Wiskundewandeling U-talent opdracht

Wiskunde

Onderbouw module

InleidingEen wiskundewandeling is een wandeling (door een stad of andere omgeving) waarbij de wandelaar, met behulp van een boekje of gps-mobiel, wordt gewezen op de omgeving met specifieke aandacht voor reken-wiskundige onderwerpen. Voor een wiskundewandeling moeten pen en papier mee, want er gaat gerekend worden en flink gepiekerd. Een wiskundewandeling wordt gespeeld door twee of meer groepjes personen, die een tijdje na elkaar vertrekken, bijvoorbeeld 5 of 10 minuten na elkaar. Elk groepje moet gezamenlijk zoveel mogelijk antwoorden proberen te vinden. Het groepje dat terugkomt met de meeste goede antwoorden, heeft gewonnen.

Jij gaat in deze module zelf met jouw U-Talent groepje een wiskundewandeling bedenken en maken.

Voorbeeld: UtrechtDe wandeling begint bij het Universiteitsmuseum aan de Lange Nieuwstraat 106. Op het gebouw staat een rebus, die natuurlijk eerst even wordt opgelost, een opwarmertje. Even terug is de ABC-straat. Waarvoor wordt de ABC-formule gebruikt? a)Voor het berekenen van de schuine zijde van een driehoek? b)Voor het berekenen van het aantal verschillende volgordes waarin je de letters van het alfabet kunt zetten? c)Of voor het oplossen van een tweedegraads vergelijking?

Het ontwerp van een wiskundewandeling kun je op je eigen creatieve wijze invullen.

Opgave 1 – VerkenningOnderzoek hoe een wiskundewandeling eruit kan zien.

Op de volgende website vind je verschillende wiskundewandelingen in grote steden.http://hanswisbrun.nl/tag/wiskundewandeling/Een verschil is dat jouw wandeling voor het grootste deel door de school zal gaan (in ieder geval als je in de 1e of 2e klas zit), dus binnen zal zijn.

Verken in en rond de school het gebied waar je de wandeling wil laten plaatsvinden. Houd hierbij goed in de gaten waar je wel en niet mag komen tijdens de wandeling:

Als je in de 1e of 2e klas zit, maak je een wiskundewandeling die door deze gebieden mag gaan: de school, het schoolplein, Abrona, het kunstencentrum, de sporthal, de bibliotheek.

Als je in de 3e klas zit, maak je een wiskundewandeling die door deze gebieden mag gaan: de school, het schoolplein, Abrona, het kunstencentrum, de sporthal, de bibliotheek, het winkelcentrum achter de school, het sportveld tegenover de school.

Kijk goed om je heen en let op details in het gebouw, glas, tegels, vormen, letters, aantallen deuren enz. Maak foto’s van opvallende zaken die je wellicht kunt gebruiken voor een opdracht.

Opgave 2 – Ontwerp je eigen wiskundewandelingMaak wiskunde- en rekenvraagstukken aan de hand van de dingen die je bent tegengekomen. Maak minimaal 12 wiskunde- of rekenvragen. De vragen moeten op of boven het niveau van jouw eigen klas zijn. Gebruik dus gerust alle wiskunde kennis die je nu hebt.

Bepaal de volgorde en daarmee de route die je wil lopen tijdens de wandeling. Houd er rekening mee dat de wandeling in 30-35 minuten gelopen moet worden (inclusief rekenwerk).

Maak twee boekjes of gekopieerde A4-tjes aan elkaar geniet, voor de deelnemers aan de wandeling. Dit zijn in principe twee groepjes leerlingen, van twee personen uit jouw eigen leerjaar. In het boekje staan aanwijzingen voor de route (waar moet je heen lopen?), foto’s van de plekken waar je een vraag over stelt, met de vragen erbij.

Maak een antwoordblad

Opgave 3 – Eindproduct1. Aan je expert geef je het boekje met de wiskundewandeling en het antwoordblad.2. Je laat de wiskundewandeling uitvoeren door vier leerlingen (twee groepjes van

twee). Dit mogen U-Talent leerlingen zijn of -in overleg met je U-Talent expert- andere leerlingen uit jouw klas. Dit doe je tijdens het U-talent uur of een ander moment wat je met je expert afspreekt.

3. Je kijkt de antwoorden na van de twee groepjes en bepaalt wie er gewonnen heeft.

BeoordelingLetterbeoordeling voor de U-talent opdracht ‘Escape Room’, volgens de JCU-methodiek

Letter Betekenis Beoordeling van U-Talentopdracht ‘Wiskundewandeling’

A+

Uitstijgend boven het beoogde U-Talent excellentie niveau

De wiskundewandeling is over een zo groot mogelijk gebied verspreid Er is op een originele en verrassende manier gebruik gemaakt van onderdelen van het gebouw en de omgeving.De wiskunde- en rekenopdrachten zijn divers en van een zeer goed niveau. Er zijn minimaal 12 wiskunde- en rekenopdrachten verwerkt in de wiskundewandeling. Het gemaakte boekje is helemaal duidelijk, correct en compleet met foto’s bij elke opgave.De wiskundewandeling sluit qua niveau goed aan op de spelers; de spelers zijn niet veel te vroeg of te laat klaar en kunnen op de meeste vragen een antwoord geven. De spelers vonden het leuk om te doen. Het antwoordblad is helemaal duidelijk, correct en compleet.Er is duidelijk meer moeite in gestoken dan verplicht.

A

Op het beoogde U-Talent excellentie niveau

De wiskundewandeling is over een groot gebied verspreid Er is op een originele manier gebruik gemaakt van onderdelen van het gebouw en de omgeving.De wiskunde- en rekenopdrachten zijn divers en van een goed niveau. Er zijn minimaal 12 wiskunde- en rekenopdrachten verwerkt in de wiskundewandeling. Het gemaakte boekje is duidelijk en compleet met foto’s bij de meeste opgaven.De wiskundewandeling sluit qua niveau aan op de spelers; de spelers zijn niet veel te vroeg of te laat klaar en kunnen op de meeste vragen een antwoord geven. De spelers vonden het leuk om te doen. Het antwoordblad is helemaal correct.

B

Onder het beoogde U-Talent excellentie niveau, maar boven regulier havo/vwo-niveau

De wiskundewandeling is over drie of meer van de genoemde gebieden verspreid Er is op een juiste manier gebruik gemaakt van onderdelen van het gebouw en de omgeving.De wiskunde- en rekenopdrachten zijn divers en van een voldoende niveau. Er zijn minimaal 12 wiskunde- en rekenopdrachten verwerkt in de wiskundewandeling. Het gemaakte boekje is duidelijk genoeg en er zijn ook relevante foto’s toegevoegd.De wiskundewandeling sluit qua niveau voldoende aan op de spelers; de spelers zijn niet veel te vroeg of te laat klaar en kunnen op minstens de helft van de vragen een antwoord geven. De spelers vonden het leuk om te doen. Het antwoordblad is correct.

C Op regulier havo/vwo-niveau De wiskundewandeling is over twee of meer van de genoemde gebieden verspreid. Er is gebruik gemaakt van onderdelen van het gebouw en de omgeving.

De wiskunde- en rekenopdrachten zijn niet heel verschillend. Sommige zijn moeilijk, andere zijn wat (te) makkelijk. Er zijn 10 tot 12 wiskunde- en rekenopdrachten verwerkt in de wiskundewandeling. Het gemaakte boekje is voor het grootste deel correct en duidelijk. Er zijn enkele foto’s toegevoegd. De wiskundewandeling sluit qua niveau deels aan op de spelers maar er zijn ook onderdelen die te makkelijk of veel te moeilijk of onduidelijk zijn. De spelers vonden het voor het grootste deel leuk om te doen, met hier en daar een kritiekpuntje. Het antwoordblad is voor het grootste deel correct.

D

Onder regulier havo/vwo-niveau

De wiskundewandeling is over één of twee gebieden verspreid. Er is niet altijd gebruik gemaakt van onderdelen van het gebouw en de omgeving.De wiskunde- en rekenopdrachten zijn niet verschillend. Sommige zijn moeilijk, andere zijn (te) makkelijk. Er zijn minder dan 12 wiskunde- en rekenopdrachten verwerkt in de wiskundewandeling. Het gemaakte boekje is niet compleet en de route niet helemaal duidelijk. Er zijn weinig of geen foto’s toegevoegd. De wiskundewandeling sluit qua niveau niet goed aan op de spelers; er zijn teveel onderdelen die te makkelijk of veel te moeilijk of onduidelijk zijn. De spelers vonden het lastig om de wandeling goed uit te voeren. Het antwoordblad is voor een groot deel niet correct of niet compleet.

ProgressieProgressiekaart voor academische vaardigheden toegespitst op het vak Wiskunde, volgens de JCU-methodiek

Onderdelenkennis Vaardigheden Houding

Hoofdrubrieken

Onderzoek

- Je kent statistische middelen zoals verschillende soorten grafieken, tabellen etc.- Je kent verschillende soorten verbanden en formules

- Je kunt berekeningen uitvoeren / data verzamelen- Je kunt verschillende soorten verbanden / regelmaat herkennen en verwoorden- Je kunt conclusies trekken - Je kunt formules opstellen

- Je wilt dingen uitzoeken / oplossingen vinden- Je bent kritisch- Je deelt je bevindingen

Kennis verwerven / verwerken / toepassen

- Je kent verschillende manieren om een vraag of probleem te onderzoeken- Je kent stappenplan van Polya- Je weet verschillende hulpbronnen te vinden (bijvoorbeeld op internet) en je kunt inschatten of een hulpbron bruikbaar is

- Je kunt een vraag of probleem analytisch aanpakken, bijvoorbeeld door eerst een simpeler, verwant probleem te onderzoeken- Je kunt het stappenplan van Polya inzetten bij problemen oplossen- Je kunt relevante hulpbronnen vinden en inzetten

- Als aanpak A niet werkt, dan kun je overstappen op plan B- Je bent vastberaden om een probleem op te lossen, je zet door bij moeilijkheden- Je hebt een kritische houding tegenover de hulpbronnen die je vindt; je neemt niet alles zomaar voor waar aan

Communicatie

- Je bent bekend met relevante wiskundige notaties / taalgebruik- Je kent verschillende werkvormen en manieren van presenteren- Je bent bekend met verschillende ICT-hulpmiddelen zoals Powerpoint, Prezi, Kahoot, etc.

- Je kunt wiskundige notatie toepassen- Je kunt jouw kennis op een duidelijke manier overbrengen - Je kunt verschillende presentatietechnieken, werkvormen en ICT-middelen toepassen

- Je vindt het belangrijk om te formuleren in wiskundig correcte taal / notatie - Je probeert verschillende presentatietechnieken / nieuwe werkvormen / (ICT-)hulpmiddelen uit waar je nog niet bekend mee bent- Als je bepaalt op welke manier je iets uit wilt leggen, dan houd je rekening met wie je voor je hebt

Persoonlijke ontwikkeling

- Je weet waar jij goed in bent en waar jouw valkuilen / leerdoelen zitten- Je weet hoe je jezelf uit kunt dagen- Je hebt overzicht van je verantwoordelijkheden

- Je kunt (persoonlijke) leerdoelen voor jezelf formuleren- Je kunt uit je comfort-zone stappen- Je kunt je (school)werkzaamheden plannen- Je kunt op een constructieve manier overleggen met klasgenoten / begeleiders

- Je bent niet bang om nieuwe dingen uit te proberen / fouten te maken- Je staat open voor feedback- Je laat niet alleen progressie zien op leerdoelen binnen jouw comfort-zone, je laat ook zien dat je werkt aan de dingen die jij moeilijk vindt- Je hebt een nieuwsgierige / leergierige houding