Sira Consulting B.V. btw-nummer NL 8109.155.46.B01 | BIC INGBNL2A | IBAN NL05 INGB 0680 5767 62 | KVK 30182559
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert
Onderzoek naar de doeltreffendheid en doelmatigheid
van de subsidieregeling TeamAlert 2015
2 Sira Consulting B.V.
Evaluatie subsidieregeling
TeamAlert
Onderzoek naar de doeltreffendheid en doelmatig-
heid van de subsidieregeling TeamAlert 2015
Auteurs
Peter Bex
Michel Bloemheuvel
Lize Kooijman
Moni Wiltenburg
Bilthoven, 21 november 2017
Sira Consulting B.V. is inhoudelijk verantwoordelijk voor deze rapportage. De in deze rapportage opgenomen teksten
en onderzoeksresultaten mogen uitsluitend worden gebruikt als toelichting of ondersteuning in artikelen, scripties en
boeken mits de bron duidelijk wordt vermeld. Vermenigvuldiging en/of openbaarmaking in welke vorm ook, is uitslui-
tend toegestaan na schriftelijke toestemming van Sira Consulting B.V. Sira Consulting B.V. aanvaardt geen aanspra-
kelijkheid voor drukfouten en/of andere onvolkomenheden.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 3
Inhoudsopgave
Managementsamenvatting 4
1 Inleiding 6
2 Aanpak en verantwoording 7
2.1 Aanpak van de evaluatie 7
2.2 Verantwoording van de resultaten 9
3 Beleids- en subsidiedoelstelling 12
3.1 TeamAlert 12
3.2 Beleidsdoelstellingen ministerie IenM 14
3.3 Subsidie TeamAlert 16
3.4 Analyse beleidskader TeamAlert subsidie 17
4 Doeltreffendheid en doelmatigheid 19
4.1 Verantwoording 19
4.2 Doeltreffendheid 20
4.3 Doelmatigheid 30
5 Het subsidieproces 33
5.1 Van aanvraag tot vaststelling 33
5.2 Administratieve lasten 36
6 Conclusies en aanbevelingen 38
6.1 Conclusies 38
6.2 Aanbevelingen 41
Bijlagen
I Toetsingskader 44
II Geraadpleegde bronnen 46
III Gesprekspartners 47
IV Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek 48
V Beoordelingstabel 51
VI Subsidieverplichtingen TeamAlert 74
4 Sira Consulting B.V.
Managementsamenvatting
Verantwoording
De minister van Infrastructuur en Waterstaat (IenW) verstrekt jaarlijks subsidie aan
TeamAlert. De subsidieregeling voor TeamAlert komt per 1 januari 2019 te vervallen en
is daarom geëvalueerd.
De evaluatie is uitgevoerd conform de vereisten van de Regeling Periodiek Evaluatie-
onderzoek (RPE). Hierbij is nagegaan of de verstrekte subsidie aan TeamAlert een bij-
drage levert aan de beleidsdoelstellingen (doeltreffendheid) van het ministerie en of de
gemaakte kosten hiervan in verhouding staan tot de doelen (doelmatigheid). De evaluatie
heeft zich uitsluitend gericht op de gesubsidieerde activiteiten van TeamAlert. Het is dus
geen evaluatie van de organisatie van TeamAlert als geheel.
De evaluatie is uitgevoerd op basis van brononderzoek (zoals verantwoordingen, jaarrap-
portages, projectinformatie etc.) en interviews met TeamAlert en stakeholders. Ten be-
hoeve van draagvlak en kwaliteitsborging is een begeleidingscommissie bij elke fase in
het onderzoek betrokken.
Beleids- en subsidiedoelstelling
Het ministerie van IenW heeft de beleidsdoelstellingen voor verkeersveiligheid vastgelegd
in de rijksbegroting, het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2008-2020 en de Beleidsim-
puls Verkeersveiligheid 2012. De subsidiedoelstelling hieruit voor TeamAlert is de maat-
schappelijke borging van duurzame verkeersveiligheid voor jongeren, waarbij de focus
ligt op het creëren van bewustwording en het versterken van participatie bij beleidsont-
wikkeling op het gebied van verkeersveiligheid.
De analyse van de beleidsdoelstellingen van IenW gericht op verkeersveiligheid zijn direct
te relateren aan de subsidiedoelstelling van TeamAlert. Ook de missie en doelstellingen
van TeamAlert zelf sluiten goed aan op de beleidsdoelstellingen. Omdat de activiteiten
van TeamAlert passen in het verkeers- en vervoersbeleid van het ministerie is het ver-
antwoord dat IenM, via de subsidieregeling voor TeamAlert, subsidie verstrekt.
In het verkeers- en vervoersbeleid is een beperkt aantal beleidsindicatoren benoemd. In
de subsidieregeling van TeamAlert zelf zijn geen beleidsindicatoren opgenomen. Om toch
uitspraken te kunnen doen over de doelmatigheid en doeltreffendheid zijn beleidsindica-
toren afgeleid en is op basis hiervan bepaald in hoeverre deze direct of indirect een bij-
drage leveren aan de subsidiedoelstelling.
Doeltreffendheid en doelmatigheid
De doeltreffendheid van de subsidie is beoordeeld als goed. Voor de beoordeling hiervan
is nagegaan of de opgeleverde resultaten een bijdrage (direct, indirect of geen) hebben
geleverd aan de subsidiedoelstellingen. Voor bijna alle uitgevoerde activiteiten en opge-
leverde resultaten is een directe relatie te leggen tussen de (ontwikkeling van) projecten
en de subsidiedoelstellingen. De nadruk ligt hierbij op de doelstelling ‘bewustwording’ en
niet zozeer op de doelstelling ‘beleidsontwikkeling’. TeamAlert heeft aangegeven om haar
activiteiten nog gerichter af te stemmen op deze laatstgenoemde doelstelling.
De doelmatigheid van de subsidie is als goed beoordeeld. TeamAlert is een relatief kleine
organisatie, maar heeft een groot bereik onder jongeren. Naast een professioneel inge-
richte organisatie, streeft TeamAlert naar een continue verbetering van haar activiteiten.
Via onder meer user experience onderzoeken, maar ook via gedragsonderzoeken en
trends worden de activiteiten steeds afgestemd op de doelgroep.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 5
Een significante bijdrage aan de verkeersveiligheid
Het beleidsdoel en de subsidiedoelstellingen zouden zonder de subsidie in significant min-
dere mate zijn gerealiseerd. TeamAlert is een organisatie door en voor jongeren en weet
het onderwerp verkeersveiligheid op een aansprekende en blijvende manier onder de
aandacht te brengen bij jongeren. In de subsidieregeling is het nut van de subsidie als
volgt verantwoord “omdat het borgen van het publieke belang van duurzame verkeers-
veiligheid voor jongeren een groot maatschappelijk nut dient en deze organisatie daartoe
is ingericht.”
Een optimale subsidieaanvraag- en verantwoordingsprocedure
Uit de gesprekken en de verslagen blijkt dat het proces van de subsidieaanvraag proce-
dureel goed verloopt. Alle relevante stakeholders worden hierbij op verschillende mo-
menten betrokken en dit leidt ook tot aanpassingen in de activiteitenplannen. Ook de
subsidieverantwoording verloopt transparant. IenW toetst bij de verantwoording vooral
op de rechtmatigheid van de verstrekte subsidie. De diverse accountantscontroles zien
toe op de financiële verantwoording en onderbouwing.
Op onderdelen is het proces van subsidieaanvraag en -verantwoording te optimaliseren
en de administratieve lasten te verminderen.
Enkele punten voor het optimaliseren van de doelmatigheid en doeltreffendheid
Volgend vanuit de evaluatie en met het oog op de toekomst zijn de volgende aanbeve-
lingen geformuleerd:
1. Expliciteer de subsidiedoelstellingen en de daarbij behorende beleidsindicatoren om
deze doelstellingen te monitoren en bij te sturen.
2. Bepaal als ministerie van IenW op welke wijze de doorwerking van de subsidiedoel-
stellingen van TeamAlert verder is te optimaliseren.
3. Stel als TeamAlert een strategie op om ‘de participatie van jongeren van 12 tot en
met 24 jaar bij beleidsontwikkeling’ te versterken.
4. Stel als TeamAlert een strategie op met heldere doelstellingen om de afstemming
met decentrale overheden te faciliteren.
5. Leg als ministerie vast aan welke eisen het activiteitenplan en -verantwoording moe-
ten voldoen.
6 Sira Consulting B.V.
1 Inleiding
De minister van IenW verstrekt jaarlijks subsidie aan TeamAlert. Deze organisatie draagt
met haar activiteiten bij aan de realisatie van het Strategisch Plan Verkeersveiligheid
2008-2020 en de Beleidsimpuls Verkeersveiligheid (2012).
De subsidieregeling voor TeamAlert komt per 1 januari 2019 te vervallen. Ter voorberei-
ding van een besluit over voortzetting van de subsidie en de wijze waarop, heeft het
ministerie van IenW de regeling laten evalueren (artikel 4:24 Awb), waarin de doelma-
tigheid en doeltreffendheid van de subsidie aan TeamAlert zijn onderzocht.
Aanpak en verantwoording van de evaluatie
De evaluatie is uitgevoerd conform de vereisten van de Regeling Periodiek Evaluatieon-
derzoek (RPE). Bij doeltreffendheid gaat het om de mate waarin een beleidsdoelstelling
dankzij de inzet van de onderzochte beleidsinstrumenten wordt gerealiseerd (artikel 1d
RPE). Bij doelmatigheid gaat het om de vraag of de kosten in verhouding staan tot het
bereiken van het maatschappelijke doel (artikel 1e RPE). Er is sprake van doelmatigheid
naarmate bepaalde effecten worden bereikt met minder kosten, of naarmate bepaalde
kosten meer effecten opleveren.
Om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van subsidies is het beleidskader gerecon-
strueerd, is onderzoek gedaan naar de beschikte middelen, de uitgevoerde activiteiten,
de behaalde prestaties en de doelbereiking. Bij het beoordelen van de mate van doelma-
tigheid is nagegaan of er met dezelfde middelen een hoger rendement was te realiseren.
De evaluatie heeft alleen betrekking op de subsidie die IenW verstrekt aan TeamAlert.
De evaluatie doet daarmee geen uitspraken over:
▪ de activiteiten van TeamAlert als geheel;1
▪ de bedrijfsvoering van TeamAlert;
▪ de maatschappelijke relevantie van groepen jongeren die zich samen inzetten voor
veiliger verkeer;
▪ de effecten van samenwerkingsverbanden tussen TeamAlert en bedrijven;
▪ de beïnvloeding van de publieke opinie ten aanzien van de verkeersveiligheid;
▪ de indirecte effecten van communicatie van TeamAlert;
▪ de ad hoc samenwerking met het ministerie van IenW voor zover deze buiten de
subsidieregeling plaatsvindt.
De evaluatie is uitgevoerd op basis van dossieronderzoek en gesprekken met TeamAlert,
het ministerie van IenW en diverse stakeholders. Het project is procesmatig begeleid door
een begeleidingscommissie met onder meer de opdrachtgever en het ministerie van Fi-
nanciën.
Leeswijzer
In hoofdstuk 2 geven we een toelichting op de aanpak en verantwoording van de evalu-
atie. We leggen hierin onder meer uit op welke wijze we de doeltreffendheid en doelma-
tigheid hebben vastgesteld. Hoofdstuk 3 schetst het beleidskader en doelstellingen van
het ministerie. Deze leggen we naast de doelstellingen van TeamAlert en de subsidie-
doelstellingen. In hoofdstuk 4 beoordelen we op basis van het activiteitenplan en de ver-
antwoording daarvan, de doeltreffendheid en de doelmatigheid. Hoofdstuk 5 beschrijft
het subsidieproces en de daarbij behorende verantwoording. We sluiten het rapport af
met de conclusies en aanbevelingen.
1 De activiteiten zijn beoordeeld voor zover deze onder de subsidieregeling vallen.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 7
2 Aanpak en verantwoording
2.1 Aanpak van de evaluatie
Doelstelling en onderzoeksvragen
De doelstelling van het onderzoek ‘Evaluatie subsidieregelingen TeamAlert’ is als volgt:
Evalueer de doeltreffendheid en de effecten van de subsidieregeling TeamAlert 2015,
waarbij de evaluatie voldoet aan de vereisten van de RPE (artikel 2 eerste lid).
In het onderstaande tekstkader is de doelstelling uitgewerkt in de onderzoeksvragen. Ook
is aangegeven in welk hoofdstuk van het rapport dit is beantwoord. In samenwerking met
de begeleidingscommissie (bijlage I) zijn de onderzoeksvragen verder aangescherpt. Ge-
lijktijdig is een evaluatie uitgevoerd van de subsidieregelingen voor SWOV (2014) en
Veilig Verkeer Nederland (2014), waarvoor dezelfde onderzoeksopzet is gehanteerd.
Tekstkader 1. Onderzoeksvragen evaluatie subsidieregeling TeamAlert
Onderzoeksvragen Beantwoor-
den we in …
1. Welke beleidsdoelen en onderhavige doelstellingen worden met de
subsidie nagestreefd (art. 2:1 lid a RPE)?
Hoofdstuk 3
2. In hoeverre zijn het beleidsdoel en de onderhavige doelstellingen
gerealiseerd?
Hoofdstuk 3
3. Hoe is het proces van subsidieverlening en -verantwoording geor-
ganiseerd?
Hoofdstuk 5
4. Welke activiteiten zijn met behulp van de subsidie uitgevoerd? Hoofdstuk 4
5. In hoeverre is de subsidie, alsmede de daarmee samenhangende
uitgaven doeltreffend (art. 2:1 lid b RPE)?
Hoofdstuk 4
6. In hoeverre is de subsidie, alsmede de daarmee samenhangende
uitgaven doelmatig (art. 2:1 lid b RPE)?
Hoofdstuk 4
7. In hoeverre worden het beleidsdoel en de onderhavige doelstellin-
gen gerealiseerd zonder de subsidie?
Hoofdstuk 4
Bepalen doeltreffendheid en doelmatigheid
Bij doeltreffendheid gaat het om de mate waarin een beleidsdoelstelling dankzij de inzet
van de onderzochte beleidsinstrumenten wordt gerealiseerd (artikel 1d RPE). Het ver-
strekken van subsidies is één van de beleidsinstrumenten van de overheid om een be-
paald doel te bereiken.
Bij doelmatigheid gaat het om de vraag of de kosten in verhouding staan tot het bereiken
van het maatschappelijke doel (artikel 1e RPE). Er is sprake van doelmatigheid naarmate
bepaalde effecten worden bereikt met minder kosten, of naarmate bepaalde kosten meer
effecten opleveren.
In de onderstaande figuur worden de begrippen doeltreffendheid en doelmatigheid geïl-
lustreerd aan de hand van een resultatenketen. In deze figuur is aangegeven (roodom-
rand) dat de doelmatigheid van de bedrijfsvoering buiten de scope van het onderzoek
valt. De reden is dat dit vanuit de RPE niet is voorgeschreven en bovendien een aange-
legenheid van de organisatie zelf is. De doelrealisatie valt ook buiten de scope van het
onderzoek omdat we niet de beleidsdoelstelling van het ministerie van IenW evalueren
maar alleen die van de subsidie.
8 Sira Consulting B.V.
Figuur 1. Relatie doeltreffendheid versus doelmatigheid
Het bepalen van de doeltreffendheid
Het woord ‘dankzij’ in de definitie van doeltreffendheid vereist dat voor het aantonen van
doeltreffendheid de causaliteit tussen de prestaties (output) en de effecten (outcome)
aangetoond moet worden. Dit betekent dat antwoord is gegeven op de vragen:
a. Zijn de met de subsidie beoogde effecten daadwerkelijk gerealiseerd?
b. Is het aan de subsidieregeling te danken dat de doelen zijn bereikt, of juist niet be-
reikt zijn?
Daarnaast is rekening gehouden met externe factoren die van invloed zijn op het eindre-
sultaat. In het onderstaand tekstkader is de methodiek beschreven om de doeltreffend-
heid te bepalen. Deze stappen zijn verwerkt in de werkwijze van ons onderzoek.
Tekstkader 2. Onderdelen voor bepalen doeltreffendheid
Om inzicht te krijgen in de doeltreffendheid van de subsidies, zijn de volgende zes stappen doorlopen:
1. Reconstrueren beleidskader. In deze stap is een vergelijking gemaakt tussen de veronderstelde
werking van een subsidie met de achteraf geconstateerde werking. Er is inzicht gegeven in nut
en noodzaak, beleidstheorie, doelen, prestaties, activiteiten en middelen. Daarnaast is de samen-
hang tussen deze aspecten in kaart gebracht.
2. Onderzoeken beschikte middelen. In de stap is achterhaald of het subsidieplafond van TeamAlert
is bereikt en in welke mate de beschikte subsidie is vastgesteld. Tevens zijn de uitvoeringskosten
van de subsidie voor het ministerie en de administratieve lasten van TeamAlert in kaart gebracht.
3. Onderzoeken uitgevoerde activiteiten. In deze stap is inzicht gegeven in de mate waarin beoogde
activiteiten daadwerkelijk door TeamAlert zijn uitgevoerd. Er is een inventarisatie gemaakt van
hoe de uitvoering van de subsidieregeling in de praktijk verloopt en wat hierbij de knelpunten
zijn. Daarnaast is onderzocht of in de praktijk een andere invulling is gegeven aan activiteiten
dan vooraf aangegeven.
4. Onderzoeken behaalde prestaties. De inzet van middelen en de uitvoering van activiteiten van
TeamAlert resulteert in prestaties. Aan deze prestaties zijn indicatoren gekoppeld en er is een
vergelijking gemaakt tussen de beoogde en behaalde prestaties.
5. Onderzoeken doelbereiking. In deze stap is onderzocht in welke mate de doelgroep van TeamAlert
is bereikt door het raadplegen van interne (jaarverslagen, onderzoeksrapporten), externe bron-
nen (publicaties, bekendmakingen) en het uitvoeren van interviews.
6. Beoordelen mate van doeltreffendheid. Mede op basis van de resultaten van de voorgaande stap-
pen is inzichtelijk gemaakt of de subsidie noodzakelijk is voor de activiteiten van TeamAlert en in
hoeverre de behaalde prestaties een bijdrage hebben geleverd aan de doelbereiking.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 9
Het bepalen van de doelmatigheid
Bij het meten van doelmatigheid is onderscheid gemaakt tussen:
de doelmatigheid van de bedrijfsvoering, waarbij de prestaties zijn gerelateerd aan
de input, en
de doelmatigheid van de subsidie waarbij de effecten zijn gerelateerd aan de input.
In de opdracht voor de evaluatie is expliciet aangegeven om niet de organisaties zelf te
evalueren, maar het onderzoek te richten op de doelmatigheid en op de effecten gerela-
teerd aan de input. Met andere woorden hoe staan de geïnvesteerde middelen (input) in
verhouding tot het directe effect (outcome).
Het begrip doelmatigheid is een relatief begrip. Dit betekent dat er in het onderzoek altijd
een vergelijking met een andere situatie nodig is om een uitspraak over de mate van
doelmatigheid te kunnen doen. Bij de evaluatie van de subsidieregeling voor TeamAlert
ligt voor dit aspect de nadruk op het in kaart brengen het relatieve verbeterpotentieel:
Kan het rendement van een activiteit worden verhoogd? En zo ja, hoe?
Het gaat hierbij dus om de vraag of met dezelfde middelen een beter resultaat zou zijn
te realiseren. Om de doelmatigheid te bepalen, is gebruik gemaakt van de resultaten voor
het bepalen van de doeltreffendheid (zie tekstkader 2). Dit is verder aangevuld door
gericht op zoek te gaan naar verbetermogelijkheden om het rendement te verhogen.
Deze informatie is gebruikt om vervolgens de doelmatigheid te beoordelen:
Beoordelen mate van doelmatigheid. Mede op basis van de resultaten van de voorgaande stappen is
inzichtelijk gemaakt of met dezelfde middelen een hoger rendement gerealiseerd had kunnen worden.
Hierbij zijn de geïdentificeerde verbetervoorstellen als basis voor de analyse gebruikt. Er is rekening
gehouden met lessons learned en inzichten die niet eerder waren voorzien.
In bijlage I is het toetsingskader opgenomen zoals gebruikt tijdens de evaluatie.
2.2 Verantwoording van de resultaten
De evaluatie is stapsgewijs aanpak en methodisch uitgevoerd. Hiermee waarborgen we
dat de evaluatie voldoet aan de vereisten uit de RPE maar ook dat we transparant en
navolgbaar uitspraken doen over de doeltreffendheid en de doelmatigheid. In de onder-
staande figuur is de projectaanpak samengevat.
Figuur 2. Samenvatting projectaanpak deelproject 1
10 Sira Consulting B.V.
Fase 1 - Opstellen toetsingskader evaluatie TeamAlert
In fase 1 is het beleid en de beoogde beleidsdoelen samengevat. Aan de hand van het
Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2010-2020, de Beleidsimpuls Verkeersveiligheid, de
subsidieregeling en de verantwoordingsdocumenten zijn de beleidsindicatoren gerecon-
strueerd en vertaald naar de informatie (over input, output en outcome) die we nodig
hebben voor het bepalen van de doeltreffendheid en de doelmatigheid van TeamAlert.
Hiervoor hebben wij de vereisten naar stellingen vertaald en uitgewerkt in een toetsings-
kader voor de evaluatie. Het kader is getoetst in gesprekken met medewerkers van IenM.
Ook is het kader getoetst in gesprekken met TeamAlert (de directie, het management en
medewerkers).
Het kader is gebruikt voor het organiseren van de dataverzameling van fase 2.
Fase 2 - Inventariseren data en informatie
De dataverzameling is gestart in fase 2. Hiervoor zijn bij TeamAlert documenten, verant-
woordingen en rapporten opgevraagd die inzicht geven in beschikte middelen (input), de
hiervoor uitgevoerde activiteiten, de prestaties die dit heeft opgeleverd (output) en de
doelbereiking die hiermee is gerealiseerd (outcome). Een overzicht van de geraadpleegde
bronnen is te vinden in de bijlage II. Op basis van de resultaten van het brononderzoek
is een eerste beeld geschetst van de beleidsindicatoren en is een overzicht gemaakt met
de ontbrekende informatie waar we tijdens de interviews extra aandacht aan hebben
besteed.
Interviews zijn afgelegd met de directie en medewerkers van TeamAlert, het ministerie
van IenW en met samenwerkingspartners. In de onderstaande tabel is aangegeven wie
wij hebben geïnterviewd. In bijlage III is een uitgebreid overzicht met gesprekspartners
weergegeven.
Tabel 1. Overzicht betrokken organisaties voor interviews
Interview met… Personen Interviews
Directie TeamAlert 1 1
Medewerkers TeamAlert 2 1
Stakeholders TeamAlert:
Ministerie IenM, ANWB, ROV Zuid-Holland, Vervoersregio
Amsterdam, CBR, Stedelijk Dalton Lyceum Dordrecht en
de Fietsersbond
10
9
Totaal 13 11
Om projecten ook in detail te beoordelen zonder de organisatie onnodig te belasten, is
ervoor gekozen om een steekproef uit te voeren. Naar aanleiding van deze steekproef
zijn vervolgens drie projecten geselecteerd en nader onderzocht:
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 11
Het project Witte Waas heeft als doel jongeren bewust te maken van de gevaren van drugs (in
combinatie met alcohol) in het verkeer. Van het totale budget is 26% in 2016 gebruikt voor finan-
ciering van het project Witte Waas. Dit project is gekozen omdat dit het grootste project is dat
TeamAlert in 2016 heeft uitgevoerd.
Het project Scooter Elite heeft als doel jongeren in de leeftijd van 15 tot en met 20 jaar bewust te
maken van hun kwetsbare positie in het verkeer bij het vertonen van risicovol en asociaal gedrag
op de scooter, brommer of snorfiets. Het budget kent in de loop van de jaren enkele overschrij-
dingen. Van het totale budget is 6% in 2016 gebruikt voor financiering van het project Scooter
Elite.
Bij het project Educatie (Kruispunt) wordt op scholen gebattled om bewustwording te creëren bij
scholieren omtrent verkeersveiligheid. Van het totale budget is 18% in 2016 gebruikt voor finan-
ciering van het project Educatie.
De resultaten van dit nader onderzoek zijn meegenomen in de beoordeling van de doel-
treffendheid en doelmatigheid (hoofdstuk 4).
Fase 3 - Analyseren en afstemmen
In fase 3 is op basis van de verzamelde data en gesprekken de doeltreffendheid en doel-
matigheid bepaald. We hebben dit gedaan door verschillende onderdelen (input, activi-
teiten, output, outcome) te beschrijven. Vervolgens hebben wij dit gekoppeld aan:
Doeltreffendheid: de relatie tussen output (geleverde prestaties) en outcome (direct
effect).
Doelmatigheid: de relatie tussen input (mensen en middelen, incl. administratieve
lasten) en outcome (direct effect).
De voorlopige resultaten hebben we voorgelegd aan TeamAlert en op basis daarvan bij-
gesteld. De eindrapportage is besproken en vastgesteld door de begeleidingscommissie.
Externe begeleidingscommissie
Bij elke fase in het onderzoek is de begeleidingscommissie betrokken geweest. Zo is aan
het begin van het project met de begeleidingscommissie een startgesprek georganiseerd
om de projectdoelstellingen, -resultaten, -aanpak, -planning en -organisatie te bespreken
en af te stemmen. Ook het toetsingskader is afgestemd evenals het aantal afgenomen
interviews.
12 Sira Consulting B.V.
3 Beleids- en subsidiedoelstelling
3.1 TeamAlert
Doelstelling TeamAlert
De missie van TeamAlert is om in 2030 alle jongeren gelukkig, veilig en gezond door het
leven te laten gaan: veilig in het verkeer, financieel en fysiek gezond. Hierbij hoopt Team-
Alert in 2018 200.000 jongeren op een impactvolle manier te raken, waardoor TeamAlert
hun leven beter maakt op de thema’s verkeersveiligheid, gezondheid en slim omgaan
met geld. Dit doet TeamAlert door met jongeren in gesprek te gaan over maatschappe-
lijke thema’s, waaronder verkeersveiligheid (website TeamAlert). Dit gebeurt op basis
van aansprekende en wetenschappelijk onderbouwde gedragsinterventies. De activiteiten
van TeamAlert sluiten aan bij de beleidsdoelstellingen van het ministerie van IenW gericht
op het verbeteren van de verkeersveiligheid.
Tekstkader 3. Jongerenprogramma’s verkeersveiligheid van TeamAlert 2016
▪ Witte Waas: het bewust maken van jongeren van de gevaren van drugs (in combinatie met alcohol)
in het verkeer. Dit doet TeamAlert door actief in te spelen op de kennis, houding en intentie van
jongeren ten aanzien van drugsgebruik in het verkeer.
▪ Bob: het bewust maken van jongeren in het uitgaansleven van de gevaren van alcohol in het
verkeer.
▪ StreetTalk: het bewust maken van jongeren in de leeftijd 16 tot en met 24 jaar van de gevaren
van verschillende risicogedragingen en hun eigen verantwoordelijkheden in het verkeer.
▪ FietsAlert: het bewust maken van jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 24 jaar van hun kwets-
bare positie op de fiets, van verschillende vormen van afleiding die ze kunnen ervaren terwijl ze
aan het fietsen zijn en de invloed hiervan op hun functioneren in het verkeer.
▪ @TheWheel: het onder de aandacht brengen van afleiding door smartphonegebruik in het verkeer
bij jongeren door in gesprek te gaan met beginnende bestuurders in de leeftijd 18 tot en met 24
jaar.
▪ FietsFix: het bewust maken van studenten, in de leeftijd van 18 tot en met 24 jaar, van onveilige
fietsen in het verkeer. Dit doet TeamAlert door actief in te spelen op de kennis, houding en intentie
van jongeren ten aanzien van veilige fietsen in het verkeer.
▪ Scooter Elite: het bewust maken van jongeren van 15 tot en met 20 jaar van hun kwetsbare positie
in het verkeer bij het vertonen van risicovol en asociaal gedrag op de scooter, brommer of snorfiets.
▪ Educatieve projecten: het laten nadenken van studenten tussen de 12 en 20 jaar over het verkeer
en hun eigen gedrag daarin. Daarnaast maken de projecten jongeren bewust van hun kwetsbare
positie en de risico’s van gevaarlijk gedrag.
▪ Rijscholenkiezer: het helpen van jongeren vanaf 16 jaar (en hun ouders) bij het kiezen van een
kwalitatief goede rijschool voor het rijbewijs B. Daarnaast wil TeamAlert, door het inzichtelijk ma-
ken van de kwaliteit van de individuele rijscholen, de kwaliteit van de gehele rijscholenbranche
verhogen en daarmee dus zorgen voor betere en veiligere beginnende bestuurders.
▪ 2toDrive: zo veel mogelijk jongeren tot hun 18e jaar onder begeleiding van een coach rijervaring
op te laten doen in het verkeer.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 13
De organisatie TeamAlert
TeamAlert kent een RvT/bestuursmodel en wordt bestuurd door twee directeur bestuur-
ders. Samen vormen zij het dagelijks bestuur. Beide bestuurders zijn eindverantwoorde-
lijk voor de organisatie en de algemene strategie van de stichting. Daarnaast stelt het
bestuur de jaarstukken vast, neemt besluiten en geeft leiding aan de verschillende teams
van TeamAlert. De bestuurders zorgen voor de continuïteit en de ontwikkeling van de
organisatie. De Raad van Toezicht (RvT) houdt toezicht op het bestuur, voorziet deze van
(gewenst en ongewenst) advies en besluiten. De organisatie bestaat verder uit circa 29
beroepskrachten met een gemiddelde leeftijd van 26 jaar. De beroepskrachten leunen op
meer dan 64 uitvoeringsmedewerkers op locatie voor het uitvoeren van de projecten.
Jaarlijks voert TeamAlert zo’n 550 projecten uit op scholen, festivals en andere plekken
waar jongeren komen. Hiervan betreffen 296 projecten educatieve projecten en 249 voor-
lichtingsprojecten. Hierbij spreekt TeamAlert ieder jaar een-op-een zo’n 160.000 jonge-
ren (website TeamAlert) en heeft TeamAlert een totaal bereik van 20.000.000 jongeren
door middel van onlinecommunicatie.
Bekostiging
TeamAlert heeft jaarlijks zo’n € 2 miljoen aan inkomsten, waarvan het overgrote deel
afkomstig is van decentrale overheden (61%), gevolgd door het ministerie van IenW
(36%). De overige inkomsten van TeamAlert zijn afkomstig van bedrijven (2%) en Euro-
pese subsidies (1%).
De onderstaande figuur geeft schematisch inzicht in de verdeling van de inkomsten
Figuur 3. Inkomstenverdeling TeamAlert 2016 (in miljoenen €)
€ 0,75 ; 36%
€ 1,27 ; 61%
€ 0,02 ; 1%
€ 0,04 ; 2%
Subsidie IenM
Bijdrage decentraleoverheden
Europese subsidie
Bijdrage bedrijven
14 Sira Consulting B.V.
3.2 Beleidsdoelstellingen ministerie IenM
Rijksbegroting IenM:
In beleidsartikel 14 van de Rijksbegroting IenW zijn de doelstellingen en indicatoren op
het gebied van verkeersveiligheid opgenomen. Twee doelstellingen zijn gerelateerd aan
het werk van TeamAlert:
▪ De inzet van het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2008–2020 en de Beleidsimpuls
Verkeersveiligheid. De plannen richten zich op verbetering van infrastructuur, voer-
tuigen en gedrag van weggebruikers ter vermindering van het aantal verkeersdoden
en ernstige verkeersgewonden. Samen met medeoverheden en maatschappelijke
partners is met name aandacht voor de groeiende risicogroepen onder de verkeers-
deelnemers: ouderen, fietsers, notoire overtreders en beginnende bestuurders.
▪ Inzetten op verbeteren van data van verkeersongevallen en in samenwerking met
de decentrale overheden onderzoeken hoe een risico gestuurde aanpak kan worden
gebruikt als nieuwe basis voor de inzet van maatregelen.
Ook is één beleidsindicator opgenomen voor de verkeersveiligheid: de ontwikkeling van
het aantal verkeersslachtoffers (zie onderstaande tabel).
Tabel 2. Indicator verkeersveiligheid: ontwikkeling aantal verkeersslachtoffers [Rijksbegroting, 2018]
Strategische Plan Verkeersveiligheid 2008 – 2020
Het Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2008-2020 beschrijft de ambities en beleidsdoel-
stellingen van het ministerie van IenW op het gebied van verkeersveiligheid. Het docu-
ment bevat pijlers, ambities en generieke en specifieke maatregelen. Het
verkeersveiligheidsbeleid in de periode 2008-2020 kenmerkt zich door drie pijlers: sa-
menwerking, integrale aanpak en Duurzaam Veilig. Er zijn daarnaast elf ambities door
het ministerie van IenW geformuleerd, waarvan er vier relevant zijn voor de activiteiten
van TeamAlert (zie onderstaand kader).
Tekstkader 4. Bijdrage TeamAlert aan ambities Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2008-2020
▪ Besef van cruciale invloed menselijk gedrag.
▪ Werken aan respect voor regels en vormen van beloning.
▪ Samenwerking, integrale aanpak en Duurzaam Veilig.
▪ Inzicht in risico’s.
De generieke maatregelen betreffen 28 maatregelen voor voertuigen, gedrag, infrastruc-
tuur en onderzoek. Hiervan zijn drie van toepassing op TeamAlert:
1. Voorlichting (deels in de vorm van campagnes) op basis van meerjarige afspraken
met bestuurlijke en maatschappelijke partners;
2. Verkeerseducatie (alle leeftijden).
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 15
De specifieke maatregelen zoals omschreven in het Strategisch Plan Verkeersveiligheid
betreffen 50 maatregelen voor kwetsbare groepen, waaronder voetgangers, fietsers, kin-
deren en ouderen, beginnende bestuurders, berijders van brom-, snorfietsen, brommo-
bielen en motorrijders en voor veroorzakers van verkeersongelukken, waaronder
bestuurders onder invloed van alcohol, drugs, medicijnen of vermoeidheid, snelheids-
overtreders en vrachtverkeer.
Tekstkader 5. Bijdrage TeamAlert aan specifieke maatregelen
▪ Begeleid rijden
▪ Voorlichting over gebruik fietsverlichting en reflectie
▪ Bijzondere aandacht bij verkeershandhaving
▪ Voorlichting aan bromfietsers over het gebruik en over verantwoord rijgedrag
▪ Voortzetting campagnes over thema alcohol in het verkeer (BOB)
▪ Voorlichting aan drugsgebruikers over risico’s bij verkeersdeelname
▪ Voorlichting over verantwoord snelheidsgedrag op risicowegen en –locaties binnen en buiten de
bebouwde kom.
Beleidsimpuls Verkeersveiligheid 2012
Het Strategisch Plan Verkeersveiligheid is nader ingevuld door de Beleidsimpuls Verkeers-
veiligheid 2012. Hierin zijn door het ministerie concrete interventies vastgesteld op de
thema’s fietsen, ouderen, infrastructuur, gedrag en integraal, waarin maatschappelijke
partners (waaronder SWOV, VVN, ANWB, Fietsersbond) een rol krijgen toebedeeld. Voor
twee van deze maatregelen heeft TeamAlert een actieve rol:
‘Doelgroepcommunicatie maatschappelijk veld’: Maatschappelijke organisaties com-
municeren richting de achterban over het belang van verkeersveiligheid en helpen
hen de verkeersveiligheid zelf te verbeteren. TeamAlert doet dit samen met de Fiet-
sersbond, Blijf Veilig Mobiel, ANWB en TeamAlert (nr. 1g).
‘Bewaken voortgang realisatie maatregelen beleidsimpuls’: Halfjaarlijks overleg van
IenW met actiehouders Beleidsimpuls, waarin de voortgang van uitvoering en nieuwe
inzichten worden besproken. TeamAlert doet dit samen met het ministerie, SWOV,
ANWB, Fietsersbond, VVN, ANBO en decentrale overheden (nr. 23).
Echter, TeamAlert geeft voor wat betreft het laatstgenoemde punt aan, dat deze rol
onbekend is bij de organisatie en daarom ook niet als zodanig wordt uitgevoerd.
In 2018 zal het ministerie van IenW een nieuw Strategisch Plan Verkeersveiligheid af-
ronden voor de periode 2020-2030.
16 Sira Consulting B.V.
3.3 Subsidie TeamAlert
De subsidieregeling TeamAlert 2015 geeft nadere invulling aan de manier waarop de ac-
tiviteiten van TeamAlert een bijdrage leveren aan het realiseren van de beleidsdoelen van
het ministerie.
Subsidiedoelstelling TeamAlert 2015
Het ministerie van IenW beschrijft in de subsidieregeling TeamAlert 2015 dat zij TeamA-
lert jaarlijks wil subsidiëren, omdat “het borgen van het publieke belang van duurzame
verkeersveiligheid voor jongeren een groot maatschappelijk nut dient en deze organisatie
daartoe is ingericht”. “Door het vervallen van de vorige subsidieregeling is het noodza-
kelijk voor de nieuwe subsidieperiode een nieuwe regeling op te stellen ter continuering
van de te subsidiëren projecten en producten van TeamAlert” (subsidieregeling TeamAlert
2015, toelichting). In artikel 2 stelt IenW als voorwaarde voor de subsidie dat de activi-
teiten van TeamAlert gericht zijn op:
Het creëren van bewustwording bij verkeersdeelnemers van 12 tot en met 24 jaar
door het realiseren van verandering in kennis, houding en risicoperceptie ten aanzien
van verkeersveiligheid. Dit gebeurt bijvoorbeeld via educatieve projecten en voorlich-
tingscampagnes. Bij educatie ligt de focus op langdurige contactmomenten met leer-
lingen, bij voorlichting worden jongeren bereikt via diverse kanalen en met
verschillende vervoersmiddelen als thema.
Het versterken van participatie van jongeren van 12 tot en met 24 jaar bij beleids-
ontwikkeling op het gebied van verkeersveiligheid. Dit gebeurt door feedback van de
doelgroep mee te nemen in de projectontwikkeling van TeamAlert.
Tekstkader 6. Voorbeelden van mogelijke beleidsindicatoren TeamAlert
Bewustwording
▪ Het jaarlijks uitvoeren van X-aantal projecten gericht op het in contact treden met jongere ver-
keersdeelnemers (op een impactvolle manier) met als doel het creëren van bewustzijn door het
realiseren van verandering in kennis, houding en risicoperceptie ten aanzien van verkeersveilig-
heid.
▪ Het uitvoeren van X-aantal campagnes gericht op het creëren van bewustzijn onder jongeren door
het realiseren van verandering in kennis, houding en risicoperceptie ten aanzien van verkeersvei-
ligheid.
▪ Het in contact treden met X-aantal media met als doel X-aantal publicaties gericht op het creëren
van bewustzijn bij X-aantal jongere verkeersdeelnemers door het realiseren van verandering in
kennis, houding en risicoperceptie ten aanzien van verkeersveiligheid.
Versterken participatie van jongeren bij beleidsontwikkeling
▪ Het betrekken van X-aantal jongeren bij projecten en de resultaten verstrekken aan wegbeheer-
ders.
▪ Jaarlijks X bijdragen aan werkgroepen en congressen.
▪ Het in contact treden met X-aantal media met als doel X-aantal publicaties met een bereik van
X-aantal wegbeheerders, zodat zij zich bewust zijn van verkeersproblematieken voor jongeren en
zij deze inzichten kunnen gebruiken ter ondersteuning van beleidsontwikkeling.
Hierbij richt TeamAlert zich op de doelgroep jongeren tussen 12 en 24 jaar. Dit is een
van de twaalf doelgroepen waaraan het ministerie van IenW graag extra aandacht wil
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 17
besteden (Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2008-2020), maar met welke het ministe-
rie van IenW zelf niet in nauw contact staat.
Binnen deze doelgroep raken de activiteiten van TeamAlert echter ook zeven andere
(deel)groepen, waaronder voetgangers, fietsers, berijders van brom-, snorfietsen en
brommobielen, bestuurders onder invloed en snelheidsovertreders (Strategisch Plan Ver-
keersveiligheid 2008-2020).
Met het organiseren van activiteiten voor deze doelgroep komt TeamAlert bovendien te-
gemoet aan de maatregelen zoals omschreven in de beleidsimpuls, waaronder het doel-
groepcommunicatie met het maatschappelijk veld.
Beschikte subsidies
Voor het realiseren van de subsidiedoelstellingen heeft TeamAlert in de periode 2015-
2016 gemiddeld € 760.000 ontvangen van het ministerie van IenM. De afhankelijkheid
van TeamAlert van subsidie van IenW is in het jaar 2016 ten opzichte van het jaar 2015
met 1% afgenomen. De onderstaande tabel geeft een overzicht van de verdeling tussen
subsidie-inkomsten en overige inkomsten van de jaren 2015 en 2016.
Tabel 3. Overzicht beschikte subsidies TeamAlert 2015 en 2016
Jaar Subsidie Percentage Overige inkomsten
2015 € 773.258 37% € 1.300.474
2016 € 753.873 36% € 1.336.127
3.4 Analyse beleidskader TeamAlert subsidie
1. Er ligt een heldere relatie tussen de beleidsdoelstellingen van het ministerie
van IenW en de subsidiedoelstellingen voor TeamAlert.
Zoals in de toelichting van de subsidieregeling is vermeld, is het borgen van het pu-
blieke belang van duurzame verkeersveiligheid voor jongeren een groot maatschap-
pelijk nut. Dit draagt direct bij aan het beleidsdoel van IenM.
2. Er zijn nauwelijks indicatoren bij de beleids- en subsidiedoelstellingen ge-
formuleerd.
Er ligt een heldere relatie tussen de beleidsdoelstellingen van het ministerie van IenW
en de subsidiedoelstelling voor TeamAlert. De vertaling hiervan naar concrete beleids-
indicatoren is weliswaar af te leiden, maar deze zijn beperkt herkenbaar in de subsi-
diedoelstellingen. De enige indicator die het ministerie van IenW heeft opgesteld, is
de ontwikkeling van het aantal verkeersslachtoffers.
In de subsidieaanvraag vertaalt TeamAlert de subsidiedoelstellingen in een activitei-
tenplan. In dit plan zijn de verschillende projecten en activiteiten beschreven. Team-
Alert heeft deze activiteiten vertaald naar concrete prestatie-indicatoren.
Het activiteitenplan is gebaseerd op een meerjarenplan. Het meerjarenplan is gebruikt
als basis voor de subsidieaanvragen.
18 Sira Consulting B.V.
3. De relatie tussen de activiteiten van TeamAlert en hoe deze bijdragen aan de
beleidsdoelen van IenM, is beperkt zichtbaar in de verantwoording.
Hoewel de doelgroep van TeamAlert en de omschreven risicogroepen van het minis-
terie van IenW met elkaar overeenkomen, is de relatie tussen de activiteiten en hoe
deze bijdragen aan de beleidsdoelen van het ministerie beperkt expliciet gemaakt
door TeamAlert. Dit terwijl de projecten, zoals Witte Waas, impliciet bijdragen aan de
beleidsdoelen van het ministerie die gericht zijn op voorlichting aan drugsgebruikers
en alcoholgebruikers over risico’s bij verkeersdeelname (Strategisch Plan Verkeers-
veiligheid 2008-2020). Ook projecten die gefinancierd worden door decentrale over-
heden, dragen bij aan het realiseren van de beleidsdoelen van het ministerie.
4. De in het activiteitenplan genoemde resultaten sluiten goed aan op de ver-
antwoording
De subsidieregeling beschrijft helder aan welke vereisten de subsidieaanvraag en ver-
antwoording moeten voldoen. Aan de invulling van het activiteitenplan en -verslag
zijn echter geen expliciete eisen gesteld. Zowel het plan als verslag stelt TeamAlert
naar eigen format en inzicht op.
We hebben geconstateerd dat de in het activiteitenplan opgenomen projecten, activi-
teiten en doelstellingen, een-op-een terug komen in de verantwoording. Een enkele
keer is een project niet (volledig) uitgevoerd of zijn de doelstellingen niet behaald. In
de verantwoording is dit met een onderbouwing toegelicht.
5. De inspanningen gericht op het stimuleren van jongeren bij beleidsontwik-
keling zijn beperkt.
De activiteiten van TeamAlert zijn voornamelijk gericht op het creëren van bewust-
wording bij jongeren. In beperkte mate zijn activiteiten gericht op het versterken van
de participatie van jongeren bij beleidsontwikkeling. Inmiddels heeft TeamAlert een
jongerenpanel opgezet en doet zij steeds meer onderzoek onder jongeren, bijvoor-
beeld ten aanzien van trends en gedragspatronen. Met de resultaten van het jonge-
renpanel en de onderzoeken, gaat TeamAlert in overleg met diverse overheden en
benadert zij de media. Dit met als doel een steeds grotere bijdrage te gaan leveren
aan de beleidsontwikkeling.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 19
4 Doeltreffendheid en doelmatigheid
4.1 Verantwoording
De doeltreffendheid van de subsidie is beoordeeld aan de hand van de activiteiten uit het
activiteitenplan 2016. De beoordeling van 2016 geeft een overeenkomstig beeld als de
eerdere jaren. Op hoofdlijnen hebben we namelijk geconstateerd dat de inhoud van het
activiteitenplan over de jaren heen heel vergelijkbaar is.
Voor de beoordeling van de doeltreffendheid zijn we voor iedere activiteit uit het activi-
teitenplan nagegaan:
Of, en zo ja, hoe is deze activiteit uitgevoerd?
Welk resultaat heeft deze activiteit opgeleverd (output)?
Welke effect dit resultaat (direct of indirect) heeft geleverd aan een van de subsidie-
doelstellingen (outcome)?
Op basis van deze verantwoording geven we inzicht in de doeltreffendheid van de subsi-
dieregeling. We doen dit op het niveau van de onderdelen uit het subsidieprogramma (zie
paragraaf 4.2). Voor de beoordeling per activiteit verwijzen wij naar bijlage V.
De doelmatigheid hebben we beoordeeld door de outcome te relateren aan de ontvangen
subsidie. Op basis van de gesprekken met TeamAlert, IenW en onze expertise doen we
hierover een uitspraak (zie paragraaf 4.3). Ook dit doen we op het niveau van het pro-
gramma.
We geven geen inzicht in het effect van de subsidie op de beleidsdoelstelling van het
ministerie van IenM. Dan zouden we namelijk beleidsevaluaties moeten doen en ook an-
dere (externe) factoren moeten meenemen die van invloed zijn op verkeersveilig gedrag.
Kwaliteit beschikbare informatie
We geven in dit hoofdstuk inzicht in de doeltreffendheid van de subsidieregeling op basis
van de beschikbare informatie uit het activiteitenverslag 2016, aangeleverde documenten
of uit interviews met medewerkers. Soms was bepaalde informatie niet beschikbaar.
Waar dat mogelijk is hebben we dit – in afstemming van TeamAlert en IenW – geïnter-
preteerd. In enkele gevallen bleek het niet mogelijk een oordeel over de doeltreffendheid
(en daarmee ook de doelmatigheid) te geven omdat hiervoor onvoldoende informatie op
het moment van het onderzoek beschikbaar was. Waar dit zich voor deed hebben we dat
aangegeven.
20 Sira Consulting B.V.
4.2 Doeltreffendheid
4.2.1 Project Witte Waas
Met het project Witte Waas zet TeamAlert zich in om jongeren bewust te maken van de
gevaren van drugs (in combinatie met alcohol) in het verkeer. Hiertoe gaan voorlichtings-
medewerkers van TeamAlert actief in gesprek met festivalbezoekers en worden jongeren
bereikte via overige (online) communicatiekanalen. Het project bestaat uit 13 activiteiten.
Een deel is gericht op het creëren van randvoorwaarden om het project zo goed mogelijk
uit te voeren. Onder meer door de aanschaf van materialen, doen van onderzoek, trainen
van medewerkers en het ontwikkelen van nieuwe communicatiemiddelen met betrekking
tot kennisoverdracht. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerkelijk bereiken van
de doelgroep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ 30 uitvoeringen gefinancierd door IenW en 15 uitvoeringen gefinancierd door decen-
trale overheden.
▪ Met de uitvoeringen zijn 76.127 jongeren een-op-een bereikt (58.528 jongeren via
financiering door het ministerie van IenW en 17.599 jongeren via financiering door
decentrale overheden).
▪ Een bereik van 2.630.331 jongeren via (online) communicatiekanalen, zoals de Face-
bookpagina van TeamAlert, Facebookadvertenties en Instagram.
▪ Een bereik van 317.595 jongeren via 20 publicaties in on- en offline media. Daar-
naast zijn 151.000 jongeren bereikt via het BNN-programma ‘Spuiten en Slikken’.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van rijden onder invloed. Met de financiering van IenW zijn 2,8% méér jongeren een-
op-een bereikt (58.528) in vergelijking met de doelstelling (57.000).
De doelstelling om 50 keer benoemd te worden op websites, weblogs en in lokale, regio-
nale en landelijke media is niet volledig gerealiseerd. TeamAlert had verwacht dat in 2016
de speekseltest ingevoerd zou worden, door het niet doorgaan hiervan heeft een ingecal-
culeerd persmoment niet plaatsgevonden. In totaal is TeamAlert 20 keer genoemd. Daar-
naast is het TeamAlert niet gelukt om informatie met betrekking tot de wetswijziging te
implementeren in het project. Reden hiervoor is het niet doorgaan van de wetswijziging
rondom de speekseltest.
De doeltreffendheid van het project Witte Waas beoordelen wij als goed. De outcome van het project
levert direct een bijdrage aan het creëren van bewustwording bij jongeren. Op basis van het user
experience onderzoek, blijkt dat jongeren het project een goede manier vinden om hun bewust te
maken van hun eigen gedrag in het verkeer. Tevens staan de jongeren positief tegenover zowel het
project, als de voorlichtingsmedewerkers.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van Witte Waas én de resultaten van het user experience onderzoek strategischer in te zetten
in de dialoog met overheden.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 21
4.2.2 Project Bob
Het doel van de Bob-projecten is om de Bob en zijn vrienden in het uitgaansleven bewust
te maken van de gevaren van alcohol in het verkeer. Voorlichtingsmedewerkers van
TeamAlert gaan tijdens de Bob-projecten in gesprek met discotheek- en festivalbezoe-
kers, waarbij zowel de bestuurders als bijrijders zijn betrokken. Daarnaast worden jon-
geren bereikt via verschillende (online) communicatiekanalen. Het project bestaat uit
acht activiteiten. Een deel is gericht op het creëren van randvoorwaarden om het project
zo goed mogelijk uit te voeren. Onder meer door de aanschaf van materialen en gadgets,
doen van onderzoek, trainen van medewerkers en de afstemming van de uitvoeringen
met Veilig Verkeer Nederland. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerkelijk be-
reiken van de doelgroep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ Bobtival is 15 keer ingezet en BobZone is zes keer ingezet.
▪ Met de uitvoeringen zijn 7.174 jongeren bereikt (circa 342 jongeren per uitvoering).
▪ Een bereik van 620.764 jongeren via verschillende (online) communicatiekanalen.
▪ Een bereik van 125.000 jongeren via een winactie op social media.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van alcohol in het verkeer. Alle acht vooraf voorgenomen activiteiten zijn conform
het activiteitenplan uitgevoerd. Het bereik van het aantal jongeren is dan ook groter dan
verwacht door TeamAlert.
De doeltreffendheid van het project Bob beoordelen wij als goed. De outcome van het project levert
direct een bijdrage aan het creëren van bewustwording bij jongeren. Dat dit effect heeft blijkt onder
meer uit het user experience onderzoek en het onderzoek naar de effectiviteit van het principe positief
belonen onder jongeren, waarbij jongeren aangeven zich beter te gedragen in het verkeer.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van de Bob campagne én de resultaten van het user experience onderzoek strategischer in te
zetten in de dialoog met overheden.
Bij het onderzoek naar de effectiviteit van het principe positief belonen onder jongeren is niet duidelijk
hoeveel jongeren betrokken zijn. Ten behoeve van de betrouwbaarheid en een betere onderbouwing
van de onderzoeksresultaten, bevelen wij aan om in de inhoudelijke rapportage dergelijke cijfers wel
op te nemen.
22 Sira Consulting B.V.
4.2.3 Project StreetTalk
Het doel van StreetTalk is om jongeren in de leeftijd van 16 tot en met 24 jaar op ver-
scheidene plaatsen bewust te maken van de gevaren van risicogedragingen en hun eigen
verantwoordelijkheden in het verkeer. Voorlichtingsmedewerkers van TeamAlert gaan
met groepen jongeren in gesprek over verschillende thema’s met betrekking tot verkeers-
veiligheid, zoals alcohol in het verkeer, geringe rijvaardigheid van beginnende bestuur-
ders en asociaal verkeersgedrag. Daarnaast worden jongeren bereikt via verschillende
(online) communicatiekanalen. Het project bestaat uit negen activiteiten. Een deel is ge-
richt op het creëren van randvoorwaarden om het project zo goed mogelijk uit te voeren.
Onder meer door de aanschaf van materialen, doen van onderzoek en het trainen van
medewerkers. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerkelijk bereiken van de doel-
groep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ 43 uitvoeringen op locatie.
▪ Met de 43 uitvoeringen zijn 13.550 jongeren bereikt (circa 315 jongeren per uitvoe-
ring).
▪ Een bereik van 81.627 jongeren via verschillende (online) communicatiekanalen.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van verschillende gedragingen in het verkeer. Alle negen activiteiten zijn conform het
activiteitenplan uitgevoerd. Het bereik van het aantal jongeren via (online) communica-
tiekanalen is groter dan verwacht.
De doeltreffendheid van het project StreetTalk beoordelen wij als goed. De outcome van het project
levert direct een bijdrage aan het creëren van bewustwording bij jongeren. De kwaliteit van het project
is verbeterd door de toevoeging van een ervaringselement in de vorm van een Virtual Reality bril. Dat
dit effect heeft blijkt onder meer uit het user experience onderzoek; jongeren waarderen zowel het
project StreetTalk, als de voorlichtingsmedewerkers als positief. Ook het uitgevoerde onderzoek naar
gedragsbeïnvloedings-mechanisme draagt bij aan de bewustwording van verschillende risicogedragin-
gen in het verkeer.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van StreetTalk én de resultaten van het user experience onderzoek strategischer in te zetten in
de dialoog met overheden.
De financiering van IenW is voornamelijk bedoeld voor de ontwikkeling van het project, terwijl de
uitvoering vaak door decentrale overheden wordt gefinancierd. Om beter inzicht te geven in het totale
bereik en daarmee een inschatting van het effect te maken, bevelen wij aan om in het activiteitenplan
meer inzicht te geven in het beoogde bereik van jongeren op locatie. Op dit moment is alleen een
doelstelling opgenomen voor het bereik van jongeren via (online)communicatiekanalen.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 23
4.2.4 Project FietsAlert
Het doel van FietsAlert is om jongeren in de leeftijd van 12 tot en met 24 jaar bewust te
maken van hun kwetsbare positie op de fiets. Voorlichtingsmedewerkers van TeamAlert
gaan in gesprek met jongeren over hun gewoontes op de fiets. Daarnaast worden jonge-
ren bereikt via verschillende (online) communicatiekanalen. Het project bestaat uit zeven
activiteiten. Een deel is gericht op het creëren van randvoorwaarden om het project zo
goed mogelijk uit te voeren. Onder meer door de aanschaf van vervangende materialen,
monitoren van trends en ontwikkelingen op het gebied van social media, doen van on-
derzoek en het trainen van medewerkers. Andere activiteiten zijn gericht op het daad-
werkelijk bereiken van de doelgroep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ 45 uitvoeringen op locatie.
▪ Met de 45 uitvoeringen zijn 12.008 jongeren bereikt (circa 269 jongeren per uitvoe-
ring).
▪ Een bereik van 12.193 jongeren via verschillende (online) communicatiekanalen.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van verschillende gedragingen in het verkeer. Alle zeven activiteiten zijn conform het
activiteitenplan uitgevoerd. Het daadwerkelijke bereik van het aantal jongeren via (on-
line) communicatiekanalen (12.193) blijft iets achter in vergelijking tot de doelstelling
(15.000). Aan de andere kant heeft de inzet van influencer marketing ervoor gezorgd dat
de boodschap online verspreid is onder de doelgroep. In totaal is er 568.825 keer een
jongere bereikt met de boodschap van FietsAlert.
De doeltreffendheid van het project FietsAlert beoordelen wij als goed. De outcome van het project
levert direct een bijdrage aan het creëren van bewustwording bij jongeren. Dat dit effect heeft blijkt
onder meer uit het user experience onderzoek; jongeren waarderen zowel het project FietsAlert, als
de voorlichtingsmedewerkers als positief.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van FietsAlert én de resultaten van het user experience onderzoek strategischer in te zetten in
de dialoog met overheden.
De financiering van IenW is voornamelijk bedoeld voor de ontwikkeling van het project, terwijl de
uitvoering vaak door decentrale overheden wordt gefinancierd. Om beter inzicht te geven in het totale
bereik en daarmee een inschatting van het effect te maken, bevelen wij aan om in het activiteitenplan
meer inzicht te geven in het beoogde bereik van jongeren op locatie. Op dit moment is alleen een
doelstelling opgenomen voor het bereik van jongeren via (online)communicatiekanalen.
24 Sira Consulting B.V.
4.2.5 Project @TheWheel
Het doel van @TheWheel is om jongeren bewust te maken van het smartphonegebruik
in het verkeer. Voorlichtingsmedewerkers van TeamAlert gaan in gesprek met begin-
nende bestuurders in de leeftijd van 18 tot en met 24 jaar en trachten een sociale norm
te creëren waarbij het niet acceptabel is om de mobiele telefoon te gebruiken gedurende
het autorijden. Daarnaast worden jongeren bereikt via verschillende (online) communi-
catiekanalen. Het project bestaat uit 6 activiteiten. Een deel is gericht op het creëren van
randvoorwaarden om het project zo goed mogelijk uit te voeren. Onder meer door de
aanschaf van vervangende materialen, doen van onderzoek en het trainen van medewer-
kers. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerkelijk bereiken van de doelgroep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ 23 uitvoeringen op locatie.
▪ Met de 23 uitvoeringen zijn 2.221 jongeren bereikt (circa 185 jongeren per uitvoe-
ring).
▪ Een bereik van 237.745 jongeren via verschillende online communicatiekanalen.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van verschillende gedragingen in het verkeer. Alle zes activiteiten zijn conform het
activiteitenplan uitgevoerd. Het daadwerkelijke bereik van het aantal jongeren via online
communicatiekanalen is hoger dan vooraf verwacht. De inzet van influencer marketing is
een voor jongeren aansprekende manier om via social media in aanraking te komen met
de boodschap. Via Facebook(advertisement) en video’s op YouTube is het totaal aantal
views 379.096.
De doeltreffendheid van het project @TheWheel beoordelen wij als goed. De outcome van het project
levert direct een bijdrage aan het creëren van bewustwording bij jongeren. Dat dit effect heeft blijkt
onder meer uit het user experience onderzoek; jongeren waarderen zowel het project @TheWheel, als
de voorlichtingsmedewerkers als positief.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van @TheWheel én de resultaten van het user experience onderzoek strategischer in te zetten
in de dialoog met overheden.
De financiering van IenW is voornamelijk bedoeld voor de ontwikkeling van het project, terwijl de
uitvoering vaak door decentrale overheden wordt gefinancierd. Om beter inzicht te geven in het totale
bereik en daarmee een inschatting van het effect te maken, bevelen wij aan om in het activiteitenplan
meer inzicht te geven in het beoogde bereik van jongeren op locatie. Op dit moment is alleen een
doelstelling opgenomen voor het bereik van jongeren via (online)communicatiekanalen.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 25
4.2.6 Project FietsFix
Het doel van FietsFix is om jongeren in de leeftijd van 18 tot en met 24 jaar bewust te
maken van de gevaren van onveilig fietsen in het verkeer. Tijdens de introductieperiode
van universiteiten en hogescholen kunnen studenten hun fiets laten checken aan de hand
van een checklist, voeren samen met voorlichtingsmedewerkers van TeamAlert kleine
reparaties uit en wordt een quiz georganiseerd. Doel is het creëren van een nieuwe norm
onder jongeren, waarbij het vanzelfsprekend is dat een fiets technisch veilig dient te zijn.
Daarnaast worden jongeren bereikt via een onlinecampagne. Het project bestaat uit tien
activiteiten. Een deel is gericht op het creëren van randvoorwaarden om het project zo
goed mogelijk uit te voeren. Onder meer door de aanschaf van nieuwe materialen en
gadgets, het trainen van medewerkers en het onderzoeken van mogelijkheden voor sa-
menwerking met andere organisaties. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerke-
lijk bereiken van de doelgroep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ 11 uitvoeringen op locatie.
▪ Met de 11 uitvoeringen zijn 2.666 jongeren bereikt (circa 242 jongeren per uitvoe-
ring), waarvan 1.266 jongeren zijn bereikt door de financiering door IenM.
▪ Een bereik van 142.336 jongeren via Facebookadvertenties.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van onveilig fietsen in het verkeer. Alle activiteiten zijn conform het activiteitenplan
uitgevoerd. Het bereik van jongeren via lokale, regionale en landelijke media heeft niet
het gewenste resultaat opgeleverd. Door het monitoren van de voortgang hiervan heeft
TeamAlert extra in een onlinecampagne geïnvesteerd om zo wel de doelgroep te bereiken.
De doeltreffendheid van het project FietsFix beoordelen wij als goed. De outcome van het project levert
direct een bijdrage aan het creëren van bewustwording bij jongeren. Dat dit effect heeft blijkt onder
meer uit het user experience onderzoek; jongeren waarderen zowel het project FietsFix, als de voor-
lichtingsmedewerkers als positief.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van FietsFix én de resultaten van het user experience onderzoek strategischer in te zetten in de
dialoog met overheden.
De financiering van IenW is voornamelijk bedoeld voor de ontwikkeling van het project, terwijl de
uitvoering vaak door decentrale overheden wordt gefinancierd. Om beter inzicht te geven in het totale
bereik en daarmee een inschatting van het effect te maken, bevelen wij aan om in het activiteitenplan
meer inzicht te geven in het beoogde bereik van jongeren op locatie. Op dit moment is alleen een
doelstelling opgenomen voor het bereik van jongeren via (online)communicatiekanalen.
26 Sira Consulting B.V.
4.2.7 Project Scooter Elite
Het doel van Scooter Elite is om jongeren in de leeftijd van 15 tot en met 20 jaar bewust
te maken van hun kwetsbare positie in het verkeer bij het vertonen van risicovol en
asociaal gedrag op de scooter, brommer of snorfiets. Op een scootersimulator kunnen
jongeren bewijzen dat ze goede rijvaardigheden hebben en gevaren herkennen. Naast
projecten op locatie wordt de boodschap ook online verspreid via een communicatiecam-
pagne. Het project bestaat uit vijf activiteiten. Een deel is gericht op het creëren van
randvoorwaarden om het project zo goed mogelijk uit te voeren. Onder meer door de
aanschaf van nieuwe materialen en gadgets, het trainen van medewerkers en het uitvoe-
ren van onderzoek. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerkelijk bereiken van de
doelgroep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ 15 uitvoeringen op locatie.
▪ Met de 15 uitvoeringen zijn 2.690 jongeren bereikt (circa 179 jongeren per uitvoe-
ring).
▪ Een bereik van 48.909 via een online mediacampagne.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van risicovol en asociaal gedrag op de scooter, brommer of snorfiets. Alle activiteiten
zijn conform het activiteitenplan uitgevoerd. Het bereik van jongeren via een online me-
diacampagne heeft niet het gewenste resultaat opgeleverd. Het doel was om 100.000
keer een jongere te bereiken via een online mediacampagne. Uiteindelijk zijn 48.909
jongeren bereikt. TeamAlert gaat onderzoeken of het relevant blijft om de campagne in
te steken op de specifieke doelgroep scooterrijders, of dat het relevant is om de sociale
norm van veilig scooter rijden ook onder de totale doelgroep te verspreiden.
De doeltreffendheid van het project Scooter Elite beoordelen wij als goed. De outcome van het project
levert een bijdrage aan het creëren van bewustwording onder jongeren, maar dit wordt vooral gerea-
liseerd door het bereik van jongeren op locatie. De effectiviteit van de online mediacampagne is be-
perkt. TeamAlert heeft dit zelf ook geconstateerd en zoekt gericht naar mogelijkheden om dit te
verbeteren.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van Scooter Elite én de resultaten van het user experience onderzoek strategischer in te zetten
in de dialoog met overheden.
De financiering van IenW is voornamelijk bedoeld voor de ontwikkeling van het project, terwijl de
uitvoering vaak door decentrale overheden wordt gefinancierd. Om beter inzicht te geven in het totale
bereik en daarmee een inschatting van het effect te maken, bevelen wij aan om in het activiteitenplan
meer inzicht te geven in het beoogde bereik van jongeren op locatie. Op dit moment is alleen een
doelstelling opgenomen voor het bereik van jongeren via (online)communicatiekanalen.
Wij bevelen aan om in de inhoudelijke rapportage een evenwichtig beeld van de projectresultaten weer
te geven. Naast het gewenste bereik van het aantal jongeren op locatie, blijkt het bereik via een online
mediacampagne tegen te vallen. Dit wordt vermeld, echter niet in de conclusie van het project.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 27
4.2.8 Educatieve projecten
De doelstelling van de educatieve projecten van TeamAlert is leerlingen en studenten
tussen de 12 en 20 jaar te laten nadenken over het verkeer en hun eigen gedrag daarin.
Daarnaast maken de projecten jongeren bewust van hun kwetsbare positie en de risico’s
van gevaarlijk gedrag (zoals bijvoorbeeld afleiding op de fiets door het gebruik van
smartphones) en geeft TeamAlert de leerlingen concrete handelingsalternatieven. Hierbij
wordt zoveel mogelijk rekening gehouden met het puberbrein en de verschillende leer-
stijlen van jongeren. Het project bestaat uit 17 activiteiten. Een deel is gericht op het
creëren van randvoorwaarden om het project zo goed mogelijk uit te voeren. Onder meer
door het ontwikkelen van nieuwe video’s, vernieuwen van projecten en het uitzetten van
campagnes. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerkelijk bereiken van de doel-
groep.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ Twee onlinecampagnes met een bereik van 674.360 jongeren.
▪ 14.719 bezoekers van de TeamAlert website.
▪ 286 uitvoeringen met een bereik van 28.401 jongeren, betaald met subsidies van
decentrale overheden.
Het project heeft concreet bijgedragen aan de bewustwording bij jongeren over de geva-
ren van hun eigen gedrag in het verkeer. Alle activiteiten zijn conform het activiteitenplan
uitgevoerd, behalve het leveren van campagnemateriaal aan vier scholen. Het is niet
duidelijk of deze activiteit is uitgevoerd.
De doeltreffendheid van educatieve projecten beoordelen wij als goed. De outcome van de projecten
levert direct een bijdrage aan het verhogen van de kwaliteit van de educatieve projecten. In de con-
clusie wordt vermeld dat met behulp van campagnes 290.487 jongeren zijn bereikt.
De bijdrage aan de subsidiedoelstelling gericht op beleidsbeïnvloeding kan worden versterkt, door het
effect van projecten, maar ook de resultaten van bijvoorbeeld het user experience onderzoek en de in
2015 uitgevoerde procesevaluatie strategischer in te zetten in de dialoog met overheden.
De financiering van IenW is voornamelijk bedoeld voor de ontwikkeling van de projecten, terwijl de
uitvoering vaak door decentrale overheden wordt gefinancierd. Om beter inzicht te geven in het totale
bereik en daarmee een inschatting van het effect te maken, bevelen wij aan om in het activiteitenplan
meer inzicht te geven in het beoogde bereik van jongeren op locatie. Op dit moment is alleen een
doelstelling opgenomen voor het bereik van jongeren via (online)communicatiekanalen.
28 Sira Consulting B.V.
4.2.9 Project 2toDrive
TeamAlert wil met communicatie over het project 2toDrive zoveel mogelijk jongeren tot
hun achttiende jaar onder begeleiding van een coach rijervaring op laten doen in het
verkeer. TeamAlert bereikt de doelgroep met name online. Deze communicatie verloopt
via de website 2toDrive en via verschillende social mediakanalen zoals Twitter, Facebook
en YouTube. Doel is het creëren van een zo groot mogelijke bekendheid van 2toDrive en
het verstrekken van informatie over 2toDrive onder meer door het bieden van de moge-
lijkheid tot het stellen van vragen over het experiment aan TeamAlert. Het project bestaat
uit zes activiteiten. Een deel is gericht op het creëren van randvoorwaarden om het pro-
ject zo goed mogelijk uit te voeren. Onder meer door het creëren van relevante content
voor het up-to-date houden van de website 2toDrive en het investeren in technisch on-
derhoud. Andere activiteiten zijn gericht op het daadwerkelijk bereiken van de doelgroep
via de website en diverse media.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ 600 vragen van jongeren zijn via de e-mail en de website beantwoord.
▪ 143 publicaties in on- en offline media.
▪ 350.220 websitebezoekers 2toDrive.
▪ Bereik van 290.487 jongeren via verschillende campagnes.
Het project heeft concreet bijgedragen aan het vergroten van de bekendheid van 2toDrive
onder de doelgroep. Alle zes activiteiten zijn conform het activiteitenplan uitgevoerd.
De doeltreffendheid van het project 2toDrive beoordelen wij als goed. De outcome van het project
levert direct een bijdrage aan het vergroten van de bekendheid van 2toDrive onder jongeren.
TeamAlert probeert via verschillende wegen de doelgroep te bereiken, zoals de website van 2toDrive
en publicaties in offline media. Hieraan heeft TeamAlert doelstellingen ten aanzien van het bereik ge-
koppeld. Deze doelstelling ontbreekt voor het bereik van jongeren via online media en campagnes. Wij
bevelen TeamAlert aan om in het activiteitenplan en de inhoudelijke rapportage, per activiteit, een
doelstelling van het bereik op te nemen.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 29
4.2.10 Project Ervaringselement
TeamAlert heeft een ervaringselement ontwikkeld voor verschillende educatieve pro-
jecten en voorlichtingscampagnes, zodat jongeren verkeersveilig gedrag kunnen leren
door middel van praktijkervaringen. Het project is later in het jaar aangevraagd in de
vorm van een aanvullend activiteitenplan. Alle activiteiten zijn gericht op het creëren van
randvoorwaarden om het project zo goed mogelijk uit te voeren. Onder meer door het
onderzoeken van de mogelijkheden om een spel of onderdeel te ontwikkelen met een
ervaringselement, het daadwerkelijk ontwikkelen ervan en het testen van het ervarings-
element onder de doelgroep. Door de combinatie van het starten met het aanvullende
activiteitenplan in september en het inhuren van een externe partij, is het niet mogelijk
geweest om het ervaringselement te testen in 2016 tijdens een project van TeamAlert.
Concreet heeft het project het volgende opgeleverd:
▪ Een 360 graden video, waarbij er een duidelijk verschil ervaren wordt in hoe belang-
rijk fietsverlichting is vanuit het oogpunt van een automobilist.
Het project heeft een ervaringselement gecreëerd dat zowel bij educatieve, als voorlich-
tingsprojecten inzetbaar is. Hiermee draagt het direct bij aan het verbeteren van de kwa-
liteit van de projecten.
De doeltreffendheid van het project Ervaringselement beoordelen wij als goed. De outcome van het
project levert direct een bijdrage aan het verhogen van de kwaliteit van educatieve projecten en
voorlichtingscampagnes, waardoor de kans op geslaagde bewustwording en gedragsverandering on-
der jongeren wordt verhoogd.
30 Sira Consulting B.V.
4.3 Doelmatigheid
Bij het beoordelen van de doelmatigheid gaat het om de vraag of met dezelfde middelen
een hoger rendement was te realiseren. Om dit te beoordelen hebben wij gekeken naar
de projectbegrotingen en realisaties, de uurtarieven, de onderzoeksprogrammering, het
activiteitenverslag, de inhoudelijke rapportage en uitgevoerde projectevaluaties. Voor
alle projecten geldt dat er een heldere relatie is tussen de beoogde en gerealiseerde
activiteiten, doelstellingen en prestaties. Deze heldere relatie komt mede tot stand door-
dat TeamAlert op transparante en herleidbare wijze rapporteert over haar projecten en
activiteiten. Tevens monitort en evalueert TeamAlert haar projecten met als doel de kwa-
liteit en effectiviteit steeds te verbeteren.
De bijdrage van de activiteiten, doelstellingen en prestaties aan de subsidiedoelstellingen
zijn echter niet duidelijk verwoord in het activiteitenplan en de inhoudelijke rapportage.
Concreet betekent dit dat niet duidelijk is aangegeven wanneer een bijdrage wordt gele-
verd aan de subsidiedoelstellingen ‘bewustwording’ en ‘beleidsontwikkeling’. Het expliciet
verwoorden hiervan heeft een positief effect op de transparantie.
Onderstaand is per project de mate van doelmatigheid toegelicht.
Figuur 4. Overzicht verdeling subsidie naar projecten
4.3.1 Project Witte Waas
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 180.273 subsidie. Dit is 26% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitplan zijn gerealiseerd en bovendien meer jongeren een-op-een
zijn bereikt dan beoogd (+2,8%). Er is sprake van een beperkte budgetoverschrijding
(+0,9%).
4.3.2 Project Bob
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 57.997 subsidie. Dit is 8% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd en meer jongeren een-op-een zijn be-
reikt dan beoogd. Naast het een-op-een aanspreken van jongeren heeft TeamAlert
€ -
€ 50.000
€ 100.000
€ 150.000
€ 200.000
€ 250.000
Subsidie 2014 Subsidie 2015 Subsidie 2016
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 31
620.764 keer een jongere bereikt via verschillende (online) communicatiekanalen. Dit
terwijl de doelstelling 40.000 jongeren bedroeg.
Het bestede budget is een fractie lager dan het aangevraagde budget (-0,5%).
4.3.3 Project StreetTalk
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 67.670 subsidie. Dit is 10% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd. Naast het een-op-een aanspreken van
jongeren heeft TeamAlert 81.627 keer een jongere bereikt via verschillende (online) com-
municatiekanalen. Dit terwijl de doelstelling minimaal 20.000 jongeren bedroeg.
Het aangevraagde en bestede budget komen met elkaar overeen.
4.3.4 Project FietsAlert
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 42.714 subsidie. Dit is 6% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd. Naast het een-op-een aanspreken van
jongeren heeft TeamAlert Instagramadvertenties ingezet met behulp van het principe van
‘influencer marketing’. Bij deze vorm van marketing richt de communicatie zich op een
specifiek en invloedrijk deel van de doelgroep.
Het bestede budget is een iets hoger dan het aangevraagde budget (+1,9%).
4.3.5 Project @TheWheel
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 42.513 subsidie. Dit is 6% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd. Naast het een-op-een aanspreken van
jongeren heeft TeamAlert een communicatiecampagne opgezet, waarbij gebruik is ge-
maakt van het principe van ‘influencer marketing’. Bij deze vorm van marketing richt de
communicatie zich op een specifiek en invloedrijk deel van de doelgroep. @TheWheel
sluit tevens aan bij de landelijke campagne van het ministerie tegen het gebruik van
social media in het verkeer.
Het bestede budget is een iets hoger dan het aangevraagde budget (+1%).
4.3.6 Project FietsFix
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 51.388 subsidie. Dit is 8% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat nagenoeg
alle doelstellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd. Het bereik van jongeren via
lokale, regionale en landelijke media heeft niet het gewenste resultaat opgeleverd. Door
het monitoren van de voortgang hiervan heeft TeamAlert extra in een onlinecampagne
geïnvesteerd om zo wel de doelgroep te bereiken.
Het aangevraagde en bestede budget komen met elkaar overeen.
4.3.7 Project Scooter Elite
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 43.137 subsidie. Dit is 6% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd. TeamAlert heeft geconstateerd dat het
online bereik van jongeren achterblijft bij de doelstelling (-50%). TeamAlert zoekt gericht
naar mogelijkheden om dit te verbeteren.
Het aangevraagde en bestede budget komen nagenoeg met elkaar overeen.
32 Sira Consulting B.V.
4.3.8 Educatieve projecten
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 126.113 subsidie. Dit is 18% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd. Naast het een-op-een aanspreken van
jongeren heeft TeamAlert 674.360 keer een jongere bereikt via verschillende (online)
communicatiekanalen. Dit terwijl de doelstelling 150.000 jongeren bedroeg. Op basis van
aanbevelingen uit 2015 heeft TeamAlert diverse projectonderdelen, zoals LaMaZien en
RoadTrip, verder ontwikkelt. Zowel scholen, leerlingen als decentrale overheden waarde-
ren deze beide projecten als hoog.
Het aangevraagde en bestede budget komen met elkaar overeen.
4.3.9 Project 2toDrive
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 63.996 subsidie. Dit is 9% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd en meer jongeren zijn bereikt dan be-
oogd. Zo is de website van 2toDrive meer dan 350.000 keer bezocht (doelstelling was
240.000 bezoekers), zijn meer dan 290.000 jongeren bereikt via verschillende campag-
nes (doelstellingen niet duidelijk) en is 2toDrive 143 keer vermeld in on- en offline media
(doelstelling was 25 keer).
Het aangevraagde en bestede budget komen met elkaar overeen.
4.3.10 Project Ervaringselement
Voor dit project ontving TeamAlert in 2016 € 7.189 subsidie. Dit is 1% van de totale
subsidie. De doelmatigheid van deze subsidieactiviteit lijkt goed te zijn, omdat alle doel-
stellingen uit het activiteitenplan zijn gerealiseerd. Het testen van het ervaringselement
onder de doelgroep is niet gerealiseerd, maar is in 2017 geïntegreerd in de uitvoeringen
van TeamAlert. Voor dit onderdeel is in 2016 dan ook geen subsidie ontvangen.
Het aangevraagde en bestede budget komen met elkaar overeen.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 33
5 Het subsidieproces
5.1 Van aanvraag tot vaststelling
Het subsidieproces kent een jaarlijkse cyclus. In de subsidieregeling zijn uiterlijke tijd-
stippen gesteld waaraan TeamAlert en de minister van IenW zijn gebonden. In de onder-
staande figuur wordt dit proces kort toegelicht en vervolgens in meer detail beschreven.
Figuur 5. Proces subsidieaanvraag en verantwoording
Aanvraag: subsidieontvanger
Voor de definitieve subsidieaanvraag stelt TeamAlert een activiteitenplan, een overzicht
van de projecten en producten met tijdsbesteding en geraamde (externe) kosten, een
begroting en een liquiditeitsbehoefte op. Daarnaast laat zij een rapport met feitelijke
bevindingen over de voorgestelde uurtarieven door een accountant [Subsidieregeling TA,
2015].
De ontwikkeling van het activiteitenplan start bij het management dat de grote lijn uitzet.
Het management vraagt vervolgens om input van de projectleiders en de gedragsonder-
zoekers. De gedragsonderzoekers leveren de wetenschappelijke basis voor het project
(het toepassen van bijvoorbeeld positief belonen). De projectleiders leveren informatie
over de planning en de gewenste resultaten. De input wordt verwerkt in een activiteiten-
plan en voorzien van een visuele weergave.
Volgens de subsidieregeling wordt het activiteitenplan, voordat het officieel wordt gepre-
senteerd aan het ministerie op 1 oktober, op drie verschillende momenten afgestemd:
▪ Op 1 juli verzendt TeamAlert het zogenaamd mini-conceptactiviteitenplan. Dit is een
grove schets van de doelstellingen van TeamAlert van maximaal een A4, waarin de
thema’s staan rondom welke TeamAlert zijn activiteitenplan wil organiseren.
▪ Op 1 september verzendt TeamAlert het conceptactiviteitenplan, dit betreft een na-
dere uitwerking van de thema’s zoals omschreven in het mini-conceptactiviteitenplan
(specifieke activiteiten, uren, externe kosten, planning).
▪ Op 1 oktober stuurt TeamAlert het definitieve activiteitenplan, de begroting, het rap-
port feitelijke bevindingen, de liquiditeitsbehoefte en de begeleidende brief.
In tegenstelling tot wat in de subsidieregeling is opgenomen [Subsidieregeling TA, 2015],
wordt de stap van het op 1 september verzenden van het conceptactiviteitenplan over-
geslagen. In de praktijk wordt op 1 oktober het conceptactiviteitenplan verzonden. Deze
versie is voor circa 95% gereed. Uiterlijk 8 november wordt het definitieve activiteiten-
plan verstuurd.
Subsidieontvanger:
1. Activiteitenplan en
-overzicht opstellen
2. Begroting opstellen
3. Accountantsverklar-
ing uurtarieven
laten opstellen
4. Liquiditeitsprog-
nose opstellen
Subsidieverstrekker:
1. Beoordeling van de
aanvraag
2. Beschikking tot
verlening opstellen
met afspraken over
de prestatie, het
toegekende
subsidiebedrag en
bevoorschotting
uitvoering
Subsidie-
verstrekker:
1. Meldplicht
2. Voortgangs-
overleggen
Subsidieontvanger:
1. Opstellen
inhoudelijke en
financiële
verantwoording
2. Accountantsverklar-
ing jaarrekening en
naleving
verplichtingen laten
opstellen
3. Aanvraag tot
vaststelling doen
Subsidieverstrekker:
1. Beoordeling van de
verantwoording
2. Eventueel
steekproefsgewijze
controle (schriftelijk
of ter plekke)
3. Beschikking tot
vaststelling
vaststelling
Subsidie-
verstrekker:
1. Voortgangs-
overleggen
aanvraag
34 Sira Consulting B.V.
Aanvraag: subsidieverlener
De aanvraag tot subsidieverlening en bijbehorende documenten worden aan de hand van
de Subsidieregeling TeamAlert 2015 beoordeeld door de accounthouder voor TeamAlert,
de juridisch adviseur en de financiële afdeling. Het ministerie heeft dertien weken tijd om
de beschikking tot subsidieverlening op te stellen.
Bij de definitieve beoordeling wordt naast de beoordeling van het activiteitenplan ook
getoetst of sprake is van een economische activiteit en of andere inkomsten en cofinan-
ciering zijn vermeld. Globaal wordt beoordeeld of sprake is van proportionele (externe)
kosten. Vervolgens wordt de subsidiebeschikking opgesteld door een medewerker van de
financiële afdeling. Na ondertekening door de beoordelaars, afdelingshoofd, directeur en
DG wordt deze verstuurd naar TeamAlert en in de interne systemen verwerkt.
Uitvoering: subsidieontvanger en -verlener
Tijdens het subsidiejaar wordt 95% van de toegezegde subsidie uitgekeerd als voorschot.
De uitkering van de subsidievoorschotten vindt plaats per kwartaal. Daarnaast vindt in
het voorjaar en in het najaar een overleg over de voorgang van het activiteitenpro-
gramma plaats tussen het ministerie van IenW en TeamAlert.
Ook is TeamAlert verplicht om tijdens het subsidiejaar melding te maken van afwijkingen
van het activiteitenprogramma, budgetoverschrijdingen van meer dan 10%, onderbeste-
dingen of politiekgevoelige activiteiten (zie bijlage VI). In 2015 en 2016 heeft TeamAlert
twee keer melding gemaakt van een (verwachte) kostenoverschrijding van meer dan
10%.
In het 3e kwartaal van het subsidiejaar wordt de loon- en prijscompensatie vastgesteld.
Hoewel de minister volgens artikel 9 van de Subsidieregeling TeamAlert 2015 niet ver-
plicht is compensatie te verlenen, is deze in de periode 2014 - 2016 jaarlijks verleend.
Bevindingen
▪ Bij de totstandkoming van het definitieve activiteitenplan heeft TeamAlert regelmatig overleg met
het ministerie van IenM. Doordat de samenwerking goed is en de lijnen kort zijn, weten beide
organisaties elkaar snel te vinden. Feedback van de organisaties wordt op een constructieve en
adequate wijze verwerkt.
▪ TeamAlert bespreekt de voortgang van de projecten een keer per kwartaal. De resultaten van dit
overleg worden niet vastgelegd. Om de leereffecten tijdens de projecten inzichtelijk te maken,
bevelen wij aan om de resultaten te documenteren en als onderlegger te gebruiken bij de perio-
dieke monitoring en verbetering van de projecten.
▪ De activiteiten van TeamAlert zijn voornamelijk gericht op het creëren van bewustwording bij
jongeren en in mindere mate op de beleidsbeïnvloeding van overheden. Met betrekking tot de
beleidsbeïnvloeding gelden de volgende aandachtspunten:
o TeamAlert dient explicieter duidelijk te maken wat haar doelstellingen, activiteiten en pres-
taties zijn ten aanzien van beleidsontwikkeling. Hierdoor kan de subsidie verder worden ge-
optimaliseerd.
o De activiteiten rondom beleidsbeïnvloeding worden voornamelijk uitgevoerd door de direc-
teur/bestuurder van TeamAlert. De directeur/bestuurder heeft ook het netwerk om dit te
doen. TeamAlert heeft dit risico geconstateerd en is op dit moment bezig om het netwerk
intern beter te verdelen, zodat het minder afhankelijk wordt van een enkel persoon (risico-
spreiding).
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 35
Vaststelling: subsidieontvanger
Om de subsidie te laten vaststellen is TeamAlert ieder jaar verplicht tot het doen van een
aanvraag tot subsidievaststelling. Hiervoor stelt TeamAlert een activiteitenverslag, een
financieel verslag en geeft zij een overzicht van de stand van zaken van de projecten en
producten. Tevens laat zij twee accountantsverklaringen opstellen over de getrouwheid
van het financieel verslag en over de mate van naleving van de subsidieverplichtingen.
De documenten worden met een begeleidende brief van de directeur voor 1 juli naar het
ministerie van IenW gestuurd ter beoordeling.
Vaststelling: subsidieverlener
Na ontvangst van de aanvraag tot vaststelling heeft de minister 22 weken de tijd om de
subsidie vast te stellen. De aanvraag tot subsidievaststelling en bijbehorende documen-
ten worden eveneens beoordeeld door de accounthouder van TeamAlert, een juridisch
adviseur en een medewerker van de financiële afdeling van het ministerie van IenM.
Hierbij wordt nagegaan of de afgesproken projecten conform de Subsidieregeling Team-
Alert 2015 zijn uitgevoerd. Vervolgens besluit het ministerie over te gaan tot subsidie-
verlening, waarna de subsidievaststellingsbeschikking wordt opgesteld door een
medewerker van de financiële afdeling. Na ondertekening door de beoordelaars, afde-
lingshoofd, directeur en DG wordt deze verstuurd naar TeamAlert en in de interne sys-
temen verwerkt.
Bevindingen
▪ De verantwoording in de inhoudelijke rapportage sluit goed aan bij het activiteitenplan. TeamAlert
laat navolgbaar zien wat de doelstellingen, activiteiten en prestaties zijn geweest en welke uitgaven
(in tijd en uren) hiertegenover staan. Indien een activiteit niet is uitgevoerd, dan geeft TeamAlert
aan (a) waarom de activiteit niet is uitgevoerd en (b) hoe hier in de toekomst mee wordt omge-
gaan.
▪ De inhoudelijke rapportage van TeamAlert is uitgebreid. Deze kan korter en bondiger worden op-
gesteld door bijvoorbeeld projecttoelichting en/of onderbouwingen in te korten. Dit komt de lees-
baarheid ten goede en hierdoor kan de subsidie verder worden geoptimaliseerd.
In de praktijk verloopt het subsidieproces niet lineair. Gedurende de uitvoering van de
activiteiten zoals gesubsidieerd in jaar 2016 werkt TeamAlert aan de subsidieaanvraag
van 2017 en aan de subsidievaststelling van het jaar 2015.
36 Sira Consulting B.V.
5.2 Administratieve lasten
Standaard Kostenmodel (SKM)
Het in kaart brengen van de regeldruk is gedaan via de landelijk vastgestelde methodiek
voor het meten van regeldruk. Met het Standaard Kostenmodel (SKM) is vervolgens de
regeldruk berekend. Met het SKM analyseren we welke verplichtingen de hoogste regel-
druk veroorzaken en welke activiteiten daaraan ten grondslag liggen (interne of externe
kosten). Deze zogenaamde ‘cost drivers’ vormen de aangrijpingspunten voor het identi-
ficeren van verbetervoorstellen.
In het SKM wordt de regeldruk berekend op het niveau van de verplichtingen uit de sub-
sidieregeling. Voor iedere verplichting is in interviews bepaald wat de kosten zijn om
hieraan te voldoen (P). Vervolgens is bepaald hoe vaak de activiteit wordt uitgevoerd (Q).
De vermenigvuldiging van P x Q levert de regeldruk in € per jaar.
Bij de nulmeting zijn de uurtarieven vastgesteld op € 95 voor medewerkers en € 130 voor
het management van TeamAlert. In de éénmeting is uitgegaan van de actuele uurtarieven
van TeamAlert: een uurtarief van € 84 voor medewerkers en van € 118 voor het ma-
nagement. Voor het bepalen van de uitvoeringslasten is aangesloten bij de integrale loon-
kosten (Kosten-plus tarief, excl. btw) uit de Handleiding Overheidstarieven 2017.
Nulmeting 2015
Bij het opstellen van de subsidieregeling van TeamAlert zijn de administratieve lasten van
de Subsidieregeling TeamAlert 2015 door het ministerie van IenW berekend. Uit deze
berekening blijkt dat de totale administratieve lasten jaarlijks € 17.285 bedragen2. Dit is
circa 2,3% van het totale subsidiebedrag [AL TeamAlert, 2015].
Éénmeting
Tijdens de evaluatie van de Subsidieregeling TeamAlert 2015 zijn de administratieve las-
ten opnieuw berekend3 en blijkt dat deze hoger zijn dan tijdens de nulmeting. Ook zijn
de uitvoeringslasten voor het ministerie van IenW bepaald. Uit deze berekening blijkt dat
de jaarlijkse administratieve lasten € 53.4934 en de uitvoeringslasten € 5.573 bedragen.
De lasten per fase zijn weergegeven in figuur 6.
De belangrijkste administratieve lasten ontstaan bij de subsidieaanvraag en bij de ver-
antwoording:
▪ Het indienen van meerdere (concept)activiteitenplannen, inclusief een begroting en
het laten opstellen van een accountantsverklaring over de forfaitaire uurtarieven kost
TeamAlert jaarlijks ca. 180 uur. Vrijwel alle uren worden gemaakt bij het opstellen
van de conceptactiviteitenplannen. De definitieve subsidieaanvraag kost hierdoor re-
latief weinig tijd. De administratieve lasten voor de subsidieaanvraag bedragen in
totaal ruim € 23.000 voor TeamAlert.
▪ Bij de aanvraag tot vaststelling van de subsidie dient TeamAlert een inhoudelijke en
financiële verantwoording en twee accountantsverklaringen in. Circa 200 van de 208
uur wordt hierbij besteed aan de inhoudelijke verantwoording. De administratieve
lasten voor de aanvraag tot vaststelling bedragen in totaal ruim € 26.000 voor Team-
Alert.
2 Hierbij zijn ook 25 uur opgenomen voor medewerking aan de eindevaluatie.
3 Hierbij is geen tijdsbesteding opgenomen voor medewerking aan de eindevaluatie, omdat deze tij-
dens de evaluatie nog niet konden worden vastgesteld.
4 Een aandachtspunt hierbij is dat geen volledige informatie over de accountantskosten is verkregen,
waardoor deels aannames zijn gedaan. De werkelijke accountantskosten kunnen hiervan afwijken.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 37
Figuur 6. Administratieve lasten TeamAlert (AL) en uitvoeringslasten ministerie IenW (UL)
38 Sira Consulting B.V.
6 Conclusies en aanbevelingen
6.1 Conclusies
1. De subsidiedoelstellingen voor TeamAlert dragen herleidbaar bij aan de beleidsdoel-
stellingen van het ministerie van IenM.
De analyse van de beleidsdoelstellingen van IenW gericht op verkeersveiligheid zijn
direct te relateren aan de subsidiedoelstelling van TeamAlert. Ook de missie en doel-
stellingen van TeamAlert zelf sluiten goed aan op de beleidsdoelstellingen. Omdat de
activiteiten van TeamAlert passen in het verkeers- en vervoersbeleid van het minis-
terie is het verantwoord dat IenM, via de subsidieregeling voor TeamAlert, subsidie
verstrekt.
2. In het (subsidie)beleid is een beperkt aantal indicatoren gedefinieerd om de doelma-
tigheid en de doeltreffendheid van het beleid te toetsen.
In het verkeers- en vervoersbeleid is een beperkt aantal beleidsindicatoren aangege-
ven. Wel is een ambitie uitgesproken omtrent het maximaal aantal verkeersdoden en
gewonden in 2020. In de subsidieregeling voor TeamAlert zelf zijn geen indicatoren
opgenomen. Om toch uitspraken te kunnen doen over de doelmatigheid en doeltref-
fendheid zijn indicatoren afgeleid gericht op het verbeteren van de verkeersveiligheid
en is op basis hiervan bepaald in hoeverre deze direct of indirect een bijdrage leveren
aan de subsidiedoelstellingen.
3. De subsidiedoelstelling die betrekking heeft op ‘Versterken van participatie van jon-
geren van 12 tot en met 24 jaar bij beleidsontwikkeling’ is te algemeen geformuleerd.
Het is vanuit de subsidiedoelstelling en het beleid onvoldoende duidelijk wat verwacht
wordt van TeamAlert ten aanzien van de subsidiedoelstelling: ‘het versterken van de
participatie van jongeren bij beleidsontwikkeling.’ Dit resulteert in het feit dat de ge-
subsidieerde activiteiten hoofdzakelijk gericht zijn op het andere subsidiedoel: ‘het
creëren van bewustwording’. Uit de evaluatie is dan ook geen directe relatie zichtbaar
tussen de gesubsidieerde activiteiten en de doelstelling gericht op beleidsontwikke-
ling.
Om toch aan deze doelstelling te voldoen, is TeamAlert in 2017 gestart met bijvoor-
beeld een jongerenpanel om nog meer input te verzamelen, trends- en gedragspatro-
nen te onderzoeken, etc. Resultaten worden mede gebruikt voor de bijdrage aan de
beleidsontwikkeling.
4. De activiteitenverantwoording (gebruikt voor de vaststelling van de subsidie) sluit
goed aan op het activiteitenplan zoals dat bij de aanvraag is ingediend.
TeamAlert rapporteert transparant en navolgbaar over de doelstellingen, activiteiten
en prestaties. Dit doet TeamAlert onder andere door in de inhoudelijke rapportage
aan te geven in hoeverre de beoogde activiteiten zijn uitgevoerd en wat het bereik
onder jongeren is geweest. Ook bij het niet uitvoeren van bepaalde activiteiten, wordt
middels een onderbouwing uitgelegd wat de reden is voor het niet uitvoeren.
Het opstellen van het activiteitenplan en de inhoudelijke rapportage is onderdeel van
de algehele werkwijze van TeamAlert. Dit betekent dat een groot gedeelte van deze
rapportages (en daarmee de werkzaamheden) ook opgesteld zouden worden indien
er geen sprake zou zijn van een subsidieaanvraag- en verantwoording.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 39
5. Alle projecten leveren een directe of indirecte bijdrage aan de subsidiedoelstellingen,
de doeltreffendheid van de individuele projecten beoordelen wij als goed.
TeamAlert is een relatief kleine organisatie, maar heeft een groot bereik onder jon-
geren in de leeftijd van 12 tot en met 24 jaar. De meeste gesubsidieerde activiteiten
leveren een bijdrage aan de subsidiedoelstelling: ‘het creëren van bewustwording’.
Voor wat betreft de gesubsidieerde activiteiten verricht TeamAlert geen economische
activiteiten in concurrentie met derden. De subsidie wordt voornamelijk gebruikt voor
het (door)ontwikkelen van projecten en het creëren van de juiste randvoorwaarden.
De daadwerkelijke projectuitvoeringen worden vervolgens gefinancierd via decentrale
overheden. Deze werkwijze is een bewuste keuze en ook als zodanig afgestemd met
het ministerie van IenM.
Opvallend is dat een beperkt deel van de activiteiten impliciet gerelateerd is aan het
tweede subsidiedoel: ‘het versterken van de participatie van jongeren bij beleidsont-
wikkeling’. Er is dan ook geen directe relatie geconstateerd tussen de gesubsidieerde
activiteiten en dit subsidiedoel (zie ook conclusie 3).
6. De doelmatigheid van de subsidie lijkt goed te zijn.
Bij het beoordelen van de doelmatigheid gaat het om de vraag of met dezelfde mid-
delen een hoger rendement was te realiseren. Op basis van onder andere het activi-
teitenplan en de inhoudelijke rapportage geeft TeamAlert een helder inzicht in
prestatie indicatoren zoals tijdsbestedingen, bereik en projectwaarderingen (zowel op
projectniveau als in totaal). Gemiddeld bereikt TeamAlert anderhalf keer zoveel jon-
geren dan vooraf beoogd en worden de projecten door jongeren en afnemers (zoals
scholen) als positief ervaren. Daarnaast heeft TeamAlert al haar doelstellingen gere-
aliseerd zonder dat er sprake is van budgetoverschrijdingen.
De activiteiten die een bijdrage leveren aan de subsidiedoelstelling ‘beleidsontwikke-
ling’ zijn te optimaliseren door het helder afbakenen van de doelstelling en hier expli-
ciet projecten en activiteiten bij te benoemen.
7. Het beleidsdoel en de subsidiedoelstellingen zouden zonder de subsidie in mindere
mate zijn gerealiseerd.
TeamAlert is een organisatie die zich specifiek richt op jongeren in de leeftijd van 12
tot en met 24 jaar. Specifiek voor deze doelgroep heeft TeamAlert grote invloed op
het blijvend onder de aandacht brengen van verkeersveiligheid bij jongeren. In de
subsidieregeling is het nut van de subsidie als volgt verantwoord “omdat het borgen
van het publieke belang van duurzame verkeersveiligheid voor jongeren een groot
maatschappelijk nut dient en deze organisatie daartoe is ingericht.”
Er zijn een beperkt aantal organisaties die een beperkt aantal onderdelen zouden
kunnen overnemen, maar allemaal met aanzienlijk minder reikwijdte en impact. De
combinatie van (a) de specifieke doelgroep jongeren en (b) het betrekken van de
wetenschap op het gebied van onder andere verkeersveiligheid, gedrag en social me-
dia, zorgt ervoor dat TeamAlert effectief is voor haar doelgroep.
40 Sira Consulting B.V.
8. Het proces van subsidieaanvraag en -verantwoording verloopt in goede harmonie tus-
sen TeamAlert en IenM.
Uit de gesprekken en de verslagen blijkt dat het proces van de subsidieaanvraag pro-
cedureel goed verloopt. De lijnen zijn kort en het contact is prettig. Hierdoor hebben
beide organisaties goed inzicht in elkaars wensen, behoeften en plannen. Dit bespoe-
digt het tijdig vaststellen van het activiteitenplan. Ook de subsidieverantwoording
verloopt transparant. IenW toetst bij de verantwoording vooral op de rechtmatigheid
van de verstrekte subsidie. De diverse accountantscontroles zien toe op de financiële
verantwoording en onderbouwing.
Op onderdelen is het proces van subsidieaanvraag en -verantwoording te optimalise-
ren en de administratieve lasten te verminderen.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 41
6.2 Aanbevelingen
1. Expliciteer de subsidiedoelstellingen en de daarbij behorende beleidsindicatoren om
deze doelstellingen te monitoren en bij te sturen.
De beleidsindicatoren voor het bepalen van de doelmatigheid en doeltreffendheid zijn
voor deze evaluatie afgeleid uit de subsidiedoelstellingen. Om als ministerie gerichter
het beleid te sturen en te evalueren, adviseren wij de subsidiedoelstellingen en daarbij
behorende beleidsindicatoren te expliciteren. De in deze evaluatie gebruikte indicato-
ren kunnen daarbij als leidraad dienen. Wel adviseren wij om ook beleidsindicatoren
te identificeren die gericht zijn op de doorwerking van het beleid.
Om de aansluiting met het vervoers- en verkeersbeleid te waarborgen adviseren wij
bovendien om ook expliciet te maken aan welke beleidsdoelstellingen en -indicatoren,
de subsidiedoelstellingen een bijdrage leveren.
2. Bepaal als ministerie van IenW op welke wijze de doorwerking van de subsidiedoel-
stellingen van TeamAlert verder is te optimaliseren.
Uit de evaluatie blijkt dat de gesubsidieerde activiteiten van TeamAlert vooral gericht
zijn op de subsidiedoelstelling ‘bewustwording’ en in mindere mate op de subsidie-
doelstelling ‘beleidsontwikkeling’. Aangezien het ministerie bepalend is in de (be-
leids)keuzes, adviseren wij haar om gericht na te gaan op welke wijze de doorwerking
van activiteiten van TeamAlert nog verder is te optimaliseren, zodat ook het effect
van de activiteiten gericht op de beleidsontwikkeling wordt vergroot. Het ministerie
kan dit bijvoorbeeld doen door het formuleren van indicatoren, die bij een goede in-
vulling daarvan, bijdragen aan het realiseren van de beleidsdoelstellingen van het
ministerie.
3. Stel als TeamAlert een strategie op om ‘de participatie van jongeren van 12 tot en
met 24 jaar bij beleidsontwikkeling’ te versterken.
Uit de evaluatie blijkt dat er geen directe relatie is tussen de subsidiedoelstelling ‘be-
leidsontwikkeling’ en de gesubsidieerde activiteiten. Om aan deze subsidiedoelstelling
te voldoen, adviseren wij TeamAlert om een strategie hiervoor te ontwikkelen. Team-
Alert heeft op basis van haar netwerk en projectuitvoeringen voldoende onderbouwing
(onder andere door uitgevoerde effectmetingen, user experience onderzoeken en we-
tenschappelijke betrokkenheid) om hier invulling aan te geven.
TeamAlert heeft begin 2017 een jongerenpanel opgezet en verzamelt actief signalen
uit projecten. Dit geeft input voor nadere onderzoek, dat uiteindelijk kan leiden tot
publiciteit. Deze opzet heeft inmiddels geleid tot het identificeren van twee belangrijke
topics, te weten afleiding en drugs in het verkeer.
4. Stel als TeamAlert een strategie op met heldere doelstellingen om de afstemming met
decentrale overheden te faciliteren.
Uit gesprekken met decentrale overheden blijkt dat niet altijd duidelijk is wat de toe-
gevoegde waarde van de projecten van TeamAlert is. Door beter te beargumenteren
wat het speelveld is waarin TeamAlert zich bevindt en wat het effect is van de pro-
jecten (onder andere op basis van effectmetingen en user experience onderzoeken),
kan duidelijker worden aangegeven wat de daadwerkelijke impact is van een project.
42 Sira Consulting B.V.
5. Leg vast aan welke eisen het activiteitenplan en -verantwoording moeten voldoen.
Het activiteitenplan en -verantwoording van TeamAlert voldoet aan de wettelijke ver-
eisten, maar is op dit moment vormvrij. Voor een nog betere afstemming over de
subsidiedoelstellingen adviseren wij dat IenW en TeamAlert eens in de twee jaar ge-
zamenlijk een startnotitie opstellen. Hierin kunnen de wensen, ideeën en verwachtin-
gen van IenW en TeamAlert op elkaar worden afgestemd. Uitgangspunt hierbij zijn
de beleidsindicatoren en daaraan gerelateerde subsidiedoelstellingen. TeamAlert kan
deze vervolgens vertalen naar een activiteitenplan toegespitst op concrete beleids-
en prestatie-indicatoren van het ministerie.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 43
Bijlagen bij rapportage:
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert
I Toetsingskader 44
II Geraadpleegde bronnen 46
III Gesprekspartners 47
IV Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek 48
V Beoordelingstabel 51
VI Subsidieverplichtingen TeamAlert 74
44 Sira Consulting B.V.
I Toetsingskader
Algemeen
1. Met welk doel wordt subsidie aangevraagd en verleend?
2. Wat is de (praktische) betekenis van het in de subsidieregeling omschreven subsi-
diedoel?
3. Wat is het vooraf beoogde effect van de subsidie?
4. Wat is de primaire doelgroep van de organisatie?
5. Hoe is het jaarprogramma tot stand gekomen en welke rol hebben partijen hierin
gehad?
Subsidieaanvraag en -verantwoording
6. Wat zijn de administratieve lasten van de subsidie voor de organisatie (aanvraag en
vaststelling)?
7. Wat zijn de uitvoeringskosten van de subsidie voor het ministerie van IenW (aan-
vraag en vaststelling)?
8. In welke mate is de beschikte subsidie vastgesteld?
9. Is het subsidieplafond gedurende de jaren 2014 tot en met 2017 maximaal bereikt?
10. Hoe is de huidige omvang van de egalisatiereserve tot stand gekomen?
11. Zijn de forfaitaire uurtarieven na de subsidiebeschikking gedurende de jaren 2014
tot en met 2017 gewijzigd? Zo ja, zijn deze verantwoord?
12. Op welke wijze wordt onderscheid gemaakt tussen de subsidie-inkomsten en overige
inkomsten van derden?
13. Welke prestatie-indicatoren zijn afgesproken en in welke mate zijn deze gekwantifi-
ceerd?
14. Zijn er met het ministerie van IenW aanvullende afspraken gemaakt?
Doeltreffendheid
15. Welke activiteiten zijn met behulp van de subsidie uitgevoerd?
16. Wat is het bereik van de uitgevoerde activiteiten?
17. Is de beoogde doelgroep bereikt bij het uitvoeren van de gesubsidieerde activiteiten?
18. Hoe dragen de uitgevoerde activiteiten bij aan het bereiken van het subsidiedoel?
19. Welke externe factoren (positief en negatief) spelen een rol bij het realiseren van het
beoogde effect en hoeveel invloed hebben deze?
20. Zijn er andere mogelijkheden om de doelgroep te bereiken? Zo ja, welke?
21. Zijn er andere mogelijkheden om het subsidiedoel te bereiken? Zo ja, welke?
22. Wordt het effect van de geleverde prestaties gemeten? Zo ja, hoe? Zo nee, wat doet
de organisatie om een optimale doorwerking van de geleverde prestaties te bevor-
deren?
23. In hoeverre is aan de prestatie-indicatoren (zoals opgenomen in de beschikking)
voldaan (zijn er bijvoorbeeld activiteiten niet uitgevoerd)?
24. In hoeverre heeft de subsidie bijgedragen aan het behalen van de doelen en presta-
ties?
25. Zijn er mogelijkheden om het effect van de prestaties te vergroten?
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 45
Doelmatigheid
26. Hoe komt de hoogte van het subsidiebedrag tot stand?
27. Kunnen de (uitvoerings)kosten van de organisatie worden verlaagd en zo ja, hoe?
28. Kan het rendement van de geleverde prestatie worden verhoogd en zo ja, hoe?
29. Wat zou er gebeuren als de organisatie geen subsidie meer ontvangt? En in hoeverre
verschilt dit van wat nu met de subsidie wordt gerealiseerd?
30. Wat is de indruk ten aanzien van de hoogte van de subsidie (incl. forfaitaire uurta-
rieven) in relatie tot vergelijkbare subsidieontvangers?
Informatievoorziening
31. Op welke wijze wordt het ministerie geïnformeerd over relevante informatie (bijv.
gevoeligheden, verantwoording financiële middelen, statutenwijziging)?
32. Op welke wijze informeert het ministerie de organisatie over zaken rondom de sub-
sidie?
33. Hoe is de onderlinge relatie tussen het ministerie van IenW en de organisatie?
46 Sira Consulting B.V.
II Geraadpleegde bronnen
Voor het bronnenonderzoek zijn verschillende documenten geraadpleegd. Het gaat hierbij
om achtergrondinformatie over Veilig Verkeer Nederland, programma-informatie van het
ministerie van IenW en aanvullende documentatie over inhoudelijke projecten van de
subsidierelatie. Onderstaand is een overzicht van documenten en bronnen opgenomen
die gedurende de evaluatie zijn geraadpleegd.
TeamAlert
▪ Activiteitenplan 2014, 2015, 2016 en 2017
▪ Jaarverslagen 2014, 2015 en 2016
▪ Activiteitenverslag 2014, 2015 en 2016
▪ Programma begroting 2014, 2015, 2016 en 2017
▪ Accountant verklaring forfaitaire uurtarieven 2014, 2015, 2016 en 2017
▪ Controleverklaring 2014, 2015, 2016
▪ Assurance rapport 2014, 2015, 2016
▪ User experience onderzoeken
▪ Effectmetingen
▪ Procesevaluaties
Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat
▪ Subsidieregeling TeamAlert 2015
▪ Subsidiebeschikking 2014, 2015, 2017 en 2017
▪ Subsidievaststelling 2014, 2015, 2016
▪ Aanbiedingsbrief subsidieaanvraag 2014, 2015, 2016 en 2017
▪ Compensatie arbeidskosten en prijsontwikkeling 2014, 2015, 2016 en 2017
▪ Strategisch Plan Verkeersveiligheid 2008-2020
▪ Maatregelen Beleidsimpuls Verkeersveiligheid
Overige bronnen
▪ Website TeamAlert
▪ Facebookpagina TeamAlert
▪ Twitteraccount TeamAlert
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 47
III Gesprekspartners
Bij de uitvoering van de evaluatie is een begeleidingscommissie betrokken waarmee de
onderzoeksopzet en de onderzoeksresultaten zijn afgestemd. Daarnaast zijn interviews
uitgevoerd met medewerkers van TeamAlert, medewerkers van IenW en samenwerkings-
partners van TeamAlert. In deze bijlage zijn de leden van de begeleidingscommissie en
de betrokken medewerkers van TeamAlert weergegeven. In paragraaf 2.2 (tabel 1) zijn
de geïnterviewde samenwerkingspartners genoemd.
Tabel 4. Overzicht van betrokkenen bij de evaluatie
Naam Organisatie Functie
Begeleidingscommissie
Mw. I. Janssen Ministerie IenM Sr. adviseur bedrijfsvoering
Mw. H. Langendijk Ministerie IenM Jurist
Dhr. H. Ootes Ministerie IenM Sr. adviseur bedrijfsvoering
Mw. M. Ronteltap Ministerie IenM Sr. beleidsmedewerker
Dhr. J. van der Sar Ministerie IenM Sr. beleidsmedewerker
Dhr. T. Smaak Ministerie IenM Financieel medewerker
Dhr. R. Verweij Ministerie IenM Sr. beleidsmedewerker
Dhr. J. Sleifer Ministerie FIN Coördinerend beleidsmedewerker Be-
sturing, Bekostiging, en beheer Euro-
pese middelen
Geïnterviewden TeamAlert
Dhr. H. Schravemade TeamAlert Directeur
Dhr. A. Bouwers TeamAlert Manager
Mw. L. van Maurik TeamAlert Projectleider
48 Sira Consulting B.V.
IV Regeling Periodiek Evaluatieonder-
zoek
Regeling van de Minister van Financiën van 15 augustus 2014 houdende regels voor pe-
riodiek evaluatieonderzoek (Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek).
De Minister van Financiën,
Gelet op artikel 38, tweede lid, onder a, van de Comptabiliteitswet 2001;
Besluit:
Artikel 1. Begripsbepalingen
1. In deze regeling wordt verstaan onder:
a. Onderzoek naar de doeltreffendheid en de doelmatigheid: het periodieke onder-
zoek, zoals bedoeld in artikel 20, tweede lid, van de Comptabiliteitswet 2001.
b. Subsidie-evaluatie: de evaluatie van een subsidie, zoals bedoeld in artikel 4:24
van de Algemene wet bestuursrecht.
c. Beleidsdoorlichting: een synthese-onderzoek naar de doeltreffendheid en de
doelmatigheid van (een substantieel, samenhangend deel van) het beleid, dat
wordt gevoerd op grond van één of meer beleidsartikelen van de Rijksbegroting.
d. Doeltreffendheid van het beleid: de mate waarin de beleidsdoelstelling dankzij
de inzet van de onderzochte beleidsinstrumenten wordt gerealiseerd.
e. Doelmatigheid van het beleid: de relatie tussen de effecten van het beleid en de
kosten van het beleid.
f. Onafhankelijke deskundige: een natuurlijk persoon die inhoudelijk deskundig is
maar geen verantwoordelijkheid draagt voor het te onderzoeken beleid.
Artikel 2. Onderzoek naar de doeltreffendheid en doelmatigheid
1. Het onderzoek naar de doeltreffendheid en de doelmatigheid kent de volgende kwa-
liteitseisen:
a. Het onderzoek maakt duidelijk welk beleid wordt onderzocht en wat de doelstel-
lingen van dat beleid zijn.
b. Het onderzoek beoogt de vraag te beantwoorden in hoeverre het beleid, alsmede
de daarmee samenhangende uitgaven, doeltreffend of doelmatig is.
c. De conclusies van het onderzoek worden onderbouwd door onderliggende be-
vindingen.
d. De in het onderzoek gebruikte onderzoeksmethode is valide en betrouwbaar, het
rapport geeft inzicht in de gebruikte evaluatiemethode en in de mogelijkheden
en onmogelijkheden om de doeltreffendheid en/of de doelmatigheid van het be-
treffende beleid vast te stellen.
2. Bij de uitvoering van een onderzoek naar de doeltreffendheid en de doelmatigheid
wordt minimaal één onafhankelijke deskundige betrokken.
3. De onafhankelijk deskundige geeft een onafhankelijk oordeel over het uitgevoerde
onderzoek.
4. De manier waarop een of meer onafhankelijke deskundigen bij het onderzoek be-
trokken is/zijn geweest wordt beschreven in het onderzoeksrapport.
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 49
Artikel 3. De beleidsdoorlichting
1. Al het beleid dat mede wordt gevoerd op grond van een of meer beleidsartikelen uit
de Rijksbegroting wordt periodiek (bijvoorbeeld eens per vier jaar en ten minste eens
in de zeven jaar) geëvalueerd in een beleidsdoorlichting. In de begroting en het jaar-
verslag wordt aangegeven welke beleidsdoorlichtingen in welk jaar zijn of worden
uitgevoerd.
2. Een beleidsdoorlichting bevat in ieder geval de volgende onderdelen:
a. een afbakening van het te onderzoeken beleidsterrein;
b. de gehanteerde motivering voor het beleid en de met het beleid beoogde doelen;
c. een beschrijving van het beleidsterrein en de onderbouwing van de daarmee
gemoeide uitgaven;
d. een overzicht van eerder uitgevoerd onderzoek naar doeltreffendheid en doel-
matigheid en een onderbouwing van de gekozen evaluatieprogrammering;
e. de effecten van het gevoerde beleid en een analyse en beoordeling van de doel-
treffendheid en doelmatigheid van het gevoerde beleid, dat wil zeggen alle in-
strumenten in hun onderlinge samenhang, en – indien relevant – de effecten
van het beleid op economische groei en regeldruk;
f. een beschouwing over de maatregelen die genomen kunnen worden ter verdere
verhoging van de doelmatigheid en de doeltreffendheid van het beleid;
g. een beschrijving van beleidsopties indien er significant minder middelen (-/-
20%) beschikbaar zijn.
3. De minister die het aangaat, zendt de beleidsdoorlichting aan de Tweede Kamer der
Staten-Generaal.
4. Bij elke beleidsdoorlichting geeft ten minste een van de betrokken onafhankelijke
deskundigen een oordeel over de kwaliteit van de beleidsdoorlichting en een toelich-
ting op de betrokkenheid en inbreng van de onafhankelijke deskundige bij de tot-
standkoming van de beleidsdoorlichting. Deze toelichting wordt opgenomen in de
beleidsdoorlichting of als bijlage meegestuurd naar de Tweede Kamer.
5. Onverminderd hetgeen bepaald is in artikel 2, tweede lid, zijn onafhankelijke des-
kundigen die betrokken zijn bij een beleidsdoorlichting niet afkomstig van een mi-
nisterie. Medewerkers van inspectiediensten, de Auditdienst Rijk en departementale
onderzoeksinstellingen met een onafhankelijke status kunnen wel als onafhankelijke
deskundige optreden.
Artikel 4. Subsidie-evaluaties
Onverminderd hetgeen bepaald is in de Algemene wet bestuursrecht zijn de kwaliteitsei-
sen uit artikel 2, eerste lid, van toepassing op subsidie-evaluaties.
Artikel 5. Intrekken oude regeling
De Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek, zoals laatstelijk gewijzigd op 1 januari 2013
wordt ingetrokken.
Artikel 6. Citeertitel
Deze regeling wordt aangehaald als: Regeling Periodiek Evaluatieonderzoek.
Artikel 7. Inwerkingtreding
Deze regeling treedt in werking met ingang van 1 januari 2015.
50 Sira Consulting B.V.
Deze regeling wordt met toelichting in de Staatscourant geplaatst.
Den Haag, 15 augustus 2014
De Minister van Financiën,
J.R.V.A. Dijsselbloem
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 51
V Beoordelingstabel
Tabel met informatie voor beoordeling doeltreffendheid en doelmatigheid.
In de onderstaande tabel is de informatie opgenomen om de doeltreffendheid en de doel-
matigheid van de subsidie te beoordelen. In de tabel zijn alle activiteiten uit het activi-
teitenplan van de subsidieaanvraag opgenomen. Vervolgens is nagegaan welke prestaties
zijn geleverd (output) en welk effect (outcome) hiermee is bereikt. Een voorbeeld: in het
activiteitenplan is opgenomen om nieuwe communicatiemiddelen te ontwikkelen voor
kennisoverdracht en bekendheid van de boodschap (Witte Waas). Hiervoor heeft Team-
Alert een communicatiecampagne ingezet om met jongeren voorafgaand, tijdens en na
het project in contact te zijn over de boodschap om zonder alcohol en drugs het verkeer
in te gaan. Het effect is dat, door herhaling van de boodschap en meer contactmomenten,
de boodschap beter beklijft.
Per activiteit hebben we aangegeven in hoeverre deze bijdraagt aan de subsidiedoelstel-
lingen:
Creëren van bewustwording. Hierbij gaat het om de vraag of het effect van de gele-
verde prestatie het gedrag van jongeren mogelijk heeft beïnvloed (bijvoorbeeld door
contact met TeamAlert ligt het voor de hand dat jongeren nadenken over verkeers-
veiligheid en ook zelf hun gedrag aanpassen.
Beleidsontwikkeling. Hierbij gaat het om de vraag of het effect van de geleverde pres-
taties het beleid van overheden (gemeenten, provincies, etc.) of organisaties (scho-
len, verenigingen, bedrijven etc.) mogelijk heeft beïnvloed (bijvoorbeeld door contact
met TeamAlert over afleiding in het verkeer heeft de gemeente verkeersveiligheid op
de agenda gezet of aangescherpt.
Per activiteit in de tabel geven we aan of het gerealiseerde effect (outcome) een bijdrage
heeft geleverd aan de subsidiedoelstellingen. Is dit expliciet duidelijk dan geven we dit
aan met (●). Bijvoorbeeld: de ontwikkeling van een Virtual Reality bril is direct ingezet
bij speciale evenementen, waardoor jongeren direct geconfronteerd worden met de ge-
volgen van alcohol en drugs in het verkeer. Is er impliciet een relatie te leggen tussen de
outcome en de subsidiedoelstelling dan geven we dit aan met (o). Bijvoorbeeld: het trai-
nen van voorlichtingsmedewerkers van TeamAlert levert geen directe bijdrage aan de
subsidiedoelstellingen, maar is wel een randvoorwaarde om een kwalitatief goed project
uit te voeren. Indien er niets ingevuld is, dan zien wij geen herleidbare bijdrage aan de
subsidiedoelstellingen. We zijn niet nagegaan wat de daadwerkelijke invloed van Team-
Alert is op de verkeersveiligheid. Hiervoor dienen ook andere (externe) factoren te wor-
den meegenomen. Dit valt buiten de scope van deze evaluatie.
Herleidbaarheid van de analyse
De informatie is verkregen uit het activiteitenverslag 2016 [AV], aangeleverde documen-
ten [AD] of uit interviews met medewerkers [IV]. Soms is informatie door de onderzoe-
kers geïnterpreteerd, dit is dan aangegeven met [IO]. Binnen de doorlooptijd van het
project is het voor TeamAlert (TA) niet mogelijk gebleken om alle benodigde informatie
te achterhalen, in die gevallen geven we dit aan met ‘onbekend’.
52 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
A. Witte Waas: subsidie € 180.272,51 (2016)
Aanschaffen nieuwe
materialen en mid-
delen (AP).
Verschillende materialen
zijn vervangen die jaar-
lijks nodig zijn. Er zijn
bijvoorbeeld nieuwe vi-
sitekaartjes, kauwgom
en oordopjes aange-
schaft die iedere uitvoe-
ring ingezet worden.
Om het project inhou-
delijk nog sterker te
maken is een fotobox
toegevoegd aan het
project (AV).
Indirect effect.
Nieuwe materialen
en middelen zijn ge-
bruikt t.b.v. uitvoe-
ringen gefinancierd
door IenW (30 uit-
voeringen met een
bereik van 58.528
jongeren een-op-
een) en decentrale
overheden (15 uit-
voeringen met een
bereik van 17.599
jongeren) (AV).
Ja o
Ontwikkelen nieuwe
communicatiemid-
delen voor kennis-
overdracht en
bekendheid (AP).
TA heeft een communi-
catiecampagne ingezet,
bestaande uit Face-
bookadvertenties, een
advertentie in de Metro
en een Witte Waas after
movie. De after movie is
afgespeeld tijdens het
Amsterdam Dance
Event (AV).
Direct effect. Op de
Facebookadverten-
ties kwamen 132 re-
acties. Van de Witte
Waas doelgroep op
Facebook is 35% be-
reikt. De directe ef-
fecten van de Metro
advertentie en de af-
ter movie zijn niet
bekend (AV).
Ja ●
Onderzoeken mo-
gelijkheid om een
ervaringselement
toe te voegen aan
Witte Waas (AP).
In 2016 is er een Virtual
Reality bril ontwikkeld
voor Witte Waas, welke
is ingezet op speciale
evenementen (o.a. het
Amsterdam Dance
Event) (AV).
Direct effect. Ingezet
op speciale evene-
menten waar de
juiste doelgroep van
Witte Waas is. Het
aantal evenementen
en bereikte jongeren
is niet aangegeven in
de inhoudelijke rap-
portage (AV).
Ja ●
Implementeren in-
formatie rondom de
wetswijziging bin-
nen de gesprekken
(AP).
Wetswijziging is in 2016
nog niet ingegaan door
problemen met de aan-
besteding van speeksel-
testen. Om deze reden
was het niet mogelijk
om de wetswijziging te
N.v.t. Nee ●
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 53
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
implementeren in het
project (AV).
Opbouwen duur-
zame relaties met
festivalorganisato-
ren. TA streeft er-
naar om in 2016 op
60% van de festi-
vals te staan waar
Witte Waas in 2015
is ingezet (AP).
TA heeft 21 van de 30
festivals (70%) die het
heeft bezocht in 2015
ook in 2016 bezocht
(AV).
Direct effect. Het be-
treft 21 uitvoeringen
gefinancierd door
IenM, waarbij 41.644
jongeren een-op-een
zijn bereikt (AV).
Ja ●
Trainen voorlich-
tingsmedewerkers
en teamleiders op
welke manier ze de
doelgroep het beste
kunnen benaderen
en wat de effecten
van drugs zijn op
het rijgedrag. Daar-
naast wordt ge-
traind op het
gebruik van de in-
formatie over de
wetswijziging bin-
nen de gesprekken
(AP).
In april 2016 is er een
avond georganiseerd
voor de voorlichtings-
medewerkers van TA.
Aangezien de wetswijzi-
ging m.b.t. drugs in het
verkeer niet is doorge-
gaan in 2016, is hier
geen aandacht aan ge-
geven in de training
(AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers zijn getraind
over hoe zij de doel-
groep het beste kun-
nen benaderen en
wat de effecten van
drugs zijn op het rij-
gedrag (AV).
Ja o
Organiseren trai-
ning voor de voor-
lichtingsmedewer-
kers waarin team-
building centraal
staat (AP).
Er is een teambuildings-
dag georganiseerd
waarin teambuilding en
werken in een groep
met jonge mensen cen-
traal stond (AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers hebben de
teambuildingsdag
bijgewoond en heb-
ben leren samenwer-
ken met verschillen-
de typen mensen
(AV).
Ja o
Uitvoeren van een
user experience on-
derzoek (AP).
Het user experience on-
derzoek is uitgevoerd
(79 respondenten)
(AV).
Direct effect. 79 res-
pondenten hebben
aangegeven positief
te staan tegenover
de werkwijze binnen
het project en de
voorlichtingsmede-
werkers. Zij waarde-
ren zowel het project
Ja ● o
54 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
als de voorlichtings-
medewerkers goed
(met een 8 en 7.6)
en associëren het
project met positieve
termen als informa-
tief, positief en leuk
(AV).
Streven naar een
een-op-een bereik
van 57.000 jonge-
ren met uitvoerin-
gen (AP).
TA heeft met Witte
Waas op 45 verschil-
lende festivals gestaan
en is inhoudelijk met
76.127 jongeren in ge-
sprek gegaan over de
invloed van drugs (in
combinatie met alcohol)
in het verkeer (AV).
Direct effect. D.m.v.
30 uitvoeringen, ge-
financierd door IenW
(bereik 58.528) en
15 uitvoeringen gefi-
nancierd door decen-
trale overheden
(bereik 17.599) zijn
76.127 jongeren
een-op-een bereikt
(AV).
Ja ●
Uitvoeren van 30
uitvoeringen gefi-
nancierd door het
ministerie van IenW
(AP).
30 uitvoeringen (AV). Direct effect. D.m.v.
30 uitvoeringen zijn
58.528 jongeren
een-op-een bereikt
(AV).
Ja ●
Uitvoeren van 15
uitvoeringen gefi-
nancierd door de-
centrale overheden
(AP).
15 uitvoeringen (AV). Direct effect. D.m.v.
15 uitvoeringen zijn
17.599 jongeren
een-op-een bereikt
(AV).
Ja ●
Bereiken van
2.500.000 jongeren
via (online) com-
municatiekanalen
(social media activi-
teiten, on- en off-
line advertising,
free publicity en de
website van TA)
(AP).
Berichten op de eigen
Facebookpagina van TA,
Facebookadvertenties
en berichten op Insta-
gram. Verder wordt de
website van TA met
daarop de foto’s van de
uitvoeringen goed be-
zocht en is een after
movie gemaakt. Deze
video staat op YouTube
en is gedeeld via onze
eigen kanalen en die
van de Stadsregio Am-
sterdam (AV).
Direct effect. Via di-
verse communicatie-
kanalen zijn
2.630.331 jongeren
bereikt met de bood-
schap van Witte
Waas (AV).
Ja ●
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 55
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
50 keer genoemd
worden op diverse
websites en web-
logs en in lokale,
regionale en lande-
lijke media (AP).
20 publicaties in on- en
offline media. Het aan-
tal van 50 is niet ge-
haald. TA had verwacht
dat in 2016 de speek-
seltest ingevoerd zou
worden, door het niet
doorgaan hiervan heeft
een ingecalculeerd pers-
moment niet plaatsge-
vonden (AV). Een
gedragsonderzoeker
van TA is aanwezig ge-
weest in het BNN-pro-
gramma ‘Spuiten en
Slikken’ (AV).
Direct effect. D.m.v.
20 publicaties in on-
en offline media zijn
317.595 jongeren
bereikt (AV). Via het
BNN-programma
‘Spuiten en Slikken’
zijn 151.000 mensen
bereikt (AV).
Deels ●
B. Bob: subsidie € 57.996,69 (2016)
Ontwikkelen mate-
rialen en aanschaf-
fen gadgets (AP).
Verschillende materialen
zijn vervangen die jaar-
lijks nodig zijn. Er zijn
bijvoorbeeld nieuwe fly-
ers, lolly’s en ken-
nisquizjes aangeschaft
die iedere uitvoering in-
gezet worden. Daar-
naast is het decor van
BobZone (in samenhang
met de Bobsnor) door-
ontwikkeld (AV).
Indirect effect.
Nieuwe materialen
en gadgets zijn ge-
bruikt bij de Bob-
projecten (Bobtival
15 keer en BobZone
6 keer ingezet). Deze
zijn met subsidie van
decentrale overhe-
den aangeschaft. In
totaal hebben de
voorlichtingsmede-
werkers 7.174 jonge-
ren gesproken op
locatie (AV).
Ja o
Organiseren trai-
ning teamleiders en
voorlichtingsmede-
werkers (AP).
Training van het Trim-
bos-instituut voor voor-
lichtingsmedewerkers
en teamleiders over de
effecten van alcohol op
het lichaam. Daarnaast
hebben teamleiders een
mediatraining gevolgd
(AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers en teamleiders
zijn getraind over de
effecten van alcohol
op het lichaam en er
is een link gemaakt
naar het verkeer en
de gesprekken met
jongeren. Teamlei-
ders zijn via de me-
diatraining voorbe-
Ja o
56 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
reid om de pers te
woord te staan (AV).
Vernieuwen van het
feitenboekje (AP).
Vernieuwd feitenboekje
met wijzigingen, feiten
en een nieuwe vormge-
ving. Het feitenboekje
wordt op iedere uitvoe-
ring meegegeven met
de uitvoeringmedewer-
kers (AV).
Indirect effect. Naast
inhoudelijke kennis
over feitcodes en bij-
behorende tarieven,
worden voorlich-
tingsmedewerkers
(door de vernieuwde
vormgeving) sneller
uitgenodigd om het
feitenboekje te lezen
(AV).
Ja o
Aanschaffen kleding
voor voorlichtings-
medewerkers (AP).
Nieuwe T-shirts en ves-
ten aangeschaft. Hierop
is het vernieuwde logo
van TA geplaatst (AV).
Indirect effect. Her-
kenbare kleding is
een randvoorwaarde
voor het kwalitatief
goed uitvoeren van
de projecten (IO).
Ja o
Uitvoeren van een
user experience on-
derzoek (AP).
Het user experience on-
derzoek is uitgevoerd
(69 respondenten)
(AV). Het resultaat is
vastgelegd in een on-
derzoeksrapport.
Direct effect. 69 res-
pondenten hebben
aangegeven positief
te staan tegenover
de werkwijze binnen
het project en de
voorlichtingsmede-
werkers. Zij waarde-
ren zowel het project
als de voorlichtings-
medewerkers goed
(met een 8,2 en 8,3)
en associëren het
project met positieve
termen als positief,
informatief en nuttig
(AV).
Ja ● o
Onderzoeken effec-
tiviteit van het prin-
cipe positief
belonen onder jon-
geren (AP).
Het onderzoek naar de
effectiviteit is uitge-
voerd. Door middel van
5 verschillende groepen
is het effect gemeten
van zowel het aangaan
van een deal om beter
gedrag te vertonen in
het verkeer, als ook het
Direct effect. Het
blijkt dat de groep
die de deal is aange-
gaan, aangeeft zich
beter te gedragen in
het verkeer. In de in-
houdelijke rappor-
tage is niet aange-
Ja ● o
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 57
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
effect wanneer hier een
beloning aan vast zit
(AV). Het resultaat is
vastgelegd in een on-
derzoeksrapport. Dit is
niet aangegeven in de
inhoudelijke rapportage.
geven hoeveel deel-
nemers hebben mee-
gedaan aan het
onderzoek (AV).
Afstemmen uitvoe-
ringen van de Bob-
projecten met VVN
(AP).
TA en VVN hebben peri-
odiek hun activiteiten-
kalenders naast elkaar
gelegd en afgestemd.
Tevens hebben TA en
VVN beiden een cam-
pagne bedacht om Bob
te bedanken (AV).
Indirect effect. Door
het afstemmen van
de activiteiten van
TA en VVN kan tijdig
worden bijgestuurd
indien blijkt dat een
organisatie met een-
zelfde activiteit of
thema op dezelfde
locatie aanwezig is
(AV).
Ja o
Bereiken van
40.000 jongeren
via (online) com-
municatiekanalen,
waaronder de web-
site van TA (AP).
Tweeledige Facebook-
campagne: enerzijds de
GoPro campagne, waar-
bij een GoPro camera
gewonnen kon worden
en anderzijds een on-
derdeel met stellingen
om interactie uit te lok-
ken bij de doelgroep.
Tevens is een winactie
georganiseerd waarbij
jongeren een originele
manier van veilig thuis-
komen moesten foto-
graferen en delen via
social media (AV).
Direct effect. Via di-
verse communicatie-
kanalen zijn 620.764
jongeren bereikt met
de Bob-projecten.
Aanvullend zijn nog
eens 125.000 jonge-
ren bereikt via een
online winactie (AV).
Ja ●
C. StreetTalk: subsidie € 67.697,11 (2016)
Onderzoeken mo-
gelijkheden om een
spel of onderdeel te
ontwikkelen met
een ervaringsele-
ment, om zo een
praktijksituatie na
Toevoeging ervarings-
element Virtual Reality
voor de gevaren van
‘tunnelvisie’, wat kan
ontstaan als iemand
met alcohol op deel-
neemt aan het verkeer
(AV).
Direct effect. TA
heeft binnen Street-
Talk een ervarings-
element toegevoegd
in de vorm van VR
(AV).
Ja ●
58 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
te kunnen bootsen
(AP).
Aanschaffen nieuwe
materialen (AP).
Twee sets Virtual Real-
ity brillen. Daarnaast
zijn verschillende mate-
rialen vervangen, zoals
bijvoorbeeld batterijen,
een camera en foto-
kaartjes
Indirect effect.
Nieuwe materialen
en middelen zijn ge-
bruikt bij de inzet
van StreetTalk (43
keer ingezet met een
bereik van 13.550
jongeren) (AV).
Ja o
Trainen teamleiders
en voorlichtingsme-
dewerkers op het
gebruik van de
nieuwe materia-
len(AP).
Training voorlichtings-
medewerkers en team-
leiders over het
ervaringselement en
welke vragen ze konden
stellen aan de jongeren
(AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers en teamleiders
zijn d.m.v. het erva-
ringselement ge-
traind (AV).
Ja o
Actualiseren vragen
en stellingen (AP).
De vragen en stellingen
voor het videoteam zijn
aangepast, zodat de uit-
voering beter aansluit
op de doelgroep (draag-
vlak) (AV).
Indirect effect. Het
project is kwalitatief
verbetert. Stellingen
sluiten beter aan bij
de doelgroep (IO).
Ja o
Trainen voorlich-
tingsmedewerkers
en teamleiders op
het in gesprek gaan
met jongeren (AP).
Training over het toe-
passen van de juiste in-
terviewtechnieken en
communicatiestrategie
(2 trainingsavonden)
(AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers en teamleiders
getraind in het toe-
passen van de juiste
interviewtechnieken
en het enthousias-
meren van jongeren
(AV).
Ja o
Vernieuwen muziek
voor de video’s
(AP).
Nieuwe muziek en vi-
deo’s (AV).
Indirect effect. Het
project is kwalitatief
verbetert (IO).
Ja o
Uitvoeren user ex-
perience onderzoek
(AP).
Het user experience on-
derzoek is uitgevoerd
(96 respondenten)
(AV). Het resultaat is
vastgelegd in een on-
derzoeksrapport.
Direct effect. 96 res-
pondenten hebben
aangegeven positief
te staan tegenover
de werkwijze binnen
het project en de
voorlichtingsmede-
Ja ● o
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 59
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
werkers. Zij waarde-
ren zowel het project
als de voorlichtings-
medewerkers goed
(met een 8,2 en 8,3)
en associëren het
project met positieve
termen als informa-
tief, positief en leuk.
Het project is hoger
beoordeeld dan vorig
jaar (AV).
Uitvoeren effect-
evaluatie naar ge-
bruikte gedrags-
beïnvloedingsme-
chanisme self-per-
suasion (AP).
Onderzoek afgerond
naar gedragsbeïnvloe-
dingsmechanisme ‘self-
persuasion’ op het
smartphonegebruik van
jongeren op de fiets
(AV). Het resultaat is
vastgelegd in een on-
derzoeksrapport. Dit is
niet aangegeven in de
inhoudelijke rapportage.
Direct effect. Door
jongeren te betrek-
ken bij het onder-
zoek, worden zij
bewust gemaakt van
de gevaren van alco-
hol in het verkeer
(IO).
Ja ● o
Bereiken van
20.000 jongeren
via de website en
social media (AP).
Berichten via de Face-
bookpagina van TA, ad-
vertenties op Facebook
en de website van TA.
Voor de Stadsregio Am-
sterdam is er tijdens
een uitvoering in Am-
sterdam een after mo-
vie gemaakt die via
YouTube te bekijken is
door jongeren (AV).
Direct effect. Via di-
verse communicatie-
kanalen zijn 81.627
jongeren bereikt met
StreetTalk via ver-
schillende (online)
communicatiekana-
len (AV).
Ja ●
D. FietsAlert: subsidie € 42.714,43 (2016)
Aanschaffen ver-
vangende materia-
len (AP).
Materialen vervangen,
zoals nieuwe visite-
kaartjes en kennisquiz-
jes (AV).
Indirect effect.
Nieuwe materialen
zijn gebruikt bij de
inzet van FietsAlert
(45 keer ingezet met
een bereik van
12.088 jongeren)
(AV).
Ja o
60 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
Monitoren ontwik-
kelingen op het ge-
bied van social
media gebruik en
apps door jongeren
(AP).
Na onderzoek inge-
speeld op de
Instagramtrend
#sharingiscaring en so-
cial influencers. Social
influencers delen hun
persoonlijke boodschap
of ervaring met hun vol-
gers door middel van
een hashtag of een
korte video (AV).
Direct effect. Door de
introductie van
nieuwe social media
(zoals Instagram) is
het bereik per uit-
voering vergroot. Bo-
vendien sluit het
project aan op de
trends en ontwikke-
lingen van jongeren
(IO).
Ja ●
Aanpassen bood-
schap per leeftijds-
categorie: 12 t/m
16 jaar en 17 t/m
24 jaar (AP).
Doorontwikkeling van
het project door meer in
te spelen op de eigen-
schappen per leeftijds-
categorie (#goudentip,
stickers, speciale visite-
kaartjes) (AV).
Indirect effect. De
doorontwikkeling
heeft geleid tot een
betere aansluiting bij
de (sub)doel-
groep(en). Hierdoor
is TA in staat om de
doelgroep beter te
benaderen, maar ook
om de doelgroep uit
te breiden (IO).
Ja o
Trainen voorlich-
tingsmedewerkers
op het gebruik van
feiten en cijfers
rondom de onder-
werpen fiets, ver-
keersveiligheid,
jongeren en aflei-
ding in het verkeer
(AP).
TA heeft, nadat de ont-
wikkeling van het pro-
ject afgerond was, een
training georganiseerd
waarin de voorlichtings-
medewerkers uitleg kre-
gen over de vernieuwde
onderdelen binnen het
project (AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers getraind over de
vernieuwde onderde-
len van het project
(AV).
Ja o
Bekijken mogelijk-
heden om in 2016
een samenwerking
aan te gaan met de
Fietsersbond (AP).
TA en de Fietsersbond
hebben gezamenlijk be-
sloten aandacht te be-
steden aan het thema
fietsverlichting. De Fiet-
sersbond en TA zijn ge-
zamenlijk aangehaakt
bij de landelijke fiets-
verlichtingscampagne
‘Ik wil je zien’ (AV).
Indirect effect. Door
de samenwerking
met de Fietsersbond
is TA in staat om de
doelgroep beter te
bereiken, maar ook
om de doelgroep uit
te breiden (IO).
Ja o
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 61
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
Uitvoeren user ex-
perience onderzoek
(AP).
Het user experience on-
derzoek is uitgevoerd
(122 respondenten)
(AV). Het resultaat is
vastgelegd in een on-
derzoeksrapport.
Direct effect. 122
respondenten heb-
ben aangegeven po-
sitief te staan
tegenover de werk-
wijze binnen het pro-
ject en de voorlich-
tingsmedewerkers.
Zij waarderen zowel
het project als de
voorlichtingsmede-
werkers goed (met
een 8,2 en 8,2) en
associëren het pro-
ject met positieve
termen als aanspre-
kend, positief en be-
grijpelijk (AV).
Ja ● o
Bereiken van
15.000 jongeren
via de website en
social media (AP).
Voor FietsAlert zijn In-
stagramadvertenties in-
gezet met behulp van
drie social influencers.
Zij hebben een foto ge-
maakt met een #gou-
dentip en hebben
jongeren aangezet om
dit ook te doen (AV).
Direct effect. Via di-
verse communicatie-
kanalen zijn 12.193
jongeren bereikt met
FietsAlert via ver-
schillende (online)
communicatiekana-
len (AV).
Ja ●
E. @TheWheel: subsidie € 42.513,25 (2016)
Onderzoeken van
nieuwe vormen van
afleiding in het ver-
keer, welke indien
nodig worden geïn-
tegreerd in het pro-
ject @TheWheel
(AP).
TA heeft in haar ge-
sprekken met jongeren
de gevaren van het spe-
len van Pokémon Go in
het verkeer besproken
(AV).
Direct effect. TA
heeft binnen
@TheWheel het ge-
vaar van het spelen
van spellen gedu-
rende het autorijden
geïntegreerd in de
gesprekken (AV).
Ja ●
Aanschaffen ver-
vangende materia-
len (AP).
Verschillende materialen
vervangen die jaarlijks
verslijten, zoals nieuwe
stiften en kunsthanden
voor op de spiegel. Ook
is het rad vernieuwd,
het autobord opnieuw
Indirect effect.
Nieuwe materialen
zijn gebruikt bij de
inzet van
@TheWheel (23 keer
ingezet met een be-
reik van 2.221 jon-
geren) (AV).
Ja o
62 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
gemaakt en een gadget
aangeschaft (AV).
Trainen voorlich-
tingsmedewerkers
op het aangaan van
het gesprek met de
jongeren en op hun
kennis over de
meeste actuele vor-
men van afleiding
in het verkeer (AP).
De voorlichtingsmede-
werkers hebben een
training gevolgd om de
kwaliteit van de pro-
jecten te waarborgen.
Tijdens deze training
zijn de werkbare me-
chanismes per project
besproken (AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers getraind op de
werkbare mechanis-
mes in projecten
(AV).
Ja o
Uitvoeren user ex-
perience onderzoek
(AP).
Het user experience on-
derzoek is uitgevoerd
(113 respondenten)
(AV). 83% van de deel-
nemers aan het project
gaat de @TheWheeldeal
aan. Degene die geen
deal zijn aangegaan
hebben veelal een belo-
ning gekregen voor hun
reeds goede gedrag.
Bijna iedereen (95%)
geeft aan zich aan de
deal te houden. Rede-
nen zijn bewustwording,
veiligheid en afspraken
serieus nemen. Bijna
alle deelnemers geven
aan de deal te willen
verlengen (99%). Hier-
bij acht meer dan de
helft zich onmiddellijk in
staat om gewenst ge-
drag te vertonen, 40%
is niet zeker van het ei-
gen kunnen maar wil de
uitdaging wel aangaan
(AV).
Direct effect. 113
respondenten heb-
ben aangegeven po-
sitief te staan
tegenover de werk-
wijze binnen het pro-
ject en de voorlich-
tingsmedewerkers.
Zij waarderen zowel
het project als de
voorlichtingsmede-
werkers goed (met
een 8,4 en 8,1) (AV).
Ja ● o
Afstemmen uitvoe-
ringen van
@TheWheel met
VVN en het minis-
terie van IenW
(AP).
TA en VVN leggen perio-
diek hun activiteitenka-
lenders naast elkaar om
tijdig te kunnen bijstu-
ren indien blijkt dat zij
met eenzelfde activiteit
Indirect effect. Door
het afstemmen van
de activiteiten kan
tijdig worden bijge-
stuurd indien blijkt
dat een organisatie
Ja o
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 63
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
of thema op dezelfde lo-
catie aanwezig zijn
(AV).
met eenzelfde activi-
teit of thema op de-
zelfde locatie
aanwezig zijn (AV).
Bereiken van
10.000 jongeren
via de website en
social media (AP).
Facebook(advertise-
ment), video’s ook op
YouTube en influencer
marketing met Boris
Lange van LifeHunters
(online tv-kanaal) (AV).
Direct effect. Via
Facebook zijn
126.494 views be-
haald. Video’s zijn
ook gedeeld op
YouTube, waardoor
er een totaal is van
79.096 views (AV).
Ja ●
F. FietsFix: subsidie € 51.388,42 (2016)
Aanschaffen nieuwe
gadgets (AP).
Aanschaf gadgets in de
vorm van een fietsbel,
nieuwe zadelhoesjes en
gereedschap zoals in-
bussleutels, ventielen,
banden en een kruiwa-
gen (AV).
Indirect effect.
Nieuwe gadgets ge-
bruikt bij de inzet
van FietsFix (11 keer
ingezet met een be-
reik van 2.666 jon-
geren, waarvan
1.266 met financie-
ring door IenM)
(AV).
Ja o
Verbeteren concept
van FietsFix en re-
paratiewerkplaats
groter maken zodat
meer reparaties ge-
lijktijdig plaats kun-
nen vinden (AP).
Het concept is verbeterd
door een grote gereed-
schapskruiwagen met
inhoud en een werktafel
aan te schaffen. Hier-
mee is er gezorgd voor
passend gereedschap
en vergroot het de mo-
gelijkheden van het
project. Nu kan er ge-
makkelijk een mobiele
versie ingezet worden.
Ook is er gekozen voor
het inzetten van een ex-
tra medewerker per uit-
voering, waardoor er
meer reparaties tegelijk
uitgevoerd kunnen wor-
den (AV).
Indirect effect. Con-
cept is gebruikt bij
de inzet van FietsFix
(11 keer ingezet met
een bereik van 2.666
jongeren, waarvan
1.266 met financie-
ring door IenM)
(AV).
Ja o
64 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
Pay-it-forward prin-
cipe verder bena-
drukken, zodat de
studenten meer uit-
gedaagd worden
om de fietsen van
andere studenten
veilig te maken en
de boodschap ver-
der te verspreiden
(AP).
Het pay-it-forward prin-
cipe is dit jaar in de
vorm van coupons in
een boekje verwerkt
(AV).
Indirect effect. De
coupons kunnen de
deelnemers uitdelen
aan vrienden waarbij
ze iets kunnen ver-
dienen, in ruil voor
een reparatie aan de
fiets. Daarnaast zijn
er een aantal video’s
rondom het thema
‘zelf fietsen repare-
ren’ gemaakt, die TA
tijdens de uitvoe-
ringsperiode van
FietsFix online heeft
verspreid (AV). Het
bereik is niet aange-
geven in het AV.
Ja o
Trainen voorlich-
tingsmedewerkers
en teamleiders
waarbij onder lei-
ding van een fiet-
senmaker materi-
alen zijn besproken
en reparaties zijn
uitgelegd en uitge-
voerd (AP)
De voorlichtingsmede-
werkers en teamleiders
gingen mee op de eer-
ste uitvoeringen en heb-
ben vervolgens andere
medewerkers verder
geïnstrueerd (AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers en teamleiders
getraind in materia-
len en uitvoeren van
reparaties (AV).
Ja o
Bekijken mogelijk-
heden om in 2016
een samenwerking
aan te gaan met de
Fietsersbond, VVN,
decentrale overhe-
den en de politie
(AP).
Er is gekozen voor een
samenwerking met Har-
ten voor Sport voor de
training van de voorlich-
tingsmedewerkers. In
de uitvoeringsperiode
van FietsFix, gedurende
de introductieweken van
de hogescholen en uni-
versiteiten, voerden
deze partners geen
soortgelijke campagnes
uit. Er is daarom beslo-
ten om voor het project
FietsFix geen samen-
werking aan te gaan
(AV).
Indirect effect. Pro-
ject is uiteindelijk
uitgevoerd in samen-
werking met Harten
voor Sporten (AV).
Ja o o
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 65
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
Uitvoeren user ex-
perience onderzoek
(AP).
Het user experience on-
derzoek is uitgevoerd
(72 respondenten)
(AV). Het resultaat is
vastgelegd in een on-
derzoeksrapport (AV).
Direct effect. 72 res-
pondenten hebben
aangegeven positief
te staan tegenover
de werkwijze binnen
het project en de
voorlichtingsmede-
werkers. Zij waarde-
ren zowel het project
als de voorlichtings-
medewerkers goed
(beide met een 7,8)
en associëren het
project met positieve
termen als informa-
tief, nuttig en positief
(AV).
Ja ● o
Bereiken van
50.000 jongeren
via een onlinecam-
pagne (AP).
Ontwikkelen communi-
catiecampagne gericht
op viral marketing. Te-
vens is een winactie be-
dacht en zijn Facebook-
advertenties ingekocht
(AV).
Direct effect. De
Facebookadverten-
ties zijn 142.336
keer bekeken door
de doelgroep (AV).
Ja ●
Tien keer genoemd
in de lokale, regio-
nale en landelijke
media (AP).
Bij elke uitvoering van
FietsFix is er een pers-
bericht verstuurd naar
lokale en regionale me-
dia, hogescholen en
studentenverenigingen.
Uiteindelijk is FietsFix
vijf keer genoemd in de
media (AV).
Indirect effect. Het
aantal bereikte jon-
geren is niet bekend.
A.g.v. het beperkte
aantal publicaties
heeft TA extra geld
geïnvesteerd in de
onlinecampagne om
zo jongeren wel te
bereiken, zie activi-
teit 7 (AV).
Deels ●
Uitvoeren FietsFix
in vijf studenten-
steden (AP).
In 2016 heeft TA in to-
taal elf uitvoeringen in-
gezet van het FietsFix
project in acht verschil-
lende studentensteden.
Van deze uitvoeringen
zijn er vijf met subsidie
van het ministerie van
IenW bekostigd en zes
Direct effect. Elf keer
ingezet met een be-
reik van 2.666 jon-
geren, waarvan
1.266 met uitvoerin-
gen gefinancierd
door IenW (AV).
Ja ●
66 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
uitvoeringen met subsi-
die van decentrale over-
heden (AV).
Bereiken van 1.250
jongeren een-op-
een (AP).
Elf uitvoeringen FietsFix
(AV).
Direct effect. Elf keer
ingezet met een be-
reik van 2.666 jon-
geren, waarvan
1.266 met uitvoerin-
gen gefinancierd
door IenW (AV).
Ja ●
G. Scooter Elite: subsidie € 43.137,32 (2016)
Vervangen decor-
materialen (AP).
De scootersimulator
heeft een onderhouds-
beurt gekregen, een
nieuw tv-scherm is aan-
geschaft en de vorm
van de kennisquiz is
aangepast (AV).
Indirect effect. Mate-
rialen gebruikt bij de
inzet van Scooter
Elite (15 keer ingezet
met een bereik van
2.690 jongeren),
(AV).
Ja o
Trainen voorlich-
tingsmedewerkers,
zodat deze sterker
worden in hun rol
als peer educator
(AP).
De voorlichtingsmede-
werkers hebben trainin-
gen gevolgd om de
kwaliteit van het project
te waarborgen (AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers getraind over
erkende mechanis-
mes van het project
(AV).
Ja o
Uitvoeren user ex-
perience onderzoek
(AP).
Niet uitgevoerd, omdat
het concept in 2017
vernieuwd wordt is be-
sloten om het onder-
zoek in 2017 weer uit te
voeren (AV).
Geen effect. Het on-
derzoek is niet uitge-
voerd (AV).
Nee
Opzetten van een
online landelijke
competitie tussen
alle deelnemers aan
het project Scooter
Elite, waarbij aan
het einde van het
jaar een winnaar
wordt gekozen
(AP).
Bij iedere uitvoering is
een dagwinnaar geko-
zen. De beste scooter-
rijder per locatie kon
een bioscoopbon win-
nen, waardoor er een
wedstrijdelement is ver-
werkt in het project
(AV).
Het project is zodanig
aangepast dat geen lan-
delijke competitie, maar
steeds een dagwinnaar
Direct effect. 15 keer
ingezet met een be-
reik van 2.690 jon-
geren (AV).
Ja ●
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 67
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
op locatie bekend is ge-
maakt. Dit a.g.v. onder-
zoek naar de winactie.
Bereiken van
100.000 jongeren
via een online me-
diacampagne (AP).
Online winactie, Face-
bookadvertentie en ad-
vertorial (AV).
Het gerealiseerde bereik
blijft achter bij de ver-
wachtingen.
Direct effect. Via een
online winactie,
Facebookadvertentie
en een advertorial
zijn 48.909 jongeren
bereikt (AV).
Ja. ●
H. Educatieve projecten: subsidie € 126.113,42 (2016)
Organiseren van
twee trainingen
voor de educatie-
medewerkers met
als doel hen didac-
tisch sterker te ma-
ken en de kennis
over verkeersveilig-
heid te verhogen
(AP).
Gedurende het jaar zijn
drie trainingen voor
educatiemedewerkers
georganiseerd, om hen
te trainen in het lesge-
ven en het verder ont-
wikkelen van nodige
competenties (AV).
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers getraind over
werkende mechanis-
mes van het project
(AV).
Ja
o
o
Organiseren indivi-
duele trainingen
voor de educatieve
medewerkers om
specifiek in te gaan
op hun persoonlijke
manier van lesge-
ven (AP).
Organiseren speci-
ale training voor
educatiemedewer-
kers die op het pro-
ject Studio Flits!
werken, zodat zij
beter kunnen aan-
sluiten bij leer-
lingen in het
praktijkonderwijs
(AP).
Projectmedewerker van
TA heeft het project
Studio Flits! met de
Studio Flits!-poule me-
dewerkers opnieuw
doorgenomen. Hierbij is
de focus gelegd op dat
in het vervolg niet al-
leen het slechte gedrag
wordt uitgevoerd, maar
dat de nadruk wordt ge-
legd op het slechte én
het goede gedrag. De
programmaboekjes zijn
aangepast en ook op de
fotostrips wordt nu het
Indirect effect. Voor-
lichtingsmedewer-
kers getraind over
werkende mechanis-
mes van het project
(AV).
Ja o
68 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
slechte en het goede
gedrag uitgebeeld (AV).
Educatieve pro-
jecten opnieuw ont-
wikkelen, onder-
delen vervangen of
de projecten een
nieuwe uitstraling
geven. Hierbij
wordt gebruik ge-
maakt van focus-
groepen (AP).
Vernieuwing LaMaZien,
Streetbeat, Kruispunt
en RoadTrip (AV).
Indirect effect. Het
project is kwalitatief
verbetert (IO).
Ja o
Vernieuwen LaMa-
Zien om aan te blij-
ven sluiten bij de
doelgroep (AP).
Er is gekozen voor een
project waarbij twee
teams tegen elkaar
strijden met verschil-
lende opdrachten. Deze
opdrachten bestaan on-
der andere uit improvi-
satiespellen, net zoals
dit bij LaMaZien het ge-
val was. Voor deze
strijd in de klas is geko-
zen voor de naam The
Battle (AV).
Indirect effect. Het
project is kwalitatief
verbetert (IO).
Ja o
Ontwikkelen vier
nieuwe video’s voor
de projecten
Streetbeat en
Kruispunt (AP).
TA heeft drie video’s
ontwikkeld (AV).
Indirect effect. Het
project is kwalitatief
verbetert (IO).
Nee o
Elk kwartaal cam-
pagne uitzetten op
deelnemende scho-
len van het project
Your Message (AP).
Kwartaal 1: MBO Col-
lege Lelystad, met de
campagne ‘Telefoon in
je tas, iedereen in z’n
sas!’ en een telefoon-
hoesje als gadget.
Kwartaal 2 en 3: MBO
College Zuidoost (Am-
sterdam), met de cam-
pagne ’Fiets op eigen
kracht, anders beland je
in de gracht’, met een
zadelhoesje als gadget.
Direct effect. Bereik
onbekend (IO).
Ja ●
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 69
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
Kwartaal 4: MBO
Utrecht, met de cam-
pagne ‘Linkeroortje uit,
dan ga je niet onderuit’,
met als gadget een ka-
belhouder voor muziek-
oortjes (AV).
Uitvoeren user ex-
perience onderzoek
Kruispunt, The
Battle, RoadTrip en
StudioFlits (AP).
Voor het project Kruis-
punt is het user expe-
rience onderzoek
uitgevoerd (196 respon-
denten), evenals voor
het project The Battle
(243 respondenten) en
StudioFlits (187 respon-
denten). Het resultaat is
vastgelegd in een on-
derzoeksrapport (AV).
Er is geen user expe-
rience onderzoek uitge-
voerd naar RoadTrip,
omdat dit project is ver-
vangen.
Direct effect. 626
respondenten heb-
ben aangegeven po-
sitief te staan
tegenover de werk-
wijze binnen het pro-
ject en de voorlich-
tingsmedewerkers
(AV).
Ja ● o
Uitvoeren proces-
evaluatie voor het
project Your Mes-
sage (AP).
Procesevaluatie uitge-
voerd waaruit blijkt dat
het project wordt uitge-
voerd volgens plan, zeer
positief beoordeeld en
effectief ingeschat door
betrokkenen (AV).
Direct effect. 301
respondenten heb-
ben aangegeven po-
sitief te staan
tegenover de werk-
wijze binnen het pro-
ject en de voorlich-
tingsmedewerkers
(AD).
Ja ●
Uitvoeren effectme-
ting voor het pro-
ject Streetbeat
(AP).
TA heeft een effectme-
ting uitgevoerd naar het
project Streetbeat. Bij
verschillende uitvoerin-
gen hebben de deelne-
mende leerlingen
vragenlijsten ingevuld
om het effect van
Streetbeat te kunnen
meten. Daarnaast zijn
dezelfde vragenlijsten
ingevuld door een con-
trolegroep die niet heeft
Direct effect. Res-
pondenten die beho-
ren tot de doelgroep
zijn gevraagd om
commentaar op het
project te leveren.
Respondenten ston-
den negatief tegen-
over de les, maar
deden wel veel
nieuwe kennis op
(IO).
Ja ●
70 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
deelgenomen aan het
project (AV).
Campagnemateriaal
voor vier scholen,
zodat elk kwartaal
de winnende cam-
pagne van Your
Message op een
school kan worden
uitgerold (AP).
Onbekend. Onbekend. Onbe-
kend
Opnieuw ontwikke-
len RoadTrip en
richt het project
hiermee op de leer-
jaren drie tot en
met zes. Er worden
twee pilots van de
nieuwe versie uit-
gevoerd in 2016
(AP).
Het educatieve project
RoadTrip is opnieuw
ontwikkeld in 2016.
Hierdoor zijn alle onder-
delen vervangen en
heeft het project een
geheel nieuwe uitstra-
ling gekregen. Voor de
ontwikkeling is gebruik
gemaakt van brain-
storms met educatieme-
dewerkers en de
verschillende afdelingen
binnen TA, focusgroe-
pen en twee pilots bij
de bovenbouwleerlingen
van middelbare scholen
(AV).
Indirect effect. Het
project is kwalitatief
verbetert (IO).
Ja o
6000 website be-
zoekers via social
media en het invul-
len van onderwijs-
programma’s voor
en winacties na de
uitvoeringen (AP).
Op de website van TA
kunnen jongeren de
foto’s en/of video’s be-
kijken van een uitvoe-
ring. Daarnaast vindt er
extra kennisoverdracht
plaats op de projectpa-
gina van de educatieve
projecten, onder andere
met een winactie, een
uitleg van het project,
een poll en feiten over
het verkeer. Jongeren
kunnen ook bekijken
wanneer de volgende
uitvoering plaatsvindt
(AV).
Direct effect. 14.719
jongeren bereikt
(AV).
Ja ●
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 71
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
150.000 jongeren
bereiken d.m.v.
plaatsen van een
advertentie in een
offline medium ge-
schikt voor middel-
bare scholieren
(AP).
TA heeft ervoor gekozen
om voor de educatieve
projecten twee online-
campagnes te ontwikke-
len in samenwerking
met Scholieren.com. De
campagne bestond uit
twee advertorials en
een poll (AV).
Het betreft een online
medium en geen offline
medium.
Direct effect.
674.360 jongeren
bereikt (AV).
Ja ●
I. 2toDrive: subsidie € 63.966,43 (2016)
Creëren relevante
nieuwe content
voor het up-to-date
houden van de
website 2toDrive.nl
en de social media-
kanalen van 2to-
Drive (AP).
In 2016 heeft TA een
winactie opgezet om de
bekendheid van 2to-
Drive te vergroten. Om
de winactie onder de
aandacht te brengen, is
er een Facebookadver-
tentie ingekocht. Daar-
naast zijn het hele jaar
door diverse relevante
berichten op Facebook
en Twitter gepost (AV).
Indirect effect. Dank-
zij onderhoud is de
website 350.220
keer bezocht (IO).
Ja o
Investeren in het
technisch updaten
van de website
(AP).
De website is omgezet
naar een responsive de-
sign, waardoor de web-
site op alle apparaten
goed te bekijken is.
Daarnaast is de vorm-
geving van de website
gemoderniseerd en zijn
alle foto’s vervangen
(AV).
Indirect effect. Dank-
zij onderhoud is de
website 350.220
keer bezocht (IO).
Ja o
Onderhouden web-
site 2toDrive.nl en
de social mediaka-
nalen van 2toDrive
(AP).
Website heeft een rede-
sign gekregen waardoor
onder andere het ge-
bruiksgemak en de in-
formatievoorziening is
vergroot. Daarnaast
heeft de website een
responsive design ge-
kregen met als resultaat
Indirect effect. Dank-
zij onderhoud is de
website 350.220
keer bezocht (IO).
Ja o
72 Sira Consulting B.V.
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
een optimale weberva-
ring voor een breed
scala aan apparaten
(AV).
Beantwoorden alle
vragen van jonge-
ren en coaches die
via website, e-mail
en social mediaka-
nalen van 2toDrive
binnenkomen (AP).
600 vragen via de mail
en de website beant-
woord (AV).
Direct effect. TA
heeft 600 vragen via
de mail en de web-
site beantwoord
(AV).
Ja ●
Bereiken van lo-
kale, regionale en
landelijke media
door 25 keer ge-
noemd te zijn in
publicaties (AP).
143 publicaties in on-
en offline media (AV).
Direct effect. Door
het uitvoeren van
communicatieactivi-
teiten heeft TA 143
publicaties gereali-
seerd (IO).
Ja ●
Bereiken van
240.000 mensen
via de website van
2toDrive (AP).
Onderhouden website,
winactie en investering
in technisch onderhoud
website (IO).
Direct effect. De
website is 350.220
keer bezocht (AV).
Ja ●
J. Ervaringselement: subsidie € 7.189,22 (2016)
Onderzoeken van
de mogelijkheden
om een spel of on-
derdeel te ontwik-
kelen met een
ervaringselement,
om zo een praktijk-
situatie na te kun-
nen bootsen (AP).
TA heeft eerst navraag
gedaan bij verschillende
jongeren en voorlich-
tingsmedewerkers om
na te gaan of er een
specifieke behoefte was
voor een onderwerp van
het ervaringselement.
Het bleek dat er be-
hoefte was om het ge-
bruik van fietsverlich-
ting duidelijk te maken
aan jongeren, zeker
vanuit het oogpunt van
een automobilist (AV).
Indirect effect. On-
derzoek naar de be-
hoefte van de
doelgroep alvorens
een beslissing te
kunnen maken over
welk soort ervarings-
element TA wil ont-
wikkelen (IO).
Ja o
Ontwikkelen erva-
ringselement dat
inzetbaar is voor
zowel de educa-
Door de keuze van een
360 graden video is het
mogelijk om het erva-
ringselement zowel bij
Direct effect. Nieuwe
360 graden video is
ontwikkeld en ge-
bruikt t.b.v. uitvoe-
ringen gefinancierd
Ja o
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 73
Activiteiten
Prestaties (output) Effecten (outcome)
Uit
gevo
erd
Bew
ustw
ord
ing
Bele
idsontw
ikkeling
tieve als de voor-
lichtingsprojecten
(AP).
educatieve als bij voor-
lichtingsprojecten te ge-
bruiken (AV).
door IenW en decen-
trale overheden
(AV).
Testen van het
nieuwe ervarings-
element onder de
doelgroep bij een
van de reguliere
projecten van TA
(AP).
Door de combinatie van
het starten met het
aanvullende activitei-
tenplan in september en
het inhuren van een ex-
terne partij is het niet
mogelijk geweest om
het ervaringselement te
testen in 2016 tijdens
een project van TA
(AV).
Geen effect. TA heeft
het nieuwe erva-
ringselement niet ge-
test in 2016(AV).
Nee o
74 Sira Consulting B.V.
VI Subsidieverplichtingen TeamAlert
Artikel 11 Verplichtingen subsidieontvanger
1. In aanvulling op de artikelen 4:68, 4:69 en 4:70 van de wet gelden de volgende
verplichtingen voor de subsidieontvanger:
a. het afronden van de uitvoering van projecten en producten waarvoor subsidie is
verleend, uiterlijk op het tijdstip dat daarvoor is aangegeven in de beschikking
tot subsidieverlening;
b. het onverwijld doen van een schriftelijke melding aan de minister van alle om-
standigheden die van invloed kunnen zijn op de hoogte van de subsidie en op
de rechtmatige en de doelmatige aanwending daarvan zoals financiering van
projecten en producten vanuit andere bronnen en over- en onderschrijdingen
van het geraamde subsidiebedrag van een project van meer dan 10% onder
vermelding van de oorzaak van de verschillen;
c. het onverwijld doen van een schriftelijke melding aan de minister zodra aanne-
melijk is dat een gesubsidieerde project niet, niet tijdig of niet geheel zal worden
verricht of dat niet, niet tijdig of niet geheel aan de aan de subsidie verbonden
verplichtingen zal worden voldaan;
d. het doen van een schriftelijke melding aan de minister, vergezeld van een her-
ziene liquiditeitsprognose, indien de gemaakte subsidiabele kosten op de laatste
dag van elk kalenderkwartaal 75% of minder bedragen van de voor dat desbe-
treffende kwartaal begrote subsidiabele kosten; de melding geschiedt binnen
twee maanden na afloop van het desbetreffende kalenderkwartaal;
e. het verlenen van medewerking aan een onderzoek naar de rechtmatige en doel-
matige aanwending van de ontvangen subsidiegelden, dat wordt verricht na-
mens of in opdracht van de minister of door de Algemene Rekenkamer en het
desverlangd verstrekken van alle informatie aan degene die met dit onderzoek
is belast;
f. het de minister vooraf schriftelijk op de hoogte stellen in geval bekendheid wordt
gegeven aan een gesubsidieerd project, product of standpunten met een politiek
gevoelig of belangrijk beleidsmatig karakter;
g. het verlenen van medewerking binnen een door de minister te stellen termijn
aan een door hem ingesteld evaluatieonderzoek teneinde te beoordelen in welke
mate de subsidieontvanger bij het uitvoeren van een gesubsidieerd project, een
toegevoegde waarde heeft geleverd aan de in artikel 2, eerste lid, omschreven
doelen van deze regeling;
h. het in acht nemen van het controleprotocol, en i. het informeren van de minister
over het wijzigen van de statuten van de subsidieontvanger.
2. De minister kan bij de beschikking tot subsidieverlening:
a. verplichtingen opleggen met betrekking tot het geven van bekendheid aan de
gesubsidieerde projecten en producten van subsidieontvanger alsmede aan de
resultaten ervan;
b. verplichtingen opleggen met betrekking tot het zonder vergoeding aan de mi-
nister of een door de minister aangewezen derde verstrekken van door de mi-
nister benodigde, op gesubsidieerde projecten en producten van
subsidieontvanger gerichte informatie;
c. verplichtingen opleggen met betrekking tot het verkrijgen van andere financiële
middelen, of
Evaluatie subsidieregeling TeamAlert 75
d. andere verplichtingen opleggen die de minister wenselijk acht ter verwezenlij-
king van het doel van de subsidie.
3. De subsidieontvanger draagt er zorg voor dat:
a. een gescheiden administratie van kosten en baten wordt gevoerd voor de ge-
subsidieerde projecten en producten enerzijds en de overige activiteiten ander-
zijds, en
b. een onderzoek als bedoeld in artikel 4:79, eerste lid, van de wet wordt uitge-
voerd en dat dit onderzoek geschiedt met inachtneming van hetgeen daarover
is bepaald in het controleprotocol, bedoeld in artikel 8, tweede lid, onder f., en
c. geen staatssteun wordt verleend aan ondernemingen middels de subsidie.
Artikel 12 Strategische samenwerking met vereniging Veilig Verkeer Nederland
1. Subsidieontvanger werkt ten behoeve van de uitvoering van de gesubsidieerde pro-
jecten strategisch samen met de vereniging Veilig Verkeer Nederland. Deze samen-
werking betreft:
a. het afstemmen van het projectenaanbod, zodat subsidieontvanger alleen aan-
vullend actief is en niet met de vereniging Veilig Verkeer Nederland soortgelijke
activiteiten op dezelfde locatie uitvoert;
b. het verhogen van de verkeersveiligheid en het terugdringen van het aantal ver-
keersslachtoffers;
c. indien van toepassing het gezamenlijk werven van vrijwilligers gericht op het
verhogen van de verkeersveiligheid;
d. voor zover van toepassing het gezamenlijk werven van sponsoren gericht op het
verhogen van de verkeersveiligheid, en
e. het bijdragen aan de ontwikkeling van medewerkers door kennisdeling en leren
van elkaar op het gebied van verkeersveiligheid.
2. Subsidieontvanger rapporteert vanaf 1 juli 2015 halfjaarlijks over de samenwerking,
in elk geval in het activiteitenverslag, bedoeld in artikel 14, tweede lid).
Artikel 13 Toestemming minister
1. De subsidieontvanger behoeft toestemming van de minister voor:
a. het oprichten van dan wel deelnemen in een rechtspersoon;
b. het ontbinden van TeamAlert, of
c. het doen van aangifte tot faillissement of het aanvragen van surseance van be-
taling.
2. Aan de toestemming kunnen voorwaarden of voorschriften worden verbonden.
Top Related