Beoordelingen pabodocent

Naam student: Manon de DobbelaereStudentnummer: 61682Cursus: CU6745Docent: Riaan LousKlas: P4ASchooljaar: 2015-2016Datum: 20-4-2016

InhoudLesbeschrijvingsformulier 1....................................................................................................................3

Beoordeling 1 pabodocent.....................................................................................................................7

Reflectie beoordeling 1........................................................................................................................10

Lesbeschrijvingsformulier 2..................................................................................................................11

Beoordeling 2 pabodocent...................................................................................................................14

Reflectie beoordeling 2........................................................................................................................17

Lesbeschrijvingsformulier 1

Student: Manon de DobbelaereMentor: Daniëlle SteijaertStageschool: Sint BavoGroep: 4Datum: 20-10-2015

Opdracht: Taalles Groepsbeginsituaties:

- De leerlingen weten dat een zin uit verschillende woorden bestaat.

- De leerlingen weten hoe ze een zin kunnen maken.

Subgroep 1*:I. B.D.

Groepsdoelstellingen:Basisgroep**:

- Aan het eind van de les kunnen de leerlingen de functie van de punt als leesteken benoemen.

- Aan het eind van de les kunnen de leerlingen vertellen dat een punt bij een zin hoort en er het einde van aangeeft.

- Aan het eind van de les kunnen de leerlingen door middel van de punt de ene zin afbakenen van de volgende.

Subgroep 1*:- Aan het eind van de les kunnen de

leerlingen na het krijgen van de verlengde instructie de functie van de punt als leesteken benoemen.

- Aan het eind van de les kunnen de leerlingen na het krijgen van de verlengde instructie vertellen dat een punt bij een zin hoort en er het einde van aangeeft.

- Aan het eind van de les kunnen de leerlingen na het krijgen van de verlengde instructie door middel van de punt de ene zin afbakenen van de volgende.

Gebruik/te bronnen:Taal actiefPersoonlijke doelstelling voor de student:Ik probeer tempo in mijn les te maken, zodat ik me aan mijn tijdsplanning kan houden.

Wat doen de kinderen? Timing:

Wat doe ik? Hoe organiseer ik dat?

Inleiding:

De leerlingen luisteren naar de vragen en beantwoorden deze.

De leerlingen luisteren naar het lesdoel.

5min.

Inleiding:

Terugblik: Ik koppel terug naar de vorige les. Ik stel een aantal vragen om de voorkennis te activeren:

- Wat hebben we de vorige les geleerd?- Welke woorden kwamen aan bod?

Oriëntatie: Ik vertel de lesdoelen van vandaag.

Inleiding:

Klaarzetten: Les op het digibord

Kern:

De leerlingen lezen de zinnen die op het bord staan en beantwoorden mijn vragen.

35min.

Kern:

Uitleg: Ik schrijf op het bord 3 korte zinnen zonder punt achter elkaar. Ik lees de woorden alsof het één zin is. Ik vraag aan de leerlingen of dit een goede zin is. Ik

Kern:

Wanneer de leerlingen zelfstandig aan de slag zijn en ze een vraag hebben, is het de afspraak om hun kaartje op rood te leggen. De leerlingen kunnen dan

Halte OpnemenBewerken

Leer/hulpmiddelen Digibord (basispoort)

De leerlingen bedenken waar de punten horen in de 3 zinnen die op het bord staan.

De leerlingen maken onder begeleiding item 2 en 3 van Eerst Proberen en vertellen vervolgens hoe ze ontdekt hebben waar de punt moet komen.

De leerlingen gaan zelfstandig aan de slag.

concludeer samen met de leerlingen dat de woorden achter elkaar doorlopen en dat maakt het lastig om de zinnen te lezen. Vervolgens vraag ik aan de leerlingen of zij weten waarde eerste zin eindigt en de tweede begint. Ik zet samen met de leerlingen punten in de zin.

Begeleide inoefening: Ik maak samen met de leerlingen item 2 en 3 van Eerst Proberen. Ik vraag aan de leerlingen hoe ze ontdekt hebben waar de punt moet komen.

Zelfstandige verwerking: Ik vertel de leerlingen dat ze zelfstandig aan de slag mogen met deze opdrachten.

Mogelijke problemen:Het kan zijn dat de opdrachten bij de leerlingen niet zelfstandig lukken.

Oplossingen:Ik vertel de leerlingen dat ze anders de zinnen zachtjes voor hun zelf kunnen

verder werken, omdat ze niet hele tijd met hun vinger in de lucht hoeven te zitten.

Ik zet de timetimer aan op het bord.

Als verrijking/verdieping hebben ze hun extra taalboekje waar ze zelfstandig in kunnen werken.

opzeggen, zodat je het beter kunt horen.De leerlingen mogen anders plaats nemen aan de instructietafel.

Verwerking / afsluiting

De leerlingen vertellen wat ze van de les geleerd hebben.

5min. Verwerking / afsluiting:

Evaluatie: Ik vraag aan de leerlingen wat ze geleerd hebben van deze les.

Terug-en vooruitblik: Ik vertel dat we in les 10 nog een keer het gebruik van de punt in de zin gaan oefenen.

Verwerking / afsluiting:

Ik zorg dat het stil wordt door tot 3 te tellen, vervolgens kunnen we nagaan of het doel behaald is van deze les.

Daarna geef ik de materiaalhulp de opdracht om de schriften op te halen en de leerlingen ruimen hun tafel op.

Halte

Openen

Reflecteren

Beoordeling 1 pabodocent

Reflectie beoordeling 1

Dit was de eerste keer dat Jos de Jong op stagebezoek kwam. Ik gaf een taalles aan groep 4 met instructie. Het was best wat chaotisch op school, omdat we een week later gingen verhuizen naar het nieuwe gebouw. Er stonden allerlei verhuisdozen in de klas, dit zorgde voor prikkels bij de leerlingen.

Mijn lesvoorbereiding kan nog verbeterd worden op een aantal punten. Jos heeft dit weergegeven in het beoordelingsformulier. Ik moet de beginsituatie beschrijven op 3 niveaus. Ook is het belangrijk om de leerproblemen op te nemen in je lesvoorbereiding. Ik had wel lukproblemen beschreven, maar leerproblemen zijn net zo essentieel. Mijn persoonlijke leerdoel die beschreven staat in mijn lesvoorbereiding, moet ik nog aan een competentie koppelen. Deze competenties gebruiken we ook voor de LIO-doelen. Het leerdoel heb ik wel beschreven op 3 niveaus en tijdens mijn les heb ik de leerlingen over het leerdoel laten nadenken. Sommige leerlingen gaven aan dat ze dit al konden, Jos vraagt zich af wat we hiermee doen. Op dit moment laten we deze leerlingen de reguliere les meedoen. Hier zou ik beter op in kunnen spelen door deze leerlingen een extra verdieping te laten maken. De volgende opmerking gaat over mijn voorspelbaarheid. Ik ga er soms vanuit dat de leerlingen precies weten wat ik van hen verwacht. Ik moet in positieve zin uitspreken wat ik van de leerlingen verwacht.

Aan de hand van het gesprek wat ik met Jos heb gevoerd na deze les, ben ik me bewust geworden aan welke punten ik nog wil werken. Dit zijn de punten die hierboven beschreven staan en die in het beoordelingsformulier staan. Ook kan ik bepaalde punten aan mijn lio-doelen koppelen.

Lesbeschrijvingsformulier 2

Student: Manon de DobbelaereMentor: Daniëlle SteijaertStageschool: Sint BavoGroep: 4Datum:15-3-2016

Opdracht: Taalles Blok 6 les 2 Groepsbeginsituaties:

De leerlingen zijn al bekend met een aantal zinsdelen zoals het wie-deel en het waar-deel. Deze zinsdelen kunnen ze ontdekken in een zin en kunnen ze toevoegen in een zin.

groepsdoelstellingen Basisgroep**: Aan het eind van de les kunnen de leerlingen het wanneer-deel ontdekken in een zin en kunnen ze het wanneer-deel toevoegen in een zin.

Subgroep 1*: Aan het eind van de les kunnen de leerlingen na het verkrijgen van de verlengde instructie het wanneer-deel ontdekken in een eenvoudige zin en kunnen ze het wanneer-deel toevoegen in een eenvoudige zin.

Subgroep 2***: Aan het eind van de les kunnen de leerlingen na het krijgen van de verkorte instructie het wanneer-deel ontdekken in een complexe zin en kunnen ze het wanneer-deel toevoegen in een complexe zin.

Gebruikte bronnen:SnappetPersoonlijke doelstelling voor de student:Het doel van mijn les is dat ik zelf niet teveel aan het woord ben, maar dat ik interactief les geef. Wat doen de kinderen? Timin

g:Wat doe ik? Hoe organiseer ik dat?

Inleiding: Inleiding: Inleiding:

De leerlingen luisteren naar de vragen en beantwoorden deze.

De leerlingen luisteren naar het lesdoel.

5 min.1. Terugblik: Ik koppel terug naar de

vorige les. Ik stel een aantal vragen over wat we de vorige keer hebben geleerd.

2. Oriëntatie: Ik vertel de leerlingen dat we nu aan een nieuw blok gaan beginnen. Ik vertel de lesdoelen van vandaag.

Klaarzetten:Snappet op het digibord en op de tablet

Kern:

De leerlingen beantwoorden de vragen via de tablet met het antwoord ja of nee.

De leerlingen luisteren naar de uitleg en mogen hier vragen over stellen.

De leerlingen doen mee met de begeleide inoefening en beantwoorden de vragen.

De leerlingen gaan zelfstandig aan de slag.

35 min.

Kern:

3. Uitleg: Door middel van de functie Stemmen/Quiz, stel ik aantal vragen aan de leerlingen. Bijvoorbeeld: Mijn zusje, is dat een wanneer-deel? Het woord gisteren is dat een wanneer-deel? De leerlingen typen ja of nee in. Ik laat aan de leerlingen zien waar het meest op gestemd is en geef dan een toelichting waarom het wel of niet een wanneer-deel is.

4. Begeleide inoefening: Vervolgens kijken de leerlingen naar het digibord en doen we een aantal opgaven samen via de leerling app van Snappet.

5. Zelfstandige verwerking: De leerlingen gaan zelfstandig aan de slag. Ik vertel dat wanneer de

Kern:

Ik zorg ervoor dat de functie Stemmen/Quiz zichtbaar is op het digibord, zodat de leerlingen kunnen zien wat de resultaten zijn.

Wanneer de leerlingen zelfstandig aan de slag gaan, zet ik de timetimer aan op het bord.

Halte Opnemen BewerkenDoen

Extra zorgSubgroep 1*:Deze groep luistert mee naar de klassikale instructie, maar gaan daarna aan de instructietafel zitten voor een verlengde instructie. De zelfstandige verwerking doen de leerlingen onder begeleiding van mij.

Subgroep 2***: Deze groep gaat na de oriëntatie en terugblik geheel zelfstandig aan de slag.

Leer/hulpmiddelen Snappet leerling appSnappet leerkracht dashboardTimer

leerlingen een vraag hebben, ze gebruik kunnen maken van hun rood/groen kaartje.

Mogelijke problemen:Het kan zijn dat het bij een aantal leerlingen niet lukt om het wanneer-deel te vinden of toe te voegen in de zin. Oplossing: Deze leerlingen maken gebruik van

hun rood/groen kaartje, zodat ik langs kom om ze te helpen. Wanneer het dan nog niet lukt, kunnen ze aansluiten aan de instructietafel, zodat ze onder begeleiding van mij de opdrachten maken.

Verwerking / afsluiting

De leerlingen vertellen wat ze geleerd hebben van de les.

De leerlingen vertellen of ze de les gemakkelijk of moeilijk vonden

5 min.

Verwerking / afsluiting:

6. Evaluatie: Ik vraag de leerlingen wat ze geleerd hebben van deze les. Ik vraag ook aan de leerlingen wat ze van de les vonden.

7. Terug-en vooruitblik: Ik vertel dat we de volgende les hiermee verdergaan.

Verwerking / afsluiting:

Ik zorg ervoor dat het stil wordt, zodat we centraal kunnen nagaan of het doel behaald is van de les.

Halte

Openen

Reflecteren

Beoordeling 2 pabodocent

Reflectie beoordeling 2

In maart kwam Jos voor de tweede keer langs. Ondertussen zaten we in het nieuwe gebouw en werken we met Snappet in de klas. De leerlingen waren wel al heel erg gewend aan de tablet. De juf en ik waren er ook wel al aan gewend, maar moesten toch nog handig worden in een bepaald aantal dingen. De les zelf verliep goed. De leerlingen gingen rustig zelfstandig aan de slag. Jos was al met mijn mentor in gesprek gegaan, omdat hij het belangrijkste van de les gezien had.

Er staan nog wel een aantal verbeterpunten op het beoordelingsformulier. Eén punt hiervan is dat ik nog duidelijker het leerdoel moet benoemen, omdat dit het leerrendement nog meer verhoogt. Ook moet ik concreet aangeven wat ik verwacht van de leerlingen.

In de komende jaren wil ik nog werken aan de competentie samenwerking met de omgeving. Tijdens mijn lio-stage heb ik wel contact onderhouden met ouders en de buurt, maar nog niet met bedrijven en instellingen. Daarna heb ik mijn lio-gesprek gehad. Mijn lio-gesprek verliep ook goed.