Download - Service Management

Transcript
Page 1: Service Management

www.servicemanagement.nlOnafhankelijk vakblad vOOr prOfessiOneel schOOnmaakOnderhOud

nummer 4, april 2013

thema: innOvatie

Microvezel:Dé nummer 1!

Jet Linssen, FNV: “Laat maar zien, die beloftes…”

Laboratorium Americol: bakermat voor optimalisatie

Social return als nieuwe arbeids-verhouding

Page 2: Service Management

Yöney Gulay begrijpt hoe haar oplettende ogen impact kunnen hebben op de BMW productie in Dingolfing. In zekere zin is haar oog voor detail een onderdeel van het creëren van de ultieme werkervaring bij BMW. Aandacht en begrip voor het eindresultaat; dat is waar het om draait bij ISS. Meer dan een half miljoen betrokken mensen wereldwijd helpen uw mensen met oplossingen op maat en The Power of the Human Touch.

“Ik ken het ultieme schoonmaakgeheim”

Yöney Gülay, schoonmaakster bij BMW in Dingolfing, Duitsland

F A C I L I T Y M A N A G E M E N T | C L E A N I N G | S U P P O R T | P R O P E R T Y | C A T E R I N G | S E C U R I T Y | www.nl.issworld.com/cleaning

Advertentie Yöney Gulay _facto_nr7-8.indd 1 27-2-2013 10:26:01

Page 3: Service Management

Vakblad voor professioneel schoonmaakonderhoud

3Service Management nummer 4 april 2013

thema 07Brood_themathema innovatie

10 De 6 meest aansprekende innovatiesMichel de Bruin hamert als directeur van MGS Greenspeed, bestuurslid ISSA Europe en voorzitter van ISSA Benelux op innovatie. Nieuwe manieren van werken halen volgens hem lang niet altijd de werkvloer. Tot spijt van de ach-terban van ISSA, fabrikanten en leveranciers van materialen en middelen.

12 Laboratorium als bakermat van optimalisatieAmericol onderscheidt zich van andere reinigingsproducenten middels een ei-gen innovatielaboratorium. Het lab is de geboorteplaats van talloze nieuwe producten. “Je gaat een bepaald traject in. En de weg daar naartoe is altijd anders.”

16 Pon naar resultaatgerichte schoonmaak Na met Pon Facilities één facilitaire organisatie te hebben opgericht, zocht het bedrijf een vernieuwing in zijn schoonmaakcontract. Van versnipperde con-tracten met leveranciers besteedde het één contract voor drie jaar met resul-taatgerichte schoonmaak, en pilots voor betere afvalscheiding en dagschoon-maak aan.

34 Social return als nieuwe arbeidsverhouding Social return als innovatie in de arbeidsverhoudingen is hot. Gemeenten doen niets liever dan deze nieuwe manier van aanbesteden omarmen. Eén van de voorlopers is de gemeente Lingewaard, onder de rook van Arnhem, mede- eigenaar van sociale werkvoorziening Presikhaaf Bedrijven. “Gemeenten gaan hun schoonmaak massaal inbesteden.”

26 “Laat maar zien, die beloftes…”Jet Linssen is de nieuwe vakbondsbestuurder schoonmaak van FNV Bondgeno-ten. Over haar drijfveren, haar visie op de sector én de nieuwe cao-onderhan-delingen. “Komt iedereen in de branche zijn beloftes na, dan voorzie ik keuri-ge cao-onderhandelingen.”

32 Participatiewet biedt mogelijkheden De Participatiewet biedt de schoonmaakbranche mogelijkheden. Maar vooral het quotum dat ondernemingen verplicht mensen met een arbeidshandicap in dienst te nemen is voer voor discussie.

En verder:4 nieuws 8 Schoongroep Nederland gaat ‘los’ 15 column Ron Steenkuijl

20 voor het blok: de schoonmaakbranche leent zich niet voor innovatie

22 zonder innovatie geen toekomst 24 handhygiëne 30 column Jeske van

Hoeckel 37 de baas: John van Hoof van CSU 41 Berretty: geen animo voor EU-

aanbestedingen 44 materialen & middelen 45 OSB-nieuws 46 contacten & con-

tracten 48 producten & diensten 49 mensen 50 column Ronald Bruins 37

34

12

03_00_inhoud.indd 3 20-03-13 14:37

Page 4: Service Management

nieuws

4 Service Management nummer 4 april 2013

Betalingstermijnen liggen vast

De betalingstermijnen bij overeen-komsten tussen bedrijven en tussen bedrijven en overheden, worden wet-telijk vastgelegd. Tot op heden wordt alleen gesteld dat de betalingstermijn ‘niet onredelijk’ mag zijn. De wijzi-ging zou aanvankelijk per 1 januari 2013 worden doorgevoerd, maar dit werd uitgesteld tot 16 maart. Voor betalingstermijnen tussen bedrijven onderling geldt het volgende: “Als u niets afspreekt of contractueel regelt, moet binnen 30 dagen na de factuur-datum worden betaald. U mag in de overeenkomst een langere betaalter-mijn van maximaal 60 dagen afspre-ken. Alleen als kan worden aange-toond dat het voor geen van beide partijen (leverancier en afnemer) na-delig is, mag er een betalingstermijn van langer dan 60 dagen worden af-gesproken.” Voor betalingstermijnen tussen bedrijven en overheden is slechts één optie mogelijk. “Bij over-eenkomsten tussen bedrijven en overheden geldt dat binnen 30 dagen na de factuurdatum moet worden betaald. Van die termijn kan eigenlijk vrijwel niet afgeweken worden.”

Gröninger Cleaning Systems en Nil-fisk-Alto zijn een partnership voor de regio Groot-Rijnmond aangegaan. Met deze samenwerking beogen beide par-tijen een betere aansluiting op de be-hoeften van hun klanten in de indus-triële regio Groot-Rijnmond. Gröninger-directeur Berthold Schaap: “Omdat de wereld continu verandert en de professionele klantenkring zich eveneens in rap tempo ontwikkelt, is Gröninger voortdurend op zoek naar een optimaal en actueel aanbod van producten en diensten. Daarbij wor-den keuzes gemaakt gericht op de toe-komst en het bieden van meerwaarde voor onze klanten. Veel van onze re- gio nale relaties zijn al jarenlang trouwe klant en dat willen we natuurlijk graag zo houden. Daarom hebben we juist voor deze groep ons pakket aan pro-ducten en diensten weer eens scherp tegen het licht gehouden.” De samen-werking met Nilfisk-Alto is een van de gevolgen van deze evaluatie.

Deense ambassadeur beklinkt samenwerking Gröninger en Nilfisk-Alto

Schaap: “Van oudsher staat de naam Gröninger synoniem voor hogedruk-techniek en voeren we het merk Kär-cher. We hebben nu een bewuste keuze gemaakt voor Nilfisk-Alto, omdat hun assortiment ons productengamma per-fect versterkt en aanvult. Ook kunnen we onze klanten nu universele service en onderhoud aanbieden voor diverse merken. Daarvoor is veel belangstel-ling.” Met een bezoek van een delega-tie van de Deense ambassade aan de showroom van Gröninger, gaven beide partijen het officiële startsein van de samenwerking. Onder meer ambassa-deur Reimer Reinholdt Nielsen en Mi-nistre-Conseiller Claus Hofmann Frisch geven acte de présence. Frisch: “Denemarken heeft op vele terreinen en in vele sectoren een naam hoog te houden. Niet in het minst in reinigen. Immers, niet alleen voor Nilfisk maar ook voor een van de grootste schoon-maakbedrijven ter wereld is Denemar-ken de bakermat.”

TreinSchoon! krijgt gemiddeld cijfer van 7,81

Medewerkers van het schoonmaak- bedrijf TreinSchoon! zijn zeer positief over hun baan en werkgever. Trein-Schoon! kreeg als werkgever een ge-middeld cijfer van 7,81, blijkt uit cij-fers van het schoonmaakbedrijf zelf. Het bedrijf is in 2012 gezamenlijk op-gericht door CSU Cleaning Services en Succes Schoonmaak Volendam. Voor werktevredenheid werd door de trein-schoonmakers gemiddeld een 7,91 ge-geven. Opvallend in de huidige econo-

mische crisis is volgens de organisatie dat bijna de helft van de medewerkers (44 procent) aangeeft tevreden te zijn met de hoogte van hun salaris. “De cijfers staan in schril contrast met het beeld uit 2012 van ontevreden staken-de Nederlandse schoonmakers”, aldus Erwin Vos, woordvoerder namens TreinSchoon!. “Rondom Koninginne-dag resulteerde dit op Amsterdam CS in bergen afval waarbij ongedierte vrij spel had.” www.treinschoon.nl

(Advertentie)

04-07 Nieuws.indd 4 20-03-13 14:46

Page 5: Service Management

nieuws

5Service Management nummer 4 april 2013

Het congres Verantwoord Gebouw- onderhoud heeft op 16 mei voor de derde keer plaats tijdens de vakbeurs Glazenwassers & Gevelbehandelaars.Het congres is ontstaan om de groep gebouwbeheerders, facilitair mana-gers en verantwoordelijken binnen de VvE te informeren tijdens deze moei-lijke tijd van economische crisis. Niet eerder vond er voor deze doel-groep zo specifiek een congres plaats, vertelt organisator Diede Saarloos. “Nu is de tijd daar. Er is behoefte aan informatie in deze branche. Zeker in deze tijd. Tijdens de vakbeurs Glazen-wassers & Gevelbehandelaars infor-meren verschillende sprekers over de do’s en don’ts in deze tijd van crisis. Wie kies je bij een aanbesteding? En wat zijn de veiligheidsrisico’s?”

Programma Een uitgebreid programma is opge-steld om zoveel mogelijk te informe-ren. Om 11.30 vangt het programma aan met een luxe lunch voor alle deelnemers. Hier is al ruimte voor het eerste contact, vragen en netweken, waarna de verschillende sprekers aan-vangen met de onderwerpen veilig-heid, verantwoordelijkheid en aan-sprakelijkheid, efficiëntie, aanbeste-

Lage btw-tarief ook voor vloeren en gevels

Werkgeversorganisatie OSB meldt dat het tijdelijke lage btw-tarief ook voor re-novatie van vloeren en gevels gaat gel-den. In het woningmarktakkoord dat op 13 februari tot stand kwam, is afgespro-ken dat het btw-tarief wordt verlaagd op arbeidskosten bij renovatie en herstel van bestaande woningen. De btw gaat van 21 naar 6 procent. Het gaat hier om een tijdelijke maatregel, die ingaat per 1 maart en loopt tot 1 maart 2014. Ook bij het onderhouden, vernieuwen en herstellen van een gevel en het aanbren-gen, vernieuwen en onderhouden van vloeren die in bouwkundig opzicht on-derdeel (gaan) uitmaken van de wo-ning, mag tijdelijk het lage btw-tarief worden gerekend. www.osb.nl

Adverteerdersindex

3M Building & Commercial Services Division 31 Atir 19DEISS International 19Diversey 7Electrolux Professional 52Greenspeed diverseHeliview Conferences &Training bijsluiterISS Facility Services 2Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid 29Numatic International 25SVS Opleidingen 29Vakmedianet 40Van Houtum 51

Congres Verantwoord Gebouwonderhoud ‘onmisbaar’

den en best practice. Saarloos geeft aan dat er veel onduidelijkheid heerst over deze onderwerpen. “Gebouwon-derhoud brengt vaak al veel onvoor-ziene kosten met zich mee. Een be-zoekje aan het congres kan daarom al vele euro’s schelen. Je wordt hier ge-informeerd maar ook in contact ge-bracht met de juist mensen. Hier wordt tijdens het congres veel aan-dacht aan besteed. Het gaat erom dat dit congres iets oplevert voor de be-zoekers.” Dagvoorzitter Hans Simons opent het congres. Hij was namens de PvdA staatssecretaris van WVC. Daarnaast heeft Simons jaren gefun-geerd in de Rotterdamse gemeente-raad, waar hij verschillende functies heeft vervuld. Nu is hij onder meer voorzitter van OSB. Inschrijven kan via gebouwonderhoud.heliview.nl

Facilitair adviesbureau Méét komt met een prijsvechter op het gebied van de VSR-meting. “Met een heldere propo-sitie, de laagste prijs en een bewezen aanpak gaan we de markt op”, zegt ini-tiatiefnemer Vincent le Noble. Vanuit het principe meten is weten ontwik-kelden al meer dan een kwart eeuw ge-leden diverse facility management pro-fessionals het kwaliteitsmeetsysteem VSR. Inmiddels is dit uitgegroeid tot een volwassen markt waarin stichting, vereniging, opleidingscentrum en di-verse schoonmaakadviseurs en -make-laars, maar ook schoonmaakdienstver-leners en honderden zo niet duizenden schoonmaakprofessionals dagelijks be-zig zijn met het meten van schoon-maakkwaliteit. “Als specialist in het meten van facilitaire prestaties tonen we ons nu ook strijdbaar in deze VSR-

Méét komt met prijsvechter VSR-metingen

markt”, zegt Le Noble. “Met een hel-dere propositie, de laagste prijs en een bewezen aanpak, introduceren we dé VSR Concurrent.” Vanaf heden is het volgens Le Noble mogelijk om “werke-lijk objectief VSR-metingen door facili-taire professionals tegen de laagste prijs en binnen de gehele Benelux te laten uitvoeren. We leggen ons alleen toe op het meten en niet op advies-diensten. De eindgebruiker kan zich zo verzekeren van een objectief oordeel over de schoonmaakkwaliteit.”www.vsrconcurrent.nl

04-07 Nieuws.indd 5 20-03-13 14:46

Page 6: Service Management

nieuws

6 Service Management nummer 4 april 2013

G e z i e n o pwww.servicemanagement.nl

Positieve omzetontwikkeling schoonmaakbranche in 2012

Cleanfix Benelux en Forbo organiseren Topshield2-seminar

Ruiten-Troef genomineerd voor Sterkste Schakel

De Normaalste Zaak vindt in Hago Next nieuwe partner

Facilicom introduceert site met facilitair specialisten

Ruthmann kondigt nieuw type hoogwerker aan

Diversey organiseert symposium over infectiepreventie

Keus uit Apeldoorn krijgt deurbord OSB-keurmerk

Kennisdag Cleanfix en Rovac over eenvoudig schoonmaken

Leiding van commissie Deskundigen Aanbestedingswet bekend

Uzin wint derde prijs bij bedrijvencompetitie innovatiemanagement

Asito en ROC Twente slaan handen ineen

(Advertentie)

De nieuwe aanbestedingswet is 1 april in werking getreden. Volgens OSB krij-gen ondernemers dan een nieuwe, eer-lijker kans overheidsopdrachten bin-nen te halen. Dankzij de nieuwe aan- bestedingswet maken ondernemers een eerlijke kans op overheidsopdrachten, tegen een faire inspanning. “Onderne-mingsorganisaties, waaronder OSB, hebben zich de laatste jaren hard ge-maakt voor deze rechtvaardiger wet. Hierdoor kunnen opdrachten sinds 1 april niet meer nodeloos groot ge-maakt worden. Ook mogen er geen onredelijke omzeteisen meer worden gesteld. In de bij de wet behorende Gids Pro-portionaliteit staan duidelijke regels voor aanbestedende dien-sten met betrekking tot normen voor eisen die zij mogen stellen aan bedrijven

OSB wijst op mogelijkheden nieuwe aanbestedingswet

die meedingen naar opdrachten. Bij-voorbeeld ten aanzien van relevante ervaring en grootte van het bedrijf.” Verder voorziet de nieuwe aanbeste-dingswet in de wens tot minder papier-werk voor ondernemers. “Administra-tieve processen worden efficiënter ingericht. Vooral het midden- en klein-bedrijf - dat nu in veel gevallen minder goede toegang heeft tot opdrachten - profiteert van de nieuwe regels.” In de wet is de verplichting opgenomen over-heidsopdrachten via TenderNed aan te kondigen. Een aanbestedende dienst is

daarnaast verplicht te gunnen op Economisch Meest

Voordelige Inschrijving. Aanbesteden op laagste

prijs mag alleen als een aanbestedende dienst in de aanbeste-

dingsstukken motiveert waarom. www.osb.nl

Top & Top Schoonmaak en Onderhoud 12,5 jaar

Top & Top Schoonmaak en Onder-houd bestaat 12,5 jaar. De kracht van het bedrijf van vader en zoon Top? “Meegaan met de tijd. Ons bedrijf is altijd in beweging.” Michael Top startte het bedrijf als 14-jarige. Met het schoonmaken van toetsenborden van computers stuitte hij op een gat in de markt. Vader Damian Top Boy-le, als manager al werkzaam in de

schoonmaakbranche, besloot het be-drijf tien jaar geleden te versterken. Inmiddels is de onderneming uitge-groeid tot een schoonmaakbedrijf met 25 mensen in dienst. Michael Top: “We richten ons voornamelijk op het schoonmaken van bedrijfsge-bouwen: van notariskantoren en apo-theken tot leegstaande fabriekshal-len.” www.topentop.nl

De commissie achter de code verant-woordelijk marktgedrag schoonmaak- en glazenwasserbranche, gaat actief or-ganisaties benaderen die de code heb- ben ondertekend maar onvoldoende of slecht naleven, aanspreken en shamen. “De belangrijkste drive hiervoor komt uit de sector zelf”, zegt Kees Blokland, voorzitter van de commissie code ver-antwoordelijk marktgedrag schoon-maak- en glazenwasserbranche. “Fout gedrag wordt niet meer getolereerd.” Met de uitreiking van de bad en best practice award begin dit jaar, gaf de commissie naar eigen zeggen al een duidelijk signaal af. “We gaan het ko-

Codecommissie gaat aanspreken en shamen

mende jaar bedrijven die de code heb-ben ondertekend, maar zich niet aan de spelregels houden, actief benaderen en ondersteuning aanbieden. Wanneer men zich na advisering en aanspreken nog niet aan de regels houdt, vermel-den we dat in elk geval op onze web-site. Zo kan men in de sector zien wie de code moedwillig negeert. Daarnaast blijven we ook alert op het vinden van best practices. Goed voorbeeld doet im-mers goed volgen. Een jury gaat poten-tiële kandidaten voor best en bad prac-tice volgen en op de geformuleerde criteria toetsen.” www.codeverant-woordelijkmarktgedrag.nl

04-07 Nieuws.indd 6 20-03-13 14:46

Page 7: Service Management

nieuws

Gaat ú het verschil op de vloer maken?Diversey biedt volledige ondersteuning, producten en materialen om uw dienstverlening te laten slagen. Van opleiding vooraf tot ondersteuning op locatie met de juiste systemen en methodes om de verwachting van uw klanten te overtreffen!

Maak het verschil met de vloerenactie van Diversey.

www.diversey.comInformeer bij uw accountmanager of official dealer van Diversey!

Glazenwassers moeten particulieren in de toekomst de mogelijkheid geven giraal te betalen. Dat is een van de belangrijkste, voorlopige eisen in het Glazenwassersregister dat NEN op dit moment ontwikkelt. In april wil NEN het landelijk glazenwassersre-gister presenteren. Met het register wil de werkgroep de strijd aanbinden met malafide bedrijven in het parti-culiere glazenwasserssegment. Een werkgroep, bestaande uit onder meer vertegenwoordigers van OSB, SieV!, Hoofdbedrijfschap Ambachten (HBA) en natuurlijk NEN zelf, heeft zich tijdens de eerste bijeenkomsten gebogen over de precieze invulling en de definities van het register.NEN werkt de bevindingen en aan-bevelingen van de werkgroep op dit moment uit in een NTA: een Neder-lands Technische Afspraak. Deze NTA fungeert als de basis van het glazenwassersregister en bevat een eenduidig toetsingskader waarin toetsingscriteria, toetsingswijzen en de procedure van klachtenafhande-ling staan vermeld.

Glazenwassersregister verplicht mogelijkheid giraal betalen

Gevoeligheid In de voorlopige versie van de NTA voor het glazenwassersregister staan een aantal zaken centraal. Belangrijk-ste eis is het aanbieden van de moge-lijkheid tot giraal betalen of mobiel pinnen aan consumenten. De maatre-gel moet de gevoeligheid van de sector voor zwarte betalingen indammen. In lijn met diezelfde doelstelling is de volgende eis in het NTA: glazenwas-sersbedrijven moeten zich voortaan inschrijven bij de Kamer van Koop-handel en hun Kvk-nummer en BTW-nummer communiceren met de con-sument. Daarnaast staat onder meer

de vrijheid van de consument met be-trekking tot het kiezen van een glazen-wasser centraal. Glazenwassersbedrij-ven moeten daarin de keuze van de consument respecteren. Om de con-sument verder te beschermen moeten bedrijven een aansprakelijkheidsverze-kering afsluiten met een dekking van minimaal één miljoen euro. Tot slot mogen illegale personen geen werk-zaamheden verrichten voor het gla-zenwassersbedrijf. Bij een overtreding van een van de eisen volgt een waar-schuwing. Een tweede overtreding heeft royering uit het glazenwassers-register tot gevolg. www.nen.nl

04-07 Nieuws.indd 7 20-03-13 14:46

Page 8: Service Management

8 Service Management nummer 4 april 2013

SchoonGroep Nederland gaat ‘los’SchoonGroep Nederland heeft zijn eerste landelijke opdracht binnenge-haald. Met de schoonmaak van alle tankstations van Tango zet de samen-werking van middelgrote Nederlandse schoonmaakbedrijven een verdere stap naar een landelijk verspreidingsgebied. Fokko EbbEns

“De SchoonGroep gaat nu los.” Rob Burgmeijer zegt het met een knipoog.

Maar de woorden van de operationeel manager van SchoonGroep Nederland komen niet uit de lucht vallen. Het sa-menwerkingsverband van regionale schoonmaakbedrijven heeft een lande-lijk contract gescoord. Het schoonma-ken van alle tankstations van Tango is de komende drie jaar de verantwoorde-lijkheid van het ambitieuze genootschap.Burgmeijer: “Eén van onze leden, Fris & Rein Schoonmaakdiensten uit Schie-dam, heeft een jaar of drie geleden al meegedaan aan een tender van Tango. Ze presenteerden een mooie offerte. Maar gunning bleef uit, omdat landelij-ke dekking ontbrak. Dat is voor Fris & Rein mede aanleiding geweest zich aan te sluiten bij de SchoonGroep. Nu kwam Tango opnieuw met een tender. Dankzij de goede ervaringen met Fris & Rein én de ervaringen die SchoonGroep inmid-dels heeft opgedaan, heeft Tango ons de offerte voor het hele land gegund.”

VersterkenSchoonGroep Nederland bestaat sinds 2008. Uitgangspunt van de samenwer-king was in eerste instantie elkaar te ver-

sterken. Enkele leden bestierden middels onderlinge afspraken al enkele landelijke accounts, maar de overeenkomst met Tango is de eerste, vanuit SchoonGroep Nederland gecoördineerde, landelijke opdrachtgever. Burgmeijer heeft een lo-gische verklaring voor het feit dat de eer-ste landelijke opdracht op zich liet wach-ten. “Als organisatie hebben we eigenlijk tot halverwege 2012 nodig gehad om met elkaar de randvoorwaarden en ka-ders te scheppen. Denk aan het inrich-ten van de administratie, certificering voor ISO 9001:2008. Bovendien: we be-gonnen met drie leden, dus op dat mo-ment was er nog helemaal geen sprake

van landelijke dekking. Tot slot waren opdrachtgevers wat behoudend om als eerste landelijke opdrachtgever met ons in zee te gaan. Daarom zijn we blij dat Tango dit als eerste aandurft.”Tango is waarschijnlijk niet de laatste landelijke opdrachtgever. Burgmeijer geeft aan dat er een aantal ‘interessante prospects’ spelen. SchoonGroep Neder-

land zegt klaar te zijn voor de volgende stap. “Sinds 1 februari hebben wij onze eerste salesmanager in dienst genomen. Hij heeft de opdracht landelijke ac-counts te beheren. We gaan actief de markt op.”

MogelijkhedenHeel stiekem nestelde de SchoonGroep zich vorige maand als geheel al in de top tien van het marktoverzicht van Service Management. Natuurlijk, het betreft hier een samenwerkingsverband van ne-gentien schoonmaakbedrijven, verspreid over heel Nederland. Maar de 2950 me-dewerkers die de SchoonGroep verte-

genwoordigt, tekenen de mogelijkheden van de samenwerking.Negen van de negentien leden zetten zich nu in voor Tango. De onderlinge verdeling van de tankstations is gemaakt op basis van praktische en economische factoren. Daar hebben alle partijen dui-delijke afspraken over gemaakt. Want iedereen beseft dat landelijk succes van de SchoonGroep uiteindelijk op iedereen afstraalt, stelt Burgmeijer. “Maak je vooraf geen duidelijke afspraken, dan krijg je rumoer in de tent. Maar het mooie van deze groep is het feit dat ie-dereen flexibel genoeg is om dit soort opdrachten in te vullen. Deze deelne-mers zitten als collega’s bij elkaar, niet als concurrenten.” «

Landelijk contract

contracten

‘Maak je vooraf geen duidelijke afspraken, dan krijg je rumoer in de tent’

Digitaal » www.schoongroepnederland.nl » www.tango.nl

08 Schoongroep.indd 8 20-03-13 14:49

Page 9: Service Management

9Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

Innovatie: opeenstapeling van ideeënEchte innovaties ontstaan niet zomaar uit het niets, zeggen Laurens Met-ternich, productmanager bij Spectro, producent van private label reini-gingsmiddelen, en Mike van Bekkum, directeur bij UniMop, leverancier van producten voor de schoonmaakbranche. Ronald BRuins

Beide leden van de werkgroep van ISSA Benelux zijn overtuigd van de rol van de klant en eindgebrui-

ker bij innovatie. “Zonder hen begin je weinig.” Innovatie begint bij een opeen-stapeling van ideeën, zegt Van Bekkum. “Steeds vaker zien we dat niet alleen fa-brieken met hun afdeling Research & Development een baanbrekende innova-tie in gang zetten, maar ook ons netwerk - klanten en eindverbruikers - een grote rol spelen in het op gang brengen van een innovatie.” Metternich sluit daarop aan. “Innovatie in ons bedrijf begint door goed na te denken welke uitdagin-gen een eindklant heeft. Wij verkopen onze producten uitsluitend via distribu-teurs. Maar ik vind het altijd heel nuttig om regelmatig te kijken bij eindgebrui-kers van onze producten. Wat leeft er bij hen? Welke uitdagingen hebben ze? Wat doet men verkeerd? Of: waarom gebrui-ken ze producten van een concurrent?”

SuccesvolOok UniMop maakt gebruik van zijn netwerk. Van Bekkum: “We spreken vaak van vernieuwingen bij onze be-staande producten. Deze ontstaan door nauwe samenwerking in ons netwerk.

Door het delen van de kennis en erva-ring van klanten en eindgebruikers, ont-staan ideeën. En die ideeën brengen weer innovaties voort. Voor ons is de communicatie tussen gebruiker en fabri-kant dan ook essentieel om tot een suc-cesvolle innovatie te komen. Vaak hou-den we ook een testperiode aan om te bepalen of een vernieuwing succesvol is. Die testperiode leidt veelal weer tot vra-gen waardoor we weer een vervolg aan de vernieuwing kunnen geven. En zo is innoveren een continu proces.”Innoveren is niet altijd even gemakkelijk, beschouwt Metternich. “Reinigingsmid-delen moeten voldoen aan strikte wetge-vingen en dat maakt het niet eenvoudig om te innoveren.” Volgens hem is blind staren op een uitdaging of probleem van één klant de grootste valkuil bij innova-tie. “Het is cruciaal om dezelfde soort is-sues bij meerdere klanten te herkennen.” Innovatie in productontwikkeling is slechts een eerste fase, zegt de product-manager. “Daarna is het belangrijk om marketing en public relations goed op orde te hebben. Zo kan je innovatie ook echt goed worden uitgelegd. De kracht zit daarbij in herhaling.” Ondanks die mar-keting, duurt het volgens Metternich lang voordat een innovatie succesvol is. “De schoonmaakbranche is een redelijk conservatieve branche. Maar dat moet ons er niet van weerhouden lef te tonen. We moeten niet bang zijn om af en toe wat te proberen.”

VoorbeeldenBeide mannen komen tot slot met voorbeelden van geslaagde innovatie uit eigen stal. Van Bekkum noemt de me-taaldetecteerbare producten (foto bo-ven). “Deze zijn tot stand gekomen omdat er vanuit de voedselverwerkende

industrie grote vraag ont-stond naar meer veilig-heid en zekerheid tijdens het schoonmaakproces. Voedingsmiddelenfabri-kanten worden snel aangeklaagd als iets mis gaat binnen hun gehele proces. Hoe meer zekerheden geboden kunnen worden, hoe beter.” Metternich noemt als eerste het Ecodosconcept (foto linksonder). “We hebben hierbij de be-hoefte aan ecologische producten ge-koppeld aan supergeconcentreerde rei-nigingsmiddelen en een doseersysteem.” Twee is een poederdo-seerfles. Metternich: “Poederproducten konden voorheen nooit gedoseerd wor-den. In samenwerking met onze ver-pakkingsleverancier hebben we een do-seerfles ontwikkeld speciaal voor poederreinigingsproducten.” «

UniMop en Spectro

“ streamer streamer streamer streamer streamer streamer streamer streamer”

“ streamer streamer streamer streamer streamer streamer streamer streamer”

Kaderkopkadertekst

Digitaal » europe.issa.com » www.spectro.nl » www.unimop.com

(Advertentie)

09_Fabrikanten.indd 9 20-03-13 14:49

Page 10: Service Management

10 Service Management nummer 4 april 2013

De 6 meest aan-sprekende innovaties

Michel de Bruin hamert als directeur van MGS Greenspeed, bestuurslid ISSA Europe en voorzitter van ISSA Benelux op innovatie. Nieuwe manie­ren van werken halen volgens hem lang niet altijd de werkvloer. Tot spijt van de achterban van ISSA, fabrikanten en leveranciers van materialen en middelen. Daarom stellen we hem de volgende vraag: wat zijn de meest aansprekende innovaties van de afgelopen tijd? Ronald BRuins

“Dé eindgebruiker in de schoonmaakbranche komt eigenlijk voort uit

twee groepen: de schoonmaakbedrijven en eigen schoomaakdiensten”, begint De Bruin. “Vaak zijn het zeer enthou­siaste mensen met veel belangsteling voor nieuwe producten. Zij doen enorm hun best om voor opdrachtge­vers objecten zo schoon mogelijk te krijgen. En dat doen ze ook nog eens in een markt die kostentechnisch sterk onder druk staat. Innovatie moet er dan ook op gericht zijn die schoonma­ker in zijn kracht te verstevigen. Hoe kan hij beter, moderner en doelgerich­ter zijn werk doen? Dat wordt soms verward met fabrikanten en leveran­ciers die hun nieuwste producten er commercieel doorheen willen drukken. Daar hoort het niet om te gaan, zéker niet omdat er dan draagvlak voor ge­bruik ontbreekt bij de schoonmaker en het schoonmaakbedrijf.” Dat gezegd hebbende, ziet De Bruin dat het ontbreken van geld vaak als excuus wordt gebruikt om niet te innoveren.

“Innovatie hoeft geen geld te kosten. Sterker nog: innovaties kunnen geld opleveren, bijvoorbeeld als je de logis­tiek of de voorraden van je schoon­maakmiddelen en ­materialen slimmer oppakt.” Het slaan van die brug naar concrete voordelen in de praktijk, kost nog moeite, constateert De Bruin. “Daar moeten we als fabrikanten en le­veranciers nog een slag in slaan. Dat vergt ook dichter tegen de werkvloer aanzitten. Daar ontstaat de chemie tus­sen fabrikant, leverancier en schoon­maakbedrijf. En uiteindelijk dus ook acceptatie.”

1. Microvezel: baanbrekendOp het lijstje van De Bruin staat op één natuurlijk microvezel. Hoe kan het ook anders… “Dat ligt misschien voor de hand, maar het is ook de grootste innovatie die we de afgelopen decennia in de schoonmaak hebben gezien. Baanbrekend. Het is een verbetering van een heel schoonmaaksysteem en dat maak je niet vaak mee. Het bijzon­dere is dat de acceptatie van microve­

zeldoeken is begonnen bij de werkvloer. Daar werden schoonmakers enthousi­ast en zagen ze voordeel in sneller en hygiënischer werken, alhoewel de ac­ceptatie langzaam verliep.Het zijn de schoonmakers die uiteinde­lijk hun managers, directeuren en in­kopers hebben overtuigd dat dit een zinnige innovatie is.”

2. Hand- en toilethygiëne: bijzondere internet- toepassingen

De Bruin noemt als tweede hand­ en toilethygiëne. “Denk aan dispensers, luchtverfrissers en handdrogers. De op afstand elektronisch te controleren vul­lingen vind ik bijzonder. Dat is een echte productverbetering.” CWS kwam bijvoorbeeld met de Washroom Infor­mation Service. Daarbij heeft de ver­antwoordelijke voor het sanitair een duidelijk overzicht van de status van de automaten. Dit systeem geeft aan wan­neer de automaat bijgevuld moet wor­

Voorzitter ISSA Benelux kiest

thema innovatie

In het kort... » Beter, moderner en doelgerichter het werk doen » Draagvlak bij schoonmaker en schoonmaakbedrijf » Brug slaan naar voordelen in praktijk » Dichter tegen de werkvloer aan zitten » Vooral kwestie van innovaties geaccepteerd krijgen

10-11 MicheldeBruininnovaties.indd 10 20-03-13 14:50

Page 11: Service Management

11Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

den. Toiletleverancier Bloe zegt met haar toiletten water te besparen.“Bovendien worden via het internet ook het aantal toiletspoelingen geme­ten.” Dergelijke innovaties worden door ICT’ers benoemd als the internet of things. Kortom: apparaten in kan­toor en thuis aan internet gekoppeld om nieuwe functionaliteiten mogelijk te maken. In dit geval is dat het uitle­zen van de gebruiksgegevens van een automaat of zelfs van een toilet.

3. Doseersystemen: weg met overgebruik!

Het overgebruik van schoonmaakmid­delen is eigenlijk doodzonde. Niet al­leen voor het milieu, maar ook voor de portemonnee. “Daardoor zie je steeds vaker nieuwe vormen van doseren op­komen”, zegt De Bruin. “De juiste hoe­veelheid voor jouw klus. Dat is de uit­daging.” Voorbeelden zijn er volop. Onder andere Dr. Weigert, Diversey en Alpheios kwamen met supermoderne doseersystemen en gemakkelijk te ge­bruiken sproeiflacons. Extra bijzonder is de aandacht voor milieu, constateert De Bruin. “Er is een enorme positieve slag gemaakt met het produceren van ecologische reinigingsmiddelen.In combinatie met gerichter gebruik is dit één van de grote trends.” Interes­sante ontwikkelingen op dit vlak zijn volgens De Bruin het chemieloos strip­pen, dat onder andere door Wecoline en 3M wordt gepromoot. De Bruin: “De wereld en zéker de schoonmaak­branche gaan naar eco toe.”

4. De zitschrob- of veegmachine: sneller en langer werken

Ook in machines ziet De Bruin veel in­novaties. Hij noemt meteen de ride on schrob­ en veegmachines. “Meeloop­machines waren veel zwaarder om mee te werken, zeker bij het vegen of schrobben van grote oppervlaktes. Zit­schrobmachines zijn niet alleen sneller; je kunt er ook langer mee werken.” Hij

wijst daarnaast op het lage geluidsni­veau dat fabrikanten hebben weten te bereiken. “Tegenwoordig zijn de ma­chines goed uit te lezen, waardoor je precies en soms zelfs via internet, kunt zien hoe lang ze meegaan.”

5. Diamant pads: mechanisch schoon

De diamant vloerpads zijn voorzien van miljarden microscopisch kleine diaman­ten. De vloer wordt zonder chemicaliën mechanisch schoonge­maakt en ge­polijst. Het sys­teem werkt met verschillende kleuren in een stappen­plan, waarbij elke kleur een eigen toe­passing kent. De Bruin: “De grote voordelen van het gebruik zijn het ver­korten van de schoonmaaktijd, het niet hoeven gebruiken van chemische middelen en een lange levensduur.”

6. Schoonmaakrobots: introductie van een nieuw tijdperk

De robot doet zijn intrede. Daar is De Bruin vast van overtuigd. “Nu worden her en der wat proefballonnetjes opge­laten, maar ik denk dat er op een gege­ven moment een doorbraak komt. De top van de machinefabrikanten is hier al mee bezig. Er komt een nieuw tijd­perk aan van robotmachines. Bijvoor­beeld in een grote hal kan een voorge­programmeerde robot prima zijn werk doen. Waarom niet?”

De website Robots.nu maakt melding van een schoonmaakrobot die bijna elke ondergrond schoonmaakt, inclu­sief de vloer in een badkamer.Daarnaast zijn er dweil­, stofzuig­, zwembad­ en boenrobots. Voor de pro­

fessionele markt heeft Intellibot onder andere de Hydrobot op de markt ge­bracht. Die is volgens de fabrikant met zijn 360­gradensensoren geheel auto­noom. “Per werkperiode van acht uur verbruikt hij 85 procent minder water en reinigingsmiddelen dan een schoon­maker. Hij genereert gedetailleerde rap­porten om zijn prestaties te kunnen monitoren. Via een touchscreen met iconen is hij eenvoudig te programme­ren en in te stellen.”

Tot slotDe Bruin zegt zelf nog te wachten op een rolveger die tussen de huidige rolve­ger en de stofzuiger in zit.“Daar zie ik heel veel voordelen in. Waarom zou je in een pand van acht etages een dure stofzuiger neer moeten zetten? Kunnen we het niet af met een beter doorontwikkelde borstelzuiger? Het vuil is immers al in grote mate door de ­ ook sterk doorontwikkelde ­ schoonloopmatten opgenomen en de rest wordt door het lopen op die etages in kleine onderdelen verspreid. Die kun je zo met de rolveger opnemen.”

Er vallen volgens De Bruin nog stappen te zetten, maar kom bij hem niet aan met het verhaal dat fabrikanten en le­veranciers niet innoveren. De innova­ties zijn er, het is vooral een kwestie van deze geaccepteerd krijgen. «

Innovatie moet er dan ook op gericht zijn die schoonmaker in zijn kracht te verstevigen

Innovatie hoeft geen geld te kosten. Sterker nog: innovaties kunnen geld opleveren

Digitaal » www.greenspeed.eu » europe.issa.com » www.robots.nu » Op Twitter: @Mdbgreenspeed nl.linkedin.com/in/micheldebruin-greenspeed

10-11 MicheldeBruininnovaties.indd 11 20-03-13 14:50

Page 12: Service Management

12 Service Management nummer 4 april 2013

Lab als bakermat voor optimalisatie

Americol onderscheidt zich van andere reinigingsproducenten middels een eigen innovatielaboratorium. Het lab is de geboorteplaats van talloze nieuwe producten. “Je gaat een bepaald traject in. En de weg daar naartoe is altijd anders.” Fokko EbbEns

Talloze nieuwe of aangepaste producten heeft René Doornink voorgezet aan de opdrachtgevers van Americol. Dagen, weken, soms maanden werkte de tech-nisch directeur van de producent en ontwikkelaar van reinigingsmiddelen in het laboratorium aan zijn nieuwe producten. Maar de eerste reactie van de eindgebruiker is vrijwel altijd ge-stoeld op enkele zintuiglijke waarne-mingen. “Geurtje en kleurtje, daar draait het in eerste instantie om”, zegt Doornink met een glimlach. “Hadden we maanden gewerkt aan een nieuwe handreiniger, werd het monster open-gedraaid, hoorden we vervolgens alleen dat geur en kleur goed was. Super… Mensen zijn erg visueel ingesteld.” Americol-directeur Menno Trapman zegt over het testgedrag van zijn klan-ten: “We hebben hier mensen gehad die met schone kantoorhandjes een handreiniger kwamen testen. Super zeep, zeiden ze dan. Toen hebben we maar gezegd dat de jongens op de werk-vloer het product beter konden testen. Handen vies maken én dan kijken hoe goed de zeep fungeert.” Laborant voor het levenHet zijn de ietwat komische voorbeel-den van een bedrijf dat veel waarde hecht aan het innoverende vermogen van haar eigen laboratorium. Ooit was Doornink de enige laborant van Ameri-col. Dat was 37 jaar geleden. Toen het lab ook al een belangrijke rol vertegen-woordigde voor de totale onderneming.

Maar de wijze waarop de functie van het lab zich de laatste jaren heeft ont-wikkeld, heeft ook Doornink verbaasd. Als technisch directeur staat hij nu aan het hoofd van een team van drie labo-ranten. Daarmee vormt het lab een es-sentieel onderdeel van Americol. “Onze organisatie is met circa 35 per-soneelsleden relatief klein”, vertelt Trapman. “Zeven mensen zijn verant-woordelijk voor het kantoor, 25 werk-nemers zijn actief in het productiepro-ces en daarnaast hebben we dus drie laboranten. Het zwaartepunt ligt dus op de productie en het lab. Daar ver-dienen wij ons geld mee. Wij produce-ren cosmetische en technische reini-gings- en onderhoudsproducten. Liefst 75 procent van de producten die wij ontwikkelen en produceren is private

label, 25 procent brengen we uit onder onze eigen merknaam. Vooral in Oost-Europa zijn we sterk met ons eigen merk. Andere afzetmarkten in Europe bedienen we met ons private label, vooral omdat we niet willen concurre-ren met onze klanten.” Kosteloze dienstverleningHet laboratorium onderscheidt Ameri-col van andere producenten. Een be-wuste keuze, vervolgt Trapman. “Wij hebben de laatste jaren gezien dat klan-ten ervoor kiezen de productie bij ons onder te brengen, vanwege de kosteloze dienstverlening die wij met ons lab bie-den. Dat promoten we ook. Dat is na-melijk hetgeen ons onderscheidt in de markt. En het merendeel van onze klanten wil nu eenmaal niet alle regel-

Reinigingsproducent Americol

thema innovatie

Het lab is de geboorteplaats van talloze nieuwe producten.

12- 14 Americol.indd 12 20-03-13 14:51

Page 13: Service Management

13Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

»

geving doorspitten die van toepassing is op een nieuw product. Dat nemen wij hen graag uit handen.” De laboranten van de onderneming houden zich grofweg bezig op drie ter-reinen: de kwaliteitscontrole en het be-heer van alle producten die Americol produceert, productontwikkeling en optimalisatie én tot slot registratie en

wet- en regelgeving. De start van een innovatie- of optimalisatieproces is het gevolg van de behoeften van de klant, instanties óf Americol zelf. Trapman: “Het kan zijn dat een klant vanuit commercieel oogpunt aangeeft dat het een product in het assortiment mist. Of dat de betreffende klant op zoek is naar een milieu- of gebruiksvriendelij-kere variant van een bestaand product. Daarnaast is het mogelijk dat ver-nieuwde wet- en regelgeving om aan-passing van een product vraagt. En in-novatie kan ook uit het lab zelf komen

op het moment dat ze tegen een ont-wikkeling aanlopen, waar ze iets mee denken te kunnen. Het is een continu proces.” Vooral de aangepaste wet- en regelge-ving resulteert in breed draagvlak voor productverbetering. Een duidelijke trend, stelt Doornink. De technisch di-recteur wijst op de vuurwerkramp in

Enschede als het keerpunt. “De Com-missie Oosting heeft uiteindelijk ge-constateerd dat de slager zijn eigen vlees keurde. Daarna volgden de bran-den in Het Hemeltje in Volendam en Chemie-Pack in Moerdijk. De veilig-heid van producten en de veiligheid van het productieproces worden sinds-dien strenger gehandhaafd. Er wordt nu onder meer gehamerd op het infor-meren van de eindgebruiker. Dat vraagt om een aanpassing van de etikettering die je als producent moet verstrekken. Dat doen wij nu in 28 talen…”

Producenten dienen de eindgebruiker te beschermen, onder meer door het gebruik van schadelijke stoffen te ver-mijden. En de wetenschap leert nu een-maal nog iedere dag over de bijwerkin-gen van chemische samenstellingen. Schakelen op de behoeften van de markt is dus af en toe een vereiste. Doornink: “Denk aan het organisch psychosyndroom door solventen, ofwel de schildersziekte. Pas na vele jaren kon men vaststellen dat de gezondheidspro-blemen een gevolg waren van langdurig contact met bepaalde oplosmiddelen. In zo’n geval is het aan ons om naar alternatieven te zoeken.”

PuzzelstukjesInnoveren is een onzeker proces. De la-boranten van Americol balanceren vrij-wel continu op de grens van het onbe-kende. Trapman: “Komt een klant met een ontwikkelingsverzoek, dan kunnen we daar meestal wel een verwachtings-termijn aan hangen. Natuurlijk maak je iets nieuws. Je gaat een bepaald traject in. En de weg daar naartoe is altijd an-ders. Het kan zijn dat we binnen twee weken aangeven dat we het gevraagde product hebben, dat alle puzzelstukjes in elkaar vielen. Maar het kan ook zo zijn dat we na zes weken moeten zeggen dat het zweet ons op de rug staat en we meer tijd nodig hebben. Maar door de ervaring en kennis die we inmiddels be-zitten, kunnen we wel enigszins in-schatten hoe lang we nodig hebben en of het überhaupt mogelijk is.” Belangrijk voor de start van een innova-tietraject is de rol van de opdrachtgever. Americol beschikt bewust niet over een marketing- of verkoopafdeling die nieu-we producten wegzet in de markt. Dat laat Americol over aan de klant waar het bedrijf een private-labellijn voor ontwikkelt. “Iedereen denkt tegenwoor-dig een product te kunnen vermark-ten”, vertelt Trapman. “Maar dat is niet zo eenvoudig. Eén van onze krachten is dat wij openstaan voor alle aanbevelin-gen en suggesties. Maar wij moeten de kosten en baten wel goed afwegen, ze-ker omdat ons innovatie laboratorium een kosteloze dienstverlening is. Daar-om zoeken wij een betrouwbare partij, die het product goed kan vermarkten. Onze huidige klantenkring is daartoe in staat. Verzoeken tot innovatie of opti-malisatie moeten daarnaast passen in

‘Producten waar je hier je auto nog niet mee wast, noemen ze in Oost-Europa een ‘milde’ reiniger’

In het kort... » 1e reactie eindgebruiker gestoeld op zintuigen » Cosmetische en technische reinigings- en onderhoudsproducten » 75 procent private label, 25 procent eigen merknaam » Veiligheid producten en productie strenger gehandhaafd » Innovatie: balanceren op de grens van onbekend

De laboranten van Americol balanceren continu op de grens van het onbekende.

12- 14 Americol.indd 13 20-03-13 14:51

Page 14: Service Management

14 Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

ons productieproces en ons assortiment grondstoffen. Het is helemaal niet erg een nieuwe grondstof aan dat geheel toe te voegen. Maar dat kunnen we niet doen voor een uiteindelijke productie van pakweg honderd liter per jaar. Re-search en development is een kosteloze dienstverlening, wel met de afspraak dat wij vervolgens de productie kunnen verzorgen. Dát is ons verdienmodel.”

Grenzen opzoekenDat Americol haar producten in Oost-Europa wél onder haar eigen naam ver-koopt, heeft te maken met het feit dat het bedrijf in die landen met een rela-tief laag marketingbudget nog succes-vol kan zijn. Oost-Europa is bovendien in meer opzichten een weinig alledaag-se afzetmarkt voor Americol. “De ver-vuiling is heftiger”, legt Trapman uit. “De reinigingsintervallen zijn groter. En producten waar je hier je auto nog niet mee wast, noemen ze daar een ‘milde’ reiniger. Neemt niet weg dat de

Digitaal » www.americol.nl » www.rijksoverheid.nl/documenten-en-publicaties/rapporten/2007/10/08/rap-port-commissie-oosting-van-specifiek-naar-generiek.html

» nl.linkedin.com/pub/rené-door-nink/14/89/487

» nl.linkedin.com/in/mennotrapman » Op Twitter: @Americol1879

‘We hebben hier mensen gehad die met schone kantoorhandjes een handreiniger kwamen testen’

(Advertentie)EU-wetgeving ook op die landen van toepassing is. Dus daar dienen we ons aan te houden. Daar discussiëren we wel eens over met Oost-Europese klan-ten. Dan wijzen ze op bijvoorbeeld een concurrerende reinigingsproducent uit Polen die de grenzen opzoekt en er overheen gaat. Maar dat risico willen en kunnen wij niet nemen.” De laatste anderhalf jaar rolden circa 75 nieuwe producten uit het laborato-rium van Americol. Een ongekend groot aantal, beseffen Trapman en Doornink. “Want er zaten ook jaren bij dat we vier of vijf innovaties hebben ontwikkeld.” Het tekent de grilligheid van het innovatieproces. Trapman: “Het optimaliseren van producten loopt altijd wel door, maar het aantal nieuwe producten is gigantisch ge-weest. Dat heeft ook te maken met ons commercieel succes. Onze organisatie is sinds 1994 verviervoudigd. We heb-ben er een aantal grote accounts bij ge-

kregen. Op dit moment beschikken we over ongeveer 450 actieve klanten, dat geeft ons meer dan voldoende werk.”

Meer dan kleurtje en geurtjeHet innovatielaboratorium heeft een grote rol gespeeld in dat groeiproces. Niets mooier dan tevredenheid bij klan-ten realiseren middels een innovatief product. Geurtje en kleurtje zijn mis-schien in eerste instantie belangrijk, uit-eindelijk telt alleen de kwaliteit van het product. Doornink: “In het lab kunnen we nieuwe producten testen en vervol-gens opschalen naar de praktijk. Maar vervolgens willen we niet via een mailtje horen of iets werkt of niet. Dat zien en ervaren we graag zelf. Daarom maken we gebruik van testen op locatie in het bijzijn van de klant.” Alle ontwikkelde producten vervullen Doornink en Trapman met trots. “We hebben een aantal handreinigers ont-wikkeld die zijn uitgegroeid tot een refe-rentie in de markt”, verklaart Trapman. “Ook in de petrochemie, het facilitair onderhoud en de vloerreiniging hebben we een aantal unieke producten ontwik-keld. Dat vergt het nodige spitwerk. Daarin tonen wij onze expertise. Want een afwasmiddeltje- of reiniger ontwik-kelen kan iedereen.” «

Trapman: “Onze organisatie is sinds 1994 verviervoudigd.”

thema innovatie

12- 14 Americol.indd 14 20-03-13 14:51

Page 15: Service Management

15Service Management nummer 4 april 2013

Hoezo geen innovatie?

Hoe lastig is het voor een schoonmaak-bedrijf om te innoveren? Kan dat eigen-lijk wel? Het blijft tenslotte mensen-werk. Die vragen worden me wel eens gesteld. Ik ben dan een beetje pissed off. De vraagstelling draagt impliciet een oordeel in zich dat onze sector niet in-novatief zou zijn. Ik denk juist dat er op dit moment heel veel gebeurt. Allereerst is schoonmaakinnovatie niet enkel in-novatie in het domein van schoon-maaktechniek. Daar hebben we al GPS-gestuurde schoonmaakrobots op de markt zien komen en zorgt nanotech-nologie ervoor dat materialen langer schoon blijven en zelfreinigend zijn. Ik beperk me hier echter tot innovatie in het schoonmaakbedrijf zelf. Door de sterke concurrentiedruk en daarmee de druk op marges, is het noodzakelijk om je interne processen daadwerkelijk te innoveren. Hoe kan het beter, sneller en efficiënter zonder dat dit ten koste gaat van de kwaliteit en zonder dat de werkdruk van onze medewerkers stijgt? Dit is de vraag die wij ons uitdrukkelijk gesteld hebben. Bij Asito barst het op dit moment van de innovaties om deze ambitie waar te maken.

EenvoudigerZo hebben we een hele serie apps in ontwikkeling waardoor onze objectlei-ding in veel minder tijd haar werk kan doen en deze tijd kan besteden aan onze medewerkers en klanten. Eén van

onze mooiste apps vind ik de signale-ringsapp. Dat is een app die het aantal handelingen om een regieopdracht uit te kunnen voeren bij een klant enorm veel eenvoudiger maakt. Nadat de ob-jectleider met haar iPad een foto heeft gemaakt van de vervuiling, kan op klantniveau geautomatiseerd de prijs worden vastgesteld. Die prijs sturen we rechtstreeks naar de klant. Hij hoeft enkel op ja te drukken waarna de uit-voering een order op de iPhone bin-nenkrijgt en tot uitvoering kan over-

gaan. Na een elektronisch akkoord van de werkzaamheden worden deze direct in de facturering opgenomen. Dat alles lijkt simpel maar dit is het in zijn ge-heel niet. Je hele systeem gaat op zijn kop en alle koppelingen moeten tot op contractniveau kloppen om dit fout-loos te implementeren.

WaarderingZo hebben we ook bestelapps, indienst-tredingsapps, urenportalapps en con-tractmanagementapps om zo op de klantlocatie voorzien te zijn van alles wat je nodig hebt om te kunnen func-tioneren als objectleider. Daarnaast

zijn de marktapps voor gebruikers. Via die apps kunnen zij direct signalerin-gen aan de servicedesk doorgeven. Ze ontvangen daar een gratis kopje koffie voor. Een andere ontwikkeling is om bij resultaatgericht schoonmaken via sen-sors te zien op je iPad of een ruimte tij-dens de dag is gebruikt. Zo kun je de uitvoeringsplanning van die dag nauw-keurig afstemmen op de vervuiling van die dag. Ik geloof dan ook stellig dat we steeds meer naar een schoonmaakwe-reld migreren die alerter, sneller en

klantvriendelijker kan reageren naar klant en eindgebruiker. Daardoor neemt de waardering van ons werk toe. Kortom: hoezo geen innovatie? Ron Steenkuijl Commercieel directeur Asito «

‘Door de sterke concurrentiedruk is het noodzakelijk interne processen daadwer-kelijk te innoveren’

column Ron Steenkuij l

Digitaal » Reageren? [email protected] » Op Twitter: @RonSteenkuijl » www.asito.com » nl.linkedin.com/in/ronsteenkuijl

15 ColumnRonSteenkuijl.indd 15 20-03-13 14:53

Page 16: Service Management

16 Service Management nummer 4 april 2013

“Je moet elkaar de waar heid durven zeggen” Na met Pon Facilities één facilitaire organisatie te hebben opgericht, zocht het bedrijf een vernieuwing in zijn schoonmaakcontract. Van versnipper-de contracten met leveranciers besteedde het één contract voor drie jaar met resultaatgerichte schoonmaak, en pilots voor betere afvalscheiding en dagschoonmaak aan. “We willen een contract afsluiten dat voor beide partijen toekomstperspectief biedt”, zegt Martina van Dijk, Hoofd Pon Fa-cilities Almere. Ronald BRuins

Tineke Martens, manager buiten-dienst bij Masterkey-Plus, bege-leidde de aanbesteding, terwijl

Patrick Wiggerman, directeur verkoop bij Hago Nederland, zich de gelukkige winnaar mag noemen. Onlangs ver-haalden zij op het Facto Middagcongres over hun contract dat voeten in de aar-de had. Zo gaf Pon aan voor zijn 60.000 vierkante meter bvo op elf loca-ties (zowel productie- als kantoorloca-ties) meer kwaliteit, meer flexibiliteit en meer tevredenheid bij interne klan-ten te willen. Om dat mogelijk te ma-ken, nodigde Pon op voordracht van Masterkey-Plus acht leveranciers uit. Zij moesten niet alleen een aanbieding doen voor dagelijkse schoonmaak, maar werden ook gevraagd om drie ca-ses te voorbereiden. Eén was de over-gang naar resultaatgerichte schoon-

maak. Hoe zou het schoonmaakbedrijf dat oppakken? Denk daarbij aan de ge-volgen voor personeel in termen van opleiding en het anders kijken naar schoonmaak. Niet meer handelingsge-richt, maar alleen daar schoonmaken waar het nodig is. “Dat vergt een ande-re instelling van de schoonmaker”, be-

aamt Wiggerman. “Van tevoren is be-paald hoe schoon welke ruimte moet zijn. De schoonmaker voert eerst een visuele controle uit en maakt alleen datgene schoon wat vuil is. Hij neemt dus niet meer klakkeloos alles af. Daar-in zit de proactiviteit en het eigen in-zicht van de schoonmaker. Hoe schoon of vervuild is een bepaalde ruimte en komt deze graad overeen met de afge-sproken resultaten?” De verschillende locaties van Pon had-den tot voor kort ieder hun eigen schoonmaakbedrijf. Van Dijk: “Die versnippering gold eerder ook voor de facilitaire organisatie. Nu zijn we één afdeling van vijftig medewerkers en kunnen onze toegevoegde waarde laten zien. Wij willen graag het aantal leve-ranciers terugdringen en gebruikmaken

van een volumevoordeel van de organi-satie. Het contract is dan ook zo opge-steld dat het voor de verschillende werkmaatschappijen van Pon gemakke-lijk is om aan te haken. We kennen geen gedwongen winkelnering, maar er waren al wel elf locaties die in de eerste aanbesteding mee wilden gaan. Nu het

contract rond is, zijn nog eens vijf loca-ties geïnteresseerd om mee te doen.” ToejuichenResultaatgericht schoonmaken is niet voor iedere organisatie even handig, beschouwt Martens. “Je moet eraan toe zijn. Ik merk dat de gezondheidszorg daar begrijpelijkerwijs nog niet zo snel toe over wil gaan. Conservatievere or-ganisaties hebben er wat moeite mee. Maar organisaties die hun personeel al op output sturen, juichen dit snel toe. Daardoor zie je het aantal resultaatge-richte contracten toenemen. Het vraagt wel zelfstandigheid van de schoonma-ker. Hij is de expert. Hij weet hoe hij schoon moet maken en of het, op basis van de wensen van de klant, nodig is. Veel schoonmakers zijn overgenomen van de oude contracten. Zij moeten hierin mee willen en niet in een vast stramien blijven zitten. Of een over-gang mogelijk is met schoonmakers die jarenlang een inspanningsverplichting kenden? Ja, dat is zeker mogelijk. Ster-ker nog: het werk wordt er volgens mij voor de schoonmaker leuker op. Het moet wel passen bij de medewerker. Niet elke medewerker voelt zich con-tent in deze rol.” De aanbesteding op basis van Economisch Meest Voordeli-ge Inschrijving (EMVI) besloeg voor ze-ventig procent eisen op het gebied van kwaliteit. Prijs speelde voor dertig pro-cent mee. “Daarmee sluit je uit dat de discussie louter en alleen over prijs

Resultaatgericht contract bij Pon

thema innovatie

‘Geen glad verkooppraatje, maar het verhaal van degene waarmee je in de praktijk ook te maken hebt’

16_19_PonHagoMasterkey.indd 16 20-03-13 14:57

Page 17: Service Management

17Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

»

“Je moet elkaar de waar heid durven zeggen”

gaat”, zegt Van Dijk. Ook werden bij-voorbeeld eisen gesteld aan opleidin-gen, het op papier zetten van de pilot van dagschoonmaak en de invulling van resultaatgericht werken. Wigger-man: “Ik was blij dat kwaliteitseisen de bovenhand voerden. Als Hago hebben we een paar jaar geleden besloten niet meer mee te doen aan aanbestedingen die alleen over prijs gaan. Die brengen geen continuïteit, omdat je een wezen-lijke discussie over wat kwaliteit nu ei-genlijk inhoudt, overslaat. En daar is de ellende in de branche juist mee begon-nen. Een goede uitvraag naar inzet van uren, de inzet van leidinggevenden, af-valmanagement, dagschoonmaak en resultaatgericht werken, helpen over en weer de verwachtingen duidelijk te krij-gen.” De relatie klant versus leverancier maakt plaats voor een heus partner-ship, zeggen Pon en Hago. “Je krijgt een contract dat past bij de uitgangspunten

van beide partijen”, beaamt Wigger-man. “Tijdens onze presentatie was het leuk te zien dat beide organisaties de-zelfde normen en waarden hebben. Al-lereerst zijn we allebei een familiebe-drijf. Dat schept al een band. We wilden een relatie aangaan voor de lan-ge termijn, gebaseerd op kwaliteit. Onze operationele manager, die daad-werkelijk invulling geeft aan het con-tract, deed de presentatie. Geen glad verkooppraatje, maar het daadwerkelij-ke verhaal van degene waarmee je in de praktijk ook te maken hebt. Belangrijk is dat je echt bent, van voor en achter. Je moet bijvoorbeeld dagschoonmaak ook daadwerkelijk waar kunnen ma-ken.” Masterkey-Plus en Pon nodigden acht partijen uit, waarvan er vier een presentatie hielden. Uiteindelijk kwam Hago als beste uit de bus. Pon en Hago hebben een contract voor minimaal drie jaar afgesproken, met een optie tot verlenging met twee jaar. “Die optieja-ren kunnen we verdienen door te vol-

doen aan prestatie-indicatoren”, zegt Wiggerman. “Die gaan onder andere over het opleiden van personeel, inno-vatie in de vorm van dagschoonmaak en de wijze waarop we met ons perso-neel omgaan.” PrioriteitEén van de andere door Pon gewenste innovaties ligt in de afvalverzameling. Pon wil graag het kantoorafval zoveel mogelijk gaan scheiden. Maar dag-schoonmaak en afvalscheiding laten nog even op zich wachten. De prioriteit ligt duidelijk bij het overnemen van het personeel van andere schoonmaakbe-drijven. Wiggerman: “Het contract dat wij hebben afgesloten ziet er anders uit dan zij gewend zijn. Het zal op verschil-lende locaties vanaf dag één dan ook een omslag vergen, waarbij de begelei-ding door onze leidinggevenden cru-ciaal is.” Eerst die basis op orde, dan met een pilot rondom dagschoonmaak en afvalscheiding aan de slag. “Dat is de juiste volgorde”, zegt ook Van Dijk. De facilitaire manager kwam uit bij

Wiggerman: “We hebben een paar jaar geleden besloten niet meer mee te doen aan aanbestedingen die alleen over de prijs gaan.”

Van Dijk: “De discussie over uren die wel of niet zijn gemaakt, is vruchteloos. Be-langrijker is de reinheidsgraad die we willen hebben.”

16_19_PonHagoMasterkey.indd 17 20-03-13 14:57

Page 18: Service Management

18 Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

Masterkey-Plus, mede omdat deze ook al VSR-kwaliteitsmetingen op één van de locaties deed. “We wilden een onaf-hankelijke toetsing van experts zodat we zeker zouden weten dat we een rea-

listisch contract zouden krijgen. Een contract waarbij de dienstverlener de overeengekomen kwaliteit kan behalen en tevens een normaal rendement kan realiseren. Kortom: we wilden een reële aanbieding en die hebben we ook ge-kregen.” Pon kijkt niet naar uren en of deze wel of niet zijn gemaakt. “Die discussie is vruchteloos”, zegt Van Dijk. “Belangrij-ker is de reinheidsgraad die we willen

Digitaal » www.pon.com » www.hago.nl » www.masterkey-plus.nl » www.factomagazine.nl

In het kort... » Resultaatgericht contract » Van tevoren is bepaald hoe schoon welke ruimte moet zijn

» Contract van minimaal drie jaar » Pilots afvalscheiding en dag-schoonmaak

» “Discussie over uren is vruchte-loos”

hebben. We hebben dan ook veel tijd gestoken in gesprekken met locatiever-antwoordelijken. Wat vinden zij schoon?” Het succes van resultaatge-richt schoonmaken staat of valt vol-gens haar met communicatie. “We hebben een soort intern persbericht ge-maakt over deze andere manier van schoonmaken. We hebben daarin ver-teld hoe schoonmakers voortaan te werk gaan en bij de recepties liggen mappen, waarin is vastgelegd hoe schoon ruimtes moeten zijn. Als een kantoorgebruiker het niet schoon vindt, kunnen we de discussie aan de hand van die informatie aangaan. Is het daadwerkelijk niet schoon, ook ge-zien de reinheidsgraad die we met el-kaar hebben afgesproken?” Van Dijk verwacht dat de pilot dagschoonmaak in de tweede helft van 2013 plaats-vindt. “Ik vind het belangrijk dat schoonmakers zichtbaar zijn. Het zijn geen boskabouters die in de nacht alles voor je schoonmaken, het zijn je colle-ga’s van vlees en bloed. We weten nog niet exact hoe de organisatie reageert op de pilot, maar daarom is het ook een pilot. We willen graag de voors en tegens weten. Ik verwacht overigens dat mijn collega’s er geen problemen mee hebben.” Bewust wordenVan Dijk verwacht dat het aantal klachten vermindert met de invoering van dagschoonmaak. “Onderling kun-nen kantoorgebruikers en schoonma-kers veel regelen. En ik denk dat het

mijn collega’s helpt bewust te worden van het belang van schoonmaak. Pro-ductie- en kantoorlocaties worden daardoor minder snel vervuild.” Dag-schoonmaak vergt volgens Van Dijk wel het machtig zijn van de Nederland-se taal. “De schoonmaker moet kun-nen communiceren over wat hij komt doen.” Hago biedt schoonmakers die de Nederlandse taal niet onder de knie hebben een intensief taaltraject. De pi-lot wordt naar alle waarschijnlijkheid

gestart in Leusden, een grote locatie van Pon, met veel bedrijvigheid. “Daar telt zichtbaar zijn dubbel”, zegt Van Dijk. De pilot neemt niet alleen de im-pact voor kantoorgebruikers onder de loep, maar ook de efficiëntie. Martens: “Kun je je werk als schoonmaker goed genoeg doen als er veel kantoorgebrui-kers zijn? Haal je het afgesproken resul-taat in reinheid? Je kunt namelijk niet altijd overal bij en het werk moet niet totaal inefficiënt worden. Bij bureauka-mers, gangen en sanitair verwacht ik minder problemen, dan bij bijvoorbeeld het restaurant en de vergaderruimtes.” Alle partijen zijn benieuwd naar de uit-komsten van de pilot. Tot die tijd vergt resultaatgericht werken eerst de volle honderd procent aandacht. De verstre-ken periode is nog te kort om al uit-spraken te doen over resultaatgericht werken. “Maar het feit dat er in het eerste weekeind geen klachten waren, levert in elk geval een goed gevoel op”, zegt Van Dijk. Wiggerman: “Deze ver-anderingen kun je alleen doorvoeren als de klik er is, je elkaar de waarheid durft te zeggen en goed samenwerkt. En dat alles in voor- en tegenspoed.” Reëel en eerlijk moet het zijn. In de re-latie, in prijs en - niet in de laatste plaats - in werkdruk voor de schoon-maker. Die laatste mag zichtbaarder worden, maar dat vraagt meteen ook andere en meer competenties. Com-municeren lijkt key. Niet alleen bij het samenstellen van het contract, maar zeker ook op de werkvloer... «

‘Het zijn geen boskabouters die in de nacht alles voor je schoonmaken, het zijn je collega’s van vlees en bloed’

Martens: “Resultaatgerichte contracten vragen zelfstandigheid van de schoonma-ker. Hij is de expert.”

thema innovatie

16_19_PonHagoMasterkey.indd 18 20-03-13 14:57

Page 19: Service Management

Nederland krijgt een nieuwe koning ...

... misschien is het ook tijd voor een nieuwe leverancier voor afvalzakken?

Om de laatste Koninginnedag te vieren, stelt DEISS u graag voor aan haar eigen koning.

Er is niet veel tijd over, dus kom voor 30 april 2013 naar www.deiss.nl

voor deze royale verrassing!

u graag voor aan haar eigen koning. Om de laatste Koninginnedag te vieren, stelt

u graag voor aan haar eigen koning.

Er is niet veel tijd over, dus kom voor 30 april 2013 naar

voor deze royale verrassing!

u graag voor aan haar eigen koning.

Er is niet veel tijd over, dus kom voor 30 april 2013 naar

130305_DEISS_AZ_Rolle_90x265_druck.indd 1 05.03.13 13:07

16_19_PonHagoMasterkey.indd 19 20-03-13 14:57

Page 20: Service Management

20 Service Management nummer 4 april 2013

(Advertentie)

“Niet innoveren is met je kop tegen muur lopen”In de rubriek Voor het blok legt Service Management betrokkenen uit de schoonmaakbranche een prikkelende stelling voor. Vanzelfsprekend staat dit keer staat innovatie centraal. Fokko EbbEns

Voor het blok

thema innovatie

‘Vroeger draaide het met name om water, chemie en kracht’

Stelling: De schoonmaakbranche leent zich niet voor innovatie

“Ik ben het absoluut oneens met deze stelling. De schoonmaakbranche is ui-termate geschikt voor innovatie. Met name omdat het vak te maken heeft met mensen, machines, gereedschap-pen en (afwerk)materialen. Neem je dat als uitgangspunt en kijk je daar goed naar, dan biedt de schoonmaak-sector juist veel mogelijkheden tot ver-nieuwingen en verbeteringen.” “Vergelijk ik de huidige situatie met tien à vijftien jaar geleden, dan zie ik enorm veel veranderingen. Dat heeft ons niet verrast, omdat er voorheen in

mijn ogen sprake was van een vrij tra-ditionele markt. Die traditionele ma-nier van denken en werken verliest nu steeds meer terrein. Die gedachte zie je meer en meer terug bij fabrikanten en leveranciers van schoonmaaksyste-men, maar ook in de wijze waarop met de (fysieke)belasting van mensen wordt omgesprongen. Stuk voor stuk grote winstpakkers. Dat uit zich onder meer in het verder ontwikkelen van nieuwe schoonmaaktechnieken, -ma-chines, -systemen en werkmethoden. Vroeger draaide het met name om wa-ter, chemie en kracht, sinds enkele ja-ren hebben bijvoorbeeld ook schuim- en osmose reiniging hun intrede gemaakt.” “Maar denk ook aan digitale innova-tie, bijvoorbeeld in de vorm van soft-warepakketten en aan- en afwezig-heidregistraties. Daar tegenover staat dat de kracht en mogelijkheden van sociale media tot nu toe op hoger ni-veau in organisaties soms nog wordt onderschat. Maar deze ontwikkeling kan en zal in de toekomst nog beter tot uiting komen. De schoonmaak-branche zal hier ongetwijfeld ook ge-bruik van gaan maken. Kijk ook naar de diverse schoonmaakopleidingen. Daarin neemt SVS de laatste innova-ties op in de praktijk. En natuurlijk is

Jan Verhagen, directeur Verhagen Schoonmaak & Advies er de code verantwoordelijk marktge-drag die werkgevers dwingt andere kostenbesparende innovaties te imple-menteren en niet langer de druk op de schoonmakers op te voeren. De ver-pakkingsmaterialen zijn steeds beter afbreekbaar of recyclebaar. Verder springen onder andere gebouwbeheer-ders en schoonmaakbedrijven bij de bron veel beter om met het voorko-men én scheiden van afvalstromen.” “Vergeet daarnaast de taakverbreding van schoonmaker naar facilitair me-dewerker niet. Ook schoonmaakbe-drijven zijn zich ervan bewust dat de dienstverlening veel breder ingezet en benut kan worden dan uitsluitend schoonmaken. Denk hierbij aan het ondersteunen en uitvoeren van werk-zaamheden zoals kleine reparaties, het zorgdragen voor koffievoorzieningen, het voorbereiden van bijeenkomsten, interne verhuizingen, postverzorging, reprowerk, terreinonderhoud enzo-voort.” «

20_21_voorhetblok.indd 20 20-03-13 15:01

Page 21: Service Management

21Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

“Niet innoveren is met je kop tegen muur lopen”

“De schoonmaakbranche is in zekere zin behoorlijk vastgeroest. Veel bedrijven hanteren dezelfde werkwijze. Dat komt omdat het een eeuwenoud vak is, dat

uiteindelijk in de basis altijd hetzelfde blijft: er is iets vies en dat moet schoon-gemaakt worden.” “Dat neemt niet weg dat ik het niet met de stelling eens ben. Ik ben van mening dat er in deze branche sprake is van veel innovatie. Denk daarbij aan het nieuwe werken, aan het wijzigen van de schoon-maaktijdstippen. Maar ook aan innova-tie in de vorm van nieuwe technieken: microvezel en nieuwe werkwagens. Om-dat de aard van het beroep altijd hetzelf-de blijft, zien we nu ontwikkelingen in de specialismen en de kaders van het vak. Preventief handelen bijvoorbeeld,

‘In dit vak wil iedereen op dit moment bezuinigen. Dat betekent ook steeds slimmer schoonmaken’

In het kort... » Schoonmaakbranche was vastgeroest

» Basis vak blijft hetzelfde » Traditionele werkwijze verliest terrein

» Klanten eisen innovatie » Verbreding naar facilitair medewerker

Digitaal » www.verschoma.nl » www.verhagenschoonmaak.nl » www.svpdiensten.nl

“In deze branche loop je met de kop te-gen de muur, op het moment dat je niet innoveert. Dus met de stelling ben ik het oneens. Is er iets nieuws op de markt, dan dien je daar bovenop te springen. In dit vak wil iedereen op dit moment be-zuinigen. Dat betekent meedenken met de klant, steeds slimmer schoonmaken. Dan móét je wel nieuwe dingen aandra-gen.” “Innovatie is een vereiste, omdat klan-ten zich door de jaren heen ontwikkeld hebben. In het verleden viel de schoon-maak nog wel eens onder de extra ver-antwoordelijkheden van bijvoorbeeld een medewerker personeelszaken. Schoonmaak deed-ie er dan bij. Tegen-

Dimitri van Vliet Directeur SVP Diensten

Roelof Fieten, manager Verschoma

woordig is er in veel gevallen toch sprake van een geschoolde, facilitaire manager.Dat betekent dat je als onderneming in deze branche je huiswerk dient te doen, goed beslagen ten ijs dient te ko-men. Want de klant van tegenwoordig leest ook vakbladen, die is ook op de hoogte van de laatste ontwikkeling. Ga je daar niet in mee, dan is de kans groot dat ‘ie hard wegloopt.” “Bovendien hebben we te maken met het aanscherpen van de regelgeving. Pakweg 32 jaar geleden wasten wij de ramen van grachtenpanden door een ladder in een boot te zetten en vervol-gens omhoog te klimmen. Levensge-vaarlijk natuurlijk. Dat moest verande-

ren. Dat betekent dat je vanzelf wordt gedwongen te innoveren.Daarom denk ik dat iedereen die de kans krijgt, moet innoveren. Dat vraagt in eerste instantie wellicht een investering, maar daar kun je later de vruchten van plukken.” «

‘Omdat de aard van het vak altijd hetzelfde blijft, zien we nu ontwikkelingen in de specialismen en de kaders van het vak’

dus zorgen dat een object minder snel weer vuil wordt. Of het ontwikkelen van een vloerwas, waardoor de ondergrond langer mooi blijft. De introductie van de microvezel heeft de snelheid van schoon-maken vergroot. Maar ik denk dat we op dat vlak nu een grens hebben bereikt. Nóg sneller werken kan niet. Daarom zoeken schoonmaakbedrijven nu inno-vatie in de verbreding. Dat betekent een kostenbesparing aanbieden door op faci-litair gebied breder inzetbaar te zijn. Dat kan middels een handyman die een lamp in het plafond kan verwisselen. Of mid-dels een vloerspecialist die niet alleen kan schrobben, maar ook kan slijpen.” «

20_21_voorhetblok.indd 21 20-03-13 15:01

Page 22: Service Management

22 Service Management nummer 4 april 2013

Zonder innovatie geen toekomst

Schoonmaakbedrijven moeten hun innovatieangsten los laten. Anders zijn de gevolgen groot. Herman Poos, innovatiepromotor van Syntens In-novatiecentrum, legt uit waarom. Fokko EbbEns

“Als je het ziet, dan snap je het.” Het zijn de woorden van Herman Poos, innova-

tiepromotor bij Syntens Innovatiecen-trum. Dat die zin net zo goed uit de mond had kunnen komen van voetbal-goeroe Johan Cruijff, verkondiger van soms onnavolgbare levenslessen, beseft Poos maar al te goed. Neemt niet weg dat hij achter zijn visie op innoveren staat. Zijn paradigma: “De waarheid van vroeger is nu niet langer van toe-passing. Daarom heeft een bedrijf dat niet innoveert geen toekomst.”Poos helpt namens Syntens bedrijven in het innovatieproces. Als journalist verwonderde hij zich voor de eerste keer over de kracht van vernieuwingen.

“Innovatie is essentieel voor onze eco-nomie.” Hij besloot zich in het onder-werp te verdiepen, hetgeen uiteindelijk resulteerde in een grote hoeveelheid kennis. Als onafhankelijk adviseur deelt hij zijn veelgevraagde knowhow nu met ondernemers uit alle sectoren én organiseert hij jaarlijks de MKB In-novatie Top 100.Innovatiepromotor Poos omschrijft in-noveren als een onvermijdelijk onder-deel in de ontwikkeling van een onder-

neming. “Innovatie is in mijn ogen een mentaliteit. Maar dat moet wel in de genen van het hele bedrijf zitten. Je kunt het niet in je eentje doen, dan is het gedoemd te mislukken. De directie en de rest van de organisatie moeten er achter staan. Ze moeten het belang van innoveren inzien. Dat is soms lastig.”

Processen veranderenPoos wijst op de ontwikkeling in de fo-tografie. Vijftien jaar geleden doemde daar ineens de digitale revolutie op. Maar fotografen die zich zorgen maak-ten over concurrentie uit de particulie-re hoek? Ondenkbaar. Zo’n vaart liep het vast niet. Fotorolletjes herbergden de ware kwaliteit, digitaal materiaal

niet. Maar tien jaar later waren foto-rolletjes praktisch verdwenen. En Poos moet zijn kinderen nu, vijftien jaar la-ter, bij wijze van spreken uitleggen wat fotorolletjes zijn. Het voorbeeld tekent in zijn ogen de explosieve wijze waarop bestaande processen kunnen verande-ren. Dat geldt voor alle sectoren, óók de schoonmaakbranche. “Blijft een be-drijf dat ontkennen, dan mist het uit-eindelijk de boot.”Volgens Poos hebben ondernemingen

de neiging in te grijpen als het vijf voor óf vijf over twaalf is. Fout. Tijdig begin-nen is de sleutel tot een succesvol in-novatieproces. “Dat moet je op een ge-structureerde manier doen. Innoveren is een vak. Deskundigen kunnen je daarmee helpen. Een bedrijf zet al een grote, eerste stap, op het moment dat het inzicht wil verkrijgen in mogelijke verbeteringen in het bedrijfsproces.”Innovatie komt vooral voort uit het mkb, vervolgt Poos. “Het mkb laat zien wat de kracht van innovatie is.” De grote ondernemingen blijven achter. “Die willen vooral hun positie in de markt behouden. Het mkb kijkt daar niet of nauwelijks naar, die zien vooral kansen, maar zijn daarentegen in te-genstelling tot grote bedrijven vaak slecht georganiseerd, hebben minder geld, macht en toegang tot belangrijke netwerken.”

Cocon van routineDe angst voor het onbekende is één van de grootste obstakels op de weg naar innovatie. Het is geen geheim dat veel werknemers én werkgevers vastzit-ten in een zelfgecreëerde cocon van re-gelmaat. Dat maakt denken buiten de comfortzone lastig. Zie dan maar eens tot succesvol innoveren te komen. Poos: “Met Syntens houden wij bedrij-ven een onafhankelijke spiegel voor. Dat kan confronterend zijn. We probe-ren organisaties uit de comfortzone te

Innovatiepromotor Herman Poos

thema innovatie

‘Wie niet kan delen, kan ook niet vermenigvuldigen’

22-23 Hoekomjetotinnovatie.indd 22 20-03-13 15:03

Page 23: Service Management

23Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

halen en over de ‘dagelijkse stress’ heen te laten kijken. Alleen door buiten de geijkte paden te kijken kan een onder-nemer inzicht krijgen in de vraag of hij eigenlijk wel goed bezig is. Mensen in de top van een bedrijf moeten in staat zijn continu de staat van het bedrijf te evalueren. Dat betekent keer op keer rekening houden met kansen in de markt. En meedenken met de klant: welke bewegingen maakt die? Doe je dat voortdurend, dan resulteert dat vanzelf in een sterke vernieuwings-drang en bepaalde sjeu van werken. Want wie is er uiteindelijk niet trots op het verbeteren van mensen? Of op het verbeteren van organisaties? Maar die vernieuwingen moet je wel dúrven or-ganiseren.” Dat kan op vele manieren. Maar voor alle innovatiemethoden geldt, dat be-drijven zaken als angst en wantrouwen los moeten laten. Poos haalt als voor-beeld een clustersamenwerking aan. Goed initiatief, stelt hij. Meer kennis is uiteindelijk meer macht. “Maar vaak mislukken die clusters, omdat bedrij-ven elkaar niet vertrouwen. Hoe kun je nu samenwerken als iedereen vooral zijn eigen toko wil beschermen? Deelt een bedrijf zijn kennis of inzichten

niet, dan kan het ook niet verwachten dat de andere partij dat wél doet. Wie niet kan delen, kan ook niet vermenig-vuldigen.”

KaasschaafDe huidige economische malaise vormt voor organisaties een extra excuus vooral níét te investeren in innovatie. Bezuinigen is belangrijker. “De kaas-schaaf moet er immers overheen”, ver-volgt Poos op cynische toon. “Gaat het minder, dan zijn bedrijven geneigd te bezuinigen. Maar misschien moeten er wel heel andere keuzes gemaakt wor-den. Denk aan het verbreden van de horizon, aan een vijfjarenplan en aan nieuwe bedrijfsactiviteiten? Misschien zijn juist dat soort acties wel harder no-dig om de toekomst veilig te stellen…”Innoveren hoeft bovendien niet duur te zijn, stelt Poos. “Heb je een goed plan

en kun je de potentie van dat plan goed onderbouwen, dan is het relatief een-voudig investeerders te trekken. Een bank kijkt niet voor niets vooral naar de potentie van een bedrijf. Neemt niet weg dat je altijd kritisch naar de kosten moet kijken. Heb je een beperkte omzet en maak je vooral innovatiekosten, dan moet je jezelf vanzelfsprekend afvragen of dat verantwoord is. De continuïteit van het bedrijf is altijd doorslaggevend. Maar de ervaring leert wel dat een voorinvestering doen op het gebied van innovatie, uiteindelijk resulteert in twee stappen vooruit.”

Tijd om na te denkenDaar komt bij dat investeren in inno-vatie zich niet per se vertaalt naar extra kosten. Poos vraagt bedrijven hun per-soneel de tijd te geven na te denken over innovatie. “Geef ze de tijd na te denken over kansen voor de organisa-tie. Komen ze met een goed idee? Pri-ma. Laat ze het vervolgens ook uitvoe-ren. Dat schept betrokkenheid en geeft personeel de mogelijkheid zich te ont-wikkelen. Google werkt al jaren op die manier.”Poos richt zich tot slot tot de schoon-maakbranche: “Iedereen maakt veelal gebruik van dezelfde materialen en mensen. Dus moeten bedrijven in de branche zich afvragen wat hun toege-voegde waarde is ten opzichte van an-deren. Een unique selling point is heel belangrijk. Zorg jij er als bedrijf voor dat je iets nieuws brengt ten opzichte van de concurrentie, dan zijn je marges heel anders dan bij een commodity product.” «

“Schoonmaakbedrijven moeten zich afvragen wat hun toegevoegde waarde is ten opzichte van anderen”

Digitaal » nl.wikipedia.org/wiki/innovatie » www.syntens.nl » www.innovatiepromotor.nl » Op Twitter: @hermanpoos » www.mkbinnovatietop100.nl

In het kort... » Innoveren onvermijdelijk onderdeel » Tijdig beginnen is de sleutel » Mkb laat zien wat de kracht van innovatie is » Uit de comfortzone, over de dagelijkse stress heen kijken » Vaak mislukken clusters omdat er geen vertrouwen is

Poos: “Schoonmaakbedrijven moeten zich afvragen wat hun toegevoegde waarde is ten opzichte van anderen.”

22-23 Hoekomjetotinnovatie.indd 23 20-03-13 15:03

Page 24: Service Management

24 Service Management nummer 4 april 2013

Wie waste als eerste de handen in onschuld?

De gebrekkige handhygiëne blijft de gemoederen bezighouden. Begrijpe-lijk. Want de mensheid is al lang op de hoogte van het belang van schone handen. Een beknopte geschiedenis. Fokko EbbEns

Beschimpt werd ‘ie. Voor gek ver-klaard. De handen wassen voor contact met een patiënt… Hoe

haalde hij het in zijn hoofd? Nee, heel populair was dokter Ignaz Semmelweis niet in de negentiende eeuw. Wie de laatste maanden een blik heeft gewor-pen op de nieuwsflitsen kan de gechar-geerde conclusie trekken dat er gedu-rende bijna twee eeuwen nauwelijks iets veranderd is. Een greep uit enkele recente koppen: ‘Voorzieningen voor handhygiëne op scholen moeten beter’, ‘Handhygiëne in ziekenhuizen ver on-der de maat’ en ‘Ziekenhuispersoneel moet handen beter wassen’. Terwijl we al heel lang weten hoe het wél moet.

VergetelheidAl in de Middeleeuwen kaart de Joodse dokter Moses Ben Maimon het belang van handhygiëne aan. In één van zijn boeken schrijft hij: “Vergeet nooit de handen te wassen na het aanraken van een ziek persoon.” Niet dat de samen-leving op dat moment veel met deze opmerking doet. Integendeel. De bevin-ding van Ben Maimon sluimert rich-ting de vergetelheid, zelfs onder acade-mici. Gedurende acht eeuwen ontwikkelt het hygiënevraagstuk zich niet of nauwelijks. Met grote gevolgen. Want in de negentiende eeuw sterft liefst één op de vier vrouwen tijdens of vlak na de bevalling in ziekenhuizen. Kraamvrouwenkoorts is de boosdoener. De oorzaak van de ziekte is onbekend. De oorzaak mag vooral niet gezocht worden bij de doctoren zelf. Want: “Doctoren zijn gentlemen en de han-den van gentlemen zijn schoon.”Maar die theorie slikt dokter Semmel-weis niet. Hij werkt op dat moment in een academisch ziekenhuis in Wenen met twee kraamafdelingen. Op de ene afdeling zijn medisch studenten actief, op de andere afdeling vroedvrouwen. Semmelweis constateert dat het sterfte-cijfer op de afdeling van de vroedvrou-wen veel lager is. Als een bevriend pa-tholoog- anatoom vervolgens na een verwon-ding sterft aan symptomen die verge-lijkbaar zijn met kraamvrouwenkoorts, trekt hij zijn conclusies. Omdat de me-disch studenten voor hun activiteiten op de kraamafdeling veelal werken aan anatomiecolleges, denkt Semmelweis dat de medici in opleiding ‘bepaalde stoffen’ met zich meenemen. Zijn op-

lossing: hij draagt alle doctoren op hun handen te wassen in bleekwater, voor-dat ze een patiënt behandelen. De re-sultaten spraken voor zich. Het sterfte-cijfer onder zwangere vrouwen daalde aanzienlijk. Incidenteel zelfs tot nul procent.

DisbalansToch reageren collega-medici vooral af-wijzend op de bevindingen van Sem-melweis. Ziektes schrijven ze immers toe aan een disbalans in het lichaam. Niet aan vage, overdraagbare stoffen, die Louis Pasteur later als bacteriën zou aanduiden. Laat staan dat de doctoren überhaupt willen toegeven dat zij, de zelfbenoemde gentlemen van de sa-menleving, zelf verantwoordelijk zijn voor het grote aantal sterfgevallen. Semmelweis strijdt een kleine vijftien jaar voor de acceptatie van zijn ideeën. Tevergeefs. Hij breekt uiteindelijk men-taal, wordt in 1865 opgenomen en sterft niet veel later. Pas als diezelfde Pasteur vijftien jaar later, met het werk van Semmelweis in zijn achterhoofd, zijn bacterietheorieën ontwikkelt, be-gint iedereen, zij het langzaam, het be-lang van handhygiëne in te zien. «

handhygiëne

Digitaal » nl.wikipedia.org/wiki/Maimoni-des

» nl.wikipedia.org/wiki/Ignaz_Semmel-weis

» nl.wikipedia.org/wiki/Louis_Pasteur » www.handhygieneredtlevens.nl

de winst van duurzaamheid

Numatic International BVPostbus 1012400 AC Alphen aan den RijnTel. +31 (0)172 467999 E-mail: [email protected] Internet: www.numatic.nl

ProVacDe ultieme professionele stofzuiger

Nieuwe kabelhaspel

12,5 meter snoer

AutoSave systeem, 50% energie reductie

TwinFlo motor

TriTex filtratie

Hepaflo stofzak

4 wielen voor stabiliteit en mobiliteit

Better by design and engineering

ProVac kabelhaspel

24 Handhygiëne.indd 24 20-03-13 15:04

Page 25: Service Management

“ streamer streamer streamer streamer streamer streamer streamer streamer”

Kaderkopkadertekst

de winst van duurzaamheid

Numatic International BVPostbus 1012400 AC Alphen aan den RijnTel. +31 (0)172 467999 E-mail: [email protected] Internet: www.numatic.nl

ProVacDe ultieme professionele stofzuiger

Nieuwe kabelhaspel

12,5 meter snoer

AutoSave systeem, 50% energie reductie

TwinFlo motor

TriTex filtratie

Hepaflo stofzak

4 wielen voor stabiliteit en mobiliteit

Better by design and engineering

ProVac kabelhaspel

24 Handhygiëne.indd 25 20-03-13 15:04

Page 26: Service Management

26 Service Management nummer 4 april2013

“Laat maar zien, die beloftes…”

Jet Linssen is de nieuwe vakbondsbestuurder schoonmaak van FNV Bond-genoten. Over haar drijfveren, haar visie op de sector én de nieuw cao-on-derhandelingen. “Komt iedereen in de branche zijn beloftes na, dan voor-zie ik keurige cao-onderhandelingen.” Fokko EbbEns

Op de kraag van het vest van Jet Linssen prijken drie speld-jes. Speld één is de gele hand-

schoen die de Schoon genoeg- acties extra kracht bijzette. De tweede is vrijwel identiek, met die kantteke-ning dat het hier de acties in Duits-land betreft. En speld drie is het logo van de Amerikaanse Teamsters, de vakbond voor truckers. De nieuwe

vakbondsbestuurder schoonmaak van FNV draagt ze iedere dag. Mits ze er aan denkt natuurlijk. “Daarom heb ik in de badkamer op een plateautje meerdere speldjes liggen, zodat ik ze niet vergeet. Ze vertegenwoordigen een symbolische waarde. Het zijn stuk voor stuk vakbonden die zichtbaar wil-len maken waar ze mee bezig zijn. Daarom draag ik ze ook als ik ‘s avonds iets anders doe. Ik wil uit-dragen dat ik trots ben met deze men-sen te werken.”

Voordat u Mari Martens opvolgde was u vakbondsbestuurder metaal in Oost-Bra-bant. Wat is uw band met de schoon-maakbranche? “In mijn vorige functies heb ik welis-waar geen schoonmaak in mijn pakket gehad, maar heb ik wel meegedaan aan manifestaties in de branche. Dus ik kende de momenten, de personen.

De mensen die werkzaam zijn in de schoonmaak waren voor mij de reden de overstap te maken. Deze groep mensen toont in alles aan dat je in di-versiteit met elkaar kunt samenwer-ken, dat je voor elkaar op kunt komen. Dat is bijzonder. Alles wat er gebeurd is de laatste jaren vloeit voort uit het lef van de schoonmakers om respect te vragen voor het werk dat ze doen. Een groep mensen die iedereen als heel kwetsbaar beschouwde, bleek hele-maal niet zo kwetsbaar te zijn.”

Als verkiesbaar GroenLinks-lid in de ge-meente Maasdriel luidde uw uitgangs-punt: Leven, wonen en werken in een omgeving waar mensen rekening houden met elkaar en met de natuur. In hoeverre zijn die factoren van toepassing op de schoonmaaksector? “Eén op één. Misschien met uitzonde-ring van de natuur. Net als in de poli-tiek zijn de schoonmakers opgestaan voor hun idealen. Rekening houden met elkaar, opkomen voor elkaar en vragen om respect en waardering; dát hebben ze gedaan. Ze hebben zichzelf zichtbaar gemaakt. Aangetoond dat er veel ‘onzichtbare’ mensen zijn die zor-gen dat wij op een fatsoenlijke manier kunnen leven en werken. Altijd en overal. Daarom ben ik ook een voor-stander van dagschoonmaak. Daar-mee vergroot je de zichtbaarheid en schep je verantwoordelijkheid bij de eindgebruiker om zijn eigen troep op te ruimen.” Van de stakingen tot de nieuwe cao en de code: er is veel gebeurd in de branche. Hoe omschrijft u de rol van FNV in dat proces?

Jet Linssen, nieuw bij FNV

interview

‘Ik probeer de voorwaarden te scheppen, zodat mensen in staat zijn zichzelf te helpen’

26_28_JetLinssen.indd 26 20-03-13 15:08

Page 27: Service Management

27Service Management nummer 4 april2013

interview

»

Linssen: “Alles wat er gebeurd is de laatste jaren vloeit voort uit het lef van de schoonmakers om respect te vragen voor het werk dat ze doen.” “Nou, zonder ons denk ik dat er geen code was geweest. Zonder ons waren de schoonmakers niet opgestaan. Aan de andere kant: het zijn de schoonma-kers zélf geweest die het respect hebben afgedwongen dat ze verdienen. Dat zie je ook terug in de berichtgeving. Praat men over de schoonmaaksector, dan praat men niet over de FNV, niet over Mari en ook niet over mij. Nee, dan draait het om de schoonmakers zélf. Ik zit hier ook niet om mensen te helpen. Ik probeer alleen de voorwaarden te scheppen, zodat mensen in staat zijn zichzelf te helpen.” De huidige cao loopt in januari af. Wat voorziet u tijdens de nieuwe cao-onder-handelingen? “De sector zegt heel veel te willen ver-anderen. Ze zeggen af te willen van die concurrentieslag, van aanbesteden op de laagste prijs. Ze geven aan dat schoonmaken een vak is, dat iedereen een diploma verdient, dat ze handelen naar de code en dat ze meer geld be-schikbaar stellen voor de salarishuis-

houding. Prima. Laat maar zien. Komt iedereen in de branche die beloftes na, dan voorzie ik keurige cao-onderhan-delingen. Dan hoeven we ook geen primaire ruzies uit te vechten over va-kantiedagen die niet uitbetaald wor-den of over waarschuwingsbrieven die zijn gestuurd omdat schoonmakers hun werk niet af hebben gekregen. Za-ken die de meeste andere sectoren als normaal beschouwen.” Want het is volgens u geen geheim dat nog veel bedrijven die beloftes níét nako-men? “Klopt. Er staat ons daarom nog veel te doen. Opleiden moet normaal wor-den, contact met de werkvloer moet

normaal worden en ga zo maar verder. Dat zal allemaal nog wel een tijdje du-ren. Ik heb niet de illusie dat alle pro-blemen met de volgende cao zijn opge-lost. Zo vinden inkopers altijd manieren de prijzen te drukken. Ze voelen zich nog niet verantwoordelijk voor het personeel dat ze uitbesteed hebben. En het tekenen van bijvoor-beeld de code heeft alleen zin als be-drijven serieus achter die veranderin-gen staan. Is er sprake van window dressing, dan is het aan de schoonma-ker om in eerste instantie intern aan te geven dat de praktijk er anders uit-ziet. Dat is onze taak. Dat ze zelf rich-ting de afdeling P&O kunnen lopen, aangeven waar het fout gaat en het probleem vervolgens kunnen oplos-

In het kort... » Nieuwe vakbondsbestuurder schoonmaak » Opvolger Mari Martens » Voorheen vvakbondsbestuurder metaal Oost-Brabant » “Zonder ons was er geen code geweest” » Winstmarges maken nog wat mogelijk...

26_28_JetLinssen.indd 27 20-03-13 15:08

Page 28: Service Management

28 Service Management nummer 4 april2013

interview

Digitaal » www.fnvbondgenoten.nl » www.schoongenoeg.nu » twitter.com/FNVschoongenoeg » nl.linkedin.com/pub/jet-lins-sen/1/347/aa1

» www.fnvbondgenoten.nl/werk_en_inkomen/cao/cao’s_facilitair/schoonmaak_glazenwassers/

sen. Want ieder bedrijf kan natuurlijk een keer een foutje maken. Daarom is het opnemen van een cursus Neder-lands in de cao ook zo belangrijk. Dan

is iedereen ook daadwerkelijk in staat met de schouders omhoog problemen aan te kaarten. Lost een bezoek aan P&O de problemen niet op, dan kun-nen wij ons altijd aan de onderhande-lingstafel melden. Om uiteindelijk te namen en shamen. Bedrijven vinden het niet fijn in die context genoemd te worden.” De vorige cao resulteerde onder meer in een forse loonsverhoging. Wat verwacht u op dat vlak van de nieuwe cao? “Daar moeten we nog in detail naar kijken. Maar wat mij betreft zijn we nog niet klaar met het loongebouw in

‘Wat mij betreft zijn we nog niet klaar met het loongebouw’

de schoonmaak. Zo ben je nu wat be-treft salaris pas een volwaardig basis-schoonmaker op het moment dat je acht jaar ervaring hebt. Dat kan snel-

ler. Je hebt niet een paar jaar nodig om uit te groeien tot volwaardig basis-schoonmaker. Dat kan met behulp van een opleiding na één jaar.”

Zit er nog wel rek in het loongebouw, ze-ker in deze tijd? “Volgens mij heeft Jort Kelder ooit ge-zegd dat ondernemend Nederland niet failliet gaat, op het moment dat deze mensen één of twee euro meer krijgen. Het is standaard de makkelijkste weg in tijde van crisis te bezuinigen op secto-ren als de schoonmaak. Daar ga ik niet in mee. Waren organisaties nu uiterst efficiënt ingericht, dan was het wellicht

een ander verhaal. Maar kijk ik naar de winstmarges in de schoonmaakbran-che, naar de directeuren die er niet heel beroerd voor staan en naar de financië-le ruimte bij de opdrachtgevers, dan denk ik: mwah, volgens mij is daar nog wel wat mogelijk… Maar ik denk dat het belangrijk is te benadrukken dat de cao en het loongebouw kleine onderde-len zijn op de lange route naar respect.” Leg uit… “We moeten schoonmakers zien als ie-dere andere medewerker in een gebouw. Dáár kunnen we nog steeds heel veel op winnen. Dat uit zich onder meer in fat-soenlijke betalingen. Maar alles begint bij een respectvolle behandeling. Dat is ook het uitgangspunt van de code. Dat een grote groep Nederlanders werk ver-richt, dat nog steeds te weinig wordt ge-waardeerd. Schoonmakers voelen zich echt niet trotser op het moment dat ze iets meer betaald krijgen. Dat doen ze pas op het moment dat ze bijvoorbeeld ‘s morgens oprecht en netjes worden begroet. Dat kost niets. Ja, fatsoen.Helaas blijkt nog steeds dat dat al een grote opgave kan zijn. Echt, we zijn er nog lang niet.” «

(Advertentie)

Alles wat er gebeurd is de laatste jaren vloeit voort uit het lef van de schoonmakers om respect te vragen voor het werk dat ze doen.

26_28_JetLinssen.indd 28 20-03-13 15:08

Page 29: Service Management

Nieuw: een goed begin!www.svs-opleidingen.nl

Rhijnspoor 2672901 LB Capelle aan den IJsselTelefoon: 010 - [email protected]

Workshop Instructie bij Introductie Schoonmaken!

Interesse?

Doelgericht uw medewerkers leren introduceren en instrueren

Doe-dag vol rollenspellen, samen met de trainer én een acteur

Inclusief compacte Instructie bij Introductie-waaier

B U I T E N L A N D S E W E R K N E M E R S I N H U R E N ? K I J K O P W E E T H O E H E T Z I T. N LD I T I S E E N I N I T I AT I E F V A N H E T M I N I S T E R I E V A N S Z W I N S A M E N W E R K I N G M E T D E S V B , U W V E N G E M E E N T E N

S I N D S 1 J A N U A R I W O R D E N O V E R T R E D I N G E N S T R E N G E R B E S T R A F T

— Concurrentie is prima,zolang er maar

eerlijk gewerkt wordt . . .

ook onze buitenlandse werknemers betalen we marktconform. En we checken altijd of ze hier legaal mogen werken. Er zijn gewoon regels waar je je als werkgever aan te houden hebt. En het is niet meer dan normaal dat je dat ook doet. Ik heb ook totaal geen probleem met strengere straffen bij overtredingen. Concurrentie is prima, zolang het maar eerlijk gaat. —

. . .

SZW-Adv-ServiceManagement-185x130-man.indd 1 2/26/13 2:17 PM

26_28_JetLinssen.indd 29 20-03-13 15:08

Page 30: Service Management

30 Service Management nummer 4 april 2013

Meer informatie over de HACCP gecertifi ceerde sponzen en zemen met zilverionen. Kijk dan op www.3M.nl/haccp en op www.3M.nl/wipes.

Professionaliteit met HACCP certifi caat3M stelt zich met Scotch-Brite™ schoonmaakartikelen tot prioriteit

de normen voor hygiëne te verhogen en de productiviteit van klanten

te vergroten. Om tegemoet te komen aan de strengste hygiëne-eisen

is een specifi ek assortiment van Scotch-Brite sponzen en handpads

gecertifi ceerd door HACCP International. De HACCP-regelgeving is

wereldwijd erkend als veiligheidsgarantie onder meer op het gebied

van voedselveiligheid. Bedrijven die aan het HACCP-plan willen voldoen

kunnen aan de hand van de HACCP richtlijnen alle handelingen met

betrekking tot voeding beschrijven en de mogelijke risico’s voor

contaminatie in kaart brengen.

Christophe Steenhaut weet te vertellen dat 3M het enige bedrijf ter

wereld is met dit certifi caat. “Wij stellen ons tot doel de professionele

hygiënecultuur in keukens te bevorderen door effi ciënte en duurzame

schoonmaakproducten te bieden die gecertifi ceerd zijn door HACCP

International”.

Nog meer innovatiesBij de keuze van het juiste reinigingsmateriaal voor een bepaalde

toepassing is het belangrijk te kiezen voor producten die het risico op

besmetting minimaliseren en een optimale gebruiksduur garanderen.

Hugo Lens, Technical Specialist Building & Commercial Services legt uit

dat het geheim van de producten schuilt in de innovatieve technologie

van 3M. “Op het eerste gezicht lijken onze sponzen misschien op

andere, maar het essentiële verschil zit op het microscopische niveau”.

Bijvoorbeeld: tijdens het productieproces worden de schuurkorrels

gelijkmatig aangebracht tot diep in de pad. Daardoor blijft de

schuurkracht van de schuurspons gedurende de hele levensduur

even sterk. De Scotch-Brite pads van 3M hebben dan ook een lange

levensduur, laten geen residu achter en blijven effectief. Een ander

voorbeeld het alternatief voor de staalwolspons. Staalwolsponzen

worden uit de keukens verbannen omdat die metaaldeeltjes achterlaten

en een voedingsbodem zijn voor organismen. De 3M technologie

lanceerde de Purple spons en Hi-Pro spons. Voor delicate en

roestvrijstalen oppervlakken maakt de Purple spons, ondanks zijn ruw

aspect, geen krassen. Voor aangekoekte etensresten verwijdert de

Hi-Pro spons alle etensresten in een handomdraai.

Ook vieze zemen zijn vaak een voedingsbron voor bacteriële groei

en vormen zonder speciale aandacht een hygiëneprobleem. De groei

van bacteriën, schimmels en gisten worden voorkomen door zemen

van 3M met antibacteriële werking. Ze bevatten zilverionen die het

metabolisme van de bacteriën vernietigen, waardoor deze niet kunnen

overleven. De combinatie van de zemen met antibacteriële werking

en superieure kwaliteit zorgt ervoor dat alles hygiënisch en streeploos

schoon wordt.

Professionele oplossingen van 3M voor cateraars, restaurants en hotels.

Experts in reiniging, veiligheid en verzorging van oppervlakken.Hygiëne en voedselveiligheid in professionele keukens zijn de

belangrijkste uitdagingen voor cateraars, hotels en restaurants.

Er gaat niets boven het bereiden van goede gerechten in een

brandschone ruimte. Al ruim 50 jaar biedt 3M gespeciali-

seerde producten op basis van geavanceerde technologieën

waarmee een perfect evenwicht wordt bereikt tussen hygiëne,

productiviteit en verzorging van oppervlakken.

Advertorial

9821_advertorial_haccp_213x300_NL_10.indd 1 18-03-13 13:50

Voorkom een slippartij…

Of je een werknemer werkschoe-nen geeft, of aangeeft welke schoenen hij moet dragen, het

merendeel draagt sneakers of slippers. Ongeschikt schoeisel en ook verrekte glad… Daardoor zijn glij- en slippartijen in de schoonmaakbranche schering en inslag. Het is de werkgever die letterlijk onderuit gaat en voor de schade op-draait.

U bent aansprakelijk voor schade die een werknemer lijdt in de uitoefening van zijn werkzaamheden, tenzij u uw zorg-plicht bent nagekomen en de schade het gevolg is van opzet of bewuste roekeloos-heid van de werknemer. U moet dus maatregelen treffen en aanwijzingen en instructies geven, die de schade kunnen voorkomen. “Lekker makkelijk”, denkt u. “Ik verstrek werkschoenen of meld welke schoenen verplicht gedragen moe-ten worden.”Was het maar zo simpel. Recentelijk oordeelde de rechter in een kwestie waar

een werknemer, die dagelijks vloeren dweilde, op een onbewaakt ogenblik uit-gleed. Zij stelde de werkgever aansprake-lijk voor de schade: een gescheurde en-kelband, revalidatie en vooral veel immaterieel leed. Zij was doodsbang voor ziekenhuizen en had voor onder-zoek urenlang op de EHBO moeten doorbrengen. Ze was volledig getrauma-tiseerd en vorderde 10.000 euro schade-vergoeding.

ZorgplichtDe rechter gaf haar gelijk en oordeelde dat de zorgplicht van de werkgever voor de gezondheid en veiligheid van de werk-nemer een hoog veiligheidsniveau vereist van de betrokken werkruimte, werktui-gen en gereedschappen, alsook van de organisatie van de werkzaamheden. Bo-

vendien moet, op de omstandigheden toegesneden, toezicht worden gehouden en worden toegezien op naleving van in-structies. Het enkel verstrekken van werkschoenen om uitglijden te voorko-men, is dus onvoldoende. Daarnaast moet een actief veiligheidsbeleid worden gevoerd en moeten (zeer) regelmatig in-structies worden gegeven. Ik verbaas mij erover, hoe weinig oog de rechters heb-ben voor de eigen verantwoordelijkheid van de werknemer. De werkgever op zijn

beurt, krijgt zowaar bijkans ouderlijke taken toebedeeld en moet instrueren, beveiligen, waarschuwen en toezien.Als we de rechtspraak moeten geloven, is iedere werknemer voor dit onderwerp - wat betreft geestelijke ontwikkeling - blijven steken in het tweede levensjaar en moet de werkgever de werkomstan-digheden dermate kindvriendelijk ma-ken dat zich geen ongelukken voordoen.De escape, dat u niet aansprakelijk bent als sprake is van opzet of bewuste roeke-loosheid, is slechts juridische draaierij. Daarvan is namelijk pas sprake, als de werknemer wist dat zijn handelen tot schade zou lijden. En tja, wie wil er nou expres zijn enkel breken? Daar komt nog bij dat, zeker in schoonmaakland, niet of laaggeschoold personeel eerder regel dan uitzondering is en taalbarrières en

cultuurverschillen de arbeidsverhouding gecompliceerder maken. Ook de arbeids-moraal ligt laag, zodat de verhouding zich typeert als eenrichtingsverkeer: de schoonmaker eist respect en doet be-hoorlijk tegendraads, gewoon wat hem het beste uitkomt. Daar doet u, zoals Wiet van Broeckhoven al eens stelde, weinig tegen: “Ik wilde mijn kind naar een gehoorzaamheidscursus sturen. Maar het wilde niet.”

Een voorbeeldDesalniettemin kan het niet zo zijn dat de arbeidsverhouding een ouder-kind-re-latie wordt, waarbij u een onderhouds-verplichting heeft en daarnaast ook moet opvoeden. “Kijk uit! Trek je schoe-nen aan! Als je nu niet luistert, krijg je straf!” Omdat de rechterlijke macht dat anders ziet, een advies: de enige verstan-dige manier van opvoeden bestaat eruit een voorbeeld te zijn, desnoods een waarschuwend voorbeeld.

Mr. Jeske van Hoeckel is als advocaatarbeidsrecht bij VDB Advocaten Notarissen gespecialiseerd in de schoonmaak branche «

‘Kijk uit! Trek je schoenen aan! Als je nu niet luistert, krijg je straf!’

column Jeske van Hoeckel

Digitaal » www.vdb-law.nl » nl.linkedin.com/pub/jeske-van-

hoeckel/3/186/40 » Reageren? jeskevanhoeckel@vdb-

law nl

30 ColumnJeskeVanHoeckel.indd 30 20-03-13 15:11

Page 31: Service Management

Meer informatie over de HACCP gecertifi ceerde sponzen en zemen met zilverionen. Kijk dan op www.3M.nl/haccp en op www.3M.nl/wipes.

Professionaliteit met HACCP certifi caat3M stelt zich met Scotch-Brite™ schoonmaakartikelen tot prioriteit

de normen voor hygiëne te verhogen en de productiviteit van klanten

te vergroten. Om tegemoet te komen aan de strengste hygiëne-eisen

is een specifi ek assortiment van Scotch-Brite sponzen en handpads

gecertifi ceerd door HACCP International. De HACCP-regelgeving is

wereldwijd erkend als veiligheidsgarantie onder meer op het gebied

van voedselveiligheid. Bedrijven die aan het HACCP-plan willen voldoen

kunnen aan de hand van de HACCP richtlijnen alle handelingen met

betrekking tot voeding beschrijven en de mogelijke risico’s voor

contaminatie in kaart brengen.

Christophe Steenhaut weet te vertellen dat 3M het enige bedrijf ter

wereld is met dit certifi caat. “Wij stellen ons tot doel de professionele

hygiënecultuur in keukens te bevorderen door effi ciënte en duurzame

schoonmaakproducten te bieden die gecertifi ceerd zijn door HACCP

International”.

Nog meer innovatiesBij de keuze van het juiste reinigingsmateriaal voor een bepaalde

toepassing is het belangrijk te kiezen voor producten die het risico op

besmetting minimaliseren en een optimale gebruiksduur garanderen.

Hugo Lens, Technical Specialist Building & Commercial Services legt uit

dat het geheim van de producten schuilt in de innovatieve technologie

van 3M. “Op het eerste gezicht lijken onze sponzen misschien op

andere, maar het essentiële verschil zit op het microscopische niveau”.

Bijvoorbeeld: tijdens het productieproces worden de schuurkorrels

gelijkmatig aangebracht tot diep in de pad. Daardoor blijft de

schuurkracht van de schuurspons gedurende de hele levensduur

even sterk. De Scotch-Brite pads van 3M hebben dan ook een lange

levensduur, laten geen residu achter en blijven effectief. Een ander

voorbeeld het alternatief voor de staalwolspons. Staalwolsponzen

worden uit de keukens verbannen omdat die metaaldeeltjes achterlaten

en een voedingsbodem zijn voor organismen. De 3M technologie

lanceerde de Purple spons en Hi-Pro spons. Voor delicate en

roestvrijstalen oppervlakken maakt de Purple spons, ondanks zijn ruw

aspect, geen krassen. Voor aangekoekte etensresten verwijdert de

Hi-Pro spons alle etensresten in een handomdraai.

Ook vieze zemen zijn vaak een voedingsbron voor bacteriële groei

en vormen zonder speciale aandacht een hygiëneprobleem. De groei

van bacteriën, schimmels en gisten worden voorkomen door zemen

van 3M met antibacteriële werking. Ze bevatten zilverionen die het

metabolisme van de bacteriën vernietigen, waardoor deze niet kunnen

overleven. De combinatie van de zemen met antibacteriële werking

en superieure kwaliteit zorgt ervoor dat alles hygiënisch en streeploos

schoon wordt.

Professionele oplossingen van 3M voor cateraars, restaurants en hotels.

Experts in reiniging, veiligheid en verzorging van oppervlakken.Hygiëne en voedselveiligheid in professionele keukens zijn de

belangrijkste uitdagingen voor cateraars, hotels en restaurants.

Er gaat niets boven het bereiden van goede gerechten in een

brandschone ruimte. Al ruim 50 jaar biedt 3M gespeciali-

seerde producten op basis van geavanceerde technologieën

waarmee een perfect evenwicht wordt bereikt tussen hygiëne,

productiviteit en verzorging van oppervlakken.

Advertorial

9821_advertorial_haccp_213x300_NL_10.indd 1 18-03-13 13:5030 ColumnJeskeVanHoeckel.indd 31 20-03-13 15:11

Page 32: Service Management

32 Service Management nummer 4 april 2013

“Quotum is stigmatiserend”

De Participatiewet biedt de schoonmaakbranche mogelijkheden. Maar vooral het quotum dat ondernemingen verplicht mensen met een arbeidshandicap in dienst te nemen is voer voor discussie. Fokko EbbEns

De Participatiewet: een uitvloei-sel van het regeerakkoord tus-sen PvdA en VVD. Met de wet-

geving voegt het kabinet per 1 januari 2014 de Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening en een deel van de Wajong samen. De boodschap in het regeerakkoord luidt letterlijk: “We zorgen ervoor dat niemand tussen wal en schip valt. Naarmate het aantal plaatsen in de sociale werkvoorziening afneemt, neemt het aantal reguliere plaatsen voor arbeidsgehandicapten toe.” Een mooi streven. Maar de ma-nier waarop dat moet gebeuren, is voer voor discussie. Vooral het quotum is een heikel onderwerp. Dit ‘onderdeel’ van de Participatiewet eist dat werkge-vers met 25 of meer werknemers mini-maal vijf procent van hun personeels-bestand moeten invullen met mensen met een arbeidshandicap. Vanaf 1 ja-nuari 2015 wil het kabinet de maatre-gel stapsgewijs invoeren. Houden werk-gevers zich niet aan deze afspraak, dan volgt een boete.

Geen goede manierTijd voor een onderzoek. De Normaal-ste Zaak vroeg haar eigen leden - ondernemers die van mening zijn dat iedereen de kans moet krijgen naar ver-mogen deel te nemen aan de arbeids-markt - naar de toegevoegde waarde

van de nieuwe Participatiewet. Daarin spreekt één conclusie het meest tot de verbeelding: “Liefst 59 procent van de leden vindt een quotum geen goede manier meer werkgevers te motiveren iemand met een arbeidshandicap aan te nemen.” En de leden van de Normaalste Zaak zijn niet de enigen die hun vraagtekens zetten bij de regeringsplannen. Harry Haddering is voorzitter van TOOON, de belangenvereniging van jongeren met een arbeidshandicap. Hij is spas-tisch, zit in een rolstoel. Maar een kunstmatig gecreëerde toename van het aantal werkplekken voor mensen met een arbeidshandicap ziet hij niet zitten. “Wat is er stigmatiserender dan op deze manier een bedrijf binnenge-bracht te worden? Ik wil op basis van mijn kwaliteiten aangenomen worden. Niet op basis van het feit dat ik een be-paald quotum af moet vullen. Ik ver-wacht ook dat de werkgever niet blij is met deze regeling.”

Gemiste kans

Brancheorganisatie OSB kan zich vin-den in die bewoordingen. Evelyne Si-mons, beleidsadviseur arbeidsvoor-waarden en sociale zekerheid: “Op het moment dat je de focus op aantallen legt, ga je voorbij aan de kwaliteiten van mensen. We moeten voorkomen dat we mensen als nummer zien. Op basis daarvan wil ik namelijk ook niet aangenomen worden. Het is stigmati-serend. Een gemiste kans.” Want, zo stelt Simons, los van het quo-tum biedt de Participatiewetgeving de schoonmaakbranche mogelijkheden. “Schoonmaakbedrijven doen al best veel voor mensen die onder de Partici-patiewetgeving vallen. Voor een deel lijken de mensen die actief zijn in de schoonmaakbranche ook op de men-sen die nu vanuit de Participatiewet in-stromen. De begeleiding van mensen vormt een groot deel van de business van schoonmaakondernemingen. Kijk alleen al naar de samenwerking met de

Participatiewet

wetgeving

In het kort... » Invoering 1 januari 2014 » De Wet werk en bijstand, de Wet sociale werkvoorziening en een deel van de Wajong samen

» 25 of meer werknemers, minimaal 5 procent » 59 procent leden Normaalste Zaak: quotum geen goede manier » Quotum werkt stigmatiserend

32-33 Participatiewet.indd 32 20-03-13 15:12

Page 33: Service Management

33Service Management nummer 4 april 2013

wetgeving

verschillende SW-bedrijven. De bran-che is uitstekend in staat te kijken naar wat mensen wél kunnen en de begelei-ding te organiseren.”

DrempelVoor de regering fungeert het quotum als een stok achter de deur. Onnodig, stelt Haddering. Hij acht de kans op suc-cesvol participeren groter als bedrijven én arbeidsgehandicapten gezamenlijk naar een oplossing zoeken. “Een bedrijf dat mij in dienst wil nemen, moet vaak

over een bepaalde drempel heen. Wordt die drempel niet door beide partijen met een positieve houding geslecht, dan wordt die drempel naar verloop van tijd alleen maar groter. Dan zien mijn colle-ga’s mij nooit als een volwaardig perso-neelslid, maar als de jongen in die rol-stoel, die werd aangenomen om het quotum te behalen.” Bovendien heeft Haddering zijn vraagte-kens bij de werkelijke politieke beweegre-denen achter de wetgeving. “Vanzelf-

sprekend zegt staatssecretaris Jetta Klijnsma dat participatie voorop staat. Tegelijkertijd heeft ze ook aangegeven dat het quotum en de boeteregeling ab-soluut níét voorop staan, maar dat het wel mooi meegenomen is. Want op deze manier kan de wet uitgroeien tot een flinke melkkoe voor de staat, over de rug van de ondernemer.” De exacte inhoud van vooral de quo-tumregeling is bovendien nog enigszins in nevelen gehuld. Vanaf 1 januari 2015 wil de regering de regeling stapsgewijs

invoeren. Maar het voorstel moet nog door de Tweede Kamer. Volgens OSB ge-beurt dat waarschijnlijk eind september. Definitief is de quotumregeling dus nog niet. Simons: “Het wachten is op de openbaring van het conceptwetsvoorstel. Want wie controleert de regeling en wie legt de boetes op? En gaat het bij die norm van 25 werknemers over fullti-mers of parttimers? Daarnaast vragen wij ons af of er bij het invullen van het quotum sprake mag zijn van uitbesteed

personeel, of dat alleen het eigen perso-neel meetelt. Telt uitbesteed personeel wél mee, dan liggen daar kansen voor de schoonmaakbranche. Wat is er mooier dan als opdrachtgever een goed schoon-maakbedrijf in te huren en daarmee ook te voldoen aan de eisen van het quo-tum? Daar hameren wij wel op bij de politiek.” Want het omgekeerde is ook waar. Telt alleen eigen personeel bij het behalen van het quotum, dan kan dat grote ge-volgen hebben voor de schoonmaak-branche. Gelet op de doelgroep van de quotumregeling en de aard van de ge-middelde schoonmaakwerkzaamheden kan dat voor ondernemingen aanleiding zijn de schoonmaak in eigen beheer op te nemen. StimulerenLos van de nodige speculatieve scena-rio’s doet OSB, evenals Haddering, lie-ver een beroep op stimulerende maat-regelen, zegt Simons. “Wij denken dat de overheid de randvoorwaarden moet creëren, waarmee de overheid het aan-nemen van personeel met een arbeids-handicap stimuleert.” Haddering tot slot: “Daarom doe ik hierbij een op-roep aan ondernemers uit de schoon-maakbranche. Ik denk dat het goed is contact met elkaar te zoeken. Zo kun-nen we, vóórdat de regeling van kracht is, samen kijken naar de mogelijkhe-den. Realiseren we voor die tijd geza-menlijk die vijf procent bij een groot aantal ondernemingen, dan kunnen we de quotumregeling wellicht voor de lancering onderuit halen. Dat is een win-winsituatie voor beide partijen.” «‘De branche is uitstekend in staat te

kijken naar wat mensen wél kunnen en de begeleiding te organiseren’

“Ik wil op basis van mijn kwaliteiten aangenomen worden. Niet op basis van het feit dat ik een bepaald quotum af moet vullen”

Digitaal » www.rijksoverheid.nl/onder-werpen/re-integratie/partici-patiewet-bevordert-re-inte-gratie

» www.osb.nl » nl.linkedin.com/pub/harry-haddering/30/580/804

» www.vng.nl/onderwerpenin-dex/sociale-zaken/participatie-wet

» www.tweedekamer.nl/kamer-stukken/dossiers/contouren_participatiewet.jsp

Simons van OSB: “Telt uitbesteed personeel wél mee, dan liggen daar kansen voor de schoonmaakbranche.”

32-33 Participatiewet.indd 33 20-03-13 15:12

Page 34: Service Management

34 Service Management nummer 4 april 2013

Social return: nieuwe arbeidsverhoudingen

Social return als innovatie in de arbeidsverhoudingen is hot. Gemeenten doen niets liever dan deze nieuwe manier van aanbesteden omarmen. Eén van de voorlopers is de gemeente Lingewaard, onder de rook van Arnhem, mede-eigenaar van sociale werkvoorziening Presikhaaf Bedrijven. “Gemeenten gaan hun schoonmaak massaal inbesteden.” Ronald BRuins

De subsidiekraan wordt vanuit het rijk langzaam dichtge-draaid en daarom wijzigt me-

nig sociale werkvoorziening haar koers. Bezuinigingen op de zogeheten sw- bedrijven leidden in 2011 tot een tekort van in totaal 135 miljoen euro. De ei-genaren, in veel gevallen de gemeenten, moesten dat bedrag ophoesten. De ge-noemde cijfers werden eind 2012 be-kend. Het tekort was fors meer dan in 2010; toen bedroeg het nog 33 miljoen. Weliswaar kondigde het ministerie van Financiën verdere bezuinigingen hal-verwege 2012 af, maar het leed lijkt te zijn geschied. Gevolg is dat sociale werkvoorzieningen nog meer commer-cieel de boer op moeten of een nieuwe functie krijgen bij gemeenten. Ze fun-geren als arbeidsbureau voor de kaar-tenbakken van onder andere Wajon-gers, WW’ers en arbeidsgehandicapten. Ze zijn als het ware voor de onderkant van de arbeidsmarkt de open deur naar werk. In die zin hebben ze een bijzon-der nuttige functie, constateren Maris Braam, teamleider Facilitaire Zaken en Bestuurs en Managementondersteu-ning bij de gemeente Lingewaard, en Annemarie Guldie-Goulmy, manager diensten bij Presikhaaf Bedrijven.

TekortenDat constateert Cedris, de brancheorga-nisatie voor sw-bedrijven, ook. On-danks de economische crisis, gaan

steeds meer mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt aan de slag bij een gewone werkgever. Dit percentage steeg naar 32 procent. Het overgrote deel van de kosten van sw-bedrijven blijkt in loon te liggen. Afspraken daarvoor lig-gen vast in een speciale cao voor sw-be-drijven. In 2011 betaalde een sw-bedrijf per medewerker gemiddeld 2200 euro meer aan loonkosten dan aan subsidie werd ontvangen. “De tekorten worden opgevangen door in de overige kosten te snijden en waar mogelijk de opbreng-sten van het werk te verhogen”, zegt Cedris-voorzitter Iris van Bennekom. “Waar dat niet afdoende is, wordt het tekort opgevangen door een extra ge-

meentelijke bijdrage of door in te teren op het eigen vermogen van het bedrijf. De loonkosten zijn een gegeven. Het zou daarom onverstandig zijn als er geen geld meer overblijft voor de bege-leiding van mensen naar werk. Want werk moet centraal staan. Daarmee be-sparen we op uitkeringen en geven mensen de kans een nuttige bijdrage te leveren aan de samenleving.” Een extra gemeentelijke bijdrage en in-teren zijn twee mogelijkheden. Daar-naast zien sw-bedrijven steeds vaker de gaten in de markt. Ze zoeken bijvoor-beeld volop de samenwerking met com-merciële schoonmaakbedrijven. Voor-beelden daarvan zijn er bij de joint

Massale inbesteding

thema innovatie

Het nieuwe pand van de gemeente Lingewaard (onder de rook van Arnhem) waar de schoonmakers van Presikhaaf aan de slag zijn gegaan.

34-36 LingewaardSocialReturn.indd 34 20-03-13 15:13

Page 35: Service Management

35Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

»

ventures van Vebego, moeder van Hago, volop en ook ISS heeft te kennen gege-ven meer die kant op te willen. Vebego ziet in het onlangs overgenomen Licom Schoon bijvoorbeeld een kans in Lim-burg als mediator tussen de onderkant van de arbeidsmarkt en schoonmaak-werkzaamheden op te treden. Bij Pre-sikhaaf liggen de verhoudingen anders. De sociale werkvoorziening is eigendom van elf gemeenten, waaronder de ge-meente Lingewaard. “Door een con-tract met Presikhaaf te sluiten besteden we eigenlijk dus in”, zegt Braam. Hij verwacht dat dat veel vaker gebeurt bij

gemeenten. “Zij besteden massaal in. Tenminste, dat is mijn verwachting.” Ook Guldie-Goulmy ziet die trend. “Wij zijn met onze andere eigenaren, de andere tien gemeenten, ook in gesprek over onze dienstverlening. Met Linge-waard willen we laten zien dat onze mensen kwaliteit kunnen leveren en, niet onbelangrijk, onze mensen zijn en-thousiast en betrokken. Dat is voor onze klanten ook wat waard.” De rede-nen om in te besteden zijn simpel. Lin-gewaard wilde meer zakendoen met Presikhaaf. “Daarnaast vergt een Euro-pese aanbesteding ook veel tijd en in-spanning”, vertelt Braam. Het schoon-maakcontract liep eind 2012 af. “Waarom zouden we als mede-eigenaar van Presikhaaf hen dan niet naar bin-nen halen? Als mede-regievoerder haal je eigenlijk je eigen afdeling in huis”, zegt Braam. KaartenbakkenLingewaard ziet ook de nieuwe rol voor Presikhaaf. De kaartenbakken van de gemeente met mensen met een achter-stand tot de arbeidsmarkt moeten leeg. De betreffende inwoners zijn ermee ge-holpen en het bespaart in uitkeringen. Presikhaaf zegt bij monde van Guldie-Goulmy die functie graag te vervullen. Tegelijkertijd zien schoonmaakbedrijven een gesubsidieerd sw-bedrijf soms als oneerlijke concurrentie, terwijl datzelfde sw-bedrijf graag hun medewerkers laat doorstromen naar een regulier schoon-

maakbedrijf. Daarbij komt dat reguliere schoonmakers hebben moeten wijken voor schoonmakers van het sw-bedrijf. “Dat is inderdaad een vervelende conse-quentie van de keuze voor social re-turn”, zegt Braam. Vakbond CNV Vak-mensen uitte daarover eerder al zijn zorgen, aan de hand van een case bij de gemeente Tytsjerksteradiel. Die besteed-de uit aan sociale werkvoorziening Ca-paris, waarbij zes schoonmakers tussen wal en schip vielen. Caparis vond uit-eindelijk voor hen een oplossing, maar het geval staat niet op zich. Jan Kamp-herbeek van CNV Vakmensen waar-

schuwde in het vorige nummer van Ser-vice Management voor een draaideur. Mensen aan de onderkant van de ar-beidsmarkt komen via de kaartenbak-ken van de sociale werkvoorziening wel weer aan het werk bij de sociale werk-voorziening, maar wellicht niet meer in een reguliere baan. Guldie-Goulmy: “Het is aan ons sociale werkvoorzienin-gen om de komende jaren die brug met reguliere schoonmaakbedrijven te slaan. In plaats van verdringing van plaatsen op de arbeidsmarkt, kunnen de reguliere schoonmakers wellicht een rol spelen in de begeleiding van onze mensen.” Ook branchevereniging Cedris juicht dat toe, getuige de samenwerking die het zocht met de werkgevers in de schoonmaak, verenigd in OSB. De brug heeft Presikhaaf Bedrijven al geslagen bij

haar groenvoorzieningsactiviteiten. Gul-die-Goulmy: “Monsdal Arnhem, dat onderdeel uitmaakt van Dolmans Landscaping, heeft activiteiten én men-sen overgenomen van Presikhaaf Bedrij-ven. Er werken nu ruim 120 mensen van Presikhaaf Bedrijven bij Monsdal. Zij zijn verantwoordelijk voor het werk, het binnenhalen van de opdrachten en dagelijkse aansturing, terwijl Presikhaaf

Bedrijven zorgt voor de begeleiding en ontwikkeling van de mensen.” Guldie-Goulmy kent het klappen van de zweep in schoonmaakland. Ze werkte tien jaar bij Robbers (nu onderdeel van Gom) en daarna als districtsmanager bij EW Facility Services. “Voor de ge-meente Utrecht heb ik ooit een contract beheerd waarbij we gebruikmaakten van sw-medewerkers. Zodoende had ik erva-ring, voordat ik bij Presikhaaf aan de slag ging.” Presikhaaf biedt catering, be-veiliging, portiersdiensten en schoon-maak. In schoonmaak is de dienstverle-ning breed, zegt Guldie-Goulmy. “Van trappenhuizen tot kantoren, fabrieken en gemeentehuizen aan toe. We hebben een zeer mobiele ploeg, we hebben con-troleurs en sinds kort ook een inspec-teur in dienst.

73 procent van de schoonmakers heeft het basisdiploma schoonmaken behaald bij SVS. Alle aanbestedingen en inbeste-den behandel ik zelf. We zijn sterk ge-professionaliseerd de laatste jaren. Ik durf te stellen dat we niet onderdoen voor een regionaal schoonmaakbedrijf.” Het verschil met een ‘regulier’ schoon-maakbedrijf is volgens Guldie-Goulmy dat er meer begeleiding wordt geboden.

‘Het is veel snuffelen aan elkaar. Het is een markt die nog niet is uitgekristalliseerd’

‘Wij hoeven niet groter of meer… Wij willen mensen laten doorstromen naar regulier werk’

Werkvoorzieningen fungeren meer en meer als arbeidsbureau voor de kaartenbakken van onder andere Wajongers, WW’ers en arbeidsgehandicapten.

Guldie-Goulmy en Braam: “Social return wordt een keiharde voorwaarde van ge-meenten, die in het licht van de partici-patiewet overgenomen kan worden door het bedrijfsleven”.

34-36 LingewaardSocialReturn.indd 35 20-03-13 15:13

Page 36: Service Management

36 Service Management nummer 4 april 2013

thema innovatie

“Daar staat of valt de kwaliteit van schoonmaken mee. Wij kunnen die be-geleiding wél bieden, omdat we subsidie krijgen. Die aandacht heeft een aantal van onze mensen met hun problematie-ken ook nodig. Dat wil niet zeggen dat we soft zijn. Nee, we moeten ook af-spraken kunnen maken, bijvoorbeeld over op tijd zijn en er representatief uit zien. Aan de andere kant mogen mede-werkers ook wat van ons eisen, zoals een goede opleiding en een prima werk-plek.” OmdraaienGuldie-Goulmy ziet in het geval van de gemeente Lingewaard het concurrentie-probleem niet zo. “Ik draai het wel eens om. Het reguliere schoonmaakbedrijf kan ook mensen met een arbeidsbeper-king in dienst nemen of met een deta-cheringsformule opnemen in hun be-drijf. Het sw-bedrijf zorgt dan voor de begeleiding van de mensen en de dage-lijkse aansturing is in handen van het reguliere schoonmaakbedrijf.” Ze ha-mert erop dat ze, ondanks dat Presikhaaf als concurrent wordt gezien, toch sa-menwerking zoekt. “Wij hoeven niet groter of meer… Wij willen mensen la-ten doorstromen naar regulier werk. We willen daar een platform voor zijn. Kort-om: schoonmaakbedrijven kunnen bij ons goed opgeleide medewerkers vinden. Wij zijn als het ware hun opleidingscen-trum.” Dat wordt nog lang niet altijd zo ervaren, moet ook Guldie-Goulmy er-kennen, maar de ontwikkeling is gaan-de. “Het is veel snuffelen aan elkaar”, zo zegt ze beeldend. “Het is een markt die nog niet is uitgekristalliseerd. Dat merk je aan alle kanten.” Welke impact de nieuwe Participatiewet bijvoorbeeld straks heeft, is ook nog niet duidelijk. Deze schrijft voor dat bij grote werkge-

Digitaal » www.presikhaaf.org » www.lingewaard.nl » www.cedris.nl » www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/

re-integratie » www.rijksoverheid.nl/werkvoorzie

ning

In het kort... » SW open deur naar werk » Onderkant arbeidsmarkt » Inbesteding gemeente Lingewaard » Doorstromen naar regulier werk » Social return als keiharde voorwaar

de

vers met 25 of meer werknemers in de toekomst 5 procent van het personeels-bestand moet bestaan uit mensen met een arbeidshandicap. Dit wordt vanaf 1 januari 2015 stapsgewijs ingevoerd. Inmiddels is er een lobby gaande om ex-terne schoonmaakbedrijven de kans te geven die 5 procent (voor een deel) in te vullen voor een opdrachtgever. Of die lobby het haalt, is nog onduidelijk. Zo is het ook niet ondenkbaar dat ge-meenten voor de uitvoering van een deel van de aan hen door het Rijk toebedeel-de WMO hun sociale werkvoorzienin-gen inzetten, beschouwen beide geïnter-viewden al pratend. Werkvoorzieningen blijven zich in de toekomst richten op het plaatsen van mensen op de arbeids-markt, maar een deel van de mensen blijft volgens Guldie-Goulmy aangewe-zen op een beschermde werkplek. “Daar-bij is professionele begeleiding nodig vanuit sw-bedrijven, maar de dagelijkse aansturing kan prima bij een regulier schoonmaakbedrijf liggen.” De verwach-ting van Braam is dat uiteindelijk sociale werkvoorzieningen als losse commercië-le entiteiten buiten de gemeenten ko-men te staan. “Maar dat is een verge-zicht”, vertelt Braam er meteen bij. Hij benadrukt daarnaast dat de inbesteding geen handjeklap was. “We stellen dezelf-de eisen aan onze schoonmaak dan we bij de Europese aanbesteding zouden doen, compleet met DKS- en VSR-me-tingen en evaluatiemomenten. Wat er gebeurt als Presikhaaf niet aan die voor-

waarden voldoet? Dan gaan we alsnog Europees aanbesteden.” Presikhaaf zegt marktconforme tarieven te hanteren. Guldie-Goulmy: “Maar dan wel tarieven die recht doen aan het werk dat mede-werkers verrichten. In die zin zou je ons kunnen vergelijken met Hago Next.” Dat legt geen windeieren. Presikhaaf heeft een omzet van een kleine miljoen euro. De trend lijkt in elk geval gezet. Social return wordt een keiharde voor-waarde van gemeenten, een voorwaarde die zomaar, in het licht van de Participa-tiewet, overgenomen kan worden door het bedrijfsleven. Schoonmaakbedrijven moeten dan ook wel sociaal innoveren, vinden Guldie-Goulmy en Braam. “Anders blijven ze niet in beeld.” «

De schoonmakers van Presikhaaf die aan de slag zijn bij de gemeente Lingewaard.

(Advertentie)

thema innovatie

34-36 LingewaardSocialReturn.indd 36 20-03-13 15:13

Page 37: Service Management

37Service Management nummer 4 april 2013

de baas

»

‘We zoeken bewust naar bedrijven met een omzet vanaf 2,5 miljoen euro die specifieke schoonmaakkennis bezitten’

Van Hoof trad in augustus 2012 aan en had nog enkele maan-den voordat Frie van Hulten af-

trad na twaalf jaar leiding aan CSU te hebben gegeven. “Daardoor kon ik me goed inwerken en ook die vergaderin-gen meemaken die niet direct op mijn functie van toepassing zijn. Ik heb enorm betrokken medewerkers aange-troffen. De klant staat voorop, altijd. En het bedrijf staat als een huis. Dat mag als de nalatenschap van Frie wor-den gezien. Hij deed niet aan franje en kon ook duidelijk nee zeggen tegen leu-ke dingen als dat nodig is. Mede daar-door staan we er, ook financieel gezien, goed voor.” ICT-investeringenVan Hoof nam tijdens de meewerk­weken van CSU zelf stoffer en veger ter hand. “Dat viel me niet tegen, al­hoewel er dan natuurlijk extra op je gelet wordt. Dat werd dus extra poetsen aan de computerpaal die ik moest schoonmaken. Ik moest en zou het ding spic en span hebben.” Heeft de nieuwbakken directievoorzitter al accenten kunnen leggen? “Waar we al jaren specifiek op letten zijn de processen en het ziekteverzuim. Daar liggen de hoogste kosten. We moe­

ten, om dat laatste ter hand te ne­men, vergaand automatiseren. Om verder te verbeteren doen we be­drijfsbreed forse ICT­investeringen om de lijn te ondersteunen en de ac­curatesse en efficiëntie van processen te verhogen. Zo test het middenka­der momenteel apparatuur zoals de iPad.”

GerationaliseerdVan Hoof kwam van Zorg van de Zaak Netwerk (voorheen Maetis), waar hij sinds 2004 als algemeen directeur eindverantwoordelijk was. Dat is met bijna 140 miljoen euro omzet een top drie speler in de markt. Van Hoof was ruim elf jaar geleden financieel direc-teur van ISS. De verschillen ten opzich-te van toen treft hij vooral aan in het aantal aanbestedingen. “Die zijn in de schoonmaakmarkt verviervoudigd, als het niet meer is… Het inkoopproces is gerationaliseerd, waar je vroeger veel op je relatie met een klant kon binnenha-

len. Die ontwikkeling is niet alleen voorbehouden aan de schoonmaak-branche, ook in arbodienstverlening zie je die terug. Gevaarlijk wordt het daar waar getallen de boventoon voeren en het niet meer gaat over mensen. Zo hebben we bij Zorg van de Zaak wel eens een gunning gekregen zonder ons te presenteren. Dan gaat er eigenlijk

iets mis.” Van Hoof ziet in de prijsdruk op de schoonmaakmarkt ook een uit-was van de opkomst van aanbestedin-gen. “Maar ik zie ook dat de code ver-antwoordelijk marktgedrag goed werk levert, zonder de Nederlandse Mede-dingingsautoriteit in de wielen te rij-den. Ik zie steeds vaker aanbestedingen op de Economisch Meest Voordelige Inschrijving in plaats van alleen de prijs verschijnen. Maar we zijn er nog niet. Het wordt de kunst de code en ook het OSB-keurmerk verder te pro-moten. Het is in elk geval goed dat bij de gemeente Utrecht en de Rijksuniver-

‘Focus op alleen schoonmaken loont’Het niet winnen van het grootste schoonmaakcontract van Nederland (de binnenlandse treinen), lijkt CSU niet te deren. In het marktoverzicht van Service Management torent het bedrijf bovenaan in de ranglijst. Het Udense bedrijf sloot het boekjaar af met een 5 procent hogere omzet van 283 miljoen euro. “Je moet snel kunnen schakelen in deze hoog competi-tieve markt, waar schaalvoordelen meer en meer tellen”, zegt directievoorzitter John van Hoof. Ronald BRuins

John van Hoof, directievoorzitter CSU:

37_39_DeBaasDSU.indd 37 20-03-13 15:14

Page 38: Service Management

38 Service Management nummer 4 april 2013

de baas

siteit Groningen corrigerend door de codecommissie is opgetreden. De code stelt concreet paal en perk.”Van Hoof vulde de plaats in van Van Hulten. Gertjan van der Hoek is als rots in de branding in de driekoppige directie blijven zitten. Hij is verantwoordelijk

voor de operatie. Jan van der Schans gaf, om persoonlijke redenen, aan te stoppen als statutair directeur. Begin maart werd bekend dat hij wordt opgevolgd door Rob Meulendijks die verantwoordelijk is voor commercie. Meulendijks werkte vanaf 1991 bij de Van Gansewinkel Groep in Eindhoven in diverse commer-ciële functies. De laatste tien jaar was hij als commercieel directeur Benelux ver-antwoordelijk voor marketing en sales. Directievoorzitter Van Hoof staat erop het interview met zijn drieën te doen. “Immers, ik doe het niet alleen”, zegt hij. Met Meulendijks is het statutaire di-rectieteam dat de resultaten van de afge-

lopen jaren mag zien te evenaren, weer compleet. “We vormen met zijn drieën het collegiaal bestuur van de onderne-ming.” Van der Hoek: “CSU heeft het afgelopen decennium heldere keuzes durven maken. Het afstoten van beveili-ging, omdat daar een grote consolidatie-

slag gaande was waar wij niet in mee konden, was er zo een. We zijn niet in allerlei joint ventures gestapt, maar zijn als een dieseltrein doorgegaan met het uniformeren en het verhogen van de discipline in de processen. Dat leidde jaar in jaar uit tot stabiele resultaten. We laten zien dat het loont een strategi-sche focus op schoonmaak te hebben. Waarmaken staat bij ons hoog in het vaandel.”

One stop shopping CSU wil het afstoten van beveiliging niet bestempelen als het failliet van de gedachte van integraal facility manage-

ment. Aanbieders willen daarbij die ene partij worden, waar alles van beveili-ging tot landscaping, schoonmaak en catering is ondergebracht. One stop shopping. Van der Hoek: “Je ziet dat soort contracten nog steeds en wij wer-ken in consortia ook samen om dat soort contracten binnen te krijgen. We werken daarvoor als single service pro-vider intensief samen met bijvoorbeeld Johnson Controls, AAFM en Sodexo.”

DagschoonmaakCSU promoot dagschoonmaak en re-sultaatgerichte contracten. “Omdat het recht doet aan vakmanschap en zicht-baarheid van de schoonmakers. Maar het is de klant die zelf bepaalt of hij er aan toe is”, stelt Meulendijks. Van der Hoek: “We merken wel dat vooral dag-schoonmaak in veel gevallen een verrij-king betekent. Je ziet de waardering voor schoonmaak met sprongen voor-uit gaan. Verkijk je echter niet op de in-spanning die ermee is gemoeid. Mede-werkers moeten opgeleid worden en extra aandacht is nodig voor commu-nicatie. Maar we zijn sterk voorstander van dagschoonmaak. Je geeft de schoonmaker een gezicht en het con-tact met de kantoorgebruiker is recht-streeks. Daar plukken beide partijen de vruchten van.”

Met Tzorg is CSU voor 45 miljoen euro omzet ook vertegenwoordigd in de zorgmarkt. Van Hoof: “Dat in de we-tenschap dat we, om de zorgkosten naar beneden te brengen, langer thuis moeten blijven wonen. Daar zal dan

De driekoppige directie van CSU: Rob Meulendijks, John van Hoof en Gertjan van der Hoek.

(Advertentie)

‘Wie denkt dat de overnamemachine van CSU nu wel uitgedraaid is, heeft het mis’

37_39_DeBaasDSU.indd 38 20-03-13 15:14

Page 39: Service Management

39Service Management nummer 4 april 2013

de baas

In het kort… » Vergaand automatiseren » Inkoopproces gerationaliseerd » Rob Meulendijks toegetreden tot directie

» Heldere keuzes basis voor succes » Op zoek naar overnames

Digitaal » www.csu.nl » nl.linkedin.com/in/johnvanhoof » twitter.com/CSUcleaning » managementscope.nl/manager/john­van­hoof

» www.tzorg.nl

ook een groei van het schoonmaak-werk komen.” Die groei lijkt te stuiten nu er stevig wordt gekort op het budget van de Wet Maatschappelijke Onder-steuning die gemeenten uitvoeren. “Maar de trend is onmiskenbaar naar meer thuiszorg. We zijn dan ook niet bang dat de bodem onder thuiszorg wegvalt. Het is vooral een kwestie van hoe de financiering in de toekomst loopt. Waarschijnlijk worden meer kos-ten afgewenteld op de gebruiker van de thuiszorg zelf.”

Kennis versterkenCSU bedient 260 gemeenten. “Hoe die kosten in de toekomst lopen, is zéker onderwerp van gesprek met hen.” Zorg, transport en food zijn net als lei-sure belangrijke takken waarin CSU wil verbreden, alhoewel ‘ouderwetse’ kantoorschoonmaak nog altijd de hoofdmoot van de werkzaamheden voor CSU uitmaakt. In leisure was CSU al een bekende in vakantiepar-ken, maar werd het met de overname van Albatros ook een speler in de ho-

telbranche. Het Udense bedrijf betaal-de enkele miljoen aan de curator voor merknaam, klanten, voorraden en de-biteurenportefeuille. Daarmee nam het 11 miljoen aan om-zet en 800 medewerkers over. Van Hoof: “Dit was een buitenkans om ons te versterken in hospitality. We kunnen hiermee onze kennis verster-ken. Bedoeling is de rest van CSU te laten profiteren van de hospitalityken-nis van Albatros. Dat is een logische stap nu de hospitalitygedachte ook meer in de kantorenmarkt zijn intrede doet.”

Hoe kon Albatros failliet gaan? Van Hoof is voorzichtig in de beantwoor-ding van die vraag. “Het was en is een sterk bedrijf. Maar wel een bedrijf dat kromp. Er werd wel gereorganiseerd om het aantal centrale medewerkers in lijn met de daling van het aantal opdrach-ten mee te laten gaan, maar dat ge-beurde naar ons idee niet snel genoeg. Daarnaast kende het bedrijf een relatief hoog ziekteverzuim.”

BuitenkansIn processen en ziekte-verzuim ziet CSU met zijn methodes kansen, net zoals het weer van de hospitality van Albatros wil leren. De buitenkans is een voorbeeld van het acquisitiebeleid van CSU. “We zoeken bewust naar regionaal opererende be-drijven met een omzet vanaf 2,5 miljoen euro die specifieke schoon-maakkennis bezitten. Fermie Schoonmaak dat sterk in de schoonmaak van bussen is, is daar ook een goed voorbeeld van.” Wie denkt dat de overnamemachine van CSU nu wel uitgedraaid is, heeft het mis. Eind 2012 sloot CSU een her-financieringstraject af met ABN Amro en ING, waardoor er geld voor

verdere overnames beschikbaar kwam. Wie van zijn bedrijf af wil, bijvoorbeeld omdat er geen bedrijfsopvolging is, kan zich in Uden melden. Dat geldt niet al-leen voor specialistische schoonmaak-bedrijven, maar ook voor ondernemin-gen die zich op een zogeheten blinde vlek van de kantorenkaart van CSU be-vinden.

Voorwaarts“We zijn zo georganiseerd dat we snel kunnen schakelen. We zijn inmiddels ervaren in overnametrajecten. Bij Alba-tros heeft ons dat geholpen om in enke-le dagen een goed onderbouwd bod uit te brengen. Je moet snel kunnen schake-len in deze hoog competitieve markt, waar schaalvoordelen meer en meer tel-len.” CSU wil vooruit schaken. Passief achterover leunen is er niet bij. Ook niet toen het grootste schoonmaakcontract van het land (die van de binnenlandse treinen) aan de neus voorbij ging. Van der Hoek: “Vooruitlopend op een even-tueel verlies, hebben we destijds OCS Schoonmaak aangekocht. Daarmee wis-ten we in elk geval dat we niet te veel in omzet achteruit zouden gaan.”

Van Hoof tot slot: “We gaan voorwaarts en hebben een ontzettende gedrevenheid om ons specialisme verder in te vullen, dichtbij het primaire proces van de klant. Of dat de klant niet te afhankelijk van CSU maakt? Nee, ik prefereer aan-hankelijk boven afhankelijk.” ‹‹

Van Hoof: “CSU heeft het afgelopen decennium heldere keu-zes durven maken.”

37_39_DeBaasDSU.indd 39 20-03-13 15:14

Page 40: Service Management

Het Nieuwe Werken

over

congres

Optimale ICT-middelen, trendy werkplekken, moderne fl exkantoren, variabele werktijden. Veel organisaties zijn inmiddels bekend met Het Nieuwe Werken en passen het al toe. Maar dat gaat niet overal even soepel. Dat is niet zo vreemd, want met een focus op alleen de faciliteiten kom je er niet. Om Het Nieuwe Werken succesvol te maken zijn ook andere zaken belangrijk. Zaken die vooral te maken hebben met een cultuuromslag, waarbij vertrouwen, verandering en verantwoordelijkheid centraal staan.

In december was het congres uitverkocht. Tijdens dit middagcongres kunt u alsnog deelnemen aan de als eerste uitverkochte sessies!En leert u hoe u Het Nieuwe Werken op alle fronten succesvol invoert.

Over vertrouwen, veranderenen verantwoordelijkheid

www.ohnw.nl/congres

Bekijk het complete programma en schrijf u in:

INFORMATIE EN AANMELDENDATUM: woensdag 24 april 2013

LOCATIE: Vergader-en congrescentrum NBC in Nieuwegein

PRIJS: €295,- p.p. bij deelname van 1 persoon

van één organisatie €245,- p.p. bij deelname van 2 personen

van één organisatie €225,- p.p. bij deelname van 3 personen of meer

van één organisatie

VOORWAARDE: Om te profi teren van de korting, moeten de deelnemers zich in 1 keer aanmelden. U ontvangt dan ook 1 factuur.

INFORMATIE: www.overhetnieuwewerken.nl/congres

CMYK: Blauw: c70/m30 Groen: c30/y70 Oranje: m70/y70

RGB: Blauw: R74/G150/B205 Groen: R199/G214/B205 Oranje: R235/G107/B74

|

c89-m71LETTERSzwart-100

#congres #ohnw

Woensdag 24 april 2013 / NBC Nieuwegein

Over Het Nieuwe WerkenMIDDAGCONGRES

Inschrijvenmet meermensen=KORTING!

0021_ADV_OHNW_MiddagCongres_A4.indd 1 18-02-2013 15:45:3541-43 Berretty.indd 40 20-03-13 15:15

Page 41: Service Management

41Service Management nummer 4 april 2013

»

intermediair

‘De 1e 15 schoonmaakbedrijven hebben het keurmerk sowieso allemaal, dus in die categorie is het onderscheid al weg’

Geen animo voor EU-aanbestedingen

Op de schoonmaakmarkt opereren veertig tot vijftig adviesbureaus, waar-van een tiental met een zekere omvang die vooral grote aanbestedingen begeleiden. De overige bestaan uit bureaus met slechts enkele (parttime) medewerkers of eenmanszaken, die wat minder inschrijvingen voor hun rekening nemen en zich vooral toeleggen op het controleren van al of niet uitbesteed schoonmaakwerk. Een portret van zo’n makelaar annex VSR-inspecteur. Dick van Zomeren

Begin jaren tachtig was er in de vorm van ASO in Wassenaar en ABKB in Santpoort ineens het

fenomeen schoonmaakadviesbureau, waarvan de eigenaren zich gingen be-moeien met de contracten tussen ge-bouwbeheerders en schoonmaakbedrij-ven. Vooral die laatste groep kwam daar tegen in het verweer omdat de ad-viseurs altijd lagere contracten bedon-gen en hun honora rium koppelden aan de te betalen bezuinigingen. Des te ho-ger de bezuiniging, des te hoger hun honorarium. Inmiddels zijn we een ge-neratie verder en hebben de adviseurs vooral bij grote aanbestedingen een ei-gen plek veroverd. Echt hartelijk zijn de betrekkingen tussen schoonmaakbe-drijven en intermediairs nog altijd niet, maar de scherpe kantjes zijn er wel af. De adviseurs zijn nu vooral actief als consultant en controleur, uitgaande van de richtlijnen van de Vereniging Schoonmaak Research (VSR).

Genoeg ervaringTot die laatste categorie behoort de vanuit Bemmel, tussen Arnhem en Nij-megen, opererende Jan-Pieter Berretty. Op zijn kaartje staat Makelaardij in

schoonmaakdienstverlening en Gecer-tificeerd VMS-makelaar, maar dat dekt de lading niet echt. Berretty (56) doet namelijk meer dan schoonmaak, want ook catering en interimmanagement

heeft hij in het pakket. En hij heeft ge-noeg ervaring in dat werk. Na zijn stu-die aan de Hotelschool werkte Berretty zeven jaar lang bij de facilitaire dienst van een psychiatrisch ziekenhuis en als assistent Hoofd Civiele Dienst bij een provinciale kruisvereniging, nu een grote thuiszorgorganisatie. Berretty: “Die functies resulteerden in de eerste contacten met schoonmaakbedrijven en dat werk vond ik machtig interes-sant, vandaar dat ik toen de schoon-maakcursus Hoger Kader bij het Bouw-centrum ging volgen.”Vanaf 1985 trad hij op als ambulant objectleider, in dienst bij Hago voor de Philips-vestiging in Nijmegen. Tot 1999

werkte Berretty voor Hago als rayonlei-der vanuit Apeldoorn, Nijmegen en Eindhoven, want “ik hou van een zwer-vend bestaan.” In 1999 maakte hij als accountmanager een kort uitstapje

naar Compass Group (bedrijfscatering) om enkele jaren later voor zichzelf te beginnen als Berretty Schoonmaakcon-sultancy. Wat bracht hem ertoe om ondernemer te worden? “Ik zat thuis en vroeg me af: Wat kan en wil ik nog allemaal? Adviseren, dat vond ik inte-ressant. Ik kwam toen in contact met Rijk van Veen uit Vaals, de toenmalige voorzitter van de Vereniging van Make-laars in Schoonmaakdienstverlening, de oude VMS. Van Veen wilde zijn con-trolewerkzaamheden boven de grote ri-vieren wel overdragen en zo rolde ik de advieswereld in. Voor mijn eerste aan-besteding werd ik gevraagd door een particuliere kliniek in Hilversum en via

Jan-Pieter Berretty

Het Nieuwe Werken

over

congres

Optimale ICT-middelen, trendy werkplekken, moderne fl exkantoren, variabele werktijden. Veel organisaties zijn inmiddels bekend met Het Nieuwe Werken en passen het al toe. Maar dat gaat niet overal even soepel. Dat is niet zo vreemd, want met een focus op alleen de faciliteiten kom je er niet. Om Het Nieuwe Werken succesvol te maken zijn ook andere zaken belangrijk. Zaken die vooral te maken hebben met een cultuuromslag, waarbij vertrouwen, verandering en verantwoordelijkheid centraal staan.

In december was het congres uitverkocht. Tijdens dit middagcongres kunt u alsnog deelnemen aan de als eerste uitverkochte sessies!En leert u hoe u Het Nieuwe Werken op alle fronten succesvol invoert.

Over vertrouwen, veranderenen verantwoordelijkheid

www.ohnw.nl/congres

Bekijk het complete programma en schrijf u in:

INFORMATIE EN AANMELDENDATUM: woensdag 24 april 2013

LOCATIE: Vergader-en congrescentrum NBC in Nieuwegein

PRIJS: €295,- p.p. bij deelname van 1 persoon

van één organisatie €245,- p.p. bij deelname van 2 personen

van één organisatie €225,- p.p. bij deelname van 3 personen of meer

van één organisatie

VOORWAARDE: Om te profi teren van de korting, moeten de deelnemers zich in 1 keer aanmelden. U ontvangt dan ook 1 factuur.

INFORMATIE: www.overhetnieuwewerken.nl/congres

CMYK: Blauw: c70/m30 Groen: c30/y70 Oranje: m70/y70

RGB: Blauw: R74/G150/B205 Groen: R199/G214/B205 Oranje: R235/G107/B74

|

c89-m71LETTERSzwart-100

#congres #ohnw

Woensdag 24 april 2013 / NBC Nieuwegein

Over Het Nieuwe WerkenMIDDAGCONGRES

Inschrijvenmet meermensen=KORTING!

0021_ADV_OHNW_MiddagCongres_A4.indd 1 18-02-2013 15:45:3541-43 Berretty.indd 41 20-03-13 15:15

Page 42: Service Management

42 Service Management nummer 4 april 2013

intermediair

via kwam het werk gewoon naar me toe. In het begin heb ik het wel gepro-beerd met koude acquisitie. Maar dat leuren en bellen is niets voor mij en heb ik daarna ook nooit meer gedaan.”

Onder vuurAdviesbureaus voor schoonmaak lig-gen al dertig jaar onder vuur van aan-bieders van diensten of worden op z’n minst met argwaan bekeken. Maakt hem dat niets uit? “Nee, want in de contacten met schoonmaakbedrijven merk ik persoonlijk niets van aversie. Wat ik meer constateer is dat men ongemakkelijk wordt of verkrampt als we een controleronde gaan lopen. Dan staat iedereen in de houding, ter-wijl dat in mijn ogen overbodig is. Schoonmaakondernemers zijn bij een inschrijving altijd op hun hoede om-dat de gebouwbeheerder ze in een keurslijf dwingt door frequenties en prijzen aan te geven. Mijn rol is de aanbesteding dan zo te plooien dat een vast omlijnd schoonmaakpro-gramma wordt losgelaten en aange-past. Ik kan tegen de beheerder zeg-gen: ‘wat wil je en hoe gaan we het laten doen’? Dus de uitvoerende partij ruimte geven om creatief te kunnen werken. Wat nu in de mode is, best value performance, geeft in ieder ge-val die ruimte.”Eén van de bezwaren tegen adviesbu-reaus is dat men niet alleen de (inci-dentele) inschrijving afhandelt, maar dat koppelt aan het recht om periodiek ook de betaalde uitvoering te mogen controleren. Met andere woorden: ze dwingen een vervolginkomen af. Berretty: “Dat is inderdaad een hot item omdat je dan bij de opdrachtge-ver binnen blijft. Als bij gunning de vraag wordt opgeworpen: wie gaat dat allemaal controleren, dan meld ik dat ook te kunnen doen. Maar zeg er wel altijd bij dat tientallen VSR-inspec-teurs daartoe gemachtigd zijn. Als de keus dan toch op mij valt, komt dat doordat er al een sfeer van vertrou-wen is ontstaan.”

Geen EU-aanbestedingenGeen Europese aanbesteding of er komt een adviesbureau aan te pas. Ze-ker bij de overheid of grote instellin-gen. Maar daarbij stuit de inschrijver

niet op Berretty. “Nee, laat anderen dat maar doen. EU-inschrijvingen ver-mijd ik omdat ik als eenmanszaak on-mogelijk alle jurisprudentie, voor-schriften, juridische aangelegenheden en de papiermolen kan bijhouden. Elke provincie heeft wel één of twee grotere adviesbureaus die dat graag doen. Ik beperk me tot onderhandse aanbestedingen, die zijn leuk om te doen. Daarvan doe ik er vijf tot zes per jaar. Opvallend genoeg, maar wel leuk, dat die ook binnenkomen door-dat een schoonmaakbedrijf tegen een

gebouwbeheerder zegt: je moet Berret-ty eens vragen! Controleren komt meer voor dan aanbesteden. Ongeveer 60 procent van mijn tijd werk ik als VSR-inspecteur, de rest van de tijd gaat op aan aanbestedingen en één dag per week ben ik werkzaam op fa-cilitair gebied bij een onderwijsinstel-ling. Ik kijk waar voor hen geld valt te verdienen op het gebied van afvalinza-meling, telefonie, kopieer- en druk-werk en dergelijke. Dat is allemaal heel divers en veel aantrekkelijker dan EU-aanbestedingen.”

Berretty, méér dan alleen schoonmaakconsultancy.

41-43 Berretty.indd 42 20-03-13 15:15

Page 43: Service Management

43Service Management nummer 4 april 2013

intermediair

Digitaal » www.berrettyconsultancy.nl » www.schoonmaakmakelaar.nl » www.vsr-org.nl » nl.linkedin.com/pub/jan-pieter-berret-ty/7/654/582

‘Dat leuren en bellen is niets voor mij en heb ik daarna ook nooit meer gedaan’

Op zijn kaartje staat dan nog wel Ge-certificeerd VMS-makelaar, maar Ber-retty heeft allang afscheid genomen van de oorspronkelijke VMS. Waarom? “Dat was de oude VMS. Die bestaat trouwens niet meer en heet nu stich-ting Emcas. Er is recentelijk wel een vernieuwde VMS opgericht, maar daar-van ben ik geen lid. De vroegere VMS zag ik als een platform voor het wisse-len van gedachten en het opdoen van ideeën, maar naarmate een club forme-ler wordt, voel ik me er minder thuis. Nu krijg je te maken met jaarlijkse au-

dits en externe controle op mijn werk. Dat vind ik onplezierig. Ik ben doelbe-wust vrij ondernemer geworden, werk naar mijn mening correct en houd me aan het burgerlijk wetboek. Dan voel ik niets voor een externe beoordeling en extra kosten.” Ontbeer je als eenmans-zaak dan geen klankbord? “Dat is er wel. In de vorm van opdrachtgevers,

directies van schoonmaakbedrijven en vooral beurzen zoals de VSR-bijeen-komsten.”

Concurrentie in adviesVanaf 1 mei moeten OSB-leden over een keurmerk beschikken. Gaat hij als intermediair bij inschrijvingen dan al-leen schoonmaakbedrijven uitnodigen die over het OSB-keurmerk beschik-ken? “Nee, tenzij de opdrachtgever dat als eis stelt. In mijn klantenkring is er nog niemand over begonnen en uit mezelf zal ik dat ook niet doen. De

eerste vijftien schoonmaakbedrijven hebben het keurmerk sowieso alle-maal, dus in die categorie is het on-derscheid al weg. Ooit was het lid-maatschap van OSB al een selectie- criterium maar kennelijk is er iets niet goed gegaan, waardoor de lat met een keurmerk nu hoger wordt gelegd. We wachten de ontwikkelingen wel af. Maar voorlopig wil ik bij inschrijvin-gen nog op mijn eigen oordeel af gaan en let vooral op de persoonlijke inte-griteit van de aanbieder.”Wat is er op de schoonmaakmarkt in het segment adviseurs/intermediairs veranderd in de afgelopen tien jaar? Berretty: “Naar mijn mening is het meer laagdrempelig geworden. Vijftien jaar geleden werd de markt van aanbe-

In het kort... » Vanaf 1985 ambulant objectleider » Tot 1999 voor Hago rayonleider » Zelfstandig ondernemer: Berretty Schoonmaakconsultancy

» Ik merk persoonlijk niets van aversie » Best value performance geeft de ruimte

stedingen en vooral VSR-inspecties ge-domineerd door de grote bureaus. Nu zijn er veel meer ZZP’ers en tientallen al of niet parttime VSR-controleurs en -inspecteurs. Van een koppeling tus-sen de behaalde bezuiniging en het honorarium is geen sprake meer. Ik-zelf werk volgens een aanneemsom of op basis van uren met een vast uurta-rief. De opdrachtgever kiest. Maar er is zeker meer concurrentie en het is heel gewoon om richting gebouwbeheerder eerst een offerte te moeten maken voor de kosten van een inschrijving of je periodieke inspectieronden. Ook daar is dus al sprake van vergelijkend warenonderzoek.” «

(Advertentie)

41-43 Berretty.indd 43 20-03-13 15:15

Page 44: Service Management

44 Service Management nummer 4 april 2013

materialen & middelen

DiBo introduceert nieuwe producten voor ‘schoonmaakvoorjaar’Het voorjaar is in aantocht en dat betekent reinigen, beseft Dibo. Daarom start het bedrijf met een nieuwe voorjaars­actie. DiBO introduceert onder meer enkele nieuwkomers in haar assortiment. Zo heeft DiBO haar assortiment hoge­drukreinigers vernieuwd voor de semi­professional en de doe­het­zelver. DiBo: “Alle modellen zijn standaard zeer com­pleet en meteen operationeel dankzij de ingebouwde haspel, inclusief hogedrukslang en lansen met verschillende nozzles. De twee zwaarste modellen zijn uitgevoerd met een kwaliteitsvolle radiale pomp en daardoor nagenoeg onder­houdsvrij.” De professionele tapijtreiniger DiBO P7 SE moet het programma vloerreinigers compleet maken, stelt het bedrijf. “Het is een zeer compacte en ergonomische extractie interieurreiniger, ge­bouwd volgens een ingenieus technisch systeem. De shampoo­oplossing wordt mid­dels een krachtige pomp geïnjecteerd in het tapijt, waarna het opnieuw wordt opgezo­gen.” Tot slot hoopt het bedrijf een oplossing te hebben voor ongevallen tijdens hogedrukwerkzaamheden. Daarom introduceert DiBo beschermkleding van het Zweedse Merk TST. “Deze kledij van Scandinavische topkwaliteit is helemaal in lijn met de hoge kwaliteitseisen die we aan onze eigen producten stellen en ze beant­woordt aan de Nederlandse Arbowet­ en regelgeving.” www.dibo.nl

Herintroductie DUO-handdoekautomaat CWS Nederland herintroduceert de DUO handdoekautomaat. “De DUO zorgt niet al­leen voor een schone portie handdoek van 100 procent katoen, maar ook voor dubbele zekerheid. Als de ene rol op is, wordt de tweede als vanzelf geactiveerd. De DUO is daar­om zowel geschikt voor drukbezochte als weinig bezochte toiletruimtes. Doordat de dis­penser twee rollen bevat kan het schoonmaakpersoneel beter plannen en is de sanitaire ruimte continu voorzien van voldoende handdoeken.” De CWS ParadiseLine, waarvan de DUO deel uitmaakt, is bekroond met diverse design­ en milieuonderscheidingen, waar­onder de Red Dot Award voor product design, de Plus X Award voor beste product van 2011 en de Purus Award voor buitengewoon design. www.cws.nl

Wandbescherming Storax moet bacteriën tegengaan Leverancier Storax BV uit Zwijndrecht claimt met Acrovyn Bactericide wandbescherming te intro­duceren die effectief de groei en verspreiding van gevaarlijke bacteriën tegengaat. Storax levert en monteert al 30 jaar hoek­ en wandbescherming. Zowel in rvs, aluminium als in kunststof. Storax heeft haar assortiment nu uitgebreid met Acrovyn Bactericide. Deze is ontwikkeld om “effectief de groei en verspreiding van gevaarlijke bacteriën tegen te gaan en zo het risico van contactbesmetting sterk te reduceren.” Vooral de staphylococcus aurus, eschericia coli en mycobacterium smegmalis worden volgens de leverancier binnen 24 uur gedood. Daarnaast beschermt Acrovyn naar zeggen van de leverancier de wanden optimaal tegen beschadigingen. “Het zorgt voor een blijvend mooie en strakke uitstraling.” Acrovyn Bactericide is volgens Storax toepasbaar in vele sectoren waaronder de gezondheidszorg, de levensmiddelenindustrie en de farmaceutische industrie.www.storax.nl

Collé breidt uit met hoogwerkers van H.A.B. Collé Rental & Sales breidt haar assortiment uit met diverse hoogwerkers van het Duitse merk H.A.B. Hiermee wil Collé Rental & Sales haar positie als specialist en marktleider op het gebied van hoogwerkers in de Benelux benadrukken. Frits Collé: “De hoogwerkers van H.A.B. overtuigen op het gebied van kwaliteit en efficiëntie. Belangrijke toegevoegde waarde voor ons is dat H.A.B. kan voldoen aan specifieke klantwensen bij de bouw van haar hoog­werkers.” Andreas Becker namens H.A.B.: “Ons bedrijf kenmerkt zich met een hoge toewij­ding aan kwaliteit en klanttevredenheid. Tijdens onze productie besteden we veel aandacht aan kwaliteit en milieu. Dat resulteert in betrouwbare, degelijke en stabiele hoogwerkers met een lange levensduur.”www.colle.eu

44 Middelenenmaterialen.indd 44 20-03-13 15:16

Page 45: Service Management

45Service Management nummer 4 april 2013

osb-nieuws

OSB werkt aan bekendheid OSB-keurmerk

uit steen. Deze ‘advertentie’ gaan we rond de paasdagen in verschillende ste-den op drukbezochte plaatsten plaatsen. We bezoeken ’s-Hertogenbosch, Eindho-ven, Den Haag, Rotterdam, Breda, Am-sterdam, Zwolle, Utrecht, Maastricht, Groningen, Arnhem en Apeldoorn.

OSB-keurmerk registerWilt u weten of uw schoonmaak- en glazenwasserbedrijf het OSB-Keurmerk heeft? Kijk dan in het OSB-keurmerk-register op www.osb.nl. «

Om de bekendheid van het OSB-keur-merk te vergroten, zet OSB een groot scala aan communicatiemiddelen in. Niet alleen OSB werkt aan de bekend-heid, maar ook de leden krijgen midde-len om het keurmerk in hun eigen re-gio en onder hun klanten te promoten. Verder gaan we 20.000 MKB-opdracht-gevers in april een direct mailing stu-ren over het OSB-keurmerk.

Campagne op landelijke enregionale radiozenders

OSB adverteert weer op de radio.Radio-commercials maken weer onderdeel uit van campagne. In maart en april 2013 zijn we weer te horen op Radio 1 en BNR (Business News Radio). We laten de radiocommercials ook horen op der-tien regionale radiozenders. De radio-commercials en het uitzendschema zijn te vinden op www.osb.nl. Ook in mei/juni en september laten we de radio-spots op weer verschillende radio-

zen ders horen. Beamactie in verschil-lende steden. In januari hebben we in Amsterdam, Groningen, Rotterdam, Eindhoven, Zwolle en Tilburg een lu-diek � lmpje getoond op grote gebou-wen. Heeft u dit gemist? Kijk eens op onze Facebookpagina, hier zijn alle fo-to’s en het � lmpje te zien.

Frisvertising in verschillendesteden van Nederland

Frisvertising, een advertentie die door watersjabloneren wordt schoongespoten

De OSB-Keurmerkcampagne is op stoom gekomen! Dit keurmerk is de kwaliteitsstempel waarmee we een gezicht geven aan de integriteit, betrouwbaarheid en kwaliteit van de aan-gesloten schoonmaak- en glazenwasserbedrijven.

OSB - ondernemend voor de schoon-maakbranche: er gebeurt veel in en rond de werkgeversvereniging. Daar-om maandelijks in Service Manage-ment: OSB-nieuws, een pagina met actue-le branche- en verenigingsinfor-matie.

45 osbnieuws.indd 45 20-03-13 15:46

Page 46: Service Management

contacten en contracten

46 Service Management nummer 4 april 2013

Hago Zorg start bij Bouman

Opleiding op maat voor St. Antonius Ziekenhuis

Effektief Groep dichterbij groeiambities

Nederrijn Groep neemt Intoned over

Bouman Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ) wil samenwerken met Hago Zorg. Hoewel het tweejarig contract officieel op 1 april van kracht werd, startte Hago Zorg 11 februari reeds met de schoonmaak-werkzaamheden op de eerste locatie. Cen-traal in de overeenkomst staat een input-gerichte samenwerking, waarbij de focus volgens Hago ligt op het optimaliseren van de technische kwaliteit van de schoon-maak. “Daarnaast is patiëntparticipatie een belangrijk onderdeel van het partner-schap.” Hierbij onderzoeken Hago Zorg

SVS heeft samen met het St. Antonius Zie-kenhuis een opleiding op maat ontwik-keld voor het St. Antonius Ziekenhuis. Ruim driehonderd schoonmaak- en room-servicemedewerkers van het St. Antonius Ziekenhuis Utrecht/Nieuwegein gaan deze opleiding de komende jaren volgen. Het bestaande instructiemateriaal werd door deskundigen van het St. Antonius Zieken-

Sinds 1 april verzorgt Effektief Groep de dagelijkse schoonmaak met zorggerela-teerde taken bij de Assense zorginstel-ling Vanboeijen. “Specifiek voor de zorg-branche zijn flexibele schoonmaak- concepten ontwikkeld die aansluiten bij de wensen en eisen van inkopers en ge-bruikers”, verklaart Effektief Groep. “Vaak is hierbij sprake van maatwerk. Bij de zorg gaat het niet alleen om kwa-litatief goed schoonmaken, maar ook

Nederrijn Groep BV heeft schoonmaak-organisatie Intoned BV uit het Gelderse Doesburg overgenomen. Met deze over-name geeft Nederrijn Groep vorm aan de groeistrategie die het bedrijf in 2012 na de fusie met Lucas Berger BV heeft geformuleerd. Intoned BV is een lande-lijk actief schoonmaakbedrijf met een sterk regionale oriëntatie en een vast klantenbestand. Het bedrijf telt op dit

en Bouman GGZ hoe er werk gecreëerd kan worden voor patiënten die hun be-handelingstraject bijna hebben afgeslo-ten. Job Heerink, facilitair manager Bou-man GGZ: “De bereidheid om aan te sluiten bij patiënt(arbeids)participatie is naast het financiële aspect een belangrij-ke factor geweest in de besluitvorming. Maar ook de kennis van zaken op het ge-bied van GGZ, innovatie en bevlogenheid zijn zaken die goed aansluiten bij onze bedrijfscultuur.” www.hagozorg.nl,www.boumanggz.nl

huis geheel herzien en uitgebreid op het gebied van infectiepreventie, communica-tie en cytostatica (medicijnen gebruikt bij chemokuren of chemotherapie). Het in sa-menwerking met het ziekenhuis ontwikkel-de lesboek ‘schoonmaken in het St. Anto-nius’ voldoet nu aan de nieuwste richtlijnen van ziekenhuishygiëne. www.svs-opleidin-gen.nl, www.antoniusziekenhuis.nl

om medewerkers met passie voor zorg, een flexibele houding en aandacht voor cliënten.” Na een uitgebreide procedure, waarbij aanbieders onder andere hun visie op schoonmaak bij Vanboeijen moesten presenteren, is Effektief Groep als winnaar uit de bus gekomen. De opdracht is exclusief aan het schoon-maakbedrijf gegund. www.effektiefgroep.nl

moment driehonderd medewerkers. Na-dat aandeelhouders besloten het bedrijf te verkopen aan een marktpartij met overeenstemmende cultuur, werd in au-gustus 2012 Marktlink benaderd het pro-ces te begeleiden. De strategische en or-ganisatorische fit met De Nederrijn Groep was volgens de betrokken partij-en het grootst. www.nederrijn.nl

46-47 ContactenContracten.indd 46 20-03-13 15:25

Page 47: Service Management

contacten en contracten

47Service Management nummer 4 april 2013

HSO laat private label chemie maken door Hijman

EW Facility Services start bij verschillende hotels

Gom en Nitesco werken samen

ISS maakt weer schoon bij Keukenhof

HSO Schoonmaakservice (onderdeel van De Haan Facilitaire Dienstengroep) heeft ervoor gekozen om Hijman Schoonmaakartikelen zijn private label chemie te laten maken. “Om je tegen-woordig te kunnen onderscheiden, hebben wij ervoor gekozen om private label chemie te laten maken voor HSO Schoonmaakservice”, aldus Rens Sakko, operationeel manager De Haan Facili-

EW Facility Services heeft naar eigen zeggen haar marktleiderschap in de ho-telbranche verder versterkt met een aantal nieuwe gunningen. Zo kreeg de facilitair dienstverlener begin van dit jaar negen Sandton hotels gegund, waarvan twee met locatie in België. Daarnaast startte EW Facility Services bij het nieuwe, futuristische viersterren de-signhotel Fletcher Hotel Amsterdam. De werkzaamheden bestaan uit het schoon-

Gom Specialistische Reiniging en Nites-co hebben een samenwerkingsover-eenkomst getekend. Met deze samen-werking wil Gom haar klanten nieuwe oplossingen aanbieden op het gebied van natuursteenrenovatie. De samen-werking voorziet in het inschakelen van Nitesco bij opdrachten van Gom, waarbij specifieke kennis een vereiste is. Gom Schoonhouden en Nitesco heb-ben gezamenlijk reeds diverse projec-

Ook dit jaar is ISS Cleaning Services weer verantwoordelijk voor het schoonmaak-onderhoud in de Keukenhof. De Keu-kenhof heeft haar deuren inmiddels voor het publiek geopend. De medewer-kers van ISS waren al ruim voor de ope-ning van de Keukenhof bezig met de schoonmaakvoorbereidingen, zoals ho-gedrukreiniging, reiniging van de terras-sen, de glasbewassing en de schoonmaak van de paviljoens. Gedurende de acht weken dat de Keukenhof voor het pu-

taire Dienstengroep. “Bij wie leg je zo’n opdracht neer? Voor ons is dat duidelijk bij Hijman Schoonmaakartike-len. Hijman is al jaren onze vaste leve-rancier.” Peter van Musscher, key ac-countmanager Hijman: “Het spreekt voor zich dat wij trots zijn, dat wij een zo persoonlijk product mogen leveren.” www.hijman.nl

maakonderhoud van de hotelkamers. Bij de Sandton hotels draagt EW Facility Services daarnaast zorg voor het schoon-maakonderhoud van 95 appartementen. Met beide partijen is een langdurige sa-menwerking aangegaan. www.ew.nl

ten uitgevoerd, onder meer voor het ministerie van Economische Zaken & Landbouw en het hoofdkantoor van de ING Bank. www.nitesco.nl

bliek geopend is, dient ISS met haar dienstverlening flexibel in te spelen op de wisselende bezoekersaantallen. Ook in de periode nadat de Keukenhof haar deuren heeft gesloten voorziet ISS in het schoonmaakonderhoud van de kantoren gedurende de rest van het jaar. www.keukenhof.nl

46-47 ContactenContracten.indd 47 20-03-13 15:26

Page 48: Service Management

Service Management nummer 4 april 2013

producten-/dienstenregister

48 Service Management nummer 4 april 2013

Abonneren op de gratis

mailnieuwsbrief van Service

Management?

Geef u op viawww.servicemanagement.nlwww.servicemanagement.nl

WWW.DOLMANS.COMSCHOON MAAKT BLIJ

ttt 088 088 088 - 365 62 00 eee info@dolmanfo@dolmanf s.com

Adv.Naamvermelding_43x52cm_2.indd 1 16-06-11 14:05

www.hazet.igefa.nl

Zaandam • Dordrecht

Abonneren op de gratis

mailnieuwsbrief van Service

Management?

Geef u op viawww.servicemanagement.nlwww.servicemanagement.nl

Abonneren op de gratis

mailnieuwsbrief van Service

Management?

Geef u op viawww.servicemanagement.nlwww.servicemanagement.nl

Abonneren op de gratis

mailnieuwsbrief van Service

Management?

Geef u op viawww.servicemanagement.nlwww.servicemanagement.nl

Abonneren op de gratis

mailnieuwsbrief van Service

Management?

Geef u op viawww.servicemanagement.nlwww.servicemanagement.nl

Automatisering Automatisering

Microvezelmaterialen

Reinigingsmiddelen onder private label

Schoonmaakartikelen

Schoonmaakorganisatie

Schoonmaakgroothandel

Schoonmaakglas- en gevelreiniging

Schoonmaakorganisaties

Reinigingsmiddelen onder private label

Schoonmaakorganisatie

Commentaar:

De vermelding van AaRiverside is akkoord.

Verder graag de volgende vermeldingen verwijderen:4x MDS1x Hazet (er moet er dus één in blijven staan).

48_producten_dienstenregister.indd 48 20-03-13 15:27

Page 49: Service Management

mensen

49Service Management nummer 4 april 2013

VSR-voorzitter Vonhof ook voorzitter VNO-NCW Midden Tijdens de algemene ledenvergade- ring van VNO-NCW Midden is Jacco Vonhof benoemd tot voorzitter van de grootste regionale werkgevers- vereniging voor ondernemers in de provincies Flevoland, Gelderland, Overijssel en Utrecht. Hij neemt het voorzitterschap over van Tineke Bakker-van Ingen, die na ruim vijf jaar voorzitterschap terugtreedt uit het bestuur. Vonhof (43) is directeur van NOVON Schoonmaak in Zwolle, (een bedrijf met ruim 1100 mede- werkers) en voorzitter van de Vereniging Schoonmaak Research. Sinds maart 2010 is hij voorzitter van VNO-NCW in IJsseldelta en van- uit die functie algemeen bestuurslid van VNO-NCW Midden. Als vereni- gingsvoorzitter wordt Vonhof voor- gedragen voor benoeming in het dagelijks bestuur van de landelijke vereniging VNO-NCW. De nieuwe voorzitter is enthousiast over zijn benoeming en wil samen met het bestuur en de pasbenoemde direc- teur Ron van Gent de vereniging verder vorm geven.

www.vno-ncwmidden.nl

CSU wil met komst Hendrix dienstverlening verder uitbouwen Lisanne Hendrix is sinds 2 april de nieuwe commercieel directeur van CSU. Ze combineert deze functie samen met de huidige commercieel directeur Ruud van Swieten. Met de komst van Hendrix verwacht CSU zijn dienstverlening verder te kunnen uitbouwen. Hendrix deed na haar studie Facility Management jarenlange ervaring op in de schoonmaakbranche. Sinds 1991 werkte ze in operationele en commerciële functies voor Hectas, Gom, adviesbureau Verhoeven & Partners en ISS/Abilis. Vanaf 2005 was ze werkzaam voor adviesbureau Masterkey-Plus: eerst als accountmanager en sinds 2008 als directeur Masterkey-Interim. Sinds 2010 was ze Commercieel Directeur van Masterkey-Plus. Hendrix is tevens bestuurslid bij FMN en lid van de commissie code verantwoordelijk marktgedrag. www.csu.nl

Caroline van Nieuwkerk nieuwe HR-directeur ISS Caroline van Nieuwkerk is sinds 1 april de nieuwe HR-di-recteur van ISS in Nederland. Daarmee volgt ze Norma van den Berg op, die de functie van HR-directeur combineerde met haar functie als directeur Legal. Maarten van Enge-land, algemeen directeur van ISS: “Binnen ISS is besloten dat HR en Legal twee specifieke aandachtspunten moeten worden. Dat betekent dat Norma van den Berg verant-

woordelijk blijft voor alle juridische zaken in haar functie als directeur Corporate Legal & Labour Affairs. De functie van HR-directeur wordt ingevuld door Caroline van Nieuwkerk. Ik ben heel blij met haar aanstelling en ik ben ervan overtuigd dat we met Caroline de juiste persoon voor deze functie hebben gevonden.” Van Nieuwkerk heef HR-ervaring opgedaan bij bedrijven als KPN, MCI Worldcom, NextiraOne en Microsoft. De afgelopen vijf jaar heeft Caroline gewerkt als HR director bij De Telefoongids.www.nl.issworld.com

Rob Meulendijks nieuwe statutair directeur CSU De Raad van Commissarissen van CSU heeft Rob Meulendijks (51) benoemd tot statutair directeur. De statutaire directie van CSU bestaat naast Meulendijks uit John van Hoof (directievoorzitter) en Gertjan van der Hoek (portefeuille operatie). Meulendijks richt zich specifiek op de portefeuille commercie. Hij volgt Jan van der Schans op die eind 2012 bij CSU stopte om meer tijd te besteden aan een aantal persoonlijke doelen. Jacques Teelen, voorzitter van de Raad van Commissarissen - zegt: “Meulendijks heeft ruime commerciële ervaring in de zakelijke dienstverlening. We hebben er het volste vertrouwen in dat Rob samen met zijn collega’s het commerciële succes van de afgelopen jaren kan voortzetten en uitbouwen.” Meulendijks werkte vanaf 1991 bij de Van Gansewinkel Groep in Eindhoven in diverse commerciële functies. De laatste tien jaar was hij als Commercieel Directeur Benelux verantwoordelijk voor marketing en sales. www.csu.nl

49 Mensen.indd 49 20-03-13 15:28

Page 50: Service Management

Vakblad voor professioneel schoonmaakonderhoud

50 Service Management nummer 4 april 2013

columnInnoveren is luisterenInnoveren. Vernieuwen. Jezelf opnieuw uitvinden. Niets is moeilijker dan dat. In de loop der jaren slijten vaste patronen in. En die zijn er bij mij en u maar moeilijk uit te krijgen, laat staan bij uw medewerkers. We hebben het toch altijd al zo gedaan? Het werkt toch? Waar zeur je dan over? Wel-licht is er achter in uw hoofd wel een stemmetje. Eigenlijk moeten we mee in de vaart der volkeren. Eigenlijk moeten we aan de slag met een kwali-teitsmeetsysteem via de iPad, capsules voor dosering, nieuwe verhoudin-gen waarbij we de onderkant van de arbeidsmarkt een kans geven, met dagschoonmaak, een resultaatgericht contract, microvezel of… Vult u het zelf maar in. U weet namelijk het beste waar u kunt verbeteren. Hoe ko-men u en ik los van ingesleten patronen? Een dag op de hei is een geijkt middel, maar de kans dat u en ik daar het Ei van Columbus uitvinden, is klein. Zeer klein zelfs. Innovatie is net als inspiratie voor bijvoorbeeld deze column, niet een ingeving die ineens uit de lucht komt vallen.

Concreet inspannen Hoe is innovatie dan wel vorm te geven? Door er concreet inspanning voor te verrich-ten. Inspiratie is transpiratie, zeggen ze wel eens. Ga met innovatie aan de slag. Dat betekent allereerst in gesprek gaan met uw stakeholders, een duur woord voor partijen die om u en uw bedrijf heen verkeren. Dat zijn leveranciers, brancheorganisaties, uw klanten, wellicht uw eindgebruikers, concurrenten, intermediairs, enzovoort. Hoe zien zij de wereld veranderen? Waar gaat het met de schoonmaakbranche heen? Hoe ver-anderen wensen en eisen van kantoorgebruikers? Waar zitten klanten wel en niet op te wachten? Hoe kunnen fabrikanten u helpen ergonomischer, veiliger en efficiënter te werken? Dergelijke gesprekken, eens zonder de druk van het dagelijkse werk, zijn enorm verhelderend.

Eyeopener Dat kan ik u uit eigen ervaring vertellen. Het facilitaire bedrijf waar ik voor werkte, haalde bij zijn medewerkers, klanten en eindgebruikers op wat zij eigenlijk verwachten van facilitaire dienstverlening. De gesprekken op zich waren al een gigantische eyeope-ner. We kregen gratis advies hoe het beter te doen, de klant voelde zich meer betrokken én we hadden input om de weg voor de toekomst in te slaan. In die toekomst werden kantoren meer en meer ontmoetingsplekken en daarom moesten ook facilitaire dien-sten anders ingericht worden. Waarom de kantoorgebruiker niet helpen als hij voor de avond zijn boodschappen nog niet in huis heeft? Flexibele werkplekken zijn handig, maar dat betekent ook anders schoonmaken. Zo waren er veel meer conclusies die we uiteindelijk in een toekomstbeeld vervat hebben. Wat uw strategie of toekomstbeeld is? Helaas, dat krijgt u in deze column niet te horen. U bepaalt zelf uw toekomst en moet dan ook zelf uw input ophalen bij uw stakeholders. Denk niet dat zij niet bereid zijn hierover met u van gedachten te wisselen. Dat vinden ze maar al te leuk en interessant. De dialoog maakt dat u serieus genomen wordt. Kortom: u hoeft alleen maar te luiste-ren en vervolgens daar, eigenwijs als u on-getwijfeld bent, de juiste conclusies aan te verbinden. Zo bezien is innoveren ineens-wel weer heel simpel.

Ronald Bruins Hoofdredacteur

Service Management is een onafhankelijk vakblad voor professioneel schoonmaakonderhoud en is een uitgave van Vakmedianet. Vakmedianet legt uw gegevens vast voor de uitvoering van de (abonnements)overeenkomst. Uw ge gevens kunnen door Vakmedianet of zorg vuldig geselecteerde derden worden gebruikt om u te informeren over relevante producten en diensten. Wanneer u hier bezwaar tegen heeft, kunt u contact met ons opnemen. 34e jaargang.

RedactieRonald Bruins, hoofdredacteurDick van Zomeren, redacteurAnnet van den Berg, eindredacteur

RedactieadresPostbus 448, 2400 AK Alphen aan den Rijn 06 146 404 22E-mail [email protected]

UitgeverRuud Bakker

MarketingJuliëtte Lammerse-mail: [email protected]

AdvertentieverkoopBert Renkema 06 300 600 [email protected] Smits 06 528 672 [email protected]

AbonnementenVragen over abonnementen kunt u richten aan [email protected], 088 584 08 88.Jaarabonnement € 89,- exclusief verzendkosten en btw. Studenten betalen € 59,- per jaar, inclusief verzendkosten en btw. Losse verkoopprijs € 12,95 per nummer.Abonne menten kunnen schriftelijk tot uiterlijk drie maanden voor aanvang van een nieuw abonnements jaar worden opgezegd. Bij niet-tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch met een jaar verlengd. Op alle uitgaven van Vakmedianet zijn de algemene leveringsvoorwaarden van toepassing. Deze kunt u opvragen via [email protected]

Auteursrecht voorbehoudenNiets uit deze uitgave mag zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever worden opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand of openbaargemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen of op enige andere manier, zonder voorafgaande toestemming van de uitgever.

Hoewel aan de totstandkoming van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, aanvaarden auteur(s), redacteur(en) en uitgever geen aansprakelijkheid voor eventuele fouten en onvolkomenheden, noch voor de gevolgen hiervan.

Partners3M Nederland, Diversey, Nocore, Numatic International, SCA Hygiene/Tork, SVS en Wecovi

VormgevingCross Media Solutions

DrukVeldhuis Media, Raalte

ISSN 0928-3021 - Copyright 2013 Service Management

www.servicemanagement.nl Digitaal » www.servicemanagement.nl » Op Twitter: @ServiceManagmnt » Reageren? ronaldbruins@vakme

dianet.nl

50 ColumnRonaldBruins.indd 50 20-03-13 15:33

Page 51: Service Management
Page 52: Service Management

T: 020 56 92 911 | Mail: [email protected] www.electrolux.nl/laundrysystems | twitter.com/eluxprofnl

Uw instelling vraagt om een effi ciënte en betaalbare oplossing als het gaat om het dagelijks verschonen en drogen van uw beddengoed, microvezeldoeken en werkkleding. Electrolux Professional komt daarom nu met ‘PayperWash’.

Geen investering, maar een vast bedrag per was. Desgewenst inclusief onderhoud, installatie en service!

De was doen in gratis machines van Electrolux.

www.payperwash.nl

made by Electrolux.

210x297mm_ppw_Facto.indd 1 18-03-13 09:29

SERV

ICE M

anag

emen

t n

um

mer 4, ap

ril 2013