1407 Slimme Medicijnverpakking Komt Eraan
Transcript of 1407 Slimme Medicijnverpakking Komt Eraan
kwaliteitsbeleid
88 10-2008 > zorg & financiering
leert zo kenmerkende patronen van de hersen-aandoeningen. Hierna kwantificeert het pro-gramma de mate waarin de beelden overeen-komen met referentiescans van mensen van wiebekend is dat ze aan dementie lijden. Deze auto-matische beoordeling kost een aantal minuten.‘Het programma kan artsen ondersteunen, zo-dat ze gemakkelijk en effectiever tot een diagno-se kunnen komen’, aldus Steve Klink, woord-voerder van Phillips Resarch. De software is in twee retrospectieve studies ver-geleken met FDG (fluor-18-deoxyglucose)-PET-scans van hersenen die al door een onafhanke-lijke deskundige waren geïnterpreteerd. In deeerste studie moest de software 83 PET-scansvan patiënten met ziekte van Alzheimer, fronto-temporale dementie en mensen zonder demen-tieverschijnselen beoordelen. De resultaten vande software kwamen met ruim 98 procent over-een met het oordeel van de deskundige. Bij de andere studie kon de software vier con-clusies trekken; geen dementie, ziekte vanAlzheimer, frontotemporale dementie of lewy-bodydementie. Hierbij kwam het resultaat voor
tachtig procent overeen. Volgens Phillips is devierklassige differentiaaldiagnostiek lastigeromdat de aanwijzingen voor Alzheimer en voorlewy-bodydementie in dezelfde hersgengebie-den moeten worden gezocht. Philips werkte samen met het Austin Hospitalin Australië en met het Duitse Universitätsklini-kum Hamburg-Eppendorf. De laatste gebruiktehet afgelopen jaar de sofware naast de bestaan-de diagnostische procedures en testte zo debruikbaarheid van het programma. Dr. RalphBuchert van de afdeling nucleaire geneeskundevan het ziekenhuis zegt erg tevreden te zijn ennoemt het programma gebruiksvriendelijk. ‘Wehebben de software ter beschikking gesteld aande verwijzende artsen, die niet bedreven warenin het lezen van FDG-PET en MRI-scans, maarbinnen een paar minuten waren ze al in staatbeelden te analyseren en de resultaten te inter-preteren.’Philips Research gaat de software nu bij ver-schillende buitenlandse ziekenhuizen testen.Bron: www.mednet.nl, 16 oktober 2008<
De intelligente medicijnverpakking waar-schuwt zodra een patiënt zijn medicijnen ver-geet en communiceert met een centrale serverdie het medicijngebruik bijhoudt en sms’t alsde inname uitblijft.
Het Eindhovense bedrijf The Compliers Groupontwikkelde een zelfklevende folie met daarinde benodigde elektronica voor deze functiona-liteiten. Een apotheker kan de folie op elkedoordrukstrip voor medicijnen plakken. Mede-oprichter Jos Geboers: ‘De folie bevat een chipdie volgens de door Philips en Sony opgesteldestandaard voor Near Field Communication meteen mobiele telefoon communiceert. Vanaf 2010zal negentig procent van alle nieuwe telefoonsaan deze standaard voldoen.’
In de folie zitten ter hoogte van elke pil sensorenvan polymere halfgeleiders. Geleidende poly-meerdraden verbinden deze met de chip. Zodraiemand de pil door de folie drukt, gaat de sensorstuk. De chip registreert dit en seint het signaaldoor naar de mobiele telefoon van de patiënt. Detelefoon sms’t een bericht naar de centrale ser-ver. Nu nog bestaat de chip uit silicium compo-nenten gevoed door een knoopcelbatterij. ‘Maarover twee jaar willen we de chip, elektronica enbatterij met organische halfgeleiders op de folieprinten’, aldus Geboers. Het bedrijf ontwikkeltde polymeren en de productietechniek samenmet chemieconcern DSM en het EindhovenseHolst Centre.De verpakking maakt het meten van de therapie-trouw van de patiënt mogelijk. Naar schatting
1407 slimme medicijnverpakking komt eraan
ZenF-1008-cyaan.qxd 12-11-2008 11:20 Pagina 88
ict
89zorg & financiering > 10-2008
veertig tot zeventig procent van de patiëntengebruikt medicijnen verkeerd. Dit kost Neder-land jaarlijks drie miljard euro aan vergeefsvoorgeschreven medicijnen en onnodige zieken-huisopnames.Vanwege dit medische en economische belangwerken meer bedrijven aan intelligente verpak-kingen. Een ander initiatief is de in Zuid-Afrika
ontwikkelde SimPill, een conventionele, mobie-le communicatie-eenheid bevestigd aan een pil-lendoosje. Ook daarbij zorgen sms-berichtenvoor een goede therapietrouw. Inmiddelsgebruiken patiënten in de regio Rijnmond, dekop van Noord-Holland en Drenthe de Simpill.Bron: Technisch Weekblad, 10 oktober 2008<
Minister Rouvoet wil geen breder elektronischkinddossier, waarbij partijen in de jeugdketendigitaal informatie uitwisselen. Dat schrijftRouvoet in een brief aan de Tweede Kamer.Rouvoet komt tot zijn oordeel op basis van eenonderzoek onder hulpverleners die met jeugdwerken. De minister liet deze zogenoemdehaalbaarheidsstudie verrichten op verzoek vande Tweede Kamer.
Rouvoet uitte vorig jaar al zijn twijfels over hettoegankelijk maken van het elektronisch kind-dossier van de jeugdgezondheidszorg (EKDJGZ) voor professionals uit andere sectoren.Dat zou namelijk betekenen dat medewerkersvan bijvoorbeeld jeugdzorg, politie en justitietoegang zouden krijgen tot gegevens uit ditmedisch dossier van de JGZ. ‘De studie bevestigtde twijfels die ik er al bij had. De professionalshebben er ook geen behoefte aan,’ aldusRouvoet. ‘Zij geven aan dat zij er in de eersteplaats behoefte aan hebben om te weten welkeandere professionals nog meer betrokken zijnbij een jongere om de hulpverlening af te kun-nen stemmen. En dit willen professionals graagmondeling doen, zodat zij de situatie persoon-lijk nader kunnen toelichten aan de andere pro-
fessional. Gebeurt die informatie-uitwisselingdigitaal, dan kan de informatie verkeerd wordengeïnterpreteerd.’In de brief kondigt Rouvoet aan de wensen vande professionals te willen onderzoeken. Bijvoor-beeld de wens om zicht te krijgen op de hulpver-leners van een jeugdige. Door in de Verwijsindexalle hulpverleners te vermelden die betrokkenzijn bij een bepaald kind en gezin, kan hulp eer-der op gang komen dan wanneer alleen wordtgereageerd na het signaleren van een risico.Rouvoet wil bekijken of deze zogenaamdeketenregistratie aan de Verwijsindex is toe tevoegen. De ondervraagde instanties en professionals diezich met jongeren bezighouden willen ook graagdat met de Verwijsindex Risicojongeren infor-matie over de gezinssituatie wordt verstrekt.Momenteel omvat de Verwijsindex slechts gege-vens van hulpverleners die bij dezelfde risico-jongere betrokken zijn. Informatie over degezinssituatie kan volgens hulpverleners leidentot een betere inschatting van de situatie waarinkinderen zich bevinden. Daarmee krijgt deVerwijsindex als signaleringsinstrument extrawaarde.Bron: www.jeugdengezin.nl, 10 oktober 2008<
1408 rouvoet: geen verbreding elektronisch kinddossier
ZenF-1008-cyaan.qxd 12-11-2008 11:20 Pagina 89