TE KOOP - Berk & Kerkhof · 2019. 4. 11. · Groenstraat te Wintelre Vraagprijs: € 290.000,=...

30
Groenstraat te Wintelre Vraagprijs: € 290.000,= v.o.n. per bouwkavel Korte omschrijving object Type : vier prachtige Ruimte voor Ruimte bouwkavels Perceeloppervlakte : bouwkavel I ca. 2.000 m² bouwkavel II ca. 1.650 m² bouwkavel III ca. 1.650 m² bouwkavel IV ca. 1.925 m² Alle kavels zijn eventueel met meer grond te koop Te bouwen woonhuis : mogelijkheid voor het realiseren van een prachtige vrijstaande woning Bijgebouwen : er mag een bijgebouw gebouwd worden met een oppervlakte van maximaal 250 m 2 , m.u.v. kavel II waar een bijgebouw van maximaal 200 m² gerealiseerd mag worden Tuin : volledig naar eigen wens en smaak te realiseren Ligging : gelegen op een steenworp afstand van de bebouwde kom in Wintelre Contactpersoon : Huub Coppelmans, 06 – 53 14 64 10, [email protected] TE KOOP Vestiging: Van den Berk & Kerkhof Makelaars en Taxateurs Best bv Eindhovenseweg 30/B - 5683 KH Best Telefoon 0499 - 37 55 65 - fax 0499 - 37 28 35 - www.berkkerkhof.nl Bouw uw eigen droomhuis

Transcript of TE KOOP - Berk & Kerkhof · 2019. 4. 11. · Groenstraat te Wintelre Vraagprijs: € 290.000,=...

  • Groenstraat te Wintelre

    Vraagprijs: € 290.000,= v.o.n. per bouwkavel

    Korte omschrijving objectType : vier prachtige Ruimte voor Ruimte bouwkavelsPerceeloppervlakte : bouwkavel I ca. 2.000 m²

    bouwkavel II ca. 1.650 m² bouwkavel III ca. 1.650 m² bouwkavel IV ca. 1.925 m² Alle kavels zijn eventueel met meer grond te koop

    Te bouwen woonhuis : mogelijkheid voor het realiseren van een prachtige vrijstaande woning Bijgebouwen : er mag een bijgebouw gebouwd worden met een oppervlakte van

    maximaal 250 m2, m.u.v. kavel II waar een bijgebouw van maximaal 200 m² gerealiseerd mag worden

    Tuin : volledig naar eigen wens en smaak te realiserenLigging : gelegen op een steenworp afstand van de bebouwde kom in WintelreContactpersoon : Huub Coppelmans, 06 – 53 14 64 10, [email protected]

    TE KOOP

    Vestiging: Van den Berk & Kerkhof Makelaars en Taxateurs Best bvEindhovenseweg 30/B - 5683 KH Best

    Telefoon 0499 - 37 55 65 - fax 0499 - 37 28 35 - www.berkkerkhof.nl

    Bouw uw eigen droomhuis

  • Laat u overtuigen!Drie ruime bouwkavels met een oppervlakte van ca. 1.650 m² voor de bouw van een vrijstaande woning met een bijgebouw van maximaal 250 m² resp. 200 m alsmede één ruime bouwkavel met een oppervlakte van ca. 2.000 m² voor de bouw van een vrijstaande woning met een bijgebouw van maximaal 250 m².

    LET OP, alle kavels kunnen eventueel met meer grond worden gekocht.

    Hier woont u op een prachtige locatie met een landelijke uitstraling, doch op korteafstand van alle voorzieningen van Wintelre . Zowel aan de voor- als achterzijde van de kavels is sprake van vrij uitzicht. Binnen de kaders van de regels en voorschriften kunt u uw huis in uw eigen stijl ontwerpen en realiseren. Een unieke kans.

    Op bovenstaande plattegrond zijn de bedrijfsgebouwen van de woning gelegen aan Groenstraat 7 te Wintelre nog zichtbaar. Deze bedrijfsgebouwen zullen op korte termijn worden gesaneerd.

    1. Omschrijving object

    BouwkavelKavel I heeft een oppervlakte van ca. 2.000 m². De kavels II, III en IV hebben een oppervlakte van ca. 1.650 m². De kavels worden bouwrijp opgeleverd. Bij bouwkavel II mag een bijgebouw gerealiseerd worden met een oppervlakte van ca. 200 m². Op de overige kavels mogen een bijgebouw gerealiseerd worden met een oppervlakte van ca. 250 m².

    -2-

  • Regels bouw vrijstaande woningInhoud : maximaal 1.000 m³Goothoogte : maximaal 3,50 m1

    Nokhoogte : maximaal 9,00 m¹

    Regels bouw bijgebouwenOppervlakte : kavel II: maximaal 200 m²;

    kavel I, III en IV: maximaal 250 m2 per bijgebouwGoothoogte : maximaal 3,20 m1

    Nokhoogte : maximaal 6,00 m¹

    Kavel I perceelsoppervlakte ca. 40,00 x 50,00, eventueel met meer grond te koop

    Kavel II perceelsoppervlakte ca. 30,00 x 55,00 , eventueel met meer grond te koop

    -3-

  • Kavel III perceelsoppervlakte ca. 30,00 x 55,00, eventueel met meer grond te koop

    Kavel IV perceelsoppervlakte ca. 35,00 x 55,00, , eventueel met meer grond te koop

    Overige gegevens

    Ligging De kavels zijn gesitueerd op een landelijke locatie gelegen aan de rand van de kern van Wintelre. De kavels beschikken over vrij uitzicht aan zowel de voor- als achterzijde. Kortom, een zeer gewilde locatie op korte afstand van het centrum, scholen, sportvoorzieningen en belangrijke uitvalswegen.

    -4-

  • Bijzonderheden ➢ de kavels zijn gelegen op een prachtige locatie aan de rand van van de kern van Wintelre;

    ➢ de kavels worden bouwrijp opgeleverd;➢ glasvezel is aanwezig; ➢ aanvaarding in overleg.

    Kadastrale gegevens Gemeente Eersel sectie O nummers 479 (ged.), 492 (ged.) en 495 (ged), oppervlakte ca. 7.250 m². De kavels zijn alle met eventueel meer grond te koop. Bron: Kadaster.

    Bestemmingsplan De kavels zijn gelegen in het ontwerpbestemmingsplan “Buitengebied, herziening Groenstraat 7 e.o.” van de gemeente Eersel en hebben daarin de enkelbestemming “Wonen” en gedeeltelijk de enkelbestemming “groen – landschappelijke inpassing. Daarnaast beschikken de kavels gedeeltelijk over de dubbelbestemmingen “Waarde-Archeologie 3” en “Waarde-Archeologie 4.2”. Het betreft een ontwerpbestemmingsplan d.d. 5 februari 2019. Bron: ruimtelijkeplannen.nl.

    Bijlagen ➢ kadastrale kaart;➢ bestemmingsplan.

    -5-

  • Deze brochure is een beschrijving van het geheel. Indien u naar aanleiding van deze brochure vragen heeft of nadere inlichtingen over dit object wilt, dan

    kunt u telefonisch contact opnemen met ons kantoor; contactpersoon is Huub Coppelmans (06 – 53 14 64 10 of [email protected]).

    Vervolgens maken wij graag een afspraak met u om deze woning te bekijken. Een bezichtiging is ook voor de verkoper een spannende aangelegenheid.

    Wij stellen het daarom zeer op prijs als u uw bevindingen binnen enkele dagen na de bezichtiging aan onskenbaar maakt.

    Verkoper kan verlangen dat koper een bankgarantie/waarborgsom afgeeft van 10% van dekoopsom.

    Mocht u naar aanleiding van deze brochure geen verdere belangstelling hebben maar bent u welzoekende naar een specifiek object, belt u dan gerust om u geheel vrijblijvend in te laten schrijven in

    ons zoekersbestand. Natuurlijk kunt u ons totaalaanbod ook bekijken op onze website: www.berkkerkhof.nl.

    Deze brochure is door ons kantoor met de meeste zorg samengesteld, waarbij de door verkoper aan ons ter hand gesteldegegevens en tekeningen naar beste kennis en wetenschap en te goeder trouw door ons zijn weergegeven. Mocht nadien blijken dater afwijkingen zijn, dan kan men zich hierop niet beroepen. Derhalve verstrekken wij geen garanties, noch kunnen wij op enigerlei

    wijze eventuele aansprakelijkheid voor deze gegevens aanvaarden.

    Het bovenstaande object wordt u aangeboden onder voorbehoud van goedkeuring door de eigenaar. Aan deze brochure kunnen geen rechten worden ontleend.

    -6-

  • -7-

  • Bedrijfspresentatie Van den Berk & Kerkhof Makelaars en Taxateurs

    Bij de verkoop van uw woning komen er veel vragen op u af. U kiest dus een makelaar die u, op deskundige wijze, tijdens het gehele verkoopproces begeleidt. Persoonlijke betrokkenheid, betrouwbaarheid, eerlijkheid en marktkennis zijn kernwoorden die bij Van den Berk & Kerkhof Makelaars en Taxateurs hoog in het vaandel staan. Voor alle facetten binnen het onroerend goed hebben wij onze specialisten en bieden u dus, naast de aan-/ en verkoop van woningen, een breed dienstenpakket. Zo zijn wij gespecialiseerd in:

    ● Taxatie van alle onroerende zaken voor alle doeleinden.● Bemiddeling bij aan- en verkoop van woningen in de regio Aarle-Rixtel en Best. ● Bemiddeling bij aan- en verkoop van woningen in het buitengebied in de provincies Noord-Brabant en

    Limburg.● Bemiddeling bij aan- en verkoop van bedrijfsonroerend goed.● Bemiddeling bij huur en verhuur van bedrijfsonroerend goed.● Bemiddeling bij aan- en verkoop van agrarisch onroerend goed.● Bemiddeling bij produktierechten.● Advies bij onderhandelingen met de overheid bij onteigening of verplaatsingen.● Grond- en pachtzaken.● Nadeelcompensatie.● Planschade.● Nieuwbouwadvies.● Rechtbankzaken.

    Van den Berk & Kerkhof Makelaars en Taxateurs beschikt over twee strategisch gevestigde kantoren in Aarle-Rixtel en Best. Met twaalf makelaars en acht ondersteunende krachten verspreid over deze twee vestigingen hebben wij alle kennis in huis om u op alle gebieden binnen het onroerend goed van dienst te kunnen zijn. Een juiste mix van jonge, enthousiaste medewerkers en ervaren, deskundige makelaars zorgt ervoor dat ons kantoorde toekomst met vertrouwen tegemoet kan zien. Vanuit deze kantoren zijn wij actief in alle dorpen rondom de steden Helmond en Eindhoven. Ook de markt in Helmond en Eindhoven maakt onderdeel uit van ons werkgebied. Het gevarieerde aanbod richt zich daarbij op alle prijsklassen. Om een indruk te krijgen van hetgeenwij momenteel in de verkoop hebben, zowel binnen als buiten de bebouwde kom, raden wij u aan onze website eens te bezoeken: www.berkkerkhof.nl. Door onze actieve, creatieve en effectieve manier van werken zorgen wij voor een snelle verkoop van uw woning tegen een maximaal verkoopresultaat!

    -8-

  • Bestemmingsplangegevens

  • Artikel 4 Wonen

    4.1 Bestemmingsomschrijving

    4.1.1 Algemeen

    De voor Wonen aangewezen gronden zijn bestemd voor:

    1. woningen, al dan niet in combinatie met aan huis verbonden beroepen en/of mantelzorg; 2. recreatieve voorzieningen in de vorm van kleinschalig kamperen of bed & breakfast; 3. ter plaatse van de aanduiding "cultuurhistorische waarden" het behoud, beheer en/of herstel

    van de cultuurhistorisch waardevolle (woon)boerderijen; 4. water en waterhuishoudkundige doeleinden;

    een en ander met de bijbehorende voorzieningen, zoals tuinen en erven en overeenkomstig de in 4.1.2 opgenomen nadere detaillering van de bestemming.

    4.1.2 Nadere detaillering van de bestemming

    In het onderstaande is een nadere detaillering opgenomen van het bepaalde in 4.1.1:

    a Niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit In een woning en bijbehorende bijgebouwen mag ook een niet-publieksgerichte aan huis verbonden beroeps- of bedrijfsactiviteit worden uitgeoefend als ondergeschikte activiteit bij de woonfunctie, waarbij de volgende bepalingen van toepassing zijn:

    1. De omvang van de activiteit mag niet meer bedragen dan 40% van de gezamenlijke vloeroppervlakte van de woonbebouwing tot een maximum van 150 m2.

    2. De bed&breakfast mag bestaan uit maximaal twee kamers met elk maximaal 2 bedden. 3. Wanneer bed&breakfast plaatsvindt in een vrijstaand bijgebouw, dan is hierin geen keuken

    of soortgelijke voorziening toegestaan. 4. Het gebruik mag geen nadelige invloed hebben op de normale afwikkeling van het verkeer. 5. Parkeren dient op eigen terrein plaats te vinden. 6. Opslag vindt uitsluitend inpandig plaats. 7. Detailhandel mag alleen plaatsvinden ondergeschikt aan en in direct verband met het aan

    huis verbonden beroep. 8. De activiteit dient milieuhygiënisch inpasbaar te zijn in de woonomgeving. 9. De activiteit wordt uitgeoefend door de bewoner. 10.De activiteit mag uitsluitend worden uitgeoefend in bedrijfscategorie 1 of 2 van de in de

    bijlage opgenomen Staat van bedrijfsactiviteiten of een daarmee qua milieuhinder en uitstraling vergelijkbare activiteit.

    b Aantal woningen Voor het aantal woningen geldt het volgende:

  • • Per bestemmingsvlak is maximaal één woning toegestaan, met dien verstande dat ter plaatse van de aanduiding "maximum aantal wooneenheden" het aangegeven maximale aantal wooneenheden het toegestane maximale aantal woningen is.

    c Bed & breakfast Gebruik van gronden en bouwwerken ten behoeve van bed & breakfast in een grotere omvang dan genoemd onder a, is uitsluitend toegestaan via omgevingsvergunning als bedoeld in 4.6.2.

    4.2 Bouwregels

    4.2.1 Toegestane bebouwing

    1. Uitsluitend mogen worden opgericht bouwwerken ten dienste van de bestemming, zoals woningen met bijgebouwen en bijbehorende bouwwerken, geen gebouwen zijnde.

    4.2.2 Inhoud

    Met betrekking tot de inhoud van de woningen gelden de volgende regels:

    1. de inhoud van een woning mag maximaal 650 m3 bedragen, exclusief aangebouwde bijbehorende bouwwerken;

    2. indien de bestaande inhoud van een woning meer bedraagt dan 650 m3, mag de inhoud van de woning niet meer bedragen dan de bestaande inhoud;

    3. in afwijking van het bepaalde onder a, geldt dat ter plaatse van de maatvoeringsaanduiding "maximum volume", de inhoud van de woning niet meer mag bedragen dan het aangegeven maximum volume met een maximum van 1000 m3.

    4. voorzover het een gesplitste woning betreft, geldt de inhoud van vóór de splitsing voor de gesplitste woningen gezamenlijk als totale maximale inhoud;

    5. in afwijking van het voorgaande: indien het een bestaande (woon)boerderij betreft, dan geldtde inhoud van het hele bestaande boerderijlichaam/bouwmassa daarvan als maximum.

    4.2.3 Maatvoering en situering

    Met betrekking tot de maatvoering en situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, dient aan het volgende te worden voldaan:

    Gebouwen algemeen Min.

    afstand tot bouwperceelgrens 3 m

    afstand tot de as van de weg 15 m

    bestaande kleinere afstanden van legaal opgerichte gebouwen zijn toegestaan

    Woning Min. Max.

  • goothoogte, de maximale goothoogte geldt voor minimaal 60% van de lengte van de goot

    n.v.t. 3,5 m, tenzij de bestaande goothoogte meer bedraagt, dan geldt de bestaande goothoogte als maximum

    bouwhoogte n.v.t. 9 m, tenzij de bestaande bouwhoogte meer bedraagt, dan geldt de bestaande bouwhoogte als maximum

    inhoud zie 4.2.2

    dakhelling 0º 60º

    Bijbehorende bouwwerken

    Min. Max.

    gezamenlijke oppervlakte per bestemmingsvlak

    n.v.t. 150 m2 inclusief overkappingen, tenzij: - de bestaande oppervlakte meer bedraagt, dan geldt de bestaande oppervlakte als maximum. - ter plaatse van de aanduiding 'maximum oppervlakte bijgebouw bijgebouwen' een afwijkende oppervlakte is opgenomen. - ter plaatse van de aanduiding 'bijgebouwen uitgesloten' mogen geen bijgebouwen worden opgericht.

    goothoogte n.v.t. 3,2 m

    bouwhoogte n.v.t. 6 m

    afstand vrijstaande bijgebouwen tot woning

    n.v.t. 15 m, tenzij de bestaande afstand meer bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als maximum

    dakhelling 0° 45°

    Bouwwerken, geen gebouwen zijnde

    Max.

    bouwhoogte erfafscheidingen 2 m

    bouwhoogte van overige bouwwerken, geen gebouwen zijnde

    4 m, tenzij de bestaande hoogte meer bedraagt, dangeldt de bestaande bouwhoogte als maximum

    situering overkappingen op een afstand van ten minste 3 m achter de voorgevellijn van het hoofdgebouw, tenzij: - de bestaande afstand minder dan 3 m bedraagt, dan geldt de bestaande afstand als minimum.

    de oppervlakte van paardenbakken 800 m2 tezamen met het deel dat eventueel binnen de agrarische bestemming is gesitueerd

  • 4.2.4 Herbouw

    Aanvullend gelden voor herbouw van bestaande woningen de volgende voorwaarden:

    1. de herbouw vindt grotendeels plaats op de plaats van de (voor zover aanwezige) bestaande fundamenten van de woning;

    2. de voorgevel van de te herbouwen woning wordt geplaatst in de (voormalige) voorgevelrooilijn van de woning;

    3. de bouwwijze (d.w.z. vrijstaand, halfvrijstaand of aaneengebouwd) van de te herbouwen woning(en) wijkt niet af van de bouwwijze van de oorspronkelijke woning(en).

    4.3 Nadere eisen

    Burgemeester en wethouders kunnen nadere eisen stellen ten aanzien van de situering en de afmetingen van bebouwing. Deze nadere eisen mogen slechts worden gesteld voor het behoud van en ter voorkoming van de aantasting van cultuurhistorisch waardevolle bebouwing en hun omgeving en ten behoeve van het behoud en herstel van de waardevolle elementen en structuren en de bestaande ruimtelijke karakteristiek.

    4.4 Afwijken van de bouwregels

    4.4.1 Afwijken minimum afstand van gebouwen tot de weg

    Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 4.2.3 teneinde de voorgeschreven minimum afstand van bebouwing tot de weg te verkleinen, mits voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

    1. er mogen geen onevenredige verkeerskundige belemmeringen plaatsvinden; 2. er dient voldoende parkeerruimte op het eigen erf aanwezig te blijven; 3. de wegbeheerder dient te worden gehoord; 4. de stedenbouwkundige structuur mag niet onevenredig worden aangetast; 5. indien het een woning of ander geluidgevoelig object betreft, moet voldaan worden aan de

    Wet geluidhinder; 6. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in

    ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;

    7. er dient te worden voldaan aan de voorwaarden van de Afstemmingsnotitie Landschapsinvesteringsregeling De Kempen d.d. 24 augustus 2012 of een vergelijkbaar doorde gemeenteraad van Eersel vastgesteld document.

    4.4.2 Afwijken minimum afstand zijdelingse bouwperceelsgrens bijgebouwen

    Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 4.2.3 teneinde de minimum afstand van gebouwen tot de zijdelingse bouwperceelgrens te verkleinen voor bijgebouwen. Hierbij dient aan het volgende te worden voldaan:

    1. er is sprake van een zorgvuldige landschappelijke inpassing; 2. de stedenbouwkundige kwaliteit wordt niet onevenredig aangetast; 3. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in

    ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;

    4. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving;

    5. bij monumentale panden is een positief advies van de monumentencommissie vereist; 6. er dient te worden voldaan aan de voorwaarden van de Afstemmingsnotitie

  • Landschapsinvesteringsregeling De Kempen d.d. 24 augustus 2012 of een vergelijkbaar doorde gemeenteraad van Eersel vastgesteld document.

    4.5 Specifieke gebruiksregels

    4.5.1 Strijdig gebruik

    In aanvulling op het bepaalde van artikel 7.10 Wro wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen gebruik van gronden en/of opstallen voor:

    1. vrijstaande bijgebouwen als zelfstandige woning en als afhankelijke woonruimte; 2. een publieksgerichte beroeps- of bedrijfsactiviteit aan huis, anders dan genoemd in 4.1.2

    onder a.

    4.5.2 Voorwaardelijke verplichting sloop bedrijfsgebouwen

    Alvorens door het bevoegde gezag een omgevingsvergunning voor een van de nieuwe op te richten Ruimte voor Ruimte woningen kan worden afgegeven, dienen de voormalige stallen, zoals opgenomen in bijlage 2 (Ruimte voor Ruimte dossier) te zijn gesloopt.

    4.6 Afwijken van de gebruiksregels

    4.6.1 Afwijken vergelijkbare activiteit aan huis

    Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen voor het afwijken van het bepaalde in 4.1.2 onder a teneinde bedrijven toe te staan, die qua aard en omvang en invloed op het milieu en de omgeving gelijk te stellen zijn met de in 4.1.2 onder a toegestane bedrijven maar die niet zijn genoemd in de in de bijlage opgenomen Staat van inrichtingen, mits:

    1. omtrent de vergelijkbaarheid van de invloed op het milieu en de omgeving advies wordt gevraagd aan een onafhankelijke terzake deskundige;

    2. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;

    3. er dient te worden voldaan aan de voorwaarden van de Afstemmingsnotitie Landschapsinvesteringsregeling De Kempen d.d. 24 augustus 2012 of een vergelijkbaar doorde gemeenteraad van Eersel vastgesteld document.

    4.6.2 Afwijken bed & breakfast

    Burgemeester en wethouders kunnen een omgevingsvergunning verlenen als bedoeld in 4.1.2 c teneinde als nevenactiviteit bij een woning, bed & breakfast voorzieningen e.d., in een grotere omvang toe te staan, mits aan de volgende voorwaarden wordt voldaan:

    1. deze nevenactiviteit is in de woning en de daarbij behorende aangebouwde en vrijstaande bijgebouwen toegestaan;

    2. wanneer bed&breakfast plaatsvindt in een vrijstaand bijgebouw, dan is hierin geen keuken ofsoortgelijke voorziening toegestaan;

    3. de nevenactiviteit is ondergeschikt van aard; 4. er vindt geen uitbreiding van bebouwing ten behoeve van de nevenactiviteit plaats; 5. de gebruiksoppervlakte niet meer mag bedragen dan 300 m2; 6. ten behoeve van de bed & breakfast voorzieningen zijn maximaal 10 (éénpersoons)bedden

    toegestaan; permanente bewoning of huisvesting van tijdelijke werknemers is niet toegestaan;

  • 7. de verkeersaantrekkende werking van de nevenactiviteit dient te zijn afgestemd op de feitelijke ontsluitingssituatie;

    8. het woon- en leefmilieu van de omgeving wordt niet onevenredig aangetast; dit betekent in ieder geval dat de gebruiksmogelijkheden van de aangrenzende percelen niet onevenredig mogen worden beperkt;

    9. het gebruik mag niet leiden tot extra belemmeringen voor de bedrijfsontwikkelingen van de omliggende agrarische bedrijven, voortvloeiende uit de milieu- en dierenwelzijnswetgeving.

    4.7 Omgevingsvergunning voor het slopen van een bouwwerk

    4.7.1 Vergunningplicht

    Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag een (woon)boerderij, ter plaatse van de aanduiding 'cultuurhistorische waarden' geheel of gedeeltelijk te slopen.

    4.7.2 Uitzonderingen vergunningplicht

    Het in 4.7.1. vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

    1. welke op het tijdstip van inwerkingtreding van het plan in uitvoering zijn dan wel krachtens een voor dat tijdstip aangevraagde (omgevings)vergunning/ontheffing of anderszins mogen worden uitgevoerd;

    2. die het normale onderhoud betreffen.

    4.7.3 Verlening

    De in 4.7.1 genoemde vergunning kan slechts worden verleend:

    1. indien de instandhouding van de (woon)boerderij geen bijdrage meer levert aan de cultuurhistorische waarde van de (woon)boerderij en de omgeving; en/of

    2. indien de (woon)boerderij niet meer beschikt over de eigenschappen die de (woon)boerderij de cultuurhistorische waarden heeft verschaft.

    4.7.4 Advies deskundige

    Alvorens een besluit te nemen omtrent het verlenen van de in 4.7.1 genoemde vergunning wint het bevoegd gezag advies in bij de Boerderijen Stichting en de monumentencommissie omtrent de vraag of door het verlenen van de vergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de cultuurhistorische waarden van de (woon)boerderij en de omgeving.

  • Artikel 5 Groen - landschappelijke inpassing

    5.1 Bestemmingsomschrijving

    5.1.1 Algemeen

    De voor Groen - Landschappelijke inpassing aangewezen gronden zijn bestemd voor:

    1. het aanbrengen en instandhouden van gebiedseigen (erf)beplanting ter landschappelijke inpassing van gebouwen en verhardingen, een en ander overeenkomstig het erfbeplantingsplan zoals opgenomen in Bijlage 1 Landschappelijk inpassingsplan;

    2. water en waterhuishoudkundige doeleinden;

    een en ander met bijbehorende voorzieningen zoals doorgangen.

    5.2 Bouwregels

    5.2.1 Algemeen

    Gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, zijn uitsluitend toegestaan in de vorm van erfafscheiding.

    5.2.2 Bouwregels erfafscheidingen

    Voor erfafscheidingen gelden de volgende bepalingen:

    1. de erfafscheiding mag uitsluitend in de vorm van een open constructie worden opgericht; 2. de bouwhoogte van erfafscheidingen mag niet meer bedragen dan 1 m.

    5.3 Specifieke gebruiksregels

    5.3.1 Strijdig gebruik

    In aanvulling op het bepaalde van artikel 7.10 Wro wordt onder gebruik strijdig met de bestemming in ieder geval begrepen gebruik van gronden en opstallen:

    1. voor het opslaan, storten of bergen van materialen, producten en mest, behoudens voor zoverzulks noodzakelijk is voor het op de bestemming gerichte gebruik van de grond;

    2. het aanbrengen van verhardingen, anders dan bedoeld in 5.4.4.

    5.4 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

    5.4.1 Vergunningplicht

    Het is verboden op de in dit artikel bedoelde gronden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden de in het schema onder 5.4.4 opgenomen vergunningplichtige werken en werkzaamheden uit te (doen) voeren.

    5.4.2 Uitzonderingen vergunningplicht

  • Het onder 5.4.1 vervatte verbod geldt niet voor werken en werkzaamheden:

    1. waarvoor ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan omgevingsvergunning is verleend;

    2. welke ten tijde van het van kracht worden van het bestemmingsplan legaal in uitvoering waren;

    3. welke betreffen het normale onderhoud en/of landschapsbeheer.

    5.4.3 Toetsing aan aanwezige waarden

    De in 5.4.1 bedoelde vergunning wordt slechts verleend indien na een belangenafweging blijkt dat er geen onevenredige aantasting plaatsvindt van de aanwezige waarden als opgenomen in 5.1. Ten behoeve van de belangenafweging zijn in het schema onder 5.4.4 de toetsingscriteria weergegeven.

    5.4.4 Schema omgevingsvergunningen voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

    Omgevingsvergunningplichtige werken/werkzaamheden

    Criteria voor verlening van de omgevingsvergunning

    het aanleggen van wegen en het aanbrengen van overige verhardingen als doorgang

    de wegen en overige verhardingen moeten noodzakelijk zijn voor het (agrarisch) gebruik, behorende bij de naastgelegen bestemming; de wegen en overige verhardingen betekenen geen aantasting van de aanwezige landschappelijke inpassing, danwel er wordt anderszins voorzien in een zorgvuldige landschappelijke inpassing;

    het verwijderen van houtopstanden ten behoeve van een doorgang

    het verwijderen moet noodzakelijk zijn voor het (agrarisch) gebruik, behorende bij de naastgelegen bestemming; het verwijderen betekent geen aantasting van de aanwezige landschappelijke inpassing, danwel er wordt anderszins voorzien in een zorgvuldige landschappelijke inpassing;

    Artikel 6 Waarde - Archeologie 3

    6.1 Bestemmingsomschrijving

    De voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud en bescherming van waardevolle verwachte archeologische informatie in de bodem.

    6.2 Bouwregels

    Binnen de voor 'Waarde - Archeologie 3' aangewezen gronden zijn uitsluitend toegestaan gebouwenen bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming, alsmede ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemmingen, mits:

    1. het bouwplan betrekking heeft op vervanging van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte niet wordt uitgebreid en niet dieper dan de bestaande fundering wordt gebouwd;

  • 2. gebouwen maximaal 2,5 m uit de plaats van de bestaande fundering worden opgericht; 3. de bodemverstoring als gevolg van het bouwen niet dieper is dan 30 cm onder het bestaande

    maaiveld én de omvang van de bodemingreep niet groter is dan 250 m².

    6.3 Nadere eisen

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde , de inrichting en het gebruik van gronden, indienuit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn.

    De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden.

    6.4 Afwijken van de bouwregels

    6.4.1 Afwijking

    Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van het bepaalde in 6.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en), indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond, dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad. Teneinde dit te bereiken kunnen aan een omgevingsvergunning in ieder geval de volgende voorschriften worden verbonden:

    1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor (ondanks de uitvoering van een bouw- of aanlegplan) monumenten in de bodem worden behouden zoals alternatieven voor heiwerk, het al of niet bouwen van kelders, het aanbrengen van een beschermende bodemlaag of andere voorzieningen die op dit doel zijn gericht;

    2. de verplichting tot het doen van opgravingen, of; 3. de verplichting de activiteit die tot een bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een

    deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan bij die voorschriften te bepalen kwalificaties.

    6.4.2 Verplichting rapportage of beleidsadvieskaart

    De omgevingsvergunning als bedoeld in 6.4.1 wordt niet verleend dan nadat de aanvrager een rapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld of getoetst wordt aan een daartoe opgestelde archeologische beleidsadvieskaart.

    6.4.3 Advies archeologisch deskundige

    Alvorens het bevoegd gezag beslist over een omgevingsvergunning als bedoeld 6.4.1 winnen zij schriftelijk advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.

    6.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

  • 6.5.1 Vergunningplicht

    Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren:

    1. het ophogen van de bodem met meer dan 2 m; 2. grondwerkzaamheden, waartoe worden gerekend woelen, mengen, diepploegen, egaliseren

    en ontginnen van gronden, alsmede het graven of vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren en het aanleggen van drainage;

    3. bodem verlagen of afgraven (ook ten behoeve van het verwijderen van bestaande funderingen) van gronden waarvoor geen ontgrondingenvergunning is vereist;

    4. het verlagen van het waterpeil; 5. het tot stand brengen en/of in exploitatie brengen van boor- en pompputten; 6. het uitvoeren van heiwerken en/of indrijven van scherpe voorwerpen in de bodem; 7. het aanleggen of rooien van bos of boomgaard waarbij stobben worden verwijderd; 8. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen, voet-, ruiter- of rijwielpaden, banen of

    parkeergelegenheden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen; 9. het aanleggen van ondergrondse transport-, energie-, of telecommunicatieleidingen en

    daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.

    6.5.2 Uitzonderingen vergunningplicht

    Het onder 6.5.1 vervatte verbod geldt niet:

    1. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft tot een diepte van 30 cm onder het bestaande maaiveld én over een maximale oppervlakte van 250 m2;

    2. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft binnen een afstand van maximaal 2,5 m uit de plaats van de bestaande fundering van een bestaand bouwwerk;

    3. indien de werken en/of werkzaamheden het gewone onderhoud betreffen, met inbegrip van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van bestaande bestratingen en beplantingen binnen bestaande tracés van kabels en leidingen;

    4. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning in dit kader is verleend;

    5. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft die direct samenhangen met een verleende omgevingsvergunning op grond van het bepaalde in 6.4.1.

    6.5.3 Verlening

    Een omgevingsvergunning als bedoeld in 6.5.1 mag alleen worden verleend indien door de uitvoering de aanwezige archeologische waarden niet onevenredig (kunnen) worden aangetast. Teneinde dit te bereiken kunnen aan een omgevingsvergunning in ieder geval de volgende voorschriften worden verbonden:

    1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor (ondanks de uitvoering van een bouw- of aanlegplan) monumenten in de bodem worden behouden zoals alternatieven voor heiwerk, het al of niet bouwen van kelders, het aanbrengen van een beschermende bodemlaag of andere voorzieningen die op dit doel zijn gericht;

    2. de verplichting tot het doen van opgravingen, of; 3. de verplichting de activiteit die tot een bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een

    deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan een door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties.

    6.5.4 Advies deskundige

    Alvorens een besluit te nemen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning wint het bevoegd gezag advies in van een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de

  • archeologische waarden, en welke voorwaarden dienen te worden gesteld.

    6.6 Wijzigingsbevoegdheid

    6.6.1 Vervallen

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen teneinde de dubbelbestemming Artikel 6 Waarde - Archeologie 3 geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van aanvullend en/of definitief archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.

    Artikel 7 Waarde - Archeologie 4.2

    7.1 Bestemmingsomschrijving

    De voor Waarde - Archeologie 4.2 aangewezen gronden zijn, behalve voor de andere daar voorkomende bestemming(en), mede bestemd voor behoud en bescherming van waardevolle verwachte archeologische informatie in de bodem.

    7.2 Bouwregels

    Binnen de voor Waarde - Archeologie 4.2 aangewezen gronden zijn uitsluitend toegestaan gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde, die ten dienste staan van deze bestemming, alsmede ten behoeve van de andere daar voorkomende bestemmingen, mits:

    1. het bouwplan betrekking heeft op vervanging van bestaande bouwwerken, waarbij de oppervlakte niet wordt uitgebreid en niet dieper dan de bestaande fundering wordt gebouwd;

    2. gebouwen maximaal 2,5 m uit de plaats van de bestaande fundering worden opgericht; 3. de bodemverstoring als gevolg van het bouwen niet dieper is dan 50 cm onder het bestaande

    maaiveld én de omvang van de bodemingreep niet groter is dan 500 m².

    7.3 Nadere eisen

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd nadere eisen te stellen ten aanzien van de situering van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde , de inrichting en het gebruik van gronden, indienuit onderzoek is gebleken dat ter plaatse behoudens- en beschermenswaardige archeologische monumenten of resten aanwezig zijn.

    De nadere eisen zijn erop gericht dat de archeologische waarden zoveel mogelijk in de grond (in situ) worden behouden.

    7.4 Afwijken van de bouwregels

    7.4.1 Afwijking

    Het bevoegd gezag kan door middel van het verlenen van een omgevingsvergunning afwijken van

  • het bepaalde in 7.2 teneinde het oprichten van gebouwen en bouwwerken, geen gebouwen zijnde ten behoeve van de op deze gronden liggende andere bestemming(en), indien op basis van archeologisch onderzoek is aangetoond, dat de archeologische waarden door de bouwactiviteiten niet onevenredig worden of kunnen worden geschaad. Teneinde dit te bereiken kunnen aan een omgevingsvergunning in ieder geval de volgende voorschriften worden verbonden:

    1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor (ondanks de uitvoering van een bouw- of aanlegplan) monumenten in de bodem worden behouden zoals alternatieven voor heiwerk, het al of niet bouwen van kelders, het aanbrengen van een beschermende bodemlaag of andere voorzieningen die op dit doel zijn gericht;

    2. de verplichting tot het doen van opgravingen, of; 3. de verplichting de activiteit die tot een bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een

    deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan bij die voorschriften te bepalen kwalificaties.

    7.4.2 Verplichting rapportage of beleidsadvieskaart

    De omgevingsvergunning als bedoeld in 7.4.1 wordt niet verleend dan nadat de aanvrager een rapport heeft overgelegd waarin de archeologische waarde van het terrein dat blijkens de aanvraag zal worden verstoord, naar het oordeel van het bevoegd gezag in voldoende mate is vastgesteld of getoetst wordt aan een daartoe opgestelde archeologische beleidsadvieskaart.

    7.4.3 Advies archeologisch deskundige

    Alvorens het bevoegd gezag beslist over een omgevingsvergunning als bedoeld 7.4.1 winnen zij schriftelijk advies in bij een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van een omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en of en zo ja welke voorwaarden dienen te worden gesteld.

    7.5 Omgevingsvergunning voor het uitvoeren van een werk, geen bouwwerk zijnde, of van werkzaamheden

    7.5.1 Vergunningplicht

    Het is verboden zonder of in afwijking van een omgevingsvergunning van het bevoegd gezag de volgende andere werken of werkzaamheden uit te voeren:

    1. het ophogen van de bodem met meer dan 2 m; 2. grondwerkzaamheden, waartoe worden gerekend woelen, mengen, diepploegen, egaliseren

    en ontginnen van gronden, alsmede het graven of vergraven, verruimen of dempen van sloten, vijvers en andere wateren en het aanleggen van drainage;

    3. bodem verlagen of afgraven (ook ten behoeve van het verwijderen van bestaande funderingen) van gronden waarvoor geen ontgrondingenvergunning is vereist;

    4. het verlagen van het waterpeil; 5. het tot stand brengen en/of in exploitatie brengen van boor- en pompputten; 6. het uitvoeren van heiwerken en/of indrijven van scherpe voorwerpen in de bodem; 7. het aanleggen of rooien van bos of boomgaard waarbij stobben worden verwijderd; 8. het aanleggen, verbreden of verharden van wegen, voet-, ruiter- of rijwielpaden, banen of

    parkeergelegenheden en het aanleggen van andere oppervlakteverhardingen; 9. het aanleggen van ondergrondse transport-, energie-, of telecommunicatieleidingen en

    daarmee verband houdende constructies, installaties of apparatuur.

    7.5.2 Uitzonderingen vergunningplicht

    Het onder 7.5.1 vervatte verbod geldt niet:

  • 1. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft tot een diepte van 50 cm onder het bestaande maaiveld én over een maximale oppervlakte van 500 m2;

    2. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft binnen een afstand van maximaal 2,5 m uit de plaats van de bestaande fundering van een bestaand bouwwerk;

    3. indien de werken en/of werkzaamheden het gewone onderhoud betreffen, met inbegrip van onderhouds- en vervangingswerkzaamheden van bestaande bestratingen en beplantingen binnen bestaande tracés van kabels en leidingen;

    4. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft waarvoor op het tijdstip van inwerkingtreding van het bestemmingsplan een omgevingsvergunning in dit kader is verleend;

    5. voor zover het werkzaamheden in de bodem betreft die direct samenhangen met een verleende omgevingsvergunning op grond van het bepaalde in 7.4.1.

    7.5.3 Verlening

    Een omgevingsvergunning als bedoeld in 7.5.1 mag alleen worden verleend indien door de uitvoering de aanwezige archeologische waarden niet onevenredig (kunnen) worden aangetast. Teneinde dit te bereiken kunnen aan een omgevingsvergunning in ieder geval de volgende voorschriften worden verbonden:

    1. de verplichting tot het treffen van technische maatregelen waardoor (ondanks de uitvoering van een bouw- of aanlegplan) monumenten in de bodem worden behouden zoals alternatieven voor heiwerk, het al of niet bouwen van kelders, het aanbrengen van een beschermende bodemlaag of andere voorzieningen die op dit doel zijn gericht;

    2. de verplichting tot het doen van opgravingen, of; 3. de verplichting de activiteit die tot een bodemverstoring leidt, te laten begeleiden door een

    deskundige op het terrein van de archeologische monumentenzorg die voldoet aan een door burgemeester en wethouders bij de vergunning te stellen kwalificaties.

    7.5.4 Advies deskundige

    Alvorens een besluit te nemen omtrent het verlenen van een omgevingsvergunning wint het bevoegd gezag advies in van een archeologisch deskundige omtrent de vraag of door het verlenen van de omgevingsvergunning geen onevenredige afbreuk wordt of kan worden gedaan aan de archeologische waarden, en welke voorwaarden dienen te worden gesteld.

    7.6 Wijzigingsbevoegdheid

    7.6.1 Vervallen

    Burgemeester en wethouders zijn bevoegd het bestemmingsplan te wijzigen teneinde de dubbelbestemming Artikel 7 Waarde - Archeologie 4.2 geheel of gedeeltelijk te doen vervallen, indien op basis van aanvullend en/of definitief archeologisch onderzoek is aangetoond dat op de betrokken locatie geen archeologische waarden (meer) aanwezig zijn.

    complete bijlagen.pdfregels 1.pdfArtikel 4 WonenArtikel 5 Groen - landschappelijke inpassingArtikel 6 Waarde - Archeologie 3Artikel 7 Waarde - Archeologie 4.2