Download - RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Transcript
Page 1: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Adviesverlening en begeleiding

Ruimtelijke ordening

Maart 2017 (ontheffingsaanvraag)

Projectnr. IL: 506.031

SCRPL-nr.: SCRPL17021

RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM

PLAN-MER SCREENINGSNOTA

(deel II – kaartenbundel)

Page 2: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 2/33

Gemeente Bertem

RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM

Onderzoek naar plan-MER-plicht

Verzoek tot raadpleging

Initiatiefnemer:

Gemeente Bertem

Tervuursesteenweg 178

3060 Bertem

Uitvoering:

Interleuven

Brouwersstraat 6

3000 Leuven

DEEL II: KAARTENBUNDEL

Page 3: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 3/33

INHOUDSOPGAVE

KAART 1: SITUERING GEMEENTE BERTEM ..................................................................... 5 KAART 2: AFBAKENING PLANGEBIED (GRB/KADASTER): GRAFISCH PLAN RUP

‘MEERGEZINSWONINGEN BERTEM’ ............................................................................... 6

KAART 3: UITTREKSEL GEWESTPLAN BERTEM ................................................................ 7 KAART 4: WOONGEBIED IN RUIME ZIN ......................................................................... 8

KAART 5: BODEMKAART .............................................................................................. 9 KAART 6: EROSIEGEVOELIGE GEBIEDEN ...................................................................... 10

KAART 7: OVERSTROMINGSGEVOELIGE GEBIEDEN ........................................................ 11 KAART 8: WATERLOPEN EN RISICOZONES OVERSTROMINGEN ........................................ 12

KAART 9: INFILTRATIEGEVOELIGE GEBIEDEN ............................................................... 13

KAART 10: GRONDWATERKWETSBAARHEID .................................................................. 14

KAART 11: GRONDWATERSTROMINGSGEVOELIGE GEBIEDEN .......................................... 15 KAART 12: BESCHERMINGSZONES GRONDWATER ......................................................... 16

KAART 13: ZONERINGSPLAN VMM ............................................................................... 17

KAART 14: BIOLOGISCHE WAARDERINGSKAART ........................................................... 18 KAART 15: VOGEL- EN HABITATRICHTLIJNGEBIEDEN ..................................................... 19

KAART 16: GEBIEDEN VAN VEN EN IVON ...................................................................... 20 KAART 17: HABITATKAART ......................................................................................... 21

KAART 18: LANDSCHAPSATLAS ................................................................................... 22 KAART 19: INVENTARIS BOUWKUNDIG ERFGOED .......................................................... 23

KAART 20: BESCHERMD ERFGOED ............................................................................... 24

KAART 21: FIJN STOF (PM10 DAGGEMIDDELDE) ............................................................ 25

KAART 22: FIJN STOF (PM10 JAARGEMIDDELDE) ........................................................... 26 KAART 23: GELUIDSKAART WEGEN VAN VLAAMS-BRABANT VOLLEDIGE DAG (LDEN) ......... 27

KAART 24: GELUIDSKAART WEGEN VAN VLAAMS-BRABANT NACHT (LNIGHT) .................... 28

KAART 25: BEDIENINGSKAART OPENBAAR VERVOER ..................................................... 29

BIJLAGE I: BRONVERMELDING GEBRUIKTE KAARTLAGEN................................................ 30

1.1. Fusiegemeentegrenzen ............................................................................... 30

1.2. Deelgemeentegrenzen ................................................................................ 30

1.3. Gewestgrens ............................................................................................. 30

1.4. Provinciegrens .......................................................................................... 30

1.5. Arrondissementgrens ................................................................................. 30

1.6. Gewestplan .............................................................................................. 30

1.7. Kadaster .................................................................................................. 30

1.8. Orthofoto’s ............................................................................................... 30

1.9. Topografische kaart ................................................................................... 30 1.10. Atlas Buurtwegen ...................................................................................... 30

1.11. Atlas woonuitbreidingsgebieden (WUG) ......................................................... 30

1.12. HAG ........................................................................................................ 31 1.13. Stations NMBS .......................................................................................... 31

1.14. Spoorwegen ............................................................................................. 31 1.15. Watertoets ............................................................................................... 31

1.16. Beschermingszones van de grondwaterwinningen........................................... 31 1.17. Vlaams Hydrografische Atlas ....................................................................... 31

1.18. Wateroppervlakken .................................................................................... 31 1.19. Atlas van de Waterlopen ............................................................................. 32

1.20. Bodem ..................................................................................................... 32

1.21. Landschap ................................................................................................ 32

Page 4: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 4/33

1.22. Fietsroutenetwerken .................................................................................. 32

1.23. Habitatrichtlijngebieden .............................................................................. 33 1.24. Vogelrichtlijngebieden ................................................................................ 33 1.25. Vlaams Ecologisch Netwerk ......................................................................... 33

1.26. Biologische waarderingskaart fauna en flora .................................................. 33 1.27. Geluid ...................................................................................................... 33

1.28. Lucht ....................................................................................................... 33 1.29. GRB ........................................................................................................ 33

1.30. Zoneringsplan VMM: .................................................................................. 33

Page 5: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 5/33

KAART 1: SITUERING GEMEENTE BERTEM

Page 6: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 6/33

KAART 2: AFBAKENING PLANGEBIED (GRB/KADASTER): GRAFISCH PLAN RUP ‘MEERGEZINSWONINGEN BERTEM’

Page 7: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 7/33

KAART 3: UITTREKSEL GEWESTPLAN BERTEM

Page 8: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 8/33

KAART 4: WOONGEBIED IN RUIME ZIN

Page 9: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 9/33

KAART 5: BODEMKAART

Page 10: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 10/33

KAART 6: EROSIEGEVOELIGE GEBIEDEN

Page 11: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 11/33

KAART 7: OVERSTROMINGSGEVOELIGE GEBIEDEN

Page 12: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 12/33

KAART 8: WATERLOPEN EN RISICOZONES OVERSTROMINGEN

Page 13: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 13/33

KAART 9: INFILTRATIEGEVOELIGE GEBIEDEN

Page 14: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 14/33

KAART 10: GRONDWATERKWETSBAARHEID

Page 15: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 15/33

KAART 11: GRONDWATERSTROMINGSGEVOELIGE GEBIEDEN

Page 16: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 16/33

KAART 12: BESCHERMINGSZONES GRONDWATER

Page 17: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 17/33

KAART 13: ZONERINGSPLAN VMM

Page 18: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 18/33

KAART 14: BIOLOGISCHE WAARDERINGSKAART

Page 19: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 19/33

KAART 15: VOGEL- EN HABITATRICHTLIJNGEBIEDEN

Page 20: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 20/33

KAART 16: GEBIEDEN VAN VEN EN IVON

Page 21: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 21/33

KAART 17: HABITATKAART

Page 22: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 22/33

KAART 18: LANDSCHAPSATLAS

Page 23: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 23/33

KAART 19: INVENTARIS BOUWKUNDIG ERFGOED

Page 24: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 24/33

KAART 20: BESCHERMD ERFGOED

Page 25: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 25/33

KAART 21: FIJN STOF (PM10 DAGGEMIDDELDE)

Page 26: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 26/33

KAART 22: FIJN STOF (PM10 JAARGEMIDDELDE)

Page 27: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 27/33

KAART 23: GELUIDSKAART WEGEN VAN VLAAMS-BRABANT VOLLEDIGE DAG (LDEN)

Page 28: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 28/33

KAART 24: GELUIDSKAART WEGEN VAN VLAAMS-BRABANT NACHT (LNIGHT)

Page 29: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 29/33

KAART 25: BEDIENINGSKAART OPENBAAR VERVOER

Page 30: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 30/33

BIJLAGE I: BRONVERMELDING GEBRUIKTE KAARTLAGEN

1.1. Fusiegemeentegrenzen

Voorlopig referentiebestand gemeentegrenzen, vectorbestand, toestand 22/05/2003,

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen.

1.2. Deelgemeentegrenzen

Deelgemeenten, vectorbestand, bronbestand 2005, bewerking 2009, Provincie Vlaams-

Brabant.

1.3. Gewestgrens

Voorlopig referentiebestand gewestgrens, vector, toestand 22/05/2003, Agentschap voor

Geografische Informatie Vlaanderen.

1.4. Provinciegrens

Voorlopig referentiebestand provinciegrenzen, vector, toestand 22/05/2003, Agentschap voor

Geografische Informatie Vlaanderen.

1.5. Arrondissementgrens

Voorlopig referentiebestand arrondissementgrenzen, vector, toestand 22/05/2003,

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen.

1.6. Gewestplan

Gewestplan, vectorbestand, 02.05.2012, Vlaamse overheid - Departement Ruimtelijke

Ordening - Woonbeleid en onroerend erfgoed.

1.7. Kadaster

Digitale kadastrale percelenplannen, cadmap, vectorbestand, toestand 01/01/2012, Federale

Overheidsdienst financiën, Algemene administratie van de Patrimoniumdocumentatie.

1.8. Orthofoto’s

Middenschalige orthofotomozaïek, Vlaanderen, winteropnames (wordt jaarlijks vernieuwd),

actuele toestand, AGIV en Provincie Vlaams-Brabant.

1.9. Topografische kaart

Topografische kaart, kleur, grid, opname 1991-2005, schaal 1/10.000, Nationaal

Geografisch Instituut.

Topografische kaart, zwart-wit, grid, opname 1991-2005, schaal 1/10.000, Nationaal

Geografisch Instituut.

1.10. Atlas Buurtwegen

Atlas Buurtwegen Vlaams Brabant, vector en raster, toestand 26.09.2012, Provincie Vlaams-

Brabant.

1.11. Atlas woonuitbreidingsgebieden (WUG)

Page 31: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 31/33

Atlas van de woonuitbreidingsgebieden, vector, actuele toestand, Vlaamse overheid –

Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed.

1.12. HAG

Herbevestigde agrarische gebieden, 2009, vector, Vlaamse overheid - Departement RWO -

Afdeling Ruimtelijke Planning.

1.13. Stations NMBS

Stations, vector, versie 01/01/2009, NMBS.

1.14. Spoorwegen

Navstreets native, versie 2012.3 (16/01/2013), vector, NAVTEQ.

1.15. Watertoets

Signaalgebieden, vector, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal

Waterbeleid.

Winterbedkaart, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid.

Infiltratiegevoelige bodems, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal

Waterbeleid.

Hellingenkaart, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid.

Grondwaterstromingsgevoelige gebieden, grid, actuele toestand,

Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid.

Erosiegevoelige gebieden, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal

Waterbeleid.

Overstromingsgevoelige gebieden, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie

Integraal Waterbeleid.

Recent overstroomde gebieden, vector, 27.06.2012, Vlaamse Milieumaatschappij -

afdeling Operationeel Waterbeheer, MOW.

1.16. Beschermingszones van de grondwaterwinningen

Beschermingszones van de grondwaterwinningen, vector, toestand 06/07/2006, Vlaamse

Milieumaatschappij – afdeling Operationeel Waterbeheer.

1.17. Vlaams Hydrografische Atlas

VHA-waterlopen, vector versie 24.05.2013, Vlaamse Milieumaatschappij – afdeling

Operationeel Waterbeheer.

VHA-zones, vector, versier 20.03.2013, Vlaamse Milieumaatschappij – afdeling

Operationeel Waterbeheer.

VHA-wateroppervlakken, vector, versie 05.06.2009, Vlaamse Milieumaatschappij –

afdeling Operationeel Waterbeheer.

VHA - waterlopen met aanvulling van IL obv terreinonderzoek en luchtfotoverwerking,

vector, VMM - afdeling Operationeel Waterbeheer en Interleuven bijwerkingen.

Grondwaterkwetsbaarheidskaart, vector, 1987, VMM – Afd. Operationeel Waterbeheer.

1.18. Wateroppervlakken

Wateroppervlakken Navstreets Native, vector, 16/01/2013, Navteq

Page 32: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33

1.19. Atlas van de Waterlopen

Atlas Waterlopen Vlaams-Brabant, vector en raster, 1950, Provincie Vlaams-Brabant.

1.20. Bodem

Bodemkaart, vector, versie 19.04.2001, IWT.

Potentiële bodemerosiekaart per perceel, vector, 2013, Vlaamse overheid

(departement Leefmilieu en Energie, afdeling Land en Bodembescherming,

Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen).

Waardevolle bodems in Vlaanderen, vector, 2006, ALBON.

Landbouwtypering, vector, versie 2004, VLM.

Ruilverkavelingsprojecten VLM, vector, actuele toestand, Vlaamse Landmaatschappij -

Afdeling Ruilverkaveling.

Beheersovereenkomsten VLM, vast en variabel: Beheerovereenkomsten in het kader

van erosiebestrijding, natuur-, milieu-, en landschapsbeheer, vector, 01.01.2013,

VLM.

Beheersovereenkomsten erosiebestrijding (grasstrook), vector, 2010, VLM.

Bodemgebruik, vector, 30/04/2008, AGIV (gevectoriseerd dr Prov. Vlaams-Brabant).

Bodembedekking, vector, 30/04/2008, AGIV (gevectoriseerd dr Prov. Vlaams

Brabant).

1.21. Landschap

Ankerplaatsen relictenatlas, Ruimte en Erfgoed, vector, actuele toestand.

Landschapsatlas vlakrelicten (relictzones): Relicten van de traditionele landschappen,

vector, 08/05/2001, Ruimte en Erfgoed.

Landschapsatlas lijnrelicten: Relicten van de traditionele landschappen, vector,

08/05/2001, Ruimte en Erfgoed.

Landschapsatlas puntrelicten: Relicten van de traditionele landschappen, vector,

08/05/2001, Ruimte en Erfgoed.

Traditionele landschappen: vectorbestand, toestand 8/05/2001, UG – Vakgroep

Geografie, 2001.

Unesco werelderfgoed: Unesco werelderfgoed, vector, actuele toestand, Unesco.

Bouwkundig Erfgoed - relicten en gehelen: Inventaris bouwkundig erfgoed,

vectorbestand, actuele toestand, VIOE.

Erfgoedlandschappen: Onroerend erfgoed, vectorbestand, actuele toestand.

Definitief aangeduide ankerplaatsen: Voorlopige en definitief aangeduide

ankerplaatsen en erfgoedlandschappen, Onroerend Erfgoed, vectorbestand, actuele

toestand.

Beschermde archeologische zone, monumenten, landschappen en dorps- en

stadsgezichten: Beschermde Monumenten en Landschappen, Onroerend Erfgoed,

vectorbestand, actuele toestand.

Hoogtelijnen met interval 5m, vector, 31/05/2006, Provincie Vlaams-Brabant, afgeleid

bestand van DHM-Vlaanderen (AGIV).

1.22. Fietsroutenetwerken

Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk Vlaanderen, vector, 27/05/2013, Provincie

Vlaams-Brabant.

Recreatief fietsroutenetwerk Vlaams-Brabant, vector, versie 2012, Provincie Vlaams-

Brabant.

Page 33: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’

Deel II: kaartenbundel maart 2017 33/33

1.23. Habitatrichtlijngebieden

Habitatrichtlijngebieden, vectorbestand, toestand 15/02/2008, Agentschap voor Natuur en

Bos.

1.24. Vogelrichtlijngebieden

Vogelrichtlijngebieden, vectorbestand, toestand 22/07/2006, Agentschap voor Natuur en Bos.

1.25. Vlaams Ecologisch Netwerk

Gebieden van VEN en IVON, vector, 01/01/2013, Agentschap voor Natuur en Bos.

1.26. Biologische waarderingskaart fauna en flora

Biologische waarderingskaart Fauna, vectorbestand, versie actuele toestand, Instituut voor

Natuur- en bosonderzoek.

1.27. Geluid

Geluidskaarten wegverkeer overdag, vector, 01/09/2009, AWV.

Geluidskaarten wegverkeer nacht, vector, 01/09/2009, AWV.

Geluidskaarten spoorverkeer, vector, 01/09/2009, LNE.

1.28. Lucht

Advisering RUP-thema lucht, actuele toestand, VMM.

1.29. GRB

GRB, vector, actuele toestand, Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen.

1.30. Zoneringsplan VMM:

Zoneringsplan, vector, 01-09-2009, VMM.

Page 34: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Adviesverlening en begeleiding

Ruimtelijke ordening

Maart 2017 (ontheffingsaanvraag)

Projectnr. IL: 506.031

SCRPL-nr.: SCRPL17021

RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM

PLAN-MER SCREENINGSNOTA

(deel I – tekstbundel)

Page 35: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 2/35

Gemeente Bertem

RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM

Onderzoek naar plan-MER-plicht

Verzoek tot raadpleging

Initiatiefnemer:

Gemeente Bertem

Tervuursesteenweg 178

3060 Bertem

Uitvoering:

Interleuven

Brouwersstraat 6

3000 Leuven

DEEL I: TEKSTBUNDEL

Page 36: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 3/35

INHOUDSOPGAVE

1. INLEIDING ............................................................................................................ 4 1.1. Doelstellingen van het RUP ................................................................................. 4 1.2. Bepaling van de plan-MER-plicht ......................................................................... 4

2. RUIMTELIJKE SITUERING VAN HET PLAN ................................................................... 6

2.1. Situering van de gemeente Bertem ...................................................................... 6 2.2. Situering en afbakening van het plangebied van het RUP binnen de gemeente ........... 6

3. PLANNINGSCONTEXT ............................................................................................. 10

3.1. Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen ............................................. 10

3.2. Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant ...................................... 11

3.3. Relatie met het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan .......................................... 11

4. BESCHRIJVING REFERENTIESITUATIE & EFFECTEN PER MILIEUDISCIPLINE ................... 15

4.1. Gewestplan ..................................................................................................... 15 4.2. Bodem ........................................................................................................... 16

4.3. Water: oppervlakte- en grondwater .................................................................... 17 4.4. Fauna, flora en biodiversiteit .............................................................................. 20

4.5. Ruimtelijke ordening ......................................................................................... 21 4.6. Cultureel erfgoed, landschap en archeologie ......................................................... 23

4.7. Lucht en klimaat .............................................................................................. 26

4.8. Licht, geluid en geur ......................................................................................... 27

4.9. Gezondheid, socio-organisatorische aspecten en veiligheid van de mens .................. 27 4.10. Mobiliteit ....................................................................................................... 28

5. CONCLUSIE N.A.V. ADVIESRONDE ........................................................................... 29

5.1. Overzicht, samenvatting en eventuele behandeling van de ontvangen adviezen ........ 29

5.1.1. Advies provincie Vlaams-Brabant .................................................................. 29

5.1.2. Advies Agentschap Wonen-Vlaanderen ........................................................... 29

5.2. Eindconclusie ................................................................................................... 29

BIJLAGE I: ONTVANGEN ADVIEZEN .............................................................................. 30

BIJLAGE II: BRONVERMELDING GEBRUIKTE KAARTLAGEN .............................................. 32

Page 37: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 4/35

1. INLEIDING

1.1. Doelstellingen van het RUP

Het RUP ‘Meergezinswoningen’ zal belangrijke lijnen uitzetten voor het gemeentelijk beleid

inzake de realisatie van nieuwbouwprojecten met meerdere entiteiten en het opdelen van

bestaande gebouwen tot meergezinswoningen. Het RUP bepaalt waar in de gemeente in de

toekomst eventueel meergezinswoningen kunnen worden gerealiseerd en waar dit niet meer

mogelijk zal zijn.

In principe zijn momenteel overal in het woongebied van Bertem meergezinswoningen

vergunbaar. De gemeente hanteert vandaag bij het beoordelen van stedenbouwkundige

vergunningsaanvragen al wel een aantal basisprincipes en een afbakening waar

meergezinswoningen kunnen. Deze basisprincipes en afbakening hebben evenwel nog geen

juridische basis waardoor de opmaak van een RUP zich opdringt.

Het RUP zal over het gehele grondgebied van de gemeente Bertem die zones afbakenen

waarbinnen geen meergezinswoningen kunnen worden gerealiseerd. Het betreft een

perimeter-RUP dat een overdruk legt over de woongebieden in de ruime zin volgens het

gewestplan waarbinnen het niet wenselijk is dat er meergezinswoningen kunnen worden

gerealiseerd. Het RUP ‘Meergezinswoningen’ beoogt dus niet de ordening van de zones

waarbinnen in principe wel meergezinswoningen toelaatbaar zijn.

Samengevat beoogt de gemeente Bertem met het ruimtelijk uitvoeringsplan:

- het instellen van een principieel verbod tot oprichting van en omvorming naar

meergezinswoningen, in specifiek daartoe afgebakende zones;

- het bepalen van uitzonderingen binnen de verbodszones voor bestaande grote

gebouwen.

1.2. Bepaling van de plan-MER-plicht

De milieueffectenrapportage (m.e.r.) is geregeld in het decreet van 18 december 2002 (B.S.

13.02.2003), als titel IV van het decreet algemene bepalingen inzake milieubeleid. Sedert 1

december 2007 is het nieuw plan-MER-decreet (B.S. 20/06/2007) in voege. Deze regelgeving

bepaalt dat elk ruimtelijk uitvoeringsplan binnen het toepassingsgebied van het plan-MER-

decreet valt. Voor de projecten en plannen die niet van rechtswege MER-plichtig zijn, is er een

screeningsplicht van toepassing. In dit onderzoek worden de milieueffecten van het plan

onderzocht en worden milderende maatregelen naar voor geschoven. De milieueffecten van

het plan en de milderende maatregelen die worden gevraagd in het onderzoek tot m.e.r. (of

het plan-MER), worden - waar nuttig, noodzakelijke en/of mogelijk - op het planologisch

niveau doorvertaald en juridisch verankerd in het RUP.

Het RUP vormt het kader voor de toekenning van een vergunning voor een project opgesomd

in bijlage I, II of III van het project-MER-besluit van 10 december 2004, namelijk voor een

project opgesomd in rubriek 10b van bijlage III. Het RUP bepaalt echter het gebruik van een

klein gebied op lokaal niveau, en is dus screeningsgerechtigd.

Het uitvoeringsplan is ver gelegen van een grens met een buurland en de afstand tot zowel

het Waalse Gewest als het Brussels Hoofdstedelijk Gewest bedraagt ongeveer 18 km

(vogelvlucht). Aangezien dat er geen significante milieueffecten worden verwacht in de

onmiddellijke omgeving van het voorgenomen plan en gezien de afstand tot de grenzen, en

het feit dat er geen directe relaties zijn van het plangebied met gebieden aan de overzijde van

Page 38: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 5/35

de grens, wordt aangenomen dat er zich geen bijkomende grensoverschrijdende effecten

kunnen voordoen.

Aangezien:

geen passende beoordeling vereist is;

het RUP het kader vormt voor de toekenning van een vergunning voor een project

opgesomd in bijlage I, II of III van het project-MER-besluit van 10 december 2004,

namelijk voor een project opgesomd in rubriek 10b van bijlage III. Het RUP bepaalt

echter het gebruik van een klein gebied op lokaal niveau;

er geen grensoverschrijdende effecten zijn;

wordt eerst enkel een screening of ‘onderzoek tot MER’ uitgevoerd om het vermoeden dat er

geen significante milieueffecten zijn te onderzoeken.

Page 39: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 6/35

2. RUIMTELIJKE SITUERING VAN HET PLAN

2.1. Situering van de gemeente Bertem

Bertem is een gemeente in de provincie Vlaams-Brabant (arrondissement Leuven) in de

landstreek Dijleland en telde op 1 januari 2016 9.790 inwoners1. Met een oppervlakte van

29,75 km² wordt een bevolkingsdichtheid van 329 inwoners/km² bekomen. De gemeente is

centraal gelegen tussen Brussel en Leuven en kent een goede ontsluiting op het

(internationale) wegennet doordat twee autosnelwegen het grondgebied doorkruisen (E40 en

E314) met een op- en afrittencomplex binnen de gemeentegrenzen. Desondanks heeft

Bertem haar landelijk karakter nog grotendeels weten te bewaren. De gemeente telt drie

deelgemeenten: Bertem, Leefdaal en Korbeek-Dijle.

Toegevoegd kaartmateriaal (plan-MER screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 1: situering gemeente Bertem

2.2. Situering en afbakening van het plangebied van het RUP binnen de gemeente

Het RUP zal over het gehele grondgebied van de gemeente Bertem die zones afbakenen

waarbinnen geen meergezinswoningen kunnen worden gerealiseerd. Het betreft een

perimeter-RUP dat een overdruk legt over de woongebieden in de ruime zin volgens het

gewestplan waarbinnen het niet wenselijk is dat er meergezinswoningen kunnen worden

gerealiseerd. Het RUP zal nieuwe meergezinswoningen verbieden binnen de aangegeven

zwarte arcering (figuur 1).

Figuur 1: schematische weergave van de vorm van het RUP

1 Bevolkingscijfers per provincie en per gemeente op 1 januari 2016, bron: FOD Binnenlandse Zaken.

Page 40: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 7/35

Om tot de afbakening van het plangebied te komen, werden verschillende stappen doorlopen.

Stap 1 – afbakening woonzone in ruime zin

Binnen de gehele gemeente Bertem worden op het gewestplan de woonzones in ruime zin

beschouwd. Enkel binnen deze zones is het oprichten van meergezinswoningen immers in

principe toegelaten. De woongebieden in ruime zin die aanwezig zijn op het grondgebied

van de gemeente Bertem, aangeduid op het gewestplan, vormen de basis van het perimeter-

RUP:

- woongebieden;

- woongebieden met culturele, historische en/of esthetische waarde;

- woongebieden met landelijk karakter;

- woonuitbreidingsgebieden.

Daaraan worden de zonevreemde (buiten woongebied), goedgekeurde en niet-vervallen

verkavelingen en het Povinciaal RUP ‘Weekendverblijven, campings en residentiële

woonwagenterreinen in de deelruimte Dijle – deelRUP Den Tomme’ toegevoegd. Hun

stedenbouwkundige voorschriften geven immers eveneens wonen als bestemming aan.

Figuur 2: schematische weergave van afbakeningsstap 1: woonzone in ruime zin

Stap 2 - uitsluiten van zones waarin het toelaten / verbieden van

meergezinswoningen al wordt geregeld

Uit de woonzone in ruime zin van stap 1 worden volgende ruimtelijke plannen uitgesloten,

die ieder op zich al een uitspraak doen over het toelaten en/of verbieden van

meergezinswoningen:

- goedgekeurde BPA’s en RUP’s

sectoraal BPA ‘Zonevreemde bedrijven’.

Page 41: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 8/35

sectoraal BPA ‘Zonevreemde terreinen voor sport-, recreatie- en

jeugdactiviteiten’ .

gemeentelijk RUP ‘Centrum’.

provinciaal RUP ‘Weekendverblijven, campings en residentiële

woonwagenterreinen in de deelruimte Dijle – deelRUP Den Tomme’.

- goedgekeurde en niet-vervallen verkavelingen waarbinnen het oprichten van

meergezinswoningen al expliciet is toegelaten.

Figuur 3: schematische weergave van afbakeningsstap 2: uitsluiting van zones waarin het toelaten / verbieden van meergezinswoningen al wordt geregeld

Stap 3 – uitsluiting van zones waar het oprichten van meergezinswoningen in

principe wel is toegelaten

Op basis van een aantal ruimtelijke criteria werd een selectie gemaakt van zones in de

gemeente waarbinnen het realiseren van meergezinswoningen onder bepaalde voorwaarden

wel mogelijk zou kunnen zijn.

Page 42: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 9/35

Figuur 4: schematische weergave van afbakeningsstap 3: uitsluiting van zones waar het oprichten van meergezinswoningen in principe wel is toegelaten

Stap 4 – het uiteindelijke plangebied van het RUP

Het plangebied van het perimeter-RUP, waarbinnen een verbod wordt ingesteld om

meergezinswoningen op te richten, wordt bijgevolg bepaald door het omgekeerde van de

afgebakende zones (binnen woongebied) waar meergezinswoningen wel worden toegelaten of

waar de oprichting ervan al verboden is. Binnen de verbodszone van het plangebied is wel

een uitzonderingsbepaling voorzien om onder strikte voorwaarden de creatie van een

meergezinswoning mogelijk te maken in bestaande grote gebouwen.

Figuur 5: schematische weergave van de afbakening van het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’

Toegevoegd kaartmateriaal (Plan-MER screening - deel II: kaartenbundel):

Kaart 2: afbakening plangebied (GRB/kadaster): grafisch plan RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Page 43: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 10/35

3. PLANNINGSCONTEXT

3.1. Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen

Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV)2 bepaalt de planningscontext op gewestelijk

niveau.

Het RSV vormde een kader bij de opmaak van het provinciaal en het gemeentelijk

structuurplan. Het RUP ‘Meergezinswoningen’ is niet in strijd met het RSV.

Relevante inhoudelijke aspecten

Bertem wordt in het RSV opgenomen als een gemeente behorende tot het buitengebied en

maakt tegelijk deel uit van het stedelijk netwerk van de Vlaamse Ruit.

Twee van de vier basisdoelstellingen van het RSV zijn belangrijk voor de ruimtelijke

ontwikkeling van de gemeente Bertem:

- het behoud en waar mogelijk de versterking van het buitengebied en een bundeling

van wonen en werken in de kernen van het buitengebied;

- het optimaliseren van de bestaande verkeers- en vervoersinfrastructuur waarbij de

ruimtelijke condities worden gecreëerd voor het verbeteren van het collectief vervoer

en de organisatie van vervoersgenererende activiteiten op punten die worden

ontsloten door openbaar vervoer.

Binnen de gemeente Bertem moet zeker met de volgende principes rekening worden

gehouden:

- gedeconcentreerde bundeling;

- infrastructuren als bindteken en basis voor locatie van activiteiten;

- fysisch systeem ruimtelijk structurerend.

Specifiek voor het buitengebied waartoe de gemeente Bertem behoort, zijn volgende

doelstellingen van belang:

1. het buitengebied vrijwaren voor de essentiële functies.

2. tegengaan van versnippering van het buitengebied.

3. bundelen van de ontwikkeling in kernen van het buitengebied.

4. landbouw-, natuur- en bosfunctie in goed gestructureerde gehelen.

5. bereiken van gebiedsgerichte ruimtelijke kwaliteit in het buitengebied.

6. afstemmen van ruimtelijk beleid en milieubeleid op basis van het fysisch systeem.

7. bufferfunctie in het buitengebied.

Ter versterking van de kernen wordt een zekere bebouwingsdichtheid nagestreefd. In de

kernen van het buitengebied wordt binnen het RSV een richtcijfer van 15 woningen per

hectare gehanteerd, wat ook is overgenomen in het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van

Bertem (20 woningen per hectare in de kern van Bertem).

Bertem maakt ook deel uit van de Vlaamse Ruit, het enige stedelijke netwerk op

internationaal niveau dat werd geselecteerd in het RSV. De ontwikkelingsperspectieven voor

de Vlaamse Ruit mogen er echter niet toe leiden dat het stedelijk netwerk wordt gelijkgesteld

met één grootstedelijk gebied. Binnen de Vlaamse Ruit moet tot een ruimtelijke afstemming

tussen de verschillende groot-, regionaal- en kleinstedelijke gebieden en de

2 Definitief vastgesteld door de Vl. Regering d.d. 23/09/1997, eerste herziening d.d. 12/12/2003, tweede herziening d.d.

17/12/2010.

Page 44: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 11/35

buitengebiedgemeenten worden gekomen. Bertem behoort tot deze laatste en het is

aangewezen om het buitengebiedbeleid in de Vlaamse Ruit veeleer aan te scherpen dan af te

zwakken.

3.2. Relatie met het Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant

Het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Vlaams-Brabant (RSVB)3 vormde een kader bij de

opmaak van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan. Het RUP ‘Meergezinswoningen’ is

er niet mee in strijd.

Relevante inhoudelijke aspecten

In het ruimtelijk structuurplan Vlaams-Brabant behoort de gemeente Bertem tot de

deelruimte Verdicht Netwerk, een uitgestrekte en zeer gediversifieerde regio binnen de

provincie. Binnen het Verdicht Netwerk worden zes subgebieden onderscheiden, waarbij de

gemeente Bertem behoort tot de Open Schicht. Dit is een open wig tussen Leuven, Brussel en

Mechelen en behelst het gebied dat zich uitstrekt van het Zoniënwoud, Meerdaalwoud en

Heverleebos, langs de open kouterlandschappen ter hoogte van Kortenberg, Herent en

Bertem en stroomafwaarts langsheen de Dijlevallei.

Relevante ontwikkelingsperspectieven voor de Open Schicht in het kader van het RUP

‘Meergezinswoningen’ zijn:

- vanuit de idee een halt toe te roepen aan de stedelijke uitdeining en de verdere

verneveling, dient het open karakter in de toekomst te worden behouden en verder

versterkt;

- de uitbouw van de bestaande woonkernen dient beperkt te blijven: geen grootschalige

residentiële ontwikkelingen;

- de ontsluiting van de regio dient maximaal te worden gericht op het openbaar

vervoer;

Het provinciaal RUP over weekendverblijven vloeit voort uit de bepalingen tot uitvoering van

het provinciaal ruimtelijk structuurplan en is ook van toepassing op het grondgebied van

Bertem. De contouren van de deelzones uit het provinciaal RUP worden eveneens uit het

plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’ gesloten, analoog aan het gemeentelijk RUP

over het centrum van Bertem.

Bertem wordt binnen het provinciaal structuurplan Vlaams-Brabant geselecteerd als

hoofddorp, Leefdaal als woonkern en Korbeek-Dijle als kern-in het-buitengebied.

Als laatste wordt in het provinciaal ruimtelijk structuurplan ook functionele verweving

vooropgesteld, mits rekening te houden met de draagkracht van het gebied. Voor de lokale

bedrijven wordt er maximaal gestreefd naar vermenging, behoudens hinderlijke bedrijvigheid

(hinderlijkheid die de woon- en leefkwaliteit aantast). Dit is belangrijk in het kader van het

creëren van meergezinswoningen in bestaande grote gebouwen. Het is immers niet de

bedoeling om ten alle kosten andere functies (o.a. lokale bedrijvigheid) te verdringen in het

voordeel van de woonfunctie.

3.3. Relatie met het Gemeentelijk Ruimtelijk Structuurplan

Het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan van Bertem werd bij besluit van 11 januari 2007

goedgekeurd door de deputatie van de provincie Vlaams-Brabant.

Het RUP is niet in strijd met het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan.

3 Definitieve vastgesteld door de provincieraad Vlaams-Brabant d.d. 07/04/2004, herziening (addendum) d.d. 05/03/2012.

Page 45: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 12/35

In het bindend gedeelte van het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan is het opstellen van een

RUP kern Leefdaal en een RUP kern Bertem opgenomen in het kader van

meergezinswoningen. Het RUP ‘Meergezinswoningen’, hoewel niet expliciet aangekondigd in

een aparte bindende bepaling, draagt dus bij tot de realisatie van de gewenste structuur van

de gemeente. Het streeft immers dezelfde doelstellingen na als de in het bindend gedeelte

opgenomen RUP’s.

Relevante inhoudelijke aspecten

De gemeente Bertem is een landelijke gemeente met drie kwaliteitsvolle valleikernen: het

hoofddorp Bertem en de woonkernen Leefdaal en Korbeek-Dijle. Met het gemeentelijk

ruimtelijk structuurplan kiest Bertem voor een kwalitatief geïntegreerd ruimtelijk beleid,

waarbij dit de concrete aandachtspunten zijn:

- optimaal gebruik van de ruimte in de kern-bebouwde ruimte;

- openhouden van de open ruimte tussen Brussel en Leuven;

- beschermen en herstellen van de historische eigenheid en diversiteit;

- duurzaamheid en draagkracht hanteren als norm;

- belang hechten aan de kwaliteit van de ruimte.

Bij de vertaling van deze uitgangspunten in basisdoelstellingen en ruimtelijke principes voor

de gewenste ruimtelijke structuur vinden we volgende elementen terug die zeker relevant zijn

in het kader van het RUP ‘Meergezinswoningen’:

- Bertem en Leefdaal moeten verder worden ontwikkeld tot kernen met een

kwaliteitsvolle vermenging van de functies wonen, werken, natuur, landschap en

recreëren, terwijl in Korbeek-Dijle het landelijk karakter bewaard moet blijven;

- een grote uitbreiding van de woonkernen is uitgesloten: beperkte groei moet worden

geconcentreerd in en/of aansluitend bij de kernen. Voor Bertem, als hoofddorp, geldt

wel dat de mogelijkheden ruimer zijn dan deze voor Leefdaal. In Korbeek-Dijle kan

beperkt worden voorzien in ontwikkeling van de kern wegens de afgelegen ligging ten

opzichte van de andere kernen;

- door het bundelen van de bebouwing in de kernen wordt het zich verderzetten van de

lintbebouwing in de gemeente algemeen tegengegaan. Het is vooral in de zones

Leefdaal - Vossem en Bertem - Leuven dat de open ruimte corridors moeten behouden

blijven;

- in functie van het behoud van de authenticiteit van de drie kernen is renovatie en

optimaler gebruik van bestaande slecht uitgeruste woningen aangewezen

(bijvoorbeeld omzetten van eengezinswoningen naar meergezinswoningen, …);

- naast de aandacht voor woonverbetering en herbruik moet ook een gedifferentieerd

woningaanbod worden nagestreefd door middel van verschillende woontypologieën;

- de gemeente gaat voor een ontwikkeling gericht op het behoud en de opvang van

nieuwe ambachtelijke bedrijven verweven in de woonkern zolang de draagkracht niet

overschreden wordt. Dit is belangrijk in het kader van het creëren van

meergezinswoningen in bestaande grote gebouwen. Het is immers niet de bedoeling

om ten alle kosten andere functies (o.a. lokale bedrijvigheid) te verdringen in het

voordeel van de woonfunctie.

In het structuurplan van Bertem worden vijf deelgebieden afgebakend:

- de Dijlevallei;

- woonband Korbeek-Dijle;

- het plateau van Duisburg;

- de Voerader als lappendeken van functies;

Page 46: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 13/35

- het plateau Bertembos-Eikenbos.

Enkel de ‘woonband Korbeek-Dijle’ en de ‘Voerader als lappendeken van functies’ zijn relevant

in het kader van het RUP ‘Meergezinswoningen’. De drie andere gebieden bevatten geen

woongebied en geven voorrang aan landbouw en natuur.

Woonband Korbeek-Dijle

De woonband Korbeek-Dijle wordt gevormd door een oost-west georiënteerde woonstrook

die aan de zuidzijde grenst aan de Dijlevallei en ten noorden een scherpe aftekening kent met

zeer open plateau van Duisburg. Een belangrijk natuurverbindingselement tussen het plateau

van Duisburg en de Dijlevallei is de Ruwaal. Dit element is een groenader die de woonband

van noord naar zuid doorkruist net langsheen de westzijde van het kerngebied van Korbeek-

Dijle. Centraal wordt het gebied oost-westelijk doorsneden door de lokale verbindingsweg

Nijvelsebaan.

Ontwikkelingsperspectieven op het vlak van wonen krijgen voorkeur binnen onbebouwde

binnengebieden in woongebied. Onbebouwde binnengebieden in woonuitbreidingsgebied

komen in aanmerking voor de ontwikkeling in functie van sociale koop- en huurwoningen,

doch enkel als er geen andere mogelijkheden meer zijn in Bertem of Leefdaal. Er wordt voor

geopteerd om geen meergezinswoningen (meer) toe te laten in Korbeek-Dijle.

De Voerader als lappendeken van functies

De vallei van de Voer is de ruggengraat en bepalende factor in de ruimtelijke structuur van

het hoofddorp Bertem en de woonkern Leefdaal. De gehele ruimtelijke structuur van de

gemeente is opgehangen aan de vallei van de Voer en de er parallel langsheen gelegen

plateauhellingen. Haar structurerende waarde binnen de gemeente is erg groot. Zij heeft

tegelijk een dragende, scheidende en verbindende functie. Op deze ader bevinden zich tal van

verschillende functies zoals wonen in het bijzonder, natuur, recreatie, hobbylandbouw en

bedrijvigheid. De kernen van Bertem en Leefdaal vormen de belangrijkste woonconcentraties

van het deelgebied. Het deelgebied wordt ontsloten door twee belangrijke lokale

verbindingswegen, nl. de Tervuursesteenweg en de Dorpstraat. Daarnaast bezit de gemeente

binnen dit deelgebied een belangrijke ontsluitingsmogelijkheid door middel van het op- en

afrittencomplex naar de autosnelweg E40.

De woonkern Leefdaal wordt in grote mate ruimtelijk gestructureerd door de aanwezigheid

van het Kasteelpark en de Voer. Beide elementen hebben historisch mee de structuur van de

woonkern bepaald en zullen dit ook in de toekomst doen. Wonen wordt gestimuleerd binnen

de kern (af te bakenen in RUP kern Leefdaal) met een minimum dichtheid van 15

woningen/ha. Verder geldt in de woonkern het hanteren van een dichtheid afgestemd op de

omgeving waarin het betreffende gebied zich bevindt.

Het hoofddorp Bertem kent historisch gezien drie verschuivingen voor wat betreft het

centrumgebeuren. Binnen het RUP ‘Centrum’ wordt de historische link tussen de Sint-

Pieterskerk, het gemeenteplein en de centrumfuncties aan de Tervuursesteenweg tot uiting

gebracht met centraal een projectzone voor meergezinswoningen. Binnen de kern van Bertem

wordt een dichtheid nagestreefd van 20 woningen/ha. Buiten de kern wordt de in het

Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV4) voorziene dichtheid nagestreefd van 15

woningen/ha. Doordat het RUP ‘Centrum’ al een uitspraak heeft gedaan over het toelaten

4 Het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen bepaalt de planningscontext op gewestelijk niveau. Het werd

definitief vastgesteld door de Vlaamse Regering d.d. 23/09/1997 met een eerste herziening d.d. 12/12/2003 en

een tweede herziening d.d. 17/12/2010.

Page 47: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 14/35

en/of verbieden van meergezinswoningen, wordt dit gebied uit de verbodszone van

voorliggend RUP ‘Meergezinswoningen’ uitgesloten.

In het kader van wijzigende gezinssamenstellingen en veroudering van de bevolking wordt

voor de kernen van Bertem en Leefdaal voorzien in de mogelijkheid van omvorming tot en

ontwikkeling van meergezinswoningen (2 bouwlagen en een dak). Voor plaatsen waar het

ruimtelijk aansluit op de bestaande typologie, kan worden voorzien in de omvorming tot en

ontwikkeling van meergezinswoningen bestaande uit maximaal 3 bouwlagen en een dak. De

RUP’s van de respectievelijke kernen (het al bestaande RUP van Bertem en het eventueel

toekomstige RUP van Leefdaal) bepalen binnen de RUP-contouren onder andere de zones

waarbinnen meergezinswoningen zijn toegestaan en onder welke vorm. Bij het bepalen van

deze zones worden daarbij minimaal volgende criteria gehanteerd:

- het gebied moet gelegen zijn in volrood woongebied van het huidige gewestplan;

- het gebied moet functioneel deel uitmaken van het kernleven (concentratie winkels,

horeca, kerk, …);

- de bestaande ruimtelijke draagkracht van het gebied mag niet worden overschreden;

- een goede ruimtelijke inpassing moet optimaal worden nagestreefd.

In het RUP ‘Meergezinswoningen’ wordt de contour van het deelgebied ‘Bertem Centrum’ dus

uit het plangebied gesloten aangezien de bestemming en voorschriften voor het gebied al zijn

vastgelegd in het gemeentelijke RUP dat dit gebied behandelt, en dus enkel kunnen worden

verfijnd (en niet gewijzigd om bijvoorbeeld meergezinswoningen in het gebied te verbieden).

Naast deze zone afgebakend door het RUP ‘Centrum’ waarbinnen meergezinswoningen

kunnen worden opgericht, zal het RUP ‘Meergezinswoningen’ op basis van meerdere criteria

zones in het hoofddorp Bertem afbakenen waarin dit in principe wordt toegelaten.

Page 48: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 15/35

4. BESCHRIJVING REFERENTIESITUATIE & EFFECTEN PER MILIEUDISCIPLINE

4.1. Gewestplan

Huidige situatie

Het gewestplan is een juridisch verordenend document en is zodoende de randvoorwaarde

voor alle mogelijke ruimtelijke ontwikkelingen. Met de uitwerking van dit RUP kunnen

voorstellen tot behoud, verfijning of aanpassing van het gewestplan worden gedaan.

Voorliggend plangebied valt onder het gewestplan Leuven, goedgekeurd bij KB van 7 april

1977. Het plangebied situeert zich in woongebied (in de ruime zin).

De woongebieden zijn voor wonen, alsmede voor handel, dienstverlening, ambacht en

kleinbedrijf voor zover deze taken van bedrijf om redenen van goede ruimtelijke ordening niet

in een daartoe aangewezen gebied moeten worden afgezonderd, voor groene ruimten, voor

sociaal-culturele inrichtingen, voor openbare nutsvoorzieningen, voor toeristische

voorzieningen, voor agrarische bedrijven. Deze bedrijven, voorzieningen en inrichtingen

mogen echter maar worden toegestaan voor zover ze verenigbaar zijn met de onmiddellijke

omgeving (artikel 5 van het Koninklijk besluit van 28 december 1972 betreffende de inrichting

en de toepassing van de ontwerp-gewestplannen en de gewestplannen).

Uitwerking RUP met maatregelen

Het RUP ‘Meergezinswoningen’ voorziet enkel in een overdruk over alle bestaande

bestemmingen die een verbod oplegt om in die zone meergezinswoningen op te richten over

het ganse grondgebied van de gemeente. De onderliggende (bestaande) bestemming op deze

plaatsen is de gewestplanbestemming en wordt door het RUP niet gewijzigd. De huidige

functies, namelijk wonen en aan het wonen aanverwante functies, blijven behouden. Het RUP

zal bijgevolg voor deze zone enkel als gevolg hebben dat de oprichting van

meergezinswoningen wordt verboden en dat het aantal woongelegenheden zo dus beperkt

blijft.

Toetsing nulalternatief

De ontwikkelingen die in het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’ mogelijk zijn

zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door

het gewestplan Leuven, de geldende bijzondere plannen van aanleg (BPA’s), de goedgekeurde

ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) en de goedgekeurde en niet vervallen

verkavelingsvergunningen. Ieder op zich doet een uitspraak over het toelaten van

meergezinswoningen.

Conclusie

Het ruimtelijk uitvoeringsplan veroorzaakt geen aanzienlijke (negatieve) effecten t.o.v. de

referentiesituatie, aangezien de bestemmingszones van het gewestplan niet gewijzigd worden

en de stedenbouwkundige voorschriften enkel het aantal woongelegenheden kunnen

inperken.

Toegevoegd kaartmateriaal (plan-MER screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 3: uittreksel gewestplan Bertem

Kaart 4: woongebied in ruime zin

Kaart 2: grafisch plan RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Page 49: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 16/35

4.2. Bodem

Huidige situatie

a. Bodemkaart

Volgens de bodemkaart bestaan de bodems in het plangebied

- Deelgemeente Leefdaal: de bodem in dit deel bestaat hoofdzakelijk uit een

antropogene bodem (grijs) met enkele grotere gebieden droge leem (types Apb, AbB,

Aba1 – roos) en kleinere gebieden uit droog zandleem (types sLba en gLba - geel),

vochtige leem (types Adp en Acp - oranje), natte leem (Aep – rood), droog zand (type

Sbf - licht blauw) en vochtige klei (type Edx – groen).

- Deelgemeente Bertem: de bodem in deel bestaat hoofdzakelijk uit een antropogene

bodem (grijs) met enkele grotere gebieden droge leem (types Apb, AbB, Abp1, Aba0 –

roos) en kleinere gebieden uit vochtige droog zandleem (types sLba, wLba en Lbp -

geel), droog zand (types Sbf en ZAfe - licht blauw), vochtige leem (types Adp, Adp1

en Acp - oranje), natte leem (Aep – rood) en vochtige klei (type Edx – groen).

- Deelgemeente Korbeek-Dijle: de bodem in dit deel bestaat in het zuidelijk deel

hoofdzakelijk uit een antropogene bodem (grijs) en het noordelijke deel hoofdzakelijk

uit droge leem (types Apb, AbB, Abp1 – roos), vochtige leem (types Adp1 en Acp –

oranje) of een antropogene bodem (grijs), met kleinere gebieden uit natte leem (Aep

– rood) of droog zand (type ZAfe - licht blauw).

b. bodemerosie

Volgens de kaart met erosiegevoelige gebieden plangebied zijn grote delen van het

plangebied ingekleurd of opgenomen in deze kaart, m.a.w. het plangebied is zeer

erosiegevoelig. Dit wordt ook bevestigd door de potentiële bodemerosiekaart en de

hellingenkaart.

De hoogte binnen het plangebied varieert sterk volgens de kaart ‘Digitale Hoogtemodel

Vlaanderen’.

Uitwerking RUP met maatregelen

Het plangebied behoudt de bestemmingen volgens het gewestplan, nl. woongebied,

woonuitbreidingsgebied en woongebied met landelijk karakter. De enige wijziging is het

verbod op bouwen of verbouwen van woningen van/tot meergezinswoningen in het

plangebied.

Bij het oprichten van eengezinswoningen in plaats van een meergezinswoning zal de

bebouwde of verharde oppervlakte mogelijks groter zijn doordat er in sommige gevallen

minder verdicht kan worden. Anderzijds kunnen momenteel in het volledige plangebied in

principe woningen gebouwd worden, zowel eengezinswoningen als meergezinswoningen. Door

een verbod op meergezinswoningen kan er minder verdicht worden, maar daarom niet per se

meer bebouwd worden. Het gevolg voor de bebouwde bodemoppervlakte en de infiltratie van

regenwater zal daarom zeer beperkt zijn.

Aangezien het plangebied vaak hellend is, kan er zich een probleem van bodemerosie stellen

binnen het plangebied. Door de aanplant van heesters en bomen zal voorkomen worden dat

er bodemerosie ontstaat.

Toetsing nul alternatief

Wanneer het plangebied niet ontwikkeld wordt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door

het gewestplan Leuven, de geldende bijzondere plannen van aanleg (BPA’s), de goedgekeurde

Page 50: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 17/35

ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) en de goedgekeurde en niet vervallen

verkavelingsvergunningen van toepassing. Elk van deze plannen of vergunningen op zich doet

een uitspraak over het toelaten van meergezinswoningen.

Conclusie

De ontwikkeling van het voorliggend RUP zal geen betekenisvolle negatieve effecten op de

bodemstructuur en het bodemgebruik in het plangebied hebben door een verbod op

meergezinswoningen.

Toegevoegd kaartmateriaal (planMER Screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 5: bodemkaart

Kaart 6: erosiegevoelige gebieden

4.3. Water: oppervlakte- en grondwater

Huidige situatie

a. Watertoetskaart overstromingsgevoelige gebieden

Volgens de kaart voor overstromingsgevoelige gebieden (Vlaamse Milieumaatschappij,

afdeling Operationeel Waterbeheer) is het plangebied gelegen in effectief of mogelijk

overstromingsgevoelig gebied in de woonkern Leefdaal en de woonkern Bertem, en in

mogelijk overstromingsgevoelig gebied in de woonkern Korbeek-Dijle. Dit wordt ook bevestigd

door de kaart Natuurlijk oversstroombare gebieden en de recente overstromingskaart (ROG).

Het volledige plangebied is niet ingekleurd als mogelijks overstromingsgebied op de MOG-

kaart met enkele kleine uitzonderingen in het bekken van de Voer (cat. 2).

b. Waterlopen in het plangebied

Door de centra van de deelgemeente Leefdaal en de deelgemeente Bertem loopt de Voer (cat.

2), langs de straat Het Bies in Leefdaal loopt de Vloetgracht (cat.2). De Redelle (cat. 2), de

Bosdelle (cat. 2), de Delle (cat. 2), de Dorpsgracht (cat. 2) en de Blankaartgracht (cat. 2)

monden uit in De Voer in deelgemeente Bertem. De Leigracht (cat. 2), Ruwaal (cat. 2), de

Leibeek (cat. 2) en meerdere kleinere beken (cat.9) monden uit in de Dijle (cat. 1), ten

zuiden van het dorpscentrum van Korbeek-Dijle. In en in de onmiddellijke buurt van het

plangebied lopen verschillende kleine beken of grachten, gecatalogeerd als categorie 9.

c. Infiltratiekaart

Volgens de infiltratiekaart is het plangebied hoofdzakelijk niet infiltratiegevoelig.

d. Bodemerosie

Zie deel 3.2. bodem, c. bodemerosie.

e. Grondwaterkwetsbaarheid en grondwaterstroming

Volgens de kaart voor grondwaterkwetsbaarheid is het grondwater zeer kwetsbaar in het

plangebied, met name in de voerbedding en in de buurt van de Dijlebedding. Verderaf van

deze beddingen is de grondwaterkwetsbaarheid in het plangebied kwetsbaar tot matig

kwetsbaar. Voor het (zeer) kwetsbare deel wil dit zeggen dat (oppervlakkige) vervuiling kan

aanleiding geven tot verontreiniging van het (diepere) grondwater.

Het plangebied in de bedding van de voer is matig tot zeer gevoelig voor grondwaterstroming,

het plangebied deel Korbeek-Dijle is zeer gevoelig voor grondwaterstroming in de buurt van

de Dijle. Zie ook kaart voor grondwaterstroming.

f. Zoneringskaart van de VMM

Page 51: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 18/35

Het noordelijk deel van het plangebied is hoofdzakelijk opgenomen in de zoneringskaart als

centraal gebied en het zuidelijk deel (kern Korbeek-Dijle) als collectief te optimaliseren

buitengebied.

g. Waterwinningsgebied

Het plangebied is niet gelegen in een waterwinningsgebied, maar wel in beschermingszones

van

- winning Puttebos, Sint-Veronica en winning Dispatching in Leefdaal

- winning Egenhoven Oost en Egenhoven West in Heverlee

- winning Ormendaal (2x), winning Omendeel Noord, winning Het Broek en winning

Zuid in Korbeek-Dijle

h. Signaalgebied

In het plangebied is geen signaalgebied gelegen. Deze kaart is niet gegenereerd.

Uitwerking RUP met maatregelen

De ontwikkeling van het RUP in het plangebied heeft een invloed op het overstromingsrisico in

het plangebied. Binnen het plangebied geldt een verbod op meergezinswoningen. Deze zijn

vaak verantwoordelijk voor inname van een groter oppervlakte voor verharding dan

eengezinswoningen, waardoor een minder hemelwater ter plaatse kan infiltreren.

De ontwikkeling van het RUP in het plangebied heeft een invloed op het oppervlaktewater en

het grondwater in het plangebied. Bij bouwen zal steeds de geldende gewestelijke, provinciale

en/of gemeentelijke stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratie- en

buffervoorzieningen van toepassing zijn, zodat het bouwen een minimale impact heeft op het

oppervlaktewater en het grondwater in het plangebied en in de onmiddellijke omgeving van

het plangebied.

Aangezien het plangebied uit woongebied, woonuitbreidingsgebied en woongebied met

landelijk karakter met voornamelijk woningen met tuinen bestaat, is het overgrote deel

verhard. De groene zones met o.a. de tuinen garanderen infiltratie, alhoewel het plangebied

grotendeels niet infiltratiegevoelig is.

Een deel van het plangebied is opgenomen in de zoneringskaart als centraal gebied, een

ander deel als collectief te optimaliseren buitengebied. De nodige voorzieningen om het

huishoudelijk afvalwater gescheiden van het hemelwater op te vangen en aan te sluiten op de

bestaande riolering worden of zijn voorzien. Aangezien er beken en grachten in het

plangebied zijn, kunnen er wel waterlopen verlegd, ingekokerd of overwelfd worden, maar

steeds volgens de van toepassing zijnde wetgeving.

Aangezien het plangebied hoofdzakelijk gelegen is in een matig tot zeer gevoelig gebied voor

grondwaterstroming, kunnen ondergrondse constructies deze grondwaterstroming wel

beïnvloeden. Indien bronbemaling tijdens de constructies van gebouwen nodig is, zal er

steeds naar gestreefd worden om te voldoen aan de wettelijke bepalingen en in overleg met

Aquafin, en de werken te beperken in de tijd. Er zal steeds getracht worden om het niet

vervuild bemalingswater opnieuw in de bodem te brengen.

De grondwaterkwetsbaarheid is zeer kwetsbaar in het plangebied, met name in de

voerbedding en in de buurt van de Dijlebedding. Verderaf van deze beddingen is de

grondwaterkwetsbaarheid in het plangebied kwetsbaar tot matig kwetsbaar. Dit wil zeggen

dat oppervlakkige vervuiling in aanleiding kan geven tot verontreiniging van het (diepere)

Page 52: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 19/35

grondwater. De opslag van gevaarlijke producten en mogelijk van opslag van stookolie voor

gebouwverwarming moet voldoen aan de wettelijke normen.

Toetsing nul alternatief

De ontwikkelingen die in het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’ mogelijk zijn

zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door

het gewestplan Leuven, de geldende bijzondere plannen van aanleg (BPA’s), de goedgekeurde

ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) en de goedgekeurde en niet vervallen

verkavelingsvergunningen. Ieder op zich doet een uitspraak over het toelaten van

meergezinswoningen.

Conclusie

Door ontwikkeling van het RUP zal de inname van bebouwbare oppervlakte zeker niet

vergroten door een verbod op meergezinswoningen en dus op de overstromingsgevoeligheid

van het plangebied.

De ontwikkeling van het RUP zal een positieve invloed hebben op het oppervlaktewater en het

grondwater in het plangebied omdat de mogelijke verharding door een verbod op

meergezinswoningen kleiner zal zijn bij de bouw van eengezinswoningen.

Infiltratie van hemelwater zal maximaal bevorderd worden zodat voldaan wordt aan de van

toepassing zijnde stedenbouwkundige verordening inzake hemelwaterputten, infiltratie- en

buffervoorzieningen, en door maximaal gebruik van waterdoorlatende materialen voor de

aanleg van trage wegen, parkeerterreinen…, zoals opgenomen in de stedenbouwkundige

voorschriften. Wateroverlast bij hevige regenval zal door toepassing van deze maatregelen tot

een minimum herleid wordt.

De nodige voorzieningen worden getroffen om huishoudelijk afvalwater gescheiden van het

hemelwater op te vangen en aan te sluiten op de bestaande riolering in de onmiddellijke

omgeving.

Aangezien er wel beken en grachten in het plangebied zijn, is het mogelijk dat er waterlopen

gedempt, verlegd, ingekokerd of overwelfd worden. Dit zal steeds gebeuren volgens de

geldende voorschriften.

Aangezien het plangebied hoofdzakelijk gelegen is in een matig tot zeer gevoelig gebied voor

grondwaterstroming, kunnen ondergrondse constructies deze grondwaterstroming wel

beïnvloeden. Door een verbod op meergezinswoningen, soms gepaard met grote

ondergrondse constructies zoals voor garages, zal dit een positieve invloed hebben op de

beïnvloeding van de grondwaterstroming. Indien bronbemaling nodig zou zijn bij constructie

van een gebouw, zal er steeds naar gestreefd worden om de werken te beperken in de tijd, te

voldoen aan de wettelijke bepalingen en in overleg met Aquafin. Er zal steeds getracht

worden om het niet vervuild bemalingswater opnieuw in de bodem te brengen.

Door te voldoen aan de wettelijke bepalingen inzake opslag van gevaarlijke producten zal de

bodem en het grondwater maximaal beschermd worden.

De ontwikkeling van het gemeentelijke RUP met een verbod op meergezinswoningen zal een

positieve invloed hebben op de waterhuishouding in het plangebied.

Toegevoegd kaartmateriaal (planMER Screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 7: overstromingsgevoelige gebieden

Page 53: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 20/35

Kaart 8: waterlopen en risicozones overstromingen

Kaart 9: infiltratiegevoelige gebieden

Kaart 10: grondwaterkwetsbaarheid

Kaart 11: grondwaterstromingsgevoelige gebieden

Kaart 12: beschermingszones grondwater

Kaart 13: zoneringsplan VMM

4.4. Fauna, flora en biodiversiteit

Huidige situatie

Volgens de biologische waarderingskaart is het plangebied hoofdzakelijk ingekleurd als

biologisch minder waardevol, met een beperkt aantal eilandjes ingekleurd als een complex

van biologisch minder waardevolle en waardevolle elementen, als een complex van

waardevolle en zeer waardevolle elementen, als biologisch waardevol of als biologisch zeer

waardevol.

Het plangebied is niet gelegen in een habitatrichtlijngebied. Het habitatrichtlijngebied

‘Valleien van de Dijle, Laan en IJse met aangrenzende bos- en moerasgebieden’ ligt ten

noorden van het plangebied deel Bertem-centrum-oost op minstens 127 m en aangrenzend

ten oosten van het plangebied deel Bertem-centrum-oost, op 207 m ten zuiden van

plangebied deel Hertwinkel en grenzend aan het plangebied deel Korbeek-Dijle-kern.

Het plangebied is niet gelegen in een GEN-gebied. Het GEN-gebied ‘Het Bertembos-

Grevensbos’ ligt ten noorden van het plangebied deel Bertem-centrum-oost op minstens

127 m en aangrenzend ten oosten van het plangebied deel Bertem-centrum-oost. Het GEN-

gebied ‘De Dijlevallei’ grenst ten zuiden aan het plangebied deel Korbeek-Dijle-kern.

Het plangebied deel Bertem-centrum, Bertem-centrum-oost en Dalem is volgens het

gewestplan ingekleurd als woongebied, als woonuitbreidingsgebied of als woongebied met

culturele, esthetische en historische waarde. Het plangebied deel Korbeek-Dijle-kern is

ingekleurd als woongebied met landelijk karakter of als woonuitbreidingsgebied op het

gewestplan. Het plangebied deel Sint-Verona en deel Voerhoek is ingekleurd als woongebied

met landelijk karakter en het plangebied deel Leefdaal-centrum-Dorpstraat, deel Leefdaal-

centrum-Mezenstraat en deel Hertwinkel zijn ingekleurd als woongebied, woongebied met

landelijk karakter, woonuitbreidingsgebied of als goedgekeurde en niet-vervallen

verkavelingen.

Volgens de habitatkaart is een deel van het perceel gekend als afd. 1, sectie B, perceelsnr.

57D in leefdaal dorp ingekleurd als ‘deels habitat’, de begroeiing langs het hoger deel van de

Hoogveldbaan is ingekleurd als ‘habitat’, de hoek Blokkenstraat en Nijvelsebaan is ingekleurd

als ‘deels habitat’, ook percelen langs de Damstraat en gelegen in het plangebied zijn

ingekleurd als ‘deels habitat’.

Uitwerking RUP met maatregelen

Doordat het plangebied van het RUP niet gelegen is een habitatrichtlijngebied, een GEN-

gebied, hoofdzakelijk in een biologisch minder waardevol gebied en er slechts enkele

gebieden opgenomen zijn in de habitatkaart, zal door de uitwerking van het RUP dit geen tot

zeer beperkt invloed hebben op de ontwikkeling van het plangebied.

Toetsing nul alternatief

De ontwikkelingen die in het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’ mogelijk zijn

zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door

Page 54: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 21/35

het gewestplan Leuven, de geldende bijzondere plannen van aanleg (BPA’s), de goedgekeurde

ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) en de goedgekeurde en niet vervallen

verkavelingsvergunningen. Ieder op zich doet een uitspraak over het toelaten van

meergezinswoningen.

Conclusie

De uitwerking van het RUP zal geen betekenisvolle negatieve effecten hebben binnen de

discipline fauna, flora en biodiversiviteit in het plangebied.

Toegevoegd kaartmateriaal (planMER Screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 3: uittreksel gewestplan Bertem

Kaart 14: biologische waarderingskaart

Kaart 15: vogel- en habitatrichtlijngebieden

Kaart 16: gebieden van VEN en IVON

Kaart 17: habitatkaart

4.5. Ruimtelijke ordening

Huidige situatie

Omwille van haar strategische ligging tussen Brussel en Leuven ondervindt de gemeente

Bertem een alsmaar groter wordende verstedelijkingsdruk. Dit resulteert onder andere in een

stijgende vraag van projectontwikkelaars om meergezinswoningen te realiseren op haar

grondgebied, ook buiten de kernen en in de landelijke woongebieden. In principe zijn

momenteel overal in het woongebied van Bertem meergezinswoningen vergunbaar. De

gemeente hanteert vandaag bij het beoordelen van stedenbouwkundige

vergunningsaanvragen al wel een aantal basisprincipes en een afbakening waar

meergezinswoningen kunnen. Deze basisprincipes en afbakening hebben evenwel nog geen

juridische basis waardoor de opmaak van een RUP zich opdringt.

Gewenste ruimtelijke ordening – toekomstvisie

Het gemeentebestuur van Bertem wil niet tot elke prijs toegeven aan de verstedelijkingsdruk

en wenst dan ook een rem te zetten op de bouw van meergezinswoningen op plaatsen waar

deze niet ruimtelijk geïntegreerd zijn in de omgeving maar waar het volgens de huidige

planologische context wel mogelijk is. De trend om meergezinswoningen op te richten op

percelen gelegen in het buitengebied, vaak gelegen aan de rand van de woonkernen Bertem,

Leefdaal en Korbeek-Dijle en grenzend aan open landbouwgebied, moet omwille van een

grotere impact op de omgeving worden tegengegaan.

De gemeente zet de stap tot de opmaak van een RUP dat de (nieuw)bouw van

meergezinswoningen en/of de omvorming van eengezinswoningen naar meergezinswoningen

in bepaalde zones binnen de gemeentegrenzen verbiedt om zo de specifieke kenmerken van

de verschillende woonentiteiten binnen Bertem te versterken en te vrijwaren. Om het

karakter van ‘landelijke gemeente tussen Leuven en Brussel’ te behouden, moet erover

worden gewaakt dat de toename van het aantal inwoners de draagkracht niet overstijgt. Het

grootste aandeel van de toekomstige woonbehoefte moet bijgevolg worden opgevangen in de

kerngebieden van Bertem en Leefdaal in plaats van in de perifere woonwijken of het

buitengebied. Deze kernen hebben immers een hogere potentie voor de opvang van nieuwe

woon- en werkfuncties dan de rest van de gemeente, als gevolg van hun grotere draagkracht

op vlak van voorzieningen, de ontsluiting met openbaar vervoer en autoverkeer en de

ruimtelijke kwaliteit van de bebouwde omgeving. De kern van Korbeek-Dijle is kleinschaliger

en landelijker dan de andere twee kernen, wat ook in de toekomst wenselijk blijft. Concreet

betekent dit dat nieuwe meergezinswoningen enkel thuishoren in de kernen van Bertem en

Leefdaal, aangezien deze leiden tot hogere woondichtheden dan eengezinswoningen.

Page 55: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 22/35

Hiermee streeft de gemeente een gedifferentieerd ruimtelijk beleid na, zoals reeds werd

vastgelegd in het gemeentelijke ruimtelijke structuurplan. Het baseert zich op kernversterking

van het centrum van Bertem en van de deelgemeente Leefdaal. Daarentegen moet het

kleinschalige karakter van het dorp Korbeek-Dijle behouden blijven en moeten luwe zones

worden gerespecteerd zonder nieuwe meergezinswoningen in de woongebieden rond de

kernen waar meergezinswoningen wel zijn toegelaten. Op die manier wordt voorkomen dat de

verschillende woonkernen binnen en buiten de gemeente (verder) aan elkaar vastgroeien tot

één ongedifferentieerd bebouwd geheel met een monotoon woonweefsel en kan de

samenhangende structuur en de beleving van kwaliteitsvolle open ruimte worden gevrijwaard

met respect voor cultuur-historische waarde, voornamelijk bouwkundig erfgoed en

landschapselementen zoals holle wegen.

Uitwerking RUP met maatregelen

Met het RUP ‘Meergezinswoningen’ wijkt de gewenste ruimtelijke structuur met betrekking tot

meergezinswoningen niet zoveel af van de bestaande ruimtelijke structuur, maar wordt in de

toekomst de realisatie van bijkomende meergezinswoningen in bepaalde zones (plangebied

RUP / verbodszone) wel aan banden gelegd. Een verbod op meergezinswoningen is een

verbod op de realisatie van een gebouw waar minstens één niet-grondgebonden woning

aanwezig is (gestapelde woningen vallen ook onder deze noemer). De bestaande vergunde

meergezinswoningen kunnen overal behouden blijven. Maar indien ze gelegen zijn binnen het

plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’, kunnen ze enkel worden verbouwd binnen het

bestaande volume, zonder het aantal woonentiteiten te verhogen.

Om efficiënt om te springen met het gebruik van bestaande grote gebouwen en in te spelen

op de groeiende behoefte aan kleinere woonentiteiten, is binnen de verbodszone een

uitzonderingsbepaling voorzien om onder strikte voorwaarden de creatie van een

meergezinswoning mogelijk te maken binnen het bestaand volume van deze grote gebouwen.

Op die manier kan een invulling worden gegeven aan al dan niet leegstaande grote huizen en

andere panden in functie van de meer hedendaagse gezinssamenstellingen, waarbij een

groeiende behoefte bestaat aan kleinere woonentiteiten en dit zonder het huidige

woonweefsel te ontwrichten. Natuurlijk komen niet alle bestaande gebouwen in aanmerking

voor opdeling. Er moet voldaan worden aan bepaalde modaliteiten zoals onder andere een

minimaal bouwvolume, de bouwfysische staat van het gebouw, het voorkomen op een lijst

van markante gebouwen voor bestaande niet-woningen etc. Deze voorwaarden zullen strikt

vastgelegd worden in de stedenbouwkundige voorschriften horende bij het RUP

‘Meergezinswoningen’.

Huisvesting voor een groep van samenlevende personen zoals toeristische accommodaties of

collectieve verblijfsaccommodaties (tehuizen voor bejaarden, assistentiewoningen,

verpleeginrichtingen, internaten, cohousing …), studentenkamers en zorgwoningen die geen

volwaardige woonentiteit zijn, worden niet beschouwd als woonentiteiten en dus ook niet als

meergezinswoningen.

Toetsing nulalternatief

De ontwikkelingen die in het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’ mogelijk zijn

zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door

het gewestplan Leuven, de geldende bijzondere plannen van aanleg (BPA’s), de goedgekeurde

ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) en de goedgekeurde en niet vervallen

verkavelingsvergunningen. Ieder op zich doet een uitspraak over het toelaten van

meergezinswoningen.

Conclusie

Page 56: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 23/35

Het RUP ondersteunt en is een uitvoering van de doelen vooropgesteld in het gemeentelijk

ruimtelijk structuurplan.

Het RUP zorgt uitsluitend voor positieve effecten op het gebied van ruimtelijke ordening en

veroorzaakt geen betekenisvolle negatieve effecten voor de discipline ruimtelijke ordening

t.o.v. de referentiesituatie.

Toegevoegd kaartmateriaal (plan-MER screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 2: grafisch plan RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

4.6. Cultureel erfgoed, landschap en archeologie

Huidige situatie

a. Discipline landschappen (cultureel erfgoed en landschap):

De ‘Landschapsatlas’5 is opgemaakt vanuit het Vlaams Agentschap Onroerend Erfgoed,

Afdeling Monumenten en Landschappen en geeft een inventarisatie van de relicten van de

traditionele landschappen in het kader van een gemeentelijk landschapsbeleid. Er wordt een

onderscheid gemaakt tussen ankerplaatsen, relictzones, puntrelicten en lijnrelicten.

Ankerplaatsen zijn gebieden die een veelsoortig ensemble van erfgoedelementen met hoge

waarde bevatten. Volgende ankerplaatsen zijn binnen de gemeentegrenzen van Bertem

gesitueerd en overlappen alle voor ten minste een klein gedeelte met het plangebied van het

RUP ‘Meergezinswoningen’:

- Kasteel van Leefdaal (A20040)

- Bertembos en Grevensbos (A20041)

- Valleien van Dijle en Laan ten zuiden van Leuven (A20042)

- Plateau van Duisburg (A20059)

Relictzones zijn gebieden met een grote dichtheid aan punt- of lijnrelicten, zichten en

ankerplaatsen en zones waarin de connectiviteit tussen de waardevolle landschapselementen

belangrijk is voor de gehele landschappelijke waardering. De aanduiding gebeurt

maximalistisch, doch zonder scherpe grenzen te definiëren. Volgende relictzones zijn binnen

de grenzen van de gemeente Bertem gesitueerd en overlappen alle voor ten minste een klein

gedeelte met het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’:

- Vallei van de Laan, IJse en de Dijle stroomopwaarts Leuven (R20084)

- Plateau van Duisburg (R20091)

- Plateau van Moorselbos – Hagenbos – Eikenbos – Bertembos (R20092)

Puntrelicten stemmen overeen met monumenten, kunstwerken, bouwelementen,

archeologica, etc. Volgende puntrelicten liggen in het plangebied van het RUP

‘Meergezinswoningen’:

- Pastorij (P20017)

- Voorburg (P20149)

- Speelgoed (P20150)

- Sint-Bartholomeuskerk (P20151)

- Brouwershuis (P20152)

5 MVG, Dep. LIN, AROHM, afd. M & L, CD Rom Landschapsatlas, juni 2000; Ankerplaatsen, vector, 2001, MVG – Dep. LIN –

AROHM – afd. M & L; Traditionele landschappen, vector, 2001, UG – Vakgroep Geografie; Relicten van de traditionele

landschappen, vector, 2001, MVG – Dep. LIN – AROHM – afd. M & L.

Page 57: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 24/35

- Sint-Pieterskerk (P20163)

- Hof van Bertem (P20164)

- Eikenmolen (P21111)

Lijnrelicten worden gevormd door beken, kanalen, wegtracés, oude spoorzaten, steile

reliëfovergangen, markante holle wegen, etc. Volgende lijnrelicten liggen ten minste voor een

deel in het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’:

- De Voer (L20012)

- KW-bunkerlinie langs de Dijle (L20073)

Op 14 september 2009 heeft de administrateur-generaal van het Vlaams Instituut voor het

Onroerend Erfgoed (VIOE) de Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed6 voor Vlaanderen

vastgesteld. Alle beschermde monumenten zijn opgenomen in de inventaris van het

bouwkundig erfgoed, maar niet alle relicten opgenomen in deze inventaris zijn een beschermd

monument. Volgende gebouwen/objecten/locaties (uit de Inventaris) zijn binnen de perimeter

van het plangebied van het RUP gelegen:

- Hoeve van 1859, Dorpstraat 262

- Hoeve van het langgeveltype, Jozef Ginisstraat 12

- Gevelniskapelletje, Jozef Ginisstraat 6

- Dorpswoning van 1759, Korbeekse Kerkstraat 10

- Burgerhuis, Korbeekse Kerkstraat 18

- Hoeve van het langgeveltype, Korbeekse Kerkstraat 27

- Hoeve Bleyenberg van 1810, Korbeekse Kerkstraat 36-40

- Parochiekerk Sint-Bartholomeus, Korbeekse Kerkstraat zn

- Schuur, Nijvelsebaan 47

- Voorburghoeve van 1738, Nijvelsebaan 59

- Middelgrote hoeve, Rotspoelstraat 1

- Reclamemuurschildering voor Texaco, Tervuursesteenweg 377

Volgende beschermde gebouwen/objecten/locaties liggen in het plangebied van het RUP

‘Meergezinswoningen’.

Beschermde monumenten:

- Sint-Pieterskerk (OB000146, K.B. 01/02/1937)

- Hoevegebouwen Groenendaallaan (OB000148, K.B. 12/08/1943)

- Kapucijner orgel in de Sint-Bartholomeuskerk (K.B. 23/01/1981)

- Retabel in de Sint-Bartholomeuskerk (OB000155, K.B. 24/01/1985)

- Pastorie van Bertem met poortgebouw, muur, gracht en brug (OB000976, K.B.

08/03/1993)

- Brouwershuis met stalvleugel Korbeek-Dijle (OB000978, K.B. 07/04/1995)

- Omgeving kerkhof Bertem (OB001292, K.B. 28/10/1999)

Beschermde stads- en dorpsgezichten:

- Dorpskern Bertem (OB001326, K.B. 16/12/1991)

- Pastorie van Bertem met poortgebouw, muur, gracht en brug (OB000977, K.B.

08/03/1993)

6 Deze inventaris is een realisatie van Onroerend Erfgoed, een agentschap van de Vlaamse Overheid dat onroerend erfgoed in

Vlaanderen inventariseert, onderzoekt, beschermt, beheert en de ontsluiting ervan stimuleert.

Page 58: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 25/35

b. Discipline archeologie:

Het RUP doet geen afbreuk aan de verplichtingen voortvloeiend uit de wetgeving met

betrekking tot de bescherming van archeologisch erfgoed.

Uitwerking RUP met maatregelen

De beschermingsbesluiten omtrent beschermde monumenten, stads- en dorpsgezichten en

landschappen blijven van kracht naast het RUP. Om niet in conflict te komen met deze

beschermingsbesluiten, worden de beschermde monumenten uit het plangebied van het RUP

uitgesloten en wordt er binnen het RUP geen verdere uitspraak over gedaan.

Het gaat hier uiteraard enkel om de vier beschermde gebouwen die eventueel voor opdeling

in aanmerking kunnen komen:

- de Sint-Pieterskerk;

- de Hoevegebouwen in de Groenendallaan;

- de Pastorie van Bertem;

- het Brouwershuis in Korbeek-Dijle.

Ze zijn alle vier aangeduid met een stersymbool op het grafisch plan van het RUP.

Om de instandhouding van waardevolle gebouwen te verzekeren en in te spelen op de

groeiende behoefte aan kleinere woonentiteiten, is binnen de verbodszone een

uitzonderingsbepaling voorzien om onder strikte voorwaarden de creatie van een

meergezinswoning mogelijk te maken binnen het bestaand volume van bestaande grote

gebouwen. In de eerste plaats is het de bedoeling om het behoud van waardevolle gebouwen

te garanderen. Bertem telt een aantal grotere hoevewoningen, herenhuizen en andere panden

die momenteel zijn ingericht als eengezinswoning of zelfs leegstaan. Sommige van deze

panden hebben aanzienlijke afmetingen of een structuur die zich leent voor de huisvesting

van meer dan één gezin. Om te voorkomen dat deze gebouwen in verval geraken wegens o.a.

het kostenintensief onderhoud, worden iets ruimere mogelijkheden gegeven voor een nieuwe

invulling mits het specifieke karakter van het gebouw bewaard blijft. Het gaat zowel om

gebouwen die op de ‘Inventaris van het Bouwkundig Erfgoed’ voorkomen als om andere

markante gebouwen die van belang zijn voor de gemeente en haar inwoners om allerlei

redenen. Om voor opdeling in aanmerking te komen moeten de gebouwen daarnaast ook

voldoen aan bepaalde modaliteiten zoals onder andere een minimaal bouwvolume en de

bouwfysische staat van het gebouw. Deze voorwaarden zullen strikt vastgelegd worden in de

stedenbouwkundige voorschriften horende bij het RUP ‘Meergezinswoningen’.

Het RUP doet geen afbreuk aan de verplichtingen voortvloeiend uit de wetgeving met

betrekking tot de bescherming van archeologisch erfgoed.

Toetsing nulalternatief

De ontwikkelingen die in het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’ mogelijk zijn

zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door

het gewestplan Leuven, de geldende bijzondere plannen van aanleg (BPA’s), de goedgekeurde

ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) en de goedgekeurde en niet vervallen

verkavelingsvergunningen. Ieder op zich doet een uitspraak over het toelaten van

meergezinswoningen.

Conclusie

Page 59: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 26/35

Gelet op de beperkte ingreep van het RUP door het invoeren van een verbod op

meergezinswoningen (via een overdruk bovenop de geldende, niet te wijzigen

gewestplanbestemming), worden door dit RUP geen betekenisvolle negatieve effecten voor de

discipline cultureel erfgoed, landschap en archeologie t.o.v. de referentiesituatie.

Toegevoegd kaartmateriaal (planMER Screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 18: landschapsatlas

Kaart 19: inventaris bouwkundig erfgoed

Kaart 20: beschermd erfgoed

Kaart 2: grafisch plan RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

4.7. Lucht en klimaat

Huidige situatie

De luchtkwaliteit in de gemeente Bertem en het plangebied worden weergegeven op basis van

de concentraties van stikstofdioxide (NO2) en fijn stof (PM10). In Vlaanderen is het naleven

van de Europese grenswaarden van deze stoffen bovendien het meest kritiek. Voor het

plangebied geeft dit het volgende resultaat in de periode 2010-2012 (geoloket.vmm.be/RUP):

- Gemiddeld werden er gemiddeld 17 à 19 overschrijdingen van de norm ‘daggemiddelde

PM10’ genoteerd in de periode 2010-2012 voor het volledige plangebied. De norm

‘daggemiddelde concentratie van PM10’ bedraagt 50 µg/m³. Zodra deze waarde 35 maal

overschreden wordt, spreekt men van normoverschrijding.

- Het jaargemiddelde van de concentratie PM10 bedraagt gemiddeld 22 à 23 µg/m³ voor

het plangebied in de periode 2010-2012. Normoverschrijding treedt op vanaf een

jaarmiddelde concentratie van 40 µg/m³.

- Het jaargemiddelde van de concentratie NO2 bedraagt gemiddeld 19 à 25 µg/m³ voor het

plangebied in de periode 2010-2012, met uitzondering in de buurt van de E40 waar er

gemiddeld 37 à 43 µg/m³ gemeten wordt. Vanaf een jaarconcentratie van 40 µg/m³

spreekt men van normoverschrijding.

- De totale index bedraagt 4 (vrij goed) voor het plangebied in de periode 2010-2012 met

uitzondering in de buurt van de E40 en het zuiden van de dorpskern van Bertem waar er

gemiddeld een index tussen 5 (gewoon) en 8 (slecht) bepaald wordt. Deze waarde

schommelt tussen 0 en 10. Vanaf een waarde van 7 spreekt men van een

normoverschrijding.

Uitwerking RUP met plan-geïntegreerde maatregelen

Activiteiten die emissies van fijn stof en NO2 zullen veroorzaken binnen het voorliggende

plangebied kunnen ontstaan ten gevolge van gebouwverwarming en de op- en afrijdende

voertuigen. Doordat in het plangebied een verbod op meergezinswoningen van toepassing is

zullen deze emissies zeker niet toenemen.

Toetsing nul alternatief

Wanneer het plangebied niet ontwikkeld wordt, zal het huidige gebruik behouden blijven.

Conclusie

De uitwerking van het RUP zal geen betekenisvolle negatieve effecten hebben binnen de

discipline lucht en klimaat in het plangebied. Aan de raad van het huidige plangebied bevindt

zich de E40, welke verantwoordelijk is voor het huidige luchtkwaliteit.

Toegevoegd kaartmateriaal (planMER Screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 21: fijn stof (PM10 daggemiddelde)

Kaart 22: fijn stof (PM10 jaargemiddelde)

Page 60: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 27/35

4.8. Licht, geluid en geur

Huidige situatie

De voornaamste bronnen binnen het plangebied die lichthinder kunnen veroorzaken is de

verlichting langs de wegen.

De geluidskaarten voor dit plangebied zijn ingekleurd langs de Tervuursesteenweg en de E40

in het plangebied door het wegverkeer. Verder af van deze wegen is het plangebied niet

ingekleurd.

Geurhinder kan momenteel ontstaan door de op- en afrijdende wagens naar woningen en

doorrijdend verkeer langs de Tervuursesteenweg en de E40.

Uitwerking RUP met plan-geïntegreerde maatregelen

Uitwerking van het RUP zal in het plangebied geen of zeer weinig invloed hebben op de

bestaande licht-, geluid en geurhinder.

Toetsing nul alternatief

Wanneer het plangebied niet ontwikkeld wordt, zal het huidige gebruik behouden blijven.

Conclusies

Er is geen significante toename wat betreft licht-, geluid en geurhinder te verwachten ten

gevolge van het voorliggende RUP.

Toegevoegd kaartmateriaal (planMER Screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 23: geluidskaart wegen van Vlaams-Brabant volledige dag (Lden)

Kaart 24: geluidskaart wegen van Vlaams-Brabant nacht (Lnight)

4.9. Gezondheid, socio-organisatorische aspecten en veiligheid van de mens

Huidige situatie

Het plangebied van het voorliggend RUP ligt in de woonkernen van deelgemeente Leefdaal,

deelgemeente Bertem en deelgemeente Korbeek-Dijle.

In het plangebied zijn er binnen een straal van 200 meter onderwijsinstellingen, rust- en

verzorgingstehuizen of kinderdagverblijven.

Noch in het plangebied van voorliggend RUP, noch in de ruimere omgeving is een Seveso–

inrichting gelegen. Het onderwerp van het voorliggend RUP heeft evenmin betrekking op deze

materie. De opmaak van een ruimtelijk veiligheidsrapport is dan ook niet vereist.

Uitwerking RUP met plan-geïntegreerde maatregelen

De uitwerking van het RUP is niet relevant voor de discipline gezondheid en veiligheid van de

mens. M.a.w. deze zal niet beïnvloed worden door de uitwerking van het voorliggend RUP.

Toetsing nul alternatief

Wanneer het plangebied niet ontwikkeld wordt, zal het huidige gebruik behouden blijven.

Conclusies

Page 61: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 28/35

Er is geen significante toename wat betreft gezondheid en veiligheidsrisico te verwachten ten

gevolge van het voorliggende RUP.

4.10. Mobiliteit

Huidige situatie

Bertem heeft te kampen met een enorme verkeersdruk, ondanks haar ligging in het

buitengebied. Deze verkeersdruk is te wijten aan de files op het autosnelwegennet. Bertem is

namelijk gelegen tussen Brussel en Leuven met een op- en afrittencomplex van de E40 op

haar grondgebied, wat voor een directe ontsluiting op het internationale wegennet zorgt.

Naast het bestemmingsverkeer krijgen de lokale wegen op bepaalde momenten (in de

morgen- en avondspits) veel sluipverkeer te verwerken. Daarnaast ligt het gebruik van de

auto ook heel hoog door de beperkte openbaar vervoersvoorzieningen in de gemeente en

doordat een groot aandeel van de gezinnen beschikt over meerdere auto’s.

Om een beeld te krijgen van de huidige ruimtelijke bediening van Bertem door het openbaar

vervoer, werd rond elke bestaande bushalte op het grondgebied van Bertem een zone met

een straal van 750 meter en een zone van 500 meter afgebakend. Op de kaart is te zien dat

het openbaar vervoer in Bertem (enkel buslijnen, geen tram- of treinvoorzieningen) in

belangrijke mate op de kernen is georiënteerd, voornamelijk op de kernen gelegen aan de

Tervuursesteenweg en de Dorpsstraat, met name die van Bertem en Leefdaal.

Uitwerking RUP met maatregelen

De realisatie van nieuwe meergezinswoningen zal met de opmaak van het RUP enkel nog

mogelijk zijn in bovengenoemde kernen. Daar zijn ook de openbaar vervoersvoorzieningen

geconcentreerd. In de huidige situatie zijn meergezinswoningen in principe ook mogelijk

verder van bovengenoemde kernen. Met het RUP kunnen verhoogde bevolkingsconcentraties

dus dichter bij de bestaande (beperkte) openbaar vervoersvoorzieningen gebracht worden.

Dit kan mogelijks ook voor een vermindering van het autogebruik in de gemeente zorgen.

Toetsing nulalternatief

De ontwikkelingen die in het plangebied van het RUP ‘Meergezinswoningen’ mogelijk zijn

zonder dat voorliggend RUP in werking treedt, zijn de bestemmingen zoals aangeduid door

het gewestplan Leuven, de geldende bijzondere plannen van aanleg (BPA’s), de goedgekeurde

ruimtelijke uitvoeringsplannen (RUP’s) en de goedgekeurde en niet vervallen

verkavelingsvergunningen. Ieder op zich doet een uitspraak over het toelaten van

meergezinswoningen.

Zonder de opmaak van het RUP zijn meergezinswoningen in principe dus ook mogelijk verder

van bovengenoemde kernen.

Conclusie

Gelet op de beperkte ingreep van het RUP door het invoeren van een verbod op

meergezinswoningen (via een overdruk bovenop de geldende, niet te wijzigen

gewestplanbestemming), veroorzaakt het RUP eerder positieve dan negatieve effecten voor

de discipline mobiliteit t.o.v. de referentiesituatie.

Toegevoegd kaartmateriaal (planMER Screeningsnota - deel II: kaartenbundel):

Kaart 25: bedieningskaart openbaar vervoer

Page 62: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 29/35

5. CONCLUSIE N.A.V. ADVIESRONDE

De gemeente Haacht heeft in uitvoering van deze regelgeving een onderzoek tot m.e.r.

opgemaakt. De initiatiefnemer heeft de dienst MER gevraagd een selectie van betrokken

instanties over te maken. Op basis van de aangeleverde lijst werden volgende instanties

aangeschreven:

Provincie Vlaams-Brabant (dienst Ruimtelijke Ordening)

Ruimte Vlaanderen (afdeling APL)

Agentschap Wonen-Vlaanderen

Na een adviesperiode van 30 dagen + 14 dagen na het versturen van een herinneringsmail,

brachten volgende instanties advies uit:

Provincie Vlaams-Brabant (dienst Ruimtelijke Ordening) (via mail)

Agentschap Wonen-Vlaanderen (via mail)

Van Ruimte Vlaanderen werd na het versturen van een herinneringsmail een reactie

ontvangen dat er geen advies gegeven zal worden tijdens de m.e.r.-screening en dat er aan

de adviesvereiste voorbij mag worden gegaan.

De integrale adviezen en mails zijn terug te vinden in bijlage I van deze nota.

5.1. Overzicht, samenvatting en eventuele behandeling van de ontvangen adviezen

5.1.1. Advies provincie Vlaams-Brabant

De provincie Vlaams-Brabant formuleert volgend advies: ‘Aangezien het gemeentelijk

ruimtelijk uitvoeringsplan de wijziging beoogt van het juridisch kader inzake ruimtelijke

ordening voor beperkte gebieden op lokaal niveau, zonder aanzienlijke milieueffecten, valt het

plan, ons inziens, niet onder de plan-MER-plicht.’

Geen aanpassingen aan screeningsnota nodig.

5.1.2. Advies Agentschap Wonen-Vlaanderen

Het Agentschap Wonen-Vlaanderen formuleerde volgend advies: ‘Wonen-Vlaanderen heeft

geen opmerkingen op deze screeningsnota m.b.t het MER en sluit zich volledig aan bij de

conclusie. Het advies is derhalve positief.’

Geen aanpassingen aan screeningsnota nodig.

5.2. Eindconclusie

De screeningsnota werd opgemaakt en voor advies overgemaakt aan verschillende

adviesverlenende instanties. Uit de ontvangen adviezen is gebleken dat geen

aanpassingen/aanvullingen noodzakelijk waren.

Op basis van voorliggende nota kan worden geconcludeerd dat het voorliggende

plan geen aanleiding geeft tot aanzienlijke milieugevolgen en dat de opmaak van

een plan-MER niet nodig wordt geacht.

Page 63: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 30/35

BIJLAGE I: ONTVANGEN ADVIEZEN

Page 64: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 31/35

Page 65: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 32/35

BIJLAGE II: BRONVERMELDING GEBRUIKTE KAARTLAGEN

1.1. Fusiegemeentegrenzen

Voorlopig referentiebestand gemeentegrenzen, vectorbestand, toestand 22/05/2003,

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen.

1.2. Deelgemeentegrenzen

Deelgemeenten, vectorbestand, bronbestand 2005, bewerking 2009, Provincie Vlaams-

Brabant.

1.3. Gewestgrens

Voorlopig referentiebestand gewestgrens, vector, toestand 22/05/2003, Agentschap voor

Geografische Informatie Vlaanderen.

1.4. Provinciegrens

Voorlopig referentiebestand provinciegrenzen, vector, toestand 22/05/2003, Agentschap voor

Geografische Informatie Vlaanderen.

1.5. Arrondissementgrens

Voorlopig referentiebestand arrondissementgrenzen, vector, toestand 22/05/2003,

Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen.

1.6. Gewestplan

Gewestplan, vectorbestand, 02.05.2012, Vlaamse overheid - Departement Ruimtelijke

Ordening - Woonbeleid en onroerend erfgoed.

1.7. Kadaster

Digitale kadastrale percelenplannen, cadmap, vectorbestand, toestand 01/01/2012, Federale

Overheidsdienst financiën, Algemene administratie van de Patrimoniumdocumentatie.

1.8. Orthofoto’s

Middenschalige orthofotomozaïek, Vlaanderen, winteropnames (wordt jaarlijks vernieuwd),

actuele toestand, AGIV en Provincie Vlaams-Brabant.

1.9. Topografische kaart

Topografische kaart, kleur, grid, opname 1991-2005, schaal 1/10.000, Nationaal

Geografisch Instituut.

Topografische kaart, zwart-wit, grid, opname 1991-2005, schaal 1/10.000, Nationaal

Geografisch Instituut.

1.10. Atlas Buurtwegen

Atlas Buurtwegen Vlaams Brabant, vector en raster, toestand 26.09.2012, Provincie Vlaams-

Brabant.

1.11. Atlas woonuitbreidingsgebieden (WUG)

Page 66: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 33/35

Atlas van de woonuitbreidingsgebieden, vector, actuele toestand, Vlaamse overheid –

Departement Ruimtelijke Ordening, Woonbeleid en Onroerend Erfgoed.

1.12. HAG

Herbevestigde agrarische gebieden, 2009, vector, Vlaamse overheid - Departement RWO -

Afdeling Ruimtelijke Planning.

1.13. Stations NMBS

Stations, vector, versie 01/01/2009, NMBS.

1.14. Spoorwegen

Navstreets native, versie 2012.3 (16/01/2013), vector, NAVTEQ.

1.15. Watertoets

Signaalgebieden, vector, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal

Waterbeleid.

Winterbedkaart, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid.

Infiltratiegevoelige bodems, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal

Waterbeleid.

Hellingenkaart, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid.

Grondwaterstromingsgevoelige gebieden, grid, actuele toestand,

Coördinatiecommissie Integraal Waterbeleid.

Erosiegevoelige gebieden, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie Integraal

Waterbeleid.

Overstromingsgevoelige gebieden, grid, actuele toestand, Coördinatiecommissie

Integraal Waterbeleid.

Recent overstroomde gebieden, vector, 27.06.2012, Vlaamse Milieumaatschappij -

afdeling Operationeel Waterbeheer, MOW.

1.16. Beschermingszones van de grondwaterwinningen

Beschermingszones van de grondwaterwinningen, vector, toestand 06/07/2006, Vlaamse

Milieumaatschappij – afdeling Operationeel Waterbeheer.

1.17. Vlaams Hydrografische Atlas

VHA-waterlopen, vector versie 24.05.2013, Vlaamse Milieumaatschappij – afdeling

Operationeel Waterbeheer.

VHA-zones, vector, versier 20.03.2013, Vlaamse Milieumaatschappij – afdeling

Operationeel Waterbeheer.

VHA-wateroppervlakken, vector, versie 05.06.2009, Vlaamse Milieumaatschappij –

afdeling Operationeel Waterbeheer.

VHA - waterlopen met aanvulling van IL obv terreinonderzoek en luchtfotoverwerking,

vector, VMM - afdeling Operationeel Waterbeheer en Interleuven bijwerkingen.

Grondwaterkwetsbaarheidskaart, vector, 1987, VMM – Afd. Operationeel Waterbeheer.

1.18. Wateroppervlakken

Wateroppervlakken Navstreets Native, vector, 16/01/2013, Navteq

Page 67: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 34/35

1.19. Atlas van de Waterlopen

Atlas Waterlopen Vlaams-Brabant, vector en raster, 1950, Provincie Vlaams-Brabant.

1.20. Bodem

Bodemkaart, vector, versie 19.04.2001, IWT.

Potentiële bodemerosiekaart per perceel, vector, 2013, Vlaamse overheid

(departement Leefmilieu en Energie, afdeling Land en Bodembescherming,

Ondergrond, Natuurlijke Rijkdommen).

Waardevolle bodems in Vlaanderen, vector, 2006, ALBON.

Landbouwtypering, vector, versie 2004, VLM.

Ruilverkavelingsprojecten VLM, vector, actuele toestand, Vlaamse Landmaatschappij -

Afdeling Ruilverkaveling.

Beheersovereenkomsten VLM, vast en variabel: Beheerovereenkomsten in het kader

van erosiebestrijding, natuur-, milieu-, en landschapsbeheer, vector, 01.01.2013,

VLM.

Beheersovereenkomsten erosiebestrijding (grasstrook), vector, 2010, VLM.

Bodemgebruik, vector, 30/04/2008, AGIV (gevectoriseerd dr Prov. Vlaams-Brabant).

Bodembedekking, vector, 30/04/2008, AGIV (gevectoriseerd dr Prov. Vlaams

Brabant).

1.21. Landschap

Ankerplaatsen relictenatlas, Ruimte en Erfgoed, vector, actuele toestand.

Landschapsatlas vlakrelicten (relictzones): Relicten van de traditionele landschappen,

vector, 08/05/2001, Ruimte en Erfgoed.

Landschapsatlas lijnrelicten: Relicten van de traditionele landschappen, vector,

08/05/2001, Ruimte en Erfgoed.

Landschapsatlas puntrelicten: Relicten van de traditionele landschappen, vector,

08/05/2001, Ruimte en Erfgoed.

Traditionele landschappen: vectorbestand, toestand 8/05/2001, UG – Vakgroep

Geografie, 2001.

Unesco werelderfgoed: Unesco werelderfgoed, vector, actuele toestand, Unesco.

Bouwkundig Erfgoed - relicten en gehelen: Inventaris bouwkundig erfgoed,

vectorbestand, actuele toestand, VIOE.

Erfgoedlandschappen: Onroerend erfgoed, vectorbestand, actuele toestand.

Definitief aangeduide ankerplaatsen: Voorlopige en definitief aangeduide

ankerplaatsen en erfgoedlandschappen, Onroerend Erfgoed, vectorbestand, actuele

toestand.

Beschermde archeologische zone, monumenten, landschappen en dorps- en

stadsgezichten: Beschermde Monumenten en Landschappen, Onroerend Erfgoed,

vectorbestand, actuele toestand.

Hoogtelijnen met interval 5m, vector, 31/05/2006, Provincie Vlaams-Brabant, afgeleid

bestand van DHM-Vlaanderen (AGIV).

1.22. Fietsroutenetwerken

Bovenlokaal Functioneel Fietsroutenetwerk Vlaanderen, vector, 27/05/2013, Provincie

Vlaams-Brabant.

Recreatief fietsroutenetwerk Vlaams-Brabant, vector, versie 2012, Provincie Vlaams-

Brabant.

Page 68: RUP MEERGEZINSWONINGEN BERTEM · Plan-MER screening - herziening RUP ‘Centrum Begijnendijk’ Deel II: kaartenbundel maart 2017 32/33 1.19. Atlas van de Waterlopen Atlas Waterlopen

Plan-MER screening – RUP ‘Meergezinswoningen Bertem’

Deel I: tekstbundel maart 2017 35/35

1.23. Habitatrichtlijngebieden

Habitatrichtlijngebieden, vectorbestand, toestand 15/02/2008, Agentschap voor Natuur en

Bos.

1.24. Vogelrichtlijngebieden

Vogelrichtlijngebieden, vectorbestand, toestand 22/07/2006, Agentschap voor Natuur en Bos.

1.25. Vlaams Ecologisch Netwerk

Gebieden van VEN en IVON, vector, 01/01/2013, Agentschap voor Natuur en Bos.

1.26. Biologische waarderingskaart fauna en flora

Biologische waarderingskaart Fauna, vectorbestand, versie actuele toestand, Instituut voor

Natuur- en bosonderzoek.

1.27. Geluid

Geluidskaarten wegverkeer overdag, vector, 01/09/2009, AWV.

Geluidskaarten wegverkeer nacht, vector, 01/09/2009, AWV.

Geluidskaarten spoorverkeer, vector, 01/09/2009, LNE.

1.28. Lucht

Advisering RUP-thema lucht, actuele toestand, VMM.

1.29. GRB

GRB, vector, actuele toestand, Agentschap voor Geografische Informatie Vlaanderen.

1.30. Zoneringsplan VMM:

Zoneringsplan, vector, 01-09-2009, VMM.