Ans november site

32
Algemeen Nijmeegs Studentenblad / november 2014 ANS IS BLUT

description

 

Transcript of Ans november site

Algemeen Nijmeegs Studentenblad / november 2014

ANSIS BLUT

commeNTAAr

Het eind van de maand. Het glimmende kaartje wordt uit de broekzak getrokken en met aarzelende trilling in de gleuf van de automaat gestoken. Saldo ontoereikend. Zonder de waardevolle papiertjes vervolgen we onze weg. Dan maar terug naar huis.

We strompelen langs kroegen vol hossende menigten waar dien-bladen vol bier de bar over gaan en passeren de kebabzaak waar de geur van vers schaap ons de mond vol doet lopen. Geen blond schuimend bier of vette snacks voor ons.

We zijn blut. We zijn platzak, hebben geen rooie cent, we zijn armoedzaaiers of gewoonweg arm, we hebben geen nagel om aan onze kont te krabben en we zijn skeer. Geen doekoe, duiten of centen om te laten rollen, geen flappen om te tappen.

Thuisgekomen draaien we zuchtend de verwarming maar wat lager, schrapen de laatste restjes boter uit het Euroshopper-kuipje voor op een oud snee brood en openen het laatste blik Schulten-bräu.

Hadden we aan het begin van de maand maar net iets minder avonden aan de bar gehangen of onszelf getrakteerd op luxe koffie met belachelijk veel melk en siroop. Hadden we maar geen bakken duur Reftervoer gegeten en waren we voor baggerfilms maar niet naar de bioscoop gegaan.

Hádden we maar rustig aan gedaan met de poen. Spijt als haren op ons hoofd hebben we, wanneer we vol schaamte zelfs een Primark-shirt terug moeten hangen in het rek en elk blik bier op kantoor moeten controleren op restjes.

Maar ach. Wij zijn generatie basisbeurs. Ons is een beetje over-heidsgeld ten minste niet door de neus geboord.

Mail. De stufi is binnen! Wij gaan geld uitgeven.

De hoofdredactie

Vooraf Tekst: RedactieP. 2

deze ANS

08 Voor een dubbeltje op de eerste rangKun je wat tofs doen met slechts een paar euro’s in je broekzak als je geen honger wilt lijden? Een ANS-redac-teur teerde een week lang op slechts 10 euro en zocht het voor je uit.

12 Dubbele grappenProfessionele grapjassen Tijl Beckand en Ruben van der Meer staan bekend om hun razendsnelle improvisatietalent dat ze zelfs in hun interview met ANS laten zien. ‘Diepte-punt? Het moment dat Ruben bij mij in bed had gescheten.’

18 Het leed dat kiezen heetVeel keus hebben is niet altijd zo goed als het op het eerste gezicht lijkt, sommige studenten worden ziek van stress van de gedachten aan keuzes alleen. Wat is keuzestress en wat kunnen we doen om minder met onze handen in het haar te zitten?

22 Interview Ilja Leonard Pfeijffer De excentrieke dichter en schrijver Ilja Leonard Pfeijffer schuwt extreem taalgebruik niet. De poëzie van tegen-woordig mist lef, vindt hij. ‘Ik kan mijn kritiek beter op een scherpe toon formuleren, anders luisteren mensen niet.’

04 Alles flex?05 Binnenstebuiten11 Laatste Oordeel15 Gonzo16 Middenpagina21 De Graadmeter 26 Enerzijds Anderzijds28 Stamgasten30 Colofon31 Crypto32 Gevonden Voorwerp

21 221812

Tekst: Redactie/ Illustratie: Rens van Vliet ANS-Online.nlP. 03

NIeT ANSIn een blad kan het soms lastig zijn de actuele stand van zaken bij te houden, het nieuws verandert tenslotte iedere dag. Voor je dagelijkse portie studentennieuws en actueel vermaak kun je daarom op ANS-Online terecht. Zo inter-viewde ANS afgelopen maand Maxim Hartman over zijn nieuwe, discussieopwekkende tv-programma Nog Meer Voor Mannen en bleek dat een Facebookpagina tegen Veolia binnen enkele dagen duizenden likes opleverde. De drukte op Station Heyendaal en de onvriendelijke klan-tenservice van het vervoersbedrijf, maken blijkbaar het een en ander los bij de studenten uit het zuiden.

Kortmann gaf het stokje overNa zeven jaar trouwe dienst heeft Bas Kortmann de functie van rector magnificus doorgegeven aan Theo Engelen. Op vrijdag 17 oktober vond in de Nijmeegse Stevenskerk de officiële overdracht plaats. Op de website las je een interview met de voormalig rector. Hierin lijkt Kortmann met name studenten te willen stimuleren om hun heil tijdelijk ergens anders te zoeken. ‘Elke student die niet van de mogelijkheid om naar het buitenland te gaan gebruik maakt, doet zichzelf tekort.’

Protesteren kun je lerenDe meningen rondom het wetsvoorstel voor een leenstel-sel zijn verdeeld. De meeste studenten zien het studie-voorschot liever meteen van tafel verdwijnen. Dat probe-ren studenten op 14 november duidelijk te maken aan politiek Den Haag met een demonstratie op het Malieveld. Pak de verf vast uit de kast voor je wereldverbeterende spandoek.

WintertuinVan 27 tot en met 30 november ontmoeten literatuur en muziek elkaar tijdens het literaire festival Winter-tuin. Grote namen als Ilja Leonard Pfeijffer, Arthur Japin, Spinvis en Douwe Bob betreden het Nijmeegse podium. ANS zal verschillende woordentovenaars interviewen en bezoekt een aantal programmaonderdelen. In deze ANS, en binnenkort ook op de website, is als voorproefje een interview te lezen met Pfeijffer.

Op de hoogte blijven van al het studentennieuws?Check dan www.ans-online.nl, volg ons op Twitter (twitter.com/ANS_Online) of like de ANS-pagina op Facebook (facebook.com/ANSnijmegen).

Tekst: Redactie ANS-Online.nlP. 3

Studeren is voor mietjesStuderen, wat leer je daar nu eigenlijk van? Het echte leven, dat is pas een opleiding die de verwende stu-dentjes van tegenwoordig nodig hebben. Hoogleraar filosofie Jan Bransen van de RU, liet onze oren klapperen toen we hem interviewden over keuzestress. Kiezen is helemaal niet zo moeilijk met Bransen in de buurt. Zo raadde hij een studente aan zich maar gewoon meteen te laten bezwangeren, in plaats van die master te doen. Voordat deze uitspraken goed tot ons doordrongen, stond er al een gepeperd opinieartikel van de geïnspi-reerde Bransen in de Volkskrant. Beter gaat een besluite-loze student met een brede studie als communicatiewe-tenschap of psychologie of meteen de arbeidsmarkt op, aldus de hoogleraar in het stuk. Jammer dat de meeste banen als kassamedewerker bij de Aldi al bezet zijn door filosofiestudenten.

ANS en WintertuinIn november is er meer te doen dan slap ouwehoeren over de zwartepietendiscussie. Wat dacht je van een bezoekje aan literair festival Wintertuin aan het eind van deze maand? Op 27 november kun je je tosti in het Cultuurcafé weghappen terwijl je luistert naar onder andere onze eigenste columnisten en singer-songwriter Wüstersturm. ANS

ALLeS FLex?Flexibel studeren Tekst: Tijs Sikma en Annemarie Verschragen/ Illustratie: Jurgen TesselaarP. 4

De druk op de student wordt tegenwoordig steeds meer opgevoerd. Flex-studeren, oftewel de keuzevrijheid om per vak te betalen, moet dit volgens de bedenkers oplossen. Is dit optimisme terecht?

De huidige student is een magnetronstudent. Waar vroeger een studie van tien jaar niet uitzonderlijk was, is ‘langstudeerder’ tegenwoordig bijna een scheld-woord. Met de komst van het leenstelsel wordt langer studeren duurder en zal de druk nog verder opgevoerd worden. Wie meer tijd wil, kan nauwelijks nog terecht bij deeltijdstudies: in tien jaar tijd is de hoeveelheid deeltijdstudies in Nederland gehalveerd en bestaan er op de Radboud Universiteit nog slechts vier. Volgens de Landelijke Studenten Vakbond (LSVb) zou een nieuwe inschrijvingsvorm, het flexstuderen, de druk van de ketel kunnen halen. De student betaalt in dit nieuwe systeem geen collegegeld per jaar, maar per vak. Hier-door kunnen studenten makkelijker bepalen op welke universiteit en in welk tempo ze vakken willen volgen. Flexstuderen moet deeltijd studeren een nieuwe impuls geven en zou volgens de LSVb in de toekomst ook het voltijd studeren grotendeels kunnen gaan vervangen. Inmiddels zijn er zelfs nog positievere geluiden - met in de voorhoede Volkskrant-columnist Aleid Truijens – die het flexstuderen bombardeerde tot dé nieuwe manier van studeren. Deze bejubeling is echter niet terecht. Dit is niet de oplossing voor de student die wat langer wil sudderen.

Goed werk vergt tijd Betalen per vak in plaats van per collegejaar heeft volgens Tom Hoven, voorzitter van de LSVb, als belang-rijkste voordeel dat er meer keuzevrijheid in het hoger onderwijs komt. ‘De student kan er niet alleen voor kiezen hoeveel vakken hij wenst te volgen, maar be-paalt zelf ook of hij deze vakken allemaal op dezelfde universiteit gaat doen.’ Als iemand meer gaat werken, stage wil lopen of ziek is, kan hij ervoor kiezen minder vakken te volgen. Het curriculum en de contacturen blijven bestaan zoals dat nu het geval is, alleen wor-den het collegegeld en de studiefinanciering op de hoeveelheid studiepunten afgestemd. Truijens schrijft in haar column dat je in de hoop op je 22ste een topbaan

te vinden, snel kan studeren en daarmee jezelf diep in de schulden kan werken. Jarenlang genoegen nemen met een baantje in een café en daarnaast studeren in eigen tempo, zonder hier een lening aan over te houden, kan echter ook. Ook mensen met een gezin of werk, hebben in het huidige onderwijsmodel vaak niet genoeg mogelijkheden (tijd en aanbod) om een volledige opleiding te volgen. Flexibel studeren maakt het mogelijk de opleiding over een langere periode uit te spreiden en verbetert daarmee de toegankelijkheid van het hoger onderwijs.

Lekker sociaal doenHet flexstuderen klinkt als een verlossing voor de tegenstanders van het magnetronstuderen. De studie-vorm heeft echter ook een hoop nadelen. Mark Vlek de Coningh, voorzitter van de Nijmeegse Universitaire Studentenraad, stelt dat flexstuderen een goed plan kan zijn, mits het een aanvulling blijft op de voltijd opleiding. ‘De inschrijvingsvormen zouden inwissel-baar moeten zijn, zodat je na twee jaar kunt besluiten een jaar flexibel te studeren. Als de meerderheid van de studenten flexstudent wordt, zullen zij waarschijn-lijk minder betrokken zijn bij het studentenleven en loopt de campus leeg.’ Hoewel de LSVb benadrukt dat contacturen behouden moeten blijven, zal dit wel in wisselende groepen zijn. Ook Martijn Gerritsen, woordvoerder van de Radboud Universiteit, hamert op sociale binding binnen een studie. ‘Voor ons is de sociale component belangrijk. Samen een opleiding doorlopen draagt sterk bij aan het studiesucces. Men-sen die flexibeler willen studeren, kunnen daarvoor al bij de Open Universiteit terecht.’ Miranda de Kort, woordvoerder van deze instelling, bevestigt dit. Hoewel De Kort voorstander is van flexibiliteit, waarschuwt zij voor de nadelen die daarmee samenhangen: ‘Bijna 90 procent van de nieuwe studenten aan de Open Univer-siteit haakt af, dit is mede te wijten aan het gebrek aan structuur en sociale binding.’ De instelling biedt daarom

BINNeNSTe-BuITeN

Met gesperde ogen en een gebolde rug zit ik voor mijn computerscherm. Het koude licht van een beeldscherm is het enige teken van leven in een verder donkere kamer. Op het scherm staan wel twintig tabbladen open met Facebookprofielen en persoonlijke berichten. `Ik ben Nina, twintig jaar oud. Ik studeer Psychologie en ik werd helemaal enthousiast van je bericht!´ Haar volledige profiel verschijnt na een muisklik in het eenentwintigste tabblad. Mijn pc begint een beetje te stotteren. Vind-ik-leuks voor Chef’Special en Love Actually: niet echt mijn type. Haar profielfoto staat me toch wel aan en ik zet haar naam op een lijst. Mijn oppervlakkigheid is gerechtvaardigd: dit leed is mij twee jaar geleden ook aangedaan. Ik stuur een kort berichtje terug: ‘Woensdag is de kijkavond om 20:00, zie je dan!’ Nog minstens zeven dates te gaan.

Alhoewel mijn selectieprocedure voor een nieuwe huisgenoot secuur is en ik gedisciplineerd te werk ga, voel ik me er niet geheel op mijn gemak bij. Ik dacht dat ik undateable was, maar sinds ik advertenties op internet heb gezet, zijn er in twee dagen vijftig berichten binnen gekomen. Allemaal schetsen ze een utopiaans toekomstbeeld waarin haren uit doucheputjes worden gehaald, de lekkerste kip piri-piri voor me wordt gekookt en de wc-rol nog wordt vervangen vóór het laatste vel-letje in zicht is. Een avond verder heb ik het lijstje af: vier heren en drie dames.

Twee weken later is het zover. Er staat wijn, bier en cola koud, de afwas is gedaan en de deurbel doet ‘t. Een voor een doen ze hun verhaal. Een enkeling komt in het echt beter uit de verf, maar de meesten vallen door de mand. Ongemakkelijke onderdanigheid, gezeur over reistijd: de dates die ik voor ogen had, veranderden voor mijn neus in sollicitatiegesprekken.

Nadat ik de deur achter de laatste sollicitant had dichtgesmeten, plofte ik met een biertje op de bank. Ik voelde me een verdrietig kattenvrouwtje dat erachter kwam dat haar katten alleen voor de brokjes kwamen. Op het aanrecht stonden lege glazen en een halve fles cola. Ze ruimden nu hun zooi al niet op. Mijn neef woont sinds kort in Nijmegen. Toch maar even bellen of-ie wil verhuizen.

sinds 1 september ook een gestructureerd curriculum met vaste startmomenten en meer begeleiding.

Bureaucratische beperkingenHet is nog maar de vraag of flexibel studeren administra-tief te regelen is. Alle flexstudenten die staan ingeschre-ven, kiezen individueel wanneer en waar zij vakken gaan volgen en hebben dus geïndividualiseerde programma’s. Voor elke student moet het collegegeld en de studiefinan-ciering apart worden geregeld, om nog maar te zwijgen over de aanpassingen van regelingen als het BSA en het verval van studiepunten. De extra administratieve kosten worden in het voorstel van de LSVb opgevangen door het collegegeld per studiepunt met 15 procent te verhogen. Het huidige financieringsstelsel is ook nog niet geschikt voor het flexibel studeren. Als studenten kunnen shoppen bij verschillende universiteiten, krijgt maar één instelling geld voor het diploma.

Onbekende prakHoewel meer keuzevrijheid en slechts betalen voor de vakken die je afneemt als muziek in de oren klinkt, bevat het voorstel over flexstuderen een hoop valse noten. Sterker nog, het roept vooral veel vraagtekens op. Het is onduidelijk hoe flexstuderen concreet moet gaan werken. Deeltijdstudies worden juist in de avonduren gegeven. Het flexibel maken van het gewone curriculum van alle stu-dies kan niet zomaar fungeren als vervanging omdat deze colleges overdag zijn. Tevens is het onbekend of er wel genoeg vraag is naar deeltijd studeren en zijn de nadelen van flexstuderen als grootste onderwijsvorm onderbelicht. Voor het concept de hemel in te prijzen, is het verstandig eerst concreet onderzoek te doen. Liever een goede mag-netronmaaltijd dan een onbekende half gare prak. ANS

Column Manu Compen P. 5

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 7

Adverteren? Kijk op ANS-Online.nlP. 6

ANSjeSEen Ansje mag maximaal 35 woorden bevatten en kost 5 euro voor

studenten en 10 euro voor externen. De waarde van de aange-

boden goederen mag de 900 euro niet te boven gaan. Mail naar:

[email protected]

Wij zoeken in Nijmegen -Oost hulp in de huishouding voor 3 à 4

uur per week. Na gebleken geschiktheid kunnen deze flexibel

worden ingevuld. Vergoeding in overleg.

0644193362 of [email protected]

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 7

Tekst: Youri Kling en Marit Willemsen/ Foto: Marit Willemsen Laatste oordeelP. 7

heT LAATSTeoordeeL

‘Are you ready for another 90 minutes of British culture and history?’, roept Den-nis Kersten vrolijk op deze druilerige donderdagmiddag naar de halfgevulde zaal. De voornamelijk vrouwelijke eerstejaars reageren met overdreven kin-derlijk enthousiasme en joelen bevestigend. Het gejuich belooft veel goeds.Op de PowerPoint verschijnt een lijstje onderwerpen, vandaag wordt de eerste helft van de twintigste eeuw behandeld. ‘Het verhaal voorafgaand aan de pauze gaat waarschijnlijk wat langer duren’, waarschuwt Kersten. Er staat namelijk veel op het programma en de docent steekt snel van wal over de Great War en Britse vorsten. Kersten spreekt duidelijk en met een gepolijst Brits accent. Door zijn frivole manier van doen weet hij zelfs een stuk over een bloederige oorlog te transformeren tot een luchtig verhaal. De enthousiaste verteller verschuilt zich niet achter het spreekgestoelte, maar loopt regelmatig langs de voorste rijen voor meer interactie met zijn publiek.‘Dit klinkt allemaal erg deprimerend, en dat is het ook’, zegt de docent na een uiteenzetting over de Eerste Wereldoorlog. De Engelandkenner vindt het duidelijk tijd voor wat leukers: ‘Wie houdt er van Stephen Fry?’ Het publiek beantwoordt deze vraag met gejubel, waarna een komische en toch rele-vante clip van Blackadder wordt gestart. Kersten vervolgt in hoog tempo zijn gedetailleerde verhaal. ‘Edward VIII had een vriendin die gescheiden was én uit Amerika kwam, ik weet niet wat in die tijd erger was’, grapt hij. De do-cent geeft nog wat verdieping over een zojuist bekeken scène uit The King’s Speech, voordat het tijd is voor de welverdiende break. Na een kwartier snijdt Kersten het onderwerp Tweede Wereldoorlog aan. Naast filmpjes gebruikt hij afbeeldingen om zijn verhaal begrijpelijker en levendiger te maken. Daarnaast wordt elke toehoorder die zijn hand opsteekt, geholpen. ‘De oorlog begon in ‘39’, beantwoordt de blijmoedige man zonder enige afschuw of verbazing de vraag van een simpele ziel uit het publiek. Ook poogt hij zelf interactie uit te lokken door vragen te stellen. In Engelse theepothouding – een hand in de zij en de ander wijzend naar de dia’s – blijft Kersten geduldig wanneer er een akelige stilte valt als hij de zaal op de proef stelt.Met nog een paar minuten te gaan, vraagt de docent of men het oefententa-men heeft kunnen vinden. ‘Is het echte examen erg lang?’, is de enige vraag die uit het publiek opstijgt. De schrik voor schrijfwerk lijkt er bij deze eerste-jaars goed in te zitten. Kerstens laatste opmerkingen verdwijnen in paniekerig geroezemoes, waarmee het college ten einde komt.

Het Laatste Oordeel der Studenten‘De middelbare scholier in mij vindt dit college helemaal geweldig, er zijn veel stukjes film en het is makkelijk te volgen’, merkt iemand op. Een an-der vindt de stof juist moeilijk, maar bijna elke student houdt van de manier waarop het verhaal gebracht wordt en van het visuele vermaak. Daarnaast wordt Kersten zelf omschreven als ‘enthousiast’, ‘een oneindige bron van ken-nis’ en een ‘intelligente en geestige vent’. Iedereen hangt door de duidelijke informatie aan de lippen van de docent en als de gedachten afdwalen is dit – opvallend genoeg – vaak naar tv-series. Overigens letten de studenten niet alleen op de dia’s, uit opmerkingen blijkt dat het oog soms ook blijft steken op Kerstens ‘strakke broeken’. ANS

Duffe opsommingen of ultiem entertainment? Iedere maand verschanst ANS zich in de collegebanken om een genadeloos oordeel te vellen over het onderwijs aan de RU.

StuDie: Engelse Taal en Cultuur

College: British Culture and History, 9 oktober 13.45 – 15.30 uur, CC5

DoCent: Dr. D. Kersten

uitStraling: Enthousiaste Engelandkenner

Publiek: Joelende jonge meisjes

inhouD: Britse humor en historie

EindcijfEr: 8

Voor eeN dUBBeLTje op de eerSTe rANg

‘Kunt u iets kleins missen?’ Een dakloze man op straat kijkt vragend en steekt zijn hand uit. Deze week moeten smeekbedes, collectes, en dure kledingwinkels echter worden vermeden. Er zal bezuinigd worden en flink ook.Op de centen letten is niemands favoriete bezigheid. Desalniettemin moet menig student het aan het eind van de (stufi)maand bij wijze van spreken doen met oud brood en een bijna lege pot pindakaas. Dat moet toch beter kunnen. Hoe zorg je dat je met je laatste euro’s toch nog aangenaam kunt vertoeven? Ik nam de proef op de som en probeerde een week lang te leven van een minimaal bedrag. Het budget: 10 euro voor zeven

dagen. Ervan uitgaande dat de studie en kamer al zijn betaald, moest deze som volstaan voor eten en leuke tijdsbesteding. Ik kreeg tips van een budgetcoach, struinde door de natuur om een kostje te verzamelen en leerde waar het goed toeven is in Nijmegen voor (bijna) nop.

Plan je rot‘Als ik vraag wat je vorige week hebt uitgegeven, weet

je dat niet of wel?’ Budgetcoach Réne Koppelaar grijnst wanneer ik het antwoord inderdaad schuldig moet blij-ven. Als coach leert Koppelaar naar eigen zeggen ‘men-sen om te gaan met wat ze hebben’, in dit geval dus een tientje. Veel vertrouwen in het plan heeft hij meteen al niet. ‘Dit is onrealistisch, je noemt een bedrag en je weet niet of het gaat werken’, aldus Koppelaar. Wil het expe-riment ook maar enige kans van slagen hebben, dan is goed plannen het devies. ‘Zoek eens op wat je per week uitgeeft. Dat kan een goede voorspeller voor volgende week zijn’, meent de coach. Wanneer ik mijn uitgaven onder de loep neem, liggen deze tot mijn schrik dichter bij 100 dan 10 euro per week. Mijn onbenul is niet heel uitzonderlijk, ruim 50 procent van de eerstejaarsstuden-ten heeft geen flauw idee wat ze per maand te besteden hebben, blijkt uit een peiling uitgevoerd door NJR het Bureau (het adviesbureau van de Nationale Jeugdraad) in opdracht van Stichting Weet Wat Je Besteedt (WWJB). ‘Niemand leert om te gaan met een budget’, meent Kop-pelaar. ‘Op veel scholen wordt bijvoorbeeld koken als vak gegeven, maar budgetteren krijgt vreemd genoeg geen aandacht.’Aan de start van het experiment doe ik op aanraden van Koppelaar boodschappen voor de hele week bij de Aldi en de Albert Heijn. Met wekelijkse of – nog beter – maandelijkse geplande trips naar de supermarkt spaar je immers flink wat uit. Op aanraden van Koppelaar zit er alleen een tientje contant geld in mijn portemonnee,

Wat als er aan het eind van je geld altijd nog een stuk maand over-blijft? een ANS-redacteur stak de portemonnee achter slot en grendel en probeerde een week lang royaal te leven van 10 euro.

‘Niemand leert gek genoeg om te gaan met een budget.’

een week in sloebermodus Tekst: Marit Willemsen/ Illustraties: Rens van Vliet P. 8

Voor eeN dUBBeLTje op de eerSTe rANg

zo zie je de euro’s letterlijk door je vingers glippen. Het noodzakelijke en goedkoopste gaat in de mand: brood, yoghurt, eieren en een grote zak spekjes en to-maten voor een simpel pastagerecht, de rest schraap ik uit hoekjes van mijn voorraadkast. De hele week zal alleen eten taboe zijn, samen dineren levert im-mers schaalvoordelen op. Ook worden de ouderwets goedkope recepten als pannenkoeken en uiensoep uit de kast getrokken, deze bevatten het minimale aan ingrediënten die zelfs in de meeste studentenkeukens te vinden zijn.

Puur natuur‘Het is een goed jaar, vorig seizoen lag er veel minder.’ Natuurkundestudent Mattias Terpstra raapt uitgelaten nog wat kastanjes van de grond. Het bos van Beek-Ubbergen is een kwartiertje fietsen van het centrum van Nijmegen, en blijkt een rijke bron van voedsel voor de arme student. Eten is een grote kostenpost, ongeveer vier euro van het budget heb ik

al besteed aan de boodschappen. Op dag twee wordt het daarom tijd voor een alternatieve voedselkeus. Terpstra kookt al langer met producten die groeien in een bos, de tuin of zelfs langs de berm en hij bakt bijvoorbeeld zijn eigen brood. Opvallend genoeg zijn we niet de enigen in het bos in verzamelmodus. Een hele cultuur van wildplukken blijkt te bestaan en op wildplukwijzer.nl is te lezen dat je in heel Nijmegen en zelfs rondom de universiteit - afhankelijk van het sei-zoen - kastanjes, beukennootjes, bramen en af en toe appels kunt vinden, gratis en voor niks. Enige kennis over planten – online verkrijgbaar – blijkt wel vereist, zo kun je van paddestoelen beter afblijven. ‘Je moet alleen de tamme kastanjes rapen, de wilde zijn heel giftig’, leert Terpstra me.

De kunst van het bewaren‘Studenten kunnen nog het meest besparen op wat ze weggooien’, vertelt Terpstra terwijl hij bij hem thuis een vulling van kastanjes, champignons en monchou in een bakblik met bladerdeeg giet. ‘Als je twintig procent weggooit, betaal je dit eigenlijk extra.’ Zelf bewaart hij alles, zelfs groenten en fruit door het in te maken of te fermenteren. ‘Dit doet tegenwoordig bijna niemand meer, zo zonde’, aldus de natuurkun-destudent. Fermenteren blijkt niets meer dan je oude wortelen in een pot met water en zout stoppen, wat het na een tijd een zurig ‘augurkgehalte’ geeft. Het smaakt

Er blijkt een hele cultuur van wildplukken te bestaan in

Nijmegen.

ANS-Online.nlP.9

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 10

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 11

een week in sloebermodusP. 10

helemaal niet verkeerd. Ook de kastanjes zijn boven verwachting goed. Ik krijg een paddestoelen-kastan-jetaart, zelfgebakken brood met auberginedip en een toetje van kastanjemousse voorgeschoteld voor slechts 1,50 euro per persoon. Het is verbazingwekkend hoe simpel natuur-voedsel eigenlijk te bereiden is. Een halve ochtend rapen levert bovendien genoeg kastan-jes op om de hele winter mee door te komen. Eenmaal thuis zet ik smakelijke thee van zelfgeplukt bramenblad, dat scheelt toch weer een paar cent.

uit eten en alcoholHoewel bedrieglijk eenvoudig en goedkoop, kost het verzamelen van je voedsel wel een hoop tijd. Niet iedereen wil op zijn knieën in het bos zitten op zoek naar noten. De combinatie van goedkoop, makkelijk en bovendien ook leuk moet toch ook ergens te vinden zijn? Elke tweede en vierde donderdag van de maand luncht homojongerenorganisatie Dito in de studenten-kerk. De meegebrachte excuushomo blijkt niet eens nodig, iedereen is welkom. Voorwaarde is wel dat je sa-men luncht en een gezellig praatje aanknoopt, maar dat is helemaal niet erg. De studentenkerk is sowieso een goed alternatief voor de peperdure reftermaaltijd, voor 2,50 euro en een beetje afwassen werk je in groeps-verband een gezonde avondmaaltijd naar binnen. Voor wie liever alleen eet biedt de HEMA in de stad voor

dezelfde prijs een lekkere prak.Naast een snelle maaltijd is een studentenweek niet compleet zonder een avond waarin flink wordt gezopen. Een krat pils zit er echter niet in voor het resterende geld. Terpstra blijkt de redder in nood. ‘Zelf alcohol maken is ongelooflijk makkelijk’, vertelt hij tot grote vreugde over de telefoon. Met slechts Aldi-appelsap van 80 cent en wat gist blijk je anderhalve liter cider te kun-nen produceren. Bij Terpstra thuis is het spul prima weg te drinken. Wanneer ik trots het zelfgebrouwen goedje meeneem naar vrienden, steekt het toch wat schraal af tegenover de luxe blikken Hertog-Jan die op tafel worden gezet. De cider is overigens niet zo goed gelukt als die van Terpstra en daarnaast is dronken worden een onmogelijke opgave – een glas bevat slechts een paar procent alcohol.

Robin HoodHet wordt halverwege de week pijnlijk duidelijk dat ik het weekend met mijn overige centen niet ga halen. Ik

Mijn zelfgemaakte cider steekt schraal af tegen de luxe blikken

Hertog-Jan.

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 10

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 11

een week in sloebermodusP. 10

bezoek het soepcafé in De Klinker. De rij voor het café is enorm en niet voor niets. Linkse rakkers, krakers en een enkele zwerver, maar ook studenten verzamelen zich hier elke woensdag om zich te goed te doen aan veganisti-sche soep, brood en salade voor een vrijwillige bijdrage. Ik ben slechts vijftig cent armer wanneer ik met een kop aanschuif bij een van de tafels. Naast de soep en goedko-pe drankjes wordt er een spelletjesavond georganiseerd, iedereen neemt lekker goedkoop zijn eigen spellen mee. Tijdens het eten vertelt een ex-filosofiestudent die zijn naam liever niet prijsgeeft, over zijn manier om aan gratis levensmiddelen te komen: dumpster diving of skippen ofwel het leeggraaien van containers met weggegooid voedsel en non -foodproducten bij supermarkten. Produc-ten zoals speciaalbier of brood zijn ook na hun houdbaar-heidsdatum nog prima te eten, maar moeten toch uit de schappen worden gehaald. ‘Laatst heb ik nog voor een halfjaar aan brood geskipt’, vertelt hij. De anonieme skip-per leefde een jaar lang op straat en in de krakerswereld. ‘Zo leer je snel creatief te denken als het op geld aan-komt.’ Het lijkt alsof ik de oplossing voor mijn prangende geldprobleem heb gevonden, maar erg legaal is het niet. ‘Hoewel het stelen is, vind ik het moreel wel juist’, meent de dumpster diver. ‘Eigenlijk ben ik een soort Robin Hood.’ Hij wil over de details niet veel kwijt en ik mag niet mee op strooptocht. Toch geeft ‘Meneer Hood’ me wat tips mee: ‘Denk buiten je geld om en gooi wat kapot is niet meteen weg. Heb je een nieuwe ketting nodig voor op je fiets? Kijk eens achter het pand van de fietsenmaker, mis-schien ligt er nog wel wat.’

Falen bij de finishOndanks de goede voornemens gaat het op vrijdag mis. Het constant opletten op uitgaven en tellen van euro’s

begint behoorlijk op de zenuwen te werken. Na een paar getrakteerde biertjes op een lege maag reken ik voordat ik het weet in de supermarkt wijn en kaas af. Niet zo heel gek, vindt Bill Burke, assistent professor Ontwikkelings-psychologie aan de Radboud Universiteit. ‘De motivatie voor de bezuinigingen ontbreekt in je “experiment”

totaal, net zoals het bij veel studenten ontbreekt. Zelfs al heb je het aan het eind van de maand wat minder geld voor luxe, dan maakt dit het nog geen situatie waarbij je “overleving” op het spel staat.’ Burke verklaart waarom die stufi er aan het begin van de maand uitvliegt. ‘Vanaf je achttiende tot vijfentwintigste levensjaar is het deel van je hersenen dat het plannen en bewuste keuzes maakt, de prefrontale cortex, nog in ontwikkeling.’ Nadenken over toekomstige gevolgen zit er dus nog niet bij iedereen ingebakken, terwijl het automatisch ‘even pinnen’ mak-kelijk gaat. Coach Koppelaar ziet een groter probleem in het gebruik van pasjes. ‘Door “het plastic kaartje” ben je je niet meer bewust van wat je uitgeeft en ga je makkelijk over je grenzen heen.’ Helemaal mislukt is het experiment niet, veel goedkope initiatieven blijken blijvertjes. Ik ben me beter bewust geworden van mijn uitgaven, maar het gevaar schuilt hem volgens Burke toch in de ‘gewoon-ten’. Het blijft moeilijk afstand te doen van die luxe kop koffie, stapavond of dat uitgebreide diner, mét of zonder kastanjes. ANS

‘Hoewel het stelen is, vind ik het moreel wel juist.’

Interview Karen van Holst Pellekaan Tekst: Anders Hoendervanger en Kim Saris/ Foto’s: Anders HoendervangerP. 12Jezelf disciplineren kun je leren Tekst: Daan van Acht/ Illustratie: Josse BlaseP. 8

dUBBeLegrAppeN

Interview Karen van Holst Pellekaan Tekst: Anders Hoendervanger en Kim Saris/ Foto’s: Anders HoendervangerP. 12

Interview Tijl Beckand en Ruben van der Meer Tekst: Saskia Verheijden/ Foto’s: Ilja van HoekP. 13

Ruben van der Meer is een kwartier te laat. Als hij eindelijk aan komt slenteren, is zijn prioriteit een kopje koffie, waarna hij bij ANS op de bank ploft. Gedurende het hele interview zit hij er onderuitgezakt bij. Van zijn kant komen dan ook niet de meest serieuze antwoor-den. Tijl Beckand komt nog later dan Van der Meer vrolijk zijn kantoor uit gelopen. Zodra hij is gearriveerd, ontstaat de gezellige chaos waar het duo zo om bekend staat. Tijdens het interview geven de cabaretiers een mooi voorbeeld van razendsnelle improvisatie. Beckand

antwoordt op de vraag welk dieptepunt ze samen heb-ben meegemaakt: ‘Dat is toch het moment dat Ruben bij mij in bed had gescheten.’ Van der Meer zegt, wanneer de heren naar hun politieke engagement wordt ge-vraagd: ‘Ik hou wel van politiek, maar alleen als dictator. Ik heb geen zin in stemmen en zo.’ Al snel volgen de flauwe grappen en onbegrijpelijke inside jokes elkaar op. Voordat een vraag beantwoord kan worden, moeten de heren namelijk eerst hun snel bedachte grap kwijt. Ruben van der Meer en Tijl Beckand hebben hun be-kendheid voornamelijk te danken aan hun succesvolle tijd bij De Lama’s. Van der Meer was eerder al be-kend als het gezicht van Hakkûhbar, een Nederlandse parodie op de gabber-scene die halverwege de jaren negentig en begin tweeduizend erg populair was. Sinds 2011 zijn Beckand en Van der Meer weer aan het im-proviseren geslagen in De Grote Improvisatieshow die bekend staat als onvoorbereide chaos. Iedere voorstel-ling is anders door de input van het publiek en verschil-lende bekende gasten. ANS ondervraagt de cabaretiers over dit moderne jasje van De Lama’s. ‘We vernieuwen onszelf door steeds nieuwe kleren te kopen.’

Twintig schoppende vrouwen De Grote Improvisatieshow is volledig gebaseerd op suggesties van het publiek, waardoor iedere voorstel-ling anders uitpakt. Beckand en Van der Meer werken samen met bekende gastspelers. Gedurende de show

worden er verschillende spellen gespeeld waarin het publiek bepaalt wat er gebeurt. Zij bedenken onder andere voorwerpen, locaties en personen die worden uitgebeeld. ‘Ik hoef nu tenminste niet avond aan avond scripts te schrijven’, grapt Beckand. ‘Het is niet te doen om van te voren grappen te bedenken omdat je niet weet welke suggesties het publiek je geeft.’ Aan een show valt dus niets te plannen. ‘Ik kom als een brok talent het podium op en Ruben dwarrelt er een beetje als een leeg blad achteraan.’ Doordat het verloop van de show niet is vastgelegd, kan het wel eens flink misgaan tijdens de uitvoering. Ter illustratie noemt Beckand een voorstelling in Almere: ‘Iemand had bedacht dat het grappig zou zijn als twintig vrouwen uit het publiek zich in een rij opstellen. Vervolgens moesten zij mij een voor een in het gezicht slaan of een schop geven. Dit duurde erg lang waardoor de hele vaart uit de show was. Ik ben toen gestopt, want die rij hield niet op en niemand vond het meer leuk om te doen. Het was echt verschrikkelijk.’

Van kuthoer tot vuurwerkrampSoms komt het duo met een grap die niet bij ieder-een in de smaak valt. Zo maakt Van der Meer volgens Beckand het liefst grove vrouwengrappen: ‘Vrouwen zijn volgens hem allemaal hetzelfde, ze moeten schoonma-ken en hun bek houden.’ Beckand daarentegen schuwt een grap over buitenlanders niet: ‘Ik ben gek op buiten-landers, vooral in het buitenland waar ze tot hun recht komen, de taal spreken en de weg weten. Ik heb ook wel eens in Den Bosch een meisje voor ‘kuthoer’ uitge-scholden. Er zit altijd wel een vriend van zo’n meisje

in de zaal die dat dan weer niet leuk vindt. Tja, de hele zaal moest anders wel lachen.’ Volgens Beckand kun je in een zaal van achthonderd mensen niet iedereen blij maken. ‘Het is nooit zo dat iedereen een grap leuk vindt. Hoe harder er gelachen wordt, des te kleiner de groep toeschouwers is. Als iedereen lacht, hoe grappig is het dan? Je kunt het zien

‘Als iedereen lacht, hoe grappig is het dan?’

Ruben van der Meer en Tijl Beckand staan 27 november met De Grote Improvisatieshow op het toneel in Nijmegen. De voorstelling is ge-baseerd op suggesties van het publiek, er wordt dan ook niets voorbereid. ‘Ik kom als een brok talent het podium op en Ruben dwarrelt er een beetje als een leeg blad achteraan.’

‘We vernieuwen onszelf door steeds nieuwe kleren

te kopen.’

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 15

Interview Tijl Beckand en Ruben van der MeerP. 14

als een product: wanneer iedereen het koopt, is het niet bijzonder.’ In Enschede maakte Van der Meer bijvoorbeeld een grap over de vuurwerkramp die niet door iedereen in de zaal werd gewaardeerd. ‘Het was niet eens echt een grap over de vuurwerkramp. Ik speelde toen een krantenjongen die zei: ‘Hé, mijn hele wijk is weg!’ Je speelt in Enschede, het is dan gek om er helemaal niks over te zeggen. Een jongen op de eerste rij was vervolgens boos. In de pauze ben ik naar hem toe gegaan en heb ik het met hem uitgepraat.’

Hollandse humor In Nederland heerst vrijheid van meningsuiting. Toch moeten de heren oppassen met wat ze zeg-gen. Van der Meer maakte ooit een sketch over de Hamas, daar werd hij hevig om bekritiseerd. Het werd hem dan ook sterk afgeraden deze op het podium uit te voeren. Van der Meer lacht: ‘Ze schieten je anders gewoon dood’.

Volgens het duo is Nederlandse humor vaak erg belerend; deze gaat over wat er wel en niet mag. Beckand heeft hier op zijn zachtst gezegd geen hoge pet van op: ‘Veel cabaretiers veranderen, wanneer ze grappig zijn geweest, in wereldver-beteraars. Als je de wereld wil verbeteren moet je in de politiek gaan of waterputten slaan in Afrika. Dit moet je niet willen doen op het toneel in Vught. Mensen komen daar voor een leuk avondje uit, niet om te horen hoe zij hun leven moeten leiden.’ Volgens hen moet humor een manier zijn om din-gen te zeggen die je normaal niet kunt zeggen.

Oude lama’s, nieuwe tijden Over De Grote Improvisatieshow wordt vaak ge-zegd dat het teveel lijkt op De Lama’s. Is de nieuwe

voorstelling dan ook niet een slap aftreksel van het vorige project van de heren? ‘Dit horen we wel vaker, maar hoe kun je een slap aftreksel zijn van jezelf?.’ In december zullen Beckand en Van der Meer samen met de rest van De Lama’s terugblikken op de negen seizoenen die zij samen maakten. In een eenmalige aflevering worden hoogtepunten en niet eerder vertoonde beelden uitge-zonden. Volgens Beckand is het niet uitgesloten dat ze ooit weer met zijn vieren op het podium zullen staan, maar dat is nu nog niet in beeld. ‘Het is zes jaar geleden dat we zijn

‘De wereld moet je niet willen verbeteren op het

toneel’

Leef, woon, werk, feest... met ANSP. 15

Interview Tijl Beckand en Ruben van der MeerP. 14

gestopt. Het was op dat moment meer dan genoeg. We hadden alles gewonnen wat er te winnen viel, alle records verbroken en in alle mogelijke zalen meerdere keren ge-staan. We wilden allemaal graag nog andere dingen doen. Door de drukte en de vele shows was dit niet mogelijk.’ Beckand en Van der Meer zijn na hun Lamatijd drie jaar lang niet meer bezig geweest met improviseren. Naar eigen zeggen waren zij in deze tijd altijd meer bezig met nieuwe spellen bedenken en nieuwe bekende spelers zoeken dan Jeroen van Koningsbrugge en Ruben Nicolai dat deden. Van der Meer: ‘Wij vonden het erg leuk om te doen en hebben daarom na drie jaar besloten om

het improviseren weer op te pakken. We hebben het programma nu wel meer in eigen hand. Bij De Lama’s had BNN meer te zeggen.’ Door steeds nieuwe spellen te bedenken, nieuwe gastspelers uit te nodigen en met de actualiteit mee te gaan proberen Beckand en Van der Meer hun show zo veel mogelijk te vernieuwen, soms op een shockerende manier. Van der Meer: ‘Dit seizoen beginnen we met Ebolagrappen.’ ANS

Column Lotte Coenen P. 15

GONzO

Het is een heldere avond midden in oktober. Ik zit op mijn fiets en stel mezelf de vraag: is expres verdwalen ook verdwalen? Ik probeer de weg te vinden in de knusse straatjes van Nijmegen-Oost. Ik ben op zoek naar een kamer, die morgen slechts een kamer zal zijn zoals vele andere studentenkamers. Die vol staan met Billy-boe-kenkasten en grijze uitklapbanken. Bij het rode stoplicht besluit ik de verkeerde weg in te slaan om vervolgens bij de goede straat uit te komen. Bij het huis met nummer 11, mijn lievelingsgetal, parkeer ik mijn fiets. Ik heb zijn kamer gevonden.

Voordat ik de deurbel in druk, slaat er een lichte twijfel toe. Moet ik dit wel doen? Maar met de woorden van mijn moeder, ‘alles komt goed en als het niet goed komt, komt dat ook wel weer goed’ in mijn achterhoofd druk ik op de deurbel. Met het open gaan van de deur bekruipt me een benauwd gevoel.

Wij gaan zitten aan de houten tafel, midden in zijn kamer. We gaan nooit aan zijn houten tafel zitten. Ik krijg een glaasje limonade. ‘Met nul procent suiker’, zijn de woor-den waarmee hij het ijs breekt. Ik raak in paniek. Hoe vertel je iemand dat het houden van op is? Hoe voorkom je de meest onbeschrijflijke pijn van een mensenhart?

Ik open mijn droge mond en hoor mezelf zeggen: ‘Limonade zonder suiker is geen limonade en een relatie zonder liefde is geen relatie. Ik wil ermee stoppen’. De vijftien minuten die daarop volgen, lijken zich in slow mo-tion voor te bewegen. De jongen met de prachtige don-kergroene ogen en het krullend haar lijkt niet te beseffen wat er gebeurt. Ik heb niet veel woorden meer nodig, want de jongen met het krullend haar springt op van zijn stoel, duwt de houten tafel van zich af en noemt me een rotwijf. Het glas limonade zonder suiker valt van tafel.

De jongen kruipt achter zijn laptop. Ik staar naar de gebroken scherven op de grond. Ik wil ze oprapen met mijn blote handen en ze lijmen tot hoe het was, maar ik besef dat mijn handen zullen bloeden en het nooit meer zal zijn hoe het was. Nog een keer loop ik de steile trap af en trek de eeuwig klemmende deur achter me dicht. Ik steek de sleutel in mijn fietsslot en bedenk me dat expres verdwalen, gewoon weglopen is.

‘Dit seizoen beginnen we met ebolagrappen’

www.ans-online.nl. Tekst: De redactie / colofonP. 16

Ans deze maandP. 17

www.ans-online.nl. Tekst: De redactie / colofonP. 16

Ans deze maandP. 17

Pe

er V

ink

‘Ik b

egon d

eze serie ‘De D

oos’ met een schetsje in d

e kroeg..‘ D

e eerste twee w

erken zie je hier. De

rest zien en een interview m

et Peer lezen? Kijk op

AN

S-online.nl

Een master doen of een tussenjaar nemen? Studeren of de kroeg in? Huisje-boompje-beestje of de eeuwige vrijgezel blijven? Dood-gegooid worden met keuzes kan leiden tot de nodige problemen. Waarom hebben we juist nu zoveel moeite met het nemen van beslissingen?

Van 2009 tot 2012 is het aantal jongeren met psychi-sche gezondheidsproblemen elk jaar met gemiddeld 8,5 procent gestegen. Philippe Delespaul, hoogleraar Innovaties in de Geestelijke Gezondheidszorg aan de Universiteit Maastricht, publiceerde deze veront-rustende cijfers. De toename kan volgens Delespaul veroorzaakt worden door keuzestress. Jongeren zouden dus letterlijk ziek worden door de hoeveel-heid opties die ze hebben. Waarom heeft de huidige generatie hier last van en hoe kunnen studenten dit probleem voorkomen?

Weten wat je mistAnnemiek Godefrooy, studentpsycholoog aan de Radboud Universiteit, merkt dat een groot aantal studenten kampt met keuzestress. ‘Bij veel van de huidige studies wordt niet direct bepaald wat je gaat worden, hierdoor kom je ook tijdens je studieperiode voor veel moeilijke kwesties te staan. Dat de studen-ten bij het maken van keuzes last krijgen van onze-kerheid, komt doordat ze aan de niet-gekozen opties blijven denken. Ze kijken naar het verlies, terwijl ze zich juist moeten focussen op wat ze wel hebben ge-

kozen.’ Volgens Jeroen van Baar, auteur van het boek De Prestatiegeneratie, wordt dit gevoel versterkt door de sociale media. ‘Het is niet meer mogelijk niet te weten wat je mist.’ We kunnen continu zien wat onze “vrienden” voor geweldige beslissingen hebben

genomen en dit brengt de huidige generatie aan het twijfelen over de eigen besluiten. Een andere ver-klaring die Godefrooy geeft, is dat studenten denken dat ze na het afronden van de studie geen keuzes meer hebben en hun hele leven in hetzelfde vakge-bied vastzitten. Dit zorgt voor meer spanningen bij de huidige dilemma’s.

Preventieobsessieve maatschappijDat we zenuwachtig worden wanneer we iets te kiezen hebben, komt doordat we beslissingen zien als een enorme stap, verklaart Jan Bransen, hoogle-raar Filosofie van de Gedragswetenschappen aan de Radboud Universiteit. ‘We doen alsof alle keuzes nu of nooit, alles-of-niets-besluiten zijn.’ In tegenstel-ling tot wat veel wetenschappers vertellen, ligt de oorzaak van keuzestress volgens Bransen niet aan de toename van het aantal opties. Kiezen tussen twee toetjes levert hetzelfde probleem op als de keuze tussen honderd lekkernijen. Ook al heb je maar vijf procent kans om de verkeerde beslissing te maken, het gevoel van angst blijft. De onzekerheid die hier ontstaat ziet de hoogleraar als een aanleiding van de verhoogde stress. ‘De maatschappij vraagt ons in sneltreinvaart zo hoog mogelijk opgeleid te zijn. We krijgen het idee dat er geen ruimte is voor foute keu-zes en dat is een vergissing.’ Een tweede oorzaak van

Iene-miene-mutte Tekst: Lotte Coenen en Anne van Veen/ Illustratie: Carmen GroenefeltP. 18

‘We doen alsof alle keuzes nu of nooit, alles-of-niets-

besluiten zijn.’

heT Leed dAT kIezeN heeT

Jongeren worden letterlijk ziek door de hoeveelheid

opties die ze hebben.

ANS-Online.nlP. 19

keuzestress is dat we geloven dat we foute beslis-singen altijd kunnen voorkomen. ‘We willen vooraf alle opties overwegen en denken dit ook te kun-nen. Wanneer we dan alsnog het verkeerde kiezen, voelen we ons schuldig.’ Deze preventieobsessie leidt ertoe dat we het perfecte besluit willen nemen en daarmee denken we alle narigheid te kunnen vermijden. Wanneer er dan alsnog problemen ont-staan, wordt er vaak gedacht dat een andere optie uiteindelijk toch beter was. ‘Besef dan goed dat je niet alles in de hand hebt’, aldus Bransen.

De gulden middenwegHoe houd je deze stress-zenuwen onder bedwang? Jeroen van Baar geeft een simpele oplossing voor dit probleem. ‘We moeten bewegen naar een samenleving waarin het prima is om tot de midden-moot te behoren. Natuurlijk moet er de mogelijk-heid zijn om uit te blinken, maar al vanaf de basis-school wordt van ons verwacht dat we excelleren. Dat werkt averechts.’ Studenten moeten onthouden

dat ze niet bovengemiddeld hoeven te zijn en dat ze fouten mogen maken. Godefrooy vindt dat het nemen van besluiten een deel is van onze ontwik-keling, een groeiproces dat ons verder brengt in het leven. Dit is juist de charme van het maken van keuzes. Volgens Bransen kan de opgelegde stress overwonnen worden door beslissingen te zien als het nemen van kleine stapjes. ‘Keuzes die wij moe-

ten maken in het dagelijks leven, moeten we met een korreltje zout nemen. Het cliché “van je fouten kun je leren”, bestaat niet voor niets. Soms moet je heel hard vallen en serieus in de penarie zitten om de motivatie te vinden om je les te leren.’ ANS

heT Leed dAT kIezeN heeT

‘De druk om te excelleren werkt averechts.’

Universitaire Studentenraad

Fietsstickers In oktober zijn er door het UVB op de campus fietsen verwijderd die te lang geparkeerd zouden staan. Hoewel de USR onderkent dat te veel kapotte fietsen hun laatste rustplaats op de campus vinden, hebben we aange-kaart bij het UVB dat de communi-catie over deze actie erg slecht was. De stickers die op de fietsen werden geplakt, hadden net zo goed een promotieactie kunnen zijn en waren alles behalve een waarschuwing. De USR zal met het UVB in gesprek gaan om een betere manier te vinden om hierover te communiceren.

Problemen met e-mailsTijdens de overgang van studentenmail van Share naar Exchange is er een pro-bleem ontstaan voor mails met HTML-opmaak. Dit betekent dat bijvoorbeeld foto’s en tabellen die je wilt versturen niet zichtbaar zullen zijn voor de ontvangers van je e-mail. De USR heeft dit aangekaart bij Dienst Studenten Zaken en hoopt dat dit probleem snel verholpen kan worden.

Fietsveiligheid faculteit der Medische WetenschappenVanuit de medische faculteit heeft de Facultaire Studentenraad aangegeven dat de fietsveiligheid bij het ziekenhuis erg slecht is. Het afgelopen jaar zijn er meerdere aanrijdingen van fietsen met auto’s geweest. De USR neemt deze signalen erg serieus en is in gesprek met het UVB om deze problemen op te lossen.

Maandag 5 oktober was de eerste gezamenlijke vergadering (GV) van de Universitaire Studentenraad (USR). Aan deze zeswekelijkse vergadering nemen de USR, de Ondernemingsraad (OR) en het College van Bestuur (CvB) deel. Op de agenda stonden verschillende interessante punten: allereerst gaf het Universitair Vastgoed Bedrijf (UVB) een presentatie over de huisvestingsplannen voor de komende zes jaar. Daarna stond de beleidsbrief op de agenda, dit is het kader waarbinnen faculteiten hun begroting opstellen. Verder besprak het College met de OR een notitie over vernieuwing in de medezeggenschap voor medewerkers. Vanuit de USR is er een rondvraag gesteld over digitalisering. Dit was naar aanleiding van een artikel in de ANS waarin werd gemeld dat er gelden vanuit de overheid vrijkomen. De RU gaf in de media aan hier geen gebruik van te maken. Als USR hebben we gevraagd waarom dit zo was en wat de visie van de RU op digitalisering is. Het CvB gaf aan een notitie voor te bereiden die komende vergadering besproken zal komen.

Ook naar aanleiding van een artikel in de ANS over studeren met een functiebeperking stelde de USR een rondvraag over de informatievoorziening over dit onderwerp. Het College gaf aan dat dit inderdaad een punt van zorg is, maar dat er hier vaak sprake moet zijn van maatwerk.

Eerste gezamenlijke vergadering

Website: www.numedezeggenschap.nl, Twitter: @NUMedezeggensch, Facebook: www.facebook.com/NUmedezeggenschap, E-mail: [email protected].

(Advertentie)

Tekst: Daan van Acht en Bas van Woerkum/ Foto’s: Daan van Acht en Bas van Woerkom/ Illustraties: Joost Dekkers De GraadmeterP. 21

de grAAdmeTerIn het studentenleven zijn de mogelijkheden niet te overzien. Waar kun je het beste wildkamperen, wat is het hipste kapsel en hoe scoor je het snelst een bedpartner? In De Graadmeter onderzoekt ANS elke maand de opties. Deze keer: Huisdieren voor studenten

Wat: MierenGezelligheid: Saai gekrioelKosten: 2 euro per maand

Mieren vind je niet alleen in je achtertuin, je kunt ze ook online bestellen, mits ze nog op voorraad zijn. Een kijkje op het internet leert dat er zowaar een gemeenschap van mierenliefhebbers bestaat. Complete

blogs worden gevuld met dage-lijkse updates, roddels en nieuwtjes over de kolonies. Niet iedereen zal gefascineerd zijn door het onder-linge gemiereneuk en de continue strijd om voedsel, maar voor de creatieveling die zijn ei kwijt wil in het bouwen van buizenstelsels voor mieren is misschien enig plezier mogelijk. Het blijven echter een stel mieren waar je naar kijkt. De insecten zijn wel studenten-proof: drie weken zonder voedsel en liefde maakt ze hooguit iets slomer.

Wat: KonijnGezelligheid: Knuffelen met een knaagdierKosten: 5 euro per maand

Het klinkt misschien suf, maar een gezellig konijn heeft genoeg in huis om de gemiddelde student te vermaken. Zolang je voorkomt dat dit knaagdier de kabels van je tv doorbijt of je college-aantekeningen verscheurt, is het een

leuk metgezel. Je haalt het maxi-male uit je konijn door ‘m lekker te laten rondbanjeren in de gemeen-schappelijke ruimte, zodat het beestje meer het gevoel heeft deel uit te maken van het huishouden. Wanneer je weer eens een tenta-men niet hebt gehaald, kun je met een konijn knuffelend op de bank chillen. Als het niet teveel moeite kost, neem er dan vooral twee om te voorkomen dat hij zijn seksuele behoeftes niet op je been uit.

Wat: AxolotlGezelligheid: Geen persoonlijk-heidKosten: 2 euro per maand

In principe is de axolotl in een zin te omschrijven: hoe langer je hem hebt, des te saaier hij wordt. Deze vreemd uitziende salamander moet het duidelijk hebben van z’n flitsende eerste verschij-ning. Na vijf minuten vol bewondering te hebben

gestaard naar het aquarium, blijkt de tv toch interessanter. Wanneer je vrienden langskomen om je Pokémon-lookalike te bewonderen, zorg dan dat je een worm in huis hebt. Houd deze boven de bak, en de axolotl zal erop afgaan als een koekhappende koningin. Zet alleen geen tweede, kleinere axolotl in het aquarium: deze verliest ongetwij-feld zijn poten na een hap door zijn sterkere medebewoner, waarna hij in z’n geheel wordt opgegeten. ANS

Kijk voor meer geschikte huisdieren voor studenten opbit.ly/huisdierenstudenten

Jarenlang vormde de stad Leiden het decor voor het leven van schrijver, dichter en classicus Ilja Leonard Pfeijffer. Op het terras van City Hall, een Italiaanse bistro gelegen aan het Stadhuisplein in hartje Leiden, steekt hij een peuk op en legt zijn aansteker met daarop een naak-te vrouw terug op tafel. De man vormt een opvallende verschijning; zijn snor is net wat te lang, zijn jas reikt tot zijn enkels en vooral het paar Crocs aan zijn voeten trekt de aandacht. Het lijkt hem allemaal weinig te schelen.Ondanks dat Pfeijffer graag een bezoekje brengt aan City Hall, kan de tent in geen enkel opzicht tippen aan de authentieke sfeer van het Italiaanse Genua – zijn huidige woonplaats. Pakweg zes jaar geleden belandde Pfeijffer min of meer bij toeval in de Italiaanse badplaats door ‘een stomme fietsreis’, die hij beschrijft in zijn roman De filosofie van de heuvel. ‘Ik had aanvankelijk voor twee maanden een appartementje gehuurd, maar vervolgens wilde ik helemaal niet terug. Inmiddels woon ik er al zes jaar.’Op zaterdag 29 november zal Pfeijffer in Doornroosje geïnterviewd worden in het kader van het Nijmeegse Wintertuinfestival, een literair evenement met aandacht voor muziek. In het verleden gold Pfeijffer onder het grote publiek niet als een bekende naam, maar recen-telijk is hij sterk in populariteit gestegen. Deze maand gaat zijn toneelstuk Blauwdruk voor een nog beter leven in première en schrijft hij het Poëziegeschenk voor de Poëzieweek 2015.

Zowel in zijn literaire werk als in zijn publieke uitspraken schuwt Pfeijffer zijn mening niet en staat hij bekend om zijn scherpe tong, wat regelmatig discussie en woede oproept. ‘Ik kan mijn kritiek beter op een scherpe toon

formuleren, anders luisteren mensen niet naar me’, meent Pfeijffer.

Recentelijk zei u dat er een overvloed is aan poë-zie die niets anders wil dan op poëzie lijken en aan dichters die op dichters willen lijken. Wat bedoelt u hiermee?‘Vandaag de dag verschijnt er veel poëzie die op een be-paalde manier vrij risicoloos is. Ik kan niet eens zeggen dat het slechte poëzie is, maar het is allemaal volgens een beproefd recept. Het heeft een snufje verwondering, een sausje van absurdisme. Dit resulteert in een gedicht waar je niet iets van kunt vinden. In plaats van dat het een echt slecht gedicht is, is het een zes min. Dan heb ik liever een nul.’

Wat bedoelt u met dichters die op dichters willen lijken?‘Ik polemiseer natuurlijk een beetje, maar ik heb soms de indruk dat er dichters zijn die niet speciaal iets te zeggen hebben. Ze willen er gewoon heel graag bij horen en ook naar Het Tuinfeest in Deventer mogen om daar hun gedichten voor te dragen.’

Vindt u uzelf een betere dichter?‘Mijn ambitie om meer risico te nemen, vind ik beter.

Ilja Leonard Pfeijffer is deze maand een van de grote namen op li-terair festival Wintertuin in Nijmegen. Met zijn soms extreme ge-dichten en proza toont hij lef, waar het anderen volgens hem soms aan ontbreekt. ‘Sommige dichters willen er gewoon heel graag bij horen.’

‘Veel poëzie van vandaag de dag is risicoloos’

SUBLIemeBAgger

Interview Ilja Leonard Pfeijffer Tekst: Daan van Acht/ Foto’s: Marit WillemsenP. 22

Of ik er in slaag om die ambities waar te maken, is niet aan mij. Ik betrek het niet per definitie op mezelf, er zijn genoeg dichters die ik wel goed vind. Een sterk gedicht kenmerkt zich niet per se door de boodschap of beteke-nis. Het kan ook gaan over de manier waarop men met taal omgaat, waarop je experimenteert met syntaxis en woorden. Dit vind ik meestal zelfs belangrijker dan de inhoud. Ik wil alleen maar oproepen meer ambitie en lef te tonen en buiten de gebaande paden te wandelen. Een goed gedicht moet het genre vernieuwen. Ik verwacht daarom een risicovolle omgang met taal. Het is prima als een dichter een gedicht schrijft over zijn poes, maar dat moet dan wel een verdomd goed gedicht over een poes zijn. Het gaat helemaal niet over die poes, het gaat erom hoe het gedicht in elkaar steekt.’

Dat Pfeijffer graag risico neemt in zijn werk, blijkt wel uit de in 2004 verschenen roman Het grote baggerboek. Hierin strooit Pfeijffer met aaneenrijgingen van scheld-woorden, uitgesproken door het hoofdpersonage – de zogeheten baggeraar:

Krijg nou de tiethoest en schurft aan je schompes met zwe-ren. Krijg nou de tiethoest en schurft aan je schompes met zweren, jeuk aan je lurven en tientallen complexe breuken, sisyfussoa met aids die je krijgt van het neuken. Krijg nou de pijnlijke ziekte die aan je blijft teren.

Hoe kwam u op het idee om een werk als Het grote baggerboek te schijven?‘Het is moeilijk om daar in algemene zin op te antwoor-den, omdat de insteek van mijn antwoord telkens anders is. Neem bijvoorbeeld de passage waarin de baggeraar zes pagina’s lang vloekt. In dat geval had ik het nodig dat hij ging vloeken voor het verhaal. Ik wilde het zo extreem mogelijk maken, aangezien de baggeraar nogal een extreem personage is.’

In Het grote baggerboek wisselt Pfeijffer het vunzige taal-gebruik af met prachtige, gestileerde zinnen, waarvoor hij destijds de prijs voor de mooiste zin ontving. Het on-derschrijft de virtuoze variatie die hij in zijn literaire werk stopt. Recent bleek dat Pfeijffer ook in 2013 deze prijs ontving, ditmaal voor een zin afkomstig uit La Superba:

Het was het witte uur na het middagmaal, de blanke pagina waarop hooguit iets met potlood wordt gekriebeld in

geheimschrift, iets om onmiddellijk weer uit te gummen zodra de rolluiken omhoog worden getrokken en het leven opnieuw zwart op wit een aanvang neemt met bonnetjes, bestellingen en bezwaarschriften.

Het bleef niet alleen bij deze onderscheiding, de roman werd afgelopen mei bekroond met de Libris Literatuur-prijs. ‘Zulke prijzen hebben een groot effect op de ver-koop van je boeken. Bij La Superba merkte ik dat goed. Het boek kwam binnen in de top drie van de Bestseller 60. Normaal bestaat die lijst uit de biografie van Wim

‘Ik verwacht een risicovolle omgang met taal’

Interview Ilja Leonard PfeijfferP. 24

Kieft, vijftig kookboeken en de zoveelste zwanger-schapsgids van Daphne Deckers.’ In januari kan er nieuw werk van Pfeijffers hand worden verwacht, in de vorm van het Poëziegeschenk.

Het overkoepelende thema van de aankomende Poëzieweek is liefde. Is dit niet het meest uit-gekauwde onderwerp waar een auteur over kan schrijven?‘Ja, natuurlijk. Dat thema is helemaal niet belangrijk. De Stichting Collectieve Propaganda voor het Nederland-se Boek bedenkt dat en houdt het thema liever breed. Wat dat betreft is ‘liefde’ ideaal, maar in feite dient het slechts als een glitterspray op de etalage. Het slaat helemaal nergens op.’

Houdt u rekening met het feit dat het Poëziege-schenk is bedoeld voor een breed publiek, of kan men veel vuilbekkerij verwachten?‘Ik houd er uiteindelijk wel rekening mee. Ik heb ge-probeerd om iets te maken dat niet heel extreem is en onmiddellijk iedereen zou afschrikken.’

Doet u uzelf en uw werk daar niet mee tekort?‘Nee, want het paste ook bij het idee dat ik in gedach-ten had. Ik wilde het hebben over een cynische cyclus van relaties, die telkens weer opnieuw begint. Elke re-latie gaat van begeren naar beminnen, vervolgens gaat het uit en mis je elkaar. Dat missen is in feite een vorm

van begeren, waarmee de cyclus opnieuw begint.’

zijn er bepaalde thema’s die u met name inspi-reren?‘Bijna al mijn boeken hebben iets te maken met de relatie tussen fantasie en werkelijkheid, tussen feit en fictie. Dit is een thema dat me blijft fascineren, met name omdat het een onderwerp is van deze tijd.’

Op wat voor manier?‘Nooit eerder is authenticiteit zozeer op prijs gesteld. Men verlangt van je dat je jezelf bent, dat je je eigen talenten volgt. Mensen zeggen: je moet je hart vol-gen, of je eigen ding doen. Tegelijkertijd is het begrip authenticiteit nooit eerder zo problematisch geweest. ‘Je ding doen’ is een soort samengesteld mengsel van anderen nadoen. Zelfs fictieve rolmodellen uit televi-sieseries worden nagedaan. Een fictief voorbeeld: ik kom erachter dat mijn vriendin is vreemdgegaan. De manier waarop ik hier vervolgens op moet reageren is vormgegeven door Hollywoodfilms en televisieseries. Ik moet boos en teleurgesteld zijn, gepaard gaande met bepaalde quotes. Maar stel nou dat ik het helemaal niet erg vind en zou vragen of ze ervan heeft genoten, dan zou dit niet authentiek overkomen omdat het niet de verwachte reactie is. Deze dynamiek vind ik mateloos interessant, ik wil het onderzoeken en belichten van verschillende kanten. Misschien wil ik met mijn boeken bereiken dat mensen zich daar bewust van worden, dat ze gaan nadenken over hoe raar dit eigenlijk is.’

Pfeijffer ziet de hedendaagse, onpersoonlijke televisie-cultuur als een voorbeeld van de afname van authenti-citeit. Toch duikt hij op in Nederlandse spelshows. De dichter tikt zijn zesde La Chouffe weg en lacht: ‘Ik neem alles aan dat op mijn pad komt. Wat dat betreft ben ik eigenlijk een grote hoer.’ ANS

ANS-Online.nl P. 25

Interview Ilja Leonard PfeijfferP. 24

‘De relatie tussen fantasie en werkelijkheid blijft me fasci-

neren’

Nu december weer voor de deur staat, raakt Nederland langzaam in de ban van bergen pepernoten, warme chocolademelk en

het gepassioneerde zwartepietendebat. De afgelopen jaren lijkt de discussie rondom de ‘zwarte knecht’ van Sinterklaas steeds

heftiger te worden, met vele Facebook-discussies en pietities als gevolg. De politiek correcte poging van Albert Heijn om de gekleurde Piet te introduceren stuitte op zoveel weerstand dat

de winkelmagnaat al snel zijn excuses maakte. De beruchte ‘minder, minder’-speech van Geert Wilders en de heisa omtrent

de ‘oer-Hollandse’ negerzoen zijn mooie toevoegingen aan dit lijstje van racismeperikelen. Terwijl er in onze wetgeving regels

zijn afgesproken om racistische opmerkingen en uitingen te beteugelen, wekt het de vraag op of Nederland wel de tolerante

en open samenleving is die het pleit te zijn. Hoe racistisch zijn wij nu echt in Nederland?

enerzijds Anderzijds Tekst: Bas Dikmans en Sascha Wijnhoven/ Illustraties: Anders Hoendervanger P. 26

eNerzIjdS

Gina Plaggenborg, directeur Ieder1Gelijk, Bureau Gelijke Behandeling Gelderland zuid ‘We hebben in Nederland zeker te maken met racisti-sche uitingen en gedragingen. Historisch gezien vieren wij Nederlanders onze tolerantie, maar ik vraag me af of onderzoek dit nog steeds zou bevestigen. Sterker nog, de Europese Commissie voor Racisme en Intolerantie heeft vorig jaar een rapport uitgebracht waaruit blijkt dat racisme is toegenomen in Nederland. In dit rapport staat racisme voor discriminatie op grond van etnische afkomst, huidskleur, nationaliteit, godsdienst en taal. Dat kan tot uiting komen in dat de ene groep, bijvoorbeeld de autoch-tone Nederlander, zich superieur voelt tegenover andere groepen. Dit document riep nogal wat weerstand op, we willen nu eenmaal niet racistisch genoemd worden. Een dergelijk verdedigingsmechanisme zien wij op het bureau vaak ook terug: wanneer wij degene die discrimineert confronteren met een klacht, zorgt dit meteen voor heftige reacties. Bij discriminatie doet de bedoeling echter niet ter

zake, het gaat om het effect van handelen. Slechts bij een kleine groep mensen is er sprake van bewust racisme. Door bijvoorbeeld actuele gebeurtenissen, zoals de dreiging van de IS of het conflict in Gaza, zien we dat groepen tegenover elkaar komen te staan. Deze polarisatie, ook een vorm van racisme, heeft invloed op de omgang van respectievelijk autochtone Nederlanders met moslims, Joodse mensen en mensen met een Arabische achtergrond, in dorpen en wij-ken, waar mensen daarvoor wellicht altijd met veel plezier naast elkaar hebben gewoond. Je krijgt door deze tweede-ling een soort collectieve weerstand tegenover mensen met een andere culturele achtergrond. Er worden dan stellingen betrokken in plaats van dat er naar elkaar wordt geluisterd. De zwarte pietendiscussie is een goed voorbeeld hoe men collectief in de verdediging schiet, waarin sommige reacties ronduit racistisch zijn. Ook dichter bij huis komt er trouwens racisme voor: onlangs kreeg het bureau nog een klacht van een student van de Radboud Universiteit over discriminatie op grond van ras door een docent.’

ANderzIjdSDE STELLING VAN DEzE MAAND:

de NederLANdSe SAmeNLeVINg IS rAcISTISch

ANS-Online.nlP. 27

Drs. Tine Davids, universitair docent Culturele Antropologie en Ontwikkelingsstudies aan de Ru‘Ik ontken niet dat er wel degelijk racisme is in Neder-land. We moeten echter niet alleen met de vinger wij-zen, maar juist onderzoek doen naar de dynamiek ach-ter dit fenomeen. Je kunt niet suggereren dat Nederland alleen maar bestaat uit een dominante ‘witte cultuur’ die discrimineert. Door hier impliciet naar te verwijzen sluit je bij voorbaat andere groepen uit, ze worden dan als het ware uitgesloten van het ‘Nederlands’ zijn. Dit maakt de stelling op zich al racistisch. ‘Racisme heeft te maken met ‘de macht van de vanzelf-sprekendheid’: men bedoelt en herkent uitspraken niet altijd als racistisch. Je ziet, bijvoorbeeld bij de zwar-tepietendiscussie, dat mensen snel in de verdediging schieten om hun tradities en cultuur te waarborgen. Rassenideologie is echter niet het enige dat hierbij een rol speelt. Men voelt zich bedreigd door allerlei ontwikkelingen, zoals globalisering. Onze cultuur, wat

deze ook mag inhouden, is constant aan verandering onderhevig. Men is op zoek naar wat het betekent om Nederlander te zijn, in het kader van Europa en bredere ontwikkelingen. Aan de ene kant kan dit leiden tot xenofobie, maar aan de andere kant kan de ‘ander’ ook ineens je buurman zijn. ‘Zij’ krijgen dan een gezicht en worden als ‘normaal’ beschouwd. Nederland kent bijvoorbeeld de polderislam, mensen die hun eigen islamitische cultuur aanpassen en zich erg thuis voelen in Nederland.‘Ik denk dat onderwijs een belangrijke bijdrage kan le-veren aan de herkenning van racisme en daar wordt in Nederland wel wat aan gedaan. Omgaan met racisme is een constant proces van bewustwording. De hele Nederlandse samenleving racistisch noemen is dus niet effectief en correct. Ik denk dat iedereen zich begeeft in racistische structuren, het gaat er echter om deze mechanismen te herkennen, te benoemen en je er bewust van te zijn hoe je deze internaliseert.’ ANS

Stamgasten Tekst: Thom Oudshoorn en Annemarie Verschragen/ Foto’s: Ilja van Hoek en Felix Wagner/ Illustratie: Josse BlaseP. 28

STAmgASTeN

LALLENDE DISPuTEN, VAGE FIGuREN AAN DE BAR OF uITBuNDIGE DANSERS, ELkE kROEG HEEFT zijN EIGEN PuBLIEk. ANS DuIkT IEDERE MAAND DE VASTE STEk VAN EEN GROEP STuDENTEN IN, VELT HAAR OORDEEL OVER HET CAFé EN TEST DE kENNIS VAN DE TROu-WE GASTEN. Deze maanD: rugbyvereniging obelix in tweekeerbellen

Vlnr: Corné, Marten, Daan

Donderdagavond na de training verplaatst de Studenten Rugby Vereniging Obelix zich naar het stadscentrum. Voor hen geen toverdrank, maar een koud biertje in Tweekeerbellen. Ze zijn niet moeilijk te vinden: Daan (23), student Finance in Tilburg, is door zijn lengte en omvang een ware rugbyreus. Hij legt uit dat Obelix min-der serieus is: ‘Ons clublied is kenmerkend, het steekt de draak met de mentaliteit van de ‘serieuze‘ sportver-eniging.’ Hij verwijst hiermee naar The Philosopher’s Song van Monty Python waarin de drankliefde van de be-kendste filosofen wordt bezongen. Voorzitter Marten (20) student Fysiotherapie, benadrukt dat rugby een harde sport is, maar wel verbroederd. ‘Het is belangrijk een goede band met elkaar te hebben.’ Dat rugby hier voor zorgt is ook voelbaar buiten het veld: de jongens staan tijdens de derde helft het beste hun mannetje. Marten:

‘Het komt wel eens voor dat alle tegenstanders al naar huis zijn en wij nog in hun clubgebouw zitten. Vaak spe-len we dan een drankspel, waarbij je beurtsgewijs een blik tegen je hoofd slaat totdat deze scheurt.’ De onderlinge grappen en grollen gaan er soms wat lomp aan toe. Het verbaast dan ook niet dat een aantal van de blessures niet op het veld zijn opgelopen, maar in de kroeg. Corné (20), student Biomedische Weten-schappen, vertelt dat de verlichting boven de bar nu hoger hangt omdat Obelix heeft geprobeerd de lampen tegen het plafond te koppen. Dergelijke spelletjes zijn bij deze vereniging de orde van de dag. Barvrouw Tania onderschrijft dit: ‘Wat heeft Obelix hier niét gedaan? Op zondag is TKB van hen. Ze breken hier regelmatig de tent af, dan vind ik twee uur na sluitingstijd nog lamme leden voor de deur.’ANS

ANS-Online.nl P. 29

kroegprAAT

de pUBqUIz

De zelfbenoemde huiskamer van Nijme-gen is voor feest-beesten een prima bestemming. Tenzij je vrienden naar de naastgelegen Febo zijn vertrokken, zul je ze in deze kleine kroeg niet kwijtraken. Dit maakt de kroeg ook als het minder druk is gezel-lig vol. Dat de mix van zweetlucht en bier de luchtwegen irriteert moet voor lief worden

genomen. Obelix is zeker tevreden, Mar-ten: ‘Zolang we hier de boel ongeveer heel laten is het goed.’

Jullie heten niet alleen Obelix, jullie gebruiken deze grote goedzak ook als logo. Wat is de bekendste uitspraak uit Asterix en Obelix?Wessel: ‘Rare jongens, die Romeinen!’ Sebastiaan: ‘Of “Bij Toutatis!”’Daan: ‘Wat is het beslissende woord, voorzitter?’Sebastiaan: ‘“Bij Toutatis”’ is van Asterix, Obelix zegt vaak “Rare jongens”’.Marten: ‘Laten we een viltje omhoog gooien. “Rare jongens die Romeinen” dan.’

De mannen hebben vroeger genoeg Asterix en Obelix-strips gelezen. Toch moet geluk de doorslag zijn voor het goede antwoord. De uitspraak staat zelfs in de Dikke Van Dale.

Waarom is een rugbybal ovaal?Marten: ‘Omdat het makkelijk vasthoudt.’ Corné: ‘Dan kan je een spinpass geven!’ Sebastiaan: ‘Volgens mij was de bal vroeger een varkens-blaas, en die heeft een ovale vorm.’Marten: ‘Jij weet echt veel!’Sebastiaan: ‘Ik ben niet achterlijk.’

Niets meer aan toe te voegen, het tweede biertje is binnen.

Noem tien soorten ballen binnen een minuut:Corné: ‘Oogbal, Teelbal.’Sebastiaan: ‘Corpsbal!’Wessel: ‘Rugbybal natuurlijk.’

Corné: ‘Bal-lon’Sebastiaan: ‘Dragonball! Pokéball, Masterball, Greatball, Ultraball.’Daan: ‘Skippybal!’Corné: ‘Medicijnbal?’Sebastiaan: ‘Haarbal, Zwerkbal.’

De heren moeten het buiten het veld van virtuele ballen hebben. Ondanks dat ballon afgekeurd is en de ballen uit Pokémon slechts één keer tellen, weten ze dit biertje toch binnen te tikken. De teleurstelling over het vergeten van gehaktbal is achteraf groot.

Hoeveel kilo wist de sterkste man te backliften vol-gens het Guinness Book of Records? Jullie mogen er 100 kilo naast zitten.Corné: ‘Zijn dat push-ups met extra gewicht?’Wessel: ‘Bij bankdrukken is het ongeveer 330 kilo.’Corné: ‘Maar dat is wel heel anders.’ Marten: ‘225?’Daan: ‘Als we er 100 kilo naast mogen zitten zal het wel hoger zijn?’Marten: ‘Push-ups zijn denk ik wel moeilijker.’Corné: ‘325 kilo dan.’

Ondanks de pogingen van Daan zetten de jongens toch te laag in. 21 jaar geleden liftte Gregg Ernst 2422 kilo. Dit ant-woord wordt onder luid protest uiteindelijk geaccepteerd.’

Wat is qua kracht, absoluut gezien, de sterkste menselijke spier?Corné: ‘Ze zeggen vaak tong, maar bij het programma Proefkonijnen zeiden ze je kuit.’Marten: ‘Volgens mij is het toch echt je kaak.’Corné: ‘Proefkonijnen is fucking betrouwbaar! Dat is geen bron als Wikipedia ofzo.’Marten: ‘Als je het fout hebt, betaal jij het volgende rondje!’

Corné komt er op de harde manier achter dat je niet alles moet geloven wat ze op tv zeggen, zijn portemonnee is een paar euro lichter. Het goede antwoord is de kaakspier.

Hoewel de Gallische Obelix bekend staat als domoor, schort het bij de rugbyers niet aan kennis. Door de feeststemming in Tweekeerbellen en een dans van Wessel en Sebastiaan ach-ter het raam van de kroeg, wordt ook het vierde bonuspintje binnengehaald.

de AFrekeNINg

Ans deze maandP. 31

ColofonP. 30

6

6

7

66

2

20

19

4

13

10

17

16

1

5

9

14

3

15

12

8

21

11

18

29e jaargang

Hoofdredactie Evy van der Aa en Marit Willemsen Redactie Daan van Acht, Anne van Veen, Saskia Verheijden, Annemarie VerschragenMedewerkers Lotte Coenen, Bas Dikmans, Youri Kling, Thom Oudshoorn, Tijs Sikma, Astrid van Solingen, Sascha Wijnhoven, Bas van WoerkomIllustraties Josse Blase, Joost Dekkers, Carmen Groenefelt, Anders Hoendervanger,Sanne Reckman, Rens van Vliet, Jurgen TesselaarFoto’s Daan van Acht, Ilja van Hoek, Alix van Lanen, Felix Wagner, Marit Willemsen, Bas van WoerkumVoorpagina Alix van LanenColumnisten Lotte Coenen en Manu Compeneindredactie Jules Hameleers, Anders Hoendervanger, Aniek Hikspoors, Michiel van Lokven, Ronald Peeters, Cecile Vermaas, Mickey Steijaert, Jan-Harm WesterdiepCrypto Cecile Vermaas Ontwerp Marloes de Laat en Roel Vaessen Lay-out Marit WillemsenDagelijks bestuur Cecile Vermaas (voorzitter), Jules Hameleers (secretaris), Michiel van Lokven (penningmeester) Druk MediaCenter Rotterdam

uitgave, abonnementen en advertentie-ac-quisitie Stichting MultiMedia: [email protected]

Redactieadres Heyendaalseweg 141 6525 AJ Nijmegen Tel 06-36428931Mail [email protected]

Het Algemeen Nijmeegs Studentenblad is een onafhankelijk maandblad dat gratis in de binnenstad en op de Radboud Universiteit Nijmegen wordt verspreid.

Het verschijnt 10 keer per jaar in de maanden september t/m juni. De uitgave van ANS wordt mede mogelijk gemaakt door:

Ans deze maandP. 31

CryptoP. 31

crYpToGeen student heeft er ooit GenoeG van en de vraaG is hoe lanG het weiniGe ons noG zal resten. daarom,

nu het noG kan, een crypto over Geld.

CryptoP. 31

horIzoNTAAL: 3. DE POSTBANk HEEFT HET zWAAR (9), 5. WE DRAAIEN DE FOuTEN OM (8), 7. DE STuuRMAN IS zijN STAART kWijT AAN WOORDEN (8), 10. BINNEN HET MANAGEMENTTEAM IS IETS ONBEPAALDS (4), 14. HET METAAL IS EDEL GEMAAkT (6), 15. HET WELVARENDE LAND (3), 16. DICHTHEID IS VOOR DE NATuuRkuNDIGEN IN DE EuROPESE uNIE (4), 17. BESPAAR NIET OP CHINEES VOEDSEL (8), 18. DE kONijNENBLAADjES HEBBEN GEEN LIDWOORD, MAAR WEL EEN REEkS (7), 20. DE SLEE DOET HyPER (6), 21. VLuCHT VOOR HET TERuGBETALEN (5).

VerTIcAAL: 1. PRIkPLAATjE (6), 2. WISSEL jE TAILLE IN (10), 4. DE HONDERDSTE WORDT GESTuuRD (4), 6. OOk DE DENNENSuPERMARkT (6), 8. HET VISSENBOT BESTAAT (6), 9. BLAuWE PLEkkEN VERHANDELD (5), 11. Bij GEBREk AAN BETER WILLEN WE OuDERWETS SLAPEN (7), 12. ROMIGE PuBLIEkE RELATIES SMELTEN (4), 13. HET VEE GAAT DE GOEDE kANT OP IN RuNESCAPE (5), 19. jOHNNy BETAALT MET LOS GELD (4).

antwoorDen van De oktober-CryPto

horizontaal: 4. GROENEWOuDSEWEG, 7. IDEALEN, 8. EDITORS, 9. SCHOOLGEBOuW, 10. TECHNO, 12. NACHTTEM-PEL, 13. TOINE TAx, 14. RADIOHEAD, 16. GRAFFITI, 17. PuNk, 18. THEETuIN, 19. ROOS VAN NIjME-GEN, 20. DEuS.

vertiCaal: 1. MERLEyN, 2. PODIuM, 3. STATIONSPLEIN, 5. jEuGD, 6. STICHTING kAS, 11. Lux, 15. DRuGS.

De winnaar van de vorige crypto is Marga Slinkman. Deze maand geeft ANS een boekenbon t.w.v. 12,50 euro weg, gesponsord door boekhandel Roelants, de beste boekhandel van Gelderland. Wil jij kans maken op deze prijs? Mail dan voor 14 oktober je oplossingen naar [email protected].

6

6

7

66

2

20

19

4

13

10

17

16

1

5

9

14

3

15

12

8

21

11

18

www.ans-online.nl. Tekst: De redactie / colofonP. 32

wie: maeyke (25), masterstudent letterkundevoorwerp: Sonic Screwdriver

flitsend apparaatje, wat is het?‘Dit is de sonic screwdriver, een van de interessantste voorwerpen die ik te koop heb in mijn sci-fi-webshop. De Doctor uit de serie Doctor Who, een tijd- en ruimtereiziger, gebruikt deze multifunctio-nele schroevendraaier om zich uit benarde situaties te redden. Het is een collector’s item dat ook functioneert als afstandsbediening, die bij het zappen geluid en licht produceert. zo voel je je een echte Timelord.’

Hoe ben je op het idee gekomen een sciencefiction winkel te beginnen?‘Ik volgde een vak over middeleeuwse boeken. Dit bracht me op het idee om een cursus boekbinden te volgen. Ik ben daarna zelfge-maakte notitieboekjes gaan verkopen met sciencefictionthema’s. Op de Elf Fantasy Fair kwam ik erachter dat alleen deze niet genoeg aandacht trokken. Sindsdien verkoop ik ook posters, mokken en andere collector’s items. Inmiddels hebben de artikelen die ik heb ingekocht de overhand genomen.’

Hoe zorg je verder dat jouw winkel in het oog springt?

‘Mijn meest unieke items zijn patches, stoffen emblemen, voor cosplay-kleding. Bij cosplay ga je verkleed als je favoriete karakter uit een film of serie. Die patches maken je kleding zo compleet mogelijk. Deze zijn in Nederland verder moeilijk te krijgen.’

Trek je zelf wel eens een cosplay-kostuum uit de kast?‘ja, mijn beste kostuums zijn van karakters uit de Avatar-serie. Dit komt doordat ik met mijn kraam naast Dark Dragon Books, een stripboekenwebwinkel, stond. zij vroegen mij om als Aang van Avatar op het podium te cosplayen, zodat de tekenaars mij konden natekenen voor de stripboekenserie.‘Een tijd geleden leerde ik van een vriend vuurspuwen. Het leek me leuk om deze nieuwe vaardigheid als firebender, uit een vervolg op Avatar, in cosplay toe te kunnen passen. Ik maakte daarom een kostuum van P’Ii, een van de personages uit die serie. Het lijkt nu alsof ik een enorme Avatar-fangirl ben, stiekem klopt dat ook wel.’

Welk fantasy-moment blijft je bij? ‘Ik stond laatst op een gamebeurs waar de troon van Game of Thrones stond. Ik heb er zelfs op gezeten voor een foto. Op een evenement in Londen kwam ik George R. Martin, de schrijver van de serie tegen. Ik heb hem toen mijn ukelele laten signeren. Dat vond ik echt heel gaaf.’ ANS

Tekst: Astrid van Solingen en Saskia VerheijdenFoto: Ilja van Hoek