Post on 26-Jun-2015
HOE OFFLINE ZIJN JONGEREN ?
Jongeren en de digitale kloof
Luc MertensFTU Fondation Travail-Université
Presentatie van het onderzoek uitgevoerd door Périne Brotcorne, Luc Mertens en Gérard Valenduc voor de Programmatorische Federale Overheidsdienst Maatschappelijke Integratie, 2009
Apestaartjaren, Gent 28 februari 2011
INLEIDING
• Voor jongeren betekent de Digitale Kloof geen aansluiting hebben met de e-cultuur van hun leeftijdsgenoten.
• De Digitale Kloof waarover volwassen het hebben is voor hen geen zorg.
INLEIDING
• Jeugdwerkers die begaan zijn met de e-achterstand van jongeren willen hen op de eerste plaats vertrouwd maken met hun e-cultuur.
• En/of zelf vertrouwd raken met de e-wereld van jongeren. (Zie: de Incluso conferentie.)
INLEIDING
• Of de e-vaardigheden van jongeren volstaan om aan de verwachtingen van het onderwijs en de arbeidsmarkt is totnogtoe niet of maar zeer weinig onderzocht.
INLEIDING
• Ons onderzoek spitst zich toe op de e-vaardigheden van jongeren tussen 15 en 25 jaar.
• Deze jongeren zitten in een overgangsfase. Ze verlaten de schoolbanken. Ze gaan zelfstandig wonen. Ze integreren de arbeidsmarkt.
VOOROORDELEN
• Algemeen wordt aangenomen dat jongeren wat hun e-vaardigheden en kennis betreft een grote voorsprong hebben op oudere leeftijdsgroepen.
• Ze zijn de zogeheten Digital Natives. Het digitale is hen als het ware met de paplepel ingegoten.
• Berust hun voorsprong op een vooroordeel ? Is het slechts een mythe ?
HOE ANDERS ZIJN JONGEREN ?
• Algemeen wordt aangenomen dat de digitale kloof haar oorsprong vindt in economische en maatschappelijke achteruitstelling. Geldt dit ook in dezelfde mate voor jongeren?
HOE ANDERS ZIJN JONGEREN ?
• Onderzoek wijst uit dat er bij jongeren geen rechtstreekse koppeling is tussen het bezit van een computer en een aansluiting op het internet en hun e-kennis.
HOE ANDERS ZIJN JONGEREN ?
• Omdat het internet deel uitmaakt van hun cultuur willen ze er perse bijhoren.
• Jongeren zoeken toegang tot het internet: - op school - in de bibliotheek - in het cybercafé - bij vrienden.
HOE ANDERS ZIJN JONGEREN ?
• Jongeren willen door hun leeftijdsgenoten niet voor digibeten worden versleten.
• Hun schaamte hieromtrent is zeer groot. Ze is vergelijkbaar met de schaamtegevoel van
de laaggeletterde (analfabeet).
HOE ANDERS ZIJN JONGEREN ?
• Internet, met name de sociale netwerken, speelt een belangrijke rol in de constructie van hun identiteit.
BESTAAN ER OFFLINE JONGEREN ?
• De meeste jongeren zijn enigszins vertrouwd met de computer en het internet.
• Slechts een zeer kleine groep kan echt offline worden genoemd.
BESTAAN ER OFFLINE JONGEREN ?
• Offline jongeren kunnen niet onder een gemeenschappelijke socio-economische noemer worden gevat.
BESTAAN ER OFFLINE JONGEREN ?
Een samenspel van zeer diverse factoren ligt aan de oorsprong van hun offline zijn.
Offline jongeren
Geen e-cultuur bij de ouders
Straat-Jjngeren
Woon- onstandigheden
Etnische minderheden
De gezins- verhoudingen
Handicaps zonder e-onder-
steuning
BESTAAN ER OFFLINE JONGEREN ?
• Offline jongeren zijn moeilijk bereikbaar.
• De klassieke aanpak werkt niet.
• Het bijbrengen van e-vaardigheden moet worden ingebed in een breder traject.
HOE ANDERS IS DE e-WERELD VAN JONGEREN ?
• e-gebruik jongerenoffice softwaree-learninge-gouvernemente-commerce
facebookmuziek, foto & videochat & online messaginge-mail
online gamingsecond life
HOE ANDERS IS DE e-WERELD VAN JONGEREN ?
• Verwacht gebruik (onderwijs en arbeidsmarkt)office softwaree-learninge-gove-commercefacebook,muziek, foto & videochat & online messaging
e-mailonline gamingsecond life
e-WERELD JONGEREN/e-WERELD ONDERWIJS EN WERKGEVERS
• Het onderwijs en de werkgevers zijn zich niet bewust van de kenniskloof tussen hun verwachtingen en de e-vaardigheden van jongeren.
• De vaardigheden die jongeren in hun e-wereld hebben opgebouwd voldoen niet aan de verwachtingen van de school en arbeidsmarkt.
e-WERELD JONGEREN/e-WERELD ONDERWIJS EN WERKGEVERS
• Tussen deze twee werelden worden geen bruggen gebouwd.
• De e-kennis van jongeren wordt door de school en de werkgevers niet gevaloriseerd.
e-WERELD JONGEREN/e-WERELD ONDERWIJS EN WERKGEVERS
• Het onderwijs en ook het jeugdwerk is onvoldoende vertrouwd met de e-wereld van jongeren.
• Zonder extra hulp zijn de meeste jongeren niet in staat om door te stromen naar het hoger onderwijs en de beroepswereld. Slechts een kleine groep is hiertoe in staat.
e-WERELD JONGEREN/e-WERELD ONDERWIJS EN WERKGEVERS
• De e-wereld van jongeren zit gevat tussen twee breuklijnen:
- Aan het ene uiterste de breuklijn tussen jongeren die echt offline zijn en de jongeren die toegang hebben tot de e-cultuur van hun leeftijdsgenoten.
- Aan het andere uiteindede breuklijn tussen hun e-wereld en de e-wereld van onderwijs en werkgevers.
EN HOE NU VERDER ?
• Het onderwijs en de jeugdwerking in het algemeen zijn zich onvoldoende bewust van het tekort aan e-vaardigheden jongeren.
• Ze hebben daarop ook geen goed antwoord.
• Ze willen ook vaak die boot afhouden
EN HOE NU VERDER ?
• Op zich volstaat toegang tot het internet niet om aan de uitdagingen van de informatiemaatschappij te voldoen.
• Het gaat om de kwaliteit van de toegang.
• De tekortkomingen van jongeren inzake e-kennis hebben alles te maken met de digitale kloof van de tweede graad.
EN HOE NU VERDER ?
• Drie kernwoorden: - Sensibilisatie voor deze problematiek van
iedereen die instaat voor de begeleiding en vorming van jongeren.
- Vorming van leraren en jeugdwerkers. - Inbedding van leertrajecten in een
vertrouwde omgeving.