Gemeentebegroting 2021-2024
blz. 2 (van 230)
Inhoudsopgave Inhoudsopgave ...................................................................................................................................... 2
Leeswijzer ............................................................................................................................................... 3
1. De basis voor groei: Trots in de toekomst kijken .......................................................................... 5
2. Financieel middelenkader ................................................................................................................. 7
2.1. Middelenkader 2021-2024 ................................................................................................................ 7 2.2. Bezuinigingsmonitor ......................................................................................................................... 9 2.3. Structureel saldo van het middelenkader ....................................................................................... 10
3. Programma's .................................................................................................................................... 11
3.1 Samenleving en bestuur .................................................................................................................. 11 3.2 Duurzaam wonen, leven en werken ................................................................................................ 29 3.3 Vitaal en sociaal .............................................................................................................................. 62 3.4 Financiën en organisatie ................................................................................................................. 94
4. Paragrafen ...................................................................................................................................... 109
4.1. Lokale heffingen ........................................................................................................................... 109 4.2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing .................................................................................. 117 4.3. Onderhoud kapitaalgoederen ....................................................................................................... 126 4.4. Financiering .................................................................................................................................. 134 4.5. Bedrijfsvoering .............................................................................................................................. 139 4.6. Verbonden partijen ....................................................................................................................... 141 4.7. Grondbeleid .................................................................................................................................. 150 4.8. Doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoeken ..................................................................... 150
5. Financiële begroting ..................................................................................................................... 151
5.1. Grondslagen ................................................................................................................................. 151 5.2. Overzicht baten en lasten ............................................................................................................. 152 5.3. Uiteenzetting financiële positie ..................................................................................................... 158 5.4. Subsidies ...................................................................................................................................... 166
6. Bijlagen ........................................................................................................................................... 167
6.1. Incidentele baten en lasten........................................................................................................... 167 6.2. Staat van reserves ........................................................................................................................ 172 6.3. Staat van voorzieningen ............................................................................................................... 174 6.4. Wat mag het kosten? .................................................................................................................... 175 6.5. Staat van vervangingsinvesteringen ............................................................................................ 201 6.6. Ruimtelijke projecten .................................................................................................................... 202 6.7. Subsidies ...................................................................................................................................... 204 6.8. Meerjaren Prognose Parkeerbeheer ............................................................................................ 213 6.9. Knelpunten en externe effecten ................................................................................................... 215 6.10. Bezuinigingsmonitor ................................................................................................................... 227 6.11. Aangenomen moties en amendementen ................................................................................... 230
blz. 3 (van 230)
Leeswijzer Voor u ligt de Gemeentebegroting 2021-2024. De gemeentebegroting is een belangrijk
sturingsinstrument voor de Raad en is het richtinggevend kader voor het College voor de
ontwikkeling en uitvoering van beleid in het komende begrotingsjaar.
Opbouw Gemeentebegroting 2021-2024 van de gemeente Enschede
De gemeentebegroting bestaat uit een beleidsdeel en een financieel deel.
Beleidsbrief
De belangrijkste beleidsmatige en financiële ontwikkelingen voor de periode 2021-2024 zijn in
de beleidsbrief weergegeven. Deze brief vormt hiermee een samenvatting en een startpunt
voor de lezer/gebruiker.
Middelenkader
Het financieel middelenkader (hoofdstuk 2) is aan de Raad voorgelegd bij de behandeling van
de Coronanota 2020. In dit hoofdstuk wordt het financieel middelenkader nader toegelicht.
Programmabijdragen
De programmabijdrage (hoofdstuk 3) is opgebouwd uit vier inhoudelijke programma’s. Dit is
dezelfde indeling als de Gemeentebegroting 2020-2023. De structuur voor de inhoudelijke
programma's is opgebouwd volgens de 3 W-vragen, te weten:
• Wat willen we bereiken?
• Wat gaan we ervoor doen?
• Wat mag het kosten?
Paragrafen
De paragrafen (hoofdstuk 4) bevatten de beleidslijnen met betrekking tot een aantal
programma overstijgende onderwerpen, zoals de lokale heffingen. Ze vormen een
dwarsdoorsnede van de programma’s. Met de onderwerpen die in de verschillende
paragrafen aan bod komen, zijn vaak aanzienlijke bedragen gemoeid. Hiermee geven ze
extra inzicht in de financiële positie van de gemeente Enschede.
Financiële begroting
De financiële begroting (hoofdstuk 5) bestaat uit het overzicht van baten en lasten, de
uiteenzetting van de financiële positie en de subsidies. Het overzicht van baten en lasten
geeft inzicht in de algemene dekkingsmiddelen, de gemeentelijke overhead, de incidentele
baten en lasten en de taakvelden. In de uiteenzetting van de financiële positie komen de
geprognosticeerde balans aan de orde, evenals de meerjarige berekening van het EMU-
saldo, het verloopoverzicht van de reserves en voorzieningen, de investeringen en de
arbeidsgerelateerde kosten.
De gemeentebegroting is opgesteld in duizendtallen. Als gevolg van afrondingen kan het
voorkomen dat er kleine verschillen voorkomen in de tellingen van baten en lasten.
Bijlagen
De bijlagen (hoofdstuk 6) geven in detailinformatie over onder andere de incidentele baten en
lasten, reserves, voorzieningen en investeringen .
blz. 4 (van 230)
Overige info
In 2019 zijn, op basis van het coalitieakkoord 2018-2022 nieuwe indicatoren vastgesteld, op
basis waarvan het effect van het gemeentelijke beleid gemeten wordt. Een groot deel van
deze indicatoren is vanaf 2019 nieuw opgenomen in de begroting. In de begroting 2021-2024
is daarom als volgt omgegaan met het presenteren van realisatie- en streefwaarden.
De realisatiewaarden 2019 worden weergegeven, voor zover deze bij de jaarrekening 2019
aanwezig waren. Daar waar geen realisatiewaarde over 2018 is gevuld, is deze ook niet
aanwezig.
De streefwaarden voor 2024 zijn gelijk aan de streefwaarden voor 2023. Alleen daar waar de
Raad ervoor heeft gekozen het beleid te wijzigen door middel van het aannemen van een
beleidsnota, zijn de streefwaarden voor 2024 hierop aangepast.
Leesbaarheid
In de gemeentebegroting 2021-2024 is gebruik gemaakt van een aantal grafische
toepassingen om de leesbaarheid te vergroten. Ook is gebruik gemaakt van mouse-overs en
hyperlinks. De mouse-overs zijn in de gemeentebegroting gebruikt om definities en
toelichtingen op gebruikte termen toe te voegen. Een mouse-over is een webbased
toepassing en werkt daarom alleen op het internet. In versies van de gemeentebegroting in
Word of Adobe Acrobat Reader werken mouse-overs niet. Daarnaast zijn hyperlinks
toegepast. Hyperlinks leiden de lezer door naar onderliggende stukken, behorend bij het
onderwerp. Hyperlinks werken, in tegenstelling tot mouse-overs, wel in de versies van de
gemeentebegroting in Word of Adobe Acrobat Reader.
Tot slot hebben raadsleden bij de gemeentebegroting 2021 de mogelijkheid om informatie of
bevindingen over de gemeentebegroting onderling met elkaar te delen via de website. Ook is
het mogelijk om informatie te delen via LinkedIn updates of binnen een door de gebruiker zelf
gekozen (afgeschermde) gebruikersgroep.
blz. 5 (van 230)
1. De basis voor groei: Trots in de toekomst kijken
Trots en met lef bouwen aan kansrijk Enschede. Dat is hoe we ruim 2 jaar geleden aan deze
coalitieperiode begonnen. Niemand die kon bevroeden in welke situatie we nu zouden
verkeren. Corona heeft de wereld op z’n kop gezet. Waar we een half jaar geleden hoopten
nu alweer wat zekerder te zijn, blijft de onzekerheid over de toekomst nog even voortduren.
We zien in Enschede prachtige voorbeelden van hoe we voor elkaar blijven zorgen; van de
‘berenjacht’ voor kinderen in hun eigen woonwijk, tot het sturen van hartenpost aan ouderen
en het initiatief ‘Enschede helpt’ om vraag en aanbod met elkaar te verbinden. De veerkracht
van de stad is enorm, dat heeft zij de afgelopen maanden voortdurend bewezen. Enschede
redt zich.
We blijven realistisch: Enschede is hard geraakt door de coronacrisis. Een economische
terugslag is daarom ook onvermijdelijk. Daar komt bij dat de gemeente het structureel zwaar
heeft in financieel opzicht. We willen dus kansen pakken, maar handelen vanuit een
bijzondere situatie.
Wij nemen onze verantwoordelijkheid
We zien (groepen) mensen die het initiatief nemen om hun medemens door de crisis te
helpen. Voor onszelf zien we daarin ook een nadrukkelijke rol. Enschede is een aantrekkelijke
stad om in te wonen, werken en recreëren. Anderen zien dat ook. De stad blijft -zo zien we-
ook voor investeerders interessant. Het is onze taak om die aantrekkelijkheid te koesteren en
waar het kan van een impuls te voorzien. Daarbij besteden we nadrukkelijk aandacht aan de
rol van Enschede in de regio en de verantwoordelijkheid die die rol met zich meebrengt.
Ook in de onzekere tijd waarin we nu leven, houden we de hoofdthema’s die we in het
coalitieakkoord benoemden voor ogen. Het college hecht belang aan het versterken van
verbindingen en oplossen van problemen op wijk- en buurtniveau. Ook hier geldt dat we de
kansen grijpen om veerkracht te stimuleren en hulp te bieden waar dat nodig is. Daarbij
hebben we nadrukkelijk aandacht voor de jeugd, kansengelijkheid en ons beleid op het
gebied van armoede.
Om de strategische opgaven van de stad te kunnen behalen, kijken we continue op basis van
feiten of en op welke manier we moeten bijsturen in het bereiken van ons doel. Op die manier
hebben wij de strategische keuzes meer verbonden met de begrotingscyclus. Daar hoort bij
dat we op onderdelen de inzet vergroten, zodat we de mogelijkheden die er zijn ook kunnen
benutten. De hoofdlijn van de opgaven, waarlangs de begroting is ingericht, geeft daarbij
houvast.
We kiezen ervoor om in deze begroting geen nieuwe bezuinigingen voor te stellen. Juist
omdat we zien dat inwoners, bedrijven, verenigingen en instellingen al zwaar zijn geraakt. In
plaats daarvan gaan we op zoek naar kansen om slimme investeringen in Enschede los te
krijgen. Die moeten bijdragen aan het realiseren van onze strategische opgaven.
Een fonds Wederopbloei om in de stad te kunnen investeren
In de troonrede gaf de koning aan dat het rijk flink wil investeren, juist om de crisis het hoofd
te bieden. Het rijk laat daartoe de staatsschuld behoorlijk oplopen. Dat is een luxe die wij als
lokale overheid niet hebben. We hebben geen buffer die we kunnen inzetten. En tegelijkertijd
hechten we veel waarde aan de vraag die de gemeenteraad in de motie Wederopbloei heeft
gesteld. We zijn met de gemeenteraad van mening dat we via een fonds Wederopbloei de
blz. 6 (van 230)
Enschedese (banen)motor op gang houden. Met het adagium dat we wie Enschede de hand
reikt -indachtig onze visie en de doelen van de stad- de hand willen kunnen drukken.
Het is dus van belang dat we de middelen uit het fonds Wederopbloei inzetten om verder te
komen met de opgaven van de stad, of voor het oplossen van structurele problemen. En we
willen dat iedere euro die we inzetten maximaal maatschappelijk rendeert, dus dat geldt ook
voor de middelen uit het fonds Wederopbloei. De kosten gaan voor de baten uit. En wat ons
betreft is het nodig meer voorwaarden te stellen bij het instellen van en financieren vanuit zo’n
fonds.
We vinden het belangrijk dat er sprake is van financiering samen met andere partijen. Een
multipliereffect dus. In de regel is die multiplier moeilijk te realiseren als duidelijke plannen
ontbreken. Daarom is de aanwezigheid van concrete plannen wat ons betreft een harde eis
om initiatieven vanuit het fonds te kunnen financieren. We zijn actief aan de slag met partners
en inwoners met het opstellen van een investeringsprogramma.
Eventuele nieuwe projecten zullen, om in aanmerking te komen voor financiering uit het fonds
Wederopbloei, aan de genoemde voorwaarden moeten voldoen. Daarbij denken wij in het
bijzonder aan projecten die bijdragen aan groei van onze economie en het creëren van banen
voor de toekomst. Zoals bijvoorbeeld Kennispark. Het bieden van gelijke kansen is belangrijk;
het verhogen van welzijn, welbevinden, gezondheid en specifieke aandacht voor kwetsbare
inwoners.
Centrumkwadraat als voorbeeld van de renderende euro
Met onze ambitieuze plannen voor Centrumkwadraat is het gelukt om 3 miljoen euro subsidie
vanuit het Rijksfonds voor woningbouwimpuls binnen te halen. Naast de eerdere 1 miljoen
subsidie van de provincie. Het college had een deel van de financiering van de eerste fase al
opgenomen in de begroting en sommige onderdelen zijn ook al in uitvoering. Het blijkt dat
Enschede het al langere tijd relatief goed doet als het gaat om de toename van het aantal
arbeidsplaatsen. Met de strategische opgaven in het achterhoofd, is het belangrijk en
verstandig om in de stad te investeren. Juist nu. Immers; een aantrekkelijke stad en aanbod
van woningen zorgt voor de vestiging van nieuwe inwoners. En dat is zowel economisch als
sociaal belangrijk. Wat ons betreft sluit Centrumkwadraat in breed opzicht aan bij de
gedachten die we voor het fonds Wederopbloei hebben. Bovendien sluit het heel goed aan bij
de opgaven van de stad. Deze kans op subsidie deed zich eerder voor dan dat er middelen in
het fonds beschikbaar zijn. Daarom is de impuls voor Centrumkwadraat separaat in het
middelenkader opgenomen.
Realisatie van Centrumkwadraat levert niet alleen veel tijdelijke banen op. Via het toevoegen
van ruim 50.000 m2 voor werken en voorzieningen, draagt het project ook bij aan de lange
termijn banengroei. We vergroenen de stedelijke omgeving en realiseren een nieuwe
waterberging. En tot slot worden ruim 1.000 woningen, vooral in het betaalbare segment,
gerealiseerd. Het is een visitekaartje voor Enschede, waaraan we met trots en lef werken.
Bij het opstellen van deze begroting hebben we de Coronanota als uitgangspunt genomen.
Hoewel er nog veel onzeker is, kijken we met vertrouwen naar de toekomst van Enschede.
Een toekomst waar we graag onze bijdrage aan leveren.
blz. 7 (van 230)
2. Financieel middelenkader In de Coronanota 2020 is een financieel kader meegegeven dat uitgangspunt vormt voor de
Gemeentebegroting 2021-2024. In paragraaf 2.1 is een overzicht van dit kader weergegeven.
In paragraaf 2.2 wordt een overzicht gegeven van de wijzigingen die na de Coronanota in het
middelenkader zijn opgenomen. In paragraaf 2.3 wordt het structurele saldo van het
middelenkader weergegeven. Het middelenkader heeft effect op het weerstandsvermogen.
De ontwikkeling van de weerstandsratio is opgenomen in paragraaf 4.2. Daar worden ook de
belangrijkste risico's toegelicht.
2.1. Middelenkader 2021-2024
In deze paragraaf wordt het middelenkader gepresenteerd voor de periode 2021 t/m 2024.
Onderstaande tabel geeft beknopt het financiële saldo weer. Daarbij is rekening gehouden
met externe effecten zoals wijzigingen in het Gemeentefonds, ontwikkeling van lonen, prijzen,
rente en indexatie ozb, knelpunten en het afvoeren van oude taakstellingen die niet meer
(volledig) realiseerbaar zijn. Te zien is dat, om het middelenkader vanaf 2024 weer structureel
positief te krijgen, zo’n 7,8 miljoen euro aan nieuwe taakstellingen nodig zijn. Bij behandeling
van de coronanota 2020 is aangegeven dat het gezien de coronacrisis nu niet wenselijk is de
stad met extra bezuinigingen te confronteren. In de begroting zijn dan ook geen nieuwe
taakstellingen opgevoerd. Resultaat hiervan is dat in de periode 2021-2024 sprake is van een
begrotingstekort. Overigens is, zoals toegelicht in paragraaf 2.3, nog wel sprake van een
positief saldo structurele baten en lasten.
Middelenkader (afgerond en in miljoen euro) 2021 2022 2023 2024
Saldo Gemeentebegroting 2020-2023* -9,9 -1,9 0,9 0,9
Gemeentefonds (meicirculaire) 1,9 3,2 1,3 0,3
Ontwikkelingen lonen, prijzen, rente en ozb -0,7 -0,9 -0,9 -1,3
Knelpunten Onoverkomelijk &Onuitstelbaar -8,0 -8,0 -6,8 -6,4
Niet te realiseren bezuinigingen -1,6 -1,3 -1,3 -1,3
Saldo coronanota 2021-2024 -18,2 -8,8 -6,9 -7,7
1. Septembercirculaire 2020 (in 1.000 euro) -29 135 185 207
2. Centrumkwadraat (in 1.000 euro) -140 -138 -219
3. Onhaalbare taakstelling (in 1.000 euro) -50
Saldo gemeentebegroting 2021-2024 -18,3 -8,8 -6,8 -7,8
* Bij de gemeentebegroting 2020 is besloten dit saldo te dekken uit de algemene reserve
Toelichting
Een nadere toelichting en detaillering van de onderwerpen die het saldo van de coronanota
vormen zijn terug te vinden in bijlage 6.9. Onderstaand een toelichting op de belangrijkste
wijzigingen na de coronanota 2020.
blz. 8 (van 230)
1. Septembercirculaire
De resultaten uit de septembercirculaire die ingezet kunnen worden in het middelenkader zijn
gering. Er wordt weliswaar een groot pakket aan incidentele compensatie in 2020 en 2021
voor gevolgen corona toegevoegd maar de accressen muteren niet. Al in de meicirculaire
2020 was besloten om de accressen voor 2020 en 2021 te bevriezen om zo niet de
gemeenten te confronteren met afwijkingen vanwege de coronacrisis. Nu is ook besloten om
de accressen vanaf 2022 te bevriezen en de beslissing hierover over te laten aan het nieuwe
kabinet. De beperkte resultaten over 2021 en verder zijn het resultaat van mutaties in scores
op maatstaven.
Het Rijk heeft voor 2022 een aanvullend budget van 200 miljoen euro toegevoegd aan
middelen voor Jeugd. Deze middelen waren in 2019 vooralsnog incidenteel toegekend tot en
met 2021. Deze toevoeging in 2022 van zo’n 3,6 miljoen euro levert echter geen voordeel op
in ons middelenkader. Dit omdat destijds de toevoeging structureel al is ingeboekt.
2. Centrumkwadraat
Enschede heeft een opgave voor het aantrekken en vasthouden van talent om daarmee de
arbeidsmarkt op langere termijn voor Enschede en Twente gezond te houden. Die
arbeidsmarkt met o.a. hoogwaardige technologisch, innovatieve en creatieve bedrijven is de
kurk waarop Twente drijft. Centrumkwadraat is de ontwikkeling waarmee we dat talent willen
aantrekken en vasthouden. We kunnen hier ons aanbod retail, horeca, cultuur &
evenementen, openbare ruimte, werklocaties en woningen vergroten. We maken met
Centrumkwadraat ruimte voor doorstromende talenten met sociale huurwoningen (o.a.
jongere huisvesting met ruimte voor een combinatie van wonen en zorg), betaalbare
huurwoningen in het middensegment en betaalbare koopwoningen. Centraal staat het
realiseren van woonconcepten voor afgestudeerden in zowel de sociale huur als middenhuur.
Een grote functiemix direct aan het station. Doel is een milieu te realiseren dat de doelgroep
van talent aanspreekt en die we in Enschede nu nog niet kunnen bieden. Veel andere steden
hebben de laatste jaren dit soort projecten succesvol gerealiseerd.
De investeringen zijn vertaald naar (kapitaal)lasten. Allereerst worden middelen gevraagd
voor investeringen op de korte termijn, zijnde de ontwikkeling van de Deurningerstraat, het
Stationsplein Zuid (incl. achter het ABN kantoor en aanpassing in-/uitrit Stationsgarage). In de
reeks zijn subsidies van circa 4 miljoen euro verwerkt (1 miljoen euro provincie en 3 miljoen
euro Rijk vanuit de woningbouwimpuls middelen). Dit in lijn met het reeds genomen
collegebesluit. De nu opgenomen reeks betreft de benodigde middelen voor fase 1. Voor de
realisatie van de 2e fase van het project centrumkwadraat in de periode na 2024 zijn nog
meer investeringen noodzakelijk. Denk hierbij aan de stationstunnel, een fietsenstalling, een
parkeergarage en verdere aanpassingen in de openbare ruimte. Het realiseren van fase 1
houdt niet in dat er voor fase 2 onomkeerbare besluiten worden genomen. De raad heeft hier
t.z.t. de ruimte om een afweging te maken over de realisering.
3. Onhaalbare taakstelling
Mede door corona is de taakstelling betaald parkeren FC Twente niet haalbaar. De
taakstelling blijft voor de jaren na 2021 wel staan.
blz. 9 (van 230)
2.2. Bezuinigingsmonitor
Bezuinigingsmonitor
Gezien het middelenkader is het essentieel dat alle nog lopende bezuinigingen ook
daadwerkelijk worden gerealiseerd. Dit is een voorwaarde om het begrotingstekort niet verder
op te laten lopen. Bij deze begroting is de bezuinigingsmonitor opnieuw van een update
voorzien. In bijlage 6.10 is een nadere concretisering van deze update te vinden.
De bezuinigingen zijn allen in voorgaande begrotingen opgenomen. In de voorliggende
begroting worden geen nieuwe bezuinigingen opgevoerd. Onderstaande tabel laat zien dat er
structureel nog voor 11 miljoen euro aan bezuinigingen ingevuld moet worden en dat 1,3
miljoen euro aan bezuinigingen structureel onhaalbaar wordt geacht. In de
bezuinigingsmonitor (bijlage 6.10) zijn alle bezuinigingen concreet weergegeven.
Bezuinigingen 2021-2024 in miljoen euro 2021 2022 2023 2024
Ingevulde bezuinigingen 12,8 12,6 14,1 14,1
In gang gezette bezuinigingen 6,9 10,1 11,0 11,0
Onhaalbare bezuinigingen (verwerkt in middelenkader) 1,6 1,3 1,3 1,3
Totaal opgevoerde bezuinigingen 21,3 24,0 26,4 26,4
Omdat de bezuinigingsmonitor van een update is voorzien zijn de bedragen uit bovenstaande
tabel gewijzigd ten opzichte van de zomernota. Constatering is dat de ingevulde
bezuinigingen structureel met 7,1 miljoen euro zijn toegenomen. De enige onhaalbare
taakstelling die ten opzichte van de zomernota is toegevoegd betreft het betaald parkeren bij
FC Twente (50.000 euro). Het totaal aan bezuinigingen is ten opzichte van de coronanota
toegenomen met 100.000 euro. Oorzaak hiervan is een begrotingswijziging versneld
clusteren sportvelden bij de coronanota. Hierin is de taakstelling van 100.000 euro bij
Sportaal overgeheveld naar de gemeente vanaf 2021. Reden hiervoor is dat de gemeente
regievoerder is over dit onderwerp.
Wijzigingen bezuinigingen t.o.v. de coronanota in miljoen euro 2021 2022 2023 2024
Ingevulde bezuinigingen 5,0 6,0 7,1 7,1
In gang gezette bezuinigingen -4,9 -5,9 -7,0 -7,0
Onhaalbare bezuinigingen (verwerken in middelenkader) 0,05 0,0 0,0 0,0
Totaal wijzigingen t.o.v. de zomernota 0,15 0,1 0,1 0,1
blz. 10 (van 230)
2.3. Structureel saldo van het middelenkader
In het kader van het financieel toezicht op de gemeente door de provincie wordt gekeken
naar of de begroting structureel sluitend is (het structureel saldo baten en lasten; ook wel de
structurele exploitatieruimte). Dat houdt in dat de jaarlijks terugkerende lasten zijn gedekt
door de jaarlijks terugkerende baten. Alle incidentele baten en lasten worden hierbij dus
buiten beschouwing gelaten. In de onderstaande tabel wordt duidelijk dat de begroting van
Enschede in 2021 niet meer structureel sluitend is. In voorgaande jaren was hier altijd nog
sprake van een positief saldo.
In 2024 is er wel sprake van een positief saldo. Er wordt dan wel uitgegaan dat alle
voorgenomen bezuinigingen worden gerealiseerd en de extra jeugdhulpmiddelen ook na
2022 structureel worden toegekend. Tevens is nog geen rekening gehouden met eventuele
meerjarige effecten van corona en een eventuele recessie. De structurele exploitatieruimte is
ook als een van de financiële kengetallen opgenomen in paragraaf 4.2.
Structureel saldo in miljoen euro 2021 2022 2023 2024
Saldo begroting -8,1 0,8 2,1 4,2
blz. 11 (van 230)
3. Programma's 3.1 Samenleving en bestuur
Doelenboom
Doel Subdoel Link
1. Goed bestuur
totale lasten (x 1.000 euro): 11.133,00
1.01 Integere en transparante organisatie en bestuur Indicatoren: 1 Aantal acties: 5
1.02 Tijdige en kwalitatief afdoende afhandeling van
klachten, bezwaar en beroep Aantal acties: 2
2. Versterking samenwerking
bestuur/samenleving
totale lasten (x 1.000 euro): 3.989,00
2.01 Consistent gebruik bestuursstijlen Indicatoren: 1 Aantal acties: 2
2.02 Faciliteren van bewonersinitiatieven Aantal acties: 1
3. Versterking samenwerking
bestuur/(regionale) partners
totale lasten (x 1.000 euro): 211,00
3.01 Goede (Eu)regionale samenwerking Aantal acties: 2
3.02 Verbeterde sturing op maatschappelijk
rendement samenwerkingspartners (door
professioneler opdrachtgeverschap)
Aantal acties: 3
4. Professionele dienstverlening
aan de samenleving
totale lasten (x 1.000 euro): 5.085,00
4.01 Tevredenheid over de dienstverlening Indicatoren: 1 Aantal acties: 1
4.02 Toegankelijke dienstverlening Indicatoren: 2 Aantal acties: 7
5. Openbare orde en veiligheid
totale lasten (x 1.000 euro): 21.067,00
5.01 Bevorderen verbinding in samenleving
(tegengaan polarisatie en radicalisering) Aantal acties: 1
5.02 Ervoor zorgen dat Enschede een ongunstig
klimaat heeft voor ondermijnende activiteiten
Indicatoren: 1 Aantal acties: 4
5.03 Versterken van de samenwerking tussen zorg en
veiligheid Aantal acties: 2
blz. 12 (van 230)
Wat willen we bereiken?
In een veranderende omgeving is het niet alleen de taak van het stadsbestuur om een stabiele factor
te zijn, maar ook om mee te veranderen waar nodig. En in tijden van en na een crisis moeten we als
overheid verlichting geven op de impact van de crisis en krachtig herstel stimuleren. We zijn
daadkrachtig en behulpzaam waar nodig. Waar gewenst laten we juist ruimte aan anderen, weten we
wanneer we moeten loslaten.
Open en integer bestuur
Een goed, eerlijk en open stadsbestuur is van groot belang voor Enschede en kan niet als een
gegeven worden beschouwd. Daarom werken we verder aan meer transparantie. We maken het
eenvoudig om te volgen welke besluiten genomen zijn en op basis van welke argumenten.
Verder blijven we scherp op de integriteit van onze medewerkers en van onze bestuurders. Zeker nu
we steeds meer onderdeel uitmaken van de netwerksamenleving en de integriteitsrisico’s die daarmee
gepaard kunnen gaan. Dat vraagt bewustwording en weerbaarheid van allen die opereren in die
netwerken.
Procedurele rechtvaardigheid
We vinden het belangrijk dat we zorgvuldige besluiten nemen. Daarbij is het niet het belangrijkste om
juridische procedures te voeren en te “winnen”. We willen als gemeente weten wat de belangen achter
de juridische standpunten zijn als iemand bezwaar maakt of een klacht indient. Dat kan alleen als we
een goed gesprek voeren. Waarbij we soms een bemiddelaar of mediator nodig hebben en inzetten.
Leren
We maken het indienen van klachten zo eenvoudig mogelijk, omdat we geloven dat we van klachten
kunnen leren hoe we ons werk beter kunnen doen. In het doorlopend 'burgerjaarverslag' presenteren
wij informatie over de hoeveelheid en aard van de binnengekomen klachten, beroepen en bezwaren.
Wanneer we merken dat we beter kunnen, voeren we op basis van het verslag concrete wijzigingen
door in ons beleid.
Een sterke lokale democratie
Naast het streven naar goed bestuur wil Enschede ook een sterke lokale democratie. Waarbij de Raad
de krachtige opdrachtgever van het college is. Een democratie die inwoners,organisaties en gemeente
samen vorm geven.
Netwerksamenleving
We koesteren de bestaande sociale netwerken in de stad, geven ze ruimte en faciliteren waar nodig.
We hebben met het stadsdeelgewijs werken een lange traditie van het aanboren van de kracht van
Enschede. We gaan verder met de uitvoeringsprogramma's in onze wijken, zodat inwoners duidelijk
kunnen terugzien hoe we in hun omgeving werken aan de toekomst van Enschede. Ook leren we van
nieuwe vormen van samenwerking zoals die rondom Droomwijk de Posten of de Dynamische
investeringsagenda Twekkelerveld. De gemeente wordt in die samenwerkingen steeds meer een
gelijkwaardig partner. Dat is een gezamenlijke zoektocht naar ieders rol, taak en verantwoordelijkheid.
Wanneer inwoners ideeën hebben die Enschede mooier kunnen maken, moeten we hier ruimte voor
bieden. Wanneer we als overheid inwoners uitnodigen mee te doen moeten we duidelijk zijn over wat
we precies vragen en welke invloed inwoners ook echt hebben. Het woondebat is een mooi voorbeeld.
We zetten ons verder in voor de uitvoering van het Enschede Akkoord en betrekken bij ieder proces
inwoners en partners op een zorgvuldige manier.
blz. 13 (van 230)
Samenwerking met andere overheden en partners
In de samenwerking is het voor ons van belang dat deze bijdraagt aan de opgaven van onze stad en
regio. We zetten in op gerichte samenwerking met (regionale) partners op basis van een
gemeenschappelijke agenda. We zijn een duidelijke opdrachtgever richting verbonden partijen en
andere samenwerkingspartners. We richten ons daarbij op waar we als Enschede voor staan en wat
we willen bereiken. Samenwerking mag niet ten koste gaan van onze doorzettingsmacht.
Samenwerking is op inhoud noodzakelijk op tal van terreinen.
Om te werken aan de strategische opgaven van de stad, zorgen we in nauwe samenwerking met
onderwijs, onderzoek en ondernemers voor een goede positie van Enschede in de wereld.
Tegelijkertijd zorgen we ervoor dat Enschede toegankelijk en gastvrij is voor internationale bedrijven
en internationaal talent.
Lobby
We zetten onze lobbykracht in voor onze opgaven en nu ook zeker voor de wederopbloei van
Enschede na de coronatijd. We spreken Europese, landelijke en regionale fondsen aan.
Dienstverlening
De dienstverlening voor onze inwoners moet op orde zijn. Inwoners moeten op tijd en op een juiste
manier betrokken worden wanneer besluiten hen raken. We blijven scherp op onszelf en investeren in
integriteit en transparantie. Zo zorgen we voor goed bestuur, voor Enschede.
Onze inwoners hebben op belangrijke momenten met de gemeente te maken: of het nu is voor het
sluiten van een huwelijk, het aangeven van een verhuizing of het aanvragen van een rijbewijs. Het is
belangrijk tijdens deze momenten een goed gevoel achter te laten. We zetten digitalisering in om onze
dienstverlening verder te verbeteren. Daarnaast kijken we steeds naar de feedback van onze
inwoners, en passen we onze dienstverlening hierop aan. En waar we investeren in digitale
processen, investeren we gelijktijdig in het verbeteren van het persoonlijk contact met onze inwoners
en leveren we maatwerk daar waar nodig. Een goed toegankelijke dienstverlening draagt ook bij aan
de zelfredzaamheid van onze inwoners.
Veilig Enschede
Enschede moet een veilige stad zijn voor onze inwoners en ondernemers. We hebben dan ook in
brede zin aandacht voor veiligheid. We treden hard op tegen ondermijnende activiteiten in velden
zoals vastgoed, subsidies, PGB’s etc. We investeren in een weerbare samenleving en een weerbaar
bestuur. We zorgen voor juiste afstemming tussen medewerkers die zich bezighouden met (jeugd- en
welzijns-)zorg, en die zich bezighouden met veiligheid, zodat we problemen integraal aan kunnen
pakken.
Door Enschede goed te besturen, door samen te werken met partners en inwoners, door onze
dienstverlening op orde te hebben en door Enschede veilig te houden dragen we bij aan een
aantrekkelijke en kansrijke stad, waar we de komende jaren met trots en lef samen aan kunnen
bouwen.
.
blz. 14 (van 230)
Wat gaan we doen?
1. Goed bestuur
We willen Enschede goed besturen. Dat kunnen we nooit alleen, maar alleen samen met de
stad: onze partners, onze inwoners, onze ondernemers. We willen de stad meer betrekken bij
het aanpakken van de maatschappelijke opgaven waar we als Enschede voor staan.
Goed bestuur wil ook zeggen dat we eerlijk besturen. Het bestuur en de gemeentelijke
organisatie is integer, communiceert open, streeft naar een zo hoog mogelijke kwaliteit in de
besluitvorming en leert van haar fouten. Inwoners moeten kunnen vertrouwen in de
procedurele rechtvaardigheid van beslissingen. Daarom moeten we op tijd alle belangen
meewegen.
1.01 Integere en transparante organisatie en bestuur
Onze medewerkers en bestuurders zijn integer en weten wat wel en niet kan. We zijn alert op
risicovolle functies en ondersteunen onze medewerkers in de uitvoering hiervan.
We zijn open en communiceren duidelijk over keuzes die gemaakt worden. Zowel deze
keuzes als de informatie op basis waarvan deze keuzes worden gemaakt moeten voor
inwoners toegankelijk zijn.
Openbaarheid van overheidsinformatie is een uitgangspunt. Daarom leggen we
geheimhouding alleen op wanneer dit echt nodig is en zorgen we ervoor dat geheimhouding
zo snel mogelijk wordt opgeheven.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
Deze grafiek laat zien hoe tevreden inwoners van Enschede zijn over communicatie, zoals
gemeten in de burgerpeiling van waarstaatjegemeente.nl.
We streven er naar vanaf 2020 een 7 te scoren. Met de acties in dit hoofdstuk dragen we bij
aan een betere communicatie met de stad.
blz. 15 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 5
01. We communiceren duidelijk
Om dit te bereiken rollen we in 2021 organisatiebreed het actieprogramma Direct Duidelijk verder
uit. Met dit programma maken we onze communicatie richting inwoners begrijpelijker.
02. We gaan verder met het verbeteren van de informatievoorziening naar Raad en
samenleving en werken zo aan de versterking van de lokale democratie
Het samenstellen van online dossiers verbeteren wij in 2021, zodat het nog eenvoudiger te
volgen is hoe de besluitvorming over een bepaald onderwerp zich door de jaren heen heeft
ontwikkeld. Op deze wijze kan de Raad hoofd- en bijzaken beter onderscheiden en daardoor
meer op hoofdlijnen sturen. Tevens hebben inwoners en samenwerkingspartners daardoor meer
inzicht. Dat draagt bij aan de versterking van onze lokale democratie.
03. Wij bevorderen onze integriteit
Het beleid voor integriteit en risicovolle functies is in 2020 geoptimaliseerd. In 2021 vinden
regelmatig gesprekken plaats over dillema’s op de afdelingen, in de concerndirectie, in het
college en de Raad. De instrumenten uit de nieuwe Wet bevorderen integriteit en functioneren
decentraal bestuur helpen ons daarbij. Denk hierbij o.a. aan de verplichte Verklaring Omtrent
Gedrag voor bestuurders en de scherpere bepalingen over belangenverstrengeling. Net zoals
tools ontwikkeld op basis van de Ambtenarenwet 2017.
04. Wij verhogen onze weerbaarheid tegen intimidatie en bedreiging
In 2020 hebben wij tijdens de coronacrisis meer dan eens gezien, dat weerbaarheid voor
bestuurders en ambtenaren een belangrijk onderwerp is. In 2021 zetten wij tools in voor
afdelingen en collega's die als het ware "in de frontlinie" werken. We zetten daarbij in op
weerbaarheidstraining van onze medewerkers in risicovolle functies. Bij intimidatie en bedreiging
is er vanzelfsprekend zorg voor personeel, maar wordt conform de richtlijn Veilige Publieke Taak
aangifte gedaan bij de politie.
05. Wij bereiden ons voor op de implementatie van de Wet open overheid
De Wet open overheid (Woo) vervangt de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) en treedt naar
verwachting in 2021 in werking. Belangrijk verschil met de Wet openbaarheid van bestuur is dat
(gefaseerd) elf informatie categorieën actief en op toegankelijke wijze openbaar moeten worden
gemaakt. Denk hierbij onder andere aan raadsstukken, collegestukken, convenanten, Wob/Woo-
verzoeken, beschikkingen en klachten. Dit vraagt veel van onze digitale informatiehuishouding en
vraagt ook veel procedurele aandacht. De afgelopen jaren heeft Enschede al geïnvesteerd in
transparantie, bijvoorbeeld door publicatie van alle collegebesluiten en achterliggende stukken op
de gemeentelijke website. Met de implementatie dragen we bij aan een open overheid.
.
1.02 Tijdige en kwalitatief afdoende afhandeling van klachten, bezwaar en beroep
We zetten in op het tijdig en op een goede manier afhandelen van klachten, bezwaren en
beroepen. We focussen op bemiddelen, zodat we onszelf en onze inwoners lange
procedures kunnen besparen.
We willen onszelf als organisatie verbeteren. De signalen die we binnenkrijgen bij de
klachtencommissaris, bezwarencommissie en andere toezichthouders kunnen ons daarbij
helpen. We bundelen deze signalen en wanneer we patronen ontdekken voeren we
verbeteringen door.
We zijn transparant over de aard, inhoud en afhandeling van klachten, bezwaar en beroep en
maken dit jaarlijks inzichtelijk in het burgerjaarverslag.
blz. 16 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We voorkomen bezwaren en beroepen door in te zetten op bemiddelen
We sluiten aan bij landelijk beleid door in te zetten op bemiddeling en mediation bij conflicten. Wij
sluiten aan bij initiatieven als buurtbemiddeling en de Overlegrechter. Door te zoeken naar een
goede aansluiting bij de belangen achter juridische standpunten, voorkomen we conflicten of
lossen we ze op voordat ze escaleren en in het juridische worden getrokken. Hiertoe trainen we
onder andere onze juristen.
02. We versterken onze tweedelijns juridische adviesfunctie en daarmee de juridische
kwaliteit van processen en besluiten
De juridische kwaliteit van overheidshandelen is bepalend voor de betrouwbaarheid en
rechtsstatelijkheid van de overheid tegenover onze inwoners. De juridisch adviseurs zijn daarbij
heel belangrijk. We zetten in op kennis, vaardigheden en cultuur die ervoor zorgen dat de juiste
inhoud wordt geleverd, op het juiste moment en op de juiste wijze. We maken nog meer de
verbinding met de primaire processen; van sociaal domein tot het fysiek-economische domein en
nemen positie in bij vraagstukken als de energietransitie en legal tech. De adviseurs volgen in
2021 daartoe een passend opleidings- en stageprogramma op basis van leerlijnen.
.
blz. 17 (van 230)
2. Versterking samenwerking bestuur/samenleving
Met het sluiten van het Enschede Akkoord heeft de raad de duidelijke keus gemaakt om in te
zetten op het versterken van de samenwerking tussen gemeente en samenleving. We willen
de stad meer betrekken bij wat we doen. Bij het kiezen van thema's voor invloed van
inwoners houden we rekening met de uitkomsten van de straatgesprekken van het Enschede
Akkoord en werken we samen met de raadswerkgroep. De meest genoemde thema's tijdens
deze gesprekken met inwoners waren (zwerf)afval, (verkeers)veiligheid en leefbaarheid.
Heldere communicatie is van groot belang om de belofte van het Enschede Akkoord te laten
slagen. Daarom zijn we scherp op duidelijke communicatie. We zijn helder over de rol die
bestuur en inwoner kunnen spelen in het bedenken van oplossingen en het maken van
beleid, maar ook bij bijvoorbeeld het uitvoeren of controleren. We faciliteren en stimuleren het
ontplooien van bewonersinitiatieven.
We faciliteren ontmoetingen, zowel digitaal als fysiek. Vooral op het gebied van digitale
ontmoeting kunnen we de komende periode grote slagen maken.
2.01 Consistent gebruik bestuursstijlen
We bepalen de rol van samenleving en bestuur in besluitvormingstrajecten, communiceren
dit duidelijk en zijn rolvast. Op die manier versterken wij de samenwerking.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
Deze grafiek laat zien hoe tevreden inwoners van Enschede zijn over hun samenwerking met
de gemeente, zoals gemeten in de burgerpeiling van waarstaatjegemeente.nl.
We streven er naar vanaf 2021 een 7 te scoren, zodat we bij de beste gemeenten van
Nederland gaan horen op dit vlak.
Met de acties in dit hoofdstuk dragen we bij aan een betere samenwerking tussen inwoner en
bestuur.
blz. 18 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We stellen een participatiekalender vast
We stellen begin 2021 een participatiekalender vast, waarop we aangeven welke grote
beleidstrajecten met participatieproces plaatsvinden en welke rol partners en inwoners binnen
deze trajecten hebben. Deze participatiekalender is een verdieping van de jaaragenda, die in
samenspraak met de Raad tot stand komt. Zo kan de Raad duidelijk aangeven bij welke
processen zij zelf nadrukkelijker kaders wil meegeven en bij welke trajecten zij graag een
uitgebreider participatietraject wil zien.
02. We verankeren digitale participatie in onze werkprocessen
De coronaperiode heeft ons nog meer dan daarvoor laten zien dat digitale participatie een
aanvulling kan zijn op fysieke participatieprocessen. Daarom willen wij de mogelijkheid uitbreiden
voor inwoners om tijds- en plaatsonafhankelijk deel te nemen aan participatietrajecten. In het
eerste kwartaal 2021 ronden wij een pilotproject binnen de applicatie Consul af. De intentie is
aanwezig om in 2021 ook proef te draaien met andere digitale tools.
.
2.02 Faciliteren van bewonersinitiatieven
We stimuleren en faciliteren het ontplooien van bewonersinitiatieven, door een zo breed
mogelijke doelgroep aan te spreken en zowel online als offline op een eenvoudige manier de
mogelijkheden te communiceren.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We vertalen stedelijke opgaven naar uitvoeringsprogramma's op stadsdeelniveau
Jaarlijks vertalen wij de stedelijke opgaven naar een uitvoeringsprogramma per stadsdeel. Zo
wordt voor inwoners helder welke projecten er in de directe leefomgeving landen en stimuleren
we bewonersinitiatieven die bijdragen aan de strategische opgaven van de stad.
.
blz. 19 (van 230)
3. Versterking samenwerking bestuur/(regionale) partners
In de samenwerking is het voor ons van belang dat deze bijdraagt aan de opgaven van onze
stad en regio. We zetten in op gerichte samenwerking met (regionale) partners op basis van
een gemeenschappelijke agenda. We zijn een duidelijke opdrachtgever richting verbonden
partijen en andere samenwerkingspartners. We richten ons daarbij op waar we als Enschede
voor staan en wat we willen bereiken. Samenwerking mag niet ten koste gaan van onze
doorzettingsmacht.
Samenwerking is op inhoud noodzakelijk op tal van terreinen. Bijvoorbeeld bij het voeren van
een lobby. We willen met lef vooruit om onze groeiende (inter)nationale positie te versterken.
Dat geldt in het bijzonder voor onze Duitse buren, de MONT-regio en onze partnersteden
Münster, Dalian en Palo Alto.
3.01 Goede (Eu)regionale samenwerking
Samenwerking met partners is gebaseerd op een gezamenlijke agenda en moet bijdragen
aan het realiseren van onze maatschappelijke doelen.
Om goed geïnformeerd te blijven over belangrijke kansen voor de stad, kennis uit te wisselen
en samen met anderen op te komen voor onze belangen, participeren we in
samenwerkingsverbanden op (eu)regionaal, landelijk en internationaal niveau.
Op basis van de grootste opgaven voor Enschede selecteren we een beperkt aantal dossiers
waarop een actieve lobby wordt gevoerd.
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We herijken onze regionale samenwerkingskoers aan de hand van een aangepaste
regionale strategie
Onze regionale samenwerkingskoers is aangepast op basis van de evaluatie van de
gemeenschappelijke regeling Regio Twente. De toekomstige samenwerking van Regio Twente
wordt gefocust op het thema sociaal economische structuurversterking inclusief lobby en
bereikbaarheid. Dit richten we in als triple helix, een samenwerking tussen kennisinstellingen,
bedrijven en overheden. De samenwerking richt zich op de actielijnen uit de agenda voor Twente
/regiodeal.De Agenda voor Twente loopt nog tot 2022. Medio 2021 wordt gestart met
voorbereiding nieuwe investerings/strategische agenda waarbij ook uitvoering wordt gegeven
aan de aangenomen motie. De overige onderdelen van de huidige regio Twente worden via een
aangepaste gemeenschappelijke regeling geborgd dan wel tussen gemeenten zelf opgepakt.
02. We evalueren de internationale samenwerking
Om te werken aan de strategische opgaven van de stad, zorgen we in nauwe samenwerking met
onderwijs, onderzoek en ondernemers voor een goede positie van Enschede in de wereld.
Tegelijkertijd zorgen we ervoor dat Enschede toegankelijk en gastvrij is voor internationale
bedrijven en internationaal talent. Voor 2021 monitoren we nadrukkelijk of er vanuit het ministerie
speciale programma’s komen voor Euregionale samenwerking (Euregio-deals) en zetten tevens
meer in op het verkrijgen van EU subsidies. Tenslotte evalueren wij in 2021 de internationale
samenwerking. De uitkomst daarvan geeft input voor de coalitievorming in 2022.
Bijdrage verbonden partij: Euregio
Maatschappelijk rendement:
Wij werken samen binnen de Euregio om binnen Europa op lobby- en subsidiegebied onze
kracht te kunnen bundelen. Daarnaast is één van de doelstellingen van de Euregio het
wegnemen van grens gerelateerde barrières.
blz. 20 (van 230)
Bijdrage verbonden partij: Regio Twente
Maatschappelijk rendement:
De Regio Twente is een landingsplaats voor gebundelde samenwerking op gemeentelijk
overstijgende terreinen met als doel deze zo effectief en efficiënt mogelijk uit te voeren. De Regio
draagt bij aan diverse doelstellingen in deze gemeentebegroting die in de verschillende
programma's benoemd staan, denk onder andere aan de bestuurscommissie OZJT waar het
gaat om jeugdzorg en de GGD om gezondheidszorg. Onder Regio Twente vallen ook een aantal
zogenaamde 'coalitions of the willing', vrijwillige samenwerkingen tussen een aantal gemeenten.
Een voorbeeld van zo'n coalitie is Kennispunt Twente. Dit is ons intergemeentelijke
onderzoeksbureau dat kwalitatief en relatief goedkoop onderzoek verricht voor Enschede. Denk
aan het Enschedepanel, binnenstadmonitor, monitor sociaal domein etc. Een belangrijke opgave
is de Agenda voor Twente en de uitvoering van de Regiodeal. Er komt een aangepaste
gemeenschappelijke regeling en de coalitions of the willing krijgen een andere plek binnen de GR
of worden door een van de gemeenten direct ‘’gehosted’’.
.
3.02 Verbeterde sturing op maatschappelijk rendement samenwerkingspartners (door
professioneler opdrachtgeverschap)
Wij verstrekken heldere opdrachten aan onze samenwerkingspartners zoals o.a. de
verbonden partijen, gesubsidieerde instellingen en inkooprelaties. Ook werken we
constructief samen met andere samenwerkingspartners. Daarin is duidelijk wat onze
gemeentelijke rol is, wie opdrachtgever is, wat onze gewenste maatschappelijk resultaten
zijn, in welke tijd we deze resultaten willen behalen en tegen welke kosten.
Voor de Raad zorgen wij voor duidelijke informatie en een helder sturingskader. Op deze
manier zorgen we ervoor dat we niet verrast worden door (financiële) tegenvallers bij de
samenwerkingspartners. Indien wij netwerkpartner zijn, respecteren wij de autonomie en
kaders van onze partners.
Acties 2021
Aantal acties: 3
01. We actualiseren het Beleidskader verbonden partijen
De Wet Gemeenschappelijke Regelingen is aangevuld met bepalingen ter versterking van de
democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen. De wijze waarop de Raad gebruik
wil maken van de nieuwe controle en sturingsinstrumenten nemen we op in een actueel
Beleidskader.
02. We actualiseren het Beleidskader gesubsidieerde instellingen
We actualiseren de bestuurlijke uitgangspunten ten aanzien van het aangaan en het beheren van
de relatie met gesubsidieerde instellingen uit 2015. Aanleiding vormt de evaluatie van de huidige
uitgangspunten en de uitvoering. Daarbij leren we van onze ervaringen met grote en kleine
subsidierelaties. Daarnaast hebben we de behoefte aan een dialoog met onze netwerkpartners
over sturing en verantwoording in de netwerksamenleving. Zodat we optimaal kunnen sturen op
het gewenste maatschappelijk rendement met respect voor de autonomie van onze partners.
03. We verstevigen de lobby
Langere termijn lobbydossiers, waar wij continu op acteren zijn de Bereikbaarheid (Münster/
Zwolle), Verdeelmodellen, Duitslandagenda/Grensoverschrijdende samenwerking en Sociaal
Domein. Daarnaast scannen wij permanent de mogelijkheden op de vier opgaven van onze
stad. In 2021 is er vanzelfsprekend focus op de vergoeding van het Rijk voor de Corona-
kosten en de wederopbloei.
.
blz. 21 (van 230)
4. Professionele dienstverlening aan de samenleving
Bij belangrijke momenten in het leven van onze inwoners, spelen wij een rol. Of het nou om
een geboorte gaat of het halen van een rijbewijs. Een nieuw huis bouwen of een zaak
beginnen. Als iemand zorg nodig heeft of net werkloos is geworden. Mensen herinneren zich
de gemeente door onze dienstverlening. En niet wat we precies zeiden of deden, maar wel
het gevoel dat ze erbij hadden. Dienstverlening is mensenwerk. Dagelijks werken we met hart
en ziel voor onze inwoners. We zijn betrokken en betrouwbaar en maken daarmee het
verschil. Dat doen we digitaal waar het kan, persoonlijk waar het moet. Samen zorgen we dat
het klikt.
4.01 Tevredenheid over de dienstverlening
De gebruikers van onze dienstverlening zijn tevreden en worden steeds vaker positief
verrast. Dat draagt bij aan een prettig contact, een beter imago en meer vertrouwen in de
overheid.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
In deze grafiek staat de score van de klanttevredenheid uitgedrukt in een percentage.
Uitsluitend in de hal van het Stadskantoor hebben wij zuilen staan die de klanttevredenheid
meten. Vanaf 1 januari 2018 kunnen burgers door middel van smiley's (groen, oranje, rood)
aangeven hoe tevreden ze zijn en waar verbeterpunten zijn. Verder wordt vanuit de website
een soortgelijke klanttevredenheidsmeting verricht ten aanzien van de dienstverlening via de
website.
We streven er naar vanaf 2022 75% (groene Smiley's) te scoren. Met de acties in dit
hoofdstuk dragen we bij aan een betere dienstverlening aan de inwoner.
blz. 22 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We geven uitvoering aan klantfeedbackmanagement
We voeren regelmatig verbeteringen door in onze dienstverlening gericht op bezoekers van het
Stadskantoor en de website. Op de website en in het Stadskantoor werken we continu met de
feedback van onze bezoekers. Hierdoor kunnen we sneller inspringen op de op- en
aanmerkingen over onze dienstverlening. We gaan deze klantfeedback uitbreiden voor de
kanalen telefonie en uitgaande brieven.
.
4.02 Toegankelijke dienstverlening
Er is gewerkt aan een vernieuwde visie op dienstverlening. Deze is aangeboden aan College
en Raad als kader voor de komende jaren. "Enschede zorgt dat het klikt”, is de titel van de
visie op dienstverlening en zegt veel over waar Enschede voor staat. Meegaan in de digitale
wereld en gelijktijdig contact maken en houden met onze inwoners. De menselijke maat zorgt
dat er een klik is. Dat betekent dat we gastvrij en mensgericht zijn, klant-en-klare diensten
leveren en duidelijk zijn in onze informatievoorziening en communicatie. We leveren gewoon
goede dienstverlening; welk “kanaal” de inwoner ook kiest, overal krijgt men op een prettige
manier hetzelfde goede en begrijpelijke antwoord.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
In deze grafiek wordt de ontwikkeling in een percentage weergeven ten aanzien van hoeveel
producten digitaal zijn aangevraagd in relatie tot de Publieksdienstverleningsproducten (Top
10) die wij digitaal aan onze inwoner faciliteren.
We streven er naar vanaf 2022 75% te scoren. Een 100% score is niet het uitgangspunt
doordat we de inwoner diverse kanalen moeten blijven faciliteren (balie, telefonie, mail en
social media).
Met de acties in dit hoofdstuk dragen we bij aan een betere dienstverlening aan de inwoner.
blz. 23 (van 230)
Toelichting
In deze grafiek wordt de ontwikkeling in een percentage weergeven van het aantal producten
die digitaal zijn aangevraagd zonder tussenkomst van een medewerker in relatie tot alle
producten van Publieksdienstverlening aan de inwoner.
Een product moet 100% digitaal zijn om mee te tellen, dus zonder tussenkomst van een
medewerker. Een voorbeeld hiervan is verhuizen: dit gaat nu zonder tussenkomst van een
medewerker want de burger doet dit via de website met digiD. Helaas is het niet mogelijk om
alle producten digitaal aan te bieden, dit in verband met onder andere de wetgeving rondom
de privacy.
Door de snelle ontwikkeling van de digitalisering wordt er ver boven de door de raad
vastgestelde streefwaarde vanaf 2022 gescoord, een 100% score is niet het uitgangspunt,
doordat we de inwoner diverse kanalen moeten blijven faciliteren (balie, telefonie, mail en
social media) en geldende wet- en regelgeving maakt dit ook niet mogelijk.
Met de acties in dit hoofdstuk dragen we bij aan een betere dienstverlening aan de inwoner.
Acties 2021
Aantal acties: 7
01. We verbeteren de (digitale) dienstverlening en breiden deze uit
We geven invulling aan de visie op Dienstverlening ‘Enschede zorgt dat het klikt’. Daarnaast
gaan we de ‘digitale klantreis’ anoniem monitoren om verbeteringen in de verschillende stappen
die moeten worden genomen te realiseren. We investeren in gastvrije en mensgerichte
dienstverlening door training en coaching. We werken aan de uitbreiding en verfijning van het
dashboard Dienstverlening met als doel om de kwaliteit van onze dienstverlening aan inwoners
te verhogen. Deze toegankelijke dienstverlening draagt ook bij aan de zelfredzaamheid van onze
inwoners en daarmee ook aan een stukje inclusiviteit.
02. We denken mee over de mogelijke doorontwikkeling naar 1 overheidsloket bij gemeenten
De afgelopen jaren heeft Enschede meegewerkt aan de pilot Gezamenlijke Dienstverlening op
Locatie.
Diverse uitvoeringsorganisaties waren 1 dag per week in het Stadskantoor om mensen met
complexe vragen of die moeite hebben met digitale dienstverlening te helpen.
De pilot is in 2019 afgerond en alleen DUO en de SVB hebben besloten om deze dienstverlening
voort te zetten. De anderen doen om verschillende redenen niet meer mee.
Zowel vanuit het Rijk als door de VNG wordt nu opnieuw een voorstel op de bestuurstafels
gelegd om 1 overheidsloket loket bij gemeenten in te voeren.
Enschede wordt als ervaringsdeskundige hierbij betrokken. Een overheidsbreed loket betekent
een verschuiving van taken, budgetten en bevoegdheden.
blz. 24 (van 230)
En integraal werken vraagt om allerlei investeringen, op het gebied van huisvesting, personeel
met de benodigde competenties, infrastructuur, experimenteerruimte en passende juridische
kaders.
Dit is randvoorwaardelijk voor het realiseren van deze visie.
03. We zorgen voor aansluiting op het Digitaal Stelsel Omgevingswet
In het kader van de Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) 2022 sluiten we aan door middel van
informatiebeheer, gegevensbeheer en de digitalisering van werkprocessen. Deze worden waar
nodig geactualiseerd. Om Omgevingswetproof te zijn, zijn ook nieuwe applicaties voor
vergunnen, toezicht, handhaving en het omgevingsplan nodig. We brengen ter voorbereiding op
het omgevingsplan al het beleid en de verordeningen die gericht zijn op de fysieke leefomgeving
op orde. Voor alles wat we doen is een goede “dienstverlening en communicatie” een centrale
waarde.
04. We werken aan verdere digitalisering van de dienstverlening van Werk en Inkomen, zowel
lokaal (Dimpact, Centric) als landelijk (GBI, i-sociaal)
Door de digitalisering van onze dienstverlening kunnen we als gemeente betere en snellere
dienstverlening realiseren en meer gericht aandacht geven aan onze klanten. Resultaten in 2021
zijn onder andere: onderbrengen van GBI in VNG-Realisatie, oplevering generieke bouwstenen
door GBI, evaluatie pilot automatische inkomstenverrekening in de bijstand (i-4-sociaal).
05. Wij bereiden ons voor op de nieuwe Wet Digitale Overheid t.b.v. veilige en betrouwbare
toegang tot onze digitale dienstverlening
Om te voldoen aan de Wet Digitale Overheid is onze strategie om aan te sluiten op de landelijke
routeringsvoorziening voor het aanbieden van de elektronische identificatiemiddelen met een
hoge mate van betrouwbaarheid en onze digitale transacties hierop aan te passen. We
verzorgen de Digitoegankelijkheid.
06. Wij bereiden ons voor op de nieuwe Elektronische privacy verordening t.b.v. veilige en
betrouwbare toegang tot onze digitale dienstverlening
De Elektronische Privacy Verordening (EPV) beoogt strengere privacyregels voor elektronische
communicatiediensten om het privéleven van mensen beter te beschermen. We maken beleid
rondom de product/dienst-catalogus en eventueel proces- en systeemwijzigingen.
07. Wij bereiden ons voor op de Single Digital Gateway t.b.v. veilige en betrouwbare toegang
tot onze digitale dienstverlening
De Single Digital Gateway verplicht overheidspartijen om specifieke diensten digitaal aan te
bieden op de website en de teksten ook in minimaal Engels aan te bieden aan de gebruiker van
de website. Hiervoor zullen bestaande teksten moeten worden vertaald en bijgehouden worden.
We maken beleid rondom de product/dienst-catalogus en eventueel proces- en
systeemwijzigingen.
.
5. Openbare orde en veiligheid
We willen dat Enschede een aantrekkelijke stad is om te wonen, te werken, te ondernemen
en te recreëren. Een gevoel van veiligheid draagt hieraan bij. Dat blijkt ook uit het feit dat veel
inwoners veiligheid als één van de belangrijkste thema’s hebben benoemd bij de
straatgesprekken die de raad heeft gehouden in het kader van het Enschede Akkoord. We
hebben dan ook in de volle breedte aandacht voor veiligheid. Van de meer zorg gerelateerde
onderwerpen als woonoverlast en overlast van personen met verward gedrag tot
georganiseerde en ondermijnende criminaliteit.
Om de stad veilig te houden, is het belangrijk dat we weten wat er gebeurt. Een goede
informatiepositie is belangrijk. We hebben hier de afgelopen tijd veel in geïnvesteerd. Interne
en externe data is gebruikt om meer inzicht te krijgen en om patronen te ontdekken. We
willen de komende periode op een slimmere manier gebruik maken van deze informatie. Als
gemeente hebben we een aantal taken en bevoegdheden die belangrijk zijn voor de aanpak
van criminaliteit. Door deze bevoegdheden gericht en effectief in te zetten, maken we
blz. 25 (van 230)
Enschede minder aantrekkelijk voor mensen met slechte bedoelingen. We pakken
georganiseerde criminaliteit hard aan, in samenwerking met onze partners.
Belangrijk is dat we een evenwicht vinden tussen repressie, preventie en zorg. Veiligheid is
een verantwoordelijkheid van ons allemaal; die verantwoordelijkheid pakken we dan ook
samen op.
5.01 Bevorderen verbinding in samenleving (tegengaan polarisatie en radicalisering)
In een stad met veel verschillende nationaliteiten is het van belang dat we begrip hebben
voor elkaars achtergronden, dat we elkaar respecteren en met elkaar in gesprek blijven. Als
gemeente onderhouden we een relevant netwerk. We hebben contact met mensen met grote
maatschappelijke status binnen verschillende bevolkingsgroepen. Dit doen we bijvoorbeeld
via de “Tafel van Vrede”. We willen een rol spelen in het verbinden van groepen met
verschillende achtergronden en overtuigingen.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. De onderwerpen radicalisering en polarisatie blijven onze aandacht houden
Na de oorspronkelijke focus op Jihadisme is er oog voor alle vormen van radicalisering. Ook
volgen we nauwlettend (nieuwe) polariserende fenomenen in de samenleving.
.
5.02 Ervoor zorgen dat Enschede een ongunstig klimaat heeft voor ondermijnende
activiteiten
Ondermijning is een verzamelnaam voor verschillende vormen van criminaliteit die vaak
verborgen blijft. Het gaat dan bijvoorbeeld om illegale hennepteelt, drugshandel, witwassen,
mensenhandel, bedreiging en intimidatie, en vastgoedfraude.
Om hun criminele activiteiten uit te kunnen voeren, maken criminelen gebruik van allerlei
legale diensten en voorzieningen. Hierdoor ontstaat een vermenging tussen ‘onderwereld’ en
‘bovenwereld’, waardoor onschuldige mensen en bedrijven onbedoeld in aanraking kunnen
komen met criminelen.
Daarnaast zorgt ondermijning voor een oneerlijke samenleving (denk aan misbruik van
overheidsgelden, oneerlijke concurrentie voor ondernemers), en tast ondermijning de
leefbaarheid en veiligheid aan en zorgt het voor overlast.
Enschede is aantrekkelijk voor criminele organisaties; enerzijds vanwege onze ligging aan de
grens, anderzijds vanwege de aanwezigheid van kwetsbare doelgroepen in wijken met een
slechte sociaaleconomische positie. De aanwezigheid van ondermijnende criminaliteit laat
zich steeds duidelijker zien in Enschede. Zo zijn er het afgelopen jaar verschillende
geweldsincidenten geweest, die hun oorsprong vinden in het drugscircuit.
In ons integraal veiligheidsbeleid hebben we dan ook aandacht voor de aanpak van
georganiseerde criminaliteit. Landelijk, regionaal en lokaal groeit het besef dat ondermijning
steeds meer een gevaar vormt voor onze maatschappij. In het nieuwe regeerakkoord is geld
vrijgemaakt voor de aanpak van ondermijning. In ons Integraal Veiligheidsbeleid 2017-2020
is de aanpak van georganiseerde (ondermijnende) criminaliteit dan ook als prioriteit
benoemd.
blz. 26 (van 230)
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
In deze grafiek staan het aantal drugsmisdrijven per 1.000 inwoners.
Het gaat hier om telen, bereiden, bewerken, verkopen, verwerken, verstrekken, vervoeren,
vervaardigen en aanwezig hebben van Harddrugs (Opiumwet art. 2) en Softdrugs (Opiumwet
art. 3).
Voor deze indicator is er geen streefwaarde vastgesteld omdat wijzigingen in beleid van
invloed zijn op het cijfer. Tevens zegt een streefcijfer iets over het aantal incidenten en niets
over de ernst van de incidenten. Men kan dus niet uit een streefwaarde opmaken of het nu
goed of slecht gaat, omdat het een verzameling is van meerdere zaken waarvoor een nadere
duiding nodig is. Het beleid van nu en de toekomst is erop gericht om zowel het aantal
incidenten als ook de ernst ervan te reduceren tot een minimum.
Acties 2021
Aantal acties: 4
01. We verdiepen de integrale aanpak van ondermijnende criminaliteit
We onderzoeken dieper welke mogelijkheden en instrumenten er zijn (aanvullend op die we nu al
gebruiken), die kunnen bijdragen aan de aanpak van ondermijnende criminaliteit. Daarbij werken
we ook aan bewustwording. Dit bereiken we door bijeenkomsten te organiseren en voorlichting te
geven, door gesprekken te voeren met maatschappelijke organisaties en private partijen, en door
de gemeentelijke communicatiekanalen hiervoor te gebruiken.
02. We geven invulling aan de rol van verbindingsambtenaar
In het coalitieakkoord is de wens uitgesproken een verbindingsambtenaar aan te stellen om
duurzame sociale interventies uit te voeren om Enschede veilig te houden. Aan de rol van
verbindingsambtenaar geven we in 2021 invulling.
03. We gaan verder met de doorontwikkeling van de informatiepositie van de gemeente op het
thema ondermijning
We willen informatie die beschikbaar is bij andere afdelingen binnen de gemeente en externe
partners structureler bij elkaar brengen om het inzicht in ondermijning te vergroten en
informatiegestuurd te kunnen acteren.
03. We zetten in op bewustwording in de aanpak van ondermijning
Door meer publieke en private partijen, ondernemers en inwoners bewust te maken en te
betrekken in de aanpak van ondermijning, vergroten we de weerbaarheid van Enschede en de
slagkracht in de aanpak van ondermijning. Dit bereiken we door bijeenkomsten te organiseren en
voorlichting te geven, door gesprekken te voeren met maatschappelijke organisaties en private
partijen, en door de gemeentelijke communicatiekanalen hiervoor te gebruiken.
blz. 27 (van 230)
.
5.03 Versterken van de samenwerking tussen zorg en veiligheid
Bij complexe casuïstiek spelen vaak zorg- en veiligheidsvraagstukken. Door een verbeterde
samenwerking tussen de betrokkenen vanuit zorg- en veiligheidshoek wordt bijgedragen aan
de algemene veiligheid, het verbeteren van de persoonlijke situatie en het voorkomen en
verminderen van recidive, (ernstige) overlast, criminaliteit en/of maatschappelijke uitval. Het
Veiligheidshuis speelt hierin een belangrijke rol. Situaties waarin goede samenwerking van
groot belang is zijn bijvoorbeeld woonoverlast, overlast veroorzaakt door personen met
verward gedrag, jeugdoverlast en jeugdcriminaliteit.
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We geven uitvoering aan de nieuwe wet verplichte GGZ
De wet verplichte GGZ is in januari 2020 geïmplementeerd. In 2021 optimaliseren we de
werkprocessen in de uitvoering en monitoren we de gemaakte afspraken.
02. We continueren de overleggen tussen de afdelingen veiligheid en zorg
Er ontstaat meer samenwerking tussen de afdelingen doordat we betere afspraken maken over
zaken waarin zowel het zorg- als het veiligheidsdomein een rol hebben.
.
Wettelijk verplichte indicatoren
Op grond van het Besluit begroting en verantwoording zijn onderstaande indicatoren
opgenomen. De indicatoren gelden voor iedere gemeente en zijn bedoeld om gemeenten met
elkaar te kunnen vergelijken. Dit is mogelijk via www.waarstaatjegemeente.nl.
Beleidsveld Naam indicator Eenheid Jaar Score Bron
6. 1. Veiligheid Verwijzingen Halt Aantal per 10.000
jongeren
2019 119 Bureau
Halt
8. 1. Veiligheid Winkeldiefstallen Aantal per 1.000
inwoners
2019 3,9 CBS
9. 1. Veiligheid Geweldsmisdrijven Aantal per 1.000
inwoners
2019 5,2 CBS
10. 1. Veiligheid Diefstallen uit woning Aantal per 1.000
inwoners
2019 2,4 CBS
11. 1. Veiligheid Vernielingen en beschadigingen (in
de openbare ruimte)
Aantal per 1.000
inwoners
2019 7,4 CBS
blz. 28 (van 230)
Wat mag het kosten?
Om de gestelde doelen te bereiken zijn per doel lasten begroot voor 2021. Deze bedragen
worden ingezet voor het realiseren van de acties (onder 'Wat gaan we doen') maar ook voor
het realiseren van de reguliere werkzaamheden. Onderstaande grafiek geeft per doel inzicht
in de beschikbaar gestelde budgetten.
Onderstaande tabel geeft inzicht in de meerjarige ontwikkeling van de lasten, baten en
reserve mutaties.
Samenleving en bestuur Bedragen x 1.000 euro
Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Lasten 41.169 41.484 37.887 37.610 39.224
Baten 8.307 8.270 4.922 4.781 6.395
Saldo van baten en lasten 32.863 33.215 32.965 32.829 32.829
Storting reserves 11 0 0 0 0
Onttrekking reserves 328 0 0 0 0
Resultaat 32.546 33.215 32.965 32.829 32.829
blz. 29 (van 230)
Toelichting
De begrote baten en lasten stijgen in 2021 ten opzichte van 2020 met 352.000 euro. Dat is
een stijging die vooral veroorzaakt wordt door de onderstaande mutaties:
• De extra middelen die in de Coronanota 2020 beschikbaar zijn gesteld voor:
o Toegenomen accountantskosten 35.000 euro;
o Een eerder ingeboekte taakstelling 'bezuiniging op budget Raad en Griffie" is
voor de restant van de taakstelling voor 70.000 euro teruggedraaid;
• Door een actualisatie van de te verstrekken documenten bij publieksdienstverlening
zijn de inkomsten en uitgaven per saldo in 2021 naar beneden bijgesteld;
• Het toekennen van loon- en prijscompensatie.
De begrote baten en lasten dalen in 2022 ten opzichte van 2021. Dat komt omdat er voor de
jaren 2019 tot en met 2021 incidentele middelen zijn verkregen vanuit de subsidie
'Versterking aanpak ondermijning'. Deze subsidie is toegekend aan het RIEC. Hiervoor zijn
de inkomsten en de uitgaven tot en met 2021 verhoogd (budget neutraal) en vervallen dus
weer in 2022.
Een verdere toelichting op de cijfers is opgenomen in hoofdstuk 6.4.
Meer info Klik hier voor meer informatie over reguliere werkzaamheden en
beleidsnota's.
Portefeuillehouders Onno van Veldhuizen, Arjan Kampman, Niels van den Berg, June Nods
Concerndirecteuren Kees Meijer en Marco Wilke
3.2 Duurzaam wonen, leven en werken
Doelenboom
Doel Subdoel Link
1. De bereikbaarheid van
banen wordt vergroot
totale lasten (x 1.000 euro):
13.527,00
1.01 Enschede is meer verbonden met aanliggende
economische centra (agglomeratiekracht)
Indicatoren: 2 Aantal acties: 4
1.02 In Enschede groeien de banen op de toplocaties Indicatoren: 3 Aantal acties: 5
1.03 In Enschede kunnen bestaande en nieuwe bedrijven
groeien en innoveren
Indicatoren: 2 Aantal acties: 6
2. Talent wordt
aangetrokken en
vastgehouden
totale lasten (x 1.000 euro):
139.491,00
2.01 De stedelijke voorzieningen zijn attractief voor
inwoners en bezoekers (nationaal en internationaal)
Indicatoren: 2 Aantal acties: 2
2.02 Het woningaanbod en de leefomgeving zijn attractief,
veilig en toekomstbestendig
Indicatoren: 5 Aantal acties: 19
2.03 Wij werken effectiever samen met de
kennisinstellingen (UT, Saxion, Aki, ROC) en het
bedrijfsleven op de opgave "aantrekken en vasthouden
van talent”
Indicatoren: 2 Aantal acties: 2
2.04 De (inter)nationale branding van Enschede wordt
versterkt
Indicatoren: 2 Aantal acties: 2
3. Enschede is een
duurzame en 3.01 Transitie naar duurzame energiebronnen en
Indicatoren: 5 Aantal acties: 14
blz. 30 (van 230)
klimaatbestendige stad
totale lasten (x 1.000 euro):
510,00
energietransitie
3.02 Naar een klimaatadaptief Enschede Aantal acties: 3
3.03 Optimaal hergebruik van producten en grondstoffen
(circulaire economie)
Indicatoren: 2 Aantal acties: 0
Wat willen we bereiken?
De gevolgen van de coronacrisis
De coronacrisis raakt onze stad hard. De anderhalve-meter-samenleving heeft grote
consequenties voor de manier waarop wij in onze stad en regio met elkaar samenleven en
samenwerken. Sectoren als de horeca, (sport)evenementen, culturele activiteiten en -
instellingen zijn zwaar getroffen. Voor andere sectoren geldt dit niet, minder of is juist sprake
van (forse) groei. Ook brengt deze crisis nieuwe kansen: denk aan vermindering van
afhankelijkheid voor toelevering vanuit verre landen en de afnemende relevantie van (lange)
reistijden door online-werken. Ook kan Enschede mogelijk profiteren van de coronacrisis door
de ligging in het groen, de ruimte in de stad en de groene leefomgeving.
We kunnen nu niet voorzien hoe dit zich in 2021 verder ontwikkelt en wat dit voor Enschede
en de regio op de langere termijn betekent. Duidelijk is dat de economische vooruitzichten
voor 2021 veel ongunstiger zijn dan waar we tot voor kort vanuit gingen. We gaan dit,
ondanks de steunpakketten vanuit ‘Den Haag’, terugzien in onder andere de
werkgelegenheidsontwikkeling in de stad en regio en het bruisende karakter van de
binnenstad.
Tegelijkertijd blijven we vol ambitie verder bouwen aan onze stad. Daarbij hebben we
uiteraard oog voor de ontwikkelingen die de coronacrisis voor de langere termijn met zich
mee brengt. Het is noodzakelijker dan ooit over de volle breedte van de opgave ‘wonen,
werken en leven’ wendbaar (adaptief) te zijn.
De opgaven veranderen niet, het pad erheen wel
Ons gemeentelijk beleid is consequent gericht op het aantrekkelijker maken van onze stad.
In het collegeakkoord hebben we de ambitie uitgesproken dat onze stad kwalitatief groeit,
naar 170.000 inwoners; met de nadruk op hbo- en wetenschappelijk opgeleide mensen
(kenniswerkers). Dit omdat deze bepalend zijn voor de economische kracht en de
toekomstkansen van steden en regio’s. Ze zijn een motor voor economische groei en zorgen
voor meer diversiteit in economische sectoren, meer innovatie en meer startende bedrijven.
Het pad naar realisatie van onze opgaven verandert wel. We zetten meer dan ooit in om de
werkgelegenheid te waarborgen en de woningmarkt optimaal te faciliteren. En we investeren
alleen nog als dit bijdraagt aan onze duurzaamheidsdoelstellingen.
Waar richten we ons in 2021 op?
We blijven, tijdens en na de coronacrisis, op veel manieren werken aan de het binden van
talent, het verbeteren van de bereikbaarheid van banen en een duurzame en
klimaatadaptieve stad. Voor 2021 ligt de focus op de onderstaande thema’s.
blz. 31 (van 230)
Toekomstbestendige woningvoorraad
We werken in 2021, via de uitvoering van de woonvisie, aan een toekomstbestendige
woningvoorraad. Bij de nieuwbouwopgave voor wonen ligt de nadruk op doorstroming en
vasthouden van talent.
Economische ontwikkeling
We faciliteren ook in 2021 (innovatieve) bedrijven om in onze stad te kunnen starten en
groeien.
Daarom zetten we in op:
• ontwikkeling van onze (top)werklocaties;
• stimuleren van innovatie via daartoe gespecialiseerde organisaties;
• versterking van onze netwerken met onze kennisinstellingen en rondom kansrijke
sectoren (stedelijk, regionaal en (inter)nationaal);
• een aantrekkelijke binnenstad en een ‘welcoming city’ voor internationaal talent;
• goede aansluiting tussen de stedelijke en regionale sturing op de economische
ontwikkeling (via de Twenteboard).
De middelen daarvoor staan onder druk en lopen met ingang van 2021 steeds verder af.
Daarom is focus nodig en zijn ingrijpende keuzes aan de orde.
Groei als evenementenstad zodra dat weer mogelijk is
Het is onduidelijk of er gezien de Corona crisis in 2021 sprake kan zijn van een volwaardig
evenementen seizoen. Onze ambitie blijft onverkort overeind: we willen als evenementenstad
verder groeien en daarmee bezoekers van buiten de regio te trekken. De kostendekkendheid
van (grote) evenementenvergunningen is daarbij een punt van aandacht.
Energie- en warmtetransitie
De energietransitie is één van de grootste naoorlogse opgaven. Er ligt vanuit het
coalitieakkoord een hoge ambitie om de komende vier jaar 8% meer duurzame energie op te
wekken binnen de gemeentegrenzen. Voor het realiseren van deze ambitie zijn wij een
belangrijk deel afhankelijk van de initiatieven van derden. Onze rol varieert van het
planologisch mogelijk maken van ideeën van anderen tot het stimuleren en actief ontwikkelen
van plannen.
Onze financiële middelen zijn echter zeer beperkt. Gezien de grote verduurzamingsopgave
die voor ons ligt en de vele initiatieven die vanuit de markt en uit de samenleving komen,
vinden wij het niet verantwoord onze ambitie te verlagen. De reserve duurzaamheid zetten we
de komende twee jaar gericht in om kwalitatieve sturing te houden. Deze middelen zijn echter
eindig. In Europees verband (Green deal) worden veel middelen vrijgemaakt om de
samenleving te verduurzamen. Wij gaan ons in 2021 sterk maken om een substantieel deel
van die middelen naar Enschede te halen.
Daarnaast willen we versnellen door regie te houden op de verschillende initiatieven van
derden. Waar mogelijk willen we die verbinden in een gebiedsgerichte en integrale
benadering. Door onze krachten in 2021 te bundelen rond de duurzaamheidsopgave en deze
te verbinden met inclusieve samenleving, stedelijke ontwikkeling en economie creëren we
meer maatschappelijk effect in de uitvoering. In de gebieden Twekkelerveld en Cromhoffpark
doen we ervaring op met deze vorm van gezamenlijke gebiedsontwikkeling en trekken we
lessen voor de rest van de stad.
blz. 32 (van 230)
Klimaatadaptatie en biodiversiteit.
We willen in 2021 verder met de aanpak van het teveel en het tekort aan water. We willen het
water beter vasthouden als middel tegen de toenemende droogte en hittestress. Het water
beter afvoeren bij een teveel aan water. De effecten van aanhoudende droogte op bomen en
het overige groen in de stad en hoe daar mee om te gaan is in 2021 een belangrijk
aandachtspunt. Daarbij liften we waar mogelijk mee met andere projecten. Ook willen we in
de openbare ruimte het natuurlijk evenwicht in de stad herstellen door bijvoorbeeld het
versterken van biodiversiteit en kwalitatief te vergroenen. Waarmee we ruimte bieden aan
mens, dier en plant in meer onderlinge balans met elkaar.
Een schone, hele en veilige openbare ruimte die bijdraagt aan andere strategische opgaven
Ook in 2021 moet de openbare ruimte allereerst schoon, heel en veilig zijn. Daarnaast willen
we met de openbare ruimte meer gaan bijdragen aan alle strategische opgaven van de stad
(van klimaatadaptatie tot bewegen en van gezondheid tot het meer levensloopbestendig
wonen door aanpassing van de leefomgeving).
Voorbereiding omgevingswet
Eind 2021 zijn we klaar voor de invoering van de omgevingswet. Deze wet heeft ten doel te
komen tot een veilige en gezonde fysieke leefomgeving, een goede omgevingskwaliteit en
doelmatig beheer, gebruik en ontwikkeling ervan. Daarbij verschuift de rol van de gemeente:
van een hiërarchische verhouding naar steeds meer samen met burgers en ondernemers.
Handhaving en veiligheid
Onze stad moet een veilige stad zijn, of het nu om verkeersveiligheid, bouwen, wonen, milieu
of andere aspecten gaat. Vastgesteld moet worden dat bewoners, ondernemers en
bezoekers daar in eerste instantie een belangrijke taak in hebben. Daarnaast geldt dat de
gemeente daar een belangrijke rol in heeft. Handhaving en inspectie zijn daarvoor van groot
belang. De structurele extra middelen daarvoor stellen ons in staat, over de volle breedte,
gericht extra inzet te plegen.
Voorts willen we op 1 januari 2022 voorbereid zijn op de invoering van de Wet
kwaliteitsborging het bouwen (Wkb). Doel van de wet is de kwaliteit van bouwwerken en de
positie van de bouwconsument te verbeteren.
Wat gaan we doen?
1. De bereikbaarheid van banen wordt vergroot
We willen Enschede economisch versterken. Op deze manier kunnen we kwalitatief groeien,
baanmogelijkheden bieden voor iedereen en daardoor ook sociale problemen beter het hoofd
bieden. Eerste prioriteit om dit voor elkaar te krijgen is het vergroten van de bereikbaarheid
van banen. We willen de agglomeratiekracht van onze stad versterken. Dit doen we op
verschillende manieren: kortere reistijden naar aanliggende gebieden met banen, een betere
interne bereikbaarheid, een sterkere verwevenheid/relatie met naastliggende economische
centra en meer banen in de stad zelf.
Dit hoofddoel hangt heel sterk samen met de hoofddoelen "aantrekken en vasthouden van
talent" en "inwoners zijn financieel zelfstandig".
1.01 Enschede is meer verbonden met aanliggende economische centra
(agglomeratiekracht)
blz. 33 (van 230)
Agglomeratiekracht is de massa en dichtheid in een gebied in de vorm van lokale
concentraties van bedrijven, kennis, human capital en een goede bereikbaarheid,
internationale connectiviteit en kwaliteit van leven. De aanwezigheid hiervan kan leiden tot
agglomeratievoordelen. Dit zijn voordelen die bedrijven en instellingen ondervinden door
ruimtelijke en organisatorische nabijheid. Versterking van agglomeratievoordelen leidt tot een
toename van agglomeratiekracht (Raspe et al, 2012).
Het beter verbinden van Enschede met aanliggende economische centra is van belang om
de agglomeratiekracht te versterken. Er komen meer banen beschikbaar binnen een redelijke
reisafstand. Hierdoor kunnen meer mensen aan het werk en kan HBO en universitair
opgeleid talent in Enschede blijven wonen. Dit gaan we bereiken door een betere externe
bereikbaarheid (lobby op kortere reistijden), een betere interne bereikbaarheid (denk hierbij
bijvoorbeeld aan een zo kort mogelijk voor- en natransport naar de OV knooppunten en
werklocaties) en door verdere verweving met onze buren in Duitsland via de
Duitslandagenda (vergroting van het daily urban system).
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
Toelichting
In deze grafiek is te zien hoeveel banen binnen een redelijke reisafstand bereikbaar zijn voor
een gemiddelde inwoner van Enschede. Hierbij is geen rekening gehouden met filedruk en
ook de banen in Duitsland worden niet meegeteld. De bereikbare banen zijn een maatstaf
voor de externe bereikbaarheid van onze gemeente.
Het streven is dat dit aantal bereikbare banen toe gaat nemen op de langere termijn.
Vanaf 2019 verwachten wij enige toename in dit aantal bereikbare banen door de kortere
reistijd (met trein) naar Zwolle en de opening van de nieuwe N18.
blz. 34 (van 230)
Toelichting
De bereikbaarheidsindicator is in 2011 gestart als een indexcijfer van de reistijden over een
aantal invalswegen naar het centrum van Enschede. Een lagere waarde betekent dat de
reistijd ten opzichte van 2011 verbeterd is.
De waarde is in 2019 gedaald naar 87,73 waarmee de stijgende lijn sinds 2016 is
doorbroken. Dit komt met name door verbeterde reistijden op de Zuiderval waar sinds de
zomer een nieuwe netwerk regeling draait. Een ander succes is dat de reistijd op de
Westerval stabiel blijft, ondanks een grote verkeerstoename door de nieuwe N18. De
Westerval wordt door een nieuw prestatiecontract intensief gemonitord en bijgesteld,
waardoor de bereikbaarheid op peil wordt gehouden.
Bron: Gemeentelijke reistijdmonitoringssysteem
Acties 2021
Aantal acties: 4
01. We blijven lobbyen voor de “treinverbinding Zwolle, Enschede, Munster” en “Marsroute
N35”
Met het oog op het verbeteren van de externe bereikbaarheid van Enschede ronden we met
onze partners in 2021 een studie af naar de treinverbinding Zwolle-Enschede-Munster. Samen
met de Provincie, regio Twente, Euregio blijven we lobbyen voor de verbetering van onze
bereikbaarheid.
02. We leggen de parkeervisie ter vaststelling voor aan de raad
We leggen de parkeervisie ter vaststelling voor aan de raad als uitwerking van de mobiliteitsvisie.
De visie levert een bijdrage aan een verbetering van de interne bereikbaarheid van onze stad en
geeft heldere kaders voor toekomstige gebiedsontwikkelingen in de stad.
03. We versterken het fietsklimaat
Conform de Fietsvisie versterken we het fietsklimaat door meer mensen te laten fietsen en zo
ruimte te houden voor het verkeer dat van verder komt. We maken de F35 richting Hengelo af
(deeltracé Lambertus Buddestraat-Station), stellen samen met de provincie Overijssel het
voorkeurstracé voor de F35 naar Oldenzaal vast en realiseren de regionale fietsverbinding naar
Losser over de Hoge Boekelerweg. Via de campagne Enschede Fietsstad motiveren we nog
meer mensen de fiets te pakken en gaan we fietsdiefstal tegen. Onder andere via de vernieuwde
SMART-app die zich nu volledig richt op Enschede Fietsstad. Dit draagt bij aan een betere
bereikbaarheid, gezondheid, duurzaamheid en minder CO2 uitstoot.
blz. 35 (van 230)
04. We stellen een plan op voor deelmobiliteit
We willen deelmobiliteit stimuleren als duurzaam alternatief om autobezit te verminderen en
daarmee de leefomgeving te vergroenen. We willen onze inwoners meer mobiliteitskeuzes
bieden, inclusief last-mile oplossingen. We staan open voor nieuwe deelsystemen die vanuit de
markt ontstaan. Dit draagt bij aan een leefbare, aantrekkelijke en bereikbare stad en minder CO2
uitstoot.
Bijdrage verbonden partij: Euregio
Maatschappelijk rendement:
De Euregio zet zich in voor een grensoverschrijdende samenwerking. De Euregio adviseert
gemeenten, burgers, ondernemers en organisaties bij grensoverschrijdende vragen. In opdracht
van Regio Twente voert de Euregio lobby op de treinverbinding Zwolle-Münster.
Bijdrage verbonden partij: Regio Twente
Maatschappelijk rendement:
Een goede bereikbaarheid is van invloed op het economisch functioneren van de stad en de
regio. Een verbeterde bereikbaarheid leidt tot een vergroting van de aantrekkelijkheid van het
vestigingsklimaat en een versterking van het ruimtelijk economisch functioneren. Regio
Twente coördineert de lobby op de bereikbaarheid van banen.
.
1.02 In Enschede groeien de banen op de toplocaties
Op de toplocaties Kennispark, binnenstad/stadscampus en Technology Base faciliteren wij
de vestiging van bedrijven en de groei van banen. In de binnenstad groeien de banen in met
name de horeca en detailhandel. De stadscampus, Kennispark en Technology Base gaan
zorgen voor een internationaal aantrekkelijk profiel van onze stad en regio, bieden een
nieuwe inspirerende werkomgeving en dragen daarmee ook bij aan het aantrekken en
vasthouden van talent.
Indicatoren Aantal indicatoren: 3
Toelichting
In deze grafiek zien we de ontwikkeling van het aantal banen op Kennispark. Kennispark
beslaat de gebieden: UT, Business and Science Park en Twente Village.
Het streven van de banenontwikkeling is gebaseerd op een groei met 300 banen per jaar. Dit
hangt samen met verwachte ontwikkelingen, nieuwbouw en nieuwvestigers in dit gebied.
Bron: Vestigingenregistratie Enschede
blz. 36 (van 230)
Toelichting
In deze grafiek is de ontwikkeling van het aantal banen op de toplocatie "luchthaven" te zien.
Het betreft de banen op de werklocaties van de voormalige luchthaven (Technology Base,
Deventer Poort en de werkparken van Van Eck).
Streven: met de ontwikkelingen die spelen binnen het cluster MRO is de verwachting dat 50
extra banen worden gecreëerd in drie jaar (2021-2023).
Toelichting
In deze grafiek staan het aantal banen van drie belangrijke binnenstadsgebieden: het
kernwinkelgebied, de kantoorlocatie Stationsomgeving en de kantoorlocatie Stadsweide
(inclusief het voormalige MST aan het Ariënsplein). De daling in 2017 in het aantal banen
komt door de verplaatsing van de banen van het MST Ariënsplein naar het Koningsplein.
De streefwaarde (een groei met 150 banen per jaar) is gebaseerd op de sterker wordende
functie van de binnenstad in de Euregio (voorzieningen, komst bioscoop, vernieuwing van
winkels en horeca) en de ontwikkeling van de stadscampus met woon/werkfuncties,
onderwijs, bedrijvigheid, diensten etc.
Bron: VR beheer gemeente Enschede
blz. 37 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 5
01.We investeren via de gemeenschappelijke regeling in de (luchthaven)infrastructuur
Via de gemeenschappelijke regeling investeren we in het bestaande vastgoed, het bouwrijp
maken van locaties en de ondergrondse infrastructuur, het opwaarderen van de
nutsvoorzieningen en de faciliteiten. Voor Twente Airport gaat het over investeringen in een
hangar en investeringen gericht op de ontwikkeling van het cluster Maintenance, Repair and
Overhaul (MRO).
02. We voorzien het evenemententerrein van Vliegveld Twenthe Evenementenlocatie
(VTE)van een passende planologische regeling
De Raad van State heeft het bestemmingsplan Midden vernietigd, vanwege het buiten werking
stellen van het Programma Aanpak Stikstof (PAS). In 2021 bieden we een nieuw
bestemmingsplan Midden voor het evenemententerrein en de nieuwe natuur aan ter vaststelling
aan de raad. Kader is daarbij de door de gemeenteraad vastgestelde beleidskaders
(gebiedsgerichte uitwerking Structuurvisie luchthaven 2009, Nota van uitgangspunten
Middengebied).
03. We dragen bij aan de versterking van de regionale topwerklocaties
In het kader van de regiodeal en de omgevingsagenda oost zetten we met onze partners en rijk
en regio in op het versterken van de samenhang tussen de topwerklocaties Kennispark Twente,
High Tech Systems Park, Technology Base en de logistieke hotspot XL Businesspark Twente.
In het kader van de omgevingsagenda doen Regio en Rijk gezamenlijk onderzoek naar
mogelijkheden van het versterken van agglomeratiekracht door ontwikkeling van wonen en
werken in de samenhangende stationsgebieden Hengelo-Kennispark-Enschede (de
Innovatiedriehoek). Specifiek gaat het om mogelijkheden van het ontwikkelen van een nieuw
(hoog)stedelijk vestigingsmilieu rond de stations, in relatie tot de bereikbaarheid van de
topwerklocaties. De spoorzone Hengelo-Kennispark/UT-Enschede moet doorgroeien als
centrum van de integrale ontwikkelas Zwolle-Twente-Münster. Daarbij moet een vestigingsmilieu
ontstaan van vernieuwende combinaties van duurzaam wonen, werken, ondernemen en
studeren. Daarbij is ook aandacht op voorzieningen voor de ‘last mile’.
Ook komen we met een voorstel voor de verbetering van de verkeerssituatie in Noord- West
Enschede inclusief de noordelijke Singels. Dit gaan dan om bereikbaarheid van, naar en tussen
de topwerklocaties, acquisitie, marketing etc. NB: de beschikbaarheid van middelen voor
regionale acquisitie voor de topwerklocaties voor 2021 is nog niet duidelijk.
04. We voeren de gebiedsstrategie Kennispark uit
In 2021 werken we verder aan het tot uitvoering brengen van de gebiedsstrategie Kennispark.
We voltooien het aanpassen van ons ruimtelijk instrumentarium met de vaststelling van een
nieuwe bestemmingsplan Kennispark, de technische uitwerking van de structuurvisie die in 2019
is vastgesteld. De fysieke gebiedsontwikkeling krijgt een flinke impuls doordat we uitvoering
geven aan de samenwerkingsovereenkomst die we begin 2021 gaan sluiten met een
ontwikkelende eindbelegger. Samen met deze eindbelegger, de UT en andere partijen stellen we
een investeringsagenda op die samen met het nieuwe bestemmingsplan de basis vormt voor een
voorstel aan de Raad om een gewijzigde grondexploitatie voor Kennispark vast te stellen. Dit
nieuwe bestemmingsplan vloeit voort uit het stedenbouwkundig plan dat de Raad in 2020 heeft
vastgesteld. Daarmee creëren we belangrijke randvoorwaarden voor realisatie van de
doelstelling van de structuurvisie om een innovatiecampus te ontwikkelen waarin ontmoeten en
verbinden centraal staat.
05. We focussen op de verdere ontwikkeling van de Stadscampus/Connect-U en De Kop
Voortdurende aandacht ligt op het versterken van de attractiviteit van de binnenstad wat betreft
voorzieningen en verblijfskwaliteit door gericht nieuwe initiatieven te faciliteren. Daarnaast ligt de
focus op de verdere ontwikkeling van de Stadscampus/Connect-U (versterking wonen, werken
en leren). Connect-U richt zich vooral op MKB’ers die willen groeien in samenwerking met talent
door de ontwikkeling van verschillende business-communities. De gemeente ondersteunt dit ook
in 2021. Verder worden gebouwdelen fasegewijs verbouwd en ingevuld. Ook is de kwaliteit van
blz. 38 (van 230)
de verbindingen tussen onder meer Stadscampus en binnenstad versterkt door de onlangs
uitgevoerde herinrichting van de Ripperdastraat. De eigenaar zelf pakt fasegewijs het voorplein
aan. De herinrichting van de openbare ruimte is in 2019 gestart in relatie tot de ontwikkeling van
de Kop. Deze werkzaamheden worden in 2021 voortgezet. De inrichting maakt het gebied
groener en aantrekkelijker en zorgt voor een bereikbaar centrum. In 2021 wordt het
bestemmingsplan voor De Kop in procedure gebracht.
Bijdrage verbonden partij: Technology Base
Maatschappelijk rendement:
Technology Base/Area Development Twente (ADT) heeft de opgave het gebied van de
voormalige militaire luchthaven Twente integraal te ontwikkelen tot een impuls en aanjager voor
een economisch sterker en duurzamer Twente.
.
1.03 In Enschede kunnen bestaande en nieuwe bedrijven groeien en innoveren
De basis van onze economie zijn onze bestaande bedrijven. Op regionaal niveau vindt
acquisitie plaats in de sectoren High Tech Systems en Materials (HTSM) en logistiek.
Hiernaast acquireren we zelf op enkele voor Enschede specifieke sectoren: zakelijke
dienstverlening, ICT en winkels voor de binnenstad. Acquisitie gebeurt heel gericht en is
afgestemd op het profiel van onze regio en stad. Voor alle bedrijven (bestaand en nieuw)
gaan we een goede dienstverlening bieden, zorgen we voor digitale bereikbaarheid, bieden
we ondersteuning van netwerken voor starters, start ups en scale ups en innovatie (Novel-T),
bevorderen we internationalisering, hebben we aandacht voor het arbeidsmarktbeleid en voor
een aantrekkelijke werkomgeving.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
In deze grafiek is de ontwikkeling te zien van het totaal aantal banen in Enschede. De
banengroei is een resultaat van inzet op bereikbaarheid van banen en van aantrekken en
vasthouden van talent.
Het streefgetal is gebaseerd op de landelijke verwachtingen in banengroei (1,4% groei per
jaar vanaf 2019).
Bron: Vestigingenregistratie Enschede (realisatie) en CBS/UWV (voor het streven)
blz. 39 (van 230)
Toelichting
In deze grafiek is de ontwikkeling van het bruto regionaal product (BRP) van Enschede te
zien. Het BRP zegt iets over de samenstelling van de economische sectoren in een
gemeente en de toegevoegde waarde per baan. Het BRP wordt berekend met behulp van
gegevens van het CBS (nationale rekeningen) en werkgelegenheidsgegevens (LISA). In
2019 blijkt dat het CBS de realisatiecijfers met terugwerkende kracht heeft aangepast. De
aangepaste realisatiecijfers liggen iets hoger dan vorig jaar werd aangegeven door het CBS.
Dit is nu verwerkt in bovenstaande grafiek. Het streven is hierop ook aangepast (met het
nieuwe cijfer voor 2018 als uitgangspunt).
Het streven is het BRP harder te laten stijgen dan de landelijke prognose (een stijging van
1,8% per jaar vanaf 2018, bron: CPB). We hopen met ontwikkelingen op de toplocaties,
ondersteuning van innovatie en inzet op goede voorzieningen een sterkere samenstelling in
sectoren te krijgen en meer toegevoegde waarde per baan.
Acties 2021
Aantal acties: 6
01. We evalueren koers XL Businesspark Twente/Regionaal bedrijventerrein RBT
In 2016 is door deelnemende gemeenten en provincie extra geïnvesteerd in de ontwikkeling van
XL Businesspark. Eind 2020 worden de Gemeenschappelijke Regeling RBT en de gemaakte
investeringen door de deelnemers geëvalueerd. De uitkomsten hiervan worden begin 2021
verwacht waarna er (nieuwe) afspraken gemaakt gaan worden over de (strategische) koers van
het Regionaal Bedrijventerrein Twente. Onderzoek naar een evt. Businesspark XL II moet
uitwijzen of er behoefte is aan uitbreiding van dit bedrijventerrein voor grootschalige logistieke
dienstverlening.
02. We dragen bij aan de ontwikkeling van een 'Medtech'cluster
In het innovatiecluster rondom medische technologie werken Novel-T, UT, Saxion, provincie,
medische en zorginstellingen Oost NL samen aan valorisatie van nieuwe medische
technologieën. Vanwege de enorme kansen die hier liggen voor de werkgelegenheid in Twente
dragen we in 2021 bij aan de nadere uitwerking van het uitvoeringsprogramma ‘Medtech’.
03. We leggen de nieuwe Kantorenvisie ter vaststelling voor aan de raad.
In navolging op de kantorenanalyse stellen we in 2021 een nieuwe Kantorenvisie op. Daarbij ligt
de nadruk op transformatie/herontwikkeling van incourante panden en het toevoegen van een
kwalitatief goede en duurzaam kantorenaanbod.
04. We onderzoeken de herontwikkelingskansen voor verouderde bedrijventerreinen
In 2021 zetten we de visievorming en het onderzoek voort naar herontwikkelingskansen van
blz. 40 (van 230)
verouderde bedrijventerreinen (zoals bedrijventerrein Parkweg/Westerval).
05. We ontwikkelen de Oostkrans van de Usseler Es
In het kader van de uitvoeringsagenda visie werklocaties gaan we de Oostkrans van de Usseler
Es ontwikkelen.
06. We gaan een locatie-onderzoek doen naar strategische uitbreidingsruimte voor bedrijven
In navolging van het amendement van de raad gaan we een locatie-onderzoek doen naar
strategische uitbreidingsruimte voor bedrijven zodat we toekomstige vraag en/of unieke kansen
kunnen faciliteren.
Bijdrage verbonden partij:XL Businesspark Twente/Regionaal Bedrijventerrein RBT
Maatschappelijk rendement:
De ontwikkeling en uitgifte van XL Businesspark draagt bij aan de regionale groei van bedrijven
en het creëren van nieuwe banen. Een deel van deze banen kan door Enschedeërs worden
ingevuld. Ook worden indirect banen gecreëerd door het versterken van de logistieke sector in
Twente.
.
2. Talent wordt aangetrokken en vastgehouden
De aantrekkelijkheid van een stad wordt in eerste instantie bepaald door de inwoners: het
aandeel HBO en universitair opgeleiden en het aandeel creatieve klasse bepaalt de
aantrekkelijkheid van de stad voor bedrijven en de economische groei. Economische groei is
nodig om iedereen aan het werk te houden. Enschede heeft een relatief laag aandeel HBO
en universitair opgeleiden. Dit beperkt de economische kansen van onze stad. Om hier
verandering in aan te brengen, gaan wij meer inzetten op het aantrekken en vasthouden van
HBO en universitair opgeleid talent. Hiervoor is het belangrijk dat de voorzieningen (wonen,
cultuur, profilering) goed op orde zijn. We willen kwalitatief groeien om als stad sterker te
worden.
Deze doelstelling hangt sterk samen met "de bereikbaarheid van banen wordt vergroot",
"inwoners zijn gezond en actief" en "inwoners zijn financieel zelfstandig".
2.01 De stedelijke voorzieningen zijn attractief voor inwoners en bezoekers (nationaal
en internationaal)
Een aantrekkelijke stad heeft een bruisende binnenstad, goede culturele voorzieningen,
evenementen en voorzieningen als een internationale school. En dit is afgestemd op de wens
tot het vasthouden van meer HBO en universitair opgeleiden.
blz. 41 (van 230)
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
In deze grafiek staat het gemiddeld aantal weekbezoekers in de binnenstad. Dit gemiddelde
aantal is tot en met 2017 gemeten op basis van handmatige tellingen. Deze tellingen vonden
eens per jaar en tijdens winkeltijden plaats. Vanaf 2018 tellen we alle dagen, via wifisensoren
en 24 uur per dag. Dit levert een trendbreuk op in de cijfers (omdat we nu 24 uur per dag
tellen). Het getal van 2018 is het gemiddeld aantal weekbezoekers in de eerste helft van het
jaar gebaseerd op wifitellingen.
Het streven is gebaseerd op een verwachte toename van bezoekers door realisatie van
nieuwbouwprojecten rondom de binnenstad, ontwikkeling van de stadscampus en verdere
versterking van de positie van de binnenstad in de Euregio.
Bron: Locatus (2015-2017) en City Traffic (vanaf 2018)
Toelichting
Cultuur en evenementen zijn belangrijke factoren voor een aantrekkelijke stad en goede
stedelijke voorzieningen. Doel is dat dit totaal aantal stijgt. Indirect effect zijn meer
bestedingen (o.a. restaurantbezoek) in de stad. De streefwaarden zijn het aantal bezoekers
per jaar.
blz. 42 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We maken een nieuw evenementenbeleid
Evenementenbeleid wordt voorafgegaan door een Nota van Uitgangspunten. In het beleid geven
we aan welke doelen een evenement moet nastreven om voor subsidie in aanmerking te komen
en hoe aanvragen worden afgewogen. Ook leggen we vast welke evenementen beeldbepalend
zijn voor Enschede en daarom een bijdrage van de gemeente krijgen. Tenslotte is het beleid een
kader voor de vergunningverlening. Deze actie is ook opgenomen in de begroting van 2020,
maar is door de bijzondere omstandigheden vertraagt.
02. We maken een nieuwe cultuurnota
Met het vaststellen van het profiel van de cultuurregio Twente, de voor Enschede succesvol
doorlopen ronde van de landelijke culturele Basisinfrastructuur (BIS), de samenwerking op
cultureel gebied met de provincie en Landsdeel Oost en vernieuwd cultuurbeleid op Rijksniveau
is het nodig het cultuurbeleid van Enschede te vernieuwen. Het beleid geven we aan welke
doelen we willen realiseren met cultuur in Enschede. We sluiten aan op regionaal en landelijk
beleid en zetten onze eigen accenten. Het beleid geeft richting aan welke instellingen en welke
activiteiten we financieel willen ondersteunen en geeft een handvat om met de instellingen en
andere ontvangers van subsidies in gesprek te zijn over het realiseren van doelen van de stad.
Bijdrage verbonden partij: Twentse Schouwburg
Maatschappelijk rendement:
De Twentse Schouwburg N.V. (Wilminktheater en Muziekcentrum Enschede) vormt een
belangrijke culturele voorziening voor de gemeente Enschede en omgeving. De onderneming
exploiteert vier gebouwen met samen zes podia in het centrum van Enschede, te weten: het
Wilminktheater, het Muziekcentrum, de Grote Kerk en De Kleine Willem. Op jaarbasis biedt de
organisatie momenteel circa 350 – 380 voorstellingen en concerten aan met circa 135.000
bezoekers per jaar. Daarnaast is er meer aandacht voor de verbindende rol van Wilminktheater
en Muziekcentrum Enschede binnen de Twentse samenleving, verbinding tussen publiek en
podia en ook tussen de Twentse podia onderling.
.
2.02 Het woningaanbod en de leefomgeving zijn attractief, veilig en toekomstbestendig
Als we meer HBO en universitair opgeleiden vast willen houden, dan moet het woningaanbod
hier bij aansluiten. De kwalitatieve samenstelling van het woningaanbod is een
aandachtspunt en we moeten kijken of we passende woningen hebben voor net
afgestudeerden, expats en gezinnen. Als grootste stad van het oosten kunnen wij een
grootstedelijk woonmilieu bieden. Het verdichten in het centrum hoort bij dit doel, evenals een
aantrekkelijke leefomgeving en buitengebied.
blz. 43 (van 230)
Indicatoren Aantal indicatoren: 5
Toelichting
Dit cijfer is samengesteld uit verschillende waarderingsaspecten van de aantrekkelijkheid van
de woonomgeving. De keuze is gebaseerd op studies van het Ministerie en de atlas voor
Nederlandse gemeenten. Het gaat daarbij bijvoorbeeld over de mate van contact tussen
buren, de hoeveelheid groen en water in de wijk, het percentage koopwoningen en het
culturele aanbod.
Toelichting
Het indexcijfer van de gemiddelde verkoopprijsontwikkeling geeft informatie over de
aantrekkelijkheid van Enschede in relatie tot andere gebieden.
blz. 44 (van 230)
Toelichting
Als wij willen werken aan een evenwichtiger samenstelling van onze bevolking, dan moet de
verhouding tussen de verschillende prijssegmenten van woningen veranderen (relatief
minder goedkoop en meer duur). Bij nieuwbouw streven we naar een relatief groter aandeel
in het duurdere segment.
Toelichting
In het kader van de trek naar de stad, het unieke hoogstedelijke woonmilieu dat Enschede
kan bieden in en rondom de binnenstad, gaan we meten of de inwoneraantallen in dit gebied
ook stijgen.
De streefgetallen zijn gebaseerd op basis van de voorgenomen harde en als haalbaar
ingeschatte zachte plannen in de periode 2019-2022.
blz. 45 (van 230)
Toelichting
De score woonaantrekkelijkheid is een jaarlijkse score van onze stad in de Atlas voor
Gemeenten. We laten hier de score zien zonder geografie omdat geografische factoren erg
bepalend zijn voor onze eindscore (bereikbaarheid van banen, nabijheid natuurgebieden als
de Veluwe en de zee). Aan onze geografische ligging kunnen we niet zoveel veranderen. De
andere factoren die deze score bepalen zijn: cultureel aanbod, veiligheid, percentage
koopwoningen, culinair aanbod, aanwezigheid universiteit en percentage vooroorlogse
woningen.
Hoe lager de score, hoe beter we scoren op de ranglijst.
Het streven is om weer op het niveau van 2017 te komen (12e van de ranglijst: een plek die
past bij de omvang van onze gemeente)
Bron: Atlas voor Gemeenten.
Acties 2021
Aantal acties: 19
01. We leggen de grondexploitatie en het investeringsproject eerste fase Centrumkwadraat
voor aan de Raad
Centrumkwadraat is de belangrijkste gebiedsontwikkeling waarmee we talent willen aantrekken
en vasthouden, banengroei stimuleren en een duurzame en concurrerende economie stimuleren
als onderdeel van de gebiedsagenda Oost. We maken afspraken met het rijk over een
doortrekking van het spoor van Zwolle, Enschede naar Munster, en een onderdoorgang onder
het spoor/station. Hiermee wordt de noordzijde van het station meer verbonden met het
Stationsplein en de binnenstad.
We kunnen hier ons aanbod retail, horeca, cultuur & evenementen, openbare ruimte,
werklocaties en woningen vergroten. We maken met Centrumkwadraat ruimte voor
doorstromende talenten met (betaalbare)koop en middenhuur, maar ook het door ontwikkelen
van de sociale voorraad (onder meer studentenhuisvesting) heeft een plek in dit plangebied.
Centraal staat echter het realiseren van woonconcepten voor afgestudeerden in zowel de sociale
huur als middenhuur. Een grote functiemix direct aan het station. Dit is een milieu dat we in
Enschede nog niet kunnen bieden, waar andere steden de laatste jaren veel van dit soort
projecten hebben gerealiseerd. Ook vraagt het project om aanpassing van de openbare ruimte
(stationsplein) en mobiliteitsonderdelen zoals de herinrichting van het busstation en een
parkeergarage.
Een ambitie die past bij de schaal en de huidige staat van de stad. Hiermee wordt ook een
herontwikkeling mogelijk van de bestaande en verouderde panden aan het Stationsplein. Het Rijk
blz. 46 (van 230)
(Woningbouwimpuls) en de provincie dragen beide financieel bij aan fase 1 van
Centrumkwadraat. We leggen in 2021 de grondexploitatie en investeringsproject eerste fase
Centrumkwadraat voor ter vaststelling tezamen met een ontwikkelstrategie. We starten de
procedure voor een bestemmingsplan voor dit gebied.
02. We leggen de kadernota en grondexploitatie ontwikkeling Eschmarkerveld voor aan de
Raad
In de periode tussen 2001 en 2011 zijn plannen gemaakt voor het Eschmarkerveld maar door de
financiële crisis zijn deze nooit ten uitvoer gebracht. Inmiddels is er een nieuwe situatie ontstaan.
Enschede wil graag groeien als stad en daarbij zowel ruimte bieden aan mensen die
hoogstedelijk willen wonen als aan mensen die groene stedelijk willen wonen. Op het
Eschmarkerveld kunnen we woningen toevoegen voor zowel het midden als het lagere segment
in zowel koop als huur. Hier kunnen we een aanvulling realiseren op het woningaanbod in
Enschede waarmee wordt bijgedragen aan het vestigingsklimaat en de aantrekkelijkheid van
Enschede als woonstad en waarmee we talent en andere doelgroepen aantrekken of behouden
voor Enschede en de Twentse arbeidsmarkt. Omdat de gemeente alle gronden in eigendom
heeft is het ook mogelijk om van deze wijk een duurzame, klimaat adaptieve en hitte stress
bestendige wijk te maken. Dit alles in een goede balans tussen enerzijds de maatschappelijke
doelen en anderzijds een solide financieel rendement. Aan de raad wordt een kadernota
voorgelegd met een ontwikkelstrategie voor de eerste fase en een grondexploitatie. We starten
met de bestemmingsplanprocedure.
03. We leggen de kadernota Cromhoffpark voor aan de Raad en openen een grondexploitatie
Op basis van het ontwikkelplan (kadernota) starten we in 2021 met de (procedure) voor het
bestemmingsplan en afhankelijk van de realisatiestrategie een grondexploitatie. Met het
Cromhoffpark willen we een uniek stuk stad maken gebruikmakend van de bestaande kwaliteiten
en bijzondere ligging van het gebied: “Reuring” rondom het industrieel erfgoed & “Rust” rondom
de natuur in het groene hart van het gebied. Cromhoffpark heeft het in zich om een mooie
gevarieerde wijk te worden met een groot aanbod aan verschillende woningtypologieën
aansluitend bij adaptief programmeren.
04. We gaan door met de uitvoering van diverse deelprojecten uit de Dynamische
Uitvoeringsagenda Twekkelerveld
Voor Twekkelerveld is in het kader van de dynamische investeringsagenda gewerkt aan een
integrale uitvoeringsagenda voor de komende 5-10 jaar. Daarin zijn verschillende acties
opgenomen waarvan het begin van de uitvoering van start is gegaan in 2020. Het gaat dan
bijvoorbeeld om het organiseren van een werkplaats (bewoners, corporaties, gemeente) voor de
aanpak van wateroverlast, hittestress en droogteproblematiek, het verder uitwerken van plannen
voor een huis van de wijk, het maken van een wijkuitvoeringsplan voor een aardgasvrije wijk en
een eerste uitwerking van diverse ruimtelijke plannen voor herstructurering van
corporatiewoningen. Ook wordt onderzocht hoe we de verbinding met kennispark kunnen
versterken en de huisvesting van talenten verder kunnen vormgeven. De acties worden in veel
gevallen samen met de corporaties of andere partijen uitgevoerd. Ook worden de plannen
uitgewerkt voor de invulling van de ROC locatie en de locatie Assinkhof.
05. We leggen de Visie Landelijk Gebied voor aan de Raad
De visie geeft in hoofdlijnen aan welke ontwikkelingen de gemeente voor ogen staan in het
landelijk gebied, met als zichtjaar 2030. Het belang van landelijk gebied is in deze corona periode
duidelijker geworden.
Belangrijke thema’s zijn de transitie in de landbouw, landschap, biodiversiteit, wonen en bouwen
in het Landelijk Gebied en de opwekking van energie. Anders dan in de voorbereiding is de
besluitvorming over de visie niet meer verbonden met de Energievisie.
06. We leggen het Koepelplan Openbare ruimte voor aan de Raad
Via het koepelplan werken we aan één (integrale) visie voor de inrichting, het beheer en
onderhoud van de openbare ruimte in Enschede. Waarmee we de ambities en doelen voor deze
openbare ruimte voor de komende jaren vaststellen. Met het plan vergroten we de onderlinge
samenhang van de onderdelen van de openbare ruimte (zoals groen, wegen en riolering). Ook
dragen we meer bij aan de doelen van de stad, zoals “de duurzame groene stad”. We zien dit als
een logische vervolgstap op de eerder ontwikkelde inspiratiekaart openbare ruimte en in lijn met
blz. 47 (van 230)
de meer integrale benaderingsgedachte vanuit ontwikkelingen als de voorbereiding van de
omgevingswet (actie 2.02, 11 in deze GB) en het opstellen van de omgevingsvisie (actie 2.02,
12).
07. We leggen de Visie op de bodem en ondergrond voor aan de Raad
De bodem en ondergrond worden gebruikt voor verschillende doeleinden. Soms beïnvloeden
deze activiteiten elkaar en kunnen ze niet onder of naast elkaar plaatsvinden. De vraag is hoe we
als gemeente een zo goed mogelijke balans kunnen creëren tussen het beschermen, benutten
en gebruiken van de bodem en ondergrond voor deze activiteiten. In een integrale visie op de
ondergrond, als bouwsteen voor de omgevingsvisie willen we hierop een antwoord formuleren
rekening houdend met de maatschappelijke opgaven waar we de komende jaren voor staan. En
omdat de activiteiten in de bodem en ondergrond zich niet houden aan gemeentegrenzen doen
we dit waar dat kan gezamenlijk met Almelo en Hengelo.
08. We leggen de Toekomstvisie Begraafplaatsen en Gedenkparken voor aan de Raad
Begraven verliest aan populariteit. Volgens cijfers van de Landelijke Vereniging voor Crematoria
kiest meer dan twee derde van de mensen voor een crematie. Deze veranderende trend vraagt
om een nieuwe meerjarige visie op het toekomstbestendig maken van de exploitatie van de
begraafplaatsen en gedenkparken. Met de nieuwe visie willen we de raad verschillende
scenario’s voorleggen over de invulling van de dienstverlening richting onze inwoners, het
kwaliteitsniveau van het beheer en de mogelijkheden tot een (beperkte) regionale samenwerking.
09. We nemen maatregelen ter verbetering van de verkeersveiligheid
We voeren diverse maatregelen uit ter verbetering van de verkeersveiligheid. Leidraad hiervoor
is het verkeersveiligheidsplan dat in 2020 is opgesteld. Hierbij gaat het onder andere om
knelpunten, schoolomgevingen en maatregelen vanuit wijkverkeerscirculatieplannen. Hiervoor is
een aanzienlijke rijksbijdrage aangevraagd in 2020..Ook maken we een plan voor maatregelen
op en rond de Mooienhof.
10. We voeren de herijkte woonvisie uit en organiseren het jaarlijks woondebat
Met de Raad is afgesproken dat we jaarlijks het woonbeleid herijken via een woondebat en
eventuele wijzigingen ter vaststelling aan de Raad aanbieden.
11. We gaan de invoering van de Omgevingswet voorbereiden
Om de omgevingswet in 2022 goed in te kunnen voeren gaan we er verder aan bouwen door
onder andere ICT en Geo-informatie op orde te brengen en brengen in kaart welke algemene
regels, vergunningstelsels, delen van huidige verordeningen en beleid(sregels), we in een
toekomstig Omgevingsplan willen opnemen. Daarnaast gaan we experimenteren op het gebied
van flexibel bestemmen.
12. We gaan een Omgevingsvisie voor Enschede opstellen
In het kader van de Omgevingswet gaan we verder met het opstellen van een Omgevingsvisie
voor Enschede met als planhorizon 2040. De Omgevingsvisie wordt daarmee een strategische
visie en stabiel raamwerk voor de lange termijn gevormd voor de gehele fysieke leefomgeving.
Beleidsnota’s die op dit moment worden opgesteld of in besluitvorming zijn passen binnen de
denkwijze van de Omgevingswet. De visie zal geen statisch document worden. Al naar gelang
zich nieuwe ontwikkelingen voordoen en ambities wijzigen zal de omgevingsvisie periodiek
worden geactualiseerd. De Omgevingsvisie gaat ook in op de sturingsfilosofie van de gemeente
en daarmee op de eigen rol bij de realisatie van de visie en wat het van anderen verwacht.
13. We proberen de impassen in het geschil met de Omgevingsdienst Twente (ODT) te
doorbreken
Er is een impasse ( voor het derde jaar op rij en bezwaar gemaakt) over de hoogte van de
bijdrage aan de begroting van het ODT. Gemeente Enschede wordt financieel belast voor taken
die ze niet ingebracht hebben en dus ook niet geleverd krijgen. We proberen de impasse te
doorbreken door een mediation traject met het ODT.
14. We gaan een Impact analyse maken over de kleinere bouwwerken in de zogenaamde
gevolgklasse I.
Met de wet kwaliteitsborging voor de bouw in 2022 wordt door de rijksoverheid een proces
opgestart waarmee een deel van het gemeentelijke bouw- en woningtoezicht wordt overgeheveld
naar de markt, naar private partijen. We gaan in 2021 een impact analys maken en die zal
blz. 48 (van 230)
duidelijk maken wat de gevolgen zijn van de invoering van werkprocessen, inzet van capaciteit
en de daaruit voortvloeiende financiële consequentie. In proefprojecten zullen we gecontroleerd
oefenen met het overlaten van toezicht aan de private sector.
15. We gaan de mogelijke financieringsvormen onderzoeken om uitvoering te kunnen blijven
geven aan de wettelijke VTH-taken (Vergunning, toezicht en handhaving)
Met de komst van de omgevingswet en de Wkb valt voor een (belangrijk) deel de legesinkomsten
weg. Dit wordt mede veroorzaakt door dat in de Wkb een aantal van de voor de gemeente
resterende taken van vergunning naar melding wordt omgezet en daarmee vervalt de
mogelijkheid om leges te vragen. We onderzoeken wat er voor nodig is om uitvoering te blijven
geven aan de wettelijke VTH-taken Hierin nemen we ook mee of en hoe dit financieel door het
rijk gecompenseerd wordt.
16. We maken een cultuurhistorische waardenkaart
Nu er structureel middelen zijn toegekend voor cultuurhistorie, actualiseren we de waardenkaart
en starten we met de basis gefaseerd op orde te brengen. Hiermee kunnen we de nodige input
leveren op de ontwikkeling van de omgevingsvisie.
17. We gaan de beleidsregel Bouw- en sloopveiligheid implementeren
In het jaar 2021 zal sprake zijn van de feitelijke implementatie van de beleidsregel Bouw- en
sloopveiligheid. Daarmee beoordelen we in 2021 eventuele risico’s van een bouw- of
sloopproject. Dit is een risicogestuurde benadering, waarbij vooraf de risico’s kunnen worden
overzien door middel van een risicomatrix.
18. We gaan de inzet van de BOA's verder optimaliseren
Door de toekenning van structurele middelen gaan we onder andere een grote stap voorwaarts
zetten naar informatie gestuurd handhaven. Hiermee zetten we handhavingscapaciteit beter in
op plaatsen waar dat het meest nodig is. Daarnaast gaan we op onderdelen projectmatig werken.
Met deze werkwijze zullen we op onderwerpen zichtbaarder zijn en gaat hier een preventieve
werking vanuit (bijvoorbeeld bij brom- en snorfietsen en fietser). Ondanks de extra middelen blijft
de werkdruk hoog. Dit wordt onder andere veroorzaakt door de inzet van BOA’s in de corona
crisis. Het structurele effect hiervan is niet in beeld. Door het voorgaande is er extra aandacht
voor o.a. aansturing, werkstijl, onderlinge samenwerking nodig.
19. We bieden aangepast beleid over onzelfstandige woonruimte aan ter vaststelling
Naar aanleiding van de inventarisatie in 2020 gaan we beleid maken om de onzelfstandige
woonruimte te optimaliseren. De stand still voor het niet verlenen van vergunningen in het kader
van onzelfstandige woonruimte wordt verlengd tot het nieuwe beleid gereed is.
Bijdrage verbonden partij: Omgevingsdienst Twente
Maatschappelijk rendement:
Zorgt voor het toezicht en handhaving van ‘complexe’ omgevingsvergunningen, het voorbereiden
van besluiten met betrekking tot (milieu) inrichtingen en de handhaving bij (complexe)
milieubelastende bedrijven. Daarmee draagt ze bij aan de realisatie van een gezonde en veilige
leefomgeving. Is overigens een wettelijke verplchting.
Bijdrage verbonden partij: Onderhoud Enschede
Maatschappelijk rendement:
Zij zorgt voor de uitvoering van het onderhoud van de openbare ruimte. Daarmee draagt zij
bij aan de realisatie van de doelen voor de openbare ruimte, zoals behalen van het gewenste
kwaliteitsniveau en het woon- en vestigingsklimaat van de stad. Daarnaast levert zij een
belangrijke bijdrage aan de arbeidsmarktdoelstellingen, doordat 55%-60% van het personeel van
Onderhoud Enschede BV bestaat uit mensen uit de arbeidsmarktdoelgroep. De kwaliteit van de
werkzaamheden wordt gemonitord en vastgelegd in rapportages.
Bijdrage verbonden partij: Regio Twente
Maatschappelijk rendement:
Binnen het kader van de regio wordt samengewerkt op het gebied van wonen, externe lobby en
samenwerking en grondzaken. In het verlengde van de regionale woonvisie die begin 2016 is
vastgesteld, worden afspraken gemaakt over de omvang en kwaliteit van de woningproductie in
Twente. Daarnaast wordt de inbreng in G32, VNG en dergelijke gecoördineerd. Binnen de regio
is de samenwerking met de Netwerksteden vooral op wonen en grondzaken.
blz. 49 (van 230)
.
2.03 Wij werken effectiever samen met de kennisinstellingen (UT, Saxion, Aki, ROC) en
het bedrijfsleven op de opgave "aantrekken en vasthouden van talent”
Het aantrekken en vasthouden van talent is een opgave die we niet alleen kunnen trekken.
We werken hierin nauw samen met de kennisinstellingen en het bedrijfsleven. Met de
kennisinstellingen hebben we een strategische samenwerkingsagenda Smart Enschede
opgesteld. Het samenwerken met de bedrijven is hier een onderdeel van.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
In deze grafiek is het migratiesaldo te zien per leeftijdsgroep. Om de grafiek leesbaar te
houden is gekozen voor de leeftijdsgroepen tussen 15 en 40 jaar. Dit zijn ook de groepen
waar we ons vooral op inzetten bij de doelstelling "aantrekken en vasthouden van talent". De
migratie in de leeftijdsgroep 15-19 hangt sterk samen met het aantal jongeren dat in onze
stad komt studeren.
Streven: we streven er naar om meer jongeren te trekken in de leeftijdsgroep 15-19 jaar en in
de leeftijdsgroepen 20-40 hopen we dat er per saldo meer mensen blijven dan dat ze
vertrekken uit onze stad.
Bron: Basis Registratie Personen, bewerkt door Kennispunt Twente
blz. 50 (van 230)
Toelichting
In deze grafiek ziet u het aantal studenten op de UT, Artez en Saxion (vestiging Enschede).
Streven: Saxion verwacht de komende jaren een lichte toename in het aantal studenten. De
UT verwacht een iets sterkere groei in studentenaantallen. Dit wordt voornamelijk
veroorzaakt door een toename in internationale studenten.
Bron realisatie: DUO, bewerkt door Kennispunt Twente
Bron streven: UT, Saxion en Artez (inschattingen)
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We dagen studenten en talenten uit om samen met ons te werken aan vernieuwende
oplossingen voor maatschappelijke opgaven
Op basis van het convenant tussen de vier kennisinstellingen en de gemeente Enschede werken
we samen met studenten, docenten en lectoren. Via het Enschedelab (www.enschedelab.nl)
worden uiteenlopende soorten challenges georganiseerd waarin maatschappelijke opgaven van
de stad aan bod komen en beantwoord worden door samenwerkende studenten van de vier
kennisinstellingen. Ze zullen hierin samenwerken met inwoners, bedrijven en instanties.
02. Samen met de kennisinstellingen, het bedrijfsleven en andere instanties zetten we meer
regie op de regionale talentopgave
We blijven in 2021 onze krachten bundelen om op een eenduidige manier talent te kunnen
aantrekken en behouden voor Enschede/Twente. Door samen te werken zijn we effectiever in
onze aanpak en kunnen we ook efficiënter omgaan met de inzet van middelen, waaronder de
middelen vanuit de Regiodeal, ‘talent halen, opleiden en behouden'.
.
2.04 De (inter)nationale branding van Enschede wordt versterkt
Om onze stad neer te zetten als aantrekkelijk voor talent is veel inzet nodig op positionering
en profilering. We willen onze stad neerzetten als grensverleggend, innovatief, hip en slim.
Hiernaast willen we ook een welcoming city zijn voor de toenemende stroom van
buitenlandse studenten en kenniswerkers.
blz. 51 (van 230)
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
In deze grafiek zie je het percentage hoger opgeleiden in Enschede (hoger opgeleid is: HBO
en WO). Enschede heeft een relatief laag aandeel hoger opgeleiden. Universiteitssteden
hebben gemiddeld een aandeel van 45% hoger opgeleiden, Enschede heeft 34% hoger
opgeleiden als aandeel in de beroepsbevolking.
Streven: hoger opgeleiden zijn een belangrijke factor voor groei van economie en een
aantrekkelijke stad. Als we meer talent weten aan te trekken en vast te houden, gaat dit
aandeel stijgen. Streven is daarom om het aandeel hoger opgeleiden hoger te krijgen.
Bron: CBS
Toelichting
De beroepsbevolking (alle mensen tussen 15 en 74 jaar die werken of beschikbaar zijn voor
werk) stijgt in de grote steden door de trek naar de stad, maar daalt al een paar jaar in
Enschede. Door maatregelen op het gebied van bereikbaarheid van banen en het
vasthouden van talent hopen we op termijn de dalende tendens van de beroepsbevolking iets
te keren. Een groeiende beroepsbevolking (met een hoog opleidingsniveau) is een
belangrijke vestigingsfactor voor bedrijven.
blz. 52 (van 230)
We streven er naar om qua beroepsbevolking weer op het niveau van 2015 te komen.
Bron: CBS
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We implementeren de strategische visie citymarketing en citybranding
Het herijkingsproces van de Citymarketingvisie, samen met partners uit de stad, dat in 2019 is
gestart is in 2020 afgerond.
Na vaststelling door de Raad in september is de visie creatief door vertaald. Een selectie van
creatieve bureaus en personen in Enschede is samen met het merk aan de slag gaan.
In 2021 gaan we, stapsgewijs en met de bestaande middelen, aan de slag met de implementatie.
We bouwen het merk Enschede op drie pijlers: Ondernemende Kennisstad, Creatieve Stad en
Bruisende Stad, waarbij bij Bruisende Stad de focus voor het merendeel op de binnenstad ligt. In
deze drie pijlers komt het bijzondere DNA van Enschede tot uiting, zij vertellen het verhaal van
de stad. Daarom richten we onze citymarketinginvesteringen op het verder laden en uitbouwen
van deze drie pijlers. Dit doen we samen met stakeholders uit de stad: Enschede Promotie,
gemeente, de kennisinstellingen, ondernemers en de vrijetijds en binnenstadorganisaties. Naast
het enthousiasmeren van stakeholders op basis van draagvlak, willen we het uitdragen van
citymarketingvisie ook via beleid en de subsidielijn stimuleren.
02. We werken het welcoming city beleid uit op het onderdeel internationale communicatie
Ten behoeve van het internationaal talent zetten we in 2021 in op de internationale kant van de
citymarketing visie. We gebruiken hiervoor de communicatiekanalen van onze internationale
partners, zoals o.a. het Nederlandse ambassadenetwerk, het Eurocities netwerk en
zustersteden.
.
3. Enschede is een duurzame en klimaatbestendige stad
Wereldwijd is er een opgave voor energietransitie, klimaatadaptatie en hergebruik van
grondstoffen. Enschede moet hier ook een bijdrage in leveren.
3.01 Transitie naar duurzame energiebronnen en energietransitie
Wij streven naar verduurzaming van woningen, bedrijven, duurzame energievoorziening en
het afkoppelen van panden van gas.
Indicatoren Aantal indicatoren: 5
blz. 53 (van 230)
Toelichting
Streven is dat panden steeds energiezuiniger worden. De streefcijfers zijn gebaseerd op een
daling van 1,2% per jaar (zoals vastgesteld in het inmiddels afgelopen actieplan
duurzaamheid).
Toelichting
Streven is dat panden steeds energiezuiniger worden. De streefcijfers zijn gebaseerd op een
daling van 1,2% per jaar (zoals vastgesteld in het inmiddels afgelopen actieplan
duurzaamheid).
Toelichting
Streven is dat panden steeds energiezuiniger worden. De streefcijfers zijn gebaseerd op een
daling van 1,2% per jaar (zoals vastgesteld in het inmiddels afgelopen actieplan
duurzaamheid).
blz. 54 (van 230)
Toelichting
Streven is dat panden steeds energiezuiniger worden. De streefcijfers zijn gebaseerd op een
daling van 1,2% per jaar (zoals vastgesteld in het inmiddels afgelopen actieplan
duurzaamheid).
Toelichting
Deze indicator is in ontwikkeling. Op dit moment is niet alle benodigde informatie voorhanden
om de warmtelevering aan woningen in beeld te brengen. We gaan voor de nieuwe
coalitieperiode op zoek naar een indicator die wel een realistisch beeld geeft van de
ontwikkelingen.
Acties 2021
Aantal acties: 14
01. We leggen de Transitievisie Warmte voor aan de raad
In 2021 leggen we de Transitievisie Warmte ter vaststelling voor aan de raad. Dit is afgesproken
in het Klimaatakkoord. In dit plan bepalen we onder andere wanneer welke wijken van het
aardgas afgaan en voor de wijken waarvan de transitie voor 2030 gepland is, welke
voorkeursalternatieven er voor deze wijken zijn en wat we daarvoor gaan doen. Participatie en
samenwerking met stakeholders zijn hierbij essentieel evenals een verdere uitwerking van /
beschikbaar komen van landelijke instrumenten, budgetten en regelgeving.
blz. 55 (van 230)
02. We maken een integrale wijkaanpak warmtetransitie voor de wijken Twekkelerveld en de
Posten
In het kader van het Klimaatakkoord moeten we voor wijken die voor 2030 aardgasloos worden
een concrete uitwerking maken van de wijze waarop we dit willen doen (o.a. welke alternatieve
warmtevoorziening er wordt voorzien). Dit leggen we vast in een Wijk UitvoeringsPlan. Voor
Twekkelerveld en een deel van Enschede Zuid inclusief De Posten gaan we dit plan in 2021
maken. Hierbij zetten we voor Twekkelerveld de (hopelijk) ontvangen subsidie “proeftuin
aardgasvrije wijk” in.
03. We voeren de communicatiestrategie duurzaamheid uit
Participatie, communicatie en gedragsbeïnvloeding zijn essentieel om onze klimaatdoelen in de
volle breedte te bereiken. In het vierde kwartaal van 2020 hebben we een strategie laten
ontwikkelen voor de manier waarop we onze participatie- en communicatieopgave over de volle
breedte van het duurzaamheidsveld het beste kunnen vormgeven. In 2021 starten we met de
uitvoering. Hierbij hebben we aandacht voor de verschillende doelgroepen (inwoners en
ondernemers), de verschillende thema’s binnen duurzaamheid, de rol van de gemeente (wel of
geen wettelijke verplichtingen) en concrete projecten. Voor het thema energietransitie zetten we
extra communicatiecapaciteit in. Middelen voor deze inzet zijn beschikbaar binnen de
intensiveringsmiddelen duurzaamheid.
04. We leggen een voorstel voor het toekomstige duurzaamheidsbeleid voor aan de raad
In het coalitieakkoord zijn voor vier jaar intensiveringsmiddelen voor de brede
duurzaamheidsopgave voorzien. Deze middelen zijn bedoeld voor (tijdelijke) dekking op
deelopdrachten, voor communicatie en voor het faciliteren van integrale gebiedsaanpakken. Dat
betekent dat deze middelen eindig zijn. In 2021 wordt een voorstel voor het toekomstige
duurzaamheidsbeleid aan de Raad voorgelegd. Dit voorstel wordt gebaseerd op de evaluatie van
het Actieplan duurzaamheid en de Discussienota duurzaamheid die in het najaar van 2020 in de
Stedelijke commissie besproken is. Er worden keuzes voorgelegd voor een inkadering van het
duurzaamheidsbeleid, o.a. de ambities en de rol die de gemeente wil nemen, in relatie tot de
beschikbare middelen.
05. We ontwikkelen plannen, waarmee een substantieel deel van de middelen die door de
Europese Unie in het kader van de Green deal worden vrijgemaakt, naar Enschede kunnen
worden gehaald
De Europese Commissie de Corona-crisis aangegrepen als katalysator voor een duurzame
‘groene’ economie. Hierbij wordt het herstelplan vervlochten met de ambitieuze Green Deal-
plannen (2019), waarmee Europa het eerste klimaat neutrale continent moet worden.
Door nu honderden miljarden te investeren in groene banen en schone, eerlijke economieën
worden de plannen uit de Green Deal ook benut als Recovery Deal en vormen ze een weg uit de
crisis. Tegen deze achtergrond wordt een voorstel uitgewerkt voor een anti-cyclisch beleids-en
investeringspakket op gebied van Klimaat, Energie- & Warmtetransitie voor de korte termijn
(2021-2024) en ontwerpen van een programmatische doorkijk t/m 2030 (10 jaar).
06. We leggen de Energievisie voor aan de raad
Het college zal eind 2020 de Energievisie vaststellen en begin 2021 ter vaststelling aan de
gemeenteraad aanbieden. De visie beschrijft hoe op een duurzame wijze kan worden voorzien
in de energie die nodig is om in Enschede te wonen, te werken en te recreëren. De Energievisie
bevat ook een uitvoeringsparagraaf met de rol die wij kiezen en de ontwikkelstrategie, met een
voorkeur om de opwekking van zonne-energie te combineren met andere functies.
07. We leveren onze inbreng aan de Regionale Energiestrategie (RES) 1.0
De RES 1.0 wordt op 1 juli 2021 aangeboden aan het Nationaal Programma RES na formele
vaststelling door de gemeenteraad. Binnen de RES werkt Enschede samen met partners aan de
regionale vertaling van het Klimaatakkoord. De Nota van Uitgangspunten en de Energievisie zijn
het kader voor de Enschedese inbreng in de concept-RES0.1 en de RES 1.0. In het kader van de
uitvoering van de RES moeten in 2025 de locaties planologisch mogelijk zijn.
08. We dragen bij aan een aanpak voor de aanleg van zonnepanelen op daken, op
parkeerplaatsen en op publieke en private gronden in het stedelijk gebied
Voor de ontwikkeling van duurzame energie volgen wij de zonneladder. In dat kader moet een
grote slag gemaakt worden in de aanleg van zonnepanelen op grote daken en op onbebouwde
blz. 56 (van 230)
terreinen in de bebouwde kom (bijv. parkeerplaatsen) en langs de RW 35 (energiecorridor). Onze
ambitie is hoog, maar onze invloedssfeer en beschikbare middelen zijn beperkt. Het
is momenteel nog niet mogelijk om via wet- en regelgeving zon op het dak “af te dwingen”. We
werken binnen deze (financiële) mogelijkheden maatregelen uit waarmee wordt bevorderd hier
gericht op in te zetten, waarbij we willen aanhaken op een gezamenlijk aanpak, zoals de DIA en
de aanpak op de werklocaties.
09. We stimuleren een gebiedsgerichte aanpak energietransitie
Wij kiezen er voor om de potentiele grootschalige opweklocaties op een integrale en
gebiedsgerichte wijze te ontwikkelen. In het kader van de Energievisie is de uitnodiging gedaan
aan organisaties om een gebiedsgerichte aanpak te volgen. In een dergelijke integrale
gebiedsaanpak wordt niet alleen gekeken naar de opgave voor de energietransitie, maar ook
naar (kringloop)landbouw, klimaatadaptatie, biodiversiteit en sociale of economische opgaven.
Binnen de (financiële) mogelijkheden bepalen wij onze rol. We faciliteren initiatieven waarmee
bewonersorganisaties, coöperaties of marktpartijen ons benaderen. Naarmate de impact van een
ontwikkeling op de omgeving groter is en de financiële mogelijkheden het toelaten, ligt een
actieve opstelling van de gemeente voor de hand.
10. We bieden aan de raad een voorstel aan voor de inzet strategische gronden in het kader
van de duurzaamheidsopgave
De gemeente (grondbedrijf) bezit ca. 300 ha gronden die grotendeels verpacht zijn. Deze
bevinden zich voornamelijk in het buitengebied. We bieden in 2021 een voorstel aan de raad aan
voor een gebiedsgerichte aanpak voor die percelen die geschikt zijn voor grootschalige
energieopwekking, na vaststelling van de kaders die gelden voor de ontwikkeling van locaties
voor duurzame energie.
11. We werken mee in het kader van de pilot Rijkswaterstaat (RWS) aan een verkenning voor
de grootschalige opwek van energie langs de A35
Deze pilot is onderdeel van het programma ‘hernieuwbare energie op Rijksgronden’ (EZK). RWS
werkt samen met zes gemeenten, de provincie en de netbeheerders om de mogelijkheden van
hernieuwbare energie in kaart te brengen. Ontwikkeling van deze locaties past in de voorkeur
voor locaties langs de (hoofd)infrastructuur zoals in 2021 door de gemeenteraad als onderdeel
van de uitgangspunten voor de Energievisie is vastgesteld.
12. We maken de ontwikkeling van windturbines en zonnevelden mogelijk
We faciliteren initiatieven van derden om energie op te wekken met zon of wind die in
overeenstemming zijn met de uitgangspunten en beleidsregels die zijn vastgesteld en
vastgesteld in de Energievisie waarover de gemeenteraad besluit.
13. We stimuleren de verduurzaming bedrijventerreinen
We zijn in 2020 samen met ondernemers en eigenaren van de zes grootste bedrijventerreinen
gestart om gebiedsagenda’s en duurzaamheidsscans op te stellen. Hierin is sterke focus op
energiemaatregelen (besparing en opwek). Voor minimaal twee bedrijventerreinen maken we
een haalbaar en uitvoerbaar Plan van Aanpak (incl. rolverdeling). Onze rol zal bestaan uit het
zorgen voor aansluiting bij taken vanuit het activiteitenbesluit (toezicht, EML, informatieplicht) en
het zoeken naar middelen voor pilots en stimuleringsmaatregelen. Het verwerven van extra
middelen is noodzakelijk gezien de grote verwachte opgave en potentie op bedrijventerreinen.
14. We maken een plan voor zero emissie binnenstadslogistiek
Het plan biedt inzicht in de kansen, mogelijkheden en kosten van diverse maatregelen om het
gebruik en overlast van vrachtverkeer (met verbrandingsmotor) terug te dringen. In 2021 werken
we verder om te komen tot uitvoering van zero emissie stadslogistiek per 2025.
.
3.02 Naar een klimaatadaptief Enschede
De aanpak van hittestress en wateroverlast zijn de belangrijkste onderdelen van deze
doelstelling. Er moet meer kwalitatief groen in de stad komen, meer wateropvang (aan het
oppervlak en grondwater), biodiversiteit en smart sustainability.
blz. 57 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 3
01. We leggen het Programma waterhuishouding en klimaatadaptatie 2022 - 2026 (voormalig
GRP) voor aan de Raad
Door klimaatverandering neemt de kans op wateroverlast, droogte en hitte-stress toe. Dit levert
gevaar op voor onze economie, gezondheid en veiligheid. Door klimaatverandering is een andere
denkwijze nodig: klimaatbestendig en water robuust inrichten. Nu het huidige GRP eind 2021
eindigt, is het tijd voor evaluatie van de werkwijze en ambities, waarbij het de bedoeling is om de
hoofdlijn van het huidige beleid door te zetten en tegelijk nieuwe accenten aan te brengen die
aansluiten bij deze andere denkwijze. Ook biedt het ons de kans om aandacht te hebben voor
maatschappelijke thema’s als circulaire economie en energietransitie en meer aan te sluiten op
de vijf strategische opgaven van de stad.
02. We werken aan gezamenlijke nieuwe kaders voor openbaar groen en biodiversiteit, dit aan
de hand van de ambities uit het Koepelplan
De kaders voor het beheer en onderhoud van het openbare groen lopen in 2021 af. Daarnaast
zijn de uitvoeringsgelden voor de biodiversiteit geëindigd. Voor beide onderwerpen moeten we
de nieuwe ambities en middelen bepalen. In het Koepelplan bepalen we deze ambities en doelen
al op hoofdlijnen voor de gehele openbare ruimte. Ze vragen vervolgens nog wel een verdere
uitwerking. Dit in bijvoorbeeld concretere (uitvoerings)kaders met de bijbehorende benodigde
middelen. Voor het groen en de biodiversiteit geven we, na de vaststelling van het koepelplan,
deze uitwerking vorm in één gezamenlijk plan. Dit vanuit de sterke onderlinge samenhang die het
groen en de biodiversiteit met elkaar hebben vanuit de opgave “duurzame groene stad”.
03. Enschede beter bestand maken tegen wateroverlast, hitte en droogte
Om Enschede stap voor stap beter bestand te maken tegen wateroverlast, hitte en droogte gaan
we zelf aan de slag met het treffen van maatregelen op openbaar terrein via reguliere projecten
zoals het afronden van het project Stadsbeek Pathmos-Stadsveld. Daarnaast starten we met de
voorbereiding van nieuwe klimaatprojecten zoals de aanpak wateroverlast in de omgeving van de
Goolkatenweg, Pijlhovenstraat en de Westervalbeek. Ook benutten kansen daar waar mogelijk
door mee te liften met andere projecten. Denk hierbij aan warmteleidingen.
.
3.03 Optimaal hergebruik van producten en grondstoffen (circulaire economie)
Afval wordt steeds beter gescheiden en draagt daarmee bij aan optimaal hergebruik.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
blz. 58 (van 230)
Toelichting
“Realisatie” en “Streven” komen voort uit de Afvalbeleidsvisie en de Grondstoffenvisie die in
2011 respectievelijk 2015 door de Raad zijn vastgesteld. Gemeente Enschede volgt hiermee
de landelijke doelstellingen op het gebied van afvalinzameling en verwerking. Hoe beter het
huishoudelijk afval wordt gescheiden, hoe meer er ingezet kan worden op hergebruik,
recycling en terugwinning van grondstoffen. Door de invoering van de tariefdifferentiatie op
restafval (diftar) is het scheidingspercentage in 2019 verder gestegen naar 65%. In het najaar
van 2019 heeft de Raad een besluit genomen over het invoering van een “keuzemodel afval
bij laagbouw” en de gescheiden inzameling van GFE bij hoogbouw. Op basis van deze
besluiten wordt verwacht dat het afvalscheidingsresultaat in 2021 zal stijgen naar 70%.
Toelichting
“Realisatie” en “Streven” komen voort uit de afvalvisie en de grondstoffenvisie die in 2011
respectievelijk 2015 door de Raad zijn vastgesteld met als stip aan de horizon: 50 kg
restafval per inwoner per jaar in 2030. Hoe beter het huishoudelijk afval wordt gescheiden,
hoe minder restafval vrijkomt en er meer ingezet kan worden op hergebruik, recycling en
terugwinning van grondstoffen. Door de invoering van de tariefdifferentiatie op restafval
(diftar) is de hoeveelheid restafval per inwoner per jaar in 2019 verder gedaald naar circa 136
kg per jaar. In het najaar van 2019 heeft de Raad besloten een keuzemodel afval in te voeren
bij laagbouw en de gescheiden inzameling van GFE bij hoogbouw. Op basis van deze
besluiten wordt verwacht dat de hoeveelheid restafval per inwoner per jaar in 2021 zal dalen
naar rond de 125 kg per inwoners per jaar.
Acties 2021
Aantal acties: 0
Bijdrage verbonden partij: Twence
Maatschappelijk rendement:
Draagt bij aan de taak van de gemeente om te voorzien in een doelmatig beheer van afvalstoffen
door de verbranding van restafval. Met het vergisten van GFT-afval, de productie van duurzame
energie en het terugwinnen van grondstoffen draagt Twence ook bij aan de gemeentelijke
duurzaamheidsdoelstellingen.
Bijdrage verbonden partij: Twente Milieu
Maatschappelijk rendement:
Draagt bij aan de ambitie van de gemeente op het gebied van afvalloos Twente. Dit doet Twente
Milieu door de inzameling van de door ons afgesproken afvalstoffen.
blz. 59 (van 230)
.
Wettelijk verplichte indicatoren
Op grond van het Besluit begroting en verantwoording zijn onderstaande indicatoren
opgenomen. De indicatoren gelden voor iedere gemeente en zijn bedoeld om gemeenten met
elkaar te kunnen vergelijken. Dit is mogelijk via www.waarstaatjegemeente.nl.
Beleidsveld Naam indicator Eenheid Jaar Score Bron
14. 3. Economie Functiemenging % 2019 54,4 LISA
16. 3. Economie Vestigingen (van
bedrijven)
Aantal per 1.000 inwoners
in de leeftijd van 15 t/m 64
jaar
2019 119,1 LISA
21. 6. Sociaal domein Banen Aantal per 1.000 inwoners
in de leeftijd 15 – 64 jaar
2019 829,7 LISA
24. 6. Sociaal domein Netto arbeidsparticipatie % van de werkzame
beroepsbevolking ten
opzichte van de
beroepsbevolking
2019 64,0 CBS
26. 6. Sociaal domein Werkloze jongeren % 16 t/m 22 jarigen 2018 3 CBS
27. 6. Sociaal domein Personen met een
bijstandsuitkering
Aantal per 10.000
inwoners
2019 658,8 CBS
28. 6. Sociaal domein Lopende re-
integratievoorzieningen
Aantal per 10.000
inwoners van 15 – 64 jaar
2019 266,6 CBS
33. 7.
Volksgezondheid
en Milieu
Omvang huishoudelijk
restafval
Kg/inwoner 2018 127 CBS
34. 7.
Volksgezondheid
en Milieu
Hernieuwbare elektriciteit % 2018 3,5 RWS
blz. 60 (van 230)
Wat mag het kosten?
Om de gestelde doelen te bereiken zijn per doel lasten begroot voor 2021. Deze bedragen
worden ingezet voor het realiseren van de acties (onder 'Wat gaan we doen') maar ook voor
het realiseren van de reguliere werkzaamheden. Onderstaande grafiek geeft per doel inzicht
in de beschikbaar gestelde budgetten.
Onderstaande tabel geeft inzicht in de meerjarige ontwikkeling van de lasten, baten en
reserve mutaties.
Duurzaam wonen, leven en werken Bedragen x 1.000 euro
Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Lasten 172.872 153.527 150.107 139.272 138.490
Baten 105.913 83.158 81.586 73.778 73.434
Saldo van baten en lasten 66.959 70.370 68.520 65.494 65.056
Storting reserves 5.471 5.280 3.696 2.447 2.362
Onttrekking reserves 4.131 4.253 3.939 1.616 1.311
Resultaat 68.299 71.396 68.278 66.325 66.107
Toelichting
De begrote lasten dalen in 2021 ten opzichte van 2020 met 21 miljoen euro. Dat is een daling
die vooral veroorzaakt wordt door vier ontwikkelingen:
blz. 61 (van 230)
• mutaties in de boekwaarden van grondbedrijf veroorzaakt een verlaging van de
lasten van 16 miljoen euro ten opzichte van 2020 (hier tegenover staat ook een
verlaging van de baten);
• vervallen lasten met betrekking tot de incidentele subsidies mobiliteit in 2020 van
4.363.000 euro;
• 1,3 miljoen euro hogere lasten voor plankosten AD Gefinancierde Organisatie en
Kerntaken, toegekend bij de zomernota 2019;
• 751.000 euro hogere kapitaalslasten als gevolg van het activeren van investeringen
van het projecten De Kop en Boswinkel.
Daarnaast zijn er een aantal minder grote wijzigingen die tot mutaties leiden in de lasten:
• loon en prijscompensatie;
• extra middelen in kader van omgevingswet, DSO, ICT 450.000 euro;
• extra middelen voor cultuurhistorie 100.000 euro;
• vervallen uitgaven gerelateerd aan incidentele subsidies;
• extra middelen wijkaanpak warmtetransitie 600.000 euro;
• extra middelen niet haalbare taakstelling 350.000 euro;
• extra middelen areaaluitbreiding 442.000 euro;
• extra middelen voor afdracht vennootschapsbelasting over reclame in de openbare
ruime.
De baten dalen in 2021 met 24 miljoen euro ten opzichte van 2020. De belangrijkste
ontwikkelingen zijn:
• opnemen incidentele subsidie van 607.000 euro voor creatieve broedplaatsen vanuit
de regiodeal;
• incidentele subsidie 2020 van 2,7 miljoen euro voor Regeling Reductie
Energiegebruik;
• mutaties in de boekwaarden van grondbedrijf veroorzaken een verlaging van de
baten van 16,1 miljoen euro ten opzichte van 2020 (hier tegenover staat ook een
verlaging van de lasten);
• diverse mutaties binnen de afvalstoffenheffing zoals minder opbrengsten heffing van
685.000 euro en lagere opbrengst pmd 1,3 miljoen euro lagere opbrengst
afvalstromen 189.000 euro;
• wegvallen van de incidentele Aerial Uptake (Drones) subsidie 366.000 euro;
• incidentele subsidies mobiliteit in 2020 van 4.363.000 euro (hier tegenover staat ook
een verlaging van de lasten).
Meer info Klik hier voor meer informatie over reguliere werkzaamheden en
beleidsnota's.
Portefeuillehouders Niels van den Berg, Jurgen van Houdt, Jeroen Diepemaat, Arjan
Kampman, June Nods-Koster en Onno van Veldhuizen.
Concerndirecteuren Alwin Oortgiesen en Djoerd de Vos-Koelink
blz. 62 (van 230)
3.3 Vitaal en sociaal
Doelenboom
Doel Subdoel Link
1. Jeugd groeit veilig op
en ontwikkelt talenten
totale lasten (x 1.000 euro):
82.643,00
1.01 De jeugd is gezond en actief Indicatoren: 2 Aantal acties: 2
1.02 De jeugd groeit thuis op en doet dat in een veilige
thuissituatie
Indicatoren: 3 Aantal acties: 4
1.03 Kinderen hebben geen taalachterstand Indicatoren: 1 Aantal acties: 3
1.04 De jeugd heeft zo min mogelijk tweedelijns jeugdhulp
nodig
Indicatoren: 2 Aantal acties: 4
1.05 Kinderen groeien niet op in armoede Indicatoren: 1 Aantal acties: 1
1.06 De jeugd heeft een passende opleiding (bij de potentie
van de jeugdige)
Indicatoren: 1 Aantal acties: 2
1.07 De jeugd heeft een startkwalificatie Indicatoren: 1 Aantal acties: 1
2. Inwoners wonen
langer zelfstandig
totale lasten (x 1.000 euro):
114.456,00
2.01 De inwoners zijn gezond en actief Indicatoren: 2 Aantal acties: 3
2.02 De inwoners hebben een sterk persoonlijk netwerk Indicatoren: 1 Aantal acties: 2
2.03 De inwoners hebben zo min mogelijk tweedelijns zorg
nodig
Indicatoren: 3 Aantal acties: 7
3. Inwoners zijn
financieel zelfstandig
totale lasten (x 1.000 euro):
121.491,00
3.01 De huishoudens zijn niet afhankelijk van een
bijstandsuitkering
Indicatoren: 1 Aantal acties: 1
3.02 De huishoudens doen zo min mogelijk een beroep op
inkomensondersteuning
Indicatoren: 3 Aantal acties: 1
3.03 De inwoners met een laag inkomen zitten zo min
mogelijk in een schuldhulpverleningstraject
Indicatoren: 2 Aantal acties: 0
4. Inwoners participeren
in de samenleving
totale lasten (x 1.000 euro):
86.980,00
4.01 De inwoners werken betaald naar vermogen Indicatoren: 1 Aantal acties: 3
4.02 De inwoners doen actief mee in de samenleving via
vrijwilligerswerk, mantelzorg, lidmaatschap verenigingen e.d.
Indicatoren: 3 Aantal acties: 4
blz. 63 (van 230)
Wat willen we bereiken? Enschede wil een aantrekkelijke stad zijn waar je prettig op kunt groeien en waardig oud kunt
worden. Waar mensen naar elkaar omkijken. Waarin mogelijkheden, talenten en eigen regie
centraal staan, in plaats van problemen, beperkingen en overheidsbemoeienis. Waar je de
ondersteuning krijgt die nodig is.
Onze belangrijkste opdracht (missie) is om de samenleving in staat te stellen om een
zelfstandig en gelukkig leven te leiden. Onze overtuiging hierbij is dat:
- inwoners het beste uit zichzelf willen halen en ertoe willen doen;
- inwoners zelf regie willen houden en verantwoordelijk willen zijn;
- de gemeente toevoegt waar inwoners en instellingen en bedrijven het (nog) niet kunnen;
- gemeenschapsgeld aan de goede dingen wordt besteed;
- de meeste mensen deugen, daarom controleren we ook;
- we vertrouwen hebben in professionals;
- Enschede inclusief is.
De sleutel om een gelukkig en zelfstandig leven te kunnen leiden, ligt in het hebben van
perspectief, iets wat we in ons handelen als gemeente als uitgangspunt hanteren. We werken
in Enschede aan een duurzaam, solide en betaalbaar sociaal stelsel, met als strategische
opgave dat inwoners van Enschede naar vermogen kunnen deelnemen in een inclusieve
samenleving.
De kern van dit stelsel is de menselijke maat, waarbij inwoners zelf aan zet zijn en de
overheid achtervang is voor ondersteuning als mensen hun behoefte aan ondersteuning niet
zelf en met hun omgeving kunnen invullen. We zorgen voor een goede kwaliteit, spreiding en
bereikbaarheid van voorzieningen op alle voor inwoners belangrijke terreinen: onderwijs,
werk, vrijetijd, zorg en ondersteuning, armoede, schuldhulpverlening, veiligheid en
leefbaarheid.
Dat kan alleen binnen een houdbaar financieel stelsel.
We zullen met elkaar de zorg en ondersteuning anders vorm en inhoud moeten geven, om
bovenstaande te bereiken. We noemen dit de transformatie in het Sociaal Domein.
De transformatieopgave is vertaald in drie leidende principes voor ons handelen:
1. De bedoeling van ons handelen in het sociaal domein is inwoners te helpen
duurzaam perspectief voor zichzelf te ontwikkelen en zo hun zelf- en
samenredzaamheid vergroten. Daarbij stemmen we ons handelen af op de mate
waarin inwoners hun eigen verantwoordelijkheid (kunnen) nemen. We zorgen ook dat
misbruik en oneigenlijk gebruik niet loont.
2. Waar onze ‘standaard instrumenten’ niet voldoen gaan we over op een aanpak op
maat, waarbij we een bewuste afweging maken tussen de rechtmatigheid, de kosten
en de eigen inzet van de inwoner. Dit betekent dat we bij aanpak op maat zoeken
naar de ruimte binnen regelgeving en, waar die ruimte er niet is maar wel nodig,
zoeken naar alternatieven om te doen wat nodig is.
3. We werken vanuit de denk- en leefwereld van de inwoners. Om dit te bereiken
bedenken we oplossingen samen met inwoners. En werken we samen: intern als één
organisatie en extern met andere organisaties.
Dit alles is verwoord in de strategische opgave ‘Inclusieve samenleving’. Deze opgave is
vertaald in een viertal doelen, die in de paragraaf ‘Wat gaan we doen?’ nader zijn
beschreven, met daaraan gekoppeld de acties voor 2021. De transformatiedoelen lopen hier
als satéprikkers doorheen:
blz. 64 (van 230)
• Versterken samenleving en voorliggend veld: het toegankelijk maken van algemene
voorzieningen
Acties 2021: toegang ondersteuning & zorg; collectief arrangement dagbesteding en
lichte ondersteuning; de uitvoering van het sport-, beweeg- en leefakkoord, de
actualisatie van de sportnota, het plan voor clustering sportaccommodaties, het plan
voor de speeltuinen; de doorontwikkeling van Nieuw Enschedees Welzijn,
vrijwilligerswerk en mantelzorg;
• Focus op jeugd en gezin: de jongere nog eerder in beeld krijgen, passende
ondersteuning bieden en mogelijke generatieproblematiek kunnen doorbreken
Acties 2021: kansrijke start; het arrangement zware problematiek 16 – 24-jarigen; de
pilot OJA, VVE, de zomerschool, de LEA en de Twentse Belofte; de regionale
agenda’s jeugdhulp en JBOV;
• Preventie en vroegsignalering: eerder problemen bij onze inwoners herkennen en
voorkomen
Acties 2021: de aanpak van laaggeletterdheid en van kansengelijkheid
• Duurzaam perspectief van de inwoner steeds meer centraal in ons handelen
(leidende principes)
Acties 2021: doorontwikkeling ondersteuning huishouden; de maatwerkroute; de
uitvoering van de beleidskaders voor inkomensondersteuning, armoede & schulden,
van de EAA en van Nieuw beschut; het plan voor crisisdienstverlening
werkzoekenden; de aanpak tegengaan dakloosheid; de implementatie van de
decentralisatie beschermd wonen en van de nieuwe Wet inburgering; aanpak
mensenhandel en huiselijk geweld;
• Kwaliteit integrale dienstverlening: samenwerkingsverbanden leggen over domeinen
heen
Acties 2021: sociale input in DIA; meer wonen, minder zorgen;
• Versterken van de ketensamenwerking: steeds meer partners, betere doorverwijzing
en soepel onderling overleg
Acties 2021: de werkagenda Menzis, toezicht & handhaving bij de zorgaanbieders
jeugdhulp en Wmo
• Verbreden en verdiepen van kennis: als organisatie investeren in opleiding,
kennisdeling en ontwikkeling van onze professionals
Acties 2021: expertisecentrum specialistische jeugdhulp;
• Betaalbaar en duurzaam stelsel: voldoende Rijksmiddelen voor de uitvoering van de
wetten binnen het Sociaal Domein
Acties 2021: lobby (zie kopje financiën).
Uiteraard voeren we in 2021 ook de projecten uit die de afgelopen jaren in gang zijn gezet,
zoals de algemene voorzieningen Performance Factory, Leger des Heils & Humanitas onder
Dak en Kracht van verenigingen, de actieprogramma’s Geweld hoort nergens thuis en Dak-
en thuisloze jongeren, Woonstap en Banen in de zorg.
Coronacrisis
Daarbij moet worden opgemerkt dat we op dit moment de gevolgen van de coronacrisis niet
goed kunnen inschatten. Zoals in de Coronanota 2020 al is aangegeven, leidt de crisis tot
een economische recessie en heeft de crisis een grote maatschappelijke impact op met name
kwetsbare groepen.
Dit betekent voor het sociaal domein dat de instroom in de bijstand waarschijnlijk zal stijgen
en dat het beroep op inkomensondersteuning en schuldhulpverlening mogelijk zal toenemen.
Beide ontwikkelingen kunnen leiden tot een opwaarts effect op de zorginzet. Daarnaast is
tijdens de intelligente lockdown sprake geweest van uitgestelde zorg, waardoor de zorgvraag
mogelijk zwaarder is geworden. Door de opgelopen wachttijden bij Raad voor
blz. 65 (van 230)
kinderbescherming en GGZ neemt de druk op zowel inzet Wijkteams als inzet op tweedelijns
voorzieningen toe. En dan moeten we nog afwachten of de tweede golf gaat toeslaan, de
consequenties daarvan baren de experts landelijk veel zorg.
Financiën
Financieel gezien zijn we de laatste paar jaar uitgekomen met de in de begroting beschikbare
middelen. Echter: de Rijksmiddelen zijn nog steeds niet in overeenstemming met de
noodzakelijke uitgaven in het sociaal domein. De opgaven in het sociaal domein kunnen
alleen in gezamenlijke verantwoordelijkheid tussen Rijk en gemeenten worden gerealiseerd,
waarbij goede interbestuurlijke en gezonde financiële verhoudingen uitgangspunt zijn. We
voeren hiervoor een lobby, veelal met onze partners of platforms (zoals de VNG, G40 en
NDSD), in de samenwerking in Twente en in gelegenheidscoalities.
Leeswijzer
In dit hoofdstuk beschrijven we de door de Raad in 2019 vastgestelde doelen en
effectindicatoren van het sociaal domein (met een toelichting op het streven) en de in 2021
voorgenomen acties. We sluiten af met een overzicht van de financiën.
Wat gaan we doen?
1. Jeugd groeit veilig op en ontwikkelt talenten
Iedere jeugdige groeit gezond en veilig op, kan zijn/haar talenten ontwikkelen en naar vermogen meedoen.
Hij/zij groeit op in een gezin; speelt en neemt deel aan sport en cultuur; gaat naar school en behaalt diploma’s
en een startkwalificatie en krijgt passende ondersteuning waar nodig. Zo krijgt hij/zij de kans een (sociaal-
economisch) zelfredzame, sociaal vaardige en gezonde inwoner te worden die zoveel als mogelijk zelfstandig
kan wonen en leven en een goed perspectief heeft op de arbeidsmarkt.
1.01 De jeugd is gezond en actief
Jeugdigen die gezond leven (eet- en beweeggedrag) zijn minder vaak ziek, kunnen zich beter concentreren
en zitten lekkerder in hun vel. Via de jeugdgezondheidszorg (met de focus op preventie, vroegsignalering en
lichte ondersteuning) en sport willen we een gezonde leefstijl bij de jeugd bevorderen.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
blz. 66 (van 230)
Een foutmarge is bij deze indicator niet van toepassing.
Toelichting
De beweegnorm staat voor de Nederlandse Norm Gezond Bewegen / Beweegrichtlijnen voor jeugd (4-17
jaar). Oftewel minstens elke dag een uur matig intensieve inspanning. Langer, vaker en/of intensiever
bewegen. Bewegen is goed voor de gezondheid. Bij kinderen verlaagt bewegen eveneens het risico op
depressieve symptomen, verbetert het de insulinegevoeligheid en botkwaliteit en verlaagt het bij kinderen met
overgewicht en obesitas de BMI en vetmassa. Verder verbetert bewegen de fitheid en spierkracht.
Deze indicator is in 2018 voor het eerst uitgevraagd. Toen scoorde Enschede lager dan het landelijk
gemiddelde, maar hoger dan het Twents gemiddelde. Het is moeilijk om een streefwaarde aan te geven,
anders dan het verkleinen van het verschil met het landelijk gemiddelde.
Toelichting
De Body Mass Index (BMI) is een index voor het gewicht in verhouding tot lichaamslengte. Bij een waarde <
18,5 is sprake van ondergewicht, waarde 18,5-25: normaal gewicht, waarde >25: overgewicht en waarde >30:
ernstig overgewicht (obesitas). De indicator geeft het percentage jeugd (0-17 jaar) met overgewicht en
obesitas aan.
Enschede scoort niet alleen hoger dan het landelijk gemiddelde, maar ook hoger dan het Twents gemiddelde.
De trend is gelijk aan het landelijk gemiddelde. Uit onderzoek blijkt bij bevolkingsgroepen met een lage
sociaal-economische score (ses) vaker sprake is van overgewicht dat bij andere groepen. Enschede heeft
relatief veel mensen met een lage ses. Streven is om bij kinderen in het basisonderwijs terug te gaan naar het
percentage van 2015 en bij de jongeren in het voortgezet onderwijs naar het percentage van 2016.
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We stellen een nieuwe sportnota op.
In 2020 hebben we samen met de partners in de stad het sport-, beweeg- en leefstijlakkoord opgesteld. Dit is een
set aan afspraken met sport- en beweegaanbieders, het maatschappelijk middenveld en zorgpartners. Dit akkoord
vormt de inspiratie voor de nieuwe sportnota, waarin we ook een koppeling leggen met het beleid ten aanzien van
gezondheid, spelen, voorliggende voorzieningen, accommodaties en openbare ruimte.
Deze actie draagt ook bij aan subdoel 2.01.
02. We benutten de maatschappelijke waarde van de speeltuinen.
We ondersteunen de Stichting Enschedese Speeltuinen (SES) bij het omzetten van zijn toekomstvisie in een
actieplan. Daarbij wordt de maatschappelijke waarde van de individuele speeltuinen ingezet bij het aanbieden van
blz. 67 (van 230)
algemene voorzieningen voor de wijkbewoners. En wordt de toekomstbestendigheid van de speeltuinen verbeterd.
De ondersteuning bestaat onder andere uit de bekostiging van de inzet van een projectmedewerker.
Bijdrage verbonden partij: Regio Twente - GGD en OZJT
Maatschappelijk rendement:
Regio Twente is een samenwerkingsverband van de veertien Twentse gemeenten. Het voert taken uit op het
gebied van volksgezondheid, jeugdhulp & maatschappelijke ondersteuning, economische zaken, recreatie en
toerisme en vrijetijdseconomie. Volksgezondheid en jeugdhulp & maatschappelijke ondersteuning wordt gedaan
door de onderdelen GGD, OZJT en Veilig Thuis Twente (VTT).
GGD voert taken uit in het kader van de Wet Publieke gezondheid, zoals jeugdgezondheidszorg
(consultatiebureau, opvoedondersteuning, rijksvaccinatieprogramma, inspecties kinderopvang), voorkomen en
beheersen van infectieziekten, geven van reisadvies en inentingen, voorlichting over gezondheid en verzorgen van
medisch spreekuur dak- en thuislozen.
OZJT regelt de inkoop van tweedelijns jeugdhulp en Wmo –maatwerk voor de regio Twente en voert het
contractmanagement voor de gesloten contracten met zorgaanbieders en doet dit voor die onderdelen waar we
verplicht regionaal op moeten samenwerken.
VTT voert de wettelijke taak uit van advies- en meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling.
.
1.02 De jeugd groeit thuis op en doet dat in een veilige thuissituatie
Jeugd heeft een goede opvoeding en een stabiele en veilige omgeving nodig om zich goed te kunnen
ontwikkelen. Het liefst door en bij de ouder(s).
Indicatoren Aantal indicatoren: 3
Toelichting
De kinderrechter kan jeugdigen onder toezicht stellen wanneer zij opgroeien in een situatie waarin hun welzijn
of gezondheid bedreigd wordt. Het gezin krijgt te maken met een gezinsvoogd en krijgt hulp aangeboden.
Ouders blijven zo veel mogelijk zelf verantwoordelijk voor de opvoeding en verzorging van hun kinderen. De
hulp is vooral gericht op het vergroten van de mogelijkheden van ouders om deze verantwoordelijkheid te
dragen. De hulp kan ook gericht zijn op het vergroten van de zelfstandigheid van een jeugdige. De indicator
betreft jeugdigen van 0 t/m 17 jaar.
De regio Twente heeft in verhouding een hoger aantal jeugdigen met een ondertoezichtstelling (OTS) dan
landelijk. Landelijk blijft dit aantal stabiel. We streven om de realisatie van het percentage jeugdigen met een
OTS te stabiliseren en vervolgens om te buigen naar een percentage onder het landelijk gemiddelde. Dit
willen we bereiken door middel van verdere samenwerking met onder andere de raad voor de
kinderbescherming, gecertificeerde instellingen, uitvoerders van jeugdbeschermingsmaatregelen, ouders en
de jeugdige aan de ‘jeugdbeschermingstafels’. Door deze samenwerking is het mogelijk dat een maatregel
eerder kan worden afgesloten, omdat de veiligheid van de jeugdige eerder en beter geborgen is.
blz. 68 (van 230)
Toelichting
Pleegzorg is zorg voor jeugdigen die door omstandigheden niet thuis kunnen wonen. Het is een vorm van
hulp waarbij een jeugdige tijdelijk in een ander gezin gaat wonen. Zeven dagen per week of af en toe een
weekend of vakantie. Sinds 2018 hebben gemeenten ook de plicht om pleegzorg aan te bieden na de leeftijd
van 17 jaar. Deze groep maakt geen onderdeel uit van de indicator om een vergelijkbare trendlijn van 2016
t/m 2022 mogelijk te maken.
We willen dat zo min mogelijk jeugdigen uit huis worden geplaatst. Jeugdigen die toch uit huis worden
geplaatst, willen we graag opvangen in de pleegzorg of een gezinshuis in plaats van in een instelling. De
landelijke trend is dat er meer jeugdigen in een pleeggezin worden opgenomen dan in een instelling. Het
streven gaat uit van het volgen van deze trend.
Toelichting
Kindermishandeling is elke vorm van mishandeling die voor een kind bedreigend of gewelddadig is. Dus niet
alleen lichamelijk geweld, maar ook bijvoorbeeld emotionele mishandeling of verwaarlozing vallen eronder.
Veilig Thuis Twente (VTT) is het advies- & meldpunt huiselijk geweld en kindermishandeling in Twente. VTT is
verantwoordelijk voor het herstel van de directe veiligheid van betrokkenen en voor het doorgeleiden naar
adequate hulp. De indicator betreft jeugd van 0 t/m 17 jaar.
Door betere signalering en registratie stijgt het aantal meldingen van kindermishandeling in de nabije
blz. 69 (van 230)
toekomst. We streven naar een afname en vervolgens stabilisatie. Aangezien de coronacrisis mogelijk een
effect heeft op het aantal kindermishandelingen, ambiëren wij voor 2024 geen afwijkende streefwaarde.
Acties 2021
Aantal acties: 4
01. We doen mee aan het landelijk actieprogramma 'Kansrijke start'
In 2020 is, op basis van onderzoek van het Erasmus MC ‘Healthy Pregnancy 4All’ (HP4All), een transitieagenda
opgesteld met een analyse van de huidige lokale aanpak rondom het thema Kansrijke Start. Daarnaast bevat het
een toekomstbeeld van onze gezamenlijke ambities op dit vlak (zowel vanuit het medische als het sociale domein).
In 2021 werken we, samen met de lokale coalitie, verder aan het omzetten van deze agenda in concrete acties en
coalities en de uitvoering daarvan.
Dit is een versnellingsproject in het kader van de Transformatieagenda sociaal domein.
02. We voeren de regionale transformatieagenda 'Jeugd' uit.
De agenda bestaat uit drie ontwikkeltafels.
Ontwikkeltafel 1 voert in 2021 de volgende acties uit:
- ontwikkelen en opleveren van een handreiking regie: een set aan afspraken over hoe er wordt samengewerkt als
er meerdere partijen betrokken zijn bij een gezin. Dit zorgt bij de gezinnen voor rust, continuïteit en duidelijkheid;
- starten van een pilot specialistisch wonen voor jongeren met complexe (lvb-)problematiek;
- ontwikkelen van laagdrempelige interventies om de veerkracht van kinderen ten aanzien van complexe
echtscheidingsproblematiek te verbeteren.
Ontwikkeltafel 2 richt zich in 2021 op het implementeren van de regionale werkwijze voor de
jeugdbeschermingstafel, het onderzoeken of er verbeteringen mogelijk zijn in de aansluiting op de
jeugdstrafrechtketen en het optimaliseren van de triage van complexe echtscheidingssituaties.
Bij ontwikkeltafel 3 wordt in 2021 verdergegaan met de pilot interprofessionele teams op scholen (verbinding
onderwijs -jeugdhulp), gericht om de ondersteuning aan kinderen te verbeteren.
03. We voeren de verbeteragenda JBOV uit.
Naar aanleiding van het inspectierapport “Kwetsbare kinderen onvoldoende beschermd” zijn er in het land
verbeteragenda’s opgesteld voor Gecertificeerde Instellingen. In Twente is samen met de regio IJsselland een
verbeteragenda voor JBOV (Jeugdbescherming Overijssel) opgesteld. In 2021 geven we uitvoering aan deze
agenda, samen met ketenpartners uit de jeugdbeschermingsketen. Als het Ministerie van Justitie & Veiligheid de
subsidieaanvraag honoreert, stellen we onder andere een strategische HR- agenda op voor het werven en
behouden van personeel.
04. We bieden hulp en begeleiding aan slachtoffers van huiselijk geweld, loverboys, mensenhandel en
prostitutie.
We geven uitvoering aan de regionale invulling van het Landelijk Actieprogramma 'Geweld hoort nergens thuis'.
In 2021 wordt het Kenniscentrum Mensenhandel Twente operationeel binnen het zorg- en veiligheidsdomein in
Twente en zijn we voornemens om dit regionale centrum te borgen in het Zorg- en Veiligheidshuis Twente.
We voeren de Regiovisie Mensenhandel uit, die in 2020 is vastgesteld.
We starten met het regionaal uitstapprogramma prostitutie. Hierin begeleiden we prostituees die willen stoppen met
hun beroep.
.
blz. 70 (van 230)
1.03 Kinderen hebben geen taalachterstand
Een goede taalontwikkeling is essentieel voor een kansrijke toekomst van kinderen. We willen alle kinderen
hierin gelijke kansen bieden. Het grootste effect bereiken we door vooral vroegtijdig, bij kinderen op jonge
leeftijd, te investeren.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
Jaarlijks worden in het primair onderwijs mediotoetsen van het CITO LOVS (waaronder Begrijpend Lezen)
afgenomen, waardoor we inzicht verkrijgen in de stedelijke taal- en rekenprestaties van basisschoolleerlingen.
Bij deze indicator zoomen we in op de leerlingen in groep 7. Het vaststellen van de vaardigheidsscores berust
op percentielen: vijf gelijke groepen van elk 20%. Als de score van categorie 5 lager is dan 20% is dat een
indicatie dat de score in Enschede gelijk of beter is dan het landelijk gemiddelde.
Bij de streefwaarden sluiten we aan bij de trend van de afgelopen periode: voor 2017 hoger dan landelijk
(2014 24%, 2016 21%) en in 2017 zelfs onder het landelijk gemiddelde. In 2018 is een nieuwe toetsmethodiek
ingevoerd. De score in 2019 (schooljaar 2018/2019) ligt iets hoger dan de streefwaarde. Dit onderwerp is in
de gesprekken met de schoolbesturen ook aan de orde gesteld. Een nadere analyse en mogelijke verklaring
is (nog) niet voorhanden.
Acties 2021
Aantal acties: 3
01. We ontwikkelen Voor- en Vroegschoolse Educatie (VVE) verder door.
In het kader van de VVE investeren we in kwalitatief hoogwaardige voorschoolse educatie en een ruim aanbod. We
stimuleren de deelname aan voorschoolse educatie en versterken de integrale aanpak door meer integrale
samenwerking met welzijnspartners en bibliotheek. We breiden de inzet van pedagogisch medewerkers in de
groepen 1 en 2 van basisscholen uit.
02. We faciliteren de organisatie van tenminste vier zomerscholen in Enschede.
Zomerscholen zijn bedoeld om het wegzakken van kennis bij leerlingen tijdens de zomervakantie te voorkomen.
03. We geven uitvoering aan het Uitvoeringsplan Laaggeletterdheid
Een grote groep Nederlanders kan slecht lezen en schrijven. Dat belemmert hen om goed mee te kunnen doen in
de maatschappij. Zowel degenen die in de praktijk problemen van laaggeletterdheid ervaren, als de hele
Enschedese samenleving, zijn gebaat bij een structurele aanpak van de laaggeletterdheid in Enschede. In 2020
heeft de gemeenteraad een uitvoeringsplan voor het tegengaan van laaggeletterdheid vastgesteld. In 2021 voeren
we dit plan uit.
Deze actie draagt ook bij aan de subdoelen 1.06, 1.07, 3.02, 3.03, 4.01 en 4.02.
.
blz. 71 (van 230)
1.04 De jeugd heeft zo min mogelijk tweedelijns jeugdhulp nodig
Primair wordt ingezet op het oplossen van problemen op eigen kracht en/of binnen hun eigen sociale
omgeving (het gezin, de buurt, de vereniging, kinderopvang en school). We zetten daarbij in op preventie en
op collectieve, algemene voorzieningen dichtbij huis of school. Alleen waar het echt niet anders kan, wordt
tweedelijns jeugdhulp ingezet.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
Tweedelijns Jeugdhulp is hulp voor jeugd van 0 t/m 17 jaar van een (specialistische) hulpverlener waarvoor je
een verwijzing nodig hebt. Naast de gemeente kan ook de huisarts, jeugdarts, medisch specialist of een
gecertificeerde instelling een verwijzing afgeven.
Het beleid is gericht op een stijging van het percentage jeugd met eerstelijns Jeugdhulp, gekoppeld aan een
verlaging van het percentage jeugd met tweedelijns Jeugdhulp. We zetten namelijk in op meer algemene
voorzieningen om allereerst de inzet van het aantal tweedelijns Jeugdhulp te stabiliseren en daarna een
verdere afname te realiseren. Vanwege de coronacrisis zal de inzet van het aantal tweedelijns Jeugdhulp
afvlakken doordat minder cliënten zich hebben gemeld. Echter verwachten wij dat de uitgestelde zorg later
ingehaald wordt, waardoor de inzet van het aantal tweedelijns Jeugdhulp toeneemt in 2021. Op langere
termijn streven wij echter naar een afname van het percentage jeugd met tweedelijns Jeugdhulp.
Toelichting
blz. 72 (van 230)
Eerstelijns Jeugdhulp is Jeugdhulp (0-17 jaar) waarvan iedereen zonder verwijzing gebruik kan maken. De
indicator richt zich op de hulp die een wijkcoach geeft. Naast preventie en ondersteuning biedt de wijkcoach
ook lichte hulp naast of in plaats van gespecialiseerde tweedelijns- Jeugdhulp.
Het beleid is gericht op een stijging van het percentage jeugd met eerstelijns Jeugdhulp, gekoppeld aan een
verlaging van het percentage jeugd met tweedelijns Jeugdhulp. In 2021 blijft het streven dat we door middel
van de inzet van bestaande en nieuw te ontwikkelen voorliggende voorzieningen, de verschuiving van tweede
naar eerstelijns ondersteuning willen realiseren. De verwachting is dat de coronacrisis effect heeft op het
aantal aanmeldingen in de wijkteams in 2021. Hoe dit precies verloopt is onduidelijk. We verwachten dat het
percentage jeugd met eerstelijns Jeugdhulp in een later stadium verder stijgt door de reeds ingezette
verbetering en verdere optimalisatie van de registraties van eerstelijns Jeugdhulp door de wijkteams.
Acties 2021
Aantal acties: 4
01. We organiseren de toegang tot de zorg en ondersteuning anders.
In de zoektocht naar de juiste balans tussen ‘er zijn voor de mensen die ondersteuning nodig hebben’ en ‘meer
aanspraak doen op de kracht mensen zelf en van wijken en de stad’ speelt de wijze waarop de toegang tot zorg en
ondersteuning (Jeugdhulp en Wmo) is georganiseerd een belangrijke rol. We willen de toegang anders inrichten:
meer ondersteuningsvragen naar het voorliggend veld en algemene voorzieningen en minder naar detweedelijns
zorg. Doel is dat inwoners makkelijker en sneller informatie en advies krijgen waardoor ze zelf aan de slag kunnen
met hun vraag. Uit onderzoek blijkt dat de basis voor de wijkwijzers goed staat en dat biedt kansen. In 2020
hebben we samen met de partners de basis op orde gebracht (de dienstverlening - digitaal, telefonisch en fysiek -
en de kwaliteit van advies en informatie). In 2021 werken we de keuze van de raad over de toekomst van de
toegang nader uit en gaan we over tot implementatie.
Deze actie draagt ook bij aan subdoel 2.03. Dit is een versnellingsproject in het kader van de Transformatieagenda
Sociaal domein.
02. We voeren de pilot Onderwijs-Jeugdhulp-Arrangement (OJA) uit
In september 2018 is de pilot OJA gestart voor de duur van drie schooljaren. Zes scholen, twee
jeugdhulpaanbieders en de gemeente hebben een innovatieve, gezamenlijke aanpak, waarmee zij de
ondersteuning en hulp in nabijheid van het kind en de opvoeders brengen. Met de pilot is ten opzichte van de
kosten voor jeugdhulp in 2016 voor de betreffende doelgroep een besparing opgenomen van 2,1% in 2018
oplopend tot 11% in 2021. Aan de hand van het monitoringsysteem volgen we de effecten van OJA, kan evaluatie
en bijsturing plaatsvinden en kunnen we invulling geven op welke wijze op termijn de OJA uitgebreid kan worden.
03. We richten een expertisecentrum specialistische jeugdhulp Overijssel in.
Deze opdracht is neergelegd bij het OZJT. Dit centrum is per 1 april 2021 operationeel. Taken zijn:
a. passende hulp organiseren voor jeugdigen met de meest complexe problematiek in Overijssel,
b. consultatie en advies organiseren
c. organiseren van leren en verbeteren op complexe jeugdproblematiek.
04. We zetten in op toezicht en handhaving bij de aanbieders in de jeugdhulp en de Wmo.
Toezicht en handhaving op zorg en ondersteuning behoort tot het reguliere werk. We pakken malafide aanbieders
aan, zodat cliënten de zorg krijgen (kwalitatief en kwantitatief) die zij toegewezen hebben gekregen. Mede omdat
er de afgelopen periode herhaaldelijk berichten zijn verschenen dat er door sommige aanbieders mogelijk
oneigenlijk gebrulk wordt gemaakt van zorggelden met hoge bedrijfswinsten tot gevolg, starten we een onderzoek
artikel 213a naar de effectiviteit van onze aanpak.op handhaving in de zorg Wmo en Jeugdhulp. Zie daarvoor
hoofdstuk 4.8.
Deze actie draagt ook bij aan subdoel 2.03.
.
1.05 Kinderen groeien niet op in armoede
Alle jeugd moet kunnen meedoen, ook jeugdigen die opgroeien in een gezin met een laag inkomen. Sport,
schoolreisjes, muziek – het hoort bij de vorming en opvoeding van iedere jeugdige. Nu investeren in het
kunnen meedoen van jeugd voorkomt problemen op latere leeftijd. Met de inzet van het Kindpakket
bevorderen we de participatie van jeugdigen. Het Kindpakket maakt onderdeel uit van het brede palet aan
blz. 73 (van 230)
inkomensondersteunende voorzieningen van de gemeente Enschede.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
De Stichting Leergeld Enschede zet zich -naast andere partijen- in om te voorkomen dat kinderen die in
armoede leven in een sociaal isolement terechtkomen. Voorbeelden van ondersteuning zijn het betalen van
de kosten van schoolreisjes, ouderbijdragen, lidmaatschap van sportclubs, zwemlessen, dansles en kleding
voor sport en fietsen. Vanuit het Kindpakket ontvangt zij hiervoor gemeentelijke subsidie. Deze indicator geeft
het percentage kinderen in de leeftijd 4 t/m 18 jaar weer, waarvan de ouders een inkomen hebben van
maximaal 120% van de bijstandsnorm (circa 4.450 kinderen) en een aanvraag door Stichting Leergeld is
gehonoreerd. De aantallen zijn inclusief de gehonoreerde aanvragen op basis van het Jeugdcultuurfonds en
het Jeugdsportfonds.
De streefwaarden van het percentage kinderen dat gebruik maakt van de Stichting Leergeld Enschede zijn
bijgesteld. De Stichting Leergeld realiseert jaarlijks een dusdanige groei in haar bereik dat de eerder
afgesproken streefcijfers al meer dan behaald zijn. Daarnaast is een wijziging doorgevoerd in de
berekeningssystematiek. Het aantal kinderen in de leeftijd 4 t/m 18 jaar waarvan de ouders een inkomen
hebben van maximaal 120% van de bijstandsnorm komt nu meer overeen met de werkelijkheid (zoals
berekend door KWIZ). Om voornoemde redenen zijn de oorspronkelijke streefwaarden niet meer realistisch.
We streven nu naar een bereik van 75% in 2024 (niet als bovengrens, maar dit percentage lijkt voor nu het
meest realistisch). Het is vooralsnog onduidelijk welk effect de coronacrisis precies heeft op de aanvragen en
het bereik van Stichting Leergeld Enschede, daarom zijn met deze eventuele effecten op dit moment nog
geen rekening gehouden.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We voeren het beleidskader 'Rondkomen met je inkomen 'uit, waarin ook nadrukkelijk aandacht is voor
kinderen en jongeren.
In 2020 wordt het beleidskader 'Rondkomen met je inkomen' ter vaststelling voorgelegd aan de Raad. In dit kader
is als een van de hoofddoelen opgenomen het toekomstperspectief van kinderen en jongeren te verbeteren voor
gelijkere kansen. Dit doen we door het staand beleid te versterken, het bereik te vergroten en door het Kindpakket
uit te breiden.
.
blz. 74 (van 230)
1.06 De jeugd heeft een passende opleiding (bij de potentie van de jeugdige)
Het is belangrijk dat jongeren een goede keuze weten te maken als het gaat om een opleiding. Niet alleen
moet een opleiding aansluiten bij hun talenten, maar er moet uiteindelijk ook een passende baan mee te
vinden zijn.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
In groep 8 van het basisonderwijs krijgen de leerlingen een advies voor de vervolgopleiding op het voortgezet
onderwijs (VO: vwo, havo, vmbo, praktijkonderwijs). Jaarlijks (per schooljaar) wordt door onderzoeksbureau
Babeliowski in opdracht van de gemeente Enschede nagegaan in hoeverre deze leerlingen in klas 3 van het
VO het schooltype volgen dat ze is geadviseerd in groep 8. Per schooladvies is aangegeven naar welk
schooltype leerlingen in klas 3 zijn doorgestroomd. Er zijn dan drie mogelijkheden:
- de leerling zit in het schooltype dat hem/haar is geadviseerd: doorstroom
- de leerling zit in een hoger schooltype dan geadviseerd: opstroom
- de leerling zit in een lager schooltype dan hem/haar is geadviseerd: afstroom.
De indicator geeft de doorstroom weer.
De behaalde onderwijspositie in het derde leerjaar VO in Enschede laat zien dat de advisering in groep 8 en
de doorstroom in de eerste twee leerjaren van het VO op het niveau van het landelijk gemiddelde is. Hier
hebben de gezamenlijke onderwijspartners in Enschede de laatste jaren meer aandacht aan besteed en de
effecten daarvan zien we terug.
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We geven uitvoering aan de Strategie Kansengelijkheid.
Naar aanleiding van de motie 'Trendbreuk Kansengelijkheid' heeft de Raad in 2020 de Strategie Kansengelijkheid
vastgesteld. De thema's zijn daarin onderwijs, armoedebeleid en gezond opgroeien.
In 2021 starten we met het uitvoeren van deze strategie.
Deze actie draagt ook bij aan de subdoelen 1.02, 1.03, 1.07 en 3.02.
02. We voeren de Lokaal Educatieve Agenda 2019-2022 (LEA) uit.
De LEA is vastgesteld in juni 2019. Tot en met 2022 geven we gezamenlijk met het onderwijs invulling aan de
ambities (A) “Klaar voor de samenleving”, (B) “Goed voorbereid op werk” en (C) “Gelijke kansen voor alle
jeugdigen”. Dit betekent onder meer dat:
• Ad A. we de maatschappelijke stages en het Jongerenberaad ondersteunen;
• Ad B. we initiatieven ondersteunen op het gebied van Creatieve Technologie, Vakmanschap,
blz. 75 (van 230)
Makerschap en Duits;
• Ad C. we onder andere de onderwijsvouchers voortzetten en we de Voorschoolse Educatie
uitbreiden (zie subdoel 1.03 actie 01).
Vanuit een gezamenlijke evaluatie van de pilot OJA (zie subdoel 1.04 actie 02) zetten we bovendien verder in op
bewezen preventieve maatregelen en werkwijzen.
.
1.07 De jeugd heeft een startkwalificatie
Het hebben van een startkwalificatie is belangrijk voor een goede start in het arbeidzame leven. Jeugd zonder
diploma loopt een verhoogd risico op maatschappelijke uitval. Een startkwalificatie is het minimale
onderwijsniveau dat nodig is om serieus kans te maken op duurzaam geschoold werk. Het gaat dan om een
of MBO-(niveau 2, 3 of 4), Havo- of VWO-diploma.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
MBO 2 en hoger biedt een zogenaamde 'startkwalificatie' voor de arbeidsmarkt. Jeugd met opleidingsniveau
MBO 2 en lager zijn nu oververtegenwoordigd in ons bijstandsbestand.
Nu de score van 2019 vrijwel gelijk is aan die van 2018 én bijna 10% hoger dan de scores 2015 tot en met
2017, kunnen we voorzichtig concluderen dat het erop lijkt dat het gemiddelde opleidingsniveau van de
beroepsbevolking een lichte stijging vertoont. De oorzaak is op dit moment niet te duiden, daarvoor zijn er
teveel parameters van invloed op deze indicator.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We geven uitvoering aan het regionaal programma De Twentse Belofte 2020-2024.
a. We ontwikkelen een regionale aanpak voor thuiszitters en voeren deze uit.
b. We stellen een lokaal plan van aanpak op voor de jongeren die zonder startkwalificatie: van school gaan (belofte
3), aan het werk zijn (belofte 4) of bij wie school of werk al langer dan een jaar niet lukt (belofte 5). En we voeren dit
plan van aanpak uit.
.
2. Inwoners wonen langer zelfstandig
Zelfredzaamheid betekent dat je zelf bepaalt hoe je je leven wilt inrichten: hoe je wilt wonen, leren, werken,
recreëren, je kinderen wilt opvoeden of je van a naar b wilt verplaatsen. Het is goed als mensen daar de
blz. 76 (van 230)
ruimte voor krijgen en daar in eerste instantie ook zelf verantwoordelijk voor zijn. Als mensen daar alleen of
met hulp van buren, vrienden en familie niet in slagen, kan de overheid ondersteunen. Het liefst op zo’n
manier dat mensen ook dan zelf hun hulp kunnen organiseren en zeggenschap behouden. De ambitie is te
investeren in tijdige, lichte ondersteuning en preventie, om daarmee onnodig zware zorg te kunnen
voorkomen. Normaliseren in plaats van medicaliseren en ondersteuning dichtbij de leefwereld van de inwoner.
2.01 De inwoners zijn gezond en actief
Mensen die voldoende bewegen en gezond eten voelen zich prettiger, zijn in staat zich aan te passen aan en
zelf de regie te voeren over de fysieke, emotionele en sociale uitdagingen van het leven. We willen dat zoveel
mogelijk Enschedeërs een gezonde leefstijl hebben en zetten in op het preventief bevorderen van de
gezondheid en meer (sportief) bewegen.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
De beweegnorm staat voor de Nederlandse Norm Gezond Bewegen / Beweegrichtlijnen voor volwassenen
(19 jaar en ouder). Oftewel minstens 150 minuten per week aan matig intensieve inspanning, zoals wandelen
en fietsen, verspreid over diverse dagen. Langer, vaker en/of intensiever bewegen. Bewegen is goed voor de
gezondheid. Bij volwassenen en ouderen verlaagt bewegen het risico op hart- en vaatziekten, diabetes en
depressieve symptomen. Verder hangt veel bewegen samen met een lager risico op borst- en darmkanker en
vroegtijdig overlijden. Bij ouderen verlaagt bewegen het risico op botbreuken en verbetert het de spierkracht
en de loopsnelheid. Ook hangt veel bewegen bij deze groep samen met een lager risico op lichamelijke
beperkingen, cognitieve achteruitgang en dementie.
Deze indicator wordt vierjaarlijks gemeten, het percentage was in Enschede in 2016 hoger dan in Nederland.
Streven is minimaal het landelijk gemiddelde, inzet is het niveau 2016 te handhaven.
blz. 77 (van 230)
Toelichting
De Body Mass Index (BMI) is een index voor het gewicht in verhouding tot lichaamslengte. Bij een waarde <
18,5 is sprake van ondergewicht, bij waarde 18,5-25: normaal gewicht, bij waarde >25: overgewicht en bij
waarde >30: ernstig overgewicht (obesitas). Deze indicator geeft het percentage inwoners met overgewicht en
obesitas aan.
De score in Enschede was in het afgelopen decennium stabiel, net iets hoger dan het landelijk gemiddelde,
maar iets lager dan het Twents gemiddelde. Uit onderzoek blijkt bij bevolkingsgroepen met een lage sociaal-
economische score (ses) vaker sprake is van overgewicht dat bij andere groepen. Enschede heeft relatief
veel mensen met een lage ses. Bij het streven richten we ons met name op de groep met ernstig overgewicht.
Het percentage bij deze groep is in 2019 afgenomen naar 11%, gelijktijdig is de groep met overgewicht
toegenomen (de instroom vanuit de groep met ernstig overgewicht was groter dan de uitstroom naar de groep
met gezond gewicht). Per saldo is er sprake van een lichte afname. Streven is deze dalende lijn voort te
zetten.
Acties 2021
Aantal acties: 3
01. We voeren het lokaal sport-, beweeg- en leefstijlakkoord uit.
In 2019 heeft het Rijk het 'Nationaal Preventie-akkoord: naar een gezonder Nederland' vastgesteld. Hierin staan de
thema's roken, overgewicht en problematisch alcoholgebruik centraal. In Enschede hebben we de landelijke
uitgangspunten vertaald naar een lokaal Sport-, Beweeg- en Leefstijlakkoord. In 2021 werken we aan uitvoering
van dit akkoord.
Deze actie draagt ook bij aan subdoel 1.01.
02. We zetten de buitensportaccommodaties effectiever en breder in.
In 2020 is een integraal accommodatieplan opgesteld voor een efficiënte en kwalitatief passende clustering van
sportaccommodaties. In 2020 zijn we gestart we met het uitwerken en het voorbereiden van de besluitvorming, de
afronding hiervan vindt plaats bijde zomernota 2021. Daarbij gaat het om het beter benutten van de sportvelden,
onder andere door verenigingen te verhuizen, accommodaties multifunctioneel inzetbaar te maken en het daarbij
afstoten van slecht bezette accommodaties. Deze operatie gaat gepaard met een taakstelling, maar deze kan
alleen worden gerealiseerd als er eerst wordt geïnvesteerd.
Daarnaast voeren we het Plan van aanpak ‘Toekomst kunstgras voetbalvelden in Enschede’ uit, waarbij om
redenen van volksgezondheid, milieu en verduurzaming ervoor is gekozen om de huidige SBR-infill te vervangen
voor natuurgrasvelden en wanneer dit niet mogelijk is in verband met capaciteit en bespeelbaarheid voor een zo
milieuvriendelijk mogelijke variant van kunstgras. Bij hogere kosten maken we de afweging of de vervanging te
temporiseren (dus de vervanging over een langere periode uit te voeren) of extra te investeren.
Tevens ontwikkelt de Sportcampus Diekman zich gestaag door: de deelprojecten clustering breedtesport op
Diekman Oost & invulling accommodatie Zuid Eschmarke, talentcampus & huisvesting en onderwijshuisvesting
primair onderwijs i.c.m. een multifunctionaal sportaccommodatie zijn opgestart en worden in 2021 verder
blz. 78 (van 230)
uitgevoerd. De ASM Skillsgarden wordt in samenwerking met provincie Overijssel verder vormgegeven, waarbij de
campus opleidingsplek voor Oost Nederland is voor de Athletics Skills Model (ASM) Academy. En met FC Twente
is overleg gaande over in welke vorm FC Twente verbonden blijft aan de sportcampus. Veel externe partijen willen
aanhaken en er is potentieel voor investeerders. We hebben hierbij een faciliterende en stimulerende rol.
03. We realiseren een nieuwe zwemvoorziening in het Diekmangebied.
Op basis van keuze van het scenario voor een nieuwe zwemvoorziening in Enschede, die de Raad in 2020 maakt,
starten we samen met Sportaal in 2021 in samenwerking met de stakeholders met de voorbereiding van de
realisatie ervan.
Bijdrage verbonden partij: Sportaal
Maatschappelijk rendement:
Sportaal heeft de taak om uitvoering te geven aan de ambities uit het vastgestelde sportbeleid. Zo wordt ingezet op
het bevorderen van een gezonde leefstijl, het uitbouwen van de maatschappelijke functie van sport, het ontdekken
en ontwikkelen van talenten en het versterken van de verenigingskracht.
Dat gebeurt onder andere door sportactiviteiten te organiseren, voor veilige en schone sportaccommodaties te
zorgen en sporten voor iedereen bereikbaar te maken. Hiermee draagt Sportaal bij aan de doelstellingen binnen
het begrotingsprogramma Vitaal en Sociaal. Door middel van een overeenkomst, opdracht en indicatoren zijn de
afspraken met Sportaal vastgelegd en verstrekken we aan hen een exploitatiebijdrage.
.
2.02 De inwoners hebben een sterk persoonlijk netwerk
Het hebben van een sociaal netwerk is belangrijk voor inwoners die ouder worden en/of die zorg nodig
hebben om zelfstandig te kunnen blijven wonen. Daarbij gaat het om familie, vrienden, kennissen, buren,
collega’s, maar ook om sociale contacten bij de club, de kerk enzovoort.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
Sociale steun staat voor de mate waarin mensen kunnen terugvallen op vanzelfsprekende verbanden, zoals
familierelaties, vrienden/kennissen en relaties in de buurt.
Deze indicator is in 2019 voor het eerst uitgevraagd. Streven is het landelijk gemiddelde, waaraan Enschede
in 2019 bij familie en vrienden/kennissen nagenoeg gelijk aan is, maar bij mensen in de buurt achterblijft.
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We verstevigen de inzet van het sociaal domein in DIA om de zorgvraag in de toekomst te verkleinen.
De Dynamische Investeringsagenda (DIA) is een samenwerkingsinstrument waarmee kansen en investeringen in
het kader van wijkaanpak van verschillende partijen in een gebied worden gekoppeld en op elkaar worden
blz. 79 (van 230)
afgestemd. Dit is niet alleen een fysieke, maar ook een sociale opgave. De omgeving waarin mensen wonen en
leven bepaalt immers voor een groot deel de sociale context. Naast het bundelen van belangen en investeringen
van partijen uit het fysieke domein is daarom van belang om ook partijen uit het sociaal domein tot onderdeel van
de samenwerking te maken. Dit gaat niet vanzelf en vergt extra inzet. Doel van de actie is om kansen te signaleren
en pakken die zich in de DIA-gebieden (De Posten en Twekkelerveld) voordoen. Daarvoor is extra inzet in de DIA-
gebieden nodig om vanuit praktische kennis/ervaring vanuit de gebieden de vertaling te maken naar onder
andere: voorliggende voorzieningen in de gebieden, de monitoring van de effecten en input voor een toekomstig
Huis van de Wijk in Twekkelerveld.
Dit is een versnellingsproject in het kader van de Transformatieagenda Sociaal domein.
02. We ontwikkelen Nieuw Enschedees Welzijn door.
In 2018 zijn we van start gegaan met Nieuw Enschedees Welzijn (NEW). Daarin werken we met een bredere,
integrale wijkwelzijnsopdracht en een hoofdaannemer en/of samenwerkingsverband per stadsdeel (flexibiliseren
welzijn). In 2020 starten we in samenwerking met Stadsdeelmanagement met de evaluatie hiervan, actualiseren
we het beleid en besluiten we tot verlenging van de huidige contracten of een nieuwe aanbesteding.
Het gemeentelijk sociaal beleid is gericht op inclusie en daarmee ook op het tegengaan van eenzaamheid. Zo
dragen armoedebeleid, toeleiding naar (vrijwilligers)werk, Wmo-ondersteuning, welzijn en jeugdbeleid allemaal bij
aan meedoen in de samenleving en daarmee aan het bestrijden van eenzaamheid. In alle stadsdelen in Enschede
zijn er activiteiten en algemene voorzieningen die bijdragen aan ontmoeting en het verminderen van sociaal
isolement. Eén van de instrumenten die bijdraagt aan meer inclusiviteit is het bieden van ondersteuning door
middel van algemene voorzieningen. In de aanpak van eenzaamheid zoeken we binnen de gemeente zoveel
mogelijk naar aansluiting bij bestaand beleid en lopende projecten.
.
2.03 De inwoners hebben zo min mogelijk tweedelijns zorg nodig
Primair wordt ingezet op het oplossen van problemen van een inwoner op eigen kracht en/of binnen de eigen
sociale omgeving (het gezin, de buurt, het werk, de vereniging). We zetten daarbij in op preventie en op
collectieve, algemene voorzieningen dichtbij huis. Alleen waar het echt niet anders kan, wordt tweedelijns
hulp ingezet.
Indicatoren Aantal indicatoren: 3
Toelichting
Een Wmo-maatwerkvoorziening is ondersteuning afgestemd op de individuele situatie. Voorbeelden daarvan
zijn ondersteuning in het huishouden, individuele of groepsbegeleiding (dagbesteding), vervoersdiensten,
hulpmiddelen en woningaanpassing. Deze voorziening is alleen toegankelijk na indicatie van de gemeente. In
de indicator zijn beschermd wonen en maatschappelijke opvang niet meegenomen, aangezien dit taken van
de centrum gemeente zijn.
We streven naar een daling van het gebruik van maatwerkvoorzieningen door het meer beschikbaar stellen
van collectief toegankelijke algemene voorzieningen. In 2021 zal, vanwege de coronacrisis, mogelijk sprake
blz. 80 (van 230)
zijn van een stabilisering van het percentage inwoners dat gebruik maakt van een Wmo-maatwerkvoorziening.
Wij verwachten namelijk dat inwoners waarschijnlijk niet of slechts beperkt starten met nieuwe activiteiten.
Daarnaast verwachten wij dat door de coronacrisis meer individuele begeleiding, dan groepsbegeleiding,
wordt ingezet. Na 2021 verwachten we een verdere daling. Deze daling zal echter minimaal zijn door het
stijgende effect van andere factoren, zoals de invoering van het abonnementstarief en de demografische
ontwikkelingen in Enschede
Toelichting
De Wet langdurige zorg (Wlz) regelt zware, intensieve zorg voor kwetsbare ouderen, mensen met een
handicap en mensen met een psychische aandoening. Vanuit deze wet kunnen inwoners geïndiceerd worden
voor zorg en ondersteuning met verblijf in een zorginstelling (intramurale zorg), waarbij thuis blijven wonen
niet (langer) een optie is. Het betreft de groep inwoners van 65 jaar en ouder.
De ontwikkelingen ten aanzien van de overgang naar de Wlz krijgen pas in de loop van 2021 hun weerslag op
het aantal cliënten dat gebruik maakt van beschermd wonen. Het is daardoor onduidelijk hoe groot die
cliënten stroom is die in de toekomst gebruik gaat maken van de Wlz. Als de nieuwe cliënten populatie
bekend is, kan de consequentie voor de streefwaarde worden bepaald. Daarom ambiëren wij voor 2024 geen
afwijkende streefwaarde.
Toelichting
Beschermd wonen is wonen in een accommodatie van een instelling met daarbij behorende toezicht en
begeleiding, gericht op het bevorderen van zelfredzaamheid en participatie, het psychisch en psychosociaal
functioneren, stabilisatie van een psychiatrisch ziektebeeld, het voorkomen van verwaarlozing of
blz. 81 (van 230)
maatschappelijke overlast of het afwenden van gevaar voor de cliënt of anderen. Beschermd wonen is
bestemd voor personen met psychische of psychosociale problemen, die niet in staat zijn zich op eigen kracht
te handhaven in de samenleving (zoals gedefinieerd in de Wmo). De indicator betreft het totaal aantal unieke
cliënten in het gehele centrumgemeentegebied Enschede, bestaande uit: Borne, Dinkelland, Enschede,
Haaksbergen, Hengelo, Hof van Twente, Losser en Oldenzaal.
De ontwikkelingen ten aanzien van de overgang van het aantal cliënten dat gebruik maakt van beschermd
wonen naar de Wlz krijgen pas in de loop van 2021 hun weerslag op het aantal cliënten dat gebruik maakt
van beschermd wonen. Als de nieuwe cliënten populatie bekend is, kan de consequentie voor de
streefwaarde worden bepaald. Daarom ambiëren wij voor 2024 geen afwijkende streefwaarde.
Acties 2021
Aantal acties: 7
01. We voeren het plan van aanpak van de transformatie Ondersteuning Huishouden uit.
In de Gemeentebegroting 2020-2023 is besloten tot een innovatie van het systeem voor de Ondersteuning
Huishouden (OH). Daarin staat het zelfoplossend vermogen van inwoners meer centraal en blijft waar nodig
maatwerk mogelijk. Op basis van de keuze van scenario door de Raad in het najaar 2020 ronden we in 2021 de
aanbesteding (indien noodzakelijk als gevolg van keuze) af en starten we met de implementatie van de nieuwe
werkwijze.
Dit is een versnellingsopgave in het kader van de Transformatieagenda Sociaal domein.
02. We werken aan collectieve en algemene voorzieningen.
In plaats van individuele maatwerkvoorzieningen werken we aan collectieve en algemene voorzieningen. Daarin
kunnen jeugd en volwassenen in de eigen omgeving zo gewoon mogelijk mee doen, zodat ze geen of minder
individuele, geïndiceerde zorg nodig hebben. In 2021 ligt daarbij de focus op het monitoren van bestaande
voorzieningen en arrangementen. Op basis van de ondersteuningsvraag gaan we gebiedsgericht bestaande
voorzieningen verstevigen en waar nodig ontwikkelen we nieuwe arrangementen.
Deze actie draagt ook bij aan subdoel 1.04.
03. We borgen de methodiek van de Maatwerkroute: Toekomstplan.
De laatste fase van de Maatwerkroute: Toekomstplan is het borgen van de doorbraakmethodiek in de werkwijze
van de Wijkteams. Deze methodiek richt zich op huishoudens met financiële, sociaal maatschappelijke en
gezondheidsproblemen, die elkaar versterken of in stand houden. Met een op maat gemaakt plan worden deze
huishoudens op een meer effectieve en efficiëntere manier ondersteund in het herstellen van regie.
04. We voeren de lokale werkagenda Menzis-gemeente Enschede 2020-2024 uit.
In 2020 zijn we met Menzis een nieuwe werkagenda overeengekomen, met als titel 'Gezond meedoen'. Missie is:
"een betere gezondheid voor zoveel mogelijk inwoners van Enschede met een zo effectief
mogelijke inzet van middelen. Daarvoor zetten de gemeente Enschede en Menzis zich in". We gaan diverse
projecten gezamenlijk oppakken, die gericht zijn op vier thema's: inclusieve samenleving, preventie, ouderenzorg
en GGZ.
05. We onderzoeken de mogelijkheden van 'meer wonen - minder zorg'.
Op grond van een inventarisatie van te transformeren vastgoed onderzoeken we de concrete mogelijkheden om
een versnelling te geven aan de huisvesting (inclusief begeleiding) van doelgroepen van beleid (op basis van onder
andere de monitor Wonen & Zorg, de brede aanpak dak- en thuisloosheid en het Actieprogramma dak- en
thuisloze jongeren). We kijken onder andere naar de mogelijkheden van flexwonen en de mogelijkheden van
onzelfstandige bewoning door corporaties.
Dit is een versnellingsopgave in het kader van de transformatieagenda sociaal domein.
06. We bereiden de implementatie van de centrumgemeenteregeling beschermd wonen voor.
Met de andere gemeenten die nu nog behoren tot de centrumgemeente Enschede is de visie en aanpak voor
beschermd wonen verder uitgewerkt in afspraken over bovenlokale samenwerking. In 2021 zetten we dit om in een
centrumgemeenteregeling, met onder andere aandacht voor de bovenlokale toegang tot beschermd wonen, de
governance en de financiering van de zorg. Deze regeling treedt per 1 januari 2022 in werking.
07. We voeren een brede integrale aanpak 'tegengaan dakloosheid' uit.
“Een (t)huis, een toekomst- plan van aanpak dak- en thuisloosheid" is een landelijke plan, waarin wordt ingezet in
op een brede aanpak van het tegengaan van dak- en thuisloosheid. Dat is breder dan alleen de doorontwikkeling
blz. 82 (van 230)
van de maatschappelijke opvang. De nadruk ligt ook op wonen en het voorkomen van dakloosheid. Uitvoering
geven aan het plan moet uiteindelijk leiden tot het realiseren van de landelijke gestelde doelstellingen uiterlijk vóór
1 januari 2022 op drie thema’s: 1. preventie, 2. vernieuwing in de opvang en 3. wonen met begeleiding. Dit plan is
vertaald naar een regionale aanpak (Enschede is centrumgemeente voor de maatschappelijke opvang), dat we via
een integrale samenwerking in 2021 gaan uitvoeren.
.
3. Inwoners zijn financieel zelfstandig
Mensen die financieel zelfstandig zijn, hebben de ruimte om zich te kunnen ontwikkelen en te kunnen
meedoen op alle leefdomeinen. De stress van het hebben van een beperkt budget en/of schulden leidt ertoe
dat mensen, m.n. met een laag inkomen, minder goed in staat zijn om verstandige keuzes te maken. Daarom
streven we ernaar om armoede zoveel mogelijk te voorkomen.
3.01 De huishoudens zijn niet afhankelijk van een bijstandsuitkering
Het kunnen voorzien in het eigen levensonderhoud door werk is het beste medicijn tegen vele klachten.
Bovendien zijn werkende ouders een belangrijk voorbeeld voor kinderen. Een plek vinden op de arbeidsmarkt
is echter niet voor iedereen eenvoudig, daarom ondersteunt de gemeente bij het vinden van geschikt werk.
Daarnaast zorgt de gemeente voor een uitkering (Algemene bijstand levensonderhoud) voor inwoners die niet
genoeg geld hebben om in hun levensonderhoud te voorzien. Met een bijstandsuitkering kunnen zij de
periode overbruggen totdat zij weer betaald werk vinden.
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
De gemeente verstrekt een bijstandsuitkering aan inwoners van 18 jaar tot de AOW-leeftijd die niet genoeg
geld hebben om in hun levensonderhoud te voorzien en ook niet in aanmerking komen voor een andere
uitkering. In deze indicator zijn uitkeringen van Bijstand Levensonderhoud, IOAW (Wet inkomensvoorziening
oudere werklozen), IOAZ (Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen
zelfstandigen) en de regeling BBZ (Besluit bijstandsverlening zelfstandigen) opgenomen op
huishoudensniveau. De peildatum voor het aantal huishoudens met een uitkering is de laatste dag van het
jaar.
We zien dat één van de effecten van de coronacrisis is dat we op dit moment een hoger percentage
huishoudens met een bijstandsuitkering hebben dan verwacht. We verwachten daardoor een hoger
percentage huishoudens met een bijstandsuitkering. Daarnaast zijn we ook afhankelijk van het Rijksbeleid om
de impact van de coronacrisis te beperken. Het is onduidelijk hoe sterk de recessie gaat zijn en welke
Rijksmiddelen we krijgen om op deze recessie te kunnen reageren. Door deze onzekere factoren, ambiëren
wij voor de toekomst geen afwijkende streefwaarden. Bovenliggend streven blijft dat we uit willen komen met
blz. 83 (van 230)
het BUIG budget.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We werken aan plannen die het beroep op de publieke dienstverlening beperken en vraag en aanbod op de
arbeidsmarkt bij elkaar brengen.
De bestaande partners in en rondom het Werkplein houden daarin hun eigen rol. De (crisis)dienstverlening is
breder (van werk naar werk) en intensiever (integrale dienstverlening werkzoekenden) dan de huidige
dienstverlening. Het richt zich op mensen die:
- met werkloosheid bedreigd worden of werkloos zijn geworden;
- recente werkervaring hebben;
- een kwetsbare positie hebben op de arbeidsmarkt (onder andere jongeren).
Het gaat met name om situaties waar de overstap maken naar een andere baan lastig is en mogelijk zelfs een stap
naar een nieuw beroep nodig maakt.
We kijken met de partners naar externe financiering voor deze corona-(crisis)dienstverlening.
.
3.02 De huishoudens doen zo min mogelijk een beroep op inkomensondersteuning
We streven ernaar dat zoveel mogelijk mensen in hun eigen inkomen kunnen voorzien en niet afhankelijk zijn
van gemeentelijke inkomensondersteunende voorzieningen.
Voor hen die dat niet kunnen kent de gemeente Enschede een gedegen aanbod van voorzieningen, waarmee
de gevolgen van armoede voor inwoners kunnen worden gedempt. Dit aanbod bestaat uit gemeentelijke
minimaregelingen en de ondersteuning van maatschappelijke initiatieven. We blijven o.a. met deze inzet een
actief armoedebeleid uitvoeren en baseren ons daarbij op de schaarste-theorie.
Indicatoren Aantal indicatoren: 3
Toelichting
Bijzondere bijstand kan door de gemeente worden verstrekt aan inwoners met een laag inkomen (110% van
het sociaal minimum) voor onvoorziene en noodzakelijke kosten of kosten door bijzondere of dringende
omstandigheden. Bijvoorbeeld kosten voor rechtsbijstand, een kapotte wasmachine of noodzakelijke
woninginrichting. Deze indicator toont het percentage huishoudens dat een of meer aanvragen voor
bijzondere bijstand toegekend heeft gekregen, met uitzondering van de kosten voor bewindvoering (zie
hiervoor indicator 3.3b 'percentage inwoners met bijzondere bijstand voor bewindvoering').
Bij het bepalen van de streefwaarden aan het begin van deze begrotingscyclus van vier jaar hadden we het
effect van onze extra inspanning op het verhogen van het bereik van onze inkomensondersteunende
blz. 84 (van 230)
voorzieningen (bijvoorbeeld de Individuele Inkomenstoeslag) niet goed ingeschat. We verwachten dat
daardoor het percentage huishoudens dat gebruik maakt van Bijzondere Bijstand de komende jaren stijgt
naar 4,5%. Het is vooralsnog onduidelijk welk effect de coronacrisis precies heeft op de aanvragen Bijzondere
Bijstand, daarom zijn met deze eventuele effecten op dit moment nog geen rekening gehouden.
Toelichting
Voor een toelichting van deze indicator zie indicator 3.02c 'Percentage inwoners tot 120 procent van het
sociaal minimum dat betaald verzekerd is via Menzis GV3'.
Toelichting
De gemeente Enschede heeft met Menzis Zorgverzekeraar een collectieve zorgverzekering afgesloten: het
Garant Verzorgd (GV) pakket. Alle inwoners met een inkomen tot 110% van het sociaal minimum kunnen zich
voor het collectieve GV1 of GV2 pakket aanmelden. Inwoners die hiervan gebruik maken, betalen een lagere
premie en krijgen dan een gratis uitbreiding van het aanvullende verzekeringspakket voor ziektekosten.
Daarnaast geeft deze uitbreiding voor bepaalde zorg hogere vergoedingen zonder extra kosten, afhankelijk
van het gekozen pakket.
Alle inwoners met een inkomen tot 120% van het sociaal minimum kunnen zich voor het collectieve GV 3
pakket aanmelden. Bij dit pakket wordt ook het eigen risico van de inwoners verzekerd.
Door de afschaffing van de regeling tegemoetkoming eigen risico zorgverzekering, is inmiddels een deel van
de inwoners met het Menzis GV1+2 pakket overgestapt naar het Menzis GV3 pakket. We verwachten dat
deze ontwikkeling nu geen effect meer zal hebben en streven naar stabiele cijfers voor de indicatoren 3.02b
en 3.02c. Aangezien we nog geen stabiele cijferreeksen hebben gerealiseerd, ambiëren wij voor 2024 geen
blz. 85 (van 230)
afwijkende streefwaarden in deze indicatoren en willen we eerst verder onderzoek doen naar de oorzaak van
de huidige afname in het aantal inwoners met het Menzis GV1+2 pakket en de huidige toename in het aantal
inwoners met een Menzis GV3 pakket.
Het is vooralsnog onduidelijk welk effect de coronacrisis precies heeft op aantal inwoners dat betaald
verzekerd is via een Menzis Garant Verzorgd pakket, daarom zijn met deze eventuele effecten op dit moment
nog geen rekening gehouden.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We voeren het beleidskader 'Rondkomen met je inkomen' uit.
In 2020 wordt het beleidskader 'Rondkomen met je inkomen' ter vaststelling voorgelegd aan de Raad. Dit kader
richt zich op de beleidsterreinen inkomen, inkomensondersteuning en schulden. Met ons beleid willen we onze
inwoners ondersteunen binnen de mogelijkheden die we daartoe hebben. De belangrijkste uitgangspunten daarbij
zijn: inzetten op het creëren van zoveel mogelijke financiële rust en stabiliteit bij onze inwoners, met extra aandacht
voor kinderen en jongeren.
Deze actie draagt ook bij aan subdoel 3.03.
.
3.03 De inwoners met een laag inkomen zitten zo min mogelijk in een schuldhulpverleningstraject
We handelen preventief, voordat iemand in de schulden terechtkomt. Daar waar mensen toch in de schulden
zijn gekomen en waar ze die niet kunnen oplossen, ondersteunt de gemeente Enschede deze inwoners. Dit
doen we samen met diverse maatschappelijke organisaties (zoals bijvoorbeeld het Diaconaal Platform
Enschede, Humanitas thuisadministratie, Alifa) en de Stadsbank Oost-Nederland. Ook de Wijkteams
Enschede spelen hierbij een belangrijke rol.
Indicatoren Aantal indicatoren: 2
Toelichting
De Stadsbank Oost Nederland voert voor de gemeente Enschede taken in het kader van de Wet
gemeentelijke schuldhulpverlening uit. Elke inwoner met problematische schulden kan een beroep doen op de
Stadsbank Oost Nederland.
We investeren in vroeg signalering. Daardoor verwachten we dat het percentage inwoners dat gebruik maakt
van een schuldhulpverleningstraject eerst toeneemt. Op langere termijn verwachten we juist een daling. Door
de coronacrisis verwachten wij dat meer inwoners gebruik gaan maken van een schuldhulpverleningstraject.
blz. 86 (van 230)
Dit weten we nog niet zeker. Door deze onzekerheid, ambiëren wij voor de toekomst geen afwijkende
streefwaarden.
Toelichting
Als iemand wegens omstandigheden niet goed voor zijn eigen financiën kan zorgen, kan de kantonrechter op
verzoek een beschermingsmaatregel nemen. Als zo'n maatregel alleen over het beheer van de financiën
gaat, is sprake van bewind. Deze indicator heeft alleen betrekking op inwoners die bijzondere bijstand krijgen
voor de kosten voor bewindvoering.
Vanwege de schommelingen in de realisatie van het percentage inwoners met bijzondere bijstand voor
bewindvoering, handhaven we het langjarige streefcijfer en streven we naar een stabilisatie in de aantallen.
Om dit te realiseren, blijven we over de aanpak in gesprek met de rechter, die bepaalt wie in aanmerking komt
voor de bewindvoering. Vanaf 2021 kunnen we de rechtbank middels adviesrecht adviseren om (geen)
bewindvoering op te leggen. Door in overleg te blijven met de rechtbank willen wij het percentage inwoners
met bijzondere bijstand voor bewindvoering beperken en uitschieters in dit percentage voorkomen.
Acties 2021
Aantal acties: 0
Bijdrage verbonden partij: Stadsbank Oost Nederland
Maatschappelijk rendement:
De Stadsbank Oost Nederland voert voor de gemeentelijke taken in het kader van de Wet gemeentelijke
schuldhulpverlening (Wgs) uit. Elke burger met problematische schulden kan een beroep doen op de Stadsbank.
.
4. Inwoners participeren in de samenleving
In een inclusieve samenleving is iedereen naar vermogen zelf verantwoordelijk voor zijn eigen leven en doet
naar vermogen mee. Dat kan zijn via betaald werk danwel als vrijwilliger, mantelzorger, actief lid van een
vereniging en/of andere non-profit-organisatie in Enschede en dergelijke.
4.01 De inwoners werken betaald naar vermogen
Het welbevinden van mensen wordt mede bepaald door het gevoel 'er toe doen'. Het hebben van betaald
werk is daar een belangrijke factor bij, ieder naar eigen capaciteiten.
Het aandeel werkende Enschedeërs, de ‘arbeidsmarktparticipatie’, neemt toe en groeit richting het niveau van
andere G40 steden.
blz. 87 (van 230)
Indicatoren Aantal indicatoren: 1
Toelichting
De netto-arbeidsparticipatie is dat deel van de mensen in de leeftijdsgroep van 15 tot 75 jaar (de potentiële
beroepsbevolking) dat daadwerkelijk aan het werk is. Hoe hoger dit percentage, hoe kleiner het deel niet-
werkenden wordt. Niet-werkenden zijn aan de ene kant scholieren, studenten, renteniers en aan de andere
kant de werkloze beroepsbevolking. Het percentage van de werkzame beroepsbevolking ten opzichte van de
(potentiële) beroepsbevolking.
Het streven blijft om op lange termijn minimaal de waarde van de netto arbeidsparticipatie in het jaar 2015 te
behalen. Deze waarde is een ‘gemiddeld’ niveau, zonder economisch hoog- of laagtij. We zien dat de effecten
van e coronacrisis sterker zijn dan dat we hadden verwacht en leidt tot een recessie in Nederland. Daardoor
houden we vast aan deze streefwaarde in plaats van een hogere streefwaarde te ambiëren.
Acties 2021
Aantal acties: 3
01. We voeren het beleidskader EAA uit aan de hand van het uitvoeringsprogramma 2021.
In 2019 is het Beleidskader 'Enschedese Arbeidsmarkt Aanpak' (EAA) vastgesteld. Jaarlijks vertalen we dit kader
in een uitvoeringsprogramma, nu voor 2021.
02. In 2021 vullen we in het kader van de regeling Nieuw Beschut 86 banen in.
Nieuw Beschut is bedoeld voor mensen met een lichamelijke, verstandelijke of psychische beperking. Mensen die
alleen kunnen werken in een 'beschutte' omgeving, onder aangepaste omstandigheden. Zij hebben meer
begeleiding en aanpassing van hun werkplek nodig dan van een reguliere werkgever is te verwachten.
Daarnaast bieden we in 2021 de praktijkdiagnose, die bij Nieuw Beschut bij de intake wordt gehanteerd, ook aan
andere doelgroepen in de bijstand aan. In de praktijkdiagnose wordt vastgesteld wat mensen kunnen en welke
begeleiding nodig is om (weer) te kunnen gaan werken.
03. We dienen een regionale aanvraag in voor ESF+ arbeidsmarkt.
De voorbereidingen voor een nieuwe programmaperiode (2021-2027) van het Europees Sociaal Fonds (ESF+)
arbeidsmarkt zijn in volle gang. In deze nieuwe periode is er extra aandacht voor het ondersteunen van zowel
werkzoekenden als werkenden met een kwetsbare arbeidsmarktpositie. Het doel is dat beide groepen duurzaam
aan het werk blijven, ook als de arbeidsmarkt verandert door bijvoorbeeld digitalisering en robotisering. De
gemeente dient als centrumgemeente voor de Arbeidsmarktregio Twente een nieuwe regionale aanvraag in. We
geven de aanvraag samen met de sociale partners vorm.
Bijdrage verbonden partij: Stichting Werkgeverstaken Participatiewet Enschede (SWPE)
Maatschappelijk rendement:
De gemeenten hebben met ingang van 1-1-2017 van het Rijk een taakstelling gekregen om beschutte banen in te
blz. 88 (van 230)
vullen. Voor het uitvoeren van het werkgeverschap van deze banen is in 2017 de SWPE opgericht om de formele
werkgeverstaken uit te voeren. Omdat de CAO WSW niet van toepassing is voor de werknemers die een baan
krijgen bij de DCW, hebben Raad en College het arbeidsvoorwaardenpakket voor de “nieuw beschutte banen”
vastgesteld. De DCW wordt ingezet als uitvoeringsorganisatie. Er wordt gebruik gemaakt van de infrastructuur
gebouw, machines, werkaanbod, maar ook de aanwezige en goed toegeruste personele en loonadministratie en
werkbegeleidingscapaciteit.
Eind 2020 wordt meer bekend over de komst van een nieuwe landelijke cao voor de participatiewet. Mogelijk heeft
dit ook gevolgen voor de functie van de SWPE.
.
4.02 De inwoners doen actief mee in de samenleving via vrijwilligerswerk, mantelzorg, lidmaatschap
verenigingen e.d.
Meedoen in de samenleving kan naast een betaalde baan op diverse manieren. Via vrijwilligerswerk en/of
mantelzorg: werk dat onverplicht en onbetaald wordt verricht ten behoeve van anderen of (de kwaliteit van) de
samenleving. En/of via een actief lidmaatschap van een vereniging of non-profit-organisatie danwel actief
meedoen aan activiteiten die in de stad of eigen wijk worden georganiseerd bij en/of door verenigingen en
non-profit-organisaties.
Indicatoren Aantal indicatoren: 3
Toelichting
Vrijwilligerswerk is werk dat in georganiseerd verband onbetaald wordt uitgevoerd, bij een sportvereniging,
hobbyvereniging, cultuurvereniging, kerkgenootschap of andere religieuze vereniging, natuur- en
milieuvereniging, school, wijkraad/activiteiten, buurtcommissie/buurthuis, bewonerscommissie, vakvereniging,
ouderenbond, vrouwenvereniging, migrantenorganisatie, politieke partij, jongerenorganisatie,
gehandicaptenorganisatie, zorg- of hulpverleningsorganisatie, mantelzorgondersteuning, andere vereniging of
club.
Enschede scoort op deze indicator hetzelfde als landelijk en iets hoger dan vergelijkbare gemeenten. Het
beleid is gericht op een hogere vrijwillige inzet van de inwoners, daarom streven we naar geleidelijke
toename.
blz. 89 (van 230)
Toelichting
Mantelzorg is de zorg voor chronisch zieken, gehandicapten en hulpbehoevenden door naasten: partner,
familieleden, vrienden, kennissen en buren. Kenmerkend is de al bestaande persoonlijke band tussen de
mantelzorger en zijn of haar naaste. Daarnaast gaat het om een langdurige zorg die onbetaald is en meer is
dan in een persoonlijke relatie gebruikelijk is. De mantelzorg kan intensief (16,8% in 2019) of incidenteel (31%
in 2019) zijn.
Het beleid is gericht op minder professionele zorg en meer zorg vanuit de samenleving zelf.
We streven naar een verdere groei van het aantal mantelzorgers, met name op incidentele mantelzorg en
zorgvrijwilligers om zo de lasten over meer mensen te verdelen. De ontwikkeling in Enschede volgt de
landelijke trend en we scoren iets hoger dan vergelijkbare gemeenten.
Toelichting
Deze indicator betreft inwoners die lid zijn van een Enschedese vereniging of organisatie op het gebied van
sport, hobby, cultuur, religie, natuur- en milieu, vakbond, jongeren, ouderen, vrouwen, gehandicapten,
migranten, wijkraad, buurtcommissie, bewonerscommissie, politiek, zorg- of hulpverlening en dergelijke en
actief deelnemen aan de activiteiten van de club.
Er is al jarenlang een stabiele lijn, variërend tussen 59% en 63%, met een kleine uitschieter in 2019 (66%). Dit
komt overeen met de landelijke trend. We willen deze lijn handhaven.
blz. 90 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 4
01. We ontwikkelen het beleid t.a.v. vrijwilligerswerk door.
Dit doen we op basis van de evaluatie van het Actieplan Vrijwilligerswerk die in 2020 is uitgevoerd. We relateren de
doorontwikkeling ook aan de ontwikkelingen in het voorliggende veld.
02. We rollen het geactualiseerde actieplan Mantelzorg uit.
Het actieplan, dat dateerde uit 2015, is in 2020 geactualiseerd. In 2021 starten we met de uitvoering ervan. Daarbij
werken we samenlevingsgericht.
Hoofddoel is dat mantelzorgers in Enschede hun naasten zo goed mogelijk kunnen ondersteunen en hierbij tijdig
mantelzorgondersteuning inzetten om overbelasting te verminderen. We streven daarbij naar:
- herkenbare en vindbare mantelzorgondersteuning;
- betere samenwerking tussen partners die te maken hebben met mantelzorgers;
- uitrol mantelzorgwaardering.
03. We stellen een uitvoeringsprogramma nieuwe Wet Inburgering op.
De nieuwe Wet Inburgering treedt per 1 juli 2021 in werking. De komende periode gaan we volop aan de slag om
voor 1 juli 2021 klaar te zijn voor het nieuwe inburgeringsstelsel. We gaan op zowel regionaal als lokaal niveau
verder met de invulling van de nieuwe taken. Het Rijk heeft de kaders gesteld voor het uit te voeren beleid en
daarmee is er sprake van uitvoeringsregie voor gemeenten. Hiervoor stellen we een uitvoeringsprogramma op.
Onze huidige werkwijze zorgt voor een vloeiende overgang vanuit het actieprogramma Meedoen en Thuisvoelen
naar de taken en verantwoordelijkheden die Enschede krijgt bij de nieuwe Wet Inburgering per 1 juli 2021. We
zetten onze integrale werkwijze om statushouders te ondersteunen voort tot de nieuwe Wet Inburgering ingaat. met
middelen die we hiervoor ontvangen van het Rijk. De komende periode verbeteren we en nemen we de geleerde
lessen mee in het uitvoeren van de nieuwe wet.
04. We onderzoeken de mogelijkheden van de Landelijke Voorziening Vreemdelingen (LVV) in Enschede.
We werken op het verzoek van het Ministerie van Justitie & Veiligheid mee aan een deelproject van de landelijke
pilot LVV. Een LVV is een voorziening voor de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers. Dit deelproject betreft
het gesprek over een eventuele vestiging van een LVV in Enschede, waarmee het ministerie wil werken aan een
landelijke dekking van LVV’s.
.
Wettelijk verplichte indicatoren
Op grond van het Besluit begroting en verantwoording zijn onderstaande indicatoren
opgenomen. De indicatoren gelden voor iedere gemeente en zijn bedoeld om gemeenten met
elkaar te kunnen vergelijken. Dit is mogelijk via www.waarstaatjegemeente.nl.
Beleidsveld Naam indicator Eenheid Jaar Score Bron
17. 4. Onderwijs Absoluut verzuim Aantal per
1.000
inwoners 5-
18 jaar
2018 0,00 DUO/Ingrado
18. 4. Onderwijs Relatief verzuim Aantal per
1.000
inwoners 5-
18 jaar
2018 17,00 DUO/Ingrado
19. 4. Onderwijs Vroegtijdig
schoolverlaters zonder
startkwalificatie (vsv-ers)
%
deelnemers
aan het VO
en MBO
onderwijs
2017/
2018
2,5 DUO/Ingrado
20. 5. Sport,
cultuur en
recreatie
Niet-sporters % 2016 47,7 Gezondheidsmonitor
volwassenen en
ouderen (GGD, CBS,
RIVM)
22. 6. Sociaal Jongeren met een delict % 12 t/m 21 2018 1,00 Verwey Jonker Instituut
blz. 91 (van 230)
domein voor de rechter jarigen – Kinderen in Tel
23. 6. Sociaal
domein
Kinderen in
uitkeringsgezin
% kinderen
tot 18 jaar
2018 11,00 Verwey Jonker Instituut
– Kinderen in Tel
29. 6. Sociaal
domein
Jongeren met jeugdhulp % van alle
jongeren tot
18 jaar
2e
half
jaar
2019
9,7 CBS
30. 6. Sociaal
domein
Jongeren met
jeugdbescherming
% van alle
jongeren tot
18 jaar
2e
half
jaar
2019
1,7 CBS
31. 6. Sociaal
domein
Jongeren met
jeugdreclassering
% van alle
jongeren van
12 tot 23 jaar
2e
half
jaar
2019
0,6 CBS
32. 6. Sociaal
domein
Cliënten met een
maatwerkarrangement
WMO
Aantal per
10.000
inwoners
2e
half
jaar
2019
980 GMSD
blz. 92 (van 230)
Wat mag het kosten?
Om de gestelde doelen te bereiken zijn per doel lasten begroot voor 2021. Deze bedragen
worden ingezet voor het realiseren van de acties (onder 'Wat gaan we doen') maar ook voor
het realiseren van de reguliere werkzaamheden. Onderstaande grafiek geeft per doel inzicht
in de beschikbaar gestelde budgetten.
Onderstaande tabel geeft inzicht in de meerjarige ontwikkeling van de lasten, baten en
reserve mutaties.
Vitaal en sociaal Bedragen x 1.000 euro
Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Lasten 438.660 405.570 401.320 389.207 387.549
Baten 142.095 124.718 124.652 114.833 114.605
Saldo van baten en lasten 296.565 280.852 276.669 274.374 272.943
Storting reserves 1 1 1 1 1
Onttrekking reserves 3.359 1.285 249 224 96
Resultaat 293.207 279.568 276.420 274.151 272.848
Toelichting
De begrote lasten dalen in 2021 ten opzichte van 2020 met 33 miljoen euro. Dat is een
enorme daling die vooral veroorzaakt wordt door twee ontwikkelingen:
blz. 93 (van 230)
• een daling van de lasten bij de centrumtaken Wmo van ruim 13 miljoen euro. Deze
daling komt door een uitname uit het Gemeentefonds voor het onderdeel Beschermd
wonen. Ongeveer 40% van de GGZ-cliënten met een blijvende behoefte aan
intensieve zorg die nu nog een voorziening voor Beschermd wonen hebben, gaan
vanaf 2021 over naar de Wet langdurige zorg (Wlz). Deze uitname zal in principe
budgettair-neutraal zijn;
• een daling van de lasten bij het product Algemene bijstand voor levensonderhoud
van 12 miljoen euro. Deze daling wordt veroorzaakt door de TOZO-regeling die
incidenteel tot extra lasten en baten leidt in 2020 en in 2021 nog niet geraamd zijn.
Bekend is dat de regeling gecontinueerd gaat worden, maar het bedrag is nog
onzeker voor onze gemeente.
Daarnaast is er een aantal minder grote wijzigingen die tot lagere lasten in 2021 leiden:
• bij de Algemene bijstand ramen we ondanks een verwachte stijging van ons bestand
een sluitend saldo op dit product. We gaan er vanuit dat het rijk het bijstandsbudget
(BUIG) gaat verhogen vanwege de stijging van de landelijke bijstandsaantallen met
name door de effecten van corona;
• de lasten gaan omlaag door een jaarlijks lager volume mensen in de Sociale
Werkvoorziening en het aflopen van tijdelijke rijksmiddelen ter compensatie van
exploitatietekorten door effecten van Corona per saldo 4 miljoen euro;
• ruim 5 miljoen euro lagere lasten bij Algemene maatschappelijke voorzieningen door
wegvallende middelen uit het coalitieakkoord, aflopen tijdelijke rijksmiddelen in 2020
en lagere geraamde uitgaven voor transformatieprojecten in 2021 ten opzichte van
2020;
• ruim 2 miljoen euro aan lagere lasten bij Arbeidsmarktparticipatie en Onderwijs als
gevolg van lagere rijksmiddelen voor arbeidsmarkt en voortijdig schoolverlaten;
• de lasten bij de Wmo stijgen met name door indexatie en volumestijging in
combinatie met effecten van het abonnementstarief met ruim 3 miljoen euro.
• in aanvulling op het vervallen van de TOZO-regeling het vervallen van specifieke
incidentele uitkeringen in verband met corona (o.a. inhaalzorg Jeugd en Wmo,
meerkostenregeling centrumtaken)
De baten dalen in 2021 met 17 miljoen euro ten opzichte van 2020. De belangrijkste
ontwikkelingen zijn:
• lagere baten van 12 miljoen euro als gevolg van het wegvallen van de TOZO-
regeling;
• lagere baten door een lager volume bij de Sociale Werkvoorziening van 2 miljoen
euro;
• bij Onderwijs dalen de baten met ruim 1 miljoen euro door een lagere bijdrage van
het rijk voor voortijdig schoolverlaten.
Meer info Klik hier voor meer informatie over reguliere werkzaamheden en
beleidsnota's.
Portefeuillehouders Niels van den Berg, Jurgen van Houdt, Arjan Kampman, June Nods
Concerndirecteur Djoerd de Vos Koelink
blz. 94 (van 230)
3.4 Financiën en organisatie
Doelenboom
Doel Subdoel Link
1. Optimaal faciliteren van
gemeentelijke taken passend
bij het primaire proces
totale lasten (x 1.000 euro):
103.744,00
1.01 Uitvoering (strategie op) vastgoed Aantal acties: 4
1.02 Doelmatige, efficiënte en duurzame inzet
huisvesting en accommodaties Aantal acties: 1
1.03 Voldoen aan de wettelijke zorgplicht voor
adequate onderwijsgebouwen Aantal acties: 1
1.04 Wendbare flexibele organisatie gericht op
organisatievraagstukken Aantal acties: 3
1.05 Optimale inzet van beschikbare data op
ontwikkelingen in de stad Aantal acties: 1
1.06 Continue voldoen aan wet- en regelgeving rondom
informatievoorziening Aantal acties: 2
1.07 Optimaal gedigitaliseerde
bedrijfsvoeringsprocessen Aantal acties: 2
1.08 Optimaal applicatielandschap en slimme
informatie infrastructuur Aantal acties: 3
1.09 Strategische heroverweging diensten voor externe
organisaties Aantal acties: 0
1.10 Optimale bedrijfsvoering (link paragraaf
bedrijfsvoering) Aantal acties: 1
2. Een betrouwbare en voor
lange termijn houdbare
financiële huishouding
totale lasten (x 1.000 euro):
18.474,00
2.1 De gemeente Enschede is een gezonde financiële
organisatie en daarmee goed toegerust op de
ondersteuning van uitvoering en beleid.
Aantal acties: 6
Wat willen we bereiken?
De gemeente Enschede heeft de afgelopen jaren verscheidene stappen gezet om de
organisatie mee te laten bewegen met de ontwikkelingen en wensen in de samenleving en
om in te kunnen spelen op bezuinigingen en rolverschuivingen tussen samenleving en
overheid. Verandering en doorontwikkeling zijn daarmee constante factoren geworden.
Van de periode 2011 tot nu is een duidelijke rode draad te herkennen in de gewenste koers
van de organisatie om de samenleving en haar opgaven meer centraal te stellen:
we zijn eigenaar van vastgoed dat in de markt niet verkrijgbaar of te duur is. Het is een
hulpmiddel om maatschappelijke doelen te bereiken;
• We komen los van hiërarchie en structuren om meer opgavegericht te werken;
• We zorgen voor doelmatige, efficiënte en duurzame inzet van huisvesting en
accommodaties ten behoeve van de ambtelijke organisatie;
• We voldoen aan de wettelijke zorgplicht voor adequate onderwijsgebouwen;
blz. 95 (van 230)
• We vergroten de wendbaarheid en flexibiliteit van de organisatie en haar
professionals;
• We zorgen hierbij voor een stabiele en flexibele basis van onze gehele IT
infrastructuur om snelle, efficiënte (bedrijfsvoerings)processen en een goede kwaliteit
van data en technieken stabiel, veilig en flexibel aan te kunnen bieden;
• We zorgen voor een betrouwbare en een houdbare financiële huishouding op lange
termijn.
Voor bedrijfsvoering geldt dat we de komende jaren gaan inzetten op de drie volgende lijnen
(zie paragraaf 4.5 bedrijfsvoering);
1. Digitale transitie- datagedreven & wetgeving;
2. Veranderende sturing en verantwoording – (financiële) basis op orde;
3. Organisatieontwikkeling: lerende, flexibele en talentvolle organisatie.
1. Digitale transitie- datagedreven & wetgeving
Digitale technologie brengt verandering én kansen: Gemeenten krijgen de komende jaren te
maken met veel veranderingen op het gebied van wet-en regelgeving rondom de
informatievoorziening, informatieveiligheid en privacy. Daarnaast gaan de technologische
ontwikkelingen heel snel en dat biedt kansen voor het vergroten van de publieke waarde. De
overheid dient het algemeen belang en daarom moeten bestuurders dit proces vanuit
publieke waarden (van efficiëntie tot privacy en controle over technologie) vormgeven en de
digitalisering faciliteren.
In 2018 zijn de strategische opgaven van onze stad leidend geweest voor de doelenboom en
het inrichten van de gemeentebegroting. Het werken aan deze opgaven en het monitoren
waar we staan is een continu proces. Dat geldt ook voor de ontwikkeling van het beleid, wat
mede ten grondslag ligt aan de realisatie van de strategische opgaven. Onze uitdaging is om
optimaal gebruik te maken van de brede beschikbaarheid van data, nieuwe technologieën en
technieken afgestemd op de nieuwe wetgeving en dat vraagt om:
de basis op orde voor eigen data en processen;
• Bewustwording in de organisatie op mogelijkheden en risico’s van het gebruik van
data;
• Andere type expertise en rollen (zoals data-analist, data-scientist) en kennis in de
organisatie op het gebied van informatie-architectuur en informatiebeveiliging;
• Optimaliseren en automatiseren van primaire processen en (digitale) kanalen;
• Doorgroei van reactief naar adaptief beleid;
• De verbinding en samenwerking met kennisinstellingen en partners in de stad op dit
vlak te intensiveren;
• Ruimte om te experimenteren en samen te leren van de uitkomsten;
• Centrale regie op het projectportfolio, integrale afweging op kwaliteit en capaciteiten
leidend op dit gebied;
• Borging van de informatieveiligheid en privacy in termen van beschikbaarheid,
integriteit en vertrouwelijkheid aan de hand van de actueel geldende normenkaders.
Dit vraagt om een stevige verandering binnen onze eigen gemeentelijke organisatie, maar
ook richting inwoners, (lokale) bedrijven, kennisinstellingen en andere
samenwerkingspartners. We kunnen hier als lokale organisaties, voor wie de problematiek
vaak concreet zichtbaar en voelbaar is, een belangrijke rol spelen door interessante
innovatie-initiatieven te versterken.
blz. 96 (van 230)
2. Veranderende sturing en verantwoording – (financiële) basis op orde
Samenwerking met (lokale) bedrijven, kennisinstellingen, professionals, gebruikers,
burgerinitiatieven, inwoners en/of maatschappelijke organisaties is noodzakelijk. En om lokale
oplossingen op te schalen, is samenwerking nodig met andere gemeenten, met regionale en
nationale overheden, en soms ook met andere Europese overheden. Onze gemeente zet ook
steeds meer activiteiten op afstand en dat heeft grote impact op de rol van de Planning &
Control-functie.
De planning & control-functie in onze organisatie wordt steeds meer in de positie gezet om
aan de organisatie, het bestuur en de Raad aan te geven of onze organisatie integraal in
control is. Dit vraagt om een blik vooruit, het oppakken van de rol van sparringpartner voor
bestuur en management, een focus op het beter laten renderen van de organisatie en
maximaliseren van beleidseffecten en meer betrokkenheid aan de voorkant van
vraagstukken. Daarnaast maakt de organisatie de beweging van sturing op losse domeinen
met eigen middelenverantwoordelijkheid naar een netwerkmodel met samenwerkende
clusters en afdelingen en een concerndirectie die opgavegericht en vanuit gezamenlijke
eindverantwoordelijkheid stuurt. Sturing richt zich steeds meer op multidisciplinair
samenwerken aan strategische opgaven. Met de gemeentebegroting 2019 – 2022 is een
goede stap gezet in het opzetten van de begroting vanuit opgaven. Er ligt nu de uitdaging om
de sturing en verantwoording daarop in te richten.
Onze financieel administratieve processen vragen veel handmatig en tijdrovend werk. Er gaat
veel capaciteit vanuit de financiële kolom zitten in het uitvoeren van operationele financiële
werkzaamheden, mede door de huidige inrichting van de applicaties. Hierdoor is er
onvoldoende ruimte en tijd voor meer tactische en strategische control- en advies
werkzaamheden. We gaan onze financieel administratieve processen inventarissen en
doorlichten op de verdere mogelijkheden voor vereenvoudiging, uniformering en digitalisering.
Op basis van deze doorlichting gaan we deze processen waar mogelijk aanpassen.
Daarnaast is er een grote uitstroom van medewerkers. Hiermee lopen we een
continuïteitsrisico en zijn we onvoldoende toekomstbestendig ingericht voor de uitvoering van
de planning & control-taken. Door de voorinvestering beogen we te komen tot een stabiele,
toekomstbestendige uitvoering van de financiële en planning & control-processen gebaseerd
op geactualiseerde sturingsprincipes en concernkaders. Tevens borging van de continuïteit in
bezetting door tijdige en adequate vervanging van uitstroom en professionalisering van de
planning & control-functie. Op basis van de in de begroting aangegeven doelen en opgaves
actualiseren we onze sturingsprincipes en behoeftes voor de diverse managementniveaus.
Daarbij betrekken we ook het gebruik van de data van onze keten - en
samenwerkingspartners ter ondersteuning van het datagedreven werken. Deze uitwerking
dient als basis voor de uitwerking van het huidige en gewenste proces en de
applicatiearchitectuur.
De forse uitstroom gemeentebreed gekoppeld aan een traject van vergaande automatisering
van operationele P&C- processen biedt kansen om de Planning&Control-functie verder te
professionaliseren en
zo meer aansluiting te vinden bij een veranderde organisatie en omgeving.
3. Organisatieontwikkeling: lerende, flexibele en talentvolle organisatie
Nieuwe technologie vereist een voortdurende vernieuwing van vaardigheden en kennis van
medewerkers. Daarvoor hebben we nieuwe leersystemen nodig, maar ook een aantrekkelijke
werkomgeving waarin je daadwerkelijk naar de huidige technologische en digitale maatstaven
blz. 97 (van 230)
kunt werken. Het vraagt ook om een instelling van voortdurend veranderen en leren. Een
mooie, maar ook pittige uitdaging voor medewerkers en gemeenten in deze tijd van krapte in
de arbeidsmarkt. Hoe ben en blijf je een aantrekkelijke werkgever én werknemer?
Om die duurzame flexibele en wendbare organisatie te zijn, die goed toegerust is voor de
opgaven van onze eigen stad, hebben we getalenteerde medewerkers nodig.
We weten dat in de komende jaren een aanzienlijk deel van onze organisatie uitstroomt door
natuurlijk verloop. We weten ook dat de krapte op de arbeidsmarkt verder toeneemt. We zijn
bezig onze personele behoefte voor de komende jaren concreet inzichtelijk te maken
(strategisch personeelsmanagement) en een passende arbeidsmarktstrategie te ontwikkelen.
Dit vergt veel begeleiding en een uniforme aanpak gefaciliteerd door P&O.
Een wendbare, flexibele organisatie vraagt om medewerkers die vanuit eigenaarschap
werken, in staat zijn opgavegericht te werken en gericht zijn op blijvend leren en continu
verbeteren. Om onze medewerkers hiervoor goed toe te rusten, investeren we in het
neerzetten van een goed leerklimaat, voldoende ondersteuning in individuele ontwikkeling en
een cultuur van continu verbeteren. Medewerkers worden hierin ondersteund door passend
leiderschap. Om dit leiderschap goed vorm te geven, nemen in 2020 alle leidinggevenden
deel aan een intensief leiderschaps-ontwikkelingsprogramma. Dit vergt naast materieel
budget ook additionele inzet van P&O.
De instrumenten strategisch personeelsmanagement en arbeidsmarktcommunicatie hebben
een nauwe samenhang: weten wat je nodig hebt en zorgen dat je het in huis hebt of krijgt.
Maar ook: zorgen dat we daadwerkelijk aantrekkelijk zíjn voor ons huidige talent en het talent
dat we willen aantrekken! “Be good and tell it!”, of beter nog: “be good and let others tell it!”
Om de boot niet te missen, moeten we nú investeren. Enerzijds op nieuwe leersystemen en
de gewenste adaptieve werkcultuur. Anderzijds in onze aantrekkelijkheid als werkgever en
het uitdragen daarvan. De investering hierop wordt aangewend voor het bouwen van ons
employer-brand waarbij we gebruik maken van nieuwe technieken en social media.
Werkgevers werken hard aan hun werkgeversmerk in de strijd om het talent. We moeten ons
in die strijd succesvol onderscheiden om in de nabije en verdere toekomst voldoende
getalenteerde medewerkers in huis te hebben om in onze opgaven te kunnen voorzien. Deze
voorinvesteringen maken dat we toe kunnen werken naar een toekomstbestendige,
hoogwaardige organisatie.
Wat gaan we doen?
1. Optimaal faciliteren van gemeentelijke taken passend bij het primaire proces
Met de beschikbaar gestelde middelen doen wij dit aan de hand van professioneel
opdrachtgever-/opdrachtnemerschap, een maximale inzet van (beschikbare en nog te
ontwikkelen) IT en strakke kostenbeheersing.
1.01 Uitvoering (strategie op) vastgoed
De uitvoering van de strategie op vastgoed gebeurt door middel van het door de Raad
vastgestelde beleidskader.
We zijn eigenaar van vastgoed dat in de markt niet te verkrijgen of te duur is. Het is een
hulpmiddel om maatschappelijke doelen te bereiken. Sturing op de portefeuille geschiedt
blz. 98 (van 230)
vanuit beleidsinhoudelijke argumenten. Daarbij kijken we ook nadrukkelijk naar het
huisvesten van gesubsidieerde instellingen. We zijn er ons van bewust dat het gemeentelijk
vastgoed een voortrekkersrol heeft op het gebied van verduurzaming en zijn dan ook bezig
met plannen om te komen tot energie neutrale gebouwen.
Acties 2021
Aantal acties: 4
01. We geven vervolg aan de uitvoering van strategie op vastgoed door te sturen op de
vastgoedportefeuille middels het beleidskader
We stoten vastgoed af tenzij het gaat om een maatschappelijke functie waarin de markt niet
voorziet of die duurder is en waarvoor een beleidsreden is. We gebruiken het beleidskader bij
alle nieuwe vastgoedontwikkelingen binnen de gemeente en bij het doorlichten van de bestaande
vastgoedportefeuille. Jaarlijks voeren we een risicoscan op de gehele portefeuille uit en zetten
we zo nodig beheersmaatregelen in gang.
02. We zetten in op een verdere verduurzaming van onze vastgoedportefeuille
In het coalitieakkoord staat dat in 2040 de gehele gemeentelijke vastgoedportefeuille
energieneutraal (nul op de meter) moet zijn. In 2021 combineren we dit met de uitvoering van de
geplande onderhoudswerkzaamheden.
Bij de uitvoering van onderhoudswerkzaamheden passen wij duurzame maatregelen toe: bij
vervanging van verlichting passen we ledverlichting toe, bij vervanging van
verwarmingsinstallaties gaan we over op gasloos of passen we een energiezuinigere variant toe
en bij vervanging van dakbedekking op platte daken isoleren we aanvullend. Concreet betekent
dit dat we twee gymzalen gasloos maken en in de Pathmoshal het gebouwbeheer- ventilatie- en
luchtbehandelingssysteem optimaliseren. Voor het jaarlijkse onderhoud zijn prestatiecontracten
afgesloten. Onderdeel hiervan is dat de opdrachtnemer jaarlijks een voorstel doet voor drie
procent energiebesparing.
03. We onderzoeken voor de resterende wijk- en buurtcentra hoe we invulling kunnen geven
aan de exploitatie
De afgelopen jaren is van acht van de negen wijkcentra het beheer overgedragen of is de wijk-
en buurfunctie beëindigd. In het coalitieakkoord is aandacht voor door inwoners geïnitieerde
maatschappelijke activiteiten. Er wordt dan ook expliciet gekeken of bewoners de exploitatie zelf
in de hand kunnen nemen.
04. We evalueren ons bestaande strategische vastgoedbeleid en bijbehorende
huurprijssystematiek en stellen deze bij als het onderzoek daartoe aanleiding geeft
In 2020 wordt door een extern bureau in samenspraak met de betrokken interne
(beleids)afdelingen en de belangrijkste externe stakeholders bekeken op welke punten ons
vastgoedbeleid en de bijbehorende financiële systematiek aansluit op de praktijk en op
toekomstige ontwikkelingen. Eventuele aanpassingen zullen in 2021 doorgevoerd worden.
.
blz. 99 (van 230)
1.02 Doelmatige, efficiënte en duurzame inzet huisvesting en accommodaties
We onderzoeken op welke wijze we de huisvesting voor ambtenaren toekomstbestendig en
goedkoper kunnen maken. Daarbij sluiten we aan op de organisatie ontwikkelingen.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We implementeren het strategische plan voor ambtelijke huisvesting.
Door de maatregelen die we hebben moeten treffen als gevolg van Covid-19 hebben we nieuwe
inzichten gekregen in de manier waarop mensen hun werk kunnen doen (het nieuwe werken).
Daarom gaan we het strategische huisvestingsplan herzien; we gaan ons herbezinnen op het
gecombineerd werken op kantoor en thuis. Dit kan betekenen dat investeringen nodig zijn om het
nieuwe werken te faciliteren. In de programmabegroting is krediet aangevraagd voor
aanpassingen op basis van huurderswensen. Als dit bedrag niet toereikend is, dan zal hiervoor
kredietruimte opgehaald moeten worden bij de raad.
.
1.03 Voldoen aan de wettelijke zorgplicht voor adequate onderwijsgebouwen
We hebben de wettelijke taak te zorgen voor voldoende adequate huisvesting voor leerlingen
in het primair, speciaal en voortgezet onderwijs. We maken een plan om het verouderde
gebouwenbestand duurzaam te vernieuwen en kijken daarbij naar de mogelijkheden voor de
wijk en haken aan bij de dynamische investeringsagenda (DIA).
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We voeren het vervangingsplan voor de onderwijsgebouwen uit.
In 2021 starten we met de uitvoering van het integraal huisvestingsplan (IHP). De komende 30
jaar zullen we het hele gebouwenbestand voor primair- speciaal en voortgezet onderwijs en het
bewegingsonderwijs nieuwbouwen dan wel renoveren. De gebouwen worden energieneutraal en
flexibel ingericht, zodat fluctuaties in leerlingenaantallen goed opgevangen kunnen worden. Bij
de bouw/renovatie hebben we oog voor de verbinding met de wijk en de aansluiting met de
Dynamische Investeringsagenda (DIA). Voor de uitvoering van de plannen is het IHP en de door
de Raad vastgestelde verordening leidend. De verwachting is dat er in 2021 nieuwe wet- en
regelgeving komt die verwerkt wordt in deze verordening. Op dat moment kijken we ook in
hoeverre we kunnen komen tot een Twentse modelverordening voor alle veertien Twentse
gemeenten.
.
1.04 Wendbare flexibele organisatie gericht op organisatievraagstukken
Met het vaststellen van het bestuurs- en managementconcept (Enschede Ontwikkelt) is onze
ambitie bevestigd: Wij willen werken aan een lerende, flexibele en talentvolle organisatie. Wij
willen een gemeente zijn waar medewerkers de kans krijgen zich te blijven ontwikkelen om
zo een bijdrage te leveren aan de opgaven waar we als gemeente voor staan. En wij willen
dat medewerkers zich blijven ontwikkelen om goede kansen te houden op werk binnen en
buiten de gemeente.
We geven verdere invulling aan de motie van de gemeenteraad, gericht op het ontwikkelen
van modern werkgeverschap. In co-creatie met medewerkers en management vinden we
nieuwe manieren om de beschikbare capaciteit flexibel binnen de organisatie in te zetten. We
streven naar een op lange termijn evenwichtige leeftijdsopbouw van het personeel.
blz. 100 (van 230)
Acties 2021
Aantal acties: 3
01. Organisatieontwikkeling, we passen strategisch personeelsmanagement (SPM) toe
Met strategisch personeelsmanagement (SPM) brengen we centraal en per organisatieonderdeel
de interne en externe ontwikkelingen in kaart, vertalen dit in de gevolgen voor het
organisatieonderdeel en functies en brengen de toekomstige personeelsbehoefte (hoeveel
medewerkers en met welke kwaliteiten zijn nodig) en het ontwikkelpotentieel van onze huidige
medewerkers in beeld. Dit past bij het aantrekken en vasthouden van talent en de flexibele,
wendbare en hoogwaardige organisatie die we willen zijn. In 2021 actualiseren we de inzichten
van de in 2020 uitgevoerde SPM-acties in het licht van de Covid-19 ontwikkelingen. De
aangescherpte inzichten vertalen we in 2021 naar talentontwikkelingsactiviteiten en concrete
wervingsbehoefte voor 2021 en de volgende jaren.
02. Organisatieontwikkeling, we investeren in talentontwikkeling medewerkers
Een wendbare, flexibele organisatie vraagt om medewerkers die vanuit eigenaarschap werken, in
staat zijn opgavegericht te werken en gericht zijn op blijvend leren en continu verbeteren. Om
onze medewerkers hiervoor goed toe te rusten, investeren we in het neerzetten van een goed
leerklimaat, voldoende ondersteuning in individuele ontwikkeling en een cultuur van continu
verbeteren. Dat doen we – naast met faciliterend leiderschap – met de in 2020 gestarte
Talentmanagementaanpak waaronder de inzet van TMA-coaches. We verwachten voor circa 250
medewerkers een talentscan uit te voeren.
We geven in 2021 een vervolg aan het in 2019 ingezette leiderschapsprogramma met een
blijvend MD-programma en passende trainingsactiviteiten voor leidinggevenden. Met
leiderschapsontwikkeling investeren we in een belangrijke randvoorwaarde voor een
aantrekkelijke werkomgeving om talentvolle (jonge) medewerkers te behouden en aan te trekken.
03. Organisatieontwikkeling, we implementeren onze arbeidsmarktcommunicatiestrategie
We implementeren onze arbeidsmarktcommunicatiestrategie. Deze is gericht op het neerzetten
van een onderscheidend werkgeversmerk, vergroten van de bekendheid van de gemeente
Enschede als werkgever en het optimaal gebruikmaken van moderne wervingskanalen. We zien
ons geconfronteerd met moeilijk in te vullen vacatures, forse uitstroom door pensionering en een
steeds krappere arbeidsmarkt. Als overheidswerkgever moeten we extra investeren om in de
sterk concurrerende arbeidsmarkt aantrekkingskracht op nieuw talent uit te oefenen. We blijven
dus investeren in de uitvoering en doorontwikkeling van onze gekozen
arbeidsmarktcommunicatiestrategie. Dat houdt in dat we vanaf 2021 als werkgever met de in
2020 ontworpen content continue aanwezig zijn op social media en onszelf actief in beeld
brengen bij studenten, alumni, jonge baanzoekers en andere doelgroepen. We maken daarbij
goed gebruik van het netwerk met onze regionale kennispartners en breiden uit met contacten
met andere relevante faculteiten in het land. Daarnaast voeren we gerichte wervingscampagnes
uit, gebaseerd op de wervingsbehoefte die inzichtelijk is gemaakt door SPM.
.
blz. 101 (van 230)
1.05 Optimale inzet van beschikbare data op ontwikkelingen in de stad
Data wordt steeds meer gezien als een essentieel bedrijfsmiddel waar we net zo zuinig op
moeten zijn als op de andere bedrijfsmiddelen (personeel, financiën). Data is een
democratisch recht. Hoe beter wij onze inwoners en bedrijven goed kunnen informeren over
regelingen, besluiten en initiatieven, hoe meer we in een gelijkwaardige positie terecht komen
en hoe beter inwoners en bedrijven zichzelf kunnen redden. We streven naar een hierbij
passend niveau van ontsluiting van data en systemen en koppelen deze met elkaar waar dat
kan. Steeds met als uitgangspunt de basis op orde.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. Wij maken slimmer gebruik van de beschikbare informatie en ICT
Bij het werken aan de opgaven van de stad moeten we steeds slimmer gebruik maken van
beschikbare informatie en ICT. We combineren eigen data met publiek toegankelijke (open) data
en data van andere instanties voor strategische sturing en besluitvorming. Daarnaast zetten we
data in voor het verbeteren van onze processen waardoor onze dienstverlening verbetert. zoals
open- en bereikbaar zijn met voldoende bezetting o.b.v. gedrag van inwoners. We houden ons
hierbij aan geldende wet- en regelgeving en voor de morele afweging bij inzet van data en
nieuwe technologie hebben we een ethische commissie als adviesraad ingesteld die gevraagd
en ongevraagd kan reflecteren. Het realiseren van deze informatiegedreven manieren van
werken loopt via de projecten en die vanuit de verschillende domeinen worden getrokken om
vorm te geven aan de doelen en opgaven voor de stad. Als voorbeeld projecten Digitaal
Luisteren, Strategische Investerings Agenda, Dashboard Veiligheid
.
1.06 Continue voldoen aan wet- en regelgeving rondom informatievoorziening
Rond informatievoorziening, digitale veiligheid en privacy is wet- en regelgeving belangrijk.
We implementeren nieuwe wet- en regelgeving en zorgen voor bewustwording bij onze
medewerkers met behulp van campagnes, training, en certificering.
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We doen mee aan de verplichte audits op bestaande wetgeving ten aanzien van
informatievoorziening en sluiten aan bij de verplichte landelijke voorzieningen
Binnen de Nederlandse overheid is enkele jaren geleden het stelsel van basisregistraties
ingevoerd. Het stelsel bestaat inmiddels uit 10 basisregistraties met veel onderlinge koppelingen.
Er vindt jaarlijks een audit plaats op de basisregistraties via de ENSIA-methode, ENSIA is
groeiende. Tot op heden waren de audits op opzet en bestaan gericht. Je ziet een verschuiving
dat er steeds meer wordt ingezet op de werking aantonen. Door toegenomen werkdruk rondom
ENSIA verantwoording - waar de nadruk steeds meer ligt op het aantonen van de werking - is
nieuw personeel aangenomen. Hierdoor wordt tevens de werkdruk verlaagd rondom audits, de
afhandeling van datalekken en de realisatie van beveiligingsprojecten.
02. We verhogen de digitale weerbaarheid
We verhogen de digitale weerbaarheid door implementatie van de BIO-maatregelen (Baseline
Informatiebeveiliging Overheid). Tevens vervolgen we de ingezette weg om het bewustzijn van
medewerkers ten aanzien van informatieveiligheid te verhogen. Dit doen we door voortzetting
van de bewustwordingscampagne ‘Veilig werken. Zo doe je dat!’.
Bijdrage verbonden partij: Administratiekantoor Dataland
Maatschappelijk rendement:
Dataland ontzorgt gemeenten door namens hen objectinformatie toegankelijk te maken voor
publieke en private afnemers.
blz. 102 (van 230)
.
1.07 Optimaal gedigitaliseerde bedrijfsvoeringsprocessen
We zetten ons in om waar mogelijk onze processen te digitaliseren. En sluiten daarbij aan op
actuele ontwikkelingen waarbij we de focus houden op basis op orde.
Acties 2021
Aantal acties: 2
01. We digitaliseren ons inkoop- en verkoopproces
De implementatie van het nieuwe verplichting- en factureringsysteem Purchase to Pay (P2P)
wordt bij alle afdelingen geïmplementeerd en voltooien we in 2021. Hiermee is het vinden,
invoeren en verwerken van (gecontracteerde) leveranciers en verplichtingen voor de afdelingen
zo efficiënt en gebruiksvriendelijk gemaakt. P2P draagt bij aan het versterken van de
rechtmatigheid.
02. We maken onze financiële processen toekomstbestendig
We zetten in op het verder professionaliseren van de financiële functie. Dit is noodzakelijk om te
komen tot een stabiele, toekomstbestendige uitvoering van de financiële en Planning & Control-
processen. Dit doen we door de financieel administratieve processen waar het kan meer te
vereenvoudigen, te uniformeren en te digitaliseren. Dit leidt er tevens toe dat wij de bestaande
stuurinformatie kunnen optimaliseren en beter aan kunnen laten sluiten op de actuele doelen en
strategische opgaven.
.
1.08 Optimaal applicatielandschap en slimme informatie infrastructuur
Het applicatielandschap is de verzameling van alle in gebruik zijnde systemen. We streven
ernaar het aantal applicaties te verminderen om te komen tot een betere beheersbaarheid,
betere onderlinge koppelingen en verlaging van de kwetsbaarheid.
Acties 2021
Aantal acties: 3
01. We richten applicatieportfoliomanagement verder in ter sturing op het
applicatielandschap
Om de beweging naar Common Ground te maken (zie actiepunt 02 hieronder) is het van belang
dat we werken onder architectuur en daarmee via projecten gecontroleerd de overstap van oud
naar nieuw kunnen maken zodat de 'winkel open blijft'. Een van de instrumenten die nodig zijn
om deze overgang te maken is 'applicatieportfoliomanagement'. We moeten een helder beeld
hebben van toepassingen die worden gebruikt in de werkprocessen en deze zullen veelvuldiger
uit de Cloud worden afgenomen. Zonder centrale sturing hierop groeit het applicatielandschap
ongecontroleerd in complexiteit en omvang. Dat vraagt om een projectmatige aanpak van
projecten en het werken onder architectuur. Deze aanpak helpt bij het vooraf goed kunnen
bepalen van de impact van een project en het beheersbaar houden in de uitvoering.
02. Transitiestrategie Common Ground
Onze gemeente beschikt voor de uitvoering van haar vele verschillende taken over een complex
applicatielandschap. Dit landschap is in ontwikkeling en landelijk zet VNG College van
dienstverleningszaken met zijn programma "Samen organiseren" een nieuwe beweging
(Common Ground) neer. Het gaat om data ontsluiten van de applicaties, het verminderen van
koppelingen tussen applicaties en het beter beveiligen van de toegang en heeft daarmee grote
invloed op het huidige applicatielandschap. Deze verandering is hard nodig, de complexiteit moet
minder worden. De benodigde verandering zal gaan conform principe 'oud naast nieuw' en wordt
uitgevoerd conform een transitiestrategie en referentiearchitectuur die opgesteld wordt en die de
komende jaren richting geeft in de beweging naar een nieuw data- en applicatielandschap
conform uitgangspunten van Common Ground. De hele organisatie krijgt hiermee te maken.
blz. 103 (van 230)
03. We ondersteunen de organisatie bij volledig digitalisering en waar mogelijk
automatisering van de werkprocessen
COVID-19 is een enorme versneller van digitalisering gebleken. Digitalisering creëert kansen en
biedt oplossingen om de veerkracht in deze onzekere tijden te vergroten. In elk domein bepaalt
een andere dynamiek hoe digitalisering opgepakt, omarmd en toegepast kan worden. Makkelijk
is het echter nooit. De organisatie gaat meer experimenteren en werken met nieuwe technieken,
methodes en data(bestanden) om samen stappen te zetten naar automatisering van stappen in
onze werkprocessen. b.v. door werk geschikt te maken voor thuiswerken, gebruiken van slimme
plannings- of dataanalysetools. Wij zetten bij herontwerp van processen -waar dat kan en
wenselijk is- in op volledige slimme automatisering van processen en het analyseren van data
om continu te kunnen monitoren en bijsturen, zoals een snelle digitale rekenhulp voor inwoners
bij uitkeringen. We houden ons hierbij aan geldende wet- en regelgeving en voor de morele
afweging bij inzet van data en nieuwe technologie hebben we een ethische commissie als
adviesraad ingesteld. Het realiseren van innvoatieve manieren van werken loopt via de projecten
en die vanuit de verschillende domeinen worden getrokken om vorm te geven aan de doelen en
opgaven voor de stad. Als voorbeeldprojecten i4Sociaal, Pilot voor digitale participatie
.
1.09 Strategische heroverweging diensten voor externe organisaties
De gemeente Enschede levert diverse diensten aan externe organisaties (waaronder
salarisadministratie, IT ondersteuning en publieksdienstverlening). De afweging om te
bepalen of we wel/niet willen en kunnen leveren aan derden vindt plaats op basis van
individuele beoordeling van de leidinggevende. Het gevolg hiervan is een omvangrijk aantal
Dienstverleningsovereenkomsten (DVO’s) en diverse randvoorwaarden. Dit vraagt om een
strategische heroverweging met een afwegingskader zodat het aangaan of voortzetten van
DVO’s weloverwogen gebeurt.
Acties 2021
Aantal acties: 0
.
1.10 Optimale bedrijfsvoering (link paragraaf bedrijfsvoering)
In deze gemeentebegroting is een aparte paragraaf bedrijfsvoering opgenomen (paragraaf
4.5). In de paragraaf gaan we per bedrijfsvoeringsdiscipline/aspect in op hoe wij
bedrijfsvoering in onze organisatie vormgeven. Door middel van onderstaande actiepunten
geven we extra focus aan bedrijfsvoeringsonderdelen.
Acties 2021
Aantal acties: 1
01. We herijken de bedrijfsvoeringsapplicaties
Op basis van de herijkte sturingsprincipes en behoeftes van diverse managementniveaus zetten
we de specifieke wensen vanuit gemeente Enschede af tegen de huidige en nog niet gebruikte
functionaliteiten binnen onze bedrijfsvoerings- en financiële applicatie CODA. We voeren een
eerste marktverkenning uit naar alternatieven waarbij we ervaringen bij vergelijkbare gemeenten
ophalen.
Bijdrage verbonden partij: Dimpact
Maatschappelijk rendement:
Wij zijn lid van de coöperatieve vereniging Dimpact om samen met andere gemeenten ICT
oplossingen te ontwikkelen. Dit verlaagt de kwetsbaarheid en versterkt lobby- en inkoopkracht
van onze bedrijfsvoering. Gemeentelijke uitgaven voor Dimpact zijn deels inkomsten voor de IT-
afdeling omdat de gemeente Enschede ook betaalde werkzaamheden verricht voor het Dimpact
– verband.
blz. 104 (van 230)
2. Een betrouwbare en voor lange termijn houdbare financiële huishouding
De financiële positie van Enschede is nog steeds kwetsbaar. Vanaf 2008 hebben wij te
maken met bezuinigingsopgaven. Ook het meerjarenperspectief bevat een uitdaging voor een
sluitende meerjarenbegroting. Het is daarom nodig scherpe keuzes te maken. We moeten
kijken welke vraagstukken de grootste prioriteit hebben en hier onze inzet op richten. Dat
betekent ook dat we andere activiteiten niet meer of later doen. Op de onderdelen waar dat
mogelijk is wordt de begroting flexibeler gemaakt. Daarmee zijn wij wendbaarder in het
werken aan onze opgaven en kansen die zich voordoen. Verder willen we de rentelasten en
kosten betalingsverkeer voor de gemeente minimaliseren.
2.1 De gemeente Enschede is een gezonde financiële organisatie en daarmee goed
toegerust op de ondersteuning van uitvoering en beleid.
Om tegenslagen het hoofd te kunnen (blijven) bieden streven we naar een
weerstandsvermogen groter dan 1. We voeren realistisch en degelijk financieel beleid.
Daarom speculeren we niet op onzekere inkomsten. Structurele uitgaven dekken we met
structurele middelen. Tegenvallers worden binnen het eigen domein opgelost, de inzet van
baten uit meevallers wordt integraal afgewogen. We zetten ons spaarprogramma voort. Op
deze manier blijven we ook in de toekomst in staat om onverwachte tegenvallers op te
kunnen vangen. We sturen stevig op het realiseren van bezuinigingen. We blijven bij het Rijk
aandacht vragen voor de financiële en sociale situatie van onze stad. We beschrijven
nauwkeurig welke financiële risico's we onderscheiden. Daarbij beperken we ons niet tot
statische risico's, maar nemen we ook langjarige, flexibele risico's mee. We maken scenario's
inzichtelijk en bereiden ons hier zoveel mogelijk op voor.
Acties 2021
Aantal acties: 6
01. We beperken onze rente-uitgaven
We geven ons geld uit aan Enschede en niet aan rentebetalingen. Daarom houden we onze
schulden zo laag mogelijk. We anticiperen op rentestanden en sluiten wanneer dit financieel
aantrekkelijk is op tijd onze schulden over. Verder brengen wij spreiding aan in de
leningenportefeuille zodat de renterisico's worden geminimaliseerd.
02. We treffen voorbereidingen voor een rechtmatigheidsverklaring door het college
Vanaf 2021 moeten overheidsorganisaties zelf een rechtmatigheidsverklaring overleggen. In
2021 wordt de rechtmatigheidscontrole zo uitgevoerd, zodat het college over het begrotingsjaar
2021 een rechtmatigheidsverklaring kan afgeven.
03. We implementeren de wijzigingen gemeentefondsmethodiek
De verwachting is dat deze wijziging eind 2020 door het Rijk is vastgesteld. Implementatie vindt
plaats in 2021 in onze begroting 2022-2025.
04. We actualiseren ons financieel beleid
Eens in de vier jaar actualiseren wij ons financieel beleid. In 2021 evalueren wij ons huidige
financiële beleid. Actualisaties verwerken wij in de financiële verordening.
05. We maken onze instellingscriteria en besteding reserves inzichtelijk
In 2021 bieden wij nader inzicht en overzicht in de ingestelde bestemmingsreserves, het doel en
de instellingscriteria van deze reserves en de dotaties en onttrekkingen die verwacht worden in
de komende jaren. Daar waar gegevens missen of onduidelijk zijn, vullen wij die aan.
06. We integreren de Staat van de stad in de IPC cyclus
Eén van de uitkomsten van de opening van het politiek seizoen in 2019 was een sterkere
verbinding tussen de opgaven van de stad en de Zomernota. Door Corona is dat in 2020 niet
voldoende gelukt. In 2021 integreren wij de Staat van de Stad (data) in relatie tot onze
strategische opgaven in de IPC cyclus. Onderdeel daarvan is het organiseren van strategische
blz. 105 (van 230)
sessies met de Raad. Ook hebben wij specifiek aandacht voor de voorbereiding van het
verkiezingsjaar 2022.
Bijdrage verbonden partij: Bank Nederlandse gemeenten
Maatschappelijk rendement:
De BNG Bank is de huisbankier van de gemeente. Daarnaast is de gemeente aandeelhouder
van de BNG Bank. Door de lage kosten voor het gemeentelijke betalingsverkeer en de jaarlijkse
dividenduitkering draagt zij bij aan een houdbare financiële huishouding. Daarnaast draagt de
bank door het verstrekken van laagrentende leningen bij aan het realiseren van investeringen in
de stad die de inwoner ten goede komen tegen aanvaardbare kosten.
Bijdrage verbonden partij: Enexis
Maatschappelijk rendement:
Enexis is de eigenaar van het netwerk voor gas en elektra in de stad. Het streven is om het
netwerk betaalbaar, betrouwbaar en veilig te houden. Hiermee draagt Enexis ook bij aan het
Energieakkoord en daardoor ook tegelijkertijd aan de gemeentelijke doelstellingen op het gebied
van duurzaamheid. De gemeente is aandeelhouder van Enexis. De jaarlijkse dividenduitkering
draagt bij aan een houdbare financiële huishouding.
Bijdrage verbonden partij: Gemeentelijk Belastingkantoor Twente
Maatschappelijk rendement:
Door de wettelijke taak belastinginning en heffingen te laten verzorgen door het GBT wordt op
een effectieve en efficiënte manier uitvoering gegeven aan deze taak. Op deze manier wordt de
gemeente Enschede in de gelegenheid gesteld om zich te richten op de ontwikkelingen van de
Twentse samenleving.
Bijdrage verbonden partij: Voormalig Essent
Maatschappelijk rendement:
Hierbij gaat het om diverse Bv's die zijn ontstaan uit het verkoopproces van de aandelen die
gemeente had in Essent NV. Deze Bv's worden binnen enkele jaren opgeheven. De destijds niet
uitgekeerde delen van de verkoopopbrengst zijn grotendeels uitgekeerd. Er zijn slechts nog
kleine uitkeringen te verwachten in de komende jaren.
.
blz. 106 (van 230)
Wettelijk verplichte indicatoren
Op grond van het Besluit begroting en verantwoording zijn onderstaande indicatoren
opgenomen. De indicatoren gelden voor iedere gemeente en zijn bedoeld om gemeenten met
elkaar te kunnen vergelijken. Dit is mogelijk via www.waarstaatjegemeente.nl.
Beleidsveld Naam indicator Eenheid Jaar Score Bron
1. 0. Bestuur en
ondersteuning
Formatie Fte per 1.000
inwoners
2019 8,1 Eigen
gegevens
2. 0. Bestuur en
ondersteuning
Bezetting Fte per 1.000
inwoners
2019 8,4 Eigen
gegevens
3. 0. Bestuur en
ondersteuning
Apparaatskosten Kosten per inwoner 2019 765 Eigen
begroting
4. 0. Bestuur en
ondersteuning
Externe inhuur Kosten als % van
totale loonsom +
totale kosten inhuur
externen
2019 12% Eigen
begroting
5. 0. Bestuur en
ondersteuning
Overhead % van totale lasten 2019 7,6% Eigen
begroting
35. 8. Vhrosv Gemiddelde WOZ waarde Duizend euro 2019 181 CBS
36. 8. Vhrosv Nieuw gebouwde woningen Aantal per
1.000 inwoners
2019 3,4 CBS
37. 8. Vhrosv Demografische druk % 2019 64,1 CBS
38. 8. Vhrosv Gemeentelijke woonlasten
eenpersoonshuishouden
In Euro’s 2019 737 COELO
39. 8. Vhrosv Gemeentelijke woonlasten
meerpersoonshuishouden
In Euro's 2019 808 COELO
blz. 107 (van 230)
Wat mag het kosten?
Om de gestelde doelen te bereiken zijn per doel lasten begroot voor 2021. Deze bedragen
worden ingezet voor het realiseren van de acties (onder 'Wat gaan we doen') maar ook voor
het realiseren van de reguliere werkzaamheden. Onderstaande grafiek geeft per doel inzicht
in de beschikbaar gestelde budgetten.
Onderstaande tabel geeft inzicht in de meerjarige ontwikkeling van de lasten, baten en
reserve mutaties.
Financien en organisatie Bedragen x 1.000 euro
Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Lasten 129.201 122.217 123.866 130.335 134.143
Baten 517.352 494.424 500.686 504.658 509.008
Saldo van baten en lasten -388.152 -372.207 -376.820 -374.324 -374.866
Storting reserves 28.954 25.802 25.411 24.791 25.291
Onttrekking reserves 34.854 37.775 26.254 23.772 22.209
Resultaat -394.052 -384.180 -377.662 -373.304 -371.784
blz. 108 (van 230)
Toelichting
Voor het begrotingsprogramma Financiën en organisatie daalt het begrotingsresultaat per
saldo met 9.872.000 euro. De belangrijkste mutaties zijn:
• De inkomsten uit de Algemene Uitkering van het Gemeentefonds liggen in 2021 20
miljoen euro lager dan in 2020. Voor het grootste deel komt dit door een incidentele
compensatie voor corona. Voor een toelichting hierop wordt verwezen naar de
toelichting op het middelenkader in hoofdstuk 2;
• Als gevolg van verlaging van de omslagrente van 2% naar 1,5% verslechtert het
product Rente en Treasury met 1 miljoen euro;
• Als gevolg van areaal uitbereiding en indexeringen stijgen de baten bij het product
Belastingen met bijna 1 miljoen euro;
• In de begroting van het product Algemene Inkomsten is in 2020 de incidentele
compensatie van het Rijk verwerkt die gemeenten krijgen als gevolg van de effecten
van Corona voor een bedrag van 4 miljoen euro. Dit betreft overigens alleen dat deel
van de compensatie dat bij het opmaken van deze Gemeentebegroting nog niet exact
toegedeeld kan worden aan de betreffende onderdelen. Deze compensatie is in 2021
niet meer inbegrepen in de begroting, vandaar dat dit leidt tot een afname van de
begrote lasten;
• Per saldo leveren mutaties in verschillende reserves een voordelig effect op van 6
miljoen euro. Het grootste deel hiervan wordt veroorzaakt door een hogere
onttrekking aan de Algemene Reserve, overeenkomstig het sluitend maken van het
middelenkader in de Coronanota 2020. Daarnaast zijn diverse andere reserves
(waaronder Vastgoed, ICT en flankerend beleid) geactualiseerd conform voorgaande
jaren en leiden per saldo tot een lagere storting en/of een hogere onttrekking;
Een verdere toelichting op de cijfers is opgenomen in hoofdstuk 6.4.
Meer info Klik hier voor meer informatie over reguliere werkzaamheden en
beleidsnota's.
Portefeuillehouders June Nods, Jeroen Diepemaat, Niels van den Berg
Concerndirecteuren Marco Wilke
blz. 109 (van 230)
4. Paragrafen Dit hoofdstuk bestaat uit 8 paragrafen. De onderwerpen zijn belangrijk voor het inzicht in de
financiële positie van de gemeente. De informatie over deze onderwerpen is vaak
versnipperd in de begroting opgenomen. De paragrafen zijn daarom eigenlijk
dwarsdoorsnedes van de verschillende programma’s. Ze zijn om verschillende redenen
opgenomen in de gemeentebegroting:
• Het onderwerp heeft mogelijk een grote financiële impact;
• Het onderwerp heeft een grote politieke betekenis;
• Het onderwerp is van belang voor de uitvoering van de programma’s;
• Het is noodzakelijk dat de raad beschikt over een overzicht van deze onderwerpen
voor de uitvoering van haar taken.
Wat is het verschil tussen programma’s en paragrafen?
De programma’s in de vorige hoofdstukken zijn direct gericht op burgers, de paragrafen
indirect. De paragrafen zijn namelijk de kaders die de raad voor het college stelt voor het
beheer en de uitvoering.
Welke paragrafen zijn er?
De onderwerpen van de paragrafen zijn voorgeschreven door het Besluit Begroting en
Verantwoording (BBV). Zeven paragrafen zijn verplicht:
1. Lokale heffingen
2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
3. Onderhoud kapitaalgoederen
4. Treasury
5. Bedrijfsvoering
6. Verbonden partijen
7. Grondbeleid
Daarnaast is de paragraaf 'doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoeken' opgenomen,
omdat wij het van belang vinden om deze onderwerpen in samenhang te presenteren.
4.1. Lokale heffingen
De lokale heffingen bestaan uit de gemeentelijke belastingen, rechten en retributies. Deze
heffingen zijn een van de inkomstenbronnen die vooral inwoners moeten opbrengen. De
lokale belastingen onderscheiden we in heffingen waarvan de besteding gebonden is en in
heffingen waarvan de besteding ongebonden is.
Ongebonden
belastingen:
Gebonden belastingen:
Hondenbelasting Afvalstoffenheffing
Onroerende-
zaakbelastingen
Bijdrage Bedrijven
Investering Zone
Parkeerbelastingen Leges en Rechten
Precariobelasting Rioolheffing
Reclamebelasting
Toeristenbelasting
blz. 110 (van 230)
Ongebonden belastingen rekenen we tot de algemene dekkingsmiddelen, omdat zij niet aan
een inhoudelijk begrotingsprogramma zijn gerelateerd. De besteding is niet gebonden aan
een bepaalde taak. Gebonden belastingen verantwoorden we op het betreffende programma
en rekenen we niet tot de algemene dekkingsmiddelen.
Inkomsten lokale heffingen
Van elke euro die huishoudens en bedrijven in Nederland aan belastingen en sociale premies
betalen gaat in 2020 3,4% naar de gemeenten. De decentrale overheden nemen samen 4,8%
voor hun rekening, de rijksoverheid 95,2%. Het aandeel van de gemeente Enschede aan
ontvangen belastingen en retributies bedraagt in dit geheel 102 miljoen euro..
Overzicht inkomsten gemeentelijke heffingen
Omschrijving lokale lasten voor de burger
bedragen in euro's
Raming
2019
Realisatie
2019
Raming
2020
Raming
2021
Huwelijk en geregistreerd partnerschap 172.000 193.000 172.000 172.000
Legitimatie- en reisdocumenten en rijbewijzen 1.605.000 1.828.000 1.376.000 1.469.000
Uittreksel Burgelijke stand 63.000 6.800 63.000 63.000
Verstrekken inlichtingen BRP 48.000 46.000 48.000 48.000
Overige publiekszaken (VOG, Naturalisatie
etc.)
300.000 344.000 288.000 259.000
Overige verrichtingen archief 0 0
Leges telecommunicatie (%) 110.000 97.000 111.000 112.000
Vergunningen 4.270.000 2.924.000 3.630.000 3.525.000
Kort parkeren, garages, abonnementen en
vrijuitrijkaarten (niet fiscaal)
8.519.000 8.985.335 8.838.000 8.852.000
Fiscale vergunningen 765.000 803.000 780.000 780.000
Fiscaal straat- en terreinenparkeren 3.000.000 3.219.000 3.100.000 3.100.000
Fiscalisering (naheffing) 784.000 621.000 800.000 816.000
Begraafrechten (exclusief onderhoud 541.000 410.000 548.000 555.000
blz. 111 (van 230)
gedenkparken)
Havengelden 45.000 59.000 46.000 46.000
Marktgelden 249.000 268.000 249.000 249.000
Afvalstoffenheffing (netto) 15.103.000 15.461.000 15.660.000 16.345.000
Afvalstoffenheffing - kwijtschelding -2.400.000 -2.155.000 -2.300.000 -2.300.000
Afvalstoffen - oninbaar -240.000 -207.000 -240.000 -240.000
Rioolheffing (netto, inclusief grootverbruik) 15.843.000 16.151.000 16.917.000 17.892.000
Rioolheffing - kwijtschelding -2.262.000 -2.222.000 2.445.000 -2.570.000
Rioolheffing - oninbaar -200.000 -190.000 -169.000 -271.000
Hondenbelastingen 910.000 890.000 910.000 900.000
Precariobelastingen 255.000 356.000 255.000 315.000
Toeristenbelasting 200.000 339.000 300.000 600.000
Reclamebelasting 152.000 186.000 152.000 190.000
OZB woningen 21.830.000 21.304.000 21.830.000 22.320.000
OZB eigenaar niet-woningen 15.769.000 16.354.000 16.620.000 16.900.000
OZB gebruiker niet-woningen 11.055.000 11.758.000 11.961.000 12.150.000
Beleid ten aanzien van gemeentelijke heffingen
Ontwikkeling tarieven algemeen
De opbrengsten van de belastingen en overige heffingen worden in beginsel alleen
aangepast aan de inflatiecorrectie. Op basis van het Centraal Economisch Plan wordt
uitgegaan van 1,6%. Dit is met uitzondering van die tarieven die het rijk heeft vastgesteld dan
wel gemaximeerd en de Toeristenbelasting (zie Toeristenbelasting). De tarieven voor de riool-
en afvalstoffenheffingen worden geraamd op basis van het uitgangspunt dat zoveel mogelijk
wordt gestreefd naar 100% kostendekking.
Afvalstoffenheffing
De grondslag voor de berekening van afvalstoffenheffing is niet wettelijk vastgelegd. De
gemeente is in principe vrij deze grondslag zelf te bepalen. In de raadsvergadering van 18
april 2016 heeft de gemeenteraad besloten over te gaan tot tariefdifferentiatie (Diftar) op
basis van een vast tarief en een variabel tarief. Tot en met 2016 werd tariefdifferentiatie
gehanteerd op basis van het aantal personen per huishouden (één- en
meerpersoonshuishouden). Vanaf 2017 betaalt elk perceel een vast bedrag met een opslag
al naar gelang de grootte van de restcontainer en het aantal aanbiedingen. De definitieve
tarieven voor 2021 en verder worden in december 2020 door de gemeenteraad vastgesteld in
samenhang met het aantal aanbiedingen.
Toeristenbelasting
De doelstelling is dat de kosten van bepaalde voorzieningen worden omgeslagen naar
personen die er wel gebruik van maken, maar niet in de gemeente wonen. Enschede kent
een tweetal tarieven toeristenbelasting, te weten voor hotels, conferentieoorden, pensions,
bed en breakfast ad 2,60 euro (voorstel 2021) en 1,00 euro voor de overige overnachtingen.
Bij de toeristenbelasting wordt de wijziging van het tarief telkens met een jaar vertraging
doorgevoerd om ondernemers in staat te stellen hiermee rekening te houden in hun mailingen
e.d. In de zomernota 2019 en de gemeentebegroting 2020-2023 heeft uw raad besloten tot
blz. 112 (van 230)
een dekkingsmaatregel waarbij de tarieven van de toeristenbelasting worden verhoogd met
100% vanaf 2021.
Dit is verwerkt in bovenstaande raming. Tegelijkertijd is er ook voor 2021 risico op derving
van inkomsten als gevolg van de Corona-effecten.
Rioolheffing
De rioolheffing is een gebonden belasting (bestemmingsheffing). Daaruit vloeit voort dat de
kostendekkendheid maximaal 100% mag zijn. De opbrengsten van de rioolheffingen mogen
dus structureel niet hoger zijn dan de begrote kosten. De kostendekkendheid van de
rioolheffing in de gemeente Enschede is 100%. De basis voor de ontwikkeling van het
rioolheffingtarief ligt in het gemeentelijk rioleringsplan (GRP). Het GRP is in oktober 2015
door de raad vastgesteld en hebben we afgesproken dat we de stijging van de rioolheffing
zouden afvlakken tot (maximaal) 6,1%. Op 30 juni 2020 is besloten om het huidige GRP met
één jaar te verlengen en ook voor 2021 van toepassing te verklaren. In de actualisatie van het
GRP wordt uitgegaan van een tariefontwikkeling van 5,1%, waarmee het tarief is vastgesteld
op 270,60 euro voor 2021. Door onder andere verlaging van de omslagrente zijn we in 2017
reeds gestart met het opbouwen van de voorziening groot onderhoud (zie Hoofdstuk 6.4 Wat
mag het kosten).
Parkeren
Vanwege de coronacrisis is het opstellen van de parkeervisie in 2020 uitgesteld. Voor een
goede discussie over de tarieven dient de parkeervisie de grondslag te zijn. In het verlengde
hiervan wordt voor het jaar 2021 geen tariefsverhoging voor parkeren doorgevoerd (m.u.v.
van de hoogte van de naheffingsaanslag parkeren). Dit is eenmalig en in afwachting van de
behandeling van de parkeervisie in q1 van 2021.
Onroerende zaakbelasting
Hoewel er geen maximum gesteld is aan de stijging van de OZB, heeft de vereniging van
Nederlandse Gemeenten met de Rijksoverheid in het verleden afspraken gemaakt over de
maximale stijging van de landelijke ozb-opbrengst. De zogenoemde Macronorm. In de
meicirculaire gemeentefonds 2019 is aangekondigd dat het Rijk met de Vereniging van
Nederlandse Gemeenten (VNG) heeft afgesproken dat vanaf 2020 een benchmark
woonlasten wordt ingevoerd om jaarlijks de ontwikkeling van de lokale lasten inzichtelijker te
maken. Met de invoering van de benchmark wordt afgestapt van de afspraak dat de
ontwikkeling van de lokale lasten jaarlijks wordt gemonitord met de macronorm onroerende
zaakbelasting (ozb, de macronorm). De OZB-tarieven in Enschede worden voor 2021
geïndexeerd op basis van de inflatiecorrectie van 1,6%.
Oninbaar
Bij de producten afvalstoffen- en rioolheffing is het onderdeel 'oninbaar' terug te vinden.Onder
deze post worden de 'misgelopen' inkomsten geboekt, van de belastingaanslagen
afvalstoffen- en of rioolheffing die niet geïnd kunnen worden.
Reden hiervoor kunnen zijn; verhuizing, overlijden, geen geld om het te betalen, etc. Wat
betreft de laatst genoemde oorzaak is sprake van communicerende vaten tussen oninbaar en
kwijtschelding. Als gevolg van de Corona-effecten is het risico aanwezig, dat de gederfde
inkomsten door oninbaar in 2021 hoger uitvallen dan voorgaande jaren.
Kwijtscheldingsmogelijkheden
De gemeente moet bij het vaststellen van kwijtschelding landelijke regels toepassen. De
beleidskeuzes van de gemeente Enschede zijn niet gewijzigd.
blz. 113 (van 230)
Kostendekkendheid gebonden belastingen
Met ingang van 2017 moet conform de vereisten van het Besluit Begroting en
Verantwoording (BBV) de totale omvang van overhead in een centraal taakveld worden
opgenomen. Concreet betekent dit dat er geen rechtstreekse lasten van overhead zijn
opgenomen in de kosten voor leges en tarieven. De BBV schrijft wel voor dat een
verdeelsleutel moet worden bepaald, hoe overhead wordt toegerekend aan de gebonden
belastingen. Dit is ook conform de financiële verordening 2017. In onderstaande tabel is per
legescategorie inzichtelijk gemaakt hoe de tarieven voor de gemeente Enschede worden
berekend en wat de kostendekkendheid van deze leges is. Voor het berekenen van het
aandeel overhead hanteren wij de volgende uitgangspunten:
• Het totaal aan overhead bestaat uit 3 categorieën (voor een verdere uitsplitsing zie
paragraaf 5.2):
o Facilitaire overhead (de PIOFACH-taken ten behoeve van het ondersteunen
van de primaire processen);
o Programmaoverhead, met name leidinggevende en ondersteunende functies
binnen de verschillende programma's;
o Bestuursondersteuning, de ondersteuning ten behoeve van het bestuur van
de gemeente.
• De kosten voor bestuursondersteuning kennen geen (indirecte) relatie met de
verschillende activiteiten van de gemeente waar leges voor worden geheven en
rekenen wij derhalve niet toe aan onderstaande activiteitgroepen.
• Voor de kosten van facilitaire en programmaoverhead geldt de hoofdregel dat wij het
totaal van deze kosten toerekenen aan alle activiteiten van de gemeente op basis
van de 'apparaatskosten' (alle kosten die noodzakelijk zijn voor het functioneren van
de gemeente, met name personele inzet en directe materiële kosten);
• Vervolgens zijn op basis van het aandeel apparaatskosten de overheadkosten
toebedeeld aan de verschillende producten.
blz. 114 (van 230)
In onderstaande tabel en bijbehorende toelichting, wordt inzicht gegeven in de toerekening
van de overhead, de totale lasten en baten en de daaruit voortvloeiende kostendekkendheid
per taakveld.
Activiteitgroep
Bedragen in 1.000 euro
Lasten
Taakvelden
Overhead BTW Totale
lasten
Heffingen
(Baten)
Overige
Baten
Totaal
Baten
Kosten-
dekkendheid
Afvalstoffenheffing
(afvalstoffenverordening)
15.850 208 3.154 19.212 18.645 2.867 21.512 100%
Kwijtscheldingen
Afvalstoffenheffing
-2.300 -2.300
Rioolheffing 16.761 624 507 17.892 20.462 0 20.462 100%
Kwijtschelding rioolheffing -2.570 -2.570
Begraafplaatsrechten
(exclusief onderhoud
gedenkparken)
690 0 25 715 555 73 628 87%
Subtotaal Heffingen
Leges algemene
Dienstverlening (Leges
Titel 1 Legesverordening)
2.536 1.784 11 3.851 2.196 2.196 57%
Leges dienstverlening
vallend onder de fysieke
leefomgeving/vergunningen
(Leges Titel 2
Legesverordening)
2.186 500 39 2.725 3.225 3.225 118%
Leges dienstverlening
vallend onder Europese
dienstrichtlijn (leges Titel 3
Legesverordening)
278 44 1 324 75 75 23%
Subtotaal Leges 5.000 2.328 51 6.900 5.496 5.496 80%
Totaal
Afvalstoffenheffing
De afvalstoffenheffing valt (gesaldeerd) uiteen in de volgende taakvelden:
• 7.3 afval -2.593.000 euro
• 0.4 ondersteuning organisatie 208.000 euro
• 2.1 verkeer en vervoer 85.000 euro
• 6.3 inkomensregelingen 2.300.000 euro
Leges algemene Dienstverlening
De leges algemene dienstverlening bestaan uit de volgende taakvelden: 0.2 Burgerzaken, 0.4
ondersteuning organisatie. Circa 80% van de inkomsten bestaat uit leges voor paspoorten en
rijbewijzen. Deze leges zijn hiervoor gemaximeerd. De niet 100% kostendekkendheid
wordt voornamelijk veroorzaakt door de maximering en de kosten voor het bijhouden van de
basisadministratie in relatie tot de opbrengsten hiervoor door het verstrekken
van uittreksels. Door de toepassing van de nieuwe verdeelsleutel voor de toedeling van de
overhead naar de gebonden belastingen stijgen de kosten van deze leges. Dit leidt bij
gelijkblijvende tarieven tot een daling van de kostendekkendheid.
blz. 115 (van 230)
Leges dienstverlening vallend onder de fysieke leefomgeving/omgevingsvergunning
Op basis van de te verwachten realisatie 2020 en een doorkijk naar het komende jaar wordt
de prognose voor 2021 naar 3.525.000 euro bijgesteld t.o.v. begroting 2020. De begroting
van 2020 was ook al lager dan de begroting van 2019. Landelijk was er een teruggang van
het aantal bouwaanvragen en in Enschede was dat nog sterker het geval. In de eerste helft
van 2020 heeft de praktijk geleerd dat we de geprognosticeerde aantallen gehaald hebben.
De verwachting is dat in de tweede helft van 2020, ondanks de coronacrisis, het aantal
verwachte bouwaanvragen niet afneemt en dat zelfs in 2021 bij woningbouw dit met 155.000
euro licht toeneemt.
Wel verwachten we minder aanvragen voor bedrijven en overige bouw, wat een vermindering
in de leges heeft van 180.000 euro. Daarnaast verwachtten we door coronacrisis geen
legesinkomsten voor evenementen. Dit bedraagt 50.000 euro.
We hebben daarom de begrote legesinkomsten 2021 gesteld op 3.525.000 euro (was
3.630.000 euro in 2020). Dit is verdeeld in (titel 1 = 225.000 euro; titel 2 = 3.225.000 euro; titel
3 = 75.000 euro). Titel 3 bevat onder meer leges voor vergunningen voor evenementen, die
zijn door de coronacrisis vrijwel verdwenen en onduidelijk is of we daar in 2021 wel leges
voor krijgen.
Rioolheffing
De rioolheffing valt (gesaldeerd) uiteen in de volgende taakvelden:
• 7.2 Riolering -3.503.000 euro (betreft zowel de baten als de exploitatielasten,
waaronder kapitaallasten, onderhoud, btw, etc.),
• 0.4 Ondersteuning organisatie 624.000 euro (betreft facilitaire overhead en
programma overhead),
• 2.1 Verkeer en vervoer 309.000 euro (machinaal vegen)
• 6.3 Inkomensregelingen 2.570.000 euro (kwijtschelding).
Woonlastenontwikkeling
De hoogte van de gemeentelijke woonlasten krijgt regelmatig aandacht in de media. Onder
woonlasten verstaan we: onroerende-zaakbelastingen, afvalstoffen- en rioolheffing. Het zijn
belastingen en tarieven waarmee ieder huishouden in een gemeente jaarlijks te maken krijgt.
Het Centrum voor Onderzoek van de Economie van de Lagere Overheden (COELO)
publiceert jaarlijks de Atlas van lokale lasten. Hierin worden per gemeente de woonlasten van
een woning vergeleken met een voor die gemeente gemiddelde waarde. De
tariefsaanpassingen voor de OZB, afval- en rioolheffing leiden voor een gemiddeld gezin (met
eigen woning) tot de volgende woonlastenontwikkeling voor 2021 en verder:
Woonlastenontwikkeling 2017 2018 2019 2020 2021 2022 2023 2024
OZB Eigenaar woning1 265,40 272,08 293,30 297,41 301,57 305,79 310.07 314,41
Afvalstoffenheffing
(meerpersoons) 282,72 264,42 270,002 274,082 277,162 280,542 280,542 280,542
Rioolheffing 221,40 232,80 244,80 257,40 270,60 270,604 270,604 270,604
Totaal 769,52 769,30 808,10 828,89 849,33 857,11 861,21 865,55
Ontwikkeling woonlasten (%) -0,9 -0,03 5,0 2,6 2,5 0,9 0,4 0,5
Inflatiecorrectie
(gemeentebegroting)
0,9 1,2 1,8 1,4 1,6 1,6 1,6 1,6
Macronorm3 1,97 3,1 4,0 nvt nvt nvt nvt nvt
blz. 116 (van 230)
1 In de meerjarige reeks is rekening gehouden met de jaarlijkse inflatiecorrectie en de
incidentele verhoging van de OZB van 6% in 2019. 2 de opgenomen tarieven zijn voorlopige tarieven. Definitieve tarieven worden in de
verordening op de heffing en invordering van reinigingsheffing 2021 in december 2020 door
de gemeenteraad vastgesteld. 3 zie toelichting onder Onroerende zaakbelasting.
4 Het GRP is met 1 jaar verlengd tot en met 2021. In 2021 wordt een nieuw beleidsplan aan
de raad aangeboden ter vaststelling met nieuwe tarieven. Daarbij geldt dat we te allen tijde
maximaal 100% kostendekkend blijven.
Vergelijking lokale lasten Twentse gemeenten
Lokale lasten
Twentse gemeenten
(bedragen in euro's)
Eén
persoons
huishouden
2019
Eén
persoons
huishouden
2020
Meer
persoons
huishoudens
2019
Meer
persoons
huishoudens
2020
% stijging
t.o.v. 2019
% stijging
t.o.v. 2019
Almelo 808 839 808 839 3,8 3,9
Borne 769 786 769 813 2,3 5,8
Dinkelland 744 752 769 778 1,1 1,2
Enschede 773 797 808 829 3,1 2,6
Haaksbergen 778 847 829 898 8,9 8,4
Hellendoorn 718 859 836 905 19,6 8,3
Hengelo 743 705 817 729 -5,0 -10,7
Hof van Twente 746 748 778 778 0,3 0,1
Losser 792 860 817 887 8,6 8,6
Oldenzaal 637 669 662 698 5,0 5,4
Rijssen-Holten 579 590 620 632 1,8 1,9
Tubbergen 666 678 692 705 1,9 1,9
Twenterand 710 745 745 780 4,9 4,7
Wierden 626 755 763 781 20,7 2,4
Overijssel 708 737 743 766 4,1 3,1
Nederland 762 705 740 776 4,9 4,9
Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht in de mate waarin bij het voordoen van een financiële
tegenvaller in het volgende begrotingsjaar kan worden opgevangen of ruimte is voor nieuw
beleid. Om deze ruimte weer te kunnen geven wordt gebruik gemaakt van de gemiddelde
woonlasten (OZB, rioolheffing en reinigingsheffing). Voor de berekening van de
belastingcapaciteit worden de woonlasten (meerpersoonshuishouden) van de gemeente
Enschede afgezet tegen de gemiddelde woonlasten (meerpersoonshuishouden) in
Nederland.
Een belastingcapaciteit van 100% betekent dat de woonlasten op het landelijk gemiddelde
liggen. In onderstaande tabel is de ontwikkeling van de belastingcapaciteit weergegeven. De
forse stijging van 2018 naar 2019 is het gevolg van de extra OZB verhoging uit het
coalitieakkoord. Daarna vlakt de ontwikkeling van de belastingcapaciteit weer af en daalt van
2020 naar 2021.
blz. 117 (van 230)
4.2. Weerstandsvermogen en risicobeheersing
Inleiding
De uitgangspunten voor onze risicobeheersingsaanpak en bepaling van het
weerstandsvermogen zijn niet gewijzigd. De focus ligt op het actualiseren van het
weerstandsvermogen en de financiële kengetallen. Deze geven inzicht in de financiële positie
van de gemeente en maken duidelijk over hoeveel financiële ruimte de gemeente beschikt
om structurele en incidentele lasten te kunnen dekken of op te vangen.
Beleid
De wetgeving en het gemeentelijk beleid voor het weerstandsvermogen zijn vastgelegd in:
• het besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten 2003 (BBV art. 9,
11 en 26);
• de financiële verordening gemeente Enschede 2017 (art. 15);
• de nota weerstandsvermogen en risicomanagement 2012.
De financiële verordening en de nota weerstandsvermogen, met de daarin opgenomen
uitgangspunten en spelregels, zijn van belang voor de sturing op de financiële positie van de
gemeente Enschede. In 2019 is een onderzoek opgestart naar deze spelregels en de
betekenis daarvan voor de robuustheid en weerbaarheid van onze financiële positie. In 2020
zijn de resultaten met de rekeningencommissie gedeeld en afgesproken om dit onderwerp
voor een stedelijke commissie te agenderen. De uitkomsten van de politieke behandeling
leiden mogelijk tot aanpassingen van de financiële verordening en de nota
weerstandsvermogen. De geactualiseerde beleidskaders worden dan naar verwachting in
2021 aan de raad voorgelegd.
blz. 118 (van 230)
Weerstandsvermogen
Verloop 2020 2021 2022 2023 2024
Ratio weerstandsvermogen, inclusief stille
reserves
1,6 1,1 1,1 1,1 1,1
Ratio weerstandsvermogen, exclusief stille
reserves
1,3 0,9 0,9 0,9 0,9
Beschikbare weerstandscapaciteit (mln euro) 72,1 62,9 63,5 66,3 68,3
Algemene reserve (mln euro) 59,9 50,7 51,3 54,1 56,1
Stille reserve (mln euro) 12,2 12,2 12,2 12,2 12,2
Benodigde weerstandscapaciteit (mln euro) 45,3 55,3 58,1 60,9 63,7
In bovenstaande tabel is het verloop van de ratio weerstandsvermogen en de
verschillende componenten over de meerjarenperiode weergegeven. In de paragraaf worden
deze cijfers nader toegelicht.Beschikbare
Berekening weerstandsvermogen
Als we de beschikbare weerstandscapaciteit afzetten tegen de benodigde
weerstandscapaciteit, komen we eind 2020 uit op een ratio van afgerond 1,6 inclusief stille
reserves (of 1,3 exclusief stille reserves).
72,1 miljoen euro
Ratio 1,6 = -------------------------
45,3 miljoen euro
De ratio bevindt zich hiermee boven de bovengrens van de door de raad vastgestelde
wenselijke bandbreedte van 1,0 - 1,4. In deze berekening zijn de effecten van genomen
raadsbesluiten verwerkt. Zo is het positieve rekeningresultaat over 2019 na bestemming van
8,6 miljoen euro in 2020 aan de algemene reserve toegevoegd. Dit bedrag wordt ingezet voor
de financiële opgave 2021-2024.
Beschikbare weerstandscapaciteit
De beschikbare weerstandscapaciteit bedraagt in totaal 72,1 miljoen euro en is
onderverdeeld in een algemene reserve van 59,9 miljoen euro en stille reserves van in
totaal 12,2 miljoen euro. De beschikbare weerstandscapaciteit is ten opzichte van de
jaarrekening 2019 gestegen met 4,6 miljoen euro.
Algemene reserve
De algemene reserve van 59,9 miljoen euro bestaat uit de reserve weerstandsvermogen van
47,0 miljoen euro en de reserve grondbedrijf van 12,9 miljoen euro. Hierbij is nog geen
rekening gehouden met een verwacht resultaat over 2020. De reserve grondbedrijf
is opgenomen conform de jaarlijkse actualisatie van de grondexploitaties in het Meerjaren
Perspectief Grondbedrijf (MPG) 2020.
Stille reserves
In de nota weerstandsvermogen is opgenomen dat stille reserves onderdeel uitmaken van de
beschikbare weerstandscapaciteit. Stille reserves betreffen overwaardes op gronden en
panden en Enschede telt deze mee voor zover deze op korte termijn liquide te maken zijn. De
stille reserves van 12,2 miljoen euro hebben betrekking op de objecten van het
Vastgoedbedrijf voor 7,1 miljoen euro en op de objecten van het grondbedrijf voor 5,1 miljoen
blz. 119 (van 230)
euro. De eerstvolgende actualisatie van de stille reserves vindt plaats bij de jaarrekening
2020. Het aandeel van de stille reserves binnen de beschikbare weerstandscapaciteit is 17
%.
Aan de raad is toegezegd dat de nota weerstandsvermogen wordt geactualiseerd en aan de
raad wordt voorgelegd. Als onderdeel hiervan is een evaluatie van de werking van het huidige
financieel beleid uitgevoerd. Op basis van die evaluatie worden verbetervoorstellen
geformuleerd, zoals het niet meer meenemen van de stille reserves in de berekening van de
ratio weerstandsvermogen. Deze stille reserves zorgen namelijk voor een vertekend beeld
van de gepresenteerde weerstandsratio en we constateren dat referentiegemeenten deze
veelal niet meetellen bij het bepalen van de weerstandscapaciteit. De ratio lijkt met een
waarde van 1,6 hoog, maar de weerstandscapaciteit bestaat feitelijk voor een substantieel
deel uit vastgoed en gronden. En die moeten zo nodig bij het voordoen van tegenvallers eerst
nog liquide kunnen worden gemaakt. Als we de stille reserves van 12,2 miljoen euro per eind
2020 bijvoorbeeld niet in de ratioberekening meetellen, dan zou de ratio uitkomen op 1,3.
Benodigde weerstandscapaciteit
De benodigde weerstandscapaciteit bedraagt in totaal 45,3 miljoen euro en is onderverdeeld
in de risico's van het grondbedrijf van 12,9 miljoen euro en de overige risico's van in totaal
32,4 miljoen euro. De benodigde weerstandscapaciteit is ten opzichte van de jaarrekening
2019 gestegen met 2,3 miljoen euro. Hieronder wordt nader ingegaan op de belangrijkste
wijzigingen.
Risico's grondbedrijf
De actualisatie van de risico’s vindt eenmaal per jaar plaats als onderdeel van het jaarlijks op
te stellen MPG, laatstelijk bij het MPG 2020 (12,9 miljoen euro). Daarbij zijn alle
grondexploitaties grondig geanalyseerd en doorgerekend. Belangrijke wijzigingen in deze
risico’s als gevolg van recente raadsbesluiten hebben zich niet voorgedaan.
Overige risico's
De overige risico’s zijn becijferd op 32,4 miljoen euro. Dat is een stijging van 2,3 miljoen euro
ten opzichte van de jaarrekening 2019. Dit houdt vooral verband met de stijging van de
risico's in het sociale domein, voor een deel als gevolg van het Coronavirus. Hieronder volgt
de tabel met de 10 belangrijkste overige risico's en een korte toelichting.
Onderwerp (bedragen x 1 miljoen euro) Kans
begroting
2021
Financieel
gevolg
begroting
2021
Kans
jaarrekening
2019
Financieel
gevolg
jaarrekening
2019
Als gevolg van schommelingen in de
conjunctuur, kunnen zowel aan de
kosten- als de opbrengstenkant
onvoorziene nadelig incidentele effecten
optreden
90% 12,3 90% 12,3
Onvoorziene bijdragen aan de risico's
van gemeenschappelijke regelingen
(ADT / RBT) en overige verbonden
partijen
90% 6,3 90% 6,3
FC Twente 30% 21,7 30% 21,7
Participatiewet, oa BUIG 50% 5,5 50% 1,1
blz. 120 (van 230)
De risico’s van Jeugdhulp, Wmo en sport diverse
%
21,0 diverse % 14,7
Overige onvoorziene risico's, waaronder
de projectrisico's op het gebied van
aanbesteding, planning,
bezwaarprocedures, prijsstijgingen en
rente-effecten
50% 2,5 50% 2,5
Aan derden verstrekte geldleningen
worden niet afgelost
10% 8,6 10% 8,8
Gewaarborgde geldleningen worden niet
afgelost
10% 6,1 10% 6,3
Calamiteiten binnen de gemeente 10% 5,0 10% 5,0
Sociale werkvoorziening 40% 0,9 40% 1,1
• Het conjunctuurrisico is gelijk gebleven. De inschatting van het conjunctuurrisico is
gemaakt aan de hand van de ‘Houdbaarheidstest gemeentefinanciën’. Deze test van
de VNG is een stresstest waarmee de ombuigingsopgave voor een gemeente in
kaart kan worden gebracht, die nodig is bij een gestandaardiseerd slechtweer-
scenario. Op basis van inzichten uit de vorige recessie worden in deze test daarvoor
simulaties gedaan, die laten zien hoe voor de gemeente de inkomsten dalen en
kosten stijgen in geval van een recessie. In onze weerstandsratio houden wij er nu
rekening mee dat het eerste jaar van een recessie opgevangen kan worden vanuit de
financiële positie, waarbij na dit eerste jaar wel moet worden bijgestuurd;
• Het risico verbonden partijen is gelijk gebleven en betreft vooral de risico’s van de
gemeenschappelijke regelingen ADT en RBT. Deze zijn bepaald op basis van de
actualisatie van de grondexploitaties bij de jaarrekening 2019;
• Het risico van de verstrekte en gewaarborgde leningen FC Twente is gelijk gebleven
ten opzichte van de jaarrekening 2019. Voor de beoordeling van de kansinschatting
wordt gebruikt gemaakt van objectieve criteria gebaseerd op het financiële
beoordelingssysteem van de KNVB (FRS) en het wel of niet voldoen aan de
afgesproken financiële verplichtingen van de geldlening. De FRS-score wordt door de
KNVB uitgevoerd op basis van door een accountant beoordeelde jaar- en
prognosecijfers;
• Het risico van de BUIG is met 4 miljoen euro gestegen (tegen 50%). Het gaat vooral
om het risico van volumestijgingen en hogere BUIG uitgaven dan lump sum door het
Rijk wordt bekostigd, mede als gevolg van het coronavirus;
• De risico’s op het gebied van jeugdhulp, Wmo en sport zijn qua financiële omvang
met 6,3 miljoen euro gestegen. Deze stijging wordt voor 2,3 miljoen euro veroorzaakt
door een risico op een lager exploitatievoordeel beschermd wonen en voor 1,7
miljoen euro door risico's op het terrein van Sport, verder zijn er voor 2,3 miljoen
euro hogere risico’s vanwege open einde regelingen;
• De risico’s van de overige aan derden verstrekte leningen en gewaarborgde leningen
zijn gedaald door jaarlijkse aflossingen;
• Het risico Sociale werkvoorziening betreft de achterblijvende vraag bij werkgevers
en de lagere omzet vanwege corona. Dit risico is licht gedaald van 1,1 miljoen euro
naar 0,9 miljoen euro.
blz. 121 (van 230)
Doorkijk prognose periode t/m 2024
In de tabel hieronder is de ontwikkeling van de weerstandsratio in de gemeentebegroting
2021 afgezet tegen de cijfers zoals deze nog waren opgenomen in de jaarrekening 2019.
Ratio 2020 2021 2022 2023 2024
Gemeentebegroting 2021, inclusief stille
reserves
1,6 1,1 1,1 1,1 1,1
Jaarrekening 2019, inclusief stille reserves 1,4 1,1 1,2 1,3
Gemeentebegroting 2021, exclusief stille
reserves
1,3 0,9 0,9 0,9 0,9
Jaarrekening 2019, exclusief stille reserves 1,1 0,9 1,0 1,1
Te zien is dat de weerstandsratio in 2020 in de begroting hoger ligt dan bij de jaarrekening,
met name als gevolg van het toevoegen van het positieve jaarrekening resultaat over 2019.
De meerjarenprognose valt in de gemeentebegroting 2021 wel lager uit dan die bij de
jaarrekening 2019 werd ingeschat. Dit komt vooral doordat er gekozen is om nu geen
additionele taakstellingen op te voeren om het structurele gat in de meerjarenbegroting te
dichten. Daardoor zal in de periode 2021 – 2024 voor in totaal 42 miljoen euro onttrokken
worden aan de algemene reserve. Overigens wordt vanuit het door de Raad ingestelde
spaarprogramma ter versterking van onze financiële positie in die periode ook 37 miljoen aan
de algemene reserve toegevoegd. Doordat de onttrekkingen en toevoegingen aan de
algemene reserve nog enigszins in balans zijn laat de ratio vanaf 2021 een redelijk stabiel
beeld zien.
Bovengenoemde prognose van de ontwikkeling van de ratio is gebaseerd op de volgende
uitgangspunten:
• Er is rekening gehouden met het risico van mogelijke nadelige effecten van het
coronavirus in 2021, die niet langer door het Rijk vergoed worden. Dit totale nadeel is
op 10 miljoen euro ingeschat.
• Ook is in de prognose het risico opgenomen dat het Rijk de nu nog incidentele
compensatie voor tekorten in de Jeugdhulp vanaf 2023 niet langer toekent. Voor
Enschede gaat dit per saldo om 2,8 miljoen euro per jaar.
• De effecten als gevolg van het nieuwe verdeelmodel sociaal domein, dat naar
verwachting in 2021 wordt geïmplementeerd en de herziening van de algemene
uitkering zijn nog niet meegenomen. Een herijking van het verdeelmodel kan
aanzienlijke financiële consequenties met zich meebrengen.
• Er wordt vanuit gegaan dat alle nog resterende taakstellingen ook daadwerkelijk
worden gerealiseerd.
Scenario’s
Ondanks een grondige aanpak blijft het inschatten van risico’s en de waarde van (stille)
reserves deels subjectief. Om een goed beeld te krijgen van de financiële weerbaarheid van
de gemeente is het relevant te laten zien hoe de weerstandsratio zich ontwikkelt indien zich
onverwachte grote tegenvallers zouden voordoen. Denk daarbij aan mogelijke tegenvallers in
de algemene uitkering, de transformatie bij het sociale domein en grondverkopen of het niet
realiseren van taakstellingen, maar ook nadelige ontwikkelingen bij verbonden partijen, een
onverhoopt faillissement bij FC Twente waardoor de gemeente haar vordering geheel af moet
schrijven of dalende prijzen van het vastgoed- en grondbezit. Dit soort tegenvallers hebben
invloed op de eerder gepresenteerde doorkijk. De gevolgen voor de algemene reserve en de
blz. 122 (van 230)
ratio weerstandsvermogen zijn in onderstaande tabellen opgenomen om een beeld te geven
hoe volatiel de weerstandsratio is. Daarbij zijn een viertal scenario’s doorgerekend:
1. Een incidentele tegenvaller van 10 miljoen euro in 2021
2. Een incidentele tegenvaller van 20 miljoen euro in 2021
3. Een structurele tegenvaller van 5 miljoen euro vanaf 2021
4. Een structurele tegenvaller van 10 miljoen euro vanaf 2021
Ratio weerstandsvermogen, inclusief stille
reserves
2021 2022 2023 2024
Incidentele tegenvaller van 10 miljoen euro in
2021
1,0 0,9 0,9 0,9
Incidentele tegenvaller van 20 miljoen euro in
2021
0,8 0,7 0,8 0,8
Structurele tegenvaller van 5 miljoen euro vanaf
2021
1,0 0,9 0,8 0,8
Structurele tegenvaller van 10 miljoen euro
vanaf 2021
1,0 0,7 0,6 0,4
Ratio weerstandsvermogen, exclusief stille
reserves
2021 2022 2023 2024
Incidentele tegenvaller van 10 miljoen euro in
2021
0,7 0,7 0,7 0,7
Incidentele tegenvaller van 20 miljoen euro in
2021
0,6 0,5 0,6 0,6
Structurele tegenvaller van 5 miljoen euro vanaf
2021
0,8 0,7 0,6 0,6
Structurele tegenvaller van 10 miljoen euro
vanaf 2021
0,7 0,5 0,4 0,3
Algemene reserve 2021 2022 2023 2024
Incidentele tegenvaller van 10 miljoen euro in
2021
41 41 44 46
Incidentele tegenvaller van 20 miljoen euro in
2021
31 31 34 36
Structurele tegenvaller van 5 miljoen euro vanaf
2021
46 41 39 36
Structurele tegenvaller van 10 miljoen euro
vanaf 2021
41 31 24 16
Naar aanleiding van deze doorrekening kan geconcludeerd worden dat bij incidentele
tegenvallers, zoals bijvoorbeeld een faillissement bij FC Twente, de weerstandsratio al snel
onder 1,0 komt en dan niet meer herstelt. Dit komt doordat het financiële gat in de
meerjarenbegroting ongeveer even groot is als het ingestelde spaarprogramma ter
versterking van de algemene reserve. Bij structurele tegenvallers, zoals bijvoorbeeld het
(deels) niet realiseren van voorgenomen bezuinigingen, het niet structureel toegekend krijgen
van de ingeboekte extra jeugdhulpgelden, een daling van de algemene uitkering of een
blz. 123 (van 230)
langdurige recessie komt de weerstandsratio ook onder 1,0 maar tevens ook in een dalende
trend. Dit doordat het financiële gat in de begroting dan groter is dan de omvang van het
spaarprogramma. In een dergelijk scenario is bijsturing nodig.
Financiële kengetallen
Het BBV schrijft voor dat in de paragraaf Weerstandsvermogen en risicobeheersing - in
aanvulling op de ratio weerstandsvermogen - een verplichte set van vijf financiële kengetallen
wordt opgenomen. Deze staan in de tabel hieronder. De kengetallen maken inzichtelijk(er)
over hoeveel (financiële) ruimte de gemeente beschikt om structurele en incidentele lasten te
kunnen dekken of opvangen.
rek
2019
beg
2020
beg
2021
beg
2022
beg
2023
beg
2024
1A netto schuldquote 49% 53% 55% 53% 52% 50%
1B netto schuldquote gecorrigeerd voor alle
verstrekte leningen
43% 48% 49% 48% 48% 46%
2 solvabiliteitsratio 20% 19% 17% 17% 17% 17%
3 grondexploitatie 4% 6% 5% 4% 4% 3%
4 structurele exploitatieruimte 1% 0% -1% 0% 1% 1%
5 belastingcapaciteit 109% 112% 109% 109% 108% 107%
We bekijken de kengetallen in hun onderlinge relatie en voorzien ze van een adequate
toelichting om meer inzicht in de financiële positie te bieden. Bij de beoordeling ervan gaat
het vooral om het volgen van de trendmatige ontwikkeling. Een verklaring van de verschillen
in de jaarlijkse mutatie is minder van belang.
Netto schuldquote
De netto schuldquote laat het niveau van de schulden zien, ten opzichte van de totale baten.
Het geeft een indicatie van de mate waarin de rentelasten op de exploitatie drukken. Omdat
het onzeker is of alle leningen terug zullen worden betaald, berekenen we de netto
schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden. Zo wordt duidelijk welk aandeel de
verstrekte leningen in het geheel hebben en wat dat betekent voor de schuldenlast. De
doorkijk van dit kengetal laat een positief beeld zien. De netto schuldquote in- en exclusief
doorgeleende gelden bevindt zich alle jaren duidelijk beneden de door de VNG gehanteerde
kritische waarde van 130%.
blz. 124 (van 230)
Solvabiliteitsratio
De solvabiliteitsratio is de verhouding eigen vermogen/balanstotaal en geeft inzicht in de
mate waarin onze gemeente in staat is op de langere termijn aan haar financiële
verplichtingen te voldoen. Bij een hoge solvabiliteit staat er veel eigen vermogen tegenover
de schulden en is de kans groot dat de schulden worden afbetaald. Dit betekent tegelijkertijd
dat veel eigen vermogen (reserves) wordt aangehouden dat niet wordt besteed. Enschede
heeft bestemmingsreserves gevormd om in de stad te blijven investeren. Wordt het eigen
vermogen te klein, dan verslechtert de solvabiliteit. Over de periode tot 2021 is een dalende
trend zichtbaar, waarna dit kengetal op de langere termijn zich rond de 17% begeeft. De
daling houdt met name verband met de uitname uit de algemene reserve om de tekorten in
de meerjarenbegroting af te dekken.
Kengetal grondexploitatie
Dit kengetal geeft aan hoe de waarde van de grond zich verhoudt tot de totale geraamde
gemeentelijke baten. De boekwaarde van de voorraden grond is van belang, omdat deze
waarde moet worden terugverdiend bij de verkoop. Voor de komende jaren moeten er
bovendien nog kosten en opbrengsten gerealiseerd worden. Dat betekent dat we in de
toekomst nog inspanningen moeten verrichten en daaraan zijn risico's verbonden. Er is
sprake van een lichte daling en met een waarde rond de 5% bevindt dit kengetal zich op een
relatief laag niveau. Enschede beschikt, zeker in vergelijking met andere 100.000+
gemeenten, nog maar over een zeer beperkte grondpositie.
Structurele exploitatieruimte
blz. 125 (van 230)
De netto schuldquote, solvabiliteitsratio en grondexploitatie zeggen vooral iets over de
financiële conditie van de balans van de gemeente. Het is ook van belang om te kijken naar
de financiële ruimte in de exploitatie. Wanneer dit kengetal negatief is, betekent het dat het
structurele deel van de begroting onvoldoende ruimte biedt om de lasten te blijven
dragen. Als er sprake is van structurele tekorten zal op langere termijn de balans steeds
verder verslechteren. Afgezien van 2021 is er over de periode tot en met 2024 sprake van
structurele ruimte, oftewel een positief saldo van structurele baten/lasten, en daarmee een
meerjarig structureel sluitende begroting.
Belastingcapaciteit
De belastingcapaciteit geeft inzicht in hoe de belastingdruk in onze gemeente zich verhoudt
tot het landelijke gemiddelde (=100%). De ruimte die een gemeente heeft om zijn belastingen
te verhogen, wordt vaak gerelateerd aan de totale woonlasten. Bij een percentage boven de
100 heb je gemiddeld gezien minder ruimte om de belastingen te verhogen dan bij een
percentage beneden de 100. Onder de woonlasten verstaan we de OZB, de rioolheffing en
afvalstoffenheffing voor een woning met gemiddelde waarde in die gemeente. De
belastingcapaciteit blijft ruim boven het landelijk gemiddelde. In vergelijking met de Twentse
gemeenten is Enschede overigens geen uitschieter (zie paragraaf lokale heffingen).
Als we de ontwikkeling van de ratio weerstandsvermogen en de bovenstaande kengetallen in
samenhang beschouwen, dan wordt de financiële positie wel kwetsbaar. Dit zien we vooral
terug in de ontwikkeling van het weerstandsvermogen, de solvabiliteit en de structurele
ruimte. Dit wordt vooral veroorzaakt doordat er gekozen is om nu geen additionele
taakstellingen op te voeren om het structurele gat in de meerjarenbegroting te dichten. Een
blz. 126 (van 230)
structureel gat kan slechts tijdelijk met incidentele middelen worden gedekt en kan niet
zonder gevolgen voor de reservepositie. We moeten de komende jaren dan ook blijven
inzetten op een structureel sluitende begroting en een verbetering van de financiële positie.
4.3. Onderhoud kapitaalgoederen
In deze paragraaf gaan we in op de onderhoudstoestand en de kosten van kapitaalgoederen.
Het onderhoud van de gemeentelijke kapitaalgoederen beslaat een substantieel deel van
onze begroting. Om de financiële positie van onze gemeente te kunnen beoordelen, is een
goed overzicht dan ook van groot belang.
Wat betreft het beheer van de openbare ruimte is er een aantal kapitaalgoederen-categorieën
waarop onderhoud van toepassing is:
• wegen en infrastructurele kunstwerken
• havens
• riolering en water
• groen
• openbare verlichting
• parkeervoorzieningen
• vastgoed
Het onderhoud van de schoolgebouwen voor primair onderwijs en speciaal (voorgezet)
onderwijs en van de sportaccommodaties zijn vanaf 1 januari 2015 respectievelijk 1 januari
2017 niet meer de verantwoordelijkheid van de gemeente.
blz. 127 (van 230)
Wegen en infrastructurele kunstwerken
Kerncijfers 2020
Wegen, verhardingssoorten M2
Asfalt 3.347.768
Elementen 4.370.633
Cementbeton 118.074
Onverhard 289.966
Totaal 8.126.441
Infrastructurele kunstwerken Stuks
Bruggen, viaducten, Sturen, geluidswallen e.a. 190
Het beleidskader
Het beleidskader wordt gevormd door het Wegenbeleidsplan 2020 - 2023.
Uit het beleidskader voortvloeiende consequenties
Vanuit het wegenbeleidsplan zetten we in op de landelijke in ontwikkeling zijnde systematiek
rond assetmanagement. Deze systematiek wordt onder de noemer “Beheersystematiek
verhardingen (BSV)” inmiddels opgezet door het landelijk erkende kennisinstituut CROW.
Hierin worden prestaties, kosten en risico’s zo goed mogelijk in evenwicht gehouden.
Aangezien deze systematiek nog niet voldoende is ontwikkeld voor toepassing in de praktijk,
hebben we gekozen voor een veilige tussenstap. Dit door te kiezen voor de landelijk
vastgestelde wegbeheersystematiek 2019 van het CROW, die ons meer passende
maatwerkmogelijkheden biedt dan de voorgaande systematiek. Deze lijn is een logisch
vervolg op het wegenbeleidsplan 2014 – 2018, waarin we al hebben ingezet op meer
risicogestuurd beheer. Die uitgaat van eenzelfde gedachte als het assetmanagement.
In het wegenbeleidsplan 2020 – 2023 leggen we daarnaast nadrukkelijker de verbinding met
de strategische opgaven van de stad, waardoor we de inzet op deze strategische opgaven
versterken. Zo zetten we in op duurzaamheid door bijvoorbeeld verharding waar dat kan te
vervangen voor groen. Ook kiezen we voor een hogere kwaliteit van voet- en fietspaden in
Enschede, vanuit het belang dat deze voet- en fietspaden hebben vanuit mobiliteit, een
inclusieve stad en duurzaamheid. We dragen bij aan de strategische opgave goed bestuur
door samen met partners te investeren en innoveren in de stad. Dit door budgetten te
flexibiliseren waardoor we beter kunnen samenwerken. Ook geven we meer gewicht aan
cultuurhistorie binnen het wegbeheer. Waarbij we onze partners zoals de Adviescommissie
Cultuurhistorie, de Wmo Raad en de Fietsersbond een meer nadrukkelijke adviesrol hebben
gekregen in het wegbeheerproces. De in ontwikkeling zijnde systematiek van
assetmanagement geeft meer mogelijkheden om beter te sturen op onze strategische doelen.
Bij deze ontwikkelingen vinden we het tegelijkertijd belangrijk dat we ons wegbeheer
zorgvuldig blijven uitvoeren. Dat wil onder andere zeggen: veiligheid voor de weggebruiker en
geen kapitaalvernietiging blijven de basisuitgangspunten van ons wegbeheer. Tot slot heeft
ook het beheer en de vervangingen van infrastructurele kunstwerken een plek gekregen in
het beleidsplan, waarbij we ook werken aan assetmanagement.
blz. 128 (van 230)
De vertaling van de financiële consequenties in de begroting
Het lastenbudget voor wegonderhoud (inclusief weginrichting zoals belijning en
verkeersborden) is circa 8,3 miljoen euro. Dit bedrag bestaat voor circa 0,2 miljoen euro uit
apparaatskosten, 2,3 miljoen euro uit kapitaallasten, circa 5,0 miljoen euro uit kosten voor
(groot)onderhoud en voor circa 0,8 miljoen euro uit overige kosten. Het jaarlijkse
investeringsbedrag voor reconstructiewerkzaamheden aan wegen is circa 2,0 miljoen euro
met een afschrijvingstermijn van tien jaar.
Voor de infrastructurele kunstwerken is het lastenbudget circa 0,4 miljoen euro voor
onderhoudskosten.
Havens
Kerncijfers 2020
Havens
Havenonderhoud (inclusief rijkswateren) 2 havenarmen
Onderhoud damwanden, oevers en kades 6.300 meter
Het beleidskader
De “Binnenhavenvisie Twentekanalen 2017-2030” met bijbehorend uitvoeringsprogramma
geeft richting aan de ontwikkelingen tot 2030. Visie en uitvoeringsprogramma zijn opgesteld
door de Twentse havengemeenten.
Uit het beleidskader voortvloeiende consequenties
Vanuit de vastgestelde binnenhavenvisie en het bijbehorende uitvoeringsprogramma zetten
we in Enschede de komende tijd in op doorontwikkeling van het gemeenschappelijk beheer
van de binnenhavens van de gemeenten Hengelo, Almelo, Enschede, Hof van Twente en
Lochem) aan de Twentekanalen. Een voorbeeld hiervan is de nieuwe portal en het daaraan
gekoppelde registratiesysteem voor havenbezoeken. Tevens wordt gewerkt aan
professionalisering van de gezamenlijke havenmeestersfunctie voor de 5 deelnemende
gemeenten. Eind 2020 wordt een geactualiseerd Meerjaren Onderhoudsplan (MJOP) voor de
haven aan de raad voorgelegd.
De vertaling van de financiële consequenties in de begroting
Het lastenbudget voor de havens is ongeveer 325.000 euro, bestaande uit 125.000 euro aan
materiële kosten voor het dagelijks onderhoud van de havens en 200.000 euro voor groot
onderhoud.
Hieraan gekoppeld is er een voorziening groot onderhoud Havens.
blz. 129 (van 230)
Riolering
Kerncijfers 2020
Riolering
Km
Vrij-verval riolering 869
Drukriolering 206
Voorzieningen Stuks
Kolken 51.679
Putten 20.303
Randvoorzieningen 20
Pompunits 1.010
Gemalen 85
Het beleidskader
Het huidige beleidskader wordt gevormd door het Gemeentelijk rioleringsplan (GRP) 2016-
2020 ‘Veilig en op maat’, die met een jaar is verlengd voor 2021.
In 2021 stellen we een nieuw plan op voor de periode 2022 - 2026.
Uit het beleidskader voortvloeiende consequenties
Op basis van onze zorgplichten voor de inzameling en transport van afvalwater, hemelwater
en grondwater hebben we diverse opgaven. Zowel in het beheer, denk bijvoorbeeld aan
rioolvervanging, als in de aanpak van (grond)waterknelpunten. Zo willen we Enschede
klimaatadaptief en waterrobuust maken en de grootste knelpunten op het gebied van
hemelwater- en grondwateroverlast, hitte en droogte aanpakken. In het nieuwe GRP zal veel
aandacht worden geschonken aan klimaatadaptatie en de mogelijkheden om
klimaatadaptatie op particulier terrein te bevorderen. Bijvoorbeeld door de grondslagen voor
de rioolheffing aan te passen, of door bijdrageregelingen voor afkoppelen en aanleg van
groene daken. Ook zetten we voor kllimaatadaptatie in op kwalitatief groen en biodiversiteit
en wordt geanticipeerd op de komst van de nieuwe omgevingswet. De
instandhoudingskosten van het rioleringssysteem en de uitvoering van klimaatadaptieve
maatregelen worden gedekt door de inkomsten van de rioolheffing. Het tarief van de heffing
nemen we op in deze gemeentebegroting 2021-2024. Daarna wordt de heffing verwerkt in de
Belastingverordening 2021. Klimaatadaptatie vraagt om een gebiedsoverstijgende aanpak.
Daarom werken we aan verdere versterking van de samenwerking met het Waterschap,
Provincie en de Twentse gemeenten om zo samen meer te bereiken op dit gebied.
De vertaling van de financiële consequenties in de begroting
De instandhoudingskosten voor het rioleringssysteem worden gedekt door de inkomsten van
de rioolheffing. Het tarief van de heffing nemen we op in deze gemeentebegroting 2021-2024.
Daarna wordt de heffing verwerkt in de Belastingverordening 2021.
blz. 130 (van 230)
Groen
Kerncijfers 2020
Groen Ha
Openbaar groen 742
Het beleidskader
De uitvoering hiervan in de openbare ruimte geven we vorm vanuit en binnen de Kaders
beheer en onderhoud van het openbare groen 2018 – 2021. Naast duurzaamheid en
toevoegen van kwalitatief groen zijn hoofdlijnen van deze kaders: differentiatie in
onderhoudsniveaus, bestaand groen vereenvoudigen en nieuw openbaar groen
toekomstbestendig en functioneel inrichten. De uitvoeringsgelden voor biodiversiteit zijn
inmiddels ten einde, dit vraagt samen met het bestuur keuzes maken in de ambities rond
biodiversiteit en het vergroenen van de stad. Dit krijgt vorm in het in ontwikkeling zijnde
Koepelplan Openbare Ruimte, waarin we de ambities vanuit de strategische opgaven voor de
gehele openbare ruimte vertalen naar een uitwerking in doelen en ruimtelijke structuren. Dit
plan is naar verwachting in de eerste helft van 2021 gereed. In dit koepelplan wordt
actualisatie van de beleidskaders voor het openbare groen meegenomen of er wordt zo nodig
in 2021 aanvullende nieuwe beleids-/ uitvoeringskaders voor de periode 2022- 2025
opgesteld.
Uit het beleidskader voortvloeiende consequenties
We zetten in op de realisatie van de beleidskaders, de in het coalitieakkoord 2018 -2022
“Trots, lef, bouwen, kansrijk, Enschede” gestelde doelen en de strategische opgaven voor de
stad. Zo werken we aan een aantrekkelijke stad en duurzaamheid door de aanleg van meer
kwalitatief openbaar groen, het vervangen van (overbodige) verhardingen voor groen en de
inzet van groen voor klimaatadaptie en biodiversiteit. Daarbij zetten we ook in op de aanpak
van invasieve exoten: planten- en diersoorten die niet van oorsprong in deze omgeving thuis
horen en zich snel verspreiden. Dit via actieve bijdrage aan het Provincie traject om te komen
tot een Provinciaal plan van aanpak, die we vervolgens vertalen naar de Enschedese situatie.
Het verhogen van de biodiversiteit is ook een belangrijk onderdeel, waarmee we het natuurlijk
evenwicht in de stedelijke omgeving meer willen herstellen. Zo krijgen natuurlijke vijanden
van bijvoorbeeld de eikenprocessierups meer kans in de stedelijke omgeving. Dit doen we via
traject “Enschede Bloeit Op!”, vanuit waar we meer bloemenlinten aanleggen en zorgen voor
meer gevarieerde (inheemse) beplanting voor bijvoorbeeld bijen, insecten en vlinders. Ook
stimuleren we samen met partners het biodiverser maken van de stad, zoals het vergroenen
van schoolpleinen, de aanleg van Tiny Forests en het natuurinclusief bouwen. Via de Groene
Loper Enschede en GroenBlauw Enschede faciliteren we inwoners met het vergroenen van
straten en zetten we in op meer bewustwording rond het belang van het vergroenen van
eigen tuinen.
De vertaling van de financiële consequenties in de begroting
Het lastenbudget voor groenonderhoud is circa 6,2 miljoen euro, bestaande uit
apparaatskosten en uitbesteed werk.
Vervangingsinvesteringen
Conform BBV-voorschriften wordt vanaf 2017 ook de investeringen in maatschappelijk nut
geactiveerd, hieronder vallen ook de investeringen in groen. De afschrijvingstermijnen zijn
vastgesteld in de meest recente financiële verordening van de Gemeente Enschede.
blz. 131 (van 230)
Openbare verlichting
Kerncijfers 2020
Openbare verlichting Stuks
Lichtmasten 30.583
Armaturen 32.137
Overige aansluitingen, stadsplattegronden, verkeersborden, etc. 1.766
Openbare verlichting GWh/jaar
Energieverbruik 5,2
Het beleidskader
Op 3 juli 2017 is het Beleidsplan openbare verlichting 2018-2021 vastgesteld in de raad. In
2021 stellen we een nieuw beleidsplan op voor de periode 2022 – 2025.
Uit het beleidskader voortvloeiende consequenties
De armaturen worden na 20 jaar vervangen door armaturen met ledverlichting. Het armatuur
wordt in de verkeersluwe tijd, tussen 22:30 en 06:00 uur, gedimd.
De vertaling van de financiële consequenties in de begroting
Het budget voor openbare verlichting, voor beheer en onderhoud bedraagt 1,78 miljoen euro
per jaar, en is als volgt opgebouwd.
Het lastenbudget voor kapitaallasten is 375.000 euro, voor personeel 162.000 euro en voor
materieel budget (regulier onderhoudsbudget, energie etc.) 1.243.000 euro.
Vervangingsinvesteringen
Voor de vervanging van de armaturen (na 20 jaar) en lichtmasten (aan het einde levensduur)
is een vervangingsplan voor 10 jaar opgesteld. Hiervoor is voor de periode 2018-2021 krediet
verstrekt. Voor de voorziene vervangings-piekaantallen vanaf 2024 is de ‘Reserve
kapitaallasten openbare verlichting’ ingesteld.
blz. 132 (van 230)
Parkeervoorzieningen
Kerncijfers 2020
Parkeervoorzieningen Stuks
Parkeergarages
Fietsenstallingen
4
2
Het beleidskader
We continueren de lijn die is vastgesteld in de Programmabegroting 2015-2018.
Uit het beleidskader voortvloeiende consequenties
De kosten van groot onderhoud van de parkeergarages en fietsenstallingen worden ten laste
van de voorziening onderhoud parkeergarages/fietsenstallingen gebracht. Dit op basis
van de meerjarenprognose parkeren (MJOP). Correctief en preventief onderhoud wordt
rechtstreeks ten laste van de parkeerexploitatie gebracht, vervangingsinvesteringen worden
geactiveerd.
De vertaling van de financiële consequenties in de begroting
De onderhoudsvoorziening heeft een begroot saldo van 1,7 miljoen euro per 1 januari 2021.
In 2021 wordt er voor een bedrag van 0,4 miljoen euro ten laste van de
onderhoudsvoorziening gebracht.
In 2021 is er een totaalbedrag voor onderhoud (correctief en preventief) in de begroting
opgenomen van 1 miljoen euro. Voor vervangingsinvesteringen is in 2021 een bedrag van 1,3
miljoen euro begroot. Deze investeringen worden via activering ten laste van de
parkeerexploitatie gebracht.
Vastgoed
Kerncijfers 2020
Segment Aantal panden
Ambtelijk 5
Maatschappelijk 100
Nader uit te werken 1
Verkoop 20
Totaal 126
Het beleidskader/onderhoudssystematiek
In Enschede wordt onderhoud aan de gemeentelijke gebouwen al enige jaren gepland en
gepleegd volgens de NEN 2767. Naast technische aspecten, worden bijvoorbeeld ook
gebruikersaspecten en duurzaamheidsaspecten meegenomen.
Het onderhoud is onder te verdelen in de volgende onderdelen:
• Planmatig onderhoud aan ambtelijk en maatschappelijk cq beleidsondersteunend vastgoed.
Deze panden, die doorgaans langere tijd (meer dan 10 jaar) in eigendom van de gemeente
blijven, worden conform de hierboven beschreven NEN 2767 onderhouden.
• Onderhoud aan het segment nader uit te werken en verkoop. Gezien het tijdelijke karakter
blz. 133 (van 230)
worden deze gebouwen niet planmatig onderhouden, maar afhankelijk van de beoogde
toekomst van het pand. Dit kan bijvoorbeeld sloop zijn of verkoop op korte termijn.
Programma van het begrotingsjaar
Totaal is 4,76 miljoen euro aan onderhoud begroot voor 2021. Aan de gebouwen voor
ambtelijke huisvesting is totaal 1,25 miljoen euro begroot, aan de gebouwen met een
maatschappelijke functie 3,12 miljoen euro .
Ten behoeve van de gebouwen in het segment nader uit te werken en verkoop is totaal
385.630 euro begroot.
Het programma voorziet onder meer in groot onderhoud en vervanging van de
luchtbehandelingskasten en koelmachines in het Stadhuis en Stadskantoor en het vervangen
van het koelsysteem in de Noordmolen.
Voor het Nationaal Muziekkwartier staat onder andere groot onderhoud aan diverse liften
gepland en het vervangen van theaterverlichting.
Voor de maatschappelijke panden staat het vervangen van diverse daken, buitenschilderwerk
en renovatie/groot onderhoud, inclusief verduurzaming, van de Pathmoshal en 2 gymzalen
gelegen aan de JC de Rijpstraat 12 en de Hoge Boekelerweg 139 gepland. Van diverse
gymlokalen zullen de brandmeldinstallaties, inclusief de ontruimingsinstallaties worden
vervangen.
De vertaling van de financiële consequenties in de begroting
De geplande onderhoudsuitgaven voor de komende jaren zijn hieronder grafisch
weergegeven. Op basis van deze planning is de storting in de onderhoudsvoorziening
bepaald.
blz. 134 (van 230)
4.4. Financiering
In deze paragraaf staan de onderdelen die zijn vastgelegd in de financiële verordening van
onze gemeente. Daarnaast rapporteren we, zoals voorgeschreven in de Wet Financiering
decentrale overheden (Fido), over de kasgeldlimiet en de renterisiconorm.
Omslagrente
In de onderstaande tabel is de berekening van de omslagrente terug te vinden (conform de
BBV-voorschriften):
Op basis van de bovenstaande berekening komt de omslagrente onafgerond uit op 1,52%
voor de begroting 2020. Afgerond bedraagt de omslagrente dan 1,5% voor 2021 (2% in de
gemeentebegroting 2020).
De rekenrente voor de grondexploitaties bedraagt 2,5%. Deze rente is hoger dan de
omslagrente, doordat hiervoor een andere rekenmethode van toepassing is. Bij de
renteverrekening op de Bouwgronden in Exploitatie is altijd sprake van een nacalculatie in de
gemeenterekening op basis van de werkelijke rente.
Resultaat rente en treasury
Het totale resultaat op rente en treasury bedraagt 279.000 euro in 2021 waarin 1,3 miljoen
euro aan dividendopbrengsten uit de gemeentelijke deelnemingen is opgenomen. Het saldo
rentebaten wijkt af van het saldo in de tabel van de omslagrente omdat hier nog andere
kosten in zijn opgenomen die geen deel mogen uitmaken van de berekening van de
omslagrente.
Het resultaat van het product Rente & Treasury verslechtert met ruim 1,0 miljoen euro in 2021
t.o.v. 2020 en wijkt hiermee fors af van het resultaat uit Gemeentebegroting 2020. Voor 0,9
miljoen euro is dit het gevolg van de verlaging van omslagrente van 2% naar 1,5%. Deze
rente blijft zitten in de zogenaamde gesloten circuits zoals de afval- en rioolheffing en het
Vastgoedbedrijf. De verlaging van de omslagrente was, conform de BBV-regelgeving,
noodzakelijk omdat de rentelasten fors zijn gedaald door de aanhoudend laagblijvende
financieringsrente. De overige 100.000 euro verslechtering wordt veroorzaakt door het
wegvallen van het begrote dividend van het Openbaar Lichaam Crematoria Twente.
blz. 135 (van 230)
Rentevisie
De rente op geld- en kapitaalmarkten in Nederland is nog steeds erg laag. Na de start van de
coronacrisis steeg de rente maar ondertussen is deze gedaald tot een gelijk niveau als voor
de crisis. Een verdere daling lijkt aanstaande te zijn nu de economische groei is teruggevallen
en de ECB de rente voorlopig laag houdt.
De korte (3-maands) rente is al enige jaren negatief. De voorspelling dat de 3-maands rente
rond 0,5% negatief zou liggen per eind 2020 lijkt uit te komen (de rente bedraagt momenteel
0,45% negatief). Voor eind 2021 wordt een aanhoudend negatieve rente verwacht van 0,3%
tot 0,4% negatief.
De lange (10-jarige) rente zal per eind 2020 lager liggen dan de verwachte 0,35%
(momenteel 0,2%). Voor eind 2021 wordt slechts een lichte stijging verwacht naar 0,3%.
Kasgeldlimiet
In de Wet financiering decentrale overheden (Fido) is bepaald dat de gemeente maximaal
8,5% van het begrotingstotaal aan kortlopende schulden mag hebben. De gemeente is
verplicht te rapporteren over deze limiet in de begroting. De gemeente mag niet onbeperkt
haar kortlopende schulden aanhouden, maar wordt gedwongen een goede verdeling aan te
houden tussen de korte en lange schulden. Onderstaande tabel laat de kasgeldlimiet voor de
jaren 2021 tot en met 2024 zien.
Financiering en schuldpositie
De hoofdlijn van de financieringsstrategie van de gemeente Enschede is dat maximaal
kortlopend wordt gefinancierd binnen de grenzen van de Wet Fido. De rente op korte
schulden is normaliter ruim lager dan de rente van langlopende financiering. De laatste jaren
is deze korte rente zelfs negatief waarmee door maximaal kort te financieren voordelen
worden behaald. Door deze handelwijze worden de rentelasten van de gemeente
geminimaliseerd. Op basis van de meerjarige liquiditeitsplanning moet jaarlijks in 2021 tot en
met 2024 wisselend tussen 15 miljoen euro en 30 miljoen euro worden geleend. Deze
financieringsbehoefte is verwerkt in het renteresultaat en in de onderstaande ontwikkeling van
de leningenportefeuilles:
blz. 136 (van 230)
De gemeente streeft in het kader van het risico-reductieprogramma naar reductie van de
schulden. Daarmee wordt ook de druk van rentelasten in de begroting verkleind. In de
afgelopen jaren zijn de leningenportefeuilles gestaag gedaald, doordat minder is geïnvesteerd
en diverse bezittingen (o.a. vastgoed en aandelen) zijn verkocht. De daling van de portefeuille
met opgenomen geldleningen stagneert in de komende jaren op basis van de huidige
investeringsplanning.
De portefeuille met de verstrekte leningen daalt ook gestaag door het beleid uit 2018 om in te
zetten op het verstrekken van garanties/borgstellingen in plaats van leningen aan derden. Het
vervroegd aflossen van leningen door derden wordt ook gestimuleerd. Er worden slechts zeer
beperkt nog leningen verstrekt. Eigenlijk gaat het hier slechts nog om de zogenaamde
duurzaamheidsleningen aan sportverenigingen. Het Waarborgfonds van de Sport staat
daarvoor 100% dus is het risico voor de gemeente nihil.
De portefeuille met uitstaande garanties is wel gestegen ten opzichte van vorige jaar mede
door de genomen besluiten om garantstellingen te verstrekken aan Onderhoud Enschede
(5,165 miljoen euro voor nieuwe huisvesting) en de Museumfabriek (2,996 miljoen euro voor
aankoop pand). Er wordt slechts ingestemd met nieuwe garantstellingen als duidelijk is dat
deze geen risico vormen )bijvoorbeeld door afdoende onderpand) en geheel voldoen aan de
beleidsregels voor leningen en garanties. Op deze wijze is geen weerstandsvermogen
benodigd voor deze garantstellingen en hebben deze verstrekte garantstellingen geen invloed
op de weerstandsratio.
De sportverenigingen hebben uitstel van betaling van rente en aflossing gedurende 6
maanden op verstrekte leningen gekregen vanwege de coronacrisis. Niet alle verenigingen
hebben hiervan gebruik van gemaakt. Vanaf 1 oktober 2020 is weer rente en aflossing
verschuldigd. Er zijn op dit moment geen signalen ontvangen dat verenigingen niet aan hun
verplichtingen kunnen voldoen.
Verstrekte lening en garantstelling FC Twente
Op 8 april 2019 is door de raad ingestemd met een voorstel tot herfinanciering van FC
Twente en een gemeentelijke bijdrage aan het herstructureringsplan. In de
Gemeenterekening 2019 is de herstructurering verwerkt.
blz. 137 (van 230)
Vanaf seizoen 2019/2020 speelt FC Twente weer in de Eredivisie. Het coronavirus heeft
veroorzaakt dat de competitie niet is uitgespeeld. De lockdown en beperkingen door corona
zorgen voor een enorme terugval van de inkomsten van de club vanuit onder meer
kaartverkoop en horeca. Zo zijn er sindsdien nauwelijks bijeenkomsten mogelijk in het
stadion. De club heeft dan ook moeten overgaan tot een forse kostenreductie met ook een
reorganisatie tot gevolg. Het het jaar wordt afgesloten met een gering positief resultaat terwijl
een negatief resultaat van enkele miljoenen was verwacht. Dit komt mede omdat de
seizoenkaarthouderen en huurders skyboxen geen restitutie hebben gevraagd.
De voorlopige begroting voor het seizoen 2020/2021 laat een fors negatief resultaat zien van
enkele miljoenen. Daarbij moet wel worden gesteld dat deze voorzichtig is opgesteld waarbij
is uitgegaan van coronamaatregelen gedurende het gehele seizoen. Ook zijn geen bijdragen
geraamd vanuit mogelijk rijksregelingen die nog beschikbaar komen. Ook voor dit seizoen
blijven de fans de club trouw en hebben zij gezorgd voor een ongekende verkoop van
seizoenkaarten. De liquiditeitsplanning laat een saldo van rond nul zien per einde van het
seizoen. Het mogelijke tekort moet worden onttrokken aan het eigen vermogen van FC
Twente. Dat biedt hiervoor voldoende ruimte. Helaas wordt dan wel het effect van de
balansverbetering als gevolg van de herstructureringsoperatie vanuit 2019 deels teniet
gedaan.
Het college heeft ingestemd met uitstel van betaling tot uiterlijk 31 december 2020 van de
verschuldigde risicopremie a 400.000 euro die FC Twente per 1 juli 2020 verschuldigd was.
FC Twente heeft de risicopremie echter per eind juli 2020 voldaan.
Onlangs is na uitgebreide afstemming met de rekeningencommissie een nieuwe
toezichthouder benoemd. Gekozen is voor een toezichthouder met veel kennis en ervaring
met van Betaald voetbalorganisaties.
De risico's voor de verstrekte lening en borgstelling zijn separaat opgenomen in Naris en zijn
terug te vinden in de top 10 risico’s in de paragraaf weerstandsvermogen. Uit de meest
recente rapportages van FC Twente blijkt dat de kans op het voordoen van het risico kan
worden gehandhaafd op 30%.
Renterisiconorm
Vanuit de Wet Fido moeten we in deze begroting rapporteren over de renterisiconorm. Deze
norm geeft een kader voor de spreiding van de looptijden in de leningenportefeuille. Volgens
de renterisiconorm mag in elk enig jaar maximaal 20% van het begrotingstotaal
geherfinancierd worden. Op die manier worden de renterisico’s op de vaste schulden over de
jaren gespreid. Uit onderstaande tabel blijkt dat de norm in de jaren 2021 tot en met 2024 niet
zal worden overschreden.
blz. 138 (van 230)
Beleidsvoornemens treasuryfunctie
In 2021 gaat de treasuryfunctie zich bezig houden met:
• Het verder objectiveren van het risicomanagement van de leningen en
garantstellingen. In het afgelopen jaar zijn objectieve risico-inschattingen opgesteld
voor FC Twente, het MST en het onderwijs. Hierbij wordt gebruik gemaakt van
externe normen van o.a. KNVB, de banken en de onderwijsinspectie.
• Adviseren op het op te stellen Gemeentelijk Rioleringsplan dat vanaf 2022 zal ingaan.
De rentecomponent in dit plan heeft groot effect op het renteresultaat van de
gemeente vanwege het grote investeringsplan voor riolering. Daarom is er
betrokkenheid vanaf de voorkant gewenst.
Limieten 2021
In de financieringsparagraaf moeten jaarlijks de limieten worden vastgesteld voor het
opnemen van kredieten in rekening-courant, het uitzetten van tijdelijk overtollige geldmiddelen
en het aantrekken van langlopende geldleningen. De raad stelt hiermee de grenzen vast
waarbinnen het college kan overgaan opereren.
*) Deze limiet wordt tijdelijk overschreden. In de Wet Fido staat dat de kasgeldlimiet twee kwartalen achtereen
overschreden mag worden. Omdat de rentestanden voor kortlopende leningen zeer laag zijn, maken we daar
maximaal gebruik van.
blz. 139 (van 230)
4.5. Bedrijfsvoering
De grootste uitdaging voor het openbaar bestuur is hoe het de belangen van de samenleving
kan blijven behartigen in een steeds sneller veranderende omgeving. In tijden van en na een
crisis. We moeten ons kunnen aanpassen bij beleidsvorming en uitvoering. Onze
samenleving verandert, de behoeften verschillen. Daarvan moeten we ons meer bewust zijn.
Een sterk en goed bestuur dient niet alleen te investeren in wat het bestuur denkt dat goed is
voor de stad. We moeten juist ook in investeren in de netwerken in de stad. Ook moeten we
investeren in onze voelsprieten om echt te kunnen zien en voelen wat leeft. Die investering
gaat verder dan geld. We moeten investeren in onze vaardigheid van in gesprek gaan op
gelijkwaardig niveau. We moeten investeren in de durf en het wederzijds vertrouwen om
minder regels te stellen en om maatwerk toe te passen. We moeten leren los te laten en
ruimte te geven aan initiatieven uit de samenleving. Ook moeten we open staan voor de
kansen die ontstaan, zoals de digitale technologie ons thuis werken heeft geholpen tijdens de
lockdown gedurende de coronacrisis.
Digitale technologieën veranderen onze manier van handelen. Ze veranderen de manier
waarop we werken, de manier waarop docenten lesgeven, hoe dokters en patiënten met
elkaar praten, waar politici over debatteren en hoe mensen nieuws delen. Achter de
schermen werken algoritmen en kunstmatige intelligentie op manieren die we vaak niet eens
herkennen maar wel grote invloed hebben. De manier waarop we digitaal innoveren en hoe
we daarbij technologieën inzetten en samenwerken, heeft impact op de economie, de
overheid, het werk en sociale leven van mensen en de fysieke leefwereld. Veelal positief
maar we moeten ook waakzaam zijn voor de uitdagingen, op het gebied van digitale
veiligheid, grondrechten en ons morele kompas. Wij zien vanuit Europa en het Rijk een
toenemende drang om de digitale wereld gecontroleerd te laten landen bij gemeente en
andere overheidspartijen door afdwingen van wetten en audits. Bovendien moeten we altijd
beseffen dat een deel van de bevolking onvoldoende digitaal vaardig is om gebruik te maken
van deze communicatievorm. We zullen dus altijd ook voor een werkzaam alternatief moeten
zorgen. De overheid is er voor alle burgers.
De kansen die deze digitale transitie biedt moeten we benutten en vertalen naar de diverse
bedrijfsvoeringsprocessen. Deze processen en de investering in kennismanagement
ondersteunen de opgaven en doelstellingen van de organisatie.
Een adaptief bestuur en adaptieve gemeentelijke organisatie vragen een bedrijfsvoering die
techniek en kwaliteit toevoegt en daarmee maximaal ondersteunt, maar tegelijkertijd de basis
op orde houdt en richtinggevend is op het gebied van IT, juridische zaken en financiën.
We organiseren deze ondersteuning integraal waarbij wij de focus leggen langs drie lijnen
namelijk (zie paragraaf 3.4 'wat willen we bereiken'):
1. Digitale transitie - datagedreven & wetgeving;
2. Veranderende sturing en verantwoording - de (financiële) basis op orde;
3. Organisatieontwikkeling: arbeidsmarktstrategie- lerende, flexibele en talentvolle
organisatie.
blz. 140 (van 230)
investeren in de organisatie
We weten dat we in de komende jaren afscheid gaan nemen van bijna een kwart van de
collega’s die de organisatie vanwege pensioen gaan verlaten.
De intensiveringslijnen ‘investeren in ICT’ (onderdeel van de digitale transitie), ‘Financiële
basis op orde’ en ‘Organisatieontwikkeling’ bieden samen de mogelijkheid om de
pensionering in de komende drie jaar te benutten om onze organisatie en werkprocessen
anders in te richten om daarmee als rendement op de organisatie een formatiereductie ter
hoogte van twee miljoen euro te realiseren.
blz. 141 (van 230)
4.6. Verbonden partijen
De informatie in deze paragraaf is een aanvulling op de informatie die over de verbonden
partijen is opgenomen in de diverse programma's. In de programmateksten is informatie
opgenomen hoe en waar de verbonden partijen bijdragen aan de doelstellingen van de
gemeente en welk maatschappelijk rendement zij leveren.
Beleid verbonden partijen
Voorop zal blijven staan dat wij sturen op het maatschappelijk rendement van onze
verbonden partijen. Dit doen wij door het maken van duidelijke afspraken en het stellen van
indicatoren in onze opdrachtgeversrol. In de rol van bestuurder/opdrachtnemer en
aandeelhouder werken wij aan een solide organisatie die de taken van opdrachtgever zo
efficiënt en goed mogelijk uitvoert.
Ook zetten wij verder in op goede informatievoorziening zodat de raad optimaal kan sturen,
op financiën en beleid. Van het college mag de raad, net als voorgaande jaren, verwachten
dat de rekeningencommissie de begrotingen 2022 en de jaarrekeningen 2020 van de
gemeenschappelijke regelingen tijdig integraal ter bespreking en advies aangeboden krijgt.
Zodat een goede afweging kan worden gemaakt of die kaders passen binnen de door de
gemeente gestelde financiële ruimte en de beleidsdoelstellingen.
In 2021 actualiseren wij het Beleidskader verbonden partijen 2017 gelet op de wijziging van
de Wet gemeenschappelijke regelingen en de uitvoering van de motie sturen begrotingen
verbonden partijen d.d. 9 juli 2019.
Wijziging Wet gemeenschappelijke regelingen
De wijziging beoogt de democratische legitimatie van gemeenschappelijke regelingen te
versterken. Hiertoe geeft de wet nieuwe instrumenten:
1. Versterken van de positie van gemeenteraden bij besluitvorming gemeenschappelijke
regelingen door verruiming mogelijkheden zienswijzen, introductie gemeenschappelijke
adviescommissie (facultatief), verplichte afspraken over Participatie (keuze om geen
participatie toe te passen), actieve informatieplicht en de introductie van een vergoeding voor
lidmaatschap gemeenschappelijke adviescommissies en adviseurs.
2. Aanvullende controle-instrumenten voor gemeenteraden door de introductie van een
gemeenschappelijk onderzoeksrecht en verduidelijking van de onderzoeksbevoegdheid
lokale rekenkamers richting bestuur gemeenschappelijke regeling.
3. Verbeteren van de positie van gemeenteraden met betrekking tot het functioneren van de
regeling door verplichte afspraken over evaluatie, aanscherping afspraken uittreding en een
betere aansluiting begrotingscyclus gemeenschappelijke regeling op gemeentelijke cyclus.
Een aantal van deze instrumenten zal worden opgenomen in een actueel Beleidskader
verbonden partijen. En ook leidt deze wetswijziging tot aanpassing van de teksten van de
regelingen.
Spelregels
Op basis van de motie sturing begrotingen verbonden partijen d.d. 9 juli 2019 is, in Twents
verband, gewerkt aan een aantal spelregels om die sturing te verbeteren. Denk o.a. aan
afspraken over weerstandsvermogen voor bedrijfsvoeringsrisico's, prijs- en looncompensatie,
vervangingsinvesteringen, eisen aan de nota reserves en voorzieningen en tijdigheid nieuw
beleid. Deze spelregels worden opgenomen in het Beleidskader verbonden partijen.
blz. 142 (van 230)
Wijzigingen en actualiteiten verbonden partijen
Enexis: Het netwerkbedrijf Enexis heeft de aandeelhouders verzocht om naar rato van het
aandelenbezit deel te nemen in een zogenaamde hybride lening. Deze lening, van in totaal
500 miljoen euro, kan door Enexis worden aangemerkt als eigen vermogen. Enexis kan zo
betaalbaar investeringen doen die nodig zijn vanuit het Klimaatakkoord. De 1e tranche van
421 miljoen euro is uitgegeven per 30 juli 2020 door 5 provincies en 23 gemeenten. De 2e
tranche wordt naar verwachting per eind november 2020 uitgegeven. Het college heeft
besloten om niet deel te nemen aan deze lening vanwege het bijkomende risico waarvoor
weerstandsvermogen aangehouden dient te worden. De financiële positie van de gemeente
laat dit niet toe.
Deelnemingen voormalige Essent: In april 2020 is ingestemd met de liquidatie van een drietal
BV's (CBL Vennootschap, Verkoop Vennootschap en Vorderingen op Enexis) die zijn
voortgekomen uit de verkoop van de aandelen in Essent NV. Deze BV's zijn derhalve niet
meer opgenomen in de lijst met verbonden partijen aangezien deze voor einde 2020 zullen
zijn geliquideerd.
Dataland: De activiteiten van Dataland worden per 1 januari 2022 beëindigd. De kennisbank
en de opleidingen zijn al overgenomen door de VNG. De overige werkzaamheden worden
voortgezet door het Kadaster.
Regionaal Bedrijventerrein: De aanbevelingen uit de evaluatie van het Regionaal
Bedrijventerrein worden geïmplementeerd.
Regio Twente: Samen met onderwijsinstellingen en bedrijfsleven werken de gemeenten in
Twente in een nieuwe entiteit aan de sociaal-economische agenda van Twente.
Technology Base: In 2020 hebben Raad en Staten ingestemd met de wijziging en actualisatie
van de gemeenschappelijke regeling. De Provinciale Staten hebben aangegeven in 2022 een
stevige evaluatie te willen zien over de rol van de provincie in de GR. Voorbereiding voor
deze evaluatie wordt door de Provincie in samenwerking met de Gemeente Enschede
georganiseerd.
Omgevingsdienst Twente (ODT): Gelet op een bestuurlijk verschil in 2019 en 2020 over de
financiële bijdrage van Enschede aan ODT, zal de bestuurlijke samenwerking op de agenda
blijven.
Beheer verbonden partijen
De risicoanalyse van de verbonden partijen is voor het derde jaar uitgevoerd met behulp van
het pakket Naris Self Assesment. Hierbij werken we samen met de gemeente Almelo,
Dinkelland en Tubbergen. Vanaf dit jaar is ook de gemeente Hengelo aangesloten. De risico's
voor de verbonden partijen worden geïnventariseerd met behulp van een gestandaardiseerde
vragenlijst. De vragen worden samengevat in acht indicatoren, die gezamenlijk een beeld
geven van het risicoprofiel. De indicatoren zijn: directie/bestuur, eigenaarsbelang,
marktomgeving, flexibiliteit, contracten, opdrachtgeversrelatie, governance, control en
kwaliteit. Dit jaar is een open vraag aan de vragenlijst toegevoegd om de gevolgen van het
coronavirus bij de verbonden partij te inventariseren.
Het financieel belang is gebaseerd op een brede definitie. Dat betekent dat er onder meer
rekening wordt gehouden met de exploitatiebijdrage, de boekwaarde van aandelen,
dividenden, subsidies en verstrekte leningen en garanties. Zie hiervoor ook de informatie in
de lijst met verbonden partijen verderop in deze paragraaf. Bij de berekening van het
financieel belang in Naris Self Assement worden niet de benoemde bijdragen in geheel bij
blz. 143 (van 230)
elkaar opgeteld. In geval van het meest negatieve scenario, een faillissement van de
verbonden partij, moet de waarde van het aandelenkapitaal en de verstrekte leningen en
garanties als verloren worden beschouwd (als niet sprake is van voldoende onderpand). Ook
het begrote dividend zal niet worden gerealiseerd. De bijdrage aan de exploitatie (zijnde de
inkoop van goederen en diensten door de gemeente) en de subsidie wordt echter in termijnen
betaald door de gemeente. Daarvoor geldt dat het nog beschikbare resterende budget kan
worden ingezet voor de inkoop van de benodigde goederen en diensten bij een andere
organisatie. Als rekenregel wordt toegepast dat het verlies 50% van de begrote bijdrage is. In
de onderstaande grafiek zijn de uit de vragenlijsten gekomen risicoscores opgenomen:
In de onderstaande tabel is het totale risico aangegeven met stoplichtkleuren. De kleuren geven aan of het risico van de desbetreffende verbonden partij
laag, middel of hoog is. De uitkomst is de totale weging van het financieel belang en de risicoscore vanuit de vragenlijsten. Deze risico-inschatting
correspondeert vervolgens met het toezichtsregime (zie ook de link met achtergronddocument die bij de lijst met verbonden partijen is opgenomen). De
verbonden partijen staan op volgorde van hoogste naar laagste totale risico in de tabel.
De verbonden partijen met totaal risico hoog kwalificeren zich voor een meer indringend
toezicht. Dit zijn ook meteen de partijen die doorgaans taken uitvoeren die niet slechts
uitvoerend zijn, maar ook beleidsrijke c.q. geen strategische activiteiten in portefeuille
hebben. Aan deze partijen wordt dan ook meer aandacht besteed in het komende jaar dan de
partijen die een lagere score hebben. De partijen met een totaalscore laag behoeven maar
weinig toezicht aangezien hierbij sprake is van relatief kleine financiële belangen. De
gemeente bezit doorgaans ook maar een gering aandeel in deze partijen en heeft dus weinig
c.q. zeggenschap. Ten opzichte van vorig jaar is het regime van het Openbaar Lichaam
Crematorium Twente naar midden gezet nu is gebleken dat zij niet kunnen voldoen aan de
dividendverplichtingen. Dit heeft ook geleid tot een hogere risicoscore. Daarnaast is de
financiele bijdrage van het RBT naar gemiddeld gegaan na de vrijval van een deel van de
verliesvoorziening per eind 2019. De risicoscore van het VRT is van midden naar hoog
gegaan mede omdat het VRT momenteel niet kan voldoen aan de gestelde eisen ten aanzien
van het weerstandsvermogen.
In het gemeentebrede weerstandsvermogen is een financieel risico opgenomen voor de
verbonden partijen. In de top tien van risico’s staat in de paragraaf weerstandsvermogen en
risicobeheersing een risico van 6,3 miljoen euro opgenomen voor onvoorziene bijdragen aan
verbonden partijen. Hierin zijn ook de risico's van het ADT en RBT verwerkt. Voor een
verbonden partij wordt een financieel risico opgenomen als duidelijk is dat bijvoorbeeld een
bezuinigingstaakstelling nog niet is ingevuld en wellicht tot nadelen leidt bij de gemeente,
doordat een extra bijdrage moet worden betaald. Ook het niet voldoen aan de
weerstandsnormen kan leiden tot het opnemen van een financieel risico voor een verbonden
partij. Een organisatie bezit dan zelf niet voldoende middelen om haar risico's af te dekken.
De gemeente kan ook hier worden gedwongen tot het doen van een extra bijdrage als
meerdere risico's zich tegelijkertijd voordoen.
In het risico is geen rekening gehouden met de gevolgen van de coronacrisis. Vooralsnog
lijken de gevolgen voor een groot aantal verbonden partijen mee te vallen omdat zij hun werk
snel weer konden hervatten (bijvoorbeeld bij GBT en SON) of sprake was van zelfs meer
werk (zoals in de afvalbranche en bij het VRT en de Regio Twente-GGD). Een groot aantal
verbonden partijen heeft aanspraak gedaan op de beschikbare rijksregelingen zoals het
NOW. Ook in het compensatiepakket dat de gemeente ontvangt, zitten gelden ter demping
van nadelen zoals voor cultuur (Schouwburg) en niet in kunnen zetten van SW-ers
(Onderhoud Enschede). Daarnaast werpt het inzetten op een voldoende
weerstandsvermogen c.q. solvabiliteit bij de verbonden partijen nu zijn vruchten af. De nadelen kunnen voorlopig worden onttrokken uit het eigen vermogen.
Dit betekent niet dat er helemaal geen sprake is van nadelen. Zo is Sportaal hard geraakt door de coronacrisis. Zij beschikken niet over voldoende eigen
vermogen om dit op te vangen. Bij het programma Vitaal en Sociaal is een risico hiervoor opgenomen. En ook de cultuursector, waar de Schouwburg
onderdeel van is, ervaart grote problemen. Het programma Duurzaam wonen, leven, werken houdt rekening met mogelijke risico’s.
Lijst met verbonden partijen
In de onderstaande lijst staan de verbonden partijen van de Gemeente Enschede met de conform de gewijzigde BBV verplichte informatie. Verdere
algemene informatie per verbonden partij is te vinden onder deze link.
Type Naam en
vestigingsplaats
Financieel belang gemeente
2021
Omvang eigen vermogen begin
2021
Omvang eigen
vermogen eind 2021
Omvang
vreemd
vermogen
begin 2021
Omvang
vreemd
vermogen
eind 2021
Resultaat
2021
GR Regio
Twente Enschede
Bijdrage 8,364 miljoen euro
en 15.000 euro subsidie voor
GGD Twente.
9,992 miljoen euro
De weerstandsratio bedraagt 0,6 en
ligt daarmee onder het afgesproken
minimale niveau van 0,8.
10,032 miljoen euro 17,931
miljoen euro
20,438
miljoen euro
0 euro
GR Stadsbank Oost-
Nederland Enschede
Bijdrage dienstverlening 2,683
miljoen euro, kapitaalinbreng
171.000 euro
Niet opgenomen in begroting 2021.
De weerstandratio bedraagt 1,7 en
ligt daarmee boven de afgesproken
bandbreede van 1,0 tot 1,4.
1,294 miljoen euro Niet
opgenomen in
begroting
2021.
14,567
miljoen euro
0 euro
GR Openbaar Lichaam
Crematoria
Twente Enschede
Begroot dividend bijgesteld
naar 0 euro.
1,579 miljoen euro
Het weerstandsvermogen is
voldoende. De solvabiliteit van de
Crematoria Twente BV staat echter
onder druk met als gevolg dat er
geen dividend uitgekeerd kan
worden.
1,579 miljoen euro 0 euro 0 euro 17.210
euro
negateief
blz. 147 (van 230)
GR Gemeentelijk
Belastingkantoor
Twente
Hengelo
Bijdrage 3,483 miljoen euro. Niet opgenomen in begroting 2021.
Door de deelnemers is gekozen om
zelf weerstandsvermogen aan te
houden in plaats van dat GBT
beschikt over voldoende
weerstandscapaciteit.
369.000 euro Niet
opgenomen in
begroting
2021.
7,390
miljoen euro
0 euro
GR Regionaal
Bedrijventerrein Almelo
Verliesvoorziening van 2,664
miljoen euro.
4, 569 miljoen euro
(bestemmingsreserves)
Beschikt niet over
weerstandscapaciteit. Deelnemers
houden voldoende
verliesvoorziening aan.
6,753 miljoen euro
(bestemmingsreserves)
105,939
miljoen euro
69,803
miiljoen euro
684.491
euro
GR Technology
BaseEnschede
Verliesvoorziening van 8,919
miljoen euro.
Beschikt niet over eigen vermogen. Deelnemers houden
voldoende verliesvoorziening aan.
43,636
miljoen euro
49,479
miljoen euro
186.920
euro
GR Veiligheidsregio
Twente Enschede
Bijdrage 13,448 miljoen euro 2,439 miljoen euro
De weerstandsratio bedraagt 0,41
en ligt daarmee onder het
afgesproken minimale niveau van
0,7.
2,579 miljoen euro 53,826
miljoen euro
62,054
miljoen euro
0 euro
GR Omgevingsdienst
Twente, Almelo
1,733 miljoen euro (conform
begroting 2021 waar bezwaar
tegen is ingediend)
708.913 euro
De weerstandratio bedraagt 1,49 en
ligt daarmee boven de afgesproken
bandbreede van 1,0 tot 1,4.
741.665 euro 1.612.836
euro
1.554.648
euro
0 euro
NV Twentse
Schouwburg Enschede
6,618 miljoen euro totaal
subsidies, 595.000 euro
verstrekte lening, 1 euro
aandelenkapitaal
1,539 miljoen euro
Het eigen vermogen voldoet nog niet
aan de afgesproken omvang.
1,612 miljoen euro 3,073 miljoen
euro
2,734
miljoen euro
73.582
euro
blz. 148 (van 230)
BV Sportaal Enschede 7,332 miljoen euro
exploitatiebijdrage, 2,8 miljoen
euro verstrekte garantstelling,
109.000 euro subsidie
n.n.b n.n.b. n.n.b. n.n.b. 0 euro
BV Onderhoud
Enschede Enschede
11,7 miljoen euro inkoop,
7,265 miljoen euro verstrekte
garantstelling, 1 euro
aandelenkapitaal
n.n.b. n.n.b. n.n.b. n.n.b. 0 euro
NV Twente
Milieu Enschede
11,9 miljoen euro inkoop,
281.000 euro
aandelenkapitaal
10,296 miljoen euro 10,843 miljoen euro 17,713
miljoen euro
18,279
miljoen euro
547.000
euro
BV Twence Hengelo 5,8 miljoen euro inkoop, 1
miljoen euro dividend, 1 euro
aandelenkapitaal, 408.000
euro vergoeding voor
garantstelling die in 2020 is
beeindigd.
n.n.b. n.n.b. n.n.b. n.n.b. n.n.b.
NV Bank Nederlandse
Gemeenten Den Haag
200.000 euro dividend,
455.000 euro
aandelenkapitaal, ongeveer
40.000 euro inkoop
betalingsverkeer
n.n.b. n.n.b. n.n.b. n.n.b. n.n.b.
NV Enexis, Den Bosch 100.000 euro dividend,
27.000 euro aandelenkapitaal
4.088 miljoen euro 4.088 miljoen euro 4.435 miljoen
euro
4.435
miljoen euro
99,9
mljoen
euro
BV Voormalig Essent Den
Bosch:
Publiek Belang
Elektriciteitsproductie
43 euro aandelenkapitaal 1,589 miljoen euro 0 euro 0 euro 0 euro 0 euro
blz. 149 (van 230)
CSV Amsterdam 43 euro aandelenkapitaal 375.000 euro 300.000 euro 0 euro 0 euro 75.000
euro
negatief
CO Dimpact Enschede 1,25 miljoen euro inkoop, 1,6
miljoen euro opbrengsten
ST Administratiekantoor
Dataland Gouda
7.200 euro aandelenkapitaal n.n.b. n.n.b. n.n.b. n.n.b. n.n.b.
OV Euregio Gronau Bijdrage 46.296 euro (0,29
euro per inwoner op
peildatum 1 januari).
2,078 miljoen euro 2,163 miljoen euro 1,036 miljoen
euro
1,053 miljoen
euro
85.415
euro
OV Stichting
Werkgeverstaken P-
wet
Enschede Enschede
Bijdrage 1,898 miljoen euro 150.000 euro 100.000 euro 100.000 euro 100.000
euro
0 euro
4.7. Grondbeleid
In deze gemeentebegroting in hoofdstuk 3.2 Duurzaam wonen, leven, werken worden o.a. de
door het grondbedrijf te bereiken doelen en de uit te voeren acties beschreven. Voor recente
gedetailleerde informatie over het grondbeleid verwijzen we naar de paragraaf grondbeleid in
de jaarrekening 2019.
De nota grondbeleid zelf is recent geactualiseerd. Een bestuurlijke afwegingskader
gebiedsontwikkeling zal mogelijk onderdeel worden van het proces om een gemeentelijk
investeringsfonds te vormen. Het grondbedrijf zal zich richting de toekomst gaan
voorbereiden op de omgevingswet en de gevolgen daarvan voor het grondbeleid.
4.8. Doelmatigheids- en doeltreffendheidsonderzoeken
In de gemeentebegroting 2019 zijn de ambities voor de komende vier jaar vastgelegd en de
wijze waarop de maatschappelijke effecten (doeltreffendheid) en de inzet van middelen
(doelmatigheid) worden gemonitord. In alle vanaf 2014 op te stellen beleidsplannen worden
afspraken vastgelegd inzake tussentijdse monitoring en evaluatie van beleid na 4 jaar. Ook in
2021 worden de jaarlijkse evaluaties gedaan als onderdeel van het reguliere proces.
Art. 213a-onderzoek Toezicht op zorgaanbieders
In het kader van de decentralisaties zijn gemeenten met ingang van 2015 verantwoordelijk
voor jeugdzorg en Wmo en ook voor het toezicht hierop. Met ingang van 2019 is de
gezamenlijke regionale inkoop van Wmo en jeugdhulp van start gegaan.
De inwoners die een zorgindicatie WMO/jeugd hebben dienen de zorg te krijgen waar ze
recht op hebben. Om te controleren dat dit ook zo is, hebben we binnen de gemeente
Enschede eigen toezichthouders Wmo en Jeugd, die door middel van onderzoeken het kaf
van het koren scheiden. Zij werken zowel pro-actief als o.b.v. signalen. Zij werken ook
regionaal samen om toezicht te houden op de regionaal gecontracteerde aanbieders.
De afgelopen jaren hebben we geïnvesteerd in het opzetten en verder optimaliseren van het
doen van onderzoeken. Zo is o.a. de formatie uitgebreid, werken we met
standaardrapportages, samenwerking met vele partners, regionaal samenwerken aan het
barrieremodel, aansluiting bij het Informatieknooppunt Zorgfraude (IKZ) en we maken gebruik
van het risicomodel van Annual Insights.
Wij willen eind 2020 starten met een onderzoek naar de doelmatigheid van het toezicht op
onze zorgaanbieders. Waarbij we willen onderzoeken hoe we nu werken en hoe we verder
kunnen optimaliseren. In 2021 zullen we u de resultaten hiervan voorleggen.
blz. 151 (van 230)
5. Financiële begroting Conform het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) bestaat de
financiële begroting uit een overzicht van baten en lasten (per programma en per taakveld) en
een uiteenzetting van de financiële positie van de gemeente, aangevuld met een toelichting.
We starten met de grondslagen waarop de financiële begroting is gebaseerd.
5.1. Grondslagen
Voor de begroting 2021 hebben we de volgende grondslagen en uitgangspunten gehanteerd:
Omschrijving Grondslag
Lonen en sociale lasten 2,8%
Prijzen 1,6%
Algemene uitkering Septembercirculaire
Onroerendzaakbelasting WOZ-waarde en
tariefindex 2,5%
Overige lokale heffingen:
- Afvalstoffenheffing
- Overige heffingen
- Kostendekkend
- Zie paragraaf 4.1
Lokale heffingen
Tarieven Kostendekkend
Omslagrente 1,5%
Aantal inwoners 159.640
Aantal woningen (exclusief recreatie) 75.222
5.2. Overzicht baten en lasten
Hieronder zijn totaaloverzichten van alle lasten, baten en reservemutaties opgenomen. Deze overzichten kennen een nieuwe indeling conform de vernieuwde
wetgeving BBV.
We presenteren de vier programma's naast de algemene dekkingsmiddelen, overhead, heffing vennootschapsbelasting (Vpb) en het bedrag voor onvoorzien.
Hierdoor wijken de programmatotalen in hoofdstuk 3 (incl. overhead, etc.) af van de hieronder gepresenteerde totalen (exclusief overhead, etc.).
Bedragen in 1.000 euro's Realisatie 2019 Begroting 2020 Begroting 2021
Programma Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
Samenleving en bestuur 37.746 8.012 29.734 38.603 8.307 30.296 38.891 8.270 30.621
Duurzaam wonen, leven en werken 178.829 107.378 71.451 171.001 105.913 65.088 151.632 83.158 68.474
Vitaal en sociaal 395.670 127.276 268.394 437.410 142.095 295.314 404.319 124.718 279.601
Financien en organisatie 44.469 24.693 19.775 45.005 22.377 22.628 39.334 20.155 19.179
Subtotaal 656.714 267.360 389.354 692.019 278.692 413.327 634.176 236.300 397.876
Algemene dekkingsmiddelen 18.437 450.818 -432.381 12.984 475.917 -462.932 12.019 456.313 -444.294
Overhead 69.499 21.227 48.272 74.489 19.059 55.430 74.347 17.956 56.391
Heffing VPB 347 0 347 225 0 225 256 0 256
Onvoorzien 0 0 0 2.185 0 2.185 2.000 0 2.000
Subtotaal 88.283 472.046 -383.762 89.883 494.975 -405.092 88.623 474.269 -385.647
Saldo baten en lasten 744.997 739.405 5.592 781.902 773.667 8.235 722.799 710.569 12.229
Samenleving en bestuur 244 286 -42 11 328 -317 0 0 0
Duurzaam wonen, leven en werken 19.371 26.699 -7.328 5.471 4.131 1.340 5.280 4.253 1.027
Vitaal en sociaal 12.531 14.853 -2.322 1 3.359 -3.358 1 1.285 -1.284
Financien en organisatie 36.541 32.441 4.100 28.954 34.854 -5.900 25.802 37.775 -11.973
Saldo van mutaties reserves 68.687 74.279 -5.592 34.436 42.671 -8.235 31.083 43.312 -12.230
blz. 153 (van 230)
Resultaat 813.684 813.684 0 816.338 816.338 0 753.882 753.882 0
Meerjaren begroting
Bedragen in 1.000 euro's Begroting 2022 Raming 2023 Raming 2024
Programma Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo Lasten Baten Saldo
Samenleving en bestuur 35.293 4.922 30.371 35.016 4.781 30.235 36.630 6.395 30.235
Duurzaam wonen, leven en werken 148.216 81.172 67.043 137.373 73.778 63.595 136.591 73.434 63.156
Vitaal en sociaal 400.069 124.652 275.418 387.956 114.833 273.123 386.298 114.605 271.693
Financien en organisatie 43.267 21.053 22.214 50.193 20.696 29.497 55.344 20.816 34.528
Subtotaal 626.844 231.799 395.046 610.538 214.089 396.449 614.863 215.251 399.612
Algemene dekkingsmiddelen 11.689 461.650 -449.962 12.159 466.997 -454.838 12.584 472.223 -459.638
Overhead 72.390 17.982 54.408 71.471 16.965 54.506 69.702 15.970 53.733
Heffing VPB 256 0 256 256 0 256 256 0 256
Onvoorzien 2.000 414 1.586 2.000 0 2.000 2.000 0 2.000
Subtotaal 86.335 480.047 -393.711 85.886 483.962 -398.076 84.543 488.192 -403.649
Saldo baten en lasten 713.179 711.845 1.334 696.424 698.051 -1.627 699.405 703.443 -4.038
Samenleving en bestuur 0 0 0 0 0 0 0 0 0
Duurzaam wonen, leven en werken 3.696 3.939 -243 2.447 1.616 831 2.362 1.311 1.051
Vitaal en sociaal 1 249 -248 1 224 -223 1 96 -95
Financien en organisatie 25.411 26.254 -843 24.791 23.772 1.019 25.291 22.209 3.082
Saldo van mutaties reserves 29.108 30.442 -1.334 27.239 25.612 1.627 27.654 23.616 4.038
Resultaat 742.288 742.287 0 723.663 723.663 0 727.059 727.059 0
Voor uitgebreide financiële informatie zie de bijlage in hoofdstuk 6.4, Wat mag het kosten?
Algemene dekkingsmiddelen
Onderstaand geven we een beeld van de algemene dekkingsmiddelen (gesaldeerd: lasten en
baten).
Bedragen x 1.000 Euro's Begroting 2021
OZB 51.370
Hondenbelasting 910
Precariorechten 320
Reclamebelasting 152
Belastingopbrengsten 52.752
Algemene uitkeringen 385.703
Dividend 1.300
Saldo financieringfunctie -387
Overige algemene
dekkingsmiddelen 4.926
Overige dekkingsmiddelen 391.542
Saldo 444.294
Overhead
Om de Raad op eenvoudige wijze meer inzicht te geven in de totale kosten van de overhead
voor de gehele organisatie en ook meer zeggenschap over die kosten te geven, is wettelijk
voorgeschreven om vanaf 2017 de kosten van de overhead apart te presenteren. In de
programma’s zijn alleen de kosten opgenomen die betrekking hebben op het primaire
proces.
Overhead bevat alle kosten die samenhangen met de sturing en ondersteuning van de
medewerkers in het primaire proces. Wij onderscheiden hierin 3 categorieën:
1. Facilitaire overhead: alle kosten van de ondersteunende taken binnen de
zogenaamde PIOFACH-functies;
2. Bestuurszaken en bestuursondersteuning: de ambtelijke ondersteuning en
beleidsadvisering van de burgemeester en het College van B&W;
3. Programmaoverhead: alle kosten van leidinggevende en ondersteunende functies die
binnen de programma's zijn georganiseerd.
In onderstaande tabellen geven we een beeld van de overhead (saldo: lasten en baten).
Bedragen in 1.000 euro's Begroting
2021
Samenleving
en bestuur
Duurzaam
werken
leven en
wonen
Vitaal en
sociaal
Financiën
en
organisatie
Facilitaire overhead 48.860 1.073 1.251 46.537
Bestuursondersteuning 2.594 2.594
Programmaoverhead 4.937 793 4.146
Totaal 56.391 2.594 1.864 1.251 50.682
Binnen de begroting is sprake van gesloten systemen (rioleringen, afval, etc.). In deze
gevallen blijft een deel van de overhead conform ons verdelingsprincipe toegerekend aan
deze programma's. Daardoor is naast het programma Financiën en organsatie ook binnnen
Duurzaam werken leven en wonen en Vitaal en sociaal overhead aanwezig voor
blz. 155 (van 230)
respectievelijk 1,1 miljoen en 1,3 miljoen euro. Zie ook taakveld 0.4 Overhead in het
taakvelden overzicht hierna.
De totale lasten voor het taakveld overhead vormen de basis voor de toerekening va nde
overhead aan leges en heffingen. Dit is opgenomen in paragraaf 4.1 lokale heffingen.
Incidentele baten en lasten
Voor de periode 2021 t/m 2024 zijn de volgende incidentele baten en lasten begroot:
Programma
Bedragen in 1.000 euro's
2021 2022 2023 2024
Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten
Samenleving en bestuur 2.693 2.843 - 100 - - - -
Duurzaam wonen, leven, werken - 2.404 - 1.325 - 225 - -
Vitaal en sociaal 803 803 55 663 - 100 - -
Financiën en organisatie - 1.636 - 185 - - - -
Totaal 3.496 7.686 55 2.273 - 325 - -
Structurele reserveringen
Voor de periode 2021 t/m 2024 zijn de volgende structurele reservemutaties begroot:
Programma Bedragen *
1.000 Euro Onttrek-
kingen
2021
Stortingen
2021 Onttrek-
kingen
2022
Stortingen
2022 Onttrek-
kingen
2023
Stortingen
2023 Onttrek-
kingen
2024
Stortingen
2024
Duurzaam wonen, leven en werken 0 1 0 1 0 1 0 1
Financien en Organisatie 5.045 3.423 5.049 3.424 5.337 3.303 4.755 3.211
5.045 3.424 5.049 3.425 5.337 3.304 4.755 3.212
Saldo mutatie structureel 1.621 1.624 2.033 1.543
Voor een nadere specificatie en toelichting op dit overzicht en het overzicht met beoogde
structurele toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves, verwijzen we naar de bijlage
in hoofdstuk 6.1.
blz. 156 (van 230)
Taakvelden
Het volgende overzicht geeft inzicht in de geraamde baten en lasten per taakveld en het
verdelingsprincipe van de taakvelden naar de programma's voor het begrotingsjaar 2021.
Bedragen in 1.000 euro's S&B
Lasten S&B
Baten DWLW
Lasten DWLW
Baten V&S
Lasten V&S
Baten F&O
Lasten F&O
Baten Totaal
0.1 Bestuur 6.784 0 0 0 0 0 0 0 6.784
0.2 Burgerzaken 5.084 2.049 0 0 0 0 715 0 3.750
0.3 Beheer overige gebouwen en gronden 0 0 0 0 0 0 12.924 11.396 1.528
0.4 Ondersteuning organisatie 2.594 0 1.864 0 1.251 0 68.639 17.956 56.391
0.5 Treasury 0 0 0 0 0 0 12.019 12.932 -913
0.61 OZB woningen 0 0 0 0 0 0 1.850 39.220 -37.370
0.62 OZB- niet woningen 0 0 0 0 0 0 0 12.150 -12.150
0.63 Parkeerbelasting 0 0 0 3.916 0 0 0 0 -3.916
0.64 Belastingen Overig 0 0 0 0 0 0 139 1.382 -1.243
0.7 Algemene uitkering en overige
uitkeringen Gemeentefonds 0 0 0 0 0 0 2.291 390.629 -388.338
0.8 Overige baten en lasten 0 0 0 0 0 0 2.000 0 2.000
0.9 Vennootschapsbelasting [VpB] 0 0 31 0 0 0 225 0 256
1.1 Crisisbeheersing en Brandweer 13.551 65 0 0 0 0 0 0 13.486
1.2 Openbare orde en Veiligheid 7.515 6.006 1.509 770 267 0 0 0 2.515
2.1 Verkeer en vervoer 0 0 21.202 2.157 0 0 0 0 19.045
2.2 Parkeren 0 0 12.790 9.577 0 0 0 0 3.213
2.3 Recreatieve Havens 312 0 0 0 0 0 0 0 312
2.4 Economische Havens en waterwegen 0 0 325 46 0 0 0 0 279
3.1 Economische ontwikkeling 0 0 6.082 2.171 0 0 164 0 4.076
3.2 Fysieke bedrijfsinfrastructuur 0 0 784 150 0 0 0 0 634
3.3 Bedrijfsloket en regelingen 0 0 1.579 286 0 0 0 0 1.293
3.4 Economische promotie 0 0 2.140 0 0 0 11 600 1.551
4.2 Onderwijshuisvesting 0 0 0 0 0 0 12.182 1.343 10.839
4.3 Onderwijsbeleid en leerlingzaken 0 0 0 0 15.753 10.397 335 0 5.690
5.1 Sportbeleid en activering 0 0 0 0 1.502 55 0 0 1.447
5.2 Sportaccommodaties 0 0 37 0 7.967 0 670 551 8.123
5.3 Cultuurpresentatie, productie en
participatie 0 0 14.278 823 0 0 4.435 3.766 14.124
5.4 Musea 0 0 1.817 0 0 0 469 0 2.286
5.5 Cultureel erfgoed 0 0 0 0 0 0 0 0 0
5.6 Media 0 0 2.913 0 0 0 0 0 2.913
5.7 Openbaar groen en (openlucht)
recreatie 85 0 12.194 1.054 1.270 0 0 0 12.495
6.1 Samenkracht en burgerparticipatie 3.678 150 0 0 16.412 268 0 0 19.672
6.2 Wijkteams 166 0 0 0 11.259 0 0 0 11.425
blz. 157 (van 230)
6.3 Inkomensregelingen 426 0 0 -4.870 118.256 98.847 0 0 24.706
6.4 Begeleide participatie 0 0 0 0 37.576 9.374 0 0 28.202
6.5 Arbeidsparticipatie 375 0 0 0 18.471 1.950 0 0 16.895
6.6 Maatwerkvoorzieningen (WMO) 413 0 0 0 6.565 90 0 0 6.888
6.71 Maatwerkdienstverlening 18+ 0 0 0 0 46.979 2.863 0 0 44.116
6.72 Maatwerkdienstverlening 18- 0 0 0 0 37.641 0 0 0 37.641
6.81 Geëscaleerde zorg 18+ 0 0 0 0 62.073 799 0 0 61.274
6.82 Geëscaleerde zorg 18- 0 0 0 0 14.153 0 0 0 14.153
7.1 Volksgezondheid 0 0 0 0 8.089 0 0 0 8.089
7.2 Riolering 0 0 17.268 20.463 0 0 0 0 -3.194
7.3 Afval 0 0 24.084 26.312 0 0 0 0 -2.229
7.4 Milieubeheer 0 0 1.330 0 0 0 0 0 1.330
7.5 Begraafplaatsen 0 0 629 555 86 73 0 0 86
8.1 Ruimtelijke ordening 251 0 3.894 200 0 0 2.825 2.500 4.270
8.2 Grondexploitatie (niet
bedrijventerreinen) 0 0 16.364 15.955 0 0 0 0 410
8.3 Wonen en bouwen 251 0 10.413 3.595 0 0 325 0 7.394
Totaal 41.484 8.270 153.527 83.158 405.570 124.718 122.217 494.424 12.229
In het totaaloverzicht baten en lasten aan het begin van deze paragraaf zijn de algemene
dekkingsmiddelen, overhead, heffing Vpb en onvoorzien afzonderlijk gepresenteerd. De
algemene dekkingsmiddelen betreffen de lasten en baten uit de taakvelden 0.5 treasury
(saldo financieringsfunctie), en de baten voor de taakvelden 0.61 OZB woningen, 0.62 OZB
niet-woningen, 0.64 Belastingen overig en 0.7 Algemene uitkering en overige uitkeringen
Gemeentefonds. Overhead betreft het taakveld 0.4 Ondersteuning organisatie. Heffing Vpb
betreft taakveld 0.9 Vennootschapsbelasting. Het bedrag voor 'onvoorzien' betreft het
taakveld 0.8 Overige baten en lasten.
5.3. Uiteenzetting financiële positie
Deze paragraaf bevat een prognose van de balans en het EMU-saldo. Daarnaast zal aandacht worden besteed aan de jaarlijks terugkerende arbeidskosten
gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume, de investeringen, de financiering, het verloop van de reserves en het verloop van de voorzieningen (art.
20 BBV).
Geprognosticeerde balans
De prognose van de balans betreft het begrotingsjaar, het voorliggende jaar en de 3 jaren volgend op het begrotingsjaar.
Activa Eind
2020 Eind
2021 Eind
2022 Eind
2023 Eind
2024
Passiva Eind
2020 Eind
2021 Eind
2022 Eind
2023 Eind
2024 bedragen in 1.000 euro's
Eigen vermogen 115.139 102.909 101.575 103.202 107.240
(Im)materiele vaste activa 438.012 448.625 450.556 453.544 456.718 Voorzieningen 31.961 38.829 44.397 51.095 58.580
Financiele vaste activa 44.640 43.708 42.974 36.307 35.048 Vaste schulden 304.148 315.279 326.221 332.296 329.037
Totaal Vaste activa 482.652 492.333 493.530 489.851 491.766 Totaal Vaste passiva 451.248 457.017 472.193 486.593 494.857
Voorraden 46.664 41.091 35.194 31.513 26.217
Vorderingen (uitzettingen) 40.087 34.102 35.999 36.730 35.610 Vlottende Schulden 119.225 117.951 100.733 102.500 101.318
Liquide middelen 0 24.779 34.655 Overlopende passiva 29.007 29.703 29.460 29.390 29.518
Overlopende activa 30.075 37.145 37.662 34.961 36.590
Totaal Vlottende activa 116.827 112.339 108.856 127.983 133.072 Totaal Vlottende passiva 148.232 147.654 130.193 131.891 130.836
Totaal Activa 599.479 604.671 602.386 617.834 624.838 Totaal Passiva 599.479 604.671 602.386 618.484 625.693
blz. 159 (van 230)
Toelichting
(Im)materiële vaste activa
Deze balanspost is geprognosticeerd door de jaarrekening 2019 als uitgangspunt te nemen. Hier zijn de toekomstig geplande investeringen, die ook zijn
opgenomen onder het kopje 'Investeringen' verderop in deze paragraaf, aan toegevoegd.
En de begrote afschrijvingen over de reeds geactiveerde activa en de afschrijvingen over de investeringen in de jaren 2021 tot en met 2024 zijn hierop in
mindering gebracht.
Financiële vaste activa
De prognose voor de financiële vaste activa is opgesteld op basis van de gegevens uit de leningenadministratie.
Voorraden
De balanspost voorraden bestaat uit twee categorieën, te weten bouwgrond in exploitatie en grond- en hulpstoffen. De prognose voor de balanspost
voorraden is opgesteld op basis van het MPG 2020.
Vorderingen
De prognose voor de vorderingen is gebaseerd op het gemiddelde van de drie voorliggende jaren.
Liquide middelen
De liquide middelen bevat normaal gesproken het positieve netto effect van alle overige geprognosticeerde activa- en passivaposten (voor deze balans is
deze sluitpost opgenomen onder de vlottende schulden).
Overlopende activa
De prognose voor de vorderingen is gebaseerd op het gemiddelde van de drie voorliggende jaren.
Eigen vermogen
De balanspost reserves is meerjarig begroot op basis van de gegevens uit de begrotingsadministratie (conform besluitvorming van de raad). Een specificatie
van deze post is terug te vinden in hoofdstuk 6.2 van deze gemeentebegroting.
blz. 160 (van 230)
Voorzieningen
De balanspost voorzieningen is begroot op basis van de gegevens uit de begrotingsadministratie (conform verwachte dotatie/besteding). Een specificatie van
de voorzieningen is terug te vinden in hoofdstuk 6.3 van deze gemeentebegroting.
Vaste schulden
De prognose voor de financiële vaste passiva is opgesteld op basis van de gegevens uit de leningenadministratie.
Vlottende schulden
De prognose voor de vlottende schulden is gebaseerd op het gemiddelde van de drie voorliggende jaren. Daarnaast bevatten de Vlottende schulden het
negatieve netto-effect van alle overige geprognosticeerde activa- en passivaposten (sluitpost voor de jaren 2020 tot en met 2024).
Overlopende passiva
De prognose voor de overlopende passiva is gebaseerd op het gemiddelde van de drie voorliggende jaren.
blz. 161 (van 230)
Berekening EMU-saldo
In het Verdrag van Maastricht is afgesproken dat het EMU-tekort van een bij de euro aangesloten land maximaal 3% van het Bruto Binnenlands Product
(BBP) mag bedragen. Het EMU-saldo wordt bepaald door een gezamenlijk saldo van het Rijk, lokale overheden en sociale fondsen. Gemeenten dienen in de
begroting een raming van het eigen EMU-saldo op te nemen. De Nederlandse gemeenten mogen gezamenlijk maximaal 0,38% van het tekort veroorzaken.
Dit is vastgelegd in de Wet Houdbare Overheidsfinanciën.
In de onderstaande tabel is het EMU-saldo van Enschede berekend. In de septembercirculaire 2019 zijn de individuele referentiewaarden per gemeente
opgenomen. Het EMU-saldo voor 2021 blijft ruimschoots onder de referentiewaarde voor Enschede dat 26,741 miljoen euro bedraagt.
Berekening EMU-saldo 2020 2021 2022 2023 2024
Exploitatiesaldo voor toevoegingen c.q. onttrekkingen aan de reserves -8.235 -12.229 -1.334 1.627 4.038
Afschrijvingen ten laste van de exploitatie 20.819 22.133 22.885 23.192 21.385
Dotaties aan voorzieningen 13.091 14.351 13.955 14.775 14.814
Uitgaven aan investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd -12.312 -32.745 -24.816 -26.180 -24.559 Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn
gebracht bij post 4 240 0 0 0 0 Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voor zover niet op exploitatie verantwoord
0 0 0 0 0 Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan)
-14.446 -5.964 -6.289 -1.769 -1.642 Baten bouwgrondexploitatie: Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord
15.578 18.682 11.018 8.329 9.194 Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen
-26.435 -7.543 -8.494 -8.215 -7.411 Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief
fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten
0 0 0 0 0 Verkoop van effecten: de verwachte boekwinst bij verkoop
0 0 0 0 0
Totaal -11.701 -3.315 6.924 11.759 15.819
Verloopoverzicht reserves
Programma Bedragen * 1.000 Euro
Stand 31-
12-2020 Stortin-
gen 2021 Onttrek-
kingen
2021
Eind-
stand
2021
Eind-
stand
2022
Eind-
stand
2023
Eind-
stand
2024
Samenleving en Bestuur 207 0 0 207 207 207 207
Duurzaam wonen, leven en werken 37.543 4.091 3.801 37.832 36.065 35.162 34.214
Vitaal en Sociaal 11.043 0 1.285 9.758 9.509 9.285 9.189
Financien en Organisatie 66.345 26.992 38.226 55.111 55.793 58.547 63.629
Totaal 115.139 31.083 43.312 102.909 101.575 103.202 107.240
We hebben in hoofdstuk 6.2 een specificatie opgenomen waarin de reserves zijn
onderverdeeld naar de programma's. Daarnaast lichten we de belangrijkste reserves met een
mouse-over toe. In dit verloopoverzicht staat een kolom waarin het onderscheid naar soort
reserve is opgenomen (Alg: algemene reserve, BR: bestemmingsreserve met een nadere
onderverdeling van reserves kapitaallasten, reserves egalisatie tarieven en overige
bestemmingsreserves (BR Kap, BR Egal en BR Ov). Hieronder treft u hiervan een
totaaloverzicht aan.
Subcode Reserve Stand 31-
12-2020 Stortin-
gen 2021 Onttrek-
kingen
2021
Eind-
stand
2021
Eindstand
2022 Eind-
stand
2023
Eind-
stand
2024
Algemene reserve
Algemene Reserves 59.945 18.885 28.128 50.703 51.328 54.146 56.090
Subtotaal 59.945 18.885 28.128 50.703 51.328 54.146 56.090
Bestemmingsreserve
- Egalisatie 9.775 0 272 9.503 9.300 9.116 8.849
- Kapitaallasten 15.674 8.964 9.386 15.253 15.646 15.748 18.497
- Overige 29.745 3.233 5.528 27.450 25.302 24.192 23.804
Subtotaal 55.194 12.197 15.185 52.206 50.248 49.056 51.150
Totaal - Generaal 115.139 31.083 43.312 102.909 101.575 103.202 107.240
Bestemmingsreserves met egalisatiemotief zijn ingesteld om ongewenste schommelingen op
te vangen in de tarieven die aan derden in rekening worden gebracht. De
bestemmingsreserves kapitaallasten dienen ter dekking van kapitaallasten van investeringen.
De overige bestemmingsreserves betreffen middelen waaraan de gemeenteraad
uiteenlopende bestemmingen heeft gegeven. Aan bestemmingsreserves kan een andere
bestemming gegeven worden, maar niet zonder gevolgen voor het uit te voeren beleid.
blz. 163 (van 230)
Verloopoverzicht voorzieningen
Programma Bedragen * 1000 Euro
Stand
31-12-
2020
Bestedingen
2021 Stortingen
2021 Eindstand
2021 Eindstand
2022 Eindstand
2023 Eindstand
2024
Samenleving en bestuur 6.331 300 520 6.551 6.771 6.991 7.211
Duurzaam wonen, leven en werken 8.718 1.036 8.176 15.857 21.189 28.524 36.578
Vitaal en Sociaal 468 0 0 468 468 468 468
Financien en organisatie 16.444 6.362 5.870 15.953 15.968 15.112 14.322
Totaal 31.961 7.698 14.566 38.829 44.397 51.095 58.580
Voor een specificatie per voorziening verwijzen we naar hoofdstuk 6.3 Staat van
Voorzieningen.
blz. 164 (van 230)
Investeringen
In onderstaand overzicht staan per programma zowel de uitbreidings- als
vervangingsinvesteringen voor de jaren 2021 t/m 2024. Deze zijn ingedeeld in:
• Investeringen met economisch nut: Hiervan is sprake als de investering leidt tot een
goed dat in de markt verhandelbaar is (gebouwen, auto's) of waarmee middelen
worden gegenereerd (riolering);
• Investeringen met maatschappelijk nut: Dit zijn investeringen in de openbare ruimte
die maatschappelijk nut genereren en niet verhandelbaar zijn. Voorbeelden zijn
wegen en openbare verlichting.
Het is niet de bedoeling dat met het vaststellen van deze gemeentebegroting alle in deze
paragraaf opgenomen investeringen worden goedgekeurd. De goedkeuring betreft alleen de
vervangingsinvesteringen voor de jaarschijf 2020, waarvoor we verwijzen naar hoofdstuk
6.5 Staat van vervangingsinvesteringen. Voor uitbreidingsinvesteringen zoals
onderwijshuisvesting, riolering en mobiliteit worden separate voorstellen
voorgelegd. Daarnaast is in hoofdstuk 6.6 Ruimtelijke projecten, een actueel inzicht gegeven
in de lopende majeure stedelijke investeringsprojecten en mobiliteitsprojecten.
Investeringsoverzicht per programma 2021-2024
(Bedragen in 1.000 euro)
2021 2022 2023 2024
Economisch nut
Publieksdienstverlening 40
Totaal Samenleving en bestuur 40
Economisch nut
Riolering 16.209 13.601 15.820 15.109
Mobiliteit 7.395 7.554 269 276
Parkeerbedrijf 1.440 500
Binnenstad 3.500 3.000 6.000
Overige (vervangings)investeringen 1.060 1.055 1.050 1.050
Maatschappelijk nut
Openbare verlichting 750 750 750 750
Beheer wegen 2.000 2.000 2.000 2.000
Totaal Duurzaam wonen, leven, werken 32.354 28.460 25.889 19.185
Economisch nut
Investeringsfonds DCW 300 300 300 300
Totaal Vitaal en sociaal 300 300 300 300
Economisch nut
ICT-meerjarenplan 2.483 2.278 2.370 2.991
Huisvesting & services 669 594 277 584
Vastgoedbedrijf 1.000 1.000 1.000 1.000
Onderwijshuisvesting 10.926 10.926 10.926 10.926
Totaal Financien en organisatie 15.078 14.798 14.573 15.501
Totaal investeringen - economisch nut 45.022 40.808 38.012 32.237
Totaal investeringen - maatschappelijk nut 2.750 2.750 2.750 2.750
blz. 165 (van 230)
Arbeidskostengerelateerde verplichtingen
Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen van een jaarlijks vergelijkbaar volume wordt
geen voorziening getroffen of op andere wijze een verplichting opgenomen in de balans.
Dekking hiervan is in de meerjarenraming voorzien. Deze personele lasten worden via de
exploitatie verantwoord in het jaar waarin de uitbetaling plaatsvindt. Daarbij moet worden
gedacht aan overlopende (spaar)verlofaanspraken. Vakantiedagen en verlofsaldi leiden in
principe niet tot een uitbetaling, tenzij medewerkers uit dienst gaan. De waarde van de verlof
saldi bedraagt ca 3,5 miljoen euro (gemiddeld over de afgelopen 4 jaar).
Voor arbeidskostengerelateerde verplichtingen waarvan het jaarlijkse bedrag geen gelijk
volume heeft, is een voorziening gevormd c.q. een verplichting opgenomen in de balans.
Voorbeeld hiervan is de pensioenvoorziening.
Financiering
Voor het onderdeel financiering verwijzen wij naar hoofdstuk 4.4 Financiering.
blz. 166 (van 230)
5.4. Subsidies
Gesubsidieerde instellingen
De invulling van de maatschappelijke doelstellingen van de Gemeente Enschede wordt mede
vormgegeven door het verstrekken van subsidies. Instellingen kunnen op basis van een
verordening of de begroting een subsidie aanvragen. De procedure hiervoor is vastgelegd in
de (Algemene) Subsidieverordening. Tijdens de looptijd van de subsidie worden de
instellingen bevoorschot. De definitieve vaststelling vindt in het algemeen achteraf plaats. De
vaststelling kan om uiteenlopende redenen lager uitvallen dan de verlening. In dat geval
vordert Gemeente Enschede teveel uitbetaalde voorschotten terug. Bij de aanvraag vindt een
inhoudelijke en financiële toets plaats. Voor de materiële subsidies volgt de gemeente tijdens
de looptijd van de subsidie de instelling, zowel inhoudelijk als financieel.
Subsidieplafond 2021
Onder subsidieplafond wordt verstaan: “het bedrag dat gedurende een bepaald tijdvak ten
hoogste beschikbaar is voor de verstrekking van subsidies krachtens een bepaald wettelijk
voorschrift” (artikel 4:22 Awb). Door het instellen van een subsidieplafond wordt voorkomen
dat een subsidieregeling een open einde karakter heeft.
Voorgaande jaren werden de subsidieplafonds voor subsidieverordeningen vastgesteld door
ze op te nemen in deze programmabegroting. Bij nadere beschouwing van de geldende
delegatie- en mandaatregels bleek echter dat dat niet de juridisch correcte weg is.
Subsidieplafonds worden door het college vastgesteld (uiteraard binnen de financiële kaders
die door de raad zijn bepaald) en zullen voortaan dan ook in een verzamelvoorstel aan B&W
worden voorgelegd. Door de gekozen formulering in de Subsidieverordening Sport is dat de
enige verordening waarvoor de gemeenteraad het subsidieplafond vaststelt.
Het subsidieplafond 2021 voor de Subsidieverordening Sport bedraagt 843.299 euro.
Dit bedrag wordt onder de aanvragers verdeeld aan de hand van een verdeelsleutel op basis
van het aantal actieve leden en voorrangscores per wijk.
Hieronder geven we per programma een overzicht van de te verstrekken subsidies. Een
specificatie van deze subsidies is opgenomen in hoofdstuk 6.7.
Programma Bedragen * 1000 euro Begroting 2020 Begroting 2021
Samenleving en bestuur 163 169
Duurzaam wonen, leven en werken 19.009 19.307
Vitaal en sociaal 100.304 87.317
Financien en organisatie 100 100
Totaal 119.575 106.893
blz. 167 (van 230)
6. Bijlagen 6.1. Incidentele baten en lasten
A. Incidentele baten en laten
Programma
Toelichting/omschrijving (bedragen in 1.000 euro)
2021 2022 2023 2024
Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten Baten Lasten
Samenleving en bestuur
Vervolg wegwerken
archiefachterstanden
50 50
Achterblijven afbouw DDC icm
opbouw TIB
100 50
Pilot project Roma & Sinti 35 35
Versterking aanpak ondermijning 2.658 2.658
Subtotaal Samenleving en
bestuur
2.693 2.843 100
Duurzaam wonen, leven en
werken
Implementatie omgevingswet 550 550 150
Frictiekosten gevolgen wet Wkb 150 75
Omgevingsdienst Twente 327
Intensivering Economie - Talent -
Samenwerking
Kennisinstellingen
50 50
Intensivering Economie -
Toplocaties
150
Intensivering Economie -
Binnenstad
200 125
Intensivering Economie -
Kennispark
50
Intensivering Economie -
Technology Base
50 50
Intensivering Economie -
Foundersbijdrage Novel-T
275 275
RBT Bijdrage Parkmanagement
en BOVO afdracht
502
Duurzaamheid 250 125
Subtotaal Duurzaam wonen,
leven en werken
2.404 1.325 225
Vitaal en sociaal
Project Menzis 53 53 35 35
blz. 168 (van 230)
Zwembad 608 100
Geweld hoort nergens thuis 75 75
Landelijke voorziening
vreemdelingen
31 31
Actieprogramma Dak- en
thuisloze jongeren
20 20
LHBTI emancipatiebeleid 20 20 20 20
Brede aanpak dak- en
thuisloosheid
604 604
Subtotaal Vitaal en sociaal 803 803 55 663 100
Financiën en organisatie
Informatie Investerings Plan 721
Uitgaven in verband met Wet- en
regelgeving
150 50
Financiële basis op orde 600
Applicatiebeheer IT 165 135
Subtotaal Financiën en
organisatie
1.636 185
Totaal 3.496 7.686 55 2.273 325
Toelichting
Samenleving en bestuur
Vervolg wegwerken archiefachterstanden
In het middelenkader is er incidenteel geld beschikbaar gesteld om het analoge archief van
700m2 strekkende meter te bewerken.
Achterblijven afbouw DDC icm opbouw TIB
Door alle ontwikkelingen is er veel personeelsverloop geweest, zijn er knelpunten ontstaan en
is het afbouwen van formatie bij DDC gestagneerd. We zijn hierdoor gedwongen om, via
inhuur, voor de korte termijn in voldoende formatie te voorzien. Dit om de continuïteit van de
gehele organisatie te borgen.
Anderzijds moeten we weer bouwen aan een kwalitatief structurele bezetting van beide teams
TIB en DDC. Vervolgens moeten we de transformatie van het informatiebeheer weer opnieuw
oppakken met de nieuwe teams, een uitdagend programma voor de komende jaren,
waarvoor gedurende die komende twee jaar extra budget noodzakelijk is.
Pilot project Roma & Sinti
Via de algemene uitkering heeft de gemeente Enschede extra middelen ontvangen voor 2020
en 2021 voor een pilot om Roma en Sinti jongeren toe te leiden naar de arbeidsmarkt door
een verbeterende onderwijsparticipatie.
Versterking aanpak ondermijning
In de begroting 2020 en 2021 zijn de incidentele middelen opgenomen verkregen vanuit de
subsidie 'Versterking aanpak ondermijning'.
Deze subsidie is toegekend aan het Riec, hierdoor zijn de inkomsten en de uitgaven
verhoogt en budget neutraal in de begroting opgenomen.
blz. 169 (van 230)
Duurzaam wonen, leven, werken
Implementatie omgevingswet
In de Begroting 2017 t/m 2022 zijn incidentele middelen opgenomen voor de implementatie
van de omgevingswet. Aanvullend zijn in de zomernota 2020 aanvullende middelen
toegekend voor de invoering van de lokale ICT-applicaties (250.000 euro) en frictiekosten
voor het wegvallen van leges in 2022 (250.000 euro) en 2023 (150.000 euro).
Frictiekosten gevolgen wet Wkb
Door de invoering van de wet Kwaliteitsborging (Wkb) per 1-1-2022 zullen werkzaamheden
verschuiven van de gemeente naar de markt. In de zomernota 2020 zijn voor de frictiekosten
middelen toegekend voor de jaren 2022 (150.000 euro) en 2023 (75.000 euro).
Omgevingsdienst Twente
Uit het flankerend beleid is voor de jaar 2021 een budget toegekend voor het ODT (100.000
euro). Daarnaast is vanuit de zomernota 2019 een budget toegekend voor 2021 (227.000
euro).
Intensivering Economie
In het coalitieakkoord 2018-2022 is afgesproken extra te gaan investeren in de economische
ontwikkeling van Enschede.
Bijdrage RBT Parkmanagement en bovo-afdracht
In de raadsbesluit van 31 oktober 2016 Financiële effecten Richting aan Ruimte zijn ook tot
en met 2021 middelen begroot voor een bijdrage aan het RBT inzake investeringen in
parkmanagement en de bovo-afdracht. Voor afloop van deze budgetten zullen nieuwe
afspraken met het RBT gemaakt moeten worden voor de toekomst.
Duurzaamheid
Conform het coalitieakkoord 2018-2022 is tot en met 2021 jaarlijks 250.000 euro beschikbaar
voor duurzaamheid. In het jaar 2022 is voor duurzaamheid 125.000 euro beschikbaar.
Vitaal en sociaal
Project Menzis
Dit betreft het project "Sporten op Rezappt" waarin de gemeente Enschede, Sportaal en
zorgverzekeraar Menzis hun krachten bundelen, als onderdeel van de lokale werkagenda
Gezond Meedoen
Zwembad
Dit betreft de voorkeur voor scenario 1, met het openhouden van Het Slagman tot 2028. Dat
voorziet de komende jaren in voldoende zwemwater voor de verschillende doelgroepen.
Hierbij is sprake van een incidenteel knelpunt voor frictiekosten. Dit betreft de frictiekosten als
gevolg van de afboeking van de boekwaarde van het Aquadrome voor 608.000 euro in 2022
en frictiekosten personeel voor 100.000 euro in 2023.
Geweld hoort nergens thuis
Voor het meerjaren programma 'geweld hoort nergens thuis' is er via de meicirculaire 2019
voor een periode van drie jaar (2019-2021) een bedrag van 75.000 euro oer jaar beschikbaar
gesteld voor het aanstellen van een regionale projectleider.
blz. 170 (van 230)
Landelijke voorziening vreemdelingen
Voor de ontwikkeling van een landelijke vreemdelingenvoorzieningen (LLV) zijn er via de
meicirculaire 2019 voor een periode van 3 jaar incidenteel middelen beschikbaar gesteld.
Actieprogramma Dak- en thuisloze jongeren
Gemeente Enschede doet als Centrumgemeente mee aan het landelijk actieprogramma dak-
en thuisloze jongeren. Hiervoor zijn in de septembercirculaire 2019 incidenteel middelen
beschikbaar gesteld.
LHBTI-emancipatiebeleid
De gemeente Enschede is een regenboogstad, waarbij we samen werken aan het vergroten
van de sociale acceptatie en veiligheid van lesbische vrouwen, homoseksuele mannen,
biseksuelen, transpersonen, mensen met een interseksuele conditie (LHBTI+).
Voor verlenging van het LHBTI-beleid is in de septembercirculaire 2019 een bijdrage
beschikbaar gesteld.
Brede aanpak dak- en thuisloosheid
In de septembercirculaire 2020 heeft het Rijk middelen beschikbaar besteld om dak- en
thuisloosheid zoveel mogelijk wil voorkomen en ervoor wil zorgen dat niemand op straat hoeft
te slapen. Gemeente Enschede ontvangt deze middelen als Centrumgemeente.
Financiën en organisatie
Informatie Investering Plan
Incidenteel zijn middelen beschikbaar gesteld als cofinanciering voor informatie-
investeringsprojecten.
Uitgaven in verband met wet- en regelgeving
Om te voldoen aan nieuwe wet- en regelgeving is in 2021 150.000 euro incidenteel
beschikbaar gesteld.
Financiële basis op orde
In het middelenkader 2020 is er incidenteel geld beschikbaar gesteld voor het
toekomstbestendig maken en op orde krijgen van de 'Financiële Basis'.
Applicatiebeheer IT
In het middelenkader is incidenteel budget beschikbaar gesteld om de komende 5 jaren het
applicatiebeheer efficiënter vorm te kunnen geven. Veranderingen in de bedrijfsvoering zijn
de laatste jaren in een stroomversnelling geraakt. Een van de oorzaken hiervan is het tempo
waarin IT zich is gaan ontwikkelen en de mate waarin nieuwe technologieën worden ingezet
binnen de gemeente. Voor de komende jaren is extra capaciteit benodigd om zowel
kwantitatief als kwalitatief te kunnen aansluiten op veranderingen in de bedrijfsvoering.
B. Structurele toevoegingen en onttrekkingen aan reserves
Programma Reserve Onttrek-
kingen 2021
Stort-
ingen
2021
Onttrek-
kingen 2022
Stort-
ingen
2022
Onttrek-
kingen 2023
Stort-
ingen
2023
Onttrek-
kingen 2024
Stort-
ingen
2024
Duurzaam wonen
leven en werken
Kapitaalslasten 0 1 0 1 0 1 0 1
Financiën en
organisatie
IT Gemeentebrede software 209 260 250 260 272 260 373 260
Financiën en
organisatie
Vervanging ICT 2.222 2.127 2.112 2.130 2.449 2.008 1.892 1.911
Financiën en
organisatie
H&S Werkplekinrichting 563 526 641 524 611 525 613 527
Financiën en
organisatie
Kostprijsdekkende huur 1.342 0 1.342 0 1.342 0 1.342 0
Financiën en
organisatie
Kapitaalslasten
vervangingsinvesteringen sport
128 0 128 0 128 0 0 0
Financiën en
organisatie
Kapitalslasten Brede Scholen 581 510 576 510 535 510 535 513
5.045 3.424 5.049 3.425 5.337 3.304 4.755 3.212
Saldo mutatie
structureel
1.621 1.624 2.033 1.543
6.2. Staat van reserves
Bedragen x 1.000 Euro Soort
reserves
Stand
31-12-
2020
Stortin-
gen
2021
Onttrek-
kingen
2021
Eind-
stand
2021
Eind-
stand
2022
Eind-
stand
2023
Eind-
stand
2024
Samenleving en Bestuur
Integraal Veiligheidsplan BR Ov 21 0 0 21 21 21 21
Raadsimpulsen BR Ov 100 0 0 100 100 100 100
Reserve wijkbudgetten BR Ov 87 0 0 87 87 87 87
Totaal Samenleving en Bestuur 207 0 0 207 207 207 207
Duurzaam wonen, leven en werken
Egalisatiereserve Markten BR Ov 61 0 0 61 61 61 61
Gebiedsontwikkeling BR Ov 790 150 0 940 1.090 1.240 1.390
Herstel opgebroken bestrating BR Ov 154 0 0 154 154 154 154
Landinrichting BR Ov 110 0 0 110 110 110 110
Majeure investeringsopgaven BR Ov 943 0 0 943 943 943 943
Nog uit te voeren werkzaamheden BR Ov 4.741 400 50 5.091 5.041 5.041 5.041
Res exploitatieresult
bouwvergunning BR Ov 376 0 0 376 376 376 376
Reserve duurzaamheid BR Ov 679 0 250 429 179 179 179
Reserve grondbedrijf Alg 12.897 327 882 12.342 11.619 11.308 10.998
Reserve kapitaallasten BR Kap 94 1.401 0 1.495 2.068 2.069 2.070
Reserve mobiliteit BR Ov 13.337 1.813 2.315 12.834 11.573 11.015 10.494
Reserve Monumentenbeleid BR Ov 73 0 3 71 69 67 67
Reserve Muziekfonds BR Ov 51 0 30 21 21 21 21
Reserve parkeren BR Egal 2.973 0 272 2.702 2.499 2.314 2.048
Reserve stadsverfraaiing BR Ov 265 0 0 265 265 265 265
Totaal Duurzaam wonen, leven en werken 37.543 4.091 3.801 37.832 36.065 35.162 34.214
Vitaal en Sociaal
Asiel & Integratie BR Ov 171 0 171 0 0 0 0
Dienstreserve DCW BR Ov 541 0 68 473 407 340 274
Egalisatiereserve Beschermd
Wonen BR Egal 6.802 0 0 6.802 6.802 6.802 6.802
Gezond Meedoen convenant
Menzis BR Ov 51 0 25 26 1 1 1
Integratie AZC in de wijk BR Ov 102 0 0 102 102 102 102
LEA BR Ov 178 0 0 178 178 178 178
Re-Integratie en Inburgering BR Ov 600 0 0 600 600 600 600
Res Gemeentelijkesociale
huisvesting BR Ov 250 0 30 221 191 162 132
Res Maat. opvang en
verslavingzorg BR Ov 373 0 0 373 373 373 373
Reserve Sociaal Fonds BR Ov 863 0 863 0 0 0 0
blz. 173 (van 230)
Reserve Vrouwenopvang BR Ov 728 0 0 728 728 728 728
Vervangingsinvestering sport BR Kap 384 0 128 256 128 0 0
Totaal Vitaal en Sociaal 11.043 0 1.285 9.758 9.509 9.285 9.189
Financien en Organisatie
Flankerend beleid BR Ov 3.053 790 1.666 2.177 1.482 797 797
H&S - Leegstandsreserve BR Ov 860 80 57 884 964 1.045 1.125
H&S - Werkplekinrichting BR Kap 1.326 526 564 1.289 1.171 1.085 1.000
Investering externe activiteiten BR Ov 188 0 0 188 188 188 188
IT - Gem.brede software BR Kap 549 260 209 600 609 597 483
Onderwijshuisvesting BR Kap 2.437 3.915 3.944 2.407 2.688 3.564 4.977
Vastgoed BR Kap 8.541 735 2.319 6.957 6.715 6.607 8.122
Vervanging ICT BR Kap 2.344 2.127 2.222 2.249 2.267 1.827 1.845
Weerstandvermogen Alg 47.047 18.558 27.246 38.360 39.709 42.838 45.092
Totaal Financien en Organisatie 66.345 26.992 38.226 55.111 55.793 58.547 63.629
Totaal - Generaal 115.139 31.083 43.312 102.909 101.575 103.202 107.240
Toelichting op de reserves
De doelstellingen van de reserves zijn toegelicht met behulp van zogenaamde mouse-
overs op de website. De mutaties van de verschillende reserves komen in hoofdstuk 3
en 6.4 aan de orde, bij de toelichting op het onderdeel "Wat mag het kosten?"
blz. 174 (van 230)
6.3. Staat van voorzieningen
Bedragen * 1000 Euro Stand
31-12-
2020
Bestedingen
2021 Stortingen
2021 Eindstand
2021 Eindstand
2022 Eindstand
2023 Eindstand
2024
Samenleving en bestuur
Vrz. oud wethouders (pensioen) 6.331 300 520 6.551 6.771 6.991 7.211
Totaal Samenleving en bestuur 6.331 300 520 6.551 6.771 6.991 7.211
Duurzaam wonen, leven en werken
Onderhoud havens 1.493 0 200 1.693 1.893 2.093 2.293
Voorz groot onderh kunstgrasvelden 244 0 0 244 244 244 244
Onderhoud parkeergarages 1.721 406 385 1.700 1.526 949 903
Voorz Grondwatermonitoring 554 0 0 554 554 554 554
Voorziening Afvalstoffen 2.619 630 0 1.989 189 0 0
Voorziening Riolering 1.874 0 12 1.885 862 834 806
Voorziening Gr onderhoud Riolering 0 0 7.366 7.366 15.283 22.998 30.713
Vz gr onderh infrastruct kunstwerken 213 0 213 426 639 852 1.065
Totaal Duurzaam wonen, leven en
werken 8.718 1.036 8.176 15.857 21.189 28.524 36.578
Vitaal en Sociaal
DCW productie bedrijf 10 0 0 10 10 10 10
Voorz DCW 400 0 0 400 400 400 400
Voorziening vv Zuid-Eschmarke 59 0 0 59 59 59 59
Totaal Vitaal en Sociaal 468 0 0 468 468 468 468
Financien en organisatie
Voorziening ADT 9.093 0 -9 9.084 9.075 9.059 9.043
Voorziening RBT 2.815 0 30 2.845 2.875 2.900 2.924
Vrz. personeel 1.302 210 200 1.292 1.362 1.452 1.573
H&S vrz. onderhoud 981 759 289 510 482 622 715
Voorziening Onderhoud VBE 2.254 5.392 5.360 2.221 2.175 1.078 66
Totaal Financien en organisatie 16.444 6.362 5.870 15.953 15.968 15.112 14.322
Totaal 31.961 7.698 14.566 38.829 44.397 51.095 58.580
Toelichting voorzieningen
De doelstellingen van de belangrijkste voorzieningen zijn toegelicht met behulp
van zogenaamde mouse-overs op de website.
blz. 175 (van 230)
6.4. Wat mag het kosten?
Onderstaande tabellen geven per programma inzicht in de verdeling van de baten en de
lasten van de producten voor de jaren 2020 t/m 2024. De toevoegingen en onttrekkingen aan
de reserves spelen hierbij een belangrijke rol en zijn daarom ook opgenomen. Waar de baten
en de lasten binnen één product niet aan elkaar gelijk zijn, ontstaat een resultaat. Dit resultaat
kan positief of negatief zijn en komt, rekening houdend met reservemutaties op dit product,
uiteindelijk ten gunste of ten laste van de algemene middelen van de gemeente Enschede.
Samenleving en bestuur
Bedragen x 1.000 euro Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Publieksdienstverlening 4.867 4.770 4.603 4.458 6.072
Verkiezingen 260 315 315 315 315
College van B&W 2.184 2.229 2.229 2.229 2.229
Ondersteuning College van B&W en directie 4.180 4.280 4.280 4.280 4.280
Raad en commissies 2.531 2.362 2.362 2.362 2.362
Bezwaar en beroep 1.909 1.966 1.966 1.966 1.966
Klachtencommissariaat 285 296 296 296 296
Stadsdeelsgewijs werken 3.996 3.989 3.989 3.989 3.989
Regionale samenwerking 229 211 211 211 211
Openbare orde en veiligheid 20.728 21.067 17.635 17.503 17.503
Totaal Lasten 41.169 41.484 37.887 37.610 39.224
Publieksdienstverlening 1.986 2.049 1.886 1.745 3.359
Stadsdeelsgewijs werken 150 150 150 150 150
Openbare orde en veiligheid 6.171 6.071 2.886 2.886 2.886
Totaal Baten 8.307 8.270 4.922 4.781 6.395
Saldo van baten en lasten 32.863 33.215 32.965 32.829 32.829
Storting reserves 11 0 0 0 0
Onttrekking reserves 328 0 0 0 0
Resultaat 32.546 33.215 32.965 32.829 32.829
Toelichting
Publieksdienstverlening
Jaarlijks worden er nieuwe inschattingen gemaakt van de te verwachten omzet en de
daarmee gemoeide kosten en zo ook voor de jaren 2021 - 2024. Vanaf 2019 is er sprake van
een sterke daling in het aantal aanvragen van reisdocumenten o.a. door gewijzigde
geldigheidsduur. In het jaar 2024 slaat deze om en zijn er fors meer aanvragen begroot.
Zie voor nadere toelichting paragraaf lokale heffingen.
Verkiezingen
In 2020 worden er geen verkiezingen georganiseerd. Echter in de septembercirculaire 2020
heeft het Rijk geld beschikbaar gesteld in 2020 om de verkiezingen in 2021 "corona-proof" te
kunnen organiseren. Vanwege de 1,5 meter richtlijn zullen meer locaties nodig zijn, extra
beschermende maatregelen zullen er genomen moeten worden en het organiseren zal meer
blz. 176 (van 230)
tijd en geld gaan kosten. Bij het volbrengen van de normale zittingstermijnen wordt er in 2021
één verkiezing georganiseerd, die volledig corona-proof zal moeten worden.
College van B&W
De lasten van het product college van B&W stijgen in 2021 t.o.v. 2020 met 45.000 euro. Deze
stijging wordt veroorzaakt door het toekennen van loon- en prijscompensaties.
Ondersteuning College van B&W en directie
De lasten van het product ondersteuning College van B&W en directie stijgen in 2021 t.o.v.
2020 met 46.000 euro. Deze stijging wordt veroorzaakt door de het toekennen van loon- en
prijscompensaties en het toekennen van het knelpunt accountantskosten.
Raad en commissies
De lasten van het product ondersteuning Raad en commissies dalen in 2021 t.o.v. 2020 met
169.000 euro. Deze daling wordt veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• In 2020 is de bestemmingsreserve van de jaarrekening 2019 voor ‘Enschede
akkoord’ (zie Coalitieakkoord Enschede 2018-2022) van 195.000 euro beschikbaar
gesteld;
• Vanaf 2021 is er een structurele besparing van 55.000 euro verwerkt op de het
budget raad en commissies.
• Als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensaties stijgen de lasten met
81.000 euro.
Bezwaar en beroep
De lasten van het product bezwaar en beroep stijgen in 2021 t.o.v. 2020 met 57.000 euro.
Deze stijging wordt veroorzaakt het toekennen van loon- en prijscompensaties stijgen de
lasten.
Klachtencommissariaat
Geen substantiële afwijkingen in baten en lasten ten opzichte van 2020, de stijging van de
lasten betreft de loon- en prijscompensatie.
Stadsdeelsgewijs Werken
De lasten van het product Stadsdeelsgewijs werken dalen in 2021 t.o.v. 2020 met 7.000
euro. Deze daling wordt veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• Als gevolg van het amendement ‘wijkbudgetten ook vanaf 2018 op peil houden’, is de
onderbesteding van 133.000 euro over 2019 aangewend voor de wijkbudgetten van
2020. Hierdoor vallen de lasten in 2020 133.000 euro hoger uit ten opzichte van
2021;
• Als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensaties stijgen de lasten.
Regionale Samenwerking
Als gevolg van een herstructurering van de budgetten voor de bijdrage aan de verbonden
partij "Regio Twente" daalt het budget met 18.000 euro conform de vaste gestelde
meerjarenbegroting.
blz. 177 (van 230)
Openbare orde en veiligheid
De lasten van het product Openbare orde en veiligheid stijgen in 2021 t.o.v. 2020 met
339.000 euro. Deze stijging wordt veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• Een verhoging van het budget van 411.000 euro in 2021 ten aanzien van de bijdrage
aan de verbonden partij Veiligheidsregio Twente (VRT);
• De gemeente Enschede is de beheerorganisatie voor het Riec, op basis van hun
jaarplannen zijn de lasten met 100.000 euro gedaald in 2021. Daarentegen zijn hun
baten ook gedaald met hetzelfde bedrag, het Riec is budget neutraal opgenomen in
de begroting.
• Als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensaties stijgen de lasten.
De baten zijn in 2021 ten opzichte van 2020 met 100.000 euro gedaald, welke gelijk staan
aan de daling van de lasten van het Riec.
Reserves
Reserve wijkbudgetten
In 2020 is ten behoeve van het product Stadsgedeels Werken 133.000 euro onttrokken aan
de reserve 'Reserve wijkbudgetten', dit betreft de onderbesteding van 133.000 euro over
2019 aangewend voor de wijkbudgetten van 2020.
Enschede Akkoord
In 2020 is er incidenteel budget ten behoeve van de uitvoering van het bestemmingsvoorstel
"Enschede akkoord" a 195.000 euro, de onttrekking is incidenteel in 2020 en voor 2021 niet
meer van toepassing.
blz. 178 (van 230)
Duurzaam wonen, leven, werken
Bedragen x 1.000 euro Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Cultuur, Evenementen en Citymarketing 20.227 20.924 20.567 20.452 20.355
Duurzaamheid 415 510 381 2 2
Bestemmen, Vergunnen, Toezicht en
Handhaving 10.077 10.771 11.053 10.789 10.578
Stedelijke ontwikkeling 4.069 2.261 1.461 1.472 1.472
Grondbedrijf 32.626 16.614 13.020 7.072 6.374
Locatieontwikkeling 2.247 3.612 3.343 3.857 3.857
Parkeerbeheer 12.898 13.123 12.628 12.747 13.267
Begraafplaatsen 1.151 1.142 1.147 1.147 1.147
Verkeersinfrastructuur en beleid 9.513 5.626 6.060 4.573 4.537
Beheer en Onderhoud Openbare Ruimte 28.786 28.775 28.877 28.132 28.213
Riolering 18.875 17.892 19.776 19.733 19.733
Afvalstoffen 25.174 24.377 24.377 24.377 24.377
Dienstverlening aan ondernemers 934 921 1.011 1.015 750
Versterken economische structuur 5.881 6.980 6.407 3.904 3.830
Totaal Lasten 172.872 153.527 150.107 139.272 138.490
Cultuur, Evenementen en Citymarketing 296 823 496 381 284
Duurzaamheid 60 0 0 0 0
Bestemmen, Vergunnen, Toezicht en
Handhaving 4.506 4.495 4.508 4.522 4.536
Stedelijke ontwikkeling 2.750 70 70 70 70
Grondbedrijf 32.238 16.105 12.341 6.807 6.109
Parkeerbeheer 13.519 13.492 13.930 14.367 14.805
Begraafplaatsen 548 555 555 555 555
Verkeersinfrastructuur en beleid 4.363 250 464 50 50
Beheer en Onderhoud Openbare Ruimte 3.202 3.267 3.274 3.281 3.281
Riolering 18.875 17.892 19.776 19.733 19.733
Afvalstoffen 24.816 24.012 24.012 24.012 24.012
Dienstverlening aan ondernemers 64 36 36 0 0
Versterken economische structuur 676 2.159 2.125 0 0
Totaal Baten 105.913 83.158 81.586 73.778 73.434
Saldo van baten en lasten 66.959 70.370 68.520 65.494 65.056
Storting reserves 5.471 5.280 3.696 2.447 2.362
Onttrekking reserves 4.131 4.253 3.939 1.616 1.311
Resultaat 68.299 71.396 68.278 66.325 66.107
blz. 179 (van 230)
Toelichting
Cultuur, evenementen en citymarketing
Lasten
De lasten in 2021 zijn in totaal 697.000 euro hoger ten opzichte van 2020 door:
• 398.000 euro aan loon- en prijscompensatie;
• 607.000 euro extra voor creatieve broedplaatsen vanuit de regiodeal;
• 30.000 euro subsidieverhoging voor Concordia i.v.m. de nieuwe
amateurkunstverordening;
• 200.000 euro lastenverlaging doordat in 2020 eenmalig extra middelen beschikbaar
waren voor evenementen;
• 150.000 euro lastenverlaging conform zomernota 2017;
• 12.000 euro aan kleine wijzigingen.
Baten
De baten in 2021 zijn in totaal 527.000 euro hoger ten opzichte van 2020 door:
• 607.000 euro extra voor creatieve broedplaatsen vanuit de regiodeal;
• 80.000 euro minder provinciale subsidies.
Reserve
Er wordt 30.000 euro onttrokken uit de reserve Muziekfonds ten gunste van Concordia in
verband met de nieuwe amateurkunstverordening.
Duurzaamheid
Lasten
De lasten zijn in 2021 95.000 euro hoger dan in 2020 door:
• Een incidentele bate van 60.000 euro voor het energieloket 2016-2019 die in 2020 is
ontvangen waardoor de lasten ook 60.000 euro stegen;
• Een onttrekking uit de reserve in 2020 van 100.000 euro, terwijl in 2021 250.000 euro
wordt onttrokken om uitvoering te geven aan de energievisie;
• Ongeveer 5.000 euro loon- en prijscompensatie
Baten
De baten zijn in 2021 nihil. Dat is 60.000 euro lager dan in 2020. Zoals hierboven
aangegeven komt dat door een incidentele bate van 60.000 euro in 2020.
Ontwikkeling meerjarig
Voor 2022 is 125.000 euro beschikbaar gesteld voor het fonds duurzame ontwikkeling.
Daarnaast wordt in dat jaar opnieuw 250.000 euro onttrokken uit de reserve om uitvoering te
geven aan de energievisie. Vanaf 2023 zijn geen middelen beschikbaar gesteld voor
duurzaamheid.
blz. 180 (van 230)
Bestemmen, Vergunnen, Toezicht en Handhaving
Lasten
De lasten in 2021 zijn in totaal 694.000 euro hoger ten opzichte van 2020 door:
• het toekennen van loon- en prijscompensatie bij BVTH (+300.000 euro);
• het indexeren van de fixed price van Handhaving Openbare Ruimte voor Parkeren
(+95.000 euro);
• als gevolg van een lagere heffing leges in 2021 is de prognose voor de
kostendekkendheid leges 2021 verlaagd (-198.000 euro);
• de toegekende incidentele middelen voor 2021 voor de implementatie van de
omgevingswet voor lokale ICT applicaties in de zomernota 2020 (+250.000 euro);
• de toegekende structurele middelen voor het onderhouden van de ICT applicaties
voor de omgevingswet in de zomernota 2020 (+50.000 euro);
• de toegekende structurele middelen voor de bijdrage van Enschede aan het Rijk voor
het Digitale Systeem Omgevingswet (DSO) in de zomernota 2020 (+158.000 euro);
• de toegekende structurele middelen voor cultuurhistorie in de zomernota 2020
(+100.000 euro);
• vervallen van de bijdrage vanuit de meicirculaire 2019 voor de energieaudit richtlijn
(EED) (-15.000 euro);
• vervallen van de bijdrage vanuit de meicirculaire 2019 voor de kerkenvisie (-75.000
euro);
• overig (+ 29.000 euro).
Baten
De baten in 2021 zijn in totaal 11.000 euro lager ten opzichte van 2020 door:
• de prognose van de heffingen leges 2021 (-198.000 euro);
• het toekennen van loon- en prijscompensatie bij vergunnen (+ 92.000 euro);
• het indexeren van de fixed price van Handhaving Openbare Ruimte voor Parkeren
(+95.000 euro).
Reserve
In 2021 wordt 3.000 euro van de reserve monumenten onttrokken. Dit zijn kapitaallasten voor
de Jozefkerk.
Ontwikkeling meerjarenbegroting
De intensivering voor Handhaving Openbare Ruimte zou in 2022 worden gehalveerd en in
2023 op 0 euro worden gezet. In de zomernota 2020 heeft de Raad echter besloten om deze
intensivering vanaf 2022 te structureren.
De invoering van de omgevingswet op 1 januari 2022 zal gevolgen hebben voor de
legesinkomsten. In de zomernota is invulling gegeven aan het knelpunt van frictiekosten voor
2022 (250.000 euro) en voor 2023 (150.000 euro). Daarnaast zorgt de wet Kwaliteitsborging
voor overheveling van werk van gemeente naar markt. In de begroting zijn hiervoor
frictiekosten opgenomen voor 2022 (150.000 euro) en 2023
(75.000 euro).
blz. 181 (van 230)
Stedelijke ontwikkeling
Lasten
De lasten in 2021 zijn in totaal 1,8 miljoen euro lager ten opzichte van 2020.
• Door loon- en prijscompensatie wordt het budget verhoogd (57.000 euro);
• Bij de Zomernota 2020 zijn er voor het jaar 2021 middelen beschikbaar gesteld voor
de proceskosten integrale wijkaanpak warmtetransitie (600.000 euro hoger) en voor
het opstellen van een warmtevisie en daarmee samenhangende kosten (200.000
euro hoger);
• Vanaf 2021 wordt het lastenbudget met 350.000 euro verhoogd, doordat eerder
doorgevoerde besparingen niet volledig haalbaar blijken te zijn. In de begroting 2016
is een besparing opgenomen binnen het Fysiek domein ter dekking van
investeringen. De besparing is vastgesteld op 850.000 euro structureel. De oplossing
moest gevonden worden in marges binnen de programmabudgetten voor het
afdekken van risico’s, integratie van de programma’s Leefomgeving en Stedelijke
Ontwikkeling tot één programma Fysiek. In totaliteit heeft dit een besparing
opgeleverd van 500.000 euro. Daarmee resteert er nog 350.000 euro. Deze laatste
350.000 euro is niet te realiseren;
• In 2020 is er een incidentele subsidie (Regeling Reductie Energiegebruik) van bijna
2,7 miljoen euro ontvangen. Dit project is in 2020 uitgevoerd;
• Voor de uitvoering van de transitievisie warmte, wijkaanpak Twekkelerveld en een
energieloket is in 2020 100.000 euro onttrokken uit de reserve. Dit is een deel van de
in de decembercirculaire 2019 beschikbaar gestelde klimaatmiddelen;
• Van 2018 tot en met 2020 was het lastenbudget met 227.000 verhoogd. De reden
hiervoor is dat in het middelenkader 2019-2022 de dekking van de opdrachtgevers
als knelpunt is aangegeven;
• Lagere lasten als gevolg van verlaging van de omslagrente (30.000 euro lager).
Baten
De baten in 2021 zijn in totaal 2,7 miljoen euro lager ten opzichte van 2020. Dit wordt
veroorzaakt doordat, in 2020 er een incidentele subsidie (Regeling Reductie Energiegebruik)
van bijna 2,7 miljoen euro is ontvangen. Dit project is in 2020 uitgevoerd.
Ontwikkelingen meerjarig
De middelen voor de uitvoering van de warmtetransitie zijn voor de jaren 2022 en verder nog
niet toegekend. Dit, omdat het college het signaal aan het Rijk wil afgeven dat de met de
warmtetransitie gemoeide kosten door het Rijk moeten worden gedragen om de
uitvoeringmogelijk te maken.
Grondbedrijf
De lasten zijn in 2021 16,0 miljoen euro lager dan in 2020. Dit wordt voor 13,4 miljoen euro
veroorzaakt doordat in 2021 minder kosten in het MPG worden verwacht dan in 2020. Dit
betreffen vooral de projecten ’t Vaneker, Hoog en Droog, Roombeek, Velve, Zuiderval en
Hornbach. Het restant van 2,6 miljoen wordt voornamelijk veroorzaakt door de mutatie in de
boekwaarde van de voorraad grondpositie.
De baten zijn in 2021 16,1 miljoen euro lager dan in 2020 en dat wordt volledig veroorzaakt
door de verwachte mutatie in de boekwaarde van de lopende grondexploitaties. De
daadwerkelijke baten in het MPG blijven in 2021 ongeveer gelijk aan 2020. In de projecten De
Kop, Oostkrans-Usseler Es en Hornbach nemen de baten toe, maar in de projecten ’t
Brunink, Euregio, Ossenboer, Hardick & Seckel en Zuiderval nemen de baten af.
blz. 182 (van 230)
Tot en met 2024 nemen zowel de lasten als de baten verder af als gevolg van minder begrote
projectactiviteiten in de grondexploitaties.
Locatieontwikkeling
De lasten zijn in 2021 1,4 miljoen euro hoger dan in 2020.
Dat wordt veroorzaakt door:
• 1,3 miljoen euro hogere lasten voor plankosten AD Gefinancierde Organisatie en
Kerntaken, toegekend bij de zomernota 2019.
• 751.000 euro hogere kapitaalslasten als gevolg van het activeren van
investeringskosten van het project De Kop en Boswinkel.
Ontwikkelingen meerjarig:
Vanaf 2022 wordt het lastenbudget voor de bijdrage aan de investeringen in het
parkmanagement en de bovo-afdracht van het RBT met 502.000 euro verlaagd tot nihil. De
begrote dekking uit de Algemene Reserve voor deze kosten eindigt ook in 2021. In de
komende jaren zullen nieuwe afspraken gemaakt moeten worden op welke wijze we na 2021
financieel bij willen dragen aan het parkmanagement en de bovo-afdracht van het RBT en
hoe die kosten te dekken.
Parkeerbeheer
Zie bijlage 6.8.
Verkeersinfrastructuur en beleid
De cijfers zijn gebaseerd op de projecten waarvoor de gemeenteraad voor 2021 middelen
beschikbaar heeft gesteld op basis van de raadsvoorstellen aanvraag budget
mobiliteitsprojecten en meerjarige doorkijk.
De toekenning van budget voor nieuwe projecten voor 2021 vindt plaats via een separaat
raadsvoorstel in de loop van het jaar, niet bij vaststelling van de Gemeentebegroting.
Het verschil in de lasten tussen de begrotingsjaren 2020 en 2021 wordt veroorzaakt door:
• verlaging budget voor onderzoek nachttreinen (7.000 euro);
• verlaging budget impuls handhaving scooters (200.000 euro);
• verlaging budget te ontvangen subsidiebedragen (4.363.000 euro);
• ophoging budget verkeersregelinstallaties (300.000 euro);
• ophoging budget kapitaallasten (110.000 euro);
• ophoging budget voor personele lasten (28.000 euro);
• hogere onttrekking reserve mobiliteit (230.000 euro);
• ophoging budget overige posten (15.000 euro).
Het verschil in de baten tussen de begrotingsjaren 2020 en 2021 wordt veroorzaakt door:
• verlaging budget te ontvangen subsidiebedragen (4.363.000 euro);
• ophoging budget inkomsten parkeren fctwente (50.000 euro);
• hogere onttrekking reserve mobiliteit (230.000 euro);
• ophoging budget overige posten (20.000 euro).
blz. 183 (van 230)
Van 2019 tot en met 2022 wordt er op basis van het coalitieakkoord jaarlijks (gemiddeld)
500.000 euro toegevoegd aan de reserve mobiliteit.
Beheer en onderhoud openbare ruimte
Dit product is opgebouwd uit meerdere deelproducten. Hieronder per deelproduct de
verschillen verklaring indien het verschil per deelproduct groter is dan 50.000 euro of 5%.
Stadsdeelbeheer
De lasten in 2021 zijn in totaal 638.000 euro hoger ten opzichte van 2020 door:
• hogere lasten voor areaaluitbreiding (184.000 euro);
• hogere lasten door loon- en prijscompensatie (283.000 euro);
• hogere lasten vanwege de bestrijding van de eikenprocessierups (250.000 euro);
• lagere lasten, doordat er in 2020 incidenteel middelen beschikbaar werden gesteld
door het Rijk voor procesondersteuning Deltaprogramma Ruimtelijke Adaptatie die
we in de december circulaire 2020 ontvangen hebben (79.000 euro).
Ontwikkeling meerjarenbegroting
Bij de Zomernota 2020 zijn er voor de bestrijding van de eikenprocessierups incidenteel
middelen beschikbaar gesteld voor 2021 en 2022. Vooralsnog is budget opgenomen voor de
korte termijn aanpak voor 2021 en 2022, waarna een evaluatie plaats zal vinden en een
besluit genomen moet worden over budgetten voor de daaropvolgende jaren.
Openbare verlichting
Het verschil in de lasten voor 2021 ten opzichte van 2020 van 110.000 euro wordt
veroorzaakt door:
• hogere lasten voor areaaluitbreiding (80.000 euro);
• hogere lasten voor kapitaallasten vanwege incidentele verlaging in 2020 door
vertragingen in vervangingsinvesteringen (41.000 euro);
• lagere lasten voor kapitaallasten door verlaging van omslagrente van 2% naar 1,5%
(33.000 euro);
• hogere lasten voor prijs en looncompensatie (22.000 euro).
Reserve
Het verschil in de storting in de reserve kapitaallasten van 709.000 euro wordt veroorzaakt
door in 2020 incidenteel 41.000 euro te storten door vertraging in de vervangingen van
openbare verlichting en 750.000 euro die als een kasschuif is ingezet in de
Gemeentebegroting 2018 en in 2021 weer teruggestort is in de reserve kapitaallasten
Openbare Verlichting.
Beleid en uitvoering milieu bodem
Het verschil in de lasten voor 2021 ten opzichte van 2020 van 1,1 miljoen euro wordt
veroorzaakt door:
• hogere lasten door incidenteel 100.000 euro bij te dragen aan de Gemeentebegroting
2020;
• hogere lasten door incidenteel in 2020 een storting in te reserve te doen van 250.000
euro;
• hogere lasten voor prijs en looncompensatie (25.000 euro);
blz. 184 (van 230)
• hogere lasten door geen bijdrage te doen voor aanpak spoedlocaties voor de
implementatie van de Omgevingswet. (100.000 euro);
• lagere lasten door het eindigen van bodemconvenant 2016-2020 van 1,575 miljoen
euro.
Reserve
Gedurende 2020 is als gevolg van de vertraagde uitvoering van bodemsanering en
bodemonderzoeken hiervoor geoormerkte budget van 250.000 euro incidenteel gestort in de
reserve "Nog uit te voeren werkzaamheden" zodat het budget beschikbaar blijft voor
bodemsanering en bodemonderzoeken.
Beheer Wegen
Het verschil in de lasten voor 2021 ten opzichte van 2020 van 1,1 miljoen euro wordt
veroorzaakt door:
• lagere kapitaallasten door de daling van de omslag rente van 2% naar 1,5% (100.000
euro);
• lagere lasten doordat er ingeleverd is op het wegenonderhoud door bezuinigingen
(100.000 euro);
• hogere lasten voor prijs en looncompensatie (88.000 euro);
• hogere lasten doordat een aantal projecten zijn verschoven van 2020 naar 2021 (1
miljoen euro);
• hogere lasten voor areaaluitbreiding vanaf 2021 (178.000 euro).
Ontwikkeling meerjarenbegroting
Vanaf 2022 zijn de lasten hoger door de investeringen van het project Centrumkwadraat fase
1.
Havens
De lasten en baten zijn in 2021 zijn 2.000 euro lager ten opzichte van 2020 door loon- en
prijscompensatie.
Reclame op openbare terreinen
De lasten zijn voor de jaren 2021 en 2022 verhoogd met 200.000 euro.
Toetsing van ondernemingsactiviteiten heeft ertoe geleid dat de gemeente Enschede voor
een aantal activiteiten aangifte doet voor de vennootschapsbelasting, waaronder Reclame op
openbare terreinen. Op grond van de reclame inkomsten gaat het jaarlijks om ongeveer
200.000 euro aan vennootschapsbelasting. Er speelt een uitvoerige landelijke discussie over
de vennootschapsbelastingplicht van reclame. De Gemeente Enschede heeft het standpunt
ingenomen dat de reclame niet leidt tot heffing van Vennootschapsbelasting. De
Belastingdienst heeft echter een ander standpunt. Om te voorkomen dat er belastingrente in
rekening wordt gebracht is besloten om reclame met ingang van 2016 toch in de aangifte op
te nemen om vervolgens in bezwaar te gaan tegen de eigen aangifte.
Riolering
De budgetten zijn gebaseerd op de actualisatie GRP 2020 van het Gemeentelijk
Rioleringsplan. De belangrijkste wijzigingen ten opzichte van 2020 zijn de verlaging van de
rente op de boekwaarde en de aanpassing in het investeringsplan waardoor de kapitaallasten
lager zijn.
blz. 185 (van 230)
Daarnaast is door onder andere de lagere omslagrente vanaf 2017 reeds gestart met het
opbouwen van de voorziening groot onderhoud waardoor een deel van de vervanging direct
uit de voorziening betaald kan worden.
Afvalstoffen
In de vergadering van 18 april 2016 heeft de raad besloten om per 2017 over te gaan tot de
invoering van tariefdifferentiatie. Als vervolgstap is in de vergadering van 5 november 2019
door de raad besloten tot invoering van het keuzemodel bij laagbouw en invoering inzameling
GFE bij hoogbouw per 2021.
Het verschil in de lasten tussen de begrotingsjaren 2020 en 2021 wordt m.n. veroorzaakt
door:
• lagere lasten voor transport en vermarkting pmd 1.300.000 euro;
• hogere lasten door structurele opname handhavingscapaciteit 106.000euro;
• hogere lasten voor bijdrage aan het btw compensatiefonds 54.000 euro;
• hogere lasten overige afvalstromen 379.000 euro.
Het verschil in de baten tussen de begrotingsjaren 2020 en 2021 wordt m.n. veroorzaakt
door:
• hogere opbrengst afvalstoffenheffing 685.000 euro;
• lagere opbrengst pmd 1.300.000 euro;
• lagere opbrengst afvalstromen 189.000 euro.
De afvalstoffenheffing is vanaf 2017 gesplitst in een vast deel en een variabel deel.
Definitieve tarieven 2021 worden voor 1 januari 2021 door de raad vastgesteld.
Dienstverlening aan ondernemers
Lasten
De lasten zijn in 2021 in totaal 13.000 euro lager ten opzichte van 2020 door:
• Toekenning van loon- en prijscompensatie (+ 30.000 euro);
• Een lagere storting in de reserve flankerend beleid (+ 60.000 euro);
• Een brede taakstelling op het fysiek en economisch domein (- 75.000 euro)
vastgesteld bij zomernota 2019;
• Een eenmalige subsidie voor het crisis- stadsarrangement in 2020 (- 28.000 euro).
Baten
De baten zijn in 2021 28.000 euro lager dan in 2020 ,dit wordt veroorzaakt door een
eenmalige subsidie voor het crisis- stadarrangement in 2020 van 28.000 euro.
Reserve
Bij de zomernota van 2020 is in 2020 (150.000 euro) en 2021 (90.000 euro) een storting in de
reserve flankerend beleid begroot. Voor 2022 (125.000 euro) en 2023 (265.000 euro) is een
onttrekking begroot. Met de in 2019 gestorte 150.000 euro is deze beweging meerjarig
neutraal. Hiermee wordt de reserve flankerend beleid ingezet als remweg voor het realiseren
blz. 186 (van 230)
van de brede taakstelling binnen het fysieke en economische domein voor het deel
ondernemersloket.
Ontwikkeling meerjarenbegroting
• Voor 2021-2023 is de brede taakstelling voor het fysiek domein (2021: 75.000 euro,
2022: 200.000 euro, 2023 en verder 300.000 euro) met name gerealiseerd door de
reserve flankerend beleid in te zetten als remweg. Vanaf 2024 is de restant
taakstelling 265.000 euro;
• Afloop van de BIZ Euregio subsidie zorgt vanaf 2023 voor een verlaging van de
lasten en de baten met 36.000 euro.
Versterken Economische Structuur
De lasten zijn in 2021 1.099.000 euro hoger dan in 2020.
Dit wordt veroorzaakt door:
• 1.849.000 euro hogere lasten inzake uitvoering Regio Deal.
• 350.000 euro lagere lasten voor Intensivering Economie waaronder Kennispark;
• 366.000 euro lagere lasten voor Aerial Uptake (Drones);
• 34.000 euro lagere lasten door overige budgetten waaronder Actieplan Internationaal.
De baten zijn in 2021 1.483.000 euro hoger dan in 2020.
Dit wordt veroorzaakt door:
• 1.849.000 euro hogere baten inzake ontvangen subsidie Regio Deal
• 366.000 euro lagere baten door wegvallen subsidie Aerial Uptake (Drones).
Dat wordt volledig veroorzaakt door het wegvallen van de Aerial Uptake (Drones) subsidie.
Ontwikkeling meerjarenbegroting
In 2022 daalt het budget van Intensivering Economie verder en na 2022 zijn geen extra
middelen meer aanwezig om de economie extra impulsen te geven. Tevens vallen na 2022
de middelen van de Regio Deal weg.
blz. 187 (van 230)
Vitaal en sociaal
Bedragen x 1.000 euro Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Sport en Gezondheid 15.485 15.966 16.222 15.144 14.916
Jeugdhulp 52.834 51.861 52.070 51.943 51.943
Onderwijs 15.594 14.816 14.873 7.211 7.293
Ondersteuning lokaal (WMO) 49.506 52.383 52.469 52.534 52.496
Ondersteuning centrumtaken (WMO) 75.937 62.073 61.654 61.655 61.655
Algemene bijstand levensonderhoud 117.913 105.794 104.894 104.894 104.894
Inkomensondersteuning 11.868 12.462 12.422 12.422 12.582
Schuldhulpverlening 2.924 3.235 3.275 3.275 3.115
Arbeidsmarktparticipatie 22.942 20.739 20.765 18.984 19.357
Sociale Werkvoorziening en Nieuw Beschut 43.663 38.658 36.907 35.451 33.873
Algemene Maatschappelijke Voorzieningen 17.906 13.824 12.417 12.375 12.106
Ondersteuning wijkteams 12.088 13.759 13.353 13.319 13.319
Totaal Lasten 438.660 405.570 401.320 389.207 387.549
Sport en Gezondheid 132 128 111 100 100
Onderwijs 9.411 8.361 8.746 1.187 1.187
Ondersteuning lokaal (WMO) 1.710 1.980 1.980 1.980 1.980
Ondersteuning centrumtaken (WMO) 2.498 2.040 2.040 2.040 2.040
Algemene bijstand levensonderhoud 110.347 98.347 98.347 98.347 98.347
Inkomensondersteuning 500 500 500 500 500
Arbeidsmarktparticipatie 4.187 3.987 3.987 2.037 2.037
Sociale Werkvoorziening en Nieuw Beschut 12.892 9.374 8.940 8.641 8.413
Algemene Maatschappelijke Voorzieningen 418 0 0 0 0
Totaal Baten 142.095 124.718 124.652 114.833 114.605
Saldo van baten en lasten 296.565 280.852 276.669 274.374 272.943
Storting reserves 1 1 1 1 1
Onttrekking reserves 3.359 1.285 249 224 96
Resultaat 293.207 279.568 276.420 274.151 272.848
Toelichting
Sport en gezondheid
Dit product bestaat uit de onderdelen Sport (subsidies aan sportverenigingen en de
exploitatiebijdrage aan Sportaal BV) en Preventie GGZ/JGZ (waaronder de bijdrage aan de
regio Twente voor de GGD) en hangt samen met de doelen 1.01 en 2.01 uit Vitaal & Sociaal.
De begrote lasten nemen in 2021 per saldo toe met 0,5 miljoen euro ten opzichte van de
begroting 2020. Deze stijging wordt veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• een stijging van lasten van 0,5 miljoen euro als gevolg van loon -en prijscompensatie;
• een stijging van de lasten als gevolg van het beschikbaar komen van 0,1 miljoen
euro voor de uitvoering van de zwembadvisie;
• een daling van de lasten van 0,1 miljoen euro als gevolg van de eenmalige
onttrekking uit de reserve maatschappelijke functie sport in 2020;
blz. 188 (van 230)
• een stijging van 0,1 miljoen euro als gevolg van een onttrekking aan de reserve
vervangingsinvesteringen sport ter dekking van de benodigde
vervangingsinvesteringen van Sportaal;
• een daling van de lasten van 0,1 miljoen euro als gevolg van een taakstelling op de
clustering van sportvelden en lagere bijdrage aan Sportaal wegens invulling van hun
professionaliseringsopgave.
De 'opvallende' meerjarige trendbreuken zijn:
• de eenmalige ophoging van 0,6 miljoen euro in 2022 en 0,1 miljoen euro in 2023 als
gevolg van frictiekosten afboeking boekwaarde Aquadrome respectievelijk
frictiekosten personeel in verband met de nieuwbouw zwembad;
• een verlaging van de lasten van 0,2 miljoen euro vanaf 2022 als gevolg van de
taakstelling versnelling clustering van sportvelden;
• lagere lasten als gevolg van afbouw intensivering coalitieakkoord sport: 0,1 miljoen
euro in 2022 en 0,2 miljoen euro vanaf 2023;
• lagere lasten van 0,4 miljoen euro vanaf 2023 als gevolg van de taakstelling op de
bijdrage aan het zwemmen.
Jeugdhulp
Dit product bestaat uit de onderdelen Consultatie & Diagnostiek, Ondersteuningsbehoeften
Jeugdhulp, Wonen & Verblijf, Maatregelenhulp, Beschikbaarheidsvoorzieningen, Landelijk
Transitie Arrangement, Onderwijs Jeugdhulp Arrangement en Vervoer maatschappelijke
deelname. Het product hangt samen met de subdoelen 1.01, 1.02 en 1.04 uit Vitaal &
Sociaal.
De lasten dalen in 2021 met 0,9 miljoen euro ten opzichte van 2020. Deze daling wordt
veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• door de oplopende effecten van de vastgestelde bezuinigingsmaatregelen
(taakstellingen) dalen de lasten met 2,0 miljoen euro. Het gaat hier onder andere om
de taakstellingen: wijkteams en voorliggend, inrichten algemene voorzieningen,
scheiden wonen en zorg en beleidsaanpassingen jeugdhulp;
• als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensatie neemt het lastenbudget
met circa 1,2 miljoen euro toe;
• door effecten uit rijks- (mei- en september)circulaires daalt het budget met 0,9 miljoen
euro; met name als gevolg van het vervallen van het 1ste steunpakket ten behoeve
van inhaalzorg Corona 2020 (-0,4 miljoen euro) en een nacalculatie op het budget
voor voogdij/18+. Dit is een deel van het budget dat op basis van een "t-2"
systematiek wordt bijgesteld. Concreet betekent dit dat door lagere kosten voor
voogdij/18+ in het jaar 2019 het budget met dezelfde daling wordt gecorrigeerd in
2021;
• als gevolg van de overheveling (verschuiving) van budget naar andere
producten daalt het budget met 0,5 miljoen euro; het gaat hierbij om een overheveling
van het flexibel budget naar het product ondersteuning wijkteams en een bijdrage
voor het project Brickworkz onder algemene voorzieningen;
• door de volumestijging van het aantal jeugdigen dat een beroep doet op jeugdhulp
ontstaat een ophoging van het budget met 1,6 miljoen euro;
• voor overige kleine ontwikkelingen ontstaat een daling van het budget met 0,3 miljoen
euro.
In 2021 en verder blijft het budget voor Jeugd stabiel.
blz. 189 (van 230)
Onderwijs
Dit product bestaat uit de onderdelen Onderwijsachterstandenbeleid, Lokaal Educatieve
Agenda, Leerlingenvervoer, Leerplicht RMC, Voortijdig schoolverlaten (VSV) en Handhaving
Kinderopvang. Het product hangt samen met de subdoelen 1.03, 1.06 en 1.07 uit Vitaal &
Sociaal.
De lasten dalen met 0,8 miljoen euro ten opzichte van 2020. Deze daling wordt veroorzaakt
door de volgende ontwikkelingen:
• als gevolg van de beëindiging van de (tijdelijke) bijdrage VSV met ingang van 2021
dalen de lasten met 1,3 miljoen euro;
• als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensatie neemt het lastenbudget
met circa 0,2 miljoen euro toe;
• door een ophoging vanuit rijkscirculaires nemen respectievelijk de budgetten voor
peuterarrangementen met 0,2 miljoen euro en onderwijsachterstandenbeleid met 0,3
miljoen euro toe;
• de verwerking van de effecten middelenkader 2021-2024 (coronanota 2020) leidt tot
een verhoging van 0,1 miljoen euro; dit betreft het knelpunt leerlingenvervoer (+0,1
miljoen euro).
• het vervallen van het steunpakket corona (o.a. bijdrage noodopvang kinderen,
voorschoolse voorziening peuters,-0,3 miljoen euro)
De 'opvallende' meerjarige trendbreuken zijn:
• de beëindiging van de (tijdelijke) bijdrage OAB met ingang van 2022 (- 7,5 miljoen
euro).
De baten van het product Onderwijs dalen met 1,1 miljoen euro ten opzichte van 2020. Deze
daling ontstaat door:
• de beëindiging van de (tijdelijke) bijdrage VSV met ingang van 2021 (-1,1 miljoen
euro).
De 'opvallende' meerjarige trendbreuken zijn:
• de beëindiging van de (tijdelijke) bijdrage OAB met ingang van 2022 (- 7,5 miljoen
euro).
Ondersteuning lokaal (Wmo)
Dit product bestaat uit de onderdelen Consultatie & Diagnostiek, Ondersteuningsbehoefte,
Wonen & Verblijf, Vervoer maatschappelijke deelname, CVV-vervoer, Ondersteuning
huishouden en Hulpmiddelen & aanpassingen. Dit product hangt samen met de doelen 2.02
en 2.03 uit Vitaal & Sociaal.
De begrote lasten nemen in 2021 per saldo toe met 2,9 miljoen euro ten opzichte van 2020.
Deze stijging wordt veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensatie neemt het lastenbudget
met circa 1,3 miljoen euro toe;
• de verwerking van de effecten middelenkader 2021-2024 (coronanota 2020) leidt tot
een verhoging van 2,1 miljoen euro; dit betreft de knelpunten vervoer (+0,1
miljoen euro), volumestijging als gevolg van het abonnementstarief (+0,7
blz. 190 (van 230)
miljoen euro), reguliere volumestijging Wmo (+0,8 miljoen euro), verschuiving
taakstelling Huishoudelijke ondersteuning naar 2022 (+0,5 miljoen euro);
• door de oplopende effecten van de vastgestelde bezuinigingsmaatregelen
(taakstellingen) dalen de lasten met 0,5 miljoen euro; het betreft de taakstellingen
voor 'Scheiden Wonen en zorg', 'het realiseren algemene voorzieningen in plaats van
maatwerkvoorzieningen', 'administratieve lastenverlichting', samenwerking wijkteams
en W&I' en 'aanpak top 100 dure gezinnen';
• verwerking van de effecten van diverse circulaires leidt tot een verhoging van 0,4
miljoen euro; het betreft onder andere groeiruimte, indexaties en taakmutaties;
• verwerking van de effecten van de septembercirculaire 2020 leidt tot een daling van
0,3 miljoen euro; het betreft het vervallen van de extra middelen voor inhaalzorg
corona en de compensatie voor vrijstelling eigen bijdrage in de maanden maart en
april 2020
• een daling van de lasten met 0,1 miljoen euro ter dekking/inzet van voorliggende
algemene voorzieningen.
De baten nemen in 2021 toe met 0,3 miljoen euro als gevolg van de toegekende compensatie
voor vrijstelling eigen bijdrage in de maanden maart en april 2020.
De 'opvallende' meerjarige trendbreuken zijn:
• de jaarlijkse toename van 0,4 miljoen euro in de jaren 2021 t/m 2022 als gevolg van
de verdere kostentoename voor ophoging van de loonschalen huishoudelijke hulp;
• de (verschoven) taakstelling van 0,5 miljoen euro op ondersteuning huishouden.
Ondersteuning centrumtaken (Wmo)
Dit product bestaat uit de onderdelen Beschermd wonen, Maatschappelijke opvang en
Vrouwenopvang en hangt samen met de doelen 1.04, 2.03 en 4.02 uit Vitaal & Sociaal.
De begrote lasten dalen in 2021 t.o.v. 2020 met 13,9 miljoen euro. Deze daling wordt
veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• verwerking van de effecten van de meicirculaire 2020 leidt tot een daling
van 13,3 miljoen euro. Het betreft de uitname middelen voor clienten die van
Beschermd wonen naar de Wet langdurige zorg (Wlz) overgaan. De definitieve
uitname zal waarschijnlijk plaatsvinden op basis van de minder gemaakte kosten,
zodat deze uitname budgettair neutraal is;
• een verlaging van 2,2 miljoen euro als gevolg van het vervallen van de effecten voor
de meerkostenregeling Corona (Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang);
• een stijging van 1,4 miljoen euro als gevolg van het toekennen van volume-indexatie
in de septembercirculaire 2020 voor Beschermd wonen;
• een stijging van 0,8 miljoen euro als gevolg van het toekennen van loon- en
prijscompensatie;
• een verlaging van 0,5 miljoen euro, zowel bij de lasten als de baten, als gevolg van
een gewijzigde systematiek van de raming van de toegerekende apparaatskosten op
dit product;
• verlaging van 0,2 miljoen euro als gevolg van eenmalige kosten 2020 verbouwing
Maatschappelijke opvang;
• verlaging van 0,3 miljoen euro als gevolg van eenmalige projectkosten in 2020 voor
Vrouwenopvang;
blz. 191 (van 230)
• een verhoging van 0,3 miljoen euro als gevolg van extra rijksmiddelen voor
Vrouwenopvang / Veilig Thuis Twente voor de Radarfunctie en Uitstapprogramma
prostituees.
• een verhoging van 0,1 miljoen euro voor de Bed, Bad en Brood-regeling van
uitgeprocedeerden;
• een verhoging van 0,1 miljoen als gevolg van diverse kleinere verschillen.
De baten nemen af met 0,5 miljoen euro als gevolg van een gewijzigde raming van
apparaatskosten, zie toelichting bij de lasten.
Er zijn geen opvallende trendbreuken met uitzondering van de bijdrage aan de Bed, bad en
brood-regeling van 0,1 miljoen euro die na 2021 afloopt.
Algemene bijstand levensonderhoud
Dit product bestaat uit de onderdelen Algemene bijstand
levensonderhoud, Loonkostensubsidie en Besluit Bijstand voor Zelfstandigen en hangt samen
met het subdoel 3.01 uit Vitaal & Sociaal.
Per saldo is er sprake van een afname van de lasten met 12,2 miljoen euro. Deze afname
ontstaat door:
• het wegvallen van de in 2020 incidenteel ontvangen middelen voor de Tijdelijke
overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) (- 12,0 miljoen euro);
• een verhoging van de lasten als gevolg van toegekende loon-en prijscompensatie (+
0,2 miljoen euro);
• een verlaging van de lasten als gevolg van de taakstellende bijsturingsmaatregelen
uit de Zomernota (-0,4 miljoen euro);
• voor de raming van de lasten van Algemene bijstand levensonderhoud is uitgegaan
van een prognose van het uitkeringsbestand van 6.376 uitkeringen per ultimo 2020
(ultimo 2019 6.139 uitkeringen). Het CPB verwacht voor 2021 een forse stijging van
de werkloosheid als gevolg van de coronacrisis. Op basis hiervan alsmede de huidige
trendontwikkeling van ons bijstandsbestand is een voorlopige groei van het
bijstandsbestand geraamd van 5%. Deze groei betekent dat er sprake is van een
voorcalculatorisch nadelig resultaat van 3,5 miljoen euro. De verwachting is dat het
Rijk het BUIG budget zal verhogen. Dat is vooralsnog niet zeker, maar de
ontwikkeling wordt nauwgezet gemonitord en naar aanleiding van nieuwe informatie
van het Rijk en de eigen bestandsontwikkeling vindt zo nodig aanpassing van de
begroting plaats.
De baten nemen af met 12,0 miljoen euro als gevolg van het wegvallen van de
middelen voor de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo).
Inkomensondersteuning
Dit product bestaat uit de onderdelen Bijzondere inkomensvoorzieningen, Individuele
bijzondere bijstand en uit middelen voor de collectieve ziektekostenverzekering. Dit product
hangt samen met het doel 3.02 uit Vitaal & Sociaal.
De lasten nemen toe met 0,6 miljoen euro. Deze toename ontstaat door:
• meer aandacht voor armoede en het voorkomen daarvan vanuit de nota 'Rondkomen
met je inkomen' (+ 0,3 miljoen euro);
• het toekennen van loon-en prijscompensatie (+ 0,4 miljoen euro);
blz. 192 (van 230)
• het wegvallen van de bijdrage aan Individuele Inkomenstoeslag vanuit de
rijksmiddelen voor Armoede & Schulden (- 0,1 miljoen euro).
Schuldhulpverlening
Dit product hangt samen met het doel 3.03 uit Vitaal & Sociaal.
Per saldo is sprake van een stijging van de lasten met 0,3 miljoen euro. Deze toename
ontstaat door:
• meer aandacht voor armoede en het voorkomen daarvan vanuit de nota 'Rondkomen
met je inkomen' (+ 0,2 miljoen euro);
• het toekennen van loon-en prijscompensatie (+ 0,2 miljoen euro);
• door invulling van de vastgestelde bezuinigingsmaatregelen (taakstellingen) dalen de
lasten (- 0,1 miljoen euro).
De 'opvallende' meerjarige trendbreuken zijn:
• wegvallende middelen als gevolg van beëindiging van de rijksmiddelen voor Armoede
& Schulden en daarentegen aanvullende middelen ter dekking van de
caseloadverlaging bij de Stadsbank. Per saldo geen effect.
Arbeidsmarktparticipatie
Dit product hangt samen met het doel 4.01 uit Vitaal & Sociaal.
De lasten van het product Arbeidsmarktparticipatie nemen af met 2,2 miljoen euro. Deze
afname ontstaat door:
• aanvullende bijdragen voor het versterken van arbeidsmarktregio’s (+ 0,3 miljoen
euro);
• een overheveling (verschuiving) naar de producten Inkomensondersteuning (-0,3
miljoen euro) en Schuldhulpverlening (-0,2 miljoen euro) als gevolg van de nota
'Rondkomen met je inkomen';
• het toekennen van loon-en prijscompensatie (+ 0,3 miljoen euro);
• in 2020 is incidenteel in de begroting opgenomen een bijdrage voor gemeente
Enschede als centrumgemeente ten behoeve van de arbeidsmarktregio, deze
bijdrage vervalt in 2021 (- 1,0 miljoen euro);
• de verwerking van incidenteel in de begroting 2020 opgenomen middelen als gevolg
van verschillende circulaires zoals de decembercirculaire suppletie-uitkering (- 0,5
miljoen euro), baankansen, aanpak laaggeletterdheid en taalniveau statushouders
(per saldo - 0,4 miljoen euro);
• de verwerking van incidenteel in de begroting 2020 opgenomen middelen participatie
bonus beschut werk als gevolg van de septembercirculaire ( - 0,4 miljoen euro) en
het beschikbaar komen van middelen voor 2021 voor de meerjarige aanpak van
laaggeletterdheid (+ 0,2 miljoen euro);
• eenmalige onttrekking aan de reserve voor regieteam Arbeid en integratie en een
onttrekking ten behoeve van het weerstandsvermogen (per saldo - 0,2 miljoen).
De 'opvallende' meerjarige trendbreuk is:
• het wegvallen van middelen als gevolg van de beëindiging van het Twents Fonds
voor Vakmanschap (- 2,0 miljoen euro).
blz. 193 (van 230)
Sociale werkvoorziening en Nieuw beschut
Dit product bestaat uit de onderdelen SW Beschut werk, SW Detachering, SW Begeleid
werken en Nieuw beschut en hangt samen met doel 4.01 uit Vitaal & Sociaal.
De lasten van het product Sociale Werkvoorziening en Nieuw Beschut nemen in 2021 af met
5,0 miljoen euro. Deze afname ontstaat door:
• lagere loonkosten van SW-medewerkers (- 2,5 miljoen euro) als gevolg van het
krimpende personeelsbestand van de ‘oude’ SW;
• in 2020 is incidenteel compensatie ontvangen (- 2,0 miljoen euro) van het Rijk voor
omzetverliezen als gevolg van de coronacrisis;
• Nieuw beschut groeit met circa 9 fte. Voor de DCW betekent dit hogere
uitvoeringskosten (+ 0,1 miljoen euro). Deze medewerkers zijn in dienst van de
Stichting Werkgeverstaken P-wet Enschede;
• lagere kosten van transitievergoedingen (- 0,6 miljoen euro). Medewerkers die langer
dan twee jaar ziek zijn, hebben volgens de huidige wetgeving recht op deze
vergoeding. Werkgevers ontvangen hiervoor een compensatie van het rijk. Deze
compensatie is verantwoord onder de baten;
Vanaf 2022 is sprake van enerzijds een daling van de lasten door de blijvende afname van de
SW-populatie en anderzijds een stijging vanwege de instroom van Nieuw beschut. De afname
van de oude SW-populatie is groter dan de nieuwe instroom, waardoor de lasten per
saldo verder afnemen.
De baten van het product Sociale Werkvoorziening en Nieuw beschut nemen in 2021 af met
3,5 miljoen euro:
• In de begroting van 2020 is eenmalig een bijdrage (- 1,5 miljoen euro) opgenomen
voor de compensatie van transitievergoedingen over de periode 2015-2017. Vanaf
2020 kunnen gemaakte transitievergoedingen in hetzelfde jaar worden gedeclareerd;
• Een lagere bijdrage vanuit het Participatiebudget (- 1,0 miljoen euro). Doordat de
rijksbekostiging gunstiger is uitgevallen, is er een lagere aanvullende bijdrage nodig
vanuit Arbeidsmarktparticipatie;
• De transitievergoedingen worden gedeclareerd bij het UWV. De lagere
transitievergoedingen van 0,6 miljoen euro (zie lasten) leiden navenant tot lagere
opbrengsten (- 0,6 miljoen euro);
• De omzet neemt af vanwege de krimp van de SW-populatie en neemt toe als gevolg
van de nieuwe instroom van Nieuw Beschut. Per saldo neemt de omzet af (- 0,5
miljoen euro);
• Er wordt meer doorberekend aan de SWPE voor de gestegen uitvoeringskosten
m.b.t. Nieuw Beschut (+ 0,1 miljoen euro).
Jaarlijks neemt de omzet af omdat de uitstroom van de SW-populatie groter is dan de
instroom van Nieuw Beschut.
blz. 194 (van 230)
Algemene Maatschappelijke Voorzieningen
Dit product bestaat uit de onderdelen Welzijn, Mantelzorg, Transformatie, Vrijwilligerswerk,
Integratie, Jongerenwerk, Opvoedondersteuning, Speeltuinwerk, Natuureducatie en Overige
voorliggende voorzieningen. Dit product hangt samen met de doelen 1.01, 1.02, 2.02 en 4.02
van Vitaal & Sociaal.
De lasten van het product Algemeen Maatschappelijke Voorzieningen dalen in 2021 ten
opzichte van 2020 met 4,0 miljoen euro. Deze daling wordt veroorzaakt door de volgende
ontwikkelingen:
• als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensaties stijgen de lasten
met circa 0,5 miljoen euro;
• incidentele uitgaven ten behoeve van de Transformatieagenda (projecten zoals
doorontwikkeling ondersteuning huishouden en vroegsignalering schulden) in 2020
leidt tot een daling van de lasten van 1,1 miljoen euro. In 2021 vindt een onttrekking
plaats van 0,9 miljoen euro aan de reserve sociaal fonds ten behoeve van de
uitvoering van transformatieprojecten.
• verwerking van de effecten van de decembercirculaire 2018 leidt tot een daling van
lasten van 1,4 miljoen euro; het betreft de incidentele bijdrage decentralisatie
uitkering transformatiefonds jeugd;
• een toename van de lasten van 0,7 miljoen door overheveling taakstellingen
'administratieve lastenverlichting', 'samenwerking wijkteams en W&I' en 'aanpak top
100 dure gezinnen' naar Ondersteuning lokaal (WMO), Ondersteuning wijkteams,
Arbeidsmarktparticipatie en Jeugdhulp;
• een afname van het lastenbudget van 0,1 miljoen door oplopende taakstelling
Scherpe keuzes sociaal domein/zoekgebied subsidies;
• verlaging intensiveringen van middelen uit het coalitieakkoord leidt een daling van de
lasten met 1,6 miljoen euro (onder andere aanpak top 100 dure gezinnen, versterken
samenwerking Wijkteams en Werk & Inkomen);
• incidentele uitgaven ten behoeve van “Statushouders” (veranderopgave, DU
uitkeringen) in 2020 leidt tot een daling van 1,1 miljoen euro.
De 'opvallende' meerjarige trendbreuken zijn:
• wegvallen van de GIDS middelen in 2022 (0,5 miljoen euro);
• taakstelling middelenkader in 2022 (herijking subsidies Sociaal Domein);
• extra middelen (meicirculaire 2020) voor inburgering in 2022 (+0,3 miljoen euro).
De baten van het product Algemeen Maatschappelijke Voorzieningen dalen in 2021 ten
opzichte van 2020 met 0,4 miljoen euro. Deze daling wordt veroorzaakt door:
• Voor de uitvoering van Asiel en Integratie zijn in voorgaande jaren middelen
ontvangen, die in 2020 zijn besteed (0,3 miljoen euro). Hiervan heeft 0,2 miljoen euro
betrekking op een subsidie aan M-pact en 0,1 miljoen was bestemd als dekking voor
ambtelijke uitvoeringskosten;
• In 2020 zijn incidenteel middelen ontvangen (0,1 miljoen euro) van de de
regiogemeenten voor de invulling van de centrumfunctie in het kader van regionale
inburgering van statushouders.
blz. 195 (van 230)
Ondersteuning wijkteams
Dit product bestaat uit de taken van de wijkteams, de werkbudgetten voor beleid en
uitvoering, de regionale taken / bijdrage voor Jeugd en Gezin en hangt samen met de doelen
1.02, 1.04, 2.02, 2.04 en 4.02 uit Vitaal & Sociaal.
De lasten van het product Ondersteuning wijkteams stijgen in 2021 ten opzichte van 2020
met circa 1,7 miljoen euro. Het betreft de volgende mutaties:
• de toekenning van loon- en prijscompensatie, waardoor de lasten toenemen met 0,5
miljoen euro;
• overheveling (verschuiving) van het ‘flexibel budget wijkteams’ van 0,5 miljoen euro
(jeugdhulp) naar dit product;
• de effecten uit het middelenkader 2021-2024 (coronanota 2020) leiden tot een
verhoging van 0,8 miljoen euro; dit betreft de incidentele bijdrage ‘certificering
wijkteams’ (+400.000 euro), wachttijden wijkteams (+250.000 euro) en invoering
woonplaatsbeginsel (+90.000 euro);
• door de oplopende effecten van de vastgestelde bezuinigingsmaatregelen
(taakstellingen) dalen de lasten met 0,1 miljoen euro; het betreft de taakstellingen
administratieve lastenverlichting en samenwerking Wijkteams met Werk & Inkomen.
De 'opvallende' meerjarige trendbreuken zijn:
• Wegvallen incidentele bijdrage ‘certificering wijkteams’ (400.000 euro)
RESERVES
Hieronder wordt een toelichting gegeven op de verschillen die optreden tussen de
begrotingsjaren in de mutatie van de reserves. Per saldo gaat het om een afname van
2,1 miljoen euro. Het saldo ontstaat door:
• Algemeen Maatschappelijke Voorzieningen (-1,2) miljoen euro)
Het saldo van de reserve Sociaal Fonds neemt af als gevolg van een onttrekking voor
de transformatieprojecten in 2020. Deze reserve is bedoeld voor investeringen in
projecten ter voorkoming van kosten bij met name de Wmo en Jeugdhulp en wordt
gemonitord in het Huis van Sturing.
• Jeugdhulp (-0,1 miljoen euro)
In 2019 heeft de invoering van het Twents Ondersteunings Model geleid tot extra
werkzaamheden waarvoor incidenteel geld beschikbaar was. Aangezien niet alle
werkzaamheden in 2019 zijn uitgevoerd is er voor 2020 een bestemmingsvoorstel
gedaan om de middelen toe te voegen aan de reserve. In 2020 zijn deze middelen
alsnog onttrokken uit de reserve weerstandsvermogen en dat leidt in 2021 dan tot de
mutatie van 0,1 miljoen euro.
• Ondersteuning centrumtaken (-0.55 miljoen euro)
Het betreft de reserves Maatschappelijke Opvang, Vrouwenopvang en Beschermd
Wonen.
De mutatie in de reserve Beschermd Wonen van -0,25 miljoen euro betreft de
incidentele bijdrage in 2020 aan incidentele verbouwing bij Humanitas onder Dak
(HoD). Bij de de reserve Vrouwenopvang gaat het om de onttrekking voor de
projectgelden 'Geweld hoort Nergens thuis' en het Meldpunt mensenhandel (-0.3
miljoen euro).
blz. 196 (van 230)
• Arbeidsmarktparticpatie (-0,2 miljoen euro)In 2020 is incidenteel 0,1 miljoen euro
onttrokken uit het weerstandsvermogen voor de intensivering van RAP-
werkzaamheden (Rechtmatigheid, Aandacht en Participatie) door de afdeling Werk
en Inkomen. Daarnaast is er in 2021 een lagere onttrekking van 0,1 miljoen euro voor
de bekostiging van het Regieteam dat zich richt op statushouders.
Financiën en organisatie
Bedragen x 1.000 euro Begroting
2020 Begroting
2021 Raming
2022 Raming
2023 Raming
2024
Sport- en wijkaccommodaties 119 119 119 119 119
Vastgoedbedrijf 17.131 17.909 17.441 17.170 15.668
Onderwijsvoorzieningen:
onderwijshuisvesting 13.079 12.517 12.819 12.826 12.480
Regionale dienstverlening 10.527 10.438 10.429 9.529 8.629
Bedrijfsvoering 10.743 10.219 10.216 10.213 10.213
Gemeentearchief 396 469 468 418 418
Basisregistratie 1.555 1.366 1.365 1.365 1.365
Interne dienstverlening 50.257 50.707 48.766 48.741 47.873
Algemene inkomsten 8.334 4.456 8.555 15.795 22.794
Algemene uitkering 1.965 0 0 0 0
Algemene belastingen 2.111 1.999 1.999 1.999 1.999
Rente & treasury 12.984 12.019 11.689 12.159 12.584
Totaal Lasten 129.201 122.217 123.866 130.335 134.143
Vastgoedbedrijf 17.840 15.712 16.610 16.475 16.594
Onderwijsvoorzieningen:
onderwijshuisvesting 1.460 1.343 1.343 1.122 1.122
Regionale dienstverlening 11.202 11.272 11.307 10.407 9.507
Bedrijfsvoering 2.879 2.167 2.165 2.162 2.162
Interne dienstverlening 7.478 7.017 7.011 6.896 6.801
Algemene inkomsten 5.295 4.926 4.926 4.926 4.926
Algemene uitkering 404.338 385.703 391.732 397.262 402.714
Algemene belastingen 51.963 53.352 53.398 53.398 53.398
Rente & treasury 14.898 12.932 12.194 12.011 11.784
Totaal Baten 517.352 494.424 500.686 504.658 509.008
Saldo van baten en lasten -388.152 -372.207 -376.820 -374.324 -374.866
Storting reserves 28.954 25.802 25.411 24.791 25.291
Onttrekking reserves 34.854 37.775 26.254 23.772 22.209
Resultaat -394.052 -384.180 -377.662 -373.304 -371.784
blz. 197 (van 230)
Toelichting
Sport- en wijkaccommodaties
Geen substantiële afwijkingen in baten en lasten.
Vastgoedbedrijf
Het Vastgoedbedrijf is een zogenoemd "gesloten systeem", dat betekent dat het saldo van de
baten en de lasten over langere tijd neutraal moet zijn. Tussentijdse resultaten worden
verrekend met de reserve vastgoed, die fungeert als vermogensbuffer. Hierdoor zullen de
storting en onttrekking aan de reserve een wisselend beeld laten zien. In 2021 wordt er
per saldo 1,6 miljoen euro onttrokken uit de reserve Vastgoed. De lasten voor het
vastgoedbedrijf zijn in 2021 met loon- en prijsindex aangepast.
Onderwijsvoorzieningen: onderwijshuisvesting
De kosten voor onderwijshuisvesting bestaan voor het grootste gedeelte uit kapitaallasten.
Ieder jaar worden de feitelijke kapitaallasten begroot en deels gedekt uit de exploitatie en
deels uit een onttrekking aan de egalisatiereserve. Voor de toenemende kosten van de OZB
en vandalisme is vanaf 2021 structureel 155.000 euro extra beschikbaar gesteld. Vanaf 2021
zal er uitvoering worden gegeven aan het Integraal Huisvestingsplan Onderwijshuisvesting
2021-2055. In 2021 zijn voor het realiseren van duurzame, energieneutrale, wijkgerichte en
flexibele gebouwen investeringen van 10,926 miljoen euro gepland.
Regionale dienstverlening
Het product regionale dienstverlening omvat alle dienstverlening op het gebied bedrijfsvoering
voor derden. Voor de termijn tot en met medio 2023 wordt een stabiele ontwikkeling van
de dienstverlening door de gemeente Enschede aan derden verwacht. Het contract met één
van de grootste opdrachtgevers loopt tot met medio juli 2023, De dienstverlening die wordt
verstrekt betreft diverse diensten op het gebied van bedrijfsvoering voor de gemeente Losser,
facilitaire dienstverlening voor huurders in de servicecentra, de Noordmolen en het
Stadkantoor. Voorts wordt vanuit IT dienstverlening verstrekt aan o.a. Dimpact en het
Gemeentelijk Belastingkantoor Twente (GBT). Door deze dienstverlening kunnen we onze
vaste kosten verdelen over een grotere omvang waardoor we de kosten voor de
gemeentelijke organisatie (interne dienstverlening) zo laag mogelijk houden. Met ingang van
2016 wordt vennootschapsbelasting afgedragen over de activiteiten die voor derden worden
verricht en een positief saldo opleveren.
Bedrijfsvoering
Vanaf 2017 wordt de programma- en afdelingsoverhead verzameld binnen het
programma Financiën en organisatie onder het product Bedrijfsvoering. Wettelijk is namelijk
voorgeschreven dat vanaf 2017 alleen de kosten van het primaire proces in de programma’s
worden opgenomen.
Gemeentearchief
Voor het wegwerken van de archiefachterstanden is er in 2020 incidenteel geld beschikbaar
gesteld van 150.000 euro. Dit budget is gelijkmatig verdeeld over 2020-2022. Vanaf 2023 is
het reguliere budget weer beschikbaar.
Tevens is er per 2021 structureel budget van 62.000 euro toegekend voor de functie
archivaris in verband met het voldoen aan de wettelijke vereisten vanuit de nieuwe
archiefwet.
blz. 198 (van 230)
Basisregistraties
De lasten van het product basisregistraties dalen in 2021 t.o.v. 2021 met 189.000 euro. Deze
daling wordt veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• In 2020 is eenmalig een budget van 250.000 euro beschilbaar gesteld uit de reserve
voor IburgerZaken.
• Als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensaties is het lastenbudget
toegenomen.
Interne dienstverlening
Interne dienstverlening omvat alle gemeentelijke geconcentreerde taken voor bedrijfsvoering
(onder meer IT, P&O, financiën, huisvesting, facilitaire diensten).
De stijging van de lasten met 450.000 euro wordt vooral veroorzaakt door de vastgestelde
knelpunten bij de zomernota;
• Voor de doorontwikkeling van de informatiebeveiliging en om te voldoen aan het
normenkader van de Basisline Informatiebeveiliging Overheid (BIO) is aanvullende
inzet van personeel en de inrichting en aanschaf van een Security Informatie & Event
Management (SIEM) proces nodig. De structurele kosten zijn 200.000 euro.
• Aanvullende inzet van personeel voor het toenemende complexer wordende contract-
en licentiebeheer van de softwareportefeuille, structureel 175.000 euro;
• Voor de doorontwikkeling van de gemeentelijke websites en voldoen aan wettelijke
eisen t.a.v. digitoegankelijkheid, privacy is uitbreiding van de bezetting nodig. Kosten
zijn 80.000 euro structureel;
• Door wetgeving zal voor de postbezorging een marktconform tarief moeten worden
betaald waarmee een stijging van kosten ontstaat van 165.000 euro structureel.
• Stijgende kosten voor de brandverzekering ondermeer als gevolg van hertaxatie
waarmee structureel aanvullende kosten zijn gemoeid van 110.000 euro.
• Kosten voor de organisatieontwikkeling 169.000 euro;
• Kosten voor duurzaam deelvervoer structureel 30.000 euro.
• Financiële basis op orde in 2021 150.000 euro incidenteel hoger dan in 2020.
• Als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensatie stijgen de lasten.
• Door het beschikbaar stellen van incidentele middelen in 2020 voor ondermeer het
Informatie Investeringsplan, flankerend beleid en lagere onttrekkingen uit de reserves
bij Huisvesting en services dalen de lasten met 1.486.000 euro ten opzichte 2020
voor het product interne dienstverlening.
De daling van de baten met 460.000 wordt vooral veroorzaakt door;
• Lagere dotaties aan de reserve voor leegstand en IT, totaal 460.000 euro.
Algemene inkomsten
Via dit (administratieve) product worden de mutaties in het middelenkader verwerkt, zoals
toekomstige loon- en prijsstijgingen en spaarprogramma’s ten behoeve van het
weerstandsvermogen.
De mutatie tussen 2020 en 2021 is ten dele te verklaren uit;
• Uit het saldo dat nu op de stelpost loon- en prijscompensatie staat en die voor de
komende jaren nog niet is verdeeld;
• Corona compensatie die ontvangen is in 2020 welke nog niet volledig verdeeld is
naar de diverse programma's;
• Nog niet volledig ingevulde bezuiniging rendement op de organisatie
blz. 199 (van 230)
Algemene uitkering
De uitkomsten van de septembercirculaire 2020 zijn verwerkt in het resultaat. Zie ook de
nadere toelichting in het hoofdstuk over financieel middelenkader.
Algemene belastingen
De lasten van het product algemene belastingen dalen in 2021 t.o.v. 2020 met 112.000 euro.
Deze daling wordt veroorzaakt door de volgende ontwikkelingen:
• In 2020 is er incidenteel geld beschikbaar gesteld van 163.000 euro om registraties
aan te passen conform de gewijzigde wettelijke voorschriften.
• Als gevolg van het toekennen van loon- en prijscompensaties stijgen de lasten met
51.000 euro.
De baten zijn in 2021 met 1.389.000 euro gestegen. Deze stijging wordt voornamelijk
veroorzaakt door de volgende ontwikkeling;
• Door het op niveau brengen van de toeristenbelasting;
• Corona compensatie vanuit het rijk in 2020 voor Toeristenbelasting en
Precariobelasting;
• Als gevolg van indexering en door uitbreiding van het areaal.
Rente & Treasury
Het resultaat van het product Rente & Treasury verslechtert met ruim 1,0 miljoen euro in 2021
t.o.v. 2020. Voor 0,9 miljoen euro is dit het gevolg van de verlaging van omslagrente van 2%
naar 1,5%. Deze rente blijft zitten in de zogenaamde gesloten circuits zoals de afval- en
rioolheffing en het VBE. De verlaging van de omslagrente was, conform de BBV-regelgeving,
noodzakelijk omdat de rentelasten fors zijn gedaald door de aanhoudend laagblijvende
financieringsrente. De overige 100.000 euro verslechtering wordt veroorzaakt door het
wegvallen van het begrote dividend van het OLCT. Voor verdere informatie verwijs ik u naar
hoofdstuk 4.4 Paragraaf financiering.
Reserves
Hieronder wordt een toelichting gegeven op de verschillen die optreden tussen de
begrotingsjaren in de mutatie van de verschillende reserves:
• Flankerend beleid (-0,75 miljoen euro).
De storting aan de reserve Flankerend beleid is in 2021 750,000 euro lager dan in
2020. De dotatie van middelen aan de de reserve flankerend beleid is niet
structureel.
• ICT gemeentebrede software, vervanging IT hardware en werkplekmiddelen (-0,21
miljoen euro).
In 2020 heeft een incidentele storting aan de vervangingsreserve IT plaatsgevonden
waardoor in 2021 een lagere storting zichtbaar is. Voor de periode 2021 tot met 2023
is vanwege toenemende kapitaallasten voor vervanging van storage de aanvullende
omzet voor hosting gedoteerd aan de reserve vervanging IT hardware. Voor de
periode 2021 tot en met medio 2023 betreft dit een bedrag van 500.000 euro.
• Leegstandsreserve (-0,265 miljoen euro).
De storting aan de leegstandsreserve is vanaf 2021 structureel met 265.000 euro
verlaagd. De oorzaken zijn het beëindigen van de huur van het Werkplein en het
vertrek van ambtelijk personeel uit de servicecentra Zuid en Oost naar nieuwe
locaties met nagenoeg geen huisvesting van externen waarvoor facilitaire
dienstverlening wordt uitgevoerd.
blz. 200 (van 230)
De mutatie op onttrekkingen aan de reserves t.o.v. 2020 betreffen:
• Flankerend beleid (-1,4 miljoen euro)
De onttrekking van middelen aan de reserve Flankerend beleid is in 2021 1,3 miljoen
euro lager dan in 2020. Het aandeel voor het informatie Investeringsplan is 229.000
euro. De oorzaak van de lagere onttrekking zijn de middelen die in 2020 incidenteel
beschikbaar zijn gesteld.
• Werkplekinrichting (+0,025 miljoen euro)
Met name door de werkplekaanpassingen in het Stadhuis zal de onttrekking in 2021
25.000 euro hoger zijn dan in 2020.
• Leegstand (-0,558 miljoen euro)
In verband met de beëindiging van de huur van het Werkplein en de het verlaten van
servicecentrum Zuid en Oost zal er vanaf 2021 structureel minder worden onttrokken
aan de reserve leegstand.
• ICT gemeentebrede software, vervanging IT hardware en werkplekmiddlen (+0,32
miljoen euro).
In 2021 zullen de kapitaallasten van de vervangingsreserve voor hardware stijgen in
verband met de vervanging van de storage. Er zal 89.000 euro meer worden
onttrokken aan de vervangingsreserve in 2021 ten opzichte van 2020.
Door lagere investeringen in de updates voor software zal de onttrekking 121.000
euro minder bedragen dan in 2020
Voor de mutaties op de algemene reserve zie paragraaf Weerstandsvermogen.
Reserve Vastgoed
De reserve vastgoed is bedoeld als buffer om vermogensrisico’s op te vangen. De
afwijkingen in de stortingen en onttrekkingen die jaarlijks fluctueren worden verklaard door
verloop in de vastgoedportefeuille en jaarlijks exploitatieresultaten per vastgoedobject.
Reserve Onderwijshuisvesting
De reserve onderwijshuisvesting is bedoeld om schommelingen in de kapitaallasten op te
vangen. Indien de kapitaallasten lager dan wel hoger zijn dan het daarvoor beschikbare
budget wordt gedoteerd dan wel onttrokken aan deze egalisatiereserve. Vanaf 2021 wordt
structureel 300.000 euro meer gedoteerd aan de reserve voor onderwijshuisvesting. Dit
bedrag loopt structureel op naar 1,2 miljoen euro vanaf 2023. De aanvullende dotatie is
bestemd voor dekking van kapitaallasten die voortkomen uit de investeringen de vanaf 2021
worden gedaan vanuit het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs.
blz. 201 (van 230)
6.5. Staat van vervangingsinvesteringen
Met deze begroting wordt de raad gevraagd in te stemmen met onderstaande
vervangingsinvesteringen voor de jaarschijf 2021. Voor deze investeringen is dekking
beschikbaar in de kapitaallastenbudgetten van de programma's. Een meerjarig overzicht van
alle investeringen is opgenomen in hoofdstuk 5.3 (onderdeel Investeringen).
Programma Omschrijving Kredietbedrag
(in euro's)
Duurzaam wonen, leven en
werken
Openbare Verlichting 750.000
Beheer wegen 2.000.000
Riolering 16.209.000
Investeringen Stadsdeelbeheer groen 1.000.000
Begraafplaatsen 50.000
Handhaving openbare ruimte 10.000
Parkeerbedrijf 1.440.000
Oostboswinkel *) 1.000.000
Vitaal en sociaal Sociale werkvoorziening en nieuw beschut
werken
300.000
Samenleving en Bestuur Publieksdienstverlening 40.000
Financiën en organisatie VBE: raamkrediet 550.000
VBE: wettelijke en duurzame investeringen 450.000
Onderwijshuisvesting **) 10.926.000
H&S: Raamkrediet 100.000
H&S: werkplekinrichting 569.000
IT-bedrijf: investeringen met 0-jaars afschrijving 382.000
IT-bedrijf: investeringen met 3-jaars afschrijving 782.000
IT-bedrijf investeringen met 5-jaars afschrijving 1.320.000
Totaal 37.878.000
*) De kapitaallasten voor de helft van dit krediet is al toegekend in de begroting van 2017.
Voor de andere helft zijn de kapitaallasten van dit krediet opgenomen in het middelenkader in
de Coronanota 2020.
**) De kapitaallasten hiervoor zijn toegekend in de middelenkader van de Zomernota 2019.
blz. 202 (van 230)
6.6. Ruimtelijke projecten
Bij de behandeling van de raadsenquête "Grip op grond" in 2012 is gevraagd om een
integraal overzicht op te stellen van de financiële positie van risico's van ruimtelijke projecten
van binnen en buiten het grondbedrijf. Dit zijn MPG-, MSI-, mobiliteits- en vastgoedprojecten.
Met het opnemen van onderstaande bijlage (bij zowel de gemeentebegroting als bij de
jaarrekening) geven we invulling aan het verzoek van de raad.
MPG-projecten
Zie de gemeenterekening 2019 en het MPG 2020 voor de meest actuele weergave van de
MPG-projecten.
Vanaf eind 2018 hebben de raadsleden twee keer per jaar een digitale projectenrapportage
over de grondexploitatieprojecten tot hun beschikking. Deze projectenrapportage
"Projectview" is sterk visueel met behulp van een dashboard.
Mobiliteitsprojecten
Investeringsprojecten
(x 1.000 euro)
Totaal Krediet
/ begroot
Gerealiseerde
kosten
Gerealiseerde
opbrengsten
Nog te
realiseren
kosten
Nog te realiseren
opbrengsten
eindresultaat
(nominaal)
risico (bedrag
o.b.v. risico
analyse)*
Mobiliteit
Fiets 545 359 339 186 206 0
Fietsenstalling Station NZ 1.212 1.235 1.234 0 0 0
Euregio fietspad 2.500 2.197 532 303 1.968 0
Subtotaal fiets 4.257 3.791 2.105 489 2.174 0
Studies 49 31 31 18 18 0
Openbaar Vervoer 35 7 0 28 35 0
Vereffeningsreserve 374 222 222 153 153 0
Verkeersprojecten overig 1.500 1.373 1.384 126 116 0
Verkeersveiligheid 100 55 55 45 45 0
Mobiliteitsplan jaarschijf 2015 694 535 222 159 472 0
Mobiliteitsplan jaarschijf 2017 200 70 70 130 130 0
Mobiliteitsplan jaarschijf 2018 11.321 2.619 2.203 8.702 9.119 0
Mobiliteitsplan jaarschijf 2019 7.907 1.739 2.454 6.168 5.454 0
Mobiliteitsplan jaarschijf 2020 2.737 213 0 2.524 2.737 0
Coberco/raiffeisenstraat 1.606 1.331 85 275 1.521 0
Herinrichting Gronausestraat 400 24 0 376 400 0
Mobiliteitsvisie 2019-2023 4.652 657 218 3.995 4.434 0
Totaal mobiliteit 35.832 12.667 9.049 23.188 26.808 0
De risico's bij mobiliteitsprojecten worden per project door de projectleider gemonitord. Dit
geldt vooral voor de grotere projecten (> 100.000 euro per project). De overige projecten
worden in totaliteit beoordeeld. De risico's zijn beperkt door strikte sturing op kosten en
opbrengsten. Indien sprake is van afwijkende kosten/opbrengsten (ten opzichte van het door
de raad gevoteerde krediet, dan wordt dit verrekend met een vereffeningsrekening conform
de afspraken in het raadsbesluit 2006.
6.7. Subsidies
Onderstaand een inzicht in het totale subsidiebudget dat beschikbaar is en de verdeling
daarvan naar de doelen van stad. Opgemerkt wordt dat verstrekte subsidies in gevallen
bijdragen aan meerdere doelen, maar om wille van het voorkomen van dubbeltelling in deze
weergave enkel zijn meegenomen bij het doel waar de subsidie hoofdzakelijk toe bijdraagt.
blz. 205 (van 230)
Bedragen in 1.000 euro's
Doelstelling Begroting
2020 Begroting
2021 Begroting
2021
Percentage
Programma: Samenleving en bestuur 163 169 0%
Versterking samenwerking bestuur/samenleving 163 169 0%
Programma: Duurzaam wonen, leven en werken 19.009 19.306 18%
De bereikbaarheid van banen wordt vergroot 261 261 0%
Talent wordt aangetrokken en vastgehouden 18.748 19.045 18%
Programma: Vitaal en sociaal 100.304 87.317 82%
Jeugd groeit veilig op en ontwikkelt talenten 11.336 11.135 10%
Inwoners wonen langer zelfstandig 67.677 54.693 51%
Inwoners zijn financieel zelfstandig 1.870 2.214 2%
Inwoners participeren in de samenleving 19.421 19.276 18%
Programma: Financien en organisatie 100 100 0%
Optimaal faciliteren van gemeentelijke taken passend bij primaire proces 100 100 0%
Totaal 119.575 106.892 100%
Een subsidie kan alleen worden verstrekt als er een juridische grondslag voor is. De meeste
subsidies worden verstrekt op grond van een bijzondere subsidieverordening. De algemene
wet bestuursrecht staat ook toe dat een subsidie wordt verstrekt op grond van de begroting.
Daarvoor moet de (beoogde) subsidieontvanger met naam en het maximaal beschikbare
subsidiebedrag in de begroting zijn opgenomen (Awb, artikel 4:23, lid 3 sub c). Vandaar dat
hieronder een specifieke subsidiestaat op het niveau van subsidieontvangers is opgenomen.
De subsidiepartijen die zijn genoemd hebben niet automatisch recht op dit bedrag want er
moet eerst nog worden voldaan aan andere subsidie eisen, zoals het indienen van een
aanvraag met begroting en activiteitenplan.
In de subsidiestaat is te zien dat ten tijde van de begroting een aanzienlijk deel van de
beschikbaar zijnde subsidiebudgetten nog niet is gelinkt aan individuele ontvangers maar nog
op verzamelsubsidies staan. Dat maakt ook dat op het niveau van individuele
subsidieontvangers niet altijd een goed vergelijk tussen 2020 en 2021 mogelijk is. Voor 2020
heeft inmiddels verlening vanuit de verzamelsubsidies plaatsgevonden, maar voor 2021 is dat
nog niet gebeurd. Vergelijk over meerdere jaren op het niveau van individuele instellingen is
pas echt mogelijk als voor al deze jaren de definitieve toekenning is afgerond.
blz. 206 (van 230)
Bedragen in 1.000 euro's
Hoofdproduct Subsidie Begroting
2020 Begroting
2021
S&B: Doel - Versterking samenwerking bestuur/samenleving 163 169
Stadsdeelsgewijs werken Kinderboerderij Noord 98 102
Erve 't Wooldrik 64 67
Totaal product: Stadsdeelsgewijs werken 163 169
Totaal programma: Samenleving en bestuur 163 169
DWLW: Doel - De bereikbaarheid van banen wordt vergroot 261 261
Versterken economische structuur Space53 75 75
Totaal product: Versterken economische structuur 75 75
Dienstverlening aan ondernemers Stichting Ondernemersfonds 150 150
BIZ Euregio I 36 36
Totaal product: Dienstverlening aan ondernemers 186 186
DWLW: Doel - Talent wordt aangetrokken en vastgehouden 18.748 19.045
Stedelijke ontwikkeling Architectuurcentrum Twente 37 38
Stichting Stawel 50 52
Totaal product: Stedelijke ontwikkeling 87 90
Cultuur, Evenementen en Citymarketing Verzamel-subsidie: Amateurkunst 2021 2 jaar 0 277
Verzamel-subsidie: Amateurkunst 2021
PROJECTSUBSIDIE 0 46
Verzamel-subsidie: Onderhoud evenementen
citymarketing 0
Verzamel-subsidie: Verordening 2014 Cultuur 158 116
Verzamel-subsidie: Verordening: Enschede
studentenstad 35 36
Verzamel-subsidie: Verordening: Evenementen
(programma) 740 480
AKI ArtEZ Academie voor Art & Design 26 27
Atak 0
Concordia Kunst & Cultuur 1.101 1.110
Enschedese Carnavalsraad 4 5
Enschedese Dansvereniging, st (SED) 14
EZB Enschedese Zangersbond 71
FEDS Enschedese Drum- en Showbands 49
FEM Enschedese Muziekvereniging 100 12
Fotogalerie Objektief 16 17
Jazz, stichting 22 22
Koninginnedag Lonneker 1 1
blz. 207 (van 230)
Kaliber Kunstenschool 1.800 1.883
Openbare Bibliotheek Enschede 2.791 2.913
Oranjecomite Boekelo 1 1
Orkest van het Oosten 78 80
Prinses Christina Concours 8 8
Sint Nicolaas Comité 6 6
Sonnevanck, Jeugdtheater 37 39
Twentse Schouwburg nv 6.446 6.605
Villa de Bank 44 45
Volksfeest Glanerbrug 1 1
Literaire Manifestaties Enschede 10 10
Planet Art, Stichting 21 72
Kunstbende Overijssel 2 2
Museumfabriek 1.528 1.593
Stichting Piano Competition 7 7
St. Herdenking gevallenen ZO Azie 41 3 3
Tetem 317 400
Artist in Residence 31 32
Lonneker Kunstroute 4 4
Step Enschede promotie 1.492 1.569
Cultuurcoach 71 76
Oranjevereniging 2 2
Jeugdorkest Nederland 5
Popronde Nederland / St Popwaarts 7 7
Valerius Ensemble 10 11
Rijks Museum Twente 72 75
Stichting Kunst Non Stop 10 10
Poppodium Twente 1.254 1.279
Amateurkunst: Toneelverenig 7
Amateurkunst:Orkesten 15
Amateurkunst: Operetteverenig 14
Amateurkunst: Open dag 12 0
Stichting 6Sprong 32
Stichting Minkmaatateliers 21
Stichting De Kunsthaven 38
4 en 5 mei Enschede 60 10
Saxion Hogeschool 62 49
Muziekfonds 0 14
Totaal product: Cultuur, Evenementen en Citymarketing 18.660 18.955
Totaal programma: Duurzaam wonen, leven en werken 19.009 19.306
blz. 208 (van 230)
V&S: Doel - Jeugd groeit veilig op en ontwikkelt talenten 11.336 11.135
Sport en Gezondheid Verzamel-subsidie: Sport-algemeen:subs.
sportvereniging 819 843
GGD Twente 15 15
Stichting Maatschappelijke Dienstver 50 51
Tactus Verslavingszorg 138 142
Mediant 181 185
Ixta Noa 26
Totaal product: Sport en Gezondheid 1.229 1.237
Onderwijs Verzamel-subsidie: OCW Integr uitk
combinatiefuncties 308 492
Verzamel-subsidie: Onderwijsachterstandenbeleid 370 7.066
Verzamel-subsidie: Peuterspeelzaalwerk algemeen 220 1.165
AKI ArtEZ Academie voor Art & Design 9 9
Bonhoeffer College 20
Concordia Kunst & Cultuur 38 18
Stichting Consent 367
Gemeente Almelo 559 447
Gemeente Haaksbergen 60 48
Gemeente Hengelo 286 221
Gemeente Losser 46 46
Gemeente Oldenzaal 153 114
Judosport Oost 20
KOE Katholiek Onderwijs Enschede st 445
Vereniging Christelijk Onderwijs 135
Kaliber Kunstenschool 33 33
Orkest van het Oosten 32 32
SKE Kinderopvang 2.649
Sonnevanck, Jeugdtheater 14 14
Twentse Schouwburg nv 13 13
Victoria ¿28, voetbalvereniging 20 20
Museumfabriek 29 29
Tetem 10
Kinderdagverblijf Hebbes 1.136
Kinderdomein Enschede B.V. 1.144
Sportaal 149 109
Columbus Junior B.V. 1.378
FPS 10
Simonscholen / Al Ummah 43
Poppodium Twente 40 20
blz. 209 (van 230)
FC Twente Comb.Traj 18
Avanti Comb.Traj. 20
V.V. Rigtersbleek Comb.Traj. 20
Stichting SWV 130
SWV Passend Onderwijs VO2302 Ensched 183
Totaal product: Onderwijs 10.107 9.898
V&S: Doel - Inwoners wonen langer zelfstandig 67.677 54.693
Ondersteuning centrumtaken (WMO) Verzamel-subsidie: BW extramurale verzilvering
subsidie 100
Verzamel-subsidie: BW PGB houders wonen 1.500
Verzamel-subsidie: BW regelen toegang 1.700 1.365
Verzamel-subsidie: BW Sectorvreemden subsidie 3.500
Verzamel-subsidie: BW ZIN wonen subsidie 35.000 25.200
Verzamel-subsidie: MO ambulante begel. alg. was
6501051 18 18
Verzamel-subsidie: MO Brede aanpak dak- en
thuislooshei 604 604
Verzamel-subsidie: MO dagbesteding algemeen
was 6501072 1.837 1.884
Verzamel-subsidie: MO inloopvoorziening alg.was
6501067 2.244 2.302
Verzamel-subsidie: MO opvangvoorzieningen
was6501062 4.435 4.549
Verzamel-subsidie: MO preventie algemeen was
6501043 361 371
Verzamel-subsidie: MO verhoging middelen AWBZ 2.600 626
Verzamel-subsidie: MO zorg (toeleiding) alg.was
6501054 1.634 1.675
Verzamel-subsidie: Sociaal Domein WMO
Beschermd wonen 4.097 7.710
Verzamel-subsidie: VO Uitstapprogramma
prostituees 0 144
Verzamel-subsidie: VO verhoging middelen AWBZ 183 187
Verzamel-subsidie: VO/HG activering algem.was
6501207 79 81
Verzamel-subsidie: VO/HG ambulante beg.alg. was
6501189 114 117
Verzamel-subsidie: VO/HG preventie algemeen
was 6501184 577 592
Verzamel-subsidie: VO/HG vrouwenopvang alg.
was 6501204 5.575 5.608
Verzamel-subsidie: VO/HG zorg(toeleid.) alg was
6501196 786 806
Stichting Humanitas Onder Dak Twente 149 153
Stg Leger des Heils Welz en Gezondh 353 362
Tactus Verslavingszorg 230 235
blz. 210 (van 230)
RIBW Groep Overijssel 0 91
Stichting Helmgras 0 11
Totaal product: Ondersteuning centrumtaken (WMO) 67.677 54.693
V&S: Doel - Inwoners zijn financieel zelfstandig 1.870 2.214
Inkomensondersteuning Verzamel-subsidie: Armoedebestrijding (o.a.
Kinderen) 107 138
Verzamel-subsidie: Sociaal maats. participatie
jongeren 0 47
Stichting Fonds Bijzondere Noden 130 186
Stichting Van Harte 29 31
Stichting Leergeld Enschede 1.256 1.429
Stichting Present Enschede 31 33
Stichting Voedselbank Enschede 43 45
Stg Weekendschool Toppers op Zondag 36 38
Stichting Kledingbank Enschede 77 97
Totaal product: Inkomensondersteuning 1.709 2.043
Schuldhulpverlening Verzamel-subsidie: Voorl.training finan.vaardigh
jong 0
Stichting Maatschappelijke Dienstver 161 171
Totaal product: Schuldhulpverlening 161 171
V&S: Doel - Inwoners participeren in de samenleving 19.421 19.276
Arbeidsmarktparticipatie Stichting Alifa 67 69
M-Pact 64 68
Totaal product: Arbeidsmarktparticipatie 131 136
Algemene Maatschappelijke Voorzieningen Verzamel-subsidie: Flexibel budget burgerkracht 10 11
Verzamel-subsidie: Plaatselijke ouderenorg. was
6500252 22 23
Verzamel-subsidie: Verz subs AV; begeleid
participatie 666 732
Verzamel-subsidie: Verz subs AV; dagbesteding 1.932 2.143
Verzamel-subsidie: Verz subs AV; ondersteun
huishouden 18 18
Verzamel-subsidie: Verz subs AV; regel dagelijkse
zaken 230 244
Verzamel-subsidie: Vrijwilligers jeugdwer was
6500268 33 35
Art. 1 Overijssel 50 53
Concordia Kunst & Cultuur 40
IVN Ver natuur en milieueducatie 2 2
KBO Enschede, Kath. Bond v. Ouderen 3 3
LOGE Lokaal Overleg Gehandicape E'de 3 3
blz. 211 (van 230)
NIVON Enschede 4 4
PCOB Protestants Christ. Ouder. Bond 3 3
Stichting SES Activiteiten 687 674
Stichting Intercultureel Vrouwencent 50 53
Stichting Maatschappelijke Dienstver 1.085 292
Tactus Verslavingszorg 271 278
Vluchtelingenwerk Enschede, st. 80 84
HALT Twente 53 57
Stichting Dierenopvangcentr Enschede 252 267
Stichting Alifa 2.380 2.519
MEEReizen 9 9
Mediant 271 278
Zorgbelang Overijssel 5 6
Stichting Leendert Vriel 15 16
RIBW Groep Overijssel 86
Vereniging Humanitas, District Oost 402 426
Stichting Helmgras 11
Rode Kruis Enschede 5 6
Slamat Datang 3 3
Ned Hindoe Ouderenbond 3 3
Aveleijn 25 26
M-Pact 861 724
Twentse Zorg Academie 10
Totaal product: Algemene Maatschappelijke Voorzieningen 9.582 8.997
Ondersteuning wijkteams GGD Twente 166 176
Slachtofferhulp Nederl. Regio Twente 41 43
Stichting Maatschappelijke Dienstver 8.405 8.762
Stichting Alifa 675 715
Vereniging Humanitas, District Oost 421 446
Totaal product: Ondersteuning wijkteams 9.708 10.142
Totaal programma: Vitaal en sociaal 100.304 87.317
F&O: Doel - Optimaal faciliteren van gemeentelijke taken passend bij primaire proces 100 100
Interne dienstverlening TV Enschede - FM 100 100
Totaal product: Interne dienstverlening 100 100
Totaal programma: Financien en organisatie 100 100
Totaal 119.575 106.892
blz. 212 (van 230)
Toelichting
Hieronder volgt een toelichting op de belangrijkste subsidies van het programma Vitaal en
sociaal:
De middelen Beschermd wonen (totaal 38,5 miljoen euro), Maatschappelijke Opvang (totaal
9,1 miljoen euro) en Vrouwenopvang (totaal 5,2 miljoen euro) ontvangt Enschede van het Rijk
als zijnde centrumgemeente. Inzet van de middelen vindt plaats in overleg met de
regiogemeenten. De middelen worden voor een groot deel ingezet via subsidies.
Deze subsidies voor Beschermd Wonen, Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang zijn
in 2020 onder de diverse "verzamel-subsidies" opgenomen. Na ontvangst van de
subsidieaanvragen volgt er een toekenning.
Verzamelsubsidies Beschermd Wonen betreffen onder meer: RIBW, Tactus, Leger des Heils,
Humanitas Onder Dak Twente, JP van den Bent, Zekere Basis.
Verzamelsubsidies Maatschappelijke Opvang en Vrouwenopvang betreffen onder meer:
Humanitas onder Dak Twente, Jarabee, Leger des Heils, Surplus, Tactus, Veilig Thuis
Twente, Coördinatiecentrum Mensenhandel, Avedan, Kadera, Mediant, Wijkracht,
Reclassering Nederland.
Daarnaast is voor 3,1 miljoen euro aan de verzamelsubsidies voor algemene voorzieningen
opgenomen.
De taakstelling efficiencyslag subsidies Vitaal en Sociaal 400.000 euro is ingevuld binnen het
Enschedse aandeel Wmo-Beschermd Wonen. De taakstelling op subsidies uit het
coalitieakkoord en gemeentebegroting 2019-2020 van 1 miljoen euro (in de voorgaande
begroting bijgesteld naar 500.000 euro) en "Scherpe Keuzes Sociaal Domein, zoekgebied
subsidies" van 600.000 euro zijn nog niet toegewezen aan subsidieontvangers en zijn
daardoor nog niet verwerkt in bovenstaande subsidiebedragen.
Een aantal subsidies zijn programma overstijgend. Deze zijn opgenomen in onderstaande
tabel.
Bedragen * 1000 euro
Omschrijving Begroting
2020 Begroting
2021
Programmaoverstijgende subsidies
AKI ArtEZ Academie voor Art & Design 35 36
Concordia Kunst & Cultuur 1.179 1.127
Museumfabriek 1.557 1.622
Orkest van het Oosten 110 111
Kaliber Kunstenschool 1.833 1.916
Poppodium Twente 1.294 1.299
Sonnevanck, Jeugdtheater 51 54
Twentse Schouwburg nv 6.460 6.619
Totaal 12.518 12.784
blz. 213 (van 230)
6.8. Meerjaren Prognose Parkeerbeheer
Jaarlijks valt de doorkijk van de Meerjaren Prognose Parkeerbeheer (MPP) samen met de
totstandkoming van de gemeentebegroting. De totale begrote omzet in 2021 bedraagt 13,5
miljoen euro.
1. Meerjaren Prognose Parkeren 2021
In de Meerjaren Prognose Parkeren (MPP) 2021 en verder, wordt rekening gehouden met
een positief exploitatieresultaat van 1,7 miljoen euro over 2021. Dit exploitatieresultaat wordt
toegevoegd aan de algemene middelen.
Het verschil in de lasten tussen de begrotingsjaren 2020 en 2021 wordt veroorzaakt door:
• lagere kapitaallasten als gevolg van een lager investeringsniveau en renteverlaging
(230.000 euro);
• hogere materiele uitgaven mede als gevolg van prijsindexatie (86.000 euro);
• hogere dotatie aan de voorziening onderhoud (6.800 euro);
• hogere toevoeging resultaat aan de algemene middelen (300.000 euro);
• hogere lasten overig (43.200 euro).
Het verschil in de baten tussen de jaren 2020 en 2021 wordt veroorzaakt door:
• hogere opbrengsten voor naheffingsaanslagen (16.000 euro);
• lagere opbrengsten overige (43.000 euro).
Het verschil in de mutaties op de reserve parkeren ontstaat door:
• hogere onttrekking aan de reserve parkeren (51.000 euro)
2. Parkeervisie/tarieven
Vanwege de coronacrisis is het opstellen van de parkeervisie in 2020 uitgesteld. Voor een
goede discussie over de tarieven dient de parkeervisie de grondslag te zijn. In het verlengde
hiervan wordt voor het jaar 2021 geen tariefsverhoging voor parkeren doorgevoerd (m.u.v.
van de hoogte van de naheffingsaanslag parkeren). Dit is eenmalig en in afwachting van de
behandeling van de parkeervisie in q1 van 2021.
3. Onderhoudsvoorziening parkeren
In 2021 wordt een bedrag van 443.000 euro toegevoegd aan de reserve en wordt een bedrag
van 406.500 euro voor onderhoudswerkzaamheden aan de voorziening onttrokken.
Op basis van contractuele afspraken wordt een deel van de onderhoudskosten en
vervangingsinvesteringen in rekening gebracht bij partners.
4. Reserve.
Op basis van het raadsbesluit bij de PB2011-2024 zijn diverse deelreserves parkeren
samengevoegd tot de reserve parkeren. Elk van de deelreserves hebben een eigen functie.
Voor het opvangen van schommelingen in de parkeerexploitatie is 1.000.000 euro
opgenomen.
5. Parkeren bezoekers MST in de H.J. van Heekgarage.
In het product parkeerbeheer worden de resultaten meegenomen uit de aanpassing van de
H.J. van Heekgarage voor het Medisch Spectrum Twente (MST).
6. Fiscaliteit
blz. 214 (van 230)
Vanaf 2016 vallen de activiteiten van het parkeerbedrijf onder de Wet op de
vennootschapsbelasting 1969 (vpb) voor zover sprake is van een fiscale onderneming. Over
de fiscale winst die het parkeerbedrijf maakt met haar ondernemingsactiviteiten dient
vennootschapsbelasting betaald te worden. Binnen het parkeerbedrijf is er sprake van
uitoefening van overheidsactiviteiten (straat parkeren) en ondernemingsactiviteiten (garage
parkeren). Straat parkeren en garage parkeren worden apart getoetst. Over de
overheidsactiviteiten is weliswaar sprake van een fiscale onderneming, maar is geen
vennootschapsbelasting verschuldigd, omdat een vrijstelling kan worden toegepast.
Voor het garage parkeren wordt jaarlijks beoordeeld of sprake is van een fiscale
onderneming. Eén van de criteria is dat sprake moet zijn van ‘winst’. Jaarlijks wordt er zowel
op basis van de begroting als op basis van de realisatie een fiscale geactualiseerde
winsttoets gedaan voor het garage parkeren. De uitkomst van de winsttoets op basis van de
begroting 2016, 2017, 2018 en 2019 van het parkeerbedrijf laat zien dat er (nog) geen fiscale
winst wordt behaald waarover vennootschapsbelasting verschuldigd is.
blz. 215 (van 230)
6.9. Knelpunten en externe effecten
Knelpunten
Het college acht de onderstaande onderwerpen absoluut noodzakelijk om mee te nemen in
de financiële opgave. Het betreft onderwerpen die ook reeds in de Coronanota 2020 waren
opgenomen. De onderwerpen zijn onder te verdelen in drie categorieën. De eerste categorie
betreft volumestijging. Door een onontkoombare toename van het volume nemen kosten ook
toe. De tweede categorie zijn taken waar door het Rijk onvoldoende middelen voor
beschikbaar worden gesteld. Er geldt echter wel een wettelijke verplichting tot uitvoering van
deze taken. Tot slot worden binnen de eigen organisatie ook enkele knelpunten opgevoerd.
Programma Knelpunt in duizend euro 2021 2022 2023 2024
V&S 1. Wachttijden Wijkteams -250 -250 -250 -250
V&S 2. Wegvallen incidentele bijdrage Wijkteams -400 0 0 0
V&S 3. Ontoereikende indexering voor vervoer (NEA-
indexering)
-233 -233 -233 -233
V&S 4. Realisatie taakstellingen gecompenseerd door
volume- en tariefstijgingen
-650 -700 -750 -750
DWLW 5. Areaaluitbreiding (beheer en onderhoud opgeleverde
nieuwbouwwijken en renovaties)
-442 -442 -442 -442
V&S 6. Volumestijging Jeugd -956 -956 -765 -765
V&S 7. Volumestijging Wmo -804 -804 -804 -804
V&S 8. Abonnementstarief -710 -710 -710 -710
Totaal knelpunten volumestijging -
4.445
-
4.095
-
3.954
-
3.954
V&S 9. Invoering woonplaatsbeginsel Jeugd: eenmalige
invoeringskosten
-90 -34 0 0
V&S 10. Invoering woonplaatsbeginsel Jeugd: structureel
effect caseload wijkteams
0 -50 -50 -50
DWLW 11. Omgevingswet -458 -608 -433 -208
DWLW 12. Duurzaamheid: organisatiecapaciteit warmtetransitie -200 pm pm pm
DWLW 13. Proceskosten integrale wijkaanpak warmtetransitie
(Twekkelerveld en de Posten)
-600 pm pm pm
S&B 14. Archivaris, vanuit nieuwe archiefwet -62 -62 -62 -62
DWLW 15. Handhaving en Veiligheid structureel op een
basisniveau
0 -450 -900 -900
DWLW 16. Cultuurhistorie (wettelijk deel) -100 -100 -100 -100
Total knelpunten rijkstaken met onvoldoende
middelen
-
1.510
-
1.304
-
1.545
-
1.320
F&O 17. Duurzaam deelvervoer -30 -30 -30 -30
F&O 18. Webteam/ digitale dienstverlening -80 -80 -80 -80
F&O 19. Naheffing polis brandverzekering en -110 -110 -110 -110
blz. 216 (van 230)
onderverzekering inventaris
F&O 20. Informatiebeveiliging overheid (voorkomen
datalekken/hacken, wachtwoordkluis)
-200 -200 -200 -200
F&O 21. Contract- en licentiemanagement -175 -175 -175 -175
F&O 22. Posttarieven -165 -165 -165 -165
F&O 23. Onderwijshuisvesting OZB -135 -135 -135 -135
F&O 24. Onderwijshuisvesting vandalisme -20 -20 -20 -20
F&O 25. Organisatieontwikkeling -169 -169 -169 -169
V&S 26. Bed, bad en brood -100 0 0 0
S&B 27. Accountantskosten -35 -35 -35 -35
DWLW 28. Eikenprocessierups korte termijn aanpak -550 -550 pm pm
DWLW 29. Tekort Boswinkel Oost -0 -36 -36 -36
DWLW 30. VPB – buiten reclame -200 -200 0 0
DWLW 31. Coördinatie Duitslandagenda -75 -75 -75 0
V&S 32. Zwembad 0 -608 -100 0
Totaal knelpunten eigen organisatie -
2.044
-
2.588
-
1.330
-
1.155
Totaal knelpunten -
7.999
-
7.987
-
6.829
-
6.429
Toelichting op de knelpunten
1. Wachttijden Wijkteams
Voor het terugdringen van de huidige wachttijden met inachtneming van gestegen volume
Wmo is extra personele inzet noodzakelijk. Het volume voor WMO maatwerkvoorzieningen
(excl. vervoer) is structureel gestegen met bijna 7% in 2019. Om blijvend te kunnen voldoen
aan de wachttijden is extra inzet noodzakelijk. Op basis van een gemiddelde tijdsbesteding
van 6,8 uur (bruto 8 uur per melding met inbegrip van 15% efficiëntie) tegen een toename van
het volume met 5% betekent dit een extra noodzakelijke inzet van 3,4 fte.
2. Wegvallen incidentele bijdrage Wijkteams
Voor 2019 en 2020 beschikken de wijkteams over aanvullende intensiveringsmiddelen om de
transformatie en bedrijfsvoering op peil te brengen. Dit mede naar aanleiding van het
toegenomen volume aan caseload binnen de wijkteams. Uitgangspunt is dat na 2020 de
"reguliere bedrijfsvoering" op orde is. Hiervoor is o.a. het versnellingsproject toegang ingericht
om meer volume af te vangen via de voorliggende voorzieningen zoals wijkwijzers. De
effecten van dit project worden in 2022 verwacht waardoor in 2021 nog een extra bijdrage
noodzakelijk wordt geacht voor de uitvoering.
3. Ontoereikende indexering voor vervoer (NEA-indexering)
De NEA-index (contractuele indexering voor doelgroepenvervoer) is erg hoog dit jaar. De
NEA-index voor taxivervoer in 2020 komt uit op 6,7%. De voornaamste reden is de
afschaffing van de teruggaveregeling BPM per 1 januari 2020. Daarnaast stijgen de lonen
met 2% per 1 januari 2020 en zijn de kosten voor verzekeringen fors toegenomen. Ook de
kostenverhogende effecten van de Wet Arbeidsmarkt in Balans (de WAB) zijn in de index
verdisconteerd. Deze index wijkt fors af van de gemeentelijke index op vervoer.
blz. 217 (van 230)
4. Realisatie taakstellingen gecompenseerd door volume- en tariefstijgingen
Het Sociaal domein kent een fors aantal taakstellingen, o.a. geformuleerd in de Zomernota
2017. Uit de meest recente inventarisatie/monitoring van de taakstellingen geldt dat de
taakstellingen voor Inkoop Jeugdhulp en Wmo (totaal 1,2 miljoen euro structureel) vanuit het
Twents Ondersteunings Model weliswaar inhoudelijk zijn ingevuld (resultaatgerichte
afstemming met zorgaanbieders) maar financieel niet sluitend is door onder andere
toegenomen volume en tariefstijgingen. Op dit aandeel kan niet verder bijgestuurd worden.
Het Twents Ondersteunings Model heeft als doel om resultaatgerichtere afspraken met
zorgaanbieders te maken. Op inhoud is dat behaald maar in de 4 jaren ervoor zijn de tarieven
van de producten niet geïndexeerd. Dat heeft geleid tot een inhaaleffect vanaf 2019 met ruim
6,2%. Deze tariefstijging gecombineerd met volumestijging maakt dat we de taakstelling wel
gerealiseerd hebben, maar dat door de nieuwe omstandigheden een nieuw knelpunt is
ontstaan.
5. Areaaluitbreiding (beheer en onderhoud opgeleverde nieuwbouwwijken en
renovaties)
Betreft de jaarlijkse optelsom van uitbreiding en krimp van de openbare ruimte. De benodigde
kosten voor beheer en onderhoud van alle assets betreffen materiële kosten, kosten inzet
derden, kosten vanuit fte inzet eigen personeel en fte inzet vanuit Onderhoud Enschede BV.
In 2019 heeft er onder andere areaaluitbreiding plaats gevonden door uitbreiding van de
nieuwbouwwijken Boddenkamp, Boekelose Stoomblekerij, Kotkampplein, Prins
Bernhardpark, Fokkerweg en gedeelte N18. Daarnaast de grotere renovaties, zoals het
Bijvank en Winkelcentrum Stokhorst en de aanleg van vele parkeerplaatsen langs de
Lonnekerbrugstraat. Tot slot heeft de aansluiting van de gemeentelijke applicaties BGT en
GBI ook gezorgd voor mutaties.
6. Volumestijging Jeugd
Geprognosticeerde volumestijging 2,5 % vanaf 2020 en 2% vanaf 2024 ten opzichte van het
huidige niveau. Deze prognose is mede gebaseerd op groei in de afgelopen jaren van beroep
op Jeugdhulp.
7. Volumestijging Wmo
Aanname is volumestijging Wmo-begeleiding en Wmo-ondersteuning huishouden van 2 %
vanaf 2020. Deze toename is gebaseerd op de landelijke volumecijfers rondom vergrijzing.
8. Abonnementstarief
Als gevolg van de invoering van het abonnementstarief is het volume voor de Wmo (voor met
name Ondersteuning Huishouden en Hulpmiddelen) fors gestegen. In 2019 kon de stijging,
mede vanwege een "vertraagd" effect nog opgevangen worden binnen de bestaande
budgetten. Voor 2020 en verder lijkt dat minder aannemelijk. Voor Ondersteuning
Huishouden en Hulpmiddelen verwachten we een niet gedekt effect van 5%. Er wordt volop
gelobbyd voor aanvullende middelen maar vooralsnog leidt dit niet tot extra middelen.
9. Invoering woonplaatsbeginsel Jeugd: eenmalige invoeringskosten
De invoering van het nieuwe woonplaatsbeginsel betekent naast een financieel budget- en
kosteneffect ook dat er een overdracht van dossiers en inrichting van het
berichtenverkeer moet plaatsvinden. Dat leidt tot eenmalige kosten in het 2e halfjaar van
2021 en het 1e halfjaar van 2022.
blz. 218 (van 230)
10. Invoering woonplaatsbeginsel Jeugd: structureel effect caseload wijkteams
De invoering van het nieuwe woonplaatsbeginsel betekent voor Enschede dat er, op basis
van de simulaties van het Ministerie van VWS, per saldo meer cliënten onder regie komen
van de Wijkteams dan dat Enschede aan andere gemeenten overdraagt. Per saldo leidt dat
tot een uitzetting van de caseload bij de wijkcoaches (2018: + 125 cliënten).
11. Omgevingswet
Op 1 januari 2022 wordt de Omgevingswet ingevoerd. Die invoering gaat gepaard met extra
kosten voor gemeenten. Bij de Omgevingswet hoort een nieuw digitaal landelijk stelsel
(DSO). Dat stelsel wordt bekostigd door een inhouding op het gemeentefonds van jaarlijks
160.000 euro. Daarnaast moeten gemeenten ook eigen applicaties hebben om met het DSO
te kunnen werken. Nu hebben we 2 applicaties, voor Bestemmingsplannen en voor
Vergunningen. Dat worden er 3, er komt er 1 bij waarmee burgers direct kunnen zien welke
regels er van toepassing zijn op een aangeklikt gebied. Die extra applicatie kost jaarlijks
50.000 euro en eenmalig in 2021 100.000 euro, omdat de bestaande juridische regels
moeten worden omgezet naar die nieuwe applicatie.
Ook eenmalig in 2021 zijn de invoeringskosten betreffende de inbedding van de nieuwe
applicaties in het gemeentelijke ICT-systeem,150.000 euro. Verder zijn er frictiekosten te
verwachten in 2022 en 2023.
Met de Omgevingswet wordt de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen ingevoerd. Die wet
hevelt een deel van het werk over van de gemeente naar de markt. Het werk van enkele
medewerkers vervalt. Het kost tijd voordat we daarvoor een passende oplossing hebben
gevonden. De geschatte frictiekosten zijn in 2022 150.000 euro en in 2023 nog 75.000 euro.
De Omgevingswet zal lagere legesopbrengst tot gevolg hebben, maar een deel van het werk
vervalt niet doch verschuift naar de dienstverlenende elementen uit de Omgevingswet. Er
wordt veel meer vergunningsvrij, maar er komt veel meer overleg bij. De frictiekosten worden
nu geschat op 250.000 euro in het eerste jaar 2022 en daarna op 150.000 euro. Dat is nu
alleen voor 2023 opgenomen omdat nog niet duidelijk is wat eventueel de compenserende
acties van het Rijk zullen zijn.
12. Duurzaamheid: organisatiecapaciteit warmtetransitie
Enschede heeft van het Rijk eenmalig 200.000 euro gekregen, om daarmee in de jaren 2019
tot en met 2021 een warmtevisie op te stellen. Dit geld wordt in 2020 en 2021 ingezet om
deze visie (extern) op te stellen. De opdracht is de visie uiterlijk in 2021 af te ronden. Voor het
opstellen van deze visie zijn geen extra middelen nodig, maar de verwachting is wel dat in het
verlengde van de visie diverse partijen uitvoering gaan geven aan deze visie. Dat zal begeleid
moeten worden (beleidsmatig, communicatief, soms met projectbegeleiding) en daarvoor is
nu geen capaciteit beschikbaar. De inschatting is dat dit structureel 300.000 euro zal gaan
kosten en dat de uitvoering tegen deze kosten in elk geval de periode 2022 – 2024 omvat.
Omdat 2021 nog een opstartjaar is kan in 2021 volstaan worden met een bijdrage van
200.000 euro. Om structureel te kunnen blijven werken aan deze warmtevisie, geldt ook hier
dat het Rijk middelen zal moeten gaan bijdragen. Die zullen naar verwachting sowieso niet
eerder dan vanaf 2022 beschikbaar komen. Over de hoogte ervan loopt nu een landelijk
onderzoek. Tegen deze achtergrond stellen we de jaren 2022 en verder hier nu op 'pm'.
13. Proceskosten integrale wijkaanpak warmtetransitie (Twekkelerveld en de Posten)
Om de warmtetransitie mogelijk te maken verwachten we per wijk 300.000 euro per jaar
proceskosten voor een duur van 10 jaar nodig te hebben. Om de opgave beheersbaar te
houden willen we jaarlijks één wijk aan de werkvoorraad toevoegen, tot we in totaal maximaal
10 wijken tegelijk aanpakken (kosten: 3 miljoen euro per jaar). Vanaf 2040 zouden we dit dan
blz. 219 (van 230)
weer afbouwen, om in 2050 (conform de opdracht van het Rijk) klaar te zijn. Momenteel
hebben we al in twee wijken (Twekkelerveld en De Posten) de nodige werkzaamheden
opgepakt, zijn er afspraken gemaakt met partners en daarmee verwachtingen gewekt die we
nu waar moeten maken. Dat betekent dat we in 2021 twee maal 300.000 euro is 600.000
euro nodig om door te kunnen gaan. Voor de jaren daarna ontstaat dan een reeks die oploopt
met 300.000 euro per jaar tot we in 2029 tien wijken aanpakken en dus 3 miljoen euro nodig
hebben. Vanaf 2040 loopt dat bedrag weer af met 300.000 euro per jaar. De jaren na 2021
stellen we nu echter op PM, omdat het college het signaal aan het Rijk wil afgeven dat de met
de warmtetransitie gemoeide kosten door het Rijk moeten worden gedragen om de uitvoering
mogelijk te maken.
14. Archivaris, vanuit nieuwe archiefwet
Met de invoering van de nieuwe Archiefwet in 2021 wordt het verplicht om een
(gemeente)archivaris aan te wijzen. Het toegenomen belang van informatie voor het
functioneren van de overheid en het vertrouwen van burgers maakt dat dit per 2021 een
verplichting wordt.
15. Handhaving en Veiligheid structureel op een basisniveau
In gemeentebegroting 2020 - 2023 is opgenomen dat de intensivering op handhaving en
veiligheid (900.000 euro) in 2022 met de helft afneemt om in 2023 volledig weg te vallen.
Daarmee is een knelpunt ontstaan. Niet herstellen zal betekenen dat er aanzienlijk minder
BOA’s (handhavers) ingezet kunnen worden. Ook zal er minder toezicht en handhaving zijn
op onzelfstandige bewoning, volkstuinen, recreatie woningen, strijdig gebruik van het
buitengebied etc. Verder zal er minder aandacht zijn voor veiligheid door minder inzet op de
aanpak van ondermijnende criminaliteit en de bibob-procedure. Deze zaken dreigen weg te
vallen, zaken die juist van groot belang zijn om de stad leefbaar en aantrekkelijk te houden.
Dat zijn belangrijke noodzakelijke randvoorwaarden voor een economisch herstel. Een
aanvullend argument om structureel een basisniveau te borgen is te voorkomen dat de
gemeente in termen van interbestuurlijk toezicht door de provincie op dit gebied weer afglijdt
van de recent verkregen groene score.
16. Cultuurhistorie (wettelijk deel)
We zetten op dit moment onvoldoende in op cultuurhistorie en de onderscheidende kwaliteit
die dit onze stad te bieden heeft. Cultuurhistorie is van groot belang om een aantrekkelijke
stad te zijn en dus van invloed op je aantrekkingskracht voor jong talent, nieuwe bewoners,
ondernemers en bezoekers. We moeten aan een aantal wettelijke taken verplicht uitvoering
geven. We voldoen daar momenteel niet aan. Evenmin voldoen we niet aan de wensen van
de gemeenteraad.
We voldoen niet altijd aan het opnemen van een beschrijving van Cultuurhistorie in
bestemmingsplannen door gebrek aan capaciteit. We kunnen waarden onvoldoende duiden
en hiermee onvoldoende beschermen. Inbreng Cultuurhistorie ontbreekt in projecten en
initiatieven waardoor we kansen missen om te ontwikkelen vanuit onderscheidende identiteit
en bestaande kwaliteit (denk aan discussies Bato, Harbrinksweg en Usseleres). Er wordt
meer inzet gevraagd van Cultuurhistorie door de komst van de Omgevingswet. De
Omgevingsvisie vraagt om aan te geven wat je wilt beschermen en ontwikkelen.
De Cultuurhistorie waardenkaart is niet op orde daarmee ontbreekt goede inbreng op de
ontwikkeling van de Omgevingsvisie. Tevens moet beleid geactueerd worden om aan te
sluiten bij eisen van de Omgevingswet en advisering op bestemmingsplannen.
Er zijn extra middelen noodzakelijk om het verouderde beleid te actualiseren, de
cultuurhistorische waardenkaart te actualiseren en in te zetten op structurele uitbreiding
blz. 220 (van 230)
beleidscapaciteit. Hiermee kunnen we inspelen op veranderingen die de Omgevingswet van
ons vragen, de basis op orde organiseren én sturen op ontwikkelingen waarmee we ons als
stad kunnen onderscheiden. Het structurele effect hiervan voor het wettelijk verplichte deel
wordt structureel ingeschat op 100.000 euro.
17. Duurzaam deelvervoer
Voor controle en analyse op gebruik (duurzaam) vervoer is capaciteit vereist. De bezetting
van de servicedesk voor controle op NS Businesscards vraagt 10.000 euro en voor controle
en analyse autogebruik is ook 10.000 euro nodig. Ook 10.000 euro is nodig voor de hogere
diverse kosten voor opladen, parkeren en eigen risico door schades. Indien er geen inzet
wordt gepleegd op de controle van gebruik NS Businesscards en de elektrische dienstauto's
dan lopen we een fiscaal risico. Beide vervoersvormen zijn namelijk alleen beschikbaar voor
zakelijk gebruik en niet voor woon-werk verkeer.
18. Webteam/ digitale dienstverlening basisniveau
Het webteam heeft te weinig capaciteit om de gemeentelijke websites kwalitatief op peil te
houden, de ontwikkelingen van techniek en maatschappij bij te houden en te voldoen aan
wettelijke eisen ten aanzien van bijvoorbeeld digitale toegankelijkheid en privacy. Zelfs een
basisniveau van kwaliteit, efficiency en wettelijke kaders kan alleen met extra formatie
gegarandeerd worden.
19. Naheffing polis brandverzekering en onderverzekering inventaris
De premie brandverzekering is afgesloten o.b.v. de taxatiewaarde exclusief inventaris en
BTW. Dat had inclusief inventaris en BTW moeten zijn. Hierdoor volgt een naheffing van
110.000 euro.
20. Informatiebeveiliging overheid (voorkomen datalekken/hacken, wachtwoordkluis)
De Baseline Informatiebeveiliging Overheid, ofwel BIO (het verplichte normenkader voor
gemeenten voor de informatieveiligheid), verplicht gemeenten om te investeren in de
informatiebeveiliging. Het totaal benodigde bedrag hiervoor bedraagt 200.000 euro structureel
en betreft twee onderdelen. Ten eerste moet bijgedragen worden in licentiekosten voor een
wachtwoordkluis. Middels regionale aanbesteding voor Single Sign On (SSO) zal deze tegen
een zo gunstig mogelijk tarief worden aangeschaft. Ten tweede moet een zogeheten Security
Information & Event Management (SIEM) proces met de bijbehorende tooling en de
aansluiting op Security Operations Center (SOC) worden ingericht. Voor gemeenten is dit het
verplichte normenkader voor de informatieveiligheid. De overheid dwingt dit af, omdat we in
toenemende mate het ontstaan zien van datalekken, ransomware en hacken. Zie
voorbeelden als Citrix, Gemeente Lochem en de universiteit Maastricht.
Uit de aanbesteding vanuit GGI veilig (namens VNG) heeft KPN de aanbesteding gegund
gekregen. KPN levert aan gemeenten een managed service dienst met betrekking tot
SIEM/SOC. Voor de Gemeente Enschede staat deze noodzakelijke implementatie gepland in
het 3e kwartaal van 2020. In de offerte van KPN voor de gemeente Enschede, zijn de kosten
voor deze implementatie alsmede een randvoorwaardelijke additionele capaciteit van 1 FTE
beschreven. Gezien de complexiteit is binnen de huidige formatie geen deskundigheid
beschikbaar om al deze dreigingen tijdig en adequaat op te lossen en daarmee te voldoen
aan de vereiste wetgeving. Security Information & Event Management (SIEM) is essentieel
om geavanceerde dreigingen en aanvallen in een zeer vroeg stadium te detecteren. Op basis
van deze vroegtijdige detectie kan er actie ondernomen worden om de aanval zo snel
mogelijk te stoppen of in een aantal gevallen zelfs te voorkomen. Niet adequaat reageren kan
leiden tot discontinuïteit in de primaire processen en kan daarmee gevolgen hebben voor de
dienstverlening aan onze inwoners, of privacygevoelige informatie blootleggen. Het leidt tot
blz. 221 (van 230)
financiële, politieke- en imagoschade. Daarnaast zien we op basis van toenemende
complexiteit en dreigingen, gecombineerd met onze ervaringen van afgelopen jaren dat de
werkzaamheden binnen het informatie beveiligingsdomein (denk aan audits,
riskassessments, privacy impact analyses e.a.) toenemen voor de gemeente Enschede. De
huidige formatie is niet afdoende om de digitale weerbaarheid te borgen en dient uitgebreid te
worden met tenminste 1 FTE.
21. Contract- en licentiemanagement
Momenteel heeft de Gemeente Enschede geen deskundigheid in huis om in control te zijn op
contract- en licentiebeheer ten aanzien van haar softwareportefeuille. Dat is onlangs pijnlijk
duidelijk geworden toen Microsoft een jaar geleden ons in complainant heeft gesteld voor een
bedrag van 1,7 miljoen euro. Dit is ook te lezen in het Berenschot onderzoek welke in
opdracht van uw raad vorig jaar heeft plaatsgevonden. Dit is destijds met veel moeite
omgezet naar het aantrekken van een nieuwe Microsoft bundel, maar toont aan dat het niet in
control zijn op dit vlak een hoog en zeer onwenselijk financieel risico met zich meebrengt dat
beheerst moet worden. Berenschot heeft in zijn onderzoek al aangegeven dat de complexiteit
contracten en licenties bij met name de grote leveranciers toeneemt en steeds ingewikkelder
wordt. Door ondermeer de toenemende complexiteit van digitalisering worden we steeds
meer gedwongen om met grote partijen als Microsoft in zee te gaan, waardoor onze
afhankelijk toeneemt. Dit ter voorkoming van financiële boetes en ongewenste meeruitgaven.
22. Posttarieven
De Gemeente Enschede moet marktconforme tarieven gaan betalen voor de postbezorging
ten gevolge van vigerende wetgeving. Dit leidt tot een onvermijdelijke kostenstijging en kan
niet binnen de beschikbare budgetten worden opgevangen.
23. Onderwijshuisvesting OZB
De OZB-lasten voor schoolgebouwen zijn vanaf 2019 meer gestegen dan de ontvangen
reguliere prijscompensatie. Gevolg is dat het beschikbare budget voor de OZB niet toereikend
is.
24. Onderwijshuisvesting vandalisme
Er is sprake van een toenemend aantal schades door vandalisme, ondanks de maatregelen
die de voorbije jaren preventief zijn doorgevoerd. Dit soort schades is tot op heden niet
verzekerd, omdat de verzekeringspremie die hiervoor betaald moet worden onevenredig hoog
is.
25. Organisatieontwikkeling
In de zomernota 2019 was een bedrag van 300.000 euro opgevoerd voor het probleempunt
organisatieontwikkeling onder de voorwaarde dat dit (met nog 2 probleempunten) een
rendement op de organisatie van 2 miljoen euro oplevert. Als gevolg van een herschikking
van middelen is structureel 169.000 euro minder toegekend aan organisatieontwikkeling. Om
invulling te kunnen geven aan het afgesproken rendement op de organisatie is het volledige
bedrag voor organisatieontwikkeling nodig.
Rendement op de organisatie kan gerealiseerd worden door enerzijds werkprocessen anders
in te richten, gecombineerd met het werk van medewerkers die met pensioen gaan anders in
te vullen. Dit vraagt dat we medewerkers verleiden om bijvoorbeeld nog eerder de organisatie
te verlaten of om hun talenten elders in de organisatie in te zetten, zodat werkprocessen
versneld anders ingericht kunnen worden. Anderzijds moet tegelijkertijd ingezet worden op
behoud van talent en het aantrekken van nieuw talent.
blz. 222 (van 230)
26. Bed, bad en brood
Continuering van de huidige opvang. Afgelopen jaren hebben we geld beschikbaar gesteld
voor de opvang van uitgeprocedeerde asielzoekers. Dit willen we in 2021 continueren.
27. Accountantskosten
Extra kosten accountant boven budget als gevolg van nieuwe aanbesteding en nieuw
contract.
28. Eikenprocessierups korte termijn aanpak
Dit betreft een toezegging aan de Raad. Voor de "korte termijn" aanpak (preventief spuiten en
wegzuigen) van de eikenprocessierups is in 2020 sprake van een tekort. Daarnaast zijn er
nog geen structurele middelen in de gemeentebegroting opgenomen voor de korte termijn
aanpak na 2020. Indien deze middelen niet beschikbaar komen dan kunnen we de korte
termijn aanpak van de eikenprocessierups niet vormgeven. Let op: de lange termijn aanpak
rond de eikenprocessierups (herstel natuurlijk evenwicht) is opgenomen als beleidswens.
De verwachting is dat de plaag zich op korte termijn maar beperkt laat reduceren ondanks
alle maatregelen. Vestiging van duurzame populaties natuurlijke vijanden zal jaren duren.
Biodiversiteit is iets van hele lange adem. Gecombineerd met het feit dat we in een stedelijke
omgeving zitten maakt dat het maar de vraag is of een echt natuurlijk evenwicht haalbaar is.
Dit maakt de bestrijding van de eikenprocessierups dus nog vele jaren noodzakelijk.
Vooralsnog is budget opgenomen voor de korte termijn aanpak voor 2021 en 2022, waarna
een evaluatie plaats zal vinden en een besluit genomen moet worden over budgetten voor de
daaropvolgende jaren.
29. Tekort Boswinkel Oost
Onder de herstructurering van Boswinkel Oost ligt een oude begroting die niet geïndexeerd
is.
30. VPB – buiten reclame
Per 1 januari 2016 is de vennootschapsbelastingplicht ontstaan voor
overheidsondernemingen. Deze ondernemingen kunnen voor hun ondernemingsactiviteiten
vennootschapsbelastingplichtig zijn.
Toetsing van ondernemingsactiviteiten heeft ertoe geleid dat de gemeente Enschede voor
een aantal activiteiten aangifte doet voor de vennootschapsbelasting waaronder Reclame
openbare terreinen.
Er speelt een uitvoerige landelijke discussie over de vennootschapsbelastingplicht van
reclame. De Gemeente Enschede heeft het standpunt ingenomen dat de reclame niet leidt tot
heffing van Vennootschapsbelasting. De Belastingdienst heeft echter een ander standpunt.
Om te voorkomen dat 8% belastingrente in rekening wordt gebracht is besloten om reclame
met ingang van 2016 toch in de aangifte op te nemen om vervolgens in bezwaar te gaan
tegen de eigen aangifte.
Op grond van de reclame inkomsten gaat het jaarlijks om ongeveer 200.000 euro aan
vennootschapsbelasting. Dit is vooralsnog opgenomen voor 2021 en 2022 vanuit de
verwachting dat daarna helderheid is over of reclameinkomsten
Vennootschapsbelastingplichtig zullen zijn.
31. Coördinatie Duitslandagenda
Op 30 augustus 2019 is de Duitslandagenda door de gemeenteraad vastgesteld. Daarmee is
ingestemd met de strategie om tot één grensoverschrijdende economische sterke regio te
komen, waarbij de grens niet meer als een belemmering wordt ervaren. De afgelopen jaren is
blz. 223 (van 230)
de inzet op de Duitslandagenda opgepakt binnen de reguliere capaciteit. De initiatieven die
ontwikkeld zijn beginnen echter tot wasdom te komen en vragen meer capaciteit om ze ook
daadwerkelijk te realiseren. Daar komt bij dat de banden met Münster door het officiële
partnerschap met deze gemeente meer verplichtingen met zich meebrengt. Zowel in
personele inzet als ook in materiële zin.
32. Zwembad
Het onderzoek naar de haalbaarheid van de scenario’s is afgerond. Inmiddels heeft het
college een voorkeur uitgesproken voor scenario 1, met het openhouden van Het Slagman tot
2028. Dat voorziet voor de komende jaren in voldoende zwemwater voor de verschillende
doelgroepen. In dit scenario kan de taakstelling van 400.000 euro op de zwembaden niet
volledig gerealiseerd worden. Een bedrag van 240.000 euro wordt wel gerealiseerd en voor
het restant (160.000 euro) geldt een inspanningsverplichting om met Sportaal in overleg te
treden dit bedrag zo beperkt mogelijk te houden.
Naast de structurele kosten is er sprake van incidentele frictiekosten bij personeel ter grootte
van 280.000 euro (100.000 in 2021, 80.000 in 2022 en 100.000 euro in 2023) en boekwaarde
op het Aquadrome van 608.000 euro. Dat maakt het totaal aan frictiekosten 888.000 euro. De
afboeking van het Aquadrome is gepland voor 2022. De frictiekosten voor personeel worden
voor 2021 en 2022 gedekt uit de bijdrage van 2 x 90.000 euro die eind 2017 door de raad
vanaf 2021 beschikbaar is gesteld voor de zwembadvisie. Er resteert derhalve een
incidenteel knelpunt voor de frictiekosten van 608.000 euro in 2022 en 100.000 euro in 2023.
Het Slagman verliest uiterlijk in 2028 de zwemfunctie en zal dan worden gesloten. Het zal dan
in eerste instantie worden aangeboden aan het Vastgoedbedrijf van de gemeente.
Besluitvorming door de raad dient nog wel plaats te vinden.
blz. 224 (van 230)
Externe effecten
Gemeentefonds
In de Gemeentebegroting 2020-2023 was de stand van het Gemeentefonds berekend op
basis van de septembercirculaire 2019. In de Coronanota 2020 zijn reeds alle aanpassingen
aan het Gemeentefonds na september 2019 verwerkt. Het gaat om de decembercirculaire
2019 en de meicirculaire 2020. De uitkomst van deze circulaires is in onderstaande tabel
inzichtelijk gemaakt. Per saldo is er hoofdzakelijk sprake van positieve bijstellingen. De
voornaamste reden is dat op rijksniveau sprake is van een hogere stijging van lonen en
prijzen waardoor de gemeente trap-op gaat en een hogere uitkering uit het gemeentefonds
zal ontvangen. In de meicirculaire zat voor 2024 wel een negatieve bijstelling als gevolg van
een neerwaartse bijstelling van de zorguitgaven.
Gemeentefonds in duizend euro 2021 2022 2023 2024
Decembercirculaire 2019 983
Meicirculaire 2020, accres Gemeentefonds 1.924 3.215 1.284 -646
Totaal accreswijziging gemeentefonds tov begroting 2020 1.924 3.215 1.284 337
Bij deze tabel zijn 3 opmerkingen relevant:
1. In de meicirculaire heeft het Rijk aangekondigd het accres voor 2020 en 2021 te
bevriezen. Dat maakt dat daar in de komende circulaires geen wijzigingen meer op
doorgevoerd worden.
2. De herijking van het verdeelmodel voor het gemeentefonds is uitgesteld. In januari
2020 bleek dat aanvullend onderzoek nodig was. De nieuwe verdeling gaat daarom
niet in vanaf 2021 maar vanaf 2022. Half september 2020 worden de 1e uitkomsten
verwacht. De definitieve herverdeling zal worden opgenomen in de
decembercirculaire 2020.
3. In de meicirculaire is op enkele onderdelen compensatie aangekondigd voor nadelen
die gemeenten hebben als gevolg van corona. Het gaat onder andere om
compensatie voor derving toeristen- en parkeerbelasting, meerkosten Jeugdhulp en
Wmo, vergoeding kosten noodopvang kinderen met ouders in een cruciaal beroep,
vergoeding loonkosten SW-medewerkers die niet zijn ingezet in de afgelopen periode
en compensatie voor cultuurinstellingen. Deze compensatie zal via het
gemeentefonds worden verrekend en cijfermatig in de septembercirculaire 2020
worden opgenomen. Daarnaast is ook nog sprake van diverse vergoedingen door het
rijk die niet via het gemeentefonds worden verdeeld, zoals voor kwijtschelding huur
sportverenigingen, uitvoeringskosten TOZO en op peil houden van het macrobudget
voor de bijstand.
blz. 225 (van 230)
Ontwikkeling lonen, prijzen, rente, ozb
Het middelenkader wordt jaarlijks aangepast op een aantal externe effecten, zoals
ontwikkelingen op het gebied van lonen, prijzen, rente en ozb. Het betreft een actualisatie van
ramingen, gebaseerd op cijfers van het CPB en andere parameters. In de onderstaande tabel
zijn deze externe effecten benoemd.
Indexatie lonen, prijzen, rente en ozb in duizend euro 2021 2022 2023 2024
1. Prijsontwikkeling -2.000 -2.000 -2.000 -2.000
2. Ontwikkeling loonkosten -4.480 -4.480 -4.480 -4.480
3. Premiestijgingen pensioen -1.000 -1.000 -1.000 -1.000
4. Loon- prijscompensatie Gemeenschappelijke Regelingen -285 -285 -285 -285
5. Indexatie Onderwijshuisvesting -192
6. Loon- prijscompensatie Jeugd, WMO-BG en SW -1.791 -1.791 -1.791 -1.791
7. Dekking vanuit stelpost loon-prijscompensatie 7.000 7.000 7.000 7.578
8. Indexatie OZB 945 945 945 945
9. Treasury 951 736 663 -27
Totaal -660 -875 -948 -1.252
1. Prijsontwikkeling
Het CPB gaat in de prognoses uit van een inflatie van 1,6% in 2021. Dit leidt tot een stijging
van de prijzen van 2 miljoen euro.
2. Ontwikkeling loonkosten
Het CPB gaat in de prognoses uit van een loonstijging van 2,8% vanaf 2021. Dit percentage
is overgenomen en zorgt voor een kostenstijging van 4,5 miljoen euro. De nieuwe gemeente
CAO moet nog worden vastgesteld. Het kan dus zijn dat van dit bedrag moet worden
afgeweken.
3. Ontwikkeling premiestijging pensioen
Historisch gezien houden we gemiddeld genomen rekening met 1,4 % stijging. Het CPB
verwacht echter een forsere stijging van de pensioenpremie. Oorzaak hiervan is met name de
lage rentestand van dit moment. Daarom is gerekend met een geprognosticeerde stijging van
2%. Dat zorgt vanaf 2021 voor 1 miljoen euro aan extra lasten.
4. Loon- prijscompensatie Gemeenschappelijke Regelingen
In de raadsbrief over de ontwerpbegrotingen van gemeenschappelijke regelingen d.d. 14 mei
2020 bent u geïnformeerd over loon- prijscompensatie bij gemeenschappelijke regelingen. De
dekking hiervoor vanuit de begrote stelpost voor loon- en prijscompensatie is niet voor alle
organisaties afdoende. Dit heeft te maken met de afwijking tussen de vermelde percentages
en de indexaties die vanuit Twents verband toegevoegd worden aan de budgetten. Reden
hiervoor is dat de gemeenschappelijke regelingen al vroeg in het jaar hun begrotingen
opstellen en daarvoor de informatie gebruiken zoals deze is gepubliceerd op Prinsjesdag van
het vorige jaar. De gemeente stelt pas later haar middelenkader op en benut de percentages
die bij de voorjaarsnota van het rijk worden gepubliceerd. Dit is de reden dat de Regio Twente
(122.000 euro), de Stadsbank (62.000 euro) en de Veiligheidsregio (101.000 euro) zijn
opgenomen voor loon- prijscompensatie (totaal 285.000 euro).
blz. 226 (van 230)
5. Indexatie Onderwijshuisvesting
Als dekking voor de kapitaallasten van gedane onderwijsinvesteringen is in 2011 afgesproken
dat het product onderwijshuisvesting jaarlijks geïndexeerd wordt. Dit heeft in 2024 een last
van 192.000 euro tot gevolg.
6. Loonprijscompensatie Jeugdhulp, WMO-BG en SW
Vanaf 2020 worden kostenstijgingen als gevolg van loon- en prijsontwikkelingen in
Jeugdhulp, WMO en SW gecompenseerd vanuit het accres in het Gemeentefonds. Er is geen
sprake meer van aparte loonprijscompensatie die tot en met 2019 via de circulaire werd
toegekend. De inschatting is dat een bedrag van 1,8 miljoen euro nodig is voor de
loonprijscompensatie op deze onderdelen.
7. Dekking vanuit de stelpost loon-prijscompensatie
In de stelpost loon-prijscompensatie is voor 2021, 2022 en 2023 een bedrag van 7 miljoen
euro en voor 2024 een bedrag van 7,578 miljoen euro beschikbaar voor het opvangen van
loon- en prijsontwikkelingen vanaf 2021.
8. Indexatie OZB
Uitgaande van inflatie zorgt indexatie van de ozb en overige belastingen voor een extra
opbrengst van 945.000 euro.
9. Rente, treasury
Het positieve verschil voor 2021, 2022 en 2023 t.o.v. de gemeentebegroting 2020 ontstaat
door lagere rentelasten door neerwaarts bijstellen van de verwachte rentepercentages voor
de verwachte herfinanciering in deze jaren. Hetzelfde geldt voor de kortlopende financiering.
Ook betreft het hier een voordeel uit vervallen rentetoevoeging aan voorzieningen RBT en
ADT. Daarnaast is er sprake van aanzienlijk lagere rentebaten vanuit de kapitaallasten
vanwege de noodzakelijke verlaging van omslagrente van 2% naar 1,5%. Ook zijn hogere
dividendopbrengsten opgenomen omdat dividend Twence behoudend was geraamd.
6.10. Bezuinigingsmonitor
blz. 228 (van 230)
blz. 229 (van 230)
6.11. Aangenomen moties en amendementen
Top Related