26 !"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
ROB SUBSIDIES
Bijna een vijfde van het Nederlandse klimaatprobleem wordt veroorzaakt door niet-CO2 broeikasgassen zoals methaan, lachgas en
de fluorverbindingen SF6, PFK’s en HFK’s. In 2010 moet de emissie hiervan jaarlijks verminderd zijn tot maximaal 35 miljoen ton
CO2-equivalenten, en in 2020 is het gewenst niveau 25 tot 27 Mton CO2-equivalenten. Dit staat gelijk aan een reductie van vijftig
procent van deze gassen ten opzichte van het referentiejaar 1990.
Het programma Reductie Overige Broeikasgassen (ROB) richtte zich de afgelopen jaren op het bevorderen, ontwikkelen en toepas-
sen van maatregelen ter vermindering van de uitstoot van niet-CO2 broeikasgassen. De aandacht ging hierbij vooral uit naar de
emissies van overige broeikasgassen afkomstig uit de landbouw, koeling en stortplaatsen. AgentschapNL bood subsidiemogelijkhe-
den, kennis en advies om met de reductie van niet-CO2 broeikasgassen aan de slag te gaan.
Een aantal met ROB-subsidies gefinancierde projecten en ontwikkelingen leverden prachtige resultaten op. Een paar voorbeelden
worden tegen het licht gehouden.
Succesvolle ROB-gesubsidieerde
projecten
27 !"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
ROB successen
Natuurlijke koudemiddelen in supermarkt koelinstallatiesBort de Graaf Koel- en Klimaattechniek BV, winnaar milieuprijs provincie Utrecht, is sinds 1984 instal-
lateur van koelsystemen. Het bedrijf is werkzaam in zowel de commerciële als de industriële sector
en internationaal actief in landen als Duitsland, België en Marokko. De Graaf heeft zich geprofileerd
als kenner op het gebied van natuurlijke koudemiddelen in Nederland. Zo installeerde het bedrijf de
eerste IQF CO2 vriestunnel in Europa, zijn zij installateur van de enige twee supermarkten in Neder-
land die de natuurlijke koudemiddelen NH3/CO2 gebruiken (de derde wordt gerealiseerd in 2010) en
één van de weinige installateurs van commerciële en industriële koelinstallaties met CO2 als koude-
middel.
Natuurlijke koudemiddelen – meestal NH3 of CO2 - hebben grote voordelen. “Het zijn goedkope koudemid-
delen, de CO2-leidingen zijn veel kleiner dan bij het gebruik van R404A, de energiedichtheid is groot, het broei-
kaseffect van CO2 is 3.800 keer geringer dan dat van R404A, er zijn geen STEK-controles, eventuele grote
CO2-lekkages vormen geen milieudelict en het is energiezuinig”, somt De Graaf op.
Toch kleven er ook een paar nadelen aan het gebruik van natuurlijke koudemiddelen. Er is bijvoorbeeld een
complexer systeem voor nodig. In het geval van het gebruik van NH3 zijn duurdere componenten nodig en zijn
er strengere eisen gesteld aan de installatie. Het is giftig en daar zijn de gebruikers bang voor. Het werkgebied
is voor CO2 gering.
Toch moeten supermarkten op natuurlijke koudemiddelen overstappen. Nu zijn er nog 5.000 supermarkten
in Nederland die met H(C)FK’s werken. Elk jaar lekt vijf procent van de totale koudemiddeleninhoud weg. De
emissie van die supermarkten bedraagt circa 25 ton per jaar en volgens de F-gassenwetgeving moet die emis-
sie drastisch omlaag. De verantwoordelijkheid ligt bij de eindgebruiker: de supermarktketen.
WEINIG INITIATIEF
Toch viel het aantal supermarkten dat tot nu toe overstapte op natuurlijke koudemiddelen niet echt mee. Bort
de Graaf weet waar het aan ligt: “Mijn ervaring is dat de eindgebruikers in veel gevallen niet worden tegenge-
houden door de nadelen van het gebruik van natuurlijke koudemiddelen. Ze tonen weinig initiatief. Ze zijn vaak
alleen geïnteresseerd als er sprake is van financieel gewin, bijvoorbeeld in de vorm van subsidies. Maar ook de
installateurs en adviseurs zijn weinig innovatief. Zij moeten verantwoording durven nemen richting de eindge-
bruiker. De techniek is bewezen, maar er wordt nog te vaak gekozen voor goedkoop in plaats van innovatief en
milieubewust. Dat is jammer.”
Volgens De Graaf is de oplossing niet ingewikkeld. “Eindgebruikers moeten groen durven te investeren. Installa-
teurs en adviseurs zouden meer lef kunnen tonen, ook naar de eindgebruiker. Een reële systeemvergelijking en
monitoren van het energiegebruik, uitgevoerd door AgentschapNL zou daarbij zekerheid geven. De subsidies
moeten niet naar de eindgebruikers, maar naar de installateurs zodat de installateur een concurrerende prijs
kan neerleggen ten opzichte van een HFK-installatie.. Maar bovenal: neem je maatschappelijke verantwoording.”
Meer informatie:
Bort de Graaf Koel en Klimaattechniek
Postbus 249
3750 GE Bunschoten
T: 033-2984889
F: 033-2986639
W: www.bortdegraaf.nl
28
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
!"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
ROB successen
Innovatieve koeltechnieken aan boord van visserijtrawlers GEA Grenco is marktleider in het leveren van vriesinstallaties voor visserijtrawlers. Trawlers vissen op
pelagische vissoorten, zoals haring en makreel, en zijn voorzien van diverse koelinstallaties. Direct
na de vangst wordt de vis afgekoeld in tanks en vervolgens ingevroren. De ingevroren vis wordt
opgeslagen in vriesruimen. Mede dankzij ROB heeft GEA Grenco verschillende innovatieve koelsy-
stemen met natuurlijke koudemiddelen kunnen ontwikkelen.
Ammoniak wordt veelvuldig toegepast als koudemiddel in landinstallaties. Aan boord van schepen vindt deze
toepassing wereldwijd nog nauwelijks plaats. Vanwege de giftigheid van ammoniak worden aan boord van
schepen strenge veiligheidseisen gesteld. Ammoniak mag alleen gebruikt worden in een aparte gasdichte
koelmachinekamer.
De spantrawlers Wiron 5 en 6 van rederij Jaczon zijn de eerste Nederlandse trawlers die zijn uitgerust met
het koudemiddel ammoniak. De bemanningen van de Wiron trawlers waren na een korte inwerkperiode snel
bekend met de werking, eventuele gevaren en voorschriften van de ammoniakinstallaties. Volgens hen is er
vergeleken met de oude freoninstallaties relatief weinig veranderd en de uitgebreidere veiligheidsinstructies
worden niet als moeilijk of belemmerend ervaren. Sinds de in bedrijf name van de Wiron 5 en 6 in 2001 zijn
alle door GEA Grenco geleverde trawlers uitgevoerd met koudemiddel ammoniak, meestal in combinatie met
koudemiddel CO2.
CO2 ALS VERDAMPENDE KOUDEDRAGER
Oceaan VII van rederij Van der Zwan kreeg CO2 als verdampende koudedrager. Dit project is de eerste toepas-
sing van de combinatie van NH3 als koudemiddel en CO2 als verdampende koudedrager aan boord van een
visserijtrawler.
Met behulp van een circulatiepomp wordt vloeibare CO2 van lage temperatuur naar de plaatvriezers getrans-
porteerd. De CO2-temperatuur wordt op -50°C geregeld. Een deel van de CO2-vloeistof verdampt, waardoor
warmte wordt onttrokken aan de vis. In een zogenaamde cascade warmtewisselaar wordt CO2-damp weer in
vloeistof omgezet. De benodigde koude voor het condenseren van de CO2 wordt geleverd door een NH3 -
koelsysteem, dat is uitgerust met een tweetraps schroefcompressor.
Om de verticale plaatvriezers te kunnen lossen, dienen deze eerst ontdooid te worden. Dit ontdooien gebeurt
met behulp van een persgasgenerator. Hierbij wordt gebruik gemaakt van restwarmte van de hoofdmotor. Het
ontdooien van de plaatvriezer duurt enkele minuten.
NH3/CO2-CASCADESYSTEEM
Visserijtrawler Dirk Dirk van rederij Parlevliet & van der Plas ging in oktober 2004 in bedrijf. Dit schip bevat de
eerste NH3/CO2-cascade-installatie die GEA Grenco gebouwd heeft. Tegenwoordig heet het schip ‘de Naera-
berg’ van rederij Naeraberg (Faroer Eilanden).
Meer informatie:
GEA Grenco
De Beverspijken 7c
5221 EE ’s-Hertogenbosch
Postbus 205
5201 AE ‘s-Hertogenbosch
T: 073-620 31 11
F: 073-621 03 40
W: www.geagrenco.nl
Verticale plaatvriezers in bedrijf op visserij trawler ‘Dirk Dirk’.
29
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
!"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
ROB successenOp dit schip is de gehele vriesinstallatie vervangen door een installatie met de volgende kenmerken:
• Twee gescheiden NH3/CO2-cascade-installaties met elk een capaciteit van 600 kW bij -50 °C;
• Twee CO2-compressorunits met elk twee Grasso type D schroefcompressoren met economiser;
• Twee NH3-compressorunits met elk twee Grasso type M schroefcompressoren met economiser;
• 23 platenvriezers, die worden ontdooid met twee CO2-persgasgeneratoren;
• ‘Oversized’ olieafscheiders en olierectifiers om de hoeveelheid olie in de installatie lager te houden dan 0,5 %.
NH3/CO2-CASCADESYSTEEM MET CO2-CASCADECOMPRESSOR ONTDOOIEN
GEA Grenco heeft NH3/CO2-cascade-installatie van de SCH302 van rederij W. van der Zwan twee keer ge-
leverd. Net voordat de nieuwe installatie in bedrijf ging, is het schip januari 2007 door brand ‘total loss’ geraakt.
Het schip is herbouwd en met een geheel vernieuwde installatie, in november 2009 in bedrijf gegaan.
Anders dan de eerder genoemde trawlers ontdooit de bemanning op dit schip met de CO2-cascade compres-
soren. De ontwikkeling van schroefcompressorunits geschikt voor een maximale werkdruk van 52 bar, maakt dit
mogelijk.
Kenmerken van de SCH302:
• Afmetingen van het schip: 140 meter lang en 18 meter breed;
• 48 plaatvriezers; iedere vriezer produceert 52 pakken vis van circa 22 kg;
• 2 x 1400 kW voor koelen koudwatertanks;
• Vriesinstallatie met 3000 kW koelvermogen bij -50°C met 6 CO2-schroefcompressoren en 4 NH3-schroef-
compressoren.
ABSORPTIEKOELING AANGEDREVEN DOOR ROOKGASSEN DIESELMOTOR
ROB subsidieerde een haalbaarheidsstudie naar de toepassing van absorptiekoeling aan boord van schepen.
De studie is uitgevoerd door GEA Grenco, Colibri, de TU Delft en rederij W. van der Zwan.
Absorptiekoeling ‘aan de wal’ is geen nieuwe techniek. Op schepen wel. De drijvende kracht van traditionele
koelsystemen zijn elektrisch gedreven compressoren. Een absorptiesysteem gebruikt warmte voor de aandrij-
ving van de koelinstallatie. Door gebruik te maken van de warmte in de rookgassen van de hoofdmotor is er
vrijwel geen elektrische energie nodig voor de aandrijving van de koelinstallatie. De toepassing van natuurlijke
koudemiddelen ammoniak en water, maken deze toepassing een uniek klimaatvriendelijk systeem.
GEA Grenco had opdracht voor het leveren van een absorptiesysteem aan een Noorse rederij. Helaas heeft de
reder de bouw van het nieuwe schip tot nader order uitgesteld.
VISSERIJ HEEFT BAAT BIJ ROB-PROGRAMMA
De hier genoemde voorbeelden laten zien dat de Nederlandse trawlervisserij mede dankzij de ondersteuning
van het ROB-programma in staat geweest is om de toepassing van natuurlijke koudemiddelen in een betrek-
kelijk korte periode te realiseren. Hiermee heeft men ook een aanzienlijke besparing op invriestijden, benodigd
aantal m2 en energieverbruik weten te bereiken.
Wiron 5 en 6 van rederij Jaczon. GEA Grasso 52 bar CO2-schroefcompressor.
30 !"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
ROB successen
Van ROB naar KyotoCoolingEnige jaren geleden is UpTime technology uit Schiedam een ROB-subsidie verleend. UpTime techno-
logy onderzocht het met een warmtewiel verzorgen van koeling van datacenters en het hierdoor uit-
bannen van compressiekoeling. Het elektrisch verbruik van datacenters om de opgestelde IT-appara-
tuur te voeden, wordt bijna geheel omgezet in voelbare warmte. Om de datacenters op temperatuur
te houden, dient deze warmte te worden afgevoerd naar buiten.
Datacenters opereren 24/7 365 dagen per jaar, dus er is 8.760 uur per jaar koeling nodig. Hierdoor hebben
de huidige koelsystemen, die allen zijn uitgerust met compressiekoeling, bedrijfstijden van meer dan 7.500 uur
compressiekoeling per jaar. Dit ondanks het gebruik van zogenaamde ‘freecooling’-systemen. Het specifieke
elektrisch gebruik om de datacenters koel te houden is, gerelateerd aan het IT-verbruik, tussen de 1,4 en >2.
Dit betekent dat voor elke kWatt IT-apparatuur, er een tussen de 400 en > 1 kWatt aan elektrisch verbruik
nodig is voor de koeling.
Datacenters groeien, ondanks wereldperikelen, gestaag in aantal en m², maar met name in specifiek elektrisch
verbruik per m². Gedocumenteerd is dat datacenters verantwoordelijk zijn voor meer dan twee procent van het
wereld elektrisch verbruik en dat dit trendmatig stijgend is.
HOE WERKT DE WARMTEWIEL KOELING?
De traditionele koelunits of computairs op een computervloer worden vervangen door koelunits op basis van
een warmtewiel, of beter ‘koudewiel’. Deze koelunits, zogenaamde KyotoCooling Cellen, worden centraal, buiten
de computerzaal, opgesteld en verzorgen de recirculatie van lucht op de computerzaal en koeling aan de bui-
tenlucht middels een koudewiel. Daarbij wordt via een ventilator buitenlucht over het (langzaam) draaiende kou-
dewiel geleidt. Het wiel wordt afgekoeld door de buitenlucht. Het afgekoelde wiel wordt al draaiend in contact
gebracht met de warme retourlucht vanuit de computerruimte en koelt deze af naar de gewenste temperatuur.
Er is dus scheiding tussen recirculatielucht van de computerzaal en de buitenlucht.
In het Nederlandse klimaat hebben datacenters 97 procent van het jaar in het geheel geen compressiekoeling
meer nodig en voor de overige drie procent slechts additioneel. Naast de enorme energiebesparing, (30 procent
reductie van de gehele energierekening!) is ook de uitstoot van broeikasgassen uiteraard sterk gereduceerd.
De additionele koeling kan via bodemkoeling verzorgd worden, waardoor compressiekoeling geheel uitgeban-
nen is; het doel van het ROB-onderzoek.
Het onderzoek is mede de start geweest van de vorming van het KyotoCooling International dat deze nieuwe
wijze van koelen van datacenters wereldwijd vermarkt. Drijvende factor is de energiebesparing, zowel in be-
drijfseconomisch als in clean technologisch opzicht, die toetreding in deze uiterst conservatieve markt mogelijk
maakt. Het inmiddels gepatenteerde concept heet KyotoCooling en is al de nieuwe koeltechnologie van data-
centers in Montana USA, Toronto Canada en Vilnius Litouwen, naast een aantal datacenters van Getronics en
Rotterdam Internet Exchange. In 2010 zullen vele nieuwe landen en klanten een KyotoCool datacentre hebben,
zo is de verwachting.
Dus : Keep it KyotoCool
Meer informatie:
www.KyotoCooling.com
31 !"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
ROB successen
Het moderne schroefcompressor-aggregaatDe Nederlandse overheid stimuleert innovaties die bijdragen tot energiebesparing en reductie van
broeikasgassen. In de koudetechniek worden de laatste jaren veel toepassingen gerealiseerd. Mede
door de aandacht van de overheid voor het beter structureren van energiegebruik, heeft ook de kou-
detechniek een bewustwordingstraject gestart.
Waar enige jaren geleden nog een compressor-aggregaat op minimale capaciteit draaide, wordt nu door betere
regelingen, verspilling van energie zoveel mogelijk voorkomen. De ‘drive speed’ geregelde compressor-aggre-
gaten doen hun intrede in de koudetechniek en verdrijven langzaam de energieverslindende conventioneel
geregelde schroefcompressor-aggregaten, die de capaciteit regelen door middel van een interne lekkage. Een
regelmethode die nu in opkomst is, is een combinatie van de twee genoemde regelmethoden.
Een voorbeeld: Een compressor-aggregaat met een vaste drive speed en een capaciteitregeling volgens de
interne lekkage methode, laat het volgende koudevermogen en gevraagd elektrisch vermogen zien.
Dit compressor-aggregaat is in staat een ef-
fectief koudevermogen te generen van 171
kW tot 857 kW, tegen een opgenomen elek-
trisch vermogen van 111 kW tot 204 kW.
Als dezelfde compressor onder dezelfde
werkomstandigheden wordt vergeleken, maar
nu met zogenaamde combinatieregeling van
een flexibel drive speed ( 1500-3600 RPM),
dan kan indien nodig op het laagste toerental
gebruik gemaakt worden van de interne lek-
kage methode.
Dezelfde compressor voorzien van deze combinatieregeling is in staat een effectief koudevermogen te genere-
ren van 78,1 kW tot 1061,95 tegen een opgenomen vermogen van 58,4 kW tot 252,75 kW.
De regeling laat zien dat als deze compressor flexibel gebruikt wordt, er in principe minder compressor-
aggregaten vereist zouden zijn om dezelfde koudehoeveelheid te generen. De operationele kosten zullen sterk
dalen door het reduceren van het aantal te onderhouden compressoren. Door een juiste toelichting kan men een
zekere reserve inbouwen in de aankoopfase. De methode kan ook worden toegepast op bestaande installaties.
Meer informatie:
RM Support
Martin Wierbosch Technical Manager
Aquamarynstraat 143
7554 NP Hengelo
T: 074-256 9777
F: 074 2566 490
M: 06-42720672
I: www.rm-support.nl
http://www.rm-support.com
en http://www.doubleshaftseal.com
32 !"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
ROB successen
DE DEELLAST ALS VOORDEEL
Bij het vergelijken van de tabellen blijkt dat een conventionele compressor-aggregaat een koelvermogen van
428 kW koude-energie kan genereren, tegen een opgenomen vermogen van 144 kW. Een flex drive plus com-
pressoraggregaat is daarentegen in staat een vermogen van 488,5 kW te genereren, tegen een opgenomen
vermogen van 125,54 kW. Een reductie van ongeveer 25 kW en dat elk uur onder deze omstandigheden.
Er worden steeds vaker energiereducerende maatregelen voorgesteld. Een bekende is de flexibele condens-
ordrukregeling. Door minder hoog te verdampen, zou er theoretisch minder energie vereist zijn. In de praktijk
wordt echter van de compressor minder capaciteit gevraagd en zal de interne lekkage zich vergroten; de
regelschuif zal zich verplaatsen naar een minder gunstige energieverhouding. Het beoogde voordeel van flexibel
condensordrukregeling wordt hierdoor sterk gereduceerd.
Minder compressoren in de koude-installatie betekent meer betrouwbaarheid van de aanwezige compressor-
aggregaten. Ontwikkelingen die bijdragen aan de bedrijfszekerheid zijn asafdichtingen met vooralarm; de
compressor kan in bedrijf blijven als de eerste afdichting defect raakt. Een back-up dichting neemt de sealing
over en er kan een productiestop worden gepland.
Een andere toepassing is het toepassen van oliepompen, waarbij de asafdichting is vervangen door een her-
metische afdichting. De onderhoudskosten over de bedrijfsperiode ( soms meer dan 35 jaar) worden op deze
manier sterk gereduceerd.
Als de regelschuif gesloten is, zal er geen interne lekkage zijn. Dit is de basis voor compressorbouwer. De meeste installaties zijn ontworpen op dit energie-capaciteitpunt. Als er echter minder koude nodig is, zal het verloop koudecapaciteit-opgenomen energie volgens de groene lijn verlopen.
De groene lijn laat het verloop tussen koelcapaciteit en gevraagd elektrisch vermogen bij een compressor zien, waarbij de capaciteit wordt geregeld door een regelschuif die een interne lekkage veroorzaakt.
33 !"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
ROB successen
Kunstijsbaan Kennemerland kreeg CO2-gekoelde baanOm tegemoet te komen aan de overheidsvoorschriften kreeg GEA Grenco BV in 2003 het verzoek van
Kunstijsbaan Kennemerland te Haarlem om met een alternatief te komen voor hun directe NH3-koel-
systeem met circa zeven ton inhoud. De uitbreiding met een 60 x 30 m baan en de plannen voor een
overkapping werden hierbij meegenomen. Bij ombouw naar een traditioneel indirect systeem zou het
energieverbruik twintig à dertig procent toenemen.
In Oostenrijk en Zwitserland was inmiddels ervaring met kleine indirect werkende banen, werkend met CO2.
Daarbij zaten ook enkele NH3-banen waar de oude stalen baanpijpen (na afpersen) hergebruikt konden wor-
den. Bij -10°C is de druk in de pijpen bij CO2 ongeveer tien keer zo hoog als bij ammoniak.
Grote voordeel van CO2 ten opzichte van pekel/glycol is dat het een ‘verdampende koudedrager’ is, waardoor
overal in de pijp dezelfde temperatuur heerst (net als bij NH3). Bij glycol/pekel zit er altijd 2 à 3 K verschil tus-
sen het begin en het eind van een pijpsectie. Bij toepassing van een NH3/CO2-systeem zou het te verwachten
energiegebruik slechts circa tien procent hoger zijn dan bij NH3 direct.
EERSTE CO2-GEKOELDE 400 M BAAN
NH3/CO2 was dus veruit de beste optie, vooral bij hergebruik van de baanpijpen. In maart 2004, direct na de
seizoensluiting, werd de cruciale afpersproef op circa 44 bar uitgevoerd met positief resultaat. De drie bestaan-
de NH3 Grasso zuigercompressoren met afscheider en de twee verdampingscondensors konden gehandhaafd
blijven. Vanwege de uitbreiding met de 60 x 30 m baan en overschakeling naar indirect kwamen er een vierde
(toerengeregelde) zuigercompressor, een NH3 /CO2-cascadecondensor van 2400 kW, CO2-afscheider met
pompgroep, toe- en afvoerleidingen naar de banen, sneeuwsmeltput op restwarmte bij. Bovendien werd de
gehele besturing vernieuwd. Deze enorme klus werd in de zes beschikbare maanden geklaard en in oktober
2004 lag er weer ijs!
VOORDELEN
• De NH3 inhoud werd verkleind van 7000 naar 1800 kg
• Beste alternatief voor een indirect system. Het te installeren pompvermogen acht keer minder dan bij
glycol/pekel;
• Omdat CO2 een verdampende koudedrager is, treedt er geen temperatuurverschil op tussen het
begin en einde van de baanpijpen (bij toepassing vloeibare koudedragers pekel/glycol is dit 2 à 3 K).
Dit garandeert een meer egale en constante ijskwaliteit, net zoals bij NH3 direct;
• Baantemperatuur is zeer snel naar behoefte aan te passen aan de gebruikers, baansecties
onafhankelijk regelbaar;
• De natuurlijke koudedrager CO2 draagt het minst bij aan het broeikaseffect.
Meer informatie:
GEA Grenco
De Beverspijken 7c
5221 EE ’s-Hertogenbosch
Postbus 205
5201 AE ‘s-Hertogenbosch
T: 073-620 31 11
F: 073-621 03 40
W: www.geagrenco.nl
34
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
!"#$%&&'(&)($*&&'+$,! !
ROB successenRESULTATEN
Het energiegebruik per m² ijs blijkt niet te zijn toegenomen met de verwachte tien procent, maar zelfs iets te
zijn afgenomen. Het aanpassen van de ijstemperatuur aan de gebruikers en de nieuwe besturing zijn daar
mede verantwoordelijk voor. Inmiddels is de 400m baan overkapt, waardoor de invloed van zon, wind en regen
verminderd zijn.
In 2009 ontving IJsbaan Kennemerland van Gemeente Haarlem de Groene Mug energie wisselbokaal!
Verkoopmeubelen van consumptie-ijs op koolwaterstofOp 18 februari werd het door R.J.M. van Gerwen in opdracht van Novem geschreven rapport Perspec-
tive of Novel Refrigeration Technologies – Final Report (verkorte titel Perspectief van alternatieve
koeltechnologieën) gepubliceerd. Onderzocht werd het perspectief van een zevental alternatieve
koeltechnologieën, met de nadruk op voor Unilever-relevante toepassingen. Dit technologie-per-
spectief betreft de rijpheid, de technische haalbaarheid en eventuele technische belemmeringen,
de milieu-, energie- en veiligheidsaspecten, de economische haalbaarheid en het potentieel binnen
Unilever.
Het onderzoek is uitgevoerd door een internationaal team van experts binnen Unilever, met ondersteuning van
TNO en RE/GENT, waarbij naast gebruikmaking van literatuurbronnen een groot aantal producenten, installa-
teurs en adviseurs is geconsulteerd.
Als resultaat van de studie blijkt dat meerdere technologieën een gunstig perspectief hebben, met name kool-
waterstof koudemiddelen in verkoopmeubelen voor consumptie-ijs, CO2 koudemiddel in de lage temperatuur-
trap van industriële cascade koelsystemen en (semi) open air cycle systemen voor het invriezen van voedings-
producten.
Vervolgprojecten worden aanbevolen, gericht op doorontwikkeling, testen, demonstratie en implementatie van
deze alternatieve technologieën voor specifieke toepassingen.
Meer informatie:
Engineering Excellence Team EET
Unilever Global Supply Chain
Olivier van Noortlaan 120
3133 AT Vlaardingen
Postbus 114
3130 AC Vlaardingen
T: 010-460 5700
F: 010 460 5813
RCC KOUDE & LUCHTBEHANDELING
ROB successenSTAND VAN ZAKEN PER EIND 2009
Dankzij het gedegen en succesvolle voorwerk in het ROB-project,
is de ontwikkeling van koolwaterstof koudemiddelen in verkoop-
meubelen voor consumptie-ijs sindsdien succesvol verlopen. Per
medio 2009 zijn wereldwijd meer dan 400.000 verkoopmeubelen
bij Unilever in bedrijf, met als bijeffect circa tien procent lager
elektriciteitsverbruik. Een klein aantal van deze meubelen is
uitgevoerd met zonnepanelen. Dit concept is nog te duur om in
grote aantallen te gaan toepassen.
Als vervolg op het ROB-project zijn in de afgelopen jaren tevens
interne ontwikkelingsprojecten uitgevoerd op het gebied van
thermo-akoestische en magnetocalorische koeling. Een aantal
thermo-akoestische koelers, gekoppeld aan verkoopmeubelen
voor consumptie-ijs, zijn in de VS ontwikkeld en gebouwd. Deze
prototypes werken in technische zin naar volle tevredenheid, maar
de technologie is nog niet rijp voor serieproductie. Een magneto-
calorische koeler is op dit moment in ontwikkeling.
Acht jaar na afronding van het ROB-project blijkt dat dit project
een essentiële rol heeft gespeeld bij het verder ontwikkelen en
vermarkten van innovaties. Ook blijkt dat er veel tijd, geld en ge-
concentreerde aandacht nodig is om tot daadwerkelijke toepas-
sing en vermarkting van innovaties te komen.
!"#$%&'()%'*+(,-#.,/0,-%-+1#2%-%345#2676
!"!##$#%$&'()*'+((,'-.*'/012$"34&$564078
845$9':,;'<=>),'?(=,'))?*'@!A9':,;'<=>),'?(;)'(?B
%%%C&"!004D0$"E$0C74F
E5G4H&$!"$G"E&$"!3E4574FI45$530C5#
!"#$!%&!"
'()**+","-+./(!**+("
0))12"%"%$23
J$'5E$K%$'L"!004'M1'74FI"$004"'
E0'453%4"I$5'D44"'$$5'FE5EF!#$'
N343!#'7403'4G'4%5$"08EIO'<PQR>C''
!"#!$%&'(")#*")+!,-#,!./0)!,!"1#'
E5'#!&$"$'$5$"&E$1'$5'E5D$03$"E5&01'
S403$5C
2!#'"1'&3)'!#4**,#1!#*"1!,5*/11
'")!,4300!"#+*,1)#6!.)//,1#1**,#
45T$' "$D4#K3E45!E"$' NL"!004'
U!E53$5!57$' U45E34"O*' %!!"6EV''
1!# 7*.)!"# 43"# 5!)# *"1!,5*/1#
8!9'"'930'.!!,1# +*,1!"# 9!)#
6!5*/1#43"#1!#5**8.)#9*8!0':7!#
6!),*/+633,5!'1;#
LW-'X$G"E&$"!3E45'P$7854#4&E$0
'()**+
<=>#,!1/&)'!#)*)#8!9'11!01#?@A
8,+*3%#9,1+%-#:4(;()%#/,;%33%-
<(-(/*3%#%-%')(%9,1+%-
<(-(/*3%#,-;%':,4;19,1+%-
<(-(/*3%#(-=%1+%'(-)19,1+%-
Top Related