Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in...

8
1 informatiemagazine Palfijn.nieuws zomer 2011 medisch informatiemagazine periodieke uitgave - nr. 12 Palfijn.nieuws - zomer 2011 p. 4 > Centrum gewichtszorg: voeding, beweging en begeleiding p. 5 > Opening labo anatomopathologie p. 6 > Kraakbeentransplantatie voor knie eindelijk realiteit Multidisciplinair Oncologisch Consult de centrale rol van de huisarts is primordiaal I n het kader van het Zorgprogramma Onco- logie richt het AZ Jan Palfijn Gent AV sinds geruime tijd Multidisciplinaire Oncologische Consulten (MOC's) in. Sinds het voorjaar 2011 doet het ziekenhuis, d.m.v. persoonlijke uitnodi- gingen tot live deelname, extra inspanningen om de rol van de huisarts binnen dit overlegorgaan te benadrukken. Huisartsen hebben daarnaast ook een belangrijke vertegenwoordigende rol in de Commissie voor Oncologie van het ziekenhuis. Het ziekenhuis richtte ook een werkgroep Anti- tumorale Middelen op en voert de wettelijk ver- plichte kankerregistratie uit. Het Jan Palfijnziekenhuis streeft met het Zorgpro- gramma Oncologie naar een alomvattend zorgaan- bod voor zowel de patiënt als zijn dichte omgeving. Hiervoor werd de laatste jaren intensief geïnves- blz. 2

Transcript of Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in...

Page 1: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

1

info

rmat

iem

agaz

ine

Palfijn.nieuws

zomer 2011medisch informatiemagazine

periodieke uitgave - nr. 12

Palfijn.nieuws - zomer 2011

p. 4 > Centrum gewichtszorg: voeding, beweging en begeleiding

p. 5 > Opening labo anatomopathologie

p. 6 > Kraakbeentransplantatie voor knie eindelijk realiteit

Multidisciplinair Oncologisch Consultde centrale rol van de huisarts is primordiaal

In het kader van het Zorgprogramma Onco-logie richt het AZ Jan Palfijn Gent AV sinds geruime tijd Multidisciplinaire Oncologische

Consulten (MOC's) in. Sinds het voorjaar 2011 doet het ziekenhuis, d.m.v. persoonlijke uitnodi-gingen tot live deelname, extra inspanningen om de rol van de huisarts binnen dit overlegorgaan te benadrukken. Huisartsen hebben daarnaast ook een belangrijke vertegenwoordigende rol in de

Commissie voor Oncologie van het ziekenhuis. Het ziekenhuis richtte ook een werkgroep Anti-tumorale Middelen op en voert de wettelijk ver-plichte kankerregistratie uit.

Het Jan Palfijnziekenhuis streeft met het Zorgpro-gramma Oncologie naar een alomvattend zorgaan-bod voor zowel de patiënt als zijn dichte omgeving. Hiervoor werd de laatste jaren intensief geïnves-

blz. 2

Page 2: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

2 Palfijn.nieuws - zomer 2011

VOORWOORD

Jan Palfijn is een ziekenhuis in volle bloei. Het gaat ons op alle vlakken voor de wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker was of het Jan Palfijnzieken-huis nog wel een toekomst had, is die situatie deze legislatuur helemaal omge-draaid. Iedereen is er nu van overtuigd dat Jan Palfijn een gezonde toekomst te-gemoet gaat als een sociaal ziekenhuis, dat zich verder wil oriënteren op enkele welgekozen specialisaties in de tweedelijnshulp.

Daarvoor is het nodig over een moderne infrastructuur te kunnen beschikken, wat zowel het werk van onze artsen en medewerkers als het welzijn van onze patiënten ten goede komt. Die werken aan onze campus aan de Watersportbaan starten binnenkort en moeten ons tegen eind 2013 een volledig ver-nieuwd ziekenhuis opleveren. Hiermee zal voor het Jan Palfijnziekenhuis een nieuw hoofdstuk aanbre-ken, een hoofdstuk dat in het teken zal staan van groei.

Geert Versnickvoorzitter

teerd in een gestructureerde ondersteuning van het medische luik van het programma. De functies van datamanager, oncopsycholoog, oncoverpleegkun-dige, oncosociaal assistent en oncodiëtist werden uitgebreid of aan het organigram toegevoegd. Deze structuur verhoogt de herkenbaarheid en de effici-entie van het zorgprogramma zowel intern als naar huisartsen toe.

Binnen het streven naar een alomvattend zorgaan-bod zijn de MOC-vergaderingen dé fora om het team

van het zorgprogramma te laten overleggen met de huisarts. Het is de bedoeling om zowel elke patiënt met een nieuwe diagnose van kanker als elke pati-ent met een gekende oncologische aandoening die omwille van progressie, recidief of metastase een aangepast behandelingsplan behoeft, te bespreken. Aanwezigheid en actieve deelname van de huisarts op deze MOC-vergaderingen is dan ook essentieel. Voor deze afspraken werden speciale nomenclatuur-nummers gereserveerd. U vindt ze terug achteraan dit artikel, samen met de data waarop onze MOC's worden georganiseerd.

Huisartsen worden naast hun aanwezigheid in de MOC's ook betrokken bij de organisatie en structuur van het Zorgprogramma Oncologie. Dit gebeurt via vertegenwoordiging in de Commissie voor Onco-logie. Deze commissie is een interne overlegstruc-tuur die vier tot zes keer per jaar samenkomt. Ze bespreekt de algemene werking van het zorgpro-gramma en biedt een platform om via contact met vertegenwoordigers van alle oncologiegerelateerde

Page 3: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

33Palfijn.nieuws - zomer 2011

disciplines (medisch en paramedisch) de werking van het Zorgprogramma te optimaliseren. Een ver-tegenwoordiger van de huisartsen kan aan deze ver-gaderingen deelnemen en vanuit zijn perspectief en actieterrein voorstellen lanceren.

Met de nauwe samenwerking tussen het Jan Palfijn-ziekenhuis en de huisarts wil het ziekenhuis een zo breed mogelijke zorg aanbieden aan de patiënt en zijn omgeving.

iZorgprogramma Oncologie09 224 81 37 (secretariaat) [email protected]

iBorstverpleegkundigen Borstkliniek09 224 86 94 (mevr. Carla Amend) 09 224 86 59 (mevr. Leen Delbaere)

Borstkliniek breidt uit

De Borstkliniek van het Jan Palfijnzieken-huis viert straks zijn tweede verjaardag. Vandaag beschikt dit zorgprogramma

over de mogelijkheden om haar patiënten een alomvattende dienstverlening aan te bieden. Een stand van zaken.

In het voorjaar startte dr. Dine Houben op de dienst Gynaecologie. Zij zal met haar ervaring als oncolo-gisch gynaecologe meewerken aan de verdere uit-bouw van de Borstkliniek en samen met collega's uit diverse disciplines de werkzaamheden coördineren.

Om de opvang van onze patiënten met borstpatholo-gie zo goed en zo snel mogelijk te organiseren werd ook vroedkundige Katrien Dessel aan het team van de Borstkliniek toegevoegd. Zij zal met haar ruime praktijkervaring op een adequate wijze voor de eer-ste opvang van onze patiënten zorgen.

Daarenboven zal ons ziekenhuis, dankzij de opstart van een eigen labo anatomopathologie (zie ook pagina 5) vanaf 1 mei een snelle anatomopathologi-sche diagnostiek kunnen realiseren.

De MOC-vergaderingen vinden plaats om de twee weken:

• KNO: dinsdag (12u30-14u00)• Gynaecologie: dinsdag (12u30-14u00)• Hematologie: donderdag (8u30-9u30)• Pneumologie: donderdag(12u45-14u00)• Neurochirurgie: donderdag (12u30-14u00)• Gastro-enterologie: vrijdag (12u30-14u00)• Urologie: vrijdag (12u45-14u00)

De vergaderingen gaan door in het MOC-lokaal (lokaalnummer 548). Het lokaal bevindt zich op de vijfde verdieping, achteraan het zieken-huis. Een broodjesmaaltijd en drank worden voorzien.

Gereserveerde nomenclatuurnummers:• 350416-350420 (K25): deelname aan een

MOC-vergadering• 350232 (K50): toelichting van het MOC-

advies door de behandelend erkende huis-arts tijdens een afzonderlijk overleg met de patiënt in de thuispraktijk.

Page 4: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

4 Palfijn.nieuws - zomer 2011

Centrum gewichtszorg: aandacht voor voeding, beweging én persoonlijke begeleiding.

In 2011 lijdt 1 op de 2 Belgen aan overgewicht. Slechts een klein percentage komt in aanmer-king voor terugbetaling van een bariatrische

ingreep (BMI ≥ 40 of BMI ≥ 35 met comorbiditei-ten). Dit betekent dat de meerderheid financieel in de kou blijft staan. Het Centrum gewichtszorg biedt vanaf deze zomer een niet-operatief pro-gramma aan voor deze groep patiënten.

Uit ervaring blijkt dat vele patiënten er niet in sla-gen een gezond voedingspatroon te ontwikkelen, ondanks meerdere dieetpogingen Ook zijn er onder-liggende redenen (relationeel, professioneel, endo-geen) die leiden tot depressiviteit met emotioneel eetgedrag tot gevolg. Zo ontstaat een vicieuze cirkel: zwaarlijvigheid leidt tot een negatief zelfbeeld waar-door troost wordt gezocht in voeding.

Naast de verhoogde calorie-inname is er een gebrek aan beweging. Velen voelen schaamte over hun lichaam en durven zich niet in sportuitrusting te ver-tonen. Daarnaast zijn de bewegingsprogramma's in fitnesscentra niet afgestemd op hun fysieke beper-kingen waardoor er snel wordt afgehaakt. Het Centrum gewichtszorg van het Jan Palfijnzieken-

huis ontwikkelde daarom een multidisciplinair pro-gramma dat zowel het voedingspatroon, de psycho-logische problemen als de lichamelijke conditie van de patiënt in kaart brengt én behandelt.

Gedurende vijf maanden krijgt de patiënt tweemaal per week conditietraining onder leiding van een kine-sist. Deze training heeft tot doel de cardiopulmonaire status te verbeteren en het basaal metabolisme te verhogen. Aan de patiënt wordt geleerd hoe hij of zij moet bewegen (duur en intensiteit) om tot een maxi-male vetverbranding te komen met behoud van de lean body mass. Bij het begin en het einde van het programma worden de bloeddruk en de polsslag gemeten. Deze waarden worden vergeleken en de verhoging van de aerobe drempel wordt bepaald (= referentie voor conditie).

Om de twee weken vindt een groepssessie voe-dingsleer plaats. De voedingsdriehoek wordt aan de patiënt uitgelegd en gezonde dagschema’s wor-den opgesteld. Er wordt informatie gegeven over het opstellen van een ‘gezond’ boodschappenlijstje, aangevuld met nuttige tips voor het aankopen van voedingsmiddelen.

Page 5: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

55Palfijn.nieuws - zomer 2011

De andere weken worden psychologische groeps-sessies georganiseerd met uitleg over de verschil-lende types in eetgedrag. Er wordt ingegaan op het bestaan van een gedragsketen (emotie/situatie > gewoonte > eten) en hoe men deze kan doorbreken. Doorheen de sessies wordt eveneens gewerkt aan het zelfbeeld van de patiënt.

Omdat enkel zwaarlijvige mensen aan deze sessies deelnemen, fungeren zij tevens als ‘zelfhulpgroep’. De patiënten hebben de mogelijkheid om hun erva-

i dienst Pathologische anatomie09 265 12 74 (dr. Vallaeys)

Welke arts herinnert zich niet de prac-tica histologie en cytologie in de 'Oude Bijloke' op de Pasteurlaan? Of

de lezingen pathologische anatomie, het prak-tisch examen met microscopische preparaten en José?

Niet zonder enige trots opende het AZ Jan Palfijn Gent AV onlangs zijn eigen labo voor pathologische anatomie, waar de traditie van het microscopisch onderzoek weer opgenomen wordt. Met de meest geavanceerde histotechnologische apparatuur wor-den weefselcoupes vervaardigd. Zo zorgt de Pathos Delta histoprocessor, dankzij een combinatie van microgolf- en vacuumtechnologie, voor een optimale kwaliteit/interpreteerbaarheid van de weefselcoupes (biopsies). De Cellient zorgt ervoor dat losse cel-len uit aspiraten of punctievocht optimaal kunnen onderzocht worden na paraffine-inbedding. Zowel op de biopsies als op het cytologisch materiaal wordt, indien nodig, bijkomend immuunhistochemisch onderzoek verricht voor eventuele tumortypering.

Naast deze zuiver technische aspecten van een labo, heeft de dienst Pathologische anatomie een belangrijke rol te vervullen in de diagnostiek: de oude waarheid 'tissue is the issue' geldt nog steeds. De

ringen, angsten en ideeën met elkaar uit te wisselen en kunnen elkaar steunen in hun gezamenlijke strijd tegen het overgewicht. De sessies worden ’s avonds georga-niseerd zodat ook werkende men-sen kunnen deelnemen.

patholoog stelt de weefseldiagnose aan de micro-scoop; het APD protocol vermeldt tumortypering, gradering, stagering (TNM). Voor bijkomend hoogge-specialiseerd onderzoek wordt verder nauw samen-gewerkt met het UZ Gent. De snelle verspreiding van de pathologieverslagen via de informaticakanalen en de patiëntenbespreking op de diverse MOC's (waar-bij ook de huisartsen welkom zijn, zie p. 1-3) moeten een belangrijke bijdrage leveren aan de goede zorg voor onze patiënten. En wie nog eens een blik door de microscoop wil werpen, is altijd welkom!

Opening labo anatomopathologie

iCentrum gewichtszorg09 224 86 94 (mevr. Carla Amend, coördinatrice)www.obesitasgent.be

Page 6: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

6 Palfijn.nieuws - zomer 2011

De complexe structuur en biomechanische functie van gewrichtskraakbeen maken kraakbeenletsels een moeilijk te behan-

delen entiteit binnen de kniechirurgie. Gewrichts-kraakbeen heeft een zeer beperkt regeneratie-vermogen. Onbehandeld evolueren deze letsels naar een symptomatische artrose van de knie. De overheid besliste onlangs om de celgebaseerde therapie van kraakbeenletsels onder bepaalde voorwaarden terug te betalen, een belangrijke stap in het beschikbaar maken van deze behande-ling voor een ruimere populatie. Het Gentse Jan Palfijnziekenhuis behoort zo tot de eerste lichting chirurgische centra waarbinnen deze ingreep mét terugbetaling uitgevoerd mag worden.

Tot op heden zijn microfracturatie en mosaicplastie de meest gebruikte technieken voor kraakbeenlet-sels. Bij microfractuur (ice-picking) worden kleine boorgaatjes gemaakt in de beenplaat ter hoogte van het kraakbeendefect om bloeding te creëren en beenmergcellen aan te voeren met als finale doel het ontstaan van littekenweefsel (dat lijkt op kraakbeen). Bij mosaicplastie worden osteochondrale cilinders gepreleveerd in de periferie van het patellofemoraal gewricht en ingeplant in de zone van het defect.

Cel gebaseerde kraakbeentransplantatieBij cel gebaseerde kraakbeentransplantatie gebruikt men lichaamseigen kraakbeencellen om kraakbeen-letsels te herstellen. Onderzoek naar deze methode dateert reeds van het jaar 2000. Professoren van de Leuvense universiteit sloten hiervoor een samenwer-kingsverband af met hun collega's uit Gent. Wat in eerste instantie klonk als science-fiction bleek snel realiteit. Kraakbeentransplantatie bleek een waardige behandelingstechniek voor bepaalde knieletsels.

Kraakbeentransplantatie van de knie wordt eindelijk realiteit.

Strikt zorgpad van huisarts tot revalidatieOnder meer door het volgen van een strikt zorgpad kunnen de resultaten van de behandeling op een hoog niveau gehouden worden. Het zorgpad kunnen we als volgt omschrijven:1. Uitvoering van een arthroscopie in daghospitalisa-tie met biopsiename van kraakbeenweefsel uit een niet gewichtsdragend deel van de knie.2. De geoogste kraakbeencellen worden in een spe-ciaal recipiënt geplaatst en verder verwerkt in het laboratorium. Na gemiddeld 9 weken behandeling beschikken we meestal over voldoende kraakbeen-cellen om het defect op te vullen.3. Tijdens een tweede chirurgische ingreep wordt het kraakbeendefect geëgaliseerd en worden de gekweekte kraakbeencellen onder een membraan ingespoten (arthrotomie, afbeelding hieronder). Het uiteindelijke doel is hier de vorming van hyalien kraak-been dat sterk lijkt op het oorspronkelijke kraakbeen.4. De afsluitende nabehandeling bestaat uit een strikt revalidatieschema met nadruk op onmiddellijke mobi-

lisatie. Om de cellen de mogelijkheid te geven hoog-waardig kraakbeen te vormen, dient het gewricht in eerste fase ontlast te worden.

Page 7: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

77Palfijn.nieuws - zomer 2011

Voorwaarden tot terugbetaling

De terugbetaling voor de celgebaseerde therapie voor behandeling van kraakbeenletsels is sinds 1 mei een feit. Om terugbetaling te bekomen dient echter aan strikte wettelijke voorwaarden te worden voldaan:

• Patiënt is niet ouder dan 50 jaar.• Het betreft een geïsoleerd condylair kraakbeen-

letsel op femurcondyle van > 2 cm² (niet patella) met graad III tot IV volgens de ICRS-indeling vastgesteld door arthroscopie.

• De eerste klachten van het letsel zijn minder dan 3 jaar terug ontstaan.

• Er zijn nog geen tekenen van gevorderde artrose van het gewricht.

• De orthopedisch chirurg dient een specifieke training te hebben gevolgd en moet het daar-aan verbonden certificaat kunnen voorleggen op vraag van een controlearts of eventueel patiënt.

• Revalidatie en follow-up gebeuren via een wel-omgeschreven schema.

Jan Palfijnziekenhuis

Kniechirurgen verbonden aan het Jan Palfijnzieken-huis volgen de ontwikkelingen op het vlak van kraak-beentransplantatie op de voet. Zij stappen dan ook mee in dit project. Dit zorgt ervoor dat deze vernieu-wende en hoogtechnologische techniek binnen de beschreven strikte indicaties nu reeds beschikbaar is in ons ziekenhuis, waarbij volledig voldaan kan worden aan de voorwaarden tot terugbetaling via het ziekenfonds.

• Audenaert E., Goubay Y., Baelde N., Vanden Bossche L. en Pattyn C. (2010). Nieuwe inzichten in heuppijn bij jonge actieve patiënten en de ontwikkeling van coxartrose: het concept "femoroacetabulair impingement". Tijdschrift voor geneeskunde, vol. 66, nr. 8, pp. 377-380.

• Almqvist K.F., Baelde N., McNair P., Roosen P., Van Ginc-kel A en Witvrouw E. (2010). Functional adaptation of knee cartilage in asymptomatic female novice runners compa-red to sedentary controls. A longitudinal analysis using delayed Gadolinium Enhanced Magnetic Resonance Ima-ging of Cartilage (dGEMRIC). Osteoarthritis and Cartilage, doi:10.1016/j.joca.2010.10.007.

• Audenaert EA., Baelde N., Huysse W., Pattyn C. en Vigne-ron L. (2010). Development of a three-dimensional detec-tion method of cam deformities in femoroacetabular impin-gement. Skeletal Radiol. 2010 Aug 18.

• De Smet K., Van Der Straeten C., Van Orsouw M., Doubi R., Backers K. en Grammatopoulos G. (2011). Revisions of Metal-on-Metal Hip Resurfacing: Lessons Learned and Improved Outcome. Orthopedic clinics of North America., vol. 42, nr. 2, pp. 259-262.

• Langton D. J., Jameson S.S., Joyce T. J., Lord J., Van Orsouw M., Holland J. P., Nargol A. V. F. en De Smet K. D. (2011). Adverse reaction to metal debris following hip resurfacing. The influence of component type, orientation and volumetric wear. The Journal of Bone & Joint Surgery. vol. 93-B, nr. 2, febr.

• Tondeur M., Hambye A-S., Sand A. en Ham H. (2011). Edu-cational impact of discussing results among nuclear medi-cine physicians participating in interobserver reproduci-bility studies: our experience with I-123 FP-CIT SPECT. Nuclear Medicine Communications, vol. 32, pp. 410-415.

Publicatiesu

iInlichtingen09 224 71 11 (site Watersportbaan)09 240 98 11 (site Fabiolalaan)

'Pas bevallen en snel naar mijn huis(arts)!'De toename van het aantal poliklinische beval-lingen en bevallingen met kort ziekenhuisver-blijf zorgt ervoor dat huisartsen steeds vaker in contact komen met (de problemen van) pasge-borenen en pas bevallen moeders. Met dit sym-posium willen we hier dieper op ingaan en een praktische leidraad meegeven, zowel vanuit het perspectief van de kinderarts als gynaecoloog.

EERSTVOLGEND SYMPOSIUM: 22 SEPTEMBERu

Page 8: Palfijn.nieuws - AZ Jan Palfijn | AZ Jan Palfijn · wind, zowel medisch als financieel, en in tevredenheidsenquêtes van patiënten scoren we goed. Waar het tot voor 2007 niet zeker

8 Palfijn.nieuws - zomer 2011

Periodiek infomagazine voor huisartsen en externe zorgverlenersRedactieraad: dr. Tom Bovyn, dr. Yves Depaepe, dr. Bruno Heyndrickx (hoofdgeneesheer), dr. Philippe Jeannin, dr. Valerie Verstraeten en mevr. Marleen Porto-Carrero (bestuurder-directeur) - Eindredactie en layout: Communicatiedienst AZ Jan Palfijn Gent AVV.U.: Geert Versnick, voorzitter , H. Dunantlaan 5 - Gent - 09 224 71 11C

OLO

FON

i dienst Medische beeldvorming09 265 13 20 (dr. Valerie Verstraeten)

Beperking van straling bij frequent voor-komende darmaandoeningen: een must!

De groeiende bewustwording van de risi-co’s verbonden aan de blootstelling aan ioniserende stralen veroorzaakt een con-

tinue zoektocht naar alternatieve beeldvormings-technieken. Dit geldt niet in het minst voor wat betreft aandoeningen die vaak jonge mensen tref-fen. De ziekte van Crohn en andere chronische inflammatoire darmziekten (IBD) zijn hier een uitstekend voorbeeld van. Geneesheren van het Jan Palfijnziekenhuis delen deze bezorgdheid en trachten de onderzoeken met belastende straling zoveel mogelijk te beperken.

Bij de ziekte van Crohn heeft het gebruik van een MRI van de dundarm (entero-MRI) twee grote voor-delen. In de eerste plaats is er de afwezigheid van stralingsbelasting, dit in tegenstelling tot de alter-natieve beeldvormingstechnieken geschikt voor dit deel van het lichaam zoals entero-CT, entero-clyse en dunne darm transit. Ten tweede worden de let-sels heel mooi in beeld gebracht dankzij de hoge weefselresolutie. Zo is het mogelijk om zeer duidelijk de ontsteking van de slijmvliezen, de localisatie en de uitgebreidheid van de ziekte aan te tonen. Ook complicaties zoals fistels en abcessen worden goed zichtbaar via entero-MRI.Een derde voordeel is het weinig belastend karak-ter van het onderzoek. De patiënt dient enkel vóór het onderzoek anderhalve liter vloeistof (Mannitol en water) te drinken en krijgt Buscopan en Gadolinium IV toegediend. Bij een traditionele coloscopie is de belasting hoger voor de patiënt.

Door middel van snelle T2 én T1 acquisities wordt de volledige dunne darm in axiale en coronale rich-ting gescand. Het gebruik van Buscopan laat ook iets langere sequenties toe zonder artefacten. Het IV contrast toont vooral de activiteit van de ziekte en mogelijke abcedaties.Gezien de chroniciteit van de ziekte en de jonge onset leeftijd dienen vaak multipele onderzoeken te gebeu-ren. Dit is niet enkel noodzakelijk om het verloop van de aandoening te kennen, maar ook om eventuele complicaties tijdig te herkennen. In dit opzicht is het begrijpelijk dat een blijvend streven naar een beper-king van stralingsbelasting een must is!

Palfijn.nieuws niet langer ontvangen? Adres gewijzigd? Nieuwsbrief liever in uw mailbox? Geef ons een seintje via:>>> [email protected]