. Maar onlangs in eenvrijgemaakte gemeente ook gezongen als dooppsalm: ,,Hoop op God, want hij heeft zich aan jouverbonden / hij verlost je van je zonden / hij maakt vrij.’’

PvN136 Psalm 136 voegt iets heel nieuws toe aan het psalmenzingen: een canon. Derefreintekst is in deze versie gebruikt als de dragende conclusie op de achtergrond. Daardoor komtde prachtige drieslag in de tekst (schepping, verlossing, thuiskomst) beter uit.

Tot zover de aanbeveling binnen de bestaande muziekcultuur. Maar omdat ook die verandert

Page 88: “Een nieuw lied voor de Heer, in uw mond, in uw taal” …X. Nota ISK Een nieuw Liedboek 79 XI. Verantwoording van de keuze t.a.v. liederen uit het evangelicale repertoire 80 XII.

kerkmuziek 88

(steeds meer gemeenten beleggen regelmatig jongerendiensten, om maar eens iets te noemen)kunnen we ons voorstellen dat u ook voor dergelijke diensten enkele liederen wilt opnemen. Watons betreft, maar dat is een open deur, zitten daar dan ook psalmen bij. Wij denken aan:

PvN67 Een dankdagpsalm. Groeide uit tot een populaire psalm. Gezongen bij het afscheidvan predikanten, in trouwdiensten, en natuurlijk op heel veel dankdagvieringen. Met een lekkerdwingend ritme, waardoor hij eenvoudig mee te zingen is. Blijft recht overeind in elke jeugddienst.

PvN87 Een psalm die in onze multiculturele samenleving een schitterend perspectief opent.Een psalm die, juist door de nieuwe vorm, weer uiterst actueel is.

PvN126 Deze psalm heeft op de Geneefse melodie iets treurigs, en houdt dat ook. De psalm isinderdaad een vraag aan God om het vertrouwen van zijn kinderen niet te beschamen, maartegelijk is het ook een verklaring van vertrouwen – Heer, u deed het al eerder, u kunt het opnieuwdoen. Psalmen voor Nu maakte een versie met iets meer vaart en vertrouwen dan de Geneefse.

Nogmaals: u hebt van uw kerken een opdracht meegekregen waar Psalmen voor Nu zichwaarschijnlijk niet naadloos in voegt. Psalmen voor Nu heeft van meet af aan geen contact gezochtmet kerken, omdat de invoering van nieuwe liederen een zeer zorgvuldig proces moet zijn, dat perkerkverband en zelfs per gemeente verschillend verloopt. We willen de kerken dienen. We hopendat we ook u met deze aanbeveling van dienst zijn. We zijn graag bereid een en ander toe telichten of voor te spelen. Als er vragen zijn, horen we die graag.

Met vriendelijke groet,

Rien van den Berg

BIJLAGE XIII

Melodie en tekst van de liederen uit eigen kring (separaat aangeleverd).

BIJLAGE XIV

Melodie en tekst van de liederen uit andere bronnen (separaat aangeleverd).

BIJLAGE XV

Adressenlijst deputaten

primidrs. P. Bareman Tobias Asserlaan 5 8024 DN Zwolle [email protected]

ds. P. van den Berg Cornelis Jetseslaan 16 9646 DC, Veendam [email protected]

drs. D.J. Boer Resedalaan 4 3871 EK Hoevelaken [email protected]

B.G. Droogsma F. van Eedenstraat 38 7606 BJ Almelo [email protected]. M.J.G. Douma Mozartweg 77-c 3816 LM Amersfoort [email protected]

ds. M.A. de Niet H. Hasekampsingel 43 9717 EV Harkstede [email protected]

H. Ophoff Van Linghenhof 16 7721 XW Dalfsen [email protected]

ds. Joh.A. Schelling Veldenseweg 51 5914 SL Venlo [email protected]. H. van Veen Buttersgroet 14 1722 KV Zuid-

[email protected]