Download - Get connected nr 11

Transcript

Get Connectednr. 11, FEBRUARI 2016

Werken aan een gezonde, leefbare woon- en werkomgeving

Healthy Urban LivingZie pagina 8

Economic Board Utrecht 1m

Economic Board Utrecht Lekker rennen in de buitenlucht #Utrecht #HealthyUrbanLiving!

get connected

03

04

05

06

21

22

24

26

27

08Healthy UrbanLiving

Slim omgaan met Big Data

VoorwoordHenk Broeders

Nieuwsitems

Financiering

GameChangers

Human Capital Agenda

Internationalisering

360o interview

Research

Agenda

Gezonde scholen,gezonde leerlingen

14Gezond

18Slim

10Groen

INHOUD

Leef gezond, ga naar Utrecht!

voorwoord

3

Hard en vernieuwend werken. En werken aan ver-

trouwen in elkaar. Ja vertrouwen, hoe afgezaagd

dit ook klinkt. Dat is de reden waarom wij met onze

partners erin zijn geslaagd 200 miljoen euro aan

investeringen in groene, gezonde en slimme initia-

tieven uit te lokken. Initiatieven die bijdragen aan

nieuwe banen, aan marktaandeel voor het Utrechtse

bedrijfsleven en aan een groene, gezonde en slimme

toekomst voor onze regio.

Even terug in de tijd. Drie jaar geleden is de Economic

Board Utrecht (EBU) opgericht. We lieten als regio te

veel kansen liggen. Kansen om door samenwerking

tussen overheden, kennisinstellingen en bedrijven

grote maatschappelijke uitdagingen aan te pakken

en daarbij optimaal de excellente kennispositie op

groen, gezond en slim te benutten. Uitdagingen zo-

als transities in de zorg, in energie, nieuwe techno-

logieën die alles op z’n kop zetten en de aansluiting

tussen onderwijs en arbeidsmarkt.

Uit deze urgentie is de EBU ontstaan, met als doel

investeringen in maatschappelijke uitdagingen uit

te lokken. Dit doet de EBU door cross-sectoraal te

werken en door schaalgrootte te organiseren zodat

initiatieven investeerbaar worden.

De theorie is prachtig, de praktijk is en blijft mensen-

werk. Groot compliment daarom aan iedereen die

betrokken is. De urgentie tot samenwerking heeft

ertoe geleid dat we in elkaar zijn gaan investeren, in

meer vertrouwen. In de deze tijden van fundamen-

tele veranderingen weten we één ding zeker: Beter

een goede buur dan een verre vriend. De focus op

maatschappelijke vraagstukken wordt door iedereen

herkend en zowel naar eigen als gedeeld belang

vertaald. De kracht van onze gezamenlijke agenda.

De resultaten van de samenwerking zijn mooi: 200

miljoen uitgelokte investeringen in groene, gezon-

de en slimme initiatieven. Een stevige agenda voor

de broodnodige aansluiting tussen onderwijs en ar-

beidsmarkt, een internationaliseringsagenda die op

stoom komt en Healthy Urban Living, oftewel ge-

zond stedelijk leven, als gedeeld motto.

De opgebouwde samenwerking en het gegroeide

vertrouwen in elkaar en in de kracht van de regio

zijn wat mij betreft nog belangrijker. Samenwerking

en vertrouwen zijn hard nodig om de grote uitda-

gingen aan te pakken.

ING stipte net voor de kerst een van de belangrijk-

ste uitdagingen aan: De kloof tussen de vraag naar

hoogopgeleid personeel, bijvoorbeeld in de ICT, en

het lager opgeleide aanbod is dé uitdaging voor de

regionale arbeidsmarkt. En we moeten met elkaar de

belofte van Healthy Urban Living waarmaken. Denk

daarbij bijvoorbeeld aan ‘Nul-op-de-meter’, Zelf-

management en Big Data. Maar denk ook aan het

Stationsgebied in de stad Utrecht als ons interna-

tionale uithangbord. Want naast goede buren wil-

len we ook verre vrienden. Daarom werken we ook

gezamenlijk aan onze internationale positie.

Burgemeester Van Zanen van de gemeente Utrecht

verwoordde het prachtig in zijn nieuwjaarsspeech:

“We zorgen er voor dat Utrecht ook in de nabije toe-

komst één van de beste plekken in de wereld blijft

om te leven. En dat doen we samen.” Elkaar kennen,

met elkaar willen samenwerken en vertrouwen is hét

fundament om dit voor elkaar te boksen.

'Samenwerking en vertrouwen zijn hard nodig om de grote uitdagingen aan te pakken'

HENK BROEDERS Voorzitter EconomicBoard Utrecht

Beter een goede buur dan een verre vriend

4

nieuws

UTRECHT INC. OP NR. 11IN WERELDRANGLIJST Op 25 november 2015 is UtrechtInc., de Utrechtse broedplaats voor

innoverende startups, als elfde geëindigd in de index van beste

Universiteits business incubators ter wereld. De ranking werd

gepubliceerd door UBI.

Het mooie resultaat werd bekend gemaakt via een web broadcast vanuit

Trafalgar Square in Londen. De deelnemende incubators werden

beoordeeld op verschillende disciplines, waaronder ICT en biotech. In

totaal deden er 220 incubators uit 60 landen mee. In oktober behaalde

UtrechtInc. al een zesde plaats in de Europese ranking van UBI.

UtrechtInc. heeft sinds 2009 135 startups ondersteund. De Nederlandse

startupincubator krijgt hiermee internationale erkenning voor de manier

waarop zij ondernemerschap en innovatie stimuleert. UtrechtInc. is een van

de partners waarmee de Economic Board Utrecht gezamenlijk naar buiten

treedt als Startup Utrecht; een samenwerking waarin gewerkt wordt aan

een sterker startup & accelerator ecosysteem voor de regio.

OPENING ILAB UTRECHTOp 13 november werd iLab Utrecht Science Park geopend, een initiatief

van Utrecht Science Park (USP) en Hogeschool Utrecht (HU). iLab

Utrecht Science Park is een volledig ingericht en bemenst laboratorium

op het Utrecht Science Park (de Uithof), waar zowel starters als geves-

tigde bedrijven zonder voorinvestering onderzoek kunnen (laten) doen

in een setting van samenwerking tussen alle deelnemende partijen.

iLab Utrecht Science Park vormt een centrale plek waar starters en

bedrijven met hun vragen terecht kunnen en van waaruit de verbinding met

onderzoekers en onderzoeksfaciliteiten wordt gemaakt. Bovendien stelt het

lab bedrijven in staat om getalenteerde studenten te ontdekken en hen een

stage of zelfs een arbeidsovereenkomst aan te bieden. Naar verwachting

worden in de toekomst meerdere iLabs geopend op het USP. Het lab is

op initiatief van het USP en de HU tot stand gekomen, in samenwerking

met Utrecht Life Sciences, Economic Board Utrecht, Topsector Chemie en

Topsector Life Sciences & Health.

4

NIEUWSITEMS

UTRECHTSE WERELDPRIMEURVEHICLE-TO-GRID GROEIT UIT TOT REGIONAAL ENERGIESYSTEEM

De Utrechtse wijk Lombok had in juni 2015 een wereldprimeur met de

eerste ‘Vehicle-to-Grid’ laadpaal. Een slimme laadpaal voor alle elektri-

sche auto’s die uit zon opgewekte elektriciteit zowel kunnen laden als

opslaan voor later gebruik. In november zetten wethouders uit vijftien

gemeenten uit de regio Utrecht hun handtekening onder de ambitie om

dit uit te bouwen tot een regionaal energiesysteem.

Vehicle-to-Grid is een initiatief van onder andere de gemeente Utrecht,

netbeheerder Stedin, GE Benelux, Vidyn, Economic Board Utrecht en

LomboXnet.

De ambitie voor de regio Utrecht bestaat uit het realiseren van duizend

‘Smart Solar Charging’-laadpunten, waarbij energie uit zon kan worden

opgeslagen in elektrische auto’s. Daarvoor mikken de initiatiefnemers en

de vijftien gemeenten Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Lopik, Montfoort,

Nieuwegein, Oudewater, Stichtse Vecht, Utrecht, Utrechtse Heuvelrug,

Vianen, Wijk bij Duurstede, Woerden en Zeist om eveneens duizend elektri-

sche deelauto’s en tienduizend gekoppelde zonnepanelen te realiseren. De

gemeente Amersfoort en provincie Utrecht zetten al hun handtekening op

9 juni 2015.

Altijd energie

De slimme laadpalen worden gekoppeld aan zonnepanelen op de omlig-

gende huizen van bewoners, daken van bedrijven en openbare gebouwen

zoals scholen. De publieke palen kunnen de accu van elektrische auto’s la-

den én ontladen waardoor de auto kan worden gebruikt als energieopslag.

Onlangs werd Vehicle-to-Grid nog gekozen in de Toekomstmakers Top-100

met de honderd meest baanbrekende innovaties uit Nederland.

Opschaling naar een regionaal energiesysteem biedt grote kansen voor

extra werkgelegenheid voor Nederland. Zo voorspelt de Rijksdienst voor

Ondernemend Nederland (RVO.nl) 10.000 banen in 2020 en 50.000 banen

in 2030 dankzij elektrische auto’s. Daarnaast zorgen proeftuinen zoals in

Utrecht voor het aantrekken van wereldbedrijven naar Nederland. Zo heeft

GE vanwege het project in Utrecht besloten haar divisie laadinfrastructuur

in Nederland te behouden en werd Nissan partner in het project.

© Hogeschool UtrechtFemke van den Heuvel

titeltitel

5

financiering

5

“Het Lokaal is het eerste initiatief dat

een bijdrage ontvangt uit het Groen,

Gezond, Slim Fonds. De EBU heeft het

Groen, Gezond, Slim Fonds opgezet

om crowdfunding extra aantrekkelijk te

maken. Zo dragen we bij aan realisatie van

nieuwe initiatieven”, zegt Stef Röell van de

Economic Board Utrecht.

Het fonds is bedoeld voor MKB-

ondernemers die (een gedeelte van de

benodigde) financiering via crowdfunding

ophalen. De EBU kan bij dergelijke

initiatieven tot 25% bijdragen aan de

totale financiering. “De aanvraagprocedure

voor het Groen, Gezond, Slim fonds is

laagdrempelig. Voorwaarde is dat (een

gedeelte van) de financiering loopt via een

crowdfunding platform met de benodigde

AFM vergunningen. In een gesprek met

de initiatiefnemer wordt gekeken of het

initiatief aansluit bij de strategische agenda

van de EBU”, aldus Röell.

INVESTEERBARE FOODHALHet Lokaal wordt een foodhal in het

stadshart van Amersfoort, gevestigd in

twee oude loodsen van de voormalige

lijm- en zeepfabriek in De Nieuwe Stad.

In maart zal de hal volledig up and

running zijn. Het Lokaal maakt gebruik

Het Lokaal: Lichtend voorbeeldvan succesvolle stapelfinanciering

Op vier verschillende manieren een nieuw initiatief

financieren; het is de initiatiefnemers van Het Lokaal

gelukt. De eerste food- en markthal van Amersfoort

is gefinancierd door 253 particulieren, de EBU, de

Rabobank en de gemeente Amersfoort. Een lichtend

voorbeeld van succesvolle stapelfinanciering. “Het

succes van de crowdfunding gaf anderen vertrouwen om

ook aan te haken”, aldus initiatiefnemer Rinke van ’t Holt.

van voedsel om in samenwerkingen met

lokale partijen diverse maatschappelijke

thema’s te verbinden. Van ’t Holt: “We

combineren gezondheid en educatie

door voorlichting te geven over voedsel.

We creëren werkgelegenheid en doen

dat in samenwerking met de Hogeschool

Utrecht en MBO Amersfoort, deels met

sociale werkplaatsen voor mensen met

een achterstand tot de arbeidsmarkt en

deels middels re-integratie vanuit de

WW. Door streekproducenten te helpen

innoveren komen we ook tot een betere

lokale voedselketen. De boeren worden

door Het Lokaal geholpen met wet- en

regelgeving, productie en marketing.”

Van ’t Holt zegt de crowdfunding vooral

als validatie voor het initiatief te zien. “Veel

consumenten uit de doelgroep waren

enthousiast en dus was het zaak om te

zien of ze ook mee wilden investeren. Dat

we uiteindelijk 235.000 euro ophaalden

uit onze doelgroep was een bevestiging

voor ons en gaf vertrouwen voor de bank

en de EBU. De gemeente gaf uiteindelijk

het laatste zetje.”

EBU MAAKT BUSINESS CASES INVESTEERBAARDe EBU ondersteunt ondernemers

en (nieuwe) initiatieven die bijdragen

aan een groene, gezonde en slimme

regio en maakt deze business cases

investeerbaar. In Utrecht zijn verschillende

investeringsfondsen voor een brede

groep van ondernemers beschikbaar.

Naast het Groen, Gezond, Slim Fonds

is er bijvoorbeeld het Nul-op-de-meter

Marktintroductie Fonds, waarover u meer

kunt lezen in het artikel op p.12.

Eerste financiering Groen, Gezond, Slim Fonds naar Amersfoortse foodhal

Stef Röell Financiële middelen06 11 86 66 [email protected]

Meer informatie en de verschillende

investeringsfondsen zijn te vinden op

www.economicboardutrecht.nl /

investeringsfondsen.

Of neem contact op!

De toon is gezet, het wordt elektrisch!

Je hebt een bepaalde drijfveer nodig om maatschappelijke thema’s aan te pakken, zoals hij zelf zegt. En geduld. ‘Hij’ is Arnaud van der Sluis, oprichter van Proov, dat het dankzij inductie mogelijk maakt dat grote voertuigen elektrisch rijden in de stad. De drijfveer van deze gamechanger? “Mijn kennis. Ik wil binnensteden schoner en stiller maken en ik wéét gewoon dat dat kan.”

gamechangers

6

‘Burgers die stroom opwekken voor hun eigen busrit: het is er

sneller dan je nu denkt’

Het is 2008 als Arnaud van der Sluis, toen

nog manager bij ProRail, besluit zijn wens

om ‘een positieve bijdrage te leveren aan de

maatschappij’ in praktijk te gaan brengen. “Die

behoefte zit nou eenmaal in me. Binnensteden

schoner en stiller maken door elektrische

voertuigen te voorzien van een vernuftig

systeem, dat is wat ik wilde doen.” Van der

Sluis start Proov. In het kort: Proov realiseert

een duurzame en kosteneffectieve oplossing

voor elektrisch vervoer. Concreet betekent het

dat je bij Proov terecht kunt voor een techniek

waarbij je voertuigen – zoals stadsbussen – de

hele dag elektrisch kunt laten rijden dankzij het

inductief laden van de batterij. In de woorden

van Van der Sluis zelf: “Wij bieden als een van

de weinige partijen in de wereld een oplossing

voor stadsbussen die groen, gemakkelijk en

goedkoop is.”

7

gamechangers

UNPLUGGED E-MOBILITYHet systeem van Proov werkt met

inductielaadplaatsen. Op die plaatsen ligt

een spoel in de grond; de inductielus. Het

communicatiesysteem in de bus geeft een

seintje aan een elektriciteitskastje als de bus

boven de stalen plaat staat. Op dat moment

geeft het elektriciteitskastje stroom aan de

plaat in de grond. In de bus zit ook een stalen

plaat; de inductie-adapter. Doordat er stroom

van het elektriciteitskastje naar de plaat in

de grond gaat, ontstaat er een magnetisch

veld. Dit wordt doorgegeven aan de plaat

in de bus. In de bus wordt het magnetische

veld omgezet in stroom voor de accu. “We

noemen het unplugged e-mobility,” aldus

Van der Sluis. “Stadsbussen laden op deze

manier op zonder stekkers, pasjes of draden.

Minder kwetsbaar en bovendien goedkoper.

Door het bijladen kan bespaard worden op

de aanschaf van dure batterijen.”

SCHONE BUS ZONDER BRANDSTOFCILINDER“Innovatie verloopt altijd in een aantal

vaste stappen”, legt Van der Sluis uit. “‘Het

kan technisch niet’, ‘het mag niet volgens

de regeltjes’ en ‘waarom hebben we het

niet eerder gedaan’. Het in de praktijk

brengen van ons systeem heeft dus heel

wat voeten in de aarde gehad. Er reden in

2009 ‘schone’ dieselbussen en er zouden

in Utrecht tweehonderd hybride bussen

gaan rijden. De koers was bepaald; het zou

hybride worden. In Nederland is een eenmaal

gekozen koers als die van een olietanker:

wenden of keren is niet mogelijk. Terwijl

ons idee aantoonbaar beter en goedkoper

was. We zijn geholpen door Stichting Doen

en ProRail en uiteindelijk kregen we voet

aan de grond dankzij de order van Qbuzz/

U-OV voor de stad Utrecht. Ook de Europese

richtlijnen bleken een uitdaging. Europa had

in haar schonere bus-richtlijnen geschreven

dat schone bussen een brandstofcilinder

moeten hebben. Uiteindelijk deed de rechter

een voor ons positieve uitspraak. Het bewijst

maar weer eens dat je als gamechanger een

lange adem moet hebben.”

KLIMAATTOP IN PARIJSAnno 2016 werkt Proov voor en met grote

vervoerders zoals busmaatschappijen en

binnenstadsvervoer en met gemeenten en

provincies die concessieverlener zijn voor

binnenstedelijk vervoer. Proov timmert ook

aan de buitenlandse weg. In 2014 haalde

het bedrijf de opdracht binnen voor het

draadloos opladen van dubbeldek e-bussen

in Londen. De eerste vijf testbussen rijden;

begin december 2015 werd onder grote

belangstelling de laadplaat gedemonstreerd.

Eveneens in december tweet Van der Sluis

enthousiast over de aanwezigheid van

Qbuzz/U-OV op de klimaattop in Parijs. De

Utrechtse elektrische lijn 2 van Qbuzz/U-OV

was door het Ministerie van Infrastructuur en

Milieu verkozen tot één van de succesvolste

duurzaamheidsinitiatieven in Nederland.

Proov zorgt ervoor dat het oplaadsysteem van

lijn 2 goed werkt. Han van der Wal, Manager

wagenpark en facilitair bij Qbuzz/U-OV: “Door

de komst van onze elektrische voertuigen is

de luchtkwaliteit in de binnenstad van Utrecht

aanzienlijk verbeterd. Hiermee hebben we

een eerste stap gezet naar zero emissie. Ons

toekomstbeeld is openbaar vervoer zonder

schadelijke uitstoot.”

SJOEMELSOFTWAREDe ambitie van Proov is om in 2020 in

álle steden van Nederland economisch

aantrekkelijke unplugged e-mobility

oplossingen voor professioneel vervoer te

verzorgen. Het bedrijf – dat inmiddels 45

medewerkers telt – is goed op weg. Van der

Sluis: “De toon is gezet: het wordt elektrisch!

De omwenteling in perceptie van diesel

naar elektrisch gaat nu heel snel. Het aan

het licht komen van de sjoemelsoftware van

Volkswagen heeft een handje geholpen. We

zijn aangekomen bij het volgende hoofdstuk

van mijn visie. Er is bepaald dat in 2025 alle

bussen zero emissie moeten worden.”

Van der Sluis is vastberaden. “Ik wil

binnensteden schoner en stiller maken.

We hebben de kennis en de business case

om dat te bewerkstelligen. De toekomst? Ik

werk op dit moment aan een systeem dat

burgers in staat stelt de stroom voor hun

eigen elektrische busrit op te wekken. Met

zonnepanelen op het dak van hun woning.

Het zal eerder werkelijkheid zijn dan we nu

denken. De ontwikkelingen gaan zo snel!”

MEER INFORMATIE: [email protected]/proovnl

‘Ons toekomst-

beeld is openbaar

vervoer zonder

schadelijke uitstoot' Arnaud van der Sluis is slechts één van de vele ondernemers en wetenschappers die de regels van het spel binnen hun vakgebied veranderd hebben. Op het regio- platform ‘Gamechangers Utrecht’ vind je veel meer succesverhalen!

Met dit platform krijgen regionale

gamechangers een podium. Hier

krijgen ze de spotlight die ze verdie-

nen, maar kunnen ze met hun ver-

haal ook anderen inspireren. De lezer

van het platform bepaalt uiteindelijk

wie er echte gamechangers zijn door

te klikken op de ‘WOOW’-knop.

Wie vindt u een ware gamechanger?

Kijk op

www.gamechangersutrecht.nl.

NOG MEER GAMECHANGERS

Gezonde school, gezonde leerlingen

Ouders merken het bijvoorbeeld als ze

naar de musical gaan van hun kind in

groep 8 van de basisschool. Dan zitten er

in de schoolkantine veel meer mensen

dan gebruikelijk. Na een avondje vol

memorabele zangprestaties komen ze met

hoofdpijn thuis vanwege het gebrek aan

zuurstof in de lucht. Maar dat zijn niet de

enige hoofdpijnmomenten. Leerlingen en

leraren hebben voortdurend te kampen met

een slecht binnenklimaat op scholen. De

Rijksdienst voor Ondernemend Nederland

(RVO) stelde in 2013 vast dat er bij meer

dan 70% van de klaslokalen in het basis-

en voorgezet onderwijs sprake is van te

hoge CO2-concentraties. Naast die slechte

ventilatie en het slechte binnenklimaat

zijn er nog veel andere problemen in

scholen, met licht (te fel of juist te donker),

temperatuur, vocht en akoestiek. Het

gevolg: concentratieproblemen en soms

zelfs zieke leerlingen en docenten.

Uit onderzoek van TNO blijkt dat in een

gebouw dat wél goed geïsoleerd en ge-

ventileerd is, een verbetering van tot wel

19% plaatsvindt, als het gaat om het aantal

gemaakte (reken)fouten¹. Een gezond ge-

bouw is dus goed voor het welzijn. Waar-

om wordt dit probleem dan niet snel aan-

gepakt? Atto Harstra, innovatiemanager bij

Aldus Bouwinnovatie en Platform 31, weet

wel waarom. "Scholen vrezen dat renovatie

te duur is. Ze hebben nu al weinig geld, om-

dat het vergoedingensysteem dat ze van de

overheid krijgen voor gebouwkosten eigen-

lijk te krap is. Scholen besteden nu teveel

geld aan energie, en dat gaat ten koste van

de budgetten voor docenten, leermiddelen

of bijvoorbeeld een sportdag."

Scholen hebben een slecht binnenklimaat, en dat gaat ten koste van de leerprestaties. Maar als de scholen in de regio Utrecht de handen ineen slaan, is een gezond,

aangenaam en duurzaam gebouw mogelijk én financieel haalbaar. EBU heeft samen met andere partijen het initiatief genomen om deze ambities te realiseren. Dit jaar

wordt in ieder geval de eerste tranche met zes scholen in de markt gezet.

KOUDWATERVREES WEGNEMENEBU is vorig jaar samen met de gemeenten

Amersfoort en Utrecht en het Utrechtse

schoolbestuur BCOU een initiatief gestart

om die koudwatervrees bij scholen te kun-

nen wegnemen. Uit financiële berekeningen

van de projectgroep blijkt namelijk dat er

vele mogelijkheden en financieringsvormen

zijn om zo’n gezonde school te realiseren.

Gemeenten en scholen kunnen er bijvoor-

beeld voor kiezen om het vastgoed onder

te brengen in een aparte beheerstichting.

Ook zijn private partijen, zoals banken, ge-

interesseerd in het financieren van duurza-

me scholen. Zij zien dit als een waardevaste

investering met beperkte risico’s. Zeker in

combinatie met een garantiefonds biedt dit

voldoende zekerheid.

Groen

10

Een derde optie is om prestatieafspraken te

maken met leveranciers. Bijvoorbeeld met

een energiebedrijf dat zelf de zonnepanelen

voorfinanciert. Met het geld dat de school

dan bespaart op energie, kan zij de inves-

tering vervolgens terugbetalen. Bovendien

zijn er subsidies beschikbaar voor duurza-

me maatregelen, waardoor investeringen

in bijvoorbeeld klimaatinstallaties, zonne-

panelen en gevelisolatie snel terugverdiend

zijn. "Dan kunnen scholen eindelijk weer

investeren in waar het echt om gaat: goed

onderwijs en tevreden leerlingen en docen-

ten", aldus Eke Schins, die als procesbege-

leider vanuit ingenieursbureau Grontmij bij

dit initiatief is betrokken. Voor gemeenten

en schoolbesturen zijn dergelijke financie-

ringsconstructies wel even wennen, denkt

¹ Gids WF de, Oel CJ van, Phaff JC, Kalkman A. Het effect van ventilatie op de cognitieve

prestaties van leerlingen op een basisschool. Delft: TNO Bouw en Ondergrond, 2007.

11

groen

ze. "Het vraagt lef om op een andere manier naar de

financiële haalbaarheid te kijken. Schoolbestuurders

moeten zich er wel comfortabel bij voelen. Het is

dan ook belangrijk dat ze duidelijk aangeven wat hun

randvoorwaarden zijn, zodat we daar rekening mee

kunnen houden."

INKOOPVOORDEEL"Het momentum is nu", aldus Schins. "Financiers en

wetgevers hebben op dit moment veel aandacht

voor de verduurzaming van vastgoed." Scholen zijn

nu zelf verantwoordelijk voor het onderhoud van

hun gebouwen, dus zij hebben direct baat bij duur-

zame oplossingen. En voor gemeenten helpt het om

klimaatdoelstellingen te halen en innovatieve werk-

gelegenheid te creëren. "Het energiegebruik van

maatschappelijk vastgoed zoals scholen moet om-

laag", vindt Harstra. "Als heel veel scholen meedoen

met dit initiatief, dan heeft dat een enorme impact

op het totale regionale energieverbruik." En het initi-

atief creëert werkgelegenheid omdat het marktpar-

tijen (zoals aannemers en leveranciers) dwingt om

innovatief na te denken over duurzame oplossingen.

Harstra: "Scholen moeten niet direct vragen naar

een product, maar naar een oplossing. Dus niet: ik

wil tien armaturen, maar ik wil daglicht. En hoe die

leverancier dat doet, moet hij zelf bedenken. Zo leg

je de lat hoger en dwing je de opdrachtgever tot

creativiteit. Maar marktpartijen gaan pas rennen als

veel scholen mee doen. Dan loont het voor hen om

speciaal voor deze markt producten en diensten te

ontwikkelen, en kunnen ze inkoopvoordeel bieden."

GEZONDHEIDSWINSTMet die animo lijkt het wel goed te zitten. Vier Utrechtse en

twee Amersfoortse scholen hebben zich al aangemeld voor

een pilot dit jaar. Daarnaast heeft een tiental scholen aange-

geven interesse te hebben. Basisscholen en middelbare scho-

len met renovatieplannen én met nieuwbouwplannen kunnen

zich aanmelden. Soms zijn oude scholen er zo slecht aan toe,

of groeien ze uit hun jasje, waardoor nieuwbouw de enige op-

tie is. De projectgroep kan dan meedenken hoe de sloop zo

duurzaam mogelijk kan plaatsvinden, met behoud van zoveel

mogelijk oorspronkelijk materiaal. "Geld is niet het probleem",

besluit Harstra, "maar je moet het wel goed weten te organi-

seren." Daarvoor is de basis in ieder geval gelegd. Schins vult

aan: "Het voordeel is groter dan alleen financieel, het gaat uit-

eindelijk toch om het welzijn en de gezondheidswinst voor

onze kinderen."

Banken willen graag in de verduurzaming van scholen

investeren, maar ze lopen wel eens op tegen de zogeheten

‘alternatieve aanwendbaarheid’: met de hoge plafonds en

grote open ruimtes zijn schoolgebouwen niet zo makkelijk

om te bouwen tot bijvoorbeeld woningen. Een duurzaam

schoolgebouw is dus ook een toekomstbestendig gebouw,

dat relatief eenvoudig van functie kan veranderen.

Voor banken is het risico op leegstand dan veel kleiner.

Een andere oplossing is een terugkoopgarantie van

de gemeente. In Culemborg investeert Triodos Bank

bijvoorbeeld in een school met een dergelijke garantie.

"Voor een goed plan is altijd geld, maar we hebben

ook commitment van de gemeente nodig", aldus Patty

Zuidhoek, manager zakelijke kredietverlening bij Triodos

Bank. Mocht de school binnen twintig jaar ophouden

te bestaan, dan koopt de gemeente het gebouw terug

tegen de dan nog resterende schuld. Zuidhoek: "Een hele

creatieve oplossing waar wij blij mee zijn." Triodos Bank

is ook een van de partners in het initiatief van EBU. "Wij

willen graag meedoen met de pilot, want wij zien hier

zeker kansen. Dit initiatief is een mooi voorbeeld voor heel

Nederland. We kunnen nu laten zien dat het wel kan!"

‘VOOR EEN GOED PLAN IS

ER ALTIJD GELD’

Irene ten Dam domeinmanager Groen06 33 67 92 [email protected]

De komende tijd zullen we de scholen en schoolbesturen

uit de pilot blijven volgen. In het volgende Get Connected

magazine brengen we u op de hoogte van het vervolg.

Heeft u in de tussentijd vragen, wilt u meer weten of wilt

u ook bijdragen aan dit initiatief? Neem dan contact op!

12

groen

In 2020 wil Utrecht 50.000 nul-op-de-meter-woningen rijk zijn. Elke betrokken partij heeft zo zijn eigen uitdagingen om die doelstelling te halen. Hoestaat het er op dit moment voor?

Nul-op-de-meter:de stand van zaken

REGIONAAL

BELEID

BEWONERS

REGIONAAL

BEDRIJFSLEVEN

FINANCIERINGS-

OPLOSSINGEN

KOOPHUUR

Figuur 1Binnen het regionale nul-op-de-meter-programma wordt gewerkt aan zes doorbraak-issues. Gezamenlijk zorgen zij voor de totstandkoming van de ambitie; 50.000 nul-op-de-meter-woningen in de regio in 2020.

Irene ten Dam domeinmanager Groen06 33 67 92 [email protected]

Meebouwen aan nul-op-de-meter?

Neem contact op!

Leonie van der Steen van Squarewise bijt

het spits af met een update vanuit het cor-

poratieteam. “Er zijn nu elf corporaties in

Utrecht die concreet bezig zijn met de eer-

ste pilots. Het Kwartiermakersteam helpt

door bijvoorbeeld experts aan te dragen

voor specifieke vraagstukken of door critici

te overtuigen met een doorgerekende busi-

ness case. Zo laten we corporaties met een

gedegen berekening zien dat nul-op-de-

meter-woningen een beter rendement op-

leveren dan Label B-woningen.” Een infor-

matiebrochure waarin corporaties kunnen

lezen wat de voordelen van het concept

zijn, helpt waar nodig. De inspanningen

werpen hun vruchten af: de interesse van

verschillende corporaties is flink gewekt in

de afgelopen periode. Ze zien in dat nul-

op-de-meter-woningen wel degelijk ren-

dabel kunnen zijn. “We hebben bijvoorbeeld

voor woningcorporatie GroenWest bereke-

ningen gemaakt. Die berekeningen hebben

de directie en het Management Team over-

tuigd en ook al tot daden aangezet. In 2016

krijgen 25 woningen van GroenWest in

het Schilderskwartier in Woerden een nul-

op-de-meter-update. Bij positief resultaat

wordt ook de rest van de wijk aangepakt.”

PARTICULIEREN & BOUWBEDRIJF Stef Röell, van de Economic Board Utrecht:

“We hebben als EBU samen met een groot

aantal Utrechtse gemeenten het initiatief

genomen voor een financieringsregeling

om realisatie van nul-op-de-meter wonin-

gen in de particuliere sector te helpen ver-

snellen. Met dit zogenaamde Nul-op-de-

meter Marktintroductiefonds ondersteunen

we bouwbedrijven. Ze kunnen tot 5000

euro per woning ontvangen, als zij mini-

maal drie nul-op-de-meter woningen rea-

liseren. Het bouwbedrijf is begunstigde van

de regeling, maar de particuliere eigenaar

profiteert indirect doordat kosten voor de

realisatie van de nul-op-de-meter woning

lager zijn. We hopen met dit fonds het zetje

te creëren om de realisatie van nul-op-de-

meter bij particulieren te versnellen.”

BEGELEIDING BEWONERS[H]eerlijk Wonen biedt bewoners uit diverse

gemeenten in de regio begeleiding in het

traject van oriëntatie tot bouw als het gaat

om nul-op-de-meter woningen. In hun ver-

nieuwde aanpak is de hele keten toeganke-

lijker en inzichtelijk, waardoor elke partij die

een rol speelt eenvoudiger en sneller zijn rol

kan vervullen. Zo vertelt ook directeur Theo

Land: “We merkten namelijk dat sommige

dingen echt beter moeten in de dienstver-

lening aan bewoners; onder andere zit er

vaak een half jaar tussen contact en con-

tract. Dat zou een maand moeten zijn als

we echt 50.000 nul-op-de-meter-renova-

ties willen halen, maar dan moeten wel alle

loketjes samenwerken. In onze vernieuwde

aanpak betrekken we op diverse locaties in

de regio onder andere de gemeente en de

plaatselijke makelaar bij concrete wonin-

gen.”

NUL-OP-DE-METER EXPERIENCE ZONEArthur Lippus is kartrekker van de Nul-op-

de-meter Experience Zone en vertelt: “Voor

geïnteresseerden is er straks tussen Utrecht

CS en de Woonboulevard de Experience

Zone. Het wordt dé plek waar iedereen kan

ervaren hoe wonen in een duurzame wo-

ning is. Een locatie juist ook om de lokale

initiatieven die er al zijn in de provincie beter

zichtbaar te maken en versneld vooruit te

helpen. Het plan is uitgewerkt, we zijn nu

met de Jaarbeurs in gesprek over een con-

creet startpunt op hun terrein en we heb-

ben vergunningen nodig van de gemeente.”

Op weg naar een nul-op-de-meter-woning

Groene stroom op het goedkoopste moment

Energiegebruik op een slimme manier aansturen om uiteindelijk een

duurzame energie-infrastructuur op te bouwen, dat is de missie van

Senfal. Naast het leveren van groene energie, wordt het energiegebruik

ook direct beteugeld door de slimme apparatuur. “Overal op de wereld

ontwikkelen bedrijven technologieën om energie op te slaan of op een

andere manier te gebruiken. Wij gebruiken echter slimme software

om bestaande apparaten efficiënter in te zetten”, zegt Sander ten

Kate, medeoprichter van het bedrijf. Door apparaten van klanten slim

aan te sturen onderscheidt Senfal zich van andere energiebedrijven.

Dit betekent dat de slimme software ervoor zorgt dat zo'n apparaat

alleen aan staat op de momenten dat de energieprijzen laag zijn.

“Door een verbinding te leggen met de aansturingssoftware van

apparaten, weten wij wanneer een apparaat aan en uit kan en wat de

bandbreedte hierin is.” Het bedrijf, dat voortkomt uit UtrechtInc., heeft

twee belangrijke pijlers: duurzaam opgewekte energie (zon, wind)

en slimme software om een aanbod gestuurde vraag van energie

mogelijk te maken.

Design, gemak en duurzaam recyclen gecombineerd in één afvalbox

De innovatieve afvalscheidingsboxen van BinBang zijn speciaal ontwikkeld voor gemakkelijk

afval scheiden en wegbrengen. “We kunnen zeker 90% van ons afval hergebruiken. Het

gescheiden inleveren van grondstoffen levert een financieel- en milieuvoordeel op”, zegt

CEO en co-oprichter Anja Cheriakova. In elke box van de BinBang is ruimte voor een andere

afvalstroom, waardoor niet de hele keuken vol staat met afvalbakken. Door het modulaire

systeem passen de boxen in elke ruimte. “Naast de Bins leveren we ook een Bang, een

campagne op maat om gemeenten en bedrijven te helpen met het sluitend maken van

hun afval business case. Met 95% afvalscheiding, campagnes en Challenges op maat.” Door

recente samenwerking met grote partijen als de Jaarbeurs Utrecht groeit het bedrijf snel.

Ook een aanvraag voor het Groen, Gezond, Slim Fonds lijkt binnenkort te worden toegekend.

Cheriakova: “Met de BinBang zou ik graag zien dat we anders naar grondstoffen gaan kijken

en de waarde van materialen behouden. Gemak, technologie en design helpen hierbij.“

Gebundelde daken voor hoger rendement zonne-energie

ECONNETIC is een onafhankelijk adviesbureau, gespecialiseerd in het ontwikkelen van

duurzame projecten en de financiering daarvan. Eerder dit jaar heeft ECONNETIC de Coö-

peratie Bedrijvenpark IJsselveld in Montfoort succesvol ondersteund bij hun subsidieaanvraag

voor een grootschalig zonne-energie project. Het totale project is goed voor 3,2 MWp

vermogen aan zonnepanelen en staat gelijk aan de energiebehoefte van ongeveer 1.000

huishoudens. “De ervaringen van Montfoort namen we mee in een nieuwe aanvraag in

Veenendaal”, aldus Jeroen Willems van ECONNETIC. “Ook daar was het idee om de daken

van verschillende bedrijven te bundelen voor zonne-energie, waardoor voor de eigenaren

een mooi rendement kan worden gerealiseerd, door een gunstige financiering. Eigenaren

van een dak kunnen ook kiezen voor het verhuren van de panelen, zonder een investering

te doen.” Voorzitter van de Werkgroep Duurzaam Ondernemend Veenendaal, René van

Holsteijn geeft aan dat de ervaring van ECONNETIC de doorslag gaf: “Vooral bij complexe

projecten en gevarieerd samengestelde ondernemersgroepen."

Blikvangers Groen

SENFAL

BINBANG

ECONNETIC

WWW.SENFAL.COM

WWW.BINBANG.NL

WWW.ECONNETIC.NL

groen

13

14

Op vier locaties in de regio, maar ook daarbuiten, vinden

al veel gezonde zorginitiatieven plaats. In Nieuwegein

(Utrecht) is ‘Welzijn op Recept’ en ‘Bewegen op Recept’

ontwikkeld waarvoor nu landelijke aandacht is. In Leidsche

Rijn (Utrecht) heeft de eerste pilot plaatsgevonden met de

Persoonlijke Gezondheidscheck waarmee mensen online

hun gezondheid kunnen checken en aanbevelingen krijgen

om nog fitter te worden.

Ook het initiatief Nijkerk Positief voert deze gezondheids-

check in, samen met het Persoonlijk Gezondheid Dossier

zodat mensen altijd kunnen beschikken over hun eigen

medische dossier, net zo compleet als bij de huisarts. Eind

volgend jaar moet inzage mogelijk zijn. En Nijkerk, hoewel

buiten de provincie Utrecht gelegen, was ook één van

de eerste plaatsen waar de Diabetes Challenge (zie foto)

plaatsvond: zes dagen lang elke dag 10 km wandelen. Carl

Verheijen, directeur gezondheidscentrum Nije Veste,

realiseerde deze challenge: “De Diabetes Challenge is

ontwikkeld door de Bas van de Goor Foundation. Het

bracht veel positieve effecten met zich mee. Mensen

werden fysiek en mentaal fitter. Met een duurzaam gevolg:

na afloop bleven de deelnemers in beweging om hun

fitheid te behouden.” En in de Utrechtse wijk Overvecht

wordt al vijf jaar aandacht besteed aan een gezonder leven

vanuit de samenwerkingsorganisatie Overvecht Gezond!.

Hiermee bundelen zorgprofessionals en praktijken hun

krachten in de eerstelijns gezondheidszorg.

UTRECHT GEZOND POLISEen nieuw initiatief waarmee een structurele borging

van de Infrastructuur van de Gezonde Wijk mede

gerealiseerd kan worden, is de Utrecht Gezond Polis.

Anja van der Aa, directeur GezondNL, vertelt: “We zijn de

Van Utrecht een modelregio maken op het gebied van Zelfmanagement en Gezondheid. Dat is waar de Economic Board Utrecht zich voor inzet. Om wijkgerichte gezondheidszorg

te kunnen bieden aan bewoners, heeft GezondNL het initiatief ‘Infrastructuur van de Gezonde Wijk’ ontwikkeld, samen met gezondheidscentra in de regio Utrecht. Het doel?

Een duurzame en efficiënte samenwerking tussen zorgprofessionals en betrokken partners in de wijk die aansluit op de behoeftes van de bewoners.

Leef gezond,ga naar Utrecht!

Gezond

Diabetes Challenge

15

gezond

projectfase inmiddels wel voorbij. Het is nu tijd om te zorgen voor

een structurele organisatie en financiering. En daar gaat de Utrecht

Gezond Polis aan bijdragen.” De EBU ondersteunt de initiatiefnemers

van de Utrecht Gezond Polis met het uitbouwen van hun netwerk en

de positionering ervan door Utrechtse partijen ermee te verbinden

(onder andere gemeente, lokale bedrijven, zorgorganisaties,

kennisinstellingen, bibliotheek) en mee te zoeken naar financiële

instrumenten (bijvoorbeeld health impact bond).

Reguliere zorgverzekeringspolissen bestaan uit twee onderdelen;

een basispolis, die inhoudelijk wordt bepaald door de overheid, en

een optioneel aanvullende polis die samengesteld wordt door de

verzekeraars. Bovendien zijn de polissen alleen gericht op verzekerde

zorg, niet primair op preventie. “We zoeken al tien jaar naar een manier

om dit te kunnen veranderen. Tot nu toe werd steeds gekeken naar

de gemeente als verantwoordelijke voor preventie op het gebied

van gezondheid, maar daar ontbreken de financiële middelen. De

ontwikkeling van een lokale of regionale polis is het antwoord”, licht

Van der Aa toe. “Door de wijkgerichte aanpak kunnen de bewoners

uiteindelijk zelf bepalen wat er in de polis opgenomen wordt. Deze

wordt afgestemd op hun behoeftes.”

Tot nu toe was het altijd lastig om die behoeftes inzichtelijk te maken.

De Infrastructuur van de Gezonde Wijk maakt dit eenvoudiger. “Er

is veel versnippering in de zorg, losse geldstromen. Elke instantie

gebruikt zijn eigen ICT-kanalen en werkt samen met andere partners.

Er vindt weinig onderlinge afstemming plaats. Als we de afstemming

concentreren in de wijk, wordt de behoefte sneller zichtbaar en

kunnen we het zorgaanbod hierop afstemmen. En door vervolgens

meer in te zetten op preventie, is er minder geld voor zorg nodig.

Want gezondheid is breder dan zorg. De medische kant is daarbij

slechts een onderdeel.”

Daarnaast maakt een geconcentreerde, wijkgerichte aanpak ook de

weg vrij voor ICT-innovaties. “Er zijn veel mooie initiatieven op het

gebied van e-health. Maar ook deze initiatieven hebben last van de

versnippering. Er ontbreekt een aanspreekpunt om e-health

initiatieven succesvol in een wijk te implementeren. Het

effect is veel groter en de kosten veel lager als huisartsen,

fysiotherapeuten en thuiszorgorganisaties bijvoorbeeld

gebruik maken van dezelfde app. Terwijl je nu nog ziet dat

iedere instantie een eigen communicatiekanaal heeft.”

Een ander voordeel van de Utrecht Gezond Polis is de

positieve bijdrage die het kan leveren aan zelfmanagement.

“De polis biedt gezonde opties die afgestemd zijn op

de behoefte van de wijk. Maar de keuze maakt iedere

verzekerde uiteindelijk zelf. De regie verschuift hiermee naar

de inwoners.”

GROTE WELWILLENDHEIDEn de welwillendheid is groot. Veel partijen willen

deelnemen aan de Utrecht Gezond Polis. Er zijn al drie

zorgverzekeraars die deze polis willen gaan aanbieden.

“En daarnaast horen we ook lokaal alleen maar positieve

geluiden. Behalve de positieve effecten voor de gezonde

infrastructuur is het natuurlijk economisch gezien ook

interessant. Het gebied waar de polis in eerste instantie

voor ontwikkeld wordt, kent een populatie van zo’n

200.000 mensen. En omdat je met lokale partners werkt,

gaat een deel van het geld ook weer terug de wijken in, in

plaats van naar de zorgverzekeraar”, aldus Van der Aa.

De Utrecht Gezond Polis moet in november 2016 volledig

uitgewerkt zijn, zodat de inwoners deze per 1 januari 2017

kunnen afsluiten. “We richten ons in eerste instantie op de

koploperlocaties waarin de genoemde mooie initiatieven

al van de grond zijn gekomen, dus Nijkerk, Nieuwegein,

Leidsche Rijn en Overvecht. Het is belangrijk om te

beginnen met partijen die hiervoor open staan. Vervolgens

willen we in de toekomst natuurlijk de hele regio kunnen

ondersteunen.”

gezond

16

HEALTHCOINS VERDIENEN EN UITGEVEN

In het pakket van diensten dat binnen de gezondheidspolis

wordt aangeboden ter bevordering van gezondheid, wordt ook

gebruik gemaakt van Healthcoins.

Het idee is simpel: Gezond gedrag wordt beloond in de vorm

van Healthcoins. Elke Healthcoin is 1 cent waard. En het

verdiende bedrag kan vervolgens weer besteed worden aan

gezonde dingen. “Ook grote werkgevers doen mee omdat zij

beseffen dat een gezonde, vitale medewerker gelukkiger is en

dus productiever. Zij keren bijvoorbeeld de fietsvergoeding uit

in Healthcoins.”

In de wijk Lombok kunnen bewoners binnenkort ook

Healthcoins verdienen en uitgeven. Ook voor dit initiatief is

bewust gekozen voor een gemotiveerde wijk als eerste stap.

Jan Willem de Jong (mede-eigenaar van Jonge Honden)

werkt samen met Healthcoins om dit initiatief te realiseren in

Utrecht: “Door in te zetten op preventie kun je gezondheid van

buitenaf beïnvloeden. We hebben de behoeftes van de wijk

geïnventariseerd. Vervolgens hebben we in kaart gebracht wat

het aanbod aan gezonde diensten is. Denk aan sport, voeding,

etcetera.”

De inzet van Healthcoins moet een duurzaam resultaat

opleveren. “We willen het gedrag van mensen niet in één keer

180 graden veranderen. Maar hiermee verleiden we bewoners

keer op keer om gezonde keuzes te maken. Die optelsom van

kleine veranderingen is veel krachtiger en leidt tot blijvend

resultaat. Je verandert hiermee echt het leefpatroon van

mensen.” De deelnemende partners zijn heel divers en hun

inzet en betrokkenheid draagt ook weer bij aan de Infrastructuur

van de Gezonde Stad. “Ook kunnen we via de Healthcoin

app inwoners wijzen op andere gezonde projecten, zoals de

ontwikkeling van handige stadsfietsroutes."

Het mooie van dit systeem is dat elke euro dubbel effect

oplevert; inwoners verdienen ze met gezond gedrag en

geven ze vervolgens ook uit aan gezonde dingen. “Dat maakt

het gezonde effect direct zichtbaar.” Daarnaast promoten de

Healthcoins de lokale economie en stimuleert het project

ondernemers om gezonde zaken aan te bieden.

MODELREGIO ZELFMANAGEMENTUtrecht barst van de gezonde initiatieven die aan elkaar

verbonden kunnen worden. De regie komt steeds meer in

handen van de bewoners te liggen. En juist omdat initiatieven

als de Gezond Polis aantrekkelijke voordelen hebben, zullen

steeds meer bewoners kiezen voor een gezond leven. Met

andere woorden; zelfmanagement van de toekomst. En dát

maakt van Utrecht met recht een echte modelregio.

Vet? Of lekker en gezond?

Jelle van der Weijdedomeinmanager Gezond06 46 12 23 [email protected]

Meer weten over de Gezondheidspolis of aan de

slag met Healthcoins? Neem dan contact op!

gezond

17

Blikvangers gezond

Actief omgaan met eigen behandeling

Spelenderwijs het lineaire proces van begeleider en cliënt doorbreken. Stichting Moodbot

heeft een game ontwikkeld waarbij GGZ-cliënten een eigen kamer inrichten. Daarin kan de

gamer zijn gemoedstoestand aangeven. “In de kamer zijn cliënten bezig met opdrachten

en zelfgecreëerde herstel- en subdoelen”, aldus Renske Visscher, initiator van de game en

bestuurslid van Altrecht. De GGZ-instelling wil cliënten motiveren actiever met zijn eigen

behandeling om te gaan. “Het belangrijkste is dat behandelaars een gids kunnen worden

om cliënten zichzelf te laten helpen.” Het behalen van doelen levert punten op, die ook met

andere cliënten worden gedeeld. Groepsgevoel en interactie wordt gestimuleerd. De speelse,

interactieve omgeving zorgt voor socialisatie en het delen van gevoelens en gedachten. “De

behandelaar wordt zo meer een coach die bijstuurt.”

Cognitieve functies meten, trainen en verbeteren

MyCognition ontwikkelde MyCQ, waarmee de gezondheid van de hersenen gemeten en

verbeterd wordt door het gebruik van gaming. “Eenmaal gemeten, kunnen de hersenen

getraind worden door een van onze wetenschappelijk ontworpen spellen, zoals Rise”, aldus

CEO en oprichter van MyCognition, Keiron Sparrowhawk. “Rise verbetert alle belangrijke

cognitieve functies in de neurowetenschap. De vraag of een patiënt wel of niet gezond is,

kan het best worden gemeten door MyCQ.” Omdat het is gekoppeld aan MyCQ traint het de

functies die de meeste hulp nodig hebben intensiever, maar past het zich ook verder aan de

gebruiker aan. “Dat maakt het spel uniek.” Zo worden bijwerkingen geminimaliseerd en zijn

voordelen van gepersonaliseerde, doelgerichte behandeling groot. “De voortgang van herstel

is potentieel efficiënter en voordeliger dan medische ingrepen. Effectiever functioneren in

elke fase van het leven. Zelfs in de ouderenzorg.”

Stresslevels meten met de telefoon

“Het streven is om de inname van preoperatieve sedativa te minimaliseren, zonder afbreuk

te doen aan het comfort van de patiënt tijdens de procedure”, zegt Yosef Safi Harb van

Happitech die de applicatie Skip a Beat heeft ontwikkeld. Adequate informatieverlening en

preoperatieve kennismakingsgesprekken zijn daarvoor te subjectief, zo vonden Joris Arts

(ziekenhuisapotheker) en Marald Wikkeling (vaatchirurg). Daarnaast brengen preoperatieve

sedativa risico’s met zich mee. “Door het spel Skip a Beat te spelen wordt spanning voor

een operatie gereduceerd, maar is het ook mogelijk om resultaten direct weer te geven

middels biofeedback.” Door de sensoren in een telefoon kunnen vitale waardes worden

gemeten, zoals hartslag en hartslagvariabiliteit. Zo worden stress en medische conditie

in kaart gebracht. “Het spel helpt de speler zijn hartslag te verlagen en de snelheid van de

hartslag heeft invloed op het spelverloop. Met de technologie wordt een bijdrage geleverd

aan zorg op afstand en op maat.“

MOODBOT

RISE

SKIP A BEAT

WWW.MOODBOT.NL

WWW.MYCOGNITION.COM

WWW.HAPPITECH.COM

18

Slim

Slim omgaan metBig Data

Een vaste definitie van big data is er niet, maar kortweg komt het

neer op een verzameling van snelle, gevarieerde en vooral veel

gegevens. Onder de noemer ‘big data’ gaat het er vooral om wat er

met deze gegevens wordt gedaan. En die mogelijkheden zijn dankzij

de digitale ontwikkelingen nu veel uitgebreider dan vroeger.

Erik van Tol is aanjager van het ICT doorbraakinitiatief Big Data van

het Ministerie van Economische Zaken en als boardlid trekker vanuit

de Economic Board Utrecht. Van Tol ziet dat innovaties rondom

big data van groot belang zijn voor de gezonde toekomstige regio.

Achterblijven op snelle ontwikkelingen in big data kan bovendien

betekenen achterblijven op economische vooruitgang. Van Tol: “De

grote concerns van deze wereld maken al slim gebruik van big data

en de kleine innovatieve bedrijven ook. Maar juist de groep ertussen

moeten we verleiden om hiermee ook hun voordeel te doen.”

GEPERSONALISEERDE DIENSTEN“De regio Utrecht kent een grote dienstverlenende sector. De vraag

is nu of het met big data mogelijk is dat dienstverlenende proces te

optimaliseren en te verbeteren.” In generieke zin is volgens Van Tol de

belofte van big data dat met die informatie gelokaliseerde, gerichte

en gepersonaliseerde diensten kunnen worden geleverd. “Dat geldt

voor elke dienst. Of het nu de Netflix-achtige streamingdiensten

zijn, op grote schaal begeleiden van studenten of diensten voor

reizigers; individualiteit is key om betere diensten te verlenen.”

BURGERS ACHTER HET STUURDeze individualiteit kan bovendien de uitkomst bieden voor

efficiënte en kwalitatief betere zorg, bijvoorbeeld als het gaat

om zelfmanagement. De kunst is vervolgens om de burgers

aan het stuur te laten. Die moeten de diensten kunnen vinden

die aansluiten bij hun eigen ‘well-being’. Van Tol: “Wij denken

dus niet voor de burger, maar omgekeerd. Alle burgers willen

namelijk gezond blijven. Wat daarbij aansluit is voor de een iets

heel anders dan voor de ander.”

Tegelijkertijd ziet Van Tol in de breedte mogelijkheden om

zorgkosten te besparen. “Uit gegevens van bijvoorbeeld

zorgverleners, gemeenten en Rijkswaterstaat kunnen generieke

trends worden gehaald. Lokale bedrijven kunnen hun aanbod

daarop aanpassen.”

GOEDE RANDVOORWAARDENEr zijn al gesprekken geweest met een aantal belangrijke

data-eigenaren in het zorgdomein. Van Tol: “Die partijen

zijn ontzettend geïnteresseerd in het ontwikkelen van

geïndividualiseerde diensten met behulp van big data, zodat

burgers in charge zijn van hun eigen gezondheid. We zijn het

erover eens dat we daarvoor wel goede randvoorwaarden

moeten creëren. Dat is de stap die we nu willen gaan zetten.”

Zo weten ondernemers vaak niet wat wel en niet kan vanwege

privacywetgeving, of zijn ze bang dat er niet zorgvuldig met

hun data wordt omgesprongen. “Daarom nodig ik iedereen uit

deel te nemen aan de gesprekken over big data. We moeten

het experiment aangaan.”

In de huidige snelgroeiende informatiemaatschappij wordt slim gebruik van big data enerzijds steeds belangrijker en levert het

anderzijds ingewikkelde (ethische) vraagstukken op. Bijvoorbeeld: Hoe kunnen we big data inzetten zodat mensen daar profijt van hebben en hoe moet daarbij op een maatschappelijk verantwoorde manier

worden omgegaan met privacy? Slimme combinaties van big data en innovatieve toepassingen vormen een basis voor Healthy Urban Living.

Heerd Jan Hoogeveendomeinmanager Slim06 51 85 04 [email protected]

Ziet u kansen op het gebied van big data, wilt u op de

hoogte blijven en/of wilt u verder praten over big data?

Neem dan contact op!

19

slim

We don’t talk about the future. We build the future.

“Campus Party draait om de campuseros, studenten, designers,

gamers, startups en hackers die aan de slag gaan met challenges en

hackathons in internationale teams. Daarbij krijgen ze bijvoorbeeld

hulp om een eigen bedrijf te starten en partners te vinden.” De

deelnemers zijn uitgerust met laptops, drones, robots, virtual reality

en meer. Ook zijn er lezingen van inspirerende persoonlijkheden uit

de wereld van ondernemerschap, science, technologie en internet.

Economic Board Utrecht is official supporter van Campus Party.

“We zijn erg enthousiast over het concept; het past naadloos in

onze ambitie om uit te groeien tot de meest leefbare economie

van Europa. En niet alleen wij, ook Neelie Kroes, die Nederland op

de kaart zet als de Europese vestigingsplaats voor startups, steunt

Campus Party”, vertelt Ton van Mil, directeur Economic Board

Utrecht.

VOOR IEDER WAT WILSCampus Party is in vele opzichten interessant, voor allerlei

verschillende partijen. Voor bedrijven biedt Campus Party bijvoor-

beeld de uitgelezen mogelijkheid om nieuwe ideeën op te halen: “Al

het aanwezige talent staat klaar om jouw bedrijf verder te helpen.

Gedreven door passie voor ondernemen, tech en innovatie zien zij

als geen ander nieuwe kansen voor toepassingen en doorbraken.”

Bedrijven kunnen hiervoor challenges uitschrijven, bijvoorbeeld op

thema’s als e-health, security, fin- en legaltech, slimme mobiliteit,

smart cities en energie. Tegelijkertijd is Campus Party een ideaal

moment voor recruitment. Bedrijven kunnen hiervoor bijvoorbeeld

workshops verzorgen.

Voor overheden biedt Campus Party een ideaal moment om de

campuseros uit te dagen hun tanden te zetten in maatschappelijke

uitdagingen, zoals schone lucht, slimme mobiliteit, leegstaande

kantoorpanden en smart cities. Ook kunnen overheden scholieren

uitnodigen om deel te nemen aan de scholierenprogramma’s, iets

waar Wijsmuller heel enthousiast over is: “Het is voor iedereen

van belang om op jonge leeftijd in contact te komen met de

mogelijkheden van technologie en ondernemerschap en welke

kansen dit biedt voor jouw eigen ontwikkeling.”

Ook voor kennis- en onderwijsinstellingen ziet Wijsmuller kansen:

“Tijdens Campus Party kunnen zij hun onderzoeken en startups

presenteren aan een internationaal publiek. Daarnaast kunnen

ze ondernemerschap stimuleren bij studenten door middel

van workshops en lezingen. De Universiteit Utrecht en de

Hogeschool Utrecht gaan meedoen met 1000 studenten

en we verwachten circa 2000 internationale studenten. We

rekenen er tevens op dat vele hogescholen en universiteiten uit

Nederland zullen volgen.”

Tot slot is er een apart programma voor startups. Wijsmuller:

“Voor startups is Campus Party regelrecht een geweldige

playground. Er is een apart programma dat hen helpt naar

hun volgende stap in groei. Alle partijen die relevant zijn voor

startups, zoals corporates, investeerders, overheden en talent,

zijn hierbij aanwezig en betrokken.”

Al met al is Campus Party meer dan een event: “Campus Party

is een community. Want niet alleen in Utrecht vindt Campus

Party plaats, maar over de hele wereld. Er zijn reeds 400.000

campuseros actief die ook online samenwerken. Zij zijn fans van

technologie en bedrijvigheid voor een gezonde toekomst. En

dit is de toekomst, zonder jonge mensen kunnen we de banen

in tech ook niet vervullen en gaan we als land achterlopen.

Dat drijft me om van Campus Party een succes te maken! Dit

mogen we niet laten lopen als land en als regio.”

Geïnteresseerd om deel te nemen? Elke derde donderdag

van de maand vindt het Campus Party Café plaats. Hier kunt

u kennismaken met het event. Voor meer informatie over o.a.

partnerships kunt u contact opnemen met Roderick Wijsmuller,

via [email protected] en http://nl.campus-party.org.

Van 25 tot en met 29 mei 2016 vindt Campus Party plaats in de Jaarbeurs Utrecht. Het grootste technologiefestival waar alles rondom techniek,

innovatie, creativiteit, wetenschap, internet en ondernemen samenkomt in een vijfdaags, 24/7 evenement. Roderick Wijsmuller van Campus Party: “Vijf

dagen lang in een levendige internationale omgeving die je zou kunnen beschrijven als ‘de Lowlands voor business en tech’.”

Blikvangers Slim

In het Nederlandse onderwijssysteem wordt

niet iedereen goed bediend, vonden de

oprichters van ITvitae. Medeoprichter van

ITvitae Peter van Hofweegen: “Dat kan

anders.” ITvitae is een IT-vakschool voor

mensen met autisme op HBO+ niveau.

Ze bieden onderwijs aan slimme en

talentvolle mensen die toch een afstand

tot de arbeidsmarkt hebben, veelal door

schooluitval. Er zijn trajecten voor developers,

hackers, remote beheerders en software

testers. “Het Nederlandse bedrijfsleven staat

te springen om goed opgeleid personeel,

maar deze getalenteerde groep zit thuis.

Daar kunnen we wat aan doen.” De

jongeren staan dan ook in de rij om via de

sociale onderneming aan de slag te gaan.

“Ze hebben wel de kennis, maar niet de

diploma’s. Omdat ze vaak moeite hebben

met sociale vaardigheden, lukt het niet om

een passende baan te vinden. Wij geven in

onze opleiding daarom extra aandacht aan

die soft skills en begeleiden echt naar de baan

toe. De uitzichtloze situatie van een grote

groep heeft zo weer toekomst gekregen.”

Een van de weinige datacenters in de

provincie en ook nog eens klimaatneutraal:

Switch Datacenters maakt duidelijk dat naast

efficiency ook duurzaamheid van groot

belang is. De toonaangevende aanbieder van

hoogwaardige netwerk-neutrale datacenters

heeft zijn capaciteit onlangs uitgebreid met

de aankoop van het voormalige ABN Amro

datacenter in Woerden. De nieuwe locatie

fungeert tevens als twin datacenter voor het

bestaande datacenter in Amsterdam. Net als

de locatie in Amsterdam Zuidoost beschikt de

vestiging Woerden over robuuste technieken

voor gegarandeerde stroom, beveiliging en

connectiviteit. “De overname van dit Tier3+

gebouwde datacenter is een belangrijke

aanvulling op het productaanbod van Switch

Datacenters dat toegespitst is op de grotere

cloud-omgevingen en klanten die behoefte

hebben aan twin datacenter oplossingen”,

aldus Robin Lim van Switch Datacenters.

Partijen die de expertise of benodigde

software niet hebben om nuttige informatie

uit data te halen, kunnen terecht bij

Datagraver. “Wij willen de wereld van data

toegankelijk maken voor organisaties die het

anders niet zouden kunnen”, aldus Stephan

Okhuijsen. “Met name kleinere bedrijven of

belangenorganisaties kunnen zo op een

laagdrempelige en betaalbare manier data-

analyses en begrijpelijke presentaties laten

uitvoeren.” In 2014 gestart als onderdeel

van IT-dienstverlener Itude helpt Datagraver

met het leveren van relevante context en

analyses. “Big data echt dichterbij brengen.”

Okhuijsen is niet het type dataverwerker

dat in een hoekje zit te analyseren. “Actief

gebruik maken van social media-kanalen

en de interactie aangaan is daar een groot

onderdeel van. De kracht van social media

helpt om gemaakte analyses te laten landen

over heel de wereld.”

ITVITAE

SWITCH

DATAGRAVER

slim

20

Doorgaan waar anderen het laten afweten

WWW.ITVITAE.NL

Klimaatneutraal datacenter

Data opgraven en dichtbij brengen

WWW.SWITCHDATACENTERS.COM

WWW.DATAGRAVER.COM

De student vanvandaag is dezorg van morgen

21

De zorg verandert, nieuwe (technologische) innovaties doen hun

intrede. Tegelijkertijd moeten we met minder financiële

middelen en menskracht dezelfde kwalitatief goede zorg blijven

bieden. Dat vergt een andere kijk op zorg en ondersteuning, ook

als het gaat om de zorgprofessional van de toekomst. Welke

competenties hebben zij nodig? Hoe komen de opleidingen van

toekomstbestendige professionals eruit te zien? De transitie van

de zorg vraagt om transitie in het onderwijs. Daarom is er nu

Zorgpact Midden Nederland.

Nieuwe lesmethodieken

Curricula verzorgende, verpleegkundigen

(mbo en hbo) & scholing van professionals

Leerwerkplaatsen & leerwerkbedrijven

Zelfmanagement

Ontwikkeling onderwijs gericht op

zorg & technologie op mbo en hbo niveau

Betekenisvol gebruik van ICT

applicaties door zorgverleners

Living Lab zorgappartementen-

complex Vathorst

Zorg & Technologie Inge Schwartz

domeinmanager Human Capital Agenda06 34 55 09 [email protected]

Sinds de lancering van Zorgpact Midden Nederland

ontvingen we al verschillende aanmeldingen van nieuwe

initiatieven uit de markt. Ziet u kansen om aan te sluiten

bij het Zorgpact Midden Nederland? Of wilt u meedenken

over nieuwe initiatieven? Neem contact op!

In het Zorgpact Midden Nederland werken de gemeente Utrecht,

gemeente Amersfoort, Careyn, Utrechtzorg, Hogeschool Utrecht, UMC

Utrecht, Ucreate, ROC Midden Nederland, MBO Utrecht, MBO Amersfoort

en de Economic Board Utrecht samen om de competenties van de

zorgprofessionals van de toekomst te vergroten. Dit regionale zorgpact

is geïnitieerd vanuit de Human Capital Agenda (HCA) Gezond en sluit

aan op het landelijke zorgpact. Annette de Groot (directeur Utrechtzorg

en trekker HCA Gezond): “Deze regio loopt voorop omdat de EBU dit

onderwerp al op de agenda had staan voordat de zorgpactbeweging op

gang kwam. Er is veel belangstelling om aan te sluiten bij het zorgpact.”

ZELFMANAGEMENT EN ZORG & TECHNOLOGIE

Het Zorgpact Midden Nederland start op dit moment met zes initiatieven,

binnen de thema’s Zelfmanagement en Zorg & Technologie, zoals ook te

zien is in figuur 2. Zelfmanagement in de zorg is nodig voor een betere en

efficiëntere zorg met de regie in handen van de patiënt. Van professionals

vraagt zelfmanagement om een andere vorm van ondersteuning. De

Groot licht dit toe: “We moeten anders naar cliënten gaan kijken. De focus

moet liggen op wat mensen wél kunnen. De ondersteuning verschuift

van uitvoering naar regievoering. Van ‘zorgen voor’ naar ‘zorgen dat’.

Hoe kunnen we zorgen dat mensen zo lang mogelijk zelfredzaam zijn?”

Binnen de zes initiatieven worden onder meer leerwerkplaatsen en

nieuwe lesmethoden ontwikkeld en raken zorgverleners meer vertrouwd

met nieuwe (ICT) technieken in de zorg. Door de student van vandaag op

te leiden voor de zorg van morgen, draagt Zorgpact Midden Nederland bij

aan Utrecht als modelregio voor zelfmanagement.

LIVING LAB VATHORST

Een van de initiatieven is de oprichting van het Living Lab in Vathorst, een

initiatief van QuoVadis en Unica Installatietechniek. Het Gezondheids-

zorgcollege van ROC Midden Nederland, Stichting Sprank, Accolade zorggroep

en het Landelijke Coöperatie Trefpunt AAD zijn enthousiast aangehaakt. In

het Living Lab worden studenten van mbo- en hbo-instellingen opgeleid in

het nieuwe denken: de patiënt meer zien als partner. Hij is de expert van zijn

dagelijks leven en de zorgverlener ondersteunt dit. Mieke Hollander (directeur

innovatie en co-creatie, ROC Midden Nederland) licht dit toe: “Hiermee leren

we studenten om te denken in termen van welzijn en welbevinden, in plaats

van in zorgvragen. Ons doel is om in appartementencomplex Buitengewoon

Zorgsaam een appartement zo in te richten dat we er studenten kunnen

opleiden, hen kunnen inzetten om bewoners te ondersteunen en wijkgericht

te laten werken. Tegelijkertijd kunnen we hiermee een showroom bieden aan

ouderen en kwetsbare doelgroepen die langer thuis willen blijven wonen,

zodat ze kunnen zien hoe ze met bepaalde technische aanpassingen,

ICT toepassingen en zelfmanagement langer zelfstandig thuis kunnen

blijven wonen.” Op 1 maart worden de appartementen van het Living Lab

opgeleverd. In het nieuwe schooljaar start het initiatief voor de studenten.

Figuur 2: Human Capital AgendaBinnen de thema's Zelfmanagement en Zorg & Technologiegaan we aan de slag met zes concrete initiatieven:

Human Capital Agenda

Utrecht: Inspiring people,inspiring talent

Internationaal talent geeft de innovatieve en economische positie van de provincie Utrecht een extra boost. Door buitenlandse kenniswerkers, studenten en ondernemers in de regio te inspireren en faciliteren, wordt het voor bedrijven makkelijker om hoogopgeleide, internationale medewerkers te vinden en aan zich te binden.

Op 18 november ging de International Talent

Community Utrecht (ITCU) van start, met als

doel internationaal talent aan te trekken en

te behouden voor de provincie Utrecht. Dat

talent is hard nodig. Veel bedrijven in de re-

gio hebben moeite met het vinden van goed

opgeleide medewerkers – er is vooral een

tekort aan technisch specialisten en ICT'ers.

WARM WELKOM VOOR INTERNATIONAAL TALENTDe activiteiten binnen ITCU stellen de Eco-

nomic Board Utrecht (EBU) en haar strate-

gische partners in staat de Utrechtse regio

nationaal en internationaal te profileren als

regio waar internationaal talent zich graag

vestigt en snel thuis voelt. Internationaal ta-

lent bestaat naast de kenniswerker en de in-

ternationale student in steeds grotere mate

ook uit ‘free movers’. Deze groep bestaat

uit jonge zelfstandigen. Zij zijn aantrekkelijk

voor de provincie Utrecht, omdat zij bedrij-

ven oprichten en daarmee werkgelegenheid

creëren.

"Wil je al deze talenten en hun familiele-

den aan de regio binden, dan moet je ze

een warm welkom geven en alle faciliteiten

bieden om hier op sociaal en economisch

gebied zo goed mogelijk te integreren" zegt

kwartiermaker Ron Stoop. Hij stelt namens

de EBU een businessplan op waarmee inter-

nationaal talent aan de provincie kan worden

gebonden. Een ‘warm welkom’, meertalige

digitale informatievoorziening, goede geïn-

tegreerde services, sociale activiteiten en het

creëren van een internationale community in

Utrecht zorgen ervoor dat internationale ta-

lenten zich thuis voelen en in eigen land am-

bassadeur worden voor de Utrechtse regio.

Stoop heeft al een flink aantal strategische

partners bij de ITCU weten te betrekken,

waaronder de gemeente Utrecht, de provin-

cie Utrecht, de Universiteit Utrecht, Interna-

tional School Utrecht, Utrecht Science Park,

SKF en Rabobank Nederland.

‘LEARNING CULTURE’Toen haar man een baan kreeg aangeboden

in Amsterdam, verhuisde Angela Benjafield

uit Zuid-Afrika met haar gezin met hem mee.

Utrecht werd hun woonplaats, mede op

aanraden van vrienden, vanwege de goede

bereikbaarheid met Amsterdam en vanwe-

ge de schaal en de atmosfeer. Momenteel

werkt ze zelf in het ‘admissions team’ op de

International School Utrecht, waarbij ze on-

dersteuning biedt bij de toelating en verwel-

koming van nieuwe families. “We genieten

enorm van de Utrecht-experience en heb-

ben geen enkel plan om te verhuizen. Als ik

terugkijk op onze socialisatie- en integratie-

periode ben ik van mening dat het spreken

van de taal het allerbelangrijkste is. Dit gaat

verder dan het correct uitspreken van de taal.

Het gaat om learning culture, de nuances en

Nederlandse gedragsregels begrijpen. Vooral

in dit laatste hebben nieuwkomers begelei-

ding nodig van natives. Een introductiepro-

gramma van ITCU is dan ook een uitkomst.”

Een ander initiatief binnen ITCU is de

expatcenter-procedure. Hier kunnen in-

ter-nationals terecht voor verblijfsdocu-

menten, een BSN-nummer en alle overige

relevante informatie over werken, wonen

en leven in de regio Utrecht. Dit wordt nu al

in het Utrechtse stadskantoor aangeboden.

Het doel van het initiatief is om uiteinde-

lijk alle gemeenten in de provincie Utrecht

aan te laten sluiten. Zo wordt het voor alle

nieuwkomers in de provincie Utrecht mo-

gelijk gebruik te maken van de gecom-

bineerde overheidsdienstverlening op

het Expat Center Utrecht, ongeacht de ge-

kozen vestigingsplaats.

‘DE ITCU MAAKT ONS BETER VINDBAAR VOOR TALENT’Alle activiteiten zijn er op gericht om in-

ternationale medewerkers en hun part-

ners en kinderen zich zo snel en zo goed

mogelijk thuis te laten voelen in hun nieuwe

omgeving. Zodat zij zich voor de volle 100%

op hun werk kunnen richten, hier zo lang

mogelijk willen blijven én, als een ambassa-

deur van Utrecht, hun goede ervaringen de-

len met talentvolle vrienden en bekenden in

het eigen land. "Dat is heel belangrijk", legt

Richard Kraan, boardlid Internationalisering

van de EBU en partner van PWC, uit. "We

kampen in de regio met 4000 banen die

moeilijk ingevuld kunnen worden. Dit aantal

Angela Benjafield op de internationale school Utrecht.

Internationalisering

22

internationalisering

23

zal de komende jaren sterk oplopen als we

niets doen. Dat is natuurlijk geen optie. We

zijn de meest competitieve en innovatieve

regio van Nederland. Die positie willen we

graag houden."

Hannie Kroes is company director van SKF

uit Nieuwegein, wereldleider op het gebied

OOK PARTNER WORDEN?Werkgevers van talent,

dienstverleners aan talent en

organisatoren van sociale activiteiten

voor talent en hun partners en

kinderen kunnen nu partner worden

van de ITCU. Ron Stoop legt namens

de Economic Board Utrecht graag

uit wat de toegevoegde waarde is

voor uw organisatie. Bel of mail voor

meer informatie.

Deelnemende partners dragen bij aan de

International Talent Community Utrecht.

Samen zorgen we voor:

• Een meertalige digitale Utrecht portal

met alle relevante informatie over

het wonen en werken in de provincie

Utrecht, waaronder een internationale

vacaturesite.

• Een expatcenter-procedure voor de

geïntegreerde afhandeling van alle

overheidsdienstverlening.

• Een talentprogramma gericht op de

ontwikkeling en het vinden van talent

in binnen- en buitenland met als

doel nieuwkomers en afstuderende

internationale studenten aan bedrijven en

opdrachtgevers te koppelen.

• Een introductieprogramma voor

internationaal talent en hun partners en

kinderen dat, middels een rondleiding

door de nieuwe woonplaats, een

cultuurtraining, een talencursus en een

spouses-program (voor de partner van

het internationaal talent), nieuwkomers

meer zelfvertrouwen biedt om in hun

nieuwe omgeving een goede start te

kunnen maken.

• Een socialisatieprogramma voor het

opzetten en bijwonen van sociale

activiteiten.

• Een welkomstprogramma waarin alle

nieuwkomers welkom worden geheten

door bestuurders, sporters en culturele

iconen uit de Utrechtse regio.

Ron Stoop06 28 37 05 [email protected]

van lagers. Ze onderschrijft de woorden van

Richard Kraan en benadrukt dat de groei van

de talent community in de provincie Utrecht

van groot belang is voor SKF. Kroes: "In ons

bedrijf zijn 33 nationaliteiten aanwezig.

Voortdurend zijn we op zoek naar nieuwe

medewerkers, met name werktuigbouw-

kundig ingenieurs. We hebben onlangs een

Partnership Package gesloten met ITCU, zo-

dat we in het netwerk zijn opgenomen en

dus beter vindbaar zijn voor hoogopgeleide,

internationale technici. We zijn blij dat deze

mogelijkheid er is, het is voor ons erg be-

langrijk om ons via Utrecht Portal te profile-

ren als bedrijf waar internationaal talent met

open armen wordt ontvangen."

PARTNERSHIP BIEDT BEDRIJVEN VEEL VOORDELEN Bedrijven en kennisinstellingen genieten een

economisch voordeel door de activiteiten

van de ITCU, omdat werknemers sneller

na sluiting van de arbeidsovereenkomst in

Nederland aan het werk kunnen. Ook

administratieve lasten dalen doordat (HR-)

medewerkers werk uit handen wordt geno-

men en er centraal ingekocht kan worden.

Hiernaast is de ITCU interessant vanwege

de internationale vacaturesite en de evene-

menten gericht op ‘matchmaking’ tussen

werkgevers, opdrachtgevers en internatio-

naal talent, de creatie van een netwerk van

partners, de mogelijkheid van de ITCU als

vraagbaak, begeleiding van arriverende en

vertrekkende werknemers en vanwege de

community. Stoop: "We hebben vier Partner-

ship Packages samengesteld: Bronze, Silver,

Gold en Diamond. De bundeling van alle

activiteiten binnen deze pakketten stelt ons

in staat om één centraal startpunt te verzor-

gen voor internationaal talent, bedrijven en

kennisinstellingen in iedere fase van oriënta-

tie en vestiging in de Utrechtse regio. Door-

dat we deze activiteiten gezamenlijk organi-

seren, zorgen we bovendien voor een lagere

inkoopprijs. Interessant onderdeel van elk

pakket is een eigen wereldwijde profilering

van bedrijven op onze Utrecht Portal."

Gezondheidin eigen handen

Aan tafel zitten Janneke Brink (UMC

Utrecht, manager Zorg divisie Hersenen

en voorzitter regiegroep Patiëntenportaal),

Pieter Jeekel (directeur Zelfzorg

Ondersteund) en Arian Visser (patiënt). In

gesprek delen zij hun visie en ervaringen.

Jeekel: “Vanuit Zelfzorg Ondersteund

richten wij ons op ondersteuning voor

chronisch zieken door samen te werken

met zorgverzekeraars, overheid en

zorgpartners. We ondersteunen mensen

op actieve wijze om het gezondste uit

zichzelf te halen. Dat is het onderdeel

van zelfmanagement waar wij ons voor

inzetten.”

Brink: “Zo zie ik het ook. De term

zelfmanagement wordt overigens vooral

achter de schermen gebruikt. Ik kan me

voorstellen dat je je er als patiënt niet direct

in herkent.”

Jeekel: “Bovendien is zelfmanagement

niet ‘one size fits all’. Daar ligt ook de

moeilijkheid bij de inrichting van een

generiek portaal voor iedereen.”

Brink: “Dat klopt. Sinds februari bieden wij

ons patiëntenportaal Mijn UMC Utrecht aan

voor patiënten van alle specialismen. Het is

inderdaad een generiek, compleet portaal

waarbinnen de patiënt al zijn medische

informatie vindt en vragen kan stellen,

maar de gebruiker bepaalt uiteindelijk zelf

wat hij wil gebruiken.”

Jeekel: “Het zou ook mooi zijn als het

portaal zich automatisch aanpast aan

de gebruiker. Een niet-roker hoeft

bijvoorbeeld niet lastiggevallen te worden

met een hulpaanbod om te stoppen met

roken.”

24

De EBU wil vanuit het domein Gezond samen met regionale partners bouwen aan een modelregio op het gebied van zelfmanagement. Eén van de uitingen van zelfmanagement is toegang tot de eigen medische informatie. In Get Connected 9 kwam eHealth-platform Pazio aan de orde. Nu bespreken we zelfmanagement aan de hand van Mijn UMC,

het patiëntenportaal van UMC Utrecht.

360o

Interview

Van links naar rechts: Arian Visser, Janneke Brink en Pieter Jeekel.

25

EEN ANDER GESPREK MET DE ARTSVisser: “Vanwege mijn chronische

aandoening kom ik al vanaf mijn 14e jaar

met grote regelmaat in het ziekenhuis.

Ik ben daardoor ook gewend om zelf

regie te hebben. Mijn arts is voor mij een

gesprekspartner. Dit past volgens mij

precies bij waar het portaal voor bedoeld is.”

Brink: “Jazeker. Het portaal kan patiënten

eerder en van meer informatie voorzien.

De patiënt kan beter geïnformeerd zijn

bij aanvang van het gesprek met de

zorgverlener. Het is een éxtra medium,

het is dus niet zo dat de arts minder

tijd vrijmaakt voor patiënten omdat ze

informatie ook online kunnen krijgen.”

Visser: “Dat is de intentie. Maar ik begrijp

dat die angst wel leeft onder patiënten.

Als iedereen het portaal gebruikt, is het

een logische gedachte dat consulten

ingekort worden om tijd te besparen.

Terwijl gesprekken juist bedoeld zijn

om duiding en nazorg te bieden.”

Jeekel: “Ik denk dat het gesprek met de arts

juist beter wordt. Interessanter. De patiënt

is beter voorbereid en daarom een betere

gesprekspartner voor de arts om samen tot

een behandeling te komen. Daarnaast moet

ieder platform ondersteunend blijven en

geen doel worden.”

Visser: “Dus het mag niet vervangend zijn?”

Brink: “Soms kan het ook vervangend zijn.

Maar alleen als dat voor beide partijen

werkt. Met name voor chronische patiënten

kan gelden dat zij al zo bekend zijn met

het bekijken en interpreteren van uitslagen

van reguliere onderzoeken, dat ze geen

behoefte hebben aan een toelichting.

En als er toch nog een vraag is, kan er

een e-consult worden gestuurd, maar

een bezoek aan het ziekenhuis kan dan

achterwege blijven.”

CULTUUROMSLAGVisser: “Om hier een balans in te vinden,

zie ik vooral een grote rol weggelegd voor

de zorgverlener. De patiënt heeft over

het algemeen vaak nog een traditionele,

passieve houding: ‘de arts is koning’.

Hoewel de nieuwe generatie mondiger

is. Die zoekt online het antwoord voordat

ze een arts bezoekt.”

Brink: “Dus er is goede begeleiding nodig

om met die regie om te kunnen gaan.

Dat geven we onze zorgverleners ook

mee. Het is belangrijk dat patiënten van

te voren geïnformeerd worden over de

mogelijkheden van het portaal.”

Visser: “Mee eens. Goede communicatie

is cruciaal.”

Jeekel: “Een gesprek met een beter

geïnformeerde patiënt betekent veelal

een cultuuromslag voor de zorgverlener.

De inzet moet meer gericht zijn op gedrag

in plaats van alleen de medische kant.”

Brink: “Inderdaad. Maar de cultuuromslag

vindt aan beide zijden plaats. Het maakt de

patiënt meer eigenaar van zijn plan. Ik zou

graag zien dat er een push & pull effect is:

zorgverleners bieden het actief aan, maar

patiënten vragen er ook actief om.”

TWEEDELIJNS PORTAAL MIJN UMC OOK VOOR EERSTELIJNSZORG?Jeekel: “Wij richten ons nu op een manier

om binnen de eerstelijnszorg één platform

te creëren waar patiënten niet alleen

vragen kunnen stellen aan zorgverleners,

maar ook aan partijen als verzekeraars

en gemeenten. Daarvoor werken we ook

samen met de EBU om partijen aan elkaar

te verbinden en het wiel niet opnieuw uit te

vinden. Ik zou onze platformideeën graag

eens naast het tweedelijns portaal Mijn

UMC Utrecht leggen om te kijken of wij

elkaar kunnen versterken.”

Brink: “Interessant! Daar praat ik graag

nog een keer over verder!”

Visser: “In dat kader zouden

patiëntenorganisaties ook interessant

kunnen zijn om te kijken hoe je patiënten

kunt activeren om een platform

optimaal te benutten.”

Brink: “Er zal ook altijd een groep

blijven die niet met een portaal wil

werken, maar tot nu toe zien wij dat het

gebruik van Mijn UMC Utrecht gestaag

groeit. En het blijkt een katalysator

te zijn voor procesverbetering: het

verbetert de kwaliteit van verslagen en

medicatieoverzichten omdat patiënten

meekijken en stimuleert onze organisatie

om bereikbaar te zijn om vragen te

beantwoorden.”

Jeekel: “Dat is een heel mooi resultaat!

En gaandeweg leer je altijd weer bij.”

Brink: “We moeten in gesprek blijven met

alle partijen en onszelf blijven ontwikkelen.

En daar draagt een gesprek als dit zeker

aan bij!”

360o interview

Jelle van der Weijdedomeinmanager Gezond06 46 12 23 [email protected]

Wilt u bijdragen aan de regio Utrecht

als modelregio voor zelfmanage-

ment? Neem dan contact op!

Jaap Trappenburg is programmaleider van Uzelf; het regionaal

programma voor zelfmanagement en een initiatief van UMC Utrecht,

Hogeschool Utrecht en EBU. Volgens hem sluit het patiëntenportaal

Mijn UMC goed aan op dit programma. “Mijn UMC biedt een mooie

portal om informatie snel en eenvoudig bij patiënten te brengen. Dit

past uitstekend bij het uitgangspunt van Uzelf: mensen meer regie

leveren over hun eigen gezondheid, voor efficiëntere zorg. De stap

waar we in het Utrechtse voor staan is om naar een ‘digitale common

ground’ te komen. Momenteel wordt in de regio daarvoor Pazio

ingezet. Dat vraagt om samenwerking om een gemeenschappelijke

infrastructuur voor patiënten in de regio Utrecht neer te zetten. Als

die samenwerking er is, kan de regio als modelregio dienen voor

nationale en internationale samenwerkingen.”

REGIONAAL PROGRAMMA ZELFMANAGEMENT UZELF

26

research

Werkgelegenheid groeit weer

Tabel 1Ontwikkeling werkgelegenheid(t.o.v voorgaand jaar). Bron: PAR 2015

Jaarlijkse groei arbeidsplaatsen

Jaarlijkse groei vestigingen

De werkgelegenheid in de provincie Utrecht is voor het eerst sinds 2011 weer licht gegroeid. In vergelijking met een jaar eerder is het aantal banen in 2015 met 0,4% toegenomen tot 675.000 arbeids-plaatsen. In totaal zijn er 2.800 arbeids-plaatsen bijgekomen.

Binnen de provincie zijn er grote verschil-

len. De gemeenten Leusden (11,1%), Rens-

woude (4.2%) en Nieuwegein (1,9%) kenden

de grootste relatieve stijging van het aantal

werkzame personen. In dezelfde periode is

het aantal banen relatief gezien het sterkst

afgenomen in de gemeenten Woudenberg

(-4,6%), de Bilt (-2,6%) en Baarn (-2,1%).

AANHOUDENDE GROEI VESTIGINGEN

Net als voorgaande jaren is het aantal vesti-

gingen ook dit jaar weer gestaag gegroeid.

In de periode 2014-2015 is het aantal ves-

tigingen in de provincie Utrecht met 4,1%

gestegen tot een totaal van 122.100 vesti-

gingen. Het aantal eenpersoonsbedrijven is

de afgelopen jaren flink toegenomen, met

name in stedelijke gebieden. Het is daarom

ook niet verwonderlijk dat het aantal vesti-

gingen in periode 2014-2015 het sterkst is

toegenomen in de steden Utrecht (4,9%) en

Amersfoort (4,7%).

GROEI- EN KRIMPSECTOREN

De werkgelegenheidsontwikkeling naar sector

laat een uiteenlopend beeld zien. In absolute

aantallen zijn de meeste banen verloren ge-

gaan in de sectoren Zorg en welzijn (-1.210),

Bouwnijverheid (-1.210) en Transport (-840).

De bouw- en zorgsector kampten in 2014

ook al met forse krimp. In 2015 is de Utrecht-

se werkgelegenheid in Zakelijke diensten het

snelst gestegen, met 2.060 banen. Daarnaast is

ook de werkgelegenheid in de Horeca (1.510)

en Handel (1.360) flink toegenomen.

GOED WERKENDE ARBEIDSMARKT BLIJFT OPGAVE

Het vooruitzicht voor 2016 voor de provincie

Utrecht is positief: ING Economisch Bureau

verwacht een economische groei van 3,1%,

ruim boven het nationaal gemiddelde van 2,5%.

De werkloosheid zal dalen naar 5,5% (Neder-

land: 6,5%). Toch schuilt in

deze economische voor-

spoed ook een knelpunt:

2007 2009 2011 20132008 2010 2012 2014 2015

-2,0%

-1,0%

0,0%

1,0%

2,0%

3,0%

4,0%

5,0%

6,0%

7,0%

Tabel 2Ontwikkeling werkgelegenheid naarsector (arbeidsplaatsen). Bron: PAR 2015

landbouwdelfstoffen500

-500

-1500

-3250

1000

1250

1500

1750

2000

750

250

-250

-750

-1250

-3000

0

-1000

2014

2015

Handel Informatie encommunicatie

Overheid

Industrie,nutsbedrijven Transport

Financiëleinstellingen

Bouw-nijverheid

Horeca Zakelijkediensten

Onderwijs

Overigediensten

Zorg(Gezondheids-

en welzijnszorg)

het wordt steeds moeilijker om vacatu-

res te vervullen. In oktober 2015 ston-

den er 8.700 vacatures open, en dat

aantal groeit. Een bovengemiddeld deel

van deze vacatures blijkt onvervulbaar:

zelfs in andere regio’s zijn onvoldoen-

de gekwalificeerde medewerkers voor

Utrechts werk te vinden. De kloof tus-

sen de vraag naar hoger opgeleid per-

soneel enerzijds, bijvoorbeeld in ICT, en

het lager opgeleide aanbod anderzijds

is dé uitdaging voor de regionale ar-

beidsmarkt.

MEER INFORMATIE:

research.economicboardutrecht.nl

27

agenda

27

Techniekpact on Tour: Shake up the mindset

Get Connected: Utrecht steeds Slimmer!

Campus Party

10 maart ’16

21 april ‘16

25 t/m 29 mei ’16

AGENDA

WWW.ECONOMICBOARDUTRECHT.NL/AGENDA

Techniekpact on Tour komt naar de regio Utrecht. Maak kennis met

succesvolle regionale samenwerkingen op het gebied van techniek

in onderwijs en bedrijfsleven en laat u inspireren. Het thema van deze

bijeenkomst is ‘Shake up the mindset’.

WWW.ECONOMICBOARDUTRECHT.NL/AGENDA

Op 21 april volgt er een nieuwe Get Connected bijeenkomst. Centraal

staan de initiatieven en voorbeelden uit het domein Slim van de EBU.

Aan bod komen open & big data, 3D-printing, slimme mobiliteit en

er is ruimte voor ontmoeting tussen startups en corporates. Laat u

inspireren, vind partners voor een idee dat u hebt of sluit aan bij een

bestaand initiatief.

NL.CAMPUS-PARTY.ORG

Utrecht is het toneel van de toekomst tijdens Campus Party; een

vijfdaags evenement waar duizenden studenten, startups, gamers en

geeks samenkomen om de toekomst vorm te geven. Uitgerust met

laptops, robots, drones, etc. nemen zij deel aan challenges, hackathons,

workshops en lezingen van inspirerende persoonlijkheden. Economic

Board Utrecht is official supporter van Campus Party.

Hier wordt geïnvesteerd in uw toekomst. Dit project is mede mogelijk gemaakt dankzij een bijdrage uit het Europees fonds voor Regionale Ontwikkeling van de Europese Unie.

Colofon Deze Get Connected is tot stand

gekomen in opdracht van de

Economic Board Utrecht (EBU). Wij

danken de ondernemers en bestuurders

die hieraan hebben meegewerkt.

Redactie

Marijke Hoenderdos,

Jolanda Kleij, Karien Docter,

Lotte de Wit, Amanda Verdonk

Eindredactie

Lotte de Wit

Hoofdredactie

Marcia Veenhuis,

Doron Verstraelen

Vormgeving

DDK, Utrecht

Fotografie

Robert Oosterbroek, Irene

Vijfvinkel, Oscar Timmers,

Nadine van den Berg

Drukwerk

Platform P

HARTSLAG

155 BPM

NEERSLAG35% KANS

WEER

BEWOLKT

LOCATIEUTRECHT

TEMPERATUUR 8,2°HITTESTRESS 0,1°

STAPPENTELLER

15.523 STAPPEN

VERBRUIK

356 CALORIEËN

WIND

4 M/S

FIJNSTOFMETER

34 µg/m³

MARLO

TTE

20 JAAR