LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project...

78

Transcript of LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project...

Page 1: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 2: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 3: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

LOSLATEN EN VASTHOUDEN

Uitstroom budgethulpverlening: zoektocht naar een methodiek

die werkt

Project in kader van het provinciaal subsidiereglement

voor projecten kansenbeleid Provincie Limburg 2009

Sociaal Huis Overpelt

Page 4: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

De Twijfelaar

Telkens als het onsvoorkwam dat we het antwoord op een vraag hadden gevonden,trok een van ons aan de muur het touwtje los van de oudeopgerolde Chinese prent, zodat ze omlaag kwam enzichtbaar werd de man op de bank diezo erg twijfelde.Ik, zegde hij ons,ben de twijfelaar. Ik twijfel eraan ofhet werk geslaagd is dat jullie dagen opgeslokt heeft.Of wat jullie gezegd hebben, ook slechter gezegd,nog voor iemand iets waard zou zijn.Of jullie het goed gezegd hebben en niet misschiende waarheid vertrouwd hebben van wat jullie gezegd hebben.Of het niet meer-duidig is, van iedere denkbare foutdragen jullie de schuld. Het kan ook te eenduidig zijnen de tegenspraak uit de dingen bannen: is het te eenduidig?Dan is wat jullie zeggen onbruikbaar. Jullie ding is levenloos dan.Staan jullie echt in de stroom der gebeurtenissen? In eenklank metalles wat in wording is? Zijn jullie nog in wording? Wie zijn jullie?Tegen wie spreken jullie? Wie heeft baat bij wat jullie zeggen?En tussen haakjes:Blijf je er ook nuchter bij? Kun je het ‘s ochtends lezen?Hangt het ook samen met iets wat er al is?Werden de zinnen die voor jullie gezegd werden, gebruikt, op zijn minst weerlegd?Is alles bewijsbaar?Door ervaring? Door welke?Maar bovenalaltijd opnieuw boven al de rest : hoe wordt gehandeldals geloofd wordt wat jullie zeggen? Bovenal: hoe wordt gehandeld?We rolden weer omhoog de twijfelendeblauwe man op de prent, bekeken elkaar enbegonnen van voren af aan.

Bertolt Brecht

Vertaling : Geert Van IstendaalUit : De Mooiste van Brecht – Lannoo/Atlas

Page 5: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

Wat vooraf ging… 4

Hoofdstuk 1: Visiebepaling 5

Hoofdstuk 2: Basishouding 11

Hoofdstuk 3: Praktische hulpmiddelen 18 3.1 Genogram en ecogram 18 3.2 Life-eventlijn 21 3.3 Gezamenlijk en persoonlijk budgetplan 23 3.4 Hulpverlening met een vaststaand open einde 24 3.5 Motivatie uitklaren 26 3.6 Eigen krachten aanspreken 29 3.7 Huisbezoeken 31 3.8 Op zoek naar haalbare doelstellingen en succeservaringen 32 via de wondervraag, eenvoudige doe-opdrachten, complimenteren en schaalvragen

Hoofdstuk 4: Zoeken naar verbindingen 37

Hoofdstuk 5: Inschakelen ervaringsdeskundigen 41

Hoofdstuk 6: Groepswerking als aanvulling structureel ingebed 47

Hoofdstuk 7: Reflecties 51 Fanny Van Goethem, ervaringsdeskundige TAO Limburg Colette Claessens, coördinator centrum voor Basiseducatie LiMiNo Koen Van Sevenant, supervisor Gerard Agten, secretaris OCMW Overpelt

Besluit 58

Nabeschouwing 60

Bijlagen 62

Bronnenlijst 74

INHOUD

Page 6: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

6

Door een verhoogde instroom en een te beperkte uitstroom van cliënten staat de kwaliteit binnen de budgethulpverlening onder druk. Hierdoor dreigt het maatschap-pelijk werk op de sociale dienst steeds vaker herleid te worden tot een instrumentele, materiële aanpak, waarbij er te weinig aandacht geschonken kan worden aan de inte-grale, emancipatorische begeleiding van de persoon in zijn omgeving. Dit maakt dat het voor maatschappelijk werkers steeds zwaarder en meer frustrerend wordt en dat de cliënt op lange termijn allesbehalve opbouwend geholpen is. Bovendien komen we op het Sociaal Huis van Overpelt tot de vaststelling dat er in de afgelopen vijf jaar, van alle stopzettingen budgetbeheer, slechts 25% op een positieve manier afgerond werd, zijnde in onderling overleg. Liefst 41% werd stopgezet op vraag van het Sociaal Huis omwille van gebrek aan medewerking of op dringende vraag van de cliënt, waarbij de maatschappelijk werker nog niet had kunnen werken aan afbouw en er twijfel was over de capaciteiten. Het resterend aantal werd stopgezet omwille van verhuis of overlijden. Verder bleek uit een rondvraag bij de maatschappelijk werkers dat het grootste knelpunt bij afbouw het gebrek aan tijd was, om intensief te werken. Verder werd opgemerkt dat afbouw van het traject er vaak te veel aan is voor cliënten of dat men geen intensieve begeleiding wil of toelaat. De cliënten zelf gaven aan dat het vooral omwille van een onstabiele financiële situatie was dat ze geen afbouw wilden. Maar een aanzienlijk aantal (44%) vond het ook gewoon gemakkelijk. Hoog tijd dus om aan verandering te werken.

Vandaar onze aanvraag binnen de projecten kansenbeleid van de Provincie Limburg om op zoek te gaan naar een efficiënte en effectieve uitstroommethodiek. We startten op één september 2009 voor een project van een jaar. In deze inspiratiegids willen we een overzicht geven van onze belangrijkste bevindingen en hopen we inspiratie te bieden aan alle welzijnswerkers die hun budgethulpverlening willen optimaliseren.

De titel van het project werd ‘Loslaten en Vasthouden’. Dit heeft voor ons een tweeledige betekenis. Enerzijds willen we hiermee het loslaten van onze cliënten verduidelijken, zowel voor ons als maatschappelijk werker als voor de cliënt. Vaak houden wij cliënten nodeloos lang in begeleiding, omdat we niet geloven in de eigen bekwaamheid. Maar ook voor cliënten is het een hele stap om ons los te laten en terug op eigen benen te staan. Anderzijds staat het vasthouden voor de vaardigheden en ervaringen die cliënten opgedaan hebben tijdens de begeleiding en die ze zich eigen gemaakt hebben. Maar ook staat het vasthouden voor de terugvalbasis die ze bij ons kunnen vinden; dat ze weten dat ze nog beroep kunnen doen op onze dienst en dat we op die manier toch vasthouden aan elkaar.

WAT VOORAF GING

Page 7: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

7

September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek die werkt. We waren er ons van bewust dat dit een verandering in onze manier van werken teweeg zou brengen. Daarom wilden we, voorafgaand aan de werkelijke start, onze visie op de aangeboden hulpverlening onder de loep nemen. Bovendien moest de methodiek gedragen worden door alle medewerkers, om ze achteraf in te bedden in de organisatie.

We vertrokken vanuit het lokaal sociaal beleidsplan, waarin volgende missieomschrij-ving opgenomen is:

Het lokale bestuur, met als componenten het gemeentebestuur en het OCMW, wil, binnen de haar toegewezen en subsidiaire bevoegdheden, een sociaal beleid voeren dat voor de Overpeltenaren de mogelijkheden schept om hun leven op een harmonieuze manier in te richten met inbegrip van alle aspecten die nodig zijn voor een waardig materieel bestaan en een kwalitatieve persoonlijke invulling van het leven in een betrokken lokale samenleving. Zij doet dit bij voorkeur en waar mogelijk in sa-menspraak met de bevolking en met de samenwerkende derden.

Voor de burgers die omwille van persoonlijke of maatschappelijke redenen geen aansluiting vinden met de samenleving en op één of meerdere aspecten van het sociaal spectrum zijn achtergesteld of uitge-sloten, organiseert het lokale bestuur een effectieve hulpverlening die er op gericht is om de aansluiting bij het sociale netwerk te herstellen en die gestuurd wordt vanuit een gezamenlijke bezorgdheid van beide lokale besturen.Het organiseren van deze hulpverlening kan door middel van de eigen diensten, de medewerking van andere gespecialiseerde partners op het werkveld en door een actieve coördinatie van de hulpverlening vanuit de algemene principes die ten grondslag liggen aan het “lokaal cliëntenoverleg” (sociaal huis).

Een missie geeft aan wat de identiteit en de bestaansreden van een organisatie is. Een visie is een verklaring van de beleidsverantwoordelijken die aangeeft wat een organisatie idea-liter wenst te bereiken, welke rol zij wil spelen en welke waarden en principes zij volgt bij het nastreven van dit ideaal. In het Lokaal Sociaal Beleidsplan worden de missie en de visie van het lokale bestuur omschreven, waarbij alle aspecten van het sociale beleid aan bod komen voor zover men er plaatselijk enigermate sturing aan kan geven. Dit vormt de basis voor het bepalen van de strategische en operationele doelstellingen van de besturen.

VISIEBEPALING 1

Page 8: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

8

Daaraan willen we onze dagelijkse praktijk kunnen toetsen. Het is van essentieel be-lang om binnen de sociale dienst de individuele steunverleningdossiers te behandelen op een gelijkaardige wijze, die strookt met de algemene zienswijze van het bestuur. Dit zorgt voor continuïteit en geeft houvast aan de medewerkers.

Bovendien zijn we ervan overtuigd dat een duidelijk gedragen visie nodig is ter ondersteu-ning van de ‘empowermentgedachte’. Dat is een conditio sine qua non om een project, dat empowerment als finaliteit heeft, effectief geïmplementeerd te krijgen. Een visie mag daarbij niet alleen bestaan uit mooie woorden, maar moet werkelijk de intentie van een dienst in zich dragen en moet zijn vertaling vinden in de manier waarop we werken.

Zoals ook vanuit Bind-Kracht aangenomen wordt 5, geloven wij sterk dat de visie die we als hulpverlener hebben op armoede en armoedebestrijding, onze houding en handelen bepaalt. Onze (bewuste of onbewuste) zienswijze bepaalt onze manier van kijken en denken over hulpvragers en hun hulpvragen, over hun houding en leefwereld, over de organisatie waarin we werken en over de mogelijke hulpverleningsinterven-ties. Het is daarom belangrijk om zicht te krijgen op de visie die we als organisatie en als individuele werkers hebben. Indien deze gedragen en gedeeld wordt, kunnen we immers komen tot betere en kwaliteitsvolle hulpverlening.

Een beleidsplan is steeds een leidraad en geeft de richting aan waarin men wil werken. In die zin zijn een missie en visie dus nooit concreet. Daarom zijn wij op zoek gegaan naar een manier van werken om de algemene missie/visie van de organisatie te ”verta-len” naar een bruikbare methodische onderbouw, die ons helpt om zicht te krijgen op ons werk en om op zoek te gaan naar wie ‘wij’ zijn als hulpverlener en waar wij echt voor staan. We willen ervoor zorgen dat de intentie van het beleid zich vertaalt in onze praktijk en dat ons intuïtief handelen als hulpverlener geen belemmering vormt voor het uitvoeren van dit beleid. De opdrachtverklaring naar de gezinnen en kansengroepen toe, zoals opgenomen in het lokaal sociaal beleidsplan, concretiseert de missie verder:

Gezinnen en kansengroepen vinden in Overpelt een bezorgd, zorgzaam en zorgenverstrekkend bestuur dat hun kansen op een harmonieus leven en hun problemen herkent en erkent en dat voor iedereen een collectieve of een individuele oplossing zal aanreiken.

We gebruikten de supervisie met Koen Vansevenant om van hieruit verder te werken. Hoewel een visie aan verandering onderworpen is en dus nooit ‘af’ of definitief is, zijn we toch tot een bruikbaar geheel gekomen:

Als maatschappelijk werkers van de sociale dienst binnen het Sociaal Huis willen we hulp bieden aan alle inwoners van de gemeente die, objectief gezien of naar hun eigen aanvoelen, niet kunnen aansluiten bij een of meerdere facetten van het maatschappe-lijk leven en hiervoor beroep doen op onze dienst. We staan hierbij open voor de

Page 9: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

9

ganse bevolking, maar hebben in onze hulpverlening bijzondere aandacht voor de per-sonen en gezinnen, die aansluiting met de rest van de samenleving hebben verloren of dreigen te verliezen. Mensen met een meervoudige kwetsbaarheid staan centraal. We hebben bovendien oog voor doelgroepen die we minder bereiken en die vanuit een pre-ventief of curatief oogpunt een passende vorm van ondersteuning kunnen gebruiken.

Door kritisch te kijken naar ons eigen handelen stellen wij vast dat we volgende per-sonen minder of niet bereiken: - zorgwekkende zorgmijders - eenzamen en geïsoleerde personen - de minder geïnformeerde groep - groep met schaamte, angst, trots om de stap naar het OCMW te zetten - kwetsbare nieuwelingen uit de vele nieuwbouwappartementen - groep met beperkt inkomen gelijk aan of net boven het leefloon

We vertrekken in onze hulpverlening vanuit de maatzorgprincipes. De hulpverlening moet aangepast worden aan de noden van de persoon zelf en moet haalbaar zijn binnen de deskundigheid die aanwezig is op de dienst. Indien we niet zelf de gepas-te hulpverlening kunnen bieden, zullen we mensen doorverwijzen naar de geschikte dienst. Daarbij is het onze bedoeling om nauw op te volgen of deze doorverwijzing door de betrokken dienst opgenomen wordt en indien nodig zullen wij de lopende hulpverlening coördineren. Op die manier willen wij bereiken dat de negatieve of uitsluitingsspiraal waar cliënten vaak in zitten wordt gestopt. Omdat uitsluiting steeds opnieuw voorkomt in andere verschijningsvormen en dit heel vaak een oorzaak vindt in een snel veranderende maatschappij, willen wij bijzondere aandacht besteden aan de omgevingsfactoren die uitsluiting kunnen veroorzaken.

Hulpverlening die de ambitie heeft om empowerend te zijn, is niet noodzakelijk com-fortabel. Gedurende de hulpverlening zullen we mensen steeds aanspreken op hun eigen verantwoordelijkheid, in de mate dat men in staat is deze te dragen. We trach-ten hen inzicht te laten krijgen in de mechanismen die ervoor zorgen dat ze in een uitsluitingssituatie geraken. Zelfredzaamheid is daarbij een sleutelbegrip. We vertrek-ken vanuit de krachten die bij de persoon zelf aanwezig zijn. Heel vaak is het evenwel ook nodig om het sociale netwerk te versterken als katalysator in het hulpverlenings-proces van de cliënt. Zo trachten we een re-integratie van de betrokkene op een blijvende manier te bewerkstelligen.

Ook voor korte, eenmalige vragen, die op een eenvoudige manier kunnen beant-woord worden, willen we voor alle inwoners bereikbaar en vlot toegankelijk zijn. We zullen ook hier aandacht moeten hebben voor onderliggende problemen en vragen. Dit vereist een brede kijk op de situatie van de cliënt en zijn plaats in de samenleving.

Page 10: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

10

Indien de moeilijkheden van mensen veroorzaakt worden door de manier waarop de samenleving of de lokale gemeenschap georganiseerd is, hebben we als sociale dienst een belangrijke signaalfunctie naar directe leidinggevenden, die dit via de juiste kanalen signaleren aan het beleid.

Op basis van voorgaande intenties, kwamen we tot het profiel van de sociale dienst met volgende accenten: - verbrede laagdrempeligheid - vertrouwensvol profiel - gedecentraliseerde en generalistische taakverdeling - integrale kijk - informatieverstrekking en rechtenverkenning - begeleidingsfocus met een correctieve en integratieve aanpak - gerichte aanpak van chronische problemen - netwerkvorming en coördinatiefocus - effectieve doorverwijzing - motor van het lokaal hulpverleningsbeleid

Samenvattend kunnen we stellen dat het sociaal huis van Overpelt zich profileert als een open huis en als centrale actor in het lokale hulpverle-ningsbeleid de rol opneemt van vangnet, toeleider, rechtenverstrekker en re-integratieactor. De maatschappelijk werkers werken niet voor maar met de cliënten op een wijze dat zij versterkt uit het hulpverleningspro-ces komen. Als veldwerkers, te midden van de cliënten, moet de sociale dienst daarenboven haar signaalfunctie ernstig ter harte nemen om de beleidsvoerders te bewegen tot het nemen van structurele maatregelen die uitsluiting en armoede moeten voorkomen en verhelpen.

Page 11: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 12: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 13: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

13

“Het meest wezenlijke aspect van empowerment is de attitude van de hulpverlener en niet zijn interventies en acties.”7

Onze visie bepaalt ons handelen en onze houding t.a.v. onze cliënten. Zoals de Vries7 het omschrijft is de attitude van de hulpverlener een medebepalend element dat men-sen kracht kan geven. Het gaat volgens hem om een respectvolle bejegening, waarbij de hulpverlener de cliënt op voet van gelijkwaardigheid en met een onvoorwaardelijk positieve houding tegemoet treedt. Naast de gelijkwaardigheid gaat het volgens hem ook om volwaardigheid: de cliënt wordt gezien als iemand die in staat is zijn probleem te bepalen, te weten welk doel voor hem belangrijk is en hoe hij dat wil bereiken.

Gelijkwaardigheid betekent niet dat er geen hiërarchische verhouding tussen hulpver-lener en cliënt bestaat, maar wel dat deze geen machtsverhouding inhoudt.7 Zo ook verwijst Tine Van Regenmortel in ‘Bind-Kracht in armoede, leefwereld en hulpverlening’4 naar een onderzoek van Gesquière waarin een belangrijke paradox waargenomen wordt in het perspectief van gezinnen in armoede op hulpverlening. Zij verwachten op betrekkingsniveau (dus in relatie) een gelijkwaardigheid, terwijl ze op inhoudsni-veau een hiërarchisch onderscheid verwachten. Ze gaan ervan uit dat de hulpverlener structureert, informatie aanbrengt, adviezen aanreikt en controle uitoefent op de uit-voering van de maatregelen. Men moet wel eerst de hulpverlener zien als iemand die zich niet boven hen plaatst en die ze kunnen vertrouwen (gelijkwaardigheid op betrek-kingsniveau), vooraleer men hem kan zien en erkennen als deskundige (hiërarchisch onderscheid op inhoudsniveau). De inhoudelijke ongelijkheid tussen hulpverlener en hulpvrager ervaren hulpvragers zelden als problematisch. De ongelijkheid op rela-tioneel niveau, creëert drempels en knelpunten in de hulpverlening. Volgens Kristel Driessens4 kan een hulpverlener werken aan de afbouw van de relationele ongelijk-heid in de hulpverlening. Wat houding betreft kan dit door het werken aan een ver-trouwensrelatie en door zich als mens te durven tonen in een nabije hulpverlenings-relatie. Op gebied van werkwijze kan dit door het aanbieden van hulp op maat, in een relatie die betrokken is op de persoon van de hulpvrager. Tenslotte is de hulpverlening gericht op autonomieverwerving en kan een emancipatorische relatie de participatie bevorderen. De hulpverleningsrelatie wordt dan meestal door de hulpvrager als ver-sterkend gewaardeerd en biedt de grootste kans op blijvende resultaten.

BASISHOUDING 2

Page 14: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

14

Als hulpverlener zijn we niet neutraal. Volgens Ief Barbier3 hebben we voldoende positieve verbindingen nodig, om kwaliteitsvolle relaties aan te kunnen gaan. Hulp-verlenen is een relatie met cliënten aangaan. We kunnen cliënten dus slechts tot verbindingen helpen komen in de mate dat we zelf voldoende positieve verbindingen hebben. Hulpverlenen is een ontmoeting van twee verhalen: dat van de cliënt en dat van de hulpverlener. We moeten daar als hulpverlener zicht op hebben en voldoende verbinding met onszelf hebben. Ook als hulpverlener werd ons onrecht aangedaan, zijn we geparentificeerd, destructief gerechtigd, loyaal, …. Ook als hulpverlener heb-ben we behoefte aan erkenning.

Bij een gezin dat zelf met de vraag tot budgetbeheer gekomen was, stuitte ik op grote weerstand om de begeleiding effectief op te starten. Heel wat elementen bleken deze weerstand te veroorzaken. Hetgeen de vrouw vooral tegenhield om hulp te aanvaarden, was haar gevoel dat iemand anders haar zou komen zeggen wat ze wel en niet moest doen. Ze voelde zich echter met de rug tegen de muur staan en zag budgetbeheer nog als enige uitweg uit haar moeilijkheden. Tegelijkertijd had ze het gevoel dat budgetbeheer haar te veel beperkingen zou opleggen en te veel uit handen zou nemen. Zij formuleerde het als volgt: “Het is omdat ik niet anders meer kan. Zelf krijgt ge niks geregeld met die deurwaarders. Daarom komen wij in budgetbeheer. Maar ge moet niet denken dat ge mij iets kunt bijleren, want ik weet goed genoeg hoe het allemaal werkt en wat ik wel of niet moet doen.” Door veel aandacht te schenken aan de weerstand en begrip en erkenning te tonen voor de zwaarte van haar keuze om toch hulp te zoeken, kreeg ik stilaan zicht op haar bezorgdheden. Het werd duidelijk dat zij op voorhand al het idee had niet gelijkwaardig behandeld te worden. Zij dacht dat die maatschappelijk werkers het wel eens zouden gaan uitleggen hoe ze het moest aanpakken om nooit meer in de problemen te geraken… Aanvankelijk probeerde ze meermaals de verantwoordelijkheid voor zaken die moeilijk lie-pen bij de maatschappelijk werkster te leggen. Zij kon ons dus nog niet zien als deskundig op sommige gebieden, omdat het vertrouwen er niet was. Tijdens de eerste gesprekken, na het overnemen van het dossier, ging er veel aandacht naar de dingen van alledag, naar zaken die hen bezighielden. Ik had aandacht voor wat ik zag en voelde, bijvoorbeeld qua omgang met elkaar en qua netheid in huis. Ook kwamen de frustraties naar boven als pijnlijke littekens, opgelopen in de dagelijkse strijd om het hoofd boven water te houden. Steeds probeerde ik toch te wijzen op die dingen die hen sterk maakten en die goed verliepen. Dit bracht stilaan vertrouwen in onze relatie en zorgde er geleidelijk voor dat er wel openheid was om informatie en tips aan te reiken. De vrouw had echter die periode nodig om te ervaren dat zij haar verantwoordelijkheden zelf moest (en mocht!) houden, dat er belang gehecht werd aan hun mening en opvattin-gen en dat die evenwaardig waren aan onze ideeën.

Page 15: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

15

Het is in dit opzicht interessant om na te gaan waarom we net voor dit beroep ge-kozen hebben. Verbinding met zichzelf betekent, volgens Barbier, een gevoel van vol-doende greep op zijn eigen levensloop hebben, beseffen dat men invloed op de dingen en op anderen kan uitoefenen. Het betekent zicht hebben op zijn eigen mogelijkheden en beperktheden, op zijn eigen gave gebieden, op zijn verdiensten. Dit alles vertaalt zich in het werk. Door naar dit alles op zoek te gaan, kunnen we komen tot onze eigen krachtbronnen.

Piet Winkelaar haalt in ‘Methodisch werken, inleiding tot methodisch handelen met en voor mensen’9 de ‘zelfkennis’ aan als belangrijk item. Zelfkennis vormt een belangrijke voor-waarde voor het maatschappelijk functioneren. Je neemt in dit werk altijd jezelf mee. De vraag naar waarom je dit werk doet, is een vraag naar je motivatie. Het antwoord op deze vraag zet je werk in een kader en vormt de motor van wat je doet. Het maakt je kwetsbaar, maar ook sterk, omdat het laat zien wie je bent.

Het kunnen omgaan met de eigen verbindingen is van fundamenteel belang bij het omgaan met de ander in een hulpverleningsrelatie. Zo haalt Koen Van Sevenant3 aan dat we als hulpverleners eveneens beschadigde mensen zijn. Maar dit gekwetst zijn maakt, naast blinde vlekken en beperkingen, juist ook de menselijkheid uit van de hulpverleningsrelatie. Het gaat fundamenteel om mens zijn in zijn beperktheid en onmogelijkheid de ander echt te begrijpen, en toch telkens weer de inzet op te bren-gen om het onhaalbare waar te maken. Zo vertelt de ervaringsdeskundige dat we als hulpverleners nooit echt dezelfde taal spreken als mensen in armoede. We zullen bovendien nooit écht weten hoe zij dit ervaren en wat het doet met hen.

Graag willen we ook aandacht besteden aan de fundamentele grondhouding uit de contextuele hulpverlening: de meerzijdige partijdigheid. Hierbij is de hulpverlener be-kommerd om al diegenen die door zijn hulpverlening worden beïnvloed. Meerzijdige partijdigheid is, gelijktijdig en achtereenvolgens, alle partijen horen die met de hulpver-lening te maken hebben. En hierbij bijvoorbeeld een afwezige partner of een overleden kind zijn plaats geven. Het is de bereidheid om de belangen van elke betrokken partij onder ogen te zien. We proberen op zoek te gaan naar waar iedere persoon onrecht aangedaan werd, erkenning te geven voor de inzet van en voor anderen en op zoek te gaan naar resterende hulpbronnen. Hier is het evenzeer belangrijk om zicht te heb-ben op de eigen context en deze te aanvaarden, opdat dit geen belemmerende factor wordt in de hulpverlening.

Page 16: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

16

Koen Van Sevenant beschrijft in het boek ‘Meervoudig gekwetsten’3 een ‘waaier van basisattitudes’. Het gaat erom dat een basishouding een impliciete houding is, waar-bij het aangeleerde onbewust wordt gehanteerd. Het is een manier van staan in je professionele bezigheid, een door je hele persoon gedragen manier van doen en zijn. Vanuit reflexieve praktijkervaring omschrijft Van Sevenant een aantal thema’s van een verwonderde, naar de ander gerichte basishouding. Stilstaan bij de eigen houding, kan dialoog hierover openen en verruimt zaken die zwaar vallen. Voor meer achter-grondinformatie verwijzen we naar het boek, maar toch nemen we hier graag enkele elementen over:

Tijdens een eerste gesprek met een koppel viel vooral de onuitgesproken on-derlinge spanning tussen hen op. Ik had het gevoel dat ze niet openlijk spra-ken. Aangezien het om een eerste gesprek ging, vond ik geen ingang om dit bespreekbaar te stellen. Korte tijd later zag ik beide partners apart. Dit gaf mij veel meer inzicht in hoe ze tegenover elkaar stonden en werd duidelijk hoe weinig begrip er nog was en hoe weinig ze elkaars goede intenties nog zagen. Op die manier kon ik nadien, tijdens gezamenlijke gesprekken, meer aandacht hebben voor dit aspect; ik had bij onderlinge discussies vaak meer aandacht op sfeerniveau dan op inhoudsniveau. Het heeft weinig zin om te blijven discus-siëren over de inhoud van iets, als duidelijk is dat het niet over die inhoud gaat maar dat het bijvoorbeeld met trots te maken heeft. Dit opende meermaals het gesprek over hoe men zich voelt en kon ik me beurtelings opstellen achter een van hen. Dit is uiteraard geen relatietherapie en dat moet het ook niet zijn, maar het maakt wel dat mensen opnieuw openstaan voor elkaar en dat ze op-nieuw samen aan de problemen willen werken, ieder met zijn eigen aandeel. Zo was bijvoorbeeld het deeltijds werken van de man een groot euvel. Zij verweet hem dat hij lui was en dat hij fysiek bekwaam moest zijn om als man voltijds te gaan werken. Bij hem leefde echter vooral de last op het werk, waardoor hij het niet zag zitten om voltijds aanwezig te zijn. Door deze context open te trekken, konden we samen zoeken naar hoe hij op het werk de moeilijkheden bespreekbaar kon stellen. Enerzijds zag zij in dat het niet enkel ‘lui zijn’ was. Anderzijds kon hij begrip opbrengen voor haar bezorgdheid om de inkomsten en dat haar boosheid zich niet alleen op hem als persoon richtte.

Page 17: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

17

o Duidelijkheid – helderheid – betrouwbaarheid - veiligheid

- een open communicatie / je binnenkant als hulpverlener laten zien; laten zien van waaruit je doet wat je doet; helder maken wat de gebeurtenissen bij jou oproepen - kaderen van waaruit je werkt; duiden welke regels er meespelen en welke wetten en systemen het handelen mee bepalen - je dubbele positie als werknemer – hulpverlener duidelijk maken; daar naast spiegelen van hoe je kijkt naar bepaalde zaken als mens - duidelijk maken en tolken van maatschappelijke systemen en structuren - proberen in dialoog helder te krijgen wat de zienswijzen van de samen- leving zijn op een bepaald thema - betrouwbaar zijn en blijven in gemaakte afspraken en toch menselijk en ook kwetsbaar; ook als hulpverlener blijf je kwetsbaar en kun je je vergissen of fouten maken; toon jezelf in die kwetsbaarheid zonder deze als goedprater voor onachtzaamheid te gebruiken - betrouwbaar en veilig zijn door een trouwe en aanhoudende hulpverlening; niet loslaten, ook niet als het eens grondig misgaat - congruent zijn in wat je als hulpverlener doet en zegt, teneinde een zekere voorspelbaarheid (=veiligheid) te waarborgen; toon je als hulp- verlener als een solide, open, maar toch samenhangende persoonlijkheid

o Respectvolle betrokkenheid

- geloof in wat mensen brengen, rekening houdend met het verschil tussen mogelijk beleefde en realistische werkelijkheid en de rolpatronen die in hulpverleningsrelaties worden opgenomen - positivisme: nadruk op sterke kanten, erkenning geven voor wat goed loopt, wat ondanks alles nog lukt - vanuit de meerzijdige partijdigheid: aanspreekbaar zijn voor en betrokken zijn op iedereen die door je interventies zou kunnen worden getroffen - stilstaan bij en serieus nemen van de door de hulpvrager aangebrachte feiten, belemmeringen, gevoelens, interacties; de keuze van de hulpvrager om een bepaald thema in te brengen of een bepaald verhaal te vertellen, is betekenisvol; het vertelt iets over de ordening, de drive en de loyauteiten van de hulpvrager en wat deze ziet als belangrijk om bespreekbaar te stellen en eventueel te veranderen. - krediet geven en vertrouwen in de mogelijkheid dat het gezin zelf de juiste keuze kan maken die leidt tot de oplossing van de problemen waarvoor het zich gesteld weet

Uit: Meervoudig gekwetsten, contextuele hulpverlening aan maatschappelijk kwetsbare mensen, Paul Heyndrickx, e.a., Lannoo 2005

Page 18: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

18

Door de veelheid aan persoonlijke informatie die we (soms noodzakelijk voor bij-voorbeeld sociaal onderzoek) aan cliënten vragen, krijgen zij vaak het gevoel dat ze ‘uitgehoord’ worden. Wat kan helpen om hen niet dat gevoel te geven, zijn zelfonthul-lingen zoals omschreven door Veronique Cappaert. Hierbij geef je op gepaste mo-menten ook iets terug van jezelf, koppel je terug hoe je een gelijkaardig voorval zelf ervaren hebt. Dat kan gaan om eenvoudige dingen, maar het vermijdt wel dat de ander het gevoel krijgt dat hij zich te eenzijdig moet blootgeven.

Doorheen het project en dankzij enkele opleidingen heb ik veel stilgestaan bij welke houding ikzelf aanneem en hoe ik me opstel t.a.v. mijn cliënten. Ik merk dat dit ook essentieel is om zelf te begrijpen waarom je door bepaalde zaken gefrustreerd raakt en om ervoor te zorgen dat je daarop niet vastloopt. Dingen waar je het meest boos om wordt in begeleidingen of waar je het moeilijkst mee omkan, zeggen vaak meer over jezelf dan over de feitelijke situatie. Wanneer je dit beseft, kan je de frustraties ook makkelijker plaatsen en met een ‘lege geest’ naar het verhaal van mensen luiste-ren. Boosheid die cliënten ten aanzien van jou uiten, krijgt bijvoorbeeld geen muur van weerstand, maar een plaats in het gesprek. Als je bovendien aangeeft wat de boosheid of het verhaal van anderen met jou doet, word je meer als mens gezien. Door durven toe te geven dat je ook fouten maakt, dat je het ook moeilijk hebt met bepaalde din-gen, dat je het soms ook allemaal niet onmiddellijk weet, kom je meer op gelijke voet met je cliënt en moet je niet opboksen tegen onrealistische verwachtingen dat jij voor dé oplossing zal zorgen. Door gemeend interesse te tonen voor het leven van alledag van cliënten, door ruimte te geven om daarover te mogen vertellen en door ook nu en dan iets over jezelf te vertellen, verklein je de afstand. Indien je echt op zoek gaat naar die dingen die goed lopen en er blijvend de aandacht op vestigt (ook al probeert

Zo gaf een cliënte, die pas verhuisd was, aan dat ze niet naar de plaatselijke supermarkt durfde te gaan. Ze had het al drie keer gepland, maar kon niet aan-geven wat haar tegenhield. In die periode was ik net zelf verhuisd en vertelde ik haar dat ik de eerste keer ook een vreemd gevoel had toen ik in mijn nieuwe woonplaats naar de superette ging. Het leek alsof iedereen me aankeek, zich afvroeg wie ik was en zag dat het de eerste keer was dat ik er kwam. Hoewel ik wel besefte dat dit maar inbeelding was, deed het toch raar. Terloops haalde ik dit voorval aan. Zij stond er van te kijken, maar zei wel: “Dan is het niet zo vreemd dat ik dat niet direct durf!”. Ik bood aan om eventueel op zoek te gaan naar iemand die de eerste keer met haar mee kon gaan. Ons kort gesprekje hierover en haar geruststelling dat haar gevoel niet ‘abnormaal’ was, gaf haar echter voldoende zelfvertrouwen om de stap alleen te zetten. Bij mijn volgende huisbezoek was ze alleen naar de winkel geweest…

Page 19: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

19

men het zelf te minimaliseren), voelen cliënten dat je het echt meent met hen en dat jij iemand bent die hen niet ziet als ‘probleemgeval’. Mensen na een tijdje bijvoorbeeld nog eens opbellen om te horen of alles nog goed loopt, is voor ons een kleine moeite, maar geeft cliënten wel het gevoel dat er iemand is waar ze op kunnen terugvallen en die hen niet vergeten is. De stap om dan iets te vragen is minder groot en zorgt ervoor dat eventuele nieuwe moeilijkheden zich niet opstapelen.

Je basishouding is naar mijn inzien iets waar je blijvend aandacht voor moet hebben. Bovendien heb je tijd nodig om op zoek te gaan naar wat je (onbewust) belemmert in je functioneren. Overleg met collega’s hierover kan bijvoorbeeld heel verhelderend zijn. Inzicht hierin maakt dat we als maatschappelijk werker ook op zoek gaan naar onze kracht en dat het in die zin voor ons ook empowerend werkt. Het vermindert de druk op jou als persoon omdat je weet van waaruit je werkt als maatschappelijk werker, op welke sterktes je beroep kan doen, maar ook welke je beperkingen zijn. Om onze eigen draagkracht te vergroten, denk ik dat we dus in eerste instantie in eigen ziel moeten durven kijken.

Page 20: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

20

In dit onderdeel trachten we een overzicht te geven van enkele praktische hulpmidde-len die we doorheen ons project toegepast hebben en waarvan wij het gevoel hadden hiermee meer te bereiken met onze cliënten.

3.1 Genogram en ecogram

Een genogram is een grafische weergave van de samenstelling van een familie. In de letterlijke betekenis van het woord is het een stamboom, een overzicht van de ver-wantschappen, de feitelijke samenstelling van een gezin en de ruimere familie, over minstens drie generaties. Het gaat verder dan een traditionele stamboom doordat het erfelijke en psychologische factoren visualiseert, die invloed hebben op de re-laties van de betrokkenen. De aard van belangrijke relaties kan hierdoor verder geëxploreerd worden. Een genogram schematiseert gezinsrelaties en situeert ze in een familiale context. Het geeft inzicht in de relationele dynamiek van een gezin en in de mogelijke transgenerationele problematiek.

Het ecogram is een visuele schematische voorstelling van iemands sociale netwerk. De belangrijke, relevante externe relaties krijgen een plaats in het ecogram. Ook hier kan opnieuw de kwaliteit van de relatie aangeduid worden. Het maakt de be-tekenisvolle relaties van mensen zichtbaar. Bovendien kunnen we hierdoor op zoek gaan naar bronnen in de omgeving van de cliënt die een hulp kunnen zijn bij het beantwoorden van de hulpvraag.

Voor meer achtergrondinformatie, de gebruikte symbolen en een voorbeeld, verwij-zen we naar bijlage 1.

PRAKTISCHE HULPMIDDELEN3

Page 21: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

21

Tijdens het project hebben we bij het opmaken van een genogram meestal de combinatie gemaakt met het ecogram. We vertrokken vanuit de familiale banden, en vulden dit rondom aan met het ruimere netwerk. Zo hadden we bij een bepaalde cliënte in het verleden al meermaals tevergeefs getracht haar toe te leiden tot groepswerk of vormingsaanbod. Vooral omdat wij het gevoel hadden dat zij een te beperkt sociaal netwerk had. Dit werd echter nooit op die manier geëxpliciteerd naar haar toe. De opmaak van het ecogram opende wel het gesprek omtrent het sociale netwerk en gaf voor haar ook de aanlei-ding om te vertellen dat ze het er best moeilijk mee had om op weinig mensen beroep te kunnen doen bij moeilijkheden. Op die manier gingen we samen op zoek naar mogelijke oplossingen en kon zij wel toegeleid worden naar een groepswerking. Ze was fier op zichzelf dat ze de stap had durven zetten (wat ons weer de gelegenheid gaf om haar kracht te bevestigen) en ze gaf aan dat het haar ‘deugd gedaan had om nog eens onder de mensen te komen’. Verder bleek uit dit genogram dat er uitzonderlijk veel echtscheidingen voorkwamen in de familie. Dit gaf gelegenheid om terug te gaan naar hoe zij de echtscheiding van haar ouders ervaren had en hoe dit invloed had op haar eigen stukgelopen relaties. Maar ook om te bekijken wat dit voor haar dochter betekende en wat haar eigen aandeel kon zijn om ervoor te zorgen dat deze ‘erfenis’ niet doorge-geven wordt aan haar dochter.

Meermaals bleek uit het opmaken van een genogram dat er meer ‘gezonde bronnen’ waren in de omgeving van mensen, dan oorspronkelijk gedacht. Dit opende de deur naar het aanspreken van dit ‘sociaal kapitaal’ en om het op termijn uit te breiden. Daarnaast kreeg het psychologisch kapitaal van mensen aandacht i.c. de kracht om toch hulp te durven vragen aan de naaste omgeving en anderen aan te spreken on-danks de vaak vele negatieve ervaringen en het gekwetst zijn in relaties.

Het genogram kan in verschillende fasen van de hulpverlening toegepast worden. Al-lereerst kan het gebruikt worden in de intakefase. Hierdoor komt men sneller tot de kern van de hulpvraag. Doordat het probleem gesitueerd wordt in een ruimere con-text, op een visuele manier, krijgen mensen onmiddellijk erkenning voor hun levensge-schiedenis. We zijn van mening dat werken met het genogram tijdens een intake ertoe kan bijdragen dat er sneller inzicht komt in de volledige situatie, zowel voor de cliënt als voor de maatschappelijk werker. Dit maakt snel duidelijk dat er belang gehecht wordt aan het volledige plaatje. Vervolgens kan het genogram in de loop van de bege-leiding een communicatiemiddel worden. Het kan samen met de cliënt geanalyseerd en geïnterpreteerd worden. Mensen ervaren dit als een welgemeende interesse en betrokkenheid. Tenslotte kan het genogram ook gebruikt worden in werkoverleg, om besprekingen met collega’s gestructureerd te laten verlopen.

Page 22: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

22

Zoals uit een gesprek met de ervaringsdeskundige bleek, is het belangrijk om uit te leggen aan cliënten waarom je een genogram opmaakt. Mensen moeten weten wat je doet. Dit neemt hun ongerustheid weg. Bovendien moeten zij zelf de toestemming kunnen geven voor deze manier van werken, wat opnieuw erkenning zal geven voor hun eigen beslissingsrecht.

We maken hierbij de opmerking dat de hulpverlener steeds zelf de overweging zal moeten maken of de timing voor de opmaak van een genogram goed is. Mensen die in een crisissitu-atie verkeren of een zeer dringende hulpvraag hebben, zullen zich niet erkend voelen in hun angst of onzekerheid wanneer eerst een genogram opgemaakt wordt. De focus moet dan liggen op de meest acute vraag van de cliënt. Verderop in de begeleiding kan het echter wel belangrijk worden om ook na te gaan wat ten grondslag ligt aan deze acute problemen.

Page 23: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

23

3.2 Life-eventlijn

Tijdens het opmaken van een genogram, of tijdens andere gesprekken, komt vaak een veelheid van gebeurtenissen uit het leven van de cliënt naar voor. Om hier een zekere ordening in te krijgen, zowel voor de cliënt als voor de hulpverlener, kan het opmaken van een life-eventlijn een nuttig hulpmiddel zijn. Het is een grafische weergave van be-langrijke gebeurtenissen in het leven van mensen. De data van scharniermomenten uit het leven van de cliënt worden chronologisch op een horizontale as aangeduid. Het kan een leidraad vormen voor wat belangrijke momenten zijn in het leven van de cliënt en maakt de betekenis van deze momenten bespreekbaar. Het is echter niet de bedoeling om het verleden van de cliënt van jaar tot jaar uit te spitten. Wel kan het een indicatie geven van wat voor de hulpvrager van tel is, welke gebeurtenissen zijn levensloop beïn-vloed hebben. Best is dan ook dat dit opgemaakt wordt wanneer er al een zekere basis van vertrouwen is en naar aanleiding van wat de hulpvrager zelf aanbrengt.

We willen hierbij benadrukken dat we met de opmaak van een genogram en life-eventlijn niet eenzijdig willen focussen op het verleden. We willen wel de kwetsuren uit het ver-leden een plaats geven, de last aanvaarden en op zoek gaan naar de ‘successen’ van het verleden om zo snel mogelijk te schakelen naar de kracht en mogelijkheden van de cliënt.

Ik maakte een life-eventlijn op met een cliënte, die nog heel erg rouwde om het verlies van haar man zes jaar geleden. Haar man was plots gestorven en zij had dit nog niet verwerkt. Dit gegeven kwam in ieder gesprek opnieuw naar voor als iets wat zwaar op haar woog. Zij voelde zich zelfs bijna schuldig dat ze die gevoelens had, want anderen wezen haar erop dat het ‘toch al zes jaar geleden was’. We namen steeds de ruimte om haar erover te laten vertellen, aangezien zij hiermee moeilijk bij anderen terecht kon. Dit maakte wel dat ie-der gesprek zwaar beladen werd met dit gegeven en er moeilijk naar positieve elementen geschakeld kon worden. Door een life-eventlijn op te maken, kreeg het verlies van haar man een plaats tussen andere veelbetekenende momen-ten. Hierdoor kwam de aandacht ook te liggen op de positieve gebeurtenissen, zoals de geboorte van kleinkinderen of haar verhuis naar een andere plaats om een nieuwe start te nemen. Op die manier kon zij zien dat er, ook na het overlijden van haar man, nog mooie momenten haar leven positief beïnvloed hadden. Zonder ze te negeren lag de focus niet meer eenzijdig op de negatieve gevoelens van gemis en verdriet.

Page 24: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

24

Zoals Koen Vansevenant e.a.5 stellen, is het belangrijk bij de opmaak van een life-event-lijn, te werken in de taal van de cliënt. Gebruik de woorden van henzelf om op de as te plaatsen. Dit geeft iets weer over de betekenis en beleving die men aan de gebeur-tenis koppelt. Zoals ook in het gesprek met de ervaringsdeskundige duidelijk werd, is het voor cliënten vaak moeilijk om terug te gaan naar het verleden, aangezien dit vaak vaag en ver weg is. Het is dan goed zelf voorbeelden aan te halen van gebeurtenissen waarvan je op de hoogte bent. Dit helpt hen om terug te gaan in de tijd en een zicht te krijgen op hoe de levensloop eruit ziet. Bovendien geeft het teruggaan naar eerdere gebeurtenissen een gevoel van afstand waardoor de gevoelens die ermee gepaard gin-gen, gemakkelijker uitgesproken kunnen worden. De vraag “Hoe voelde dat tóen voor jou?” geeft meer opening dan “Hoe was dat voor jou?”. Het is een kleine nuance die er toch voor kan zorgen dat mensen beter terug kunnen gaan naar het gevoel van tóen en er beter taal aan kunnen geven.

Zo wezen de respondenten in het onderzoek van Jan Vranken e.a. 1 ook op het belang van bewustzijn om tot verandering te komen. Door inzicht in het verleden worden minder fouten gemaakt. Vragen naar het levensverhaal is een manier om dit inzicht te bekomen. Door de oorzaken van bepaalde gedragingen te beseffen en te verwerken, kan dit patroon doorbroken worden. Het geeft mensen ook de gelegenheid om te aanvaarden wat het verleden gebracht heeft en de keuze te maken het in de toekomst anders aan te pakken.

1 Voetnoot: Biografisch onderzoek naar de vraag hoe het komt dat sommige armen wel en andere niet aan de toestand van generationele armoede kunnen ontsnappen. Bij deze kwalitatieve analyse van een opwaartse sociale mobiliteit in een generatie-arme context, ligt de focus op de wisselwerking tussen context en betekenis. (8)

Page 25: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

25

3.3 Gezamenlijk en persoonlijk budgetplan

Modellen van budgetplanningen zijn in overvloed te vinden. Toch merkten we dat er vaak pas na enige tijd onduidelijkheden omtrent het gebruik naar boven kwamen, of dat mensen het niet blijvend gebruikten. Daarom kozen we ervoor om mensen zelf (en samen) een plan op te laten stellen. Dit geeft in essentie steeds hetzelfde resultaat, namelijk een bruikbaar overzicht van inkomsten, uitgaven, extra’s e.d., maar de vorm-geving is steeds anders. We lieten mensen eerst zelf proberen om een overzicht te maken. Dit laat onmiddellijk de capaciteiten en inzichten van cliënten in hun budget zien. Het geeft de mogelijkheid om de inspanning positief te benoemen en om er ver-der een gezamenlijk plan van te maken. We merkten dat cliënten fier waren op hun eigen planning en dat ze dit ook beter volhielden. Zo gebeurde het zelfs dat cliënten opnieuw aan mij moesten uitleggen hoe hun planning in elkaar zat. Voor mij was het plan in eerste instantie niet altijd duidelijk, maar voor hen was het wel bruikbaar en een overzichtelijk houvast. Bovendien was het voor hen opnieuw versterkend dat zij aan mij konden uitleggen wat ze uitgewerkt hadden.

Het komt echter ook voor dat de competenties van mensen te beperkt zijn en dat ze niet weten hoe eraan te beginnen. Om dan een negatieve ervaring te vermijden, is het belangrijk om voorbeelden aan te reiken of om onmiddellijk samen aan de slag te gaan. Anderen waren reeds zo vertrouwd met de planningen die op de dienst zelf gebruikt werden, dat zij deze aanhielden. De keuze moet dus steeds bij de cliënt zelf gelaten worden. We spraken hen wel aan op hun eigen verantwoordelijkheid om een duidelijk overzicht te bekomen van de financiële situatie en zochten naar de best haalbare taak om hen hierin hun aandeel te laten hebben.

Page 26: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

26

3.4 Hulpverlening met een vaststaand open einde

We kennen allemaal de moeilijkheid om mensen te motiveren om opnieuw dingen zelf in handen te nemen, wanneer ze zich genesteld hebben in de hulpverlening. Bo-vendien zijn het vaak mensen die het minst hard roepen of ‘klagen’ en waarbij het budgetbeheer slechts een beperkte administratieve inspanning vraagt. Het zijn de dossiers waarvan we zeggen: “dat loopt wel”. We menen er niet al te veel extra werk mee te hebben, en door de werkdruk laten we het op die manier verder lopen. We doen, omwille van tijdsgebrek, weinig extra inspanningen om de begeleiding af te bou-wen. Wij zijn er echter van overtuigd dat dit noch de cliënt, noch de hulpverlener ten goede komt. Op termijn wordt de cliënt niet meer aangesproken op zijn verantwoor-delijkheid en zijn kwaliteiten en ontstaat er een desinteresse voor het budget en de administratie. Voor de hulpverlener betekent dit op termijn enkel de frustratie dat er met een groot aantal cliënten niets bereikt wordt.

Bij de overgang naar het project peilden we bij de cliënten wat hun motivering was om nog steeds in budgetbeheer te zijn. Liefst 44% van de overgenomen cliënten gaf zelf als voornaamste reden aan dat ze het ‘gemakkelijk’ vonden. Ze vonden het best in orde dat ze facturen en documenten in de OCMW-brievenbus konden deponeren en dat ze er gerust in waren dat het wel betaald of ingevuld zou worden. We kozen er dan voor om de eindigheid van de begeleiding te benadrukken. Er werd duidelijk gesteld dat budget-hulpverlening geen onbegrensd gegeven is en dat we aan afronding gingen werken. Bij een aantal cliënten was er dus in aanvang een lichte dwang vanuit de dienst, het duwtje in de rug, dat zich na enkele positieve ervaringen al snel omvormde tot de drang om meer zelf in handen te nemen. Uiteraard werd ook gewezen op het feit dat mensen nadien steeds beroep op onze dienst konden doen bij moeilijkheden of om hulp bij het invullen van documenten e.d. Het bleek immers een levendige misvatting bij veel cliënten dat de deur van het OCMW ook achter hen gesloten zou worden bij een stopzetting van het budgetbeheer. Maar de nadruk bleef liggen op het samen werken aan taken terug zelfstandig uitvoeren, opdat men zoveel mogelijk alleen verder kon.

Page 27: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

27

Hiermee samenhangend stelden we vast dat veel cliënten afkerig waren t.a.v. afbouw, omwille van de ‘financiële voordelen’ die gekoppeld zijn aan budgetbeheer. Zo is bud-getbeheer bij een aantal sociale voordelen één van de voorwaarden om in aanmerking te komen. Dit is bijvoorbeeld vaak opgenomen in reglementen omtrent socio-cultu-rele participatie, Sinterklaasbonnen, e.d. waartoe het OCMW initiatief neemt. Dit wordt dan aan mensen voorgesteld naar aanleiding van het budgetbeheer en zij weten niet dat er nog andere mogelijkheden zijn om hier ook beroep op te kunnen doen. Bij deze een pleidooi om sociale voordelen zeker nooit te koppelen aan budgetbeheer al-leen en ook aan mensen te verduidelijken wat andere toelatingsvoorwaarden kunnen zijn. Zo leefde bijvoorbeeld bij velen het idee dat zij geen beroep meer zouden kun-nen doen op voedselpakketten, dat terugbetaling van medische kosten stopgezet zou worden of dat zij zelfs geen steunaanvragen meer zouden kunnen doen na stopzetting van het budgetbeheer. Het lijkt ons belangrijk om deze misvattingen bij cliënten op te sporen en uit de wereld te helpen.

Page 28: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

28

3.5 Motivatie uitklaren

Budget terug zelfstandig leren beheren houdt vaak een grote verandering in voor cliënten. Hiervoor is motivatie nodig. Veel cliënten komen met de vraag naar budget-beheer omdat dit is wat ze kennen van het OCMW als mogelijke oplossing voor hun problemen. Vaak wordt er vrij snel overgegaan tot het volledig overnemen van het budget, zonder stil te staan bij wat mensen ertoe beweegt om deze vraag te stellen. In navolging van de motivatiecirkel van Prochaska en Diclemente (bijlage 2) hechten we belang aan het achterhalen van waar mensen zich bevinden in de motivatiecirkel. Indien cliënten nog in de voorbeschouwing zitten en er dus nog veel weerstand is en een grote ontkenning van de problemen, zijn zij niet klaar voor verandering of voor budgetbeheer. Het is dan nodig om de overweging te maken tussen wat budgetbeheer hen oplevert en welke toegevingen het van hen vraagt. Het positieve en het negatieve wordt in de weegschaal gelegd. Zij moeten zelf de balans kunnen laten overhellen naar wat voor hen het zwaarst doorweegt. Wij kunnen hen helpen om kritisch naar de situatie te kijken en het onbehagen te verhogen opdat de keuze gemakkelijker ge-maakt kan worden. Indien we te snel naar de beslissingsfase gaan, zonder voldoende aandacht te besteden aan de overwegingen die men maakt, is de kans op terugval veel groter. Daarom willen we in de intakefase meer aandacht besteden aan motivatie opdat budgetbeheer een bewuste keuze wordt en de wederzijdse verwachtingen dui-delijk zijn. Op die manier vermijden we te snel over te gaan naar een meer ingrijpende vorm van hulpverlening dan werkelijk nodig is. Hoe meer we in aanvang onnodig overnemen, des te gemakkelijker mensen zich nestelen, des te moeilijker opnieuw activeren wordt.

Ter illustratie geven we het voorbeeld van Dirk en Vivianne

Het gezin van Dirk en Vivianne vroeg budgetbeheer aan naar aanleiding van openstaande schulden waar ze geen oplossing meer voor vonden. Zij hielden al twee jaar het hoofd boven water met één inkomen, omdat op zijn inkomen volledig loonsbeslag gelegd was.

In aanvang was er vooral bij Vivianne bijzonder veel weerstand. Zij kwam ook niet mee naar de sociale dienst. Ze was snel boos op de maatschappelijk assi-stent en legde al snel de ‘schuld’ van bepaalde zaken bij haar. Ze leek een beetje op zoek naar dingen die fout zouden lopen. Aanvankelijk kwam het over alsof Dirk de beslissing tot budgetbeheer genomen had en dat Vivianne hier niet ach-ter stond. We kregen die indruk o.a. door haar afwezigheid tijdens de afspraken. Hoewel ze afwezig bleef voor de gesprekken, stelde ze toch telefonisch haar

Page 29: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

29

‘eisen’ over hoe de zaken moesten lopen. Als maatschappelijk assistent heb je dan al snel de indruk dat het ‘moeilijke’ cliënten zijn die niet willen meewerken en budgetbeheer gebruiken om de schuldeisers op afstand te houden.

Omdat ons team huisbezoeken ziet als een meerwaarde om vlotter een ver-trouwensband op te bouwen met mensen, ging ik ook bij hen op huisbezoek, toen ik het dossier overnam. Omwille van de weerstand die wij dachten te zien, heb ik getracht tijdens het eerste gesprek naar hun motivatie te kijken. Ik heb hen voorgesteld om tijdens dat eerste gesprek de financiële bespreking even aan de kant te zetten en om samen met hen te kijken naar hun verwach-tingen van budgetbeheer en hun beweegredenen om hiermee te starten. Al snel kwam er veel kwaadheid naar boven, die ik ook benoemde. Dit gaf me-vrouw de gelegenheid om te ventileren over wat zij vond dat allemaal fout liep. Het deed haar zichtbaar goed om eens eerlijk te mogen vertellen wat ze nu werkelijk dacht van het OCMW en hoe moeilijk het voor haar was om haar budget uit handen te geven. Verder bleek dat zij de drijvende kracht geweest was achter de beslissing om in budgetbeheer te komen. Zij legde de schuld van de financiële problemen volledig bij haar partner en daarom kwam zij ook niet mee naar het OCMW. Ze vond dat hij het dan ook maar moest oplossen. Als het aan Dirk lag, waren ze niet in budgetbeheer gekomen, volgens Vivianne.

Haar motivatie voor budgetbeheer leek dus aanvankelijk vooral ontstaan om druk op hem te kunnen leggen en om hem ontzettend veel verwijten te maken over het verleden. Dit verbreden en vragen naar wat budgetbeheer haarzelf ook kon opleveren, deed haar stilstaan bij zichzelf en maakte haar verhaal ge-nuanceerder. Door te benoemen wat het van hen vroeg om hun budget uit handen te geven en dat ze voor de moeilijkheid ervan erkenning kregen, kon-den ze de afweging tussen plus- en minpunten van budgetbeheer beter maken. De weegschaal begon duidelijk meer door te wegen naar de voordelen van het tijdelijk een aantal zaken uit handen geven. Bovendien gaf dit me ook de gelegenheid om hen toch op hun eigen verantwoordelijkheid te wijzen in de be-steding van het budget. Hoewel ze niet meer zelf aan hun geld konden, legde ik vooral de nadruk op het feit dat zij uiteindelijk beslisten wat er met hun centen gebeurde en vooral dat we zo snel mogelijk zouden trachten om hen opnieuw zaken zelf te laten doen. De eindigheid van de begeleiding werd hiermee op-nieuw benadrukt. Daarnaast stonden we stil bij welke onzekerheid het voor hen toch ook meebracht en waar de weerstand juist in zat. Bovendien bleek dat mevrouw zichzelf ook steeds in een negatief daglicht stelde. Zo haalde ze bijvoorbeeld aan dat ze nooit meekwam naar het gesprek op het OCMW

Page 30: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

30

omdat ze toch maar overal aanzien werd als een ‘wringer’ en iemand met een grote mond. Ze was dan ook verwonderd te horen dat ze ook gezien kon worden als iemand die duidelijk voor haar mening uitkomt en waar men van weet wat je eraan hebt, als iemand die voor zichzelf en haar gezin wil opkomen en dat dit net heel veel moed vraagt. Doordat ze erkend werd in wie ze was en dat haar inzet gezien werd, ebde de spanning en de weerstand stilaan weg. Bovendien gaf het openheid om te spreken over hoe ze overkomt naar ande-ren, hoe anderen haar gedrag anders interpreteren dan dat zij zelf bedoelt en wat ze hieraan kan doen. Door eerst stil te staan bij wat we van elkaar konden verwachten, werd het ook toegelaten dat er over deze zaken gesproken werd en liet ze ook toe dat ik haar confronteerde met een aantal van haar gedragin-gen en de gevolgen ervan. Ik had veel aandacht voor hoe zwaar het voor hen de afgelopen jaren geweest moest zijn en dat ze ondanks alles het hoofd boven water hielden. Hiermee probeerde ik recht te doen aan hun basisbehoefte dat hun inzet gezien en erkend wordt. Het was hierbij belangrijk om mijn eigen idee over wat ze best deden of wat de ‘beste oplossing’ zou zijn aan de kant te zetten. Ik zocht naar hun eigen mogelijkheden om de problemen het hoofd te bieden.

Door voldoende stil te staan bij het waarom van de vraag tot budgetbeheer, wordt het een bewuste keuze van mensen, weten ze wat het concreet zal inhouden en wat ze mogen verwachten. Het wordt niet zo maar één van de vele pogingen in de rij om iets aan de problemen te doen. Ook dit is een kleine stap in het helpen van mensen om hun kritisch besef te verhogen. Bovendien geeft een sterke en gegronde motivatie een steviger basis om met budgetbeheer te starten.

Page 31: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

31

3.6 Eigen krachten aanspreken

“De krachtenbenadering gaat ervan uit dat alle mensen (en omgevingen) een inherente capaci-teit tot leren, groeien en veranderen in zich hebben. Het is de taak van de hulpverlener om deze krachten samen met de hulpvrager en zijn omgeving op te sporen en te mobiliseren.” 4

We trachten om op zoek te gaan naar het psychologisch kapitaal dat bij mensen aan-wezig is. Door van daaruit te vertrekken zien we dat cliënten sneller positieve erva-ringen kunnen opdoen en dat hun zelfvertrouwen groeit. We zoeken naar de dingen die goed lopen, waar mensen energie uit putten, naar het lichtpuntje waar ze zich aan vastklampen, … Het zijn de inspanningen die ze leveren om het hoofd boven water te houden die het meest aandacht krijgen.

Ter verduidelijking hiervan nemen we graag de vooronderstellingen, die de krachtenbenade-ring van Bind-Kracht formuleert, over:

• “Eerst en vooral, en niettegenstaande de moeilijkheden die het leven met zich

brengt, hebben alle mensen en milieus een kracht in zich die ingezet kan

worden om de kwaliteit van het leven van de hulpvrager te verbeteren.

Hulpverleners dienen deze kracht te respecteren evenals de manier waarop

de hulpvrager deze wil toepassen.

• De motivatie van de hulpvrager wordt vergroot wanneer er een voortdurend

appel wordt gedaan op de eigen kracht zoals die door de hulpvrager wordt

omschreven.

• De eigen krachten kunnen alleen worden blootgelegd als hulpvrager en

werker samen op ontdekkingstocht gaan; de ‘deskundige’ hulpverlener heeft

dus niet het laatste woord over wat goed is voor de hulpvrager.

• Door de nadruk te leggen op de eigen vermogens, zal de werker zich minder

gauw laten verleiden tot het ‘beschuldigen van het slachtoffer’ en meer

gefocust blijven op de manier waarop de hulpvrager zich zelfs in de meest

moeilijke situaties staande heeft weten te houden.

• Alle milieus, zelfs de meest grauwe, dragen een krachtbron in zich.” 4

Page 32: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

32

We merken dat het uitgebreid aandacht besteden aan de vele inspanningen die men-sen reeds geleverd hebben, de vertrouwensrelatie bevordert. De cliënt weet dat je gemeend op zoek wil gaan naar wat voor hem aanvoelt als de juiste weg om zijn doelstellingen te bereiken. Bovendien krijgt men erkenning voor het zware werk dat reeds verzet is en krijgt de eigen aanpak een belangrijke plaats. Zo werd in het dos-sier van Dirk en Vivianne de aanvankelijk sterke weerstand omgevormd tot respect, doordat men erkenning kreeg voor de zwaarte van de situatie en de eigen aanpak waarop verder gebouwd werd.

Bij Dirk en Vivianne hebben we van in het begin de nadruk gelegd op de eigen sterktes van het gezin. Zij hadden een aantal belangrijke vaardigheden die nodig waren om hun budget te kunnen beheren. Zo konden ze bijvoorbeeld heel goed schipperen met het weinige leefgeld dat ze hadden, wisten ze goed wat er allemaal betaald moest worden, konden ze moeilijk plannen op lange termijn, maar wel een zeer gedetailleerde korte termijnplanning maken, enz. We tracht-ten dan ook om deze aanwezige krachten te stimuleren, om ze verder uit te breiden naar andere gebieden. Hierdoor hadden zij toch het gevoel mee te kunnen bepalen wat er met hun geld gebeurde. Toen bijvoorbeeld uitkwam dat zij nog enkele inkomsten op een oude rekening lieten storten, reageerde Vivi-anne onmiddellijk zeer verdedigend en haalde zij allerlei redenen aan waarom ze dit gedaan hadden. Wanneer begrip getoond werd voor hun keuze en er dui-delijke afspraken gemaakt werden over waaraan zij dat geld zouden besteden, zagen we dat het gezin er ook heel zorgzaam mee omging en budgetbewuste keuzes maakte. Het was voor hen een erkenning in hun capaciteiten om dit gedeelte zelf te kunnen besteden. Als maatschappelijk assistent dien je dan het idee dat álle inkomsten op de budgetrekening moeten komen, los te laten. We moeten ook durven vertrouwen op de eigen capaciteiten van cliënten.

Page 33: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

33

3.7 Huisbezoeken

De meerwaarde van huisbezoeken wordt algemeen erkend. Toch is dat vaak hetgeen we het snelst achterwege laten als de werkdruk groter wordt. Op termijn menen wij echter dat de toegevoegde waarde van huisbezoeken het voordeel van de tijdswinst om het niet te doen, ruimschoots overstijgt.

In een afbouwfase geven regelmatige huisbezoeken het grote voordeel dat de prakti-sche zaken goed mee gevolgd kunnen worden. Het wordt bijvoorbeeld geen praten over het klasseren van documenten, maar het onmiddellijk samen doen. Zo citeert Katrien Vandenbempt Broos6: “Thuis zijn de problemen het meest zichtbaar en aanvoel-baar, de mensen hoeven er niet altijd over te vertellen. Op deze manier wordt het abstractie-niveau verlaagd en kan er op een meer concrete manier gewerkt worden. De transfer van het praten naar het doen wordt uitgeschakeld. Er wordt gepraat tijdens het doen.”

Bovendien is het makkelijker om in te leven in de leefwereld van betrokkene door de eigen omgeving te kunnen aanvoelen. Daarnaast merken we dat mensen vaak vereerd zijn dat je tot bij hen komt en ze hun leefomgeving kunnen laten zien. Ze merken dat ze de inspanningen van een ander waard zijn en voelen zich au-serieux genomen. Het is ook makkelijker om de inzet van de cliënt te zien en te benoemen. Het geeft de gelegenheid om toch nog positieve elementen te distilleren wanneer de cliënt het gevoel heeft dat niets meer goed loopt. Tenslotte merken we ook dat cliënten sneller vertrouwen geven en dat ze in de eigen leefsituatie vlotter vertellen over de moeilijk-heden van alledag. Een gesprek over foto’s aan de muur bijvoorbeeld, kan een vlotte overgang zijn naar het opmaken van een genogram.

Page 34: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

34

3.8 Op zoek naar haalbare doelstellingen en succeservaringen via…

Om terug perspectief te creëren wanneer mensen geen vooruitgang meer zien, gaan we samen op zoek naar doelstellingen die een succeservaring met zich mee kunnen brengen. We gaan voldoende aandacht besteden aan wat mensen van ons verwachten, maar ook welke richting mensen uit willen. We gaan op zoek naar de wens achter de klacht, naar het doel achter het probleem.

3.8.1 … de wondervraag, …

Vaak is het moeilijk om te komen tot duidelijke doelstellingen. Het is onze taak om mensen te helpen taal te geven aan hun wens over de toekomst. Een hulpmiddel hierbij is de wondervraag. Het helpt mensen om zich een voorstelling te maken van de toe-komst. De wondervraag vraagt de cliënt om in detail te beschrijven hoe zijn situatie zou zijn als een wonder zou hebben plaatsgevonden en het probleem zou zijn opgelost. De kracht van de vraag is dat hij de aandacht van de cliënt heel snel verschuift van het probleem naar de gewenste toekomst. De wondervraag kan er als volgt uitzien:

“Mag ik je een vraag stellen die misschien een beetje raar is? Stel je valt vannacht in een diepe slaap en er gebeurt een wonder. Het wonder is dat jouw probleem is verdwenen, dat je er geen last meer van hebt. Maar je slaapt, dus je weet niet dat het wonder heeft plaatsge-vonden. Als je morgen wakker wordt, wat zullen dan de eerste dingen zijn waaraan je merkt dat het wonder heeft plaatsgevonden? Wat doe je anders, wat merken anderen aan jou?”

De cliënt uitnodigen om te visualiseren hoe zijn leven is nadat het probleem er niet meer is, heeft vaak een sterk effect. Het geeft hoop op een betere toekomst. Boven-dien worden cliënten zich hierdoor meestal bewuster van hun eigen gedrag en hoe ze hun situatie positief kunnen beïnvloeden. Of zoals Coert Visser het omschrijft: “Eigen-lijk is het zo dat wanneer mensen beschrijven hoe ze dingen willen hebben, de verandering al begonnen is.” 18

We stelden de wondervraag aan een cliënte die het gevoel had dat alles fout liep in haar leven, zonder dat ze er een aanwijsbare reden voor kon vinden. Ze was tevergeefs op zoek naar de oplossing voor de moeilijkheden, kon die niet vinden en kon geen positieve elementen meer zien. Door de wondervraag kwam aan het licht dat zij heel graag een nieuwe start wou nemen op een an-dere plaats en dat zij haar woning graag wou verkopen. Hoewel dit in eerste

Page 35: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

35

instantie een hele opgave zou lijken, was een woningverkoop toch iets wat opnieuw perspectief bracht in haar leven. We konden verder uitdiepen wat er dan anders zou zijn en we zagen dat het dan niet alleen ging om het vermin-deren van het praktische onderhoud en de financiële last, maar ook om het afsluiten van de periode met haar ex-partner, het gevoel dat buren een negatief beeld van haar hadden, de nood aan een nieuw sociaal netwerk, enz.

Het is belangrijk om de antwoorden uitgebreid door te nemen zodat een zo gedetail-leerd mogelijk beeld verkregen wordt van de oplossing, opdat deze als realiseerbaar gezien wordt. Na uitgebreid op de wondervraag ingegaan te zijn, kan er gevraagd worden of sommige aspecten van het wonder al aan het gebeuren zijn, wat een goede gelegenheid is om te zoeken naar positieve uitzonderingen. Uitzonderingen op een probleem vormen immers een deel van de oplossing ervan.

3.8.2 … eenvoudige doe-opdrachten, …

Bij de weg die afgelegd wordt om de doelen te bereiken, proberen we in heel kleine, haalbare stappen te werken met de intentie succeservaringen te creëren. De op-drachten die mensen krijgen, moeten binnen hun bereik liggen.

3.8.3 … complimenteren, …

Complimenten geven bij de succeservaringen werkt motiverend op mensen, indien ze echt en welgemeend gegeven worden. Ze moeten door de cliënt als relevant ervaren worden en het moet een positief bekrachtigen zijn en geen ‘mouwvegen’.

In het dossier van Dirk en Vivianne werkten we met eenvoudige doe-opdrach-ten waarin we probeerden om hen beiden te betrekken. Zo moest Dirk bij-voorbeeld voor een kaft zorgen om zijn persoonlijke documenten in te be-waren (die voordien in een kast op een hoop lagen), en vroeg ik aan Vivanne om erbij te helpen, aangezien zij een perfect georganiseerde kaft had met haar eigen documenten. Wanneer we dan nadien papieren nodig hadden, vond hij ze ook snel terug en gaf dit weer gelegenheid om complimenten te geven over de opvolging ervan.

Page 36: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

36

We maken een kanttekening bij het geven van complimenten aan de hand van volgend voorbeeld van Marianne:

De goede vorderingen die Marianne maakte bij de afronding van het budgetbe-heer, leenden zich perfect tot het maken van veel complimenten. Zij leek daar ook bijzonder fier op te zijn en leefde op als je haar erop aansprak. Ze begon ook steevast ieder huisbezoek met het trots tonen van haar boek waar ze de extra’s en het leefgeld in opgeschreven had. Door de intensievere contacten vertrouwde ze me ook steeds vaker dingen toe waar ze het moeilijk mee had. Ik had dus het gevoel dat er een goede vertrouwensband ontstond. Groot was dan (innerlijk) ook mijn ontgoocheling toen ze me vertelde dat ze de laatste maand verschillende bedragen van haar spaarrekening gebruikt had, zonder er iets van te vermelden. Ze gaf onmiddellijk aan dat ze er niets van had durven zeggen, want dat ze wel wist dat dit niet de bedoeling was. Ik heb haar dan in eerste instantie rustig gewezen op het feit dat ik blij was dat ze het me zei en dat ik begreep dat dit iets geweest was dat op haar maag gelegen had en het niet eenvoudig geweest moest zijn om het te vertellen. Ik zag onmiddellijk opluchting bij haar, want ze had het bijzonder moeilijk om het te vertellen. We zijn dan dieper ingegaan op de reden van haar afhalingen en bleek dat zij het geld voor nuttige en noodzakelijke dingen gebruikt had. Zij had hier bovendien voldoende voor op haar zichtrekening staan, maar zij had het idee ‘in het rood’ te gaan als ze het extra van haar zichtrekening haalde. Zij wist niet hoe het juiste saldo te consulteren op haar rekeningafschriften. Ik heb dan vooral de nadruk gelegd op het leereffect van dit gebeuren. Enkele dagen nadien kwam zij opnieuw met enkele zaken die ze voordien niet verteld had, waar zij zelf blijkbaar al lang mee zat en die ze niet eerder had durven vertellen.

Omdat ik dit gegeven niet goed kon plaatsen, besprak ik de situatie met de ervaringsdeskundige. Waarschijnlijk had Marianne vooral angst over hoe ze aangesproken ging worden in haar keuze om haar spaargeld te gebruiken. Zij was zich ervan bewust dat het geen goede zaak was. Het stiekem dingen doen is voor sommige mensen als een soort drugs. In haar wereld heeft zij al bij-zonder vaak het gevoel gehad dat het haar meer opleverde om dingen stiekem te doen, dan er eerlijk voor uit te komen. Door haar begrip te tonen voor de keuze die ze maakte en vooral te kijken naar de dingen die we eruit kunnen leren, stelde dit haar ook gerust en voelde ze zich beter om nadien ook andere dingen vrijuit te vertellen. De keuze die ze gemaakt had werd niet op haar terug geprojecteerd als zijnde de zoveelste ‘fout’. Het voelde voor haar niet aan als een mislukking, hoewel ze bang was om net daarmee geconfronteerd te worden als ze ervoor uitkwam. Maar vooral ook doordat zij het gewoon

Page 37: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

37

was dat ik veel complimenten gaf, zorgde dit ervoor dat zij moeilijker aan mij durfde te zeggen wat in haar ogen ‘fout’ was. Zij was zodanig loyaal naar mij toe, dat dit haar belemmerde om deze zaken aan te brengen. We kunnen met het motiveren van mensen en met complimenteren dus ook te ver gaan en de indruk geven dat er geen fouten meer gemaakt mogen worden. De ervarings-deskundige noemde het ‘overstimulatie’. Deze situatie was dus een belangrijk leermoment voor ons beiden.

3.8.4 … en schaalvragen

Een ander hulpmiddel om doelstellingen van mensen duidelijker te krijgen zijn schaal-vragen. Hierbij wordt een schaal van 0 tot 10 voorgesteld, waarin 10 staat voor het bereikt hebben van de gewenste situatie en 0 voor de situatie waarin er nog niets gerealiseerd is van de gewenste situatie. Er wordt gepeild naar waar men zich nu op de schaal situeert, hoe het gelukt is om van 0 naar die plaats te komen, wat er vooral geholpen heeft, enz. Dit brengt ons opnieuw bij de hulpbronnen en de sterke kanten; het geeft aan wat al gewerkt heeft, welke hulpmiddelen er zijn. Om de stappen naar het doel te verkleinen, wordt gevraagd hoe men zou weten wanneer men een punt hoger zou staan, wat de eerste kleinste verandering zou zijn die men merkt of wat de kleinst haalbare stap is. Het helpt om te concentreren op kleine volgende stappen. Bovendien helpt het mensen, die vaak zwart-wit denken, om ook te kijken naar de grijstinten. Daarenboven verschaft het schalen hoop en vertrouwen door te verwij-zen naar wat al bereikt is.

Page 38: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 39: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

39

Zoals Paul Watzlawicks eerste axioma zegt dat je niet niet kan communiceren, zo kan men ook niet niet-verbonden zijn. Je familiebanden zijn er altijd. Ook al hebben cliënten geen contact meer met hun ouders of kinderen, men blijft ermee verbonden; de relatie blijft wederzijds invloed hebben op hun leven. De familiebanden kunnen niet ontkend worden. Of zoals M. Van Ongevalle3 het stelt: “Loyaliteit in deze relaties is geen gevoel, het is een zijnsgegeven.”

Tine Van Regenmortel stelt de verbintenisproblematiek als centraal kenmerk bij per-sonen die in armoede leven.4 De gemeenschappelijke kenmerken van personen die in armoede leven, die leiden tot deze verbintenisproblematiek, zijn het multicomplexe karakter van de problematiek, gevoelens van machteloosheid om zelf iets aan de si-tuatie te veranderen, gevoelens van wantrouwen en gestoorde communicatie. De verbintenis is gestoord op diverse vlakken. Er is geen verbintenis met zichzelf. Men heeft het gevoel geen greep te hebben op de levensloop. Daarnaast is de verbintenis met anderen vaak gestoord. Er kan een gebrek aan zijn, de verbinding is overmatig of kan zelfs pathologische vormen aannemen.

Ook de verbintenis met de maatschappij is vaak gestoord. In de perceptie van men-sen die in armoede leven biedt de maatschappij weinig ondersteuning bij de dagelijkse confrontatie met problemen. Ze voelen zich destructief gerechtigd. Tenslotte is er onvoldoende binding met de toekomst waardoor er weinig motivatie tot verandering is. Vandaar ook het belang, zoals eerder omschreven, van het stellen van haalbare doel-stellingen die geloof in de toekomst creëren en van het werken aan motivatie.

“Deze verbintenisproblematiek van personen die in armoede leven, is enerzijds een reactie op omstandigheden en is anderzijds verantwoordelijk voor het voortbestaan van deze om-standigheden. Het ontbreken van enige verbintenis kan een bevrijdend psychologisch effect hebben, maar is anderzijds een rem op verandering. Deze verbintenisproblematiek is een kernproblematiek waarop men moet ingaan wil de armoedebestrijding vruchten afwerpen. De individuele hulpverleningsrelatie is één context waarbinnen dit kan gebeuren.“ 4

Het lijkt ons dan ook cruciaal om samen op zoek te gaan naar verbindingen van mensen, om deze aan te spreken waar mogelijk, te versterken waar haalbaar en te

ZOEKEN NAAR VERBINDINGEN 4

Page 40: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

40

herstellen waar nodig. Het genogram en ecogram kan hiervoor een eerste aanzet zijn om verbindingen op microniveau bespreekbaar en werkbaar te maken. In bijlage 4 geven we enkele voorbeelden van verbindende vragen. Het is belangrijk om wer-kelijk in dialoog te gaan met mensen over hun levensverhaal, wat mogelijk is via de life-eventlijn. Hierdoor kan er inzicht komen in de betekenis die verleend wordt aan gebeurtenissen. We gaan op zoek naar de eigen krachtbronnen van de cliënt die hem kunnen helpen omgaan met moeilijke gebeurtenissen.

Een cliënte had het zeer moeilijk om hulp te vragen of te aanvaarden. Er was in het verleden al een poging gedaan om haar te helpen via budgetbeheer, maar dit werd stopgezet omdat zij niet naar afspraken kwam en onbereikbaar was. We kozen ervoor om haar toch opnieuw te gaan opzoeken. De problemen waren er uiteraard niet minder op geworden. Doordat zij merkte dat we toch steeds bleven terugkomen, kwam er enige bereidheid om samen naar uitwegen te zoeken. De bezorgdheid naar de kinderen was een steeds weerkerend ge-geven. De kinderen mochten ook niet op de hoogte zijn van haar moeilijkheden en zij wou hen zo veel mogelijk sparen van zorgelijke gedachten. Hoewel het om jongvolwassen kinderen ging, kon zij hierdoor met haar moeilijkheden niet bij hen terecht en was het mogelijk effect op de kinderen steeds hetgeen haar weerhield om stappen te zetten in de richting die ze wou gaan. Zo verhinderde zij een verkoop van haar woning, die zij financieel niet langer kon houden, om-dat ze de kinderen een verhuis wou besparen. Anderzijds wou ze zelf wel heel graag een nieuwe start nemen op een andere plaats. Door geleidelijk aan met haar te gaan kijken naar wat de kinderen voor haar betekenen, hoe zij zichzelf als moeder ziet, hoe haar moeder zich vroeger t.o.v. haar opstelde, wat maakte dat zij alleen maar wou zorgen en geen zorg wou aanvaarden, opende dit stilaan de weg om ook zorg voor zichzelf op te durven eisen en had zij niet langer het gevoel haar kinderen hiermee te kort te doen. De moeilijke samenwerking van voordien, werd door dit verhaal in een heel ander daglicht gesteld. Maar ook de cliënte zelf kreeg meer inzicht in wat haar vaak blokkeerde.

Volgens Vandenbempt Katrien6 is het ook een op zoek gaan naar bronnen van ver-trouwen. Doordat mensen ernstig gekwetst zijn in hun vertrouwen, verliezen ze im-mers hun geloof in zichzelf, hun capaciteiten, hun eigenwaarde en hun vermogen om relaties aan te gaan. We zoeken dan naar welke relatiebalansen opnieuw in beweging te krijgen zijn, ten opzichte van wie mensen opnieuw een stapje kunnen zetten in het investeren van vertrouwen. Hierdoor kan er terug betrouwbaarheid ontstaan in relaties. Nadat in eerste instantie de hulpverlener vaak de enige is die erkenning kan geven, zullen op termijn de hulpbronnen uit de eigen omgeving gemobiliseerd zijn om erkenning te geven. Erkenning door mensen uit de familiale kring zal immers meer effect hebben.

Page 41: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

41

Een koppel dat al jaren in budgetbeheer was, werd door onze aanzet ervan overtuigd om het budget geleidelijk aan terug in eigen handen te nemen. In het verleden was hen dit al meermaals voorgesteld. Zij hielden het echter tegen, aangezien zij bijzonder onzeker waren en ervan overtuigd waren dat zij opnieuw een grote tegenslag zouden krijgen als zij er opnieuw alleen voorston-den. Met de garantie dat we het kort zouden opvolgen en dat zij nadien steeds opnieuw beroep konden doen op onze hulp, durfden ze de stap te zetten. We gingen dan op zoek naar mogelijke hulpbronnen in hun naaste omgeving. Hoe-wel zij niet gemakkelijk over hun financiële situatie praatten, konden we hen er toch toe bewegen een volwassen dochter, die ze het meest vertrouwden, om hulp te vragen. Langzaamaan deden zij praktische dingen samen met de dochter. Onze erkenning voor hun inzet en wilskracht, werd aangevuld met de aanmoedigingen van de dochter. Hierdoor groeide hun zelfvertrouwen. Zij wisten nu dat zij niet enkel op onze dienst, maar ook op iemand uit de naaste omgeving konden terugvallen. Alleen deze geruststelling is voor hen voldoende om het nu toch volledig zelfstandig aan te kunnen.

Om in de praktijk tot verbindend werken te komen, haalt Monique Van Ongevalle3

volgende interventies aan: erkenning, verwachting van actie, hanteren van moratorium en proces van ontschuldiging. Erkennen is de ander aanvaarden in zijn existentiële context. Het betekent zien wat iemand gegeven heeft in de balansen van zijn relaties. Erkenning voor het geven maar wat tegelijk door anderen niet kon worden ontvangen, maar ook erkenning voor wat iemand tekort gedaan is (onrecht). De actie van het in werking zetten van de balansen van geven en nemen, waar deze geblokkeerd zijn, werkt helend. Mensen krijgen de gelegenheid eigen behoeften en belangen duidelijk te maken en tegelijkertijd gehoor te geven aan de behoeften en belangen van ande-ren. De cliënt moet zelf aan actie toe zijn. Is hij dit niet dan kan een moratorium ge-hanteerd worden, waarin de hulpverlener wel zijn verwachting blijft uitspreken, maar samen werkt aan de belemmerende factoren. We moeten als hulpverlener de cliënt aanmoedigen om op het geschikte moment, op zijn eigen tempo stappen te zetten. Ontschuldigen tenslotte is de ethische schuld erkennen, maar niet aanrekenen. Het is meer dan vergeven en vergeten. De cliënt moet eerst voldoende erkenning gekre-gen hebben voor zijn geleden onrecht, waarbij men ook begrip kan opbrengen voor de intenties van de vorige generatie. Het oordeel wordt milder en de schuld wordt minder aangerekend.

Page 42: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 43: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

43

Menig maatschappelijk assistent van de sociale dienst van een OCMW kent het frus-trerend gevoel: “Nu heb ik al zóveel energie gestoken in de begeleiding van deze cliënt, met alle goede bedoelingen van de wereld, en we staan nog geen stap verder…” Ter-wijl de cliënt in kwestie meermaals laat horen: “Jullie doen hier niks voor mij!”.

We menen dat dit gegeven te maken heeft met de kloof, de ‘missing link’, tussen ener-zijds welzijnswerkers en het beleid en anderzijds de armen zelf. Volgens vzw De Link14 zijn hierin een aantal elementen belangrijk. Er is een fundamenteel verschil in positie tussen enerzijds de arme, die verplicht wordt constant in armoede te leven en ander-zijds de organisaties en beleidsactoren die deze realiteit niet kennen. De beleidsma-kers en -uitvoerders behoren meestal tot de middenklasse. Ze zijn onbekend met de harde realiteit van het leven in armoede in al zijn facetten en vooral met de gevoelens van schaamte en vernedering die gepaard gaan met de ervaring van de arme om voort-durend hulp te moeten vragen. Ze zijn onbekend met de schuldgevoelens waaronder de arme gebukt gaat als gevolg van het feit dat hij constant veroordeeld wordt en niet mag zijn wie hij is. De middenklassers bevinden zich in de maatschappelijke positie om hun eigen oplossingen door te drukken ten aanzien van problemen van de armen. Hierdoor verliezen armen de greep over hun eigen leven en over de maatschappelijke besluitvorming, ondanks tal van interventies en beleidsmaatregelen. Het gaat dus niet alleen om de kenniskloof, vaardigheidskloof en krachtenkloof tussen beide werelden, maar het gaat in eerste instantie om een structurele participatiekloof.

De zwaarte en de diepte van de ‘missing link’ maakt dat in alle sectoren van het maat-schappelijk gebeuren mensen moeten ingeschakeld worden die vertrekken vanuit hun eigen beleving van armoede. Mensen die de logica achter de overlevingsstrategieën die ze ontwikkeld hebben, begrijpen en kunnen overbrengen. Opgeleide ervaringsdes-kundigen in armoede en sociale uitsluiting zijn mensen die armoede van bij de wieg aan den lijve ondervonden hebben, die deze ervaring verwerkt en verruimd hebben naar een bredere armoede-ervaring en die via een opleiding houdingen, vaardigheden

INSCHAKELEN ERVARINGS-

DESKUNDIGEN 5

Page 44: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

44

en methoden kregen aangereikt om de verruimde armoede-ervaring deskundig aan te wenden in alle sectoren van de armoedebestrijding. Ervaringsdeskundigen slaan de brug tussen hun wereld en die van andere maatschappelijke actoren.

Zo stelt ook Prof. Dr. Van Regenmortel15 dat empowerment veel waarde hecht aan ervaringskennis. Luisteren naar het unieke levensverhaal van hulpvragers en ingaan op de krachten die ze hebben aangeboord om met de moeilijke levensomstandigheden om te gaan, zijn essentieel in de hulpverlening en geven ruimte voor de ‘survivor’s pride’. Een empowerende hulpverlening benadrukt het belang van samenwerking tussen professionelen en ervaringsdeskundigen. Deze laatsten helpen mee om de zogenaamde ‘missing link’ in de hulpverlening te dichten en hebben een belangrijke brug- en signaalfunctie. Maar er is meer: door het insidersperspectief in te brengen, verbetert de kwaliteit van de hulpverlening en vermindert de afhankelijke opstelling van hulpvragers. ‘Buitenstaanders’ krijgen ook meer zicht en begrip voor de leef- en betekeniswereld waardoor meer positieve beeldvorming ontstaat en negatieve ste-reotyperingen, die op zich sociale problemen bestendigen, worden verminderd.

Op basis van deze vaststellingen gingen we een samenwerking aan met TAO Limburg (Team Advies en Ondersteuning). We kozen er in eerste instantie voor om de samen-werking vooral toe te spitsen op een coaching. Op die manier kon de ervaringsdes-kundige de leefwereld van de cliënt vertolken. Zaken waar we op vastliepen in de begeleiding, werden opnieuw hanteerbaar doordat mogelijke achterliggende mecha-nismen verduidelijkt werden. Het was bijzonder verhelderend om naar aanleiding van concrete situaties in dialoog te gaan met de ervaringsdeskundige en te horen hoe zij dit zou ervaren. Enkele voorbeelden illustreren dit:

Page 45: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

45

We botsen vaak op het gevoel dat mensen niet of ontwijkend antwoorden op onze vragen tijdens een intake of zelfs later wanneer er toch al een vertrou-wensband opgebouwd is. We zijn er ons van bewust dat niet iedereen openlijk is en even gemakkelijk zijn volledige situatie op tafel legt. Toch verwachten we in een sociaal onderzoek vaak een grote openheid van mensen, omdat wij menen voldoende zicht op de situatie te moeten hebben om bijvoorbeeld steunaanvra-gen correct te kunnen inschatten. We hebben dan vaak het gevoel dat mensen dingen voor ons achterhouden, ‘liegen’ of niet willen meewerken. En dit terwijl wij menen met onze goede bedoelingen klaar te staan en benadrukt wordt dat de informatie enkel nodig is om hen beter te kunnen helpen. Door dit met de ervaringsdeskundige door te spreken, werd duidelijk dat cliënten vaak angst hebben om ‘verkeerd’ te antwoorden en vooral om ons verkeerd te begrij-pen. Zij zijn bang om te praten over iets wat wij niet bedoelen en daardoor opnieuw een gevoel van falen te krijgen. Men zal dan eerder kiezen om niet of ontwijkend te antwoorden, dan de negatieve ervaring opnieuw te moeten oplopen. Vaak verwijzen onze vragen ook te sterk naar datgene wat voor hen als een ‘falen’ aanvoelt. Men zal er dan liever niet over praten, omdat dit voor hen toegeven is aan een mislukking. Bij de overgang naar het project, doorlie-pen we met de cliënten een aantal vragen die peilden naar hun ervaringen met budgetbeheer. Aangezien ook hier vaak weinig respons op kwam, werden de vragen opnieuw geformuleerd door de ervaringsdeskundige. Zo werd de vraag “Wat was je voornaamste reden om budgetbeheer aan te vragen?“omgevormd tot “Wat heeft je doen beslissen om budgetbeheer aan te vragen?” Een reden voor iets ligt buiten het gevoel. De vraag moet je, aldus de ervaringsdeskundige, terug in het gevoel brengen. Wanneer het antwoord al vast ligt, voelt het aan als een bedreiging.

Zo vroegen we bijvoorbeeld ook naar wat cliënten nog nodig dachten te heb-ben om hun budget terug in eigen handen te nemen. Dit is veel te abstract en hier komen geen antwoorden op. We vermeden aanvankelijk om zelf voorbeel-den aan te halen, omdat we het niet voor hen wilden invullen. Op aanraden van de ervaringsdeskundige gaven we echter zelf voorbeelden van wat er nodig is om een budget zelf goed te kunnen beheren. Cliënten kunnen dan zelf aange-ven wat ze al kunnen en waar we nog aan gaan werken. Bij de toepassing hier-van, bleek inderdaad dat dit beter werkbaar is en dat er op die manier duidelijke doelen gesteld kunnen worden.

Page 46: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

46

Een andere situatie werd besproken naar aanleiding van een stopzetting budget-beheer, nadat we betrokkene niet meer konden bereiken. Ondanks het feit dat we wisten dat de situatie allesbehalve stabiel was, waren we genoodzaakt het budgetbeheer stop te zetten. We hadden hier zelf echter geen goed gevoel bij en wilden toch trachten binnen het project de cliënt terug op te pikken. Vooraf bespraken we de situatie met de ervaringsdeskundige omdat de cliënt niet naar de afspraken kwam, niet reageerde op brieven en de deur steevast dicht bleef. Op haar aanraden bleven we terug aan huis gaan en aanhouden tot we op een gegeven moment binnen mochten. We zijn vertrokken vanuit een open houding en met allesbehalve de bedoeling om álles terug op de rails te krijgen. Indien er weinig opening is voor hulpverlening, kunnen we enkel luisteren naar wat de persoon zelf denkt dat nodig is en van daaruit vertrekken. Uit de vele vragen wordt er één gekozen om aan te werken. Ook al vinden we het beter om eerst te beginnen met andere dingen, respecteren we de keuze. Zo wou de cliënt eerst op zoek naar werk en was het pas na verscheidene gesprekken (en enkele weken later) dat er voldoende veiligheid was om samen de stapel post van de voorbije maanden te openen of om samen naar de vakbond te gaan om de werkloos-heidsuitkering in orde te brengen. Wetende dat een uitkering niet in orde is en dat er ettelijke herinneringen in een stapel post zitten, is het als maatschappelijk werker niet gemakkelijk om dan alleen te werken aan datgene waar de cliënt voor kiest. Toch gaf dit op termijn vertrouwen en openheid om ook de andere zaken aan te pakken. De ervaringsdeskundige raadde aan om aandacht te hebben voor die dingen die de cliënt maar kort aanhaalde en waar hij snel overheen ging. Vaak zijn het de dingen waar de cliënt het minst aandacht aan besteedt, die het zwaarst wegen. Het is te moeilijk om er dieper op in te gaan, maar het geeft wel erkenning als men voelt dat je het opmerkt en ruimte geeft om erover te spre-ken. Zo formuleerde de ervaringsdeskundige het: “vragen krijgen niet onmiddel-lijk een antwoord, maar leggen wel kleine zaadjes, die kunnen uitgroeien tot het antwoord”. We moeten respect hebben voor het niet antwoorden van mensen, maar onze vragen geven hen wel aanleiding om erover na te denken en laten zien dat we opmerken waar men het moeilijk mee heeft.

Page 47: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

47

Dit laatste voorbeeld illustreert bovendien het belang van zelf naar mensen toe te gaan, zonder onmiddellijk alles over te nemen. Tine Van Regenmortel15 schrijft in die zin: “Er op af gaan is in zichzelf niet bevoogdend, wel de wijze waarop sociale professionals dat doen (het HOE) zou bevoogdend kunnen zijn. De kern van niet-bevoogdend outreachend werken ligt in het contact maken om zo de dialoog met de ander tot stand te brengen. Daar-toe dient de ander met een open houding tegemoet te worden getreden, om de zorg te uiten en te zoeken naar wat die ander nodig heeft, zonder vooringenomen of oordelend te zijn. Juist omdat outreachend werken zich op de grens bevindt van wat toelaatbaar is, dient het in alle openheid te gebeuren en in nauwe samenwerking met de hulpvrager.”

Omwille van de grote meerwaarde van het werken met ervaringsdeskundigen, kiezen we ervoor om de samenwerking met TAO Limburg verder te zetten. Deze zal gecon-cretiseerd worden in een samenwerking binnen de supervisie en een deelname van de ervaringsdeskundige aan de groepswerking. Zo proberen we op twee sporen te werken om de ‘missing link’ enigszins op te vangen.

Page 48: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 49: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

49

Al vroeg in onze zoektocht naar het versterken van mensen, leek een groepswer-king een zinvolle aanvulling in het uitstroomproces. Vanuit de vaststelling dat mensen behoorlijk wat eigen capaciteiten hebben en dat ze trots zijn om dit aan anderen te tonen, groeide het idee om mensen hierrond samen te brengen. Een ervaringsuit-wisseling met het OCMW van Heusden – Zolder, het OCMW van Westerlo en het OCMW van Herentals, omtrent hun groepswerking, kon ons alleen maar meer over-tuigen van het nut hiervan. Samen met Basiseducatie LiMiNo werkten we vervolgens een programma uit met een aantal terugkerende thema’s. De belangrijkste doelstel-ling binnen het groepswerk is het ontdekken van de eigen krachten en mogelijkheden van de deelnemers en hierover een uitwisseling bekomen. De samenwerking met een ervaringsdeskundige in armoede maakt het mogelijk om echt de link te leggen tussen de ervaringen van deelnemers en de begeleidster van de groep.

6.1 Toeleiding en motivatie

In het verleden werd regionaal een budgetgroep opgestart, in samenwerking met Basiseducatie. We kwamen tot de vaststelling dat we slechts enkele mensen gemo-tiveerd kregen of konden houden om dit traject te volgen. Mensen vonden het niet nodig, vonden het praktisch gezien niet haalbaar of zeiden er gewoon niet in geïn-teresseerd te zijn. Door de uitwisseling met andere diensten bleek dat onze eigen aanpak hierin een belangrijke rol speelde. We stelden de groepswerking meestal terloops, na een bureelbezoek omtrent het budget, aan de mensen voor. We gaven de flyer mee en vroegen hen of ze geïnteresseerd waren en dat ze er maar eens over moesten nadenken. Soms werd er nadien nog opnieuw naar gevraagd, maar vaak ook niet. We vertrokken voornamelijk vanuit een aanbod dat gedaan werd en minder vanuit de link met de eigen sterktes van de cliënt.

6GROEPSWERKING ALS AANVULLING

STRUCTUREEL INGEBED

Page 50: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

50

Om ervoor te zorgen dat mensen niet overdonderd geraken door het voorstel, is het belangrijk dat zij voldoende tijd krijgen om erover na te denken. Het groepswerk dient lang op voorhand, terloops, ter sprake gebracht te worden. De werking aanha-len, naar aanleiding van eigen voorbeelden van mensen, blijft hen het meest bij en geeft onmiddellijk een gevoel van veiligheid. Door er regelmatig op terug te komen, krijgt het idee om aan een groepswerking deel te nemen stilaan vorm en kan het bezinken bij de cliënt. Het geeft ook de mogelijkheid om onzekerheden weg te nemen, doordat men steeds de gelegenheid krijgt om er vragen over te stellen. Zo vroeg een cliënt bijvoorbeeld herhaaldelijk opnieuw: “Ik móet toch zeker niks over mezelf vertellen he?”. De keer nadien kwam de vraag of er andere personeelsleden van het OCMW aanwezig zouden zijn, aangezien er familie van haar, die niet op de hoogte was van haar begeleiding, op een andere dienst werkte. Later kwam nog de vraag welke ‘proble-men’ de andere deelnemers hadden, enz. Door herhaaldelijk op de groepswerking terug te komen, werd de kans gegeven om op deze onduidelijkheden in te gaan. De vragen komen niet onmiddellijk bij een eerste voorstel om deel te nemen. Door de onzekerheid hieromtrent weg te nemen, wordt de drempel verlaagd.

Als we aan cliënten voorstellen om deel te nemen aan de groepswerking, vertrekken we steeds vanuit de dingen die ze goed kunnen. De andere deelnemers kunnen iets leren van hen, zij kunnen hun aandeel hebben om ervaringen uit te wisselen en zijzelf kunnen weer van anderen iets oppikken. Door vanuit deze eigen kwaliteiten te ver-trekken worden mensen vooreerst bevestigd in de dingen die goed gaan. Bovendien geeft het hen een goed gevoel dat wij zien dat dit goed loopt en dat wij van mening zijn dat zij anderen hiermee ook kunnen helpen. Hierbij wordt aandacht besteed aan de basisbehoefte om erkend te worden in wat men doet. Hun eigenwaardegevoel wordt gestimuleerd en het verhoogt bovendien hun motivatie om deel te nemen.

De gedachte om in groep iets te moeten zeggen, kan bij veel mensen voor extra druk zorgen. Het is belangrijk om eerst af te tasten, wat mensen juist motiveert om deel te nemen.

Bij een cliënte die onzeker is in groep werd het groepswerk voorgesteld naar aanleiding van een gesprek over het ecogram. Hieruit bleek namelijk dat er qua netwerk alleen de moeder, een buurvrouw en voor het overige alleen het OCMW was. Haar gevoel dat ze weinig sociale contacten had was de basis om het groepswerk voor te stellen als een gelegenheid om nieuwe mensen te leren kennen.

Page 51: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

51

Door de intentie tot deelname in latere gesprekken opnieuw onder de aandacht te brengen en daarbij te benadrukken dat we hun aanwezigheid belangrijk vinden, be-vestigen we de basisbehoefte om ‘erbij te horen’. Zo zullen we hen ook de dag voor de groepswerking bellen om hen aan de bijeenkomst te herinneren. We zijn er ons van bewust dat sommige cliënten zullen komen uit loyaliteit aan hun maatschappelijk assistent. Maar we zijn er evenzeer van overtuigd dat dit een eerste stap kan zijn, om nadien zelf te ervaren dat het hen persoonlijk ook iets oplevert. Soms hebben cliën-ten dit extra duwtje in de rug nodig om de eerste stap te zetten.

Het feit dat cliënten zelf thema’s mochten aanbrengen in het programma van de groeps-werking, bleek voor hen een geruststelling te zijn. Het is immers niet de bedoeling dat het programma voor heel het jaar vastligt. Het blijft wel de verantwoordelijkheid van de begeleidster om het programma vorm te geven, maar er wordt vooral gewerkt rond thema’s waar de groep op dat moment behoefte aan heeft.

Om ervoor te zorgen dat de stap naar de groep niet te groot was en om de deelne-mers met elkaar te laten kennis maken, kozen we voor twee startactiviteiten, die los stonden van het vervolg. De eerste activiteit was een kookactiviteit, die de gelegen-heid gaf aan de deelnemers om samen iets te ‘doen’, zonder een ‘lesgevoel’ te hebben. De tweede bijeenkomst was een eenvoudige wandeling met een pick-nick. Op deze manier kon men op een ontspannen manier een eerste keer kennis maken en inschat-ten wie aan de groep zou deelnemen. We merkten dat dit een ontspannen aanloop was en de motivatie om deel te nemen opnieuw versterkte.

6.2 Individuele begeleiding versterken via meerwaarde van groepswerk

Het lijkt misschien een discrepantie om in een project waarin intensieve individuele begeleiding centraal staat, aandacht te besteden aan een groepswerking. Toch blijven we de versterking van de persoon zelf vooropstellen. Door een intensief overleg tussen de begeleidster van de groep en de maatschappelijk werkster, zullen de ge-beurtenissen en de aandachtspunten die in de groep opgemerkt worden, opgenomen worden in de individuele gesprekken. We zijn ervan overtuigd onze cliënten hierdoor op een andere manier te leren kennen, waardoor de individuele begeleiding intensie-ver kan gebeuren en het groepswerk hierin dus een surplus vormt. We zullen met de maatschappelijk werkers van de sociale dienst beurtelings aanwezig zijn tijdens de groepsbijeenkomsten. Het vergroten van de eigenwaarde en het zelfvertrouwen van mensen is de grote meerwaarde van het groepswerk. Men heeft het gevoel erbij te horen, bij elkaar terecht te kunnen met zijn verhaal en vooral … men ervaart dat de eigen krachten in de verf gezet worden.

Page 52: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 53: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

53

Fanny Van Goethem, Opgeleide ervaringsdeskundige in armoede en sociale uitsluitingTAO Limburg

Wat ik bij jou opmerk in onze samenwerking is jouw open en zoekende houding. Mijn aangegeven tips heb je niet beoordeeld, maar een kans gegeven om vanuit ervaring en ondervinding te werken. Je hebt jouw blik duidelijk verruimd door te proberen je in te leven in de leefwereld van je cliënten en je kon hierdoor hun anders denken begrijpen.

Verder is je realistische kijk belangrijk: hoe je de tijd zal vinden om op zo’n tempo en manier met cliënten om te gaan, ondanks de maatschappelijke druk en verwachtingen. Mensen in het werk-veld weten dat mensen dit stappenplan nodig hebben, maar voelen de onmacht dat er geen ruimte wordt toegekend van het beleid uit om zo te kunnen werken. Alhoewel er op lange termijn meer blijvende resultaten zouden zijn als ze deze werkwijze een kans zouden geven.

In de stuurgroep heb ik gemerkt dat mensen toch vrij vlug veroordelend kijken vanuit hun ervaring in het werkveld. Wat ik hun kan meegeven is: bekijk iedere cliënt als nieuw. Sta open voor de cliënten hun verhaal en spreek hun krachten en vaardigheden aan die ze al be-zitten. Bouw hierop verder, stap voor stap, op hun tempo en volgens hun begripsvermogen. In hun kracht zetten betekent hun eigen verantwoordelijkheid opbouwen door hen zelf te leren kiezen uit hetgeen mogelijk is. Het samen zoeken is zeer belangrijk. Cliënten willen wel leren en goed doen, maar hebben niet de nodige inzichten en vaardigheden meegekregen vanuit hun opvoeding om hiermee zelfstandig aan de slag te kunnen. Zij hebben jullie hard nodig om dit te leren, maar op hun tempo en manier van kunnen, stap voor stap.

Tenslotte wil ik nog een extra tip meegeven. Ik zie de inzet die gepleegd wordt, on-danks frustraties en onmacht om deze cliënten te kunnen helpen. Toch stuiten consu-lenten telkens weer op een muur van verzet, boosheid, verwijten en onbegrip... Weet dat je niet iedereen kan helpen; er zullen er altijd zijn die je niet kan bereiken. Je mag soms loslaten en opgeven. Er vallen er altijd door de mazen van het net.

Voor mezelf was het zeer leerrijk om jullie dienst via deze samenwerking te leren kennen. Ik heb leren begrijpen vanuit welke inzet en onmacht jullie soms gefrustreerd reageren. Dit heeft ook mijn blik verruimd en doen inzien dat het niet de consulent is die lastig is, maar de druk die op jullie schouders wordt gelegd. Dit geeft de doorslag hoe geduldig jullie kunnen omgaan met de cliënten.

REFLECTIES 7

Page 54: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

54

Colette ClaessensCoördinator Vestiging OverpeltCentrum voor Basiseducatie Limburg Midden Noord (CBE LiMiNo)

Samenwerking van het Centrum voor Basiseducatie met het OCMW van Overpelt … vasthouden en niet loslaten!

Het CBE LiMiNo is een pluralistische voorziening voor basisvorming volgens de ni-veauomschrijving van het decreet volwassenenonderwijs van 15 juni 2007 (lager on-derwijs en de eerste graad van het voltijds secundair onderwijs). Het centrum biedt een samenhangend geheel van opleidingen aan, die cursisten moet toelaten de nodige eindtermen of basiscompetenties te verwerven, noodzakelijk om zich persoonlijk te ontwikkelen, maatschappelijk te kunnen functioneren of een verdere opleiding of scho-ling te kunnen volgen. Belangrijke accenten hierbij zijn het verhogen van de zelfredzaam-heid en het bevorderen van maatschappelijke participatie en integratie. Zo leveren deze opleidingen hun bijdrage tot een algemene verhoging van het welzijn van de cursisten.

Het CBE LiMiNo omschrijft haar maatschappelijke opdracht als: “Het bestrijden van de educatieve en maatschappelijke achterstelling van laaggeschoolde volwassenen om hen optimale kansen tot emancipatie in de samenleving te geven.”

Het CBE LiMiNo wil de vicieuze cirkel van maatschappelijke ongelijkheid doorbreken door de cursisten uit te rusten met basiscompetenties om volwaardig aan de sa-menleving te participeren en te functioneren. In samenwerking met het OCMW van Overpelt vertaalde zich dat in de loop der jaren, naast de algemene werking die voor elk lid van de doelgroep openstaat, in specifieke vormen van samenwerking.

Concreet: van centen naar mensen …

‘Het OCMW van Overpelt verbindt zich ertoe om 215 BEF te betalen per vormingssessie en per rechtgevende cliënt die door het CBE werd begeleid in 1991.’ Dit was een eerste spe-cifieke inspanning van het OCMW om de deelname van hun cliënten aan het aanbod basiseducatie op te volgen. Het betekende ook een extra stimulans voor het centrum. Maar het is een algemene en eerder onpersoonlijke vorm van samenwerking.

In 1997 biedt het CBE, kaderend in de middelen van het Sociaal Integratie Fonds, aan alle regionale OCMW’s de cursus ‘Wie zal dat betalen’ aan. Een cursus die in 60 u op weg wil gaan met een groep cliënten met budgetproblemen. Doel is om hen in een groepswerking kennis en vaardigheden aan te leren die leiden tot meer inzicht in hun budget en het beheren ervan. Dit in wisselwerking met de individuele begeleiding door de maatschappelijke werkers. Het blijkt niet haalbaar om voldoende cliënten

Page 55: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

55

naar een groepswerking te oriënteren. De reden hiervoor blijft onduidelijk. Waar-schijnlijk speelt de gedragenheid van een dergelijk ad-hoc project een grote rol bij de activeringsmotivatie van het team.

De periode nadien zijn er diverse vormen van samenwerking in het kader van actuele thema’s met als achterliggend doel : vasthouden! Voorbeelden hiervan: Overlevings-gidsjes, leren werken met stemcomputer en ‘rekenen met de Euro’.

In 2002 wordt de samenwerking met het OCMW weer specifieker. In het kader van het provinciaal project kansenbeleid worden cliënten toegeleid naar een cursus, die sterk gericht is op het empoweren van volwassenen. Specifiek gaat het om vrouwen met kinderen, al dan niet alleenstaand. Het team neemt een geïnteresseerde en activerende rol op. Met resultaat.

Na opnieuw een periode van een eerder algemene vorm van samenwerking, partici-peerde het OCMW en een aantal van hun cliënten in 2009 via de Regionale Welzijns-regio Noord-Limburg in het initiatief ‘Doe het zelf … beter’. Het ging hier over een specifieke cursus in samenwerking met de Dienst Schuldbemiddeling voor cliënten in budgetbegeleiding, -beheer of schuldbemiddeling.

Een bron van informatie voor zowel cliënten als diensten waren waarschijnlijk mee de aan-zet tot het opzetten van een nieuw project op niveau van het Sociaal Huis van Overpelt.

In 2009 volgt de overeenkomst in het kader van het Provinciaal Project Kansenbeleid: Loslaten en Vasthouden. Naast het ontwikkelen van een methodiek van intensieve uitstroombegeleiding in individuele hulpverlening, kiest het OCMW ook voor groeps-werk als onderdeel van het traject. Dit wordt de taak van basiseducatie dat intussen kan bogen op flink wat ervaring op dit terrein.

In de voorbereidende fase is het frappant om vast te stellen welke weg het team van het OCMW in al die jaren heeft afgelegd in hun benadering van budgetcliënten. Het is duidelijk dat deze nieuwe manier van werken door de hele dienst gedragen wordt. Deze enthousiaste en gedragen manier van werken blijkt nu te resulteren in twaalf cliënten die willen instappen in de groepswerking. En dit naast hun individuele begelei-ding met de wetenschap dat hun inspanningen op afronden gericht zijn. Maar dan wel onder het motto ‘Loslaten en Vasthouden’.

Een weg van meer dan tien jaar, die in 1997 startte met een schuchtere, maar weinig bevredigende poging om cliënten tot een groepswerking te activeren. Om dan in 2010 te resulteren in een intensieve uitstroommethodiek, gedragen door een gedre-ven team en met cliënten die uitkijken naar hun tweewekelijkse groepswerking.

Loslaten mag, vasthouden moet! Ook in samenwerking tussen diensten…

Page 56: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

56

Koen Van SevenantSupervisorLoslaten en Vasthouden

Projectwerking als concrete actie om het krachtgericht en emancipatorisch wer-ken een versterkte plaats te geven binnen de werking van de sociale dienst van het OCMW van Overpelt.

Sedert 2004 kom ik als supervisor regelmatig meerdere keren per jaar naar de sociale dienst van Overpelt.

Gezien ik op heel wat plaatsen de rol opneem van betrokken en reflexieve buitenstaan-der die een grondige inkijk mag doen als supervisor, kan ik mooi de vergelijking maken.

Opvallend in de sociale dienst van Overpelt is het hecht, warm en hartelijk team, dat zorgend is voor elkaar, loyaal aan het diensthoofd en aan de werking in het algemeen. De doelgroepenbenadering kan vooral als correctief, degelijk, vriendelijk en oplos-singsgericht omschreven worden. Het team ervaar ik als een stevige, hechte ploeg die opkomt voor elkaar, waarbij de eigen normen en waarden het dominante normenpa-let gaan uitmaken, met als onbedoeld effect een zekere kloof met de leefwereld van de kansarme doelgroep.

Naast een toenemende werkdruk en nieuwe taakstellingen leidde dit de voorbije jaren tot een aantal aanslepende conflicten met ‘lastige’ cliënten, waaronder heel wat jongeren. De meer bevoogdende en voorwaardelijke hulpverleningsstijl met zijn cor-rigerende en oordelende ondertoon, bracht botsing, stress en spanning. Het team vond hierbij steun bij elkaar ten aanzien van die ‘lastige doelgroep’, waarmee er een tendens aanwezig was om de kloof onbedoeld nog te gaan vergroten. In de supervisie werd dit opengetrokken, maar de ervaren last en spanning woog nogal eens door op de ondersteuning en de tips die werden aangebracht en slechts moeizaam gehoord konden worden.

Een samenhang van personeelswijziging, een toenemende zelfkritische reflexie, super-visie en teamondersteuning, maar ook visieontwikkeling en meer openheid door de ontwikkeling van het Sociaal huis in samenwerking met de gemeente, bracht staps- en procesgewijs een zekere cultuurwijziging met zich mee.

De projectaanvraag en de opstart en verderzetting van het project ‘loslaten en vast-houden’ bracht een dynamisering van dit veranderingsproces met zich mee.

Page 57: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

57

Er was de vaststelling dat er een kloof was tussen de missieverklaring en de concrete werking, waarbij een themasupervisie rond visieontwikkeling een betekenisvolle plaats kreeg. De voorbeelden die vanuit het project door Sarah werden aangebracht, maak-ten de vele thema’s die reeds aan bod waren gekomen concreter en tastbaarder. Het inspireerde de collega’s om de maatzorgprincipes en het krachtgericht hulpverlenen tastbaar een plaats te geven.

De verdere uitdaging bestaat er nu in om de teamsamenhang te continueren en te versterken, maar ook het project en de effecten ervan verder in te bedden en te continueren.

Het project ‘loslaten en vasthouden’ heeft het proces van methodische en inhoude-lijke groei binnen de sociale dienst in een stroomversnelling gebracht. Het is nu de uitdaging dit verder te verankeren in afspraken, structuren en een actief gehanteerde gedeelde visie, ook in samenwerking met andere actoren.

De verdere ontwikkeling van groepswerk en de mogelijkheid om intensievere indivi-duele hulpverlening verder een plaats te geven worden hierbij de uitdaging.

Page 58: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

58

Gerard AgtenSecretaris OCMW Overpelt

De maatschappij wijzigt snel en brengt steeds nieuwe vormen van uitsluiting met zich mee. Armoede is niet meer gelinkt aan een welbepaalde categorie van mensen maar kan iedereen treffen. De verschijningsvormen van armoede worden ook steeds meer divers en vragen van de hulpverleners veel inzicht in de uitsluitingsmechanismen. Dat betekent dat ook de methodieken die de maatschappelijk werkers hanteren wijzigen.

Al blijft de basishouding (empathisch vermogen) dezelfde, steeds weer zal de maat-schappelijk werker zich moeten aanpassen in zijn professionele relatie met de cliënt. Nieuwe methodieken hebben een toegevoegde waarde, maar het blijft de hulpverle-ner die ze op een creatieve maar doordachte manier zal moeten toepassen.

Toen het team van de sociale dienst van het OCMW van Overpelt tot de vaststel-ling kwam dat de traditionele begeleiding met beheer van het budget, niet meer vol-stond om cliënten terug zelfstandig te leren omgaan met hun eigen middelen, is men gaan zoeken naar een manier om hen daarbij te versterken om een uitstroom uit de hulpverlening mogelijk te maken. Uiteraard is hierbij de uitstroom als dusdanig geen finaliteit maar wel de versterking van de hulpvragers in één van hun belangrijke huis-houdelijke taken.

Het Lokaal Sociaal Beleidsplan van de beide lokale besturen bepaalt dat Overpelt een bezorgd, zorgzaam en zorgenverstrekkend bestuur wil zijn die de kansen op een harmonieus bestaan voor zijn inwoners wil maximaliseren door gepaste hulpverlening aan hen die het moeilijk hebben. Hierin werd een drijfveer gevonden om ook voor de kwetsbare groep van mensen in budgetbeheer een actie te ondernemen, die hen opnieuw perspectief moet bieden op een zelfstandig leven in harmonie met de maat-schappij en hun eigen sociale netwerk. De oproep van het provinciebestuur tot het indienen van projecten in het kader van het kansenbeleid, bood een ideale mogelijk-heid om hieraan te werken.

Nieuwe problemen vragen nieuwe oplossingen. Hiernaar is men op zoek gegaan in het project “Loslaten en Vasthouden”. Hierbij is men vertrokken vanuit het idee dat cliënten weerbaar en sterk moeten worden gemaakt om de huidige en toekomstige problemen zelfstandig aan te pakken. Deze zienswijze is natuurlijk niet nieuw. De wijze waarop het wordt toegepast binnen de setting van het OCMW van Overpelt is dat wel. Om de hulpverlening op een gestructureerde wijze te kunnen aanpakken werd dan ook binnen het kader van het provinciaal project gewerkt aan een metho-diek die daartoe kan worden aangewend.

Page 59: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

59

Het introduceren van veranderingen in een organisatie vraagt moed en inzet. Soms gebeurt dit spontaan maar meestal vraagt het enige overtuigingskracht. Dit project is ontstaan uit een collectieve vaststelling dat er iets moest gebeuren aan de uitstroom van cliënten uit de budgethulpverlening. De werkdruk was hierbij van secundair belang. De versterking van de cliënten en hun mogelijkheden op een succesvolle integratie in de maatschappij was daarbij het beslissende argument. Omdat dit een vaststelling was van het ganse team, werd de wijziging in het dagelijkse handelen algemeen geac-cepteerd. Het project is uitgevoerd door één persoon maar wordt gedragen door het ganse team. Iedere maatschappelijk werker heeft vanaf het begin de evolutie kunnen volgen en waar nodig inspraak gekregen in de wijze van uitvoering. Samen hebben zij gekozen voor een voortzetting van de inspanningen en om de ontslagmethodiek in handen te leggen van één maatschappelijk werker. Op die manier wordt het project geïntegreerd in de reguliere werking van de dienst en dit ten bate van alle cliënten in de budgethulpverlening.

Page 60: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

60

We gaven dit werk de naam ‘inspiratiegids’, omdat we hopen dat het voor andere dien-sten een aanzet kan zijn om er zelf mee aan de slag te gaan. Inspiratie en geen leidraad. Het is immers geen voorgeschreven weg om een gegarandeerd resultaat te bekomen. We hebben getracht om aan te tonen dat een gemeenschappelijke visie die empower-ment in zich draagt, noodzakelijk is om op deze manier aan afbouw van budgethulp-verlening te werken. Maatschappelijk werkers moeten de gelegenheid krijgen om op zoek te gaan naar hun individuele bezieling in dit werk, maar ook naar waar ze als team voor staan. Welke weg men wil opgaan bepaalt immers de manier van werken. Hierbij stilstaan en uitklaren wat men als dienst wil bereiken, is een eerste stap in een mogelijk veranderingsproces. We hebben via de provincie Limburg de middelen gekregen om deze methodiek uit te werken. Diensten die er zelf mee aan de slag willen, zullen het beleid misschien niet onmiddellijk kunnen overtuigen van de meerwaarde ervan of er niet altijd extra tijd en middelen voor krijgen. We zijn echter van mening dat dit laatste ook geen absolute voorwaarde is om geleidelijk stappen tot verandering te zetten. We hebben getracht een aantal praktische hulpmiddelen aan te reiken, die een belangrijk deel uitmaken van de methodiek. De start om hiermee te werken, hoeft geen totale ommezwaai in werking te betekenen. Ieder kan er afzonderlijk werkvormen uithalen die hem persoonlijk liggen of die toepasbaar zijn. Zodoende vraagt het een kleine inspanning om de eigen werkmethode onder de loep te nemen en iets anders te proberen. Door zelf het effect aan te voelen en positieve ervaringen op te doen, zal het voordeel op lange termijn zichzelf stilaan uitwijzen. Door in teamverband ervaringen te delen en de eigen houding in vraag te durven stellen, kan een nieuwe werkwijze stilaan groeien tot een geïntegreerde aanpak. De basishouding blijkt van doorslaggevende aard te zijn om eender welke werkwijze te doen slagen. Het is essentieel om hier samen met collega’s aan te werken: een nieuwe methodiek moet men zich samen eigen maken.

Eén van de vooropgestelde resultaten was 25% afbouw van de dossiers budgetbeheer die minstens twee jaar actief waren. We hebben 22% behaald. Voor ons is dit cijfer ech-ter geen maatstaf voor het geleverde werk. Het zegt immers niets over de resultaten op lange termijn. We zullen slechts na enige tijd kunnen zeggen of onze methodiek in blijvend effect resulteert. Wat we ondervinden, maar wat niet in cijfers vastgelegd kan worden, is dat cliënten groeien in hun zelfvertrouwen, dat ze moeilijkheden beter het hoofd kunnen bieden, dat ze op zoek gaan naar hulpbronnen in hun omgeving en dat ze bewuster in het leven staan. Men kan zich de vraag stellen of we hiermee aan armoede-

BESLUIT

Page 61: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

61

bestrijding doen, aangezien we werken met middelen binnen het Kansenbeleid. We beseffen dat we structureel niet de grote verandering zullen teweegbrengen. Dat ligt echter ook niet binnen onze reikwijdte en kan dus ook niet onze intentie zijn. Wel zijn we ervan overtuigd dat we cliënten zodanig kunnen versterken dat zij tegenslagen in het leven kunnen hanteren en zich beter kunnen handhaven in onze samenleving. We moeten ons goed bewust zijn van de beperkingen in onze dagelijkse werking, maar we mogen ook de kansen tot het maken van enig verschil in het leven van onze cliënten niet onbenut voorbij laten gaan.

Bij de concrete uitwerking van het project betrokken we een aantal externe organisa-ties, zoals het Centrum voor Basiseducatie, een CAW en de regionale dienst schuldbe-middeling. Daarnaast werkten we samen met een externe supervisor, maar ook met TAO Limburg. Met andere diensten nadenken over een nieuwe manier van werken in een thema wat allen aanbelangt, bevordert zowel de onderlinge samenwerking als het verbreden van het inzicht.

Gedurende het project hebben we de uitstroom vooral gericht op cliënten die langdurig in budgetbeheer waren en zich genesteld hadden. Aanvankelijk wilden we een aparte uitstroombegeleider naast de vaste budgetbegeleider plaatsen. Al snel stapten we af van dit idee, omdat een situatie van mensen niet op te splitsen valt. Bovendien is het voor cliënten dan ook niet duidelijk wat ze met wie moeten bespreken en kan er met de uit-stroombegeleider niet aan de praktische kant van het budget gewerkt worden. Tot op heden werkten we dus met een beperkt aantal dossiers. Toch zitten er in de methodiek heel wat elementen die al vroeg in de begeleiding een plaats kunnen krijgen. Dit is es-sentieel om op termijn het werkelijk effect ervan te ondervinden. Daartegenover staat wel dat er steeds een restgroep van cliënten zal zijn, die blijvend op onze hulp beroep zal doen, bijvoorbeeld omwille van beperkte mentale mogelijkheden of het gebrek aan bereidheid om gespecialiseerde hulp te zoeken, die wij zelf niet kunnen bieden. Het zal dus steeds opnieuw een uitdaging zijn om na te gaan bij welke cliënt dit werkelijk in een blijvende verandering kan uitmonden.

Samenvattend geven we graag enkele tips vooraf, voor zij die zelf aan de slag willen: - vertrek vanuit een behoefte tot verandering bij de basiswerkers - werk aan een gedragen visie op je hulpverlening - betrek externe partners om je blik te verruimen en samenwerking te versterken - klaar uit met welke cliënten je dit wil doen - werk zelf ook met kleine stappen om te ervaren wat je ligt en waarmee je resultaat bereikt - zie de kleine verschillen die je maakt - heb vanaf de opstartfase aandacht voor afbouw - durf in eigen ziel te kijken (zowel op niveau van organisatie als van jou als persoon)

Page 62: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

62

Terugkijken op een jaar project Loslaten en Vasthouden. Ik begon vol enthousiasme, maar ook met grote onzekerheid. Heel de dienst was benieuwd en de verwachtingen waren hoog gespannen. Doorheen een behoorlijke literatuurstudie besefte ik hoeveel er al over dit thema geschreven was en wou ik absoluut vermijden om reeds neerge-schreven woorden te herhalen. Evenzeer werd ik me ervan bewust dat we niet dé uitstroommethodiek zouden uitvinden en dat het ook niet onze betrachting moest zijn om het warm water opnieuw uit te vinden.

Mijn groot startkapitaal bestond uit het team van collega-maatschappelijk werksters die mee achter het project stonden. We hadden gezamenlijk de wens geuit om te gaan zoeken naar een andere manier van werken, om meer met onze cliënten te bereiken. Meestal was tijdsdruk de grote boosdoener. Toch ben ik er nu van overtuigd dat we via een andere manier van werken op termijn minder drukte zullen ervaren. Van niets doen komt immers altijd niets. Het vraagt uiteraard in aanvang een extra inspanning om samen na te denken over waar men naartoe wil, om stil te staan bij de eigen werkwijze, om zich een methodiek eigen te maken, enz. Dit kan echter geleidelijk aan een geïnter-naliseerde manier van werken worden. Door hier zelf positieve ervaringen mee op te doen, zal het zich als een positief virus langzaam uitbreiden naar andere onderdelen van de methodiek en zal een gegronde basishouding zich vormen. Ik ben ervan overtuigd dat we zo onze eigen draagkracht als maatschappelijk werker kunnen verhogen. Door-heen het lezen van deze inspiratiegids kan men het idee krijgen dat er veel gevraagd wordt van maatschappelijk werkers en dat dit voor nog extra druk gaat zorgen. Ik denk echter dat men moet vertrekken van datgene waar men zich goed bij voelt, dat men ook de uitdaging aan moet durven gaan om te veranderen en dat dit er op termijn voor zal zorgen dat je jezelf meer kan meenemen in je werk. Op die manier zal dit ook een grotere voldoening geven in een job die sowieso veel vraagt van ons als persoon. In die zin wil ik de boodschap meegeven: zorg ook voor jezelf. Durf kijken naar jezelf en durf veranderen, maar durf ook de ruimte op te eisen om in eerste instantie voor jezelf te zorgen. We moeten ook beseffen dat we met onze beperkte mogelijkheden niet zullen rechtrekken wat al generaties lang scheef loopt in gezinnen. Soms kan het goed zijn om beredeneerd niets te doen. Zoals Wu Wei uit het taoïsme uitdrukt: weten wanneer te handelen, maar ook wanneer niet te handelen. Soms kan het niet tussenkomen een sterker effect hebben en dienen een aantal zaken gewoon eerst te gebeuren om nadien opnieuw opening te krijgen om wel samen te kunnen werken aan verandering.

NABESCHOUWING

Page 63: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

63

Wat me vooral bijblijft uit dit project zijn de gesprekken met de ervaringsdeskundige. Enerzijds was het soms confronterend om te merken dat mijn goed bedoelde interven-ties vaak omgekeerd konden overkomen. Dankzij duiding door de ervaringsdeskundige kon ik het effect van mijn handelen beter plaatsen. Het zette me met beide voeten op de grond en deed me beseffen dat ik nooit echt dezelfde ‘taal’ zal spreken als onze cliën-ten. Maar ook dat er toch steeds een restgroep zal blijven die niet klaar is voor onze hulp en dat we dat moeten kunnen respecteren, ongeacht de soms tragische situatie. Anderzijds heb ik via deze gesprekken aan den lijve ondervonden welke energie het je geeft om erkenning te krijgen voor de inspanningen die je levert. Door dit bij mezelf te ervaren, had ik er meer aandacht voor bij mijn cliënten. Ik voelde dat wanneer je op-recht erkenning krijgt voor het werk dat je doet, ook al bereik je er niet altijd je doelen mee, dat dit een enorme boost geeft om verder te doen als het allemaal even vast loopt. Voor cliënten is dat net zo.

Deze uitstroommethodiek kan er volgens mij toe bijdragen dat we nauwer aansluiten bij de leefwereld van onze cliënten en opnieuw perspectief kunnen creëren in hun leven. Daarnaast zal de methodiek ook ons als maatschappelijk assistenten helpen om onze eigen krachten te ontdekken en van daaruit gegronder in ons werk te staan. In die zin is dit niet alleen empowerend voor onze cliënten, maar versterkt het ook onszelf als maatschappelijk assistenten. Ik hoop hiermee een bescheiden voorstel tot verandering te kunnen doen en dat deze gids werkelijk voor inspiratie kan zorgen voor diegenen die er zelf op een eigen manier mee aan de slag willen gaan.

Sarah JanssenSociale dienst Sociaal Huis Overpelt

Page 64: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

64

BIJLAGEN

Bijlage 1 Achtergrondinformatie genogram en ecogram

Een genogram omvat een aantal vastgelegde symbolen. Er wordt begonnen met het verzamelen van een aantal feitelijke gegevens (namen, geslacht, aantal kinderen, geboor-tedata, scheiding, overlijdens, …). Bij de opmaak van het genogram, samen met het gezin, krijgen deze feiten onmiddellijk betekenis. Het geeft mensen de gelegenheid om te spre-ken over de beleving van belangrijke gebeurtenissen of feiten. Hier kan ook direct er-kenning gegeven worden voor het aangedane onrecht en kan aandacht gegeven worden aan positieve gebeurtenissen. Vervolgens worden ook relaties gevisualiseerd en krijgt de aard ervan een betekenis. Het gaat dan over hoe de cliënt de relatie persoonlijk beleeft. Voor de cliënt geeft het ook de erkenning dat alleen hij deskundig is in zijn eigen verhaal. De hulpverlener kan niet invullen hoe de situatie eruit ziet en wat dit betekent.

“Net zoals het voor de cliënt belangrijk is om zicht te krijgen op wie de belangrijke rela-ties zijn en welke de aard is van deze relaties, is het ook voor de hulpverlener belangrijk om het geheel te zien voor, tijdens en na de periode van hulpverlening. De hulpverlener moet zicht krijgen op de beleving door de cliënt van het hem aangedane onrecht dat vaak voorafgaat aan de hulpverleningsvraag. Hierbij stilstaan en voldoende lang erken-ning geven zorgt ervoor dat onschuldige derden niet de dupe worden.” 1

Door een instrumentele aanpak, die vaak het gevolg is van een hoge werkdruk, kunnen we voorbij gaan aan wat werkelijk achter de eerste hulpvraag schuilgaat. Emotioneel beladen gebeurtenissen en daden kunnen immers onbewust in families overgedragen worden op de volgende generaties. Mensen hebben dan geen zicht op hoe de ‘erfe-nis’ van de vorige generatie bijdraagt tot wat zich nu afspeelt en hoe er vermeden kan worden dat ook de volgende generatie dit gedragspatroon overneemt. Bovendien kun-nen we aan de hand van het genogram de gezonde bronnen en constructieve relaties verkennen. We gaan op zoek naar waar het goed loopt, naar welke relaties goed zitten. Dit zorgt ervoor dat mensen zich niet blind staren op wat er fout liep, maar dat er naar de toekomst gekeken wordt en dat er motivatie is om aan die toekomst te werken. Mensen krijgen ook het besef dat die zaken die niet aangepakt worden, verder zullen doorwerken. Door te focussen op de gezonde bronnen wordt de aandacht gericht op de eigen kracht die in het systeem aanwezig is.

Page 65: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

65

Bovendien kunnen we via het genogram aandacht besteden aan de kinderen, de loy-auteiten die spelen in het gezin, het relationele evenwicht tussen geven en ontvangen van gepaste zorg en het onrecht dat is aangedaan. Door aandacht te hebben voor ontschuldiging van de ouders, kunnen we een positieve bijdrage leveren aan de ‘erfenis’ voor de kinderen. Zoals de ervaringsdeskundige het formuleerde, kunnen we vanuit een sociale dienst en in onze sporadische contacten niet rechttrekken wat al jaren, en over generaties heen, scheef loopt in families. We kunnen wel trachten mensen inzicht te laten krijgen in wat er zich afspeelt en proberen dat kleine verschil te maken. ijlage 1 Achtergrondinformatie genogram en ecogram

Om de meerwaarde van een ecogram te verduidelijken citeren we Stef Herman2 : “Samengevat kunnen we stellen dat de grootste kracht van een ecogram gelegen is in het feit dat naast spanningsbronnen en bestaande hulpbronnen, ook potentiële te mobiliseren hulp-bronnen zichtbaar worden. In combinatie met inzicht in de balans draaglast/draagkracht van het cliëntsysteem laat een ecogram duidelijk zien waar groeipotentieel binnen een netwerk te vinden is. Het opmaken van een ecogram werkt bovendien de afhankelijkheid van de cliënt ten opzichte van de hulverlener tegen, door te laten zien dat de relatie tussen de hulpverlener en de cliënt slechts één van de vele is die het cliëntsysteem met anderen onderhoudt.”

Een sociaal netwerk heeft immers belangrijke functionele eigenschappen en zorgt er-voor dat mensen zich gesteund voelen wanneer hun draagkracht op de proef gesteld wordt. Mensen hebben behoefte aan emotionele steun; zij zoeken bij anderen erken-ning, waardering, begrip, enz. Maar we zoeken ook praktische steun in een sociaal net-werk. Bovendien willen we ergens bijhoren en zorgt ons netwerk voor gezelschap. Tenslotte hebben we mensen nodig die ons advies geven over zaken waarvoor we zelf onvoldoende kennis of vaardigheden bezitten. Indien we dit alles kunnen vinden in ons sociaal netwerk, zullen we dit als steunend ervaren.

Zoals Stef Herman besluit: “een steunend netwerk is omvangrijk genoeg, voldoende gediffe-rentieerd, goed bereikbaar en relatief stabiel. Een gezond sociaal netwerk is uitgebalanceerd en verschillende vormen van (compenserende) steun zijn aanwezig. Verder moet het geborgenheid en bestaanszekerheid bieden, en ook voldoende open zijn. “

Page 66: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

66

Bijlage 1 Achtergrondinformatie genogram en ecogram

Voorbeeld genogram:

Page 67: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

67

Bijlage 1 Achtergrondinformatie genogram en ecogram

Symbolen genogram:

Page 68: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

68

Bijlage 1 Achtergrondinformatie genogram en ecogram

Interactiepatronen:

Page 69: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

69

Bijlage 2 Motivatiecirkel

Page 70: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

70

Bijlage 3 Knelpunten bij afbouw van budgethulpverlening

Bij de opstart van het project, vroegen we zowel maatschappelijk assistenten van de sociale dienst, als de cliënten naar wat zij ervaren als obstakels om budgethulpverlening af te bouwen.

Knelpunten volgens maatschappelijk assistent:

- te weinig tijd om voldoende intensief te werken - de periode van afbouw is er voor cliënten vaak te veel aan omdat ze het te snel weer alleen willen doen (vanaf het moment dat schulden afgelost zijn), ze zien het nut niet van een grondige afbouwfase en willen deze overslaan - de cliënt wil vaak geen intensieve begeleiding - sommige mensen zijn heel gesloten; zaken die echt aan de basis van de problemen liggen, komen zo moeilijk tot uiting - mensen zijn het niet meer gewoon om zelf in te staan voor het opvolgen van hun administratie - ‘vooruitkijken’ blijft moeilijk voor cliënten - indien er weinig financiële ruimte is, wordt grondig werken moeilijker, aangezien er vaak enkel negatieve zaken te bespreken zijn - een grote schroom t.a.v. het OCMW maakt samenwerken moeilijk - gebrek aan kennis of beperkte mogelijkheden van cliënt - mensen zijn afhankelijk geworden van de hulpverlen(ing)(er) - mensen zijn bang dat ze nadien geen beroep meer mogen doen op onze dienst - omdat MA zelf niet aan afbouw werkte omwille van psychische of mentale moeilijkheden van cliënt

Redenen die cliënten aanhalen om in budgetbeheer te blijven:

- financiële situatie veranderde te vaak, ze vinden de situatie nog niet stabiel genoeg - er was altijd wel een reden waarom het niet het juiste moment was (vb. nog afbetalingen, komende operatie, sparen voor communie, …) - het was makkelijk, men was zeker dat alles correct gebeurde, het was een gewoonte - onzekerheid om het terug zelf te doen, angst om te ‘hervallen’, om aan verleidingen toe te geven, bang om fouten te maken, angst voor de verantwoordelijkheid - onvoldoende geloof in eigen kunnen - niet weten hoe betalingen moeten gebeuren - documenten niet begrijpen

Page 71: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

71

Bijlage 4 Voorbeelden verbindende vragen

- Op wie kunt u vertrouwen? - Met wie kunt u dit bespreken? - Hoe dragen uw kinderen zorg voor u? - Zorgt uw zoon voor uw dochtertje? - Zegt u er iets over tegen hem? - Wie van uw ouders is het meest kwetsbaar? - Beschermen uw kinderen u of uw partner? - Welk kind kunt u als ouder het veiligst kritiek geven? - Weten de kinderen van uw problemen in uw jeugd? - Waar gaat het beter tussen u en de kinderen? - Is er reden voor hoop? - Zien de kinderen u ooit huilen? - Wat doen ze dan? - Is er iemand voor wie u leeft? - Zou iemand u missen als u er niet zou zijn? - Wat zou uw vader zeggen als hij hier was? - Als uw ouders plots zouden sterven vandaag, wat zou u hen nog willen zeggen of wat zou je voor hen nog willen doen? - Vertelt u wel eens iets positiefs over uw ex-partner aan de kinderen? - Is er iemand die ziet dat u lijdt? - Wat heeft u zich voorgenomen anders te doen dan uw ouders? - Hebben uw kinderen een gelukkiger jeugd dan u?

(uit: verdiepingsmodule schuldbemiddeling VVSG: het kind van de rekeningen)

Page 72: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

72

Bijlage 5 Voorbeelden oplossingsgerichte vragen

Globaal: - Wat brengt u hier? - Waarmee/ hoe kan ik u van dienst zijn/ helpen? - Wat gaat er al beter sinds de aanmelding? - Wat zou dit gesprek voor u de moeite waard maken? - Wat heeft u al geprobeerd en hoe hielp dat? - Wat heeft u tot nog toe geholpen? - Hoe is dit een probleem voor u? - Wanneer is het probleem er minder of niet? (uitzonderingen) - Wat is het doel van uw komst? - Wat zou uw partner/kind etc. zeggen wat uw doel was?

Wondervraag: - Stel u slaapt vannacht etc. (wondervraag), waaraan zou u morgenochtend het eerst merken dat er een wonder is gebeurd? - Wat zie ik u dan anders doen? - Wat zou dat voor verschil maken? - Wie zou na u het eerst merken dat het wonder is gebeurd? - Waaraan zou uw partner merken dat het wonder is gebeurd? En hoe zou uw partner dat vinden? En hoe zou u dat dan weer vinden? - En als ik uw partner vraag wat u dan anders doet, wat zou uw partner dan zeggen? - En wat nog meer? - Welke momenten lijken al een beetje op het wonder? - Hoe bent u op het idee gekomen dat zo te doen? - Wat deed u toen anders, waardoor het beter ging? - Als u zich beter voelt, wat zien anderen dan anders aan u, dat hun duidelijk maakt dat u zich beter voelt? - Wat is er voor nodig om een deel(tje) van het wonder te laten gebeuren? - Wat komt daarvoor in de plaats (positieve doelformulering)? - Wat is er voor nodig om dat vaker te laten gebeuren? - Waaraan zou u merken dat u hier niet meer terug hoeft te komen? - Hoe houdt u het vol? - Wat wilt u zo houden en hoeft niet te veranderen?

Page 73: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

73

Scoren: - Op een schaal van 0-10, waarbij een 0 het slechtste moment is dat u kent en een 10 is dat het probleem waarvoor u komt (voldoende) is opgelost, waar zit u dan nu? - Waar (bij welk cijfer) wilt u uitkomen? - Wat zit er in die ‘4’? Hoe is het u gelukt al op een ‘4’ te zitten? - Hoe ziet een ‘5’ eruit? - Wat is er voor nodig om een cijfer hoger te komen? - Waaraan zou u straks zien/merken dat u van een ‘4’ naar een ‘5’ gekomen bent? - Wat zou voor u het eerste signaal zijn dat u op de goede weg bent - Stel dat ik een vlieg op de muur ben, wat zie ik u dan anders doen? - Hoe is het u gelukt om op een ‘4’ te blijven/ stabiel te blijven? - Als het cijfer lager is, hoe is het u eerder gelukt om van een laag cijfer weer naar een hoger cijfer te komen? - Stel dat ik een video-opname zou maken van nu en van het moment in de toekomst dat het beter gaat, wat zie ik dan voor verschil, waardoor ik kan zeggen: dat is de video nu en dat is de video in de toekomst? - En hoe reageren anderen daar dan op? - Op een schaal van 0-10, waarbij 0= geen enkel vertrouwen en 10= alle vertrouwen, hoeveel vertrouwen heb je erin dat het probleem waarvoor je komt kan worden opgelost? - Op een schaal van 0-10, waarbij 0= geen enkele motivatie en 10= ik heb er alles voor over, hoe gemotiveerd ben je om het probleem waarvoor je komt op te lossen? - Wat maakt dat je al zoveel vertrouwen/motivatie hebt? (of: hoe lukt het je om al/nog zoveel vertrouwen/motivatie te hebben? - Hoe zou je op die schaal een cijfer hoger kunnen komen. Hoe zou dat eruit zien? - Hoe komt het dat het niet slechter met u gaat? - Stel uw partner verandert al in de richting die u wilt, wat zou u dan anders doen? - Hoe ziet dat eruit? - Hoe lukt het u ongewenst gedrag te stoppen, hoe doet u dat? - Hoe lukt het anderen om een cijfer hoger te komen?

Page 74: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

74

Bij gestuurde cliënten: - Wiens idee was het dat u hier moest komen? - Wat is uw idee over waarom we hier vandaag praten? - Wat denkt de verwijzer dat u anders zou moeten doen? (idem) - Wat zou de verwijzer zeggen dat u minimaal anders moet doen? - Wat moet u doen om hem of haar ervan te overtuigen dat u niet meer terug hoeft te komen? - Als u zou besluiten dat te doen, hoe zou het dan anders worden tussen u en de verwijzer? - Is dat iets wat u zou kunnen doen? - Wat zou u zeggen dat u minimaal anders moet doen? - Wanneer was de laatste keer dat u dat deed? Als u zou besluiten dat weer te doen, wat zou dan de eerste kleine stap zijn die u zou doen? - Stel dat u zou moeten doen alsof het wonder gebeurd was, wat zou dan het eerste stapje zijn dat u zou doen? - Hoe zult u merken als u genoeg gedaan heeft? - Wat zou er gebeuren in uw leven dat er nu niet gebeurt

Bij crisis: - Wat doet u om in deze situatie voor uzelf te zorgen? - Wie (en wat) denkt u dat het meest zou helpen op dit moment? - Hoe slaag je erin om te ….., met alles wat je meegemaakt hebt? - Wat heeft geholpen u er tot nu toe doorheen te helpen? - Wat denk je dat het nuttigste is dat ik (therapeut) kan doen? - Zou het erger kunnen zijn dan het is? Hoe komt het dat het niet erger is? - Stel dat u het wel zou weten, wat zou u dan zeggen? - Verder nog iets? (als je af wilt sluiten) - Niet iedereen zou…..hebben kunnen zeggen of doen. Dus u bent het soort mens dat….? - Stel dat u huiswerk zou willen, wat zou dat dan kunnen zijn?

Afronding - Waaraan zult u kunnen merken dat u niet meer terug hoeft te komen? Wat is er dan anders? - Wat is het allerbelangrijkste om te onthouden om deze situatie te blijven hanteren? - Wat kunt u doen om ervoor te zorgen dat het weer zo snel mogelijk slecht met u gaat? (terugvalpreventie) - Welke vraag is nog niet gesteld en zou u graag willen horen? - Is het nog nodig om terug te komen? - Wanneer wilt u terugkomen? - Wat gaat er beter?

Page 75: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek
Page 76: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

76

BRONNENLIJST1. Het kind van de rekening, cahiers schuldenlast. Yvette Desmet. Vlaams centrum schuldbemiddeling en politeia, 20092. Het ecogram, pockets lokale besturen. Stef Herman. VVSG en politeia, 20093. Meervoudig gekwetsten, contextuele hulpverlening aan maatschappelijk kwetsbare mensen. Paul Heyndrickx, e.a. Lanno, 20054. Bind-Kracht in armoede, leefwereld en hulpverlening. Kristel Driessens en Tine Van Regenmortel. Lannoo 2006, derde druk5. Bind-Kracht in armoede, krachtgerichte hulpverlening in dialoog. Koen Vansevenant, e.a. Lanno, 20086. Op eigen kracht verder, hulpverlening aan huis bij kansarmen. Vandenbempt Katrien. Acco, 20017. De therapeut wikt, de cliënt beschikt. Sjef de Vries in Phaxx 1/2004 via www.pharos.nl8. Bruggen over woelig water, is het mogelijk om uit de generatiearmoede te geraken? Oases, Jan Vranken e.a. Acco 20049. Methodisch werken, inleiding tot methodisch handelen met en voor mensen. Piet Winkelaar. Elsevier, Maarssen, vierde druk 199810. Systeemgericht werken. Niet gepubliceerde cursus Jan Dewitte 2008. Vormingsleergang voor Sociaal en Pedagogisch Werk, Hasselt 11. Schuldbemiddeling in Vlaamse OCMW’s vanuit een empowerend perspectief. Brodala J., Van Regenmortel T. (promotor), 2007, K.U.Leuven12. Niet meer maar beter, over zelfbeperking in de risicomaatschappij. Dirk Geldof. Acco, tweede druk dec 199913. Ervaringsdeskundige in armoede en sociale uitsluiting, een inleiding tot de methodiek. Frans Spiesschaert. Acco 200514. vzw De Link, opleiding en tewerkstelling van ervaringsdeskundigen in armoede en sociale uitsluiting, krachtlijnen, Antwerpen 200815. Zwanger van empowerment, een uitdagend kader voor sociale inclusie en moderne zorg. Prof. Dr. Tine van Regenmortel. Fontys Hogeschool 200816. Empowerment en Maatzorg, een krachtgerichte psychologische kijk op armoede. Tine Van Regenmortel. Acco, 200217. Social Casework in de 21e eeuw, Een praktisch handboek voor kwaliteitsvol hulpverlenen. Hilde Vlaeminck e.a. Kluwer, 2002

Page 77: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

77

18. Doen wat werkt, oplossingsgericht werken in organisaties. Coert Visser. Kluwer 200519. Alert, voor sociaal werk en politiek. Jaargang 36, nummer 1, maart 2010 20. Armoede en sociale uitsluiting, Jaarboek 2008 Jan Vranken e.a., Acco, 200821. De gereedschapskist van de maatschappelijk werker, handboek multimethodisch maatschappelijk werk. Herman de Mönnink. Elsevier 200422. Ongehoord vertrouwen, ethische perspectieven vanuit het contextuele denken van Ivan Boszormenyi – Nagy. Annemie Dillen. Garant, 2004

- http://nl.wikipedia.org- http://www.lerenoverleven.org - http://www.armoedebestrijding.be - http://www.tezwaar.be - http://www.bindkracht.be - http://www.oases.be - http://www.solution-focused.nl

- Yvette Desmet, 2009. Niet gepubliceerde syllabus verdiepingsmodule ‘Het gezin in de schuldbemiddeling’, Vlaams Centrum Schuldbemiddeling- Brodala, J., 2010. Niet gepubliceerde syllabus Door schulden geraakt. Geel, KHKempen, departement Sociaal Werk- Veronique Cappaert, 2010 Niet gepubliceerde syllabus opleiding Avalon ‘Aan de balie van het sociaal huis: vraagverduidelijking’- Nu komen WE rond, betekenis en meerwaarde van groepswerk binnen budgethulpverlening, werkboek OCMW Heusden – Zolder- Visienota Budgethulpverlening Noord-Limburg, Dienst Schuldbemiddeling Welzijnsregio Noord-Limburg, 2009- Storms B., Brodala J., Dirickx E, 2009. Effectief budgetmanagement. Hoe komen tot duurzame gedragsverandering? Stand van zaken werkpakket 1 en werkpakket 2, tussentijds onderzoeksrapport 18 december 2009. Studiecentrum voor Lokaal Sociaal en Lokaal Economisch Beleid, KHKempen, Geel.

Page 78: LOSLATEN EN - Budget- en schuldhulpverlening Schuldbemiddeling · September 2009. Het project ‘Loslaten en Vasthouden’ gaat van start. We gaan op zoek naar een uitstroommethodiek

in samenwerking met