727 Sterke Eerste Lijn Loopt Risico Op Versnippering

2
algemeen 30 5-2005 > zorg & financiering De eerstelijnszorg in Nederland presteert goed. Toch zijn er zorgen voor de toekomst. De vraag naar eerstelijnszorg neemt sterk toe, terwijl het aanbod van vooral huisartsenzorg en mogelijk ook de thuiszorg daarbij achterblijft. Taakdele- gatie heeft de beste papieren om capaciteitspro- blemen het hoofd te bieden. Daarnaast bestaat er een risico op versnippering van de eerste- lijnszorg. Samenwerking wordt daarom steeds belangrijker. Dit concluderen het Rijksinstituut voor Volks- gezondheid en Milieu (RIVM) en het Nederlands instituut voor onderzoek van de gezondheids- zorg (Nivel) in het rapport Op één lijn. Toekomst- verkenning eerstelijnszorg 2020, dat op 2 juni jl. aan Minister Hoogervorst is aangeboden. Nederland heeft een goed presterende eerste- lijnszorg die nationaal en internationaal wordt geprezen vanwege haar doelmatigheid. Van de zorgvragen in de bevolking wordt 98 procent volledig in de eerste lijn afgehandeld. De huis- artsen hebben als poortwachter een spilfunctie in de eerstelijnszorg, die verder bestaat uit apo- thekers, fysiotherapeuten en oefentherapeuten, algemeen maatschappelijk werkenden en eerste- lijnspsychologen, thuiszorg en spoedeisende eerste hulp (SEH). Vraag naar zorg De komende jaren zal de vraag naar zorg toene- men. De bevolking groeit, wordt ouder en chro- nische ziekten, zoals astma, diabetes en hart- en vaatziekten komen steeds meer voor. Patiënten met chronische ziekten maken relatief veel gebruik van zorg en bij de behandeling zijn vaak meerdere disciplines betrokken. De vraag naar huisartsenzorg zal tussen nu en 2020 met der- tien tot twintig procent toenemen, de vraag naar thuiszorg met 24 tot 31 procent. Het RIVM en het Nivel verwachten niet dat de vraagtoename kan worden afgeremd. Wel valt door preventie nog veel gezondheidswinst te behalen, maar omdat mensen dan langer zelfstandig blijven wonen neemt de druk op de eerste lijn eerder toe dan af. Aanbod van zorg Op dit moment is er geen tekort aan huisartsen- zorg. Het aanbod van huisartsen neemt echter onvoldoende toe (met 11,5%) om aan de toe- komstige vraag naar huisartsenzorg te voldoen. Ook het aanbod aan thuiszorg zal waarschijnlijk ontoereikend zijn. Dit betekent dat er maatrege- len nodig zijn om ook in de toekomst aan de vraag van patiënten te blijven voldoen. In het onderzoek zijn deze geïnventariseerd. De onder- zoekers verwachten het meest van taakdelegatie en praktijkondersteuning. Dit heeft in het recen- te verleden zowel geleid tot kwaliteitsverbete- ring als tot een efficiëntere praktijkvoering. Versnippering van de zorg Het RIVM en het Nivel waarschuwen voor verlies aan samenhang in de eerstelijnszorg. Door taak- delegatie en herschikking krijgen patiënten immers met meerdere zorgverleners te maken. Bovendien werken steeds meer hulpverleners in deeltijd, en zijn er nieuwe organisatievormen bijgekomen zoals huisartsenposten en diabetes- diensten. Vooral voor chronisch zieken, die in getal sterk zullen toenemen, kan deze versnip- pering problemen veroorzaken. Meer samenwerking Vanwege deze ontwikkelingen wordt samenwer- king steeds belangrijker. Succesvolle voorbeel- den hiervan zijn ketenzorg voor chronisch zieken, de samenwerking tussen huisartsen- posten en de spoedeisende eerste hulp in zie- kenhuizen, en de geïntegreerde eerstelijns- 727 sterke eerste lijn loopt risico op versnippering

Transcript of 727 Sterke Eerste Lijn Loopt Risico Op Versnippering

Page 1: 727 Sterke Eerste Lijn Loopt Risico Op Versnippering

algemeen

30 5-2005 > zorg & financiering

De eerstelijnszorg in Nederland presteert goed.Toch zijn er zorgen voor de toekomst. De vraagnaar eerstelijnszorg neemt sterk toe, terwijl hetaanbod van vooral huisartsenzorg en mogelijkook de thuiszorg daarbij achterblijft. Taakdele-gatie heeft de beste papieren om capaciteitspro-blemen het hoofd te bieden. Daarnaast bestaater een risico op versnippering van de eerste-lijnszorg. Samenwerking wordt daarom steedsbelangrijker.

Dit concluderen het Rijksinstituut voor Volks-gezondheid en Milieu (RIVM) en het Nederlandsinstituut voor onderzoek van de gezondheids-zorg (Nivel) in het rapport Op één lijn. Toekomst-verkenning eerstelijnszorg 2020, dat op 2 juni jl. aanMinister Hoogervorst is aangeboden.

Nederland heeft een goed presterende eerste-lijnszorg die nationaal en internationaal wordtgeprezen vanwege haar doelmatigheid. Van dezorgvragen in de bevolking wordt 98 procentvolledig in de eerste lijn afgehandeld. De huis-artsen hebben als poortwachter een spilfunctiein de eerstelijnszorg, die verder bestaat uit apo-thekers, fysiotherapeuten en oefentherapeuten,algemeen maatschappelijk werkenden en eerste-lijnspsychologen, thuiszorg en spoedeisendeeerste hulp (SEH).

Vraag naar zorg

De komende jaren zal de vraag naar zorg toene-men. De bevolking groeit, wordt ouder en chro-nische ziekten, zoals astma, diabetes en hart- envaatziekten komen steeds meer voor. Patiëntenmet chronische ziekten maken relatief veelgebruik van zorg en bij de behandeling zijn vaakmeerdere disciplines betrokken. De vraag naarhuisartsenzorg zal tussen nu en 2020 met der-tien tot twintig procent toenemen, de vraag naarthuiszorg met 24 tot 31 procent. Het RIVM enhet Nivel verwachten niet dat de vraagtoename

kan worden afgeremd. Wel valt door preventienog veel gezondheidswinst te behalen, maaromdat mensen dan langer zelfstandig blijvenwonen neemt de druk op de eerste lijn eerder toedan af.

Aanbod van zorg

Op dit moment is er geen tekort aan huisartsen-zorg. Het aanbod van huisartsen neemt echteronvoldoende toe (met 11,5%) om aan de toe-komstige vraag naar huisartsenzorg te voldoen.Ook het aanbod aan thuiszorg zal waarschijnlijkontoereikend zijn. Dit betekent dat er maatrege-len nodig zijn om ook in de toekomst aan devraag van patiënten te blijven voldoen. In hetonderzoek zijn deze geïnventariseerd. De onder-zoekers verwachten het meest van taakdelegatieen praktijkondersteuning. Dit heeft in het recen-te verleden zowel geleid tot kwaliteitsverbete-ring als tot een efficiëntere praktijkvoering.

Versnippering van de zorg

Het RIVM en het Nivel waarschuwen voor verliesaan samenhang in de eerstelijnszorg. Door taak-delegatie en herschikking krijgen patiëntenimmers met meerdere zorgverleners te maken.Bovendien werken steeds meer hulpverleners indeeltijd, en zijn er nieuwe organisatievormenbijgekomen zoals huisartsenposten en diabetes-diensten. Vooral voor chronisch zieken, die ingetal sterk zullen toenemen, kan deze versnip-pering problemen veroorzaken.

Meer samenwerking

Vanwege deze ontwikkelingen wordt samenwer-king steeds belangrijker. Succesvolle voorbeel-den hiervan zijn ketenzorg voor chronischzieken, de samenwerking tussen huisartsen-posten en de spoedeisende eerste hulp in zie-kenhuizen, en de geïntegreerde eerstelijns-

727 sterke eerste lijn loopt risico op versnippering

ZenF-0505-cyaan.qxd 15-6-2005 15:37 Pagina 30

Page 2: 727 Sterke Eerste Lijn Loopt Risico Op Versnippering

algemeen

31zorg & financiering > 5-2005

psychologische zorg. Volgens de onderzoekersis er geen uniform model voor de toekomstigeorganisatie van de eerste lijn. Per plaats of regiomoeten daarover afspraken worden gemaakt.Het bekostigingssysteem dient de samenwer-king te bevorderen. De verdere ontwikkeling van

elektronisch patiëntendossier is onontbeerlijkom overzicht en samenhang in de eerste lijn tebehouden. Verbreding tot een multidisciplinairdossier is daarbij gewenst.Bron: persbericht RIVM en Nivel, 2 juni2005<

Over ongeveer vijf jaar vervalt de wettelijke ver-gunningplicht om te bouwen, en daarmee ookde primaire taak van het College bouw zieken-huisvoorzieningen (Bouwcollege). Dit betekentdat er dan ook geen reden meer is het Bouw-college als zelfstandig bestuursorgaan (ZBO) tehandhaven.

De Minister wil de opgebouwde expertise overbouwen in de gezondheidszorg echter behou-den. Het Bouwcollege zal daarom op privaat-rechtelijke basis doorgaan als een expertise-instituut voor zorg en bouw. Dit schrijven debewindslieden van het Ministerie van VWS ineen brief van 27 mei aan de Tweede Kamer.

Van ZBO naar expertise-instituut

De brief handelt over de toekomst van alle zelf-standige bestuursorganen in de gezondheids-zorg. De ZBO-status van het Bouwcollege wordtafgeschaft als instellingen een volumerisicogaan lopen over hun investeringen. Naar ver-wachting zal dit in 2010 zijn. De bewindsliedenachten het van belang dat de deskundigheid diebij het Bouwcollege aanwezig is zoveel mogelijkbehouden blijft. Bij veldpartijen zal de behoefteaan deskundig advies toenemen, wanneer zorg-instellingen zelf verantwoordelijk worden voorbouw- en investeringsbeslissingen. Naast advi-sering aan veldpartijen kan het expertise-insti-tuut ook opdrachten voor de overheid uitvoeren.Het instituut zal het ook als haar taak zien omactief innovaties en ‘best practices’ te versprei-den in de zorgsector.

Na de volledige deregulering van het bouw-regime in de cure en de care blijft de overheidverantwoordelijk voor de uitvoering van tweepublieke taken op het vlak van de bouw: het toe-zicht op de kwaliteit van zorg, waarvan degebouwkwaliteit deel uitmaakt, en het onder-houden van de systematiek voor prestatiebe-kostiging. Het gaat hier om twee functies die inhet nieuwe zorgstelsel behoren tot het taken-pakket van respectievelijk de Inspectie en deNederlandse Zorgautoriteit. Het expertise-insti-tuut kan een belangrijke bijdrage leveren aaneen goede uitvoering van deze publieke takendoor de overheid.Uitgangspunt voor de financiering van het nieu-we instituut is dat deze geschiedt door de vanhet advies en/of de expertise profiterende partij.Het is niet te verwachten dat de financiering vanhet expertise-instituut voor langere tijd door deoverheid gegarandeerd wordt. Wel kan het ineen overgangsfase noodzakelijk zijn dat de over-heid bijdraagt aan het creëren van de voor-waarden die het mogelijk maken dat het insti-tuut zich een blijvende positie verwerft.

Vertrouwen

De voorgestelde omvorming naar een expertise-instituut voor zorg en bouw is in nauw overlegtussen het Ministerie en bestuur en directie vanhet Bouwcollege tot stand gekomen. Vooral hetfeit dat het instituut onafhankelijk zal zijn – dusniet uitsluitend voor één partij zal functioneren– en zich zal richten op onderwerpen die hetalgemeen belang raken, zijn voor het Bouw-

728 bouwcollege wordt kenniscentrum

ZenF-0505-cyaan.qxd 15-6-2005 15:37 Pagina 31