Post on 08-Jul-2015
description
Kunstgras, je reinste competitievervalsing?
By Steve Oosterkamp © 15-08-2013
Kunstgras, je reinste competitievervalsing?
“Je reinste competitievervalsing.” Dat waren kort geleden de woorden van NAC-speler Kees
Kwakman na de teleurstellende 0-0 op bezoek bij Cambuur. Met deze uitspraak doelde de verdediger
op de kunstgrasmat van de Leeuwarders, waar de thuisploeg in zijn ogen voordeel uit trok. En zo
wordt in Nederland al jaren dezelfde discussie gevoerd: Kunstgras, competitievervalsing?
“Zij trainen erop, zijn het gewend. Het is verschrikkelijk dat je op zo’n veld moet voetballen.”
Kees Kwakman – 04-08-2013.
In augustus 2003, exact tien jaar geleden, had Heracles Almelo de primeur. Als eerste Nederlandse
profclub waagde het de overstap van het vertrouwde natuurgras naar het nieuwe kunstgras. Twee
seizoenen later stapte ook Cambuur over en deed FC Omniworld haar intrede in het profvoetbal
eveneens op ‘namaakgras.’ Later volgden FC Volendam, AGOVV en FC Zwolle dit voorbeeld. In de
zomer van 2013 stapten ook FC Dordrecht, FC Oss, VVV-Venlo, FC Den Bosch en Helmond Sport over,
waarmee het aantal ‘kunstgrasclubs’ inmiddels op elf ligt. Vanaf 2014 zal ook ADO Den Haag zich bij
dit gezelschap voegen.
Het moge duidelijk zijn, de populariteit van kunstgras neemt toe. Logisch ook, gezien de financiële
voordelen ervan. De aanschaf is weliswaar prijzig, maar ook eenmalig. Qua onderhoud scheelt
kunstgras aanzienlijk in de kosten. En ploegen die op kunstgras spelen zijn tijdens thuiswedstrijden in
het voordeel. Althans, dat is wat velen denken. Teams als Heracles en Cambuur zijn gewend op elke
dag op kunstgras te trainen en kunnen daar dus beter mee omgaan. Met die stelling komen we al
snel terecht bij de ‘Kwakman-stelling’: kunstgras is competitievervalsing.
Heracles Almelo stapte in 2003 als eerste Nederlands profclub over op kunstgras.
Maar is dat wel zo? Mocht het inderdaad zo zijn dat ploegen die op kunstgras spelen, daar voordeel
uit trekken, dan zullen ‘kunstgrasploegen’ dus meer punten pakken in thuiswedstrijden, dan in
uitwedstrijden. Maar dat is jaarlijks bij de meeste ploegen het geval, er bestaat immers ook zoiets als
thuisvoordeel. Voor het eigen publiek en in een vertrouwd stadion is iedere ploeg in staat tot meer.
Wellicht pakken ‘kunstgrasteams’ wel onevenredig veel punten in eigen huis ten opzichte van de
andere ploegen?
Naar aanleiding van de telkens terugkerende discussie, besloot ik om eens te kijken of uit de
statistieken inderdaad blijkt dat ‘kunstgrasteams’ extra voordeel hebben van hun kunstgras.
Daarvoor onderzocht ik alle wedstrijden uit de Nederlandse Eredivisie en Eerste Divisie sinds het
seizoen 2003/2004, het jaar waarin Heracles als eerste club gebruik maakte van kunstgras. In totaal
6458 wedstrijden, waarin ik de uitslagen op kunstgras vergeleek met de uitslagen op natuurgras. Ik
heb gekeken hoeveel procent van de punten de ‘kunstgrasploegen’ pakten in thuis- en
uitwedstrijden en hoe die verdeling lag bij de ‘natuurgrasploegen.’
Eerste divisie 2003 / 2004.
Kijkend naar de Eerste Divisie tijdens het seizoen 2003/2004, dan valt bijvoorbeeld op dat Heracles
juist erg weinig punten pakt in eigen huis. Gemiddeld behaalden de negentien ploegen dat jaar
56,6% van hun punten in thuiswedstrijden, terwijl Heracles slechts 47,8% van de punten thuis pakte.
Ook het seizoen erop scoorde Heracles opvallend laag in thuiswedstrijden, met 44,0% zelfs de laagste
score van de gehele competitie.
Op deze manier ben ik te werk gegaan, en heb ik alle seizoenen vanaf 2003/2004 tot en met
2012/2013 bestudeerd. De eindbalans is als volgt:
In de eredivisie zien we een duidelijk verschil. De ‘kunstgrasploegen’ pakten maarliefst 67% van hun
punten in eigen huis, terwijl de ‘natuurgrasploegen’ zo’n 60% van hun punten haalden in
thuiswedstrijden. In totaal gaat het in de eredivisie nog maar om twaalf ‘kunstgrasseizoenen’, dus de
vraag is of dit grote verschil aanwezig blijft. De twaalf ‘kunstgrasseizoenen’ kwamen van Heracles
(8x), Excelsior (2x), FC Volendam (1x) en PEC Zwolle (1x).
In de Jupiler League is het verschil een stuk kleiner. De ‘kunstgrasploegen’ pakten de afgelopen tien
seizoenen 59,0% van hun punten in thuiswedstrijden en de ‘natuurgrasploegen’ 58,7%. Een te
verwaarlozen verschil van slechts 0,3%. In de Jupiler League gaat het in totaal al om 31
‘kunstgrasseizoenen’: FC Omniworld / Almere City (8x), AGOVV (7x), FC Volendam (6x), FC Zwolle (5x)
Cambuur (3x) en Heracles (2x). De komende jaren wordt het interessant om te kijken hoe de nieuwe
‘kunstgrasploegen’ FC Dordrecht, FC Oss, VVV-Venlo, FC Den Bosch en Helmond Sport het gaan doen.
Maarliefst vijf clubs stapten in de zomer van 2013 over op kunstgras.
Speelt op termijn elke club op kunstgras?
Wat verder opvalt is dat in de Jupiler League minder punten gepakt worden in thuiswedstrijden, dan
in de eredivisie (60,4% om 58,8%). Er is dus minder sprake is van thuisvoordeel, wat weer te maken
kan hebben met bijvoorbeeld de lagere toeschouwersaantallen. Over de invloed van
toeschouwersaantallen op het thuisvoordeel, ga ik volgende week dieper in.
Wanneer we de beide competities bij elkaar optellen, rolt daar de volgende eindbalans uit:
In totaal pakten de ‘kunstgrasploegen’ tot nu toe dus 60,8% van hun punten in thuiswedstrijden,
terwijl ‘natuurgrasploegen’ 59,4% van de punten in eigen huis haalden. Conclusie: clubs op kunstgras
presteren inderdaad beter in thuiswedstrijden dan clubs op natuurgras, maar het verschil is klein.
Het gat van 1,4% komt in de praktijk neer op nauwelijks één punt per seizoen. Al kan dat ene punt
natuurlijk wel weer het verschil zijn tussen een kampioenschap en een tweede plek. Het verschil
tussen de miljoenen van de Champions League of een plekje in Europa’s tweede bekertoernooi. De
overstap waard? Of zal men vast blijven houden aan termen als ‘clubcultuur’ en ‘het gras kunnen
ruiken’?
Zal hier ooit kunstgras liggen?
*Noot: Alle wedstrijden tegen clubs die een seizoen niet hebben afgemaakt (Haarlem, RBC, AGOVV, Veendam)
zijn niet meegenomen in het onderzoek, evenals de door de KNVB uitgedeelde strafpunten.
Onderzocht:
- 3060 Eredivisieduels, waarvan 204 op kunstgras en 2856 op natuurgras.
- 3398 Jupiler Leagueduels, waarvan 593 op kunstgras en 2805 op natuurgras.
- Totaal: 6458 duels, waarvan 797 op kunstgras en 5661 op natuurgras.
Gedetailleerde info per seizoen is op te vragen via: steveoosterkamp@hotmail.com
Bron eindstanden:
www.vi.nl
www.sportskickoff.com