Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier...

32
HAN BLAD Het Nieuwe Werken #15 / MEI 2010 • Ronde tafel: Kennis délen is macht • Veel managers nog niet klaar voor Het Nieuwe Werken • Broedplaatsen, voor mensen die ‘fucking woest’ zijn • Lector gooit forse ‘steen’ • Onderwijs ontwikkelen als Linux

Transcript of Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier...

Page 1: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

HAN BLAD

Het Nieuwe Werken#15 / MEI 2010

• Ronde tafel : Kennis délen is macht • Veel managers nog niet klaar voor Het Nieuwe Werken

• Broedplaatsen, voor mensen die ‘fucking woest’ zijn • Lector gooit forse ‘steen’ • Onderwijs ontwikkelen als Linux

Page 2: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

WOENSDAG

30 juniARNHEM

DONDERDAG

01 juliNIJMEGEN

WWW.HAN.NL/OPENDAGMASTER

WORD OOK MASTER BIJ DE HAN!

AVOND

10194 ADV Open Dag Master 230x291 1 06-05-2010 16:56:59

Page 3: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Inhoud

Pagina 18 Tauw en Civ ie le Techniek ont wikkelen Duurzaamheidskompas Pagina 19 Ook ‘s nachts zonne-energiePagina 20 Waters tof z ichtbaar in Arnhem

Pagina 21 Jubi lerend, snelgroeiend SBC pak t u i tPagina 21, 26 , 30, 31 Kor t n ieuwsPagina 24 Onder wi js ont wikkelen als L inuxPagina 27 Deuren openen met de te le foon

Het Nieuwe Werken versterkt

In menige organisatie - vaak die zonder een directe, betalende klant - zijn managers geneigd elkaar en hun mensen af te rekenen op iets anders dan het klantbelang. Ze rekenen een col-lega of medewerker af op of hij respect betoont, doet wat er van ‘m gevraagd wordt en niet te veel zeurt. En of hij interessante vrienden heeft en er af en toe met ‘m valt te lachen. Heel menselijk allemaal, maar het maakt een organisatie niet klantgerichter en competitiever. Onderzoeker Peter de Reijke heeft het bestaan van die afrekencultuur aangetoond binnen een Limburgse politieorganisatie - zie het artikel op pagina 7. En dat is mooi, want zodra iets bestaat kun je er wat aan doen. Kun je per functionaris klantgerichte competenties formule-ren en borgen dat je elkaar dáár op afrekent. Met als resultaat dat iedereen weet waar hij of zij aan toe is en vervolgens ondernemer kan worden van zijn eigen loopbaan. En mee kan gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid en dus effectiever en efficiënter te werk gaat, is wat dit land, dit kwak-kelende Europese continent nodig heeft. Op prijs moeten we de globale concurrentieslag niet eens áángaan, maar op innovatievermogen kunnen we ‘m nog steeds winnen, ook al hebben we ‘Lissabon’ niet gehaald. Alexander Rinnooy Kan, voorzitter van de werkgroep Kennisinvesteringsagenda van het Innovatieplatform, bepleitte daartoe onlangs een extra investering van 6 miljard euro per jaar in R&D, door overheid én bedrijfsleven. Bizar veel geld en dus is het de vraag of daar ook maar iets van terecht komt. Het Nieuwe Werken betekent veel meer doen met hetzelfde budget, want met hetzelfde aantal mensen. Met medewerkers die - mede dankzij hun opleiding - in staat zijn een grotere eigen verantwoordelijkheid te dragen en van hun organisatie de ruimte krijgen dat ook te doen. Tijdens de ronde tafel die het HANblad daarover georganiseerd heeft werd het zo gesteld: ‘Laat mensen op hun manier de dingen doen waartoe ze zich gedreven voelen en de output volgt vanzelf.’ Met name in ‘plat’ Nederland zijn de randvoorwaarden voor het competitieve Nieuwe Werken aanwezig. Nu nog het managementlef om daar gebruik van te maken.

De redactie

‘A l les dat werkel i jk

groots en inspirerend is,

is gecreëerd door een

indiv idu dat kon werken

in vr i jheid.’

Albert Einstein

Pagina 4 Ronde tafel: Kennis délen is macht

Pagina 7 Managers niet klaar voor Het Nieuwe Werken

Pagina 10 Een leven lang leren, wanneer het uitkomt

Pagina 12 Minder overleg, meer daad-kracht

Pagina 14 Studio Smack is stronteigen-wijs

Pagina 16 ‘Fucking woest’

Pagina 22 HAN moet nóg internationaler worden

Pagina 28 Leren te leren leren

Page 4: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

H A N B L A D N R . 1 54 5

Het Nieuwe Werken is een buzzwoord in arbeidsorganisat ies . Iedereen wi l er ie ts mee, maar wat? Is het vooral window-dressing om de nieuwe generat ie medewerkers te lokken? Worden bedr i j f sprocessen er beter van? En wat voor competen-t ies hebben die ‘n ieuwe werkers’ nodig? Daarover spraken zeven heren en één dame t i jdens een HAN-rondetafe lgesprek in De Steeg.

Kennis délen is macht

Wiel Smits, engineering manager van ALSI in Nijmegen,

leverancier van machines aan de semiconductor indu-

strie, vindt het moeilijk te definiëren wat Het Nieuwe

Werken ís, maar hij weet wel dat hij het elke dag dóet.

Hij zat tientallen jaren in een hiërarchische setting bij

zijn oude werkgever Philips waarvan ALSI een spin-off

is, maar zo’n strakke lijnorganisatie werkt niet meer.

‘We doen onze research bij ALSI zelf en besteden veel

uit. Dat vraagt andere manieren van werken. We komen

in teams bij elkaar, hebben het over de ontwerpen en

ieder gaat zijns weegs, met alle interactie tussendoor.’

BreedHet Nieuwe Werken heeft iets van het oude telewerken,

het werken-op-afstand, maar het is tegelijkertijd breder.

‘Het is niet van ‘geef mensen een laptop, laat ze werken

waar en wanneer ze willen en het is geregeld’’, zegt

Fietje Vaas, programmamanager bij TNO en een deel

van de week werkzaam voor het Nederlands Centrum

voor Sociale Innovatie. Ze noemt Het Nieuwe Werken

een voorbeeld van neue Kombinationen. Vaas: ‘Het heeft te

maken met vier aspecten: de IT-faciliteiten, de manieren

van huisvesting, de manieren van leidinggeven en de

andere organisatie van het werk. Zijn er complete taken

aan te wijzen die een medewerker op zijn manier op een

zelfgekozen plek en tijdstip kan uitvoeren?’

Ron Bormans, voorzitter van het College van Bestuur

van de HAN omschrijft Het Nieuwe Werken als ‘een

zoektocht aan de hand van f lexibiliteits- en mobiliteits-

vraagstukken om het werken zo optimaal mogelijk

vorm te geven’.

KennisdelenHet Nieuwe Werken past helemaal in de 24/7-economie.

Werken en zakendoen worden steeds meer kennisge-

dreven en trekken zich minder aan van grenzen tussen

Rondetafeldiscussie over Het Nieuwe Werken

Voorzitter CvB Ron Bormans, HAN, www.han.nl Directeur Hans Corstjens, Platform Bèta Techniek,

www.platformbetatechniek.nl

Directeur Gertjan van de Groep, Van de Groep en

Olsthoorn, www.vandegroep.nl

Engineering manager Wiel Smits, ALSI,

www.alsi-international.com

Page 5: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

H e t N I e u w e w e R K e N

‘Laat mensen op hun manier de dingen doen en de output volgt vanzelf’

‘Die start met een kop koffie ’s morgens is toch wel erg belangrijk’

Programmamanager Fietje Vaas, Nederlands

Centrum voor Sociale Innovatie, www.ncsi.nl

Senior consultant Theo Snijders, Wisse Kommunikatie,

www.wisse-worldcom.nl, gespreksleider

Lector HRM Robert Verburg, HAN, www.han.nl Projectmanager Marius Alkema, Univé-VGZ-IZA-Trias,

www.unive.nl

organisaties, landen en tijdzones. ‘ Telewerken was kort

gezegd mensen naar huis sturen om te werken’, zegt

Robert Verburg, lector Human Resource Management

aan de HAN. ‘Het Nieuwe Werken is werken met een

scala aan mogelijkheden voor voortdurende interactie,

digitaal en fysiek.’

Het heeft alles te maken met kennis delen. Managers

van de toekomst spelen een faciliterende rol op de ach-

tergrond, is de overtuiging van Gertjan van de Groep,

directeur van werving- en selectiebureau Van de Groep

& Oltshoorn in Zeist. Zijn bureau liet een onderzoek

doen hoe managers hun rol zien veranderen. ‘Ze hebben

het allemaal over een plattere organisatie, muren die

verdwijnen, de roep om kruisbestuiving. Dus moeten

managers faciliteren en coachen. Neem het voorbeeld

van Google. Het hoofdkantoor is 24 uur per dag open.

Mensen werken hun veertig uur in de week wanneer zíj dat

willen en mogen een groot deel van de tijd zelf vrij invullen.

Laat mensen op hun manier de dingen doen waartoe ze

zich gedreven voelen en de output volgt vanzelf.’

Net werkenHet werk stelt andere eisen tegenwoordig, benadrukt

ook Hans Corstjens, directeur Platform Bèta Techniek:

‘Een bedrijf legt niet meer in zijn eentje een weg aan en

vertrekt, het zit in consortia en beheert en onderhoudt

die weg ook. Het gaat om complexe processen. Dat

vraagt een grote mate van creativiteit en van multidisci-

plinair werken.’

Robert Verburg: ‘Mensen gaan meer in netwerken wer-

ken. Dat geldt ook voor kleine organisaties: juist de

bedrijven die vertakt zijn met andere organisaties, doen

het goed. Die hebben overal lijntjes uitstaan. Dat verva-

gen van grenzen past in Het Nieuwe Werken.’

Zorgverzekeraar UVIT in Arnhem, ontstaan uit de

samenwerking tussen Univé en VGZ-IZA-TRIAS, heeft

Het Nieuwe Werken omarmd en er zelfs een projectma-

nager voor in huis, Marius Alkema. Hij noemt Het

Nieuwe Werken een visie, een geloof: een bedrijf moet

nadenken over het binden en boeien van het zittende

personeel en het aantrekken van nieuwe medewerkers

op de straks weer krappere arbeidsmarkt. ‘Het Nieuwe

Werken heeft alles te maken met het geven van vrijheid,

vertrouwen en verantwoordelijkheid aan de medewer-

kers en ze aanzetten tot samenwerking. Niet langer

geldt ‘kennis is macht’, Nee, kennis délen is macht.’

Prak t ische redenFietje Vaas somt moeiteloos wat voordelen van Het

Nieuwe Werken op. ‘De productiviteit stijgt, het is mak-

kelijker om mensen aan te trekken, er is meer f lexibili-

teit in de bedrijfsprocessen en het vraagt minder vier-

kante meters kantoor en autokilometers.’ En soms zit-

ten er van tevoren helemaal geen grote filosofieën ach-

ter de introductie van Het Nieuwe Werken in een organi-

satie. Bij haar eigen TNO-onderdeel was er een prakti-

sche reden die de boel op zijn kop zette. ‘We moesten

verhuizen en gingen met te veel mensen naar een te

klein gebouw. Toen kwam de gedachte op dat f lexibele

werkplekken en thuiswerken soelaas zouden bieden.’

Het Nieuwe Werken is volgens haar ook geen kwestie

van een concept blindelings overnemen en invoeren. In

elke organisatie vraagt het om een eigen vorm.

Aanwezigheid gevraagdDat onderschrijft collegevoorzitter Ron Bormans van de

HAN: ‘Op een gegeven moment kwam in het hbo de

trend opzetten om leren steeds meer thuis plaats te

laten vinden, met alle mogelijkheden die de ICT daartoe

biedt. Dat zou meteen de opmaat zijn van een nieuwe

manier van werken van de docenten. Ze zouden minder

hoeven te reizen en daarmee konden we tegemoet

komen aan de roep vanuit de regio om minder automo-

biliteit. Maar dat werken-op-afstand botst met ons idee

dat de kwaliteit van het onderwijs ‘m vooral ook zit in de

interactie en aanwezigheid. Bij deeltijdstudenten kun-

Page 6: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

6 7 H A N B L A D N R . 1 5

‘Over vijf jaar weet je niet wat

je ziet op de werkvloer, het

gaat harder dan wij denken’

nen we af met beperkte, ‘rijke’ fysieke ontmoetingen en

veel contact via het web. Maar de jonge voltijds studen-

ten vragen begeleiding en structuur.’

Met andere woorden, Het Nieuwe Werken mag niet ver-

absoluteerd worden. Bormans: ‘Het is een optimalise-

ringsproces. Eén: welke eisen stelt je primaire proces

aan met name tijd- en plaatsgebonden aanwezigheid?

Twee: is het wenselijk en mogelijk dat proces slimmer in

te richten, bijvoorbeeld met ICT? En drie: wat zou je willen

vanuit doelstellingen als de medewerkertevredenheid,

maar ook duurzaamheid en het reduceren van reiskilo-

meters? Bij een school leidt dat vast tot een ander resul-

taat dan in de zakelijke dienstverlening.’

Kop kof f ieDe vraag is ook of de medewerkers het omarmen. ‘De

een heeft weinig prikkels nodig en vindt het prima om

veel alleen te werken met enkel digitale contacten, de

ander gedijt in een omgeving met fysieke contacten’,

zegt lector Verburg. Hij heeft onderzoek onder storings-

medewerkers van een energiemaatschappij gedaan die

dankzij de nieuwste IT sneller op incidenten kunnen

reageren en veiliger werken. ‘Maar tegelijkertijd ont-

moeten ze elkaar minder. Die start met een kop koffie

’s morgens is toch wel erg belangrijk, ook voor de kwa-

liteit van het werk.’ Die ouderwetse ‘koffiemomenten’

moeten in een of andere vorm gewaarborgd blijven. ‘De

community of practice wint aan belang: je hebt binding

met collega’s in hetzelfde vakgebied door het uitwisse-

len van ervaringen en informatie.’

KwetsbaarHet geeft meteen aan welke competenties Het Nieuwe

Werken vraagt. Mensen moeten kunnen samenwerken

en communiceren én kennis beschikbaar willen stellen.

Dat vraagt veranderingen in de bedrijfscultuur. Alkema

van UVIT: ‘Vroeger stonden de afdelingen als torentjes

naast elkaar, nu komen mensen elkaar meer tegen. Ze

moeten zich open en kwetsbaar durven opstellen en

problemen op tafel willen leggen. Alle faciliteiten zijn

er. Nu ligt de uitdaging aan HRM-kant. Gaan mensen

het gedrag vertronen dat we willen en hoe kunnen we

dat verder optimaliseren?’

Leidinggevenden hebben een belangrijke rol in de cul-

tuurverandering, daarover zijn alle tafelgenoten het

eens.

RuimteVan de Groep heeft eenzelfde credo: ‘Durf los te laten,

geef vrijheid. Dan kun je talent optimaal benutten. Als

we de nieuwe generatie medewerkers ruimte ontnemen,

dan komen ze niet of je houdt ze niet lang.

Dienstverbanden worden gemiddeld korter, maar het

doet minder pijn als iemand vertrekt want de kennis

wordt meer gedeeld.’

Natuurlijk zijn er valkuilen. Vaas: ‘Een medewerker kan

helemaal op de BV Ik focussen en niet meer voor syner-

gie en samenwerking gaan. Dus moet er natuurlijk wel

gestuurd worden. Zoek het niet in de eenheidsworst van

het aanwezigheidsregime, maar in het werkproces zelf.

Zet mensen in projecten, ze werken samen aan een doel

en hebben elkaar nodig om het te bereiken.’

BeroepseisHet Nieuwe Werken is vanzelfsprekend niet voorbehou-

den aan de jongste generaties. Elke professional moet

de dynamiek van zijn omgeving bijhouden, klinkt het.

Jongeren willen overigens helemaal geen extreme vor-

men van Het Nieuwe Werken waarbij ze vrij hun gang

kunnen gaan en álles online doen: ze zijn juist gespitst

op collega’s met wijsheid en ervaring aan wie ze zich

kunnen laven.

Opleidingen kunnen dat Nieuwe Werken nog wel meer

in hun programma’s integreren zodat hun studenten

nog betere zelfstandige beroepsbeoefenaars zijn als ze

de arbeidsmarkt opstromen. Lector Verburg: ‘Heden-

daagse managementboeken bevatten veel theorieën die

zijn gebaseerd op traditionele arbeidsprocessen. Maar

onze studenten komen in Het Nieuwe Werken terecht.

Een strakke organisatie wordt een f luïde organisatie

waarin beproefde manieren van aansturing niet meer

opgaan.’

HypeTafelvoorzitter Theo Snijders, senior consultant bij

Wisse Kommunikatie, wil van de deelnemers aan de

discussie nog weten of Het Nieuwe Werken een blijvertje

is: ‘Is het geen hype? Is het niet iets dat in tijden van

hoogconjunctuur als aantrekkelijke arbeidsvoorwaarde

een opmars maakt en vervolgens weer geruisloos ver-

dwijnt?’

Het is géén windowdressing, klinkt het van diverse kan-

ten. Gertjan van de Groep: ‘Van internet werd ook

gezegd dat het zo’n vaart niet zou lopen. Iedereen heeft

het over Het Nieuwe Werken zonder dat duidelijk is wat

het wel en niet is. Maar wacht als organisatie niet langer

om er zélf ook iets mee te doen. Over vijf jaar weet je niet

wat je ziet op de werkvloer, het gaat harder dan wij den-

ken. De moderne technologie maakt veel mogelijk.

Werk en privé lopen steeds meer door elkaar heen.’

Page 7: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Veel managers nog niet klaar voor Het Nieuwe werken

Conclusies onderzoek schokken top pol i t ieorganisatie

H e t N I e u w e w e R K e N

Page 8: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

8 9

Implementat ion & Change ManagementRoy van Dalm’s eigen vakgebied is Smart

Cities, een van de drie focusgebieden van

het Expertisecentrum Informatica, Media

en Communicatie. Hij geeft adviezen aan

en verzorgt workshops en studiereizen

voor onder meer gemeenten, regio’s en

woningbouwcorporaties. Dit met als doel

steden innovatiever te maken, zodat ze

aantrekkelijker worden voor bewoners,

bedrijven, bezoekers en ‘bollebozen’. Een

tweede werkterrein is Sociale Media,

gericht op het geven van praktijkopleidin-

gen over het gebruik van allerlei sociale

media (als Linkedin, Facebook en Twitter),

om sociale innovatie mogelijk te maken.

Het derde expertisedeel - Implementation

& Change Management (ICM) - gaat in op

de vraag hoe je met sociale innovatie orga-

nisatieveranderingen realiseert. Het exper-

tisecentrum verzorgt de masteropleiding

ICM per mei 2010 in licentie van de Open

Universiteit. Belangstellenden kunnen de

opleiding naar keuze volgen bij de OU in

Utrecht of bij de HAN in Arnhem. Geslaag-

den krijgen de internationale titel CMC -

Certified Management Consultant - toege-

kend door de beroepsorganisatie de Orde

van Organisatiekundigen en -Adviseurs.

Het expertisecentrum werkt samen met

diverse HAN-lectoraten, zoals ‘Kunst,

Cultuur en Economie’ van Dany Jacobs en

‘Innovatie van Leren in Organisaties’ van

Jürg Thölke - ‘Vernieuwing ontstaat in de

interactie met de anderen en met ‘het

andere’’. Ook het NCSI is een partner. Dit

Nederlands Centrum voor Sociale Innovatie

produceert, verzamelt en verspreidt kennis

over sociale innovatie en ondersteunt initi-

atieven op dat terrein. Het centrum is in

2006 opgericht onder auspiciën van het

Innovatieplatform en wordt ondersteund

door de ministeries van EZ, OCW en SZW.

www.ncsi.nl

www.han.nl/eimc

Wil de BV Neder land innovat iever en compet i-t iever worden dan is sociale innovat ie hard nodig. Dat vergt ook van de managers dat ze veranderen. Maar d ie hebben vaak weinig t rek hun cont ro le pr i js te geven, concludeer t ‘soci-aal innovator ’ Roy van Dalm.

Het thema van deze uitgave van het HANblad, ‘Het

Nieuwe Werken’, staat voor tijd- en plaatsonafhankelijk

en bovenal zelfstandig werken, met een grote eigen

verantwoordelijkheid en de leidinggevende vooral in

een dienstverlenende rol. Die nieuwe manier van werken

vergt sociale innovatie: slimmer werken, f lexibeler

organiseren en dynamisch managen, om zo tot een niet-

technologische innovatie van de organisatie te komen,

zo duidt Roy van Dalm. Hij is als hoofddocent verbon-

den aan het Expertisecentrum Informatica, Media en

Communicatie. Dat is een onderdeel van de Informatica-

en Communicatie Academie (ICA) van de HAN dat voor

het personeel van bedrijven en organisaties post-hbo

opleidingen en workshops verzorgt.

Niet top-downDé grondslag voor sociale innovatie is dat je de mensen

in de organisatie de ruimte en de support geeft ‘zichzelf

anders te organiseren’, formuleert Van Dalm. ‘Want een

organisatie kun je niet top-down veranderen. Het

management moet vooral een wenkend perspectief bie-

den: dáár gaan we met z’n allen naartoe. Maar hoe daar

te komen, dat is iets dat aan de hele gemeenschap van

een organisatie overgelaten moet worden. Niet door het

personeel een bepaalde manier van samenwerken van

bovenaf op te leggen, maar door eerst hun competenties

te inventariseren, waar nodig die aan te vullen en vervol-

gens op basis daarvan zelfsturende teams te formeren.

Teams waarbinnen mensen zelf bepalen hoe ze samen-

werken en dat kunnen doen in openheid en onderling

vertrouwen. Teams waarmee de manager het contact

onderhoudt vanuit een dienstverlenende rol.’

In terne weers tandZover zijn ze nog niet bij een van de politieorganisaties

in Limburg, heeft Peter de Reijke gemerkt. Deze hoofd-

docent van de HAN gaat binnenkort de opleiding

Implementation & Change Management (ICM) verzor-

gen (zie kantlijntekst). In voorbereiding heeft hij de

opleiding zelf gevolgd en in dat kader een onderzoek

gedaan naar de oorzaak van de matige resultaten van

het ‘blauw’ op straat. Er werden te weinig misdaden

opgelost, buurtbewoners waren negatief over de veilig-

heid in hun wijk en het lukte niet om de drugscriminali-

teit in te dammen. De top vaardigde het ene project na

het andere uit, maar zonder effect.

Juist daar zit het probleem, constateert De Reijke. ‘De

belangrijkste oorzaak zit in de sterk hiërarchische cul-

tuur waarin opdrachten in commandostijl worden

gegeven. ‘Je moet dit, je moet dat, het is het ene project

na het andere, zonder dat de leiding prioriteiten stelt en

zich afvraagt hoe we dat dan uitgevoerd moeten krij-

gen’, zo was de beleving op de werkvloer. ‘Er was veel

interne weerstand.’

Mee de s t raat opIn zijn analysewerk vergeleek De Reijke de stijl van lei-

dinggeven van de succesvolle teams met die van niet-

succesvolle. ‘En toen ontdekten we dat de teams met het

laagste ziekteverzuim en de beste resultaten die teams

waren met een chef die mee de straat opging. De slecht

functionerende teams werden geleid door chefs die bin-

nenbleven om te vergaderen over projecten, en die

- hiërarchisch ingesteld - bijvoorbeeld volledig eigen-

handig het rooster opstelden. Samen de straat opgaan

schept een heel goede band met de ‘blauwen’, terwijl het

vooral veel onvrede veroorzaakt als zonder afstemming

Peter de Reijke

Hoofddocent HAN en

onderzoeker

‘Besluiten zijn pas effectief als

ze door alle niveaus als zinvol

worden ervaren’

Roy van Dalm

Hoofddocent HAN en ‘sociaal

innovator’

‘Het kan niet zo zijn dat je vraagt

om vernieuwing en zelf niet mee

verandert’

H A N B L A D N R . 1 5

Page 9: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Het Nieuwe Wer venSocial media zijn voor de politie goede

instrumenten om het beeld bij te stellen

van het werken bij de politie. De politie zet

sinds kort Hyves, Marokko.nl en YouTube

in om mensen warm te krijgen voor het

politievak. Hardnekkige misverstanden,

onnodige drempels of overmoedige

droombeelden kunnen worden genuan-

ceerd. Hierdoor kunnen mensen beter

beslissen of het iets voor ze is en trekt de

politie de juiste mensen aan, aldus Jelle

Egas, woordvoerder van de Raad van

Korpschefs. Het uiteindelijke doel is dat de

toekomstige wervingsdoelgroep een

gevoel krijgt van ‘daar wil ik bij horen’.

‘Het bracht bij de politietop een schok teweeg, van herkenning en erkenning’

voor een agent beslist wordt dat hij er moet zijn als de

plaatselijke profclub zijn thuiswedstrijd speelt. En dat

terwijl hij misschien wel een weekendje-weg met zijn

vrouw had gepland.’

Dat veel leidinggevenden zich zo hiërarchisch gedragen

heeft alles met een cultuur te maken die dat gedrag

beloont, stelt De Reijke vast. ‘Door in commandostijl

opdrachten te geven en verder veel binnen te vergaderen

met je chefs schep je een band met hén en dat is goed

voor je carrière. Zíj beslissen per saldo over promoties.’

Een proces dat nog ‘ns versterkt wordt door het loop-

baansysteem dat de politie hanteert, waarbij leidingge-

venden elke twee, drie jaar horizontaal of verticaal

doorschuiven naar elders. ‘Zo komt er van het opbou-

wen van een band met je personeel niets terecht.’

Vergaderen beloondDe Reijke schetst in zijn diagnose een beeld van een cul-

tuur waarin veel vergaderen beloond wordt en er juist

niet op teamprestaties afgerekend wordt. Een cultuur

waarin vanuit de driehoek van burgemeester, korpschef

en hoofdofficier van justitie, het beleid naar beneden

wordt geduwd. Deze cultuur is alleen te veranderen door

de hele organisatie, te beginnen met de top ervan, in

beweging te krijgen, luidt De Reijke’s conclusie: ‘Het

bracht bij de top een schok teweeg, van herkenning en

erkenning.’

Aansluitend heeft De Reijke een interventieplan opge-

steld waarin is aangegeven langs welke weg de hele

organisatie samen kan nadenken over hoe die cultuur

kan worden veranderd. ‘Want je moet natuurlijk niet in

de valkuil trappen die je zelf signaleert door van bovenaf

aan te geven hoe er veranderd moet worden. Het plan

bevat een draaiboek voor hoe je daar, met verschillende

hiërarchische niveaus samen, besluiten over neemt.

Besluiten zijn pas effectief als ze door alle niveaus als

zinvol worden ervaren en dus ook aansluiten bij de

logica van de agent op de straat.’

Phi l ips DesignEen bedrijf dat de organisatie succesvol sociaal geïnno-

veerd heeft is wat Van Dalm betreft Philips Design. Dat

ontwerpbedrijf werkt met allerlei professionals (engi-

neers, maar ook sociologen, psychologen en organisa-

tiedeskundigen) van allerlei nationaliteiten. Die komen

op regelmatige basis bijeen. ‘Om samen een beeld te

vormen van wat er in de wereld gaande is. Van wat er

speelt op het gebied van sport of gezondheid en wat de

kenmerken zijn van de personen die in die veranderende

wereld acteren. Al die ideeën en kennis integreren ze om

op basis daarvan keuzes te kunnen maken. De mensen

in de teams doen dat zelf, al dan niet met behulp van de

uitstekende kennismanagementsystemen die daarvoor

tegenwoordig bestaan.’

Voor het maken van praktische afspraken komen men-

sen vaak niet meer bijeen, dat gebeurt met behulp van

sociale media op afstand. Maar, dat face to face-contact

is nog wel heel belangrijk, voor het uitwisselen van vak-

inhoudelijke ideeën. ‘Een bedrijf als Microsoft

Nederland was fors gegroeid, maar verhuisde naar een

kleiner pand bij Schiphol. Met functionele werkplekken,

bijvoorbeeld om je af te zonderen om geconcentreerd te

werken, maar ook met aantrekkelijk ingerichte ruimtes

waar zelfsturende teams op een ontspannen manier

ideeën uitwisselen. Die stap heeft Microsoft niet van de

ene op de andere dag gemaakt. Eerst hebben ze drie jaar

grondig gekeken naar karaktereigenschappen en het

werkgedrag van mensen en hoe die het best ingepast

zouden kunnen worden in zelfsturende teams.’

Contro le ver l iezenRondkijkend in bedrijven en organisaties in Nederland

en daarbuiten moet Roy van Dalm constateren dat het

met die sociale innovatie van bedrijven nog niet hard

loopt, met het management als remmende factor. ‘Het

Nieuwe Werken, met alle zelfstandigheid en eigen ver-

antwoordelijkheid van de medewerkers van dien, is

nodig om bedrijven innovatiever en f lexibeler en daar-

mee competitiever te maken. Onderzoek van de

Erasmus Universiteit toont dit keihard aan. Maar het

vraagt ook van het management dat ze veranderen. Het

kan niet zo zijn dat je vraagt om vernieuwing en zelf

niet mee verandert. Maar dat vinden managers lastig,

bang als ze zijn om de controle te verliezen. Ook in

Nederland speelt dat, want onze bedrijven zijn welis-

waar plat georganiseerd, maar wel degelijk hiërar-

chisch. Sociale innovatie is voor iedere betrokkene,

medewerkers en managers, vooral een attitudeverhaal:

de bereidheid te delen met anderen, open te zijn en

elkaar te vertrouwen.’

H e t N I e u w e w e R K e N

Page 10: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

10 11

een leven lang leren,

wanneer het uitkomt

Instromen via Erkenning Verworven Competenties

Mir jam van Schalm werk te als projec tmanager b i j een bank , maar haar droom was een baan in het onder wi js . Ze sol l ic i teerde als z i j - ins t romer op een middelbare school in Arnhem. Van Schalm : ‘De school wi lde graag weten of ik b innen t wee jaar mi jn bevoegdheid kon halen om voor de k las te s taan.’ Met een s tuk of acht so l l ic i tanten werd ze daarom naar de H A N ges tuurd voor een zogenaamde E VC-procedure , een Erkenning Ver wor ven Competent ies .

‘We werden uitgenodigd voor een informatieavond op

het Instituut voor Leraar en School. We moesten eerst

een portfolio maken met daarin onze opgebouwde

ervaring en vervolgens kregen we een assessment. De

assessoren waren geweldig en hebben mij erg op mijn

gemak gesteld. Ik had nog nooit voor de klas gestaan

en moest nadenken over zaken als klassenmanage-

ment, storende leerlingen, ordeproblemen en hoe te

reageren.’ Van Schalm is native speaker Duits (‘Ik ben

tweetalig opgevoed’) en via haar EVC-traject kon ze de

opleiding in twee jaar doen.

Maatschappel i jke verant woordel i jkheidMarion Keiren is bij de HAN projectleider van het

Leven Lang Leren project Aan de Maat, waaronder ook

het EVC-traject valt. ‘De HAN heeft een maatschappe-

lijke verantwoordelijkheid als het gaat om een leven

lang leren. We moeten onze kenniseconomie op peil

houden en omdat er minder jongeren komen, dienen

we ons te richten op zij-instromers die werk en leren

combineren.’ Volgens Keiren is het daarom belangrijk

dat de hogeschool een cultuuromslag maakt van aan-

bod- naar vraaggestuurd. Die omslag is in volle gang;

bijna alle instituten en opleidingen doen inmiddels

mee. Keiren: ‘Het vrijblijvende is er wel af; de kwaliteit

Marion Keiren

Projectleider EVC

‘Onze kenniseconomie op

peil houden’

Mea Verbunt

Service Centrum Onderwijs

‘Onvoldoende in de genen bij

de werkgevers’

Mirjam van Schalm

Docent Duits, Odulphuslyceum,

Tilburg

‘Ik had nog nooit voor de

klas gestaan’

H A N B L A D N R . 1 5

Page 11: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

wordt centraal bewaakt en het College van Bestuur

hecht aan dienstverlening op dit vlak.’

Maar ook aan de andere kant zal stevig geïnvesteerd

moeten worden. De markt is nog niet erg gevoelig voor

een leven lang leren. Een beperkte groep werkenden

volgt na hun eerste studie vervolgonderwijs en die

marktvraag moet echt versterkt worden. Keiren behar-

tigt de belangen intern binnen de HAN; voor het net-

werken buiten de hogeschool is Mea Vebunt aange-

steld. Verbunt: ‘Ik werk vanuit het Service Centrum

Onderwijs en leg de nadruk op de regio Arnhem,

Nijmegen en de Achterhoek.’

AngstVerbunt: ‘Een leven lang leren zit nog niet in de genen

bij een aantal werkgevers. Bovendien zijn sommigen

bang dat ze hun personeel gaan opleiden voor de buur-

man. Om de relatie met werkgevers verder te verster-

ken heeft de HAN onlangs een Accountmanager

Ondernemen aangesteld: Femke van Eyk. Zij gaat de

markt op om te inventariseren waar de behoeftes van

de werkgevers liggen en om de mogelijkheden van EVC

en maatwerktrajecten onder de aandacht te brengen.

Bedrijfsleven en beroepsgroepen uit de regio worden

betrokken bij het project. Keiren: ‘We moeten onze

‘er komen minder jongeren en dus dienen we ons te richten op zij-instromers’

blik niet alleen naar binnen richten, maar ook naar

buiten kijken. Daarbij is het belangrijk welke kennis

binnen het beroepenveld wordt gemist en hoe huidige

en toekomstige werknemers zich die eigen kunnen

maken.’ Om kennis van dertigplussers bij te spijkeren,

zijn verschillende varianten mogelijk. ‘Daarbij kun je

denken aan leren vanuit een digitale werkomgeving.

Ook kan een deel van de opleiding op de werkplek

gedaan worden. Op die manier is het leren voor veel

mensen makkelijker in hun leven in te passen dan via

het constant volgen van lessen.’

Por t fo l ioHet EVC-traject werkt via een standaard procedure. Via

de Quick Scan op de site van de HAN kan de belang-

stellende nagaan of de EVC-procedure iets voor hem of

haar is. Binnen vijf dagen wordt contact opgenomen en

bij verdere interesse dient de belangstellende een port-

folio te maken - de HAN begeleidt dat - met opgedane

werk- en studie-ervaring. Een onaf hankelijk assessor

bestudeert dat portfolio en interviewt de belangstel-

lende. Verbunt: ‘Dat gebeurt niet alleen gericht vanuit

een vraag naar aanvullende opleiding, maar ook als

HRM-instrument. We krijgen veel aanmelders voor de

procedure die willen weten hoe ze er op de arbeids-

markt voorstaan. Om het Ervaringscertificaat - zoals

het EVC-rapport ook wel wordt genoemd - te gebrui-

ken bij een sollicitatie bijvoorbeeld, of omdat ze werk-

loosheid vrezen.’ Aan de hand van het uiteindelijke

rapport kan de kandidaat een beslissing nemen; zich

inschrijven voor een verkorte opleiding op de HAN,

onderbouwd gaan solliciteren of kijken bij een andere

instelling voor hoger onderwijs. Keiren: ‘De uitslag

van het EVC-rapport geldt voor heel het Nederlandse

hoger beroepsonderwijs.’

AanraderVan Schalm kreeg de baan in Arnhem en staat inmid-

dels voor de klas op een lyceum in Tilburg. ‘Ik kan

iedereen in mijn situatie hetzelfde traject aanraden. De

EVC-procedure was volledig en de begeleiding prima.

Het bleek soms wel moeilijk om van het reguliere stu-

dieprogramma af te wijken en dat leidde soms tot

chaos in mijn opleiding. Ik heb nu een baan van 0,8 fte.

Om af te studeren moet ik nog mijn onderzoek doen en

mijn portfolio vullen. Druk, maar dat komt wel goed.’

Lesgeven bevalt haar zeer goed, al was het in het begin

veel vallen en opstaan. ‘Ik sta met plezier voor de klas.

Soms mopperend, maar meestal geniet ik er gewoon

van.’

[email protected]

[email protected]

Voor ‘oudere’ s tudentenDe HAN heeft een subsidie van 1,2

miljoen euro gekregen in het kader

van de stimuleringsregeling ´Leven

Lang Leren hbo 2009´. Deze regeling

is gericht op het st imuleren van

scholing voor werkenden. ‘We leven

in een kennisintensieve economie’,

legt projectleider Marion Keiren uit.

‘Het is de bedoeling dat meer men-

sen een hbo-diploma kri jgen.’ De

subsidie wordt vooral ingezet voor

‘oudere’ studenten. Dert igplussers

die werk, gezin en een studie moeten

combineren. ‘De bedoeling is dat

mensen zich bl i jven ontwikkelen’,

legt Keiren uit. Hierover zijn ti jdens

de Europese Raad in 2000 in

Lissabon afspraken gemaakt. Er

werd onder meer bepaald dat in 2010

12,5 procent van de 25-plussers aan

onderwijsactiviteiten moet deelne-

men.

De procedureTijdens een EVC-procedure toont de

kandidaat aan bepaalde beroepsta-

ken op bachelor- of masterniveau te

kunnen uitvoeren en de bijbehorende

competenties te beheersen. De kan-

didaat verzamelt beroepsproducten

in een portfolio. Daarna volgt een

assessment om te bezien of kennis,

vaardigheden en houding erkend

kunnen worden. Na afronding volgt

een EVC-rapportage waarin staat

over welke competenties op het ter-

rein van de betreffende hbo-oplei-

ding de kandidaat beschikt.

Doe de Quick Scan: www.han.nl >

studiekiezer > EVC > de opleidingen

met EVC

H e t N I e u w e w e R K e N

Page 12: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

12 13

Minder overleg,

meer zelfstandigheid

Digital natives: ‘Zorg dat je kunt uitleggen wat je hebt gedaan’

Job Rosenboom

alumnus en digital native

‘Als het contact niet persoonlijk

kan, dan maar telefonisch, mobiel,

‘s avonds’

Frits de Raad

afstudeerbegeleider

MAN truck & bus

‘Het belang van zelfstandig kun-

nen werken neemt toe’

Tim Tomas Heeren

alumnus en digital native

‘Als je je goed kunt verantwoor-

den, gaan mensen al gauw met

je mee’

De E ins te in-generat ie , o f tewel de Generat ie Y, ook wel de digita l nat ives genoemd. Het z i jn a l lemaal synoniemen voor de huidige jonge generat ie . Die zou, vee l beter dan de oudere generat ies - de digita l immigrants - , in s taat z i jn t i jd- en p laatsonafhankel i jk en vooral ze l f s tandig te wer-ken. Goede zaak want het be lang van ze l f s tandigheid neemt toe.

Digital natives zouden het kunnen stellen zonder een

baas die hen steeds weer een stapje voorwaarts helpt.

Ze zouden heel goed weten hoe zij - al dan niet via

internet en andere digitale hulpmiddelen - aan de

benodigde informatie kunnen komen. Job Roseboom

en Tim Tomas Heeren behoren duidelijk tot die genera-

tie. Althans zo valt op te maken uit het lovende com-

mentaar dat MAN truck & bus had op hun functioneren

toen zij bij dit bedrijf in Vianen hun afstudeerstage

liepen. ‘Ze zochten uit zichzelf de diepgang op, maar

bleven oog houden voor hoofd- en bijzaken; als ik ze

een tip wilde geven hadden ze dat meestal al zelf

bedacht of zelfs al toegepast’, aldus afstudeerbegelei-

der Frits de Raad.

‘Heel gewoon’Roseboom vindt zijn zelfstandige manier van werken

‘eigenlijk heel gewoon’. ‘Wij dachten op die manier het

beste te voldoen aan de verwachtingen. Het is ook een

houding die ik nadrukkelijk meekreeg van mijn oplei-

ding Autotechniek: je stage en je afstudeeropdracht,

daar ben je zelf verantwoordelijk voor. Op die manier

zijn we dan ook met onze opdracht aan de gang gegaan.

Niet alleen de HTS-opleiding benadrukte de eigen ver-

H A N B L A D N R . 1 5

Page 13: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

‘Ik selecteer mensen op hoe goed ze zelfstandig in projecten kunnen werken’

antwoordelijkheid, ook al op de havo en later op het

mbo werd er veel in projectgroepen zelfstandig

gewerkt’, verklaart hij waarom hij het als iets vanzelf-

sprekends ervaart. Hetzelfde geldt voor Heeren die

met eenzelfde mbo-achtergrond al verschillende sta-

ges had gedaan en bijbaantjes heeft gehad. ‘Zo leer je

omgaan met klanten, leer je een zelfstandige, profes-

sionele houding aan te nemen. Ik steek nu ook veel op

van de delicatessenzaak die ik hier samen met twee

vrienden heb opgezet, speciaal voor de vrij grote

gemeenschap van Polen in Tilburg.’

Van sociale media als Linkedin, Facebook en Twitter

hebben de twee geen gebruik gemaakt, maar natuur-

lijk wel van internet. Die vergroot de zelfstandigheid

nog eens: ‘Heel veel zaken kun je zo zelf uitzoeken. Je

hoeft het aan niemand te vragen. Het maakt je slim-

mer en sneller.’

Op een r i j t jeBeiden ervaren het als een prettige manier van wer-

ken. Roseboom: ‘Want het biedt veel vrijheid. Terwijl

we ons nooit aan ons lot overgelaten hebben gevoeld.

Soms twijfelden we wel een beetje of we nog op de

goede weg zaten, en onze stagebegeleider was heel

druk. Maar links- of rechtsom was er altijd wel een

manier te vinden om met hem te praten. Als het niet

persoonlijk kon, dan maar telefonisch, mobiel,

‘s avonds. De communicatie díe je met hem had was

wel heel belangrijk.’ Heeren vult aan: ‘Als je zorgt dat

je alles goed op een rijtje hebt en weet waarom je

bepaalde stappen genomen hebt en waar je naartoe

wilt, kun je goed uitleggen en verantwoorden wat je

hebt gedaan. Juist dan gaan mensen al gauw met je

mee.’

Toenemend belangVoor het bedrijf van Frits de Raad, die beide afstu-

deerders begeleidde, is het zelfstandig kunnen wer-

ken ‘ontzettend belangrijk’. ‘En het belang ervan

neemt toe. Door de huidige economie, maar ook door

de digitalisering en het thuiswerken is er steeds min-

der gelegenheid met medewerkers zaken door te

spreken. Mijn mensen moeten zelf dingen oppakken

en in het korte overleg dat er is kunnen vertellen hoe

ze het gaan doen of gedaan hebben.’ Die zelfstandige

werkwijze faciliteert de importeur wel met digitale

hulpmiddelen, maar een specif iek trainingspro-

gramma is er niet. ‘Ik selecteer mensen op hoe goed

ze zelfstandig in projecten kunnen werken.’

De marketingmanager vindt niet dat jongere genera-

ties daartoe nu beter in staat zijn dan voorheen.

‘Natuurlijk is de jonge generatie wel handiger met

computers, waardoor het voor hen makkelijker is

zelfstandig allerlei informatie te vergaren. Maar ver-

der is het heel persoonlijk. De een heeft veel begelei-

ding nodig, de volgende helemaal niet, dat is nog

steeds zo. Het zou kunnen dat een goede voorberei-

ding tijdens de opleiding helpt, maar iemands per-

soonlijkheid weegt denk ik zwaarder.’

Aan de s lagDirect na zijn afstuderen is Job Roseboom als

Management Trainee bij MAN aan de slag gegaan. In

een tijdsbestek van anderhalf jaar krijgt hij de kans

kennis te maken met diverse functies binnen de

MAN-organisatie, om inzicht te krijgen of een tech-

nische functie of juist het management het beste bij

hem past. ‘Momenteel werk ik aan een intern infor-

matiesysteem dat ervoor moet zorgen dat medewer-

kers gemakkelijk toegang krijgen tot de meest actuele

procedurebeschrijvingen. Zodat ze allemaal op de

juiste manier bijvoorbeeld een offerte opstellen of

een garantie afgeven. Ook daaraan werk ik heel zelf-

standig.’

Tim Tomas Heeren is momenteel, als zelfstandig

ondernemer, druk met zijn ‘Poolse supermarkt’ en

steekt daarnaast tijd in het bijspijkeren van zijn

Engels en wiskunde. ‘Ter voorbereiding op de master

Business Studies die ik na de zomer ga volgen aan de

UvA.’

www.man-trucks.nl

H e t N I e u w e w e R K e N

Page 14: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Stronteigenwijs

Studio Smack staat voor onafhankelijkheid en zelfstandigheid

Als je i e t s ‘geks’ w i l t , moe t j e j e e r a ls opdrach tgever voora l n ie t mee bemoe ien . Onafhanke l i jk he id i s een be langr i jke voor-waarde voor S tudio Smack . Zo s lagen de kun-s tenaars er s teeds weer in b i jzondere anima-t ie f i lmpjes te maken. Zoals de ‘verbaz ingme-ter ’ d ie het Bredase bureau creëer t , samen met de HAN.

Het Nijmeegse DZIGA noemt zichzelf ‘werkplaats voor

filmmakers en videokunstenaars’. Afgelopen januari

presenteerde DZIGA haar project Art of Matching. Doel

ervan is kunstenaars te koppelen aan bedrijven (als

bijvoorbeeld Royal Haskoning) of non-profit instellin-

gen (als de HAN Faculteit Techniek). Een ontmoeting

die aan moet zetten tot een grensverleggende creativi-

teit, tot een innovatief filmproject dat werelden bij

elkaar brengt. Twee van de deelnemers zijn Ton Meydam

en Thom Snels - dertigers in spijkerbroek, petje op,

vestje met capuchon - van Studio Smack, gevestigd in

een strak wit ingericht oud bedrijfspand in Breda-

Noord. In hun werk komen de twee grafische en anima-

tiekunstenaars los van de traditionele film waarbij je

braaf een product aanschouwt dat zich volgens vast sce-

nario ontrolt van begin tot eind. Ze zijn gematched met

de HAN en zijn er blij mee: ‘Kunstenaars en technici

spreken verschillende talen, maar bij de HAN vonden we

elkaar snel op de doelstelling.’

I l lus ieDe HAN formeerde een projectteam, met daarin onder

meer hoofddocent Roy van Dalm en Wilfried Nijhof,

docent Industrieel Productontwerpen. Samen met dit

team en partner Bela Zsigmond gingen Meydam en

Snels aan de slag. Ze brainstormden en ontwikkelden,

met als doel een interactieve video te maken die een

organisatie als de Faculteit Techniek aanzet na te den-

ken over ‘wie zij wezenlijk is’. Met als resultaat een

interactieve installatie, Machina Ludens, die verbazing

kan meten; althans, het wekt deze illusie. Meydam: ‘We

koppelden meerdere bewakingscamera’s en –software

aan elkaar. Die filmen de openbare ruimte. Stel je voor:

nietsvermoedend zie je jezelf opeens in spiegelbeeld op

een groot scherm. Het systeem registreert dat je jezelf

Ton Meydam

Grafisch kunstenaar

Studio Smack

‘Het mooiste compliment is als

de klant zegt dat het ‘nergens

op lijkt’

Thom Snels

Animatiekunstenaar

Studio Smack

‘Soms werken we dagenlang

zestien uur voor een filmpje van

dertig seconden’

14 15 H A N B L A D N R . 1 5

Page 15: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

‘een opdrachtgever die een paar gek-ken aan het werk wil zetten, die huurt ons in’

opmerkt en kleurt je vervolgens groen. Je wordt uitge-

licht in de grijze massa. Op dat moment ga je het

systeem ‘voeden’ met je reacties. Hoe meer je het

systeem voert, hoe meer ‘cadeautjes’ het teruggeeft. Zo

krijg je een cumulatieve interactie. Het nodigt uit en is

zo een poëtisch cadeautje aan de openbare ruimte’,

aldus Meydam over de installatie die overigens nog

under contruction is.

Tekenend voor het eigengereide Smack: het investeerde

zèlf het ontbrekende kapitaal. Snels: ‘We leggen erop

toe. Op lange termijn levert het misschien wat op. Een

paar opdrachten, en in ieder geval naamsbekendheid

voor alle partijen. We willen het eigenlijk de wereld over

laten gaan. Onze droom is Times Square.’

AutonomieStudio Smack staat voor een onafhankelijke, zelfstan-

dige manier van werken. Nu is dat misschien niet zo

moeilijk als het om een eigen investering gaat, zoals dit

project met de HAN, maar ook als Meydam en Snels

betaald animatiefilms produceren weten ze hun kriti-

sche, autonome benadering van de hedendaagse leef-

omgeving te bewaren. Meydam en Snels verklaren het

vanuit hun voorgeschiedenis. De drie partners waren

vroeger een vriendenclubje dat knutselde aan filmpjes.

Stronteigenwijs. (Twee keer in de week samen eten:

macaroni met … Smack. Als jeugdsentiment doen ze het

nog wel eens.) Maar het dossier werd allengs groter en

op gegeven moment lag er een heus portfolio. Meydam:

‘Een opdrachtgever die een paar gekken aan het werk

wil zetten, die huurt ons in. Negen van de tien keer krij-

gen we – binnen het idee en de doelstelling van het

bedrijf - carte blanche. Samen denkend komen we er uit.

We zijn geen formulefabriek, maar vinden telkens een

nieuwe formule uit waardoor het resultaat organisch

groeit. Picasso zei: ‘Waarom zou ik precies willen

maken wat ik van tevoren in m’n hoofd had?’ En, vrij

naar John Lennon: ‘Life is what happens to you while you are

busy making other plans.’ Wij willen blijven spelen. Dat

kán een keer fout gaan en dat neem je dan voor lief. Het

mooiste compliment is als de klant zegt dat het ‘nergens

op lijkt’.’

Knet tergekEen voorbeeld. Kledingzaak Het Haantje in Naaldwijk

wilde ‘bewegend behang’, geïnspireerd op de bedrijfs-

naam. Het moest ‘knettergek’ zijn. Smack was toen

gehuisvest in een torenflat. De observatie van bewoners

in de tegenoverliggende f lat leidde tot de parallel van

mensachtige kippen in een legbatterij, compleet met

pikorde. (www.studiosmack.nl; klik op ‘Battery Cage’.)

Snels: ‘We bleken er veel mee te kunnen. Dezelfde

ondernemer heeft een jaar later de MKB-

ondernemersprijs gewonnen, ten teken dat hij iets

durft. Hij is een ideale opdrachtgever voor ons. De

markt is klein, maar kan overal zitten, van commerciële

bedrijven tot culturele instellingen. Het is elke keer ver-

schillend.’

Libel le-gevoelDe drijvende kracht achter hun inspiratie is verwonde-

ring. Meydam: ‘Newton verwonderde zich over de

appel die op zijn hoofd viel. Dat leidde tot vragen en

uiteindelijk tot de formulering van de wet op de zwaar-

tekracht. Onze continue verbazing, daar moeten we

het van hebben. Ja, je moet ook een beetje verknipt zijn

voor dit vak.’ Snels: ‘Belangrijk is daarnaast dat part-

ner Zsigmond een ‘buitenlandse kijk’ heeft op onze

taal. We hebben het niet zo op begrippen als ‘creativi-

teit’ of ‘inspiratie’ of ‘talent’. Dat geeft zo’n Libelle-

gevoel, alsof er iets heiligs rondzweeft. Gewoon, een

goed idee hebben, eraan beginnen en hard werken.

Alles moet opzij om mooie dingen te maken. Soms

werken we dagenlang zestien uur voor een filmpje van

dertig seconden.’

Anarchis tPratend over de eisen die het vak stelt, komen de heren

op het hbo, waar Meydam inmiddels les geeft. Grafisch

Ontwerpen was vroeger duidelijk gedefinieerd: een

boekcover, affiche, briefpapier, advertentie. De acade-

mie is nog ingericht volgens disciplines als grafisch

ontwerpen, animaties of de autonome richting. Maar in

de praktijk vervagen de grenzen. De interessantste ont-

wikkelingen liggen op de snijvlakken van die discipli-

nes. Meydam: ‘Het gaat nu om ‘ontwerpen’. Vervolgens

gaat vormgeving over de vraag: hoe maak ik het mooi?

Als dat maar in dienst staat van het idee, van wat je wilt

communiceren. Form follows function. Dan kan grafisch

ontwerpen van àlles zijn: een beeld, een speech, een

toneelstuk of een taart. Elke leraar wil graag een pun-

ker, een anarchist op zijn academie, maar wel eentje die

met goede dingen komt.’

Of de gladiolenDe hbo-opleiding geeft een goede inhoudelijke onder-

grond. Maar wat de heren missen is scholing in hoe je

een bedrijf runt. Het vak bestaat vooral uit ZZP’ers. Van

hun collega-studenten heeft vijftig procent het vak ver-

laten. Slechts twee procent van hen redt het financieel

met eigen werk zonder bijbaan. Treurig. Meydam: ‘De

maatschappij verwelkomt je na je afstuderen bepaald

niet met open armen. Je moet het he-le-maal zelf doen.

Er moet iets in je zitten dat je – ook buiten de veilige

muren van de academie – doet doorbijten. De dood of de

gladiolen.’

www.studiosmack.nl

www.dziga.nl

www.artofmatching.nl

H e t N I e u w e w e R K e N

Page 16: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Vergaderingen zijn vrijblijvend,

broedplaatsen nooit

Peter Camp schrijft De Broedfactor voor mensen die ‘fucking woest’ zijn

gesproken, maar dat op een moment dat alles zich

concentreert en er heel snel goede afspraken kunnen

worden gemaakt. Op een moment dat iedereen een

gevoel heeft van ‘dit project, daar wil ik bij zijn, dit

wil ik niet missen’. Een leidinggevende stimuleert

hooguit dat zo’n meeting plaatsvindt en neemt het

voortouw om nog een half uur over het project te pra-

ten, meer niet.’

Een dergelijke bijeenkomst is voor Camp niet het-

zelfde als een ‘vergadering’, want veel effectiever en

veel minder vrijblijvend. ‘Als iemand vanwege zijn

functie geacht wordt aanwezig te zijn - vanwege

regels dus - zal hij zich vrijblijvend gedragen, zal hij

‘ja’ zeggen en ‘nee’ doen. Dan spélen de deelnemers

dat ze een team zijn en de leider dat hij een teamleider

is. Als mensen echter vanuit hun eigen verantwoorde-

lijkheidsgevoel, vanuit hun frustratie over een pro-

bleem en hun verlangen om het op te lossen een bij-

eenkomst beleggen is het nooit vrijblijvend.’

HeldenWel is het zo, voegt Camp er aan toe, dat soms het kaf

zich van het koren moet scheiden. Dat er eerst een

schifting moet plaatsvinden tussen de mensen die

zich niet echt voor de oplossing willen inzetten en zij

die dat wel willen. ‘Zij die dat wel willen zijn verliefd

op het project en dus bereid er veel tijd in te steken.

Nee, je herkent ze niet gemakkelijk. Vaak zijn het niet

die met de grote mond en de gladde praatjes. Ze zijn

introverter. Luisteren vooral, maar als ze iets zeggen

is het wel iets dat hout snijdt. Ze hebben soms last van

een hoog ‘ja-maar-gehalte’, maar het zijn nooit men-

sen die uit zijn op macht. Ze willen bovenal iets

gedaan krijgen. Deze mensen leveren een substanti-

ele bijdrage aan het grotere geheel en zijn de ‘helden’

van de broedplaatsen.’

Zo’n broedplaats functioneert als erin wordt samenge-

werkt tussen mensen die in staat zijn zich voortdurend

te verdiepen in de ander en in diens beweegredenen.

‘Ze vragen zich tijdens het overtuigen af of ze de ander

Die vorm beschrijft Peter Camp in De Broedfactor en

hij noemt ze een ‘broedplaats’, een (virtuele) plek

waar burgers of medewerkers alle ruimte krijgen om

tot oplossingen te komen. Zonder voorzitter, notulen

en agenda. Maar wel in een prettige, leef bare ruimte

die mensen in de stemming brengt om hun façade te

laten zakken en te laten zien wie ze werkelijk zijn. Een

locatie die ze werkelijk betrokken maakt bij het wer-

ken aan een oplossing.

Ook een omgeving waarin een leidinggevende geen

andere rol heeft dan een faciliterende. Waarin hij de

richting vasthoudt en vanuit die visie de geschikte

mensen bijeen brengt. Een type dat meewerkt op de

werkvloer, met zijn medewerkers echt in gesprek gaat

en ze de gelegenheid geeft zich te ontwikkelen. Die

zich uit de winst van de organisatie niet verrijkt op

een manier die hij zijn mensen niet kan uitleggen

maar wel, als er een sterfgeval is in de familie van een

van zijn medewerkers, zelf de bloemen gaat brengen.

‘Je hebt moderne regenten nodig die mensen niet

controleren, maar stimuleren en verbinden om samen

tot een oplossing te komen. Die zorgen voor sociale

cohesie.’

Nooi t v r i jb l i jvendCamp illustreert de gang van zaken aan de hand van

een projectgroep waar hij vanuit zijn rol als docent

aan de HAN bij betrokken was. ‘Studenten, docenten

en een leidinggevende zijn hier bij mij thuis in

Westervoort bijeen gekomen. We hebben gegeten,

gedronken, geluisterd naar elkaars persoonlijke ver-

halen. Het laatste half uur is er over het project

Hi j heef t z i jn boek geschreven voor ‘ondernemende’ mensen die voor z i jn ideeën open s taan. Nie t voor de managers d ie e igenl i jk het l ie fs t vas thouden aan hun regels , p lanning en cont ro le , maar voor de mensen die ‘ fuck ing woest ’ z i jn over zoveel inperk ing. En voor le id inggevenden die de z in inz ien van het u i t wisselen van f rus t rat ies en het ver langen om tot werkbare oplossingen te komen, maar al leen nog nie t goed weten hoe ze er vorm aan moeten geven.

‘De echte helden van de broedplaats zijn

niet uit op macht’

Peter Camp

Docent en organisatieadviseur

‘Tijdens een vergadering spélen

de deelnemers dat ze een team

zijn’

16 17 H A N B L A D N R . 1 5

Page 17: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

niets opdringen. Als deze mensen elkaar goed kennen,

voelen ze zich veilig om elkaar op de kloten te geven en

kunnen dat doen met de juiste argumenten.’

Veel sociale cont ro leIn het bedrijfsleven en binnen de overheid bestaan al

diverse fysieke broedplaatsen. Rijkswaterstaat heeft

zijn future center LEF, Apple zijn Dreaming Room en

het ROC in Den Bosch beschikt over een Black Box.

Ruimtes ingericht als een rock & roll-café - compleet

met biertap -, als meditatieruimte of knusse huiska-

mer. ‘Naarmate Het Nieuwe Werken z’n intrede doet

en steeds meer mensen op afstand van hun kantoor

Broedplaats EenTweeTien Broedplaats EenTweeTien van de

HAN, stichting Dollypop, Meervorm

en Denkbeeldenstorm is een plek

voor jonge creatieve studenten en

professionals om, in l i jn met

de broedfactoren van Peter Camp,

‘veil ig te kunnen vri jbuiten, experi-

menteren, contacten te leggen met

professionals en opdrachtgevers in

de creatieve sector’. Aldus de identi-

ficatie van de site eentweetien.nl. De

oprichters schrijven: Om studenten

te leren leren, brengen wij hen in een

situatie waarin ze zelf sturing moeten

geven aan het leerproces.’

www.eentweetien.nl

hun werk doen en geen eigen bureau meer hebben

groeit de behoefte aan een ‘open haard’, aan een sfeer

waarin die ultieme vorm van samenwerken als in een

broedplaats kan plaatsvinden. Zonder regels, maar -

omdat iedereen veel belangstelling heeft voor elkaar en

elkaar heel goed kent - wel met veel sociale controle.’

Een manier van werken die wat Peter Camp betreft

ook een reactie is op de toenemende complexiteit van

de samenleving en de snelheid waarmee deze veran-

dert. ‘Problemen worden internationaler en ingewik-

kelder. Op de toenemende onzekerheid, frustratie en

behoefte aan invloed die dat met zich meebrengt zijn

broedplaatsen een antwoord.’

Camp kijkt om zich heen

Peter Camp (62) komt uit een middenstandnest en heeft daaruit meegekregen de behoefte aan ruimte voor zijn eigen ideeën

en de gewoonte om ‘om me heen te kijken’. ‘Om gebruik te maken van was er al is, ideeën van buiten naar binnen te halen

en zaken met andere zaken te verbinden.’ Na een studie Sociologie kwam hij eerst in onder meer de sociale hulpverlening en

het opbouwwerk terecht. Daarna werd hij docent aan de HAN. Zijn vernieuwende methoden voor het veranderen van

organisaties die hij daar introduceerde, inspireerden zijn studenten. Sinds twintig jaar werkt hij parttime als opleider/

trainer voor het VDO Opleidings- en Adviescentrum van de HAN en parttime als zelfstandig organisatieadviseur. Camp is

de schrijver van een tiental managementboeken waarvan De Gekookte Kikker en Kracht met de Matrix de bekendste zijn.

De Broedfactor - betrokkenheid aanwakkeren in organisaties en samenleving - is dit voorjaar in de race geweest voor de

verkiezing van het Managementboek van het Jaar 2010. De uitgave is verkrijgbaar via Uitgeverij Business Contact

Amsterdam. www.debroedfactor.nl

H e t N I e u w e w e R K e N

Page 18: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

18 19

Zo sterk als nieuw

Tauw en studenten Civiele Techniek ontwikkelen Duurzaamheidskompas

De gemeente Assen wil dat vijftig procent van haar

inkopen duurzaam zijn. Bij de aanbesteding van de

aanleg van achthonderd meter f ietspad op de

Pitteloseweg koos ze voor advisering door Tauw, ves-

tiging Assen. Dit ingenieursbureau hanteerde daarbij

het Duurzaamheidskompas, ontwikkeld samen met

studenten Civiele Techniek van de HAN. Deze studen-

ten werken inmiddels bij Tauw.

Joost Brilleman, senior projectleider afdeling Civiel

bij Tauw: ‘Dit Duurzaamheidskompas is het enige

instrument in Nederland dat voor grond- weg- en

waterbouwprojecten een beoordeling van duurzaam-

heid mogelijk maakt over het hele traject.’

Casper van der Giessen, hoofddocent en begeleider

van de studenten aan de HAN, meldt tevreden dat het

kompas de Vitae Civiel Award 2009 in de wacht heeft

gesleept. ‘Volgens de jury een inhoudelijk goed ver-

haal, vernieuwend, en breder toepasbaar.’

Social re turn on investmentTauw en de gemeente Assen vergeleken met het kom-

pas vijf varianten: asfalt, beton, recyclingbeton, klin-

kers en géén fietspad. Criteria waren de inzet van

machines, onderhoud en het gebruik van grondstof-

fen. En dit in zowel de ontwerp- en de realisatiefase als

tijdens de gebruiksperiode. De scores vatten ze samen

in een rozet met de kleuren rood, geel of groen.

Het projectteam koos voor social return on investment

door werkzoekenden in te zetten. Het transport werd

gedaan door vrachtwagens met Euro V motoren die de

laagste uitstoot hebben en met een transportplan dat

vervoer naar en op de werkplaats en van personeel

zoveel mogelijk beperkte. Ook een punt van aan-

dacht: hydraulische olie is meestal sterk verontreini-

gend. Bij zeer hoge drukken is het knappen van een

slang geen theoretisch risico. In de aanbesteding is

het gebruik van biologisch af breekbare olie beoor-

deeld. Verder is er - voor het recyclingbeton waar de

keuze op viel - geen grind gebruikt maar menggranu-

laat van gerecycled puin. Even sterk als nieuw en met

dezelfde eigenschappen bij vorst en regen.

AanbestedingenMet het kompas werden ook aanbestedingen vergele-

ken. Brilleman: ‘Aannemers kunnen op duurzaam-

heid scoren. In de aanbesteding is dit uitgedrukt in

geld. We noemen dat ‘gunnen op waarde’.’

Bijvoorbeeld: aannemer 1 schrijft in op 100.000 euro.

Hij scoort op duurzaamheid 50.000 euro. Resteert

50.000 euro. Aannemer 2 schrijft in op 110.000 euro

en scoort 80.000 euro. Resteert € 30.000. Aannemer

2 krijgt de opdracht en factureert 110.000 euro.’

Aannemer De Jong & Breunis te Rouveen ging uitein-

delijk met de eer en de opdracht strijken.

In het roodOverigens, wie denkt dat ‘geen f ietspad aanleggen’

de duurzaamste oplossing is: op het aspect ‘kosten

van onderhoud’ zit deze optie zwaar in het rood. Nu

ligt er een karrenspoor. Voor f ietsers hoef je dit

slechts glad te trekken met een grader, shovel of kil-

ver. Bef ietsbaar maken is simpel; bef ietsbaar houden

is de kunst, want na elke regenbui moet de gemeente

opnieuw aan de bak. En voortdurend gras maaien en

onkruid wieden. Dit slurpt brandstof, dus duurzaam

is anders.

[email protected]

www.tauw.nl/duurzaamheidskompas

Assen. Waar denk t u aan bi j d ie naam? Juis t ja : T T, motorengebrul en dr i f ten door de S t rubben. Leuk en spectaculair natuur l i jk , maar n ie t erg mi l ieuvr iendel i jk . Toch z i jn ze daar in Assen wel degel i jk mi l ieubewust . Zo ging de gemeente b i j de aanleg van een f ie tspad nie t voor de laagste pr i js , maar voor duurzaamheid.

‘Geen fietspad aanleggen?

Op ‘kosten van onderhoud’ zit

deze optie zwaar in het rood’

H A N B L A D N R . 1 5

Page 19: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Ook ‘s nachts zonne-energie

De Warmtebuddy, een oplaadbare warmteaccu

Zonnecol lec toren z i jn a l lang geen vreemd ver-schi jnsel meer in Neder land. Om de vr i jko-mende energ ie op t e vangen , z i jn mees t a l grote vaten nodig. A l top Kunstof techniek in ’s-Heerenberg heef t samen met de HAN een k le in vat ont wikkeld waar in veel energie kan worden opgeslagen om op een later t i jds t ip te kunnen gebruiken. Minis ter Cramer van VROM kwam het protot ype ze l f op de hogeschool bek i jken.

‘In de meeste woningen is niet voldoende ruimte voor

een groot vat om de energie op te vangen’,aldus Altop

directeur Chiel Berndsen. Samen met HAN-studenten

en hun begeleiders ging zijn bedrijf de uitdaging aan

een kleiner vat met dezelfde mogelijkheden te bou-

wen. In het ontwikkelde prototype zit een speciaal

materiaal: PCM, Phase Changing Material. Dit mate-

riaal kan aanzienlijk meer warmte opnemen dan

water. Het kan bovendien een faseverandering onder-

gaan: van vloeibaar naar vast en andersom. Berndsen:

‘Via faseverandering kun je energie onttrekken en

weer vrij laten komen. En op die manier is het moge-

lijk in een relatief klein vat veel energie op te vangen.’

Protot ypeStudenten Werktuigbouwkunde en Bouwkunde

ontwikkelden samen met Altop een eerste prototy-

pe. Ze onderzochten onder andere diverse soorten

faseveranderingsmateriaal en alternatieven voor

warmteopslag. Het eerste prototype bleek zo veelbe-

lovend dat wederom HAN-studenten, ditmaal van

Werktuigbouwkunde en Autotechniek, een tweede

prototype bouwden in het kader van een verdiepende

minor. Jan Verbeek, hoofddocent Werktuigbouw-

kunde met als specialisatie energietechniek, bege-

leidde het project. ‘De eerste opdracht was een

rekenmodel op te stellen om later een full scale model

te kunnen ontwikkelen.’ Het tweede vat zou een gro-

tere warmteinhoud moeten hebben en over meer

vermogen moeten beschikken. Het onderzoek richt-

te zich verder op het beter registreren van de presta-

ties, op het meer rekening houden met de uiteinde-

lijke productiewijze en op een betere isolatie om

stilstandverlies tegen te gaan. Tijdens het ontwik-

kelen werd de opzet van het vat precies omgedraaid:

in plaats van buisjes met PCM waar het water

omheen stroomt, maakt prototype 2 gebruik van

buisjes die omringd zijn door PCM waar het water

dóórheen stroomt. Prototype 2 bleek een f ikse ver-

betering ten opzichte van zijn voorganger en

ondanks enkele forse kinderziektes bij de bouw,

bleek het vat een aanzienlijke hoeveelheid warmte te

kunnen opslaan.

Nul-energiewoningDe bedoeling is nu dat het vat wordt ingebouwd in de

nul-energiewoning die momenteel met steun van

enkele ondernemers en het Achterhoeks Centrum

voor Technologie gebouwd wordt. Daarna kan het

straks ook in nieuwbouw en bestaande woningen

worden ingebouwd. De energie die vrijkomt kan

gebruikt worden voor vloerverwarming, of voor het

opwarmen van water via een koppeling aan de cv-

ketel. Maar daartoe is volgens Jan Verbeek nog eerst

verder onderzoek nodig waarin wat hem betreft

opnieuw de HAN een rol zou kunnen spelen. Met een

kwinkslag vraagt Verbeek zich af ‘hoe dat f inancieel

in het vat gegoten kan worden’.

Een deel van die f inanciering zou kunnen komen uit

de GasTerra Transitie Jaarprijs. De Warmtebuddy is

gedeeld derde geworden, goed voor vijfduizend euro.

De prijs is in het leven geroepen om studenten te sti-

muleren na te denken over de toekomst van energie-

voorzieningen. Tineke Huizinga, demissionair

minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening

en Milieubeheer reikte de prijzen medio maart uit.

‘Deze kennis moeten we koesteren.’

[email protected]

www.altop.nl

‘Veel meer warmteopname dan met water’

Invent ie fAltop Kunststoftechniek bouwt appara-

ten, machines en installaties van ther-

moplastische kunststoffen. Inventief

gebruik van de kunststoftechniek

maakt oplossingen mogelijk die vol-

doen aan de scherpe eisen van de

moderne industrie ten aanzien van vei-

ligheid, kwaliteit, duurzaamheid en effi-

ciency. Het bedrijf combineert specia-

listische kennis met knowhow op het

gebied van staalconstructies en bestu-

ringssystemen.

D u u R Z A A M H e I D

Tauw en studenten Civiele Techniek ontwikkelen Duurzaamheidskompas

Page 20: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

waterstof wordt zichtbaar

in de straten van Arnhem

De ombouw van een Subaru, naar een wagen die met een

verbrandingsmotor op waterstof rijdt, is op een haar na

klaar, vertelt Jan van Beckhoven van de Stichting

Waterstof Onderneming Gelderland. Als in september

het tankstation in Arnhem gereed is kan de omgebouw-

de Subaru gaan rijden. Tegelijk werken HAN-studenten

(begeleid door onder andere lector Voertuigmechanica,

Bram Veenhuizen) nu aan de ombouw van een Fiat

Doblo. Deze auto krijgt een elektromotor die zijn ener-

gie primair uit batterijen haalt. Als range extender wordt

er een brandstofcel ingebouwd: als de batterijen bijna

leeg zijn of veel vermogen nodig is, wordt er ook stroom

direct uit de brandstofcel gebruikt.

PionierenDe ombouwprojecten zijn leerzaam voor studenten én

docent. ‘Ja, het is een beetje pionieren, samen met

betrokken bedrijven als Nedstack, E-Tracktion en

HyGear. Van dit type wagens rijden er nog maar heel

weinig rond op de wereld, dus heel veel kennis erover

moet nog worden opgebouwd.’ Daarmee kunnen

docenten het curriculum aanvullen. Studenten doen

kennis en vaardigheid op die ze in de automotive-van-

de-toekomst - waarin het niet langer draait om fossiele

brandstoffen - uitstekend kunnen gebruiken, weet

Van Beckhoven.

BussenVoorts is de hogeschool betrokken bij de uitontwikke-

ling van bussen die net als de Doblo gebruikmaken van

brandstofcellen als range extender, maar aangedreven

worden door wielnaafmotoren, voor een nog hoger

rendement. Deze bussen zullen waarschijnlijk dit

najaar testritten gaan uitvoeren in Arnhem, zodra daar

het tankstation gereed is. HAN-studenten zullen ver-

volgens het rijden en tanken gaan monitoren, toetsen

en er verslag over uitbrengen aan de stichting.

Ten slotte, bij het bureau Wisse Kommunikatie werkt

een student van de opleiding Communicatiesystemen

aan een kennisbank op de website van de stichting. In

het kader van zijn stage vult hij die bank met alle ver-

gaarde kennis over het elektrisch en op waterstof rij-

den. Zie: www.hymove.nl.

DiscussieEr is overigens veel discussie over het maken van

waterstof. Door de wijze waarop het geproduceerd

wordt zou waterstof - well to wheel gerekend - niet het

meest duurzame energierendement opleveren, weet

Jan van Beckhoven. ‘Maar, juist door er aan te werken

komen we tot nieuwe technieken die waterstof wel

duurzaam zullen maken’, is zijn overtuiging.

De Stichting Waterstof Onderneming Gelderland is

verantwoordelijk voor de uitvoering van de projecten.

De stichting wordt f inancieel gesteund door de provin-

cie Gelderland, de gemeente Arnhem en de Stadsregio

Arnhem-Nijmegen.

www.hymove.nl

[email protected]

Autotechniek van de HAN is druk met een aantal waters tofprojecten die d i t jaar nog z ichtbaar worden in de s t raten van Arnhem. Diverse omgebouwde auto’s en bussen gaan binnenkor t tes t-r i t ten maken.

20 21 H A N B L A D N R . 1 5

Page 21: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Over voordelen

langdurige samenwerking

Jubilerend, snelgroeiend SBC pakt uit met congres en boek

Op de drempel van de zomer vakant ie gaat HAN Smar t Business Center ( SBC ) nog ‘ns f l ink u i t-pakken. Di t jaar bestaat SBC v i j f jaar, genoeg reden voor een fees te l i jk congres op 30 juni . Cent raal thema is duurzaamheid.

Er zullen een aantal interessante presentaties plaatsvin-

den rondom het thema duurzaam ondernemen. Onder

andere met Peeze uit Arnhem, een bedrijf dat koffie

duurzaam laat verbouwen, produceert en op de markt

brengt. Het zal, samen met Rabobank Foundation, dat

met microkredieten koffieplantages in Zuid-Amerika

ondersteunt, een ‘inspirerende’ samenwerkingscasus

behandelen, vertelt SBC-directeur Jonathan van

Deutekom. Peeze en het SBC werken inmiddels intensief

samen op het gebied van de branding van Peeze en de

doorontwikkeling van de verkooporganisatie. Ook

andere leden van het SBC-netwerk, waaronder techni-

sche dienstverlener Alewijnse, werken mee aan het pro-

gramma. De Nijmeegse onderneming is, met onder-

steuning van SBC en het lectoraat, door een proces van

lean manufacturing (world class excellence) gegaan. HAN-

studenten hebben bijvoorbeeld onderzoek gedaan naar

de wijze waarop de ombouw van vestigingen van een

grote supermarktketen efficiënter - en daarmee goed-

koper en ook duurzamer kon.

In tensie f samenwerkenIn een interactief avondprogramma zullen verschil-

lende ondernemers laten zien hoe zij duurzaam

ondernemen en waar intensieve samenwerking met

de hogeschool toe kan leiden. ‘Het zijn allemaal voor-

beelden van de resultaten van partnerships die dui-

delijk maken dat de echte toegevoegde waarde van de

HAN vrijkomt als er over een langere periode inten-

sief wordt samengewerkt’, aldus Van Deutekom.’Hij

wil het congres ook benutten om naar de toekomst te

kijken. Het streven van HAN Smart Business Center is

vroegtijdig signalen uit de markt op te pikken en er

proactief mee aan de slag te gaan en te komen tot

integrale oplossingen. ‘Het is bijvoorbeeld technisch

goed mogelijk met tuinbouwkassen energie op te

wekken. Rendabel wordt het pas als het overschot aan

energie elders benut kan worden, door er omwonen-

den of naastgelegen bedrijven van te laten profiteren.

Zoiets vergt een integrale oplossing en daarvoor moet

je dus een breed project opzetten waar ook woning-

corporaties in een vroeg stadium bij betrokken wor-

den. Dergelijke geïntegreerde projecten, onder de

noemer ‘wijk van de toekomst’, waar het thema duur-

zaamheid en wonen, welzijn en zorg samenkomen,

willen we de komende tijd veelvuldig gaan opstarten

en er studenten van tal van opleidingen bij betrekken.’

Enorm gegroeidDe visie van SBC op de toekomst maakt een belangrijk

onderdeel uit van het jubileumboek dat tijdens het

congres gepresenteerd wordt. Daarin natuurlijk ook

een terugblik op vijf jaar SBC. Een periode waarin het

SBC-netwerk enorm gegroeid is. Alleen al de laatste

maanden hebben zich vele nieuwe bedrijven aange-

meld. Daaronder Compu’Train, Daalderop, Deltec,

Enerpro, Euro Grass, Heigo, Impala Fruit, Providentia

Environment Solutions en Rasoc. Onlangs schreven

zich nog in TTS en Femergy training en coaching.

Voor meer informatie over de jubileumactiviteiten:

www.han.nl/sbc

‘Bedrijven met goede business-cases zijn van harte welkom’

D u u R Z A A M H e I D

Page 22: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

een vollediger mens en een betere professional

HAN moet nóg internationaler worden

bedieningen reageren op de bewegingen van de speler.

Dit soort opdrachten maken voor ons nu het verschil.

Zonder was 2009 geen geweldig jaar geweest, nu is het

een heel goed jaar geworden.’

Hoog t i jdEn niet alleen het bedrijfsleven internationaliseert. Ook

‘Den Haag’ moet zich steeds meer gelegen laten liggen

aan ‘Brussel’, en grensregio-gemeentes ervaren samen-

werking met de buren aan de andere kant van de grens

als steeds relevanter. Nederland is altijd al een open

economie geweest, maar door de komst van internet en

daaruit voortvloeiende globalisering is onze samenle-

ving internationaler dan ooit geworden.

Nu is die ontwikkeling natuurlijk niet aan de Hogeschool

van Arnhem en Nijmegen voorbij gegaan. Er worden

studiereizen ondernomen, studenten en docenten doen

mee aan uitwisselingen en met allerlei buitenlandse

kennisinstellingen wordt gezamenlijk onderzoek

gedaan. Maar al die initiatieven staan op zichzelf. Hoog

tijd, vond collegelid Kristel Baele, werk te maken van

een strategisch beleidsplan internationalisering. Om

een extra stimulans te geven aan internationalisering

en de lopende activiteiten elkaar te laten versterken.

Westerse br i l a fzet ten Het is haar niet alleen te doen om van de afgestudeerden

betere professionals te maken. ‘Ik heb zelf veel in het

buitenland gestudeerd en gewerkt - onder meer in

Zwitserland - en gewoond in Afrika en die ervaringen

hebben me persoonlijk zeer verrijkt. Die ervaringen gun

ik iedereen van harte. In het buitenland moet je een

beroep doen op je ondernemerszin en creativiteit en je

aanpassen. De Westerse mens bekijkt alles om zich

heen door een bril met Westerse opvattingen en oorde-

len. Als je in het buitenland bent leer je die bril af te

zetten.’

Wat het plan desalniettemin niet beoogt is dat elke stu-

dent een fiks deel van zijn studie in het buitenland

doorbrengt. Dat is, stelt Baele, niet duurzaam - ‘denk

aan de CO2-footprint die al dat heen en weer vliegen ver-

oorzaakt’ -, maar ook niet wenselijk, omdat niet ieder-

een dat wil en kan. En ook is het niet voor elke studie

22 23

K r is te l Baele schaar t de HAN, a ls het om inter-nat iona l i se r ing gaat , onder de ‘kop loper s’, ver wi jzend naar de benchmark die de hoge-schoolbestuurder recent heef t la ten ui t voeren. Toch v indt ze het hoog t i jd dat het aanbod van de hogeschool nog internat ionaler wordt en zo nog beter gaat aanslui ten op de behoef te van het bedr i j f s leven en andere beroepenvelden.

Internationaal actief zijn is allang niet meer alleen iets

van de grote multinationals. Zo’n 100.000 Nederlandse

MKB-bedrijven doen tegenwoordig aan export, blijkt uit

onderzoek. Neem het Nijmeegse NTS Optel. Lange tijd

een op Nederland georiënteerd bedrijf, maar sinds vorig

jaar nadrukkelijk internationaal actief. Directeur Emile

Asselbergs: ‘We maken nu een eigen product, voor mul-

tinationale opdrachtgevers. Dat betekent dat we ook een

internationaal toelevernetwerk hebben opgebouwd. Dat

we vorig jaar die stap hebben gemaakt was geen toeval.

Door internet is het leggen van initiële contacten zo veel

gemakkelijker geworden en dan komen de internatio-

nale opdrachten vanzelf op je pad. Hele interessante

opdrachten ook. We werken nu bijvoorbeeld aan syste-

men voor het testen van de optica, voor de volgende

generatie van de X Box. Die kan straks zonder afstand-

H A N B L A D N R . 1 5

Emile Asselbergs

Directeur NTS Optel

‘Door internet leggen jongeren

gemakkelijker internationale

contacten’

Kristel Baele

Lid CvB HAN

‘Mensen met internationale

ervaring hebben een pre’

Page 23: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

een vollediger mens en een betere professionaleven hard nodig. Internationalisation at home, zoals dat in

het beleidsplan wordt geduid, kan bijvoorbeeld de vorm

krijgen van Engelstalige programma’s met zowel

Nederlandse als buitenlandse studenten. ‘Die zullen

merken, als ze op een gegeven moment samen een

opdracht moeten gaan uitvoeren, dat die ander niet het-

zelfde referentiekader heeft. Dat bijvoorbeeld zoiets als

‘goede gezondheidszorg’ voor de één strikt bepaald

wordt door de arts en voor de ander vooral ook door de

patiënt. Je studeert dan in een Nederlandse context,

maar wel een zeer multiculturele.’

Al veel gebeurdAfstudeerders meer internationale bagage meegeven is

natuurlijk wel een belangrijk doel van het plan. ‘Wij wil-

len mensen af leveren die het al min of meer gewend zijn

in een internationale omgeving te opereren, net als het

bedrijf waar ze aan de slag gaan. Net zo goed als we

docenten willen af leveren die internationaal georiën-

teerde startbekwame leerkrachten zijn.’

Waarmee de HAN-bestuurder niet de indruk wil geven

dat de huidige afstudeerders van die kwaliteiten ver

afstaan. ‘Er is al heel veel gebeurd de afgelopen jaren.

Natuurlijk binnen faculteiten als Economie en

Management en opleidingen als Autotechniek en Life

Sciences. Maar ook binnen Gezondheidszorg kunnen

studenten kennis in en over het buitenland vergaren. En

onze sportopleidingen leiden managers op die weten

wat er in de internationale wereld van de topsport te

koop is.’

Emile Asselbergs van NTS Optel herkent die internatio-

nale oriëntatie van de HAN-studenten die hij als stagi-

airs of afstudeerders over de vloer krijgt. ‘Voor jonge

mensen is het gebruik van internet, om daarmee inter-

nationaal te communiceren, sowieso de normaalste

zaak van de wereld. Ze leggen en onderhouden daardoor

die internationale contacten gemakkelijker dan de wat

oudere generaties in mijn bedrijf.’

Bundel ingMaar, voegt Asselbergs er aan toe, dit betekent nog niet

dat studenten echt gewend zijn internationaal te opere-

ren. De ontplooide internationale activiteiten hebben

positieve effecten, meent Baele, maar om te zorgen dat

opleidingen hun aantrekkingskracht op die internatio-

naliserende buitenwereld behouden, is er meer nodig

dan allerhande losstaande initiatieven. Bundeling van

de behoefte aan huisvesting voor buitenlandse studen-

ten bijvoorbeeld kan de opmaat zijn naar veel effectie-

vere oplossingen, met minder leegloop. Het bijeenbren-

gen van alle contacten met buitenlandse instellingen

kan ervoor zorgen dat de HAN de relaties met een paar

instellingen veel meer kan verbreden en verdiepen. En

van het goedgeorganiseerde taalonderwijs van die ene

faculteit kan dan de hele instelling genieten, aldus

Baele.

Een preHet beleidsplan bevat een aantal concrete targets, zoals:

17 procent van de studenten volgt een internationale

stage en 3 procent van het docentencorps moet van bui-

tenlandse origine zijn. Lage percentages? Ze vindt ze

vooral ‘reëel’, want gebaseerd op landelijke benchmarks

van de huidige situatie, met een paar procent erboven-

op. ‘Natuurlijk zou ik het mooi vinden als we nog wat

hoger uitkomen, maar vergeet niet dat de HAN zeer

breed is. Een mondhygiëniste hoeft niet per se naar het

buitenland. En ik heb liever dat docenten meer meedoen

aan uitwisselingen of deelnemen aan internationale

conferenties en met hun ervaringen collega’s enthousi-

asmeren, dan dat we grote groepen buitenlandse leer-

krachten binnenhalen. Maar we zullen er wel op gaan

selecteren: mensen met internationale ervaring hebben

een pre.’

Einddoel van het plan is dat internationalisering in de

mainstream komt van het onderwijs en onderzoek van de

HAN. De trekker van dat streven is het International

Office. Met aan het hoofd Jan Pouwels, een man met

veel internationale ervaring en - al lange tijd werkzaam

binnen Educatie - zeer goed op de hoogte van de proces-

sen binnen de HAN, zo duidt Kristel Baele hem. Aan

Pouwels is het de ambities van bestuur en faculteiten te

vertalen naar jaarplannen. ‘Met SMART geformuleerde

doelstellingen en hoeveel tijd en geld het kost. Nee,

vrijblijvend is dit proces zeker niet.’

www.optel.nl

[email protected]

Vrouw van de were ldKristel Baele (1959) is geboren in

België en heeft in Gent polit ieke en

sociale wetenschappen gestudeerd

en aan de Universiteit van Antwerpen

een masterdegree Organizat ional

Sociology behaald. Later in haar car-

rière is ze nog geslaagd voor het

Executive Management Program van

het IMD in Lausanne. Haar eerste

loopbaanstap zette ze ook in

Zwitser land, in Genève, bi j de

Internat ional Labor Organizat ion

(ILO). Daar was ze verantwoordeli jk

voor het ontwerp en management en

de monitor ing en evaluat ie van

beroepsonderwijsprojecten in Azië

en Afrika. In Afrika heeft ze ook een

ti jdlang gewoond. Later ging ze voor

de ILO in Turijn aan de slag. Begin

jaren negentig verhuisde ze naar

Nederland waar ze managementfunc-

ties vervulde aan de universiteiten in

Delft en Leiden en leiding gaf aan

internationaliseringprocessen. Sinds

2008 is ze collegelid en cfo van de

HAN.

kr [email protected]

I N t e R N A t I O N A L I S e R I N G

Page 24: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

24 25

Ieder is

verantwoordelijk

voor het geheel

Open source onderwijsontwikkeling: opleiding en praktijk niet langer gescheiden

Anno 2010 los je problemen nie t meer op in een gesloten omgeving. Nee, je ‘gooi t het in de groep’. Je gebruik t de inbreng en kunde van ve len, net a ls Wik ipedia of L inux doen. Open source. Zo worden tegenwoordig ook de muren tussen lerarenople id ing en scholen doorbroken. Die gaan samen bijvoorbeeld het curriculum ontwerpen. Ketenintegratie in het onder-wijs : leverancier en klant vervlechten. De opleiding is een ‘co-creatie’.

Vroeger verdwenen afgestudeerden bij de lerarenoplei-

ding zo goed als helemaal uit zicht. Het onderlinge

contact tussen scholen en opleidingen was beperkt. Nu

ontwikkelen scholen voor primair en voortgezet

onderwijs samen met de HAN en Radboud Universiteit

de opleiding van toekomstige collega’s. Op hun beurt

verlenen HAN en Radboud assistentie bij onderzoek en

bijscholing. De relatie leverancier-afnemer van compe-

tenties verandert in die van partners in onderwijsprak-

tijk en –opleiding. ‘Waarom hebben we dat niet eerder

gedaan?’

Van de grondDirck van Bennekom, bestuurder van De Alliantie die

zeven scholen in Nijmegen en het Land van Maas en

Waal bestuurt, Gerda Geerdink, senior onderzoeker

aan de Faculteit Educatie van de HAN en Ruud

Klarus, lector Werkplekleren aan dezelfde faculteit,

melden dat er altijd al een deel van de opleiding bin-

nen de scholen plaatsvond: de stage. ‘Dus tussen

sommige scholen en opleidingen bestond al zo’n

samenwerking’, aldus Van Bennekom.

Maar het kwam pas echt van de grond toen na

‘Lissabon’ de politiek zich ermee ging bemoeien.

Het subsidiepotje voor opleidingsscholen hielp

uiteraard ook. Niet alleen fundamenteel onderzoek,

Dirck van Bennekom,

Bestuurder van De Alliantie

‘Tussen sommige scholen en

opleidingen bestond al zo’n

samenwerking’

Gerda Geerdink,

Senior onderzoeker HAN

‘Je moet iemands loopbaan niet

opknippen in een stukje oplei-

ding en de rest’

Ruud Klarus,

Lector Werkplekleren HAN

‘De conclusies trekken we

gezamenlijk, dat vergroot het

draagvlak.’

H A N B L A D N R . 1 5

Page 25: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

maar juist praktijkgericht onderzoek door mensen

die die praktijk goed kennen kan bijdragen aan de

onderwijskwaliteit, werd het devies. Dat speelt het

hbo in de kaart. Van Bennekom noemt als voorbeeld

van zo’n samenwerking de open source leer-werkop-

drachten voor studenten. Op de website van het

project kun je ontwikkelingen in de etalage zetten,

je eigen voorstellen uploaden en die van collega’s

downloaden.

ScheidingKlarus wijst op zes schoolbesturen die zo samen

competentieprof ielen hebben opgesteld. Waarom

zou ieder apart het wiel uitvinden? Hij noemt co-

creatie een doorbraak: ‘Alle resultaten naast elkaar

leggen, onderling vergelijken en best practices overne-

men. Bijkomend voordeel: de conclusies trekken we

gezamenlijk, dat vergroot het draagvlak.’

Geerdink: ‘Praktijkmensen maken op die manier

meer gebruik van de achterliggende theorie. Het

sinds de jaren zeventig gehanteerde RDD-model

(Research, Development and Diffusion, red.) heeft

geleid tot een scheiding tussen onderzoekers die

theorie construeerden, ontwikkelaars die leerplan-

nen schreven en de leraar als uitvoerder. We zijn er

nu achter dat die taakverdeling niet goed is.’

‘Onderwijs-problemen? Gooi ze in de groep!’

‘Ketendenken dringt door in het onderwijs’

MenuAnder voorbeeld. In Apeldoorn heeft ROC Aventus

samen met de bedrijfstak Hotel Toerisme en Recreatie

een ‘menukaart’ ontwikkeld om verworven competen-

ties van leerlingen te meten. De systematiek kun je ook

op de beroepsgroep zelf loslaten en zo verborgen com-

petenties, bijvoorbeeld voor het beroep van docent

beroepsonderwijs, ontdekken.

De HAN heeft samen met het Centrum voor

Ondernemerschap een databestand ontwikkeld (zie

kadertekst) waarop studenten en leraren bij een lesont-

werp kunnen terugvallen op iets bestaands. Vergelijk

het met Plasterks Wikiwijs, maar dan bescheidener.

ImagoDoor de samenwerking verloopt de overgang van

school naar beroepspraktijk veel soepeler. De oplei-

ding krijgt feedback van zijn klant en het hbo levert

bijscholing aan leraren en assistentie bij onderzoek.

Dat verbetert het imago van het vak. Van Bennekom:

‘Na vijf jaar ervaring zien we beslist een positief effect,

de opleidingsscholen hebben daadwerkelijk invloed op

het curriculum van de lerarenopleidingen.’

De student maakt via dit leerlingenwezen-nieuwe-stijl

elk facet van het leraarschap mee en vindt makkelijk

een baan, soms al op zijn stageplek. Tijdens het laatste

opleidingsjaar mogen velen zich verheugen in een

dienstverband met salaris. Winst is ook dat betere

leraren leiden tot meer gemotiveerde kinderen en meer

aanmeldingen voor het leraarschap.

Niet opknippenDe opbrengst van de samenwerking is niet goed in geld

uit te drukken. Klarus: ‘We mogen er eigenlijk geen

geld aan verdienen.’ De waardecreatie zit ‘m eerder in

de meerwaarde van de ‘excellente’ jonge leraar dan in

een batig saldo.

De lerarenopleiding is steeds meer een gezamenlijke

verantwoordelijkheid van lerarenopleidingen en scho-

len voor voortgezet onderwijs. Dat ziet Van Bennekom

als pure winst. Ook Geerdink ziet opleiding en werk-

veld al lang niet meer als gescheiden werelden:

‘Waarom zou de opleiding alleen verantwoordelijk zijn

voor de start van iemands loopbaan? Na de opleiding

ben je ‘startbekwaam’, maar daarmee houdt het leren

niet op. Wij willen ketenverantwoordelijkheid dragen,

dus moet je iemands loopbaan niet opknippen in een

stukje opleiding en de rest. Ketendenken betekent:

ieder is verantwoordelijk voor het geheel, maar ook

specifiek voor een bepaalde schakel.’ Klarus tenslotte:

‘Co-creatie is respect tonen voor ieders expertise, dus

geen hutspot waar iedereen over alles evenveel te ver-

tellen heeft.’

[email protected]

[email protected]

[email protected]

Samenonder wi jsmaken.nlEen website voor primair onderwijs

met bijdragen van studenten, docen-

ten en leraren primair onderwijs.

Samenonderwijsmaken.nl is een initi-

at ief van Pabo Arnhem en Pabo

Groenewoud en go! De site is voort-

gekomen uit een masterclass go! om

ondernemerschap binnen educatie te

stimuleren.

[email protected]

BRuGGeN NAAR De pRAKtIjK

Page 26: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

‘Hoe bouw ik een diesel om naar aardgas?’

pabo-studenten in het kielzog van Darwin

Metano wil handboeken op de markt gaan brengen voor het ombou-

wen van direct ingespoten diesels naar motoren die voor 80 procent

op biogas of aardgas kunnen lopen. ‘Wij denken te weten hoe het

technisch kan en hopen dit jaar het eerste prototype gereed te krij-

gen’, vertelt Nando Klein Gunnewiek, directeur van het bedrijf uit

Lichtenvoorde. Als hij daarna de goedkeuring binnenheeft van de

RDW, die aan auto’s op gas speciale eisen stelt, wil hij de hand-

boeken gaan opstellen in samenwerking met studenten van HAN

Autotechniek. ‘Met hun technische bagage en de kennis die ze hier

opdoen moeten ze in staat zijn die boeken op te stellen, voor elk type

dieselmotor één.’

Die handboeken worden vervolgens verstrekt aan garagebedrijven die

de ombouw gaan uitvoeren. Klein Gunnewiek rekent op veel belang-

Een week aan boord van de Clipper Stad Amsterdam, in het kiel-

zog van Darwin. Die belevenis hebben twee Pabo-studenten van de

Hogeschool van Arnhem en Nijmegen overgehouden aan een succes-

vol stageproject. De befaamde wiskundige Robbert Dijkgraaf reikte

begin maart deze door veel studenten felbegeerde prijs uit tijdens het

Beagle Live evenement in Utrecht.

Sander Fielt en Erik Slag hebben, samen met twee studenten

Bouwkunde van de HAN, het combistage-project Het Tuimelhuis

doorontwikkeld en uitgevoerd op een aantal basisscholen. Het

Tuimelhuis is een educatieve, demontabele woning die de ‘echte’

wereld de school in brengt. Het huis wekt nieuwsgierigheid, roept

vragen op en nodigt uit tot zelf doen. Het bestaat uit een frame met

twintig panelen. Bedrijven uit de directe omgeving van de school

kunnen panelen ‘adopteren’. Vervolgens wordt er aan elk paneel een

lesconcept gekoppeld. Zo leren kinderen verschillende bedrijven ken-

nen en de bedrijven leren op welke manier ze jonge kinderen kunnen

interesseren voor hun vakgebied. Dit levert een belangrijke bijdrage

aan de doelstelling van de Nederlandse overheid om meer jongeren te

interesseren voor techniek.

Combis tageDe Pabo-studenten hebben hun prijs gewonnen met de beschrijving

van de resultaten van hun ‘combistage’. Combistages zijn stageop-

drachten waarbij een of meer Pabo-studenten samen met een of meer

bètastudenten aan een opdracht werken. Zo leren bètastudenten hun

vakgebied uit te leggen aan kinderen en Pabo-studenten krijgen meer

kennis van het vakgebied van de bètastudent. Hierdoor krijgen zij

meer zelfvertrouwen in het geven van les over wetenschap en tech-

niek. De stages worden uitgevoerd in het kader van het Programma

stelling omdat rijden op 80 procent biogas of aardgas veel goedkoper

is, en beter voor het milieu. ‘Een auto die puur op biogas rijdt is zelfs

CO2-neutraal. Bij 80 procent zal de uitstoot dus een fractie zijn en dat

zal een veel lagere BPM en wegenbelasting met zich mee brengen’,

schetst hij de voordelen. ‘Er zal waarschijnlijk een speciaal, laag

belastingtarief komen. Nederlanders vinden dat over het algemeen

wel interessant.’

Nando Klein Gunnewiek hoopt voor het eind van het jaar alles rond

te hebben en begin 2011 met de handboeken van start te kunnen. Het

is een commercieel initiatief, maar de startkosten zijn voor de helft

betaald door de provincie Gelderland.

www.supro.nl

[email protected]

VTB-Pro dat 5000 leraren en 5000 aankomende leraren in staat stelt

zich te verdiepen en te bekwamen in het domein wetenschap en tech-

niek in het basisonderwijs. Het is een programma van het Platform

Bèta Techniek dat ook de prijsvraag uitschreef.

De Clipper Stad Amsterdam is op 1 september 2009 vertrokken voor een

reis rond de wereld. Dit in het kielzog van Darwin die de reis maakte

met de HMS Beagle, in de periode 1831-1836. De Clipper doet het wat

sneller - in acht maanden. In die periode komen er steeds nieuwe gas-

ten aan boord, om onderzoek te doen, te filosoferen, hun creativiteit te

uiten, te schrijven, om kennis op te doen en om kennis te delen. Hun

ervaringen zijn te volgen via de VPRO tv-serie en de website.

beagle.vpro.nl

www.vtbpro.nl

26 27 H A N B L A D N R . 1 5

Page 27: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Deuren openen met de telefoon

Intercom Control Box biedt oplossing voor sleutelprobleem

‘Stel je 8 8-jar ige schoonvader is s lecht ter been. O f h i j is net op het to i le t en de thuis-zorgmedewerker bel t aan. Hoe moet h i j d ie dan binnenlaten? Natuur l i jk bestaan er a l techni-sche oplossingen, zoals een kast je bui ten aan de muur met een code. Maar hoe s t igmat ise-rend wi l je z i jn? Ik probeer al t i jd de koppel ing tussen mens en techniek te maken.’ Aan het woord is Gerold Wanders , d i rec teur van WENQ, een bedr i j f dat gespecial iseerd is in woning- en gebouwcommunicat ie .

‘Drie jaar geleden heb ik een oplossing bedacht voor

in bestaande woningbouw die werkt via een normale

dect-telefoon. Als iemand bij de centrale toegangs-

deur aanbelt, kan je schoonvader met de telefoon via

de intercom spreken en kan hij met diezelfde telefoon

de deur van het appartementencomplex en zijn eigen

voordeur openen.’ Dat eenvoudige systeem heeft

Wanders verder ontwikkeld tot de zogenaamde ICB,

de Intercom Control Box, die een flexibele en praktische

oplossing biedt voor veel bestaande intercomsystemen

in zorginstellingen en appartementencomplexen.

Wanders: ‘Het mooie aan dit systeem is dat je innova-

tieve oplossingen in de bestaande woningbouw op

relatief eenvoudige wijze kunt realiseren.’

Uni forme inf ras t ructuur.Wanders, ex-HANstudent (‘het lijkt wel eeuwen gele-

den dat ik de HTS heb afgerond’), geeft aan dat het

systeem weliswaar zeer eenvoudig klinkt, maar dat

realisatie in sommige gevallen een technische uitda-

ging is. ‘Er bestaan wel veertig verschillende inter-

comsystemen en we willen in een appartementen-

complex beslist geen nieuwe bekabeling trekken,

maar gebruik maken van het bestaande intercomsy-

steem.’ Hij zou graag zien dat in alle nieuwbouw één

universele infrastructuur wordt aangelegd, één

IP-netwerk waarop alles is aan te sluiten; televisie,

computer, intercom, telefoon, zorgalarm, telemedi-

cin, noem maar op. ‘Er wordt in de markt niet of

nauwelijks op deze wijze gedacht en gerealiseerd.’

WENQ is nu bezig met een tweetal projecten in

Apeldoorn en Berg en Dal waar deze uniforme net-

werkinfrastructuur gerealiseerd wordt. ‘IP is de toe-

komst, de f lexibiliteit geeft de mogelijkheid gebou-

wen te faciliteren naar behoefte.’

Onbeperk tIn bestaande gebouwen moet de ICB dus op het aan-

wezige intercomsysteem kunnen werken.

Toepassingen via de ICB werken vanuit elke plaats in

de woning en maken het daarmee ook geschikt voor

bedlegerige mensen om bezoek, huisarts of tafeltje-

dek-je binnen te laten. Er bestaan natuurlijk al tech-

nische oplossingen, zoals een kastje op de deur waar

de thuiszorgmedewerker zijn pasje door kan halen,

de sleutel kan laten zakken en de deur kan openen.

Wanders: ‘Maar een dergelijk systeem is erg omslach-

tig en bepaald niet universeel toepasbaar.’

De toepassingen lijken onbeperkt. Wanders: ‘Met de

ICB is het mogelijk de kwaliteit van leven van ouderen

en mensen met een beperking te verbeteren en men-

sen langer zelfstandig te laten wonen, een absolute

noodzaak nu de samenleving in snel tempo vergrijst.’

Per fecte opdrachtWanders heeft nog wel een uitdaging voor zijn voor-

malige hogeschool. ‘Er moet op de HAN toch een

groep enthousiaste techniekstudenten zijn die wil

helpen bij de technische realisatie van verbeteringen

aan de ICB. Laat ze maar komen, ik heb een perfecte

stage- of afstudeeropdracht voor ze.’

www.wenq.nl

‘Ik heb een geweldige uit-daging voor een groep enthousiaste techniekstudenten’

‘Met dit systeem kunnen mensen langer zelfstandig bli jven wonen’

c A R R I è R e

Page 28: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Leren te leren leren

Meer zelfsturing student vergt meer coachende rol docent

Een van de ‘docenttrainers’ is Bernadette ter Heine

van de Faculteit Gezondheid, Gedrag en Maatschappij.

Studenten, geeft ze aan, moeten aan het eind van hun

opleiding zelf in staat zijn eigen accenten te leggen.

‘Tijdens hun studie krijgen ze natuurlijk een bepaalde

standaard vakbekwaamheid mee, maar daarbinnen

moeten ze zelf kunnen beoordelen of datgene dat ze

produceren of verlenen een goed product of een goede

dienst is. Hoe ze tot dat product of die dienst komen

is ook iets waarin ze zelf keuzes moeten maken. Of

ze, zeg maar, via B van A naar C gaan of via D, dat is

aan henzelf. De samenleving verwacht van professio-

nals dat ze dat kunnen. Dat ze door zelfref lectie hun

eigen werk kunnen beoordelen, hun keuzes goed

kunnen verantwoorden en zo hun vakbekwaamheid

voortdurend verbeteren.’

Twee ‘omgevingen’De hele opleiding Toegepaste Psychologie is ‘door-

trokken’ van het trainen van zelfsturing, geeft Ter

Heine aan. Het is zichtbaar in de twee ‘omgevingen’

waarin de student z’n opleiding volgt: de werkomge-

ving en de leeromgeving.

‘In de werkomgeving gaan de studenten, samen met

medestudenten, aan de slag met een beroepsopdracht.

Het ontwikkelen en geven van cognitieve gedragsthe-

rapie aan bepaalde personen bijvoorbeeld. Of het ach-

terhalen van de geschiktheid van personen voor de

functie van directeur basisschool. De docent geeft aan

wat de opdracht is, maar de studenten bepalen zelf hoe

ze dat resultaat gaan behalen en hoe het eindproduct er

uit gaat zien. Eerst maken ze daarvoor een plan waarin

zij ook criteria hebben beschreven waaraan het eind-

product moet voldoen. De docent geeft daar z’n goed-

keuring aan en laat de studenten vervolgens zelfstan-

dig naar dat eindresultaat toewerken. Met als belang-

rijkste hulpmiddel de Handleiding Werkwijzer.’

In de leeromgeving gaat het er traditioneler aan toe

en wordt er in hoorcolleges veel theorie overgedra-

gen. ‘Maar dan krijgen ze wel precies die kennis mee

die ze voor het vervullen van hun opdracht in de werk-

omgeving nodig hebben.’

Coachende ro lDeze vorm van onderwijs, gericht op het zelfsturend

maken van studenten, vergt van docenten dus een

andere, veel meer coachende rol, weet Ter Heine.

‘Zeker in die werkomgeving moet hij zich voortdu-

rend afvragen of hij moet bijsturen of niet. Hij moet

beoordelen of de studenten opdrachtgericht bezig

zijn, of ze op een goede manier samenwerken en of ze

in staat zijn hun werk goed te evalueren. De docent

moet voortdurend afwegen of hij studenten moet

laten twijfelen of zekerheid moet bieden, of hij ze

fouten moet laten maken, of moet corrigeren. Wij

trainen onze docenten zodat ze die groepsprocessen

beter leren herkennen en beter kunnen bepalen wan-

neer ze moeteen ingrijpen.’

[email protected]

Li fe long learning. Voor e lke beroepsgroep geldt tegenwoordig dat het leren en s tuderen nie t ophoudt b i j het ont vangen van het d ip loma. Maar dat vergt wel het vermogen om zel fs tandig te bepalen welke kennis je nodig hebt , hoe je d ie e igen te maken en dat leerproces te organiseren. Die vere is ten gelden zeker ook voor de beroepsgroep van psychologen. Dus worden HAN-studenten Toegepaste Psychologie t i jdens hun ople i-ding hierop voorbere id . En omdat dat van hun docenten een andere ro l v raagt kr i jgen die een speciale t rain ing.

‘Moet hij ze laten twijfelen

of zekerheid bieden?’

28 29 H A N B L A D N R . 1 5

Page 29: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Simulatie-school zet student op scherp

Lector gooit forse ‘steen’‘Als je een steen in het water gooit die genoeg golven maakt komen ze vanzelf bij je uit.’ Met die metafoor

verklaart Hans Elias de Bree, R&D-directeur van Microflown Technologies waarom hij met zijn nieuwste

vinding in het wetenschappelijk tijdschrift Scientific American terecht is gekomen. ‘Je kunt daar verder

zelf niets aan doen. Een verslaggever van het magazine moet je vinding oppikken, in andere media, op

internet of horen van collega’s. Als hij het interessant genoeg vindt maakt hij er een artikel over puur

op basis van informatie die hij via derden verzamelt. Hij belt je alleen nog op om je het verhaal voor te

leggen en te vragen of het klopt. Zo zorgen ze dat het wetenschap en geen reclame wordt’, schetst De

Bree de gang van zaken.

‘Di t te l t were ldwi jd’De ‘steen’ die De Bree, tevens lector Vehicle Acoustics aan de HAN, gegooid heeft is de acoustic vector

sensor (AVS). Met dit instrument op de vliegtuigromp bevestigd kan een piloot alle kanten op ‘horen’ of

er geen andere vliegtuigen gevaarlijk dicht in de buurt komen. Vanzelfsprekend zijn er alternatieve sen-

soren op de markt, maar omdat die allemaal zelf ook een signaal afgeven zijn die in de VS verboden voor

kleine en privé luchtvaarttuigen. De AVS is passief en luistert enkel. De AVS kan botsingen voorkomen

zoals die van een privé vliegtuig met een sightseeing helicopter vorig jaar boven New York.

De Bree is erg blij met de publicatie in Scientific American. Het blad mag gerekend worden tot de vijf

belangrijkste wetenschappelijke tijdschriften van de wereld, weet hij. ‘Iedereen kent Science en Nature

en bijna iedereen kent Scientific American. Als je daarin genoemd wordt ben je superbelangrijk. Ik heb

ooit met een pagina in de Telegraaf gestaan, maar in België telt dat al niet meer. Dit telt wereldwijd.’

Om die reden nemen tal van andere media het bericht over. Er is een sneeuwbal van publiciteit ontstaan.

En straks van opdrachten, daarvan is De Bree overtuigd. ´We werken nu nog aan het proof of concept.

Zodra dat gereed is – naar schatting over twee jaar - kunnen we er de markt mee op.’

www.microf lown.com

[email protected]

Lesgeven op een zeer zwakke school, compleet met ongeruste moeders

en woedende vaders. Voor die uitdaging werden Pabo-studenten van de

HAN gesteld. Op de simulatieschool De Posbank hebben ze dit voorjaar

een week lang voor de klas gestaan en ervaren dat een leerkracht heel wat

meer taken heeft dan lesgeven.

‘Team en directie van De Posbank, de Inspectie heeft jullie school

als ‘zeer zwak’ beoordeeld’, zo luidde het eerste bericht dat de Pabo-

studenten te horen kregen. ‘Morgen wordt het inspectierapport open-

baar. We vragen jullie om de komende week met elkaar te werken aan

een verbeterplan, zodat we de Inspectie vertrouwen kunnen geven in

structurele verbetering van de kwaliteit van leren op De Posbank, op

korte én op langere termijn.’

Ongeruste moeders, woedende vadersDe simulatieschool stond vervolgens een week lang bol van incidenten,

net als die in menige echte school aan de orde van de dag zijn. Compleet

met boze of ongeruste ouders, gespeeld door acteurs. De Pabo-studenten

gaven na afloop aan de week als ‘erg leerzaam’, ‘uitdagend’, ‘realistisch’

en bovenal ‘erg motiverend’ te hebben ervaren. Studenten vonden het

erg nuttig om binnen deze innovatieve werkvorm als team aan de slag te

zijn met visie, kwaliteitszorg, contact met ouders en met derden, interne

relaties en verantwoording. Ze vertelden dat ze, met de simulatieschool

in hun bagage, de LIO-stage met meer vertrouwen tegemoet zien.

Aanleiding voor de simulatieschool is het snel veranderende

perspectief op ‘goed’ leraarschap. De opkomst van de ‘brede scholen’,

de maatschappelijke druk op het onderwijs als opvoedende instantie en

de nadruk op verantwoording zorgen ervoor dat van leerkrachten veel

meer gevraagd wordt dan goed functioneren in de eigen klas. Actief

bijdragen aan de hele schoolorganisatie wordt voor leerkrachten steeds

belangrijker.

Lector van het jaarIn het kader van OCW-Kwaliteitsagenda Krachtig Meesterschap is sub-

sidie toegekend aan de simulatieschool, om die de komende twee jaar

door te ontwikkelen. Voor het ontwikkelen van de simulatieschool is

HAN-lector Governance en Innovatiedynamiek in het Onderwijs, Frans

de Vijlder, door ScienceGuide en het Interstedelijk Studentenoverleg

genomineerd voor ‘Lector van het jaar’.

[email protected]

K O R t N I e u w S

Page 30: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

30 31

Lector Van den Hondel koninklijk onderscheiden

H A N B L A D N R . 1 5

Kees van den Hondel, sinds augustus 2006 lector Industriële

Microbiologie aan de HAN en tevens hoogleraar aan de Universiteit

van Leiden, is bij zijn officiële afscheid geridderd.

Van den Hondel werd benoemd tot Officier in de Orde van Oranje-

Nassau voor zijn verdiensten in het onderzoek naar schimmels.

Biotech-bedrijven als DSM gebruiken schimmels voor de productie

van enzymen en andere hoogwaardige producten. Het is met name

in dit veld dat Kees van den Hondel internationaal aan de top staat.

De wereldwijde schade door schimmels toegebracht aan de voedsel-

voorziening bedraagt elk jaar meer dan 100 miljard dollar. Daarbij

zijn de middelen om schimmels efficiënt en zonder gevaar voor de

volksgezondheid te bestrijden zeer beperkt. Ook dit terrein behoort

tot het aandachtsveld van Kees van den Hondel. Met Hitexacoat, een

biotechnologiebedrijf je dat hij daartoe heeft opgericht, onderzoekt hij

nieuwe bestrijdingsmogelijkheden. Hij richt zich daarbij op natuur-

lijke stoffen die eenvoudig en goedkoop zijn te winnen, zodat ze ook

toegankelijk zullen zijn voor de economisch zwakkere landen in de

derde wereld.

Ondanks zijn pensionering zal Van den Hondel gewoon actief blijven

als CEO van Hitexacoat en zal hij ook onderwijs blijven geven aan

zowel de universiteit van Leiden als de Hogeschool van Arnhem en

Nijmegen.

Van den Hondel ontving de onderscheiding uit handen van de bur-

Agenda 21 mei ‘Inspireren tot Innoveren’. Wat maakt dat innovaties in de zorg

succesvol zijn? Vrijdag 21 mei, 13.30 – 16.30 uur; Aula Berg en Dalseweg

81, Nijmegen. Aanmelden: (024) 353 06 00, [email protected].

27 mei Masterclass: Vergezichten. Over onderzoeksmatig werken en

ontwikkelen in de (opleidings)school. Donderdag 27 mei; Gymnasion

- Campus Heijendaal, Heijendaalseweg 141, Nijmegen. Informatie:

Jeanette Dusschooten, (024) 353 00 30, [email protected].

8 juni Seminar Genen, Voeding en leefstijl. Zijn onze genen het beste aan-

gepast aan de oorspronkelijke voeding van de mens (jager-verzamelaar)?

Dinsdag 8 juni, 17.00 – 19.30 uur; HAN – Nijmegen, Bisschop Hamerhuis

– zaal H0.21, Verlengde Groenestraat 75, Nijmegen. Aanmelden:

[email protected].

17 juni Installatie HAN-lectoren Langdurige Zorg Marian Adriaansen

en Rob van der Sande. Donderdagmiddag 17 juni; Auditorium HAN

Campus in Nijmegen, Kapittelweg 33, Nijmegen.

5-8 juli Internationaal IntEnt congres, een jaarlijks congres rondom het

thema Ondernemerschap en Onderwijs. HAN Campus, Ruitenberglaan 26,

Arnhem. Voor meer informatie en/of aanmelden: www.intent2010.com.

gemeester van Noordwijkerhout, op 1 april tijdens het European

Conference on Fungal Genetics, eind maart. Deze conferentie was door

Van den Hondel zelf georganiseerd in samenwerking met het HAN

BioCentre en de Universiteit van Leiden.

www. hanbiocentre.nl

www.hitexacoat.com

LectoratenHuub Pijnenburg heeft op 25 maart het ambt als HAN-lector voor het

Lectoraat Werkzame Factoren in de Zorg voor Jeugd aanvaard.

Sharda Nandram is met ingang van 1 mei 2010 benoemd tot Lector

Ondernemerschap.

wat is uw nieuws?Voor u ligt het HANblad. Het valt bij 20.000 adressen in de bus waaronder

heel veel innovatieve bedrijven in het midden- en kleinbedrijf. Het blad

wil zo fungeren als communicatiekanaal tussen de HAN, bedrijven en

hun ruimere omgeving. Het is inmiddels uitgegroeid tot een platform

waar resultaten van interactie tussen de hogeschool en haar omgeving

voor het voetlicht worden gebracht. Het HANblad streeft naar artikelen

over actuele, maatschappelijk relevante, concrete actie van concrete

mensen met concreet resultaat. De samenwerking tussen de HAN en

haar externe relaties staat daarbij voorop. Wij nodigen u dan ook uit

om voorbeelden van zo’n interactie, een idee of een ander interessant

onderwerp via het HANblad in de schijnwerpers te zetten. Dan is uw

nieuws ook ons nieuws. Overigens neemt het HANblad ook met plezier

uw advertentie op.

[email protected]

Page 31: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid

Het HANblad is een magazine van de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen bedoeld voor vernieuwende bedrijven, not for profit organisa-ties en het regionale grootbedrijf.

Real isat ie :HAN Marketing, Communicatie en Voorlichting

Redact ie :Martin van Zaalen, Claudia Fitsch en Marina Beckers, redactie-assistente (024) 353 04 [email protected]

Medewerkers :Claudia Fitsch, Han Geurts, Lucy Holl, Frank Höppener

Fotograf ie :Ralph Schmitz, Coos Dam, Megastock

Vormgeving en product ie :Communicerende OntwerpersUbbergen

Adver tent ies , abonnementen en adreswi jz ig ingen :Marina Beckers, (024) 353 04 [email protected]

cOLOFON

De grondstof voor het gebruikte papier is af komstig uit verantwoord beheerde bossen, de folie is gemaakt van plantaardige suikers en kan in de GFT bak.

De overheid bemoeit zich steeds intensiever met het onderwijs.

‘Verstatelijking’ heet dat: een steeds complexer en verfijnder stelsel van

regels dat niet zelden eerder als ‘hinderlijk’ dan als ‘helpend’ wordt erva-

ren. Tegelijkertijd worden schoolbesturen uitgedaagd dynamiek in hun

bestuur en organisatie te brengen.

De ‘overmaat’ aan bestuur en de waarneming dat de nationale overheid

al die sturingspretenties niet waar kon maken, leidden in de jaren zeven-

tig tot een steeds intensievere zoektocht naar andere manieren om het

onderwijs te organiseren en te besturen. Sindsdien zijn schoolbesturen

verzelfstandigd vanuit de gedachte dat de overheid niet langer vanuit één

centraal punt kan sturen. Scholen worden, met de lumpsumbekostiging

in de hand, uitgenodigd om zich creatief en ondernemend op te stellen,

in het belang van de deelnemer en de publieke zaak. Zo hebben de klein-

schalige, verzuilde scholen plaatsgemaakt voor de grote, verzelfstan-

digde professionele organisaties.

Deze kanteling in het bestuur van het onderwijs is een onvoltooid proces.

Het zichtbaar maken en tot leven laten komen van juist deze dynamiek

in bestuur, organisatie en regelgeving vormt de rode draad van het boek

‘Wat is goed onderwijs? Bestuur en regelgeving’ van Ruud Klarus en

Frans de Vijlder (red.). Klarus en De Vijlder zijn beiden als lector verbon-

den aan de Faculteit Educatie van de HAN.

Ter gelegenheid van het verschijnen van hun boek vindt op 18 mei een

minisymposium plaats. Behalve de schrijvers zullen Leonard Geluk

(Voorzitter College van Bestuur ROC Midden Nederland), Simone

Walvisch (Bestuurslid PO-Raad) en Kristel Baele (Lid College van

Bestuur HAN) het woord voeren.

Minisymposium 18 mei. Plaats: HAN, Faculteit Economie en Management,

Ruitenberglaan 31, Arnhem; tijd: 13.30 uur tot 17.00 uur.

Informatie: [email protected].

Dynamiek onderwijsbestuur tot leven in nieuw boek en symposium

3

3

Ruud KlarusFrans de Vijlder(red.)

Wat is goed onderwijs?Bestuur en regelgeving

ISBN 978-90-5931-537-2

9 7 8 9 0 5 9 3 1 5 3 7 2

‘Wat is goed onderwijs?’ Deze vraag blijft de gemoederen volop bezighouden. Gelukkig maar, want zonder discussie over deze vraag ook geen goed onderwijs. In dit boek vindt u niet ‘de definitieve waarheid’ over goed onderwijs. Die waarheden zullen we telkens opnieuw moeten formuleren op basis van relevante en actuele kennis.

Dit boek is het tweede in een reeks die telkens vanuit een andere discipline wordt geschreven. In het eerste deel stond de sociologische invalshoek centraal. In het tweede deel worden vragen en thema’s vanuit een psychologisch perspectief behandeld. Het gaat hierbij om de vraag wat leren nu eigenlijk is. Hoe leren mensen feiten? Hoe leren mensen vaardigheden? De discussie over het bestaan en de relevantie van het begrip leerstijlen blijkt nog steeds niet ten einde. Een ander belangrijk onderwerp is motivatie. Hoe is motivatie te beïnvloeden en op welke manier hangt dit samen met zelfsturing? Leren is een sociaal gebeuren, je kunt het niet alleen. Samenwerkend leren blijkt tot betere leerresultaten te kunnen leiden. Het gebruik van computers daarbij kan onder voorwaarden voor extra ondersteuning en intensivering zorgen. Hoe kunnen leraren gebruikmaken van de kennis die de laatste jaren ontwikkeld is in de breinwetenschappen? Inzichten vanuit de psychologie worden gekoppeld aan het leren van bepaalde schoolvakken en leren binnen bepaalde contexten. Welke psychologische inzichten zijn relevant voor het beter leren van taal en van rekenen? En op welke manier kan het leren in arbeidsorganisaties verbeterd worden? In een afsluitend hoofdstuk wordt de vraag gesteld wat de gepresenteerde psychologische inzichten betekenen voor de leeractiviteiten van leerlingen en de onderwijsactiviteiten van leraren. Hoe kunnen zij deze kennis gebruiken voor beter onderwijs?

De bijdragen, geschreven door auteurs die al jaren werkzaam zijn in en voor het onderwijs, bieden een relevante psychologische kennisbasis voor leraren, studenten van lerarenopleidingen, managers en beleidsmakers. Professionals die zich vooral laten leiden door de vraag hoe zij de aan hen toevertrouwde leerlingen en studenten zo goed mogelijk onderwijs kunnen bieden.

Ruud Klarus is lector bij de faculteit Educatie van de Hogeschool Arnhem Nijmegen (HAN). P. Robert-Jan Simons is hoogleraar-directeur van de lerarenopleiding IVLOS (Universiteit Utrecht).

Ruud Klarus Frans de Vijlder (red.)W

at is goed onderw

ijs?

Page 32: Het Nieuwe Werken · gaan doen aan Het Nieuwe Werken, het thema van deze uitgave. Die nieuwe manier van werken, waarin iedereen met een grote zelfstandigheid en eigen verantwoordelijkheid