2011-11-09 Programmaboekje symp

12
Dieren houden en behouden’ 19 november 2011 Barneveld PVH symposium in samenwerking met Groenhorst Barneveld en cursuscentrum dierverzorging Sprekers: ir. Ed.J.Gubbels (populatiegeneticus), prof.dr. Maarten Frankenhuis (voormalig directeur van Artis), dhr. Gerard Meijer (curator van Ouwehands Dierenpark), Ferdinand van Merriënboer (consultant biodiversiteit en de houderij en opvang exoten), dr. Victor Loehr (voorzitter Homopus Research Foundation, onderzoeker en stamboekhouder Homopussoorten), mevr. Winny Weinbeck (voorzitter Pakara, Tinley gedragstherapeut voor papegaaien) PVH www.smic.nl

description

 

Transcript of 2011-11-09 Programmaboekje symp

‘Dieren houden en behouden’

19 november 2011 Barneveld

PVH symposium in samenwerking met

Groenhorst Barneveld en cursuscentrum dierverzorging

Sprekers:

ir. Ed.J.Gubbels (populatiegeneticus), prof.dr. Maarten Frankenhuis (voormalig directeur van Artis),

dhr. Gerard Meijer (curator van Ouwehands Dierenpark), Ferdinand van Merriënboer (consultant biodiversiteit en de houderij en opvang

exoten), dr. Victor Loehr (voorzitter Homopus Research Foundation, onderzoeker en

stamboekhouder Homopussoorten), mevr. Winny Weinbeck (voorzitter Pakara, Tinley gedragstherapeut voor

papegaaien)

PVHwww.

smic

.nl

Voorwoord Het PVH staat voor verantwoord houden van huisdieren. Verantwoord houden brengt grote verantwoordelijkheden metzich mee voor de houder. Niet alleen voor het welzijn van het gehouden dier, ook voor het behoud van de soort. Het iseen goede zaak dat we in de huidige tijd, door alle aandacht van de overheid, de betrokken organisaties en de indivi-duele burgers, steeds duidelijker worden aangesproken op onze verantwoordelijkheden. Tijdens dit symposium zullen we uitgebreid stil staan bij de vraag in hoeverre het houden van huisdieren kan bijdragenaan het behouden van in het wild levende diersoorten. Daarbij staat de vraag naar de gezamenlijk te dragen verant-woordelijkheden centraal. Het zoeken naar de mogelijkheden tot samenwerking tussen houders en behouders maaktdit symposium bijzonder. Ik ben van mening dat we u een geweldig programma bieden waar veel kennis te halen en te delen is. Een keur vandeskundige sprekers luistert het programma op.Rest mij niet meer dan u een hele prettige en nuttige dag toe te wensen.

Ad Doedee,Voorzitter.

Wat wil PVH?

De statutaire basisdoelstelling van het PVH is: het bevorderen van een verantwoorde relatie tussen de mensen hetgezelschapsdier alsmede het beschikbaar maken van de benodigde kennis, zodat gezelschapsdieren op een verantwoor-de wijze worden gehouden.

• Het PVH wil samenwerken met elke partij in de sector die aan deze doelstelling wil bijdragen. Dat betekent ook dathet PVH de ambitie heeft deel te nemen aan elk overleg waarin dierbelangen aan de orde zijn. Welzijn van het huisdieris in alle samenwerkings- en overlegstructuren het bepalende criterium voor de inbreng van het PVH.• Het PVH komt op voor de rechten en de belangen van degene die zijn dieren op verantwoorde wijze houdt. Die be-langenbehartiging betreft overigens uitsluitend de situaties waarin ‘het recht tot houden’ in het geding komt en alleennadat aan het criterium ‘verantwoord’ is voldaan.

In de relatie tussen eigenaar en zijn/haar huisdier wordt een aantal knelpunten onderkend. De belangrijkste daarvan zijn:• Gebrek aan kennis over hoe de dieren te houden• Gebrek aan mogelijkheden om dieren welzijnsvriendelijk te houden• Oneigenlijke motieven bij aanschaf• Lage drempels bij aanschaf• Het zich ontdoen van een dier (regulier, illegaal)

Het PVH wil, samen met alle betrokkenen in de sector, aan oplossingen daarvoor werken. Wat is het PVH? Dierenbezit heeft alles te maken met verantwoordelijkheid voor dierenwelzijn: het dier is voor zijn gezondheid enwelzijn volledig afhankelijk van zijn eigenaar. De overheid heeft die verantwoordelijkheid vastgelegd in de Gezondheids-en Welzijnswet voor Dieren (GWWD) en in de daarbij horende voorschriften, algemene richtlijnen en maatregelen.De bezitters van gezelschapsdieren (zowel georganiseerd als ongeorganiseerd) zijn in beleidsdiscussies met de overheidgebaat bij een professionele organisatie die opkomt voor hun belangen en waarin samenwerking met andere partijenkan worden gestroomlijnd.Het PVH is die organisatie, die enerzijds huisdierbezitters wil helpen een zo goed mogelijke invulling te geven aan deverantwoordelijkheid voor hun dieren, die anderzijds samen met en namens de organisaties in de sector de belangenvan huisdierbezitters wil behartigen.

De structuur van het PVH Het PVH bundelt de krachten van de verenigingen en organisaties in de sector. De basis van het PVH wordt gevormddoor de huidige zes werkgroepen waarin de soortdeskundigen overleggen over de belangen van de diergroepen en vanhun houders. Er zijn momenteel werkgroepen voor Honden, Katten, Kleine Zoogdieren, Reptielen/Amfibieën, Vissen enVogels. Het PVH heeft een bestuur bestaande uit een voorzitter, een secretaris en een penningmeester, aangevuld met

2

www.

smic

.nl

van Toezicht waarvan de leden door de koepelorganisaties zijn benoemd.

Wat doet het PVH nog meer? Het PVH is de afgelopen jaren zeer actief betrokken geweest bij een reeks van beleidsdossiers vanuit het ministerie vanLNV en heeft hard gewerkt aan het opbouwen en structureren van haar eigen organisatie. Het PVH wordt ondersteunddoor een aantal belangrijke kennis-instituten.

Belangenbehartiging betekent deskundigheid en betrokkenheid. De kennis, die binnen de werkgroepen beschikbaaris wordt verzameld en door deskundigen uit de sector op volledigheid en kwaliteit beoordeeld. Op de website www.huisdieren.nu wordt deze beschikbaar gemaakt voor de aangesloten achterban en voor het grote publiek. De websitegeeft naast heel veel informatie over de diersoorten, ook de persberichten van LNV die voor de sector belangrijk zijn ende standpunten die het PVH inneemt. Het PVH wil door het organiseren van symposia de maatschappelijke discussieover belangrijke zaken aangaande het verantwoord houden van gezelschapsdieren stimuleren.

Het PVH heeft in samenwerking met het Groenhorstcollege in 2009 een symposium georganiseerd 'Is de fokkerijDarwin voorbij?!' In 2010 waren er de twee symposia 'Scheiden doet lijden' en 'Welzijn, the Animal point ofview' . Alle lezingen en powerpoint presentaties staan op de website www.huisdieren.nu . Het PVH maakt de kennisvragen, die binnen de sector leven, toegankelijk voor onderzoeksinstellingen. Door de werk-groepen ingebrachte onderzoeksvragen worden beschikbaar gemaakt voor studenten van de kenniscentra en hogescho-len als onderwerp voor hun afstudeerprojecten. Het PVH draagt, waar mogelijk, bij aan de begeleiding van deze stu-denten. Alle onderzoeksverslagen staan op de website www.huisdieren.nu Actief deelnemen in het PVH? Elke organisatie die de belangen van gezelschapsdieren en gezelschapsdierenhouders behartigt, kan actief deelnemenin het PVH. Er wordt wèl een bijdrage verwacht in de vorm van het meewerken aan het beschikbaar maken en uitdragenvan kennis. Kennis over dieren, en over de wijze waarop ze gehouden moeten worden, is de belangrijkste succesfactorom tot een verantwoord huisdierenbezit te komen. Op dat punt rekenen we op al die soortspecialisten en hun organi-saties. Ed.J. Gubbels, secretaris PVHPlatform Verantwoord Huisdierenbezit,december 2010

3

www.

smic

.nl

Programma

10.00 uur -

opening Dagvoorzitter : ir.Ed.J.Gubbels -

10.10 uur Dobberen op de genenpool ir. Ed.J.Gubbels (populatiegeneticus) verzorgt eeninleidende lezing over de invloed van natuurlijke enkunstmatige selectie, het gaat om bedoelde en onbe-doelde veranderingen in genenpools van de gehou-den dieren.

10.50 uur De liefde ontleed prof.dr. Maarten Frankenhuis (voormalig direc-teur van Artis) zal ingaan op het fenomeen natuurlij-ke seksuele selectie, in schril contrast met de doorons bedreven kunstmatige partnerkeuze, een enander in relatie tot evolutie en diergezondheid.

11.30 uur

Koffie / thee

11.45 uur Samenwerken aan behoud, het kàn !! dhr. Gerard Meijer (curator van Ouwehands Die-renpark) geeft aan de hand van voorbeelden uit depraktijk uitleg over positieve en negatieve aspectenop het grensvlak van houden en behouden.

12.25 uur Samenwerken aan behoud, het moet !! Ferdinand van Merriënboer (consultant biodiver-siteit en de houderij en opvang exoten) over hetbelang en de mogelijkheden van samenwerkingtussen dierhouders en behouders gericht op bescher-ming van in het wild levende diersoorten op basis vande Convention on Biological Diversity (CBD, 1992).

13.05 uur

lunch

14.00 uur Voorbeelden van houden en behouden: Reptielen

dr. Victor Loehr (voorzitter Homopus ResearchFoundation, onderzoeker en stamboekhouder Homo-pus-soorten) bespreekt hoe dierenhouders eenfunctie kunnen hebben als natuurbeschermers, aande hand van concrete en reeds jarenlang in depraktijk gebrachte voorbeelden bij landschildpaddenen een aantal Zuid-Afrikaanse soorten (Homopusspp.) in het bijzonder.

14.40 uur Voorbeelden van houden en behouden: Papegaaien

mevr. Winny Weinbeck (voorzitter Pakara, Tinleygedragstherapeut voor papegaaien) bespreekt debelangrijkste bedreigingen voor papegaaien in hetwild en in gevangenschap, geeft aan welke acties de(internationale) organisaties aanzetten tot behoudvan de papegaaien in het wild en hoe de hobbykwe-kers hierin kunnen bijdragen. Zij licht dat toe aan dehand van twee projecten die zij onlangs bezocht(Bahama papegaai en Puerto Rico Amazone).

15.20 uur koffie / thee 15.45 Discussie 16.45 uur Borrel

Programma PVH symposium ‘Dieren houden en behouden’

zaterdag 19 november 2011 in het Groenhorst College te Barneveld

4

www.

smic

.nl

10.10 - 10.50 uur Dobberen op de genenpool ir. Ed.J.Gubbels (populatiegeneticus)

CV Ed.J.Gubbels werd in 1948 geboren te Noorbeek. Hij is alzijn hele leven lang betrokken bij het houden en behoudenvan allerlei diersoorten. Hij raakte vanaf zijn veertiende, bijhet kweken van kleurkanaries en zebravinken, gefascineerddoor de genetica. Vanaf die tijd werd de belangstelling voordat vakgebied bepalend in zijn leven. De ene helft van zijnleven was hij gefocussed op het houden en fokken vangezelschapsdieren, de andere helft bestond uit actievebetrokkenheid bij de bescherming van inheemse planten-en diersoorten. Bij het ontbreken van gespecialiseerde opleidingen voor dehouderij en fokkerij van gezelschapsdieren, volgde hij deopleiding aan de HAS in Den Bosch (1969) en studeerde hijaf in de studierichting Zoötechniek aan de Landbouw Uni-versiteit in Wageningen met als specialisatie ‘fokkerij engenetica’ (1977).In de loop der jaren heeft hij bij tal van diersoorten fokkersen rasverenigingen geadviseerd over genetisch en moreelverantwoord fokbeleid. Daarbij kreeg het dierenwelzijns-drama bij rashonden de meeste aandacht. Sinds 1980 heefthij honderden lezingen verzorgd over de nare gevolgen vande overselectie en de overmatige inteelt voor het welzijnvan de betrokken dieren.In de natuurbescherming was hij actief op het vlak vanecologisch veldonderzoek en in bestuursrechtelijke proce-dures om tot de daadwerkelijke bescherming van be-schermde diersoorten te komen (onder andere voor deHamster

Samenvatting Dobberen op de genenpool Soms lijkt het alsof de mensen die diersoorten willen houden en degenen die ze vooral willen behouden lijnrecht tegen-over elkaar staan. Wat ze te vaak niet beseffen is dat ze samen dobberen op dezelfde genenpool waarbij, in onderlingesamenwerking, heel belangrijke synergievoordelen te behalen zijn tot nut van bedreigde soorten. Nadat de dierhouderij aanvankelijk begon als ‘het verbruiken van dieren uit wilde populaties’ is er, dankzij de bescher-mende wetgeving, een situatie ontstaan waarin steeds meer soorten door liefhebbers worden gekweekt. Degene dievoor ‘èchte natuur’ gaat, kijkt daar meestal met enig wantrouwen naar, Dit zijn geen ‘èchte natuurdieren’ meer, zemoeten als verloren worden beschouwd in de strijd om het behoud van de soorten. Wie vanuit de populatiegenetica kijkt naar wat er gebeurt met genen en genfrequenties, krijgt een wat ander beeld. Hetis natuurlijk zo dat in elke nieuwe leefomgeving weer andere genen de boventoon gaan voeren en dat soorten onderhouderij-omstandigheden stapjes zetten op weg naar domesticatie. Echter, genen gaan alleen definitief verloren zodraer op georganiseerde wijze structureel extreme fokmethoden worden toegepast (overselectie en mateloze inteelt).De stukjes van de erfelijke aanleg die in een normale houderijsituatie en bij (moreel) verantwoorde fokmethoden op deachtergrond raken, blijven in de populatie aanwezig. Vanuit het zicht van de populatiegenetica wordt slechts zelden een‘point of no return’ bereikt.

5

www.

smic

.nl

10.50 - 11.30 uur De Liefde ontleed prof.dr. Maarten Frankenhuis (voormalig directeur van Artis)

CV prof.dr. Maarten Theodoor Frankenhuis Maarten Theodoor Frankenhuis werd in 1942 geboren in Enschede.Na het doorlopen van de lagere en middelbare school in zijn geboorteplaats (HBS B), werden achtereenvolgens dediergeneeskundige studie, de militaire dienst (2de luitenant der Pantserinfanterie) en een promotie onderzoek (Autofer-tilisatie bij de Kip) afgerond. Na enig waarnemen, een tijdelijk dienstverband bij de vakgroep zoötechniek en eenpraktijkperiode van een jaar te Olst, werd in 1978 een ruim 3 jarige onderzoek naar stoornissen van de vruchtbaarheidbij het cryptorche individu – dier en mens - afgesloten. Vervolgens werd hij na een bijna 6 jarig dienstverband als die-renarts-onderzoeker in Diergaarde Blijdorp te Rotterdam in 1984 buitengewoon hoogleraar bedrijfspluimvee-geneeskun-de aan de Faculteit Diergeneeskunde te Utrecht en coördinator pluimveepraktijk-onderzoek aan de Stichting Gezond-heidszorg voor Dieren in Nederland en voor de Stichting Gezondheidszorg voor Pluimvee te Doorn. Van april 1990 totaugustus 2003 was Frankenhuis directeur van het Koninklijk Zoölogisch Genootschap “Natura Artis Magistra" te Amster-dam.Sinds zijn pensionering schrijft hij gedreven verder, leidt natuurreizen, geeft lezingen en verricht advieswerk. Hij is ge-trouwd, heeft 3 zoons, 2 kippen en een groentetuin en is auteur van ca. 300 boeken en artikelen.

Adres: Oosteinde 411151 BT Broek in Waterlandtel: 020-4033339; e-mail: [email protected] ook www.frankenhuis.org

Samenvatting lezing ´De liefde ontleed´ Lange tijd heeft men gedacht dat seksuele selectie alleen een zaak was van onderlinge competitie tussen mannen.Duidelijk is nu dat de uitverkiezing door het vrouwtje zeker zo'n grote rol speelt. Bij de pauw is geconstateerd dat dehennen de haan met de mooiste en langste staart de eer gunnen. In onderzoek werd aangetoond dat het nageslachtvan mannetjes met de langste sleep, ondanks deze formidabele handicap, de grootste overlevingskans heeft.Bij veel andere diersoorten heeft de vrouwelijke sekse ook een voorkeur voor de uitbundigst baltsende, mooist zingen-de en kleurrijkste macho’s. De situatie bij de mens lijkt niet anders.Moeten mannelijke dieren het nog vooral hebben van risicovolle handicaps als ornamenten (geweien, hoorns, veren),zang, balts en waaghalzerig gedrag, voor de mensenvrouw echter is het relatief nieuwe selectiecriterium sociale intelli-gentie (originaliteit, creativiteit, humor) geïntroduceerd. Fysieke kracht, uiterlijk en lef zijn echter niet helemaal onbe-langrijk. Vooral rond de eisprong winnen eigenschappen met een hoog baviaangehalte weer aan gewicht.Text van document

6

www.

smic

.nl

Samenvatting lezing Samenwerken aan behouden, het kan!! Het (be)houden van dieren is al erg oud, de hond werd al 14 -15.000 jaar voor Christus gehouden, sommigen gaan zelfsuit van meer dan 40.000 jaar geleden. In eerste instantie begon de mens met het houden van dieren voor zijn eigengemak, de hond als bewaker en hulp bij de jacht, de geit, het schaap en de koe volgden. Deze dieren werden gehoudenals voedingsbron en voor de huid, de wol en melk.Pas nadat de mens het gemakkelijker krijgt en niet meer ‘alleen maat’ hoeft te overleven, worden er ook andere dierengehouden. In het oude Egypte werden 4000 jaar geleden al dieren bij de paleizen van de farao’s gehouden. En ook inhet Romeinse rijk werden al dieren gehouden. Toen de Europeanen steeds meer over zee gingen reizen kwam in Europa het houden van exoten steeds meer in zwang.In Wenen werd in 1569 voor de eerste exoten een jacht- en dierentuin ingericht bij schloss Kattenburg, het huidigeSchönbrunn.De eerste fok programma’s waarin de diertuinen echt samenwerkten waren voor de wisent in 1921, het Przewalski paardin 1945 en de Arabische oryx in 1962.Wereldwijd samenwerken met 3 fokprogramma’s, dat gaat nog wel, een kleine groep mensen en weinig diersoorten.Echter, op dit moment zijn er alleen al in EAZA 366 programma’s: 184 EEP en 182 ESB. Dan wordt samenwerken eenveel ingewikkelder verhaal.De fokprogramma’s vragen een goede en nauwe samenwerken en goede afspraken tussen alle houders van de betref-fende soort. Daar komt heel wat bij kijken: het eigendom van dieren, het verplaatsen van dieren, de huisvesting, deverzorging, de diëten, het gezondheidsbeleid, de genetische aspecten en de wetgeving (Cites, houden van dieren,welzijn). Er zijn overigensverschillen in aanpak tussen het meer sturende EEP en het minder intensief beheerde ESB.Samenwerken met anderen (kleine dierentuinen, hobbyhouders) kan dat? Of geeft dat nog meer (samenwerkings)pro-blemen? Het succes van alle vormen van samenwerking zit in het nakomen van afspraken. Veel belangrijker nog is deovertuiging bij alle deelnemers dat samenwerking in de fokkerij de enige mogelijkheid is om dieren te kunnen behouden,zowel in gevangenschap als voor veel soorten ook in het wild.

CV Meer dan 30 jaar is Gerard Meijer werkzaam bij OuwehandsDierenpark, nog langer is hij gehuwd en hij heeft een(studerende) zoon. Hij begon als vogel- en zeezoogdierver-zorger, is doorgegroeid naar het management van hetdierenpark en is op dit moment Collectiemanager (Curator)en Registrator.In die periode heeft hij de dierentuin zien groeien van eenprivé collectie tot een park dat actief is in de EuropeanAssociation of Zoos and Aquaria (EAZA) en de NederlandseVereniging van Dierentuinen (NVD). Daarbij zag hij ook dewetgeving en eisen aan dierentuinen ingrijpend verande-ren.Binnen het park houdt hij zich oa bezig met collectiebeleid,zowel adviserend als uitvoerend met het verwerven en hetuitplaatsen van de dieren. Dit in de meest brede zin vanhet woord.Verder heeft hij een veelheid aan taken, dierregistratie ende rapportages (oa tbv van meldingen naar EL&I), plaag-dierenbestrijding, (schiet)veiligheid en het beheer van dewerk- en veiligheidsprotocollen.Binnen de dierentuinorganisaties vervult Gerard Meijer een

11.45 - 12.25 uur Samenwerken aan behouden, het kan!! Gerard Meijer

aantal functies, deels als vertegenwoordiger van Ouwe-hands dierenpark, deels op persoonlijke titel:bij EAZA-TAG (Taxon Advisory Group) ‘chair’ voor zeezoog-dieren; bij ESB (European Studbook) ‘keeper’ voor de Ca-lifornische zeeleeuw; bij NVD voorzitter van de commissie(bij)scholing en voorzitter van de transportwerkgroep enhij is tevens lid van de transportwerkgroep bij EAZA.Daarnaast is hij dierentuininspecteur voor NVD, EAZA enEAAM (European Association for Aquatic Mammals). BinnenEAZA heeft ook zitting in ‘species committees’ (de advies-groepen voor European Endangered Species Programme(EEP)) o.a. voor giraffes, doodshoofdaapjes, pinguïns enzeearenden.Het geven van gastcolleges en lezingen vloeit voort uit aldie werkzaamheden en functies.

7

www.

smic

.nl

12.25 - 13.05 uur Samenwerken aan behoud, het moet !! Ferdinand van Merriënboer

CV Ferdinand van Merriënboer (1965, ’s-Gravenhage)Consultant biodiversiteit, beleidsstrategie & innovatie,dierhouderij en opvang van beschermde niet-gedomesti-ceerde diersoorten.Voormalig directeur van stichting Animal Reception CentresAssociation (ARCA) en werkzaam geweest als adviseur voorde implementatie van de Convention on Biological Diversi-ty (CBD) en de Convention on International Trade in En-dangered Species of Wild Fauna and Flora (CITES) in Ne-derland, Suriname en Brazilië.Studeerde Nederlands recht, bestuurskunde, bedrijfskundeen communicatiewetenschap.

Samenvatting Samenwerken omdat het moet! 'Nu hebben wij Hollanders, met Holland bedoel ik, waar wij zitten nietwaar,niet de gewoonte om,geconfronteerd met een probleem, zo'n probleem op te lossen.Dat doen wij niet graag. Wij stichtten liever één commissie…en die commissie, ook niet lui, formeert terstond een subcommissie.En dan gaan allen naar bed met het besef dat er toch iets gebeurd is…,'(Godfried Bomans) Van regen wordt u nat. Wanneer u geen paraplu boven uw hoofd houdt, of hoofddeksel als hoed of pet gebruikt, houdtu uw hoofd niet droog. Als de wind waait, valt de regen schuin naar beneden, is er geen wind, kunt u erover twisten ofde regen recht naar beneden valt, of dat u rekening dient te houden met de stand van de maan en de zon en dat soortdingen meer, maar de conclusie blijft, van regen wordt u nat.U moet zich voorstellen dat u gevraagd wordt hierover een voordracht van 40 minuten te houden: samenwerken, ge-meenschappelijk werken aan één taak, omdat het moet! In een zaal vol eigenzinnige dierhouders en behouders die zichdit heel goed realiseren aangezien zij vaak vanuit een geheel eigen visie niet anders verkondigen dan dat, maar juistvanwege die geheel eigen visie niet zelden lijnrecht tegenover elkaar staan.Deze sector heeft een samenwerkingsconcept nodig waarin deze uiteenlopende visies een plaats krijgen op een wijzedat de taak die de betrokken organisaties zich stellen ook werkelijk gericht kan worden op doen in plaats van agende-ren. Er komen steeds meer voorbeelden voorhanden waarbij dit goed gaat; het aantal initiatieven dat spaak looptvanwege het ontbreken van een passend concept is echter vele malen groter.Dit leidt tot onnodige verspilling van fondsen, inzet van betrokken personen en organisaties en tot gemiste kansen ophet terrein van behoud en herstel van biodiversiteit. Na een introductie over de bescherming van bedreigde dieren opbasis van de Convention on Biological Diversity zal met innovatieve voorbeelden worden ingegaan op de mogelijkhedendie dit verdrag biedt als leidraad voor betere samenwerking. 8

www.

smic

.nl

14.00 - 14.40 uur Voorbeelden van houden en behouden: Reptielen dr. Victor Loehr

CV Victor Loehr houdt zich sinds bijna 30 jaar bezig met het verzorgen en kweken van reptielen en amfibieën in gevangen-schap. Daarnaast heeft hij uitgebreide veld- en natuurbeschermingservaring opgedaan in Namibië, Zimbabwe en Zuid-Afrika sinds 1992. Hij is als ecoloog afgestudeerd aan Universiteit Utrecht en heeft zijn promotieonderzoek naar land-schildpadden uitgevoerd aan de Universiteit van de Westkaap in Zuid-Afrika. In 2000 heeft hij de Homopus ResearchFoundation opgericht, waarbinnen de verzorging van landschildpadden in gevangenschap door particulieren en dieren-tuinen wordt gecombineerd met wetenschappelijk veldonderzoek door wetenschappers en vrijwilligers. Victor participeertin de IUCN Tortoise and Freshwater Turtle Specialist Group en is Lid van Verdienst van de Nederlands-BelgischeSchildpadden Vereniging. Hij is ook reviewer voor toonaangevende wetenschappelijke tijdschriften zoals Global ChangeBiology, Comparative Biochemistry and Physiology, en Chelonian Conservation and Biology.

Samenvatting Voorbeelden van houden en behouden: Reptielen Schildpadden, en met name landschildpadden, worden wereldwijd bedreigd. Zuid-Afrika heeft een belangrijke verant-woordelijkheid, aangezien ongeveer een derde van alle landschildpadsoorten in dat land voorkomt. De Homopus ResearchFoundation richt zich op de bescherming van een deel van de Zuid-Afrikaanse landschildpadden en kiest daarin eenbijzondere aanpak; terrariumhouderij wordt met natuurbescherming verenigd. In de presentatie zal worden toegelichthoe dit in zijn werk gaat en wat voor resultaten het tot nu toe heeft opgeleverd. De werkwijze laat zien dat houders vanreptielen een belangrijke rol in de natuurbescherming kunnen spelen, mits ze op een integere en verantwoorde wijzemet hun hobby omgaan.

9

www.

smic

.nl

14.40 - 15.20 uur Voorbeelden van houden en behouden:Papegaaien mevr. Winny Weinbeck

CVWinny Weinbeck heeft ruim 25 jaar ervaring met vogels (o.a. insekteneters en valkparkieten) en houdt zich de laatste14 jaar uitsluitend met papegaaien bezig. Zij is aangeslotenbij Tinley als gedragstherapeut voor papegaai. Naast deopleiding voor gedragstherapeut voor papegaaien vanTinley heeft zij diverse (internationale) workshops en op-leidingen op het gebied van trainen en het gedrag vanpapegaaien gevolgd.Naast het volgen van een workshop valkenieren, heeft zijook ervaring met roofvogels opgedaan.Zij is actief lid van diverse (internationale) organisaties diezich inzetten voor het behoud van papegaaien in de natuuren de voorlichting en verzorging ten behoeve van pape-gaaien in gevangenschap. Als gedragstherapeut is zij ooklid van IAATE (= International Association of Avian Trainersand Educators).Winny is voorzitter van “Pakara”, een bond voor liefhebbers,houders en kwekers van papegaaien met als centraledoelstelling het bevorderen van het welzijn van kromsna-vels, zowel in de natuur als in gevangenschap. Zij zit ookin de redactie van het Pakara Magazine, waarvoor zij arti-kelen over het gedrag van papegaaien schrijft en schrijftook regelmatig voor buitenlandse tijdschriften en eenaantal digitale nieuwsbrieven.Zij neemt namens Pakara en Tinley deel aan de werkgroepVogels van het PVH.Door nascholing te volgen en (internationale) vakliteratuurte lezen zorgt Winny dat ze op de hoogte blijft van recenteontwikkelingen over het gedrag van papegaaien. Ook neemtzij regelmatig deel aan (internationale) seminars en sym-posia over papegaaien.

Samenvatting Voorbeelden van houden en behouden:PapegaaienWinny Weinbeck vertelt in haar presentatie wat de belangrijkste bedreigingen zijn voor papegaaien die in gevangenschapworden gehouden, maar ook welke bedreigingen er zijn voor de papegaaien in de vrije natuur.Er zijn een aantal internationale organisaties die zich actief inzetten voor de bescherming van papegaaien in de vrijenatuur, hun habitat en de kweek van bedreigde soorten voor soortbehoud en mogelijke herintroductie. Deze internati-onale organisaties werken daarbij nauw samen met de lokale beschermingsorganisaties en de lokale bevolking. Ook iser samenwerking op het gebied van kweekprogramma’s en management van collecties van sterk bedreigde soorten.De maatregelen van de overheid en soortbehoud via CITES zijn onmiskenbaar van invloed op de kweek van vogels. DeCITES maatregelen werpen uiteraard zijn vruchten af, maar dit betreft alleen de handel en bezit van bepaalde soorten.Op het gebied van de voortschrijdende vernietiging van de habitat, die tot massale sterfte van dieren en planten leidtwordt helaas niets bereikt. Een kwart van de vogelsoorten wordt binnen enkele jaren met uitsterven bedreigd. Het wordtsteeds noodzakelijker soortbehoud met vogels uit gevangenschap voort te zetten omdat deze bestanden vaak groterzijn als in de natuurlijke habitat en sommige soorten alleen nog in gevangenschap overleven. Beschermde gebieden zijnbeperkt en vertragen weliswaar het verlies van soorten, maar kunnen het niet omkeren. Een ieder van ons zal dus zijnhouding ten opzichte van de natuur moeten veranderen. Samenwerking tussen politici, natuurbeschermers, biologen,wetenschappers en kwekers van papegaaien is hierbij onmisbaar omwille van ons zelf en de natuur.Winny heeft onlangs een aantal beschermingsprojecten bezocht (Bahama papegaai en Puerto Rico Amazone) en zal aande hand van deze voorbeelden laten zien hoe samenwerking succesvol kan zijn en noodzakelijk is voor het voortbestaanvan de soorten.

10

www.

smic

.nl

Alles over dierverzorging leer je in Barneveld! Groenhorst Barneveld (AOC) en Cursuscentrum Dierverzorging Barneveld vormen samen een opleidingsinstituut waardagopleidingen en volwassenenonderwijs op mbo niveau worden aangeboden. Het opleidingsaanbod bestaat voorna-melijk uit opleidingen en cursussen op het gebied van dierverzorging, paardenhouderij, veehouderij en groen/grond/in-fra. Meer dan 1.500 leerlingen volgen dagonderwijs. Zo’n 1.500 beroepsbeoefenaars en hobby’isten komen bij hetCursuscentrum terecht voor omscholing, verdiepingscursussen of voor nascholingscursussen.Het Barneveldse opleidingsinstituut staat op een terrein van vijf hectare. Om praktijkgericht te leren beschikt het centrumover veel voorzieningen, zoals meer dan honderd verschillende soorten dieren. Honden, katten, paarden, koeien, slangenen vogelspinnen. Alles zelf zien en ervaren, dat is leren in de praktijk. De leerlingen en cursisten leren niet alleen uit eenboekje. Ervaren trainers en docenten begeleiden hen daarbij. Andere voorzieningen zijn onder meer het paraveterinairetrainingscentrum, een dierenspeciaalzaak, een paardencentrum en een hondenkennel. Groenhorst Barneveld Binnen de totale organisatie staat het bieden van aantrekkelijk en inspirerend onderwijs centraal. Het bedrijfsleven issterk betrokken in het onderwijsleerproces en ICT speelt een belangrijke rol. Maatschappelijke en onderwijskundigeontwikkelingen vormen de drijvende kracht voor de vernieuwing van het dagonderwijs. Een van die ontwikkelingen iscompetentiegericht onderwijs. Het laat zien waarom leerlingen iets moeten leren. Het leren krijgt daardoor betekenis.Groenhorst Barneveld besteedt veel aandacht aan het voorkomen van uitval. Zorg en respect voor elkaar staat hoog inhet vaandel. Deze werkwijze en de sfeer van de school is niet onopgemerkt gebleven want in 2011 werd Groenhorst totbeste mbo school uitgeroepen door de MBO keuzegids. Cursuscentrum Dierverzorging Barneveld (CDB) Cursuscentrum Dierverzorging Barneveld is al dertig jaar een begrip bij onder meer dierenartsen.De duur van de honderd aangeboden opleidingen en cursussen varieert sterk. Een korte cursus duurt enkele weken,een opleiding kan enkele jaren duren, inclusief het lopen van stages verspreid over de opleiding. De lessen zijn gedeel-telijk klassikaal, maar vinden ook meer individueel plaats in praktijkruimte, dierverblijf of dierenkliniek.Het CDB gelooft in een ‘leven lang leren’. Zo bevinden zich onder de cursisten twintigers die nascholings- of verdiepings-cursussen volgen. En in de leeftijdsgroep van 35 tot 45 jaar is bijvoorbeeld omscholing tot paraveterinair dierenartsas-sistent populair.Ook leidt het CDB mensen op die jarenlang in een heel ander beroep werken maar uiteindelijk kozen voor hun passie,het werken met dieren. Zo vorderde een oud-cursist jarenlang belastingen in op de belastingafdeling van haar gemeen-te en liet zij zich omscholen tot beheerder van een kinderboerderij.Text van document

11

www.

smic

.nl

Ministerie van Economische Zaken,Landbouw en Innovatie

www.

smic

.nl