Post on 05-Aug-2020
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 1
SMARTPHONES BINNEN HET GEZIN
Jongeren gaan gebukt onder fanatieke smartphone-ouders
Nationale Academie voor Media en Maatschappij
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 2
DANKWOORD
Wij zijn veel dank verschuldigd aan
ons bestuur, de adviesraadleden, scholen,
de onderzoeksassistenten en de 1.849 jongeren en 637 ouders
die hebben meegewerkt aan dit onderzoek. Zonder hen
was dit mooie project niet tot stand gekomen.
Dank voor jullie medewerking!
COLOFON EN CREDITS
Foto’s: IStock, Shutterstock en Pexel
Huisstijlelementen: Frederiek Zabel van www.zabelledesign.nl
Foto’s auteurs: Alex Dokter (Bamber Delver) en Bart Honigh (Liesbeth Hop)
Datacollectie en –analyse: Nick Ho-Sam-Sooi BSc, Maarten Bouwens BSc, TU Delft
©Juni 2017 Nationale Academie voor Media en Maatschappij
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 3
VOORWOORD
De Nationale Academie voor Media & Maatschappij is een onafhankelijk idealistisch instituut dat beoogt mensen te ondersteunen bij het signaleren,
interpreteren en benutten van relevante mediaontwikkelingen. Met haar aanbod wil de Academie hen in staat stellen om media op positieve wijze in te
zetten ten behoeve van hun eigen professionele en persoonlijke doelstellingen.
De Academie wordt bijgestaan door diverse adviesraden van professionals uit onderwijs, bibliotheek en jeugdzorg die vanuit hun eigen vakgebied het
aanbod van de Academie aanscherpen en helpen om dit aanbod zo dicht mogelijk op de werkpraktijk te laten aansluiten. Omdat wij de stem van jongeren
zeer op waarde schatten bij wat wij doen, werken wij ook samen met een Jongerenadviescommissie, bestaande uit 8 schoolgaande en werkende jongeren
met wie wij regelmatig spreken om hun visie te horen op onze ideeën en plannen.
De Nationale Academie bekostigt haar onderzoek zelfstandig, is hierbij onafhankelijk en wil hiermee een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van
maatschappelijk bewustzijn over nieuwe (media)ontwikkelingen, door deze te signaleren en onderbouwd toegankelijk te maken voor de samenleving.
Wij hopen dan ook dat dit nieuwe onderzoek bijdraagt aan een nieuw bewustzijn
bij ouders en jongeren over de rol van de smartphone binnen het gezin.
Wij wensen u veel leesplezier!
Liesbeth Hop & Bamber Delver
Directie Nationale Academie voor Media en Maatschappij
www.mediaenmaatschappij.nl
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 4
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 5
INHOUDSOPGAVE
Dankwoord 1
Voorwoord 3
Introductie 7
Samenvatting: Conclusies 8
Belangrijkste resultaten 13
Uitspraken respondenten 21
Resultaten onderzoek 23
Totale steekproeven 23
Gebruik van smartphone door jongeren en hun ouders 24
Zorgen om het smartphonegebruik door de jongeren 25
Smartphones en slaap 26
Thuisregels voor smartphonegebruik 27
Verzoek aan ouders te stoppen met smartphone 28
Smartphonegebruik tijdens het eten door ouders 29
Ouders niet-handsfree met smartphones achter het stuur 30
Ouders over hun eigen smartphonegebruik 31
Onderzoeksmethode 32
Adviezen voor ouders door jongeren 34
Bijlagen 35
Nawoord 40
Leden Bestuur en Adviescommissies 41
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 6
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 7
INTRODUCTIE
De opmars van smartphones is een van de snelste mediaontwikkelingen ooit met vergaande gevolgen voor onze maatschappij en ons bestaan. Toch staan wij amper stil bij
deze ontwikkeling die ons leven geleidelijk is binnengeslopen. Je zou kunnen zeggen dat we leven in een collectief puberende samenleving: jongeren, maar intussen ook de
ouders zijn de smartphones volop en veelvuldig gaan gebruiken, zonder dat er (vooralsnog) wordt nagedacht over de consequenties daarvan voor ons en onze kinderen.
We maken intussen optimaal gebruik van de vele voordelen die smartphones ons bieden, denk aan het altijd en overal bereikbaar zijn, het kunnen opzoeken van informatie
of nieuws, het delen van persoonlijke gebeurtenissen via de sociale media, de agenda bijhouden, e-mailen, spelletjes spelen, naar muziek luisteren, het kan niet op!
Smartphones bieden zoveel functionaliteiten dat we eigenlijk nu al niet meer zonder kunnen. Herkent u dat?
Uit de regelmatige gesprekken met onze Jongerenadviescommissie bleek dat niet alleen jongeren soms overmatig gebruik lijken te maken van smartphones, maar dat hun
ouders intussen ook van wanten weten. Het was ons daarbij al bekend dat ouders soms aangeven last te hebben van het veelvuldige gebruik van smartphones door
jongeren. Zij hebben het gevoel te moeten vechten om aandacht bij de jongeren.
“Ik word soms gek van zijn smartphone, hij kijkt me niet meer aan als ik tegen hem praat…” - moeder met zoon van 14 jaar
Door deze gesprekken werden wij echter ook nieuwsgierig naar de manier waarop jongeren op hun beurt het smartphonegebruik van hun ouders ervaren. Kunnen ouders
zich beheersen wat betreft de aandacht die zij besteden aan hun smartphones? Hoe is het voor de jongeren wanneer ouders hun smartphones niet los lijken te kunnen
laten? Wat doet dat met de jongeren? Hoe voelen zij zich daardoor? Het lijkt erop dat de ouders op dit moment net zo goed pubers zijn binnen het gezin en de grootste
moeite hebben om hun smartphone los te laten. Wat zijn daar de gevolgen van voor ons gezinsleven? Wordt het niet tijd dat we ons daar bewust van worden?
“Zo gauw ik aan tafel ergens over begin, gaat mijn vader het opzoeken op zijn smartphone…” - Tico van 17 jaar
Het is interessant om te zien wat ons onderzoek onder 1.849 jongeren en 637 ouders aan resultaten heeft opgeleverd. Voor zover wij op de hoogte zijn is dit de eerste keer
dat een dergelijk grootschalig onderzoek in Nederland is uitgevoerd, dus het is een momentopname en we kunnen niets zeggen over de situatie vergeleken met een
(aantal) jaar geleden. Wij zijn van plan het onderzoek tweejaarlijks te herhalen, zodat we informatie krijgen over de ontwikkelingen vanaf dit jaar.
Wij hopen dat het publiceren van deze resultaten bijdraagt aan een nieuw collectief bewustzijn bij zowel ouders als jongeren over de soms wel heel overheersende plek die
de smartphone inneemt in het gezin en dat je gezamenlijk de controle kunt behouden door goede afspraken te maken.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 8
SAMENVATTING: CONCLUSIES INLEIDING
De waarde van het moderne gezin is een discussie waard. Wat zijn de succesfactoren van een goed functionerend gezin? Het is wel zeker dat contact en communicatie een
sterke basis vormen voor elk gezin. Het is niet voor niets de belangrijkste ‘samenlevingsvorm’ in onze maatschappij. Samenleven kan alleen als je aandacht hebt voor elkaar.
Dat een nieuwe technologische ontwikkeling daar effect op lijkt te hebben, is voldoende reden om hierover met elkaar in gesprek te gaan om te zorgen dat de smartphone
niet het volgende onderwerp wordt van een voorlichtingscampagne ‘smartphones maken meer kapot dan je lief is’. Laten we dit voor zijn en zorgen dat zowel ouders als
jongeren zich op de eerste plaats meer bewust worden van hun eigen gedrag en van de effecten daarvan op anderen binnen het gezin. Laten we hen helpen de controle te
houden over al dan niet gewenste smartphone-effecten op hun leven.
1. JONGEREN VOELEN ZICH GENEGEERD DOOR HUN FANATIEKE SMARTPHONE-OUDERS
We kunnen uit het onderzoek gerust concluderen dat niet alleen jongeren zich laten verleiden tot soms veelvuldig en zelfs overmatig gebruik van hun smartphones, maar
dat veel ouders tegenwoordig ook vallen in de categorie van fanatieke smartphonegebruikers. Een derde (32%) van de Nederlandse jongeren vraagt zijn ouders wel eens
om te stoppen met hun smartphone. Het is bijna onvoorstelbaar maar ruim een derde (38%) van de ouders reageert daar volgens de jongeren maar ‘soms of nooit’ op.
Een kwart (24%) van de jongeren vindt dat vervolgens niet leuk, een vijfde (19%) voelt zich genegeerd, 14% wordt er ongeduldig van en 9% wordt zelfs boos.
1.1 Ouders onvoldoende bewust van effect eigen smartphonegebruik op hun kinderen
Daartegenover staat dat slechts 14% van de ouders denkt dat hun eigen smartphonegebruik een probleem is voor de kinderen , terwijl bijna de helft (47%) van de
ouders wel aangeeft te vinden dat ze zelf thuis in het weekend te lang met de smartphone bezig is en 37% vindt dat van zichzelf door de week. Ouders lijken niet in
de gaten te hebben dat hun kinderen wel degelijk last hebben van hun smartphonegedrag.
1.2 Vicieuze cirkel van steeds meer smartphonegebruik binnen het gezin
Wanneer ouders hun kinderen negeren en slechts ‘soms of niet’ reageren op een verzoek even te stoppen met hun eigen smartphone, gaat een kwart iets anders
doen (24%), zoals televisiekijken en een vijfde pakt dan ook maar zijn eigen smartphone (21%). Door het gebrek aan contact en communicatie ontstaat er een
vicieuze cirkel van steeds maar weer meer media- en smartphonegebruik in Nederlandse gezinnen.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 9
2. JONGEREN WILLEN SMARTPHONEVRIJE EETTAFEL, MAAR OUDERS KUNNEN HET NIET LATEN
Ondanks dat een groot deel van de Nederlandse jongeren, namelijk 37% van hen, graag thuis eet zonder dat smartphones of andere apparatuur gebruikt worden, geeft
een kwart (24%) aan dat hun ouders ‘regelmatig of vaak’ hun smartphones erbij pakken tijdens het eten. Ouders schijnen hun eigen gedrag te bagatelliseren of zich daar
toch enigszins voor te schamen, want maar de helft (12%) van deze ouders geeft toe dat zij regelmatig of vaak de smartphone gebruiken tijdens het eten.
2.1 Ouders geven voorkeur aan virtuele contacten, tonen te weinig interesse in hun kinderen en geven niet het goede voorbeeld
Bijna driekwart van de jongeren (70%) keurt het af dat ouders tijdens het eten regelmatig of vaak hun smartphones gebruiken en wel omdat zij vinden dat ze
belangrijker zouden moeten zijn dan de virtuele contacten van de ouders (48%), omdat zij vinden dat hun ouders te weinig interesse tonen in hun kinderen (37%)
en een kwart (23%) vindt dat hun ouders niet het goede voorbeeld geven.
3. SMARTPHONE-OUDERS NIET EERLIJK OVER GEBRUIK SMARTPHONE ACHTER HET STUUR
Dat ouders het ook achter het stuur niet kunnen laten regelmatig of vaak de smartphone niet-handsfree te gebruiken, blijkt uit een derde van jongeren (32%) dat aangeeft
dat hun ouders dat wel degelijk doen. Ook hier zijn de ouders niet eerlijk over, want slechts de helft van deze ouders (15%) geeft dit toe tijdens het onderzoek. Ondanks
het wettelijke verbod, bewustzijnscampagnes en de bewezen gevaren lijken ouders niet in staat de verleiding van de smartphone in de auto te weerstaan. Ook hier
schatten de ouders het effect van hun gedrag op de jongeren soms verkeerd in.
3.1 Jongeren vinden het gevaarlijk, onverantwoordelijk en zelfs onvolwassen
In de gevallen dat ouders het niet kunnen laten, keurt ruim de helft van de jongeren (63%) dit gedrag af omdat zij het gevaarlijk vinden (45%) en een even grote
groep vindt dat hun ouders best even kunnen wachten met hun smartphone (42%). Nog eens een behoorlijk aantal van de jongeren zegt het in dat geval
gewoonweg onverantwoordelijk (35%) en onvolwassen (21%) te vinden van hun ouders.
3.2 Jongeren voelen zich onveilig, onrustig en ervaren stress
Dat het ook echt wat met de jongeren doet, blijkt uit het feit dat 43% van deze jongeren zich letterlijk onveilig voelt bij hun ouders in de auto en een derde
voelt zich onrustig (33%) en nog eens 21% ervaart stress wanneer hun ouders regelmatig of vaak de smartphone pakken tijdens het autorijden. Ouders zijn
blijkbaar niet goed in staat hun eigen smartphonegedrag te controleren en het juiste voorbeeld te geven, toch een van de belangrijkste taken van een ouder.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 10
4. OUDERS ONDERSCHATTEN SMARTPHONEZORGEN VAN JONGEREN
Naast het opvallende resultaat dat ouders niet in staat zijn de verleiding van de smartphone te weerstaan waar hun kinderen bij zijn, zelfs na een verzoek van hun kinderen
om de smartphone even te laten liggen, maar ook aan tafel en in de auto, blijken zij ook nog eens geen idee te hebben van de zorgen die jongeren zelf ervaren door de
smartphone. De enige zorg die door ouders (33%) en jongeren (30%) wordt gedeeld, is dat jongeren zo afhankelijk zijn geworden van hun smartphone.
4.1 Ouders zouden zich meer zorgen moeten maken over slaaptekort kinderen door smartphone
Zo maakt slechts 7% van de ouders zich zorgen om eventueel slaaptekort bij hun kinderen door de smartphone, terwijl een kwart van de jongeren zich daar wel
degelijk zorgen over maakt (23%). Dit kan ernstige gevolgen hebben voor het welzijn van hun kinderen. Meerdere wetenschappelijke studies, waaronder die van
de Manchester University (2014) bevestigen dat blauw licht nadelige effecten heeft op de aanmaak van melatonine, dat nodig is om goed in te slapen en om aan
een stuk door te kunnen slapen. Ook zijn er verschillende studies beschikbaar die toelichten dat slaaptekort allerlei gezondheidsklachten kan opleveren. Zo heeft
onderzoek van slaapdeskundige Andrew Phillips van Harvard Medical School (2017) aangetoond dat het beperken van avondlicht, het licht uit telefoons en laptops,
het enige is dat helpt tegen een verstoord slaappatroon. Het blijkt uit het onderzoek van Phillips en wiskundige Anne Skeldon dat latere schooltijden bijvoorbeeld
geen enkele zin hebben. Hoe later jongeren mogen opstaan, hoe later zij naar bed gaan. Hun slaapschema schuift steeds verder op, waardoor de jongeren ’s
avonds juist langer blootstaan aan licht van smartphones en laptops en dat avondlicht is nu juist het probleem. Ook gewichtstoename en depressie worden in
verband gebracht met slaaptekort.
4.2 Ouders onderschatten stress door smartphone en het effect op de schoolresultaten
Zo geeft een vijfde (22%) van de jongeren aan wel degelijk stress te ervaren door de smartphone, terwijl maar 16% van de ouders dat ook als zorg heeft.
Datzelfde geldt voor de schoolresultaten. 17% van de jongeren geeft aan dat de schoolresultaten lijden onder de smartphone en maar 12% van de ouders maakt
zich hier zorgen om.
4.3 Ouders maken zich onterecht zorgen om vriendencontact van hun kinderen door smartphone
Een derde van de ouders (31%) maakt zich daarentegen zorgen over of hun kinderen door de smartphone hun vrienden wel genoeg zouden zien, terwijl deze
zorg maar door 8% van de jongeren met hen wordt gedeeld. Jongeren geven aan juist veel nieuwe contacten te hebben opgedaan via hun smartphone en daar
nieuwe vriendschappen aan over te hebben gehouden. Ouders lijken het virtuele contact tussen jongeren te weinig op waarde te schatten en, in tegenstelling tot
de jongeren, een voorkeur te hebben voor persoonlijk contact.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 11
5. GEZIN ONTWRICHT DOOR GEBREK AAN AFSPRAKEN OF REGELS
Volgens maar een derde (31%) van de jongeren gelden er thuis regels wat betreft smartphonegebruik, terwijl ruim meer dan de helft (63%) ouders beweert dat dat het
geval is. Blijkbaar krijgen jongeren meer vrijheid met hun smartphone dat de ouders inschatten. Het gebrek aan afspraken of regels kan het hele gezin ontwrichten, omdat
het erop lijkt dat ouders intussen net zo ‘hooked’ zijn aan hun smartphone als hun kinderen, niet willen toegeven dat hun eigen gedrag een probleem zou kunnen vormen,
de effecten van de smartphone bovendien onderschatten en denken dat ze duidelijke regels hebben gesteld.
5.1 Jongeren bewust van effect blauw licht maar kijken toch
Een derde (30%) van jongeren is niet goed genoeg in staat om de verleiding van het blauwe licht van de smartphone te weerstaan in de slaapkamer, terwijl ze
weten dat het een nadelig effect heeft op hun nachtrust. Omdat dus maar 7% van de ouders dit probleem onderkent, zou dit erop kunnen wijzen dat veel
jongeren de volgende dag vermoeid opstaan, met alle gevolgen van dien.
5.2 Ouders zouden regel ‘smartphone uit slaapkamer’ moeten stellen
Jongeren zijn blijkbaar niet in staat de verleiding van de smartphone te weerstaan vlak voordat zij gaan slapen, dus de regel dat de smartphone niet mee naar de
slaapkamer mag, zou kunnen helpen. Helaas is deze regel slechts in 9% van de Nederlandse gezinnen gesteld, dat is veel te weinig. Het effect van slaaptekort bij
jongeren en zelfs bij de ouders zelf, heeft grote gevolgen voor het functioneren van het gezin. Vermoeidheid kan allerlei klachten opleveren zoals achterblijvende
schoolresultaten of gezondheidsklachten zoals stress, maar ook gewichtstoename en depressies.
5.3 Ouders moeten zich houden aan regel ‘geen smartphones tijdens het eten’
Slechts in een kwart (24%) van Nederlandse gezinnen is de regel gesteld dat er geen smartphones gebruikt mogen worden tijdens het eten, terwijl toch 37% van de
jongeren aangeeft dat op prijs te stellen. Daarnaast geeft ook een kwart van de jongeren aan dat hun ouders zich daar regelmatig of vaak niet aan houden.
Daarmee geven ouders geen goed voorbeeld en werken zij nog meer smartphonegebruik binnen het gezin in de hand. Het gaat ten koste van cruciaal contact en
communicatie binnen het gezin.
5.4 De regel ‘geen smartphone op de fiets’ geldt nog maar in 2% van de gezinnen
Aangezien de overheid zich aan het beraden is op een wettelijk verbod van het gebruik van het touchscreen van de smartphone op de fiets, zou het kunnen zijn dat
ouders daarbij een handje geholpen worden. Minister Schultz van Infrastructuur en Milieu kondigde eind 2016 aan een wettekst voor te bereiden en zij denkt in
2017 een definitief voorstel klaar te hebben. Zij is er een voorstander van om alleen nog het bellen op de fiets toe te laten, maar slechts in het geval van gebruik
van headphones.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 12
JONGEREN VOELEN ZICH
GENEGEERD DOOR OUDER
MET SMARTPHONE
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 13
BELANGRIJKSTE RESULTATEN
1. JONGEREN VOELEN ZICH GENEGEERD DOOR OUDERS MET SMARTPHONE
Bijna een derde (32%) van alle jongeren heeft zijn ouders op een bepaald moment wel eens gevraagd te stoppen met het gebruik van hun smartphones en daarvan geeft
38% aan dat hun ouders maar soms of zelfs nooit reageren op zo’n verzoek.
24% van alle Nederlandse jongeren vindt het niet leuk dat hun ouder(s) soms of niet reageren als ze hun ouders verzoeken even te stoppen met de smartphone. 19% van
alle Nederlandse jongeren voelt zich dan genegeerd door hun ouders met een smartphone. 14% wordt ongeduldig en in 9% van de gevallen levert het een conflict op omdat
jongeren boos worden. En dat terwijl maar 14% van alle ouders denkt dat hun smartphonegebruik een probleem is voor hun kinderen en 37% van de ouders wel aangeeft
zelf te vinden dat zij te lang met hun smartphone bezig zijn op een doordeweekse dag en bijna de helft (47%) vindt dat van zichzelf in het weekend.
2. JONGEREN NEMEN HET GEDRAG VAN HUN OUDERS MET SMARTPHONES OVER
Weer 24% van de jongeren gaat bij het uitblijven van een reactie iets anders doen en 21% pakt in dat geval zijn eigen smartphone. Dat zou kunnen betekenen dat het
smartphonegedrag van ouders, jongeren aanzet tot meer gebruik van hun smartphone.
3. OUDERS ONDERSCHATTEN HET EFFECT VAN SMARTPHONES OP HUN KINDEREN
Ook al maakt 68% van de ouders zich zorgen over het smartphonegedrag van hun kinderen, zij onderschatten soms waar jongeren last van hebben door hun smartphone.
De enige zorg die ouders en jongeren lijken te delen is de zorg dat jongeren niet meer zonder hun smartphone kunnen. 30% van alle jongeren en 33% van alle ouders geven
aan zich hier zorgen om te maken. Maar de andere zorgen worden een stuk minder gedeeld. Zo maakt 23% van alle jongeren zich zorgen over het slaapgebrek door de
smartphone, terwijl maar 7% van alle ouders deze zorg met hen deelt. Datzelfde geldt voor de stresservaring door jongeren en het effect op de schoolresultaten. Maar 16%
van alle ouders heeft door dat smartphones stress opleveren voor jongeren, terwijl toch 22% van alle jongeren aangeeft daar last van te hebben. Daarnaast lijden de
schoolresultaten volgens 17% van de jongeren onder hun smartphonegebruik, terwijl maar 12% van de ouders van deze jongeren dat probleem onderkent.
De enige zorg die bij ouders groter is, betreft de zorg dat jongeren hun vrienden te weinig zouden zien door de smartphone. Maar liefst 31% van de ouders maakt zich hier
zorgen over, terwijl maar 8% van alle jongeren aangeeft hier last van te hebben.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 14
OUDERS NIET BEWUST
VAN SLAAPTEKORT
DOOR SMARTPHONE
BIJ HUN KINDEREN
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 15
BELANGRIJKSTE RESULTATEN
4. JONGEREN BETER BEWUST VAN SLAAPTEKORT DOOR SMARTPHONE DAN OUDERS
Bijna de helft van de jongeren (48%), die weet dat het kijken op je smartphone ’s avonds vlak voor het slapengaan een nadelig effect heeft op je nachtrust (62% van alle
jongeren), doet dat toch dagelijks of regelmatig. Dus 30% van alle Nederlandse jongeren is blijkbaar niet goed genoeg in staat om de verleiding van het blauwe licht van de
smartphone te weerstaan in de slaapkamer. Omdat dus maar 7% van de ouders dit probleem onderkent, zou dit erop kunnen wijzen dat veel jongeren de volgende dag
vermoeid aan de dag beginnen.
“Ja, daar heb ik toevallig een documentaire op tv over gezien. Dat door het blauwe licht van smartphones je lichaam geen melatonine aanmaakt. Daarom heb ik zelf ook
nachtmodus op mijn telefoon ingesteld, zodat het scherm geel wordt en het blauwe licht niet meer van het scherm afkomt.” - Claire, 16 jaar
“Of dat ik aan het YouTube kijken ben en elk leuk filmpje leidt tot het verder kijken van weer een leuk filmpje. Dan is het uiteindelijk 3 uur ’s nachts en dan denk ik oh nu is het
te laat om te leren.” - Fabio 17 jaar
5. OUDERS ZIJN OVERTUIGD VAN DE THUISREGELS DIE GELDEN VOOR SMARTPHONEGEBRUIK, MAAR DE JONGEREN NIET
Terwijl 63% van de ouders aangeeft dat er thuisregels zijn gesteld voor het smartphonegebruik door de gezinsleden, geeft slechts de helft (31%) van de jongeren aan dat er
regels zijn. Dat zou kunnen betekenen dat jongeren meer vrijheid krijgen of ervaren met hun smartphone, dan de bedoeling is van de ouders.
Dat geldt ook voor het meenemen van de smartphone naar de slaapkamer. Ten eerste gelden er dus volgens de jongeren slechts in een derde (31%) van de gezinnen regels,
en van deze jongeren geeft vervolgens een kwart (26%) aan dat deze regel is gesteld. Dat betekent dat de regel dat de smartphone niet mee mag naar de slaapkamer in
slechts 8% van de Nederlandse gezinnen geldt. Dat zou kunnen bevestigen dat sommige jongeren kampen met een slaaptekort als gevolg van de smartphone.
6. OUDERS ZIJN OVERTUIGD VAN DE INSPRAAK DIE ZIJ GEVEN AAN JONGEREN BIJ HET STELLEN VAN REGELS
Ook al zijn de thuisregels volgens ruim een kwart van alle ouders (28%) gesteld als gezin met inspraak van de jongeren, dan toch ervaren de jongeren het
tegenovergestelde. Slechts 7% van alle jongeren geeft aan dat zij deze inspraak hebben gehad bij het stellen van regels aan het smartphonegebruik binnen het gezin.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 16
JONGEREN WILLEN EEN
SMARTPHONEVRIJE
EETTAFEL
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 17
BELANGRIJKSTE RESULTATEN
7. JONGEREN WILLEN EEN SMARTPHONEVRIJE EETTAFEL
Van de jongeren die aangeven dat er thuisregels gelden (31%), geeft meer dan driekwart (76%) aan dat de belangrijkste regel is dat er geen smartphones tijdens het eten
gebruikt mogen worden. Dat betekent dat slechts in 24% van alle Nederlandse gezinnen deze regel is gesteld, terwijl jongeren er tegelijkertijd op wijzen dat eenzelfde aantal
(24%) van de ouders dat wel degelijk zelf regelmatig of zelfs vaak doet, dit terwijl maar de helft van dat aantal (12%) van de ouders dit toegeeft tijdens het onderzoek.
“Ik geef het eerlijk toe, ik vind het lastig om de smartphone te laten liggen tijdens het eten, ik ontvang soms nog berichten van mijn werk…” – vader met 2 dochters
Het blijkt dat van alle jongeren in Nederland maar liefst 37% het fijn zou vinden als gezinsleden tijdens het eten geen smartphone of andere apparatuur zouden gebruiken.
Daarnaast vindt bijna driekwart (70%) van de jongeren met ouders die regelmatig of vaak een smartphone gebruiken tijdens het eten, dat niet goed. 48% van deze jongeren
vindt het niet goed omdat zij zich belangrijker achten dan de virtuele contacten van hun ouders, 37% doordat zij het gevoel hebben dat de ouders in dat geval niet
geïnteresseerd zijn in hun verhalen en 23% vindt dat ouders daarmee niet het goede voorbeeld geven.
“Sinds mijn broer een vriendin heeft hebben we een regel aan tafel: zij heeft namelijk thuis de regel dat er tijdens het eten geen telefoons zijn, en dat je 50 cent in een potje
moet doen als je toch jouw telefoon pakt. Wij eten niet zo vaak met zijn vijven meer, omdat mijn middelste broer het huis uit is. En als we dan met z’n allen thuis zijn
proberen we met elkaar te zijn voor de communicatie. Dus we gaan deze regel ook invoeren…” - Erik 16 jaar
Slechts een kwart (23%) van de jongeren met ouders die regelmatig of vaak de smartphone gebruiken tijdens het eten, vindt dat geen probleem omdat zij dan ook op de
smartphone mogen (18%) of omdat het soms dringend is (14%) of omdat hun ouders dan niet zo op hen letten (10%) of omdat ze dan even niet met hun ouders hoeven
praten (4%).
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 18
JONGEREN VOELEN ZICH
ONVEILIG MET OUDER MET
SMARTPHONE ACHTER HET
STUUR
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 19
BELANGRIJKSTE RESULTATEN
8. JONGEREN VOELEN ZICH ONVEILIG WANNEER OUDER SMARTPHONE NIET-HANDSFREE GEBRUIKT ACHTER STUUR
Een derde (32%) van de jongeren zegt dat zijn of haar ouder(s) regelmatig of vaak niet-handsfree hun smartphone gebruiken achter het stuur, terwijl maar 15% van de
ouders dit toegeeft in het onderzoek.
Ruim meer dan de helft (63%) van deze jongeren keurt dit gedrag van hun ouders af.
Maar liefst 43% van alle jongeren met ouder(s) die regelmatig of vaak niet-handsfree hun smartphone gebruiken achter het stuur keurt dit af omdat zij zich daar onveilig
door voelen. Nog eens 33% van deze groep jongeren vindt het niet goed omdat zij er onrustig van worden en 21% van deze jongeren omdat ze er stress door ervaren.
“Ik gebruik de smartphone wel eens niet-handsfree achter het stuur, maar hooguit om een collega te laten weten dat ik onderweg ben…” – moeder met dochter van 13 jaar
Bijna een derde van de jongeren (29%) keurt het daarentegen niet af dat hun ouder(s) niet-handsfree hun smartphone gebruiken achter het stuur.
Van alle jongeren met ouder(s) die regelmatig of vaak niet-handsfree hun smartphone gebruiken achter het stuur, vindt 23% het wel goed omdat ze er geen last van
hebben, en 19% omdat ze vinden dat hun ouders dat zelf moeten weten. Bijna een vijfde van deze jongeren (15%) begrijpt het gedrag omdat het soms dringend is en voor
12% is het wel goed omdat hun ouders het alleen doen als ze stil staan met de auto.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 20
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 21
UITSPRAKEN RESPONDENTEN Heb je jouw ouders weleens gevraagd te stoppen met hun smartphone?
“Oh ja, vaak genoeg. Vooral aan mijn vader. Hij heeft tijdens het eten vaak dat hij iets wil laten zien, maar als er mensen thuiskomen gaat hij zijn hele fotogalerij langs en
laat hij alles zien. Je hebt dan door dat die mensen dat helemaal niet leuk meer vinden maar dat heeft mijn vader dan niet door. Dan blijft hij maar doorratelen en dan zeg ik:
Doe je telefoon nou eens weg. Of als ik iets aan mijn ouders vraag zeggen ze: Ja, maar na een half uur zitten ze nog steeds op hun telefoon op de bank te Facebooken. Dat
irriteert me wel een beetje. Als ik vraag te stoppen reageren ze soms wel en soms niet. Als ze chagrijnig zijn dan doen ze er niets aan. Maar als ze een goede bui hebben
zeggen ze: Okay en stoppen die telefoon weg.” – Mariska 17 jaar
Wat zou jij jouw ouders hierover willen zeggen?
“Stop die smartphone nou eens weg. En doe wat echt belangrijk is. Maar aan de andere kant: het is ook wel een beetje terecht want ik doe het zelf ook vaak genoeg, dat ze
vragen of ik de kat eten wil geven en dan reageer ik ook niet. Ik zie wel dat het van mezelf ook fout is, maar mijn ouders zouden beter moeten weten. Ze zijn opgegroeid
zonder die telefoon.” – Fien 14 jaar
Zie je jouw vrienden te weinig vanwege jouw smartphone?
“Nee, juist niet. Het heeft juist mijn vrienden en mij bij elkaar gebracht. Ik heb juist nieuwe mensen ontmoet, bijvoorbeeld in een chat waar vrienden van vrienden kwamen.
Ik had die jongens nooit eerder gezien, en dan raak je aan de praat. In het echt had ik die jongens nooit aangesproken of mee afgesproken.” - Abel 16 jaar
Waar maak je je zorgen om wat betreft je smartphonegebruik?
“Vooral dat ik er zo afhankelijk van ben. De onbereikbaarheid als ik mijn telefoon niet heb, dat er iets gebeurt en ik weet het niet. Dat je op Snapchat je streaks kwijtraak met
je vrienden. Als ik een dag niet met mijn vrienden kan praten, voel je je toch wel afgesloten. En dan zie je dat mijn telefoon wel heel veel van mijn leven in beslag neemt. Als
mijn telefoon wordt afgepakt door mijn ouders merk ik dat ik ‘m toch wel schrikbarend veel gebruik...” – Fabio 17 jaar
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 22
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 23
RESULTATEN ONDERZOEK
TOTALE STEEKPROEVEN
Hieronder vindt u de resultaten van het onderzoek voor de totale steekproef, waarbij de hoofdletter N aangeeft wanneer een vraag is gesteld aan de totale steekproef van
1.849 jongeren van 13 tot en met 18 jaar oud die beschikken over een smartphone en 637 ouders die beschikken over een smartphone en ouders van minstens een kind
van de online geënquêteerde jongeren. De kleine letter n geeft aan wanneer de vraag is gesteld aan een subgroep van de steekproef.
De uitgesplitste resultaten naar geslacht, leeftijd, opleidingsniveau, etniciteit en urbanisatiegraad (grootte gemeenten) worden door de Nationale Academie voor Media en
Maatschappij benut voor vervolgonderzoek, eigen publicaties en opleidingsmaterialen, maar mocht u specifieke vragen hebben over zo’n subgroep dan zijn de resultaten
eventueel op aanvraag beschikbaar.
Beide steekproeven zijn uiteindelijk gecontroleerd en gewogen op een aantal kenmerken, namelijk geslacht, leeftijd, opleidingsniveau, etniciteit en urbanisatiegraad
(grootte gemeenten) en zijn daarmee representatief voor jongeren van 13 tot en met 18 jaar, woonachtig in Nederland en voor ouders met minimaal een kind in diezelfde
leeftijdscategorie. Zie voor meer informatie over de databehandeling de pagina over de onderzoekmethode.
BESCHIKKING OVER SMARTPHONE
De eerste vraag is gesteld om te komen tot een steekproef van jongeren en ouders die beschikken over een smartphone. De jongeren en ouders die bij deze vraag aangaven
daar niet over te beschikken werden doorgeleid naar een dankpagina en kregen verder geen vragen meer voorgelegd. De percentages zijn vergeleken met de resultaten van
de Statline 2016 van het CBS, dat geen significante verschillen opleverde. Voor jongeren in de leeftijd van 13 tot en met 18 geeft het CBS voor 2016 aan dat 98,6% over een
smartphone beschikt en voor volwassenen ligt dat percentage op 91%.
Q1. Beschik je/beschikt u over een smartphone?
Jongeren
Ouders
N=1.867
N=692
Ja 99% (CBS 2016 98,6%)
92% (CBS 2016 91%)
Nee (Verlaat de enquête) 1% 8%
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 24
GEBRUIK VAN SMARTPHONES DOOR JONGEREN EN HUN OUDERS
Het overgrote deel van de jongeren (96%) en van de ouders (91%) die deelnamen aan de online enquête gebruiken de smartphone dagelijks. Ook deze cijfers werden
gecontroleerd aan de hand van de CBS Statline (2016) percentages. Daarin geeft 94% van jongeren van 13 tot en met 18 aan de smartphone dagelijks te gebruiken en voor
volwassenen tussen 35 en 65 jaar is dat 89.9%. Als aanvulling op deze informatie is tevens gekeken naar het Nationale Sociale Media Onderzoek van Newcom 2016 waar
een uitsplitsing wordt gemaakt voor het dagelijkse gebruik van bepaalde sociale media. Voor de jeugd van 15 tot 19 jaar geeft dit onderzoek de volgende percentages aan:
dagelijks gebruik van WhatsApp (84%), Facebook (54%), YouTube (45%), Snapchat (43%), Instagram (41%) en Twitter (10%).
De rechter grafiek laat zien hoeveel uren jongeren en hun ouders van degenen die aangeven hun smartphone dagelijks te gebruiken, besteden aan de smartphone op een
doordeweekse dag en tijdens een dag in het weekend. Voor zowel de meeste jongeren als de ouders geldt dat er in het weekend meer gebruik wordt gemaakt van
smartphones dan door de week. Uit deze percentages blijkt dat de smartphone binnen deze gezinnen een belangrijke plaats heeft ingenomen. Deze resultaten zijn
vergeleken met die uit het meest recente Mediatijd onderzoek door de NLO, NOM, SKO en het SCP over de mediabestedingen in 2015. Daar ligt de gemiddelde tijd die
jongeren van 13 tot 19 jaar oud per dag besteden aan media in het algemeen (single use en multitasking) rond de 8 uur per dag. Maar ook voor volwassen in de
leeftijdscategorie van 35 tot 65 jaar ligt dat cijfer voor de totale mediaconsumptie op 8.18 uren per dag. Uit de trendgegevens van het Mediatijd onderzoek wordt duidelijk
dat de tijd die wordt besteed aan internet via smartphones sterk toeneemt, zowel bij volwassenen als bij jongeren.
20
44
28
6
2
9
32
41
12
6
26
42
26
5
1
16
36
39
6
3
0 5 10 15 20 25 30 35 40 45 50
Tussen de 0 en 3 uur
Tussen de 3 en 6 uur
Tussen de 6 en 9 uur
Tussen de 9 en 12 uur
Meer dan 12 uur
Hoe lang gebruiken zij de smartphone dagelijks? Jongeren n=1.775 en Ouders n=522 in %
Ouders In het weekend Ouders Door de week Jongeren In het weekend Jongeren Door de week
96 84
3
12
1
4
75%
80%
85%
90%
95%
100%
Jongeren Ouders
Hoe vaak gebruiken zij de smartphone? Jongeren N=1.849 en Ouders N=637 in %
Weinig
Regelmatig
Dagelijks
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 25
46%
54%
Q4. Maak je je zorgen over je eigen smartphonegebruik?
Jongeren N=1.849 in %
Ja Nee
68%
32%
Q6. Maakt u zich zorgen over het smarphonegebruik van uw kind(eren)? Ouders N=637 in %
Ja Nee
ZORGEN OM HET SMARTPHONEGEBRUIK VAN DE JONGEREN
Op de vraag of zij zich zorgen maken om hun eigen smartphonegebruik geeft bijna een
helft (46%*) van de jongeren een bevestigend antwoord. Maar nog meer ouders
(68%*) maken zich zorgen over dat smartphonegebruik van hun kinderen. Wel lopen
de verschillende factoren waarover jongeren en ouders zich zorgen maken wat betreft
het smartphonegebruik door jongeren nogal uiteen.
De antwoordcategorieën in de grafiek van Q5 zijn in de online enquête voor ouders
aangepast, maar om de zorgen van de ouders te kunnen vergelijken met die van de
jongeren zelf, hebben wij alleen de antwoordcategorieën van de online enquête van de
jongeren weergegeven. De resultaten zijn gecorrigeerd en gewogen naar de totale
steekproeven van jongeren en ouders.
De ouders (33%) en jongeren (30%) die zich zorgen maken zijn het er over eens dat ‘het niet meer zonder de smartphone kunnen van de jongeren’ hen de grootste zorgen
baart. Ook in de focusgroepen met de jongeren kwam deze zorg het sterkste naar voren. Jongeren geven in het onderzoek aan dat zij zich daarnaast ook zorgen maken over
het feit dat smartphones hen stress bezorgen (22%*) en dat hun schoolresultaten eronder lijden (17%*). Deze zorgen worden door veel minder van de ouders gedeeld,
namelijk respectievelijk 16%* en 12%*.
De redenen voor zorgen die het meest uiteenlopen tussen jongeren en ouders zijn
het ‘gebrek aan slaap’, waar respectievelijk 23%* van de jongeren en slechts 7%*
van de ouders zich zorgen over maakt en de zorg dat ‘je je vrienden te weinig zou
zien’ door de smartphone wordt slechts door 8%* van de jongeren gedeeld met de
ouders die zich daar veel vaker (31%*) zorgen over maken.
Bovenstaande zou kunnen duiden op een gebrek aan bewustzijn bij de ouders wat
betreft de effecten die jongeren ervaren als gevolg van hun eigen smartphone-
gebruik en op een onderschatting van deze effecten door de ouders.
(*) significant verschil
30
23
22
17
8
1
33
7
16
12
31
9
0 5 10 15 20 25 30 35
Ik kan niet meer zonder
Gebrek aan slaap
Mijn smartphone bezorgt mij stress
Mijn schoolresultaten lijden eronder
Ik zie mijn vrienden te weinig
Anders, nl
Q5 en Q7. Zo ja, waar maak je je dan zorgen over? Jongeren n=850 en Ouders n=433 Meerdere antwoordelijk mogelijk in %
(Gecorrigeerd naar totale steekproeven jongeren en ouders.)
Ouders Jongeren
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 26
SMARTPHONES EN SLAAP
Ruim meer dan de helft (62%) van de jongeren is op de
hoogte van het schadelijke effect van smartphones op het
slaappatroon, maar bijna de helft van deze jongeren (48%)
geeft toe toch elke dag of regelmatig op de smartphone te
kijken vlak voor het slapengaan.
Aangezien maar liefst 48% van de jongeren die weet dat
je van het kijken op je smartphone vlak voordat je gaat
slapen slechter slaapt, doet dat toch regelmatig of elke
dag. Dat zou erop kunnen duiden dat jongeren niet in staat zijn zelfstandig de verleiding van de smartphone te weerstaan.
Omdat slechts 7% van alle ouders zich maar zorgen maakt over eventueel slaaptekort bij hun kinderen als gevolg van smartphonegebruik, hoeven jongeren ook geen
hulp te verwachten van hun ouders op dit punt. Dat blijkt ook uit de volgende resultaten op het gebied van gestelde thuisregels. Slechts voor een derde (31%) van de
jongeren zijn thuisregels gesteld aan het smartphonegebruik en daarvan geeft slechts een kwart (26%) aan dat de regel is gesteld dat de ‘smartphone niet mee naar de
slaapkamer mag’.
Dat betekent dat in slechts 8% van de Nederlandse gezinnen de regel geldt dat de smartphone van jongeren niet mee mag naar de slaapkamer.
Ja 62%
Nee 38%
Q6. Wist je dat als je vlak voor het slapen gaan nog op je smartphone
kijkt, je slechter slaapt? Jongeren N=1.849 in %
Elke dag of regelmatig
48% Weinig of
nooit 52%
Q7. Hoe vaak kijk je op je smartphone vlak voordat je gaat slapen?
Jongeren n=1.146 in %
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 27
THUISREGELS VOOR SMARTPHONEGEBRUIK
Net iets minder dan een derde (31%*) van de ondervraagde
jongeren geeft aan dat er thuisregels gelden voor het
smartphonegebruik, maar het is interessant om te zien dat
maar liefst 63%* van de ouders van deze jongeren vindt dat er
thuisregels gelden. Eenzelfde verschil zie je bij de antwoorden
op de vraag wie deze thuisregels heeft gesteld. Maar 23%* van
de jongeren met thuisregels geeft aan dat de regels zijn gesteld
door de gezinsleden samen, ten opzichte van 45%* van de
ouders. Deze democratie op het gebied van het stellen van
regels aan smartphonegebruik wordt blijkbaar niet altijd zo
ervaren door de jongeren.
De regel die voor de meeste (76%) jongeren met thuisregels geldt, is dat er geen smartphones
mogen worden gebruikt tijdens het eten. Een kwart (26%) van de jongeren met thuisregels mag de
smartphone niet meenemen naar de slaapkamer. Bijna een vijfde (19%) van deze groep jongeren
mag ook de smartphone niet altijd tijdens de vakantie gebruiken.
Bovenstaande betekent dat volgens de jongeren in een kwart (24%) van de Nederlandse gezinnen
de regel is gesteld geen smartphones te gebruiken tijdens het eten, terwijl in 6% van de gezinnen
geldt dat de smartphone niet altijd tijdens de vakantie mag worden gebruikt. In (nog) maar 2%
van de gezinnen geldt de regel dat jongeren de smartphone niet mogen gebruiken op de fiets.
*Significant verschil
31
63
69
37
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Jongeren Ouders
Q8. Gelden er bij jullie thuisregels over smartphonegebruik?
Jongeren N=1.849 en Ouders N=637 in %
Nee
Ja
23 45
77 55
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Jongeren Ouders
Q9. Wie heeft deze thuisregels gesteld?
Jongeren n=573 en Ouders n=401 in %
Mijn ouders
Wij samen alsgezin
4
6
19
26
76
0 10 20 30 40 50 60 70 80
Anders, nl
Smartphone niet op de fiets
Smartphone niet altijd tijdens devakantie
Smartphone niet mee naar deslaapkamer
Geen smartphones tijdens het eten
Q10. Wat houden die thuisregels in? Jongeren n=573 Meerdere antwoorden mogelijk in %
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 28
VERZOEK AAN OUDERS TE STOPPEN MET SMARTPHONE
Bijna een derde (32%) van de jongeren geeft aan dat zij hun ouder(s)
op enig moment wel eens gevraagd hebben te stoppen met het
gebruiken van hun smartphone. In meer dan een derde van deze
gevallen (38%) reageren de ouders slechts soms of nooit op het
verzoek van de jongeren te stoppen met hun smartphone.
Van de jongeren die aangeven dat hun ouder(s) soms of nooit
reageren op hun verzoek even te stoppen met het gebruik van hun
smartphone, geeft ten eerste meer dan een derde (35%) aan daar
geen problemen mee te hebben. Maar daarnaast geeft maar liefst
62% van deze jongeren aan het
niet leuk te vinden en zelfs bijna
de helft (49%) van de jongeren
geeft aan zich in zo’n situatie
genegeerd te voelen door de
ouder(s). Meer dan een derde van
de jongeren (38%) wordt er
ongeduldig van en een vijfde
(23%) ontwikkelt gevoelens van
boosheid. De reactie op het maar
soms of zelfs nooit reageren op
het verzoek van de jongeren eens te stoppen met hun smartphone, bestaat voor de meeste (62%) jongeren uit het doen van iets anders en meer dan de helft (56%) pakt in
zo een situatie zijn eigen smartphone. Maar bijna de helft (48%) wordt ook stil en maar liefst een vijfde (21%) gaat een gevecht met ouder(s) aan.
Bovenstaande betekent dat een kwart (24%) van jongeren het niet leuk vindt als een ouder niet of maar soms reageert op hun verzoek te stoppen met hun smartphone
en dat een vijfde (19%) zich in zo’n geval genegeerd voelt. 14% van de jongeren wordt er ongeduldig van en 9% wordt er boos van. Ook weer een kwart (24%) van alle
jongeren die hun ouders wel eens vragen om te stoppen met hun smartphone gaat in dat geval iets anders doen en 21% van jongeren pakt dan zijn eigen smartphone.
Wat dat betreft lijkt het erop dat ouders jongeren door hun gedrag aan te zetten tot meer smartphonegebruik. 18% wordt stil en 8% gaat er ruzie om maken.
3
21
48
56
62
0 10 20 30 40 50 60 70
Anders, nl
Ik ga er ruzie om maken
Ik word stil
Ik pak mijn eigen smartphone
Ik ga iets anders doen
Q14. En hoe reageer jij hierop? Jongeren n=224 Meerdere antwoorden mogelijk in %
6
23
35
38
49
62
0 10 20 30 40 50 60 70
Anders, nl
Ik voel me boos
Ik heb er geen problemen mee
Ik word er ongeduldig van
Ik voel me genegeerd
Ik vind het niet leuk
Q13. Wat voor een gevoel geeft dat jou? Jongeren n=224 Meerdere antwoorden mogelijk in %
Ja 32%
Nee 68%
Q11. Heb je je ouders op een bepaald moment wel eens gevraagd
te stoppen met het gebruiken van hun smartphone?Jongeren N=1.849
Altijd of vaak 62%
Soms of nooit 38%
Q12. Reageren je ouders als je hen dat vraagt?
Jongeren n=591 in %
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 29
SMARTPHONEGEBRUIK TIJDENS HET ETEN DOOR OUDERS
Een kwart (24%*) van de jongeren geeft aan dat hun ouder(s) vaak of
regelmatig hun smartphone gebruiken tijdens het eten, terwijl maar
de helft daarvan (12%*) van de ouders dat aangeeft. In het geval dat
ouders vaak of regelmatig de smartphone gebruiken aan tafel geeft
bijna driekwart (70%) van de jongeren aan dat niet goed te vinden.
Meer dan de helft (58%) van deze jongeren vindt dat zij belangrijker
zijn dan de virtuele contacten van de ouder(s). Ook geeft 53% aan dat
zij vinden dat hun ouder(s) geen interesse tonen in hun verhalen en
precies een derde van de jongeren vindt dat de ouders hiermee geen
goed voorbeeld geven.
De 23% van de jongeren die het goed vinden dat
hun ouders vaak of regelmatig hun smartphone
gebruiken tijdens het eten geeft als
belangrijkste reden daarvoor dat zij (78%) dan
ook op hun smartphone mogen. Ruim de helft
(59%) van de jongeren heeft begrip voor het
gedrag in het geval dat het dringend is en 45%
vindt het goed omdat de ouder(s) dan niet zo op
hen letten. Bijna een vijfde (18%) van de
jongeren vindt het ook goed dat zij daardoor
even niet met de ouder(s) hoeven praten.
Bovenstaande betekent dat in alle gezinnen waar ouders regelmatig of vaak de smartphone gebruiken aan tafel, 48% van de jongeren dit niet goed vindt omdat zij zich
belangrijker vinden dan de virtuele contacten van de ouders, 37% vindt dat ouders niet geïnteresseerd zijn en 23% van de jongeren in dat geval vindt dat ouders niet het
goede voorbeeld geven. Daarentegen vindt 18% van de jongeren dat zij dan ook op de smartphone mogen, 14% vindt dat het soms dringend is, 31% vindt het fijn dat de
ouders dan even niet op hen let en 13% stelt het op prijs dat er dan even niet gepraat wordt. Tenslotte is 37% van alle Nederlandse jongeren het (helemaal) eens met de
stelling dat ‘het fijn zou zijn wanneer er tijdens het eten geen apparatuur gebruikt zou worden’. (Vraag Q26 N=1.849)
4
18
45
59
78
0 20 40 60 80 100
Anders, nl
Dan hoef ik even niet met ze tepraten
Dan letten ze niet zo op me
Het is soms dringend
Dan mag ik ook op mijnsmartphone
Q18. Waarom vind je dat goed? Jongeren n=102* Meerdere antwoorden mogelijk in %
23
7
70
Q17.Vind je dat goed of niet goed?
Jongeren n=443 in %
Goed
Geenmening
Niet goed24 12
76 88
0
20
40
60
80
100
120
Jongeren Ouders
Q16. Gebruiken je ouder(s) wel eens hun smartphone tijdens het eten?
Jongeren N=1.849 en Ouders N=637 in %
Soms of nooit
Vaak of regelmatig
9
33
53
68
0 20 40 60 80
Anders,nl
Ze geven niet het goedevoorbeeld
Ze zijn niet geïnteresseerd in mijnverhalen
Ik ben belangrijker dan hunvirtuele contacten
Q19. Waarom vind je dat niet goed? Jongeren n=310 Meerdere antwoorden mogelijk in %
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 30
OUDERS NIET-HANDSFREE MET SMARTPHONES ACHTER HET STUUR
Maar liefst een derde van de jongeren (32%*) geeft aan dat hun ouder(s)
regelmatig of zelfs vaak niet-handsfree achter het stuur hun smartphones
gebruiken. Het is opvallend dat weer net minder de helft van de ouders (15%*)
dat zelf aangeeft in het onderzoek. Uit de focusgroepen met jongeren en ouders
blijkt dat ouders bijvoorbeeld de navigator gebruiken of kort bellen om te laten
weten dat zij iets verlaat zijn voor hun werk. Maar sommige ouders geven ook toe
dat zij regelmatig Facebook checken of op WhatsApp berichten reageren,
ondanks het verbod hierop en de campagne door de overheid om mensen te
wijzen op de gevaren.
Ook dit gedrag door de ouder(s) kan niet op de goedkeuring rekenen van de
jongeren. Ruim meer dan de helft (63%) vindt het niet goed dat ouders hun
smartphone niet-handsfree achter het stuur gebruiken. Van de 29% van de jongeren die er daarentegen geen problemen mee lijkt te hebben geeft 78% aan dat zij er geen
last van hebben en dat zij vinden dat de ouder(s) het zelf moeten weten (66%). Ook hebben zij er in sommige situaties blijkbaar begrip voor wanneer het voor de ouder(s)
dringend is (53%) en wanneer ouder(s) het alleen doen als ze stil staan met de auto (43%).
Bijna driekwart (72%) van deze
jongeren geeft daarentegen aan dat
zij het gevaarlijk vinden en onnodig
(66%) omdat ouder(s) best even
kunnen wachten met het gebruiken
van de smartphone, volgens de
jongeren. Meer dan de helft (56%)
vindt het gedrag van de ouder(s)
onverantwoordelijk en een derde
(34%) vindt het onvolwassen.
5
43
53
66
78
0 20 40 60 80 100
Anders, nl
Ze doen het alleen als ze stil staan
Het is soms dringend
Dat moeten zij zelf weten
Ik heb er geen last van
Q22. Waarom vind je dat goed? Jongeren n=171 meerdere antwoorden mogelijk in %
7
34
56
66
72
0 10 20 30 40 50 60 70 80
Anders, nl
Ik vind het onvolwassen
Ik vind het onverantwoordelijk
Het is niet nodig, ze kunnen best…
Ik vind het gevaarlijk
Q23. Waarom vind je dat niet goed? Jongeren n=372 Meerdere antwoorden mogelijk in %
32 15
68 85
0
20
40
60
80
100
120
Jongeren Ouders
Q20. Gebruiken ouder(s) wel eens niet-handsfree hun smartphone
achter het stuur? Jongeren N=1.849 en Ouders N=637 in %
Soms of nooit
Vaak ofregelmatig
29
8 63
Q21. Vind je dat goed of niet goed?
Jongeren n=591 in %
Goed
Geenmening
Niet goed
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 31
Tenslotte is gevraagd aan de jongeren die het niet goed vinden dat hun ouders regelmatig of vaak de
smartphone niet-handsfree gebruiken achter het stuur, welk gevoel dat hen geeft. Bijna driekwart
(68%) van deze jongeren geeft aan zich niet veilig te voelen en iets meer dan de helft (53%) wordt er
onrustig van, terwijl 34% last heeft van stress in zo’n situatie.
Bovenstaande betekent dat wanneer ouders regelmatig of zelfs vaak niet-handsfree met de
smartphone achter het stuur zitten, maar liefst 45% van de jongeren dat afkeurt omdat ze het
gevaarlijk vindt en 42% vindt dat ouders best even kunnen wachten. Nog eens 35% van de jongeren
vindt het onverantwoordelijk van de ouder(s) en 21% vindt het zelfs onvolwassen van hun ouder(s).
Het betekent ook dat 43% van de jongeren met een ouder die regelmatig of vaak met de
smartphone bezig is dat afkeurt omdat ze zich onveilig voelt in de auto en 33% wordt er onrustig
van en nog eens 21% ervaart er stress door.
OUDERS OVER HUN EIGEN SMARTPHONEGEBRUIK
Slechts 14% van de ouders geeft aan te denken dat hun eigen smartphonegebruik een probleem is voor hun kinderen, terwijl 47% van deze ouders wel vindt dat zij te lang
online zijn in het weekend en 37% vindt dat ook van zichzelf door de week.
Uit deze resultaten blijkt dat het bewustzijn bij
ouders over het effect van hun eigen
smartphonegebruik op hun kinderen te wensen
overlaat, zeker wanneer de resultaten worden
vergeleken met de antwoorden die jongeren geven
op vragen over het smartphonegebruik van hun
ouders.
8
34
53
68
0 10 20 30 40 50 60 70 80
Anders, nl
Het geeft me stress
Ik word er onrustig van
Ik voel me niet veilig
Q24. Wat voor een gevoel geeft het jou? Jongeren n=372 in %
37 47
60 49
3 4
0%
20%
40%
60%
80%
100%
Door de week In het weekend
Q4. Vindt u dat u thuis teveel tijd doorbrengt op uw smartphone? Ouders N=637
Ja Nee Geen mening
14%
79%
7%
Q5. Dent u dat uw eigen smartphonegebruik een probleem is
voor uw kinderen? Ouders N=637
Ja
Nee
Geen mening
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 32
ONDERZOEKSMETHODE Datacollectie
Het onderzoek is uitgevoerd in de periode van 10 januari 2017 tot en met 15 maart 2017 met behulp van 2 focusgroepen van ieder 10 jongeren en een online enquête
onder 1.867 jongeren van 13 tot en met 18 jaar oud. Daarnaast is een focusgroep van 12 ouders van kinderen in diezelfde leeftijd gehouden en een online enquête onder
692 ouders van de jongeren die met behulp van de online enquête zijn ondervraagd. De online enquête is gehouden onder jongeren van 16 middelbare scholen door heel
Nederland, waarbij rekening is gehouden met de variabelen geslacht, leeftijd, etniciteit, regio (noord, oost, zuid, west en midden Nederland) en urbanisatiegraad (grootte
gemeenten). De respondenten zijn afkomstig van 10 Havo/VWO scholen (klassen 1-6), 3 VMBO scholen (klassen 1-4) en 3 MBO scholen (1e tot en met 3
de jaars). Deze
scholen hebben actief meegewerkt aan het onderzoek en hebben leerlingen de gelegenheid geboden tijdens mentoruren aan het onderzoek deel te nemen.
Om te zorgen dat de respondenten maar een keer in de steekproef deelnamen werd hen gevraagd hun deelname te bevestigen na ontvangst van een email, gestuurd naar
het emailadres dat werd opgegeven in de online enquête. In totaal zijn 2.900 jongeren uitgenodigd deel te nemen. Het responsepercentage bedroeg 64 procent. Per
leerling werd een ouder uitgenodigd om deel te nemen. Het responsecijfer onder de ouders was wat lager, van de 1.200 ouders die zijn uitgenodigd om deel te nemen,
vulde iets meer dan de helft (57%) de online vragenlijst in. Ook hier werd rekening gehouden met de kenmerken geslacht, leeftijd, etniciteit, regio, opleidingsniveau en
urbanisatiegraad. De online enquête van de jongeren bestond uit 26 vragen, het invullen duurde gemiddeld 23 minuten. De ouders kregen slechts 11 vragen voorgelegd,
het invullen duurde gemiddeld 7 minuten.
Voorafgaand aan de focusgroepen en de online enquête is in een vooronderzoek een analyse gemaakt van een aantal referentieonderzoeken zoals:
- What’s happening online 2016, Digitieners 14 – 20- jaar, door het Ruigrok Net Panel
- Nationaal Sociale Media onderzoek 2017, Dagelijks gebruik sociale media door jongeren 15 – 19 jaar en door volwassenen, Newcom Research & Consultancy
- Mediatijd 2015, diverse leeftijdscategorieën zoals die van 13 – 19 jaar door NLO, NOM, SKO en SCP, tijdsbesteding aan media
- Trends in Digitale Media 2016, bereikcijferonderzoek jongeren 13 – 17 jaar per april 2016, GFK
- ICT gebruik van personen naar persoonskenmerken 2016, Centraal Bureau voor de Statistiek
- Parents’ mobile use and family life 2016, Digital Awareness UK and the Headmasters' and Headmistresses' Conference
- Trends in internetgebruik 2016, SIDN
- Patterns of Mobile Device Use by Caregivers and Children during meals in Fast Food Restaurants, 2014, American Academy of Pediatrics
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 33
Databehandeling
Ten eerste is de steekproef opgeschoond door speciale software die ontworpen is om op basis van bepaalde indicatoren eventuele fouten eruit te filteren. Denk aan half-
ingevulde vragenlijsten, technische fouten, onmogelijke numerieke antwoorden of fouten in datavelden. In totaal zijn er 57 respondenten verwijderd op basis van geringe
kwaliteit van de data. In de dataset van de ouders zijn 13 respondenten verwijderd om dezelfde reden.
Representativiteit en weging
Om de representativiteit van de steekproef van jongeren van 13 tot en met 18 jaar te bepalen zijn zes attributen in de steekproef vergeleken met de waargenomen
waarden van deze kenmerken in de populatie door middel van een Chi Kwadraat toets. De kenmerken waren: geslacht, leeftijd, opleidingsniveau, etniciteit, regio en
urbanisatiegraad op basis van de grootte van gemeenten. Uit de resultaten van deze toets kon worden geconcludeerd dat er een significant verschil aanwezig was tussen de
waarden van deze attributen in de steekproef en in de populatie. Om betrouwbare conclusies te kunnen trekken uit de gemeten waarden zijn de resultaten daarom
gewogen aan de hand van de gebruikte attributen. De grootte van de populatie en subpopulaties zijn bepaald op basis van de Statline gegevens 2016 van het Centraal
Bureau van de Statistiek.
Na het wegingsproces kunnen er op basis van de data met 95 procent betrouwbaarheid conclusies worden getrokken voor de totale populatie van jongeren, woonachtig in
Nederland, van 13 tot en met 18 jaar oud, met een maximale nauwkeurigheidsafwijking van +- 4.61 procentpunten voor de percentages in deze studie. Voor de steekproef
van ouders zijn dezelfde procedures gevolgd. Ook daar zijn de data gewogen op basis van dezelfde variabelen. De omvang van de totale populatie van ouders met kinderen
in de leeftijd van 13 tot en met 18 jaar is geschat op basis van het relatieve aandeel van jongeren per leeftijd op het totaal aantal kinderen in Nederland en het aantal
huishoudens met kinderen in Nederland. Hiervoor zijn weer de Statline gegevens 2016 van het CBS gebruikt.
Data-analyse
In het geval dat de resultaten tussen de twee steekproeven ouders en jongeren worden vergeleken, zijn de data statistisch gecontroleerd op significantie. Significantie van
de verschillen tussen ouders en jongeren wordt met een (*) vermeld bij de individuele resultaten in het hoofdstuk ‘Onderzoeksresultaten’. De datacollectie en –analyse is
uitgevoerd door 2 onderzoeksassistenten, beiden Bachelor student Technische Bestuurskunde aan de TU in Delft en gespecialiseerd in onderzoekstechnieken, statistiek en
datahandling, onder leiding van Liesbeth Hop, voormalig oprichter en directeur van het marktonderzoekbureau Pro Active International, een van de eerste
marktonderzoekbureaus dat gebruik maakte van geavanceerde internettechnologie voor datacollectie en - analyse. Met 7 buitenlandse kantoren en 85 personeelsleden
was het bureau een innovatieve voorloper op het gebied van internationaal online onderzoek. Het bureau was de initiatiefnemer van de Nationale Internet Monitor, een
grootschalig jaarlijks onderzoek naar de ontwikkeling van het internetgebruik van Nederlanders. Later zette zij ook de Internationale Internet Monitor op, een baanbrekend
onderzoek in 18 landen, waaronder China. Pro Active International stond ook bekend om haar jaarlijkse online benchmark onderzoek voor de financiële sector en voerde
daarnaast ook hoogwaardig kwalitatief onderzoek uit.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 34
10 ADVIEZEN VOOR OUDERS DOOR JONGEREN
1. Besef dat je mijn ouder bent en niet een puber.
2. Laten we afspreken waar we binnen het huis onze smartphone niet gebruiken.
3. Doe maar één ding tegelijk, dat is meer dan genoeg.
4. Houd je ook zelf aan de gestelde afspraken, zoals geen smartphone tijdens het eten.
5. Word niet boos als je door ons terecht wordt gewezen als je een regel niet respecteert.
6. Bedenk dat kinderen belangrijker zijn dan Facebook, Candy Crush of WhatsApp.
7. Zet je auto even langs de kant of wacht gewoon even als in de auto zit.
8. Je hoeft niet altijd bereikbaar te zijn voor je werk!
9. Geef ons het goede voorbeeld.
10. Probeer af te kicken!
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 35
BIJLAGE 1
ANTWOORDEN OPEN VRAGEN
Bij enkele vragen in de online vragenlijst voor jongeren was er de gelegenheid de optie ‘Anders, namelijk’ te kiezen. Hieronder een weergave van enkele gesorteerde antwoorden die we daarbij het meeste ontvingen
van jongeren:
Q4. Maak je je zorgen over je eigen smartphonegebruik? Ik zoek alles constant op.
Ik bekijk mezelf heel vaak in de camera van mijn telefoon.
Ik fiets gevaarlijk als ik mijn muziek luister.
Q10. Zo ja, wat zijn die thuisregels:
Niet alles meteen opzoeken, eerst zelf nadenken.
Niet mee de douche in.
Niet zo luid de speakers aan, met filmpjes en muziek, dan je koptelefoontje (oortjes in) gebruiken.
Niet de speakers aan als je telefoneert, gewoon tegen je oor aanhouden zodat niemand jouw gesprek hoeft te volgen.
Q13. Ouders die niet reageren op hun verzoek te stoppen met smartphone Ik schaamde me voor mijn ouders.
Ik voelde me de volwassene.
Q14 Hoe reageerde jij hierop? Ik heb expres een paar uur niets gezegd.
Ik ging ze allerlei vragen stellen.
Ik deed de muziek keihard aan.
Q15. Wat zou je je ouders willen zeggen hierover: Ouders doe eens een keertje volwassen en luister naar je kind.
Ouders, jullie zouden beter moeten weten.
Een kind is belangrijker dan je mobieltje
Als je zoiets zelf doet moet je ook niet zeuren dat je kind zoveel op z’n telefoon zit.
Doe dat ding eens weg en praat met me.
Ouders die hun smartphone gebruiken tijdens het eten
Q18 Vind je dat goed of niet goed en waarom? Goed 26%
Soms is het belangrijk, bijvoorbeeld voor werk, dan kan er van alles gebeuren.
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 36
Ook ouders vinden hun telefoon belangrijk, net als kinderen.
Misschien is het eten niet lekker, dan kun je beter op je telefoon.
Q19 Niet goed 74%
Eten is dat je samen bent, met je telefoon ben je op jezelf.
Mijn ouders willen liever ergens anders zijn dan thuis.
Ouders zijn dan verslaafd.
Ouders die hun smartphone niet-handsfree gebruiken achter het stuur
Q22. Vind je dat goed of niet goed en waarom Goed 41%
Alleen als het belangrijk is, zoals voor werk.
Alleen als je iets moet opzoeken, bijvoorbeeld waar je bent.
Dat is nu eenmaal zo, telefoons horen erbij.
Q23 Niet goed 59%
Dan ben je in de war en let je nergens meer op.
Er komen ongelukken van.
Dan praten ze niet meer met mij in de auto, maar tegen hun telefoon.
Q24 Niet goed, wat voor gevoel gaf het jou? Ik werd er verdrietig van
Ik werd er bang van
Ik werd boos
Wat zou je tegen je ouders willen zeggen hierover? ‘Ouders, let op de weg anders maak je ongelukken.’
‘Ouders, doe eens volwassen en rijd als een volwassene.’
‘Ouders, dan mag je ook niet zeuren of fietsers die op hun mobiel zitten.’
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 37
BIJLAGE 2
VRAGENLIJST JONGEREN
Online survey vragenlijst Jongeren Q5 Zo ja, waarover maak je je dan zorgen? Q10 Wat houden die thuisregels in?
n=850 Meerdere antwoorden mogelijk n=573 Meerdere antwoorden mogelijk
Q1 Beschik je over een smartphone? Ik kan niet meer zonder Geen smartphones tijdens het eten
N=1.867 Gebrek aan slaap Smartphone niet mee naar de slaapkamer
Ja Mijn smartphone bezorgt mij stress Smartphone niet altijd tijdens de vakantie
Nee (Verlaat de survey) Mijn schoolresultaten lijden eronder Smartphone niet op de fiets
Q2 Hoe vaak gebruik jij je smartphone? Ik zie mijn vrienden te weinig Anders, nl
N=1.849 Anders, nl Q11 Heb je je ouder(s) op een bepaald moment wel eens
Dagelijks Q6 Wist jij dat als je vlak voor het slapen gaan nog op je gevraagd te stoppen met het gebruiken van hun smartphone? N=1.849
Regelmatig (Ga naar Q4) smartphone kijkt, je slechter slaapt? Ja
Weinig (Ga naar Q4) N=1.849 Nee
Nooit (Verlaat de survey) Ja Q12 Reageren je ouders als je hen dat vraagt?
Q3 Hoe lang gebruik jij je smartphone dagelijks? Nee (Ga naar vraag Q8) n=647
n=1.775 Q7 Hoe vaak kijk je op je smartphone vlak voordat je gaat Altijd
slapen? Regelmatig
Tussen de 0 en 3 uur n=1.146 Soms
Elke dag Nooit (Ga naar Q16)
Tussen de 3 en 6 uur Regelmatig Q13 Zo nee, wat voor een gevoel geeft jou dat?
Tussen de 6 en 9 uur Weinig n=401 Meerdere antwoorden mogelijk
Tussen de 9 en 12 uur Nooit Anders, nl
Meer dan 12 uur Ik voel me boos
Q8 Gelden er bij jullie thuisregels over smartphonegebruik? Ik heb er geen problemen mee
N=1.849 Ik word er ongeduldig van
Q4 Maak je je zorgen over je eigen smartphonegebruik? Ja Ik voel me genegeerd
N=1.849 Nee (Ga naar Q11) Ik vind het niet leuk
Ja
Nee (Ga naar Q6) Q9 Zo ja, wie heeft deze thuisregels gesteld?
n=573
Wij samen als gezin
Mijn ouders
Anders of NVT
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 38
Q14 En hoe reageerde jij hierop? Q21 Vind je dat goed of niet goed?
n=401 Meerdere antwoorden mogelijk n=591
Anders, nl Goed
Ik ga er ruzie om maken Geen mening
Ik word stil Niet goed
Ik pak mijn eigen smartphone Q22 Waarom vind je dat goed?
Ik ga iets anders doen n=242 Meerdere antwoorden mogelijk
Q15 Wat zou je je ouders hierover willen zeggen? Anders, nl
Q16 Gebruiken je ouders wel eens hun smartphone tijdens het eten? Ze doen het alleen als ze stil staan
N=1.849 Het is soms dringend
Vaak of regelmatig Dat moeten zij zelf weten
Soms of nooit (Ga naar Q20) Ik heb er geen last van
Q17 Vind je dat goed of niet goed? Q23 Waarom vind je dat niet goed?
n=443 n=348 Meerdere antwoorden mogelijk
Goed Anders, nl
Geen mening Ik vind het onvolwassen
Niet goed Ik vind het onverantwoordelijk
Q18 Waarom vind je dat goed? Het is niet nodig, ze kunnen best even wachten
n=115 Meedere antwoorden mogelijk Ik vind het gevaarlijk
Anders, nl Q24 Wat voor een gevoel gaf het jou?
Dan hoef ik even niet met ze te praten n=348 Meerdere antwoorden mogelijk
Dan letten ze niet zo op me Anders, nl
Het is soms dringend Het gaf me stress
Dan mag ik ook op mijn smartphone Ik werd er onrustig van
Q19 Waarom vind je dat niet goed? Ik voelde me niet veilig
n=327 Meedere antwoorden mogelijk Q25 Wat zou je tegen je ouders willen zeggen hierover?
Anders,nl Q26 Ik zou het fijn vinden als we tijdens het eten geen smartphones of andere apparatuur zouden gebruiken
Ze geven niet het goede voorbeeld N=1.849
Ze zijn niet geïnteresseerd in mijn verhalen Helemaal mee eens
Ik ben belangrijker dan hun virtuele contacten Mee eens
Q20 Gebruiken je ouder(s) wel eens niet-handsfree hun smartphone terwijl ze achter het stuur zitten? Niet eens en niet oneens
N=1.849 Niet eens
Vaak Helemaal niet eens
Regelmatig
Soms (Ga naar vraag Q25)
Nooit (Ga naar vraag Q25)
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 39
BIJLAGE 2
VRAGENLIJST OUDERS
Q1 Beschikt u over een smartphone? Q6 Maakt u zich zorgen over het smartphonegebruik van uw kind(eren)?
N=650
N=637
Ja
Ja
Nee
Nee (Ga naar vraag Q8)
Geen mening
Q2 Hoe vaak gebruikt u uw smartphone?
N=637
Q7 Zo ja, waar maakt u zich dan zorgen om?
Dagelijks n=433 Meerdere antwoorden mogelijk
Regelmatig Ik kan niet meer zonder
Weinig Gebrek aan slaap
Nooit Mijn smartphone bezorgt mij stress
Mijn schoolresultaten lijden eronder
Q3 Hoe lang gebruikt u uw smartphone dagelijks? Ik zie mijn vrienden te weinig
n=522 Door de week In het weekend Anders, nl
Tussen de 0 en 3 uur Q8 Gelden er bij jullie thuisregels over smartphonegebruik?
Tussen de 3 en 6 uur N=1.849
Tussen de 6 en 9 uur Ja
Tussen de 9 en 12 uur Nee (Ga naar Q10)
Meer dan 12 uur
Q9 Zo ja, wie heeft deze thuisregels gesteld?
Q4 Vindt u dat u thuis teveel tijd doorbrengt op uw smartphone? n=573
N=637 Door de week In het weekend Wij samen als gezin
Ja Mijn ouders
Nee Anders of NVT
Geen mening Q10 Gebruikt u wel eens hun smartphone tijdens het eten?
N=637
Q5 Denkt u dat uw eigen smartphonegebruik een probleem is voor uw kinderen? Vaak
N=637 Regelmatig
Ja Soms
Nee Nooit
Geen mening Q11 Gebruiken je ouder(s) wel eens niet-handsfree hun smartphone terwijl ze achter het stuur zitten?
N=637
Vaak
Regelmatig
Soms
Nooit
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 40
NAWOORD
Ook al zijn wij tevreden met het grote aantal jongeren en ouders dat deelnam aan de online enquête, zijn wij ons zeer bewust van de tekortkomingen van een dergelijk
online onderzoek. Op de eerst plaats zijn wij niet in staat geweest een aselecte steekproef te trekken, omdat we slechts 407 van de in totaal 642 scholen in het Voortgezet
Onderwijs in Nederland hebben kunnen uitnodigen voor deelname. Daarnaast kunnen wij niet garanderen dat er niet door een deel van de respondenten sociaal wenselijk
is geantwoord op sommige vragen. Doordat het onderzoek deels kwantitatief en online plaatsvond zijn wij niet in staat om hun achterliggende motivaties mee te nemen in
de interpretaties. Daarnaast hebben wij maar een beperkt aantal vragen kunnen stellen, omdat anders de response sterk zou dalen, met als gevolg dat we niet alle
antwoorden hebben kunnen verzamelen en er is dus behoefte aan vervolgonderzoek. Het feit dat we veel vragen met gesloten antwoordcategorieën hebben moeten
stellen, zodat we de data achteraf statistisch konden analyseren, is een belangrijke tekortkoming ook al hebben de focusgroepen die we voorafgaand aan de online enquête
hebben gehouden, bijgedragen aan kwalitatief goede antwoordcategorieën. Het doel van het onderzoek was het agenderen van een mogelijke maatschappelijke trend en
niet het verzamelen van nieuwe wetenschappelijke inzichten.
(Beelden uit de films die gemaakt zijn met meerdere gezinnen tijdens het vooronderzoek. Deze zijn op de website www.mediaenmaatschappij.nl te bekijken.)
©2017 Nationale Academie voor Media & Maatschappij 41
LEDEN BESTUUR EN ADVIESCOMMISSIES
BESTUUR EN ADVIESRAAD
Dr. Tamara Platteel - Onderwijskundig adviseur Iclon HO
Vera de Backker - Auteur en illustratrice kinderboeken
Egbert Vis - Sociaal Psychiatrisch Verpleegkundige bij GGD Zaanstreek – Waterland
Dr. Kees van Overveld - Gedragsdeskundige, auteur en eigenaar trainingsbureau Kees van Overveld
Marcel Bullinga - Futurist & Trendwatcher, Keynote Speaker & Chairman
ADVIESCOMMISSIE VOORTGEZET ONDERWIJS
Susanne van Rootselaar - Docente mediawijsheid en antipestcoördinator Dongemond College en voorzitter
Nationale Beroepsvereniging MediaCoaches
Linda Smit - Mediathecaris, Nationaal MediaCoach bij scholengemeenschap Greijdanus Hardenberg
Marco Boer - Docent, mentor, Nationaal MediaCoach Wellantcollege, Amsterdam
Gea Spies-Zanda - Mediathecaris, Nationaal MediaCoach Ubbo Emmuis Scholengemeenschap
Bert Spitters - Docent Ned, Remedial Teacher, Nationaal MediaCoach, ICT Coördinator Dr Mollercollege
JONGERENADVIESCOMMISSIE
Robin Oostrom (19 jaar), Miloeska Fennema (23 jaar), Lotte Smit (23 jaar), Joey Bul (19 jaar),
Jordy Buijs (19 jaar), Pito Raaijmakers (23 jaar), Jordy Nolten (24 jaar), Lina Cascais (19 jaar)