Algemeen overzicht
De vorming van de Franse Natie en de opkomst van de burgerij onder het ABSOLUTISME Absolutisme was de laatste fase van de
feodaliteit Economische en sociale opgang van het
kapitalisme en de burgerij Lodewijk XIV
“L’état c’est moi”
De Franse Revolutie van 14 juli 1789 Veegde de resten van de feodaliteit weg Bracht de burgerij aan de macht Geeft land aan (een deel van ) de boeren Wekte verwachtingen bij het volk
De constitutionele monarchie, 1789-1792 een onmogelijk compromis tussen
Adel – grootgrondbezitters De grote burgerij Historische figuren: Lodewijk XVI, Lafayette,
Mirabeau,.. Latere partij van de Legitimisten (1815-1830)
De burgerlijke liberale republiek (1792-1793)
De grote burgerij tegen de adel en het volk Lanceren veroveringsoorlogen (België) Historische figuren: Louis Philippe d’Orleans,
Condorcet De republiek wordt uitgeroepen Partij van de Girondijnen Latere “Orleanisten” (1830-1848) Voorstanders van het federalisme tegen het
centralisme en de macht van Parijs
De burgerlijke democratische republiek (1793-1794)
De terreur van het algemeen welzijn De radicale klein-burgerij (de Jacobijnen)
steunt zich op het volk tegen de vroegere adel en de invasies
Historische figuren: Robespierre, Saint-Just, … Latere partij van de Republikeinen (1848-1852)
Militaire dictatuur van Napoleon I (1798-1815)
Eerste Franse keizerrijk verzekert binnenlandse stabiliteit
Consolideert (zeker voor de boeren) de verworvenheden van de Revolutie van 1789
Verzekert de rijkdom van de burgerij dankzij de veroveringsoorlogen
Frans imperialisme doet de feodale krachten in Europa beven
Tijdens de Franse revolutie van 1789 tot 1815 Was de feodaliteit definitief verdwenen (economisch) Hadden de verschillende fracties van de burgerij elkaar
bevochten en één na één de macht veroverd De idealen van de revoluties hadden enorme
verwachtingen losgemaakt bij het volk: sociale gelijkheid Het volk had als voetvolk en kanonnenvlees gediend De militaire dictatuur verving de parlementaire dictatuur
om volksopstanden en revoluties tegen te gaan Na de nederlaag van Napoleon gaan de verschillende
fracties van de burgerij opnieuw vechten voor de macht Het volk gaat leren haar klassebelangen te verdedigen
De Restauratie (1815-1830) Legitieme monarchie neemt de macht over
dankzij de steun van de reactionaire feodale krachten in Europa
Macht van de Bourbon’s wordt hersteld (Louis XVIII, Karel X)
De Restauratie (1815-1830) Democratie voor de vroegere adel,
nu grootgrondbezitters ( herstel van feodaliteit gaat niet)
Dictatuur en repressie tegen het volk en een deel van de burgerij
Gedeeltelijke terugkeer van de macht van de kerk
De Julirevolutie en de Julimonarchie (1830-1848)
Het volk van Parijs en de republikeinen verjagen de Bourbon’s
De grote burgerij duidt Louis-Philippe aan als vorst
“Le regne des banquers est arrivé…” De volksbeweging heeft
geen programma, zij verlangt het herstel van de grondwet van het jaar II (Robespierre)
De Februari-revolutie en de tweede Franse Republiek (1848-1852)
Van 24 februari tot 25 juni 1848 “Algemene verzoeningszwendel” Deelname van de arbeidersbeweging aan de
regering Emancipatie van
het proletariaat via verkiezingen
Eerlijke en offervaardige proleetWordt overtuigd dat- het geweer dient om de
buitenlandse vijand te verslaan- de verkiezingen om zijn vertegenwoordigers aan
te duiden - meerderheid kan
een arbeidersregering de macht verzekeren
Karl Marx waarschuwt in het Communistisch Manifest (febr.’48)“ De revolutie kan alleen het werkzijn van het proletariaat”“ Na de revolutie moet het proletariaat de heersende klasse zijn”
De Februari-revolutie en de tweede Franse Republiek (1848-1852)
Van juni 1848 tot december 1851 Juniopstand (1848) van het proletariaat wordt
neergeslagen Alle fracties van de burgerij verenigen zich nu in de
Repbliek tegen de arbeidersklasse De Partij van de Orde oefent de parlementaire
dictatuur uit Afschaffing van algemeen stemrecht, beperking van
de democratie (persvrijheid, vrijheid van vergaderen.
De tweede militaire dictatuur van Louis –Bonaparte en het Tweede Keizerrijk(2 december 1851 – 4 september 1870)
Napoleon III regeert “boven de klassen”(combineert voortdurend repressie met demagogie)
Versterking van het staatsapparaat(leger, politie,bureaucratie, …)
De tweede militaire dictatuur van Louis–Bonaparte en het Tweede Keizerrijk(2 december 1851 – 4 september 1870)
Veroveringsoorlogen en militaire interventies Koloniale veroveringen
De tweede militaire dictatuur van Louis–Bonaparte en het Tweede Keizerrijk(2 december 1851 – 4 september 1870)
Hij begint een oorlog tegen Pruisen in juni 1870Hij wil de eenmaking van Duitsland beletten en
het overwicht van Frankrijk behouden op het vasteland
Hij wil de binnenlandse moeilijkheden overwinnen
omwille van de toename van de klassenstrijd en de versterking van de arbeidersbeweging, van de Internationale
De tweede militaire dictatuur van Louis–Bonaparte en het Tweede Keizerrijk(2 december 1851 – 4 september 1870)
Begint oorlog tegen Pruisen in juli 1870 De oorlog begint slecht voor de Fransen Nederlaag te Sedan op 2 september
De tweede militaire dictatuur van Louis–Bonaparte en het Tweede Keizerrijk(2 december 1851 – 4 september 1870)
Nederlaag te Sedan op 2 september en ineenstorting van het Keizerrijk
De Republiek wordt uitgeroepen Proletariaat staat nu voor dubbele taak“Met de opstand tegen het oude regime nam het
proletariaat een dubbele taak op zich: een algemeen nationale taak en een klassenstaak: Frankrijk bevrijden van de Duitse invasie en de socialistische bevrijding van het kapitaal”
Lenin Tussen september 1870 en maart 1871 ontstaat
er een dubbele macht in Parijs Tussen 21 maart en 28 mei de Commune van
Parijs, de eerste arbeidersstaat., een nieuwe socialistische staat (in wording)
Leve de Commune
Top Related