‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners...

30
Februari 2013 ‘Meedoen naar vermogen’ Visienota transities Sociaal Domein “Werelden verbinden”

Transcript of ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners...

Page 1: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

Februari 2013

‘Meedoen naar vermogen’Visienota transities Sociaal Domein

“Werelden verbinden”

Page 2: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

Inhoudsopgave

1. Inleiding 3

2. Wat wil de Gemeente Berkelland bereiken? 42.1 Wat is de visie? 42.2 Wat is het resultaat? 42.3 Wat zijn onze uitgangspunten? 52.3.1 Gemeente als regisseur 52.3.2 De Berkellandse principes; ons kompas 62.3.3 De Berkellandse principes; vertaald naar de transities 8

2.4 Hoe ziet dat eruit in de praktijk? 12

3. Hoe willen we dat bereiken? 153.1. Welke proeftuinen starten we? 153.2 Welke rol zien we daarbij voor onze inwoners? 163.3. Welke rol zien we daarbij voor de zorgaanbieders? 163.4 Hoe gaan we dat financieel regelen? 173.5 Wat zijn de concrete acties? 17

4. Wat zijn de vervolgstappen? 18

BijlagenI Factsheets Berkelland 20

2

Page 3: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

1 INLEIDING

'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de samenleving en onze kinderen groeien veilig en gezond op'

Dat is de uitdaging waar we als gemeente Berkelland voor staan bij de decentralisatie van de jeugdzorg, de overgang van de begeleiding uit de AWBZ en het helpen van mensen aan werk! Een complex speelveld dat veel van onze inwoners raakt. We streven daarbij naar meer samenhang in de zorg, minder bureaucratie en minder toestroom naar gespecialiseerde zorg. Het gaat dus om meer dan alleen een decentralisatie. We zetten in op een transformatie. We zoeken daarbij aansluiting bij de eigen sociale leefomgeving, dus dichtbij de inwoner en in de wijk waar dat kan.De afgelopen periode is hard gewerkt een regionale visie die is vastgesteld in uw gemeenteraad van 26 februari 2013. Landelijk werkt de regering aan de verdere uitwerking van de wetgeving die de kaders schept voor de decentralisaties. Hoewel nog veel onduidelijk is willen we in dit programmaplan een schets maken voor de manier waarop we in Berkelland om willen gaan met de ontwikkelingen in het sociale domein. Hoe vertalen we de kaders naar een Berkellandse aanpak? Hoe zorgen we ervoor dat onze inwoners kunnen meedoen aan de samenleving, kunnen werken en onze kinderen veilig opgroeien? En hoe kunnen we kwetsbare inwoners ondersteunen en stimuleren om zoveel mogelijk op eigen kracht te participeren?Deze nota levert ons de volgende informatie op: we weten waar we naartoe werken (onze visie/ambities), hoe we de dingen doen (kompas) en wat de nu te nemen stappen zijn (pilots en planning).

De transities op een rijParticipatiewetDe sociale zekerheid staat een groot aantal veranderingen te wachten. Het kabinet voegt de Wet werk en bijstand, Wet sociale werkvoorziening en een deel van de Wajong samen tot één nieuwe wet: de Participatiewet, met een samengevoegd en (hopelijk volledig) ontschot budget. Gemeenten worden verantwoordelijk voor de uitvoering van de wet. De invoering van de Participatiewet is daarmee van grote betekenis voor gemeenten, het SW-bedrijf en de Sociale Dienst. De doelgroep wordt verruimd en gemeenten krijgen er nieuwe taken bij.

AWBZ/ WMOHet kabinet zet in op decentralisatie van extramurale AWBZ-zorg, dat wil zeggen de zorg die thuis wordt geleverd, naar de WMO. Gemeenten zijn dan verantwoordelijk voor de activiteiten op het gebied van ondersteuning, begeleiding en persoonlijke verzorging.

JeugdzorgDe jeugdzorg wordt in 2015 volledig gedecentraliseerd naar gemeenten. Het gaat dan om de Jeugd GGZ (AWBZ en zorgverzekering), provinciale jeugdzorg (Advies- en Meldpunt Kindermishandeling, kindertelefoon, ambulante en residentiële jeugdzorg, pleegzorg), de gesloten jeugdzorg, de jeugdreclassering en de jeugdbescherming. Het wetsvoorstel Passend Onderwijs (oktober 2012) heeft ook veel raakvlakken met de transitie Jeugdzorg en beoogt alle kinderen zo goed mogelijk onderwijs te bieden.

LeeswijzerIn deze visienota staat in hoofdstuk 2 beschreven wat onze Berkellandse visie is op de veranderingen in het sociale domein. We beschrijven de rol van de gemeente als regisseur en ontwikkelen een ‘Berkellands kompas’ aan de hand van een tiental principes. Het hoofdstuk eindigt met een doorvertaling van deze principes naar de transities en een voorbeeldcasus uit de praktijk. In hoofdstuk 3 gaan we in op de mogelijkheden die we zien om de resultaten te bereiken en de interactie met inwoners en zorgaanbieders op dit terrein. Hoofdstuk 4 eindigt met een overzicht van de vervolgstappen in een dynamische agenda. 2. WAT WIL DE GEMEENTE BERKELLAND BEREIKEN?

3

Page 4: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

Berkellandse ambitie

“mensen kunnen zelf en met hulp van anderen uit hun omgeving hun problemen oplossen. Zij hoeven minder een beroep te

doen op de overheid.Voor mensen die dat zelf (even)

niet kunnen blijft er een gedegen springplank!”

2.1 Wat is de visie?

In Berkelland streven we ernaar dat alle inwoners naar vermogen en vanuit eigen kracht meedoen aan de samenleving. Voor het overgrote merendeel van onze inwoners is dat bijna vanzelfsprekend; zij werken om in hun eigen levensonderhoud te kunnen voorzien en nemen actief deel aan de maatschappij. Veel Berkellanders bieden bovendien ondersteuning aan anderen, bijvoorbeeld in de rol van collega, werkgever, goede buur, vriend, vrijwilliger of mantelzorger. Voor een aantal van onze inwoners gaat deze participatie niet vanzelf. Dan is ondersteuning nodig tijdelijk of permanent, in een instelling of thuis, op het gebied van werk of dagelijkse verzorging.We streven ernaar deze ondersteuning zoveel mogelijk te organiseren in de eigen natuurlijke leefomgeving van mensen, in eigen sociale netwerken, vrijwilligers in de wijk en bij werkgevers in een gemeente. Wij zien als gemeente een rol gericht op het vergroten van de participatie van mensen. Een stimulerende en activerende rol. En uiteraard vinden we dat er een gedegen ‘vangnet’ moet blijven voor de mensen die het niet op eigen kracht kunnen. In Berkelland vervangen we de term ‘vangnet’ voor springplank. Een vangnet impliceert dat je mensen ‘vangt’ en ‘vasthoudt’, terwijl wij mensen juist een zetje in de goede richting willen geven. We willen een springplank bieden die ruimte geeft voor maatwerkoplossingen en waarbij uitgegaan wordt van de mogelijkheden van onze inwoners, in plaats van het probleem voorop te stellen.

Omdat de ondersteuning die nodig kan zijn voor een inwoner/ een gezin soms raakvlakken heeft met de verschillende transities, kiezen we in Berkelland voor een samenhangende benadering. De gevolgen kunnen groot zijn voor gezinnen waar al die regelingen samenkomen. Tegelijkertijd bieden de transities juist kansen om deze gezinnen beter te ondersteunen dan voorheen, doordat de gemeente nu alle regelingen in eigen hand heeft.

2.2 Wat is het resultaat?In de programmabegroting hebben we de visie vertaald in een aantal resultaten: We hebben een kern- en wijkgerichte aanpak. Er zijn nieuwe samenwerkingsvormen

tussen maatschappelijke partners, vrijwilligers en inwoners We kunnen de ondersteuning financieren uit de budgetten die we van het rijk ontvangen We benutten de beschikbare middelen uit de zorg optimaal Minder inwoners maken gebruik van de geïndiceerde zorg De vraag naar individuele voorzieningen is verminderd Alle kinderen groeien veilig en gezond op in de eigen leefomgeving Er is 1 hulpverlener als contactpunt en vraagbaak voor het gezin Het aantal voortijdige schoolverlaters is teruggedrongen Zoveel mogelijk (sociaal kwetsbare) mensen zijn werkzaam op de arbeidsmarkt

4

Page 5: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

2.3 Wat zijn onze uitgangspunten?

2.3.1 Gemeente als regisseur

Gemeente als regisseur

5

Zorgaanbieders

Gemeente

Participatiewet AWBZ/ WMO Jeugdzorg

Resultaten Financiën

Uitleg plaatje

De inwoners staat centraal en de gemeente heeft tot taak te zorgen dat de inwoner zoveel mogelijk via 1 loket geholpen wordt. Ook voor de zorgaanbieders ligt een taak om te zorgen voor afstemming in het hele traject van hulpverlening. Dit vereist een nieuwe relatie tussen gemeenten een zorgaanbieders.

Dit loopt via twee sporen: inhoudelijk en financieel. Via het inhoudelijke spoor maken gemeenten en aanbieders afspraken over de resultaten. De gemeenteraad stuurt op de prestaties van de instellingen. Te behalen doelen en effecten worden vastgelegd in prestatieafspraken. De nadruk komt meer te liggen op outcome dan op output. Is de inwoner tevreden en goed geholpen? Is de kracht van het eigen netwerk benut? Dat zijn centrale vragen bij de ‘controle’.

Via het financiële spoor gaat het om de subsidie- of inkooprelatie. De sterke verantwoordingslijn door aanbieder naar gemeenteraad staat centraal. De nadruk ligt op de besteding van de bedragen.

In Berkelland zien wij het *‘design en construct-model’ als mogelijke basis voor de financiering van de ondersteuning in de wijk. Een gebiedsbudget dat gepaard gaat met veel vrijheid hoe dat budget verdeeld wordt. Sturing op resultaten in plaats van aantallen.

*Design & Construct (Built) betekent letterlijk "Ontwerp en maak" (in jargon "aangenomen werk"), en houdt in dat de aannemer verantwoordelijk is voor zowel ontwerp als uitvoering. Een functionele omschrijving of een basisontwerp van de te realiseren doelen, samen met een programma van eisen en vormen de richtlijnen voor de ‘aannemer’. De aannemer heeft een verregaande verantwoordelijkheid, grote vrijheid en is kosten- en tijdgedreven. Controle en toezicht vanuit de opdrachtgever is minimaal. Er wordt dus veel vertrouwen gesteld in de aannemer. Daarom wordt in het verwervingstraject veel aandacht besteed aan ervaring, kennis en kunde van de aannemer. D&C heeft ook het voordeel dat je de kennis haalt waar dit hoort en is. Het levert daardoor ook creatieve ideeën op en zelfs innovatieve oplossingen.

Page 6: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

2.3.2 De Berkellandse principes; ons kompas

Principe 1 Echt loslatenWil je goed gedragen oplossingen, dan moet je ruimte geven aan de burger. Loslaten betekent niet laten vallen. Het is niet zo dat we onze koffers pakken en ons gezicht nooit meer laten zien in de buurt. Loslaten lijkt erop dat je je ervan afkeert en geen waarde hecht aan gemeenschapszin of contact van en met inwoners. Terwijl dat niet het geval is. Dat is nog steeds waardevol. In feite moeten we ‘anders vasthouden’.’ Blijf eerst eens even weg!" en "Geef een zetje als het even niet lukt, maar wordt geen eigenaar van hun idee." Er naar toe. Luisteren. Op je handen zitten. Je eigen mening als professional heel lang inslikken. Kijken wat er gebeurt. En open staan als je een gerichte vraag krijgt om net dat ene duwtje te geven. De volgende keer is dat duwtje misschien niet meer nodig. We hebben wel “aandacht voor” …, maar gaan niet direct over op “zorgen voor”….

Principe 2 Gebiedsbudget: budgetverantwoordelijkheid is niet alleen bij gemeenteNiet langer is alleen de gemeente budgetverantwoordelijk. We leggen het terug in het gebied. Niet de aanbieders, niet de regelingen, maar het gebied is bepalend als het gaat om het budget. We geloven dat het gebied het beste zelf kan aangeven waar inzet nodig is en ook in het bedenken van slimmere oplossingen zodat het beschikbare budget zo efficiënt mogelijk ingezet wordt. We denken vanuit de vraag en niet vanuit het aanbod. De omvang van een gebied moet een werkbare schaal zijn, bijvoorbeeld onze grote kernen met bijbehorend buitengebied met kleine kernen en buurtschappen. Onze inwoners redeneren niet meer vanuit “ik heb recht op”, maar voelen dat ze onderdeel uitmaken van de wijze van werken en dus de besteding van het budget.

Principe 3 Verschillen en ongelijkheid accepterenVoor ons is het geslaagd als we maatwerk hebben kunnen leveren op kern/ wijkniveau. Dit betekent dat we verschillen willen accepteren. We kunnen niet 1 gemeentebrede oplossing uitrollen. Er is minder ruimte voor blauwdrukken. Het kan zijn dat in de ene kern een andere oplossing voorligt dan in de andere kern. En dat in kern A door de inzet van vrijwilligers meer mogelijk is dan in een andere kern waar dit niet zo is. Dit kan soms ongelijk ogen maar draagt juist bij aan gelijkwaardigheid. Voor ons is het belangrijkste dat we dichtbij onze inwoners blijven staan en dat zij inspraak hebben op de oplossingen en zich er goed bij voelen.

Principe 4 Ruimte voor oplossingen: niet nu al voor 100% zeker weten hoe het eruit komt te zien

6

Aansluiten bij de vraag: wat wil/kan de inwoner?

Gebiedsbudget: budgetverantwoordelijkheis niet alleen bij gemeente

Lusten en lasten: zeggenschap EN verantwoordelijkheid bij de

inwoners

Ruimte voor oplossingen; niet nu al voor 100% zeker weten

hoe het eruit komt te zien

Verschillen en ongelijkheid accepteren

Durven en doen

Doen wat je zegt!

Eerst de doelen,dan pas de systemen en

structuren

Eerst de doelen, dan pas systemen en structuren

Echt loslaten

Kracht: maatwerk per wijk/groep inwoners

Verschillen en ongelijkheid accepteren

Page 7: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

Maakt dat het maken van plannen overbodig? Nee, maar wel een ander soort plan dan we zijn gewend. We laten ruimte open voor de burger, maar wel met een duidelijk kompas. Het kompas zijn onze kernwaarden, onze Berkellandse principes. Die bepalen wat wij belangrijk vinden. Hierop vallen we terug als we een keuze moeten maken. Het is onze checklist om te weten of we nog wel op de goede weg zijn.

Principe 5 Lusten en lasten: zeggenschap EN verantwoordelijkheid bij de inwonersAls er een vraag / idee komt vanuit onze inwoners gaan we niet direct een plan schrijven, projecten, middelen zoeken en overnemen. We houden onze ogen en oren open en geven de ruimte en verantwoordelijkheid aan initiatieven van onderop om successen te boeken, waarbij ook ruimte is dat iets niet lukt (daar leren we ook van).

Principe 6 Aansluiten bij de vraag: wat wil/ kan de inwoner?Onze aanbodgerichte benadering hebben we ontwikkeld omdat onze systemen ons ertoe dwongen. Dit laten we los. In contact met de inwoner zoeken we voortdurend de combinatie van vraag en mogelijkheden. Onze medewerkers zijn professional èn burger. We vragen onze medewerkers daar dichtbij te blijven staan.

Principe 7 Doen wat je zegt (en het goede voorbeeld geven!)We vragen een andere opstelling van onze inwoners. We willen hen meer betrekken bij ons beleid. Dit vraagt naast andersoortige oplossingen, ook om een andere aanpak in de wijze waarop we bewoners betrekken. Waar we voorheen (informatie) bijeenkomsten organiseerden, gaan we nu avonden organiseren waarin we de burger zelf vragen om oplossingen aan te dragen, slimme verbindingen te maken. We doen wat we zeggen.

Principe 8 Eerst de doelen, dan pas de systemenWe hebben geen precies omlijnd plan omdat we ruimte laten voor invulling van onderop. Dit wil niet zeggen dat we geen visie hebben. We weten waar we naartoe werken (onze visie/ambities), hoe we de dingen doen (kompas) en wat de nu te nemen stappen zijn (pilots en planning). Ons uitgangspunt is dat je niet de eindbestemming maar de weg ernaar toe kan bepalen. We zetten allemaal kleine stapjes om daar te komen. Elke pilot is een beweging richting die werkelijkheid. Wij gaan van stap tot stap werken. Zo kunnen wij iedere keer inspelen op veranderingen van onderaf en maken we dat een natuurlijk onderdeel van hoe wij werken. Daarom kiezen we eerst voor heldere doelen en vullen we de systemen later in. De systemen moet het doel dienen en niet andersom. We willen niet van tevoren alles dichttimmeren. De systeemwereld zal nooit aansluiten op de beleving van de “normale” mens. De vraag aan de inwoners stellen vanuit deze systeemwereld gaat dus ook nooit werken.

Principe 9 Kracht: maatwerk per wijk/groep inwonersDe schaal van de wijk/ inwoners is de schaal waarop we vooral de oplossingen zien ontstaan. Dit is per definitie niet een verdienste van de lokale overheid.

Principe 10 Durven en doen!We durven zonder duidelijkheid in alle wetten in interactie met onze burgers onze koers uit te zetten? Dit doen we in de pilots die we opstarten. Pilots mogen ook mislukken, ook daar leren we van.

7

Page 8: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

2.3.3 De Berkellandse principes vertaald naar de transities

Maatwerk op kernniveauAls we onze Berkellandse principes vertalen naar de transities, dan is duidelijk dat er een echte transformatie nodig is. Een nieuwe visie op de zorg vraagt van ons dat we beginnen aan de kant van de inwoner. Wat heeft de inwoner nodig om te kunnen participeren, mee te kunnen doen naar vermogen? De aanbodkant wordt daarbij ondergeschikt. Als we de inwoner centraal stellen, dan is het ook nodig om de transities integraal te bekijken. Een inwoner/ een gezin kan immers te maken krijgen met problemen op meerdere leefgebieden. Een meervoudige vraag kan zich richten op werk, zorg, begeleiding en bepaalde voorzieningen. Daar waar inwoners/ gezinnen met een meervoudige vraag nu vaak aanlopen tegen de grenzen van het systeem en bij meerdere loketten terechtkomen, willen we in de toekomst slechts 1 hulpverlener in het gezin. Deze hulpverlener kan verschillende namen hebben, zo zien we ook in den lande, variërend van coach, generalist, buurtcoach, gezinsondersteuner, consulent etc.

De KerncoachIn Berkelland kiezen we voor de term kerncoach, omdat dit recht doet aan de wijkgerichte aanpak die we nastreven en coach inhoudt dat je vooral het beste uit de inwoner zelf wilt halen. De kerncoach maakt samen met de inwoner/ gezin een plan van aanpak en waar mogelijk voert hij dit ook samen met de inwoner uit. In situaties waar het echt niet anders kan, bijv. wanneer de veiligheid of de gezondheid van een inwoner in het geding is, verwijst de kerncoach door naar specialistische hulpverlener. De kerncoach verleent integrale hulp aan burgers van – 9 maanden tot 110 jaar. De coach bezoekt inwoners met een ondersteuningsvraag naar aanleiding van signalen van bijvoorbeeld school, SDOA, de GGD of politie, of woningbouwvereniging, of op eigen initiatief (outreachend). De coach krijgt van andere instanties vergaande bevoegdheid om over zaken als uitkering, woning, zorg of leerplicht te beslissen. Een coach gaat naast een inwoner op de bank zitten en maakt heel concrete afspraken. De coach voert de regie (één kind/ ouder/gezin, één plan) en betrekt de inwoner actief bij de oplossingen. De coach is een expert-in-het-gewone-leven. De coach weet dat niet alles oplosbaar is, en dat het soms volstaat om iets niet te laten escaleren, door er lang bij te blijven. Gezondheid en veiligheid zijn daarbij belangrijke issues.

Het KernteamDe coach maakt deel uit van een kernteam. Het kernteam is samengesteld uit professionals (ook allemaal kerncoach) die nauw betrokken zijn bij de inwoner en gezamenlijk een groot gedeelte van de expertise van zorg en welzijn in huis hebben. De optimale samenstelling van het kernteam zal in de praktijk moeten worden ondervonden. Men kan denken aan een wijkverpleegkundige, maatschappelijk werker en jeugdverpleegkundige. Zij hanteren allen de generalistische manier van werken en zijn inzetbaar in de rol van ‘kerncoach’. In de praktijk zullen deze zorgverleners dus uit verschillende organisaties komen. In het kernteam wordt de verbinding gelegd tussen de formele en informele ondersteuners, doordat vrijwilligers en mantelzorgers ook een plek hebben in dit team. Het kernteam werkt wijk-/kerngericht. Het kernteam beschikt over een breed gebiedsbudget dat is afgestemd op de behoefte van de inwoners in die kern. Het kernteam is grotendeels zelfsturend en autonoom. Als overheid controleren we vooral het kwalitatieve gedeelte. Zijn de inwoners in de wijk tevreden en doet iedereen ‘mee naar vermogen’ in het maatschappelijk leven?De WMO-pilots ‘voor mekaar’ die nu lopen in Beltrum en Ruurlo zijn proeftuinen voor deze manier van werken. In de doorontwikkeling willen wij dit breder maken en ook de ondersteuning op de andere terreinen (jeugdzorg, persoonlijke begeleiding/ verzorging, werk) op deze manier organiseren.

8

Page 9: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

De schaalIn de pilotfase gaan we uit van de bestaande expertise; professionals die al werkzaam zijn bij de verschillende hulpverleningsorganisaties (bijv. Sensire, Lindenhout etc.). We zoeken naar organisaties en medewerkers die ons kompas delen en bereid zijn op wijkniveau aan de slag te gaan met de behoeftes die daar leven. Dat kan dus per wijk in Berkelland verschillend zijn. Om behapbare wijken te houden denken wij dat de schaal van de voormalige gemeenten een prima startpunt vormt. In de uitwerking kan dit altijd nader verfijnd worden, afhankelijk van de behoefte van de inwoners. Immers, als we de inwoner centraal stellen, impliceert dat ook dat we vanuit de overheid niet op voorhand kunnen vaststellen wat wij verstaan onder ‘wijkgericht werken’ en hoe dat er precies uit komt te zien. Ook in de ontwerpfase vraagt dit om loslaten (zie paragraaf 2.3.1). Op regionaal niveau zoeken we vooral de samenwerking waar dit efficiënt is, bijv. een gezamenlijke inkoop van specialistische hulpverlening. Op lokaal niveau, of beter gezegd wijkniveau, dus de uitvoering! Onderstaand plaatje geeft dit weer.

*Met bijbehorende kleine kernen

De 3 D’sParticipatiewetWerk geeft naast inkomen ook eigenwaarde en onafhankelijkheid. Dat zijn belangrijke waarden om mee te kunnen doen in de maatschappij. Iedere inwoner is in eerste instantie zelf verantwoordelijk om zoveel mogelijk zijn eigen inkomen te verdienen. Dit lukt helaas niet voor iedereen. De participatiewet biedt de kaders om mensen met afstand tot de arbeidsmarkt te helpen aan werk. In Berkelland hebben wij dit kader al breder geformuleerd in de algemene doelstelling; alle inwoners werken naar vermogen in onze gemeente. We grijpen deze decentralisatie dus aan om breder te kijken in Berkelland hoe we, samen met onze bedrijven, instellingen en inwoners, zoveel mogelijk Berkellanders aan werk te helpen.

Werk staat centraal en dus staat de vraag van de werkgevers centraal. Werkgevers zoeken mensen die een toegevoegde waarde hebben voor hun bedrijf.

9

*Kern Eibergen

Kern Ruurlo

*Kern Borculo*Kern

Neede Kern

BeltrumUitvoering

Regionale samenwerking

specialistische hulpverlening

Berkellands kompas

Rijk

Kaders

Page 10: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

Samen met mensen met afstand tot de arbeidsmarkt zoeken we naar deze toegevoegde waarde zodat er een match gemaakt kan worden met werkgevers. Waar mogelijk in de eigen omgeving, zodat mensen die niet het volledige minimumloon kunnen verdienen niet als vanzelfsprekend zijn aangewezen op werkplekken buiten de gemeente. Ook hier zoeken we naar de mogelijkheden die de eigen kern biedt. Als het echt niet lukt om werk te krijgen, is er een uitkering als springplank (om iemand ‘te laten landen’ en een zetje te geven in de goede richting) of een combinatie van loon en een uitkering. Maar juist om die springplank overeind te houden moet het beroep erop zo beperkt mogelijk zijn. De gemeente Berkelland ondersteunt inwoners waar nodig, maar neemt de verantwoordelijkheid niet over. Als een beroep wordt gedaan op de springplank van een uitkering zitten daar naast rechten ook nadrukkelijk plichten aan. De belangrijkste plicht is om alles in het werk te stellen wat bijdraagt aan het vinden van werk. We proberen jongeren die een beroep doen op de uitkering en nog geen startkwalificatie hebben, terug te laten gaan naar school en een opleiding te laten volgen die naar werk leidt.

AWBZ/ WMOIn Berkelland gaan we ervoor dat alle inwoners mee kunnen doen naar vermogen aan de samenleving. Dus ook mensen met een beperking en mensen die ondersteuning nodig hebben om hun dagelijks leven vorm te geven. De groep Berkellanders die nu gebruikt maakt van de AWBZ is divers. Het gaat om mensen met een psychiatrische, verstandelijke en/of lichamelijke beperking, dementie, chronisch zieken. Een deel maakt er kortstondig gebruik van, anderen zeer langdurig. Er is zowel individuele begeleiding als begeleiding in groepsverband. Het voorkomen van de beperking is vaak niet beïnvloedbaar, maar het eerder signaleren en anders organiseren maakt dat een beroep op zwaardere voorzieningen in een aantal gevallen wel tegengegaan wordt. Ook hier speelt de wijk een belangrijke rol als de basis waar mensen elkaar kennen en elkaar helpen en waar eventuele problemen/ behoeften in een vroegtijdig stadium in beeld komen en de ondersteuning gegeven kan worden. We gaan voor actieve afstemming en bemiddeling door hulpverleners (kerncoaches) met informele zorg met de nadruk op de sociale kracht van de kern of wijk. De eigen regie van mensen staat voorop. Wat kunnen/ willen zij zelf? Hoe kunnen mantelzorgers en vrijwilligers hier een rol in spelen, rekening houdend met de grenzen van mogelijkheden van deze mensen. Waar is nog ondersteuning nodig en kunnen we dat laagdrempelig en dichtbij organiseren gericht op vergroting van de zelfredzaamheid? Het kantelingsprincipe dat we nu al toepassen op de WMO is ook hier van toepassing. De professionele begeleiding moet flexibel zijn en kunnen meebewegen met de situatie van de cliënt en diens directe omgeving, zodat er soms wat meer en in andere perioden wat minder ondersteuning geboden wordt. Twee mensen met dezelfde beperking kunnen een andere ondersteuningsvorm krijgen, omdat we gaan voor maatwerk. We bekijken per inwoner: wat is in jouw situatie nodig om zoveel mogelijk te kunnen participeren?

Jeugdzorg

Om te voorkomen dat opvoed- en ontwikkelvraagstukken uitgroeien tot jeugdzorgproblematiek, willen we in Berkelland voornamelijk inzetten op preventie en vroegsignalering. We zorgen voor een goede aansluiting met het onderwijs als één van de belangrijkste vindplaatsen van problematiek bij jongeren. Op basis van de wet Passend Onderwijs die in 2012 is vastgesteld, zijn scholen vanaf 1 augustus 2014 verplicht om leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben een passende onderwijsplek te bieden. In een ondersteuningsplan, dat minimaal eens in de vier jaren wordt gemaakt, leggen de samenwerkende scholen vast hoe het passend onderwijs wordt ingericht in hun regio. Het ondersteuningsplan wordt besproken met alle gemeenten in de regio in een op overeenstemming gericht overleg (OOGO).

De gemeente Berkelland werkt samen met het onderwijs en bereidt zich voor op de nieuwe wettelijke taken voor onderwijs en gemeente op het gebied van jeugdzorg. Door middel van

10

Page 11: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

proeftuinen (hoofdstuk 3) willen we een goede verbinding leggen tussen de zorg voor jeugd in brede zin en daar waar die het onderwijsveld raakt.

Het Centrum voor Jeugd- en Gezin bouwen we verder uit als informatie- en adviespunt over opgroeien en opvoeden. Om zwaardere jeugdzorg te voorkomen zetten we in op het versterken van de pedagogische kwaliteit van de alledaagse leefomgeving van kinderen en jongeren. Zoveel mogelijk zoeken we naar oplossingen dichtbij. De zorg die voor sommigen wel nodig is, organiseren we dicht tegen de eigen leefomgeving aan. Deze hulpverlening is gestoeld op het principe 1 gezin, 1 plan 1 hulpverlener (kerncoach) en gericht op de zelfredzaamheid van mensen. Het eigen sociale netwerk, de wijk en de eigen kracht vormen sleutelbegrippen. De ondersteuning is maatwerk. Het is de kunst om aan te sluiten bij de eigen normen en waarden van een inwoner/ gezin. De eigenheid/ identiteit van de inwoner/het gezin is leidend. Daar moet de ondersteuning (in welke vorm dan ook) bij aansluiten. De inwoner (de ouder, het kind, het individu) heeft de ‘pen in handen’ en houdt de regie.

De specialistische jeugdzorg die voor een aantal jongeren nodig blijft, organiseren we bovenlokaal, met zo min mogelijk bureaucratie en indicatiestellingen. Ook hier vormt het begrip ‘versterking van de eigen kracht’ nog steeds het uitgangspunt. Daarbij streven we naar een sterke vermindering van jongeren die verblijven in instellingen en organiseren we op wijkniveau betere hulp rondom het gezin zelf. De overheid komt in beeld als de veiligheid of gezondheid van het kind in het geding is. Dan treden we snel en daadkrachtig op. In de meeste andere gevallen weten we dat de beste oplossingen van onderaf komen, van de inwoners zelf en/of uit hun eigen leefomgeving; ook als het gaat om onze jeugd!

11

Page 12: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

2.4 Hoe ziet dat eruit in de praktijk?

De huidige situatie

De toekomst?

De toekomst?

12

Casus: familie Smits, Neede

Vader Mark is 38 jaar. Hij werkt als vrachtwagenchauffeur en is veel van huis.

Moeder Hanneke is 34 jaar. Omdat zij PDD NOS en een bipolaire gedragsstoornis heeft, ontvangt zij sinds haar achttiende een Wajong uitkering. Sinds een jaar integreert zij onder begeleiding van een professioneel bureau bij een cateringbedrijf. Dat gaat goed, al heeft haar leidinggevende zijn bedenkingen of Hanneke de werkdruk aan kan als zij meer dan twee dagen per week aan de slag zal gaan.

Zoon Jayden is 18 en leert moeilijk. Hij heeft een licht verstandelijke beperking en uit zich moeizaam in groepen. Jayden is gestopt met school. Op de ZMLK-school waar hij tot zijn 17de naartoe ging, voelde hij zich niet veilig. Jayden woont nu nog bij zijn ouders. Door de week gaat hij zes dagdelen per week naar een trainingscentrum in een nabijgelegen gemeente. Hier leert hij stap voor stap op eigen benen staan zodat hij in de toekomst, al dan niet met begeleiding, op zichzelf kan wonen en zijn leven zo veel mogelijk zelfstandig kan inrichten. Hij volgt hier trainingen om zijn sociale vaardigheden te versterken. Ook leert hij om later zijn eigen boodschappen te doen en zich voor te bereiden op de arbeidsmarkt. Ook Jayden ontvangt een Wajong-uitkering. De eigen bijdrage die hij moet betalen voor de deelname aan het trainingsinstituut, wordt hieruit betaald. Het is de bedoeling dat Jayden binnen twee jaar tijd naar een zo zelfstandig mogelijke woon-werksituatie doorgroeit.

Dochter Jamie is 13 jaar. Zij zat in het tweede jaar vmbo-K. Ze had leerproblemen en maakte veel ruzie in de klas. De docenten waren, zoals dat heet, ‘handelingsverlegen’ met jamie. Daarom volgt zij nu tijdelijk onderwijs in een reboundvoorziening, waar samen met Jamie aan haar ontwikkeling gewerkt wordt. Haar begeleider heeft een tijdje geleden een melding over Jamie in de verwijsindex risicojongeren gedaan. Toen bleek dan Jamie ook bekend is bij het jongerenwerk, omdat zij regelmatig overlast veroorzaakt met een groep vrienden. De jongerenwerker heeft de casus vervolgens ingebracht in het CJG-overleg. Hier is geconstateerd dat een ambualnte gezinshulpverlener een goede oplossing kan zijn. Iemand die niet alleen naar de individuele problemen van Jamie kijkt, maar ook de samenhang met het gezin in ogenschouw neemt. Daarvoor ligt nu een verzoek tot indicatie bij Bureau Jeugdzorg.

Casus: familie Smits, Neede

We hebben samen met inwoners, zorgaanbieders en onderwijs een visie ontwikkeld op de ondersteuning van gezinnen als de familie Smits. We hebben daar inhoudelijke, organistorische en financiële afspraken over gemaakt. Zo is afgesproken dat dure reboundvoorzieningen voor jongeren als Jamie niet meer bekostigd worden. Daartegenover staat dat er extra geld beschikbaar is gesteld voor allround ambulante gezinsondersteunders, die domeinoverstijgend werken en gekoppeld zijn aan een bepaalde wijk. De gezinsondersteuner van de familie Smits heeft aan de hand van een eigen kracht conferentie samen met het gezin, de moeder van Hanneke en de buurvrouw en andere professionals een plan opgesteld om het komende half jaar doelen te bereiken. Het hele gezin heeft zich daaraan gecommitteerd. Eén gezicht in het gezin die hen houdt aan de gemaakte afspraken en ook professionals daaraan helpt herinneren: dat geeft overzicht en ruimte. De gezinsondersteuner heeft wekelijks contact met de gezinsleden en deinst er niet voor terug om thuis, maar ook in de school van Jamie, op de werkplek van Hanneke en in het trainingscentrum van Jayden te komen om de voortgang te bewaken. De professionals die specialistische ondersteuning leveren (zoals de begeleiders vanuit het trainingscentrum) koppelen hun inzet terug aan de gezinsondersteuner. En de buurvrouw van Anneke? Die heeft aangeboden dat Hanneke twee keer per week met haar kan meerijden naar een computertraining.

Page 13: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

De huidige situatie

De toekomst?

De huidige situatie

De toekomst?

13

Casus: Mieke (14) EibergenMieke heeft problemen op school en haar thuissituatie is zorgelijk. Ze is agressief en ziet er verwaarloosd uit. Af en toe heeft ze blauwe plekken en ze maakt een depressieve indruk. Haar ouders zijn gescheiden en ze woont met haar broertje van 8 bij haar moeder thuis. Het gezin leeft van een bijstandsuitkering. De school maakt zich zorgen en doet een melding bij bureau Jeugdzorg. Jeugdzorg neemt contact op met moeder en gaat in gesprek. Het blijkt dat moeder de situatie niet meer goed aankan. Ze heeft wel eens contact gezocht met verschillende hulpverleningsinstanties, maar komt niet echt verder. Ze is ook een beetje moe dat ze elke keer haar verhaal moet doen. Soms weet ze zich geen raad en dan vallen er wel eens klappen. De situatie escaleert verder en de veiligheid/ ontwikkeling van de kinderen lijkt gevaar te lopen. De rechter legt daarom een jeugdbeschermingsmaatregel op; een ondertoezichtstelling volgt.

De school signaleert dat het niet goed gaat met Mieke en neemt contact op met moeder. De school constateert dat er meerdere problemen zijn in de thuissituatie, maar komen niet echt verder in gesprek met moeder. Wel vindt moeder het een goed idee om een gesprek aan te gaan met de kerncoach erbij. Een aantal gesprekken volgen. Wat moeder nodig blijkt te hebben is wat ruimte voor haarzelf en wat handvatten ten aanzien van de opvoeding. Bovendien drukken de financiele problemen erg op het gezin. Het kernteam heeft een breed netwerk van werkgevers in de omgeving en zoekt samen met moeder naar een geschikte stageplek, waar ze mogelijk na haar stage voor 12 uur per week kan blijven. De kinderen worden op die dagen opgevangen door de buurvrouw. Ook kunnen ze daar dan een warme maaltijd eten. Moeder heeft dat zelf geregeld met de buurvrouw. De kerncoah heeft ook verschillende gesprekken met Mieke en de school. Op school krijgt zij wat extra aandacht. Mieke haar zelfvertrouwen groeit en de relatie met moeder verbetert. Af en toe hebben ze beste heftige ruzie, maar ze weten dat nu beter op te lossen.

Casus: Henk (50) RuurloHenk heeft een licht verstandelijke beperking en gaat dagelijks voor zijn ‘beschutte werkplek’ met een busje naar een locatie van Hameland in Lichtenvoorde. Dit past eigenlijk niet bij hem, maar tja, zo is dat nu eenmaal voor hem bepaald. ‘Dat is het systeem’, zo is hem verteld.

Henk zoekt contact met de kerncoach. Hij heeft gehoord dat de kerncoach zijn neef heeft geholpen, dus is wel benieuwd wat de kerncoach voor hem kan doen. De kerncoach kent de bedrijven en werkplekken in de kern goed en helpt Henk bij het vinden van een werkplek. Het blijkt dat Henk heel graag met jongeren werkt. Hij kan aan de slag in de jongerensoos en overdag mag hij conciërge taken uitvoeren voor het jongerenwerk in zijn woonplaats.

Page 14: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

De huidige situatie

De toekomst?

14

Casus: Mevrouw de Bruin (83) Beltrum

Mevrouw de Bruin wordt ontslagen uit het ziekenhuis vanwege een heupoperatie. Mevrouw de Bruin neemt contact op met de thuiszorg en overlegt haar situatie. De thuiszorg verwijst haar door naar de gemeente voor een indicatie huishoudelijke hulp via het WMO loket. De ambtenaar geeft na een intake een indicatie voor huishoudelijke hulp. Voor de steunkousen moet mevrouw echter naar het CIZ. Mevrouw de Bruin belt met het CIZ over een indicatie voor de hulp bij de steunkousen en die wordt verstrekt. Hierna neemt de thuiszorg, na tussenkomst van het zorgkantoor, contact op met mevrouw de Bruijn waarna ze wordt ingepland op de route voor hulp met steunkousen. Het CAK neemt nog weer apart contact op met mevrouw de Bruijn om de eigen bijdrage te regelen.

Het transferbureau van het ziekenhuis neemt contact op met het kernteam (de medewerker van de thuiszorg) en overlegt de situatie van mevrouw de Bruijn. In het ziekenhuis is al met mevrouw de Bruijn samen ingeschat dat zij voldoende heeft aan twee uur huishoudelijke hulp. Het kernteam weet door de vrijwilligersdatabase dat een buurman uit de straat graag de boodschappen zou willen doen en regelt dit voor mevrouw de Bruijn. Voor de hulp met de steunkousen is geen informele zorg beschikbaar en de thuiszorg plant mevrouw de Bruijn direct in op de dagelijkse route van de thuiszorg. De betaalt hiervoor wel een eigen bijdrage. Vier weken later gaat de buurman op vakantie. In de tussentijd kan mevrouw de Bruijn de thuiszorg bellen om haar boodschappen door te geven. Deze worden vervolgens door de supermarkt bezorgd. Omdat het inkomen van mevrouw de Bruijn goed is, kan ze zelf de huishoudelijke hulp betalen die nodig is. Ze heeft immers altijd een schoonmaakster gehad en die zelf betaald.

Page 15: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

3. HOE WILLEN WE DAT BEREIKEN?

Hoewel de Berkellandse visie een duidelijk beeld geeft waar we naartoe willen, is op dit moment de weg ernaartoe nog bezaaid met vragen, onduidelijkheden maar biedt ook kansen en mogelijkheden. Deze nota probeert geen totaalschets/ eindplaatje te geven van de inrichting van het sociale domein in Berkelland. Nee, integendeel, het is juist de bedoeling om de ruwe schets die er nu ligt gezamenlijk met alle partijen in het veld en onze inwoners te gaan inkleuren. We wachten in Berkelland niet af hoe de wetten er exact uit komen te zien, maar proberen nieuwe vormen van ondersteuning uit in onze gemeente. Het stimuleren van ‘meedoen’ en versterken van het eigen netwerk vormen de belangrijkste uitgangspunten. Dat doen we door kleine proeftuinen te starten met betrokken partijen en inwoners. We kijken wat werkt en bouwen dat uit, zoeken de verbinding tussen de verschillende initiatieven en bereiden ons zo voor op onze nieuwe taken. In dit hoofdstuk lichten we dat verder toe.

3.1Welke proeftuinen starten we?Hieronder volgt een overzicht van de belangrijkste proeftuinen die we zijn gestart en nog starten in het kader van de transities. Het is lastig om een totaaloverzicht te geven van alle initiatieven die bijdragen aan de vernieuwing van het sociale domein. We beperken ons daarom tot de echte pilots die een directe relatie hebben met de transities. Deze pilots dragen bij aan het bereiken van de resultaten uit de programmabegroting en zijn gestoeld op de principes uit hoofdstuk 2. We willen nog wel opmerken dat er ook verschillende initiatieven zijn vanuit de samenleving die bijdragen aan de verbeteringen in het sociale domein, zoals de maatjesprojecten. Die zijn terug te vinden in de factsheets (bijlage 1).

1. WMO pilot voor mekaar (start 2012) Samen met Sensire, Pro Wonen en Betula, maar vooral samen met de inwoners, wordt bekeken of met een andere aanpak nog betere resultaten geboekt kunnen worden op het gebied van maatschappelijke ondersteuning.

2. Pilots participatiewet (start 2012) o Marktbewerkingsteam Neede en Eibergeno Wet Sociale Werkvoorziening (WSW)-ers beschut binnen in en nabij hun eigen

sociale omgeving, in een bestaande organisatie, werkzaamheden aansluitend bij hun talenten/wensen en tegen lagere kosten dan momenteel bij Hameland

o Traject ‘bezinning en ontdekking bedoeld om beter te re-integreren bij Centrum Goud in Eibergen

o Participatie door werkzoekenden in projecten pilot Beltrum en Ruurloo Faciliteren van initiatieven van onderop zoals o.a. het streeklokaal, werkcafe voor

ww’ers, oprichten van een netwerk voor mensen die geen netwerk hebben, platform voor werkzoekenden per kern.

3. Pilot perpectiefvol hulpverlenen (start 2012) Sinds een aantal maanden passen we in Berkelland het ‘perspectiefvol hulpverlenen’ toe in gezinnen waar meer dan drie hulpverleners over de vloer kwamen. Deze hulpverleners maken plaats voor één gezinscoach die met het gezin het gezinsplan opstelt en het proces bewaakt. Het inzetten van de eigen kracht en het benutten van de informele netwerken (in de wijk) vormen daarbij de uitgangspunten. De gezinscoach werkt als generalist en is afkomstig uit één van de organisaties die deelnemen hieraan: Sensire, SDOA, , ProWonen, de Woonplaats, BJZ, Lindenhout, GGnet, jeugdreclassering, WMO, CIZ, MEE. De gezinscoach blijft gedurende de pilotperiode in dienst bij de bestaande organisaties.

4. Pilot ambulante jeugdzorg zonder indicatie (start april 2013) Het doel is om ambulante jeugdhulp sneller en lokaal in de buurt/wijk in te zetten om te voorkomen dat problemen verergeren en daarmee de instroom in de zwaardere en (duurdere) jeugdzorg te verminderen. Ook wordt gestreefd naar betere aansluiting en meer samenhang tussen de vrij toegankelijke en geïndiceerde zorg.

In Berkelland integreren we de pilot in het perspectiefvol Hulpverlenen en gaan we op een aantal basisscholen experimenteren met het dichterbij brengen van de jeugdhulpverlening zonder indicatie.

15

Page 16: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

5. …..

De pilots monitoren we voornamelijk met kwalitatief onderzoek. Zijn de inwoners tevreden en passen de resultaten bij de principes waarop ons kompas is gestoeld? Dus wijkgericht, inwoner voorop, zelfredzaamheid en maatwerk? Deze resultaatsturing werken we per pilot uit, zodat we meetbare handvatten hebben en weten wanneer iets ‘succesvol is’.

3.2Welke rol zien we daarbij voor onze inwoners?We vinden het heel belangrijk onze inwoners goed te betrekken bij alle ontwikkelingen in het sociale domein. Daarom organiseren we inwonersavonden waar we samen creatieve en vernieuwende ideeën uitwisselen om het nieuwe stelsel zo goed mogelijk vorm te geven. In 2012 hebben we 2 van deze bijeenkomsten gehouden op het gebied van de participatiewet. Eind januari heeft er een bijeenkomst plaatsgevonden voor de pilot in Ruurlo. Dit heeft geresulteerd in de verschillende pilots waarbij een match wordt gezocht (en gevonden!) tussen organisaties, onze inwoners en de overheid. In de eerste helft van 2013 willen we dit ook organiseren voor inwoners die te maken hebben met de AWBZ en de jeugdzorg. Daarnaast gaan twee bijna afgestudeerde hulpverleners als afstudeeropdracht keukentafelgesprekken voeren met jongeren en hun ouders die in een jeugdzorgtraject zitten of hebben gezeten. In deze ‘diepteinterviews’ achterhalen zij de ervaringen van onze inwoners waar onze inwonersverbeterpunten zien. En uiteraard streven we er na om de inwonersparticipatie in alle fasen van de decentralisatie verder te stimuleren en uit te bouwen, door initiatieven te ondersteunen, te luisteren en te informeren.

Wij zijn blij met het advies dat wij hebben ontvangen van de Welzijnsraad van Berkelland, waarbij duidelijk wordt dat zij onze visie van maatwerk en generalistisch werken delen. De aanbeveling om de effecten goed in beeld te brengen en houden en ervoor te zorgen dat de meest kwetsbare mensen nog steeds de juiste hulp ontvangen, nemen wij graag over.

3.3Welke rol zien we daarbij voor de zorgaanbieders?Gedurende het gehele proces werken wij op allerlei gebied samen met zorgaanbieders. De komende maanden vinden op regionaal niveau gesprekken plaats met de grootste zorgaanbieders waaronder Bureau Jeugdzorg, MEE, Lindenhout, GGnet, De Lichtenvoorde, Zozijn, Pactum, Karakter, Zorgbelang en Maatschappelijk werk Sensire/ IJsselkring. Met hen bekijken we hoe inhoud gegeven kan worden aan de gewenste inhoudelijke transformatie. We lopen mee met verschillende zorginstellingen om beter inzicht te krijgen in het cliëntenbestand, de manier van werken en hun visie op de transities. Op lokaal niveau gaan we in 2013 ook in gesprek met de zorgaanbieders, waarbij we met name aansluiting zoeken tussen de informele ondersteuning en de professionals.

16

Page 17: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

3.4Hoe gaan we dat financieel regelen?In het regeerakkoord ‘Bruggen slaan’ wordt tot 2017 in totaal 16 miljard euro bezuinigd. Daarvan moet vier miljard worden opgebracht door gemeenten: er gaat 1 miljard minder naar het gemeentefonds en er is een efficiëntiekorting van drie miljard. De efficiëntiekorting van 3 miljard is een stapeling van kortingen van de drie decentralisaties die overkomen naar de gemeenten

Gemeenten houden in 2015 nog 25% van het budget huishoudelijke hulp over om maatwerkvoorzieningen te treffen voor kwetsbare burgers. Onduidelijk is nog hoe in 2014 de financiering wordt geregeld voor mensen die gebruik willen blijven maken van dagbesteding. De overheveling van extramurale begeleiding en verzorging vanuit de AWBZ naar de Wmo vindt plaats met een korting van 25% voor gemeenten.

De instroom in de sociale werkvoorziening in zijn huidige vorm stopt per 2014. Gemeenten krijgen binnen de wettelijke kaders ruimte om zelf beschut werk als voorziening te organiseren. Alle Wsw werknemers die op 1 januari 2014 in dienst zijn van een werkvoorzieningschap behouden hun rechten op arbeid en beloning volgens de CAO Wsw. Iedereen die op de wachtlijst Wsw staat valt vanaf die datum onder de Participatiewet en kan verder geen aanspraken maken op een Wsw dienstverband. De subsidie voor beschut werken gaat van € 25.900 (afgerond) in 2012 naar € 22.500 in 2019. Daarboven op zal mogelijk per SE een vergoeding worden gegeven voor de uitvoeringkosten. Naar wij nu verwachten zal een groot deel van het participatiebudget moeten worden besteed aan beschut werken c.q. voor degenen die Wsw rechten behouden

Voor de jeugdzorg geldt een korting van 15% voor gemeenten.

Op dit moment is nog niet duidelijk welke budgetten de gemeente Berkelland ontvangt om de wettelijke taken uit te voeren. In de meicirculaire 2013 moet daar meer duidelijkheid over komen. Wij hanteren het uitgangspunt dat we de ondersteuning aan onze inwoners moeten financieren uit de budgetten die we van het rijk ontvangen. Zodra wij duidelijkheid hebben van het rijk, leggen wij de situatie voor aan de gemeenteraad met voorstellen voor het vervolg.

3.5 Wat zijn de concrete opgaven zijn er de komende tijd?

- diepte-interviews met cliënten- Bijeenkomsten inwoners - Gesprekken zorgaanbieders- Besluitvorming raad visienota- Start pilot jeugdzorg zonder indicatie- Pilots participatiewet- Besluitvorming raad over kaderstelling: nadere keuzes over verdere inrichting, budgetten etc.- Besluitvorming raad over beperking huishoudelijke hulp- Overleg met onderwijs over verbinding jeugdzorg en onderwijs

Deze punten zijn vertaald in de dynamische agenda in hoofdstuk 4 en worden de komende maanden verder aangevuld.

17

Page 18: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

4 WAT ZIJN DE VERVOLGSTAPPEN? Dynamische agenda

18

Page 19: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

19

2013 2014 2015

Januari• pilots WMO/Participatiewet • Beperking huishoudelijke

hulp nieuwe gevallen Transitie AWBZ-begeleiding

• Evaluatie pilots en vervolg in raad

• Invoering Participatiewet (Transitie Participatiewet)

• Geen instroom sociale werkvoorziening voor nieuwe cliënten (Transitie Participatiewet)

• Beperking huishoudelijke hulp bestaande gevallen (Transitie AWBZ-begeleiding)

• Extramurale zorg uit AWBZ naar WMO (Transitie AWBZ-begeleiding)

• Schrappen intramuraal voor ZZP 3 (Transitie AWBZ-begeleiding)

• Decentralisatie jeugdzorg (Transitie jeugdzorg)

• Quotumregeling bedrijven om arbeidsgehandicapten in dienst te nemen (Transitie Participatiewet)

Februari

Maart• diepte-interviews cliënten die te

maken krijgen met de transities

April• diepte-interviews cliënten• Besluitvorming visienota raad • Start pilot jeugdzorg zonder

Indicatie (Transitie jeugdzorg)

• Evaluatie pilots en vervolg in raad

Mei• diepte-interviews cliënten• Bijeenkomsten

zorgaanbieder/Inwoners• Verdeelsleutel budgetten in

Meicirculaire

• Ondersteuningsplan vastgesteld en naar inspectie

Juni

Juli• Projectopzet variantenstudie

Jeugdzorg gereed en in POHO

Augustus

September • Start pilot jeugdzorg zonder indicatie op aantal scholen (Transitie jeugdzorg)

• Eerste aanvragen WAJONG naar gemeenten

Oktober• Besluitvorming raad over

kaderstelling

November• Besluitvorming raad regeling

Beperking HH lage inkomens (nieuwe aanvragen)

• Op overeenstemming gericht Overleg scholen (Passend onderwijs)

• Besluitvorming raad regeling Beperking HH lage inkomens

December

Page 20: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

Structureel: - Elke zes weken strategische discussie college en intern projectteam- Elke zes weken raadscommissie over transities

20

Page 21: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

Bijlage 1 FACTSHEETS BERKELLAND

21

Page 22: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

22

December 2012

Factsheets transities Sociaal Domein

“Werelden verbinden”

Page 23: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

1 INLEIDING

'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de samenleving en onze kinderen groeien veilig en gezond op'

Dat is de uitdaging waar we als gemeente voor staan bij de decentralisatie van de jeugdzorg, de overgang van de begeleiding uit de AWBZ en het helpen van mensen aan werk! Een complex speelveld dat veel van onze inwoners raakt. We streven daarbij naar meer samenhang in de zorg, minder bureaucratie en minder toestroom naar gespecialiseerde zorg. We zoeken aansluiting bij de eigen sociale leefomgeving, dus dichtbij de inwoner en in de wijk waar dat kan.

In deze factsheets staat beschreven wat de uitgangspunten zijn in het nieuwe regeerakkoord. Verder geven we een samenvatting van de Achterhoekse kaderstelling voor het maatschappelijk domein, waarin de verbinding tussen de verschillende transities is gelegd. Vervolgens komen de lokale cijfers voor de gemeente Berkelland aan bod en geven we aan welke vragen centraal staan om de landelijke en regionale uitgangspunten te vertalen naar de Berkellandse situatie. Een schets van de huidige en geplande projecten en pilots geven tot slot een doorkijkje naar de praktijk.

23

Page 24: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

2 LANDELIJK

Het algemene uitgangspunt van het kabinet bij de decentralisaties in het sociale domein (Participatiewet, Algemene wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ)/Wet Maatschappelijke Ondersteuning(WMO)en Jeugdzorg) is “Eén gezin, één plan, één regisseur”. Dat vergt ook één budget en één verantwoordelijke van overheidszijde; de gemeente. Er komt een eind aan de praktijk waarbij vele hulpverleners langs elkaar heen werken bij de ondersteuning van één gezin. In het schema hieronder staan de belangrijkste wijzigingen weergegeven in de tijd:

ParticipatiewetDe gemeenten krijgen vanaf 2015 de taak voor het leveren van een maatwerkvoorziening inkomenssteun chronisch zieken en gehandicapten. Het wettelijk kader voor het uitvoeren van die taak door gemeenten kan de WMO of de bijzondere bijstand zijn, maar ook een nieuw op te stellen wettelijk kader behoort tot de mogelijkheden. De gemeenten wordt een zeer ruime beleidsvrijheid gegeven met betrekking tot de concrete invulling van deze gedecentraliseerde voorzieningen.

AWBZ/ WMOHet kabinet zet in op decentralisatie van extramurale AWBZ-zorg, dat wil zeggen de zorg die thuis wordt geleverd, naar de WMO. Gemeenten zijn dan verantwoordelijk voor de activiteiten op het gebied van ondersteuning, begeleiding en persoonlijke verzorging.

JeugdzorgDe jeugdzorg wordt in 2015 volledig gedecentraliseerd naar gemeenten. Het gaat dan om de Jeugd GGZ (AWBZ en zorgverzekering), provinciale jeugdzorg (Algemeen Meldpunt Kindermishandeling, kindertelefoon, ambulante en residentiële jeugdzorg, pleegzorg), de gesloten jeugdzorg, de jeugdreclassering en de jeugdbescherming. Het wetsvoorstel Passend Onderwijs (oktober 2012) heeft ook veel raakvlakken met de transitie Jeugdzorg en beoogt alle kinderen zo goed mogelijk onderwijs te bieden.

Schema wetswijzigingen

24

Page 25: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

3 REGIONAAL

In de Achterhoekse kaderstelling (oktober 2012) voor het maatschappelijk domein staan de volgende uitgangspunten:

Eén gemeenschappelijke visie op het maatschappelijk domein: 1 gezin, 1 plan, 1 aanpak en de vraag centraal!

De burger in zijn omgeving als vertrekpunt De belangen van mensen prevaleren boven die van systeemwerelden Versterken van de eigen kracht van mensen, het gezinssysteem en/of het sociale netwerk De toegang tot alle maatschappelijke ondersteuning is lokaal en laagdrempelig

(gecombineerd voor Jeugd, Werk, Inkomen en Zorg) Preventie en laagdrempelige vormen van ondersteuning worden versterkt Een enkelvoudige vraag krijgt een enkelvoudige aanpak, voor meervoudige vragen is

uitgebreide vraagverheldering en zorgcoördinatie noodzakelijk Inzet van generalisten om het beroep op specialisten terug te dringen Financieringssystematiek afstemmen op doelen Uitwerking binnen de gegeven financiële kaders van nieuwe maatregelen in het

maatschappelijk domein Het doel van intergemeentelijke samenwerking is een win/win situatie voor meerdere partijen. Afstemmen van contracten (inkoop gericht op resultaten in plaats van aantallen)

De Achterhoekse gemeenteraden wordt begin 2013 gevraagd om in te stemmen met deze uitgangspunten. In Berkelland staat dit geagendeerd voor de gemeenteraadsvergadering van 2 april 2013.

25

Page 26: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

4 LOKAAL

4.1 Cijfers

4.1.1 Participatiewet (voorheen Wet werken naar Vermogen)Overzicht: aantallen inwoners Wajong (cijfers UWV), Wet Sociale Werkvoorziening (WSW) (cijfers Hameland) en Wet Werk en Bijstand (WWB) (cijfers Sociale Dienst Oost Achterhoek) peilmoment juni 2012

26

Page 27: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

4.1.2 Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) Overzicht: aantallen inwoners met een indicatie voor Zorg in Natura (ZIN) en een Persoonsgebonden Budget (PGB), overzicht van Menzis, peildatum 1 oktober 2011

27

Uitleg: er zijn in totaal 320 indicaties ZIN en 633 indicaties PGB. Het aantal unieke cliënten met overlap tussen PGB en ZIN is 673.

Page 28: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

4.1.3 JeugdzorgOverzicht: aantallen jongeren die jeugdhulpverlening krijgen van Lindenhout en een overzicht van de aantallen jongeren die bureau Jeugdzorg begeleid, cijfers Jeugdzorg Gelderland en Lindenhout, peiljaar 2011

28

Uitleg: Lindenhout doet zo’n 90% van de jeugdzorgtrajecten in de Achterhoek, dus deze cijfers geven een goede indicatie van de jeugdhulpverlening

Page 29: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

4.2 De lokale opgave

Het maken van een lokale vertaalslag voor Berkelland is de volgende stap in het proces. Daarom is er op 15 januari 2013 een extra Commissie Sociaal over de transities in het sociale domein. De volgende vragen staan dan centraal:

• Op welke wijze wil de gemeente invulling geven aan de kanteling in het sociale domein? Hoe gaan we de eigen kracht, eigen verantwoordelijkheid en zelfredzaamheid versterken?

• Hoe kunnen we de overhead/ bureaucratie terugdringen en ervoor zorgen dat de ondersteuning/zorg op de juiste plek komt?

• Welke schaal kiezen we hiervoor (wijkgericht werken versus intergemeentelijke samenwerking)?

• Hoeveel willen we inzetten op preventie om te bereiken dat de groep die in de toekomst aangewezen is op dure specialistische hulpverlening kleiner wordt?

In 2013 werken we dit verder uit en volgt besluitvorming door de gemeenteraad. Ook besteden we aandacht aan het betrekken van de inwoners via bewonersavonden en keukentafelgesprekken. We zijn en blijven in gesprek met zorginstellingen en lopen mee om hun ideeën op te halen. De ideeën en plannen proberen we uit in de praktijk met verschillende pilots en projecten (zie 4.3) in onze gemeente.

We hebben een lokale projectgroep gevormd die zich de komende jaren richt op de veranderingen in het sociale domein en de implementatie daarvan in onze gemeente bestaande uit: Karen Ottens, Albert Habing, Ron Gijsbers, René Nijboer en Ellen Dijkman. De eerste letters van de voornamen vormen de projectgroepnaam KARRE (foto nog toevoegen)

Een belangrijke procesvraag aan de gemeenteraadsleden is op welke wijze zij betrokken willen worden in het verdere proces van de transities. Willen zij bijvoorbeeld een actieve rol spelen in de verschillende pilots? Hebben zij interesse in maatschappelijke stages? Willen zij uitsluitend een rol op de formele beslismomenten met een onderliggende notitie of juist al in het voortraject? Met andere woorden, wat kunnen we afspreken opdat de gemeenteraad zo goed mogelijk haar kaderstellende rol kan vervullen bij de transities in het sociale domein?

29

Page 30: ‘Meedoen naar vermogen’ - Berkelland...I Factsheets Berkelland 20 2. 1 INLEIDING 'Alle inwoners kunnen naar vermogen, en op eigen kracht waar dat kan, deelnemen aan de ... (Advies-

4.3 De praktijk – pilots, projecten en activiteiten

In Berkelland zijn we gestart met een aantal pilots in het sociale domein die vooruitlopen op de decentralisaties en passen in de nieuwe visie, waarbij de inwoner, de (zorg)vraag, de eigen kracht en het eigen netwerk meer centraal staan en/of waarbij professionele zorg ondersteund/ ontlast wordt door vrijwilligers. Hieronder een greep uit de pilots, projecten en activiteiten in onze gemeente op dit terrein:

Activiteit Uitleg Startperiode

WMO Pilot ‘voor mekaar’ Samen met Sensire, Pro Wonen en Betula, maar vooral samen met de inwoners, wordt bekeken of met een andere aanpak nog betere resultaten geboekt kunnen worden op het gebied van maatschappelijke ondersteuning

2012

Brainstormavond ‘hoe helpen we 922 inwoners aan het werk’

Brainstormavond met inwoners, werkgevers, organisaties om samen creatieve en vernieuwende oplossingen te vinden om mensen aan het werk te helpen. De pilots hieronder zijn het resultaat.

20 juni 2012

Pilots participatiewet - Marktbewerkingsteam Neede en Eibergen- WSW-ers beschut binnen in en nabij hun eigen sociale

omgeving, in een bestaande organisatie, werkzaamheden aansluitend bij hun talenten/wensen en tegen lagere kosten dan momenteel bij Hameland

- Traject ‘bezinning en ontdekking bedoeld om beter te re-integreren bij Centrum Goud in Eibergen

- Participatie door WWB-ers in projecten pilot Beltrum en Ruurlo

Eind 2012

Maatjesprojecten Maatjesprojecten is een verzamelbegrip voor projecten die vrijwilligers een-op-een koppelen aan iemand die op bepaalde punten in het leven even een coach, mentor of maatje nodig heeft. Voorbeelden zijn het maatjesproject Vriendendienst ‘Op Stap’ van GGNet, financiële thuisadministratie van Humanitas, Humanitas Tandem en Noabercontact van Betula

Al enige jaren

project Begeleide Omgangsregeling (BOR)

Humanitas heeft de methodiek Begeleide Omgangsregeling (BOR) ontwikkeld waarmee de omgang tussen ouders en kinderen kan plaatsvinden bij een echtscheiding. Met de inzet van dit project wordt de inzet van zwaardere zorg voorkomen

2013

Pilot ambulante jeugdzorg zonder indicatie

Het doel is om ambulante jeugdhulp sneller en lokaal in de buurt/wijk in te zetten om te voorkomen dat problemen verergeren en daarmee de instroom in de zwaardere en (duurdere) jeugdzorg te verminderen. Ook wordt gestreefd naar betere aansluiting en meer samenhang tussen de vrij toegankelijke en geïndiceerde zorg.

April 2013

Diepte-interviews met cliënten

Interviews in de vorm van keukentafelgesprekken met cliënten. Doel is om hun visie ook nadrukkelijk te betrekken bij de decentralisaties in het sociale domein.

April 2013

Brainstormavonden/ bewonersavonden AWBZ en Jeugdzorg

Brainstormavond met inwoner en zorgaanbieders om samen creatieve en vernieuwende ideeën uit te wisselen om het nieuwe stelsel zo goed mogelijk vorm te geven

Eerste helft 2013

Overleggen met zorgaanbieders, meeloopdagen/ stages

Gesprekken, stages, bijeenkomsten e.d. met zorgaanbieders en professionals om samen de stelselwijziging vorm te geven

2012, 2013, 2014

…..

30