Werkbladen bij thema familie en vrienden: dag 1LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 5...

Post on 04-Apr-2021

83 views 0 download

Transcript of Werkbladen bij thema familie en vrienden: dag 1LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 5...

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 1

Werkbladen bij thema familie en vrienden: dag 1

Naam: . . . . . . . . . . . . . . . . .

1. Lezen en overschrijven:

het gezin

…………………………………………………

de vader

……………………………………………………

de moeder

…………………………………………………

de zoon

………………………………………………….

de dochter

……………………………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 2

2. Invullen:

Dit is ……………………………………

Dit is ……………………………………

Dit is ……………………………………

Dit is ……………………………………

Dit is ……………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 3

3. Lezen en overschrijven:

de broer

………………………………………………….

de zus

……………………………………………………

de opa

……………………………………………………

de oma

…………………………………………………..

het kleinkind

……………………………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 4

4. Invullen:

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 5

5. Kies en zet een rondje om het goede antwoord:

de opa

het gezin

de oma

het gezin

de familie

de ouders

de vader

de moeder

de ouders

de broer

de zus

de opa

de ouders

het gezin

de grootouders

de oma

de broer

de moeder

de familie

het gezin

de grootouders

de oma

de dochter

de moeder

de ouders

de vader

de zoon

de oma

het kleinkind

het gezin

6. Invullen de of het:

. . . vader . . . grootouders . . . zoon . . . broer

. . . moeder . . . ouders . . . dochter . . . zus

. . . oma . . . kleinkind

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 6

7. Overschrijven en invullen:

Is dit de moeder?

Is dit de moeder?

Ja, dit is de moeder

Is dit de oma? ……………………………

Ja, dit is ………………………………………………………………

Is dit het kleinkind?

…………………………..

Ja, ……………………………………………………………………….

Is dit de dochter?

…………………………….

Ja, ……………………………………………………………………….

8. Overschrijven en invullen:

Is dit de moeder?

Is dit de moeder?

Nee, dit is de vader

Is dit de oma?

…………………………..

Nee, …………………………………………………………………….

Is dit de dochter?

…………………………..

Nee, ………………………………………………………………………

Is dit de zus?

…………………………..

Nee, ……………………………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 7

9. Invullen:

Is dit de familie?

Ja, ……………………………………………………………………….

Is dit het gezin?

Ja, ……………………………………………………………………….

Is dit de moeder?

Nee, ……………………………………………………………………….

Zijn dit de ouders?

Nee, ……………………………………………………………………….

Is dit de broer?

Ja, ……………………………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 8

10. Zoek 5 woorden:

gkjtbroerkswopaendhlpmsngmoederpmdndubabzpoudersmfnzzndbwlzoonmlp

1.

2.

3.

4.

5.

11. Letters invullen:

de zu . het kl . . nkind de . oeder

de om . de groot . . ders de . amilie

de vade . de br . . r de . ochter

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 9

12. Maak de rijtjes af:

heten tellen luisteren

ik heet ik …………….. ik ………………….

jij …………… jij telt jij …………………

hij ………….. hij …………… hij …………………..

zij …………… zij …………….. zij luistert

hebben gaan zijn

ik ……………. ik ……………….. ik ben

jij …………… jij gaat jij ……………

hij heeft hij ……………. hij …………….

zij ………….. zij ………………. zij …………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 10

Werkbladen bij thema familie en vrienden: dag 2

Naam: . . . . . . . . . . . . . . . . .

1. Lezen en overschrijven:

het kind

…………………………………………………

de jongen

……………………………………………………

het meisje

…………………………………………………

de man

………………………………………………….

de vrouw

……………………………………………………

de mens

………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 11

de vriendin

……………………………………………………

de vriend

……………………………………………………

de familie

…………………………………………………..

het gezin

……………………………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 12

2. Invullen:

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 13

3. Kies en zet een rondje om het goede antwoord:

de jongen

het meisje

de man

de jongen

de vriend

de vriendin

de man

de jongen

het meisje

de mens

de man

de jongen

de man

het kind

de vriendin

de jongen

de mens

de vriend

de vriend

het meisje

het vriendin

de familie

het gezin

de mens

de man

de vrouw

het gezin

het kind

de vrouw

de jongen

4. Invullen de of het:

. . . mens . . . man . . . jongen . . . vriend

. . . vrouw . . . meisje . . . vriendin . . . kind

. . . oom . . . tante

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 14

5. Geef antwoord in een zin:

Is dit de vriend?

Ja, dit is de vriend.

Is dit de man?

……………………………………………………………………….

Is dit het meisje?

……………………………………………………………………….

Is dit het kind?

……………………………………………………………………….

6. Geef antwoord in een zin:

Is dit de vrouw?

Nee, dit is de vrouw niet.

Is dit de jongen?

……………………………………………………………………….

Is dit de mens?

……………………………………………………………………….

Is dit de vriendin?

……………………………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 15

7. Geef antwoord in een zin:

Is dit de mens?

……………………………………………………………………….

Is dit de vriendin?

……………………………………………………………………….

Is dit de man?

……………………………………………………………………….

Is dit de oom?

……………………………………………………………………….

Is dit de jongen?

……………………………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 16

8. Zoek 5 woorden:

gkjtneefksrtvriendinndhlpmsngkindpmdndubabzpvriendmfnzzndbwlmannmlp

1.

2.

3.

4.

5.

9. Letters invullen:

de nee . het m . . sje de . ante

de ma . de vr . . w de . icht

de oo . de vr . . ndin de . ens

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 17

10. Maak de rijtjes af:

lopen zeggen luisteren

ik loop ik …………….. ik ………………….

jij …………….. jij zegt jij ………………….

hij …………… hij …………… hij …………………..

zij ……………. zij …………….. zij luistert

wij …………… wij ………………. wij ………………….

jullie ………….. jullie ………….. jullie ……………….

zij …………………… zij ………………………….. zij ……………………

hebben knippen zijn

ik …………….. ik ……………….. ik ben

jij …………….. jij knipt jij ……………..

hij heeft hij ……………… hij …………….

zij …………….. zij ……………….. zij ……………..

wij ……………. wij ……………….. wij ……………….

jullie ………………. jullie ……………… jullie …………….

zij …………………… zij …………………… . zij …………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 18

Werkbladen bij thema familie en vrienden: dag 3

Naam: . . . . . . . . . . . . . . . . .

1. Lezen en overschrijven:

de baby

…………………………………………………

de klasgenoot

……………………………………………………

het team

…………………………………………………

de buren

………………………………………………….

de puber

……………………………………………………

de volwassene

………………………………………………….

de collega

……………………………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 19

de baas

……………………………………………………

de peuter

…………………………………………………..

de kleuter

……………………………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 20

2. Invullen:

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit zijn ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 21

3. Kies en zet een rondje om het goede antwoord:

de puber

het team

de baby

het team

de buren

de volwassene

de puber

de kleuter

de buren

de collega

het team

de peuter

de kleuter

het team

de klasgenoot

de kleuter

de volwassene

de baby

de puber

het schoolkind

de collega

de baas

de buren

de baby

de baby

de kleuter

de volwassene

de buren

de puber

de collega

4. Invullen de of het:

. . . volwassene . . . baas . . . collega . . . baby

. . . schoolkind . . . team . . . puber . . . buren

. . . klasgenoot . . . kleuter

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 22

5. Geef antwoord in een zin:

Is dit een collega?

Ja, dit is een collega.

Is dit een baby?

……………………………………………………………………….

Is dit een klasgenoot?

……………………………………………………………………….

Is dit een volwassene?

……………………………………………………………………….

6. Geef antwoord in een zin:

Is dit een collega?

Nee, dit is geen collega.

Is dit een baby?

……………………………………………………………………….

Is dit een klasgenoot?

……………………………………………………………………….

Is dit een team?

……………………………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 23

7. Geef antwoord in een zin:

Is dit een kleuter?

……………………………………………………………………….

Is dit een puber?

……………………………………………………………………….

Is dit een schoolkind?

……………………………………………………………………….

Is dit een peuter?

……………………………………………………………………….

Is dit een team?

……………………………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 24

8. Zoek 5 woorden:

gkjtksrtnndhpuberlpmsngdpmcollegadndubabzpdburenmfnzzteamndbwlbabyn

1.

2.

3.

4.

5.

9. Letters invullen:

de baa . het t . . m de . ollega

de pube . de kl . . ter de . uren

de bab . de klasgen . . t het . . . oolkind

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 25

10. Invullen: ik tel - wij tellen

Ik heet - wij ……………………

Ik knip - wij ……………………

Ik denk - wij ……………………

Ik zeg - wij ……………………

Ik ga - wij ……………………

Ik heb - wij ……………………

Ik ben - wij ……………………

Ik loop - wij ……………………

Ik maak - wij ……………………

Ik luister - wij ……………………

Ik plak - wij ……………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 26

11. Invullen: zij tellen - hij telt

Zij heten - hij ……………………

Zij luisteren - hij ……………………

Zij gaan - hij ……………………

Zij lopen - hij ……………………

Zij tellen - hij ……………………

Zij plakken - hij ……………………

Zij hebben - hij ……………………

Zij zeggen - hij ……………………

Zij denken - hij ……………………

Zij zijn - hij ……………………

Zij maken - hij ……………………

Zij knippen - hij ……………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 27

Werkbladen bij thema familie en vrienden: dag 4

Naam: . . . . . . . . . . . . . . . . .

1. Lezen en overschrijven:

de geboorte

…………………………………………………

de verjaardag

……………………………………………………

de bruiloft

…………………………………………………

verliefd

………………………………………………….

het liefdesverdriet

……………………………………………………

de begrafenis

………………………………………………….

trouwen

……………………………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 28

scheiden

……………………………………………………

samenwonen

…………………………………………………..

alleenstaand

……………………………………………………

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 29

2. Invullen:

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

Dit is ………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 30

3. Kies en zet een rondje om het goede antwoord:

de bruiloft

de begrafenis

de geboorte

alleenstaand

verliefd

liefdesverdriet

de bruiloft

de verjaardag

de geboorte

samenwonen

scheiden

trouwen

het liefdesverdriet

de bruiloft

de begrafenis

alleenstaand

samenwonen

scheiden

de verjaardag

het liefdesverdriet

de bruiloft

verliefd

trouwen

scheiden

de bruiloft

het liefdesverdriet

scheiden

scheiden

samenwonen

verliefd

4. Invullen de of het:

. . . geboorte . . . bruiloft . . . begrafenis . . . liefdesverdriet

. . . verjaardag

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 31

5. Geef antwoord in een zin:

Is dit de geboorte?

……………………………………………………………………….

Is dit de begrafenis?

……………………………………………………………………….

Is dit een verjaardag?

……………………………………………………………………….

Is dit het liefdesverdriet?

……………………………………………………………………….

Is dit samenwonen?

……………………………………………………………………….

Is dit trouwen?

……………………………………………………………………….

Is dit een bruiloft?

……………………………………………………………………….

Is dit verliefd?

……………………………………………………………………….

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 32

13. Zoek 5 woorden:

djtverliefdksrtnnscheidenhpmtrouwensngeboortedadnbabzpmfnbruiloftzndbw

1.

2.

3.

4.

5.

14. Letters invullen:

Verlief . t r . . wen . amenwonen

de geboort . de br . . loft de . egrafenis

de verjaarda . het l . . fdesverdr . . t . . . eiden

LOWAN-vo startpakket NT2 Werkbladen thema 3 Pagina 33

15. Invullen:

gaan Wij ………………….. naar de bruiloft.

zijn De tante ……………………… op de verjaardag.

denken Ik ……………………… aan mijn familie.

hebben De man …………………………. liefdesverdriet.

lopen Jij …………………… naar de buurvrouw.

tellen De oma …………………….. haar kleinkinderen.

luisteren De zoon ………………………. naar zijn moeder.

zijn De pubers ………………………… verliefd.

heten Mijn vader …………………… Mohammed.

maken Het schoolkind …………………….. huiswerk.

zeggen De baby ……………………….. niets.

knippen /plakken De kleuter …………………. en ………………………. .

gaan Ik …………………… naar de verjaardag.

zijn Ik ………………….. een puber.

hebben De ouders ……………………… 1 zoon en 1 dochter.