Brinkschool...Created Date: 11/12/2019 11:51:14 AM
Transcript of Brinkschool...Created Date: 11/12/2019 11:51:14 AM
Beleidsplan 2019 -2024voltijds passend onderwijs hoogbegaafde leerlÍngen groep 5-g
G,i. van den Brinkschool
:
*4'a
*+
arL-l
aa
\-/
la
lufOO
L/t
Versie september 2019 / werkgroep 5-8 in samenwerking met Sonja Morbé, HB specialist
lnhoudsopgave
2.t2.1.1
2.7.22.2
2.3
3.1
3.7.1
3.7.23.2
3.3
3.43.5
3.53.7
3.83.93.10
1 SAMENVATTING
2 ScHooLBEScHRIJVING
AANLE]DING EN NooDzAAK VAN BELEID
AanleidingNoodzaokScnoot-- tw /or oNDERzoEKsGEGEVENS
Mlssrg EN vrsÍE
TAKEN EN BEVoEGDHEDEN
DESXUNDIGHEID EN PRoFESSIoNALISERING
3 OIIDERWI,S MEER. ET HooGBEGAAFDE I"EERI.IT{GET
ONZE THEoRETISCHE DUIDING VAN INTELLIGENTIE VERSUS HOOGBEGAAFDHEID
Begrip intelligentieBegri p hoogbegoofdheidBEtEIDsDEFINITlE
DoeleRoe p
DOËLSTETTING
REsurtnrrnAFBAKENIN6 DoEISTEI.LING
EFFECTEN oNDERWIJSAANPASSING
SWOT BEscHRrrvrÍs6
RIsIcoAÍ$ALYSE
Orregv]rue EN PARTNERS
4 ORcarlsmr
t
6
6
6
6
7
9
L2
L2
1272
15
15
16
16
18
18
L9
202L
22
22
22
5 WERrwuze - Urwo€Rr[6
SIGÍ{AtEREN EN SELECTIENoRMEN
CompncTEN, vERDIEPEN, VERBREDEN, VERSNETLEN
LEERLUÍIIEN EN LEERDoELEN oNDERWIJSBELEID
KerndoelenLeerlijnenAo nv u ll e nde ve rrijke nde leerd oelenMgTHooes, MATERIALEN EN ACTIVIÏEITEN
DtrrrRe rurrnrrr - LrsRoosrrRAo nn l ru rsrRnn E-RAPPoRT
5 PLAilNING EN FINAilcIEEt BETEID
5.1
5.2
5.35.3.15.3.2s.3.35.45.5
5,5
4.L4.2
24
24
25
27
27272829
3030
31
Ttt osplRN trt I lrtG BELET DsFAsEs
ACTIVITEITENPLANN ING
Becnorrrue
2
6.1
6.2
6.3
31
31
32
7 CoMMUNTcATtE, vooRTcANG EN BoRGtNG 34
35
35
36
7.7
7.2
7.3
Corurvururcnrrp
Morutronrru EN EVALUATIE vAN HET BELETD
DocuruerureNBEHEER
8 PRorocorLEN gN BTJLAGEN
L SamenvattingNoodzaak nieuw beleid passend onderwiis
ln de afgelopen jaren is gebleken dat voor een relatief groot aantal hoogintelligente leerlingen op de G.J.
van den Brinkschool een beter passend onderwijsaanbod noodzakelijk is. Al enkele jaren, vanaf 2OL4,ishet team van de G.J. van den Brinkschool daarom actief in het opzetten van passend onderwíjs voor hoogintelligentie leerlingen. Het antwoord was gevonden in het opzetten van een Plusstroom (2014) maaruiteindel'tjk bleek dat dit voor een aantal leerlingen ook dit aanbod onvoldoende passend is.
Voor een specífieke groep hoogbegaafde leerlingen is er nl. weinig verbinding te maken met de andereleerlingen in de klas, ondanks alle inspanningen van de leraar. De kloof is te groot en deze hoogbegaafdeleerling heeft ontwikkelingsgelijken nodig voor zíjn/haar zelfbeeld, welbevinden en ontwikkeling van heteigen potentieel. De doelgroep is te klein om op elke school dit voor elkaar te krijgen.Bovenstaand is dan ook de aanleiding om nieuw beleíd te vormen in de verdere realisatie van passendonderwijs voor de doelgroep (hoog)begaafde leerlingen. We willen een aanvullend aanbod realiseren:voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen waarvan niet alleen de leerlingen van deeigen school kunnen profiteren. Wij hebben het inítiatief op ons genomen om een voorziening te treffenbinnen de regio Wageningen om voltijds passend onderwÍjs te kunnen bieden voor hoogbegaafdeleerlingen.
lneebed in de ondersteuninssstructuur van de schoolHet bieden van voltijds hoogbegaafden onderwijs kan worden ingebed in de ondersteuningsstructuur vande school, waarin we spreken over 6 leerstromen passend voor elke leerling. De klassen zijn ingedeeld opbasis van het zogenaamde leerstofiaarklassensysteem. Dat wil zeggen dat de leerstof gekoppeld is aan eenjaarklas met daarin kínderen van ongeveer dezelfde leeftíjd. Binnen elke jaarklas krijgt een kind de lesstofop zijnlhaar niveau aangeboden. Wíj hebben voor de benaming 'leerstroom' gekozen omdat dezedynamisch is. Een leerling stroomt wel of niet van de ene leerstroom naar de andere om zoveel mogelijkonderwijs op maat te krijgen.Het onderwijs bestaat uit de volgende zes leerstromen:
. de zeer intensieve stroom
. de intensieve stroom
. de basisstroom
. de verdiepte stroom
. de plusstroom
. de zeer verdiepte stroom, voltijds HB-onderwijsVoor elke leerstroom, op het zesde na, geldt dat een leerling gekoppeld is aan een reguliere klas.Voor een leraar is lesgeven op drie niveaus in een homogene klas op de school gebruikelijk. Met hulp vanleraarondersteuners kan dit voor een enkele leerling uitgebreid worden naar maximaal vijf niveaus. Voorde zesde leerstroom wordt aparte deskundigheid ingeschakeld en wordt met ingang van het schooljaar2019-2020 een aparte klas gecreëerd voor voltijds HB-onderwijs.
36-52
3
De doelgroep van ons voltijds hoogbegaafden onderwijs is:
1". Leerlingen met een aantoonbaar een hoge intelligentie (zie nadere toelichting bij selectie eisen in het
beleidsplan).2. Binnen een passende schoolomgeving tonen deze leerlingen een hoge taakgerichtheid.
3. Binnen een passende schoolomgeving tonen deze leerlingen een hoge creativiteit.
4. Binnen een passende schoolomgeving tonen deze leerlingen een hoge mate van gevoeligheid,
perfectionisme, groot rechtvaardigheidsgevoel en een kritische instelling.
5. Het betreft leerlingen met leerniveau groep 5,6,7 of 8 en het leerproces beheersen. Ten aanzien van
versnelde leerlingen geldt maatwerk en is in principe alleen mogelijk voor interne leerlingen van
school (niet extern aangemelde leerlingen).
6. De leerlingen behoren tot één van de volgende profielen van begaafdheid: zelfsturend autonoom,
aangepa.st succesvol, creatief uitdagend, onderduikend (onderpresterend) en géén twice-exceptional
leerling, tenzij het gaat om de hoogbegaafde leerling met het leerprobleem dyslexie / dyscalculie.
Hoogbegaafde leerlingen met andere leer- en/of gedragsstoornissen behoren voor de genoemde
beleidsperiode niet tot de doelgroep.
De bovengenoemde aspecten van de doelgroep zijn de basis voor het aannamebeleid: aanname
voorwaarden.
Doelstellins en beleidsoeriodeDe doelstelling van het beleidsplan is als volgt omschreven:
"We willen eerl regtondle onderwijsvoorziening bieden ntet een voltijds (5 dagen per week) passend
onderwijsprogrommo voor olle groep 5 tot en met groep 8 leerlingen die tot de specifieke doelgroep
'hoogbegoofde leerlingen' behoren en ingebed binnen de school (geen opart eilandie). De
realisatieperiode van deze doelstelling is september 2079 tot september 2024. "De beleidsperiode valt samen met het nieuw op te stellen strategisch beleidsplan 2020-2024.
Resulta_tenOm de hoofddoelstelling te bereiken willen we gedurende de meerjaren beleidsperiode de volgende
resultaten bereiken, zoals gepland in paragraaf 6.2
L. We hebben jaarlijks minimaal 25 leerlingen die voltijds HB onderwijs volgen (één
combinatiegroep van leerjaar 5 tot en met 8, met een gewenste groepsgrootte tussen de 25 en
29 leerlingen.2. We hebben een klankbordgroep ouders van voltijds HB onderwijsgroep'
3. We hebben twee compacte leerlijnen op alle domeinen op basis van de kerndoelen:
o 2u leerlijn 40% compacto 3u leerlijn 30% compact
4. We hebben twee verdiepende teerlijnen in de domeinen rekenen, taal, lezen, kunst & cultuur,
Engels en zaakvakken:o 2" leerlijn (60%)
o 3" leerlijn (70%)
5. We hebben twee verbredende leerliinen in de domeinen
o techniek ene schaken
6. We hebben twee leerlijnen voardigheid:o ondernemend lereno leren leren
7. De voltijds HB setting is financieel onderdeel van de school en er is geen financiële ondersteuning
van bestuur en/of ouders (meer) nodig.
8. We hebben minimaal twee opgeleide gespecialiseerde leerkrachten. De leerkrachten zijn (einde
beleidsperiode) minimaal opgeleid in het specialisme hoogbegaafdheid op HBO-niveau.
9. Het schoolteam heeft deskundigheid op het gebied van hoogbegaafdheid bereikt in de volgende
thematiek: signaleren, compacten en verrijken in de klas.
4
1-0. We hebben een samenwerkingsvorm gerealiseerd met minimaal één VO school (om bijvoorbeeldde doorgaande leerlijn te optimaliseren voor hoogbegaafde leerlingen en/of uitwisseling vanlessen ter realiseren).
11. We hebben een samenwerkingsvorm gerealiseerd om kennisuitwisseling te realiseren in voltijdsHB onderwijs binnen het SWV Rijn en Gelderse Vallei.
1-2. We hebben een verkenningsonderzoek voor een eventuele toekomstige realisatie van voltijdsonderwijs voor hoogbegaafde leerlingen groep 1-4.
We willen als neveneffecten van het voltijdsaanbod het volgende meten:o Leerlingen worden eerder en vaker gesignaleerd en erkend vanuit hun meer- en hoogbegaafde
potentieel (vermindering van misdiagnoses)r Meer leerlingen kunnen hun hoogbegaafde potenties daadwerkelijk ontwikkelen en/of behalen
hogere schoolprestaties op de kerndoelen conform hun potenties (het zit erin én het komt er ookuit);
o Het welbevinden stijgt bij een deel van de hoogbegaafde leerlingen; probleemgedrag kanhiermee worden voorkomen, wenselijk gedrag ontstaaU
Afba kening doelstellins
Binnen de genoemde beleidsperiode zijn we ook genoodzaakt af te bakenen in onze wensen tot hetrealiseren van voltijds passend onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen.Vooralsnog doen we dus niet:
o Voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen bieden uit leerjaar 1-,2,3 en 4o Twice-exceptional leerlingen (tenzij dyslexie / dyscalculie)o Extern versnelde leerlingen die willen instromen in leerjaar 5
5
2 Schoolbeschrijving
2.1 Aanleiding en noodzaak van beleid
2.L.1 AanleidingDe schoolpopulatie van de Brinkschool heeft een vrij hoog aantal hoog intelligente en mogelijkhoogbegaafde kinderen. Het team van de Brinkschool is al meerdere jaren zoekende naar de manier ompassend onderwijs voor hoogbegaafden in te richten. Er is sinds schooljaar zOt4-ZOtS beleid voor een
Plusstroom opgesteld en met intensieve aandacht in de praktijk uitgevoerd. Hier is op gereflecteerd en er
zijn meerdere malen aanpassingen doorgevoerd met als doel het aanbod te verbeteren.
Zo is er bijvoorbeeld een versie geweest, waarbij kinderen groepsoverstijgend buiten de klas een
Plusstroom les kregen van een leraar. De huidige situatie is een versie van de Plusstroom ingebed in IPC
(lnternational Primary Curriculum) waar zowel de meerbegaafde als de hoogbegaafde kinderen deel van
uitmaken. Naast een compact programma en verrijkingsaanbod bij de basisvakken worden er aan deze
groep kinderen uitdagende opdrachten aangeboden passend bij het thema van lPC. Dit gebeurt binnen de
eigen groep en de eigen leraar organiseert dit.
Voor de hoogbegaafde kinderen is dit onvoldoende gehleken. Ook voor de meerbegaafde kinderenervaren leraren nog behoefte aan verbetering. Binnen het team blijkt er nog te weinig kennis op hetgebied van hoogbegaafdheid en vooraltijd om écht af te stemmen op de behoefte van deze kinderen. Er
zijn binnen het huidige team geen leraren die zich willen laten scholen op het gebied van
hoogbegaafdheid en zodoende het specialisme in het team kunnen brengen. Momenteel zijn er leerlingen
die naast het aanbod voor de Plusstroom op enkele momenten uit de klas gaan om extra
techniekonderwijs te ontvangen.
Enkele ouders van kinderen zoeken inmiddels naar externe mogelijkheden om aan de behoefte van de
kinderen te voorzien.
Bovenstaand is dan ook de aanleiding om nieuw beleid te vormen in de verdere realisatie van passend
onderwijs voor de doelgroep (hoog)begaafde leerlingen. We willen een aanvullend aanbod realiseren:
voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen.
2.L.2 NoodzaakHoogbegaafde leerlingen hebben vanaf jonge leeftijd passend aanbod nodig die aansluit bij de
leerbehoeftes. Denk aan aspecten als: de specifieke leerstijl, out-of-the-box denken, autonoom zijn,
perfectionisme, overexcitabilities (gevoeligheden), emotionele ontwikkeling en het zelfbeeld.
Onvoldoende aandacht hiervoor kan op korte termijn invloed hebben op welbevinden, leerplezier,
motivatie, gedrag, leerprestaties, zelfbeeld, sociale contacten.
Op lange termijn kan de impact groter zijn. Denk hierbij mogelijk aan: gebrek aan aansluiting, zich nieterkend voelen, teruggetrokken gedrag, verhoogd risico op gepest worden, onzekerheid bij leren,
onvermogen lot levelen (door te snel creatief denken), onvermogen tot delen van verantwoordelijkheden(of delegeren) door sterk autonoom handelen, moeite met focus houden, moeite met zaken afronden,compulsieve drang naar perfectionisme, moeite met samenwerken, snel overprikkeld, onvoldoendeempathisch vermogen, diffuus zelfbeeld en eenzaamheid.
Voor een deel van de meer- en/of hoogbegaafde leerlingen is gedeeltelijk aangepast aanbod voldoendeVoor een deel van de hoogbegaafde leerlingen is dit niet voldoende en is een verdergaand compactregulier aanbod nodig met een verdergaand verrijkt aanbod.
6
Wat weten we eigenlijk op basis van onderzoek of uit de praktijk over de noodzaak? Hieronder een aantalaspecten.
Uit de praktijk blijkt dat leerlingen kunnen de reguliere lesstof in 2O%ï.ot 4O% van de tijdbeheersen. Dit betekent dat er 80%-60% tijd over is. We noemen dit ook de compacte leerlijnen:1" leerlijn 60%-40%,2" leerlijn 40%-60% en 3u leerlijn 3O%-7O%. Dit vraagt om een wezenlijk andercurriculum (3" leerlijn: 30% reguliere kerndoelen enTOTo nieuwe doelen). De praktijk wijst uit dateen wezenlijk ander curriculum in de klas aanbieden niet lukt en vervalt in 'bezig houden','vrijblijvendheid', 'meer van hetzelfde' en 'geen doorgaande leerlijn'. Er is een groot risico totbijvoorbeeld onderpresteren, onrealistisch zelfbeeld, niet leren en een slechte werkhoudingontwikkeling. Een andere onderwijsvoorziening kan een dergelijk curriculum voor een specifiekedoelgroep inrichten, hetgeen niet realistisch is voor het reguliere onderwijs.Het risico op onderpresteren in de reguliere klas is hoog onder hoogbegaafde leerlingen:30-60%.Slechts 6-8%van de leerkrachten signaleert dit oftewel94-92% van de leerkrachten is niet in staateffectief te reageren op onderpresterende leerlingen, want deze leerlingen worden nietopgemerkt door de leerkrachten. Deze leerlingen krijgen géén passend onderwijs, omdat ze nietgezien worden. Bron: onderzoek Onderwijsraad 2010. Met een andere onderwijsvoorzieningkomt er specifieke kennis en ervaring om ondersteuning te bieden aan de signalering van dezeleerlingen. Dit vraagt om professionalisering, focus en specialisatie.Hoogbegaafde leerlingen beheersen de reguliere lesstof aanzienlijk sneller, waardoor versnellingzou kunnen ontstaan. Het heeft echter vaak niet de voorkeur om de leerlingen op (zeer) jongeleeftijd door te laten stromen naar het voortgezet onderwijs, omdat daar een aangepastprogramma voor een doorgaande leerlijn niet aanwezig is. Beleidsmatig kun je de regel hanterenom niet meer dan 1 jaar te versnellen. Dit doet echter geheel geen recht aan het eigen leertempovan de hoogbegaafde leerling en deze maatregel schiet dus tekort voor goed passend onderwijs.En in de praktijk blijkt dat het reguliere onderwijs niet verder komt voor deze doelgroep. Een
andere onderwijsvoorziening kan wel een geheel ander curriculum bieden voor deze specifiekedoelgroep.Vanuit de voorziening Plusstroom kennen we de ervaring dat er voor een aantal leerlingen eenblijvende passende onderwijsbehoefte is om bijvoorbeeld onderpresteren, laag welbevindenen/of depressie te voorkomen en voltijds een ander onderwijsaanbod te krijgen.Er zijn gespecialiseerde leraren nodig om het onderwijs te bieden dat past voor deze doelgroep.Er zijn echter in het reguliere onderwijs maar enkele gespecialiseerde leraren, waardoor het eenfeit is dat niet alle leerjaren aangepast onderwijs wordt geboden gedurende 5 dagen in de week.Het kind van vandaag heeft hier wel recht op en we kunnen het nu niet bieden, tenzij we effectiefen efficiënt gaan samenwerken in een onderwijsvoorziening waar wel deze leerkrachten zijn.Voor een specifieke groep hoogbegaafde leerlingen is er sprake van een 'eenling' in de klas, waarmet de beste wil van de leerkracht, geen verbinding te maken is met andere leerlíngen in de klas.De kloof is te groot en deze hoogbegaafde leerling heeft ontwikkelingsgelijken nodig voorzijn/haar zelfbeeld, welbevinden en ontwikkeling van het eigen potentieel. De doelgroep is teklein om op elke school dit voor elkaar te krijgen. Een regionale voorziening is dan ooknoodzakelijk.
a
2.2 School- en lof onderzoeksgegevenslnleidendDe omvang van leerlingen die in aanmerking kunnen komen voor meer verdieping of verbreding van éénof meerdere vakken is2O-3O% (richtlijnen SLO I Talent Stimuleren).
De omvang meer- en hoogbegaafde leerlingen is 76% en hiervan is2,3Yo hoogbegaafd. Er zijn dus 23hoogbegaafde leerlingen en 136 meerbegaafde leerlingen per 1.000 leerlingen. Voor voltijds onderwijsaan hoogbegaafde leerlingen richten we ons op een smalle doelgroep: de hoogbegaafde leerling(ongeveer 2,3%).
7
Leerling populatie schoolZoals eerder genoemd bestaat de schoolpopulatie van de Brinkschool uit een vrij hoog aantal hoog
intelligente en mogelijk hoogbegaafde kinderen. De school had in schooljaar 2018-2019,223 leerlingen.
Uitgaande van 2,3%o is hoogbegaafd verwacht je dus 5 hoogbegaafde leerlingen. Aangezien de
schoolpopulatie uit een gemiddeld hoger aantal intelligente leerlingen bestaat, verwachten wij meer dan
2}% hoogbegaafde lee rl ingen.Van de afgelopen vijf jaren is de uitstroom als volgt:
Uilstroom naar
GymHN
2015
2016
2017
2018
2019
75
65
93
21t 28
20Rl28RA
21t29
23n972
79
76.8
o/o jariggemiddelde uistroom naar Havo VWO / Gymnasium
Gemiddeld genomen stroomt er76,8%ovan onze leerlingpopulatie door naar HAVO/VWO/gymnasium.
Omdat alle groepen gemiddeld boven de landelijke norm presteren voor de vakken rekenen/wiskunde,taal, lezen en spelling, heeft de school een eigen norm gesteld, de 'Brinknorm'. ln een range van CITO I
t/m V is het landelijk gemiddelde lll tot ll. De schoolnorm is ll tot l.Daarnaast verwachten we dat er vraag naar voltijds aanbod is vanuit de regio. De school kiest er dan ook
voor om deze regionale functie te bieden.
SamenwerkingsverbandUitgaande van alleen de hoogbegaafde leerlingen (2,3%l zijn er naar verwachting 555 van de 24.000
leerlingen hoogbegaafd binnen het samenwerkingsverband (bron: beleidsplan & werkgroephoogbegaafdheid SWV Rijn en Gelderse Vallei mei 20L8). Deze 555 leerlingen hebben mogelijk behoefteen/of kunnen mogelijk in aanmerking komen voor voltijds onderwijs.Binnen het samenwerkingsverband zijn diverse initiatieven op het gebied van passend onderwijs voorhoogbegaafde leerlingen. Doordat deze worden geïnitieerd op bestuurs- en schoolniveau en hetsamenwerkingsverband hier geen bemoeienis mee heeft, is geen eenduidig overzicht te geven. Wel
hebben alle scholen met behulp van Q3 in2O74-2Ot5 een schoolondersteuningsplan(SOP)opgesteld,waarin vragen zijn gesteld over de aanpak van (hoog)begaafde leerlingen.
De volgende gegevens zijn hieruit bekendo Er zijn 4 scholen met fulltime hoogbegaafden onderwijs, 2 in de regio Ede en 2 in de regio
Veenendaal.o 1.3 scholen binnen het samenwerkingsverband hebben een vorm van een HB-voorziening. De vorm
en inhoud van de scholen verschillen per bestuur, veelal zijn dit parttime plusklassen voor de
bovenbouw in de school zelf of op bestuursniveau.o 14 van de 121. scholen hadden een plan om deskundigheid op het gebied van hoogbegaafdheid te
gaan vergroten.o 24 scholen hadden een plan om een aanbod voor hoogbegaafden te gaan creëren.
B
Regio WageningenBinnen de regio Wageningen was nog geen voltijds voorziening. Als we hier kijken naar de cijfersldan zienwe:2.544 basisschoolleerlingen 2O18-2OI9 en een gemiddelde verwachting van2,3%o hoogbegaafdbetekent 59 hoogbegaafde leerlingen.Het aantal leerlingen blijft volgens de prognose van de gemeente Wageningen de komende jarenconstant. Daarnaast heeft Wageningen als universiteitsstad een bovengemiddeld aantal hoog opgeleideinwoners (45%in 2018, CBS mei201.8 2)en is er een positieve relatie tussen hoogopgeleide ouders enhoogbegaafde kinderen3.Op basis van bovenstaande cijfers over de aantallen hoogbegaafde leerlingen en onderbouwingverwachten we dat er een haalbaar initiatief te realiseren is voor de regio.
Ondersteuningsstructuur van de schoolHet bieden van voltijds hoogbegaafden onderwijs kan worden ingebed in de ondersteuningsstructuur vande school, waarin we gaan spreken over 6 leerstromen passend voor elke leerling. Voor elke leerstroom,op het zesde na, geldt dat een leerling gekoppeld is aan een reguliere klas.
De klassen zijn ingedeeld op basís van het zogenaamde leerstofjaarklassensysteem. Dat wil zeggen dat deleerstof gekoppeld is aan een jaarklas met daarin kinderen van ongeveer dezelfde leeftijd. Binnen elkejaarklas krijgt een kind de lesstof op zijn/haar niveau aangeboden.De school heeft voor de benaming 'leerstroom'gekozen omdat deze dynamisch is. Een leerling stroomtwel of niet van de ene leerstroom naar de andere om zoveel mogelijk onderwijs op maat te krijgen.Het onderwijs bestaat uit de volgende zes leerstromen:
. de zeer intensieve stroom
. de intensieve stroom
. de basisstroom
. de verdiepte stroom
. de plusstroom
. de zeer verdiepte stroom, voltijds HB-onderwijs
Voor een leraar is lesgeven op drie niveaus in een homogene klas op de school gebruikelijk. Met hulp vanleraarondersteuners kan dit voor een enkele leerling uitgebreid worden naar vijf niveaus. Voor de zesdeleerstroom wordt aparte deskundigheid ingeschakeld en wordt een aparte klas gecreëerd voor voltijdsHB-onderwijs. Voor deze groep geldt een minder dynamisch concept voor wat betref in- enuitstromen' (meer informatie is te lezen in bijlage 7 toelichting op de zes stromenl.
2.3 Missie en visieMissieMet missie bedoelen we welke opdracht de school zichzelf stelt. Met visie bedoelen we de weg waarlangs(hoe)we dit willen bereiken.Onze missie, de opdracht die wij onszelf stellen, is het ontwikkelen van een professionele leercultuur, datwil zeggen: 'Een optimale, veelzijdige ontwikkeling von elk kind bereiken, door middel von veilig adaptiefonderwijs met oandocht voor creotieve ontplooiing'.Het is immers als school onze maatschappelijke opdracht om leerlingen goed uit te rusten voor huntoekomstige deelname in de maatschappij. Daarnaast kiezen bewust voor de bestuursvorm: één schoolonder één bestuur met oog voor samenwerking.
l bron: https://service.openinfo.nl/downloads/onderwijs-informatie-aemeente-wageninoen/2 bron: httos://www.clo.nl/indicatoren/n12100-opleidinqsniveau-bevolkingenhttp: /www.nieuwsvallei.n/onderwijs--wetenschao/basisscholen-in-wageninqeno/o3B-niet-langer-dalend-leerlinoaantal/25233 lbron: "G. Driessen et al, 2007. Hoogbegaafdheid van leerlingen in het primair onderwijs, ITS Nijmegen. p 261
9
Visie
Wij creëren een schoolklimaat waarin kinderen en leraren met plezier werken en ruimte, veiligheid en
vertrouwen ervaren.Bij ons op school kan elk kind zijn talenten optimaal ontdekken en ontplooien; in het primaire proces
stemmen wij ons onderwijs af op onderwijsbehoeften van kinderen en kiezen voor competentie,zelfstandigheid en samenwerken (adaptief onderwijs).Ons onderwijs kenmerkt zich door inspiratie, creativiteiU in evenwichtige samenhang met cognitieve
kennis en vaardigheden.Ouders, kinderen en leraren zijn 'partners in opvoeding'; wij streven naar open communicatie en optimalesamenwerking tussen kinderen, ouders en elkaar.
ln onze leercultuur staan centraal
7. Een veilige leeromgeving. Kinderen kunnen alleen leren vanuit een veilige leeromgeving. De
leeromgeving wordt veiliger als kinderen weten waar, waardoor, door wie en mét wie hun ruimte totleren begrensd wordt. lnzicht in de eigen leerstijl en manier van kennisverwerving is daarbÍj van belang.
Daarom zijn wij een 'Kanjerschool'. De kanjermethodiek geeft inzicht in eigen gedrag, biedt sociale
veiligheid en voorkomt zoveel mogelijk pestgedrag. De waarden van de school zijn: liefde, eerlijkheid,verantwoordelijkheid, respect, gezelligheid, saamhorigheid/samenwerking, er écht zijn voor kinderen.
2. Een op groei gerichte denkwijze. Dit vereist een growth mindset, waarin leerlingen (én leraren) geloven
in zichzelf, beschikken over metacognitieve vaardigheden en de overtuiging hebben dat iedereen
succesvol kan zijn. Het hebben van een op groei gerichte denkwijze en elkaar op een effectieve wijze
hierop van feedback voorzien, of een statische denkwijze is een essentieel verschil (Carol Dweck).
3. Leervaardigheid herkennen en uit te breiden. De volgende vaardigheden of talenten zullen voor de
meeste jonge mensen het verschil maken tussen succesvol zijn of mislukken (ook wel de 21e eeuwse
vaardigheden genoemd).
Deze vaardigheden en de praktische toepassing ervan nemen we op in ons lesaanbod en vooral in hetlesaanbod van lPC, maar ook in het leren-leren om onze leerlingen beter voor te bereiden op de
21eeeuwSeva a rd ie-
hedeï
rrrn*hLcrrtra'
. 6Tê
&yra,
a'ló:)tótEï-60 tT
sMedia
wijsheid
#.h.a/
P
10
(toekomstige) samenleving. Dit betekent dat de waarde van het 'meer gepersonaliseerde leren'toeneemt. Hierin leert de leerling eigen leerdoelen stellen én behalen. De leerling wordt eigenaar van zijneigen leerproces en prioriteert zelf de competenties die hij nodig heeft om de doelen van zijn leerproceste verwezenlijken. Dit vraagt een hoge mate van inzet van de leerling, wiens vermogen tot zelfreflectievan invloed is op de intensiteit en effectiviteit van het leerproces. Dit heeft consequenties voor de rol vande leraar en het onderwijsaanbod, zowel inhoudelijk als in praktische voorzieningen.
4. Autonomie, competentie en relotie sociole context (relotie) keuzes te kunnen moken in zijn leerproces.Relatie verwijst niet alleen naar de sociale context van de leerling maar ook naar de sociale enmaatschappelijke relevantie van kennis en vaardigheden. Competentie verwijst naar de noodzaak je totop een bepaald niveau of in een bepaald gebied competent te voelen om een leertaak te kunnenaanpakken en zodoende een hoger niveau van competentie te behalen.
5. Leerstromen / onderwijsniveous. Gedegen kennisoverdracht voor de zaakvakken taal, rekenen en lezenvindt in ochtend plaats. Na de klassikale instructie volgt er verwerking op drie niveaus.- lntensieve instructie (voorheen aanpak l genoemd)- Basisinstructie (voorheen aanpak 2 genoemd)- Verdiepende instructie (voorheen aanpak 3 genoemd)
6. Leerkrachtvoordigheden.Van de leraar vraagt dit dat deze duidelijk zicht heeft op de leerdoelen vanhet onderwijs. Het vraagt de bereidheid om verschillen tussen leerlingen te accepteren. De leraar moetsamen met de leerling kunnen bekijken hoe deze leerdoelen voor de leerling een cognitieve invullingkrijgen.
Aansluitend op onze visie geven wii aan datDe hoogbegaafde leerlingen in de voltijdsgroep 5-8 deel uitmaken net als alle andere kinderen van desocíale context van de school. Er is dus geen sprake van een 'apart eilandje' binnen de school. Dit wordtgewaarborgd door het inzetten van dwarsverbanden. Dit zijn activiteiten waarbij de kinderen uit groep5/8 worden gekoppeld aan de kinderen van de eigen leeftijdscategorie in de andere groepen.
11
g. Onderwijs meer- en hoogbegaafde leerlingen
3.1 Onze theoretische duÍding van intelligentie versus hoogbegaafdheid
3.1.1 Begrip intelligentieln de literatuur zijn diverse modellen en beschrijvingen te vinden over het begrip hoogbegaafdheid. Het
mag duidelijk zijn dat hoogbegaafdheid wel over intelligentie gaat. Maar op basis van literatuur en
onderzoek is inmiddels bekend dat er meer nodig is om te spreken over hoogbegaafdheid. Oftewel:hoogbegaafdheid is meer dan een hoog lQ getal.
Het voert te ver om alle bestaande modellen en beschrijvingen weer te geven. Voor de omschrijving van
het begrip hoogbegaafdheid binnen dit beleidsplan worden drie modellen uit de literatuur kortbehandeld. Het zogenoemde model 'Renzulli-Mónks', het model 'Tessa Kieboom'en het'Delphi-model'.
3.1.2 Begrip hoogbegaafdheidModel Renzulli-Mónks (model L)
De Amerikaanse psycholoog Joseph Renzulli definieerde hoogbegaafdheid als de interactie tussen drieaanlegfactoren: een hoge intelligentie, een hoge taakgerichtheid (motivatie en focus tot een taak) en een
hoog niveau van creativiteit. Onder creativiteit moeten we verstaan: het kunnen bedenken van origineleoplossingen, vindingrijkheid, probleemoplossend vermogen.
Renzulli spreekt uitdrukkelijk niet over dé hoogbegaafden (als een zelfstandig naamwoord). Hij geeft aan
dat hoogbegaafd gedrag gezien kan worden:o bij bepaalde personen, niet alle personeno op bepaalde momenten, niet alle momenteno in bepaalde gebieden die hun interesse heeft, niet elk (willekeurig) gebied
De Duits-Nederlandse ontwikkelingspsycholoog Franz Josef Mónks ging voort op het model van Renzulli,
maar plaatste de drie aanlegfactoren in een bredere context. Hij plaatste de aanlegfactoren in de
omgeving. De leerling heeft een passende omgeving nodig om de aanleg tot ontwikkeling te laten komen
Om te spreken van zichtbaar hoogbegaafd gedrag / prestatie moeten:L de drie aanlegfactoren aanwezig zijn: hoge intelligentie, taakgerichtheid en creativiteit.2. de drie aanlegfactoren interacteren (zie de overlap van de cirkels in het model), doordat:3. er een stimulerende gunstige omgeving is vanuit school, gezin en peers (ontwikkelingsgelijken)
F@j'Etalóhèd
CÍffid
d6ksmÍs
ttol€mtdLctud!crpxttdtfi
Model 7: triadisch interdepentiemodel Renzulli / Mónks
L2
Uit literatuur en onderzoek blíjkt echter dat hoogbegaafde kinderen naast hun cognitie ook een hogemate van gevoeligheden kennen. Hier worden termen aangegeven als: hoogsensitief, hooggevoelig enoverexcitabilities.
De term overexcitabilities komt van de Poolse psychiater/psycholoog Dabrowski. Hij onderbouwde zijnkijk op begaafdheid op 5 gevoelsaspecten, waarvan 3 of zelfs alle overexcitabilities in bovengemiddeldemate aanwezigzijn bij hoogbegaafde personen namelijk de emotionele gevoeligheid (inlevingsvermogen),de intellectuele gevoeligheid (leerhonger, willen weten) en de verbeeldingskracht (fantasie, creativiteit).De andere twee gevoeligheden zijn: zintuigelijke gevoeligheid en psychomotorische gevoeligheid.
Om het gevoelsleven toe te voegen aan de theoretische duiding van hoogbegaafdheid zijn de meestrecente modellen van Tessa Kieboom en het Delphi-modelsprekend.
ModelTessa (model2)Tessa Kieboom beschrijft hoogbegaafdheid met behulp van twee luiken. Zij noemt dit het cognitieve luik(het denken) en het zijnsluik (het voelen). ln het cognitieve deel noemt zij dezelfde eigenschappen alsRenzullien Mónks. Deze eigenschappen leiden tot leerhonger.
Zij voegt er echter het zijnsluik toe. ln het zijnsluik noemt zij de volgende aanvullende eigenschappen. perfectionisme. een groot rechtvaardigheidsgevoel. een kritische instelling en. een hoge mate van gevoeligheid
Deze eigenschappen leiden tot een gevoel van 'anders zijn'. Dinke Sinke heeft het onderdeel 'zijnsluik'vanTessa Kieboom in een overzicht geplaatst.
tldtrogí
^.!4Ít tih
tV€Ít !f,íl6 - dffiirdi.
Model Maud Kooiiman-van Thiel. Delphi-model(model 3)
Tot slot het Delphi-modelom het begrip hoogbegaafdheid te omschrijven. Dit model is mede ontwikkelddoor hoogbegaafde personen zelf. Het model geeft goed weer wat de kenmerken zijn van'hoogbegaafdheid' in interactie met de omgeving.
ln dit model zien we zes kenmerken van hoogbegaafdheid:1. Er is sprake van een hoge intelligentie (het denken)2. Er is sprake van gedrevenheid en nieuwsgierigheid (het willen)3. Er is sprake van scheppingsgericht zijn, creativiteit (het doen)4. Er is sprake van hoogsensitiviteit (het waarnemen)5. Het voelen is rijk geschakeerd (het voelen)6. Er is sprake van autonomie (het zijn).
tI
I,*f
.6hoaálet
. íralenÉ.€iod.lozedisrb.dfrffÍiêÉs...chó66r
. e*igib6fdó.í _>
Êldra6.brM
ZIJNSLUIK) ):.::a- ..:: : . ,. i ..-'I
13
Het model voegt ook de interactie met de omgeving toe. De hoogbegaafde persoon zal op creatieve,snelle, intense en complexe wijze in interactie zijn met de maatschappij.
Samenvattend leidt dit tot een allesomvattende definitie over hoogbegaafdheid
"Een hoogbegaafde is een nieuwsgierig, sensitief en emotioneel mens. Hij of zij is een snelle en slimmedenker, die complexe zaken aankon. Verder is hij of zij oLttonoom, gedreven von aard en intens levend. Hijof zij schept plezier in creëren."
Conclusie en beleidskeuzeOp basis van bovenstaande theoretische duiding sluiten wij ons aan op de volgende omschrijving overhoogbegaafd heid:
o de drie aanlegfactoren moeten aanwezig zijn: hoge intelligentie, taakgerichtheid en creativiteit(Triadisch model Renzulli-Mónks);
o de drie aanlegfactoren moeten elkaar overlappen om hoogbegaafde prestaties te kunnen
bereiken / laten zien (Triadisch model Renzulli-Mónks);o om de drie aanlegfactoren te laten overlappen is een stimulerende gunstige omgeving nodig
vanuit school, gezin en peers (ontwikkelingsgelijken);. naast de cognitieve elementen is er ook sprake van een aantal andere eigenschappen die leiden
tot een 'anders zijn' namelijk: een hoge mate van gevoeligheid, perfectionisme, grootrechtvaardigheidsgevoel en een kritische instelling (Tessa Kieboom / Delphi-model).
We realiseren ons dat een theoretische duiding van het begrip hoogbegaafdheid soms niet zichtbaar is in
de praktijk. lndien een leerling onderpresteert, getraumatiseerd of drop-out is of er is sprake van twice-exceptional, dan is het mogelijk dat de hoogbegaafde prestaties, kenmerken of gedrag niet zichtbaar zijn.
Een gunstige omgeving, bijvoorbeeld parttime of voltijds onderwijs voor hoogbegaafden, kunnen dan een
effectieve interventie zijn.
Dr. Krieger-Silverman schrijft het volgende aan hoogbegaafde personen
"Giftedness is not whot you do or how hard you work. lt is who you are. You think differently. You
experience life intensely. You care about injustice. You seek meaning. You appreciote and strive for the
exquisite. You are painfully sensitive. You are extremely complex. You cherish integrity. Your truth-tellinghas gotten you in trouble. Should 98% of the populotion find you odd, seek the company of those wholove you just the way you are. You ore not broken. You do not need to be fixed. You ore utterly foscinating.Trust yourself !"
De beschrijving geeft een paar wezenlijke kenmerken weer van hoogbegaafde mensen. het anders denken. intens leven. sterkrechtvaardigheidsgevoel. zoekend naar betekenis. strijden voor het goede. pijnlijk sensitief. extreem complex. de integriteit. de waarheid vertellen kan je in problemen brengen. je wordt als vreemd gezien
Dit alles maakt je echter niet 'kapot' of 'een probleem, dat gerepareerd moet worden'. Hoogbegaafde
mensen zijn fascinerend en hebben (zelf)vertrouwen nodig.
I4
Zij hebben geen redder nodig. Maar een gezonde omgeving die aangeleerde hulpeloosheid en daarmeeonderpresteren of een externe attributiestijl voorkomt. Een omgeving die inzet op competentie,autonomie en relatie.
3.2 Beleidsdefinitie. Naam beleidsplan: Voltijds passend onderwijs hoogbegaafde leerlingen groep 5-8. Beleidsperiode: 2OL9-2O24. Relaties met andere projecten:
y' PlusJeKlasy' Pallas Athena groep 8r/ Meerjaren projectplan hoogbegaafdheid SWV Rijn & Gelderse Valleit 1O-L2 en L2-14 jarige leerling projecten Pantarijn VOy' Wetenschapsknooppunt
We zullen gedurende de beleidsperiode de bovengenoemde projecten volgen en/of in deelnemen tenbehoeve van onze gewenste doelstelling en resultaten van ons beleidsplan.
3.3 DoelgroepHet beleidsplan is bedoeld voor een specifieke doelgroep leerlingen die voltijds onderwíjs voor(hoog)begaafde leerlingen nodig hebben. De onderstaande omschrijving geeft onze doelgroep weer
De doelgroep van ons voltijds hoogbegaafden onderwijs is:
7. Leerlingen met een aantoonbaar een hoge intelligentie (zie nadere toelichting bij selectie eisen in hetbeleidsplan).
8. Binnen een passende schoolomgeving tonen deze leerlingen een hoge taakgerichtheid.9. Binnen een passende schoolomgeving tonen deze leerlingen een hoge creativiteit.10. Binnen een passende schoolomgeving tonen deze leerlingen een hoge mate van gevoeligheid,
perfectionisme, groot rechtvaardigheidsgevoel en een kritische instelling.11. HetbetreftleerlingenmetleerniveaugroepS,6,T of8enhetleerprocesbeheersen.Tenaanzienvan
versnelde leerlingen geldt maatwerk en is in principe alleen mogelijk voor interne leerlingen vanschool (niet extern aangemelde leerlingen).
12. De leerlingen behoren tot één van de volgende profielen van begaafdheid: zelfsturend autonoom,aangepast succesvol, creatief uitdagend, onderduikend (onderpresterend) en géén twice-exceptionolleerling, tenzij het gaat om de hoogbegaafde leerling met het leerprobleem dyslexie / dyscalculie.Hoogbegaafde leerlingen met andere leer- en/of gedragsstoornissen behoren voor de genoemdebeleidsperiode niet tot de doelgroep.
De bovengenoemde aspecten van de doelgroep zijn de basis voor het aannamebeleid: aannamevoorwaarden. ln paragraaf 'signaleren en selectie' benoemen we hoe we deze aspecten gaan signaleren(laten signaleren) en wat de normen zijn van de aanname voorwaarden (bijvoorbeeld de hoogte van deintelligentie).
Expliciet voegen wij toe 'binnen een passende schoolomgeving'. Hiermee houden we rekening met'onderpresteren' bij ons aannamebeleid. De leerling heeft namelijk mogelijk in de voormalige schoolgeenpassend onderwijs gekregen. Deze omgeving kan invloed hebben op de zichtbare prestaties. De leerlingtoont bijvoorbeeld de taakgerichtheid en/of creativiteit niet meer. Dit betekent dat verschillendeprofielen van hoogbegaafdheid onderdeel zijn van onze doelgroep: maar niet alle profielen voor dezebeleidsperiode.
Wij gebruiken het kadervan de profielen begaafdheid van Betts en Neihart: zie bijlage 2. ln dit kaderwordt gesproken over zes profielen van begaafdheid:
7. Zelfsturend autonoom2. Aangepast succesvol
15
3. Uitdagend creatief4. Onderduikend (onderpresterend)5. Leer- en gedragsproblematiek gecombineerd met hoogbegaafdheid (twice-exceptional)
6. Risico-lopende leerling (oudsher: drop-out leerling)
Natuurlijk wilje iedere hoogbegaafde leerling passend onderwijs aanbieden. Dit is een
verantwoordelijkheid van alle scholen binnen het samenwerkingsverband. Aangezien we startend en
groeiend zijn met de ontwikkeling van voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen moeten we voorde 1" beleidsperíode een bewuste keuze maken wat haalbaar is.
Tot 01-0L-2024 richten we ons op de doelgroep met de kenmerken en onderwijsbehoefte passend in de
profielen:- Zelfsturend autonoom- Aangepast succesvol- Uitdagend creatief- Onderduikend(onderpresterend)- Tevens behoort tot onze doelgroep een klein gedeelte van de twice-exceptionalleerlingen: de
hoogbegaafde leerling met dyslexie en/of dyscalculie (leerprobleem ).
3.4 DoelstellingWij hebben het initiatief op ons genomen om een voorziening te treffen binnen de regio Wageningen omvoltijds passend onderwijs te kunnen bieden voor hoogbegaafde leerlingen.
De hoofddoelstelling van het beleidsplan wordt als volgt omschreven:
"We willen een regionale onderwijsvoorziening bieden met een voltijds (5 dagen per week) passend
onderwijsprogrommo voor alle groep 5 tot en met groep 8 leerlingen die tot de specifieke doelgroep'hoogbegaafde leerlingen' behoren en ingebed binnen de school (geen apart eilandje). De
realisotieperiode von deze doelstelling is september 2079 tot september 2024. "
De bovengenoemde doelstelling willen we bereiken door het realiseren van een aantal resultaten(volgende paragraaf).
Het voltijds onderwijs geeft:. Leerlingen de mogelijkheid talenten optimaalte ontwikkelen en te benutten in een uitdagende
leeromgeving.. Leerlingen de mogelijkheid te ontwikkelen in eigen tempo en op eigen niveau in een veilige en
stabiele omgeving met ontwikkelingsgelijken.. Leerlingen de mogelijkheid een reflectieve, kritische en onderzoekende houding te ontwikkelen. Leerlingen het eigenaarschap van hun eigen leerproces en zij ervaren intrinsieke motivatie.. Leerlingen tools die ze later nodig hebben in een maatschappij die zich niet aan deze kinderen
blijft aanpassen.
. Het schoolteam in zijn geheel meer specialisme op het gebied van het onderwijs voor(hoog)begaafde leerlingen.
3.5 Resultaten
ResultatenOm de hoofddoelstelling te bereiken willen we gedurende de meerjaren beleidsperiode de volgende
resultaten bereiken, zoals gepland in paragraaf 6.2
16
1. We hebben jaarlijks minimaal 25 leerlingen die voltijds HB onderwijs volgen (één
combinatiegroep van leerjaar 5 tot en met 8, met een gewenste groepsgrootte tussen de 25 en29 leerlingen.
2. We hebben een klankbordgroep ouders van voltijds HB onderwijsgroep.3. We hebben twee compocte leerlijnen op alle domeinen op basis van de kerndoelen:
o 2" leerlijn 40% compacto 3" leerlijn 30% compact
4. We hebben twee verdiepende leerlijnen in de domeinen rekenen, taal, lezen, kunst & cultuur,Engels en zaakvakken:o 2" leerlijn (60%)
o 3" leerlijn (70%)
5. We hebben twee verbredende leerlijnen in de domeineno techniek eno schaken
6. We hebben twee leerlijnen vaardigheid:o ondernemend lereno leren leren
7. De voltijds HB setting is financieel onderdeel van de school en er is geen financiële ondersteuningvan bestuur en/of ouders (meer) nodig.
8. We hebben minimaaltwee opgeleide gespecialiseerde leerkrachten. De leerkrachten zijn (eindebeleidsperiode) minimaal opgeleid in het specialisme hoogbegaafdheid op HBO-niveau.
9. Het schoolteam heeft deskundigheid op het gebied van hoogbegaafdheid bereikt in de volgendethematiek: signaleren, compacten en verrijken in de klas.
10. We hebben een samenwerkingsvorm gerealiseerd met minimaaléén VO school (om bijvoorbeeldde doorgaande leerlijn te optimaliseren voor hoogbegaafde leerlingen en/of uitwisseling vanlessen ter realiseren).
11-. We hebben een samenwerkingsvorm gerealiseerd om kennisuitwisseling te realiseren in voltijdsHB onderwijs binnen het SWV Rijn en Gelderse Vallei.
12. We hebben een verkenningsonderzoek voor een eventuele toekomstige realisatie van voltijdsonderwijs voor hoogbegaafde leerlingen groep 1-4.
We willen als neveneffecten van het voltijdsaanbod het volgende meten:o Leerlingen worden eerder en vaker gesignaleerd en erkend vanuit hun meer- en hoogbegaafde
potentieel (vermindering van misdiagnoses)o Meer leerlingen kunnen hun hoogbegaafde potenties daadwerkelijk ontwikkelen en/of behalen
hogere schoolprestaties op de kerndoelen conform hun potenties (het zit erin én het komt er ookuit);
o Het welbevinden stijgt bij een deelvan de hoogbegaafde leerlingen; probleemgedrag kanhiermee worden voorkomen, wenselijk gedrag ontstaat;
De verbredende leerlijnen voor techniek en schaken willen we in de toekomst uitbreiden met: filosofie,ondernemen, muziek, programmeren / lT, zie paragraaf 5.3.2 en 5.3.3.
De leerlijnen vaardigheid willen we naasto ondernemend leren eno leren leren
in de toekomst uitbreiden met:o een leerlijn leren denken.o een leerlijn leren leven.. een leerlijn ondernemend leren.o een leerlijn onderzoekend leren.o een leerlijn ontwerpend leren.o een leerlijn reductie faalangst.
L7
3.6 Afbakening doelstellingBinnen de genoemde beleidsperiode zijn we ook genoodzaakt af te bakenen in onze wensen tot hetrealiseren van voltijds passend onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen.
Vooralsnog doen we dus nret:o Voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen bieden uit leerjaar 7,2,3 en 4o Twice-exceptional leerlingen (tenzij dyslexie / dyscalculie)o Extern versnelde leerlingen die willen instromen in leerjaar 5
Verder willen we aandacht voor leerlingen met hiaten: het is niet zo dat deze leerlingen niet worden
toegelaten. Echter, hiaten kunnen belemmerend werken om het optimum te behalen uit hetvoltijds HB
curriculum en daarmee de verwachting van een bepaald schooladvies richting het VO. Dit is een realisatie
die we ook duidelijk communiceren met ouders.
3.7 Effecten onderwiisaanpassingEen beleidsplan is sterk gericht op doelen stellen en deze doelen ook SMART te maken: meetbaar. Er is
een sterke (over)waardering op wat we kunnen meten. Maar in onderwijs gaan regelmatig de kosten voor
op de baten.
De ontwikkeling van een kind en zijn of haar resultaat wordt soms pas op de langere termijn zichtbaar. Ditgeldt ook voor hoogbegaafde leerlingen: ook hun hoogbegaafde prestaties kunnen jaren later pas
zichtbaar worden. Bijvoorbeeld als wetenschapper, als arts, als muzikant. ln die zin is er ook waarderingnodig voor wat we niet kunnen meten.
We noemen dit de mogelijke effecten van onze onderwijsaanpassing. De effecten verwachten we. maar
ziin géén resultaten waar we op sturen of waar we op meten. Het zijn de zogenoemde mogelijke
neveneffecten van ons initiatief.
Mogelijke neveneffecten van ons initiatief binnen de school als geheel:
1-. Leerlingen worden eerder en vaker gesignaleerd en erkend vanuit hun meer- en hoogbegaafdepotentieel (vermindering van misdiagnoses);
2. Meer leerlingen kunnen hun hoogbegaafde potenties daadwerkelijk ontwikkelen en/of behalen
hogere schoolprestaties op de kerndoelen conform hun potenties (het zit erin én het komt er ook
uit);3. Het welbevinden stijgt bij een deelvan de hoogbegaafde leerlingen; probleemgedrag kan
hiermee worden voorkomen, wenselijk gedrag ontstaaU4. Meer leerlingen hebben een goede werkhouding en motivatie;5. Meer leerlingen vinden aansluiting bij de klas en/of school, hetgeen ten goede komt aan de
leerresultaten en het welbevinden van deze leerlingen voor nu en in de toekomst;6. Minder doublures en/of uitval in het basis- en voortgezet onderwijs onder de hoogbegaafde
leerlingen.7. lnterne en externe contacten vanuit school zullen bijdragen aan de ontwikkeling meer- en
hoogbegaafdheidsonderwijs binnen de regio.
3.8 SWOT beschrijvingHet realiseren van het beleid is afhankelijk van:
1B
> Voldoende hoogbegaafde leerlíngen uit de geformuleerde doelgroep
> Voldoende deskundig personeel
> Voldoende financiële míddelen
De volgende interne sterktes van school kunnen een positieve invloed hebben op het realiseren van hetbeleid:
Schoolteam ervaart urgentie en staat positief tegenover het initiatief.
Er is interne ervaring aanwezig met voltijds HB onderwijs (eerder bij betrokken geweest).
De Plusstroom kan voor toeleiding zorgen, doorstroom naar voltijds setting.
Er is een multidisciplinair team.
Het bestuur ondersteunt het initiatief.
Het samenwerkingsverband ondersteunt het initiatief.
Er zijn voor komende beleidsperiode voldoende financiële middelen.
Er zijn twee (duo) HB gespecialiseerde leerkrachten beschikbaar.
De volgende interne zwaktes van school kunnen een negatieve invloed hebben op het realiseren van hetbeleid:
> Er is te weinig kennis binnen het schoolteam op het gebied van hoogbegaafdheid.
De volgende externe kansen buiten de school kunnen een positieve invloed hebben op het realiseren vanhet beleid:
> Er is ondersteunende specialisme van buitenaf beschikbaar in de markt.
> Er zijn externe ouders buiten school ook geïnteresseerd in aanmelding van kinderen.
> Er is geen concurrentie in regio Wageningen.
> Er is een subsidiemogelijkheid.
> Er zijn goede samenwerkingspartners: Jongleren.
> Er is veel belangstelling in de markt voor het thema hoogbegaafdheid.
> Er zijn voldoende aanmeldingen van buitenaf.
De volgende externe bedreigingen buiten de school kunnen een negatieve invloed hebben op hetrealiseren van het beleid:
> 10-1.4jarige leerling project Pantarijn
Conclusie voor ons beleid
interno Aandacht voor integratie klas in de schoolo Aandacht voor kennisoverdracht naar rest van team leraren
. Op tijd leerlingenaantallen in kaart brengen. lndien niet voldoende, inzetten op PR.
. Om concurrentie te verminderen zoveel mogelijk proberen samen te werken met andereWageningse scholen.
3.9 RisicoanalyseHet behalen van de resultaten van het beleid is onderhevig aan risico's. Er zijn risico's die vooraf zijn tevoorzien. Hieronder worden deze risico's genoemd.
extern
De risico's worden ook ingeschat op
19
t. Kans: hoe groot is de kans dat het risico zich voordoet?2. lmpact: heeft het risico een grote impact op de doelstelling en resultaten van het beleid?
Normering. 1 = kleine kans I kleine impact. 2= aanwezige kans I redelijke impact. 3 = grote kans I grote impact
Voor elk risico wordt tevens één of meerdere oplossingen genoemd om het risico te voorkomen of op telossen als het zich voordoet, mits het risico een aannemelijke kans en impact heeft (waarde is groter ofgelijk aan 6).
Risico Kans (1,2,3) lmpact ll,2,3l Oplossingen
Bij ziekte lastiggespecialiseerde HB
leerkracht te vervangen1 3
We hebben tweeleerkrachten, waa rdoor wekans verkleinen. Wellichtnog denken aan voltijds HB
samenwerking en pool
vormen in toekomst.Onvoldoendeaanmeldingenleerlingen oa als ermeer voltijdsinitiatieven komen inWageningen.
t 3
Voor de beleidsperiodeverwachten we hier geengroot rísico in. Wel zullenwe oog hebben inbeleidsperiode voor hetklaarzetten van informatieop website, PR materiaalen een goed imagoopbouwen.
Wrijving met anderescholen die leerlingenkwijt raken.
2 2
We zorgen dat weinformatie geven aan
scholen dat het om een
enkeling zal gaan die een
schoolverlaat.- overdracht zo soepelmogelijk laten verlopen-realisme van de aantallen-contact houden en anderescholen mogelijkheidbieden voor'meedenken
Te weinig ruimte oa
locatie techniek ruimteof bijvoorbeeld bijgymles
1 3
Dit is een zorgpunt, maarvoor dit moment niet eenfeit. We verwachten ookniet dat dit in de
beleidsperiode een grootrisico wordt.
3.10 Omgeving en partnersEr zijn verschillende betrokkenen die verbonden kunnen zijn met passend onderwijs voor hoogbegaafdenbinnen de school. Deze betrokkenen worden ook wel actoren genoemd.
Het kind staat hierbij centraal.
20
Andere actoren zijn te zien in het volgende figuur: Het kind, ouders, leraar, lB-er, directie,samenwerkingsverband, specialist (en eventueel bij overplaatsing andere scholen of hetvervolgonderwijs).
ln ieder geval werken we gedurende de beleidsperiode ook met Jongleren (PlusJeKlas)
ouder(s) /verzorg€r(s)
F|E,tur &uelr
saÍn€nwerkingsverband
leraar
lB-er(zorg)
(extem)specialisme
directieandeÍ€ schol€n
VO
2T
4 Organisatie
4.1 Taken en bevoegdhedenDe voltijds HB groep is onderdeel van de school, waarin de taken en bevoegdheden zijn vastgelegd. Waarnodig zijn er aanvullende taken en bevoegdheden voor de organisatie en uitvoering van de voltijds HB
groep.
4.2 Deskundigheid en professionaliseringOm de doelstelling en de resultaten van het beleid te behalen is het inzetten van passende deskundige
leerkrachten van belang. We zullen in deze periode daar rekenschap mee houden bij de
functioneringsgesprekken, professionalisering en werving van personeel.
ln grote lijnen is de volgende beroepskwalificatie, attitude, kennis en competenties nodig om de
doelstelling en resultaten goed uit te voeren met betrekking tot de realisatie van het onderwijs van de
volt ds afde leerliMinimum vereisten Toegevoegde waarde
Beroepskwalificatie Pabo Master SEN ofOpleiding Specialisthoogbegaafdheid
a
I
Attitude AuthentiekPedagogische tactGrowth mindsetHoge verwachting in
competentie leerlingTra nspa ra ntOnderzoekende houding
a
a
Durft de methode los telatenHumor @Uitstellen van oordelen,kritisch zijn op eigenoordelen
Aanvullende kennis Brede algemene kennis Basiskennis
hoogbegaafdheidHogere ordedenkvaardigheden
a
Vaardigheden Herijktebekwaamheidseisen PO
24fi
I Pedagogisch sensitiefvaardigDenkvaa rdigheden:analytisch, creatief,evaluerend en praktisch
Top-down didactischevaardighedenAutonomieondersteunendbegeleiden(eigenaarschap en
vera ntwoordelijkheid bijleerling)
Competenties Mondelinge communicatieLuisterenCoachen
SensitiviteitProbleemanalysePlannen en organiserenStressbestendigheidlnitiatiefResultaatgerichtheid
22
Bij de start van de beleidsperiode verwachten wij dat nog investeringen nodig zijn in dedeskundigheidsbevordering, waarvoor wij ruimte tot scholing willen creëren. Hieronder worden deinhoudelijke thema's en planning genoemd voor de scholing.
Deskundigheidsbevordering leerkracht voltiids HB groep 5 tot en met 8Wij verwachten van deze leerkracht(en) tenminste einde beleidsperiode aan kennis en vaardighedenspecialisme hoogbegaafdheid Hbo-niveau.
ln onze activiteitenplanning nemen we mee wat we voor ogen hebben wat betreft de inhoud van ditspecialisme.
Verwachte pla nning uitvoering scholing: gedurende beleidsperiode.
Deskundisheidsbevorderins sch m reguliere groepen l- tot en met 8Wij verwachten van deze leerkrachten tenminste einde beleidsperiode aan kennis en vaardigheden
L. Signaleren2. Compacten, verrijken, leerlijnen, leerdoelen, materialen
ln onze activiteitenplanning nemen we mee wat we voor ogen hebben wat betreft de inhoud van deteamscholing.
Verwachte pla nning uitvoering scholing: ged urende beleidsperiode.
We willen nog een keuze maken uit de inzet van de volgende professionalisering vormen en nemen wedus mee in onze activiteitenplanning:
1. lntervisie - supervisie : ontwikkeling primair gericht op de beroepsontwikkeling, secundairpersoonlijke ontwikkeling.
2. Coaching : ontwikkeling gericht op de beroepsontwikkeling en/of persoonlijke ontwikkeling.3. Studiedagen : ontwikkeling gericht op de schoolontwikkeling of de beroepsontwikkeling4. Opleiding : ontwikkeling gericht op de beroepsontwikkeling
23
5 Werkwijze - Uitvoering
5.1 Signaleren en selectienormen
Werkwiize signaleren
Voor het signaleren van de doelgroep wordt altijd gebruik gemaakt van meerdere informatiebronnen.
Hieronder worden de bronnen genoemd, waarvan steeds een aantal wordt gebruikt om het signaleren zo
kwalitatief en objectief mogelijk uit te voeren:
t. Methodetoetsen
2. Citotoetsen
3. Onderwijskundigrapport
4. Didactisch niveau
5. Observaties
6. Gesprekken en/of vragenlijsten ouders
7 . Gesprekken en/of vragenlijsten leerling
8. Vragenlijst leerkracht
9. Verplichte aannamevoorwaarde: lQ onderzoeksverslag (indien ouders dit hebben afgenomen)
Selectienormen voor aa nnamebeleid
Voor het aannemen van hoogbegaafde leerlingen voor het voltijds onderwijs wordt gebruikt gemaakt van
de volgende normen:
1. De leerlíng is bekwaam in te stromen in leerjaar 5,6,7 of 8 van primair onderwijs.
2. TIQ is 130 of meer, inclusief een gedegen analyse van een psycholoog of orthopedagoog (bij
voorkeur inclusief specialisatie hoogbegaafdheid). We hanteren daarbij ook de
betrouwbaarheidsinterval, hetgeen inhoudt dat een bandbreedte van 5% naar beneden en naar
boven gezien wordt als het genoemde totaal lQ. Voor een totaal lQ van l-30 geldt derhalve een
bandbreedtevan I24 tot 137. Het intelligentie onderzoek moet voorzien zijn van profielbladen en
ondertekend zijn door een geregistreerd en diagnostisch geschoolde orthopedagoog /psycholoog. Het onderzoek mag niet ouder dan twee jaar zijn.
3. Score LOVS toetsen I of ll score rekenen en begrijpend lezen.
4. Methode gebonden toetsen: 80% of meer goed van elke opgave.
5. Geen aantoonbaar ernstige gedragsproblemen en/of ontwikkelingsstoornissen. De leerling
behoort tot één van de volgende profielen van begaafdheid: zelfsturend autonoom, aangepast
succesvol, creatief uitdagend, onderduikend (onderpresterend) of de twice-exceptional leerling
met het leerprobleem dyslexie / dycalculie.
6. Aantoonbaar (diagnoses) of een hoog vermoeden van (signalering/vragenlijsten): een hoge
creativiteit, hoge taakgerichtheid, een hoge mate van gevoeligheid, perfectionisme, groot
rechtvaardigheidsgevoel, een kritische instelling, gedrevenheid, nieuwsgierigheid en autonomie in
minimaal eén setting (school, thuis en/of bij peersl.
7. Aantoonbaar of hoog vermoeden van: een aanwezige onderwijsbehoefte die aansluit op het te
bieden voltijds onderwijs.
We zijn er ons van bewust dat de selectienormen 1 tot en met 4 objectieve gegevens zijn en de
selectienormen 5 tot en met 7 subjectieve gegevens. De 'harde' gegevens zijn van belang, maar des te
meer is de analyse van de gegevens en de leerling als persoon van belang. Het complete beeld is bepalend
voor selectie.
24
Om zorg te dragen voor een zorgvuldige selectie worden alle selectiecriteria onderzocht, geanalyseerd en
beoordeeld door het aanmeldingsteam die in ieder geval gespecialiseerd zijn in de thematiek van
hoogbegaafdheíd. Dit geldt dus voor het lQ advies, analyse en beoordeling van toetsen, eigenschappen en
aansluiting op de onderwijsbehoeftes.
Het aanmeldingsteam bestaat uit: lB-er, de gespecialiseerde leerkracht en de directeur. lB-er doet niet de
intake, maar neemt contact op met de andere basisschool.
ln de voorwaarden voor toelating kunnen leerlingen met ernstige gedragsproblemen en/ofontwikkeli ngsstoorn isse n niet worden aa nge nome n.
Ook streeft de school naar evenwichtige groepen. Gegevens als de leeftijdsopbouw van de groep,
verdeling jongens en meisjes en het aantal kinderen met aanvullende speciale zorgbehoeften zijn van
invloed op de definitieve plaatsing van de kinderen.
5.2 Compacten, verdiepen, verbreden, versnellenDuidine van begrippen: compacten, verdiepen, verbreden, versnellenHet verrijken van het curriculum van hoogbegaafde leerlingen staat niet gelijk met 'bezig houden'van deleerlingen. Het is ook geen extra werk. Het is een deels aonvullend en deels vervangend programma ophet reguliere curriculum van school. De leerling doet namelijk niet al het reguliere werk: het werk wordtcompact aangeboden.
CompactenDe hoogbegaafde leerling kan de leerstof leren met een korte instructie, beperkte oefenstof en beperkteof zelfs géén herhaling. Dit noemen we compacten van de leerstof. Hierdoor komt er tijd vrij om hetlesprogramma van de hoogbegaafde leerling te verrijken met andere leerdoelen.
VerriikenHet verrijken van een curriculum houdt in: het verdiepen van de bestaande vakken of het verbreden vande bestaande vakken op school. Het verrijken van het curriculum van hoogbegaafde leerlingen kent driebelangrijke spelregels:
L. Als je het curriculum van een hoogbegaafde leerling gaat verrijken, dan MOET je EERST
compacten.2. Als je het curriculum van een hoogbegaafde leerling gaat verrijken, dan moet je ten TWEEDE de
leergebieden bepalen: verdiepend en/of verbredend op het curriculum van de basisschool.3. Als je het curriculum van een hoogbegaafde leerling gaat verrijken, dan moet je ten DERDE de
leerdoelen bepalen.
Het aanvullende programma heeft net als het reguliere programma leergebieden. Deze leergebiedenkunnen verdiepend of verbredend zijn op het reguliere curriculum van de school.
De reguliere verplichte leergebieden van het curriculum van basisscholen zijn:1. Nederlands2. Engels
3. Rekenen/wiskunde4. Oriëntatie op jezelf en de wereld5. Kunstzinnigeoriëntatie6. Bewegingsonderwijs
Als je gaat verrijken binnen de bovenstaande verplichte leergebieden, dan verdiep je het curriculum vande hoogbegaafde leerling. Voorbeeld:je biedt binnen het leergebied Rekenen/Wiskunde verdiepende
25
rekenopdrachten aan. Andere leerlingen op een basisschool krijgen dit leergebied ook: alleen nietverdiepend.
Als je gaat verrÍjken door nieuwe leergebieden toe te voegen aan het curriculum, dan verbreed je hetcurriculum van de hoogbegaafde leerling. Voorbeeld: je biedt het leergebied Filosofie of Programmerenaan. Andere leerlingen op een basisschool krijgen dit leergebied niet.
Leergebieden verdiepen en/ of verbreden
t = de verplichte leergebieden in basisonderwíjs
t = de verdieping oP het currlculum
I = de veóreding oP lret cuniculum
Als je het curriculum gaat verdiepen, dan kan het zijn dat je gaat versnellen. Het is mogelijk dat je inhoud
en vaardigheden leert die op het programma van het voortgezet onderwijs staan. Dit is afhankelijk van je
leerdoel.
Je kunt inhoud en vaardigheden kiezen die niet specifiek op het programma van het voortgezet onderwijsstaan bijvoorbeeld het leren van executieve vaardigheden zoals emotie-regulatie, plannen ofwerkgeheugen trainen. Of een vak in de verbreding kiezen die niet aangeboden wordt in het voortgezetonderwijs.
Rekenen,/
wrskunt!eNederlarrds
Oriëntatie op
le;:r-lf itn iiÊ
wlr o !rl
1\. I J i:ÍrJi^. :. -.! jllL:'
r; i rr i,l. i,r',
X unstlinnrge{ rnaltcthË
Bewegrngs,I-.Llr,'r "!r j.
,i;' ; -,t 1-r'r i , i,.::.,:.ri-,:
L Ëi:
26
Neder landsRekenen/
',vi..krrrrrJe
Leerdoelen: op inhoud enlof vaardigheden
a\ Leerdoel:
. Wiskundige inhoud verdiepen! Emotie-regulatle trainen
(frustratietolenntie moeilijk niveau!
\r'leerdoel:. Spaanse taal leren {mondelÍnfschriftelijklr lilertgeheugen trainen (executieve
vaardigheid)
ln de volgende paragraaf geven we de beleidskeuzes weer van het curriculum van onze school
VersnellenVersnellen van hoogbegaafde leerlingen is enigszins een verwarrend begrip: feitelijk draag je zorg voorhet onderwijs mogen volgen in je eigen leertempo. Zoals je bij elk kind wilt aansluiten bij het eigenleertempo. Versnellen betekent niet alleen een klas overslaan. Versnellen kan ook inhouden dat ermeerdere leerjaren in één leerjaar worden geleerd of dat er al vakken worden gevolgd van hetvervolgonderwijs.
Onze beleidskeuze:de onderwijsbehoefte/niveau van reguliere vakken bepalen middels LOVS toetsen (indien mogelijkaangevuld door methodetoetsen voor de finetuning) waarna per vak een individueel digitaal gecompactprogramma wordt opgezet voor de leerling. De leerling krijgt zoveel mogelijk instructie op niveau en naarbehoefte en doorloopt zo de stof tot eindtermen basisonderwijs. Daarna is gaat de leerlingverbreden/verdiepen met af en toe een check of het niveau gehandhaafd blijft.
Vooralsnog zal versnellen geen voorkeur hebben binnen de naar verwachting passend aanbod in devoltijds HB setting. Maar het wordt niet uitgesloten bij uitzonderlijke situaties, waarbij we mogelijkgebru ik maken va n de versnel lingswenselijkheidslijst.
5.3 Leerlijnen en leerdoelen onderwijsbeleid
5.3.1 KerndoelenDe kerndoelen zijn overeenkomstig als alle andere leerlingen en te vinden op: http://tule.slo.nl/
5.3.2 LeerlijnenDe leerlingen die ons voltijds hoogbegaafden onderwijs gaan volgen ontwikkelen zich in:
1. de kerndoelen van de leergebieden van het reguliere basisonderwijs en2. de aanvullende doelen passend bij het onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen
Orièntatie op
;ezrlf er' ritWr-r.-,ltj
\ir'ri..lntilirr trg;ll.l>
Kunstztnnrgeonfnialle
Bewegrngs
lndl'rr^,.ri:
27
De leerlingen gaan zich in meer leerdoelen ontwikkelen en daarom wordt het behalen van de kerndoelen
in een compact onderwijsprogramma aangeboden. Hierdoor komt tijd vrij voor een aanvullend
onderwijsprogramma met aanvullende doelen.
Dit betekent dat de reguliere leerlijnen aangeboden worden van groep 5 tot en met groep 8 én
aanvullende leerlijnen voor de aanvullende doelen.
Gebaseerd op de praktijk van basisscholen zijn over het algemeen de volgende drie compacte leerlijnenen aanvullende leerlijnen ingericht:
Leerlijn
j 1e leerlijn
2e leerlijn
3" leerlijn
Schrappen
4Oo/o
6Oo/o
7O-80o/o
Regulierekerndoelen
6Oo/o
40olo
3O'2oo/o
VerrijkendeSurplus doelen
4Oolo
6Oolo
7O'8Oo/o
IQ
> 115
> 130
> 145
ToelichtingVoor leerlingen met een lQ hoger dan 130 wordt minimaal 60%van de reguliere oefen- en herhalingsstof(kerndoelen) geschrapt en dit kan oplopen totTO-80%. Dit betekent dat maximaal 4O-3Oo/o-20% nogbesteed wordt aan de reguliere kerndoelen en maar liefst 60-70-80% gericht is op ontwikkeling van
aanvullende doelen. Dit betekent dat een wezenlijk deel bestaat uit een aanvullend nieuwonderwijsprogramma, hetgeen gebruikelijk is in voltijds onderwijs voor hoogbegaafde leerlingen.
Onze beleidskeuze:ln de eerste beleidsperiode en op basis van onze doelstelling richten wij ons eerst op het realiseren van
o Twee verbredende leerlijnen, te weten techniek en schaken.o Twee vaardigheidsleerlijnen, te weten leren leren en ondernemend leren.
Niet alle leerlijnen zijn direct beschikbaar bij aanvang van de voltijds HB setting, maar worden ontwikkeldgedurende de beleidsperiode en wanneer mogelijk geïmplementeerd in het curriculum.
Voor de toekomst hebben we de ambitie om ook de volgende verbredende leerlijnen te ontwikkelenfilosofie, ondernemen, muziek, programmeren / lT
En daarnaast de vaardigheidsleerlijnen: leren denken, leren leven, onderzoekend leren, ontwerpendleren, en een leerlijn reductie faalangst.
Om van bovenstaande toekomst ambities allemaal volledige leerlijnen te ontwikkelen valt buiten hethuidige beleidsplan. Binnen de huidige beleidstermijn zullen wel alvast verkenningen plaatsvinden.
5.3.3 Aanvullende verrijkende leerdoelenDe gekozen aanvullende verrijkende leerdoelen voor de verdiepende en/of verbredende leerstof zijn
Vaardigheden (voor het deel verdieping en verbreding van het curriculum)o Metacognitie (leren leren, werken volgens plan, leerstrategieën, werkhouding)o Hogere orde denkvaardigheden (leren denken, analyseren, evalueren, creëren, top down
thinking, deep level thinking, lateral thinking, visual thinking, caring thinking)o Skills for life: inzicht in jezelf en omgaan met anderen (leren leven, sociale vaardigheden,
emotionele vaardigheden, reductie faalangst)r Ondernemingsvaardigheden
28
o Onderzoeksvaardighedeno Ontwerpvaardigheden
Kennis (voor het deel verdieping en verbreding van het curriculum)o Engels: Cambridge niveau (verdieping curriculum)
De overige verbredende vakken van het curriculum zijn techniek, filosofie, schaken, ondernemen, muzieken programmeren / lT worden als middel gebruikt om de vaardigheidsleerdoelen te bereiken. Deze
vakken worden niet expliciet ingezet om kennis inhoudelijk leerdoelen centraal te stellen.
5.4 Methodes, materialen en activiteitenOnderstaand schema wordt in de loop van de beleidsperiode verder ingevuld en toegepast. Deze
activiteit wordt opgenomen in de activiteitenplanning.
NB. Niet alle vakken en leerlijnen zijn direct beschikbaar bij aanvang van de voltijds HB setting, maarwordt ontwikkeld gedurende de beleidsperiode en wanneer mogelijk geïmplementeerd in het curriculum
Verdieping:vak Leerjaar Methode/mate riaa l/activiteit Leerdoelen:vaardigheid en/ofkennis
Nederlandse taal 5
6
7
8
5 Staal
6 Staal
7 Staal
8 Staal
Engels 5
6
7
8
5 Take it easy (English)
6 Take it easy (English)
7 Take it easy (English)
8 Take it easy (English)
Rekenen/wiskunde 5
6
7
8
5 Wizwijs6 Wizwijs7 Wizwijs8 Wizwijs
Oriëntatie op jezelf en
de wereld5
6
7
8
5 rPC
6 tPC
7 tPC
8 tPC
Kunstzinnigeoriëntatie
5
6
7
8
5 rPC
6 tPC
T tPC
8 tPC
Bewegingsonderwijs va kdocent, dwarsverband metreguliere klassen.
Verbreding: vak Lee rjaa r M ethode/materia a l/activiteit LeerdoelenTechniek 5
6
7
8
5
6
7
8
Filosofie 5
6
7
8
5
6
7
8
29
Schaken 5
6
7
8
5
6
7
8
Ondernemen 5
6
7
8
5 PlusJeKlas
6 PlusJeKLas
7 PlusJeKLas
8 PlusjeKLas
Muziek 5
6
7
8
5
6
7
8
Programmeren / lT 5
6
7
8
5
6
7
8
5.5 DifferentÍatie - LesroosterEr is een lesrooster ontwikkeld, waarmee we gaan starten voor het schooljaar 2Ot9-2020 (bijlage 7
Lesrooste r).
We gaan verder werken met een weektaak/rooster, waarop leerlingen zelf de te maken/te leren stof voorde regulíere vakken op dinsdag en donderdag inplannen met de mogelijkheid in te plannen voor een extrainstructie. De leerkracht plant instructies voor de reguliere vakken in voor (groepjes) leerlingen.
5.5 Ad ministratie-Rapportln de activiteitenplanning wordt opgenomen om een rapport te ontwikkelen die overeenkomt met hetreguliere schoolrapport en aanvullend het verdiepende en verbredende aspect van het curriculumzichtbaar wordt wat betreft de vorderingen van de leerling.
Overige administratieve zaken van de leerling wordt op de gebruikelijke wijze verwerkt zoals dit met de
andere leerlingen van school gebeurd.
30
6 Planning en financieel beleid
6.1 Tijdsplanning beleidsfasesOriëntatiefase beleid : 01-05-2015 tot 01-05-2018Voorbereidingsfase beleid : 01-05-2018 tot 1-9-2019Uitvoeringsfase beleid : I-9-2OI9 tot'J,-9-2024Afrondingsfase beleid : I-3-2O24ïotI-9-2024Vervolg nieuw beleid : I-9-2024
5.2 Activiteiten plan ningDe activiteitenplanning in grote lijnen is hieronder opgenomen. Later wordt per jaar preciezer uitgewerkthoe de resultaten te behalen.
activiteit 20t92020
2020202r
20212022
20222023
20232024
1. 25 leerlingen volgen voltijds HB onderwijs
2A. Ontwikkelen 2e leerlijn 40olo compact
28. Ontwikkelen 3e leerlijn 30olo compact
3A. Ontwikkelen 2e verdiepende leerlijn(60olo)
38. Ontwikkelen 3e verdiepende leerlijn(7Oo/o)
4A. Ontwikkelen verbrede leerlijn techniekI
i
I
I
48. Ontwikkelen verbrede leerlijn schaken
5A. Ontwikkelen leerlijn vaardigheidondernemend leren'
58. Ontwikkelen leerlijn vaardigheid'lerenleren'
6. Minimaal twee leerkrachten zijn opgeleidmet specialisme hoogbegaafdheid opHbo-niveau.
7. Deskundigheid schoolteam ontwikkelen ophet gebied van hoogbegaafdheid: thema's
signaleren, compacten en verrijken in deklas.
B. De voltijds HB setting behoeft geen extrafinanciële ondersteuning van bestuur en/ofouders.
9. Realiseren samenwerkingsvorm metminimaal één VO school.
10. Realiseren samenwerkingsvorm omkennisuitwisseling in voltijds HB onderwijsbinnen het SWV Rijn en Gelderse Vallei tebevorderen.
31
11. Verkenningsonderzoek voor onderwijshoogbegaafde leerlingen groep 1-4.
6-3 BegrotingDe begroting voor de 5-8 groep is meegenomen in de algemene begroting van de school. Een verkorteversie, zoals deze besproken is in de Algemene Leden Vergadering, is hieronder opgenomen.
12. Klankbordgroep ouders van voltijds HBonderwijsgroep opzetten en draaien.
lYrfíGt $(fr $tíftAllr lgiíli rÍrÍt
lnkomstÊn Realisa6e
ma7
Realisatie
2018
Begroting
20t9
Riiksbiidngen
lnhomsÈnSl,Overfie
orerheidsbiidragen
€L,ro7,6ffi
€45,574
€t,2@.,594
€ '16,1q)
€L,249,8OO
€45 (x)0
€ 8,100 €0 €8,100
hÈÍr €s7 € €
Totael Baten € 1,218,585 €L,296,976 € 1,340,900
Uitraven Realiseti€
mt7Realisatie
2018
Segroting
2019
Personele lasEn
Aftchrilvingen
Huiwestingslasten
€ 953,548
€ 26,368
€xt,2N
€L,ffi4,437
€28,143
€ 93,195
€ 1,106,700
€27,500
€ 97,000
lasten € € €
Totaal lesten €,1,210,994 €1,266,W7 €1,361,2q1
Resultaat Realisatie Realisatie
20t7 2018
Begroting
2019
Saldo Baten en lasEnFinanclële baten en
lasten
€7,59L € 30,969 -€ 20,300
-€ 378 €13 €0
Totaal resultaat €7,231 € 30,982 -€ 20,300
2018 Nabetaling over het schooljaar 2OL7-zOLg van € 35.000 die in oktober 2018 is ontvangen
32
2019: 5-8 HB groep. De subsidie voor nieuwe leerlingen loopt asynchroon, die krijg je deels pas het jaar
erop. Vandaar dat de totale rijksbijdragen zowel in 2019 maar vooral in 2020 een grote toenamelaat zien.
2020 en verder: Resultaat I € 1,000
Reserve
Eigen vermogen I roa,+oe 3g4,4oo 374,Loo
Het is normaal om een reserve van € 1000 per kind te hebben, dus voor ons is een reserve van € 250.000normaal terwijl de onze structureel € 125.000 hoger ligt.Het uitgangspunt ís dat alle ontvangen ouderbijdragen worden besteed en er dus geen resultaat is.
Leerlingen en personeel
Aantal leerlingen 17-tA 1&19 t9r-2íJ
Realisatie
2017
Realisatie
20L8
Begroting
20L9
*7 iaar>= 8 iaar 113
108
1t4
o-8
2.7
o-8
2.2
OP
110 rt2135
Totaal 222 223 247
FoÍmatie t7-ta 18-19 1920DIR
ooPlo.2 10.6
0.8
11.5
2.7
Totaal t3.2 t4.t 15.O
5-8 HB groepLeerlingengroei van 25 kinderenEenmalige investering van 20 k€ door asynchrone subsidieExtra personele bezetting van 0.2 FTE per U5/2OL9 en nog een extra 0.8 FTE per t/8/20L9
Het negatieve resultaat in 2019 wordt opgeheven door het positieve resultaat van 2018, zodat het eigenvermogen t.o.v.2OL7 niet aangetast wordtEigen vermogen is meer dan hoog genoeg, maar wordt de komende jaren in stand gehouden
33
7 Communicatie, voortgang en borging
7.1 CommunicatieOnderstaand wordt kort weergegeven op welke wijze we over ons beleid en de vorderingen gaan
communiceren.
Doelgroepen:> leerlingen
> ouders
>MR> ouderklankbord groep voltijds HB onderwijs
> leerkracht(en) voltijds HB onderwijs
> schoolteam
> HB werkgroep
> lntern begeleider
> Directeur
> Bestuur
> Samenwerkingsverband
>vo> Wageningen intern (ADO; directeurenoverleg)
> (Toekomstig) netwerk voltijdse HB settings binnen het SWV
Doelvan communicatieA. informatief
B. meedenken
C. adviserend
D. beslissend
Vorm van communicatie
A. werkoverleg / vergadering
B. nieuwsbrief
C. persoonlijke communicatie (gesprek, brief, mail, telefoon)
D. studiedagen
Doelgroep Doel vancommunicatie(A, B, C of D)
Vorm vancommunicatie(A, B, C enz)
Frequentie(hoe vaakper wk,mnd, iaar)
Wie is
verantwoordelijkvoorcommunicatie?
leerlingen groep 5-8
leerlingenraadA,B
A,B A 6xp.ileerkrachten 5-8d irecteur
ouders A,B,C B
cwekelijksregelmatig
leerkrachten 5-8directeur
MR A,B,C,D A 6xp.j PMR
ouderklankbord groep
voltijds HB onderwijs
A,B,C A 6x p'j werkgroep
leerkracht(en) voltijds H B
onderwijs
A,B,C,D A,B,C,D wekelijks directeur
schoolteam A,B,C,D A,B,C,D 6x p.j
34
HB werkgroep A,B,C A,C 6x p.j
lntern begeleider A,B,C,D A,C 20x p.j lB-er
Directeur A,B,C,D A,C 20 p.j directeur
Uitvoerend Bestuur
Toeziend houdend Bestuur
A,B,C,D
A,B,C,D
A,C
A,C
12xp.j5x p.j
dir..bestuurderdir.bestuurder
Sa menwerkingsverband A,B,C A 2xp.j d irecteur
VO A, A 2x p.j werkgroep
Wageningen intern (ADO;
directeurenoverleg)
A,B A 2xp.j directeur
(Toekomstig) netwerk
voltijdse HB settings
binnen het SWV
A,B A werkgroepdirecteur
7.2 Monitoren en evaluatie van het beleidGedurende de gehele beleidsperiode vindt structureel monitoring plaats van de vorderingen en
resultaten van het beleÍd. Dit gebeurt 5x per jaar met het toeziendhoudend bestuur. Tussentijds kunnendaarmee noodzakelijke bijstellingen plaatsvinden om te zorgen dat het beleidsdoel wordt behaald.
De werkgroep voltijds HB 5-8 groep borgt de voortgang en volgt activiteitenplanning en rapporteert 4xper jaar de kwartaalrapportage. Verder zal2x per jaar afstemming plaatsvinden met MR en 6x per jaar in
de schoolteamvergadering.
De eindevaluatie van het beleid in zijn geheel vindt plaats tussen L-4-2O24 en'1.-9-2024, waarna een
evaluatierapport opgeleverd wordt aan de directeur.
Voor de evaluatie worden onderstaande 7 stappen geëvalueerd.
1. Realisatie resultaten:in welke mate zijn de beoogde resultaten gerealiseerd
2. Doeltreffendheid:in welke mate hebben de resultaten daadwerkelijk bijgedragen aan het behalen van de doelstelling?
3. Doelmatigheid:hoe is het beleid procesmatig verlopen en wat zijn de succes- en faalfactoren?
4. Kosten / baten:wat heeft het beleid gekost en wegen de opbrengsten daar tegenop?
5. Duurzaamheid resultaten:is geborgd dat resultaten duurzaam doorwerken, ook na beëindiging van beleidsperiode?
6. Verspreiding good practices:welke activiteiten / producten zijn te beschouwen als successen. Zijn deze overdraagbaar, c.q. zijn deze
verspreid?
7.3 DocumentenbeheerAlle documenten worden beheerd in Google drive van school
35
8 Protocollen en bÍjlagen
> Bijlage 2: Aannamebeleid
> Bijlage 3: Vragenlijst ouders
> Bijlage 4: Vragenlijst leerkracht
> Bijlage 5: Vragenlijst leerling
> Bijlage 6: Online aanmeldformulier
> Bijlage 7: Voorbeeld lesrooster
> Bijlage 8: Zes profielen Betts & Neihart
36
Bijlage 1: Toelichting zes stromenHet beleidsplan richt zich op de realisering van voltijds hoogbegaafden onderwijs alsonderdeel van de ondersteuningsstructuur op de G.J. van den Brinkschool.
De ondersteuningsstructuur van de G.J van den Brinkschool is gericht op het geven van instructie aan de
leerling op verschillende niveaus. Onderstaand plaatje geeft een overzicht van de 6 stromen. Verderop
worden deze stromen toegelicht.
De keuze voor voltijds hoogbegaafdenonderwijs komt voort uit de behoefte om recht te doenaan het'zeer zeer verdiepte' instructieniveau (zie figuur hieronder) en onderzoek van dewerkgroep naar de verschillende onderstaande scenario's:
verdiept 7€€/r
verdiept(Ésstoom)
leraargeeÉt o:gelerding cp 3 r /ae-;.
rlaxrmaal .i niveaus vanweg€ Ce piussirccrl^==i --_-: ,\' !-:-r Í.+'. ::': , :_ :.. -'11 :':- .'.:-'= ,
fro$Ítwrdtderttg
wldo* aan belpfr*lrlenn
eigen klas
geihtegreerd
reguliereleraar
eigen klasen buiten
klas
ambulanteler-aar
deeltijd
eigen klas
specialist
voltijd
lnbnsiteit passend otdeffisfrucfrrur en an@dil voor ldndercn
verantwoordel$kheft I b[ spedallst
F$uur *nario's
37
Na de implementatie van de 5-8 groep wordt het voltijds onderwijs aan hoogbegaafde leerlingen
opgenomen in de visie op leerlingondersteuning en in de beschrijving van de ondersteuningsstructuur van
de school.
Beschrijving van de zes stromen
L. De zeer intensieve leerstroom
ln de zeer intensieve stroom hebben de kinderen een jaarhandelingsplan naar aanleiding van een
ontwikkelingsperspectief (OPP). Een ontwikkelperspectief wordt opgesteld voor leerlingen vanaf groep 5
die de doelen van ons onderwijs niet behalen. Het gaat om leerlingen met een verwachte uitstroom
richting praktijkonderwijs/leerwegondersteunend onderwijs. Deze leerlingen krijgen een
jaarhandelingsplan, waarin de ontwikkeling van de leerlingen wordt beschreven. Elk half jaar wordt het
plan met de ouders geêvalueerd en bijgesteld. Vanaf groep 6 worden indien nodig keuzes gemaakt in de
aan te bieden lesstof, gericht op de voor de leerling gestelde doelen. De kinderen volgen een eigen
programma, met extra hulp van de leraarondersteuner. Begeleiding: leraarondersteuner en groepsleraar
2. De intensieve leerstroom
De intensieve stroom is wat voorheen aanpak l- werd genoemd. Kinderen die geplaatst zijn in de
intensieve leerstroom volgen de doelen van de methode maar hebben behoefte aan verlengde instructie,
extra verwerkingstijd en/of kleine aanpassingen in de leerstof om de gestelde doelen te bereiken. Deze
leerlingen ontvangen extra hulp van de twee (fulltime) leraarondersteuners. De groepsleraar stemt de
onderwijsbehoeften en de vorderingen van deze leerlingen veelvuldig met hen af. Begeleiding:
groepsleraar en leraarondersteuners
3. De basisstroom
De basisstroom is wat voorheen aanpak 2 werd genoemd. Kinderen in de basisstroom volgen de doelen
van de methode. Concreet betekent dit dat de kinderen na de instructie in staat zijn de stof zelfstandig te
verwerken, onder begeleiding van de leraar. Hiervoor wordt een systeem van uitgestelde aandacht
gehanteerd. De leraar maakt tijdens het zelfstandig verwerken regelmatig een ronde door de klas om
vragen van leerlingen te beantwoorden. Als de leerlingen klaar zijn met de verwerking, gaan zij verder
met hun taakwerk. Dit werk is afgestemd op de onderwijsbehoefte van de leerling. Begeleiding:
groepsleraar en leraarondersteuners
4. De verdiepte leerstroom
De verdiepte stroom is wat voorheen aanpak 3 werd genoemd. Kinderen in de verdiepte stroom volgen
de doelen van de methode maar hebben behoefte aan meer uitdaging. Dit wordt geboden in de vorm van
verdieping en/of verbreding. De bestaande vakken worden verdiept maar kunnen ook aangevuld worden
met nieuwe vakken waardoor het curriculum verbreed wordt. Dit gebeurd nadat compacten van het
reguliere werk heeft plaatsgevonden. Compacten is overbodige oefen- en herhaalstof schrappen.
Hierdoor komt er tijd vrij om te verrijken: bestaande vakken verdiepen en/of nieuwe vakkenaanvullen.
5. De Plusstroom (begaafde leerlins)
Kinderen in de Plusstroom volgen de doelen van de methode, maar krijgen deze in compacte vorm
aangeboden. De extra verdiepende opdrachten zijn gekoppeld aan de IPC opdrachten. Het zijn kinderen
die taakgericht en zelfstandig kunnen samenwerken. Deze vaardigheden zijn een voorwaarde om
3B
toegelaten te worden tot de Plusstroom. De omschrijving en de organisatie van de Plusstroom wordt ineen aparte bijlage uitgewerkt.
Begeleiding: groepsleraar en coórdinator Plusstroom, die voor één ochtend in de week aangesteld is.
6. De zeer verdiepte leerstroom (hooebegaafde leerling)
Deze kinderen volgen de doelen van het reguliere onderwijsaanbod, maar hebben behoefte aan
verzwaring (verrijking) van het onderwijsprogramma en een andere aanpak Wij kiezen hierin de reguliere
stof in zeer compacte vorm en topdown aan te bieden. Leren leren en sociaal emotionele ontwikkelingneemt een belangrijke plaats in binnen ons voltijds onderwijs voor deze leerlingen. De tijd die overblijftwordt besteed aan verzwaring (verdieping) van reguliere vakken maar ook aan extra vakken (verbreding)
zoals: skills for life, ondernemen, filosofie, multimedia en techniek. De werkhouding en
verwerkingssnelheid van dit type leerlingen is een algemeen aandachtspunt, niet zijnde een specifiek
kenmerk maar ontstaan door een (vaak jarenlang) niet passend onderwijsaanbod.
Begeleiding: gespecialiseerde voltijds leraar met eventueel twee tot vier uur ondersteuning van de
techniekdocent.
39
Bijlage 2: Aannamebeleid
Aannamebeleid (procesbeschrijving en criteria) voor HB leerlingen in groep 5-8
AanmeldteamHet aanmeldteam bestaat uit drie personen:-de orthopedagoog tevens leraar groep 7 (Elsemiek)
-de lB-er tevens leraar (Ron)
-de directeur (Alice)
ProcesstappenL. Ouders melden kind aan via website, zij krijgen automatisch een bericht van ontvangst. De intake
procedure start nadat de ouders het aanmeldformulier via de website hebben ingevuld. Dat is
echter nog geen garantie voor plaatsing. Via het aanmeldformulier geven de ouders toestemmingdat er informatie opgevraagd mag worden).
2. Een lid van het aanmeldteam (directeur) neemt contact met de ouders op:
directeur.
Bijvoorbeeld opgelopen hiaten in de leerstof kunnen niet ingehaald worden. Uiteraard
wordt dit zoveel mogelijk geprobeerd, maar er is geen belofte dat dit 'gerepareerd' kan
worden.
als er in de reguliere groep plaats is en als door de samenstelling van die groep een zij-
instromer mogelijk is.
3. Ouders en directeur beslissen na het oriënterend gesprek of er een intake kan plaatsvinden.
Een lid van het aanmeldteam neemt contact met de ouders op:
en de vragenlijsten van te voren in te leveren. Rekening houden met de AVG. De
oudervragenlijst en de leerlingvragenlijst als bijlage bij de uitnodiging versturen. Ook
wordt gevraagd of het kind iets mee wil nemen waarover het kan vertellen.4. Het aanmeldteam bestudeert het onderzoeksverslag en bereidt het eerste gesprek voor.
Mochten er vragen zijn, dan nemen zij contact met de ouders op.
5. lntakegesprek met ouders en kind. De orthopedagoog is gespreksleider, de directeur is observantHet intakegesprek duurt een half uur. Het eerste kwartier wordt het kind, liefst zonder ouders,
bevraagd over hetgeenhij/zij heeft meegenomen en worden er vragen n.a.v. de vragenlijstgesteld. Het tweede kwartier worden de ouders bevraagd, zonder aanwezigheid van het kind.
> Doorvragen op onderwijsbehoefte en begeleidingsbehoefte, middels een
format.
hoogbegaafdheid samenhangen, zoals een grote creativiteit en probleemoplossend
vermogen in combinatie met een sterke taakgerichtheid, motivatie en
doorzetti ngsvermoge n.
6. Het aanmeldteam, d.w.z. de lB- er, neemt contact op met de huidige school.
7. Bij sommige leerlingen kan er een observatie en een gesprek op de huidige school plaatsvinden.
Ook contact met de onderzoeker (bijvoorbeeld orthopedagoog) behoort tot de mogelijkheden.Altijd na overleg en met toestemming van de ouders.
8. Het aanmeldteam beslist vervolgens binnen drie weken of de leerlingen geplaatst kan worden en
laat dit de ouders schriftelijk weten.
40
9. Er vindt een wentijd van twee weken plaats, na deze twee weken wordt de leerling definitiefingeschreven. Het doel hiervan is: uitsluiten dat er geen sprake is van een onderliggende (gedrag)
stoornis.
Opm. Voor interne leerlingen geldt dezelfde procedure vanaf stap 3
Aannamecriteriao Het totale lQ ligt binnen de bandbreedte van 724 tot 130 of hoger.o Het intelligentie-onderzoek moet voorzien zijn van profielbladen en ondertekend door een
geregistreerd en diagnostisch geschoolde orthopedagoog/psycholoog.o De scores op intelligentietesten mogen niet ouder zijn dan twee jaar.
o De hulpverleningsgeschiedenis, de ondersteuning die intern en/of extern geboden is, is door hetaanmeldteam in beeld gebracht.
o Kinderen met ernstige gedragsproblemen en/of ontwikkelingsstoornissen kunnen niet wordenaangenomen.
Beslispunten, beslis adviezen voor het aanmeldteamo Het belangrijkste is het om goed te kijken of je het kind kunt bieden wat het nodig heeft. Kun je
voldoen aan de onderwijsbehoeften van het kind? Wees daar eerlijk in.o De kinderen die het niet redden in een hoogbegaafdengroep zijn o.a. de kinderen die meer
instructie nodig hebben / meer herhaling.o Niveau van onderpresteren ga je niet inhalen.
Na proefperiode:- Heeft het kind een klik met de klas?- Kan het kind instructie op niveau aan?- Kan het kind een vlotte instructie aan die top-down is?
- Hoe hoog is het frustratiegehalte? En wanneer doet zich dat voor? En hoe vaak?- Kan het kind meedoen in een klasse-setting? ls het behapbaar voor de leerkracht?- Kan het kind de combinatiegroep aan?- Kan het kind de zelfstandigheid aan?
De volgende documenten worden gebruikt voor de intake
o Ouder vragenlijsto Vragenlijstleerkrachto Leerling vragenlijsto Onlineaanmeldformuliero Observatievragenlijst leerlingen tijdens de intake. Deze wordt niet opgenomen in het beleidsplan,
omdat dit eigendom is van Jongleren.
4I
Bijlage 3: vragenlÍjst ouders
WAGENINGSE SCHOOLVERENIGINGG.J van den BrinkschoolVragenlijst ouders/verzorgers groep 5-8
u,i oeo:i;;i 6 0 0bnt nkschoot
3eef bij onderstaande stellingen aan of deze nooit, soms, vaak of altijd van toepassing of kenmerkend zijn voor
tw kind. U kunt hierbij een toelichting geven.
\aam ouder / verzorger: Naam zoonldochter:
Iaakgerichtheid / werkhoudingrGeeft aan wat hij/zij wil leren en waaraan hij/zij wiI werken.
rZet zich in voor taken die moeten worden uitgevoerd.r Zet door wanneer iets niet direct [ukt.rHoudt aandacht er goed bij ats dat nodig is.
rWerkt zelfstandig ats dat nodig is.rZorgt dat het werk er netjes en verzorgd uitziet.
tVraagt op tijd hulp ats hij/zij ergens zetf niet uit komt.
rWaardeert het leerproces ook ats het resuttaat tegenvatt.Ioelichting:
nooil soms vaak attijr
SreativiteitrOntdekt nieuwe vragen of problemen.
rBedenkt meerdere optossingen voor een vraag of probteem.
rBedenkt orieinete optossingen voor een vraag of probleem.
rBedenkt hoe bestaande ideeën in een nieuwe situatie kunnen worden toegepast.
rZet ideeën om in praktische oplossingen.
foetichting:
Hoogsensitiviteitr Rechtvaardigheidsgevoet: gaat (eindetoze) discussie aan.
r Rechtvaardigheidsgevoet: gaat confrontatie met gezaghebbers aan.
r Kritische instetting: heeft hoge zelfreftectie.rKritische instetting: geeft pijntijke eertijkheid weer naar anderen.
rHoogsensitiviteit: heeft bovengemiddetd waarnemingsvermogen (zien, horen, voelen,'uiken en/of proeven).r Hoogsensitiviteit: heeft eerder confrontatie met gevaar, angst, zorggedachten
r Hoogsensitiviteit: heeft grote emotionete intensiteit en/of empathisch vermogen.
r Hoogsensitiviteit: scant snel de bedoeting van personen.
Ioetichting:
+++
+++
42
iociaal en emotionee[ functionerenr Perfectionisme: tegt de tat zeer hoog voor zichzetfr Perfectionisme: heeft last van faalangst, moéite met fouten maken
r ls gedreven
r ls nieuwsgierig
r Heeft humor
r Heeft behoefte aan autonomie
r Kàn eigen gevoetens teeftijdiadequaat uiten en delen.JKan zich(teeftijdsadequaat) intéven in en begrip opbrengen voor andere kinderen.
rGaat met ptezier naar school en voelt zich sociaal geaccepteerd.
rReageert op non-verbate signaten van medeteertingen en volwassenen.
roelicntiÀg:
Aldus naar eigen waorneming ingevuld;
Datum:
Naam ouder(s) /verzorger(s) :
Handtekening:
nooil som: vaak altijr
43
Bijlage 4: vragenlijst leerkracht
Deze vragenlijst is nog in ontwikkeling.
44
Bijlage 5: leerlingvragenlijst
WAG EN INGSE SCHOOLVEREN IG ING
lr ' ,
Vragenlijst leerling groep 5-8Naam Geboortedatum:
Zelfvertrouwen en zelfverantwoordelijkheido lk weet goed wat ik wel en niet durf.o lk blijf altijd rustig.
o lk vraag op tijd om hulp, maar probeer het wel eerst zelf.o lk zie kritiek als een tip om iets beter aan te kunnen pakken
e lk vind fouten maken geen probleem, van fouten leer ik.
o lk maak van beperkingen, mogelijkheden.
Samenwerki ngsvermogen
o lk ben aardig en behulpzaam voor anderen.
r lk spreek anderen gemakkelijk aan.
o lk voel emoties van anderen goed aan.
o Bij samenwerken verdeel ik de taak in eerlijke stukken.
r Bij samenwerken ben ik evenwichtig in 'nee' zeggen en toegeven.
o Bij samenwerken ben ik evenwichtig in overleggen en ieder voor zich werken.o Bij samenwerken ben ik evenwichtig in mezelf zijn en mezelf aanpassen.
Communicatievermogen en ICT
o lk spreek duidelijk, zodat de hele klas mij kan verstaan.
r lk vertel begrijpelijk en in eigen woorden* (gedachten, conclusies).
o lk lees en/of luister zo precies mogelijk, zodat ik de kern begrijp.o lk kan informatie verzamelen, selecteren en verwerken (op de computer)o lk beoordeel informatie op betrouwbaarheid en relevantie.
Werkhouding en organisatievormen
o lk begin makkelijk aan een nieuwe taak.
r lk denk goed na voordat ik iets doe.
o lk lever mijn werk verzorgd in, ik heb oog voor hoe mijn werk eruit ziet
o lk ben op tijd klaar en ik breng mijn spullen op tijd mee.
o lk verdeel mijn werk in stappen en ik houd mij aan die stappen.
o lk houd mij aan de afspraken, ik doe wat ik beloof.
Doorzettingsvermogen en oefenbereidheido lk vind uitdagingen leuk.
+1. +
+l- + +{
+++
+l- + +{
+l-
+l ++{
40€.'ottt3
brl.nkstrho01
45
lk weet dat oefenen bij leren hoort.
Als een taak niet lukt, geef ik niet op: ik probeer (later) een andere aanpak
Voordat ik taken afrond, controleer ik of ik nog iets kan verbeteren.
lk vraag om uitdagend werk als mijn opdrachten te eenvoudig zijn.
Reflectievermogen
o lk denk na afloop wat ik geleerd heb en wat ik eventueel nog kan leren.
r lk ken mijn sterke punten en werkpunten (en werk aan dit laatste).
o lk geef anderen geen kritiek, maar leerzame tips en tops.Bronvermelding: deze lijst met vaardigheden is gebaseerd om de 'Loodliist'van ww.talent3xl.nl en op de 'Groei-liist' van de methode Kwink.
a
o
a
a
+l- +++
46
Bijlage 5: Online aanmeldformulier
Het online aanmeldformulier is te vinden op de website:
https://www. brinkschool. nl/informatie/hoogbegaafden/aanmeldformulier
a https //w.kink(hool.nlrníoí@tie/iEogb€gaíden/emeldfoímulie.
P.9ê , oí 5
Aanmddfomulier hoogbegaafd€nondeffi iis in gÍep 5-8
LseÍling geg€vens
hgeloí5
AanmeldfomulleÍ hoogb€ga.fdenonderuDs ln grcep 5-8
Leerling gteigeven3
\bo'lffi(''
Jaàr
2à9ê 2 ól I
Aanmeldformulier h@gbegmfdênondemijs in gep 5-8
VerzoÍgsr 1 gegevens
ZtlhE ^é
.1, -' i ' *e
Árí:r (.1
t- ' dl(.)
Qtq ldórur ('t Ddg ' rÈand
il@(È::(')
Êsu€ rq tud (.)
< VodEe
sq*
r.6trtd^:um (')
wrÍel€t{.t
.i.Í (.)
kdlry(')
oa9 Êland
)èèí
',,., ,t;í a.j
Á È È lII
47
Paqê 3 cf 5
AànruldÍomullêÍ hmgbêgaafdênondwus ln grep 5-8
Verzorgêr 2 g€gevêns
ZdfJe ádÍa d< rá N€Ê
66)tt4àtum Dà9 ' Maànd
< \,/orige
.HettotàlelQllg(óDl3o5ih.geÍ.Oeàflrnda.lllk€rÈqrltèteovànktvÊÍbààlèrrpe'íoínrràl1Q zljD grota dan 125 . kt Í{elllgentli oDde?xk nroel
"ooziên zilr' vên Dro'iÈlhhden en
ondst€k€nd dooí *n geÍeglstrêerd Èi dlaonostis.h ,ies(hóldÊ orth)Fda'owJ,'psy(hol!ogotm ónonrÉwph{ite(FAQr)vindtrrirÍórn,àrlÉovêr*ilFvmtr!dêvÉrqop'lln!vànhpi
P.gê 4 of 5
Aanmeldfomuller hoogbegaèfdenondemus ln 9ro€p 5-8
Aaanvullende gegevens
< VoÍige
laaÍ
À. Cqni[eve A€w€rE
lntel ioeÍitet€st (')
Dohm (') Daq ' Maand ' Jaar
Iotaal lQ(')
'lerbnàl I I (')
PsíÍm,arl lQ (')
ildm bajÍUf lQtèst ( ')
Hef! uw liod sder hulp!€Ílêninq ,mM4en ?(als !'sy.blqlsch on.l"uek, (sFl.)thgapk Dfêeo àodse tdÈrtstl.a
HeR u, àls oi&d!), rlry ulr tlnd itr,Èr hdrsldng..ntv.rq€n zoàls
oDvddlnt$ÍUêrsa€udng ol €r aóJ€re int6,êdh?
-là -lte
Ir cr bU !w khd ch d.En)< vàet!ê:tcH íhijy@íb<.ld dvÍJ.ullc, dvdcri ^OHD,
.!tlrmcl
.,:' iir j-
Aanmeldformulier hoogbegaafdenonderwijs in groep 5-8
B. Leerstijl
Wat mlst ! binneo het hÍiidrqa oÍk1€rrtF In het kader vdn de leerstiJl / ondcr\yi.rsbehefren'ranurY klndT
C. Verklaring
Ouder{s) i vÊrzq!rs{s) qÈven dàn de dannreldteàn) to€steitmlng meer inbÍ[ratle uD t€ vr3llenltt de inrhige sihool van huo kind en Je orthoped<pog / psycholoog dle onderzoek hecft
,edàan. (t)
OudeÍ(s) / vèasgs-{s),teft (geven) zlch óp àls lid van dé wagênlnos Srh@lvereniqlng en
verklàart (verkraren) tevens rkkoord le gaan nret rie.oniritlutiereqelirlg van de wagè[in.JeS<h@lvèreniairu. (r)
.tà
< Vorige
4B
Bijlag e 7: lesrooster
looster groep 5-82019-2020
maandag dinsdag woensdag donderdag08.
30-08.
45
start week,welkom
08.
30-
08.
45
groep %begrlezen,groep %gym
08.
30-08.
45
rPc 08.
30-08.
45
groep uÁ gym,groep %begr.lezen
08.
30-
08.
4508.
45-09.
00
uitdelenweektaken
08.
45-09.
00
groep %begrlezen,groep %gym
08.
45-09.
00
rPc 08.
45-09.
00
groep lu gym,groep %begr.lezen
08.
45-09.
0009.
00-09.
15
weektaak vullen 09.
00-09.
15
groep%instructie,groep %gVm
09.
00-09.
15
rPc 09.
00-09.
15
groep v" gYm,
groep%instructie
09.
00-09.
15
09.
15-
09.
30
TV weekjournaal 09.
15-
09.
30
groep%instructie,groep %gym
09.
15-
09.30
Plus je Klas 09.
15-
09.
30
groep V" gYm,
groep%instructie
09.
15-
09.
3009.
30-09.45
TV weekjournaal 09.
30-
09.
45
groep Va
instructie,groep %gym
09.
30-09.
45
Plus je Klas 09.
30-
09.
45
groep /" gym,groep%instructie
09.
30-09.
4509.
45-L0.
00
besprekenjournaal
09.
45-10.
00
groep%instructie,groep %gym
09.
45-10.
00
Plus je Klas 09.
45-10.
00
groep Vu gym,groep%instructie
09.
45-10.
0010.
00-10.
L5
groep%lezen/fruit,groep % buiten
10
00-10.
15
groep%lezen/fruit,groep %gym
10.
00-10.
15
groep%lezen/fruit,groep % buiten
10.
00-10.
15
groep'/ugym,groep % buiten
10.
00-r.0.
1510.
15-10.
30
groep % buiten,groep%lezen/fruit
10.
15-
10.
30
groep % buiten,groep %gym
10.
15-10.
30
groep le buiten,groep%lezen/fruit
10.
15-
10.
30
groep /"gym,,groep%lezen/fruit
L0.
15-
10.
3010.
30-10.
45
Engels 10.
30-10.
45
groep la zw,
groep %gym
10.
30-10.
45
Plus je Klas 10.
30-10.
45
groep Vu EYm,groep %begr.lezen
10.
30-10.
4510.
45-L1..
00
Engels 10.
45-11.
00
groep v" zw,groep %gym
10.
45-1.I.
00
Plus je Klas 10.
45-TT.
00
groep Yu gym,groep %begr.lezen
10.
45-77.00
n.00-n.15
Engels 1.1..
00-11.
15
zw tL,00-1,1.
15
Plus je Klas 1.r.
00-L1..
15
ZW 1.1..
00-1.1..
15
vexpeditietijd
expeditietijd
expeditietijd
expeditietijd
Kanjer
Kanjer
groep lelezen/fruit,groep Tebuiït
groep %buitrgroep%lezen/fruit
afmaak-tijd v
weektaak +
afsluiting
afmaak-tijd v
weektaak +afsluiting
Kunstmenu
49
1.1.
15-
1.1..
30
1.1.
15-
11..
30
Plus je Klas 11.
15-
1.1.
30
ZWL1..
15-
1.L.
30
scha ke n 11..
15-
1.1..
30
ZW
Plus je Klas 11.30-
11.45
ZW 11..
30-11.
45
71..
30-
tt.45
schaken 1_1..
30-1,1,.
45
ZW 11..
30-
1.1..
45
hele groepbuiten spelen
1.1..
45-12.00
Lt.45-L2.
00
hele groep
buiten spelen
11.
45-12.
00
Plus je Klas Lt.45-L2.
00
TL
45
12
00
scha ken
12.00-L2,15
Hele groeplunch
12.00-L2.
15
12.00-72.15
Groep % buitenspelen, groep%lunch
L2.
00-12.15
Hele groeplunch
12.00-12.15
Groep % buiten,groep % lunch
12.
15-L2,
30
12.15-
12.30
Groep % lunch,groep % buiten
12.15-
12.
30
Groep%ZWgroep'/"Techniekles
12.1.5-
t2.30
Groep T"lunch,groep % buiten
12.15-
12.30
Groep%technieklesgroep%ZW
12.30-12,
45
groep%instructie,groep%techniekles
12.30-1.2.
45
tPc 12.
30-72.45
groep%techniekles,groep%instructie
12.
30-1.2.
45
filosofie1.2.
30-12.45
groep%instructie,groep%techniekles
12.45-13.
00
tPc 12
45
13
00
groep%techniekles,groep%instructie
1,2.
45-13.
00
filosofie 1.2.
45-13.
00
12.
45-13.
00
13.
00-
13.
15
WUR/gastles/groepsvorming
13.
00-
13.
15
groep%instructie,groep%techniekles
13.
00-
13.
15
13.
00-
13.
15
tPc 13.
00-
1.3.
15
groep%techniekles,groep%instructie
13.
15-
13.
30
WUR/gastles/groepsvorming
13.
15-
13.
30
groep Ve
instructie,groep%techniekles
13.
15-
13.
30
13.
15-
13.
30
tPc 13.
15-
L3.
30
groep%techniekles,groep%instructie
13.
30-
13.
45
groep lainstructie,groep%techniekles
13.
30-
13.
45
13.
30-
13.
45
rPc 13.
30-
13.
45
groep%techniekles,groep%instructie
13.
30-
13.
45
WUR/gastles/groepsvorming
13.
45-14.00
WUR/gastles/groepsvorming
1_3.
45-14.
00
groep%instructie,groep%techniekles
13.
45-14.
00
13.
45-L4.
00
rPc 13.
45-1,4.
00
groep%techniekles,groep%instructie
T4
00t400
naar huis L4.00
naar huis L4.00
naar huisL4.00
naar huis
Huiswerk meeHuiswerk meedildoinstructies opniveau voor de
di/do regulierevakken waaraankinderen opeigen niveau
Kunstmenu
lezen
lezen
Groep %buitgroep Vslunc
Groep laluncgroep %buitr
grej van de
week
grej van de
week
presenteren(spreekbeurtet c.)
presenteren(spreekbeurtet c.)
Nieuws Uit d
Natuur e.d.
Nieuws Uit dNatuur e.d.
naar huis
50
werken:schriiven,rekenen, taal,spelling
regulierevakken.
Begriipendlezen is
'klassikaal'groep % (groep% versie) engroep 7/e en danB versievooralsnog.Verkeer:individueel(bijvoorkeurdigitaal)versneld/verkort. En groep 7sluit aan bij dereguliere groep7 voor (de
lessen rondom)hetverkeersexamen.
51
Bijlage B zes profielen Betts en Neihart
httos://talentstimuleren. nl/?file= 2867&m = 1422437221&action =file.download
52