Download - Marineblad November 2011

Transcript
Page 1: Marineblad November 2011

marinebladnummer 7, november 2011, jaargang 121 Uitgave van de Koninklijke Vereniging van Marineofficieren

• economische en militaire opmars

• ontmoetingen met CZSK

• regionale maritiemeverhoudingen

CHINASPECIAL

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:04 Pagina 1

Page 2: Marineblad November 2011

XXXXXINHOUD nummer 7, november 2011, jaargang 121

4

18

32

12

24

Contacten tussen de Chinese enNederlandse marines

De veranderendemilitair maritiemeverhoudingen

De opmars van China ingeopolitiek perspectief

Hr.Ms. Friesland in het noorderlicht

China en maritieme strategie

3 COLUMNVoorzitter KVMO

4 CHINAContacten tussen de Chinese en Nederlandse marines

10 CARTOON

11 ACTUEELHr.Ms. K XVI na 70 jaar terecht

12 CHINADe opmars van China in geopolitiek perspectief

18 CHINADe veranderende militair maritieme verhoudingen

23 COLUMNColijn

24 CHINAChina en maritieme strategie

28 GASTCOLUMNIt’s time to say good bye

29 BOEKEN

30 MARINEFAMILIEFamilie Asberg

32 HISTORIEHr.Ms. Friesland in het noorderlicht

36 MEDEDELINGEN

37 KVMO ZAKEN

40 BEELDBANK NIMH

Het Marineblad is een uitgave van de Koninklijke Vereniging van Marineofficieren en verschijnt 8 keer per jaar

2

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:04 Pagina 2

Page 3: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

KLTZA R.C. Hunnego, voorzitter KVMO

Op het moment dat dit Marineblad op uw deurmat ploft,trekt het KLM-toestel dat de vicevoorzitter, Marc de Natrisen mij naar Curaçao vliegt, boven Schiphol zijnlandingsgestel in.

Het tweejaarlijkse werkbezoek is dan begonnen. Ik zal die periodeook benutten om eens rustig terug te blikken op het afgelopentumultueuze jaar, met een enorme bezuiniging op Defensie en eenslepend arbeidsvoorwaardenproces.

Op 11 oktober jl. is, na bijna 20 maanden van hollen en stilstaan, een onderhandelaarsresultaattussen de minister van Defensie en uw onderhandelaars beklonken. Er ligt een resultaat dat eendeel van de grote onzekerheid bij het marinepersoneel wegneemt: is er een sociaal beleidskadervoor de mensen die geraakt worden door de reorganisaties die de komende jaren over Defensieen de Marine heen denderen? Resteert natuurlijk de individuele onzekerheid over wie wel enwie niet door de reorganisaties overtollig wordt, maar aan die onzekerheid kan helaas pas op z’nvroegst eind 2012 een einde worden gemaakt. De loonparagraaf mag die naam nauwelijkshebben met 1% loonstijging na twee jaar nullijn, maar mijn inschatting is dat dit op dit momenthet hoogst haalbare is. Voor nu geldt: bezoek de geplande voorlichtingsbijeenkomsten. De ervaring leert dat als deleden volledig geïnformeerd de voorlichtingen verlaten, zij een beter beeld hebben hoe dehazen in Den Haag lopen en wat het echte belang van dit resultaat is. Mijn advies is en blijftdaarom: kom naar de bijeenkomsten, wees kritisch, laat u grondig bijpraten en laat dán en dááruw stem horen!

U heeft wellicht al via de media of op de KVMO-website kunnen lezen, dat de NederlandseOfficieren Vereniging op 12 oktober heeft gebroken met de VBMNOV en dat zij zich tot deCMHF en FVNO|MHB, waaronder de KVMO, heeft gewend. Op 24 oktober hebben devoorzitter van de NOV, van de FVNO|MHB en ik een intentieverklaring getekend, waarin wijuitspreken dat wij op 1 januari 2012 willen samenwerken in een nieuw op te richten koepel. Volgde ontwikkelingen op onze website: www.kvmo.nl/nov.

Op 27 oktober werd de Veteranenwet in de Tweede Kamer behandeld. Het was een historischgezicht om de defensiewoordvoerders van alle partijen gezamenlijk met de minister vanDefensie in het vak ‘K’ te zien zitten. Het was een belangrijk signaal van erkenning en waardering,dat alle politieke partijen nu eens hebben samengewerkt en deze Initiatiefwet mede hebbeningediend. Op 1 november is er Kamerbreed voor de Veteranenwet gestemd.

Dan het voorliggende Marineblad, een special gewijd aan industriële en militaire grootmachtChina. De opkomst van de Chinese economie en het naar buiten richten van de blik van deChinese machthebbers creëert uitdagingen én kansen. Zo stijgt China’s defensiebudget, zowelin absolute als in relatieve zin, het snelst van alle Aziatische landen. Maar China is ook eenpartner in de internationale piraterijbestrijding geworden en het land biedt mogelijkheden omop maritiem gebied verder samen te werken. Interessante ontwikkelingen dus! Ik wens u veelleesplezier.

Samenwerking

COLUMN

ISSN: 0025-3340

Hoofdredactie:KLTZA R.C. HunnegoMw. drs. M.L.G. Lijmbach

EindredactieMw. drs. M.L.G. Lijmbach

ArtikelencommissieKLTZA mr. H. Broekhuizen, LTZT 1 F.G. MarxM.Sc., LTZE 2OC dr. ir. W.L. van Norden,LTZ2OC drs. R.M. de Ruiter, KTZ b.d. L.J.M.Smit, LNTKOLMARNS drs. A.J.E. WagemakerMA, MAJMARNS R.A.J. de Wit

Medewerkers:Mw. drs. Z. Borgeld-Guman, prof.dr. J. Colijn, KLTZT H. Boomstra (cartoon)AVDD (foto’s, tenzij anders vermeld)

Adres redactieWassenaarseweg 22596 CH Den HaagTel. 070-383 95 [email protected]

VormgevingFrank de WitTel. 038-455 17 54

DrukwerkÈpos|Press Postbus 10708001 BB Zwolle

Advertenties070-383 95 04

Abonnementsprijs Voor leden van de KVMO is het MarinebladgratisNiet-leden betalen € 49,50 (NL) of € 69,50(buitenland) per jaar

Copyright MarinebladOvername van artikelen is enkel toegestaan naschriftelijke toestemming van de redactie enonder uitdrukkelijke vermelding van de bron.Artikelen in het Marineblad vertolken nietnoodzakelijk de visie van het hoofdbestuur vande Koninklijke Vereniging van Marineofficierenof van de redactie. De inhoud van artikelenblijft geheel voor verantwoording van deauteur(s). De wijze van aanleveren van artikelenis in te zien op www.kvmo.nl/marineblad.

AdreswijzigingZo tijdig mogelijk schriftelijk doorgeven aan:Secretariaat KVMO Antwoordnummer 93244 2509 WB Den Haag(geen postzegel nodig)of [email protected]

Foto cover: Portret van een jonge Chinese marineman(Karen Geleijns, Ministerie van Defensie)

3

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 3

Page 4: Marineblad November 2011

CHINA4

InleidingDe economische ontwikkelingen boezemen ontzag inmaar zetten ontegenzeggelijk druk op de politieke enmaatschappelijke ontwikkelingen, zowel intern alsextern. In de voortdurende zoektocht naar grondstoffenin vooral Afrika en Zuid-Amerika hanteert China eenpragmatische diplomatieke en politieke benadering maarlijken de neveneffecten van falende staten en georgani-seerde misdaad dat pragmatisme toch aan internationalegemeenschapsbanden te leggen. Tegelijkertijd moderniseert China haar marine al evenindrukwekkend. Er vindt een verschuiving plaats vantraditionele taken in haar kustwateren naar een marinedie wereldwijd en expeditionair kan opereren. De huidi-ge konvooi-escortes door de Golf van Aden, goodwill-rei-

Contacten tussen de Chinesontmoetingen met betekenis:

China is momenteel met regelmaat het spreekwoordelijke voorpaginanieuws. Velen zijn onder de

indruk van dit land en zien vooral kansen. Anderen zien toch ook bedreigingen. In ieder geval valt

om de vele media-uitingen en de even zo vele ontwikkelingen niet heen te komen.

KTZ B.W.J. Bekkering

C-CZSK VADM M.J.M. Borsboom inspecteert de troepen, tijdens zijn bezoek aan China in november vorig jaar. (Karen Geleijns, ministerie vanDefensie)

zen naar Afrika, Zuid-Amerika en het Caribisch gebiedalsmede de bouw van nucleaire onderzeeboten, vlieg-kampschepen en amfibische schepen onderstrepen dit.Die groeiende ambities en capaciteiten hebben in iedergeval de landen rondom de Zuid-Chinese zee al verleidtot een verdere intensivering van (maritiem) militaire uit-gaven en programma’s.

Vooralsnog lijkt de huidige global village echter vooral teleiden tot coöperatie en niet zozeer tot expliciete confron-tatie. Met name het gedeelde belang in de ongestoordedoorvoer van goederen en de verzekerde toegang totafzetgebieden en brongebieden van grondstoffen heeft inde Indische Oceaan geleid tot een gecoördineerde inzet inde strijd tegen piraterij. De Chinese marine adopteert

Marineblad_kvmo_november 07-11-2011 09:31 Pagina 4

Page 5: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

5

daarbij een concrete en vooral constructieve rol. Vijf jaargeleden zou dat een gedurfde voorspelling zijn geweest.

De maritieme band tussen China en Nederland bestaat alzo’n 400 jaar. Intensievere contacten zijn echter ‘recenter’van aard. Immers, China heeft zichzelf lange tijd min ofmeer opgesloten binnen eigen grenzen. Robert Kaplanschrijft daarover boeiend in zijn boek ‘Monsoon’. Inmiddels onderhoudt de haven van Rotterdam echter nual weer ruim 100 jaar betrekkingen met China. Deze mijl-paal vormde onlangs het thema voor de Wereldhaven-dagen in Rotterdam. In Shanghai heeft Rotterdaminmiddels ook een waardevolle zusterstad gevonden.Deze betrekkingen en contacten tussen Nederland enChina, die zich vooral op handel en kennis concentreren,zijn voor beide landen betekenisvol. Zo moeten ook decontacten tussen de beide marines worden geduid.Contacten overigens, die niet zo maar uit de lucht komenvallen, maar passen in het maritieme concept van het

Commando Zeestrijdkrachten, CZSK. In dit artikelbeschrijf ik de recente marinecontacten. Ik doe dat opbasis van een korte beschrijving van het vigerende mari-tieme concept van CZSK. Dat immers vormt de contextvoor die contacten en geeft het een diepere betekenis.Daarmee valt ook aan te geven of deze contacten verdergaan dan toevalstreffers.

Maritiem conceptHet huidige maritieme concept vindt zijn oorsprong in deMarinestudie 2005. Deze studie bevatte een omgevings-analyse die vandaag de dag nog onverkort van kracht isen waarvan een flink aantal deelanalyses, zoals de aan-dacht voor piraterij en de proliferatie van massavernieti-gingswapens, inmiddels realiteit zijn. Grote delen van dieomgevingsanalyse weerklinken ook in het interdeparte-mentale beleidsstuk Verkenningen. De kern van de analyse is dat landen een global communi-ty vormen. De leden van de gemeenschap zijn in toene-

ese en Nederlandse marines

Militaire opties.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 5

Page 6: Marineblad November 2011

CHINA6

mende mate economisch en financieel met elkaar verbon-den. De handel vormt de motor. Nederland, als handels-land bij uitstek, is voor haar welvaart meer dan anderenafhankelijk van ongestoorde handelsstromen. De routesen knooppunten, zoals brongebieden van grondstoffen,overslagpunten en afzetgebieden, zijn grotendeels gele-gen in wat wel de gordel van instabiliteit wordtgenoemd: een brede strook tussen grofweg de beide keer-kringen. In hetzelfde gebied liggen ook relatief veelzwakke, falende en zelfs mislukte staten. Natuurrampenzoals orkanen en aardbevingen komen daar meer voordan elders. Het is ook het brongebied van vele, somsschaarse grondstoffen, helaas ook van narcotica. En er ismeer dan elders sprake van sociale en maatschappelijkeonrust, waardoor niet alleen migratiestromen naar rijkeredelen van de wereld er hun oorsprong vinden, maar ookvormen van fundamentalisme. Het is dan ook niet ver-wonderlijk dat in deze instabiele cocktail de georgani-seerde misdaad welig tiert.

Zeestrijdkrachten zorgen voor veiligheid op en vanuit zee.Dat is, op basis van die omgevingsanalyse, vandaag dedag geen overbodige luxe, ook geen sinecure. Maritiemeeenheden dragen door gerichte actie bij tot stabiliteit en

veiligheid. Die stabiliteit is randvoorwaardelijk voor (ver-dere) economische, bestuurlijke en maatschappelijke ont-wikkelingen. Dat geldt met name voor landen in de eerdergenoemde gordel. Goedlopende ontwikkelingen dragenop hun beurt weer bij tot meer stabiliteit. Door het zorgendat crises uitblijven of worden bezworen fungeren militai-re eenheden dus als de bewaker en soms katalysator voorde stabilisatie. Dit laat zich goed weergeven in het onder-staande figuur. Daarin wordt een horizontale tijdsasgekoppeld aan een fictieve verticale crisisintensiteit.

De militaire opties beginnen bij het voorkomen van eencrisis, onder meer door voorwaartse aanwezigheid (presentie en preventie). Mocht dat niet afdoende zijn,dan kan maritiem vermogen worden aangewend om eencrisis in te dammen (beperken). Dat is wat nu gebeurt bijde inspanningen om drugssmokkel, mensensmokkel enpiraterij tegen te gaan. Uiteindelijk zou het nodig kunnenzijn snel in te grijpen (interventie). De zee vormt dan eenideale manoeuvreruimte, schepen een solide zeebasis. Ditgeldt niet alleen in geval van een manmade crisis. Ook eeninterventie na een natuurramp, zoals in Haïti, pastbinnen dit concept. Uiteindelijk kan de keuze wordengemaakt ook na het ingrijpen betrokken te blijven, in defase waarin de situatie terugkeert tot relatieve rust (nor-malisatie). Deze fase is, anders dan de andere, op voor-hand een landzware fase. Maritieme eenheden hebbendaar vooral een ondersteunende, maar daardoor nietminder relevante rol.

Het commando zeestrijdkrachten is binnen dit conceptmet haar vloot- en marinierseenheden bovenal een struc-turele partner. Dat partnerschap richt zich grofweg opdrie velden.

Structurele partner in militair vermogenInzet van de krijgsmacht kent een breed karakter. Totvoor kort in Uruzgan, nog steeds in de Indische Oceaanen straks ook weer in Kunduz, dragen zeestrijdkrachtenbij aan die krijgsmachtbrede inspanning, zij aan zij metde collega’s van de andere krijgsmachtdelen. Joint dus.Maritiem optreden is daarbij veel meer dan marine-optre-den. Geëmbarkeerde helikopters en specialistische jointeenheden, bijvoorbeeld geneeskundig en ISTAR, makenschepen zelf al inherent joint. Het optreden in kustwate-ren versterkt en verbreedt dat alleen maar. Maritiem is ook nadrukkelijk internationaal. Combineddus. Door nauwe samenwerking onder de NAVO-vlag isintegratie op zee op eenheidsniveaus al jaar en dag eenvoldongen feit. Ook de EU maakt daarvan nu dankbaargebruik bij haar operatie ATALANTA. Juist daar, in deIndische Oceaan, is te zien dat internationale samenwer-king op zee ook met niet-gebonden landen, in coalitiever-band, ver strekt. De Nederlandse marine staat daarinbekend als een vooruitstrevende partner. De mate vanoperationele integratie met de Belgische marine, de langesamenwerking met de Britse marine op het gebied vanopwerken, onderzeeboten en amfibische operaties en degezamenlijke materieelsprojecten met Duitsland, om ermaar drie te noemen, zijn toonaangevend.

Structurele partner in (maritieme) veiligheidDe huidige missies dragen doorgaans niet een interstate-lijk karakter. Dat resulteert over het algemeen niet zozeerin militaire bedreigingen maar des te meer in algemeneveiligheidsrisico’s. Zeestrijdkrachten richten zichdaardoor op dit moment vooral op de ondersteuning vanandere autoriteiten op het gebied van veiligheid, metname binnen de grenzen van een land of in de vrije ruim-te bij uitstek: de open zee. Daardoor neemt naast de aandacht voor joint, combined encoalition ook interagency een belangrijke plaats in. HetCZSK voert in dat kader het beheer uit en ondersteunt deactiviteiten van de kustwachten in Nederland en hetCaribisch gebied. Meerdere departementen werkensamen om toezicht, handhaving en zonodig handelenbinnen de eigen territoriale wateren (TTW’s) en de exclu-sieve economische zone (EEZ) te garanderen. De UnitInterventie Mariniers en de maritieme EOD-bijdragestaan paraat om met hun specifieke (maritieme) kennis enkunde ook ondersteuning op land te leveren. De recentoperationeel geworden capaciteit voor havenbeschermingvormt een welkome aanvulling.

Buiten onze TTW en EEZ ligt echter de vrije zee. Die vrijezee biedt enorme kansen, helaas ook voor hen die kwaadwillen. En die vrije zee kent op voorhand geen toegewe-zen capaciteiten voor toezicht, handhaving en consequencemanagement. De internationale wetgeving is weliswaar alver gevorderd (UNCLOS III), maar de internationale

de militaire opties beginnen bij hetvoorkomen van een crisis, onder meer

door voorwaartse aanwezigheid

Contacten tussen de Chinese en Nederlandse marines

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 6

Page 7: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

7

gemeenschap zal in gezamenlijkheid voor de nalevingervan op open zee zorg moeten dragen. Juist daarin ken-nen maritieme eenheden unieke capaciteiten. Zij zijn instaat langdurig, ver van huis en met afdoende middelenvooral ook flexibel op te kunnen treden. Maritiem-militai-re diplomatie, regionale capaciteitsopbouw, onder VN-mandaat in andere TTW’s patrouilleren en escortes vanschepen van het World Food Programme, het vraagt alle-maal om inzet ten dienste van en in nauwe samenwer-king met nationale, internationale, regionale en lokaleciviele en (semi-) militaire partners.

Structurele partner binnen het maritieme clusterHet derde structurele partnerschap is van een heel andereaard. Wellicht minder zichtbaar, maar wel degelijk meteen belangrijke maatschappelijke relevantie. Het betreftde samenwerking binnen de maritieme cluster, vanhavens via reders naar de scheepsbouw, met de industrieen met regionale partners in die plekken waar het CZSKhaar thuisbases heeft. Nederland beschikt binnen deinnovatieve topsector water over een sterke, scheppendemarinescheepsbouwindustrie. Binnen de driehoekgebruiker – kennisinstituten – industrie neemt de marineeen belangrijke rol als eerste gebruiker en ervaringsdes-kundige in. Dat voedt de andere spelers en leidt tot eenconcurrerende industrie die in afgelopen tijd enkele inhet oog springende exportsuccessen heeft behaald. Ookdichter bij huis, in de omgeving van Den Helder, issamenwerking met de naaste omgeving van belang.Provincie en gemeente zien het belang van de marine inde economische ontwikkeling van de Noordkop-regio.Ook hier liggen, door structurele partnerschappen metlokale en regionale overheden alsmede industrie, goedekansen.

Deze partnerschappen binnen het beschreven maritiemeconcept hebben geresulteerd in een maritiem vermogenmet moderne zeestrijdkrachten als ruggengraat, diewereldwijd worden ingezet, ver weg en dicht bij huis,met technologisch hoogstaande middelen die voor eengroot deel van eigen bodem komen, inpasbaar in hechtesamenwerkingsverbanden met andere marines, de anderekrijgsmachtdelen, andere departementen en andere, inter-nationale en regionale spelers in een steeds dynamischerwereld, waarin risico’s en afhankelijkheden voortdurendom aandacht vragen. Het is in deze wereld dat de ont-moetingen met de Chinese marine een plek krijgen.

Maritieme ontmoetingen met ChinaDoor gelijktijdige operaties in overeenkomstige operatie-gebieden hebben de Chinese en Nederlandse marineselkaar in de afgelopen twee jaar een aantal keer ontmoet.De wijze van opereren en inrichting van de marines heb-ben geleid tot een wederzijdse interesse die uitstijgtboven de operaties zelf. Op zee en tussen de beide marin-ecommandanten kwam het zo tot in het oog springendecontacten.

Ontmoetingen op zeeIn 2009 beseft ook China dat een passieve houding inzakepiraterij niet langer past. Vanaf dat moment neemt Chinadan ook actief deel aan de internationale inspanning omde piraterij rondom Somalië te bestrijden. China staatdaarin overigens niet alleen. Naast de reguliere taakgroe-pen van de Coalition Maritime Forces (CMF), de NATO ende EU leveren ook niet-gebonden landen als Rusland,Japan en India bijdragen. Hun schepen begeleiden kon-vooien door de Golf van Aden. China is daarin zeer

actief. Alhoewel de niet-gebonden landen in eersteinstantie vooral de escorte van eigen koopvaardijschepenbeogen, kunnen ook andere schepen aansluiten. DeChinese marine vaart met 2 á 3 schepen onder leidingvan een schout-bij-nacht en staf gedurende ongeveer driemaanden voor konvooibegeleiding. Na aflossing door devolgende groep maken de schepen dan een vlagvertoon-reis langs de oostkust van Afrika. Daarbij bezoeken ze inelk geval Kenia, Tanzania, Mozambique, Zuid Afrika ende Seychellen.In 2009 acteerde de toenmalige commandeur Pieter Bindtals force commander van de EU-operatie ATALANTA. Hijzag de eerste Chinese stappen op dit internationale ter-rein en spande zich in, via ontmoetingen op zee, omnoodzakelijke afstemming te bereiken. Mede daardoorschoof China aan bij de reguliere SHared Awareness andDEconflcition (SHADE) vergaderingen in Bahrain. Zijtoont daarbij een constructieve grondhouding. In 2010 gafcommandeur Michiel Hijmans leiding aan de NATO-taakgroep ter plaatse. Hij sprak zijn Chinese tegenhan-gers met enige regelmaat, op zee en bij de SHADE.

in 2009 beseft ook China dat eenpassieve houding inzake piraterij niet

langer past

Vanaf 2009 neemt China ook actief deel aan de internationaleinspanning om de piraterij rondom Somalië te bestrijden, samen metCMF, de NAVO en de EU. Op de foto: SBN Wang Zhiguo (Chinesemarine) krijgt uitleg van commandeur Pieter Bindt tijdens een werk-bezoek aan Hr.Ms. Evertsen, vlaggenschip van de EU-operatieAtalanta in 2009.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 7

Page 8: Marineblad November 2011

Bezoek aan ChinaC-ZSK bezocht China innovember 2010. Het doel vanhet bezoek was de verstevigingvan de contacten met deChinese marine. De nadruk lagdaarbij op de samenwerking ophet gebied van antipiraterij ende eventuele Chinese deelnameaan internationale operaties.Daar waar mogelijk werd ookgekeken naar mogelijkheden totbredere samenwerking. Hetbezoek genoot hoog aanzien.Naast gesprekken met admiraalWu Shengli, legde C-ZSK ookeen bezoek af aan de ministervan Defensie. Tevens werdenbezoeken gebracht aan de ope-rationele commandanten van de

Noordelijke en de Oostelijke vloot.

Kenmerkend voor het bezoek waren de open sfeer en hetwederzijdse respect voor de status en inzet van beidemarines. De Chinese marine bleek goed op de hoogte vanhet reilen en zeilen van haar Nederlandse evenknie. Menliet vooral blijken onder de indruk te zijn van het feit datde Nederlandse marine in staat is langdurig, vrijwel

onafgebroken en ver van huis te kunnen opereren. Ookde hoge technologische staat was ruimschoots bekend.De minister van Defensie Liang Guanglie gaf aan dat,hoewel de modernisering (‘Informisation’) van de Chinesemarine grootschalig en intensief wordt opgepakt, de tech-nologische ontwikkeling nog achter loopt bij West-Europa. De intentie is om rond 2020 de technologischeachterstand ingelopen te hebben en in 2050 de moderni-sering van de Chinese krijgsmacht te hebben voltooid.Samenwerking met andere landen is bij het inhalen vandeze achterstand een goede leerschool. Nederland en deNederlandse marine verdienden in zijn ogen aandacht.De ambassadeur in Beijing vergezelde C-ZSK bij ditbezoek. Ook hier bleek dat maritiem-militaire ‘diploma-tie’ een mooi voorportaal of katalysator kan zijn voor bre-dere diplomatie.

De bezoeken aan de Chinese commandant der strijd-krachten en de commandanten van beide vloten warenevenzeer hartelijk. Gesprekken concentreerden zich op dewijze van opereren, met name in de Indische Oceaan.Men sprak met lof over de praktische benadering vanNederland in de Hoorn van Afrika en de mate en inhoud

CHINA8

SHADE geldt inmiddels als de ontmoetingsplaats voorallen die zich bezig houden met antipiraterij. Het heeftinmiddels geleid tot betere afstemming van de inspannin-gen en het uitwisselen van informatie. SHADE heeft ookgeleid tot een steeds betere coördinatie, eerst in de Golfvan Aden, daarna in het Somalisch Bassin en recentelijkook bij de coördinatie van de konvooien. De Chinesedelegatie stelt zich in toenemende mate coöperatief op.Inmiddels heeft China het op zich genomen om in de eer-ste drie maanden van 2012 als eerste de coördinatie vankonvooien op zich te nemen. Al eerder had China ver-klaard bereid te zijn ook voedselschepen van het WFP teescorteren. Het zijn betekenisvolle stappen voor eenmarine die steeds meer naar buiten treedt.

De ontmoetingen met de Chinezen op zee zijn door henstrak en tot in de puntjes verzorgd geregeld. De ont-vangst is immer zeer hartelijk. Een serie van ontmoetin-gen maakt het mogelijk om wederzijds vertrouwen op tebouwen. Daarna is de uitwisseling van informatie open.De Chinezen staan bilaterale ontmoetingen voor. Zij pra-ten in ieder geval niet op zee met NATO. Bij gesprekkenaan boord van een Chines schip staat er dan ook steevasteen Nederlandse vlag op tafel, geen NATO vlag. Hunvloot oogt professioneel en goed onderhouden. DeChinese konvooien zijn tot op heden erg succesvol. Het isnatuurlijk niet zo dat alleen de Nederlandse ontmoetin-gen China over de streep hebben getrokken. Ook anderetaakgroepcommandanten hebben ontmoetingen metChinese tegenhangers gehad en zo hun steentje bijgedra-gen. Wel is het gevoel dat zeker ook de Nederlandse ont-moetingen een impuls hebben gegeven aan een steedsbetere coördinatie. In ieder geval hebben de ontmoetin-gen op zee ook geleid tot een uitnodiging van admiraalWu Shengli, de commandant van de Chinese marine aanC-ZSK, vice-admiraal Matthieu Borsboom.

VADM M. Borsboom krijgt uitleg aan boord van Chinees marineschip.

de Chinese intentie is om rond 2020 de technologische achterstandingelopen te hebben en in 2050

de modernisering van de Chinesekrijgsmacht te hebben voltooid

Contacten tussen de Chinese en Nederlandse marines

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 8

Page 9: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

9

van uitwisseling van informatie met de Chinese eenhe-den die daar plaats vond. Van elke vloot werden uitge-breid schepen bezocht. De technologische stand vanzaken bevestigde de eerdere woorden van de minister. Demotivatie van de bemanning sprak onder meer uit, ookhier, een open grondhouding. Admiraal Wu Shengli gafaan dat hij die samenwerking wilde versterken en uitbrei-den tot ‘more spheres and more forms’. Er is daarop afge-sproken deze mogelijke samenwerking verder uit te die-pen op stafniveau. Uitwisselingen van stafofficieren,gezamenlijke oefeningen en mogelijk zelfs gezamenlijke(WFP-) escortes zouden tot de mogelijkheden behoren.

Verdergaande samenwerkingMet ‘wederzijds begrip en lovende woorden over enweer’ ben je er natuurlijk niet. Veel belangrijker is het omte bezien of de potentie voor verdere samenwerking er isen of dat vervolgens moet worden nagestreefd. De laatsteis vooral een politieke vraag. Voor het CZSK zelf is deeerste vraag relevant.

Eenheden van het CZSK zullen, indachtig het concept, dekomende jaren naar verwachting onafgebroken actief blij-ven in die gebieden waar nationale, bondgenootschappe-lijke en internationale belangen op het spel staan. Datbeperkt zich niet tot de Indische Oceaan, maar zal ookzijn in het Caribisch gebied, de Noordzee, deMiddellandse zee en mogelijk de Golf van Guinee. Juistdaar zullen de Chinese en Nederlandse marines elkaartreffen en voor een groot deel dezelfde oogmerkennastreven. Uiteraard is er ook een potentieel voor wedij-ver, met name als het gaat om invloed of zelfs macht overregio’s die van belang zijn voor de handel. Juist daar ech-ter kan een goede samenwerking en een wederzijdsbegrip tussen beide marines een bruikbaar diplomatiekinstrument opleveren.

Dit is niet uniek voor de Nederlandse marine. Er zijn ech-ter omstandigheden die de Nederlandse marine interes-sant maakt. Zo kent de Nederlandse marine door haarmanier van opereren een sterke internationale en institu-tionele inbedding. Dat resulteert in brede contacten, ookmet vooraanstaande marines en belangrijke maritiemeinstituties en (nationale en internationale) autoriteiten.Dat geeft het CZSK een positie als bruggenbouwer en alservaringsdeskundige. Dat is een positie die mogelijk totbovenmatige interesse vanuit China kan oproepen.Het CZSK opereert daarbij met modern toegeruste en uit-geruste eenheden. Met name de schepen zijn daarbij vaneen product van een nationale, scheppende marine-scheepsbouw. Binnen de topsector water neemt descheepsbouw een belangrijke innoverende rol in. Hetvraagt om een meedenkende partner die innoverendetechnieken ook in de praktijk weet te brengen en dat ookinternationaal laat zien, om de producten ook concurre-rend op de markt te kunnen zetten. Het CZSK doet datals eerste gebruiker en ervaringsdeskundige. De Chinesemarine is naar eigen zeggen hiernaar op zoek. Ook datzal de interesse van de Chinese marine in haarNederlandse collega doen toenemen.

Voor het CZSK zelf is de Chinese marine uiteraard ookvan interesse. Het is een grote marine met de ambitie vaneen wereldspeler met haar wortels in een oceaan die dekomende jaren en mogelijk decennia een spilfunctie in dewereldwijde politiek, de economie en het militaire den-ken zal gaan innemen.

Kortom, het is juist de wijze van opereren en de maniervan inbedding in nationale en internationale structuren,die allen zijn gebaseerd op het door CZSK gehanteerdemaritieme concept, die de wederzijdse interesse vanbeide marines zeker op peil zal houden, waarschijnlijkzelfs zal doen laten stijgen.

SlotChina en Nederland zijn beide handelslanden. Beideeconomieën zijn dan ook met elkaar verweven.Nederland is weliswaar een klein land, maar wel eenbelangrijke (kennis-) economie. Nederland zet haar mari-ne in daar waar belangen en die van de internationalegemeenschap in het geding zijn. De zeestrijdkrachten zijndan ook vooral voorwaarts aanwezig, beschermen han-delsroutes en bestrijden illegaliteit, op volle zee en soms,bij passend mandaat, tot in de TTW’s van andere landen.Het CZSK is stevig internationaal ingebed, opereert methoogwaardige middelen van veelal eigen bodem enmanifesteert zich als een onmisbare veiligheidspartner

voor civiele partijen. Voldoende gelegenheid en aanlei-ding dus voor opnieuw interessante ontmoetingen tussende Chinese en Nederlandse marines. Het zou mooi zijnals deze toenemende afstemming en samenwerking ookzou leiden tot opnieuw een contact tussen beide marinesop het hoogste niveau. Inmiddels heeft C-ZSK zijnChinese collega, admiraal Wu Shengli, voor een tegenbe-zoek aan Nederland uitgenodigd. Met antipiraterij alsvehikel om regelmatige ontmoetingen te faciliteren kanzo de basis worden gelegd voor het onderhouden en ver-groten van wederzijds begrip dat verder strekt danslechts die operatie. De relevantie van de zeestrijdkrach-ten, voor de veiligheid op en vanuit zee en in de meestbrede zin van het woord, krijgt zo opnieuw invulling.

KTZ B.W.J. (Ben) Bekkering heeft dit artikelgeschreven in de hoedanigheid van HoofdBestuursondersteuning van het CZSK. Hij is daarinmiddels afgelost en bereidt zich voor op defunctie van COMSNMG1, die in januari zalbeginnen. Voor het artikel heeft hij dankbaargebruik gemaakt van de assistentie van CDR M.(Michiel) Hijmans, KLTZ N. (Nico) Vasseur enMAJMARNS C. (Clemens) Buter.

met ‘wederzijds begrip en lovendewoorden over en weer’ ben je er

natuurlijk niet

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 9

Page 10: Marineblad November 2011

A D V E R T E N T I E

CARTOON10

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 10

Page 11: Marineblad November 2011

De Hr.Ms. K XVI, sinds 1941 met een 36-koppige beman-ning vermist, is gevonden. Na een tip van een lokale vis-ser begin deze maand dat hij een wrak had gesignaleerd,heeft een Australisch-Singaporees team van sportduikersde Nederlandse onderzeeboot in de wateren boven heteiland Borneo ontdekt.Marine-experts bestudeerden fotobeelden van het duik-team en zagen duidelijke kenmerken die uitsluitend opNederlandse onderzeeboten zijn te vinden. Aan de handvan onder meer deze informatie viel vast te stellen dathet om de K XVI ging. Een lange periode van onzeker-heid bij de nabestaanden is hiermee te einde.Commandant Zeestrijdkrachten vice-admiraal MatthieuBorsboom bracht hen op de hoogte.

BlijHr.Ms. K XVI maakte deel uit van de geallieerde strijd-macht die de Japanse invasie van het toenmaligNederlands-Indië moest verhinderen. Nadat de onder-zeeboot van 1000 ton de Japanse onderzeebootjager Sagiriin de nacht van 24 op 25 december 1941 tot zinken wist tebrengen, ging het marinevaartuig de volgende ochtendzelf ten onder na een torpedoaanval van de Japanseonderzeeboot I-66 in de Zuid-Chinese Zee.Katja Boonstra-Blom, dochter van één van de opvarendenvan Hr.Ms. K XVI en bestuurslid van de stichting Comité

Nabestaanden Onderzeeboten 1940-1945: “We zijn ontzet-tend blij en dankbaar voor alle steun van iedereen dieheeft bijgedragen aan het vinden van de K XVI. We zijnde bemanningsleden in al die jaren van vermissing nooitvergeten”.

Alleen Hr.Ms. O 13 nog zoekIn de Tweede Wereldoorlog gingen 7 onderzeeboten vande Koninklijke Marine door vijandelijkheden verloren, 6tijdens oorlogspatrouilles en één na te zijn gebombar-deerd in de haven van Soerabaja. Het zestal was langetijd vermist, tot 1982. Sinds die tijd zijn 4 boten gelokali-seerd en geïdentificeerd. Dat gebeurde vooral dankzijinspanningen van naaste familieleden van gesneuveldeopvarenden en door de inzet van de stichting ComitéNabestaanden Onderzeeboten 1940-1945. Met het terug-vinden van Hr.Ms. K XVI, waarvan zes Indonesischeschepelingen deel uitmaakten van de 36-koppige beman-ning, is alleen de Hr.Ms. O 13 nog niet gelokaliseerd.Deze onderzeeboot ging ten onder in de Noordzee.

Hr.Ms. K XVI wordt aangemerkt als zeemansgraf. Redende exacte positie niet bekend te maken. Duikers isgevraagd het wrak ongemoeid te laten, uit respect voor degesneuvelde bemanning en hun nabestaanden. In overlegmet hen wordt bekeken hoe de laatste eer wordt bewezen.

Hr.Ms. K XVI na 70 jaar terechtIn het augustusnummer van het Marineblad heeft een bijdrage gestaan van KTZ KMR R. van

Rooijen, over de laatste dagen van Hr.Ms. K XVI. Na de fatale Japanse torpedo-aanval in de

Zuid-Chinese Zee was de K XVI op eerste Kerstdag 1941 gezonken en sindsdien vermist.

Op 23 oktober jl., 70 jaar na dato, kon Defensie berichten dat het wrak van de onderzeeboot is

gevonden. Onderstaand bericht is overgenomen van de website van het ministerie.

marineblad | november 2011

11ACTUEEL

(NIMH)

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 11

Page 12: Marineblad November 2011

CHINA12

InleidingDe maritieme opmars van China is een belangrijke drij-vende kracht achter geopolitieke spanningen en is type-rend voor een bredere machtsverschuiving in de wereld.China’s successen steken schril af bij de diepe economi-sche en politieke crisis waarin het Westen zich sindsenkele jaren in bevindt. Het Westen maakt zich zorgenover de toegenomen invloed van China in de mondialeeconomie, financiële sector en internationale politiek.

Is de Westerse vrees voor China terecht? Internationalemachtsverhoudingen worden vaak ervaren als een zerosum game, waarbij de opmars van de ene macht noodza-kelijkerwijs gepaard gaat met een vermindering van de

De opmars van China ingeopolitiek perspectief

Wat zijn de gevolgen van de opmars van China voor de verhoudingen met

het Westen? Om deze vraag te beantwoorden bespreek ik eerst China’s

maritieme opmars om vervolgens te kijken naar de economische en

politieke context waarbinnen deze maritieme opmars plaats vindt.

macht van de ander. Bijgevolg wordt China steeds meergezien als concurrent dan als strategische partner. Met dedoctrine van ‘vreedzame ontwikkeling’ probeert Beijingde wereld gerust te stellen. Het Westen blijft echter wan-trouwig en vraagt zich af wat de ‘ware’ agenda vanChina is. Daarom geef ik een analyse van Beijing’s eigenvisie op de positie van China in de wereld. Op basis vande bevindingen sluit ik af met een analyse van de impli-caties voor toekomstige samenwerking en conflict.

De maritieme opmars China’s indrukwekkende economische groei heeft hetland in staat gesteld te investeren in de uitbreiding enmodernisering van de marine. De Chinese marine speelt

M. de Ridder, MA

(US Navy photos)

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 12

Page 13: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

13

in toenemende mate een sleutelrol bij het uitvoeren vande taken van de Chinese strijdkrachten. Deze taken zijndoor president Hu als volgt gedefinieerd: bijdragen aanwereldvrede en gemeenschappelijke economische ont-wikkeling, verdedigen van nationale belangen, het zeker-stellen van de economische groei, en het handhaven vande macht van de Communistische Partij.

Traditioneel was het voorkomen van de afsplitsing vanTaiwan de prioriteit van de Chinese marine, maar naar-mate China’s economische macht groeide, werden deChinese maritieme veiligheidsbelangen steeds groter en

geografisch verspreid. Eén van de belangrijkste taken vande marine is nu het bewaken van economische belangenen het waarborgen van de veiligheid van belangrijkescheepvaartroutes voor het transport van goederen engrondstoffen, waaronder olie en gas. Voor het eerst sinds1432, toen de Chinese keizer de Chinese vloot liet vernie-tigen na een laatste grote maritieme expeditie onder lei-ding van admiraal Zheng He, wordt de Chinese marineweer buiten de eigen kustwateren ingezet. In het kadervan wat de ‘string of pearls’ strategie wordt genoemd,bouwt de Chinese marine haar aanwezigheid uit op stra-tegische punten, zoals langs belangrijke handelsroutes inde Indische Oceaan, waar piraterij en instabiliteit een eco-nomische en veiligheidsbedreiging vormen.1 Chinadraagt ook onder multilaterale vlag bij aan anti-piraterijmissies voor de kust van Somalië en in de Golf van Aden.

De toegenomen assertiviteit van de Chinese marine heeftgevolgen voor de regionale machtsverhoudingen. ZowelIndia als China streven naar dominantie in de Indische

Oceaan en eenzelfde maritieme wedloop voltrekt zich inde Zuid-Chinese Zee, de Oost-Chinese Zee en Gele Zee.China en Japan zijn verwikkeld in disputen over territori-ale aanspraken op grondstofrijke eilandengroepen dielangs belangrijke zeehandelsroutes liggen. De toegeno-men patrouilles van de Chinese marine hebben al meer-dere malen tot incidenten met Japan geleid. In september2010 bijvoorbeeld, vond in de buurt van de Senkakueilanden een aanvaring plaats tussen een Chinese vissers-boot en een Japanse patrouilleboot. Hierop stopte Chinaeen tijd met de export van zeldzame aardmetalen, dievan cruciaal belang zijn voor de Japanse high-techindustrie.

De grootste bondgenoot van Japan is de VS, die voordiende Zuid-Oost Aziatische regio domineerde en een belang-rijke rol speelde in het bewaken van het regionalemachtsevenwicht, bijvoorbeeld door wapenleverantiesaan Taiwan. De VS probeerde menigmaal de samenwer-king tussen Japan en Amerika’s andere regionale bondge-noot – Zuid-Korea – te bevorderen. Deze samenwerkingwerd in de hand gewerkt toen in 2010 het conflict tussenNoord- en Zuid-Korea hevig oplaaide. China verleendein dit conflict impliciete steun aan het regime van KimJong-Il door te weigeren Noord-Korea te berispen. In ant-woord organiseerde de VS samen met Japan en Zuid-Korea een grootschalige marineoefening in de Gele Zee,die China provoceerde eveneens een oefening te organi-seren.

Dergelijke incidenten hebben twijfel gezaaid over China’sintentie om de Chinese marine in te zetten voor vreedza-me doeleinden. Het Japanse National Institute for DefenseStudies (NIDS) beschrijft de weinig transparante uitbrei-ding en toegenomen assertiviteit van de Chinese marineals een grote bron van zorg voor Japan, de regio en deinternationale gemeenschap.2

is de Westerse vrees voor Chinaterecht?

Op 4 augustus 2011 legden tweeChinese marineschepen aan inNoord-Korea ter gelegenheidvan de 50-jarige vriendschappe-lijke betrekkingen tussen de lan-den. (Chinese Defense Blog)

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:05 Pagina 13

Page 14: Marineblad November 2011

CHINA14

De economische opmars China’s economische opmars wordt wel gezien als de totnu toe meest belangrijke gebeurtenis van de 21e eeuw.China’s succes is deels te danken aan de implementatievan een aantal neoliberale beleidsprincipes, zoals fiscalediscipline en liberalisering van de handel, die vanaf eindjaren ’80 door financiële instellingen als het IMF en deWereldbank aan ontwikkelingslanden werden voorge-schreven. Tegelijkertijd heeft het autoritaire regime inBeijing de rol van de overheid in de economie op eenradicaal andere manier ingevuld dan Westerse marktde-mocratieën. China hanteert een staatskapitalistisch modelwaarbij in plaats van gedereguleerde marktwerking en deprivate sector voornamelijk (semi-)staatsbedrijven demotor voor economische groei zijn. (Semi-)staatsbedrij-ven domineren in China strategische sectoren van de eco-nomie, zoals energie, transport en industrie. Drie Chinesebedrijven staan in de top 10 van de Fortune ranglijst vanmeest grote bedrijven ter wereld: Sinopec, State Grid, enChina National Petroleum.

Het investeren in technologie en innovatie is ook eenbelangrijke component van de Chinese groeistrategie.3

Buitenlandse technologie is essentieel geweest voorChina’s economische groei, maar in toenemende mate isChina zelf een belangrijke motor voor technologische ont-wikkeling. Daar waar het Westen traditioneel voorop liepop kennisontwikkeling en China fungeerde als de fabriekvan de wereld, ontpopt China zich nu als marktleider ophet gebied van technologie en innovatie, bijvoorbeeld op

gebied van hernieuwbare energie en de productie vanwindturbines en zonnepanelen. De gebrekkige bescher-ming van intellectuele eigendomsrechten in China maakthet voor niet-Chinese bedrijven moeilijk om van dezeontwikkeling te profiteren en op de Chinese markt actiefte zijn.

Een ander netelig dossier in de betrekkingen met hetWesten is China’s monetaire beleid. Met name de VSklaagt dat de lage wisselkoers van de Chinese valuta eenvorm van protectionisme is en tot welvaartsverlies in de

VS leidt. Als exportland profiteert China van een lagewisselkoers, die instrumenteel is in het bevorderen vande handel met Afrikaanse landen en opkomende econom-ieën zoals Brazilië. China’s enorme reserves van buiten-landse valuta stellen het land in staat om op grote schaalfinanciële hulp te verlenen en strategische acquisitie tedoen in het buitenland. In Afrika bijvoorbeeld, zet China financiële leningen enontwikkelingshulp in om toegang te krijgen tot grond-stofrijke landen. China bezit daarnaast een groot deel vande Amerikaanse staatsschuld en heeft aangeboden omobligaties ter waarde van miljarden euro’s aan te kopenvan in financiële moeilijkheden verkerende Europese lan-den, zoals Ierland, Griekenland, Spanje en Portugal. Hetgrote Chinese aandeel in de Amerikaanse staatsschuld

China ontpopt zich als marktleider op het gebied van technologie eninnovatie, bijvoorbeeld op gebied van hernieuwbare energie en deproductie van windturbines. (www.vorige.nrc.nl)

China’s enorme reserves vanbuitenlandse valuta stellen het land in

staat om op grote schaal financiële hulpte verlenen en strategische acquisitie te

doen in het buitenland

De opmars van China in geopolitiek perspectief

Marineblad_kvmo_november 07-11-2011 09:33 Pagina 14

Page 15: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

15

wordt veelal als een gevaar gezien, maar betekent in feiteook dat China het Amerikaanse beleid mede mogelijkmaakt. China investeert ook in Europese infrastructuur die deexport van Chinese goederen naar Europese marktenmogelijk maakt. Zo sloot Beijing in 2008 een overeen-komst met Griekenland dat het Chinese staatsbedrijfCosco de exploitatierechten gaf over de containerhavenvan Piraeus, een doorvoerpunt in nabijheid van nieuwemarkten zoals Turkije, Oost-Europa en de Balkan.Alhoewel Westerse bedrijven al jarenlang soortgelijkestrategische overnames doen, wakkeren dergelijke over-names door China in het Westen een gevoel van angstaan dat China de wereld aan het overnemen is. Het isvan belang om te onderstrepen dat de internationale poli-tieke economie echter door wederzijdse afhankelijkhedenin balans wordt gehouden. De VS en Europa zijn belang-rijke afzetmarkten voor China, maar tegelijkertijd biedttoegang tot de Chinese markt ook ongekende mogelijkhe-den voor Westerse bedrijven.

De politieke opmarsHet is vaak geopperd dat China misschien een grote eco-nomische macht is, maar soft power ontbeert. AlhoewelChina aanzienlijk investeert in publieksdiplomatie, is hetland er niet op gericht om een bepaalde ideologie teexporteren. Het Chinese model van economische groeizonder politieke liberalisering wordt niettemin wel alszeer aantrekkelijk ervaren door sommige autoritaire regi-mes.4 China’s politieke macht vloeit voort uit de uiterst

pragmatische houding in de betrekkingen met anderelanden. Doordat China een autoritair regime heeft,beschikt het over een groot mobiliserend vermogen enkan het vaak daadkrachtiger optreden dan liberale demo-cratieën.

In combinatie met de ‘no strings attached’ politiek, maaktdit China een interessante partner voor ontwikkelingslan-den. China stelt deze landen in staat op korte termijn huninfrastructuur te verbeteren zonder dat daar de voor-waarde van democratische hervorming aan verbondenwordt. Alhoewel het beticht kan worden van het hante-ren van dubbele standaarden, bekritiseert het WestenChina vaak vanwege het onvoldoende respecteren van demensenrechten en het onderhouden van betrekkingenmet dubieuze regimes. De relatie tussen China en regi-mes in Soedan en Myanmar zijn daar voorbeelden van.China verhinderde VN-sancties tegen Soedan om de olie-import uit dat land veilig te stellen en verleende demilitaire junta in Myanmar grote financiële steun in ruilvoor toegang tot de enorme gasvoorraden en havens aande Indische Oceaan. Dergelijke allianties leveren Chinaloyaliteit op binnen internationale organisaties als de VN. Beijing werkt ook aan het versterken van regionale insti-tuties, zoals APEC. De afgelopen jaren heeft China ookgrensconflicten met een aantal leden van ASEAN, waar-onder Vietnam, Maleisië en de Filippijnen, opgelost engewerkt aan het verbeteren van de relatie met Rusland enIndia. China is een belangrijke investeerder in infrastruc-tuur projecten die de landen op het Aziatische continent

(Bron: The Heritage Foundation)

The Western Hemisphere has become the focus of attention for Chinese companies.

Figures are in billions ofdollars; key nations in italics

Source: Heritage Foundation dataset, China’s Outward Investment: Non-bond Transactions over $100 million, fromJanuary 2005 to June 2011, available upon request from The Heritage Foundation.

EUROPE $ 43.2Britain $ 9.0Switzerland $ 7.3Greece $ 5.2

WESTERNHEMISPHERE $ 72.3Brazil $ 18.3Argentina $ 14.0Canada $ 10.4

SUB-SAHARANAFRICA $ 56.4Nigeria $ 15.3South Africa $ 6.6D.R. Congo $ 6.6

ARAB WORLD $ 43.7Saudi Arabia $ 12.2Algeria $ 9.2Iraq $ 5.5

AUSTRALIA $ 38.4

U.S. $ 30.5

WEST ASIA $ 51.7Iran $ 17.1Kazakhstan $ 11.5Russian Federation $ 9.1

EAST ASIA $ 42.6Indonesia $ 13.5Vietnam $ 7.2Singapore $ 7.0

China’s Worldwide Reach

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:07 Pagina 15

Page 16: Marineblad November 2011

CHINA16

economisch en politiek met elkaar verbinden, ook welnieuwe zijderoutes genoemd. Zo is er onlangs een 7.000km lange gaspijplijn aangelegd die van Turkmenistan viaOezbekistan en Kazachstan naar China loopt. Ook werktChina aan een spoorwegennetwerk dat toegang verschafttot strategische havens in Pakistan, Bangladesh en SriLanka en dat China via hogesnelheidstreinen in de toe-komst zal verbinden met Europa.

De visie van ChinaHet Chinese leiderschap realiseert zich dat economischegroei alleen niet de nationale veiligheid kan waarborgen;daarvoor is ook een wereldorde nodig die je vriendelijkgezind is. In reactie op de groeiende angst voor China’sopmars, voert Beijing een actieve publieksdiplomatiewaarin een drietal concepten centraal staan.

Vanaf 2003 werd het concept ‘vreedzame opmars’ uitge-dragen maar dit werd vanaf 2004 al ingewisseld voor‘vreedzame ontwikkeling’, omdat de term opmars eenChinees machtsstreven zou impliceren.5 In het rapport“China’s Peaceful Development Road“ verklaarde Beijingdat China in het verleden nooit gestreefd heeft naar hege-monie, daar nu niet naar streeft en dat ook in de toe-komst niet zal doen.6 In 2005 werd het concept van ‘har-monieuze wereld’ geïntroduceerd, een wereld geken-merkt door duurzame vrede en economische ontwikke-ling. In een speech ter gelegenheid van het 60-jarigbestaan van de VN zette president Hu uiteen hoe Chinaop vier manieren deze harmonieuze wereld wil verwe-zenlijken.7

Ten eerste zegt China een multilaterale aanpak vangemeenschappelijke uitdagingen te willen bevorderen.De VN Veiligheidsraad speelt hierin een sleutelrol.Tegelijkertijd wordt externe interventie in interne aange-legenheden door China beschouwd als een inbreuk op denationale soevereiniteit. China betreurde dan ook deinternationale interventie in Libië en verzette zich tegende VN-resolutie die het geweld van het Syrische regimeveroordeelt. Binnenlandse politieke overwegingen spelenhierbij een rol. China kampt zelf met bevolkingsgroependie autonomie eisen, zoals in Tibet en de provincieXingjiang. China vreest dat de Arabische lente zou kun-nen bijdragen aan binnenlandse rebellie tegen de macht-hebbers in Beijing. Ten tweede moet internationale samenwerking gerichtzijn op het realiseren van wereldwijde welvaart en hetdichten van de kloof tussen het Noorden en Zuiden.China profileert zich als belangenbehartiger van de ont-wikkelingslanden, zoals op de VN klimaattop inKopenhagen in 2009. De Chinese positie dat met namereeds geïndustrialiseerde landen het voortouw moetennemen in de aanpak van klimaatverandering leidde inhet ogen van het Westen tot het mislukken van deze top.Ten derde pleit China voor respect voor culturele diver-siteit, gelijkheid en openheid in de internationale betrek-kingen. Ten vierde, tenslotte, wil China dat de VNVeiligheidsraad hervormd wordt zodat deze een betereafspiegeling is van de huidige wereldorde en ook de

belangen van opkomende economieën en ontwikkelings-landen vertegenwoordigd worden.

De concepten vreedzame opmars, vreedzame ontwikke-ling en harmonieuze wereld laten zien dat China er ener-zijds belang aan hecht door het Westen niet als eenbedreiging voor de huidige wereldorde te worden gezien.Anderzijds meent China dat veel internationale proble-men voortkomen uit het status quo: een door het Westengeleide wereldorde met vele ongelijkheden tussen hetNoorden en het Zuiden. Op het 17e Congres van deCommunistische Partij in 2007 gaf president Hu aan datChina de internationale orde eerlijker en gelijkwaardigerwil maken. In het nastreven van deze ambitie maaktBeijing gebruik van China’s toegenomen invloed, onderandere in andere opkomende economieën en ontwikke-lingslanden. Hierdoor wordt het in het Westen bestaandebeeld van China als dreiging toch versterkt.

Beijing lijkt nog de balans te zoeken tussen het inzettenvan China’s toegenomen macht en het bewaken van deinternationale stabiliteit. Dit spanningsveld is terug tezien in tal van zowel maritieme als economische en poli-tieke dossiers. China drijft bijvoorbeeld enerzijds degeopolitieke spanningen op door territoriale aansprakenkracht bij te zetten met intimiderende acties van deChinese marine; anderzijds zet China de marine in ondermultilaterale vlag piraterij te bestrijden. Enerzijds betuigtBeijing zijn toewijding aan internationale samenwerkingop het gebied van non-proliferatie en steun aan het kern-stopverdrag, anderzijds belemmert China een strengeroptreden van de internationale gemeenschap tegen denucleaire ambities van Noord-Korea en Iran.

Implicaties: samenwerking of conflict? Lange tijd werd verondersteld dat economische groei inChina zou bijdragen aan democratisering en de versprei-ding van Westerse normen en waarden. Het Chinesemodel van economische ontwikkeling zonder politiekeliberalisering is echter tot nu toe robuust gebleken. Chinais de laatste jaren veel assertiever geworden in het voorhet voetlicht brengen van Beijing’s eigen visie op dewereld, de dagen van de ‘smile diplomacy’ zijn voorbij.Niettemin lost China wel de verwachtingen van de inter-nationale gemeenschap in: naarmate de geopolitiekeinvloed van China groeit, toont China zich steeds meerbereid om zich in te zetten voor internationale vrede enveiligheid en mondiale welvaart. De groeiende capaciteitvan de Chinese marine kan hierin in het bijzonder eenpositieve bijdrage leveren door gedeelde belangen, zoalsveiligheid op zee, te beschermen. Het is echter niet verwonderlijk dat de vreedzame bedoe-lingen van China soms in twijfel worden getrokken. Metname de relatie met Japan zal problematisch blijven en

een antagonistische benadering spoort China juist aan om zich

assertiever te gedragen

De opmars van China in geopolitiek perspectief

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:07 Pagina 16

Page 17: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

17

Noten1 Tim Sweijs et al, “The Maritime Future of the Indian Ocean - Putting

the G back in Great Power Politics,” Future Issue No. 13 (Den Haag:The Hague Centre for Strategic Studies, 2010).

2 National Institute for Defense Studies, “NIDS China Security Report”(Tokyo: National Institute for Defense Studies, 2011).

3 Govert Gijsbers, Sophie Roborgh, Tim Sweijs, “The Rise of Asia andStrategic Questions for Europe,” Strategy and Change Paper No. 01(Den Haag: The Hague Centre for Strategic Studies, 2010).

4 Islam Qasem, Teun van Dongen, Marjolein de Ridder, “The BeijingConsensus: An Alternative Approach to Development?” WorldForesight Forum Issue Brief No.02 (Den Haag: World Foresight Forum,2011).

5 Richard Rosecrance, “Power and International Relations: The Rise ofChina and Its Effects,” International Studies Perspectives, no.7 (2006),31-35.

6 State Council Information Office, “China’s Peaceful DevelopmentRoad” (2005).

7 Hu Jin Tao, “Build Towards a Harmonious World of Lasting Peace andProsperity, ”Speech ter gelegenheid van het 60-jarige bestaan van deVN, New York, 15 september 2005.

8 Esther Pan, “The Promise and Pitfalls of China’s ‘Peaceful Rise’”(Council on Foreign Relations, 14 april, 2006).

9 Jeroen de Jonge, Frank Bekkers en Rob de Wijk, “Pas op de Plaats voorDefensie,” Strategy and Change Paper No.02 (Den Haag: The HagueCentre for Strategic Studies, 2010).

10 Stockholm International Peace Research Institute, “Background paperon SIPRI military expenditure data, 2010” (Stockholm: StockholmInternational Peace Research Institute, 11 April, 2011).

loopt het grootste risico om te escaleren. Op economischegebied is China Japan voorbijgestreefd en China’s mari-tieme macht vormt steeds een grotere bedreiging voorJapan’s territoriale integriteit. In het verleden heeft Chinaal bezit genomen van de Paracel en delen van de Spratlyeilanden, waardoor Japan gegronde redenen heeft te vre-zen voor de aanwezigheid van de Chinese marine rond-om betwiste eilanden. Meer nog dan de VS, heeft Japaneen hardere houding aangenomen in zijn buitenlandsbe-leid ten aanzien van China. De kwestie Taiwan blijfteveneens een heet hangijzer. China heeft het groeiendedefensiebudget onder andere ingezet om capaciteiten teontwikkelen waarmee het Amerikaanse steun aan Taiwanin geval van een Chinese aanval kan bemoeilijken.

Gezien het Chinese discours rond internationale vrede enveiligheid, valt het echter te verwachten dat China er uit-eindelijk voor zal kiezen om geschillen in overeenstem-ming met internationale normen op te lossen. China heefter geen enkel belang bij om de wereldeconomie in gevaarte brengen met internationale conflicten. De wederzijdseeconomische afhankelijkheden zijn daarvoor te groot.Alleen al omdat de VS een belangrijke rol speelt in hetbewaken van de zeevaartroutes waarlangs olie uit hetMidden Oosten naar China gaat, heeft China belang bijgoede betrekkingen met de VS.8

Alhoewel China en de VS verwikkeld zijn in een compe-titie over regionale bondgenoten, zoals Japan, Zuid-Korea, India, de ASEAN landen en Australië - zal dit uit-eindelijk weinig opleveren omdat elk van deze landenbelang heeft bij het onderhouden van goede politieke enhandelsrelaties met zowel China als de VS.Beijing vreest terecht dat andere landen China’s opmarswillen inperken. De conclusie die hieruit getrokken moetworden is dat het belangrijk is om China niet als rivaal tebehandelen. Een antagonistische benadering spoortChina juist aan om zich assertiever te gedragen,waardoor de kansen die China’s opmars met zich meebrengt verloren gaan. China geeft aan voorstander te zijnvan het aanpakken van internationale uitdagingen inmultilateraal verband. Bij het terugdringen van armoedein ontwikkelingslanden bijvoorbeeld, kunnen China enhet Westen belangrijke partners van elkaar zijn, maar ookop het gebied van non-proliferatie, het bevorderen vaninternationale veiligheid en economische stabiliteit. Voordergelijke samenwerking is wel vertrouwen nodig. Ditvertrouwen moet aan beide kanten voor een groot deelnog gewonnen worden.

ConclusieVanuit een zero sum benadering, waarbij de opmars vande ene macht leidt tot machtsverlies van de ander, vormtde opmars van China een serieuze uitdaging voor denationale belangen en het economische concurrentiever-mogen van andere landen. Dit artikel beoogde aan tegeven dat er echter ook positieve gevolgen aan deopmars van China verbonden zijn, zoals toegenomenhandel, financiële bijstand, en uitwisseling van kennis entechnologie. Het concept van een ‘harmonieuze wereld’biedt kansen voor intensievere samenwerking tussen

China en het Westen, bijvoorbeeld op het gebied vanmaritieme veiligheid. Omwille van de Rotterdamsehaven en onze positie als doorvoerland heeft Nederlander belang bij dat de Chinese marine in internationaal ver-band bijdraagt aan het vrijwaren van de internationalehandelstromen.9 Desondanks zullen er in de relatie tus-sen China en het Westen heikele dossiers blijven bestaan,waaronder mensenrechten, democratisering en intellectu-ele eigendomsrechten. Of de balans van China’s opmarsvoor het Westen uiteindelijk positief zal zijn, hangt af vande mate waarin het Westen China kan aansporen zich alseen ‘responsible stakeholder’ op te stellen. Daarnaast wordtdit bepaald door China’s binnenlandse politieke situatie,die bijvoorbeeld deels ten grondslag ligt aan de Chinesereactie op de situatie in Libië en Syrië. Wanneer China’snationale belangen op het spel staan, toont China zichniet altijd zo constructief als het Westen graag zou zien.

De centrale vraag of China op termijn de VS voorbij zalstreven als grootmacht zal de gemoederen de komendejaren bezig houden. De meningen hierover lopen zeer uit-een. Op militair vlak is het machtsverschil tussen Chinaen de VS nog steeds erg groot. In 2010 bedroeg hetAmerikaanse defensiebudget $698 miljard ofwel 4.8% vanhet BNP, waar dit in China naar schatting respectievelijk$119 miljard en 2,1% was.10 Op economisch en politiekvlak wordt het verschil echter steeds kleiner. De economi-sche crisis heeft de VS een enorme klap toegebracht. Hetis niet uit te sluiten dat een dergelijke gebeurtenis of eenbinnenlandse politieke crisis in de toekomst ook Chinazou kunnen raken.

M. (Marjolein) de Ridder (MA) werkt als strategischbeleidsanalist bij het The Hague Centre for StrategicStudies (HCSS), waar zij onder meer onderzoek ver-richt naar China’s grondstoffenbeleid en positie in deinternationale politieke economie.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:07 Pagina 17

Page 18: Marineblad November 2011

CHINA18

De maritieme handel is indrukwekkend. Zo is China voormeer dan 80 procent van zijn olie invoer afhankelijk vantoevoer via de Zuid-Chinese Zee en meer dan een derdevan alle maritieme handel passeert op jaarbasis de zee-straten. De Straat Malakka is qua verkeersintensiteit ver-gelijkbaar met de A-12 op een regenachtige maandagoch-tend tijdens de spits.

Het besef dat de wereldeconomie afhankelijk is van eenstabiele (safe and secure) omgeving en dus van een onge-stoorde doorgang van haar koopvaardijvloot dwingt ookNederland alert te zijn op de regionale ontwikkelingen inde Zuid-Chinese Zee, alsook op de problemen in de kust-wateren.

Voor het beschrijven van de veranderende maritieme ver-houdingen in de regio licht ik eerst de rol toe van ASEAN(Association of Southeast Asian Nations) in relatie tot veilig-heid om vervolgens de bijzonderheden van de Zuid-Chinese zee te beschrijven. Daarna geef ik de situatie inde kustwateren weer en eindig met een indicatieve weer-gave van de maritieme krachtverhoudingen in kwalitatie-ve zin. Bij het schrijven van dit artikel heb ik gebruik gemaaktvan open bron informatie. Ik beperk mij in deze bijdragetot de ASEAN-regio en behandel niet het Koreaanseschiereiland, Taiwan en Japan.Zoals vaak is generaliseren gevaarlijk, zeker in deze regiomet grote onderlinge verschillen in bestuursvorm, cul-tuur, economische omvang en geografische ligging. Voorde leesbaarheid heb ik dat soms toch moeten doen maargeef waar nodig uitzonderingen en afwijkingen aan.

ASEANASEAN is een regionale organisatie opgericht in 1967 enbestaat momenteel uit tien landen: Indonesië, Maleisië,Brunei, Filippijnen, Singapore, Thailand, Vietnam,Cambodja, Laos en Birma/Myanmar (verder: Myanmar).De organisatie kent verschillende overlegfora zoals hetADMM (Asean Defence Ministers Meeting) en het ARF(Asean Regional Forum) met deelname van 27 landen enorganisaties, incl. de EU, dat vergadert op het niveau vanministers van Buitenlandse Zaken. ASEAN is tevens deinitiatiefnemer van andere discussiepanels zoals hetASEAN plus drie (China, Japan en Zuid-Korea), plus zes(tevens India, Australië en Nieuw-Zeeland) en de EAS(East Asia Summit). Dit laatste forum bespreekt politiekstrategische en economische thema’s, waaronder ener-gieveiligheid en kent achttien leden uit de bredere regioinclusief de VS en Rusland.

Een van de uitgangspunten van ASEAN is om zich niet temengen in elkaars interne aangelegenheden en bijgeschillen altijd te zoeken naar een vreedzame oplossing.De organisatie heeft de ambitie om in 2014 te groeiennaar een ASEAN Community, een deels op de EU geïnspi-reerde constructie, inclusief een veiligheidspijler (APSC,Asean Political Security Community).

De veranderende militairmaritieme verhoudingenin de Zuidoost-Aziatische regio De Zuidoost-Aziatische regio wordt ingesloten door de Indische en de Stille Oceaan en omringt de

Zuid-Chinese Zee. Een aantal internationale zeestraten geeft toegang tot deze zee zoals de Straten

Malakka, Soenda, Lombok en Makassar.

KTZ P. Heijboer

De zeestraten van Indonesië. (lib.utexas.edu/maps)

Str. Lombok

Str. Soenda

Str. Malakka

Str. Makassar

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:08 Pagina 18

Page 19: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

19

ASEAN is in haar politiek-strategische relatie tot degrootmachten te onderscheiden in drie groepen. De eerstebestaat uit Singapore, Vietnam, Thailand en deFilippijnen en richt zich op de Verenigde Staten. Zo heeftVietnam zijn relatie met de VS geïntensiveerd, overigensook die met Rusland en India, door deelname aan mari-tieme oefeningen en het openstellen van maritieme bases.Cambodja, Laos en Myanmar onderhouden - mede van-wege hun zwakke economieën - een intensieve relatiemet China. Deze landen hebben geen relatie met, entonen weinig interesse in, de problemen over de betwistegebieden in de Zuid-Chinese Zee. De derde groep,Indonesië, Brunei en Maleisië, positioneert zich tussenbeide eerdergenoemde groepen.

De Zuid-Chinese Zee Sinds tientallen jaren vormen de Spratly en Paracel eilan-den een twistpunt tussen China en enkele ASEAN lidsta-ten (Brunei, Maleisië, Vietnam, Filippijnen). Aanleidingdaarvoor is de aanwezigheid van omvangrijke hoeveelhe-den olie, gas en metalen. Bovendien zijn er regelmatigproblemen over illegale visserij, zoals op de rijke visgron-den nabij de Indonesische Natuna eilandengroep aan deingang naar de Zuid-Chinese Zee.

Het Aziatische Pacific gebied is vanwege vulkanischeactiviteiten en het bewegen van tektonische platen rijkaan metalen zoals goud, titanium, mangaan en platina.Deze grondstoffen zijn noodzakelijk voor de snel groeien-de Aziatische economieën (in 2030 in omvang verdub-beld) en de vis is als voedsel benodigd voor de snelle toe-name van de bevolking (binnen ASEAN momenteel 615miljoen). Ook ASEAN realiseert zich dat energie- envoedselzekerheid randvoorwaarden zijn voor stabiliteit.Grootschalige commerciële diepzeeontginning vindt nunog niet plaats. Enerzijds komt dat door ontbrekendekennis en anderzijds zijn offshore-bedrijven huiverig voorde noodzakelijke investeringen vanwege regelmatigterugkerende maritieme schermutselingen tussen ASEANlidstaten en China.Discussies over de nationale claims betreffen voorname-lijk definitieverschillen, zoals het verschil tussen eeneiland en een rots (bovenwater tijdens hoog tij al dan nietmet de mogelijkheid voor economische activiteit) alsookover de bepaling van de exclusieve economische zone, deEEZ (200 nautische mijlen gemeten vanuit de vaste kustdan wel vanuit een eiland). Verder betwisten landen alsVietnam en de Filippijnen regio’s, verwijzend naar erfe-nissen uit de koloniale tijd.Een factor die landen verhardt in hun standpunt was dedeadline van 2009 om claims over uitbreiding van deEEZ te registreren conform UNCLOS (United NationsConventions on The Law Of the Sea uit 1982). China claimdemet de zogenaamde ‘9 dotted line’ vervolgens 90 procentvan de Zuid-Chinese Zee. Behalve dat handelsnaties gebaat zijn bij een stabieleregio, is het vooral de VS die naast ASEAN direct betrok-ken is bij de discussies met China. De VS claimt namelijkniet alleen het recht op vrije doorvaart (freedom of naviga-tion) maar ook de vrijheid van opereren (freedom of

manoeuvre) in de EEZ’s, waartoe zij tevens hydrografischonderzoek en andere onderwater operaties rekent.

De claims leidden ertoe dat de conflicten met Chinaelkaar snel opvolgden, waarbij de ASEAN lidstaten debetrokkenheid van de VS stimuleerden. China realiseerdezich begin 2011 dat een assertieve opstelling op korte ter-mijn onverstandig was. Dit verklaart ook mede de voor-lopig meer pragmatische houding van China, die ookbleek tijdens de recente ARF top in Bali. Onder kundigIndonesisch voorzitterschap is China daar akkoordgegaan om verder te praten over richtlijnen van een, juri-disch niet bindende, Declaration of Conduct. Een bindendeen meer concrete Code of Conduct (over het oplossen vangeschillen) zal zeker nog jaren op zich laten wachten.Toch is het resultaat een relatieve doorbraak, omdat

China vooralsnog instemt om multilateraal en niet uit-sluitend bilateraal met ASEAN lidstaten verder te pratenover de betwiste maritieme gebieden.

Hoewel dat een positief signaal is, zijn daarmee de kan-sen op een maritiem conflict zeker niet van de baan. Er isbijvoorbeeld niet gesproken over standaardproceduresvoor conflictpreventie teneinde escalaties te voorkomen.Bovendien zal vooralsnog niet worden gesproken oververtrouwenwekkende maatregelen, zoals het tijdig mel-den van grotere oefeningen en het niet houden van oefe-ningen in drukbevaren gebieden.

Een pragmatische samenwerking op deelgebieden alsgezamenlijke ontginning van energiebronnen, afsprakenover visquota, oceanografisch onderzoek en criminali-teitsbestrijding zou natuurlijk ook bijdragen aan hetwederzijds vertrouwen dat nodig is om op termijn bin-dende afspraken te kunnen maken. Voor de ene partij(China) moet dat vertrouwen er echter eerst zijn voordatdergelijke afspraken kunnen worden gemaakt terwijlvoor de andere partij (ASEAN/VS) die afspraken juistzijn bedoeld om vertrouwen te winnen.

Hoewel de strategische belangen in de Zuid-Chinese Zeegroot zijn, heeft geen van de landen baat bij uit de handlopende conflicten met een instabiele regio als gevolg.Meestal verdwijnen botsingen na enig tromgeroffel danook weer uit de publiciteit. Maar door het ontbreken vanvertrouwenwekkende maatregelen, zoals die tijdens deKoude Oorlog bestonden tussen de VS/NAVO enRusland, kunnen misverstanden en verkeerde interpreta-ties zorgen voor snel oplopende spanningen. De proble-men van China met Vietnam, Japan en de Filippijnen eer-der dit jaar zijn daarvan sprekende voorbeelden. Door deze maritieme onzekerheid, in combinatie met degrote economische belangen, continueren landen deopbouw van hun maritieme capaciteit.

hoewel dat een positief signaal is, zijndaarmee de kansen op een maritiem

conflict zeker niet van de baan

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:08 Pagina 19

Page 20: Marineblad November 2011

CHINA20

KustwaterenBehalve de spanning in de Zuid-Chinese Zee geeft ook desituatie in de kustwateren reden tot zorg. Ten eerste is erhet security aspect. Sinds jaar en dag zijn piraten actief indeze wateren, wordt op omvangrijke schaal illegale visse-rij bedreven en vindt mensensmokkel plaats (waaronderverplaatsing van terroristen). Bij de meeste incidenten in2011 waren overigens kustwachtorganisaties betrokken.Daarnaast is de proliferatie van massavernietingswapensvia kustwateren en illegale overslag in havens evenminondenkbaar. De dreiging van maritiem terrorisme, hoeklein ook, is tenslotte onverminderd aanwezig. Vanwege de toenemende piraterij in de Straat Malakkavoeren de kuststaten Singapore, Maleisië, Indonesië enThailand sinds een aantal jaar gezamenlijk operationelepatrouilles uit. Hierdoor is deze piraterij ter plaatse welis-waar verminderd, maar nu gedeeltelijk verplaatst naar deZuid-Chinese Zee. Deze piraterij heeft overigens nog nietde omvang en ernst zoals in de Indische Oceaan/Golfvan Aden. Het betreft hier voornamelijk snelle hit-and-runacties. Ten tweede speelt het safety aspect: de grote kans op let-terlijke aanvaringen vanwege het intensieve gebruik vande nauwe vaarwateren. Uit analyses van lokale scheeps-rampen (bijvoorbeeld veerponten) blijkt een menselijkefout vaak de aanleiding te zijn. Het verbeteren van dekwaliteit van en de controle op lokaal verstrekte maritie-me diploma’s zou al een eerste stap zijn op weg naar eenveiligere nautische omgeving. Aanvaringen in de nauwezeestraten creëren vertragingen en dus economische pro-blemen en het is slechts een kwestie van tijd voordat eenomvangrijke milieuramp zich voordoet. Een milieurampdie bovendien nog wordt versterkt doordat de meestekuststaten niet beschikken over adequate bestrijdings-middelen. Het risico (kans maal effect) daarvan is daaromvele malen groter dan die van een terroristische aanslag.

Aandacht voor de maritieme belangenTijdens de koloniale tijd, de daaropvolgende dekolonisa-tie en vervolgens de Koude Oorlog was de militaire aan-dacht vooral gericht op landoptreden en dus op een ster-ke landmacht. Het defensiebudget werd vooral besteedaan het in stand houden van een omvangrijk landleger,uitgerust met low tech wapens. Maar de ontdekking vanmaritieme rijkdommen en het toenemend belang vanmaritieme aanvoerlijnen, verlegt de strategische aan-dacht. Dit begint langzaam effect te krijgen op de inzet-baarheid van de marines. Zoals de PangLima (CDS) vanIndonesië het in september 2010 tijdens zijn inauguraletoespraak kernachtig verwoordde: Indonesië moet eenmeer outward looking focus krijgen.

Maritieme capaciteit

- MarineIndicatoren voor de inzetbaarheid van een marine zijn –behalve aantallen en tonnages – ook de zeewaardigheidvan de platformen, de mate van training, de kwaliteit vanopleiding, het bezitten van C4I, beproefde sewaco enmaritieme logistiek. De kwantiteit van het aantal platformen van de ASEANmarines is zeker voor Nederlandse begrippen indrukwek-kend maar de operationele inzetbaarheid laat te wensenover. Ondanks het inmiddels onderkende maritieme belangmoet veel achterstand worden weggewerkt. Schepen zijnvaak verouderd, het ontbreekt aan adequate trainingsmo-gelijkheden en C4I heeft weinig aandacht gehad.

De variëteit aan platformen en wapensystemen verlaagtde inzetbaarheid en verhoogt de benodigde opleidingenen trainingen. Daarnaast drukken onderhoudskostenzwaar op het budget en is er onvoldoende brandstofbeschikbaar. De Indonesische marineschepen kenden in2009 bijvoorbeeld een inzetbaarheid van 25%. Uiteraard verschilt de situatie per land. Singapore vormtmet zijn modern uitgeruste marine een gunstige uitzon-dering in de regio en de Vietnamese marine beschikt overeen moderne simulator waarmee scheepsbemanningenop basis van realistische scenario’s kunnen wordengetraind. De verhoogde aandacht voor de maritiemeinzetbaarheid resulteert in diverse moderniseringspro-gramma’s. Onderstaand een inventarisatie: Duitsland heeft drie Offshore Patrol Vessels (80m) en vierpatrouillevaartuigen (type korvet, 41m) aan Brunei gele-verd. Brunei is geografisch gezien weliswaar een kleinland maar is wel verantwoordelijk voor een belangrijkzeegebied.Indonesië heeft een aantal jaar geleden vier Sigma klassekorvetten door Damen Naval Shipyards (ondersteunddoor Thales en Imtech) laten bouwen waar de operatio-nele gebruiker zeer over is te spreken. Het land bouwt ineigen beheer (mogelijk) 30 zeegaande patrouillevaartui-gen waarvan er nu één is opgeleverd; zoekt actief op debuitenlandse markt naar de bouw van meerdere korvet-ten en moderniseert daarnaast de sewaco van de ex VanSpeijkklasse fregatten. Het land heeft onlangs twee vanzijn onderzeeërs in Zuid-Korea laten moderniseren en

De Zuid-Chinese Zee.

De veranderende militair maritieme verhoudingen

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:08 Pagina 20

Page 21: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

21

overweegt om nog twee onderzeeboten te bestellen.Verder heeft het recent één LPD in Zuid-Korea aange-kocht en twee in eigen beheer gebouwd.In Maleisië is sprake van twee (marine) projecten: 6 (initi-eel 21) Littoral Combat Ships en twee OPV’s voor de kust-wacht.Singapore heeft al veel aandacht besteed aan de moderni-sering en uitbreiding van haar vloot. De Formidable klas-se multi-role stealth fregatten, afgeleid van de Franse LaFayette en voorzien van Sikorsky S-70 B helikopters, zijndaarvan het laatste voorbeeld. Deze schepen zijn zondermeer de meest moderne fregatten in Zuidoost- Azië.Tussen 1995 en 1997 heeft de Singaporese marine vieronderzeeboten (Challenger klasse voorheen Sjoormenklasse) van de Zweedse marine overgenomen. In 2005 ismet het Zweedse bedrijf Kockums een contract getekendvoor de levering van twee Archer klasse (voorheenVastergotland) onderzeeboten. Thailand is voornemens om zes onderzeeboten (type 206)van de Duitse marine over te nemen. Vietnam heeft besloten om zes nieuwe onderzeeboten(type Kiloklasse) in Rusland te bestellen, heeft recenttwee Gepardklasse fregatten door Rusland laten leverenen heeft de intentie om nog vier korvetten te laten bou-wen. Daarnaast zijn door Damen een aantal patrouille-vaartuigen en twee hydrografische vaartuigen gebouwddan wel in aanbouw.De Filippijnen vormt een negatieve uitzondering op demoderniseringen en dat is opmerkelijk, zeker gezien haaromvangrijke eilandenrijk en de betwiste gebieden metChina. Het land beschikt over een sterk verouderde vlooten koopt en/of moderniseert nauwelijks. Men ontvangtwel schepen van Australië (nieuw) en de US (nieuw enoud). Zo zal de marine vanaf 2012 drie Hamilton Classcutters geleverd krijgen.

Voor een evenwichtige opbouw van een marine is hetvanzelfsprekend belangrijk om zowel over een bovenwa-ter- en een onderwatercapaciteit alsook vliegtuigen tebeschikken. De beperkte budgetten nopen tot priori-

teitstelling en de voorkeur zou moeten liggen bij deopbouw van een capabele surveillancecapaciteit om hetgrote zeeoppervlak te bestrijken en nadrukkelijk aanwe-zigheid te tonen. De realiteit leert echter dat Indonesië,Maleisië, Thailand, Vietnam en zelfs de Filippijnen groteprioriteit lijken te geven aan het verkrijgen of bezittenvan onderzeeboten, met als belangrijkste argument datbuurlanden die capaciteit ook hebben. Behalve dat deverwerving kostbaar is, zal de opbouw van een goedfunctionerende onderzeedienst vele jaren vergen en doorde beperkte budgetten ten koste gaan van de noodzake-lijke capaciteit aan oppervlakteschepen en patrouille-vliegtuigen.

- Kustwacht De kwaliteit, omvang en uitvoering van kustwachttakenvariëren sterk. Daarbij draagt het aantal bij de Kustwachtbetrokken ministeries niet bij aan de effectiviteit. Het

materieel is veelal verouderd en onvoldoende operatio-neel inzetbaar. Bovendien is het te bestrijken zeegebiedindrukwekkend groot. Indonesië telt bijvoorbeeld meerdan 17.000 eilanden, uitgestrekt over een lengte vergelijk-baar met de afstand van Ierland tot aan de KaspischeZee. Een aantal landen kent wel een gespecialiseerdekustwacht, zoals Maleisië en de Filippijnen. OokSingapore heeft een volwassen organisatie, deSingaporese Police Coast Guard, die toeziet op de juridi-sche naleving van regels en operaties uitvoert.

In Indonesië staat al sinds tijden een zelfstandige zee- enkustwachtorganisatie op de agenda. Hoewel men welerkent dat zo’n organisatie veel effectiever zou zijn, is hetformele besluit nog steeds niet genomen. Ook in Thailand loopt de discussie over een zelfstandigekustwachtorganisatie nog. Momenteel leent de Thaisemarine schepen en vliegtuigen voor kustwachttaken uitaan civiele overheidsorganisaties en voert bewapend per-soneel counter-piracy patrouilles uit in omgebouwde vis-sersvaartuigen.

Vergelijking met ChinaChina heeft een breed inzetbare vloot, inclusief nucleaireonderzeeboten, en zeker als operationeel inzetbare vlieg-dekschepen aan de sterkte zijn toegevoegd. China staatechter voor interessante operationele en technologischeuitdagingen. De marine heeft nog slechts beperkte kennisvan blue water operaties, beschikt niet over een vol-waardige C4I en het operationaliseren van de carrier(s)met airwing zal geen sinecure blijken te zijn. De politieke wil en de economische potentie om ditmogelijk te maken is echter evident en het is slechts eenkwestie van tijd voordat China een regionale maritiemesupermacht zal zijn.Naast zijn omvangrijke en gemoderniseerde marine

Een aantal jaar geleden heeft Indonesië vier Sigma klasse korvettendoor Damen Naval Shipyards laten bouwen. (Maritimephoto.com)

het is slechts een kwestie van tijdvoordat China een regionale maritieme

supermacht zal zijn

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:08 Pagina 21

Page 22: Marineblad November 2011

CHINA22

beschikt China tevens over paramilitaire organisaties zoalsde China Marine Surveillance (CMS) die binnen vijf jaar eenuitbreiding tegemoet kan zien van alleen al 36 schepen en1.000 man personeel. Daarnaast beschikt het op zee nogover een handhavingorganisatie voor de visserij.

Hoewel defensiebudgetten door opbouw en samenstel-ling (salariëring, pensioen, infrastructuur, onderhoud,nieuwbouwprojecten) moeilijk te vergelijken zijn, gevende cijfers toch wel een indicatie. Zo steekt het gecombi-neerde defensiebudget van de ASEAN lidstaten maarmager af tegenover dat van China. Dat land gaf in 2009ca. 70 miljard dollar uit aan haar defensie en ASEAN ca.23 miljard. De budgetten van ASEAN lidstaten varieer-den tussen één miljard (Filippijnen) en vier miljard(Maleisië) met Singapore als uitschieter met ca. acht mil-jard dollar. Het defensiebudget van Indonesië bedraagt3,5 miljard dollar, maar hiervan besteedt dit immenseeilandenrijk slechts 500 miljoen aan de marine. De groei van de defensiebudgetten is overal in Aziëwaarneembaar, maar zowel in relatieve als ook in absolu-te zin stijgt dat van China het snelst.

AfsluitendASEAN lidstaten waren vooral landgeoriënteerd. Met hetonderkennen van de maritieme belangen is er meer aan-dacht gekomen voor het ontwikkelen van een geloof-waardige maritieme militaire capaciteit. De lidstaten zullenechter nooit een maritiem tegenwicht kunnen bieden aaneen grootmacht als China. Wel zullen zij in staat willen zijn

om een signaalfunctie te kunnen geven. Het is interessantom te zien of ASEAN haar economische groei blijft gebrui-ken voor de opbouw van een effectieve zeemacht die optermijn ook een geloofwaardige invulling geeft aan de toe-komstige APSC (Asean Political Security Community).Geen enkel land is politiek en economisch gebaat bijinstabiliteit. De uitdaging zal dan ook zijn om het juisteevenwicht te blijven vinden tussen het beschermen vanmaritieme belangen en het elkaar gunnen van economi-sche ruimte.

Tenslotte noodzaakt het intensieve gebruik van de zeestraten om ook in de meest brede zin van het woordaandacht te besteden aan het safety aspect teneinde dekans op maritieme catastrofes te verminderen.

KTZ P. (Pieter) Heijboer is sinds september 2010geplaatst als Defensie-attaché in Indonesië met mede-accreditatie in Brunei, Maleisië, Singapore, Thailand enVietnam. Hij was eerder commandant van helikopter-squadron 860 en een Kortenaerklasse fregat. Hij volgdede HKV en het NATO Defence College in Rome. Voorzijn benoeming tot Defensie attaché was hij HoofdMarinebehoeftestellingen bij DOBBP in Den Haag.

BronnenVoor deze bijdrage heeft de schrijver gebruikt gemaakt van artikelen vanonder meer de Rajaratnam School for International Studies te Singapore,het Centre for Strategic and International studies te Jakarta, The Diplomat,Defence Weekly, de Jakarta Post en de Militaire Spectator.

De veranderende militair maritieme verhoudingen

A D V E R T E N T I E

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:08 Pagina 22

Page 23: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

Iemand die dat nadrukkelijk wel deed was admiraal Mike Mullen, voorzitter van de Joint Chiefs of Staff.Eind augustus haalde hij even de (Amerikaanse) voorpagina’s met de uitspraak dat de grootste vijand vande VS niet China, Noord-Korea of Iran is, maar het nationale begrotingstekort. Hij herinnerde eraan dat deAmerikaanse belastingbetalers per jaar 600 miljard dollar aan rente op overheidsschuld betalen, evenveelals het totale budget van het Pentagon. En dan komt geopolitiek ineens weer dichtbij. Een land, ja zelfs een bondgenoot met zulke financiële pro-blemen heeft de worstelende eurolanden weinig hulp te bieden. Europa wendt zich tot China , dat nogergens 2300 miljard dollar over heeft aan reserves, en rustig kan nadenken welke prijs het kan vragen omdaar misschien mee over de brug te komen. En de VS dan? Wel, ik denk dat ook de VS er niet aan ontkomt een prijs te gaan betalen voor het schuiven-de machtstableau. Die ontwikkelingen gaan langzaam, onvermijdelijk, en fundamenteel. Ik moest eraandenken toen ik half oktober las dat generaal Robert Kehler, commandant van de StrategischeStrijdkrachten, zinspeelde op het inkrimpen van de befaamde nuclear triade naar een dyade, een twee-componenten nucleaire strijdmacht dus. De VS-kernmacht bestaat uit middelen van Navy, Air Force enArmy, een bijkans heilige driepoot, die op basis van wel honderd verschillende (strategische, tactische,mar ook binnenlandspolitieke en zelfs pressiegroepspolitieke) redenen al meer dan een halve eeuwonaantastbaar is. Zeventien jaar geleden werd het idee van een twee-componenten atoommacht onder president Clintonvan tafel geveegd, nu niet meer. Wat heeft dat met China te maken? Het heeft natuurlijk in de eerste

plaats met geld en schuld te maken: twee nucleaire poten zijn een stuk goedkoperdan drie. Het onderhoud van de driepoot kost jaarlijks alleen al 5,5 miljard dollar, enhaar modernisering zou tot 2050 voorzichtig geschat 250 miljard dollar kosten. Daarmoet, en kan, in gesneden worden. Sinds een jaar of twee circuleren er rapporten vandenktanks die dat ook op strategische gronden bepleiten. De onvermijdelijkeopkomst van China, tot nu toe een ‘bescheiden’ kernmacht met slechts een paar hon-derd strategische atoomwapens, plaatst de VS voor de vraag welke relatie zij metdeze toekomstige supermacht wil aangaan. De nucleaire competitie, zoals die met de

Sovjetunie tijdens de Koude Oorlog, nog eens dunnetjes overdoen? Die heeft nutteloos veel geld gekosten verkeert nu in een stadium van ‘afbouw’, althans van reducties tot een niveau dat je met enig opti-misme ‘beheerst’ zou kunnen noemen.

Velen denken dat je met de Russen uiteindelijk wel een deal zou kunnen besluiten van, zeg, elk 500 strate-gische wapens. Dat is om twee redenen een interessant richtgetal. Een kernmacht van 500 is niet meerefficiënt te verdelen over drie krijgsmachtonderdelen, te versnipperd en te duur. En met 500 kun je ookChina verleiden om deelgenoot te worden aan het tot nu toe bilaterale wapenbeheersingsproces, en eendure en riskante wapenwedloop met dat land uitsluiten. Dat houdt wel een erkenning in van China als supermacht en een stap terug voor de VS. In april 2009publiceerde de National Resources Defense Council (NRDC) een rapport dat zo’n strategische terugtochtbepleitte: Amerika zou met een uit 500 kernwapens bestaande dyade genoegen moeten nemen om dierace te voorkomen, om China niet het idee te geven dat de VS erop uit was om de kleine Chinese kern-macht met een preemptive strike weg te vegen, en zich dus moeten beperken tot een strategie van mini-male afschrikking. Daarvoor heb je aan 500 veilige kernwapens genoeg.

Rest dan wel de vraag wie van de drie krijgsmachtdelen ‘zijn’ kernmacht zou moeten opgeven. Daaroverontbrandt op de achtergrond al behoorlijk wat strijd. De NRDC merkte op dat de Navy zijn Trident D-5nog het beste zou kunnen inleveren, met het verrassende argument dat deze eigenlijk te goed, dus moge-lijk bedreigend als first strike wapen, beschouwd kunnen worden. Maar andere studies zeggen dat de mari-nepoot juist de meest stabiele is, dus gespaard zou moeten blijven. Ik durf er niet op te speculeren, maarvind het belangrijkste dat de combinatie van geld en macht dit soort heiligverklaarde zaken in bewegingzet en bespreekbaar maakt.

ik denk dat ook de VS er nietaan ontkomt een prijs te

gaan betalen voor hetschuivende machtstableau

Van tri naar dy?

Het nieuws over veiligheid is in deze dagen totaal verdrongen door nieuwsover de euro en financiële ellende. Het lijken twee werelden die niets metelkaar te maken hebben. Dat is natuurlijk niet zo, al wordt de verbindingnauwelijks gelegd.

23COLUMNProf. dr. J. (Ko) Colijn is defensiespecialist, directeur van ‘Instituut Clingendael’, redacteur van Vrij Nederland en hoogleraar aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:08 Pagina 23

Page 24: Marineblad November 2011

CHINA24

Dit is opmerkelijk, want afgezien van het tijdperk van dezeven reizen van admiraal Zheng He in de 15e eeuw isChina eeuwenlang vooral een continentale mogendheidgeweest. Pas recent, bij de antipiraterij operaties nabijSomalië, zijn de Chinezen weer out of area gaan opereren. Bij de analyse van de Chinese maritieme strategie valt opdat Chinese maritieme strategen zich graag laten inspire-ren door Angelsaksische denkers. Dit geldt in de eersteplaats voor de Amerikaanse marineofficier Alfred ThayerMahan (1840-1919), maar inmiddels ook steeds meer voorde Brit Julian Stafford Corbett (1854-1922). Hoewel huntheorieën meer dan honderd jaar oud zijn, bieden zij aan-knopingspunten om de Chinese maritieme strategie tebegrijpen. Dit artikel begint met de Chinese GrandStrategy en maritieme strategie. Dan volgt een korte inlei-ding in het gedachtegoed van beide denkers en de ver-schuiving in het Chinese denken van Mahan naarCorbett. Ik sluit af met enkele consequenties voor hetWesten.

Chinese Grand StrategyUit het boek van Paul An-hao Huang, ‘The MaritimeStrategy of China in the Asia-Pacific Region’ (2010), blijkt

dat het Westerse paradigma van internationale betrekkin-gen, zoals het realisme en daaraan verwante scholen,vaak tekortschiet voor de analyse van Chinese strategie.Het Chinese denken, onder andere beïnvloed door hetConfucianisme, laat zich niet gemakkelijk vangen inWesters machtsdenken. Wel hebben Chinezen een GrandStrategy, een politieke strategie, die leidend is voor demilitaire – en dus de maritieme strategie. Hun GrandStrategy wordt voornamelijk gedreven door economischebelangen. Zonder veel ophef breiden zij hun machtsbasisuit, geheel in lijn met het gedachtegoed van hun eigengrote strateeg Sun Tsu: ‘For to win one hundred victories inone hundred battles is not the acme of skill. To subdue theenemy without fighting is the acme of skill.’De methode die zij daarmee volgen wordt treffend weer-gegeven met de metafoor van een parelsnoer, waaraanChinezen gestaag hun parels rijgen: ‘The “String of Pearls” describes the manifestation of China’srising geopolitical influence through efforts to increase access toports and airfields, develop special diplomatic relationships, andmodernize military forces that extend from the South ChinaSea through the Strait of Malacca, across the Indian Ocean,and on to the Arabian Gulf.’ 1

China en maritieme De proefvaart van het eerste Chinese vliegkampschip, de ex-Soviet Varyag, in augustus van dit jaar,

doet vragen rijzen naar de maritieme strategie van China. Hoewel het nog jaren zal duren voor het

schip operationeel is, heeft het land hiermee toch een stap gezet op de weg van maritime power

projection.

De belangrijkste Sea Lines ofCommunication voor China.(Uit jaarrapportageAmerikaans ministerie vanDefensie aan het Congres,2009)

KTZ mr N.A. Woudstra

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 24

Page 25: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

25

Deze parelsnoerstrategie beperkt zich overigens niet totAzië. Ook in Afrika en Europa is de Chinese expansiemerkbaar. Niet alleen hebben zij grond aangekocht in deGriekse haven Piraeus, ook in Rotterdam breiden zij huninvloed uit, zo zeer, dat het Havenbedrijf heeft ingegre-pen toen het Chinese Hutchison Whampoa een te domi-nante positie dreigde te krijgen. Het conglomeraat issinds 2002 eigenaar van het overslagbedrijf ECT, dat ruim60 procent van alle containers in de Rotterdamse havenbehandelt. Met 2.300 personeelsleden is het een van degrootste werkgevers in de regio. Het is de derde grootstehuurder van bedrijfsgronden in de haven en baat metvier Aziatische reders de Euromax terminal uit. De ope-ning daarvan zorgde ervoor dat de overslagcapaciteit vancontainers in de haven in één klap met een kwart werduitgebreid. Het dreigde de Chinezen te invloedrijk temaken op dit gebied. Om dit te voorkomen heeft de havendirectie besloten meerconcurrentie toe te laten. De laatste jaren hebben twee ande-re spelers terminals toegewezen gekregen op de TweedeMaasvlakte, die vanaf 2013 in gebruik worden genomen.Toch is nog steeds een kwart van alle containeroverslag inRotterdam afkomstig uit of bedoeld voor China.2

supersone SSN-22 Sunburn raketten, waarbij Exocet enHarpoon bleek afsteken. Een groeiend aantal moderneonderzeeboten is uitgerust met kruisvluchtwapens.Ballistische raketten maken het arsenaal compleet. Endaar komt nu de aspiratie naar vliegkampschepen bij.

Mahan en navalismeBij nadere beschouwing van de Chinese maritieme strate-gie blijkt dat Chinezen zich vooral laten inspireren doorde twee grootste Angelsaksiche denkers, Mahan enCorbett.Mahan is zonder twijfel de grootste maritieme strateegdie de VS heeft gekend en de bedenker van het begripSea Power. Hij schreef dat ‘…sea power is chief among the

merely material elements and power of nations.’3 Volgens hemmoesten staten hun internationale handel versterken,vooruitgeschoven bases verkrijgen en een sterke oorlogs-en handelsvloot onderhouden om strategische gebiedenzoals Oost-Azie politiek, militair en commercieel te ont-sluiten. In 1890 publiceerde hij zijn meest bekende werk:‘The Influence of Sea Power Upon History, 1660-1783’.Mahan legde op tactisch gebied sterk de nadruk op hetopzoeken van de vijandelijke hoofdmacht, om deze in - liefst één - beslissende zeeslag te verslaan. Nelson’soverwinning bij Trafalgar vond hij hiervan een sprekendvoorbeeld. Een land dat zo heerschappij op zee kon vestigen kon aldus, ook met een klein leger, een overheer-sende rol in de wereld spelen. Hij zag de geschiedenisvan Groot-Brittannië als bewijs voor zijn zienswijzen.Hoewel Mahan zelf de nodige nuances heeft aangebracht,is zijn gedachtegoed door een bijna karikaturale uitlegverworden tot het navalisme. Het navalisme was demening toegedaan dat in oorlogen tussen maritieme encontinentale staten de heerschappij ter zee een doorslag-gevende rol vervult. Die heerschappij moest bereikt worden door een slagvloot in één beslissende zeeslag.Deze ‘zeeslagfixatie’ heeft aan het begin van de 20e eeuwgrote invloed gehad op de bouw van slagvloten in de VS,Japan, het Verenigd Koninkrijk en Duitsland, die hetkarakter kreeg van een wapenwedloop.4

Maritieme strategieDe Chinese maritieme strategie vindt haar oorsprong inde Grand Strategy. Maritieme belangen zijn meestal eco-nomisch van aard; of het nu gaat om transport over zeeof de exploitatie van vis, energie of grondstoffen.Hiermee ontstaat wisselwerking tussen Grand Strategy enmaritieme strategie: de Chinese maritieme expansie enaspiraties houden logischerwijs tred met de ongekendeeconomische groei die het land al jarenlang doormaakt. De parelsnoerstrategie, die vooral draait om de vreedza-me acquisitie van buitenlandse kapitaalgoederen, neemtniet weg dat het nog wel eens op een harde confrontatieaan zou kunnen komen tussen Chinese en Westerse (ofIndiase) strijdkrachten. De Korea-oorlog (1950- 1953),hoewel al zestig jaar geleden, heeft de Chinese bereidheidgetoond om het tegen het Westen op te nemen. Nietswijst erop dat die bereidheid er nu niet meer zou zijn.Sinds de Korea-oorlog is er wel wat veranderd. HetChinese communisme heeft inmiddels trekken gekregenvan een markteconomie en de maritieme belangen enzeestrijdkrachten zijn navenant toegenomen. Aan hetbegin van de oorlog in 1950 kon het continentale Chinaslechts toezien hoe de VN onder leiding van deAmerikanen de Noord-Koreaanse marine vernietigde endaarmee vrijwel absolute command of the sea rondom hetschiereiland vestigde. Inmiddels beschikt de marine van het Volksbevrijdings-leger, de People Liberation Army Navy (PLAN) over eenblue water navy met oppervlakte-eenheden uitgerust met

strategie

Links Alfred Thayer Mahan, rechts Julian Stafford Corbett. (wikipedia.org)

een kwart van alle containeroverslag inRotterdam is afkomstig uit of bedoeld

voor China

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 25

Page 26: Marineblad November 2011

CHINA26

Corbett over maritieme strategiePrecies honderd jaar geleden, in 1911, publiceerde Corbettzijn hoofdwerk ‘Some Principles of Maritime Strategy’,waarin hij een genuanceerder beeld van maritieme strate-gie schetste dan Mahan. Zo merkte hij op dat een sterkepartij wel een beslissende zeeslag zou willen voeren,maar dat de andere (met name zwakkere) partij zichdaartoe niet altijd laat verleiden! Daarentegen kan eenzwakkere partij wel succesvol zijn met een fleet in beingstrategie door een defensieve positie of beperkte offensie-ve acties.5

De term fleet in being werd voor het eerst gebruikt doorLord Torrington in 1690, toen een Franse invasie dreigdeen hij met zijn zwakkere vloot de Fransen wilde binden,zonder een beslissende slag aan te gaan. Zo wilde hij com-mand of the sea ontzeggen aan een sterkere partij. We spre-ken nu over sea denial, het ontzeggen van de beheersingvan de zee aan een tegenstander.Corbett onderkende dat de strijd tussen staten meestal opland wordt beslecht en relativeerde daarmee verder hetbelang van de ‘beslissende zeeslag’. Zo waren in de 17e

eeuw de zeeoorlogen tussen de Republiek en Engelandweliswaar van doorslaggevend belang geweest voor dewereldhegemonie, maar daaraan kon volgens Corbettgeen universele gelding worden ontleend: ‘Since men liveupon the land and not upon the sea, great issues betweennations at war have always been decided—except in the rarestcases—either by what your army can do against your enemy’sterritory and national life or else by the fear of what the fleetmakes it possible for your army to do.’6

Command of the sea verkrijgen kon volgens Corbett danook nooit een doel op zichzelf zijn; in navolging van dePruisische strateeg Carl von Clausewitz benadrukte hijdat militair optreden niet op zichzelf staat, maar een poli-tiek doel moet dienen en een voortzetting is van beleidmet andere middelen.

Verschuiving van Mahan naar CorbettMiddelen zeggen niet alles over intenties, net zomin alsintenties noodzakelijkerwijs weerspiegeld worden doormiddelen. Nadere analyse van de Chinese maritiemestrategie is dus nodig en hierbij komen de denkbeeldenvan Mahan en Corbett van pas.

Bij de Naval War College (Rhode Island) staat China hoogop de agenda en daar heeft men geconstateerd dat hetChinese strategische denken opschuift van Mahan naarCorbett7. De overkoepelende logica van Mahan blijft ver-plichte kost voor de Chinezen: de politiek-strategischeparelsnoerstrategie vertaalt zich in het Mahaniaans ver-sterken van de internationale handel, het verkrijgen vanvooruitgeschoven bases en het onderhouden van eensterke oorlogs- en handelsvloot om Oost-Azië politiek,

militair en commercieel verder te ontsluiten. Mahans tac-tische methodes en streven command of the sea te vestigenmet slagschepen zijn echter achterhaald door technischeinnovatie, waarbij zeemijnen, onderzeeboten, torpedo’sen raketten hun intrede hebben gedaan. Shi Xiaquin,onderzoeker bij de prestigieuze Chinese Academie vanMilitaire Wetenschappen waarschuwt dat “slechts Mahankennen” gevaarlijk is.8

De nuances van Corbett vinden ingang bij de Chinezen.Corbett betoogde immers dat volledige command of the seameestal niet haalbaar en zelden noodzakelijk is. Het ont-zeggen van command of the sea aan de VS in de waterendie in de invloedsfeer van China liggen kan voldoendezijn om de Chinese belangen zeker te stellen. Dit betekentdat voor China een fleet-in-being strategie voldoet, zolang

de nuances van Corbett vinden ingangbij de Chinezen

De PLAN zal volgens de strate-gie van Corbett in de komendedecennia niet streven naar eensymmetrische confrontatie metde oppermachtige US Navy. Opde foto de begroeting tussenvertegenwoordigers van the USNavy, commander MarcBecker, links, en van PLAN,Viceadmiraal Zhao Yongfu. (USNavy photos)

China en maritieme strategie

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 26

Page 27: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

27

de PLAN minder sterk is dan de US Navy en haar bond-genoten. Voor China zal sea denial vaak voldoen om dehogere doelen van de parelsnoerstrategie te bereiken.Wat betekent dit voor de toekomstige operaties van deChinese marine? De PLAN zal volgens deze strategie inde komende decennia niet streven naar een symmetrischeconfrontatie met de oppermachtige US Navy. Geen beslis-sende zeeslag in de Zuid-Chinese Zee met als inzet hetpolitiek gevoelige Taiwan of de economisch belangrijkeSpratly eilanden. Wel asymmetrische sea denial operatiesom de VS op afstand te zetten. Hun middelen stemmenzij daar ook op af: torpedo’s en (ballistische) rakettentegenover grote Amerikaanse Carrier Battle Groups.

Antwoord van het WestenHet is de vraag of het Westen adequaat reageert op deChinese maritieme expansie. De US Navy, die zich gecon-fronteerd ziet met een toenemend takenpakket op zee, isgekrompen van 600 schepen onder president Reagan totongeveer 275 schepen nu. Desondanks blijft zij veruit degrootste marine ter wereld, waarvan het tonnage die vande volgende zeventien marines evenaart.9 Paradoxaalgenoeg kent de US Navy door haar kracht ook zwaktes.Haar Mahaniaanse inslag maakt dat zij absolute over-macht heeft over elke denkbare tegenstander maar dat zijdoor haar grote eenheden, de erfopvolgers van de slag-schepen, relatief kwetsbaar is tegenover een asymmetri-sche opponent. De defensieve kant van de US Navy, zoalsde mijnenbestrijdingscapaciteit, is minder sterk ontwik-keld en daardoor staan veel eenheden als Goliath tegeno-ver David: groot en zwaar bewapend, maar uiteindelijk tevellen door een slinger en een steen. Zo bracht de splin-ternieuwe USS Samuel B. Roberts, die in 1988 tijdens deIraans-Iraakse tankeroorlog op een Iraanse mijn liep, dekwetsbaarheid voor zeemijnen aan het licht. De US Navy en haar bondgenoten zullen voorbereid moe-ten zijn op de sea denial operaties, die voortkomen uit eenChinese fleet-in-being strategie. Dit betekent adequate ver-dediging tegen onderzeeboten, zeemijnen en (ballistische)raketten.

Het meest recente Amerikaanse maritiem-strategischeconcept, ‘A Cooperative Strategy for 21st CenturySeapower’ (2007) rept met geen woord over China, maardit beknopte concept gaat tussen de regels door óók overde grootste rivaal van de VS.10 De grondtoon van het stukis samenwerking, zowel binnen de VS (interdepartemen-taal) als met bondgenoten. Door de halvering van de USNavy kan zij weliswaar nog steeds overal naartoe, maarniet meer overal zijn. Hierdoor zoekt de VS meer samen-werking met bondgenoten, ook voor het bewaren van destrategische balans met China. De praktische uitwerkingvan deze strategische positie is dit jaar duidelijk gewor-den in de operaties tegen kolonel Gadaffi: de VS vraagteen grotere inspanning van bondgenoten.Wat betekent dit voor de Koninklijke Marine? China lijktver weg, maar komt getuige het voorbeeld van deRotterdamse haven zeer dichtbij. Als zestiende economiemet zeer sterke maritieme inslag zal ook Nederland eenfair share moeten leveren in de militair-strategische balans

met China. Nederlandse en bondgenootschappelijkebelangen reiken tot in de Zuid-Chinese Zee en de tussen-liggende Indische Oceaan krijgt een steeds grotere strate-gische betekenis. Bescherming van Sea Lines ofCommunication (SLOCs) en Choke Points betekent nietalleen maintaining good order at sea, zoals bestrijding vanzeerovers, maar ook presentie voor het behouden van hetinterstatelijk machtsevenwicht. Het materieelkeuzeproceszou daarmee in lijn moeten zijn. De aanstaande modifica-tie van de SMART-L radars aan boord van de LCFs pastin het antwoord op de Chinese ballistische raketten.Daarentegen zijn de onderzeeboot- en mijnenbestrijdings-capaciteit van de KM nog maar een fractie van wat zijgeweest zijn. Het inhalen van deze achterstand op deChinezen zou hoge prioriteit moeten krijgen.

Tot slotDe eerste Chinese proefvaart met een vliegkampschipheeft op korte termijn nog geen gevolgen voor deChinese maritieme strategie. Het zal nog vele jaren durenvoor het schip operationeel is en het duurt mogelijk nogdecennia voordat de Chinese marine zich kan meten metde VS en zijn bondgenoten. Voor het bereiken van hunstrategische doelstellingen hebben de Chinezen op kortere termijn echter voldoende aan het ontzeggen van beheersing van de zee aan tegenstanders. De daarmee gepaard gaande fleet-in-being strategie zouwel in staat kunnen zijn de VS en zijn bondgenoten buiten Chinese invloedssferen te brengen. Maritieme presentie van het Westen in Azië zal echter nodig blijvenom de bescherming van economische belangen te blijvenwaarborgen. Dit geldt zeker ook voor Nederland. Nietalleen zal de VS meer van onze betrokkenheid eisen bijhet bewaren van de strategische balans, daarnaast zijnvrijheid van de zee en ongehinderde doorvaart op dewereldzeeën Nederlandse vitale belangen.

KTZ mr. N.A. (Niels) Woudstra is universitair hoofd-docent aan de NLDA. Hij werkt momenteel aan eenproefschrift over maritieme strategie.

Noten1 Christopher J. Pehrson, String of Pearls: meeting the challenge of China’s

rising power across the Asian littoral, July 2006, p. v. Zie www.strategic-studiesinstitute.army.mil/pdffiles/PUB721.pdf

2 “Overal in de Rotterdamse haven”, in NRC Handelsblad, 31 december2010.

3 Alfred Thayer Mahan, The Interests of America in Sea Power, Present andFuture, (Boston: Little, Brown, 1897), p. 51 - 52.

4 G. Teitler, J.M.J. Bosch, W. Klinkert e.a., Militaire strategie, (Amsterdam,2002), p. 116-121.

5 Julian S. Corbett, Some Principles of Maritime Strategy, (London,1911)(hierna: Corbett (1911)), p. 209.

6 Corbett (1911), p. 16.7 James R. Holmes and Toshi Yoshihara, ‘China’s Navy, a turn to

Corbett?’, Proceedings Magazine, (december 2010).8 Shi Xiaoquin, “Another Path to Understanding Sea Power: On Julian

Corbett’s Sea Power Theory and its Practical Meaning,” Peace andDevelopment, No1 (February 2010), p. 62.

9 Frank Hoffman, From Preponderance to Partnership: American MaritimePower in the 21st Cnetury (Washington D.C., Center for a New AmericanSecurity, November 2008), p. 3.

10 Zie ook N.A. Woudstra, ‘De Amerikaanse Cooperative Strategy for 21stCentury Seapower,’ in Miltaire Specator, jaargang 178, nummer 6, pp.312 – 322.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 27

Page 28: Marineblad November 2011

Toen ik 50, 60 was zeiden die namen op de verschillende lijstjesmij niet zoveel. Allemaal namen van ‘ver voor mijn tijd’. Hooguiteen vaag beeld van een ‘oude bullebak’, of een ‘ouderwetse stre-ber’. Maar nu ik zeventig ben, komt het einde van mijn eigen tijd,met ieder postbusplofje, een stukje dichterbij. Als ik een mijbekende naam lees, dan weet ik het weer. ‘Jonkers, gebruik uwbrens!’ ‘Brens, brenguns? Hoe bedoel u sergeant?’ ‘Verdorie nogaan toe, jonker! Brens is Engels voor brens!’ ‘Brens?’ ‘Ja jonker,brens, hersens, koppie, koppie! Krijgt u dan geen Engels hier ophet KIM?!’ Gouden kerel, droge humor, een indrukwekkendmonument, zoals hij voor de klas stond! Of ik ontmoet in een van de rijtjes de naam van een oudere colle-ga, die mij ooit alle hoeken van mijn bureau liet zien tijdens eenslechte inspectie. En ik dacht nog wel dat ik het allemaal zo goedop een rijtje had staan. Niet dus! Geen leuke herinnering. Hé, datis ‘Jansen’. Zo, Adjudant BD van het Korps Mariniers! Met wie ikooit als ‘scheepsdetachementsoefening’, mijn eerste‘Christoffelbergbeklimming’ deed. Allebei ongeveer even jong,maar hij deed het wel wat sneller dan ik. Tja meneer, je bentMarinier of je bent geen Marinier. Ik was dus geen Marinier.

Zo kan ik nog bladzijden doorgaan. Bij iedere naam uit het verle-den. Mijn verleden. Leuke herinneringen, nare herinneringen,lachen of tranen achterhoudend. Respect en bewondering voorhumor, kwaliteit van geleverd werk en ‘doorpersingsvermogen’.Of het nu in een pub-tentje bij min 15 in de Ardennen was, of bijwindkracht 12 in het noorden van de Atlantische Oceaan.Commitment, compassie voor je vak en je werk, maatjesgeest,kameradenhulp. In het veld of ‘in het papier’ op de staven. Vaakvoor elkaar opkomend, voor elkaar klaarstaan. In weer en wind, invoor- en tegenspoed, waar ook ter wereld, dwars door alle rangenen standen heen. Samen en alleen. En toch samen. Bij iederenaam die ik zie, lees en ken, word ik even stil. Een minuut lang. Enkijk terug. Uit respect, uit dankbaarheid dat ik hem (en een enkelehaar) heb mogen kennen. Want van de bezitter van iedere naamheb ik geleerd: humor, doorzetten, eerlijk en integer zijn, relative-ren, opkomen voor rechten en plichten als ‘werkgever’, leidingge-vende, of als werknemer. Maar vooral: mijn eigen grenzen lerenverleggen.

Wij mogen ze niet vergeten Herinneringen verjaren niet, nooit. Zij vervagen wat of wordensoms ‘ge-upgraded’ om ze spannend en positief te houden. En zeniet te vergeten. Soms, om ze te koesteren. Omdat zij dierbaar

zijn. Soms, omdat ze aandacht trekken, je ‘bijzonder’ maken of alsblijvend ‘probleemgeval’ stigmatiseren.

Wij mogen ze niet vergeten, ‘de mens’, achter de namen die wijkennen. Niet ieder mens achter die naam heeft het gemakkelijkgehad in zijn of haar militaire leven en daarna. Procedures en pro-cessen voerend en volgend tegen de (voormalige) werkgever,omdat die niet de fysieke en psychische gevolgen herkent enerkent van jarenlange contacten met asbestbekledingen van bui-zen en stoomleidingen. Contacten met kankerverwekkendegeweeroliën of met de vijand tijdens zware missies naar risicovol-le gebieden. Of andere vreselijke ongemakken. Thuis. Van part-ners en kinderen, naast hun werk. Of andersom. Je hebt ze gekend, de mannen en (hun) vrouwen. Hun kinderenen kleinkinderen. Later kwam je ze tegen. Als student, als stagiai-re, in het veld voor Artsen Zonder Grenzen, heel ver weg vanhuis. Net als hun vaders en grootvaders. Met diezelfde compassieen hetzelfde commitment, dezelfde ‘responsibility’ en ‘sustaina-bility’ houding voor hun werk als hun vaders en grootvaders. En niet te vergeten, achter ‘de gordijnen thuis’, van hun moedersen grootmoeders. Lang alleen de gezinsfinanciën doen, kinderenopvoeden, ‘er zijn’ als hun mannen terug kwamen van een langereis of enge missie. Áls ze terugkwamen. Wij mogen ze niet vergeten, de overleden militaire man of vrouw! Ook niet hetthuisfront, achter de namen, die wij iedere maand tegenkomen in de droge rubriekjes ‘Overleden’, ‘In memoriam’, of ‘het is onzedroeve plicht....’

Leermeesters, collega’s, ‘boven- en ondergeschikten’ van weleer:

It’s time to say goodbye, Thanks that I've known you Crazy but it's true We hardly know each other And still I feelFor such a long time You're incredible And so super fine

Goede reis, het ga jullie goed, ‘till we meet again, sometime,somewhere’.En als mijn naam in het ‘overleden’ of ‘in memoriam’ rijtje staat, inhet blad, dat in uw brievenbus ploft, dan weet u het, dan was hetmijn tijd. Om te gaan.

LTZA 1 b.d. R. (Reinoud) van den Berkhof stuurde ons zijn overdenkingen bij de overlijdens-berichten in onder meer het Marineblad.

‘It is time, it’s my time to say good-bye’ komt onafwendbaar naderbij. Iedere keer, wanneer

Trivizier, Carré, het Marineblad of het KVEO Mededelingenblad in mijn brievenbus ploffen, wordt

mij dat steeds duidelijker. Niet dat deze voortreffelijke bladen mij ‘het einde van mijn tijd’

voorspellen. Nee, dat is het niet. Wel dat droge rubriekje ‘Overleden’, met een heleboel namen

eronder. Of het ‘In Memoriam’. Bij iedere verschijning een opsomming met weer andere namen.

It’s time to say good bye een hommage aan hen die wij niet mogen vergeten

GASTCOLUMN28

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 28

Page 29: Marineblad November 2011

Amerikaan. Of het feit dat België eengrotere stem heeft in het IMF danChina.Mahbubani ziet een multiculturelewereld ontstaan, waarin culturen zichheel goed naast elkaar kunnen ont-wikkelen en bestaan, een wereld waarje gewoon kunt zeggen ‘jij bentanders dan ik, maar ik kan proberenje te begrijpen, hoe je werkt, hoe je jegedraagt’. Het zou een eyeopener zijnvoor westerse burgers om met enigeregelmaat grote Aziatische steden tebezoeken. Ze zouden de nieuwe eilan-den van moderniteit in volle gloriekunnen zien, voelen en aanraken. Aziaten (Chinezen, Indiërs, moslimsen anderen) hebben veel geleerd vande westerse landen. De Aziaten heb-ben met name de 7 belangrijke pijlersvan westerse wijsheid overgenomen.De eerste westerse pijler van wijs-heid; de vrije markteconomie. ToenChina (Deng Xiaoping) de vrijemarkteconomie omarmde groeideChina als economische macht uit totwellicht nu al de grootste. Die vrijemarkteconomie heeft ook direct temaken met de principes van de 18e

eeuwse moraalfilosoof Adam Smith(‘…the conjunction of the forces ofself-interest, competition and supplyand demand’). Azië heeft datinmiddels begrepen, zoals ook hetvoorbeeld in het boek dat de schrijvernoemt duidelijk laat zien. De tweede pijler is die van de natuur-wetenschappen en technologie, dietot de 17de eeuw gelijk opliep metEuropa.

De derde pijler is meritocratie, eenmaatschappijmodel waarin de soci-aal economische positie van elk indi-vidu is gefundeerd op zijn of haarverdiensten (merites). Waar je goedin bent moet je verder ontwikkelen.Westerse bedrijven en organisatiesals Shell, General Electric en HarvardUniversity kiezen de besten voor hetbekleden van sleutelposities.Mahbubani laat zien dat in India hetkaste-systeem op de helling isgegaan. Ook China heeft het begre-pen en past meritocratie toe. De vierde pijler is pragmatisme. DengXiaoping de Chinese leider: ‘Het doeter niet toe of een kat zwart of wit is.Als hij muizen vangt is het een goedekat’, een andere uit de mond vandeze Chinese leider: ‘Het is heerlijkom rijk te worden.’Rule of Law, de cultuur van de vredeen van onderwijs zijn de laatste driepijlers van westerse wijsheid.‘Azië is in opkomst maar waarom ishet Westen niet opgetogen?’, zovraagt de schrijver zich af in hetderde hoofdstuk. Eigenlijk is dat een-voudig te beantwoorden met eenvraag: moeten de westerse landenzich laten leiden door materiële

belangen, moeten zij zich vastklam-pen aan hun macht of kiezen ze voorhun waarden en normen en gaan zijhun macht delen? Uiteindelijk, aldusMahbubani, zullen de westerse lan-den geen absolute verliezen leiden, zeblijven behoren tot de welvarendstelanden op de wereld. Maar hun supe-rioriteit zal wel aan kracht verliezen.Opvallend is het feit dat 12 procentvan de wereldbevolking (het Westen)de mondiale besluitvorming bepaalt(5,6 miljard mensen). In Amerikaleeft ongeveer 5% van de wereldbe-volking maar de VS neemt wel 46%van alle militaire uitgaven voor haarrekening.

Overigens stelt Mahbubani en pas-sant nog even vast dat de werkelijkereden dat de meeste internationalevaarwateren veilig zijn en open blij-ven tot stand komt door deAmerikaanse marine die zich daar-voor garant stelt. Daarnaast draagthet vermogen van het Westen omintelligence te verzamelen bij aan depolitieke macht, hoewel het lastig isdeze precies te duiden. Het Westen is oververtegenwoordigdbinnen internationale organisaties.Een feit waar je niet omheen kunt.Mahbubani is als vertegenwoordigervan Singapore in de Veiligheidsraaddirect betrokken bij de sancties tegenLiberia. De VS en Groot-Brittanniëdrongen aan op sancties tegenCharles Taylor en omdat deAmerikaanse belangen op één lijnlagen met de internationale wensenwas zoiets snel geregeld. Maar als datniet zo is dan kan de overheersing vande VS in de Veiligheidsraad een flinkeverstoring veroorzaken. Denk ook maareens aan het feit dat Amerika nogsteeds niet het internationale Strafhofin Den Haag heeft erkend.

Hoofdstuk 4 gaat over de ‘ontweste-ring’. Mahbubani vraagt nog maarweer eens waar het begrip ‘interna-tionale gemeenschap’ voor staat. Veelbekende journalisten kondenMahbubani’s vraag alleen maarbeantwoorden door te zeggen dat zedaarmee degenen bedoelden die inhet Westen woonden.Hoofdstuk 5, ‘Westerse incompeten-tie, Aziatische competentie?’ is goedzelfstandig te lezen. Mahbubani vindthet Midden-Oosten de gevaarlijksteregio en dat komt mede door deschade die het westerse beleid daarheeft aangericht. De blunder om Irakbinnen te vallen zonder een goedplan. Een regelrechte ramp. Hetgezonde verstand verdween naar deachterhoede. De onmacht van hetWesten om de impasse te doorbrekenin de kwestie Israël. De onmacht vanhet Westen wat betreft klimaatveran-dering en het afnemende geloof in de

vrijhandel. De geloofwaardigheid vanhet Westen neemt af. Tijdens deKoude Oorlog was er al een initiatiefom de kernwapens af te schaffen, nulijkt het alsof men daar weer andersover denkt.

Die westerse tekortkoming zie je ookbij de uitspraken van leiders: GeorgeW. Bush, ‘Je staat aan onze kant ofaan de kant van de terroristen’. HetWesten denkt zwart-wit, en dat is nietmeer van deze tijd. Mahbubani roept de Amerikanen opom een dialoog te starten met Iran. Inhet verlengde daarvan moet hetWesten moeite gaan doen om de islamitische geest beter te begrijpen.In hoofdstuk 6 gaat Mahbubani opzoek naar mondiaal leiderschap. Degeschiedenis leert ons dat het mondi-ale leiderschap geleverd wordt dooropkomende machten. Nu al zijn erschrijvers die China op den duur hetleiderschap laten overnemen. Chinageeft Afrikaanse landen hoop, vooruitgang en het voorbeeld, dezelanden willen China evenaren. Eenmondiale regering is niet de oplos-sing, Mahbubani pleit voor een goedmondiaal bestuur. Hij legt fijntjes uitdat de Veiligheidsraad eigenlijkbesluiten neemt na intensieve onderhandelingen tussen de vijf per-manente leden en uiteindelijk altijdbuigt voor de Amerikaanse wensen.Gebruikmakend van de resoluties vande Veiligheidsraad diende Amerikaeen resolutie in, waarin de Raad deleden van Amerikaanse vredesmach-ten immuniteit van bepalingen vanhet Internationale Strafhof verleende.Later trok Amerika die resolutie in,maar het gaf wel te denken.

Het is een bijzonder boek. Mooi zijnde frisse duidelijke metaforen:• ‘Niemand gaat de zee opvaren met

een schip, waarop geen bemanningen kapitein aanwezig zijn om het tebesturen.’

• ‘Een revolutie breekt uit als de vijfdichtstbevolkte staten van de VS desenaat zouden vormen.’

• ‘Geen enkele chirurg zal ledematenproberen te redden als dat het hartverzwakt. Het hart staat centraal.’

De schrijver kijkt van buiten naarbinnen. Het boek had ook de titel meekunnen krijgen van ‘De Spiegel voorhet Westen’. Recht voor z’n raap ana-lyseert Mahbubani gebeurtenissen enje merkt duidelijk zijn Aziatische blikop die van het Westen. De schrijverzet je aan het denken. Opvallend is misschien wel dat deomslagfoto van Dubai is, en niet vanSingapore, een islamitische stad diezich ontzettend snel ontwikkelt alseen modern centrum.

LNTKOLMARNS b.d. H.J. Bosch

Kishore Mahbuban iwas ooit ambas-sadeur bij de Verenigde Naties, stu-deerde filosofie in Singapore en inCanada en is tegenwoordig rector vande Lee Kuan Yew School of PublicPolicy in Singapore. Hij heeft eenbelangrijke boodschap die in het boek‘De Eeuw van Azië’ met enige regel-maat terugkomt (en misschien deafgelopen maanden aan betekenisheeft gewonnen): ‘Verheerlijking vandemocratie is een heilige koe in hetWesterse denken.’ En: ‘Je moet eerstde economische welvaart zeker stel-len, daarna komt de democratie.’ Mahbubani noemt Singapore alsvoorbeeld. Geregeerd als een politie-staat maar met de nadruk op econo-mische groei. De schrijver stelt dat‘het Westen’ de wereld niet meer kandomineren, zoals het ruim 200 jarenheeft gedaan. Na de val van de Muurin 1989 dacht het Westen dat dedemocratie gewonnen had, echteroveral in de wereld zijn nog vele klei-ne brandhaarden.

Mahbubani stelt dat de ‘niet wester-se’ landen heel ‘eclectisch’ willenshoppen uit de verschillende goedemodellen van het Westen, maar erbeslist geen kopie van willen worden.Over zo’n 40 jaar is de economischerangorde: 1. China, 2. India, 3. VS en4. Japan. Het centrum zal rondom deIndische oceaan liggen. Moderneoosterse staten zullen zich blijvendontwikkelen maar niet naar westersemodellen, ze worden meer on-westers, aldus Mahbubani. Toch wil het Westen de zaak blijvendomineren en dat kan eigenlijk nietmeer. De schrijver strooit met tal vanvoorbeelden: er is nog steeds de regeldie stelt dat de president van het IMFaltijd een Europeaan moet zijn en hethoofd van de Wereldbank een

De eeuw van Azië. eenonafwendbare mondialemachtsverschuiving Auteur : Kishore MahbubaniUitgever : Nieuw Amsterdam, 2009Omvang : 336 blz.Prijs : € 22,50ISBN : 978 90 468 0475 9

marineblad | november 2011

29BOEKEN

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 29

Page 30: Marineblad November 2011

MARINEFAMILIE3030

Vader en dochter Asberg vertellen over hun band met de Marine. De een kan al terugkijken op

interessante plaatsingen, de ander staat nog aan het begin van haar loopbaan.

Naast Anne en Hans maken ook Anja (echtgenote vanHans), Remco en Sander deel uit van het gezin Asberg uitEnschede.

Waarom de Marine? Anne: ‘Ik wilde de wereld zien en tegelijkertijd de mogelijkheid hebben om iets te betekenen voor anderemensen, hoe idealistisch dat ook mag klinken. En ikwilde carrière kunnen maken. Dat laatste heb ik bijge-steld, nu wil ik gewoon leuke functies krijgen, en die zijn er gelukkig genoeg.’Hans: ‘Ik zocht het onbekende, avontuur, de zee, kameraadschap, combinatie van studie en werk.’

Hoe bevalt de tijd op het KIM?Anne: ‘Ik vind het leukste van de tijd op het KIM de vaar-tochten. Dan benader je toch het meest wat je toekomstigefunctie gaan inhouden, wat betreft het varen dan.’

Wat is u het meest van uw opleiding op hetKIM bijgebleven? Hans: ‘De korpsintroductie - wat had ik een hekel aansommige oudste jaars! - de gezelligheid in de bar, deenorme vrijheid in de weekends, het rugbyen, het vrese-lijke lineaire algebra, de bootjesreis naar Plymouth, Bresten Lissabon, de feesten, de lessen op woensdagmiddag,waar de halve klas standaard lag te slapen na één of meerbiertjes en de nasimaaltijd. Maar ik herinner me ook devliegende gehaktballen in de eetzaal, de reünie in mijnjongste jaar, toen ik zag dat oudere officieren - tot vlagof-

ficier aan toe - weer gewoon adelborst werden als zeweer op het KIM kwamen: vliegende rempengballen,hele tafels die omver werden gegooid, etc.! Teveel om opte noemen. Een leuke tijd!’

Welke plaatsingen zijn het meest bijzondergeweest en waarom? Hans: ‘Mijn eerste plaatsing in mijn PBI op Hr.Ms.Bussemaker. Het eerste dat ik leerde was dat ik bijna alleswat ik op het KIM had geleerd weer snel moest vergeten.Aan de andere kant ook omdat ik daar heel snel elkbemanningslid, van matroos tot commandant, leerdewaarderen en respecteren. Ook mijn eerste plaatsing na mijn afstuderen op Hr.Ms.Banckert, omdat het eerste dat ik daar leerde was dat ikdatgene wat ik bij de mijnendienst had geleerd weer snelmoest vergeten en dat op de fregatten andere regels gol-den!Mijn plaatsing bij de Sociaal Medische Dienst KM wasook bijzonder. Daar werd ik voor het eerst geconfron-teerd met het gegeven dat in het leven niet alles vanzelf-sprekend is en dat ziekte, sociale ellende en ander onheiliedereen kan treffen. Ik zag daar ook dat de Marine oogheeft voor de medewerker die het minder treft en dat erbij de Marine veel fantastische personeelsmensen enhulpverleners werken die zich meer dan 100% inzettenvoor onze minder gefortuneerde collega’s.’

Bent u vaak van huis geweest? Wat vond het‘thuisfront’ hiervan? Anne: ‘Ik ben tot nu toe het langst 4 weken weggeweesten m’n ouders zijn wel gewend aan mijn afwezigheid.Maar mijn vriend Rick, die ook bij de Marine zit, vondhet wel lastig, omdat we net een huis gekocht hadden enhij dus heel veel beslissingen in z’n eentje moest nemen.’

Hans: ‘Ik ben twee keer een term in de West geweest methet stationschip. De eerste keer was ik vrijgezel en voormij kon die periode toen niet lang genoeg duren. De laat-ste keer was ik net een paar weken getrouwd. Dat vondik minder, ik wilde graag bij Anja zijn. Zij had er meermoeite mee dan ik. Dat vond ik nog het lastigste: hetvaren vond ik leuk, de West is prachtig, maar thuis zatAnja die toch wel veel moeite had met mijn lange afwe-zigheid.’

Naam : J.M. (Hans) AsbergGeboortedatum : 13-02-1959In dienst : 16-08-1978 Huidige rang/functie : KLTZ, Senior stafmedewerker personeel bij het CDC

Naam : A.C.M. (Anne) AsbergGeboortedatum : 29-07-1990In dienst : 12-08-2008Huidige rang : Adelborst voor de zeedienst, in opleiding

Vader en dochter Asberg

Foto’s collectie familie Asberg

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 30

Page 31: Marineblad November 2011

31

marineblad | november 2011

Wat vindt u van de vaar/walverhouding? Anne: ‘Te klein!! Ik wil veel meer varen maar dat isnatuurlijk lastig als je op het KIM zit, omdat je toch heelveel theoretische kennis moet opdoen in het klaslokaal.’Hans: ‘Als vrijgezel vond ik varen prachtig - behalve deeerste twee dagen, dan werden de vissen gevoerd - en zatik niet echt te wachten op de onderhoudsperiodes. Diewaren maar saai. Maar toen ik een relatie kreeg werd datanders. Plotseling was er meer in het leven dan deMarine. De laatste varende jaren realiseerde ik me dat devarende collega’s met gezinnen toch wel behoorlijk belastwerden en kreeg ik begrip voor hun wens om minder tevaren. Ook ik kreeg dat gevoel. Ik begon op te zien tegeneen varend leven als de kinderen zouden komen. Ik kreeg gelukkig de mogelijkheid om mijn varende loop-baan in te ruilen voor een loopbaan binnen de personelewereld van Defensie. Dat werd overigens niet door allecollega’s gewaardeerd en heeft me wel op een afstand vande “echte Marine” gezet. Ik heb er gelukkig wel veel voorteruggekregen, onder andere mijn lieve dochter Anne.’

Is de Marine het onderwerp van gesprek inde familie? Anne: ‘Het is niet heel nadrukkelijk onderwerp vangesprek maar we hebben het er natuurlijk wel eens over.Het gaat dan over wat we leuk of lastig vinden en dangaat het met name over de opleiding op het KIM. Van derest van de Marine heb ik nog niet genoeg gezien omdaarover gegrond wat te kunnen zeggen. Het duidelijkeverschil is de rol die technologie speelt, en dan met namein de plaatsbepaling.’Hans: ‘Toen mijn gezin werd gevormd zat ik al aan dewal waardoor ik niet geregeld met spannende verhalenthuis kwam. Ik zat wel soms met de kinderen in de banken liet ik de fotoboeken zien van mijn varende plaatsin-gen. Dat waren leuke momenten. Voor de rest heb ik methen niet veel over de Marine gesproken.’

Kunt u misschien wat zeggen over verschil-len en overeenkomsten met vroeger, watbetreft de opleiding aan het KIM?Hans: ‘Er zijn veel overeenkomsten maar ook veel ver-schillen tussen het KIM-leven van 1978 en nu. Aan de enekant kan nu veel minder dan vroeger maar aan de anderekant hebben de adelborsten nu meer vrijheid en vooralmeer geld. De uitwassen die er in mijn tijd zeker warenzijn er in die hevigheid nu niet meer. Maar de keerzijde isdat er minder korpsgeest is en de adelborsten veel indivi-dualistischer werken.’

Heeft uw vader invloed gehad op uw keuzeom naar de Marine te gaan? Anne: ‘Mijn vader heeft weinig invloed gehad op mijnbeslissing, hij vertelde niet zo heel veel over zijn werk.Toen ik met mijn beslissing bezig was, was hij in DenHaag geplaatst. En voor mij was het heel duidelijk, toenik een keer een meeloopdag had geregeld in Den Haag,dat ik dat werk juist niet wilde: heel veel vergaderen,telefoontjes plegen, e-mails beantwoorden en eindeloos inWord bezig zijn aan weer een beleidsstuk… Maar toen ik

voor mezelf op een rijtje zette wat ik wilde in m’n leven,kwam ik wel weer bij de Marine uit en toen ben ik watmeer informatie gaan zoeken op internet. Daarnaastvroeg ik natuurlijk ook informatie bij m’n vader; wat hijvroeger had gedaan voor functies en hoe het KIM voorhem was geweest.’

Heeft u uw kinderen aangeraden om naar deMarine te gaan? Of juist afgeraden?Hans: ‘Ik heb vooral niet geprobeerd om mijn kinderende Marine “in te praten”. Als ze daarvoor zouden kiezenmoest het echt hun eigen keuze zijn. Zo was dat ook metAnne. Toen Anne eenmaal aangaf dat ze ook naar deMarine wilde heb ik geprobeerd een zo realistisch moge-lijk beeld te schetsen.’

Heeft u wel eens overwogen de Marine teverlaten? Anne: ‘Nee. Ik wil varen op Hare Majesteits schepen endaar heb ik veel voor over.’Hans: ‘Ja. Toen ik net getrouwd was en we een gezin wil-den stichten zag ik het niet zitten om als vader eindeloosvan huis te zijn. Daarnaast had ik aan boord geroken aanpersoneelsachtige zaken en daarmee wilde ik in mijnloopbaan verder. Mijn opties waren: of een P-loopbaan bijde Marine of naar “buiten”. Het is de P-loopbaan bijDefensie geworden.’

Hoe kijkt u tegen de Marine aan?Hans: ‘Een mooi bedrijf met fijne collega’s en, ondanksalle bezuinigingen, met een toekomst.’

Hoe belangrijk is de Marine binnen uw familie? Anne: ‘Het is de werkgever van mijn vader, van mijnvriend en van mij, dus wat dat betreft is het een belangrij-ke factor.’Hans: ‘Sinds Anne op het KIM zit en samenwoont metRick, ook een marineofficier, is de Marine weer belangrij-ker geworden. Een groot verschil met een paar jaar gele-den is dat ik nu met Anne en Rick over allerlei(marine)zaken kan praten, zaken die Anja en de jongensminder begrijpen. Al was het maar door die eindelozereeks afkortingen die de marinetaal voor buitenstaandersonbegrijpelijk maakt!’

September 2008, na de installatie van Anne in het Korps Adelborsten.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 31

Page 32: Marineblad November 2011

HISTORIE mr. O.W. Borgeld (ed.)32

De kruisreis ten behoeve van de adelborsten voerde viaNoord-Noorwegen naar Smerenburg op Spitsbergen. InTromsö werd de loods voor Spitsbergen geëmbarkeerd ennaderhand ook weer afgezet. In het Jaarboek KoninklijkeMarine 1906 is eveneens een verslag van deze reis opge-nomen.

De commandant schreef:‘Smerenburg was eenmaal, vooral in de jaren 1618-1642, hetcentrum van de toenmaals in grote bloei verkerende wal-visvaart, waaraan door bijna het gehele varende Hollandwerd deel genomen en die niet alleen belangrijke voordelenaan het vaderland bracht, maar die ook de zeeliedenkweekte, die in de volgende oorlogen met het machtigeEngeland zo succesvol de eer der Hollandse vlag wisten tehandhaven en het kleine vaderland voor invallen der over-zeese buren te behoeden. Dat deze walvisvaart met grotegevaren gepaard ging, behoeft wel geen nader betoog endat velen, welgemoed naar het noorden togen, daar hungraf vonden, kan men zien op de grote kaart vanSpitsbergen, waar op verscheidene plaatsen een aantalHollandse graven worden aangegeven, o.a. op Smerenburgzelve, op het Dodeneiland, aan de Treurenburgbaai enz..In de laatste jaren kwamen meermalen berichten in deHollandse nieuwsbladen en tijdschriften, die Hollandsegraven betreffende, voor en zo werd hier te lande bekend

dat die oude vaderlandse kerkhoven in zeer desolate toe-stand verkeerden. Daarom mogen wij het besluit derregering toejuichen, die in de jaarlijkse oefenreis met deadelborsten een ongezochte aanleiding vond om het vormingsschip op een dier reizen naar Spitsbergen tezenden, teneinde de herstelling behoevende Nederlandsebegraafplaats te Smerenburg te restaureren.’

De Isle de France in noodTijdens het verblijf bij Spitsbergen ontmoet Hr.Ms.Friesland onder andere het Franse schip Isle de France.Dit vaartuig liep op een gegeven moment vast, iets waar-over de volgende passage verhaalt:

‘Om drie uur in de nacht van 24 op 25 juli werd Virgo-haven verlaten en naar de Wijdebaai, aan de noordkustvan Spitsbergen, gestoomd, waar de commandant voor-nemens was enige hydrografische opnames te verrichten.

Dadelijk na aankomst werd hiermede reeds een begingemaakt, doch het mocht Hr.Ms. Friesland niet gegevenzijn deze te mogen voortzetten en te beëindigen. ’s Avonds om half twaalf met enige officieren van de rendierjacht teruggekeerd en nauwelijks ter ruste, of decommandant moest weer aan dek, daar een klein stoom-scheepje, de ‘Express’, langszij gekomen was, waarvan

Hr.Ms. Friesland Enige tijd geleden kreeg de redactie eenuitgebreid verslag toegezonden van de reis vanHr.Ms. Friesland in 1906 naar Spitsbergen,geschreven door de commandant Jan BernardSchnetlage (1856-1929).1 Dit verslag is teomvangrijk om als geheel in het Marineblad teplaatsen en daarom is er voor gekozen eenaantal passages in dit artikel te belichten.

Hr.Ms. Friesland in de Virehow Baai SpitsbergenCollectie Marinemuseum Den Helder.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 32

Page 33: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

33

een Duitser, Herr Lerner, aan boord van de Frieslandkwam en de commandant verzocht te spreken. Hij deeldemede dat hij met de ‘Express’ van het pakijs komende, bijde Rodebaai het Franse toeristen schip ‘Isle de France’ontmoette dat om hulp seinde; dat hij afhoudende zagdat het schip aan de grond zat en aan boord gaande,hoorde dat de ‘Isle de France’ die morgen om 8.00 uur,stomende met 10 mijls vaart, aan de grond gekomen was,niettegenstaande er een loods aan boord was, die voor deaanzienlijke som van 2000 kronen was gehuurd; dat depogingen om met eigen middelen vlot te komen tot geenresultaat hadden geleid hoewel de sloepen alle gestrekenwaren en 110 ton kolen overboord waren gezet; dat onderde passagiers grote ongerustheid heerste, velen metzwemvesten rondliepen en hun bagage aan dek haddengehaald; en dat de pogingen van de ‘Express’ om hetschip af te slepen, begrijpelijkerwijze (zij meet slechts 15ton) zonder succes bleven. Bekend met de aanwezigheidvan een Nederlands oorlogsschip in de noordelijke wate-ren was hij dadelijk onder stoom gegaan om de Frieslandop te zoeken, toen hij hoorde dat ze die morgen door de‘Isle de France’ gezien was, stomende om de oost.

Zoals te begrijpen was, gaf de commandant onmiddellijkbevel om alles klaar te maken voor vertrek: de sloepen

werden gehesen, het anker gelicht en om 2.00 uur ‘snachts was Hr.Ms. Friesland onder stoom. Om 8.00 uurkwamen wij in de nabijheid van de ‘Isle de France’ opwelk schip aan beide toppen de Franse vlag halfstokwoei, terwijl het internationale vlaggensein N.C. = ”Innood, ik heb onmiddellijk hulp nodig” gehesen was.

Het schip helde sterk naar stuurboord over en bleek bijvallend water goed vast te zitten. Aangezien het gedeelte

van de Rodebaai waar de ‘Isle de France’ ‘vast zat nogonbekend terrein was op de kaart, bleef de Friesland eerstop behoorlijke afstand en gingen commandant en eerste-officier per stoomsloep naar het gestrande schip om enigeinlichtingen bij de kapitein in te winnen omtrent schip enaanwezige hulpmiddelen. Dicht bij het schip komendewerden zij reeds van de campagne af door de passagiersmet vragen bestormd. De grootste helft der passagiers (erwaren er 181) was met hun bagage naar de wal gegaan,uit vrees dat het schip zou zinken als het vlot kwam. Demoedigsten waren aan boord gebleven, doch zoals hetsteeds gaat, toen het idee van zinken eens opgekomenwas, bleef het een schrikbeeld. Zij verzochten de com-mandant op de Friesland te mogen overstappen tot hetschip vlot was. De commandant echter wist hen gerust testellen en bij het van boord gaan werd hij door de passa-giers met “Vive la Hollande” gegroet. Nadat de comman-

dant achter de ‘Isle de France’ de nodige lodingen hadverricht, zodat hij de zekerheid kreeg tot hoever hij zichmet de Friesland wagen kon, kwam hij aan boord terugen verstoomde met de Friesland tot op een paar 100 machter de ‘Isle de France’ waar geankerd werd.

Een eigenaardig gezicht, die twee grote witte schepenomringd door een massa licht drijfijs. Het was alsof onzetegenwoordigheid de angst deed verminderen, want hetnoodsein en de halfstok waaiende vlaggen werden neer-gehaald en de Franse vlag aan de gewone stok weervoorgehesen. Gedurende de gehele middag werden tros-sen overgegeven en belegd en werden de machines klaargemaakt om haar volle vermogen te ontwikkelen. Daarde ‘Isle de France’ over een veel zwaardere staaldraadtrosbeschikte dan wij werd besloten om te trachten haar opdeze tros van de bank af te slepen. Om half vijf met hoogwater was alles gereed. De machines beginnen te werkenen tegelijkertijd wordt het anker ingedraaid. Terwijl dezware tros langzamerhand geheel strak gaat staan en debeide schroeven het schip doen trillen, opeens een slag:de tros valt in het water, de harp van de ketting waaraande tros op het achterschip van de Fransman bevestigd is,is gebroken. Een nieuwe harp wordt door de Frieslandverstrekt en met nieuwe moed wordt begonnen; de zwarestaaldraadtros andermaal overgegeven en bevestigd. Binnen het uur is alles gereed, worden de machinesopnieuw aangezet en [wordt] weer langzaam begonnenmet het indraaien van het anker. Een machtig gezicht, datzo door de schroeven beroerde water. Steeds meer ver-

in het noorderlicht

Graf in Spitsbergen tijdens toespraak commandant.(Collectie Marinemuseum Den Helder)

een eigenaardig gezicht, die twee grote witte schepen omringd door

een massa licht drijfijs

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 33

Page 34: Marineblad November 2011

HISTORIE Hr.Ms. Friesland in het noorderlicht34

mogen wordt door de machines ontwikkeld. Strak staatde tros ijzig recht, van beide zijden staat men in gespan-nen verwachting naar enige beweging van het vastzitten-de schip uit te zien. Op eens een ruk. Zou de tros gebro-ken zijn? Nee het is slechts de ketting die een weinig ver-schuift en een zware ijzeren bolder op de ‘Isle de France’van zijn plaats scheurt. De Fransman ligt niet meer overstuurboord maar recht. Daar beveelt de commandant datallen op de ‘Isle de France’ van stuur- naar bakboordheen en weer moeten lopen. Spoedig is deze order doorgepraaid en ziet men de in pelzen, wolfs- en berenhuidengehulde toeristen over het dek heen en weer draven; hetis of ze voor hun leven lopen. Reeds ontwikkelen demachines meer dan 5500 pk, dan... daar...ja hij beweegt,de tros ontspant zich en drie donderende hoera’s van debemanning van de Friesland begroeten het van de bankafglijdende schip, dat weer drijft doch hulpeloos daar oplast van onze commandant zijn ketels leeg gespuid zijn,wat het schip 100 ton lichter maakte. Ook op de Fransman juicht ieder: zakdoeken, servetten,tafellakens, bontmutsen, alles wuift, zelfs de linnenjuffrou-wen en koks met hun witte schorten en voorschoten doenmee. Wij zien dat de kapitein omringd is door passagiers;men spreekt hem toe, men omhelst hem (het zijn Fransen!)doch ondertussen nadert het drijvende schip de thans stil-liggende Friesland, die zijn schroeven niet gebruiken kandoor de slap naar beneden hangende trossen. Ook de Fransman ziet hoe de achterstevens elkaar nade-ren; doch te laat, een botsing is onvermijdelijk; wel werktmen op de Friesland uit alle macht om de schroeven vrijte krijgen en draagt men rotan aan om de uitwerking derbotsing te verminderen, dan een schok, de Fransman zijnachtersteven laat een zacht gekraak horen en alles watzich op de campagne bevond is gevlucht. De schepengaan even van elkaar, onze schroeven slaan met vollekracht vooruit, maar daar nadert de Fransman opnieuw,weer het kraken van het hout, het is de kleine whalebootdie ingedrukt wordt; nu komt de dikke vlaggenstok, met

een grote nieuwe Franse vlag tegen de takels van degrote whaleboot. Men ziet van weerszijden in bange ver-wachting toe wat zich begeven zal, de enorme vlaggen-stok die door de ‘Isle de France’ wordt voortgeduwd, ofde achterste david en takels van de whaleboot. De davidbuigt, de whaleboot schudt, de vlaggenstok trilt, danplotseling een kort gekraak, de vlaggenstok breekt onderaf en tuimelt met de Franse vlag in zee. “Een mooisaluut”, hoor ik achter me zeggen en werkelijk, het waseen diep gevoelde groet van het verloste schip. De com-mandant op de brug heeft de Friesland intussen buitenverdere aanraking met de Fransman weten te brengen,neemt hem op sleeptouw, brengt hem naar dieper wateren laat hem daar los, waarna beide het anker laten vallen.

De bij de botsing opgelopen schade wordt dadelijkgeconstateerd, doch lijkt gelukkig niet noemenswaardigte zijn. Dadelijk na het ten anker komen, hijst deFransman zijn vlag aan de grote top, die, onder hetgejuich der opvarenden, driemaal wordt neergehaald, alseen dankbetuiging voor de gebrachte redding. Als ant-woord wordt de Nederlandse vlag eenmaal langzaamneergehaald en statig weer gehesen.’

ook op de Fransman juicht ieder:zakdoeken, servetten, tafellakens,bontmutsen, alles wuift, zelfs de

linnenjuffrouwen en koks met hunwitte schorten en voorschoten

‘De commandant wordt door de officieren met het succesgelukgewenst. Hij betuigt de equipage zijn bijzonderetevredenheid. De opvarenden van de ‘Isle de France’mogen van geluk spreken dat toevallig de Friesland in dewateren was. Geen ander schip van deze grootte, metzulke krachtige machines was binnen duizend mijlenaanwezig. Eer te Tromsö het ongeval bekend zou zijngeweest en per draad verdere hulp was ontboden, zou de‘Isle de France’ minstens 10 dagen in haar, vooral bijnoord-westelijke wind, gevaarlijke positie hebben moetenwachten, iets, dat in deze koude, onbewoonde strekenniet onderschat mag worden. De aanwezigheid van deFriesland heeft zeker een grote ramp voorkomen. Na hetten anker komen was de Franse kapitein, met de heerOlivier, directeur van la Revue Generale des Sciences, diedeze reis had georganiseerd, bij ons aan boord gekomen.Met tranen in de ogen brachten zij de commandant hundank en die van alle opvarenden van de ‘Isle de France’over. Zij rustten niet voor zij commandant en een officierhadden overgehaald aan boord van de ‘Isle de France’ tekomen dineren.

Ondertussen kwamen de 120 passagiers, die uit vreesvoor het zinken van het schip waren gevlucht en de gehe-le dag aan de wal hadden doorgebracht, met hun meege-nomen schatten aan boord terug. Zij hieven bij het passe-ren van de Friesland een langdurig gejuich aan, doch debeantwoording daarvan was maar matig. De matrozen

Hr.Ms. Friesland tijdens het vlotschepen van de Isle de France.(Collectie Marinemuseum Den Helder)

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 34

Page 35: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

35

konden maar niet begrijpen, dat er heren waren die hetschip verlieten, terwijl er nog dames dorsten te blijven.Aan boord van de ‘Isle de France’ werden commandanten de 1e officier in het muzieksalon ontvangen, waar hunde erewijn werd aangeboden en waar de voornaamstepassagiers hun opwachting kwamen maken om nog per-soonlijk te danken.’

Havenbezoek aan TromsöNadat de Isle de France weer is vlotgetrokken is zij terug-gekeerd naar Tromsö. Zij is daar eerder aangekomen danHr.Ms. Friesland, die aldaar de loods weer moest debar-keren. Commandant Schnetlage berichtte over het bezoekvan de Frieslang aan Tromsö onder meer het volgende:

‘In Tromsö was natuurlijk alles van het stranden en afsle-pen van de ‘Isle de France’ reeds bekend, zowel de passa-giers als de loods hadden de nodige verhalen gedaan.Volgens de in omloop zijnde verhalen was door de passa-giers 18,000 frank bij elkaar gebracht voor de bemanningvan de ‘Friesland’ (die echter tot dusver niet ontvangenzijn), was de ‘Isle de France’ wel degelijk lek geweest endoor voortdurend pompen boven water gebleven (wateventueel het schip niet belette dadelijk zijn reis te ver-volgen) en waren een tiental passagiers te Tromsö ont-scheept, die op de Noorse postboot waren overgegaan.Waarschijnlijk heeft de fantasie hier ook flink gewerkt,anders is het toch onmogelijk dat de 180 flessen wijn dieaan de equipage werden geschonken tot 18,000 fr. aankonden groeien.

In het anders zo rustige telegraafkantoortje had het diedag telegrammen geregend, ‘all about the ‘Friesland’’ zoalsde juffrouw ons vertelde. Het was reeds ver voorbij hetsluitingsuur en ze had nog zoveel over te seinen dat detelegrammen van de ‘Friesland’ de volgende morgen aan-genomen zouden worden. Reeds wilde ik weggaan toenik, dank zij de vrouwelijke nieuwsgierigheid, gedaan wistte krijgen dat het telegram aan de regering, dat onze aan-komst meldende, nog verzonden werd. De juffrouw dieook graag het naadje van de kous wilde weten, vroeg mij

naar het stranden van de ‘Isle de France’ en ik gaf geenantwoord alvorens wij overeengekomen waren dat hettelegram werd aangenomen.

oh, Hollandse moeders, schrik niet,deze meisjes werden in het geheel

niet door heren vergezeld

Hoewel we maar weinig dagen in Tromsö vertoefden,waren, en zulks speciaal door de adelborsten, vele kennis-sen gemaakt. Eigenaardig echter begon de kennismakingaan boord. Tegen de avond kwamen verscheidenen boot-jes, waarin Noorse jongedames, langszij. Oh, Hollandsemoeders, schrik niet, deze meisjes werden in het geheelniet door heren vergezeld: meestal waren het clubjes meis-jes. Zonder vergunning te vragen kwamen ze binnenboord en liepen door het schip als of ze er thuis waren. Zewerden tot het uur van slapen door niemand geweerd, lie-pen overal binnen, bezagen alles en schenen geen geleidenodig te hebben. Zoals te begrijpen is, boden de jonkers spoedig hunnediensten aan, werd thee met koekjes geoffreerd, een uurtjegezellig gekout en werden de wederzijdse adressen opge-schreven voor het in de tegenwoordige tijd onvermijde-lijke sturen van prentbriefkaarten. En als dan het klokjevan gehoorzaamheid had geslagen en de blonde schonenvan boord moesten, was het aardig te zien hoe die bootjesin de dichte nabijheid van de staatsietrap bleven en doorde inzittenden nog lang gepraat werd met de jeugdigevoorlongroom bewoners, die onder aan de trap elkaarverdrongen. Die vrije Noorse opvattingen, dat zelfvertrou-wen, dat bewustzijn, dat op dat Hollandse oorlogsschipniemand een onvertogen woord zou worden toegevoegd,lieten niet na op ons een aangename indruk te maken.Laten we enkele vergelijkingen met de toestanden in onsland maken: welke Hollandse moeder zou haar dochtertoestaan, om zonder enig mannelijk geleide met een kleinrank bootje te gaan varen op een breed, diep water metveel stroom en bovenal welke Hollandse moeder zougedogen, dat haar dochter zich ongenood op een oorlogs-schip vertoonde ..?De 3e augustus vertrok Hr.Ms. Friesland ’s ochtends om 7 uur van Tromsö, ter voortzetting van de kruisreis.’

In het Marineblad van mei 2010 is een artikel opgenomenhoe Hr.Ms. Overijssel in 1980 hulp heeft geboden onderde kust van Noorwegen. Dit artikel laat zien dat ook invroeger tijden schepen van de Marine ter hulp werdengeroepen en dat er in zo’n geval meestal sprake is vanimproviseren. De passage over het bezoek aan Tromsömaakt duidelijk dat ook de zorgen van de ‘generatie-kloof’ steeds terugkeren.

Noot1 Jan Bernard Snethlage was ten tijde van dit commando kapitein

ter zee en is als schout bij nacht gepensioneerd. Het verslagheeft als titel ‘Schout bij Nacht en het Noorderlicht’ en issamengesteld door R.A.I. Snethlage

Groep adelborsten aan boord van Hr.Ms. Friesland. (CollectieInstituut voor Militaire Historie)

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 35

Page 36: Marineblad November 2011

MEDEDELINGEN36

Op 29 februari 1960 werd de Marokkaanse havenplaats Agadir getroffen door een aardbeving. De schade was erggroot en ten minste 15.000 mensen kwamen om het leven. Als onderdeel van de internationale hulp stuurdeNederland het Smaldeel 1, met ruim 1.600 bemanningsleden, naar het rampgebied.

Stichting Agadir 1960-2010

Het Karel Doorman Fonds organiseert met medewerking van de Commandant der Zeestrijdkrachten op 27 februari2012 een herdenkingsplechtigheid van de Slag in de Javazee, welke 70 jaar geleden heeft plaatsgevonden.

Waar zijn die techneuten gebleven, die waren voorbestemd om als eersten de evt. Nederlandse atoomonderzeeboten te bemannen? Wat te denken van een reünie?

Contact: Hendrik Vink, [email protected] of tel 0575-570190

Oproep Karel Doorman Fonds

Reünie VTSOO 1

Vier jaar geleden werd de Stichting Agadir 1960-2010 opgericht, ondermeer om in Agadir een herdenking te organiseren. Deze heeft begin2010 plaatsgevonden, 50 jaar na de aardbeving. De veteranen die aan dieherdenking deelnamen ervoeren veel dankbaarheid van de bevolking enautoriteiten. Tijdens een reünie die de Stichting in september 2010 heeftgeorganiseerd voor de opvarenden van Smaldeel 1 wilden de reünistengraag iets terugdoen voor de bevolking van Agadir. Er is toen geldopgehaald voor zeer hulp behoevende instellingen. Dankzij de veledonaties konden 6 instellingen (waaronder tehuizen voorweeskinderen, ouderen en ongehuwde moeders) worden geholpenmet een veelheid aan goederen, variërend van luiers en werkschortentot wasmachines en voorraadstellingkasten. Inmiddels is de Stichting wegens het verwezenlijken van haardoelstellingen opgeheven.

Deze plechtigheid vindt plaats in de Kloosterkerk te Den Haag enwordt georganiseerd voor :• Oud-militairen van de KM die van 7 december 1941 tot en met 8

maart 1942 betrokken zijn geweest bij de strijd tegen de Japansestrijdkrachten in het voormalig Nederlands-Indië;

• Weduwen en eventueel kinderen (1e graad) van dezelfdecategorie oud-militairen.

Oud-militairen en weduwen die het Karel Doorman Fonds inbestand heeft, zullen een uitnodiging op naam ontvangen. Omdatwij echter niet geheel zeker zijn dat ons adressen/gegevens

Het Nederlands Instituut voor Militaire Historie (NIMH) heeft onlangs zijn digitale beeldbank gelanceerd. Viawww.defensie.nl/nimh zijn ruim 150.000 militair-historische foto’s beschikbaar uit de defensiearchieven.

Beeldbank NIMH

Via dit beeldarchief is een deel van de historische beeldcollectievan de krijgsmacht toegankelijk. Behalve tienduizenden foto’s zijnook fotografische reproducties van tekeningen, schilderijen,prenten en kaarten opgenomen. De unieke collectie gaat terug tot de 19e eeuw, de begintijd van defotografie. Naast materiaal uit de Tweede Wereldoorlog enNederlands-Indië staan nu ook minder bekende beeldcollectiesonline.

Het beeldmateriaal is niet alleen ingescand, maar ook voorzien vaneen beschrijving. Vrijwilligers, veelal oud-militairen, hebben hetleeuwendeel van dit werk voor hun rekening genomen.De totale collectie van het NIMH beslaat zo'n 2 miljoen beelden.Dagelijks zal het NIMH dan ook nieuwe beelden toevoegen aan deonline beeldbank.Op de achterkant van dit Marineblad staat een aantal foto’s uit debeeldbank.

bestand volledig is, verzoeken wij belangstellenden zich schriftelijkzo spoedig mogelijk te melden bij :

Secretariaat Karel Doorman FondsFrederikkazerne gebouw 35, kamer J 340Postbus 90701, 2509 LS Den Haag Of per e-mail : [email protected]

Vermeld hierbij uw naam, adres, telefoonnummer, laatste plaatsinggedurende genoemde periode, ontslagdatum, rang/kwaliteit bijdienstbeëindiging.

Uitnodigingen worden in januari 2012 verzonden.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:15 Pagina 36

Page 37: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

37KVMO ZAKEN

Ieder jaar in oktober nodigt de KVMO alle 64-jarige leden samen met hun partners uit voor een informatiedag inAmsterdam. Op die dag wordt uitgebreid ingegaan op de overstap van UKW naar pensioen. Ook wordt een beeldgeschetst van de stand van zaken in de KM. Maar het is vooral ook een dag waarop voormalige collega’s en hunpartners elkaar weer eens kunnen ontmoeten. Hieronder een verslag.

De KVMO 64-jarigendag 2011: van UKW naar pensioen

Bij het Marine-etablissement Amsterdam is het op woensdag 5oktober jl. een drukte van belang: veel van de ongeveer 70deelnemers hebben elkaar al in lange tijd niet gesproken. Maarstipt op tijd begint de dagvoorzitter, KTZA b.d. P. van de Wiel, metde aankondiging van het programma en de introductie van desprekers. Als eerste komt de voorzitter van de KVMO KLTZA R.C.Hunnego aan het woord. Hij geeft een korte en duidelijke uitlegover de ontwikkelingen bij de KVMO, die voor de leden zowel eenberoepsvereniging is als een belangenvereniging. De KVMO draagtniet alleen bij aan verbeteringen bij de zeemacht maar komt ook opvoor de belangen van de leden. Zeker in deze moeilijke jaren is derol van de KVMO onontbeerlijk.

Daarop volgt een presentatie van de heer F. Lardinois, voorlichtervan het ABP: hij geeft een uitgebreide toelichting op de overgangvan UKW naar pensioen, waarbij de leden rekening dienen tehouden met twee loketten (voor pensioen bij het ABP en voorAOW bij de Sociale Verzekering Bank) en waarbij tal vaningewikkelde zaken door de spreker op duidelijke wijze wordentoegelicht. Ook de huidige problemen bij de pensioenfondsen(dekkingsgraad, indexatie) worden nadrukkelijk besproken.

De Directeur Operationele Ondersteuning van CZSK, CDR C.H.Boelema Robertus, houdt een vlammend betoog voor onzeKoninklijke Marine. Het eerste deel behelst de operationeleontwikkelingen: de KM volop in beweging, waarbij deelname aangevechtsacties bijna routine lijkt te worden. Robuust optreden is

een kernwoord in zijn betoog. Het tweededeel gaat over bestuur en ombuigingen bijde KM: wat gaat goed, waar moet wordengereduceerd, maar hoe kunnen ooknieuwe investeringen wordengerealiseerd. Samenvattend: maritiembelang blijft onverminderd groot.

Tot slot informeert drs. R. Harbers, arts, deaanwezigen op humorvolle wijze over hetserieuze onderwerp ‘gezondheid’. Hij steltnadrukkelijk dat het belangrijker is om zelfaan de eigen gezondheid te werken danalleen te vertrouwen op de arts. Bij desamenvoeging van Lichaam, Psyche enSociale aspecten dien je er voor te zorgendat deze elementen alle drie goed ‘gevuld’blijven. Na veel goede adviezen en somszelfs hilarische tips eindigt hij zijn betoogmet de dringende raad: blijf ook in detoekomst vooral zin geven aan uw leven!

Dan is het tijd voor ontmoeting en gesprek, voor een gezelligdrankje en de heerlijke nasimaaltijd die voor iedereen weer de‘oude marinetijd’ doet herleven. Het gevoel van een reünie wordtnog versterkt door de uitgebreide ‘architectonische’ rondvaartdoor het oostelijk havengebied en door een deel van oudAmsterdam. Het is voor de deelnemers een zeer plezierige envooral ook nuttige dag gebleken.

Op www.kvmo.nl/64-jarigendag staat een link naar foto’s van deze dag.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:16 Pagina 37

Page 38: Marineblad November 2011

KVMO ZAKEN38

Eens per jaar is muziekvereniging Winnubst uit Den Helder te gast bij het KIM voor een concert, georganiseerddoor de KVMO. In 2008 begon deze traditie met het verzoek van Winnubst die graag een keer in “Het Zaaltje” vanhet Koninklijk Instituut voor de Marine wilde spelen vanwege de prachtige akoestiek.

Winnubst en de KVMO, een traditie

Op maandag 10 oktober jl. werd aan die traditie in het Zaaltje weerinvulling gegeven, onder dusdanig grote belangstelling dat er ophet laatste moment nog stoelen moesten worden aangesleept.Onder de gasten bevonden zich ook viceadmiraal en mevrouwBorsboom.In zijn welkomstwoord gaf de VOKIM, CDR(E) Jelle Snoeks aan datdit concert een prima gelegenheid is om niet alleen de relatie metWinnubst maar juist ook met de lokale Helderse bevolking, tebestendigen.

Goed gespeelde muziek WinnubstWinnubst, onder leiding van dirigent Bert Willemsen, zorgde voor

Bent u, of wordt u binnenkort, uitgezonden op een vredesondersteunende (VVHO)missie?

Uitbreiding ledenservice KVMO: Gratis uitzenduitkering

Aankondiging Symposium ‘Leider en Boekhouder?’

Weet dan, dat u als KVMO-lid direct aanspraak maakt op eeneenmalige uitkering van € 5.000,00 als u, als gevolg van eenongeval, algeheel blijvend invalide zou worden. Bij overlijden alsgevolg van een ongeval ontvangen de nabestaanden eeneenmalige uitkering van € 2.500,00. In geval van gedeeltelijkeblijvende invaliditeit is de uitzenduitkering een evenredigpercentage van € 5000,00. Om in aanmerking te komen voor deze KVMO-service hoeft u

De officierenverenigingen hebben signalen ontvangen datofficieren het leidinggeven positiever ervaren tijdens het uitvoerenvan missies dan tijdens het werken in eigen land. Bij een naderebeschouwing blijkt dat tijdens de missies alle ondersteuning zichschaart rond de operationele commandant en achter de operatie.In eigen land is deze ondersteuning steeds meer geconcentreerd indienstencentra die niet aangestuurd worden door de operationelecommandant maar door de commandant van het diensten-centrum en in het uiterste geval door de PlaatsvervangendSecretaris Generaal of de Commandant der Strijdkrachten.Extreem hoog dus in de organisatie.

Onder druk van de bezuinigingsopdrachten wordt nu getracht dedienstverlening te optimaliseren en af te slanken. De efficiency staatcentraal, het gevaar van nieuwe bureaucratische oplossingenschuilt. De Gezamenlijke Officierenverenigingen vragen zich af ofde keuzes binnen de komende reorganisatie de oplossing zijn omadequaat in te spelen op de dynamische omgeving (o.a. het immerwijzigend jaarplan) van ons kernproces; inzetgereed maken. De GOV willen in dit symposium de problemen benoemen en van

de dienstverleners horen hoe zij met de toekomstige middelenanders denken te ondersteunen. Daarnaast willen wij nadenkenover creatieve oplossingen waarbij wij vooral benieuwd zijn naarvoorstellen door de aanwezigen.

Wij nodigen u van harte uit om aanwezig te zijn!

Programma: 12.00 – 13.00 uur Ontvangst (met een lopende lunch)13.00 – 13.15 uur Welkomstwoord door voorzitter NOV Bgen

(b.d.) J.L.R.M. Vermeulen13.15 – 15.30 uur Voordrachten sprekers 15.30 – 16.30 uur Forumdiscussie16.30 – 18.00 uur Afsluitend samenzijn

Sprekers zijn een kapitein der mariniers, een kapitein derinfanterie, een commandeur projectleider bij de HDP en eenvertegenwoordiger van ROC Friese Poort.Deelname staat open voor officieren en oud-officieren van alledefensieonderdelen.Aanmelden: [email protected]: de nieuwe Kromhoutkazerne, Herculeslaan 1,

3584 AB Utrecht, Gebouw V05, Waterliniezaal Kosten: Geen

vooraf niets te doen. U hoeft geen uitzendcertificaat aan te vragen.Er komt geen verzekeringsmaatschappij aan te pas.De uitzenduitkering is tot stand gekomen door de goedesamenwerking tussen de Vereniging ‘Onderlinge Bijstand’, diegarant staat voor de uitkering, en de KVMO.

Meer weten over deze service? Bel of mail ons: 070-3839504 of [email protected]

een aantrekkelijk, gevarieerd programma. Gastsoliste Gaby deGoede vertolkte op mooie wijze de zangpartijen.

Geslaagde avond, voor herhaling vatbaarTot slot sprak de voorzitter KVMO, KLTZA Rob Hunnego hetbomvolle zaaltje van het KIM toe. Hij sprak zijn waardering uit voorde optredens van Winnubst en gastsoliste Gaby de Goede ennodigde alle aanwezigen uit om ook volgend jaar weer het doorWinnubst verzorgde KIM KVMO-concert bij te wonen. Daarnawas er nog een gezellig samenzijn met alle gasten in deAdelborstenbar.

Op 2 december a.s. organiseren de GezamenlijkeOfficieren Verenigingen een symposium onder de titel‘Leider en Boekhouder?’.

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:16 Pagina 38

Page 39: Marineblad November 2011

marineblad | november 2011

39

KAPTMARNS b.d. W. Pen († 2 oktober 2011)Mevrouw A.M. Couwenberg-Veul, weduwe († 11 september 2011)

LTZT 1 b.d. ing. C.K. Dirks († 27 augustus 2011)Mevrouw G.H.J. Jansen-Baris, weduwe († n.b.)

Werkgroep jongeren KVMOOp dinsdag 15 november a.s. is de eerstvolgende vergadering van de Werkgroep Jongeren in de Marineclub in

Den Helder. Op de agenda staan onder meer activiteiten voor jonge officieren/adelborsten. Interesse om de vergadering bij te wonen? Mail naar [email protected]

De Koninklijke Vereniging van Marineofficieren

Ere-leden:KTZT b.d. ir. S.J.J. Hoffmann KTZA b.d. drs. G. Brand LTZSD 1 b.d. K.G. Spaans KOLMARNS b.d. A.H.P. Knoppien KTZ b.d. L.J.M. Smit KTZA b.d. drs. T.G.D. Steenbeek

Hoofdbestuur:Voorzitter:KLTZA R.C. Hunnego Vice-voorzitter:KLTZ ing. M.E.M. de Natris Secretaris:LTZA 2 OC drs. T.R. Timmerman Penningmeester:LTZA 1 drs. R.J.M. de Leeuw

Namens Afdeling NoordKLTZE ing. F.J.J. Schoonhoff Namens Afdeling MiddenKLTZ W.A. Kramer Namens Afdeling ZuidMaj (KL) b.d. P. van der Laan Namens Werkgroep PostactievenKTZA b.d. P.J.G. van Sprang Namens Werkgroep Elders ActievenMAJMARNS KMR drs. H. Steensma Namens Werkgroep JongerenLTZE 2 OC K.A. Scholte

Afdelingsbesturen:Noord:KLTZE ing. F.J.J. Schoonhoff KLTZ P.J. van MaurikLTZE 1 mw. J.S.I. Bisdonk

LTZVK 2 OC b.d. H.T. van LTZSD1 b.d. mw. A.L.P. Vrijburg LTZE 2 OC dr. ir. W.L. van Norden

Midden:KLTZ W.A. Kramer KTZA b.d. P.J.G. van Sprang KLTZE ir. W.W. Schalkoort LTZA 2 OC N.H. van de Pol

Zuid:KLTZSD b.d. H. Willems Maj KL b.d. P. van der Laan KLTZA b.d. P.A. Brons (postactieven)

Caribisch Gebied:LTZ 1 drs. F.J. Jansen

Adres secretariaat:Wassenaarseweg 22596 CH Den HaagT : 070-3839504F : 070-3835911E : [email protected] : www.kvmo.nl

De KVMO heeft een samen-werkingsverband met Onderlinge Bijstand (www.onderlingebijstand.nl). Voor nadere informatie of het verkrijgen van aanvraag-formulieren kunt u contact opnemen met het secretariaatKVMO.

Wij betuigen de nabestaanden onze deelneming en wensen hen veel sterkte toe.

Het hoofdbestuur van de KVMO heeft de droeve plicht u in kennis te stellen van het overlijden van:

De deadline voor aanleveren van kopij voor de rubriek KVMO-zaken voor het decembernummer is 28 november 2011.

Afdelingsactiviteiten najaar 2011

Afdeling Midden

Regiovergadering met aansluitend borrel Locatie : Coffeecorner van gebouw 35 op de

Frederikkazerne te Den HaagTijd : 17.00-19.00 uur

Afdeling Zuid

9 december Diner/dansantLocatie : De Merelhoeve, Nieuw- en

Sint JooslandAanvang : 18.00 uur

Afdeling Noord

Postactieven borrelLocatie : Marineclub, Den HelderAanvang : 17.30 uur

6 dec

13 dec

Opgave graag 5 dagen van tevoren bij Piet van der Laan: tel. 0118-602677 e-mail: [email protected]

Wilgenburg

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:16 Pagina 39

Page 40: Marineblad November 2011

1 Bouw van de onderzeeboot Hr.Ms. O 15 bij Wilton Fijenoord,Rotterdam, 1930-1931.

2 Luchtfoto van een overstroomdZeeuws dorp tijdens de watersnoodramp in 1953.

3 Noodlanding Breguet Atlantic opzee nabij Wassenaarse Slag, 15 augustus 1973.

4 Vliegkampschip Hr.Ms. KarelDoorman, ontspanning van debemanning op het vliegdek metGrumman Avengers op hetachterdek, eind jaren vijftig.1

2

4

3

Beeldbank NIMH | Historisch beeldmateriaal online

Marineblad_kvmo_november 06-11-2011 22:16 Pagina 40