ZOAMAGAZINE
ZOA in Nederland Interview met staatssecretaris Ben Knapen Fotodagboek veldmedewerker Terugblik hulpverlening Pakistan Leestips en recept Reportage Ethiopië Doe ook mee: kruidnoten-actie voor Afghanistan
OK
TOB
ER 2
011
| NR
.2 |
KO
STP
RIJ
S €
0,3
9
Het waarom van ons nieuwe motto: HULP I HOOP I HERSTEL
2 | O
KT
OB
ER
2011 | N
R. 2
Functie
Communicatiemedewerker en
eindredacteur van dit magazine.
Sinds
Oktober 2007
Leeftijd
38
Favoriet ZOA-land
Ethiopië. De grote hongersnoden
en bijbehorende acties voor
Ethiopië in de jaren tachtig heb-
ben mijn interesse voor armoede
en onrecht gewekt. Sindsdien heb
ik altijd een zwak voor Ethiopië
gehad.
Leuk weetje
In 1994-1995 heb ik stage
gelopen voor ZOA in Laos.
Voor een echte bureaubaan is mijn werk behoorlijk afwisselend. In ons kantoor
aan een lelijke Apeldoornse straat vol garagebedrijven mag ik dagelijks bezig zijn
met de situatie in veertien landen op drie continenten. Geregeld heb ik via mail of
Skype rechtstreeks contact met Afghanistan, Uganda of Haïti.
Nog leuker wordt het als mijn wereldwijde collega’s langskomen. Allemaal, ook de
stoerste en de nuchterste medewerkers, raken ze me met hun betrokkenheid bij de
mensen die ze proberen te helpen. Vaak ben ik onder de indruk van hun inzet en van de
resultaten die ze bereiken.
Doorvertellen
Aan mij de taak om die informatie door te geven aan u. Dat is nog best lastig. Uit
onderzoek bleek dat veel mensen ZOA kennen, maar dat slechts weinig mensen aan
kunnen geven wat ZOA precies doet. Terwijl dat werk zo boeiend is, en er zulke indruk-
wekkende verhalen over te vertellen zijn.
Zoals u ziet is dit magazine ook vernieuwd. We hebben geprobeerd om veel ruimte te
bieden voor het antwoord op juist die vragen: wat doet ZOA en waarom? Ik hoop dat u
daar dan net zo enthousiast over wordt als ik.
Aanraders
Aanraders wat mij betreft: de verhalen van Jozef en Grace uit Zuid-Sudan; echt herstel in
woord en beeld. En het interview met Teddy Muhindo, een Congolese collega. Ik had nog
nooit van hem gehoord, maar toen ik de tekst van dit interview ontving, voelde ik me
direct met hem verbonden. De fotopagina waarin we met hem mee op pad gaan, geeft
een levendig beeld van zijn dagelijkse werk.
Het maken van het ZOA-magazine is een belangrijk onderdeel van mijn takenpakket. Een
reactie erop of wensen voor het volgende nummer zou ik dan ook erg leuk vinden: u kunt
me bellen, 055 3663339, of mailen [email protected]
Met een hartelijke groet,
Els Sytsma
Ps. Dat niet iedereen wist wat ZOA deed, weerhield blijkbaar niemand om actie te voeren.
Op pagina 4 - 7 vindt u allerlei voorbeelden van kleine en grote acties die in Nederland voor
ZOA zijn georganiseerd. Leuk!
In gesprek met Beatrice Aol Omaya, een voormalige kindsoldate in Uganda. Lees haar verhaal op onze website.
Foto: Folkert Rinkema
VO
OR
WO
OR
D
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 3
IN DIT NUMMER O.A.: INH
OU
DS
OP
GA
VE
ZOA-magazine is een
periodieke uitgave van ZOA.
Oplage: 52.500
ISSN: 1871-0727
KvK: 41009723
Adres:
Sleutelbloemstraat 8,
7322 AG Apeldoorn
Postbus 4130, 7320 AC
Apeldoorn
T 055 36 63 339
I www.zoa.nl
Giro 550
Bank 38.75.12.012
Redactie:
Ewout Suithoff (hoofd-
redacteur), Els Sytsma,
Margaretha de Koning
Aan dit nummer werkten
verder mee: Jaco Klamer,
Sarah Schouwenaar, Henrique
Staal, Nicole Resink, Anne Paul
Roukema en John Buijs.
Fotografi e:
ZOA, tenzij anders vermeld.
Vormgeving:
IDD concept, communicatie,
creatie | www.idd.nu
Druk:
drukkerij De Bunschoter
© ZOA. ZOA staat positief
tegenover het kopiëren of
vermenigvuldigen van artike-
len, mits met bronvermelding.
Graag ontvangen wij een
bewijsexemplaar.
Adressenbestanden van
ZOA worden niet uitgeleend
of doorverkocht.
COLOFON
4-7ZOA in Nederland
12-13 Interview Staatssecretaris
Ben Knapen
14-15 Fotoverslag onderwijs-
programma Uganda
16-17Op pad met medewerker
Teddy Muhindo
22-23Noodhulp Ethiopië
26Recept en
leestips
4 14
26
12
16 22
4 | O
KT
OB
ER
2011 | N
R. 2
ZO
A I
N N
ED
ER
LA
ND
Olga Boer en Ilse Junte uit Wezep zijn allebei tien jaar. Ze hebben
samen kaarten gemaakt en deze verkocht voor vijftig cent per
stuk. Ook hebben ze op een rommelmarkt spulletjes en
koffi e verkocht. Alles bij elkaar heeft dat 250 euro opgebracht.
Ze bestemden dit geld voor het werk van ZOA in Haïti. Goed
gedaan, meiden!
De noodhulpactie voor de slachtoffers
van honger en droogte in het oosten
van Afrika heeft veel respons gekregen.
We ontvingen grote en kleine giften,
van kerken, bedrijven, scholen en par-
ticulieren. Enkele bijzondere acties van
kinderen willen we u niet onthouden:
Arnoud Melse (13) uit Arnhem
speelde djembé op straat, en haalde
daarmee €43,80 op voor Ethiopië.
“Ik hoorde er zoveel over op het
nieuws, dat ik echt iets wilde doen”,
vertelt hij.
Amarantha (8), Rowan (6) en
Isaura (4) Laffeber uit Nieuw-
Lekkerland bestemden hun zakgeld
voor Ethiopië en maakten € 19,84
over.
Rutger van den Berg (10) uit
Veenendaal is al een jaar junior-
ambassadeur en deed allerlei klusjes
in huis om geld te verdienen voor
ZOA. Ook organiseerde hij een
sponsorfi etstocht. Het totaalbedrag,
€ 88,45, maakte hij over voor de
slachtoffers van de hongersnood.
Annabel Horst (10) uit Zwolle heeft
gevast: snoep, cola, chips, eigenlijk
alle extraatjes heeft ze anderhalve
maand laten staan. Het uitgespaarde
bedrag werd door sponsorbijdragen
van familie en vrienden een paar keer
verdubbeld. Met deze bijzondere
inspanning haalde ze een bedrag op
van € 92,80.
Kinderen in actie voor Ethiopië
Arnoud (13): “Ik hoorde er zoveel over op het nieuws, dat ik echt iets wilde doen.”
In de Felsenkirche te Raron
in Zwitserland worden
in de zomervakanties
Nederlandse kerkdiensten
georganiseerd. Tijdens de
diensten wordt gecollec-
teerd om aan de huurkos-
ten te voldoen, het overige geld wordt in overleg met de
predikanten bestemd voor een goed doel. Op zondag 24
juli 2011 werd gecollecteerd voor de nood in Oost-
Afrika. Na aftrek van de huurkosten van het kerkgebouw
kon een bedrag van € 2222 aan ZOA worden
overgemaakt.
Collecte vakantiegangers
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 5
De Apeldoornse woonorganisatie
‘de Woonmensen’ zet zich in 2011 in
voor een ZOA-project in Ethiopië. “De
missie van onze organisatie is dat we
mensen kwaliteit van leven in hun
eigen buurt bieden. Dat willen we ook
over de grens doen”, zo motiveert de
organisatie de samenwerking. Heel
passend dus dat ze geld ophalen voor
de terugkeer van ontheemden uit het
kamp Hartisheik naar hun eigen
dorpen, onder andere tijdens een
muziekevenement en met een
sponsorloop door het personeel.
ZOA is op uitnodiging van MWH
Foundation, een investerings-
partner van ZOA, betrokken bij het
unieke project Bach Contextueel:
een concertreeks en gelijk-
namige CD-uitgave. Hierin wordt
het prachtige cantaterepertoire
van Johann Sebastian Bach in
een context geplaatst, door het
te combineren met muzikaal en
liturgisch verwante werken. Samen
willen we Bach-liefhebbers een
nieuwe invalshoek op dit geliefde
repertoire bieden.
Via www.zoa.nl kunt u voordelig
concertkaarten en cd’s bestel-
len, waarbij een gedeelte van de
opbrengst ten goede komt aan
ons werk.
10 februari 2012:
Grote Kerk, Maassluis
11 februari 2012:
Martinikerk, Groningen
12 februari 2012:
Waalse Kerk, Amsterdam
14 februari 2012:
Grote Kerk, Alkmaar
* Meer informatie over deze
concerten vindt u op
www.bachcontextueel.nl.
Bijzondere muzikale samenwerking: Bach Contextueel
Woonorganisatie in actie voor ZOA
In 2007 maakten leerlingen van de
reformatorische basisschool Eben
Haëzer in Teuge tijdens een actie
tekeningen voor vluchtelingkinderen in
Thailand. Bert Koster van ZOA nam de
tekeningen mee toen hij het onderwijs-
project in Thailand bezocht.
Drie jaar later bezocht hij het kamp
en de school opnieuw. De tekeningen
uit Teuge hingen er nog steeds. Dat
ging natuurlijk op de foto, om aan de
Eben Haëzer-school te laten zien! De
school vond dat zo leuk, dat ze in mei
2011 opnieuw in actie kwamen. Ze
zamelden o.a. lege fl essen in, er werd
een sponsorloop georganiseerd en
een kleedjesmarkt gehouden op het
schoolplein. Bert Koster mocht een
cheque in ontvangst nemen van
€ 10.487, bestemd voor verbetering
van het onderwijs voor zo’n 36.000 ge-
vluchte Birmese kinderen in Thailand!
Tekeningen uit Teuge
ZO
A IN
NE
DE
RL
AN
D
ZO
A I
N N
ED
ER
LA
ND
6 | O
KT
OB
ER
2011 | N
R. 2
PakistanavondenEen jaar na de verwoestende overstromingen in Pakistan
organiseerden de vier organisaties Dorcas, Red een Kind,
Woord en Daad, en ZOA informatieavonden over de voort-
gang van de hulpverlening. Verspreid over het land vonden
vier avonden plaats, waar in totaal zo’n 130 mensen op
afkwamen.
Het was heel plezierig manier om samen met u als onze
achterban terug te kijken op de hulpverlening in dit complexe
land. Er kwamen veel geïnteresseerde vragen. Van ‘doen jullie
ook iets voor de kinderen in het gebied’ tot ‘accepteert de
overheid het wel dat jullie de sociaal achtergestelde groepen
versterken?’
De organisaties hebben in deze noodhulpactie vanaf het
begin samengewerkt, zowel in de fondsenwerving als groten-
deels ook in de uitvoering van de hulp. De vier organisaties
ontvingen gezamenlijk 3.156.893 euro.
Over de hulpverlening publiceerden we een rapportage:
Overstromingen in Pakistan. Een jaar hulpverlening in beeld.
(www.zoa.nl: wat we doen / wereldwijd / Pakistan). U kunt
ook een exemplaar opvragen bij ons kantoor.
Walk4Water op twee locatiesHet evenement Walk4Water gaat
uitbreiden! Op 24 maart 2012 zal
het startschot voor de derde keer
klinken op het Kootwijkerzand bij
Apeldoorn, maar voor het eerst
worden die dag ook in Middelhar-
nis (Goeree/Overfl akkee) de
jerrycans met water meegedragen.
Op deze manier kunnen nog veel
meer mensen meedoen aan hèt
evenement voor schoon drinkwa-
ter. Komend jaar is de opbrengst
bestemd voor water- en sanitatie-
projecten in Sudan.
Wordt uiteraard vervolgd,
maar noteer de datum alvast
in uw agenda. Binnenkort meer
informatie op www.walk4water.nl.
Kerkdiensten over waterIedere maand worden in
Vlaardingen kerkdiensten voor
mensen met een verstandelijke
beperking georganiseerd. Het
jaarthema voor 2011-2012 is
‘water’. Iedere dienst staat een
Bijbelgedeelte centraal waarin
water een rol speelt. De collectes
tijdens deze diensten zijn bestemd
voor een waterproject van ZOA in
Darfur, Sudan, waar we toiletten
en wasgelegenheid aanleggen bij
scholen.
Iedere laatste zondag van de
maand, 15.00 uur, kerkcentrum
Holy, Reigerlaan 47, Vlaardingen.
Meer informatie H. van Baars,
(010) 47 42 353.
ZOA Sri Lanka op televisieHet is al een tijdje geleden, maar
de uitzendingen zijn nog altijd het
bekijken waard. In juni besteedde
het programma Nederland Helpt
van de Evangelische omroep vier
weken achtereen aandacht aan
het werk van ZOA Sri Lanka.
U kunt de uitzendingen terug-
kijken via: www.nederlandhelpt.nl.
Via de knop ‘Uitzendingen’, zoek-
term Sri Lanka, komt u terecht bij
de vier afl everingen van 9, 16, 23
en 30 juni.
Deze uitzendingen brachten
€ 150.000 op voor ons
wederopbouwwerk in Sri Lanka,
waarmee we 260 gezinnen kun-
nen helpen bij een nieuwe start.
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 7
Op het Driestar College in
Gouda en Leiden zetten
leerlingen en docenten zich al
sinds 1994 in voor ZOA. Ook dit jaar
laten de derdeklassers zich sponso-
ren om een hele nacht les te krijgen.
Hiermee halen ze geld op voor het
onderwijsproject in Uganda: de bouw
van scholen, lesmateriaal en training
van docenten, waardoor 9000 kinderen
van teruggekeerde vluchtelingen weer
naar school kunnen.
Voetbal
‘Het is echt niet saai om de hele nacht
les te krijgen. Het zijn juist leuke lessen’,
vertelt Lisanne Walhout (16) uit Lisse.
De HAVO-scholiere deed vorig jaar mee
aan de lessenmarathon en haalde het
meeste geld op van iedereen: 1125 euro.
Samen met twee medeleerlingen mocht
ze daarom mee naar het project in
Uganda. Ze raakte diep onder de indruk
van de ontmoeting met jonge meisjes
die verkracht waren tijdens de oorlog.
Voor de bezochte scholen hadden ze
als presentje een voetbal meegeno-
men. “We hadden één voetbal voor
elke school. Dan renden er dus tachtig
kinderen achter die ene bal aan. Zo blij
met die ene bal! Daar kunnen wij veel
van leren.”
Bewustwording is één van de hoofd-
doelen die Bert Koster, coördinator
Onderwijs bij ZOA, zich stelt. In de
weken voor de lessenmarathon geeft
Koster voorlichtingslessen op school,
onder meer met een rollenspel. “Het gaat
niet alleen maar om het geld dat ze opha-
len, ze moeten er ook wat van leren.”
Hoogtepunt
Sinds de Driestar begon met sponsor-
acties, is al zeker anderhalf miljoen
euro opgehaald, vertelt voormalig
coördinator van de sponsoracties Joop
Vermeulen. “Ik weet nog dat we in 1994
duizenden bloembollen, die de leerlin-
gen verkochten, hebben staan inpakken.
Die actie is tot deze nachtelijke lessen-
marathon uitgegroeid. Het voordeel is
dat je vrijwel geen kosten hebt en alleen
maar winst maakt. We zitten nu al een
paar jaar richting de honderdduizend
euro per nacht. Leerlingen noemen het
vaak een hoogtepunt in hun Driestar-
loopbaan”, aldus Vermeulen.
In juni droeg Vermeulen het project
over aan Jan Möhlmann, directeur van
de onderbouw (havo-vwo). Ook hij
is enthousiast. “De school vindt het
belangrijk om de leerlingen te laten na-
denken over hoe goed ze het hebben en
dat elders op de wereld grote nood is.”
Nachtje op school voor Uganda
Tekst: Anne Paul Roukema
ZO
A IN
NE
DE
RL
AN
D
8 | O
KT
OB
ER
2011 | N
R. 2
HOOPWij dragen bij aan een
nieuw perspectief van
HOOP waarin mensen
in waardigheid en onderling
vertrouwen samenwerken
aan hun toekomst. HULP
HULPWij bieden HULP aan
mensen die getroffen zijn
door een natuurramp of
gewapend confl ict.
.
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 9
HERSTELSamen met de getroffen
gemeenschappen werken wij
aan verder HERSTEL totdat
zij weer in hun eigen levens-
onderhoud kunnen voorzien.
ZOA is méér dan vluchtelingenzorg alleen.
Dat maken we duidelijk met ons nieuwe motto HULP | HOOP | HERSTEL.
Op de volgende pagina’s lichten we dit motto toe.
10 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
1. Waarom lanceert ZOA dit nieuwe
motto?
Wat doet ZOA eigenlijk precies? Uit
onderzoek bleek dat veel mensen dat
niet zo duidelijk voor ogen hadden. ‘Iets
met vluchtelingen’, op zich wel correct,
maar verre van volledig. Daarom gingen
we op zoek naar een motto dat ons werk
kernachtig samenvat.
Een heldere boodschap is belangrijk om
mensen in Nederland bij ons werk te
betrekken en hun steun te verwerven. De
steun van donateurs is en blijft namelijk
hard nodig voor de hulpverlening aan
mensen die zijn getroffen door confl icten
en rampen.
2. Wat bedoelt ZOA met HULP I HOOP
I HERSTEL?
De termen hulp en herstel laten een pro-
ces zien van noodhulp tot wederopbouw:
van de levensreddende en praktische hulp
in de eerste maanden na een ramp of con-
fl ict, tot de ondersteuning van wederop-
bouw en het moment dat mensen weer in
hun eigen onderhoud kunnen voorzien.
De centrale term hoop duidt op ZOA’s
visie om mensen perspectief te bieden
op de toekomst waarin vrede, recht en
wederzijds vertrouwen een plaats hebben.
Hierin klinkt ook de christelijke motivatie
door van waaruit wij ons dagelijkse werk
doen en waarmee we willen handelen
naar en bijdragen aan het bijbels perspec-
tief van Gods koninkrijk.
3. Waarom is ‘Vluchtelingenzorg’ uit
ZOA’s naam verdwenen?
Het werk van ZOA is begonnen met hulp
aan vluchtelingen. Maar al snel breidde
het werk zich uit naar andere groepen
mensen die net zo te lijden hadden onder
confl icten en rampen. Naast vluchtelingen
zijn dat ook:
en ontheemden
ZOA is dus meer dan ‘vluchtelingenzorg’.
Onze naam wekte verwarring en soms
zelfs irritatie bij een groot deel van onze
doelgroep, die zich door de term ‘vluchte-
ling’ niet aangesproken voelt.
4. Wat betekent de naam ZOA nu nog?
Oorspronkelijk is ZOA de afkorting van
Zuid-Oost Azië. Deze afkorting dekt de
lading niet meer, omdat we ook in Cen-
traal Azië, Afrika en Haïti werken. Bij onze
achterban is ‘ZOA’ echter een bekend
begrip. Deze naamsbekendheid is een
belangrijke reden om de eigennaam ZOA
te handhaven, zonder dat dit nog concreet
naar Zuid-Oost Azië verwijst.
Natuurlijk koesteren we ook de historie
van deze naam en zijn we trots op de oor-
sprong van de organisatie. De mentaliteit
van de jonge mensen in de jaren zeventig
om de handen uit de mouwen te steken,
Zeven vragen over ons nieuwe motto
HULP I HOOP I HERSTEL
AC
HT
ER
GR
ON
D
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 11
is nog altijd de mentaliteit van de huidige
generatie ZOA-medewerkers.
5. Verandert er nog meer behalve het
motto?
In de fotografi e, zoals ook in dit maga-
zine, willen we meer laten zien van het
werk van ZOA. De mensen die we helpen,
brengen we zoals altijd met interviews en
portretten dichtbij. Daarnaast willen we
meer laten zien van projectactiviteiten
en de resultaten van ons werk voor de
getroffen gemeenschappen. Zodat in tekst
èn beeld nog duidelijker wordt wat ZOA
precies doet.
6. Verandert er ook iets in ZOA’s werk-
wijze?
Nee, het motto is gebaseerd op ZOA’s hui-
dige werk, niet andersom. Ons werk heeft
zich de afgelopen jaren wel ontwikkeld,
waarin steeds meer nadruk kwam te liggen
op het werken aan herstel en wederop-
bouw. In een noodsituatie is vaak veel hulp
beschikbaar. Maar lang niet alle organisa-
ties zijn in staat of bereid mensen ter zijde
te staan tijdens het langdurige proces van
herstel. ZOA wil en kan dat wel.
We werken voornamelijk in fragiele
situaties; landen met een zwak bestuur,
nauwelijks een maatschappelijk mid-
denkader en veel onrust tussen verschil-
lende bevolkingsgroepen. Dit vraagt een
specifi eke expertise, een werkveld waarin
ZOA zich heeft gespecialiseerd.
Daarin concentreren we ons op de vol-
gende sectoren:
Water, sanitaire voorzieningen en hygiëne
ZOA heeft veel ervaring in deze sector.
Door de aanleg of het herstel van water-
putten en latrines, door de oprichting en
opleiding van lokale watercomités en door
intensieve hygiënevoorlichting bevorde-
ren we de toegang tot schoon drinkwater
en een gezonder leven. De toegang tot
schoon drinkwater is vaak een eerste stap
van herstel en de voorwaarde voor de
wederopbouw van het bestaan.
Levensonderhoud en voedselzekerheid:
Om weer voor je eigen gezin te kunnen
zorgen en niet afhankelijk te zijn van hulp,
is essentieel voor de menselijke waardig-
heid, één van ZOA’s kernwaarden. Boven-
dien zal economische ontwikkeling sociale
onrust verminderen en zo bijdragen aan
het herstel van blijvende vrede.
We werken hieraan door:
verbeterde technieken, irrigatie en ken-
nisoverdracht;
ningen en het ondersteunen van kleine
bedrijven;
ting van boerencoöperaties.
Basisonderwijs
ZOA gelooft dat onderwijs essentieel is
voor een onafhankelijke toekomst en ver-
betering op de lange termijn. Daarbij wer-
ken we samen met overheidsinstanties,
zodat zij kennis en ervaring opdoen om de
verantwoordelijkheid voor het onderwijs-
programma (weer) over te nemen. ZOA
richt zich met name op basisonderwijs
voor kinderen en functionele alfabetise-
ring voor volwassenen.
7. Gebruiken jullie het nieuwe motto
ook in de landen waar jullie werken?
Jazeker! In de meeste landen gebruiken we
de Engelse versie: Relief I Hope I Recovery.
In de Franstalige landen Burundi, Congo en
Haïti gebruiken we Aide I Espoir I Relèvement.
Foto
: Jac
o K
lam
er
12 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
INT
ER
VIE
W M
ET..
.
“Drieluik HULP I HOOP I HERSTEL is belangrijk”
In tijden waarin helaas zwaar wordt
bezuinigd op ontwikkelingssamen-
werking maakte hij tijd voor ZOA vrij
om een aantal –schriftelijke – vragen te
beantwoorden.
ZOA introduceerde een nieuw motto:
Hulp Hoop Herstel. Herkent u dat
drieluik als belangrijk in fragiele
situaties?
Ja, ik herken me in grote lijnen in deze
drieslag. Alle drie de aspecten zijn even
belangrijk. Het is altijd zaak eerst acute
nood te lenigen. Pas daarna kun je de
fundamenten leggen voor een betere toe-
komst. Uiteindelijk komt – als alles goed
gaat – het herstel.
Dit vraagt om langdurige betrokken-
heid. U heeft een beperkt budget. Hoe
gaat u om met dat dilemma?
Nederland geeft noodhulp uit medemen-
selijkheid. Maar we richten ons daarnaast
vooral op de lange termijn. Als één van
zeer weinig landen in de wereld heeft
Nederland een ontwikkelingsbudget van
0,7 procent van het bruto binnenlands
product. In 2012 is dat 4,4 miljard euro.
Met dat bedrag willen we effi ciënte en
effectieve hulp bieden. Dit betekent
dat we ons richten op terreinen waar
Nederland een meerwaarde heeft: water,
voedselveiligheid, seksuele gezondheid en
gender, en veiligheid en recht in fragiele
staten. Zo investeren we in duurzame
ontwikkeling.
Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken Ben Knapen (60) is sinds
14 oktober 2010 de verantwoordelijk bewindspersoon voor Ontwik-
kelingssamenwerking. De CDA-politicus begon als leraar geschiede-
nis, en heeft daarna als journalist in Duitsland, de Verenigde Staten en
Zuidoost-Azië gewerkt voor NRC-Handelsblad. Ook is hij enkele jaren
hoofdredacteur van het NRC geweest en heeft hij functies bekleed bij
Philips en PCM Uitgevers.
STAATSSECRETARIS BEN KNAPEN
Foto: Sven Torfi nn | Portretfoto: ministerie van Buitenlandse Zaken
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 13
U hebt forse bezuinigingen moeten
doorvoeren op ontwikkelingssamen-
werking. Kunt u een voorbeeld geven
van een pijnlijke keuze die u heeft
moeten maken?
Elke bezuiniging is pijnlijk, zeker op het
terrein van ontwikkelingssamenwerking.
Maar uiteindelijk maak je een positieve
keuze: op welk terreinen kan Nederland
écht het verschil maken voor armen in
ontwikkelingslanden? We maken van de
nood een deugd door te moderniseren.
Kunt u een voorbeeld noemen van een
situatie waarin de hulp van Nederland
echt het verschil heeft gemaakt?
Als ik er één mag noemen, dan kies ik voor
mijn bezoek aan boeren in Ethiopië. Met
kleine bijdragen uit Nederland aan zaad-
veredeling, en met Jan van de Haar als
deskundige boer, hebben zij de productie
op hun grond weten te verdubbelen. Het
zijn ondernemers geworden. Zij kunnen nu
produceren voor de markt en zijn zelf niet
kwetsbaar meer. Dat is fantastisch.
In uw beleid is de nadruk verschoven
van sociale naar economische ontwik-
keling. Maar armoede is ook vaak een
verdelingsvraagstuk. Sociale ontwikke-
ling, zoals onderwijs en gezondheids-
zorg, versterkt de armste mensen,
zodat zij voor hun rechten kunnen
opkomen en aan hun eigen ontwikke-
ling kunnen werken. Hoe voorkomt u
dat slechts een kleine minderheid profi -
teert van economische ontwikkeling?
Uiteraard is bijvoorbeeld onderwijs
belangrijk voor ontwikkeling. Maar de
balans tussen sociale en productieve
sectoren is de laatste decennia een beetje
zoek geraakt. Voor armoedebestrijding
is duurzame economische groei onont-
beerlijk. Zonder het bedrijfsleven, hier
en in ontwikkelingslanden, is groei niet
mogelijk. Zij zorgen voor banen, zij zorgen
voor belastinginkomsten. Daarom zet dit
kabinet sterk in op het bedrijfsleven.
Natuurlijk moeten ook de allerarmsten
kunnen profi teren van economische groei.
Daarom richten wij ons bijvoorbeeld op
duurzame handel. En Nederland bouwt
voort op partnerschappen met maat-
schappelijke organisaties. De kracht van
deze organisaties is juist hun contact met
de allerarmsten.
U stelt dat Nederland zich moet rich-
ten op gebieden waar het internatio-
naal verschil kan maken, en waarmee
tegelijk een Nederlands belang wordt
gediend. Zou u als CDA-politicus niet
een tegengeluid moeten laten horen;
we verlenen geen hulp omdat we er
zelf baat bij hebben, maar omdat we
het in Nederland ongeloofl ijk goed
hebben en daarmee een verantwoor-
delijkheid dragen voor onze naaste
wereldwijd?
Van een CDA-politicus, van iedere politi-
cus, mag je verwachten dat hij probeert de
beste resultaten te behalen. Ik ben ervan
overtuigd dat wederzijds profi jt de effi ci-
entie en de effectiviteit van ontwik
kelingssamenwerking ten goede komt.
Dáár gaat het om. Behaalde resultaten
zullen ook het draagvlak voor ontwikke-
lingssamenwerking versterken. Daar richt
ik me op. Elke dag.
U heeft september jl. Somalië bezocht.
Hoe komt het toch dat het niet lukt
om daar een begin van basisveiligheid
te garanderen?
Door het ontbreken van een legitiem
gezag is ruimte ontstaan voor internatio-
nale criminaliteit, piraterij en terrorisme.
Dit maakt het lastig om basisveiligheid te
creëren, met name in Zuid- en Centraal
Somalië.
De VN en EU hebben zowel de fi nanciële
middelen als de personele capaciteit om
de stabiliteit op relatief grote schaal te
bevorderen. Maar ook deze organisaties
hebben te maken met de onveiligheid in
grote delen van Somalië. De EU moet ove-
rigens wel meer met één mond praten en
programma’s beter op elkaar afstemmen.
Wat is uw visie op hulpverlening in
fragiele staten?
Het is belangrijk om eerst de veiligheid en
rechtsorde in deze te landen te verbe-
teren. Pas daarna kan er sprake zijn van
wederopbouw en economische ontwik-
keling. In Somalië is voedselzekerheid
en de ontwikkeling van de private sector
nog een brug te ver. Stabiliteit is daar
prioriteit.
“Zonder het bedrijfsleven, hier en in ontwikkelings-landen, is groei niet mogelijk.”
14 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
TERUG NAAR HUIS, T In Noord-Uganda is 95 procent van de bevolking ontheemd geraakt in de periode
1987-2007. Sinds de rust in het gebied is hersteld, ondersteunt ZOA de terugkeer van
ontheemden naar hun eigen dorpen. De beschikbaarheid van onderwijs is een belangrijke
stimulans voor de beslissing om terug te gaan. Met het grote onderwijsprogramma ‘Terug
naar huis, terug naar school’ voorziet ZOA in een grote behoefte.
Resultaten kort: 2008-2010In de eerste jaren van dit programma hebben we bijna
tienduizend kinderen kunnen bereiken met dit onder-
wijsprogramma. Naast 74 klaslokalen en woningen
voor 34 docenten hebben we tientallen waterpunten
en latrines aangelegd. Deze faciliteiten worden niet
alleen door de school gebruikt, maar ook door de
dorpelingen in de buurt. Verder zijn vele docenten
getraind. Eén van hen, Achan Jacqueline, vertelt daar-
over: “Ik vond het inspirerend om te leren hoe je met
ouders kunt communiceren, en hoe je met meisjes
om moet gaan die geconfronteerd zijn met geweld en
seksueel misbruik. Ik voel me nu bekwaam als onder-
wijzeres en mijn zelfvertrouwen is gegroeid.“
Foto boven
Na jarenlange oorlog waren schoolgebouwen vervallen of ver-
woest. Kinderen kregen les onder een boom.
Foto’s boven
Het programma bestaat uit diverse onderdelen: de bouw van
scholen en lerarenwoningen, het leveren van materialen, en voor-
lichting. De beschikbaarheid van leerkrachten die in de dorpen
willen werken, is een behoorlijk knelpunt. Daarom bouwen we
docentenwoningen bij de scholen. Dat stimuleert de leerkrachten
om terug te keren vanuit de kampen.
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 15
Foto’s boven
Naast deze hardware geeft het project veel aandacht aan voor-
lichting en bewustwording. Docenten krijgen cursussen over het
begeleiden van kinderen, het belang van onderwijs voor meisjes,
over het herkennen van problemen bij kinderen en over HIV/Aids-
preventie. Op school worden lessen gegeven in hygiëne: waarom
het belangrijk is je handen te wassen en om je leefomgeving op
school en thuis schoon te houden.
Ouders en docenten organiseren zich in een medezeggenschaps-
raad, ZOA ondersteunt hen daarbij. Dit vergroot de betrok-
kenheid van ouders bij het onderwijs van hun kinderen enorm.
Leerlingen vormen theatergroepjes die zingend en toneelspelend
onderwerpen als tienerzwangerschappen en HIV/Aids-preventie
aan de orde stellen.
Dit programma is mede gefi nancierd door de Driestar (zie ook
pagina 7) en door de opbrengst van Walk4Water 2008.
ERUG NAAR SCHOOL
Op onze website vindt u het verhaal van Auma Josephine, een meisje dat volgens eigen zeggen allang was gestopt met school als ze ZOA’s
Girl Child Empowerment Programme niet had gevolgd.
Foto’s onder
Verder is veel aandacht besteed aan water en sanitaire voorzie-
ningen bij de scholen. Dit komt gezonde omstandigheden voor
de kinderen ten goede. Het is ook een erg belangrijke voorwaarde
voor onderwijs aan wat oudere meisjes. Veel meisjes gaan name-
lijk niet meer naar school zodra ze gaan menstrueren. Door wc’s
en wasgelegenheid voor meisjes aan te leggen, hoeven ze zich
dan niet meer oncomfortabel te voelen.
16 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
DE
VE
LD
ME
DE
WE
RK
ER
De goedlachse en bescheiden Teddy
is de trotse vader van vier kinde-
ren, twee meisjes en twee jongens.
Zijn jongste dochter, Gael, is net een half
jaar oud. Hij straalt als hij over zijn gezin
vertelt. Naast zijn vrouw en kinderen
zorgt Teddy voor zes andere familieleden,
waarvan vier bij hem in huis wonen. Ook
zijn grootouders leven nog en Teddy helpt
ook hen als ze iets nodig hebben, zoals
medicijnen of kleding.
Beginnen met gebed
Teddy werkt voor ZOA sinds februari
2011. Teddy: “Ik werk al twaalf jaar in de
humanitaire sector, en nu dus voor ZOA
in Lubero. Ik ben erg blij dat ik voor een
organisatie kan werken die dezelfde waar-
den heeft als ik. Elke ochtend beginnen we
met gebed, op deze manier begint mijn
dag direct al goed.”
“Ik ben verantwoordelijk voor de activitei-
ten van ZOA op het gebied van voedsel-
zekerheid. Meer dan 80 procent van de
bevolking in het district Lubero is afhan-
kelijk van landbouw en veeteelt, maar de
oorlog heeft veel problemen veroorzaakt
in de sector. Bovendien ondersteunt de
regering de boeren niet, ze worden aan
hun lot overgelaten. Zelf kom ik ook uit
een boerenfamilie, dus ik weet hoe zwaar
de mensen het hebben.”
Eén grote familie
“Ik vind het geweldig om de gemeenschap
te kunnen ondersteunen in mijn werk,
vooral omdat ik zelf uit deze regio kom.
De mensen voor wie ik mij inzet beschouw
ik als familie: mijn tantes, mijn neefjes.
Ik zie de bevolking van het hele district
als een grote familie.” Grappend voegt
hij er aan toe: “Ik heb de afgelopen jaren
in zoveel dorpen gewerkt, als ik ooit de
politiek in wil, weet ik zeker dat de mensen
vertrouwen in mij zullen hebben en me als
kandidaat zullen voordragen.”
Het programma van ZOA in Lubero is nog
maar net opgestart. Het ZOA-kantoor
staat in Butembo, een stad op anderhalf
uur reizen van Lubero, ook Teddy woont
in Butembo. Teddy: “In Lubero zijn geen
voorzieningen, we moeten ons echt
behelpen. Dat is soms wel lastig. Maar ik
ben gewend aan het vele reizen en aan
het leven in de dorpen waar ZOA werkt. Ik
voel me goed als ik daar ben.”
Hoop
Op de vraag of hij nooit moedeloos wordt
van de talloze problemen, antwoordt hij:
“ZOA besteedt veel aandacht aan het
identifi ceren van de belangrijkste proble-
men in de gemeenschappen, en pakt die
vervolgens aan. Ik geloof daarom dat onze
hulp echt tot veranderingen zal leiden. De
mensen hebben het zwaar, maar ik weet
dat er hoop voor hen is.”
TEDDY MUHINDOLeeftijd
36 jaar
Functie
projectcoördinator
Waar
District Lubero, provincie
Noord-Kivu, Democratische
Republiek Congo
Congolezen kijken liever serieus op een foto., maar voor ons maakte Teddy graag een uitzondering.
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 17
09:18 uurHet merendeel van de wegen die ZOA ge-
bruikt om in de dorpen te komen, verkeert
in slechte staat. Al sinds begin jaren ’90
onderhoudt de overheid de wegen op het
platteland niet meer. De boeren probe-
ren het wel, maar in het regenseizoen
veranderen ze in grote waterpoelen. Als
de dorpen met de landcruiser niet meer te
bereiken zijn, gaat Teddy met de motor.
10:23 uurLubero is het dichtstbevolkte gebied van
Congo en heeft ook het hoogst gelegen
dorp: Kipese op 2500 meter. ZOA werkt
in veel dorpen op grote hoogte. Teddy: ‘Ik
houd niet van kou, en je zult me dan ook
niet snel zonder mijn dikke jas zien!’
11:45 uur “We roepen de dorpsleiders en de bevol-
king van het dorp Luseke bijeen. In de ver-
gadering leg ik uit wat de mensen kunnen
verwachten van ZOA. Iedereen luistert vol
interesse en steeds meer mensen voegen
zich bij ons.
13:55 uurIn het Lubero-district rijden maar weinig
auto’s. De dorpen waar ZOA werkt, liggen
vaak afgelegen. Als er een auto stopt,
komen de kinderen snel aangerend, ook
als het regent. Teddy: “Soms maak ik
foto’s van ze met de digitale camera van
ZOA, dat vinden ze geweldig. Als ik hen de
foto’s laat zien, moeten ze altijd heel hard
lachen.”
16:31 uurIn Lubero hebben we geen kantoor. We
maken daarom gebruik van de faciliteiten
van andere organisaties. Hier maak ik
gebruik van de internetverbinding van
Handicap International. Het is fi jn dat
het kan, maar soms zit het hier vol met
mensen, dan is het lastig werken.
18:51 uurNa een lange werkdag breng ik mijn avond
door met mijn familie. Hier speel ik met
mijn kleine meisje van zes maanden. De
oudste drie gaan al naar school. De scho-
ling van mijn kinderen is mijn grootste
zorg. Ik werk niet alleen voor het welzijn
van de bevolking in Lubero, maar ook voor
het welzijn van mijn familie.
OP PAD MET TEDDY
Op onze website nog meer foto’s uit het dagelijks leven en werk van Teddy Muhindo.
18 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
HO
E G
AA
T H
ET
NU
IN
...
De gezamenlijke fondsenwerving
leverde in totaal 3.156.893 euro
op. Doordat de fondsenwervings-
kosten gedeeld werden, konden die kosten
zeer laag blijven: slechts 1,08 procent van
de totale inkomsten.
Wat hebben we in Pakistan sindsdien
kunnen doen?
De eerste drie maanden stonden in het
teken van noodhulp. Voedsel, tenten,
drinkwater, muskietennetten, keukenma-
terialen, jerrycans en gasbranders. Aan
dit noodhulpprogramma in de provincie
Khyber Pakhtunkwa droegen de vier
Nederlandse organisaties allemaal bij.
De uitvoering verliep via de Pakistaanse
organisatie I-LAP (zie kader).
Omdat we weten dat het herstel na
een ramp vaak jaren duurt, willen we de
slachtoffers gedurende langere tijd bij-
staan. In gesprekken met de lokale over-
heid in de provincie Punjab werd duidelijk
dat het district Rahim Yar Khan een van
de meest getroffen gebieden was, en dat
er voor oktober 2010 nog nauwelijks hulp
was gearriveerd.
In dit gebied startten we een wederop-
bouwprogramma, dat tot 2013 zal duren.
Zoals vaak zijn ook bij deze ramp de
zwaksten in de samenleving het meest
gedupeerd. Zij leven in de risicogebieden,
waar anderen niet willen wonen. Het
programma richt zich op deze groep.
Schulden
Veel van deze mensen zijn kwetsbaar voor
uitbuiting. Ze worstelen met schulden,
omdat ze leningen moeten afsluiten om
zaaigoed of andere noodzakelijke spullen
te kunnen kopen. De rentes van deze le-
ningen zijn zo hoog, dat ze die met de op-
brengst van hun oogst niet of nauwelijks
kunnen afbetalen. Daarbij komt dat ze de
Augustus 2010 startten Dorcas, Red een Kind, Woord en Daad en ZOA een gezamenlijke
fondsenwervingsactie voor hulpverlening in Pakistan. Overstromingen troffen het hele
land van noord naar zuid; een gebied dat tien keer zo groot was als Nederland. Hoewel
het aantal dodelijke slachtoffers met zo’n 2000 personen relatief gering was, raakten
4,6 miljoen mensen dakloos en werden in totaal 20 miljoen mensen getroffen door
bijvoorbeeld schade of verlies van vee en oogst.
PAKISTAN EEN JAAR LATER
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 19
oogst via tussenhandelaren verkopen, die
hen een bijzonder slechte prijs betalen.
Het programma startte in november
2010 met de distributie van zaaigoed en
mest, precies op tijd voor de start van
het reguliere zaaiseizoen. Ook kregen de
boeren hulp bij het ontginnen van het
land doordat tractoren ter beschikking
werden gesteld. Deze aanpak is voor de
boeren essentieel geweest om niet door
de gevolgen van de overstromingen extra
in de schulden te raken.
Vervolgens zijn we begonnen met de
organisatie van boerengroepen. Nood-
hulpcoördinator John Buijs: “De doelgroep
is grotendeels ongeletterd en sociaal
achtergesteld. We helpen hen zich te or-
ganiseren en samen te werken. We stellen
goedkope leningen beschikbaar en helpen
hen bij gezamenlijke in- en verkoop. Een
soort coöperatie. Dat zal enorm veel
verschil uitmaken voor hun leven.”
Emotioneel moment
Michael Gillham, landenvertegenwoordi-
ger van ZOA in Pakistan, vertelt over een
ontmoeting met zo’n groep. “Ik bezocht
een dorp, waar ik werd ontvangen door een
groep van 25 oudere mannen. Ze waren
stil en teruggetrokken, en ik introduceerde
mezelf. Ik legde uit dat ik voor een chris-
telijke organisatie werk, die in het verre
land Nederland geld heeft ingezameld om
de slachtoffers van de overstromingen te
helpen. Ineens, uit het niets, was er een
luid applaus, en ik zag de blijdschap en
ontroering op hun gezichten. Dat was een
heel emotioneel moment.”
De groepen bestaan uit mannen, maar,
vertelt John Buijs opgewekt, “de vrouwen
krijgen we erbij cadeau. Binnen deze ach-
tergestelde groepen zijn de vrouwen nog
meer achtergesteld.” We hebben niet de
illusie dat een programma van drie jaar dat
kan veranderen. Maar binnen de bestaande
context werkt vrouwelijk I-LAP personeel
met de vrouwen van de mannen die aan
de offi ciële boerengroepen deelnemen. Ze
geven informatie over hun gezondheid (het
belang van handen wassen) en over het
belang van een gevarieerd dieet en helpen
WAT IS I-LAP?Interfaith – League Against
Poverty is een Pakistaanse
hulporganisatie met als doel het
bevorderen van begrip tussen
diverse godsdienstige bevolkings-
groepen. Hun methode laat zich
het best vertalen als opbouwwerk;
in dorpen en wijken werken ze aan
vredesopbouw en confl ictbemid-
deling, onderwijs, inkomenson-
dersteuning, water en sanitaire
voorzieningen en (her)bouw van
scholen.
EUVoor de bouw van duizend huizen
met daarbij een latrine hebben
we in september 2011 1,5 miljoen
euro toegezegd gekregen van de
Europese Unie. Bij dit programma
hoort ook hygiënevoorlichting en
de aanleg van drinkwatervoorzie-
ningen.
bij de aanleg van een moestuin. Vrouwen
zullen kennis en vaardigheden opdoen en
wij hopen zo bij te dragen aan hun zelfver-
trouwen en aan onderling respect tussen
mannen en vrouwen. Daarvoor maken we
bij de ‘mannenbijeenkomsten’ ook graag
gebruik van de expertise van I-LAP op het
gebied van vreedzame confl ictoplossing.
Tijdens trainingen over landbouwonder-
werpen zoals irrigatie of marketing van
producten, zetten we ook huiselijk geweld
en het vreedzaam oplossen van confl icten
op de agenda.
Cor en Liesbeth Verduijn waren betrokken
bij de eerste maanden van wederopbouw,
de gesprekken in de dorpen, en de vorming
van de groepen. Werk in zware omstandig-
heden, soms wel 50 °C. “Maar ‘s ochtends,
als ik uit het raampje van onze badkamer
keek, keek ik precies op het kruis van een
kerktoren, waarop de opkomende zon
glansde. Dat was iedere dag een enorme
bemoediging”, vertelt Liesbeth.
20 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
NIE
UW
S B
UIT
EN
LA
ND
20 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
Regenoverlast PakistanPakistan kent dit seizoen opnieuw zware regenval. Veel
mensen zijn hun oogst of vee kwijt geraakt, met name in
de zuidelijke provincie Sindh. In Punjab, waar ZOA actief
is, is de schade minder. Maar ook daar zijn het juist de
kwetsbaarste gezinnen die de zwaarste klappen oplopen.
Zo’n 7000 boeren in ons programma zijn een deel van
hun oogst verloren. We willen hen helpen met zaaigoed
en kunstmest en zijn nog op zoek naar fondsen om dat
mogelijk te maken.
Droogte AfghanistanIn het noorden van Afghanistan heerst ernstige droogte.
Samen met Tearfund UK is ZOA betrokken bij noodhulp
door de aanleg van wateropslagplaatsen. De dorpelingen
die daaraan meewerken, krijgen betaald. Het mes snijdt
zo aan twee kanten; de beschikbaarheid van water verbe-
tert en de deelnemers aan het programma verdienen geld
waarmee ze water en voedsel kunnen kopen.
Zware regenval treft onderwijsprogramma ThailandIn juli begon zware regen, die aanhield tot moment van
schrijven (10 oktober). Twee vluchtelingenkampen kregen
te maken met overstromingen, waardoor honderden
huizen wegspoelden. Enkele schoolgebouwen konden
niet meer gebruikt worden, deels omdat er ontheemden
in gehuisvest werden, en deels omdat de gebouwen zelf
te dicht bij de rivier lagen en last hadden van gronderosie.
Zo’n tweeduizend leerlingen in het ZOA-onderwijspro-
gramma werden hierdoor getroffen. We nemen de nodige
maatregelen door schoolgebouwen te verplaatsen of te
stutten. Ook bouwden we een brug van hout en bamboe,
zodat de toegang tot een school weer mogelijk werd.
Goed nieuws uit Sri LankaEurope Aid heeft een programmavoorstel van ZOA Sri
Lanka geselecteerd: ZOA ontvangt 3 miljoen euro voor
de uitvoering van een wederopbouwprogramma van drie
jaar. Voorwaarde is dat ZOA zelf tien procent van het
benodigde bedrag (dus 350.000 euro) opbrengt.
Het programma zal 4700 door de oorlog getroffen gezin-
nen in het noorden en oosten van Sri Lanka ondersteunen
bij de wederopbouw van hun bestaan. We richten ons
met name op mensen met een handicap, alleenstaande
moeders en jongeren.
Onze medewerker Gerard Hooiveld vertelt op pagina 27
van dit magazine meer over hoe het verkrijgen van zulke
fondsen in zijn werk gaat.
Verkiezingen Liberia en CongoOp 11 oktober waren er algemene en presidentsverkie-
zingen in Liberia gepland, met een tweede ronde gepland
op 8 november. In Congo staan presidentsverkiezingen
gepland voor 28 november.
In deze instabiele landen kunnen verkiezingen tot nieuwe
onrust en onlusten leiden. Wilt u bidden voor stabiliteit
en veiligheid in Liberia en Congo?
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 21H
UL
P H
OO
P H
ER
ST
EL
VO
OR
...
Sinds juli 2011 is Zuid-Sudan zelfstan-
dig. Het land moet van de grond
worden opgebouwd. ZOA helpt in
het gebied ten westen van Juba achtdui-
zend boerengezinnen, met middelen en
technieken om de landbouwopbrengsten
te verhogen en een inkomen te verdienen.
Gezonde bijen
“Acht jaar lang vocht ik
als soldaat voor de on-
afhankelijkheid van mijn
land, nu ben ik imker”
vertelt Jozef Lomodie Oli-
ver (35). ZOA helpt Jozef
en andere imkers de productie van honing
te verbeteren. Traditionele bijenkasten,
gemaakt van bladeren, klei en rietstengels,
worden vervangen door houten bijen-
kasten, die meer opleveren. Jozef toont
ze trots: ,,Imkers kunnen bijen in houten
kasten beter controleren en ziekten voor-
komen. Ook het oogsten gaat nu gemak-
kelijker. Ik heb geleerd geschikte bijen te
vinden, mijn bijenvolken gezond te houden
en honing te verkopen. Mijn zes kinderen
kunnen van de opbrengst naar school.”
Bijen zijn belangrijk voor de landbouw. Ze
zorgen bij het verzamelen van nectar en
stuifmeel voor bestuiving van vruchten en
groenten.
Muisvrij
De akker van Grace Jo-
zeph (37) is klaar voor het
nieuwe seizoen. De Zuid-
Sudaneze boerin is leider
van een boerengroep en
vertelt enthousiast over
de voorlichting van ZOA over de opbouw
van een gezond boerenbedrijf. ,,Wij leren
verbeterde zaden en gereedschappen
gebruiken, terwijl weer anderen worden
geschoold in het maken van landbouwge-
reedschappen en muisvrije opslagsilo’s.’’
Boerengroepen leren braakliggende gron-
den bewerken, ze werken effectief samen
op grote, gemeenschappelijke gronden.
Nieuwe gewassen worden geteeld die de
opbrengst van het land vergroten. Vooral
het samenwerken geeft Grace grote
vreugde: ,,De sfeer in onze gemeenschap
is heel goed door de samenwerking. Het
landbouwproject komt onze hele gemeen-
schap ten goede.’’
Binnenkort zullen de boeren – gezamenlijk
- de opbrengst van de oogst aan de man
brengen, waardoor ze minder afhankelijk
zijn van opkopers. Zo zullen Grace en vele
andere boeren een eerlijke prijs krijgen
voor de opbrengst van hun land.
Voor het uitbreken van de oorlog was Zuid-Sudan de graanschuur van Midden-Afrika. Boe-
ren verbouwden vele soorten groenten en fruit. Maar tijdens de jarenlange burgeroorlog
verlieten veel Zuid-Soedanezen hun vruchtbare gronden. In de loop van lange jaren op de
vlucht verleerden zij en hun kinderen hoe ze grond moesten bewerken en gezonde gewas-
sen konden kweken. De verwilderde akkers liggen vol landmijnen.
,,Landbouwproject komt iedereen ten goede’’
IMKER JOZEF EN BOERIN GRACE IN ZUID-SUDAN:
JOZEF
22 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
RE
PO
RTA
GE
Het is er meer dan veertig graden.
Er staat een stevige wind, waar-
door stuifzand vrij spel heeft. De
tenten staan gelukkig stevig vast. Maar
overdag kun je eigenlijk niet in de tenten
terecht, de brandende zon op het dak
maakt het binnen nog warmer dan buiten.
Nee, dit is geen gemakkelijke plek om te
overleven.
Het kamp lijkt langzamerhand goed geor-
ganiseerd. Er wordt dagelijks voedsel uit-
gedeeld. De watervoorziening komt steeds
beter op gang, er zijn latrines gebouwd.
Het Kobe-kamp begint op een stad te
lijken. Weliswaar van tenten, maar verder
met alles wat bij een stad hoort: water-
punten, marktplaatsen, een dokterspost,
sportveldjes, een bestuur, enzovoort. Het
besturen en onderhouden van de voorzie-
ningen voor 25.000 mensen vraagt heel
wat kennis en kunde. In een gebied met
een laagopgeleide bevolking, nauwelijks
infrastructuur en extreme droogte is het
moeilijk om daarvoor voldoende geschikte
mensen te vinden.
Brandhout
Deze nieuwe stad kent forse uitdagingen.
Eén daarvan is het voorkomen of oplossen
van spanningen tussen de lokale bevolking
en de nieuwkomers. De lokale bevolking
zag in één klap de hele leefomgeving ver-
anderen. De nieuwkomers beconcurreren
hen op de schaarse natuurlijke hulpbron-
nen die deze woestijnachtige omgeving
biedt en dat zet kwaad bloed. Zo is er veel
geruzie over brandhout. De omwonenden
van het kamp klagen erover dat kreupel-
hout in rap tempo verdwijnt. Vluchtelin-
gen melden dat ze worden aangevallen als
ze hout verzamelen om te kunnen koken.
Beide groepen hebben een punt in het
probleem dat ze aansnijden.
Het kamp Kobe bij Dolo Ado, aan de Ethiopisch-Somalische grens, maakt indruk door
z’n grootte. In onafzienbare rijen witte tenten worden ruim 25.000 mensen opgevangen
– ongeveer zoveel mensen als in Ermelo of Terneuzen. En dan te bedenken dat hier een
paar maanden geleden nog helemaal niets was; een droge, dorre vlakte waar hooguit wat
nomaden doorheen trokken met hun geiten, koeien en kamelen.
Een nieuwe stad in het midden van niks
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 23
ZOA is gestart met het uitdelen van
kooktoestellen die het houtverbruik
bijna halveren. Half september waren er
al duizend toestellen uitgedeeld en er
staan er nog eens 5500 gepland. Elk gezin
krijgt een training van een half uur in het
gebruik van het toestel. De mensen zijn er
erg blij mee. Het toestel bespaart veel tijd
om zelf hout te zoeken, en het bespaart
geld in het geval dat ze brandhout kopen.
Belangrijk is ook dat de kwetsbare na-
tuurlijke omgeving zoveel mogelijk wordt
ontzien, en dat daarmee tegelijkertijd de
spanningen tussen de lokale bevolking en
de vluchtelingen beperkt worden.
Structureel
Droogte is in deze regio een terugkerend
feit. Maar de gewelddadige confl icten in
Somalië zijn een belangrijke reden van de
escalatie van honger: het geweld belem-
mert boeren hun land te bewerken en te
kunnen oogsten. Hulporganisaties kunnen
werken aan verbeterde voedselzekerheid,
maar voor bevordering van stabiliteit is
ook politieke inzet nodig. Op diverse ni-
veaus trekken we dan ook aan de politieke
bel; o.a. door ChristenUnie-politicus Arie
Slob in Dolo Ado uit te nodigen en tijdens
een gesprek met staatssecretaris Ben
Knapen na afl oop van dat bezoek.
HulpverleningDe grote klussen zoals levering van de tenten en de voedselvoorziening pakken
de grote (VN-) organisaties op. ZOA richt zich op ‘de drie E’s’:
Environment
We distribueren speciale oventjes die veel brandhout besparen en daardoor
ontbossing beperken.
Education
We willen in het kamp starten met basisonderwijs. Voor de kinderen is onderwijs
uiteraard belangrijk voor de toekomst, maar het is ook een goede dagbesteding.
Deze kinderen, die ontbering en een vlucht uit hun eigen land achter de rug heb-
ben, kunnen op school de draad van kind zijn en leren weer oppakken. Verder is
onderwijs een prima aanknopingspunt voor voorlichting over hygiëne.
Economic development
We gaan de opzet van kleinschalige handel bevorderen. Denk aan kleine winkel-
tjes en diensten als kledingherstel.
Met de lokale bevolking maken we plannen om de irrigatie te verbeteren en zo
tweede oogsten mogelijk te maken. Dit komt zowel de lokale bevolking als de
vluchtelingen ten goede.
Mako Omar Ali (32) is vanuit een dorp
achter Luuq in Somalia komen lopen
naar Dolo Ado.
Vier van haar zes kinderen heeft ze
meegenomen. Twee kinderen heeft
ze achtergelaten bij familie omdat ze
bang was dat ze de tocht niet zouden
overleven. Ze heeft niets meer van hen
gehoord en heeft geen idee hoe het
met ze is.
Haar man handelde in brandhout, dat
hij verzamelde in de bush. Tot hij een
aantal maanden geleden niet meer
thuis kwam. Tijdens een zoektocht
vond men zijn vermoorde lichaam. Wie
het heeft gedaan, is nooit duidelijk
geworden. Mako: “Misschien heeft het
iets met Al Shabaab te maken, dat ze
hem wilden dwingen mee te vechten.”
Mako kon haar gezin zonder man niet
langer onderhouden. Omdat ze op de
BBC-radio had gehoord dat in de kam-
pen bij Dolo Ado in Ethiopie hulp werd
geboden, koos ze ervoor daarheen uit
te wijken. In totaal heeft zij twaalf da-
gen met haar kinderen moeten lopen.
“Vooral de eerste dagen waren zwaar”,
vertelt ze. “Ik heb veel gehuild, maar
we hebben het gehaald. Nu wachten
we op betere tijden. Het geweld moet
stoppen.”
Het verhaal van Mako staat niet
op zichzelf, tachtig procent van de
120.000 bewoners in de kampen bij
Dolo Ado is jonger dan achttien en van
volwassenen is een ruime meerderheid
vrouw. Er gaan veel verhalen dat man-
nen worden vastgehouden en gedwon-
gen worden gerekruteerd.
Eén uit duizenden: Mako Omar Ali
24 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
Waarom kiezen jullie deze foto als
beeld van wat het meeste bijbleef?
‘De ontmoeting met dit gezin kwam hard
aan’, vertelt Piety. ‘Dit gezin is jarenlang
op de vlucht geweest. Ze hebben drie van
hun zes kinderen verloren. Na de woelige
oorlogsjaren konden ze terugkeren naar
hun dorp, maar ze hadden niets meer.
Op deze foto staan ze op een stukje
land dat ze met geld van ZOA hebben
kunnen beplanten. Maar totdat ze de
eerste gewassen kunnen oogsten, houdt
de armoede aan. Ze kunnen zelfs het
schoolgeld van 1 dollar per maand niet
betalen. Uit zelfbescherming had ik mezelf
in Nederland voorgenomen om enige af-
stand te bewaren. Maar daar stond ik dan,
hevig geëmotioneerd in een cassaveveldje.
’ Frans valt haar bij: ‘Het was de pijn in
hun ogen die mij raakte. Je weet wat voor
gruwelijkheden een oorlog met zich mee-
brengt en je vraagt je af: wat hebben deze
mensen allemaal meegemaakt?’
Wat betekent de hulp van ZOA voor
dit gezin?
‘ZOA geeft middelen om een eigen
inkomen te verdienen’, vertelt Frans. ‘Ze
krijgen bijvoorbeeld een geit of visgereed-
schap. Dit gezin kreeg poot- en zaaigoed.’
‘Dat is direct ook de positieve boodschap
die in deze foto besloten ligt’, vult Piety
aan. ‘Nu heeft dit gezin het moeilijk, maar
je weet dat ze het beter krijgen wanneer
de eerste gewassen geoogst kunnen
worden. Een deel van de oogst eten ze zelf
op, de rest kunnen ze doorverkopen. Met
de opbrengst kunnen de kinderen naar
school.’
Wat vonden jullie van de rest van de
reis?
‘Zeer indrukwekkend’, zegt Frans. ‘En ook
een beetje frustrerend. Ik ben ondernemer,
een doener. Problemen wil ik oplossen. In
Congo zagen we dat je de problemen niet
eventjes kunt oplossen. Je kan wel zaai-
goed geven, maar de mensen zijn tien tot
vijftien jaar vluchteling geweest. Ze weten
niet meer hoe je gewassen verbouwt.
Goed dus, dat ZOA hun daar training in
geeft. ZOA zet in op zelfredzaamheid en
dat spreekt ons erg aan.’
Jullie zijn weer een paar maanden
terug in Nederland. Heeft de reis jullie
veranderd?
‘Als ambassadeurs is het onze taak om
mee te denken over de invulling van het
project en ons netwerk te gebruiken om
sponsoren te werven’, legt Piety uit. ‘Sinds
we in Congo zijn geweest, is onze bijdrage
veel concreter geworden. Zo zorgen we
dat er een cassavemolen komt in een van
de dorpen die we bezochten.’ ‘Voor de reis
waren we bescheiden over ons werk voor
ZOA’, voegt Frans toe. ‘Maar nu praten we
er veel meer over. Zo brengen we ZOA on-
der de aandacht van mensen. Wij hebben
het hier heel goed. Die welvaart kunnen
we best een beetje delen met de mensen
in Congo.’
Frans en Piety Muller werden in 2009 Business Ambassadeur bij het Congo-team.
Gewoon, omdat ze vinden dat je niet op de wereld bent om alleen voor jezelf te leven.
In mei jl. bezochten ze ZOA’s programmagebied in Zuid-Kivu. Bovenstaand gezin bleef hen
het meest bij.
Tekst: Nicole Resink
ON
DE
RN
EM
EN
D
Ook Business Ambassadeur worden? Er zijn teams voor Cambodja, Sri Lanka, Burundi, Ethiopië, Congo en Liberia.
De pijn in hun ogen
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 25
IK VOEL DE HOPELOOSHEID
Daar zit ik dan: in de woestijn, met zand in mijn haar en in mijn ogen. Naast
me zitten Rahman Abdi en haar zieke dochtertje Sahlan. Het meisje is
ernstig ondervoed en ziek, hangt tegen haar moeder aan. Zelden voelde ik
zo’n hopeloosheid - van deze moeder, van de duizenden Somalische vluchtelingen
hier, en tegelijk van de mensen in Somalië, onbereikbaar voor hulp.
Ik voel de hopeloosheid tot diep in mijn lijf en mijn hart. Tegelijk voel ik een
groot verlangen om juist op plaatsen waar het onrecht zo groot is, toch te blij-
ven helpen. Maar waar beginnen we aan? Is niet alles wat we doen een druppel
op de gloeiende plaat?
Tegelijk weet ik: al kon ik maar één gezin helpen, ik zou het doen. Elk mens is een
uniek schepsel van God, en heeft recht op zorg, water, onderwijs. Recht op leven.
Terug in Nederland zal ik me opnieuw vol overtuiging inzetten om het verhaal
van onrecht en honger te vertellen, en hoe wij als ZOA in situaties van hopeloos-
heid de handen en voeten van de Here Jezus willen zijn.
Hulp, hoop, herstel. Ons nieuwe motto vertelt wat we doen en wat we willen
bereiken. Maar vooral vat dit motto samen waarom we dit doen: omdat we
mogen bijdragen aan Gods toekomstperspectief voor zijn wereld, waarop vrede
en gerechtigheid een alledaagse werkelijkheid zullen zijn.
Zo ver is het nog niet. Eerlijk gezegd weet ik niet of de kleine Sahlan het gaat
halen, ze is zo ziek. Ik ben aangeslagen en verdrietig. Tegelijk voel ik me gemoti-
veerd en gesteund. We ontvangen veel giften voor de slachtoffers van de honger.
Dank u wel voor uw betrokkenheid. Hulp, hoop en herstel dankzij u.
Reageren?
VRAAG & ANTWOORDWe ontvangen geregeld vragen of opmer-
kingen over ons werk. We beantwoorden
uiteraard alle vragen persoonlijk, maar
sommige vragen zijn voor meer mensen
interessant. Vanaf nu zullen we daarom in
deze rubriek ruimte maken voor antwoor-
den op uw vragen.
Reclamecampagne ZOA
Vanaf 12 september heeft ZOA geadver-
teerd naar aanleiding van de introductie
van het nieuwe motto. We ontvingen
daarover de volgende vraag (zowel vraag
als antwoord zijn overigens een samen-
vatting):
“We zagen in het Reformatorisch Dagblad
vier grote kleurenadvertenties voor ZOA
(terwijl heel de RD-achterban ZOA kent.)
We schrokken ervan. Ook via de radio
hoorden we vandaag een reclame van
ZOA. Wat een geldverspilling. Gebruik het
geld van de gevers voor het doel waarvoor
het bestemd is.”
Helaas is het zo dat zich zelden spontaan
nieuwe donateurs aanmelden. Naams-
bekendheid en bekendheid met ons werk
blijven nodig om ook nieuwe mensen te
betrekken bij ons werk. We wegen uiteraard
de kosten van een advertentiecampagne af
tegen de verwachte nieuwe inkomsten. Van
rechtstreeks naar de doelgroep. Vier pro-
cent van onze inkomsten zijn administratie-
en beheerskosten (overhead) en slechts 5
procent van onze inkomsten wordt gebruikt
voor fondsenwerving. We zijn altijd op zoek
naar manieren om zo verantwoord mogelijk
met ons geld om te gaan, bijvoorbeeld door
te zoeken naar sponsors voor dekking van
kosten.
Heeft u ook een vraag of opmerking?
Die kunt u sturen aan Margaretha de
Koning ([email protected]).
Foto
: Car
el S
chu
tte
26 |
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
LE
ES
TIP
S /
RE
CE
PT TROPISCHE
FRUITSALADEWij adviseren Max Havelaar-fruit,
zodat de producenten een goede
prijs hebben gekregen. Mocht uw
supermarkt dit niet verkopen, dan
kan het natuurlijk nooit kwaad er
eens om te vragen.
2 eetlepels gemalen kokos
Snijd het fruit in stukjes en meng
ze met versnipperde muntblaad-
jes, of met citroensap en geraspte
citroenschil. Rooster de kokos
goudbruin en strooi het over de
fruitsalade. Lekker als bijgerecht
of als toetje.
Over de landen waar ZOA werkt, is meer te vertellen dan we ooit in dit magazine zullen kunnen plaatsen.
We geven u daarom tips over boeken, die u op een heel andere manier meenemen naar één van de landen waar ZOA werkt.
Hebt u ook leestips? We ontvangen ze graag! [email protected]
Journaliste Els de Temmerman doet in
haar eerste boek over Noord-Uganda
verslag van de zoektocht naar een
groep meisjes die door de Lords Resis-
tance Army ontvoerd waren uit hun
school. Ze werd zo gegrepen door de
situatie dat ze in een opvanghuis ging
werken voor kinderen die erin slaagden
te ontsnappen. Daarover schrijft ze in
“En toen moest ik mijn broer doodbij-
ten”. Op toegankelijke manier schrijft
ze over de gruwelijkheden die deze
kinderen hebben ondergaan, en over de
nieuwe start die ze maken na terugkeer
uit de bush.
De meisjes van Aboke en En toen moest ik mijn broer doodbijtenELS DE TEMMERMAN
Anderhalve dag na de aardbeving van
januari 2010 arriveerde journalist
Melissen in Haïti. Hij keert er in het
jaar daarop geregeld terug en doet
betrokken verslag van de verwoes-
ting, de pogingen tot puinruimen
en wederopbouw. Rode draad van
zijn verhaal is de zoektocht naar het
werkelijke aantal slachtoffers. Hij bezoekt massagraven,
ziekenhuizen en mortuaria, en toont aan dat het aantal
slachtoffers veel minder is dan de steeds hogere schat-
tingen die elkaar af lijken te troeven. Gelukkig verliest hij
niet uit het oog dat ook een ramp die 50.000 levens eist
verschrikkelijk is.
Haïti, een ramp voor journalisten
Tijdens een presentatie in Nederland,
waar mango-etende Zuid-Sudanezen
op de foto te zien waren, kregen we
kritische vragen. “Mango’s? Weet u
wel hoe duur die zijn? Die kunnen zelfs
wij nauwelijks betalen!”
Gelukkig groeien de mango’s in Zuid-
Sudan overdadig. Maar van alleen
mango’s kun je niet leven. Door gebrek
aan essentiële voedingsstoffen zoals
eiwitten en koolhydraten raak je on-
dervoed, zelfs als je veel mango’s eet.
Het voedselzekerheidsprogramma in
Zuid-Sudan werkt aan de verbetering
van de landbouw door de verbouw van
verschillende gewassen te bevorderen.
Maar een lekkere mango is natuurlijk
nooit te versmaden!
MANGO’SFo
to: J
aco
Kla
mer
OK
TO
BE
R 2
011 | N
R. 2
| 27U
ITG
EZ
ON
DE
N
Voordat je bij ZOA kwam werken in
2009, was je accountant bij Ernst &
Young. Drie kinderen in Nederland ach-
terlaten, wonen in een ontwikkelings-
land, overstappen naar de non-profi t
sector, dat is nogal wat. Vertel eens
hoe dat zo kwam?
Ik had een zeer goed inkomen, maar ik
had het steeds minder naar mijn zin. Ieder
jaar meer winst maken ging ten koste van
mijn gezin en van mijn leven met God. In
oktober 2008 hebben Jenny en ik besloten
dat ik mijn baan zou opzeggen en dat we
graag ontwikkelingswerk wilden doen. Best
spannend op het moment dat de wereld
getroffen werd door een fi nanciële crisis!
Ik benaderde ZOA en voordat ik het wist
kwam het verrassende verzoek om in Sri
Lanka te gaan werken. We waren enthou-
siast, maar ook een beetje verbouwereerd.
Gelukkig reageerden onze kinderen positief.
De drie oudsten waren al uit huis, maar ook
Wouter zag het zitten.
Kun je aan een leek uitleggen wat een
‘hoofd donorrelaties’ doet?
Donoren zoals de Europese Unie en de Ver-
enigde Staten stellen fondsen beschikbaar,
maar het geld wordt niet zomaar gegeven.
We moeten daarvoor een projectvoorstel
inleveren, nog het beste te vergelijken met
een offerte. Op mijn afdeling werken acht
mensen die zich hiermee bezighouden.
Verder begeleid ik donoren als zij de
projecten bezoeken. Ook ondersteun ik de
veldstaf met voortgangsrapportages en
ben ik betrokken bij evaluaties.
Wat zijn minder leuke kanten aan
je werk?
Ons werk in het veld is heel fl exibel, want
we willen inspelen op de behoefte van de
mensen die we helpen. Maar de rappor-
tagevoorschriften van de donor zijn heel
strikt en aan strakke deadlines gebonden.
Dat is lastig met elkaar in overeenstem-
ming te brengen.
En verder: ik had gehoopt het rustiger te
krijgen. Maar dat is eigenlijk nauwelijks
uitgekomen.
Waar ben je blij mee of trots op?
Het veldbezoek van ECHO, één van onze
Europese donoren, was memorabel. Het
ging om een project voor noodshelters om
teruggekeerde vluchtelingen te bescher-
men in het regenseizoen. ZOA had geld
gekregen voor 500 shelters, grote VN-
organisaties voor 5000. We hadden hard
ons best gedaan voor dit bedrag, want de
grote organisatie profi leren zich graag als
geoliede machines.
Tijdens het veldbezoek werd het verschil
pijnlijk duidelijk. Terwijl ZOA alle 500
shelters in oktober al opgeleverd had, in
minder dan vier weken tijd, bleken de shel-
termaterialen bij de andere organisaties
nog in de verpakking te zitten..!
GERARD HOOIVELDLeeftijd
48 jaar
Functie
hoofd donorrelaties
Waar
Colombo, Sri Lanka
Getrouwd met
Jenny. Jongste zoon Wouter (14)
is ook meegegaan naar Sri Lanka
Foto: Carel Schutte
Onderwijs voor Afghaanse kinderen
WWW.KRUIDNOTENACTIE.NL
Kruidnoten actie 2011
Iedere ouder weet dat goed onderwijs
fundamenteel is voor een kind. In Afgha-
nistan krijgen veel kinderen van terug-
gekeerde vluchtelingen les in tenten. Dat
lijkt misschien spannend, maar dat is het
helemaal niet. “De tenten zijn heel koud
in de winter en heel heet in de zomer. De
kinderen kunnen zich niet concentreren en
worden heel vaak ziek”, vertelt Omidullah,
leraar het dorp AwchiKhord.
In elf dorpen bouwt ZOA samen met de
dorpelingen aan beter onderwijs. In drie
dorpen komen scholen speciaal voor meis-
jes, in de andere dorpen zal de school door
zowel jongens als meisjes gebruikt worden.
Wat onderwijs betekent voor deze men-
sen, blijkt uit het ontroerende verhaal van
Natasha Palubinski, de vrouw van ZOA’s
programmamanager Steve. Ze las een
verhaal voor aan de 20-jarige Farzana,
getrouwd en moeder van enkele kinderen.
Het duurde enkele momenten voordat
Farzana zich realiseerde dat de woorden
‘voortkwamen’ uit het papier. Ze kon er
niet over uit!
Analfabete vrouwen zoals Farzana leiden
een uiterst geïsoleerd leven. Door meisjes
de kans te geven naar school te gaan,
doorbreken we deze isolatie en investeren
we in hun toekomst en in die van hun
gezinnen.
U kunt de kruidnoten bestellen op de
website www.kruidnotenactie.nl
Verkoop gaat per doos. In een doos zitten
twaalf zakken.
Kruidnoten:
per zak van 500 gram: € 2,50
Chocoladekruidnoten:
per zak van 350 gram: € 3,50
(De helft van het bedrag is voor de kosten
van de kruidnoten, de andere helft komt
ten goede aan onderwijs voor Afghaanse
kinderen.)
Help mee! (Ver)koop
onze heerlijke kruidnoten!