Download - FMN Connect #2 2015

Transcript
Page 1: FMN Connect #2 2015

Een u

itgav

e v

an F

MN

December 2015 nummer 2

FMNCONNECT

VAKBLAD VOOR DE FACILITY BRANCHE

GEZOCHT:Wereldverbeteraars

DENK IN KANSEN

Innovatieve start-upsals eyeopener

ROBOTICA in de facilitaire wereld

Page 2: FMN Connect #2 2015

2 | FMNCONNECT

planonsoftware.com

Stroomlijn uw vastgoed-, facilitaire- en service managementprocessen met Planons innovatieve softwareoplossingen.

Efficiënte onder-houdsplanningen uitvoering

Renderend vastgoed en portfoliobeheer

Productieve huisvesting en werkplekken

Integrale dienstverleningen monitoring

Duurzame gebouwen en processen

2150466 NL_1506_Adv_FMMagazine 190x275.indd 1 25-06-15 16:10

Page 3: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 3

Bladmanagement en RedactieEdouard van AremVDH Bestuurszakene-mail: [email protected]: 06-46133391

Met medewerking van Paul Groothengel

EindredactieRoel Masselink

FotografiePicture AllianceErik van ’t Woud | De Beeldredaktie

Vormgeving en opmaakBusiness Print - Nootdorp

Advertentie-exploitatieVDH BestuurszakenEdouard van Areme-mail: [email protected]: 06-46133391

VerenigingsmanagerRoel [email protected]: 070-2060176

UitgeverFMN

FMN BureauVDH BestuurszakenBezuidenhoutseweg 187e2594 AH Den HaagT: [email protected]

Social MediaTwitter: @twitter.com/FMNconnectwww.fmn.nl

Gaan robots ons werk overne-men? Zitten wij straks allemaal werkeloos thuis, terwijl intelli-gente, er soms bijna als men-

sen uitziende apparaten ons werk gaan doen? Meer en meer zien we de vragen over deze kwestie opdoemen. Robotica – en domotica – staan volop in het nieuws. Technolo-gie en aan technologie gekoppelde data, zijn de game changers van deze tijd. Niet zo gek dus, dat FMN technologie als een van de vijf the-ma’s heeft gekozen waarop zij zich in de komende jaren wil focussen. In dit nummer van FMN Connect, de tweede digitale editie van dit jaar, daarom ook aandacht voor dit onderwerp.

Daarnaast ook aandacht voor een ander thema waar FMN zich op richt: nieuwe businessmodellen en waardecreatie. Tom Gouman, Bert

Smit en Pieter van der Hurk delen hun visie en ideeën rond dit thema.Maar ook aandacht voor de vereni-ging FMN. Het jaar waarin zichtbaar is gewerkt aan de transitie van onze vereniging. In dit nummer een kort verslag van de Algemene Ledenver-gadering en het aansluitende mini-congres van november. Betrokken leden en relaties waren naar het prachtig gerenoveerde gebouw van verzekeraar a.s.r. in Utrecht ge-komen om kennis op te doen van innovatieve concepten. Een posi-tieve sfeer en veel energie om het nieuwe jaar te starten. Ik wens u veel leesplezier en alvast een mooi 2016.

Edouard van AremBladmanager FMN [email protected]

Voorwoord

Colofon

Page 4: FMN Connect #2 2015

4 | FMNCONNECT

Inhoudsopgave

ROBOTICA

6

12

18

NIEUWE BUSINESS MODELLEN

INTERVIEWTOM GOUMAN

Bert Smit, Senior lecturer Service Design, Branding & Imagineering aan NHTV internationaal hoger onderwijs Breda, geeft zijn visie.

“Speel jezelf naar nieuwe kansen en innovaties”

Coverstory: Beep Beep Love

Page 5: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 5

En verder:Voorwoord en colofon 3

Column Natalie Hofman 14

Planon: Denk in Kansen 15

Terugblik Mini-congres 30

Verenigingsnieuws 40

Partners FMN 43

SOCIAALONDERNEMEN

22

26

36

KANTOOR VOL ENERGIE

PIETER VAN DEN HERIK

Over Social Enterprises in het facilitaire domein

De facility manager gaat meer een prestatie inkopen en minder producten.

Yvette Watson aan het woord

Page 6: FMN Connect #2 2015

6 | FMNCONNECT

Over Robotica in de facilitaire wereldHet is een klein berichtje in het AD van dinsdag 3 november 2015. Het berichtje staat op pagina 18 en heeft als kop Oprichters van Skype maken bezorgrobot. Een dag later staat ook in het AD, maar nu op pagina 3, een bericht met de kop Robots gaan 50.000 bedden per jaar wassen in Rotterdams ziekenhuis. Maar zo zijn er meer berichten. Op 11 november staat dit bericht online: Robot bemerkt lege schappen en bestelt nieuwe producten. In één week tijd, drie berichten, zo uit de praktijk.

Het onderwerp leeft, zo ook in de wereld van facility management. Reden voor de Expertgroep Technologie – toen nog de Kenniskring FM Beyond geheten – om eerder dit jaar bij elkaar te komen voor een rondetafelgesprek over dit onderwerp.

Robotica blijkt een on-derwerp dat leeft, maar waar nog wel de nodige vragen over zijn. Bijvoorbeeld op het gebied van ge-b o u w m a n a g e m e n t . Gebouwen worden

slimmer, het gemak voor de gebruiker gaat omhoog, de kosten omlaag, maar wat doet dat met de mensen die er werken. Wat is het effect van die slim-heid op de mens? Wat zijn de trends, de ontwikkelingen en wat zal de toe-komst gaan brengen?

Een voorbeeld van een slim gebouw dat vaak wordt genoemd, is The Edge. Eind 2014 is dit gebouw aan de Zuidas van Amsterdam opgeleverd. Hoofd-huurder is Deloitte. Uit het persbe-richt: “Het gebouw heeft volgens Buil-ding Research Establishment (BRE), de wereldwijde beoordelaar van duurza-me gebouwen, de hoogste score voor nieuwe kantoorgebouwen ontvangen die ooit is afgegeven. Duurzame inno-vaties, zoals het door Philips ontwik-kelde ‘connected lighting system’ dat daglicht, beweging en temperatuur meet en hierop inspeelt, de zonne-panelen op de voorgevel maar ook het ontwerp van het gebouw en de

gebruikte materialen maken het ge-bouw zeer efficiënt.The Edge kenmerkt zich verder niet al-leen door duurzaamheid, maar kent ook een hoge mate van intelligen-tie door de toegepaste innovaties en technologie. Zo kan iedere medewer-ker de temperatuur en de lichtintensi-teit boven zijn werkplek bedienen via een app op zijn smartphone en gebrui-ken de beheerders van het gebouw deze informatie voor het regelen van de temperatuur in de diverse ruimtes en het organiseren van schoonmaak-werkzaamheden.” Een slim gebouw, duurzaam, vol techniek en van alle ge-makken voorzien – zoals robotica en domotica, is dat de toekomst?

Wat is Robotica?De vraag komt op: wat is Robotica ei-genlijk? Antwoord: de tak van de we-tenschap die zich bezighoudt met het ontwikkelen van robots (wikipedia). Wat is dan een robot? Een geprogram-meerde machine die verschillende ta-ken kan uitvoeren. Essentieel wat hier nog in ontbreekt is het eigen denkver-mogen. Dat heeft de robot nog niet. Alles wat een robot doet en kan, is vooraf door de mens bepaald en ge-programmeerd.

Page 7: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 7

BEEP BEEP LOVE?

Page 8: FMN Connect #2 2015

8 | FMNCONNECT

Voorbeelden van Robotica (en in het kielzog Domo-tica) zijn voor handen. De slimme thermostaat thuis, de stofzuigerrobot, de securityrobot. Maar ook diver-se toepassingen komen aan de orde. Apps die aange-ven waar lege vergaderruimte is, waar parkeerplek-ken vrij zijn met de mogelijkheid om je direct aan te melden en een plaats te reserveren. Zeker in een tijd waarin veel gebouwen (gedeeltelijk) leeg staan, zijn dit soort geautomatiseerde toepassingen mogelijk-heden om de flextration naar beneden te krijgen en de beschikbare m2 effectiever en efficiënter te benut-ten.

Wat is het doel van Robotica?Een vraag die aan de orde komt. Efficiency en kos-tenreductie, het zijn vooral de antwoorden die naar voren komen. Robotica maakt processen en diensten goedkoper en het maakt het werkproces gemakke-lijker. De vraag die daarop volgt, is: wat is het effect van robotica op de arbeidsproductiviteit en de kos-ten daarvan? Gaan die omlaag, omhoog? En hoe zit

het met de investeringen? Eenduidige antwoorden zijn hier niet op te vinden. Automatisering kost ar-beidsplaatsen in diverse processen en levert meer productie op. Tegelijkertijd levert het ontwikkelen van robotica in de keten veel arbeidsplaatsen op. Edwin Lustig van Robot Security System levert al ge-ruime tijd robots aan het bedrijfsleven, een voorbeeld hiervan is de robotbeveiliger. “Eindgebruikers zijn altijd wel enthousiast. Maar het is zaak om de ver-wachtingen goed te managen bij het inzetten van ro-bots. Robots doen wat wij, de mensen, ze laten doen. Ze kunnen niet zelf denken. Dat gaat vast wel komen, maar dat duurt nog zeker tien tot vijftien jaar. De ro-botbeveiliger is een robot die rijdt door de ruimte, sensoren heeft die diverse zaken kunnen signaleren en meten en op basis van die metingen actie onder-neemt. Denk aan checken van ruimtes op aanwezig-heid van mensen. Treft hij die aan, dan handelt de robot volgens een protocol.

The Edge, een kantoor vol innovatieve en duurzame technologie

Page 9: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 9

Het is zaak om de verwachtingen rond-om robotica te managen. Robotica is minder spectaculair dan men wellicht denkt. Al gaan de ontwikkelingen, met name in Japan, erg hard.”

We kunnen rijden in auto’s die zich-zelf besturen. Tesla is zo’n voorbeeld. Met die auto rijden mensen al. Maar gaan we straks ook zitten in een vlieg-tuig zonder piloot? Laten we ons liever opereren door een chirurg of door een robot? De meningen zijn verdeeld. Het menselijke aspect, dat zorgt voor ver-trouwen, empathie, aandacht, speelt in veel processen een rol. Ook hier zien we wel ontwikkelingen. Er zijn al robots die in de zorg werken en die met mensen communiceren, ze aan-dacht geven en tegelijkertijd helpen met aankleden of iets aanreiken.

Combinatie van takenIn de komende jaren zal men zien dat robots een combinatie van taken zul-len kunnen uitvoeren: dweilen en be-veiligen, post ophalen en vuil meten.

De wereld van de facility zal er steeds meer mee te maken krijgen, al is er hier en daar nog wat scepsis. Thuis gebruiken we robotica eerder en meer dan in de gebouwen. Dat heeft onder meer te maken met het feit dat niet alle technologie zich bewezen heeft. De ontwikkelingen zullen hard gaan. Op vliegvelden en in de zorg. Waar veel menskracht nodig is, maar waar vakmanschap niet altijd voorhanden is, daar kan de robottechnologie goed van pas komen. Sensoren kunnen steeds meer, worden steeds intelli-genter in het meten van allerlei zaken en dat kan leiden tot veel besparingen. Denk aan het inspecteren van gebou-wen: de buitenkant, de reinheid van het sanitair of logistieke processen.

Big dataEn dan is er nog het thema Big Data. Bij het ontwikkelen van robotica gaan we uit van behoeften en mogelijkheden. Om dat allemaal te analyseren, ver-zamelen we meer en meer gegevens. Het Internet der Dingen is in opkomst

Bezorgrobot: is dit het beeld van de toekomst?

Page 10: FMN Connect #2 2015

10 | FMNCONNECT

Renske van der Heide:

Renske van der Heide is in het dagelijks leven

productmanager bij Topdesk, producent

en consultant op het gebied van software.

Binnen FMN is zij actief als voorzitter van de

Expertgroep Technologie, tot voor kort de

Kenniskring Beyond FM.

Hoe kijk jij tegen robotica aan?IK hoor wel eens dat men denkt: robotica neemt ons werk over, dat mag niet. Men is dan bang voor robotica. Zelf heb ik dat helemaal niet. Robots nemen werk over, dat klopt. Van mensen. Werk dat mensen niet kunnen of willen doen, dat gevaarlijk is, dat te moeilijk is, te saai. We zagen het in de industrie: de automatisering maakte de processen prettiger, veiliger, efficiënter. Bovendien, de robotica levert meer werk op dan dat het kost, daar ben ik van overtuigd. Het werk verschuift.

Hoe zie jij de ontwikkelingen binnen de facilitaire wereld?We staan aan de vooravond van een nieuwe facilitaire wereld. De facilitaire afdelingen binnen organisaties zal kleiner worden, mis-schien straks nog maar uit een persoon bestaan. We gaan meer uitbesteden, anders inkopen en het werk anders organiseren. Kijk naar het inchecken op luchthavens. Vroeger stond je in een lange rij, nu check je thuis in of bij een apparaat. De medewerker is er niet verdwenen, maar aanwezig voor service, aandacht en vragen. Waarom zou dat niet in een bedrijf kunnen?

Wat betekent dat eigenlijk voor de mens?Er blijft meer tijd over voor andere zaken. Door het gebruik van ro-bots, die voor ons de eenvoudige dingen gaan doen, is er meer tijd

en in al die apparatuur en met al die ap-paratuur verzamelen we meer en meer gegevens. De Big Data. Wat kunnen we er van leren, waar is behoefte aan, wat zijn de trends en de mogelijkheden? Het is de cyclus van aanname data analyseren voorspellen toepassen innoveren.De automatisering houden we niet te-gen. Ook de robotica en de domotica niet. Als facility manager krijgen we er in de komende jaren meer en meer mee te maken. In de opleidingen zal er ook meer aandacht aan gaan wor-den geschonken. Edwin Lustig heeft nog wel een advies aan de facility ma-nager: “Sluit je er niet voor af, maar geef goed aan wat je wilt. Op die ma-nier kun je invloed uitoefenen op de ontwikkelingen.”

Vakkenvullen in de supermarkt is straks geen bijbaan meer voor onze kinderen, maar een taak van de robot.

“WE MOETEN NIET BANGZIJN VOOR ROBOTICA. HET BIEDT JUIST KANSEN”

Page 11: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 11

Renske van der Heide:

voor thuis, voor vrienden. Vergeet niet dat de wereld van het werken ook verandert. We worden steeds meer een netwerkorganisatie met com-munities waarin we elkaar opzoeken. Om samen te werken of om leuke dingen te doen.

En wat voor de facility manager?Die krijgt een andere rol. Hij zal meer gericht zijn op het resultaat. Hij koopt geen lampen meer, maar licht, hij least geen auto’s meer, maar koopt vervoer. Dat betekent een andere manier van denken en werken. Meer gebruik maken van de mogelijkheden die de technologie ons biedt, betekent ook nieuwe vormen van afspraken maken met leveranciers en partners. De facility manager is de expert op dat gebied. Maar hij of zij heeft geen grote afdeling meer en zal soms alleen werken binnen een organisatie of gebouw.

Hoe snel gaat dit proces?Dit vraagt echt nog wel tijd. Het is een proces van jaren, maar we zul-len steeds meer gaan zien dat robotica in ons leven komt. Thuis en op het werk. Eerst in de schoonmaak, de beveiliging en het klimaat, maar daarna op veel meer fronten.Internet of things, big data, het heeft allemaal effect op onze maatschap-pij. We krijgen slimmere spullen, slimmere gebouwen. Dat zorgt ook voor andere manieren van werken. Ik durf zelfs te zeggen dat je je als

organisatie met robotica kunt gaan onderscheiden, dat het een onderdeel van je marketing, je image of je identiteit kan worden.

Een positieve toekomst voor robotica in de facilitaire wereld?Absoluut. Maar zoals gezegd: we staan aan het begin. Er moet nog veel gebeuren. Robots hebben geen intuïtie, geen empathie. Het zijn rationele apparaten die nu nog doen wat wij ze vragen. Maar ze maken het leven en werken voor ons wel gemakkelijker. Daar ben ik van overtuigd.

Page 12: FMN Connect #2 2015

12 | FMNCONNECT

OVER WAARDECREATIE, NIEUWE BUSINESS-MODELLEN EN OPLEIDINGEN

Bert Smit is Senior lecturer Service De-sign, Branding & Imagineering aan NHTV internationaal hoger onderwijs Breda, Academy of Hotel and Facility Management, Breda. Hij houdt zich onder meer bezig met de onderwer-pen waardecreatie en nieuwe busi-nessmodellen. Een vraaggesprek.

Wat betekent waardecreatie voor jou binnen het facilitaire bedrijf?“Hier op de opleiding leren we onze studenten onder meer wat hospitality inhoudt. We zien dat dit onder-werp de laatste jaren een andere inhoud heeft gekre-gen. Hospitality draait vandaag de dag veel meer om gastheerschap, om de gast, de mens, die het naar zijn zin moet hebben. Dat staat veel meer centraal, meer dan aardig zijn en mooie vlag-gen bij de voordeur. De facili-taire dienstverlening moeten we daarbij zo invullen dat mensen beter produceren, meer doen en dat het zo aantrekkelijker wordt voor de gast. Die trend is gaande en op die manier creëer je meer waarde voor de organisatie.”

Hoe zien de studenten dat?“De jonge generatie van nu ziet werk veel meer als consumptie. Werk moet passen bij hun ma-nier van leven. Je ziet dus ook dat organisaties aan het veranderen zijn. Van grote bedrijven die hiërarchisch zijn georganiseerd, gaan we naar kleinere bedrijven

met netwerkstructuren. Je ziet ook dat studenten na hun opleiding werk zoeken in het buitenland. Grenzen vervagen wat dat betreft.”

Wat betekent dat voor de opleiding?“We richten ons meer op de internationalisering. Daarbij werken we samen met de facilitaire afdelin-gen en leveranciers van multinationals zoals Unilever, Shell en Proctor & Gamble. We doen projecten samen. Daarnaast ligt de focus in onze opleiding op die eind-gebruiker. Die is het belangrijkste van alles.”

En als het gaat om de manier van lesgeven, verandert dat ook?“Zeker. We doen steeds meer in de vorm van work-shops, samen met het bedrijfsleven, steeds meer in de vorm van projecten en ook meer en meer met online

colleges. Minder klassikaal en meer individueel gericht, waar-bij we steeds zo goed mogelijk aansluiten op de praktijk.”

Nieuwe economie, nieuwe manieren van lesgeven, zie je vanuit de opleidingen ook nieuwe businessmodellen ontstaan?“We zien op onze opleidingen studenten die graag onderne-mer willen worden. Wat ik al zei, de jeugd gaat niet meer voor een

baan 40 jaar bij één baas. Ze zoeken hun eigen weg via hun netwerk, nemen zelf initiatieven. Dat gebeurt al op de opleiding. En daar hoort ondernemerschap bij.

De jonge generatie vannu ziet werk veel meer als consumptie

Page 13: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 13

In ons hele vakgebied zie je nieu-we businessmodellen ontstaan. We kennen allemaal de flexibele werkplekken in speciaal daar-voor ingerichte gebouwen zoals Seats2meet of Tribes. Maar er komt ook een trend dat bedrijven werkplekken of vergaderruimte ter beschikking stellen aan men-sen van buiten hun organisatie. Sharing economy, erg passend bij de netwerkorganisaties van deze tijd. Dat kan in bestaande panden zijn, maar ook wel op locaties die nu nog leeg staan. Daar ontstaan dan allerlei activiteiten omheen, want de facilities zoals de catering en schoonmaak moeten wel gere-geld zijn. Het is echt een nieuwe manier van met elkaar werken, waarin ook grote corporate be-drijven zelfs actief zijn.

Daarnaast zie ik ook andere vor-men van kruisbestuiving ont-staan. Denk aan ziekenhuizen die ook een hotelfunctie hebben. Een groot deel van het werk in beide organisaties is hetzelfde: mensen verzorgen, maar ook onderhoud, catering, noem maar op. Ik denk dat in de nabije toekomst hotels ziekenhuizen gaan kopen. Symbi-ose, zo noem ik dat.

Je ziet ook dat bedrijven geen pro-ducten meer verkopen, maar dien-sten of beleving. Dus geen tapijt meer per m2, maar een vloer die jij prettig vindt en die je leaset. In de nieuwe businessmodellen gaat het meer om te kijken hoe de ene de andere partij kan helpen te excel-leren. En dat is wel iets dat bij de facilitaire wereld past. Ik help jou zodat jij fijn kan werken. Philips verkoopt geen lampen meer, maar licht. Daardoor gaan ze duurzaam werken, dus lampen gaan langer mee en zullen ook worden gere-cycled. Inkomsten zijn niet langer gekoppeld aan de verkoop van een product. Het verdienmodel moet dus ook daar worden aangepast aan de nieuwe tijd.”

Waar moet de facility manager rekening mee gaan houden?“Dat zijn een paar dingen. Aller-eerst het gegeven dat we meer en meer gaan werken in een net-werkorganisatie. Verder krijgt hij of zij te maken met de nieuwe manier van werken. Geen grote kantoren meer met vaste werk-plekken, maar minder kantoren, minder vierkante meters en vari-abele werkplekken. De facility ma-nager zal daar rekening mee moe-ten houden en moeten inspelen met schoonmaak, beveiliging, ca-tering. Tenslotte: de robotisering die opgang doet. Minder mensen en meer geautomatiseerd. De rol van de manager verschuift van uitvoering naar regievoering. Hij of zij zal daarbij vooral aan de eindgebruiker moeten denken. De mens komt centraal te staan en minder het gebouw.

We gaan zien dat verschillende functies binnen organisaties gaan samenvloeien: IT, HR, FM, die

gaan integreren. Die krijgen ook een meer strategische functie bin-nen de organisatie.”

Speelt duurzaamheid hierbij nog een rol. Ook een begrip dat in de nieuwe economie veelvul-dig een plek krijgt?“Ik zie duurzaamheid in dit kader als goed voor elkaar zorgen, het voor elkaar zo aangenaam moge-lijk maken. Goed voor elkaar zor-gen is niet iets dat eindigt bij de uitgang van het gebouw. Dat is ook zorgen voor je omgeving, be-wustzijn van je impact op de maat-schappij en de aarde, zorgen voor je leveranciers, zorgen voor je me-dewerkers en samen zorgen voor de toekomst. Het is een uitdaging voor de branche om ook aan de gezondheid van de werknemer te blijven denken. Tenslotte gaat het daarom: zorgen voor elkaar en zorgen dat de gast of de werkne-mer het naar zijn zin heeft.”

Page 14: FMN Connect #2 2015

14 | FMNCONNECT

Door Natalie Hofman, Voorzitter FMN.

De wereld staat in brand en wat merken wij hier van in ons vak-gebied? De terroristische drei-gingen volgen de aanslagen in Parijs op. Vooral de onschuldige burger wordt getroffen en zelfs toeristen ontlopen de dans niet. Het openbare leven ligt plat en de sector ondervindt vooral de fi-nanciële nadelen van het wegblij-ven van de gasten. En welke stad is de volgende keer aan de beurt?

Regeringen werken scenario’s uit en proberen ergere drama’s te voorkomen. Een nieuwe wending in het oorlog voeren heeft definitief zijn intrede ge-daan, want de aanslagen vin-den nu steeds vaker plaats in het land van de degene die de oorlog probeert op te lossen.

Na de aanslagen op het WTC in New York kwamen er in alle vliegtuigen wereldwijd nieuwe deuren die niet van buiten ge-opend konden worden. Dit om kapers buiten te houden. Feit is wel dat er onlangs andersom gebruik van is gemaakt, waar-door een piloot in staat was om een heel vliegtuig op te blazen.

Ik weet nog dat we na de terreur-aanslagen in New York in onze werkomgeving veel maatregelen moesten nemen om de veiligheid te verhogen. Niet alleen vliegvel-den gingen op slot en het reizen werd bemoeilijkt, maar ook in onze kantooromgeving werd veel gedaan. Vooral de Amerikaanse dreiging leverde op dat het bevei-ligingsniveau werd verhoogd en de controle van bezoekers veel

zorgvuldiger werd gedaan. Niets werd meer aan het toeval over gelaten. Dit terwijl we weten dat het verhogen van veiligheid tot gevolg heeft dat mensen zelf minder gaan opletten. Er wordt bij de ingang gecontroleerd, dus het zal wel normaal zijn dat er iemand zonder pasje door de gang loopt. De ene maatregel gaat de andere verdringen. Als we een bezoeker vooraf moeten aanmelden volgens een ingewik-kelde procedure, dan spreken we gewoon op een andere locatie af of proberen we hem op een an-dere manier binnen te krijgen. Maar maatregelen kunnen ook weer een nieuwe dreiging opleve-ren. Als we een gebouw of terrein helemaal dichttimmeren, hoe kom je er dan uit als er iets ge-beurt? We gaan ook tegen elkaar opbieden. Vooral op het gebied

van veiligheid wil het ene bedrijf zelfs uitstralen dat het veiliger is dan het andere. Maar het invoe-ren van deze maatregelen maakt je vooral minder flexibel. Er is geen ruimte meer om te improviseren, waardoor wij ook niet op unie-ke situaties kunnen inspringen.

En wat zien we nu bij de nieuwe aanslagen? We zijn even van slag en gaan dan weer door met de dagelijkse gang van zaken. Ra-ken we er aan gewend of zien we inderdaad dat met nieuwe maatregelen we niet beter be-veiligen? Laten we hopen dat we ons kunnen focussen op het stoppen van de oorzaak en zor-gen dat deze nieuwe manier van oorlog voeren niet meer voor-komt. Dat is een veel beter uit-gangspunt, ik ben alleen bang dat dit niet in onze macht ligt.

Column

Page 15: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 15

Een branche die in opstand komt als een moderner of goedkoper alternatief van haar product of dienst wordt aangebo-den. Het is een reactie die je in meerdere sectoren ziet op het moment dat digitali-sering de markt op zijn kop zet. Neem bij-voorbeeld de commotie die taxi-app Uber en huizenverhuursite Airbnb overal ter

wereld veroorzaken. Innovatieve start-ups en relatief gesloten markten lijken geen goede combinatie. Maar wat als we de dienstverlening van start-ups juist zien als kans en niet als bedreiging?

Vaak zijn het kleine spelers die op een hele slimme manier, op basis van nieuwe technologie en data-analyse, slimme services aanbieden. De gevestigde orde heeft daar last van. Zo veel last, dat zij in op-stand komen. Uber zou onrechtmatig handelen en de eerder genoemde spelers zouden inkomsten mis-lopen. Uber-chauffeurs worden zelfs bedreigd door ‘echte’ taxichauffeurs.

Denk in kansenDit is een erg kortzichtige reactie. Het is beter om je af te vragen hoe een dergelijke applicatie zo suc-cesvol kan zijn terwijl er al een hele goede taxidienst beschikbaar is. Veel innovatieve start-ups zitten in een nichemarkt en zijn gericht op het oplossen van één specifiek probleem. Hiermee voorzien start-ups in een behoefte vanuit de markt waardoor ze in één klap ontzettend populair worden. Start-ups gebrui-ken vaak een beperkte hoeveelheid informatie, om-dat zij zich richten op een nichemarkt, maar met die beperkte hoeveelheid informatie bedenken ze vaak wel hele slimme toepassingen en daarom worden ze zo groot op dat specifieke gebied.Eigenlijk is het dus een eyeopener voor bestaande spelers: in plaats van in opstand te komen, kun je be-ter bekijken hoe je eigen organisatie in elkaar steekt en waar de kansen liggen om je eigen product of dienst te verbeteren.

Bestaande data slim gebruikenHet is namelijk lang niet altijd zo dat start-ups in het voordeel zijn als zij nieuwe dienstverlening op de markt brengen. Veel grote organisaties zijn zich namelijk niet bewust van de grote hoeveelheden data die ze opslaan en welke waardevolle informatie daar uit kan worden gehaald (data-analyse) om hun dienstverlening verder te versterken. Het inzetten van die data maakt het mogelijk om juist je concurrenten voor te blijven.

Hoe slimmer je omgaat met die data, hoe waardevol-ler die data is en hoe meer je ermee kunt bereiken. Grote organisaties zijn daarbij juist in het voordeel omdat zij veel informatie vanuit verschillende bron-nen kunnen combineren en analyseren. Wanneer gevestigde bedrijven hun ogen openen voor deze kansen zijn start-ups helemaal niet zo bedreigend.

Krachten bundelenDe oplossing is vaak eenvoudiger dan je denkt: stel dat taxibedrijven hun krachten bundelen en de juiste data met elkaar uitwisselen en daar slim mee omgaan, dan kunnen ze wellicht een krachtiger alternatief bie-den voor Uber. Het gaat erom dat bedrijven zich vaak niet van bewust zijn van de kracht van (historische) data en de mogelijkheden. Dure investeringen zijn vaak niet nodig om de concurrentie voor te blijven.

Het wiel hoeft niet opnieuw uitgevonden te wor-den, als je maar weet hoe je de auto moet besturen. Dan is die taxi helemaal niet meer nodig...

DENK IN KANSEN, GEBRUIK INNOVATIEVE

START-UPS ALS EYEOPENERDoor Vincent Henricks Product Manager Integrated Services Management Planon

Page 16: FMN Connect #2 2015

16 | FMNCONNECT

Tom Gouman over innovatie en nieuwe business-modellen

Tom Gouman was een van de spre-kers tijdens het FMN Mini-congres op 19 november. Hij is consultant van The Bridge business innovators, onderdeel van adviesbureau Twyn-stra Gudde. Voorafgaand spraken we hem ondermeer over de lessen van startups, het verschil tussen ge-

leidelijke en ‘disruptieve’ innovatie, en hoe een Ne-derlandse startup scheermesjesgigant Gillette weet te bedreigen met een nieuw, slim businessmodel.

Vier jaar geleden debuteerde Tom Gouman met het boek ‘#Volgjemenog?’, waarin hij uit-legt hoe mensen social media kunnen inzet-ten bij het ontwikkelen van hun personal brand. Gouman was toen 26, zojuist afgestudeerd als so-cioloog en nog maar net werkzaam als adviseur bij Twynstra Gudde. Opmerkelijk: op basis van één ar-tikel op frankwatching.com, over personal branding met social media, had Sdu Uitgevers hem benaderd of hij over dat onderwerp een boek wilde schrijven. In de jaren daarna heeft Gouman zijn werkterrein verruimd. Nu adviseert hij organisaties -van geves-tigde orde tot startup, profit of nonprofit- waarom

Page 17: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 17

en hoe ze hun businessmodellen op de schop zouden kunnen nemen.

Business innovatie draagt bij aan rendementBij innovaties denken we al snel aan een pluizige uitvinder op een zolderkamer, of aan high tech labs waar whizz kids werken aan nieuwe materialen of producten. In de me-dia krijgen ‘disruptieve’ innovaties als Airbnb, Spotify en Uber altijd de meeste aandacht en het hardste ap-plaus. Maar feit is dat we verreweg de meeste innovaties kunnen type-ren als kleine stapjes voorwaarts, als verbeteringen in bestaande pro-cessen. Gouman beaamt dat. Hij benadrukt dat een innovatie wel bij moet dragen aan het rendement van een bedrijf. Lukt dat, dan spreekt hij van een ‘business innovatie’: ‘Dan leg je nieuwe verbindingen tussen bestaande elementen.’

Verlichting als dienstDaarbij wijst hij op het wezenlijke verschil tussen incrementele en dis-ruptieve innovaties: ‘Als Philips van de gloeilamp naar de spaarlamp gaat, en vervolgens van de spaar-lamp naar de LED-lamp, dan zijn dat incrementele innovaties. De Wake-

up light van Philips is al een stap verder: dat is een wekker die je wekt met licht of zelfs een gesimuleerde zonsopkomst.’ En écht disruptief is Philips’ benadering van ‘verlichting als een dienst’. Zo heeft de lichtgi-gant circulaire verlichting aange-bracht in een terminal van Schiphol. De luchthaven koopt geen verlich-ting maar krijgt licht ‘in gebruik’ en betaalt voor deze dienst, terwijl Phi-lips eigenaar blijft van de armaturen en installaties in de terminal. Door gebruik van herbruikbare materia-len en energie-efficiënte LED-ver-lichting daalt het elektriciteitsver-bruik met de helft. Het vernieuwde lichtdesign zorgt voor een ‘verbe-terde lichtbeleving’, claimt Philips. Apparatuur en grondstoffen in dit concept van ‘circular lighting’ wor-den zoveel mogelijk hergebruikt. Het is een innovatie die de lichtin-dustrie behoorlijk op zijn kop zet.

Nederlandse innovatie valt Gillette aanWat bedrijven óók kunnen innove-ren, is hun complete business mo-del. Waar je dan aan moet denken? Gouman: ‘Business model innovatie maakt het mogelijk om nieuwe busi-ness te genereren door bestaande

‘DURF JE EIGEN BUSINESSMODEL AAN TE VALLEN’

Page 18: FMN Connect #2 2015

18 | FMNCONNECT

producten, met bestaande tech-nologieën naar bestaande mark-ten te brengen.’ Dat hoeft dus niet altijd rocket science te zijn. Gouman wijst op de succesvolle Nederlandse startup Boldking: ‘In de markt voor scheermes-jes heb je wereldwijd maar vijf producenten van geavanceerde scheermesjes en vele aanbie-ders, waarvan Gillette verreweg de grootste is. Je zou zeggen, in deze markt valt niet zo gek veel meer te innoveren. Maar Bold-king heeft het tegendeel bewe-zen. Het startte in 2013 met een concept waarbij de klant 10 euro per maand betaalt en daarvoor iedere maand nieuwe scheer-mesjes krijgt thuisgestuurd. De oude mesjes gaan retour om te worden gerecycled. Boldking werd snel een succes, puur door het slim combineren van be-staande producten en klanten, plus de inzet van e-commerce die ook niet nieuw is.’ Nou zal Gillette niet direct wak-ker liggen van een kleine nieuw-komer als Boldking. Maar op termijn misschien wel, voorspelt Gouman: ‘Gillette heeft nu we-reldwijd een marktaandeel van tussen de 60 en 70%. Maar online is dat 25%, veel lager dus. Dat is een teken aan de wand.’ Kortom, zelfs een gigant als Gillette moet opletten niet ingehaald te wor-den door een nieuwkomer met een ander businessmodel. ‘Zoals Shell nu ook al moet nadenken in hoeverre ze wil blijven investe-ren in traditionele tankstations, als er steeds meer elektrische auto’s komen die alleen een op-laadpunt nodig hebben.’

Leer van mentaliteit startupsStartups geven vaak het inspire-rende voorbeeld hoe je moet in-

noveren, stelt Gouman. ‘En dan is het verrassend genoeg heel vaak een kwestie van de lange adem. Zo begon Netflix al in 1997, des-tijds eerst met de verhuur van videobanden via de post. Pas in 2007 zijn ze geleidelijk gestart met streaming diensten, nu heb-ben ze meer dan 50 miljoen klan-ten. Spotify startte al in 2005. En Tesla begon ook al in 2003, van-uit de overtuiging dat elektrische auto’s beter kunnen zijn dan tra-ditionele auto’s. Nu rijden er we-reldwijd meer dan 50.000 Tesla’s rond.’

Wat kun je als gevestigd bedrijf, bijvoorbeeld actief in facility ma-nagement, concreet leren van startups? Gouman: ‘Startups durven bijvoorbeeld snel een prototype te testen, fouten te maken en daarvan te leren. Ge-vestigde bedrijven zijn druk met hun bestaande business, moe-ten innovatie van producten, diensten of hun businessmodel ernaast organiseren. Dan is inno-vatie bijna per definitie minder urgent dan bij een startup.’ Hij noemt nog een paar verschillen: ‘Gevestigde bedrijven zijn meest-al risicomijdend; ze beschermen de status quo, perfectioneren hun huidige business model en willen meer winst maken. Star-tups nemen grote risico’s; ze zijn bereid om alle uitgangspunten los te laten, zoeken naar een op-timaal business model en willen vaak niets minder dan de wereld verbeteren.’

Educatieve uitgever trans-formeert Hoe beoordeelt Gouman de sec-tor facility management? ‘Het is een tamelijk conservatieve sec-tor waarbij het niet gek is als er komende jaren wat businessmo-

Page 19: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 19

dellen op de schop gaan, al dan niet door nieuwe spelers in de markt.’ Natuurlijk is het in praktijk lastig om als gevestigd bedrijf in facility management te acteren als een startup. Hoe pak je dat aan? Gouman antwoordt met het voorbeeld van de educatieve uitgever Thieme Meulenhoff, een bedrijf in een typisch traditi-onele sector: ‘De kunst is het lef te hebben je eigen business model aan te vallen. Thieme Meulenhoff houdt zichzelf voor dat de wereld van het leren fundamenteel verandert, ondermeer door de opkomst van technologie, en dat content steeds minder waard wordt. Deze uitgever van boeken wil nadrukkelijk trans-formeren tot partner van scholen en komt met nieuwe produc-ten en diensten die het eigen businessmodel aanvallen en op termijn zelfs ten gronde richten.’ Zo werkt deze uitgever samen met scholen aan een nieuwe, schoolspecifieke aanpak voor gepersonaliseerd leren.

Speel jezelf naar nieuwe kansen en innovaties Gouman helpt organisaties, die willen innoveren, met hun groei- en innova-tiestrategie. Maar soms helpt het om klein en inspirerend te beginnen, door bijvoorbeeld het Bridge to Value-spel van The Bridge te laten spelen. ‘Deze game is een interactieve workshop waarin we met een groep van minimaal zes mensen ideeën proberen te ont-wikkelen. Zowel voor de vernieuwing van het huidige businessmodel als voor de ontwikkeling van hele nieuwe busi-nessmodellen. Leren, inspireren en brainstormen staan centraal, waarna wij zorgen voor een gedegen en voor de deelnemers praktische follow-up.’ Het spelen van deze Bridge to Value game is vooral geschikt voor bedrijven die op zoek zijn naar nieuwe kansen en innovaties, en die intern draagvlak willen creëren voor het werken aan in-novatie. ‘We zetten het spel in als on-derdeel van grote projecten, maar ook als invulling van brainstormsessies ge-richt op groei en business innovatie. Onze klanten vinden het geweldig, en het brengt ze echt verder.’

“Startups zoeken naar een optimaal

business model en

willen vaak niets minder

dan de wereld verbeteren.”

Page 20: FMN Connect #2 2015

20 | FMNCONNECT

ALYCIA BIEKRAM, CONSULTANT BIJ FACILICOM EN LID VAN FMN EXPERTGROEP CIRCULAIRE & INCLUSIEVE ECONOMIE

Page 21: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 21

SOCIAAL ONDERNEMEN BINNEN HET FACILITAIR MANAGEMENT

Mede dankzij strengere wetgeving rond CO2-uitstoot en social return nemen steeds meer bedrijven hun maatschappelijke verantwoordelijkheid. Daardoor komt ook binnen het facilitair

management steeds meer focus te liggen op duurzaamheid. Om hun targets te kunnen bereiken doen facilitair managers er volgens Alycia Biekram goed aan vaker een beroep te doen op social enterprises. Biekram is auteur van de whitepaper Sociaal ondernemen binnen het facilitair management.

Tony Chocolony, supermarkt Marqt en Granny’s Finest. Stuk voor stuk zijn het bekende merken met een goed verdienmodel. Hun belangrijkste missie is echter om hun spreekwoordelijke steentje bij te dragen aan een betere wereld of een beter milieu. Eventuele winst wordt geïnvesteerd in de missie of komt terug bij de maker, bijvoorbeeld in de vorm van een eerlijk loon. Alycia Biekram, consultant bij Facilicom en lid van FMN Expertgroep Circulair en Inclusief: ‘Deze bedrijven doen goede zaken, maar hun sociale missie staat voorop. Dat maakt hen tot social entrepreneurs of sociale ondernemingen.’

SOCIAL ENTERPRISESBiekram schreef onlangs een whitepaper over sociaal on-dernemen binnen het facilitair management. Hierin beschrijft

‘Bedrijven als Tony Chocolony doen

goede zaken, maar hun sociale missie staat

voorop.’

Page 22: FMN Connect #2 2015

22 | FMNCONNECT

ze onder meer hoe facilitaire afdelingen elementen van sociaal ondernemerschap kunnen integreren in de eigen organisatie. Biekram: ‘Social enterprises zijn volgens de definitie van Social Enterprise Nederland ondernemingen die primair een maatschappelijk doel (sociaal en/of ecologisch) nastreven met een in-novatieve aanpak en een duurzaam verdienmodel. In tegenstelling tot goede doelen of non-profitorgani-saties hebben ze dus een economisch doel. Ze hebben daardoor in de regel een efficiëntere bedrijfsvoering dan non-profit organisaties.’

MVO VERSUS SOCIAAL ONDERNEMEN‘Social entrepreneurship gaat verder dan maatschappelijk verantwoord on-dernemen (MVO)’, benadrukt Biekram. ‘De meeste commerciële organisaties zijn zich bewust van hun maatschap-pelijke verantwoordelijkheid, zeker nu stakeholders kritischer en mondiger zijn dan voorheen. Dit is een van de redenen dat organisaties zich focussen op sociale doel-stellingen. Toch blijven bij deze organisaties de finan ciële doelstellingen voorop staan. Bij social enterprises staat het financiële resultaat in dienst van het grotere doel, namelijk maatschappelijke waarde creëren.’

INZET IN EIGEN ORGANISATIEVolgens Biekram zou de facilitaire wereld om de eigen duurzaamheiddoelstellingen te behalen vaker een beroep moeten doen op sociale ondernemin-gen. Ze legt uit waarom: ‘Facilitair managers krijgen in de toekomst steeds vaker te maken met (interne) opdrachtgevers, en bijvoorbeeld banken en over-heden, die duurzaamheid als voorwaarde stellen.

Het is daarom belangrijk de kennis en kunde op dit gebied in huis te heb-ben. Dat kan bijvoorbeeld door een partnership aan te gaan en producten of diensten af te nemen van sociale ondernemingen. Indirect gevolg van de inzet van sociale ondernemingen is dat je zo de eigen maatschappe-lijke waarde verhoogt en daarmee de eigen concurrentiepositie verbetert.’

SOCIAL RETURN‘Een social enterprise zou bijvoor-beeld, eventueel in samenwerking met een andere leverancier, invulling kun-

nen geven aan de social-return-verplichting. De so-cial-return-verplichting is een verplicht onderdeel bij overheidsaanbestedingen met een geraamde waar-de vanaf € 250.000. Daarmee spoort de overheid or-ganisaties aan bij te dragen aan het vergroten van de arbeidsparticipatie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.’

INKOOP BETREKKEN ‘Facilitair managers die vaker een beroep willen doen op sociale ondernemingen doen er goed aan de inkoopafdeling te betrekken’, benadrukt Biekram. ‘Door binnen een aanbesteding ofwel de Request for Proposal (RfP) eisen rond sociaal ondernemen op te nemen, wordt de kans groter dat social enterprises leverancier worden. Vanzelfsprekend kunnen facili-tair managers social enterprises ook actief benade-ren bij de uitvraag van een opdracht.’

WHITEPAPERMeer weten over sociaal ondernemen en de inzet van sociale ondernemingen binnen uw eigen organisatie? Download dan de whitepaper Sociaal ondernemen binnen het facilitair management.

StappenplanIn acht stappen naar de inzet van sociale ondernemingen:1. Maak een spend-analyse op dienstenniveau. Zo maakt u inzichtelijk welke diensten en producten u afneemt bij welke partijen en in welke hoeveelheden.2. Inventariseer welke diensten social enterprises zouden kunnen uitvoeren.3. Neem contact op met social enterprises om de mogelijk- heden te bespreken voor een (toekomstige) samenwerking.4. Ga met uw traditionele leveranciers om de tafel en ga het gesprek aan over het toevoegen van sociale kenmerken aan hun business.5. Schakel social enterprises in als partner of onderleverancier.6. Analyseer uw eigen organisatie en bekijk of u social- entrepreneurship-kenmerken kunt toevoegen aan uw bedrijfsvoering.7. Analyseer of u een social enterprise kunt ondersteunen (wellicht met meubilair of met uw kennis en kunde).8. Ga met de afdeling Inkoop het gesprek aan om social- entrepreneurship-kenmerken toe te voegen aan Requests for Proposals.

‘Laat een social

enterprise invulling

geven aan uw social-return-verplichting.’

Page 23: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 23

AIRCONDITIONING & VERWARMINGSOPLOSSINGEN

A Q U A F O R C E ® M E T G R E E N S P E E D ® I N T E L L I G E N T I E ,

Z O D A T U N I E T H O E F T T E K I E Z E N .

KR A CH T I N T E LL I G EN T I E ?OF

Sinds Willis Carrier ’s werelds eerste moderne klimaatsysteem ontwikkelde in 1902, hebben Carrier engineering teams geavanceerde oplossingen voor uw bedrijf ontwikkeld. En omdat u niet zou moeten kiezen tussen kracht of intelligentie, heeft Carrier de ervaring, de effi ciëntie en de betrouwbaarheid van de Aquaforce serie verwerkt in de slimste innovatieve technologie: Greenspeed intelligentie.

De 30XAV en de 30XW-V/30XWHV units zijn de ultieme oplossingen voor industriële en commerciële toepassingen waar een maximale kwaliteit en optimale prestaties bij de gedeeltelijke en volledige belasting zijn vereist.

www.carrier.nl www.carrier.be

Hoog rendement bij zowel vollast en deellast

Ongeëvenaarde betrouwbaarheid

Geavanceerd regeling: eenvoudige systeemintegratie

Aanpassingsvermogen

© C

arrie

r 20

15. A

lle re

chte

n vo

orbe

houd

en.

99448-Carrier AP A4 30X_Dutch.indd 1 4/23/2015 7:42:42 PM

Page 24: FMN Connect #2 2015

24 | FMNCONNECT

Naam: Pieter van den Herik

Functie: Senior Project Manager Circulaire Economie

Bedrijf: MVO Nederland, sinds oktober 2015

Opleiding: Bedrijfskunde aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

Vorige banen: Project manager / business deve-lopment manager (2007-2010) en Partner (2010-2015) bij CFP; Busi-ness Development / Marketing Manager bij Stork (2002-2007)

Waar houd jij je mee bezig in jouw functie?Samen met een team richt ik mij op processen die de circulaire economie moeten versnellen. Zo zijn we bezig met verschillende keteninnovatiepro-jecten. Een van die projecten doen we met de kunststof- en rubberbranche en dan met name over de producten die zich onder de grond bevinden. Denk aan de leidingen en kabels die

Aan het woord:Pieter van den Herik

Page 25: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 25

we gebruiken bij onze energie-voorzieningen, het riool en de waterleidingen. We praten met iedereen in de keten, van pro-ducent tot afvalverwerker, om te zien hoe we deze producten en de processen duurzaam kun-nen innoveren. Een ander pro-ject gaat over klimaatinstallaties in gebouwen. Van producent tot eindgebruiker.

Verder houd ik mij bezig met cir-culair inkopen. Daarbij richt ik mij op vragen die we aan de markt kunnen stellen hoe we minder nieuwe grondstoffen kunnen ge-bruiken, maar meer producten, componenten en grondstoffen kunnen hergebruiken. Het gaat over het maximaliseren van her-bruikbaarheid van producten en grondstoffen en het minimalise-ren van waardevermindering. Is het wel altijd nodig om een pro-duct te kopen, te gebruiken en daarna weg te gooien, of moeten we niet meer denken aan het in-kopen van een dienst of functi-onaliteit? Dat betekent voor het proces dat we minder productge-richt moeten denken.

Een voorbeeld hiervan komt uit de tapijtmarkt. Waar we vroeger tapijttegels kochten, leasen we deze tegenwoordig. Na de con-tractperiode gaat het product terug naar de leverancier of pro-ducent die het materiaal vervol-gens hergebruikt voor nieuwe producten. Dat betekent voor de inkoper ook dat hij anders moet gaan denken - wat voor dienst wil ik inkopen in plaats van product - en dat hij andere vragen aan de leveranciers zal moeten stellen.

Is de wereld toe aan deze vorm van denken en doen?Zeker. De wereld van winnen, produceren, gebruiken en weg-gooien is niet meer houdbaar. We zien ook steeds meer initia-tieven op dit gebied. Circulaire economie is aan het groeien. De markt pakt het ook op, soms met ondersteuning van overhe-den of andere organisaties. Denk bijvoorbeeld aan Green Deals waarbij de overheid samenwerkt met het bedrijfsleven om bij-voorbeeld kennis te delen en zo

te vergroten. Bij Green Deals als Circulair Inkopen en de Green Deal Circulaire Gebouwen zijn nu ruim 50 partijen betrokken. Dat zijn de koplopers, maar er volgen er meer en meer. Er zijn tal van initiatieven aan het ontstaan (zie onder andere dit bericht).

Wat heb je meegenomen vanuit CFP naar deze nieuwe rol en functie?Bij CFP hield ik me al bezig met het thema van circulaire gebou-wen en de ontwikkelingen op dat gebied. Een belangrijk item daar-bij is dat ik het beeld wil verlaten dat duurzaamheid geld kost. Ik wil laten zien dat duurzaamheid winstgevend is. Niet alleen in euro’s, maar ook voor de mens en voor de maatschappij. Dat kunnen we bereiken door niet al-leen te kijken het bestaande ge-bouw, maar naar de organisatie als geheel, naar de keten en het systeem. Maar ook richten we ons op de mensen die er werken, hoe ze er werken, in wat voor om-standigheden, in welke vorm en met wat voor middelen. Daarbij lag bij CFP mijn focus op bestaan-de gebouwen. Bij nieuwbouw kun je vanaf het begin rekening hou-den met alle duurzame aspecten. Maar de uitdaging ligt juist in bestaande gebouwen, om die te verduurzamen. Ik ben daarover ook in gesprek met grote partijen in de wereld van het vastgoed. Financiers, ontwikkelaars. Samen aan de slag om te vernieuwen en te versnellen. Dat werkt. Men ziet steeds beter in dat verduurzaming geld bespaart, bijvoorbeeld op de energiekosten, maar men ziet ook een gezond, duurzaam gebouw beter is voor het functioneren van de medewerkers. Die voelen zich in alle opzichten prettiger.

Page 26: FMN Connect #2 2015

26 | FMNCONNECT

Wat heeft de facility manager aan de circulaire economie?De facility manager heeft hier een belangrijke rol in de transitie naar de circulaire economie. Overheden worstelen nog met de vraag hoe kun je circulariteit in contracten verankerd krijgen. Maar ook organisaties en bedrijven worstelen met een vraag. Hoe gaan we in de praktijk om met die transitie naar de circulaire economie? Facility managers kunnen hierin een rol spelen, met onder andere inkoop als instrument. Ik proef dat er soms nog wat terughoudendheid is, uit angst voor mislukking bij innovatieprocessen of de mogelijke gevolgen daarvan. Noem het koudwater-vrees.

Het creëren van experimenteerruimte is een mo-gelijke oplossing om toch aan de slag te gaan en te leren, zonder de bijkomende risico’s. Facili-taire zaken zijn zo’n experimenteermogelijkheid. Mede daarom ontstaan er momenteel veel pilots, zoals circulaire vloerbedekking, verlichting, meubilair en ca-tering. De circulaire economie biedt facilitaire managers kansen om voorop te lopen in innovatieve processen, producten en afspraken. Om een leergang te creëren voor de hele organisatie, waarna circulariteit kan ont-wikkelen van ter zijde naar ter zake.

Hoe kun je dit proces goed onder de aandacht krijgen?Door veel aandacht aan de communicatie te beste-den. Je ziet aan een bureaustoel niet af dat deze mo-dulair en circulair ontworpen is. Dat moet je vertel-len. En dat geldt ook voor de manier waarop je met het klimaat in het gebouw omgaat, of het feit dat er meer kwalitatieve verlichting hangt, waarbij je niet een product ‘lamp’ hebt gekocht, maar een dienst ‘verlichting’. Defecten zijn dan het risico voor de aan-bieder van de lamp en daarom hangt er het beste wat er is. Of denk aan de koffiebekers die apart in-gezameld worden na gebruik en vervolgens weer als grondstof dienen. Dat zijn allemaal communicatie-dragers die de voordelen van een circulaire econo-mie op een voor ieder aansprekende manier in de dagelijkse werkomgeving kunnen doen integreren.

Wat betekent dat voor de kosten- en risicoreductie?Bij circulair inkopen kan de facility manager ook het innovatiepotentieel belichten. Alternatieven komen ook via het innovatieproces tot stand. Ik zie dat circu-lair inkopen leidt tot verlaging van de (operationele)

Page 27: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 27

kosten en tot minder risico’s. Zie het voorbeeld van de lamp. De facility manager koopt een dienst in: verlichting voor het gebouw. De leveran-cier is verantwoordelijk voor het materiaal en het functioneren. Moet de facility manager anders opgeleid worden, anders gaan werken?Wat hij of zij vooral moet gaan doen, is andere afspraken maken met de partijen waar zijn of haar organisatie mee samenwerkt. De facility mana-ger gaat meer een prestatie inkopen en minder producten. Dat betekent ook andersoortige contracten en gebruiksovereenkomsten en wellicht ook een andere manier van afrekenen. Om verder te verduurzamen, moeten we veel meer aan ketenintegratie doen.

Zie jij in deze economie ook nieuwe businessmodellen ontstaan?Absoluut. Kijk eens bij BMA Ergonomics en hun modulaire stoelen, gemaakt van gerecycled materiaal, door de klant op maat samen te stel-len en die de klant leaset en niet koopt of naar Van Houtum Papier, dat wc-papier maakt van drankenkartons en daarvoor samenwerkt met een bierproducent. Het zijn nieuwe modellen, nieuwe manier van samen-werken met andere producten en contracten.

En kun je iets zeggen over de economische waarde van de circulaire economie?Zeker. Door hechte (crosssectorale) samenwerkingsverbanden worden bedrijven veel beter bestand tegen de toenemende volatiliteit in de markt zoals sterk fluctuerende grondstoffenprijzen en afnemende leveringsze-kerheid. Het behoud van waarde door toepassing van circulaire principes kan binnen de EU volgens adviesbureau McKinsey elk jaar € 500 mil-jard opleveren. Het toepassen van circulaire principes biedt verder flinke groeikansen voor het aantal banen in de logistieke sector en (de)mon-tage. En tenslotte, Van verkoop naar ‘uitleen’ is de ultieme vorm van klan-tenbinding. Hechte klantrelaties en nieuwe commerciële vormen geven producenten en leveranciers waardevolle informatie over de klant.

Zie jij nog uitdagingen in het vakgebied voor de komende jaren?Zeker. CFP is een mooi bedrijf, maar hier bij MVO Nederland liggen ook weer veel nieuwe mooie uitdagingen om samen met andere partijen te werken aan het versnellen van de circulaire economie. Facility manage-ment, de facility manager, kan hier een rol in en bij spelen. Dat zal ook moeten. Zij maken deel uit van de keten! En het gaat immers om samen-werken. Alleen zo bereiken we resultaat.

Page 28: FMN Connect #2 2015

28 | FMNCONNECT

‘HET DENKEN OVER INNOVATIE

LEEFT HEEL STERK’

Mini-congres FMN

Ruim honderd FMN-leden en introducés verzamelden zich op 19 november in het schitterend gerenoveerde hoofdkantoor van verzekeraar a.s.r. in Utrecht. Na de Algemene Ledenvergadering volgde een prikkelend mini-congres, getiteld ‘Innovatie en nieuwe business modellen’. Het congres werd afgesloten met de uitreiking van de FM ‘Bachelor of the Year-Scriptieprijs’ 2015.

Page 29: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 29

Page 30: FMN Connect #2 2015

30 | FMNCONNECT

Tom Gouman, adviseur bij The Bridge business innovators, trap-te, na de ALV waarin Natalie Hofman de stand van zaken bij de

vereniging toelichtte, het mini-congres af met een inspirerend verhaal (zie ook het interview op pagina 16 in deze Connect) over nut en noodzaak van innovatie en het invoeren van nieuwe busi-ness modellen. Dat kan in de fa-cilitaire wereld wel ‘ns hard nodig zijn: zo was ruim de helft van de zaal het eens met de stelling ‘Mijn organisatie zit vast in haar huidige businessmodel(len)’. En ruim der-tig procent acht de kans groot ‘dat een nieuwe speler je huidige busi-nessmodel in een keer overbodig maakt’.

Metamorfose hoofdkantoor a.s.r.Daarna sprak Iris Oort, adjunct directeur Business Support bij a.s.r. en programmamanager renovatie, over de metamorfose van het hoofdkan-toor van ASR, een van de grootste kantoren van Nederland. Van grijs ‘mausoleum’ uit de jaren zeventig tot een lichte, hippe en uiterst duur-zame werkplek anno nu. Zo’n 350 bouwvakkers werkten er een paar jaar aan, terwijl de ca. 4.000 medewerkers gewoon doorwerkten. In 2014 is het zelfs uitgeroepen tot Kantoor van het Jaar, terwijl de renovatie nog in volle gang was.

Bachelor of the YearTot slot werd de FM ‘Bachelor of the Year-Scriptieprijs’ 2015 uitgereikt. De scriptie van Jip van Grinsven, afgestudeerd aan de HAN, werd als beste beoordeeld. Ze kreeg de prijs, een samenwerking tussen FMN en het LOOFD, voor haar afstudeeronderzoek “Samen bouwen we de cirkel rond”. De jury roemde de wijze waarop Jip compleet, maar toch bondig en leesbaar, de kritieke succesfactoren en knelpunten bij het toepassen van de circulaire economie in het bouwproces beschrijft. Haar scriptie biedt een handzaam en bruikbaar model voor de beroepspraktijk. De 2e prijs ging dit jaar naar Kwame Osei (Hogeschool Rotterdam). Laura Noord van de Hanzehogeschool won de 3e prijs.

De drie finalisten van de scripie-prijs met de voorzitter van de jury, Rob Kotvis en Natalie Hofman.

Page 31: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 31

‘BINNEN ACHMEA LEREN WE VAN STARTUPS’‘Het verhaal van Gouman vond ik zonder meer vernieuwend. Binnen Achmea leren wij ook van startups. Periodiek nodigen we hen uit om bij ons hun verhaal te pitchen. Om ons te prikkelen, bijvoorbeeld op gebied van productontwikkeling.

Als facilitair bedrijf willen wij intern ook innovatief zijn. Bedenken wij een project rond zonnecellen voor onze medewerkers, dan kijkt de business mee of dat wellicht een aantrekkelijke marktpropositie is.

Ik vind de facilitaire wereld redelijk innovatief. Je ziet nu andersoortige contracten opkomen, waarbij leve-ranciers meer worden uitgedaagd en beloond op prestatie. Daarnaast is het goed om te zien dat leveran-ciers hun krachten bundelen. In zo’n nieuw businessmodel hebben wij dan nog maar één aanspreekpunt, dat scheelt ons veel managemen-taandacht.’

Theo Peters, Teammanager Huisvesting Achmea

Reacties uit de zaal

V.l.n.r.: Maartje Zijlmans, Marianne van der Ploeg, Theo Peters, Paul Groothengel (journalist)

‘FACILITAIRE WERELD BEHOORLIJK INGEDUT’‘Wij zijn met FM2Share een goed voorbeeld van de bundeling die Theo net noemt. Met veertien andere zzp’ers maak ik onderdeel uit van een coöperatie, die onderling kennis deelt en samen optrekt richting klanten. We hebben onlangs een aanbesteding gewonnen voor het leveren van consultancy rond een huisvestingsproject; de klant vond ons initiatief van het samen optrekken als coöperatie nieuw en aantrekkelijk. Ik vind de facilitaire wereld behoorlijk inge-dut. Als externen proberen wij bij onze klanten vaak de innovatie bin-nen te brengen, vaste facilitaire managers te prikkelen met nieuwe ideeën. Soms worden we daar op een prettige manier voor ‘’mis-bruikt’’, bijvoorbeeld door overheden. Prima.’

Marianne van der Ploeg, partner FM2Share

‘LAAT MEDEWERKER BESLISSEN OVER FACILITAIR BUDGET’‘Het denken over innovatie leeft heel sterk, merk ik. Vandaag werd Alliander meerdere keren als voorbeeld genoemd. In het nieuwe ener-giepositieve hoofdkantoor van Alliander, een klant van ons, zijn in-novatieve lichtkoepels gemaakt: ze worden rood als er teveel energie wordt gebruikt. Dat daagt medewerkers uit energiebewuster te wer-ken. Wij organiseren met diverse klanten een ‘’Innovatiedag’’, hoe je innovatie borgt in je facilitaire dienstverlening. Erg leerzaam. Yask doet ook veel aan innovatie en denkt na over technologie in com-binatie met services. Zo hebben we een concept waarin de medewer-kers van onze klant zelf bepalen waaraan hun facilitair budget wordt uitgegeven. Dit lanceren we in januari.’

Maartje Zijlmans, communicatieadviseur Yask

Page 32: FMN Connect #2 2015

32 | FMNCONNECT

ALV en Mini-Congres;een overzicht

Voor alle foto´s zie onze pagina op Flickr.

Page 33: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 33

Page 34: FMN Connect #2 2015

34 | FMNCONNECT

TIJDENS DE ALV VAN 19 NOVEMBER HIELD YVETTE WATSON, VOORZITTER VAN DE FMN EXPERTGROEP CIRCULAIRE EN INCLUSIEVE ECONOMIE, EEN PRESENTATIE OVER HET OVERHEIDSPROGRAMMA KANTOOR VOL ENERGIE. DIT WAS HAAR TEKST:

Beste collega’s, jullie kennen mij als voor-zitter van de kenniskring duurzaam en die binnenkort doorgaat onder de naam Expertgroep Circulaire & Inclu-sieve Economie. Maar ik sta hier van-middag ook als verbinder van Kantoor vol Energie. Kantoor vol energie is een overheidsprogramma, onderdeel van

energiesprong, dat een versnelling naar energieneutra-le gebouwen wil realiseren.

Energieneutraal en circulair wordt de standaard – daar kunnen we niet omheen – , maar hoelang gaat het duren voordat iedereen daar naar handelt? Als ik jullie vraag, wil je een kantoor vol energie (een gezond, comfortabel gebouw zonder energierekening) wat zeggen jullie dan? Ja toch? Maar waarom hebben we dan nog zo veel on-comfortabele en energie-slurpende gebouwen zonder toekomst?

En wat is dan wel een gebouw met een toekomst? Dat zit onder andere in de begrippen gezond en comfortabel.

Page 35: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 35

Een gebouw van de toekomst is een gebouw dat waarde toevoegt aan het primaire proces van de organi-satie. De werkomgeving moet mede-werkers stimuleren. Nu maken we budget vrij om de boel op te lappen, maar volgens mij moet je investeren in een gebouw dat je helpt je doel-stellingen nog beter te bereiken.

Neem bijvoorbeeld mijn eigen ge-bouw, de Koninklijke Bibliotheek. 40% van mijn werkplekken heeft geen daglicht! Ik zal jullie de lange lijst met andere noodzaken voor re-novatie besparen, maar ik kan jul-lie wel vertellen dat we ons gebouw weer een toekomst gaan geven. De Koninklijke Bibliotheek wil haar ge-bouw circulair renoveren naar een gezond en comfortabel gebouw zon-der energierekening. Maar vooral een gebouw dat waarde toevoegt aan ons primair proces - het be-schikbaar maken van het geheugen van de toekomst. Voor iedereen. Omdat wij erin geloven dat mensen slimmer en creatiever worden als ze voortbouwen op elkaars ideeën.

Voortbouwen op elkaars ideeën, dat is ook precies wat we met de reno-vatie willen doen. Hoe we dat dan precies moeten doen, weet ik ook nog niet. Door aan te sluiten bij initi-atieven als de Green Deal Circulaire Gebouwen (waar FMN overigens ook bij betrokken is), maar ook Kantoor vol Energie, hebben een aantal brei-nen zich aangeboden om ons te hel-pen met dit vraagstuk. En gezamen-lijk willen we op basis van wat we leren, een instrument maken om alle

goede initiatieven, lessen en kansen schaalbaar te maken voor NL.Zo zijn we er bijvoorbeeld achter ge-komen dat de huidige manier van aanbesteden (met dikke PvE’s) veel te weinig ruimte over laat aan de markt om kennis en innovatie in te brengen, waardoor het ongelofelijk lastig wordt om onze ambitieuze doelstellingen te halen. Wil je echt een passende oplossing hebben (en geen aan elkaar gelijmde reeks aan oplossingen) dan is het belangrijk dat ontwerpers, bouwers, installa-teurs, inrichters en exploitatiepartij-en tegelijk aan tafel zitten– voor een integrale benadering.

Als facility manager sta ik aan het begin van dat proces, namelijk de vraag. Ik geloof erin dat we als faci-litaire professionals met elkaar aan de basis staan van een massale om-slag naar kantoorrenovaties die veel meer opleveren dan dat ze kosten. Of we kunnen als een stel lemmin-gen door bouwen – en uiteindelijk is het materiaal op – en vallen we met z’n allen naar beneden. Ik zeg niet dat het makkelijk is en natuurlijk zijn er belemmeringen

Het is bijvoorbeeld best ingewikkeld om je directie mee te krijgen met nieuwe initiatieven. Wij worstelen bijvoorbeeld letterlijk met de vraag ‘hoe rekenen je energieneutraal en circulair dan door in je business case?’ Het gesprek krijgt een hele andere wending we calculeren wat we over hebben voor een gezonde en comfortabele werkplek die het primaire proces doet floreren.

KANTOOR VOL ENERGIE

Page 36: FMN Connect #2 2015

36 | FMNCONNECT

Facilicom. jaar facilitaire ervaring!

BNR

BrabanthallenDen Bosch

STAND3J.030

Gratispendeldienst

13, 14 en 15 januari ’16

Kiest u maar: 13, 14 of 15 januari…Als facilitaire topper weet u natuurlijk wel dat de vakbeurs Facilitair het moment van het jaar is om elkaar te ontmoeten. Vanzelfsprekend is Facilicom van de partij. Om u bij te praten over nieuwe ontwikkelingen en mooie projecten. Of om samen te kijken wat wij voor u kunnen betekenen. Met 50 jaar ervaring in facilitaire dienstverlening, levert Facilicom op vrijwel elk terrein de juiste mensen op de juiste plek. We houden gebouwen stralend schoon, zorgen voor security & safety, verzorgen de catering en ook bouw en onderhoud van panden is bij Facilicom in goede handen. We vertellen u er graag persoonlijk meer over. U bent van harte uitgenodigd in ons grand café op de vakbeurs (standnummer 3J.030). Registreer u nu voor gratis toegang, zonder wachttijd, op www.facilicom.nl. Tot ziens op 13, 14 of 15 januari 2016.

Page 37: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 37

Ik heb ook geen oneindig budget om investeren in duurzame alternatieven, dus dan moet je een beetje slim zijn en vervangingsmomenten pakken, het gebouw integraal benaderen, – en je perspec-tief veranderen. Zo zijn er bijvoorbeeld hele han-dige nieuwe financieringsmodellen als Lease, ES-CO’s en talrijke mogelijkheden om andere budgets te benutten. Ik ga bewijzen dat je je hoge ambities budget neutraal kunt bereiken.

En net als jullie heb ik ook geen tijd om me einde-loos te verdiepen in een onderwerp totdat ik het zeker weet. Maar dat geeft niet. Want het is über-haupt een illusie dat iemand in zijn eentje de bes-te oplossing kan bedenken. Dus gebruik de men-sen en de kennis om je heen, verbind de thema’s in ons vakgebied. Je hebt duizenden professionals om je heen die je kunnen helpen.

Zo heeft Alliander net een indrukwekkend renova-tieproject opgeleverd in Duiven. En uit dat project is er één voorbeeld dat ik even wil noemen. Over vier bestaande oude gebouwen wilden ze een dak laten zweven - bestaande oplossingen waren veel te zwaar voor de bestaande constructie. En

wie heeft nou het meeste verstand van veilige en robuuste constructies met lichte materialen? De kermisbouwer! Door te verbinden met andere we-relden hebben ze daar een sterke oplossing ge-vonden.

Vanmiddag hebben jullie een reuze interessant programma over innovatie en nieuwe business modellen en over de duurzame renovatie van onze gastheer ASR. Laat je inspireren door deze mooie voorbeelden. Je komt je pas tot unieke op-lossingen door verschillende vakgebieden met elkaar te verbinden. Door van elkaar te leren. En elkaars expertise te gebruiken.

Je hoeft geen hoogleraar of een duurzaamheidde-biel te zijn om stappen te zetten naar een ener-gieneutraal of circulaire kantoor. Slechts een klein beetje verantwoordelijkheidsgevoel en het inzicht dat iedereen je kan helpen is voldoende. Kantoor vol Energie en Expertgroep Circulaire en Inclu-sieve economie bundelen de krachten om jullie verder te helpen! Neem contact met ons op als jij ook maar een klein beetje zin hebt om wat stap-pen te zetten. Dank voor jullie aandacht.

www.fgbfacilitygroup.nl

Page 38: FMN Connect #2 2015

38 | FMNCONNECT

VERENIGINGSNIEUWSFacides Dione en FMN

Scriptieprijs

De beroepsvereniging voor het facilitaire domein, FMN, en Faci-des Dione, de studievereniging voor studenten (Internationaal) Facility Management aan de Han-zehogeschool Groningen zijn een samenwerking aangegaan. Met de samenwerking beogen beide

partijen de studenten al zo vroeg mogelijk tijdens hun studie in aan-raking te brengen met de praktijk. Leden van Facides Dione krijgen onder meer een korting op het lidmaatschap van FMN. Zie voor meer informatie de website van FMN.

Jip van Grinsven, studente aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen (HAN), kreeg tijdens het Mini-Congres op 19 november de FM Bachelor Scriptieprijs 2015 overhandigd. Zij won de prijs voor haar bachelorscriptie ‘Samen bouwen we de cirkel rond’. De jury was unaniem in haar oordeel en prees hoe Van Grinsven bondig, maar com-pleet de kritische succesfactoren bij het toepas-sen van de circulaire economie in het bouwpro-ces beschrijft.

Ledenprofielen op www.fmn.nlDe website van FMN heeft een open gedeelte en een besloten gedeelte. Op het besloten gedeelte, dat speciaal voor leden is, heeft ieder lid een eigen profiel. Met je eigen profiel krijg je als lid toegang tot het aparte ledennet van de website.

• Daar vind je kennis en kunde van en over het vak. • Daar kun je met andere leden informatie uitwisselen. • Daar kun je documenten delen.• Daar kun je je gemakkelijk aanmelden voor bijeenkomsten.• Daar kun je zien naar welke je bijeenkomsten je geweest bent.

Kortom: het ledennet vormt het hart van de website van FMN. En als lid moet je daar een profiel aanmaken. Le-den hebben in september een brief met inlogcodes ontvangen. Heb je die codes niet meer? Neem dan contact op met de ledenadministratie van fmn: [email protected].

Page 39: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 39

Nieuwe publicatie van FMN en CoreNet

Nieuwjaarsreceptie

Agenda 2016

Contributie

Met een gezamenlijke publicatie hebben CoreNet Global Benelux (de kennis- en netwerkorganisa-tie van eindgebruikers van kan-toorhuisvesting) en FMN in het kader van het Convenant Aanpak Leegstand Kantoren een nieuwe stap gezet. In oktober 2015 pu-

bliceerden beide organisaties de resultaten van een gezamenlijk onderzoek over ‘Duurzaamheid, comfort & veiligheid”, één van de belangrijke onderwerpen in de keten van ‘huisvesten’. Op de website van CoreNet en FMN is de publicatie vrij te downloaden.

De agenda met bijeenkomsten en activiteiten voor 2016 begint zich al aardig te vullen. Een paar highlights. Het actuele programma staat op onze website!

Op donderdag 14 januari 2016 willen wij graag met onze leden en relaties proos-ten op het nieuwe jaar. We nodigen je van harte uit op onze nieuwjaarsreceptie van 17.00 tot 19.00 uur.

Locatie: de Beurs Facili-tair in de Brabanthallen in Den Bosch op de stand van Platina Partner Facilicom. Op onze website vind je alle in-formatie en ook de mogelijk-heid om je aan te melden.

Op de ALV van 19 november zijn de contributietarieven voor 2016 vastgesteld.

14 januari, Nieuwjaarsreceptie, Brabanthallen, Den Bosch

11 februari, Building Futures (jong professionals), De Nieuwe Stad, Amersfoort

23 maart, Green Buildings Congres (onderdeel Building Holland)

12 mei, ALV en FMN Connect XL

3 november, FMN Connect XL

24 november, ALV en Mini-congres

Page 40: FMN Connect #2 2015

40 | FMNCONNECT

Onderdeel van Facilicom

Gom. Laat uworganisatie stralenStralende organisaties zijn die organisaties waar je prettig verblijft. Of waar je je, als klant, reiziger, patiënt of gast meteen welkom voelt. Het zijn organisaties waar je optimisme voelt, energie en plezier. Stralende organisaties zijn gastvrije organisaties. Want managers en bestuurders zijn ook gastheren. We zien het als onze taak inhoud te geven aan hun gastheerschap.Wij laten organisaties letterlijk en figuurlijk stralen. Daardoor voelen gasten zich extra welkom. Medewerkers voelen zich extra thuis en presteren daardoor beter. Steeds meer waarderen onze opdrachtgevers ons niet alleen om onze betrouwbaarheid en het nakomen van afspraken, maar kiezen ze ons ook vanwege onze visie, het invulling geven aan gastheerschap en de hechte samenwerking met als middelpunt de wensen van de individuele klant. We zijn pas tevreden als een opdrachtgever niet alleen zijn locatie, maar ook zijn organisatie ziet stralen. Gom. Laat uw organisatie stralen

Download gratis whitepaper via www.fmregie.nl

Grip op regie?Prequest FM Software!

Grip op regie vraagt om helder inzicht en goede stuurinstrumenten. Benieuwd waarom Prequest FM Software marktleider is in de monitoring van PPS- en resultaatgerichte contracten? Neem contact op met NPQ op telefoonnummer T +31 (0)30 659 74 11 of bezoek de website:

Page 41: FMN Connect #2 2015

FMNCONNECT | 41

PARTNERSDiverse facilitaire leveranciers en adviesbureaus ondersteunen FMN.

Dankzij deze steun kan FMN haar activiteiten ontplooien, onderzoek financieren en publiceren.

De partners dragen door hun steun bij aan de ontwikkeling van het vakgebied facility management.

Heeft u interesse om partner van FMN te worden? Neem dan contact met ons op:

070 – 2060176 of via [email protected].

PLATINA PARTNER

GOUDEN PARTNERS ZILVEREN PARTNERS

Page 42: FMN Connect #2 2015