Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het...

32
Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland

Transcript of Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het...

Page 1: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

Plan van aanpak “Terrorisme”Regiopolitie Amsterdam-Amstelland

Page 2: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.
Page 3: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

3

Plan van aanpak “Terrorisme”Regiopolitie Amsterdam-Amstelland

1 INLEIDING 52 PROBLEEMVELD TERRORISME 93 ONTWIKKELINGEN VAN BELEID EN SAMENWERKING 13

3.1 INTERNATIONAAL 133.2 NATIONAAL 133.3 REGIONAAL 14

4 DOEL VAN DE AANPAK 175 STRATEGIE 196 OVERZICHT VAN DE TE NEMEN MAATREGELEN 21

6.1 INFORMATIEPOSITIE VERBETEREN 216.2 INTENSIVEREN AANPAK AAN TERREUR GELINKTE CRIMINALITEIT 226.3 INTENSIVEREN AANPAK DOELGROEP AAN TERREUR GELINKTE SUBJECTEN:

OPSPOREN, UITZETTEN EN VERSTOREN 226.4 SPECIFIEKE WETGEVING HANTEREN 23

6.4.1 aanwijzing legitimatieplicht bij 6 V's 236.4.2 preventief fouilleren op domein rail (trein en metro) 23

6.5 WAAKZAAMHEID VERGROTEN (MOBILISEREN VAN OGEN EN OREN) 236.6 DREMPELS VERHOGEN 24

6.6.1 preventiepakket samenstellen 246.6.2 port security 246.6.3 controlefunctie 256.6.4 aanpak "verdachte" woningen en bedrijfspanden 25

6.7 BEWAKEN EN BEVEILIGEN VERSTERKEN 256.8 SAMENWERKING VERGROTEN 256.8.1 regionaal, nationaal en internationaal niveau 256.9 ORGANISATIE PROFESSIONALISEREN 26

6.9.1 organisatievorm 266.9.2 coördinatie binnen organisatie 266.9.3 professionaliteit (mensen, middelen, kennis) 26

6.10 VREDE TUSSEN GROEPERINGEN BEVORDEREN 266.10.1 aanpak discriminatie 26

7 AANDACHTSPUNTEN/RISICO'S 297.1 KRITISCHE SUCCESFACTOREN 29

8 LITERATUUR 30

Mei 2005

Page 4: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

4

"Een schijnbaar onbegrensde daad van een groepje samenzweerders vindt altijd zijn grenzenin de coherentie van de samenleving. Het is aan die samenleving om terroristen niet hun zinte geven. En daarom moeten overheden en burgers er alles aan doen om te voorkomen dat terroristen erin slagen een wig te drijven tussen moslim en andere Europese burgers. De noodzakelijke coherentie bestaat niet alleen uit de onderlinge banden tussen burgers,maar zeker ook in goed politiewerk(kennen en gekend worden èn eerste klas samenwerkend-recherchewerk) met het besef dat opvallende, gespierde activiteiten bijdragen aan het succesvan terreur. De kwaliteit van onze terreur-aanpak kenmerkt zich door er in alle opzichten tezijn zonder dat we dat altijd zien".

Bernard Welten, Hoofdcommissaris

Page 5: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

5

1 InleidingDit plan van aanpak is geschreven vanuit de gedachte dat succesvolle terreurbestrijding haarbasis vindt op lokaal niveau. De Driehoek Amsterdam-Amstelland deelt dit besef en realiseertzich dat de initiatieven die op landelijk niveau worden ontplooid, vooral ook uitvoering op lande-lijk niveau impliceren. Daarmee is echter niet gezegd dat terrorismebestrijding afdoende wordtaangepakt. Immers,

“Er bestaat geen enige juiste oplossing voor terrorisme. (..) Wat is nuttig en noodzakelijk om eenverantwoorde combinatie van verschillende maatregelen tegen terrorisme te maken? (…) Sommigemaatregelen werken goed in een bepaalde context, andere juist niet. Het is zaak om per land ofsoms zelfs per regio specifiek maatwerk te realiseren ten aanzien van de terrorismebestrijding.” 1

Rijk en regio hebben een gedeeld belang. Tegelijkertiid kent de regio zijn eigen specifiele kenmer-ken en omstandigheden. Daarom is het nodig dat een lokale vertaalslag wordt gemaakt van lan-delijke initiatieven en activiteiten, maar ook omgekeerd. De onderlinge samenwerking dient daar-bij optimaal te zijn.

De regio heeft sinds de aanslagen van 2001 diverse activiteiten ontplooid, passend bij de regio-nale situatie en dreigingsbeelden. Deze activiteiten worden voortgezet en waar nodig aangevuld.De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionaleniveau. Dit vindt zijn oorzaak in de lokale oriëntatie versus de landelijke oriëntatie, maar ookdoor een verschil tussen een aantal landelijke en regionale beleidsuitgangspunten. De terreur-aanpak is landelijk neergelegd bij de minister van Justitie. De aanpak van crises en rampenwordt gecoördineerd door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK).Regionaal is er minder sprake van een tweedeling. Daarbij handelen de hulpverleningsorganisa-ties met het bevoegd gezag in goede samenwerking en met behoud van ieders specifieke verant-woordelijkheden. In de (ambtelijke) Vijfhoek, die al enige jaren in de regio functioneert, wordteen multidisciplinaire aanpak ten behoeve van terrorismebestrijding ontwikkeld en afgestemd.Voor het regiokorps is de lokale verantwoordelijkheid van de burgemeester (t.a.v. openbare ordeen veiligheid en opperbevel bij rampenbestrijding) en regionale verantwoordelijkheid van het OM(t.a.v. opsporing en vervolging) leidend bij de ontwikkeling van dit plan van aanpak.

Een overzicht van het huidige landelijk beleid kan worden gevonden in de “terreurbrief” van deministers van BZK en Justitie, opgesteld door de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding(NCTb)2 . Tijdens de frequente ontmoetingen tussen vertegenwoordigers van Rijk en regio wordtover de inhoud van het landelijk beleid intensief gesproken. Eén van de punten die daarbij aande orde komt is dat naast nieuwe maatregelen, structuren en organisaties die worden opgezet, ernog veel winst is te behalen uit een verbetering van het bestaande.

In dit plan van aanpak komen dan ook beide aspecten aan de orde: bekeken wordt welkebestaande activiteiten en bevoegdheden lokaal kunnen worden ingezet voor terrorismebestrijding(eventueel met enige aanpassing) en daarnaast wordt verkend welke nieuwe onderdelen vanbeleid moeten worden ontwikkeld om tot een blijvend succesvolle aanpak in deze regio te komen.

1 Trends in terrorisme, p. 2172 TK 2004-2005, 29 754, nr. 5. Zie § 3.2 voor meer details.

Page 6: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

6

Het is nodig dat de politie hoge prioriteit geeft aan contra-terrorisme. De realiteit is namelijkdat er toch een aantal mensen in de stad bereid en in staat is hun radicale ideeën om te zetten in daadwerkelijke terreurdelicten. Op deze personen richten we ons enerzijds door eengoede informatiepositie, anderzijds door actie. Die actie betekent inlichtingenmatig volgen,soms opsporen, soms uitzetten en soms verstoren van hun voorbereidingen.

Bert Wijbenga, Hoofd Operationele Zaken en plv. Korpschef

Met dit plan van aanpak wordt duidelijk gemaakt dat op regionaal niveau alles wordt gedaan watredelijkerwijs mogelijk is met betrekking tot terrorismebestrijding, maar dat sommige dingen nueenmaal niet kunnen worden voorzien en dus niet kunnen worden voorkomen. Op het moment dater toch sprake is van terroristische activiteiten, moet de respons zo professioneel mogelijk zijn. De noodzaak van het voortzetten en versterken van de ingezette activiteiten blijkt onder meer uitdeze observatie van het Kabinet van begin 2005:

“De dreiging is onveranderd ernstig. Nederland is niet gevrijwaard gebleven voor aanslagen, zoals duidelijk werd met de aanslag op de heer Van Gogh. Die dreiging heeft verschillende aspecten. Er isde mogelijkheid van aanslagen op gebouwen of plaatsen waar mensenmassa's samenkomen. In verband daarmee is het afgelopen half jaar een aantal maal de bewaking van bepaalde objectenverscherpt. Met de aanslag op Van Gogh is daarnaast de aantasting van het open karakter van desamenleving en van een vrij publiek debat onderstreept. Tenslotte is er het reële gevaar van polarisatieen vijandigheid tussen bevolkingsgroepen langs etnische en levensbeschouwelijke scheidslijnen.”

De inhoud van dit plan van aanpak bouwt regionale beleidsinspanningen tot nu toe verder uit,zowel op bestuurlijk, als op justitieel en politieel gebied. Voor de inzet van de politie geeft het opspecifieke punten weer welke keuzes worden gemaakt en welke inspanningen worden verwachtom regionale terrorismebestrijding succesvol te laten zijn. Met dit plan van aanpak wordt dus dekoers uitgezet voor de aanpak van het regiokorps bij de bestrijding van terrorisme. Na vaststellingvan dit plan van aanpak in de Driehoek danwel Vijfhoek zal nadere invulling worden gegeven aande verschillende onderdelen van de nota en zullen de details verder worden uitgewerkt.

Page 7: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

7

De verwachting is dat deze uitwerking in 2006 is voltooid en dat de laatste onderdelen dan kunnen worden geïmplementeerd. Een aantal activiteiten wordt inmiddels al uitgevoerd. Dit planvan aanpak vormt de inzet van de politie voor een integraal plan van aanpak van de Vijfhoek.

In dit plan van aanpak worden de volgende punten aan de orde gesteld:- eerst wordt een korte beschrijving gegeven van het oogmerk van dit document: wat wordt

beschouwd als terrorisme en welke relevante ontwikkelingen hebben zich op dit gebied voor-gedaan?

- vervolgens wordt een beperkt overzicht gegeven van de beleidsontwikkelingen die zich hebbenvoorgedaan, zowel internationaal als nationaal en regionaal.

Hoewel deze punten in grote lijnen bekend mogen worden verondersteld, is het toch belangrijkdeze in kort bestek weer te geven, zodat duidelijk is wat het vertrekpunt van dit plan van aanpakvoor het regiokorps is.

Na deze positionering worden achtereenvolgens behandeld:- het doel van de aanpak van de regiopolitie Amsterdam-Amstelland- de gekozen strategie om dit doel te bereiken- de inhoud van de aanpak- een overzicht van de aandachtspunten en risico's bij de gekozen aanpak.

Page 8: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

8

Page 9: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

9

2 Probleemveld terrorismeHet is van belang vooraf te definiëren wat in deze notitie onder terrorisme wordt verstaan. Dat isgeen overbodige luxe, want alleen al in 1988 werden in de internationale literatuur 109 verschil-lende definities van terrorisme geteld3. In deze nota wordt aangesloten bij de veel gehanteerdedefinitie van het Amerikaanse ministerie van Defensie4, waarbij terrorisme wordt gedefinieerd als:

"the unlawful use of - or threatened use of - force or violence against individuals or property tocoerce or intimidate governments or societies, often to achieve political, religious or ideologicalobjectives"

Deze benadering beperkt zich niet alleen tot daden gericht op slachtoffers, maar ook op objectensec en maakt een minder strak onderscheid tussen terrorisme en politiek gewelddadig activisme.Van belang is op te merken dat deze definitie vooral behulpzaam is bij het bepalen van de teontwikkelen activiteiten, maar niet rigide zal worden gehanteerd.

Waar en wanneer terroristische activiteiten worden ondernomen is meer en meer onvoorspelbaargeworden. Immers, de achterliggende doelen in het moderne terrorisme zijn diffuus en er wordendoor terroristen nauwelijks specifieke eisen geformuleerd maar vooral algemene eisen5.

De potentiële activiteiten van terroristen richten zich derhalve niet alleen op het lokale domein,maar hebben een internationale dimensie gekregen (de aanslagen in Madrid waren niet alleengericht op Madrid). Doelwitten worden met regelmaat gekozen vanwege het aantal potentiëleslachtoffers. Verder zijn de activiteiten meer en meer gericht op veel impact: met behulp van vergaande acties (veel slachtoffers, grote economische schade) wordt geprobeerd angst te zaaienonder de bevolking, zo mogelijk wereldwijd en bij uitstek door middel van herhaling (opdat debevolking gelooft dat de staat hun veiligheid niet meer kan garanderen).

Voor dit plan van aanpak is relevant dat in de eerste plaats het gebruik van conventionelewapens en methoden onderdeel is van modern terrorisme. Dat wil zeggen het plegen van een(omvangrijke) aanslag met bijvoorbeeld vuurwapens of explosieven en/of gebruikmaking van gij-zelingen en ontvoeringen. Daarop wordt dan ook in de eerste plaats de aandacht gericht. In detweede plaats gaat de aandacht uit naar gebruikmaking van NBC-wapens en verstoring van ICTdie veel minder vaak voorkomen in relatie tot modern terrorisme.

Belangrijk is te realiseren dat tijd een kenmerkend element is van modern terrorisme. Waar terreurbestrijders constant tijdsdruk ervaren, hebben de moderne terroristen de tijd aan zich omjarenlang een terroristische aanslag voor te bereiden, bijvoorbeeld door onopvallende infiltratie.Dit stelt hoge eisen aan de informatieverzameling door de overheid. Complicerende factor hierbijis dat er binnen modern terrorisme geen sprake is van een strakke organisatie.

3 Zie Muller, E.R., Spaaij, R.F.J. en Ruitenberg, A.G.W. (2003), Trends in terrorisme.

Alphen a/d Rijn: Kluwer., p. 24 Amerikaans Ministerie van Justitie, 1990, in: Hoffman, B. (1999), Inside terrorism. London: Indigo, p. 385 Muller, E.R. (2003), “Modern terrorisme”. In: Algemeen Politieblad 65 (6), juni 2003, p. 12-17

Page 10: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

10

Naast een dreiging van internationaal terrorisme uit de meer traditionele hoek is er in het bijzon-der sprake van een dreiging van islamistisch terrorisme. Uitvloeisel van het bovenstaande is verder dat gevaren als maatschappelijke polarisatie en mondiale radicalisering manifest zijngeworden. De AIVD formuleert het gevaar van islamistisch6 terrorisme als volgt7:

De dreiging die ook voor Nederland nog altijd aanzienlijk is, heeft verschillende oorzaken. In deeerste plaats is er een 'morele' dimensie. Islamistische terroristen zien zichzelf als overwinnaar wan-neer een enkele aanslag of actie slaagt, ook als de terroristen daarna worden vervolgd en de orga-nisatie zware slagen wordt toegebracht. In de tweede plaats kan voor het uitvoeren van een aan-slag vaak met beperkte middelen en een geringe voorbereiding worden volstaan. Ten derde lukthet islamistisch-terroristische netwerken toe te blijven slaan door in toenemende mate hun aan-dacht te verschuiven naar zogenaamde 'soft targets'. Dit zijn personen en objecten die door hunbenaderbaarheid of toegankelijkheid een makkelijk doelwit vormen. Ten vierde hebben de net-werken hun zwaartepunt organisatorisch verlegd naar semi-autonome lokale cellen, die in belang-rijke mate zelfvoorzienend zijn en daarmee passen in het hierboven beschreven profiel. Hierdoorzijn de islamistische netwerken nog lastiger dan in het verleden bloot te leggen en onschadelijk temaken zoals onlangs in Madrid pijnlijk aan het licht kwam.

Samenvattend levert dit de volgende uitgangspunten op die ten aanzien van terrorisme en terrorismebestrijding in Nederland kunnen worden gehanteerd:1. Er is een kans op dreiging van meer aanslagen in Nederland.

Doordat Nederland een open samenleving is en deel uitmaakt van de internationale gemeen-schap die - met name door moslimfundamentalisten - als vijand wordt gezien (bijvoorbeelddoordat Nederlandse strijdkrachten enige tijd aanwezig zijn geweest in Irak), is Nederlandeen potentieel doelwit voor aanslagen.

2. Hedendaags terrorisme is een groot risico voor Westerse landen.Vooral extremistische moslimorganisaties bepalen het hedendaags terrorisme. Door angst tezaaien, doelwitten met veel slachtoffers te zoeken, bereid tot sterven te zijn en een internatio-nale netwerkorganisatie te hanteren ontstaat een nieuwe bundeling van elementen in éénterroristische stroming.

3. Een goede verantwoordelijkheidsverdeling en onderlinge afstemming is essentieel bijterrorismebestrijding. De verhoudingen tussen de vele overlegorganen op nationaal niveau(en op regionaal niveau) zijn nog niet helder en nauwelijks op de proef gesteld (Onlangsvond de oefening Bonfire plaats waarbij de besluitvormingsstructuren getest zijn).

4. Creativiteit is vereist.Terrorismebestrijders moeten niet alleen rekening houden met nieuwe vormen van terrorisme,maar ook met de restanten van het oude terrorisme: differentiatie in de terrorismebestrij-dingstrategie is noodzakelijk.

6 De AIVD onderscheidt islamistisch - met een extra “s” - van islamitisch. Het verschil is: een islamitische terrorist of een islamiti-

sche strijder zou ook iemand kunnen zijn die streeft naar de onafhankelijkheid van zijn eigen etnische groep, en 'toevallig' het

islamitische geloof aanhangt. Een islamistisch terrorist of een islamistische strijder ontplooit daarentegen politiek gerichte,

gewelddadige activiteiten die er specifiek op gericht zijn om te bewerkstelligen dat de maatschappij overeenstemt met zijn religi-

euze (i.c. islamitische) overtuigingen. Een islamistische terrorist is niet toevallig moslim, zijn islamitisch geloof en zijn streven om

de samenleving een juiste weerspiegeling te laten zijn van wat volgens hem in de oorspronkelijke bronnen van de islam staat

vermeld, worden de centrale beweegredenen om terroristische activiteiten te ontplooien (Zie Rekrutering in Nederland voor de

jihad, p. 7).7 Zie AIVD-Jaarverslag 2003, p. 21-22

Page 11: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

11

Dat onvoorspelbaarheid kenmerkend is voor modern terrorisme werd najaar 2004 op tragischewijze benadrukt. In september 2004 concludeerde het kabinet nog dat “het meest concrete ver-schijnsel waarmee Nederland recent geconfronteerd is als uitvloeisel van de dreigende internatio-nale situatie op het gebied van islamitisch terrorisme, verkenningen betreft8”, maar in november2004 werd Amsterdam geconfronteerd met een terroristische aanslag op Theo van Gogh en werdeen aantal verdachten na langdurige belegering aangehouden in een woning in het HaagseLaakkwartier.

Het kabinet formuleert het inmiddels zo9: “Niet alleen de aard van de dreiging is verschillend, maar ook de herkomst. Het kan gaan om personen, netwerken of groepen die aanslagen voorbereiden. Het kan gaan om personen die eengewelddadig radicalisme prediken, waardoor anderen tot misdrijven worden aangezet. De ideeënen invloed kunnen van buiten Nederland komen, maar evenzo is er sprake van radicalisering vaneigen bodem, vaak met behulp van internet. Het gaat niet alleen om individuen of kleine groepenpersonen die zich tot een radicale islam bekeren, maar evenzeer om personen of groepen vanandere radicale signatuur (rechts-radicaal, racistisch, antisemitisch of anti-islamitisch). Het voor-komen van terrorisme en bestrijden van gewelddadig radicalisme vergt daarom niet alleen hetobserveren, opsporen en oppakken van wie terroristische aanslagen voorbereidt en het bewakenvan personen, gebouwen en knooppunten, maar evenzeer dat radicalisering en de groei van radi-cale groepen wordt tegengegaan, door de rekrutering te stoppen, de voedingsbodem te beperkenen de weerbaarheid van bevolkingsgroepen daartegen te verhogen.”

Uitgaande van dit beeld wordt bij de regionale aanpak een onderscheid gemaakt in prioriteitmet betrekking tot elementen van terroristische dreiging. Dit onderscheid wordt zowel gemaaktten aanzien van organisatie als ten aanzien van de gebruikte methode.

Met betrekking tot organisatie wordt in de eerste plaats gefocust op dreiging met een van de volgende kenmerken:• Islamitisch fundamentalisme zoals Al Qaida (objecten / subjecten / evenementen gerela-

teerd aan "westerse symbolen" en aan de mogelijkheid van veel slachtoffers, angst, economi-sche schade);

• traditionele organisaties zoals ETA, IRA, KADEK, PLO (objecten / subjecten gerelateerd aanSpanje, Engeland, Turkije en Israël. Bijvoorbeeld ambassades, consulaten, reisbureaus etc).

en in de tweede plaats op dreiging met de volgende kenmerken:• politiek activisme (dieren/milieu, rechts/links radicalisme).

Met betrekking tot methode wordt in de eerste plaats gefocust op dreiging met de volgende ken-merken:• conventionele wapens (variatie in methodes).en in de tweede plaats op dreiging met betrekking tot • NBC wapens;• ICT;• onvoorstelbare methoden.

8 TK 2004-2005, 29 754, nr. 1 (Brief van 10 september 2004)9 TK 2004-2005, 29 754, nr. 5 (Brief van 24 januari 2005)

Page 12: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

12

Bij terrorismebestrijding is het belangrijk te realiseren dat de responsfase begint op het momentdat een dreiging serieus wordt genomen. De nadruk ligt dan op het voorkomen van een aanslag.Dat punt ligt eerder in de tijd dan bij de meer traditionele rampenbestrijding, waar de respons-fase ná de gebeurtenis begint. Bij terrorismebestrijding spelen maatregelen als bewaking, beveili-ging, specifieke informatie-inwinning en analyse in de eerste fase een rol. In de fase na een aan-slag kan de gevraagde inzet die bij rampbestrijding overstijgen; catastrofale aanslagen metconventionele wapens of aanslagen met NBC-wapens eisen meer van de crisisbeheersingsorgani-satie dan traditioneel in het rampenplan was opgenomen.

Page 13: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

13

3 Ontwikkelingen van beleid en samenwerking

3.1 InternationaalEen beschrijving van de wereldwijde bestrijding van terrorisme kan in dit plan van aanpak nietworden gegeven. De beperkte ruimte laat dit niet toe. Wel zal een korte schets worden gegevenvan Europese inspanningen, zoals ook opgenomen in de brief van de Ministers van BZK enJustitie aan de Tweede Kamer van januari 200510.Tijdens het Nederlands voorzitterschap zijn de lijnen voor samenwerking tussen justitie en politiein de landen van de Europese Unie in de komende jaren vastgesteld. De uitvoering van het EU-Actieplan voor de strijd tegen terrorisme van 18 juni 2004 vindt systematisch voortgang, evenalsde ontwikkeling van een Europees Visum Informatiesysteem, uitwisseling van informatie uit straf-registers, gemeenschappelijk buitengrensbeheer en bestrijding van financiering van terrorisme.Maar ook de praktische samenwerking is besproken en verder geïntensiveerd. Voorts heeftNederland de samenwerking met de VS in die periode verder uitgebouwd en vastgelegd in diverse afspraken. Ook hier onttrekken de concrete resultaten zich evenwel veelal aan directewaarneming, anders dan door het uitblijven van nieuwe gewelddadige aanslagen.De internationale samenwerking en onderlinge afstemming tussen de diensten van verschillendelanden wordt steeds verder ontwikkeld en geïntensiveerd.

3.2 NationaalDe basis voor de nationale aanpak van terreurbestrijding ligt in het ActieplanTerrorismebestrijding en Veiligheid van het kabinet uit 200111. Sindsdien is een grote hoeveelheidnota's, brieven en wetsvoorstellen door het kabinet, de afzonderlijke ministeries of de daaraanverbonden organen opgesteld en uitgevoerd. Geconstateerd kan worden dat de terrorismebestrij-ding in hoog tempo wordt geprofessionaliseerd. Eén van de kenmerken van dit beleid is dat metname wordt ingegaan op wat op nationaal niveau moet gebeuren; het gaat om doorzettings-macht op centraal niveau en investeringen in (capaciteit van) landelijke organisaties als de NCTb,de AIVD en het KLPD. In haar recente brief12 geeft de regering de volgende samenvatting van het landelijk beleid tot nutoe: - Na de aanslagen in september 2001 werd landelijk een groot aantal uiteenlopende maat-

regelen getroffen gericht op bescherming en bewaking. - In juni 2003 werd aanvullend een aantal wetswijzigingen en beleidsmaatregelen aange-

kondigd, gericht op het observeren en tijdig aanpakken van personen en organisaties diemogelijk betrokken zijn bij de voorbereiding van terroristische daden.

- In maart 2004 werden, mede in het licht van de aanslagen in Madrid, een heroriëntatie enintensivering van het beleid van politie en AIVD ingezet met betrekking tot de observatie vanpotentiële betrokkenen en het alerteringssysteem.

- In september 2004 werd begonnen met de inrichting van de Staf van de NCTb. Sinds 1 januari 2005 is de Staf van de (NCTb) met een kernbezetting operationeel geworden. De Staf is verantwoordelijk voor de voorbereiding van het beleid en de analyse op het gebiedvan terrorismebestrijding onder verantwoordelijkheid van de coördinerend minister voorterrorismebestrijding - de minister van Justitie - en de minister van Binnenlandse Zaken enKoninkrijksrelaties. Inmiddels maken het Bureau Beveiliging Burgerluchtvaart, de Inspectie

10 TK 2004-2005, 29 754, nr. 5 (Brief van 24 januari 2005)11 TK 2001-2002, 27 925, nr. 10 (Brief van 5 oktober 2001)12 TK 2004-2005, 29 754, nr. 5 (Brief van 24 januari 2005)

Page 14: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

14

Burgerluchtvaart en de Nationaal Coördinator Bewaking en Beveiliging (NCBB) en diens een-heid Bewaking en Beveiliging, deel uit van de Staf van de NCTb. Daarnaast worden de actiesen het optreden van een groeiend aantal personen, diensten, organisaties en instanties diedirect of indirect betrokken zijn bij de bestrijding van terrorisme, vanuit de regisserende rolvan de Staf van de NCTb onderling op elkaar afgestemd. Met verschillende bedrijfssectorenen bedrijven die vitale knooppunten in het maatschappelijk verkeer beheren wordt overleggevoerd over veiligheidsmaatregelen en bewaking.

- Tevens werd een fundamentele uitbreiding van de strafvorderlijke bevoegdheden bij debestrijding van terrorisme en een verdere uitbreiding van de capaciteit van de betrokken dien-sten in gang gezet.

- In november 2004 werd tenslotte, mede tegen de achtergrond van de moord op Theo vanGogh, besloten tot een verdere versterking van de capaciteit van de AIVD en uitbreiding vande capaciteit op het terrein van bewaking en beveiliging.

Deze versterking van het vermogen van de overheid om een antwoord te bieden op de dreigingvan deze tijd is gepaard gegaan met een stroom nieuwe wetsvoorstellen, regelgeving, voorzienin-gen en beleidsmaatregelen. Sinds de aanvaarding van de nieuwe terrorismewetgeving zijn verde-re wijzigingen van het Wetboek van Strafvordering en andere wetten die relevant zijn bij debestrijding van terrorisme ingediend of in voorbereiding. De Minister van Justitie, in zijn hoeda-nigheid van coördinerend minister van terrorismebestrijding, heeft in bedreigende situaties waaroverleg of overeenstemming gezien de urgentie niet meer tot de mogelijkheden behoort, de door-slaggevende bevoegdheid om de noodzakelijke maatregelen te treffen. Dat kan betekenen dat hijgebruik maakt van bevoegdheden die liggen op het terrein van andere ministers.

3.3 Regionaal13

In de bijna vier jaar die zijn verlopen sinds de aanslagen in New York, heeft zich ook op regio-naal niveau een grote ontwikkeling voorgedaan op het terrein van terrorismebestrijding. Voor alleparners van de Vijfhoek geldt dat zij zich - elk op hun eigen invalshoek, maar nadrukkelijk ookgezamenlijk - hebben ingespannen om tot effectief en samenhangend beleid te komen. Er is eenverbeterde samenwerking ontstaan met de organisaties op landelijke niveau, zoals de AIVD,NCTb en de Nationale Recherche. Direct na de aanslagen in New York resulteerde deze ontwikke-ling in het eerste draaiboek Vrede van de regiopolitie. Het tunnelincident benadrukte het belangvan een goede onderlinge samenwerking en informatiepositie.Tijdens de Irak-crisis in 2002-2003 is de (ambtelijke) Vijfhoek belast met de opdracht om de multidisciplinaire, regionale crisisbeheersing te verbeteren en te versterken (vergroten samenhangtussen de vele partners op dit terrein). Mede door de goede ervaringen in die periode, is daarnabesloten om het werken in Vijfhoeksverband op hoog ambtelijk (directie)niveau voort te zettenen te formaliseren, hetgeen bijdraagt aan een eenduidige en integrale advisering aan de groteVijfhoek over crisisbeheersing binnen de regio. Sinds de instelling van de ambtelijke Vijfhoek isterrorismebestrijding een van de belangrijkste aandachtsvelden. Eind 2003 heeft in regionaal verband een bestuurlijke oefening plaatsgevonden met als scenarioeen terroristische aanslag. In het kader van de Havenbeveiligingswet (Port Security) is een grootaantal nautische bedrijven in de regio getoetst en gecertificeerd op het gebied van veiligheid.Daarbij wordt ook vanuit het perspectief van terrorismebestrijding naar bedrijven gekeken (zieook § 6.6.2). Verder is naar aanleiding van Koninginnedag 2004 een aangescherpte multidisci-plinaire aanpak tot stand gekomen voor grote evenementen in Amsterdam. Kern van de aan-scherping is het verkorten van de responstijden, het rekening houden met de noodzaak grotegroepen mensen te moeten ontruimen/evacueren (en de voorbereiding daarvan) en de inzet vanmultidisciplinaire quick respons teams. De multidisciplinaire quick respons team zijn in staat bij

13 Deels ontleend aan Uitgangspunten bij de aanpak van terrorisme in Amsterdam d.d. oktober 2004

Page 15: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

15

een eventuele dreiging of calamiteit snel en gecoördineerd handelend op te treden vanuit allegeledingen van de hulpdiensten, bijvoorbeeld bij de ontruiming van een bepaalde locatie. Na de aanslagen in Madrid in het voorjaar van 2004 heeft de ambtelijke vijfhoek onderzocht inhoeverre Amsterdam voorbereid is op terrorisme en een strategie ontwikkeld waarmee het risicoop een aanslag wordt verkleind, en de gevolgen van een aanslag worden beperkt. De notitie“Uitgangspunten bij de aanpak van terrorisme in Amsterdam” is hiervan een gevolg en vormdetegelijkertijd de basis voor nieuwe actviteiten waaronder de onlangs door de gezamenlijke bestu-ren vastgestelde Visie op de Crisisbeheersing. Na de aanslagen in Madrid en de verhoogde terreurdreiging is binnen het korps een portefeuille-houder aangesteld die verantwoordelijk is voor de verdere ontwikkeling van terrorismebestrijding.Dit plan van aanpak is onderdeel van die ontwikkeling.

Page 16: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

16

Page 17: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

17

4 Doel van de aanpak14

Het doel van deze aanpak is op regionaal niveau te komen tot een adequate bestrijding van terrorisme, mede door optimale samenwerking met het bovenregionale en landelijke niveau. Deaanpak van terrorisme is niet gebaseerd op een afweging van de kans dat een aanslag in deregio plaatsvindt of de verwachting dat aanslagen kunnen worden voorkomen, maar de voorbe-reiding is gericht op een (dreigende) toekomstige aanslag in de regio. Dit leidt tot de constate-ring dat de aanpak van terrorisme prioriteit heeft.

Een belangrijke intentie hierbij is het vergroten van het vertrouwen van de samenleving in deoverheid. “Public confidence” is hier een sleutelbegrip, het zichtbaar maken aan burgers dat deoverheid in staat is tijdig en adequaat te handelen15. Dit hoeft niet te betekenen dat een aanslagte allen tijde kan worden voorkomen, maar wel dat de mogelijkheid zoveel mogelijk beperktwordt. Het betekent ook dat na een gebeurtenis tijdig en afdoende wordt opgetreden: de ge-volgen worden op alle mogelijke manieren beperkt en de daders aangehouden.

Het volgende zal worden gerealiseerd:- Het verkleinen van de kans op een aanslag (beperken van de mogelijkheid);- Het beperken van de gevolgen (slachtoffers/schade); - Het opsporen van daders.Het is belangrijk op te merken dat “opsporen van daders” zowel in de fase voor (dus tijdens “hetverkleinen van de kans op een aanslag”), als in de fase na een terreuraanslag van belang is.Immers, nu ook de voorbereiding van terroristische daden strafbaar is gesteld, zal de opsporingzich ook op de voorfase moeten richten. Opsporing kan worden onderscheiden in:- opsporing van aan terrorisme gelinkte criminaliteit;- opsporing van daders van eigenlijk terrorisme. Opsporing is daarmee tevens onderdeel geworden van tegenhouden: door opsporing van potentiële daders, worden aanslagen voorkomen.

Schematisch:

14 In deze paragraaf wordt aangesloten bij de notitie Uitgangspunten bij de aanpak van terrorisme in Amsterdam, d.d. oktober

200415 In § 2 werd al geconstateerd dat één van de doelen van modern terrorisme is angst te zaaien onder de bevolking, zo mogelijk

wereldwijd en bij uitstek door middel van herhaling, opdat de bevolking gelooft dat de staat hun veiligheid niet meer kan

garanderen.

Tijdlijn Doel

Voorbereiding(-shandelingen)

Opsporing Verkleinenvan dekans

Beperkenvan de

gevolgen

Uitvoerenaanslagen

Gevolgen van de aanslag

Page 18: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

18

Zoals hiervoor is beargumenteerd is het noodzakelijk op dit gebied op regionaal niveau beleid teontwikkelen. Immers, personen die - in potentie - daders zijn van terroristische activiteiten inNederland of internationaal hebben hun wortels in de lokale samenleving. Men woont en leefter, vergadert er, volgt er onderwijs, etc. Het verzamelen van informatie, het tegenhouden van terroristische activiteiten en het vroegtijdig opsporen zal daarom op lokaal niveau moeten worden uitgevoerd. Tegengaan van radicalisering zal door lokale bestuurlijke activiteiten moetenplaatsvinden.

Het is haast onmogelijk om de organisatie permanent scherp te hebben als er geen sprake isvan een acute dreiging. Daarom moet de aandacht voor verdachte omstandigheden, die kunnen duiden op het voorbereiden van een aanslag, een onderdeel zijn van het dagelijksewerk. Net zo'n automatisme als het letten op een potentiële autokraker.

Ed Hogervorst, Programmamanager Toezicht, Handhaving en Crisisbeheersing

Page 19: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

19

5 Strategie

Voor het bereiken van bovenstaande doelen zijn twee elkaar versterkende strategieën geformuleerd, namelijk:- Tegenhouden, bestaande uit: • verstoren van activiteiten;• tijdig zicht krijgen op plannen en deze tegengaan;• zicht krijgen op potentiële daders en hun helpers en het deze lastig maken;• drempels verhogen.- Weerbaarder maken16 , bestaande uit:• minder bevattelijk maken voor ideologie;• minder steun of begrip geven;• veerkracht na een aanslag.Binnen deze strategieën gaat het niet in de eerste plaats om het uitbreiden van bevoegdheden,maar om het beter benutten van bestaande bevoegdheden. Dat wil zeggen: de bestaandebevoegdheden gerichter toepassen voor de bestrijding van terrorisme, conform de eerder gefor-muleerde doelen en binnen de genoemde strategieën.

De aanpak kent vijf belangrijke pijlers. Deze pijlers omvatten de binnen de strategieëngenoemde onderdelen. De vijf pijlers zijn:1. informatiepositie; 2. opsporing;3. waakzaamheid vergroten;4. bewaken en beveiligen;5. samenwerking.Deze pijlers vormen de basis van de maatregelen. Sommige maatregelen bevatten verschillendeactiviteiten. Belangrijk is in te zien dat dit met elkaar één samenhangende aanpak vormt, waar-mee het regiokorps de gestelde doelen wil bereiken.

Schematisch ziet de relatie tussen doel, strategie en de vijf pijlers er als volgt uit:

1. Het verkleinen van een kans op een aanslag (beperken mogelijkheid)2. Het beperken van de gevolgen (slachtoffers en schade)3. Het opsporen van de daders

Doel

Tegenhouden

Opsporing Waakzaamheidvergroten

Bewaken enBeveiligen

Informatie-positie

Samenwerking

Weerbaarder makenStrategie

Pijlers

Page 20: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

20

De relatie tussen doelen en maatregelen kan vervolgens als volgt worden weergegeven:

DoelenKans Gevolgen Daders

Maatregelen verkleinen beperken opsporenInformatiepositie verbeteren (§ 6.1) X X XAanpak terreur gelinkte criminaliteit (§ 6.2) XAanpak terreur gelinkte doelgroepen (§ 6.3) XSpecifieke wetgeving (§ 6.4) X XWaakzaamheid vergroten (§ 6.5) XDrempels verhogen (§ 6.6) XBewaken en beveiligen versterken (§ 6.7) XSamenwerking vergroten (§ 6.8) X X XProfessionalisering organisatie (§ 6.9) X X XVrede tussen groepen bevorderen (§ 6.10) X X

16 De AIVD concludeert dat het weerstandvermogen van de Nederlandse samenleving tegen dreigingen vanuit de radicale Islam

momenteel laag is. Dit wordt onder andere verklaard door het vaak sluimerende karakter waarmee radicaliseringsprocessen zich

voltrekken. Processen die in eerste instantie onschuldig lijken, kunnen op langere termijn bedreigend zijn voor de democratische

rechtsorde. Zie Van Dawa tot Jihad, p. 50

Page 21: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

21

6 Overzicht van de te nemen maatregelen

Nadat hiervoor de achtergrond (§ 2 en 3), het doel (§ 4) en de strategie (§ 5) van de regionaleterreurbestrijding zijn geschetst, wordt in deze paragraaf een overzicht gegeven van concrete tenemen maatregelen, zoals in het overzicht in § 5 opgesomd.

6.1 Informatiepositie verbeterenInlichtingen worden steeds weer als één van de belangrijkste methoden en middelen tegen terro-risme genoemd. Goede inlichtingen kunnen veel terrorisme voorkomen. Een goede informatieposi-tie maakt dat niet alleen terroristische acties kunnen worden voorkomen, maar ook dat adequaatrepressieve maatregelen kunnen worden getroffen17.Binnen dit onderdeel vallen drie projecten die zich elk richten op één bepaald onderdeel van deinformatiepositie:- risico-inventarisatie objecten en subjecten;- risico/ dreigingsanalyse;- opsporingsinformatie.Meest in het oog springend onderdeel van deze maatregel is de verdere ontwikkeling en imple-mentatie van de Contra Terrorrisme Infobox in Amsterdam-Amstelland, kortweg CT Infobox. DeCT Infobox heeft tot doel het leveren van een bijdrage aan de bestrijding van terrorisme door hetop een centraal punt bij elkaar brengen en vergelijken van informatie over netwerken en perso-nen die op de een of andere wijze betrokken zijn bij (dreiging met) terrorisme en daaraan te rela-teren radicalisering. Via raadpleging, vergelijking en analyse van de gegevens die door de deelnemende diensten binnen de CT Infobox zijn ingebracht wordt een snelle, multidisciplinaire analyse en beoordelingvan de beschikbare informatie mogelijk. Binnen de regio wordt informatie verzameld en vastgelegd in verschillende databases. De ruim5000 collega's in de regio leggen, al naar gelang hun taak, informatie vast in de beschikbare systemen. Met name ook de buurtregisseurs beschikken over een unieke informatiepositie in dewijken. Al deze informatie komt samen in de regionale CT Infobox. Onderdeel van de CT infoboxzijn politiële, criminele en politieke inlichtingen. Van hieruit worden lijnen getrokken naar debeschikbare informatie bij de AIVD, Nationale Recherche en NTCb. Maar ook de link met deinformatiehuishouding van de gemeente(n) zal in de nabije toekomst worden gelegd. In hetactieplan Wij Amsterdammers wordt bijvoorbeeld binnen actielijn 1 (bestrijden terreur) de actie“Informatiehuishouding opzetten” uitgewerkt voor wat betreft de bestuurlijke kant. Al naargelang de resultaten van deze multidisciplinaire beoordeling wordt in overleg met het bevoegdgezag duidelijk welke aanpak en maatregelen er voor de desbetreffende partners mogelijk enwenselijk zijn. Maatregelen kunnen inlichtingenmatig, strafrechtelijk of vreemdelingenrechtelijkvan aard zijn of in de sfeer van verstoring liggen. Deze analyse en toepassing van maatregelenop subjecten vindt dagelijks plaats.Op landelijk niveau wordt al wat langer gewerkt met een CT Infobox. Een eerste evaluatie van delandelijke CT Infobox leidde tot de volgende conclusie: “de eerste resultaten van de CT Infoboxzijn veelbelovend en voldoen aan de verwachtingen van de deelnemende diensten.”18

17 Trends in terrorisme, p. 21618 Brief van de minister van BZK d.d. 18-3-2005 betreffende de CT Infobox (TK 2004-2005, 29 754, nr. 21)

Page 22: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

22

Binnen deze maatregel worden verder de volgende activiteiten ontplooid:• het ontwikkelen en implementeren van een standaardmodel risico-inventarisatie;• de kwaliteit van risico/dreigingsanalyse vergroten; • het proces c.q. de organisatie van informatiepositie versterken;• inrichten van informatie- en analysecentrum ;• upgraden van de inventarisatie van risicovolle objecten, vitale infrastructuur en

soft targets;• ontwikkelen en implementeren indicatoren terreursubjecten;• informatie uitwisseling met de AIVD/Nationale Recherche en NCTb verder verbeteren.

Met één en ander zal verdere verbetering van de informatiepostitie gerealiseerd worden.

6.2 Intensiveren aanpak aan terreur gelinkte criminaliteitEr is sprake van een overlapping van (georganiseerde) criminele activiteiten met aan terreurgelinkte activiteiten. Nagenoeg alle grotere terroristische groeperingen maken gebruik van georganiseerde criminaliteit om de voor terroristische acties noodzakelijke gelden te verkrijgen. Deze verbondenheid neemt toe naarmate bevolkingsgroepen die in het verleden bepaalde terroristische groeperingen nog wel wilden steunen daar ondertussen steeds terughoudender inworden19. Bij de aanpak van criminaliteit in de regio zal daarom sterker de bijdrage aan het tegengaan van terreur als weegfactor worden meegenomen. Bij de opsporing van terreur kandoor de nauwere verbondenheid met georganiseerde criminaliteit meer gebruik gemaakt wordenvan de bevoegdheden en de opsporingsmethoden die van toepassing zijn voor georganiseerdecriminaliteit.In het bijzonder kan daarbij gedacht kan worden aan de volgende vormen van criminaliteit:drugshandel, wapenhandel, afpersing, creditcardfraude en paspoortfraude.

Terroristen plegen misdrijven om hun daden te kunnen uitvoeren. Deze misdrijven moetenopgespoord worden. Niet alleen door de Nationale Recherche, maar ook door ons korps enwaar mogelijk in nauwe samenwerking. Bij opsporing en aanhouden van deze personen ver-stoor je hun plannen en bedoelingen. En daar waar je nog niet kunt opsporen, maar wel radi-calisering ziet, moet verstoring zelfstandig als middel worden ingezet, door een ieder binnenzijn mogelijkheden binnen ons korps.

Willem Woelders, Chef Dienst Centrale Recherche

6.3 Intensiveren aanpak doelgroep aan terreur gelinkte subjecten: opsporen, uitzetten en verstoren

De strategie van Tegenhouden zal worden toegepast op de aan terreur gelinkte subjecten.Er zal in samenwerking met het OM een protocol ontwikkeld worden op basis waarvan beslotenkan worden of in specifieke gevallen het primaat van de aanpak komt te liggen bij het opsporen,uitzetten (van terreurgerelateerde subjecten die illegaal zijn) of verstoren van het individu. Ookzal worden vastgelegd wie tot het maken van dergelijke keuzes bevoegd zijn.

19 Trends in terrorisme, p. 214

Page 23: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

23

Overigens is zeer recent in driehoeksverband afgesproken op projectbasis voorlopig de volgendemethode te hanteren voor verstoren van aan terreur gelinkte subjecten. Indien uit de CT Infoboxeen belangrijke dreiging wordt geconstateerd zal in overleg met de KLPD een plan van aanpak worden opgesteld op basis van een door de regio ontwikkeld format. Het opgestelde plan vanaanpak dat maatwerk bevat voor het betreffende subject zal vervolgens door de NCTb mede worden beoordeeld omdat dit op landelijk niveau onder zijn verantwoordelijkheid valt.Onderzocht wordt in afstemming met de minister van Justitie hoe de gezagsverhoudingen in ditverband formeel liggen.

6.4 Specifieke wetgeving hanterenZoals in de inleiding op dit plan van aanpak al werd gezegd, is er nog veel winst te behalen uithet beter benutten van bestaande bevoegdheden en maatregelen. Door het meer toepassen vanbestaande bevoegdheden in terreur gelinkte situaties kunnen goede resultaten worden behaald.

6.4.1 invulling legitimatieplicht bij 6 V's Met de aanwijzing van het college van Procureurs-Generaal met betrekking tot de identificatie-plicht als basis is het vanuit de regio van belang om daar, voor wat betreft aan terreur gelinktepersonen, een invulling aan te geven in het kader van terreurbestrijding. In geval van één ofmeerdere combinaties van aanknopingspunten en gedragingen (de zes V’s) van “verdachte” personen zou de identificatieplicht toegepast dienen te worden. Deze zes V's bij verdachte personen zijn:1. Verblijf - bijvoorbeeld regelmatige bewonerswisseling, woning als ontmoetingsplek, gebeds-

ruimte in woning;2. Vervoer - bijvoorbeeld auto als observatievoertuig, achtergelaten auto, met buitenlands

kenteken;3. Valuta - bijvoorbeeld veel (cash) geld, vreemde valuta;4. Valse documenten - bijvoorbeeld paspoorten, rijbewijzen, creditcards;5. Voorwerpen - bijvoorbeeld plattegronden, chemicaliën, propagandamateriaal;6. Voorbereidingshandeling - bijvoorbeeld video's of foto's maken van mogelijke doelen of

dienstregelingen, plattegrondjes, etc.

6.4.2 preventief fouilleren op domein rail (trein en metro) In aansluiting op de aanwijzing van een structurele fouilleringsbevoegdheidop Schiphol, de relatie met de gezamenlijke controle op de infrastructuur en

de risico-analyse met betrekking tot de vitale infrastructuur bestaat er behoefte onderzoek te doennaar de wenselijkheid en de haalbaarheid om preventief te fouilleren structureel toe te kennen entoe te passen op het domein Rail (toezicht en handhaving). Het streefdomein is hierbij metro énspoor. Het gaat om een gebied dat vanwege haar functie (net als luchthavens, industriecom-plexen, stations, overheidsgebouwen) een permanent risico vormt voor terroristische aanslagen.Dat levert in de lijn van de voorgestelde wetgeving20 een rechtvaardiging op om een uitgebreiderevoorziening in te stellen. Daarbij geldt als extra onderbouwing dat het domein Rail ook aange-merkt kan worden als soft target. Het streven van de politie is er op gericht om in afstemming metde Driehoek deze structurele toekenning van bevoegdheden voor dit domein te realiseren.

6.5 Waakzaamheid vergroten (mobiliseren van ogen en oren)Het mobiliseren van (andere) overheidsinstellingen, bedrijven en burgers is zinvol als de politieorganisatorisch gevolg kan geven. Tevens dient expliciet te worden aangegeven waar men op moetletten (gestuurde informatievergaring). Hiermee wordt aangesloten bij de uitgangspunten van denota Uitgangspunten aanpak terrorisme21, die in 2004 door de Driehoek werd vastgesteld.

Page 24: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

24

Het oogmerk bij deze activiteit is: organiseren, instrueren/ trainen, verzamelen, analyseren enwaarde toekennen aan informatie en vervolgens daarop reageren. De CT Infobox (zie § 6.1)speelt hierbij een cruciale rol.

Alle medewerkers van RPAA zijn ondertussen geïnstrueerd over het probleemgebied terreur, "ver-dachte" objecten en subjecten, hoe te handelen en op welke wijze zij de informatie moeten vast-leggen.Dit moet leiden tot een significante toename van het aantal en de kwaliteit van meldingen metbetrekking tot "verdachte" voorwerpen en personen.Ten minste vier andere overheidsinstellingen in de regio zullen bijdragen aan het vergroten vande waakzaamheid (Sociale Diensten, Gemeente Vervoer Bedrijf, Brandweer en de DienstenStadstoezicht).Dit moet eveneens leiden tot een significante toename van het aantal meldingen.Ten slotte dient het mobiliseren van "burgers" te zijn voorbereid. Van belang is dat het betrek-ken van burgers bij het verzamelen van informatie alleen zinvol is als er vervolgens ook organisa-torisch gevolg aan kan worden gegeven. Daarvoor moet expliciet worden aangegeven waar opmoet worden gelet en welke informatie niet relevant is.22

Bij deze actie gaat het niet alleen om het waakzaam zijn, maar ook klaar te zijn om op te treden.Wanneer niet de goede informatie wordt doorgegeven, dreigt het gevaar van verstopping.

6.6 Drempels verhogen

6.6.1 preventiepakket samenstellenHet eerste onderdeel van 'drempels verhogen' is gebaseerd op het besef dat organisaties zelfmaatregelen kunnen nemen om de kans op een aanslag te verkleinen. Deze maatregelen kunnentevens bijdragen aan de vermindering van criminaliteit.Het korps zal een pakket van maatregelen ontwikkelen die organisaties en bedrijven zelf kunnennemen om de kans van een aanslag te verkleinen. Het pakket wordt eerst aangeboden aan deorganisaties en bedrijven die zelf het initiatief nemen om maatregelen te treffen. Daarna wordthet pakket aangeboden aan bedrijven en organisaties als resultaat van de risico inventarisatie en-analyse van objecten.Het pakket is generiek toepasbaar en kan daarna bedrijf- of organisatiespecifiek gemaakt wordenafhankelijk van soort bedrijf en soort bedreiging.

6.6.2 port securityPort security is een belangrijk onderdeel van terrorismebestrijding. Internationale zeehavens engrote goederenstromen vormen een kwetsbaar doelwit, daarom zijn zowel op mondiaal als opEuropees niveau veiligheidsrichtlijnen opgesteld en regionaal ingevoerd.Voor de politie houdt deze activiteit in: het toetsen van nieuwe veiligheidsplannen en monitorenvan verstrekte certificaten. Het spanningsveld bij dit onderdeel houdt in dat steeds een afwegingmoet worden gemaakt tussen het economisch belang en het veiligheidsbelang.

20 Wijziging van het Wetboek van Strafvordering, het Wetboek van Strafrecht en enige andere wetten ter verruiming van de moge-

lijkheden tot opsporing en vervolging van terroristische misdrijven, thans ter advisering voorgelegd aan verschillende instanties.21 Uitgangspunt 8: De brede aanpak van het hedendaagse terrorisme vereist ook de betrokkenheid van private organisaties en

burgers.22 Zie Trends in terrorisme, p. 173

Page 25: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

25

6.6.3 controlefunctieOogmerk hierbij is de verdere invoering van de controlefunctie van het regiokorps, door het ver-sterken van toezicht en handhaving op de infrastructuur.De kwetsbaarheid van Nederland en met name ook deze politieregio wordt onder meer veroor-zaakt door een tolerante houding en open grenzen.In samenwerking met partners (Douane, KLPD en Kmar) zullen controles worden uitgevoerd opde domeinen weg, water en rail en in het bijzonder op de internationale verbindingslijnen (bij-voorbeeld Schiphol-Amsterdam, IJmuiden-Amsterdam, Arnhem-Amsterdam, Breda-Amsterdam).

6.6.4 aanpak "verdachte" woningen en bedrijfspandenSamen met de bestuurlijke handhavers (in Amsterdam bijvoorbeeld Sociale Dienst, DienstWonen) wordt crimineel c.q. illegaal gebruik van woningen en bedrijfspanden aangepakt doormiddel van informatiegestuurde multidisciplinaire projectteams.

6.7 Bewaken en beveiligen versterken

Naast het daadwerkelijk opwerpen van drempels laten beveiligingsmaatregelen ook aan de maat-schappij zien dat een dreiging serieus wordt genomen. Deze beveiligingsmaatregelen hebbendaardoor een enorme symbolische waarde. Zij staan ten dienste van het vergroten van 'publicconfidence': hoewel de overheid niet alles kan voorkomen, laat zij zien dat alles wordt gedaanom dit zoveel mogelijk te realiseren.

Het korps ontwikkelt een pakket van maatregelen dat kan worden samengesteld bij een bepaalddreigingsniveau. Onderdelen zijn:- upgraden van het huidige samengestelde pakket op basis van nationale en internationale

vergelijking; - afstemmen regionaal en nationaal alerteringsmodel;- uitbreiden van pakket met maatregelen van partners; - 95 % van de bewakingsopdrachten wordt in overeenstemming met de vastgestelde criteria

uitgevoerd;- er is eenduidigheid in de uitvoering;- er is consistentie tussen dreiging en maatregelen ter afwending van de dreiging;- ontwikkelen voorstel tot inzet externe capaciteit t.b.v. bewaken en beveiligen.

6.8 Samenwerking vergroten

De aanpak van terreur is het meest effectief in een structuur en organisatie van crisisbeheersing,waarbij betrokken organisaties samenwerken met heldere verantwoordelijkheden en onder een-duidige leiding.

6.8.1 regionaal, nationaal en internationaal niveauSamenwerking vindt plaats op verschillende niveaus. Te noemen zijn:- maatregelen ontwikkelen en afstemmen met Vijfhoek partners (alerteringsmodel); - maatregelen ontwikkelen en afstemmen met G4-regiopolitiekorpsen; - maatregelen afstemmen met de Nationaal Coördinator Bewaken en Beveiligen; - oefeningen in vaste bezetting/vaste staven; - oefening zoals “Bonfire" en de evaluatie daarvan;- organiseren van een masterclass crisisbeheersing voor de (ambtelijke) Vijfhoek.- bestuurlijk draaiboek vrede afstemmen op draaiboek vrede politie;- maatregelen ontwikkelen in samenwerking met politie Frankrijk en Engeland.

Page 26: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

26

6.9 Organisatie professionaliseren

6.9.1 organisatievormDe regiopolitie heeft een permanente bereikbare en beschikbare crisisorganisatie.De organisatie kan volgens een standaard structuur worden geactiveerd volgens het "knoppen-model".

6.9.2 coördinatie binnen organisatieAan ieder operationeel korpsonderdeel (5 districten, Verkeerspolitie, DCR, Vreemdelingenpolitie)is 1 fte Projectleider schaal 9, verantwoordelijk gemaakt voor een aantal aan terreur gelinktetaken.

6.9.3 professionaliteit (mensen, middelen, kennis)Hierbij gaat het om het vergroten van de kennis en ervaring van personen op sleutelfuncties(GBO commandanten, ICEV's en projectleiders terreur) door:- participatie aan conferenties, workshops etc;- organiseren van expertmeeting G4 politie met COT;- organiseren van masterclass crisisbeheersing voor AC's en OC's; - aanschaf detectieapparatuur ten behoeve van explosieven en wapens.

6.10 Vrede tussen groeperingen bevorderen

Als groepen of individuen uitgesloten worden of geen aandacht krijgen voor hun opvattingen ofproblemen bestaat het gevaar dat men zich gaat isoleren of afkeren. Dit proces kan versterkt worden door discriminatie (men voelt zich niet erkend en aanvaard in de samenleving) maar kan ook tot discriminatie leiden.Bedreigend voor de democratische rechtsorde zijn met name vormen van isolationisme die uit-groeien tot exclusivisme van de eigen groep ten aanzien van andere groepen (tot uiting komendin discriminatie, haatzaaien en opruiing) en parallellisme. Een voorbeeld van het laatste is desituatie waarbij de niet-islamitische overheid niet wordt erkend, eigenrichting vanuit een speci-fieke interpretatie van de sharia wordt gepropageerd en autonome shariagebieden binnen deniet-islamitische samenleving worden nagestreefd23.

6.10.1 aanpak discriminatieKortheidshalve wordt verwezen naar het plan van aanpak diversiteit, dat binnen het programma-management van de regiopolitie is ontwikkeld. Het programma diversiteit heeft de volgende cen-trale doelstellingen.1. Het ontwikkelen, implementeren en monitoren van ketenregie en ketenbrede activiteiten

gericht op:- onze multiculturele en diverse samenleving door het voorkomen van polarisatie, mobiliseren

van positieve krachten en het tegengaan van discriminatie, radicalisering en extremistischgedachtegoed;

- een multicultureel en divers samengesteld korps door het voorkomen van polarisatie, mobili-seren van positieve krachten en het tegengaan van discriminatie, radicalisering en extremis-tisch gedachtegoed24.

2. Het ontwikkelen, implementeren en monitoren van korpsbrede en ketenbrede activiteitengericht op:

- het verbeteren van de professionaliteit van buurtregisseurs;

Page 27: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

27

- het verbeteren en standaardiseren binnen alle wijkteams van het proces sturing op inzet enresultaten en capaciteitsmanagement binnen wijkteams;

- kwalitatief hogere tevredenheid van burgers over de politiële dienstverlening en grotere aan-giftebereidheid;

- het verbeteren van informatievoorziening aan slachtoffers en optimaliseren van slachtoffer-bemiddeling en schadeverhaal.

3. Het implementeren en monitoren van netwerken, het gebruik van (technische) hulpmiddelen(stellen en handhaven van grenzen, selecteren en identificeren) en bevoegdheden die kunnenbijdragen aan het bereiken van bovenstaande doelen.

Vanuit respect voor de verschillen is onderling verbinden de basis voor een duurzame vrede inde regio. Radicalisering, vanuit welke ideologie dan ook, is taboe. Massief verzet tegen iederevorm van discriminatie is noodzakelijk. De harmoniserende krachten bundelen en versterken isde opdracht.

Leo Wilde, Programmamanager Diversiteit

In het actieplan Wij Amsterdammers is de aanpak van discriminatie ook geïdentificeerd alsmethode om uitsluiting tegen te gaan. Op 14 februari 2005 is de Driehoek akkoord gegaan methet plan van aanpak intensivering discriminatiebestrijding. In februari 2005 is een kamerbredemotie aangenomen waarbij de regering wordt verzocht het OM op te dragen de vervolging enbestraffing van haat zaaien, racisme en discriminatie te intensiveren. In een reactie hierop meldthet kabinet dat het College van Procureurs Generaal hiertoe een OM-werkgroep discriminatie-beleid heeft ingesteld die zich met name richt op de strafbaarheid van uitlatingen, dat wil zeggen uitspraken, geschriften, internet en symbolen25.

23 Zie Van Dawa tot Jihad, p. 4924 De mondiale en lokale actuele ontwikkeling heeft zichtbaar gemaakt dat een multidisciplinaire aanpak gericht op deze onder-

werpen de komende jaren de aandacht zal blijven vragen van de ketenpartners. Ook hier is ketenmandaat en ketenregie op

vormgeving, implementatie en het monitoren op binnen de keten gemaakte afspraken op zijn plaats. Ook binnen de organisatie

dient hieraan gecoördineerde aandacht te worden geschonken.25 Zie TK 2004-2005, 29 754, nrs. 7 en 20

Page 28: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

28

Page 29: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

29

7 Aandachtspunten/risico'sDe aanpak van terreur heeft een hoge prioriteit. De aanpak is integraal en zal eveneens ten dienste moeten staan van de aanpak van criminaliteit en het versterken van het veiligheids-gevoel. Maar er kunnen ook spanningen ontstaan tussen het ingezette beleid en bestaandebeleidsplannen of bevoegdheden.

De volgende aandachtspunten zijn van belang:- Onderkend moet worden dat er een spanningsveld bestaat tussen het vergroten van de veilig-

heid en het beperken van de (persoonlijke) vrijheid;- Een tweede spanningsveld is aanwezig tussen het vergroten van de veiligheid en het aantas-

ten van economische belangen (zoals bij port security); - Het blijft noodzakelijk vast te houden aan democratische middelen bij de bestrijding van

terrorisme en de verleiding te weerstaan middelen in te zetten die uiteindelijk de rechtsstaatondergraven;

- De context van het probleemveld is complex door een sterk politiek/bestuurlijke omgeving,politieke urgentie en een grote media exposure.

- Er zal sprake moeten zijn van een permanente waakzaamheid, ook als er geen directe drei-ging is;

- De aanpak van terreur is het meest effectief in een structuur en organisatie van crisisbeheer-sing, waarbij betrokken organisaties samenwerken met heldere verantwoordelijkheden enonder eenduidige leiding.

7.1 Kritische succesfactorenIn het kader van dit plan van aanpak kunnen de volgende kritische succesfactoren worden geformuleerd:- Het realiseren van samenwerking (intern en extern) waarbij verantwoordelijkheden helder zijn;- Het beschikken over en verder ontwikkelen van een permanente organisatie voor crisis-

beheersing;- Het integreren van de genoemde activiteiten in de dagelijkse verantwoordelijkheid van de

medewerkers;- Het duidelijk blijven toepassen van differentiatie (naar soort terrorisme, naar korte/lange

termijn aanpak, naar dreigingniveau en naar fase van de veiligheidsketen).

Page 30: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.

30

8 LiteratuurVoor dit plan van aanpak is in het bijzonder gebruik gemaakt van de volgende informatiebronnen:

- regionaal:• Notitie RPAA probleemveld terrorisme (juli 2004)• Driehoeknotitie Uitgangspunten aanpak terrorisme (september 2004)• Uitgangspunten bij de aanpak van terrorisme in Amsterdam (oktober 2004)• Actieplan Wij Amsterdammers (december 2004)• Memo KBB en terrorisme (februari 2005)

- landelijk:• Brief van de minister-president en de ministers van Algemene Zaken, Justitie, BZK, Financiën

en van Defensie aan de Tweede Kamer inzake het Actieplan terrorismebestrijding en veilig-heid, d.d. 5-10-2001 (TK 2001-2002, 27 925, nr. 10)

• AIVD-nota Rekrutering voor de jihad in Nederland. Van incident naar trend. (december 2002)• Brief van de minister van Justitie aan de Tweede Kamer inzake Terrorisme en de bescherming

van de samenleving d.d. 24-6-2003 (TK 2002-2003, 27 925, nr. 94)• Jaarverslag 2003 van de AIVD (april 2004)• Brief van de ministers van Justitie en BZK aan de Tweede Kamer inzake terrorismebestrijding

d.d. 10-9-2004 (TK 2004-2005, 29 754, nr. 1)• Brief van de minister BZK aan de Tweede Kamer inzake terrorismebestrijding d.d. 17-11-2004

(TK 2004-2005, 29 754, nr. 3)• AIVD-rapport Van dawa tot jihad. De diverse dreigingen van de radicale islam tegen de

democratische rechtsorde, december 2004 (TK 2004-2005, 29 754, nr. 4). • Brief van de ministers van Justitie en BZK aan de Tweede Kamer inzake terrorismebestrijding

d.d. 24-1-2005 (TK 2004-2005, 29 754, nr. 5)• Brief van de minister van BZK aan de Tweede Kamer inzake de CT Infobox d.d. 18-3-2005 (TK

2004-2005, 29 754, nr. 21).

- overige literatuur:• Muller, E.R., Spaaij, R.F.J. en Ruitenberg, A.G.W. (2003), Trends in terrorisme. Alphen a/d Rijn:

Kluwer.• Tijdschrift voor de Politie, Themanummer Terrorisme. Jaargang 65, nr. 6, juni 2003.

Page 31: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.
Page 32: Plan van aanpak “Terrorisme” Regiopolitie Amsterdam-Amstelland€¦ · De inzet van het landelijk niveau kan in een aantal gevallen verschillen van die op het regionale niveau.