Download - Gram september 2015 def

Transcript
Page 1: Gram september 2015 def

Composteren en milieubelasting

Meer belangstelling voor nascheiden van afval

Hoe doen zij dat met grof huishoudelijk afval?

GRAM

Groente en fruitresten verdwijnen nog te gemakkelijk in de afvalbak

JAA

RGA

NG

106 | NU

MM

ER September 2015

VAKBLAD VAN DE 7

Page 2: Gram september 2015 def

Recyclen doen we samen

Page 3: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 3

Vakblad van de NVRD

inhoudsopgave

8

10

14

16

22

Koffiedik heeft de toekomstEr wordt al veel gerecycled in Nederland en dankzij moderne wetenschap kan er steeds

meer. Een product dat tot voor kort voor veel restafval zorgde is koffiedik. Koffiedik

blijkt zeer geschikt om oesterzwammen op te kweken. Twee Nederlandse bedrijven

maken inmiddels gebruik van deze innovatieve manier van recycling.

Nieuwe impuls voor scheiden groente- en fruitrestenGroente- en fruitresten verdwijnen nog te gemakkelijk in de afvalbak. Steeds meer

gemeenten starten campagnes om het apart houden van deze gf-fractie te stimuleren.

Een gratis gf-keukenbakje met papieren of afbreekbare plastic zakjes lijkt een goede

optie om de drempel omlaag te brengen. Maar wat vinden de gft-verwerkers ervan, en

de makers van de Nederlandse kwaliteitscompost?

Inzameling medicijnafval verschilt per gemeenteDe inzameling van medicijnafval is in Nederland op gemeentelijk niveau geregeld.

In veel gemeenten kunnen inwoners hun overtollige medicijnen inleveren bij de

apotheek, maar in sommige kan dit alleen bij de milieustraat of de chemokar.

Ondertussen verdwijnen er ook medicijnresten in het restafval en het riool.

Nieuwe verwerkingstechnieken gft-afvalHydrolyse gecombineerd met fermentatie zou de vergisting en compostering van gft-

afval kunnen voorafgaan. Dat kan op termijn naast het bekende biogas en compost

ook waardevolle biobased grondstoffen opleveren waarmee duurzame bioplastics,

verf en smeermiddelen kunnen worden gemaakt. “Gemeenten moeten de nieuwe

ontwikkelingen goed in de gaten houden.”

Steeds meer belangstelling voor nascheiding afvalNascheiding zit duidelijk in de lift. Er komen steeds meer installaties voor nascheiding

van huisvuil, maar ook op het gebied van bedrijfsafval worden de mogelijkheden

onderzocht. Omrin, Attero en Rijkwaterstaat aan het woord over de stand van zaken

en hun activiteiten.

Foto voorplaat:

Hollandse Hoogte

lees verder op pag. 10

5 Bezem

6 Hoe doen zij dat met grof

huishoudelijk afval?

13 Kringloopbedrijven groeien

18 Bert Krom in Branchegenoten

21 Sectorplan AMBOR levert

Meerlanden veel energie op

26 De grootste gemeentelijke

afvalstroom circulair

28 NVRD nieuws

29 Column Olaf Prinsen, directeur NVRD

30 Afvalconferentie 2015

31 Branchenieuws

34 Agenda en colofon Lees verder op pag. 14

Recyclen doen we samen

T

Page 4: Gram september 2015 def

4 GRAM | september 2015

Voor gemeentendie willen doorleren

www.learningcenterkva.nl

Uitgevoerd door:

Hoe richt u als gemeente de inzameling van plastic afval zo

optimaal mogelijk in? En hoe kunt u dit efficiënter en effectiever

hergebruiken? Om gemeenten bij dit soort vraagstukken

te helpen, is het Learning Center Kunststof Verpakkingsafval in

het leven geroepen. U kunt bij ons terecht voor kennis en

informatie. Ook geven we advies: op verzoek stellen we – samen

met u – een verbeterplan op maat op.

Het Learning Center is bovendien een ontmoetingsplaats voor

gemeenten. Iedere gemeente heeft een eigen aanpak voor het

scheiden van plastic afval. Onze kennisbijeenkomsten en trainingen

zijn een uitgelezen kans om kennis over de aanpak én de opbrengst

uit te wisselen. Van elkaar leren? Kom ook langs!

17 sept. Nascheiding (ochtend) & PMD (middag)

Amersfoort

15 okt. Inzamelmethoden voor kunststof

verpakkingsafval en de regierol

van gemeenten (ochtend)

Utrecht

12 nov. Retoursystemen voor

kleine verpakkingen (ochtend)

Amersfoort

10 dec. Meer inzamelen en minder kosten

Utrecht

Voor meer informatie en aanmelden kijk op

www.lckva.nl/bijeenkomsten

VerdiepingssessiesKom naar de bijeenkomsten overde inzamel- en hergebruikketen

Page 5: Gram september 2015 def

BEZEMgenoeg om de keten sluitend te krijgen. Maar is dat de waarde waar het eigenlijk om draait, vraag ik mij af. Is geld nu het enige criterium? Is het misschien niet een andere waarde, bijvoorbeeld milieu, die leidend zou moeten zijn? Of service? Of arbeidsparticipatie? Hebben we nog het vermogen om dit samenspel in zijn geheel goed te bekijken en te bespreken?

Nederlanders zijn geboren handelaren. Als geen ander land weten we geld te maken, ook met afval. Hebben de ovens te weinig afval? In het buitenland is genoeg. Oud papier kent al sinds jaar en dag een positieve opbrengst en is een prettige post in de gemeentelijke begroting. Afvalkennis wordt meer en meer in het buitenland verkocht. Dan zal het met kunststoffen toch ook moeten lukken? Ik vis een grote frisdrankfles uit de struiken. Straks toch maar even zelf inleveren, het statiegeld gaat naar de school van de kids. Makkelijk verdiend.

HandelswaardeAlweer even lekker aan de gang, mijn dagelijkse rondjes lopend om de straten weer spik en span te krijgen, lijkt het of het zomergevoel nog even is blijven hangen. Het helpt dat de economie, voorzichtigjes, ook wat kleur op de wangen krijgt. Zegt men althans. Er wordt meer uitge-geven. Ik dacht al zoiets toen ik in het park kwam en meer vuil zag. Ook wordt er meer geïnvesteerd. Het afval wordt omgekeerd ingezameld, PMD grootschalig verwerkt en betrokken partijen zijn lekker met elkaar aan de slag. Het kan tenslotte altijd beter en goedkoper. En zo zijn we weer bij het geld. Het gaat alle kanten op. Van Griekenland tot aan de sportvereniging, als krediet of als beloning. Om de begroting op orde te krijgen of de sportvelden en omgeving schoon te maken.

Belonen is iets moois. Je kan dat ook verkeerd doen, maar een schou-derklopje of een vergoeding heeft nog nooit iemand vervelend gevon-den. Ook de Bezem niet. Een lekker opgeruimd plein voldoet overigens meer dan een procentje loon, uiteindelijk. Al is dat procentje ook wel fijn natuurlijk en al helemaal uit waardering voor geleverde diensten. Waardering. Het geven van een waarde aan iets of iemand. Oud papier heeft waarde, metalen ook. Kunststoffen ook, maar nog net even niet

GRAM | september 2015 5

Page 6: Gram september 2015 def

6 GRAM | september 2015

omhoog moet. Het doel is 65 procent in

2020, een behoorlijke opgave voor een

stad als Amsterdam. We gaan dus kijken

of de uitvoering efficiënter kan, of er

meer gerecycled kan worden, of we een

andere verwerker moeten kiezen. Maar

we weten nog niet hoe we dat precies

gaan aanpakken, we zitten nu in de ver-

kenningsfase.

Tips voor andere gemeenten?

Voorlopig kijken we vooral naar andere

grote steden, in Nederland én Europa,

hoe zij het doen. We zijn op zoek naar

de best practice. Als wij een goed pro-

ces hebben bedacht, hoop ik van harte

die kennis te kunnen delen met andere

gemeenten.

Om welke hoeveelheden gaat het?

Zo’n 4.000 ton per jaar. Amsterdam is na-

tuurlijk een stad met veel studenten, die

kopen doorgaans geen nieuwe meubels.

De levensduur van deze huisraad is kort

en dat levert veel grof huishoudelijk af-

val op. We merken ook dat de economie

aantrekt, mensen kopen meer, gooien

meer weg. Het aanbod grof huishoude-

lijk afval zal de komende jaren dus alleen

maar toenemen, verwachten wij.

Wat gebeurt er met de fractie(s)?

De gemengde restfractie gaat net als het

hout naar Van Gansewinkel. Die sorteert

het verder uit. We hebben contractafspra-

ken dat er daarbij zo veel mogelijk gere-

cycled wordt. Het web gaat naar het AEB.

Voor-/nadelen van dit inzamel- en

verwerkingssysteem?

Goede vraag! Voordeel is de duidelijkheid

en transparantie voor de burger, die weet

precies waar hij aan toe is. Elke maan-

dag, dinsdag of woensdag komen we

langs, dus dat is een laagdrempelig haal-

systeem. Nadeel is de efficiency. Je hebt

als inzamelaar geen idee van het aanbod

én je stimuleert bewoners niet om andere

oplossingen te bedenken. Het is bijvoor-

beeld makkelijker de oude wasmachine

aan ons mee te geven dan de producent-

verantwoordelijkheid te benutten, dat

wil zeggen de oude machine meegeven

aan de brenger van een nieuwe. Men

biedt zijn oude spullen ook minder snel

bij de kringloopwinkels aan, omdat onze

dienstverlening zo laagdrempelig is.

Plannen voor de toekomst?

Er ligt nu een bestuursopdracht vanuit de

gemeente. In een duurzaamheidsagenda

is bepaald dat het scheidingspercentage

Deze maand:

Hoe doen zij dat?Tekst: Hetty Dekkers

Hoe is de inzameling van grof

huishoudelijk afval geregeld?

Een keer per week halen we het grofvuil

huis-aan-huis op. Wij rijden vaste routes

op vaste inzameldagen. Dat doen we

met drie verschillende wagens, een voor

restafval, een voor hout en een voor wit-

en bruingoed (web). Die wagens komen

gemakkelijk vol. Alleen tuinafval halen

we op afspraak op. Naast deze ophaal-

service kunnen mensen hun grofvuil zelf

wegbrengen naar de milieustraat.

Waarom dit beleid?

Dat is historisch zo gegroeid, uit de tijd

dat we het restafval nog met zakken in-

zamelden. Amsterdam voert een autoluw

beleid, we zien liever niet dat iedereen

zelf de auto pakt om steeds wat weg te

brengen. Veel mensen in de binnenstad

hebben ook geen auto.

directeur/bestuurder Afvalservice West

(stadsdeel Amsterdam, 141.000 inwoners).

Contact: [email protected]

en [email protected]

inzameling van grof huishoudelijk afval

Edwin Ringeling

Page 7: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 7

bedden en ander grof huishoudelijk af-

val. Die resultaten hebben we voorge-

legd aan onze verwerker Vliko, die pas

een nieuwe sorteerinstallatie heeft ge-

opend voor grof restafval. Vliko sorteert

nu zo veel mogelijk de recyclebare com-

ponenten eruit, om die aan te bieden aan

de recyclingindustrie. De resultaten zijn

bemoedigend: meer dan de helft van ons

grof huishoudelijk afval wordt op deze

manier gerecycled of hergebruikt.

Voor-/nadelen van dit inzamel- en

verwerkingssysteem?

Je hoeft als gemeente niets extra’s in te

richten, bewoners gooien het afval ge-

woon in de bestaande bakken op de mi-

lieustraat. Je werkt aan duurzaamheid en

zolang de verbrandingstarieven niet te

hard kelderen, levert het financieel ook

voordelen op. Wat we wel merken, is dat

er soms geen afzetmarkt is voor de recy-

clebare stromen, of dat ze te slecht van

kwaliteit zijn zodat ze alsnog de oven in

moeten. Daar strookt de praktijk niet al-

tijd met wat je bedacht had.

Plannen voor de toekomst?

Deze pilot loopt tot september. Daarna

moeten alle deelnemende gemeenten

evalueren of ze er mee door willen gaan.

Tips voor andere gemeenten?

Het is voor iedereen interessant om eens

te bekijken wat je allemaal nog uit je grof

huishoudelijk afval kunt halen. Er komen

steeds meer verwerkers bij die daar iets

mee kunnen. Maar kijk wel wat realis-

tisch is. Wat je op papier bedenkt, is in

de praktijk niet altijd één op één over te

nemen.

grofvuil gebracht worden naar de milieu-

straat.

Waarom dit beleid?

We hebben een ontmoedigingsbeleid ten

aanzien van ophalen. Omdat daar alles in

één perswagen gaat. Op de milieustraat

zijn er veel meer scheidingsmogelijkhe-

den. Wat we bij de inzameling wel apart

houden is wit- en bruingoed en metaal.

Om welke hoeveelheden gaat het?

Bij de huis-aan-huisinzameling halen we

ongeveer 220 ton per jaar op, via de

milieustraat ruim 1.000 ton. Met die

aanmerking dat Noordwijk ook gebruik

maakt van onze milieustraat. Maar dit

zijn cijfers uit 2014, de inzamelresulta-

ten kunnen per jaar verschillen.

Wat gebeurt er met de fractie(s)?

We hebben nu een pilot lopen, samen

met Noordwijk en Teylingen, waarbij we

al het restafval van de milieustraat zo

veel mogelijk laten recyclen. We hebben

eerst een analyse uit laten voeren. Daar-

uit bleek dat er inderdaad nog veel recy-

clebare materialen, zoals hout, kunststof,

zand en metaal, zitten in bankstellen,

beleidsmedewerker afvalinzameling

gemeente Katwijk, 63.638 inwoners.

Contact: [email protected]

Hoe is de inzameling van grof

huishoudelijk afval geregeld?

We hebben een haal- en brengsysteem.

Eens in de acht weken kunnen mensen

hun grof huishoudelijk afval aan huis

laten ophalen. Ze moeten zich daarvoor

aanmelden, zit de route vol dan schui-

ven ze een beurt op. Daarnaast kan het

Saskia Agterdenbos

Page 8: Gram september 2015 def

8 GRAM | september 2015

Er wordt al veel gerecycled in Nederland en dankzij moderne wetenschap kan er steeds meer. Een product dat tot voor

kort voor veel restafval zorgde is koffiedik. Maar er blijkt ook een alternatief te zijn voor het residu van een kopje

koffie. Koffiedik is namelijk uitermate geschikt om oesterzwammen op te kweken. Twee Nederlandse bedrijven maken

inmiddels gebruik van deze innovatieve manier van recycling. En er zit nog meer in het vat.

Koffiedik heeft de toekomst

GRO Holland is een van die twee bedrijven. Eigenaar en oprichter Jan

Willem Bosman Jansen kwam de techniek op het spoor na een bezoek

aan Zimbabwe waar hij bij een project betrokken was waarin mensen

voedsel leren verbouwen op organisch afval. Die techniek vertaalde

Bosman Jansen naar de Nederlandse situatie en bedacht toen dat Ne-

derlanders – koffieleuten van nature – veel koffiedik of koffiedrap ach-

ter laten in het restafval. Met name de horeca blijft met veel drap zitten.

“De koffieplant is een van de minst effectieve planten die er is. Zo’n 0,5

procent van de plant wordt gebruikt om uiteindelijk koffie van te ma-

ken. Maar het organische residu van koffie blijkt heel goed geschikt te

zijn om paddenstoelen op te kweken. De paddenstoel is al een herge-

bruiker van zichzelf. Ook in de natuur groeit hij op takken en bladeren.”

Bitterballen en kroketten

In Nederland werkte Bosman Jansen zijn idee uit en presenteerde het

aan restaurantketen La Place. “Toen zij enthousiast bleken heb ik eerst

een eigen paddenstoelenkwekerij opgezet, maar na anderhalf jaar be-

sloten we het kweken uit te besteden. We konden de vraag niet meer

aan.” LaPlace is niet alleen de grootste leverancier van koffiedrap, maar

ook de grootste afnemer van paddenstoelen. GRO Holland levert ook

snacks met oesterzwammen zoals bitterballen, kroketten, ragout-

broodjes en tegenwoordig ook hamburgers aan bedrijven waar ze kof-

fiedik inzamelen. Dat gebeurt onder meer bij de Universiteiten van Am-

sterdam en Utrecht, bij ministeries, de RAI, Philips en Shell.

Het project loopt inmiddels vier jaar. “Er komt wekelijks vier- tot zes-

duizend kilo koffiedrap bij ons binnen. Dat verdwijnt anders bij het

restafval, dus het project is op zijn minst een goede oplossing voor het

verminderen van de afvalstroom.”

Pilot Avalex

Het succes van de duurzame kweekmethode viel ook op in Delft waar

afvalverwijdering- en reinigingsbedrijf Avalex november vorig jaar be-

sloot een experiment met de inzameling van koffiedrap in de horeca

op te starten. Senior accountmanager Gerard Kouprie legt uit waarom

na ruim een half jaar het project is stilgelegd. “We waren bijzonder

enthousiast over het hergebruik van koffiedrap en wilden weten of het

ook zou werken met ondernemers in de stad. Maar het bleek behoorlijk

lastig om het drap op een goede manier aan te leveren. Het probleem

in de binnenstad is dat er weinig ruimte is. Ondernemers gebruikten

bakjes om het drap in op te slaan, maar als je dat te lang laat staan gaat

het schimmelen en is het niet meer te composteren. Er is bovendien

best veel koffiedrap nodig om het de moeite waard te laten zijn. Wij

moeten het bulken voordat we het naar GRO Holland sturen en gingen

uit van 20 kuub per keer. Maar in de tijd dat het project liep zijn we

daar bij lange na niet aan gekomen. ”Avalex kwam met name twee

hindernissen tegen tijdens de pilot. “Ik denk dat het hergebruik van kof-

fiedik nog wat moet bezinken bij bedrijven. Het begint bij enthousiaste

horeca-ondernemers die mee willen doen. Aan ons project deden twin-

tig bedrijven mee, maar dat is eigenlijk te weinig. Een ander obstakel

vormde de manier waarop de deelnemers het drap moesten verzame-

len. Ze gebruikten nu lege sausemmertjes. Dat was wat

kunst- en vliegwerk voor ze. Als de kwekerij echt goed

aan de slag wil met het inzamelen van koffieafval, dan

zou er ook een betere opslagmethode moeten komen.”

Toch blijft Kouprie enthousiast over het hergebruik van

koffiedrap. “Ik sluit niet uit dat we het in de toekomst

weer proberen. Maar je moet het eigenlijk in een groter

verband doen.”

Jan Willem Bosman Jansen van GRO Holland is het daar

zelf ook mee eens. “Avalex heeft zichzelf gemeld voor

deze proef, maar ik zag toen al dat het ingewikkeld zou

Jan Willem Bosman Jansen:

“De paddenstoel is al een

hergebruiker van zichzelf.

Ook in de natuur groeit hij op

takken en bladeren.”

Page 9: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 9

Koffiedik heeft de toekomstworden. We werken vooral met grote ketens en grote

cateraars. Daar vindt ook dagelijkse logistiek plaats

waardoor het gemakkelijker is om het drap bij ons af

te leveren en paddenstoelen weer mee terug te nemen.

In Delft zamelde Avalex alles in, maar was het aantal

deelnemende restaurants eigenlijk niet groot genoeg.”

Rooskleurige toekomst

Ook de inzameling door consumenten is niet iets dat

Bosman Jansen heel realistisch acht. “Dat zie ik op korte

termijn eigenlijk niet snel gebeuren, maar tegelijk weet

ik niet hoe de inzameling van afval zich in Nederland zal

ontwikkelen.” GRO Holland heeft wel speciale growkits

voor consumenten. Die kunnen dan zelf oesterzwam-

men kweken op hun eigen koffiedrap. Al met al ziet

GRO Holland de toekomst van koffiedik rooskleurig in.

“We hebben het kweken en de logistiek nu goed op de

rit. We zullen vooral gaan werken aan marketing en we

maken ook steeds meer verschillende producten met

onze oesterzwammen. Op termijn zie ik een bedrijf met

tien tot vijftien vooral jonge mensen voor me.” Of het

ook ooit zo ver komt dat koffiedrap als gescheiden af-

val zal worden ingezameld bij bedrijven of consumen-

ten is nog de vraag. “Maar de potentie is er.”

Tekst: Sander Wageman

La Place zweert bij koffiedrap-project

La Place is de eerste en grootste afnemer van oesterzwammen van

GRO Holland. De ruim 150 restaurants van de keten verzamelen jaar-

lijks 160 ton koffiedrap die via het transport naar de paddenstoelen-

kwekerij in Brabant wordt gebracht. De paddenstoelen die groeien

op het gefermenteerde drap neemt La Place weer mee terug naar de

restaurants die daar gebruikt worden in de gerechten. Circulaire eco-

nomie in optima forma. Guido ten Hengel is verantwoordelijk voor

de inkoop en transport van alle gekoeld te transporteren grondstof-

fen bij La Place. Hij was vanaf het begin betrokken bij het project

met GRO Holland. “Wij verkopen ontzettend veel kopjes koffie”, legt

hij het proces uit. “Het koffiedrap dat overblijft, verzamelen we in

emmers waar eerder yoghurt of hangop in zat. De emmers gaan

retour met onze logistiek naar de kwekerij in Brabant. Daar wordt

de drap afgeleverd en neemt de chauffeur de paddenstoelen weer

mee terug.” De werkwijze levert La Place financieel geen voordeel op

maar het milieueffect is groot. “We vinden het vooral een mooie en

eerlijke manier om cradle to cradle te werken met een product”, zegt

Ten Hengel. “En eerder verdween al dat koffiedrap bij het restafval.

Dat we er nu iets mee doen is in dat opzicht winst.” Tegenwoordig

neemt La Place een keur aan producten af waarin de op koffiedrap

geteelde paddenstoelen zijn verwerkt. “In eerste instantie had GRO

Holland een kleine kwekerij waardoor we wat problemen hadden

met het volume van de aanvoer van paddenstoelen. Maar dat is op-

gelost.” De samenwerking is voor La Place een succes, zo stelt Ten

Hengel. “Ik denk dat we hier voorlopig nog wel mee doorgaan. Er is

geen enkele reden om dat niet te willen.”

Het organische residu van koffie blijkt heel goed geschikt te zijn om paddenstoelen op te kweken. Foto: GRO Holland

Page 10: Gram september 2015 def

10 GRAM | september 2015

NIEUWE IMPULS VOOR SCHEIDEN GROENTE- EN FRUITRESTEN

Groente- en fruitresten verdwijnen nog te gemakkelijk in de afvalbak. Steeds meer gemeenten starten

campagnes om het apart houden van de gf-fractie te stimuleren. Een gratis gf-keukenbakje met papieren

of afbreekbare plastic zakjes lijkt een goede optie om de drempel omlaag te brengen. Maar wat vinden

de gft-verwerkers ervan, en de makers van de Nederlandse kwaliteitscompost?

In ons restafval zit nog veel gft-afval. Ruim een derde

van het afval in de grijze container, zo wijzen sorteer-

analyses keer op keer uit, bestaat uit organische grond-

stoffen. Deze zijn prima geschikt om biogas uit te win-

nen en hoogwaardige compost van te maken. Resten

groente en fruit uit de keuken beslaan twee derde van

de gft-stromen die in de prullenbak belanden. Stro-

men waar nog waardevoller toepassingen voor in het

verschiet liggen, en wel als grondstof voor de chemie

en de farmaceutische industrie. Maar burgers blijken

moeilijk te porren om hun schillen, pitten en klokhui-

zen apart bij het gft te doen. Slim keukenmanagement

is geboden. Een aantal jaren geleden werd deze optie

aangereikt door de werkgroep Huishoudelijk Afval, die

het streven moest uitbroeden van toenmalig staatsse-

cretaris Joop Atsma om naar 65 procent recycling van

huishoudelijk afval te gaan.

Stimulans

Goed gereedschap is het halve werk. Om de scheiding

aan het aanrecht te optimaliseren, dient zich de optie

aan van het gf-keukenbakje aan met daarin biozak-

jes die zo bij het gft kunnen. Voorzieningen als deze

kunnen bij de burger de drempel voor dit aanvullende

maar zo belangrijke scheidingsgedrag verlagen en de

inzameling van de waardevolle gf-fractie naar een ho-

ger plan brengen. Een korte rondgang over internet

Gf-keukenbakje dient zich aan

leert dat een aantal gemeenten, waaronder Tilburg,

Venlo, Renkum en Den Bosch hier proeven mee heeft

gehouden. De indruk beklijft niet dat er vervolgens

met het nieuwe keukensysteem is doorgepakt. Daar is

niets over terug te vinden. Anno 2015 is de aandacht

in gemeenteland er weer wel, vooral vanuit de optiek

van voedselverspilling. Afvalsamenwerkingsverband

Cyclus heeft de afgelopen maanden in zeven van de

acht deelnemende gemeenten in de regio Gouda aan-

rechtbakjes met een setje composteerbare zakjes uit-

gedeeld. “De bakjes werden grif afgenomen. Er werd

zelfs geklaagd dat ze zo snel op waren”, zegt specialist

afvalbeheer Frans van der Have van Cyclus. De actie

maakt deel uit van de I love afval scheiden-campagne

van Cyclus. “Uit onze eigen sorteeranalyses weten we

dat het aandeel gft in het restafval de afgelopen jaren

is gestegen. In de tweede helft van de jaren negentig

was dat zo’n 20 procent, nu zitten we op 35 tot 40

procent gft. Bijna alleen maar gf-stromen, terwijl in de

gft-bak uitsluitend tuinafval wordt aangeboden.”

Van der Have beaamt dat burgers het niet prettig vin-

den om hun gf-resten apart te houden. “Dat vindt men

maar vies. Een aanrechtbakje is een prima systeem. Je

hebt minder last van stank en fruitvliegjes. Als het zak-

je vol is, mag het bij het overige gft.” Niet dat het keu-

kensysteem meteen het ei van Columbus is, beseft Van

Foto: Indaver

Page 11: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 11

Gf-keukenbakje dient zich aan der Have. “Veel mensen willen geen extra bakjes in hun

keuken.” Hoe de verhoudingen precies liggen, weet hij

niet. “Daar hebben we nog geen inzicht in. Maar de

interesse voor onze uitdeelacties was groot, dus dat

stemt positief.” Een goede versterkende maatregel is

de invoering van diftar, waarbij inwoners betalen naar

gelang de hoeveelheid restafval die zij aanbieden. Voor

gft-afval geldt geen tarief. Cyclus sluit hiermee aan bij

de landelijke trend om het tarief op gft af te schaffen.

“In de twee gemeenten waarin dit is ingevoerd, is het

gft-afval met 14 tot 21 procent toegenomen vergele-

ken met 2012. In de andere gemeenten geldt juist een

afname met 3,5 tot 6 procent.” Een belangrijk aspect,

wil Van der Have nog noemen, is de verkrijgbaarheid

van de composteerbare plastic zakjes in de super-

markt. “Uiteraard voeren we hier overleg over met de

winkeliers. Maar je ziet dat een keten als Action al zo

slim is de zakjes in hun assortiment op te nemen. He-

laas zit er niet in elk van onze gemeenten een Action.”

Verwerking

Het in de Cyclusgemeenten ingezamelde gft gaat naar

de hypermoderne Bio Power-installatie van Indaver in

Alphen aan den Rijn, die het organische afval volledig

omzet in groen aardgas, compost, biomassa en vloei-

bare CO2 voor tuinders en transporteurs. De aanwe-

zigheid van een hoger aandeel gf-resten is voor deze

installatie erg interessant. “We zijn blij met dit initiatief

van Cyclus, want van het ingezamelde gft kunnen we

mooie grondstoffen maken”, benadrukt manager mar-

keting Femke Mackenzie van Indaver. De verwerking

van de composteerbare zakjes is contractueel vastge-

legd. De burgers in de Cyclusgemeenten moeten er

goed op letten uitsluitend zakjes met het Kiemplant-

logo te gebruiken, die garanderen dat het kunststof

binnen negentig dagen afbreekt in de composteerin-

stallatie. Naast de installatie in Alphen aan den Rijn

heeft Indaver nog twee verwerkingsinstallaties, in Vlis-

singen en in de Europoort. Mackenzie laat weten dat

alle installaties de afbreekbare biozakjes kunnen ver-

werken. “De zakjes zijn erg dun en worden veel sneller

dan de gestelde maximumtermijn van negentig dagen

afgebroken. In ons eindproduct vinden we er niets van

terug. Onze afnemers stellen hoge kwaliteitseisen. Er

mag vaak geen enkele onnatuurlijke verontreiniging in

de compost zitten. Met name deeltjes glas of plastic

zijn uit den boze.”

Volgens Arjen Brinkmann heeft het toevoegen van

composteerbare zakjes met gf-stromen aan de gft-bak

tot nu toe niet tot zichtbare nadelige effecten op de

compostkwaliteit geleid. “Onduidelijk is nog hoe zich

dat ontwikkelt, als het scheiden van gf-resten door

huishoudens een opschaling doormaakt”, zegt de di-

recteur van de Branche Vereniging Organische Rest-

stoffen (BVOR), die vijftig Nederlandse verwerkers van

groen- en gft-afval vertegenwoordigt. De BVOR beheert

samen met de Vereniging Afvalbedrijven het zogehe-

ten certificatieschema Keurcompost, dat onder meer

eisen aan de procesvoering van composteerinstallaties

en aan het eindproduct compost stelt als het gaat om

aanwezige verontreinigingen. “Om te worden gecer-

tificeerd”, legt Brinkmann uit, “maken gecertificeerde

bedrijven regelmatig analyses van de compost die zij

produceren. Al deze gegevens in onze database geven

inzicht in de ontwikkeling van de samenstelling van

compost. De composteerbare zakjes zijn op zich prima

afbreekbaar, mits van het Kiemplantlogo voorzien. De

vraag blijft of iedere burger het onderscheid tussen

‘wel’ en ‘niet composteerbaar’ verpakkingsmateriaal

kan maken.”

Resten groente en fruit uit de keuken

beslaan twee derde van de gft-stromen

die in de prullenbak belanden.

>>

Foto: Meerlanden

Page 12: Gram september 2015 def

12 GRAM | september 2015

Ook voorziet de BVOR-directeur een risico. “Het faci-

literen van het scheidingsgedrag moet er niet toe lei-

den dat er verkeerde componenten bij het gft komen.

Sommige groepen burgers zijn niet zo bekend met af-

valscheiding. Burgers moeten in elk geval heel goed

weten wat er wel en niet bij het gft kan. Anders zou dat

funest zijn voor onze productkwaliteit. De afnemers

van compost zijn zeer beducht voor vervuiling, zoals

glas. Geen enkele akkerbouwer wil dat er glas in de

aardappelfabriek wordt ontdekt.” Gemeenten zullen sa-

men met hun uitvoeringsorganisaties dan ook kritisch

moeten monitoren, betoogt Brinkmann, hoe het met de

kwaliteit van hun gft staat. “Wezenlijk is vanuit de ke-

ten te blijven denken. De wensen van de uiteindelijke

afnemer van het product compost staan centraal. Zijn

belang moet scherp op het netvlies staan. Dat is waar

circulair denken om draait.”

Papieren zakjes

Meerlanden heeft die keuze duidelijk gemaakt: liever

papieren zakjes dan zakjes van afbreekbaar bioplastic.

Het bedrijf haalt bij zijn negen deelnemende gemeen-

ten in Noord-Holland jaarlijks zo’n 50 duizend ton gft

op en verwerkt dat in een eigen composteer- en ver-

gistingsinstallatie tot circa 25 duizend ton compost

(naast groengas) die voornamelijk naar bollenkwekers

en -exporteurs in de eigen Bollenstreek gaat. “Papier is

goed te verwerken in ons proces. We zien dat de zakjes

van de groentewinkel bijvoorbeeld volledig met het gft

verteren”, legt manager Vergisting en Compostering

Gert-Jan Klaasse Bos uit. “Bioplastic willen we daar niet

in hebben. Het valt niet te onderscheiden van gewoon

plastic. Dus moeten we het er allemaal uithalen. Los

van de misverstanden die kunnen ontstaan, doordat

burgers ook niet-afbreekbare plastic zakken gaan ge-

bruiken.” Op de internetsite van Meerlanden staan de

composteerbare zakken dan ook helder bij het rijtje

stromen genoemd die burgers niet geacht worden bij

het gft te doen. Binnenkort gaat de campagne ‘GFT,

Begin van iets moois’ (www.beginvanietsmoois.nl) van

start om inwoners van de Meerlandenregio te stimu-

leren hun gf-stromen uit de keuken bij het gft-afval te

doen. De wens om papieren zakjes te gebruiken wordt

hierin meegenomen.

Ook gft-verwerker Orgaworld is voorstander van de

papieren zak. “Daar hebben we onderzoek naar ge-

daan en die composteren goed mee”, vertelt general

manager Klaas van den Berg. Hij is in Zweden wezen

kijken, waar het gf-keukenafval al jaren in een papie-

ren zak wordt ingezameld. “Dat werkt daar erg goed.

De zak is op de juiste plekken verstevigd, zodat hij

niet makkelijk scheurt. Dus wat dikker dan de papie-

ren zak die veel voor fruit wordt gebruikt, maar stevig

genoeg voor gebruik in huis en goed composteerbaar.

Het plastic keukenbakje, waar de zak inzit, is zo ge-

maakt dat door een bepaalde mate van ventilatie geur

en rotting worden voorkomen.” Uiteraard is biologisch

afbreekbaar te prefereren boven ‘normale’ plastic zak-

ken, stelt Van den Berg, maar zijn inschatting is dat het

plastic slechts beperkt afbreekt. “We moeten van bio-

degradeerbaar naar composteerbaar. Er zullen nieuwe

verpakkingsmaterialen moeten komen die écht goed

composteren en dus in kortere tijd afbreken. Nu is het

zo dat iedere gft-verwerker de meeste vervuiling en

dus ook aanwezig plastic er in nabewerkings- en schei-

dingsstappen uit moet halen.”

Netwerkinfo

Cyclus, Frans van der Have, [email protected]

Indaver, Femke Mackenzie,

[email protected],

www.linkedin.com/femkemackenzie,

@femkemackenzie

BVOR, Arjen Brinkmann, [email protected],

@BVOR_NL

Meerlanden, Gert-Jan Klaasse Bos,

[email protected]

Orgaworld, Klaas van den Berg,

[email protected],

www.linkedin.com/klaasvandenberg

Tekst: Pieter van den Brand

NIEUWE IMPULS VOOR SCHEIDEN GROENTE- EN FRUITRESTEN

Foto: Meerlanden

Page 13: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 13

Het gaat goed met de bij de Branchevereniging Kringloopbedrijven Nederland (BKN) aangesloten kringloopwinkels.

Grotere winkels, meer klanten en meer omzet. Zo blijkt uit onderzoek dat mede tot stand is gekomen met ondersteu-

ning van de NVRD. Maar er zijn ook uitdagingen.

Nieuwe ontwikkelingen

BKN signaleert dat kringloopwinkels steeds groter wor-

den. De gemiddelde winkeloppervlakte ligt in 2014 met

1212m2 ruim 10% hoger dan in 2013. Kleine winkels

worden gesloten en grotere geopend. Ruimtegebrek op

de huidige (centrum) locatie leidt ertoe dat steeds meer

kringloopwinkels verhuizen naar grotere panden, vaak

op bedrijventerreinen. Nieuwe winkels die erbij komen

zijn steeds groter, tot maar liefst 4000m2. De nieuwe

grotere panden zijn vaak ruimer van opzet en overzich-

telijker qua indeling.

Een andere ontwikkeling die BKN signaleert is dat

kringloopbedrijven steeds vaker milieustraten opzoe-

ken voor samenwerking. Een kwart van de kringloop-

winkels is momenteel gevestigd op minder dan 500

meter van de milieustraat. De verwachting is dat dit

aandeel groeit omdat steeds meer kringloopbedrijven

en gemeenten inzien dat samenwerking op de milieu-

straat voordeel kan opleveren. Zo verdwijnen er min-

der herbruikbare goederen in het afvalverwerkings-

proces. Kringloopbedrijven profiteren doordat zij meer

goederen binnenkrijgen om te verkopen. Anderzijds

leren kringloopbedrijven de restfracties steeds beter te

sorteren. Hierdoor kan de uiteindelijke verwerking ef-

ficiënter plaatsvinden.

Groei in omzet

Niet alleen de gemiddelde omvang van de winkels

groeit, maar ook het aantal bij BKN aangesloten kring-

loopwinkels groeit gestaag. Het aantal winkels groeide

in 2014 van 183 naar 190. Halverwege 2015 is de mijl-

paal van 200 aangesloten winkels bereikt. De totaal-

omzet van BKN-leden steeg in 2014 naar 90 miljoen

euro (83 miljoen euro in 2013).

De kringloopbedrijven lieten in 2014 in hun winkels een gemiddelde

omzetgroei zien van 4% ten opzichte van 2013. Het gemiddeld aantal

betalende klanten per winkel groeide in 2014 met 5%. In totaal rinkelde

de kassa’s van de kringloopbedrijven 11 miljoen keer.

Sociale prestaties

Kringloopbedrijven worden met name door overheden steeds vaker be-

oordeeld op hun sociale prestaties. De bij BKN aangesloten kringloop-

bedrijven hebben mede als doel kwetsbare mensen kansen te bieden.

Hierin hebben BKN-leden vaak een voorsprong op andere bedrijven

die zich bezighouden met de verkoop van tweedehands goederen. De

bij BKN aangesloten kringloopbedrijven nemen hun belangrijke maat-

schappelijk rol, die hoofdzakelijk wordt gefinancierd door verkoop van

tweedehands goederen, uiterst serieus.

Aan een gemiddelde kringloopwinkel zijn 70 mensen verbonden. Iets

minder dan een derde is regulier in dienst, een derde is vrijwilliger

(bijvoorbeeld gepensioneerd) en ruim een derde is op een andere ma-

nier verbonden (o.a. leerwerktrajecten, re-integratietrajecten, dagbe-

steding, GGZ-trajecten). Gemiddeld vonden in 2014 zeven personen

per winkel een reguliere baan.

Uitdaging

Nu afval steeds vaker als grondstof wordt gezien en afval steeds vaker

een positieve waarde vertegenwoordigd, groeit de concurrentie voor

kringloopbedrijven. Partijen waar kringloopbedrijven sterk van afhan-

kelijk zijn, zoals gemeenten, worden kritischer in hun houding naar

de kringloopbedrijven. Hoewel de bij BKN aangesloten kringloopbedrij-

ven stuk voor stuk een belangrijke maatschappelijke betekenis heb-

ben, zijn ze er niet altijd sterk in om dit naar buiten uit te dragen. Een

belangrijke uitdaging voor de kringloopbedrijven de komende jaren is

dan ook het beter registreren en uitdragen van hun sociale (en milieu-)

prestaties.

Tekst: Ronald van den Heerik, BKN

Kringloopbedrijven groeien

Page 14: Gram september 2015 def

14 GRAM | september 2015

AANPAK LANGS VERSCHILLENDE LIJNEN

De inzameling van medicijnafval is in Nederland op gemeentelijk niveau geregeld. In veel gemeenten

kunnen inwoners hun overtollige medicijnen inleveren bij de apotheek, maar in sommige kan dit alleen

bij de milieustraat of de chemokar. Ondertussen verdwijnen er ook medicijnresten in het restafval en

het riool.

Patiënten kunnen in veel gevallen ongebruikte medi-

cijnen, maar ook gebruikte naalden, weer inleveren bij

de apotheek. De apotheker zorgt voor het verwijderen

van etiketten, bijsluiters en verpakkingen. De medicij-

nen en naalden gaan in een ton. “Daarna verschilt het

traject per gemeente”, vertelt Doerine Postma van de

KNMP, de beroeps- en brancheorganisatie van apothe-

kers. In sommige gemeenten wordt het medicijnafval

kosteloos opgehaald door het gemeentelijk afvalbedrijf

en in andere gemeenten draagt een apotheker zelf de

kosten voor het verwijderen. Postma: “Als ze dit op een

gegeven moment te duur vinden, is de enige oplossing

om patiënten te verzoeken hun afgedankte medicijnen

zelf in te leveren op de milieustraat of bij de chemo-

kar.” Apotheken zijn niet verplicht om voorzieningen

te treffen voor het inleveren en afvoeren van medicijn-

resten. De KNMP heeft wel richtlijnen opgesteld en ziet

het als een maatschappelijke taak van apothekers om

hiervoor regelingen te treffen, maar niet elke apothe-

ker brengt dit in praktijk. “In feite is het een service

die apothekers bieden aan hun patiënten. Wij vinden

dat de kosten daarom niet voor de apotheek zouden

moeten zijn. Medicijnafval hoort bij het kca. Het gaat

hierbij om medicijnafval van burgers en niet om be-

drijfsafval van de apotheek. Daarmee valt het onder de

verantwoordelijkheid van de gemeente”, zegt Postma.

Samenwerking

Als een apotheker besluit om het contract met een com-

merciële afvalinzamelaar te verbreken, is de betreffende

gemeente daar niet altijd van op de hoogte. Mark van

Waas, beleidsmedewerker bij de VNG, vindt het belang-

rijk dat er meer aandacht komt voor een goede, aparte

inzameling van medicijnafval via apotheken. “Gemeen-

ten gaan we daarom vragen de lokale situatie onder de

Inzameling medicijnafval verschilt per gemeente

loep te nemen en zonodig actie te ondernemen.” In een

aantal regio’s zijn heldere afspraken gemaakt. Zo heb-

ben de gemeenten en apothekers in de provincie Utrecht

al jaren geleden de handen ineen geslagen en de taken

en kosten verdeeld. De Utrechtse gemeenten zijn aan-

gesloten bij de Afval Verwijdering Utrecht (AVU); een ge-

meenschappelijke regeling waarin de zorg is vastgelegd

voor de overslag, het transport en de verwerking van

huishoudelijk afval, waaronder ook medicijnafval. Van

Waas: “De apothekers zorgen voor een juiste inname

van het medicijnafval en zetten dit klaar voor de ophaal-

dienst van de gemeente. De gemeenten bekostigen het

ophalen.” Niet overal is een dergelijke samenwerking

vanzelfsprekend. “Dat heeft onder meer met de indeling

van de regio te maken en de aanwezigheid van bestaan-

de (gemeenschappelijke) regelingen. Het is goed om op

lokaal niveau te kijken of een dergelijke samenwerking

mogelijk is”, zegt Van Waas.

Als burgers hun medicijnafval bij de milieustraat moe-

ten inleveren, levert dit een extra drempel op. Het ri-

sico is dat medicijnresten dan in het restafval of het toi-

let belanden. Hugo Gastkemper, directeur van Stichting

Rioned: “We zien dat bij de waterzuivering veel medi-

cijnresten niet worden afgebroken. Via het lichaam,

maar ook via het weggooien van medicijnresten in

het toilet, komen er restanten van medicijnen terecht

in het oppervlaktewater. Dit heeft gevolgen voor het

milieu.” Gastkemper denkt dat apotheken actiever me-

dicijnen zouden kunnen inzamelen. “Het is logisch dat

mensen het inleveren op de plek waar ze het ophalen.

Dat doen consumenten ook met statiegeldflessen en

met wit- en bruingoed, maar daar betalen ze wel een

verwijderingsbijdrage voor. De vraag is of je eenzelfde

financieringssysteem kunt ontwikkelen voor medicij-

nen, zodat de patiënt een kleine bijdrage betaalt en

er een inzamelsysteem op poten gezet kan worden.

Dat vraagt om politieke bereidheid. De kosten in de

gezondheidszorg stijgen steeds, maar ik denk dat zo’n

systeem vrij weinig hoeft te kosten.”

Keuzevrijheid

Het verwijderen van medicijnafval raakt aan diverse

aspecten, wat vraagt om een aanpak langs meerdere

kanten, denkt Gastkemper. “Het gaat daarbij om pre-

Apotheken zijn niet verplicht om

voorzieningen te treffen voor

het inleveren en afvoeren van

medicijnresten.

Page 15: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 15

Inzameling medicijnafval verschilt per gemeente

ventie, goed gebruik, op een juiste manier afdanken

van medicijnen en het voorschrijven van een beperkte

hoeveelheid.” Ook Postma pleit er voor om de hoeveel-

heid medicijnen die patiënten krijgen voorgeschreven

zoveel mogelijk te beperken. Dit is ook wat minis-

ter Schippers van VWS vorig jaar in een brief aan de

Tweede Kamer schreef. VWS stelt dat medicijnen vaak

blijven liggen, als ze voor de eerste of tweede keer

worden voorgeschreven, omdat patiënten last hebben

van bijwerkingen, of in overleg met de arts besluiten

om een ander middel te gebruiken. Postma: “Patiënten

krijgen in eerste instantie slechts voor vijftien dagen

medicijnen mee om te kijken of ze er goed op reage-

ren. Het is belangrijk dat een patiënt het aangeeft bij

de apotheker als hij is gestopt met het gebruik van be-

paalde medicijnen, zodat ze geen middelen meekrijgen

die ze niet gebruiken.”

Op dit moment zijn er gesprekken gaande tussen het

ministerie van I&M, de VNG en de KNMP om eenduidi-

ge, landelijke afspraken te maken over het verwijderen

van medicijnafval. Postma ziet graag dat die landelijke

afspraken er snel komen. “Tot die tijd adviseren we

apotheken om in gesprek te gaan met hun gemeente,

om te kijken of ze tot goede afspraken kunnen komen.

Als de randvoorwaarden voor de apotheker te belem-

merend worden omdat deze voor de kosten opdraait,

is ons advies om met de gemeente in gesprek te gaan

over de verantwoordelijkheid voor het kca.” Van Waas

vindt het wenselijk dat er betere afspraken komen,

maar heeft daarbij wel een kanttekening. “Soms is het

op lokaal niveau prima geregeld. Het zou niet goed

zijn als een lokale regeling op de schop moet, omdat

er één landelijke regeling komt. De keuzevrijheid van

gemeenten is belangrijk. Daar waar het mis gaat en

apothekers geen medicijnen meer inzamelen, moeten

we wel tot een oplossing zien te komen. De eerste stap

voor een gemeente is dan om het gesprek met de apo-

theker aan te gaan.” Het is nog niet duidelijk of een

landelijke regeling er op korte termijn komt. Van Waas:

“Het onderwerp zal de komende tijd steeds meer gaan

leven omdat we te maken hebben met een toenemende

vergrijzing en toenemend medicijngebruik. Het risico

bestaat dat er meer medicijnafval bij het restafval of in

het oppervlaktewater terecht komt. Ook waterschap-

pen en drinkwaterbedrijven hebben het onderwerp

daarom op de agenda staan.”

Thermometerchip

Naar schatting wordt 5 tot 10 procent van de medi-

cijnen teruggebracht naar de apotheek. Dit komt neer

op 150.000 kilo per jaar. In een aantal ziekenhuizen

is een proef gedaan om te onderzoeken of terugge-

brachte kanker- of reumamedicijnen opnieuw verstrekt

kunnen worden aan andere patiënten. Postma vertelt

over deze onderzoeken: “Er zitten een aantal haken

en ogen aan. Geneesmiddelen moeten onder bepaalde

condities bewaard worden, waarbij de temperatuur de

belangrijkste is. Onlangs is uit onderzoek gebleken dat

dit in de praktijk vaak mis gaat. Hergebruik van me-

dicijnen brengt bovendien de nodige kosten met zich

mee.” In de onderzoeken wordt bijvoorbeeld gekeken

of het mogelijk is om de bewaartemperatuur te contro-

leren door een thermometerchip aan te brengen in de

verpakking. In het programma ‘Aanpak verspilling in

de zorg’ van de Rijksoverheid wordt momenteel onder-

zocht wat de precieze prijs of het breekpunt is waarbij

hergebruik van medicijnen een aantrekkelijk alternatief

vormt. Eind 2015 verwacht het ministerie van VWS de

conclusies te kunnen presenteren.

Tekst: Ans Aerts

Page 16: Gram september 2015 def

16 GRAM | september 2015

NIEUWE VERWERKINGSTECHNIEKEN GFT-AFVAL

Hydrolyse gecombineerd met fermentatie zou de vergisting en compostering van gft-afval kunnen

voorafgaan. Dat kan op termijn naast het bekende biogas en compost ook waardevolle biobased grond-

stoffen opleveren waarmee duurzame bioplastics, verf en smeermiddelen kunnen worden gemaakt.

“Gemeenten moeten de nieuwe ontwikkelingen goed in de gaten houden.”

In aantocht: een derde trein in de gft-verwerking

Gemeenten laten hun gft-afval afkomstig van huis-

houdens direct composteren. Bijna de helft van de ge-

meenten en gemeentelijke samenwerkingsverbanden

heeft daaraan voorafgaand een vergistingsinstallatie

geplaatst. Dat levert zoals bekend biogas op, het ener-

gierijke mengsel van koolzuurgas en vooral methaan.

Daarna kan het resterende digestaat alsnog worden ge-

composteerd. Het is bijna ‘twee voor de prijs van één’.

De vraag is welke nieuwe technieken er aan de horizon

gloren om de energie- en vooral grondstoffeninhoud

van het gft beter te benutten. De speurtocht is ge-

rechtvaardigd en interessant. Steeds meer gemeenten

willen immers niet alleen serieus werk maken van een

klimaatneutrale gemeente, ze willen ook hun steentje

bijdragen aan de befaamde circulaire economie. Daar

blijven grondstoffen zolang mogelijk in de keten en

wordt het afvalvraagstuk drastisch verkleind. Mogelijk

bevatten de gemeentelijke gft-stromen nu nog onbe-

kende interessante stoffen die een bijdrage kunnen

leveren aan een meer op hernieuwbare grondstoffen

gebaseerde economie (biobased economy) in plaats

van de op fossiele bronnen gestoelde economie van de

laatste 150 jaar.

Prioritering

Met dat oog bekeek Jan-Henk Welink van het Kennis-

platform Duurzaam Grondstoffenbeheer van de TU

Delft een aantal opties voor nieuwe technieken voor

de verwerking van gft. Zijn toekomstverkenning, in op-

dracht van de provincie Noord-Holland voor de moge-

lijkheden van recycling van reststromen betrof welis-

waar niet gft maar ging over de doorgaans schonere en

vooral meer eenduidig samengestelde organische rest-

stromen uit de voeding- en genotmiddelenindustrie.

Maar Welink’s blik in de toekomst kan op termijn wel

degelijk betekenis hebben voor de inzameling van gft.

Want vergisten tot biogas en vervolgens composteren

is een goede zaak, maar er zit zeker meer in het vat.

Analoog aan de ladder van Lansink hanteert het minis-

terie van Landbouw (thans ressorterend onder Econo-

mische Zaken) sinds 2009 een voorkeursvolgorde voor

het voorkomen van voedselverspilling en de optimali-

satie van de verwerking van reststromen. Vergisten en

compostoren worden in prioriteit op die ladder voorge-

gaan door het voorkomen van voedselverliezen (pre-

ventie), gevolgd door toepassing in humane voeding

(zoals voedselbanken), omzetting tot humane voeding

en toepassen als diervoeding. Naast deze voedseltoe-

passingen komt ook de inzet als grondstoffen voor de

industrie (biobased economy) nog boven het vergisten

en composteren, aldus het ministerie.

Voor een prioritering van de inzet voor de biobased

economy bestaat sinds 2013 de zogeheten waardepi-

ramide met de twaalf f’s. Farma staat bovenaan, ge-

volgd door onder meer flavours, flowers, fruits, fresh

vegetables, fodder (diervoer). Daarna komen functio-

nal molecules, fermentation products, fibers en onder-

aan bungelt fuel.

Aftappen

Kan er kortom farma-bouwstenen en functionele mole-

culen worden teruggewonnen uit de circa 1,2 miljoen

gft die jaarlijks in Nederland bij huishoudens vrijkomt?

Er zijn zeker kansen, meent Henk-Jan Welink. "Hydro-

lyse van gft kan op termijn de vergisting en composte-

ring voorafgaan", licht hij toe. Het klinkt allemaal erg

chemisch maar moeilijk is het eigenlijk niet. "Feitelijk

bestaat de eerste stap van het vergistingsproces al uit

hydrolyse", zegt hij. "Dus het gaat feitelijk eigenlijk om

het handig aftappen van de eerste fase van het ver-

gistingsproces. Je moet gewoon niet alle organisch

materiaal willen omzetten in energie in de vorm van

biogas."

Door hydrolyse splitst cellulose uit het gft in suikers.

Die worden dan vervolgens in de tweede stap van het

proces (fermentatie) omgezet in middellange vetzuren

Foto: Hetty Dekkers

Page 17: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 17

die weer dienen als om basischemicaliën te maken als

aceton, butanol, ethanol en melkzuur of barnsteenzuur

en paraxyleen. Die laatste stof is een grondstof voor

PET. "Dat kan een flinke toegevoegde waarde leveren",

zegt Welink. Om te vermijden dat de vergistings- en

composteringsinrichtingen moeten worden omge-

bouwd tot zware chemische fabrieken, meent hij dat

de enzymatische hydrolyse het meest kansrijk is. "Dat

is zonder meer het minst heftig chemische proces.

Thermische en katalytische hydrolyse is meer ‘harde’

chemie, wat een grotere schaal en dito veiligheidseisen

met zich mee brengt."

Amsterdamse pilotfabriek

Voordeel is dat de resten van de hydrolysetechniek

gemakkelijk in de vergister en composteerinstallatie

kunnen worden verwerkt. Volgens Welink zijn er in-

tussen een negental bedrijven, die zich veelal nog op

proefschaal met de hydrolyse en het fermentatieproces

bezighouden. Zes zitten in de Verenigde Staten, drie in

Europa, waarvan één in Nederland. Chaincraft in het

Amsterdamse havengebied levert in een pilotfabriek

biobased bouwstenen uit organische reststromen zoals

snijafval van groentenverpakkers voor onder meer verf

en smeermiddelen. "Gemeentelijke afvaldiensten doen

er goed aan deze nieuwe ontwikkelingen scherp in de

gaten te houden", adviseert Jan-Henk Welink.

Een van de belangrijkste vragen is of de gft-stroom

wel van voldoende kwaliteit is voor de hydrolyse. De

tot nog toe meest gebruikte voeding is gras en hout.

"Laat je goed informeren door meerdere adviseurs en

probeer uit te vinden of deze hydrolyse- en fermen-

tatietechniek op de gft-stroom van de betreffende ge-

meente van toepassing kan zijn. Gft is natuurlijk een

prachtige reststroom die niet concurreert met voed-

sel, landbouwgrond of sojateelt die tropische bossen

schaadt." Een punt van onderzoek is ook goed naar het

rendement te kijken. Welink: "Ethanol is weliswaar tien

tot honderd keer meer waard dan biogas, maar als er

tien tot honderd keer minder van wordt geproduceerd,

dan schiet een gemeente er financieel niets mee op."

Slibkorrelvergisting

Er zijn mogelijk meer interessante technieken voor-

handen. Ook slibkorrelvergisting is een relatief nieuwe

techniek die volgens de Delftse expert interessant kan

zijn voor de terugwinning van biobased stoffen uit gft.

Het proces is bekend als Nereda en wordt onder meer

in Epe gebruikt om rioolwater sneller, compacter en

met minder energie te zuiveren. In het proces slaan de

samengeklonterde bacteriën eerst in een zuurstofloze

fase afvalstoffen uit het water op als vet in hun cel-

letjes. Door ze vervolgens enige tijd zuurstof toe te

dienen, groeien ze tot korrels die goed bezinken. "De

korrels kunnen worden vergist nadat er eerst alginaat

uit is gehaald", zegt Welink. "Alginaat is een waardevol

polymeer dat nu uit zeewier wordt gemaakt. Het wordt

toegepast in de tandheelkunde voor de afdruk van

gebitten, als wondpleister en ook als verdikkingsmid-

delen in de voedingsmiddelenindustrie." Ook hiervoor

geldt dat testen nog moeten uitwijzen of waterig gft

een geschikte bron is voor de alginaatproductie. "Voor-

deel is dat de investeringen relatief laag zullen zijn",

denkt Welink.

Nieuwe technieken als vergassing van gft en het voe-

ren van gft aan algen om er bijvoorbeeld biodiesel van

te maken, acht hij minder kansrijk. "Vergassing is een

complexe, dure techniek die zich al dertig jaar aan het

bewijzen is. Het vergt bovendien grote investeringen

en grote installaties, kaliber Shell-chemie", weet Wel-

ink. De algen lijken sympathiek maar zijn kieskeurig.

"Ze vergen een input van hoge kwaliteit en de vraag is

of gft dat is. En sommige studies tonen dat het soms

meer energie kost om de algeninstallaties draaiende te

houden dan dat het aan biodiesel oplevert."

De meer houtige delen van gft, zoals de takken van

snoei- en tuinafval van particulieren maar ook van de

gemeentelijke plantsoendienst worden nu nog vaak

versnipperd. De houtsnippers dienen onder meer voor

verharding van weggetjes en paden door bossen of in

parken. "De houtsnippers zijn momenteel ook onder-

werp van onderzoek om er platen van te persen die in

de doe-het-zelfmarkt hun diensten kunnen bewijzen.

Daarvoor moeten ze wel eerst de sterktetesten onder-

gaan." Ook bermgras is mogelijk een gemeentelijke

reststroom die zijn weg kan vinden in plaatmateriaal.

Tekst: René Didde

Het Chaincraftproces

Page 18: Gram september 2015 def

18 GRAM | september 2015

BRANCHEGENOTEN

Afvalzorg

"Geen risico's doorschuiven naar volgende generaties"Bert Krom (1957), directeur van Afvalzorg, de exploitant van diverse geavanceerde stortlocaties in Nederland, kan

waarschijnlijk als geen ander in afvalland zeggen dat hij het afval met de paplepel ingegoten heeft gekregen. Het

harde bewijs hangt in zijn kantoor: een prachtige zwart-wit foto van zijn opa en oom met paard en wagen waarmee ze

in Akersloot afval inzamelden. Aan de wagen hangt een bord met de oproep: "Zet de vuilnis aan de weg."

stortgas nuttig toegepast voor de productie van warm-

te, elektriciteit en groengas. Om het cijferoverzicht

op hoofdlijnen compleet te maken: in 2014 werd een

omzet gerealiseerd van bijna 27 miljoen euro tegen

23,6 in 2013. Het boekjaar werd afgesloten met een

bedrijfsresultaat van 6 miljoen euro, tegen 2,4 miljoen

euro in 2013. Door een sterke daling van de marktren-

te, die een extra dotatie van ruim 8 miljoen euro in de

voorzieningen veroorzaakte, werd onder de eindstreep

uiteindelijk een negatief resultaat geschreven van 2,9

miljoen euro negatief (4,4 miljoen negatief in 2013).

Tijdens de Afvalconferentie in 2014 werd Afvalzorg op

het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Onderne-

men (MVO) in Nederland en Vlaanderen gekroond als

'best scorend bedrijf'. "Ik ben erg blij met die bench-

mark, omdat je als stortbedrijf altijd kwetsbaar bent en

omdat wij als koploper een reputatie hoog hebben te

houden op het gebied van milieuverantwoord werken.

Onze provinciale aandeelhouders, klanten en omwo-

nenden van onze locaties mogen dit uiteraard ook van

ons eisen. De verkiezing is het objectieve bewijs dat

wij goed bezig zijn. "

Permanent onderzoekKrom doet zijn relaas in Assendelft op de naast het

Noordzeekanaal gelegen brandschone stortlocatie,

waar ook de hoofdvestiging ligt van Afvalzorg. Dit

kantoor is een verhaal op zich. Om te beginnen is het

pand gebouwd op een afgewerkt deel van de locatie.

Krom: "Wij bewijzen hiermee dat je veilig op een mo-

dern afgewerkte stortlocatie kunt werken en wonen."

Het gebouw is prachtig strak vormgegeven in het land-

schap, waarmee het bijna één geheel vormt. In de af-

werking is veelvuldig gebruik gemaakt van natuurlijke

materialen als hout en natuursteen. Het schuine dak is

begroeid met een kruidenvegetatie van sedum en gras.

Fraai zijn ook de 'huizenhoge' ramen, waardoor de blik

van de medewerkers letterlijk en figuurlijk altijd is ge-

richt op het Noordzeekanaal en het daarachter gelegen

landschap. Al met al is 'De Vouw', zoals het pand heet,

zonder enige twijfel het mooiste kantoorgebouw in Ne-

Aanvankelijk zag het er overigens niet naar uit dat Krom ook in afval-

land zijn brood zou gaan verdienen. Na de middelbare school volgde

hij een HTS-opleiding civiele techniek (weg- en waterbouw), waarna hij

aan de slag ging bij wegenbouwer Dura Vermeer. Daar was hij nauw be-

trokken bij de aanleg van de Schiphollijn. Uiteindelijk kroop het bloed

toch waar het niet kan gaan en trad hij in dienst bij de provincie Noord-

Holland waar hij al snel werd aangesteld als projectleider Stortplaatsen.

Bij de oprichting van Afvalzorg in 1993 werd hij manager Realisatie en

bij de totstandkoming van de stortsamenwerking Afvalzorg Deponie

BV in 1997 volgde zijn benoeming tot directeur. In 2000 werd hij aan-

gesteld als algemeen directeur van NV Afvalzorg Holding. Dit bedrijf

is inmiddels uitgegroeid tot de meest vooraanstaande en ook groot-

ste speler in Nederland op het gebied van exploitatie en beheer van

stortplaatsen. "Let wel! Steeds duurzamer beheer van stortplaatsen",

benadrukt Krom.

Best scorend bedrijfAfvalzorg beheert als overheidsvennootschap in Nederland zestien lo-

caties, waaronder zeven stortlocaties. Hiervan zijn er inmiddels vier

volgestort en grotendeels heringericht als recreatiegebied of golfter-

rein. Bij het bedrijf staan zo'n honderd personeelsleden op de loonlijst.

In 2014 ging in totaal ruim 2,5 miljoen ton materiaal over de weeg-

bruggen van de diverse locaties van Afvalzorg. Daarvan werd 450.000

ton niet herbruikbaar afval gecontroleerd gestort, ofwel eeuwigdurend

opgeslagen. De rest van het aanbod werd bewerkt voor nuttig herge-

bruik als bijvoorbeeld bouwmateriaal. Daarnaast werd 2,8 miljoen m3

Page 19: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 19

De afvalbranche is sterk in beweging. Meer dan ooit geldt stilstand als achteruitgang. Onder de titel Branchegenoten besteedt GRAM aandacht aan de manier waarop NVRD-leden omgaan met ontwikkelingen in de branche.

derland. Over het bedrijf zelf zegt Krom: "Wij realiseren

ons dat wij als stortbedrijf een kwetsbare positie heb-

ben. Hoe goed wij het ook doen en hoeveel zorg wij

ook besteden aan onze manier van werken. Daarom

zitten wij hier niet op onze handen. In samenwerking

met kennisinstituten, provincies en het Rijk doen wij

permanent onderzoek naar mogelijkheden om afval

nog duurzamer te storten of zelfs alsnog geschikt te

maken voor hergebruik. Een mooi voorbeeld is de over-

eenkomst die wij dit jaar hebben gesloten met afval-

bedrijf HVC in Alkmaar voor het leveren van stortgas

voor het verwarmen van de vergistingsinstallatie in

Middenmeer. Hiermee wordt jaarlijks 700.000 m3 aard-

gas bespaard, waarmee de uitstoot van 1.260 ton CO2

wordt voorkomen. Dit is te vergelijken met 8,5 miljoen

gereden autokilometers per jaar." Een mooi staaltje van

de duurzame ambities op het gebied van hergebruik is

ook het onderzoek naar nuttige en veilige toepassing

van verbrandingsassen van afvalverbrandings-installa-

ties. Dit materiaal wordt nu al als bouwstof gebruikt in

civieltechnische werken, bijvoorbeeld voor de aanleg

van grote infrawerken. Om de ondergrond van die loca-

ties te beschermen tegen mogelijke verontreinigingen

mag dit bodemas alleen worden gebruikt als kostbare

beschermende afdichtingsmaatregelen zijn getroffen.

In samenwerking met Ballast Nedam en de Katholieke

Universiteit Leuven heeft Afvalzorg onlangs een tech-

niek ontwikkeld waardoor bodemas als bouwstof kan

worden gebruikt zonder dat isolerende maatregelen nodig zijn. Afval-

zorg streeft er naar om een rol te spelen in realisatie van de Green Deal

AEC-bodemas: in 2017 moet de helft van al het bodemas van afval-

energiecentrales worden opgewerkt naar vrij toepasbare bouwstoffen,

oplopend naar honderd procent in 2020.

Eeuwigdurend verduurzamenOndanks het uitstekende trackrecord van het bedrijf realiseert Krom

zich dat de noodzakelijke eeuwigdurende nazorg van afgewerkte stort-

plaatsen niet ideaal is. Om die nazorg te kunnen financieren, zijn stort-

bedrijven verplicht om jaarlijks aan de provincie waar de stortplaats

ligt een forse 'nazorgheffing' te betalen. Daarmee wordt toekomstig on-

derhoud van stortplaatsen gefinancierd. Een ander punt van aandacht

is dat de huidige manier van het storten van afval - hoe zorgvuldig dat

ook gebeurt - toch niet de garantie biedt dat verontreinigingen nooit

uit het afval naar buiten kunnen treden. Krom zegt daarover: "Ik geloof

niet in eeuwigdurende afspraken. Denk aan grote calamiteiten, bijvoor-

beeld de laatste twee wereldoorlogen. Als zoiets weer gebeurt, zijn

de nazorgfondsen leeg en helpen alle beschermingsmaatregelen in en

rond een stortplaats uiteindelijk niet meer. Aan de andere kant zal er

altijd afval ontstaan waar geen recyclingmogelijkheden voor zijn. Die

stoffen moeten blijvend definitief worden gestort. Om risico's voor ons

nageslacht uit te sluiten, is het daarom noodzakelijk dat niet-herbruik-

bare stromen zo veilig kunnen worden gestort dat nazorg niet meer

nodig is! Daarom zijn wij in samenwerking met de Stichting Duurzaam

Storten (waarvan Krom zelf voorzitter is) en de Rijksoverheid nauw be-

trokken bij onderzoek naar een stortmethode om stortplaatsen al bin-

nen één generatie - of nog sneller - zo veilig te maken dat er verder

Page 20: Gram september 2015 def

20 GRAM | september 2015

BRANCHEGENOTEN

niet meer naar hoeft te worden omgekeken. Om deze ambitie zo snel

mogelijk waar te maken, gaat de stortsector met het Rijk en provin-

cies op 6 oktober aanstaande een Green Deal tekenen met de naam

'iDS' (introductie Duurzaam Stortbeheer). De bedoeling hiervan is dat

er een techniek wordt ontwikkeld waardoor stortplaatsen achteraf ‘in

situ’ verduurzaamd kunnen worden. Daardoor hoeven zij dan niet meer

op een ingewikkelde en dure manier te worden ingepakt en waarbij ook

géén langdurige nazorg meer nodig is. In eerste instantie wordt bij dit

verduurzamen water (percolaat) gerecirculeerd om zoveel mogelijk ver-

ontreiniging uit te spoelen. Vervolgens wordt het stortlichaam langdu-

rig belucht waardoor het wordt ‘na-gecomposteerd’. Hierdoor worden

verontreinigingen in de stortplaats versneld afgebroken om vervolgens

te worden afgevoerd of te worden vastgelegd. Het voordeel van deze

aanpak is ook dat de emissies lager zijn en beter kunnen worden voor-

speld en gestuurd. Het storten van afval wordt zo tegen lagere kosten

nog duurzamer. Belangrijk is ook dat wij dan geen risico's meer door-

schuiven naar volgende generaties. De winst kan dus in alle opzichten

erg groot zijn!"

Tekst: Laurent Chevalier

Containerwielen van Haco...

Protempo bvPostbus 21, 6500 AA NIJMEGEN NederlandTel. +31(0)24-3711711. Fax +31(0)[email protected] www.protempo.eu

103

Bel voor informatie:

... besparen u mankracht!Haco wielen maken uw containers écht mobiel.De garantie voor uitstekende rijeigenschappen.

adv. 103 190x130 mm.indd 1 11-02-2010 13:55:19

Page 21: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 21

“Het Sectorplan AMBOR versnelde onze plannen voor een vijfjarig opleidingsprogramma bij Meerlanden.” Aan het

woord is Marlies van der Greft, senior HRM businesspartner bij het bedrijf. In 2015 startte Meerlanden al een gecom-

bineerde MBO-opleiding voor een groep medewerkers. Met de financiële armslag die het Sectorplan biedt, kunnen bij

Meerlanden onder andere 44 mensen extra de opleiding volgen. “Het geeft ons de mogelijkheid iedereen die het wil

deze opleiding te laten volgen.”

Sectorplan AMBOR levert Meerlanden veel energie op

MBO is één van de vijf regelingen die het Sectorplan

biedt. Ook scholing voor bestaand personeel in bij-

voorbeeld sociale weerbaarheid wordt gefinancierd.

Ook is er cofinanciering voor instroom van nieuwe

(kwetsbare) medewerkers en coachingsmogelijkheden

voor senior medewerkers om medewerkers met af-

stand tot de arbeidsmarkt te begeleiden.

Het Sectorplan heeft als doel instroom van nieuwe me-

dewerkers mogelijk te maken en investeren in duur-

zame inzetbaarheid van bestaand personeel. Mede-

werkers in de operatie die geen MBO-opleiding gaan

volgen, nemen deel aan het reguliere opleidingspro-

gramma, bestaande uit functie vereiste vaardigheden,

(truckchauffeur en dergelijke) en extra aandacht voor

sociale vaardigheden. De MBO opleiding betekent dat

mensen straks naast meer kennis en vaardigheden ook

een diploma op zak hebben. “Goed voor ons imago

én voor de zelfstandigheid van mensen. Met het extra

budget kunnen wij versneld duurzaam investeren in

mensen en het stimuleert onze organisatie na te den-

ken over de inzetbaarheid van medewerkers.”

Interesse in branche

Zoals menig bedrijf actief in afvalinzameling en beheer

van de openbare ruimte kampt Meerlanden met een

wat ouder werknemersbestand. De gemiddelde leeftijd

ligt nu op 47 jaar, over 10 jaar levert dat problemen op.

“Wij hopen door scholing meer mensen te interesse-

ren voor onze branche. Het biedt ons de mogelijkheid

mensen te laten instromen met andere vaardigheden

dan wij nu al in huis hebben. Wij kiezen niet voor het

vergroten van de uitzendpool, maar willen mensen met

een contract zekerheid bieden.”

Start september

De aanvraag voor vergoeding uit het Sectorplan liep al toen Van der

Greft in februari jl. startte bij Meerlanden. Samen met de Spa-groep

is eerst een globaal plan opgesteld, uitgaande van toekomstige ont-

wikkelingen in de branche en de gevolgen daarvan op medewerkers.

Daaruit bleek: extra behoefte voor de ontwikkeling van sociale vaar-

digheden, coaching vaardigheden voor medewerkers die nieuwe men-

sen met achterstand tot de arbeidsmarkt begeleiden en aandacht voor

digitalisering. Vervolgens organiseerde Meerlanden voor medewerkers

MBO informatiesessies, daarin werd een globaal overzicht gegeven

waaruit het opleidingsplan bestaat. Meer dan 60 medewerkers toonde

belangstelling. “Iets meer dan verwacht.” Na een gesprek waarin meer

commitment is gevraagd door middel van een studieovereenkomst, is

voor 44 mensen subsidie aangevraagd én grotendeels toegekend. Deze

maand start de gefaseerde opleiding.

Toekomst

De vraag naar haar visie op de toekomst van werken in de afvalbranche

vindt Van der Greft lastig te beantwoorden. “Veel ontwikkelingen die op

ons afkomen zijn nog niet duidelijk. Meerlanden is nu bezig met het

formuleren van de strategie voor de komende vijf jaar. Daarin komen

vragen aan de orde als: welke positie willen wij innemen in de circulaire

economie? Welke bijdrage willen wij daaraan leveren? De toenemende

digitalisering, de druk van de participatiemaatschappij –taken die wij

aan de onderkant van de markt uitvoeren kunnen ook door anderen

worden gedaan-, de druk op onze mensen om hun niveau te verhogen.

Dat alles maakt een concrete visie lastig.

Deelnemen Sectorplan

Van der Greft is enthousiast over de mogelijkheden die het Sectorplan

biedt: “Met de MBO opleiding link je mobiliteit/inzetbaarheid met an-

dere branches. Er komen steeds meer banen voor specialisten, denk

bijvoorbeeld aan hoveniers. Van ons wordt enige creativiteit gevraagd

om aan geschikt personeel te komen. Nu kunnen we de juiste personen

gaan opleiden tot vakspecialisten en hebben we meer mogelijkheden

mensen te interesseren om bij ons te werken. Meer financiële ruimte

voor extra investeringen levert extra stimulans op. Dat zie ik aan onze

mensen, het geeft veel positieve energie. Zij maken elkaar enthousiast

en vinden het leuk elkaar op een andere manier te leren kennen. Je

krijgt veel terug als je investeert in je eigen mensen.”

Tekst: Geke Wassink

Marlies van der

Greft, senior HRM

businesspartner bij

Meerlanden

Page 22: Gram september 2015 def

22 GRAM | september 2015

dan niet meer aan de geldende kwaliteitseisen, omdat

het met afval in aanraking is geweest. Ook gft kun je

beter meteen apart houden, dan kun je er compost van

maken namelijk. Het gft dat wij uit het restafval halen,

gemiddeld zo’n 35 procent, is alleen nog maar geschikt

voor vergisting tot biogas. Het restproduct dat daarvan

overblijft, moeten wij ook verbranden.”

Voor andere fracties, zoals kunststof, drankenkartons

en metaal, geldt echter dat nascheiding een zeer inte-

ressante optie is. “Kunststof dat wij uit het restafval ha-

len, is minstens zo goed van kwaliteit als brongeschei-

den kunststof.” Volgens de website van Omrin is de

lichte fractie, de plastic folies, zelfs zo zuiver dat deze

rechtstreeks aan de kunststofverwerkende industrie

geleverd kan worden. De gemengde plastics worden

in Duitsland in verschillende soorten gescheiden, pet,

pp enzovoort, en daarna weer als grondstof gebruikt.

Grafhorst: “Onze kunststofafzet wordt wereldwijd ver-

werkt tot nieuwe producten, dat is een enorme indus-

trie. Voor de kwaliteit van drankenkartons geldt zelfs

dat nascheiding iets gunstiger uitpakt dan bronschei-

ding. Dat heeft het Kenniscentrum Duurzaam Verpak-

ken geconcludeerd in een pilot. Omdat de doorlooptijd

veel korter is. Apart ingezamelde drankenkartons blij-

ven vaak weken liggen voordat ze naar de verwerker

gaan. In die tijd degradeert het materiaal, door resten

vla en yoghurt die het papier licht aantasten. Bij ons

gaat het om enorme volumes die we sneller af kunnen

zetten bij de papierindustrie. We hoeven niet te wach-

ten tot een container vol is.”

Nascheiding zit duidelijk in de lift. Er komen steeds meer installaties voor nascheiding van huisvuil,

maar ook op het gebied van bedrijfsafval worden de mogelijkheden onderzocht. Omrin, Attero en

Rijkswaterstaat aan het woord over de stand van zaken en hun activiteiten.

Omrin is al enige tijd actief op het gebied van naschei-

ding. In 2000 bouwde deze verwerker een eerste na-

scheidingsinstallatie om vooral de natte organische

fractie uit het huishoudelijk restafval te kunnen halen.

“We wilden minder afval naar de dure verbrandingsoven

brengen”, motiveert Hein Grafhorst, bedrijfsdirecteur

recycling van Omrin, deze keus. “Van de organische

fractie maakten we, en maken we nog steeds, biogas.

Ook de fracties metaal en zand/mineralen konden we

met onze eerste installatie al scheiden. In 2009 is de

installatie uitgebreid voor kunststof en sinds dit jaar

halen we ook drankenkartons uit het restafval.” De uit-

breiding naar drankenkartons was volgens Grafhorst

geen ingewikkelde stap. “We halen deze fractie eruit

via dezelfde lijnen als die van kunststof. Technisch

hoefde er dus weinig aangepast te worden.”

Kwaliteitseisen

Volgens Grafhorst is met de huidige nascheidingsfrac-

ties de top wel bereikt. Het is volgens hem niet waar-

schijnlijk dat er op korte termijn nog meer componen-

ten uit het restafval zullen worden gehaald. “Bepaalde

stromen, zoals papier en gft-afval, kun je echt beter

aan de bron scheiden. Omdat de kwaliteit dan hoger

is. Papier kúnnen we er wel uithalen, maar dat voldoet

Steeds meer belangstelling voor nascheiding afval

Hein Grafhorst: “Nascheiding is een

prima aanvulling op bronscheiding.”

Page 23: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 23

noemden het afval stadserts, omdat er nog zo veel

waardevolle materialen in zaten. Nu is de term urban

mining in zwang.” In de beginjaren werd er kunststof,

papier, metalen en organisch materiaal uit het restafval

gehaald. Sinds begin dit jaar zijn daar de drankenkar-

tons bijgekomen. “Het metaal laten we tegenwoordig

zitten”, aldus Corijn. “Dat halen we uit de as, na ver-

branding van het restafval. Dan zijn de soepblikken en

de elektriciteitskabeltjes mooi schoongebrand.” Om-

dat Attero zo veel mogelijk in eigen hand wil houden,

opende de verwerker vorig jaar een eigen kunststofsor-

teerinstallatie. Daar worden de folies en andere kunst-

stoffen gesorteerd op de DKR-kwaliteitsnorm. Corijn:

“Ons PET-materiaal is bijvoorbeeld 98 procent zuiver. In

totaal halen we via nascheiding nu 18.000 ton kunst-

stof per jaar uit het afval dat aan de hoge DKR-normen

voldoet. In de toekomst willen we de kunststoffractie

tevens zelf opwerken tot granulaat.”

Anders dan Omrin verwerkt Attero hoofdzakelijk huis-

houdelijk restafval dat al aan de bron is gescheiden, bij

de huishoudens thuis. Volgens Corijn is dat een prima

combinatie, eerst bron- en dan nascheiding. “We zou-

den graag willen, maar we halen er nog niet alles uit.

Van al het kunststof dat nog in het restafval zit, halen

we er nu ongeveer de helft uit. Dat percentage gaat

elk jaar omhoog, vanwege betere technieken, maar

nascheiding en bronscheiding blijven dus een waarde-

volle aanvulling op elkaar. Als je het allebei doet, bron-

en nascheiding, heb je gewoon de hoogste opbrengst.

Voor gemeenten is dat ook interessant. Als ze voor na-

scheiding zouden kiezen, bovenop de bronscheiding,

kunnen ze veel sneller aan de VANG-doelstellingen ko-

men. Zonder hun bestaande inzamelsysteem drastisch

te wijzigen. Dat scheelt ze aanzienlijk in de kosten.”

Corijn denkt dat het plafond van nascheiding nog niet

is bereikt. “We hebben onlangs een succesvolle proef

gedaan met glas, samen met Nedvang en de Univer-

siteit van Wageningen. We wisten 56 procent van het

in het restafval aanwezige glas terug te winnen, met

een zuiverheid van 96,2 procent. Het is technisch ook

goed mogelijk om bijvoorbeeld papier uit het restafval

Omrin verwerkt het huishoudelijk afval van bijna

800.000 inwoners in het verzorgingsgebied Friesland,

Noord-Groningen en Noord-Veluwe. In 2013 ging het

om 420 kilo huishoudelijk afval per inwoner. Grafhorst:

“219 kilo daarvan is gescheiden aan de bron, de rest,

201 kilo, ging in de nascheiding. Daar haalden we 5

kilo metaal uit, 20 kilo kunststof, 11 kilo biogas en 21

kilo zand en mineralen (voornamelijk steenachtig ma-

teriaal). Als je alles optelt, kom je aan een scheidings-

percentage van 65 procent. Voor de drankenkartons

hebben we nog geen cijfers, daar zijn we in januari

pas mee begonnen, maar voor kunststof geldt dat we

er twee keer zoveel uithalen als bij bronscheiding. Je

bent niet afhankelijk van de medewerking van de bur-

ger en machines zijn gehoorzaam. Maar nascheiding is

wel minder gunstig voor het milieubewustzijn van de

burger, dat geef ik onmiddellijk toe. Ik denk ook niet

dat nascheiding over tien jaar gemeengoed is in heel

Nederland. Als je je inwoners altijd hebt verteld dat ze

alles apart moeten houden, kun je de boodschap niet

verkopen dat het weer in één bak mag. Maar als je kijkt

naar de resultaten, is nascheiding een prima aanvulling

op bronscheiding.”

De belangstelling voor nascheiding is groeiende. Graf-

horst: “Steden als Amsterdam en Rotterdam willen er

naartoe, in Twente zijn er plannen voor een nieuwe

installatie. Wat dat betreft is er veel veranderd. Wij

hebben destijds nog heel hard moeten vechten om

nascheiding algemeen geaccepteerd te krijgen. Er was

veel scepsis, maar nu is iedereen wel om. Niet het mid-

del is belangrijk, maar het doel. Al moet je goed in de

gaten houden dat het een aanvulling is op bronschei-

ding. Alles in één bak gooien, is echt geen oplossing.”

Attero

Attero is onbetwist de eerste en grootste nascheider

van Nederland. In twee installaties, Wijster en Gronin-

gen, wordt jaarlijks 670.000 ton restafval nageschei-

den. “In 1980 al werd onze eerste huisvuilscheidings-

installatie geopend in Wijster”, vertelt Robert Corijn,

manager commercie en marketing van Attero. “Wij

Page 24: Gram september 2015 def

24 GRAM | september 2015

te scheiden. In Spanje doen ze dat op grote schaal. Maar hier heeft het

een stempel, de papierindustrie is er niet happig op. Jammer, want deze

grondstof is prima bruikbaar voor papiersoorten die niet met voedsel

in aanraking komen, zoals behang. Er zit nog steeds veel papier in het

restafval, nu verbranden we dat. Je kunt je afvragen of dat niet anders

en beter kan. Voor glas zijn overigens de financiën momenteel nog een

drempel. De Afvalfondsvergoeding voor deze stroom is met 45 euro

per ton te laag. Daar kun je nascheiding helaas niet van betalen.”

Ook Corijn merkt dat de waardering voor nascheiding toeneemt. “Veel

gemeenten dachten in het begin dat het kunststof vies en van slechte

kwaliteit zou zijn. Het is nu wel bewezen, dat dat een misvatting is.

Je kunt met nascheiding prachtige recyclingresultaten boeken. En het

gaat in potentie om enorme hoeveelheden. Als alle installaties worden

gebouwd die nu in de pijplijn zitten, wij denken zelf ook aan een derde

installatie in Moerdijk, dan komt straks de helft van alle kunststofre-

cycling uit nascheiding. Dat is een hoge bijdrage. Als je bij bron- en

nascheiding gewoon dezelfde strenge kwaliteitseisen blijft stellen en

de markt de ruimte biedt, valt er nog veel te winnen.”

Rijkswaterstaat

De afdeling Leefomgeving van Rijkswaterstaat, voorheen onder meer

Agentschap NL, is bezig met een project om nascheiding van vooral

bouw- en sloopafval te verbeteren. “Ons project is gericht op betere

recyclingmogelijkheden voor alle gemengde droge afvalstromen”, licht

projectadviseur Geert Cuperus van RWS Leefomgeving toe. “Het meeste

daarvan is bouw/sloop- en bedrijfsafval. Maar ook reststromen van ge-

meentelijke milieustraten vallen onder die noemer. In

totaal gaat het om miljoenen tonnen per jaar.”

De eerste fase van het project is inmiddels afgerond.

Cuperus: “Onderzoeksbureau Tauw heeft in kaart ge-

bracht hoe de huidige scheiding verloopt, wat er nodig

is om de effectiviteit te verhogen, wat de knelpunten

zijn. Daaruit bleek onder meer dat scheidingsinstalla-

ties gehinderd worden door financiële omstandighe-

den. De verbrandingstarieven zijn te laag, zodat men

eerder geneigd is het afval naar de avi te sturen. Een

ander aandachtspunt is dat de industrie vaak weinig

vertrouwen heeft in de secundaire grondstoffen die de

sorteerinstallaties produceren. Dat hindert de afzet.”

Ook zijn er technische belemmeringen om het afval

intensiever na te sorteren. Cuperus: “Om dat te verbe-

teren, zouden installaties investeringen moeten doen

in nieuwe apparatuur en scheidingsmachines. Maar dat

is lastig vanwege de instabiele situatie op de markt.

De installaties zijn niet verzekerd van voldoende aan-

voer.” Een laatste knelpunt is volgens Cuperus pro-

ductontwerp, waarbij geen rekening is gehouden met

recycling. “Isolatiemateriaal bijvoorbeeld is moeilijk na

te sorteren. Het bestaat uit te veel verschillende com-

ponenten, die geplakt zitten en dus moeilijk uit elkaar

te halen zijn.”

Om betere recyclingmogelijkheden te scheppen voor

de droge afvalstromen, die overigens overwegend in

Nederland worden verwerkt, heeft de projectgroep drie

vervolgstappen voorgesteld. “De eerste is afvalsturing,

dus realiseren dat er meer afval bij de sorteerinstalla-

ties terecht komt. De tweede is een betere afstemming

tussen industrie en de recyclingsector. Zodat produc-

ten ontworpen worden die eenvoudiger te recyclen

zijn. Het laatste voorstel is een labelsysteem voor nieu-

we producten, waarop aangegeven staat hoeveel recy-

clingmateriaal erin zit. De consument kan dan zien wat

hij koopt. Eventueel zou je met verschillende niveaus

kunnen werken: drie sterren voor het beste product,

één ster voor een minder recyclebaar product.”

Volgens Cuperus is het RWS-project een belangrijke

impuls voor meer nascheiding van vooral bedrijfsaf-

val. “Er gebeurt nog niet zo heel veel op dat gebied.

Scheiding van verpakkingsafval staat met stip op één

momenteel, en ook fracties als hout en metaal worden

best aardig gescheiden, meestal al aan de bron. Dat

laatste om de eenvoudige reden dat die fracties geld

opleveren. Maar er zitten nog zo veel meer herbruik-

bare componenten in droog restafval. Als je niets doet,

blijven ze daar gewoon zitten. En verdwijnen heel veel

recyclebare stromen in de verbrandingsovens.”

Tekst: Hetty Dekkers

Robert Corijn: “Gemeenten kunnen

VANG-doelen sneller realiseren als

ze bronscheiden combineren met

nascheiden.”

Foto’s: Attero

Page 25: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 25

Stichting HEDRA is de Nederlandse brancheorganisatie van drankenkartonproducenten, Elopak, Tetra Pak en SIG Combibloc. Wij werken voortdurend aan de verduurzaming van onze verpakking. Daarom streven we naar een landelijke, efficiënte inzameling en recycling van drankenkartons in Nederland.

Vraag HEDRA om advies bij de gescheiden inzameling en recycling van drankenkartons > Gebruik onze communicatiemiddelen bij de ontwikkeling van uw voorlichting.

> Vind feitelijke informatie over drankenkartons, inzameling en recycling.

> Blijf op de hoogte van actuele ontwikkelingen met onze maandelijkse nieuwsbrief.

> Neem contact met ons op voor advies via [email protected], of bezoek onze website hedra.nl

Met behulp van het materiaal van Stichting HEDRA ontwikkelden wij een poster die aansluit bij onze eigen campagne. Deze hangt in abri’s. Daarmee zetten wij onze communicatie via persberichten en Twitter kracht bijTineke Nagel-Nijkamp, Juridisch beleidsmedewerker milieu van de gemeente Woudenberg

Voor inwonersOp pakindezak.nl en pakindebak.nl vind je alles over het hoe en waarom van gescheiden inzameling van drankenkartons. Een vrolijke animatiefilm laat zien hoe ‘ook jij’ kunt inzamelen en wat er daarna met de drankenkartons gebeurt. Voor basisschoolleerlingen is er een spreekbeurtpakket beschikbaar.

Voor gemeentenOp hedra.nl/gemeenten zijn diverse communicatiematerialen vrij beschikbaar voor gemeenten. U kunt deze direct gebruiken, of bijvoorbeeld bewerken tot iets dat op maat van uw gemeente is gesneden.

Nu ook je pak in de zak

(advertorial)

Al meer dan de helft van de Nederlandse gemeenten zamelt sinds dit jaar drankenkartons gescheiden in. Een goede communicatie richting inwoners is

van essentieel belang om een zo hoog mogelijke inzamelrespons te realiseren. Om dit te bereiken biedt Stichting HEDRA communicatiemiddelen aan.

Onze campagne ‘Nu je plastic & pak in dezelfde bak’ startte in juli met o.a. posters, flyers en stickers op verzamel-containers. De campagne van Stichting HEDRA vormde hiervoor een goede basisPaul Marinissen, Hoofd Realisatie en Beheer van de gemeente Terneuzen

gram-hedra 150818.indd 1 18-08-15 16:41

Page 26: Gram september 2015 def

26 GRAM | september 2015

DE GROOTSTE GEMEENTELIJKE AFVALSTROOM CIRCULAIR

Op gemeentelijk niveau worden de laatste jaren mooie plannen gesmeed om invulling te geven aan

de circulaire economie. Niet alleen voor huishoudelijk afval, maar ook voor afvalstromen met grotere

volumes zoals puin. Gemeenten hebben de unieke positie om als ontdoener van afval, maar ook als

inkoper/opdrachtgever van producten en projecten, een sterk sturende rol te spelen om de circulaire

economie in de praktijk te realiseren. Het verwerken en produceren van afval en (secundaire) grond-

stoffen is echter ook het domein van de private recyclingsector. Om de cirkel daadwerkelijk rond te

krijgen is samenwerking dan ook onontkoombaar.

“De recyclingindustrie is er klaar voor!”

Met mooie kreten als ‘Gunnen op waarde’ in Amers-

foort, ‘De Circulaire Metropool Amsterdam’ of het na-

tionaal project ‘Jaar van de Ruimte’ worden door met

name gemeenten plannen gemaakt waarbij meer stu-

rend met het ‘eigen’ afval wordt omgegaan. Om me-

ters te maken wordt nog wel eens gekozen voor de

puinfractie van bouw- en Grond Weg en Water (GWW)-

werken. Niet onverstandig omdat deze fractie in totaal

meer dan een derde van het totale afvalvolume omvat.

Maar ook omdat dit snel tot interessante resultaten

leidt.

Deze afvalstroom puin is vooral in de belangstelling

gekomen toen hiervoor een stortverbod en stortbelas-

ting werd ingesteld. Maar misschien nog veel belang-

rijker was wel het moment dat Rijkswaterstaat in de

jaren tachtig besloot de uit het puin geproduceerde

recyclinggranulaat als standaard wegfunderingsmate-

riaal te gaan toepassen. Dit leverde namelijk diverse

voordelen op. Naast de directe besparing op primaire

grondstoffen zoals zand, grind en breuksteen, heeft re-

cyclinggranulaat dusdanig civieltechnische kwaliteiten

dat funderingen veel minder dik hoeven te zijn. Een

veel minder bekend voordeel is dat vanwege diezelf-

de kwaliteiten, ook de toplaag asfalt of beton, die op

deze funderingen worden gebouwd, centimeters dun-

ner gedimensioneerd kan worden. Recyclinggranulaat

toepassen als wegfundering heeft naast een positieve

milieucomponent kostentechnische voordelen.

Toch dreigt er stagnatie in de afzet van dit materiaal

in de GWW-sector. Daarbij is er nog geen zicht op een

verminderd aanbod van puin. De realiteit is dat er

steeds minder wegen worden gebouwd en de oude

vrijkomende wegfunderingsmaterialen weer volledig

herbruikbaar (met dezelfde eigenschappen) op de

markt komen. Hiermee dreigt een overschot aan recy-

clinggranulaat te ontstaan en moeten er nieuwe wegen

gevonden worden voor hoogwaardig hergebruik voor

deze waardevolle grondstof.

Recyclinggranulaat voor de betonindustrie

Met de vooruitziende blik van de sector zijn reeds in de

jaren tachtig van de vorige eeuw de eerste CUR-aanbe-

velingen opgesteld voor de toepassing van recycling-

granulaat in beton. Hiermee kon uiteindelijk de cirkel

verder rondgemaakt worden. Ook hiervoor geldt dat

naast het direct uitsparen van primaire grondstoffen

duidelijke milieuhygiënische (inclusief CO2) voordelen

te behalen zijn. Met het toepassen van recyclinggranu-

laat in beton worden twee vliegen in één klap geslagen.

Project van formaat

Onlangs nog werd voor de nieuwbouw van de Vrije

Universiteit Amsterdam gebruik gemaakt van beton,

waarin 30% van het grind vervangen was door

recyclinggranulaat van het recyclingbedrijf Theo

Pouw Groep. Zelfs voor de grootste mortelfabrikant

van Nederland was het in één weekend storten

van de circa 7000m3 onderwaterbeton aan de

Amsterdamse Zuidas een project van formaat.

Voor deze circa 7000m3 beton was 2100 ton

recyclinggranaat nodig, waardoor 25.000 kilo

minder CO2 werd geëmitteerd en het totale project

het Breeam-NL Excellent certificaat verwierf.

Page 27: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 27

zoals opdrachtgevers, toeleveranciers van grondstof-

fen, adviseurs, puinbrekers, betonleveranciers, aanne-

mers, architecten en sloopbedrijven op het gebied van

duurzaam beton gedeeld. Bedoeling is om de beton-

keten te versterken met als ultiem doel verantwoord

tot meer gebruik van recyclinggranulaat in beton te

komen.

Eén door veel partijen ervaren algemeen probleem is

het feit dat gemeenten bij het willen voorschrijven van

beton met recyclinggranulaat, niet altijd de kennis in

huis hebben om tot de gewenste aanbesteding te ko-

men. Ook ontbreekt het aan kennis om op adequate

wijze te kunnen vaststellen of op de juiste wijze in-

vulling wordt gegeven aan de wens om tot duurzaam

beton te komen en deze toe te passen.

Als oplossing hiervoor is door de sector het zogenaam-

de Betonketen Moederbestek ontwikkeld. Dit bestek

kan door gemeenten in het eigen moederbestek wor-

den overgenomen, waarmee het een stuk eenvoudiger

wordt bouwprojecten te realiseren met duurzaam be-

ton.

Daarnaast is een beoordelingsrichtlijn “Bouwprojecten

met duurzaam beton” (BRL) opgesteld, die door ge-

meenten bij bouwprojecten kan worden voorgeschre-

ven. Met deze BRL worden de bij een bouwproject

betrokken bedrijven en processen door een externe

deskundige beoordeeld op de voor het proces kritische

aspecten.

Tekst: Max de Vries

Voorzitter convenant Meer en Betere Recycling

Directeur BRBS Recycling

De gemeente Amsterdam is in samenwerking met de

recyclingsector bezig om voor al haar betonstenen,

-tegels en -banden de cirkel rond te krijgen. Over me-

ters gesproken. Amsterdam beschikt over een arsenaal

aan betonstenen, -tegels en -banden met een totaal op-

pervlak van maar liefst 68 voetbalvelden. Met al het

noodzakelijk vervangingsonderhoud reden genoeg om

voor deze afvalstroom werk te maken van de circulaire

economie.

Dat dit voor een gemeente als Amsterdam enorme

kansen biedt, behoeft geen betoog. Maar dat goedbe-

schouwd alle ingrediënten om deze kansen ook daad-

werkelijk te verzilveren voorhanden zijn, is iets wat nog

niet in alle gemeentehuizen is doorgedrongen. De af-

gelopen jaren zijn veel voorbeeldprojecten uitgevoerd,

die bewijzen dat op specificatie geproduceerd recy-

clinggranulaat tot zelfs 100% zand en grind in beton

kan vervangen. Daarvoor zijn door de recyclingsector

in samenwerking met de betonsector de noodzakelijke

technische onderleggers opgesteld en NEN-normen

vastgesteld . Het is nu vooral de opdrachtgever die aan

zet is. Feitelijk komt deze in een gespreid bedje. Als de

politieke wil er is, kunnen gemeenten samen met de

recycling- en betonsector snel tot aansprekende pro-

jecten komen. Voorschrijven is een van de middelen

van de gemeente om dit gerealiseerd te krijgen.

Helpende hand

Opnemen in bestekken dus. Ook hier wordt de ge-

meente de helpende hand toegestoken.

De laatste vijf jaar is een groeiend aantal lokale zoge-

heten ‘Betonketens’ van ketenpartners ontstaan.

In deze Betonketens wordt kennis van alle betrokkenen

Page 28: Gram september 2015 def

28 GRAM | september 2015

nieuws

Eurosalt Power Melt:als gewoon zout niet meer toereikend is

Ruim 30 jaar vertrouwd met zout!

www.eurosalt.nl

Gladheidbestrijding is essentieel voor de veiligheid. Eurosalt is uw totaalleverancier op het gebied van de gladheidbestrijding. Al meer dan dertig jaar zijn wij een betrouwbare partner voor overheden, han-del en industrie.

Power Melt is een hoogwaardige zoutmix dat een zeer snelle en intensieve bestrijding van sneeuw en ijsvorming garandeert. Het mengsel van natrium, - en calciumchloride is een verstandige keus als gewoon zout niet meer toereikend is. Balancerend tussen kosten en performance wordt Power Melt ingezet voor een directe en grondige bestrijding van de gladheid. Power Melt wordt toegepast in situaties waarbij onmiddellijk en langdurig resultaat gewenst is. Toepassings-gebieden zijn o.a. autowegen, brugdekken, trappen, voetgangers,- en fietspaden.

Power Melt is een bijzonder eff ectief product van calciumchloride en natriumchloride. Calciumchloride activeert het zout op directe wijze door vocht aan te trekken. In een uitzonderlijk hoog tempo wordt het vriespunt verlaagd naar lagere temperaturen dan bij gewoon zout. Hygroscopische en exothermische effecten breken het ijs snel af en voorkomen verdere gladheid. Power Melt smelt het ijs letterlijk als sneeuw voor de zon. En met langdurig resultaat!

Voordelen ten opzichte van gewoon wegenzout:• Groteresmeltcapaciteit

• Beteredooiwerkingtotveel

lagere temperaturen

• Extreemlangedooiwerking

De smeltcapaciteit van Power Melt is aanzienlijk hoger dan uitslui-tend wegenzout (NaCl). Door snelle en langdurige inwerking op ijs en sneeuw kan er met minder beurten gestrooid worden. Hierdoor is het vele malen eff ectiever en efficiënter dan puur wegenzout. Het gevolg is dat besparingen op mankracht, tijd en materiaalkosten ook uw strooikosten positief zullen beïnvloeden.

Power Melt is verkrijgbaar in zakken van 25kg, bigbags en bulk.

Is uw interesse gewekt?

Onze medewerkers beschikken over up-to-date kennis van de ont-wikkelingen en mogelijkheden voor de gladheidbestrijding. Kunnen wij een afspraak met u maken of wenst u direct te bestellen? Laat het ons weten op 0168-393200 of bezoek www.eurosalt.nl

Eurosalt Power Melt:als gewoon zout niet meer toereikend is.

Eurosalt Handelmaatschappij BVPlaza 6, 4782 SK MOERDIJK | P.O. Box 74, 4780 AB MOERDIJK

T: 0800 0180 | T: 0168 39 32 00 | F: 0168 39 32 10www.eurosalt.nl | KvK nummer 24179430 te Breda

BTW nummer NL008536910B01

Intro aanbod geldig bij afname t/m 31.10.2015

€ 275,00 per ton voor bigbag of zakgoed

gram-eurosalt 150825.indd 1 25-08-15 11:36

Eerste bijeenkomst

Young NVRD in Utrecht

Speciaal voor de jongeren in de afvalbranche organiseert de

NVRD op 9 oktober een Young Professionals bijeenkomst.

Wil jij jezelf graag verbeteren in de branche, discussiëren

met leeftijdsgenoten en gezellig een drankje doen? Meld

je dan aan bij Frank Donkers ([email protected] ) voor de

gratis bijeenkomst op 9 oktober van 13:30 tot 17:00 in

Utrecht.

De bijeenkomst staat in het teken van de ontwikkeling van

Young Professionals. Zo geeft NVRD-directeur Olaf Prinsen

(voormalig wethouder gemeente Apeldoorn) een training

over politiek-bestuurlijke sensitiviteit. Verder zal Bart de

Bruin van de DAR een discussie leiden over een actueel on-

derwerp. Uiteraard zijn wij geïnteresseerd in de mening van

de Young Professionals. Om iedereen met een goed gevoel

terug naar huis te laten gaan, wordt de middag afgesloten

met een leuke borrel in het centrum van Utrecht.

De bijeenkomst is gratis toegankelijk voor alle NVRD leden

jonger dan 35. Deze zal plaats vinden op het stadskantoor

in Utrecht: Adres: Stadsplateau 1, 3521 AZ Utrecht

Vergoeding kunststof verpakkingen

Voor de zomer ontvingen gemeenten een brief van Ned-

vang over de beoordeling van de opgaven over kunststof.

Uit reacties blijkt dat gemeenten zich grote zorgen maken

over de inhoud van de brief voor wat betreft de uitbetaling

van de vergoedingen voor kunststof verpakkingsafval én

het leveren van de gevraagde gegevens. Deze problematiek

is bekend bij zowel NVRD als VNG. De VNG heeft hierover

in een brief om opheldering gevraagd aan de Begeleidings-

commissie Raamovereenkomst. Gemeenten worden aange-

raden om nauw samen te werken met hun contractpartners

voor de sortering. Deze partners hebben inzicht gekregen

in de uitkomst van de controles die zijn uitgevoerd en kun-

nen bijvoorbeeld helpen bij de beantwoording van de ge-

stelde vragen. Gemeenten zijn gehouden aan de afspraken

die in de Raamovereenkomst zijn gemaakt, namelijk: gesor-

teerde verpakkingen moeten voldoen aan DKR-normen en

gemeenten ontvangen een vergoeding voor kunststof ver-

pakkingsafval dat voldoet aan hergebruiksnormen als be-

doeld in artikel 9 van de Raamovereenkomst. De acceptatie

door een erkend recyclingbedrijf op basis van de genoemde

hergebruiksnormen is de grondslag voor de vergoeding.

Dit is door gemeenten meestal vastgelegd in de contracten

die zij met sorteerders hebben gesloten. Afgesproken is dat

de VNG gemeenten nog in september zal informeren over

de uitkomst van de besprekingen in de Begeleidingscom-

missie Raamovereenkomst.

Page 29: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 29

nieuws

GRAM | september 2015 29

column

Mijn eerste weken als directeur van de NVRD zitten erop. Ze zijn omgevlogen. Natuurlijk vragen mensen mij of ik al gewend ben en eerlijk gezegd, moet ik daar nog even ‘nee’ op zeggen. Daarvoor zijn er teveel nieuwe indrukken, maar ook teveel mensen en zaken waarmee ik nog kennis moet maken. Maar dankzij de mensen die ik al heb ontmoet, voelt het werken voor de vereniging al wel erg vertrouwd.

Naast ontmoeten is inlezen natuurlijk ook onderdeel van het inwerken. Eén van de eerste zaken die ik heb gelezen, was het jubileumboek van de NVRD. En niet voor niets heb ik het de afgelopen weken al meerdere keren toegestuurd aan mensen uit mijn nieuwe netwerk. Uitgegeven bij het 100-jarig bestaan van onze vereniging, laat het mooi zien hoe rijk de geschiedenis is. Een geschiedenis waar we trots op mogen zijn. En die verklaart hoe de afkorting NVRD is ontstaan. De Nederlandse Vereniging van Reinigings Directeuren.

Sinds 1907 is er het nodige veranderd. Alleen al de manier waarop we denken over afval, de core-business van onze leden, is niet meer te vergelijken met hoe we daar nu naar kijken. Maar er zijn ook belangrijke zaken hetzelfde gebleven. Onze leden blijven innoveren in hun zoektocht naar optimale resultaten en dienstverlening. En onze vereniging is een belangrijk middel om kennis hierover te bundelen en uit te wisselen, precies de reden waarom 108 jaar geleden de 19 ‘heren van de reiniging’ elkaar opzochten.

GRAM is een van de manieren waarop we kennis met elkaar delen. Het is mijn voornemen in elke uitgave een korte column te schrijven. In de hoop dat de lezers van ons blad er het nodige van vinden en mij opzoeken. Wilt u mij nu al iets meegeven in deze ‘wittebroodsweken’? Mijn mailadres is [email protected]. En mochten 140 tekens genoeg zijn, dan kan twitteren via @olafprinsen. Heel modern, precies zoals het hoort bij een vereniging met een prachtige geschiedenis die klaar is voor een mooie toekomst!

NVRD agenda

16 sept. Regiobijeenkomst Zuid-Holland

18 sept. Benchmarkbijeenkomst Gladheidbeheer

17 sept. Bestuursvergadering

17 sept. Commissie Inzameling & Recycling

22 sept. Redactiecommissie GRAM

22 sept. Vang Workshop Afvalbeleidsplan schrijven

23 sept. Stuurgroep Stosag

24 sept. Themadag BOR, Werk maken van integraal beheer – de mens centraal

25 sept. Commissie Opleiden & Professionaliseren

29 sept. Vang Workshop Milieustraten

1 okt. Afvalconferentie

2 okt. Benchmarkbijeenkomst Gemeente Schoon

8 okt. Benchmarkbijeenkomst Huishoudelijk Afval

9 okt. Bijeenkomst Young NVRD

13 okt. Redactie GRAM

15 okt. Regiobijeenkomst Midden-Nederland

15 okt. Themabijeenkomst Plaagdiermanagement

15 okt. Benchmarkbijeenkomst Huishoudelijk Afval

Benchmark Onkruidbeheer op

Verharding gestart.

deelnemen kan nog!

Deze maand is de benchmark light ‘on-

kruidbeheer op verharding’ van start

gegaan. Binnen een kleine groep van

experts krijgen de deelnemers inzicht in

hun eigen prestaties en kunnen ze van

elkaar leren. Inmiddels heeft de eerste

bijeenkomst plaats gevonden en is een

start gemaakt met het vullen van de

benchmarkvragenlijst. De deelnemers

komen zowel van gemeenten (groot en

klein) als van uitvoerende reinigings-

bedrijven waarbij de één al volledig

chemievrij werkt, terwijl de ander de

overgang nog moet maken. Een diverse

groep waarbij veel vergelijking en leren

van elkaar goed mogelijk is. Aan het ein-

de van dit jaar is de benchmark afgerond

en hebben de deelnemers meer inzicht

in hun doelstellingen, aanpak, kosten en

resultaten van het onkruidbeheer in hun

gemeente.

Dit is de eerste keer dat de NVRD een

benchmark over onkruidbeheer organi-

seert. De directe aanleiding is het aan-

komende verbod op het gebruik van

chemische bestrijdingsmiddelen. Meer in

het algemeen wil de NVRD kennisdeling

rond verschillende thema’s over afval en

beheer van de openbare ruimte facilite-

ren via onder andere het organiseren van

benchmarks. Daar hoort onkruidbeheer

zeker bij. Voor meer informatie over en

deelname aan deze en andere bench-

marks kunt u contact opnemen met Is-

mael Morales ([email protected]).

Page 30: Gram september 2015 def

30 GRAM | september 2015

Op 1 oktober organiseren de NVRD, Vereniging Afvalbedrijven en het ministerie van Infrastructuur en Milieu de Afvalconferentie 2015 in het World Forum in Den Haag.

Centraal thema van deze Afvalconferentie is de transitie naar een circulaire economie. Hoe gaan we de circulaire economie met elkaar realiseren? Wat kan en doet de afval- en recyclingsector in dit proces? Welke partijen in de keten spelen hierbij een rol en waarom is samenwerking in de keten zo belangrijk? Deze en vele andere aspecten komen aan bod tijdens presentaties, debatten en sessies.

Om 12.00 uur heten wij u van harte welkom met een lunch, het inhoudelijke programma start om 13.00 uur. Marjan Minnesma (Urgenda), Richard Kooloos (ABN AMRO) en andere sprekers geven hun visie op de circulaire economie en hoe de afval- en recyclingsector hieraan bijdraagt. In sessies wordt vanuit verschillende invalshoeken de verschillende verantwoordelijkheden binnen een circulaire economie benaderd.

De sessies tijdens de Afvalconferentie:• Brancheverduurzamingsplannen: Circulaire economie in de

praktijk• Masterclass circulaire economie• De Toekomst van Afvalverbranding in Nederland• Best Practices gemeenten• Meer en Betere Recycling, onderdeel van het programma Van Afval Naar Grondstof (VANG)

Aansluitend aan het inhoudelijke programma is er een netwerkborrel met een aantal pakkende pitches over het versterken van de vooraanstaande positie van de Nederlandse afvaldienstverleningssector binnen Europa. Hoe staat het met de plannen voor de vorming van de Dutch Waste Coalition (DWC)? En hoe draagt deze coalitie bij tot het beter vermarkten van de Nederlandse kennis en kunde van afval?

De Afvalconferentie sluit af met een diner tot ongeveer 20.00 uur.

Voor meer informatie en aanmelden, ga naar www.afvalconferentie.nl

Femke Halsema, Dagvoorzitter

Foto

: (c) Stephan

Vanfl

eteren

Page 31: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 31

N I E U W S U I T D E B R A N C H E

MCB Milieu & Techniek

Een innovatieve oplossing voor hoogbouw

Hako Citymaster

men met de gemeente, de stadsarchitect

en het inzamelbedrijf ontwerpt MCB Mi-

lieu & Techniek ook nieuwe containers op

maat. Speciale toepassingen met kijkgla-

zen, anti-graffiti en anti-aanplaksystemen

zijn optioneel verkrijgbaar. Alle inzamel-

systemen voor Kinshofer, drie-haak en

Metro zijn toepasbaar op de containers

van MCB Milieu & Techniek.

MCB Milieu & Techniek introduceert een nieuwe range flexibele containers voor een maximale afvalscheiding van GFT,

PMD, plastic en papier & karton. Door slim gebruik te maken van bestaande inzamelstructuren kan de gemeente met

minimale investeringen haar afvalplannen voor de toekomst verwezenlijken.

Over MCB Milieu & Techniek

MCB Milieu & Techniek werkt dagelijks

aan innovatieve oplossingen die bijdra-

gen aan een hoger percentage afval-

scheiding. Met een goed opgeleid team

van ontwerpers en vakmensen creëren

ze spannende oplossingen voor uitda-

gende afvalproblemen. Zo bouwden ze

een inzamelmiddel voor Elektronisch Af-

val voor de gemeente Roosendaal en ont-

worpen ze alle textielcontainers voor de

gemeente Rotterdam. MCB is sponsor van

de Afvalconferentie 2015.

De nieuwe range containers voor grond-

stofinzameling van MCB Milieu & Techniek

bestaat uit een set van zes verschillende

voorlossende- en onderlossende contain-

ers die gemakkelijk naast hoogbouw zijn

te plaatsen. Eén van de containers is ge-

schikt voor het plaatsen van een 240 liter

minicontainer voor GFT in de openbare

ruimte. Met een modulaire inwerpklep

kan GFT netjes in de minicontainer ge-

worpen worden. De container voor GFT

is een afsluitbare robuust stalen citybox

die flexibel in de openbare ruimte ge-

plaatst kan worden. Voor papier en kar-

ton heeft MCB Milieu & Techniek een af-

sluitbare onderlossende container met

optionele voorzieningen voor elek-

tronische toegangssystemen die aanslui-

ten op de bestaande inzamelmethode.

Naast een nieuwe range containers voor

de inzameling van grondstoffen biedt

MCB Milieu & Techniek gemeenten de mo-

gelijkheid om invulling te geven aan haar

eigen wensen voor de buitenruimte. Sa-

Page 32: Gram september 2015 def

32 GRAM | september 2015

HOE? DOOR TE INVESTEREN IN DE ONTWIKKELING VAN

NIEUWE GARENS VAN 100% GERECYCLEDE TEXTIEL.

MEER WETEN? 030 657 00 09

WWW.SYMPANY.NL

SYMPANY INNOVEERT IN DE TEXTIEL-BRANCHE

SYMPANY KOMT VOORT UIT DE FUSIE

VAN HUMANA EN KICI.

5015001 SYM adv.INNOVATIE 190x62.indd 1 25-03-15 14:30

N I E U W S U I T D E B R A N C H E

Vakbeurs Dag van de Openbare Ruimte speelt in op een schoner straatbeeldIn juli kwam het nieuws naar buiten dat

de inzet van ‘kauwgombusters’, peuken-

stofzuigers, geurexperimenten en twee

enorme afvalbakken, de zogenoemde

G-Snakes, korte metten moet maken met

de hoeveelheid zwerfafval in Breda. Een

bericht dat zo maar een gespreksonder-

werp zou kunnen zijn tijdens de Dag van

de Openbare Ruimte.

”We zijn in Breda volop aan het experi-

menteren hoe je het gedrag van mensen

zodanig kunt beïnvloeden, dat ze afval

niet op straat gooien”, zegt Anton Lips,

manager groen, reiniging en spelen van

de gemeente Breda. “In de onlangs geïn-

stalleerde zes meter lange ‘G-snake’ af-

valbakken, kunnen mensen hun afval al

rijdende vanuit hun auto deponeren.

Kauwgombusters en sigaretten-

stofzuigers

Sinds mei dit jaar zijn ook zogenoemde

‘kauwgombusters’ actief in de Bredase

binnenstad. Mensen van de ATEA-groep,

het leerwerkbedrijf van de gemeente

Breda, maken met behulp van een soort

stoommachine, de straten kauwgomvrij.

Ook gaan zij regelmatig met een soort

grote stofzuiger de straat op om siga-

rettenpeuken op te ruimen. “Vooral klein

afval als kauwgom en sigarettenpeuken

zijn erg lastig op te ruimen en bepalen

het straatbeeld negatief”, zegt Lips. De

sigarettenstofzuiger was door bezuini-

gingen niet meer in gebruik, maar door-

dat verpakkingsproducenten nu verplicht

bijdragen aan een afvalfonds, kunnen ze

deze machine in Breda weer inzetten.

Onderhoud en beheer openbare

ruimte

De innovaties waarmee geëxperiment-

eerd is in Breda zijn een goed voorbeeld

van oplossingen die u terug zou kunnen

vinden op de vakbeurs Dag van de Open-

bare Ruimte. Beursorganisator ExpoProof

organiseert dit jaar voor de twaalfde maal

in Houten het grootste jaarlijkse evene-

ment voor professionals in de openbare

ruimte. Op 7 en 8 oktober 2015 zet Expo

Houten de deuren open voor ambtenaren

en professionele bezoekers uit de private

sector. Zij vinden op de beursvloer onder

andere exposanten die gespecialiseerd

zijn in het reinigen en onderhouden van

de openbare ruimte. Daarnaast staan er

op de dit jaar nog grotere beursvloer

leveranciers met producten en diensten

op het gebied van groen, straatmeubilair,

licht, verharding, spelen, advies & beheer

en landschapsarchitectuur & ontwerp.

Behalve de honderden producten en dien-

sten op de beursvloer is het omlijstende

lezingenprogramma een uitstekende

gelegenheid voor het opdoen van nieuwe

en het bijspijkeren van bestaande kennis.

Bezoek aan de beurs en de lezingen is

gratis, wel moet men zich registreren via

de website: www.openbareruimte.nl.

Page 33: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 33

De Uitblinker 2015 is een initiatief van de NVRD.

NOMINEER UW MEEST UITBLINKENDE COLLEGA(’S)

Verkiezing van De Uitblinker 2015Straatreinigers, straatvegers, medewerkers groenbeheer enmedewerkers afvalbeheer houden Nederland blinkend schoon.Zij zorgen in uw gemeente voor schone straten & tevreden inwoners.Natuurlijk mag dit niet onopgemerkt blijven! Daarom kiezen we in november de UITBLINKER 2015; een professionele reiniger, straat-veger, medewerker afvalbeheer of een team dat zich op bijzondere wijze heeft ingezet om ons land weer een stukje schoner te maken.

Nomineer uw meest uitblinkende collega of collega’sHeeft u een collega of medewerker die uitblinkt in zijn of haar werk?Of heeft u een team dat uitzonderlijk uitblinkt? Nomineer deze persoon of het team dan voor de Uitblinker 2015. Dat kan tot en met 1 oktober 2015 via: www.uitblinker2015.nl.

PrijsuitreikingEen vakkundige jury selecteert de winnaar(s) uit 10 genomineerden.Dit jaar maken teams en personen kans op de titel Uitblinker 2015. Ook het Nederlandse publiek stemt mee. De Uitblinker 2015 wordt uitgereikt tijdens het Landelijke Zwerfafvalcongres.

Arie Bloeming, coördinator reiniging werkzaam bij Area reiniging en Team

Zaanstad die voor de gemeente Zaanstad het centrum van Zaandam reinigen zijn op basis van de publieksstemmen en het oordeel van een vakkundige jury in 2013 verkozen tot Uitblinker van dat jaar.

Wie volgt/volgen hen dit jaar op?

www.uitblinker2015.nl

STEM

MEE!

Page 34: Gram september 2015 def

34 GRAM | september 2015

Agenda24 september

NVRD themadag BOR, Werk maken van integraal beheer – de mens centraal

Van der Valk in Veenendaal

24 september

Minicursussen riolering, Jaarbeurs Utrecht

[email protected] en www.riool.net

1 oktober

Afvalconferentie, World Forum Den Haag

Organisatie: Vereniging Afvalbedrijven, Ministerie I&M, NVRD

Inl. www.afvalconferentie.nl

15 oktober

Themabijeenkomst Plaagdiermanagement

Organisatie: NVPB en NVRD

Congrescentrum Woudschoten, Zeist

13 – 15 oktober

World Efficiency, eerste mondiale vakbeurs voor klimaat- en energie oplossingen,

Paris Porte de Versailles, inl. www.world-efficiency.com

ColofonUitgeverNVRD, WTC ArnhemNieuwe Stationsstraat 106811 KS ARNHEMTelefoon 088 - 3770000E-mail [email protected] www.nvrd.nl

RedactiecommissieMarc Veenhuizen, gemeente Apeldoorn (hoofdredacteur) Riny de Jonge, stadsdeel Amsterdam-OostWilly Brinkbäumer, Twente MilieuAddie Weenk, RijkswaterstaatDiederik Notenboom, MeerlandenFabienne Mantes, AvalexRaymond van der Sluijs, gemeente NissewaardDico Kuiper, gemeente Alphen aan den RijnMarianne Zegwaard, MWH GlobalIlse van der Grift, NVRD

EindredactieKarin Hegeman en Berit Aagten Postbus 1218, 6801 BE Arnhemtel. 088 - 3770000e-mail: [email protected]

Advertentie-exploitatieBureau Van VlietPostbus 20, 2040 AA Zandvoorttel. 023 - 5714745e-mail: [email protected]

Opmaak en drukWeevers, www.weevers.nl

Gemeentereiniging en Afvalmanagementis het officiële vakblad van de

AbonnementenadministratieNVRD, Postbus 1218, 6801 BE ArnhemJaarabonnement ad €103,96. België €122,50 (Europa en buiten Europa op aanvraag). Los: €11,50.

Beëindiging abonnementAbonnementen moeten schriftelijk bij de NVRD en uiterlijk op 15 november worden opgezegd. Bij niet tijdige opzegging wordt het abonnement automatisch verlengd.

ISSN 1569-0458

© NVRD

GRAM wordt gedrukt op papier met het FSC®-keurmerk en verschijnt 10x per jaar.

Hoewel door de uitgever de uiterste zorgvuldigheid is betracht, wordt voor de inhoud geen aansprakelijkheid aanvaard.

RECYCLINGvan afval naar grondstof

VRAAG UW GRATIS E-TICKETS AANGA NAAR WWW.EVENEMENTENHAL.NL/RECYCLING-GO

evenementenhal gorinchem 3, 4 en 5 november 2015

de enige vakbeurs voor de totale recyclingbranche

Maak kennis met de vernieuwde vakbeurs Recycling, welke gecombineerd plaatsvindt met InfraPro; de vakbeurs voor de grond- weg- en waterbouw.

Page 35: Gram september 2015 def

GRAM | september 2015 35

Page 36: Gram september 2015 def

Levert uw GFT-afval al energie op?De nieuwe Bio Power vergister van Indaver werkt op volle kracht. Geschikt om 75.000 ton

GFT-afval per jaar een nieuwe start te geven. Als groen gas, CO2, compost of biomassa. Geen afval

meer, maar een perfecte kringloop. En dat is de missie van Indaver: steeds meer kringlopen sluiten

om zo veel mogelijk afval een nieuw leven te geven.

We zijn niet voor niets ‘toonaangevend in duurzaam afvalbeheer’.

Meer weten over Indaver, onze visie op een biobased economy en de Bio Power vergister in

Alphen aan den Rijn? Kijk dan op www.indaver.nl voor meer informatie.

www.indaver.nl