376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... ·...

52
Heideslag 2009 8 december 2009

Transcript of 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... ·...

Page 1: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

Heideslag 2009

8 december 2009

Page 2: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

2

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Page 3: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

3

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Inhoudsopgave

Toelichting 9

Hoofdstuk 1 Inleiding 9

1.1 Algemeen 9

1.2 Aanleiding en doel 9

1.3 Plangebied 9

1.4 Geldende bestemmingsplannen 10

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving 11

2.1 Algemeen 11

2.2 SPvE Heideslag 11

Hoofdstuk 3 Beleidskader 18

3.1 Algemeen 18

3.2 Rijksbeleid 18

3.3 Provinciaal beleid 20

3.4 Regionaal beleid 23

3.5 Gemeentelijk beleid 24

Hoofdstuk 4 Haalbaarheid 28

4.1 Algemeen 28

4.2 Bodem 28

4.3 Akoestiek 29

4.4 Lucht 30

4.5 Externe veiligheid 31

4.6 Bedrijvigheid 31

4.7 Flora en fauna 32

4.8 Bomen 34

4.9 Water 35

4.10 Cultuurhistorie 38

4.11 Verkeer en parkeren 42

Page 4: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

4

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Hoofdstuk 5 Wijze van bestemmen 44

5.1 Inleidende regels 44

5.2 Bestemmingsregels 44

5.3 Algemene regels 50

5.4 Overgangs- en slotregels 50

Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid 51

Hoofdstuk 7 Procedure 52

7.1 Algemeen 52

7.2 Inspraak 52

7.3 Overleg 52

Page 5: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

5

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Bijlagen 53

Bijlage 1 Stedenbouwkundig programma van eisen Heideslag 55

Bijlage 2 Bodemvervuiling: vooronderzoek 57

Bijlage 3 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek Koksgoedweg 12 59

Bijlage 4 Bodemvervuiling: verkennend onderzoek diverse agrarische percelen 61

Bijlage 5 Bodemvervuiling: actualiserend bodemonderzoek Doetinchemseweg nabij nrs. 5-7-9 63

Bijlage 6 Bodemvervuiling: verkennend onderzoek stortplaatsen Gelderland Veenweg 4 65

Bijlage 7 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek perceel nabij Beekseweg 67

Bijlage 8 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek woonperceel en percelen bij Beekseweg 45 69

Bijlage 9 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek perceel nabij Plantage Allee 1a 71

Bijlage 10 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek perceel nabij Koksgoedweg 10 73

Bijlage 11 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek perceel nabij Koksgoedweg 6 75

Bijlage 12 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek perceel nabij Koksgoedweg 5 77

Bijlage 13 Bodemvervuiling: verkennend bodemonderzoek perceel nabij Koksgoedweg 7 79

Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en railverkeerslawaai 81

Bijlage 15 Milieuonderzoeken planontwikkeling Wehl Zuid 83

Bijlage 16 Natuuronderzoek gemeente Doetinchem 2005 85

Bijlage 17 Natuuronderzoek gemeente Doetinchem 2008 87

Bijlage 18 Watertoets Wehl Heideslag - geohydrologisch onderzoek en bepaling berging 89

Bijlage 19 Archeologisch vooronderzoek: een archeologische verwachtingskaart (vooronderzoek) 91

Bijlage 20 Archeologisch vooronderzoek: een inventariserend veldonderzoek: verkennende fase 93

Bijlage 21 Archeologisch vooronderzoek: een inventariseren veldonderzoek: proefsleuven 95

Page 6: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

6

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Regels 97

Hoofdstuk 1 Inleidende regels 99

Artikel 1 Begrippen 99

Artikel 2 Wijze van meten 107

Hoofdstuk 2 Bestemmingsregels 109

Artikel 3 Agrarisch 109

Artikel 4 Bedrijf 112

Artikel 5 Groen 115

Artikel 6 Maatschappelijk 118

Artikel 7 Tuin 120

Artikel 8 Verkeer 122

Artikel 9 Verkeer - Railverkeer 124

Artikel 10 Water 126

Artikel 11 Wonen 127

Artikel 12 Woongebied - 1 131

Artikel 13 Woongebied - 2 135

Artikel 14 Woongebied - 3 139

Artikel 15 Wonen - Uit te werken 144

Artikel 16 Woongebied - Uit te werken 145

Artikel 17 Waarde - Archeologie 146

Artikel 18 Waterstaat - Waterlopen 148

Hoofdstuk 3 Algemene regels 149

Artikel 19 Anti-dubbeltelbepaling 149

Artikel 20 Algemene bouwregels 150

Artikel 21 Algemene gebruiksregels 152

Artikel 22 Algemene ontheffingsregels 153

Artikel 23 Algemene wijzigingsregels 154

Artikel 24 Algemene procedureregels 155

Hoofdstuk 4 Overgangs- en slotregels 156

Artikel 25 Overgangsrecht 156

Artikel 26 Slotregel 157

Page 7: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

7

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Bijlagen 159

Bijlage 1 Staat van bedrijfsactiviteiten bij de bestemming Wonen 161

Bijlage 2 Toelichting bij de Staat van bedrijfsactiviteiten 163

Page 8: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

8

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Page 9: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

9

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Toelichting

Hoofdstuk 1 Inleiding

1.1 Algemeen

Dit bestemmingsplan voor het gebied Heideslag bestaat uit bestemmingen en regels en gaat vergezeld van een toelichting. Met de bestemmingen en regels wordt tot uitdrukking gebracht welke gebruiksdoeleinden en functies aan het plangebied zijn toegekend. Met de toelichting wordt een verantwoording gegeven van de keuzes voor de bestemmingen en regels door afweging van belangen en ruimtelijke en milieutechnische aspecten. Gelijktijdig met dit bestemmingsplan is een exploitatieplan in procedure gebracht.

1.2 Aanleiding en doel

Op 19 maart 2009 heeft de gemeenteraad het stedenbouwkundig programma van eisen (SPvE, bijlage 1) Wehl Heideslag vastgesteld. Dit SPvE voorziet in de realisatie van circa 200 tot 400 woningen aan de zuidzijde van de bestaande kern Wehl. In het voorliggende bestemmingsplan wordt de ontwikkeling van de woonwijk planologisch-juridisch verankerd. Dit bestemmingsplan is in hoofdzaak een ontwikkelingsplan en schetst middels de bestemmingen en regels het ruimtelijke en functionele kader waarbinnen de gemeente Doetinchem de ontwikkeling wil laten plaatsvinden. Ook voorziet dit plan in een actuele bestemmingsplanregeling voor de bestaande woningen in het plangebied alsook de gronden die niet voor woningbouwontwikkeling in aanmerking komen.

Met dit bestemmingsplan wordt zoveel mogelijk aangesloten bij de standaardplansystematiek voor bestemmingsplannen van de gemeente Doetinchem. Daarbij zijn de bestemmingen en regels afgestemd op de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen SVBP2008, behorende bij de RO standaarden 2008. Hieraan moet worden voldaan op grond van artikel 1.2.6 van het Besluit ruimtelijke ordening (Bro). Tevens wordt met de toelichting voldaan aan de voorwaarden zoals gesteld in artikel 3.1.6 Bro.

1.3 Plangebied

Het plangebied Heideslag is gelegen aan de zuidzijde van de bestaande kern Wehl. Aan de noordzijde wordt het plangebied begrensd door de spoorlijn. De Weemstraat is de begrenzing aan de oostzijde, de Plantage Allee aan de zuidzijde en de Beekseweg aan de westzijde.

Aan de oostzijde van de Weemstraat lopen de voorbereidingen voor de ontwikkeling van het A18-bedrijvenpark.

In het plangebied zijn diverse woningen en - voormalige - agrarische bedrijven met bedrijfswoning aanwezig. Deze bestaande bebouwing is in de planvorming ingepast. Niet alle gronden in het plangebied komen in aanmerking voor woningbouwontwikkeling. De gronden die niet ontwikkeld zullen worden, zijn wel meegenomen in het bestemmingsplan en voorzien van een passende bestemming met bijbehorende regels.

Page 10: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

10

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Luchtfoto plangebied met plangrens (indicatief)

1.4 Geldende bestemmingsplannen

Voor het plangebied van Heideslag gelden op dit moment vier bestemmingplannen, welke na het onherroepelijk worden van het onderhavige bestemmingsplan, al dan niet ten dele, zullen komen te vervallen:

� Bestemmingsplan Buitengebied 2002, vastgesteld door de raad van de gemeente Wehl op 13 november 2003 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland op 24 februari 2004;

� Bestemmingsplan Buitengebied 1981, vastgesteld door de gemeenteraad van Wehl op 23 september 1982 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van Gelderland op 31 januari 1984;

� Bestemmingsplan Wehl en Nieuw Wehl 1991, vastgesteld door de raad van de gemeente Wehl op 19 maart 1992 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland op 12 juni 1992;

� Parapluherziening Voorbereidingsprocedures voor flexibiliteitsbepalingen, vastgesteld door de raad van de gemeente Doetinchem op 9 november 2006 en goedgekeurd door Gedeputeerde Staten van de provincie Gelderland op 16 februari 2007;

� Parapluherziening buitengebied 'reconstructie, vrijgekomen agrarische bedrijfsgebouwen, nieuwe landgoederen, landelijk wonen, e.a.', vastgesteld door de raad van de gemeente Doetinchem op 11 juni 2009;

� Parapluherziening planologisch beleid 2009, vastgesteld door de raad van de gemeente Doetinchem op 11 juni 2009.

Page 11: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

11

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Hoofdstuk 2 Planbeschrijving

2.1 Algemeen

Met de vaststelling van het Structuurplan Land van Wehl is de ontwikkeling van Heideslag voor woningbouw in gang gezet. Het grootste deel van het plangebied wordt betrokken bij deze woningbouwontwikkeling. De ontwerpopgaven voor het gebied zijn de volgende:

� De realisatie van een woongebied met een landelijk dorps karakter met een omvang van minimaal 200 en maximaal 400 woningen.

� De opbouw van het bestaande landschap staat centraal: de richting van de bestaande (agrarische) verkaveling, de te handhaven bestaande erven met woonhuizen en het patroon van bestaande landweggetjes en kerkenpaden binnen het gebied worden gebruikt als onderlegger voor de inrichting.

� De kwaliteit van de randen moet behouden blijven.

Bij het Structuurplan Land van Wehl is ook een plan-MER vastgesteld. De woonwijk op zich was niet plan-MER-plichtig, omdat volgens het (huidige) Besluit m.e.r. de drempelwaarde voor woningen (2000 woningen) niet wordt benaderd. Op basis van de gevoerde plan-MER is vastgesteld dat de woonwijk Heideslag geen belangrijke milieugevolgen heeft en dat een plan- of project-MER voor het bestemmingsplan niet nodig is. Dit vooruitlopend op de wijziging van het Besluit m.e.r. als gevolg van het arrest van het Europese hof van Justitie d.d. 15 oktober 2009.

2.2 SPvE Heideslag

Op 19 maart 2009 is door de raad het SPvE Heideslag vastgesteld. Dit SPvE is het vervolg op het Structuurplan Land van Wehl voor het deel aangaande de woningbouwontwikkeling. De visie en het ontwerp van het SPvE op hoofdlijnen wordt in deze paragraaf kort toegelicht. Voor een complete verantwoording van de visie en het ontwerp is het SPvE bijgevoegd, bijlage 1.

2.2.1 Planvisie

Binnen het plangebied is een drietal gebieden te herkennen en van elkaar te onderscheiden:

1. het gebied ten noorden van de Doetinchemseweg; 2. het gebied ten zuiden van de Doetinchemseweg; 3. het gebied tussen de Koksgoedweg en de Beekseweg.

Page 12: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

12

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Gebiedsaanduiding als onderscheiden in het SPvE

De drie gebieden kennen een duidelijk eigen verschijningsvorm, waarop bij de verdere invulling zal worden aangesloten.

1. Het gebied ten noorden van de Doetinchemseweg

Dit betreft een gebied van bijna 5 hectare, waarvan circa 2,5 hectare in eigendom van de gemeente is. Een bestaand perceel midden in het gebied splitst het gebied als het ware in tweeën. De bestaande bebouwing alsmede de huidige percelen worden gehandhaafd. De oude kronkelweg door het gebied zal niet alleen als ontsluitingsweg gebruikt gaan worden maar tevens een doorgaande langzaamverkeerverbinding vormen van de rotonde in de Weemstraat naar de spoorwegovergang richting het dorp.

2. Het gebied ten zuiden van de Doetinchemseweg

Dit betreft een gebied van bijna 7 hectare. In het Structuurplan wordt al aangeven dat het de bedoeling is dat dit gebied zoveel mogelijk verschoond blijft van bebouwing in verband met het gewenste zicht op het dorp Wehl. De bestaande bebouwing alsmede de huidige percelen worden gehandhaafd. Langs de Koksgoedweg wordt incidentele bebouwing tussen de bestaande woningen mogelijk gemaakt.

3. Het gebied tussen de Koksgoedweg en de Beekseweg

Dit betreft een gebied van circa 40 hectare. Hier zal het nieuwe Heideslag een gezicht dienen te krijgen. Met name bij de invulling van dit gebied zal zoveel mogelijk gebruik gemaakt van en ingespeeld moeten worden op de aanwezige kwaliteiten van en in het gebied.

De bestaande wegen en kerkenpaden in het gebied kunnen primair in gebruik blijven voor de ontsluiting van de bestaande woningen, en voor de zeer incidentele nieuwe woningen langs deze bestaande weggetjes. Daarnaast kunnen deze bestaande wegen wel een belangrijke rol spelen in de ontsluitingsstructuur voor het langzame verkeer.

Het gebied wordt primair ontsloten richting de beide overwegen en niet richting de Plantage Allee. De primaire toegang via de Doetinchemseweg verloopt middels de aanwezige rotonde met de Weemstraat. Bij de ontsluiting binnen het gebied zal in ieder geval voorkomen dienen te worden dat er doorgaand, en dus niet wijkgebonden verkeer door de nieuwe woonwijk zijn weg gaat zoeken.

De bestaande woningbouw in het gebied wordt ingepast. Hierbij wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met de huidige huispercelen en de situering van de bestaande woning. Daarnaast wordt reeds nu gekeken naar eventuele bouwmogelijkheden op eigen terrein van bestaande en te handhaven woningen in het gebied.

De opzet is om de dichtheid van de woningbouw in het zuidelijk deel relatief laag te houden richting de Plantage Allee. In het noordelijke deel is de dichtheid iets minder laag. Uitgangspunt is dan ook dat de gesloten (projectmatige) bebouwing meer in dit noordelijk deel wordt gerealiseerd. Wel zal er gestreefd worden naar een continue mix van de verschillende woningtypologieën, teneinde het beoogde levendige en dorpse karakter zoveel mogelijk vorm en inhoud te geven.

Gestreefd wordt naar een bebouwingsaccent (qua dichtheid/verschijningsvorm) bij het huidige station met een mogelijkheid om direct vanuit het nieuwe woongebied te voet het perron te bereiken. Daartoe zal een voorziening voor het stallen van fietsen en een vorm van kiss-and-ride aan de zuidzijde tot de mogelijkheden behoren en zal in ieder geval nader bekeken worden. De stationsomgeving met alle voorzieningen (grote stalling, parkeerplaatsen en busvoorziening) blijft aan de noordzijde van het spoor.

Page 13: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

13

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

In het gebied bevindt zich een locatie voor kinderdagopvang tussen Kieflandseweg en Plantage Allee. Deze functie past prima in de nieuwe woonwijk en zal dan ook worden ingepast, gebaseerd op de plannen die het bedrijf heeft. Het is niet de bedoeling dat het een grootschalige opvanglocatie wordt. De bereikbaarheid per auto ('van buiten') en per fiets ('van binnen uit') dient goed geregeld te zijn. Verder wordt er in het gebied geen ruimte gereserveerd voor andere voorzieningen, maar is de nieuwe wijk aangewezen op de voorzieningen in het dorp. Via de interne routes naar de spoorwegovergangen Beekseweg en Doetinchemseweg zijn alle dagelijkse voorzieningen binnen handbereik.

Een belangrijk en steeds weer terugkerend item vanuit de huidige bewoners is de vraag of het toegestaan wordt om in de nieuwe woonwijk Heideslag hobbymatig dieren te mogen houden. In het algemeen geldt dat het in de buurt mogelijk zal zijn om op hobbymatige manier dieren te houden. In het SPvE is in bijlage A weergegeven welke grenzen in algemene zin gehanteerd zullen worden. Hiervoor zijn geen vaste, eenduidige afspraken te maken, maar daarvoor moet maatwerk bepaald worden per geval. Vooralsnog wordt ervan uit gegaan dat de dierenverblijven binnen de bestaand aanwezige (bij)gebouwen bij de (bestaande) woningen in het gebied.

2.2.2 Ontwerp

Algemeen

In het SPvE zijn, in onderlinge samenhang, de beleidsrelevante ambities, de sectorale uitgangspunten en de kwaliteiten en kansen in het gebied zelf vertaald in een schets met een mogelijke verkaveling voor het gehele toekomstige woongebied. Een deel van deze mogelijke verkaveling is in het nu voorliggende bestemmingsplan nader uitgewerkt en vertaald in gedetailleerde bestemmingen met een direct bouwrecht. Voor het resterende deel geldt een globale uit te werken bestemming.

Proefverkaveling zoals opgenomen in het SPvE voor gebied 3

Page 14: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

14

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

De schets met de mogelijke verkaveling voor het nieuwe woongebied als geheel is in het SPvE nader toegelicht. Centraal in de totstandkoming van de nieuwe inrichting staat de opbouw van het bestaande landschap. Dat wil zeggen dat de bestaande erven met woonhuizen en het patroon van bestaande landweggetjes zo goed mogelijk zijn ingepast en tezamen met het bestaande verkavelingsbeeld richting geven aan de nieuwe verkaveling, waarbij het accent ligt op de realisatie van een woonbuurt met een landelijk dorps karakter.

De beoogde verschijningsvorm is voor alle nieuw te ontwikkelen delen van het plangebied vrijwel hetzelfde. Wel is er een grove driedeling gemaakt met een nuance naar dichtheid: vanuit een min of meer neutraal landelijk dorps verkavelings- en bebouwingsbeeld in het midden van het plangebied ligt in noordelijke richting een deel met een wat geconcentreerder beeld en in zuidelijke richting een wat opener beeld.

Het SPvE is, zoals hiervoor al opgemerkt, als bijlage 1 bij deze toelichting gevoegd. Kortheidshalve wordt dan ook voor een meer uitgebreidere toelichting op de proefverkaveling voor de gehele nieuwe woonbuurt hiernaar verwezen. In het SPvE zijn ook aanknopingspunten benoemd voor het bouwen in de voor het plangebied beoogde landelijk dorpse sfeer.

Eerste fase in gebied 3

De eerste nader uitgewerkte fase is in lijn met de van het SPvE deel uitmakende proefverkaveling verder uitgewerkt in een Stedenbouwkundig Plan (SP). Aan de daarbij in het SPvE opgenomen toelichting kan, wat betreft deze eerste nader uitgewerkte fase, nog wel het volgende worden toegevoegd.

Kieflandseweg

Het betreft een gebied in de zuidoosthoek van het plangebied dat in grote lijnen wordt begrensd aan de oostzijde door de Koksgoedweg en daarlangs gelegen bestaande erven, aan de zuidzijde door de Plantage Allee en door een groene ruimte rondom een kerkenpad dat ongeveer centraal in noord/zuid-richting door het plangebied loopt. Deze fase wordt als het ware in tweeën gedeeld door de Kieflandseweg, een bestaand, overwegend onverhard landweggetje, die in de nieuwe situatie vooral een functie krijgt voor langzaam verkeer. In die tweedeling vormt het weggetje ook de grens tussen een hoger gelegen noordwestelijk deel en een wat lager gelegen zuidoostelijk deel. Het betreft weliswaar een relatief beperkt hoogteverschil doch is niettemin goed waarneembaar. In die zin is de Kieflandseweg dan ook,

Page 15: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

15

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

met het hoogteverschil, in een zodanige ruimtelijke setting in het plan ingepast dat het geheel als een relict uit het bestaande landschap herkenbaar blijft in de nieuwe woonwijk.

Hoogteverschil in het terrein bij de Kieflandseweg

De nieuwe woonstraten binnen de uitwerking vormen blokken. Daarbinnen wordt uitgegaan van een verkaveling voor voornamelijk vrijstaande en twee-onder-één-kap woningen. Incidenteel komt er gesloten bebouwing (rijenbouw) voor. Het is de bedoeling dat een belangrijk deel van de woningbouw in particulier opdrachtgeverschap wordt ontwikkeld. In het zuidwesten zijn twee grote kavels gereserveerd voor collectief particulier opdrachtgeverschap. Indien deze manier van bouwen niet realiseerbaar blijkt, is het mogelijk dat op deze kavels enkele vrijstaande woningen gerealiseerd worden.

Het kerkenpad in het centrale deel van het plangebied.

Page 16: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

16

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Voor alle verkeerssoorten zijn er in eerste instantie twee aansluitpunten op de Koksgoedweg. Daarnaast is er in de richting van de Plantage Allee een verbinding voor langzaam verkeer in het plan opgenomen. Ook zal de Kieflandseweg een ontsluiting vormen voor hoofdzakelijk langzaam verkeer en daarnaast voor enkele hieraan gesitueerde, vooral bestaande, woningen. In een later stadium, bij de realisatie van een volgende fase van het plangebied, komt er nog een ontsluiting voor alle verkeersoorten in noordelijke richting (parallel aan de centrale groene zone) die aansluit op de Veenweg.

Zoals in het SPvE al aangegeven, en aansluitend bij de daarin gestelde norm, vindt parkeren voornamelijk plaats op eigen terrein. Op enkele locaties in het openbaar gebied is ruimte voor parkeerplekken die vooral bedoeld zijn voor woningbouw waar niet op eigen erf kan worden geparkeerd en voor bezoekers.

Het groen is voornamelijk geconcentreerd in de centrale zone lang de westzijde van de eerste uitgewerkte fase. Deze zone biedt ruimte voor onder meer speelplekken en voor een retentieveld. Dit laatste vormt een onderdeel in de waterhuishouding van het gebied, waarbij regenwater infiltreert in de bodem (op eigen terrein of in de bermen van de wegen) en verzameld wordt in een laag deel van het plangebied: een retentieveld (in de natte perioden).

Ook de in het SPvE aangegeven mogelijke locaties voor realisatie van een woning bij een bestaand huisperceel, zijn in het bestemmingsplan verder uitgewerkt. Deze mogelijkheden liggen met name in de buitenrand van het nieuwe woongebied. Bij de inpassing van deze bouwmogelijkheden (situering, hoofdvorm, volume, e.d.) staat de aansluiting en afstemming op het algemene stedenbouwkundige/landschappelijke en architectonische karakter van het directe bestaande omgeving, respectievelijk huispercelen, centraal.

In de zuidwesthoek van dit deelgebied is een groot perceel gereserveerd voor collectief particulier opdrachtgeverschap (CPO). De nadere invulling van bebouwing op dit perceel moet nog vorm krijgen, en vindt plaats in overleg met de potentiële kopers. Mogelijk dat er toch geen CPO ontwikkeld wordt en dat de grond op een andere manier ingevuld wordt met woningbouw.

Gebied ten noorden van de Doetinchemseweg

Een oud kronkelweggetje, het voormalige tracé van de Doetinchemseweg, en een daaraan gelegen bestaand te handhaven perceel met daarop van oorsprong agrarische bebouwing, verdeelt het onderhavige plandeel als het ware in twee ontwikkellocaties (een oostelijke en een westelijke).

De huidige Doetinchemseweg wordt ter plaatse van het onderhavige project gedeeltelijk begeleid met enkele bestaande te handhaven huispercelen met vrijstaande woningen. Een deel hiervan heeft een uitstraling van burgerwoonhuis (onder meer in het oostelijk deel). Bij een ander deel (bijvoorbeeld richting spoorwegovergang) is een agrarische verwantschap te herkennen.

Page 17: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

17

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Proefverkaveling zoals opgenomen in het SPvE

In dit gebied worden de volgende ontwikkelingen voorzien:

� circa 55 woningen; � benodigde infrastructuur.

De ontwikkeling van dit deelgebied is mogelijk gemaakt met een vrijstelling op grond van artikel 19 lid 2 Wet op de Ruimtelijke Ordening, zoals deze tot 1 juli 2008 gold. Deze vrijstelling is verleend op 10 augustus 2009. Het voorliggende bestemmingsplan legt de planontwikkeling verder planologisch vast. Het is mogelijk dat op basis van het voorliggende bestemmingsplan tot een andere invulling wordt gekomen dan eerder vastgelegd met de vrijstelling ex artikel 19 lid 2 WRO. De planologische regeling in dit bestemmingsplan biedt deze ruimte.

Spoorlijn Arnhem - Winterswijk

In het kader van de performance-verbetering op de lijn Arnhem- Winterswijk, heeft ProRail nadere studie gedaan naar verbetermogelijkheden tussen station Wehl en station Doetinchem. In eerste instantie werd geopteerd voor een passeerspoor bij station Doetinchem De Huet. Uit de nadere studie is naar voren gekomen dat een verlenging van het dubbelspoor bij station Wehl met één kilometer richting Doetinchem veel meer tijdswinst kan opleveren. Deze verdubbeling zal dan het plangebied van dit bestemmingsplan ingaan. Omdat op dit moment de uitwerking nog niet zover is dat dit planologisch verwerkt kan worden, is in het plan verder nog geen rekening gehouden met deze verdubbeling. Indien nodig zal dit met een eigen planologische procedure vastgelegd worden.

Page 18: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

18

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Hoofdstuk 3 Beleidskader

3.1 Algemeen

Dit hoofdstuk beschrijft het rijks-, provinciaal- en gemeentelijk beleid. Naast de belangrijkste algemene uitgangspunten worden de specifiek voor dit plangebied geldende uitgangspunten weergegeven. Het beleid is in dit hoofdstuk verwoord en afgewogen en indien noodzakelijk op de plankaart en in de regels vertaald.

3.2 Rijksbeleid

3.2.1 Nota Ruimte

De Nota Ruimte, d.d. 27 februari 2006, bevat de visie van het kabinet op de ruimtelijke ontwikkeling van Nederland en de belangrijkste bijbehorende doelstellingen tot 2020, met een doorkijk tot 2030. De nota bevat de ruimtelijke bijdrage aan een sterke economie een veilige en leefbare samenleving en een aantrekkelijk land. Het kabinet kiest daarbij voor het motto 'decentraal wat kan en centraal wat moet'.

Hoofddoel van het nationaal ruimtelijk beleid is om op een duurzame en efficiënte wijze ruimte te scheppen voor de verschillende ruimtevragende functies, de leefbaarheid van Nederland te waarborgen en te vergroten en de ruimtelijke kwaliteit van stad en platteland te verbeteren. Daarbij wordt speciaal aandacht geschonken aan het scheppen van de juiste condities voor het toepassen van ontwikkelingsplanologie. Meer specifiek richt het kabinet zich hierbij op vier algemene doelen:

� versterking van de internationale concurrentiepositie van Nederland; � bevordering van krachtige steden en een vitaal platteland; � borging en ontwikkeling van belangrijke (inter)nationale ruimtelijke waarden; � borging van de veiligheid.

De nota bevat generieke regels ter waarborging van de algemene basis van ruimtelijke kwaliteit in brede zin, de ondergrens voor alle ruimtelijke plannen. In de Nota Ruimte geeft het rijk voor de nationale ruimtelijke hoofdstructuur, de gebieden en netwerken die het kabinet van belang acht, middels lagenbenadering de basiskwaliteit aan.

Voor de gemeente Doetinchem is de Ecologische Hoofdstructuur (EHS) van belang. Op de planologische kernbeslissing kaart 'Ecologische Hoofdstructuur” is een globale begrenzing weergegeven van de EHS. Deze globale begrenzing is in het Streekplan van de provincie Gelderland nader uitgewerkt. Het rijk is samen met de provincies verantwoordelijk voor de realisatie van de EHS. Bescherming, instandhouding en ontwikkeling is de verantwoordelijkheid van provincie en gemeenten.

Page 19: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

19

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Pkb-kaart 5: Ecologische hoofdstructuur

Naast de EHS is voor de gemeente Doetinchem de recreatietoervaart van belang. Op de planologische kernbeslissing kaart 'Overige thema's” staat bij recreatietoervaart Nederland de Oude IJssel aangewezen als ontsluitingswater voor motorboten. Provincies en gemeenten beschermen en versterken de routenetwerken voor wandelen, fietsen en recreatietoervaart. Het basisrecreatietourvaarnet dient door de gemeente opgenomen te worden in het bestemmingsplan.

PKB-kaart 8: Overige thema's

Voor het plangebied Heideslag, staan in de Nota Ruimte geen specifieke ontwikkelingen beschreven. De gronden liggen niet in de EHS. Aan de zuidzijde van de Plantage Allee liggen wel gronden die tot de EHS (Natuur) behoren. Bij de planontwikkeling is hiermee rekening gehouden. De Oude IJssel ligt niet in de nabijheid van het plangebied en heeft dus geen invloed op het plan.

De ontwikkeling sluit aan op de doelstellingen zoals aangegeven in de Nota Ruimte.

Page 20: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

20

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

3.2.2 Wet op de archeologische monumentenzorg

Sinds september 2007 hebben we te maken met de Wet op de archeologische monumentenzorg. Het belangrijkste doel van de wet is het behoud van het archeologisch erfgoed in situ (ter plekke). Het is verplicht om in het proces van ruimtelijke ordening tijdig rekening te houden met de mogelijke aanwezigheid van archeologische waarden. Vroegtijdig onderzoek maakt ruimte voor de overweging van archeologievriendelijke alternatieven. Wie ondanks de aanwezigheid van archeologische waarden toch de grond in wil, moet archeologisch (voor)onderzoek doen en opgravingen betalen.

In de meeste gevallen is de gemeente bevoegd gezag en daarmee verantwoordelijk voor toetsing van de onderzoeksrapporten, het nemen van selectiebesluiten en goedkeuring van de Programma's van Eisen en dergelijke. In het geval van provinciale en rijksmonumenten zijn dat de hogere overheden.

Eén van de gevolgen van de nieuwe wetgeving is de noodzaak voor gemeenten om de archeologische waarden in kaart te brengen en op grond hiervan beleid te maken. Paragraaf 4.10 gaat verder in op de cultuurhistorie inclusief de archeologie in het plangebied.

3.2.3 Monumentenwet en Nota Belvedère

Op dit moment is de Monumentenwet het nationale kader als het gaat om de bescherming van cultuurhistorische waarden. Daarnaast zijn de Nationale Landschappen en het nationaal beschermd landschapsgezicht bedoeld om waardevolle landschappen te beschermen. De afgelopen tien jaar is de Nota Belvedere het belangrijkste beleidsinstrument geweest om richting te geven aan zowel het behoud als de ontwikkeling van cultuurhistorie in relatie tot planvorming. In 2009 zal minister Plasterk voorstellen doen voor de modernisering van de Monumentenwet. Hij wil de rol van cultuurhistorie vergroten door net als bij de archeologie onderzoek naar cultuurhistorische waarden verplicht te stellen in de beginfase van de planvorming. Ook wil hij het Belvedèrebeleid in de wet verankeren. Paragraaf 4.10 gaat verder in op de cultuurhistorische waarde van het plangebied.

3.3 Provinciaal beleid

3.3.1 Streekplanuitwerking zoekzones stedelijke functies en landschappelijke versterking

In de streekplanuitwerking zoekzones stedelijke functies en landschappelijke versterking, d.d. 12 december 2006, wil de provincie voorzien in voldoende ruimtelijke reservering voor de behoefte aan stedelijke functies en een kwaliteitsslag bevorderen in het landelijk gebied. Dit is een uitwerking van het Streekplan 2005 en hieraan moeten plannen die hierin staan dan ook getoetst worden. Met de streekplanuitwerking wil de provincie de procedures voor gemeentelijke plannen binnen deze zoekzones vereenvoudigen.

De zoekzones wonen, werken en kleine kernen zijn voor Doetinchem op onderstaande kaart weergegeven.

Page 21: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

21

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Uitsnede streekplankaart: rood: zoekzones wonen; paars: zoekzones werken; zwart: zoekzones kleine kernen

Het plangebied Heideslag is een van de woningbouwlocaties die in deze streekplanuitwerking zijn opgenomen en waarbij de voorgestane woningbouwontwikkeling dus akkoord is bevonden. De ontwikkeling sluit aan op de doelstellingen zoals aangegeven in deze streekplanuitwerking en het streekplan. In de uitwerking is aangegeven dat bij uitwerking op bestemmingsplanniveau aandacht besteed zal moeten worden aan:

� cultuurhistorie en archeologie; � de milieu-aspecten bodem, luchtkwaliteit, geur en geluid; � natuur en landschap, indien gelegen in waardevol landschap en/of hydrologisch

beïnvloedingsgebied; � wateraspecten.

Voor het onderhavige plangebied is ook nog aangegeven dat gekeken moet worden naar de exacte begrenzing van de EHS en wat de kernkwaliteiten van de EHS voor deze locatie zijn. De locatie We3 in de streekplanuitwerking gaat meer naar het westen dan dat de daadwerkelijke woningbouwlocatie bij verdere uitwerking ligt. In de We3-aanduiding ten westen van de Beekseweg is sprake van EHS natuur en EHS verweving. Deze gebieden liggen echter niet in de woningbouwlocatie zoals deze nu daadwerkelijk begrensd is. In paragraaf 4.7 wordt ingegaan op de Flora en fauna. De EHS ligt, zoals gezegd, buiten het plangebied en wordt dan ook niet verder belicht.

Het voorliggende bestemmingsplan gaat nader in op dit aspect, waardoor dus voldaan wordt aan de streekplanuitwerking.

In de streekplanuitwerking is ook nog aandacht gevraagd voor LPG in de nabijheid van Wehl. Deze opmerking heeft echter geen betrekking op Heideslag maar op een van de andere locaties in streekplanuitwerking.

3.3.2 Archeologisch Beleidskader

Het archeologisch Beleidskader van de provincie Gelderland (vastgesteld door PS op 10 maart 2009), beschrijft het provinciale beleid voor waardevolle archeologische gebieden die bepalend zijn voor de cultuurhistorische identiteit van de provincie.

Page 22: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

22

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Door een toenemende ruimtelijke dynamiek staat er druk op het gebruik van de ruimte, hierdoor loopt het bodemarchief gevaar. Toch liggen er nog volop kansen om de rijkdom aan cultuurhistorie en bodemschatten een prominente rol te laten spelen bij ruimtelijke ontwikkelingen. Door de Wet op de archeologische monumentenzorg en de Wet ruimtelijke ordening worden daarvoor volop kansen geboden. De provincie wil deze kansen benutten door:

� gebieden aan te wijzen die van bijzonder belang zijn voor de cultuurhistorische identiteit van de provincie;

� gemeenten en waterschappen te ondersteunen bij de vertaling van archeologische belangen in hun ruimtelijke plannen en projecten;

� voor waardevolle gebieden richtlijnen te geven voor verantwoord archeologisch onderzoek.

Het archeologisch beleidskader deelt Gelderland op in drie soorten archeologische gebieden:

� de Gelderse parels (roze/rood); � de ruwe diamanten (lichtgroen/groen); � de rest van Gelderland.

Voor de Gelderse parels stuurt de provincie via onderhandeling en indien mogelijk via samenwerking actief op bescherming, behoud door ontwikkeling en verantwoord onderzoek. Voor de ruwe diamanten laat de provincie de verantwoordelijkheid voor onderzoek in principe aan de gemeente over. Gelderland pleegt wel inzet op de onderdelen bescherming en behoud door ontwikkeling. De provincie neemt daarbij een stimulerende, faciliterende en adviserende rol in. In de overige gebieden ligt de verantwoordelijkheid voor de archeologie volledig bij de gemeente.

De gemeente Doetinchem heeft zowel Gelderse parels als Ruwe diamanten en ook gebieden die niet in een van deze categorieën vallen.

Uitsnede plankaart Archeologisch beleidskader

Het plangebied ligt in het gebied Liemers 12 en is gelegen in een Gelderse parel. Bij de planontwikkeling is hier rekening mee gehouden. Zie ook hoofdstuk 4 van deze toelichting, die onder meer nader ingaat op de cultuurhistorie.

Page 23: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

23

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

3.3.3 Overige cultuurhistorische waarden

De provincie Gelderland heeft haar cultuurhistorisch beleid vormgegeven in de nota Belvoir en bijbehorende uitvoeringsplannen. Het beleid richt zich op het behoud en beheer van cultuurhistorische waarden, alsmede het benutten van cultuurhistorie als inspiratiebron. Belvoir hanteert het instrument aandachtsgebieden op basis van karakteristieke en specifieke kwaliteiten. Het plangebied Heideslag valt binnen het cultuurhistorisch aandachtsgebied de Liemers. Voor dit gebied worden de 'Eeuwenoude leegte', het 'Leven met de rivier' en de 'Strategische ligging' benoemd als karakteristieken. Reliëfverschillen worden gewaardeerd (hoog en droog wonen), evenals oudere landerijen en afwateringsstromen.

3.3.4 Derde Waterhuishoudingsplan Gelderland 2005-2009

In het Derde Waterhuishoudingsplan Gelderland 2005 – 2009 wordt met betrekking tot stedelijk gebied aangegeven, dat inrichting en beheer van het waterhuishoudkundig systeem gericht zijn op:

� het voorkomen en beperken van wateroverlast; � de ontwikkeling en behoud van de natuur in het stedelijk gebied; � het voorkomen van zettingen; � het herbenutten van ontwateringswater voor drink- en industriewatervoorziening of voor

herstel van verdroogde natuur; � het weren van (diepe) drainage en het voorkomen van instroming van oppervlaktewater

op de riolering; � het beperken van de vuilbelasting door riooloverstorten; � het beperken van de invloed van bronbemaling.

De waterketen in stedelijk gebied is zodanig ingericht dat deze geen negatieve invloed heeft op het grond- en oppervlaktewater. Stedelijke ontwikkelingen en stedelijke herinrichting en herstructurering dient 'waterneutraal' te zijn en wordt benut om het watersysteem waar nodig op orde te brengen en te verduurzamen. In het (ontwerp) Waterplan Gelderland 2010 – 2015 worden bovenstaande principes voortgezet met een aanvulling voor wat betreft:

� het beperken van de vuilbelasting door riooloverstorten en hemelwateruitlaten; � het realiseren van de basiskwaliteit voor oppervlaktewater.

3.4 Regionaal beleid

3.4.1 Regionale Structuurvisie Achterhoek

De Regionale Structuurvisie Achterhoek (april 2004) is een document dat is opgesteld door de regio Achterhoek ten behoeve van het leveren van een gebiedsgerichte bijdrage aan het Streekplan Gelderland 2005. De Achterhoek onderscheidt zich volgens de visie met haar kleinschaligheid en gebiedskwaliteiten. De regio heeft onder meer de ambitie de karakteristieken van de Achterhoek te behouden, te benutten en te versterken. De regio wil de kenmerkende landschappelijke verschillen behouden, herstellen en versterken. Aan ruimtelijke ontwikkelingen kan worden meegewerkt mits behoud van het bestaande unieke karakter als leidend principe wordt gehanteerd.

Op de staalkaart in de visie is het plangebied gelegen in het landschap dat zich kenmerkt als heideontginning. In het hele plangebied is met dit landschapsbeeld rekening gehouden.

Page 24: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

24

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

3.4.2 Beheersplan Waterschap Rijn en IJssel 2007 – 2010

In het Beheersplan Waterschap Rijn en IJssel 2007 – 2010 zijn door het Waterschap Rijn en IJssel opgestelde uitgangspunten voor water-, waterkeringen- en waterwegbeheer vastgelegd. Kernbegrippen zijn schoon, levend en functioneel water. Het waterschap streeft samen met gemeenten naar een vorm van duurzaam stedelijk waterbeheer en verbetering van de waterkwaliteit, door afkoppelen van schoon regenwater, het minimaliseren van de verontreiniging van oppervlaktewater en waterbodem en het aanleggen van natuurvriendelijke oevers. Met betrekking tot de chemische en ecologische waterkwaliteit van oppervlaktewater wordt gewerkt aan nadere invulling van doelstellingen en maatregelen op basis van de normstelling uit de Europese Kaderrichtlijn Water. In het ontwerp Waterbeheerplan 2010 – 2015 worden bovenstaande beleidsuitgangspunten voortgezet.

3.5 Gemeentelijk beleid

3.5.1 Structuurplan Land van Wehl

Op 7 juni 2007 is door de raad het Structuurplan Land van Wehl vastgesteld. Dit Structuurplan is door de gemeente opgesteld om een aantal ruimtelijke ontwikkelingen mogelijk te maken:

� een groen en waterrijk recreatief uitloopgebied ten westen van de Doetinchemse woonwijken Dichteren en de Huet (GIOS-Meerenbroek);

� een Regionaal Bedrijven Terrein, ruwweg ten oosten van de Weemstraat en ten noorden van de autosnelweg A18;

� een woonwijk ten zuiden van Wehl.

Het landschap vormt de onderlegger voor Heideslag. Dat betekent dat het Structuurplan een aantal landschappelijke karakteristieken benoemt, handhaaft en op basis daarvan nieuwe lijnen uitzet. Daarbij spelen bodem, water en cultuurhistorie een belangrijke rol, maar ook laanbeplanting, zichtlijnen en open ruimten. Dit is terug te vinden op de plankaart van het Structuurplan.

Page 25: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

25

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Uitsnede plankaart Structuurplan Land van Wehl

Met de ontwikkeling van Heideslag worden de volgende doelen nagestreefd:

� realisatie van een duurzame woonwijk van 200 - 400 woningen ten zuiden van Wehl, die zowel voorziet in de lokale kwantitatieve en kwalitatieve woningbehoefte van Wehl, alsook in specifieke regionale behoeften;

� het respecteren van en voortbouwen op het landschap, zoals dat in de loop van de tijd ontstaan is door wisselwerking tussen natuurlijke en cultuurlijke omstandigheden;

� het minimaliseren van negatieve effecten van nieuwe ontwikkelingen op water, natuur en (leef)milieu en indien mogelijk het verbeteren van de kwaliteit van de waterhuishouding, de natuur en het (leef)milieu;

� een optimale verkeersafwikkeling in en om het plangebied en een minimalisering van de verkeersgerelateerde effecten op het milieu;

� een zodanige juridische (procedurele) en financiële opzet van het plan dat de plannen tijdig, zonodig gefaseerd en binnen het beschikbare budget kunnen worden gerealiseerd.

Het Structuurplan Land van Wehl ging vergezeld van een PlanMER om de effecten van de beoogde ontwikkelingen vanuit milieu in beeld te brengen. Uit deze MER is gebleken dat voor de woningbouwontwikkeling in Heideslag geen MER nodig is. Wel zal bij de verdere uitwerking van het woongebied zoveel mogelijk getracht worden de kwaliteiten die daarvoor in aanmerking komen in het gebied te behouden. Bij de uitwerking naar een Stedenbouwkundig Programma van Eisen (SPvE) is hier aandacht voor geweest.

In het Structuurplan was aan de westzijde, langs de Beekseweg, een groengebied voorzien, om het landgoed Plakslag te verbinden met de kern Wehl. Bij de nadere uitwerking in het SPvE is deze gedachte anders ingevuld, meer in overeenstemming met en in aansluiting op het landelijk gebied ter plaatse.

3.5.2 Nota Cultuurhistorie: Doetinchem, Cultuurhistorierijk!

In de nota 'Doetinchem: Cultuurhistorierijk!' d.d. 3 november 2008, die als structuurvisie is vastgesteld, worden voorwaarden en kansen geschetst die het mogelijk maken om de Doetinchemse cultuurhistorie te behouden, te beheren en te ontwikkelen. De nota gaat in op de cultuurhistorische opgave voor de komende tien jaar.

De cultuurhistorie moet weer op een positieve manier in beeld komen. Een aantal speerpunten daarbij zijn:

� besef van en waardering voor het cultuurhistorisch erfgoed; � kennisvermeerdering over het cultuurhistorisch erfgoed; � visualisatie en exposure van het cultuurhistorisch erfgoed; � stimulering wisselwerking tussen cultuurhistorisch erfgoed, moderne stedenbouw en

landschapontwikkeling.

De gemeente Doetinchem kent verschillende historische identiteiten, zoals landschap, wonen en werken, etc., welke de komende jaren een leidraad moeten vormen voor het cultuurhistorisch beleid. Daarnaast moet het cultuurhistorisch beleid zoveel mogelijk aansluiten op bestaande wetgeving.

Binnen de gemeente Doetinchem is op dit moment nog maar weinig in beeld van het cultuurhistorisch erfgoed. Voor wat betreft het beter in beeld brengen van de cultuurhistorie is het van belang om bij ruimtelijke ontwikkelingen onderzoek uit te voeren naar de ter plaatse aanwezige cultuurhistorie.

Ten behoeve van de ontwikkeling van het plangebied Heideslag is onderzoek naar cultuurhistorie uitgevoerd. De uitkomsten van dit onderzoek zijn opgenomen in de paragraaf

Page 26: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

26

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Cultuurhistorie van deze toelichting. De voorgestane ontwikkeling sluit daarmee aan op hetgeen is opgenomen in de nota.

3.5.3 Waterplan Doetinchem

De gemeente Doetinchem heeft samen met het waterschap Rijn en IJssel het Waterplan Doetinchem opgesteld. In dit beleidsdocument is de integrale omgang met water in stedelijk en landelijk gebied aangegeven ter ondersteuning van het streven te komen tot veerkrachtige watersystemen en het scheiden van vuil- en schoonwaterstromen als principe. Sinds de gemeentelijke herindeling (2005) is dit beleid ook van toepassing op het gebied van de voormalige gemeente Wehl.

Het Waterplan Doetinchem bundelt op lokaal niveau het inzicht in de huidige situatie en geeft in de streefbeelden en ambities aan hoe duurzaamheids- en gidsprincipes van integraal waterbeheer in plannen vertaald kunnen worden. Hierin zijn belangen van ruimtelijke ordening, milieu, natuur en toerisme meegewogen.

Het waterplan is door de gemeente in samenwerking met waterschap, waterbedrijf, vertegenwoordigers van natuur en milieubelangen, inwoners en bedrijfsleven tot stand gekomen. In het waterplan zijn Rijksbeleid, provinciaal beleid en het beleid van het waterschap als fundamentele elementen opgenomen. Het Waterplan uit 2003 en het Gemeentelijk Rioleringsplan (GRP) 2005 – 2009 vormen samen de basis voor de omgang met water in het algemeen en het rioleringsstelsel in het bijzonder.

Met betrekking tot de ruimtelijke ordening en het stedelijk gebied zijn de volgende principes voor integraal waterbeheer van belang:

� het toepassen van de drietrapsstrategie: vasthouden, bergen en afvoeren; � water van schoon naar minder schoon laten stromen (geen afwenteling); � met water de identiteit van een plek zichtbaar maken; � een goede communicatie opzetten (intern en extern); � water als mede-ordenend principe toepassen bij ruimtelijke plannen; � samenwerken en afstemmen; � balans in watersysteem en waterketen.

Door het toepassen van deze principes wordt gewerkt aan de ontwikkeling van een robuust, veerkrachtig en gezond watersysteem binnen de gemeentegrenzen, gecombineerd met een aantrekkelijke woonomgeving met optimale belevings- en gebruiksmogelijkheden van het water. Er is een goede samenwerking en afstemming tussen alle bij het waterbeheer betrokken partijen, en er vindt geen bestuurlijke, financiële of ruimtelijke afwenteling plaats. Dit is het algemene streefbeeld voor 2030.

De principes van het GRP 2005 – 2009 zullen worden voortgezet in het ontwerp 'verbreed' GRP 2010 – 2015, de principes uit het Waterplan 2003 blijven de komende jaren eveneens gelden.

3.5.4 Bomenbeleid en de nieuwe Bomenverordening

Page 27: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

27

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

De bescherming, de herplant en het kappen van bomen is geregeld in de gemeentelijke bomenverordening. De beleidsregels voor toepassing van deze regelgeving zijn opgenomen in de notitie 'Beleidsregels bomenverordening gemeente Doetinchem' (2006). Deze notitie bevat het beleid ten aanzien van de beoordeling kapaanvragen en belangenafweging, bijzondere bomen en de duurzame instandhouding en bescherming van bomen. Het bomenbeleid is in essentie gericht op het behoud van (toekomstig) waardevolle bomen en boomstructuren. In de vorm van een 'Lijst met Bijzondere bomen' (deze moet nog vastgesteld worden) en een 'Boomstructuurplan' (planning opstellen 2010/2011) zal hieraan uitwerking worden gegeven. In het SPvE Heideslag is dit voor het onderhavige gebied al opgenomen en vastgesteld.

3.5.5 Verkeersbeleid

Mobiliteitsplan

Op 12 juli 2007 heeft de gemeenteraad het Mobiliteitsplan vastgesteld. Het Mobiliteitsplan geeft de hoofdlijnen van het te voeren verkeers- en vervoersbeleid van de gemeente Doetinchem weer. Het Mobiliteitsplan beschrijft de verkeers- en vervoersituatie tot 2020 en geeft aan welke maatregelen nodig zijn voor een goede bereikbaarheid, veiligheid en leefbaarheid. Voor het centrum en de industriegebieden ligt de prioriteit van het te voeren beleid bij een goede (auto)bereikbaarheid. Een vlotte doorstroming van het verkeer wordt nagestreefd alsmede het aanbieden van voldoende parkeervoorzieningen. Voor de wijken, de dorpen en het buitengebied ligt de prioriteit bij de veiligheid. Hier wordt vooral ingezet op het realiseren van grote verblijfsgebieden en een beperkt aantal verkeersgebieden.

Wijken voor verkeer

Voor eventueel nieuwe ontwikkelingen, herinrichtingen van wegen, et cetera, in woonwijken geldt het in 2005 door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Doetinchem vastgestelde document 'Wijken Voor Verkeer'. Dit document is richtinggevend voor de volgende onderdelen: wegontwerp, gedragsbeïnvloeding, handhaving, parkeren, bewegwijzering, beheer en langzaam verkeer.

Page 28: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

28

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Hoofdstuk 4 Haalbaarheid

4.1 Algemeen

Dit hoofdstuk geeft de randvoorwaarden van de aspecten waarmee rekening gehouden moet worden bij het bouwen en bij de inrichting en het beheer van het plangebied. Deze aspecten kunnen beperkingen opleggen aan het gebruik van bepaalde locaties. Elk aspect wordt in een paragraaf nader beschreven voor de locatie.

4.2 Bodem

Bij een nieuwe ontwikkeling moet bij het bestemmingsplan worden bepaald dat de bodem geschikt is voor het beoogde gebruik. In opdracht van de gemeente Doetinchem is daarom door het adviesbureau Econsultancy een historisch vooronderzoek en een verkennend bodemonderzoek uitgevoerd voor het plangebied. De onderzoeken vonden plaats met het doel om na te gaan of sprake is van een bodemverontreiniging die een belemmering vormt voor de geplande ontwikkeling.

Het rapport van het vooronderzoek (Econsultancy d.d. 9 juli 2008, nr. 08015063, bijlage 2) heeft betrekking op het gehele plangebied. In dit rapport wordt verwezen naar een eerder verkennend bodemonderzoek dat is uitgevoerd in het kader van de aankoop van de locatie Koksgoedweg 12 (Econsultancy d.d. 4 december 2006, nr. 06102571, bijlage 3). Het rapport van het verkennend bodemonderzoek (Econsultancy d.d. 22 juli 2008, nr. 08015062, bijlage 4) heeft betrekking op het onverdachte agrarische gebied binnen het plangebied. Op basis van het vooronderzoek en het verkennend bodemonderzoek wordt geconcludeerd dat van historische bodembelastende industriële bedrijvigheid binnen het plangebied, anders dan agrarisch activiteiten, geen sprake is. Er bestaan geen bijzondere verwachtingen voor het voorkomen van gevallen van ernstige bodemverontreiniging. Het agrarisch buitengebied is licht verontreinigd. Lokaal wordt een grondwaterverontreiniging met nikkel aangetroffen die wordt toegeschreven aan een verhoogd achtergrondniveau.

Er zijn voor wat betreft het aspect bodemverontreiniging geen bijzondere belemmeringen voor de beoogde ontwikkeling voor wat betreft de onderzochte locatie.

Gerichter bodemonderzoek bleek nodig naar de verdachte deellocatie aan de Doetinchemseweg nabij de huisnummers 5, 7 en 9. In opdracht van de gemeente Doetinchem is een actualiserend bodemonderzoek uitgevoerd (Econsultancy d.d. 30 september 2008, nr. 08075727, bijlage 5).

Lokaal wordt in de bodem een ernstige PAK-verontreiniging aangetroffen en wordt een verontreiniging met bodemvreemde materialen (puin, asfalt) aangetroffen. Door de gemeente Doetinchem is aan het adviesbureau opdracht verleend voor een nader bodemonderzoek, ter afperking van deze bodemverontreiniging. Uit de eerste resultaten van het nader bodemonderzoek is inmiddels bekend dat er sprake is van een - in combinatie met het bouwrijpmaken - te saneren ernstig geval van bodemverontreiniging waarvoor nog een saneringsplan moeten worden opgesteld en goedgekeurd door de provincie Gelderland. Een plaatselijk aangetroffen bariumverontreiniging in de ondergrond kan niet worden gerelateerd aan voormalige bedrijvigheid ter plaatse en wordt verondersteld van natuurlijke oorsprong te zijn. Na een functiegerichte bodemsanering, zal de bodem op deze deellocatie voldoende geschikt zijn voor de beoogde woonfunctie. Op welke wijze de sanering plaats zal vinden wordt momenteel bepaald en zal het voor planrealisatie uitgevoerd worden.

Page 29: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

29

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Bij de aankoop van bebouwde percelen binnen het plangebied vinden in aanvulling op reeds uitgevoerde onderzoeken gerichte bodemonderzoeken plaats per perceel. Ter plaatse van de voormalige vuilstortlocatie aan de Veenweg zijn geen ontwikkelingen gepland. De in eerder onderzoek (Econsultancy d.d. 4 december 2006, nr. 06102571, bijlage 6) aangetroffen met chroom verontreinigde puinhoudende grond onder de Kieflandseweg, zal tijdens het bouwrijpmaken worden verwijderd.

Voor een aantal percelen in het plangebied, waarop woningbouw in eigen beheer plaats zal vinden, is separaat onderzoek naar bodemvervuiling uitgevoerd. Deze onderzoeken zijn opgenomen in bijlagen 7, 8, 9, 10, 11, 12 en 13 (Econsultancy d.d. oktober/december 2009, nr. 09045410 A t/m G). De geconstateerde lichte bodemverontreinigingen zijn te relateren aan antropogene handelingen of verhoogde achtergrondconcentraties, maar vormen geen belemmering voor de verdere ruimtelijke ontwikkeling ten behoeve van de beoogde gevoelige gebruiksfunctie 'wonen met tuin'.

Op grond van de onderzoeksresultaten van de diverse uitgevoerde bodemonderzoeken kan geconcludeerd worden dat de bodem voldoende geschikt is voor het beoogde gebruik, dan wel dat de bodem - na uit te voeren lokale bodemsanering - voldoende geschikt wordt gemaakt voor het beoogde gebruik.

4.3 Akoestiek

4.3.1 Wegverkeerslawaai

Wegverkeer kan overlast veroorzaken bij woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen. In de Wet geluidhinder is een zone vastgelegd langs iedere weg, met uitzondering van woonerven en 30 km/uur-gebieden. Binnen deze zone van een weg is het verplicht de mate van geluidbelasting op de gevel te onderzoeken.

Voor wegverkeerslawaai geldt een voorkeursgrenswaarde van 48 dB Lden. Bij overschrijding van de voorkeursgrenswaarde is het mogelijk om via een ontheffing een hogere waarde voor geluid vast te stellen. Voor deze hogere grenswaarde geldt een maximaal toelaatbare waarde van 63 dB Lden voor binnenstedelijke situaties en 53 dB Lden voor buitenstedelijke situaties.

Ten behoeve van het plan is er een akoestisch onderzoek (Schoonderbeek en Partners Advies BV d.d. 13 november 2009, nr. 09195.R01a, bijlage 14) uitgevoerd om de geluidbelasting als gevolg van wegverkeerslawaai van de Weemstraat, de Plantage Allee en de Beekseweg vast te stellen.

Ook de Doetinchemseweg, de Raphael-/Stationsstraat, de Veenweg en de Kokgoedsweg zijn onderzocht. Dit enerzijds voor de belangenafweging in het kader van een goede ruimtelijke ordening en anderzijds omdat de geluidbelastingen meegenomen dienen te worden bij de beoordeling van de geluidwering in het kader van het Bouwbesluit.

De verkeersintensiteit op de Kieflandseweg is dermate gering, dat deze niet relevant zal zijn voor de geluidbelastingen op de woningen. Deze weg is dan ook niet verder onderzocht.

Uit het onderzoek is gebleken, dat ter plaatse van verschillende geprojecteerde woningen en andere gevoelige bestemmingen de geluidbelasting op de gevel de voorkeursgrenswaarde overschrijdt. In alle gevallen blijft de geluidbelasting onder de maximaal toelaatbare waarde.

Voor het deel van het plangebied met de bestemming Woongebied is de situering van de toekomstige woningen nog niet duidelijk. Een geluidbelasting op de gevel kan daarom nog niet worden berekend. Wel zijn de contouren van de voorkeursgrenswaarde en de maximaal toelaatbare waarden berekend, zodat bij de uitwerking van deze delen van het plangebied rekening kan worden gehouden met een akoestisch gunstige verkaveling en geluidluwe zijden.

Page 30: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

30

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Voor de nieuwe geluidgevoelige bestemmingen, waar de voorkeursgrenswaarde overschreden wordt, is een ontheffing voor een hogere waarde voor geluid noodzakelijk.

Daar waar ook sprake is van een relevante geluidbelasting als gevolg van railverkeerslawaai (gevelbelasting hoger dan 55 dB) is het van belang om de gecumuleerde geluidbelasting van deze bronnen (railverkeer en wegverkeer) mee te nemen in de afweging tot verlening van een ontheffing voor hogere waarde.

4.3.2 Railverkeerslawaai

Ook railverkeer kan overlast veroorzaken bij woningen of andere geluidsgevoelige bestemmingen. Van rechtswege (Wet geluidhinder) ligt er een zone langs iedere spoorlijn. Voor de spoorlijn binnen de gemeente Doetinchem bedraagt deze 100 meter. Binnen deze zone van een spoorlijn is het verplicht de mate van geluidbelasting op de gevel te onderzoeken.

Voor railverkeerslawaai geldt een voorkeursgrenswaarde van 55 dB Lden. Bij overschrijding van de voorkeursgrenswaarde is het mogelijk om via een ontheffing een hogere waarde voor geluid vast te stellen. Voor deze hogere grenswaarde geldt een maximum van 68 dB Lden.

Ten behoeve van het plan is het railverkeer akoestisch doorberekend (Ingenieursbureau Oranjewoud, d.d. 2 juni 2008, nr. 182221, bijlage 15, en het in 4.3.1 genoemde onderzoek van Schoonderbeek en Partners Advies BV, bijlage 14) om de geluidbelasting als gevolg van railverkeerslawaai vast te stellen.

Uit het onderzoek is gebleken, dat ter plaatse van een aantal geprojecteerde woningen en andere gevoelige bestemmingen de geluidbelasting op de gevel de voorkeursgrenswaarde overschrijdt. Wel blijft de geluidbelasting onder de maximaal toelaatbare waarde.

Het resultaat van het onderzoek is de contour van 55 dB en 68 dB Lden. Een deel van het plangebied met de bestemming Woongebied ligt tussen deze contouren. De situering van de toekomstige woningen is nog niet duidelijk, dus een geluidbelasting op de gevel is niet berekend. Wel kan er bij de uitwerking van dit deel van het plangebied rekening worden gehouden met een akoestisch gunstige verkaveling en geluidluwe zijden.

Voor de nieuwe woningen, waar de voorkeursgrenswaarde voor railverkeer overschreden wordt, is een ontheffing voor een hogere waarde voor geluid noodzakelijk.

Daar waar ook sprake is van een relevante geluidbelasting als gevolg van wegverkeerslawaai (gevelbelasting hoger dan 48 dB) is het van belang om de gecumuleerde geluidbelasting van deze bronnen (railverkeer en wegverkeer) mee te nemen in de afweging tot verlening van een ontheffing voor hogere waarde.

4.4 Lucht

In hoofdstuk 5, titel 2 van de Wet milieubeheer (ook wel de Wet luchtkwaliteit genoemd) zijn grenswaarden en plandrempels opgenomen voor verschillende stoffen, waaronder stikstofdioxide (NO2), fijn stof (PM10), benzeen (C6H6) en lood (Pb). Op grond van deze wet dient in het kader van ruimtelijke plannen die voorzien in nieuwe hindergevoelige functies onderzoek gedaan te worden naar de luchtkwaliteit. Bij de bepaling van de luchtkwaliteit in het plangebied is de luchtverontreiniging van belang die het wegverkeer op de bestaande en de toekomstige wegen in en rondom het plangebied veroorzaakt. Verder worden daarbij ook de bestaande achtergrondconcentraties van de onderzochte stoffen betrokken.

Page 31: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

31

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Het plan omvat circa 400 woningen met twee ontsluitingswegen. In het kader van de regelgeving (Besluit niet in betekenende mate bijdragen) vanwege luchtkwaliteit worden projecten tot en met een omvang van 500 woningen met één ontsluiting als niet relevant beschouwd.

Dit plan ligt onder deze grens en draagt dus niet in betekenende mate bij aan de verslechtering van de luchtkwaliteit.

4.5 Externe veiligheid

Externe veiligheid betreft de beheersing van de risico's en richt zich op het gebruik, de opslag, de productie van gevaarlijke stoffen en het transport van gevaarlijke stoffen. De gevaarlijke stoffen kennen twee verschillende bronnen, stationaire bronnen zoals een chemische fabriek of een LPG-vulpunt en mobiele bronnen zoals transport van gevaarlijke stoffen over wegen en door leidingen.

Voor inrichtingen (bedrijven) is het 'Besluit externe veiligheid inrichtingen' van belang. In dit besluit wordt externe veiligheid omschreven als 'de kans om buiten een inrichting te overlijden als rechtstreeks gevolg van een ongewoon voorval binnen de inrichting waar een gevaarlijke stof bij betrokken is'.

Voor transport is de 'Wet vervoer gevaarlijke stoffen' van belang. Daarnaast zijn er een aantal besluiten en regelingen vastgesteld waarin het beleid verder uitgewerkt is.

Bij externe veiligheid wordt een onderscheidt gemaakt tussen een plaatsgebonden risico en een groepsrisico.

Het plaatsgebonden risico is de kans dat een persoon, die zich gedurende één jaar onafgebroken onbeschermd op een bepaalde plaats bevindt, overlijdt als gevolg van een ongeval met gevaarlijke stoffen. Dit risico wordt per bedrijf vastgelegd in contouren. Er geldt een contour waarbinnen die kans 10-5 (één op 100.000) en een contour waarbinnen deze kans 10-6 (één op 1.000.000) bedraagt. Binnen deze contour mogen in ieder geval geen kwetsbare objecten (onder andere scholen, gebouwen waar zich veel mensen bevinden en gebouwen waar zich minder zelfredzame personen kunnen bevinden) aanwezig zijn of geprojecteerd worden.

Het groepsrisico is een berekening van de kans dat een groep personen binnen een bepaald gebied overlijdt tengevolge van een ongeval met gevaarlijke stoffen. De oriëntatiewaarde geeft hierbij de indicatie van een aanvaardbaar groepsrisico. Voor de contour van het groepsrisico geldt in ieder geval dat het niet wenselijk is om hier kwetsbare bestemmingen toe te staan. Het streven moet zijn om het aantal personen binnen het invloedsgebied onder de oriëntatiewaarde en waar mogelijk zo laag mogelijk te houden.

In de nabijheid van het plangebied is geen stationaire bron aanwezig. Ook bevindt zich nabij het plangebied geen route voor mobiele bronnen. Het aspect externe veiligheid vormt geen belemmering voor de ontwikkeling van het plangebied.

4.6 Bedrijvigheid

Als er door middel van een bestemmingsplan nieuwe woningen of andere milieuhindergevoelige functies mogelijk worden gemaakt, moet aangetoond worden dat deze niet worden gerealiseerd binnen de hinderzone van omliggende bedrijven.

Page 32: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

32

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Ten behoeve van het plan is er een onderzoek (Ingenieursbureau Oranjewoud d.d. 2 juni 2008, nr. 182221, bijlage 15) uitgevoerd om vast te stellen of het realiseren van woningen en andere milieuhindergevoelige functies in het plangebied mogelijk is vanuit het oogpunt van bedrijfszonering.

Een onderzocht aspect is geur vanwege veehouderijen. In de delen van het plangebied waar geurgevoelige bestemmingen zijn geprojecteerd wordt de grenswaarde voor de voorgrondbelasting (geurbelasting vanwege ieder afzonderlijke veehouderij) ingevolge de Wet geurhinder en veehouderijen niet overschreden.

Daarnaast blijkt dat vanwege de achtergrondbelasting (geurbelasting vanwege alle onderzochte bedrijven als totaal) de gebiedskwaliteit binnen het plan op basis van de totale geurbelasting als 'goed' tot 'zeer goed' wordt gekwalificeerd volgens de methodiek uit de handreiking, die hoort bij de Wet geurhinder en veehouderijen.

Er is daarom vanwege omliggende veehouderijen geen verhoogde kans op geurhinder binnen het plangebied te verwachten.

Daarnaast is gekeken naar de mogelijke hinder vanwege overige bedrijven. Uit de onderzoeksresultaten blijkt dat de afstand tussen de betreffende bedrijven en het plangebied overal groter is dan wordt aanbevolen. Bovendien zijn op kortere afstand van de betreffende bedrijven bestaande woningen gesitueerd.

Er is daarom vanwege omliggende overige bedrijven geen verhoogde kans op hinder binnen het plangebied te verwachten.

4.7 Flora en fauna

Binnen de grenzen van de gemeente Doetinchem is de Zumpe aangewezen als beschermd natuurgebied. Overige beschermde gebieden in het kader van de Natuurbeschermingswet 1998, waarin de gebiedsbescherming vanuit de Habitatrichtlijn en Vogelrichtlijn is geïmplementeerd, zijn binnen de gemeente Doetinchem niet aanwezig. De Zumpe ligt niet in de nabijheid van Heideslag. De ontwikkeling heeft geen invloed op dit natuurgebied.

De Flora- en faunawet is per 1 april 2002 van kracht. In de wet is de zorgplicht, artikel 2, opgenomen. De zorgplicht houdt in dat een ieder voldoende zorg in acht neemt voor de in het wild levende dieren en planten, alsmede voor hun directe leefomgeving.

De zorg houdt in ieder geval in dat een ieder die weet of redelijkerwijs kan vermoeden dat door zijn handelen of nalaten nadelige gevolgen voor flora of fauna kunnen worden veroorzaakt, verplicht is dergelijk handelen achterwege te laten voor zover zulks in redelijkheid kan worden gevergd, dan wel alle maatregelen te nemen die redelijkerwijs van hem kunnen worden gevergd teneinde die gevolgen te voorkomen of, voor zover die gevolgen niet kunnen worden voorkomen, deze zoveel mogelijk te beperken of ongedaan te maken.

Naast de zorgplicht voor álle dieren en planten zijn in de Wijziging Regeling vrijstelling beschermde dier- en plantensoorten Flora- en faunawet van 25 januari 2005 (Staatscourant, 2 februari 2005), drie tabellen opgenomen met een overzicht van beschermde inheemse dieren en planten. Ter voorkoming van verontrusting, verstoring, doden, vernieling van vaste rust- of verblijfplaatsen e.d. van beschermde soorten dient voorafgaand aan plan- en visievorming, uitvoering, verstrekken van vergunningen (bouw-, sloop-, aanleg-, en milieuvergunningen) en aanleg- of reconstructiewerken een inventarisatie plaats te vinden van de beschermde flora- en faunasoorten, met daaraan gekoppeld een beschrijving van de effecten en eventuele mitigerende (maatregelen om het fysische effect van barrières te verminderen) en compenserende maatregelen om de eventuele negatieve effecten te beperken of te

Page 33: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

33

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

voorkomen. Op basis van de aangetroffen soorten dient er een afweging plaats te vinden voor de instandhouding van de biodiversiteit en hun ecotoop.

Bij het verlenen van een vergunning op grond van het bestemmingsplan, dienen de verbodsbepalingen in de artikelen 8 t/m 12 van de Flora- en faunawet in acht te worden genomen. Dat houdt in dat, voorafgaand aan de verlening van een vergunning, onderzoek dient te worden uitgevoerd naar het voorkomen van dier- en plantsoorten die op grond van de Flora- en faunawet bescherming genieten. Met name binnen de stedelijke omgeving dient aandacht te worden geschonken aan de aanwezigheid van en de invloed op vleermuizen. Tevens dient te worden onderzocht in hoeverre de verstoring, vernieling of verontrusting van de beschermde soorten plaatsvindt. Indien inbreuk wordt gepleegd op de verbodsbepalingen die op grond van de bepalingen van de Flora- en faunawet zijn vastgesteld, kan een vrijstelling gelden of een verzoek tot ontheffing worden aangevraagd.

In 2005 heeft de gemeente Doetinchem voor het gehele plangebied een natuuronderzoek laten uitvoeren naar voorkomen van beschermde soorten, Rode lijstsoorten, aandachtssoorten en lokale aandachtssoorten (Stichting Staring Advies, d.d. december 2005, nr. 586, bijlage 16) is bijgevoegd. Binnen het plangebied is onderzoek gedaan naar de volgende soortgroepen:

� flora; � fauna gewervelde dieren (broedvogels, zoogdieren, reptielen, amfibieën, vissen); � fauna ongewervelde dieren (dagvlinders en libellen).

Er zijn flora soorten aangetroffen die duiden op een schrale voedselarme zandgrond zoals o.a. graskolkje, korenbloem, slofhak en gewone vogelmelk. Ook zijn er dieren waargenomen die duiden op een agrarisch cultuurlandschap zoals o.a. steenuil, kerkuil, boerenzwaluw, huiszwaluw, kievit, geelgors, groene specht, patrijs. Vanwege de bosschage 'de Plakslag' zijn ook vleermuizen geïnventariseerd waaronder o.a. de rosse vleermuis, de ruige vleermuis en de veelvuldig voorkomende soorten als dwergvleermuis en de laatvlieger. Beide laatst genoemde soorten zijn huisgebonden soorten.

Naar aanleiding van voorkomen van beschermde soorten binnen het plangebied volgens het eerder genoemde rapport heeft de gemeente Doetinchem opdracht verstrekt om een aanvullend natuuronderzoek uit te voeren. In 2008 heeft wederom een natuuronderzoek plaats gevonden naar voorkomen van soorten die bescherming genieten (Stichting Staring Advies, nr. 867, bijlage 17) bij dit bestemmingsplan gevoegd. In het onderzoek zijn de aangetroffen beschermde soorten beschreven, de verwachte effecten en gevolgen en de mitigerende en compenserende maatregelen.

Binnen het plangebied zijn hogere planten aangetroffen waaronder gewone vogelmelk en graskolkje, die vermeld staan in tabel 1 van de Flora- en faunawet. Voor deze soorten geldt automatisch een vrijstelling bij ruimtelijke ontwikkelingen. Daarnaast zijn twee Rode lijstsoorten (niet beschermd) aangetroffen. Streng beschermde plantensoorten (tabel 2 en 3) zijn niet aangetroffen.

Alle in het plangebied aangetroffen broedvogels zijn streng beschermd krachtens de Flora- en faunawet. Ontheffing voor deze diergroep is niet mogelijk. Voor vogels geldt dat deze tijdens de broedperiode het meest gevoelig zijn voor verstoring. De rest van het jaar zijn ze flexibeler. Er dient nadrukkelijk rekening gehouden te worden dat de geplande werkzaamheden buiten het broedperiode worden uitgevoerd. Globaal, voor de aangetroffen soorten, ligt dat tussen 1 maart en 31 juli.

De broedplaatsen, broedholten, schuilmogelijkheden en hun territorium is jaarrond beschermd voor de waargenomen kerkuil en de steenuil. Dit houdt in dat eerst mitigerende of compenserende maatregelen uitgevoerd dienen te worden alvorens met de werkzaamheden te

Page 34: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

34

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

kunnen aanvangen die schadelijke gevolgen kunnen hebben voor de leefomgeving van de genoemde soorten. De beide soorten dient een ontheffing aangevraagd te worden indien schadelijke handelingen worden gepleegd.

Alle in het gebied aangetroffen vleermuizen zijn streng beschermd krachtens de Flora- en faunawet, de Europese habitatrichtlijn en de 'bats Agreement annex 1'. Vooral verblijfplaatsen zijn beschermd. Waar handelingen gewenst zijn, waarbij uit eerder gedane onderzoek is komen vast te staan dat zich in de opstal verblijfplaatsen bevinden van vleermuizen, dient vooraf ontheffing aangevraagd te worden alvorens men de werkzaamheden mag uitvoeren.

Van de overige aangetroffen dieren, waaronder o.a. haas, egel, konijn, bruine kikker, gewone pad, kleine watersalamander, groene kikker complex, dagvlinders en libellen zijn in mindere mate beschermd en voor ruimtelijke veranderingen geldt een algemene vrijstelling voor handelingen die schadelijke kunnen zijn voor de genoemde soort.

4.8 Bomen

Bomen dragen in belangrijke mate bij aan de structuur, identiteit, belevingswaarde, ecologische waarde en gebruikswaarde van de (woon)omgeving en worden dan ook beschouwd als de belangrijkste groenelementen in de stedelijke omgeving. Hierbij geldt dat naar mate bomen ouder zijn de waarde voor de omgeving toeneemt. Om deze reden is het van belang in de bestaande situatie en bij nieuwe ontwikkelingen met zorg om te gaan met aspecten van beheer en inrichting van de boom en zijn groeiplaats. Bij het opstellen van het SPvE heeft de bomenwaardering plaats gevonden. Er zijn bomen aanwezig die bij de planontwikkeling behouden moeten blijven. Bij de planvorming is hier ook rekening mee gehouden.

Bestaande bomen

Binnen het plangebied bevinden zich meerdere waardevolle bomen. De volgende bomen zijn genomineerd als 'bijzonder' op de nog vast te stellen 'Lijst met Bijzondere bomen':

� Beekseweg 43: tamme kastanje (leivorm), particulier; � Kieflandseweg 1: tamme kastanje, particulier; � Plantage Allee: 2 zomereiken, particulier.

Binnen het plangebied bevinden zich twee laanbeplantingen en tien bomen die als 'waardevol' betiteld zijn en ingepast dienen te worden:

� Doetinchemseweg: laanbeplanting van linden; � Koksgoedweg: laanbeplanting; � Koksgoedweg: zomereik; � Veenweg 1/1a: paardenkastanje, particulier; � Kieflandseweg: 6 knotwilgen; � Kieflandseweg 3: zomereik, particulier; � Plantage Allee: zomereik.

Erven

Binnen het plangebied zijn vier erven beoordeeld als waardevol. Het gaat hierbij om de volgende erven:

� Beekseweg 43; � Kieflandseweg 1; � Kieflandseweg 6; � Kieflandseweg 10.

De drie erven aan de Kieflandseweg vormen gezamenlijk een 'groen eiland' binnen het projectgebied en dragen in hoge mate bij aan het karakteristieke ensemble van boerderijen, graslanden en beplantingen in het gebied rondom de Kieflandseweg.

Page 35: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

35

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Situering van de bijzondere en waardevolle bomen en waardevolle erven

Bij de stedenbouwkundige planvorming is rekening gehouden met de situering van de hiervoor genoemde bomen en erven. Juridische vastlegging van de bomen is niet nodig.

4.9 Water

4.9.1 Algemeen

Het waterbeleid van rijk en provincie is gericht op een veilig en goed bewoonbaar land met gezonde, duurzame watersystemen. Het voorkomen van afwenteling staat hierbij centraal. Hiervoor geldt de drietrapsstrategie Vasthouden - Bergen - Afvoeren als uitgangspunt. Voor de waterkwaliteit is het uitgangspunt 'stand still - step forward'. Watersysteembenadering en integraal waterbeheer dienen als handvatten voor het benutten van de natuurlijke veerkracht van een watersysteem.

In het 'Waterbeheersplan 2007-2010' heeft het waterschap Rijn en IJssel deze beleidsdoelstellingen uitgewerkt en vormgegeven voor zijn waterbeheer. Het waterschap streeft naar schoon water, levend water en functioneel water. Het watersysteem dient optimaal afgestemd te zijn op de ruimtelijke functies van een gebied. Aandachtspunten zijn het verbeteren van waterkwaliteit (terugdringen van oppervlaktewatervervuiling) en het voorkomen van wateroverlast. In zowel landelijk- als stedelijk gebied kunnen ruimtelijke ontwikkelingen een positief maar ook een negatief effect hebben op het watersysteem. In deze waterparagraaf worden de effecten van de ruimtelijke ontwikkeling per waterthema afgewogen.

4.9.2 Watersysteem plangebied

Het plangebied ligt ten zuiden van Wehl in het stroomgebied van de Wehlse Beek, dat in de Watervisie van het Waterschap Rijn en IJssel als 'basissysteem' is gekarakteriseerd. Het bruto oppervlak van het plangebied voor de Watertoets bedraagt ongeveer 34 hectare, in de huidige situatie is het een overwegend agrarisch gebied met (woon)bebouwing.

Page 36: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

36

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Plangebied voor de watertoets

Door het plangebied loopt een oost-west gelegen rug met een hoogte van 14,0 – 15,0 m + NAP, welke aansluit aan bij de relatief hoge ligging van de kern Wehl. Het maaiveld loopt naar het noorden en het zuiden toe af tot ongeveer 13,0 m + NAP. Het plangebied wordt aan de zuidzijde begrensd door een watergang, die in beheer en onderhoud is bij het Waterschap Rijn en IJssel. De grondwaterstanden variëren sterk: in het centrale hooggelegen deel van het plangebied ligt de gemiddelde hoogste grondwaterstand (GHG) dieper dan 1,5 meter beneden maaiveld, aan de zuid- en noordzijde ligt de GHG tussen 0,5 en 1,1 meter beneden maaiveld. In de zuidoosthoek komt grondwater periodiek aan het maaiveld.

In stedelijk gebied is de waterhuishouding in eerste instantie gericht op het voorkomen van (grond)wateroverlast. Bij de berging van hemelwater zal rekening gehouden moeten worden met de hoge grondwaterstanden in de lager gelegen delen van het plangebied. Het plangebied is momenteel aangesloten op drukriolering: het water wordt afgevoerd naar de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) van Waterschap Rijn en IJssel aan de Keppelseweg in Wehl.

4.9.3 Watertoets

Met behulp van de ”Handreiking standaard waterparagraaf voor bestemmingsplannen, versie oktober 2008” is het aspect water in dit plan meegenomen. In onderstaande tabel wordt aangegeven welke waterhuishoudkundige aspecten een rol spelen in de bestaande en toekomstige waterhuishouding van het plangebied.

Watertoetstabel met de relevante en niet-relevante waterhuishoudkundige thema's

Page 37: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

37

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Thema Toetsvraag Relevant *

HOOFDTHEMA'S

Veiligheid

1. Ligt in of nabij het plangebied een primaire of regionale waterkering? 2. Ligt in of nabij het plangebied een kade?

Nee Nee

Riolering en Afvalwaterketen

1. Is er toename van het afvalwater (DWA)? 2. Ligt in het plangebied een persleiding van WRIJ? 3. Ligt in of nabij het plangebied een RWZI van het waterschap?

Ja Nee Nee

Wateroverlast (oppervlaktewater)

1. Is er sprake van toename van het verhard oppervlak? 2. Zijn er kansen voor het afkoppelen van bestaand verhard oppervlak? 3. In of nabij het plangebied bevinden zich natte en laag gelegen gebieden, beekdalen, overstromingsvlaktes?

Ja Ja Ja

Grondwater- overlast

1. Is in het plangebied sprake van slecht doorlatende lagen in de ondergrond? 2. Bevindt het plangebied zich in de invloedzone van de Rijn of IJssel? 3. Is in het plangebied sprake van kwel? 4. Beoogt het plan dempen van slootjes of andere wateren?

Nee Nee Nee Nee

Oppervlakte- waterkwaliteit

1. Wordt vanuit het plangebied water op oppervlaktewater geloosd? 2. Ligt in of nabij het plangebied een HEN of SED water? 3. Ligt het plangebied geheel of gedeeltelijk in een Strategisch actiegebied?

Ja Nee Nee

Grondwater- kwaliteit Ligt het plangebied in de beschermingszone van een drinkwateronttrekking?

Nee

Volksgezondheid

1. In of nabij het plangebied bevinden zich overstorten uit het gemengde of verbeterde gescheiden stelsel? 2. Bevinden zich, of komen er functies, in of nabij het plangebied die milieuhygiënische of verdrinkingsrisico's met zich meebrengen (zwemmen, spelen, tuinen aan water)?

Nee Nee

Verdroging Bevindt het plangebied zich in of nabij beschermingszones voor natte natuur?

Nee

Natte natuur 1. Bevindt het plangebied zich in of nabij een natte EVZ? 2. Bevindt het plangebied zich in of nabij beschermingszones voor natte natuur?

Nee Nee

Inrichting en beheer 1. Bevinden zich in of nabij het plangebied wateren die in eigendom of beheer zijn bij het waterschap? 2. Heeft het plan herinrichting van watergangen tot doel?

Ja Nee

AANDACHTSTHEMA'S

Recreatie Bevinden zich in het plangebied watergangen en/of gronden in beheer van het waterschap waar actief recreatief medegebruik mogelijk wordt?

Nee

Cultuurhistorie Zijn er cultuurhistorische waterobjecten in het plangebied aanwezig?

Ja

* Als op één of meer vragen per waterthema 'Ja' wordt geantwoord dan is het thema relevant en geeft de toelichting hieronder nadere uitleg over dit thema.

Page 38: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

38

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Toelichting per relevant waterhuishoudkundig thema

Riolering en Afvalwaterketen

Het afvalwater neemt toe door de ontwikkelingen in dit plan. Het afvalwater wordt in overleg via een nieuw gemaal naar de rioolwaterzuivering (RWZI) in Wehl afgevoerd. De capaciteit van deze RWZI is voldoende om de hoeveelheid afvalwater uit Heideslag te verwerken. Het gemaal wordt samen met het plan RBT Achterhoek gemaakt. Een nieuwe persleiding zorgt voor de afvoer van vuilwater van het nieuwe gemaal naar de RWZI. Hemelwater wordt niet afgevoerd via het rioolsysteem.

Wateroverlast Door de ontwikkelingen in het plangebied neemt het verhard oppervlak toe met circa 7 hectare. Om wateroverlast, kwantitatief en kwalitatief, nu en in de toekomst te voorkomen wordt het regenwater niet afgevoerd naar het rioolstelsel maar volgens de trits Vasthouden - Bergen – Afvoeren behandeld. In het plan is ruimte gereserveerd voor de aanleg van wadi's, greppels en infiltratievoorzieningen. Afvoer van overtollig hemelwater kan plaatsvinden via de bestaande watergangen in het noordoosten en het zuiden van het plangebied. Ook aanleg van nieuw oppervlaktewater in de lager gelegen delen behoort tot de mogelijkheden, zie het rapport van de Watertoets (TAUW BV,d.d. 27 maart 2009, nr. R001-4624755AVC-mfc-V03-NL, bijlage 18).

Oppervlaktewaterkwaliteit Vanuit het plangebied wordt hemelwater rechtstreeks via een wadi of andere infiltratievoorziening geloosd op het oppervlaktewatersysteem. Om vervuiling van het hemelwater te voorkomen is het van belang om bij dakgoten en daken het gebruik van zink, lood of koper niet toe te staan, tenzij deze zodanig zijn bewerkt dat uitloging niet plaats kan vinden.

Inrichting en beheer In het plangebied bevindt zich aan de noord- en zuidzijde een leggerwatergang van het waterschap. Het oppervlaktewaterpeil wordt binnen gewenste of vastgestelde marges gehandhaafd. Rioleringswerken zijn in beheer en onderhoud van de gemeente. De maaipaden langs de waterlopen zijn opengesteld voor wandelaars (passief medegebruik). Het gaat om paden langs de watergangen die in beheer en onderhoud zijn van het waterschap.

Cultuurhistorie In het plangebied bevinden zich droge slootjes die de vroegere verkaveling accentueren als cultuurhistorische objecten. Met deze cultuurhistorische objecten is waar mogelijk met de verkaveling rekening gehouden.

Afstemming met waterbeheerder Het rapport Watertoets (bijlage 18), is opgesteld in nauw overleg tussen de waterbeheerder Waterschap Rijn en IJssel en de initiatiefnemer van het plan, de gemeente Doetinchem. Tijdens het overleg zijn afspraken gemaakt over de afvoer van hemelwater en afvalwater, welke zijn verwerkt in het watertoetsdocument en deze waterparagraaf.

4.10 Cultuurhistorie

4.10.1 Historisch landschappelijk erfgoed

Page 39: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

39

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Het plangebied is bijzonder als het gaat om de ontstaansgeschiedenis. Het noordelijke deel (3/4) bestaat uit dikke eerdgronden en leemarm en zwak lemig fijn zand. Een bodemprofiel dat altijd geschikt is gebleken voor bewoning en agrarische bewerking. Het zuidelijke deel van het plangebied bestaat uit associaties van veldpodsolgronden, leemarm en zwak lemig fijn zand en vorstvaaggronden. Dit deel van het gebied is gespit ten behoeve van ontginning tot bos. Het laatste bos is begin twintigste eeuw verdwenen en het gebied kenmerkt zich nu juist door een grote openheid.

De noord/zuid scheiding in het gebied is tot op de dag van vandaag zichtbaar en daarmee bepalend voor de structuur van het gebied. Het noordelijk deel ligt hoger dan het zuidelijk deel en varieert bovendien in reliëf. Het gebied bestaat uit langgerekte kavels die zich oriënteren op de Veenweg.

Het lage zuiden is nagenoeg vlak en kenmerkt zich vooral door openheid. Het onderscheidt zich daarmee op een bijzondere manier van het nog lager gelegen natte rabattenbos aan de zuidkant van de Plantage Allee.

De Kieflandseweg scheidt het noorden van het zuiden als ware het een beek die zich door het land slingert. Vanaf deze weg lopen de zichtlijnen langs paden en kavelgrenzen. In zuid en noord richt de blik zich in westelijke en oostelijke richting.

Groene elementen liggen over het algemeen rond de boerderijen, maar er zijn ook resterende groenstructuren langs het spoor. De Koksgoedsweg onderscheidt zich dankzij een sterke laanbeplanting van lindebomen.

In het SPvE is in grote lijnen rekening gehouden met de volgende punten.

� Uit historisch landschappelijk oogpunt is het van belang de tweedeling noord-zuid te laten bestaan. Dat wil niet zeggen dat deze delen geen nieuwe invulling verdragen, maar er moet verschil tussen de twee eenheden blijven bestaan. De Kieflandseweg moet zijn huidige betekenis houden en bij voorkeur nog winnen aan betekenis.

� Reliëfverschillen moeten blijven bestaan en waar mogelijk optisch versterkt worden. Dit kan bijvoorbeeld met behulp van groenelementen.

� De Koksgoedsweg moet als groene structuur zichtbaar blijven vanuit het overgrote deel van het plangebied.

� De kavelstructuur moet in zijn basis worden benut in het stedenbouwkundig plan zodat de historische richting, oriëntatie en bijbehorende zichtlijnen blijven bestaan.

Bij de uitwerking hiervan blijven deze onderdelen om de grootst mogelijke aandacht vragen.

4.10.2 Historisch (steden)bouwkundig erfgoed

Infrastructuur

Het plangebied bestaat landschappelijk uit twee delen, maar wordt nog eens opgedeeld als gevolg van een stedenbouwkundige ingreep. Het spoor snijdt het plangebied af van de rest van het dorp Wehl en dit is nog te zien aan de doodlopende beweging van de Veenweg in westelijke richting.

In het verleden sloot de Veenweg op de Leemkuilseweg aan. Nu is het de scheidingsweg tussen de oorspronkelijk meer bij het dorpsgebied behorende bebouwing en de meer solitair gelegen boerderijen ten zuiden van de Veenweg.

Het gebied wordt verder doorkruist met oude paden en wegen of restanten daarvan. Ze zouden het gebied aantrekkelijk maken voor een ommetje, ware het niet dat ze hier en daar doodlopen. Een kans voor herstel binnen de context van een nieuw plan.

Page 40: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

40

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Veel van de paden en wegen kenmerken zich door een relatief hoge ligging in het gebied. Over het algemeen zijn ze heel smal en daarom niet berekend op infrastructurele eisen van deze tijd. Ze zijn echter wel heel kenmerkend voor het gebied en daarmee gezichtsbepalend. In het verleden behoorden bij het profiel van de weg ook twee brede grasstroken van zo'n tien meter waar boeren hun vee konden weiden. Dit had oorspronkelijk een functionele betekenis, maar was uiteraard ook beeldbepalend. Door ruilverkaveling en wegverbreding in het verleden is daar op de meeste plekken een einde aan gekomen, maar in dit gebied bestaat hier en daar nog de mogelijkheid om een vergelijkbaar ruimtelijk beeld op te bouwen.

Bebouwing

Afgezien van de bebouwing langs de Veenweg die eerder iets heeft van lintbebouwing, heeft het noorden van het plangebied een karakteristieke opbouw met verspreid liggende boerderijen met bijbehorend erf, solitaire bomen en (haag)beplanting. De boerderijen zijn soms iets hoger gelegen dan de directe omgeving en zijn via een pad of bescheiden weggetje bereikbaar. Dit patroon is ook in het verlengde van het plangebied regelmatig zichtbaar.

Het lage zuiden bestaat uit langgerekte kavels met een enkele boerderij. De kavels richten zich op de Plantage Allee en vinden op een enkel punt nog aansluiting in zuidelijke richting.

Het boerderijen- en woonhuizenbestand stamt uit verschillende tijden en wisselt van kwaliteit. In veel gevallen is er wel sprake van oude bouwplaatsen die als locatie dus al heel lang bekend zijn. Op dit moment zijn er geen gemeentelijke monumenten in het plangebied. Als onderdeel van het uitvoeringsplan van de beleidsnota 'Doetinchem: Cultuurhistorierijk!' zal in 2009 onderzoek gedaan worden naar de boerderijen in het buitengebied. Het is denkbaar dat er vervolgens nog boerderijen worden aangewezen als gemeentelijk monument of als identiteitsbepalend object, een nieuwe categorie binnen de monumentenzorg.

Aan de noordzijde van het plangebied, net over het spoor, bevindt zich de oude graansilo van Wehl. Dit gebouw staat op de nominatie om aangewezen te worden als monument en er wordt onderzocht of er reële mogelijkheden zijn voor hergebruik van het pand. Het is een beeldbepalend gebouw met een geschiedenis die past bij het agrarische dorp Wehl.

Voor het nieuwe plan Heideslag richt de scope zich op het zogenaamde 'dorps' wonen.

In het SPvE is in grote lijnen rekening gehouden met de volgende punten.

� De wegen en paden binnen het gebied zijn gezichtsbepalend en zouden dan ook (deels) op de oorspronkelijke manier benut moeten worden. Bijvoorbeeld als voetpad.

� De oorspronkelijke opbouw van weg/pad met brede groenstroken biedt kansen voor het opnieuw benutten van deze karakteristiek. Bijvoorbeeld om auto-passeerstroken te maken of andere functies in onder te brengen.

� De Kieflandseweg verdient herkenning als eenduidige route voor welke doelgroep dan ook.

� Het punt waar de relatie tussen Veenweg en Leemkuilseweg nu wordt verbroken kan verheven worden tot bijzondere plek waar in de toekomst wellicht weer mogelijkheden ontstaan om de oude relatie te herstellen, al was het maar als zichtrelatie. Een kunstwerk of andere visualisatie is hier op zijn plaats.

� De oude bouwplaatsen moeten in elk geval gehandhaafd blijven, maar verdienen ook een bijzondere plek in het plan. Interessante locaties liggen bij de Lage Horst (bij Koksgoedweg 2), bij Koksgoed en ten zuidwesten van het station.

� De erfbeplantingen en karakteristieke haagstructuren kunnen als inspiratiebron worden benut om vergelijkbare plekken te creëren. Uitwerking van deze locaties verdient veel aandacht gezien het oorspronkelijke karakter en de nadrukkelijke wens om dorps wonen te introduceren.

Page 41: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

41

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

� Om het oorspronkelijke landschap en de relatie met de omgeving leesbaar te houden, dient de bebouwing ten zuiden van de Kieflandseweg zo luchtig mogelijk te worden zodat er doorzichten blijven bestaan van zuidoostelijke richting naar zuidwestelijke richting.

Bij de uitwerking hiervan blijven deze onderdelen om de grootst mogelijke aandacht vragen.

4.10.3 Archeologisch erfgoed

In verband met de voorgenomen activiteiten is in het kader van het Structuurplan Land van Wehl archeologisch onderzoek gedaan door het onderzoeksbureau RAAP. Dat heeft geresulteerd in een verwachtingskaart (RAAP rapport 1420, mei 2007, bijlage 19). In het kader van het SPvE is een vervolgonderzoek ingesteld (RAAP notitie 2751, juni 2008, bijlage 20). De uitkomsten van dit inventariserend veldonderzoek bevestigen de eerder gewekte verwachtingen. In het gebied met hoge verwachtingswaarden zijn de verwachte dekzandruggen en -koppen met plaggendekken aangetroffen (circa 28 hectare). In en onder het plaggendek zijn verspreid over het plangebied fragmenten aardewerk (laat neolithicum t/m late middeleeuwen), vuursteen en spikkels houtskool aangetroffen. Voor het gebied met lage en (deels) middelhoge verwachtingswaarden geldt dat er sprake is van ernstige verstoringen.

Met uitzondering van dat deel waar lage verwachtingswaarde gelden, is aanbevolen proefsleuvenonderzoek te doen. De bevindingen van dit onderzoek zijn weergegeven in het RAAP-rapport 1987, Wehl-Heideslag, een inventariserend veldonderzoek, proefsleuven. Dit onderzoek is als bijlage 21 bij dit bestemmingsplan gevoegd. Terwijl de eerste inventariserende veldonderzoeken al het nodige beloofden, maakt het rapport over het proefsleuvenonderzoek helemaal duidelijk dat Heideslag gebouwd zal worden op een uitermate interessant gebied als het gaat om de archeologie. Momenteel (september 2009) vindt er nog overleg plaats in verband met te nemen selectiebesluiten. De keuze zal gemaakt moeten worden ten aanzien van de kwaliteit van vindplaatsen en/of de verschillende tijdsperioden. Er zijn belangrijke vondsten gedaan die de prehistorie betreffen, maar het gebied bevat ook sporen en fragmenten uit de middeleeuwen en nieuwe tijd. De grote hoeveelheid ijzervondsten zijn wellicht het meest opmerkelijk. Vanuit archeologisch perspectief is een urnenveld uit de prehistorie wellicht de meest bijzondere vondst. Naar verwachting wordt in de loop van 2009 of begin van 2010 een vervolg gegeven aan de onderzoeken door middel van een opgraving of construct en design onderzoek. De laatste vorm van onderzoek maakt het mogelijk om direct te reageren op bevindingen in het veld en de opgravingstechniek naar gelang van de vondsten aan te passen. Overigens is een deel van het gebied dat wel was opgenomen in het Programma van Eisen niet onderzocht omdat daar op het laatste moment geen toestemming voor werd gegeven door eigenaren van de grond. Dit onderzoek zal in de toekomst alsnog moeten gebeuren.

Tot nu toe zijn alle verplichte en gewenste onderzoeken op het gebied van de archeologie uitgevoerd. Het onderzoekstraject is echter nog niet afgerond en zal zo zorgvuldig mogelijk moeten worden voltooid. Daarnaast is het van belang dat de uitkomsten van de onderzoeken ook worden benut bij de verdere uitwerking van de ruimtelijke plannen en dat rekening wordt gehouden met de volgende aandachtspunten:

� De Wet op de archeologische monumentenzorg heeft als uitgangspunt dat het bodemarchief (indien waardevol) gespaard en beschermd moet worden. Bebouwing betekent verstoring van het bodemarchief. Als dit enigszins te voorkomen is, dan moet dat ook gebeuren.

� In het geval er toch gekozen wordt voor verstoring, zal er - afhankelijk van de uitkomsten van het proefsleuvenonderzoek - een aanbeveling volgen om het meest waardevolle deel van het gebied vlakdekkend op te graven en te documenteren. Deze aanbeveling zal dan ook moeten worden opgevolgd.

Page 42: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

42

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

� In alle gevallen dienen de resultaten van het onderzoek als inspiratiebron te worden gebruikt voor een visualisatieopgave in de openbare ruimte.

4.11 Verkeer en parkeren

Ontsluitingsstructuur Het gebied wordt toegevoegd aan de bebouwde komt van Wehl. De toegang voor autoverkeer naar het gebied loopt via de Doetinchemseweg, Koksgoedweg en vervolgens de Veenweg aan de oostzijde en via de Beekseweg aan de westzijde. De wegen binnen het gebied worden als erftoegangswegen aangeduid. Dat betekent wegen met een krap profiel, fietsers die maken gebruik van de rijbaan en de maximum toegestane snelheid 30 km/uur is. Aandacht voor woon- en leefmilieu: langzaam verkeer is bepalend voor structuur. Er wordt een inrichting nagestreefd waarmee een bijdrage wordt geleverd aan het terugdringen van het autogebruik. De langzaam verkeersdeelnemer (met name fietser) is sterk bepalend voor de opzet van de verkeersstructuur. Aandachtspunten bij de ontsluitingsstructuur zijn:

� vanuit duurzaam veilig verkeersbeleid is bepaald dat alle verblijfsgebieden (lees woongebieden) worden ingericht als 30 km/uur-zone.;

� voor het fietsverkeer worden directe en veilige routes richting de dorpskern, het station en overige voorzieningen gecreëerd en wordt zoveel mogelijk aangesloten op bestaande routes;

� binnen de ontsluitingsstructuur worden doodlopende wegen en éénrichtingswegen alleen bij uitzondering toegepast;

� de bereikbaarheid van de hulpdiensten (brandweer, ambulance, politie) moet worden gegarandeerd.

Uitgangspunten bij de inrichting van de wegen

Uitgangspunten bij de inrichting van de wegen binnen het plangebied zijn:

� de functie van de weg conform het wegcategoriseringsplan, dit betekent voor het plangebied dat de erftoegangswegen een maximaal toegestane snelheid van 30 km/uur krijgen;

� de inrichting van de weg (het wegbeeld) moet het gewenste rijgedrag en de rijsnelheid 'afdwingen';

� herkenbare inrichting van de verschillende verkeersruimtes door materiaal/kleur; � de (kwaliteit van de) leefomgeving staat centraal; � de weg dient na realisatie goed te beheren te zijn (beheerbewust ontwerpen); � snelheidsremmende maatregelen worden getroffen in erftoegangsstraten en op

gebiedstoegangsstraten waar kwetsbare verkeersdeelnemers de weg moeten kruisen.

De kwaliteit van de leefomgeving dient centraal te staan. Kunstmatig ingepaste maatregelen, zoals veel borden en bloembakken op de weg, hebben vaak wel een kort effect op de rijsnelheid, maar zijn geen duurzame oplossingen. De omgeving en weg als geheel moeten zorgen voor het gewenste rijgedrag zodat deze kunstingrepen overbodig zijn. Derhalve wordt er voor gekozen voor smalle profielen (3,50 m) met passeerstroken in de erftoegangswegen. De gebiedsontsluitingswegen krijgen een breder profiel.

Een duidelijk onderscheid aanbrengen tussen de verschillende verkeersruimtes zorgt ervoor dat de verkeersdeelnemer duidelijk zijn plek en die van anderen op de weg weet en zo de verkeersruimtes op de juiste wijze gebruikt. Op drukke erftoegangsstraten is het belangrijk dat voetgangers veilig kunnen lopen op een trottoir. Voor rustige erftoegangsstraten kan worden overwogen alle verkeersdeelnemers gebruik te laten maken van dezelfde ruimte. Een smalle weg die gebruikt wordt door iedereen leidt tot een lagere rijsnelheid.

Page 43: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

43

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Fysieke maatregelen als drempels ondervinden een steeds grotere weerstand bij de gebruikers en omwonenden en hulpdiensten. Ze leiden tot trillingshinder en toename van de geluidsoverlast. Met deze bij-effecten moet al rekening worden gehouden bij het ontwerp. Bij voorkeur wordt gezocht naar maatregelen die een lagere snelheid afdwingen, maar die geen of beperkte bij-effecten hebben voor de leefomgeving en hulpdiensten.

Parkeren

Het beleid van de gemeente is erop gericht dat parkeren op eigen terrein opgelost moet worden. Voor parkeernormen dient uitgegaan van de meest recente CROW-publicatie, op dit moment publicatie 182. De normen zijn:

� vrije sector (woning duur) 2,0 parkeerplaats per woning � vrije sector (woning midden) 1,8 parkeerplaats per woning � sociale sector (woning goedkoop) 1,6 parkeerplaats per woning � seniorenwoning (aanleunwoning) 0,6 parkeerplaats per woning

In het openbaar gebied dient tenminste 0,3 parkeerplaats per woning te worden aangelegd voor bezoekers.

Bij nieuwbouw wordt aanbevolen om bij de invulling van de openbare ruimte en in het uitwerkingsplan, ruimte te reserveren voor extra parkeerplaatsen. Deze plaatsen kunnen voorlopig met groen worden ingevuld, maar als de parkeerbehoefte daarvoor aanleiding geeft, is er een mogelijkheid om parkeergelegenheid aan te brengen.

In fase 1 van deelgebied 3 is rekening gehouden met deze normering. Op de kavels moeten twee parkeerplaatsen per woning gerealiseerd worden. Om deze ook daadwerkelijk te halen, is het naast elkaar parkeren op eigen terrein, dus op een brede oprit, het uitgangspunt. In het openbare gebied zijn parkeerkoffers gesitueerd voor het parkeren van bezoekers. Hierbij is het mogelijk het aantal parkeerplaatsen op deze plaatsen te vergroten, indien na realisatie van de wijk blijkt dat het aantal openbare parkeerplaatsen zoals deze zijn aangelegd problemen oplevert.

Fietsstructuur

Doetinchem is een fietsstad. Uit de fietsbalans (2004) blijkt dat Doetinchem in vergelijking met andere gemeenten een hoog fietsgebruik kent. 47% van de verplaatsingen tot 7,5 kilometer gebeurt op de fiets. Het fietsgebruik wordt gestimuleerd door directe en veilige fietsverbindingen tussen woongebieden, voorzieningen en werkgebieden. In het Mobiliteitsplan is aangegeven dat er een netwerk van fietsverbindingen moet komen met een maaswijdte van 250 meter. Het fietsgebruik en -netwerk in de voormalige gemeente Wehl is vergelijkbaar met Doetinchem.

Ten behoeve van een goede fietsontsluiting van het te realiseren RBT aan de oostzijde van de Weemstraat zal het fietspad langs de Weemstraat tussen de Kieflandseweg en de Plantage Allee verbreedt worden en in twee richtingen worden opengesteld.

Page 44: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

44

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Hoofdstuk 5 Wijze van bestemmen

In dit hoofstuk wordt toegelicht hoe het rijks-, provinciaal- en gemeentelijk beleid is doorvertaald naar het juridische deel van het bestemmingsplan (kaart en regels), dat bindend is voor de burger en de overheid.

De regels bestaan uit de volgende onderdelen:

� hoofdstuk 1: Inleidende regels; � hoofdstuk 2: Bestemmingsregels; � hoofdstuk 3: Algemene regels; � hoofdstuk 4: Overgangs- en slotregels.

5.1 Inleidende regels

De inleidende regels omvatten de in de planregels gebruikte begripsomschrijvingen en afkortingen (artikel 1) en de wijze van meten (artikel 2).

5.2 Bestemmingsregels

In de bestemmingsregels zijn de regels voor de verschillende bestemmingen omschreven. Elke bestemmingsregel is, overeenkomstig de Standaard Vergelijkbare Bestemmingsplannen 2008 (SVBP 2008), in beginsel opgebouwd uit:

� een bestemmingsomschrijving: een omschrijving van de doeleinden waarvoor de gronden zijn bestemd en de toegelaten bijbehorende bebouwing;

� de bouwregels: deze bevatten de voorgeschreven maatvoering van de bouwwerken; � nadere eisen; � ontheffing van de bouwregels; � specifieke gebruiksregels; � ontheffing van de gebruiksregels; � aanlegvergunning; � sloopvergunning; � wijzigingsbevoegdheid.

Niet elk onderdeel is in elke bestemming nodig. Dit is afhankelijk van de bestemming.

De opbouw van uit te werken bestemmingen is ook in het SVBP 2008 voorgeschreven en is als volgt:

� een bestemmingsomschrijving: een omschrijving van de doeleinden waarvoor de gronden zijn bestemd en de toegelaten bijbehorende bebouwing;

� de uitwerkingsregels: deze bevatten de regels waarbinnen de uitwerkingsbevoegdheid toegepast kan worden;

� de bouwregels; � ontheffing van de bouwregels; � aanlegvergunning.

Niet elk onderdeel is in elke uit te werken bestemming nodig. Dit is afhankelijk van de bestemming.

Page 45: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

45

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

De onderscheiden bestemmingen zijn:

Bestemming Nader onderscheiden in

Enkelbestemmingen

Agrarisch (n) - natuur

Bedrijf (sit) - sierteelt (bw) - bedrijfswoning

Groen -

Maatschappelijk (sm-ko) - specifieke vorm van maatschappelijk - kinderdagopvang

Tuin -

Verkeer -

Verkeer - Railverkeer

Water -

Wonen [tae] - twee-aaneen [vrij] - vrijstaand

Woongebied 1 - Woongebied - 1 2 - Woongebied - 2 3 - Woongebied - 3

Wonen - uit te werken -

Woongebied - uit te werken -

Dubbelbestemmingen

Waarde - archeologie -

Waterstaat - waterlopen -

5.2.1 De bestemming Agrarisch

De bestaande agrarische gronden waarop geen woningbouwontwikkeling voorzien is, heeft de bestemming Agrarisch gekregen. Tevens zijn een aantal gelieerde activiteiten toegelaten, zoals extensieve dagrecreatie, fiets- en wandelpaden, het behoud en de versterking van aanwezige cultuurhistorische, visueel-landschappelijke abiotische en/of archeologische waarden. Ook waterlopen, waterbergingen en waterinfiltratiesystemen zijn mogelijk in deze bestemming. Alleen beperkte bouwwerken geen gebouwen zijnde zijn toegelaten.

De agrarische bestemmingen in de westzijde van het plangebied, langs de Beekseweg, hebben de functieaanduiding 'natuur' gekregen. Voor deze gronden wordt, naast het huidige agrarische gebruik, gedacht aan een natuurlijke ontwikkeling om de kern Wehl op een logische wijze te verbinden met de ecologische hoofdstuctuur aan de zuidzijde van het plangebied. Om deze ontwikkelingen mogelijk te maken, is de functieaanduiding toegevoegd.

In de regels is een ontheffing van de bouwregels opgenomen om een klein gebouw voor schuilplaats en/of voederopslag te kunnen realiseren voor niet bedrijfsmatig agrarische gebruik. Ook is met een ontheffing gebruik van grond als volkstuin mogelijk. Deze ontheffingen zijn opgenomen teneinde een functioneel gebruik van de agrarische gronden mogelijk te maken, passend bij de ligging nabij de bebouwde kom.

Page 46: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

46

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

5.2.2 De bestemming Bedrijf

De bestemming bedrijf is opgenomen voor de kwekerij van perkplanten aan de Doetinchemseweg 2a. In het ter plaatse geldende bestemmingsplan was dit bedrijf specifiek bestemd. Deze specifieke bestemming is in het voorliggende plan opnieuw opgenomen, met dezelfde voorwaarden, zoals beperkte detailhandel en kantoorfunctie ten behoeve van het bedrijf.

De aanwezige bedrijfswoning is als zodanig bestemd, met bijbehorende bijgebouwen. Voor deze bedrijfswoning en omliggende tuinen is een wijzigingsbevoegdheid opgenomen naar de bestemming Wonen. Daarmee is niet bedoeld dat na wijziging weer een nieuwe bedrijfswoning gerealiseerd kan worden ten behoeve van het bedrijf.

5.2.3 De bestemming Groen

Voor het bestemmen van de gronden waar groenvoorzieningen aanwezig zijn is gekozen voor een tweedeling:

� functioneel groen; � structureel groen.

Functioneel groen is nader geregeld in de bestemming Verkeer. Structureel groen wordt geregeld in de bestemming Groen. In de regels is een beperkte bebouwingsregeling opgenomen voor gebouwen (nutsvoorzieningen) en bouwwerken geen gebouwen zijnde (straatverlichting, straatmeubilair, e.d.) ten behoeve van de bestemming. Ten behoeve van extensieve dagrecreatie mogen fiets- en wandelpaden worden aangelegd. Ten behoeve van extensieve dagrecreatie is het tevens mogelijk om o.a. bankjes, tafels en prullenbakken te plaatsen.

Ten behoeve van het behoud en de versterking van het groen is een aanlegvergunning opgenomen welke nodig is voor het uitvoeren van bepaalde werken en werkzaamheden. Deze aanlegvergunning is niet nodig bij de eerste aanleg van het groen.

5.2.4 De bestemming Maatschappelijk

Op deze gronden en bijbehorende bouwwerken zijn maatschappelijke voorzieningen toegestaan, gespecificeerd naar een kinderdagopvang, gelegen aan de Plantage Allee. Ter plaatse is een kinderdagverblijf gevestigd, welke met deze bestemming planologisch vastgelegd wordt met maatwerk. Deze instelling heeft een specifieke bestemming gekregen omdat een ander type maatschappelijke voorziening op deze locatie niet gewenst is.

Middels een ontheffing is het mogelijk buiten het bouwvlak een overkapping te realiseren. Er is binnen deze bestemming ook de mogelijkheid voor het realiseren van een luifel, in de vorm van een bouwwerk geen gebouw zijnde, buiten het bouwvlak. Deze luifel moet dan aan het hoofdgebouw gerealiseerd worden, dus het belangrijkste gebouw voor de functie als bestemd.

5.2.5 De bestemming Tuin

De gronden met de bestemming Tuin maken juridisch en feitelijk deel uit van de bouwpercelen waarop woningen zijn gesitueerd. In de bestemmingsomschrijving is daartoe een koppeling aangebracht met de bestemming Wonen.

Page 47: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

47

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

De bestemming Tuin is in principe toegekend aan het deel van de bouwpercelen dat loopt van de voorste perceelsgrens tot drie meter achter de naar de weg gekeerde bouwgrens van het bouwvlak waarbinnen de woning mag worden gesitueerd. In specifieke gevallen, bijvoorbeeld bij bestaande afwijkende situaties, is hiervan afgeweken. Vanwege het behoud van het straatbeeld en het zicht op de woningen is binnen deze bestemming alleen een beperkte bebouwingsregeling opgenomen voor het bouwen van vlaggenmasten, speeltoestellen, e.d. In principe zijn gebouwen op deze gronden dan ook niet toegestaan. Alleen middels een ontheffing is het mogelijk een erker, toegangspartij en overkapping voor de voorgevel van een woning te realiseren.

5.2.6 De bestemming Verkeer

De bestemming Verkeer is toegekend aan de gronden met een ontsluitende en/of verkeersdoorstromende functie. Tevens is de bestemming toegekend aan bermen, parkeerplaatsen en niet structurele groenvoorzieningen. In de regels van deze bestemming is een beperkte bebouwingsregeling opgenomen voor gebouwen ten behoeve van de bestemming zoals bushokjes en nutsvoorzieningen. Tevens is ten behoeve van deze bestemming een bebouwingsregeling opgenomen voor bouwwerken geen gebouwen zijnde zoals straatmeubilair, straatverlichting, en dergelijke. Binnen de regels zijn ontheffingsregelingen opgenomen om onder voorwaarden van de maximale bouwhoogte te mogen afwijken.

5.2.7 De bestemming Verkeer - Railverkeer

Deze bestemming is toegekend aan de gronden in het plangebied van de spoorlijn Arnhem - Winterswijk. Ook ter plaatse van kruisingen met wegen is deze bestemming toegekend aan de grond, omdat railverkeer wordt gezien als bovenliggende bestemming.

5.2.8 De bestemming Water

Bestaande waterlopen, waterpartijen (al dan niet overkluisd) en oevers zijn van deze bestemming voorzien. Hierbij is ook het behoud en de versterking van eventuele aanwezige natuurwaarden in deze wateren vastgelegd.

5.2.9 De bestemming Wonen

De bestemming Wonen omvat percelen waarop woningen en bijbehorende bouwwerken zijn toegelaten. Dit zijn de bestaande woningen en woningen welke door de particuliere grondeigenaren op eigen terrein mogen worden gerealiseerd.

De hoofdgebouwen dienen binnen het bouwvlak te worden gebouwd. Het bouwvlak ligt in principe om de bestaande bebouwing waarbij wordt aangesloten op de reeds vigerende mogelijkheden. De diepte van het bouwvlak is op de kaart te bepalen. De maximaal toegestane goothoogte en de maximaal toegestane bouwhoogte van gebouwen zijn in een maatvoeringssymbool op de kaart opgenomen. Middels een ontheffing in de algemene ontheffingsregels is het in uitzonderlijke gevallen mogelijk om af te wijken van de bestaande goot- en bouwhoogte.

Bijgebouwen zijn toegestaan binnen het bestemmingsvlak Wonen en het daarin gelegen bouwvlak. Zij vormen qua volume een geïntegreerd onderdeel van het hoofdgebouw of onderscheiden zich als volume hiervan. In het laatste geval dienen zij op minimaal 3 meter achter de voorgevel van de woning te worden gebouwd. Overdekte zwembaden (binnenbaden) zijn aan te merken als gebouwen. Op binnenbaden zijn daarom de bouwregels voor bijgebouwen van toepassing. Bestaande bijgebouwen voor de voorgevel of op minder dan

Page 48: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

48

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

3 meter achter de voorgevel zijn op de kaart voorzien van de bestemming Wonen. In de regels zijn deze bijgebouwen met een uitzonderingsbepaling positief bestemd.

Ten behoeve van het bouwen van een overkapping op een afstand minder dan 3 meter achter de voorgevel en de afstand van een bijgebouw tot de achterste perceelsgrens, indien dit bijgebouw gebruikt wordt als woonruimte, kan onder bepaalde voorwaarden ontheffing van het in het bestemmingsplan bepaalde worden verleend.

Ten behoeve van het bouwen van het hoofdgebouw buiten het bouwvlak, is onder bepaalde voorwaarden middels een wijzigingsbevoegdheid het verschuiven van het bouwvlak mogelijk, waardoor bij sloop en nieuwbouw de woning op een andere plaats op het perceel gebouwd kan worden.

Op gronden met de bestemming Wonen is onder voorwaarden de uitoefening van een aan huis gebonden beroep of bedrijf inclusief een vrij beroep toegestaan. Voorwaarde daarvoor is dat de woonfunctie in alle gevallen de hoofdfunctie binnen de bestemming blijft. In beperkte mate mag bij de uitoefening van een aan huis gebonden beroep of bedrijf ook detailhandel plaatsvinden. Overige detailhandel is binnen de bestemming Wonen nadrukkelijk uitgesloten.

5.2.10 De bestemming Woongebied

De gebieden waar in de komende jaren woningbouw zal plaats vinden zijn de woonvelden overeenkomstig het SPvE voorzien van de bestemming Woongebied. Hierbij is onderscheid gemaakt naar Woongebied - 1, Woongebied - 2 en Woongebied - 3. De bestemming Woongebied - 1 is gelegd op de gronden die onderdeel uitmaken van fase 1 in gebied 3, zoals in Hoofdstuk 2, Planbeschrijving is beschreven. Woongebied - 2 is gelegd op een deel van de gronden waar woningbouw is voorzien ten noorden van de Doetinchemseweg (gebied 1) alsook op een terrein in de zuidwesthoek van fase 1, waar mogelijk collectief particulier opdrachtgeverschap gerealiseerd zal worden. Woongebied - 3 omvat de gronden op het westelijke deel van de gronden ten noorden van de Doetinchemseweg.

Woongebied - 1 kent op de kaart bouwblokken waarbinnen de nieuwe woningen gerealiseerd moeten worden, onder de voorwaarden als opgenomen op de kaart en in de regels. Woongebied - 2 is een globalere woonbestemming, waarbij geen bouwblokken op de kaart zijn aangegeven, maar de regels vooral aangeven wat mogelijk is. Ditzelfde geldt voor Woongebied - 3.

De bestemming geeft bij ontwikkeling de ruimte aan de invulling voor vrijstaande woningen, twee aaneen gebouwde woningen of aaneengebouwde woningen met daarbij behorende bijgebouwen. In Woongebied - 3 is het ook mogelijk om gestapelde woningbouw te realiseren. De benodigde tuinen en erven, waterlopen, waterberging en waterinfiltratievoorzieningen alsook nutsvoorzieningen kunnen ook in deze bestemming gerealiseerd worden.

Bij de realisatie van twee aaneen gebouwde woningen en aaneengebouwde woningen is geregeld dat de situering van de voorgevel van de eerst te bouwen woning bepalend is voor de situering van de voorgevel van de tweede woning/andere woningen in het blok. Dit wil zeggen dat de voorgevel gelijk moet liggen met de eerste woning.

Voor een overkappingen waarbij de oppervlaktenorm, als gesteld in de regels, wordt overschreden is een ontheffing mogelijk. In de gebruiksregels is onder meer gebruik voor aan huis gebonden beroepen of bedrijven (onder voorwaarden) geregeld. Ook vrije beroepen vallen onder deze regeling. Voor gebruik van aangebouwde bijgebouwen ten behoeve van een woonfunctie of voor het aan huis gebonden beroep, bedrijf of vrije beroep is een ontheffing mogelijk, als niet wordt voldaan aan de vereiste 8 meter tot de achterste perceelsgrens. Ook is

Page 49: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

49

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

het mogelijk met een ontheffing een erker of overkapping aan de voorzijde van de woning te realiseren.

5.2.11 De bestemming Wonen - Uit te werken

In het SPvE zijn aantal locaties aangeduid waarop de grondeigenaar in eigen beheer één woning kan realiseren. Als hiervoor geen anterieure overeenkomst met de gemeente gesloten is, dan is op die locatie de bestemming Wonen - Uit te werken opgenomen. Hierdoor komt op die locatie geen direct bouwrecht, maar kan toch het SPvE gerealiseerd worden indien de eigenaar toch uitvoering hieraan wil geven, na uitwerking van het bestemmingsplan.

5.2.12 De bestemming Woongebied - Uit te werken

In het gebied zijn gronden aanwezig waarbij de gemeente geen overeenstemming met de eigenaar omtrent de ontwikkeling heeft bereikt. Op deze gronden, en gronden daar waar het vanuit het SPvE en de voortgang respectievelijk gefaseerde ontwikkeling van het plan logisch is, is de bestemming Woongebied - Uit te werken gelegd. Zo kan op termijn, middels uitwerking van het plan, toch uitvoering gegeven worden aan de plannen voor woningbouw op de grond, waarbij de uitvoerbaarheid en (programmatische en ruimtelijke) flexibiliteit gewaarborgd is.

5.2.13 De dubbelbestemming Waarde - Archeologie

Ter bescherming van de archeologische waarden in het gebied is de dubbelbestemming Waarde - Archeologie opgenomen.

In de bestemming zijn bouwregels opgenomen, welke vóór gaan op de andere bestemmingen. Indien voldaan wordt aan gestelde voorwaarden is het mogelijk te bouwen overeenkomstig de andere bestemming(en).

Ook is een aanlegvergunningstelsel opgenomen ter bescherming van de archeologische waarden, waarbij uitzonderingen van deze vergunning zijn opgenomen. Als aan één van deze voorwaarden voldaan wordt, is geen aanlegvergunning nodig.

5.2.14 De dubbelbestemming Waterstaat - Waterlopen

Ter bescherming van de waterstaatkundige waarden van bepaalde waterlopen, zijn deze waterlopen voorzien van de dubbelbestemming Waterstaat - Waterlopen. In de bestemming zijn bouwregels opgenomen, welke vóór gaan op de andere bestemmingen. Indien voldaan wordt aan gestelde voorwaarden is het mogelijk te bouwen overeenkomstig de andere bestemming(en).

5.2.15 De ontheffings- en wijzigingsbepalingen

In de bestemmingsregels zijn verschillende algemene ontheffings- en wijzigingsbevoegdheden opgenomen voor het college van burgemeester en wethouders. In alle gevallen gaat het om afwijkingsmogelijkheden van opgenomen regels. Indien een van deze bevoegdheden wordt gebruikt, zal een (belangen)afweging plaatsvinden. De individuele belangen van de betrokkenen, de betrokken waarden en het algemene belang zullen worden afgewogen. Het gaat immers om de toepassing van bevoegdheden voor het gemeentebestuur. Dat wil zeggen dat de geboden afwijkingsmogelijkheden mogen worden gebruikt, maar dat er ook voor kan worden gekozen geen gebruik te maken van de bevoegdheid. Dit laatste houdt in dat een eventueel verzoek om toepassing te geven aan een bevoegdheid wordt afgewezen. Teneinde richting te geven aan de (belangen)afweging zijn bij de ontheffings- en wijzigingsbevoegdheden voorwaarden opgenomen.

Page 50: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

50

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Bij de afweging om medewerking te verlenen aan een ontheffing of een wijziging van het bestemmingsplan wordt rekening gehouden met het geldende beleid op het moment van de aanvraag. Ook wordt meegewogen of toekomstige, op dat moment bekend zijnde, ontwikkelingen hinder ondervinden door de toepassing van de ontheffings- of wijzigingsbevoegdheid. Dit kan een reden zijn om de bevoegdheid niet toe te passen.

Ook zal bij het verlenen van een ontheffing of bij medewerking aan een wijzigingsplan voldaan worden aan de vigerende wet- en regelgeving. Hiervoor kunnen nadere onderzoeken vereist zijn. Daarbij kan onder andere gedacht worden aan onderzoeken gericht op de volgende aspecten:

� bodemkwaliteit: aangetoond moet worden dat de milieuhygiënische situatie van de bodem de ontwikkeling geregeld in het wijzigingsplan niet belemmert;

� archeologie: aangetoond moet worden dat geen onevenredige aantasting van aan de grond eigen zijnde archeologische waarden zal plaatsvinden dan wel geen ingrepen in de bodem zullen worden verricht;

� geluid: aangetoond moet worden dat met betrekking tot wegverkeersgeluid bij het toestaan van nieuwe woningen een aanvaardbaar woonklimaat wordt gewaarborgd;

� lucht: aangetoond moet worden dat met betrekking tot de luchtkwaliteit een aanvaardbaar leefklimaat wordt gewaarborgd, dan wel dat geen onevenredige verslechtering plaatsvindt;

� externe veiligheid: aangetoond moet worden dat met betrekking tot de externe veiligheid een aanvaardbaar leefklimaat wordt gerealiseerd, dan wel dat geen onevenredige verslechtering plaatsvindt;

� flora en fauna: aangetoond moet worden dat beschermde planten- en diersoorten en biotopen niet onevenredig worden geschaad.

Het is mogelijk dat bij de toepassing van de bevoegdheid vanuit andere wet- en regelgeving andere aspecten belicht moeten worden die nu niet genoemd worden.

5.3 Algemene regels

De algemene of aanvullende regels tenslotte vormen een set algemene regels die op alle onderdelen van het plan van toepassing zijn. De algemene regels bestaan onder meer uit algemene ontheffings- en wijzigingsregels. Bestemmingsspecifieke ontheffingen en wijzigingen zijn in de desbetreffende bestemmingsregel opgenomen, zoals het SVBP 2008 voorschrijft.

De algemene gebruiksregel luidt dat het verboden is om gronden en opstallen te gebruiken in strijd met de bestemming. Gebruik ten behoeve van de realisering en/of handhaving van de bestemming of het normale onderhoud van de gronden en/of bouwwerken wordt toegelaten.

De algemene ontheffingsregels voorzien in de mogelijkheid om, in uitzonderlijke gevallen, op ondergeschikte onderdelen af te wijken van de regels van het bestemmingsplan. De in het plan opgenomen algemene wijzigingsbevoegdheid laat meer ingrijpende afwijkingen toe en wordt daarom gekoppeld aan een zwaardere procedure dan die voor het verlenen van een ontheffing.

5.4 Overgangs- en slotregels

In de loop van de tijd kan het gebruik van gronden of bouwwerken gaan afwijken van datgene wat mogelijk is op basis van het bestemmingsplan. In de overgangsregels wordt geregeld in hoeverre deze afwijkingen positief bestemd worden.

De naam van het plan wordt in de slotregel aangehaald.

Page 51: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

51

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Hoofdstuk 6 Economische uitvoerbaarheid

Het SPvE Wehl - Heideslag is financieel doorgerekend. Alle kosten die een gevolg zijn van de planontwikkeling Heideslag, zoals verwervingskosten, bouw- en woonrijpmaakkosten, afdracht aan bovenwijkse voorzieningen en plankosten zijn in een grondexploitatie opgenomen. De grondexploitatie gaat uit van een looptijd van tien jaar en circa 400 woningen en laat een positief resultaat op contante waarde zien.

Heideslag betreft voornamelijk een gemeentelijke ontwikkeling. De uitgifte van de kavels geschiedt voor een belangrijk deel onder particulier opdrachtgeverschap. De kosten die ten behoeve van het plan Heideslag worden gemaakt worden dan ook grotendeels verhaald via de gemeentelijke gronduitgifte. Naast het uitgeven van kavels wordt een deel van de uit te geven grond verkocht aan een woningbouwcorporatie. Vanwege de huidige, verslechterde marktomstandigheden is het aannemelijk te veronderstellen dat de uitgifte van de kavels langzamer verloopt dan onder normale marktomstandigheden. Een scenario, dat uitgaat van een lager tempo van gronduitgifte met circa 400 woningen, is eveneens doorgerekend en laat nog steeds een (gering) positief resultaat zien.

Het bestemmingsplan biedt een aantal particuliere eigenaren van te handhaven eigendommen in het plangebied de mogelijkheid een extra woning op eigen erf te realiseren. Deze particulieren zullen op grond van afdeling 6.4 van de Wro (grondexploitatie) naar evenredigheid moeten bijdragen aan de totale kosten van het plan Heideslag. De gemeente streeft er naar om de kosten op deze particulieren te verhalen via anterieure overeenkomsten. Omdat voorzien wordt dat ten tijde van het vaststellen van het bestemmingsplan niet alle particulieren gecontracteerd zullen zijn, zal voor het plan Heideslag een exploitatieplan worden vastgesteld.

Daarnaast zijn niet alle gronden in eigendom van de gemeente. De huidige grondeigenaren kunnen zich beroepen op zelfrealisatie. Ook in die situatie is een exploitatieplan vereist om kostenverhaal publiekrechtelijk af te kunnen dwingen.

Page 52: 376377000400040006000 ...bestemmingsplan.doetinchem.nl/website gD/onherroepelijk/Wehl en... · Bijlage 14 Akoestisch onderzoek weg- en ... Artikel 15 Wonen - Uit te werken ... Dit

52

vastgesteld bestemmingsplan "Heideslag 2009"

Hoofdstuk 7 Procedure

7.1 Algemeen

Dit bestemmingsplan doorloopt de procedure als bedoeld in afdeling 3.2 van de Wet ruimtelijke ordening. Hiermee is afdeling 3.4 van de Algemene wet bestuursrecht van toepassing. Ook wordt het overleg op grond van artikel 3.1.1. Besluit ruimtelijke ordening (Bro) met de besturen van waterschap, provincie en rijk toegelicht. In dit hoofdstuk zullen de resultaten van deze procedure en overleggen worden behandeld. De resultaten van de terinzagelegging van het ontwerpbestemmingsplan worden niet toegevoegd aan dit hoofdstuk. Dit maakt onderdeel uit van het raadsvoorstel en -besluit omtrent de vaststelling.

7.2 Inspraak

Het SPvE Wehl Heideslag heeft op grond van de inspraakverordening van de gemeente Doetinchem ter inzage gelegen en is op 19 maart 2009 door de raad vastgesteld. Het voorliggende bestemmingsplan is de planologische vertaling van dit SPvE, zonder noemenswaardige veranderingen. Dit bestemmingsplan hoeft daarom op grond van de inspraakverordening niet meer ter inzage gelegd te worden.

7.3 Overleg

Uit het document 'Realisatie nationaal ruimtelijk beleid onder de nieuwe Wro' van de ministeries van VROM, LNV, VenW, EZ, OC&W en Defensie, juni 2008, is gebleken dat vooroverleg op grond van artikel 3.1.1. Bro niet noodzakelijk is. Ook met de provincie is dit vooroverleg niet noodzakelijk, gebaseerd op de provinciale Wro-agenda van 19 maart 2009.

De onderdelen omtrent water in dit bestemmingsplan zijn in nauw overleg met het Waterschap Rijn en IJssel opgesteld. Om die reden is door het Waterschap aangegeven dat ook zij geen noodzaak zien om verder vooroverleg te voeren.

Het plangebied grenst niet aan een gemeentegrens. Ook is er geen groot regionaal belang bij de ontwikkelingen in het plan. Om die reden is er geen sprake van 'betrokken gemeenten', als gesteld in artikel 3.1.1.1 Bro, en is vooroverleg met omliggende gemeenten niet nodig.